0 «Postbus» 1

Transcriptie

1 Aan het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente «naam» Presikhaaf Bedrijven Postbus EX Arnhem Bruningweg BM Arnhem ï II 0 info@presikhaaf.org «Postbus» 1 «Postcode woonplaats» 3 PresikhaafBedr Betrefì Conceptbegroting 2016 Uw ref Onze ref Datum Dir/GvdB/EJ nr oktober 2015 Geacht College, Bijgaand treft u de conceptbegroting 2016 van Presikhaaf Bedrijven aan alsmede het memo, waarmee deze conceptbegroting is aangeboden aan het Algemeen Bestuur. Het Algemeen Bestuur heeft deze begroting in haar vergadering van 28 oktober 2015 besproken en besloten het gevoelen van de aangesloten gemeenten te vragen. Wíj merken op dat het voorliggende begrotingsvoorstel de drie genoemde bedrijfsonderdelen nog steeds in een en dezelfde opstelling aan u aanbiedt, immers het WSP en de gemeentelijke activiteiten hebben nog geen aparte begroting. Aangezien op dit moment de uitgangspunten voor de jaren na 2016 onvoldoende uitgekristalliseerd zijn, is nu geen meerjarenraming opgesteld. Raadsinformatiebiieenkomsten Er zullen op 17 en 19 november 2015 raadsinformatiebijeeenkomsten georganiseerd worden, waarbij de ontwikkelingen in het sociale domein zullen worden besproken naar aanleiding van het BReSDo-rapport. Wij willen de Begroting 2016 dit jaar definitief kunnen vaststellen. Wij vragen of u deze begroting in de komende weken aan de orde wilt stellen in uw Raad met het verzoek om het gevoelen van uw gemeente voor 16 december 2015 aan ons kenbaar te maken. Met vriendelijke groet, Namens het Dagelijks Bestuur, A en Boorn Briefnummer d.d. 29 oktober 2015 Pagina 1 van 1 Presikhaaf Bedrijven staat ingeschreven bij de KvK Centraal Gelderland te Arnhem onder nummer

2 ļlftp PRESIKHAAF bedrijven ALGEMEEN BESTUUR AB-vergadering d.d. 28 oktober 2015, agendapunt 4 Aan: Leden van het Algemeen Bestuur Van: G.P.F. van den Boorn en R.H.J. Bongers Datum: 23 oktober 2015 Kenmerk: Dir/GvdB/EJ nr Betreft: Concept Begroting 2016 Bijlagen: 1 Achtergrondinformatie In de afgelopen weken is de begroting 2016 'bottom up' opgesteld samen met account, sectoren bedrijfsmanagers en in afstemming met ambtelijke ondersteuning zowel beleidsinhoudelijk als financieel. Er heeft een vergelijking plaatsgevonden met de BReSDo begroting, de belangrijkste verschillen zijn: 4 Het verloningsresultaat is gelijk aan de BReSDo begroting ondanks een afwijkend aantal fte, AJ en Personeelsgebonden kosten SW. De salariskosten per fte zijn iets hoger wat wordt gecompenseerd door lagere Personeelsgebonden kosten SW als gevolg van het afschaffen van maatvervoer; 4 De netto opbrengst is C 1,8 miljoen lager dan de BReSDo begroting doordat tarieven over de gehele linie 15% lager liggen voor de SW ers. Dit komt door een nagenoeg volledige afbouw van logistieke diensten waardoor de werkzaamheden op een lager niveau komen te liggen (handverpakken, Look o Look). Het tarief in module 4 (groep van 200 personen) is gelijk aan het BReSDo rapport; * De overige opbrengsten van i 1,1 miljoen komen níet voor in het BReSDo rapport. Deze post komt vooral door doorbelasting van huisvestingskosten aan Presikhaaf Schoolmeubelen B.V. en Intratuin Arnhem, extra bijdrage ID banen en doorbelasting overheadkosten aan module 9; 4 De salariskosten regulier personeel vallen hoger uit dan begroot doordat de datum van boventalligheid niet 1 januari 2016 is maar 1 september 2016 vanwege de noodzakelijke voorbereidingen met OR, vakbonden, Georganiseerd Overleg en het regulier personeel; * De posten 'overige personeelskosten' en 'financiële baten en lasten' zijn conform het BReSDo rapport; i De post 'afschrijvingen' is veel lager doordat in het BReSDo rapport is uitgegaan van een percentage van de boekwaarde in plaats van te kijken naar de opbouw; t De overige bedrijfskosten vallen hoger uit dan begroot doordat hier ook kosten in zijn opgenomen die worden doorbelast aan Presikhaaf Schoolmeubelen B.V. en Intratuin Arnhem; * Het operationeel resultaat is lager door het verschil in de netto opbrengst; 4 De incidentele lasten vallen lager uít doordat de datum van boventalligheid is verschoven van 1 januari 2016 naar 1 september 2016 en is uitgegaan van veel minder personen, In de incidentele lasten zijn ook kosten begrepen in verband met leegstand van huisvesting. De meeste posten hebben een structureel karakter waarbij de salariskosten na 2016 lager zullen uitvallen doordat de besparing dan het gehele jaar meetelt. Door middel van het opstellen van het bedrijfsplan zullen risicobeheersmaatregelen worden getroffen. Pagina 1 van 2 P:\Holding\Secretariaat\Dinie\Bestuur\Algemeen BestuurtAB 20i5\ \Defini[ief\Memo bij begroting 2016.docx EJ/29 oktober 2015

3 Vŵŵl i PRESIKHAAF DChDIIUCKI BEDRIJVEN ALGEMEEN BESTUUR Bedrijfsplan Het Dagelijks Bestuur van Presikhaaf Bedrijven heeft de directie van Presikhaaf Bedrijven de opdracht gegeven om in goed overleg met de brede ambtelijke ondersteuningsgroep en het WSP i.o. een Bedrijfsplan op te stellen. Dit Bedrijfsplan: «is gebaseerd op de begroting Presikhaaf Bedrijven 2016; * stelt de lange termijn en de strategische doelen uit het BReSDo rapport centraal;» biedt het Algemeen Bestuur inzicht in de korte en lange termijn risico's van een nietsynchroon lopen van de uitvoering van de strategische BReSDo doelen; «biedt het Algemeen Bestuur zicht op verschillende, realistische uitvoeringsscenario's voor deze doelen; «deze mogelijke uitvoeringsscenario's vormen integrale wegen waarlangs kosten zo laag mogelijk kunnen blijven, risico's zijn beperkt mogelijk en de resultaten zo optimaal mogelijk aansluitend bij de BReSDo doelen; «biedt het Algemeen Bestuur een uitgewerkte keuzematrix met betrekking tot de mogelijke uitvoeringsscenario's;» is 16 december 2015 gereed voor bespreking in het Algemeen Bestuur. Voorstel (ter besluitvorming) 1. De voorgestelde begroting al dan niet gewijzigd vast te stellen als concept Begroting 2016; 2. De vastgestelde concept begroting door te sturen naar de deelnemende gemeenten voor het kenbaar maken van hun gevoelen zodanig dat de begroting kan worden vastgesteld in de vergadering van het Algemeen Bestuur van 16 december 2015; 3. De vastgestelde concept begroting te sturen naar Provincie Gelderland. G.P.F. van den Boorn Algemeen directeur ai Pagina 2 van 2 P:\Holding\Secretariaat\Dinie\Bestuur\Algemeen BestuurVAB 2015\ \Definitief\Memo bij begroting 2016.docx EJ/29 oktober 2015

4 Begroting 2016 Pagina 1 van 28

5 Inhoudsopgave 1 INLEIDING 3 2 BESCHRIJVING VAN DE DIVERSE MODULES 4 3 RISICO'S 14 4 VERPLICHTE PARAGRAFEN 17 BIJLAGEN 20 Pagina 2 van 28

6 1 Inleiding In het tweede kwartaal van 2015 hebben de Raden van de deelnemende gemeenten ingestemd met het rapport 'Toekomst Presikhaaf Bedrijven en regionale samenwerking Participatiewet'. De kern van deze beleidsnotitie, die onder de naam "BReSDO-rapport, door het leven gaat, is de verdeling van de uitvoering van taken onder de Participatiewet over gemeenten, het Werkgeversservicepunt (WSP) en Presikhaaf Bedrijven. Het BReSDO-rapport geeft aan dat de belangrijkste taken voor Presikhaaf Bedrijven bestaan uit het werkgeverschap voor mensen met een SW-arbeidscontract en het bieden van beschut werk aan SW-ers die een loonwaarde kunnen realiseren tussen 2500) en 4000). De overige taken gaan over naar gemeenten en het WSP. Dit betekent dat de huidige organisatie van Presikhaaf Bedrijven vereenvoudigd wordt waardoor de kosten lager worden en er voor de genoemde doelgroep een doelmatige uitvoeringsstructuur ontstaat voor onze arbeidsmarktregio. Het BReSDo-rapport moet voor Presikhaaf Bedrijven leiden tot:» Herstructureren van Presikhaaf Bedrijven;» Reduceren van de overhead;» Privatisering Dienstverleningsonderdelen;» Isoleren van de vastgoed problematiek;» Verbeteren governance en transparantie. Wij merken op dat het voorliggende begrotingsvoorstel de drie genoemde bedrijfsonderdelen nog steeds in een en dezelfde opstelling aan u aanbiedt. Immers het WSP en de gemeentelijke activiteiten hebben nog geen aparte begroting. Aangezien op dit moment onvoldoende uitgangspunten zijn te doen over de jaren na 2016 is nu geen meerjarenraming opgesteld. Bedrijfsplan Als uitvloeisel van deze begroting zal een bedrijfsplan worden opgesteld, dit Bedrijfsplan:» is gebaseerd op de begroting Presikhaaf Bedrijven 2016;» stelt de lange termijn en de strategische doelen uit het BReSDo-rapport centraal;» biedt het Algemeen Bestuur inzicht in de korte en lange termijn risico's van een nietsynchroon lopen van de uitvoering van de strategische Bresdo-doelen;» biedt het Algemeen Bestuur zicht op verschillende, realistische uitvoeringsscenario's voor deze doelen;» deze mogelijke uitvoeringsscenario's vormen integrale wegen waarlangs kosten zo laag mogelijk kunnen blijven, risico's zijn beperkt mogelijk en de resultaten zo optimaal mogelijk aansluitend bij de BReSDo-doelen;» biedt het Algemeen Bestuur een uitgewerkte keuzematrix met betrekking tot de mogelijke uitvoeringsscenario's;» is 16 december 2015 gereed voor bespreking in het Algemeen Bestuur. Pagina 3 van 28

7 2 Beschrijving van de diverse modules Uit de mogelijke toekomstvarianten in het BReSDo-rapport hebben de gemeenten gekozen voor de midden variant. Het BReSDo-rapport zegt over de midden variant het volgende: "De middenweg is zowel financieel als inhoudelijk het meest aantrekkelijk. Deze variant biedt het waarborgen dat de bestaande infrastructuur van PHB voor zover nuttig en zinvol, behouden blijft voor nieuwe doelgroepen en dat hoge frictie- en transitiekosten worden voorkomen." Vanuit dit perspectief kiezen de gemeenten voor een modulaire opbouw: (Bresdo) "Uitgangspunt van modulair opbouwen is dat de bestaande infrastructuur van PHB naast WSW-oud gebundeld wordt met de nieuwe taken in het kader van de Participatiewet. Op deze wijze wordt een optimale inzet van de beschikbare middelen gerealiseerd. Doel is dat de SW- medewerkers geplaatst worden waar ze het best tot hun recht komen." De begrotingsopstelling 2016 is gebaseerd op dit uitgangspunt. De begroting bestaat uit 9 modules verdeelt over Presikhaaf Compact (het restant van het huidige Presikhaaf Bedrijven), WSP en gemeenten. Het totaal van deze modules vormt de regiobegroting SW. Buiten deze begroting is er ook een financieel overzicht opgesteld voor re-integratie- en reactiveringsactiviteiten voor WWB, module 9. Berenschot heeft toegelicht dat WWB-activiteiten geen onderdeel uitmaken van de financiële overzichten in het Bresdo rapport. Om de financiële resultaten uit de begrotingsopstelling vergelijkbaar te houden met de Bresdo overzichten is deze module 9 niet geconsolideerd in het totaal van de begrotingsopstelling. Hieronder volgt de beschrijving van de verschillende modules. Module 1 - Verloningsbureau, Presikhaaf Compact Onderwerp Uitgangspunten Opmerking Doel Bresdo; "Het voltallige huidige SW-personeel blijft tijdens en na de transitie in dienst van de GR. Zij ontvangen hun salaris van de GR, ook als de betrokken onderdelen elders (WSP of geprivatiseerde dienstverleningsonderdelen) zijn geplaatst." Bezetting doelgroep Externe bruto opbrengsten Bedrijfsopbrengsten Bezetting regulier Kosten Overig Uitvoeringsdoelen: Het uitvoeren van de personeels- en salarisadministratie voor het gehele SW-bezetting, de reguliere bezetting de WWB bezetting, per Geen operationele bezetting. De aangegeven SW-bezetting zijn de personen waarvoor de verloningsfunctie wordt vervuld. Geen commerciële activiteit, geen externe opbrengsten. Overige bedrijfsopbrengsten: GR-bijdrage gemeente Montferland. Bezetting voor uitvoeren payrolling in salarisen personeelsadministratie. Huisvestingskosten voor de bezetting regulier, schatting operationele kosten van de afdeling. Bedrijfskosten zijn de indirecte kosten voor het uitvoeren van deze activiteit. Het verloningsresultaat van deze module valt - inclusief SW-loonlasten, personeelsgebonden kosten SW en gemeentelijke SWbijdrage in Presikhaaf Compact. Er is niet voorzien in een doorberekening van het resultaat naar de overige modules. Pagina 4 van 28

8 Module 2 - Huisvesting, Presikhaaf Compact Onderwerp Uitgangspunten Opmerking Doel Bresdo: "Door het vastgoed te isoleren kunnen zowel ten aanzien van het sociaal beleid als ten aanzien van het onroerend goed beheer een zuivere afweging worden gemaakt." Door de exploitatie van het vastgoed op te nemen in een aparte module wordt hiertoe een aanzet gegeven. Het resultaat van deze module is nihil, omdat voorzien is van een doorberekening naar modules. Bezetting doelgroep Externe bruto opbrengsten Bedrijfsopbrengsten Bezetting regulier Kosten Overig Uitvoeringsdoelen: Het per beheren en onderhouden van de huisvesting die benut wordt door de modules. - Bruningweg ten behoeve van module overhead; - Bruningweg Schoolmeubelen ten behoeve van Presikhaaf ;Schoolmeubelen BV, gebruikerskosten zijn direct voor hen; - Driepoortenweg ten behoeve van module 3 en 8; - Beverweerdlaan ten behoeve van de verbonden partij Intratuin; - Beijerinckweg ten behoeve van module 9; - Heijenoordseweg ten behoeve van module 8; - Simon Stevinweg ten behoeve van opleveringsverplichtingen; - Bergerden, uitsluitend gebruikerskosten ten behoeve van module 6 en 7b. Beperkt. Geen commerciële activiteiten. Interne bruto opbrengst: de doorbelasting van de exploitatie naar andere modules. Overige bedrijfsopbrengsten: kostendoorberekening aan module 9. Bezetting voor het beheer en de aansturing van het onderhoud van de huisvesting. Afschrijvingen, financiële baten en lasten en overige bedrijfskosten als gevolg van alle huisvesting. Huisvestingskosten eigen afdeling op basis van ruimte op de Driepoortenweg. Interne doorbelasting: de kosten van deze module worden integraal doorberekend aan de andere modules, behalve module 9. Er ontstaan frictiekosten huisvesting doordat module 8 minder huisvesting nodig heeft doordat per van de medewerkers naar de gemeenten gaan. Er ontstaan frictiekosten huisvesting doordat de lease van de Simon Stevinweg in de eerste drie maanden wordt voortgezet, Pagina 5 van 28

9 wegens contractverplichtingen gemeente Arnhem versus opleveringsverplichtingen naar de leasemaatschappij. Module 3 Beschut Werken, Presikhaaf Compact Onderwerp Uitgangspunten Opmerking Doel Bresdo: "Taken die met name gericht zijn op mensen met een loonwaarde van minder dan 400, het gaat dan vooral om intern werk en groepsdetacheringen, blijven bij (of via) PHB (PHB-oud) aan de slag." Bezetting doelgroep Operationele doelstelling: Het bieden van werk onder beschutte omstandigheden voor de SW doelgroep, per Het betreft doelgroep medewerkers die aangewezen zijn op werkzaamheden onder beschutte omstandigheden. Opbrengsten uit geleverde productie/diensten. Externe opbrengsten Overige bedrijfsopbrengsten Bezetting regulier Uitgangspunt is een span of control van 1 reguliere fte op 25 sw-fte. Hierin zijn de volgende functionele taken ondergebracht: Werk/traject coaching, acquisitie, HRM-taken. Kosten Overig Overige personeelskosten betreffen m.n. opleidingskosten ten behoeve van het verbeteren van de plaatsing. Huisvestingskosten betreffen vrijwel de gehele Driepoortenweg en worden doorbelast uit module 2. Afschrijvingen: het afschrijven van productiemiddelen. Doorbelastingen: kosten toeberekening module 10 overhead op basis van SWaantallen. Overige bedrijfskosten hangen samen met de uitvoering en de aard van de bedrijfsactiviteiten en bezetting. Het betreft het leveren van diensten met een laag opbrengstenniveau. Module fte's naar het WSP, WSP Onderwerp Uitgangspunten Opmerking Doel Bresdo: "Daarnaast zal het WSP de opdracht krijgen nog 200 fte extra die nu intern werken met een relatief hoge loonwaarde te plaatsen via groeps- en individuele detachering." Werken nu (2015) intern. Bezetting doelgroep Externe Operationele doelstelling: door middel van actieve werkgeversbenadering en begeleiding en coaching SW-ers detacheren, per Zie "Doel". Opbrengsten uit individuele en Pagina 6 van 28

10 opbrengsten Overige bedrijfsopbrengsten Bezetting regulier Kosten Overig groepsdetacheringen met hieraan gekoppelde tarieven. Uitgaande van een span of control van 1 fte regulier staat tot ca. 50 fte SW. Hierin zijn de volgende functionele taken ondergebracht: Traject coaching, acquisitie, HRM-taken. Overige personeelskosten betreffen m.n. opleidingskosten ten behoeve van het verbeteren van de plaatsing. Doorbelastingen: kostentoerekening module 10 overhead op basis van SW-aantallen. Overige bedrijfskosten zijn indirecte kosten voor het plaatsen van medewerkers en het uitvoeren van de werkzaamheden door de medewerkers. Module 5a Individuele detacheringen naar het WSP, WSP Onderwerp Uitgangspunten Opmerking Doel Bresdo: "Het WSP wordt in de regio verantwoordelijk voor het uitvoeren van de taken individuele dienstverlening, begeleid werken en groepsdetacheringen die dicht tegen de reguliere arbeidsmarkt aanzitten". Bezetting doelgroep Externe opbrengsten Overige bedrijfsopbrengsten Bezetting regulier Kosten Overig Operationele doelstellingen: Individueel gedetacheerde medewerkers laten bemiddelen door het WSP, per SW-medewerkers die reeds individueel gedetacheerd zijn met veelal een hogere verdiencapaciteit. Tevens zijn de SW medewerkers met een begeleid werken status uit gemeenten hierin onder gebracht. Opbrengsten uit detacheringen met individuele tariefstelling. Begeleiding op basis van een gemiddelde span of control van 1 fte regulier op ca. 60 fte SW. In de bezetting zijn de volgende functionele taken ondergebracht: Traject coaching, acquisitie, HRM-taken. Overige personeelskosten betreffen m.n. opleidingskosten ten behoeve van het verbeteren van de plaatsing. Doorbelastingen: kostentoerekening module 10 overhead op basis van SW-aantallen. Overige bedrijfskosten zijn indirecte kosten voor het plaatsen van medewerkers. Pagina 7 van 28

11 Module 5b Groepsdetacheringen naar het WSP Onderwerp Uitgangspunten Opmerking Doel Bresdo: "Het WSP wordt in de regio verantwoordelijk voor het uitvoeren van de taken individuele dienstverlening, begeleid werken en groepsdetacheringen die dicht tegen de reguliere arbeidsmarkt aanzitten". Bezetting doelgroep Externe opbrengsten Overige bedrijfsopbrengsten Bezetting regulier Kosten Overig Operationele doelstelling: Groepsgedetacheerde medewerkers laten bemiddelen door het WSP, per SW-medewerkers die reeds in een groep gedetacheerd zijn met veelal een hogere verdiencapaciteit. Opbrengsten uit groepsdetacheringen door middel van het invullen van klantprocessen met een integrale tariefstelling per klant. Begeleiding op basis van een gemiddelde span of control van 1 fte regulier op ca. 30 fte SW. In de bezetting zijn de volgende functionele taken ondergebracht: Traject coaching, acquisitie, HRM-taken. Overige personeelskosten betreffen m.n. opleidingskosten ten behoeve van het verbeteren van de plaatsing. Doorbelastingen: kostentoerekening module 10 overhead op basis van SW-aantallen. Overige bedrijfskosten zijn indirecte kosten voor het plaatsen van medewerkers. Module 6 - Groen en Diensten op afstand, Presikhaaf Compact (voor het jaar 2016) Onderwerp Uitgangspunten Opmerking Doel Bresdo: "Gemeenten hebben in vragenlijsten en interviewrondes aangegeven deze onderdelen van PHB te willen privatiseren om doelmatigheidsredenen en om uitvoeringstaken op afstand te zetten (past bij de regierol van gemeenten). Privatisering leidt tot verplaatsing van het ondernemersrisico. Gemeenten blijven verantwoordelijk voor het verloningsresultaat." Strategische doelstelling: een juiste vorm vinden om binnen de gestelde kaders de activiteiten uiterlijk op op afstand te hebben gebracht. Operationele doelstellingen: Het leveren van diensten aan de markt m.b.v. doelgroep medewerkers Het betreft de volgende onderdelen: - Schoonmaak, - Beveiliging, Pagina 8 van 28 Bij het op afstand zetten van deze activiteiten per blijven de SW medewerkers in dienst van Presikhaaf Compact, van waaruit de HR-taken en de trajectcoaching worden uitgevoerd. De opbrengsten bestaan vanaf dan uitsluitend uit detacheringsopbrengsten. De operationele aansturing en verantwoordelijkheid ligt dan buiten Presikhaaf Compact of WSP.

12 Bezetting doelgroep Externe opbrengsten Overige bedrijfsopbrengsten Bezetting regulier Kosten Overig - Restauratief in samenwerking met derden, - Aangenomen groen projecten, - "Groene" detacheringen bij gemeenten, - Serviceteams en activeringstrajecten. SW-medewerkers met een gemiddelde tot hogere verdiencapaciteit. Inzet van WWB-ers uit de gemeenten. Gemengde opbrengst opbouw, op basis van aangenomen werk en op basis van detacheringstarieven. De inzet van WWB-ers brengt loonkosten met zich mee die verbonden zijn aan omzet, deze worden gepresenteerd onder "Materiaalverbruik/uitbesteed werk". Uitgangspunt voor jaarlaag 2016 is het benodigd aantal direct ondersteunend om de activiteiten te operationeel te houden. Hierin zijn de volgende functionele taken ondergebracht: werk/traject coaching, acquisitie, HRM-taken. Overige personeelskosten betreffen m.n. opleidingskosten ten behoeve van het verbeteren van de plaatsing. Huisvestingskosten betreft de huur van de Beijerinkweg en worden doorbelast uit module 2. Voor het ondersteunend personeel moet binnen de bestaande huisvesting plaats worden gevonden. Doorbelastingen: kosten toerekening module 10 overhead op basis van SW-aantallen. Overige bedrijfskosten hangen samen met de uitvoering en de aard van de bedrijfsactiviteiten en bezetting. De inzet van WWB-ers betreft hier dus niet expliciete reintegratie of reactiveringsactiviteiten maar is een dienst aan de gemeenten om deze mensen zinvol in te zetten en opbrengsten te laten genereren. Module 7a - Schoolmeubelen en Intratuin, WSP Onderwerp Uitgangspunten Opmerking Doel Bresdo: "Schoolmeubelen en Intratuin staan al in de verkoop en worden zo mogelijk afgestoten. De kwekerij wordt zo mogelijk ook verkocht.". Strategisch doel: een juiste vorm vinden om binnen de gestelde kaders Intratuin Arnhem uiterlijk op op afstand te hebben gebracht. Operationeel doel: Het detacheren/plaatsen Pagina 9 van 28 De verschillen tussen Schoolmeubelen en Intratuin enerzijds en de Kwekerijen anderzijds zijn dermate groot dat de Kwekerijen als een aparte module worden beschouwd.

13 Bezetting doelgroep Externe opbrengsten Overige bedrijfsopbrengsten Bezetting regulier Kosten Overig van SW medewerkers bij Presikhaaf Schoolmeubelen en in 2016 bij de verbonden partij Intratuin Arnhem. In 2016 staat Presikhaaf Compact nog voor de bedrijfsvoering van Intratuin Arnhem. SW-medewerkers met een gemiddelde tot hogere verdiencapaciteit. Opbrengsten op basis van een vast tarief per fte. Huuropbrengsten en management fee op basis van vaste afspraken. Er zijn een beperkt aantal reguliere medewerkers begroot met als doel: traject coaching en het uitvoeren van HRM-taken. De weergegeven kosten zijn de kosten die gemaakt worden om de medewerkers bij deze activiteiten te plaatsen. Tevens zijn in de jaarlaag 2016 de huisvestingskosten van de Bruningweg - deel Schoolmeubelen opgenomen. Doorbelastingen: kosten toerekening module 10 overhead op basis van SW-aantallen. Bij Schoolmeubelen zijn een beperkt aantal medewerkers om niet ondergebracht. De reguliere medewerkers van Intratuin die verbonden zijn aan de operationele activiteiten zijn niet in de bezetting opgenomen. Module 7b - Kwekerij, Presikhaaf Compact Onderwerp Uitgangspunten Opmerking Doel Bresdo: "Schoolmeubelen en Intratuin staan al in de verkoop en worden zo mogelijk afgestoten. De kwekerij wordt zo mogelijk ook verkocht." Bezetting doelgroep Externe opbrengsten Overige bedrijfsopbrengsten Bezetting regulier Strategisch doel: Komen tot de verkoop van het kwekerijencomplex (gebouwen en gronden), per Operationeel doel: Het bij externe kwekerijen plaatsen van SW-medewerkers en voor een beperkt deel opkweken in eigen beheer van plant- en/of stekmateriaal, tevens per SW-medewerkers met een lage tot gemiddelde verdiencapaciteit. Op basis van een vast tarief per medewerker in groeps- of individueel verband plaatsen van medewerkers bij externe kwekers. Eigen productie op basis van veilingopbrengsten. Begeleiding op basis van een gemiddelde span of control van 1 fte regulier op ca. 25 fte SW. In de bezetting zijn de volgende functionele taken ondergebracht: Werk- en traject coaching, acquisitie, HRMtaken. Pagina 10 van 28 De verschillen tussen Schoolmeubelen en Intratuin enerzijds en de Kwekerijen anderzijds zijn dermate groot dat de Kwekerijen als een aparte module worden beschouwd. Productiewerk in eigen beheer dient als opvang voor medewerkers voor jaargetijden waarin het werk bij externe kwekers terug loopt.

14 Kosten Overig Overige personeelskosten betreffen m.n. opleidingskosten ten behoeve van het verbeteren van de plaatsing. Huisvestingskosten betreft de huur van m.n. kweekruimte en worden doorbelast uit module 2. Doorbelastingen: kosten toerekening module 10 overhead op basis van SW-aantallen. Overige bedrijfskosten hangen samen met de uitvoering en de aard van de bedrijfsactiviteiten en bezetting. Module 8 - Personen met een lage loonwaarde naar gemeenten, Gemeenten, zolang niet overgedragen (in 2016): Presikhaaf Compact. Onderwerp Uitgangspunten Opmerking Doel Bresdo: "De WSW medewerkers met de laagste loonwaarden ^ 2500), circa 300 fte) gaan in 2017 terug naar de gemeenten, die voor deze groepen een plek via zorg en welzijn kunnen realiseren." Uitgangspunt is een gefaseerde overgang. In de jaarlaag 2016 is uitgegaan van een overgang van 250 van de betreffende medewerkers per Voor de aan gemeenten overgedragen medewerkers worden door Presikhaaf Compact geen operationele voorzieningen en activiteiten georganiseerd. Wel voert de module 1 de verloning en de daarmee samenhangende personele administratie uit. Operationeel doel:. Voor de nog niet overgedragen medewerkers worden faciliteiten aangeboden voor een arbeidsmatige inzet. De financiële opstelling betreft de begroting voor deze faciliteiten. Bezetting SW-medewerkers met de laagste doelgroep loonwaarde. Externe Werkzaamheden (loonopdrachten) met een opbrengsten lage tariefstelling. Overige bedrijfsopbrengsten Bezetting regulier Uitgangspunt is een span of control van 1 reguliere fte op 25 sw-fte. Hierin zijn de volgende functionele taken ondergebracht: Werk/traject coaching, acquisitie, HRM-taken. Kosten Personeelsgebonden kosten om medewerkers zolang mogelijk te kunnen laten deelnemen aan de activiteiten. Overige bedrijfskosten hangen samen met de uitvoering en de aard van de bedrijfsactiviteiten en bezetting. Overig Module 9 valt buiten deze begroting, de module beschrijving volgt onderaan dit hoofdstuk. Pagina 11 van 28

15 Module 10 - Overhead, Presikhaaf Compact Onderwerp Uitgangspunten Opmerking Doel Bresdo: Los van besparingsdoelstellingen doet het BReSDo-rapport geen expliciete uitspraken over de wijze waarop de overhead georganiseerd en gepositioneerd moet zijn. Wel worden een aantal uitspraken gedaan die van toepassing kunnen zijn op de Overhead. In termen van infrastructuur: "Gemeenten hebben de voorkeur voor de midden variant. Deze biedt voordelen, omdat de bestaande infrastructuur van PHB wordt verbonden met de nieuwe taken in het kader van de Participatiewet". "Deze variant biedt het waarborgen dat de bestaande infrastructuur van PHB voor zover nuttig en zinvol, behouden blijft voor nieuwe doelgroepen en dat hoge frictie- en transitiekosten worden voorkomen". Door het modulair neerzetten van de overhead als een dienstverlening wordt de mogelijkheid geboden om dit deel van de infrastructuur breder dan uitsluitend door Presikhaaf Compact te benutten. (Overigens kan "infrastructuur" ook betrekking hebben op zaken als gebouwen, productiemiddelen en 'know how'.) Bezetting doelgroep Externe opbrengsten Overige bedrijfsopbrengsten Bezetting regulier Operationele doelstelling: Het bieden van Shared Services voor de modules 1 tot en met 9, per Dit omvat: - De directie- en managementfunctie, - HRM beleidsadvies en inzetmanagement, - Diagnose en advies, - Training en opleidingen, - De inkoop-, verkoop- en financiële administratie, - De control functie, - Communicatie en secretariaat, - ICT. Een aantal SW medewerkers voert werkzaamheden uit voor deze activiteiten. De interne doorbelasting betreft de doorbelasting aan module 1 t/m 8. De overige bedrijfsopbrengst betreft de doorbelasting van een ROC-docent, meeropbrengsten van voormalige ID-ers, management fee en de vergoeding voor geleverde shared services aan module 9. De shared services worden gedragen door de reguliere bezetting. De capaciteit van de bezetting moet Beleidsuitgangspunt is dat door de inzet van SW-medewerkers wordt voorkomen dat er (hogere) kosten voor regulier personeel moeten worden gemaakt. In de begroting is voorzien in een reductie van de bezetting regulier van in totaal 11,3 fte, Pagina 12 van 28

16 Kosten Overig kwalitatief en kwantitatief toegesneden zijn om de gevraagde dienstverlening te kunnen leveren. De overige bedrijfskosten zijn de kosten die samenhangen met de shared services. waarvan de effectuering plaats vindt per De functie van sectormanager is verdeeld over de modules onder de indirect reguliere fte en kosten. Deze vormen geen onderdeel van module 10. Module 9 - WWB, buiten de begroting Onderwerp Uitgangspunten Opmerking Doel Bresdo: "Sociale dienst en WSP: gemeenten in Midden Gelderland houden de traditionele WWB-taken vooralsnog bij de sociale diensten". Bezetting doelgroep Externe opbrengsten Overige bedrijfsopbrengsten Bezetting regulier Kosten Overig Operationele doelstellingen: Het bieden van re-integratietrajecten voor uitkeringsgerechtigden uit de gemeenten door het uitvoeren van werkprojecten in eigen beheer, per WWB. Opbrengsten op basis van afspraken met gemeenten over de uitvoering van reintegratietrajecten. Trainers en begeleiders direct ingezet om de re-integratietrajecten ten uitvoer te brengen. Personeelskosten inzake externe trainingen. Huisvestingskosten als doorbelasting uit module 2 en Doorbelastingen voor de benutting van shared services uit module 10. Overige bedrijfskosten voor het uitvoeren van de werkprojecten. Pagina 13 van 28

17 3 Risico's De risico's en aandachtpunten zijn ingedeeld naar de korte termijn (operationeel/tactisch) en de lange termijn (strategisch/tactisch). Risico's operationeel/tactisch (2016) De korte termijn risico's hebben met name te maken met de overdracht van activiteiten en daarmee samenhangend de overgang van mensen. Deze risico's zijn grofweg te verdelen in drie gebieden:» Presikhaaf Bedrijven als "latende partij";» de transitie van activiteiten en mensen;» WSP als "ontvangende partij". Risico's Presikhaaf Bedrijven als latende partij De afbouw binnen Presikhaaf Bedrijven start op een bepaald moment, kost tijd en geeft, hoe dan ook, onzekerheid. Indien dat niet beheersbaar is leidt dat tot:» Onzekerheid en onrust bij SW-personeel en kader. Resulterend in een hoog ziekteverzuim, demotivatie, minder prestatie en vertrek (goede) leidinggevenden;» Onzekerheid bij klanten, met als gevolg snel afnemend werkaanbod en minder nieuwe plaatsingen;» Voordat de overgang van mensen kan plaatsvinden moet de productie al zijn afgebouwd. Deze afbouw gaat schoksgewijs terwijl de overgang van SW-personeel in een ander tempo plaats heeft. Dit leidt tot leegloop en dus onrust en productieverlies. Bovenstaande risico's gelden met name voor modulen 3 en 4 en minder voor de Modulen 6 en 7a omdat daar mensen als onderdeel van een activiteit overgaan. Om te voorkomen dat er onrust, leegloop en een ongewilde stagnering van de vraag ontstaan moet de afbouw van Presikhaaf Bedrijven en opbouw van WSP worden beheerst door een gezamenlijk afgestemd en geconditioneerd beheersplan. Timing en aansluiting van processen zijn daarbij cruciaal. Om onzekerheid en onrust te voorkomen is vanaf dag 1 interne en externe communicatie cruciaal, waarbij doel, proces en tijdspad volstrekt helder moeten zijn. Risico's in overgang en overdracht (operationalisering transitie)» In elke transitie is timing (1 januari 2016?) en (zwaluwstaart)aansluiting van processen cruciaal, om te voorkomen dat mensen tijdelijk of langer in een vacuüm qua werk en begeleiding zitten;» Bij overgang van activiteiten gaat niet alleen SW-personeel over, maar volgt van rechtswege ook het regulier kader, met als risico geen (passende) plek en/of ongewenst effect op organisatie inrichting;» Afgestemd sociaal plan met OR, bonden, cliëntenraad etc. vraagt om tijd, welke conflicterend is met of vertragend kan zijn op het operationele tijdspad. Pagina 14 van 28

18 Beheersing van bovenstaande risico's vraagt ook hier om goede wederzijdse afstemming in een gedegen beheersplan en proces van overdracht. Omdat het primair om mensen gaat is een "warme overdracht" belangrijk, waarvoor extra aandacht en capaciteit op het mens proces nodig zijn. Risico's WSP als ontvangende partij Het WSP in nu een samenwerkingsverband tussen gemeenten, UWV en Presikhaaf Bedrijven en zal zich in rap tempo moeten ontwikkelen tot een entiteit, waar primaire processen zijn ingericht, met een staande organisatie om datgene te doen waar het voor staat: het (her)plaatsen van mensen bij werkgevers, het aangaan van contracten met klanten, etc. Dit betekent voor het WSP de inrichting van verschillende processen:» Vraaggericht (advies en dienstverlening) in combinatie met aanbod gericht (mensen en activiteiten);» Van plaatsen, met een vangnet voor mensen die terugkomen (ca. 2000) op jaarbasis) en herplaatsing;» Mens processen: loonwaarde bepaling, verzuimbegeleiding, ontwikkeltrajecten, etc.» Financieel: urenverantwoording, factureren, aanmanen, etc. Hierbij kan het WSP gebruik maken van de huidige kennis van de stafdiensten van Presikhaaf Bedrijven, dit mede om frictiekosten te voorkomen. Bovenstaande lijst is niet uitputtend en het mag evident zijn dat bij het niet op orde zijn van deze processen de risico's op alle facetten (personeel, commercieel, financieel) enorm zijn. Tot slot In deze paragraaf zijn de belangrijkste risico's weergegeven, met name gericht op de afbouw Presikhaaf Bedrijven, overgang en opbouw WSP. Risico's ten aanzien van de governance, regionale samenwerking en aan elke transitie verbonden (financiële) effecten zijn hier verder niet uitgewerkt, maar zijn meer dan voldoende toegelicht in het BReSDo-rapport. De beheersmaatregelen voor die risico's dienen te zijn opgenomen in het door de gemeenten opgestelde governanceplan en het nader op te stellen transitieplan van Presikhaaf Bedrijven /WSP. Risico's strategisch/tactisch (2017 en verder) In de toekomstige situatie, waarbij het WSP als entiteit staat en Presikhaaf Bedrijven is afgebouwd tot een kleine voorziening voor alleen Beschut werken zien we de volgende hoofdrisico's:» Presikhaaf Bedrijven is te ver afgebouwd;» Gemeenten willen op een verschillende en eigen wijze diensten afnemen van het WSP en invulling Beschut werken (regionaal maatwerk);» Juridisch bestuurlijke kaders. Presikhaaf Bedrijven is te ver afgebouwd» Te klein om als entiteit in de lucht te houden; Pagina 15 van 28

19 » Door de volledige uitstroom van personen met een hogere loonwaarde, daalt de totale loonwaarde van de gehele operatie, omdat structuur en basis in het werk ontbreekt en alleen kan worden opgelost door extra reguliere begeleiding:» Het missen van werkervaringsplekken om mensen gericht te activeren naar werk;» Geen vangnet voor mensen die terugkomen van een detachering;» Expertise op het gebied van arbeidsdiagnose en -advies verdwijnt;» Samenhang/ontschotting met WMO: minder (kosteneffectieve) beschutte werkplekken;» Wegvloeien van kennis en ervaring in de re-integratie van niet SW-doelgroepen (activering, test, training en plaatsing). Regionaal maatwerk Een belangrijke drijfveer in de transitie is de wens van gemeenten om een eigen invulling te kunnen geven aan de gezamenlijke entiteiten. De nieuwe entiteiten Groen à Diensten, WSP, Presikhaaf Bedrijven Beschut moeten daarop zijn ingericht:» Financieel transparant;» Flexibel in organisatie, omvang en dienstverlening;» Maatwerk contracten (DienstVerleningsOvereenkomsten) Juridisch Bestuurlijke kaders Elke entiteit zal moeten passen binnen en zich moeten houden aan de wettelijke kaders op het gebied van aan- en inbesteding, Wet Markt à Overheid, cao afspraken, voorkomen van oneigenlijke staatssteun, etc. Ook deze eisen/risico's bepalen het strategisch perspectief. Pagina 16 van 28

20 4 Verplichte paragrafen Artikel 11 van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) bepaalt dat in de paragraaf weerstandsvermogen een relatie wordt gelegd tussen de weerstandscapaciteit en de risico's. Onder weerstandscapaciteit wordt verstaan de middelen en mogelijkheden waarover Presikhaaf Bedrijven beschikt of kan beschikken om niet begrote kosten te dekken. De materiële vaste activa bevatten naar alle waarschijnlijkheid geen 'stille reserve'. Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen de weerstandscapaciteit en alle risico's waarvoor geen maatregelen zijn getroffen en die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot de financiële positie. In deze paragraaf wordt achtereenvolgens ingegaan op de onderwerpen: * weerstandscapaciteit; * risico's; * beleid omtrent weerstandscapaciteit en de risico's. Weerstandscapaciteit Het gewenste eigen vermogen is in de notitie inzake weerstandsvermogen bepaald op 12,500) van het balanstotaal. Dit komt neer op een bedrag van circa C 2,5 miljoen. Er bestaat geen verplichting voor de gemeenten voor het op peil brengen van het weerstandsvermogen. Het weerstandsvermogen is bedoeld om in moeilijke tijden eventuele exploitatieverliezen te kunnen opvangen. Door het de slechte resultaten over de afgelopen jaren ontbreekt het aan weerstandsvermogen. Door het resultaat van de komende jaar zal financiering vanuit de deelnemende gemeenten noodzakelijk zijn om het weerstandsvermogen minimaal op nihil te houden. Risico's Zie hoofdstuk 2 voor risico's op hoofdlijnen. Beleid omtrent weerstandscapaciteit en de risico's Uitgaande van het resultaat over 2015 en 2016, zoals is opgenomen in de programmabegroting, is het gewenste eigen vermogen ultimo 2016 niet aanwezig. Onderhoud kapitaalgoederen Bij Presikhaaf Bedrijven heeft het onderhoud van kapitaalgoederen vooral betrekking op onderhoud van bedrijfsgebouwen, machines en installaties. Het gebruik van pand aan de Driepoortenweg vraagt gezien de ouderdom veel onderhoudskosten. Met vervanging van installaties om het pand geschikt te houden voor intensief gebruik door veel mensen, is bij de investeringen geen rekening gehouden. Indien dit nodig is zullen uitgaven gedaan worden en als kosten moeten worden verantwoord Ten behoeve van gebouwenbeheer (registergoed) wordt jaarlijks op basis van conditiemetingen, onderhoudsinspecties en een inventarisatie per actief een MeerJarenOnderhoudsPlan (MJOP) opgesteld. Dit plan geeft een overzicht van het uit te voeren onderhoud en de benodigde investeringen aan het actief zowel op lange als op korte termijn en vormt qua kosten en investeringen de basis voor de begroting. Pagina 17 van 28

21 Voor een optimale werking en instandhouding van de infrastructuur zijn, daar waar gewenst dan wel noodzakelijk, onderhoudscontracten afgesloten met externe dienstverleners en leveranciers voor zowel het registergoed als voor de productiemiddelen. Financiering Met inachtneming van hetgeen is beschreven in het 'Treasurystatuut Presikhaaf Bedrijven', wordt in deze paragraaf de financiering vastgelegd voor Kasgeldlimiet en renterisiconorm De kasgeldlimiet bepaalt de maximale omvang van de netto-vlottende schuld (schulden aan kredietinstellingen - liquide middelen). Op basis van de wet Fido bedraagt voor Presikhaaf Bedrijven de kasgeldlimiet C 6,741 miljoen, zijnde 8,200) van de totale begrotingsuitgaven voor 2016 ad C 82,210 miljoen. De renterisiconorm is dat deel van de vaste schuld, waarover Presikhaaf Bedrijven renterisico mag lopen in casu waarvan de rente kan variëren. Op basis van de wet Fido bedraagt voor Presikhaaf Bedrijven de renterisiconorm C 16,442 miljoen, zijnde 200 van het begrotingstotaal. Voor 2016 verwachten wij dat de deelnemende gemeenten het tekort aan eigen vermogen ultimo 2015 van C 13,9 miljoen aanvullen. Dit geldbedrag zetten wij voor de noodzakelijke aflossingen op geldleningen en financiering van het begrote resultaat over 2015, de verwachting is dat wij in 2016 kasgeldleningen zullen moeten aantrekken en een nieuwe lening van C 9,0 miljoen. Rentevisie Op basis van de leningenportefeuille komt de gemiddelde rente van de langlopende leningen uit op onder de 40o. Het percentage voor de financiering met kort geld, zijnde rekening courantkrediet en kasgeldleningen, is voor 2016 gesteld op gemiddeld 0,50o.De wet 'Schatkistbankieren' heeft geen invloed op onze financiering. Verbonden partijen In het kader van de primaire doelstelling heeft Presikhaaf Bedrijven een drietal rechtspersonen opgericht waarin activiteiten vanuit deze doelstelling zijn ondergebracht. Dit betreft Beverweerd Holding B.V., Stichting Motivaktie en Stichting Personeel Presikhaaf. Beverweerd Holding B.V. heeft op haar beurt deelnemingen in Tuincentrum de Wuurde B.V., Presikhaaf Dienstverlening B.V. en B.V. Tuincentra Presikhaaf. In 2014 zullen nog desgwenst hieronder twee nieuwe vennootschappen worden opgericht, te weten Presikhaaf Schoolmeubelen B.V. en Intratuin Arnhem B.V. Tuincentrum de Wuurde B.V. heeft personen in dienst waarop de cao Tuincentra van toepassing is. Voor het verwerven van gemeentelijke opdrachten is Presikhaaf Dienstverlening B.V. in 2011 opgericht. De Stichting Motivaktie voert externe re-integratietrajecten uit voor zowel gemeenten als het UWV. Via deze Stichting kunnen in de toekomst ook andersoortige trajecten op de externe markt worden uitgevoerd. De Stichting Personeel Presikhaaf heeft tot doel het in dienst nemen van niet-sw-personeel. Beide stichtingen zijn niet opgenomen in de resultaten van Presikhaaf Bedrijven aangezien er geen kapitaalbelang is. Pagina 18 van 28

22 De Stichting Aan de Slag heeft tot doel om projecten mogelijk te maken met personen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Presikhaaf Bedrijven zal de verbonden partijen adequaat financieren. Pagina 19 van 28

23 Bijlagen 1 Begroting 1.1 Programma regiobegroting per module 1.2 Programma regiobegroting 1.3 Specificaties Pagina 20 van 28

24 Bijlage 1.1 Programma regiobegroting per module - Presikhaaf Compact, WSP en gemeenten 0 Ē Ě Personen metlage loonwaarde 1 tu s ra -į Ē Ē 1 S į) m 0) CL E Groen en Diensten op atstand Ě c 1) E s. Mūdule 10 co ŪJ 1 ŪJ tz ra P ŪJ c CO ŨJ n' -Ē 'Ti T 1 n' 1 n'. i ŌJ :o Í.O ID lo LD O f\j in O 'O ".' ID CÌ (M CO CO Oi \n «n ín co td «ļ 'O CO f f.o.d ' l td td 1 (Ň (N öĩ ai ś n u» IO öĩ O ô u co İD 1ÍJ 1 O to ÏD 1^ ^ Ďľl td cļ co CVI UJ PD co O Cū co tô tō cn col LM r -D ^iai LO Cļ co Q? tl O rè co fjĵ CO Oi h o td ca 00 s cn cd t.o cn CG cd ņi ft -S o Individuele detachering en ŪJ?0 f.o ra UD ŪJ {0 fľo td (Tv ĪN CO '.Tl N io IO ift O O O Q lo co td CVI r- E rm co cn SÍ OD ^ (ů r- s T - 3 LD i r. cn CO f -Cľ' id i r. cn Ě " ^ ^ g 1 ra î i Personen metlage loonwaarde ŪJ ro QJ?o n' T 8 ' ) t j '.71 in rï ( ', to CN Cļ in co QN Ş in O (0 S Ŝ K O o tn O CO td co td td m ui B O) to É id OD CN co Huisvesting Verloningsbureau ÍN QJ ŪJ n' n' i oī ÏD 3-1 N L «cô CD LD ín i Ď lô ŝ CvJ CN C-) ļ-ï cô «Ï (N tl Oi ÍN td O cn ID iti CD ŗ\i C\İ cn 'ó QJ CD BRESDO begroting gj OJ OJ CD OJ CD '171 '171 ċ\l ui IQ Gì :o rľo «~» O fi í', O) 'O ÍN ā CO It) «D i Ď lô CvJ CN o to (N tl O) ÍN CO co CVJ O Pí ť) ťn 2? Oì C\i co cjļ 1 cj «M ōì td td «li O rô cn id ŗ\i iľ\j ID CD C\İ rm LD C\İ LD iti r.d Ifi s ŝ 1 1 c ř'- r- 1 ó lo ť) t-7 cj iń «O Ó Ó O ó ó I O E III co Begroting 2016 QJ CD 1U īfl i lí O) 1 s: O) Ol Ľ LU LÜ j.i į rij ï' 'ľ Ĩ2' ÿ ĩļį w å S m m m S! Bį Ē O "(5 2 m 2. at I S I i ä 1 E (O ifì IO LO O cn 'Ď tsl ad īī 1 * ra "ni ñ m Ľ UJ li, s ŝ 1 ra O) O) Ol J.ì Í D :į f p cn ra Si c KI ffi at Ē O I s 1 4» ra i ä 1 c Ŝ Ja Ē î r m ra m ra ra 11 ĩ 11 CD B Cfl ľ JJJ ÜĴ UI ľ I ċo Wl į I ra pi į Ŝ' 11-1 QJ ra CU İ3 Pagina 21 van 28

25 De belangrijkste verschillen tussen de regiobegroting en het BReSDo-rapport zijn: * Het verloningsresultaat is gelijk aan de BReSDo-begroting ondanks een afwijkend aantal fte, AJ en Personeelsgebonden kosten SW. De salariskosten per fte zijn iets hoger wat wordt gecompenseerd door lagere Personeelsgebonden kosten SW als gevolg van het afschaffen van maatvervoer; * De netto-opbrengst is C 1,8 miljoen lager dan de BReSDo-begroting doordat tarieven over de gehele linie 150o lager liggen voor de SW-ers. Dit komt door een nagenoeg volledige afbouw van logistieke diensten waardoor de werkzaamheden op een lager niveau komen te liggen (handverpakken, Look o Look). Het tarief in module 4 (groep van 200 personen) is gelijk aan het BReSDo-rapport; * De overige opbrengsten van C 1,1 miljoen komen niet voor in het BReSDo-rapport. Deze post komt vooral door doorbelasting van huisvestingskosten aan Presikhaaf Schoolmeubelen B.V. en Intratuin Arnhem, extra bijdrage ID-banen en doorbelasting overheadkosten aan module 9; * De salariskosten regulier personeel vallen hoger uit dan begroot doordat de datum van boventalligheid niet 1 januari 2016 is maar 1 september 2016 vanwege de noodzakelijke voorbereidingen met OR, vakbonden, Georganiseerd Overleg en het regulier personeel; * De posten 'overige personeelskosten' en 'financiële baten en lasten' zijn conform het BReSDorapport; * De post 'afschrijvingen' is veel lager doordat in het BReSDo-rapport is uitgegaan van een percentage van de boekwaarde in plaats van te kijken naar de opbouw; * De overige bedrijfskosten vallen hoger uit dan begroot doordat hier ook kosten in zijn opgenomen die worden doorbelast aan Presikhaaf Schoolmeubelen B.V. en Intratuin Arnhem; * Het operationeel resultaat is lager door het verschil in de netto-opbrengst; * De incidentele lasten vallen lager uit doordat de datum van boventalligheid is verschoven van 1 januari 2016 naar 1 september 2016 en is uitgegaan van veel minder personen. In de incidentele lasten zijn ook kosten begrepen in verband met leegstand van huisvesting. De meeste posten hebben een structureel karakter waarbij de salariskosten na 2016 lager zullen uitvallen doordat de besparing dan het gehele jaar meetelt. Door middel van het opstellen van het bedrijfsplan zullen risicobeheersmaatregelen worden getroffen. Pagina 22 van 28

26 Bijlage 1.2 Programma regiobegroting Presikhaaf Compact, WSP en gemeenten Begroting Begroting Rekening x C Gemeentelijke SW-bijdrage Salariskosten SW Personeelsgebonden kosten SW VERLONINGSRESULTAAT Bruto-opbrengst inclusief mutatie OHW Materiaal verbruik + uitbesteed werk Netto-opbrengst Netto-opbrengstpercentage 94,60 85,50 70,30 Overige opbrengsten Som der bedrijfsopbrengsten Lasten Salariskosten regulier personeel Overige personeelskosten Afschrijvingen Financiële baten en lasten Overige bedrijfskosten Totaal lasten OPERATIONEEL RESULTAAT Resultaat verbonden partijen Boekwinst verkoop activa Incidentele baten en lasten OVERIG RESULTAAT EXPL. RES. VOOR AUNOME EFF Autonome effecten Wet Werk en Zekerheid TAAL AUNOME EFFECTEN EXPLOITATIERESULTAAT Pagina 23 van 28

27 Begroting Begroting Rekening Personeelsgegevens SW-werknemers in fte 2.359, , ,9 SW-werknemers in AJ 2.455, , ,3 Werknemers BW in fte 53,0 63,0 61,0 Werknemers BW in AJ 56,0 65,0 64,1 Reguliere werknemers in fte 107,1 144,6 191,4 Arbeidsverzuimpercentage 12,00 12,500, 14,590, Resultaten per fte (SW) Gemeentelijke SW-bijdrage Salariskosten SW exclusief BW Personeelsgebonden kosten SW Verloningsresultaat Netto-opbrengst Lasten - overige bedrijfsopbrengsten Operationeel resultaat Overig resultaat Expl. Res. voor autonome effecten Exploitatieresultaat Gemeentelijke SW-bijdrage per SW AJ Hieronder volgt een toelichting op de programma rekening. Subsidieresultaat Gemeentelijke SW-bijdrage Bij het opstellen van de begroting 2016 wordt uitgegaan van een gemiddelde SW bezetting van AJ. De bezetting daalt als gevolg van natuurlijk verloop. De verwachte Rijksbijdrage per AJ voor 2015 bedraagt C per AJ, dit is C 600 lager dan de gemeentelijke SW-bijdrage over Salariskosten SW De belangrijkste kostenpost wordt gevormd door de post salariskosten SW-personeel. Voor 2016 worden de totale uitgaven begroot op ruim C 66,6 miljoen. Dit cijfer is gebaseerd op een SW-bezetting voor 2016 van gemiddeld 2.306,0 fte, exclusief de SW-bezetting voor Begeleid Werken. De salariskosten SW per fte dalen doordat personen met een relatief hoog salaris uitstromen, waar tegenover een beperkte stijging van premies. Er is geen rekening gehouden met de kosten als gevolg van een mogelijke cao-stijging. Personeelsgebonden kosten SW Onder deze post worden de reiskosten woon-werkverkeer en de loonkostensubsidie van Begeleid Werken. Pagina 24 van 28

28 Operationeel resultaat Het operationeel resultaat is ruim C 1,2 miljoen beter als de begroting 2015, vooral als gevolg van de effecten door het opvolgen van de uitkomsten van het Bresdo-rapport. Per onderdeel is het beeld als volgt:» De netto-opbrengst daalt met C 2,4 miljoen, door lagere bruto opbrengsten als gevolg van verschuivingen in het werkaanbod voor medewerkers met een lagere verdiencapciteit naar werk met een lage tariefstelling. Een ander effect ontstaat doordat de WWB-re-integratie/reactivatie activiteiten niet in de begroting zijn opgenomen;» De overige bedrijfsopbrengsten dalen met C 1,1 miljoen als gevolg van met name de lagere doorbelasting van de huisvestingskosten;» De lasten dalen met C 4,7 miljoen door een daling van de reguliere bezetting, het afnemen van de kosten voor huisvesting en door andere kostendalingen. Netto-opbrengst De begrote netto-opbrengst van de modules komt per saldo uit op een bedrag van C 1 1,9 miljoen bij een gemiddeld netto-opbrengstpercentage van 94,60. Het netto-opbrengstpercentage stijgt met 9,1 procentpunt ten opzichte van de begroting 2015, vooral doordat de WWB-re-integratie/re-activatie activiteiten niet in de begroting zijn opgenomen. Enerzijds is er sprake van een verbetering van opbrengsten door de focus op verbetering van de plaatsing van medewerkers met een hogere verdiencapaciteit. Dit betekent echter dat deze medewerkers uit de interne activiteiten worden getrokken, waar zij door hun eigen inzet een bijdrage leverden aan de opbrengsten maar ook een positief effect hadden op de opbrengsten van medewerkers met een lage verdiencapaciteit. Deze positieve effecten op de interne activiteiten verdwijnen en worden niet volledig gecompenseerd door de verbeterde plaatsin. Overige bedrijfsopbrengsten Onder deze post staat de doorbelasting van kosten dienstverlening, rente- en huisvestingskosten aan de op afstand gezette bedrijfsonderdelen, de bijdrage van de gemeente Montferland en doorbelasting van docenten die cursus geven voor de BBL-trajecten aan ROC RijnIJssel. Salariskosten regulier personeel De totale uitgaven komen uit op een bedrag van C 7,2 miljoen bij een bezetting van 107,1 fte. De daling ten opzichte van de begroting 2015 met 37,5 fte door een reductie van de overhead en doordat de WWB-re-integratie/re-activatie buiten de begroting vallen. Er wordt rekening gehouden met een stijging van de salariskosten door cao verhogingen en verhogingen van sociale premies zoals deze nu bekend zijn. Overige personeelskosten De overige personeelskosten dalen door minder opleidingskosten, lagere kosten werkkleding en doordat geen bedrag is opgenomen voor het individuele loopbaan budget. Afschrijvingen De afschrijvingskosten dalen met C 0,3 miljoen als gevolg van het afstoten van gebouwen en door beperkte investeringen. Financiële baten en lasten Door de dalende rente en het lagere vermogensbeslag dalen de financiële baten en lasten. Overige bedrijfskosten Onder de overige bedrijfskosten worden alle overige kosten gepresenteerd. Deze dalen met C ruim 1,8 miljoen. Voor een specificatie van de overige bedrijfskosten, zie bijlage 1.3. De volgende toelichting per post:» De huur- en leasekosten dalen door het afstoten van bedrijfsruimte;» De onderhoudskosten dalen door het afstoten van bedrijfsruimte;» Het energieverbruik daalt door het afstoten van bedrijfsruimte; Pagina 25 van 28