Herontwikkeling heroverwogen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Herontwikkeling heroverwogen"

Transcriptie

1 Naar een afwegingskader voor de aanpak van stedelijke gebieden Edwin Buitelaar November 2013

2 Naar een afwegingskader voor de aanpak van stedelijke gebieden Edwin Buitelaar Position paper ASRE research papers ISSN ASRE Research Center Amsterdam School of Real Estate Postbus AC Amsterdam T F research@asre.nl

3 Inhoudsopgave 1 Aanleiding en insteek 2 2 Wat is het probleem? 4 3 Oplossingsrichtingen en overheidsbetrokkenheid 5 4 De rol van het Rijk 10 5 Tot besluit 12 Literatuur 13 Amsterdam School of Real Estate 1

4 1 Aanleiding en insteek 1 Sinds het uitbreken van de crisis in 2008 worden er discussies gevoerd over hoe, met minder overheidsgeld, gebiedsontwikkeling in het bijzonder herontwikkeling moet worden bekostigd. Een discussie die alleen over bekostiging van herontwikkeling gaat is naar mijn mening te smal, zoals ik eerder dit jaar ook stelde in Cobouw (Buitelaar, 2013). De kosten die je maakt zijn namelijk geen exogeen en onvermijdelijk gegeven maar de resultante van bewuste beleidsbeslissingen. Lindblom stelde ten aanzien van de relatie tussen beleid en uitvoering het volgende: the ends and means are simultaneously chosen (Lindblom, 1959). Als je ambitieuze doelen hebt, dan stelt dat hoge eisen aan de financiële middelen. En andersom, als je veel geld ter beschikking hebt, al dan niet via subsidies, dan kun je hogere doelen stellen. Dat is voor een deel wat we voorafgaand aan de crisis hebben gezien (Buitelaar, Segeren & Kronberger, 2008; CPB & PBL, 2010). Ook toen kende veel (her)ontwikkelingsprojecten een tekort (zonder medeneming van subsidies), maar dat werd vaak gedicht door allerhande gelden zoals vanuit de ISV, BLS, BIRK en provinciale subsidies, maar ook vanuit de reserves van het grondbedrijf. Hieruit volgend zou een verminderde beschikbaarheid van financiële middelen, zoals we nu zien en waarschijnlijk ook op middenlange termijn zullen zien, er misschien toe moeten leiden dat de doelstellingen ten aanzien van de kwaliteit van de ruimtelijke inrichting naar beneden moeten worden bijgesteld. De implicatie hiervan kan zijn dat gebieden meer en langer dan de laatste decennia gebruikelijk was verouderen, en wellicht zelfs verloederen en verpauperen. Dit is niet per definitie en in alle gevallen erg: hergebruik en herbestemming van het bestaande kunnen wel resulteren in interessante nieuwe vormen van gebruik. (Buitelaar & Hajer, 2011: 15). Hoe dan ook, de te stellen doelen zullen onderdeel moeten zijn van een discussie over middelen (zoals bouwarrangementen ). Om die reden wil ik de vraagstelling verbreden door naast het hoe ook het wat mee te nemen. Het wordt dus een bespreking die fundamenteler is dan de actuele, maar enigszins beperkte en instrumentalistische discussie over nieuwe verdienmodellen en het vlottrekken van gebiedsontwikkeling. Ook de wie-vraag zal aan de orde komen. Het is immers niet op voorhand gezegd dat veroudering van gebieden en een eventuele daaruit voortvloeiende herontwikkelingsopgave op het bord van de overheid liggen. En dan is de vraag nog: welke overheid? En natuurlijk: met welke middelen? Beseffend dat besluitvorming altijd politiek van aard is, wordt in dit position paper een politiekneutraal integraal afwegingskader uitgewerkt dat kan worden gebruikt bij de beantwoording van de vraag of, hoe en door wie gebieden kunnen worden (her)ontwikkeld. 1 Met dank aan Arjan Bregman (ASRE / IBR),Constantijn Hageman (ASRE / IBR), Ed Nozeman (ASRE), Niels Sorel (PBL), Pieter Tordoir (ASRE / UvA), Leo Uittenbogaard (ASRE) en de leden van de interdepartementale werkgroep Grond, Geld en Gemeenten voor hun commentaar op een eerdere versie van het paper. Amsterdam School of Real Estate 2

5 Daarbij zijn de volgende vragen leidend: - Wat is het probleem en wanneer doet zich dat voor? - Voor wie is het een probleem? - In hoeverre is het een overheidsprobleem? - Voor welke overheid? - En welke middelen staan de overheden ter beschikking? Bij de beantwoording van de vragen sluit ik voor een deel aan bij de redeneerlijn die binnen de Maatschappelijke Kosten-Batenanalyse (MKBA) wordt gehanteerd 2 (zie bijvoorbeeld PBL, 2009, hoofdstuk 5). Bij de wie-vragen ga ik uit van het normatieve principe van subsidiariteit, oftewel ruimtelijke problemen moeten zoveel mogelijk worden aangepakt op het niveau waar ze spelen. Dat heeft twee implicaties. Ten eerste worden ruimtelijke problemen zoveel mogelijk privaat opgelost, door de eigenaren van grond en vastgoed. Wanneer dat niet mogelijk blijkt, dan kan er een rol voor de overheid zijn weggelegd. Ten tweede, als de overheid aan zet is, dan is dat in eerste instantie de gemeente. Pas wanneer opgaven gemeentegrensoverstijgend zijn, komen de provincies en eventueel het Rijk in beeld. Bij de beantwoording van de middelenvraag wordt er vanuit gegaan dat er nauwelijks overheidsgeld beschikbaar is in de komende jaren en dat de oplossing eerder in juridische en communicatieve middelen moet worden gezocht. Hierbij zal ook aandacht worden besteed aan eventuele problemen in de uitvoeringspraktijk. 2 Ik ben me bewust van de tekortkomingen van MKBA s, zoals de problemen met de meetbaarheid van sommige effecten en het absolute karakter dat cijfers uit een MKBA kunnen krijgen in het besluitvormingsproces. De redeneerlijn waarbij problemen, projectalternatieven en effecten systematisch op elkaar worden betrokken is evenwel ijzersterk. Amsterdam School of Real Estate 3

6 2 Wat is het probleem? In (ruimtelijk) beleid komt het regelmatig voor dat de oplossing (bijvoorbeeld herontwikkeling) zoekt naar een probleem. Niet zelden liggen hier politieke ambities aan ten grondslag. Het is daarom van belang om vanuit een goede probleemanalyse te vertrekken. Wat kunnen strikt genomen redenen zijn om een gebied te herontwikkelen? Dat zijn er grofweg twee: het tegengaan van veroudering en het bieden van ruimte aan bepaalde (nieuwe) functies. In de praktijk lopen beide redenen / problemen vaak gelijk op. Veroudering Op perceel- of gebiedsniveau kan sprake zijn van veroudering. Veroudering kan in vier vormen uiteen worden gelegd (Schuur, 2001): - Fysieke veroudering, oftewel achterstallig onderhoud, zowel ten aanzien van vastgoed als de openbare ruimte; - Functionele veroudering, oftewel het gebied of het perceel voldoet niet meer aan de eisen van bewoners of bedrijven; - Economische veroudering, hetgeen optreedt wanneer een gebied of perceel minder of niet concurrerend is; - Beleidsmatige veroudering treedt op wanneer een perceel of een gebied niet meer past binnen de doelstellingen van (ruimtelijk) beleid. Omdat het doel van dit paper juist is om een rationaliteit voor beleid te formuleren, valt laatstgenoemde af. Bovendien is het de vraag of deze vorm in de praktijk voorkomt zonder dat ook sprake is van een van de andere drie vormen. Twee en drie hangen erg sterk met elkaar samen. Om die reden maak ik een onderscheid tussen fysieke veroudering, die vooral visueel van aard is, en economische veroudering die vooral functioneel van aard is. Beide staan uiteraard niet volledig los van elkaar. Ruimtebehoefte voor nieuwe functies Ten tweede kan er behoefte zijn aan ruimte voor functies waar de hele stad, de regio of in het uiterste geval het hele land behoefte aan heeft. Herontwikkeling heeft dan tot doel het scheppen van ruimte voor die functies. Het kan dan gaan om een bepaalde culturele voorziening maar ook om een bepaald type (internationale) bedrijvigheid. Het gebied waar dat plaatsvindt hoeft niet per definitie verouderd te zijn. Zo beoogt de gemeente Amsterdam met de Zuidas een ideale vestigingslocatie voor internationale bedrijven te bieden, terwijl de ingrepen op Amstel III (een kantoorlocatie grenzend aan de Bijlmermeer) veel meer gericht zijn op het tegengaan van veroudering en verloedering. Amsterdam School of Real Estate 4

7 3 Oplossingsrichtingen en overheidsbetrokkenheid Overheidsingrijpen in bestaand stedelijk gebied is niet vanzelfsprekend. De vraag of overheden in moeten grijpen en de manier waarop dat zou moeten, dient af te hangen van de aard van het probleem. Ik leg hier de nadruk op de rol van gemeenten en de instrumenten die zij in zouden kunnen zetten. Het gaat daarbij niet alleen om instrumenten die herontwikkeling bevorderen. Sommige instrumenten zijn gericht op het beter gebruiken en onderhouden van gebieden, waardoor herontwikkeling kan worden voorkomen of uitgesteld. Veroudering vastgoed Grond en vastgoed hebben doorgaans een private eigenaar, overheidsgebouwen uitgezonderd. Fysieke veroudering van vastgoed is veelal een kwestie van achterstallig (groot) onderhoud. Dit is een verantwoordelijkheid van de eigenaar. Die heeft bovendien doorgaans een belang bij het goed onderhouden van zijn vastgoed. Hiermee kan namelijk veroudering worden tegengegaan, waarmee de waarde van zijn bezit op niveau blijft. Ook functionele veroudering is primair een verantwoordelijkheid van de eigenaar. Wanneer een pand niet meer voldoet aan de gebruikseisen dan kan de eigenaar besluiten het pand zodanig aan te passen (eventueel te herontwikkelen) dat het wel weer voorziet in een behoefte. Of de eigenaar kan besluiten om te verhuizen en het pand te verkopen. Wanneer een pand in algemene zin als functioneel verouderd wordt beschouwd dan zou dat zich moeten vertalen in lagere transactieprijzen of (in het geval van beleggingsobjecten) lagere taxatiewaarden. Wanneer de waarde op een gegeven moment laag genoeg is dan kan er een mogelijkheid ontstaan voor herontwikkeling, al dan niet met behoud van functie. In al deze gevallen ligt de bal dus bij private partijen. Gemeenten kunnen evenwel, wanneer dat netto geen negatieve externe effecten oplevert, planologische medewerking verlenen aan private herontwikkelingsinitiatieven via een bestemmingsplanherziening (straks omgevingsplanherziening) of een omgevingsvergunning in afwijking van het bestemmingsplan. Om te voorkomen dat initiatiefnemers en gemeenten voor elk initiatief een uitgebreide planologische procedure moeten doorlopen, zouden vigerende bestemmingsplannen een zeker mate van ruimte moeten bieden aan onvoorziene initiatieven in de vorm van binnenplanse flexibiliteitsbepalingen, en niet al te restrictieve bestemmingen en gedetailleerde bestemmingsplanvoorschriften. In twee gevallen kan een nadrukkelijker rol voor gemeenten ten aanzien van de herontwikkeling van verouderd vastgoed in beeld komen. Dit speelt vooral bij economische veroudering. Ten eerste is dat wanneer er sprake is van een prisoner s dilemma. Bij veroudering van een rij woningen kan het zo zijn dat geen van de huiseigenaren het initiatief tot renovatie neemt, omdat wanneer hij het wel doet, en anderen niet, die anderen gratis meeprofiteren. En niets doen kan aantrekkelijk zijn omdat hij gratis meeprofiteert van de eventuele inspanningen van anderen (Klosterman, 1985). Een tweede probleem treedt op wanneer de veroudering van vastgoed een olievlekwerking heeft en ook de waarde van omliggend vastgoed aantast. Dit zijn negatieve externe effecten. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn bij leegstand, maar niet noodzakelijkerwijs. Zo heeft een leegstand agrarisch bedrijfspand (zoals een stal) niet of nauwelijks negatieve uitstralingseffecten, terwijl een groot Amsterdam School of Real Estate 5

8 aantal leegstaande winkels in een winkelcentrum dat wel kunnen hebben. Zowel bij het prisoner s dilemma als bij negatieve externe effecten is sprake van een coördinatieprobleem. Een coördinatieprobleem hoeft niet per se opgelost te worden met overheidsgeld of publiekrechtelijke middelen. Er zou meer gebruik gemaakt kunnen worden van de mogelijkheden die private partijen via het privaatrecht hebben (Needham, 2005). Dit betekent voor een deel dus privatisering van regulering, maar zeker geen deregulering. Sterker nog, in de VS blijken veel private covenants veel restrictiever te zijn dan overheidsregels (vaak ook omdat deze deels ontbreken). Op bedrijventerreinen kan bijvoorbeeld gebruik gemaakt worden van parkmanagement, zoals op sommige plekken reeds gebeurt. Belangrijke beperkende factor is veelal wel dat privaatrechtelijke beperkingen vooral opgelegd kunnen worden bij nieuw ontwikkeld vastgoed en in veel mindere mate bij bestaand vastgoed. Maar het is niet altijd een probleem. Zo kan binnen winkelgebieden met veel leegstand zodanig worden geschoven met winkels sommigen zien dit als een vorm stedelijke herverkaveling - dat de negatieve externe effecten tot een minimum worden beperkt. Gemeenten kunnen daarbij een coördinerende en begeleidende rol spelen. Tot slot is de Experimentenwet Bedrijven Investeringszone een voorbeeld waarbij privaat- en publiekrecht worden gecombineerd. Als meer dan helft van de ondernemers in een gebied het met elkaar eens wordt om te gaan investeren, dan worden de afspraken via een gemeentelijke verordening geborgd. Hierdoor kan iedereen in het gebied worden gedwongen tot meebetalen en wordt free riding voorkomen. Wanneer gebruikmaking van privaatrecht niet mogelijk blijkt of onvoldoende soelaas biedt, dan zijn er ook nog publiekrechtelijke middelen. Zo biedt de Leegstandswet mogelijkheden voor gemeenten om, via een leegstandsverordening, eigenaren te bewegen om leegstaande panden weer te (laten) gebruiken en dus de negatieve externe effecten te beperken. Ook bevat de Woningwet (in het bijzonder artikel 13 Woningwet) de verplichting om woningen en terreinen te onderhouden, alsmede de verplichting voor gemeenten om dat te bewaken. Hiermee kan met name fysieke veroudering worden tegengegaan. Het is de vraag of deze wettelijke middelen in de praktijk ook afdoende zijn om mensen te bewegen tot het onderhouden en gebruiken van vastgoed om zodoende veroudering en verloedering af te wenden. Hier lijkt een kennisvraag te liggen. Dit zijn allemaal publiekrechtelijke middelen om veroudering te verminderen en herontwikkeling te vermijden / uit te stellen. Maar daarnaast kan een gemeente bij een herontwikkelingsinitiatief van een groot aantal eigenaren besluiten om een enkele onwelwillende grondeigenaar te onteigenen (op kosten van de initiatiefnemers, mits op voorhand afgesproken), uiteraard alleen wanneer deze een maatschappelijk gewenste en zinvolle herontwikkeling onmogelijk maakt. Mogelijk dat een dergelijk probleem van hold out in de toekomst eveneens kan worden verholpen door het instrument van stedelijke herverkaveling (Bregman & De Wolff, 2011). In het uiterste geval, wanneer bovengenoemde instrumenten onvoldoende soelaas bieden, kan een gemeente besluiten om, samen met private partijen, zelf financieel en risicodragend betrokken te raken bij de herontwikkeling. Dit hoeft niet meteen grootschalige en integrale herontwikkeling van een gebied te betekenen. In het licht van beperkte financiële middelen en de wens om risico s te beperken kan het verstandig zijn om eerst op kleine schaal maar groot genoeg om een zekere kritische massa te hebben tot een ingreep te komen. Dit kan positieve uitstralingseffecten hebben waardoor het wellicht voor private partijen interessant Amsterdam School of Real Estate 6

9 wordt om eventueel omliggend verouderd vastgoed te gaan herontwikkelen. In Vormgeven aan de Spontane Stad wordt ingegaan op de wijzen waarop gemeenten privaat en particulier initiatief kunnen stimuleren (Buitelaar et al., 2012). Op een hoger schaalniveau dan het gebiedsniveau is er voor de gemeenten, maar zeker ook voor provincies, een rol weggelegd om veroudering te voorkomen of te verminderen door middel van de beperking van uitleg en door afstemming van regionale plancapaciteit. Immers, de economische veroudering van gebieden kan versnellen wanneer er in ruime mate nieuwe stedelijke gebieden worden uitgerold. Hier ligt dus een nadrukkelijke toelatingsplanologische rol voor gemeenten en, vanwege intergemeentelijke competitie, ook voor provincies. Provincies blijken daar, gelet op recente jurisprudentie, met de provinciale ruimtelijke verordening en de reactieve aanwijzing voldoende op toegerust te zijn (Buitelaar & Hageman, te verschijnen). Een andere toelatingsplanologische manier om de negatieve externe effecten van uitleg te internaliseren, is om deze te beprijzen. Hierbij kan worden gedacht aan een zogenoemde herstructureringsbijdrage, vergelijkbaar met de verwijderingsbijdrage bij huishoudelijke apparatuur (Gordijn, Renes & Traa, 2008). De huidige afdeling grondexploitatie van de Wet ruimtelijke ordening biedt echter onvoldoende mogelijkheden om bekostiging van herontwikkeling dwingend te koppelen aan de aanleg van nieuwe gebieden. Het vergroten van die mogelijkheid zou verder kunnen worden verkend. Veroudering openbare ruimte Naast vastgoed kan ook de openbare ruimte, waaronder wegen en openbaar groen verouderen, zowel fysiek als economisch. Dit kan negatieve effecten hebben op privaat vastgoed. Uit empirisch onderzoek weten we bijvoorbeeld dat een slechte bereikbaarheid een negatief effect heeft op vastgoedwaarden (De Graaff & Rietveld, 2012). Het is aan de gemeente om (groot) onderhoud te (laten) plegen om het verouderingsproces te verminderen of te keren. In het uiterste geval zal vernieuwing van de publieke voorzieningen noodzakelijk zijn. Openbaar groen en infrastructuur worden traditioneel gezien als publieke goederen, oftewel als goederen die de markt niet of niet in voldoende mate levert. Hierbij dient te worden aangetekend dat er een toenemend aantal privaat beheerde woondomeinen (zoals Haverleij in Den Bosch) is waarin bijvoorbeeld ook het groen en het parkeren in private handen zijn (Hamers et al., 2007). Ook al is aanleg en beheer soms in private handen, gemeenten zijn er verantwoordelijk voor dat publieke voorzieningen in voldoende mate, en van voldoende niveau, aanwezig zijn. De uitkering uit het gemeentefonds heeft tot doel het voorzieningenniveau in een gemeente in stand te houden, in de vorm van onderhoud of vernieuwing. Ook andere middelen, zoals de OZB, zouden hiervoor kunnen worden aangewend. Dus in principe zouden gemeenten uit hun algemene middelen veroudering van bestaande openbare ruimte tegen moeten kunnen gaan. Wel vraagt het dreigende totale gemeentelijke begrotingstekort van 6 miljard euro in 2017 om politieke aandacht (Allers et al., 2013). Ruimte bieden aan nieuw vastgoed In principe kan het zoeken en vinden van ruimte voor ruimtelijke functies gezien worden als een verantwoordelijkheid van private initiatiefnemers. In theorie ontstaat er een business case voor herontwikkeling wanneer de waarde van de nieuwe te realiseren functie de waarde van Amsterdam School of Real Estate 7

10 het huidige gebruik plus de herontwikkelingskosten overstijgt (Wyatt, 2013). Zolang dat niet het geval is, en er dus een exploitatietekort ontstaat, dan kan worden betoogd dat de bestaande functie, en niet de nieuwe, de beste functie op die plek is. Met name gemeenten hebben in het verleden in sommige gevallen een exploitatietekort onvoldoende gezien als teken van onvoldoende marktvraag 3 (Buitelaar, 2013). Wanneer private partijen een business case menen te hebben, dan geldt wederom dat gemeenten, wanneer dit geen disproportionele negatieve externe effecten voor andere functies oplevert, planologische medewerking kunnen verlenen via een bestemmingsplanherziening of een omgevingsvergunning in afwijking van het bestemmingsplan. Een meer actieve rol voor gemeenten, een rol die verder gaat dan planologische ruimte bieden, kan aan de orde zijn wanneer het gaat om het bieden van ruimte voor een functie die van belang is voor een groter gebied of zelfs voor de gehele gemeente. Wanneer het noodzakelijk blijkt dat gemeenten hier ook financieel en risicodragend aan bijdragen, dan is de vraag hoe bekostiging plaats dient te vinden. Voorafgaand aan de crisis werden zowel binnenplanse als bovenplanse verevening gebruikt om onrendabele plannen en planonderdelen te bekostigen. Maar wanneer er een minder wijdverbreid actief grondbeleid wordt gevoerd, hetgeen dit afwegingskader als uitgangspunt neemt, dan dient het uit de algemene middelen bekostigd te worden. De vraag is of dat kan. Dat leent zich voor vervolgonderzoek. Op grond van kennis van de werking van financiële systematiek kunnen echter al wel enkele voorlopige conclusies / hypothesen worden geformuleerd. Bron: CBS Gemeenterekeningen, bewerking PBL 4 3 Volgens de redenering vanuit de MKBA is een tekort alleen gerechtvaardigd wanneer de maatschappelijke baten de kosten overstijgen. De indruk bestaat dat dit vaak niet aannemelijk wordt gemaakt. 4 Let wel, bij de inkomsten uit bouwgrondexploitaties gaat het niet om het saldo. Amsterdam School of Real Estate 8

11 Ten eerste is het niet zondermeer toegestaan om kostenposten uit een grondexploitatie over te hevelen naar de algemene middelen (zie Besluit Begroting en Verantwoording). De gemeente Breda heeft hier recent mee te maken gehad. Zij wilde de aanleg van een geluidswal uit de grondexploitatie halen en betalen uit de algemene middelen. De provincie en de Rekenkamer waren het hier niet mee eens. Zonder de aanleg van de woonwijk was de geluidswal niet nodig geweest en dus is deze (en moet deze) volledig worden toegerekend aan de nieuwe woonwijk, zo luidde de redenering ( Ten tweede zijn de algemene middelen maar beperkt inzetbaar voor publieke ruimtelijke investeringen. Zoals te zien in bovenstaande figuur zijn gemeenten voor meer dan de helft afhankelijk van Rijksbijdragen. Echter deze zijn maar beperkt te gebruiken voor ruimtelijke investeringen. Tegenover de integratie- en decentralisatie-uitkeringen en de specifieke uitkeringen staan directe uitgaveverplichtingen. Inkomsten uit het gemeentefonds zijn weliswaar vrijelijk te besteden, maar zijn in basis vooral bedoeld voor instandhouding van het bestaande voorzieningenniveau en dus niet voor investeringen in nieuwe voorzieningen. De lokale belastingen (vrijwel volledig bestaand uit OZB-inkomsten) vormen de voornaamste bron zeker bij het wegvallen van inkomsten uit bouwgrond voor ruimtelijke investeringen. Maar ook daar zijn grenzen aan. Ten eerste vormt de OZB slechts een relatief kleine inkomstenbron (ongeveer 7%). Dat aandeel kan ook niet zomaar worden vergroot. Gemeenten zijn met het Rijk in een bestuurlijke afspraak een macronorm voor OZB-verhoging overeengekomen van de som van de reële economische groei en de inflatie (Allers et al., 2013). Ten tweede leiden vastgoedwaardeverhogende investeringen weliswaar tot hogere OZB-inkomsten, maar deze worden voor een groot deel teniet gedaan door een daarmee verbonden korting op de uitkering uit het gemeentefonds. Het is daarmee enerzijds de vraag of gemeenten voldoende middelen hebben voor ruimtelijke investeringen. En anderzijds lijkt de systematiek niet de juiste prikkels voor doelmatige investeringen te bevatten. Ruimtelijke investeringen worden financieel niet beloond en desinvesteringen niet bestraft. Ruimte bieden aan nieuwe openbare ruimte Soms zijn publieke voorzieningen zodanig verouderd of ontoereikend dat er behoefte is aan volledige nieuwe voorzieningen, en wellicht op een nieuwe plek. Publieke goederen zijn primair een taak voor de overheid. Maar net als hiervoor besproken is ook nu de vraag, hoe bekostig je dat wanneer dat niet via binnenplanse of bovenplanse verevening kan? Dit onderwerp is hierboven afdoende verkend. Amsterdam School of Real Estate 9

12 4 De rol van het Rijk Zoals eerder gezegd is de gemeente de eerst aangewezen overheid om een rol te spelen bij de herontwikkeling van stedelijke gebieden. Toch kan ook het Rijk in beeld komen. Ik maak in lijn met de Nota Ruimte (2004) onderscheid in een resultaat- en een systeemverantwoordelijkheid. De resultaatverantwoordelijkheid betekent een directe verantwoordelijkheid voor stedelijke herontwikkeling. De verantwoordelijkheid voor het systeem bestaat eruit om andere overheidslagen in staat te stellen om effectief, efficiënt en legitiem in te kunnen grijpen. Resultaatverantwoordelijkheid Van een Rijksbeleidsverantwoordelijkheid ten aanzien van de veroudering van gebieden en het vinden ruimte voor nieuwe functies zal maar in zeer beperkte mate sprake zijn. Private partijen en gemeenten kunnen (en dat doen ze ook) het leeuwendeel voor hun rekening nemen. Een (gedeeltelijke) Rijksbeleidsverantwoordelijkheid voor stedelijke herontwikkeling kan in drie gevallen aan de orde zijn. Ten eerste kan hiervan sprake zijn wanneer ruimtelijke functies, en daarvan afgeleid ruimteclaims, van evident belang zijn voor de nationale welvaart. Dit kan het geval zijn bij bijvoorbeeld de mainports of bij het benutten van agglomeratievoordelen, voor zover die bovenregionaal zijn. Door het grensoverstijgende belang kunnen coördinatieproblemen ontstaan die centrale aansturing rechtvaardigen. Ten tweede geldt het voor ruimteclaims die regio- of provincie-overstijgend zijn. Het gaat hier dan bijvoorbeeld om provincie-overstijgende publieke goederen zoals het hoofdwegennet, maar ook om beslissingen over grootschalige verstedelijking met duidelijke grensoverschrijdende effecten en een duidelijke koppeling aan investeringen in nationale infrastructuur. Hierbij moet worden gedacht aan de ondertunneling van de A2 bij Maastricht en de verlegging en ondertunneling van de A2 bij Utrecht. Tot slot kan het Rijk een verantwoordelijkheid voelen voor het beperken van regionale ruimtelijke verschillen. Zo is de herontwikkelingsopgave in krimpgebieden aanzienlijk moeilijker te bekostigen dan in de Randstad. De politiek zal echter een afweging moeten maken tussen het principe van verdelende rechtvaardigheid en het principe van ieder op eigen kracht. Systeemverantwoordelijkheid Meer dan een resultaatverantwoordelijkheid heeft het Rijk een systeemverantwoordelijkheid bij stedelijke herontwikkeling. Met de herziening van het omgevingsrecht wordt beoogd het juridisch instrumentarium te vereenvoudigen en te verbeteren. Met de komst van de Omgevingswet en de onderliggende regelgeving zit het werk er uiteraard niet op. Het is van belang om doorlopend te monitoren hoe het instrumentarium functioneert en of er behoefte is aan verandering en eventueel nieuw instrumentarium, zoals bijvoorbeeld stedelijke herverkaveling, herstructureringsbijdragen, planbaatheffing en verhandelbare ontwikkelingsrechten. Om problemen in de uitvoeringspraktijk te voorkomen is het evenwel van belang om de introductie van nieuwe instrumenten tot een minimum te beperken (zie ook PBL, 2012). Naast het omgevingsrecht komt bij de veroudering van gebieden en de bekostiging van herontwikkeling ook de systematiek van de gemeentelijke financiën in beeld. Zoals gezegd bevat het huidige systeem van gemeentefinanciën weinig prikkels voor gemeenten om kostenefficiënte ruimtelijke investeringen te plegen. Daarnaast is de vraag gerechtvaardigd of Amsterdam School of Real Estate 10

13 ruimtelijk (en ander) beleid dat aanstuurt op ruimtelijke verscheidenheid of ongelijkheid (de onvermijdelijke consequentie van decentralisatie) zich wel verhoudt tot de onderliggende financieringssystematiek, die is gebaseerd op verevening en verdelende rechtvaardigheid. Het verdient aanbeveling om hier fundamenteel over na te denken. Amsterdam School of Real Estate 11

14 5 Tot besluit Dit paper heeft beoogd om een afwegingskader te schetsen dat vertrekt vanuit de problemen van gebieden, om pas in laatste instantie aan te belanden bij de middelen die de overheid (met name de gemeente) in kan zetten. Uitgangspunt daarbij was om de overheidsinzet te een minimum te beperken. Dit is ingegeven door het praktische probleem van beperkte middelen, en niet door een politiek-economische voorkeur. Een dergelijke manier van redeneren vraagt evenwel om een cultuuromslag binnen de ruimtelijke ordening. Immers, de redenering gaat uit de durf om gebieden te laten verouderen, anders gezegd: problematisch te laten worden, alvorens tot ingrijpen over te gaan. In veel andere landen is dat heel gebruikelijk. Maar in Nederland bestaat de neiging om soms reeds voordat problemen ontstaan maatregelen te treffen. De ambities van de Nederlandse ruimtelijke ordening ten aanzien van de kwaliteit van de ruimtelijke inrichting worden in onderstaande cartoon treffend verbeeld door Stefan Verwey. Het is uiteraard legitiem om in het kader van hoge ambities haast te maken met herontwikkelen, maar ook zeer kostbaar. Iets meer geduld kan lonend zijn. Die afweging moet in ogenschouw worden genomen. Voorliggend document bevat, behalve een afwegingskader en stappenplan, een aantal kwesties die in het kader van de interdepartementale werkgroep nadere aandacht behoeven, waaronder de structuur van de gemeentefinanciën en het publiekrechtelijk instrumentarium ten aanzien van gebruik en onderhoud van vastgoed, zoals besproken in dit paper. Een andere manier van aanpakken van stedelijke gebieden zou ook een deels andere institutionele context kunnen betekenen. Amsterdam School of Real Estate 12

15 Literatuur Allers, M.A., B. Steiner, C. Hoeben & J.B. Geertsema (2013), Gemeenten in perspectief. Groningen: COELO. Bregman, A.G. & H.W. de Wolff (2011), Herverkaveling op ontwikkelingslocaties. Den Haag: Instituut voor Bouwrecht. Buitelaar, E. (2013), Nut en noodzaak van gebiedsontwikkeling, in Cobouw, 3 april Buitelaar, E., S. Feenstra, M. Galle, J. Lekkerkerker, N. Sorel & J. Tennekes (2012), Vormgeven aan de spontane stad: belemmeringen en kansen voor organische stedelijke herontwikkeling. Den Haag / Amsterdam: Planbureau voor de Leefomgeving / Urhahn Urban Design. Buitelaar, E. & C. Hageman (2013), Provincie goed toegerust op reductie gemeentelijke plancapaciteit, in RO Magazine, 30(10): Buitelaar, E. & M. Hajer (2011), Systeemverandering als opgave voor de leefomgeving, in RO magazine, 29(12): Buitelaar, E., A. Segeren & P. Kronberger (2008), Stedelijke transformatie en grondeigendom. Den Haag / Rotterdam: RPB / Nai uitgevers. CPB & PBL (2010), Evaluatie beoordeling Nota Ruimte-projecten. Den Haag: CPB & PBL. Gordijn, H., G. Renes & M. Traa (2008), Naar een optimaler ruimtegebruik door bedrijventerreinen. Een verkenning van enkele beleidsopties. Den Haag: RPB. Graaff, T. de. & P. Rietveld (2012), The impact of accessibility on house prices: an application to large urban planning and infrastructure projects in the Netherlands, in K. T. Geurs, K. J. Krizek & A. Reggiani (red.), Accessibility analysis and transport planning, pp Cheltenham: Edward Elgar. Hamers, D., K. Nabielek, S. Schluchter & M. van Middelkoop (2007), Afgeschermde woondomeinen in Nederland. Den Haag / Rotterdam: RPB / Nai uitgevers. Klosterman, R. (1985), Arguments for and against planning, in Town Planning Review, 56(1): 5-20 Lindblom, C.E. (1959), The Science of "Muddling Through, in Public Administration Review, 19(2): Needham, B. (2005), Naar een andere marktwerking. Den Haag / Rotterdam: RPB / Nai uitgevers. PBL (2009), De toekomst van bedrijventerreinen: van uitbreiding naar herstructurering. Den Haag: Planbureau voor de Leefomgeving. Amsterdam School of Real Estate 13

16 PBL (2012), Ex-durante evaluatie Wro: tweede rapportage. Den Haag: Planbureau voor de Leefomgeving. Schuur, J. (2001), Veroudering van bedrijventerreinen. Een structuur voor herstructurering. Den Haag: CPB. Wyatt, P. (2013), Property valuation; second edition. Oxford: Wiley-Blackwell. Amsterdam School of Real Estate 14

17 De activiteiten van de Amsterdam School of Real Estate zijn mede mogelijk dankzij de financiële steun van de Stichting voor Wetenschappelijk Onderzoek en Onderwijs in de Vastgoedkunde (SWOOV) Neem voor vragen of opmerkingen contact met ons op of bezoek onze website. bezoekadres Jollemanhof GW Amsterdam postadres Postbus AC Amsterdam e info@asre.nl t f Onze donateurs I 3W New Development I Aberdeen Asset Management I ACM Vastgoed Groep BV I Ahold Vastgoed BV I Altera Vastgoed I AM BV I AMVEST I ASR Vastgoed Ontwikkeling I ASR Vastgoed Vermogensbeheer I Ballast Nedam Ontwikkelingsmaatschappij B.V. I Bemog Projektontwikkeling B.V. I Boekel De Nerée NV I Bouwfonds Property Development I Bouwinvest I Brink Groep I CBRE Global Investors CBRE Netherlands I Colliers International l Corio I De Brauw Blackstone Westbroek I Deloitte I Delta Lloyd Vastgoed DTZ Zadelhoff I Dura Vermeer Groep NV ECORYS Nederland BV I Ernst & Young Real Estate Group I FGH Bank NV I Funda NV G&S Vastgoed I Haags Ontwikkelingsbedrijf Heijmans Vastgoed BV I Houthoff Buruma I ING Real Estate Finance I IPMMC Vastgoed I IVBN Jones Lang LaSalle I KMPG Accountants I Lexence NV I Loyens & Loeff NV MAB Development Merin I Mitros I MN NSI I NS Vastgoed BV I NVM I Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam I Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam I PGGM I Provast I PwC I Rechtstaete vastgoedadvocaten &belastingadviseurs I Redevco Europe Services BV I SADC I Savills Nederland BV I Schiphol Real Estate BV I SNS Property Finance I SPF Beheer BV I Strabo BV I Syntrus Achmea Real Estate & Finance I TBI Holdings BV I The IBUS Company l Van Wijnen Holding N.V. I Vesteda Groep BV I Volker Wessels Vastgoed I Wereldhave NV I WPM Groep I Yardi Systems BV I Ymere

Regionale effecten huurbeperking Regeerakkoord

Regionale effecten huurbeperking Regeerakkoord Regionale effecten huurbeperking Regeerakkoord Frans Schilder, ASRE Johan Conijn, ASRE 12 november 2012 Inhoudsopgave Samenvatting 2 1 Beschrijving berekeningen 3 2 Resultaten 4 Amsterdam School of Real

Nadere informatie

ASRE opleidingsbr opleidings- oc hure s tudiejaar 20 brochure / 20

ASRE opleidingsbr opleidings- oc hure s tudiejaar 20 brochure / 20 opleidingsbrochure studiejaar 2013/ 2014 16 Facts & Figures MSRE Kernbegrippen Kennisgedreven opleiding met flexibiliteit in specialisatie Topopleiding voor vastgoedspecialisten die op zoek zijn naar meer

Nadere informatie

ASRE opleidingsbr opleidings- oc hure s tudiejaar 20 brochure / 20

ASRE opleidingsbr opleidings- oc hure s tudiejaar 20 brochure / 20 opleidingsbrochure studiejaar 2013/ 2014 12 Facts & Figures MRE Kernbegrippen Hoogwaardige, integrale managementopleiding Strategische vastgoed - vraagstukken Diversiteit deelnemersgroep, blijvend netwerk

Nadere informatie

Stichting Wetenschappelijk Onderzoek en Onderwijs in de Vastgoedkunde Jaarverslag 2016

Stichting Wetenschappelijk Onderzoek en Onderwijs in de Vastgoedkunde Jaarverslag 2016 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek en Onderwijs in de Vastgoedkunde Jaarverslag 2016 SWOOV Jollemanhof 5 1019 GW Amsterdam Telefoon: 020-668 1129 Fax: 020-668 0361 ABN AMRO NL40ABNA0461066254 KvK 41212109

Nadere informatie

De ontwikkeling van de huurtermijn op de kantorenmarkt

De ontwikkeling van de huurtermijn op de kantorenmarkt De ontwikkeling van de huurtermijn op de kantorenmarkt José Antonio Roodhof Ronald Huisman 2014 03 Maart 2014 De ontwikkeling van de huurtermijn op de kantorenmarkt Position paper José Antonio Roodhof

Nadere informatie

Restschuld en het functioneren van de koopwoningmarkt

Restschuld en het functioneren van de koopwoningmarkt Restschuld en het functioneren van de koopwoningmarkt Frans Schilder Johan Conijn 2013-02 Januari 2013 Restschuld en het functioneren van de koopwoningmarkt Frans Schilder Johan Conijn In opdracht van:

Nadere informatie

Kantorenleegstand, incentives en huurprijzen

Kantorenleegstand, incentives en huurprijzen Kantorenleegstand, incentives en huurprijzen Edwin Buitelaar 2015 04 Februari 2015 Kantorenleegstand, incentives en huurprijzen Edwin Buitelaar ASRE research papers ISSN 1878-4607 ASRE Research Center

Nadere informatie

Alternatieve heffingsgrondslagen voor de verhuurderheffing

Alternatieve heffingsgrondslagen voor de verhuurderheffing Alternatieve heffingsgrondslagen voor de verhuurderheffing Frans Schilder Johan Conijn Januari 2013 Alternatieve heffingsgrondslagen voor de verhuurderheffing Frans Schilder Johan Conijn ASRE research

Nadere informatie

Alternatieve heffingsgrondslagen voor de verhuurderheffing

Alternatieve heffingsgrondslagen voor de verhuurderheffing Alternatieve heffingsgrondslagen voor de verhuurderheffing Frans Schilder Johan Conijn 2013-03 Januari 2013 Alternatieve heffingsgrondslagen voor de verhuurderheffing Frans Schilder Johan Conijn ASRE

Nadere informatie

De ladder voor duurzame verstedelijking

De ladder voor duurzame verstedelijking De ladder voor duurzame verstedelijking Jacqueline H.P. Vrolijk Adviseur ruimtelijk beleid en omgevingsjurist Inleiding seminar 10 maart 2015 Waarom de ladder? Andere tijden: Einde aan decennia van groei

Nadere informatie

Studiedag Onderzoek Ruimte Vlaanderen AUDITORIUM HADEWYCH, CONSCIENCEGEBOUW, BRUSSEL, 28/11/2013

Studiedag Onderzoek Ruimte Vlaanderen AUDITORIUM HADEWYCH, CONSCIENCEGEBOUW, BRUSSEL, 28/11/2013 Studiedag Onderzoek Ruimte Vlaanderen Gebiedsontwikkeling in tijden van crisis: nieuwe strategieën en instrumenten als de oplossing? PROF. DR. ERWIN VANDERKRABBEN Nederland: Vinex-wijken Gebiedsontwikkeling

Nadere informatie

De ladder voor duurzame verstedelijking : introductie en achtergrond

De ladder voor duurzame verstedelijking : introductie en achtergrond De ladder voor duurzame verstedelijking : introductie en achtergrond Seminar BSP en Stibbe 30 juni 2015 Jacqueline H.P. Vrolijk DGRW-coördinator Omgevingswet en projectleider Ladder voor duurzame verstedelijking

Nadere informatie

Ladder voor Duurzame Verstedelijking: zonder Ladder geen nieuwbouw

Ladder voor Duurzame Verstedelijking: zonder Ladder geen nieuwbouw Ladder voor Duurzame Verstedelijking: zonder Ladder geen nieuwbouw Presentatie aan raadsleden MRE, 24 juni 2015 Ladder laatste rijksbelang RO, overgenomen door provincie PBL: evaluatie Ladder Monitoring

Nadere informatie

Stichting Wetenschappelijk Onderzoek en Onderwijs in de Vastgoedkunde Jaarverslag 2013

Stichting Wetenschappelijk Onderzoek en Onderwijs in de Vastgoedkunde Jaarverslag 2013 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek en Onderwijs in de Vastgoedkunde Jaarverslag 2013 SWOOV Jollemanhof 5 1019 GW Amsterdam Telefoon: 020-668 1129 Fax: 020-668 0361 ABN AMRO NL40ABNA0461066254 KvK 41212109

Nadere informatie

Leegstand van winkels,

Leegstand van winkels, Indicator 12 juni 2015 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In Nederland is een overaanbod

Nadere informatie

Woningbouw Het plan maakt de ontwikkeling van twee woningen aan het Landaspad mogelijk. Tegen deze ontwikkeling hebben wij geen bezwaar.

Woningbouw Het plan maakt de ontwikkeling van twee woningen aan het Landaspad mogelijk. Tegen deze ontwikkeling hebben wij geen bezwaar. Bestaande overcapaciteit aan bedrijventerreinen In de stadsregio Arnhem-Nijmegen bestaat een groot overaanbod aan bedrijventerreinen. Voor de periode 2016-2025 bedraagt dit minstens 150 ha. Van het bestaande

Nadere informatie

ARTIKEL LID 2 BRO: LADDER VOOR DUURZAME VERSTEDELIJKING

ARTIKEL LID 2 BRO: LADDER VOOR DUURZAME VERSTEDELIJKING ANNEKE FRANKEN & HANS KOOLEN GIJS HEUTINK ADVOCATEN ARTIKEL 3.1.6 LID 2 BRO: LADDER VOOR DUURZAME VERSTEDELIJKING www.gijsheutinkadvocaten.nl Inhoudsopgave Achtergrond Ladder Toepassingsbereik Ladder Ruimtelijke

Nadere informatie

NIEUWS. ASRE Research Center. Dr. Susanne van Hoek-Gerritsen hoofd Onderwijs. Winkelmarkt succes. Zorgvastgoed gestart. Jaarlijks Corporatiecurriculum

NIEUWS. ASRE Research Center. Dr. Susanne van Hoek-Gerritsen hoofd Onderwijs. Winkelmarkt succes. Zorgvastgoed gestart. Jaarlijks Corporatiecurriculum Onderwijs Onderzoek Informatie Research Center Dr. Susanne van Hoek-Gerritsen hoofd Onderwijs Winkelmarkt succes Zorgvastgoed gestart Jaarlijks Corporatiecurriculum Ontwikkeling nieuwe sectoropleidingen

Nadere informatie

Werkconferentie Vastgoedmarkt Midden-Nederland. 21 juni 2012

Werkconferentie Vastgoedmarkt Midden-Nederland. 21 juni 2012 Werkconferentie Vastgoedmarkt Midden-Nederland 21 juni 2012 Luc Dietz dagvoorzitter Michaël Kortbeek Voorzitter KvK Midden-Nederland Het probleem Kantorenmarkt: leegstand, fors aanbod Bedrijventerreinen:

Nadere informatie

Leegstand van winkels,

Leegstand van winkels, Leegstand van winkels, 2004-2013 Conclusie In Nederland is een overaanbod van winkels in de detailhandel. Gemiddeld staat 8% van het winkelvloeroppervlakte leeg in 2013. Dit percentage stijgt sinds 2008.

Nadere informatie

Financierbaarheid van de restschuld

Financierbaarheid van de restschuld Financierbaarheid van de restschuld Frans Schilder Johan Conijn Paper 2013-01 Januari 2013 Financierbaarheid van de restschuld Frans Schilder Johan Conijn In opdracht van: Nederlandse Vereniging van Makelaars

Nadere informatie

De Nieuwe Ladder voor Duurzame Verstedelijking. dr. Pieter van der Heijde, algemeen directeur Bureau Stedelijke Planning 16 mei 2017

De Nieuwe Ladder voor Duurzame Verstedelijking. dr. Pieter van der Heijde, algemeen directeur Bureau Stedelijke Planning 16 mei 2017 De Nieuwe Ladder voor Duurzame Verstedelijking dr. Pieter van der Heijde, algemeen directeur Bureau Stedelijke Planning 16 mei 2017 Aan bod komen: 1. Bureau Stedelijke Planning en de Ladder 2. Voor- en

Nadere informatie

De Nieuwe Ladder voor Duurzame Verstedelijking. Pieter van der Heijde, algemeen directeur Bureau Stedelijke Planning 22 september 2016

De Nieuwe Ladder voor Duurzame Verstedelijking. Pieter van der Heijde, algemeen directeur Bureau Stedelijke Planning 22 september 2016 De Nieuwe Ladder voor Duurzame Verstedelijking Pieter van der Heijde, algemeen directeur Bureau Stedelijke Planning 22 september 2016 Aan bod komen: 1. Bureau Stedelijke Planning en de Ladder 2. Voor-

Nadere informatie

De toekomst van bedrijventerreinen?

De toekomst van bedrijventerreinen? De toekomst van bedrijventerreinen? Prof. dr. Erwin van der Krabben Radboud Universiteit Nijmegen University of Ulster, Belfast (NI) SKBN / Platform31 Seminar Tilburg 16 juni 2016 Inhoud 1. Is veroudering

Nadere informatie

Het schrappen van bouwmogelijkheden zonder (plan)schaderisico

Het schrappen van bouwmogelijkheden zonder (plan)schaderisico Het schrappen van bouwmogelijkheden zonder (plan)schaderisico Arjan Bregman Expeditie Ruimte, Thema voorzienbaarheid Orangerie Roermond, 28 september 2016. Plan van behandeling De veranderende gebiedsontwikkeling

Nadere informatie

Een nieuwe ladder voor duurzame verstedelijking!

Een nieuwe ladder voor duurzame verstedelijking! Een nieuwe ladder voor duurzame verstedelijking! Seminar Bureau Stedelijke Planning en Stibbe 22 september 2016 Jacqueline H.P. Vrolijk Projectleider herziening Ladder Waarom ook alweer de ladder? Einde

Nadere informatie

De bestendige binnenstad

De bestendige binnenstad De bestendige binnenstad de leegstand van (maatschappelijk) vastgoed - eerste resultaten - Joost Tennekes Werkgroep overmaat 23 september 2014 1. Aanleiding verzoekt de regering, het Planbureau voor de

Nadere informatie

Leegstand Kantoren. Jobinside 5 november 2010. Sacha Klinkhamer Floor Schipper

Leegstand Kantoren. Jobinside 5 november 2010. Sacha Klinkhamer Floor Schipper Leegstand Kantoren Jobinside 5 november 2010 Sacha Klinkhamer Floor Schipper Presentatie Jobinside Inleiding door Sacha Klinkhamer (Infrastructuur & Milieu) Aanleiding, cijfers, probleemanalyse, oorzaken,

Nadere informatie

Leegstand van winkels,

Leegstand van winkels, Indicator 8 september 2016 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In Nederland is een overaanbod

Nadere informatie

Ontwikkelingen in de financiële verhouding

Ontwikkelingen in de financiële verhouding Ontwikkelingen in de financiële verhouding Aandelen overheidslagen in uitgaven (2012) Slechts een klein deel van de belasting- en premieopbrengst gaat naar gemeenten (Bron: rapport Adviescommissie Financiële

Nadere informatie

Handreiking Ladder voor duurzame verstedelijking. Samenvatting

Handreiking Ladder voor duurzame verstedelijking. Samenvatting Handreiking Ladder voor duurzame verstedelijking Samenvatting Samenvatting Handreiking bij de ladder voor duurzame verstedelijking Op 1 oktober 2012 is het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) gewijzigd,

Nadere informatie

Beleggers in gebiedsontwikkeling

Beleggers in gebiedsontwikkeling Beleggers in Incentives en belemmeringen voor een actieve rol van institutionele beleggers bij de herontwikkeling van binnenstedelijke gebieden P5 presentatie april 2015 Pelle Steigenga Technische Universiteit

Nadere informatie

Zie noten onderaan het artikel. Bron: Vastgoedmarkt Research

Zie noten onderaan het artikel. Bron: Vastgoedmarkt Research Tabel 1: Netto geïnvesteerd vermogen publieke Nederlandse beleggers 1) Institutionele beleggers mln (2014) mln (2013) Portefeuilles >250 mln 115.800 96.600 Portefeuilles

Nadere informatie

GS brief aan Provinciale Staten

GS brief aan Provinciale Staten GS brief aan Provinciale Staten Contact: Dhr. E.J. Molenwijk 070-441 74 15 ej.molenwijk@pzh.nl Aan Provinciale Staten Postadres Provinciehuis Postbus 90602 2509 LP Den Haag T 070-441 66 11 www.zuid-holland.nl

Nadere informatie

De Toekomst van Bedrijventerreinen. Gusta Renes

De Toekomst van Bedrijventerreinen. Gusta Renes De Toekomst van Bedrijventerreinen Gusta Renes Inleiding Beeldvorming bedrijventerreinen Veel (nieuwe) bedrijventerreinen Veel grond beschikbaar voor uitgifte Weinig samenwerking tussen gemeenten Lage

Nadere informatie

Supermarkten & de ladder voor duurzame verstedelijking. Sascha Stavenuiter Houten, 24 juni 2015

Supermarkten & de ladder voor duurzame verstedelijking. Sascha Stavenuiter Houten, 24 juni 2015 Supermarkten & de ladder voor duurzame verstedelijking Sascha Stavenuiter Houten, 24 juni 2015 Introductie Plaats van de Ladder binnen het wettelijk kader Agenda Ladder duurzame verstedelijking Jurisprudentie

Nadere informatie

Leegstand van winkels,

Leegstand van winkels, Indicator 8 september 2017 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In Nederland is een overaanbod

Nadere informatie

De waarde van ondergronds bouwen: In beeld brengen van kosten, baten en argumenten van gerealiseerde ondergrondse projecten (ex post evaluatie)

De waarde van ondergronds bouwen: In beeld brengen van kosten, baten en argumenten van gerealiseerde ondergrondse projecten (ex post evaluatie) De waarde van ondergronds bouwen: In beeld brengen van kosten, baten en argumenten van gerealiseerde ondergrondse projecten (ex post evaluatie). slide 2 Actualiteit op leefbaarheidsbaten bij opening A2

Nadere informatie

PROVINCIALE COMMISSIE LEEFOMGEVING (PCL) UTRECHT

PROVINCIALE COMMISSIE LEEFOMGEVING (PCL) UTRECHT 1 PROVINCIALE COMMISSIE LEEFOMGEVING (PCL) UTRECHT Aan: Gedeputeerde Staten van Utrecht en Provinciale Staten van Utrecht Pythagoraslaan 101 3508 TH Utrecht Datum: 1 oktober 2009 Ons kenmerk: PCL 2009/05

Nadere informatie

Een nieuwe ladder voor duurzame verstedelijking?

Een nieuwe ladder voor duurzame verstedelijking? Een nieuwe ladder voor duurzame verstedelijking? Seminar 15 december 2015 Jacqueline H.P. Vrolijk Projectleider herziening Ladder Waarom de ladder? Andere tijden, andere keuzes Einde aan decennia van groei;

Nadere informatie

Manifeste lokale woningbehoefte. Vraag zoekt locatie

Manifeste lokale woningbehoefte. Vraag zoekt locatie Manifeste lokale woningbehoefte Vraag zoekt locatie 10-3-2015 Inleiding In de gemeentelijke Visie op Wonen en Leefbaarheid (2012) is uitgesproken dat de gemeente in principe in alle kernen ruimte wil zoeken

Nadere informatie

Bestemmingsplannen in de Binckhorst (zie plattegrond in bijlage 1)

Bestemmingsplannen in de Binckhorst (zie plattegrond in bijlage 1) Wethouder van Verkeer, Binckhorst en Vlietzone P.W.M. Smit Gemeente Den Haag Retouradres: Postbus 12600, 2500 DJ Den Haag De voorzitter van Commissie Ruimte Uw brief van Uw kenmerk Ons kenmerk DSO/2013.1331

Nadere informatie

Datum : 6 september 2005 Nummer PS : PS2005IME06 Dienst/sector : MEC/DER Commissie : IME

Datum : 6 september 2005 Nummer PS : PS2005IME06 Dienst/sector : MEC/DER Commissie : IME S T A T E N V O O R S T E L Datum : 6 september 2005 Nummer PS : PS2005IME06 Dienst/sector : MEC/DER Commissie : IME Registratienummer : 2005MEC001704i Portefeuillehouder: Ger Mik Titel : Projectvoorstel

Nadere informatie

17.000.000 m². 15 m². OfficeRank. Kansrijk - Kansloos. Schatting structureel overschot 2015. Ruimte/werknemer - 2015. Aantal kantoorwerknemers

17.000.000 m². 15 m². OfficeRank. Kansrijk - Kansloos. Schatting structureel overschot 2015. Ruimte/werknemer - 2015. Aantal kantoorwerknemers In dit onderzoek analyseren we de levensvatbaarheid van de kantoren in Nederland op basis van een verdeling per gebouwen van kansrijk via kansarm naar kansloos. Ons eerdere onderzoek gaf, vanuit de vraag

Nadere informatie

Het risico van (plan)schade bij het schrappen van winkel- en/of kantoorbestemmingen

Het risico van (plan)schade bij het schrappen van winkel- en/of kantoorbestemmingen Het risico van (plan)schade bij het schrappen van winkel- en/of kantoorbestemmingen Arjan Bregman Leerkring Kantoren- en winkelleegstand G32-steden Rol en mogelijkheden gemeenten bij bestrijding kantoren-

Nadere informatie

Leegstand van winkels,

Leegstand van winkels, Indicator 19 april 2019 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In Nederland is een overaanbod

Nadere informatie

De veranderende positie van de nationale ruimtelijke ordening in Nederland

De veranderende positie van de nationale ruimtelijke ordening in Nederland De veranderende positie van de nationale ruimtelijke ordening in Nederland Ruimteconferentie 2011 1 Inhoud 1. Nationale RO in Nederland: ontwikkeling en kenmerken 2. Ontwikkelingen laatste decennia 3.

Nadere informatie

VNG festival leegstaand vastgoed

VNG festival leegstaand vastgoed VNG festival leegstaand vastgoed Jan Nabers, hoofd ruimte en economie Gemeente Zwolle, 10 maart 2014 11-3-2014 1 Inhoud interactieve presentatie Kennismaken met Zwolle Leegstand op de Zwolse kantorenmarkt

Nadere informatie

De veerkrachtige binnenstad

De veerkrachtige binnenstad De veerkrachtige binnenstad VVG Congres 25 mei 2016 Auteurs: David Evers, Joost Tennekes, Frank van Dongen Supervisie: Edwin Buitelaar PBL www.pbl.nl Onderzoeksinstituut voor Rijksoverheid 2 Bruisende

Nadere informatie

Grondprijzen voor sociale woningbouw: tussen impliciete subsidie en belasting

Grondprijzen voor sociale woningbouw: tussen impliciete subsidie en belasting Grondprijzen voor sociale woningbouw: tussen impliciete subsidie en belasting Jorn Matthijsse Edwin Buitelaar Martijn Eskinasi 2012-03 maart 2012 Grondprijzen voor sociale woningbouw: tussen impliciete

Nadere informatie

Leegstand agrarisch vastgoed

Leegstand agrarisch vastgoed Leegstand agrarisch vastgoed Aard, omvang, duiding en oplossingsrichtingen 26 mei 2016, Edo Gies, Alterra Wageningen UR 2 Een stille revolutie op het platteland Dynamiek in de landbouw (1950 2016) 4 x

Nadere informatie

Verstedelijking Zuidelijke Randstad. Bouw en vastgoedthemabijeenkomst 2016

Verstedelijking Zuidelijke Randstad. Bouw en vastgoedthemabijeenkomst 2016 Verstedelijking Zuidelijke Randstad Bouw en vastgoedthemabijeenkomst 2016 Leiden Rotterdam Inhoud Stedelijke vraag Ruimtelijke kansen Woningbouwplanning Druk op woningmarkt Regionale afstemming Samenwerking

Nadere informatie

Ontwerp-structuurvisie Prinses Beatrixlaan

Ontwerp-structuurvisie Prinses Beatrixlaan Ontwerp-structuurvisie Prinses Beatrixlaan maart 2011 Deel B Uitvoeringsprogramma Ontwerp-structuurvisie Prinses Beatrixlaan deel B 1 2 deel B Ontwerp-structuurvisie Prinses Beatrixlaan Inleiding 1. Ambitie

Nadere informatie

Voorstel raad en raadsbesluit

Voorstel raad en raadsbesluit Voorstel raad en raadsbesluit Gemeente Landgraaf Programma Documentnummer: B.19.0116 *B.19.0116* Landgraaf, 17 januari 2019 ONDERWERP: Ontwerp verklaring van geen bedenkingen aanvraag omgevingsvergunning

Nadere informatie

DE ZUIDAS. Cradle to Cradle Amsterdam 22 mei 2008 Annemarie van Doorn ABN AMRO Special Projects BU NL

DE ZUIDAS. Cradle to Cradle Amsterdam 22 mei 2008 Annemarie van Doorn ABN AMRO Special Projects BU NL DE ZUIDAS Cradle to Cradle Amsterdam 22 mei 2008 Annemarie van Doorn ABN AMRO Special Projects BU NL Zuidas ambitie Internationale allure Toplocatie voor wonen, werken en voorzieningen Volwaardig stadscentrum

Nadere informatie

Bestedingskader middelen Stedelijke Herontwikkeling

Bestedingskader middelen Stedelijke Herontwikkeling Bestedingskader middelen Stedelijke Herontwikkeling Inleiding Stedelijke herontwikkeling Voor de ruimtelijke ontwikkeling van Utrecht is de Nieuwe Ruimtelijke Strategie opgesteld die in 2012 door de Raad

Nadere informatie

Werkende bedrijventerreinen

Werkende bedrijventerreinen Werkende bedrijventerreinen Dr. Cees-Jan Pen, programmamanager Platform31/Lector Vastgoed Fontys 1 Mijn agenda Bedrijventerreinen hoger op de politieke agenda: banen, mkb, leefbaarheid, economisch belang

Nadere informatie

We are Stibbe Tax specialists. Ladder voor Duurzame Verstedelijking Juridische update

We are Stibbe Tax specialists. Ladder voor Duurzame Verstedelijking Juridische update Ladder voor Duurzame Verstedelijking Juridische update Jan van Oosten 10 maart 2015 Opzet 1. Planologische overcapaciteit en ruimtelijke ordening 2. De Ladder begrippen en jurisprudentie 3. Wrap up Planologische

Nadere informatie

Van Leegstaand kantoor naar geliberaliseerde huurwoning

Van Leegstaand kantoor naar geliberaliseerde huurwoning 1 M. Brojerdyan-4051971 22-juni-2016 Van Leegstaand kantoor naar geliberaliseerde huurwoning Aanbevelingen aan de gemeente Amsterdam ter bevordering van transformatie van leegstaande kantoren naar geliberaliseerde

Nadere informatie

Naar een nieuw Omgevingswet proof LIB. 9 november 2015, secretarissenoverleg AM Esther van der Klis

Naar een nieuw Omgevingswet proof LIB. 9 november 2015, secretarissenoverleg AM Esther van der Klis Naar een nieuw Omgevingswet proof LIB 9 november 2015, secretarissenoverleg AM Esther van der Klis Lobby LIB Schiphol (Beleids-)inhoudelijke spoor (Bestuurlijk ) juridische spoor Hoofdlijnen beleidsinhoudelijke

Nadere informatie

MVGM VASTGOEDTAXATIES INSTITUTIONELE BELEGGERS

MVGM VASTGOEDTAXATIES INSTITUTIONELE BELEGGERS MVGM VASTGOEDTAXATIES INSTITUTIONELE BELEGGERS INTRODUCTIE 2 INTRODUCTIE MVGM VASTGOEDTAXATIES: HELDER INZICHT, BETERE KEUZES Zoekt u helder inzicht in de waarde van uw vastgoed? Wilt u meer grip op uw

Nadere informatie

De toekomst voor milieuruimte in ruimtelijke plannen

De toekomst voor milieuruimte in ruimtelijke plannen De toekomst voor milieuruimte in ruimtelijke plannen Michel van Kesteren 1 2 1 Waar wil ik het over hebben? 1. Waar doen we het voor? 2. Wat zijn de trends? 3. Welk instrumentarium hebben we nu tot onze

Nadere informatie

Nota van B&W. onderwerp Beleidsregels Ruimtelijke inpassing zonnepanelen parken. Portefeuilehouder Adam Elzakalai, John Nederstigt

Nota van B&W. onderwerp Beleidsregels Ruimtelijke inpassing zonnepanelen parken. Portefeuilehouder Adam Elzakalai, John Nederstigt 7 gemeente Haarlemmermeer Nota van B&W onderwerp Portefeuilehouder Adam Elzakalai, John Nederstigt Collegevergadering 6 januari 201 5 inlichtingen Herman Nijman (023 5676889) Registratienummer 2014.0057122

Nadere informatie

Vast te stellen de Regeling financiële compensatie verbetering ruimtelijke kwaliteit 2014, luidende als volgt:

Vast te stellen de Regeling financiële compensatie verbetering ruimtelijke kwaliteit 2014, luidende als volgt: Provinciale Staten van Zuid-Holland, Gelet op artikel 2.2.1, derde lid, sub a onder iv, van de Verordening ruimte 2014 Besluiten; Vast te stellen de Regeling financiële compensatie verbetering ruimtelijke

Nadere informatie

leegstand en herbestemming

leegstand en herbestemming leegstand en herbestemming Gerben van Dijk, 17 maart 2011, KNX : gebruik #leegst in uw tweets programma introductie motto SBR, prettig kennis te maken focus duurzame ontwikkeling van de gebouwde omgeving

Nadere informatie

Toepassing van de ladder in Provincie Zuid-Holland

Toepassing van de ladder in Provincie Zuid-Holland Toepassing van de ladder in Provincie Zuid-Holland Seminar, Ladder voor duurzame verstedelijking: lessen uit de praktijk, 10 maart 2015 Willemien Croes Wat is de Ladder voor Provincie Zuid- Holland? Instrument

Nadere informatie

Ontwerp wijziging PRVS

Ontwerp wijziging PRVS Model bekendmaking regeling provinciale staten 1 8 Ontwerp wijziging PRVS Ontwerp besluit van Provinciale Staten van Noord-Holland van [..], tot wijziging van de Provinciale Ruimtelijke Verordening Structuurvisie

Nadere informatie

1. Inleiding. De Nota Kostenverhaal bevat ten aanzien van het kostenverhaal het kader voor de wijze waarop de

1. Inleiding. De Nota Kostenverhaal bevat ten aanzien van het kostenverhaal het kader voor de wijze waarop de Nota Kostenverhaal 1. Inleiding Voor u ligt de Nota Kostenverhaal. Deze nota sluit aan op de Structuurvisie Bergen op Zoom 2030. Deze structuurvisie geeft op hoofdlijnen een toekomstbeeld van de gewenste

Nadere informatie

Ruimtelijk beleid: de rol van Rijk en regio

Ruimtelijk beleid: de rol van Rijk en regio Ruimtelijk beleid: de rol van Rijk en regio George Gelauff TPE Workshop Opzet Theorie: subsidiariteit Opgaven ruimtelijk beleid Beleid: verantwoordelijkheden van Rijk en van regio Effectmeting Conclusie:

Nadere informatie

De grensoverschrijdende regio Plannen zonder grenzen. Symposium Geo Promotion

De grensoverschrijdende regio Plannen zonder grenzen. Symposium Geo Promotion De grensoverschrijdende regio Plannen zonder grenzen Symposium Geo Promotion Workshop Plannen zonder grenzen Arjan Brink Hans van Loon De maatschappelijke vraag bepaalt de ruimtelijke inrichting Vroeger..

Nadere informatie

Leegstand van kantoren,

Leegstand van kantoren, Indicator 23 september 2016 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In Nederland is een overaanbod

Nadere informatie

Datum Agendapunt Documentnummer. 6 augustus R09S008

Datum Agendapunt Documentnummer. 6 augustus R09S008 Datum Agendapunt Documentnummer 8 R09S008 Onderwerp Kostenverhaal Oosterwold Voorstel Zeewolde Beoogd effect 1. Het vastleggen van het financiële kader voor kostenverhaal ter uitvoering van de intergemeentelijke

Nadere informatie

Kansen voor Kantoren HOE DE G4 DE KANTORENLEEGSTAND BESTRIJDT EN WAT GEMEENTEN DAARVAN KUNNEN LEREN. Steven Zijlstra P5 Presentatie

Kansen voor Kantoren HOE DE G4 DE KANTORENLEEGSTAND BESTRIJDT EN WAT GEMEENTEN DAARVAN KUNNEN LEREN. Steven Zijlstra P5 Presentatie Kansen voor Kantoren HOE DE G4 DE KANTORENLEEGSTAND BESTRIJDT EN WAT GEMEENTEN DAARVAN KUNNEN LEREN Steven Zijlstra 1380729 P5 Presentatie Introductie 23 / 68 31 Introductie 3 / 68 31 Introductie 43 /

Nadere informatie

Nota Fondsen Ruimtelijke Ontwikkelingen

Nota Fondsen Ruimtelijke Ontwikkelingen Nota Fondsen Ruimtelijke Ontwikkelingen 1 november 2009 M. Roobol / P. Bakker Openbare Werken en Ruimtelijke Zaken 1 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Inleidend 3 1.2 Aanleiding 3 1.2 Leeswijzer 4 2 Huidige

Nadere informatie

Leegstand van kantoren, 1991-2013

Leegstand van kantoren, 1991-2013 Leegstand van kantoren, 1991-2013 Conclusie In Nederland is een overaanbod van kantoorvloeroppervlakte. Gemiddeld 16% van het kantoorvloeroppervlakte staat leeg in 2013. Dit percentage neemt nog steeds

Nadere informatie

Meer grip op vakantieparken

Meer grip op vakantieparken Meer grip op vakantieparken Het vraagstuk De markt rondom vakantieparken is verzadigd. Dit betekent dat een deel van de terreinen hun recreatieve functie heeft verloren. Op een aantal parken ontstaat hiermee

Nadere informatie

: Gemeente Hellevoetsluis : Royal HaskoningDHV : Dhr. A. van Rossum, Tuincentrum Groenrijk Aralia

: Gemeente Hellevoetsluis : Royal HaskoningDHV : Dhr. A. van Rossum, Tuincentrum Groenrijk Aralia HaskoningDHV Nederland B.V. Logo Ruimtelijke onderbouwing Aan Van Kopie Dossier Project Betreft : Gemeente Hellevoetsluis : Royal HaskoningDHV : Dhr. A. van Rossum, Tuincentrum Groenrijk Aralia : B6475-01-001

Nadere informatie

Notitie. Statenleden. Statencommissie EZB. 7 mei V.M.J. Munnecom. Ruimtelijke Ontwikkeling & Handhaving (073) Aan.

Notitie. Statenleden. Statencommissie EZB. 7 mei V.M.J. Munnecom. Ruimtelijke Ontwikkeling & Handhaving (073) Aan. Notitie Onderwerp Provinciale handelwijze ten aanzien van ruimtelijke plannen die voorzien in detailhandelsontwikkelingen Aanleiding Met de Discussienota Detailhandel en het symposium Detailhandel in Brabant:

Nadere informatie

Gemeente. Schijndel. Beleidsnotitie indieningsvereisten. Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a.

Gemeente. Schijndel. Beleidsnotitie indieningsvereisten. Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a. Gemeente Schijndel Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a., sub 2 Wabo 2 3 bij verzoeken om afwijken van het bestemmingsplan Inleiding Op 24 september 2014 is het

Nadere informatie

Samenwerken overheid en bedrijfsleven

Samenwerken overheid en bedrijfsleven Samenwerken overheid en bedrijfsleven mede n.a.v. Vlottrekken/versnellen bouwprojecten in vijf regio s in ons land in opdracht van Bouwend Nederland, VNO-NCW en Min. BZK Team Watertorenberaad Antoinette

Nadere informatie

Regionale Structuurvisie Wonen Zorg en Woonomgeving. Gemeente Weert 8 oktober 2014

Regionale Structuurvisie Wonen Zorg en Woonomgeving. Gemeente Weert 8 oktober 2014 Regionale Structuurvisie Wonen Zorg en Woonomgeving Gemeente Weert 8 oktober 2014 Inhoud van presentatie Aanleiding Typering van de structuurvisie Koers in een notendop Afwegingskaders Instrumentarium

Nadere informatie

Gemeente Houten Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening

Gemeente Houten Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening ** Vastgesteld oktober 2014 Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening Visie verplaatsing nietagrarische bedrijven binnen het buitengebied Status: vastgesteld door de gemeenteraad van Houten d.d.

Nadere informatie

Ladder voor duurzame verstedelijking Three steps to heaven? 10 maart 2015

Ladder voor duurzame verstedelijking Three steps to heaven? 10 maart 2015 Jan Fokkema Ladder voor duurzame verstedelijking Three steps to heaven? 10 maart 2015 Geschiedenis SER-ladder in advies 1999 Nota Ruimtelijk Economisch bedoeld als denkmodel, niet dwingend! bevatte nog

Nadere informatie

Regionale Structuurvisie Wonen Zorg en Woonomgeving. Gemeente Roerdalen 19 november 2014

Regionale Structuurvisie Wonen Zorg en Woonomgeving. Gemeente Roerdalen 19 november 2014 Regionale Structuurvisie Wonen Zorg en Woonomgeving Gemeente Roerdalen 19 november 2014 Inhoud van presentatie Aanleiding Typering van de structuurvisie Koers in een notendop Afwegingskaders Instrumentarium

Nadere informatie

Sturen op grondtransacties op basis van inzichten uit onderzoek

Sturen op grondtransacties op basis van inzichten uit onderzoek Sturen op grondtransacties op basis van inzichten uit onderzoek December 10, 2018 Fred Hobma Urban Development Management TU Delft 1 Vermelding onderdeel organisatie Grondexploitatiemodellen Publiek Joint

Nadere informatie

Doorwerking ladder voor duurzame verstedelijking

Doorwerking ladder voor duurzame verstedelijking Doorwerking ladder voor duurzame verstedelijking David Evers, Maaike Galle (PBL) 10 maart 2015, Amsterdam Bureau Stedelijke Planning en Stibbe: Toepassing Ladder voor duurzame verstedelijking: lessen uit

Nadere informatie

Initiatiefvoorstel Omgevingswet

Initiatiefvoorstel Omgevingswet Initiatiefvoorstel Omgevingswet Rotterdam, september 2016 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 2 Inleiding 3 1. Uitgangspunten 4 2. Hoofdlijnen 5 3. Consequenties voor Rotterdam 6 4. Aanbevelingen 7 Conclusie 8

Nadere informatie

Methodische toelichting bij de periodieke actualisatie van de ASRE-prijsindex voor commercieel vastgoed

Methodische toelichting bij de periodieke actualisatie van de ASRE-prijsindex voor commercieel vastgoed Methodische toelichting bij de periodieke actualisatie van de ASRE-prijsindex voor commercieel vastgoed Edwin Buitelaar Or Levkovich Jan Rouwendal Paper 2017 04 Maart 2017 Methodische toelichting bij

Nadere informatie

Nota Kostenverhaal Gemeente Drimmelen. Conceptt

Nota Kostenverhaal Gemeente Drimmelen. Conceptt Nota Kostenverhaal 2016-2020 Gemeente Drimmelen 1. Inleiding Aanleiding Met de komst van de Wro (1 juli 2008) hebben gemeenten meer mogelijkheden gekregen om te sturen op de ontwikkeling van ruimtelijke

Nadere informatie

Ladder van Duurzame verstedelijking

Ladder van Duurzame verstedelijking Omgevingsvisie Ladder van Duurzame verstedelijking Doel De stappen die worden gevraagd, bewerkstelligen dat de wens om een nieuwe stedelijke ontwikkeling mogelijk te maken, nadrukkelijk wordt gemotiveerd

Nadere informatie

Structurele leegstand van kantoren en het ruimtelijk ordeningsrecht. Mr. M.H.J. van Driel LL.M.

Structurele leegstand van kantoren en het ruimtelijk ordeningsrecht. Mr. M.H.J. van Driel LL.M. Structurele leegstand van kantoren en het ruimtelijk ordeningsrecht Mr. M.H.J. van Driel LL.M. Structurele leegstand van kantoren Massale leegstand van kantoren: ca. 6 miljoen m2 leeg ca. 2 miljoen m2

Nadere informatie

Doorwerking ladder voor duurzame verstedelijking

Doorwerking ladder voor duurzame verstedelijking Doorwerking ladder voor duurzame verstedelijking David Evers (PBL) 23 april 2015, Den Bosch Dag van de projectontwikkeling: Verbeter de Ladder voor duurzame verstedelijking Conclusies Ladder en (goede)

Nadere informatie

STERKE STEDEN - STERKE REGIO S - STERK NEDERLAND

STERKE STEDEN - STERKE REGIO S - STERK NEDERLAND STERKE STEDEN - STERKE REGIO S - STERK NEDERLAND Nederland moet snel uit de crisis. Steden zijn de economische motor van Nederland. Zij vormen de spil in krachtige netwerken met het bedrijfsleven, het

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Ministerie van Turfmarkt 147 Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag

Nadere informatie

Nota Veegplannen 2014 gemeente Valkenswaard

Nota Veegplannen 2014 gemeente Valkenswaard Nota Veegplannen 2014 gemeente Valkenswaard gemeente Valkenswaard Team Ruimtelijke ontwikkeling en economie 25-09-2013 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 3 2. Definitie 3 3. Vergelijking veegplannen en postzegelbestemmingsplannen

Nadere informatie

Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening. (ontwerp 25 januari 2019)

Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening. (ontwerp 25 januari 2019) Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening (ontwerp 25 januari 2019) Pagina 2 van 13 2019-01-25 Toelichting - Weideveld 2016 1e herziening Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening Toelichting

Nadere informatie

Nota Samenvatting en beantwoording zienswijzen. Bestemmingsplan Ambachtsschool

Nota Samenvatting en beantwoording zienswijzen. Bestemmingsplan Ambachtsschool Nota Samenvatting en beantwoording zienswijzen Bestemmingsplan Ambachtsschool Gemeente Enschede Programma Stedelijke Ontwikkeling Team Bestemmingsplannen Februari 2016 SAMENVATTING EN BEANTWOORDING ZIENSWIJZEN

Nadere informatie

Gebiedsontwikkeling integraal ontwikkelconcept. Rosie Severens Manager gebiedsontwikkeling OBS 14 februari 2012

Gebiedsontwikkeling integraal ontwikkelconcept. Rosie Severens Manager gebiedsontwikkeling OBS 14 februari 2012 Gebiedsontwikkeling integraal ontwikkelconcept Rosie Severens Manager gebiedsontwikkeling OBS 14 februari 2012 Ingrijpende en veelbelovende opgave Delftse besluit tot ondertunneling spoor = besluit tot

Nadere informatie