Ruimtelijke Agenda. Wijk bij Duurstede Gemeente Wijk bij Duurstede - Provincie Utrecht

Transcriptie

1 Ruimtelijke Agenda Wijk bij Duurstede 2016 Gemeente Wijk bij Duurstede - Provincie Utrecht

2 Ruimtelijke Agenda Gemeenten Houten, Bunnik, W jk bij Duurstede en Provincie Utrecht Dit is de ruimtelijke agenda (hierna te noemen 'agenda') van de gemeente Wijk bij Duurstede en de provincie Utrecht. Naast de lokale opgaven (zie volgende ondertekenblad) bevat deze agenda een overzicht van de regionale ontwikkelopgaven en acties, die de komende jaren samen met gemeenten Houten en Bunnik worden uitgevoerd. De volgende regionale, ruimtelijke ontwikkelopgaven zullen de komende tijd gezamenlijk worden aangepakt : Bestaande ontwikkelopgaven. Ontwikkelen Omgevingsvisie Houten, Bunnik en Wijk bij Duurstede Bestaande acties. Ontwikkelen gemeenschappelijke aanpak borg ng archeologische waarden Limes. Op basis van bestaande beleidskaders en programma's op provinciaal en gemeentelijk niveau zijn ambities, belangen en doelen geformuleerd. Deze hebben geresulteerd in de ontwikkelopgaven en acties. Tevens zijn in de toelichting aandachtspunten opgenomen. Door gezamenlijk mensen en middelen in te zetten, kennis en ervaringen te delen en ruimtelijke opgaven en ambities te koppelen, venvachten we beter te kunnen samenwerken en snellere en betere resultaten te bereiken. De agenda sluit aan op een nieuwe manier van samenwerken tussen gemeenten en provincie. Ruimtelijke ontwikkelingen komen via proactieve samenwerking tot stand. Daarbij wordt uitgegaan van focus, integraliteit en het creëren van meerwaarde. De agenda heeft geen juridische status, maar bevestigt de intentie van gemeente en provincie om goed samen te werken en voor een goede afstemming van ontwikkelopgaven en acties te zorgen. De agenda vormt ook een goede basis voor bestuurlijke en ambtelijke overleggen en werkbezoeken. De agenda kent geen eindtijd en is dynamisch van karakter. lndien er zich nieuwe regionale opgaven voordoen, worden deze toegevoegd aan de agenda. Werkhoven, 10 juni 20'16, College van Burgemeester en Wethouders van Houten, namens College van Burgemeester en Wethouders van Bunnik, namens.c. Geerdes R.A. Zakee College van Burgemeester en Wethouders van Wijk bij Duurstede, College van Gedeputeerde Staten van Utrecht, namens hen dhr. P. van den Berg

3 2

4 Ruimtelijke Agenda gemeente Wijk bij Duurstede en provincie Utrecht De volgende lokale ruimtelijke ontw kkelopgaven en acties zullen de komende tijd gezamenlijk worden aangepakt: Bestaande ontwikkelopgaven o Bevorderen woningbouwen binnenstedelijke ontwikkeling Potentiële ontwikkelopgaven. Realiseren gemeentelijke Visie Rivierfront c.q. inrichten uiterwaarden Lunenburgenruaard;. lnrichten Bosscherwaarden tot natuurgebied. Acties. Verkennen woningbouwontwikkeling Zuidwijk (uitbreidingslocatie) Op basis van bestaande beleidskaders en programma's op provinciaal en gemeentelijk niveau zijn ambities, belangen en doelen geformuleerd. Deze hebben geresulteerd in de ontwikkelopgaven, acties en aandachtspunten die in de agenda zijn opgenomen. Door gezamenlijk mensen en middelen in te zetten, kennis en ervaringen te delen en ruimtelijke opgaven en ambities te koppelen, verwachten we beter te kunnen samenwerken en snellere en betere resultaten te bereiken. De agenda sluit aan op de Wet ruimtelijke ordening (2008). Deze wet heeft geleid tot andere bevoegdheden en vraagt om een nieuwe manier van samenwerken tussen gemeente en provincie. Ruimtelijke ontwikkelingen komen via proactieve samenwerking tot stand. Daarbij wordt uitgegaan van focus, integraliteit en het creëren van meenivaarde. De agenda heeft geen juridische status, maar bevestigt de intentie van gemeente en provincie om goed samen te werken en voor een goede afstemming van ontwikkelopgaven en acties te zorgen. De agenda vormt ook een goede basis voor bespreekpunten tijdens bestuurlijke en ambtelijke overleggen en werkbezoeken. De agenda is dynamisch en heeft geen eindtijd. Het is daarom belangrijk de agenda regelmatig te actualiseren en zo nodig te herijken. Werkhoven, 10 juni 2016, College van Burgemeester en Wethouders van Wijk bij Duurstede namens College van Gedeputeerde Staten van Utrecht, namens hen, H P. van den rg l. Wi ÍTii'b, urstede I ffi PROVINCIE:: UTRECHT 3

5 4

6 Toelichting 1. Inleiding Het doel van de agenda Het doel van de agenda is gezamenlijke ruimtelijke belangen en ambities van gemeente en provincie te realiseren. Dit doen we door vroegtijdig integraal samen te werken, focus aan te brengen in de ruimtelijke ontwikkelopgaven en de belangrijkste strategische opgaven efficiënt uit te voeren. Hoe is de agenda tot stand gekomen? De gemeente en de provincie hebben beide een intensieve bijdrage geleverd aan de totstandkoming van deze agenda. Het proces kende de volgende stappen: gemeentelijke en provinciale beleidskaders inventariseren; de belangrijkste ruimtelijke opgaven vaststellen; gemeentelijke en provinciale opgaven op elkaar afstemmen tijdens gezamenlijke werkbijeenkomst; agenda bepalen met ontwikkelopgaven, acties en aandachtspunten; agenda bestuurlijk ondertekenen; ontwikkelopgaven en acties uitvoeren. De gemeente Wijk bij Duurstede en de provincie hebben onderzocht welke behoeften, kansen en ambities er zijn voor de ruimtelijke opgaven in de gemeente. Tijdens de ambtelijke werkbijeenkomst zijn deze bouwstenen voor de agenda nader uitgewerkt en vertaald in concrete ontwikkelopgaven, acties en aandachtspunten. Waaruit bestaat de agenda? Ontwikkelopgaven In de uitvoering van de agenda staan de ontwikkelopgaven centraal. Deze opgaven: hebben een ruimtelijke (strategische) component; dienen gezamenlijke belangen; hebben een integraal karakter; zijn actueel en uitvoerbaar. De agenda kan bestaande, nieuwe en potentiële ontwikkelopgaven bevatten. Hierdoor ontstaat een volledig beeld van de ruimtelijke opgaven waar we al mee bezig zijn, die we willen starten en die we in de nabije toekomst willen realiseren. Acties Op de agenda staan ook acties. Dit zijn acties waar de gemeente Wijk bij Duurstede en de provincie beide belang bij hebben en die actueel en uitvoerbaar zijn. Het verschil met de ontwikkelopgaven is dat acties soms niet integraal zijn, geen strategische component hebben en eenmalig of kortdurend zijn. Acties zijn vaak eenvoudiger op te lossen en vragen minder capaciteit. Aandachtspunten Uit de inventarisatie van beleidskaders zijn aandachtspunten naar voren gekomen die niet direct leiden tot een ontwikkelopgave of actie, maar wel nadrukkelijk aandacht verdienen. Deze aandachtspunten zijn ook in de agenda opgenomen, zodat er rekening mee wordt gehouden bij het opstellen en uitvoeren van plannen. Welke beleidskaders vormen de basis voor de agenda? Deze agenda is gebaseerd op bestaande beleidskaders van de gemeente Wijk bij Duurstede en de provincie Utrecht. 5

7 Gemeentelijke beleidskaders Structuurvisie Wijk bij Duurstede 2020 Het ruimtelijk beleid van de gemeente Wijk bij Duurstede is met name vastgelegd in de Structuurvisie Wijk bij Duurstede Deze is op 2 februari 2010 door de raad vastgesteld. De structuurvisie geeft richting aan initiatieven en een aantal voorgenomen ontwikkelingen, zoals daar onder andere zijn: - Binnenstedelijke opgaves, voornamelijk in de kern Wijk bij Duurstede: o Herstructurering buurtcentrum De Horden; o Herstructurering buurtcentrum De Heul; o Herstructurering Hoogstraat. - Realiseren van groen beleid, zoals EHS, Natura 2000 etc. Verder geeft de Structuurvisie een ruimtelijke visie op de hele gemeente. Dit zijn de hoofdlijnen: - ten zuiden van de Kromme Rijn insteken op agrarische ontwikkeling; - ten noorden van de Kromme Rijn insteken op functiemenging en nevenfuncties (agrarisch met recreatie, wonen etc.). In dit gebied is het agrarisch gebruik dienend aan het landschap; - behoud kwaliteiten Langbroekerweteringgebied. Andere gemeentelijke kaders die van invloed (zullen) zijn op het ruimtelijk beleid, zijn: Omgevingsvisie Kromme Rijnstreek (nog niet vastgesteld, traject is gaande) o Een visie op het buitengebied. Het is nog onduidelijk welke vorm de Omgevingsvisie gaat krijgen. Het traject tot nu toe leert dat de thema s landbouw en recreatie prioriteit hebben. Dit zijn ruimtelijke thema s. Maar ook niet-ruimtelijke thema s worden in het proces-tot-nu-toe belangrijk gevonden. Dan gaat het om deregulering, naamsbekendheid verwerven en innovatie in combinatie met duurzaamheid. Op het moment van schrijven is nog geen concept-visie opgesteld. Visie Rivierfront (vastgesteld op 13 december 2011) o De Visie Rivierfront geeft aan wat de gemeente Wijk bij Duurstede wenst met het hele gebied langs de rivier. Strekking is om in de gebieden die het meest ver van de binnenstad zijn gelegen, natuur te realiseren. Anderzijds wordt recreatie in het buitengebied, vooral in het gebied gelegen nabij de binnenstad, gestimuleerd. Concreet zou dit betekenen dat de Bosscherwaarden (nu voornamelijk agrarisch in gebruik) en de Gravenbol (nu deels in gebruik als recreatieterrein) natuurgebied zouden moeten worden. De recreatiefunctie van de Gravenbol zou verplaatsen naar het gebied ten oosten van de inlaat van de Kromme Rijn, nabij de dode arm van de Nederrijn. De jachthavens zouden mogen doorgroeien op hun huidige plek. Woonvisie o De Woonvisie geeft onder andere aan hoeveel woningen de gemeente Wijk bij Duurstede mag bouwen. Het wonen moet vooral duurzaam (levensloopbestendig), doelgroep-gericht (geschikt voor starters en senioren) en divers (meer sociale huur) worden. In 2015 is een start gemaakt om de huidige Woonvisie te herzien. Provinciale beleidskaders Het ruimtelijk beleid van de provincie is vastgelegd in de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie (PRS) van 4 februari In deze visie gaat de provincie uit van lokaal wat kan, regionaal wat moet. Ook is met deze visie het accent verschoven van toetsing naar ontwikkeling. Om het provinciaal ruimtelijk beleid te kunnen realiseren, is het belangrijk dat het een goede vertaling krijgt in gemeentelijke plannen en visies. Dit vraagt om een actieve, ontwikkelingsgerichte aanpak en om een invulling van de relatie tussen gemeente en provincie. Deze relatie is meer gericht op samenwerking. Door in een vroeg stadium te overleggen, kunnen ruimtelijke opgaven gezamenlijk worden opgepakt. Hierbij houden gemeente en provincie elkaars rol en specifieke belang in het oog. 6

8 Bij de vaststelling van de PRS en de Provinciale Ruimtelijke Verordening (PRV) hebben Provinciale Staten besloten deze vierjaarlijks te herijken. Op 2 november 2015 hebben de Staten de Kadernotitie start Herijking PRS en PRV vastgesteld. De Kadernotitie bevat de inhoudelijke en procesmatige kaders voor deze herijking, waarbij de planning is om deze herijking eind 2016 vast te laten stellen door Provinciale Staten. In de Kadernotitie zijn de thema s opgenomen die in ieder geval bezien gaan worden in de herijking. De herijking van de PRS en PRV heeft tot doel dat de provincie eind 2016 weer beschikt over een breed gedragen, actueel, integraal afgewogen en digitaal verankerd ruimtelijk beleidskader met bijbehorende verordening. Overige beleidskaders We kiezen voor een zo integraal mogelijke aanpak van ontwikkelopgaven, acties en aandachtspunten. Daarom betrekken we naast de PRS ook andere provinciale beleidsplannen en programma s bij deze agenda. Dit maakt het mogelijk om mee te liften met initiatieven uit andere beleidsvelden vice versa. Een voorbeeld hiervan is het Mobiliteitsplan Met het nieuwe Mobiliteitsplan wil de provincie Utrecht zorgen voor een goede bereikbaarheid per fiets, openbaar vervoer en auto in een gezonde omgeving. Krachtige steden en dorpen ontwikkelen is een belangrijke taak van de provincie. De vraag naar woningen in de provincie Utrecht is groot en er is maar weinig beschikbare ruimte. Daarom ondersteunen wij gemeenten bij de complexe binnenstedelijke opgave. Dit doen we door in samenwerking met partijen in te zetten op het versterken van de binnenstedelijke kwaliteit en op de vernieuwing bij gebiedsontwikkeling, De provinciale aanpak is opgenomen in de Kadernota Wonen en Binnenstedelijke Ontwikkeling, die binnen de context van het nieuwe coalitieakkoord momenteel wordt herzien. Met het Bodem-, Water- en Milieuplan (vastgesteld op 7 december 2015) wordt het beleid op basis van de provinciale wettelijke taken weergegeven voor de periode Dit gebeurt aan de hand van vier prioriteiten: - waterveiligheid en wateroverlast; - schoon en voldoende oppervlaktewater; - ondergrond; - leefkwaliteit stedelijk gebied. 7

9 8

10 2. Ontwikkelopgaven, acties en aandachtspunten 2.1 Bestaande regionale ontwikkelopgave 1. Ontwikkelen Omgevingsvisie Houten, Bunnik en Wijk bij Duurstede Omschrijving De gemeenten Houten, Bunnik en Wijk bij Duurstede wensen een gezamenlijke, integrale visie op hun buitengebied vanwege vragen vanuit de samenleving over thema s zoals schaalvergroting in de landbouw, vrijkomende agrarische bebouwing, leefbaarheid van de kernen, bereikbaarheid van voorzieningen, ruimte voor recreatie en ontwikkelingen van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Deze vragen spelen in een gemeentegrensoverschrijdend gebied dat landschappelijk een geheel vormt, de Kromme Rijnstreek. Daar komt bij dat (ruimtelijke) agenda s van de gemeenten zich steeds meer kenmerken door ontwikkelingen die het niveau van de eigen gemeentegrenzen overstijgen. Vanuit die trend zoeken de drie gemeenten naar mogelijkheden om via intergemeentelijke samenwerking de samenhang in het ruimtelijk beleid voor het buitengebied te verbeteren met als uiteindelijke doel een vitaal en samenhangend gebied. Het traject om te komen tot een gezamenlijke Omgevingsvisie zien de drie gemeenten bij uitstek als een kans concrete ervaring op te doen met intergemeentelijke samenwerking in het ruimtelijk domein en het buitengebied in het bijzonder. plangebied intergemeentelijke Omgevingsvisie Doelstelling De gemeenten willen met de Omgevingsvisie anticiperen op de nieuwe Omgevingswet, zowel op inhoud als organisatorisch. Uitnodigingsplanologie, bestuurlijke afwegingsvrijheid en participatie zullen, met de ervaringen van het Eiland van Schalkwijk, meer vorm gaan krijgen. Dit door een integrale visie te maken op de fysieke leefomgeving, waarbij thema s als technologie, innovatie, duurzaamheid en milieuruimte een plek krijgen. De visie zal o.a. moeten zorgen voor meer bestuurlijke afwegingsvrijheid en duidelijk omschrijven welke rol de overheid op zich neemt. Resultaat Door de gemeenteraden vastgestelde Omgevingsvisie Houten, Bunnik en Wijk bij Duurstede, op basis waarvan mogelijk nieuwe ontwikkelopgaven en/of acties voor de agenda zullen worden geformuleerd. Uitvoering Gedurende het planproces komen er mogelijk vraagstukken op die het provinciaal ruimtelijk beleid raken. Hierover gaan de gemeenten en provincie in gesprek. 9

11 De gemeenten zien de door het gebied gedragen Omgevingsvisie niet als einddoel. Zij willen gezamenlijk bepalen hoe zij na het vaststellen van de visie met elkaar en het gebied in gesprek blijven om ontwikkelingen tot stand te brengen. De gemeenten willen met de vastgestelde Omgevingsvisie in gesprek blijven met de provincie over ontwikkelmogelijkheden in het gebied. Uit de Omgevingsvisie zullen een aantal ontwikkelopgaven en/of acties volgen, die een relatie kunnen hebben met de agenda. Deze opgaven kunnen zowel op het niveau van gemeente als van de Kromme Rijnstreek worden opgepakt. Bij vaststelling van de Omgevingsvisie zou de agenda wat dit betreft moeten worden voorzien van een update. Planning Van januari tot en met mei 2015 zijn vraagstukken vanuit de samenleving opgehaald. In juni zijn samen met de samenleving oplossingen bedacht. Tussen juli en september zijn verdiepingssessies gehouden. Na verdere uitwerking en een inspraakperiode zal besluitvorming plaatsvinden. De Omgevingsvisie wordt in 2016 vastgesteld door de raden. Verantwoordelijke organisatie Gemeenten Contactpersonen Gemeente Houten: Gemeente Wijk bij Duurstede: Gemeente Bunnik: Provincie Utrecht: Thomas van Elteren Robin Wouters Fred Odijk Frans Assmann en Nancy van Hattem 2.2 Bestaande regionale acties 1. Ontwikkelen gemeenschappelijke aanpak borging archeologische waarden Limes Omschrijving De provincie heeft in de Provinciaal Ruimtelijke Structuurvisie en Verordening (PRS/PRV) de Limes als provinciaal belang aangewezen en hier gewenst beleid voor geformuleerd. Dit wijkt op het punt van de aan te houden vrijstellingsdiepte en oppervlak af van het door de Kromme Rijn gemeenten vastgestelde archeologisch beleid. Gemeenten en provincie willen een scherper beeld krijgen van de werkelijke archeologische situatie. Daarom hebben de provincie Utrecht en de gemeenten Houten, Bunnik en Wijk bij Duurstede in 2014 in het bestuurlijk overleg Limes afgesproken om een ambtelijke werkgroep in te stellen, bestaande uit de archeologisch medewerkers van de betrokken gemeenten en provincie. Deze werkgroep heeft als eerste stap de opdracht om een overzicht te (laten) maken van de diepteligging van (Romeinse) archeologische resten in het Kromme Rijn gebied. Dit onderzoek is, in opdracht van de provincie, uitbesteed aan RAAP archeologisch adviesbureau en wordt begeleid door de ambtelijke werkgroep. Het onderzoek behelst een inventarisatie van de uit archeologische onderzoeksrapporten beschikbare kennis over de dikte van de aangetroffen bouwvoor en de diepteligging van de archeologische waarden. De inventarisatie richt zich op het gehele Kromme Rijn gebied, met speciale aandacht voor de Limeszone. Het conceptrapport is opgeleverd en eind 2015 door gemeenten en provincie van commentaar voorzien. Het rapport wordt op korte termijn door RAAP archeologisch adviesbureau definitief gemaakt. Aan de hand van de resultaten in het definitieve rapport wordt bekeken in hoeverre de resultaten aanleiding geven voor vervolgacties en zo ja, wat deze dan zouden kunnen zijn. Overleg met betrokken partijen, zoals agrariërs uit het gebied, zal een noodzakelijk onderdeel vormen van een eventuele vervolgstap. Doelstelling Komen tot een gemeenschappelijk gedeelde aanpak voor de bescherming van de archeologische waarden Limes in het Kromme Rijngebied. 10

12 Resultaat Vastgesteld en gemeenschappelijk gedragen beleid voor de bescherming van de archeologische waarden Limes in het Kromme Rijngebied met mogelijk aanbevelingen voor unanieme bestemmingsplanregels. Uitvoering De Provinciaal Ruimtelijke Verordening en de afwijking van gemeentelijk beleid van wat hierin is opgenomen voor de Limes, vormt de aanleiding voor het project. De provincie wil graag samen met gemeenten komen tot een gemeenschappelijk gedeeld beleid voor de Limes in het Kromme Rijn gebied. Hiermee is het project weliswaar primair ingestoken vanuit de provincie, maar vraagt het een grote betrokkenheid van de drie Kromme Rijn gemeenten. Planning In 2015 is door RAAP archeologisch adviesbureau geïnventariseerd wat er uit uitgevoerd archeologisch boor- en gravend onderzoek bekend is aan bouwvoordikte en diepteligging van archeologische waarden in het Kromme Rijn gebied. In het eerste kwartaal 2016 wordt het rapport van de inventarisatie definitief opgeleverd. Op basis daarvan kunnen de gemeenten en de provincie gezamenlijk bepalen welke volgende stappen nodig zijn. De volgende ronde bestuurlijk overleg Limes zal eind april/begin mei plaatsvinden en mogelijk een individueel gesprek per gemeente behelzen. De resultaten van het Kromme Rijn onderzoek en eventuele vervolgstappen kunnen dan eveneens besproken worden. Wanneer dit project leidt tot aanpassingen van de PRV, kunnen deze gekoppeld worden aan de aanpassingen die voor het UNESCO-nominatiedossier nodig kunnen blijken. Over dit laatste wordt vanuit de Limessamenwerking verwacht dat eind 2016 met alle relevante partners afspraken zijn gemaakt over de selectie van terreinen voor nominatie en de te nemen (beschermings)maatregelen. Er kan dan in 2017 worden gestart met de implementatie (waar nodig). Verantwoordelijke organisatie Provincie, in nauwe samenwerking met gemeenten Contactpersonen Gemeente Houten: Gemeente Wijk bij Duurstede: Gemeente Bunnik: Provincie Utrecht: Barry Peters Wendy Norg Sandra Bos Lisa Wouters (CER) 2.3 Bestaande lokale ontwikkelopgaven 1. Bevorderen woningbouw en binnenstedelijke ontwikkeling Omschrijving In de gemeentelijke Structuurvisie (Wijk bij Duurstede 2020) en in de gemeentelijke Woonvisie ligt de basis voor de realisering van belangrijke woningbouwprojecten. In de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie (2013) wordt uitgegaan van een woningbouwprogramma van 1000 woningen, waarvan 250 uitbreiding. In de Kadernota Wonen en Binnenstedelijke Ontwikkeling en bijbehorend Actieplan geeft de provincie uitvoering aan de binnenstedelijke ontwikkeling met een integrale benadering. De Kadernota wordt momenteel herijkt en verbreed, waarna het Uitvoeringsprogramma zal worden geactualiseerd. De wederzijdse ambitie ten aanzien van de binnenstedelijke woningbouwopgave heeft in 2013 geleid tot het sluiten van een Samenwerkingsovereenkomst. Hieraan wordt invulling gegeven door regionale afstemming, kennisontwikkeling en deling, stimuleren op project-/gebiedsniveau en participeren op project-/gebiedsniveau. Concrete maatregelen zijn uitgewerkt in de Samenwerkingsagenda (laatstelijk herijkt en aangevuld in 2014), waarbij de samenwerking primair is gericht op de integrale aanpak van drie focusgebieden : Centrum-Schil, De Engk en Toekomstbestendige kerngebieden. 1 1 In het huidige programma WBO is gekozen om te werken met Focusgemeenten met bijbehorende samenwerkingsovereenkomsten en agenda s. In het huidige college akkoord is besloten de aanpak te verbreden en nog integraler in te zetten op binnenstedelijke ontwikkeling met een nieuw beleidskader en een nieuw programma. Op dit moment is nog niet volledig duidelijk of de huidige werkwijze met focusgemeenten gehandhaafd blijft 11

13 Centrum-Schil is een transformatiegebied, dat van een locatie met van oudsher gegroeide functies als een garagebedrijf en een postkantoor de komende jaren verandert in een woongebied met gemengde functies. De Engk, een typische jaren 60 woonwijk, is een herstructureringsgebied in fysiek, sociaal en economisch oogpunt. De gemeente werkt momenteel (samen met de provincie) intensief aan het versterken en revitaliseren van drie toekomstbestendige kerngebieden: De Horden, De Heul en De Hoogstraat. Dit zijn drie (woon)gebieden, waar kwaliteit, woningbouw en (wijk)voorzieningen toegevoegd zouden kunnen worden, zodat de duurzame woonkwaliteit in het gebied toeneemt en geborgd wordt. Doelstelling Versterken van de binnenstedelijke kwaliteit van Wijk bij Duurstede, toegespitst op drie focusgebieden voor woningbouw en drie overige thema s. Resultaat Per focusgebied zijn de concrete resultaten vastgelegd in de Samenwerkingsagenda. Het gaat hierbij op hoofdlijnen om: - het stimuleren van de binnenstedelijke woningbouwopgave; - betere afstemming van vraag en aanbod op de woningbouwmarkt; - het op gang brengen van integrale gebiedsontwikkeling. Uitvoering Doorlopend proces waarbij per focusgebied en per thema acties worden benoemd en uitgevoerd. Planning De samenwerking is gestart in 2013 en loopt door tot en met De wijze waarop de samenwerking de komende jaren wordt voortgezet, zal worden uitgewerkt bij de herijking van het provinciale programma Wonen en Binnenstedelijke Ontwikkeling. Verantwoordelijke organisatie Gemeente Contactpersonen Gemeente: Jan Veenstra en Georgia de Poorter Provincie: Nicoline Hanny en Marjolein Wielaert (WBO) 2.4 Potentiële lokale ontwikkelopgaven 1. Realiseren Visie Rivierfront c.q. inrichten uiterwaarden Lunenburgerwaard Omschrijving De gemeentelijke Visie Rivierfront is eind 2011 vastgesteld. De (vernieuwde) gemeenteraad heeft 30 juni 2015 aangegeven in principe nog steeds positief tegenover deze Visie te staan. Anno 2015 spelen zowel in de Bosscherwaarden als in de Lunenburgerwaard ontwikkelingen die een mogelijke bijdrage kunnen leveren aan de realisatie van de Visie. In de Bosscherwaarden heeft een ontgronder het initiatief genomen voor een gebiedsontwikkeling via ontgronden en slibstort, waarna een recreatie- en natuurontwikkelingsgebied zal worden opgeleverd. De initiatiefnemer werkt momenteel aan een MER om de haalbaarheid te toetsen. De gemeente zal na het opleveren van de MER een besluit moeten nemen of dit plan doorgaat. Dit is mede afhankelijk van maatschappelijk draagvlak, waaraan door de gemeente veel gewicht wordt toegekend. De gemeenteraad koppelt aan deze (cruciale) keuze ten aanzien van de ontzanding (inclusief slibstort) in de Bosscherwaarden indirect de ontwikkeling van de Visie Rivierfront in de Lunenburgerwaard. Mocht de raad instemmen met het ontgrondingsproject Bosscherwaarden, dan wil de gemeente gelijktijdig met de initiatiefnemer vastleggen dat hij een financiële bijdrage levert voor ontwikkelingen in de Lunenburgerwaard. 12

14 De initiatiefnemer heeft ook te maken met een grondeigenaar die zowel over gronden in de Lunenburgerwaard als de Bosscherwaarden beschikt, hetgeen een koppeling mogelijk maakt voor wat betreft grondverwerving. De betrokken eigendommen in de Lunenburgerwaard liggen op strategische plekken voor gewenste recreatieve ontwikkelingen. Voor de Lunenburgerwaard heeft de provincie Utrecht in 2014 het initiatief genomen om een Ontwerp (inrichtingsplan) te (laten) maken voor gebiedsontwikkeling ten bate van Natura 2000 en EHS. Na de Ontwerpfase (2016) zal de Uitvoeringsfase (2017) worden ingezet. Deze fases zullen enige jaren duren, voordat het project definitief is gerealiseerd. In de Lunenburgerwaard liggen naast het natuurbeleid ook beleidsdoelen van andere overheden. Rijkswaterstaat heeft KRW doelen, stroomlijnopgaven en rivierkundige randvoorwaarden met financiële dekking. Het Waterschap HDSR werkt aan de dijkveiligheid en waterbeheer binnen en buiten de Lunenburgerwaard met financiële dekking. Het Recreatieschap heeft samen met de gemeente Wijk bij Duurstede een recreatiegebied (Gravenbol) in eigendom en onderhoud en heeft in het kader van de Visie Rivierfront ontwikkelingswensen benoemd (verplaatsen recreatieterrein naar een locatie dichterbij de stad), waarvoor nog geen financiële dekking is. Door een besluit over gebiedsontwikkeling in de Bosscherwaarden en financiële bijdrage vanuit de initiatiefnemer wil de gemeente een aantal ontwikkelingen in gang zetten: - gefaseerde uitvoering van ontgronding en slibstort in de Bosscherwaarden, met als eindresultaat een natuur- en recreatiegebied; - transformatie Gravenbol naar natuurgebied; - verdere uitbreiding bestaande jachthavens in de Lunenburgerwaard; - realiseren recreatiegebied ten oosten van de inlaat van de Kromme Rijn. De ontwikkeling van het schiereiland Gravenbol tot natuurgebied wordt door de provincie Utrecht in beginsel positief beoordeeld. De verplaatsing van het recreatieterrein naar het noord-westen van de Lunenburgerwaard ziet de provincie als meest logische keus. Daarom heeft de provincie in het planvormingsproces voor de Lunenburgerwaard (oktober 2015) ervoor zorggedragen dat een verkenning is uitgevoerd naar geschikte gronden. Ook zijn gesprekken gevoerd met specialisten van RUD, Rijkswaterstaat, provincie en gemeente (initiatiefnemer) om de randvoorwaarden voor een andere zwemlocatie scherp te krijgen. Na deze verkenning en een adviesgesprek is het aan de gemeente om e.e.a. verder op te pakken en onderzoeken te gaan uitvoeren. Bovenstaande ontwikkelingen kennen vooralsnog veel onzekere aspecten, die nog niet nader in beeld zijn gebracht: financieel (betaalbaar), maatschappelijk (draagvlak) en uitvoerbaar (milieu). Een ruimtelijke onderbouwing is nog niet gemaakt. De gemeente verwacht dat, als de raad instemt met de beoogde ontwikkeling van de Bosscherwaarden, in de Lunenburgerwaard dynamiek zal optreden. In dat geval wil de gemeente de planvorming en uitvoering samen met de provincie oppakken. Het provinciale planvormingsproces van de Lunenburgerwaard heeft juli 2016 in de planning staan om het Definitief Ontwerp (inrichtingsplan) op te leveren. De gemeente verwacht dat zij in de tussenliggende periode nog geen beslissingen en onderzoeken heeft uitgevoerd. Om een integraal Ontwerp (inrichtingsplan) op te leveren zal de provincie enkele variabelen opnemen die ontwikkeling van het recreatiegebied dichterbij de stad mogelijk maken en eveneens natuurontwikkeling op Gravenbol mogelijk maken. De provincie ziet de verplaatsing van het recreatiegebied als kans, maar deze verplaatsing is niet cruciaal om doelstellingen voor natuur, water en veiligheid te realiseren. Het is ook zeer waarschijnlijk dat de uitvoering van het Ontwerp (inrichtingsplan) gefaseerd zal gaan plaatsvinden vanwege particuliere grondeigendommen en belangen van Waterschap en ondernemers in de Lunenburgerwaard. Het is dan ook primair aan de gemeente om zelf prioriteit te geven aan en initiatief te nemen tot de recreatieve ontwikkeling die zij beoogt. De provincie zal op haar beurt proberen zo goed mogelijk hierop in te spelen door mee te denken, mee te werken en mee te beslissen vanuit haar eigen positie, belangen en verantwoordelijkheden. Doelstelling Zorgdragen voor integrale gebiedsontwikkeling in de Lunenburgerwaard via samenwerking tussen overheden, waarin verschillende beleidsdoelen van de betrokken overheden zoveel mogelijk integraal worden nagestreefd. 13

15 Resultaat Inrichting Lunenburgerwaard overeenkomstig integraal Inrichtingsplan, waarin - voor zover mogelijk - onderdelen uit de gemeentelijke Visie Rivierfront zijn meegenomen. Uitvoering Van gemeentezijde wordt de provincie verzocht zoveel mogelijk mee te denken in het verplaatsen van recreatiegebied de Gravenbol en zo mogelijk subsidie te bieden vanuit het Integraal Gebiedsprogramma Water. De ambitie is om van Gravenbol een natuurgebied te maken. De (huidige) recreatieve functie van Gravenbol wordt verplaatst in het gebied naar een locatie ten zuiden van de Aalswaard en zo dicht mogelijk in de buurt van de inlaat van de Kromme Rijn. Ondersteuning door de provincie zou onder meer via procesbegeleiding, specialistische kennis en financiële middelen tot uitdrukking kunnen komen. De provincie wacht primair het initiatief van de gemeente af voor een nadere vorm van samenwerking, waarbij de provincie de voorkeur uitspreekt voor een samenwerkingscontract voor het verscherpen van de ambities en bijdragen van partijen. Planning De gemeenteraad heeft in juni 2015 aangedrongen op een kostenplaatje van de ambities in de Lunenburgerwaard. Zodra dit kostenplaatje (planning juli 2016) er ligt én zodra er positieve besluitvorming over de Bosscherwaarden heeft plaatsgevonden (planning 2016), kunnen de genoemde projecten (met de gemeente als primaire initiatiefnemer) starten. Dit zal vanaf de zomer 2016 aan de orde kunnen zijn. Mocht de raad negatief besluiten, dan zal deze ontwikkelopgave opnieuw worden geformuleerd. De gemeente zet in dat geval in op een onderzoek naar kansen om zonder privaat geld toch een deel van de Visie Rivierfront te kunnen realiseren. Van provinciezijde wordt er overigens op aangedrongen om nu al zoveel mogelijk in te zetten op hetgeen op eigen kracht (dat wil zeggen zonder bedoelde private bijdrage) haalbaar is. Verantwoordelijke organisatie Gemeente (voor wat betreft voorgestane realisering ambities uit Visie Rivierfront). De provincie draagt de verantwoordelijkheid voor de gebiedsontwikkeling ten behoeve van Natura Contactpersonen Gemeente Wijk bij Duurstede: Provincie Utrecht: Georgia de Poorter en Robin Wouters Martine van Delft (projectleider deelproject Lunenburgerwaard/afdeling UFL) 14

16 2. Inrichten Bosscherwaarden tot natuurgebied Omschrijving De Bosscherwaarden is een uiterwaard van de Lek direct ten westen van het ARK. De uiterwaard is nu vooral agrarisch in gebruik. Onderdelen van de uiterwaard behoren tot de EHS. Er is een particulier initiatief gekomen om de uiterwaard af te graven voor zandwinning. Daaropvolgend zou slib worden gestort. Daarna zou van het hele gebied een natuurgebied gemaakt worden, waar ook plek is voor extensieve recreatie en enig agrarisch gebruik. De ontwikkeling is mer-plichtig. Mede ingegeven door maatschappelijke weerstand is de gemeenteraad voorlopig kritisch tegenover deze ontwikkeling. Het gaat met name om overlast en risico. De gemeenteraad heeft nog geen definitief besluit over het project genomen. Doelstelling het op goede wijze tot stand laten komen van de ontwikkeling van de Bosscherwaarden tot natuurgebied (juridisch, financieel en ruimtelijk); het koppelen van de ontwikkeling van de Bosscherwaarden aan de ontwikkeling van recreatie en natuur in de Lunenburgerwaard; het ontwerpen en borgen van een goede exit-strategie, mocht de uitvoering van het project niet tot tevredenheid verlopen. Resultaat Inrichting Bosscherwaarden als natuurgebied (via zandwinning en slibstort). Uitvoering Zodra de raad een definitief standpunt over het project heeft genomen, zal een bestemmingsplan moeten worden opgesteld en in procedure worden gebracht. Na de procedure zal het project in kleine fases worden uitgevoerd: steeds zullen kleine delen worden afgegraven (vanuit het water) en daar zal slib worden gestort. In het ritme van deze Pac Man transformeert het landschap geleidelijk. Planning De raad heeft in juni 2015 aangedrongen op een kostenplaatje van de ambities in de Lunenburgerwaard. Verder is de raad kritisch op het verdwijnen van landbouwgrond, de impact van het project op de omgeving en de garanties op het wenselijke eindbeeld. Zodra er een kostenplaatje ligt én zodra er positieve besluitvorming (op basis van onder andere een milieu-effect-rapportage) over de Bosscherwaarden heeft plaatsgevonden, kan het project starten. Besluitvorming door de raad is voorzien in Mocht het besluit positief zijn, dan wil de gemeente de provincie graag betrekken in de uitvoering van dit project en gerelateerde projecten (bestemmingsplan, realisatie (bijvoorbeeld t.a.v. transformatie Gravenbol)). Mocht de raad negatief besluiten, dan blijft dit project op de ruimtelijke agenda staan. De opgave zal dan wel veranderen. In dit scenario is het wenselijk om gezamenlijk te onderzoeken hoe zonder privaat geld toch een deel van de Visie Rivierfront gerealiseerd kan worden in de Bosscherwaarden. Verantwoordelijke organisatie Gemeente Contactpersonen Gemeente Wijk bij Duurstede: Provincie Utrecht: Martin Hardijzer en Robin Wouters Frans Assmann en Martine van Delft (relatie met Lunenburgerwaard) 15

17 2.5 Lokale acties 1. Verkennen woningbouwontwikkeling Zuidwijk (uitbreidingslocatie) Omschrijving In de huidige PRS/PRV ( ) is de rode contour conform de gehanteerde methodiek strak om de bestaande kern van Wijk bij Duurstede gelegd. Aan de westzijde van de kern (De Geer III) is een uitbreidingsbol gesitueerd t.b.v. de realisering van maximaal 250 woningen (uitleglocatie). Om uiteenlopende redenen geeft de gemeente er sterke voorkeur aan om de beoogde uitbreiding van de kern Wijk bij Duurstede met 250 woningen (zoals opgenomen in het provinciale stedelijke woningbouwprogramma) niet aan de westzijde van de kern, maar mogelijk aan de zuidzijde van de kern te realiseren op de locatie Zuidwijk, gelegen tussen de Middelweg Oost en de Lekdijk Oost (N229 langs het ARK). Momenteel verkent de gemeente de mogelijkheden (draagvlak, beleidsmatige verankering, financieel) om deze locatie Zuidwijk te benutten voor woningbouw. Tegen die achtergrond heeft de gemeente in het kader van de herijking van de PRS/PRV expliciet aan de provincie verzocht om de hiervoor genoemde uitbreidingsbol voor de kern Wijk bij Duurstede van de westzijde te verplaatsen naar Zuidwijk aan de zuidzijde van de kern om hiermee in beginsel de realisering van de woningbouwlocatie Zuidwijk mogelijk te maken. De provincie beraadt zich nog of deze wijziging al of niet wordt opgenomen in de ontwerp-herijkte PRS/PRV. Finale afweging is uiteindelijk aan Provinciale Staten bij de vaststelling van de herijkte PRS/PRV, die volgens planning eind 2016 zal plaatsvinden. Doelstelling Verkennen haalbaarheid uitbreiding van de kern Wijk bij Duurstede met circa 250 woningen aan de zuidzijde van de kern (locatie Zuidwijk ). Resultaat Verkrijgen duidelijkheid omtrent haalbaarheidsgehalte van realisering uitbreidingslocatie Zuidwijk. Uitvoering Gemeente onderzoekt en verkent momenteel de mogelijkheden voor de realisering van woningbouw aan de zuidzijde van de kern Wijk bij Duurstede, waarbij in het kader van de herijking van de PRS/PRV expliciet is verzocht om verplaatsing van de zogenoemde uitbreidingsbol van de westzijde naar de beoogde locatie Zuidwijk. Planning Eerste stap behelst verankering in het provinciale ruimtelijke beleid via herijking van de PRS/PRV (vaststelling eind 2016) door verplaatsing uitbreidingsbol kern Wijk bij Duurstede van west- naar zuidzijde. Verantwoordelijke organisatie Gemeente (onderbouwing en verdere uitwerking) en provincie (herijking PRS/PRV) Contactpersonen Gemeente Wijk bij Duurstede: Provincie Utrecht: Martin Hardijzer en Georgia de Poorter Frans Assmann (GRO) en Ineke Schartman (SRO) 2.6 Aandachtspunten Opvang vluchtelingen Het vinden van voldoende geschikte opvangruimte voor vluchtelingen is een zeer actuele maatschappelijke opgave. Gezien de aard en omvang van de opgave is het nu nog niet duidelijk in hoeverre hiervoor ook een gezamenlijke ontwikkelopgave of actie nodig is. Deze agenda is dynamisch van karakter. Als de invulling van de opvang voor vluchtelingen een ontwikkelopgave of actie nodig maakt, dan wordt de agenda daarop aangepast en zal de provincie graag met de gemeente meewerken. 16

18 Provinciale handreikingen Om gemeenten zo goed mogelijk te faciliteren, heeft de Provincie Utrecht een aantal praktische handreikingen gemaakt. Gemeenten kunnen deze handreikingen gebruiken als inspiratiebronnen voor ruimtelijke ontwikkelingen. Het gaat om handreikingen voor thema s als: de kwaliteit van kernrandzones; nieuwe functies van vrijkomende agrarische bedrijfspercelen; de ruimtelijke inpassing van duurzame energie; ruimtelijke ontwikkelingen binnen de EHS. Bodem en water In de provinciale Kadernota ondergrond van 14 april 2014 staat het ontwikkelen van een duurzaam bodem- en watersysteem en een waterveilige omgeving centraal. De Kadernota zal worden verankerd in het Bodem-, Wateren Milieuplan, dat eind 2015 zal worden vastgesteld. In de handreiking Overstromingsrobuust inrichten ondersteunt de provincie gemeenten om via het ruimtelijk spoor wonen en werken in gebieden met overstromingsrisico s veiliger te maken. Het is belangrijk dat kwetsbare en vitale objecten, grootschalige woonwijken en bedrijventerreinen bestand zijn tegen overstromingen. In buitendijkse gebieden geldt dit ook voor kleinschalige woonwijken en bedrijventerreinen. Door een goed doordachte locatiekeuze en inrichting kunnen de gevolgen van een overstroming aanzienlijk worden beperkt. Klimaat en duurzame energie Met de handreiking Inpassing duurzame energie biedt de provincie handvatten voor het inpassen en stimuleren van duurzame energie en het combineren van de verschillende vormen met andere ruimtelijke functies. Denk aan initiatieven voor duurzame energie als wind, biovergisting, waterkracht en zonne-energie. (NB: specifiek concreet aandachtspunt vormt de vergunningverlening voor de biovergistingsinstallatie op de locatie Van Dijk s Koelhuis te Cothen) No-regret-maatregelen om te anticiperen op de langetermijngevolgen van de klimaatverandering, leiden mogelijk tot nadere acties. Als daar aanleiding voor is wordt dit onderwerp, het daarbij behorende realisatieplan en de klimaatatlas besproken in het periodiek of sectoraal overleg. Milieu Het uitvoeringsprogramma Milieubeleidsplan en de milieukwaliteitsprofielen krijgen aandacht in het periodiek ambtelijk overleg of in een specifiek sectoraal overleg wanneer er nieuwe beleidsmatige ontwikkelingen zijn of wanneer specifieke projecten daartoe aanleiding geven. Bedrijventerreinen Er gelden regionale afspraken voor de uitbreiding en herstructurering van bedrijventerreinen. (NB: in de PRS/PRV is voor Wijk bij Duurstede een uitbreiding van bedrijventerrein Broekweg Noord met 4,2 hectare netto opgenomen) Mobiliteit Bij ruimtelijke initiatieven wordt gekeken naar eventuele gevolgen voor de mobiliteit. Scans of toetsten maken deze gevolgen inzichtelijk. De resultaten zijn onderdeel van het overleg over bestemmingsplannen. Landschap Bestemmingsplannen voor het landelijk gebied besteden aandacht aan het landschap. Om ruimtelijke initiatieven te beoordelen, kan de gemeente de Kwaliteitsgids voor de Utrechtse Landschappen gebruiken. Voor de gemeente Wijk bij Duurstede is het katern Rivierengbied relevant. Bij initiatieven in het buitengebied wordt altijd gestreefd naar een landschappelijk goede inpassing, of daarbij nu wel of niet gebruik wordt gemaakt van het ruimtelijk instrumentarium. Het Ervenconsulentschap geeft advies over de inrichting van erven in het buitengebied. Zie voor meer informatie de webpagina: Natuur Om een vitaal en samenhangend stelsel van natuurgebieden te behouden en ontwikkelen, verdienen naast de EHS en de Groene Contour ook natuurwaarden daarbuiten aandacht. Tijdens periodiek ambtelijk overleg komt dit aan de orde. 17

19 Landbouw Een economisch vitale landbouwsector is van belang en verdient aandacht. Ook dit aandachtspunt komt tijdens periodiek of sectoraal ambtelijk overleg aan de orde. Recreatie De PRS onderstreept het belang van gewenste recreatieve functies en goede stad-landverbindingen. Dit biedt ruimte aan uitnodigende kernrandzones, die stad en land verbinden en adequate recreatieve voorzieningen bieden. De provinciale handreiking Kernrandzones biedt gemeenten hiervoor inspiratie. Cultuurhistorie In het periodiek ambtelijk overleg vormt cultuurhistorie waar nodig een aandachtspunt. Aardkundige waarden In het periodiek ambtelijke overleg vormt dit onderwerp waar nodig een aandachtspunt. 18

20 3. Uitvoering Verantwoordelijkheden De bestuurlijk en ambtelijk verantwoordelijken voor de agenda zijn: namens het college van Burgemeester en Wethouders: de wethouder Ruimtelijke Ordening; namens het college van Gedeputeerde Staten: de portefeuillehouder Ruimtelijke Ontwikkeling. Beide ondertekenen de agenda en bekrachtigen hiermee de samenwerking om de afgesproken opgaven en acties te realiseren. Het ambtelijk opdrachtgeverschap van de agenda berust bij: de teamleider van het team Ruimtelijke Ordening en Handhaving van de gemeentelijke afdeling Beheer, Pieter Zwaan; de teamleider van het provinciale team Gemeentelijke Ruimtelijke Ontwikkeling, Marianne Scheepstra. Coördinatoren zijn namens de gemeente Robin Wouters en namens de provincie Frans Assmann. Zij hebben de agenda mede voorbereid en opgesteld en delen de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de uitvoering en voortgang van de ontwikkelopgaven, acties en aandachtspunten. De coördinatoren werken nauw samen. Ze volgen het verloop van de opgaven proactief en signaleren tijdig obstakels, waarover zij afstemming met elkaar zoeken. Dit doen zij tijdens periodiek overleg of zo nodig vaker. Hierbij wordt geen inbreuk gedaan op de taken en verantwoordelijkheden van de betrokken ambtenaren binnen de specifieke ontwikkelopgave en de bestaande portefeuilleverdeling binnen betrokken colleges en ambtelijke afdelingen. Voor elke opgave wordt één trekker van gemeente of provincie en een duo-partner bij de andere partij, de contactpersonen, benoemd. Zij zorgen voor de uitvoering en informeren de coördinatoren van de agenda over de voortgang. Zie tabel 1 voor een totaaloverzicht van de ontwikkelopgaven inclusief de bestuurlijk verantwoordelijke portefeuillehouder, de organisatie die trekker is en de overige contactpersonen van beide organisaties. Tabel 1: Totaaloverzicht ontwikkelopgaven Ontwikkelopgave bestuurlijk verantwoordelijke portefeuillehouder Ambtelijke contactpersonen gemeente provincie gemeente Provincie Ontwikkelen Omgevingsvisie Houten/Bunnik/Wijk bij Duurstede Bevorderen woningbouw en binnenstedelijke ontwikkeling Realiseren Visie Rivierfront c.q. inrichting Lunenburgerwaard Inrichten Bosscherwaarden tot natuurgebied H. Marchal P. v.d. Berg R. Wouters F. Assmann N. van Hattem J. Burger P. v.d. Berg J. Veenstra G. de Poorter H. Marchal W. Kosterman H. Marchal W. Kosterman B. Krol M. Hardijzer R. Wouters B. Krol M. Hardijzer R. Wouters N. Hanny M. Wielaert M. van Delft F. Assmann M. van Delft De bestaande ontwikkelopgaven zijn ondergebracht in bestaande programma s of projecten. De coördinatoren checken of er plannen van aanpak zijn en of deze voldoende duidelijkheid geven over de samenwerking tussen gemeente en provincie. Als dat laatste niet het geval is, maken de coördinatoren en trekker afspraken hierover. In overleg kan de trekker alsnog een plan van aanpak maken of het bestaande plan aanvullen met relevante informatie. De coördinatoren monitoren deze opgave. Zo nodig krijgt het project de impuls die het nodig heeft. Voor de uitvoering van de nieuwe ontwikkelopgave maakt de trekker een plan van aanpak. Hierin staan minimaal vermeld: omschrijving; doel en resultaat; 19

21 organisatie (betrokken partijen/personen, inclusief de trekker, en schatting van de uren); planning; benodigde/beschikbare financiële middelen. Als het plan van aanpak voor een opgave gereed is, start de uitvoering volgens planning. De acties vragen vaak minder intensieve of kortdurende samenwerking. Belangrijk is wel dat de coördinatoren deze acties inplannen. Daarnaast omschrijven zij kort doel, resultaat, betrokkenen (wie en benodigde inzet) en eventueel benodigde financiële middelen. Bij het opstellen en uitvoeren van gemeentelijke plannen wordt rekening gehouden met de genoemde aandachtspunten voor verschillende (beleids)thema s. Hiermee worden in een vroegtijdig stadium kansen in beeld gebracht (mogelijkheden tot meekoppelen ), risico s onderkend (geen onnodig oponthoud in procedures) en wordt integraal werken bevorderd. Planning Een detailplanning maakt onderdeel uit van elk plan van aanpak. Zie tabel 2 voor een globale planning per bestaande ontwikkelopgave. Een gedetailleerde planning voor potentiële ontwikkelopgaven volgt zodra besloten is deze opgaven daadwerkelijk te realiseren. Tabel 2: Globale planning per ontwikkelopgave Ontwikkelopgave > Q1 Q2 Q3 Q4 Q1 Q2 Q3 Q4 Ontwikkelen Omgevingsvisie Houten/Bunnik/Wijk bij Duurstede Bevorderen woningbouw en binnenstedelijke ontwikkeling Realiseren Visie Rivierfront c.q. inrichting Lunenburgerwaard Inrichten Bosscherwaarden tot natuurgebied Zoals vermeld onder Verantwoordelijkheden, worden ook de acties ingepland. Aandachtspunten worden niet specifiek ingepland: bij alle opgaven en acties wordt gekeken of zij onderdeel uitmaken van het proces. Financiële middelen Voor zover dit niet al inzichtelijk is bij de agendavorming, moet in een plan van aanpak voor een ontwikkelopgave duidelijk zijn aangegeven welke financiële middelen nodig zijn en hoe deze gedekt worden. Monitoring In het periodiek regulier overleg staat de agenda centraal. In dit overleg bespreken de betrokkenen de inhoud en voortgang van de ontwikkelopgaven. Zijn er middelen ingezet vanuit het Ruimtelijk Actie Programma, dan wordt ook besproken hoe deze middelen zijn besteed. Beide coördinatoren laten zich voorafgaand aan het overleg informeren door de contactpersonen van de ontwikkelopgaven. Desgewenst sluiten deze of andere betrokkenen aan bij het overleg. Het overleg is ook belangrijk om potentiële of nieuwe ontwikkelopgaven te signaleren. Er is ook ruimte om in meer algemene zin tot integrale afstemming te komen. Bij regulier overleg in oktober of november schuiven de verantwoordelijke managers aan. Na dit overleg stellen de coördinatoren het jaarlijkse voortgangsverslag op. Zij koppelen deze rapportage terug aan de betrokken bestuurders. Deze bestuurders ontvangen ook tussentijds informatie als input voor bestuurlijk overleg of werkbezoek. Beide partijen hebben hierin hun eigen verantwoordelijkheid. De agenda is dynamisch en heeft geen gepland eindmoment. Het is daarom belangrijk de agenda regelmatig te actualiseren, door: 20

22 nieuwe of bestaande opgaven de status gereed te geven en af te voeren van de agenda; van potentiële opgaven nieuwe opgaven te maken; nieuwe of potentiële opgaven toe te voegen; acties toe te voegen of af te voeren; de aandachtspunten te actualiseren. De verwachting is dat de agenda om de 4 jaar volledig wordt herijkt. Waarschijnlijk zijn de opgaven dan zo veranderd of afgerond dat de agenda niet meer actueel is. Een nieuwe inventarisatie van opgaven en acties is dan nodig. Deze nieuwe agenda wordt ook weer bestuurlijk ondertekend. In overleg kan besloten worden, de agenda eerder of later te herijken. 21

23 Gemeente Wijk bij Duurstede Postbus BB Wijk bij Duurstede Provincie Utrecht Postbus TH Utrecht