GRIP 1 brand tankerschip Mars

Transcriptie

1 GRIP 1 brand tankerschip Mars 19 januari 2017 Hollands Kroon

2 1. Overzicht Incident Donderdag 19 januari 2017 GRIP 1 brand tankerschip Mars Gemeente Hollands Kroon, locatie haven Oude Zeug. Omschrijving Op donderdag 19 januari krijgt de GMK NHN om uur een melding van een brand in tankerschip Mars op het IJsselmeer, 2 km uit de haven Oude Zeug. Het is niet bekend hoeveel opvarenden het schip heeft en of er gewonden zijn. Wel is bekend dat de brand aan boord niet onder controle is. De brandweer en politie zijn gealarmeerd. Gezien de situatie op het IJsselmeer worden er 4 boten van de Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij (KNRM) ingezet en de helikopter van het kustwachtcentrum (KWC). Tijdens overleg tussen de CaCo en OvDB wordt om uur besloten verder op te schalen naar GRIP 1. Het KWC start twee nautische processen op. De tanker wordt door een sleepboot naar de haven Oude Zeug in Wieringerwerf gesleept. Tussen de verschillende hulpdiensten vindt afstemming plaats over het aantal personen aan boord en de positie waar het schip afgemeerd kan worden. Inmiddels zijn twee opvarenden door de politieboot vervoerd naar de kade van de haven Oude Zeug. De Locoburgemeester en Ambtenaar Openbare Orde & Veiligheid (AOV) van de gemeente Hollands Kroon zijn ter plaatse. Om uur geeft de brandweer het sein brand meester. Na het laatste CoPI-overleg, om uur, schaalt de LCoPI af naar GRIP 0. Input Dit resumé is gebaseerd op: LCMS en het kladblok GMK en inzetrapportage van de CaCo Mail van de IM CoPI De inzetrapportage van de OvDG De inzetrapportage van de OvDB De inzetrapportage van de OvDP De inzetrapportage van de OvDBz De inzetrapportage van de VvD Inzetverslag CAM / RUD (contact ambtenaar milieu / Regionale Uitvoerings Dienst) Geen input ontvangen van de waterpartijen. Inhoud 1. Overzicht Reconstructie Analyse Conclusies en aanbevelingen Bijlage 1, Aanlandplaats Oude Zeug conform IBP-SAMIJ Bijlage 2, paragraaf 6.2 brand en / of explosie IBP-Samij Quickscan GRIP 1 brand tanker Hollands Kroon versie 1.2 Pagina 1 van 8

3 2. Reconstructie Toelichting reconstructie Dit hoofdstuk beschrijft de reconstructie van het incident en is gebaseerd op de basisvereisten crisismanagement en de (sleutel) gebeurtenissen in de tijd: Melding en alarmering Op- en afschalen Leiding en coördinatie Informatiemanagement. Melding en alarmering De eenheden brandweerzorg, politie en ambulancezorg zijn gealarmeerd. Na de GRIP opschaling zijn alle CoPI-leden gealarmeerd. De Regionale Uitvoeringsdienst Noord-Holland Noord (RUD) is niet conform de samenwerkingsregeling ongevallenbestrijding IJsselmeergebied, IBP-Samij (wel in het scenario, echter niet in het alarmeringsschema) gealarmeerd. De OvDBz heeft telefonisch contact met de meldkamer. Vanwege drukte op de Gemeenschappelijke Meldkamer (GMK) wordt hij in eerste instantie in de wacht gezet. Op- en afschalen Op- en afschalen Tijd Door Alarmering uur GRIP uur OVDB GRIP 0 (afschalen) uur LCoPI Incident afgesloten uur Conform kladblok GMK De OVDB heeft aanrijdend contact met de CaCo en stemt met de CaCo af over de multi opschaling. De CaCo geeft in de eerste contacten met de OVDB aan dat er geen reden voor een multi-opschaling is. De CaCo geeft aan beperkt informatie te krijgen van kustwachtcentrum (KWC). De OvDB schaalt om uur op naar GRIP 1. Redenen: open water, multidisciplinaire inzet, onduidelijkheid over effecten en de brand die niet onder controle is. Het KWC is opgeschaald en nautische processen (nautisch verkeersmanagement en search and rescue (SAR)) zijn gestart. Leiding en coördinatie (GMK) Het eerste halfuur (tot leider CoPI operationeel is) vindt coördinatie plaats op de aanpak van het incident door de CaCo. De CaCo krijgt van het KWC om uur de vraag of het schip afgemeerd kan worden in de haven Oude Zeug. De CaCo zet deze vraag om uur door naar de OvDBz met het verzoek toestemming te geven. De OvDBz heeft onvoldoende beeldvorming kunnen opbouwen o.a. door beperkte info van de GMK. Hij geeft op basis van zijn kennis over het IBP-Samij toestemming om het schip de haven Oude Zeug binnen te brengen. De IM-GMK heeft dit vastgelegd in LCMS. Na aankomst ter plaatse neemt de OvDBz hierover contact op met de LCoPI, van wie hij hoort dat hij dit besluit (ook) al heeft genomen. Dit besluit is niet gedeeld met aanrijdende OvD-en Quickscan GRIP 1 brand tanker Hollands Kroon versie 1.2 Pagina 2 van 8

4 Leiding en coördinatie (CoPI) In overleg tussen de AGS en de OvDB is besloten de RUD niet ter plaatse te laten komen. De OvDBz informeert de RUD over hun verantwoordelijkheid en taken met het verzoek dit af te stemmen met de AGS. Zie hiervoor het IBP-Samij, paragraaf 6.4 brand en/of explosie (scenariokaart 4.2 brand en explosie). De leden van het CoPI zijn, naast een motorkapoverleg om uur, twee keer bijeen geweest: 1ste COPI: 18:10-18:20 uur 2de COPI: 18:45-19:03 uur Naast de (hoofd)officieren van dienst van brandweer, politie, bevolkingszorg en geneeskundige zorg is de OVD Rijkswaterstaat (RWS) aanwezig bij het CoPI-overleg. De beeldvorming in de CoPI-overleggen spitst zich toe op de positie van het schip en de gasolie aan boord. Het schip is leeg en nog niet ontgast. Het schip ligt aan de kade en de brand in een verwarming in de machine kamer van de tanker wordt geblust. Twee personen zijn door de politie van boord gehaald en overgedragen aan ambulancepersoneel. Tijdens het laatste CoPI-overleg wordt op verzoek van de OVDB de overdracht aan de gemeente en RWS besproken. Het IBP-Samij wordt niet gebruikt. Informatiemanagement De voortgang van het incident is door de IM GMK, de IM CoPI en de coördinatoren crisiscommunicatie gemuteerd in LCMS. In LCMS meldt de IM GMK om uur dat de reddingsboot de tanker naar Oude Zeug sleept. Duur minuten. Om uur vermeldt de IM GMK in LCMS dat de tanker de haven binnenkomt en dat de OvDBz toestemming heeft gegeven. De IM CoPI start om uur met berichtgeving in het CoPI tabblad. De LCoPI spreekt de locoburgemeester bij over het incident Quickscan GRIP 1 brand tanker Hollands Kroon versie 1.2 Pagina 3 van 8

5 3. Analyse Inleiding Dit hoofdstuk beschrijft in het verlengde van de reconstructie de analyse en is gebaseerd op de basisvereisten crisismanagement en de (sleutel) gebeurtenissen in de tijd, zoals benoemd in hoofdstuk 2 onder toelichting reconstructie. Daarnaast worden de gevolgen en/of effecten inzichtelijk gemaakt. Melding en alarmering Na alarmering neemt de OvDBz (conform de afspraken) telefonisch contact op met de GMK. Door drukte op de GMK wordt hij in de wacht gezet. Het gevolg is dat de OvDBz tijd verliest om aan te rijden en onvoldoende beeld heeft van het incident. De RUD is niet gealarmeerd bij dit incidenten op het IJsselmeer. Volgens het IBP-SAMIJ had de RUD direct gealarmeerd moeten worden, zie paragraaf 6.4 Brand en/of explosie (scenario 4.2 brand en explosie ). Dit heeft bij de leden van het CoPI tot onduidelijkheid geleid over het al dan niet ter plaatse komen van de RUD. Daarnaast heeft dit besluit tot gevolg dat de RUD haar taken en verantwoordelijkheden niet op zich heeft kunnen nemen. Op- en afschalen Zie voor de alarmeringstijden de tabel onder hoofdstuk 2, op- en afschalen. Bij incidenten op het IJsselmeer is het IBP-Samij van kracht waarin criteria over op- en afschaling zijn gedefinieerd en de te alarmeren diensten en functionarissen. In dit incident is paragraaf 6.4 brand en / of explosie(scenariokaart 4.2, brand / explosie) van toepassing. Het IBP-Samij is niet gehanteerd. Leiding en coördinatie GMK De CaCo heeft niet het verband gelegd tussen het incident en het daarvoor beschikbare operationele plan: Samenwerkingsregeling ongevallenbestrijding IJsselmeergebied (IBP-Samij). Het IBP-Samij beschrijft in een scenario als in dit incident, dat er een opschaling plaats vindt volgens een vooraf vastgesteld protocol. Tevens wordt duidelijk welke functionarissen gealarmeerd moeten worden bij een bepaald scenario volgens het IBP-Samij. Leiding en coördinatie CoPI De OVDB heeft op basis van zijn eigen feiten opgeschaald naar GRIP 1. Het IBP-Samij beschrijft in een scenario als in dit incident, dat een schip altijd naar een aanmeerplaats gesleept moet worden. Het effect van het niet consulteren van het IBP Samij is dat diverse functionarissen, zonder het van elkaar te weten, zich bezighouden met besluitvorming over de plaats van aanmeren van de tanker. De bijeenkomsten van de leden van het CoPI kenmerken zich door aansturing van het proces door de leider CoPI. Men komt tot een gezamenlijke beeldvorming. Het tweede CoPI kenmerkt zich door een snelle afhandeling, bij een aantal OVD s is uit de rapportages en nabellen op te maken dat de overdracht naar gemeente en de schipper te snel en slordig verliep Quickscan GRIP 1 brand tanker Hollands Kroon versie 1.2 Pagina 4 van 8

6 De Locoburgemeester en Ambtenaar Openbare Orde & Veiligheid (AOV) van de gemeente Hollands Kroon zijn ter plaatse. Zij krijgen ter plaatse informatie over het incident van de LCoPI en de OvDBz over het incident de afhandeling van het incident en de communicatiestrategie. Veiligheid: Afzetlinten geven de scheiding aan tussen een veilig en onveilig werkgebied. Zowel pers als publiek bevinden zich op meerdere momenten in het onveilige werkgebied. Het effect hiervan is dat pers en publiek gevaar lopen en daarnaast de hulpverleners in de weg lopen. Informatiemanagement In LCMS wordt door de informatiemanagers van de GMK (vanaf uur), het CoPI (vanaf uur) en de coördinatoren crisiscommunicatie (vanaf uur) de voortgang van het incident gemuteerd. Het gaat hier om feitelijke informatie die gedeeld wordt. Hierdoor is de voortgang van het incident goed te volgen in LCMS Quickscan GRIP 1 brand tanker Hollands Kroon versie 1.2 Pagina 5 van 8

7 4. Conclusies en aanbevelingen Inleiding Dit hoofdstuk beschrijft in het verlengde van de reconstructie en analyse de conclusies en aanbevelingen en is gebaseerd op de basisvereisten crisismanagement zoals benoemd in hoofdstuk 2 onder toelichting reconstructie en de (sleutel) gebeurtenissen in de tijd. Melding en alarmering Conclusie: Aanbeveling: De alarmering van de RUD is niet conform het IBP-Samij. Daarnaast blijkt uit de evaluatierapporten dat de telefoonnummers (vermoedelijk) niet correct zijn. Pas de alarmering aan conform IBP-Samij en check of de telefoonnummers kloppen van de RUD. Check daarnaast of de twee alarmeringsgebieden (piketgebieden) RUD bekend zijn op de GMK. Check het IBP-Samij op volledigheid en juiste inhoud. Check of het IBP-Samij voldoende is ingevoerd in de GMK. Check dat bij een incident op het water de plannen zichtbaar worden op de GMK tijdens een alarmering. Wie: RCB / experts crisisorganisatie en plv. hoofd GMK. Op- en afschalen Conclusie: Aanbeveling: Conclusie: Aanbeveling: In deze casus is de opschaling naar GRIP 1 een juiste beslissing, er is behoefte aan eenhoofdige leiding en coördinatie tussen landpartijen, kustwachtcentrum en waterpartijen. geen Uit de reconstructie en analyse blijkt dat het IBP-Samij niet gebruikt is door de GMK en de operationele functionarissen. Sleutelfunctionarissen hebben onvoldoende kennis van de beschikbare operationele plannen en/ of zijn daar in praktijksituaties onvoldoende alert op. Train de CaCo s, OVD s en LCoPI s periodiek met de plannen voor het verzorgingsgebied VRNHN waarvan het IBP-Samij een onderdeel is. Zorg dat de operationele functionarissen alert zijn tijdens incidenten op de beschikbaarheid van operationele plannen. Wie: RCB / experts crisisorganisatie. Informatiemanagement Conclusie: Aanbeveling: De OvDBz krijgt een besluit voorgelegd dat al is genomen door de OVDB en LCoPI. Zoek naar instrumenten / werkwijze om tijdens een incident voortdurend en op eenvoudige wijze essentiële informatie te kunnen delen. Wie: Expert RCB / medewerker BSP / CaCo. Quickscan Gezien de conclusies uit deze multidisciplinaire quickscan verdient het aanbeveling dat de GMK NHN en het Kustwachtcentrum deze casus gezamenlijk bespreken. De focus moet hierbij liggen op de informatievoorziening over de voortgang van het incident en het daaraan gekoppelde besluitvorming Quickscan GRIP 1 brand tanker Hollands Kroon versie 1.2 Pagina 6 van 8

8 5. Bijlage 1, Aanlandplaats Oude Zeug conform IBP-SAMIJ 2. Wieringermeer / Oude Zeug Haven Oude Zeug omschrijving / bijzonderheden onderwerp Gemeente Wieringermeer Plaats Oude Zeug Havennaam Oude Zeug Locatie (x,y coördinaten) x = / y = Adres Noorderdijkweg, Oude Zeug Categorie B Bereikbaarheid land één rijstrook, verkeerscirculatie mogelijk Route land Toegankelijkheid geen hek Beheerder/Sleutelhouder Asdrukbeperking nee Inscheping: laden / lossen nee, geen kraan Ondergrond omgeving walkant bestraat Verlichting ja Grootte open terrein 1 ha Bereikbaarheid water / diepgang meer dan 1,5 meter Trailerhelling nee Getij nee Walkant vaste kade Heli landingsplaats ja Ziekenhuizen met heliplatform Amsterdam en Leeuwarden Blusplaats ja Nummer haven 2 Bijzonderheden geen Quickscan GRIP 1 brand tanker Hollands Kroon versie 1.2 Pagina 7 van 8

9 6. Bijlage 2, paragraaf 6.2 brand en / of explosie IBP-Samij SCENARIOKAART 4, BRAND EN / OF EXPLOSIE Van explosiegevaar is sprake wanneer er een ongeval is opgetreden op een tanker met explosieve stoffen of gassen, een vrachtschip met lading met explosieve eigenschappen veelal in containers vervoerd, een ongeval met een gasleiding of problemen met vuurwerk en/of munitie aan boord van transportschepen dan wel gevonden munitie uit het verleden. Belangrijk aandachtspunt bij explosiegevaar is een snelle ontruiming van de omgeving. Het gaat dan met name om de evacuatie van de aanwezigen op het schip. Daarnaast is door middel van verkeersmanagementmaatregelen te voorkomen dat andere schepen in de gevarenzone komen. Brand kan naast de hierboven genoemde tanker met brandbare en explosieve lading ook plaatsvinden op alle andere schepen. In eerste instantie vindt blussing plaats met brandbestrijdingsmiddelen die aan boord zijn. Op kleine schepen zal het bij uitbreiding van de brand nodig zijn om van boord te gaan voordat de brandweer arriveert. Dit betekent dat op dat moment ook het evacueren en redden van mensen een belangrijk proces is. Bij grotere schepen (veerboten) biedt het schip op zich wel meer ruimte, waardoor men minder snel genoodzaakt zal zijn om van boord te gaan. Indien het schip niet verder kan varen zal in veel gevallen een reddingsactie nodig zijn (in internationaal verband wordt gewerkt aan het instellen van een "Safe Haven" aan boord van passagiersschepen). We onderscheiden de volgende deelscenario's, namelijk: 4.1 Pleziervaartuig / 4.2 Binnenvaartschip / 4.3 Rondvaartboot Randvoorwaardelijk Leiding & coördinatie Procesverantwoordelijk: Brandweer Melding & alarmering Inzetvoorstel: OvD-B, AGS, TS, OvD-G, ambu, Milieudienst, RWS, politie basiseenheid Op- & afschalen Afhankelijk van het incident kan besloten worden de meetplanorganisatie op te starten. Informatie & resourcemanagement Korte beschrijving van de situatie: Effecten: Wat brand er: Lading / Accommodatie / Machinekamer Wat zijn de risico's: Brand blijft beperkt / Snelle branduitbreiding Aard van de lading, Explosiegevaar, Benodigde middelen, Verwachte ontwikkelingen Aanvullende functionarissen in teams Nautisch beheerder (RWS) OvD-RWS (waterkwaliteit/ waterkwantiteit) in CoPI Waterschap Algemene punten Regionaal: overzicht van inzetbare (opgeleid en getrainde) eenheden, SAMIJ-container (Enkhuizen, Monnickendam en Lelystad) Landelijk/specialistisch: Falck Risk, Bergers, BOT-mi via RWS-LCM, RIVM Multidisciplinaire aandachtspunten (bijzonderheden op het water) 1.Communicatie De verantwoordelijkheid ligt tot GRIP 1 bij de Brandweer als procesverantwoordelijke. Vanaf GRIP 1 coördineert de gemeente de voorlichting i.s.m. de hulpverleningsdiensten en de betrokken private partij(en). Communiceer over de aard en omvang van het incident, Bestrijdingsmaatregelen, Gevaren voor de volksgezondheid Te verwachten ontwikkelingen, Informeren van scheepvaart / bewoners / omliggende bedrijven / pers. 2. Publieke zorg Welke bedrijven/burgers hebben schade geleden. De omvang van de effectschade. Welke verzekeringsmaatschappijen zijn betrokken. 4. Omgevingszorg Adviezen om het milieu te sparen. 5. Bron- en emissiebestrijding Een brandend schip wordt bij voorkeur geblust als het is afgemeerd. Nautisch verkeersmanager bepaalt de aanlegplaats. Bij de keuze van de ligplaats, anker- of aanlegplaats wordt rekening gehouden dat geen of zo min mogelijk bevolking hinder ondervindt van de gevaarlijke stoffen. Zie IVS90 (via RWS) voor informatie over ladinggegevens, procedure 3 opvragen en advisering ladinggegevens handboek Waterrand, blz 122). De brandweer betreedt het schip niet als er brand is in de lading. Bij brand in de accommodatie en/of machinekamer gaat de brandweer op verkenning. Komt er bluswater in open water terecht Het blussen gebeurt in overleg met deskundigen. 6. Redding Zijn er mensen in nood? Start processen bij scenario Mens en dier in nood. 12. Opsporing Volgt er wel/geen strafrechtelijk onderzoek. 13. Mobiliteit Geef locatie aan waar het schip kan worden afgemeerd om te worden geblust. 14. Bewaking en Beveiliging Effectgebied is afgezet. Toegangs- en afvoerwegen voor de hulpverleners vrijgehouden. Zie scenariokaart 118. Nautisch verkeersmanagement Genomen maatregelen die van invloed zijn op het scheepvaartverkeer. Als er veel (vervuild) bluswater in open water komt, neemt de beheerder maatregelen om de effecten te beperken Quickscan GRIP 1 brand tanker Hollands Kroon versie 1.2 Pagina 8 van 8