Notulen TWiST. Dinsdag 9 december 2014, Carré 2H

Transcriptie

1 Notulen TWiST Dinsdag 9 december 2014, Carré 2H Aanwezigen Hidde Wieringa (voorzitter) Koen de Jong (notulist) Annelien van der Es Brigit Geveling Daniël Schut David Doppenberg Djorro Bleij Dorien Meijer Cluwen Eline Tsai Eloy Stoppels Femmy Heukers Frank Klein Schaarsberg Henk Jonker Ingrid Maas Jan-Tino Brethouwer Jan Willem Polderman Jasmijn Manders Juliët van der Rijst Kevin Heubach Marc Uetz Marten Giersch Nicky Schuermans Rolan Meenhuis Sagy Epharati Sander Visser Sem Riemens Simone van Balen Stef Baas Stef Kleinluchtenbeld Stefan Klootwijk Sven Overvelde Tariq Bontekoe Tjeerd Jan Heeringa Werner Scheinhardt Wietske Bastiaansen Wouter van Harten Yoeri Boink 0

2 1. Opening (12:46 uur) Hidde Wieringa opent de TWiST van 9 december 2014 met een hamerklap. 2. Vaststellen agenda (12:46 uur) Sem Riemens geeft aan dat hij de TWiST te laat vindt. Hidde Wieringa legt uit dat de TWiST niet eerder kon plaatsvinden, omdat eerder nog niet alles vast stond. Sem Riemens vraagt of er nu überhaupt nog aanpassingen gemaakt kunnen worden naar aanleiding van de TWiST. Hidde Wieringa geeft aan dat grote aanpassingen inderdaad niet meer mogelijk zijn, maar dat kleinere zaken zeker nog wel meegenomen kunnen worden. Sem Riemens vraagt hoe hij eerder input kan leveren. Hidde Wieringa geeft aan dat dit via de OLC (opleidingscommissie) kan. De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. 3. Mededelingen (12:49 uur) Hidde Wieringa vraagt of iemand bezwaar heeft als de TWiST opgenomen wordt. Niemand heeft bezwaar. Hij geeft aan dat er een aanwezigheidslijst is. Hij verzoekt de aanwezigen hier hun naam op te schrijven. Hij geeft aan dat er voorgaande TWiSTs veel discussie is geweest over zaken als toetsmomenten en de invulling van het rooster. Wat men als een prettig rooster ervaart is per persoon verschillend, daarom zal dit niet besproken worden tijden de TWiST. Jan Willem Polderman heeft ook nog een mededeling en daarom geeft Hidde Wieringa het woord aan Jan Willem Polderman. Jan Willem Polderman wil iets naar voren brengen over de communicatie tussen de opleiding en de studenten. Een paar weken voor de TWiST is de opleiding met een aantal studenten om tafel gaan zitten naar aanleiding van de uitslag van de nationale studentenenquête. Technische Wiskunde kwam hier in tegenstelling tot voorgaande jaren nogal vlak uit. Niks was heel slecht, maar ook niks was heel positief. Dit vond de opleiding niet fijn en daarom heeft de opleiding de gegevens uit de enquête geanalyseerd. Er bleek vooral te winnen te zijn op communicatie en terugkoppeling naar de studenten. De opleiding heeft het vermoeden dat dit te maken zou kunnen hebben met de invoering van het Twents Onderwijs Model. De opleiding wist hier zelf vaak pas laat wat er aan de hand was en ze hebben hier bovendien gebrekkig over gecommuniceerd. Jan Willem Polderman geeft aan dat de opleiding op zoek is naar een betere manier om te communiceren naar de studenten over wat er aan onderwijsverbetering wordt doorgevoerd, maar ook feedback te geven over wat er met klachten van studenten gedaan wordt. Hij vraagt aan de deelnemers van de TWiST of zij hier een oplossing voor weten. Juliët van der Rijst geeft aan dat ze dit TWiST ook een goed moment had gevonden om te horen wat er aangepast is aan module 3 en 4 naar aanleiding van de input die studenten geleverd hebben. Wietske Bastiaansen stelt voor om een mail te sturen met daarin punten die naar aanleiding van de TWiST zijn aangepast. Jan Willem Polderman vat dit samen tot dat iedere keer als er iets met feedback gedaan wordt, dat de opleiding dan een mail kan sturen naar de studenten. Marten Giersch geeft aan dat dit misschien wel een beetje te veel wordt. In plaats hier van ziet hij liever een periodieke nieuwsbrief, waarin de onderwijsverbetering en feedback van de afgelopen periode genoemd wordt. Kevin Heubach geeft aan dat het misschien wel een goed idee is om dit in de Ideaal! terug te laten komen. Jan Willem Polderman geeft aan dat het helaas heel lastig is voor de opleiding om naar alle studenten te mailen. Wietske Bastiaansen geeft aan dat deze nieuwsmails allicht wel via W.S.G. Abacus naar alle studentleden van W.S.G. Abacus verstuurd kunnen worden. Jan Willem Polderman geeft aan dat hij een nieuwsbrief wel een goed idee vindt. Daniël Schut vraagt of de mails met verbetering en feedback niet beter naar de specifieke groep studenten kan die hier iets mee te maken heeft. Kevin Heubach geeft aan dat hij dit een slecht idee vindt, omdat het overzicht over welke student in welke groep hoort haast niet bij te houden is. Simone van Balen geeft aan dat het Twents Onderwijs Model bij sommige studenten nog een heel negatief 1

3 imago heeft. Een nieuwsbrief waarin deze studenten zien dat er echt aan gewerkt wordt om de opleiding beter te maken, kan misschien ook bijdrage aan een positiever imago van het Twents Onderwijs Model. Yoeri Boink stelt voor om de mogelijkheid te bieden om je via W.S.G. Abacus in te schrijven voor een nieuwsbrief. Hierin zou bijvoorbeeld een korte samenvatting van de OLC in kunnen komen. Ook de besluiten die in de OLC neemt zouden hier in terug moeten komen. Yoeri Boink zou graag zien dat de onderwijscommissaris dit doet, omdat hij vaak beter de goede groep studenten kan bereiken dan de opleiding. Deze nieuwsbrief kan de onderwijscommissaris uiteraard wel in samenwerking met de opleiding maken. Sem Riemens geeft aan dat hij de OLC een schimmig orgaan vindt. Hij denkt dat veel mensen niet weten wat er in de OLC besproken wordt, wat het is of hoe je er in komt. Hij denkt juist dat er heel goed via de OLC naar de studenten gecommuniceerd kan worden. Hij zou graag zien dat de agenda van de OLC van te voren gepubliceerd wordt, zodat studenten kunnen kijken wat er besproken wordt en eventuele input kunnen doorgeven aan één van de leden van de OLC. Als de notulen daarna ook gepubliceerd worden, dan weten de studenten wat er met hun input gebeurd is. Hidde Wieringa geeft aan dat hij dit een goed idee vindt. Jan Willem Polderman geeft aan dat de stukken van de OLC ook door BOZ (Bureau Onderwijszaken) ook op de site geplaatst zouden moeten worden. Jan Willem Polderman zal zorgen dat de stukken van de OLC beter gepubliceerd worden. Daarnaast zullen Hidde Wieringa en Jan Willem Polderman kijken naar een nieuwsbrief over onderwijsvernieuwing en feedback. Hiervoor kun je je opgeven via W.S.G. Abacus. 4. Ingekomen Stukken (13:01 uur) Er zijn geen ingekomen stukken. 5. Module 7 (13:01 uur) Hidde Wieringa geeft het woord aan Marc Uetz. Marc Uetz is modulecoördinator van module 7. Marc Uetz geeft aan dat hij zich kan vinden in de discussie over dat de TWiST te laat is en legt uit waarom de TWiST niet eerder kon plaatsvinden. Marc Uetz legt uit wat de achtergrond van module 7 is. Er komen de vakken Discrete Wiskunde, Algebra & Security, Basismodellen in de Informatica en Datastructuur & Algoritme. Dit lijkt misschien veel stof, maar er zit veel overlap in de vakken. De module gaat om discrete structuren en modellen oplossen. De module heeft een heel algoritmisch tintje. De studenten gaan zowel algoritmes analyseren als implementeren. Er zullen in totaal 26 verschillende thema s aan bod komen in deze module. Hierbij kan men denken aan kortste pad algoritmes. Over ieder thema komt eerst een hoorcollege. De theorie hiervan wordt vervolgens toegepast in een practicum en/of een werkcollege. Voor de module zullen drie boeken gebruikt worden. Marc Uetz ligt kort het rooster toe. Woensdag is de projectdag. Aan het begin van de dag is een hoorcollege of een colstructie. Hierna kan er aan het project gewerkt worden. Er zal hiervoor coaching aanwezig zijn. Er zal gewerkt worden in groepjes van vier studenten. Daniël Schut vraagt of dit betekend dat de verhouding tussen Technische Wiskunde studenten en Technische Informatica studenten in de projectgroepjes dan één op drie zal zijn. Marc Uetz geeft aan dat de module inderdaad samen met Technische Informatica gevold wordt en dat er dus één of twee Technische Wiskunde in ieder groepje van vier man zal zitten. Zo kunnen de verschillende studenten van elkanders kwaliteiten profiteren. Marc Uetz gaat verder met de presentatie. Er zal geïmplementeerd worden in Python. Dit omdat men hier makkelijk in kan leren programmeren. In de eerste twee weken is er een introductiecursus voor Python. Het daadwerkelijke project begint pas in week 3. Het project zal over gelijkheid van graven, ofwel graaf-isomorfisme gaan. De studenten zullen hiervoor een algoritme moeten implementeren. Dit is een uitdagend probleem en het vraagstuk of dit efficiënt kan ligt nog steeds open. Het project 2

4 heeft in de praktijk ook veel toepassingen, bijvoorbeeld bij Social Networks en in de automaattheorie. Aan het einde van het project volgt een presentatie. Er zal een competitief element zijn tussen de verschillende projectgroepjes. Verder zijn er vier verschillende verdiepingsrichtingen. Ieder groepje kiest een richting en zal hier een kort verslag over schrijven. Wat betreft de toetsing verteld Marc Uetz dat er besloten is om slechts twee tentamens af te nemen. De eerste zal in week 5 en de tweede zal in week 8 plaats vinden. Gemiddeld moet er minimaal een 5,5 gehaald worden en minimaal een 4,5 voor ieder deeltentamen. Daarnaast is er een bonusregeling, waarbij voor ieder tentamen een volledig bonuspunt te verdienen is. Koen de Jong vraagt of het minimum van een 4,5 per tentamen inclusief of exclusief dit bonuspunt is. Marc Uetz kan deze vraag niet direct beantwoorden, maar zal hier zo snel mogelijk achteraan gaan. Daniël Schut vraagt op aanwezigheid op de werkcolleges verplicht is voor de bonusregeling. Marc Uetz geeft aan dat dit aan de desbetreffende docent is om dit te beslissen. Simone van Balen vraagt waarom er gekozen is voor een minimumcijfer van een 4,5. Jan Willem Polderman ligt toe dat een 4,5 inderdaad niet voldoende is, maar dat als je dit weet te compenseren met een hoger cijfer op een ander tentamen, de kennis waarschijnlijk wel van voldoende niveau zal zijn. Marc Uetz voegt hier aan toe dat er overigens niet gecompenseerd kan worden met een hoog cijfer voor het project. Juliët van der Rijst merkt op dat de tentamens op vrijdag zijn en dat er op de voorafgaande maandag nog hoorcolleges zijn. Ze vraagt zich af of hier nog nieuwe stof geïntroduceerd wordt. Dit wordt namelijk als onprettig ervaren door studenten. Marc Uetz geeft aan dat ze zich hier bewust van zijn. Voor het eerste tentamen zal er op maandag geen nieuwe stof geïntroduceerd worden. Bij het tweede tentamen is dit echter wel het geval. De stof in dit college zal echter niet te zwaar zijn. 6. Module 8 (13:18 uur) Wenner Scheinhardt komt naar voren. Hij zal wat vertellen over module 8. Hij heeft geen slides gemaakt, omdat hij minder mensen verwacht had. Hij is echter wel verheugd met de hoge opkomst. De module is in nauwe samenwerking met Technische Bedrijfskunde en Civiele Techniek. In het verleden had Technische Wiskunde al veer overlap met Technische Bedrijfskunde en Technische Bedrijfskunde heeft weer veel overlap met Civiele Techniek. Tussen Technische Wiskunde en Civiele Techniek is eigenlijk wat minder overlap. Dit blijft ook nu zo. Daarom is de module is in drie stukken van tweemaal 21 en vervolgens eenmaal zeven dagen verdeeld. Alleen in de laatste zeven dagen zullen de Technische Wiskunde studenten samenwerken met Civiele Techniek studenten. Door de module heen zal zowel met theorie als aan een project gewerkt worden. De theorie in deel 1 lijkt veel de theorie uit het vak SMOM (Stochastische Modellen in de Operations Manegement): er komt een stukje markovketens, een stukje que-ing en een stukje dynamisch programmeren in terug. Het eerste deel zal samen met Technische Bedrijfskunde gevolgd worden. Het project in deel 1 is echter in groepjes van vier Technische Wiskunde studenten en zal Stochastische modellen omvatten. In deel 2 zal de overige theorie van Markov behandeld worden. Dit zal alleen met Technische Wiskunde gebeuren. Binnen het project van deel 2 zal Stochastische Simulatie terug komen. Dit gebeurd in groepjes van twee studenten Ook hier zal voor het project gewerkt worden met Python. In deel 3 van de module zal wel echt met studenten Technische Bedrijfskunde en Civiele Techniek samengewerkt worden. In deel 3 zit geen theorie, maar alleen een multidisciplinair project. Er wordt gewerkt in groepen van 10 man. Als Technische Wiskunde student zit je hier in je eentje tussen Civiele Techniek en Technische Bedrijfskunde studenten. Dit klinkt misschien eng, maar sluit wel goed aan bij de praktijkervaring die je in je loopbaan op kunt doen. Er lijkt nu misschien weinig samenhang tussen de projecten van de drie delen, maar dit is er wel. Het overliggende thema zal logistiek in de gezondheidszorg zijn. In ieder deelproject zal een sub-probleem opgelost worden. De module zal op 5 momenten getoetst worden. Voor iedere toets moet minimaal een 5,5 gehaald worden. Het eindcijfer is een gewogen gemiddelde van deze vijf toetsen. 3

5 Voor deze module zal één grote blackboard-groep komen, waar zowel Technische Wiskunde studenten als Technische Bedrijfskunde en Civiele Techniek studenten in zullen zitten. Er zal dus ook informatie op blackboard staan waar de Technische Wiskunde student niks mee hoeft te doen, maar zo kun je wel zien wat de Technische Bedrijfskunde en Civiele Techniek studenten hebben gedaan. Yoeri Boink vraagt hoe het zit met de presentaties van de projecten. Werner Scheinhardt licht toe dat de projecten van de eerste twee delen met een verslag afgerond zullen worden. Bij het derde deel is een verslag en een presentatie vereist. Simone van Balen vraagt of het klopt dat veel studenten dus niet hoeven te presenteren. Werner Scheinhardt bevestigt dit, maar geeft aan dat je desondanks toch actief bij het project betrokken zult moeten zijn. Jasmijn Manders vraagt zich af of Technische Wiskunde studenten gedurende de module en vooral in een groep met tien studenten waarvan slechts één Technische Wiskunde student niet onder de voet gelopen zullen worden. Zij heeft dit bij module 4 die samen met Technische Natuurkunde gegeven werd namelijk wel zo ervaren. Werner Scheinhardt verwacht dit niet. Alleen in het laatste deel zou dit kunnen gebeuren, maar hier wordt niet getoetst. Kevin Heubach vraagt zich af waarom er wederom overgestapt wordt op een andere programmeertaal. Jan Willem Polderman geeft aan dat C++ nooit een succes is geweest, maar dat er op een hoger niveau dan mogelijk is in Matlab geprogrammeerd moet worden. Python was de uitkomst. Juliët van der Rijst vraagt zich af waarom je, als je het project gaat herkansen, maximaal een 5,5 kunt krijgen voor het project. Werner Scheinhardt geeft aan dat het de bedoeling is dat je het project in één keer haalt, maar er moet wel een herkansingsmogelijkheid zijn. Het is echter niet eerlijk tegenover andere groepjes om dan een cijfer hoger dan een 5,5 toe te kennen. Juliët van der Rijst geeft aan dat ze 7 dagen voor het laatste deel erg kort vindt en dat je zo niet de tijd hebt om er achter te komen welke kwaliteiten je mede projectgenoten bezitten. Werner Scheinhardt snapt dit punt, maar hier hebben ze bewust voor gekozen. Je moet in een korte tijd met zijn allen iets bereiken. Je zult echter niet snel zakken door het laatste deel. Sem Riemens vraagt zich af of 5 EC voor SMOM nu niet wat weinig is. Voorheen waren studenten al bekend met Dynamisch Programmeren en Markovketens. Dit moeten ze nu nog leren, wat SMOM zwaarder maakt. Werner Scheinhardt geeft aan dat er vroeger 10 EC in Markov en SMOM zat en nu nog maar 7,5 EC. Hij heeft vaak te horen gekregen dat er zoveel overlap tussen Markov en SMOM zat. Daarnaast zijn er ook inderdaad wat zaken geschrapt. Sem Riemens geeft aan dat er dan nog steeds wel wat Dynamisch Programmeren bij gekomen is. Werner Scheinhardt geeft Sem Riemens hier gelijk in en zegt toe hier naar te zullen kijken. Marc Uetz geeft aan dat er in module 7 nog wel kort iets over Dynamisch Programmeren zal terug komen. Wietske Bastiaansen vraagt wat ze in het project in de laatste zeven dagen gaan doen. Wat is de overlap van dit project als er zo n significant deel van de module niet bij elkaar gezeten wordt. Werner Scheinhardt geeft aan dat het een project wordt waarin het niet de bedoeling is dat je alles samen gaat doen. Het wordt een probleem dat te maken heeft met vervoer, want hier is Civiele Techniek sterk in. Er is weinig tijd, dus je zult de taken goed moeten verdelen en je zult goed gebruik moeten maken van de kwaliteiten van de verschillende soorten studenten. Jasmijn Manders merkt op dat de titels van de modules in het Engels zijn. Ze vraagt zich af of module 7 en 8 nog wel in het Nederlands gegeven worden. Werner Scheinhardt vertelt dat beide modules worden nog in het Nederlands gegeven, maar de opleiding zal in de nabije toekomst overgaan op het Engels. Vandaar dat de stukken al in het Engels zijn. Marc Uetz voegt daar aan toe dat de slides voor module 7 al wel in het Engels zullen zijn. 7. Wat verder ter tafel komt (13:34 uur) Er is verder niks ter tafel gekomen 4

6 8. Rondvraag (13:35 uur) Er zijn geen vragen meer vanuit de zaal. 9. Sluiting (13:36 uur) Hidde Wieringa sluit de TWiST van 9 december 2014 met een hamerklap. 5