Factsheet 1. A september 2014, versie 3.0

Transcriptie

1 Tracéalternatieven Toelichting alternatieven In de onderstaande tabel worden de tracés van de verschillende alternatieven kort toegelicht. Nr. 1A 1B Toelichting Verbreding A50 naar 2x3 rijstroken en een weefvak, verbreding vanuit de middenberm (as blijft gelijk). Parallelbanen aan beide zijden van de A50 met een rijstrook en weefvak. Voor beide alternatieven geldt dat de aansluiting van de Noordoostcorridor op de A50 in eerste instantie was vormgegeven als een volledige Haarlemmermeer aansluiting. Bij het uitwerken van het ontwerp bleek dat dit aan de zuidoostzijde niet mogelijk is omdat er volgens de ontwerprichtlijnen niet voldoende ruimte is voor het weefvak tussen de invoeger vanaf de NOC en de uitvoeger bij de aansluiting Eerde. Om deze reden is de zuidoostzijde van de aansluiting van de Noordoostcorridor op de A50 in beide alternatieven vorm gegeven als kwart klaverblad. Doelbereik/Verkeerseffecten NOC als geheel In onderstaande tabel zijn de effecten van de gehele NOC op doelbereik/verkeer samengevat. Onder de tabel volgt een toelichting op de effecten. Aspect Bereikbaarheid bedrijventerreinen Brainport Verkeerseffecten in bebouw d gebied Verkeerseffecten in Rijk van Dommel en Aa Robuustheid hoofdw egennet Verkeersaantrekkende w erking en alternatieve functie Rijksw egennet Toetsingscriteria Referentie situatie Noordoost corridor Reistijden naar clusters van bedrijvigheid Brainport Betrouw baarheid van reistijden 0 ++ Verkeersafw ikkeling in regio (ochtend / avondspits) Voertuigkilometers 0 + Intensiteiten bebouw d gebied Intensiteiten Rijk van Dommel en Aa Omleiden bij incidenten/calamiteiten Toekomstbestendig / restcapaciteit Aandeel doorgaand autoverkeer Aandeel doorgaand vrachtverkeer Afname autoverkeer op autosnelw egen 0 - Afname vrachtverkeer op autosnelw egen Verkeersveiligheid Verkeersveiligheid 0 ++ Uit de beoordeling blijkt dat de NOC het wegennet robuuster maakt, zeer toekomstbestendig is en daarmee op veel verkeersaspecten zeer positief scoort. De NOC verbetert de verkeersafwikkeling in de regio en vermindert (in geringe mate) de voertuigkilometers gereden op het onderliggend wegennet. Hierdoor neemt het verkeer door het bebouwd gebied en het rijk van Dommel en Aa af. Daarnaast zorgt de NOC voor een betrouwbare reistijd op verschillende trajecten en een betere bereikbaarheid van clusters bedrijvigheid. De verkeersveiligheid gaat door een verschuiving van verkeer van het onderliggend wegennet naar het hoofdwegennet vooruit en met name het aanleggen van de oostwestverbinding zorgt voor nieuwe mogelijkheden voor omleidingsroutes bij calamiteiten op het rijkswegennet. Als nadeel van de verbeterde wegsituatie neemt het aandeel van doorgaand vrachtverkeer op de route toe. Verkeer dat op de Rijkswegen zou kunnen rijden kiest nu deels voor een route via de NOC. Deelgebied A50 In onderstaande tabel zijn de relevante verkeerseffecten in dit deelgebied samengevat. Onder de tabel wordt kort ingegaan op de verschillen tussen de alternatieven in dit deelgebied. Toetsingscriteria Ref. 1A 1B Verkeersintensiteiten Verkeersafw ikkeling in regio (ochtend / avondspits) Verkeersveiligheid Verkeerskundig heeft een ontwerp van de A50 met 2x3 rijstroken (alternatief 1A) de voorkeur. De A50 heeft in alternatief 1A een iets betere doorstroming en zorgt voor minder verkeer op het onderliggende wegennet van Veghel. Qua verkeersveiligheid zijn de beide alternatieven vrijwel gelijk, maar is het alternatief met parallelrijstroken iets gunstiger. Dit resulteert niet in een andere effectscore. Milieueffecten en kosten In onderstaande tabel zijn de milieueffecten (inclusief mitigatie) en kosten van de alternatieven samengevat. Op de volgende pagina volgt een toelichting op de effecten en kosten. Onderw erp Aspect Toetsingscriteria Referentie 1A 1B Bodem Bodemkw aliteit Beïnvloeding milieuhygiënische bodemkw aliteit Grondw ater Grondw aterstand Beïnvloeding grondw aterstand Grondw aterstroming Beïnvloeding grondw aterstroming Grondw aterkw aliteit Beïnvloeding grondw aterkw aliteit Beschermingsgebieden Beïnvloeding van w aterw in- en grondw aterbeschermingsgebieden en natte natuurparels Oppervlaktew ater Oppervlaktew aterstelsel Beïnvloeding oppervlaktew aterstelsel Oppervlaktew aterkw aliteit Beïnvloeding oppervlaktew aterkw aliteit Waterberging Beïnvloeding w aterbergingsgebied Beschermde soorten Ruimtebeslag Versnippering/barrièrew erking Beschermde gebieden Ruimtebeslag Verstoring Versnippering/barrièrew erking Verdroging Stikstofdepositie 0-0 Landschap Landschap Karakteristiek Landschapselementen, patronen en/of -eenheden Visueel ruimtelijke kenmerken Geomorfologie Geomorfologische w aarden Cultuurhistorie Cultuurhistorie Cultuurhistorisch w aardevolle structuren en patronen en archeologie Cultuurhistorische elementen Archeologie Beïnvloeding bekende archeologische w aarden Beïnvloeding verw achte archeologische w aarden Geluid en Geluid Totaal aantal ernstig geluidgehinderden trillingen Aantal ernstig geluidgehinderden Verschuiving in blootstelling Trillingen Trillinghinder Luchtkw aliteit NO2 Verschuivingen in blootstelling per µg/m 3 NO Externe veiligheid Fijn stof Verschuivingen in blootstelling per µg/m 3 (extra) Fijn stof Plaatsgebonden risico (PR) Aanw ezigheid PR10-6 contour Groepsrisico (GR) Verandering groepsrisico t.o.v. oriëntatiew aarde Gezondheid Gezondheid Beïnvloeding van de gezondheid (GES methodiek) Sociale aspecten Visueel Visuele hinder Gedw ongen vertrek Aantal malen gedw ongen vertrek uit w oningen en/of bedrijven Bereikbaarheid omgeving Barrièrew erking Doorsnijding stedelijk gebied Ontw ikkelingsmogelijkheden omgeving Sociale integratie Doorsnijding op stedelijk afw egingsniveau Beïnvloeding ontw ikkelingsmogelijkheden in de omgeving Beïnvloeding van sociale relaties Beïnvloeding sociale contacten door sloop w oningen Sociale veiligheid Beïnvloeding sociale veiligheid, met name relevant bij fietsen voetgangerstunnels Recreatie Recreatieve ontw ikkelingsmogelijkheden ontw ikkelingsmogelijkheden Toe- of afname van recreatieve Recreatieve Doorsnijding recreatieve routes, voorzieningen en voorzieningen gebieden Landbouw Landbouw grond Ruimtebeslag oppervlakte landbouw grond Doorsnijding Doorsnijding en bereikbaarheid van landbouw percelen Landbouw bedrijven Beïnvloeding landbouw bedrijven Kosten Kosten Investeringskosten, excl. BTW (mln. euro) 55,2 131,4

2 Toelichting milieueffecten en kosten Hieronder worden kort de effecten van de alternatieven toegelicht. Bodem Alternatief 1A raakt 4 (potentieel) ernstig verontreinigde locaties en alternatief 1B raakt 19 (potentieel) ernstig verontreinigde locaties. Als gevolg van de realisatie van de Noordoostcorridor worden deze locaties (indien nodig) gesaneerd, wat een positieve invloed heeft op de bodemkwaliteit. Vanwege het grotere aantal geraakte locaties worden de effecten van alternatief 1B op de bodemkwaliteit positiever beoordeeld dan die van alternatief 1A. Grond- en oppervlaktewater Geen van beide alternatieven heeft effect op de criteria voor grondwater. Voor grondwater zijn de alternatieven dan ook niet onderscheidend. Voor oppervlaktewater (waterberging) zijn wel verschillen te zien tussen de alternatieven. Het ruimtebeslag op reserveringsgebieden voor waterberging is bij alternatief 1B (parallelbanen) groter dan bij alternatief 1A (2x3). Na keuze van een VKA zal bij de verdere uitwerking hiervan in overleg met het betreffende waterschap gekeken moeten worden naar de noodzaak en eventuele invulling van de compensatie van dit ruimtebeslag. Natura2000 gebieden liggen op dusdanige afstand van de NOC dat effecten door ruimtebeslag, verstoring en verdroging/vernatting kunnen worden uitgesloten. Wel zorgt de NOC voor een toename van stikstofdepositie. De alternatieven zijn hierin echter niet onderscheidend. In navolgende tabel is per alternatief het ruimtebeslag op EHS gebieden en de toename van verstoord EHS gebied weergegeven. Beschermde gebieden: Ruimtebeslag EHS (ha) 0,54 3,88 Toename verstoord oppervlak EHS (ha) 1 0,15 Alternatief 1A leidt tot een gering ruimtebeslag op leefgebieden van soorten en op gebieden van de EHS. De verstoring van de EHS neemt in zeer geringe mate toe. Alternatief 1B leidt tot iets grotere effecten op leefgebieden van soorten en gebieden van de EHS. Bovendien neemt de barrièrewerking van de weg iets toe door de verbreding met parallelstroken. Ook bij alternatief 1B neemt de verstoring van de EHS in zeer geringe mate toe. De stikstofdepositie op EHS neemt bij alternatief 1A sterker toe dan bij alternatief 1B. De toenames betreffen echter vrijwel alleen niet-gevoelige natuurbeheertypen. Mede omdat mitigatie van de effecten op dit traject niet mogelijk is, scoort alternatief 1B per saldo slechter dan alternatief 1A. Landschap en cultuurhistorie De aantasting rondom de A50 is zeer beperkt. Het belangrijkste is de aantasting van het Wijboschbroek dat cultuurhistorisch waardevol is. Aangezien de verbreding van de A50 zich bij alternatief 1A binnen de bestaande grenzen van de A50 bevindt, treedt er nauwelijks aantasting op. De effecten van dit alternatief (zonder landschappelijke versterking, zie verderop) zijn dan ook neutraal beoordeeld. De effecten manifesteren zich vooral bij alternatief 1B waarbij parallelwegen worden aangelegd. Dit alternatief leidt tot een groter ruimtebeslag (zowel in lengte als in breedte), waardoor de aantasting van de aanwezige waarden groter is. Door het cultuurhistorische landschap rondom de weg te versterken, kan het negatieve effect dat bij alternatief 1B optreedt verzacht worden. Ook bij alternatief 1A kan landschappelijke versterking rondom de weg een positieve bijdrage aan de effecten leveren. Archeologie Beide alternatieven doorsnijden geen AMK-terreinen of archeologische waarnemingen. De effecten op bekende archeologische waarden zijn voor beide alternatieven daarom neutraal beoordeeld. Bij alternatief 1B is het ruimtebeslag op zones met een (middel)hoge archeologische verwachting 1,5 ha hoger dan bij alternatief 1A (9,6 ha versus 8,1 ha). De ligging en oriëntatie van de beide alternatieven verschilt nauwelijks. Vanwege het kleinere ruimtebeslag is alternatief 1A minder negatief dan alternatief 1B. Het verschil is echter niet dusdanig dat dit tot uiting komt in de effectscores. Geluid In navolgende tabel is per alternatief het aantal ernstig geluidgehinderden opgenomen. Onder de tabel worden de effecten op geluid nader toegelicht. Aspect Beoordelingscriterium Ref. 1A 1B Geluid Ernstig geluidgehinderden: Totaal aantal ernstig geluidgehinderden Voor beide alternatieven geldt dat ze leiden tot een beperkte toename van het aantal ernstig geluidgehinderden. Daarnaast vindt er een beperkte verschuiving plaats van ernstig gehinderden naar hogere geluidsbelastingsklassen. Het betreft bestemmingen die langs de A50 aanwezig zijn. Het extra effect treedt op als gevolg van de verbreding van de A50, waarbij de afstand tussen weg en geluidgevoelige bestemmingen wordt verkleind. Het aantal blootgestelden met een toename van de geluidsbelasting is iets groter voor alternatief 1A. Echter geldt voor alternatief 1B dat er wat meer hogere toenames aanwezig zijn. Wel zijn er voor alternatief 1B ook iets meer blootgestelden met een afname van de geluidbelasting. Bij alternatief 1A kan een deel van de bestaande geluidschermen gehandhaafd blijven. Bij alternatief 1B is dit niet het geval. Alternatief 1B heeft daarentegen een lagere geluidemissie omdat de snelheid op de parallelbaan 80 km/h bedraagt in tegenstelling tot 120 km/h bij alternatief 1A. De verschillen tussen de alternatieven zijn klein en leiden niet tot een verschil in effectscore. Op de NOC wordt standaard een stil wegdektype toegepast. Op een aantal posities (alternatief 1A 4 en alternatief 1B 3 locaties) wordt na toepassing van deze maatregel de maximaal onthefbare geluidbelasting vanwege de A50 overschreden, waardoor er wettelijk gezien ondanks de kosten maatregelen getroffen moeten worden. De maatregelen zijn in onderstaande tabel en de kaart met toponiemen opgenomen. De nummers in de tabel verwijzen naar de nummers in de kaart met toponiemen. Nr. Alt. Reden van plaatsing Hoogte Lengte [m] Zijde 1 1A Overschrijding max. onthef. waarde Laag 280 Westzijde 2 1A Overschrijding max. onthef. waarde Laag 240 Westzijde 3 1A Overschrijding max. onthef. waarde Laag 200 Oostzijde 4 1A Overschrijding max. onthef. waarde Laag 160 Oostzijde 5 1B Overschrijding max. onthef. waarde Laag 280 Westzijde 6 1B Overschrijding max. onthef. waarde Laag 200 Oostzijde 7 1B Overschrijding max. onthef. waarde Laag 160 Oostzijde De maatregelen hebben een geringe afmeting en worden voor een klein aantal woningen geplaatst, waardoor het effect op het totaal te verwaarlozen is. De effectscores wijzigen dan ook niet als gevolg van het treffen van maatregelen. Trillingen De effectscores zijn gebaseerd op het aantal adressen dat binnen 50 meter van de weg aanwezig is en waarvoor mogelijk sprake kan zijn van trillinghinder voor personen. Bij beide alternatieven kan bij voorbaat de kans op trillinghinder niet geheel worden uitgesloten. Bij alternatief 1A is het aantal bestemmingen binnen een afstand van 50 meter echter gelijk aan de referentiesituatie. De effecten van dit alternatief worden daarom neutraal beoordeeld. Door de aanleg van parallelbanen langs de A50 in alternatief 1B, vindt er ten opzichte van de referentiesituatie een toename van het aantal bestemmingen binnen een afstand van 50 meter plaats. Dit effect wordt licht negatief beoordeeld. Toponiemen deelgebied A50 Lucht Voor luchtkwaliteit geldt dat de grenswaarden vanuit de Wet milieubeheer nergens worden overschreden. Wel kan er sprake zijn van toe- en afnames van de concentraties van verontreinigende stoffen als gevolg van toe- of afnames van verkeer. Onderling zijn de alternatieven 1A en 1B niet onderscheidend voor het aspect luchtkwaliteit. Voor NO2 en PM10 geldt dat er een beperkt verschil is in het aantal personen dat te maken heeft met een toe- of afname van concentraties. Voor PM2,5 is dit aantal helemaal gelijk. Bij beide alternatieven worden iets meer personen blootgesteld aan een toename van concentraties NO2 en PM10 dan aan een afname. Daarnaast is er bij de toename van de concentraties ook een groter aantal personen zichtbaar in de hogere verschilklassen dan bij de afname van de concentraties. Omdat de concentraties nog ruim onder de daarvoor geldende grenswaarden liggen, hoeven er wettelijk gezien geen maatregelen te worden getroffen om de effecten te mitigeren. Externe veiligheid Aan het plaatsgebonden risico (PR) is een wettelijke grenswaarde van 10-6 verbonden, een jaarlijkse kans van één op de miljoen. Binnen de PR10-6 contour bestaat een kans van 1 op de miljoen om als individuele burger te overlijden als gevolg van een ongeval met gevaarlijke stoffen op de weg. Op basis van de rekenresultaten is er zowel voor de referentiesituatie als voor de alternatieven 1A en 1B geen PR10-6 contour aangetroffen in de berekeningen. Het groepsrisico (GR) is de kans per jaar per kilometer transportroute dat een groep van 10 of meer personen in de omgeving van de transportroute in één keer slachtoffer wordt van een ongeval. Voor het GR geldt geen norm, maar een verantwoordingsplicht als de zogeheten oriëntatiewaarde (OW) wordt overschreden (GR > 1,0), of als het GR toeneemt door het besluit ten opzichte van de autonome situatie. Uit de berekeningen blijkt dat het GR voor zowel de referentie als de alternatieven ver onder de oriëntatiewaarde blijft (<0,1*OW).

3 Gezondheid Gezondheidseffecten als gevolg van de Noordoostcorridor worden vooral bepaald door de veranderingen in geluidhinder, luchtkwaliteit en externe veiligheid. Deze effecten zijn deels in beeld gebracht in de reguliere onderzoeken voor deze aspecten, waarbij voor geluid en lucht ook is gekeken naar de (gezondheids)effecten (ver) onder de grenswaarden en (verschuivingen in) blootstelling (advies Cie m.e.r.). Aanvullend daarop zijn, via de GESmethodiek, effecten op de genoemde aspecten vertaald naar een effectscore voor gezondheid. Op basis van de GESmethodiek zijn allereerst effectscores bepaald voor de afzonderlijke aspecten. Vervolgens zijn deze scores vertaald naar een overkoepelende effectscore voor gezondheid, waarbij steeds de meest negatieve effectscore op geluid, lucht (NO2 en fijn stof) of externe veiligheid als maatgevende score is overgenomen. Dit omdat een negatief gezondheidseffect van bijvoorbeeld geluid niet kan worden verminderd door een positief gezondheidseffect van bijvoorbeeld luchtkwaliteit. In dit deelgebied hebben beide alternatieven een licht negatief effect op gezondheid. Dit wordt veroorzaakt door een licht negatieve beoordeling voor luchtkwaliteit (NO 2 ) en geluid. Dit betekent dat het aantal personen dat te maken krijgt met een mindere luchtkwaliteit (NO 2 ) en een hogere geluidbelasting door wegverkeer licht toeneemt. Sociale aspecten en recreatie In navolgende tabel is per alternatief het aantal te amoveren panden opgenomen. Onder de tabel worden de effecten op sociale aspecten en recreatie nader toegelicht. Sociale aspecten Gedwongen vertrek: Aantal te amoveren panden (woningen, bedrijven, overige panden) 0 8 De effecten van beide alternatieven zijn beperkt omdat het gaat om een verbreding van een bestaande weg (A50). Er ontstaat daardoor geen nieuwe (visuele) barrière in het gebied. Het extra ruimtebeslag van alternatief 1A (2x3) als gevolg van een extra rijbaan is daarnaast zo beperkt dat de effecten van dit alternatief voor vrijwel alle sociale criteria neutraal beoordeeld wordt. Wel treedt ruimtebeslag op het zoekgebied verstedelijking ten zuiden van het bedrijventerrein De Dubbelen op, waar de ontwikkeling van Foodpark Veghel voorzien is. Ook alternatief 1B heeft ruimtebeslag op dit zoekgebied. Verder zijn de effecten van alternatief 1B (parallelbanen) groter dan alternatief 1A omdat het ruimtebeslag voor de aanleg van parallelbanen groter is. Dit leidt tot grotere effecten op visuele hinder (weg komt dichter bij de woningen), gedwongen vertrek (meer woningen moeten verdwijnen) en ruimtebeslag op het bedrijventerrein De Dubbelen. Landbouw In navolgende tabel is de kwantitatieve informatie over beïnvloeding van landbouwbedrijven opgenomen. Onder de tabel worden de effecten op landbouw nader toegelicht. Landbouwbedrijven Beïnvloeding landbouwbedrijven: Agrarische bouwblokken (aantal) 2 5 Agrarische gebouwen (aantal) 0 2 De verbreding van de A50 heeft in beide alternatieven ruimtebeslag op landbouwgronden tot gevolg. Het ruimtebeslag van alternatief 1A (verbreding) is circa 30 ha. Het ruimtebeslag van 1B (parallelbanen) is met circa 65 ha groter. Effecten op doorsnijding en bereikbaarheid zijn in beide alternatieven beperkt omdat het gaat om een verbreding van de bestaande A50. In alternatief 1B zorgt het niet herstellen van de Grootdonkweg voor een licht negatieve beoordeling. Verbreding van de A50 in alternatief 1A zorgt ervoor dat er een tweetal bouwblokken worden geraakt, maar geen panden. De aanleg van de parallelbanen in alternatief 1B raakt meer agrarische bouwblokken dan alternatief 1A, waarbij ook enkele panden worden geraakt. De effecten van alternatief 1B kunnen deels verminderd worden door het treffen van maatregelen. De aantasting van de agrarische bedrijfspanden kan voorkomen worden door het toepassen van een steiler talud (indien mogelijk) of een keerwand. Daarnaast kan de verbinding via de Grootdonkweg hersteld worden. Kosten Uit de kostenraming blijkt dat alternatief 1B (parallelbanen) ongeveer 2,5 maal zo veel kost als alternatief 1A (2x3). Het verschil in investeringskosten is vooral te wijten aan de hogere bouwkosten, met name door de aanleg van nieuwe kunstwerken bij de parallelbanen. Door het grotere ruimtebeslag dat nodig is voor de parallelbanen, zijn de vastgoedkosten voor alternatief 1B ook hoger. Vergelijking alternatieven deelgebied A50 Onderstaand is een vergelijking opgenomen van de alternatieven in deelgebied A50. Daarbij wordt ingegaan op het doelbereik/verkeerseffecten, de milieueffecten en de kostenramingen van de alternatieven. Doelbereik/verkeer: 2x3 rijstroken (alternatief 1A) scoort beter op doelbereik Verkeerskundig heeft een ontwerp van de A50 met 2x3 rijstroken (alternatief 1A) de voorkeur. De A50 heeft in alternatief 1A een iets betere doorstroming en zorgt voor minder verkeer op het onderliggende wegennet van Veghel. Milieueffecten: 2x3 rijstroken (alternatief 1A) heeft de minste milieueffecten Met uitzondering van de beïnvloeding van de bodemkwaliteit en stikstofdepositie op beschermde gebieden, scoort alternatief 1A (2x3) op alle toetsingscriteria gelijkwaardig of positiever dan alternatief 1B (parallelbanen). Dit komt voornamelijk door het smallere dwarsprofiel dat nodig is voor de verbreding van de A50 naar 2x3 rijstroken, in vergelijking tot de aanleg van nieuwe parallelbanen aan weerszijden van de A50. Zo leidt alternatief 1A tot een kleiner ruimtebeslag op reserveringsgebieden voor waterberging, gebieden die behoren tot de ecologische hoofdstructuur en landbouwgebied. Ook hoeven er geen panden te worden geamoveerd, in tegenstelling tot alternatief 1B. Daarnaast zijn de effecten op landschap en cultuurhistorie kleiner, waarbij landschappelijke versterking rond de verbrede A50 zelfs kan leiden tot licht positieve effecten. Verder liggen er bij alternatief 1A minder woningen binnen 50 meter van de weg, waardoor de kans op trillingshinder kleiner is dan bij alternatief 1B. Het geheel overziend leidt alternatief 1A (2x3) tot aanzienlijk minder negatieve milieueffecten dan alternatief 1B (parallelbanen). Kosten: 2x3 rijstroken (alternatief 1A) heeft de laagste investeringskosten Ten aanzien van de kosten is er een groot verschil tussen beide alternatieven. Mede vanwege de aanleg van nieuwe kunstwerken bij de parallelbanen, is alternatief 1B (parallelbanen, 131 mln.) ongeveer 2,5 maal zo duur als alternatief 1A (2x3, 55 mln.). Vergelijking alternatieven Uit het voorgaande blijkt dat alternatief 1A (2x3) het beste scoort op doelbereik/verkeer, de minste nadelige milieueffecten heeft en het minste kost.

4 Factsheet 1. A50 Uitsnede Maatgevende kenmerkenkaart met tracéalternatieven Landschap, cultuurhistorie en archeologie ① Aandachtspunten voor de betreffende thema s* *Als bijlage bij de factsheets is een overzicht opgenomen van de aandachtspunten die door de ambtelijke deelprojectgroepen en klankbordgroepen zijn ingebracht en die zijn overgenomen op de MKK s. De nummers die op de MKK s zijn opgenomen zijn hierin terug te vinden.

5 Factsheet 1. A50 Uitsnede Maatgevende kenmerkenkaart met tracéalternatieven Bodem en water Ruimtelijke ordening