Jeugd en Noord-Beveland

Transcriptie

1 Jeugd en Noord-Beveland Nota Jeugdbeleid,

2 Inhoudsopgave Inleiding Jeugd, wat speelt er allemaal 3 Hoofdstuk 1. Jeugd en Maatschappelijke Trends 4 Hoofdstuk 2. Jeugd en Aangrenzende Beleidsvelden Jeugd en Gezondheid Jeugd en Sport Jeugd en Onderwijs Jeugd en Voorzieningen Jeugd en Peuterspeelzaalwerk en Kinderopvang Jeugd en Cultuur Jeugd en Verkeersveiligheid Jeugd en Jongerenwerk 9 Hoofdstuk 3. Uitwerking Jeugdbeleid Jongeren Ontmoetingsplaatsen Veilige honken Jongerenraad Openbaar vervoer Preventie alcohol en middelen gebruik 12 Hoofdstuk 4. Actiepunten jeugdbeleid

3 Inleiding Jeugd, wat speelt er allemaal Jeugd is een breed beleidsonderwerp dat raakvlakken heeft met diverse andere beleidsvelden, zie figuur op pagina 5. Daarom is het goed om dit in beeld te brengen. Daarnaast zijn er een aantal maatschappelijke trends die invloed hebben op jeugdbeleid. Deze trends worden besproken, vervolgens zal er aan de hand van de figuur een korte inventarisatie van alle beleidsvelden en onderwerpen waar jongerenwerk verbanden mee heeft volgen. Aan de hand van de inventarisatie is duidelijk welke onderwerpen er zijn en welke onderwerpen er verder uitgewerkt dienen te worden. Onderwerpen die al in een ander document verder uitgewerkt zijn worden in deze notitie niet verder behandeld. 3

4 Hoofdstuk 1. Jeugd en Maatschappelijke Trends Jongeren groeien op in een veranderende maatschappij. Voordat er verder op de verschillende onderwerpen ingegaan wordt is het van belang dat duidelijk is welke verschillende trends er zijn die invloed hebben op het jeugdbeleid. Hieronder staan de belangrijkste trends, sommigen zijn lokaal en concreet andere zijn globaler en algemener. 1. Demografische ontwikkelingen In 2010 heeft Scoop in samenwerking met het RPCZ onderzoek gedaan naar de ontwikkeling in het aantal leerlingen. De uitkomst van dit onderzoek is dat het aantal jongeren in de basisschoolleeftijd in Noord-Beveland de komende 10 jaar met bijna 30% zal afnemen. (zie hiervoor onderzoeksrapport Onderwijs ons goed en college besluit 1 maart 2011). Naast deze ontgroening is er ook sprake van vergrijzing, het aandeel van ouderen in de bevolking stijgt, dit terwijl er in Noord-Beveland al relatief veel ouderen en weinig jongeren wonen (Sociale staat van Zeeland, gemeenterapport Noord-Beveland 2009). Deze ontwikkelingen zullen gevolgen hebben voor de gemeente en haar inwoners, met name ook de jongeren. Om dit inzichtelijk te maken is in september 2011 een gemeentelijk onderzoek gestart naar de gevolgen van deze demografische ontwikkeling. 2. Decentralisatie jeugdzorg Het kabinet is van plan om de provinciale jeugdzorg (Wet op de jeugdzorg), jeugdbescherming, jeugdreclassering, jeugd-ggz (Zorgverzekeringswet) en de zorg voor licht verstandelijk gehandicapte jeugd (AWBZ) over te hevelen naar de gemeenten. Samen met de tijdelijke regeling CJG komt er één financiering en een nieuw wettelijk kader voor al deze vormen van ondersteuning en hulp aan kinderen en hun opvoeders (Factsheet decentralisatie jeugdzorg (VNG), 19 januari 2011). Dit zal gevolgen hebben voor de gemeente. Wat en hoe precies zal echter de komende tijd duidelijk moeten worden. 3. Bezuinigingen Door de economische crisis van 2009 is de rijksoverheid genoodzaakt in te grijpen in de financiën. Deze bezuinigingen zullen ook invloed hebben op de gemeente en uiteindelijk ook op het jeugdbeleid. Hierdoor is er minder ruimte en is het nog belangrijker dat er duidelijke keuzes gemaakt worden. 4. Digitalisering De communicatie verandert. Steeds meer communicatie gaat digitaal en langs steeds weer nieuwe wegen (vb hyves, facebook, twitter). Daarnaast is er ook veel meer informatie op het internet te vinden. Jongeren lopen vaak voorop in deze ontwikkeling. Hierom is het in de communicatie met jongeren van belang om hiermee rekening te houden. Jongeren zijn mondiger en door hun reacties op internetfora kunnen ze de publieke opinie bepalen. Dit kan positieve of negatieve gevolgen hebben voor het beleid van de gemeente. Duidelijke en tijdige communicatie gaat dus ook bij deze doelgroep van steeds groter belang zijn. 5. Klimaatverandering De jeugd heeft de toekomst, maar door veranderingen in het klimaat kan de toekomst er anders uitzien, voor jongeren is het van belang dat zij zich hier bewust van zijn. De Jongerenraad vindt duurzaamheid hierom een belangrijk thema. 4

5 Hoofdstuk 2. Jeugd en Aangrenzende Beleidsvelden Gezondheid Verkeersveiligheid Sport Cultuur Jeugd Onderwijs Peuterspeelzaalwerk en kinderopvang Voorzieningen 2.1 Jeugd en Gezondheid Rondom jongeren en gezondheid zijn veel ontwikkelingen, de decentralisatie van de jeugdzorg, het ontstaan van Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) het digitale dossier JGZ, de verwijsindex. Alles bedoelt om de zorg voor en rondom jongeren zo goed mogelijk te laten verlopen. CJG Het CJG is eigenlijk geen voorziening puur gericht op gezondheid, maar van de verschillende beleidsvelden past het hier het beste bij. Het CJG is een laagdrempelige voorziening waar jongeren en ouders van jongeren naar toe kunnen gaan met al hun mogelijke vragen. Voor het opzetten van het CJG is samengewerkt met de gemeente Goes (zie raadsadvies en besluit Ontwerpplan Centrum Jeugd en Gezin 25 februari 2010) daarnaast wordt er ook regionaal samengewerkt (Blauwdruk voor regionale samenwerking Centrum Jeugd en Gezin collegebesluit 25 januari 2011). 5

6 Jeugdzorg De komende jaren wordt de decentralisatie van de jeugdzorg doorgevoerd. Deze ontwikkeling is in hoofdstuk 1 al verder toegelicht. Taken op het gebied van jeugdzorg komen van de provincie naar de gemeenten. Dit is een grote verandering. De insteek is om deze verandering provinciaal op te pakken. Deze afstemming zal gebeuren in de Task Force Jeugd Zeeland. De Task Force Jeugd Zeeland is in mei 2006 opgericht en is een samenwerkingsverband tussen de 13 Zeeuwse gemeenten en de Provincie, op het terrein van Zorg voor jeugd. Ook uitvoerende instellingen zijn in deze samenwerking betrokken, via de werkgroep Zorgaanbieders. Jeugdgezondheidszorg (JGZ) De JGZ voor 0-12 jarigen wordt uitgevoerd door de GGD. De begroting hiervan wordt jaarlijks aan de gemeente voorgelegd. De jeugdgezondheidszorg wordt besproken in het provinciaal ambtelijk overleg, een overleg waarin de ambtenaren volksgezondheid van de Zeeuwse gemeenten en de GGD vertegenwoordigd zijn. Daarnaast vertegenwoordigd de portefeuillehouder de gemeente in het bestuur van de GGD. Ten behoeve van de uitvoer van de 0 tot 4 jarigen zorg zijn er op Noord-Beveland twee consultatiebureaus, één in Kamperland en één in Kortgene. Preventie Voor preventie worden er diverse activiteiten uitgevoerd. Via het Samenwerkingsverband Welzijnszorg Oosterschelderegio (SWVO) worden er jaarlijkse preventieactiviteiten van Indigo ingekocht. Deze activiteiten zijn met name gericht op preventie middelengebruik (alcohol, drugs) en mentale weerbaarheid (pesten). Over preventie alcohol en middelen gebruik is meer te lezen onder 3.5 op p.12. Daarnaast worden er ook jaarlijks cursussen voor op de scholen ingekocht bij Halt, cursussen gericht op omgangsvormen en vandalisme, ook vindt er om het jaar een vuurwerkexpositie plaats waarbij de groepen 7 en 8 voorgelicht worden over de gevaren van vuurwerk. Daarnaast organiseert het CJG in samenwerking met de GGD jaarlijks oudercursussen. Deze cursussen zijn bedoeld om ouders van kinderen te helpen met vragen over opvoeden. 2.2 Jeugd en Sport Voor jongeren is het goed om te sporten, goed voor de sociale contacten maar ook voor de gezondheid. De gemeente stimuleert jongeren om te gaan sporten, dit wordt uitgevoerd door de sportcoördinatoren, zij werken hierbij samen met het onderwijs. De sportcoördinatoren betrekken in hun activiteiten de sportverenigingen. Jaarlijks stellen ze een werkplan op. Zie voor uitgebreidere informatie de nota Sport en Gezond Bewegen op Noord-Beveland. 2.3 Jeugd en Onderwijs Onderwijs Jongeren krijgen onderwijs, primair onderwijs van 4-12 jaar en voortgezet onderwijs van 12- +/-18 jaar. De administratie van de leerlingen en controle op de leerplicht vindt plaats vanuit het regionaal bureau leerplicht (RBL). Op Noord-Beveland zijn momenteel 6 basisscholen. In 2007 is het openbaar onderwijs verzelfstandigd en opgegaan in Nobego, waardoor het openbare basisonderwijs niet meer bij de gemeente zit. De gemeente heeft jaarlijks overleg met het onderwijs. Op het gebied van onderwijshuisvesting heeft de gemeente een taak, de regels hiervoor zijn vastgelegd in de verordening onderwijshuisvesting. 6

7 De eerder beschreven verwachte afname van het aantal leerlingen zal invloed hebben op het onderwijs. Als er minder leerlingen op de basisscholen zitten zal het onderwijs op Noord- Beveland gezien de kwaliteit en de betaalbaarheid anders ingericht moeten worden. Zorg Advies Team (ZAT) Op de basisscholen op Noord-Beveland functioneert het ZAT. Het ZAT is een multidisciplinair team waarin instellingen, die zorg en ondersteuning bieden aan jeugdigen en hun ouders, aansluiten bij de zorg die het onderwijs biedt. De ZAT s zorgen ervoor dat de signalen van de scholen snel en vakkundig beoordeeld worden en schakelen zo snel mogelijk de juiste hulp of ondersteuning in voor de jeugdige, de ouders en docenten. Bij het ZAT zijn naast de scholen onder andere het maatschappelijke werk, de GGD, het RPCZ, bureau jeugdzorg en het RBL betrokken. Uit evaluaties en gesprekken met het onderwijs blijkt dat het ZAT goed loopt. De komende jaren zal er meer en meer afstemming tussen de ZATs en het CJG plaatsvinden. Dit wordt regionaal opgepakt (Inrichting Zorgadviesteams, collegebesluit 29 september 2009). Maatschappelijke stages In 2011 starten ook de maatschappelijke stages in het voortgezet onderwijs. Leerlingen van het voorgezet onderwijs dienen allemaal een stage te lopen bij een maatschappelijke instelling. Op deze manier maken ze kennis vrijwilligerswerk en met de diverse maatschappelijke instellingen. Deze maatschappelijke stages worden regionaal opgepakt. Vanuit regionale gelden is er een regionale stagemakelaar van het SMWO ingehuurd. De maatschappelijke stagemakelaar bemiddelt tussen de leerlingen die stages zoeken en instellingen die stageplaatsen hebben. Het steunpunt vrijwilligerswerk en mantelzorg Noord-Beveland ondersteunt dit project. Schoolzwemmen De gemeente Noord-Beveland is een waterrijke gemeente. Kinderen zonder zwemdiploma lopen hier dus meer gevaar om te verdrinken. De gemeente biedt daarom zwemlessen aan in het Wissebad in Wissenkerke. De zwemlessen zijn bedoeld voor kinderen uit groep 3 en hoger die nog geen A diploma hebben gehaald. 2.4 Jeugd en Voorzieningen Voorzieningen voor jongeren is een breed begrip. Je kunt hier denken aan speelvoorzieningen zoals een speeltuin, een trapveldje of een skatebaan. Maar ook aan ontmoetingsplekken voor jongeren zoals een JOP en een jeugdsoos. Speelvoorzieningen De afgelopen jaren zijn er op basis van enquêtes en in overleg met de Jongerenraad en de dorpsraad in elke kern speelvoorzieningen bijgekomen. De komende jaren ligt de focus met name op het onderhouden en moderniseren van bestaande voorzieningen. Ontmoetingsplekken Op verschillende plaatsen op Noord-Beveland zijn er Jongeren OntmoetingsPlaatsen (JOP). Afhankelijk van de animo onder de jongeren wordt er een JOP opengesteld en krijgen enkele jongeren beheer over een sleutel. Het onderwerp ontmoetingsplaatsen zal worden uitgewerkt verderop in dit stuk (zie 3.1 Jongeren OntmoetingsPlaatsen (JOP), p.10). 7

8 Jeugdsoos In Kamperland is in 2010 de nieuwe jeugdsoos geopend, De Stichting Instuif Kamperland (SIK) organiseert op vrijdag en zaterdagavond activiteiten. Op de andere avonden kan er in overleg met de SIK gebruik gemaakt worden van de jeugdsoos. In Geersdijk is de jeugdvereniging Geersdijk/Soos de Vaete, deze vereniging organiseert activiteiten. Ze richten zich niet enkel op jeugd, maar op het gehele dorp, ongeacht leeftijd. 2.5 Jeugd en Peuterspeelzaalwerk en Kinderopvang In Noord-Beveland wordt er in verschillende kernen Peuterspeelzaalwerk uitgevoerd, jaarlijks wordt hiervoor subsidie verstrekt. Onlangs is er nieuwe wetgeving op het gebied van kinderopvang gekomen, de Wet Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie (Wet OKE). Onderwerpen die bij deze wet een rol spelen zijn, Voor- en Vroegschoolse educatie (VVE), een doorlopende leerlijn en het creëren van voldoende aanbod. Om in deze punten te voorzien krijgt de gemeente een rijksbijdrage. Over deze wet, de besteding van deze subsidiegelden en hoe er hiermee aan de verplichtingen voldaan wordt is meer te lezen in college besluit Wet OKE, Voor en Vroegschoolse Educatie van 23 augustus Om de kwaliteit van de peuterspeelzalen en de kinderopvanglocaties op Noord-Beveland te controleren houdt de GGD in opdracht van de gemeente inspecties. De GGD adviseert vervolgens aan de gemeente over de kwaliteit. Indien er gehandhaafd moet worden dient dit te gebeuren conform de Nota Handhavingsbeleid kinderopvang deze, is in 2010 vastgesteld. 2.6 Jeugd en Cultuur Jeugdbeleid raakt ook aan cultuur. In de nota cultuurbeleid, Cultuur en Kunstenaars in Noord-Beveland Onderzoeksnota en beleid staat hier meer over geschreven. Maar ook vanuit de Jongerenraad worden activiteiten georganiseerd die raakvlakken hebben met cultuur. Activiteiten als de Movietour (film), North B's Contest (muziek), workshops (zoals een graffiti workshop). De activiteiten van de Jongerenraad worden jaarlijks vastgelegd in een werkplan van de Jongerenraad. 2.7 Jeugd en Verkeersveiligheid Jongeren nemen veelvuldig deel aan het verkeer, bijvoorbeeld als ze naar school gaan. De veiligheid van het verkeer en de kwaliteit van het openbaar vervoer is een belangrijk issue voor jongeren. Verkeerseducatie In samenwerking met Veilig Verkeer Nederland wordt er verkeerseducatie gegeven op de basisscholen op Noord-Beveland. De jongeren krijgen les over de gevaren van het verkeer. Ook vindt er jaarlijks voor groep 8 het verkeersexamen plaats. Openbaar vervoer Jongeren zijn voor hun vervoer afhankelijk van de fiets of van het openbaar vervoer. Het busvervoer tussen de dorpen en naar Goes, waar het voortgezet onderwijs is en waar er meer voorzieningen zijn, is voor jongeren erg belangrijk. Het behouden en verbeteren van de kwaliteit van het vervoer is van belang. Dit punt zal verderop worden toegelicht (3.4 Openbaar vervoer, p.12). 8

9 Veilige honken Om de veiligheid van jongeren die naar school fietsen te vergroten is het project Veilige honken opgezet. Het project Veilige Honken is een project dat door de gemeente uitgevoerd wordt. De ambtenaar werft en ondersteunt vrijwilligers die aan de schoolfietsroutes wonen. Deze vrijwilligers ondersteunen jongeren als ze op de fiets naar school gaan. Dit project zal in dit document verder worden uitgewerkt (zie 3.2 Veilige honken, p. 10). Verkeer en alcohol Ook onder jongeren is alcohol in het verkeer een probleem. In het project Jeugd en Alcohol in Zeeland Laat ze niet verzuipen wordt het gebruik van alcohol van jongeren onder de 16 tegengegaan en gewaarschuwd voor gebruik door jongeren boven de 16 jaar. In het kader hiervan worden jongeren gewezen op de gevaren van alcohol, onder andere in het verkeer. Zie voor meer informatie het uitvoeringsplan Jeugd en Alcohol in Zeeland (college besluit 24 april 2011). Over preventie alcohol en middelen gebruik is meer te lezen onder 3.5 op p Jeugd en Jongerenwerk Jongerenraad Om de jeugdparticipatie op Noord-Beveland gestalte te geven heeft de gemeente de Jongerenraad. De Jongerenraad bestaat uit ongeveer 13 jongeren tussen de 12 en 23 jaar. De Jongerenraad vergadert maandelijks, daarnaast zijn er ook werkgroepen om de activiteiten te organiseren. De Jongerenraad is ingesteld als adviesorgaan van het college. De Jongerenraad wordt ondersteund door de jongerenwerker. Over de inrichting en de taken van Jongerenraad is meer te lezen in de Verordening Jongerenraad Noord-Beveland Verderop in het document staat meer informatie over de activiteiten van de Jongerenraad (3.3 Jongerenraad, p.11). Overlast Jongeren hebben andere behoeften, een andere belevingswereld, zitten bijvoorbeeld soms tot laat bij ontmoetingsplekken op straat waarbij ook naar muziek geluisterd wordt. Hierdoor kan het gedrag van jongeren leiden tot overlast bij andere bewoners van Noord-Beveland. Het is belangrijk om met elkaar in gesprek te blijven. Gesprek kan leiden tot wederzijds begrip. Klachten van burgers over overlast komen binnen bij de BOA of bij de AOV-er. Deze informatie wordt doorgegeven, als het een groep jongeren én structurele overlast betreft dan kan de jongerenwerker actie ondernemen en in gesprek gaan met de jongeren en eventueel ook met hun ouders. Mochten de problemen toenemen dan kan uiteindelijk ook de politie er bij betrokken worden. 9

10 Hoofdstuk 3. Uitwerking Jeugdbeleid Hierboven is geïnventariseerd, waar jongerenwerk raakt aan andere beleidsvelden. Niet elk punt wordt in dit document verder uitgewerkt. In dit document wordt ingegaan op die onderwerpen waar elders nog geen of verouderde informatie over is. De uitwerking is tot stand gekomen op basis van een discussieavond met de Jongerenraad en de gemeenteraad. Op deze avond is met name gesproken over de JOP s, over het functioneren van de Jongerenraad en over het openbaar vervoer. Daarnaast wordt er voor de beeldvorming gebruik gemaakt van enquête informatie. De Jongerenraad houdt jaarlijks een enquête onder de jongeren van Noord-Beveland hier wordt gevraagd wat de jongeren voor activiteiten willen en wat ze van de Jongerenraad vinden. Tevens houdt Scoop jaarlijks provinciaal een enquête, de Jeugdmonitor. Deze enquête wordt elk jaar onder een andere doelgroep gehouden en geeft informatie over de leefsituatie van jongeren. Tot slot is er onlangs in Goes een bijeenkomst geweest over het jeugdbeleid, veel regionale partijen waren daar aanwezig en er werden diverse punten met betrekking tot jongerenwerk besproken. Al deze informatie heeft als input gediend voor het jeugdbeleid. 3.1 Jongeren OntmoetingsPlaatsen (JOP) Dit punt is in de bovengenoemde bijeenkomst met de gemeenteraad en de Jongerenraad uitvoerig besproken. Hier bleek dat er diverse kanten zitten aan het goed functioneren van een JOP. Aan de ene kant dient er genoeg toezicht te zijn op de jongeren in de JOP. Aan de andere kant moeten de jongeren ook weer niet te veel betutteld worden. Daarnaast is het houden van toezicht lastig wat betreft ambtelijke uren inzet. Hier ligt ook een rol weggelegd voor de ouders en de omwonenden, als zij voor voldoende sociale controle kunnen zorgen en als er voldoende contact is tussen jongeren en de omwonenden dan zal er ook minder snel sprake van overlast zijn. Het JOP beleid voor de komende jaren zal zich vooral richten op het organiseren van de randvoorwaarden. Er wordt gestreefd naar één ontmoetingsplaats (JOP, Soos of een andere alternatief) per kern waar de toezicht geregeld is in samenwerking met diverse partijen, zoals ouders, vrijwilligers, omwonenden of de lokale horeca. Momenteel zijn er op diverse plekken op Noord-Beveland JOP s, hiervan kunnen jongeren gebruik maken. Hiervoor moet er dan wel een enthousiaste groep jongeren zijn waarvan 1 of 2 jongeren het sleutelbeheer op zich wil nemen. De jongerenwerker houdt contact met de jongeren, mocht blijken dat de jongeren de verantwoordelijkheid voor de JOP niet aankunnen en dat de jongeren in de JOP voor overlast (geluidsoverlast, rommel, enz) zorgen dan kan de jongerenwerker uiteindelijk de JOP weer sluiten. Voor de JOP s zijn huisregels opgesteld waaraan jongeren moeten voldoen. Op deze manier zal het succes van de JOP s wisselend zijn. Het ene moment zal er een groep zijn die het goed oppakt het andere moment zal de JOP weer minder lopen en zal er overlast zijn en soms zal de JOP ook gewoon leegstaan omdat er geen animo is. Maar op deze manier zijn er wel mogelijkheden voor jongeren en heeft de gemeente zicht op waar de jongeren elkaar ontmoeten. 10

11 3.2 Veilige honken Voor jongeren die op de fiets naar school gaan is in 2005 het project Veilige Honken opgezet. Een Veilige Honk is een plek waar schoolgaande jongeren naartoe kunnen gaan als ze een probleem hebben (probleem met de fiets, schuilen voor het weer of als ze bijvoorbeeld gevallen zijn). De Veilige Honken zijn te herkennen aan een bordje dat in de tuin staat, ook krijgen de leerlingen die naar het voortgezet onderwijs gaan een folder waarin staat waar ze naartoe kunnen. De vrijwilligers van de Veilige Honken hebben een EHBOtrommel om eerste hulp te verlenen, tijd om rustig te luisteren en een lijst met telefoonnummers om de school te bellen om te melden dat een leerling wat later komt. Verder is er ook een bandenplakset en een fietspomp. Het project loopt goed, elk jaar worden er verschillende jongeren geholpen. De vrijwilligers krijgen jaarlijks een attentie als dank voor hun inzet daarnaast wordt ervoor gezorgd dat ze voldoende bandenplak en EHBO spullen hebben. Tevens informeert de jongerenwerker jaarlijks de leerlingen van groep 8 over de Veilige Honken zodat ze deze kunnen gebruiken als ze naar school fietsen. 3.3 Jongerenraad In 2007 is de Jongerenraad Noord-Beveland opgericht. De opzet van de Jongerenraad is vastgelegd in de Verordening Jongerenraad Noord-Beveland 2007, daarnaast heeft de jongerenwerker nog een notitie geschreven voor de nadere invulling hiervan. De verordening van de jongerenraad zal in 2012 geëvalueerd worden. De rol van de Jongerenraad is tweeledig, enerzijds organiseert de Jongerenraad activiteiten voor jongeren daarnaast heeft de Jongerenraad ook een adviesrol. Activiteiten voor jongeren De Jongerenraad organiseert activiteiten voor jongeren. De jongerenwerker maakt samen met de Jongerenraad jaarlijks een werkplan waarop staat welke activiteiten er georganiseerd gaan worden, hierbij wordt aan de hand van deze activiteiten binnen de bestaande budgetten een begroting opgesteld. Daarnaast houdt de jongerenwerker een planning voor de activiteiten bij zodat de activiteiten op een juiste manier georganiseerd worden. Op Noord-Beveland zijn er voor jongeren weinig voorzieningen, door de activiteiten is er meer te doen. Daarnaast zijn de activiteiten ook een manier om jongeren te bereiken. Zo worden de activiteiten gecombineerd met preventieactiviteiten van bijvoorbeeld Indigo. Ook kan een activiteit gecombineerd worden met een sportkennismakingsactiviteit. Naast de activiteiten van de Jongerenraad worden er ook activiteiten georganiseerd door andere verenigingen. Als deze activiteiten voor alle jongeren van Noord-Beveland toegankelijk zijn en als de activiteiten passen binnen de subsidieverordening en binnen de beleidsdoelstellingen van het jeugdbeleid dan kan er ook hiervoor subsidie verleend worden. Adviesrol Jongerenraad Naast het organiseren van activiteiten geeft de Jongerenraad gevraagd en ongevraagd advies. Tijdens de Jongerenraadsvergadering worden stukken besproken, voorbeelden hiervan zijn het CJG, het openbaar vervoer, speelvoorzieningen maar ook duurzaamheid. Uit de gezamenlijke bijeenkomst van de gemeenteraad en de Jongerenraad bleek dat de gemeenteraad het belangrijk vindt dat de Jongerenraad zijn adviesrol vervuld. Op deze manier hebben jongeren invloed op het beleid van de gemeente en kan het beleid ook beter worden afgestemd op de jongeren. 11

12 Dit streven sluit aan bij van het streven van de Provincie Zeeland. De Provincie wil dat minstens 50% van haar beleid met jongeren wordt vormgegeven. De Provincie heeft hiervoor JouwZeeland opgezet. Voor de Jongerenraad blijkt het soms lastig om op de stukken advies te geven. Dit kan verbeterd worden als hetgeen waar advies over wordt gevraagd in eenvoudige taal en met een duidelijke adviesvraag wordt aangeboden. Daarnaast zou de adviesrol meer onder de aandacht van de gemeenteraad, het college en het ambtelijk apparaat gebracht moeten worden, zodat er meer gebruik gemaakt wordt van de adviesfunctie. De afgelopen jaren is er elk jaar een gezamenlijke vergadering geweest van de gemeenteraad en de Jongerenraad. Door jaarlijks gezamenlijk onderwerpen te bespreken die belangrijk zijn voor jongeren wordt de adviesrol van de Jongerenraad ook op deze wijze ingevuld. Daarnaast wordt het contact tussen de Jongerenraad en de gemeente versterkt. 3.4 Openbaar vervoer Een belangrijk punt voor de jongeren is het openbaar vervoer. De meeste jongeren hebben nog geen rijbewijs of een auto tot hun beschikking, door de verspreide ligging van de dorpen en de afstand naar Goes, waar de meeste voorzieningen zijn, zijn de jongeren afhankelijk van het openbaar vervoer. Het openbaar vervoer wordt regelmatig besproken in de jongerenraad en blijft een aandachtspunt van de jongerenraad. 3.5 Preventie alcohol en middelen gebruik Uit de jeugdmonitor Zeeland blijkt dat net als in de rest van Nederland de Zeeuwse jongeren te veel, te vaak en al op veel te jonge leeftijd alcohol drinken. Alcohol is bijzonder schadelijk voor de gezondheid, vooral jongeren die in de groei zijn. Daarom is het drinken van alcohol onder de 16 jaar zeer onverstandig. Maar ook jongeren boven de 16 moeten voorzichtig zijn met alcohol omdat de hersenen tot het 23e jaar ontwikkelen en dus extra kwetsbaar zijn. Daarnaast speelt alcoholgebruik vaak een grote rol bij geweldsmisdrijven, overlast en vernielingen. Met name in het weekend en rondom uitgaanscentra. Het project Jeugd en Alcohol in Zeeland Laat ze niet verzuipen is in 2010 is gestart. In dit project wordt het gebruik van alcohol van jongeren onder de 16 tegengegaan en gewaarschuwd voor gebruik door jongeren boven de 16 jaar. Meer over dit project is te lezen is in het uitvoeringsplan Jeugd en Alcohol in Zeeland (college besluit 24 april 2011). In 'Laat ze niet (ver)zuipen!' werken o.a alle Zeeuwse gemeenten, GGD Zeeland, Indigo preventie en de Politie Zeeland samen om het alcoholgebruik onder jongeren tegen te gaan. Via het samenwerkingsverband Oosterschelderegio (SWVO) zijn er middelen beschikbaar en wordt er tussen de gemeenten uit de regio afgestemd over de preventieactiviteiten. In 2011 wordt gestart met De Gezonde school en genotmiddelen. In dit project wordt er naast alcohol ook aandacht besteed aan drugs. Indigo en de GGD geven in samenwerking met de docenten op de scholen les over gevaren van alcohol en middelen gebruik. 12

13 Hoofdstuk 4. Actiepunten jeugdbeleid In de nota is eerst omschreven aan welke punten het jeugdbeleid raakt, daarna zijn er een aantal onderwerpen uitgewerkt. Hieronder worden de actiepunten uit de bovenstaande nota in het kort genoemd, dit om de punten waar de komende jaren concreet aan gewerkt wordt helder bij elkaar te hebben. 1. De jongerenwerker gaat in overleg met de jongeren en probeert in elke kern een ontmoetingsplek voor jongeren te creëren. 2. De jongerenwerker organiseert jaarlijks een gezamenlijke vergadering met de Gemeenteraad en de Jongerenraad. 3. Het openbaar vervoer blijft een aandachtspunt van de Jongerenraad. 4. De Jongerenraad stelt jaarlijks een activiteitenplan op met activiteiten voor de verschillende doelgroepen 5. Bij structureel overlast door groepen jongeren gaat de jongerenwerker in gesprek met de jongeren, zonodig in samenwerking met de BOA, de OAV-er en de Politie. 6. Het project Veilige Honken wordt voortgezet zodat jongeren een toevluchtsoort hebben als ze een probleem hebben wanneer ze op de fiets naar school gaan. 7. De komende jaren is er extra aandacht voor preventie alcohol en middelengebruik. 13