Vergaderstukken Commissie Samenleving 10 september 2013

Transcriptie

1 Vergaderstukken Commissie Samenleving 10 september 2013 Orgaan: Commissie Samenleving Datum: dinsdag 10 september 2013 Aanvang: 19:30 uur Locatie: De raadszaal van het stadhuis, Ambtmanstraat 13 te Tiel.

2 Concept agenda Opening (19.30 uur tot uur) Agenda d.d. 10 september 2013 (vaststellen) (19.31 uur tot uur) Voor de behandeling van agendapunt 16 (Gunning Westluidense Poort) worden ook de leden van de commissie Ruimte uitgenodigd. Ingekomen stukken (19.32 uur tot uur) Informatie van het college in het kader van de actieve informatieplicht (19.35 uur tot uur) Concept beknopt verslag van de vergadering van de commissie Samenleving van 2 juli 2013 (vaststellen) (19.40 uur tot uur) Afsprakenlijst van de commissie (bespreken) (19.45 uur tot uur) Rondvraag (19.50 uur tot uur) PROGRAMMA ECONOMISCHE ONTWIKKELING 8. Clientenraad WWB Tiel (bespreken) (20.00 uur tot uur) N.a.v. een vraag van de heer P. Schoots over een brief van de cliëntenraad heeft de heer De Wolf d.d. 28 mei 2013 en d.d. 2 juli 2013 namens de cliëntenraad gebruik gemaakt van het inspreekrecht. U heeft besloten om de inspraakreacties van de heer P.G.J. de Wolf en het antwoord op de door de heer P. Schoots gestelde vragen te bespreken in de commissie. PROGRAMMA MAATSCHAPPELIJKE VOORZIENINGEN 9. Convenant Platform Zelfredzaam (bespreken) (20.20 uur tot uur) De heer M.J.J. Melissen heeft verzocht om dit onderwerp ter bespreking te agenderen. Het is hem niet duidelijk wat de rol van de gemeenteraad is, hoeveel middelen erbij betrokken zijn en wat het doel van de bijdrage van Tiel is. U heeft ingestemd met de agendering van dit onderwerp. Commissariaat voor Media (om advies) (20.40 uur tot uur) Verbouwing Agnietenhof (om advies) (21.00 uur tot uur) Vervolgproces sportaccommodatiebeleid (bespreken) (21.25 uur tot uur) In bijgevoegde bespreeknota worden ten aanzien van het vervolgtraject sportaccommodatiebeleid twee procesvoorstellen gedaan. Aan u wordt gevraagd welke van de twee procesvoorstellen de voorkeur heeft. OVERIG Terugkoppeling intergemeentelijke samenwerkingsverbanden (21.40 uur tot uur) Sluiting openbare vergadering (21.42 uur)

3 De voorzitter sluit de deuren. De commissie dient te beslissen of de agendapunten 15 en 16 in beslotenheid worden behandeld. Als in beslotenheid wordt vergaderd dient de commissie een besluit te nemen over het al dan niet opleggen van geheimhouding over de beraadslagingen. Concept beknopt verslag besloten vergadering commissie Samenleving van 2 juli 2013 (vaststellen) (21.42 uur tot uur) Ten aanzien van het verslag is door de commissie geheimhouding opgelegd op grond van artikel 10 lid 2 Wob. Het verslag wordt daarom in een aparte envelop, onder geheimhouding, naar u toegestuurd. Gunning Westluidense Poort (21.45 uur tot uur) Er zijn geen stukken voor dit agendapunt. Sluiting (22.30 uur)

4 BEKNOPT VERSLAG VAN DE VERGADERING VAN DE COMMISSIE SAMENLEVING VAN 10 SEPTEMBER 2013 Aanwezig: T. Zuidema (voorzitter), S. de Boer, N. Budak, P. van den Burg*, A.E.L. Duquesnoy-van den Heuvel, H.A. Groenendaal, J.M. de Jong, R. Manuhutu*, M.J.J. Melissen, L.H.K. Metiary, H.J. van der Munnik, P.J. van der Schaaf, P. Schoots*, J.L. Sewalt-Wijbrandts, I.C.M. Son-Stolk, J.D. Stoeten-Flach*, J.H. de Wild, P.G. van Wijk* (leden cie Samenleving), C.J. Kreuk Wildeman, G.J.R. Spekman (leden cie. Ruimte*) en H. Pullen (commissiegriffier) Afwezig met kennisgeving: A. de Graaf, F.A.G. Henning, J.H. van Dijk (leden cie Samenleving en Ruimte) Eveneens aanwezig: J. Beenakker (burgemeester) H.A. Driessen, C.R. Vermeulen, L. Verspuij, C.A.A. van Rhee- Oud Ammerveld (wethouders), E. Roovers, K. Eetgerink, M. Kokx, I. van den Hurk (gemeentelijke adviseurs) R. van Zuilen (directeur Agnietenhof) 1. Opening De voorzitter heet een ieder welkom en opent de vergadering. 2. Agenda d.d. 10 september 2013 (vaststellen) Er hebben zich twee insprekers gemeld. J. van de Westeringh over een niet geagendeerd onderwerp. Hij krijgt de gelegenheid om in te spreken bij agendapunt 7. P.G.J. de Wolf over agendapunt 8 (Cliëntenraad WWB Tiel). Hij krijgt bij agendapunt 8 de gelegenheid om in te spreken. De agenda wordt verder ongewijzigd vastgesteld. 3. Mededelingen en ingekomen stukken Mevrouw Son-Stolk, de heer P. van Wijk en de heer J. de Wild hebben verzocht om ingekomen stuk nummer 03.1 (Brief d.d. 26 mei 2013 van Wijkvereniging Passewaaij) te agenderen voor bespreking. Motivatie/vragen: heeft het College deze brief beantwoord? in de brief worden diverse bedragen genoemd. Welke zijn volgens het college juist/onjuist en waarom? eerder heeft de heer Vermeulen aangegeven dat geld voor de JOP vrij verdeelbaar is omdat het geen relatie (meer) heeft met de Tielse methode. De wijkvereniging ziet dit duidelijk anders. Wat is de inhoud van de reactie van het College hierop?/wat is er nog aan budget over voor JOP Passewaaij? de wethouder heeft tijdens cie. Samenleving d.d. 24 april 2013 aangegeven diverse mogelijkheden te onderzoeken en terug te koppelen. Dit is nog niet gebeurd. Afgesproken wordt dat de vragen schriftelijk worden beantwoord. Daarna zal worden beoordeeld of agendering nog nodig is. Mevrouw Budak verzoekt om het onderwerp "Versterken concurrentiepositie onderwijs Tiel" te plaatsen op de afsprakenlijst om de commissie op de hoogte te houden van actuele ontwikkelingen. Dit wordt door de voorzitter toegezegd. 4. Informatie van het college in het kader van de actieve informatieplicht C.A.A. van Rhee-Oud Ammerveld schets de nieuwe ontwikkelingen op Medel. Kuehne+Nagel gaat zich mogelijk vestigen op Medel (200 arbeidsplaatsen); Uitbreiding van DAG van 1.5 naar 2,6 hectare (30 arbeidsplaatsen); begin 2014 Pagina 1 van 5

5 wordt gestart met de bouw van her crematorium. Verder is er nog vraag voor kleinere en grotere kavels. geeft aan dat m.b.t. de jeugdwerkloosheid er een nieuw regionaal actieplan is. De Regio Rivierenland heeft hier ,-- voor ontvangen. Hierin is een budget voor startersbeurzen opgenomen, mede op verzoek van de raadswerkgroep Tiel. H.A. Driessen vraagt aandacht voor de regionale bijeenkomst d.d over de transities in het sociale domein; geeft aan dat de WMO-raad en de Cliëntenraad WWB tot (langer dan gebruikelijk) de tijd hebben gekregen om te reageren op de contourennota. De commissie wordt zo snel mogelijk op de hoogte gebracht van het advies. L. Verspuij De heer Verspuij geeft een antwoord op de tijdens de raadsvergadering (voor zomerreces) gestelde vragen over de combinatie van twee grote evenementen, de hiermee gepaarde problemen met parkeren en de schade die is ontstaan op de Waalkade n.a.v. het "drift evenement". Op grond van het evenementenbeleid zijn twee grote evenementen die tegelijkertijd plaatsvinden op zowel de Waalkade als het Taluud mogelijk. Dat was hier het geval. De evenementen zijn op de gebruikelijke wijze aangevraagd. In het vervolg zal aandacht worden geschonken aan het verwijzen van parkeerders naar een alternatieve parkeerplaats. De kosten hiervan komen wel voor de organisator. Afgesproken is dat de organisator het terrein weer schoon en onbeschadigd achterlaat. Bij het drift evenement is gebleken dat dit niet het geval was. De organisator wordt hierover aangeschreven. Mevrouw Sewalt verzoekt in het vervolg dit soort vragen schriftelijk te beantwoorden. C.R. Vermeulen De heer Vermeulen deelt mee dat de JOP in Passewaaij rond is. De wijkvereniging is op de hoogte gebracht. 5. Concept beknopt verslag van de vergadering d.d. 2 juli 2013 (vaststellen) Redactioneel Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld. Naar aanleiding van Bladzijde 1, agendapunt 4. Mevrouw Sewalt vraagt wanneer de commissie een voorstel kan verwachten m.b.t. de winkeltijden. De wethouder geeft aan dat dit het eind van 2013 wordt. 6. Afsprakenlijst (bespreken) punt 2 (Brief A. de Haan betreffende een tillift) De heer Driessen geeft aan dat het bezwaarschrift ongegrond is verklaard. De Herbergier wordt geacht de tillift zelf aan te schaffen. De Herbergier heeft de tillift inmiddels aangeschaft. Men is niet in beroep gegaan. De voorzitter vraagt of er nog behoefte is aan agendering. De commissie geeft aan dat dit niet het geval is. Het punt kan van de afsprakenlijst worden verwijderd; punt 7 (vraag L. Metiary n.a.v. faillissement Café Royal). Mevrouw Van Rhee-Oud Ammerveld geeft aan dat er overleg is met HvT en makelaars over de aantrekkelijkheid van de stad en de huurprijzen. Dit punt kan ook van de afsprakenlijst worden verwijderd. 7. Rondvraag P. van der Schaaf De heer Van der Schaaf vraagt of het college heeft overwogen om de leegstand in de stad te bestrijden met een leegstandsverordening. Mevrouw Van Rhee-Oud Ammerveld geeft aan dat onderzoek wordt gedaan naar de leegstand (cijfers). Eind september zijn de cijfers bekend. Dan zal overleg met Geotax plaatsvinden over de vraag hoe hier het beste mee kan worden omgegaan. Dit wordt teruggekoppeld naar de commissie. Pagina 2 van 5

6 J.L. Sewalt-Wijbrandts Mevrouw Sewalt vraagt of er ook sprake is van taalachterstand bij jonge kinderen in Tiel De heer Vermeulen geeft aan dat dit niet het geval is. Door de taal plus klassen is dit geen probleem in Tiel. Inspreker J. van de Westeringh De heer Van de Westeringh spreekt in over de gedoogbeschikking Thedinghsweert. Hij benadrukt dat hij niets heeft tegen Thedinghsweert. Hij verbaast zich echter wel over de gedoogbeschikking. Hier wordt wel detailhandel toegestaan. In zijn situatie, nadat de detailhandel lange tijd is gedoogd, is de detailhandel nu niet meer toegestaan. Hij is van mening dat hier sprake is van rechtsongelijkheid. Voorts is hij van mening dat geen gedoogbeschikking kan worden afgegeven als er geen ontwerp bestemmingsplan ligt. De heer Van den Burg vraagt of de heer Van de Westeringh nog van plan is om een procedure te starten. De heer Van de Westeringh geeft aan dat hij dit wel overweegt. De heer Van de Westeringh wordt gewezen op de beeldvormingsavond d.d over het buitengebied. De heer Van de Westeringh wordt bedankt voor zijn komst en inbreng. 8. Cliëntenraad WWB (bespreken) Inspreker P.G.J. de Wolf De heer De Wolf heeft nu ook positieve berichten. De duur van afhandeling van aanvragen bijzondere bijstand is teruggebracht naar drie weken. Ook het verstrekken van categoriale bijzondere bijstand is weer opgepakt. Blijft wel het punt dat beantwoording van de eerste brief van de cliëntenraad wel lang op zich heeft laten wachten. Er zijn geen vragen aan de heer De Wolf. Hij wordt bedankt voor zijn komst en inbreng. Bespreking Technische/verhelderende vragen worden gesteld waarop een antwoord wordt gegeven. De heer Driessen geeft aan dat de cliëntenraad serieus genomen wordt door het college. Gekeken wordt of de communicatie beter kan. Afhandeling van aanvragen bijzondere bijstand zijn nu ruim binnen de wettelijke termijn. Er is gezocht naar een structurele oplossing van het probleem. 9. Convenant Platform Zelfredzaamheid (bespreken) De heer Melissen heeft verzocht om dit onderwerp te agenderen. Hij vraagt zich af wat de oprichting van het platform zelfredzaamheid betekent voor de kaderstellende rol van de raad. Wie geeft mandaat en wat houdt dat mandaat precies in? De commissieleden kunnen zich vinden in de vraagstelling. Technische/verhelderende vragen zijn gesteld waarop antwoord is gegeven. Van de zijde van het college wordt onderkend dat er veel moet gebeuren op het gebied van de drie transities. De gemeente kan dit niet alleen. Veel moet ook regionaal gebeuren. Men zit onder grote tijdsdruk. Men wil natuurlijk wel graag dat de raadsleden "aangesloten" blijven. Dit zal ook onderwerp van gesprek zijn in het Presidium. N.a.v. de aankondiging van de regionale bijeenkomst d.d over de contourennota ontstaat er wat onduidelijkheid. Dit onderwerp zal voor een volgende vergadering van de commissie Samenleving (d.d ) om advies worden geagendeerd. De leden krijgen tijdig de stukken toegestuurd. Men hoeft dus niet in een dag te beslissen. De commissieleden benadrukken in dit verband dat belangrijke besluiten op een zorgvuldige/democratische wijze genomen moeten worden. Pagina 3 van 5

7 Van de zijde van het college wordt aangegeven dat de kaderstellende rol van de raad t.a.v. het platform in stand blijft. Het mandaat van het Platform is nog niet "uitgekristalliseerd". Het betreft echter geen beslissingsmandaat. 10. Commissariaat voor de media (om advies) Technische/verhelderende vragen worden gesteld waarop antwoord is gegeven. N.a.v. vragen/opmerkingen geeft de heer Verspuij aan dat nadat zendtijd is toegewezen aan Stichting Stadsomroep het college in overleg treedt met de Stichting voor de nadere invulling (convenant). Dit is overigens, onder de huidige wetgeving, niet meer afdwingbaar (Stoeten, V.d. Burg) Advies commissie De volgende fracties kunnen zich vinden in de beslispunten: D66, CDA, ProTiel, VVD, GroenLinks en PvdA. Wel wordt als aandachtspunt gewezen op de bij de kanttekeningen genoemde commerciële binding van Stichting Stadsomroep welke een belemmering kan zijn bij de toewijzing van zendtijd door CvdM. Naast genoemd aandachtspunt zijn de volgende kanttekeningen gemaakt: zowel analoog als digitaal uitzenden (Van Wijk, V.d. Burg, Stoeten); vragen over programmabeleid en verantwoording (V.d. Burg, Stoeten). Gezien de gemaakte kanttekeningen nemen CU en P.v.d.Burg het voorstel terug naar de fractie voor nadere beraadslaging. De commissie geeft gezien het vorenstaande het Presidium in overweging om het voorstel regulier te agenderen. 11. Verbouwing Agnietenhof (om advies) Technische / verhelderende vragen zijn gesteld waarop een antwoord is gegeven. N.a.v. vragen/opmerkingen wordt van de zijde van het college het volgende antwoord gegeven: de politieke verantwoordelijkheid voor de Agnietenhof blijft bij het college (Duquesnoy, Metiary); onderbouwing van extra omzet is indicatief en is gebaseerd op onderzoek. Streven is o.a. om de gemiddelde besteding (horeca) per bezoeker op het landelijke gemiddelde te brengen. Dit levert ,-- op. Na de verbouwing is de Agnietenhof aantrekkelijker voor de zakelijke markt en voor meerjarige sponsoring. Dit zou het restant van de hogere omzet moeten opleveren (Stolk, Duquesnoy, De Boer); bij de verbouwing is er ook aandacht voor de minder valide mensen (Sewalt); er wordt hard gewerkt aan de sponsoring (bedrijven, fondsen, vermogende particulieren). Het sponsorbedrag is in relatie tot de totale investering echter een klein bedrag (Sewalt, Schoots, Manuhutu) Advies commissie De commissieleden kunnen zich vinden in de beslispunten en geven het Presidium in overweging om het voorstel te plaatsen op de lijst van hamerstukken. 12. Vervolgproces sportaccommodatiebeleid (bespreken) Aan de commissie zijn twee procesvoorstellen gedaan (A en B). Aan de commissieleden wordt gevraagd aan welke variant de voorkeur wordt gegeven. Technische / verhelderende vragen worden gesteld waarop een antwoord wordt gegeven. N.a.v. een vraag van de heer Melissen geeft de wethouder aan dat het zwembad in Tiel blijft. De heren De Wild, Van Wijk, Munnik, Melissen en De Jong zijn voorstander van variant B. Men wil zo snel mogelijk duidelijkheid voor de sportverenigingen. Er wordt dan ook om een tijdpad gevraagd. Pagina 4 van 5

8 De heer Van der Schaaf en mevrouw Metiary neigen naar variant A i.v.m. de helderheid die dit proces biedt. De heer Van der Schaaf heeft wel de kanttekening dat hij de keuze niet gefundeerd kan maken nu de antwoorden op de gestelde vragen ontbreken. Ook mevrouw De Boer kan geen keuze maken nu de vragen niet zijn beantwoord. De voorzitter concludeert dat er een meerderheid voor variant B is, met in acht neming van de toezegging van de wethouder dat er een tijdpad bijgevoegd wordt. 13. Terugkoppeling intergemeentelijke samenwerkingsverbanden Er heeft geen terugkoppeling plaatsgevonden. 14. Sluiting openbare vergadering De voorzitter dankt een ieder en sluit om uur de openbare vergadering. 15. Concept beknopt verslag besloten vergadering commissie Samenleving d.d. 2 juli 2013 (vaststellen) Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld. 16. Gunning Westluidense Poort (ter informatie) Geheimhouding is opgelegd tot 12 september De presentaties die zijn gegeven zijn als bijlage bijgevoegd. Technische / verhelderende vragen zijn gesteld waarop antwoord is gegeven. Afgesproken wordt om eventuele resterende vragen schriftelijk in te dienen bij de griffie. Er zal dan zo spoedig mogelijk schriftelijk antwoord worden gegeven. 17. Sluiting besloten vergadering De voorzitter dankt een ieder voor de inbreng en sluit om uur de vergadering. Pagina 5 van 5

9

10 CONCEPT BEKNOPT VERSLAG VAN DE VERGADERING VAN DE COMMISSIE SAMENLEVING VAN 2 JULI 2013 Aanwezig: T. Zuidema (voorzitter), N. Budak, J.G. Buijk, A.E.L. Duquesnoy-van den Heuvel, A. de Graaf, J.M. de Jong, R. Manuhutu, M.J.J. Melissen, L.H.K. Metiary, N.E. Özunal, P.J. van der Schaaf, J.L. Sewalt-Wijbrandts, I.C.M. Son-Stolk, J.D. Stoeten-Flach, J.H. de Wild, P.G. van Wijk (leden) en H. Pullen (commissiegriffier) Afwezig met kennisgeving: P. van den Burg en S. de Boer (commissieleden) Eveneens aanwezig: H.A. Driessen, C.R. Vermeulen, L. Verspuij (wethouders), M. Kokx, M. Koehorst, I. Belgrave (gemeentelijke adviseurs) 1. Opening De voorzitter heet een ieder welkom en opent de vergadering. 2. Agenda d.d. 2 juli 2013 (vaststellen) De volgende insprekers hebben zich gemeld: P.G.J. de Wolf, voor een onderwerp vreemd aan de agenda. Hij krijgt bij de rondvraag de gelegenheid om in te spreken; B. de Rooij namens F.T.S., J.Spee namens TEC en A. van den Broek namens De Kromhouters i.v.m. agendapunt 10 (Sportaccommodatiebeleid). Zij krijgen bij agendapunt 10 de gelegenheid om in te spreken. I.v.m. de hoeveelheid insprekers doet de voorzitter het voorstel om agendapunt 10 te behandelen na de rondvraag. De commissie kan hiermee instemmen. De heer Driessen heeft verzocht om agendapunt 11 (Tarieven en subsidies) in te trekken. De commissie kan hiermee instemmen De agenda wordt met in acht neming van het bovenstaande vastgesteld. 3. Mededelingen en ingekomen stukken De heer Melissen heeft verzocht om ingekomen stuk nummer 03.1 (Convenant Platform Zelfredzaamheid) te agenderen voor bespreking. Het is hem niet duidelijk wat er gebeurt; wat de rol van de gemeenteraad is; hoeveel middelen erbij betrokken zijn en wat het doel van de bijdrage van Tiel is. De commissie kan instemmen met agendering. 4. Informatie van het college in het kader van de actieve informatieplicht C.R. Vermeulen namens mevrouw Van Rhee-Oud Ammerveld deelt de heer Vermeulen mee dat de commissie na het zomerreces een voorstel kan verwachten m.b.t. de winkeltijden; t.a.v. de Brede zorgschool aan de Rauwenhoflaan deel de heer Vermeulen mee dat het grondwerk wordt verzorgd door Harteman, de bouw door Vree en Sliepen en de elektrische installatie door Oostendorp. L. Verspuij deelt mee dat Arriva en NS meer en langere treinen gaan inzetten tijdens het Corso/Appelpop weekend; vraagt aandacht voor de uitnodiging van de Plantage (uitgedeeld) voor 5 juli 2013 (project muziek in de klas). N.a.v. de bijgevoegde memo heeft mevrouw Duquesnoy de vraag of bij de gunning ook nieuwkomers worden meegenomen. De heer Driessen geeft aan deze vraag te beantwoorden bij behandeling van agendapunt 8. Pagina 1 van 4

11 5. Concept beknopt verslag vergadering d.d. 28 mei 2013 (vaststellen) Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld. Er zijn geen vragen gesteld n.a.v. het verslag. 6. Afsprakenlijst (bespreken) Door mevrouw Metiary en mevrouw Duquesnoy wordt aandacht gevraagd voor beantwoording van openstaande vragen op de afsprakenlijst. De heer Driessen zegt toe hier werk van te maken. 7. Rondvraag L.H.K. Metiary I.v.m. o.a. het faillissement van Café Royal vraagt mevrouw Metiary of het college met de verhuurders in gesprek is over de verhuurprijs van de panden. De heer Vermeulen zegt schriftelijk antwoord toe. J.D. Stoeten-Flach Mevrouw Stoeten vraagt zich af wanneer zij reactie krijgt op haar vraag over de aanpak van "Jongeren Op Gewicht". Dit is november bij de begrotingsbehandeling al door haar aan de orde gesteld. De heer Driessen geeft aan dat men nu werkt aan het gezondheidsbeleid. Op korte termijn zal hier meer informatie over volgen(4 e kwartaal 2013). Inspraak P.G.J. de Wolf De bijdrage van de heer De Wolf over de overschrijding van de termijn van afhandeling van aanvragen bijzondere bijstand is volledig als bijlage bij het verslag opgenomen. Er zijn geen vragen aan de heer De Wolf. De heer De Wolf wordt bedankt voor zijn komst en inbreng. De voorzitter merkt op dat dit onderwerp nog op de afsprakenlijst staat en een volgende vergadering zal worden geagendeerd voor bespreking. 10. Sportaccommodatiebeleid Insprekers B. de Rooij, namens F.T.S. De bijdrage van de heer De Rooij staat op papier en is volledig als bijlage bij het verslag opgenomen. De heer Van Wijk vraagt of de twijfels over de cijfers zijn ingebracht in het gesprek met de wethouder. De heer Van Rooij geeft aan dat dit het geval is geweest en dat dit er mede toe heeft geleid dat het voorstel over de tarieven en subsidies is ingetrokken. De heer Melissen heeft ook een aantal vragen: wat bedoelt de heer De Rooij met het voortzetten van het sportbeleidsplan? De heer De Rooij geeft aan dat hij daarmee het sportbeleidsplan bedoelt, dat in 2007 is vastgesteld; waarom betreurt de heer De Rooij dat een externe adviseur wordt ingehuurd voor de controle op de uitvoering van de onderhoudswerkzaamheden door Sportplaza. De heer De Rooij geeft aan dat hij dit wel een goed punt vindt, maar dat hij het jammer vindt dat dit nodig is omdat de exploitant zijn verplichtingen niet nakomt; de heer Melissen vraagt naar een voorbeeld van een fout. De heer de Rooij noemt een geval van een kunstgras ingestrooid voetbalveld met een vervangingswaarde van ,-- en een vergelijkbaar veld met een vervangingswaarde van ,--. Hij heeft hier vraagtekens bij. Men heeft echter de cijfers van het eerste rapport niet. Pas na overleg met de verenigingen en met het eerste rapport erbij kan men concreter aangeven waar de fouten zitten. De heer Manuhutu vraagt of er een groot verschil is in geld tussen het eerste en tweede rapport. De heer De Rooij geeft aan dat hij heeft kunnen herleiden dat de vervangingswaarde en de onderhoudskosten van de velden is gewijzigd. Dat is het enige wat hij er nu over kan zeggen. De heer De Rooij wordt bedankt voor zijn komst en inbreng. Pagina 2 van 4

12 J. Spee, namens TEC De bijdrage van de heer Spee staat op papier en is volledig als bijlage bij het verslag opgenomen. De heer Manuhutu vraagt of de vereniging zit te springen om kunstgrasvelden met extra verlichting. De heer Spee geeft aan dat de prioriteit ligt bij de kunstgrasvelden. De verlichting zit daarbij in. De heer Spee wordt bedankt voor zijn komst en inbreng. A. van den Broek namens De Kromhouters De heer Van den Broek geeft aan blij te zijn met beslispunt 3. Hij vraagt de gemeente wel om na te denken over de mogelijkheden van voorfinanciering om het 3 e veld zo snel mogelijk aan te leggen. De problemen i.v.m. het ontbreken van een 3 e veld spelen nu al i.v.m. de planning. Hij vraagt de Raad om punt 2 van het voorstel te heroverwegen i.v.m. het feit dat er geen geld meer is voor renovatie van het 2 e veld. De heer Van den Broek geeft aan dat het belangrijk is dat het nieuwe kunstgrasveld een semi-waterveld is (3d hockey) en niet een veld op zandbasis. M.b.t. de tarieven en subsidies geeft de heer Van den Broek aan niet blij te zijn met de overgangsfase omdat De Kromhouters altijd het dure tarief hebben betaald. De heer Melissen vraagt op welk niveau de club speelt. De heer Van den Broek geeft aan dat sprake is van recreatief niveau (net onder landelijk niveau). Advies commissie De commissieleden zijn van mening dat het voorstel niet rijp is voor behandeling in de raad. Het voorstel is onoverzichtelijk, het is niet op hoofdlijnen en het roept te veel vragen op. Er zijn geen criteria voor de begrippen "basissport" en "niet basissport". De commissie geeft het Presidium dan ook in overweging om het voorstel niet te agenderen voor de raadsvergadering van 17 juli Afgesproken wordt om de technische vragen alsnog via de griffie te stellen en om eventuele kaders voor het nieuwe stuk schriftelijk mee te geven (ook via de griffie) voor 17 juli Beleidsnota WMO (om advies) Technische/verhelderende vragen worden gesteld waarop antwoord is gegeven. N.a.v. vragen geeft de heer Driessen aan dat: de bemensing van het loket (Metiary), mantelzorg (Son, Van Wijk) enz worden uitgewerkt en terugkomen in het uitvoeringsprogramma; nu plaatselijk beleid wordt vastgesteld (identiteit Tiel) en in oktober de contourennota van de regio naar de raad gaat. De contourennota is congruent aan de uitgangspunten van de gemeente Tiel (Metiary, Duquesnoy); schriftelijk antwoord wordt gegeven op de vraag van mevrouw Metiary over Sportfriends (wat zijn de resultaten?); in oktober (bij contourennota) meer inzicht zal worden verstrekt in de financiën (Duquesnoy, Stoeten) De volgende opmerkingen/kanttekeningen zijn geplaatst: aandacht voor mantelzorgers. Goede ondersteuning en ontlasting (Son, Van Wijk, Stoeten) / actief werken aan preventief netwerk (Stoeten); blijft positief kritisch de ontwikkelingen m.b.t. het persoonsgebonden budget volgen (De Wild); vraagtekens bij realisatie van beslispunt 4 (Sewalt); aandacht voor de meest kwetsbare burgers (Sewalt) en "zorgmijders" (Metiary, Stoeten); aandacht voor goede interactieve communicatie op wijkniveau (Sewalt, Metiary, Van Wijk, Duquesnoy); aandacht voor kanteling bij burgers en binnen de organisatie (Metiary); Pagina 3 van 4

13 zorgen over integratiebeleid (Metiary); aandacht voor doelgroep 4, activering-zorg (Metiary); cliënten moeten kunnen rekenen op onafhankelijke hulpverlening, kwaliteit moet voorop staan (Duquesnoy); aandacht voor financiën/budget neutraal werken/"sturen" (Duquesnoy, Stoeten); aandacht voor bevorderen sociale samenhang (Stoeten). neem beslispunt 3 als leidend principe op in de beleidsnota, blz. 28 (Duquesnoy, Melissen). N.a.v. laatstgenoemde suggestie geeft de heer Driessen aan dat hij liever niet de leidende principes (lees kwaliteit) wil gaan vermengen met financiën. Hij zou daarom beslispunt 3 niet willen opnemen bij de leidende principes. Advies commissie De leden van de commissie kunnen zich vinden in de beslispunten. De VVD maakt nog een voorbehoud i.v.m. het feit dat de wethouder de suggestie, om beslispunt 3 op te nemen bij de leidende principes, niet overneemt. Gezien het vorenstaande en mede gezien het feit dat het hier een belangrijk besluit betreft voor de Tielse gemeenschap, geeft de commissie het Presidium in overweging om het voorstel regulier te agenderen. 9. Jeugdbeleid "Krachtige jonge burgers" (om advies) Technische/verhelderende vragen worden gesteld waarop antwoord is gegeven. N.a.v. vragen/opmerkingen geeft de heer Vermeulen aan dat: de transformatie zichtbaar wordt in het uitvoeringsprogramma (Duquesnoy, Buijk) en verslavingszorg (Duquesnoy), speelplekken (Stoeten) en de taak van de ouder (De Wild) ook in het uitvoeringsprogramma een plaats krijgen; er met proeftuinen wordt gewerkt (Duquesnoy, Buijk) De volgende opmerkingen/kanttekeningen zijn geplaatst: Raad voor kinderbescherming valt niet onder de gemeente maar onder Ministerie van Justitie. Zie hoofdstuk 5 (Budak); in uitvoeringprogramma aandacht voor kinderen die in armoede opgroeien en/of in multi probleem gezinnen. Aandacht voor laagdrempeligheid en preventie (Budak); de verandering in denken wordt gemist (uitgaan van kracht van de burger) (Duquesnoy, Buijk); kijk naar nieuwe zorgaanbieders (Duquesnoy); in uitvoeringsprogramma aandacht voor: opnieuw organiseren volgens uitgangspunten WMO; invulling uitgangspunt één gezin, één plan, één hulpverlener; duidelijkheid in het kader van regionale samenwerking. Wat gaan we lokaal en wat gaan we bovenlokaal doen; aandacht voor taak ouders (De Wild) Advies commissie De leden van de commissie kunnen zich vinden in de beslispunten. Gezien het feit dat het hier een belangrijk besluit betreft voor de Tielse gemeenschap, geeft de commissie het Presidium in overweging om het voorstel regulier te agenderen. 11. Tarieven en subsidies (om advies) Dit agendapunt is vervallen. Zie agendapunt Terugkoppeling intergemeentelijke samenwerkingsverbanden Terugkoppeling van mevrouw I.C.M. Son-Stolk van de vergadering AB Lander d.d De terugkoppeling is volledig als bijlage bij dit verslag gevoegd. 13. Sluiting openbare vergadering De voorzitter dankt een ieder voor de inbreng en sluit de openbare vergadering. Pagina 4 van 4

14

15

16 Tiel, 1 juli 2013 Geachte Raads- en commissieleden, Aanstaande dinsdagavond is de commissievergadering Samenleving, waarbij o.a. het `sportaccommodatiebeleid` en `tarieven en subsidies`op de agenda staan. Inmiddels heeft u van de wethouder vernomen om op aanraden van de FTS het agendapunt tarieven en subsidies niet te behandelen. Wij hebben de wethouder ( dhr. Driessen) en ambtenaar ( Maaike Kokx) meegedeeld, dat de FTS aanstaande dinsdag gaat inspreken en een paar kanttekeningen zal maken over het raadsvoorstel `sportaccommodatiebeleid`. Dit hangt mede af van de bijlage (addendum), die er maandagmiddag van de ambtenaar en wethouder gaat komen. Ook hebben wij aangegeven dat wij het rapport van Kragten ( MOP buitensportaccommodaties ) niet kunnen goed keuren, daar er fouten in staan. Niet alleen spelfouten. Dit betekent dat wij niet akkoord gaan met punt 10a en punt 10b van het Raadsvoorstel Sportaccommodatiebeleid (agendapunt 10a) en als gevolg daarvan ook raadsvoorstel 'Tarieven en subsidies', behalve punt 4, afwijzen. Vanaf 2007 zitten de verenigingen al te wachten op uitvoering van het sportbeleidsplan m.b.t. het bepalen van de huurtarieven buitensportaccommodaties. Wij hebben de wethouder en ambtenaar een verzoek gedaan om de tarieven volgens het huidige goedgekeurde sportbeleidsplan te bepalen, in ieder geval tot en met Hierbij het verzoek van de FTS, dat ook bij de wethouder en ambtenaar bekend is: Directe uitvoering van het goedgekeurde raadsbesluit ( sportbeleidsplan ) m.b.t. tarieven buitensport met toepassing van de FTS tariefvariant. Het FTS tarief model, dat is gebaseerd op dit besluit, in ieder geval tot en met 2015 in te voeren. De inkomsten voor de Gemeente blijven gelijk en er is draagvlak onder de sportverenigingen. Namens het bestuur van de FTS, Bert de Rooij

17

18

19

20 Terugkoppeling van mevrouw I.C.M. Son-Stolk vergadering AB Lander d.d Vanuit de commissie hebben wij een groot aantal vragen van u mee gekregen. We hebben kunnen lezen dat Lander positief uit het branchecode onderzoek komt. Op 1 punt blijft Lander achter, namelijk het commercieel opereren (meer omzet, meer resultaat. Lander heeft aangegeven dat het klimaat momenteel zeer moeilijk is en dat er wel behoorlijk ingezet wordt en de commercie wordt aangesvcherpt. Jaarverslag is goedgekeurd, Er komt een nieuw beleidsplan waarbij er gewacht wordt tot na de zomer, in de hoop dat er dan meer zekerheid is omtrent het sociaal akkoord en de Participatiewet. Het Beleidsplan zal zo concreet mogelijk worden gemaakt: wat zijn de doelstellingen van Lander en wat zijn de nieuwe wetten en regels, de risico's? Dit plan kunnen we verwachten begin 2014 Regionaal sociaal akkoord loopt heel erg goed, helaas heeft (buren heeft nog steeds geen beslissing genomen omdat men van mening is de invulling zelf te kunnen regelen. Buren participeert dus vooralsnog niet mee. verder geeft lander aan dat Werkgevers vragen om heel veel flexibiliteit! Hier zal Lander dan ook heel duidelijk op in gaan zetten, dit om de werkgevers te ontlasten. natuurlijk moeten we ook hand in eigen boezem steken en nu doel ik op Gemeentelijke opdrachten richting lander! zorgen i.v.m. ziekteverzuim (Schoots, Groenendaal); Deze zorg deelt Lander ook, voor een groot deel te wijten aan de reorganisatie, dit heeft tot veel onzekerheden binnen de organisatie geleid ook hier wordt inmiddels intern hard aan gewerkt nadere toelichting op de zinsnede in het jaarverslag "de deelnemende gemeenten moeten bereid zijn om de begeleiding van de doelgroep toe te vertrouwen aan Lander". Wat zit achter deze opmerking (Schoots)? Dit heeft te maken met het feit dat de gemeente(es) allemaal bereid moeten zijn om het vertrouwen voor de uitvoering (WSW) ook daadwerkelijk aan Lander te geven. wat is de meerwaarde van het te koop staande object in Zaltbommel (Vermogensbeleid/stille reserve) (Schoots); Zodra dit pand verkocht is heeft Lander weer wat meer reserves maar let wel, ook die zal niet afdoende zijn voor de toekomst. vanaf 2016 zal er een bijdragen vanuit de gemeentes noodzakelijk zijn. Vanaf 2016 bijdragen vanuit de gemeentes voor Tiel zal dat neerkomen op en in Verder hebben alle AB bijna unaniem besloten om per direct af te zien van een vergader vergoeding. Zodat door het AB op deze manier een klein steentje bij kan worden gedragen. voor een AB lid was dit de reden om per direct uit het AB te stappen

21

22 Afsprakenlijst van de commissie Samenleving NR. Onderwerp Afspraak/toezegging Datum afspraak Planning 1. Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) uitvoeringsprogramma December Brief d.d van A. de Haan aan de raadsleden betreffende een tillift voor een bewoonster van de Herbergier. Er had zich een inspreker gemeld voor dit punt. (lijst ingekomen stukken Raad d.d categorie VI) Raad heeft voorzitter in overweging gegeven te handelen conform de verordening op dit punt nu is gebleken dat een bezwaarschrift is ingediend en het bezwaarschrift nog in behandeling is (ter info: art. 17 Verordening raadscommissies: het woord kan niet gevoerd worden over een besluit van het gemeentebestuur waartegen bezwaar en beroep openstaat of heeft opengestaan) raadsvergadering d.d Eventuele agendering na behandeling van het bezwaarschrift. vragen commissieleden 3. P. Schoots N.a.v. een vraag van de heer Schoots over een brief van de cliëntenraad heeft de heer Wolf ingesproken tijdens de vergadering d.d. 28 mei J. Beijer Vraagt naar de reactie van het college n.a.v. reportage Brandpunt over Bulgaren 5. H.A. Groenendaal Ingekomen stukken: 03.1 STMR. Waarom wordt dit nu pas aan de commissie voorgelegd? Het is nu heel lastig alsnog een mening te vormen. Wanneer komt 2012? De inspraakreactie een volgende vergadering bespreken plus antwoord op de vragen van de heer Schoots Zie agenda vergadering d.d. 10 september Schriftelijke reactie Zie bijlage Schriftelijke reactie Zie bijlage Gemaakt op

23 6. N. Gradisen vraagt om een overzicht met landelijke gegevens over gezondheidsproblemen als gevolg van overgewicht. Nu zijn alleen regionale gegevens beschikbaar. Hij zou graag een vergelijking met de landelijke gegevens willen zien. Schriftelijke reactie Commissie beleidscyclus d.d Zie bijlage 7. L. Metiary I.v.m. o.a. het faillissement van Café Royal vraagt mevrouw Metiary of het college met de verhuurders in gesprek is over de verhuurprijs van de panden 8. L. Metiary Wat zijn de resultaten van Sportfriends? Schriftelijke reactie September 2013 Schriftelijke reactie Zie ingekomen stuk nummer 03.7 NB: indien de commissie geen opmerkingen heeft over de punten 3, 4, 5, 6 en 8 dan worden de betreffende punten bij de volgende uitdraai verwijderd. Gemaakt op

24

25

26 Memo beantwoording raads- en commissie vragen Vraag: Onderwerp: Van wie: Datum: Planning: Raad / commissie: Afspraak / toezegging: Landelijke gegevens overgewicht Nathan Gradisen Na 25 juni 2013 ivm beschikbaarheid eerste resultaten gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen Schriftelijke beantwoording Antwoord: Portefeuillehouder: Datum Collegebehandeling: Antwoord: H.Driessen nvt Jeugd ( leerlingen klas 2 en 4 van het voortgezet onderwijs met uitzondering van leerlingen speciaal onderwijs en praktijkonderwijs) Op dit moment is een goede vergelijking met landelijke cijfers helaas nog niet mogelijk omdat er geen landelijke E-MOVO monitor is. Uit het laatste E-MOVO rapport van de gemeente Tiel blijkt dat 12% van de leerlingen overgewicht heeft. In Rivierenland is dat percentage 10%. Landelijke cijfers die op dit moment wel bekend zijn: Van de jeugd van 2 tot 21 jaar heeft 14% (ernstig) overgewicht -> Landelijke Groei Studie TNO 2010 Kinderen en jongeren (2-20 jaar) 16% (ernstig) overgewicht -> CBS 2012 Kinderen van jaar 11% (ernstig) overgewicht -> CBS 2011 Hoewel we het allemaal officieel niet goed met elkaar kunnen vergelijken, kun je volgens de beleidsadviseurs van GGD Rivierenland zeggen,dat het percentage overgewicht bij

27 kinderen in Tiel 12% vergelijkbaar is met landelijke cijfers 11%. In 2013 zal voor de eerste keer een gezamenlijke Kindmonitor worden gehouden. In 2014 kunnen we de resultaten van deze monitor ( kinderen tot 12 jaar) in Tiel met landelijke en regionale resultaten vergelijken. Volwassenen (vanaf 19 jaar) en ouderen Van de eerste gezamenlijke Gezondheidsmonitor van GGD en, het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) 2012 zijn de eerste resultaten bekend. Hieruit blijkt dat het percentage overgewicht in Tiel vergelijkbaar is met de landelijke cijfers en lager is dan het percentage in Rivierenland. Voor meer informatie verwijs ik u naar onderstaand overzicht. Gewicht Tiel Rivierenland Nederland % % % Heeft (ernstig)overgewicht Is obees Meer informatie: Afdeling: Onderwijs en Welzijn Contactpersoon: Marja van Toorn Telefoon: mvtoorn@tiel.nl Datum: 3 juli 2013 Bijlagen: -

28 Memo beantwoording raads- en commissie vragen Vraag: Onderwerp: Ingekomen stukken 03.1 STMR. Waarom wordt dit nu pas aan de commissie voorgelegd? Van wie: Mevrouw H.A. Groenendaal Datum: Planning: juni 2013 Raad / commissie: Samenleving Afspraak / toezegging: Schriftelijke beantwoording Antwoord: Portefeuillehouder: Datum Collegebehandeling: Antwoord: Henk Driessen 10 september 2013 Wegens capaciteitsproblemen, zijn noodgedwongen prioriteiten gesteld, waardoor de vaststelling van de subsidie in mei 2013 heeft plaatsgevonden. Mondeling is het verslag, de inhoudelijke en financiële besteding van deze subsidie en ontwikkelingen in september 2012 wel in een bestuurlijk overleg met vertegenwoordigers van het STMR besproken. Het jaarverslag van 2012 zal in de commissie van 1 oktober 2013 ter kennisname worden aangeboden. Meer informatie: Afdeling: Onderwijs en Welzijn Contactpersoon: M. van Toorn Telefoon: mvtoorn@tiel.nl Datum: 12 augustus 2013 Bijlagen:

29

30

31

32

33

34

35

36

37

38

39

40 Memo beantwoording raads- en commissie vragen Achterweg 2, 4001 MV Tiel Postbus 6325, 4000 HH Tiel Telefoon: (0344) Telefax: (0344) Internet: Vraag: Onderwerp: Inspraakreactie cliëntenraad WWB Tiel Van wie: Commissie Samenleving en dhr. Schoots specifiek Datum: Planning: - Raad / commissie: Samenleving Afspraak / toezegging: N.v.t. Antwoord: Portefeuillehouder: Datum Collegebehandeling: Vraag meerdere commissieleden Antwoord: H.A. Driessen De commissie wil graag de gegevens in de inspraakreactie van de heer De Wolf verifiëren en bespreken. De cliëntenraad WWB/WIJ De wettelijke grondslagen voor de vorming van de cliëntenraad WWB zijn gelegen in de artikelen 147 van de Gemeentewet en 47 van de Werk werk en bijstand De verordening Cliëntenparticipatie WWB en WIJ gemeente Tiel 2009 is vastgesteld door de Gemeenteraad op Leden van de cliëntenraad worden benoemd door het college van burgemeester en wethouder c.q. het hoofd van de afdeling Werk, Inkomen en Zorg. De leden van de cliëntenraad kiezen in beginsel uit hun midden een voorzitter en een secretaris. Laatste voorzitter van de cliëntenraad van dhr. Wierda. Om gezondheidsreden heeft hij begin 2013 aan het college van b&w kenbaar gemaakt zijn lidmaatschap van de cliëntenraad en daarmee zijn voorzitterschap per te beëindigen. Op is afscheid genomen van dhr. Wierda. De cliëntenraad heeft kenbaar gemaakt dat zij binnen de gelederen geen leden hebben die de positie van voorzitter ambiëren. Dhr.P.de Wolf en mevr. A. Wierenga hebben kenbaar gemaakt als duo voorzitter op te treden tot uit de leden van de cliëntenraad een nieuwe voorzitter gekozen kan worden. Het hoofd van de afdeling Werk, Inkomen en Zorg heeft kenbaar gemaakt dat de gemeente wil helpen met het vinden van een nieuw lid van de cliëntenraad die dan als beoogd voorzitter kan toetreden. De door de cliëntenraad toegezegde profielschets is echter nog niet ontvangen. De cliëntenraad heeft tot taak gevraagd en ongevraagd advies te geven aan het college over de uitvoering van de Wet werk en bijstand en zaken die het daar mee flankerende beleid en voorzieningen betreffen en de dienstverleningsketen waarbinnen de uitvoering plaatsvindt (artikel 3 lid 1 v.d. Verordening).

41 In het betoog geeft de cliëntenraad aan dat zij het opkomen voor de belangen van de cliënten als hun wettelijke taak zien. In de taakomschrijving van de cliëntenraad is dat echter niet als zodanig en /of zo concreet opgenomen. D.m.v. advisering aan het college is dat meer een voortvloeisel uit de taken van de cliëntenraad. De cliëntenraad Tiel verricht ook geen activiteiten op gebied van cliëntenparticipatie in de gemeenten die de uitvoering van de WWB ook aan Tiel hebben overgedragen. Correspondentie met de cliëntenraad Tiel Op adviezen en andere schriftelijke uitingen van de cliëntenraad wordt door of namens het college schriftelijk gereageerd. Tijdens het overleg met de cliëntenraad op heeft zij nadrukkelijk kenbaar gemaakt geen of nauwelijks reactie van het college op adviezen te ontvangen. Het is gebruik van het college om altijd een reactie te geven. Daarom is tijdens dat overleg afgesproken dat een onderzoek naar de oorzaak daarvan ingesteld zou worden, De secretaris van de cliëntenraad zegde toe ook zelf in haar archief nog het e.e.a. na te zullen kijken omdat ze er op dat moment geen goed zicht op had. Inmiddels is onderzocht wat een mogelijke oorzaak is van het niet ontvangen is van de reacties van het college. Gebleken is dat de letters in de postcode niet consequent correct worden gebruikt. Het juiste adres van de cliëntenraad is Cliëntenraad WWB Tiel p/a Liendenlaan 151, 4006 CE Tiel. Na ontvangst van een brief van de cliëntenraad waarop als afzender staat vermeld Cliëntenraad WW Regio Tiel, Secretariaat Liendenlaan 151, 4006 CA Tiel, is bij de overname (kopiëren) van de adressering van brieven aan de cliëntenraad verschillende malen de onjuiste postcode overgenomen. Desgevraagd deelde de afdeling Facilitair bedrijf mee een dergelijke onjuiste adressering, volgens afspraken met de postbezorger, geen gevolgen mag hebben voor de postbezorging. Bij de machinale selectie wordt een onjuist geadresseerd poststuk uitgeselecteerd waarna handmatige selectie en bezorging plaatsvindt. De volgende brieven zijn, van recentere datum en, gericht aan Cliëntenraad WWB p/a Gedateerd Onderwerp cliëntenraad 26 juni Intrekking wet regeling 2012 huishoudinkomentoets 23 januari maart april 2013 Uw advies n.a.v. het conceptbeleidsplan schuldhulpverlening Uw brief van betr. verlenging adviestermijn Uw brief over de afhandeling van aanvragen bijzondere bijstand Reactie op Ongevraagd advies Gevraagd advies Reactie op Brief met verzoek verlenging adviestermijn (brand-)brief cliëntenraad betreffende bijzondere bijstand Adres Liendenlaan 151, 4006 CE Tiel Liendenlaan 151, 4006 CA Tiel Liendenlaan 151, 4006 CE Tiel Liendenlaan 151, 4006 CA Tiel Bijgevoegd kopie van brief van Per mail dd aan dhr. de Wolf verzonden

42 Ontevredenheid over de postbezorging is onlangs aanleiding geweest om het contract met de postaanbieder te beëindigen. De cliëntenraad WWB heeft bovenstaande brieven -lees reacties van het collegeinmiddels nogmaals toegezonden (en in hun postvak op het Beursplein) gekregen. Overschrijding beslistermijn Op grond van de Algemene wet bestuursrecht dient de gemeente binnen 8 weken een gemotiveerde beslissing te nemen op een verzoek van een inwoner, zoals een aanvraag bijzondere bijstand. Door onvoorziene omstandigheden op gebied van de personele bezetting en een toename van aanvragen bij de unit bijzondere bijstand is vertraging ontstaan bij de afhandeling van aanvragen. Deze vertraging is zodanig dat eind 2012 / begin 2013 de besluitvorming van een groot aantal aanvragen niet meer binnen de wettelijke termijn plaatsvond. Daardoor werd de wettelijke afhandelingstermijn overschreden. De cliëntenraad WWB heeft dat terecht geconstateerd. Het hoofd van de afdeling Werk, Inkomen en Zorg was ook bekend met deze ontwikkeling en heeft vanaf januari 2013 getracht om de achterstand in te lopen door de inzet van extra medewerkers. Jaarrekening 2012 Bij het opstellen van de jaarrekening 2012 was bekend dat in de afhandeling van aanvragen bijzondere bijstand door personeelsaangelegenheden een achterstand was ontstaan. Daardoor was namelijk een onderbenutting van het budget bijzondere bijstand ontstaan. Om te voorkomen dat de (latere) betaling van de uitkeringsrechten bijzondere bijstand over 2012 het budget voor de uitkeringen bijzondere bijstand 2013 zou belasten is in de jaarrekening 2012 een beroep gedaan om middelen 2012 te bestemmen voor de uitkeringskosten E.e.a. is verwoord op pagina 18 van de jaarrekening Het gaat hierbij nadrukkelijk om de kosten van de uitkeringen. Extra personele inzet De uitvoering van de Wet werk en bijstand heeft het college neergelegd bij de afdeling Werk, Inkomen en Zorg, Het afdelingshoofd is verantwoordelijk voor de bedrijfsvoering en de inzet van middelen voor de bedrijfsvoering. Vanwege ernstig krimpende personeelsbudgetten dienen overwegingen gemaakt te worden voor de inzet daarvan. Zeker ook gezien de toename van het aantal aanvragen voor bijstand in de algemene bestaanskosten. In december 2012 en januari 2013 is door inzet van twee (oud) bijstandsgerechtigden op werkervaringsplaatsen gestart met werkzaamheden gericht op het inlopen van de achterstand. Nadat in maart 2013 bleek dat het beoogde resultaat daarmee niet werd gerealiseerd zou worden werd een traject voor inhuur (tijdelijk contract) van een ervaren medewerker gestart. Per is de personele bezetting van de unit bijzondere bijstand uitgebreid met een ervaren medewerkster. In de schriftelijke reactie van het college op de (brand-)brief van de cliëntenraad is abusievelijk echter het onjuiste jaartal van de inzet van de extra medewerker vermeld, 2012 i.p.v Tijdens het overleg met de cliëntenraad WWB, dat op heeft plaatsgevonden, heeft het hoofd van de afdeling Werk, Inkomen verteld dat er kort geleden (dat was dus ) een nieuwe medewerkster extra is ingezet voor de snellere afhandeling van de openstaande aanvragen bijzondere bijstand. De cliëntenraad is op de hoogte van het exacte moment waarop deze maatregel is getroffen. Tevens is toegelicht dat de afdeling Werk, Inkomen en Zorg meerdere, structurele, maatregelen neemt ter bestrijding en voorkoming van lange

43 behandeltijden van aanvragen. Het probleem en het belang van een oplossing daarvoor is onderkend en gedeeld met de cliëntenraad WWB. Het is irrelevant om in de schriftelijke reactie van het college op de (brand-)brief van de cliëntenraad aan te geven dat het college zich ook zorgen maakt. Tijdige afhandeling aanvragen en betaling van bijzondere bijstand De inzet van extra personeel is er op gericht om uiterlijk op alle aanvragen (ruim) binnen de wettelijke termijn te beslissen. Er wordt bij de beoordeling van het recht op bijzondere bijstand rekening gehouden met het feit dat belanghebbenden niet (altijd) over de middelen beschikken om de aan de orde zijnde kosten te voldoen. Bij veel aanvragen wordt in eerste instantie volstaan met de inlevering van pro-forma nota's. Met een pro-forma nota toont de belanghebbende aan dat hij/zij deze bepaalde kosten moet of wil gaan maken. Aan de hand van de pro-forma nota wordt dan het recht op bijzondere bijstand vastgesteld. Vaak wordt dan ook op basis van de proforma nota de betaling (bij recht) verricht. De belanghebbende krijgt dan de plicht opgelegd om de definitieve nota achteraf te overleggen. Daarna wordt het recht op bijzondere bijstand definitief vastgesteld. Aanvragen waarbij verhoogd risico op extra kosten voor de aanvrager aanwezig is, als de kosten niet tijdig voldaan zijn, worden bij voorrang afgehandeld. Overige aanvragen worden naar volgorde van ontvangst afgehandeld. Waar het gewenst is door de belanghebbende of de noodzaak blijkt uit de soort aanvraag neemt de medewerker die de aanvraag in behandeling heeft contact op met de partij bij wie de belanghebbende de kosten gaat maken of gemaakt heeft om de situatie te bespreken. Bijzondere bijstand wordt verstrekt indien omstandigheden van een inwoner bijzondere individuele kosten met zich meebrengen die niet uit de eigen middelen voldaan kunnen worden. De belanghebbende vraagt financiële ondersteuning in de kosten maar blijft te allen tijde zelf verantwoordelijk voor de betaling van de kosten. De cliëntenraad stelt dat de gemeente een werkwijze hanteert waarop door de gemeente direct aan schuldeisers wordt betaald. Deze stelling van de cliëntenraad is onjuist. Om meerdere redenen is dat ook niet mogelijk. De term schuldeisers is ook niet correct. Bij het indienen van een aanvraag staat op voorhand niet vast dat recht op bijzondere bijstand bestaat. Als recht op bijzondere bijstand wordt vastgesteld is het nog maar de vraag of alle gevraagde kosten als bijzondere kosten worden aangemerkt. Vaak wordt slechts een deel van de kosten als zodanig aangemerkt. Regelmatig komt het voor dat minder bijzondere bijstand wordt verleend dan de aangevraagde kosten bedragen. Aanvragen worden geheel afgewezen als de gevraagde kosten niet als bijzondere individuele kosten worden aangemerkt. De gemeente hanteert een werkwijze waarbij de eigen verantwoordelijkheid voor de betaling van kosten door de belanghebbende zelf voorop wordt gesteld. Twee aanvraagformulieren bieden de belanghebbenden expliciet de mogelijkheid om de gemeente te machtigen de betaling van de bijzondere bijstand op een andere bankrekening dan die van henzelf te laten plaatsvinden. Op de andere aanvraagformulieren kan de belanghebbende zijn / haar eigen bankrekening invullen of dat van de degene bij wie de kosten gemaakt gaan worden. Als de belanghebbenden kiezen om de (mogelijke) betaling van bijzondere bijstand op een andere bankrekening dan die van henzelf over te maken wordt hen altijd kenbaar gemaakt dat ze zelf (toch) verantwoordelijk blijven voor de

44 (tijdige) betaling van de aan de orde zijnde kosten. Het streven is om er voor te zorgen dat belanghebbenden geen extra nadelige effecten van de vertraging in de afhandeling van hun aanvraag ervaren. Indien belanghebbenden buiten directe eigen schuld te maken krijgen met incassokosten die gerelateerd zijn aan overschrijding van de beslistermijn op hun aanvraag bijzondere bijstand, dan wordt zorgt de afdeling Werk, Inkomen en Zorg voor een passende oplossing. Tot slot is in het werkproces aanvraag bijzondere bijstand nu opgenomen dat de belanghebbende bij dreigende overschrijding van de beslistermijn schriftelijk geïnformeerd wordt. Uitvoering voor andere gemeente Op een vraag van een journalist is geantwoord dat er een gering aantal aanvragers van bijzondere bijstand afkomstig is uit de gemeente Neerijnen. Neerijnen is de enige andere gemeente waarvoor Tiel ook de afhandeling van de aanvragen bijzondere bijstand uitvoert. Bedrijfsvoering Bedrijfsmatiger werken is noodzakelijk voor de kostenbeheersing van de uitvoering. Zolang wijzigingen in de werkwijzen niet van invloed zijn op het bijzondere bijstandsbeleid i.c. het individuele recht op bijzondere bijstand voor belanghebbenden is inhoudelijk overleg daarover met de cliëntenraad niet aan de orde. De cliëntenraad dicht zich ook op dit gebied meer adviesrecht toe dan past binnen de doelstelling van de Verordening cliëntenparticipatie. Hierover zullen wij met de cliëntenraad een gesprek aangaan. Vragen van dhr. Schoots Antwoord: de tekst op pagina 18 van de jaarrekening verschilt van de beantwoording in de brief aan de cliëntenraad. Wat is de juiste tekst? tijdpad en beantwoording vanaf 3 april. Had het college de commissie niet eerder kunnen informeren. Gezien de tekst in de jaarrekening kon de wethouder d.d op de hoogte zijn van de problematiek en de oplossing. Jaarrekening 2012 Bij het opstellen van de jaarrekening 2012 was bekend dat in de afhandeling van aanvragen bijzondere bijstand door personeelsaangelegenheden een achterstand was ontstaan. Daardoor was namelijk een onderbenutting van het budget bijzondere bijstand ontstaan. Om te voorkomen dat de (latere) betaling van de uitkeringsrechten bijzondere bijstand over 2012 het budget voor de uitkeringen bijzondere bijstand 2013 zou belasten is in de jaarrekening 2012 een beroep gedaan om middelen 2012 te bestemmen voor de programmakosten E.e.a. is verwoord op pagina 18 van de jaarrekening Het gaat hierbij nadrukkelijk om de kosten van de uitkeringen. Datum personele maatregel Op heeft het college ingestemd met de schriftelijke reactie op de (brand-)brief van de cliëntenraad. Toegelicht is dat de gemeente over minder middelen beschikt voor de uitvoering van werkzaamheden maar dat toch besloten is om een extra kracht in te huren. Abusievelijk is echter het onjuiste jaartal van de inzet van de extra medewerker vermeld, 2012 i.p.v Informatie commissie Het college is tijdig geïnformeerd over het ontstaan van de achterstand in de afhandeling van de aanvragen bijzondere bijstand en over de voorgenomen

45 Meer informatie: maatregelen. Het afdelingshoofd Werk, Inkomen en Zorg is verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wet werk en bijstand, bedrijfsvoering en de inzet van middelen voor de bedrijfsvoering. Vanwege ernstig krimpende personeelsbudgetten voor het in huren / aannemen van extra personeel moeten overwegingen gemaakt worden met betrekking tot de besteding van die personeelsbudgetten. Zeker ook gezien de toename van het aantal aanvragen voor bijstand in de algemene bestaanskosten. In de eerste maanden van 2013 is getracht om de achterstand in te lopen door de extra inzet van medewerkers op werkervaringsplaatsen (exbijstandsgerechtigden). Nadat bleek dat dit niet de beoogde inhaalslag met zich bracht besloot het hoofd van WIZ om per een ervaren kracht in te huren om de inhaalslag te realiseren. De afdeling Werk, Inkomen en Zorg heeft, zoals ook in de brief aan de cliëntenraad WWB is toegelicht, geen signalen van cliënten ontvangen dat zij door vertraagde afhandeling van hun aanvraag in (financiële) problemen zijn gekomen. Uw commissie heeft tijdens de vergadering van gevraagd om uitleg door het college over de door de cliëntenraad gesignaleerde problematiek. Aan u is toegezegd dat de gevraagde uitleg in mei 2013 aan u zou worden gegeven. Na besluitvorming in het college op is de memo met welke de beantwoording van de vragen heeft plaatsgevonden aan de griffie gezonden. Conform bestaande termijnafspraken heeft de griffie de stukken voorgelegd aan de leden van de commissie Samenleving. Tijdige afhandeling aanvragen vanaf De inzet van de (extra) medewerkers heeft er toe geleid dat de achterstand in de tijdige afhandeling van de aanvragen is ingelopen. De structurele maatregelen dienen er toe te leiden dat afhandeling van de aanvragen in het vervolg (zo ruim als mogelijk) binnen de wettelijke termijnen zal plaatsvinden. Afdeling: Werk, Inkomen en Zorg Contactpersoon: R.A.J. Kool Telefoon: (intern 5427) (afwezig van 15 juli tot 12 augustus) rkool@tiel.nl Datum: Bijlagen:

46

47

48 Oplegnotitie voor de commissies Achterweg 2, 4001 MV Tiel Postbus 6325, 4000 HH Tiel Telefoon: (0344) Telefax: (0344) Internet: Algemeen Commissie: Onderwerp: Geheimhouding: ja / nee Samenleving Convenant Platform Zelfredzaam Nee College Portefeuillehouder C. R. Vermeulen Datum collegebesluit 11 juni 2013 Collegebesluit: 1. Het convenant Platform Zelfredzaam vast te stellen; 2. Machtiging te verlenen aan wethouder C.R.Vermeulen om het convenant te ondertekenen; 3. Een bedrag van beschikbaar te stellen per jaar in 2014 en 2015, ten laste van de CJG begroting, ten behoeve van deelname aan het Platform Zelfredzaam; 4. De Commissie Samenleving het convenant Platform Zelfredzaam ter informatie toesturen. Inhoudelijke toelichting: Op 14 februari 2013 hebben de wethouders uit de Programmaraad Zelfredzaam ingestemd met de oprichting van het Platform Zelfredzaam. Het initiatief tot de oprichting van het Platform is genomen door de Programmaraad Zelfredzaam. Dit is een samenwerkingsverband van de tien gemeenten in de regio Rivierenland. Het Platform Zelfredzaam is een platform voor partijen die een rol spelen in de regio Rivierenland op het gebied van welzijn en zorg en aanpalende beleidsterreinen zoals economie, bouwen/ wonen, onderwijs/ arbeidsmarkt/ arbeidsparticipatie en vervoer en vervult een onafhankelijke positie. Het Convenant beschrijft de missie, uitgangspunten en de werkwijze en inrichting van het Platform. Vraag aan commissie: Ter kennisname Ter kennisname

49 Meer informatie: Afdeling: Onderwijs & Welzijn Contactpersoon: H.Hamiddane Telefoon: Bijlagen: Bijlage Convenant Platform Zelfredzaam

50 Platform Zelfredzaam Rivierenland Op eigen kracht grenzen verleggen Convenant voor werkwijze en inrichting Februari 2013

51 CONVENANT PLATFORM ZELFREDZAAM Inhoudsopgave 1 Platform Zelfredzaam in de regio Rivierenland Inleiding Missie Uitgangspunten Functies Afbakening ten opzichte van gemeenten en programmaraden 5 2 Werkwijze en inrichting van het platform Samenstelling platform Inrichting platform Rol van de leden Afvaardiging Besluitvorming Mandaat Informatievoorziening en communicatie eigen organisatie Betrokkenheid van burgers en cliënten Organisatie en financiën Actieve betrokkenheid Lijst van deelnemers convenant Platform Zelfredzaam 11 1

52 CONVENANT PLATFORM ZELFREDZAAM 1 Platform Zelfredzaam in de regio Rivierenland 1.1 Inleiding Het Platform Zelfredzaam richt zich op het bevorderen van de zelfredzaamheid van burgers in de regio Rivierenland en de wijze waarop aanbieders, burger- en cliëntvertegenwoordigers, gemeenten en verzekeraars daarbij kunnen ondersteunen. Het platform is gericht op de versterking van informele netwerken in de leefgemeenschappen in Rivierenland. Meer eigen oplossingen helpen om de druk op gespecialiseerde voorzieningen te verminderen. Het platform neemt daarbij haar maatschappelijke verantwoordelijkheid ten aanzien van leefbaarheid en kwaliteit van leven in de regio en stelt de burger centraal. Het platform bestaat uit vertegenwoordigers van gemeenten, vertegenwoordigers van burgers en cliënten, aanbieders op het gebied van wonen, zorg en welzijn en verzekeraars. Het initiatief tot de oprichting van het platform is genomen door de Programmaraad Zelfredzaam. Dit is een samenwerkingsverband van de tien gemeenten in Rivierenland. In het Platform Zelfredzaam wordt op basis van maatschappelijk ondernemerschap en gezamenlijke verantwoordelijkheid gewerkt aan deze (toekomstige) opgaven, ontwikkelingen en innovaties op het terrein van welzijn en zorg, in relatie tot de aanpalende domeinen wonen, onderwijs en arbeidsmarkt, economie/bedrijfsleven. De basis voor het Platform Zelfredzaam vormt een gedeeld urgentiebesef dat de maatschappelijke opgaven binnen het sociale domein alleen kunnen worden aangepakt als partijen samen optrekken. De hierboven geschetste opgaven leiden in eerste instantie tot een systeeminnovatie. De decentralisatie van de extramurale AWBZ- begeleiding zal ertoe leiden dat de begeleiding op een Wmo-manier wordt uitgevoerd. Daarmee wordt bedoeld dat zelfredzaamheid en gebruik van eigen kracht van het eigen sociale netwerk voorop staat. Als dat niet mogelijk is, kan niet langer als recht op een voorziening of zorg aanspraak worden gemaakt. Gemeenten zoeken in overleg met de cliënt naar de in zijn geval noodzakelijke / mogelijke compensatie. In tegenstelling tot de huidige situatie, is er niet langer sprake van een verzekerd recht. Dit vraagt veel verandering en verandervermogen van gemeenten, aanbieders, instellingen en organisaties én cliënten. In een later stadium zal dit leiden tot een transformatie, dat wil zeggen een herschepping van het totale sociale domein. Het Platform Zelfredzaam heeft geen van te voren bepaalde levensduur. In dit convenant spreken partijen hun commitment uit tot en met 2015 en werken ze aan een nieuwe vorm van samenwerking, zowel inhoudelijk, organisatorisch als financieel. De regionale agenda en samenwerking is echter voortdurend in beweging. De deelnemende gemeenten hebben in het 2

53 CONVENANT PLATFORM ZELFREDZAAM najaar 2012 uitgesproken hoe dan ook met elkaar te willen blijven samenwerken en dit platform te willen benutten voor gedachtevorming, ideeënuitwisseling, etc. Mocht een structuurwijziging in de regionale samenwerking van invloed zijn op de afspraken zoals die in dit convenant zijn vormgegeven, dan zal dit tijdig met de betrokken partners worden besproken. 1.2 Missie De missie van het Platform Zelfredzaam is de volgende: We willen over de grenzen van organisaties en sectoren mede invulling geven aan de maatschappelijke verantwoordelijkheid van alle aangesloten organisaties ten aanzien van de beschikbaarheid, toegankelijkheid en efficiency van voorzieningen op het gebied van welzijn en zorg in de regio Rivierenland. 1.3 Uitgangspunten Het Platform Zelfredzaam hanteert de onderstaande algemene uitgangspunten. Inclusief werken: Iedereen doet mee! Dit geldt voor burgers, vrijwilligers, professionele en niet-professionele instellingen en organisaties op het terrein van welzijn en zorg. We betrekken hen zoveel mogelijk bij beleidsthema s, ontwikkelingen en oplossingen. Daarbij is er specifieke aandacht voor de verbinding tussen formele en informele vormen van ondersteuning. We zoeken de verbinding met onderwijs en bedrijfsleven. We stellen de burger centraal in ons denken en handelen. We hebben aandacht voor de leefwereld van de burger en weten waar hij tegen aanloopt. We richten ons beleid en dienstverlening in vanuit de leefwereld van burgers en hun netwerken. Zij hebben een centrale rol bij het formuleren van oplossingen. Dat geldt ook voor de betrokkenheid bij de activiteiten van het platform. De samenwerking zal gaandeweg, en op een procesmatige wijze gestalte krijgen. Dit betekent voor partners dat zij dit (groei)-proces met open houding en op basis van gezamenlijke verantwoordelijkheid aangaan, waarbij de te bereiken doelen en resultaten centraal staan. Op basis van de ontwikkelingen wordt regelmatig geëvalueerd en de balans opgemaakt. Op basis van evaluaties maken we voorstellen voor het vervolg van beleid, projecten en de gewenste organisatievorm van het platform. We werken vanuit maatschappelijk ondernemerschap: naast de algemene principes van goed ondernemerschap van instellingen en organisaties, staan wij in al ons handelen voor onze maatschappelijke verantwoordelijkheid ten aanzien van de inwoners van Rivierenland. We kijken daarbij verder dan het sociale domein en betrekken bewust ook de domeinen economie, bouwen/wonen, onderwijs/arbeidsmarkt en vervoer. 3

54 CONVENANT PLATFORM ZELFREDZAAM We werken in wisselende coalities, vanuit een partnerschapsgedachte, in een transparant en open netwerk. De thema s en opgaven waar we voor staan zijn complex en divers. Dit betekent dat, afhankelijk van de opgaven of thema s, ieder vanuit zijn eigen kennis en expertise gevraagd wordt een bijdrage te leveren. We gaan daarbij uit van partnerschap en niet van concurrentie. We handelen en werken in verschillende samenstellingen met instellingen en organisaties. We willen ontschotten (organisatorisch, inhoudelijk en financieel): de bestaande scheidingen tussen inhoudelijke en organisatorische werkterreinen en/of geldstromen worden zoveel als mogelijk opgeheven zodat we (op termijn) gezamenlijk effectiever en efficiënter beleid kunnen formuleren, oplossingen kunnen implementeren en samenwerking tussen instellingen en organisaties kunnen realiseren op het domein van welzijn en zorg. De ontschotting vormt één van de grootste thema s en uitdagingen van het platform en zal al werkende vorm moeten krijgen. Hierbij hebben we de ambitie om de grenzen van de inhoudelijke, organisatorische, financiële en wettelijke (on-)mogelijkheden zoveel mogelijk op te zoeken en te beproeven. De opgaven waar gemeenten en partners in de regio voor staan zijn complex, divers, intens en overstijgen (met regelmaat) de gemeentegrens. Dit vraagt om een bundeling van expertise, ervaring, kennis én geld om antwoorden en oplossingen te formuleren op regionale thema s in het domein van welzijn en zorg in relatie tot de aanpalende domeinen. Bovengenoemde uitgangspunten gelden voor alle projecten die vanuit het Platform worden geïnitieerd. Per project worden ze nader gespecifieerd en aangevuld. 1.4 Functies Het Platform Zelfredzaam onderscheidt zes functies, te weten: Verbindingsfunctie Het platform biedt een gesprekstafel voor partijen die een rol spelen op het gebied van welzijn en zorg in de regio Rivierenland, in relatie tot de aanpalende domeinen wonen, onderwijs en arbeidsmarkt, economie/bedrijfsleven. Leden van het platform leggen actief de verbinding tussen partijen die zich vanuit deze verschillende invalshoeken op hetzelfde vraagstuk richten. Het platform zet zich actief in om de verbinding tussen formele en informele vormen van ondersteuning te versterken. Innoverende functie Het gezamenlijk werken aan innovaties op het gebied van welzijn en zorg in het kader van zelfredzaamheid. Beleidsformulerende functie 4

55 CONVENANT PLATFORM ZELFREDZAAM Het platform ontwikkelt beleid op het gebied van welzijn en zorg in de regio Rivierenland. Agendasetting en beleidsvoorbereiding zijn belangrijke taken. Hiermee faciliteren de partijen uit het platform gemeenten in hun kaderstellende rol. Ontwikkelende functie Het platform initieert te ontwikkelen projecten en volgt en monitort deze projecten op het terrein van welzijn en zorg. Het platform richt zich op thema s waarbij de rol van de burger, gemeente, aanbieder en/of verzekeraar in samenhang opgepakt wordt. Het platform is hierin aanvullend op lokale initiatieven. Signaleringsfunctie Het gezamenlijk opsporen van knelpunten, problemen en lacunes in welzijn en zorg op regionaal niveau. Daarbij wordt specifiek gezocht naar signalen en ervaringen van burgers en zorgvragers in Rivierenland: hun ervaringen, wensen en initiatieven zijn het uitgangspunt voor het platform. Faciliteringsfunctie Het platform kan faciliterend optreden in het kader van bovenstaande functies mits er sprake is van commitment van de betrokken partijen van het platform. Het platform faciliteert en biedt bij uitstek ruimte aan initiatieven van burgers / zorgvragers zelf. Per project wordt bekeken hoe de uitvoeringskracht wordt vormgegeven. In principe is het uitgangspunt dat de deelnemende organisaties, ook uit de buitenring, samen zorgen voor voldoende uitvoeringskracht. 1.5 Afbakening ten opzichte van gemeenten en programmaraden Het Platform Zelfredzaam is een platform voor partijen die een rol spelen in de regio Rivierenland op het gebied van welzijn en zorg en aanpalende beleidsterreinen zoals economie, bouwen/wonen, onderwijs/arbeidsmarkt/arbeidsparticipatie en vervoer en vervult een onafhankelijke positie. Het platform Zelfredzaam stemt haar activiteiten af op gemeenten en de programmaraden Zelfredzaam, Aantrekkelijk en Participatie van de Regio Rivierenland. Het platform Zelfredzaam bespreekt, ontwikkelt, toetst en evalueert beleid en projecten op het terrein van welzijn en zorg. Er vindt over de voortgang van de beleidsvorming en -ontwikkeling en de projecten regelmatig overleg plaats met programmaraden en gemeenten. Bestaande overlegstructuren op lokaal en regionaal niveau borgen dat activiteiten niet op meerdere plekken tegelijk uitgevoerd worden. Voor de uitvoering van activiteiten kan het Platform Zelfredzaam een beroep doen op het Regiocontract. Ook hiervoor geldt dat afstemming met initiatieven uit programmaraden en gemeenten plaatsvindt. Voor de periode zijn in het regiocontract middelen gereserveerd waar een beroep op gedaan kan worden in de vorm van cofinanciering. Naast de uitvoering van eigen projecten kan het Platform Zelfredzaam betrokken zijn bij de uitvoering van projecten die plaatsvinden onder verantwoordelijkheid van een van de programmaraden. 5

56 CONVENANT PLATFORM ZELFREDZAAM 2 Werkwijze en inrichting van het platform 2.1 Samenstelling platform Het Platform Zelfredzaam wil de brug slaan naar een groot netwerk aan organisaties en initiatieven die actief zijn in Rivierenland binnen het sociale domein. Om slagkracht te waarborgen is er voor gekozen te werken met een binnenring en een buitenring. De leden van het platform vormen gezamenlijk de binnenring. Zij stellen een werkagenda op en zijn verantwoordelijk voor de resultaten daarvan. Voor de uitvoering zoeken leden van het platform de medewerking van organisaties die actief zijn in Rivierenland. Deze organisaties vormen de zogenaamde buitenring. Als we over het Platform Zelfredzaam praten bedoelen we de initiatieven van de binnenring. In de binnenring van het platform hebben de volgende instellingen en organisaties zitting: - een onafhankelijk voorzitter; - drie leden van de programmaraad Zelfredzaam; - aanbieders op het terrein van (gezondheids)zorg, welzijn en wonen; - vertegenwoordigers van cliënten en burgers; - zorgkantoor / zorgverzekeraar. Het platform komt viermaal per jaar bijeen onder voorzitterschap van een onafhankelijk voorzitter. Deze voorzitter wordt uit het midden van de platformleden gekozen voor een periode van maximaal vier jaar. Het platform opereert onafhankelijk. Leden van het platform toetsen voorstellen in hun eigen organisatie / netwerk. Afstemming met onder andere activiteiten van programmaraden is van belang. 6

57 CONVENANT PLATFORM ZELFREDZAAM 2.2 Inrichting platform Luis in de pels Denktank 2013 Platform VZ VZ VZ Werkgroep Werkgroep Werkgroep Vraagstuk / agendasetting Beroepsgroep / ketensamenwerking Nieuwe uitvoeringspraktijk De leden van het platform vormen de binnenring. Hier wordt de agenda opgesteld en de activiteiten gestart. Vanuit het platform vindt de verbinding met werkgroepen plaats waarin ook andere organisaties (vrijwilligers- en professionele organisaties, gemeenten) deelnemen. Deze organisaties worden actief betrokken en geïnformeerd. De werkgroepen worden voorgezeten door een lid van het platform. Per project zal bekeken worden welke relevante instellingen en organisaties, buiten de aangesloten lidorganisaties, bij het project betrokken moeten worden. De leden uit de binnenring dragen financieel bij aan het platform. Deelnemers in de buitenring zijn geen bijdrage verschuldigd. Het platform is geen rechtspersoonlijkheid. De leden van het platform verbinden zich aan de afspraken door het ondertekenen van een convenant. Deze werkwijze biedt flexibiliteit, is goedkoop en geeft het platform de gelegenheid al dan niet door te groeien naar een vastere entiteit. De werkwijze geldt tot en met In 2015 wordt bepaald of in een volgende periode gekozen wordt voor rechtspersoonlijkheid, bijvoorbeeld in de vorm van een (coöperatieve) vereniging. Het platform wordt ondersteund door een programmamedewerker/coördinator die de volgende taken heeft: Voorbereiden van de bijeenkomsten en ondersteunen van de voorzitter; 7

58 CONVENANT PLATFORM ZELFREDZAAM Opstellen van de werkagenda voor een kalenderjaar; Afstemming met de programmaraden; Ondersteunen bij het opzetten en uitvoeren van projecten; Betrekken van organisaties in de buitenring; Voorbereiden van besluiten door het verzamelen en bundelen van relevante informatie en vormgeven van de besluitvormingsprocedure ten behoeve van het slagvaardig nemen van kennisrijke besluiten; Opstellen van een communicatiestrategie en deze uitvoeren; Jaarlijks vormgeven van voortgangsevaluatie met betrokkenen van het platform; Jaarlijks verantwoording d.m.v. inhoudelijk jaarverslag; Signaleren van tussentijdse knelpunten in voortgang of samenwerking en deze te sprake brengen bij de voorzitter. 2.3 Rol van de leden De leden van het Platform Zelfredzaam nemen besluiten betreffende: Het bepalen van de algemene strategie, activiteiten en projecten van het platform; Het vaststellen van de jaarlijkse werkagenda en de bijbehorende begroting; Het afleggen van financiële verantwoording en het opstellen van een financieel verslag; Het instrueren en eventueel mandateren van de ondersteuner van het Platform Zelfredzaam. 2.4 Afvaardiging Per professionele lidorganisatie wordt één deelnemer aan het Platform Zelfredzaam afgevaardigd. De professionele lidorganisatie zorgt tevens voor een vervangend lid. Dit moet een vast vervangend lid zijn zodat het besluitvormingsproces en de ontwikkeling van projecten niet stagneert. In afwijking hiervan kunnen (onafhankelijke) lidorganisaties, die zich inzetten voor het behartigen van belangen van cliënten c.q. patiënten of zorgvragers, zich met maximaal twee leden laten vertegenwoordigen. Ook deze organisaties dienen voor vaste vervangende leden te zorgen. 2.5 Besluitvorming Besluiten over de uitvoering van de werkagenda worden in het Platform Zelfredzaam op basis van consensus in de binnenring genomen. De programmacoördinator bereidt de besluiten voor. De besluiten worden vanzelfsprekend op hoofdlijnen getoetst aan het missiestatement en de geformuleerde uitgangspunten. Gemeenten in de regio Rivierenland zijn kaderstellend wat betreft de vaststelling en financiering van beleid op het sociaal domein. Besluitvorming over dit beleid vindt plaats in de colleges en 8

59 CONVENANT PLATFORM ZELFREDZAAM gemeenteraden. De activiteiten van het platform dienen ter voorbereiding en/of uitvoering van deze gemeentelijke kaderstelling. 2.6 Mandaat De leden van het Platform Zelfredzaam hebben, binnen vooraf vastgestelde kaders van de eigen organisatie of instelling, mandaat om namens hun instelling of organisatie besluiten te nemen. Dit versnelt het (besluitvormings-) proces. Het is aan de partijen zelf om dit nader in te vullen, maar bij voorkeur is dit een afvaardiging op bestuurlijk, directie of managementniveau. Ieder lid van het Platform Zelfredzaam beoordeelt zelf of de besluitvorming binnen het vastgestelde kader plaatsvindt. Indien er zich situaties voordoen waarbij besluitvorming buiten dit kader valt, is het platformlid verantwoordelijk dat dit binnen de eigen organisatie besproken en goedgekeurd wordt. 2.7 Informatievoorziening en communicatie eigen organisatie Ieder platformlid zorgt voor een adequate informatie- en communicatiestructuur binnen de eigen organisatie. Relevante partijen binnen de eigen organisatie zijn op de hoogte van de (beleids-)ontwikkelingen van het platform. Deze informatie- en communicatiestructuur wordt proactief georganiseerd, en moet leiden tot geïnformeerde en bij het Platform Zelfredzaam betrokken deelnemers die in staat geacht worden om de (beleids-)ontwikkelingen van het Platform Zelfredzaam binnen hun eigen organisatie of instelling te volgen en eventueel te vertalen. Van de platformleden wordt hierin een proactieve houding verwacht. 2.8 Betrokkenheid van burgers en cliënten De betrokkenheid van burgers en cliënten is een belangrijk uitgangspunt. Platformleden spannen zich in dat de eigen doelgroep van burgers en/of cliënten adequaat geïnformeerd en betrokken wordt bij de ontwikkeling van het beleid en de projecten. Ook zoekt het platform aansluiting bij lokale en regionale netwerken van burgers en cliënten. Bij projecten geldt als voorwaarde dat bij de start van het project duidelijk is op welke wijze burgers en/of cliënten betrokken worden en welke rol men in het project krijgt. Op deze wijze wordt de betrokkenheid van de burgers en cliënten gewaarborgd. Op het moment dat de kanteling succesvol blijkt en steeds meer nieuwe initiatieven van burgers ontstaan, wordt opnieuw bezien op welke wijze deze burgerinitiatieven bestuurlijk een plaats binnen het platform krijgen. 2.9 Organisatie en financiën De bij het Platform Zelfredzaam betrokken partners leveren een financiële bijdrage aan het platform. De bijdrage wordt jaarlijks door het platform vastgesteld, op basis van een begroting. Uitgangspunt in de financiering is dat elk platformlid evenveel bijdraagt. De 10 gemeenten dragen via de Regio bij aan de financiering van het platform. 9

60 CONVENANT PLATFORM ZELFREDZAAM Jaarlijks wordt door het Platform Zelfredzaam tijdig de werkbegroting vastgesteld zodat voorafgaand aan het nieuwe jaar de financiële bijdrage aan het platform duidelijk is. De structurele kosten voor het platform bedragen minimaal ,- per kalenderjaar (vergaderkosten, communicatie, salaris programmamedewerker/coördinator). Er wordt geen financiële bijdrage gevraagd van organisaties uit de buitenring die deelnemen aan de werkgroepen. Van hen wordt wel commitment, personele inzet en een inspanningsverplichting gevraagd. Naast de begroting voor de werkzaamheden van het Platform wordt per project een projectplan en -begroting gemaakt. Waar mogelijk wordt een beroep gedaan op financiële ondersteuning vanuit het regiocontract op basis van cofinanciering. De programmamedewerker/coördinator wordt gefinancierd vanuit de begroting van het Platform Zelfredzaam. Een van de leden van het platform treedt op als kassier en opdrachtgever. Dit houdt in: Opdrachtgever voor de ondersteunend medewerker; zorgdragen voor personele aangelegenheden en betalingen; Intermediair in het beheren van projectgelden uit het regiocontract; Intermediair in het beheren van de financiële bijdragen van de leden van het Platform. Voor deze taken is een financiële vergoeding beschikbaar. Over de hoogte van deze vergoeding beslissen de platformleden Actieve betrokkenheid De betrokken organisaties leveren naast een financiële bijdrage een inhoudelijke bijdrage aan de realisatie van de doelstellingen van het Platform Zelfredzaam. Dit betekent dat van hen actieve betrokkenheid wordt verwacht door mee te denken, te ontwikkelen, verbinding te leggen met andere organisaties en capaciteit beschikbaar te stellen voor de uitvoering van activiteiten. 10

61 CONVENANT PLATFORM ZELFREDZAAM 2.11 Lijst van deelnemers convenant Platform Zelfredzaam STMR Coöperatieve Huisartsen vereniging Gelders Rivierenland GGD Rivierenland Kleurrijk Wonen, locatie Geldermalsen ProPersona Programmaraad Zelfredzaam Stichting Zorgcentra Rivierenland ROC RiVOR MEE Gelderse Poort Mozaiek Stichting Zorgcentra De Betuwe IrisZorg Zorgkantoren coöperatie VGZ Provincie Gelderland Zorgbelang Stichting Syndion Entrea ELK Ziekenhuis Rivierenland Gemeente Buren Gemeente Culemborg Gemeente Geldermalsen Gemeente Lingewaal Gemeente Maasdriel Gemeente Neder-Betuwe Gemeente Neerijnen Gemeente Tiel Gemeente West Maas en Waal Gemeente Zaltbommel 11

62

63

64

65 Raadsvoorstel * * Agendapunt Advies aan Commissariaat voor de Media over zendtijdtoewijzing aan Stichting Stadsomroep Raadsvergadering 18 september 2013 Portefeuillehouder Laurens Verspuij Begrotingsprogramma Programma maatschappelijke voorzieningen Onderwerp Mediabeleid Besluit om: 1. Het Commissariaat voor de Media positief te adviseren over zendtijdtoewijzing aan Stichting Stadsomroep Tiel Inleiding Op 21 april 2009 heeft het Commissariaat voor de Media (verder te noemen CvdM) aan de Stichting Stadsomroep Tiel voor vijf jaar zendtijd voor lokale omroep toegewezen voor de gemeente Tiel. Bij deze toewijzing heeft het advies van de gemeenteraad van 19 november 2008 een belangrijke rol gespeeld. Stichting Stadsomroep Tiel heeft het CVDM laten weten dat zij opnieuw in aanmerking wenst te komen voor aanwijzing als lokale publieke media-instelling in een aansluitende periode. Voordat het CvdM een beslissing kan nemen over deze aanvraag, dient de gemeenteraad op grond van artikel 2.62, eerste lid, van de Mediawet 2008 opnieuw te adviseren over de vraag of Stichting Stadsomroep voldoet aan de eisen die deze wet stelt. Artikel 2.62, eerste lid van de Mediawet 2008 luidt: Aanwijzing geschiedt nadat Provinciale Staten hebben dan wel de gemeenteraad heeft geadviseerd over de vraag of de instelling aan de eisen, bedoeld in artikel 2.61, tweede lid, voldoet. Artikel 2.61, tweede lid, luidt als volgt: Voor aanwijzing komen slechts in aanmerking instellingen die: a. rechtspersoon naar Nederlands recht met volledige rechtsbevoegdheid zijn; b. zich volgens de statuten uitsluitend of hoofdzakelijk ten doel stellen het op regionaal respectievelijk lokaal niveau uitvoeren van de publieke mediaopdracht door het verzorgen van media-aanbod dat gericht is op de bevrediging van maatschappelijke behoeften die in een provincie, een gemeente of een deel van de provincie waarop de instelling zich richt leven, en het verrichten van alle activiteiten die nodig zijn om daarmee een publieke taak te vervullen; en c. volgens de statuten een orgaan hebben dat het beleid voor het media-aanbod bepaalt en dat representatief is voor de belangrijkste in de desbetreffende provincie of gemeente voorkomende maatschappelijke, culturele, godsdienstige en geestelijke stromingen.

66 Beoogd effect Door een positief advies van de gemeenteraad aan het CvdM kan aan de Stichting Stadsomroep (opnieuw) voor de duur van vijf jaar zendtijd worden toegewezen, zodat de uitzendingen doorgang kunnen blijven vinden. De Stichting kan gevarieerde programma s blijven aanbieden over onder andere de lokale democratie en initiatieven in de Tielse samenleving op het gebied van informatie, cultuur, educatie en verstrooiing. Argumenten 1.1 Omroep voldoet aan formele vereisten Stichting Stadsomroep voldoet aan de formele vereisten die de Mediawet stelt. De stichting is een juridisch rechtspersoon en beschikt over de juiste statuten. Ook kent de stichting een orgaan dat het beleid voor het media-aanbod bepaalt, het zogenaamde programmabeleidbepalend orgaan (PBO) en representatief is voor in de gemeente voorkomende maatschappelijke, culturele, godsdienstige en geestelijke stromingen. Het overzicht van de leden van het PBO is onderdeel van de brief van het CvdM in bijlage De omroep beschikt over een toereikend media-aanbod Stichting Stadsomroep heeft de afgelopen jaren gevarieerde programma s aangeboden over onder andere de lokale democratie en initiatieven in de Tielse samenleving op het gebied van informatie, cultuur, educatie en verstrooiing (Graadmeter, koetshuis, Aktueel, Stellage, Straatbeeld, rondje Tiel en diverse specials). De programma s worden aangeboden via televisie en internet. Kanttekeningen 1.1 Mogelijke commerciële binding Het CvdM heeft de volgende kanttekening gemaakt ten aanzien van de aanvraag voor zendtijdtoewijzing door Stichting Stadsomroep: uit het handelsregister maakt het CvdM op dat op het adres van bestuurslid M. ter Haar ook de rechtspersoon TeHa Mediagroep is gevestigd. Op het adres van een ander bestuurslid is eveneens een andere rechtspersoon gevestigd. Het CvdM heeft de stichting verzocht mee te delen wat de relatie is van deze rechtspersonen tot de Stichting Stadsomroep Tiel. De Mediawet staat niet toe dat een bestuurder van een lokale publieke media-instelling ook een functie heeft bij een stichting of vennootschap waarvan de betreffende instelling producten of diensten afneemt. Een eventuele commerciële binding verhindert toewijzing als lokale publieke media-instelling. Strikt genomen maakt dit geen onderdeel uit van de advisering door de gemeenteraad, het is een kwestie tussen CvdM en de stichting Stadsomroep. Een en ander kan echter wel gevolgen hebben voor het al dan niet toewijzen van zendtijd aan Stichting Stadsomroep Tiel. (Ten tijde van het schrijven van dit voorstel is de uitkomst hiervan nog niet bekend. Wel speelde een soortgelijke situatie vijf jaar geleden ook en dit heeft toen niet geleid tot afwijzing door het CvdM.) 1.2 Positief advies betekent bekostigen Gemeenten in Nederland hebben sinds 2010 op grond van de mediawet 2008 een zorgplicht voor de bekostiging van de lokale omroep. Gemeenten kunnen het bedrag dat voor lokale omroepen in het gemeentefonds is gestort als richtsnoer voor hun bekostiging gebruiken. In 2012 was het 1,29 per woonruimte incl index. De plicht om te bekostigen is gekoppeld aan een positief advies van de gemeenteraad over de representativiteit van het programmabeleidsbepalende orgaan van de omroep. De bekostiging

67 betreft de vergoeding van de kosten die rechtstreeks verband houden met het verzorgen van de lokale publieke omroepdienst, voor zover die kosten niet op andere wijze zijn gedekt, op zodanige wijze dat op lokaal niveau in een toereikend media-aanbod kan worden voorzien en continuïteit van bekostiging is gewaarborgd. Als de raad afziet van een positief advies, dan moet dat terdege gemotiveerd zijn. Anders houdt het geen stand in een juridische procedure. Als de raad afziet van adviseren, kan het college van Gedeputeerde Staten de bevoegdheid van de raad overnemen. 1.3 Het CvdM trekt de zendtijd in wanneer de lokale omroep niet aan de eisen voldoet Wanneer gaandeweg de periode waarvoor zendtijd is toegewezen, blijkt dat de omroep niet voldoet aan de eisen, kan het CvdM de verleende zendtijd intrekken. Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer het PBO niet goed functioneert of als de omroep niet voldoet aan de eisen van een toereikend media-aanbod. Heeft de lokale omroep geen zendtijd meer toegewezen gekregen dan vervalt de bekostigingsplicht van de gemeente. Aanpak / uitvoering Het advies van de gemeenteraad aan het CvdM moet uiterlijk in de week van 30 september 2013 uitgebracht zijn. Dit betekent dat de commissie Samenleving in haar vergadering van 10 september het voorstel dient te bespreken waarna de raad in haar vergadering van 18 september 2013 advies uitbrengt. Het advies dient voorzien te zijn van notulen van beide vergaderingen. Zodra het CvdM zendtijd heeft toegewezen aan Stichting Stadsomroep Tiel sluiten gemeente en Stichting Stadsomroep een convenant meerjarenafspraken bekostiging lokale publieke media-instelling (model VNG). Het convenant zal aan de raad ter besluitvorming worden voorgelegd. De termijn waarop dat gebeurt, is afhankelijk van besluitvorming CvdM. De voorbereiding hierop vindt al vast plaats zodat de uitzendingen van de omroep na aflopen van de huidige periode van bekostiging (eind 2013) geen onderbreking zal kennen. Communicatie Stichting Stadsomroep is op de hoogte van het verzoek van het CvdM en wordt door het CvdM op de hoogte gehouden van het vervolg. Natuurlijk is er ook direct contact tussen gemeente en lokale omroep. Financiën Gemeenten in Nederland hebben sinds 2010 op grond van de mediawet 2008 een zorgplicht voor de bekostiging van de lokale omroep. Gemeenten kunnen het bedrag dat voor lokale omroepen in het gemeentefonds is gestort als richtsnoer voor hun bekostiging gebruiken. In 2012 was dit 1,29 per woonruimte incl index. Uitgaande van deze getallen betreft het een bedrag ad ,- (aantal woonruimtes per : * 1,29) Het definitieve bedrag wordt vastgesteld in het convenant. In de begroting is jaarlijks structureel opgenomen voor de lokale omroep. Daarnaast is nog een bedrag opgenomen voor de ziekenomroep. Het totale budget bedraagt Het tekort zal worden opgenomen in de begroting voor 2014 en verdere jaren. Bijlage(n) 1. brief Commissariaat voor de Media d.d. 4 juni 2013 inclusief bijlagen 2. model convenant meerjarenbekostiging lokale omroep

68 Burgemeester en wethouders van Tiel, de secretaris, de burgemeester, Advies commissie(s) d.d.: Tiel, d.d. de commissiegriffier, Beslissing raad d.d.: de griffier, Meer informatie: Afdeling: Contactpersoon: Telefoon:

69 * * Raadsbesluit Nummer: Wettelijke grondslag: Mediawet 2008 Besloten in de raadsvergadering van: 18 september 2013 Besluit om: Het Commissariaat voor Media positief te adviseren over zendtijdtoewijzing aan Stichting Stadsomroep Tiel de giffier, de voorzitter,

70

71

72

73

74

75

76

77

78

79

80

81

82

83

84

85

86

87

88

89

90

91

92

93

94

95 * * MODEL CONVENANT VIJF-/MEERJAREN* AFSPRAKEN BEKOSTIGING LOKALE PUBLIEKE MEDIA-INSTELLING X DOOR GEMEENTE Y Ondergetekenden: De gemeente., te dezen gelet op artikel 171 Gemeentewet rechtsgeldig vertegenwoordigd door wethouder, de heer/mevrouw*, handelende ter uitvoering van het besluit van het college van burgemeester en wethouders van...nr.... hierna te noemen de gemeente en De lokale publieke media-instelling, stichting/vereniging* lokale omroep/streekomroep*.., te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer/mevrouw*. in zijn/haar* hoedanigheid van voorzitter hierna te noemen de lokale omroep Overwegende dat 1. Mediawet 2008: - de gemeenteraad gelet op artikel 2.61a en b Mediawet 2008 bij besluit van.. positief heeft geadviseerd over de rechtspersoonlijkheid en de statuten van de lokale omroep; - de gemeenteraad gelet op artikel 2.61c Mediawet 2008 bij besluit van.. positief heeft geadviseerd over de representativiteit van het programmabeleidsbepalend orgaan van de lokale omroep, waarbij zowel de gemeente als de lokale omroep het dienaangaande geldende modelreglement van het Commissariaat voor de Media in acht hebben genomen; - het college ingevolge de Mediawet 2008 in artikel 2.170a per 2010 zorgt voor de bekostiging van het functioneren van de lokale omroep, als de gemeenteraad positief heeft geadviseerd over de representativiteit van het programmabeleidsbepalend orgaan zoals bedoeld in artikel 2.61c Mediawet 2008; - het Commissariaat voor de Media op basis van het advies van de gemeenteraad zoals bedoeld in artikel 2.62 Mediawet 2008 en op grond van artikel 2.65 Mediawet 2008 de lokale omroep heeft aangewezen als lokale publieke media-instelling ten behoeve van de gemeente (gemeenten)*.. voor een periode van vijf jaar, te weten het Commissariaat voor de Media ingevolge artikel 7.11 lid 1 van de Mediawet 2008 belast is met de bestuursrechtelijke handhaving van het bepaalde bij of krachtens deze wet ten gevolge waarvan gemeente en lokale omroep niet gebonden zijn aan het convenant als het Commissariaat strijdigheid met de Mediawet 2008 constateert; (- het Agentschap Telecom op basis van de artikel 3.3. Telecommunicatiewet aan de lokale omroep een ether-zendvergunning heeft afgegeven voor een periode van vijf jaar, te weten , zodat de lokale omroep in deze periode media-aanbod kan bieden.)* (- de kabelexploitant..op grond van artikel 6.13 Mediawet 2008 verplicht is de lokale omroep via de analoge kabel door te geven (en bij een significant aantal digitaal aangeslotenen ook via de digitale kabel) in de gemeente (gemeenten)*.)* 2. Bekostiging: - het bekostigingsproces waarmee uitvoering wordt gegeven aan dit convenant conform de Algemene Subsidieverordening van de gemeente.plaatsvindt voor zover deze niet in strijd is

96 met het gestelde in de Mediawet 2008; - de gemeente de bekostiging aan de lokale omroep wil verstrekken gelet op artikel 2.170a lid 2 Mediawet 2008 als een vergoeding van de kosten die rechtstreeks verband houden met het verzorgen van de lokale publieke mediadienst, voor zover die kosten niet op andere wijze zijn gedekt, op zodanige wijze dat op lokaal niveau in een toereikend mediabeleid kan worden voorzien en continuïteit van bekostiging is gewaarborgd. (- afstemming in regionaal verband heeft plaatsgevonden gelet op het gegeven dat de omroep een streekomroep is die door meerdere gemeenten bekostigd wordt.)* 3. Beleid: - het media-aanbod van de lokale omroep op grond van artikel 2.1 lid 2 aanhef en onder d Mediawet 2008 onafhankelijk dient te zijn van overheidsinvloeden en commerciële invloeden; - de vorm en inhoud van het media-aanbod ingevolge artikel 2.88 lid 1 van de Mediawet 2008 dienen te worden bepaald door de lokale omroep, waarmee deze daarvoor ook verantwoordelijk draagt; - het beoogde informatieve, culturele, educatieve en andere daarmee samenhangende beleid van de gemeente is vastgelegd in de volgende documenten en als volgt kan worden samengevat ; - de lokale omroep heeft kennis genomen van dit beleid van de gemeente en de ontwikkelingen in de samenleving en een eigen instellingsbeleid heeft, hetgeen is vastgelegd in het meerjarenbeleids-plan..; - het meerjarenbeleidsplan is gebaseerd op de media-opdracht uit artikel 2.70 Mediawet 2008: het aanbod bestaat voor ten minste vijftig procent van de duur uit activiteiten van informatieve, culturele en educatieve aard die in het bijzonder betrekking hebben op de gemeente (gemeenten) waarvoor het aanbod bestemd is; - het beleidsplan tevens is gebaseerd op het Model meerjarenbeleidsplan grote/kleine* omroep van de Organisatie van Lokale Omroepen in Nederland en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. 4. Meerjarenafspraken: - het van belang is meerjarenafspraken te maken over het verlenen van bekostiging door de gemeente en de daarvoor door de lokale omroep te verrichten activiteiten in het kader van de publieke media-opdracht zoals neergelegd in artikel 2.1 Mediawet 2008 en het meerjarenbeleidsplan van de omroep; - hiermee door de gemeente wordt voorzien in de continuïteit van de bekostiging zoals gesteld in artikel 2.170a lid 2 Mediawet 2008; - het wenselijk is de afspraken vast te leggen in een convenant meerjarenafspraken dat het kader vormt voor een jaarlijks/meerjarig* door de gemeente af te geven beschikking ter concretisering van dit convenant; - het systeem van bekostiging gelet op de duur van de aanwijzing van en zendvergunning aan de lokale omroep zoals bedoeld in lid 1 in principe uitgaat van cycli van vijf jaren. hebben partijen de intentie in de convenantsperiode volgens de hierna komende bepalingen te handelen: 1. Algemeen (begripsbepalingen) 1.1. Het begrip bekostiging zoals bedoeld in de Mediawet Het begrip lokale publieke media-instelling zoals bedoeld in de Mediawet 2008 artikel Doelstelling van de lokale omroep 2.1. De lokale omroep stelt zich gelet op zijn statuten etcetera* ten doel

97 2.2. Deze doelstelling is gebaseerd op de bepaling in artikel 2.61 lid 2 Mediawet 2008 dat de lokale omroep zich volgens de statuten uitsluitend of hoofdzakelijk ten doel stelt het op lokaal niveau uitvoeren van de publieke media-opdracht door het verzorgen van media-aanbod dat gericht is op de bevrediging van maatschappelijke behoeften die leven in een gemeente waarop de instelling zich richt en het verrichten van alle activiteiten die nodig zijn om daarmee een publieke taak te vervullen. 3. Activiteiten publieke media-opdracht 3.1. De lokale omroep overlegt, gelet op de Mediawet 2008 in het bijzonder de artikelen 2.1 en 2.70, in zijn meerjarenbeleidsplan algemene gegevens over de navolgende aspecten aan de gemeente: - het op lokaal niveau verzorgen van publieke mediadiensten door het aanbieden van mediaaanbod op het terrein van informatie, cultuur, educatie en verstrooiing, via alle beschikbare aanbodkanalen; - het programma-aanbod dat per kanaal voor tenminste 50% van informatieve, culturele en educatieve aard is en dat in het bijzonder betrekking heeft op de gemeente/gemeenten* waarvoor het aanbod bestemd is (het programmavoorschrift); - de uitwerking van de bepaling dat tenminste 50% van het aanbod door de omroep zelf of in haar opdracht is geproduceerd (het productievoorschrift) De lokale omroep overlegt in zijn meerjarenbeleidsplan tevens gegevens over de navolgende aspecten aan de gemeente: - Media-aanbodsbeleid zoals vastgesteld door het programmabeleidsbepalende orgaan van de omroep c.q. Uitgangspunten programmabeleid. - Programmering radio - Programmering (tekst)televisie - Internetgebruik waaronder website - Teletekst - Organisatie - Huisvesting en techniek - Inkomsten uit reclame en overige inkomsten - Financiën Met als bijlagen: a. Balans en investeringsoverzicht b. Overzicht samenstelling programmabeleidsbepalend orgaan, bestuur en medewerkers lokale omroep c. Statuten omroep d. Reglement programmabeleidsbepalend orgaan, redactiestatuut enz. e. P.M. Resultaten kijk- en luisteronderzoek Bij grote lokale omroepen komen daar nog bij: - Tekstkanaal - Marketing, publiciteit en reclame. (3.3. Dienstverlening Aanvullend op het convenant kunnen de gemeente en de lokale omroep desgewenst afspraken maken over specifieke dienstverlening van de lokale omroep aan de gemeente, daarbij gebruik makend van het Model Coproductieovereenkomst gemeente-lokale omroep van de Organisatie van Lokale Omroepen in Nederland en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Hierbij worden

98 de eigen redactionele verantwoordelijkheid van de lokale omroep en de Europese en landelijke wetgeving in acht genomen).* 4. Bereik en kwaliteit 4.1. De lokale omroep kan met behulp van extra gemeentegeld periodiek onderzoek laten verrichten naar het bereik van de omroep conform het door de Organisatie van Lokale Omroepen in Nederland in overleg met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten aanbevolen model voor Kijk- en Luisteronderzoek De gemeente stelt de lokale omroep desgevraagd financieel en anderszins in staat om eenmaal in de vijf jaar een visitatie te laten uitvoeren met behulp van het te ontwikkelen visitatiesysteem van de Organisatie van Lokale Omroepen in Nederland.* 5. Huisvesting en techniek* 5.1. De lokale omroep beschikt in de gemeente over de volgende vestiging(-en)* Voor het onderhoud aan genoemde vestiging(-en)* is door de lokale omroep een meerjarenonderhoudsplan opgesteld. Hierin zijn alle werkzaamheden in het kader van groot onderhoud opgenomen, zowel voor de buitenkant als de binnenkant van de opstallen. óf 5.2. De accommodatie(-s)* van de lokale omroep is eigendom van de gemeente. De gemeente verplicht zich derhalve de onderhoudswerkzaamheden uit te voeren conform een meerjarenonderhoudsplan. Dit plan is onderdeel van het convenantsoverleg De lokale omroep beschikt in de gemeente.. over de volgende technische faciliteiten.. en huurt de volgende ad hoc de volgende technische faciliteiten van derden in Voor de huisvesting en de techniek in eigendom van de lokale omroep worden de gebruikelijke afschrijvingstermijnen gehanteerd. 6. Personeel* 6.1. De gebruikelijke verzekeringen zijn door de lokale omroep voor het personeel afgesloten De gemeente heeft een verzekering voor vrijwilligers in haar gebied met een BasisPolis/ PlusPolis* afgesloten. 7. Aanvrage van de bekostiging 7.1. De begroting van de lokale omroep kent in beginsel een opbouw die inzicht geeft in de directe en indirecte kosten per onderscheiden activiteitencategorie, zoals genoemd in artikel Conform de Algemene Subsidieverordening dient de lokale omroep uiterlijk op 1 juni (of andere datum)* van het lopende kalenderjaar bij de gemeente de begroting in voor de volgende convenantsperiode en 7.3. De lokale omroep kan gedurende de convenantsperiode vóór 1 juni (of andere datum)* van enig jaar een verzoek indienen voor een aanvullende bekostiging betrekking hebbende op: - intensivering of uitbreiding van activiteiten passend binnen de Mediawet 2008 die ten grondslag liggen aan dit convenant; - niet beïnvloedbare kostenontwikkelingen, zoals noodzakelijke kosten die op grond van de wetgeving dienen te worden gemaakt.

99 of* 7.2. Conform de Algemene Subsidieverordening dient de lokale omroep uiterlijk op 1 juni (of andere datum)* van het lopende kalenderjaar bij de gemeente de begroting in voor enig volgend jaar van de afgesproken convenantsperiode. 8. Verlening van de bekostiging 8.1. Voor de bekostiging van de activiteiten genoemd in artikel 3 stelt de gemeente ten behoeve van het eerste convenantsjaar 20.. een bekostiging beschikbaar van... Deze bedraagt per woonruimte in de gemeente, peildatum 1 januari van het jaar vóór het eerste convenantjaar. Plus extra * Onder voorbehoud van vaststelling van de gemeentebegroting door de gemeenteraad heeft de gemeente de intentie voor de jaren 20.., 20.., 20.. en 20.. een bekostiging toe te kennen die is gebaseerd op het bedrag genoemd onder 8.1. Dit bedrag wordt jaarlijks aangepast aan de ontwikkeling van het aantal woonruimten in de gemeente en geïndexeerd op basis van de ramingen van de loon- en prijsontwikkelingen in de overheidssector zoals die worden gepubliceerd door het Ministerie van Binnenlandse Zaken in de meicirculaires voor het gemeentefonds Een bekostiging verleend voor de gehele convenantsperiode kan door de gemeente worden aangevuld, gelet op een extra aanvrage zoals bedoeld in artikel De verlening van de bekostiging vindt plaats voor 31 december van het jaar vóór het eerste jaar van de convenantsperiode of* 8.4. De verlening van de bekostiging vindt plaats voor 31 december voorafgaand aan enig jaar van de convenantsperiode De bevoorschotting door de gemeente. vindt jaarlijks plaats ineens/in. termijnen*. (8.6. De gemeente levert een eenmalige bijdrage aan de algemene egalisatiereserve van de omroep van 10% van het jaarlijkse bekostigingsbedrag.)* 9. Afrekening van de bekostiging 9.1. In aansluiting op de Algemene Subsidieverordening van de gemeente en het Handboek financiële verantwoording publieke lokale media-instellingen van het Commissariaat voor de Media dient de lokale omroep uiterlijk op 1 mei (of andere datum, Commissariaat gebruikt 1 juni)* van het lopende kalenderjaar bij de gemeente over het voorafgaande kalenderjaar in: - de jaarrekening met balans, bij een bekostiging hoger dan per jaar voorzien van een accountantsverklaring; - een inhoudelijk jaarverslag, waarin in ieder geval is opgenomen een verslag van de activiteiten zoals genoemd in artikel De vastgestelde bekostiging is in beginsel gelijk aan de verleende bekostiging met de volgende uitzonderingen: - als bij de afrekening blijkt dat in afwijking van hetgeen is aangevraagd te weinig activiteiten zijn geleverd voor het beschikbaar gestelde budget, worden de oorzaken hiervan onderzocht. Naar aanleiding van dit onderzoek kan de bekostiging door de gemeente lager vastgesteld worden; - als bij de afrekening blijkt dat het aantal woonruimten in de gemeente, peildatum 1 januari van enig bekostigingsjaar, hoger of lager is geweest dan bij de begroting bekend, dan kan de bekostiging naar rato worden bijgesteld De lokale omroep mag een eventueel bekostigingsoverschot toevoegen aan de algemene

100 egalisatiereserve tot maximaal % van de jaarlijkse bekostiging. Een bekostigingstekort dient te worden onttrokken aan de algemene egalisatiereserve. 10. Verplichtingen vanwege de bekostiging De lokale omroep doet onverwijld melding aan het college, zodra aannemelijk is dat de activiteiten, waarvoor de bekostiging is verleend, niet of geheel niet zullen worden verricht of dat niet of geheel niet aan de aan de beschikking tot verlening van de bekostiging verbonden verplichtingen zal worden voldaan Overige verplichtingen: - de lokale omroep verricht de activiteiten, waarvoor de bekostiging is verleend; - de lokale omroep informeert het college zo spoedig mogelijk schriftelijk over: a. besluiten of procedures die zijn gericht op de beëindiging van de activiteiten, waarvoor bekostiging is verleend, dan wel ontbinding van de rechtspersoon; b. relevante wijzigingen in de financiële en organisatorische verhouding met derden; c. ontwikkelingen die er toe kunnen leiden dat aan de beschikking tot verlening van de bekostiging verbonden voorwaarden geheel of gedeeltelijk niet kunnen worden nagekomen; d. wijziging van de statuten voor zover het betreft de vorm van de rechtspersoon, de persoon van de bestuurder(s), de leden van het programmabeleidsbepalend orgaan en het doel van de rechtspersoon; - de lokale omroep behoeft de toestemming van het college voor handelingen als vermeld in artikel 4:71 Algemene wet bestuursrecht. 11. Vermogensvorming De lokale omroep volgt de door de gemeente bepaalde nadere richtlijnen die gegeven zijn met betrekking tot aard en hoogte van de voorzieningen en afschrijvingen. Hierbij wordt het Handboek financiële verantwoording publieke lokale media-instellingen van het Commissariaat voor de Media in acht genomen De vermogenspositie van de lokale omroep wordt bij de onderhandelingen over het convenant en een eventueel volgend convenant betrokken Conform het gestelde in de Algemene Subsidieverordening en onder artikel behoeft de instelling de goedkeuring van de gemeente bij vervreemding van het vermogen. 12. Wijziging convenant Indien zich onvoorziene omstandigheden voordoen welke van dien aard zijn dat één van de partijen naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding van het convenant niet mag verwachten, zullen partijen onderling overleg plegen teneinde te bezien of zij tot overeenstemming kunnen komen omtrent een wijziging van het convenant met het oog op die omstandigheden 13. Duur convenant Het convenant geldt voor een periode van vijf jaren, het gaat in op 1 januari 2012 en eindigt op 31 december 2016 of* Als de aanwijzing van de lokale omroep door het Commissariaat voor de Media en de zendvergunning door het Agentschap Telecom reeds vóór 1 januari 2012 zijn ingegaan en dus

101 niet tot en met 31 december 2016 duren: het convenant geldt van 1 januari 2012 tot datum einde huidige aanwijzing en zendvergunning, tenzij zich wijziging van omstandigheden voordoen zoals aangegeven in artikel 12. Datum: Gemeente. Lokale omroep. De raad van gemeente heeft gelet op artikel 169 lid 4 Gemeentewet geen wensen en bedenkingen. De raad van gemeente.. en het bestuur van lokale omroep.hebben met instemming het convenant gelezen. * Doorhalen wat niet van toepassing is c.q. naar keuze opnemen.

102

103

104

105

106

107

108

109 Raadsbesluit Nummer:.. Wettelijke grondslag:.. Besloten in de raadsvergadering van:.. Besluit om: 1. In te stemmen met de dekking van de verbouw van de publieksruimten van de Agnietenhof ( 3,4 miljoen) door: a. gebruik te maken van de verkregen GSO IV gelden, tranche 1 en 2, voor in totaal ,- b. inzetten van de voor de verbouw verkregen sponsorgelden (raming ). c. gebruik te maken van de reservering vervangingsinvesteringen Agnietenhof voor een bedrag van ,-; d. het restant ter grootte van ,- af te schrijven via een 30-jarige annuïteit tegen 2,7% rente 2. De jaarlijkse kapitaallasten van de annuïteit te dekken door middel van een jaarlijkse korting van ,-- op het budget dat jaarlijks voor de bekostiging van de producten en prestaties van de schouwburg aan de Agnietenhof ter beschikking wordt gesteld. 3. Te accepteren dat in 2014 als gevolg van de verbouwing: a. het theaterseizoen 2014/ 2015 pas in november 2014 start b. ca. 10 tot 15% minder voorstellingen worden geboekt en ca. 10 tot 15% minder bezoekers worden bereikt dan wat hierover is opgenomen in het convenant. 4. Te bepalen dat de mogelijke financiële gevolgen voor de exploitatie 2014 door de directeur van de schouwburg dienen te worden opgevangen binnen de gemaakte (financiële) afspraken in het convenant. de giffier, de voorzitter, Page 1 of 1

110 Verbouwing Schouwburg & Filmtheater Agnietenhof artist's impression 20 augustus 2013 Deze visualisatie van de verbouwing geeft de bouwkundige ingrepen goed weer. De exacte inrichting van de ruimten (kleurstelling, meubilair, vloerafwerking e.d.) staat in dit stadium nog niet vast.

111

112

113

114

115

116

117

118

119

120 Project: Agnietenhof Tiel Bijgewerkt omschrijving Advieseurs , architect constructeur installatie adviseur akoestiek Leges, nuts e.d. leges omgevingsvergunning , Directe werkzaamheden Bouwkundig sloopwerk / demontage , bouwkundige werkzaamheden , podium, rabozaal en entree aanpassen , werktuigbouwkundige installaties , electrotechnische installaties , extra kosten brandmeld- en ontruimingsinstallatie (totaal ) , onvoorzien , Overigen interieur , verhuis & interne kosten , Totaal BTW bedrag 21% Totaal incl BTW

121 Bijlage voorstel verbouwing Agnietenhof Overzicht van de verschillen tussen twee versies van de verbouwingsplannen van Schouwburg & Filmtheater Agnietenhof. Verbouwingsplan "Metamorfose" 11 januari 2012 Op 11 januari 2012 zijn de plannen voor de verbouwing van de publieksruimten van de Agnietenhof toegelicht door de directeur van de Agnietenhof en de architect (architectenbureau Jonkman Klinkhamer) aan de hand van een presentatie. Deze presentatie omvatte een analyse van de huidige situatie met afbeeldingen van de beoogde verbouwing. Verbouwingsplan Schouwburg & Filmtheater Agnietenhof, artist's impression 20 augustus 2013 Bijlage bij het college- en raadsvoorstel over de financiering van de verbouwing van de Agnietenhof. De verschillen tussen de beide plannen zijn gering. De artist's impression van augustus 2013 wijkt op de volgende onderdelen af van het plan "metamorfose" van januari 2012: 1. de garderobe is aangepast In het plan van januari 2012 was de huidige langgerekte garderobe met de gordijnen nog niet aangepakt. In het nieuwe plan wordt de garderobe korter en dieper. Hierdoor is de uitstraling van de nieuwe garderobe niet storend voor de kwaliteit van de verblijfsruimte nabij de foyer op de begane grond. 2. de vormen zijn vloeiender Diverse ruimten in het nieuwe plan zijn qua lijnvoering vloeiender. Dit is o.a. te zien aan de entree naar de kleine zaal (omslagfoto), de gebogen lijn van de vloer op de 1 e verdieping (foto 2 + 6: links van de trap) en de afgeronde hoeken van de vloer van de bovenfoyer (foto 3 + 6) en bij de garderobe (foto 9). 3. uitbreiding zaalcapaciteit grote zaal In het plan van januari 2012 was nog sprake van een eventuele uitbreiding van de zaalcapaciteit met twee rijen stoelen (ca. 60 stoelen). In het nieuwe plan wordt één rij stoelen toegevoegd. Een uitbreiding met twee rijen is omwille van financiële en bouwkundige overwegingen niet realistisch. 4. uitbreiding zaalcapaciteit kleine zaal In het plan van januari 2012 bleef de kleine zaal (m.u.v. de entree) ongewijzigd. In het nieuwe plan wordt de goot die een scheiding vorm tussen de beneden- en bovenruimte van de kleine zaal 'gedicht'. Op de locatie van deze goot worden twee extra rijen stoelen geplaatst zodat de zaalcapaciteit wordt uitgebreid en een doorgaande tribune ontstaat.

122

123

124

125 Bespreeknota Aan: Van: Onderwerp: Portefeuillehouder: Datum collegebesluit: Geheimhouding: Commissie Samenleving College van B&W Vervolgproces sportaccommodatiebeleid Wethouder Driessen Nee Vraag aan de commissie: Welke van de twee onderstaande procesvoorstellen ten aanzien van het vervolgtraject sportaccommodatiebeleid heeft de voorkeur van de commissie Samenleving? Voorstel A: In het voorjaar van 2014 (nieuwe raadsperiode) het sportbeleid actualiseren en in het verlengde daarvan het sportaccommodatiebeleid vaststellen. In het najaar van 2013 de volgende noodzakelijke besluiten voorleggen aan de raad over: Voorstel B: 1. Realisatie 3e kunstgras hockeyveld 2. Financiering onderhoudswerkzaamheden binnen- en buitensportaccommodaties. Het huidige sportbeleid handhaven en besluitvorming over het sportaccommodatiebeleid opknippen in ( een combinatie van) de volgende onderdelen: 1. Kaders: Uitgangspunten gemeenteaccommodatie / verenigingsaccommodatie;\ Uitgangspunten (niet-) basisvoorzieningen vastleggen 2. Ontwikkelingen gemeentelijke sportaccommodaties korte en lange termijn Huidige accommodaties handhaven en realisatie 3 e kunstgras hockeyveld Renovatie / nieuwbouw zwembad Groenendaal Plus 3. Beheer gemeentelijke sportaccommodaties Financiering onderhoudswerkzaamheden binnen- en buitensportaccommodaties Stimuleren zelfwerkzaamheid van sportverenigingen ten aanzien van het beheer buitensportaccommodaties 4. Tarieven - en subsidiestelsel sport

126 Context / achtergrondinformatie: Aanleiding Tijdens de bespreking van het concept sportaccommodatiebeleid in de commissie Samenleving op 2 juli jl. hebben de commissieleden besloten dat dit concept niet rijp is voor besluitvorming. Daarnaast is het college van burgemeester en wethouders gevraagd het concept sportaccommodatiebeleid aan te passen op basis van de schriftelijke input, die de diverse fracties uiterlijk 17 juli 2013 hebben ingeleverd. Zie bijlage. Uit de input van de diverse fracties komen twee verschillende beelden naar voren over het proces om te komen tot het sportaccommodatiebeleid. Met deze bespreeknotitie wordt de raad, via de leden van de commissie Samenleving, de twee verschillende mogelijkheden voor het vervolgproces voorgelegd en gevraagd hierover een voorkeur uit te spreken. Overeenkomsten tussen de voorstellen In beide voorstellen wordt voorgesteld om op korte termijn besluitvorming te realiseren over de realisatie van een derde kunstgras hockeyveld en de financiering van de onderhoudswerkzaamheden binnen- en buitensportaccommodaties. Noodzaak besluitvorming HC de Kromhouters kampt al enige jaren met een capaciteitstekort. Conform het huidige sportbeleid zal de Gemeente Tiel de accommodaties waar nodig en mogelijk uitbreiden om te kunnen voldoen aan de behoefte van de Tielse bevolking. Het capaciteitstekort van HC de Kromhouters kan worden opgelost met de omvorming van het natuurgrasveld naar een kunstgrasveld. Doordat de besluitvorming over het sportaccommodatiebeleid is uitgesteld, weet HC de Kromhouters voorlopig niet waar zij aan toe is. Gezien het belang van HC de Kromhouters, stelt het college voor hierover zo spoedig mogelijk een besluit te nemen. De gemeentelijke sportaccommodaties worden in stand gehouden door jaarlijks onderhoud uit te voeren op basis van meerjaren onderhoudsplannen. Recent zijn voor zowel de binnenals de buitensportaccommodaties nieuwe meerjaren onderhoudsplannen opgesteld. Deze nieuwe plannen hebben gevolgen voor de financiële begroting ten aanzien van sport, waarbij met ingang van 2014 een bezuiniging kan worden gerealiseerd op de reguliere onderhoudskosten ter hoogte van ,-. Om deze bezuiniging te realiseren, stelt het college voor zo spoedig mogelijk een besluit te nemen over de financiering van de onderhoudswerkzaamheden binnen- en buitensportaccommodaties. Verschillen tussen de voorstellen - In voorstel A wordt het sportbeleid geactualiseerd, terwijl in voorstel B het geldende sportbeleid (tot 2016) wordt gevolgd. - In voorstel A wordt het sportaccommodatiebeleid 'on hold' gezet, terwijl in voorstel B wordt voorgesteld het sportaccommodatiebeleid op te splitsen naar de onderdelen kaders, ontwikkelingen, beheer en tarieven & subsidies en deze afzonderlijk ter besluitvorming voor te leggen aan de raad. - Binnen voorstel A gaat de nieuwe raad over de besluitvorming. De actualisatie van het sportbeleid houdt immers in dat beleid wordt geformuleerd voor de komende vier tot vijf jaar en het college wil dit voorleggen aan de nieuwe raad. De besluitvorming over het sportaccommodatiebeleid, zoals genoemd in voorstel B, kan nog aan de huidige raad worden voorgelegd. Eveneens waar het de kaders betreft,

127 aangezien het hier gaat om het transparant maken van de huidige werkwijze van de Gemeente Tiel door deze vast te leggen. Voorkeur college van B & W Het college van B & W heeft de voorkeer voor voorstel B, omdat via dit procesvoorstel de sportverenigingen op korte termijn duidelijkheid krijgen over welke ontwikkelingen op de korte en lange termijn zullen plaatsvinden ten aanzien van de sportaccommodaties en de tarieven. Bijlagen: Input fracties naar aanleiding van het sportaccommodatiebeleid. Meer informatie: Afdeling: Onderwijs en Welzijn Contactpersoon: Maaike Kokx Telefoon: mkokx@tiel.nl

128

129

130

131

132