VERSLAG. VERGADERING Bespreking op

Transcriptie

1 1 VERSLAG VERGADERING Bespreking op : : statencommissie Economie en bestuur woensdag 14 april 2004 Voorzitter: de heer W.J. Dalhuisen Secretariaat: de heer ).J. Wezenberg Aanwezig: De heer H. Kerkdijk (CDA), de heer R.G.M. Koopman (CDA), de heer R.G. Welten (CDA), Mw. H.A. Visser Hendriks (CDA), de heer R.W. Leussink (CDA),, de heer F.C.M. Weijnen (PvdA), de heer 1. Mercanoglu (PvdA), de heer P.J. Schipper (VVD), de heer Bi. Sijbom (WD), de heer 3. Oldenburger (ChristenUnie), mw. M.J. de Greef Moes (D66), de heer D. Vildirim (SP) en mw. S. de Bruin (GroenLinks), de heer C.H.J. Dijkhuis (LPF), heer D. van Dijk (SGP). Afwezig: de heer R.H.J. Engbers (CDA), mw. M.C. van der Lied Homeijer (PvdA). Namens GS: Gedeputeerde Klaasen, Gedeputeerde Ranter, gedeputeerde Kristen, gedeputeerde Abbenhues (punt 1 tot en met 8). 1. Opening vergadering en vaststelling agenda. De voorzitter opent de vergadering om uur en heet iedereen van harte welkom. Afwezig zijn de heer Engbers en mevrouw Van Der Lied - Homeijer. De CDA-fractie geeft aan dat niet iedere statencommissie een zelfde annotatie hanteert bij het agendapunt Resultaten Takendiscussie. Graag verneemt de fractie van de voorzitter waarom hier een verschil in is. De voorzitter geeft aan dat in het presidium een suggestie is gelanceerd om de behandelwijze van de Takendiscussie op de agenda te plaatsen. De voorzitters van drie statencommissies hebben deze suggestie overgenomen. De agenda van de commissie Zorg en cultuur wijkt hier van af. Vragen terzake de agenda van de commissie Zorg en cultuur verwijst hij door naar de voorzitter van de desbetreffende commissie. De CDA-fractie vraagt waarom de reserve-vergadering van 28 april benut moet worden. De fractie geeft aan vast te houden aan de reguliere commissievergaderingen. Ook merkt zij op dat de commissie reeds in de ochtend dient te beginnen met de vergadering. Zij verneemt graag de reactie van de overige leden van de commissie hierop. De commissie besluit op voorstel van de voorzitter aan het eind van de vergadering stil te staan bij de agenda van 28 april a.s.. 2. Inspreekrecht (artikel 15 RvO Statencommissies). De voorzitter meldt dat de Ondernemingsraad van de Provincie Overijssel zich heeft aangemeld om in te spreken bij de Takendiscussie. De voorzitter stelt voor om dit voorafgaand aan de Takendiscussie te laten plaatsvinden. De commissie besluit dienovereen komstig. 3. Lijst van nog niet afgedane toezeggingen van de statencommissie Economie en bestuur. De commissie stemt in toezeggingen. 4. Lijst ingekomen stukken. met de voorliggende lijst alsmede met de voortgang van de De voorzitter vraagt aandacht voor de brief vermeld onder punt 8. De commissie besluit vooralsnog niet in te gaan op het verzoek van de Centrale Ondernemingsraad Essent, omdat niet duidelijk is wat het doel / inhoud van dit onderhoud is en wat de rol van de Staten hier in is. Graag ziet de commissie deze vragen beantwoord en ziet dan graag dit verzoek wederom geagendeerd voor de eerstkomende commissievergadering. De commissie stemt in met de voorliggende lijst en met de voorgestelde behandelwijze.

2 2 5. Conceptverslag vergadering 17 maart Het verslag van 17 maart 2004 wordt vastgesteld, met dien verstande dat de diverse (door de secretaris) ontvangen opmerkingen zijn verwerkt. 6. Mededelingen vanuit het college van Gedeputeerde Staten. Geen. 7. Rondvraag. De PvdA-fractie ziet graag een reactie van het college van Gedeputeerde Staten tegemoet, naar aanleiding van het persbericht provincies onderschatten belang van veilige werkomstandigheden (secr. u wordt verwezen naar bijlage 1). Het College zegt toe dat zij hier een schriftelijke reactie op zal geven richting de Staten. S. Resultaten Takendiscussie provincie Overijssel. De voorzitter geeft het woord aan de voorzitter van de (Centrale) Ondernemingsraad Overijssel, mevrouw D. van Keulen Zij verwijst naar de brief die door de OR aan het college is verstuurd en in afschrift aan de statencommissie Economie en bestuur is gezonden (secr.- te raadplegen via het SIS, kenmerk: PS/2004/397). De OR erkent de noodzaak tot de Takendiscussie. De OR is blij dat uit de uitkomst blijkt dat er flink wat taken zijn die de Provincie Overijssel moet doen en dat deze goed en gedegen worden gedaan. Eveneens acht de OR het belangrijk dat er geen gedwongen ontslagen zullen zijn. Wel vraagt hij aandacht voor het verschuiven van mensen in de Organisatie. Niet voor een ieder zal dit even makkelijk zijn. De OR vraagt aandacht voor de frictiekosten die hierbij zullen ontstaan, en meent dat deze gefinancierd moeten worden bijvoorbeeld uit het Flexfonds. In het advies van de OR aan GS stond een punt opgenomen over zorgen van de OR met betrekking tot een aantal posten uit de begroting van De voorbeelden die de OR hiervan had zijn besproken met een medewerker van de projectgroep. De zorgen van de OR zijn daarbij weggenomen en de OR trekt dit punt in. De OR meent dat de resultaatverplichting ten aanzien van een percentage allochtone medewerkers, met dit voorstel niet langer reºel is. Wel wil hij het ingezette beleid op dit gebied voortzetten. De OR meent dat hij gelet op het gebruik van nog niet uitgekristalliseerde stukken haar adviesrol nog niet heeft kunnen vervullen. Ook geldt dit voor het onderdeel OCWK. De OR meent dat eerst de ingezette reorganisatie van WK ten einde moet worden gebracht. Voor het Transfunctium ziet de OR ook in de toekomst een grote rol weggelegd voor wat betreft het begeleiden van medewerkers in dit huis. De SP-fractie vraagt in welke fase de OR betrokken is in het bovengenoemde proces van de Takendiscussie. Mevrouw Van Keulen meldt dat de OR - door het College - vanaf het begin betrokken en ge nformeerd is in het proces. De GroenLinks-fractie dankt de OR voor de toegezonden brief. Zij meent dat de OR te makkelijk de resultaatverplichting inzake het allochtonenbeleid wil loslaten. Zij vindt dat ook bij eventuele natuurlijke afvloeiing bekeken kan worden of op basis van de Wet Samen invulling aan de resultaatverplichting kan worden gegeven. De PvdA-fractie sluit zich hierbij aan. De voorzitter besluit op verzoek van de SGP-fractie eerst de coalitiepartijen het woord te gunnen. De voorzitter stelt voor dat de fracties zich in de eerste termijn beperken tot de algemene indrukken ten aanzien van de resultaten van de Takendiscussie; in de tweede termijn kan de commissie zich buigen over de inhoud van de resultaten van de Takendiscussie. De CDA-fractie geeft aan graag een reactie van het College te vernemen op de inspraakreactie van de OR. De fractie verwijst naar het onderhandelingsakkoord als startdocument voor de Takendiscussie. Tijdens de onderhandelingen is door de collegedragende partijen becijferd dat er een taakstelling van 5.8 miljoen vanaf 2007 geºffectueerd dient te zijn. Intentie was en is dat er geen kaasschaafmethode gehanteerd wordt. De beoogde methode was een inhoudelijke analyse van taken en

3 3 activiteiten. De Takendiscussie moet vooral tot onderwerp hebben: (a) zijn we met de goede dingen bezig? (b) wat is het nut en de noodzaak van de dingen die we doen? (c) welke middelen willen we voteren voor deze dingen? De verwachtingen van de CDA- fractie waren hooggespannen ten aanzien van de uitkomsten. Het resultaat geeft een goede weerslag van de gevolgde procedure als ook de uitkomst van de interne bezinning. De taakstelling is eveneens gehaald, er valt zelfs wat te kiezen. Ook kan de fractie zich vinden in de verwachting dat de rijksbezuinigingen in de komende jaren ook de Provincie Overijssel zullen treffen. Toch had de fractie andere verwachtingen bij het voorliggende document. Zij heeft de volgende vragen: (1) waarom nu juist deze onderwerpen en wat is de gehanteerde relatie met de afwegingscriteria? (2) Wat valt er om in bestaand beleid als we de voorgestelde programma s of taken extensiveren of schrappen? Waar stemmen de Staten nu eigenlijk mee in? (3) Wat is het zoekveld geweest van het College? (4) Wat staat op gespannen voet met de ambities die zijn geformuleerd in het onderhandelingsakkoord? (5) Zijn de voorliggende voorstellen voldoende om de gestelde ambities te bereiken? De CDA-fractie meent dat er een stap terug in het proces moet worden gezet in het debat rond de Takendiscussie. De Staten moeten inhoudelijk goed en zorgvuldig kunnen debatteren over de Takendiscussie. De VVD-fractie beschrijft de aanzet tot het komen tot de Takendiscussie; deze ligt in het onderhandelingsakkoord. De fractie is positief over de bereikte taakstelling maar negatief over het inzicht in de keuzes en de analyse die aan de keuzes ten grondslag liggen. Het voorliggende stuk geeft dus naar de mening van de fractie te weinig inzicht. De fractie stelt dat het doel van de taakstelling is beschreven in het onderhandelingsakkoord en dat de aanzet nu voorligt. De fractie hecht er waarde aan om de snelheid in het proces te houden, zij is niet van plan om het proces te frustreren. Het betreft hier immers een bezuinigingsoperatie waar je (met de verwachte mei-circulaire) niet lang mee kunt wachten. Zij meent dat het College sommige wettelijke taken ook op een versoberde wijze kan uitvoeren. Ook dient het College intensief te kijken naar de structurele wijze van inhuur van personeel en uitbesteding. Bovendien meent de fractie dat alle subsidierelaties tegen het licht gehouden moeten worden. Zij ontvangt hier graag een totaalbeeld van. De fractie vermoedt dat er een willekeurige selectie in taken en programma s is gemaakt. Afsluitend roept de fractie Provinciale Staten op om boven de collegeportefeuilles keuzes te maken. De fractie concludeert dat 28 april te kort dag is voor de statenfracties om zich goed en voldoende te kunnen voorbereiden op de Statenbehandeling. De Staten hebben eerst een goede onderbouwing en analyse van voorliggend stuk nodig. Afsluitend stelt de fractie een vraag over het benutten van het flexfonds. De PvdA-fractie sluit zich aan de bij vorige sprekers. De fractie concludeert dat voorliggend stuk een moeilijk verhaal is. De afwegingscriteria zijn niet helder. Niet helder is waar de Staten nu over moeten beslissen en hoe zij dit moeten gaan controleren. Zij meent dat er een zeker spanning bestaat tussen (a) de snelheid in het proces houden en (b) bezinning van de Staten op het onderwerp. De fractie merkt op dat de Jaarrekening wederom laat zien dat er structureel, incidenteel geld wordt overgehouden. De fractie hecht er waarde aan dat er geen gedwongen ontslagen zullen vallen. Tot op heden mist de fractie de noodzaak om te komen tot juist deze taakstellingen en bezuinigingen. Zij verwijst naar de derde bullet in de brief van de OR onder resultaat takendiscussie en vraagt in hoeverre deze conclusie juridische implicaties heeft voor eventuele besluitvorming door de Staten. De ChristenUnie-fractie sluit zich aan bij de vorige sprekers. Zij concludeert dat het resultaat teleurstellend is te noemen. De fractie kan op dit moment niet de vraag beantwoorden of de dingen die de Provincie Overijssel nu doet wel goed gebeuren. De fractie stemt in met het afstoten van taken naar gemeenten. De provincie Overijssel heeft immers sterke bestuurskrachtige gemeenten na de gemeentelijke herindeling. Ook

4 4 stemt de fractie in met een doorlichting van de organisatie. Zij meent dat het voor de Staten moeilijk is om op dit moment een goede politieke afweging te maken. Zij heeft hiervoor meer inzicht nodig in de gehanteerde afwegingscriteria. Ook veronderstelt de fractie dat iedere statenfractie intern opnieuw overleg zal moeten hebben als het College besluit tot het verstrekken van nadere informatie. Ten aanzien van de uitkomsten van de Jaarrekening wenst de fractie te vernemen wat de relatie met de takendiscussie is. Afsluitend meent de fractie dat enig uitstel op dit moment gewenst is. De SGP-fractie stelt dat een Takendiscussie goed en noodzakelijk is. De fractie refereert aan de vergadering van de commissie Zorg en cultuur en de inspraakreacties; noodzakelijk is dus de beantwoording van de waarom-vraag. De LPF-fractie mist de overwegingen en de criteria die worden gehanteerd in de afweging van programma s en taken. Vooral in het programma economie is dit het geval. Ook constateert de fractie dat enkele acties niet met elkaar rijmen; als voorbeeld noemt de fractie het intensiveren van de contacten Den Haag Brussel, in tegenstelling tot het extensiveren van het Europaloket. De D66-fractie vraagt zich af wat nu eigenlijk de andere provincie is. Deze andere provincie komt niet naar voren in het voorliggend stuk. Provinciale Staten hebben geen kaders kunnen stellen. De fractie pleit er voor om alsnog een open discussie te voeren in de Staten om kaders te stellen. De SP-fractie refereert aan de rol en taken van de Provincie Overijssel. De fractie toont zich bereid om over deze verwachtingen te debatteren met de statenfracties. De fractie constateert dat er nu sprake is van een ordinaire bezuinigingsoperatie. De logica achter voorliggend stuk mist zij dan ook. Zij roept de Staten bovendien op om de opdracht aan het College te herformu leren. De CDA-, PvdA- en VVD-fractie geven aan dat de opdracht tot de Takendiscussie in het Onderhandelingsakkoord vormgegeven is en dat de Provincie Overijssel dient te anticiperen op de verwachte ontwikkelingen in de toekomst. De ChristenUnie-fractie geeft aan dat de noodzaak tot bezuiniging en de achterliggende doelstelling op dit moment helder zijn. De SP-fractie geeft aan dat er op dit moment een ontwikkeling tot bezuiniging op rijksniveau en gemeenteniveau is, maar dat de noodzaak tot bezuinigingen bij de Provincie Overijssel vooralsnog ontbreekt. De GroenLinks-fractie vraagt om welke redenen nu van een takendiscussie naar een bezuinigingsoperatie is gegaan. Zij vraagt eveneens wat de noodzaak is om op dit moment te komen tot bezuinigingen, dit mede in relatie tot de uitkomsten van de Jaarrekening. Zij stelt dat er op dit moment geen ruimte meer voor actie is voor het College. Zij maakt duidelijk niet tegen bezuinigingen te zijn maar wel tegen bezuinigingen die niet met een heldere visie en analyse zijn onderbouwd. Graag zou de fractie deze visie en analyse ontvangen om tot een goede en heldere afweging te kunnen komen. Gedeputeerde Kristen spreekt zijn waardering uit voor de weloverwogen en gebalanceerde reactie van de Ondernemingsraad. Hij geeft aan dat kaderstelling plaatsvindt via het onderhandelingsakkoord. Het College heeft als insteek gehad dat ook in de toekomst de begroting van de Provincie Overijssel in evenwicht dient te zijn. Hij vindt dat ook de Staten waarde moeten hechten aan de inhoud van de besturingsfilosofie. Hij constateert dat de Staten behoefte hebben aan aanvullende informatie en zegt toe dat toe te zenden. Hij roept de Staten om op gezamenlijk met het College tot een eindproduct te komen. Hij refereert aan de mei-circulaire; deze zal niet eerder dan juni door het College worden ontvangen. Doorwerking hiervan zal waarschijnlijk tijdens het zomerreces berekend worden. Het College heeft evenwel de plicht om hier al rekening mee te houden. Het College meent zeker dat er wat te kiezen

5 5 valt; intensiveren of extensiveren van de voorstellen die door het College zijn geformuleerd. Het College heeft de gehele begroting als uitgangspunt genomen. Ook meent het College dat de takendiscussie aansluiting behoeft bij trajecten die al lopen (herijking subsidierelaties). Vraag is ook op welke uitvoeringstrajecten je extensiveert en intensiveert. Dit is lastig te classificeren. De VVD-fractie merkt op dat de politiek bepaalt welk beleid wordt ge ntensiveerd en welk beleid wordt geºxtensiveerd. De GroenLinks-fractie merkt op dat er toch bepaalde bezuinigingvoorstellen worden gedaan, waarvan de Staten hebben bepaald dat het College een zekere inhaalslag moest maken (secr. - verwezen wordt naar het door de commissie Beleidsevaluatie opgestelde rapport inzake evaluatie handhaving milieuwetgeving en de aanbevelingen die door het College zijn overgenomen). Gedeputeerde Kristen stelt dat ten aanzien van het Flexfonds kan worden gemeld dat deze voor de periode gebruikt zal worden ten behoeve van de opvang van de frictiekosten en kwaliteitsimpuls. Hij geeft aan dat de aanvullende informatie de machteloosheid bij de Staten zal wegnemen. Betreffende de jaarrekening stelt de gedeputeerde dat dit incidentele gelden betreft. Voor wat betreft de gedwongen ontslagen; dit is niet van toepassing bij de eerste zes miljoen euro. Hij geeft aan dat er wel een nuance moet worden gemaakt bij de overige 4 miljoen euro. Europa betreft niet alleen economie maar is van toepassing op alle beleidssectoren binnen het provinciehuis. Voor wat betreft de kaasschaafmethode; deze is alleen van toepassing op de gesubsidieerde instellingen. De toegezegde informatie zal uiterlijk in week 17 aan de Staten toegezonden worden. De voorzitter concludeert dat het college aanvullende informatie toegezonden zal worden over visie en analyse; in de tweede termijn kunnen de diverse fractie aangeven waarover zij in ieder geval voor 23 april a.s. nader ge nformeerd wensen te worden. Ten aanzien van de vervolgprocedure acht hij het Presidium het geschikte orgaan om de vervolgprocedure af te stemmen. Hij geeft aan dat ook de relatie met de Perspectiefnota bekeken dient te worden. De CDA-fractie wenst over de volgende bestandsdelen aanvullende informatie: Versoberen wettelijke taken; Maatschappelijke trends ten aanzien van stimuleren economie en milieuhandhaving. Flexfonds. Analyse frictiekosten. Prijzen, wat behelst dit voorstel nu eigenlijk? Versobering bestuurskosten. De WD-fractie wenst over de volgende bestandsdelen aanvullende informatie: Ruimtelijke taken (met het oog op de ingrijpende wijziging van Wet en Besluit RO). Communicatie. ICT. Flexfonds. Su bsidierelaties. Uitbesteding taken aan derden. De PvdA-fractie wenst over de volgende bestandsdelen aanvullende informatie: Handhaving milieuwetgeving in relatie tot het rapport van de commissie Beleidsevaluatie. Europese programma s. Economie en Innovatie. Juridische implicaties.

6 6 De ChristenUnie-fractie wenst over de volgende bestandsdelen aanvullende informatie: Afwegingscriteria. Europese programma s. Zorg / zorginfrastructuur. Bereikbaarheid. Budgetsubsidies / inflatiecorrectie. De SGP-fractie wenst over de volgende bestandsdelen aanvullende informatie: Economie en bereikbaarheid. De LPF-fractie wenst over de volgende bestandsdelen aanvullende informatie: Economische ontwikkelingen. Ruimtelijke taken. De D66-fractie geeft aan eveneens over al het voorgaande ge nformeerd te willenworden. De SP-fractie wenst over de volgende bestandsdelen aanvullende informatie: Visie per onderdeel zoals benoemd en beschreven in de Takendiscussie. De beoogde effecten per onderdeel. De Groen Links-fractie wenst over de volgende bestandsdelen aanvullende informatie: Ruimtelijk toezicht versus Ruimte. Handhaving versus rapport commissie Beleidsevaluatie. Schrappen monitoring flora en fauna. Visie welzijn. Kunstuitleen (moeten deze nu sluiten?). ROVO en de samenwerking met de Regio Twente. Goederenvervoer. Centralisatie eenheid Wegen en Kanalen versus het gebiedsgericht werken. Provinciale bibliotheek. Besturingskosten: kan de Provincie Overijssel met een gedeputeerde minder. De voorzitter sluit hiermee de beraadslagirig. Hij constateert dat deze lijst niet uitputtend is. Ook in de andere statencommissies kan een aanvullend verzoek om informatie zijn gedaan. Hij verzoekt het College ook deze opmerking bij deze lijst te betrekken. 9. Statenvoorstel betreffende Wijziging Reglement van Orde; samenstelling presidium.. De CDA-fractie verzoekt om bij de te voeren evaluatie ook de toekomstige samenstelling van het Presidium te betrekken. De voorzitter constateert dat onderliggend voorstel in de avondvergadering als hamerstuk kan worden geagendeerd. 10. Afsluiting. De voorzitter sluit de vergadering om uur. De volgende bijeenkomst van de commissie staat op 28 april, om uur gepland. Voorzitter,