Verslag Commissie v oor maatschappelijke ontwikkeling

Transcriptie

1 gemeente Eindhoven Dienst B estuurs ondersteuning Bureau Raadssecretariaat Behandeld door B. Calon Telefoon (oho) 238 zr SS Verzenddatum 22 juli rbbb Verslag Commissie v oor maatschappelijke ontwikkeling Betreft openbare vergadering van dinsdag 16 juni 1998, locatie Stadhuis, Stadhuisplein 1 te Eindhoven, aanvang uur, einde uur. Uitnodiging aan N. van der Spek B. Calon mw A. van Alphen de Veer-Paulen M. van Dam B. Gerard P. van der Grinten M. Haddad mw J. Hekking-Tonnaer mw G. van Helmond-Donders L. van Helvoirt R. Kerkwijk P. Meulman mw G. Mittendorff M. den Ouden G. Willemsen voorzitter secretaris VVD PvdA SP CDA GL D66 PvdA SP GL VVD CDA AOV Stads partij Aanwezig x tot uur x tot uur Mede aanwezig A. Czech, MCZ R. Janssen, GGD H. Gubbels, MCZ E. v.d. Kallen, MCZ B. Nagelkerke, MCZ R. Oomen, MCZ D. Riemers, MCZ D. Verbraak, BST C. Volwater, BIC J. Waterschoot, MCZ pers publiek 13 personen

2 Opening en mededelingen. 1.2 De voorzitter kondigt aan dat er in september/najaar 1998 een dossier zal worden aangeboden met betrekking tot uitgangspunten, ondernemingsplan, eventuele verzelfstandiging van het Van Abbemuseum. M.b.t. de.motie tot het instellen van een jeugdpanel zal een voorstel gemaakt worden en in september aangeboden. Vaststelling notulen van de vergaderingen van 12 en 19 mei Cf. bandopname: A001- Aangehouden. Te behandelen in de raadsvergadering van 6 juli Overdracht van de beheer- en uitvoeringsfuncties van de CPA-meldkamer en van de medewerkers naar het SRE (tevens in MMS). Zonder discussie: akkoord. 3.4 inzake plan van nieuwe scholen voor basisonderwijs voor de schooljaren 1999/ /2002. Probleemstelling Op grond van artikel 53, lid 2 van de Wet op het basisonderwijs (WBO) dient de gemeenteraad jaarlijks voor 1 augustus het plan van nieuwe scholen vast te stellen, of een besluit te nemen, dat vaststelling van het plan achterwege wordt gelaten (art. 63 WB). Het plan van nieuwe scholen voor basisonderwijs voor de schooljaren 1999/ /2002 vast te stellen en op de betreffende verzoeken te beslissen zoals in het ontwerp-besluit is aangegeven. Brief van 12 juni U is aangeboden de raadsbijlage "plan van nieuwe scholen voor basisonderwijs voor de schooljaren 1999/ /2002". In het daarbij behorende ontwerp-besluit is onder punt 5 opgenomen de weigering van het verzoek van de Stichting Evangelisch Onderwijs Eindhoven voor het oprichten van een basisschool op evangelische grondslag in het stadsdeel Meerhoven. De weigeringsgrond is beschreven in de eerder bedoelde raadsbijlage en komt er in het kort op neer dat het te verwachten deelnamepercentage onvoldoende is om te komen tot een levensvatbare school.

3 In de periode die ligt tussen het toezenden van de raadsbijlage en heden heeft er wederom intensief contact plaatsgehad tussen het schoolbestuur, de V.N.G., het ministerie en ons college. Het doel van dat overleg was om nogmaals vast te stellen of alle relevante overwegingen om te komen tot schoolstichting voldoende in ogenschouw zijn genomen. Twee vragen waren daarbij cruciaal: wordt het deelnamepercentage vermenigvuldigd met de bevolking van het stadsdeel of met de gehele stad. Een tweede vraag was of met de plaatselijke situatie rekening gehouden mag worden als het gaat om het deelnamepercentage. De V.N.G. steunt ons nu in het standpunt dat het deelnamepercentage vermenigvuldigd kan worden met de totale bevolking van Eindhoven. Zeker als de school een regionale functie krijgt. Er vervolgens vanuit gaande dat de kerkelijke belangstelling in Eindhoven niet minder zal zijn dan die in Amsterdam zuid-oost, komen wij tot de conclusie dat gewijzigde inzichten ertoe leiden dat er wel voldoende grond is voor een levensvatbare evangelische school. Overigens is ons in de gesprekken gebleken dat het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen terughoudend is als het gaat om ondersteuning van onze gewijzigde visie. Het college van burgemeester en wethouders heeft, uitgaande van de regionale functie, reeds eerder het standpunt ingenomen dat derhalve er geen sprake kan zijn van vestiging in Meerhoven als wijkschool. Er zal een locatie in de stad moeten worden gezocht die tegemoet komt aan het regionale karakter van de school. Inspraak: voorafgaand aan commissiebehandeling wordt ingesproken door de heer P. Prijt, voorzitter bestuur Stichting Evangelisch Onderwijs Eindhoven. Zijn pleitnotitie wordt als bijlage 1 aan dit verslag gehecht. Zie bijlage l. Cornmissiebehandeling 1 Het voorstel aan te passen overeenkomstig het besluit van het college van 8 juni, neergelegd in de brief van MCZ van 12 juni Vervolgens: meerderheid: akkoord. 3 Stemvoorbehoud door PvdA, SP, GL en Stadspartij. Cf. bandopname A093/A1 75

4 3.1 inzake de subsidiering van de Stichting Begeleidingscentrum voor Vrouwen en de Stichting LEI voor het jaar Probleemstelling Op 3 februari 1997 heeft de gemeenteraad besloten tot subsidiering voor 1996 en 1997 met de bepaling dat daarna moet worden bezien of subsidiering voor 1998 opportuun is. Dit raadsvoorstel dient daartoe. Conform het bijgevoegde raadsvoorstel en ontwerp-besluit de raad voor te stellen de Stichting Begeleidingscentrum voor Vrouwen en de Stichting LEI voor het jaar 1998 een subsidie toe te kennen van f ,ÃćâĆňâĂİ elk. Akkoord. 3,2 tot het beschikbaar stellen van een krediet ten behoeve van de uitvoering van de landelijke maatregel klassendelerverlaging. Probleemstelling Voor de investeringen, die nodig zijn om de landelijke maatregel klassendelerverlaging uit te voeren, is krediet nodig. ln de gemeentebegroting is bij begrotingswijziging d.d. 6 april reeds in die ruimte voorzien. De raad voor te stellen: 1 a Voor het uitbreiden respectievelijk aanpassen van 9 basisschoolgebouwen ten behoeve van de uitvoering van de landelijke maatregel klassendelerverlaging een krediet beschikbaar te stellen van f ,ÃćâĆňâĂİ ; b de daaruit voortvloeiende lasten, evenals het budget voor de aanpassing van de inrichting, ten laste te brengen van de stelpost klassendelerverlaging onderwijs; 2 Het niet benutte deel van de stelpost te storten in het fonds huisvesting onderwijs; 3 De begrotingswijziging dienovereenkomstig vast te stellen. Zonder discussie. unaniem akkoord.

5 3.3 tot overdracht en fusie openbare LOM-school De Vijfkamp. Probleemstelling De vier in de Federatie Primair Onderwijs Eindhoven samenwerkende schoolbesturen (SKPO, SSOE, NUT en COBSO) willen hun zeven scholen voor speciaal basisonderwijs (zogeheten S0-1 scholen: voor moeilijk lerende kinderen (MLK), kinderen met leer- en opvoedingsmoeilijkeden (LOM) en voor jonge, in hun ontwikkeling bedreigde kinderen (IOBK) onderbrengen in een gemeenschappelijke voorziening: het zorginstituut. De bij de inrichting van dit zorginstituut betrokken 50-1 school van het openbare onderwijs is de LOM-school "De Vijfkamp". Om deze school onder te kunnen brengen in een gemeenschappelijk zorginstituut is een overdracht en vervolgens fusie van deze school noodzakelijk. "De Vijfkamp" wordt op basis van een door de Raad vastgestelde Verordening bestuurd door de Commissie voor het Openbaar Basis- en Speciaal Onderwijs (COBSO). Aan deze Commissie zijn vrijwel alle schoolbestuurlijke bevoegdheden overgedragen, Een van de uitzonderingen hierop vormt de bevoegdheid tot het opheffen c.q.overdragen van scholen, dit in verband met de verplichting voor de gemeente om te voorzien in voldoende openbaar onderwijs. Het besluit tot overdracht met als doel fusie moet door de Raad genomen worden; de COBSO heeft t.a.v. een dergelijk raadsbesluit adviesrecht. Wel is aan de COBSO via de Verordening de bevoegdheid tot het voeren van het wettelijk verplichte overleg met de medezeggenschapsraad op basis van een voorgenomen besluit. COBSO is steeds een groot voorstander geweest van een gezamenlijke aanpak van de problematiek als gevolg van WSNS en heeft een substantiele bijdrage geleverd aan het initiatief en de daarop volgende haalbaarheids- en uitwerkingsonderzoeken. Daartoe desgevraagd gemandateerd door het college van b. en w. heeft de COBSO in haar vergadering van 15 april 1998 op basis van het fusierapport het voorgenomen besluit genomen "De Vijfkamp" op 31 juli 1998 over te dragen aan de Stichting Zorginstituut Primair Onderwijs Eindhoven. Aan de raad voorstellen I Om gehoord de adviezen van de COBSO en de medezeggenschapsraad de openbare school voor speciaal onderwijs "De Vijfkamp" per 31 juli 1998 over te dragen aan de Stichting Zorginstituut Primair Onderwijs Eindhoven onder voorwaarde dat: la het bestuur van de Stichting Speciaal Onderwijs Eindhoven op 31 juli 1998 de Driekoningenschool voor so-lom, de St. Jozefschool voor so-lom, de Herman Broerenschool voor so-lom en De

6 Wingerd, school voor so-mlk, overdraagt aan de Stichting Zorginstituut Primair Onderwijs Eindhoven; b het bestuur van de Stichting Katholiek en protestants-christelijk Onderwijs in Eindhoven e.o. op 31 juli 1998 de Petraschool voor so-mlk overdraagt aan de Stichting Zorginstituut Primair Onderwijs Eindhoven; c het bestuur van het Departement Eindhoven der Maatschappij tot Nut van t Algemeen op 31 juli 1998 de Jan Nieuwenhuizenschool voor so-lom overdraagt aan de Stichting Zorginstituut Primair Onderwijs Eindhoven;. 2 het bestuur van de Stichting Zorginstituut Primair Onderwijs Eindhoven vervolgens op 1 augustus 1998 opheft en tot een speciale school voor basisonderwijs samenvoegt: de Driekoningenschool de St. Jozefschool de Herman Broerenschool de Wingerd de Petraschool de Vijfkamp de Jan Nieuwenhuizenschool, zulks als onderdeel van het Zorginstituut Primair Onderwijs Eindhoven. Il De begrotingswijziging dienovereenkomstig vast te stellen. Onder voorbehoud van nader uit te brengen advies van de medezeggenschapsraad akkoord. 3.5 inzake tijdelijke regeling toelating voortgezet algemeen volwassenen onderwijs. Probleemstelling In de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB) is bepaald dat toelating tot de opleidingen educatie, waaronder het voortgezet algemeen volwassenen onderwijs, uitsluitend openstaat voor volwassenen (18 jaren of ouder). Tot 1 januari 1998 werd aan de instellingen de mogelijkheid geboden, via een ontheffing van de onderwijsinspectie, 16- en 17-jarige deelnemers toe te laten. Met ingang van 1 januari 1998 vigeert tot 1 januari 2000 een nieuwe regeling, waarbij de gemeenten de dispensatiebevoegdheid van de onderwijsinspectie vernemen. Met deze overgangsregeling wordt een nieuwe tijdelijke dispensatiemogelijkheid voor deelname van 16- en 17-jarige deelnemers gecreeerd. Na 1 januari 2000 vervalt de dispensatiemogelijkheid. Het bijgevoegde

7 f ,ÃćâĆňâĂİ ). raadsvoorstel betreft de wijze waarop wij onze tijdelijk dispensatiebevoegdheid vorm zullen geven. I De raad voor te stellen: a in te stemmen met de procedure inzake de Tijdelijke regeling toelating voortgezet algemeen volwassenen onderwijs; b de uitvoering van de Tijdelijke regeling toelating voortgezet algemeen volwassenen onderwijs te delegeren aan burgemeester en wethouders. II Burgemeester en wethouders voor te stellen: ten behoeve van de uitvoering van de Tijdelijke regeling toelating voortgezet algemene volwassenen onderwijs mandaat te verlenen aan de directeur van de dienst Maatschappelijke en Culturele Zaken en deze daarmee te machtigen submandaat te verlenen aan door hem aan te wijzen ambtenaren van zijn dienst Unaniem akkoord. 3.6 inzake het vaststellen van het ondernemingsplan De Krabbedans en het afsluiten van een contract met de instelling. Probleemstelling. Naar aanleiding van de nieuwe huisvesting van De Krabbedans en de mogelijkheden die hieruit voortvloeien is de instelling, door de gemeente, verzocht een ondernemingsplan op te stellen. Het ondernemingsplan is getoetst op de geformuleerde doelstellingen en er is een conceptcontract opgesteld. Informatie vooraf door de voorzitter De voorzitter meldt dat hij ongeveer 10 dagen geleden een gesprek heeft gehad met het bestuur van de Krabbedans: hierin werd melding gedaan van een overschrijding bij de bouw van 2,5 ton; daarbovenop is er een financieel risico van het vroegere pand (huurderving van De afspraak is gemaakt dat de Krabbedans onmiddellijk zou stoppen met niet gedekte uitgaven. De voorzitter meldt dat nu opgehelderd moet worden hoe e.e.a. zit; "er komt een apart dossier" (NB. de kwestie van het vroegere pand is onder de rechter, t.g.v. een procedure hoger beroep).

8 Conclusie van de commissie Op grond van deze voorafgaand aan commissiebehandeling verkregen informatie wordt thans besloten het voorstel aan te houden, totdat in een nader uit te brengen dossier de financiele problematiek zal zijn uitgewerkt en hiertoe oplossingen zijn aangedragen. NB. Per brief heeft de heer Van der Ploeg, bedrijfsleider van cafe de Krabbedans de commissieleden van zijn mening geinformeerd. Deze brief wordt als bijlage 2 van dit verslag gehecht. Bijlage tot het handhaven van de functie Internationalisering voor het onderwijs. Inleiding Op 6 april 1998 heeft de raad besloten tot overheveling van een aantal taken van de dienst Maatschappelijke en Culturele Zaken naar de dienst Bestuursondersteuning. Een van deze taken betreft de functie voor internationalisering van het onderwijs. Deze was sedert 1991 gefinancierd op projectbasis. Bij de overdracht van deze taak is voor het jaar 1998 financiering gevonden door hiervoor f ,ÃćâĆňâĂİ beschikbaar te stellen uit de fondsen voor onderwijsvernieuwing bij de dienst Maatschappelijke en Culturele Zaken en f ,ÃćâĆňâĂİ ten laste te brengen van de saldireserve. Alvorens structureel middelen voor deze functie beschikbaar te stellen verzocht de raad de directeur van de dienst Bestuursondersteuning een evaluatie van de noodzaak tot voortzetting van de internationaliseringsfunctie van het onderwijs uit te voeren en hierover te rapporteren voor 1 juli kennis te nemen van de effecten en resultaten van het project Onderwijs en Internationalisering (1991/1997); 2 deze functie structureel onder te brengen bij het Bureau Internationale Coordinatie van de dienst Bestuursondersteuning; 3 de financiering van deze functie ad f ,ÃćâĆňâĂİ op te nemen in de Meerjarenbegroting Commissiebehandeling. A 438/A470 Unaniem akkoord, onder aantekening echter dat het voorstel op pag. 3 sub 6 en bij voorstel sub 3 met betrekking tot de inrichtingskosten ( niet jaarlijks ) zo mogelijk moet worden aangepast.

9 3.9 inzake positionering alllochtonen in beleid en uitvoering op stedelijk en wijkniveau. als uitgangspunt met betrekking tot het beleid voor allochtonen te kiezen voor multiculturalisering en interculturalisatie, hetgeen onder meer inhoudt dat maatregelen moeten bijdragen tot het afstemmen van instituties en praktijken op de multiculturele omgeving; 2 vanuit dit uitgangspunt te kiezen voor primair achterstandsbeleid (daar waar nodig) aangevuld met specifieke maatregelen met maatwerk voor specifieke groepen; 3 voortbouwend op het voorstel van de allochtone groeperingen voor een stedelijk allochtonenoverleg en ter uitvoering van het principe van multiculturalisering en interculturalisatie: a te erkennen een Overleg Allochtonen en Autochtonen Eindhoven, dat het proces van multiculturalisering en interculturalisatie op wijk- en stedelijk niveau stimuleert en volgt, dat als gesprekspartner fungeert naar de gemeente en deskundigen kan leveren voor de themagroepen van het Grote Stedenbeleid; b het Overleg Allochtonen en Autochtonen Eindhoven te verzoeken hiertoe een programma op te stellen in overleg met de dienst Maatschappelijke en Culturele Zaken, afdeling Sociaal-Cultureel Werk; c het minderhedendebat op te heffen; 4 1 de intentie uit te spreken om voor drie jaren met de Stichting Palet een contract aan te gaan ten behoeve van de ondersteuning. Voorts de Stichting Palet te verzoeken: de ondersteuning van het Overleg Allochtonen en Autochtonen Eindhoven; het ontwikkelen, begeleiden, bevorderen en volgen van het proces van multiculturalisering en interculturalisatie op stedelijk niveau en wijkniveau; en de gemeente daarover periodiek te informeren; 2 het college van burgemeester en wethouders te verzoeken de directeur van de dienst Maatschappelijke en Culturele Zaken op te dragen een uitgewerkt contract ter besluitvorming voor te leggen; 5 in te stemmen met: a de in de nota genoemde clusters van maatregelen van multicultura lisering en interculturalisatie; b jaarlijks de raadscornmissie over de resultaten te informeren; 6 erop toe te zien, dat betrokkenen instrumenten krijgen aangereikt om de beoogde grondhouding voor het proces van multiculturalisering en interculturalisatie zich eigen te maken;

10 A21 5/A316 7 de voortgang van het proces te volgen door wetenschappelijk onderzoek en een apart voorstel hiertoe af te wachten; a voor de benodigde extra middelen op jaarbasis ad f ,ÃćâĆňâĂİ (ten behoeve van voorstel 4) een beroep te doen op de provincie; b indien geen dekking wordt verkregen via de provincie omtrent 8a bij de contract vaststelling met de Stichting Palet via een alternatief aan de raad voor te leggen dekkingsplan gedurende drie jaren en beroep te doen op het Fonds versterking vrijwilligerswerk. Commissiebehandeling Met waardering, unaniem akkoord tot het aanpassen van de Monumentencommissie. Probleemstelling Sinds 1 januari 1994 zijn verschillende tranches van de Awb in werking getreden. Deze overkoepelende wet geeft algemene regels omtrent het rechtsverkeer tussen burger en overheid. Het feit dat het hier een overkoepelende wet betreft, betekent dat alle algemeen verbindende voorschriften van lagere overheden dienen te worden aangepast aan deze hogere wet. Omdat de Monumentenverordening uit 1991, een algemeen verbindend voorschrift is van de gemeente Eindhoven, zal ook deze verordening aan de Awb aangepast moeten worden. Naast deze wettelijk noodzakelijke aanpassing van de Monumentenverordening, is het wenselijk de verordening ook op andere gebieden te verbeteren dan wel uit te breiden. Zo dient op grond van de huidige verordening voor elk besluit omtrent een vergunningaanvraag de voltallige commissie aanwezig te zijn. Deze regel belemmert de commissie om slagvaardiger op te treden. Verder is in de huidige Monumentenverordening een lacune met betrekking tot het stemrecht in de monumentencommissie, aangezien deze in het geheel niet wordt behandeld in de verordening. Voor wat betreft de samenstelling van de monumentencommissie is op dit moment bepaald dat de wethouder, tot wiens portefeuille monumentenzorg behoort, de voorzitter van de commissie is. Wethouder Van der Spek heeft echter aangegeven dat hij geen deel meer wenst uit te maken van de monumentencommissie. De verordening is hierop aangepast. Het is verder de taak van de monumentencommissie een deskundigenadvies uit te brengen aan het college van burgemeester en wethouders. Het verdient de voorkeur de monumentencommissiete beschouwen als een deskundigencommissie.

11 : Akkoord, onder aantekening dat zal worden bezien of de voorzitter van de monumentencommissie uit de leden van deze commissie gekozen zou kunnen worden. A470/ Rondvraag en sluiting. 4.1 Verwijzend naar de vorige vergadering gestelde vragen door de PvdA, zal aan afd. BST gevraagd worden een overzicht te maken van die voorstellen die in de pijplijn zitten. BST stelt pijplijnoverzicht samen. 4.2 Eveneens zal worden aangegeven wat aan de hand van het Programma van Samenwerking prioriteit heeft, wie de kar trekt, waar e.e.a. op de tijdslijn staat. De voorzitter meldt dat het bestuur van de stadskerk St. Cathrien en de kwaliteitskring Stratumseind e.o. per brief bericht zullen krijgen over de standplaats van de JIP -bus (Jongeren Informatie Punt). Aldus vastgesteld op / g dsc/ej

12 AD MM I Geachte commissieleden, meneer de wethouder, er is een bijbelse spreuk die zegt: Dat een woord in de juiste vorm gesproken is als gouden appelen op zilveren schalen. Over het al of niet vestigen van de evangelische basisschool in Eindhoven zijn in de loop der jaren al heel wat woorden gesproken en dossiers gevuld. Het waren lang niet altijd gouden woorden in zilveren dossiermappen. Maar afgelopen vrijdagmiddag diende onze fax als de zilveren schaal waarop u ons (eindelijk) gouden appelen deed toekomen. Het begeleidend briefje van de heer wim van Bokhoven vermelde sympathiek: "U zult ongetwijfeld een prettig weekend hebben." Inderdaad waren we blij verrast en dankbaar dat B&W onze beoogede school een reele kans wil geven en er constructief gezocht is naar juridische/wettelijke mogelijkheden om tot stichting van een school van een nieuwe richting te komen. De wet maar daar zal ik verder niet op in gaan heeft het ons daar niet makkelijk bij gemaakt maar daar zal ook op haags politiek nivo nog wel meer over gezegd gaan worden denk ik. Na jaren van overleg, diskussie, schrijven, faxen maar ook dat wil ik hier niet onvermeld laten hebben vele ouders en betrokkenen er ook veelvuldig voor gebeden lijkt het gemeentelijke station gepasseerd. Waarvoor onze dank richting u die dat mede mogelijk gemaakt heeft. We hopen en bidden dat ook onze nieuwe minister het scholenplan zal goedkeuren. Als dat zo is dan gaat het pas echt gebeuren en zullen we weer rondom de tafel moeten maar nu met het doel van de nieuwe school iets goeds te maken een aanwinst voor de stad die een positieve bijdrage zal leveren aan de veelkleurigheid van de stad Eindhoven. Ten slotte, ik kan het niet nalaten, ik sprak met opzet over Eindhoven, we begrepen dat B&W duidelijk niet aan Meerhoven denkt. Helemaal begrijpen doen we dat eigenlijk niet, waarom zou een school in Meerhoven GEEN regio functie kunnen hebben? Natuurlijk zullen we luisteren naar uw argumenten daarover maar we zouden u voorzichtig willen vragen in uw raadsbesluit over plan van scholen meerhoven niet geheel uit te sluiten. Wat dat betreft kunnen we geheel leven met de formulering "stad eindhoven". Ik ga nu niet in op alle pro en contra s maar in een win win situatie kon het wel eens op termijn zo zijn dat we niets moeten uitsluiten. Wij willen ons wat dat betreft constructief opstellen en op dit moment onze zegeningen tellen. >4) QZoP Z,Qy PL/ T