VVC BEERNEM Jeugd Opleidings Plan (JOP)

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "VVC BEERNEM Jeugd Opleidings Plan (JOP)"

Transcriptie

1 VVC BEERNEM Jeugd Opleidings Plan (JOP) Leren te voetballen, voor en door de jeugd 1

2 Index Inleiding... 4 Voetbalspecifieke visie... 4 Opleidingsvisie van VVCB... 5 Fun, opleiding en opvoeding... 6 Opleidingsstructuur Technisch Verantwoordelijk Jeugd Opleiding (TVJO) JeugdCoördinatoren: JCO De Trainer Eén missie, één visie: Voetbalschool Herkenbare speelstijl Speelstijlvisie Oefenstof Algemene principes van klein naar groot Eindverwachting per positie Het spelsysteem gebaseerd op zonevoetbal DE BASISTAKEN BIJ BALVERLIES BASISTAKEN PER POSITIE BIJ BALVERLIES BASISPRINCIPES BIJ BALBEZIT BASISTAKEN PER POSITIE BIJ BALBEZIT Opbouw van de basics en tactics INITATIEFASE Duivels 5/ Preminiemen 8/ Knapen 11/ Scholieren en hoger 11/ Basics Doelmannen Trainingsmethodiek Gericht opleiden Coachingwoorden Practische tips voor (Nieuwe) trainers ACTIEVE LEERMETHODE ( reflectie methode) Opwarming: multi functioneel LOOPSCHOLING TECHNIEKSCHOLING UITHOUDING-LENIGHEID-KRACHT-SNELHEID COORDINATIE Evaluaties en Feedback

3 PROCESMATIG DENKEN DENKPROCES VOOR DE TRAINER JAARPLAN TRAININGEN CYCLISCH PROCES JAARPLAN PROCES JAARPLAN > WEDSTRIJDORGANISATIE Modulaire opbouw Doel en eigenschappen per leeftijdscategorie ONTWIKKELINGSFASEFASE 1: INITITATIE; 5 TOT 7 JAAR; U6 U DUIVELTJES 7 TOT 8 jaar, U8 U ONTWIKKELINGSFASE PREMINIEMEN U10 U MINIEMEN 11 tot 12 jaar ONTWIKKELINGSFASE 3: KNAPEN 13 tot 14 jaar SCHOLIEREN 15 tot 16 jaar ONTWIKKELINGSFASE 4: Modules: didactische hulpmiddelen Passing Pass en trapvorm; basis driehoek PASS en TRAPVORM OPBOUW VIA HET CENTRUM PASS en TRAPVORM OPBOUW VIA DE FLANKSPELER STANDAARDSITUATIES: DE INWORP Tactics: integratie thema s en voorbeeld tussen/werkvorm Scouting Blessurepreventie Sport en voeding Ongeval op training of in de match E.H.B.S.O Voetbalongeval: wat te doen? Templates EVALUATIEFICHE TRAINING WEDSTRIJD Scoutingsverslag KEEPER Wedstrijd Organisatie

4 Inleiding Sinds de fusie in 2015 werkt VVC Beernem vanuit een Technische Beleidsplan met initiatiefase voor de allerjongsten, onderbouw, middenbouw en bovenbouw voor de jeugd met het oog hen later klaar te stomen voor het 1ste elftal van VVC Beernem. Dit plan is ontstaan vanuit de bestaande beleidsplannen van de 2 fusieclubs, zowel jeugd- als seniorbeleid, om in gezamenlijk overleg te komen tot een gemeenschappelijk technisch beleid (TB). In het TB is op het technisch en tactisch vlak een richting aangegeven hoe wij onze jeugd gestructureerd willen opleiden, met het navolgende wordt een eerste aanzet gegeven tot verdieping van de jeugdopleiding. Het VVCB Jeugd OpleidingsPlan (hierna: JOP) vloeit voor uit het TB en bevat nadere richtlijnen voor de opleiding van de (jeugd)spelers bij VVC Beernem. In het plan staat zo concreet mogelijk beschreven welke zaken we belangrijk vinden in de training, coaching, begeleiding en het functioneren van spelers. Uitgangspunt is het opleiden van de jeugdspelers en het benutten van hun mogelijkheden, waarbij plezier in training en wedstrijd voorop staan. De persoonlijke ontwikkeling van de spelers staat centraal, de stand op de ranglijst is minder van belang. Het uiteindelijke doel van opleiden is natuurlijk wel het leveren van prestaties. Dat houdt ook in dat we met het eerste elftal en beloften op een zo hoog mogelijk niveau willen voetballen. Voor de jeugd elftallen, onder- en middenbouw geldt eveneens dat het beter leren voetballen centraal moet staan. Ook deze spelers zullen beter willen leren voetballen en moeten daarvoor de kans krijgen. Voetbalspecifieke visie Een flexibel beleid uitstippelen waarbij: - leder lid zich op technisch, tactisch, mentaal en sociaal gebied optimaal kan ontwikkelen, dit in een positieve sfeer en met wederzijds respect. - Het ontwikkelen van een herkenbare speelstijl binnen het beleid van de KBVB, waar de totale opvoeding van het kind bijzondere aandacht geniet. - De jeugdafdeling zo optimaliseren en perfectioneren dat de uit eigen jeugd bestaande bovenbouw-elftallen van VVCB hun divisie niveau aankunnen en kunnen doorgroeien naar hogere divisies. - Het sociaal engagement de kleur en de efficiëntie van de club bepalen met bijzondere waardering en de nodige aandacht voor de vrijwilligers.. 4

5 Opleidingsvisie van VVCB Technisch mooi, attractief en aanvallend voetbal brengen Steeds opbouwen van achteruit Zonevoetbal in spelsysteem brengen volgens de filosofie van de KBVB Durven, ook fouten maken Rangschikking is ondergeschikt aan de opleiding en begeleiding van de jeugdspelers Altijd volgens het niveau en de belevingswereld van het kind Didaktiek en methodiek bepalen voor de midden en onderbouw in samenspraak met de trainer Eindtermen per leeftijd bepalen Het doel is de doorstroming van de jeugd naar de A-kern, niet om te spelen in functie van de A-kern Fun en recreatie in functie van prestatie. DE SPELER HET MIDDELPUNT VAN EEN KWALITEISVOLLE JEUGDOPLEIDING Het spelletje op een speelse, methodische, didactische en pedagogische manier aanleren in evenredigheid met het niveau en de beleving van het centraal geplaatste kind. Het spelletje als collectieve sport van 11 individuen waar de som van 11 groter is dan 11 keer 1!!!!NOOIT SPELEN EN TRAINEN IN FUNCTIE VAN DE A-KERN OPLEIDEN IN FUNTIE VAN DE A-KERN!!!! 5

6 Fun, opleiding en opvoeding FUN: visie Het creëren van fun in de opleiding van VVCB is de fundering van een doelgerichte opleiding. FUN als RODE DRAAD in de opleiding Als middel Als doel 6

7 7

8 Opvoedingsvisie 8

9 Opleidingsvisie FUN als RODE DRAAD in de opleiding Als middel Als doel 9

10 Opleidingsstructuur Technisch Verantwoordelijk Jeugd Opleiding (TVJO) Bij VVC Beernem werken we met een gescheiden model MOB, per campus is er voor de midden/bovenbouw één coördinator, voor de onderbouw is er één coördinator. De jeugd coördinatoren worden aangestuurd door een TVJO. Binnen het Technisch Beleidsplan gaat de voorkeur uit om de TVJO te laten invullen onder de verantwoordelijke van de jeugdcel als beleidsbepaler van de opleiding. De TC coördineert de verschillende coördinatoren zodat onder zijn supervisie de hoofdtrainers van iedere leeftijdscategorie dezelfde visie en missie delen. De TVJO fungeert eveneens, samen met de jeugdvoorzitter, als ombudsman om geschillen of onvrede vanuit een neutraal standpunt te benaderen en te behandelen. De TVJO organiseert een aantal malen per jaar voor de gehele leeftijdsgroep een bijeenkomst met een voetbaltechnisch en -tactisch thema, dit nauw aansluitend bij de doelstellingen per leeftijd. Taken Coördinatie van de jeugd coördinatoren Bekijkt wedstrijden en voert evaluatie gesprekken met de jeugd coördinatoren (JCO) Adviseert de JCO over speelwijze en coaching voor de trainers. Afgevaardigde voor de jeugd bij de vergaderingen van het hoofdbestuur. Organiseren 1 maal per maand van een vergadering met de JCO Organiseert themadagen voor de volledige trainersstaf. Stimuleert en begeleidt, op aanvraag van de JCO, trainers MOB Anticipeert op geschillen of onvrede als ombudsman. Competenties Diploma UEFA A Kennis en inzicht voetbalspel Didactische vaardigheden Goede sociale en communicatieve eigenschappen. JeugdCoördinatoren: JCO Per campus werkt VVCB met een JCO bovenbouw. Tevens is er voor de onderbouw 1 JCO. De JCO s worden aangestuurd door de TVJO en zorgen er voor dat de visie van VVCB door alle trainers wordt gedragen. Tevens zorgen zij voor de organisatie van de verschillende campussen en zijn ze het SPOC? voor de trainers waarvoor zij deelverantwoordelijk zijn. Ze maken deel uit van het jeugdbestuur en ventileren alle noodzakelijke informatie naar de TVJO. De JCO s zijn het kloppend hart van de jeugdopleiding, staan dicht bij trainers, spelers en ouders. Zij zorgen ook voor de goede naleving van het door VVCB uitgestippelde beleid in al zijn domeinen. Taken: 10

11 - Mee in staan voor een correcte invulling en vervulling van het JOP. - Evaluatie van het JOP in samenspraak met de TVJO - Het opvolgen van trainers en spelersgroepen en aanreiken van suggesties om de trainingen en coaching nog beter te laten aansluiten bij de doelstelling van het jeugdplan. - Verantwoordelijk voor de organisatie van de jeugdploegen. - Opvolging van jeugdspelers. JCO beslist over eventuele doorschuivingen. - Bemiddeling (mogelijks in overleg met TVJO) bij knelpunten met ouders. - Organisatie van voorbereidingswedstrijden, vastleggen van trainingsuren/dagen en indeling terreinen en kleedkamers. - Bepalen van de structuur van de jeugdploegen. - Periodiek overleg met trainers en brengt eventuele problemen of wijzigingen over aan het bestuur. - Periodiek overleg en stand van zaken met TVJO. - Mede helpen organiseren van eigen tornooi. - Ploegen laten deelnemen aan diverse tornooien. - Detecteren van mogelijk toekomstige spelerstekorten en oplossing zoeken en aanbieden. - In kaart brengen beschikbare trainers afgevaardigden voor het komende seizoen. - Aantrekken van trainers en jeugdspelers. - Aanspreekpunt van ouders bij eventuele vragen, geschillen, enz - Verzamelen en bekijken van de aanwezigheidslijsten training en wedstrijden. - Evaluaties van de spelers bekijken en bespreken met de trainers. - Bijhouden van de evaluaties. - Aanspreekpunt van de trainers voor eventuele veranderingen trainingsdagen, omwisselen training, problemen met bepaalde spelers-ouders, ed - Toezien dat iedere speler minstens 50% van de speeltijd opgesteld wordt. De Trainer Graag omgaan met jonge mensen, zich in de denkwereld van de jongeren kunnen inleven en begrip opbrengen voor fysieke (motorische) en psychologische (sociale) groei van de spelers. De trainer werkt voor iedere training een schema uit. Hier heeft hij het JOP als basis, de visie als doel en de ondersteuning van de JCO als middel. Dit naast zijn eigen vaardigheden op voetbalgebied. De trainingen worden eenmaal per maand aan een thema gewijd, deze door de JCO opgelegd. Een goede begeleiding wordt gekenmerkt door een goede organisatie. Hier kom het begrip voetbalschool ter sprake. Trainers en begeleiders van de voetbalschool dienen hun trainingsaanbod conform het technisch beleid aan te bieden. Dit betekent dat er regelmatig overleg en afstemming is over de trainingsvorm en de oefenstof. De TVJO heeft hierin een coördinerende rol. Oefenstof wordt gestructureerd aangeboden, waarbij er aandacht wordt besteed aan het aanleren van techniek, inzicht in spelsituaties en opbouw van lichamelijke conditie. Per leeftijdsgroep kan de oefenstof onderscheidend zijn, maar er wordt wel zorg gedragen voor een doorgaande lijn. Het uiteindelijke resultaat is er op gericht om zoveel mogelijk spelers te laten doorstromen naar de selectie elftallen en daarnaast die spelers die dat niveau niet halen zo goed mogelijk te laten presteren in de overige elftallen. Spelvreugde blijft daarbij een belangrijk uitgangspunt. Taken: 11

12 12 - Hij is steeds ruim op tijd zodat de training/wedstrijd op tijd en zorgvuldig voorbereid kan starten. Hij staat zijn afgevaardigde bij waar kan. - De training wordt op voorhand degelijk voorbereid. - Hij geeft steeds het goede voorbeeld naar spelers en ouders toe. - Is communicatief t.o.v. spelers en ouders en tegenpartij. - Hij moet kunnen omgaan met winst en verlies. - Hij moet zijn enthousiasme voor het spel kunnen overbrengen op zijn spelersgroep. - Hij staat niet te roken in het bijzijn van de spelersgroep of in de kleedkamer. - Spelers mentaal kunnen begeleiden op ogenblikken dat ze dit nodig hebben. - Hij is capabel om de technische, strategische, fysische en psychische elementen door te geven aan zijn spelersgroep. - Hij let op het sociaal-opvoedkundig aspect van de spelers. - Hij staat niet te roepen, tieren en te schelden op de spelers tijdens trainingen en wedstrijden. - Hij moet in staat zijn alle doelstellingen voor zijn toegedichte leeftijdsgroep in praktijk te kunnen omzetten. - Hij houdt toezicht in de kleedkamers en is verantwoordelijk voor de netheid van de kleedkamers. - Hij is verantwoordelijk voor het hem toevertrouwde oefenmateriaal en ziet toe dat alles altijd netjes opgeborgen wordt op de daartoe voorziene plaatsen. Ook na en tijdens wedstrijden. - Hij ziet toe op de netheid op en rond het terrein. Lege flessen of afval worden niet achtergelaten op terrein of in kleedkamer. - Hij selecteert en waarschuwt de spelers. Bij veranderingen van uur/data/terrein waarschuwt hij de spelers. - Indien hij niet of laattijdig op de trainingen of wedstrijd aanwezig kan zijn, probeert hij zelf te zorgen voor vervanging door een collega trainer. De TVJO wordt hier altijd van op de hoogte gebracht! - Hij houdt een aanwezigheidslijst bij van spelers op training en wedstrijd en bezorgt dit aan de JCO. - Hij ziet toe dat elke speler aan voldoende speelminuten komt, dit is minimum 50% van de speelduur! - Er wordt gestreefd om modern voetbal aan te leren zoals beschreven in het jeugdplan. Dit primeert boven het wedstrijdresultaat. - Op vraag van de JCO selecteert hij de spelers die, indien nodig, een andere ploeg moeten versterken. Dit mogen niet altijd dezelfde spelers zijn er moet gezocht worden naar een degelijk evenwicht. - Hij onthoudt zich van commentaar of gebaren ten opzichte van de spelleiding en de tegenstrever. - Hij evalueert zijn spelers 2x per seizoen (december april) en maakt dit over aan de JCO. - Hij is altijd aanwezig op de samenkomsten met de andere trainers op uitnodiging van de JCO. - Hij schikt zich naar de richtlijnen en eventuele opmerkingen. - Hij meldt alle onregelmatige handelingen die door spelers of ouders zijn gepleegd. - In de mate van zijn mogelijkheden tracht hij zich zo veel mogelijk bij te scholen. - Indien nodig, de taak van thuisafgevaardigde op zich nemen (zie taakomschrijving afgevaardigde). - Bij thuiswedstrijden is de trainer verantwoordelijk dat BEIDE teams voldoende ballen krijgen om op te warmen. Deze ballen zal hij eerst, indien nodig, oppompen. - Hij voorziet een wedstrijdbal die aan de referee voor de wedstrijd overhandigd wordt. - De hoekvlaggen laten zetten tijdens thuiswedstrijd en na de wedstrijd terug op hun plaats zetten. - Bij duivels/preminiemen: terrein klaarmaken voor de wedstrijd.

13 Eén missie, één visie: Voetbalschool Het begrip "Voetbalschool" kan leiden tot verwarring. Voor VVC bedoelen we me voetbalschool het methodisch aanpakken van de trainingen per leeftijd, dit kaderend in het doelstellingsbeleid van de club. Via dit methodisch aanpakken en het hieruit volgend cyclisch leerproces, dit door en met de omkadering en ondersteuning TVJO en JCO, worden de spelertjes op een schoolse speelse manier in dit opleidingstraject onderbouwd. Hiervoor hanteren we het PDCA model: plan, do check, act. Verder in deze JOP een omschrijving van het opleidingsplan met eindtermen en doelstellingen per leeftijd. Individuele ontwikkeling / opleiding staat bij de jeugd altijd centraal. Talenten staan op belangrijke en bepalende posities. Talenten die aan hun maximum zitten in een bepaald team worden in een hogere leeftijdscategorie ingedeeld om deze spelers sneller te ontwikkelen. Ruimte maken voor talenten is noodzaak, zonder de mindere talenten uit het oog te verliezen. In dezelfde optiek wordt ook gehandeld naar vroeg-maturen en laat maturen. Niet enkel de chronologische leeftijd is bepalend, ook de biologische leeftijd. Zo zullen biologisch oudere spelertjes sneller bij een chronologische hoger leeftijd ingedeeld worden. Met onze voetbalschool kunnen we aanduiden dat er duidelijk behoefte is aan een nieuwe benaderingswijze van de jeugd en deze is binnen de jeugdafdeling van VVCB niet meer weg te denken. Het succes laat zich tot op heden vertalen in goede resultaten in de respectievelijke competities en meer discipline en verantwoordelijk gedrag tijdens de trainingen en wedstrijden. De voetbalschool is vooral gebaseerd op de volgende doelstellingen: 1. Structuur in de trainingsopbouw en adviseren bij de wedstrijden 2. Gerichte training en persoonlijke aandacht voor de individuele speler 3. Contacten met de ouders/verzorgers De contacten met de ouders/verzorgers zijn vooral bij U7 U11 van wezenlijk belang. Ouders willen graag weten aan wie ze hun kind toevertrouwen en met wie ze contact op moeten nemen als het kind problemen heeft op de training en in de wedstrijd. Anderzijds willen de trainers steun van ouders hebben bij het uitvoering geven aan het beleid van de voetbalschool. Specifiek voor de voetbalschool geldt bovendien dat de leiding van de voetbalschool ervoor dient zorg te dragen dat ouders geïnformeerd zijn over afspraken die er tussen jeugdleden en de voetbalschool gemaakt worden. Daarbij is het belangrijk dat ouders zich conformeren aan de regels van de voetbalschool en de jeugdafdeling. De leiding van de voetbalschool kan ouders er dan ook op aanspreken als afspraken niet nagekomen worden. Ouders dienen ervan op de hoogte te zijn dat de voetbalschool in het uiterste geval sancties kan opleggen bij voortdurend onaangepast gedrag, zoals het niet nakomen van de afspraken. Het beleid van de voetbalschool is er op gericht om ouders nadrukkelijk te betrekken bij die situaties waar het jeugdlid problemen veroorzaakt. Bovendien kunnen de contacten met de ouders/verzorgers worden benut om de betrokkenheid bij de vereniging te vergroten en ze actief te maken. 13

14 Herkenbare speelstijl Hiermee wordt het 1:4:3:3 systeem bedoeld. De afspraak is dat systeem zoveel mogelijk te spelen. In ieder geval tot de leeftijd van de U21. Voor de prestatie elftallen geldt een systeem met inschuivende/inzakkende vrije verdediger en een centrale middenvelder die doorschuift naar de spits; het geraamte ligt vast, maar binnen het geraamte is er ruimte. Aanvallend voetbal vraagt bij balverlies een grote discipline om te zorgen dat de omschakeling en positiebezetting goed is. Hierna zijn andere mogelijkheden naar inzicht van de trainer denkbaar. Rekening houdend met de kwaliteiten van de tegenstander, de eigen kwaliteiten, het belang van de wedstrijd, de stand op de ranglijst etc. De trainer moet wel een wijziging van speelstijl kunnen onderbouwen. Speelstijlvisie Alle ploegen worden opgeleid in de zone met als basis het spelsysteem 14

15 Vanaf 11 tegen 11 tot en met de knapen wordt gespeeld met de punt naar voren om zo de basis van 1 systeem aan te leren. Moeilijk aan de basis, maar zo leert men de 6 en 8 intelligent en situatief te infiltreren zonder de verdediging te verwaarlozen. Goede communicatie onderling is hier ook zeer belangrijk en zijn zodus zeer goede leermomenten. Vanaf de U17 wordt er afwisselend geopteerd voor een punt naar voor of een punt naar achter bij de middenvelders. Beide manieren moeten aan bod komen in het jaarplan. 15

16 Oefenstof Er is binnen VVCB voldoende oefenstof voor de verschillende leeftijdsgroepen, deze oefenstof is centraal gedigitaliseerd. Het is niet de bedoeling om alle mogelijke voorhanden oefenstof te digitaliseren, maar bijvoorbeeld hard copy stof centraal te beheren en te kunnen laten consulteren. Om tot goede, zinvolle trainingen met een duidelijke structuur te komen, wordt bij de onderbouw al enige tijd met het circuitmodel geoefend. Ook bij de middenbouw is het model worden ingevoerd. Hiervoor is echter wachten op de uitvoering van de technische installatie om tot een optimale uitvoering te komen. Het circuitmodel is een organisatievorm waar meerdere velden naast elkaar worden uitgezet, zodat meer dan 1 groep tegelijk kan spelen. Hiermee wordt uniformiteit en tijdswinst bereikt. De webmaster van VVCB zal niet later dan eind november 2015 een website ontwikkeld hebben waar iedere trainer/begeleider/ ouder/medewerker/sympathisant op ieder moment de structuur van het JOP kan consulteren; Hier zullen oefenstof per leeftijd worden opgenomen, het circuitmodel, de doelstellingen. Tevens zal deze dienen als direct communicatiepunt van alle medewerkers binnen de structuur. De training bij de U7-U8 wordt veelal gegeven door C-trainers. Vanwege de jonge leeftijd van deze trainers dienen deze de nodige aandacht. Hiervoor laten we ze begeleiden door een trainer met ervaring en worden ze ook geassisteerd in de voorgeschreven oefenstof. Daarboven hebben we de JCO en tot slot de TVJO, verantwoordelijk voor de gehele organisatie. Binnen het circuitmodel is altijd plaats ingeruimd voor partijspel 5:5 met daarnaast 3 (soms 4) verschillende spellen, pas- en trapvormen. Per training / week wordt 1 van de oefeningen vervangen door nieuwe vorm. Duidelijk voor de trainers, duidelijk voor de spelers, en kaderend in een PDCA. Algemene principes van klein naar groot BALBEZIT B+ Bij de jeugdopleiding van VVC Beernem kiezen we voor een algemene aanpak van spelen. We benadrukken een technische, maar tegelijk een realistische manier van spelen. Dit betekent dat we de nadruk leggen op het uitvoetballen van achter uit, we trappen geen ballen zomaar lukraak vooruit. Van bij de debutantjes leren we de doelmannen de bal aan de flankverdedigers door te geven i.p.v. zomaar uit te trappen. De verdedigers zetten de aanval op door een simpele passing op de dichtstbijzijnde speler. Het roekeloos ontzetten van de bal wordt enkel getolereerd als er reëel doelgevaar dreigt. In de opbouw moet er steeds aandacht zijn voor verzorgde passen zodat er geen balverlies is bij laterale of achterwaartse passen. Dit is meestal onherstelbaar. Dus zoveel mogelijk risico s vermijden door het snel en juist inspelen op medemaats. Als ploeg maken wij dus steeds de juiste tactische keuze : - op de helft van de tegenstrever actie voeren: risicovolle pas kan, individuele acties kunnen en moeten gestimuleerd worden. - Opbouw zonder risico op de eigen helft: geen balverlies leiden! 16

17 BALVERLIES B- Tegenstrever de passing moeilijk maken door het vormen van een blok. Dat wil zeggen: dat we de ruimte tussen de bal en ons eigen doel verkleinen, zowel in de breedte als in de diepte in functie van de bal. Veld klein maken (40/35m), flanken komen naar binnen. Dichtstbijzijnde speler zet druk op de bal. Kruisbewegingen van verdedigers voor de 16m zijn verboden, spelers blijven in zone verdedigen. Ver van doel: wijkend verdedigen, collectieve druk op de balbezitter en positie innemen om de passinglijn van tegenstrever te verhinderen. Hoe dichter bij doel hoe strikter de mandekking en duel. Let wel : blijf steeds rechtop!! Als je een tackle inzet MOET je de bal hebben!!. BALBEHANDELING Bal wordt aangenomen op de verste voet, medespeler speelt ploegmaat aan op verste voet. Tweevoetigheid in de aanname van de bal en de passing Minst goede voet blijven trainen, zelfs op traptechniek. Speelwijze We spelen vanaf de preminiemen zonevoetbal d.w.z. achteraan op één lijn, keeper neemt de taak van de laatste man over. Vanaf miniemen spelen we met maximum 4 achterspelers. Spelers moeten op minimum 2 verschillende posities kunnen spelen. Eindverwachting per positie De eigenschappen die hier worden opgesomd per positie die een speler op het veld inneemt, zijn na te streven idealen voor volgroeide spelers. Sommige parameters zijn niet inherent aan de opleiding; andere des te meer. Vanaf de allerjongsten kan er naar deze ideaalbeelden worden toegewerkt. 1. doelman a. fysisch - meer dan gemiddelde grootte, sterk, hoog incasseringsvermogen, explosief, veerkrachtig, lenig, reactiesnel (reflex), goede timing in de hoogte en in de breedte, startsnelheid, dieptezicht, ruimtelijk inzicht b. psychisch - zelfvertrouwen, lef, mentaal sterk, leidinggevende capaciteiten (moet een verdediging kunnen bevelen) - autoriteit: moet de verdedigers onmiddellijk kunnen doen reageren, moet de tegenstander kunnen intimideren c. technisch - voetballend vermogen: liefst tweevoetig (balvaardig zowel met de linker- als - met de rechtervoet) - baltrap even zuiver op stilliggende als op rollende ballen, moet kunnen aanspelen op korte en langere afstand - balcontrole met het volledige lichaam 17

18 - uittrap: hard en gericht, uitwerpen: idem d. tactisch - medespelers opstellen bij strategische fasen in het nadeel - voetbalinzicht : het aanvalsspel van de tegenstander kunnen herkennen, lezen en er gepast op reageren - het opgelegde spelsysteem kunnen uitvoeren en vanuit verdedigend standpunt kunnen bijsturen 2. centrale verdedigers a. fysisch - grote gestalte - veerkrachtig, timing bij het opspringen - startsnelheid en loopsnelheid - wendbaar en lenig, grote amplitude b. psychisch - rustig in alle omstandigheden, - verantwoordelijkheidsgevoel - voldoende lef, voetballend durven uit te komen (als het kan met risico) - prater: verdediging voortdurend bijsturen - luisteraar: communicatie met doelman en andere verdedigers c. technisch - tweebenig, zeker wat betreft leiden van de bal en controles - beheerste (maar stevige) trap op de bal : belangrijk bij het opbouwen en aanspelen - korte en lange trap - tackle zijwaarts én voorwaarts - kopspel (defensief en offensief) - lichaamsbeheersing (durven gebruiken van de spiermassa) - afstandsschot d. tactisch - in zone, in de mandekking, als vrije verdediger kunnen spelen - sterk interceptie vermogen - sterk anticiperend vermogen - tegenstrever kunnen lezen en zich erop instellen - aanvalsspel van de tegenstrever kunnen analyseren - vista - aanvallend durven en willen inschakelen 3. flankverdedigers a. fysisch - veerkrachtig, snel, startsnel en loopsnel - uithouding, kunnen spelen in weerstand - wendbaar, hard, agressief in de duels b. psychisch - durven steun geven aan het offensief voetbal - bal durven opeisen - luisteraar: communicatie met andere verdedigers en doelman c. technisch - zie centrale verdediger - de lange pas beheersen (lange lob, kruisbal) -een-tweebeweging beheersen d. tactisch - aanvoelen wanneer er kan (en moet) worden aangevallen 18

19 - tegenstander verplichten vooral verdedigend te denken - ruimtelijk inschattingsvermogen: waar is de ruimte? Hoe groot is de ruimte? - spelinzicht aanvallend, verdedigend, wijkend remmen, buitenspelpositie, lijn van de laatste verdediger zien - interceptie en anticipatie 4. centrale middenvelders a. fysisch - zie verdedigers - erg wendbaar zijn - groot uithoudingsvermogen, ritmeveranderingen aankunnen b. psychisch - leiding geven, rust en autoriteit, - verantwoordelijkheid kunnen dragen - leiden (ook zonder al te veel woorden) van het aanvallend compartiment, de elftallijnen - kort bijeen houden door oordeelkundige opstelling - zeer snel kunnen overschakelen van defensief naar offensief denken en omgekeerd c. technisch - zie verdedigers - gerichte controle: controle zo uitvoeren dat de balrecuperatie onmiddellijk wordt omgezet in opbouw - links en rechts kunnen draaien met de bal - erg balvast zijn, dribbelsterk, actie vooruit op snelheid en kracht - passing stevig, maar onberispelijk, d.w.z. perfect controleerbaar - afstandsschot, kopspel (defensief, offensief) d. tactisch - druk kunnen zetten op de tegenstander, vooruit verdedigen - sterk in de individuele dekking en in de onderlinge dekking - situatie vooruitdenken, speelhoeken van de tegenstander afschermen en speelhoeken - creëren voor de ploeggenoten - creatief denken: de beslissende pas - vista 5. flankmiddenvelders - zie flankverdedigers, maar meer aanvallende acties en meer aanvallend denken - moeten zeer goed communiceren met de flankverdedigers om te beletten dat ze elkaar opsluiten en elkaar de ruimte ontnemen. 6. spitsen a. fysisch - sterk en snel (groot is een voordeel, maar mag de snelheid niet in de weg staan) - grote startsnelheid en reactiesnelheid - wendbaar, goed uithoudingsvermogen. b. psychisch - lef in de offensieve acties - zeer doelgericht (score gerichtt) 19

20 20 - zelfvertrouwen, hoge concentratie, agressief - eigen doel kunnen ondergeschikt stellen aan het collectief - zelfbeheersing, autoriteit, intimidatie van de tegenstander - communicatief met de andere spitsen c. technisch - tweevoetig, goed kopspel, dribbelsterk, balvast - perfecte korte passing, een-tweebeweging - perfecte kaatsing, perfecte plaatsing d. tactisch - vermogen om aan te voelen wanneer er kan worden geïnfiltreerd - speelhoeken afschermen (tegenstander het uitverdedigen moeilijk maken) - bij balbezit speelhoeken creëren door beweging.

21 Het spelsysteem gebaseerd op zonevoetbal DE BASISTAKEN BIJ BALVERLIES T- De 25 basisprincipes in zonevoetbal BALVERLIES 1 Een blok van 35 op 35 m zetten (speelruimte verkleinen) 2 Evenredige onderlinge afstanden verdedigen 3 Het middenveld thv de middellijn (MEDIUM BLOK) 4 Centrale verdediger, dichts bij de bal bepaalt off-side lijn 5 Positieve druk op de balbezitter 6 Negatieve druk op de balbezitter 7 De dekking door de dichtste medespeler(s) 8 Geen kruisbewegingen met naburige spelers maken 9 Van binnen naar buiten verdedigen 10 Een schuivend en kantelend blok 11 Een meeschuivende doelman 12 Het duel nooit verliezen 13 Het duel proberen te winnen bij 100% zekerheid 14 Recuperatie door interceptie 15 Collectieve pressing bij kans op balrecuperatie 16 Zich niet laten uitschakelen door individuele actie 17 Een voorzet beletten 18 Centrale as afschermen 19 Efficiënte bezetting aan 1 /2 /11 m punt 20 Kortere dekking met zicht op de tegenstander en bal 21 Geen systematische buitenspel 22 Een doelpoging afblokken 23 Een hoog compacte T vorm van minsten 4 spelers + K 24 T vorm remt tegenaanval af 25 Niet T - vorm spelers zo snel mogelijk terugkomen 21

22 Volledige ploeg - Spelers verdedigen elk hun eigen zone zonder kruisbewegingen met medespeler in andere zone uit te voeren en waarbij alle te verdedigen zones bezet zijn. - In de eerste plaats in functie van de bal verdedigen maar hoe dichter bij eigen doel, hoe strikter de dekking op de dichtstbijzijnde tegenstander. - Speler het dichtst bij de bal (en tussen bal en doel), valt de balbezitter aan indien mogelijk voor balontvangst waardoor tegenstander onder druk moet spelen. - 1 tegen 1 duel: agressief maar niet laten uitschakelen. Slechts verdedigend toeslaan wanneer de bal los is van de tegenstander: geen onnodige tackles (slechts bij 100% zekerheid), de balbezitter verplichten van ongevaarlijke laterale passes te geven of te passen naar de zwakste speler. - en bloc naar de balbezitter schuiven door de onderlinge afstanden zo kort mogelijk te houden (niet werkende vleugel (is kant waar de bal niet is) schuift naar binnen. - Goede onderlinge afstanden (10 à 15 m) met speler voor en naast je nastreven om zoveel mogelijk dieptepassen te vermijden (= afsluiten van de speelhoeken). - Onderlinge afstand verkleinen naarmate de speler aan de bal dichterbij komt. - Bij bal op de flank valt flankspeler de balbezitter aan en geeft dichtstbijzijnde centrale speler dekking. - De andere spelers binnen dezelfde linie staan minstens op dezelfde hoogte of eventueel hoger als rechtstreekse tegenstander dit toelaat. - Flankspeler dwingt de aanval naar binnen verder te zetten wanneer er voldoende dekking is en er geen rechtstreeks doelgevaar is (ver van doel weg). In plaats van de aanval trachten af te breken door de bal buiten te tackelen dwingt men de tegenstrever in een situatie waar de balrecuperatie in het spel kan gebeuren en onmiddellijk een tegenaanval kan opgezet worden. - Dichter bij doel : juist andersom, balbezitter dan naar buiten duwen (binnenkant afdekken). - De tegenstander zo ver mogelijk van het doel houden door met verdediging, middenveld en aanval kort bij mekaar als één blok te spelen en met een doelman die ver voor zijn doel speelt. - Bij balverlies komen de linies zo snel mogelijk naar elkaar toe. De ruimte wordt verkleind en men valt dan de balbezitter in blok aan. Er wordt collectief pressing gespeeld op de balbezitter als de bal zich op de flank bevindt. - Zich vooral richten op de 2 e of 3 e pass van de tegenstrever om die te onderscheppen. - Er wordt niet echt op buitenspel gespeeld door een stap vooruit te zetten. Als tegenpartij blind de diepte inloopt zullen er wel veel buitenspelsituaties ontstaan. - Beletten van minderheidssituaties door slecht te intercepteren bij 100% zekerheid en door remmend wijken toe te passen. - Coaching van de keeper en de centrale spelers primeert: wie valt balbezitter aan, wie geeft dekking, wie neemt over. 22

23 BASISTAKEN PER POSITIE BIJ BALVERLIES Doelman: 1 o o o Doelkansen voorkomen door goede coaching en positiespel ver voor doel. Anticiperen vooral op dieptepassen doorheen centrum. Snel duel opzoeken bij 1 tegen 1 situatie, maar slechts in de voeten gaan als je bij de bal kan. Anders remmend wijken. Centrale verdedigers: 3-4 o Eigen zone centraal verdedigen: niet kruisen met andere centrale verdediger. o Zo snel mogelijk balbezitter onder druk zetten indien dichtst bij de bal. 1 tegen 1 duel: agressief, maar niet laten uitschakelen. Slechts tackelen bij 100% zekerheid! o o o o In dekking van naburige flankspeler als die de balbezitter aanvalt. Op dezelfde hoogte van andere centrale verdediger als bal op de andere flank is. Hoe dichter bij doel, hoe strikter de dekking op directe tegenspeler zonder bal. Coaching van andere verdedigers en van middenveld. Flankverdedigers: 2-5 o Zone op de flank verdedigen: niet kruisen met centrale verdediger. o Zo snel mogelijk balbezitter onder druk zetten indien dichtst bij de bal. o 1 tegen 1 duel: agressief maar niet laten uitschakelen, slechts tackelen bij 100% zekerheid! o o o o Tegenstrever naar binnen duwen bij voldoende dekking en geen doelkans (dicht bij de middenlijn). Dichter bij doel: net andersom, balbezitter naar de buitenkant duwen en beletten van de voorzet door dichte dekking. binnenkomen als de bal op de andere flank zit (op dezelfde hoogte van centrale verdediger of hoger als rechtstreekse tegenstander dit toelaat. Hoe dichter bij doel, hoe strikter de dekking op directe tegenspeler zonder bal. Controlerende middenvelders: 6-8 o In je zone dieptepass beletten (speelhoek afsluiten in de diepte). o Zo snel mogelijk balbezitter onder druk zetten indien dichtst bij de bal. o 1 tegen 1 duel: agressief maar niet laten uitschakelen. Slechts tackelen bij 100% zekerheid. o Meeschuiven bij pressing: vooral wanneer tegenstander op de flank in de problemen zit. 23

24 o o Naar binnenkomen als de bal op de ander flank zit. Coaching van andere middenvelders en spitsen. Centrale middenvelder 10 o o o o o o Eigen zone centraal verdedigen: geen kruising van andere looplijnen met andere middenvelder (lateraal) of aanvaller (axiaal). Speelhoek afsluiten in de diepte: dieptepassen beletten. Proberen terug te zakken tussen de 2 controlerende middenvelders Zo snel mogelijk balbezitter onder druk zetten, indien dichtst bij de bal remmend wijken. Niet laten uitschakelen, balbezitter dwingen pass naar de buitenkant te geven. Meeschuiven bij pressing: wanneer tegenstander op de flank in de problemen zit. Coaching van middenvelders en spitsen. Flankaanvallers: 7-11 o o o o Eigen zone op de flank verdedigen; geen kruisbeweging met andere middenvelders of spitsen. Eerst naar binnen komen en ruimte kort houden met centrumspits: beletten dat er diep kan gespeeld worden. Verdedigers dwingen van pass naar buitenkant te geven. Op het juiste moment pressing op de balbezitter, namelijk bij kans op balrecuperatie. M.a.w. eerst tegenstander ophouden en als andere aanvallers en middenvelders goed aangesloten zijn direct felle pressing. Spits: 9 o o o o Zich tussen beide flankaanvallers opstellen: geen kruisbewegingen. afsluiten naar centrum toe (beletten dieptepass). Verdedigers dwingen van pass naar buitenkant te geven. Actief meeschuiven bij pressing. 24

25 BASISPRINCIPES BIJ BALBEZIT T + De 25 basisprincipes in zonevoetbal BALBEZIT 1 Openen: breed 2 Openen: diep Driehoeksspel met evenredige onderlinge 3 afstanden Ruimte creëren voor zichzelf en het benutten 4 ervan Ruimte creëren voor medespeler en het 5 benutten ervan 6 Geen 'dom' balverlies lijden 7 Zo snel mogelijk de bal nauwkeurig doorspelen 8 Zo hoog mogelijk balsnelheid 9 Diagonale IN en OUT passing naar zwakke zone 10 Een speler of lijn overslaan 11 Infiltratie in de ruimte op het juiste moment 12 Give and go, geven en gaan 13 Infiltratie met de bal in balzekerheid 14 Tegenstander opzoeken - challenge 15 Doelkansen creëren dmv individuele actie 16 Een bruikbare voorzet trappen 17 Subtiele eindpas in de diepte Efficiënte bezetting bij voorzet: 1 /2 / penalty 18 punt 19 Snel dekking ontvluchten door snel te bewegen 20 Diepte induiken in de rug van de verdediging Zo snel mogelijk afwerken bij werkelijke 21 doelkans De verste spelers lopen zich vrij (loshaken/ uit 22 blok) 23 Na balrecuperatie is de 1 actie diepte gericht 24 Diep blijven spelen 25 Enkele spelers infiltreren uit het blok ( = in sprint) 25

26 Volledige ploeg. Positiespel is cruciaal: zo breed mogelijk houden van terrein en ideale passafstanden binnen het driehoeksspel nastreven. Goed in eigen zone spelen maar nooit op één lijn met spelers van dezelfde linie en dezelfde zone: ideale veldbezetting nastreven in functie van driehoekspel. Gevarieerd combinatiespel waarbij snel diepte wordt gezocht: geen eindeloos breedtespel. Iedere speler houdt goed zijn zone en voert bij verrassing plaatswissel uit met speler in naburige zone. Taakovername en rugdekking bij inschuivende speler. Aanvallen doorheen het centrum indien mogelijk: door een goeie dieptepass meerdere tegenstrevers uitschakelen en medespeler alleen voor doel of in schietpositie trachten te brengen. Aanvallen langs de flank als centrum dicht zit met zorg voor strakke voorzet naar spelers voor doel. Efficiënte bezetting van waarheidszone van de tegenstrever: spits 1 e paal, andere spits 2 e paal, aanvallende middenvelder komt centraal ter hoogte 16m. lijn strafschoppunt. Bij werkelijke doelkans naar doel trappen/koppen. Meerderheidssituaties creëren d.m.v. inschuiven naar volgende linie, individuele acties en 1-2 bewegingen. Perfectie nastreven bij passenspel: op goede voet aanspelen, met juiste balsnelheid, op juiste moment, niet onnodig lopen met de bal. Coaching van de aangespeelde speler: draai, kaats, ga diep, naar binnen, naar buiten, Verdedigers en middenvelders vermijden foutieve laterale passes. Coaching van de centrale spelers primeert. BASISTAKEN PER POSITIE BIJ BALBEZIT Doelman: 1 o o o Terugspeelbal vragen om spel te verleggen. Aanval zonder risico inzetten d.m.v. uittrap, doeltrap of uitworp. Coaching van de achterste linie 26

27 Centrale verdedigers: 3-4 o Goed in steun komen van doelman en flankverdediger: vrijstaan en ideale passafstand innemen. o o o o o Snel en juist de bal aannemen. Eerst trachten vooruit te spelen, dan lateraal en dan achteruit. Verleggen van het spel wanneer een flank vastzit. Op het juiste moment door het centrum inschuiven en als de dekking verzekerd is. Coaching van het ganse elftal: linies bij elkaar houden-aanspeelbaarheid garanderen. Flankverdedigers: 2-5 o speelveld zo breed mogelijk maken door zich tegen de zijlijn vrij te lopen. o o Inschuiven langs de flank als de taak kan overgenomen worden door controlerende middenvelder. Indien mogelijk iemand van het middenveld(kort) of de aanval(lang) aanspelen. Controlerende middenvelders 6-8 o Zich aanspeelbaar opstellen in zijn zone voor verdediger en juist ingedraaid staan bij balontvangst. o o o o o o Aanvallende middenvelder, flankaanvaller en centrumspits op ieder moment steunen. Op geschikt moment diep gaan langs de flank. Foutieve laterale passes vermijden. Eerst trachten vooruit te spelen, dan lateraal en dan achteruit. Zo snel mogelijk diep flankaanvaller, aanvallende middenvelder of diepe spits aanspelen. Taakovername bij inschuivende flank- of centrale verdediger. Centrale middenvelder: 10 o steeds aanspeelbaar opgesteld zijn voor alle spelers (vrijlopen naar de bal toe). o o o o o Bal bijhouden tot de linies aangesloten zijn. Spelverleggen indien flank vastzit. Aannemen van de bal in functie van doel: dus draaien indien mogelijk, anders terugkaatsen. Aanvallers steunen en eventueel via 1-2 ze voor doel of op de flank vrijspelen. Goede positie t.h.v. 16m bij voorzet. 27

28 o Individuele actie doorheen het centrum. Flankaanvallers: 7-11 o Zo diep mogelijk spelen: proberen vrij te komen in de hoek om voorzet te trappen. o o o o Zo breed mogelijk opgesteld waardoor centrumspits centraal ruimte krijgt. Via individuele actie langs buiten voorzet trappen of langs binnen naar doel trappen. Bij voorzet van de andere kant naar de 2 e paal komen. Naar binnen komen om ruimte te maken voor flankverdediger of controlerende middenvelder. Spits: 9 o o o o Aanspeelbaarheid voor dieptepass als targetman verzekeren door voortdurend te bewegen van links naar rechts zonder echter ver uit te wijken naar de zijkant toe. goed afschermen en terugleggen op middenvelder of diep spelen in de hoek voor flankaanvaller. Bij voorzet op juiste moment naar 1 e paal toe bewegen. Fouten uitlokken rond en in het 16m gebied. 28

29 Opbouw van de basics en tactics INITATIEFASE BASICS TACTICS B+ B- B+ B- FUN!! NVT Wedstrijdjes 2/2 op Initiatieveld Leiden van de bal Dribbelen Scoren Duivels 5/5 BASICS TACTICS B+ B- B+ B- Leiden Druk zetten Breed openen (1) Hoge pressing op de bal Dribbelen Interceptie Infiltratie met bal in de open ruimte Nooit laten uitschakelen (12) Doelpoging 8m Korte dekking 1-2 acties (3-) Doelpoging afblokken (22) Doelpoging op lage voorzet Opstelling tussen tegenstrever en doel Zo snel mogelijk afwerken (21) Opstelling tussen tegenstrever en doel Vrijstaan Duel aangaan Individuele actie naar doelkans Zich niet laten uitschakelen door individuele actie (16) Ingedraaid staan Meespelen doelman Positie doelman (11) Korte pass Bal inleiden, zowel doelman als speler Verste voet Ctrl Opbouw vanachter uit Doelman Spelvorm Laat iedereen deelnemen als doelman (die wil), zo ontdek je wie aanleg heeft. B+: doelman fungeert als speler, B- doelman fungeert als doelman Fun is het belangrijkste 29

30 Preminiemen 8/8 BASICS TACTICS B+ B- B+ B- Halflange pass Interceptie halflange pass Geen 'dom' balverlies lijden (6) Positieve druk op de balbezitter (5) Controle op halfhoge bal Korte dekking op halfhoge bal Ruimte creëren voor zichzelf en het A spelers zo snel mogelijk terugkomen Vrijlopen om aanspeelbaar te zijn (beweging zonder bal) Speelhoeken afsluiten benutten ervan (4) Infiltratie in de ruimte op het juiste moment (11) Inwerpen Dekking op inworp Give and go, geven en gaan (12) Traptechniek: vrije trap Doelpoging op 15m Doelman U10/11Basics: in beweging en naar de bal toe Omschakeling B+ naar B- Klemmen hoge bal met springen Zweven (duiken) naar beide kanten Onderscheppen diepe bal Uitwerpen Meespelen in B+ Traptechniek: wreef, dropkick U12/13 Basics: alle oefeningen op grijphoogte en in stilstand Uithangshoudingen Plaatsen muur klemmen lage bal zweven (vallen) naar beide kanten Uitrollen Uitgooien Uittrappen vanop de grond Ontzetten met beide voeten Meespelen in B+ Een bruikbare voorzet trappen (16) Zo snel mogelijk de bal nauwkeurig doorspelen (7) (25) Kortere dekking met zicht op de tegenstander en bal (20) Het duel proberen te winnen bij 100% zekerheid (13) Een doelpoging afblokken (22) T vorm remt tegenaanval af (24) 30

31 Knapen 11/11 BASICS TACTICS B+ B- B+ B- Lange pass Speelhoeken afsluiten Openen: breed (1) Van binnen naar buiten verdedigen (9) Controle op hoge bal Korte dekking op lange pass Openen: diep (2) Recuperatie door interceptie (14) Doelpoging op 20m Interceptie lange pass Subtiele eindpas in de diepte (17) Evenredige onderlinge afstanden verdedigen Lopen om medespeler vrij te lopen Lopen als steun Hoekschop trappen Vrijschop nemen Snel voetenwerk Hoge voorzet Steun in dekking Afweren directe vrije trap, opstellen van muur Ruimte creëren voor medespeler en het benutten ervan (5) Driehoeksspel met evenredige onderlinge afstanden (3) Efficiënte bezetting bij voorzet: 1 /2 / penalty punt (18) Enkele spelers infiltreren uit het blok ( = in sprint) (25) Zo snel mogelijk afwerken bij werkelijke doelkans (21) Een bruikbare voorzet trappen (16) Een speler of lijn overslaan (10) Snel dekking ontvluchten door snel te bewegen (19) Doelman Basics: met sprong zweven, plukken en tippen Boksen Uitkomen op centers Plaatsing bij muur (rechtstreeks, onrechtstreekse vrije tap) Coaching verdediging bij B- en B+ Traptechniek: zuivere diepe bal (2) De dekking door de dichtste medespeler(s) (7) Kortere dekking met zicht op de tegenstander en bal (20) Efficiënte bezetting aan 1 /2 /11 m punt (19) Efficiënte bezetting aan 1 /2 /11 m punt (19) Een doelpoging afblokken (22) Een voorzet beletten (17) Negatieve druk op de balbezitter (6) 31

32 Herhaling van de Basics: nadruk leggen op snelheid van uitvoering. Scholieren en hoger 11/11 BASICS TACTICS B+ B- B+ B- De verste spelers lopen zich vrij (loshaken/ uit blok) (22) Alles met opponent: Beschermingstechnieken Duel 1/1 in 16m Duel 1/1 buiten 16m Coaching bij stilstaande fases Keuze bij infiltratie opponent Zo hoog mogelijk balsnelheid (8) Diagonale IN en OUT passing naar zwakke zone (9) Diep blijven spelen (24) Na balrecuperatie is de 1 actie diepte gericht (23) Doelman Een blok van 35 op 35 m zetten (speelruimte verkleinen) (1) Het middenveld thv de middellijn (MEDIUM BLOK) (3) Centrale verdediger, dichts bij de bal bepaalt off-side lijn (4) Geen systematische buitenspel (21) Een hoog compacte T vorm van minsten 4 spelers + K (23) 32

33 Basics Doelmannen 1.Uitgangshoudingen Veel mensen denken dat voor keepen een uitgangshouding bestaat. Dit is echter niet een goede gedachte. Als keeper moet jij je eigen uitgangshouding ontwikkelen: dit is de houding waarmee jij het snelst kan reageren(in alle opzichten). Als keeperstrainer kan je natuurlijk wel wat tips geven. Je moet altijd naar alle kanten kunnen bewegen en je eigen lichaam moet niet in de weg zitten. Ook moet je op het moment dat je in actie moet komen op je voorvoetjes kunnen staan, Zo kun je het snelste reageren. Verder moet je nooit direct te laag bij de grond gaan zitten omdat je zo op een bal die over je heen gaat niet snel genoeg kan reageren. Ook is het belangrijk hoe je armen staan. Bij ballen die naast je komen moeten je armen al iets naar de zijkanten staan. Dit is ook het geval bij de 1 op 1 situatie. Je moet jezelf breder maken en je al vrij dicht bij de grond zijn, Zo maak je jezelf breed en kan je de bal sneller onderscheppen als de speler je voorbij wil. 2.Duiken op de grond De manier waarop je duikt is erg belangrijk omdat je hiermee vrij snel geblesseerd kunt geraken. Het is erg belangrijk om dit dus ook veel te oefenen op keepertraining. Omdat de keeper hier op normale training niet op gewezen word moet je dit voor zijn Als je de keeper veel laat oefenen met het duiken word het een automatisme waardoor hij de rest van zijn loopbaan beter terecht zal komen. Bij het duiken naar een bal over de grond zijn een paar dingen belangrijk. Zorg dat de keeper niet met zijn hele lichaam direct op de grond komt. De keeper moet vanaf het begin van zijn lichaam geleidelijk op de grond terecht komen. Eerst onderbenen, bovenbenen, zijn zij, schouder en hoofd(beter nog is het hoofd niet op de grond te laten komen). 3.Zweven Zweven is een heel andere techniek dan het duiken over de grond. Bij zweven moet je echt kijken of het op dat moment wel nodig is. Bij zweven kom je erg hard op de grond terecht, daardoor is zweven erg blessuregevoelig. Bij zweven heb je geen bepaalde techniek, je moet vooral zorgen dat de keeper volledig strekt en dat hij de gang naar de grond niet te snel maakt( terecht komen op hoofd /nek). Verder moet je je beweging afmaken door te rollen(je maakt de beweging helemaal af zodat je de snelheid van je lichaam niet gaat tegenwerken) zo krijg je minder snel een blessure. 33

34 4.Stapje Bij ballen die te ver in de hoek komen moet je meer afstand maken dan je met duiken kan overbruggen. Hierdoor moet je voordat je gaat duiken nog een extra stapje zetten. het is heel erg belangrijk dat keepers dit op jonge leeftijd leren(voor de overgang naar miniemen). Een keeper die dit niet heeft geleerd voor de miniemen gaat automatisch al te snel naar de grond waardoor hij niet meer bij de bal kan komen. De keeper moet als de bal te ver is om direct te overbruggen dus een stapje in de goede richting zetten. 5.Insnijden (Schuin naar voren) Als je duikt moet je zorgen dat je lichaam schuin naar voren op de grond komt. Zo voorkom je dat als de bal hard getrapt is zodat je de bal niet klem kan pakken dat hij als nog de hoek ingaat. Ook verklein je de hoek waardoor je de bal net verder naar buiten kan tikken als het nodig is. Vergeet dit onderdeel niet! Om een echt goede keeper te worden moet deze techniek aangeleerd worden. Op veel amateurclubs komt dit onderdeel te weinig aan de orde maar ik kan u verzekeren dat dit bij een profclub bijna het eerste is waar erg veel op geoefend word. 34

35 6.Vangen van hoge ballen Het vangen van de bal van de keeper kan veel gevaarlijke aanvallen direct afbreken. Bij het niet vangen van de bal geef je de tegenstander een 2e kans, je moet dus altijd zorgen dat je het grootste gevaar vermijdt. bij hoge ballen is het moeilijker in te schatten voor een keeper of de bal direct gevangen kan worden. Bij het bovenhands vangen moet je zorgen dat er niet te veel ruimte zit tussen je handen zodat de bal er niet door kan glippen. Ook moet je zorgen dat je van de twee buitenste vingers van je handen een driehoek maakt. Zo maak je een soort netje van je handen waardoor ballen gemakkelijk te vangen zijn. Als de bal gevangen is moet de bal zo snel mogelijk tussen de armen en de borst terecht komen, zo bescherm je de bal en jezelf. 7.Pakken van lage bal 35

36 Bij lage ballen geld weer een heel andere techniek. Bij alle vangballen moet de bal uiteindelijk tussen je armen en de borst geklemd worden(je maakt een holletje van je armen en klemt de bal tegen de borst). Bij een bal laag over de grond staat de buitenkant van je armen naar de grond. Je steekt je armen naar de bal zodat je handen en armen onder de bal komen, Daarna klem je de bal op de borst. Is de bal erg hard of moet je inkomen omdat de aanvaller doorloopt dan laat je je na je loopactie naar voren vallen op je buik. Zo val je niet over je eigen benen en loop je de bal niet voorbij. Bij ballen tussen onderbuik en kin moet je een afweging maken om de van direct in het holletje van je armen op je borst te klemmen of om net als bij de hoge ballen te vangen en dan op de borst te klemmen. Je handen moeten dan uiteraard wel naar de bal toekomen. 8.Rollen van de bal Bij het rollen van de bal naar een medespeler moet je keeper zorgen dat je bal niet gaat stuiteren. Hij moet dus helemaal meebewegen met de baan van de bal. De arm en hand moet dus ongeveer functioneren als een achtbaan. Zo gaat de bal in dezelfde lijn op de grond en gaat de bal niet stuiteren, De keeper hoeft hem dan alleen nog maar de juiste snelheid mee te geven. 9.Uitgooien Bij het uitgooien gebruik je bijna dezelfde techniek als met het rollen. Je kunt de bal met de hand drukken zodat er op korte termijn veel vaart achter komt. Dit is erg handig als je dicht bij je de bal snel mee wilt geven. Verder heb je nog de bovenhandse en zijwaartse worp. De bovenhandse worp laat je paar boven je hoofd los. Dit wordt meestal gebruikt voor de lange afstanden. Je gooit je arm vanaf het begin helemaal achter je rug naar boven en laat hem op het hoogste punt vertrekken zodat je de vaart niet verminderd. Je houd je arm de hele tijd in 1 rechte lijn. De zijwaartse worp is iets anders. Je strekt de arm niet helemaal en laat de bal naast je hoofd los. Ook heb je nog een onderhandse worp die je kunt gebruiken voor de iets langere afstanden. Het is bijna hetzelfde als het rollen. De bal raakt alleen in het begin niet recht de grond maar gaat eerst een stukje door de lucht. Daardoor kan de bal geslingerd worden waardoor je hem meer vaart mee kunt geven. 10.Uitkomen Je moet in meerdere situaties uitkomen. Maar de actie die je moet maken is niet altijd hetzelfde. Je kunt door het uitkomen bijvoorbeeld direct onderscheppen, maar de aanvaller kan ook op je afkomen. Door je armen laag te houden en iets door je knieën te gaan maar je jezelf al een stuk breder. Zorg er wel voor dat je als keeper niet te veel afstand houdt tussen de aanvaller en jezelf. Zo kan de aanvaller je namelijk gemakkelijker passeren en kan hij de bal over de keeper heen plaatsen. Je duikt pas op de bal als je helemaal zeker bent dat je hem hebt. Drijf hem anders naar de zijkant zodat je de goal kleiner maakt (zeer moeilijk om te scoren) en maakt het mogelijk dat de verdediger terug kan druk zetten. 36

37 Trainingsmethodiek METHODIEK 100% in overeenstemming met de RICHTLIJNEN van de TRAINERSSCHOOL MIM METHODE OPWARMING WEDSTRIJD-TUSSENVORM-TUSSENVORM-WEDSTRIJD COOLING-DOWN Een training is een geheel, opgebouwd rond een centraal thema. In een training zitten steeds de volgende componenten: TECHNIEK Uitbreiding van de reeks van vaardigheden, onderhouden van de aangeleerde vaardigheden, perfectioneren ervan. FYSIEK Aangepast aan de leeftijdscategorie, aan externe omstandigheden zoals terrein en weer, aan de noodwendigheden. TACTIEK Aangepast aan de categorie, aan de conclusies van de vorige wedstrijd, aan de organisatie van de volgende wedstrijd. PSYCHISCHE BEGELEIDING Met daarin het opvoedkundig aspect. Een training is steeds een onderdeel van een groter geheel, een element van evolutie. Altijd gericht op het behalen van de vooropgestelde doelstellingen per leeftijdsgroep. Een training bestaat steeds uit (MIM methode): - opwarming - de oefenstof (wedstrijd- en tussenvormen) - de cooling down Voor duiveltjes en preminiemen wordt er geen stretching voorzien. 37

38 Voor deze leeftijd wordt er bij de opwarming steeds een of andere spelvorm voorzien, vanaf 2 e jaars preminiemen kan men al eens zuivere opwarmingsoefeningen geven (steeds met aandacht wat kan/niet kan voor deze leeftijd). Uit den boze : gewoon rondjes lopen rond een voetbalveld heeft totaal geen zin!! Laat de kinderen oefeningen doen MET bal, laat ze lopen met de bal aan de voet, laat ze een pasvorm doen waarbij ze zich van punt naar punt moeten verplaatsen in snelheid. Jongeren moeten zich het balgevoel eigen maken. Kenmerken van een degelijke training: De speler leert op elke training iets bij. De spelers ondervinden dat de wedstrijdprestaties beïnvloed worden door de trainingen. Een training is plezant, hoe groot de inspanning ook is. Maak niet de fout dat je steeds met iets nieuws moet komen. Variatie kan worden gezocht in dezelfde oefeningen. Organiseer uw training zodat u zo weinig mogelijk materiaal moet verplaatsen. Zet zoveel als mogelijk van tevoren klaar. Pas de grootte van het terrein aan, aan het niveau en de doelstellingen van uw spelersgroep. Maak onderscheidt tussen de verschillende niveaus bij de duiveltjes/preminiemen (A+,A,B,C)* (zie verder in dit jeugdplan betekenis A+ ed.) Differentieer! Een training is een uitdaging: de oefenstof wordt zo gekozen dat de spelers steeds iets verder moeten gaan dan hun kunnen. De verhouding inspanning rust is overdacht, er moet voldoende recuperatietijd zijn. De verhouding inspanning ontspanning is overdracht: momenten van fysische en psychische inspanning worden afgewisseld met spel. Een training is aangepast aan de groep en is bij momenten gedifferentieerd: d.w.z. dat aan kleinere groepen andere oefenstof wordt aangeboden. Een training is een les: de trainer demonstreert, begeleidt, stopt de oefening, stuurt bij, evalueert. De training wordt gegeven in een duidelijke en begrijpelijke taal, bij duiveltjes/ preminiemen : zet je je best neer op hun ooghoogte om iets uit te leggen, dan begrijpen de kinderen je sneller. Het taalgebruik is correct (aangepast aan de groep). Wees steeds zelf een voorbeeld voor je spelers! 38

39 Gericht opleiden. Continu verbeteren is het doel van de jeugdopleiding. Een doordacht systeem voor ontwikkeling en verbetering is de PDCA cirkel: Plan (plannen), Do (doen), Check (analyseer, evalueer), Act (ageren) Deze PDCA is een middel om het doel te bereiken zonder dat het doel een middel wordt. Deze cirkel is slecht één element uit de cyclische opbouw die elke doelgroep, welke leeftijd ook, meekrijgt. In het JOP staan er doelstellingen per leeftijd. Weinig en niet complex op jonge leeftijd, meer en complexer bij een oudere leeftijd. Niet enkel de doelstellingen zijn belangrijk, het opnemen van de stof des te meer. Daarom is de planfase en de evaluatiefase in de PDCA nog belangrijker dan de uitvoering en het ageren. PDCA in het kort uitvergroot: Plan De eerste stap voor een geslaagde training is het plannen. Niet enkel wat jij wilt of wat de club verlangt zijn belangrijk, doelstellingen zijn slechts een weergave van het verhoopte niveau. Wat wel belangrijk is aan doelstellingen is dat het weergeeft naar waar gewerkt moet worden. Hierbij rekening houdend de beginsituatie: kunnen ze allemaal hetzelfde? Is er een groot niveauverschil? Moet ik gedifferentieerd trainen? Wat zijn hun fysieke kwalificaties? Hun psychische eigenschappen? Allemaal factoren die je in acht moet nemen vooraleer ook maar een eerste oefening in gedachte te hebben. In de planfase is het denken hoe je doel per doel kunt bereiken van even groot belang als het doel zelf. Het opsplitsen van de doelstellingen in leerdoelen is de kunst. Hiervoor zijn in het JOP vele eigenschappen per leeftijdsgroep weergegeven vooraleer er ook maar een woord gerept wordt over de doelstellingen. Wie en wat komen voor de hoe vraag. Plan het planmatig, het alfabet begint met de A, niet met de ABCDEF, begin met A en ga pas naar B als A beheerst wordt. Wat natuurlijk niet wil zeggen dat A niet herhaald mag worden na de B. Of dat A en B en C, nadat deze individueel behandeld werden en gekend zijn, niet in één training mogen gestoken worden. Dit heet dan het cyclisch proces. Niet enkel de A B C D zijn belangrijk, ook het overbrengen. Ook hier dient over nagedacht. DO Wanneer het plan klaar is gaat men over naar het doen. Dit is de planning op het veld brengen, of de training. Heel belangrijk is hier om zich aan het plan te houden. Pas niet aan midden in de training, het goede plannen zou dit eigenlijk niet mogen toelaten. Check Na de training is het heel belangrijk deze te evalueren en te analyseren. Is het leerdoel bereikt? Heb ik mijn doel bereikt? Hoe heeft de groep de stof verteerd? Wat liep er goed? Wat liep er mis? Hoe was mijn communicatie? Hoe reageerde de groep? Zijn er verbeterpunten, of misschien wel 39

40 opportuniteiten? Deze en nog vele andere vragen zijn zeer belangrijk, voor jezelf, voor de doelgroep, voor de doelstellingen, voor de volgende trainingen. Noteer deze punten aandachtig, trainingen zijn niet limitatief, alle bewaarde elementen kunnen later ( een ander seizoen) nog van pas komen. Act Pas na een goede evaluatie kan men beginnen plannen aan een volgende training. Zeer belangrijk is dat je de werkpunten uit de evaluatie herneemt. Moet dit bij de volgende training? Als het doel, of thema, hetzelfde is dan zeker en vast. Is het een nieuw thema, let dan op de valkuil dat bepaalde elementen uit een ander thema, of doel, hier hun invloed kunnen hebben. Het welslagen van een goed cyclisch proces is dat de werkpunten die uit een evaluatie opborrelen eerst moeten worden weggewerkt voordat het leerdoel kan afgevinkt worden. Kleine correctieve acties kunnen genoeg zijn, de volledige training overdoen even goed. Het cyclisch proces: Bij de PDCA spraken we over een cirkel, het cyclisch proces is dat wanneer men alle cirkels op elkaar legt men komt tot een speler die al over heel wat bagage beschikt. Die cirkels zijn de leerdoelen, het totaal van alle leerdoelen vormen de doelstellingen. Na vele jaren trainen hebben we, de verschillende trainers, de basis gelegd voor een speler van het A elftal. Niet bij de eerste training moeten ze alles kunnen, slecht helemaal op het einde. 40

41 Coachingwoorden Voetbal is een ploegsport, maar de 11 beste spelers van het land vormen niet automatisch het beste elftal. Inzet, zin voor samenspel, doorzettingsvermogen zijn slechts enkele facetten die een ploeg kwalitatief sterk maken en onderscheiden. Een goede communicatie en het onderling coachen aan en door medespelers bezorgen het collectief spel een onbetwistbare meerwaarde. Het onderling coachen moet kort en krachtig zijn. Enkele woorden kunnen volstaan. Belangrijk is uiteraard dat de spelers dezelfde voetbaltaal spreken. Richtlijnen geven aan medespelers en richtlijnen van medespelers begrijpen en aanvaarden (= coachbaar zijn) is een belangrijke pijler in de opleidingsfilosofie van het spelen in zone. AANNEMEN (Controle): De bal onder controle brengen. (OF1) ACTIE: Doe een individuele actie (naar doel) (OF1) AFHAKEN: zakken in de vrije ruimte (OF3) ALLEEN (TIJD): je hebt tijd voor controle en te kijken. (OF1) BIJHOUDEN: bal bijhouden, afschermen en wachten op steun (OF2) BUITENOM: Achter de rug van de bal bezittende medespeler om, de ruimte in sprinten die aan de buitenkant vrij is (OF3) CONTROLE: De bal aannemen (opengedraaid staan, buitenste voet, georiënteerde controle) (OF2) DIEP: In de ruimte richting doel van de tegenstander lopen of spelen. (OF2) DOORDRAAIEN: De bal zo aan- en meenemen met overzicht op groot gedeelte van het veld (OF3) DRIBBEL ZOEK OP- MAAK ACTIE: tegenstander opzoeken en proberen deze uit te schakelen. HARDE VOET: laat je niet doen, verhoog je inzet (OF2) HOUDEN: niet zakken, houd de anderen onder hoge druk (OF2) KAATSEN: De bal direct terugspelen naar de speler die jou de bal aanspeelt. (OF3) KIJKEN: kijk wie beweegt, naar wie je de bal gaat spelen (OF2) LEIDEN DRIJVEN: Met bal aan de voet zo veel mogelijk terreinwinst boeken (OF1) LICHAAM: Je lichaam tussen de bal en de tegenstander brengen. Schouders gebruiken (of2) NAAR BINNEN: Speler loopt/sprint van de zijkant naar binnen om ruimte te maken voor opkomende speler. (OF3) OVERNEMEN: neem positie over van andere speler (zowel aanvallend als verdedigend) (OF3) OPENDRAAIEN: zet lichaam in positie om direct en snel doorpassen mogelijk te maken (OF2) RUG: De speler moet opletten want er komt iemand in zijn rug (OF3) SCHERM (BAL) AF Je lichaam tussen de bal en de tegenstander brengen. De tegenstander kan dan niet bij de bal (OF3) SPEEL: De bal direct naar een vrijstaande medespeler spelen (OF2) SPELEN: Geef de bal (OF2) SPREKEN: laat horen waar je staat (OF2) LOS: De betrokken speler mag de bal niet meer aanraken (OF3) STEUNEN (AANBIEDEN): aanspeelbaar zijn, ga helpen (OF2) VERANDER: spel verleggen naar de andere zijde van het veld (OF2) VOET: Speel de bal in de voet (OF2) VRIJLOPEN: Zoek de vrije ruimte (= plaats waar noch een tegenspeler, noch een medespeler staat) WEG: De bal onmiddellijk ontzetten (OF2) WERKEN: inzet op het plein! (OF1) ZAKKEN: terug in verdedigende positie komen (OF2) 41

42 Practische tips voor (Nieuwe) trainers Elk jaar weer worden bij VVCB nieuwe trainers gezocht en gevonden. Die mensen beschikken vaak over een ruime dosis enthousiasme. Maar veel van de trainers die aangetrokken worden voor de jongste categorieën (debutantjes, duiveltjes, preminiemen) hebben weinig of geen concrete trainerservaring. De vragen die elke beginnende trainer zich stelt: hoe begin ik eraan?, waarop let je? Wat is nu echt van belang? Welke oefeningen moet ik geven? Hoe zorg je voor een goede gradatie (is mijn training te zwak of is mijn training te zwaar?) Daarom is de inbreng van de jeugdcoördinator zeer belangrijk in de persoonlijke coaching van de trainers. Die aanpak blijft, ook vanuit menselijk oogpunt, heel belangrijk. De jeugdcoördinator zorgt, voor elke leeftijdscategorie, niet alleen voor een correcte implementatie van het jeugdplan, hij staat ook de (nieuwe) trainers bij met raad en daad. Onderstaande tekst is een hulpmiddel voor beginnende trainers. We geven een aantal praktische tips en trucs, in eerste instantie voor de duiveltjes. De tekst is uiteraard ook aanbevolen lectuur voor de andere trainers. Hoe bouw je training op? (zie het PDCA model: gericht opleiden) Om het leerproces tijdens een training te verbeteren is het verstandig een training goed op te bouwen. Dat vergt voorbereiding. Eerst moet je kijken naar de leeftijdsgroep : wie train je, hoe oud zijn de spelers, welk niveau halen ze? Voor de training wordt een doelstelling (thema) bepaald, eventueel vanuit een concreet probleem dat je vaststelt tijdens een wedstrijd of vorige training. Bijv: nog te veel spelertjes hebben nog niet de juiste traptechniek. Die doelstelling kan ook passen binnen een opleidingsschema op langere termijn. Er wordt oefenstof gezocht die ervoor kan zorgen dat de doelstelling kan worden gehaald. Aarzel niet om daarvoor de jeugdcoördinator of een collega-trainer aan te spreken. Dan wordt de training uitgevoerd, met het accent van de coaching op de doelstelling. Na de training controleert en evalueert de trainer zijn eigen training. Om een training werkbaar te maken, wordt ze opgedeeld in een aantal fasen: De OPWARMING hoeft geen professionele opwarming te zijn met warmlopen, stretching enz Bij duiveltjes is het belangrijker dat de spelertjes eerst even uitrazen om vervolgens geconcentreerd en gemotiveerd aan de training te beginnen. Vaak zijn ze al heel actief bezig geweest voor de training begint. Spelletjes als tikkertje zijn daarvoor goed te gebruiken, maar natuurlijk kan het geen kwaad als de bal er ook al bij wordt gebruikt (duur : ong. 10 min). Je kan er ook voor kiezen om van een aantal opwarmingsoefeningen of spelletjes een vast stramien te maken dat elke training gebruikt wordt. Zo kunnen de spelers die opwarming na verloop van tijd met minimale begeleiding goed uitvoeren. In de ORIENTATIEFASE (tussenvorm) wordt een eerste aanzet gegeven voor de doelstelling van de training: relatief lichte oefenstof, waar meestal op technische aspecten gewezen kan worden: passeren per paar, slalom binnenkant voet, beide voeten gebruiken, (10-15min). In de KERN (wedstrijdvorm)van de training worden 1 of 2 belangrijke oefeningen voorzien die nauw aansluiten bij de doelstellingen van de training. De oefeningen in de 42

43 oriëntatiefase kunnen daartoe ook al een aanzet geven. Meestal worden in deze fase afwerkvormen, positiespelen of kleine wedstrijdjes gebruikt (20-25min). Bij de TOEPASSINGSFASE moet het geleerde in de praktijk worden toegepast: meestal wordt er dan gekozen voor een wedstrijdje. De regels kunnen aangepast worden, zodat er extra nadruk op de doelstelling kan worden gelegd: bijv. een wedstrijdje zonder doelen, waarbij een punt gescoord wordt wanneer de bal een aantal keer achtereenvolgens door - spelers van dezelfde ploeg wordt aangeraakt. Daarmee wordt geoefend op balbezit (15-20min) Tijdens de AFSLUITING praat de trainer met zijn spelers. Hij wijst op elementen die niet echt goed gingen, geeft complimentjes over de inzet en informatie over de volgende training of wedstrijd. Hij kan ook controleren of zijn spelers iets hebben geleerd. Vervolgens helpen de spelers om het materiaal op te ruimen onder toezicht van de trainer! (5min). Hij geeft de spelertjes huiswerk mee. Na de training gaat de trainer voor zichzelf na welke oefeningen wel of niet goed liepen en waar dat aan lag. (CONTROLE & ZELFEVALUATIE). EEN MUST BIJ ELKE TRAININGSESSIE EN VOOR ELKE LEEFTIJD : Elke oefening wordt zowel met RECHTERvoet als met LINKERvoet uitgevoerd. Alle aandacht voor TWEEVOETIGHEID!!!. Enkele algemene aandachtspunten : - Wat de trainer uitlegt, ondersteunt hij best met een voorbeeld. Hij kan een oefening ook (laten) voordoen. Spelers leren meer van wat ze zien dan van wat hun verteld wordt. Leg een oefening kort uit, toon ze vervolgens en laat de spelers zo snel mogelijk starten. Als de oefening eenmaal goed loopt en de spelers vatten de bedoeling, kan de trainer starten met het geven van aanwijzingen. - Bij de uitleg is het belangrijk dat de trainer op het niveau van de spelers acteert, zowel qua taalgebruik (ze moeten begrijpen wat hij vertelt) als letterlijk: de hoogte. Als spelers steeds omhoog moeten kijken, zal de concentratie eerder afnemen. Een trainer moet er dus geen schrik van hebben om, zeker bij de jongste spelertjes, op zijn hurken bij zijn spelers te zitten. - De trainer zorgt ervoor dat hij zich tijdens de uitleg zo plaatst dat de zon niet in de ogen van de spelertjes schijnt en/of dat er zich achter zijn rug niets gaande is dat de aandacht van de jonge spelers afleidt. - Tijdens het coachen van een wedstrijd of het leiden van een training moet een trainer zich verstaanbaar kunnen maken. Dit is niet altijd evident. Jonge spelertjes zijn snel afgeleid en bevinden zich tijdens de wedstrijd in een stresserende situatie. Het geroep van de ouders en supporters maakt het er niet beter op. Niet alle trainers beschikken over een stem die ver draagt. Daarom zal een trainer, om zich verstaanbaar te maken en om de aandacht te krijgen, er vaak voor moeten kiezen om zijn stem te verheffen. Het is belangrijk dat een trainer weet dat kinderen roepen vaak associëren met een boze volwassene. Aarzel daarom niet om de spelers voor en eventueel opnieuw na de wedstrijd eraan te herinneren dat je niet kwaad bent wanneer je roept. - Als je bij het coachen van een wedstrijd een welbepaald spelertje een paar keer na elkaar hebt moeten wijzen op bepaalde gebreken in zijn spel, geef dan bij de eerstvolgende gelegenheid een positieve opmerking over wat hij gedaan heeft. HAAL HET MAXIMUM UIT ELKE SPELER EN UIT JE PLOEG DOOR EEN POSITIEVE COACHING 43

44 Iedereen wordt graag positief aangemoedigd Het vertrouwen in eigen kunnen stijgt Het vertrouwen in de trainer stijgt Ouders krijgen een positief gevoel van de trainer LET WEL : de trainer blijft hameren op wat de speler(s) verkeerd doen of beter kunnen doen! Gerichte wissels bij oudere jeugdspelers zijn: - Flankspelers (achteraan-midden) die van links naar rechts verhuizen (tweevoetigheid!). - Centrale verdedigers die afwisselend in de mandekking, achter de mandekkers en in zone spelen. - Spitsen die lateraal en axiaal wisselen. - Centrale middenvelders die afwisselend een meer v verdedigende/aanvallende positie innemen. Bij de jongste spelers (duiveltjes, preminiemen) moet elke speler in principe op elke plaats kunnen spelen. Bij de duiveltjes geven we echter mee dat de meest begaafde speler het meest op de staart speelt. Het is de bedoeling om op jonge leeftijd te leren van achteruit te voetballen. Bij de duiveltjes is het ook aan te raden om een beurtrol in te bouwen voor de doelmannen. De STOP-HELP-METHODE : situationeel coachen staat hierbij centraal ( niet te vergelijken met het begeleidend coachen! ). = Vraagstellings methode = Krachtige leeromgeving creëren = kind het woord gegeven = verstandige spelers opleiden die MEEDENKEN Stop-help-methode = trainer merkt een fout. Speler moet het spelprobleem herkennen en zelf een oplossing geven voor het probleem. De trainer begeleidt de speler(s) in het vinden van een oplossing. Echter niet de oplossing zelf geven. ACTIEVE LEERMETHODE ( reflectie methode) Deze globale leermethode is het ideale middel om FUN (plezier) en VORMING aan elkaar te koppelen. Hierdoor leert de jonge speler een spelprobleem herkennen en zelf een oplossing te zoeken (doel = oplossen van spelproblemen : wie wat wanneer?) Het is zeer belangrijk de beginsituatie goed te analyseren. Wat kunnen mijn spelers? Met wat hebben ze het moeilijk? Het aanbieden van oefenstof met een probleemkarakter en op het niveau van het kind werkt stimulerend bij de spelers. Beperk je bij het aanbieden van het spelprobleem tot 1 specifiek goed omschreven probleem. Teveel thema s willen verbeteren in één training werkt negatief op het leerrendement. Niet overdrijven in het meegeven van richtlijnen of coaching punten. Beperk je tot de essentie. Na de 44

45 training is er steeds een evaluatie. Heb ik mijn doelstellingen bereikt? Was de intensiteit goed? Waren er niet te veel dode momenten? Was er voldoende FUN? De onderrichte thema s en de richtlijnen wensen we in het WE te kunnen evalueren. Vandaar de noodzaak van een WEDSTRIJDVOORBEREIDING. Wat we geleerd hebben willen en zouden we moeten terug zien in de wedstrijd. De wedstrijd is het meest geschikte EVALUATIE MOMENT. Opwarming: multi functioneel Waarom een multifunctionele opwarming? ALVORENS TE STARTEN MET DE MEER INTENSIEVE INSPANNINGEN ( WEDSTRIJD) IS HET NOODZAKELIJK HET LICHAAM HIEROP VOOR TE BEREIDEN. DIT KAN HET BEST GEBEUREN DOOR DE SPELERS OPTIMAAL OP TE WARMEN. STARTEN MET LICHTE INSPANNINGEN EN DEZE PROGRESSIEF VERHOGEN IN COMBINATIE MET LENIGHEIDSOEFENINGEN. Eerste vaststelling: Het aantal uur dat de jonge voetballers voetballen op school of op de straat is sterk verminderd ten opzichte van vroeger. Op provinciaal en gewestelijk niveau wordt doorgaans slechts één tot twee keer per week getraind. De voetbal technisch-tactische scholing moet steeds primeren op training en bij voorkeur door middel van wedstrijdvormen. Veel tijd voor loopcoördinatie, het aanleren van correcte looptechnieken, is er niet of onvoldoende. Een gespecialiseerde looptrainer, tijd voor individuele training.evenmin. Tweede vaststelling Een voetballer moet leren voetballen. De bal moet daarom centraal staan, ook in de opwarming / lopen om te lopen is niet voetbalspecifiek. Derde vaststelling Een degelijke opwarming omvat gemakkelijk 20% van de totale trainingsduur. Elke minuut op training moet functioneel zijn, dus ook de opwarming. Er moet een transfert zijn van de opwarming naar het voetbalspel zelf. Vandaar dat loopscholing, aanleren van eenvoudige basistechnieken, attitudevorming naar het coachen het best kunnen geïntegreerd worden in de opwarming. = MULTI - FUNCTIONELE OPWARMING 45

46 INTEGRATIE THEMA S IN DE MULTI-FUNCTIONELE OPWARMING Loopscholing Techniekscholing Multi-functionele opwarming Uithouding-lenigheid kracht-snelheid Coaching communicatie 1. LOOPSCHOLING Verbeteren van de loopcoördinatie d.m.v. eenvoudige basisoefeningen (loop ABC) 1. knieën lichtjes heffen / half-hoge skipping : voorwaarts, zijwaarts, achterwaarts 2. hoge skipping voorwaarts, zijwaarts, achterwaarts 3. enkelvoudige knieheffing (afwisselend rechter-linker knie actief en snel heffen) 4. enkelvoudige knieheffing ritmisch (vb elke derde pas) 5. kruispas voorwaarts, zijwaarts 6. kruispas afwisselend voor-achter (sambaloop) 7. hiel aanslag / enkelvoudige hielaanslag (vb ritmisch elke vierde pas) 8. trippling (met accent op snelle uitvoering, snel bodemcontact, vb vier tijden) 9. paardenloop (overdreven knieheffing, de romp hangt achter-over) 10. lopen met gestrekte benen afwisselend op de hielen en op de toppen van de voet 11. hinken afwisselend links-rechts of ritmisch (vb. links-links-rechts-links-links-rechts ) 12. huppelsprong 13. kaatssprong korte huppelpas op de voorvoet, kort bodemcontact/ verend lopen op de bal van de voet 14. veelsprong ver of veelsprong hoog : accent op strekken enkel-knie-heupgewricht 15. enkelzijdige veelsprong -loopsprong : afwisselend één afzet krachtig, één afzet rustig 16. lichte looppas: armen zijwaarts opwaarts -rugwaarts (lichaamsperceptie) 17. lichte looppas, volledige draai in twee stappen 18. lichte looppas, romp voorwaarts neigen ( spelen met zwaartepunt -romphouding) 19. lichte looppas, romp rugwaarts neigen ( spelen met zwaartepunt -romphouding) 20. combinaties verschillende loopcoördinatieoefeningen Verbeteren van de looptechniek met behulp van stokken, hoepels, kegels, loopladder Bijzondere aandacht voor de plaatsing van de voeten, een krachtige rechtlijnige afstoot, een hoge snelle knieheffing, romp ontspannen met een lichte bekkenkanteling, hoofd ontspannen, schouders 46

47 horizontaal en een actieve en harmonieuze ondersteuning van de armen in een gekruiste coördinatie. Gewenningsoefeningen (voldoende afstand houden tussen de stokken.) 1. lichte looppas over de stokken, in de hoepels met één voetcontact tussen de stokken 2. lichte looppas, armen zijwaarts, armen opwaarts, armen rugwaarts 3. zijwaarts lopen tussen de stokken 4. lopen met hoge knieheffing tussen de stokken 5. lopen met hielheffing tussen de stokken Verfijning looptechniek - afstanden variëren tussen de stokken - veranderen van looprichting - aantal voetcontacten wisselen tussen de stokken - hoogte van de stokken progressief verhogen rekening houden met de leeftijd (10,20,30cm) 1. looppas voorwaarts met hoge knieheffing, één,twee drie vier voetcontacten 2. cfr 1 maar zijwaarts 3. looppas met half hoge knieheffing: drie contacten voorwaarts, één achterwaarts 4. cfr 1 zijwaarts 5. verschillende combinaties met de hoepels *één voet buitenste hoepel, twee voeten middelste hoepel Automatiseren correcte looptechniek met richtingsveranderingen ritmegevoel wendbaarheid evenwichtsvermogen 1. lichte looppas hoge knie-inzet over de stokken, zijwaarts snel kegel tikken met hand of voet, terug over middelste stok, snel voorwaarts over de stokken Side-steps - snelle verplaatsing met de voeten parallel naast elkaar 47

48 Four-steps - alle vorige loopoefeningen kunnen herhaald worden, gevolg met een zeer korte versnelling voetcontacten zo snel mogelijk (eventueel spelers laten luidop meetellen) Versnelling steeds laten volgen na een looptechnische oefening. (enkel in het laatste gedeelte van de MFO) + four-steps trippling + four steps Frequentietraining -pasritme verhogen -hete plaattechniek (kort voetcontact met de grond) -hoge snelle knie-inzet op de voorvoet -aandacht correcte looptechniek loopladder (tussenafstand 40 cm) 1. skipping in elk vak 1 voet plaatsen 2. skipping in elk vak linker en rechter voet plaatsen Snelheid wordt bepaald door een optimale verhouding tussen paslengte en pasfrequentie Amplitudetraining -paslengte vergroten -verbeteren van de explosieve sprongkracht (opletten met jeugd) -aandacht correcte looptechniek 1. snelle loop met hoge knie-heffing één voetcontact in elke hoepel -progressief afstand vergroten Coördinatieloop (MFO nr 5) Versnellen in de eerste meter, daarna meter doorlopen aan éénzelfde submaximaal tempo. Door het submaximale tempo kan er meer aandacht worden geschonken aan de correcte looptechniek. Versnellingsloop (MFO Nr 5) Progressief versnellen over een afstand van meter tot bijna maximale sprint. Bijzonder aandacht voor de looptechniek 48

49 2. TECHNIEKSCHOLING (+enkele voorbeelden) Balbeheersing (Balgewenningsoefeningen-souplesseoefeningen-snelvoetenwerk) 1. bal snel tikken tussen binnenkant beide voeten 2. bal zijwaarts meenemen met de zool linker-rechter voet 3. bal afstoppen en bal terug meenemen met de wreef linker-rechter voet Passeerbewegingen-schijnbewegingen 1. Schaarbeweging : bal zijwaarts over de bal plaatsen en met de buitenkant andere voet meenemen 2. Dubbele schaar : afwisselend linker en rechter been zijwaarts voor de bal plaatsen en de bal terug meenemen 3. Verend op het standbeen, bal toetsen met de binnenkant van de voet en explosief de bal meenemen met de buitenkant van dezelfde voet Kappen --en draaien 1. bal leiden kappen binnenkant voet links en rechts 2. bal leiden kappen buitenkant voet 3. bal leiden / bal kappen achter steunvoet links-rechts 4. bal leiden / overstappen links, kappen rechts en pivoteren op linker voet in de andere richting 5. bal leiden / overstappen rechts, kappen links en pivoteren op rechter voet in de andere richting Korte passings Een korte pass op de juiste voet, met de juiste balsnelheid en op het juiste moment naar een medespeler geven (Uit Vormingsproces van een veldspeler KBVB) Positionele passing Een passing i.f.v. de posities op het terrein en i.f.v. het spelsysteem (voorbeeld 4 MFO) Controle-pass Bal zodanig controleren dat in de meest gunstige omstandigheden kan verder gespeeld worden. = georiënteerde controle(uit Vormingsproces van een veldspeler KBVB) Bal aannemen en zo snel mogelijk doorspelen Leiden en dribbelen 1. bal leiden afwisselend binnenkant - buitenkant zelfde voet (zoveel mogelijk balcontacten) 2. bal leiden buitenkant afwisselend linker rechter voet (zoveel mogelijk balcontacten) 3. slalomdribbel 49

50 3. UITHOUDING-LENIGHEID-KRACHT-SNELHEID Ook de conditionele eigenschappen Kracht (snelkracht, sprongkracht ), Lenigheid (dynamische lenigheid en statische lenigheid), Snelheid (reactiesnelheid, startsnelheid, versnellingsvermogen ) en het a-cyclisch aëroob uithoudingsvermogen kunnen geïntegreerd worden in een MF opwarming. Het a-cyclisch aëroob uithoudingsvermogen (= voetbal kenmerkt zich in tegenstelling tot het lopen, wielrennen, roeien (=cyclische sporten) als een uithoudingssport met wisselend karakter (stoppen, draaien, korte-lange sprints, koppen, duels (=a-cyclisch)) wordt met bal (dus voetbalspecifiek) verbeterd. Wat veel efficiënter is en elke voetballer trouwens verkiest boven het saaie rondjes lopen. In een eerste en tweede gedeelte van de opwarming is de intensiteit relatief laag (progressief van 50 % naar 60 % van de maximale belasting/ rond de aërobe grens). Is te vergelijken met de intensiteit van een EDT; (EDT = extensieve duurtraining ) In het laatste gedeelte van de opwarming wordt de intensiteit nog verhoogd (70-80%-rond de anaërobe grens ) en systematisch onderbroken door zeer korte maximale sprints. (four-steps) (= intensiteit IDT 2) Afhankelijk van het trainingsniveau, het aantal spelers, de onderlinge afstanden en de gekozen opwarmingsvorm kan de intensiteit worden aangepast aan het doel van de training. (EDT -IDT-IDT2 intensieve duurtraining). Indien mogelijk wordt er steeds getraind met hartslagmeter. COACHING - ONDERLING COMMUNICATIE Het coachen aan medespelers en door medespelers bezorgen het ploegspel zeker een meerwaarde. Veelal wordt er door onze jeugdspelers veel te weinig gesproken op het terrein. Het aanleren van enkele woordjes kan soms reeds volstaan. Belangrijk is uiteraard dat de spelers dezelfde taal spreken. Ook in onze opwarming moeten wij aan het coachen aandacht besteden. (Onderlinge communicatie als attitudevorming in de MF opwarming) Enkele voorbeelden : geef - draai - actie - alleen. 50

51 Eerste fase Wat is een multifunctionele opwarming In een multifunctionele opwarming worden meerder thema s (loopscholing, eenvoudige basistechnieken, balgewenningsoefeningen, schijn-en passeerbewegingen, attitudevorming naar het coachen toe geïntegreerd en geoefend in dezelfde organisatievorm. Systematisch (met een progressieve opbouw en stijgende moeilijkheidsgraad) worden in de organisatievorm nieuwe voetbal-accenten gelegd. In een eerste fase wordt de nadruk gelegd op de organisatievorm (looplijnen, hoe doorschuiven, ). Het tempo is zeer rustig, te vergelijken met het inlopen. Kies een organisatievorm waarbij de spelers zo weinig mogelijk stil staan. Eenmaal de basisvorm vlot loopt, kunnen nieuwe thema s worden toegevoegd. Zoals bijvoorbeeld loopcoördinatie, balgewenningsoefeningen, schijn -en passeerbewegingen Tweede fase In een tweede fase kan de trainer meer accent leggen op de correcte uitvoering van de oefening. Bijvoorbeeld het correct spelen op de juiste voet, juiste moment, het juist uitvoeren van looptechnieken, het goed opengedraaid staan bij de bal-aanname, georiënteerde controle, het correct inspelen in de ruimte, onderlinge communicatie verbeteren, eventueel inschakelen van de doelman. Ook bij de keuze van de toegevoegde vormen kan voor een zeker klimming in moeilijkheidsgraad gekozen worden. Derde fase In een derde, laatste, gedeelte van de opwarming leggen we accent op de snelheid van uitvoering. Geconcretiseerd met enkele zeer korte maximale sprints met voldoende actieve recuperatie. Het is duidelijk dat niet alles in 15 minuten kan worden aangeleerd. Meerdere trainingsdagen (= opwarmingen) kunnen hiervoor worden gebruikt. Elk leerproces vraagt herhaling. De opwarming zal steeds vlotter verlopen wat motiverend is voor spelers en trainer. Tot slot, een multi-functionele opwarming is slechts één manier van opwarmen, ook andere vormen verdienen onze aandacht. 51

52 Multifunctionele opwarming Voorbeeld Thema s Loopscholing: verbeteren looptechniek met behulp van hoepels Techniekscholing -Passeerbeweging Actie -Korte passing: een-twee beweging / controle-pass Coaching geef Duur minuten (totale trainingsduur minuten) Doelgroep jaar Aantal spelers Initiatie organisatievorm Duur = 6-7 min A1 speelt de bal naar A2 A2 vraagt de bal door te roepen geef A2 kaatst de baal terug op A1 A1 speelt de bal diep op A3 Plaatswissel A1-A2-A3 A3 neemt de bal mee en leidt tot startpositie Lenigheid Dynamische lenigheid Inhoudelijk coachen Duur = 6-7 min Intensiteit = 60% A2 doet vooractie en vraagt de bal aan A1 A1 speelt op A3 Eventueel coachen op welke voet gespeeld moet worden A2 looptechniek positie A3 A3 georiënteerde controle en bal leiden - passeerbeweging ter hoogte van de kegels Aansluiten bij A1 Lenigheid statische stretching Snelheid van uitvoering Duur = 6-7 min Intensiteit = 70-80% Na de looptechniek + four-steps Bal leiden en passeerbeweging in hoger tempo 52

53 MFO 1 geef A3 B3 4 looptechnie 3 2 passing Coervertechnie A2 B2 1 A1 B1 Variaties Meer voorbeelden zijn er te vinden onder : Modules: didactische vormen 53

54 4. COORDINATIE Het hedendaagse voetbal typeert zich door een zeer hoge handelingssnelheid met een perfecte balbeheersing in de kleine ruimte en het domineren van het duel 1 tegen 1. Het balletje eindeloos rondtikken is verleden tijd. Niet alleen de speler in balbezit is belangrijk, er moet ook aandacht geschonken worden aan de speler die de bal niet heeft. Voetbal is balbezit, balverlies en omschakeling. Voetbal is ook a-cyclisch, m.a.w. herhaalde korte inspanningen en snel recupereren. Vandaar dat het niet eenvoudig is om het wedstrijd specifiek vermogen van een speler in het duel 1 tegen 1 te situeren. Het wordt bepaald door meerdere factoren. Een speler moet technisch sterk zijn, maar anderzijds zal een speler ook moeten weten wanneer, waar en hoe hij een actie moet maken, weten wanneer, waar en hoe hij in duel moet gaan. Basic het technische tactisch vermogen Het snel en doelgericht acties maken vereist ook een goed fysiek coördinatief-vermogen. In de snelheid -en coördinatiescholing denken we hierbij aan de loop -en sprong ABC, ritmescholing, wendbaarheid, souplesse, evenwicht, stabiliteit, proprioceptie en snelvoetenwerk. Vandaar de noodzaak om op tijd te beginnen met de ontwikkeling van de fysieke coordinatieve handelingssnelheid (coördinatiesnelheid). Basic het fysiek coördinatief vermogen Hoe sterker de fundamenten zijn, hoe breder het potentieel aan bewegingsvaardigheden is, hoe gemakkelijker en sneller de specifieke snelheidsscholing zal gebeuren en hoe groter en efficiënter het leerrendement naar het fysiek conditionele vermogen (explosief vermogen, explosieve capaciteit, krachtsnlheid ) zal zijn op latere leeftijd. Een studie in Nederland toont het belang aan van de korte explosieve inspanningen gedurende een wedstrijd. Ook het herhaaldelijk snel recupereren na een korte inspanning is daarbij bepalend. (herstelvermogen, herstelcapaciteit) Basic het fysiek-conditioneel vermogen In de scholing van het fysiek-coördinatief vermogen schenken we in een eerste fase aandacht aan het trainen van de zenuwen. De spieren moeten uitvoeren wat de speler wilt. We streven naar een optimalisatie van de bewegingsuitvoering. Het verbeteren van de intra- en intermusculaire coördinatie staat centraal.. (bewegingstechniek) Van een goed ontwikkelde bewegingstechniek maken we in een volgende fase de stap naar een hogere bewegingssnelheid (frequentietraining of snel-coördinatie) gekoppeld aan een korte versnelling (actiesnelheid, four-steps). Het vergroten van het neuro-musculair (fysiek-coördinatief) vermogen (prikkelsterke en prikkelfrequentie) zal een belangrijke meerwinst geven op zowel de fysieke handelingssnelheid als op de technische handelingssnelheid. (snelvoetenwerk met bal) Basic het coördinatief-technisch vermogen 54

55 Functionele coördinatiescholing is nooit een doel op zich maar steeds een MIDDEL binnen het uitvoeren van voetbalacties. Een goed ontwikkeld coördinatief vermogen lichaamsbeheersingals fundament voor een gerichte techniekscholing. Er is ook een belangrijke meerwinst in de scholing van de minder goede voet. Een goed evenwicht, balans en een sterk ontwikkeld proprioceptief vermogen is een voorwaarde voor de correcte technische uitvoering van de korte en lange passing. Een vroege algemene coordinatiescholing is ook beslissend voor de latere ontwikkeling van het explosief vermogen (kracht x snelheid). Een gerichte en voetbalspecifieke krachttraining vormt een wezenlijk onderdeel van de snelheidsverbetering : explosieve kracht, snelkracht, maximale kracht kunnen vanaf een zekere leeftijd systematisch worden verbeterd. Explosiviteit vertaalt zich dan ook naar frequentie x amplitude. De combinatie van snelle voetjes en krachtige grote stappen met ritme -en richtingsveranderingen. Coördinatiesnelheid = het vermogen om snel herhaalde bewegingen (niet noodzakelijke dezelfde) uit te voeren tegen een relatief lage weerstand, m.a.w. het snel aansturen van de juiste spieren. Explosiviteit is dan ook in de eerste plaats snel-coordinatie op jonge leeftijd. Krachtsnelheid = het vermogen om in een zeer korte tijd een weerstand te overwinnen, dit kan een bal zijn, maar ook het eigen lichaamsgewicht in een kopduel of een sprintactie na een dribbel. EXPLOSIVITEIT in voetbal = SNEL COORDINATIE X KRACHT SNELHEID 55

56 Evaluaties en Feedback Feedback is een zeer belangrijk leermoment. Geef feedback na iedere training en wedstrijd. Voor de wedstrijd is de feedback opgenomen in het document wedstrijdorganisatie (te vinden in het trainershoekje). Feedback kan aan een groep gegeven worden of individueel. Toch gelden steeds dezelfde regels, want feedback wordt al snel gezien als kritiek. Volg voor het feedbackgesprek volgende gouden tips: 1. Geef ondersteunende feedback als je positief gedrag wilt benoemen, geef corrigerende feedback als je iemand wilt corrigeren. 2. Begin altijd met een positief punt 3. Beschrijf concreet en specifiek 4. Gebruik een ik-boodschap 5. Laat de speler reageren 2. Zoek oorzaken en oplossingen Een voorbeeld: een speler verlaat regelmatig zijn zone om zijn rechtstreekse tegenspeler te volgen Wel: Je crossballetjes waren van een heel hoog niveau! Niet: Je zonewerk trok op niets. Wel: Ik zag dat je je zone verlaat als de X naar binnen trekt Niet: je verlaat altijd je zone Wel: Ik vind dat je zo de opkomende man niet dekt Niet: Je dekt de opkomende man nooit Wel: Wat vind jij daarvan? Niet: Dat kan niet. Wel: Hoe komt dit? Niet: Vanaf nu mag dit niet meer. Evaluaties zijn een film van de positieve en negatieve vaardigheden van een speler. Ook hier geld het principe dat een evaluatie snel als kritiek aangevoeld wordt. Een handigheid is altijd te vertrekken van de beginsituatie vooraleer de eindevaluatie te geven. Iedere speler maakt evolutie, zo blijft het verhaal ook een positieve boodschap. Om een goed beeld te blijven houden van de evolutie van de speler is het aangeraden op regelmatige basis de evaluatie documenten in te vullen. Deze zijn een goede basis om een correcte evaluatiefiche in te vullen. Evaluatiegesprekken: Voor de OF1 en OF2 zal éénmaal per seizoen, dit op het einde, een evaluatiegesprek plaatsvinden tussen de spelers/ouders en de trainer. Voor de OF3 en OF 4 zullen 2 maal per seizoen, december en mei, evaluatiegesprekken plaatsvinden tussen spelers en trainer. Indien het nodig blijkt kunnen er naast deze geplande gesprekken ook tussentijdse plaatsvinden Na iedere training- of wedstrijd evaluatie zal er een feedbackgesprek plaatshebben tussen de trainer en de TVJO/JCO. Op het einde van het seizoen zal de TVJO met iedere trainer een functioneringsgesprek hebben. Een evaluatie of functioneringsgesprek mag nooit leiden tot vertrek van een speler of trainer maar moet vooral een positieve correcte weergave zijn van de vaardigheden, zowel fysiek als mentaal voor de speler of pedagogisch voor de trainer. 56

57 57 PROCESMATIG DENKEN

58 DENKPROCES VOOR DE TRAINER De trainingsinhoud zal uiteraard voor elke categorie verschillend zijn. Het kind staat centraal betekent dat alle trainingen worden gegeven op niveau van het kind. De trainingen en de wedstrijden zijn er voor de spelers, niet voor de trainers. 58

59 JAARPLAN TRAININGEN Onze eindtermen staan centraal. Hoe de doelstellingen worden bereikt is het werk van de trainer. Afhankelijk van de leeftijd, beginniveau en aantal trainingen word er per categorie een planning worden opgemaakt. Iedere trainer maakt dit voor zijn eigen groep op, beginnend met het jaarplan om via periode- (enkel U17 en hoger), maand- en weekplanning tot de trainingen te komen. 59

60 CYCLISCH PROCES JAARPLAN PROCES JAARPLAN > WEDSTRIJDORGANISATIE 60

61 61 Modulaire opbouw

62 Doel en eigenschappen per leeftijdscategorie ONTWIKKELINGSFASEFASE 1: INITITATIE; 5 TOT 7 JAAR; U6 U7 INITATIEFASE BASICS TACTICS B+ B- B+ B- FUN!! NVT Wedstrijdjes 2/2 op Initiatieveld Leiden van de bal Dribbelen Scoren Leeftijdseigenschappen: Speels, alles is nieuw. Individueel gericht. Snel afgeleid. Leergierig. Balgevoel is zwak ontwikkeld. Sterke fantasie. Gebrekkige motoriek. Snel vermoeid. Deze eigenschappen kunnen op een praktische manier gebruikt worden om de jongsten de eerste voetbalstappen te leren. Voetbalspeeltuin is hier het sleutelwoord, de algemene lichaamscoördinatie en de basisvaardigheden worden in deze cyclus behandeld. Trainingsdoelstellingen: Technisch: Balgewenning door eenvoudige spelvormen: baas over de bal. Tactisch: Doelpunten maken en doelpunten voorkomen. Begin maken van ontwikkeling van het samenspelen (vanuit het Minivoetbal opstarten). Conditioneel: Spelenderwijs grondvormen van bewegen (lopen, springen, huppelen etc.). Mentaal: Leren omgaan met weerstanden: spelregels, gezag (leider,trainer) en groep (tegenstanders). Sociaal/emotioneel: Aankweken van het tonen van respect voor tegenstander, medespelers en scheidrechter Technische oefenvormen: Dribbelen Plaatsen Partijspel 62

63 Het fysieke aspect zal bij de jongsten minimaal aan bod komen. De onderlinge verschillen zijn heel groot. De lat mag nog niet te hoog gelegd worden. Periodieke controles door 2 à 3 keer per seizoen dezelfde test af te nemen, dit is een eenvoudige manier om de evolutie van het spelertje te bepalen. Spelers van deze leeftijdsgroep hebben geen idee van de complexiteit van de spelreglementen. Het is dan ook enkel nodig om hun de zaken aan te leren die nodig zijn om de scheidsrechter te begrijpen tijdens de wedstrijd (bal buiten zijlijn = ingooien, doelpunt gescoord = aftrap, bal buiten aan doellijn = intrap doelman of hoekschop). Deze zaken worden stelselmatig tijdens training en wedstrijd aangeleerd. Spelen U6 2x2, 2x3min met een maximum van 6 wedstrijdjes U7 5x5, terrein 20/25mx40m, 4x10min. Spelen in ruitformatie (zie spelsystemen). Voor deze leeftijd is voetballen: we lopen met de bal en we trappen tegen de bal. Laten ontdekken van de bal. Wat kan je allemaal met de bal doen? Gooien, rollen, trappen, vangen, leiden, opwerpen. Ze hebben in principe nog geen voorkeurvoet, dus laat ze alles zowel RECHTS als LINKS proberen. In 1 e fase : kinderen spelen met bal naast elkaar.(spelomgeving) algemene lichaams- en balvaardigheden. Oog-hand en oog-voet coördinatie: werpen, vangen en trappen (psychomotorisch) In 2 e fase : Kinderen spelen tegen elkaar (=op positie spelen). 1x1 (het duel), leiden en dribbelen met accent op scoren. (spelomgeving) B+: balgewenning met de voet: leiden, dribbelen, trappen. B-: de bal afnemen + het scoren beletten. (psychomotorisch). Fysieke kenmerken : KRACHT : heel weinig ontwikkeld. LENIGHEID : meestal grote lenigheid. UITHOUDING : erg oneconomisch lopen (veel energieverlies), snel moe, maar ook snelle recuperatie. SNELHEID : reactiesnelheid in spelvorm. COORDINATIE : weinig lichaamsbeheersing, weinig evenwichtsgevoel, weinig lichaams- ruimte- en tijdsbesef. Mentale kenmerken : Toont grote spontaniteit. Is speels en maakt graag plezier, is soms moeilijk in te tomen. Is sterk op zichzelf gericht. Is vaak onrustig en vlug afgeleid. Kan geen langdurige concentratie aanhouden. Is gehecht aan de jeugdopleider. Kijkt op naar de jeugdopleider en bootst hem na. Hoe ga je tewerk op training met je debutantjes? Werk steeds op een kleine ruimte (max 15/15m) met een kleine groep. De ruimte goed afbakenen en elk spelertje met een bal, ook de trainer heeft een bal om voor te tonen. Geef individuele opdrachten en zorg voor veel variatie in je oefenstof, wisselende opdrachten (nooit langer dan 10min zelfde oef.) 63

64 Zorg dat ze veel en gemakkelijk kunnen scoren. Bouw op in wedstrijdvormen van 1x1, 2x2, 3x3, 4x4 tot 5x5. Let wel: nooit met grotere groepen!!! Laat ze vrij voetballen MAAR coach op de spelregels (richting doel, bal buiten, handspel, fout). Leer ze elkaar respecteren en leer de elementaire beleefdheidsvormen aan (handje aan trainer en afgevaardigde bij toekomen en weggaan). Leer ze respect voor het materiaal (alles verzamelen, op de juiste plaats wegbergen). Doelstelling debutantjes Start augustus september Elkaar en de trainer leren kennen. De bal leren kennen (zie voorgaande) De omgeving leren kennen (welke kleedkamer? Welk terrein? Waar ligt het materiaal?) Al spelende wijs het voetbalspel aanleren voor de u7 in de ruitvorm. (posities 5x5: doelman, staart, rechtervleugel, linkervleugel, piloot of kop) Alle spelertjes alle posities leren kennen. (zie beurtelings doelman!) De elementaire regels aanleren (bal buiten=indribbellen, doelpunt gescoord=aftrap, bal buiten naast doel=ofwel keeper trapt in ofwel hoe hoekschop, ed ) December januari De ruitvorm (u7) moet al gekend zijn. Spelertjes mogen al niet meer bang zijn van de bal. Moeten de bal kunnen leiden en een juiste gerichte pas kunnen geven van 5 à 8 meter. Moeten al voldoende traptechniek hebben om een bal binnen te trappen vanop 8 meter. Betere en langere concentratie op het spel. Niet meer stilstaan tijdens de wedstrijd. Eindcompetentie Moeten al op een deftige manier tegen een bal kunnen trappen met een zekere richting. Moeten al een bal kunnen stoppen met zowel linker als rechtervoet. Moeten al een kort pasje kunnen geven met beide voeten. In staat zijn een volledige wedstrijd te kunnen uitspelen en in hun positie blijven spelen (niet meer enkel oog hebben voor de bal en allen in één kluwen). Begrippen als doelman, staart, vleugel, kop redelijk begrijpen, dit enkel voor de U7. Zowel al kunnen verdedigen in ploeg (blok) als aanvallen (opbouw via de vleugels) Enkele tips naar coördinatiescholing Een zeer belangrijke voorwaarde in de scholing van explosiviteit is dat de bewegingsuitvoeringen coördinatief en technisch perfect zijn. Kracht is slechts functioneel in combinatie met een goede coördinatie en de juiste techniek. Belangrijk is dat er steeds een goede transfer bestaat tussen de snelcoördinatie enerzijds en de functionele krachtontwikkeling anderzijds. Beide componenten koppelen aan balvaardigheid en voetbalacties (de technisch-tactische handelingssnelheid). Een goede coördinatie is ook de basis voor een optimale techniekscholing. Snelvoetenwerk zonder bal als voorwaarde voor het optimaliseren van het snelvoetenwerk met bal. Coördinatiescholing in het algemeen en loop- en sprong ABC in combinatie met snel coördinatie in het bijzonder zullen niet enkel een meerwinst geven op een betere explosiviteit van de voetballer, maar zorgen ook voor een positieve return op de technische handelingssnelheid, zoals het snelvoetenwerk MET bal, het kappen en draaien, schijn en passeerbewegingen, tweevoetigheid. 64

65 Hou de organisatie eenvoudig. Integreer zoveel mogelijk de bal. Werk met organisatievormen in een voetbalcontext van eenvoudig naar moeilijk, van nauwkeurigheid naar snelheid.(denk aan de 5 dimensies) Niet de oefening staat centraal. Een gerichte coaching bepaalt het eindresultaat. Explosiviteitstraining bij voorkeur in het begin van de training en niet bij vermoeidheid. Toptalenten onderscheiden zich nog met een bijzondere dimensie, namelijk een extra portie voetbal-creativiteit. Beperk deze creativiteit niet van onze jeugdspelers geef ze de vrijheid om acties te maken. Ten slotte willen we opmerking dat progressie enkel kan met de juiste instelling van de speler. De wil moet aanwezig zijn om maximaal te presteren. De wil moet aanwezig zijn om te verbeteren. 65

66 DUIVELTJES 7 TOT 8 jaar, U8 U9 Augustus September Oktober November December Januari Februari Maart April Terrein en speelminuten zijn hetzelfde als bij de U7. Jaarplan Duivels 5/5 (U8) BASICS TACTICS B+ B- B+ B- Leiden, inleiden Dribbelen Coerver Korte pass (5m ) Verste voet Ctrl Schaar Vrijschop Doelpoging 8m Hoekschop overstap Bal leiden Korte pass i.f.v. Vrijstaan & Ingedraaid staan Verste voet controle Iniesta, zidane Doelpoging op lage voorzet Vrij lopen Dribbelen Druk zetten Duel aangaan Korte dekking Druk zetten op aannemer Opstelling tussen tegenstrever en doel Druk zetten op aannemer Opstelling in ruit Individuele actie naar doelkans 1-2 acties (3-) Opbouw vanachter uit Breed openen (1) Meespelen doelman Zo snel mogelijk afwerken (21) Infiltratie met bal in de open ruimte Doelkans creëren Herhaling: bijschaving werkpunten Interceptie Korte dekking Breed openen Zo snel mogelijk afwerken (21) Infiltratie met bal in de open ruimte Herhaling met hoog FUN gehalte Opstelling in ruit Nooit laten uitschakelen (12) Hoge pressing op de bal (bij aftrap/vrijschop) Doelpoging afblokken (22) Positie doelman (11) Opstelling tussen tegenstrever en doel Hoge pressing op de bal Zich niet laten uitschakelen door individuele actie (16) Zaaltraining (volgens schema) Coerver Korte pass en controle In driehoek Snelheid uitvoering Jaarplan Duivels 5/5 (U9) BASICS TACTICS Maand B+ B- B+ B- Augustus September Oktober Leiden, inleiden Dribbelen Coerver Korte pass (8m ) Verste voet Ctrl Lage voorzet Schaar Druk zetten Duel aangaan Korte dekking Druk zetten op aannemer Interceptie Opstelling in ruit Individuele actie naar doelkans 1-2 acties (3-) Opbouw vanachter uit Breed openen (1) Vrijschop Opstelling in ruit Nooit laten uitschakelen (12) Hoge pressing op de bal (bij aftrap/vrijschop) Opstelling 66

67 November December Januari Februari Maart April Zaaltraining (volgens schema) Doelpoging 8m Hoekschop Vrij lopen overstap Bal leiden Korte pass i.f.v. vrijstaan & Ingedraaid staan Verste voet controle Iniesta, zidane Korte pass 10m Vrijlopen Doelpoging op lage voorzet Doelpoging tot 10 m Vrij lopen Dribbelen onder druk Opstelling tussen bal en doel Druk zetten op aannemer Meespelen doelman Zo snel mogelijk afwerken (21) Diep openen Infiltratie met bal in de open ruimte Doelkans creëren Herhaling: bijschaving werkpunten Interceptie Opstelling tussen bal en doel Korte dekking Breed openen Diep openen Zo snel mogelijk afwerken (21) Infiltratie met bal in de open ruimte Herhaling met hoog FUN gehalte Introductie inworp Introductie dubbele ruit Coerver Korte pass en controle In driehoek Snelheid uitvoering Doelpoging afblokken (22) Positie doelman (11) Opstelling Opstelling tussen tegenstrever en doel Remmend wijken Hoge pressing op de bal Zich niet laten uitschakelen door individuele actie (16) Remmend wijken Leeftijdseigenschappen: Individuele prestatiedrang. Grotere zelfstandigheid. Individu boven groepsresultaat. Motoriek neemt toe. Leergierig voor technische vaardigheden. Groeiend doorzettingsvermogen. De vooropgezette doelen van de debutantjes worden hier nog verder geperfectioneerd. De spelertjes hebben al een beter begrip van het spel en hier kunnen we op inspelen door in de trainingen al een beetje meer de nadruk te leggen op het samenspel. Trainingsdoelstellingen: Technisch: Spelenderwijs aanleren van technische basisvaardigheden, zoals aan- en meenemen van de bal, dribbelen/drijven, koppen, stoppen, plaatsen, trappen, kappen, draaien en afwerken. Aandacht geven aan de juiste uitvoering van ingooien. Tactisch: Zelfontwikkeling door individueel spel niet te onderdrukken (belangrijker is ervaring opdoen). Mentaal: Aankweken van gevoel tot samenwerking (laten zien dat je samen een doel kunt bereiken). Conditioneel: Op speelse wijze, in een spelvorm. Sociaal emotioneel: Aankweken van gevoel van respect voor medespelers, tegenstanders, scheidrechter. Technische oefenvormen: Aan- en meenemen van de bal Dribbelen en drijven 67

68 Kappen en draaien Koppen Stoppen Plaatsen en trappen Schijnbewegingen Combineren Partijspel Afwerken Mikvormen (mikken), scoorvormen (scoren & doel verdedigen), pingelvormen (pingelen en afpakken), partijvormen (samenspelen en afpakken). Coördinatietraining. Spelbeheersing = lichaamsbeheersing + balbeheersing. Doel : verbeteren van specifieke motorische vaardigheden dat moet leiden tot meer efficiëntie van de bewegingen. Zeer moeilijke bewegingen worden plots veel gemakkelijker. Verbetering van de algemene conditie. Technische vervolmaking. Verbetert de kracht, uithouding, snelheid en lenigheid. Automatisatie van de fijne motoriek. Methode : steeds aan het begin van de training. Veel bewegingsopdrachten (met en zonder bal). Progressieve opbouw: horden geleidelijk hoger, tijdsdruk opvoeren, Circuittraining is hier zeer goed voor. Train snelheid aan de hand van loop- en tikspelen. Het aanleren van de de taak per positie (ruitvorm 5x5) Doelman : Meedoen met het spel, niet zomaar in het doel staan. Proberen zich zodanig op te stellen dat hij aanspeelbaar is. Durven meevoetballen (met de bal aan de voet in het veld komen). Hoe verder de bal van eigen doel hoe verder de doelman zich richting doel tegenpartij opstelt. Bij het in het spel brengen van de bal (doeltrap, tijdens het spel vanop de grond met leiden) steeds kijken wie er zich komt aanbieden en direct de vrije speler aanspelen (snelheid niet staan talmen besluitloosheid eruit halen). Staart : Zich aanspeelbaar maken wanneer de doelman de bal heeft. Zich aanspeelbaar maken en opstelling na pas op vleugel (pas terug). Steeds proberen eerst de kop aan te spelen (die dan breed speelt op de vleugels). Inschuiven. Tip : zet je beste spelertje het meest in deze positie dan krijg je automatisch een opbouw van achterenuit. Vleugels : Aanspeelbaar zijn aan de zijlijn (met rug naar de zijlijn) wanneer de staart of doelman de bal heeft Automatisme met kop aanleren (van doelman naar staart naar kop die vleugels bediend vleugels benutten ruimte inspelen van de vleugels op kop of inschuivende staart). Steeds de pas terug verwachten en zich daarop instellen. Durven actie doen: dribbelen, snel met bal aan de voet, 1-2 opzetten. Bij inschuiven van de staart moet de vleugel aan de kant waar de bal niet is, naar binnen komen en rugdekking geven op de staart. (balverlies) Kop : Probeer steeds goed diep te blijven. Zoek de vrije ruimte op waar je de bal kan ontvangen van de staart bij de opbouw. Maak ruimte voor je medespelers, zoek niet zelf de bal op!! Hou rekening dat je zowel de bal in de voet als in de ruimte kan toegespeeld krijgen. Durf een actie te ondernemen! Als de tegenstrever de bal heeft op hun helft : zet druk op de bal. 68

69 Fysieke kenmerken KRACHT : natuurlijke bewegingen, duelvormen tegen homogene groepen. LENIGHEID : meest gunstige leeftijd UITHOUDING : de omvang van de training (2x/week) voldoet. SNELHEID : reactie- en startsnelheid in spelvorm. Looptechniek observeren en summier bijscholen. COORDINATIE : veel aandacht aan besteden (zie voorgaande). Mentale kenmerken Wordt leergierig Begrijpt al beter het spel. Concentratie neemt toe. Is al minder speels. Is bereid om deel uit te maken van een team. Hoe ga je tewerk op training en wedstrijd? Steeds alle spelers een bal. Alle oefeningen zowel RECHTS als LINKS laten uitvoeren. Taken per positie spelenderwijze opnemen in je training (blijven herhalen). Speciale aandacht voor de coördinatie (aanvang training/opwarming). Spelertjes begrijpen al meer, leg dan ook uit tijdens de spel of wedstrijdvorm. Training afronden met wedstrijdje (5x5). Wat hebben we geleerd? Toepassing tijdens de wedstrijden. Coaching tijdens wedstrijden volledig gericht op de opbouw/posities/taken. Bij U8 en U9 : nadruk op B+ en aanvalsspel opbouw Doelstelling duiveltjes Augustus september Opfrissing spelsysteem ruitvorm. Balgewenning. Vanaf oktober : integratie taken positie in de training. Werken aan coördinatie snelheid wendbaarheid. Traptechniek moet verder verfijnd worden. Kracht en precisie van de passen. Aandacht voor voetzetting tijdens trappen en steunbeen. Oefenen op trappen op doel. Integratie van vaste doelman, doelman laten meevoetballen. Kopspel aanleren. December januari Teamtactics moeten al redelijk gekend zijn (taken per positie manier van opbouw) Juiste gerichte pas van 10 meter, afwerking op doel van 10 meter. Inworpen moeten al goed gedaan worden. Besef van bal buiten aftrap ref fluit = fout ed moet reeds ten volle doordrongen zijn. Eindcompetentie Spelertjes moeten een wedstrijd kunnen spelen met volle besef van de spelregels. Taken per positie moeten gekend zijn. Ploeg moet een verzorgde opbouw van achterenuit kunnen (of althans proberen) uitvoeren. De wil en het besef moet aanwezig om : B+ : bal in de ploeg te houden middels passing, snelheid met de bal, aanspeelbaar zijn, afronden van aanval (gericht op doel trappen met de juiste kracht en precisie). B- : dat er direct druk op de speler met de bal moet gezet worden. Dat de vleugels dan niet meer aan de zijlijn moeten staan maar naar binnen komen (aanvang van blokvorming tussenliggende ruimte). 69

70 ONTWIKKELINGSFASE 2 PREMINIEMEN U10 U11 Terrein 40-50m op 30-35m. Spelen 4x 15 in een dubbele ruitformatie (8x8). Augustus Halflange pass 15 m Inworp Coerver September Overstap Halfhoge bal Controle op halfhoge bal Passing Oktober Vrijlopen om aanspeelbaar te zijn (beweging zonder bal) Traptechniek: hoekschop Pass en kaats: in steun komen Coerver November Leiden en balbeheering Inwerpen Halflange pass Doelpoging Coerver December Traptechniek: vrije trap Sleepbeweging Bal terughalen Steunen Januari Pass afstand tot 15m: schuivend Driehoek pass Ctl pass Coerver Februari Pass en kaats Afhaken Halflange pass 15 m Coerver Jaarplan Preminiemen 8/8 (U10 & U11) BASICS TACTICS B+ B- B+ B- Interceptie halflange pass Korte dekking op halfhoge bal Speelhoeken afsluiten Duel Dekking op inworp Interceptie Dekking op halfhoge bal Duel Dekking Duel Interceptie Hoge druk zetten Opstelling dubbele ruit Geen 'dom' balverlies lijden (6) Ruimte creëren voor zichzelf en het benutten ervan (4) Voetbal van achter uit Infiltratie in de ruimte op het juiste moment (11) Diep spelen Opstelling Breed spelen Opbouw over flank Diep spelen Een bruikbare voorzet trappen (16) Give and go, geven en gaan (12) Zo snel mogelijk afwerken Zo snel mogelijk de bal nauwkeurig doorspelen (7) Lijn overslaan Diep spelen Positieve druk op de balbezitter (5) Niet T - vorm spelers zo snel mogelijk terugkomen (25) Dekking met zicht op de tegenstander en bal (20) (split vison) Opstelling doelman Opstelling tssn bal en doel Een doelpoging afblokken (22) Opstelling Hoog druk zetten T vorm remt tegenaanval af (24) Het duel proberen te winnen bij 100% zekerheid (13) Wijkend remmen 70

71 Maart April Coerver Driehoek pass Steunen Leiden en beheersen Druk zetten Uivoetballen Opbouw over flank Give and go Herhaling met hoog FUN gehalte Dekking dichtste speler Leeftijdseigenschappen: Geldingsdrang Kritischer Zeer grote prestatiedrang Beleeft plezier aan eigen kracht en prestatie Doet aan prestatievergelijking Overschatting eigen prestatie Motoriek wordt stabieler Zeer leergierig Fijngevoelig reactievermogen Idoolvorming Hebben zeer goed voorbeeld nodig Trainingsdoelstellingen: Technisch: Gericht oefenen van technische vormen (nadruk op goede uitvoering). Eenvoudige organisatievorm ( spel of opdracht). Balbeheersing onder steeds moeilijker omstandigheden. Ontwikkelen balgevoel. Tactisch: Algemeen: Naar de bal toekomen. De bal afschermen. Elementaire tactische begrippen: Balbezit= B+ Balbezit tegenstander= B- Vrijlopen. Veldbezetting. Inzicht krijgen in taak per positie. Nog niet te plaatsgebonden. Mentaal: Stimulering van prestatievergelijking. Conditioneel: Conditionele vormen verwerken in oefeningen met de bal Geen krachttrainingen! Technische oefenvormen: Ontwikkelen van het balgevoel ( bijv. jongleren). Aan- en meenemen van de bal 71

72 Dribbelen en drijven. Kappen en draaien. Koppen. Stoppen van de bal. Plaatsen en trappen. Schijnbewegingen. Combineren. Afwerken. Duel 1 tegen 1. Inwerpen Verdere gewenning door spelen. Ontwikkelen van de voetbaltechnische basisvaardigheden is het belangrijkste. Aanleren van vooral de basics waar de nadruk vooral ligt op de basics in balbezit. Goed leren inwerpen in combinatie met verschillende oefenvormen in B+ gedachte, zo worden meerdere technieken in één aangeleerd (gooi- koppen, gooi- stoppen, gooi-kaats, gooi- stopdribbel,.gooi-afwerken) Vooral het samenspel onder de aandacht brengen, maar dribbelaars positief blijven benaderen. Aanleren vaste opwarming in functie van wedstrijd. 1 e aanzet naar de zone-verdediging centrale verdediger hoog laten meespelen in B+ - doelman hoog laten staan en actieve deelname aan het spel bij B+. Het aanleren van de de taak per positie (dubbele ruitvorm 8x8) Doelman : B+ : Actieve deelname aan het spel door hoog te staan en aanspeelbaar te zijn. B- : positie in doel bij aanval, juiste manier van bal vangen (bal op de borst, zetting van handen hoog laag), aanleren van bal snel en juist in te spelen (omschakeling B- naar B+). Keeperstraining is hier zeker aan te raden. Vooral trainen op snelheid van inspelen en aannemen van de bal. Centrale verdediger : B+ : juiste positie kiezen (niet doelloos achteraan blijven staan) tussen middenvelder en vleugelverdedigers, juist aanspelen van middenvelder, aanvaller, wanneer er ruimte is zelf naar voor durven (dribbelen, bal drijven). B- : niet laten uitspelen, centrum afdekken, medespelers helpen (rugdekking), coachen van de vleugelverdedigers, speelveld klein maken (aansluiten), bal afpakken (duel), in zone blijven (niet naar de flanken laten weglokken) Vleugelverdedigers : B+ : positie kiezen, veld breed maken, aandacht voor balbezit (juist inspelen op medemaat, geen balverlies lijden), bij ruimte durven diep gaan mee met de aanval, voorzet voor doel geven, onder druk durven doelman aanspelen of centrale verdediger. B- : niet laten uitspelen, niet meelopen met speler naar andere kant terrein (zone!!), rugdekking geven aan centrale verdediger bij inschuiven, naar binnen komen en dicht bij centrale verdediger komen te spelen (blok). Centrale middenvelder : B+ : in beweging zijn om steeds juiste positie te kiezen om aanspeelbaar te zijn, spel verleggen en zorgen voor snelle omschakeling naar voor toe, oog hebben voor vrijstaande of inkomende medemaats en aanspelen, zelf durven dribbelen, doelpoging vanuit 2 e lijn. B- : niet laten uitspelen, snel storen op de opkomende speler met de bal, bij omschakeling maken dat je steeds aanspeelbaar bent en vooruit denken, coachen van vleugels (naar binnen roepen veld klein maken). 72

73 Vleugelaanvallers : B+ : positie t.o.v. de verdedigers (veld lang maken), scoren, individuele acties, combinaties met medemaats (1-2), door laterale beweging ruimte maken voor medespeler, loshaken, vrije ruimte zoeken, balvastheid. B- : direct storen van de opbouw, druk zetten op de bal, naar binnen komen (speelveld klein maken), Positie kiezen om passing te onderscheppen. Centrale aanvaller : B+ : zo diep mogelijk positie kiezen, scoren, individuele actie of combinatie met medemaats, doelgericht zijn, bal vasthouden. B- : direct storen op de opkomende verdediger, positie kiezen om pass tegenstrever te kunnen onderscheppen. Mentale kenmerken Wordt kritisch op zichzelf én op medespelers. Wil zich meten met anderen. Kan in teamverband een doel nastreven. Fysieke kenmerken Uithouding : kan een langere trainingsduur aan. Kracht : spelen met eigen lichaamsgewicht, duels. Lenigheid : neemt af dus beter stimuleren. Snelheid : versnellingen, reactie-snelheid, start-snelheid (aanbieden in spelvorm), werken aan de looptechniek. Coördinatie : lichaamscoördinatie oog-hand-voet coördinatie zeer belangrijk! Wat leren we aan bij preminiemen: BASICS: Halflange passes (10 15 meter) Balcontrole op halfhoge bal. Vrijlopen om aanspeelbaar te zijn Hoe hoekschoppen en indirecte vrije trappen: veel op oefenen (vast stramien). Zowel voor als tegen. Doelpoging van 15 meter Doelpoging op halfhoge voorzet. Perfectioneren van het kopspel. Leren afsluiten van de speelhoeken. Korte dekking zone verdediging. Interceptie of afweren halflange pass. Omschakeling snelheid (van B+ naar B- of van B- naar B+). TEAMTACTICS B+ Geen dom balverlies waardoor doelkans ontstaat. Een lijn kunnen overslaan bij passen diep. Infiltratie (in snelheid met bal aan de voet oprukken). Infiltratie zonder bal (give and go). Meeschuivende doelman. B- Dekking door dichtste medespeler. Recuperatie van de bal. Negatieve druk op de baldrager (niet wild opvliegen). 73

74 Coaching : Probeer vooral POSITIONEEL te coachen. Waar loop je in B+ en in B-? Meeschuivende spelers (kantelen knijpen) zowel in de breedte als in de diepte. Meeschuivende doelman. Positie op corners en indirecte vrije trappen (zowel voor als tegen) Leer ze snel de vrije man aanspelen maar laat ten allen tijde ruimte voor creativiteit binnen het wedstrijdgebeuren (denk niet steeds vooraf in hun plaats). Stimuleer de actie (1 tegen 1 situatie) en geef een positieve respons op de actie ook al is die mislukt ( goed geprobeerd, volgende keer lukt het wel ). Zoek voor elke speler die positie waar hij het best rendeert. NIETS is belangrijker dan het kind zelf, blijf positief en geef aan iedereen de kans. Eindcompetentie : Elke speler kent zijn positie en de bijhorende taken, de ploeg speelt de bal vlot rond, de verdediging blijft zowel bij B+ als bij B- in zone spelen, juiste passing en doelpogingen vanop meter. Doelman coacht en speelt mee. MINIEMEN 11 tot 12 jaar Terrein 50-60m op 40-45m. Spelen 4x15 in een dubbele ruitformatie (8x8). 74

75 Augustus September Oktober November December Januari Miniemen 8/8 BASICS TACTICS B+ B- B+ B- Lange pass 20m Passeerbewegingen Controle op hoge bal Halfhoge bal 15m Doelpoging op 20m Brug Lange pass 20m Lopen om medespeler vrij te lopen Pass kaats Lopen als steun Pass 20m Hoekschop trappen Beweging zonder bal Pass kort/lang Speelhoeken afsluiten Openen: breed (1) Dekking dichtste medespeler Korte dekking op lange Openen: diep (2) Recuperatie door pass interceptie (14) Doelpoging vermijden Subtiele eindpas in de Evenredige onderlinge diepte (17) afstanden verdedigen (2) Infiltratie in de diepte Steun in dekking Interceptie lange pass Dekking Duel Ruimte creëren voor medespeler en het benutten ervan (5) Driehoeksspel met evenredige onderlinge afstanden (3) Efficiënte bezetting bij voorzet: 1 /2 / penalty punt (18) Snel dekking ontvluchten door snel te bewegen (19) De dekking door de dichtste medespeler(s) (7) Kortere dekking met zicht op de tegenstander en bal (20) (split vison) Efficiënte bezetting aan 1 /2 / centraal punt (19) Februari Maart Vrijschop nemen Pass 20m Afhaken Snel voetenwerk Ctl pass en kaats Driehoeksspel Diepe bal geven Afweren directe vrije trap, opstellen van muur Kort dekken Hoge druk Enkele spelers infiltreren uit het blok ( = in sprint) (25) Een speler of lijn overslaan (10) Zo snel mogelijk afwerken bij werkelijke doelkans (21) April Hoge voorzet Interceptie Een bruikbare voorzet trappen (16) Efficiënte bezetting aan 1 /2 / 11 m punt (19) Negatieve druk op de balbezitter (6) Een doelpoging afblokken (22) Een voorzet beletten (17) April Introductie triple ruit Introductie buitenspel Leeftijdseigenschappen: Grote verandering in lichaamsbouw Bewustwording van het eigen lichaam Grote geestelijke en speciale spanningen Gebrek aan motivatie Kritische instelling tegenover gezag Veel wisselende prestaties Behoefte aan vaste afspraken Hechten aan rechten en plichten Disharmonie in lichaamsgroei Onstabiele motoriek Een doorgedreven technische scholing is hier het sleutelwoord. De snelheid van uitvoering wordt verhoogd, het stevig passen, het lichaam leren beheersen in contact met andere lichamen, de basisstartsnelheid verhogen zijn belangrijke doelstellingen in deze categorie. Kinderen van deze leeftijd ontwikkelen een kijk op voetbal: zij bekijken wedstrijden, zij ontwikkelen een idee over spelers, zij hebben idolen. De trainer gebruikt die attitude om de spelers de eerste ideeën over spelsysteem bij te brengen, om met hen een opstelling te bespreken. 75

76 De geldingsdrang houdt ook in dat spelertjes er niet van houden om vergeleken te worden met hun teamgenoten en zeker niet om te moeten horen dat ze aan één van hun ploeggenoten een voorbeeld moeten nemen. Bij een preminiem kon eerder al worden gewerkt aan de teamgeest, bij de miniem moet dat worden uitgediept. In zijn spel zal het kind zich dikwijls vereenzelvigen met zijn idool en zal het die proberen te imiteren. Daardoor zal het de eigen prestaties nogal eens overschatten. De trainer leert zijn spelers hun prestaties te relativeren. Hij legt hier de basis van een eerlijke en gezonde zelfkritische houding. Algemene aandachtspunten t.a.v. training, coaching en begeleiding: Begeleiding: Eigen belang van spelers ondergeschikt maken aan teambelang. Spelers vertrouwen geven. Elke speler even consequent behandelen. Oog hebben voor de grote verschillen die er kunnen bestaan tussen 1 e en 2e jaar spelers (kinderlijk gedrag: overgang lager onderwijs - middelbaar onderwijs). Positief coachen. Fysiek: Rekening houden met fysieke verschillen en problemen. Rekening houden met beperkte belastbaarheid ( blessures, arbeid- rust verhouding). Aandacht voor lichaamsscholing en een goede warming-up. Inhoudelijk: Werken vanuit een vastomlijnd idee ( opleidingsplan). Doelstellingen van een training aan het begin van een training kort uitleggen. Wedstrijdgericht trainen: wedstrijd is het uitgangspunt. Wedstrijdelement staat centraal in de trainingen. zoveel mogelijk oefenstof met de bal. Accent op kort combinatievoetbal. Accenten op bijsluiten en positiespel. Goed evenwicht zoeken in afwisseling en herhaling (veel van hetzelfde maar steeds in een andere vorm). Veel aandacht voor partij- en positiespel. Eisen stellen aan de uitvoering. Differentiatie toepassen in oefenstof (inspelen op leeftijdverschillen en fysieke verschillen). In trainingen competitie-element inbouwen ( omgaan met winst/verlies) Vragenderwijs coachen: spelers laten nadenken over voetbaloplossingen. Spelers zelfkritiek bijbrengen. Specifiek trainen: per positie, kleine groepen of per linie (m.m.v. oud- spelers, andere trainers). Overige : Goede afspraken maken over het gedrag tijdens trainingen en wedstrijden en na afloop daarvan ( verantwoordelijk laten zijn voor bijv. materiaal, achterlaten kleedruimte etc. zie normen en waarden). Stimuleren van een gezonde manier van leven. Attent maken op verband tussen gezond leven en sportprestaties. Trainingsdoelstellingen: Algemeen: leren door benadering van de wedstrijd. Technisch: Voortzetten van algemene basisvormen, maar in een hoger tempo: aan en meenemen, 76

77 dribbelen/ drijven, stoppen, plaatsen, kappen en draaien, trappen en afwerken). Proberen oefenvormen in partijtjes. Streven naar perfecte technische uitvoering. Tactisch: Uitbreiden van algemene tactische begrippen leren van man- en positiedekking. Leren van verschillende aanvalsvormen. Aandacht voor taken per linie en positie. Leren overnemen van elkaars positie. Het aanspeelbaar (!) maken, aanbieden. Het versnellen (als individu, als team) Conditioneel: Lenigheid en ontspanningsoefeningen. Explosiviteit oefenen. Snelheidstraining met en zonder bal. Mentaal: Stimuleren zelfvertrouwen. Ontwikkelen van verantwoordelijkheidsgevoel. Technische oefenvormen: Jongleren Dribbelen Duel: 1 tegen 1 Plaatsen en trappen Aan- en meenemen/ stoppend meenemen. Versnellen vanuit stilstand en uit de beweging. Kappen en draaien Koppen Tactische oefenvormen: Combinatievormen Positiespel Partijspel Voorbeelden en accenten van en bij veel te gebruiken oefenstof bij de miniemen Technisch: Plaatsen/trappen en aan- en meenemen van de bal. In een afgebakende ruimte of in een vrije ruimte. Met twee- of drietallen. Veel herhalen. Aandacht voor een juiste uitvoering. Toepassen in tactische oefenvormen. Tactisch: Uitgangspunt is de wedstrijd. Problemen in balbezit of bij balbezit tegenstander trainen in partij- en positiespelen die je trainer kunt manipuleren wat betreft organisatie, accenten en beperkingen gericht naar je doelstelling. Voorbeelden van problemen bij balbezit: Aansluiting duurt te lang is daardoor te laat. Opbouw verloopt niet goed en leidt snel tot balverlies. 77

78 Flankspel is niet goed ontwikkeld, waardoor er nooit een voorzet komt. Samenwerking tussen flankspel en gedrag voor de goal is niet goed Handelingssnelheid in kleine ruimtes is te laag. Combinatievermogen is te gering, waardoor er te snel een lange bal gespeeld wordt etc. Voorbeelden van problemen bij balbezit van de tegenstander: Samenwerking tussen de linies is er niet waardoor het speelveld te groot wordt. Het moment van druk zetten op de bal wordt niet herkend. Een linie zet druk, een andere linie zakt in. Kantelen wordt niet goed uitgevoerd. Vormen van dekken worden niet goed uitgevoerd etc. Wat leren we aan bij de miniemen en knapen? Individueel technisch en tactisch (basics). In balbezit (B+) : - Evolueer naar lange pass (30m). - Controle op hoge bal. - Vrijlopen om medespeler aanspeelbaar te maken (plaatswissel). - Doelpoging vanop 20m. - Doelpoging na hoge voorzet. - Directe vrije trap. In balverlies (B-) : - interceptie of afweren van lange pas. - Korte dekking op lange pas. - Speelhoeken afsluiten. - Onderlinge dekking. - Directe vrije trap. Collectief technisch en tactisch (teamtactics). In balbezit (B+) : - Driehoekspel met juiste onderlinge afstanden. - Zo snel mogelijk de bal nauwkeurig spelen. - Zo hoog mogelijke balcirculatie nastreven. - Ruimte creëren voor medespeler. - Bij balrecuperatie (tegenaanval) eerste actie is diepte gericht, gevolgd van diep blijven spelen. - Diepte induiken, maar opgepast voor buitenspel. In balverlies (B-) : - Speelruimte verkleinen (blok vorming) (35 op 35m). - Evenredige onderlinge afstanden. - Centrale verdediger, dichtst bij duel bepaalt de off-sidelijn. - Geen kruisbeweging met naburige speler. - Schuiven en kantelen van het blok naar de zijde waar de bal is. - Een voorzet beletten. - Onmiddellijk na balverlies, druk zetten en dieptepas verhinderen. Eindcompetentie Spelen zone voetbal. Kunnen spelen op balbezit (driehoeksspel). Trappen tot op 20 meter. Controle op halfhoge bal. Buitenspel kennen en in praktijk buitenspelval kunnen ontwijken en zelf kunnen buitenspelval openzetten. Begin van elkaar te coachen. Kunnen al een blok vormen bij B-. Spel kunnen verleggen naar andere zijde. Vrijlopen zonder bal. 78

79 ONTWIKKELINGSFASE 3: KNAPEN 13 tot 14 jaar Volledig terrein. Buitenspel telt mee. Pasafstand wordt langer (30 meter). Knapen spelen 4x 20. Ze spelen met 11 tegen 11 in ZONE. Augustus September Oktober November Knapen 11/11 BASICS TACTICS B+ B- B+ B- Lange pass 30m Vrij lopen Snel voetenwerk Spelen met punt naar voor Controle op hoge bal Halfhoge bal 20 Doelpoging op 20m Passeerbeweging op snelheid Lange pass 20m Kantelen Lopen om medespeler vrij te lopen Pass kaats Snel voetenwerk Speelhoeken afsluiten Openen: breed (1) Van binnen naar buiten verdedigen (9) Korte dekking op lange pass Doelpoging vermijden Steun in dekking Openen: diep (2) Subtiele eindpas in de diepte (17) Infiltratie in de diepte Spel verleggen Ruimte creëren voor medespeler en het benutten ervan (5) Recuperatie door interceptie (14) Evenredige onderlinge afstanden verdedigen (2) De dekking door de dichtste medespeler(s) (7) Hoog blok zetten December Januari Lopen als steun Pass 20m Afhaken en vrijlopen Driehoeksspel Hoekschop trappen Beweging zonder bal Pass kort/lang Interceptie lange pass Dekking Duel Driehoeksspel met evenredige onderlinge afstanden (3) Efficiënte bezetting bij voorzet: 1 /2 / penalty punt (18) Snel dekking ontvluchten door snel te bewegen (19) Kortere dekking met zicht op de tegenstander en bal (20) Efficiënte bezetting aan 1 /2 /11 m punt (19) Blok zetten Februari Maart Vrijschop nemen Pass 30m Afhaken Ctl pass en kaats Driehoeksspel Afweren directe vrije trap, opstellen van muur Kort dekken Hoge druk Enkele spelers infiltreren uit het blok ( = in sprint) (25) Een speler of lijn overslaan (10) Zo snel mogelijk afwerken bij werkelijke doelkans (21) Efficiënte bezetting aan 1 /2 /11 m punt (19) Negatieve druk op de balbezitter (6) Een doelpoging afblokken (22) 79

80 April Hoge voorzet Een bruikbare voorzet trappen (16) Een voorzet beletten (17) Leeftijdseigenschappen Toenemende zelfkennis. Emotionele aanpassing. Streven naar prestatieverbetering. Grote verantwoording t.o.v. elftal en training. Skelet en spierstelsel gaan beter harmoniëren, nog wel groeistuipen. Praktische opmerkingen Leren door wedstrijdsituatie na te bootsen. Lichamelijk nog niet volgroeid. Loop- coördinatieoefeningen. Algemene aandachtspunten t.a.v. training, coaching en begeleiding: Begeleiding: Eigen belang spelers ondergeschikt aan teambelang. Elke speler even consequent behandelen. Spelers vertrouwen geven. Zorgen voor een goede prestatiesfeer. Geen vedetteneigingen accepteren. Soms spelers in bescherming nemen goed communiceren: duidelijk overbrengen wat de eisen en de verwachtingen zijn. Fysiek: Rekening houden met fysieke verschillen en problemen. Oog hebben voor de grote verschillen die er nog kunnen zijn tussen de eerste en tweede jaar spelers (groeispurt, dus verschil in belastbaarheid). Rekening houden met beperkte belastbaarheid (blessures, arbeidsrust verhouding). Aandacht voor lichaamsscholing en een goede warming-up. Inhoudelijk: Werken vanuit een vastomlijnd idee (het opleidingsplan). Spelers betrekken bij de doelstellingen van het team, zodat de medeverantwoordelijkheid wordt gekweekt. Spelers mee laten denken over speelwijze, tactische grondbeginselen (linie- en teamtactiek). Differentiatie toepassen in oefenstof 9 verschillen in biologische en kalenderleeftijd). Goede afspraken maken over het gedrag tijdens trainingen en wedstrijden. Verantwoordelijk laten zijn voor bijvoorbeeld materiaal, achterlaten kleedruimte etc. Tijd reserveren voor persoonlijke gesprekken waarin uitgelegd wordt waarom bepaalde beslissingen zijn genomen. Trainingsdoelstellingen: 80

81 Algemeen: Twee keer per week 90 minuten trainen. Oefenstofkeuze gericht op plezier, beleving en wedstrijd. Wedstrijdelement staat centraal tijdens trainingen. De trainingen zijn gericht op het verbeteren van de voetbalprestatie: individueel, als linie en als team. Specifieke kwaliteiten van spelers ontwikkelen en benutten in team- en spelconcept. zoveel mogelijk trainingsvormen met de bal. Specifieke trainingen: linietraining en persoonlijke training (i.s.m. hoofdopleiding, oud-spelers). Vooral bij knapen: individuele trainingen creëren (= versterking en bevestiging persoonlijkheid van de spelers). Weerstandstraining als voorbereiding op kracht- en hersteltraining moet gedifferentieerd worden gegeven i.v.m. verschil in fysieke belastbaarheid. Dode spelmomenten krijgen meer aandacht. Technisch: Voortzetten van algemene basisvormen, maar in hoger tempo aan- en meenemen van de bal, dribbelen/drijven, stoppen, plaatsen, kappen, draaien, trappen en afwerken). Oefenvormen onder meer weerstand van een tegenstander. Aanvallend en verdedigend koppen. Afwerken op het doel. Tactisch: Ingaan op individuele tactiek in wedstrijdsituatie. Leren positie kiezen in verdedigend opzicht. Aandacht voor taken eigen positie per linie en per hele team. Conditioneel: Scholing van snelheid en uithoudingsvermogen. Intensiever arbeid/rust verhouding (zwaardere belasting). Mentaal: Leren en stimuleren van zelfkritiek. Leren om te streven naar perfectie. Technische oefenvormen Combinatievormen Positiespel Spelhervattingen Mentale kenmerken Beoordelingsvermogen stijgt jaar na jaar (over zichzelf, medespelers, trainer, ). Groeiende eigen mening (gaat meer en meer mee(tegen)praten). Geldingsdrang neemt toe. Fysieke kenmerken Kracht: nog geen specifieke krachttraining: natuurlijke bewegingen met eigen lichaam, duels tussen even sterke groepen, veel afwisseling. Lenigheid: Bij de knapen zien we een spectaculaire lengtegroei, dus werk aan de lenigheid (niet forceren). 81

82 Uithouding: De omvang van de trainingen stijgen. Probeer veel inspeeloefeningen te geven waarbij je de tijd en loopafstand kunt bepalen. Snelheid: Looptechniek verbeteren (voorzie elke training een oefening: skipping, billing, ) Leer ze op de voorvoet lopen/staan. Explosief en maximale snelheid in spelvorm (estafette met 2 groepen), hou rekening met afstand (max 15m) en arbeid-rust (1 tijd arbeid op 8 tijden rust). Coördinatie: Blijven herhalen van basistechnieken, zeker bij de groeispurt van de knapen Spelsituaties en automatismen worden ingeoefend. Het spelen in één tijd behoort tot de technische training. Stilaan raken de spelers ervan overtuigd dat tactiek een niet te verwaarlozen gegeven is in wedstrijden. De startsnelheid blijft een belangrijk punt. 12 tot 14 jarigen zetten de vorming van een eigen mening verder, nog steeds beïnvloedbaar door externe meningen: zij praten na wat ze thuis of via de media horen. De trainer werkt verder aan het correct leren inschatten van de mening en van de prestatie. Hij houdt er rekening mee dat deze leeftijdsgroep minder meegaand is en steviger vasthoudt aan de eigen mening. Men overtuigt de speler alleen met gemotiveerde en degelijke argumentatie. Het waarom? daarom! leidt bij deze leeftijd alleen tot koppig vasthouden aan de eigen mening en tot het zich afzetten tegen de mening van volwassenen. Lichamelijk is er bij deze categorie dikwijls een grote verandering merkbaar: de spelers groeien soms spectaculair. In heel wat gevallen gaat dat gepaard met problemen ter hoogte van de groeischijven. De trainer moet rekening houden met deze lichaamsverandering. Het is niet omdat ze flink gegroeid zijn, dat zijn spelers ook veel sneller of krachtiger zijn. Hij moet zijn trainingen zo aanpassen dat het cardio-vasculair systeem en de spiermassa zich kunnen aanpassen aan de plotse verandering. Deze leeftijdsgroep kan heel wat verantwoordelijkheid aan, maar die attitude is zeer individueel, d.w.z. niet elke speler heeft evenveel verantwoordelijkheidsgevoel. Daaraan moet worden gewerkt. De taken altijd op de rug schuiven van diegenen die verantwoordelijkheid kunnen dragen, is verkeerd. Diegenen met een geringer verantwoordelijkheidsgevoel met alle taken belasten, is ook verkeerd. Geleidelijk aan meer en meer taken geven aan deze laatste categorie en die samen met hen evalueren, is wel een correcte houding. Wat leren we aan bij de knapen? Individueel technisch en tactisch (basics). In balbezit (B+) : - Evolueer naar lange pass (30m). - Controle op hoge bal. - Vrijlopen om medespeler aanspeelbaar te maken (plaatswissel). - Doelpoging vanop 20m. - Doelpoging na hoge voorzet. - Directe vrije trap. In balverlies (B-) : - interceptie of afweren van lange pas. - Korte dekking op lange pas. - Speelhoeken afsluiten. - Onderlinge dekking. - Directe vrije trap. Collectief technisch en tactisch (teamtactics). In balbezit (B+) : - Driehoekspel met juiste onderlinge afstanden. - Zo snel mogelijk de bal nauwkeurig spelen. - Zo hoog mogelijke balcirculatie nastreven. - Ruimte creëren voor medespeler. 82

83 - Bij balrecuperatie (tegenaanval) eerste actie is diepte gericht, gevolgd van diep blijven spelen. - Diepte induiken, maar opgepast voor buitenspel In balverlies (B-) : - Speelruimte verkleinen (blok vorming) (35 op 35m). - Evenredige onderlinge afstanden. - Centrale verdediger, dichtst bij duel bepaalt de off-sidelijn. - Geen kruisbeweging met naburige speler. - Schuiven en kantelen van het blok naar de zijde waar de bal is. - Een voorzet beletten. - Onmiddellijk na balverlies, druk zetten en dieptepas verhinderen. Hoe gaan we te werk op training? Tijdens de opwarming zoveel mogelijk met bal werken. Inspeeloefeningen zijn ideaal. Basistechnieken worden zowel links als rechts ingeoefend. Voorzie steeds een stukje snelheid, maar zorg dat ze niet te moe zijn om de rest van de training af te werken. Explosief werken met voldoende rust op afstanden van 5 tot 15m. Voorzie ook een stuk looptechniek en coördinatie, maak daarvoor gebruik van loopladder, hoepels, paaltjes. Werk op wendbaarheid en draaisnelheid. Voorzie steeds 2 wedstrijdvormen. Eén na de opwarming en de laatste voor de cooling down. Plaats de spelers op hun positie tijdens de WV en werk met ongelijke ploegen waardoor je accenten kunt coachen. Hou rekening met hun capaciteiten en laat ze geen dingen uitvoeren dat ze niet kunnen. Laat ze zelf naar oplossingen zoeken en stuur daarna bij. Ga een gesprek aan met hen over de beste oplossing. Laat ze mee beslissen, dan voelen ze zich (en worden ze ook) sterker. Maar : altijd POSITIEVE aanmoedigingen. Eindcompetentie Zonevoetbal moet al volledig ingeburgerd zijn. Taken per positie stevig gekend. Kunnen afwerken op doel na hoge voorzet. Lange pass van 30 meter kunnen trappen. Trappen op doel meer dan 20 meter. Spelen zonder bal, vrijlopen, aanspeelbaar zijn, juiste inspeelhoek, in steun komen, taak overname, kantelen van de ploeg, in één tijd spelen, onderlinge coaching moeten ze volledig onder de knie hebben. Bij balverlies : druk zetten, remmend wijken, pass binnendoor beletten, aanvallers meeverdedigen, rugdekking. 83

84 SCHOLIEREN 15 tot 16 jaar. Speelduur : 4x20 met buitenspel op een groot plein. Periode 1 Periode 2 Jaarplan Scholieren en hoger 11/11 BASICS TACTICS B+ B- B+ B- Herhaling van de Basics: nadruk leggen op snelheid van uitvoering. De verste spelers lopen zich vrij (loshaken/ uit blok) (22) Zo hoog mogelijke balsnelheid (8) Een blok van 35 op 35 m zetten (speelruimte verkleinen) (1) Het middenveld thv de middellijn (MEDIUM BLOK) (3) Periode 3 Periode 4 Diagonale IN en OUT passing naar zwakke zone (9) Diep blijven spelen (24) Centrale verdediger, dichts bij de bal bepaalt off-side lijn (4) Geen systematische buitenspel (21) Periode 5 Na balrecuperatie is de 1 actie diepte gericht (23) Een hoog compacte T vorm van minsten 4 spelers + K (23) Leeftijdseigenschappen: Stabiliseren van het karaktergeldingsdrang voor plaats in de maatschappij en op het voetbalveld. Toenemen prestatiedrang. Streven naar medeverantwoordelijkheid. Negatief kritisch t.o.v. eigen prestatie en instelling. Voltooiing van de lichaamsgroei. Vermogen tot een maximaal persoonlijk prestatieniveau. Motoriek is maximaal gevormd. Trainingsdoelstellingen Algemeen: Wedstrijdelement staat centraal. Werken vanuit een vastomlijnd idee. Oefenstofkeuze gericht op plezier, beleving, persoonlijke ontwikkeling en wedstrijd. Zoveel mogelijk trainingsvormen met bal. Specifieke trainingen: positietraining, persoonlijke training, linietraining. In samenwerking met HOPL Technisch: Bijbrengen van automatismen. Training gericht op specifieke plaats in het elftal. Testen beheersing van techniek. Tactisch: 84

85 Aanscherpen van het tactisch inzicht. Aanleren van tactische varianten (aanvallend/ verdedigend). Eigen positie, per linie en per tram. Fysiek: Trainen op snelheid, kracht en uithoudingsvermogen. Hoog rendement halen uit conditie en balbeheersing. Mentaal: Vergroten prestatie door persoonlijke reflectie. Bijbrengen van realistisch verwachtingspatroon t.a.v. overgang naar beloften. Ontwikkelen van gezonde zelfkritiek t.a.v. eigen prestaties. Ontwikkelen van de (echte) wil om te winnen. Nadruk op beter willen worden. Technische oefenvormen: Jongleren Dribbelen Duel 1 tegen 1. Plaatsen en trappen. Aan- en meenemen/ stoppend meenemen. Versnellen vanuit stilstand en uit de beweging. Koppen Functioneel kappen en draaien. Tactische oefenvormen: Combinatievormen Positiespel Partijspel (aanvallende/verdedigende varianten) Spelhervatting Alle basics moeten nu nauwkeuriger en sneller uitgevoerd worden. De speler moet zijn taken binnen het concept zonevoetbal in een opstelling zo goed mogelijk kunnen uitvoeren. De basistechnieken worden verfijnd, de snelheid van uitvoering wordt verhoogd, het spelen in één tijd wordt belangrijker. Hier wordt ook de basis gelegd van een goede fysische conditie. De startsnelheid wordt verder getraind. Automatismen worden stilaan ingesleten. De spelers krijgen enkele inzichten in strategische fases en mogelijkheden daarbij, zowel vanuit offensief als vanuit defensief oogpunt. Als de spelers van deze categorie gezond zijn en niet met groeiproblemen te kampen hebben, is het aankweken van spiermassa aan te bevelen. Dat hoeft niet met krachttraining of in een fitnesszaal te zijn, dat kan evengoed met gerichte spierversterkende oefeningen die in de trainingen worden ingebouwd. De bijgekweekte spieren moeten aangewend worden in dienst van het geheel: niet alle ballen moeten naar de speler met het stevigste doelschot, niet alle inworpen moeten worden genomen door de speler met de krachtigste armen. Een scholier moet de eigen mogelijkheden correct kunnen inschatten en de ambities eraan aanpassen. De trainer moet hen bij de evaluatie helpen. Het heeft geen zin een speler die zich te hoog inschat, week na week een ontgoocheling te bezorgen. Het oordeel van de eigen prestaties wordt sterk beïnvloed door anderen: ouders, begeleiders, medespelers, supporters. 85

86 Deze leeftijdsgroep heeft te maken met grote druk van buitenaf: school, andere sporten, andere interesses (helemaal buiten de sport), de geneugten van het leven (roken, alcohol, ), intiemere kennismaking met de seksuele volgroeiing.. Jongeren van deze leeftijd kunnen ook al gemakkelijk in aanraking komen met drugs.* De speler zoekt naar de juiste inschatting van al deze factoren, moet kiezen tussen voorbeelden van leeftijdsgenoten goede en mindere en wordt door de oudere generatie voortdurend voor vergelijkingen gesteld met vroeger, een wereld waarmee hij helemaal geen voeling heeft. Het is de taak van de trainer daar op te treden als een soort van geleider, om al die externe impulsen te helpen bundelen in de goede, sportieve richting. Makkelijk is dat niet, zeker omdat de spelers dikwijls niet meer zo open zijn en moeilijk hun vertrouwen schenken aan volwassenen. Het psychologisch inzicht van de ploegbegeleiding wordt hier bijzonder op proef gesteld. Inherent aan de gegevens, opgesomd in de voorgaande paragraaf, zijn er in deze categorie heel wat spelers die stoppen met voetballen of die niet meer aan sport doen met de juiste instelling. Soms kan een goed gesprek mogelijke afhakers toch overtuigen om verder te blijven sporten, maar even vaak lukt dat niet. Er valt weinig meer te doen dan te proberen om de speler met de juiste argumenten te overtuigen. De ouders spelen hier ook een belangrijke rol in. De keuze om al dan niet verder te blijven voetballen moet nochtans essentieel hun keuze zijn. Mentale kenmerken - vertoont minder zelfvertrouwen (kent zijn begrenzing en die van andere). - Gaat op zoek naar zijn eigen identiteit. - Zet zich af tegen normale waarden (ouderwetse waarden) - Moet meer en meer de intentie tonen om te willen winnen en moet daarvoor bepaalde opofferingen doen. *zie intern reglement drugspreventie. Fysieke kenmerken KRACHT : snelkracht explosief en veelvuldig. Rekening houden met de morfologie van de speler. LENIGHEID : onderhouden in functie van blessurepreventie. UITHOUDING : extensieve = 75% van de max hartfrequentie (220 leeftijd) en intensieve duurtraining = 85%. Geen weerstandstraining!! SNELHEID : explosief vermogen en maximale snelheid in spelvorm (juiste verhouding arbeid/rust). Looptechniek blijven verbeteren. COORDINATIE : basistechnieken blijven herhalen want door lengtegroei ontstaat verminderde bewegingscontrole. Wat leren aan bij scholieren? Basics : vervolmaking door individuele training. Teamtactics In balbezit B+ : - voorzet trappen vanop de flank die bruikbaar is voor doel. - Efficiënte bezetting hoekschop. - Strikte dekking ontvluchten (veel bewegen). In balverlies B- : - collectieve druk bij kans op balrecuperatie. - Efficiënte bezetting bij hoevvchop tegen. - Kortere dekking in waarheidszone. Splitvision (bal en tegenstrever zien). 86

87 - Niet systematisch op buitenspel spelen. - Hoge compacte T-vorm (4 + doelman). Algemene aandachtspunten t.a.v. training, coachen en begeleiding: Individuele ontwikkeling staat centraal. Eigen belang spelers zijn ondergeschikt aan teambelang. Ontwikkeling van teamgeest (teambuilding). Spelers vertrouwen, vrijheid en verantwoordelijkheid geven. Spelers betrekken bij doelstellingen van het team, zodat medeverantwoordelijkheid gekweekt wordt. Goed communiceren: duidelijk overbrengen wat de eisen en de verwachtingen zijn. Aandacht besteden aan motivering van de spelersgroep. Tijd reserveren voor persoonlijke gesprekken waarin bepaalde beslissingen worden uitgelegd. Evaluatiegesprekken houden d.m.v. een vragenlijst. Spelers die mogelijk kunnen doorstromen naar de beloften. Extra aandacht geven. Hoe gaan we te werk bij scholieren? Een voortdurende dialoog tussen spelers en trainer is noodzakelijk. Spelers mee laten denken naar oplossingen, uitleggen waarom iets beter of minder goed is. Laat ze mee volwassen worden en zijn. Wedstrijdvormen en positiespelen moeten hier de hoofdbrok van de trainingen zijn. Maximaal 7 tegen 7 maar probeer zoveel mogelijk met kleinere aantallen te werken. Fysiek kunnen ze heel wat aan, maar pas op, het blijven pubers die meestal stoerder doen dan ze werkelijk zijn. Doseer met mate, maar zeker niet te licht. Laat ze steeds positioneel voetballen. Herkenbaarheid in de wedstrijd wat ze op training gespeeld hebben. Hou je strikt aan de afspraken, sta open voor suggesties vanuit de groep maar blijf er boven staan! Let op bij deze leeftijden voor de groeisnelheid. (Peak High Velocity) Een kind groeit. Volwassenen lijken dat nogal eens te vergeten. Groeien vraagt veel energie: kinderen krijgen af en toe een inzinking, die enkel en alleen te wijten is aan de groei. Groeien gebeurt niet gestadig, maar kent stilstaande fases en zogenaamde "groeispurten". Vooral tijdens deze spurten kan het zijn dat het kind zoveel energie verbruikt, dat zijn fysiek rendement tijdelijk beduidend minder is. Groeipijnen kunnen op ieder ogenblik beginnen, meestal komen ze voor tussen 3 en 5 jaar en tussen 12 en 16 jaar, de pijnen verdwijnen gewoonlijk na een jaar. Een kind met groeipijn is gezond en er is geen aanwijzing voor een onderliggende kwaal. Soms is het zo storend dat het kind nachten lang wakker ligt. Een goed opgebouwd stretchprogramma, lichte massage en warme baden, blijken een gunstig effect te hebben. In uiterste gevallen kan een pijnstiller (type paracetamol) de oplossing bieden. Onwetendheid en gebrek aan vakkundige begeleiding zijn in vele gevallen de basisoorzaak van overbelasting tijdens de groeiperiode. De trainer moet weten dat hun "carrosserie" nog fragiel is. Bij een groeispurt van 1 of meer cm per maand is het aangewezen de fysische belasting voor deze spelers te halveren. Dus geen explosieve, intensieve, verzurende training! Hun coördinatie neemt af, ze worden slungelachtig. Beenderen, ligamenten en spieren groeien ongelijkmatig. Individueel laten werken is aangewezen. Indien te veel klachten of pijn, zeker dokter contacteren. Op het document ongevalsaangifte vindt je contactadressen van dokters en kiné die de medische dossiers voor de spelers van VVC opvolgen en ook behandelen. 87

88 ONTWIKKELINGSFASE 4: Voetbal wordt al in al zijn facetten geperfectioneerd. Snelheid van uitvoering, kracht, uithouding, snelheid, coördinatie en lenigheid worden ten allen tijde gecombineerd in wedstrijdvormen en tussenvormen. Alles moet op een hoger niveau. De automatismen worden talrijker. Strategische fases worden meer ingeoefend. Opgelegde tactiek door trainer moet kunnen vertaald worden op het terrein. Spelen om te winnen is hier primordiaal. Hoe kunnen we resultaat bepalen? Welke kwaliteiten hebben we individueel en collectief? Lichamelijk staan de spelers van deze categorie vlak voor de volwassenheid. Je moet wel een onderscheid maken tussen een junior van jaar of een junior van jaar. De trainingen zijn op dezelfde leest geschoeid als die van de seniors, maar de trainer let erop dat de lichamelijke zwakkeren (meestal de jongste, eerstejaars) via een gedifferentieerde oefenstof de achterstand proberen weg te werken. In deze categorie is het belangrijk dat de speler leert wat hij met zijn voetbal wil doen: blijft hij een recreant of heeft hij ambitie om het eerste elftal te halen (bij de eigen club of elders). Spelers die goed spelen krijgen niet onmiddellijk de kans om zich te tonen in een hoger elftal. Motivatie, steun en begeleiding van de trainer is zeer belangrijk. De speler moet ook het nodige geduld kunnen opbrengen tot hij zijn volwaardige kans krijgt in het eerste elftal. Beloftevolle jongeren moeten regelmatig eens de kans krijgen om van het hoger niveau te mogen proeven. Niets beloven is hier de boodschap. Hard blijven werken binnen de eigen leeftijdsgroep is prioritair. Anderzijds mogen talenten niet wegkwijnen in deze categorie. Uiteraard zijn de externe factoren die bij de vorige categorie werden opgenoemd, nog steeds - en dikwijls in grotere mate - aanwezig. De studies komen in een belangrijk stadium, dikwijls moeten er keuzes worden gemaakt, waaronder de sport lijdt. Een speler van deze categorie moet daarom over voldoende wilskracht beschikken om verder te gaan in de voetbalsport. Soms vraagt hij daarbij om steun: aanpassen van trainingen (intensiteit, kwantiteit, het mogen overslaan) vereisen van de trainer soepelheid. Rigoureus volhouden aan de heilige principes leidt hier onvermijdelijk tot een hoger percentage afhakers. Een junior zou de eigen mogelijkheden vrij reëel moeten kunnen inschatten. Die evaluatie bepaalt zijn ambitie. De trainer moet eraan werken dat de ambitie zo groot mogelijk is, maar dat zij de grens van het kunnen niet overschrijdt. Een junior geregeld laten meetrainen met de seniors draagt ertoe bij dat hij zijn capaciteiten leert inschatten. In deze groep (waarvan meestal maar één elftal in de club is) spelen ambitieuze jongeren (die het eerste willen halen) en recreanten (die begrepen hebben dat zij nooit het eerste zullen halen) samen. De trainer moet de oefenstof zorgvuldig kiezen en differentiëren. De potentieel bruikbare seniors trainen soms anders dan de recreanten. Juniors denken al snel dat ze over veel capaciteiten beschikken. Zij zijn beter dan de recreanten uit de groep; zij hebben misschien een goed elftal; er wordt aan alle kanten over doorstoten naar het eerste elftal gepraat; een sporadische invalbeurt heeft hun geleerd (!) dat ze het niveau aankunnen. Zeer dikwijls leidt dergelijke overschatting van de mogelijkheden tot een bijzonder pijnlijke ontgoocheling. Eerst wordt dan de begeleiding met de vinger gewezen, dan gaan de spelers hun kunnen op een andere club tonen, en als het daar ook niet onmiddellijk lukt, haken ze af. De trainer moet beseffen dat hij er mee voor verantwoordelijk is dat de spelers hun eigen mogelijkheden wel correct inschatten. De trainer moet beseffen dat hij daarbij moet opboksen tegen de mening van de entourage van de speler. De gemakkelijkste oplossing kiezen en de speler mee prijzen, is meestal de minst te verkiezen oplossing om een speler in de groep te houden en er later eventueel een senior van te maken. 88

89 Vanaf de U21 wordt er getraind en gespeeld i.f.v. het eerste elftal. De blijft de filosofie, maar in afspraak met de Fanion/beloften trainer en in functie van de eigen kwaliteiten moeten meerdere systemen aangeleerd worden: 4-5-1, 4-4-2, 3-5-2,. Het spelsysteem tot en met de U17 is spelen met de punt naar voor, vanaf de U21 is er de keuze voor de driehoek in het middenveld. Beide systemen moeten aan bod komen in het jaarplan. Zonevoetbal, welk systeem ook, blijft de filosofie met dubbele flankbezetting met infiltrerende/inschuivende spelers. Vanaf de U21 bereiden we de spelers maximaal voor op de eerste ploeg. We werken naar volgend type speler toe i.f.v doorstroming naar het eerste elftal: Keeper: Uitstraling met lef Coacher Explosief Spelinzicht Goede sprongkracht Snel Goede techniek Tweevoetig Goede traptechniek Flankverdedigers (2-5) Tweevoetige passing kort Lange passing voorkeursvoet Goede voorzet op snelheid Verre inworp Gedisciplineerd Hoog infiltatievermogen Teamtactics beheersen Perfecte plit vision Hoge duelkracht 1<>1 Hoge startsnelheid en versnelling Centrale verdedigers (3-4) Lange pass met wreef Hoge wendbaarheid Spelinzicht Goede coach Hoog infiltatievermogen Duelsterk Spelinzicht Uitstraling met lef Goede balrecuperatie Kopbalsterk Controlerende middenvelders (6-8) Loopvermogen Gedisciplineerd (tactics boven infiltratie, juiste moment kiezen!) Spelinzicht Duelsterk Hoge handelingssnelheid Duelsterk Kopbalsterk Goede balrecuperatie 89

90 Aanvallende middenvelder (10) Creatief Infiltrerend als spits Spelinzicht Uitstraling Goede traptechniek Technisch handelingssnelheid Snel omschakelend Spelinzicht (looplijnen) Positioneel organiserend Aanvallende middenvelder (10) Creatief Infiltrerend als spits Spelinzicht Uitstraling Goede traptechniek Technisch handelingssnelheid Snel omschakelend Spelinzicht (looplijnen) Positioneel organiserend Spits (9) Balvaste targetman Kopbalsterk Wendbaar Spelinzicht: tussen linies komen Scorend vermogen Actie-sterk Ruimte creëren Snel omschakelend Spelinzicht: diepe bal vermijden Positioneel verdedigend Flankaanvallers(7-11) Actiesterk Infiltratiesterk (buitenom, naar binnen toe) Goede voorzet op snelheid Scorend vermogen Duelsterk Sneheid, goede versnelling Verdedigende looplijnen Positioneel verdedigend Snelle omschakeling Diepe bal vermijden Snel hoge druk ontwikkelen Zodra een speler de vaardigheden en eigenschappen van de type speler volgens positie bezit wordt deze verder gerijpt in het beloftenteam. De individuele begeleiding van de speler gaat boven de resultaten het team. Individueel slimmer maken, individueel werken aan de werkpunten, individueel aanscherpen van de talenten, dit in functie van het type speler dat de speler is! In functie van een doorstroom naar het eerste elftal zal VVCB voor het seizoen een tweede ploeg inschrijven in 4 de provinciale. Hier kunnen de talenten reeds ervaring opdoen in een 1 ste elftal, bieden we onze talenten een doorgroeitraject aan waardoor de spelers gefaseerd beter worden. Dit ook in functie van het bij de vereniging houden van de spelers. Een te lang wachten voor jeugdig talent om, naast het proeven van, effectief deel uit te maken van de fanions, kan resulteren in het opzoeken van een andere vereniging door deze spelers. 90

91 Modules: didactische hulpmiddelen Multifunctionele opwarming Voorbeeld 2 Thema s Techniekscholing -Korte passing A -Aannemen van de bal en boogbal B -Slalomdribbel C Loopscholing -gewenningsoefeningen met stokken D -Side-steps D Coachingwoorden - geef en kaats Duur 30 minuten Doelgroep jaar Aantal spelers 18 Initiatie oranisatievorm Duur = 10 minuten Intensiteit = rustig inlopen 50% Korte passing - Coaching geef en kaats Strakke ballen terug Loopscholing : gewenningsoefeningen Basistechnieken bal leiden met oefening heen en terug - uitlopen zonder bal Variante: korte passing controle pass Stretching : dynamische lenigheid Inhoudelijk coachen naar correcte uitvoering Duur = 10 minuten Intensiteit = 60% Korte passing - op juiste voet - juiste timing - juiste snelheid Goed ingedraaid staan bij de balaanname = buitenspeler bal aannemen met zijn rug naar de zijlijn gericht coaching : geef - kaats slalomdribbel Side-steps tussen de stokken (op de voorvoet -lage houding) Uitlopen Recuperatie = jongleren Stretching : statische lenigheid Snelheid van uitvoering Duur = 10 minuten Intensiteit = 70-80% ( IDT2) Korte passing Correct inspelen Snel aansluiten Strakke, harde bal 91

92 Slalomdribbel heen en terug snel Loslopen Sids-steps snel + four steps Recuperatie = stretching alvorens opnieuw te starten MFO A C B D Geefkaats 1 1 Variaties 92

93 Multifuntionele opwarming Voorbeeld 3 Thema s Techniekscholing -Korte passing / Controle - pass A -Handelingssnelheid: drie ballen verleggen van kegel -kappen en draaien E Loopscholing -frequentietraining met Loopladder -hoepels : hinken D Coaching: - Geef Duur 20 minuten Doelgroep jaar Aantal spelers 12 Initiatie organisatievorm Duur = 8 minuten Intensiteit = rustig tempo / 50% Bal spelen en volgen Aannemen en doorspelen - lateraal - diagonaal Lichte looppas achter eigen kegel - aansluiten bij de volgende groep Loopscholing : gewenning in loopladder Bal leiden van kegel naar kegel Lopen in de hoepel met één enkel contact Bal leiden heen en terug Coaching geef Dynamische lenigheidsoefeningen Inhoudelijk coachen naar correcte uitvoering Duur = 8 minuten Intensiteit = 60% Aan en meenemen van de bal in twee tijden (bal direct speelklaar leggen) =controle-pass Loopladder: snel voetenwerk Handelingssnelheid : Bal snel verleggen van kegel naar kegel Hinken linkervoet - rechtervoet - twee voeten Kappen en draaien Statische lenigheidsoefeningen Snelheid van uitvoering Duur = 8 minuten Intensiteit = 70-80% (IDT2) Juist inspelen in één tijd Frequentietraining met behulp van de loopladder Bal tikken van kegel naar kegel + four steps Hinken Leiden van bal + kappen + bal terug leggen + four steps 93

94 MFO 3 B geef F E A 1 2 C 3 D Variaties 94

95 Multifunctonele opwarming Voorbeeld 4 Thema s Techniekscholing -Positionele passing / controle - pass A -kappen en draaien B -wreeftrap D Loopscholing -frequentiewerk C Kracht -Spierversterkende oefeningen E Coachingswoord: geef Duur minuten Doelgroep jaar Aantal spelers centrale verdedigers 6-8 verdedigende middenvelders 7-11 flankaanvallers 9 spits Initiatie organisatievorm Duur = 5-10 minuten Intensiteit = rustig tempo, niets op kracht en snelheid Inlopen en controle-pass Basistechniek = bal tikken tussen de voeten, meenemen met de zool, binnenkant en buitenkant van de voet Pass op de doelman (één of twee doelmannen) Gewenning over de stokken en hoepels (één tussentijd) Stretching: dynamische lenigheidsoefeningen Inhoudelijk coachen naar correcte uitvoering Duur = 5-10 minuten Intensiteit = 60% Korte passing (op de juiste voet, juiste snelheid), goed ingedraaid staan (voor spelers 7 en 11), Kappen en draaien (kappen achter de steunvoet, kappen binnenkant en buitenkant voet, overstap en halve draai) wreeftrap op de doelman Frequentietraining : met hoge snelle knie- inzet over de stokken, afwisselend met één voetcontact tussen de stokken, twee voetcontacten tussen de stokken, drie-vier voetcontacten tussen de stokken (aandacht correcte looptechniek!) Stretching: statische lenigheidsoefeningen Snelheid van uitvoering Duur 5-10 minuten Intensiteit = 70-80% (IDT2) Vooractie maken Versnelling na de pass Kapbeweging en korte versnelling Nauwkeurige harde wreeftrap Frequentiewerk en four steps (=> frequentiewerk) Recuperatie = stretching 95

96 MFO 4 7 geef A D 1 3 xxxxx B C 1 E xxxxx 11 Variaties 96

97 Multifunctionele opwarming Voorbeeld 5 Thema s Spelvormen Loopscholing -Amplitudetraining - sprongkracht -Snel voetenwerk - Wendbaarheid Techniekscholing -Lange passing en spierversterkende oefeningen Duur minuten Doelgroep jarigen Aantal spelers >16-20 spelers Vijf minuten individueel loslopen Initiatie organisatievorm Duur = 1.30 minuut per speler Intensiteit = rustig tempo / 50% 2 x (5-5) handbal Op signaal van de trainer vertrekt van elke ploeg één speler Oefening looptechniek en snel voetenwerk Loopscholing : eenvoudige basisoefeningen ( = loop ABC ) Ontspannen looppas terug Stretching: dynamische lenigheidsoefeningen Inhoudelijk coachen naar correcte uitvoering Duur = 1.30 minuut per speler Intensiteit = 60 % van de max. belasting Kopvoetbal 2 x (5-5) Amplitudetraining : progressief afstand vergroten tussen de hoepels Side-steps of spierversterkende oefeningen (buikspieren) Sprongkracht Lichte looppas terug of met coördinatieloop Stretching: statische lenigheidsoefeningen Startsnelheid Duur = 1.30 minuut per speler Partijspel 5-5 Normale voetbalreglementen Amplitude + four-steps Lange passing of spierversterkende oefeningen Sprongkracht + four-steps Lichte looppas terug of met versnellingsloop Op het ogenblik dat de doelman vertrekt, wordt er tijdelijk zonder doelman verder gespeeld. 97

98 MFO Vari atie s 98

99 Multi-functionele opwarming Voorbeeld 6 Thema s Techniekscholing - controle-pass - korte passing - passeerbewegingen Loopscholing -automatiseren correcte looptechniek Coaching - geef Duur minuten Doelgroep jaar Aantal spelers 14-2 doelmannen Drie minuten individueel lopen Initiatie organisatievorm Duur = 5 minuten Intensiteit = rustig tempo Zeer veel variaties mogelijk Inspelen X1 - wegdraaien X2 - inspelen X3 - aannemen bal inspelen X4 - loopcoördinatie X3 Slalomdribbel X4 (variaties zie verder) Stretching: dynamische lenigheidsoefeningen Inhoudelijk coachen Duur = 7 minuten Intensiteit = 50-60% Inspelen X1 - kaats X2 - inspelen X3 - kaats op X2 - bal links of rechts afleggen X3 - inspelen X4 - bal aannemen pass op doelman - doelman bal meegeven - slalomdribbel X4 tot positie X1 Statische lenigheidoefeningen Snelheid van uitvoering Duur = 7 minuten Intensiteit = 70-80% Eventueel na kaats van X2 Lange lob op X3 - four steps van X2 in steun op X3 - na pass doelman - tempo met bal van X4 naar beginpositie (gericht coachen, veel variaties in dezelfde organisatievorm) 99

100 MFO 6 A3 K xx K geef looptechnie 4 xx 3 xx Kaats 2 1 Coervertechnie passing xx Variaties 100

101 Multifunctionele opwarming Voorbeeld 7 Thema s Loopscholing -verfijning looptechniek -verhogen pasfrequentie Techniekscholing -Balgewenningsoefeningen -Lange-korte passing Positiespelen Duur minuten Doelgroep > 12 jaar Aantal spelers 16 3 tot 5 minuten inlopen Initiatie Organisatie Duur = 5-8 minuten Intensiteit = 50% (in dezelfde organisatievorm zijn veel variaties mogelijk) Per speler één bal, basistechnieken, jongleren, Op signaal van de trainer overlopen naar ander vierkant, over stokken, loopladder, hoepels Per vier één bal, bal doorspelen naar elkaar, één tijd, twee tijden (controle-pass), op signaal overlopen naar andere vierkant in wijzerzin. Stretching: dynamische lenigheidsoefeningen Inhoudelijk coachen Duur = 5-8 minuten Intensiteit = 50-60% (technische scholing primeert) Correcte passing, looptechniek, eventueel lange lob Stretching: statische lenigheidsoefeningen Snelheid van uitvoering Duur = 5-8 minuten Intensiteit = 70-80% Balbezit 3-1, op signaal van de trainer spurt de speler in het midden (=jager) diagonaal naar de het andere vierkant, de overige spelers laten de bal liggen en spurten naar het volgende vierkant. De speler die laatst in het vierkant is, wordt de nieuwe jager. 101

102 MFO 7 xxxx xxxx xxxx xxxx Variaties 102

103 Multi-functionele opwarming Voorbeeld 8 Thema s Techniekscholing Balgewenningsoefeningen Loopscholing Pasfrequentie Wendbaarheid Kracht Sprongkracht Reactiesnelheid Duur minuten Doelgroep 16 jaar Aantal spelers Initiatie organisatievorm Duur = 6 minuten Intensiteit = 50% Bal leiden, eenvoudige basistechnieken, kappen achter paaltje, pass en links doorlopen en aansluiten Rechts afdraaien, kappen binnenkant en buitenkant, zowel met de linker als met de rechtervoet Stretching: dynamische lenigheidsoefeningen Inhoudelijk coachen Duur= 6 minuten A + B Intensiteit = techniek primeert Bal leiden met kapbeweging achter steunvoet voor het paaltje en pass Frequentiewerk, sprongkracht, ritmescholing in hoepels, evenwicht en wendbaarheid tussen de kleine kegels Stretching: statische lenigheidsoefeningen Snelheid van uitvoering: accent reactiesnelheid + four-steps Duur 7-8 minuten Intensiteit techniek primeert A + B + C Basistechnieken Schijnbewegingen, kapbewegingen en pass terug, alle vier spelers centraal binnen het vierkant, reactiesnelheid = wisselen van plaats binnenpaaltjes Op signaal van één van de spelers (X2,X3 ) Op signaal van de trainer spurten de spelers Four-steps Richtingverandering tot bij zelfde groep 103

104 MFO 8 xxx xxx A B xxx xxx C Variaties 104

105 Multi-funcitonele opwarming Voorbeeld 9 Thema s Techniekscholing Eenvoudige basistechnieken Kappen, draaien en pass Loopscholing gewenningsoefeningen Leren hoeken lopen (geen bochten lopen) Duur minuten Doelgroep > 12 jaar Aantal spelers Initiatie organisatievorm Duur = 5-7 minuten Intensiteit = rustig inlopen Bal leiden tot 1 meter voor de paal in het midden, hoek lopen en bal meenemen Bal leiden tot 1 meter voor de paal, bal stillegeen, hoek lopen en korte pass op X2 Stretching: dynamische lenigheidsoefeningen Inhoudelijk coachen Duur = 5-7 minuten Intensiteit = technische scholing primeert Bal leiden, kapbeweging, pass op X2, omdraaien Hoek lopen en loopscholing Stretching: statische lenigheidsoefeningen Snelheid van uitvoering Duur = 5 7 minuten Intensiteit = techniek primeert Bal leiden, op snelheid, kappen pass op X2, halve draai + four-steps Hoek lopen en loopscholing 105

106 MFO 9 xxx B 9 xxx A xxx C xxx Variaties 106

107 Multi-funcitonele opwarming Voorbeeld 10 Thema s Oog-hand / oog-voetcoördinatie Looptechniek Loopcördinatie-Passeerbewegingen Kappen en draaien Duur min (totale trainingsduur 120 min) Doelgroep 8-16 jarigen Aantal spelers Initiatie organisatievorm Per speler of per twee één bal in de middencirkel. Op signaal van de trainer is er één speler (van het koppel) dat de cirkel verlaat en een loopoefening uitvoert. De andere speler blijft jongleren of bal leiden binnen de cirkel. Dynamische stretching Inhoudelijk coachen Binnen de cirkel korte passing per twee / op signaal loopcoördinatie + basistechnieken buiten de cirkel / Er wordt telkens gewisseld. Duur tussen de inspanningen kan variëren afhankelijk trainingsvorm EDT(2) / EIT Statische stretching Snelheid van uitvoering 1-1 binnen de cirkel / om de 30 sec gaat één speler buiten de cirkel +FOUR STEPS X y x x X y Y y X x y y 107

108 Passing 108

109 Pass en trapvorm; basis driehoek 109

110 110

111 111

112 112

113 PASS en TRAPVORM OPBOUW VIA HET CENTRUM 113

114 114

115 PASS en TRAPVORM OPBOUW VIA DE FLANKSPELER 115

116 116

117 117

118 STANDAARDSITUATIES: DE INWORP 118

119 119

120 Tactics: integratie thema s en voorbeeld tussen/werkvorm THEMA 1 DRUK OP DE BAL Simulatie: 120

121 121

122 THEMA 2: 1 tegen 1 122

123 123

124 124

125 THEMA 3 1 V <> 2 A ( Ondertal <> Overtal) REMMEND WIJKEN 125

126 THEMA 4 : Numerieke meerderheid 2 verdedigers <> 1 aanvaller 126

127 127

128 THEMA 5 Numerieke gelijkheid 2 verdedigers <> 2 aanvallers 128

129 129

130 THEMA 6 Verdedigingslijn met drie / verdedigingslijn met vier Afsluiten van de speelhoeken Van binnen naar buiten verdedigen 130

131 131

132 Thema 7 Kantelen van de verdediging Kantelen van de verdediging Bal-georiënteerd schuiven Striktere dekking dichter bij doel 132

133 133

134 134

135 THEMA 8 Samenwerking tussen twee linies Afstand tussen linies kort houden Negatieve pressing 135

136 136

137 THEMA 9 Samenwerking tussen drie linies Blokvorming Buitenspel lijn bepalen Centrale as afschermen 137

138 138

139 THEMA 10 Hoge Medium Lage PRESSING HOGE PRESSING FORECHECKING VOORUITVERDEDIGEN MEDIUM PRESSING LAGE PRESSING LOW PRESSING 139

140 140

141 Scouting In het huidige sportieve niveau van VVCB beperkt de scouting zich tot het opmerken van betere spelers tijdens de reguliere competitiematchen. Bij het zien, of horen van de trainer, wordt er overgegaan tot het opmaken van een scoutingsverslag. Tot heden zijn er, ondanks het slechts gewestelijke niveau, maar door de positieve uitstraling, het attractieve voetbal, de positieve benadering van het kind waar winnen en verliezen mag, al een tiental spelertjes overgekomen van omringend clubs. Bij het behalen van een hoger sportief niveau, en dit met dezelfde huisfilosfie, zal het scoutingsapparaat ten volle uitgebaat kunnen worden. Blessurepreventie Blessurepreventie bestaat uit drie luiken: Primaire preventie is gericht op het voorkomen van nieuwe letsels. Secundaire preventie heeft betrekking op het tijdig herkennen en behandelen van klachten of banale letsels om erger te voorkomen Tertiaire preventie is het behandelen van letsels om een nieuwe blessure te voorkomen. De trainers dienen deze drie luiken te herkennen en toe te passen tijdens de training. Verder zijn ook een gezonde voeding en het vermijden van tabak, alcohol en drugs belangrijk. Een volledig blessurepreventie is te vinden op het document blessurepreventie onder documenten in het trainershoekje en Jeugdopleiding. Sport en voeding Een evenwichtige en gevarieerde voeding is zeer belangrijk in de algemene ontwikkeling van een kind. Als verantwoorde ouder sta je in voor de opvolging hiervan, niet in het belang van de voetbalclub maar in het belang van je kind. Uiterlijke gewichtskenmerken, signalen van oververmoeidheid (voldoende nachtrust of gebrek aan bepaalde energievoorraden in het lichaam) en optreden van blessures kunnen wijzen op een probleem i.v.m. de voedingsgewoontes. Indien de trainers indicatoren vermoeden die eventueel wijzen op een onevenwichtige voeding dienen ze dit te bespreken met de ouders en TVJO. Een volledige voedingsaanwijzer is te vinden onder documenten bij de jeugdopleiding. Ongeval op training of in de match Wat te doen bij een ongeval? Als er tijdens een training of wedstrijd een ongeval of kwetsuur optreedt, kan je best de volgende richtlijnen in acht nemen : * Blijf kalm * Blijf er af als je twijfelt of als je niet bekwaam bent * Bij een ongeval : neem de oorzaak weg * Observeer, stel vragen, gebruik je zintuigen 141

142 * Besluit wat je kan of mag doen, wat niet mag en wat je moet doen (Hulp zoeken of RICE - zie verder) * Als je dit overlopen hebt, handel dan om eventueel hulp te roepen, het slachtoffer in de juiste houding te leggen, blijven observeren, geen voedsel of drank toedienen. E.H.B.S.O. Bij huidletsels Het spreekt voor zich dat de ernst van een huidletsel afhangt van de omvang, diepte, plaats, bevuiling en de bijkomende letsels. De verzorging van een wonde is van zeer groot belang vanwege het infectiegevaar. De verzorging bestaat uit 5 verschillende onderdelen : - wondreiniging met water en zeep - ontsmetting met bv. Hac, hibitane op de open wonde - verdoving met een xylocaine spray bij grondig reinigen - ruime omgeving desinfecteren met isobetadine - verband aanleggen om verdere vervuiling te vermijden. Niet volledig afsluiten van lucht! Bij bloedingen Als er zich een ernstige bloeding voordoet is het een van belang de atleet vlug te transporteren. Maar men moet er eerst voor zorgen dat het bloedverlies zich stabiliseert door rechtstreekse druk uit te oefenen op de wonde zodanig dat ze stelpt. Indien nodig moet men een slagader afbinden. Bij een bloeding plus een breuk moet men eerst een knelverband aanleggen en pas nadien het steunverband. Als er een inwendige bloeding optreedt is het belangrijk de sporter te blijven observeren vermits er vaak een symptoomvrij interval is tussen het ongeval en het tijdstip dat de symptomen zoals shock, flauwvallen, snelle zwakke polsslag zich manifesteren ( vb. bij miltruptuur, bloeding in de schedelholte...) Bij spier-, pees- of ligamentaire letsels Hier geldt maar één principe dat steeds moet gevolgd worden : R ust I js C ompressie E levatie Bij een weefselbeschadiging ontstaat er een ontstekingsreactie waarop koude een gunstig effect geeft. Door de koude gaat de vochtuitstorting verminderen alsook de pijn. De eerste maal legt men 20 tot 25 min ijs, daarna 15 min, minimum 3 tot 5 maal per dag. 142

143 Opgepast, bij ijsapplicatie moet men ervoor zorgen geen rechtstreeks contact te hebben met de huid om vriesbrand te voorkomen. Tips: Met een "coldpack" uit de ijskast. Niet direct op de onbedekte huid (bevriezingsgevaar), dus eventueel sportkous aanhouden. Een betere koeling wordt verkregen als het tussenmateriaal nat is. Fixeer het "coldpack" met een licht drukkend verband. Houd het been omhoog. Ijsblokjes in een plastic zak. Maak de ijsblokjes stuk en voeg wat water toe. Ook hier fixatie met een licht drukkend verband en het been omhoog. Stromend water indien geen "coldpack" of ijs voorhanden is. Liever niet direct op de huid, want door de straal gaan bloedvaatjes open en nemen zwelling en pijn toe. Zet de voet in een bak/emmer met water en ververs dat voortdurend. Ga na het ongeval door met koelen gedurende 48 uur. Ook 's nachts, want in een warm bed nemen de zwelling en de pijn snel toe. Tot het moment dat de bandage wordt aangelegd gelden de volgende regels: * absolute rust houden * drukverband * been hooghouden. * Gebruik nooit middelen die de doorbloeding bevorderen, zoals smeersels of massage. Bij spierscheur-verrekking-overbelasting, staak zo vlug mogelijk de activiteit. Koel de pijnlijke zone van de spier af, meermaals per dag. Raadpleeg arts indien pijn aanhoudt. Een echografie kan voorgeschreven worden maar dit pas enkele dagen na het ongeval. Indien nodig om herstel te bevorderen kan kinesitherapie voorgeschreven worden. Opmerkingen: Bij een spierscheur geldt de regel 1 week rust per centimeter spierscheur. Herbegin niet te snel, de kans op hervallen is zeer groot, het is niet omdat er geen pijn meer is dat het spierletsel reeds volledig genezen is en sterk genoeg is om aan sport te doen, luister naar het advies van behandelende arts of kinesist. Bij gewrichtsletsels In acute fase volg de RICE richtlijnen. Indien na de eerste zorgen blijkt dat het letsel ernstig is en een langdurige inactiviteit vermoed wordt, raadpleeg een arts. Een röntgenfoto wordt voorgeschreven door de arts om eventuele fracturen uit te sluiten. Eventueel wordt nadien echografie of scanner voorgeschreven indien een ligamenair probleem vermoed wordt. Nadien zal het gewricht enigszins gespalkt (via bandage of brace) worden opdat het aangedane gewricht de nodige rust krijgt om herstel te voorspoedigen. Er kan ook kinesitherapie voorgeschreven worden, het is dan aan de dokter en of kinesitherapeut om in te schatten wanneer de sportactiviteit mag hervat worden en indien het noodzakelijk is om het gewricht te tapen in de eerste fase van de sporthervatting. Hulp bij ernstige sportongevallen: Wanneer er zich een ernstig sportongeval voordoet tijdens de training of wedstrijd : 143

144 - Vergewis u van de toestand van het slachtoffer, ademt hij nog, voelt u nog polsslag - Verwittig een collega trainer of ploegafgevaardigde om de hulpdiensten te bellen indien dit echt nodig is. - Zorg voor een duidelijke plaats situering waar de hulpdiensten moeten zijn. - Indien nodig, pas mond op mond ademhaling toe of hartmassage indien u over de kennis beschikt, vraag eventueel of er een dokter of verpleger aanwezig is. - Indien niet, blijf van het slachtoffer af, u doet misschien meer kwaad dan goed. - Bij breuk immobiliseer het ledemaat. - Zorg dat het slachtoffer geen kou lijdt of zorg bij hitte voor afkoeling. - Wanneer de hulpdiensten ter plaatse zijn, vertel hen wat er gebeurd is. - Bij ernstige gevallen breng indien nodig de ouders op de hoogte. - Breng de clubleiding en de clubdokter op de hoogte van het gebeuren (bij ernstig ongeval). - Zorg voor de nodige administratieve documenten (te vinden op de website ). - Besteedt aandacht voor de nazorg, bezoek het slachtoffer met de groep of een deel ervan. - Steun bij revalidatie. - Psychologische en mentale steun bij terugkomst. Voetbalongeval: wat te doen?... De meeste spelers/ouders weten niet wat ze moeten doen wanneer ze een kwetsuur oplopen tijdens de training en/of wedstrijd. Het gevolg is dat ze vaak te laat komen met formulieren en/of onkostennota s. Om dergelijke problemen te vermijden, geven we een kort overzicht. Het formulier AANGIFTE VAN ONGEVAL kan men bekomen bij: De gerechtigde correspondent Peter De Lannoit. De jeugdopleider en/of ploegafgevaardigde. Via bestuur. Aan kantinepersoneel. Wanneer kan u een ongevalsaangifte laten invullen? Bij een doktersbezoek dat voortvloeit uit een kwetsuur opgelopen op training of wedstrijd Moet elk formulier dat ingevuld is door een dokter ook opgestuurd worden? Neen! Volg de procedure die omschreven staat in het document wat te doen bij een sportongeval. Templates 144

145 EVALUATIEFICHE TRAINER SEIZOEN TRAINING NAAM CATEGORIE DATUM QUOTERING: ONVOLDOENDE: O, VOLDOENDE: V, GOED; G HOUDING t.ov; TAALGEBRUIK t.ov; COACHING OPMAAK UITVOERING FEEDBACK Spelers Spelers Gebruik coaching woorden Duidelijk Gericht Individueel Positief MIM model Thema Tussenvorm i.f.v. wedstrijdvrom i.f.v. doelgroep Opwarming Tussenvorm Wedstrijdvorm Tussenvorm Wedstrijdvorm Cooling down Timings gerespecteerd Voldoende bijsturing Stop en Go indien nodig Gericht Duidelijk Positief Inbreng spelers 145

146 EVALUATOR EVALAUTIEGESPREK GEEVALUEERDE 146

147 EVALUATIEFICHE TRAINER SEIZOEN WEDSTRIJD NAAM CATEGORIE DATUM QUOTERING: ONVOLDOENDE: O, VOLDOENDE: V, GOED; G HOUDING t.ov; TAALGEBRUIK t.ov; COACHING OPSTELLING TACTISCH FEEDBACK Spelers Officials Ouders Algemeen Spelers Officials Ouders Algemeen Gebruik coaching woorden Duidelijk Gericht Individueel Positief Volgens visie Punt naar voor/achter (schrappen) Spelers op beste positie Spelers op wisselpositie Duidelijke richtlijnen Bijsturing i.f.v. tegenstander Attractief Uitvoering B+ Uitvoering B- Gericht Duidelijk Positief Inbreng spelers 147

148 EVALUATOR EVALAUTIEGESPREK GEEVALUEERDE 148

149 Scoutingsverslag Naam speler: Categorie: Club: Bekeken wedstrijd: Tegenstander. Hoe was de tegenstand: Ploeg: Rechtstreekse tegenspeler: Evaluatie speler. Techniek: Algemeen: Links/rechts voetig: Gebruikt beide voeten: Lange pas: Fysiek: Algemeen: Loopsnelheid: Duels: Kopduels: Positie: Anatomie: Gedrag op het veld: Eventuele opmerkingen: Eindconclusie: Deze speler is volgens de bekeken wedstrijd een versteking naar onze ploeg toe. Ja Neen Ik twijfel. 149

150 EVALUATIEFICHE VELDSPELER SEIZOEN NAAM GEBOORTEDATUM DATUM EVALUATIE CATEGORIE SELECTIE NIET SELECTIE POSITIE VOLGENS KWALITEITEN SPELBEKWAAMHEID (onder druk) Kwotering: Geen beoordeling : Niks invullen BALBEZIT Onvoldoende: 1 Zwak: 2 Voldoende: 3 Goed: 4 Uitstekend: 5 1. Positiespel vrijlopen steunen taakovername 2. Passing (in beweging) korte passing re li kop lange passing re li 3. Balcontrole op lage bal re li op hoge bal re li borst, kop 4. Leiden en dribbelen leiden re li dribbelen re li 5. Doelpoging dichtbij re li kop vanop afstand re li BALVERLIES 1. In functie van de bal Interceptie re li kop Afweren re li kop 2. In functie van tegenspeler aan de bal jagen naar de bal toe duel (tackle/sliding) re li kop remmend wijken 3. In functie van tegenspeler zonder bal Speelhoeken afsluiten Korte dekking 4. In functie van medespeler dichter bij de bal Rugdekking OVERGANG BALBEZIT BALVERLIES 1. Positiespel na balverlies medespeler 2. Positiespel na persoonlijk balverlies OVERGANG BALVERLIES BALBEZIT 1. Positiespel na balrecuperatie medespeler 2. Actie met bal na persoonlijke balrecuperatie 150

151 FYSIEKE PARAATHEID WEDSTRIJDMENTALITEIT 1. Startsnelheid 1. Inzet - motivatie - agressiviteit 2. Loopsnelheid 2. Zelfvertrouwen - durf - lef 3. Wendbaarheid 3. Sportiviteit 4. Uithoudingsvermogen 4. Autoriteit - coaching 5. Duelkracht 5. Concentratie 6. Sprongkracht 6. Emotionele stabiliteit 7. Trapkracht 8. Werpkracht 151

152 EVALUATIEFICHE KEEPER SEIZOEN NAAM GEBOORTEDATUM DATUM EVALUATIE CATEGORIE SELECTIE NIET SELECTIE SPELBEKWAAMHEID (onder druk) Keeper als keeper Keeper als veldspeler Kwotering: Geen beoordeling : Niks invullen Onvoldoende: 1 Zwak: 2 Voldoende: 3 Goed: 4 Uitstekend: 5 BALBEZIT Korte opbouw Lange opbouw Kort na terugspeelbal re li kop Lang na terugspeelbal re li Doelpoging Interceptie buiten 16 m re li BALVERLIES Opstelling Uitvoering Op K L K R K Eén tegen één situatie Opstelling Uitvoering Dieptepass Opstelling Interceptie in 16 m Interceptie buiten 16 m Voorzet Opstelling Interceptie FYSIEKE PARAATHEID WEDSTRIJDMENTALITEIT 1. Startsnelheid 1. Inzet - motivatie - agressiviteit 2. Loopsnelheid 2. Zelfvertrouwen - durf - lef 3. Wendbaarheid 3. Sportiviteit 4. Uithoudingsvermogen 4. Autoriteit - coaching 5. Duelkracht 5. Concentratie 6. Sprongkracht 6. Emotionele stabiliteit 7. Trapkracht 8. Werpkracht 152

153 153

154 Naam: Thema : Datum: Training:2015 Aantal: Categorie/niveau: benodigdheden VVC Beernem Markeerhoedjes, hesjes, voldoende ballen, Kegels, verplaatsbaar doel opwarming Beschrijving - Coaching De spelertjes kunnen op hun plaats gesleept worden! Er zijn drie kleuren Voor meer spelertjes: klikken en CTrlC / V Doelen kunnen gekopieerd worden Loop en paslijnen kunnen gekopieerd worden (of Del) Tussenvorm 1 Voorbeeld: pass en afwerking (10 ) Beschrijving - oefening begint bij de kegel - speler volgt de paslijn - Keeper gooit bal uit naar kegel (enkel indien bal in zijn bezit of in doel, anders gaat afwerker bal ophalen) Coaching - Stevige passing - Verste voet controle - opengedraaid staan - in de bal komen Opmerking: na 5 wisselen van kant. 154

155 Wedstrijdvorm Beschrijving - Coaching Tussenvorm 2 Balbezit Beschrijving - Coaching - Wedstrijdvorm 155

156 Beschrijving - Coaching Wedstrijdvorm Beschrijving - Coaching coolingdown Koude douche 156

157 Wedstrijd Organisatie SEIZOEN Datum Wedstrijd Reeks Trainer Thema van de voorafgaande training Doelstelling wedstrijd Spelers Positie Start / Bank Gewisseld Totale speelduur Iedere speler moet minstens 50% van de speelduur gespeeld hebben! Spelsysteem Driehoek Naar voor achter (schrappen) Spelconcept: instructies Opmerkingen 157

Jaarplanning SCHOLIEREN

Jaarplanning SCHOLIEREN Jaarplanning SCHOLIEREN Augustus fysieke opbouw Gewenning aan balsnelheid / loopsnelheid (extensieve uithouding) Pas- en trapvormen om het gehele veld te bestrijken (pasvormen van binnen naar buiten en

Nadere informatie

VZW Jeugdvoetbal Kampenhout. Talent Ontwikkeling Plan Jeugdopleiding K Kampenhout SK Training boek U 6 tot U 21

VZW Jeugdvoetbal Kampenhout. Talent Ontwikkeling Plan Jeugdopleiding K Kampenhout SK Training boek U 6 tot U 21 VZW Jeugdvoetbal Kampenhout Talent Ontwikkeling Plan Jeugdopleiding K Kampenhout SK Training boek U 6 tot U 21 Talent ontwikkeling plan U 6 September week 2: Funtraining September week 4: balgewenning

Nadere informatie

Opleidingsvisie: Leerplan - Teamtactics

Opleidingsvisie: Leerplan - Teamtactics Opleidingsvisie: Leerplan - Teamtactics Balbezit (TT+) Opbouwzone beheersen Aanspeelbaarheid Progressieve balcirculatie Infiltratie naar de waarheidszone De offensieve waarheidszone beheersen Offensieve

Nadere informatie

Opleidingsvisie KVK Ninove

Opleidingsvisie KVK Ninove Opleidingsvisie KVK Ninove 1. STANDPUNTEN OPLEIDINGSVISIE VAN DE CLUB: Plezier: Plezier voor iedereen, ook voor de mindere spelers Aanmoedigingen door de coach (positieve coaching) Luisteren en bereikbaar

Nadere informatie

Onderbouw MODULE 1 Periode A

Onderbouw MODULE 1 Periode A Onderbouw MODULE 1 Periode A BALBEZIT : ACCENT OPBOUWEN Speelveld breed maken Speelveld diep maken Zich vrij lopen Nauwkeurige passing 1:1:2:1 balbezit Leiden en dribbelen Korte passing Controle op lage

Nadere informatie

OPLEIDINGSVISIE KBVB 3. ZONEFILOSOFIE

OPLEIDINGSVISIE KBVB 3. ZONEFILOSOFIE OPLEIDINGSVISIE KBVB 3. ZONEFILOSOFIE ZONEVOETBAL ALS OPLEIDINGSFILOSOFIE Zone Individuele mandekking! Een spelconcept en geen spelsysteem! Zoneprincipes bij balverlies (B- ) maar ook bij balbezit (B+

Nadere informatie

FC Landen. Jeugdopleidingsvisie BOVENBOUW (U14 tot U17) Ontwikkelingsfase 11 tegen 11 = LEERPLAN

FC Landen. Jeugdopleidingsvisie BOVENBOUW (U14 tot U17) Ontwikkelingsfase 11 tegen 11 = LEERPLAN Jeugdopleidingsvisie BOVENBOUW (U14 tot U17) Ontwikkelingsfase 11 tegen 11 = LEERPLAN 1. Opleidingsvisie Er wordt gewerkt met een jaarprogramma Op basis van de basiscompetenties techniek, fysiek, fun,

Nadere informatie

Eigenschappen per positie

Eigenschappen per positie M Eigenschappen per positie De doelverdediger De keeper is een belangrijk sluitstuk in het elftal. Hij kan in zijn eentje wedstrijden winnen of verliezen. De belangrijkste taak is ballen pakken en tegendoelpunten

Nadere informatie

FC Landen. Jeugdopleidingsvisie MIDDENBOUW (U10 tot U13) Ontwikkelingsfase 8 tegen 8 = LEERPLAN

FC Landen. Jeugdopleidingsvisie MIDDENBOUW (U10 tot U13) Ontwikkelingsfase 8 tegen 8 = LEERPLAN Jeugdopleidingsvisie MIDDENBOUW (U10 tot U13) Ontwikkelingsfase 8 tegen 8 = LEERPLAN 1. Opleidingsvisie Vanaf U10 wordt er gewerkt met een jaarprogramma. Op basis van de basiscompetenties techniek, fysiek,

Nadere informatie

HET LEERPLAN VAN EEN VELDSPELER (9-11 jaar) doelstellingen richtlijnen BALBEZIT POSITIESPEL BALBEZIT PASSING

HET LEERPLAN VAN EEN VELDSPELER (9-11 jaar) doelstellingen richtlijnen BALBEZIT POSITIESPEL BALBEZIT PASSING BALBEZIT POSITIESPEL 1. Doelstellingen Vrijlopen Steunen 2. Richtlijnen Vrijlopen Steunen B1. Speler kan zich aanspeelbaar opstellen op het ogenblik dat speler aan de bal kan passen. B4. Speler kan een

Nadere informatie

TAKEN VAN DE SPELERS in het team tijdens de wedstrijd

TAKEN VAN DE SPELERS in het team tijdens de wedstrijd TAKEN VAN DE SPELERS in het team tijdens de wedstrijd POSITIE 1 = KEEPER (K) OF DOELVERDEDIGER (DV) indien mogelijk, de bal op de grond leggen voor de opbouw te starten ver uit het eigen doel durven spelen

Nadere informatie

De samenwerking tussen de plaatselijke scholen en jeugdverenigingen opbouwen en onderhouden. Met clubs uit de omgeving.

De samenwerking tussen de plaatselijke scholen en jeugdverenigingen opbouwen en onderhouden. Met clubs uit de omgeving. MISSIE We zijn een club gelegen op de grens Oost Vlaanderen Henegouwen West Vlaanderen waardoor we de kans hebben jongeren op te leiden in een sfeer van openheid, waar verschillende etnische groepen samenkomen

Nadere informatie

HET LEERPLAN VAN EEN VELDSPELER (11-13 jaar) doelstellingen richtlijnen BALBEZIT POSITIESPEL

HET LEERPLAN VAN EEN VELDSPELER (11-13 jaar) doelstellingen richtlijnen BALBEZIT POSITIESPEL BALBEZIT POSITIESPEL 1. Doelstellingen Vrijlopen Steunen 2. Richtlijnen Vrijlopen Steunen B1. Speler kan zich aanspeelbaar opstellen op het ogenblik dat speler aan de bal kan passen. B4. Speler kan een

Nadere informatie

U8 U9 NOOIT DRIBBELS EN INDIVIDUELE ACTIES BERISPEN NOOIT OF TE NOOIT OP HET RESULTAAT SPELEN STEEDS OPBOUW VAN ACHTERUIT

U8 U9 NOOIT DRIBBELS EN INDIVIDUELE ACTIES BERISPEN NOOIT OF TE NOOIT OP HET RESULTAAT SPELEN STEEDS OPBOUW VAN ACHTERUIT MAANDPLAN U6-U7 : Fun en straatvoetbal. Spelen met tennisballen.u7 vooral de 1-1 laten spelen en dribbels aanmoedigen.technische oefeningen met kleinere ballen regelmatig inlassen U8 U9 NOOIT DRIBBELS

Nadere informatie

BESCHRIJVING VAN DE SPELOMGEVING

BESCHRIJVING VAN DE SPELOMGEVING Opleidingsplan 2: U7 - U9 Opleidingsplan 2: Collectief spel: dichtbij * De ontwikkelingsfase 5 tegen 5: U7, U8 en U9 K+4/K+4 (duiveltjes) U7 Toepassing 2-2 U8 Uitbreiding naar kort spel U9 Football as

Nadere informatie

3 3. TALENTIDENTIFICATIE- EN OPLEIDING

3 3. TALENTIDENTIFICATIE- EN OPLEIDING 3 3. TALENTIDENTIFICATIE- EN OPLEIDING A.TOEGEPASTE (BASIS)PRINCIPES BINNEN 11V11 De basisprincipes voor 11vs11 ploegen is voor onze vereniging een evidentie, deze moet steeds gelijk gesteld worden de

Nadere informatie

Doelstellingen Jeugdopleiding

Doelstellingen Jeugdopleiding Doelstellingen Jeugdopleiding 1. U6 U7 1) FYSISCH: - Spelend actief zijn. - Natuurlijke lenigheid behouden en aanwakkeren. 2) PSYCHOMOTORISCH: - Lichaamsperceptie: voor / achter, links / rechts, onder

Nadere informatie

* De trainers beslissen in samenspraak wie en wanneer er doorgeschoven moet worden en niet de ouders.

* De trainers beslissen in samenspraak wie en wanneer er doorgeschoven moet worden en niet de ouders. Technisch Jeugdplan * Een belangrijk speerpunt is het blijven verbeteren van de jeugdopleiding met het uiteindelijke doel om het aantal jeugdspelers die naar het eerste elftal doorstromen te verhogen.

Nadere informatie

FC Landen. Ontwikkelingsfase 5 tegen 5 = LEERPLAN

FC Landen. Ontwikkelingsfase 5 tegen 5 = LEERPLAN 1. Opleidingsvisie FC Landen Jeugdopleidingsvisie ONDERBOUW (U7 tot U9) Ontwikkelingsfase 5 tegen 5 = LEERPLAN Vanaf U6 wordt er gewerkt met jaarprogramma s. Spelertjes moeten zich GOED voelen door : -

Nadere informatie

OPLEIDINGSVISIE specifieke taken per categorie

OPLEIDINGSVISIE specifieke taken per categorie OPLEIDINGSVISIE specifieke taken per categorie De opleidingsfases - In het verlengde van de opleidingsvisie van Voetbal Vlaanderen onderscheiden we in ons opleidingstraject de volgende opleidingsfases:

Nadere informatie

TALENT ONTWIKKELINGSPLAN SK KAMPENHOUT

TALENT ONTWIKKELINGSPLAN SK KAMPENHOUT TALENT ONTWIKKELINGSPLAN SK KAMPENHOUT Talentontwikkelingsplan SK Kampenhout Teneinde onze spelers optimaal te onwikkelen werken we binnen SK Kampenhout met ons TOP (Talent Ontwikkelings Plan) programma

Nadere informatie

U10-U11. Kenmerken. Spelomgeving Ideale wedstrijdvorm is 8-8 (= dubbele ruit) met passafstanden tot ongeveer 20 meter

U10-U11. Kenmerken. Spelomgeving Ideale wedstrijdvorm is 8-8 (= dubbele ruit) met passafstanden tot ongeveer 20 meter U10-U11 Spelomgeving Ideale wedstrijdvorm is 8-8 (= dubbele ruit) met passafstanden tot ongeveer 20 meter Kenmerken Basics halflange passing controle op halfhoge bal doelpoging vanop 15 à 20m (half ver)

Nadere informatie

FC MAASLAND NOORDOOST JEUGDWERKING U15 JAARPLANNING FC MAASLAND NOORDOOST JEUGD

FC MAASLAND NOORDOOST JEUGDWERKING U15 JAARPLANNING FC MAASLAND NOORDOOST JEUGD JAARPLANNING FC MAASLAND NOORDOOST JEUGD 1 JAARPLANNING: SEIZOEN 2015 2016 JAARPLAN U15 11 VS 11 AUTEURS: jeugdcoördinatoren FC Maasland NoordOost DATUM: 07/2015 ALGEMEEN: U15 A - Wekelijks: 2 trainingen

Nadere informatie

1 e Periode: Balbezit en balbezit tegenstander. 2 e Periode: Omschakelen van balbezit eigen team naar balbezit tegenstander en Balbezit tegenstander

1 e Periode: Balbezit en balbezit tegenstander. 2 e Periode: Omschakelen van balbezit eigen team naar balbezit tegenstander en Balbezit tegenstander 1 e Periode: Balbezit en balbezit tegenstander. 2 e Periode: Omschakelen van balbezit eigen team naar balbezit tegenstander en Balbezit tegenstander naar balbezit eigen team. 3 e Periode: Completeren van

Nadere informatie

VC Groot Dilbeek Denkcel opleidingen

VC Groot Dilbeek Denkcel opleidingen Collectieve analyse Opleiding Collectieve analyse Tegenstander VC Groot Dilbeek Denkcel opleidingen Agenda De analyse van de ploeg 50 vensters om de wedstrijd beter te analyseren De specifieke analyse

Nadere informatie

Trainingsinfo.eu. Ontwikkelingsmodel. Ontwikkelingsmodel 11v11 => U15/U17/U21. Pagina 1

Trainingsinfo.eu. Ontwikkelingsmodel. Ontwikkelingsmodel 11v11 => U15/U17/U21. Pagina 1 Ontwikkelingsmodel 11v11 U15/U17/U21 Ontwikkelingsmodel 11v11 => U15/U17/U21. Pagina 1 Balbezit: Lange passing Controle op halfhoge/hoge bal Doelpoging op hoge voorzet Doelpoging van afstand > 20 meter

Nadere informatie

Zonevoetbal: Taakomschrijving per positie

Zonevoetbal: Taakomschrijving per positie Zonevoetbal: 5/5 8/8 11/11 1. U-6 tem U-9 (5/5) Positie 1 Probeer aanspeelbaar te zijn. Vooral meedoen met de voeten. Meevoetballen!!! Doorschuiven vliegende keeper Bij balbezit tegenpartij: Doelpunten

Nadere informatie

U10 Toepassing 2/2 & 5/5 U11 Uitbreiding naar halflang spel BESCHRIJVING VAN DE SPELOMGEVING

U10 Toepassing 2/2 & 5/5 U11 Uitbreiding naar halflang spel BESCHRIJVING VAN DE SPELOMGEVING Opleidingsplan fase 3: U10 U13 Fase 3: Collectief spel 2 de graad * De ontwikkelingsfase 8 tegen 8 (1) : U10 enu11 K+7/K+7 preminiemen U10 Toepassing 2/2 & 5/5 U11 Uitbreiding naar halflang spel Football

Nadere informatie

Sportieve jaarplanning

Sportieve jaarplanning Sportieve jaarplanning 2013-2014 Patro Hoevenen en KVV streven ernaar om elke speler 50% speeltijd te geven in alle jeugdreeksen, Spelvreugde krijgt steeds voorrang op het resultaat!!! - Pupillen: Spelertjes

Nadere informatie

3 3. TALENTIDENTIFICATIE- EN OPLEIDING

3 3. TALENTIDENTIFICATIE- EN OPLEIDING 3 3. TALENTIDENTIFICATIE- EN OPLEIDING VOETBALSPECIFIEKE (OPLEIDINGS)VISIE VOETBALVISIE VAN DE CLUB(EERSTE ELFTAL EN JO) A.SPEELSTIJL:HUISSTIJL/CULTUUR K Hove Sport streeft er naar om aanvallend en attractief

Nadere informatie

Naam: Jeugdwerking KSAV St. Dimpna Duur: 1u 30min. Thema: B- Speelhoeken afsluiten. Aantal: K Categorie/niveau: u15 u21

Naam: Jeugdwerking KSAV St. Dimpna Duur: 1u 30min. Thema: B- Speelhoeken afsluiten. Aantal: K Categorie/niveau: u15 u21 Naam: Jeugdwerking KSAV St. Dimpna Duur: 1u 30min Thema: B- Speelhoeken afsluiten Materiaal: 14 ballen 12 hesjes 2 duiveltjes doelen (+ verankering) 1 groot doel (indien niet beschikbaar 1 extra duiv.

Nadere informatie

OPLEIDINGSPLAN JEUGDKEEPERS. KFC Gavere Asper

OPLEIDINGSPLAN JEUGDKEEPERS. KFC Gavere Asper OPLEIDINGSPLAN JEUGDKEEPERS KFC Gavere Asper 1 Inhoud Inleiding Rol van de keeper in de ploeg Taak van de moderne keeper Verschillende spelsituaties balbezit balverlies Specifieke keepertechnieken zonder

Nadere informatie

Ontwikkelingsmodel 8v8 U10/U11/U12/U13

Ontwikkelingsmodel 8v8 U10/U11/U12/U13 Ontwikkelingsmodel 8v8 U10/U11/U12/U13 Ontwikkelingsmodel 8v8 => U10/U11/U12/U13 Pagina 1 Balbezit: Halflange passing Controle op halfhoge bal Doelpoging op halfhoge voorzet Steunen Vrijlopen om zelf aanspeelbaar

Nadere informatie

Visie & eindtermen Middenbouw.

Visie & eindtermen Middenbouw. Visie & eindtermen Middenbouw. Algemeen De jeugdwerking is gestoeld op deze van de Belgische Voetbalbond. 15 sleutels voor een jeugdcompetitie op de maat van het kind KBVB 2014-2015 Het beleven van voetbalplezier

Nadere informatie

Speelwijze E- en F-jeugd

Speelwijze E- en F-jeugd Speelwijze E- en F-jeugd 1. Algemeen Er wordt gespeeld in een vaste opstelling. 2. Balbezit Opbouw van achteruit. Bij balbezit speelveld optimaal benutten. Dit betekent dat de spelers aan de buitenkant

Nadere informatie

JEUGDWERKING FC ZWANEVEN

JEUGDWERKING FC ZWANEVEN JEUGDWERKING FC ZWANEVEN JEUGDOPLEIDINGSPLAN 1.1 Algemene principes De doelstelling van het opleidingsplan is een kwalitatief goede opleiding verzorgen. Elk kind is hierbij even belangrijk. Wij willen

Nadere informatie

Teamorganisatie en basistaken 11 tegen 11 vv Bargeres

Teamorganisatie en basistaken 11 tegen 11 vv Bargeres Teamorganisatie en basistaken 11 tegen 11 vv Bargeres Teamorganisatie Als uitgangspunt is genomen dat de D-pupillen- en C-juniorenteams van vv Bargeres (in onderstaande tekening in het geel aangegeven)

Nadere informatie

Opleidingsplan Keepers FC Maasland NO

Opleidingsplan Keepers FC Maasland NO Opleidingsplan Keepers FC Maasland NO Woordje vooraf In ons specifiek opleidingsplan van de club, hebben we in grote lijnen al neergeschreven wat we juist verwachten van onze keepers. Omdat een goede opleiding

Nadere informatie

Studiebijeenkomst VVON afd. Rijnmond: Sparta Station Rotterdam, Horvardweg 7 (Spartapark-Noord 1)

Studiebijeenkomst VVON afd. Rijnmond: Sparta Station Rotterdam, Horvardweg 7 (Spartapark-Noord 1) Studiebijeenkomst VVON afd. Rijnmond: Sparta Station Rotterdam, Horvardweg 7 (Spartapark-Noord 1) Datum: maandag 07 februari 2005 Programma: Ontvangst : 19.00 uur Stadion Sparta Aanvang training : 19.30

Nadere informatie

Waarom gekozen voor zonevoetbal?

Waarom gekozen voor zonevoetbal? Waarom gekozen voor zonevoetbal? De speelruimte evenwichtig bezetten waardoor de inspanningenn en taken rechtvaardig zijn verdeeld. -laatste man: enkel verdedigendd denkend,moet achterin blijven -mandekkers:

Nadere informatie

1 Basisvorm: DVD D-pupillen oefenvormen. 4 tegen 4 met 4 doeltjes. Vereenvoudigingen. Oefenvormen 1.1-1.8

1 Basisvorm: DVD D-pupillen oefenvormen. 4 tegen 4 met 4 doeltjes. Vereenvoudigingen. Oefenvormen 1.1-1.8 1 Basisvorm: 4 tegen 4 met 4 doeltjes Vereenvoudigingen Oefenvormen 1.1-1.8 DVD D-pupillen oefenvormen Oefenvorm1.1 4 tegen 4 met 4 doeltjes Inhoud - Bedoeling van deze vorm: Karakteristiek: door snelle

Nadere informatie

vv Bergambacht Technische Commissie Onderbouw

vv Bergambacht Technische Commissie Onderbouw vv Bergambacht Technische Commissie Onderbouw Algemene Voetbalvisie 8 tegen 8 Mo11 en Jo11 en Jo12 Toegepaste (basis)principes binnen 8 tegen 8 De jeugd van vv Bergambacht speelt in dubbel ruit met accent

Nadere informatie

Voetbalbedoelingen en taken van de VERDEDIGING Wat doen de verdedigers als wij in balbezit zijn? Goed opletten met het rondspelen (opbouw) geen onnodig balverlies lijden Geen slappe ballen geven, hard

Nadere informatie

Zonevoetbal binnen het jeugdvoetbal. Kristof Mortier

Zonevoetbal binnen het jeugdvoetbal. Kristof Mortier Zonevoetbal binnen het jeugdvoetbal Kristof Mortier www.balbalschool.be Het begrip zone is redelijk bekend, -bijdrages over zonevoetbal in tijdschriften -specifieke boeken & video s in alle talen -commentaar

Nadere informatie

11 v 11 Uitwerking

11 v 11 Uitwerking 11 v 11 Uitwerking 1-4-3-3 Speelwijze "De manier waarop het team de spelbedoeling wil realiseren" Hoe wil het team de wedstrijd winnen? Hoe wil het team tot scoren komen? Hoe wil het team doelpunten voorkomen?

Nadere informatie

Visie op de manier van voetballen (speelstijl/speelwijze)

Visie op de manier van voetballen (speelstijl/speelwijze) Visie op de manier van voetballen (speelstijl/speelwijze) De speelstijl/speelwijze die vv Bargeres nastreeft is hieronder beschreven. Deze speelstijl/speelwijze geeft aan waar het opleiden van jeugdspelers

Nadere informatie

Basistaken per positie MICHEL DEKKER WSV 1930

Basistaken per positie MICHEL DEKKER WSV 1930 Basistaken per positie MICHEL DEKKER WSV 1930 Basistaken: Keeper ( nr 1) - Bal uit het doel houden - Coacht spelers door overzicht over het hele veld - Kiest zo positie dat rugdekking gegeven kan worden

Nadere informatie

2 Basisvorm: DVD D-pupillen oefenvormen. 4 tegen 4 lang smal veld. Vereenvoudigingen. Oefenvormen 2.1-2.8

2 Basisvorm: DVD D-pupillen oefenvormen. 4 tegen 4 lang smal veld. Vereenvoudigingen. Oefenvormen 2.1-2.8 2 Basisvorm: 4 tegen 4 lang smal veld Vereenvoudigingen Oefenvormen 2.1-2.8 DVD D-pupillen oefenvormen Oefenvorm 2.1 4 tegen 4 lang smal veld 2 kleine doeltjes Inhoud - Bedoeling van deze vorm: Karakteristiek:

Nadere informatie

1e periode: herhalen van taakgericht en teamgericht. 2e periode: balbezit 3e periode: balbezit en balbezit tegenstander.

1e periode: herhalen van taakgericht en teamgericht. 2e periode: balbezit 3e periode: balbezit en balbezit tegenstander. 1e periode: herhalen van taakgericht en teamgericht. e periode: balbezit e periode: balbezit en balbezit tegenstander. 1 e Periode: Herhalen van taakgericht en teamgericht Training 1: Wat zijn de taken

Nadere informatie

Opwarmingen U17. Opwarming 1. Opwarming 2. Beschrijving:Laatste van groep wordt eerste.

Opwarmingen U17. Opwarming 1. Opwarming 2. Beschrijving:Laatste van groep wordt eerste. Opwarmingen U17 Opwarming 1 Laatste van groep wordt eerste. Spelers geven om beurt een oefening aan. Samba opwarming. Beweeg ritmisch. Kort contact met de grond. Loop goed recht op, kijk schuin voor je

Nadere informatie

K. Excelsior Zedelgem. Jeugdopleidingsplan 5-5

K. Excelsior Zedelgem. Jeugdopleidingsplan 5-5 K. Excelsior Zedelgem Jeugdopleidingsplan 5-5 Voorwoord Naar aanleiding van een aantal voorvallen op tornooien en op wedstrijden (onderbouw => debutantjes en duiveltjes) heb ik gemeend dat het uitvoetballen,

Nadere informatie

groep 1 oefenvorm 1.1 t/m 1.8 d-pupillen

groep 1 oefenvorm 1.1 t/m 1.8 d-pupillen groep 1 oefenvorm 1.1 t/m 1.8 d-pupillen Oefenvorm 1.1 0 10 20 30 40 4 tegen 4 met 4 doeltjes 9 Inhoud - Bedoeling van deze vorm Karakteristiek: door snelle wisselingen speelveldgedeelte kunnen scoringskansen

Nadere informatie

Missie & visie jeugdopleiding Standaard Denderleeuw.

Missie & visie jeugdopleiding Standaard Denderleeuw. Missie & visie jeugdopleiding Standaard Denderleeuw. Missie en visie. Wij Standaard Denderleeuw jeugdopleiding hun hebben als doel om zoveel mogelijk spelers uit eigen jeugdwerking te laten doorstromen

Nadere informatie

groep 4 WU 4.1 en 4.2 / oefenvorm 4.1 t/m 4.3, 4.5 en 4.6 / partijvorm 4

groep 4 WU 4.1 en 4.2 / oefenvorm 4.1 t/m 4.3, 4.5 en 4.6 / partijvorm 4 groep 4 WU 4.1 en 4.2 / oefenvorm 4.1 t/m 4.3, 4.5 en 4.6 / partijvorm 4 DIGEN VERDE WU 4.1 2 (+k) tegen 1 (+k) breed veld - grote doelen WU 4.2 2 tegen 1 (+k) groot doel - lijn 6 9 9 12 7 8 k beide teams

Nadere informatie

Eindtermen categorie Onderbouw

Eindtermen categorie Onderbouw Eindtermen categorie Onderbouw Leeftijdscategorie U5 Geen eindtermen. Voetbal is pure fun en de bal wordt ontdekt. Werken op oog-hand/oogvoetcoördinatie en oefenen op basistechniek: leiden bal. Voornamelijk

Nadere informatie

Jaarplanning DUIVELTJES

Jaarplanning DUIVELTJES Jaarplanning DUIVELTJES Het voorbeeld dat volgt is van toepassing voor de categorie duiveltjes en specifiek gericht naar basics. Het jaar wordt opgedeeld in periodes: van augustus tot en met november en

Nadere informatie

Opleidingsplan WS Linkhout U6-U21

Opleidingsplan WS Linkhout U6-U21 Opleidingsplan WS Linkhout U6-U21 U6 * FUN!!! * Veel spelletjes en wedstrijdvormen * Wedstrijdvorm 1/1 op mini-doelen : Tornooivormen * Doelpogingen op duiveltjesdoel na dribbel, leiden, mikken, loop coördinatie

Nadere informatie

Taken van het totale team Balbezit (opbouwend/aanvallend)

Taken van het totale team Balbezit (opbouwend/aanvallend) 9.2.3 Het 4:3:3 systeem uitgewerkt Om een gekozen speelwijze uit te kunnen voeren, is het noodzakelijk om er in besprekingen, trainingen en nabesprekingen van de wedstrijd de nodige aandacht aan te besteden.

Nadere informatie

Jeugdopleiding KVV Laarne-Kalken

Jeugdopleiding KVV Laarne-Kalken Jeugdplan Het jeugdplan van KVV Laarne-Kalken is een aaneenschakeling van leerplannen en doelen per leeftijdscategorie, waarbij de individuele ontwikkeling van de speler centraal staat. Het geeft duidelijk

Nadere informatie

Pupillen 6-7 en 8 jaar 1 OSSMI JEUGD LEERPLAN

Pupillen 6-7 en 8 jaar 1 OSSMI JEUGD LEERPLAN Pupillen 6-7 en 8 jaar 1 OSSMI JEUGD LEERPLAN Speelvorm 1 tegen 1 Omschakeling B- naar B+ 3 tegen 1 Overtal 4 tegen 4 Positiespel Doelstelling Spelomgeving Ervoor zorgen dat het kind geen angst voor de

Nadere informatie

SDOB Jeugdopleiding. SDOB is een vooruitstrevende en toonaangevende voetbalopleiding voor de regio Waterland en omstreken.

SDOB Jeugdopleiding. SDOB is een vooruitstrevende en toonaangevende voetbalopleiding voor de regio Waterland en omstreken. Missie, Visie & Doelstellingen Missie SDOB is een vooruitstrevende en toonaangevende voetbalopleiding voor de regio Waterland en omstreken. SDOB is vooruitstrevend op het gebied van: Trainingsmethodes

Nadere informatie

FEDERALE TRAINERSSCHOOL CENTRUM : WAREGEM CYCLUS 1 : JAAR 2 UEFA B DIPLOMA : (- JEUGDOPLEIDER -)

FEDERALE TRAINERSSCHOOL CENTRUM : WAREGEM CYCLUS 1 : JAAR 2 UEFA B DIPLOMA : (- JEUGDOPLEIDER -) FEDERALE TRAINERSSCHOOL CENTRUM : WAREGEM CYCLUS : JAAR UEFA B DIPLOMA : (- JEUGDOPLEIDER -) - TRAINING TIJDENS STAGEDAG TEAMTACTICS - Kandidaat: De Smet Günther .. Training tijdens opleidingsdag - INLICHTINGEN

Nadere informatie

groep 2 oefenvorm 2.1 t/m 2.8 d-pupillen

groep 2 oefenvorm 2.1 t/m 2.8 d-pupillen groep 2 oefenvorm 2.1 t/m 2.8 d-pupillen Oefenvorm 2.1 4 tegen 4 lang smal 0 veld 2 kleine doeltjes 0 20 30 40 9 Inhoud - Bedoeling van deze vorm Karakteristiek: in de opbouw de tegenpartij lokken om de

Nadere informatie

Nieuwerkerkse Hockey Club De IJssel. Coach tips Tactische uitgangspunten

Nieuwerkerkse Hockey Club De IJssel. Coach tips Tactische uitgangspunten Tactische uitgangspunten te gebruiken bij trainingspartijen en wedstrijden Hieronder vind je de tactische principes die je bij het coachen kunt gebruiken. Door deze principes ook tijdens de training/afsluitende

Nadere informatie

1e periode: positieverkenning. 2e periode: positie en taakgericht voetballen. 3e periode: teamgericht handelen. 4e periode: taakgericht en

1e periode: positieverkenning. 2e periode: positie en taakgericht voetballen. 3e periode: teamgericht handelen. 4e periode: taakgericht en 1e periode: positieverkenning. 2e periode: positie en taakgericht voetballen. 3e periode: teamgericht handelen. 4e periode: taakgericht en teamgericht voetballen. 1 e Periode: Positieverkenning Training

Nadere informatie

KEEPERS. Algemeen. Doelstelling keepers. Ontwikkelingsplan keepers

KEEPERS. Algemeen. Doelstelling keepers. Ontwikkelingsplan keepers KEEPERS Algemeen Al jaren worden er bij DVOL keeperstrainingen verzorgd aan alle keepers die hier interesse in hebben. In het seizoen 2013/2014 heeft ook dit onderdeel extra aandacht gekregen door het

Nadere informatie

groep 3 oefenvorm 3.1 t/m 3.8 d-pupillen

groep 3 oefenvorm 3.1 t/m 3.8 d-pupillen groep 3 oefenvorm 3.1 t/m 3.8 d-pupillen Oefenvorm 3.1 4 tegen 4 lijnvoetbal 0 10 20 30 40 9 Inhoud - Bedoeling van deze vorm Karakteristiek: scoren door over de doellijn te dribbelen via positiespel spelers

Nadere informatie

groep 1 WU 1.1 en 1.2 / oefenvorm 1.1, 1.2, 1.4 en 1.6 / partijvorm 1

groep 1 WU 1.1 en 1.2 / oefenvorm 1.1, 1.2, 1.4 en 1.6 / partijvorm 1 groep 1 WU 1.1 en 1.2 / oefenvorm 1.1, 1.2, 1.4 en 1.6 / partijvorm 1 DIGEN VERDE WU 1.1 3 tegen 2 met 2 doeltjes 0 10 20 30 40 WU 1.2 3 tegen 1 positiespel 0 10 20 30 40 0 10 9 10 20 het drietal start

Nadere informatie

Spelomgeving Ideale wedstrijdvorm is 8-8 (= dubbele ruit) met passafstanden tot ongeveer 20 meter.

Spelomgeving Ideale wedstrijdvorm is 8-8 (= dubbele ruit) met passafstanden tot ongeveer 20 meter. Opleidingsplan 8vs8 U10 & U11 Spelomgeving Ideale wedstrijdvorm is 8-8 (= dubbele ruit) met passafstanden tot ongeveer 20 meter. Kenmerken Basics B+ halflange passing controle op halfhoge bal doelpoging

Nadere informatie

oefenvormen E-Pupillen RVT Basisvorm 4(+K) tegen 4(+K) 2 grote doelen vereenvoudigingen Oefenvormen

oefenvormen E-Pupillen RVT Basisvorm 4(+K) tegen 4(+K) 2 grote doelen vereenvoudigingen Oefenvormen oefenvormen E-Pupillen RVT Basisvorm 4(+K) tegen 4(+K) 2 grote doelen vereenvoudigingen Oefenvormen 4.1. - 4.7 Oefenvorm 4.1. 4(+k) tegen (4+k) met 2 grote doelen Inhoud: Bedoeling van deze vorm: Karakteristiek

Nadere informatie

Visie en opleidingsplan jeugd KFC Sint-Gillis-Waas

Visie en opleidingsplan jeugd KFC Sint-Gillis-Waas jeugd KFC Sint-Gillis-Waas Inleiding en doelstelling Iedere jeugdspeler moet de kans krijgen om te voetballen ongeacht zijn of haar kwaliteit. De jeugdspeler staat centraal in de opleiding en het wedstrijdresultaat

Nadere informatie

groep 3 WU 3.1 en 3.4 / oefenvorm 3.1 t/m 3.9 / partijvorm 3 llen aanva

groep 3 WU 3.1 en 3.4 / oefenvorm 3.1 t/m 3.9 / partijvorm 3 llen aanva groep 3 WU 3.1 en 3.4 / oefenvorm 3.1 t/m 3.9 / partijvorm 3 llen aanva 0 20 30 40 WU 3.1 1 tegen 1 lijnvoetbal 0 0 20 30 40 WU 3.4 dribbeltikspel 20 beide spelers kunnen scoren door over de doellijn van

Nadere informatie

Teamtactics : B+ & B- U7 tot U9: Duiveltjes 6 tot 8 jaar. Voetbaltechnische/tactische vorming :

Teamtactics : B+ & B- U7 tot U9: Duiveltjes 6 tot 8 jaar. Voetbaltechnische/tactische vorming : Teamtactics : B+ & B- U7 tot U9: Duiveltjes 6 tot 8 jaar Voetbaltechnische/tactische vorming : Op een speelse manier kunnen omgaan met dribbelen, drijven, kappen, draaien, passen, trappen en inwerpen.

Nadere informatie

groep 1 WU 1.1 en 1.2 / oefenvorm 1.1 t/m 1.7 / partijvorm 1 llen aanva

groep 1 WU 1.1 en 1.2 / oefenvorm 1.1 t/m 1.7 / partijvorm 1 llen aanva groep 1 WU 1.1 en 1.2 / oefenvorm 1.1 t/m 1.7 / partijvorm 1 llen aanva WU 1.1 3 tegen 2 met 2 doeltjes 0 10 20 30 40 WU 1.2 3 tegen 1 positiespel 0 10 20 30 40 0 10 9 10 20 het drietal start met de bal

Nadere informatie

In deze paragraaf wordt in grote lijnen aangegeven wat deze speelwijze inhoudt. Daarvoor worden hier vier momenten onderscheiden:

In deze paragraaf wordt in grote lijnen aangegeven wat deze speelwijze inhoudt. Daarvoor worden hier vier momenten onderscheiden: 8 De speelwijze 1:4:3:3 Alle trainingen zijn het uiteindelijke doel om op het veld een zo optimale prestatie te leveren. Dit alles met een bepaalde visie in een systeem. Hieronder zal in grote lijnen worden

Nadere informatie

Voetbalontwikkelingsmodel Algemeen

Voetbalontwikkelingsmodel Algemeen Voetbalontwikkelingsmodel Algemeen 1. Technisch-tactische ontwikkelingsdoelen 2. Mentale ontwikkelingsdoelen 3. Fysische ontwikkelingsdoelen 4. Algemeen overzicht leerplandoelstellingen per ontwikkelingsfase

Nadere informatie

groep 2 WU 2.1 en 2.2 / oefenvorm 2.1, 2.3 en 2.4 / partijvorm 2A en 2B

groep 2 WU 2.1 en 2.2 / oefenvorm 2.1, 2.3 en 2.4 / partijvorm 2A en 2B groep 2 WU 2.1 en 2.2 / oefenvorm 2.1, 2.3 en 2.4 / partijvorm 2A en 2B DIGEN VERDE WU 2.1 WU 2.2 2 tegen 1 (+k) groot doel - lijn 9 K 2 tegen 1 (+1) klein doeltje - lijn 9 11 11 12 12 10 10 k speler 1

Nadere informatie

Beter leren voetballen D-E-F pupillen Estria // april 2011

Beter leren voetballen D-E-F pupillen Estria // april 2011 Beter leren voetballen D-E-F pupillen Estria // april 2011 Programma 19.00 uur 19.30 uur 20.30 uur 20.45 uur 21.15 uur 21.30 uur Voorstellen - Inleiding - Taakverdeling Praktijk "Beter leren voetballen

Nadere informatie

Jeugdkeepers - Opleidingsplan

Jeugdkeepers - Opleidingsplan Jeugdkeepers - Opleidingsplan voetbalvereniging Vorden Inhoudsopgave Voorwoord pag. 1 Inhoudsopgave pag. 2 Het beleid pag. 3 Uitvoering pag. 4 Taken keeperstrainer pag. 5 Ontwikkelingspatroon pag. 6 Schema

Nadere informatie

C L U B V I S I E

C L U B V I S I E C L U B V I S I E Doelstelling en missie K.F.C.M.D. HALEN wil aan zijn jeugdspelers een gezond alternatief aanbieden als vrije tijdsbesteding in 2 niveaus (Provinciaal/Bijzondere reeks of gewestelijk),

Nadere informatie

FC MAASLAND NOORDOOST JEUGDWERKING - U12 & U13 JAARPLANNING FC MAASLAND NOORDOOST JEUGD

FC MAASLAND NOORDOOST JEUGDWERKING - U12 & U13 JAARPLANNING FC MAASLAND NOORDOOST JEUGD JAARPLANNING FC MAASLAND NOORDOOST JEUGD 1 JAARPLANNING: SEIZOEN 2015 2016 JAARPLAN U12 & U13 8 VS 8 AUTEURS: jeugdcoördinatoren FC Maasland NoordOost DATUM: 07/2015 ALGEMEEN: U12 - Wekelijks: 2 trainingen

Nadere informatie

FC MAASLAND NOORDOOST JEUGDWERKING - U8 & U9 JAARPLANNING FC MAASLAND NOORDOOST JEUGD

FC MAASLAND NOORDOOST JEUGDWERKING - U8 & U9 JAARPLANNING FC MAASLAND NOORDOOST JEUGD JAARPLANNING FC MAASLAND NOORDOOST JEUGD 1 JAARPLANNING: SEIZOEN 2018 2019 JAARPLAN U8 & U9 VS AUTEURS: jeugdcoördinatoren FC Maasland NoordOost DATUM: 07/2018 ALGEMEEN: U8 A + B - Wekelijks: 2 trainingen

Nadere informatie

FC MAASLAND NOORDOOST JEUGDWERKING - U10 & U11 JAARPLANNING FC MAASLAND NOORDOOST JEUGD

FC MAASLAND NOORDOOST JEUGDWERKING - U10 & U11 JAARPLANNING FC MAASLAND NOORDOOST JEUGD JAARPLANNING FC MAASLAND NOORDOOST JEUGD 1 JAARPLANNING: SEIZOEN 2015 2016 JAARPLAN U10 & U11 8 VS 8 AUTEURS: jeugdcoördinatoren FC Maasland NoordOost DATUM: 07/2015 ALGEMEEN: U10 A & B (trainen samen)

Nadere informatie

Verbeter Tactische Vaardigheden door Partijvormen

Verbeter Tactische Vaardigheden door Partijvormen Hockey : Versie maart 2006 Bron: KNHB / A.Cox / B.Bams Verbeter Tactische Vaardigheden door Partijvormen Het verbeteren van tactische vaardigheden van jeugdspelers d.m.v. partijvormen. Door Alexander Cox

Nadere informatie

OPLEIDINGSVISIE JEUGD WOLFSDONK SPORT MEER DAN VOETBAL ALLEEN. WOLFSDONK SPORT Pagina 1

OPLEIDINGSVISIE JEUGD WOLFSDONK SPORT MEER DAN VOETBAL ALLEEN. WOLFSDONK SPORT Pagina 1 OPLEIDINGSVISIE JEUGD WOLFSDONK SPORT MEER DAN VOETBAL ALLEEN WOLFSDONK SPORT Pagina 1 INLEIDING De jeugdwerking van Wolfsdonk Sport heeft met dit project een duidelijke visie voor ogen : Een opleidingscentrum

Nadere informatie

Algemene Opleidingsvisie

Algemene Opleidingsvisie Algemene Opleidingsvisie Polyvalente spelers opleiden die het zonevoetbal beheersen De jeugdopleiding van E. Termien probeert alle ploegen met dezelfde spelopvatting =zonevoetbal op te leiden en dit in

Nadere informatie

Trainingvoorbereiding formulier Trainer Coach Veldvoetbal

Trainingvoorbereiding formulier Trainer Coach Veldvoetbal Trainingvoorbereiding formulier Trainer Coach Veldvoetbal Training plannen op middellange termijn. COACH TEAM TEAMFUNCTIE TEAMTAAK SPEELVELDGEDEELTE ROL TEGENPARTIJ DOELSTELLING Mitchel Valkhof B Aanvallen

Nadere informatie

Opleidingsplan FC Maasland NO

Opleidingsplan FC Maasland NO Opleidingsplan FC Maasland NO (Veldbezetting en spelconcepten) Woordje vooraf Als uitgangspunt vertrekken we van de algemene voetbalvisie van de KBVB. Deze visie is de laatste jaren enorm uitgewerkt en

Nadere informatie

VOETBALOPLEIDINGSPLAN KSK GELUWE SEIZOEN 2013-2014

VOETBALOPLEIDINGSPLAN KSK GELUWE SEIZOEN 2013-2014 VOETBALOPLEIDINGSPLAN KSK GELUWE SEIZOEN 2013-2014 1. ONDERBOUW Doelstellingen Basics Ontwikkelingsmodel 2. BOVENBOUW Doelstellingen Basics Ontwikkelingsmodel Basisfilosofie : zonevoetbal 3. ORGANIGRAM

Nadere informatie

Opleidingsvisie Jeugd Sporting C. Genk. Opleidingsvisie Jeugd

Opleidingsvisie Jeugd Sporting C. Genk. Opleidingsvisie Jeugd Opleidingsvisie Jeugd Inleiding De opleidingsvisie van Sporting C.Genk staat voor opbouwend, aanvallend en technisch verzorgd combinatievoetbal. Om deze individuele ontwikkeling van onze spelers over de

Nadere informatie

Keepers jeugdplan. Voetbal vereniging SC. Zwartemeerse Boys. Leerplan E en F pupillen 3. Leerplan D pupillen 4. Leerplan C junioren 5 / 6

Keepers jeugdplan. Voetbal vereniging SC. Zwartemeerse Boys. Leerplan E en F pupillen 3. Leerplan D pupillen 4. Leerplan C junioren 5 / 6 21-01-2015 Keepers jeugdplan Voetbal vereniging SC. Zwartemeerse Boys 2015 2020 Inhoudsopgave : Pagina: Voorwoord / doelstelling / Keepertrainers diverse elftallen 2 Leerplan E en F pupillen 3 Leerplan

Nadere informatie

1. Woord vooraf Ten geleide Opbouw van training Filosofie Indeling van warming-up: voetbalscholing 17

1. Woord vooraf Ten geleide Opbouw van training Filosofie Indeling van warming-up: voetbalscholing 17 Inhoud 1. Woord vooraf 9 2. Ten geleide 13 3. Opbouw van training Filosofie 15 4. Indeling van warming-up: voetbalscholing 17 Fase 1: observatie 17 Fase 2: balgevoel + oefenstof 19 Fase 3: ezelspelen 32

Nadere informatie

W13-TR1 L VERD TS ACHTERLIJN

W13-TR1 L VERD TS ACHTERLIJN W13-TR1 L VERD TS ACHTERLIJN WARMING-UP VOOR D-PUPILLEN Duur: +/- 8 minuten Het parcours bestaat uit 6 paren evenwijdig geplaatste dopjes, ong. 5 6 m uit elkaar. Twee spelers starten tegelijk vanaf het

Nadere informatie

Jeugdopleiding WSV 1930 onderbouw info avond selectieteams. O14-D1-O12-E1-E2-O101-O102-F1-O8. 2015/2016

Jeugdopleiding WSV 1930 onderbouw info avond selectieteams. O14-D1-O12-E1-E2-O101-O102-F1-O8. 2015/2016 Jeugdopleiding WSV 1930 onderbouw info avond selectieteams. O14-D1-O12-E1-E2-O101-O102-F1-O8. 2015/2016 Technisch jeugdplan onderbouw WSV 1930 Kleine terugblik presentatie technisch jeugdplan onderbouw

Nadere informatie

SPORTIEVE VISIE JEUGDOPLEIDING V.C. HERENTALS. Sportieve visie jeugdopleiding augustus 2012 Pagina 1

SPORTIEVE VISIE JEUGDOPLEIDING V.C. HERENTALS. Sportieve visie jeugdopleiding augustus 2012 Pagina 1 SPORTIEVE VISIE JEUGDOPLEIDING V.C. HERENTALS Sportieve visie jeugdopleiding augustus 2012 Pagina 1 VOORWOORD Het sportief jeugdbeleid van V.C. Herentals werd uitgewerkt om een duidelijk beeld te schetsen

Nadere informatie

Specifieke Handleiding jeugdtrainers

Specifieke Handleiding jeugdtrainers Specifieke Handleiding jeugdtrainers D pupillen Inhoudsopgave Leeftijdskenmerken De wedstrijd Coachen/begeleiden tijdens de wedstrijd De training Trainingsaanpak Leeftijdskenmerken Als je aan de slag gaat

Nadere informatie

VC Groot Dilbeek Denkcel opleidingen

VC Groot Dilbeek Denkcel opleidingen Aspecten per teamfunctie Opleiding Aspecten per teamfunctie en coaching VC Groot Dilbeek Denkcel opleidingen Aanvallen opbouwen om kansen te creëren en bijgevolg doelpunten te maken Speelruimte groot maken

Nadere informatie

Herk Sport: Jouw Club voor Passie & Plezier

Herk Sport: Jouw Club voor Passie & Plezier Herk Sport: Jouw Club voor Passie & Plezier Herk Sport is een club die dag in dag uit drijft op de inzet van vrijwilligers, voetballers en begeleiders, kortom mensen met een hart voor de club. Daarom willen

Nadere informatie

FUN OPLEIDING FILOSOFIE LEERPLAN

FUN OPLEIDING FILOSOFIE LEERPLAN OPLEIDINGSVISIE FUN OPLEIDING FILOSOFIE LEERPLAN INHOUDSOPGAVE FUN... 3 OPLEIDING... 4 PROCESGERICHT LEREN... 4 OPVOEDEN... 4 FILOSOFIE... 5 ZONEVOETBAL ALS OPLEIDINGSFILOSOFIE... 5 ZONE-principes (B+)...

Nadere informatie

FC MAASLAND NOORDOOST JEUGDWERKING - U7 & U8 & U9 JAARPLANNING FC MAASLAND NOORDOOST JEUGD

FC MAASLAND NOORDOOST JEUGDWERKING - U7 & U8 & U9 JAARPLANNING FC MAASLAND NOORDOOST JEUGD JAARPLANNING FC MAASLAND NOORDOOST JEUGD 1 JAARPLANNING: SEIZOEN 2015 2016 JAARPLAN U7 & U8 & U9 5 VS 5 AUTEURS: jeugdcoördinatoren FC Maasland NoordOost DATUM: 07/2015 ALGEMEEN: U7 A, B & C (trainen samen)

Nadere informatie