B en W. nr d.d

Transcriptie

1 B en W. nr d.d Onderwerp Schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders van het raadslid E. Krijgsman (D66) d.d. 28 januari 2013 inzake het cameratoezicht bij station Leiden Centraal Besluiten:Behoudens advies van de commissie 1. De beantwoording van de schriftelijke vragen van het raadslid E. Krijgsman (D66) d.d. 28 januari 2013 inzake het cameratoezicht bij station Leiden Centraal vast te stellen; 2. Dit besluit te zenden aan de vragenstellers en de overige leden van de gemeenteraad. Perssamenvatting: Het college geeft antwoord op de schriftelijke vragen die door de fractie van de D66 inzake het cameratoezicht bij station Leiden Centraal gesteld zijn.

2 Schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders door het raadslid E. KRIJGSMAN inzake cameratoezicht bij station Leiden Centraal (ingekomen 28 januari 2013) Inleiding Afgelopen tijd is zowel in de lokale als de landelijke media aandacht geweest voor de vraag welk effect cameratoezicht heeft. In Leiden kwam dit in het nieuws doordat een WOB-verzoek van twee inwoners van de stad om documenten, statistieken of evaluaties van het effect van het cameratoezicht op en nabij station Leiden Centraal is ingediend. In antwoord op dit verzoek heeft de gemeente Leiden aangegeven geen documenten, statistieken of evaluaties over het cameratoezicht te hebben. Nadat het Leidsch Dagblad op 11 januari en de Het op zondag op 13 januari over deze uitkomst bericht hadden, en daarin concludeerden dat de bewuste camera s er voornamelijk voor de show hangen heeft de burgemeester in beide kranten een reactie gegeven, waarin wordt gesuggereerd dat de camera s afgelopen jaren wel ingezet zijn en dat er nog dit jaar een evaluatie zal plaatsvinden. Vragen De fractie van D66 heeft over de wijze waarop door de gemeente is geantwoord op het WOBverzoek van twee betrokken Leidse burgers, over de aanwezige camera s bij het station Leiden Centraal, over de geplande evaluatie van de camera s en de eventuele toekomst van camera s in dit gebied een aantal vragen. Derhalve stel ik, op grond van artikel 45 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de gemeenteraad, het college van burgemeester en wethouders de volgende schriftelijke vragen: Het gebruik van camera s is een aantasting van de privacy van burgers met als doel de veiligheid van diezelfde burger te vergroten. Als burgers willen weten of deze privacybeperkende camera s hun doel bereiken moeten zij serieus worden genomen en mogen zij een uitgebreider antwoord van de gemeente verwachten. De reactie van de burgemeester in de media is al een stuk uitgebreider en bevat meer informatie dan de reactie die de twee stadsgenoten op hun WOB-verzoek hebben ontvangen. Antwoord van Burgemeester en wethouders (ingezonden 5 maart 2013) 1. Waarom is het antwoord van de gemeente beperkt gebleven tot de mededeling dat er geen documenten, statistieken of evaluaties beschikbaar zijn, en is niet aangegeven dat er een evaluatie wordt gepland met door cijfers onderbouwde feiten? Het was in het kader van serviceverlening beter geweest als in de beantwoording direct was doorverwezen naar de brief van 15 januari 2009 (DIV ) die aan uw raad is toegestuurd. In deze brief staat aangegeven dat het cameratoezicht stationsgebied drie jaar na inwerkingtreding geëvalueerd zal worden. Het cameratoezicht is sinds december 2010 operationeel, dus dient de evaluatie na december 2013 plaats te vinden. In voornoemde brief is overigens ook expliciet aangegeven dat een uitgebreide evaluatie nooit te snel moet plaatsvinden, omdat de periode dan te kort is om heldere conclusies te kunnen trekken. Dit is ook de reden dat op dit moment nog geen rapportages beschikbaar zijn. In het raadsvoorstel op basis waarvan de gemeenteraad van Leiden op 10 maart 2009 heeft besloten tot een wijziging van de APV en het beschikbaar stellen van budget voor de beoogde camera s is het volgende opgenomen onder het kopje evaluatie: In het plan van aanpak van de NCTb is voorzien in een evaluatiemoment en rapportages. Deze evaluatie kan worden benut voor een evaluatie ten behoeve van de raad, waar nodig aangevuld met specifieke lokale informatie. 2. Zijn er één of meerdere rapportages zoals genoemd in het raadsvoorstel door de NCTb of andere bij de camera s bij station Leiden Centraal betrokken partners opgesteld vanaf het moment dat de camera s bij Leiden Centraal actief zijn?

3 Momenteel heeft de gemeente nog niet de beschikking over rapportages. De politie registreert het gebruik van de camera s. Het betreft hier ruwe informatie die nog niet in rapportages is gevat. Zie verder het antwoord op vraag Als er rapportages zijn opgesteld, kan de gemeenteraad deze rapportages ontvangen dan wel inzien? Zie hiervoor het antwoord bijvraag 1 en 2. In de evaluatie van het cameratoezicht zal de relevante informatie verwerkt worden. Uw raad zal over de uitkomsten van de evaluatie geïnformeerd worden. 4. Als deze rapportages voor de gemeenteraad beschikbaar zijn, hadden deze dan rapportages dan niet ook aan de indieners van het WOB-verzoek toegestuurd kunnen worden? Zie het antwoord op vraag Is uw college op de hoogte van de doorzendplicht die de WOB kent, en is bij het genoemde WOB-verzoek aan deze bepaling voldaan? (Als een bestuursorgaan via een Wob-verzoek wordt gevraagd om informatie en het bestuursorgaan die informatie niet heeft maar weet dat een ander bestuursorgaan erover beschikt, wordt het verzoek naar dat andere bestuursorgaan doorgestuurd. Zie ook artikel 4 Wet openbaarheid van bestuur.) Wij zijn uiteraard op de hoogte van de doorzendplicht die in artikel 4 van de Wob is opgenomen. De doorzendplicht was in dit geval niet aan de orde, aangezien rapportages nog niet beschikbaar zijn. 6. Als er geen rapportages zijn opgesteld, waarom zijn deze rapportages er niet, terwijl daarin wel was voorzien in het genoemde plan van aanpak in het raadsvoorstel? Het cameratoezicht rond het stationsgebied is nu circa 2 jaar operationeel. Conform de toezegging in de brief van15 januari 2009 wordt na drie jaar geëvalueerd. Zie ook het antwoord op vraag Als er geen rapportages zijn opgesteld en nog geen evaluatie heeft plaatsgevonden, is dan de conclusie gerechtvaardigd dat u op dit moment, ruim drie jaar na aanvang van het cameratoezicht, niet kunt aantonen wat de effecten van de camera s op de veiligheid en op de privacy van burgers zijn? Zo ja, vindt u dit niet kwalijk of zorgelijk? Het cameratoezicht is sinds december 2010 operationeel. Vooruitlopend op de resultaten van de evaluatie kan gezegd worden dat het systeem geregeld gebruikt wordt door de politie, onder andere bij crowd management en ter ondersteuning van het opsporingsproces. Het cameratoezicht is destijds om een aantal belangrijke redenen ingevoerd, hier is zorgvuldige besluitvorming aan voorafgegaan. De effecten van het cameratoezicht zullen aan de orde komen in de aangekondigde evaluatie. 8. Als er geen rapportages beschikbaar zijn en de gemeente ook niet beschikt over andere documenten en statistieken, op basis van welke informatie kan dan nog een evaluatie worden opgesteld? Zie hiervoor het antwoord bij vraag 2 en3. 9. Wordt de beoogde evaluatie voor de gemeenteraad aangevuld met specifieke lokale informatie? Indien nee, graag aangeven waarom niet. Ja, de evaluatie zal gebaseerd worden op de 7 punten zoals die genoemd staan in de brief aan uw raad van 15 januari 2009.

4 10. Indien specifieke lokale informatie wordt gebruikt: welke lokale informatie zal worden gebruikt? Alle informatie die relevant kan zijn voor de 7 genoemde punten in de brief van 15 januari 2009 aan uw raad zullen betrokken worden in de evaluatie. Zie ook het antwoord op vraag Bij welke instellingen wordt de informatie verkregen, aangezien - volgens de uitspraken van de burgemeester de gemeente niet over documenten of statistieken beschikt? De informatie zal primair afkomstig zijn van de politie. 12. Is deze informatie openbaar en kan de gemeenteraad deze informatie ontvangen, dan wel inzien? Zie hiervoor de beantwoording van vraag 2 en 3. De informatie zal worden verwerkt in de evaluatie. Over de resultaten van de evaluatie zal uw raad geïnformeerd worden. 13. Uit de bewoordingen van de burgemeester in de media blijkt dat de gemeenteraad dit jaar een evaluatie kan verwachten en de resultaten kan bespreken. Op welk moment in het jaar kan de raad deze evaluatie tegemoet zien? Wij streven ernaar uw raad in februari 2014 te informeren over de resultaten van de evaluatie. 14. Wordt in de beoogde evaluatie ten minste met cijfers onderbouwd ingegaan in hoeverre de belangrijkste uitgangspunten van het Convenant Cameratoezicht Openbaar Vervoer Stationsgebied Leiden Centraal gerealiseerd of verbeterd zijn ten opzichte van de situatie voor het cameratoezicht? Het gaat dan om de (in het collegebesluit van 3 november 2009 nr benoemde) volgende uitgangspunten: a. Het vergroten van de maatschappelijke veiligheid op en rond station Leiden Centraal, door intensivering van de samenwerking bij de toepassing van cameratoezicht; b. De preventie van terroristische aanslagen/ activiteiten te bevorderen; c. Het opsporingsproces te versnellen; d. De hulpverlening bij calamiteiten te ondersteunen; e. De algemene samenwerking op het gebied van veiligheid van de partijen te verbeteren; f. De bedrijfsvoering van de private partijen te ondersteunen. In de evaluatie zullen zoals gemeld in de brief aan uw raad van 15 januari 2009 de volgende punten worden meegenomen: 1. Het dreigingsbeeld ten aanzien van terrorisme 2. De opsporing van strafbare feiten 3. Aantal incidenten 4. Ondersteunen hulpverlening bij calamiteiten 5. Evenementen 6. Samenwerking tussen ketenpartners 7. Beleving burgers 15. Zijn er afspraken gemaakt met de andere betrokken partners, zoals Prorail en het Rijk, in het geval dat de gemeenteraad van Leiden op basis van de evaluatie besluit om te stoppen met het cameratoezicht bij station Leiden Centraal? Indien ja, welke afspraken zijn dit en welke gevolgen hebben zij voor Leiden? Nee, hierover zijn geen afspraken gemaakt.

5 16. Bent u het met D66 eens dat de gemeenteraad op basis van de evaluatie moet kunnen besluiten om het cameratoezicht bij station Leiden Centraal (per ) op te heffen of voort te zetten? Zo nee, waarom niet? Uw Raad is bevoegd om te besluiten over het al dan niet mogelijk maken van cameratoezicht. Het is altijd de bedoeling geweest om na drie jaar te evalueren en het onderwerp weer op de agenda te hebben. Een uitgebreide evaluatie dient niet te snel plaats te vinden, omdat de periode dan te kort is om heldere conclusies te kunnen trekken (zie antwoord op vraag 1). Wij streven ernaar uw raad in februari 2014 te informeren over de resultaten van de evaluatie (zie antwoord vraag 13). 17. Kunt u toezeggen dat de evaluatie en een raadsvoorstel over de toekomst van het cameratoezicht bij station Leiden Centraal in ieder geval vóór de behandeling van de begroting 2014 aan de gemeenteraad worden gezonden, zodat de gemeenteraad er op dat moment voor kan kiezen om de jaarlijkse bijdrage van de gemeente aan de camera s vanaf 2014 niet meer voor dit doel te bestemmen? Zo nee, waarom niet? Nee, omdat de evaluatie over het cameratoezicht dan nog niet is afgerond. 18. Is het college voornemens, mede gezien de voorlopige afwezigheid van een rechtvaardiging voor de dure camera s en de forse bezuinigingsoperatie waar de gemeente voor staat, reeds bij de eerstvolgende perspectiefnota de kosten van de camera's als structurele bezuiniging in te boeken? Zo nee, waarom niet? (Mocht uit de evaluatie toch een nut voor de camera's blijken kan het college alsdan nieuwe dekking zoeken.) Nee, vooralsnog niet. Ons college van B&W zal allereerst wachten op de resultaten van de evaluatie.