SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES"

Transcriptie

1 1 SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES INZAKE VERHOGING VAN DE UITKERINGSBEDRAGEN INGEVOLGE, VERSCHILLENDE SOCIALE VERZEKE- RINGSWETTEN IN VERB/J^JD MET DE STIJGING VAN HET INDEXCIJFER DER LONEN SER) UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD, Bezuidenhoutseweg 60, 's-gravenhage

2 SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE VERHOGING VAN DE UITKERINGSBEDRAGEN INGEVOLGE VERSCHILLENDE SOCIALE VERZEKE- RINGSWETTEN IN VERBAND MET DE STIJGING VAN HET INDEXCIJFER DER LONEN UITGEBRACHT AAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN VOLKSGEZONDHEID 1963, no. 9

3 '8-Gravenhage, 24 mei Bij brief van 13 mei 1963, no , Hoofdafd. Soc.Verz., afd. Volksverzekeringen, heeft Uwe Excellentie de raad advies gevraagd over het ontwerp van een algeraene maatregel van bestuur tot verhoging per 1 juni 1963 van de uitkeringsbedragen krachtens de Algemene Ouderdomswet, de AlgemeneWeduwen- en Wezenwet, de Interimwet invaliditeitsrentetrekkers en per 1 juli 1963 van de kinderbijslagen krachtens de Algemene Kinderbijslagwet, de Kinderbijslagwet voor loontrekkenden en de Kinderbijslagwet voor kleine zelfstandigen. De genoemde brief en de daarbij behorende stukken zijn als bijlage achter dit advies gevoegd. De hoogte van de uitkeringen krachtens genoemde wetten varieert in beginsel recht evenredig met de index van de is.gelingslonen, zij het dat mogelijkheden tot afwijking zijn voorzien. Een dergelijke afwijkende aanpassing kem niet worden getroffen dan nadat de raad over het voomemen daartoe is gehoord. 2. Blijkens de adviesaanvrage ligt het in het voomemen bij de verhoging van de uitkeringsbedragen krachtens de Algemene Ouderdomswet, de Algemene Weduwen- en Wezenwet en de kinderbijslagwetten van de genoemde afwijkingsmogelijkheid gebruik te maken. In de stijging van het indexcijfer der lonen is begrepen de per 1 januari 1963 gegeven loonsverhoging ter compensatie van de op die datum ingegane verhoging van de krachtens de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet verschuldigde premie. Noch over de bedoelde uitkeringen, noch over de kinderbijslagen is premie ingevolge de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet verschuldigd. Indien de volledige stijging van het indexcijfer van de lonen aan de berekening van de verhoging van de pensioenen en uitkeringen krachtens de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwenen Wezenwet, resp. aan die van de verhoging der kinderbijslagen ten grondslag zou worden gelegd, zouden dientengevolge de nettoinkomsten verkregen uit de uitkeringen en bijslagen een grotere stijging vertoiien dan de nettoinkomsten van de loontrekkenden. Ten einde dit te voorkomen, wordt voorgesteld niet de gehele stijging van het indexcijfer van de lonen aan de berekening van de stijging van de uitkeringsbedragen en van de kinderbijslagen ten grondslag te leggen, maar daarop een zodanige correctie toe te passen dat de verhouding tussen de nettoinkomsten verkregen uit de genoemde uitkeringen en bijslagen en de nettoinkomsten van de loontrekkenden, ongewijzigd blijft. De raad kan er zich mede verenigen dat bij de berekening van de omvang van de verhoging van de uitkeringsbedragen en van de kinderbijslagen deze correctie wordt toegepast, zulks in overeenstemming met de gedragslijn, die in het verleden in overeenkom-

4 stige gevallen is gevolgd. De wijze waarop de correctie is berekend, geeft hem geen aanleiding tot het maken van opmerkingen. 3. De hoofdregel voor de aanpassing van' de uitkeringen aan de ontwikkeling van,het indexcijfer van de lonen luidt aldus, dat aanpassing plaatsvindt wanneer gedurende een aaneengesloten periode van zes maanden na de laatste herziening van die uitkeringen, het indexcijfer van de lonen een afwijking van gemiddeld ten minste 3% heeft vertoond van het indexcijfer der lonen, waarop de laatste herziening was gebaseerd. Voor de uitkeringen krachtens de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwenen Wezenwet, waarvan de laatste herziening was gebaseerd op het indexcijfer der lonen per 30 September 1962, zal aan daze voorwaarde per 1 juni 1963 zijn voldaan. Voor de uitkeringen krachtens de Interimwet invaliditeitsrentetrekkers en voor de kinderbijslagwetten zou dit eerst per 1 juli 1963 het geval zijn. Dit hangt samen met de omstandigheid dat de Interimwet invaliditeitsrentetrekkers en de Algemene Kinderbijslagwet op 1 januari 1963 in werking zijn getreden en dat in de beide andere kinderbijslagwetten de aanpassing van de kinderbijslagen aan de ontwikkeling van het indexcijfer van de lonen eerst met ingang van 1 januari 1963 is geintroduceerd. Weliswaar is ook voor deze wetten het indexcijfer van de lonen per 30 September 1962 de grondslag voor de berekening van de aanpassing van de uitkeringen, maar de aanvang van de aaneengesloten periode van zes maanden, waarover de gemiddelde verhoging van het loonindexcijfer dient te worden berekend, is gesteld op 1 januari Dit heeft tot gevolg dat bij toepassing van de hoofdregel voor de aanpassing de voorwaarden voor een verhoging van de uitkeringen krachtens de Interimwet invaliditeitsrentetrekkers en van de kinderbijslagen eerst per 30 juni 1963 zullen zijn vervuld. Dit faseverschil zou in de toekomst blijven bestaan, terwijl door het uiteenlopen van de periode waarop de verhogingen warden gebaseerd, geen unifonne grondslag voor de berekening van de aanpassing van de verschillende sociale verzekeringsuitkeringen zou worden vei^ kregen. De raad onderschrijft het in de toelichting op het ontwerp van een algemene maatregel van bestuur gestelde, dat het wenselijk moet worden geacht dat, voor zover uitkeringen krachtens wettelijk voorschrift de loonindex volgen, de wijziging van de loonindex- over eenzelfde periode -aan- de-herzieningvan-die-uitkerin-- gen ten grondslag wordt gelegd, waardoor wordt bereikt dat de voorwaeirden voor een herziening op dezelfde datum zullen zijn vervuld. De raad kan er dan ook mede instemmen dat ihfins.ter verwezenlijking van dit doel een wijziging van de uitkeringen krachtens de Interimwet invaliditeitsrentetrekkers en van de kinderbijslagen zal plaatsvinden aan dehand van de gemiddelde stijging van het loonindexcijfer van 30 September 1962 tot 31 mei ), De grondslag hiervoor vormt de in de Interimwet invali- 1) Als gevolg van de fcwartaalsgewijze uitkering van de kinderbijslagen zal ingevolge artikel 1, derde lid, van het ontwerp van een algemene maatregel van bestuur inzake de regelen betreffende de aanpassing van de kinderbijslagen aan het indexcijfer der lonen deze verhoging voor de kinderbijslagen eerst per 1 juli 1963 ingaan.

5 diteitsrentetrekkers, resp. de krachtens de kinderbijslagwetten aan de Kroon verleende bevoegdheid binnen een tijdvak van zes maanden tot herziening van de uitkeringsbedragen over te gaan indien daartoe naar het oordeel van de Kroon bijzondere aanleiding bestaat. De raad onderschrijft het in de toelichting bij de adviesaanvrage ingenomen standpunt, dat de gelijktrekking van de datum waarop in de toekorast de voorwaarden voor een herziening der uitkeringen zuuen zijn vervuld, een bijzondere aanleiding van voldoende betekenis is omvan de hiervoren bedoelde bevoegdheid gebruik te maken. G.M.VERRIJN STUART, voorzitter. HUB.L.JANSEN, algemeen secretaris.

6 BIJLAGE Afschrift van de brief van 13 mei 1963 van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid aan de raad Hierbij doe ik u toekomen een concept-besluit met een concepttoelichting tot verhoging per 1 juni 1963 van de pensioenbedragen krachtens de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwenen Wezenvyet en de uitkeringen krachtens de Interimwet invaliditeitsrentetrekkers en tot verhoging per 1 juli 1963 van de kindepbijslagbedragen krachtens de Algemene Kinderbijslagwet, de Kinderbijslagwet voor loontrekkenden en de Kinderbijslagwet voor kleine zelfstandigen. De verhoging van de kinderbijslagbedragen, voorgesteld in artikel 4 van het onderhavige ontwerp-besluit, dient te zijn gebaseerd op een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in de artikelen 11a, eerste lid, van de Algemene Kinderbijslagwet, 22, eerste lid, van de Kinderbijslagwet voor loontrekkenden en 11, eerste lid, van de Kinderbijslagwet voor kleine zelfstandigen, waarin de voorwaarden voor wijzigingen van de kinderbijslagbedragen in verband met wijzigingen in het indexcijfer der lonen worden aangegeven. Over het concept van de laatstbedoelde algemene maatregel van bestuur werd uw raad advies gevraagd bij mijn schrijven dd. 19 maart 1963, Directie S.V.A., Hoofdafd. S.V., Afd. V.V., no Voorts moge ik erop wijzen, dat het indexcijfer der lonen per 31 mei 1963 nog niet bekend is, zodat de in het ontwerp-besluit neei^ gelegde bedragen zijn gebaseerd op een geschat indexcijfer der lonen per 31 mei Vervolgens merk ik op, dat in verband met de omstandi^eid, dat de loonsverhoging, welke aem de loontrekkenden per 1 januari 1963 werd gegeven als compensatie voor de per die datum ingegane verhoging van de premie ingevolge de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet, voor deze loontrekkenden geen vermeerdering van netto-loon betekende, bij de berekening van de nieuwe pensioenbedragen krachtens deze wetten met toepassing van het vijfde lid van artikel 9 van de Algemene Oudei> domswet en van het vijfde lid van artikel 21 van de Algemene Weduwen- en Wezenwet de doorwerking van deze loonsverhoging op het indexcijfer der lonen is geelimineerd. Ook bij de berekening van de nieuwe kinderbijslagbedragen is een eliminatie als bovenbedoeld toegepast in verband met het bepaalde in het voorgestelde vijfde lid van artikel 1 van de hierboven aangehaalde, aan uw raad reeds voorgelegde ontwerp-algem^ ne maatregel van bestuur. Overigens zij hierbij ten overvloede aangetekend, dat deze eliminatie uiteraard niet heeft plaatsgevonden bij de beantwoording van de vraag of de in het tweede lid van artikel 9 van de Algemene Ouderdomswet en van artikel 21 van de Algemene Weduwen- en Wezenwet aan een herziening van de pensioenbedragen krachtens die wetten gestelde voorwaarde t.w. een afwijking van het indexcijfer der lonen gedurende een aaneengesloten periode van zes maanden van gemiddeld ten minste 3%, is vervuld.

7 Waar op grond van het bepaalde in artikel 9, zevende lid, van de Algemene Ouderdomswet en artikel 21, zevende lid van de Algemene Weduwen- en Wezenwet uw raad dient te worden gehoord, alvorens aan H.M. de Koningin een voordracht wordt gedaan tot een algemene maatregel V m bestuur als bedoeld in het vijfde lid van de genoemde artikel en in artikel 1, zevende lid van de meergenoemde ontwerp-algemene maatregel van bestuur, die reeds aan uw. raad werd vobrgelegd, is een gelijk voorschrift opgenomcn tea aanzien van een voordracht tot een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 1, vijfde lid van dat ontwerp moge ik uverzoeken mij uw oordeel over het ondeihavige ontwerpbesluit te doen weten. Dat ik deze ontwerp-algemene maatregel van bestuur thans reeds aan uw raad voorleg nu het indexcijfer der lonen per 31 mei 1963 nog niet bekend is en de in het ontwerp-besluit opgenomen bedragen derhalve geschatte bedragen zijn en de algemene maatregel van bestuur, welke aangeeft, wanneer de kinderbijslagbedragen in verband met wijzigingen in het indexcijfer der lonen moeten worden gewijzigd, nog niet tot stand gekomen is vindt zijn oorzaak in de omstandigheid, dat het toch wel gewenst moet worden geacht, dat de betreffende uitkeringsgerechtigden de verho gingen zo spoedig mogelijk kunnen ontvangen. In verband hiennede zou ik het dan ook zeer op prijs stellen uw oordeel ter zake op zeer korte termijn te mogen vememen. Volledigheidshalve moge ik tenslotte opmerken, dat wanneer het indexcijfer der lonen per 31 mei 1963 mocht afwijken van de schatting, waarvan bij de berekening van de nieuwe bedragen is uitgegaan, daarmede uiteraard te zijner tijd alsnog rekening zal worden gehouden. Mocht voorts het oordeel van uw raad over de bovenbedoelde, reeds bij uw raad aanhangig gemaakte ontwerpalgemene maatregel van bestuur betreffende aanpassing van de kinderbijslagen aan het indexcijfer der lonen, daartoe aanleiding geven, dan zal uiteraard de in het onderhavige ontwerp-besluit voorgestelde verhoging van de kinderbijslagbedragen nader worden bezien. ONTWERP Besluit van ' houdende._.^. ^.. jvaststelling. van-een~algemene.maatregel. van be-^ stuur als bedoeld in de artikelen 9, eerste eh vijfde lid, van de Algemene Ouderdomswet, 21, eerste en vijfde lid, van de Algemene Weduwen- en Wezenwet, 6, eerste lid, van de Interimwet invaliditeitsrentetrekkers en 1, eerste en vijfde lid, van het Koninklijk besluit van 1963 (Stb. ) (Verhoging uitkeringsbedragen ingevolge verschillende sociale verzekeringswetten in verband met stijging indexcijfer der lonen) Wij Juliana, bij de gratie Gods, Koningin der.nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.; Op de voordracht van ; Gelet op de artikelen 9 van de Algemene Ouderdomswet, 21 van

8 de Algemene Weduwen- en Wezenwet, 6 van de Interimwet invaliditeitsrentetrekkers en 1 van het Koninklijk besluit van 1963 (Stb. ); De Raad van State gehoord (advies van ); Gezien het nader rapport van ; Hebben goedgevonden en verstaan; Artikel 1 Te rekenen van 1 juni 1963 af wordt het in artikel 8 van de Algemene Ouderdomswet onderscheidenlijk in het eerste en in het tweede lid genoemde bedrag verhoogd tot onderscheidenlijk 1566 gulden en 2436 gulden. Artikel 2 1. Te rekenen van 1 juni 1963 af wordt het in artikel 19 van de Algemene Weduwen- en Wezenwet onderscheidenlijk in het eerste en in het tweede lid genoemde bedrag verhoogd tot onderscheidenlijk 1800 gulden en 2580 gulden. 2. Te rekenen van 1 juni 1963 af wordt het in artikel 20 van de Algemene Weduwen- en Wezenwet onderscheidenlijk onder a, b en c genoemde bedrag verhoogd tot onderscheidenlijk 570 gulden, 852 gulden en 1116 gulden. Artikel 3 Te rekenen van 1 juni 1963 af wordt het in artikel 5 van de Interimwet invaliditeitsrentetrekkers onderscheidenlijk onder a, b en c genoemde bedrag verhoogd tot onderscheidenlijk f. 4098, f en f Artikel 4 1. Te rekenen van 1 juli 3963 af wordt het in artikel 11, eerste lid, van de Algemene Kinderbijslagwet onderscheidenlijk onder a, b en c genoemde bedrag verhoogd tot onderscheidenlijk f. 73,32, f. 99,84 en f. 111, Te rekenen van 1 juli 1963 af wordt het in artikel 21, eerste lid, van de Kinderbijslagwet voor loontrekkenden onderscheidenlijk onder a en b genoemde bedrag veihoogd tot onderscheidenlijk f. 67,08 en f. 73, Te rekenen van 1 juli 1963 af wordt het in artikel 10, eerste lid, van de Kinderbijslagwet voor kleine zelfstandigen onderscheidenlijk onder a en b genoemde bedrag verhoogd tot onderscheidenlijk f. 67,08 en f. 73,32. Artikel 5 Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad, waarin het wordt geplaatst.

9 NOTA VAN TOELICHTING Arukelen 1 en 2 Ingevolge het bepaalde in het eerste lid van artikel 9 van de Algemene Ouderdomswet moeten de in artikel 8 van die wet genoem" de pensioenbedragen bij algemene maatregel van bestuur, met inachtneming van hetgeen verder in artikel 9 van die wet is voorgeschreven. worden verhoogd of verlaagd al naar gelang het indexcijfer der lonen is gestegen dan wel is gedaald. Het eerste lid van artikel 21 van de Algemene Weduwen- en Wezenwet houdt een soortgelijke bepaling in ten aanzien van de verhoging of verlaging van de in de artikelen 19 en 20 van die wet genoemde pensioen- en uitkeringsbedragen. Ingevolge het tweede lid van artikel 9 van de Algemene Ouderdomswet en ingevolge het tweede lid van artikel 21 van de Algemene Weduwen- en Wezenwet dienen de pensioen- en uitkeringsbedragen te worden herzien, wanneer gedurende een aaneengesloten periode van zes maanden na de laatste herziening van die bedragen het indexcijfer der lonen een afwijking'van gemiddeld ten minste 3 pet. heeft vertoond van het indexcijfer der lonen, waarop die laatste herziening was gebaseerd. On der het indexcijfer der lonen wordt ingevolge het zesde lid van artikel 9 van de Algemene Ouderdomswet en de daarop berustende algemene maatregel van bestuur van 18 april 1961 (Stb. 138) verstaan het indexcijfer van de regelingslonen per week en per maand van volwassen arbeiders (alle werknemerscategorieen), zoals dat wordt berekend door het Gentraal Bureau voor de Statistiek naar de stand op de laatste werkdag van elke maand en voor de eerste maal wordt gepubliceerd in het "Statistisch Bulletin van het Gentraal Bureau voor de Statistiek". Dit indexcijfer is ingevolge het bepaalde in het zesde lid van artikel 21 van de Algemene Weduwen- en Wezenwet tevens bepalend voor de pensioen- en uitkeringsbedragen krachtens die wet. De laatste herziening van de pensioen- en uitkeringsbedragen ingevolge de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet vond plaats bij het Koninklijk besluit van 30 oktober 1962 (Stb. 411). Deze herziening, welke op 1 September 1962 inging, was gebaseerd op het indexcijfer der lonen per 30 septem- -ber'1962, hetwelk 163 bedroegr Sindsdien is het'"verloop"van" het^ indexcijfer als volgt: per 31 oktober per 30 november per 31 december per 31 januari 1963 l68 per 28 febniari per 31 maart Wanneer de indexcijfers der lonen per de laatste dag van de maanden april en mei 1963 eveneens 169 zouden zijn, zou derhalve per 31 mei 1963 een aaneengesloten periode van zes maanden zijn verstreken, gedurende welke het indexcijfer der lonen een verhoging van gemiddeld ten minste 3 pet. heeft vertoond ten opzichte van het indexcijfer per 30 September 1962, dat 163 bedroeg en 10

10 waarop de laatste herziening van de pensioen- en uitkeringsbedragen krachtens de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet was gebaseerd. Een herziening van de bedoelde bedragen zou dan derhalve geboden zijn. Naar vooraisnog wordt verwacht, zal het indexcijfer der lonen per 31 mei 1963 nog stijgen tot 170. Ook echter als het indexcijfer der lonen per 30 april 1963 reeds 170 zou belopen. zou de voor een herziening van de pensioen- en uitkeringsbedragen vereiste stijging van het indexcijfer eerst per 31 mei 1963 worden bereikt. Wanneer de voorwaarden voor een herziening zijn vervuld, dient deze herziening op grond van het tweede lid van artikel 9 van de Algemene Ouderdomswet en van het tweede lid van artikel 21 van de Algemene Weduwen- en Wezenwet, wanneer het een verhoging betreft, in te gaan op de eerste dag van de maand,welke volgt op de betreffende periode van zes maanden. Gezien het vorenstaande zal, naar het zich laat aanzien. een verhoging van de pensioen- en uitkeringsbedragen krachtens de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet ingaande 1 juni 1963 plaats dienen te vinden. Ingevolge het vierde lid van artikel 9 van de Algemene Ouderdomswet, zoals dat lid sedert de wijzigingen bij de wetten van 16 maart 1961 (Stb. 86) en van 25 mei 1962 (Stb. 209) luidt en ingevolge het vierde lid van artikel 21 van de Algemene Wedu wenen Wezenwet, zoals dit laatstgenoemde lid is gewijzigd bij de wet van 16 maart 1961 (Stb. 86), dienen bij een verhoging de in de wet opgenomen bedragen te worden vermeerderd met hetzelfde percentage als waarraede het laatste indexcijfer der lonen in de betreffende periode van zes maanden afwijkt van het indexcijfer, waarop de in de wet opgenomen bedragen zijn gebaseerd, d.i. het basis-indexcijfer. De in artikel 8 van de Algemene Ouderdomswet opgenomen pensioenbedragen zijn sedert de wijziging van dat artikel bij de wet van 25 mei 1962 (Stb. 209): f. 2154, per jaar voor gehuwden en f. 1362, per jaar voor ongehuwden. De in de artikelen 19 en 20 van de Algemene Weduwen- en Wezenwet opgenomen pensioen- en uitkeringsbedragen zijn, sedert de wijziging van die artikelen bij dewet van 16 maart 1961 (Stb. 86): f. 2196, per jaar voor weduwen met kinderen, f. 1512, per jaar voor weduwen zonder kinderen, f. 486, per jaar voor wezen tot 10 jaar, f. 732, per jaar voor wezen van 10 tot 16 jaar en f, 960, per jaar voor wezen van 16 tot 27 jaar. Het bij de bovengenoemde pensioenbedragen krachtens de Algemene Ouderdomswet behorende basis-indexcijfer is ingevolge het vierde lid van artikel 9 van die wet, zoals dat lid is gewijzigd bij de meergenoemde wet van 25 mei 1962 (Stb. 209), het indexcijfer der lonen per 30 november 1961, hetwelk 151 bedroeg. Dit basisindexcijfer werd evenwel bij de verhoging per 1 September 1962 van die pensioenbedragen bij Koninklijk besluit van 30 oktober 1962 (Stb. 411) gecorrigeerd in verband met de omstandigheid, dat bij die verhoging aan de bejaarden voor de per 1 September 1962 doorgevoerde huurverhoging een grotere compensatie werd gegeven dan overeenkwam met de doorwerkingvan de huurcompensatie voor de loontrekkenden in het indexcijfer der lonen. Het basis- 11

11 indexcijfer is sindsdien: 149,08 voor het gehuwdenpensioen en 146,63 voor bet ongehuwdenpensioen. Het bij de bovengenoemde pensioen- en uitkeringsbedragen van de Algemene Weduwen- en Wezenwet behorende basis-indexcijfer is ingevolge het vierde lid van artikel 21 van die wet, zoals dat is gewijzigd bij de meergenoemde wet van 16 maart 1961 (Stb. 86), het indexcijfer per 30 april 1960, hetwelk 145 bedroeg. Ook dit basis-indexcijfer werd, behalve voor de wezenpensioenen bij de verhoging bij Koninklijk besluit van 30 oktober 1962 (Stb. 411) in verband met de huurverhoging per 1 September 1962, gecorrigeerd. Als gevolg hiervan zijn de basis-indexcijfers thans: 143,45 voor het weduwenpensioen voor weduwen met kinderen, 141,79 voor het weduwenpensioen voor weduwen zonder kinderen en voor de tijdelijke weduwenuitkering en 145 voor de wezenpensioenen. Op grond van het vorenstaande zouden derhalve de vorengenoemde pensioen- en uitkeringsbedragen krachtens de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet ingaande 1 juni 1963 dienen te worden verhoogd met het procentuele verschil tussen het indexcijfer per 31 mei 1963 hetwelk op 170 wordt geschat en het basis-indexcijfer, zoals dat voor die onderscheiden pensioenen geldt. Een herziening van de bedoelde pensioenbedragen volgens deze norm zou er evenwel toe leiden, dat voor de betrokkenen een wijziging in hun reele netto-inkomsten zou optreden, welke niet indezelfde mate geldt voor de groep dergenen, opwie het indexcijfer der lonen betrekking heeft. Een gedeelte van de stijging van het indexcijfer is nl. het gevolg van de loonsverhoging van 1% welke aan de loontrekkenden per 1 januari 1963 is gegeven als compensade voor de per die datum ingegane verhoging van de krachtens de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet verschuldigde premie, welke compensatie uiteraard geen wijziging heeft gebracht in de reele netto-inkomsten van deze loontrekkenden. De bedoelde premiecompensatie deed het indexcijfer der lonen, dat per 31 december 1962 onafgerond 164,82 bedroeg, met 1,5 punt d.w.z. met 0,91% stijgen. Dat de doorwerking van de premiecompensatie van 1% op het indexcijfer niet eveneens 1%, doch 0,91% bedroeg, vindt zijn oorzaak in de omstandigheid, dat de premiecompensatie van 1% slechts is gegeven over lonen en salarissen, voor zover deze devoor de premieheffing krachtens de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet geldende inkomensgrens deze bedraagt van 1 januari jl. af f. 9000, niet overschreden. Het vijfde lid van artikel 9 van de Algemene Ouderdomswet en het vijfde lid van artikel 21 van de Algemene Weduwen- en Wezenwet openen nu de mogelijkheid de herziening van de pensioenen uitkeringsbedragen zodanig te doen plaatsvinden, dat de vorenbedoelde wijziging in de reele netto-inkomsten van de bejaarden en weduwen en wezen achterwege blijft. Op grond van de tweede volzin van het vierde lid van de artikelen 9 van de Algemene Ouderdomswet en 21 van de Algemene Weduwen- en Wezenwet dienen daartoe de basis-indexcijfers te 12

12 worden gecorrigeerd. Het gecorrigeerde basis-indexcijfer wordt dan gevonden door de voor de verschillende, bovenaangehaalde, uitkeringen geldende basis-indexcijfers te vermenigvuldigen met 100, Hierdoor worden de volgende nieuwe basis-indexcijfers verkregen: 150,44 vdor het ouderdomspensioen voor gehuwden, 147,96 voor het ouderdomspensioen voor angehuwden, 144,76 voor het weduwenpensioen voor weduwen met kinderen, 143,08 voor het weduwenpensioen voor weduwen zonder kinderen en de tijdelijke weduwenuitkering en 146,32 voor de wezenpensioenen. De nieuwe bedragen worden nu gevonden door de bovenvermelde, in de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet genoemde bedragen te verhogen met het procentuele verschil tussen het indexcijfer der lonen per 31 mei 1963 dit wordt vooralsnog op 170 geschat en het basis-indexcijfer, behorende bij de betreffende uitkering. Dit procentuele verschil is: 13 voor het ouderdomspensioen voor gehuwden, 14,9 voor het ouderdomspensioen voor ongehuwden, 17,44 voor het weduwenpensioen voor weduwen met kinderen, 18,81 voor het weduwenpensioen voor weduwen zonder kinderen en de tijdelijke weduwenuitkering en 16,18 voor de wezenpensioenen. Na de in het achtste lid van de artikelen 9 van de Algemene Ouderdomswet en 21 van de Algemene Weduwen- en Wezenwet vooi^ geschreven afronding van de aldus verkregen uitkomsten op een veelvoud van zes gulden, worden de nieuwe bedragen per 1 juni 1963 dan: voor het ouderdomspensioen voor gehuwden: f. 2436, per jaar, voorhetouderdomspensioentoor ongehuwden: f. 1566, per jaar, voor het weduwenpensioen voor weduwen met kinderen: f. 2580, per jaar, voor het weduwenpensioen voor weduwen zonder kinderen alsmede voor de tijdelijke weduwenuitkering: f. 1800, per jaar, voor het wezenpensioen van wezen tot 10 jaar: f. 570, per jaar, voor het wezenpensioen van wezen van 10 tot 16 jaar: f. 852,^ per jaar en voor het wezenpensioen van wezen van 16 tot 27 jaar: f. 1116, per jaar. Artikel 3 In artikel 6 van de Interirawet invaliditeitsrentetrekkers is een regeling opgenomen betreffende de aanpassing van de in artikel 5 van die wet genoemde bedragen aan het indexcijfer der lonen. Ingevolge het tweede lid van genoemd artikel 6 heeft een herziening van de in artikel 5 genoemde bedragen telkens plaats, indien 13

13 gedurende een aaneengesloten periode van zes maanden na 1 januari 1963 onderscheidenlijk na de laatste herziening het indexcijfer der lonen een afwijking van geraiddeld ten minste 3 pet. he eft vertoond van het indexcijfer per 30 September 1962 onderscheidenlijk van het indexcijfer, waarop de laatste herziening was gebaseerd. Ook hier gaat een verhoging in op de eerste dag van de maand, welke volgt op de betreffende periode van zes maanden. Voorts worden, indien een herziening geboden is, ingevolge het vierde lid van raeergenoemd artikel 6 de in de wet genoemde bedragen in het algemeen verhoogd of verlaagd met hetzelfde pei^ centage als waarmede het laatstbekende indexcijfer der lonen in de betreffende periode van zes maanden afwijkt van het indexcijfer op 30 September Dit laatste indexcijfer is derhalve voor de bedragen krachtens de hier bedoelde Interimwet het basis-indexcijfer. Hierbij zij opgeraerkt, dat ingevolge het zesde lid van meergenoemd artikel 6 voor de aanpassing van de bedragen krachtens de Interimwet aan de loonindex hetzelfde indexcijfer der lonen als maatstaf geldt, als voor de 'aanpassing van de pensioenen en uitkeringen krachtens de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet aan de loonontwikkelingwordt gehanteerd. Gezien het vorenstaande zouden, hoewel de aanpassingsregeling van de uitkeringen krachtens de Interimwet aan de loonindex in grote lijnen analoog is aan die opgenomen in de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet, de voorwaarden voor een herziening van le onderhavige bedragen niet zoals bij de aanpassing van de pensioenen krachtens de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet op 31 mei 1963, doch eerst per 30 juni 1963 vervuld zijn, aangezien eerst dan een termijn van zes maanden na 1 januari 1963 zal zijn verstrekeni. Bij die herziening, welke dan op 1 juli 1963 zou ingaan, zouden de bedragen naar het indexcijfer op 30 juni 1963 dienen te worden opgetrokken. Naar de mening van de ondergetekende is het evenwel gewenst, dat bij wijzigingen van de verschillendeuitkeringen krachtens de sociale verzekeringswetten, voor zover deze uitkeringen krachtens wettelijk voorschrift de loonindex volgen, die verschillende uitkeringen worden opgetrokken naar hetzelfde indexcijfer der lonen, waardoor wordt bereikt, dat ook in de toekomst de voorwaarden "vbbveen herziening van"die uitkeringen op dezelfde datum ziillen zijn vervuld. Waar, zoals in de toelichting op de artikelen 1 en 2 van het ontwerp-besluit is vermeld, de pensioen- en uitkeringsbedragen krachtens de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwenen Wezenwet worden opgetrokken naar het indexcijfer der lonen per 31 mei 1963, is het naar de mening van de ondergetekende deriialve gewenst ook de eerste wijziging van de in artikel 5 van de Interimwet invaliditeitsrentetrekkers genoemde bedragen aan de hand van dit indexcijfer te doen plaatsvinden, hetgeen tevens inhoudt, dat die verhoging dan ingaat op 1 juni Het derde lid van artikel 6 van de Interimwet Invaliditeitsrentetrekkers, hetwelk zegt, dat in afwijking van het bepaalde in het vorige lid de in artikel 5 genoemde bedragen kunnen worden herzien voordat het in dat lid bedoelde tijdvak van zes maanden is 14

14 verstreken of de in dat lid bedoelde afwijking van ten minste 3 pet. is ingetreden, indien daartoe naar 0ns oordeel bijzondere aanleiding bestaat, biedt hiertoe de mogelijkheid. Zoals in de toelicbting op de artikelen 1 en 2 van het ontwerpbesluit is uiteengezet, is een gedeelte van de stijging van het indexcijfer der lonen toe te schrijven aan de doorwerking van de compensatie, aan de loontrekkenden ingaande 1 januari 1963 gegeven in verband met de verhoging per die datum van de premie ingevolge de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwenen Wezenwet. Anders dan de bejaarden, weduwen en wezen, die over de pensioenen en uitkeringen krachtens de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet geen premie ingevolge die wetten verschuldigd zijn, zijn degenen, die een uitkering krachtens de Interimwet genieten, over die uitkering wel premie ingevolge de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet verschuldigd. In verband hiermede acht de ondergetekende het gewenst om bij de optrekking van de uitkeringsbedragen van de Interimwet tot het indexcijfer der lonen per 31 mei 1963, anders dan bij de berekening van de nieuwe pensioen- en uitkeringsbedragen ingevolge de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet, geen correctie op het basis-indexcijfer aan te brengen en derhalve normaal de stijging van het indexcijfer in aanmerking te nemen. Gezien het vorenstaande worden de nieuwe bedragen dan gevonden door de in artikel 5 van de Interimwet invaliditeitsrentetrekkers genoemde bedragen, welke zijn: f. 3924, per jaar voor rentetrekkers, ingedeeld in invaliditei tsklasse A, f. 3186, per jaar voor rentetrekkers, ingedeeld in invaliditeitsklasse B en f. 2454, per jaar voor rentetrekkers, ingedeeld in invaliditeitsklasse C, te vermeerderen met het procentuele verschil tussen het indexcijfer der lonen per 31 mei 1963, hetwelk vooralsnog op 170 wordt geschat, en het basis-indexcijfer, d.i. het indexcijfer per 30 September 1962, hetwelk 163 beliep. Dit procentuele verschil is Na de in het achtste lid van artikel 6 van de Interimwet voorgeschreven afronding naar boven op een veelvoud van zes gulden van de aldus verkregen uitkomsten worden de nieuwe bedragen dan: f. 4098, per jaar voor rentetrekkers, ingedeeld in invaliditeitsklasse A, f. 3324, per jaar voor rentetrekkers, ingedeeld in invaliditeitsklasse B en f. 2562, per jaar voor rentetrekkers, ingedeeld in invaliditeitsklasse C. Artikel 4 In artikel 11a, eerste lid van de Algemene Kinderbijslagwet is bepaald, dat de in artikel 11, eerste lid, van die wet genoemde kinderbijslagbedragen bij algemene maatregel van bestuur met ingang van een bij die algemene maatregel aan te wijzen dag 15

15 worden herzien onder nader bij algemene maatregel van bestuur, de Sociaal-Economische Raad gehoord, te stellen voorwaarden, teneinde de bedragen aan belangrijke wijzigingen in het indexcijfer der lonen aan te passen. Een soortgelijke bepaling is opgenoraen in artikel 22, eerste lid, van de Kinderbijslagwet voor. loontrekkenden ten aanzien van de aanpassing van de in artikel 21, eerste lid, van die wet genoemde kinderbijslagbedragen en in artikel 11, eerste lid, van de Kinderbijslagwet voor kleine zelfstandigen ten aanzien van de aanpassing van de in artikel 10, eerste lid, van laatstgenoemde wet opgenomen kinderbijslagbedragen. De algemene maatregel van bestuur hiema te noemen ontwerpalgemene maatregel van bestuur waarbij de voorwaarden voor een herziening van de bedoelde kinderbijslagbedragen worden geregeld, is nog niet tot stand gekomen, doch is wel in een gevorderd stadium van voorbereiding. De in deze ontwerp-algemene maatregel van bestuur opgenomen regeling is in grote lijnen analoog aan de regeling, in de hogergenoemde artikelen 9 van de Algemene Ouderdomswet, 21 van de Algemene Weduwen- en Wezenwet en 6 van de Interimwet invaliditeitsrentetrekkers vervat ten aanzien van de aanpassing van de uitkeringen krachtens die wetten aan de pntwikkeling van het indexcijfer der lonen. In artikel 1, zesde lid, van die ontwerp-algemene maatregel van bestuur is voorgesteld bij de aanpassing van de kinderbijslagen aan de lonen hetzelfde indexcijfer der lonen als maatstaf te nemen als geldt voor de aanpassing van de uitkeringen krachtens de Algemene Ouderdomswet, welk indexcijfer zoals hierboven bleek tevens als norm wordt gehanteerd bij de aanpassing van de uitkeringen krachtens de Algemene Weduwen- en Wezenwet en de Interimwet invaliditeitsrentetrekkers aan de loonontwikkeling. riet voorgestelde tweede lid, eerste volzin van artikel 1 van de ontwerp-algemene.maatregel van bestuur is behoudens voor wat betreft de wijzigingen, welke daarin in verband met het verschil van onderwerp dienden te worden aangebracht gelijk aan de bovenaangehaalde eerste volzin van het tweede lid van artikel 6 van de Interimwet invaliditeitsrentetrekkers. Dit betekent derhalve, dat ook de voorwaarden voor een eerste wijziging van de kinderbijslagbedragen na 1 januari 1963 eerst op 30 juni 1963 zouden zijn vervuld. Zoals de ondergetekende reeds in de tdelichting op artike) 3 van het'onderhavige^ontwerp-besluit heeft uiteengezet, acht hij het evenwel gewenst, dat bij wijzigingen van de verschillende uitkeringen krachtens sociale verzekeringswetten, welke krachtens wettelijk voorschrift de loonindex volgen, die verschillende uitkeringen worden opgetrokken tot hetzelfde indexcijfer der lonen, waardoor tevens wordt bereikt, dat ook in de toekomst de voorwaarden voor herziening van die verschillende uitkeringen steeds op dezelfde datum vervuld zullen zijn. Ook bij de herziening van de kinderbijslagbedragen is de ondergetekende er derhalve voorstander van deze bedragen op te trekken tot het indexcijfer per 31 mei Evenals het derde lid van artikel 6 van de Interimwet dit ten aanzien van de verhoging van de in die wet genoemde bedragen mogelijk maakt, is ook in artikel 1, derde lid, van de ontwerp-algemene maatregel van bestuur de mogelijkheid hiertoe geopend ten aanzien van de verhoging van de kinder- 16

16 bijslagen. De optrekking van de kinderbijslagbedragen tot het indexcijfer per 31 mei 1963 zou, overeenkomstig het voorgestelde vierde lid van artikel 1 van de ontwerp-algemene maatregel van bestuur dienen te geschieden door de in de wet opgenomen kinderbijslagbedragen te vermeerderen met het procentuele verschil tussen het indexcijfer per 3l mei 1963, hetwelk op 170 wordt geschat en het bij de in de wetten genoemde kinderbijslagbedragen behorende basis-indexcijfer d.i. het indexcijfer per 30 September 1962, hetwelk 163 beliep. Dit zou een procentuele verhoging vande kinderbijslagbedragen betekenen van 4,29. Evenwel is, zoals hiervoren reeds werd vermeld, in de bedoelde stijging van het indexcijfer een gedeelte begrepen, dat het gevolg is van de compensatie, welke aan de loontrekkenden ingaande 1 januari 1963 werd gegeven in verband met de per die datum ingegane verhoging van de premie ingevolge de Algeraene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet. Evenmin als over pensioenen en uitkeringen krachtens de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet premie ingevolge die wetten verschuldigd is, is premie ingevolge die wetten verschuldigd over de kinderbijslagen. Het ligt derhalve in de rede om, evenals bij de berekening van de verhoging van de pensioenen uitkeringsbedragen krachtens de Algeraene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet is geschied, bij de berekening van de verhoging van de kinderbijslagen dat gedeelte van de stijging van het indexcijfer der lonen, hetwelk is toe te schrijven aan de premiecompensatie voor de Algemene Ouderdomswet en Algemene Weduwen- en Wezenwet buiten beschouwing te laten. De mogelijkheid hiertoe is opgenomen in het voorgestelde vijfde lid van artikel 1 van de ontwerp-algemene maatregel van bestuur. Daartoe dient ingevolge het vierde lid van artikel 1 van de ontwerp-algemene maatregel van bestuur het basis-indexcijfer te worden gecorrigeerd. Het gecorrigeerde basis-indexcijfer wordt dan evenals bij de perisioen- en uitkeringsbedragen krachtens de Algemene Ouderdomswet en Algemene Weduwen- en Wezenwet gevonden door het thans geldende basis-indexcijfer te vermenigvuldigen met 100,91, Het nieuwe basis-indexcijfer wordt dan 164, De nieuwe kinderbijslagbedragen worden dan gevonden door de in de kinderbijslagwetten genoemde kinderbijslagbedragen te verhogen met het procentuele verschil tussen 170 (het geschatte indexcijfer per 31 mei 1963) en 164,48. Dit procentuele verschil is 3,36. De thans in de kinderbijslagwetten opgenomen bedragen, welke kwartaalbedragen zijn, zijn sedert de wijziging van die wetten bij de wet van 19 december 1962 (Stb. 581): Voor de Algemene Kinderbijslagwet: voor een derde kind f. 70,20, voor een vierde en vijfde kind f. 95,94 en voor een zesde kind en elk volgend kind f. 107,64. Voor de Kinderbijslagwet voor loontrekkenden en de Kinderbijslagwet voor kleine zelfstandigen: voor het eerste kind f. 64,74 en voor het tweede kind f. 70,20. Na de verhoging van deze bedragen met 3,36% en de afronding 17

17 van de uitkomsten op een veelvoud van f. 0,78, welke afronding is voorgesteld in het achtste lid van artikel 1 van de ontwerpalgemene maatregel vaii bestuur, worden de nieuwe bedragen dan: Voor de Algemene Kinderbijslagwet: voor een derde kind f. 73,32, voor een vierde en vijfde kind f. 99,84 en voor een zesde kind en elk volgend kind f. 111,54. Voor de Kinderbijslagwet voor loontrekkenden en de Kinderbijslagwet voor kleine zelfstandigen; voor het eerste kind f. 67,08 en voor het tweede kind f. 73,32. Tenslotte zij nog opgeraerkt, dat in artikel 1, tweede lid, tweede volzin, van de ontwerp-algemene maatregel van bestuur is voorgesteld om een herziening van de kinderbijslagbedragen, wanneer die herziening is gebaseerd op het indexcijfer van de tweede of de derde maand van een kalenderkwartaal, te doen ingaan op de eerste dag van het daaropvolgende kwartaal. In verband hiermede is in het onderhavige ontwerp-besluit voorgesteld de bedoelde verhoging van de kinderbijslagbedragen te doen ingaan op 1 juli

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES OVER EEN HERZIENING VAN DE.UITKERINGSBEDRAGEN INGEVOLGE VERSCHILLENDE SOCIALE-VERZEKERINGS- WETTEN IN VERBAND MET DE HUURVERHOGING PER 1 JANUARI1966-.,SER) UITGAVE VAN DE

Nadere informatie

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES OVER EEN HERZIENING VAN DE UITKERINGSBEDRAGEN INGEVOLGE VERSCHILLENDE SOCIALE VERZEKERINGS- WETTEN IN VERBAND MET HUURVERHOGING SERJ UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE

Nadere informatie

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE VERHOGING VAN DE DAGLONEN KRACHTENS ARTIKEL 23 VAN DE WET OVERGANGSREGELING ARBEIDSONGESCHIKTHEIDS- VERZEKERING EN ARTIKEL 15, EERSTE LID, VAN DE WET OP DE ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSVERZEKERING

Nadere informatie

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE DE VERHOGING VAN SOCIALE-VERZEKERINGSUITKERINGEN PER.1JANUARI1967 ,SER)

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE DE VERHOGING VAN SOCIALE-VERZEKERINGSUITKERINGEN PER.1JANUARI1967 ,SER) SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE DE VERHOGING VAN SOCIALE-VERZEKERINGSUITKERINGEN PER.1JANUARI1967,SER) UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD 1967, no. 1 SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE

Nadere informatie

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES OVER

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES OVER SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES OVER EEN VERHOGING VAN DE UITKERINGEN KRACHTENS DE ALGEMENE OUDERDOMSWET EN DE ALGEMENE WEDUWEN- EN WEZENWET TER COMPENSATIE VAN EEN VERHOGING VAN DE HUREN UITGEBRACHT

Nadere informatie

SOGIAAL-ECQNQMISCHE RAAD ADVIES. INZAKE DE REGELEN BETREFFENDE DE AANPASSING VAN DE KINDERBIJSLAGEN AAN HET INpEXCUFER DER LONEN.

SOGIAAL-ECQNQMISCHE RAAD ADVIES. INZAKE DE REGELEN BETREFFENDE DE AANPASSING VAN DE KINDERBIJSLAGEN AAN HET INpEXCUFER DER LONEN. SOGIAAL-ECQNQMISCHE RAAD ADVIES INZAKE DE REGELEN BETREFFENDE DE AANPASSING VAN DE KINDERBIJSLAGEN AAN HET INpEXCUFER DER LONEN SERl UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD Bezuidenhoutseweg 60, 's-gravenhage

Nadere informatie

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE VERHOGING VAN DE UITKERINGSBEDRAGEN INGEVOLGE VERSCHILLENDE SOCIALE-VERZEKERINGSWETTEN PER 1 OKTOBER 1966

SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE VERHOGING VAN DE UITKERINGSBEDRAGEN INGEVOLGE VERSCHILLENDE SOCIALE-VERZEKERINGSWETTEN PER 1 OKTOBER 1966 SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE VERHOGING VAN DE UITKERINGSBEDRAGEN INGEVOLGE VERSCHILLENDE SOCIALE-VERZEKERINGSWETTEN PER 1 OKTOBER 1966 SERJ UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD 1966, no.

Nadere informatie

SOCIAAL-ECONOMISCHE AD VIES INZAKE DE WAARDEVASTHEID VAN DE KINDERBIJSLAGEN

SOCIAAL-ECONOMISCHE AD VIES INZAKE DE WAARDEVASTHEID VAN DE KINDERBIJSLAGEN SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD AD VIES INZAKE DE WAARDEVASTHEID VAN DE KINDERBIJSLAGEN EN ADVIES INZAKE DE VRIJSTELLING VAN ONGEHUWDE VROUWEN VAN 45 JAAR EN OUDER VAN PREMIE BET ALING KRACHTENS DE ALGEMENE KINDERBIJSLAGVERZEKERING.SER]

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2000 2001 Nr. 322 27 692 Het stellen van nadere regels in verband met de introductie van een toeslagregeling ter compensatie van het gemis aan overhevelingstoeslag

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 8219 2 april 2013 Advies Raad van State, betreffende het besluit van... tot wijziging van de Algemene wet bestuursrecht

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 046 Wijziging van de Algemene Ouderdomswet, de Wet inkomensvoorziening oudere werklozen, de Wet inkomstenbelasting 2001 en de Wet op de loonbelasting

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 632 Wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (de maatstaf voor de duur van het recht op uitkering en enige andere onderwerpen)

Nadere informatie

SOCIAAL-ECONOMISCFIE RAAD AD VIES INZAKE EEN VERHOGING VAN VERSCHILLENDE SOCIALE-VERZEKERINGSUITKEIUNGEN PER 1 JANUARI 1966 SER]

SOCIAAL-ECONOMISCFIE RAAD AD VIES INZAKE EEN VERHOGING VAN VERSCHILLENDE SOCIALE-VERZEKERINGSUITKEIUNGEN PER 1 JANUARI 1966 SER] SOCIAAL-ECONOMISCFIE RAAD AD VIES INZAKE EEN VERHOGING VAN VERSCHILLENDE SOCIALE-VERZEKERINGSUITKEIUNGEN PER 1 JANUARI 1966 SER] UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD 1966, no. 2 SOCIAAL-ECONOMISCHE

Nadere informatie

Vaststelling AOW/AWW-bedragen per 1 maart 1996 SZW

Vaststelling AOW/AWW-bedragen per 1 maart 1996 SZW Vaststelling AOW/AWW-bedragen per 1 maart 1996 SZW 26 februari 1996/nr. SV/VP/86/0766 Directie Sociale Verzekeringen De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Gelet op de artikelen 12 en

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1999 461 Wet van 28 oktober 1999, houdende uitbreiding van de kring van verzekerden ingevolge de Ziekenfondswet met zelfstandigen voor wie, gelet

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2001 284 Besluit van 31 mei 2001, houdende wijziging van het Besluit studiefinanciering 2000 en het Besluit tegemoetkoming studiekosten in verband

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 718 Besluit van 18 december 2006 tot vaststelling van een algemene maatregel van bestuur betreffende de verlening van een tegemoetkoming aan

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2003 221 Rijkswet van 8 mei 2003 tot wijziging van de rijkswet van 20 december 1989, houdende regeling van pensioenen en uitkeringen aan Gouverneurs

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2001 321 Besluit van 4 juli 2001 tot wijziging van het Besluit tenuitvoerlegging geldboetevonnissen, het Besluit tenuitvoerlegging ontnemings- en

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 200 Wijziging van onder meer de Wet educatie en beroepsonderwijs in verband met het invoeren van een nieuw arrangement voor de bekostiging van

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1999 601 Besluit van 23 december 1999, houdende verhoging van het basiskinderbijslagbedrag en van enige rangordebedragen (Besluit bijzondere verhoging

Nadere informatie

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN Jaargang 2018 No. 14 Landsbesluit, houdende algemene maatregelen, van de 2 e maart 2018 tot wijziging van de artikelen 11, 12, en 29 van de Landsverordening Algemene Weduwen-

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1978-1979 15 339 Wijziging van de inkomstenbelasting en de loonbelasting in het kader van het belastingplan 1979 Nr. 4 BIJLAGEN BIJ DE MEMORIE VAN TOELICHTING

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2001 27 Besluit van 2 januari 2001, houdende wijziging van het Besluit uitbreiding en beperking kring verzekerden volksverzekeringen 1999 Wij Beatrix,

Nadere informatie

IN NAAM DER KONINGIN! DE GOUVERNEUR van de Nederlandse Antillen,

IN NAAM DER KONINGIN! DE GOUVERNEUR van de Nederlandse Antillen, LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, van de tot wijziging van het Landsbesluit houdende algemene maatregelen van de 21ste december 1965 ter uitvoering van artikel 26 lid 7 van de Landsverordening

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1994-1995 23971 Bijzondere bepalingen voor de toepassing van de sociale zekerheidswetten in verband met de Wet brutering overhevelingstoeslag lonen (Wet

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1996 303 Besluit van 30 mei 1996, houdende wijziging van het koninklijk besluit van 25 juni 1993, houdende vaststelling van regelen, bedoeld in de

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. 10390 14 juli 2009 Besluit van..., houdende nadere regels inzake buitengerechtelijke kosten bij tenuitvoerlegging van

Nadere informatie

Uitvoeringsbesluit Successiewet 1956

Uitvoeringsbesluit Successiewet 1956 Uitvoeringsbesluit Successiewet 1956 Besluit van 20 juli 1956, ter uitvoering van de Successiewet 1956 Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz.,

Nadere informatie

SOCIAAL-ECONOMISCHE ADVIES INZAKE WIJZIGING VAN DE WET OP HET PREVENTIEFONDS UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD

SOCIAAL-ECONOMISCHE ADVIES INZAKE WIJZIGING VAN DE WET OP HET PREVENTIEFONDS UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES INZAKE WIJZIGING VAN DE WET OP HET PREVENTIEFONDS UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD Bezuidenhoutseweg 60, 's-gravenhage SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES INZAKE WIJZIGING

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2005 725 Wet van 22 december 2005 tot wijziging van de Gemeentewet in verband met het afschaffen van het gebruikersdeel van de onroerendezaakbelasting

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2011 236 Besluit van 2 mei 2011, houdende wijziging van het Besluit overgangsrecht FLO-functies 0 Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 314 Wijziging van de Algemene Ouderdomswet, de Wet financiering sociale verzekeringen en de Wet op de huurtoeslag en enige andere wetten in

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1998 1999 Nr. 201 26 238 Wijziging van enkele wetten in verband met invoering van het regresrecht in de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten en versterking

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 137 Besluit van 20 februari 2002, houdende wijziging van het Besluit ziekte en arbeidsongeschiktheid voor onderwijspersoneel primair en voortgezet

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 177 Besluit van 19 mei 2008, houdende regels over de berekening van afkoopsommen van ongevalsuitkeringen (Besluit berekening afkoopsommen ongevalsuitkeringen

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 526 Besluit van 10 december 2007 tot wijziging van het Inkomensbesluit IOAW en het Inkomensbesluit Toeslagenwet in verband met enige wijzigingen

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 33 046 Wijziging van de lgemene Ouderdomswet, de Wet inkomensvoorziening oudere werklozen, de Wet werk en bijstand, de Wet inkomstenbelasting 2001

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 143 Besluit van 13 maart 1995 tot wijziging van het Besluit verlaagde wekeneis Werkloosheidswet Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 446 Wijziging van de Wet op de huurtoeslag (uitvoeringstechnische wijzigingen) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 50 Wet van 24 januari 2008, houdende wijziging van de Wet buitengewoon pensioen 1940 1945, de Wet buitengewoon pensioen zeelieden-oorlogsslachtoffers,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1985-1986 19 308 Wijziging van de Algemene burgerlijke pensioenwet en de Spoorwegpensioenwet met betrekking tot aanspraken van deelgerechtigden die de leeftijd

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 260 Besluit van 23 juni 2010, houdende wijziging van het Besluit maatschappelijke ondersteuning en het Bijdragebesluit zorg in verband met het

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 30 005 Aanvulling van het inkomen van ouderen met een bescheiden inkomen en aanpassing berekening vakantie-uitkering voor uitkeringsgerechtigden

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 624 9 januari 2019 Advies Raad van State inzake het ontwerp van een algemene maatregel van bestuur tot indexatie en verhoging

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 258 Besluit van 3 juli 2007, houdende aanpassing van enige fiscale uitvoeringsbesluiten Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

TER ILLUSTRATIE. I. Boek 7 BW. Artikel 248

TER ILLUSTRATIE. I. Boek 7 BW. Artikel 248 TER ILLUSTRATIE I. Boek 7 BW Artikel 248 1. De huurprijs kan worden verhoogd hetzij op grond van een beding in de huurovereenkomst dat in deze wijziging voorziet, hetzij indien een dergelijk beding niet

Nadere informatie

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN Jaargang 2018 No. 13 Landsbesluit, houdende algemene maatregelen, van de 2 e maart 2018 tot wijziging van de artikelen 7, eerste lid, 7a, eerste lid, en 26, derde tot

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2000 383 Wet van 27 september 2000, houdende nieuwe regels voor de financiering van de Algemene bijstandswet, de Wet inkomensvoorziening oudere en

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 524 Besluit van 26 september 1995, houdende wijziging van het Interimbesluit ziektekosten burgerlijke ambtenaren defensie Wij Beatrix, bij de

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Bijlage Besluit tegemoetkoming specifieke zorgkosten (Tekst geldend op: 21-03-2011) Besluit van 31 mei 2010, houdende regels inzake een financiële tegemoetkoming ter zake van uitgaven voor specifieke zorgkosten

Nadere informatie

UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden.

UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden. Nr 3213 ar. JZio GEMEENTE DORDRECHT UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden. Artikel l Deze verordening verstaat onder: a. ontslag: ontslag als bedoeld in artikel H 12a van het Algemeen Ambtenarenreglement

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 490 Wet van 15 november 2007, houdende wijziging van de Zorgverzekeringswet en de Wet op de zorgtoeslag houdende vervanging van de no-claimteruggave

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 727 Besluit van 26 oktober 2010, houdende vaststelling van de griffierechten en de bedragen, bedoeld in de artikelen 21, tweede lid, respectievelijk

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 290 Wijziging van de Algemene Ouderdomswet, de Wet inkomstenbelasting 2001 en de Wet op loonbelasting 1964 in verband met stapsgewijze verhoging

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 26 726 Wijziging van de Werkloosheidswet in verband met wijziging van de instroom in de wachtgeldfondsen alsmede enkele andere wijzigingen in de

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 778 Besluit van 16 november 2010, houdende regels met betrekking tot de overeenkomstige toepassing van het krachtens de Wet rechtspositie rechterlijke

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 318 Wijziging van enkele socialezekerheidswetten in verband met vereenvoudiging van de uitvoering van deze wetten door de Sociale verzekeringsbank

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1997 387 Besluit van 27 augustus 1997 tot aanpassing van het Inkomensbesluit IOAW aan de wet van 2 mei 1997, Stb. 193 (wijziging van de Algemene bijstandswet

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Na overleg met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Na overleg met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 19955 15 december 2010 Regeling van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 7 december 2010, nr.

Nadere informatie

wijziging van het Barp in verband met de invoering van de wet op de medische keuringen

wijziging van het Barp in verband met de invoering van de wet op de medische keuringen Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wijziging van het Barp in verband met de invoering van de wet op de medische keuringen Datum 27 oktober 1998 Aan de Korpsbeheerders van de regionale

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 19961 Voorstel van Wet van de leden Wolters, G. Terpstra en Gerritse tot wijziging van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag en enige sociale

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 33 129 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte (huurverhoging op grond van inkomen) B GEWIJZIGD

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 337 Besluit van 25 juni 2002, houdende voorzieningen met betrekking tot het Faunafonds (Besluit Faunafonds) Wij Beatrix, bij de gratie Gods,

Nadere informatie

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN Jaargang 2015 No. 11 Landsbesluit, houdende algemene maatregelen, van de 15 de mei 2015, tot wijziging van het Gevarenklassenbesluit ongevallenverzekering in verband met

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 649 Besluit van 1 december 2006 tot wijziging van het Besluit onderhoudsvoorwaarden kinderbijslag en het Samenloopbesluit kinderbijslag Wij Beatrix,

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2018 2019 35 093 Wijziging van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 inzake de bijdrage voor maatschappelijke ondersteuning en de beoordeling voor de

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2012 2013 33 318 Wijziging van enkele socialezekerheidswetten in verband met vereenvoudiging van de uitvoering van deze wetten door de Sociale verzekeringsbank

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 81 Besluit van 22 februari 2012 tot aanpassing van het Uitvoeringsbesluit Tijdelijke wet pilot loondispensatie en het Schattingsbesluit arbeidsongeschiktheidswetten

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2001 259 Wet van 17 mei 2001 tot wijziging van de Werkloosheidswet en de Wet op de (re)integratie arbeidsgehandicapten in verband met de invoering

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2004 463 Besluit van 15 september 2004 tot vaststelling van het tijdstip van herbeoordeling, bedoeld in de artikelen 34, vierde lid, van de Wet op

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2013 117 Besluit van 28 maart 2013 tot aanpassing van diverse besluiten in verband met de Wet vereenvoudiging regelingen SVB 0 Wij Beatrix, bij de

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1996 546 Besluit van 30 oktober 1996 tot wijziging van enkele op de Werkloosheidswet gebaseerde besluiten Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2001 386 Wet van 16 juli 2001 tot wijziging van de Ziekenfondswet in verband met samentelling van uitkeringstijdvakken ingevolge de Werkloosheidswet

Nadere informatie

Op de voordracht van Onze Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij van..., no. trcjz..., Directie Juridische Zaken;

Op de voordracht van Onze Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij van..., no. trcjz..., Directie Juridische Zaken; WIJ BEATRIX, BIJ DE GRATIE GODS, KONINGIN DER NEDERLANDEN PRINSES VAN ORANJE-NASSAU, ENZ.ENZ.ENZ. Ontwerp-Besluit houdende wijziging van het Besluit hardheidsgevallen herstructurering varkenshouderij Op

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 32765 18 november 2014 Regeling van de Minister voor Wonen en Rijksdienst van 6 november 2014, nr. 2014-0000581135, houdende

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2009 138 Wet van 12 maart 2009 tot wijziging van de Wet op de huurtoeslag (uitvoeringstechnische wijzigingen) Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin

Nadere informatie

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van,

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van, Besluit van houdende wijziging van het Bijdragebesluit zorg en het Besluit maatschappelijke ondersteuning in verband met verzachting van de vermogensinkomensbijtelling voor de eigen bijdrage AWBZ en Wmo

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2003 147 Besluit van 4 april 2003 tot wijziging van het Besluit burgerlijke stand 1994 in verband met de uitvoering van de Wet conflictenrecht afstamming,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2009 375 Besluit van 4 september 2009, houdende aanpassing van de bijlage bij het Besluit proceskosten bestuursrecht in verband met de indexering

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 198 Wet van 29 mei 2008 tot wijziging van de Wet bevordering eigenwoningbezit (uitvoeringstechnische wijzigingen) Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Ontwerp van een besluit houdende aanpassing van het Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000 en enkele andere besluiten in verband met de herijking van de verlening van rechtsbijstand door de raden voor

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 192 Wet van 29 mei 2008 tot wijziging van de Wet arbeid en zorg in verband met een uitkering aan zelfstandigen bij zwangerschap en bevalling

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1974-1975 13 288 Wijziging van de Wet buitengewoon pensioen 1940-1945 (Stb. 1947, H 313) en de Wet buitengewoon pensioen zeelieden-oorlogsslachtoffers (Stb. 1947,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2019 269 Besluit van 10 juli 2019 tot wijziging van het Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000 in verband met de aanpassing van de indexeringsbepaling

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 25199 7 december 2012 Regeling van de Minister voor Wonen en Rijksdienst van 27 november 2012, 2012-0000684669 houdende

Nadere informatie

Artikel I Artikel 15 van het Uitvoeringsbesluit Les- en cursusgeldwet 2000 wordt als volgt gewijzigd:

Artikel I Artikel 15 van het Uitvoeringsbesluit Les- en cursusgeldwet 2000 wordt als volgt gewijzigd: Besluit van... houdende wijziging van het Uitvoeringsbesluit Les- en cursusgeldwet 2000, het Besluit studiefinanciering 2000 en het Besluit tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten in verband met

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 55 Besluit van 27 januari 1995, houdende wijziging van een aantal algemene maatregelen van bestuur op grond van de Interimwet op het speciaal

Nadere informatie

Besluit van tot wijziging van het Schattingsbesluit arbeidsongeschiktheidswetten (verhoging leeftijdsgrens voor herbeoordeling)

Besluit van tot wijziging van het Schattingsbesluit arbeidsongeschiktheidswetten (verhoging leeftijdsgrens voor herbeoordeling) Besluit van tot wijziging van het Schattingsbesluit arbeidsongeschiktheidswetten (verhoging leeftijdsgrens voor herbeoordeling) Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 569 Wijziging van de Wet op het notarisambt en enkele andere wetten in verband met onder meer een gewijzigde regeling van de legalisatie van

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 31 Besluit van 9 januari 2008 houdende wijziging van het Warenwetbesluit algemene productveiligheid teneinde de uitvoering van artikel 13 van

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1997 42 Besluit van 30 januari 1997, houdende regels betreffende een aanvullend beschermingscertificaat voor gewasbeschermingsmiddelen (Besluit certificaat

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 586 Wijziging van de Wet op het overleg huurders verhuurder en de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte (uitbreiding geschillenbeslechting huurcommissie)

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 40619 19 november 2015 Regeling van de Minister voor Wonen en Rijksdienst van 13 november 2015, nr. 2015-0000662614, houdende

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 615 Wijziging van de Wet op de ondernemingsraden en titel 7.10 (arbeidsovereenkomst) van het nieuw Burgerlijk Wetboek Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1999 527 Wet van 2 december 1999 tot wijziging van de Wet op het primair onderwijs in verband met de verkleining van de groepsgrootte voor de 4- tot

Nadere informatie

Bijstellingsregeling 1999 FI

Bijstellingsregeling 1999 FI Bijstellingsregeling 1999 FI 16 december 1998/nr. WDB98/423M Directoraat-Generaal voor Fiscale Zaken/Directie Wetgeving Directe Belastingen De Staatssecretaris van Financiën, Gelet op de artikelen 66b

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 425 Besluit van 22 juli 2002, houdende bepalingen inzake het treffen van een inkomensvoorziening voor oudere gewezen zelfstandigen, MKZ-geruimden

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 290 Wijziging van de Algemene Ouderdomswet, de Wet werk en bijstand, de Wet inkomstenbelasting 2001 en de Wet op de loonbelasting 1964 in verband

Nadere informatie