Voorontwerp KW 020 -"---~ vo-o N Ontwerpnota 1.0. M. vld Woude' I F. Millenaar. P. van Os. Ontwerp BL-IC

Transcriptie

1 Ontwerpnota Voorontwerp KW 020 Revisie 1.0 Auteur M. vld Woude' I F. Millenaar P. van Os -"---~ Citeertitel vo-o N va OBJ Ontwerp BL-IC WP-8 VRIJGEGEVEN VOOR IMPLEMENTATIE P. VAN OS :00:00 Documentnummer A9GDW-DOC-01466

2 Revisiehistorie Revisie Datum Status Wijzigingen Concept Definitief Opmerkingen interne review verwerkt Dit document is gebaseerd op sjabloon A9GDW-DOC rev. 1.0.

3 INHOUDSOPGAVE 1 ALGEMEEN Doel van dit document Objectbeschrijving Positie in de objectenboom Werkwijze Leeswijzer Wijzigingen t.o.v. vorige versie GERELATEERDE DOCUMENTEN RANDVOORWAARDEN Vorige baseline Functies Inleiding Hoofdfuncties en bijbehoren eisen Eisen en verificatierapport Bindende documenten Ontwerpbesluiten (randvoorwaarden) Input en output Systeemgedrag Risico s en beheersmaatregelen Risico s Beheersmaatregelen uit Relatics Nieuwe Beheersmaatregelen... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 3.9 Uitgangspunten Grenzen Verticaal alignement op kunstwerk Stakeholders ONTWERP Inleiding Ontwerp aanpassingen Ontwerp Nieuwe constructie A9GDW-DOC VO-ONO rev. 1.0 i

4 5 WATERHUISHOUDING Van toepassing zijnde eisen waterhuishouding Hemelwaterafvoer KW Inleiding Maatgevende debieten en capaciteit afvoergoten Tussenafvoeren Eindafvoeren Lozingspunten Key quantities Ontwerptoelichting architect Uitvoeringsconcept Globale uitvoeringsmethode Bouwfasering Specifieke V&G aspecten uitvoering Toetsvragen Onderhoudsconcept Raakvlakken Kunstwerken Holendrecht Wegen Kunstwerken Holendrecht DVM Kunstwerken Holendrecht PMS Kunstwerken Holendrecht Overig Raakvlakken die in het DO worden uitgewerkt Raakvlakken uit de startnotitie die zijn komen te vervallen RAMS-aspecten Inleiding Interne Referentie documenten RAMS paragraaf Te hanteren RAMS methoden tijdens DO en UO: Maximale Beschikbaarheidskorting (VVU korting) RAMS eisen Scope Voorziene onderhoudswerkzaamheden Ontwerpaandachtspunten onderhoudbaarheid Specifieke V&G aspecten onderhoud Veiligheidsaspecten Knelpunten Knelpunten uit startnotitie Nieuwe knelpunten EISEN Verificaties Afwijkingen op verificaties Vergelijking vorige baseline Nieuwe eisen A9GDW-DOC VO-ONO rev. 1.0 ii

5 7 ACHTERGRONDINFORMATIE Historisch overzicht keuzes en besluiten in de TB-fase Historisch overzicht keuzes en besluiten in de Aanbestedingsfase IXAS Doelstellingen IXAS in de aanbestedingsfase KWALITATIEF OORDEEL BIJLAGE A: RAAKVLAKKEN BIJLAGE B: WATERHUISHOUDING A9GDW-DOC VO-ONO rev. 1.0 iii

6 1 ALGEMEEN 1.1 Doel van dit document Deze ontwerpnota is een procesdocument met als doel een beheerste afronding van dit ontwerpdeel mogelijk te maken. Het geeft een index en een samenvatting van de output van een ontwerp werkpakket ten behoeve van de overdracht naar een volgende fase. Deze ontwerpnota heeft betrekking op onderdeel SPO 113 Kunstwerken Holendrecht - object Kunstwerk 020 en duiker D-307- object in fase voorontwerp (VO). De ontwerpwerkzaamheden zoals beschreven in dit document maken deel uit van ontwerp werkpakket WP-08 en dragen bij aan baseline BL-1C. Het voorontwerp behelst de ontwikkeling van de eerste fysieke oplossing bij de afgestemde set met (klant)eisen. Alternatieven op het integraal voor ontwerp (IVO) en de relevante set VO eisen uit het aanbiedingsontwerp (AO) worden in deze fase uitsluitend ontwikkeld als deze vanuit noodzaak zijn geïdentificeerd of als de Change Control Board (CCB) daartoe expliciet heeft besloten. Voor doorontwikkeling van het IVO is soms afweging van alternatieve oplossingen noodzakelijk. Hiervoor is een trade-off (TOM) procedure ontwikkeld. Het voorontwerp resulteert in een uitgewerkte oplossing die past bij met de stakeholders afgestemde eisen set, de aanbieding en voldoende niveau heeft voor het aanvragen van de omgevingsvergunning en uitwerkingen in de volgende fase definitief ontwerp (DO). 1.2 Objectbeschrijving KW 020 bevindt zich nabij de oostelijke deelprojectgrens van IXAS en betreft een lange gekromde fly-over met meerdere stralen. Het kunstwerk verzorgt de kruisende functie voor de oprit van muntbergweg door middel van een verbindingsboog met 1 rijbaan en 1 vluchtstrook richting de A2 naar het zuiden en de A9 naar het westen. (zie Figuur 1-1). Figuur 1-1: Situatie ter plaatse van KW 020 (tracébesluit, tekening NHUZ-2012-U-0031) A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

7 Figuur Locatie Duiker D-307 (positie Tracébesluit en gewijzigde positie) In bovenstaande afbeelding wordt de positie van duiker D-307 weergegeven zoals deze is vastgelegd in het Tracébesluit, tekening NHUZ-2012-U In het operationeel overleg met AGV op 11 juni 2015 (verslag A9GDW-OVL-00564) is de toestemming gegeven om de duiker D307 te verplaatsen naar het oosten. Zie figuur Dit is geformaliseerd in het strategisch overleg met AGV (26 juni 2015). De nieuwe positie van de duiker wordt in tevens in de bovenstaande afbeelding weergegeven. 1.3 Positie in de objectenboom Kunstwerk KW-020 bevind zich in de objectenboom op de positie zoals onderstaand weergegeven. In de DO fase worden deze objecten verder gedecomponeerd. Figuur Positie KW-020 in de objectenboom Opgemerkt wordt dat de constructieve duiker D-307 onder SPO 115, kunstwerken A9, is geplaatst. A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

8 Figuur Positie Duiker D307 in de objectenboom 1.4 Werkwijze Hieronder wordt het ontwerpproces beschreven - hoe een oplossing tot stand wordt gebracht die aan de systeemeisen voldoet en hoe kostenbewust en risicogericht ontwerpkeuzes zijn gemaakt. Het is een iteratief proces en er wordt van grof naar fijn gewerkt. Aan het begin van het ontwerp worden de systeemoplossingen gegenereerd en gekozen, vervolgens de subsystemen en daarna de componenten. De werkwijze die gehanteerd wordt om te komen tot een VO-ontwerp is in onderstaand stroomschema figuur 1-2 weergegeven. - Tracébesluit DBFM overeenkomst - Bindende normen en richtlijnen Integraal Voorontwerp (IVO) Afgeleide eisen vanuit concepten Opstellen geometrisch VO ontwerp Afstemmen onderwerp met overige ontwerp disciplines Aanpassen / optimalisatie geometrisch VO ontwerp Collegiale toets geometrisch VO ontwerp Aanpassen geometrisch VO ontwerp n.a.v. collegiale toets Vrijgave geometrisch VO ontwerp Figuur 1-2: Werkwijze VO ontwerp KW 020 In het Integraal VO worden een selectie van de eisen zijnde alleen de top IVO eisen van stakeholders geanalyseerd, geïnterpreteerd, afgestemd met de stakeholder en gealloceerd in het integrale systeemontwerp. Het ontwikkelen van de systeemarchitectuur en de eisenallocatie is in deze fase het feitelijke ontwerp. Er wordt geen fysieke ontwerpoplossing (zoals een tekening of model) ontwikkeld. In deze fase worden verschillende integrale 'concepten' uitgewerkt die in de komende fasen discipline overstijgend zullen zijn. A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

9 De ontwerpbeslissingen die in concepten zijn gemaakt en gevolgen op bepaald onderdeel hebben, worden aan het onderdeel toegekend en in vervolgfase verder uitgewerkt. Na het reviewproces wordt de Functionele baseline Integraal vastgesteld, waarna de startnotities worden opgesteld met daarin een nadere specificatie per discipline voor de volgende fase (VO). Hoewel het Integraal VO IXAS breed de eerste van vier fasen is, vindt deze niet noodzakelijkerwijs chronologisch plaats voorafgaand aan de andere drie fasen. Voor sommige onderdelen loopt het onderdeel specifieke VO parallel aan het IXAS-brede Integraal VO en in sommige gevallen kan het VO zelfs al worden afgerond voordat het Integraal VO gereed is. Wijzigingen op het Integraal Voorontwerp (IVO) worden in de VO fase uitsluitend ontwikkeld als deze in de vorige fase zijn geïdentificeerd of als de Change Control Board (CCB) daartoe expliciet heeft besloten. Hiervoor is een trade-off procedure ontwikkeld. Het VO resulteert in een uitgewerkte oplossing die past op de met de stakeholders afgestemde set eisen en de aanbieding, die voldoende niveau heeft voor het aanvragen van de omgevingsvergunning en voor het uitwerken van het definitieve ontwerp in de volgende fase. Het ontwerpproces doorloopt de volgende stappen: specificeren, analyseren; ontwerpen; controleren; reviewen cnf het vastgesteld OMP. 1.5 Leeswijzer Dit document is opgesteld conform de standaardindeling zoals vastgesteld in A9GDW-DOC en bestaat uit de volgende onderdelen: Een opsomming van gerelateerde documenten (hoofdstuk 2); Een overzicht van randvoorwaarden en omstandigheden (eisen, uitgangspunten, ontwerpbesluiten, beheersmaatregelen, etc.) die hebben geleid tot dit specifieke ontwerp (hoofdstuk 3); Een beschrijving van het eigenlijke ontwerp (hoofdstuk 4); Een overzicht van geverifieerde en nieuwe eisen (hoofdstuk 5); Achtergrondinformatie van het gehele project (hoofdstuk 6); 1.6 Wijzigingen t.o.v. vorige versie Deze paragraaf is niet van toepassing. A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

10 2 GERELATEERDE DOCUMENTEN In de onderstaande Figuur 2-1 is schematisch voor deze ontwerpfase de volgorde van de opgestelde documenten weergegeven. Projectfase VO Voorontwerp Oplevering & overdracht Producten Startnotitie Berekeningsnota Tekeningen Verificatierapport Ontwerpnota SNO B T R ONO Figuur 2-1: Opgestelde documenten per projectfase Een schematische weergave van de input van de ontwerpdocumenten is weergegeven in Figuur 2-2. Figuur 2-2: Processchema opstellen Startnotitie en Ontwerpnota Het ontwerp start met een analyse die wordt vastgelegd in de startnotitie. In de Startnotitie Voorontwerp KW 020, VO-SNO zijn de uitgangspunten en randvoorwaarden op basis van de eisen, wijzigingen t.o.v. vorige fase en raakvlakken vastgelegd en vormen de basis voor de uitwerking tot een voorontwerp. De ontwerpnota en tekeningen geeft een toelichting op het ontwerp van het systeemobject KW 020. In het verificatierapport, A9GDW-DOC-01468, staan de resultaten van de verificatie en wordt expliciet inzichtelijk gemaakt in hoeverre het ontwerp voldoet aan de gestelde eisen. Het verificatierapport toont aan dat conform de beschreven methode het gemodelleerde systeem aan de eisen voldoet. In dit document wordt verwezen naar de in Tabel 2-1 genoemde interne documenten: Citeertitel Naam document Documentnummer - Risicoregister A9GDW-DOC AL-S-KWA-ALG-001 Engineeringspecificatie Kunstwerken (Nieuwbouw) A9GDW-DOC VO-SNO Startnotitie Voorontwerp KW 020 A9GDW-DOC VO-R-K20-ALG-001 Verificatieplan VO KW 020 A9GDW-DOC A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

11 VO-R-K20-ALG-002 Verificatierapport VO KW 020 A9GDW-DOC VO-B-K20-ALG-001 Berekeningsnota Voorontwerp KW 020 A9GDW-DOC VO-T-K20-ALG-001 Tekening Situatie A9GDW-TEK VO-T-K20-ALG-002 Tekening Bovenaanzicht en doorsneden A9GDW-TEK VO-T-K20-ALG-101 Vormgevingstekening architect Situatie A9GDW-TEK VO-T-K20-ALG-102 Vormgevingstekening architect Plattegronden en Aanzichten A9GDW-TEK VO-T-K20-ALG-102 Vormgevingstekening architect Doorsnede en details A9GDW-TEK VO-R-K20-ALG-101 Ontwerp toelichting architect en fotorapportage A9GDW-DOC Deelplan RAMS A9GDW-DOC IV-ONO Ontwerpnota A9 Gaasperdammerweg A9GDW-DOC Concept kruisende Infra A9GDW-DOC Uitvoeringsconcept A9GDW-DOC Tabel 2-1: Interne referentie documenten Tevens worden de in Tabel 2-2 genoemde externe referentiedocumenten aangehaald. Bron Versie Naam document Contract Contracttekening A9 Gaasperdammerweg kaart 24 - NHUZ-2012-U-0031 Tabel 2-2: Externe referentie documenten A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

12 AanbiedingsOntwerp 3 RANDVOORWAARDEN 3.1 Vorige baseline De Gaasperdammerweg maakt deel uit van het gehele SAA-project. Het ontwerp is daarbij vastgelegd middels een Tracébesluit en de bijbehorende tracékaarten. Gedurende de totstandkoming van het Tracébesluit is het Tracébesluit uit 2011 herzien in In het Tracébesluit 2013 zijn wijzigingen aangebracht ten aanzien van de wegconfiguratie en het lengteprofiel van de Gaasperdammertunnel. Tevens zijn bepaalde artikelen, of delen van artikelen, uit het Tracébesluit 2011 komen te vervallen en zijn er aanvullingen op het oorspronkelijke plan doorgevoerd. Het Voor Ontwerp KW 020 vormt een onderdeel van de VO-fase. Startpunt voor het VO ontwerp KW 020 is het Tracébesluit 2013, de overeenkomst en het Integraal VO dat is vastgelegd middels concepten. Deze concepten beschrijven voor de verschillende onderdelen de uitgangs- en aandachtspunten voor de verdere uitwerking van het ontwerp. IVO VO DO UO In bovenstaand schema worden de verschillende ontwerpfasen weergegeven. De ontwerpfasen lopen van Integraal Voorontwerp (IVO) naar Uitvoeringsontwerp (UO). Het aanbiedingsontwerp heeft per ontwerpopgave een verschillend uitwerkingsniveau. Een aantal onderdelen is tot VOniveau uitgedetailleerd en aantal onderdelen heeft het niveau van UO. Dit heeft tot gevolg dat ontwerpbeslissingen vanuit het aanbiedingsontwerp in verschillende ontwerpfasen worden ingebracht; waarbij dat kan variëren van VO-niveau tot UOniveau. Het aanbiedingsontwerp geldt voor ons intern als toetskader in alle ontwerpfasen, omdat onze inschrijving daarop is gebaseerd. De voorgaande baseline bestaat uit het Integraal Voorontwerp (IVO). Het aanbiedingsontwerp is verwerkt in de Concepten van het IVO. Het IVO behelst in feite de functionele analyse van het project. Dit wordt nader toegelicht in paragraaf en Hieronder is een opsomming gegeven van alle Concepten. Titel Aantoonbaarheid Bedienconcept Beschikbaarheids-, betrouwbaarheids-, en onderhoudsconcept Brandbestrijdingsconcept Drainage concept Ecologie en Natuur concept EMC concept Energieconcept Faseringsconcept Integraal veiligheidsconcept Kruisende infra concept Documentnummer A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

13 Titel Migratieconcept Netwerkconcept Omgevingsbeïnvloedingsconcept Overdruk concept Prestatiemeetconcept Projecteringsconcept Security concept Technisch beheer concept Testconcept Tunnelventilatie concept Uitvoeringsconcept Veilige vluchtweg concept Veiligheidskritische functies concept Verkeersafwikkelingsconcept Verkeerskundige alarmering & communicatie concept Verkeerssystemen concept Verkeersveiligheidsconcept Waterhuishoudingsconcept Waterkeringsconcept Omgevingsconcept Toekomstvastheidsconcept Tunnelveiligheidsconcept Integraal plan Vormgeving Startnotitie Dynamisch Gedrag Startnotitie Concepten Documentnummer A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC Tabel 3-1: Lijst van concepten Tijdens de tenderfase zijn ontwerpkeuzes gemaakt welke uiteindelijk hebben geresulteerd in het Integraal Voorontwerp (IVO). De ontwerpkeuzes betreffen aanpassingen op het Tracébesluit 2013 met als doel een optimalisatie van het ontwerp. Deze keuzes hebben als uitgangspunt gediend voor de verdere uitwerking van het VO-ontwerp en worden in dit document behandeld. Uitgangspunt voor het ontwerp is enerzijds het ontwerp Tracébesluit 2013 en anderzijds in de tenderfase gemaakte keuzes geweest. De keuzes gemaakt in de tenderfase zijn in IVO documenten onderbouwd. Wijzigingen ten opzichte van het IVO worden middels een Trade Off Matrix (TOM) onderbouwd en voorgedragen aan de Changeboard. Afwijkingen / wijzigingen op het ontwerp Tracébesluit 2013 of op de overeenkomst, geïnitieerd door de opdrachtgever, worden middels wijzigingsvoorstellen (WVO s) vastgelegd. A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

14 Figuur 3-5: Dwarsdoorsnede KW 020 In de tenderfase is door IXAS het Tracébesluit ter hoogte van kunstwerk 020 verder uitgewerkt in een aanbiedingsontwerp (AO). Deze is beschreven in onderstaande documenten: - Uitgangspunten begroting A9 - kunstwerken buiten de tunnel - IXAS-AO-0.VI.H1-T-10101_V0.3 Kunstwerk 020 Voor een nadere beschrijving van de gemaakte keuze wordt verwezen naar hoofdstuk Functies Inleiding De conceptuele keuzes op systeemniveau voor de Kruisende Infra zijn vastgelegd in concept Kruisende Infra met documentnummer IXAS-A9GDW-DOC In deze paragraaf wordt de functionele analyse van object KW 020 beschreven. Bij de functionele analyse zijn de in te vullen functies voor het object KW 020 geanalyseerd. De functieboom vanuit het contract is hierbij als basis gebruikt waarbij deze op volledigheid is gecontroleerd. De functionele eisen die bij deze functies horen zijn geanalyseerd, waarbij gekeken is naar bovenliggende en onderliggende eisen. Er wordt gecontroleerd of de functionele eisen voldoende invulling geven aan de functies Hoofdfuncties en bijbehoren eisen Functies KW-020 KW 020 fungeert als functievervuller voor de volgende functies (uit functieboom contract, Bijlage 9, Deel 2 Outputspecificatie): Functie Bijbehorende eis(en) Afwikkelen wegverkeer verschillende eisen mbt snelheden Geleiden wegverkeer FN_00053 beschrijft functie Kruisen infrastructuur FN_00035 beschrijft functie + ongehinderd en ongelijkvloers Dragen belastingen FN_00052 beschrijft functie De hoofdfunctie van KW 020 is functie , Kruisen infrastructuur: KW 020 verzorgt de kruisende functie voor de oprit van muntbergweg door middel van een verbindingsboog met 1 rijbaan en 1 vluchtstrook richting de A2 naar het zuiden en de A9 naar het westen. KW-020 kruist de A2 en kruist tevens de verbindingsboog vanuit de muntbergweg richting de A2 in noordelijke richting. De onderliggende eisen van de bovenstaande eisen zijn beschouwd, hieronder worden de eisen opgesomd welke van toepassing zijn op KW 020, of hier een raakvlak mee hebben. FN_00053 Geleiden wegverkeer - onderliggende eisen van toepassing op raakvlakken (markering, voertuigkering) FN_00035 Kruisen infrastructuur - onderliggende eisen aan raakvlakken (Geometrie, Kabels en leidingen) - Eis KW020 dient een minimale doorgangshoogte van 4,60 m onder het kunstwerk te hebben (Tracébesluit) - FN Bestaande watergang W209. Deze watergang is in beheer bij AGV. FN_00052 Dragen belastingen - FN_ Nieuwe Kruisingen dienen alle van toepassing zijnde belastingen te kunnen dragen conform de Richtlijnen Ontwerpen Kunstwerken ROK 1.2. A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

15 FN_ Infrastructuur RWS, functies in omgeving handhaven - Infrastructuur RWS dient functies in omgeving die door het systeem beïnvloed zijn, te handhaven met het huidig kwaliteitsniveau Functies duiker D307 Duiker D307 fungeert als functievervuller voor de volgende functie (uit functieboom contract, Bijlage 9, Deel 2 Outputspecificatie): Functie Bijbehorende eis(en) Verbinden water FN_00754 beschrijft functie De duiker D307 verbindt de vaargeul W209 (gelegen in bestaande waterpartij W205) met hoofdwatergang B105. De volgende functionele eisen zijn beschouwd, hieronder worden de eisen opgesomd welke van toepassing zijn op D307 of hier een raakvlak mee hebben. FN_00751 D307, afmetingen - Doorvaarbare duiker D307 en D306A dienen bij Streefpeil ten minste onderstaande inwendige afmetingen te hebben: Waterbreedte 3,0 m; waterdiepte 0,8 m; doorvaarthoogte 1,25 m. FN_00692 Infrastructuur Derden, dragen belastingen - Infrastructuur Derden dient alle van toepassing zijnde belastingen te kunnen dragen conform de ROK 1.2 FN_06034 Tegengaan uitspoeling - Uitspoeling van grond rondom doorvaarbare duiker derden dient te worden tegengegaan Raakvlakfuncties Deze functie wordt ingevuld door de eis: FN-00770: Infrastructuur RWS dient functies in omgeving die door het systeem beïnvloed zijn, te handhaven met het huidig kwaliteitsniveau. In de nabijheid van het meest oostelijke landhoofd van KW-020 bevind zich een bestaande duiker welke uitmond in vaargeul B105. De uiteindelijke ligging van de watergang B-105 wordt in de DO fase verder uitgewerkt. Deze vaargeul loopt langs enkele poeren van KW-020. In gesprekken met AGV is besproken dat deze watergang een minimale breedte van 5 meter en een diepte van 1,25 meter dient te faciliteren. In de DO specificatie worden deze eisen opgenomen om zodoende de watergang in relatie tot het kunstwerk verder te ontwerpen. 3.3 Eisen en verificatierapport Bij de selectie van relevante VO-eisen is het volgende criterium gehanteerd: In het VO worden de hoofdafmetingen vastgesteld, zodat deze voor alle rakende disciplines voor de volgende fase (DO) vast ligt en voldoet aan de eisen en belangen van de interne en externe stakeholders. Van de aldus verkregen set eisen heeft een eisenanalyse plaatsgevonden waarbij de eisen zijn voorzien van een SMARTheidscijfer; van 1 (= totaal niet SMART) tot 5 (SMART). De eisen zijn besproken met de stakeholder totdat deze eis het SMARTheidscijfer 5 heeft verkregen. Daarbij is daar waar nodig een toelichting geformuleerd die wederzijds is vastgelegd. De vastgestelde toelichting is tevens opgenomen in het eisenmanagementsysteem. Eisen uit het IVO zijn overeenkomstig het hiervoor beschreven proces van de eisenanalyse voorzien van een SMARTheidscijfer. Voor een aantal eisen heeft dit geleid tot aanpassing van de eistekst. Deze aanpassing van de eistekst is verwerkt in het eisenmanagementsysteem. Eisen vanuit IVO Het aanbiedingsontwerp is tevens aan de hand van Concepten beschreven in het Integrale VO (IVO) en behelst in feite de functionele analyse van het project. A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

16 In het Integraal VO (IVO) werden de eisen van stakeholders op hoog abstractieniveau geanalyseerd, geïnterpreteerd en gealloceerd in het integrale systeemontwerp. Er is intensieve afstemming met de stakeholders over het ontwerp en de uitvoeringsrandvoorwaarden geweest. Op basis van deze gesprekken is er geen indicatie, dat de ontwerpaanpak afwijkt van de verwachtingen van de stakeholders. De top-eisen in de IVO fase die voldoende dekking van de onderliggende eisen hadden zijn in deze fase geverifieerd. Aspecten of onderdelen van het IVO die niet voldoen aan de afgestemde eisen worden expliciet geïdentificeerd als af te leiden eisen in de volgende fase (VO). Per IVO concept is geanalyseerd of dit een relatie met het object KW20 heeft. De ontwerpbeslissingen die in de IVO concepten zijn gemaakt en gevolgen voor een bepaald onderdeel van het object KW 20 hebben, worden aan het object KW20 toegekend en verder uitgewerkt. IVO concepten die een relatie met het object KW20 hebben zijn: Kruisende infra concept; Uitvoeringsconcept; Integraal plan Vormgeving Waterhuishoudingsconcept Door deze concepten te analyseren en de onderlinge samenhang in beeld te brengen is een functionele integraliteit van het systeem en uitvoering geborgd. Binnen de concepten is de invulling van het ontwerp conform de gestelde eisen en bindende documenten centraal gesteld, waarbij de invulling van de project specifieke aspecten extra aandacht hebben gekregen. Concreet betekent dit, dat uitvoeringsmethodiek, testen en onderhoud integraal vertaald zijn in het ontwerpproces. De ontwerpbeslissingen zijn dus de basis voor de volgende stappen voor de project specifieke invulling van de civiel-, infra- en TTI-ontwerpen. Figuur 3-1: Integraal ontwerp systeem-a9 Wegen Voor de afronding van de IVO fase heeft een specificatieanalyse plaatsgevonden, waarbij de eisen verder naar een lager componentenniveau zijn afgeleid. De afgeleide eisen en /of ontwerpbeslissingen uit de IVO concepten die gevolgen hebben op het object KW20 zijn toegevoegd aan de ontwerp opgave en te vinden in het verificatie rapport. Eisen VO Op top-level zijn er (contract)eisen opgesteld door RWS. De onderhavige ontwerpnota vormt de eenduidige en systematische vertaling van de eisen uit de eisenspecificatie naar concrete specificaties voor KW 20. De eisen uit de vraagspecificatie aangevuld met eisen van stakeholders, zijn samengevat in het verificatierapport. Het verificatierapport is opgesteld vanuit Relatics. Voor alle tegenstrijdigheden wordt een mineure wijzigingsprocedure doorlopen (zie ook par. 5.2). A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

17 Aandachtspunt is dat voor duiker D-307 geen verificatieplan is opgesteld. De eisen zullen in de DO-UO fase worden geverifieerd. 3.4 Bindende documenten In de engineeringspecificaties Betonnen Kunstwerken (Nieuwbouw en Verbouw) wordt in hoofdstuk 2 de van toepassing zijnde normen, richtlijnen en andere bindende documenten benoemd. Hieronder zijn de belangrijkste aangegeven (niet uitputtend). 1. ROK 1.2 Richtlijn ontwerpen kunstwerken; 2. RBK 1.1 Richtlijn beoordeling kunstwerken; 3. EPvE Esthetisch programma van eisen d.d. 17 april 2014; 4. NEN-EN 1990 C2+NB: 2011; 5. NEN-EN (1,3,4,5,7) C1+NB:2011; 6. NEN-EN C1+NB:2011; 7. NEN-EN C2+NB:2011; 8. NEN-EN C1+NB:2011; 9. NEN-EN ; 10. CUR aanbeveling 100 Schoon beton uit 2013; De engineeringspecificaties zijn opgesteld om een consistente ontwerpbasis te hebben voor alle nieuw te bouwen en te verbouwen betonnen kunstwerken in of over de rijksweg A9/A2. Voor de overige objecten binnen de projectgrenzen zoals bijvoorbeeld de tunnel, spoor- en metro kruisingen, parkbruggen en (doorvaarbare) duikers worden separate documenten opgesteld. Het is opgesteld met als afgeleide doelstelling: - het groeperen van alle constructieve eisen voor deze kunstwerken; - het groeperen van voor het ontwerp bindende documenten, normen en richtlijnen; - het traceren van onderlinge tegenstrijdigheden hierin; - het vastleggen van uitgangspunten ter overbrugging van deze tegenstrijdigheden; 3.5 Ontwerpbesluiten (randvoorwaarden) In het voorlopig ontwerp zijn de onderstaande ontwerpbesluiten genomen: VO KW De lichtmasten worden aan de noordzijde geplaatst tussen de geleiderail en het randelement met een minimale vrije ruimte van 0,5 m t.b.v. inspectiepad. VO KW De ruimte tussen de geleiderails is vastgesteld op 8,970 m. VO KW Constructiehoogte bovenbouw 1400 mm. VO KW De bovenbouw wordt op de velden tussen as 12 t/m 14 voorzien van een uitvullaag ten behoeve van de tordering in het verticaal alignement in het GWW ontwerp. VO KW De pijlers worden uitgevoerd in de vorm van ovale (rechthoekig, met de beide uiteinden halfrondvormige) kolommen. VO KW De fundering op as 4 en as 6 is komen te vervallen. VO KW Kunstwerk 020 wordt niet verbonden met kunstwerk 012. VO KW De liggers worden geprefabriceerd, de onderslagbalken worden eveneens geprefabriceerd 3.6 Input en output Niet van toepassing voor dit onderdeel. 3.7 Systeemgedrag Niet van toepassing voor dit onderdeel. A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

18 3.8 Risico s en beheersmaatregelen Risico s In Tabel 3-2 worden de beheersmaatregelen weergegeven die in het VO-ontwerp zijn opgestart ter beheersing van de tot dan geïdentificeerde risico's uit de startnotitie: De volgende risico s waren gekoppeld aan deze SPO of zijn tijdens deze fase toegevoegd. RIS-XXXX Titel Toelichting RIS-0044 Vormgeving wordt niet geaccepteerd Tabel 3-2: Risico s uit startnotitie Beheersmaatregelen uit Relatics De status van bestaande beheersmaatregelen is weergegeven in onderstaande tabel: # Titel Status RIS-0044 Tabel 3-3: Beheersmaatregelen 3.9 Uitgangspunten Vormgeving wordt niet geaccepteerd Aan IXAS is een architect verbonden om de vertaling van het Integraal Plan Vormgeving in het constructieve ontwerp te ondersteunen en te valideren met externe stakeholders.het ontwerp wordt voorafgaand aan de afronding van het VO gevalideerd met stakeholders. Navolgende uitgangspunten zijn benut voor het opstellen van het voorontwerp: 1. OP basis van de huidigebeschikbare gegevens tav ligging kabels en leidingen is het VO opgesteld. Aan de hand van proefsleuven dient de exacte ligging nog vastgesteld te worden; 2. Uitsluitend beperkte grondonderzoek is beschikbaar. Aanvullend onderzoek dient voor aanvang DO uitgevoerd te zijn. Dit is uitgezet Grenzen Binnen de objectgrenzen vallen alle onderdelen die te maken hebben met het juist functioneren van het object binnen het totale systeem. Dit betekent dat het betonwerk inclusief fundatie, voegovergangen, afwateringssysteem, in te storten voorzieningen ten behoeve van de verlichting en wegmeubilair onderdeel uitmaken van het object. De wegverharding, taludbekleding, geluidsscherm, verlichting, wegmeubilair en markeringen vallen buiten de objectgrenzen (zie ook onderstaande Figuur 3-2 voor het principe van de objectafbakening). Figuur 3-2: Objectafbakening A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

19 Daarnaast gelden de onderstaande project grenzen: - TB grens 2011 en TB grens 2013; - Project grenzen / systeemgrenzen; - Maatregelvlak verkeersdoeleinden - zone kunstwerken Maatregelvlakken TB Uitgangspunt voor het ontwerp zijn de maatregelvlakken verkeersdoeleinden zone kunstwerken uit het tracé besluit kaart. Op de VO ontwerptekening A9GDW-TEK is gebleken dat KW 020 past binnen de maatregelvlakken verkeersdoeleinden zone kunstwerken uit de tracé besluit kaart Verticaal alignement op kunstwerk 020 Ter plaatse van het bovenlangs kruisen van de verbindingsweg HRR A9 PRL A2 is het verticale alignement gewijzigd ten behoeve van de benodigde doorrijhoogte van 4,65 meter en de benodigde constructiedikte van 2,35 meter. ( Deze constructiedikte is gebaseerd op de dekdikte en de onderslagbalk.) In de wijziging is de topboog in het verticale alignement aangepast van 2500 meter naar 1850 meter. Hiermee wordt voldaan aan het zichtcriteria stopzicht, gebaseerd op een ontwerpsnelheid van 70 km/uur. De verticale afwijking bedraagt 1,269 meter. Hiermee valt de afwijking buiten de uitmeetbepaling, maar binnen de flexibiliteitsbepaling. De akoestische gevolgen voor het Tracébesluit 2013 zijn getoetst. Conclusie is dat het verhogen van de fly-over met 1,269 meter geen relevante akoestische gevolgen heeft voor het Tracébesluit De afwijking en de resultaten van de akoestische berekening zijn opgenomen in het contractoverleg met de opdrachtgever. De wijziging zal worden vastgelegd middels een rapport welke gevalideerd wordt door de opdrachtgever. A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

20 3.11 Stakeholders Voor het object KW 20 zijn de volgende stakeholders benoemd die relevant zijn voor de VO fase: Gemeente Amsterdam, specifiek Dienst Ruimtelijke Ordening (DRO) in relatie tot vormgeving Commissie voor de Welstand Gemeente Amsterdam (validatiesessie in het Strategisch overleg) Groengebied Amstelland Gemeente Ouder-Amstel Waterschap Amstel, Gooi en Vecht (Waternet) Rijkswaterstaat WNN, de wegbeheerder In een strategisch overleg met de gemeente Amsterdam en AGV wordt in een validatiesessie afgestemd hoe wordt omgegaan met eisverificatie voor zowel de viaducten alswel de duikers. Deze sessie wordt ingepland in overleg met omgevingsmanagement van IXAS. Met alle bovenstaande (externe) stakeholders worden de contract eisen geanalyseerd en gevalideerd. De belangen van deze stakeholders zijn hierdoor gewaarborgd. Middels de validatie sessies wordt een afronding van deze fase bereikt en wordt gezamenlijk vastgesteld of de belangen inderdaad correct en afdoende zijn behandeld. De afstemming met de stakeholders Groengebied Amstelland en Gemeente Ouder-Amstel is in relatie tot de kunstwerken rondom knooppunt Holendrecht van belang, omdat het knooppunt grenst aan de gemeente Ouder-Amstel en het groengebied Amstelland. Specifieke goedkeuring voor vormgeving van de kunstwerken is nodig van de Gemeente Amsterdam Dienst Ruimtelijke Ordening (DRO), die een advies vormen voor de Welstandscommissie. De validatiesessie van het Voor Ontwerp met DRO is inmiddels ingepland. Ook kabels & leidingen beheerders zijn belangrijke stakeholders in en rondom knooppunt Holendrecht. Met deze beheerders is een overlegstructuur opgezet, waarbij op basis van de KLIC melding en ontwerpgegevens afspraken zijn gemaakt. Samenvattend kan gesteld worden dat de stakeholders voor de VO fase afdoende in beeld en behandeld zijn. A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

21 4 ONTWERP 4.1 Inleiding Dit hoofdstuk bevat de beschrijving van het uiteindelijke ontwerp met het doorlopen ontwerpproces. In paragraaf 4.2 wordt een opsomming gegeven van de ontwerpaanpassingen t.o.v. de eerdere base-line. In paragraaf 4.3 wordt een korte beschrijving gegeven van het resultaat van deze ontwerpfase. In de laatste paragraaf wordt dieper ingegaan op de verdere invulling van de functies uit functionele analyse door het ontworpen object. 4.2 Ontwerp aanpassingen Tijdens het ontwerpproces zijn de onderstaande aanpassingen doorgevoerd t.o.v. de voorgaande baseline uit par. 3.1: De bovenbouw wordt op de velden tussen as 12 t/m 14 voorzien van een uitvullaag ten behoeve van de tordering in het verticaal alignement in het GWW ontwerp. De fundering op as 4 en as 6 is komen te vervallen. Kunstwerk 020 wordt niet verbonden met kunstwerk Vormgeving Ontwerp Nieuwe constructie KW 020 bevindt zich nabij de oostelijke deelprojectgrens van IXAS en betreft een lange gekromde fly-over. Het kunstwerk verzorgt de kruisende functie voor de oprit van muntbergweg door middel van een verbindingsboog met 1 rijbaan en 1 vluchtstrook richting de A2 naar het zuiden en de A9 naar het westen. (zie Figuur 4-1). Deze Fly-over wordt uitgevoerd als kokerligger brug. Een geïntegreerde onderslagbalk / pijlerbalk, parallel aan de onderdoor kruisende wegen in het verlengde van de kolommen van KW12, waarbij voor stramien 9 en 10 in verband met uitvoeringstechnische redenen is gekozen voor onderslagbalken welke loodrecht op het dek zijn gesitueerd, zorgt voor de krachtsafdracht naar een enkele kolom. De dekrand verjongt en wordt voorzien van randelement en hekwerk. Het geheel wordt voor wat betreft vorm en materialisatie uitgevoerd conform het Integraal Plan Vormgeving (IPV). Een gedeelte van de tussensteunpunten staan in het water. De bovenkant van de poer bevindt zich ca. 1,25 m onder de waterlijn. Figuur 4-1: Situatie ter plaatse van KW 020 A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

22 In de berekeningsnota VO KW 020 met documentnummer A9GDW-DOC is het geometrisch ontwerp vastgesteld, waarbij de significante raakvlakken tussen de diverse disciplines zijn afgestemd, zodat alle disciplines niet worden belemmerd in de verdere uitwerking van het betreffende ontwerponderdeel in de DO fase. De Fly-over heeft een lengte van ca. 440 m en bestaat uit 12 velden (15 stramienen). De bovenbouw bestaat uit een brugdek welke is opgebouwd uit geprefabriceerde voorgespannen brugliggers met een constructiehoogte van 1400 mm. De grootste overspanning bedraagt ca. 40 meter (deklengte ca. 43 m) en bevindt zich tussen stramien 8 en 15 (zie Figuur 4-2). Ten behoeve van de samenhang van de constructie wordt dwarsvoorspanning aangebracht. Het brugdek wordt gedragen door een voorgespannen geprefabriceerde pijlerbalk die ondersteund wordt door een enkele ovale kolom per stramien (zie Figuur 4-3). De fundatie wordt verzorgt door poeren met geprefabriceerde heipalen waarbij in het geotechnisch advies ruimte geboden zal worden voor toepassing van 2 alternatieve paalsystemen. Figuur 4-2: Plattegrond KW 020: Toekomstige situatie; steunpunten genummerd 1 t/m 15 Het voorontwerp is weergegeven in de in Tabel 4-1 vermelde documenten: Tabel 4-1: Documentenlijst Citeertitel Naam document Documentnummer VO-B-K20-ALG-001 Berekeningsnota VO KW 020 A9GDW-DOC VO-T-K20-ALG-001 Overzicht en dwarsdoorsnede brugdek KW 020 A9GDW-TEK VO-T-K20-ALG-002 Aanzicht en details KW 020 A9GDW-TEK VO-T-K20-ALG-101 Situatietekening vormgeving KW 020 A9GDW-TEK VO-T-K20-ALG-102 Plattegrond, doorsneden en details vormgeving KW 020 A9GDW-TEK A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

23 Figuur 4-3: Toekomstige situatie KW 020, gezien vanuit de zuid-oost zijde(ipv) 5 WATERHUISHOUDING Contractdocumenten Op het ontwerp zijn de volgende documenten als uitgangspunt gehanteerd: [1] Tracébesluit weguitbreiding Schiphol Amsterdam Almere, I Besluit, Rijkswaterstaat, d.d. 21 maart 2011 (inclusief wijzigingen uit 2012 en 2013); [2] Waterbeheerplan voor inpassing TB Schiphol Amsterdam Almere, Rijkswaterstaat Noord-Holland, Status Definitief, d.d. 15 december 2010; [3] DBFM-Overeenkomst, Schiphol Amsterdam Almere Project A9 Gaasperdammerweg, Bijlage 9 deel 2 onderdeel A, Outputspecificaties (exclusief TTI-eisen), Versie D, d.d. 12 september 2014; [4] DBFM-Overeenkomst, Schiphol Amsterdam Almere Project A9 Gaasperdammerweg, Bijlage 9 deel 1 Systeemdefinities, Versie D, d.d. 12 september 2014; [5] DBFM-Overeenkomst, Schiphol Amsterdam Almere Project A9 Gaasperdammerweg, Bijlage 9 deel 5.1, Uitvoeringsovereenkomst Gemeente Amsterdam, Versie C, d.d. 17 april 2014; [6] DBFM-Overeenkomst, Schiphol Amsterdam Almere Project A9 Gaasperdammerweg, Bijlage 9 deel 5.4, Uitvoeringsovereenkomst Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht, Versie D, d.d. 12 september Normen en Richtlijnen waterhuishoudinsgontwerp De volgende richtlijnen zijn gebruikt: [7] Richtlijnen Ontwerp Hemelwaterafvoer van wegen en kunstwerken, RWS, ROK 1.0 Concept, d.d. 1 juni 2012; [8] Normalisatierapport nr. 10, Regenwaterafvoer deel I: Neerslaghoeveelheden, Rijkswaterstaat Directie Bruggen, d.d. maart 1988; [9] Normalisatierapport nr. 22, Regenwaterafvoer deel II: Afvoergoten en Putten, Rijkswaterstaat Directie Bruggen, d.d. maart Gebruikte programmatuur [10] Gevalideerde Excel Spreadsheet Afwatering Viaducten, Versie 1.0, Ballast Nedam Engineering, d.d. 26 mei A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

24 A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

25 5.1 Van toepassing zijnde eisen waterhuishouding ID Eistitel Eistekst Geldigheid FN_00002 (eis-00661) Kruising, afvoeren Hemelwater Verificatie: Zie hoofdstuk 3 FN_00003 (eis-00657) Kruising, berekeningsintensiteiten Verificatie: Zie hoofdstuk 3 FN_00005 (eis-00658) Kruising, periodiciteit neerslag Verificatie: Zie hoofdstuk 3 FN_00375 (eis-00524) Verificatie: Zie hoofdstuk 3 Tabel 5-1: eisen Bovenbouw, vrijhouden van Plasvorming 5.2 Hemelwaterafvoer KW 020 De afvoer van Hemelwater op en onder Kruisingen dient geen gevaar op te leveren voor de verkeersveiligheid conform Rapport 10 Regenwaterafvoer deel 1 neerslaghoeveelheden en Rapport 22 Regenwaterafvoer deel 2 afvoergoten en putten. In afwijking van de in rapport nr. 10, regenwater afvoer deel 1, neerslaghoeveelheden, paragraaf 5.4, genoemde berekeningsintensiteit dient voor rijdekken van Kruisingen met een langshelling kleiner dan 0,5% een berekeningsintensiteit van ten minste 180 l/s/ha te worden gehanteerd. De in rapportnr. 10, regenwaterafvoer deel I, neerslaghoeveelheden, genoemde aanbeveling voor een periodiciteit voor bruggen en Viaducten, hoofdstuk 7, P=10, dient voor Kruisingen gelezen te worden als eis. Rijbaan dient tijdens een regenbui met een intensiteit die kleiner is dan de Maatgevende ontwerpregenbui vrij te zijn van Plasvorming Inleiding In de volgende paragrafen staat het ontwerp van de hemelwaterafvoer beschreven, inclusief hydraulische controle Maatgevende debieten en capaciteit afvoergoten Voor elk brugdeel moet eerst het maatgevende debiet bepaald worden. Vervolgens wordt berekend wat de capaciteit van de afvoergoot is. Hieruit volgt of tussenafvoeren nodig zijn om plasvorming te voorkomen op de rijbaan. Voor één brugdeel staat de berekening voor het maatgevende debiet en de capaciteit van de afvoergoot uitgeschreven. Alle resultaten staan weergegeven in Tabel 5-2. Voorbeeldberekening hemelwaterafvoer richting landhoofd westzijde binnenkant Geometrie Afwaterende lengte (L) = 260 m Afwaterende breedte (B) = 10,5 m Langshelling (i) = (9,150 m 3,754 m) / 260 m = 0,0208 BD-ED BD-ED BD-ED AD-ED Maatgevende hoeveelheid neerslag met P=10 jaar ( ) ( ) Debiet met een regenintensiteit van 180 l/s/ha Geometrie afvoergoot 0,70 m 0,07 m 2,5 á 5% Natte oppervlakte (A) = (0,70 m (0,07 m / 2)) x 0,07 m = 0,0466 m 2 A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

26 Natte omtrek (O) = (0, ,07 2 ) + (0,70 m 0,07 m) + 0,07 m = 0,7990 m Hydraulische straal (R) = 0,0466 m 2 / 0,7990 m = 0,0583 m Capaciteit afvoergoot ( ) In Tabel 5-2 staan alle resultaten weergegeven voor elk brugdeel. Brugdeel [-] helling Hemelwaterafvoer richting landhoofd westzijde binnenkant Hemelwaterafvoer richting landhoofd oostzijde binnenkant Hemelwaterafvoer richting landhoofd oostzijde buitenkant * Tussenafvoeren nodig Lengte [m] Breedte [m] Langs- [-] Debiet bij P=10 jaar [l/s] Debiet bij 180 l/s/ha [l/s] Inwendige hoogte goot [m] Inwendige breedte goot ,5 1:48 78,8 49,1 0,07 0,70 60,7* ,5 1:46 60,7 20,8 0,07 0,70 62,0** 80 10,5 1:20 72,8 15,1 0,07 0,70 94,0 ** Geen tussenafvoeren nodig volgens berekening, maar de eindafvoer voor dit gedeelte is een tussenafvoer t.p.v. pijler 13 Tabel 5-2: overzicht resultaten van alle brugdelen [m] Capaciteit goot Tussenafvoeren Tussenafvoer/eindafvoer hemelwaterafvoer richting landhoofd oostzijde binnenkant t.p.v. pijler 13 (Bijlage C, T2) De tussenafvoer wordt uitgevoerd met straatkolkkoppen SDS C250 (335 mm x 335 mm). Het gatpercentage van het rooster is circa 30% en de waterhoogte op het rooster is 0,07 m (is gelijk aan de waterhoogte in de afvoergoot). De afvoercapaciteit van het rooster van een enkele straatkolkkop is dan: Elke straatkolkkop loost het afgevangen water op een verticale rioolleiding Ø160 mm. De waterhoogte op de verticale rioolleiding is 0,37 m (0,30 m kolkkop en 0,07 m afvoergoot). De afvoercapaciteit van de rioolleiding is dan: De capaciteit van een enkele straatkolkkop SDS C250 is 20 l/s. Deze capaciteit is een ondergrens benadering aangezien het gatpercentage van het rooster laag is ingeschat. Om het maatgevende debiet van ruim 60 l/s af te vangen worden daarom drie straatkolkkoppen SDS C250 toegepast met elk een verticale rioolleiding Ø160 mm richting het maaiveld. Tussenafvoer hemelwaterafvoer richting landhoofd westzijde binnenkant (Bijlage C, T1) Op dit gedeelte wordt één tussenafvoer gerealiseerd (Bijlage C, T1) t.p.v. pijler 6. Het totale debiet van 78,8 l/s wordt dus afgevangen middels twee afvangpunten (een tussenafvoer en een eindafvoer). De tussenafvoer vangt een debiet van 41,4 l/s af. Om dit maatgevende debiet af te vangen worden drie straatkolkkoppen SDS C250 toegepast met elk een verticale rioolleiding Ø160 mm richting het maaiveld. De eindafvoer vangt een debiet af van 37,4 l/s Eindafvoeren Er worden eindafvoeren toegepast conform NBD standaardtekening SD-HWA-01 [7]. Om het aantal gootsecties bij de eindafvoeren te bepalen wordt gebruik gemaakt van Tabel 5-3 [9]. [l/s] A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

27 Debiet op eindafvoer westzijde Debiet op eindafvoer oostzijde Tabel 5-3: overzicht toe te passen aantal goten en putten [9] Eindafvoer (zie bijlage A voor locaties) Gem. langshelling [-] Maatgevend debiet op eindafvoer [l/s] Ontwerp eindafvoer [-] Buisdiameter eindafvoer E1 1:48 (2,1%) 37,4 2 gootsecties 200 E2 1:20 (5,0%) 72,8 4 gootsecties 250 Tabel 5-4: aantal gootsecties bij de eindafvoeren, inclusief buisdiameter De eindafvoeren worden uitgevoerd met minimaal 2 gootsecties. De buisdiameters die worden toegepast zijn een maat groter dan de buisdiameters zoals aangegeven in Tabel 5-3. Dit is vanwege de relatief grote debieten. Om de onderhoudsfrequentie te verlagen worden de eindafvoeren uitgevoerd met een grotere zandvang. Het volume van de zandvang wordt verdubbeld door 2 gootsecties (i.p.v. 1 gootsectie) te realiseren met een onderput/zandvang. Het principeontwerp van de eindafvoer (met 3 gootsecties) staat weergegeven in Figuur 5-1. [mm] Ø250 mm afvoerleiding (Extra zandvang volume) Prefab goot met roosterconstructie Prefab goot met roosterconstructie, inclusief onderput en zandvang Figuur 5-1: Principeontwerp eindafvoer A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

28 5.2.5 Lozingspunten Het afgevangen hemelwater wordt afgevoerd richting een infiltratie-/bergingsvoorziening op maaiveldniveau. Met het Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht is afgesproken dat de infiltratie-/bergingsvoorziening een bergende functie heeft van 20 mm neerslag. In Tabel 5-5 staat aangegeven wat het afwaterende oppervlak is per afvoer. In Tabel 5-5 staat aangegeven wat de benodigde bergingscapaciteit is per afvoer. Afvoer [-] Afw. opp. [m 2 ] Benodigde bergingscapaciteit uitgaande van 20 mm berging [m 3 ] E ,6 T ,0 T ,1 E ,8 Tabel 5-5: overzicht afwaterende oppervlakten per afvoer Het ontwerp van de hemelwaterafvoer en infiltratie-/bergingsvoorziening op maaiveldniveau wordt verder uitgewerkt in het definitieve ontwerp van de hemelwaterafvoer rijksweg A2 (A9GDW-DOC-00701). 5.3 Key quantities In het VO-ontwerp is uitgegaan van de key quantities uit het AO. In het VO zijn hierop al dan niet afwijkingen geconstateerd. In onderstaande zijn de key quantities weergegeven, aangevuld met de eventuele wijzigingen voortkomend uit het VO. KW20 AO hoeveelheden VO hoeveelheden AANBRENGEN PAALFUNDATIE Prefab palen landhoofd West #400 l=17,8m 18 st l = 14,5 m, 10 st Prefab palen landhoofd Oost #400 l=17,8m 18 st l = 14,5 m, 10 st Prefab palen poeren 2 en 5 #400 l=10,3m 36 st l = 13,0 m, 28 st Prefab palen poeren 3 en 6 #400 l=10,4m 36 st l = 13,0 m, 28 st Prefab palen poer 4 #400 l=10,8m 18 st l = 13,0 m, 28 st Prefab palen Poer 7 14 #400 l=11,5m 144 st l = 6,5 m, 144 st LANDHOOFDEN Landhoofd west (opgenomen in KW 12a) 3,0 m x 1,5 m; 10,5 m Landhoofd oost 10,5 m 3,0 m x 1,5 m; 10,5 m wapening 135 kg/m3 Vleugelwanden LH NO (lxhxd) 6,85m x 3,82m x 0,60m 15,72 m3 Vleugelwanden LH ZO (lxhxd) 6,85m x 3,30m x 0,60m 13,58 m3 Tussensteunpunten Poeren (lxbxh) 10m x 3,5m x 1,5m 12 st 14,5m x 5,0m x 2,0m; 11 st steunpunten 2, 3, 5, 6, 9 en 10, 11, 12, 13, 14 in bouw 3607 m2 kuip en met bemaling (AZ18) wapening 150 kg/m3 Nieuwe kolommen ø1300x2600 ø1500x3000 wapening 120 kg/m3 39 ton Beton C53/ m3 Beton C35/45 Onderslagbalken Onderslagbalken (lxbxh) 13m x 1,8m x 0,5m 13 st 11,5m x 3,1m x 0,75m, 11 st Onderslagbalken (lxbxh) 13m x 0,9m x 1,3m 13 st 11,5m x 1,2m x 1,5, 11 st Dek 4627 m m2 5 liggers HGKP x HGKV 1400 Dek ca. 0,52 m breder Overgangsconstructie Lev stootplaten, 6000x1000x400 mm 22 st 8000x1000x400 mm, 18 st buigslappe voegen boven tussensteunpunten 126 m1 Buigslappe voegen en vingervoegen voegen in as 1 en 15 TENSA Grip RFSD m1 A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

29 Afbouw schampkanten breed 865 mm 116 m3 opnemen 5 mantelbuizen rnd m1 6 mantelbuizen rnd 90 Trekputten h.o.h. 30 m 15 st randelementen prefab 924 m Leuningen, gebogen 924 m Taludbekleding onder landhoofden 236 m2 Tabel 5-6: key quantities 5.4 Ontwerptoelichting architect Voor dit document wordt verwezen naar: KW20 Holendrecht ontwerptoelichting en fotoreportage: 9GDW-DOC Uitvoeringsconcept Globale uitvoeringsmethode Kunstwerk KW20 is een volledig nieuw te bouwen fly-over in het knooppunt Holendrecht. Door middel van deze fly-over wordt in de eindsituatie het verkeer van de parallel rijbaan rechts (PRR) A9 Diemen-Utrecht uit de richting Diemen samengevoegd met de HRR A9 richting de A2 Amsterdam-Utrecht. Het kunstwerk bestaat in totaal uit 12 overspanningen van 40m1 lengte tussen steunpunt as 7 en landhoofd as 15. De overige overspanningen tussen as 1 en 7 zijn z.g. A2 overspanningen en deze zijn afgestemd op de beschikbare ruimte in de (midden)bermen van de A2 voor de situering van tussensteunpunten. Deze steunpunten liggen in één lijn met de andere twee kunstwerken die de A2 kruisen, namelijk de uit te breiden bestaande kunstwerken KW-012 en KW-013. Het landhoofd op as 1 is een op prefab betonnen palen gefundeerd hoog gelegen landhoofd, dat niet constructief zal worden verbonden met de landhoofduitbreiding van KW12. Er zal een voeg tussen de beide landhoofden aanwezig zijn. Het landhoofd op as 15 eindigt door de liggerverdeling en het aantal velden in een watergang, nabij de ingang van een bestaande duiker. De duiker kan in verband met de primaire verbindingsfunctie in de hoofdstructuur van de waterhuishouding niet worden gedempt. Indien er geen maatregelen zouden worden getroffen, zal de bestaande duiker bezwijken onder de grondbelasting uit de ophoging voor het landhoofd. Daarom wordt het landhoofd gedeeltelijk omsloten door een stalen damwand, waarna de paalfundering voor het landhoofd kan worden geheid. De tussensteunpunten zijn in principe allen gelijk aan elkaar, te weten een in het werk gestorte poerfundering op prefab betonnen palen. In de middenberm van de A2 kan hier in het Definitief Ontwerp nog een ander paalsysteem voor in de plaats komen. De poerfunderingen van de steunpunten komen gedeeltelijk in de hoofdwatergang B-105 aan de noordoostzijde van Holendrecht te staan. De bouwkuipen voor de poerfunderingen bestaan in principe op ieder steunpunt uit herwinbare stalen damwand. De geohydrologische situatie, waaronder de aanwezigheid van spanningswater onder de aanwezige waterafsluitende laag, zal in de komende fase van het ontwerp uiteindelijk leiden tot een keuze voor een (retour)bemaling of een waterremmende laag. Ten tijde van het opstellen van deze nota was nog onvoldoende informatie beschikbaar om daarin een definitieve keuze te kunnen maken. De poeren worden vervaardigd met behulp van systeembekisting waardoor er rondom de poer voldoende werkruimte beschikbaar is. Op plaatsen waar dat niet zo is kan er tegen de damwand een verloren bekisting worden geplaatst, Boven op de poeren komen in het werk gestorte pijlerkolommen. De hoogte van de kolommen vanaf bovenkant poer tot onderkant onderslagbalk bedraagt maximaal 13650mm ter plaatse van as 11. Om alle kolommen te kunnen maken met een stalen projectbekisting, zal de beoogde leverancier voor deze kolombekisting deze als 3-delig leveren. Zodoende kan er worden gevarieerd met de hoogte om elke pijler te kunnen maken. De onderslagbalken zullen eveneens worden geprefabriceerd. De overspanningen worden gerealiseerd door middel van gekromde prefab kokerliggers (h = 1400mm) met een horizontale boogstraal R=242,9m die in dwarsrichting zullen worden nagespannen. De meeste velden kunnen buiten het verkeer worden gemonteerd. De liggers t.b.v. de kruisende rijbanen op de A2 en de verbindingsboog A9-A2 zullen op hun plek worden gehesen tijdens verkeerstops in de nachtelijke uren. De overige lig- A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

30 gers kunnen vanaf de zijkant van het kunstwerk worden ingehesen zonder dat het verkeer daar hinder van hoeft te ondervinden. De afwerking van het dek bestaat uit: - Voegconstructies (dillatatievoegen en buigslappe voegen) - Schampkanten met K-ankers t.b.v. de geleiderail; - Prefab betonnen randelementen; - Leuningwerk; - HWA-systeem; - Asfalteren en aanbrengen van belijning en bebordingen; - Mantelbuizen Bouwfasering. De faseringsstappen voor Holendrecht zijn momenteel nog in ontwikkeling, echter zal de globale fasering lijken op de zoals in onderstaande tabel beschreven stappen. Stap Bouwwerkzaamheden 1 Inheien stalen damwand ter plaatse van landhoofd as 15 2 Aanbrengen zandlichaam t.b.v. voorbelasting en heiterp 3 Afgraven heiterpen en uitvoeren heiwerk landhoofd as 1 en as 15 4 Realiseren in-situ betonwerk landhoofden as 1 en as 15 5 Uitvoeren poer, pijlers en onderslagbalk as 3, 4, 5 en 2 6 Plaatsen liggers veld 1-2 buiten verkeer 7 Plaatsen liggers veld 2-3, 3-5 en 5-7 s nachts tijdens verkeersstops 8 Gedeeltelijk dempen hoofdwatergang t.b.v. werkplateaus as 11 t/m 14 9 Inheien stalen damwand t.b.v. bouwkuipen poer as 10 t/m Bemaling tussensteunpunten as 10 t/m 14 aanbrengen en ontgraven. Of Nat ontgraven bouwkuip as 10 t/m 14 en aanbrengen onderwaterbeton. 11 Realiseren in-situ betonwerk poerfundering as 10 t/m Realiseren kolommen in-situ t.p.v. steunpunten as 10 t/m Realiseren prefab onderslagbalken as 10 t/m Plaatsen liggers velden t/m buiten verkeer 15 Dwarsvoorspanning aanbrengen d.m.v. spanwagen 16 Verlegging van boog A9-A2 Diemen-Amsterdam 17 Inheien stalen damwand t.b.v. bouwkuipen poer as 7 t/m 9 18 Bemaling tussensteunpunten as 7 t/m 9 aanbrengen en ontgraven. Of Nat ontgraven bouwkuip as 7 t/m 9 en aanbrengen onderwaterbeton. 19 Realiseren in-situ betonwerk poerfundering as 7 t/m 9 20 Realiseren kolommen in-situ t.p.v. steunpunten as 7 t/m 9 19 Realiseren prefab onderslagbalken as 7 t/m 9 20 Plaatsen liggers veld 7-8 buiten verkeer 21 Plaatsen liggers veld 8-9 in verkeersstops 22 Dwarsvoorspanning veld 7-8 en 8-9 aanbrengen d.m.v. spanwagen 23 Afbouw dek start na activiteit 7 vanaf westzijde Tabel: Bouwfasering Specifieke V&G aspecten uitvoering A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

31 Voor de bouw van de brug zijn in deze fase de volgende algemene V&G-aspecten van belang. - Transport (horizontaal en verticaal) van prefab liggers - Monteren van prefab liggers en onderslagbalken - Beperkte opstelmogelijkheid van hijskranen - Werken langs snelverkeer - In- en uitvoegstroken voor werkvakken - Onderliggende weg in gebruik tijdens uitvoering - Heiwerk voor palen en damwanden in berm tijdens verkeer - Overige bouwactiviteiten t.b.v. onderbouw tijdens verkeer (grondwerk, bekisten, storten, etc.) Deze V&G-aspecten dienen in een RI&E te worden beschouwd Toetsvragen Om de uitvoerbaarheid te beoordelen zijn door ontwerp een aantal toetsvragen opgesteld die door Uitvoering zijn beantwoord. Toetsvragen uitvoering KW15 Antwoord Motiveer in 5 zinnen waarom het antwoord ja / nee of ja, mits is. Is het voorliggende ontwerp technisch Ja Het ontwerp is technisch uitvoerbaar, omdat: uitvoerbaar? - er geen afwijkende of unieke elementen in voorkomen Is het voorliggende ontwerp veilig uitvoerbaar? Past het voorliggende ontwerp met de aangeboden uitvoeringsmethode? Past het voorliggende ontwerp met de aangeboden realisatieplanning? Is in het voorliggende ontwerp voldoende rekening gehouden met uitvoeringstoleranties? Is in het voorliggende ontwerp voldoende rekening gehouden met toepassing van standaard- en prefab materialen? Past het voorliggende ontwerp met de uitgangspunten van het Plan Beperking Verkeershinder (PBV)? Tabel 4-5: Toetsvragen Ja Ja Ja Ja Ja Ja Het is veilig uitvoerbaar, omdat: - de planning realistisch is - alle toegepaste bouwmethoden tot standaard methoden behoren - er met passende verkeersmaatregelen voldoende afscherming is tussen personeel en passerend wegverkeer Ja, dit is niet gewijzigd. In een 1e quick scan van planning Holendrecht lijkt dit te lukken, details moeten in de volgende fase nog verder worden uitgelopen De liggers kunnen geleverd worden door de bekende leverancier. Ja moet in DO fase nader verdiept worden. 5.6 Onderhoudsconcept Het onderhoudsconcept zal in de DO/UO fase nader worden uitgewerkt conform het deelplan RAMS van IXAS (A9GDW-DOC ). Als input van het onderhoudsconcept dient de systeemleverancier een concept onderhoudsplan op te leveren welke voldoet aan de kwaliteitscriteria van IXAS. Het is van belang dat het onderhoudsconcept uitvoerbaar is binnen het VVU kader. Een eerste opzet van de verwachte onderhoudstaken is gegeven in hoofdstuk 4.11 RAMS-aspecten. A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

32 5.7 Raakvlakken Conform het OMP zouden in de VO-startnotitie de IVO-raakvlakken benoemd moeten zijn. Gelet op de tijd waarop de IVOraakvlakken zijn geïdentificeerd is er voor gekozen om de link tussen de IVO-raakvlakken en de VO-raakvlakken in de onderhavige VO-ontwerpnota te leggen en niet met terugwerkende kracht in de VO-startnotities. In de tabellen hieronder is te zien welke IVO-raakvlakken er tussen de SPO Kunstwerken Holendrecht (hieronder valt het object KW 020) met de andere hoofd-spo s er zijn. Per raakvlakaspect is de doorvertaling naar de raakvlakken die in het VO geïdentificeerd zijn. Sommige aspecten worden nader uitgewerkt in het DO. De afgehandelde raakvlakken zijn toegevoegd in Bijlage A. Onderstaande tabellen geven een verkort overzicht van de IVO- en VO-raakvlakken Kunstwerken Holendrecht Wegen Rkvl-ID Aspect Afspraak Doorvertaald naar Rkvl-ID Rkvl Functioneel De twee systemen moeten elkaar functioneel ondersteunen Rkvl-0114 Rkvl-0170 Rkvl-0564 Rkvl Proces Weggeometrie en ontwerp kunstwerken Holendrecht moeten afstemmen Rkvl-0114 t.b.v. vergunningsproces Rkvl Proces Weggeometrie en ontwerp kunstwerken Holendrecht moeten afstemmen Rkvl-0564 t.b.v. omgevingsmanagementproces (K&L, Onderliggend wegennet, waterschap) Rkvl Technisch De Kunstwerken Holendrecht moeten de ruimte bieden voor de weggeometrie die over de kunstwerken loopt Rkvl-0114 Rkvl-0170 Rkvl Technisch Uitwerken van de integrale vormgeving (wegbeeld) Nadere uitwerking in DO Tabel 5-7: IVO-raakvlakken Kunstwerken Holendrecht - Wegen ID. Raakvlak Omschrijving Rkvl-0114 Autosnelweg en Geometrie (deel A2) - Viaduct KW 020 De raakvlakken tussen Autosnelweg en Geometrie (deel A2) en Viaduct KW 020 Rkvl-0170 Tijdelijke Wegen Hoofdwegennet A2 - Viaduct KW 020 De raakvlakken tussen Tijdelijke Wegen Hoofdwegennet A2 en Viaduct KW 020 Rkvl-0564 Stuwen en duikers - Viaduct KW 020 De raakvlakken tussen de te behouden duikers onder Viaduct KW 020 Tabel 5-8: VO-raakvlakken Kunstwerken Holendrecht - Wegen Kunstwerken Holendrecht DVM Rkvl-ID Aspect Afspraak Rkvl Functioneel De kunstwerken Holendrecht moeten ruimte bieden en voldoende draagvermogen hebben voor de weggebonden objecten Rkvl Proces De bouwvolgorde van de twee systemen moet afgestemd worden t.a.v. realisatie Rkvl Technisch In en op de kunstwerken Holendrecht moeten voorzieningen aanwezig zijn t.b.v. de weggebonden objecten Tabel 5-9: IVO-raakvlakken Kunstwerken Holendrecht - DVM Doorvertaald naar Rkvl-ID Rkvl-0568 Nadere uitwerking in DO Rkvl-0565 A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

33 ID. Raakvlak Omschrijving Rkvl-0565 Weggebonden kabels autosnelwegen - Viaduct KW 020 De raakvlakken tussen Weggebonden kabels autosnelwegen en Viaduct KW 020 Rkvl-0568 Verkeerskunde (projectering) - Viaduct KW 020 De raakvlakken tussen Verkeerskunde (projectering) en Viaduct KW 020 Tabel 5-10: VO-raakvlakken Kunstwerken Holendrecht - DVM Kunstwerken Holendrecht PMS Rkvl-ID Aspect Afspraak Rkvl Rkvl Functioneel/ Proces Functioneel/ Proces Informatiebehoefte t.b.v. meetbaar falen categorie A/B-eisen (handmatige invoer) Informatiebehoefte t.b.v. onderhoudstrends Tabel 5-11: IVO-raakvlakken Kunstwerken Holendrecht - PMS Doorvertaald naar Rkvl-ID Nadere uitwerking in DO Nadere uitwerking in DO De Categorie A- en B-eisen zijn conform de VO-startnotitie nog niet in het VO behandeld. Vandaar de doorkoppeling naar het DO Kunstwerken Holendrecht Overig ID. Raakvlak Omschrijving Rkvl-0526 Viaduct KW Constructieve duikers De raakvlakken tussen Viaduct KW 020 en de Constructieve duiker D307 Rkvl-0577 Viaduct KW Uitvoering / KW Holendrecht De raakvlakken tussen Viaduct KW 020 en Uitvoering / KW Holendrecht Rkvl-0652 Asset Management - Viaduct KW 020 De raakvlakken tussen Asset Management en Viaduct KW 020 Rkvl-0656 Viaduct KW Geluidsschermen Alle raakvlakken tussen Viaduct KW 020 en het geluidsscherm aan de noordwestelijke zijde van het landhoofd Tabel 5-12: Raakvlakken overig Raakvlakken die in het DO worden uitgewerkt Tijdens het ontwerpproces zijn na het opstellen van de startnotities nieuwe raakvlakken geconstateerd. Van deze raakvlakken zijn een aantal raakvlakken die in het DO worden uitgewerkt. Daarnaast zijn raakvlakken uit de startnotitie doorgezet naar het DO. Deze DO-raakvlakken staan in de tabel hieronder. ID. Raakvlak Omschrijving Rkvl-0562 Keerconstructies - Viaduct KW 020 De raakvlak tussen de grondkerende constructie, NO-zijde Knp Holendrecht en Viaduct KW 020 Rkvl-0578 Voertuigkering (deel A2) - Viaduct KW 020 De raakvlakken tussen Voertuigkering (deel A2) en het Viaduct KW 020 Rkvl-0662 Kabels en leidingen derden - Kunstwerk 020 De raakvlakken tussen Kabels en leidingen derden en Kunstwerk 020 RkvI-0221 Verharding (deel As) Viaduct KW 020 De raakvlakken tussen Verharding (deel As) en Viaduct KW 020 RkvI-0365 Onderbouw (deel A2) KW020 Belasting nieuwe kopterp op nieuwe palen landhoofden wanneer de kopterp niet volledig is uitgezakt Tabel 5-13: Raakvlakken doorgezet naar DO Raakvlakken uit de startnotitie die zijn komen te vervallen Niet van toepassing A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

34 5.8 RAMS-aspecten Inleiding Dit RAMS hoofdstuk heeft als doel de beschikbaarheid, betrouwbaarheid, onderhoudbaarheid en veiligheid (RAMS) van de deelsystem(en) en/of deelinstallatie(s) behorende bij Kunstwerken, inzichtelijk te maken en de optimale RAMS prestaties vast te leggen. Ook is in dit hoofdstuk beschreven op welke wijze aantoonbaar aan de gestelde RAMS eisen voldaan zal worden. Succesvolle implementatie van RAMS in het ontwerptraject leidt tot de volgende resultaten: Een uniforme werkwijze van de RAMS engineers binnen de verschillende fase van het ontwerp, bij de werkvoorbereiding van de realisatie en bij de onderhoudsvoorbereiding van het bestaande areaal; Een systematisch geanalyseerd en kwantitatief onderbouwd ontwerp van het totale systeem (de A9 Gaasperdammerweg) dat het vereiste niveau van betrouwbaarheid, beschikbaarheid, onderhoudbaarheid en systeemveiligheid behaald; Een welbewuste sturing en vastlegging op basis van levensduurkosten door middel van trade-off analyse van diverse ontwerpvarianten; Het beheersen van risico s tijdens de exploitatiefase. Doel van dit RAMS hoofdstuk: Het behalen- en vastleggen van de optimale RAMS prestatie van Kunstwerken, waarbij de focus zal liggen op: - het minimaliseren van de veiligheidsrisico s; - het aantoonbaar optimaliseren van- en voldoen aan de Beschikbaarheid en Betrouwbaarheid binnen de gestelde contractvoorwaarden; - het optimaliseren van de Life Cycle kosten (LCC) door het afwegen van de CAPEX- en OPEX budgetten en het reduceren van Boetepunten en VVU s. A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

35 Onderstaande specifieke aspecten worden in deze ontwerpfase geanalyseerd en waar mogelijk meegenomen indien van toepassing voor dit ontwerponderdeel in deze fase: van toepassing? Ja Nee Toelichting Reliability Ja Geanalyseerd voor deze fase. Eventuele maatregelen zijn benoemd in A9GDW-DOC (FMECA Kunstwerken) Availability Ja Geanalyseerd voor deze fase. Eventuele maatregelen zijn benoemd in A9GDW-DOC (FMECA Kunstwerken) Maintainability Ja Geanalyseerd voor deze fase. Eventuele maatregelen zijn benoemd in (Ontwerpaandachtspunten onderhoudbaarheid) Safety Ja Geanalyseerd voor deze fase. Eventuele maatregelen zijn benoemd in (Specifieke V&G aspecten onderhoud) Tabel 5-14: RAMS-aspecten Interne Referentie documenten RAMS paragraaf Documentnummer Naam document A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC A9GDW-DOC Deelplan RAMS Schema Faaldefinities & Verificatiemethoden Categorie A & B eisen vanaf AD Inkoopspecificatie Asset Management FMECA Kunstwerken Tabel 5-15: Referentie documenten Maximale Beschikbaarheidskorting per tracédeel per fase Schema Faaldefinities & Verificatiemethoden Categorie A & B eisen TvD BD Te hanteren RAMS methoden tijdens DO en UO: Onderstaande RAMS methodieken worden, indien daar aanleiding toe is, toegepast: Kwalitatieve risicoanalyse (FMECA); Kwantitatieve risicoanalyse (FTA); Onderhoudsanalyse m.b.v. Reliability-Centered Maintenance (RCM); Live Cycle Cost analyses (LCC). Bovengenoemde methodieken zijn vermeldt in het deelplan RAMS en worden in de volgende ontwerpfase, als onderdeel van het ontwerpproces, verder uitgewerkt en vastgelegd in het betreffende ontwerpdocument. Voor het uitwerken van de bovengenoemde methodiek zijn door IXAS templates opgesteld, deze templates zijn onderdeel van het RAMS plan. (A9GDW- DOC-00119) Voor kunstwerken is een kwalitatieve risicoanalyse uitgevoerd ter bepaling van het risicoprofiel en de onderhoudsstrategie (A9GDW-DOC FMECA Kunstwerken). Door de geringe risico s bij het betonwerk inclusief fundatie, voegovergangen, afwateringssysteem en in te storten voorzieningen ten behoeve van de verlichting, geluidsschermen en wegmeubilair wordt een kwantitatieve analyse niet noodzakelijk geacht. (ten aanzien van de analyses zie ook deelplan RAMS met documentnummer A9GDW-DOC-00119) Maximale Beschikbaarheidskorting (VVU korting) De beschikbaarheidskorting is afhankelijk van het tijdstip en het betrokken tracédeel. Een overzicht van de maximale kortingen is samengevat in document A9GDW-DOC Maximale Beschikbaarheidskorting per tracédeel per fase RAMS eisen De RAMS prestaties (beschikbaarheidseisen) waar omschreven Kunstwerk aantoonbaar aan dient te voldoen zijn in deze paragraaf beschreven. Deze beschikbaarheidseisen kunnen er toe leiden dat buiten de geplande afsluitingen ongeplande afsluitingen plaatsvinden omdat: - het systeem niet voldoet aan de Tabel 1 eisen; A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

36 - er t.b.v. het verrichten van onderhoudswerkzaamheden/herstel een of meerdere rijstroken afgesloten dienen te worden. Omdat het Betalingsmechanisme voor een belangrijk deel is gebaseerd op het de Tabel-eisen, hebben deze eisen voor IXAS de hoogste prioriteit. De beschikbaarheidsbudgetten welke hier genoemd zijn, zijn door IXAS ten tijde van de tender vastgesteld in document _IXAS_InputAnalyseBoetepuntenVVUs_DVT Dit neemt niet weg dat ook RAMS-prestaties, komende uit de andere bronnen, aantoonbaar gehaald dienen te worden. Niet-beschikbaarheidsbudget vanuit Tabel eisen uit het contract: Cat ID OG Eistitel Eistekst Verificatie Fase A FN_00375 Bovenbouw, vrijhouden van Plasvorming A FN_06029 Rijksweg, Profiel van vrije ruimte A VE_00085 Kruising, schadebeelden voegovergang Rijbaan dient tijdens een regenbui met een intensiteit die kleiner is dan de Maatgevende ontwerpregenbui vrij te zijn van Plasvorming. Het profiel van vrije ruimte van Rijbaan, gedefinieerd als het product van de breedte van Rijbaan volgens de Overeenkomst en de hoogte van: - bij Bestaande Kruisingen in Realisatiefase hoogte zoals op Aanvangsdatum; - bij Bestaande Kruisingen in Exploitatiefase 4,50 meter; - bij overige delen 4,60 meter, dient vrij te zijn van obstakels. Voegovergangen in Rijbaan dienen geen gebroken, loszittende of ontbrekende onderdelen te hebben die kunnen leiden tot (een) onveilige situatie(s). Aantonen met berekening dat HWA in staat is maatgevende regenbui af te voeren Ontwerpverificatie: Ontwerp kunstwerken & tunnel & weginstallaties Aantonen middels inspectie of na melding SSI, inspectie na melding Verificatie door Nietbeschikbaarheidsbudget Kosten VVU s in de Exploitatiefase) DO GWW Maximaal ,- aan VVU s gedurende de OPEX fase. DO Realisatie & Exploitatie GWW (alleen KW Holendrecht) Realisatie en AM Uitgangspunt: geen boetepunten want functieherstel valt altijd binnen hersteltermijn Geen VVU s begroot, optreden valt binnen de Correctieve hinderruimte. Uitgangspunt: geen boetepunten want functieherstel valt altijd binnen hersteltermijn Maximaal ,- aan VVU s gedurende de OPEX fase. Uitgangspunt: geen boetepunten want functieherstel valt altijd binnen hersteltermijn B 2a B 2a FN_00470 FN_00002 Bovenbouw, hellingsverschil bij overgangsconstructie Kruising, afvoeren Hemelwater Het helling verschil tussen de bovenzijde van de Bovenbouw op een overgangsconstructie en de bovenzijde van de Bovenbouw op een Kruising of in Tunnel dient kleiner te zijn dan 1:100. De afvoer van Hemelwater op en onder Kruisingen dient geen gevaar op te leveren voor de verkeersveiligheid conform Rapport 10 Regenwaterafvoer deel 1 neerslaghoeveelheden en Rapport 22 Regenwaterafvoer deel 2 afvoergoten en putten. Ontwerprapport zettingen conform NEN en Specificaties Ontwerp onderbouw versie 2, Hoofdstuk 1. Veiligheidsanalyse van het ontwerp van Hemelwaterafvoer op veiligheidsrisico's aan de hand van de documenten: Rapportnr. 10 Regenwaterafvoer deel I, neerslaghoeveelheden en Rapportnr. 22 Regenwaterafvoer deel II, afvoergoten en putten A2 DO GWW Maximaal ,- aan Boetepunten gedurende de OPEX fase Uitgangspunt: Herstel altijd binnen 12 uur. Voor herstel zijn geen VVU s nodig anders dan reeds beschikbare VVU s t.b.v. gepland onderhoud DO KW Maximaal ,- aan Boetepunten gedurende de OPEX fase Uitgangspunt: Herstel altijd binnen 24 uur. Voor herstel zijn geen VVU s nodig anders dan reeds beschikbare VVU s t.b.v. gepland onderhoud A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

37 B 2a B 2b B 2b VE_00011 VE_00010 VG_00716 Kruising, afschermen niveauverschillen Kruising, afschermen ruimte Infrastructuur RWS, graffiti en beplakkingen Kruisingen dienen ter plaatse van niveauverschillen voorzien te zijn van een afscheiding. Kruisingen dienen ter plaatse van ruimte tussen naast elkaar liggende randen van dekconstructies, indien de dagmaat tussen de randen kleiner is dan 3000 mm en groter is dan 200 mm, te zijn voorzien van een afscheiding of roosterafdekking conform Richtlijnen Ontwerpen Kunstwerken ROK 1.2. Infrastructuur RWS dient vrij te zijn van beledigende en/of aanstootgevende graffiti en beplakkingen Toetsen op de ROK van bestaand te handhaven en nieuwe kunstwerken. Ontwerp toetsen op de ROK. Aantonen middels inspectie of na melding SSI inspectie na Melding conform Artikel 137c Wetboek van Strafrecht, en de toets "aanstootgevend" conform artikel 240 Wetboek van Strafrecht DO KW Maximaal ,- aan Boetepunten gedurende de OPEX fase Uitgangspunt: Herstel altijd binnen 8 uur. Voor herstel zijn geen VVU s nodig anders dan reeds beschikbare VVU s t.b.v. gepland onderhoud DO KW Geen VVU s of Boetepunten gebudgetteerd voor deze faaldefinitie. Herstel mogelijk binnen 48 uur. Exploitatie AM Uitgangspunt: Functieherstel Tabel 2b eisen altijd binnen de gestelde hersteltermijn. Voor herstel zijn geen VVU s nodig anders dan reeds beschikbare VVU s t.b.v. gepland onderhoud Geen VVU s of Boetepunten gebudgetteerd voor deze faaldefinitie. Herstel mogelijk binnen 48 uur. Uitgangspunt: Functieherstel Tabel 2b eisen altijd binnen de gestelde hersteltermijn. Voor herstel zijn geen VVU s nodig anders dan reeds beschikbare VVU s t.b.v. gepland onderhoud Nadere toelichting op de tabel-eisen is gegeven in Schema Faaldefinities & Verificatiemethoden Categorie A & B eisen (A9GDW-DOC en A9GDW-DOC-00598). De duiker D-307 is vanuit RAMS optiek nog niet beschouwd. Dit wordt in de DO fase verder opgepakt Scope De scope van het onderhoudsconcept beperkt zich tot het betonwerk inclusief fundatie, voegovergangen, afwateringssysteem en in te storten voorzieningen ten behoeve van de verlichting, geluidsschermen en wegmeubilair. De wegverharding, taludbekleding, geluidsscherm, verlichting, wegmeubilair en markeringen vallen buiten de objectgrenzen Voorziene onderhoudswerkzaamheden - ½ Jaarlijks reinigen kolken; - Herstel aanrijdschade (ad hoc); - Graffiti verwijdering (ad hoc); - Jaarlijkse kunstwerkinspectie; - Jaarlijkse inspectie HWA; - SSI inspectie na melding; - Jaarlijkse inspectie voegovergangen; - Jaarlijks reinigen rubbers voegovergang ter hoogte van de vluchtstrook; - 1x per 15 jaar vervangen rubbers t.b.v. onderliggende constructie. Op basis van de resultaten uit de FMECA wordt in de DO/UO-fase een risico gestuurde onderhoudsstrategie vastgesteld zoals omschreven in het RAMS plan (zie ook A9GDW-DOC FMECA Kunstwerken). De bovengenoemde onderhoudstaken kunnen tijdens het uitwerken van de RCM analyse nog worden bijgesteld. Tevens kunnen garantieverplichtingen van leveranciers en eisen vanuit wet- en regelgeving nog invloed hebben op de uit te voeren onderhoudstaken. A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

38 5.8.8 Ontwerpaandachtspunten onderhoudbaarheid In een RAMS sessie tussen Assetmanagement, Ontwerp en Veiligheid zijn gezamenlijk ontwerpaandachtspunten die onderhoud en veiligheid raken, zoals onderstaand vermeld, geïdentificeerd. A. Voegovergangen De kwaliteit van de voegovergangen is geborgd in de ROK, zie eis-00676, Voegovergangen van Kruisingen dienen te voldoen aan de Richtlijnen Ontwerpen Kunstwerken (ROK 1.2). De levensduur van voegovergangen is > 25 jaar. Om deze reden is er geen eis nader afgeleid; B. Doorvoeringen t.b.v. kabelwegen Voorzien van extra doorvoeringen, kabelwegen (mantelbuizen/kabelbanen, etc.), ruimtebeslag en constructieve civiele voorzieningen om installaties in de toekomst te kunnen monteren in/aan de civiele constructies. Voor Kunstwerken is dit ontwerpaandachtspunt vertaald in eis 10333: Bij aanleg van mantelbuizen dient minimaal 1 loze/extra mantelbuis aangebracht te worden; C. Bereikbaarheid De te inspecteren- en onderhouden constructies dienen zoveel als mogelijk op een bereikbare locatie aangebracht te worden, zonder dat voor het uitvoeren van onderhoud verkeersmaatregelen noodzakelijk zijn [Bron: Tabel eisen]. De Richtlijn Ontwerpen Kunstwerken ROK 1.2 voorziet in de borging van bereikbaarheidsaspecten van kunstwerken en worden geborgd in het ontwerp. Om deze reden is er geen eis nader afgeleid; D. HWA Overdimensioneren van de zandvang ten opzichte van maatgevende regenbui gezien de hoge boete op plasvorming [Bron: FN_00623]. Met een grotere zandvang kan de onderhoudsfrequentie teruggebracht worden van 2x per jaar naar 1x per jaar. Voor Kunstwerken is dit ontwerpaandachtspunt vertaald in eis 10032: De zandvang van de kolken dient twee zo groot uitgevoerd te worden dan rekenkundig noodzakelijk; E. HWA In de Hemelwaterafvoer dienen geen bochten groter dan 45 graden toegepast te worden zodat ontstopping en reiniging met een flexibele doorvoerslang mogelijk is [Bron: FN_00623]. Voor Kunstwerken is dit ontwerpaandachtspunt vertaald in eis 10033: In Hemelwater (tussen)afvoer dienen geen bochten groter dan 45 graden voor te komen; F. Toegankelijkheid goten en putten Realiseren goede toegankelijkheid (zonder rijstrookafsluiting) van afvoergoten en putten zodanig dat die gereinigd/geïnspecteerd kunnen worden [Bron: Expert knowledge]. De bereikbaarheid van kolken en goten dient nader beschouwd en vastgelegd te worden tijdens DO-fase en Onderhoudsvoorbereiding(beschouwen in ontwerpnotities); G. Stootplaten Er dient in de ontwerpfase per stootplaat een restzettingberekening uitgevoerd te worden. Indien uit deze restzettingberekening volgt dat de verwachte zettingen gedurende de levensduur ertoe leiden dat de weg op de stootplaat een grotere helling krijgt dan 1:100, dan dienen er beheersmaatregelen uitgewerkt te worden. Geborgd in eis FN_ Om deze reden is er geen eis nader afgeleid: - eventueel de helling uitvullen met asfalt; - eventueel de ondergrond extra verdichten of versterken zodat de verwachte zettingen minder worden; - eventueel kunnen de stootplaten langer; - eventueel ophalen van de stootplaten na 10 jaar met Uretek; - etc. H. Duurzame materialen Waar mogelijk gegalvaniseerde, roestvrije of duurzaam gecoate materialen toepassen zodat geen aanvullende conservering noodzakelijk is gedurende een periode van 25 jaar. Wordt geborgd in levensduureis en is geadresseerd aan inkoop; I. Oplegblokken Aspecten ten aanzien van onderhoudbaarheid oplegblokken uit ROK opvolgen. De Richtlijnen Ontwerpen Kunstwerken ROK 1.2 voorziet in de borging van vervangbaarheid aspecten van kunstwerken en worden geborgd in het ontwerp. Om deze reden is er geen eis nader afgeleid; J. Bereikbaarheid- en vervangbaarheid Ten behoeve van herstel van aanrijdschade dienen objecten eenvoudig bereikbaar en vervangbaar te zijn. De Richtlijn Ontwerpen Kunstwerken ROK 1.2 voorziet in de borging van vervangbaarheid aspecten van kunstwerken en worden geborgd in het ontwerp. Om deze reden is er geen eis nader afgeleid; K. Afvoercapaciteit riolering A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

39 Onderzoeken of de afvoercapaciteit van de bestaande riolering onder het kunstwerk voldoende groot is om plasvorming op het kunstwerk te voorkomen. Dit is een raakvlak tussen riolering en HWA en dient afgestemd te worden; L. Fundering Geen poerconstructies onder verharding op aardebaan in verband met ongelijke zettingen en daaruit mogelijk voortvloeiende schade aan de verharding. [Bron: Expert knowledge] Punten A,B,D,E,F,G,H,I,K zullen verder worden uitgewerkt in de DO-fase Specifieke V&G aspecten onderhoud Voegovergang: Er worden geluidsarme voegovergangen toegepast. Deze voegovergangen zijn voorzien van sinusplaten die middels voorspanbouten bevestigd zijn aan de onderbouw. De duurzaamheid van de sinusplaten worden m.n. bepaald door het toepassen van de juiste montage tijdens installatie en bij vervangings- en schoonmaakwerkzaamheden. Losse sinusplaten vormen een gevaar voor de weggebruikers en dienen zorgvuldig gemonteerd te worden teneinde lostrillen te voorkomen. Belangrijke voorwaarden voor een correcte montage zijn o.a.: o Verwijderen van alle vervuiling bij installatie (bouwvuil, aangehecht vuil/zinkrest in tapgaten, onderkant sinusplaten e.d.); o Testen bouten door handmatig indraaien en goed invetten; o Aanbrengen juiste voorspankracht met geijkt materieel (moment sleutel). Ontwerpaandachtspunten veiligheid worden naar aanleiding van een integraal uitgevoerde Veiligheidssessie nog aangevuld. 5.9 Veiligheidsaspecten Bij de ontwerpactiviteiten zullen de volgende veiligheidsthema s onder andere worden beschouwd (zie Tabel 5-16): Veiligheidsthema Van toepassing op dit ontwerponderdeel? Constructieve veiligheid Ja, de constructies worden ontworpen conform de geldende normen uit bouwbesluit 2012 en richtlijnen van Rijkswaterstaat. De ontwerpen worden getoetst en vrijgegeven door een onafhankelijke toetser (TIS). Hiermee is de constructieve veiligheid van het civiele bouwwerk gewaarborgd. Brandveiligheid Van toepassing op te gebruiken materieel en voldoende dekking op de onderkant van het dek. Arbeidsveiligheid Ja, Maaswijdte wapeningsnet (max. 150 mm) en voorzieningen opnemen voor tijdelijke leuning. Nader uit te werken in fase UO. Review van het ontwerp door de uitvoering. Maximaal toelaatbaar gewicht van de liggers bepaald o.a. veilig hijsen. Sociale veiligheid Omdat KW-020 niet bereikbaar is via onderliggend wegennet is dit aspect niet van toepassing. Vandalismebestendig 1. Conform eis moeten nieuwe hemelwaterafvoeren uit het zicht komen en dienen te worden geïntegreerd in de constructies. De in te storten leidingen dienen daarbij zodanig beschermd te worden dat beschadigingen als gevolg van bevriezing voorkomen worden. 2. Conform eis moeten bij nieuwe constructies of uitbreidingen van bestaande constructies de kabels en leidingen geïntegreerd te zijn in het kunstwerk en onzichtbaar ingebouwd te worden. De weggebonden kabels worden ingebouwd in de schampkanten en zijn niet bereikbaar voor vandalen. 3. Conform eis moet de afwerking landhoofdtaluds bestaan uit betonelementen, antracietkleurig met lichte reflecterende slijtlaag. Deze zogenaamde betonzuilen haken als het ware in elkaar en anders dan tegels en klinker veel lastig voor vandalen om te verwijderen. 4. Beoordeeld wordt of een anti-graffiti coating wordt toegepast Beveiliging (security) Nee, geen invloed op ontwerp. Verkeersveiligheid Nee, geen invloed op ontwerp. Toepassen van geleiderail. Verkeersmaatregelen tijdelijke situatie? A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

40 Tunnelveiligheid Machineveiligheid Nautische veiligheid Spoorwegveiligheid Veiligheid tegen overstromingen Externe veiligheid Transport Hulpverlening Gedrag Milieu Opleiding en training m.b.t VGM Tabel 5-16: Veiligheidsthema s Nee, object is geen tunnel. Nee, geen machines aanwezig zoals ventilatie e.d. Nee, geen scheepvaart. Nee, geen spoor aanwezig op brug. Nee, geen invloed op ontwerp. Nee, geen invloed op ontwerp. Nee, geen invloed op ontwerp. Wordt beoordeeld door faseringen. Nee, geen invloed op ontwerp. Nee, geen invloed op ontwerp. Nee, geen invloed op ontwerp. Veiligheidsintroductie ontwerppersoneel en VCA Vol voor iedere medewerker. Er wordt een VGM-plan gemaakt voor de ontwerp, uitvoering en onderhoudsfase conform artikel 2.28 van het Arbo besluit en op basis van de SPIC norm. Het VGM-plan bevat onder andere een beschrijving van het tot stand te brengen bouwwerk, een overzicht van de betrokken ondernemingen op de bouwplaats, de naam van de verschillende verantwoordelijken m.b.t. VGM. Daarnaast bevat het plan een inventarisatie en evaluatie van de specifieke gevaren die het gevolg zijn van de gelijktijdige en achtereenvolgende uitvoering van de bouwwerkzaamheden en in voorkomend geval van de wisselwerking met doorgaande exploitatiewerkzaamheden, de maatregelen die volgen uit de risico-inventarisatie en -evaluatie, de afspraken met betrekking tot de uitvoering van de maatregelen, de wijze waarop toezicht op de maatregelen wordt uitgeoefend, de bouwkundige, technische en organisatorische keuzen die in verband met de veiligheid en gezondheid van de werknemers in de ontwerpfase worden gemaakt en de wijze waarop voorlichting en instructie aan de werknemers op de bouwplaats wordt gegeven Knelpunten Knelpunten uit startnotitie In Onderstaande Tabel 5-17 zijn de knelpunten zoals beschreven in de startnotitie weergegeven met daarbij een beschrijving en huidige status: # Titel Omschrijving Beheersing Status 1 Nog niet definitief vastgesteld MX-model fase VO Definitief MX-model voor VO fase is vastgesteld en is ook het uitgangspunt voor het DO. Afgerond 2 Ontbreken van voldoende geotechnisch grondonderzoek 3 Vormgeving kolom (van ovale naar ronde vorm) wijzigt mogelijk nog 4 Wijze van oplegging moet verder beoordeeld worden op haalbaarheid Alvorens begonnen kan worden met de DO-ontwerp, dienen de nog niet beschikbare sonderingen (S0006, S0007, S0001, S0022, S0798, S0799, S0024, S0800, S0025, S0801, S0026, S0802, S0027, S0803, S0028, S0804, S0030 en S0805 ) beschikbaar te zijn. Vormgeving is niet gewijzigd. De ovale kolom is het uitgangspunt voor het VO. Gekozen is voor een monoliete verbinding tussen de onderslagbalk en de pijler. Hierdoor wordt de bewegingsvrijheid van de bovenbouw bepaald door de oplegblokken onder de liggers. Deze worden in het DO nader be- gestart Afgerond Gestart A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

41 schouwd. 5 Mogelijk ontbreken van inzicht in chemisch milieu omgeving water en grond t.b.v. mengselsamenstelling beton 6 Steunpunt 9 heeft een PVR problematiek Onderzoek is in gang gezet. De resultaten van het onderzoek worden in het DO verwacht. De PRV problematiek bij steunpunt 9 is opgelost. De minimaal benodigde hoogte van 4,65 m is beschikbaar. Gestart Afgerond 7 Dalboog en verkantingswenteling in GWW ontwerp verticaal alignement Dalboog en verkantingswenteling is in het voorlopig ontwerp opgevangen door middel van een uitvullaag in beton. Afgerond 8 Heiwerk in water (watervoerende watergang) en watercompensatie Ten behoeve van het heiwerk in het water wordt een voorziening getroffen door middel van het realiseren van een bouwkuip. Knel punt is dat de bouwkuipen de doorstroming van de watergang belemmeren. Er moet tijdens de bouw van de pijlervoeten voldoende ruimte zijn om tijd. buizen neer te leggen voor een goede doorstroming. Loopt 9 Verschillende constructiehoogtes tussen KW 20 en 12A KW 12A is komen te vervallen. Het knelpunt is hierdoor niet meer van toepassing. Afgerond 10 Niet uitgewerkt aanbiedingsontwerp met KW12A als nieuwe flyover 11 Steunpunt 4 : heel erg weinig ruimte om steunpunt tussen rijbanen te bouwen. Tevens is steunpunt 6 vervallen. 12 Landhoofd in AS 15 kan mogelijk niet als hoog gefundeerde constructie gebouwd worden i.v.m. naastgelegen watergang. KW 12A is komen te vervallen. Het knelpunt is hierdoor niet meer van toepassing. Steunpunt 4 ien 6 is komen te vervallen. Het knelpunt is hierdoor niet meer van toepassing. Landhoofd in As 15 wordt als hoog gefundeerde constructie gebouwd. Met AGV is de oplossing besproken waarbij ter plaatse van het landhoofd gedeeltelijk een damwand wordt aangebracht. De invloed op het architechtonisch ontwerp moet in de DO-fase worden opgepakt. De bestaande duiker ter plaatse van landhoofd As 15 dient te worden gehandhaafd. Afgerond Afgerond Loopt Tabel 5-17: Geïdentificeerde knelpunten Startnotitie A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

42 Nieuwe knelpunten In Onderstaande Tabel 5-18 zijn de knelpunten zoals geïdentificeerd in de DO-fase weergegeven: # Titel Omschrijving Beheersing Status 1 Onderzoek chemisch milieu omgeving water en grond Onderzoek t.b.v. ontbreken van inzicht in chemisch milieu omgeving water en grond t.b.v. mengselsamenstelling beton is in gang gezet. De resultaten worden in het DO verwacht loopt 2 Watergang naast hooggelegen landhoofd op As 15 3 Verkantingswisseling op KW-020: uitvullaag van beton moet afgestemd worden op asfaltconstructie. Tabel 5-18: Geïdentificeerde knelpunten VO Landhoofd in As 15 wordt als hoog gefundeerde constructie gebouwd. In verband met de naastgelegen watergang is met AGV de oplossing besproken waarbij een damwand rondom het landhoofd wordt aangebracht. De invloed op het architechtonisch ontwerp moet in de DO-fase worden opgepakt. OP KW-020 is sprake van een verkantingswisseling. Er wordt een uitvullaag van beton toegepast. Aandachtspunt voor de DO fase is de minimale en maximale constructieve dikte van deze lagen en de overgang tussen beiden. Tevens heeft dit rand voorwaardelijke impact op het verticale alignement en de waterhuishouding. Afgestemd op hoofdlijnen. Dit wordt in DO fase verder opgepakt. loopt loopt A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

43 6 EISEN 6.1 Verificaties Voor de verificatie van deze fase (VO) is een selectie gemaakt van alle contracteisen die van invloed zijn op voorontwerp van het object en bepalend zijn voor de toetsing door welstand. Het verificatierapport fase VO is opgenomen in de bijlage. 6.2 Afwijkingen op verificaties In Tabel 6-1 worden de eisen benoemd die op dit moment niet compliant zijn. Per eis wordt aangegeven welke afwijkingsprocedure is opgestart om tot een positieve afwikkeling te komen. Voor afwijking die geen invloed hebben op tijd en geld wordt de mineure wijzigingsprocedure doorlopen die bekrachtigd worden in het contractoverleg. Voor de overige wijzigingen wordt de wijzigingsprocedure Opdrachtnemer of wijzigingsprocedure opdrachtgever doorlopen. Bij elke eis wordt aangeven welke wijzigingsprocedure is opgestart. ID Eis ID OG Eistekst Nieuwe eistekst Type wijziging Eis- OR_ Voegovergangen van Kruising dienen waterdicht te zijn ter bescherming van de onderliggende constructie conform Richtlijnen Ontwerpen Kunstwerken ROK 1.2. Voegovergangen van Kruising dienen waterdicht te zijn ter bescherming van de onderliggende constructie conform Richtlijnen Ontwerpen Kunstwerken ROK 1.2. Analyse van de voegovergang aan de hand van NBD en NBD uit ROK 1.2 bijlagendocument deel B en niet volgens RTD zoals genoemd in toelichting verificatievoorschrift. mineure wijziging Opdrachtnemer (geen effect op tijd, geld of kwaliteit) Eis Tabel 6-1: Tabel afwijkingen verificaties De fly-overs dienen een regelmatige opeenvolging van ondersteuningen te krijgen. Eenmalig afwijkende overspanningen dienen voorkomen te worden, waarbij voor één tussensteunpunt van KW020 het uitvoeren van de benodigde voertuigkerende voorziening als barrier is toegestaan. Het toepassen van draagportalen/ pergola s is niet toegestaan Ter plaatse van As 3 is onvoldoende ruimte aanwezig voor uitbuigingsruimte van een geleiderail. In de memo met documentnummer A9GDW-DOC wordt dit toegelicht. Voorafgaand aan de start van de DO fase zal dit worden besproken met RWS. De actuele status van eventuele afwijkingen of wijzigingen is terug te vinden in het afwijkingen- resp. wijzigingenregister en wordt behandeld in contract overleg. 6.3 Vergelijking vorige baseline Het resulterende ontwerp is vergeleken met de vorige baseline zoals beschreven in 3.1. Hierbij zijn geen wijzigingen doorgevoerd. 6.4 Nieuwe eisen In de startnotitie van de volgende fase (DO) worden de ontwerpbesluiten uit deze fase VO verder gespecificeerd in afgeleide eisen en aan het einde van de volgende fase DO aantoonbaar gemaakt. A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

44 7 ACHTERGRONDINFORMATIE 7.1 Historisch overzicht keuzes en besluiten in de TB-fase De keuze voor een tunnel in Amsterdam-Zuidoost is door het kabinet op 12 oktober 2007 gemaakt en hierop volgend door de Tweede Kamer bekrachtigd. Een jaar eerder was de keuze voor het uitbreiden van de capaciteit van het bestaande netwerk in de corridor Schiphol - Amsterdam - Almere reeds gemaakt. Op 21 maart 2011 heeft de minister van Infrastructuur en Milieu het definitieve Tracébesluit weguitbreiding Schiphol- Amsterdam-Almere vastgesteld, welke op 4 januari 2012 onherroepelijk is geworden bij uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Onderdeel van het Tracébesluit is het Tunnelveiligheidsplan (versie 1.0, d.d. 14 april 2008). Over dit plan en over onderliggende QRA en Scenarioanalyse werd advies ingewonnen bij het Bureau Veiligheidsbeambte en bij de Commissie voor de Tunnelveiligheid. Deze reageerden per brief, respectievelijk op 20 mei 2008 en 14 november Het TB SAA maart 2011 maakt de wijziging mogelijk van bestaande wegen en knooppunten in de corridor Schiphol- Amsterdam-Almere, teneinde de wegcapaciteit te vergroten. Het gaat hierbij om (delen van) de A9, de A2, de A10-oost, de A1 en de A6 en de knooppunten Holendrecht, Badhoevedorp, Diemen, Amstel, Muiderberg en Almere. Het project voorziet in de aanleg van een circa 3 kilometer lange landtunnel als onderdeel van de A9, te weten de Gaasperdammertunnel, ter hoogte van Amsterdam Zuidoost. In 2011 is door Rijkswaterstaat een Value Engineeringsstudie (VE-studie) uitgevoerd waarbij het voorkeursontwerp is gewijzigd ten opzichte van het ontwerp in het Tracébesluit. De wijziging houdt in het aanpassen van de wisselstrook in de tunnel van één rijstrook per tunnelbuis hoofdrijbaan naar een wisselbaan met één rijstrook in een aparte tunnelbuis. Op 20 maart 2012 ging de Minister akkoord met deze variant. Het Tunnelveiligheidsplan (versie 2.0, d.d. 1 juni 2012) en onderliggende documentatie (Scenarioanalyse Gaasperdammertunnel 2.1 d.d. 25 mei 2012) en de Kwantitatieve Risicoanalyse QRA (1.5) Gaasperdammertunnel (d.d. 7 mei 2012) zijn geactualiseerd op basis van het nieuwe voorkeursontwerp De adviespunten van de Commissie zijn meegenomen in het voorkeursontwerp van het Ontwerp Tracébesluit SAA Op de volgende onderwerpen is het advies van de Commissie als volgt uitgewerkt: Het Tracébesluit SAA 2011 voorziet dat halverwege de tunnel verkeer in- en uitvoegt in de parallelbuizen via de linker kant van de weg. In de Toelichting op het Tracébesluit SAA 2011 is aangegeven dat het advies van de Commissie voor rechts in- en uitvoegen niet wordt opgevolgd omdat daarvoor geen ruimte is. De Commissie vraagt extra maatregelen om weven in de parallelbuis te voorkomen. De Commissie geeft als mogelijkheid daarvoor cameratoezicht en strikte handhaving. In het Tracébesluit SAA 2011 is gekozen voor een oplossing met flexibele paaltjes. Daarmee is tegemoet gekomen aan de oplossing die sterker is dan een doorgetrokken streep, maar minder heftig is dan een barrier, waarvan de Commissie aangeeft dat een dergelijke oplossing niet wenselijk is. Tevens blijft effectieve inzet van de hulpdiensten hierbij mogelijk. Een aantal punten van het advies van de Commissie zijn niet meer van toepassing omdat het geoptimaliseerde ontwerp daarin niet meer voorziet. Het betreft specifiek het aandachtspunt van de barrier in de hoofdbuis (die de wisselstrook scheidde van de andere rijstroken). Het geoptimaliseerde ontwerp voorziet in een zogenaamde Wisselbuis die de functie van heeft van wisselstrook. In het Ontwerp Tracébesluit 2012 en vervolgens in het Tracébesluit 2013 (TB SAA 2013) is deze geoptimaliseerde variant voor de Gaasperdammertunnel opgenomen. Het TB SAA 2013, vastgesteld op 21 maart 2013, is bij uitspraak van 30 oktober 2013 onherroepelijk geworden. De aanpassingen in het herziene Tracébesluit 2014 hebben geen relevantie voor het deelproject A9-GDW. Het TB SAA 2014 ligt ter inzage van 1 okt t/m 12 nov A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

45 Document Datum Toelichting Vastgesteld door Kabinetsbesluit SAA 12 oktober 2007 Kabinet project Tunnelveiligheidsplan Versie 1.0, d.d. 14 april 2008 Tunnelbeheerder (controle STV en advies veiligheidsbeambte) Advies Bureau Veiligheidsbeambte Bijlage bij TVP 1.0 Brief d.d. 20 mei 2008 Veiligheidsbeambte Advies Commissie voor Tunnelveiligheid Tracé Besluit SAA Tracé Besluit SAA Linker toe-en afrit in parallelbuis (TB SAA- 2011) Maatregelen ter voorkoming weven in parallelbuis (TB SAA- 2011) Aandachtspunt barrier in Hoofdbuis (TB SAA- 2011) Value Engineeringstudie (VE-studie) Bijlage bij TVP 1.0 Brief d.d. 14 november 2008 TB Definitief, 21 maart 2011 TB onherroepelijk, 4 januari 2012 Akkoord Minister, 20 maart 2012 Tunnelveiligheidsplan Versie 2.0, d.d. 1 juni 2012 Scenarioanalyse Versie 2.1, d.d. Gaasperdammertunnel 25 mei 2012 Kwantitatieve Risicoanalyse Versie 7 mei QRA (1.5) 2012 Ontwerp Tracé Besluit OTB vastgesteld, SAA juli 2012 Tracé Besluit SAA Ontwerp Tracé Besluit SAA-2014 TB vastgesteld, 21 maart 2013 TB onherroepelijk, 30 oktober 2013 OTB vastgesteld, 11 juni 2014 Optimalisatie Blijft i.v.m. beschikbare ruimte. Zie Toelichting TB SAA-2013 Oplossing met flexibele paaltjes Zie scenarioanalyse 2.0 paragraaf Door optimalisatie met Wisselbuis niet meer relevant. Aanpassen van wisselstrook van 2x1 rijstrook in Hoofdbuizen naar 1 rijstrook in aparte tunnelbuis. Aanpassing n.a.v. VE-studie Aanpassing n.a.v. VE-studie Aanpassing n.a.v. VE-studie Wijziging configuratie Gaasperdammertunnel Geen invloed op deel SAA A9GDW Tabel 7-1: Overzicht van gemaakte keuzes en besluiten in tabelvorm Commissie Tunnelveiligheid Minister Minister Minister Minister Minister Minister Minister Tunnelbeheerder (controle STV en advies veiligheidsbeambte) Tunnelbeheerder (controle STV en advies veiligheidsbeambte) Minister Minister Minister A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

46 7.2 Historisch overzicht keuzes en besluiten in de Aanbestedingsfase IXAS In de aanbestedingsfase heeft IXAS op basis van het contract, de onderliggende documenten en het Tracébesluit een conceptontwerp (AO) opgesteld. Hierin zijn diverse afwegingen en keuzes gemaakt die resulteren in het voorliggende wegontwerp. Voor het begrip van het huidige ontwerp is het belangrijk om de achtergronden te kennen, zeker omdat enkele uitwerkingen op het eerste gezicht wellicht onlogisch lijken. In deze paragraaf wordt daarom de totstandkoming van het AO en het gevolgde denkproces nader toegelicht Doelstellingen IXAS in de aanbestedingsfase Het ontwerpproces in een aanbestedingsfase heeft een kortcyclisch karakter en is gericht op ontwikkeling van de winnende aanbieding (competitie). IXAS heeft reeds bij de start van het ontwikkeltraject een aantal doelstellingen geformuleerd die in onze visie leiden tot een winnend plan: Winnen = Creatief! Less = More! Tijdelijk = Definitief! Hinder = Kort! Beheerst = Voordenken! Materiaal = Minimaal! Civiel = TI! Ontwerp = Integraal! Planning = LEAN! Tunnel = Aantoonbaar veilig! Vanwege de DBFM opgave (financiering) was direct duidelijk dat een winnend plan ook een snel plan zou moeten zijn. Snel betekent in dit verband een korte bouwtijd met een daarbij behorende logistieke opgave en (hinder)gevolgen voor de omgeving. Met name de logistieke opgave dwingt tot een aanpak met als resultaat minimaal materiaalgebruik, minimaal grondverzet en vermijden van tijdelijk werk. Gelet op de openstelingsproblematiek van recente tunnelprojecten in Nederland heeft IXAS eveneens gefocust op een slimme en vooral integrale aanpak van het ontwerpraakvlak civiel en TTI. A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

47 8 KWALITATIEF OORDEEL Het voorliggende VO geeft inzicht in de belangrijkste ontwerpaspecten in relatie tot het beoogd gebruik, veiligheid, maakbaarheid, de raakvlakken met de overige disciplines, het contract en het Tracébesluit. Tevens is getoetst of de uitwerking past met de verwachtingen en doelstellingen van de betrokken stakeholders, zowel intern als extern. Aan de hand van criteria uit de Military Standard is beoordeeld of aan alle relevante aspecten voldoende invulling is gegeven. Er kan worden geconcludeerd dat aan de relevante ontwerpcriteria wordt voldaan. A9GDW-DOC VO-ONO rev /42

48 BIJLAGE A: RAAKVLAKKEN Raakvlakken 1

49 I s Raakvlakintormatieblad Raakvlak Rkvl-0114 Autosnelweg en Geometrie (deel A2) - Viaduct KW 020 Omschrijving De raakvlakken tussen Autosnelweg en Geometrie (deel A2) en Viaduct KW Raakvlaktype Intern, fysiek... Status Actueel Datum opgesteld 27 november 2014 Verantwoordelijke Frans Millenaar (Ontwerpleider KW Holendrecht) leidend structuurelement Rakend Structuurelement(en) SPO Autosnelweg en Geometrie (deel A2) OBJ Viaduct KW 020 Af te stemmen punten met status: Afgerond, ter ondertekening Nr. Raakvlakaspect Afspraak Fase ActiehouderI medeactiehouder(s) Dwarsprofiel beschouwing van weggeometrie over het kunstwerk Het kunstwerk moet ruimte bieden aan het wegprofiel weergegeven wat is bij de Illustratie. Zie pdf Rkvl _Dwarsprofiel kunstwerk 020 Datum gereed Bewijsvoeringstekst VO Frans Millenaar 25/06/2015 Zie doorsnede 2 van VO_T- Ewoud de Vries K20-ALG Dikte verharding op De dikte van de verharding op het dek VO het brugdek is 120mm Frans Millenaar 25/06/2015 Zie doorsnede 2 van VO_ T- Ewoud de Vries K20-ALG Fundatie van as 4 ligt onder het asfalt van onderliggende A2. Afstemmen wat de meest gewenste oplossing is 4 De geleiderail van onderliggende A2 staat strak langs het steunpunt as 4. Ruimtereservering afstemmen VO Frans Millenaar 25/06/2015 Onderbouw op as 4 is Ewoud de Vries vervallen VO Frans Millenaar 25/06/2015 Onderbouw op as 4 is Ewoud de Vries vervallen Vastlegging raakvlak Naam: Datum: Handtekening:... :.\].,S :::i.g:;::6:::::;::::i.q:~:::::::::::::::::::::::::::::.. 3..~..Wkt;.L.~:....?:...(?../.. (! ~~. ::~~:::::::::::::::::::::::::::::::: Raakvlak 10: Rkvl-0114 Revisie: VO Pagina 1 van 1

50 I AS Raakvlakintormatieblad Raakvlak Rkvl-0170 Tijdelijke Wegen Hoofdwegennet A2 - Viaduct KW Omschrijving De raakvlakken tussen Tijdelijke Wegen Hoofdwegennet A2 en Viaduct KW Raakvlaktype Intern, fysiek Status Actueel... Datumopgesteld 11 december 2014,, Verantwoordelijke Frans Millenaar (Ontwerpleider KW Holendrecht),, leidend structuurelement Rakend Structuurelement(en) SPO Tijdelijke Wegen Hoofdwegennet A2 OBJ Viaduct KW 020 Af te stemmen punten met status: Afgerond, ter ondertekening Nr. Raakvlakaspect Afspraak Fase ActiehouderI medeactiehouder(s) Dwarsprofielbeschouv KW 020 dient gerealiseerd te worden va Mattijs Bekkers in een tijdelijke situatie. Bijbehorende Frans Millenaar rijbaanindeling dient te worden 2 Fasering HRR met kunstwerk 20 steunpunt 9 gedimensioneerd pijlers KW 020 tussen definitieve Bestaande verbindingsboog Diemen- va Amsterdam dient te worden verlegd, zodat steunpunt 9 kan worden gerealiseerd. steunpunt Desbetreffende bevindt zich nu in de huidige verbindingsboog. Datum gereed Bewijsvoeringstekst 29/06/2015 Het definitieve kunstwerk 20 krijgt geen pijler in de middenberm pijlers kunnen worden gerealiseerd en de resterende buiten het verkeer. Zie illustratie voor fasering draaiboek fase 2 Mattijs Bekkers 29/06/2015 Conform illustratie Rkvl Frans Millenaar is de fasering ontworpen langs het steunpunt 9 van kunstwerk 20. Zowel in de breedte als de hoogte(pvr we voldoende fasering. 5,1Om) hebben ruimte voor de Af te stemmen punten met status: Vervallen Nr. Raakvlakaspect Afspraak Fase ActiehouderI medeactiehouder(s) 3 Fasering HRR met KW 020 steunpunt 4 Datum gereed Bewijsvoeringstekst va Mattijs Bekkers 08/06/2015 Dit raakvlakaspect is een Frans Millenaar raakvlak tussen Uitvoering (Holendrecht) en Tijdelijke wegen Hoofdwegennet A2 en is terug te vinden onder raakvlak Rkvl Raakvlak 10: Rkvl-0170 Revisie: VO Pagina 1 van 2

51 Vastlegging raakvlak Naam: ::iii;'l.li-i::::&]tl4ij.::::::::::::::::::: '+~.r. Datum: :::iá;~:6.:?16.::::::::::::::::::::::::::::::::::::::.::::2~::;::~ ::~::::2;,::::::::::::::::::::::::::::::: :::::::::::::::::~::::::::::::::::::::::::::::::::: Raakvlak 10: Rkvl-0170 Revisie: va Pagina 2 van 2

52 I s Raakvlakintormatieblad Raakvlak Rkvl-0526 Viaduct KW Constructieve duikers Omschrijving De raakvlakken tussen Viaduct KW 020 en de Constructieve duiker... Raakvlaktype Intern, fysiek... Status Actueel... Datum opgesteld 03 april Verantwoordelijke Frans Millenaar (Ontwerpleider KW Holendrecht),.. Leidend structuurelement abj Viaduct KW 020 Rakend SPO Constructieve duikers Structuurelement(en),, Af te stemmen punten met status: Afgerond, ter ondertekening Nr. Raakvlakaspect Afspraak Fase ActiehouderI Datum Bewijsvoeringstekst medeactiehouder(s) gereed... 1 locatie duiker t.o.v'duiker 307 eindigt onder het KW va Frans Millenaar 26/06/2015 Voor een tussentijds beeld van steunpunten KW De ontwerpoplossing is nog het ontwerp wordt verwezen Peter Mathlener niet definitief. Het aanbrengen naar tekening A9GDWvan eventuele damwanden of TEK (in bewerking). Zie paalfunderingen moet uitgevoerd illustratie worden voordat het dek van het KW geplaatst wordt ivm hoogtebeperking materieel Vastlegging raakvlak Naam: 5 /7; _ ;;~:~ : (..t7è.tj. A7ZZ.'-.f.,{. :r.:~::::::::::::::::::::::::::::: Datum: ::::~q::;::{;::::i:::::::::::::::::::::::::::::::::: <1.. I' : i}::1.t:t25.:::::::::::::::::::::: ::::::::::::::~:::::::::::::::::::::::::::::::::::::::::::: Raakvlak 10: Rkvl-0526 Revisie: va Pagina 1 van 1

53 I AS Raakvlakintormatieblad Raakvlak Rkvl-0564 Stuwen en duikers - Viaduct K\N 020 Omschrijving De raakvlakken tussen de te behouden duikers onder Viaduct K\N Raakvlaktype Intern, fysiek Status Actueel... Datum opgesteld 29 april 2015 Verantwoordelijke Frans Millenaar (Ontwerpleider K\N Holendrecht) leidend SPO Stuwen en duikers structuurelement... Rakend OSJ Viaduct K\N 020 Structuurelement(en) Af te stemmen punten met status: Afgerond, ter ondertekening Nr. Raakvlakaspect Afspraak Fase ActiehouderI Datum Bewijsvoeringstekst medeactiehouder(s) gereed... 1 Locatie van de te behouden bestaande VO Frans Millenaar 26/06/2015 Betreffende duikers liggen duiker tov nieuwe Jaap de Vos mininaai 1,0 m verwijderd van constructie de fundering van KW20. Geen consequenties voor de ligging van de bestaande duikers. Wel hinder in de uitvoeringsfase. Vastlegging raakvlak Naam:.~.~ V\iQ~,...~.: ~ ~. rrr d1 Datum: ~5-?Ç4b.::::::::::::::::::: :::::::, ~ ;. O' I..1. Ç,I'".., H~"::t~ :~.::.:::::::::::::::::::::::::::::: Raakvlak 10: Rkvl-0564 Revisie: VO Pagina 1 van 1

54 Raakvlaki nformatieblad Raakvlak Rkvl-0565 Weggebonden kabels autosnelwegen - Viaduct KW 020 Omschrijving De raakvlakken tussen Weggebonden kabels autosnelwegen en Viaduct KW Raakvlaktype Intern, fysiek Status Actueel... Datum opgesteld 29 april 2015 Verantwoordelijke Frans Millenaar (Ontwerpleider KW Holendrecht) leidend structuurelement Rakend Structuurelement(en) SPO Weggebonden kabels autosnelwegen OBJ Viaduct KW 020 Af te stemmen punten met status: Afgerond, ter ondertekening Nr. Raakvlakaspect Afspraak Fase ActiehouderI Datum Bewijsvoeringstekst medeactiehouder(s) gereed... 1 Bepalen van DVM team geeft aan wat ze aan vo Frans Millenaar 24/06/2015 Mantelbuizen opgave ruimtereservering tbv mantelbuizen nodig hebben. Zie DVM komt overeen met mantelbuizen in de illustratie kw mantelbuizen knooppunt Ronald van Vliet schampkanten van Holendrecht.pdf tekening VO- T-K20-ALG-002, KW 020 Civiel controleert of dit technisch past. doorsnede 2. Vastlegging Naam: raakvlak ::::R:~:V:h'J::::::::::::::::::::::::::::::::::::::::::::.:~::::Mrl~w:::::::::::::::::::::::::::::: Datum: :?2S:~:o.6.;::::L~::::::::::::::::::::::::::::::: 7 :;,; ::...(?...2.~..::::..~..::- Handtekeni'A..).;;1 ~~:. : :: : : : :.:. Raakvlak 10: Rkvl-0565 Revisie: VO Pagina 1 van 1

55 I A Raakvlakintormatieblad Raakvlak Rkvl-0568 Verkeerskunde (projectering) - Viaduct KW 020 Omschrijving De raakvlakken tussen Verkeerskunde (projectering) en Viaduct KW Raakvlaktype Intern, fysiek Status Actueel 0. Datum opgesteld 29 april 2015 Verantwoordelijke Frans Millenaar (Ontwerpleider KW Holendrecht) Leidend structuurelement Rakend Structuurelement(en) SPO Verkeerskunde (projectering) OBJ Viaduct KW 020 Af te stemmen punten met status: Afgerond, ter ondertekening Nr. Raakvlakaspect Afspraak Fase ActiehouderI Datum Bewijsvoeringstekst medeactiehouder(s) gereed... : ""1'\;. 1 Worden er nieuwe Uitgaan van oude situatie op KW ~ VO Ronald van Vliet 24/06/2015 Doorzetten naar DO-fase matrixborden en rekening houden met dat deze ook geplaatst aan het Frans Millenaar nieuwe KW weer terug moeten komen op KW 020. Vastlegging raakvlak Datum:... Z / %'< 4L- :::::<lj2~:;:/f...::::::::::::::::::::::::::::::: Raakvlak ID: Rkvl-0568 Revisie: va Pagina 1 van 1

56 I s Raakvlakinformatieblad Raakvlak Rkvl-0577 Viaduct KW Uitvoering / KW Holendrecht Omschrijving De raakvlakken tussen Viaduct KW 020 en Uitvoering / KW Holendrecht... Raakvlaktype Intern, proces... Status Actueel... Datum opgesteld 29 april 2015 Verantwoordelijke Frans Millenaar (Ontwerpleider KW Holendrecht) leidend structuurelement Rakende interne stakeholder OBJ Viaduct KW 020 TM Uitvoering - KW Holendrecht Af te stemmen punten met status: Afgerond, ter ondertekening Nr. Raakvlakaspect Afspraak Fase Actiehouder I Datum Bewijsvoeringstekst medeactiehouder(s) gereed... 1 Bepalen grote VO Ronald Koel 26/06/2015 In het DO wordt dit aspect van bouwkuip van steunpunt as XXX. nader uitgewerkt. Frans Millenaar Controle op conflict met Realisatiegrens Vastlegging raakvlak... Naam: Datum: ~.~::::::liiii:::.::::::i.;'.:j:r:j:;:.e.::::::::::::::.:::. ::::::::::~VViJ.:::::::::::::::::::::::::::::::::::::::::::::... ~j ~.l~.. /5.. ::::::::::::.:::::::~:::::::::::::::::::::::::::::::::::: Raakvlak ID: Rkvl-0577 Revisie: VO Pagina 1 van 1

57 I s Raakvlakinformatieblad Raakvlak Rkvl-0652 Asset Management - Viaduct KW 020 Omschrijving De raakvlakken tussen Asset Management en Viaduct KW Raakvlaktype Intern, proces... Status Actueel a a Datum opgesteld a 06 mei 2015 a. Verantwoordelijke Frans Millenaar (Ontwerpleider KW Holendrecht) leidende interne stakeholder TM ASSET MANAGEMENT Rakend OBJ Viaduct KW 020 Structuurelement(en) Af te stemmen punten met status: Afgerond, ter ondertekening Nr. Raakvlakaspect Afspraak Fase ActiehouderI Datum Bewijsvoeringstekst medeactiehouder(s) gereed... 1 Bepalen van soort voegovergang VO Bram ten Klei 26/06/2015 Doorzetten naar DO-fase Frans Millenaar Vastlegging raakvlak Naam: Datum: (.. ~'~'5Z;;:: :: : ::: :: :: ::::::::::?;51Q/.:j~:::::::::::::::::::::::::::::::: ~q -6"/ - r:.../../.. :./...;.. Handtekening: ::::::::::::::::~:~::.~:::::::::::::::::::::::::::::::: Raakvlak ID: Rkvl-0652 Revisie: va Pagina 1 van 1

58 I AS Raakvlakinformatieblad Raakvlak Rkvl-0656 Viaduct KW Geluidsschermen Omschrijving Alle raakvlakken tussen Viaduct KW 020 en het geluidsscherm... Raakvlaktype Intern, fysiek Status Actueel... Datum opgesteld 07 mei 2015 Verantwoordelijke Frans Millenaar (Ontwerpleider KW Holendrecht) leidend structuurelement Rakend Structuurelement(en) OBJ Viaduct KW 020 SPO Geluidsschermen Af te stemmen punten met status: Afgerond, ter ondertekening Nr. Raakvlakaspect Afspraak Fase Actiehouder I medeactiehouder(s) Datum gereed Bewijsvoeringstekst Bepalen van de ruimtereservering leuningwerk en geluidsscherm zodat deze op elkaar aansluiten Voor de ruimtereservering het geluidsscherm ruimtereservering in de principeprofielen moet de van zoals aangegeven GWW A9GDW_ TEK_ va Frans Millenaar Ewoud de Vries 26/06/2015 De precieze locatie van het leuningwerk geluidsscherm verder afgestemd en het wordt in het DO aangehouden worden. Zie illustratie Vastlegging raakvlak Naam: r'\) S.. <.::::::; :::::::7.ml:::::::::::::::::::::::::::::::::::::::::::::::: Datum:.::Z3:::;::6::::;::::i.ö.::~:S:::::::::::::::::::::::: :~;4.;Z1 :::::::::::::::::::::: Handtekening: ::::::::::::~::0.~::::::::::::::::::::::::::::::::::::::::::::::: ::::::::::~~:::::::::::::::::::::::::::::::::::::::::: Raakvlak ID: Rkvl-0656 Revisie: VO Pagina 1 van 1

59 I AS Raakvlaki nformatieblad Raakvlak Rkvl-0673 Openbare verlichting A2 - Viaduct KW ,. Omschrijving De raakvlakken tussen Openbare verlichting A2 en Viaduct KW Raakvlaktype Intern, fysiek... Status Actueel,. Datum opgesteld 17 juni 2015,,.y.~.~~.~.~~.~~~~.I.~~~~ ~~~.~~..~.i.i.i.~~.~~.~..~?.~.~.~~.~~:!.~::...~.~~.i.~~.~~.~~~.~~. leidend structuurelement SPO Openbare verlichting A2 Rakend OBJ Viaduct KW 020 Structuu relement( en),.. Af te stemmen punten met status: Afgerond, ter ondertekening Nr. Raakvlakaspect Afspraak Fase ActiehouderI Datum Bewijsvoeringstekst medeactiehouder(s) gereed... Openbare DVM team geeft aan wat ze aan VO Frans Millenaar 24/06/2015 In de DO-fase worden de verlichting op het mantelbuizen nodig hebben. Zie mantelbuizen over beide zijde KW Afstemmen illustratie kw mantelbuizen knooppunt Ronald van Vliet ruimtereservering van Holendrecht.pdf verdeeld. Hierdoor ontstaat OV op het KW Civiel controleert of dit technisch past. ruimte voor de lichtmast. De Civiele tekeningen worden ter goedkeuring aangeboden bij Weginstallaties autosnelwegen Mantelbuizen opgave DVM komt overeen met tekening VO-T-K20-ALG-002, doorsnede 2. 2 Openbare verlichting DVM team geeft in de DO-fase exacte VO op het KW Afstemmen van de positie aan. De lichtmasten op het positionering van de kunstwerk komen ter plaatse van de lichtmasten pijlerbalken in de schampkant 3 Openbare verlichting Verlichting onder KW komt op masten. VO onder het KW Afstemmen van de Hierdoor is het Viaduct KW 020 positionering van de leidend geworden en geeft alleen het lichtmasten onder het uitgangspunt dat de doorrijhoogte kunstwerk. Voorkeur van het KW maximaal4,70 meter op de kolom is. De verlichtingsberekening wordt afgestemd op de doorrijhoogte van KW20. Frans Millenaar 24/06/2015 Doorzetten naar DO-fase Ronald van Vliet Ruimtereservering lichtmasten ontbreekt. Opnemen in dwarsprofiel tekening van Kunstwerk Frans Millenaar 24/06/2015 Op de tekening VO- T-HWN- Ronald van Vliet DOV-OOS en lichtberekening A9GDW-DOC-0634 is de masthoogte te zien welke 4.25m is. Dit raakvlak wordt in de DO fase nader uitgewerkt, DVM geeft in DO fase de exacte positie aan cf. nr Openbare verlichting Verlichting onder kunstwerk op onder het KW Afstemmen van de masten ltso's tbv verlichting on het kunstwerk VO Frans Millenaar 24/06/2015 Dit aspect ~,.k~men te R;~ ~ïd~~~ vi;~t..... vervallen aangezien er geen itso's tbv de openbare verlichting nodig zijn Raakvlak 10: Rkvl-0673 Revisie: va Pagina 1 van 2

60 Vastlegging raakvlak Naam: :::'~:~::V1ïU~::::::::::::::::::::::::::: ::::::E::::y.;:;::::::::V::u:~t:::::::::::::::::::::: Datum:. 7 c., 2_a_ 0 - /5...~. 2 ëi ' ~ 6 ~ i~ l ; ,.).. Handtekening: Raakvlak 10: Rkvl-0673 Revisie: va Pagina 2 van 2

61 BIJLAGE B: WATERHUISHOUDING Waterhuishouding 2

62 Waterhuishouding 3