SOCIAAL-ECONOMISCHE AD VIES INZAKE DE WAARDEVASTHEID VAN DE KINDERBIJSLAGEN

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "SOCIAAL-ECONOMISCHE AD VIES INZAKE DE WAARDEVASTHEID VAN DE KINDERBIJSLAGEN"

Transcriptie

1 SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE DE WAARDEVASTHEID VAN DE KINDERBIJSLAGEN EN ADVIES INZAKE DE VRIJSTELLING VAN ONGEHUWDE VROUWEN VAN 45 JAAR EN OUDER VAN PREMIE BET ALING KRACHTENS DE ALGEMENE KINDERBIJSLAGVERZEKERING.SER] UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD 1962, no. 3

2 SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE DE WAARDEVASTHEID VAN DE KINDERBIJSLAGEN EN ADVIES INZAKE DE VRIJSTELLING VAN ONGEHUWDE VROUWEN VAN 45 JAAR EN ODDER VAN PREMIE BET ALING KRACHTENS DE ALGEMENE KINDERBIJSLAGVERZEKERING UITGEBRACHT AAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN VOLKSGEZONDHEID

3 SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD 's-gravenhage. 23 maart 1962 Advies inzake de waardevastheid van de kinderbijslagen Aan de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Volksgezondheid 1. Bij brief van 24 februari afd. Soc.Verz.. no. 772,.heeft Uwe Excellentie de raad verzocht zijn oordeel te geven over de hoogte van de kinderbijslagen, in het bijzonder in het licht van de vraag, aan de hand van welke maatstaven in de naaste toekomst de kinderbijslagen zouden dienen te worden vastgesteld. De advjesaanvtage impliceert derhalve allereerst een hemieuwde bezinning van de raad op de grondslagen van het ten aanzien van de kinderbijslagen te voeren beleid. in het bijzonder voor wat betreft de criteria voor de hoogte van de kinderbijslagen, de differentiatie van de kinderbijslagen naar kindertal of leeftijd van de kinderen, en de kinderen waarvoor kinderbijslagen dienen te worden verleend. Het behoeft wel geen betoog dat het gevraagde oordeel niet uitsluitend kan worden gebaseerd op enige noodzakelijkerwijze algeraeen geformuleerde uitgangspunten; het vereist tevens een zo goed mogelijk inzicht in de verschillen in bestedingsmogelijkheden welke bestaan tussen gezinnen van verschillende omvang en met een gelijk basisinkomen. Het is iramers slechts op grond van deze kwantitatieve gegevens dat kan worden getoetst in hoeverre het tot dusverre gevoerde beleid al dan niet aanvaardbaar kan worden geacht. De kinderbijslagen beogen aan de gezinnen met kinderen een financiele tegemoetkoming te verlenen in de kosten welke aan het onderhouden en de opvoeding van de kinderen verbonden zijn. De vraag in welke gevallen deze tegemoetkoming dient te worden verleend en welke omvang zij dient aan te nemen, kan slechts worden beantwoord indien voldoende gegevens ter beschikking staan over de additionele gezinskosten welke door de aanwezigheid van kinderen ontstahn. De raad heeft langs verschillende wegen gepoogd een inzicht te verkrijgen in de hoogte van de additionele kosten per kind. In navolging van de methode gebezigd in 's raads advies van 22 februari 1952 inzake nadere wettelijke voorzieningen ten behoeve van grote gezinnen is hierbij gebraik gemaakt van de resultaten van de door het C.B.S. verrichte budgetonderzoeken. De raad heeft echter tot zijn teleurstelling moeten consfateren dat deze onderzoeken zo beperkt zijn gehouden dat daaraan slechts recente gegevens kunnen worden ontleend

4 voor gezinnen van 4 personen met een brutoloon beneden de sociale verzekeringsgrens. Als grondslag voor de toetsing van de hoogte en van de differentiatie van de kinderbijslagen aan de additionele gezinsuitgaven per kind, zijn de uitkomsten van deze beperkte budgetonderzoeken ten enen male onvoldoende. Op verzoek van de raad wordt door het Centraal Plaiibureau thans onder zocht of wellicht op andere wijze inzicht in de additionele ge gezinsuitgaven per kind kan worden verkregen. 2. De moeilijkheden ondervonden bij het verkrijgen van feitelijke gegevens, zijn er de oorzaak van dat niet te verwachten valt dat het gevraagde advies op korte termijn zal kunnen worden gegeven. Ten aanzien van een onderdeel van de adviesaanwage is inmiddels in het kader van de parlementaire behandeling van het ont* werp van een Algemene Kinderbijslagwet. de situatie in zoverre gewijzigd dat bij tweede nota van wijziging tegemoet is gekomen aan de wens van de Tweede Kamer der Staten-Generaal om de ontwikkeling van de hoogte van de kinderbijslagen te relateren aan de ontwikkeling van het indexcijfer van de regelingslonen en zulks zowel voor de kinderbijslagen krachtens de algemene kinderbijslagverzekering als voor die krachtens de kinderbijslagverzekering voor loontrekkenden. Op grond echter van de overweging dat ook over dit onderdeel van het beleid ten aanzien van de kinderbijslagen het advies van de raad is gevraagd, is in de ontwerpen van wet slechts het beginsel van de aanpassing van de kinderbijslagen aan wijzigingen in de loonindex neergelegd. De desbetreffende ontwerpartiicelen bepalen dat de aanpassing van de kinderbijslagen zal plaatsvinden bij algemene maatregel van bestuur, onde:r nader bij algemene maatregel van bestuur, de Sociaal-Economische Raad gehoord, te stellen voorwaarden. ten einde de kinderbijslagen aan te passen aan belangrijke wijzigingen in het indexcijfer der lonen. "Aldus is het mogelijk aldus de toelichting bij dit ontwerpartikel ~ in deze uitvoering te geven aan de door de Kamer geuite wens en gelijktijdig het normale overleg met de Sociaal-Economische Raad, waaraan advies is gevraagd. te respecteren. De eerste ondergetekende zal voor zover nodig gaame bij de Sociaal- Economische Raad aandringen het gevraagde advies te bespoedigen". Dit laatste is geschied bij uw brief van 5 februari 1962 hoofdafd. Soc.Verz., no welke brief als bijlage hierachter is gevoegd. 3. Nu het beginsel van de koppeling van de kinderbijslagen aan de loonontwikkeling in de ontwerpen van wet met betrekking tot de kinderbijslagverzekering is opgenomen en de Tweede Kamer der Staten-Generaal dit beginsel reeds heeft aanvaard. meent de raad in het onderhavige advies van dit beginsel van de koppeling als een gegeven te kunnen uitgaan. Het heeft de brief van 5 februari 1962 aldus verstaan dat deze beoogt zijn oordeel te vra gen over de wijze waarop deze koppeling in feite dient te worden verwezenlijkt, Een advies over deze aangelegenheid behoeft niet te wachten op de hiervoren genoemde andere aspecten van het ten aanzien van de kinderbijslagen te voeren beleid. Het materiaal datde grondslag moet verschaffen voor een oordeel over de hoogte van de kinderbijslagen en de daarin aan te brengen differentiatie^ kan immers slechts inzicht geven in de verhoudingen van de beste-

5 dingen van gezinnen van verschillende omvang gedurende de periode van het budgetonderzoek. Een oordeel over de wenselijkheid van koppeling van de kinderbijslagen aan de loonontwikkeling kan daarop niet worden gebaseerd. Ten hoogste zouden hieromtrent aanwijzingen kunnen worden verkregen door vergelijking van de uitkomsten van opeenvolgende budgetonderzoeken. Door het uitbrengen vaa het onderhavige interimadvies wordt dan ook naar het oordeel van de raad niet vooruitgelopen op het advies over de hoogte van en de differentiatie in de kinderbijslagen. Het ligt, naar het de raad wil voorkomen, in de rede voor de aanpassing van de hoogte van de kinderbijslagen aan de loonontwikkeling een methodiek te volgen die zo nauw mogelijk aansluit bij die van de Algemene Ouderdomswet en van de Algemene Weduwenen Wezenwet. Krachtens de. Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwenen Wezenwet worden normalerwijze de uitkeringen aangepast indien gedurende een aaneengesloten periode van zes maanden het indexcijfer def regelingslonen een afwijking van gemiddeld ten minste 3% heeft vertoond van het indexcijfer waarop de laatste herziening is gebaseerd. Deze methode zal voor de kinderbijslagen echter niet volledig kunnen worden toegepast als gevolg van de kwartaalsgewijze uitkering achteraf van de kinderbijslagen. Het is administratief zeer bezwaarlijk in de loop van een kwartaal wijziging te brengen in de kinderbijslagen, Een herziening van de kinderbijslagen zal dus steeds moeten ingaan op de eerste dag van een kwartaal. Het is echter niet noodzakelijk dat de herziening eerst ingaat op de eerste dag van het kwartaal volgende op dat waarin de voorwaarden voor een herziening zijn vervuld. Een herziening gebaseerd op het indexcijfer van de laatste dag van de eerste maand van een kwartaal, kan ingaan op de eerste dag van dat kwartaal, zonder dat in de uitkering van de kinderbijslagen vertraging optreedt. Indien echter eerst op de laatste dag van de tweede of van de derde maand van een kwartaal aan de voorwaarden voor een herziening van de kinderbijslagen is voldaan, zal deze herziening eerst op de eerste dag van het volgende kwartaal kunnen ingaan. Op grond van het voorgaande geeft de raad ten aanzien van de methode van aanpassing van de kinderbijslagen het volgende in overweging: a. herziening van de kinderbijslagen vindt plaats indien gedurende een' periode van zes maanden na de laatste dag op welks indexcijfer de laatste herziening is gebaseerd, het indexcijfer van de lonen een afwijking van gemiddels 3% heeft vertoond van. het indexcijfer van eerstgenoemde dag; b. de herziening gaat in op de eerste dag van het lopende kalenderkwartaal, indien zij is gebaseerd op het indexcijfer van de laatste dag van de eerste maand van dat kwai-taal. Indien echter het indexcijfer van de laatste dag van de tweede of derde maand de grondslag vormt voor de herziening, gaat de herziening eerst in op de eerste dag van het volgende kwartaal, Bij deze methode zuuen dezelfde perioden in aanmerking worden genomen voor de herziening van de A.O»W.- en van de A.W.W.- pensioenen en van de kinderbijslagen. Er is echter dit verschil dat de herziening van de A.O.W.- en van de A.W.W.-pensioenen als regel ingaat op de dag welke volgt op die waarvan het index-

6 cijfer de grondslag vormt voor de herziening, terwijl voor de kinderbijslagen de datum van ingang op een ander tijdstip zal kunnen liggen. Indien het indexcijfer van de laatste dag van de eerr ste maandvan een kwartaal de grondslag vormt voor de herziening, gaat de herziening in op een vroeger tijdstip; Zij valt daarentegen op een later tijdstip indien de herziening is gebaseerd op het indexcijfer van de laatste dag van de tweede maand van het kwartaal. 4-. In de Algemene Ouderdomsv>ret en de Algeraene Weduwen- en Wezenwet zijn een tweetal afwijkingsmogelijkheden van de in de voorgaande paragraaf vermelde hoofdregel van de ^'automatische' aanpassing geopend. a. Artikel 9, derde lid, A.O.W. en artikel 19, derde lid, A.W.Wo scheppen de mogelijkheid dat tot herziening van de pensioenbedragen wordt overgegaan voordat zes maanden zijn verstreken sinds de laatste herziening of voordat de wijziging van het loonindexcijfer ten minste 3% bedraagt. Van deze afwijking van de hoofdregel kan echter slechts dan gebruik worden gemaakt indien daartoe naar het oordeel van de Kroon bijzondere aanleiding bestaat. Een stelsel van aanpassing van de kinderbijslagbedragen, dat 20 nauw mogelijk aansluit aan het stelsel van de Algemene Ouderdomswet en van de Algemene Weduwen- en Wezenwet zal ook deze mogelijkheid dienen te kennen, b. Een tweede mogelijkheid tot afwijking van de hoofdregel van de aanpassing bevatten ten slotte de artikelen 9. vijfde lid. A.O.WJ en 19, vijfde lid, A.W.W,, inhoudende dat indien toepassing van de hoofdregel ertoe zou leiden dat voor de uitkeringsgerechtigden een wijziging in hun reele nettoinkomsten zou optreden welke niet of niet in dezelfde of nagenoeg dezelfde mate geldt voor de groep dergenen op wie het indexcijfer van de lonen betrekking heeft, een zodanige herziening van de bedragen plaatsvindt dat deze wijziging in de verhouding van de reele nettoinkomsten achterwege blijft. Van deze mogelijkheid is tot dusverre gebruik gemaakt om bij de afschaffing, reap, vermindering van consumentensubsidies de pensioenbedragen relatief meer te verhogen dan overeenkomend met de stijging van het indexcijfer. In een regeling als de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet past een dergelijk voorschrift. aangezien de hierdoor mogelijk geworden afwijking van de automatische aanpassing noodzakelijk kan zijn om de beoogde verhouding tussen de bestedingsmogelijkheden van de actieven en die van de bejaarden reap, de weduwen te handhaven. De vraag of een dergelijk voorschrift ook op zijn plaata is in een regeling van de kinderbijslagen meent de raad bevestigend te moeten beantwoorden. De kinderbijslagen beogen een tegemoetkoming te geven in de additionele gezinsuitgaven welke door de aanwezigheid van kinderen worden veroorzaakt. Het valt te verwachten dat bij stijging van het niveau van de nominale inkomens ook deze additionele gezinsuitgaven zullen stijgen en wel ongeveer recht evenredig met de stijging van de nominale inkomens, ongeacht of de stijging van de nominale inkomens al dan niet een reele inko-

7 menssdjgiag representeert. De aanpassing van de kinderbijslagen is dus een middel cm een redelijk geachte verhouding tussen kinderbijslagen en additionele gezinsuitgaven per kind te handhaven. Er kunnen zich echter'bmstandi^eden voordoen waarbij door een parallelliteit van de ontwikkeling van kinderbijslagen en loonindexcijfer,de redelijk geachte verhouding tussen kinderbijslagen en additionele gezinsuitgaven wordt verstoord.. In een dergelijke situatie zal, gelet op dedoelstelling van de kinderbijslagen, een herstel van laatstgenoemde verhouding dienen te prevaleren boven de parallelliteit van de ontwikkeling van kinderbijslagen eii loonindexcijfer, welke immers slechts een technisch hulpmiddel. is om het met de kinderbijslagen beoogde doel in feite te bereiken. Zo zal naar het oordeel van de raad een stijging van het loonindexcijfer, welke mede wordt veroorzaakt door een loonsverhoging ter compensatie van een verhoging van de premiebetaling voor een sociale verzekeritg, niet tot een verhoging van de kinderbijslagen aanleiding dienen te geven. Anderzijds is het denkbaar dat een maatregel welke een duidelijke invlqed heeft op de additionele gezinsuitgaven per kind, aanleiding is tot een h6rzieningvan de kinderbijslagen, onafhankelijk van de wijzigingen in de loonindex, bijv. wijziging in het verschuldigde schoolgeld voor kinderen van 16 jaar en ouder. Ten slotte zij gewezen op de mogelijkheid dat over een langere periode gezien, structurele wijzigingen optreden in het bestedingspatroon van gezinnen met kinderen, waardoor de additionele gezinsuitgaven per kind sneller of minder snel stijgen dan de nominale inkomens. Dit zou uit periodiek te herhaien budgetonderzoeken kunnen blijken. Het voorgaande toont aan dat ook voor de herziening van de kin-' derbijslagen behoefte zal bestaan aan een bepaling als die, vervat in artikel 9, vijfde lid, A.O.W. en artikel 19, vijfde lid, A.W.W, Het desbetreffende voorschrift zal echter een ander criterium dienen in te houden dan dat hetwelk de genoemde artikelen van de Algemene Ouderdomswet en de Algeraene Weduwen- en Wezenwet kennen. Voor de kinderbijslagen ligt het veeleer in de rede als criterium voor de toepassing van de onderhavige bepaling te bezigeh het optreden van wijzigingen in de verhouding tussen de kinderbijslagen en de additionele gezinsuitgaven per kind. Resumerend is de raad van oordeel dat voor de aanpassing van de kinderbijslagen aan de ontwikkeling van het loonindexcijfer de in de Algeraene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet gebezigde methodiek kan worden gevolgd; met dien verstande echter dat: a. in verband met de kwartaalsgewijze uitkering van de kinderbijslagen de herziening van de bedragen der kinderbijslagen op de eerste dag van een kalenderkwartaal zal dienen in te gaan; b. als criterium voor afwijking van de hoofdregel voor de aanpassing moet worden gebezigd het optreden van een wijziging in de verhouding tussen kinderbijslagen en additionele gezinsuitgaven per kind bij toepassing van de hoofdregel. Ten slotte is de raad van oordeel dat het aanueveling verdient, in navolging van hetgeen in de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet is geschied, de bij de herzie-

8 ning van de kinderbijslagen te volgen raethode te zijner tijd als» nog in de kinderbijslagwetten zelve neer te leggen.. 5. Uit het vorenstaande is gebleken dat voor een beoordeling van het ten aanzien van de kinderbijslagen te voeren beleid, een zo goed mogelijk inzicht in de additionele gezinsuitgaven per kind is vereist. Het ontbreken daarvan bemoeilijkt thans de oordeelsvoiming van de raad over de hem voorgelegde adviesaanvrage. Te verwachten valt dat ook in de toekomst, niettegenstaande de aanvaarding van het beginsel van de waardevastheid van de kinderbijslagen, periodiek behoefte zal bestaan aan gegevens over de ontwikkeling van de additionele gezinsuitgaven per kind. Aan deze behoefte kan slechts worden tegemoetgekomen door periodiek zodanig breed opgezette budgetonderzoeken te houden dat daaraan de gewenste gegevens kunnen worden ontleend. De raad is van oordeel dat de omvang van de door middel van de kinderbijslagen tot stand gebrachte inkomensoverdrachten ten voile de arbeid en de daaruit voortvloeiende kosten rechtvaardigen, welke nodig zijn cm de gegevens te verkrijgen v^raaraan kan worden getoetst of het met de inkomensoverdrachten beoogde doel in feite ook wordt verwezenlijkt. CM.VERRIJN STUART. voorzitter. HUB.L.JANSEN, algemeen secretaris.

9 BI.ILAGE Afschrift van de brief van de staatssecretaris van Soeiale Zaken en Volksgezondheid van 5 februari 1962, no. 595, hoofdafd. Soc. Verz., aan de raad Bij schrijven van 24 februari 1961, no. 772, Afdeling Soeiale Verzekering, heeft de ondergetekende de zienswijze van uw Raad gevraagd met betrekking tot het vraagstuk van de hoogte van de kinderbijslagen, in het bijzonder in het licht van de vraag, naar welke maatstaven naar de mening van uw Raad in de naaste toekomst de kinderbijslagen dienen te worden vastgesteld. In de toelichting op de Tweede Nota van Wijziging op het ontwerp- Algemene Kinderbijslagverzekering is er met betrekking tot de waardevastheid van de kinderbijslagen van de zijde der Regering op gewezen (biz, 10, linkerkolom, onder b) dat het in het voomemen lag het advies van uw Raad omtrent het bovenomschreven vraagstuk af te wachten. Aangezien het in de bedoeling ligt, indien het ontwerp-algemene Kinderbijslagwet binnen afzienbare tijd tot wet wordt verheven, deze wet met ingang van 1 januari 1963 in werking te doen treden< moge ik u verzoeken uw bovenbedoeld advies zoveel mogelijk te willen bespoedigen

10 SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD 's-gravenhage. 23 maart 1962 Advies inzake de vrijstelling van ongehuwde vrouwen van 45 jaar en ouder van premiebetaling kraehtens de algemene kinderbijslag^ verzekering Aan de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Volksgezondheid Bij brief van 13 juni no. 2304, Afd. Sociale Verzekering II, heeft Uwe Excellentie de raad verzocht zich te beraden over de vraag of er, in verband met de totale lasten welke de ongehuwden en in het bijzonder de ongehuwde vrouwen kraehtens dewettelijke sociale verzekeringen zijn opgelegd en de daartegenover staande aanspraken, aanleiding gevonden zou kunnen worden op enigerlei wijze een compensatie te zoeken. In uw nadere brief van 5 februari no. 595, Hoofdafd, Soc.Verz., welke als bijlage hiei^ achter is gevoegd, verzoekt u de raad het gevraagde advies zoveel mogelijk te bespoedigen, aangezien inmiddels bij Tweede Nota van Wijziging in het ontwerp van wet Algemene Kinderbijslagverzekering een bepaling is opgenomen, waarbij de mogelijkheid wordt geopend om bij algemene maatregel van bestuur ongehuwde vrouwen die de leeftijd van 45 jaar hebben bereikt, van de heffing van premie vrij te stellen. Op dit punt zullen derhalve uitvoeringsmaatregelen moeten worden getroffen alvorens het ontwerp, nadat het tot wet is verheven, in werking kan treden. Blijkens uw brief ligt het in het voornemen zo mogelijk het tijdstip van inwerkingtreding te stellen op 1 januari 1963,. hetgeen met zich brengtjdat, gelet op de met de voorbereiding van de uitvoeringsmaatregelen gemoeide tijd. een advies van de raad op korte termijn op prijs wordt gesteld. De raad vreest dat het niet mogelijk zal zijn het gevraagde advies over de verhouding tussen gehuwden en ongehuwden in de sociale verzekeringen, op een zodanig vroeg tijdstip uit te brengen dat het daarin vervatte oordeel van de raad over deze problematiek mede in aanmerking kan worden genomen bij de beantwoording van de vraag of, en zo ja op welke wijze, gebruik moet worden gemaakt van de in het ontwerp van wet Algemene Kinderbijslagverzekering verleende bevoegdheid een bepaalde categorie van ongehuwde vrouwen van premiebetaling vrij te stellen. Het is hem gebleken dat een kwantificering van de verhouding tussen lasten en potentisle aanspraken van de gehuwden enerzijds en van de

11 ongehuwden anderzijds, op grote raoeilijkheden stuit. Het constateren van de aanwezigheid van verschillen is voorts niet voldoende om wijziging in de genoemde verhouding te bepleiten, aangezien deze verschillen bij de totstandkoming van de onderscheiden wetten bewust zijn aanvaard. Onderzocht zal derhalve dienen te worden of er sindsdien zodanige wijzigingen zijn opgetreden, mede als gevolg van het cumulatief effect van de onderscheidene voorzieningen, dat het redelijk moet worden geacht in de positie van de ongehuwden ten opzichte van de gehuwden veranderingen aan te brengen. Hoewel de raad derhalve thans nog geen definitief oordeel kan geven over de hem voorgelegde adviesaanvrage, is het hem wel mogelijk een uitspraak erover te doen of het waarschijnlijk is dat de in het ontwerp van wet Algemene Kinderbijslagverzekering verleende bevoegdheid een bepaalde categorie van ongehuwde vrouwen van premiebetaling vrij te stellen, zal passen in eventuele voorstellen ter verbetering van de positie van de ongehuwden. Hij meent deze vraag ontkennend te raoeten beantwoordcn en wel op grond van de volgende overwegingen. De in het ontwerp van wet Algemene Kinderbijslagverzekering opgenomen mogelijkheid tot tegemoetkoming voor de ongehuwden beperkt zich tot de ongehuwde vrouwen van 45 jaar en ouder, Bovendien is zij slechts van betekenis voor die vrouwen die niet in loondienst werkzaam zijn. Dit vloeit voort uit de regeling van de premiebetaling voor de algemene kinderbijslagverzekering, waarbij de premie door de werkgever zal worden betaald. In deze opzet zou een vrijstelling van premiebetaling de werkgever ten goede komen en niet de ongehuwde vrouw. De in het ontwerp van wet Algemene Kinderbijslagverzekering opgenomen tegemoetkoming voor de ongehuwde vrouwen.van 45 jaar of ouder die niet in dienstbetrekking zijn, kan derhalve niet een onderdeel worden van een voorziening van meer algemene aard welke aan alle ongehuwden ten goede komt. Doorvoering van de faciliteit, vooruitlopende op eventuele voorstellen van wijder strekking, impliceert dus dat, ofwel de bijzondere faciliteit krachtens de algemene kinderbijslagverzekering weer moet worden ingetrokken, ofwel een belangrijke beperking wordt opgelegd bij de keuze uit de verschillende mogelijkheden om de positie van de ongehuwden te verbeteren. Daarbij komt dat naar het aanvankelijk oordeel van de raad een eventuele noodzakelijke verbetering van de positie van de ongehuwden door het aanbrengen van differentiatie in de premiebetaling, al naar gelang de burgerlijke staat van de premieplichtigen, ernstige bezwaren ontmoet. Hij acht dit voorshands weinig in overeenstemming met de opzet van de desbetreffende regelingen, Op grond van het vorenstaande geeft de raad Uwe Excellentie in overweging voorshands geen gebruik te maken van de in het ontwerp van wet Algemene Kinderbijslagverzekering gegeven bevoegdheid een bepaalde categorie van ongehuwde vrouwen van premiebetaling vrij te stellen. Hij vertrouwt dat zijn advies over het algemene vraagstuk van de verhouding tussen gehuwden en ongehuwden in de sociale verzekering op een zodanig tijdstip zal kunnen worden uitgebracht dat het verantwoord moet worden

12 geacht te wachten met een definitieve beslissing over de toepassing van deze faciliteit, totdat daarbij mede dit advies van de raad in de beschouwing kan wordeii betrokken. G.M.VERRIJN STUART. voorzitter. HUB.L.JANSEN, algemeen secretaris,

13 BIJLAGE Afschrift van de brief van 5 februari 1962, no Hoofdafd. SocVerz. Afd. V.V., van de staatssecretaris van Soclale Zaken en Volksgezondheid aan de raad Bij mijn brief van 13 juni 1961, no. 2304, afdeling Sociale Verzekeriug II, heeft de ondergetekende uw raad verzocht zich te beraden omtrent de vraag of er in verband met de totale lasten, welke de ongehuwden en in het bijzonder de ongehuwde vrouwen krachtens de wettelijke sociale verzekering zijn opgelegd, en de daartegenover staande aanspraken, aanleiding zou kunnen worden gevonden op enigerlei vvijze een compensatie te zoeken, Zoals u bekend is, heeft de regering bij Tweede Nota van Wijziging in het wetsontwerp-algemene Kinderbijslagverzekering, welk wetsontwerp inmiddels door detweede Kamer der Staten-Generaal is aanvaard, een bepaling opgenomen, waarbij de mogelijkheid wordt geopend om bij algemene maatregel van bestuur ongehuwde vrouwen, die de leeftijd van 45 jaar hebben bereikt, onder daarbij te stellen voorwaarden en beperkingen, van de heffing van premie vrij te stellen. De regering heeft door ten deze de vorm van een algemene maatregel van bestuur te kiezen de mogelijkheid willen openhouden het advies van uw College omtrent het bovenomschreven vraagstuk af te wachten. Aangezien het in de bedoeling ligt, indien het ontwerp-algemene Kind erbij slag wet binnen afzienbare tijd tot wet wordt verheven, deze wet met ingang van 1 januari 1963 in werking te doen treden, moge ik u in verband met de tijdige voorbereiding van de ook op dit punt te treffen uitvoeringsmaatregelen verzoeken uw advies te dezer zake zoveel mogelijk te willen bespoedigen.

SOGIAAL-ECQNQMISCHE RAAD ADVIES. INZAKE DE REGELEN BETREFFENDE DE AANPASSING VAN DE KINDERBIJSLAGEN AAN HET INpEXCUFER DER LONEN.

SOGIAAL-ECQNQMISCHE RAAD ADVIES. INZAKE DE REGELEN BETREFFENDE DE AANPASSING VAN DE KINDERBIJSLAGEN AAN HET INpEXCUFER DER LONEN. SOGIAAL-ECQNQMISCHE RAAD ADVIES INZAKE DE REGELEN BETREFFENDE DE AANPASSING VAN DE KINDERBIJSLAGEN AAN HET INpEXCUFER DER LONEN SERl UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD Bezuidenhoutseweg 60, 's-gravenhage

Nadere informatie

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES OVER EEN HERZIENING VAN DE.UITKERINGSBEDRAGEN INGEVOLGE VERSCHILLENDE SOCIALE-VERZEKERINGS- WETTEN IN VERBAND MET DE HUURVERHOGING PER 1 JANUARI1966-.,SER) UITGAVE VAN DE

Nadere informatie

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES OVER

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES OVER SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES OVER EEN VERHOGING VAN DE UITKERINGEN KRACHTENS DE ALGEMENE OUDERDOMSWET EN DE ALGEMENE WEDUWEN- EN WEZENWET TER COMPENSATIE VAN EEN VERHOGING VAN DE HUREN UITGEBRACHT

Nadere informatie

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE DE VERHOGING VAN SOCIALE-VERZEKERINGSUITKERINGEN PER.1JANUARI1967 ,SER)

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE DE VERHOGING VAN SOCIALE-VERZEKERINGSUITKERINGEN PER.1JANUARI1967 ,SER) SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE DE VERHOGING VAN SOCIALE-VERZEKERINGSUITKERINGEN PER.1JANUARI1967,SER) UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD 1967, no. 1 SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE

Nadere informatie

SOCIAAL-ECONOMISCHE ADVIES INZAKE WIJZIGING VAN DE WET OP HET PREVENTIEFONDS UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD

SOCIAAL-ECONOMISCHE ADVIES INZAKE WIJZIGING VAN DE WET OP HET PREVENTIEFONDS UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES INZAKE WIJZIGING VAN DE WET OP HET PREVENTIEFONDS UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD Bezuidenhoutseweg 60, 's-gravenhage SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES INZAKE WIJZIGING

Nadere informatie

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE VERHOGING VAN DE DAGLONEN KRACHTENS ARTIKEL 23 VAN DE WET OVERGANGSREGELING ARBEIDSONGESCHIKTHEIDS- VERZEKERING EN ARTIKEL 15, EERSTE LID, VAN DE WET OP DE ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSVERZEKERING

Nadere informatie

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE VERLAGING VAN DE LEEFTIJDSGRENS VAN 50 JAAR IN DE ALGEMENE WEDUWEN- EN WEZENWET SERJ

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE VERLAGING VAN DE LEEFTIJDSGRENS VAN 50 JAAR IN DE ALGEMENE WEDUWEN- EN WEZENWET SERJ SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE VERLAGING VAN DE LEEFTIJDSGRENS VAN 50 JAAR IN DE ALGEMENE WEDUWEN- EN WEZENWET SERJ UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD 96, no. 7 SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD

Nadere informatie

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES 1 SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES INZAKE VERHOGING VAN DE UITKERINGSBEDRAGEN INGEVOLGE, VERSCHILLENDE SOCIALE VERZEKE- RINGSWETTEN IN VERB/J^JD MET DE STIJGING VAN HET INDEXCIJFER DER LONEN SER) UITGAVE

Nadere informatie

SOCIAAL-ECONOMISCFIE RAAD AD VIES INZAKE EEN VERHOGING VAN VERSCHILLENDE SOCIALE-VERZEKERINGSUITKEIUNGEN PER 1 JANUARI 1966 SER]

SOCIAAL-ECONOMISCFIE RAAD AD VIES INZAKE EEN VERHOGING VAN VERSCHILLENDE SOCIALE-VERZEKERINGSUITKEIUNGEN PER 1 JANUARI 1966 SER] SOCIAAL-ECONOMISCFIE RAAD AD VIES INZAKE EEN VERHOGING VAN VERSCHILLENDE SOCIALE-VERZEKERINGSUITKEIUNGEN PER 1 JANUARI 1966 SER] UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD 1966, no. 2 SOCIAAL-ECONOMISCHE

Nadere informatie

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES OVER EEN HERZIENING VAN DE UITKERINGSBEDRAGEN INGEVOLGE VERSCHILLENDE SOCIALE VERZEKERINGS- WETTEN IN VERBAND MET HUURVERHOGING SERJ UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE

Nadere informatie

Uit de verstrekte gegevens blijkt dat de compensatieregelingen leiden tot de volgende tegemoetkomingen:

Uit de verstrekte gegevens blijkt dat de compensatieregelingen leiden tot de volgende tegemoetkomingen: Directoraat-Generaal Belastingdienst/ Brieven en beleidsbesluiten Besluit van 22 januari 2010, nr. DGB 2010/415 M, Staatscourant 2010, 1372 De staatssecretaris van Financiën heeft het volgende besloten.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 27 095 Wijziging van de wet van 22 december 1994 tot nadere wijziging van de Algemene Kinderbijslagwet, de Ziekenfondswet en de Algemene Wet Bijzondere

Nadere informatie

REGELING INVALIDITEITSPENSIOEN

REGELING INVALIDITEITSPENSIOEN STICHTING BEDRIJFSPENSIOENFONDS VOOR DE AGRARISCHE EN VOEDSELVOORZIENINGSHANDEL Prins Mauritsplein 29 2582 ND 's-gravenhage Telefoon: 070-3381020 Fax : 070-3503531 Website: www.bpfavh.nl Postbus 84330

Nadere informatie

Vaststelling AOW/AWW-bedragen per 1 maart 1996 SZW

Vaststelling AOW/AWW-bedragen per 1 maart 1996 SZW Vaststelling AOW/AWW-bedragen per 1 maart 1996 SZW 26 februari 1996/nr. SV/VP/86/0766 Directie Sociale Verzekeringen De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Gelet op de artikelen 12 en

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 475 Invoeging van een nieuw artikel 3b van de Ziekenfondswet Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING Met ingang van 1 juli 1994 trad de Wet van 9 juni

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1978-1979 15 339 Wijziging van de inkomstenbelasting en de loonbelasting in het kader van het belastingplan 1979 Nr. 4 BIJLAGEN BIJ DE MEMORIE VAN TOELICHTING

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1998 309 Besluit van 14 mei 1998 tot wijziging van het Besluit uitbreiding en beperking kring verzekerden volksverzekeringen 1989 Wij Beatrix, bij

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2001 27 Besluit van 2 januari 2001, houdende wijziging van het Besluit uitbreiding en beperking kring verzekerden volksverzekeringen 1999 Wij Beatrix,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 1985-1986 18813 Wijzigingen van bepalingen in de Algemene Bijstandswet die betrekking hebben op het verhaal van kosten van bijstand Nr. 16 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS

Nadere informatie

Fiscale gevolgen collectieve compensatieregelingen voor beleggingsverzekeringen

Fiscale gevolgen collectieve compensatieregelingen voor beleggingsverzekeringen DD-NR Regelingen en voorzieningen CODE 3.2.1.6 Fiscale gevolgen collectieve compensatieregelingen voor beleggingsverzekeringen tekst bronnen Besluit van de staatssecretaris van Financiën d.d. 6.7.2009

Nadere informatie

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE VERHOGING VAN DE UITKERINGSBEDRAGEN INGEVOLGE VERSCHILLENDE SOCIALE-VERZEKERINGSWETTEN PER 1 OKTOBER 1966

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE VERHOGING VAN DE UITKERINGSBEDRAGEN INGEVOLGE VERSCHILLENDE SOCIALE-VERZEKERINGSWETTEN PER 1 OKTOBER 1966 SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE VERHOGING VAN DE UITKERINGSBEDRAGEN INGEVOLGE VERSCHILLENDE SOCIALE-VERZEKERINGSWETTEN PER 1 OKTOBER 1966 SERJ UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD 1966, no.

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 1984-1985 Nr. 145b 16833 Wijziging van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945 (Stb. 1977,494) NADERE MEMORIE VAN ANTWOORD Ontvangen 14 mei 1985

Nadere informatie

Vrijwillige premie beroepspensioenregeling werknemer

Vrijwillige premie beroepspensioenregeling werknemer Vrijwillige premie beroepspensioenregeling werknemer Inleiding Dit memo bevat de argumenten voor de fiscale aftrek van de premie betreffende het vrijwillige gedeelte van een beroepspensioenregeling bij

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 31 769 Wijziging van het Burgerlijk Wetboek en enkele bijzondere wetten in verband met de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen Nr.

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2001 259 Wet van 17 mei 2001 tot wijziging van de Werkloosheidswet en de Wet op de (re)integratie arbeidsgehandicapten in verband met de invoering

Nadere informatie

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES. INZAKE VERHOGIN.G VAN DE KBMDERBIJSLAGEN m VERBAND MET DE BELASTINGAANPASSING PER 1 JULI 1965 SER

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES. INZAKE VERHOGIN.G VAN DE KBMDERBIJSLAGEN m VERBAND MET DE BELASTINGAANPASSING PER 1 JULI 1965 SER SOCIAALECONOMISCHE RAAD ADVIES INZAKE VERHOGIN.G VAN DE KBMDERBIJSLAGEN m VERBAND MET DE BELASTINGAANPASSING PER 1 JULI 196 SER UlTGAVE VAN DE SOCIAALECONOMISCHE RAAD 196, no. SOCIAALECONOMISCHE RAAD AD

Nadere informatie

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Sociale Verzekeringen Nr. SV/GSV/01/52463 Nader rapport inzake het voorstel van wet tot wijziging van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1999 461 Wet van 28 oktober 1999, houdende uitbreiding van de kring van verzekerden ingevolge de Ziekenfondswet met zelfstandigen voor wie, gelet

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1990-1991 22187 Ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid IMr. 2 BRIEF VAN DE MINISTER EN DE STAATSSECRETARIS VAIM SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter

Nadere informatie

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van,

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van, Besluit van houdende wijziging van het Bijdragebesluit zorg en het Besluit maatschappelijke ondersteuning in verband met verzachting van de vermogensinkomensbijtelling voor de eigen bijdrage AWBZ en Wmo

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 403 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Overige fiscale maatregelen 2013) Nr. 12 TWEEDE NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen

Nadere informatie

Invoering van pensioen- en lijfrente-excedentregelingen (Wet pensioenaanvullingsregelingen) VOORSTEL VAN WET

Invoering van pensioen- en lijfrente-excedentregelingen (Wet pensioenaanvullingsregelingen) VOORSTEL VAN WET Invoering van pensioen- en lijfrente-excedentregelingen (Wet pensioenaanvullingsregelingen) VOORSTEL VAN WET Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 856 Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en enkele andere wetten teneinde nader inhoud te geven aan het beginsel van openbaarheid

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1997 30 Besluit van 16 januari 1997, houdende uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken (Uitvoeringsbesluit Wet waardering onroerende zaken)

Nadere informatie

TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL

TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL 2 Vergaderjaar 2010-2011 32 856 Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en enkele andere wetten teneinde nader inhoud te geven aan het beginsel van openbaarheid

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 073 Aanpassing van enige arbeidsrechtelijke bepalingen die een belemmering kunnen vormen voor werknemers en ambtenaren die na de AOW-gerechtigde

Nadere informatie

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN Jaargang 2014 No. 4 Landsbesluit, houdende algemene maatregelen, van de 10 de januari 2014 tot vaststelling van de jaarlijkse bijdrage van het Land aan het Algemeen Fonds

Nadere informatie

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN Jaargang 2011 No. 37 Onderlinge regeling inzake toedeling bijzondere AOVcategorie opvolging Sociale Verzekeringsbank Nederlandse Antillen Onderlinge regeling in de zin

Nadere informatie

Wet op de loonvorming Wet van 12 februari 1970, houdende regelen met betrekking tot de loonvorming

Wet op de loonvorming Wet van 12 februari 1970, houdende regelen met betrekking tot de loonvorming Wet op de loonvorming Wet van 12 februari 1970, houdende regelen met betrekking tot de loonvorming (Wet op de loonvorming [Versie geldig vanaf: 17-02-1999]) Geschiedenis: Staatsblad 1997, 63;Staatsblad

Nadere informatie

NOTA VAN WIJZIGING. Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

NOTA VAN WIJZIGING. Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: 32421 Wijziging van verschillende wetten in verband met harmonisatie en vereenvoudiging van deze wetten ten behoeve van de uitvoering van die wetten door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 212 Wijziging van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen in verband met het aanbrengen van grondslagen die hervorming van en

Nadere informatie

Gedeputeerde staten, Besluiten vast te stellen de Beleidsregel actieve openbaarheid Zuid-Holland 2017.

Gedeputeerde staten, Besluiten vast te stellen de Beleidsregel actieve openbaarheid Zuid-Holland 2017. Besluit van gedeputeerde staten van Zuid-Holland van 13 december 2016, PZH-2016-573388038 (DOS-2016-0012132) tot vaststelling van de Beleidsregel actieve openbaarheid Zuid-Holland 2017 (Beleidsregel actieve

Nadere informatie

Rapport. Datum: 2 oktober 2000 Rapportnummer: 2000/336

Rapport. Datum: 2 oktober 2000 Rapportnummer: 2000/336 Rapport Datum: 2 oktober 2000 Rapportnummer: 2000/336 2 Klacht Op 6 maart 2000 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van mevrouw mr. S. te Leiden, met een klacht over een gedraging van ANOVA

Nadere informatie

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES INZAKE HEX VRAAGSTUK VAN DE ARBEIDSTIJD- VERKORTING VOOR JEUGDIGEN VAN 15 t/m 17 JAAR EN DAARMEDE VERBAND HOUDENDE EVENTUELE WIJZIGINGEN VAN DE ARBEIDSWET 1919 EN ADVIES

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1995 Nr. 100

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1995 Nr. 100 15 (1992) Nr. 3 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1995 Nr. 100 A. TITEL Raamverdrag inzake vriendschap en nauwere samenwerking tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek

Nadere informatie

Artikel 63 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen

Artikel 63 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen Memo Van prof. Mr. Ch.P.A. Geppaart Onderwerp Artikel 63 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen 1. Via het hoofd van de afdeling Directe belastingen van het Ministerie van Financiën ontving ik Uw

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 632 Wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (de maatstaf voor de duur van het recht op uitkering en enige andere onderwerpen)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 30 936 Wijziging van de Wet werk en bijstand in verband met aanpassing van het recht op bijstand bij verblijf buiten Nederland Nr. 4 ADVIES RAAD

Nadere informatie

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN Jaargang 2016 No. 43 Landsbesluit, houdende algemene maatregelen, van 4 augustus 2016 tot wijziging van de dagloongrenzen voor 2015, genoemd in de Landsverordening ongevallen

Nadere informatie

UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden.

UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden. Nr 3213 ar. JZio GEMEENTE DORDRECHT UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden. Artikel l Deze verordening verstaat onder: a. ontslag: ontslag als bedoeld in artikel H 12a van het Algemeen Ambtenarenreglement

Nadere informatie

IN NAAM DER KONINGIN! DE GOUVERNEUR van de Nederlandse Antillen,

IN NAAM DER KONINGIN! DE GOUVERNEUR van de Nederlandse Antillen, LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, van de tot wijziging van het Landsbesluit houdende algemene maatregelen van de 21ste december 1965 ter uitvoering van artikel 26 lid 7 van de Landsverordening

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 2 mei

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 2 mei A D V I E S Nr. 1.559 ----------------------------- Zitting van dinsdag 2 mei 2006 ---------------------------------------- Generatiepact - Financiering gezondheidszorg x x x 2.162/6-1 Blijde Inkomstlaan,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 19961 Voorstel van Wet van de leden Wolters, G. Terpstra en Gerritse tot wijziging van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag en enige sociale

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2000 2001 Nr. 322 27 692 Het stellen van nadere regels in verband met de introductie van een toeslagregeling ter compensatie van het gemis aan overhevelingstoeslag

Nadere informatie

Stichting E3 van de Ar beid

Stichting E3 van de Ar beid Stichting E3 van de Ar beid Pens./441a Paraplu/2a Aan de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Postbus 90801 2509 LV DEN HAAG s-gravenhage 20 j Unl 1991 Ons kenmerk S. A. 91.13511/K Uwkenmerk

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2005:AT2864

ECLI:NL:CRVB:2005:AT2864 ECLI:NL:CRVB:2005:AT2864 Instantie Datum uitspraak 29-03-2005 Datum publicatie 31-03-2005 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 02/6235 AOW/ANW e.a. Bestuursrecht

Nadere informatie

No.W /III 's-gravenhage, 8 april 2008

No.W /III 's-gravenhage, 8 april 2008 ................................................................................... No.W12.08.0065/III 's-gravenhage, 8 april 2008 Bij Kabinetsmissive van 22 februari 2008, no.08.000558, heeft Uwe Majesteit,

Nadere informatie

Advies- en Arbitragecommissie Rijksdienst

Advies- en Arbitragecommissie Rijksdienst Advies- en Arbitragecommissie Rijksdienst AAN: De Centrales van Overheidspersoneel, toegelaten tot het Sectoroverleg Rijkspersoneel De Voorzitter van het Sectoroverleg Rijkspersoneel Bijlagen 1 AAC/92.064

Nadere informatie

No.W /IV 's-gravenhage, 2 november 2005

No.W /IV 's-gravenhage, 2 november 2005 ... No.W12.05.0420/IV 's-gravenhage, 2 november 2005 Bij Kabinetsmissive van 28 september 2005, no.05.003628, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, bij

Nadere informatie

A 2012 N 2 PUBLICATIEBLAD

A 2012 N 2 PUBLICATIEBLAD A 2012 N 2 PUBLICATIEBLAD MINISTERIËLE REGELING, MET ALGEMENE WERKING, van de 17 de januari 2012 tot wijziging van de Gezamenlijke beschikking AOV/AWW en loonbelasting 1976 1 DE MINISTER VAN FINANCIËN

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:1999:AA3765

ECLI:NL:RBROT:1999:AA3765 ECLI:NL:RBROT:1999:AA3765 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 01-04-1999 Datum publicatie 10-11-2004 Zaaknummer VMEDED 99/366-Sl Rechtsgebieden Bestuursrecht Bijzondere kenmerken Voorlopige voorziening

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 606 Het onderbrengen van de zorg, bestaande uit duurzaam verblijf en verzorging in een verzorgingshuis, in de aanspraken op grond van de Algemene

Nadere informatie

Beoordeling. h2>klacht

Beoordeling. h2>klacht Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt erover dat gerechtsdeurwaarder X het vonnis van de kantonrechter d.d. 18 december 2007 heeft betekend, terwijl hij verzoeker niet eerst heeft uitgenodigd dan wel heeft

Nadere informatie

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN Jaargang 2017 No. 6 Landsbesluit, houdende algemene maatregelen, van de 16 de januari 2017 tot aanpassing van de dagloongrenzen voor 2016, genoemd in de Landsverordening

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 352 Besluit van 17 juli 2012 tot vaststelling van de procedure voor verlenging van vergunningen als bedoeld in artikel 20.2 van de Telecommunicatiewet

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2013 117 Besluit van 28 maart 2013 tot aanpassing van diverse besluiten in verband met de Wet vereenvoudiging regelingen SVB 0 Wij Beatrix, bij de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 25 816 Regels inzake een regulerende heffing op het gebruik van wegen in de Randstad tijdens spitsuren (Wet op het rekeningrijden) Nr. 8 NOTA VAN

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 33 212 Wijziging van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen in verband met het aanbrengen van grondslagen die hervorming van en

Nadere informatie

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Sociale Verzekeringen Nr. SV/V&V/2002/22099 Nader rapport inzake het voornemen tot opzegging van het op 14 februari 1972 te Rabat ondertekende Algemeen

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 201010673/1 A/1. Datum uitspraak: 25 juni 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 275 Besluit van 18 mei 1995, houdende vaststelling van maatstaven die bij het in artikel 7a, eerste lid, van de Wet opneming buitenlandse pleegkinderen

Nadere informatie

Uit de toelichting op het aangenomen amendement blijkt dat met woonkosten, naast huur, ook gedoeld wordt op kosten eigen woning.

Uit de toelichting op het aangenomen amendement blijkt dat met woonkosten, naast huur, ook gedoeld wordt op kosten eigen woning. Parlementaire geschiedenis Verhoging beslagvrije voet met woonkosten (art. 475d lid 5 onder b Rv) Belangrijke passages 1 Van 1 april 1991 tot 1 januari 1996 1 Van 1 januari 1996 tot 29 juni 1996 6 Van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 26 826 Wijziging van de Wet op de jeugdhulpverlening in verband met de gelijkstelling van stadsregio s met een provincie Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING

Nadere informatie

: Loyalis Schade N.V., gevestigd te Heerlen, verder te noemen Verzekeraar

: Loyalis Schade N.V., gevestigd te Heerlen, verder te noemen Verzekeraar Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2015-208 (mr. R.J. Verschoof, voorzitter, en mr. B.F. Keulen en drs. L.B. Lauwaars R.A., leden en mr. A. Westerveld, secretaris) Klacht ontvangen

Nadere informatie

besluit vast te stellen de Bijlage van de gemeente Wijchen bij de Verordening tegenprestatie

besluit vast te stellen de Bijlage van de gemeente Wijchen bij de Verordening tegenprestatie Het Algemeen Bestuur van de Modulaire Gemeenschappelijke Regeling Rijk van Nijmegen (MGR), gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van de gemeente Wijchen van 6 januari 2015; gelet op artikel

Nadere informatie

Aanvullend pensioenreglement "Excedent middelloon "

Aanvullend pensioenreglement Excedent middelloon Aanvullend pensioenreglement "Excedent middelloon " STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR HET BEROEPSVERVOER OVER DE WEG voor de werknemers geboren op of na 1 januari 1950 ORSIMA April 2018 1 Voorwoord

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 26 711 Wijziging van de Pensioen- en spaarfondsenwet en enige andere wetten (recht van keuze voor ouderdomspensioen in plaats van nabestaandenpensioen

Nadere informatie

ANONIEM BINDEND ADVIES

ANONIEM BINDEND ADVIES ANONIEM BINDEND ADVIES Partijen : A te B vs C te D, vertegenwoordigd E te F Zaak : Premie zorgverzekering Zaaknummer : ANO07.195 Zittingsdatum : 22 augustus 2007 Zaak ANO07.195, Premie zorgverzekering

Nadere informatie

Verordening loonkostensubsidie gemeente Overbetuwe 2015

Verordening loonkostensubsidie gemeente Overbetuwe 2015 Onderwerp: Verordening loonkostensubsidie gemeente Overbetuwe 2015 Ons kenmerk: 15RB000053 Nr. 13 De raad van de gemeente Overbetuwe; gelezen het raadsvoorstel van burgemeester en wethouders van 26 mei

Nadere informatie

b e s l u i t : vast te stellen de volgende: Beleidsregels Tegemoetkoming kosten kinderopvang Boxtel 2018

b e s l u i t : vast te stellen de volgende: Beleidsregels Tegemoetkoming kosten kinderopvang Boxtel 2018 Beleidsregels Tegemoetkoming kosten kinderopvang Boxtel 2018 Het college van burgemeester en wethouders; gelet op artikel 1.13 van de Wet innovatie en kwaliteit kinderopvang b e s l u i t : vast te stellen

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2001 321 Besluit van 4 juli 2001 tot wijziging van het Besluit tenuitvoerlegging geldboetevonnissen, het Besluit tenuitvoerlegging ontnemings- en

Nadere informatie

1. instelling : de Instelling Pensioenfonds van de Nederlandse Bisdommen;

1. instelling : de Instelling Pensioenfonds van de Nederlandse Bisdommen; UITVOERINGSOVEREENKOMST tussen de Instelling Pensioenfonds van de Nederlandse Bisdommen en de aangesloten bisdommen Artikel 1. Definities In deze overeenkomst wordt verstaan onder: 1. instelling : de Instelling

Nadere informatie

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN Jaargang 2015 No. 11 Landsbesluit, houdende algemene maatregelen, van de 15 de mei 2015, tot wijziging van het Gevarenklassenbesluit ongevallenverzekering in verband met

Nadere informatie

INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG HILVERSUM Behorende bij Verzamelverordening inkomensvoorzieningen Hilversum 2016 en artikel 36 Participatiewet

INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG HILVERSUM Behorende bij Verzamelverordening inkomensvoorzieningen Hilversum 2016 en artikel 36 Participatiewet GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Hilversum. Nr. 136820 5 oktober 2016 INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG HILVERSUM 2016 BELEIDSREGELS GEMEENTE HILVERSUM Behorende bij Verzamelverordening inkomensvoorzieningen

Nadere informatie

Aftrek vrijwillige pensioenpremie zelfstandige ondernemer

Aftrek vrijwillige pensioenpremie zelfstandige ondernemer Aftrek vrijwillige pensioenpremie zelfstandige ondernemer Inleiding Dit memo bevat de argumenten voor de fiscale aftrek van de premie betreffende het vrijwillige gedeelte van een beroepspensioenregeling

Nadere informatie

Advies- en Arbitragecommissie Rijksdienst

Advies- en Arbitragecommissie Rijksdienst Advies- en Arbitragecommissie Rijksdienst AAN: De Centrales van Overheidspersoneel toegelaten tot de Centrale Commissie voor Georganiseerd Overleg in Ambtenarenzaken De voorzitter van het overleg met de

Nadere informatie

tot wijziging van het Besluit huurprijzen woonruimte (instelling van een landelijke huurcommissie)

tot wijziging van het Besluit huurprijzen woonruimte (instelling van een landelijke huurcommissie) Besluit tot wijziging van het Besluit huurprijzen woonruimte (instelling van een landelijke huurcommissie) Op de voordracht van Onze Minister voor Wonen, Wijken en Integratie van..., nr. BJZ2009..., Directie

Nadere informatie

Rapport. Datum: 19 augustus 1999 Rapportnummer: 1999/357

Rapport. Datum: 19 augustus 1999 Rapportnummer: 1999/357 Rapport Datum: 19 augustus 1999 Rapportnummer: 1999/357 2 Klacht Op 11 maart 1999 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer D. te Oss, ingediend door Buro voor Rechtshulp te Oss, met

Nadere informatie

15445/1/06 REV 1 wat/hor/mg 1 DG H 2B

15445/1/06 REV 1 wat/hor/mg 1 DG H 2B RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 november 2006 (01.12) (OR. en) 15445/1/06 REV 1 COPEN 119 NOTA van: het voorzitterschap aan: de Raad nr. vorig doc.: 15115/06 COPEN 114 nr. Comv.: COM(2005) 91 def.

Nadere informatie

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is een aantal uitgewerkte of overbodige wetten in te trekken;

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is een aantal uitgewerkte of overbodige wetten in te trekken; Intrekking en wijziging van diverse wetten en een besluit op het terrein van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid VOORSTEL VAN WET Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 400 XV Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het

Nadere informatie

Ontwerpbesluit van houdende voorwaarden waaronder de transitievergoeding niet verschuldigd is (Besluit overgangsrecht transitievergoeding)

Ontwerpbesluit van houdende voorwaarden waaronder de transitievergoeding niet verschuldigd is (Besluit overgangsrecht transitievergoeding) Ontwerpbesluit van houdende voorwaarden waaronder de transitievergoeding niet verschuldigd is (Besluit overgangsrecht transitievergoeding) Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Nadere informatie

Kamer voor Gerechtsdeurwaarders te Amsterdam

Kamer voor Gerechtsdeurwaarders te Amsterdam Kamer voor Gerechtsdeurwaarders te Amsterdam Beschikking van 21 januari 2003 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met zaaknummer 207.2002 van: [ ], wonende te [ ],

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 Nieuwe bepalingen met betrekkin gemeenten (Gemeentewet) g tot Nieuwe bepalingen met betrekking tot provincies (Provinciewet) ADVIES RAAD VAN STATE

Nadere informatie

Wij Willem Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. 34 231 Voorstel van wet van de leden Van Oosten, Recourt en Berndsen-Jansen tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en van enige andere wetten in verband met de herziening van het stelsel van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 27 073 Wet houdende een nieuwe regeling voor verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds (Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds

Nadere informatie

REGLEMENT VOOR HET WAO-HIAAT PENSIOEN Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino

REGLEMENT VOOR HET WAO-HIAAT PENSIOEN Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino 1 REGLEMENT VOOR HET WAO-HIAAT PENSIOEN Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino Artikel 1. Definities In dit reglement wordt verstaan onder: a. het fonds : Stichting Pensioenfonds Holland Casino; b.

Nadere informatie

Raad voor Cultuur. Telefax

Raad voor Cultuur. Telefax Aan De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen p/a de algemene rijksarchivaris Postbus 90520 2509 LM 's-gravenhage Ondenverp R.J. Schimmelpennincklaan 3 ontwerp-selectielijst archiefbescheiden

Nadere informatie

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet ISD Bollenstreek 2017 BESLUIT

Verordening individuele studietoeslag Participatiewet ISD Bollenstreek 2017 BESLUIT De raad van de gemeente..; Gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur van de ISD Bollenstreek van...; Gelet op de Gemeenschappelijke Regeling van de Intergemeentelijke Sociale Dienst Bollenstreek;

Nadere informatie

REGLEMENT VOOR HET WAO-HIAAT PENSIOEN Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino

REGLEMENT VOOR HET WAO-HIAAT PENSIOEN Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino 1 REGLEMENT VOOR HET WAO-HIAAT PENSIOEN Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino Artikel 1. Definities In dit reglement wordt verstaan onder: a. het fonds : Stichting Pensioenfonds Holland Casino; b.

Nadere informatie