Crisis communicatie via cell broadcast: lessen uit drie jaar praktijkproeven

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Crisis communicatie via cell broadcast: lessen uit drie jaar praktijkproeven"

Transcriptie

1 Sessie I. Rampenbestrijding Crisis communicatie via cell broadcast: lessen uit drie jaar praktijkproeven Dr.ir. Ellen Jagtman, universitair docent, sectie veiligheidskunde, TU Delft, Samenvatting In de periode is onder regie van de Nederlandse overheid ervaring opgedaan met de toepassing van de technologie cell broadcast voor burgeralarmering. Er zijn grootschalige praktijkproeven uitgevoerd in vier gebieden. In de zomer van 2008 heeft de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties de Kamer laten weten cell broadcast in Nederland als burgeralarmerings- en informatiesysteem in te zullen voeren. Deze bijdrage bespreekt de evaluatie en de lessen die tijdens de praktijkproeven voorafgaande aan de beslissing van de Minister zijn getrokken. 1. Inleiding In Nederland is de burgemeester verantwoordelijk voor alarmering van de bevolking in een levensbedreigende situatie [1]. Dit behelst zowel het bewust maken van de aanwezige personen binnen het rampgebied als het informeren van deze mensen over noodzakelijk handelen. Dit kan op verschillende manieren. Traditionele middelen zijn bijvoorbeeld het luiden van klokken of rondsturen van omroepers, eventueel met geluidswagens. In Nederland is het voor rampen beschikbare en meest bekende alarmeringsmiddel de sirene. Deze technologie kent beperkingen waardoor niet alle burgers adequaat gewaarschuwd worden. De Tweede Kamer [2] heeft verzocht om een oplossing voor deze ongewenste situatie. Mobiele telefonie (GSM) biedt daartoe verschillende mogelijkheden, waarvan cell broadcast in praktijkproeven in Nederland is getest. Cell broadcast is een andere technologie dan sms. Cell broadcast kan met radio worden vergeleken. Vanuit één of een aantal cellen worden berichten verzonden naar alle mobiele telefoons verbonden met die cellen. Sms daarentegen adresseert specifieke telefoonnummers om berichten naar toe te sturen. In 2005 en 2006 maakte de proeven deel uit van het interdepartementaal project Locatiegebonden Publieke Diensten ([4, 5]) onder regie van het Ministerie van Economische Zaken. Andere betrokken Ministeries waren Verkeer en Waterstaat en Volksgezondheid, Welzijn en Sport. In 2007 is een extra proef uitgevoerd onder regie van BZK. De sectie Veiligheidskunde van de TU Delft heeft de praktijkproeven voor burgeralarmering begeleid en geëvalueerd [6]. Centraal in de evaluatie stond de vraag of cell broadcast voor burgeralarmering qua effectiviteit en efficiëntie een zinvolle aanvulling vormt op het huidige sirenestelsel. Om deze onderzoeksvraag te beantwoorden werden vier thema s onderzocht: bereik, acceptatie, techniek en inhoud. 2. Onderzoeksopzet Grootschalige praktijkproeven zijn uitgevoerd in achtereenvolgens Zoetermeer, Zeeland, Amsterdam en op Walcheren en Zuid-Beveland. In 2005 en 2006 werd daarbij gebruik gemaakt van een best effort verzendinfrastructuur. Burgers participeerden met hun eigen mobiele telefoon die door henzelf geschikt moest worden gemaakt (ingesteld) om cell broadcastberichten te ontvangen. In 2007 is een infrastructuur ingericht op basis van verhoogde waakzaamheid. Tevens kregen deelnemers een mobiele telefoon uitgereikt waarop cell broadcast was geactiveerd. Dit toestel, hetzelfde type voor elke deelnemer, bevatte een applicatie waarop additionele onderzoeksdata werd gelogd en automatisch werd verzonden naar het onderzoeksteam. Elke praktijkproef had een duur van 4 tot 6 weken en varieerde in deelnemersaantal van een honderdtal tot circa Tijdens de praktijkproeven werden op hoofdzakelijk onaangekondigde momenten cell broadcastberichten verzonden met het verzoek daarop te reageren. Aan de hand van reacties kon worden bepaald hoeveel burgers werden bereikt. Voor deelnemers die niet reageerden op de berichten is nagegaan wat hieraan ten grondslag lag. Daarnaast is met behulp van vragenlijsten en directe contacten met deelnemers de acceptatie onderzocht van cell broadcast als middel voor alarmering. Aanvullend zijn interviews gehouden

2 met bestuurders die beslissen tot inzetten van burgeralarmeringsmiddelen en is de inhoud van berichten onderzocht in een webexperiment (zie [7-9]). 3. Inzichten creëren gedurende de praktijkproeven De uitvoering van de praktijkproeven heeft drie jaar in beslag genomen. De evaluatie is afgerond in De TU Delft raakte betrokken in de zomer van Toen stonden de proefgebieden en de testperioden voor 2005 en 2006 vast. Daarnaast was een overeenkomst over de te gebruiken infrastructuur van drie destijds Nederlandse mobiele providers vastgelegd. De universiteit is betrokken geweest bij keuzes rond het aantal deelnemers, het aantal, tijdstip en inhoud van de te verzenden berichten en de type en de wijze van dataverzameling (sms, vragenlijsten, telefoongesprekken, e.d.). In deze paragraaf wordt ingegaan op de lessen die de TU Delft zelf heeft getrokken tijdens de proeven en de inzichten die zij heeft aangedragen aan de andere betrokkenen. 3.1 Nieuwe en veranderde inzichten voor de TU Delft De onderzoekers waren voor aanvang van het project niet bekend met de technologie cell broadcast. Navraag bij ICT collega s leerde dat cell broadcast een bestaande technologie is, vastgelegd in GSM-standaards (zie bijvoorbeeld [10]), die in 2006 nog niet grootschalig werd toegepast. Met cell broadcast kunnen tekstberichten gestuurd worden naar alle mobiele telefoons in een bepaald geografisch gebied [3]. Er zijn geen individuele telefoonnummers nodig om de berichten te adresseren. Om een bericht te ontvangen, moet de mobiele telefoon vooraf geschikt zijn gemaakt (ingesteld). De berichten worden niet opgeslagen in een buffer, zoals bij sms-berichten. De mobiele telefoon moet dus aanstaan en bereik hebben op het moment van uitzenden. De technologie lijkt zeer geschikt voor alarmering van individuen [11] die zowel structureel als incidenteel in het te alarmeren gebied aanwezig zijn. De berichten worden verzonden zonder bevestiging (terugkoppeling). Dit betekent dat de verzender niet weet wie het bericht hebben ontvangen. Daarom is niet bekend of alle mobiele telefoons, die zijn ingesteld en verbonden met het netwerk, het bericht hebben ontvangen. Dit is een zwakte voor het toepassingsdomein burgeralarm. Gezien de kansen die de technologie biedt is het verwonderlijk dat deze nog niet grootschalig is toegepast. Het eindrapport van het interdepartementale project [4] geeft hiervoor vier verklaringen: noodzakelijke samenwerking tussen een groot aantal partijen, onzekerheden terugverdienmodel, onzekerheden gebruikerservaringen en ontbreken van een killer-applicatie (een gewenste toepassing om marktintroductie mogelijk te maken). Het eerste, tweede en laatste punt zijn voor de proef georganiseerd. Voor het onderzoeksteam is dit een extern gegeven. Het derde punt was initieel de focus voor de praktijkproeven. Resultaten uit de eerste proef trokken de veronderstelling dat de technologie goed functioneert in twijfel. Van de 105 deelnemers reageerden op vier onverwacht verzonden berichten respectievelijk 14%, 14%, 23% en 21% van de deelnemers [12]. Nabellen van deelnemers leerde dat een groot aantal (77% in 2005 en 60-65% in 2006, zie [6, 8]) op moment van uitzending in het gebied aanwezig was, hun telefoon aan had staan, doch geen bericht ontving. Deze deelnemers voldeden aan de voorwaarden een bericht te ontvangen. De initiële focus werd daarom uitgebreid met het vinden van verklaringen voor het niet ontvangen van berichten. Die verklaringen zijn tweeledig: het instellen van de mobiele telefoon en het optreden van een diversiteit aan verstoringen waardoor berichten niet of niet in het hele gebied zijn uitgezonden. Het instellen van de mobiele telefoon moest in de proeven uit 2005 en 2006 door deelnemers zelf worden uitgevoerd aan de hand van een korte instructie. Tijdens de proeven bleek dat ondanks het feit dat cell broadcast onderdeel is van standaards de implementatie op toestellen sterk verschillend is. Zo zijn er toesteltypen waarop instellen in het geheel niet mogelijk is of langere boodschappen niet geheel getoond worden. Toestellen duiden de technologie aan met verschillende namen (bijvoorbeeld informatiediensten, regiodiensten of kanaalinformatie). Ook is er geen eenduidige locatie in de menustructuren om de gewenste ontvangst van berichten aan te geven. Tijdens de praktijkproeven heeft circa één op de vijf deelnemers zijn of haar toestel niet kunnen instellen [6]. Hoewel dit in de eerste proef al aan het licht kwam, kon de opzet voor de andere proeven uit niet worden gewijzigd. Wel is aanvullende assistentie georganiseerd door opbouw van een website met instructies voor verschillende toesteltypen en het inzetten van een call centre. Bovendien zijn vanaf de tweede proef in 2005 vooraf aangekondigde instelberichten verzonden. Hiermee konden deelnemers nagaan of het instellen was gelukt. Er werd verzocht op minimaal één van deze berichten te reageren zodat kon worden vaststellen welke deelnemers met zekerheid cell broadcastberichten konden ontvangen. Hierdoor kon in de evaluatie gebruik worden gemaakt van een subset van de totale deelnemersgroep. Beschouwen van alleen deze groep filtert het instelprobleem uit de analyse. Vergelijking

3 van deze met de totale deelnemersgroep geeft inzicht in verschillen in bijvoorbeeld snelheid van reageren en acceptatie. Dat de infrastructuur was gebaseerd op best effort, waardoor de proeven betaalbaar waren (zie [4]), was bij aanvang niet bekend bij de TU Delft. Best effort betekende dat cell broadcast niet net als andere GSMtoepassingen continue (24/7) werd gemonitord. Zo kon het voorkomen dat een provider bij regulier onderhoud aan zijn GSM-netwerk het verzenden van cell broadcastberichten via zijn netwerk onmogelijk maakte. In een best effort afspraak is dit te billijken. Echter, burgeralarmering gaat om het bereiken van bedreigde individuen. Daartoe is een demonstratie dat één of een aantal mobiele telefoons soms een bericht kunnen ontvangen niet afdoende. Structureel moet over het geheel uitzendgebied een groot aantal mensen de berichten ontvangen. Indien cell broadcast als burgeralarmeringtechnologie een feit wordt, zal de operationele infrastructuur nooit op basis van best effort kunnen worden aangeboden. Helaas was deze keuze wel gemaakt voor de proeven. Dit maakt het evalueren van een systeem dat uiteindelijk andere technologische kwalificaties zal hebben een grote uitdaging. 3.2 Nieuwe en veranderde inzichten voor andere betrokkenen De BZK praktijkproeven waren gericht op burgeralarmering. Het bereik van cell broadcast was daarom gedefinieerd als: het aandeel deelnemers dat bij verzending van een cell broadcastbericht de gehele alarmeringsketen (zie Figuur 1) heeft doorlopen. Dit wordt uitgedrukt in een percentage van het aantal aanwezige deelnemers op moment van uitzending. Volgens deze definitie is bereik afhankelijk van het functioneren van alle schakels van de alarmeringsketen en dus moet: 1. Het bericht goed worden verzonden 2. Het bericht goed op de mobiele telefoon van de deelnemer worden ontvangen 3. De burger het bericht opmerken en lezen 4. De burger correct handelen naar aanleiding van (de inhoud) van het bericht Figuur 1 Alarmeringscyclus voor burgeralarmering met mobiele technologie [11] Voor betrokken van BZK was de gehanteerde definitie vanzelfsprekend. De eerste resultaten (zie paragraaf 0) toonde een laag en vooral wisselend bereik. Nadat deze resultaten waren voorgelegd aan het interdepartementale projectteam en de private partijen ontstond discussie over de gehanteerde definitie. Bereik werd naar mening van de private partijen gedefinieerd door enkel de eerste en tweede voorwaarde. Bovendien was men van mening dat het ontvangen op een enkele mobiele telefoon in het uitzendgebied al aantoont dat de verzendinfrastructuur functioneert. Deze redenering is te billijken vanuit de optiek van een (commerciële) informatiedienst zonder noodzaak van het bewust zijn van het bericht én reactie naar aanleiding hiervan door de ontvanger (voorwaarden 3 en 4). In het geval van burgeralarmering is hiervan juist sprake. Doel van de berichtgeving is niet het kunnen verzenden, maar het alarmeren via welk middel dan ook van de individuen die (mogelijk) gevaar lopen. Het feit dat de private partijen alleen de verzendtechnologie beheersen is geen reden tot andere definitie. Hoewel de definitie na afstemming is geaccepteerd bleef er een spanning door de resultaten. Graag zou men willen zien wat het bereik na invoeren is. Gezien het gebruik van een best effort verzendstructuur voor de testen, kon dit niet worden bepaald. Dit leidt tot een klassiek kip-en-ei-probleem. Op basis van de cijfers zal geen politieke steun bestaan voor de investering noodzakelijk voor invoeren, terwijl een andere verzendinfrastructuur noodzakelijk is om het bereik te kunnen bepalen. Die andere infrastructuur, waarbij de kwaliteitsbewaking bij providers conform de doelstelling van burgeralarmering is ingericht, vergt een investering waarvoor een politieke goedkeuring noodzakelijk is. De impasse is doorbroken door het opstellen

4 van een proef met eisen die meer conform het doel burgeralarmering zijn ingericht. Het bereik was in de nieuwe proef in 2007 aanzienlijk hoger. Burgeralarmering was in de eerdere proeven één van de speeltuinen, terwijl het in de laatste proef de dominante toepassing voor vaststellen van de technische eisen en daarmee daadwerkelijke de killer-applicatie was. Het verschil in focus tussen de proeven uit 2005 en 2006 (diensten voor verschillende ministeries) en 2007 (burgeralarmering) belicht bovendien de verschillende brillen waarmee naar cell broadcast wordt gekeken. Voor de private partijen biedt de technologie een markt om inkomsten te genereren. De ministeries zijn echter geïnteresseerd in die informatie die via de technologie verspreid kan worden. Cell broadcast is voor hen alleen een middel. De informatie die ministeries willen verspreiden zijn verschillend wat leidt tot andere eisen aan het te gebruiken middel. Voor de toepassingen van EZ en V&W is de verwevenheid met andere informatiediensten geen groot issue voor zover het de integriteit van de overheidsberichtgeving niet aantast. Voor burgeralarmering kan dat het wel zijn. Immers, zoals bij toelichting op de definitie is uiteengezet, is voor de toepassing burgeralarmering het opvallen en reageren noodzaak voor de effectiviteit van het middel. Naast de integriteit is daarom het met hoge betrouwbaarheid kunnen versturen en het opvallen bij ontvangst van berichten ook in crisis of rampsituaties een eis. Cell broadcast is een GSM-technologie en daarmee niet exclusief van de overheid. Voor marktpartijen is de overheid een interessante afnemer, zeker gezien het gebrek aan grootschalige commerciële afnemers tot op heden. Mocht de overheid cell broadcast gaan benutten, dan vergt dit afhankelijk van de dienst die de overheid gaat aanbieden contractuele afspraken over eventueel commerciële diensten. De visie van het waarschuwingsmiddel voor burgeralarmering is bij BZK gedurende het project verschoven. In het begin werd gesproken over vervanging van de WAS op termijn. Dit leidde tot Kamervragen over het niet verder uitbreiden van de WAS ([13]). Vanuit veiligheidskundig perspectief bieden twee verschillende technologieën redundantie waarmee bij falen van één van beide het andere systeem de bevolking of een deel daarvan kan alarmeren. Overigens wordt de WAS door BZK gehandhaafd en daarmee onderhouden tot 2017 [14]. Daarmee is het afschaffen nu niet aan de orde. Dit wordt in recentere stukken over cell broadcast nadrukkelijker onder de aandacht gebracht door de nieuwe technologie niet langer als vervanger op termijn maar als aanvullend aan de WAS te positioneren. Dit is geheel in lijn met de resultaten en daaruit voortvloeiende aanbevelingen uit de evaluatiestudie. Burgeralarmering via dit middel vraag in vergelijking tot de sirene een actieve verantwoordelijkheid van de burger. Immers, een deel van de keten (de mobiele telefoon) is in hun handen. Ondanks de uitleg over cell broadcast, tijdens alle praktijkproeven is uit reacties van deelnemers en andere belangstellenden gebleken dat velen cell broadcast verwarren met sms. Dergelijke verwarring kan leiden tot verkeerde verwachting van de mogelijkheden en beperkingen van cell broadcast. Aangezien een deel van de verantwoordelijkheden voor het goed functioneren van de alarmcyclus bij de burgers ligt is een continue correcte voorlichting aan burgers over de randvoorwaarden voor het kunnen ontvangen van cell broadcastberichten noodzaak. Helaas helpt het daarbij niet om op te merken dat cell broadcast een soort sms is. Ook de overheid doet dit in haar berichtgeving. Tijdens de proef is het gebruik van deze vergelijking afgenomen. 4. Impressie van de resultaten van de praktijkproeven In deze paragraaf wordt een beknopte weergave gegeven om de lezer een beeld te geven met evaluatiestudie. 4.1 Bereik en techniek Tijdens de verschillende proeven zijn in totaal bijna honderd berichten gericht aan burgers verzonden. Het gemeten bereik over van de proeven uit 2005 en 2006 ( best effort implementatie en eigen mobiele telefoon) varieerde sterk. Per bericht werd van de in het gebied aanwezige deelnemers tussen de 0 en 29% bereikt. Met andere woorden, maximaal 3 op de 10 deelnemers heeft een reactie teruggezonden. In deel A van Tabel 8 worden de observaties uitgesplitst per proef waarbij eveneens wordt aangegeven hoeveel berichten zijn beschouwd. Het aantal deelnemers (de N) is variabel aangezien dit wordt bepaald door het aantal aanwezigen op tijdstip (ochtend, middag, avond, weekend) van uitzenden. De kleinste N betrof een bericht uit de proef 2006-I. De grootste N had betrekking op een aantal berichten uit de proef 2006-II.

5 Tabel 1: Resultaten bereik van cell broadcastberichten verzonden op onverwachte momenten ( ) (N variërend per bericht tussen 361 en 6314, gebaseerd op aantal aanwezigen op tijdstip van verzenden) (-A-) Alle berichten Alle deelnemers (-B-) Goede berichten Alle deelnemers (-C-) Goede berichten Deelnemers ingesteld toestel #cb Gem Min Max #cb Gem Min Max #cb Gem Min Max 2005-II 11 19% 10% 29% 5 23% 20% 29% 2006-I 2 20% 14% 27% 1 14% % II 13 16% 0% 25% 5 22% 17% 25% 5 46% 35% 51% 2006-III 15 21% 0% 28% 8 24% 20% 28% 8 35% 26% 49% 2006-IV 5 38% 33% 43% Totaal 41 19% 0% 29% 19 23% 14% 29% 19 38% 25% 51% 2006-IV 9 31% 5% 43% 5 38% 33% 43% Door alleen die berichten te analyseren die door alle deelnemende providers in een groot deel van het uitzendgebied zijn verzonden, worden problemen in het netwerk (2 in Figuur 1) uitgesloten. Dit resulteerde in een bereik van tussen de 14% en 29% (deel B van Tabel 8). Merk op dat de analyse effect heeft op het minimale bereik wat in analyse B altijd hoger is. Ook neemt het gemiddelde toe. Het maximum blijft gelijk. Het aantal berichten dat voor analyse mag worden beschouwd is meer dan gehalveerd. Door daarnaast alleen die deelnemers te analyseren die voorafgaande aan de proef hadden gereageerd op minimaal één van de aangekondigde instelberichten, worden problemen bij het instellen (3 in Figuur 10) uitgesloten. Deze analyse leert dat tussen de 25 en 51% van de deelnemers wordt bereikt (deel C van Tabel 8). Ongeveer 4 van de 10 deelnemers die zijn meegenomen in de analyses voor A en B, voldoet aan de voorwaarden en zijn dus geanalyseerd voor C. Het gemeten bereik in de proef uit 2007 ( verhoogde waakzaamheid en één type mobiele telefoon) lag structureel hoger. Toch varieerde de resultaten opnieuw sterk als gevolg van verschillende verzendcondities. Het bereik van berichten bestaande uit één pagina tekst lag tussen de 72 en 88%. Deze op moment van uitzending aanwezige deelnemers hebben de correcte reactie gegeven naar aanleiding van een onverwacht verzonden burgeralarm. Het bereik van berichten met meerdere pagina s tekst was aanzienlijk lager. Oorzaak was de presentatie van de langere berichten. Deelnemers wisten niet hoe ze het gehele bericht op het scherm van de uitgereikte telefoon konden tonen. 4.2 Acceptatie Deelnemers geven een positieve waardering aan cell broadcast voor zover dit aanvullend op het huidige sirenestelsel wordt ingezet. De verwachtingen van deelnemers was voorafgaande aan de proeven positiever dan na afloop. Dit geldt, in mindere mate, ook voor de proef uit Ondanks de afname, is de waardering na afloop van de proeven nog steeds hoog. 80% ( ) en 94% (2007) van de deelnemers waardeert cell broadcast als een zinvolle aanvulling op de WAS (zie figuur 2) Vervanging van de sirene is wat betreft de deelnemers niet gewenst. Na afloop van de proeven gaf 9% ( ) en 24% (2007) (zie figuur 3) aan dat cell broadcast de WAS kan vervangen is. 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% Zeer mee eens Mee eens Noch mee eens noch mee oneens 2005-I 2006-II 2006-IV 2007-II Mee oneens zeer mee oneens Weet ik niet Figuur 2 Reacties stelling: "Ik denk dat cell broadcast een goede aanvulling is op de huidige sirene "

6 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% Zeer mee eens Mee eens Noch mee eens noch mee oneens 2006-II 2006-IV 2007-II Mee oneens zeer mee oneens Weet ik niet Figuur 3 Reacties stelling: "Ik denk dat cell broadcast de sirene kan vervangen " De acceptatie onder deelnemers verschilt op basis van de ervaring die ze hebben opgedaan met cell broadcast tijdens één of meerdere proeven. Het niet ontvangen van berichten tijdens de proeven beïnvloedt de acceptatie negatief. De acceptatie naar persoonskenmerken (geslacht, leeftijd en opleidingsniveau) verschilt nauwelijks voor zover deelnemers berichten hebben kunnen ontvangen. Uit de interviews met bestuurders blijkt dat zij veel mogelijkheden zien in het gebruik van cell broadcast voor burgeralarmering voor zover dit naast de WAS beschikbaar komt. Het gebruik van de technologie voor alarmeren stelt andere en tijdkritischere eisen aan de technologie en beslisstructuur, dan het gebruik voor informeren over een crisis of ramp. De perceptie tussen bestuurders in de keuze voor toepassing van cell broadcast binnen burgeralarmering verschilt. Het vrijgeven voor commerciële toepassing van de technologie naast burgeralarmering is ongewenst. Zolang keuzes in gebruik nog niet vast liggen en bovendien de technologie zelf nog in ontwikkeling is, willen bestuurders over vervanging van het huidige sirenestelsel nog niet beslissen. 4.3 Inhoud De kracht van het gebruik van cell broadcast en vergelijkbare systemen is dat in een bericht rechtstreeks aan de burgers een handelingsperspectief kan worden geboden. Hierdoor wordt de burger direct op de hoogte gebracht van het noodzakelijk handelen. Uit het webexperiment bleek dat een bericht zowel de dreiging of ramp, de locatie als de noodzakelijk te nemen actie moet beschrijven (zie figuur 4)). Minder belang wordt door burgers gehecht aan een verwijzing naar bronnen (zoals radio of een website) waar meer informatie kan worden ingewonnen. Dit kan achterwege blijven. Daarnaast hebben burgers een sterke voorkeur voor het ontvangen van korte teksten, desnoods in telegramstijl (zie figuur 5). Risico&Actie Risico&Informatie Risico,Actie&Informatie 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% veel te weinig te weinig iets te weinig precies goed iets te veel te veel veel te veel informatie informatie informatie informatie informatie informatie Figuur 4 Waardering inhoud van berichten

7 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% veel te kort te kort iets te kort precies goed iets te lang te lang veel te lang kortere berichten langere berichten Figuur 5 Waardering lengte van berichten Naast de tekst is van belang hoe het bericht op de mobiele telefoon binnenkomt: hoe wordt de burger alert gemaakt op de ontvangst van een bericht. Deelnemers gaven een voorkeur aan een onderscheidende toon, hoewel dit niet leidde tot hogere aantallen of snellere reacties dan het gebruik van een standaard toon (piep). Deelnemers geven bovendien aan dat ze graag een datum en tijdsaanduiding in of bij een bericht ontvangen om zo de relevantie te kunnen bepalen. 4.4 Slotconclusie van de onderzoeksevaluatie Tijdens de proeven in 2007 functioneerde de verzendinfrastructuur aanzienlijk beter. Het leerproces door de verschillende proeven heen toont dat met netwerkmanagement en afstemming tussen overheid en technologie aanbieders de verzendinfrastructuur te beheersen is. Aangezien in 2007 gebruik is gemaakt van één type mobiele telefoon is niet bekend wat het bereik is met de betrouwbare infrastructuur maar de huidige generatie telefoontoestellen. De proeven uit 2005 en 2006 hebben laten zien dat het instellen van telefoontoestellen ondanks opname in GSM-standaards niet triviaal is. De conclusie naar aanleiding van de evaluatie van de verschillende proeven luidt dat cell broadcast een efficiënte (ontvangst van berichten binnen het tijdsbestek gewenst door BZK) en effectieve (gezien het bereik uit 2007) aanvulling kan vormen op het sirenestelsel. De acceptatie onder burgers is bovendien hoog. Maar een zorgvuldige implementatie is noodzakelijk. Cell broadcast is zowel technisch als organisatorisch een complex systeem. Het middel is geschikt voor burgeralarmering indien technische onvolkomenheden worden weggewerkt en de resterende kwetsbaarheden die in verschillende onderdelen van de alarmeringscyclus met cell broadcast zullen blijven bestaan worden onderkend en beheerst. 5. Vervolg na de praktijkproeven: genoeg geleerd? Op 21 augustus 2008 heeft de Minister van BZK de Kamer per brief [15] laten weten de dienst cell broadcast in Nederland als burgeralarmerings- en informatiesysteem in te voeren. Met deze brief is een nieuwe fase in de ontwikkeling van rampen en crisiscommunicatie gestart. Indien de Europese aanbesteding en het parallelle traject waarin contracten met alle mobiele operators in Nederland succesvol wordt afgesloten, kan cell broadcast worden uitgerold. Het systeem moet zich daarna in de praktijk gaan bewijzen. De evaluatie van de praktijkproeven heeft diverse kwetsbaarheden blootgelegd en handreikingen gegeven om hier mee om te gaan. Worden in deze nieuwe fase de kwetsbaarheden aangetoond door de evaluatie onderkend? Deze vraag is niet eenvoudig te beantwoorden. De overheid heeft duidelijk gekozen de verwachtingen van cell broadcast te temperen. Bovendien is in 2007 naast de aanvullende proef inspanning verricht in het specificeren van het programma van eisen voor de infrastructuur. De aanbesteding moet uitwijzen of hieraan voldaan kan worden en of het aanbod gepaard gaat met een door de overheid acceptabel gevonden bedrag. Intussen wordt in de media negatieve uitlatingen gedaan over de keuze van de Nederlandse overheid voor cell broadcast. Zo wordt gesteld dat met cell broadcast heb je alleen bereik onder klanten van de in dat land opererende telecomproviders [16]. Op basis hiervan stelt het bericht vervolgens ten onrechte dat buitenlandse toeristen niet worden bereikt. Binnen Nederland is iedereen, ook met een buitenlandse simkaart, verbonden met een Nederlandse provider. Wel zullen toeristen hun toestel ingesteld moeten hebben om berichten te kunnen ontvangen. Dit is voor een toerist een grotere belemmering dan voor een Nederlandse ingezetene. De auteur vraagt aandacht voor het juist afstemmen van de eisen. Mobiele telefonie is een middel. Het doel burgeralarmering moet bepalend zijn voor de eisen. Crisisalarmering en -informering zijn twee verschillende functies. Bij alarmering kan het ongewenst zijn teveel en irrelevante burgers te

8 informeren. Een abonnement waardoor individuen ook als zij niet in het bedreigde gebied verkeren een bericht ontvangen kan averechts werken. Denk aan ramptoerisme of het betreden van het bedreigde gebied om familie en bekenden te reden. Voor crisisinformering van belangstellenden niet aanwezig in het gebied geldt dit bezwaar niet. Tijdens de evaluatie was een uitspraak doen over het bereik in een crisis of rampsituatie lastig. Dergelijke situaties gaan gepaard met veel onzekerheden, zoals mogelijk uitval van delen van het elektriciteitsnetwerk. Kan juist onder zulke complexere omstandigheden de verzendinfrastructuur worden aangesproken? De praktijkproeven hadden plaats in niet crisissituaties. Daarom is aanbevolen het systeem na invoering te blijven testen, zowel wat betref een stabiel bereik onder gewone condities als evalueren van het inzetten bij een werkelijke crisis of ramp. Daarnaast was de proef uit 2007 geoptimaliseerd niet alleen op het netwerk maar ook aan de kant van de mobiele telefoons. Het gebruik van één type telefoon vereenvoudigt de uitvoerbaarheid en interne validiteit van het onderzoek. In praktijk zal niet iedereen dezelfde mobiele telefoon bezitten. Verbeteringen vergen inspanning waarbij het voor internationale fabrikanten van toestellen interessant moet zijn om te investeren. Bovendien is de effectiviteit uiteindelijk afhankelijk van de bekendheid zowel bij bestuurders die beslissen tot inzetten als bij burgers. Dit vraagt om blijvende betrokkenheid van burgers. Indien de aanbesteding tot invoering leidt of er gekozen wordt voor een alternatieve technologie, staat het leren van het daadwerkelijk te gebruiken alarmeringssysteem pas aan het begin. Nawoord Uitgebreide resultaten en informatie over de proeven met cell broadcast zijn publiek toegankelijk via het internet op de website van postbus51 ( De volledige rapportage van de TU Delft kunt u inzien via: Literatuur 1. Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Handboek Voorbereiding Rampenbestrijding. BZK. Den Haag. 2. Kamerstukken, Kamerstuk , 29656, nr. 9, Tweede Kamer. 3. Cell Broadcast Forum, Advantages and Services Using Cell Broadcast. 4. Tacken, J. & Segers, J., Eindrapportage Locatiegebonden Publieke Diensten. Cell broadcast: geschikt als additioneel middel voor overheidscommunicatie. Dialogic BV en Conict Consultants. Utrecht. 5. Wendt, W. & Zwijnenberg, H., Masterplan voor locatiegebonden mobiele berichtgeving op basis van cell broadcasting (versie 1.1). Ministerie van Economische Zaken. Den Haag. 6. Jagtman, H.M., Wiersma, J.W.F., Sillem, S. & Ale, B Evaluatie van de mogelijkheden van cell broadcast voor burgeralarmering. Ervaring van praktijkproeven in Nederland gedurende de periode TU Delft. Delft. 7. Klaassen, V.O.N., Cell broadcast experiment; Het ontwerpen en construeren van een testomgeving ten einde de inhoud van tekstberichten te toetsen. TUDelft. p Jagtman, H.M., Sillem, S. & Wiersma, J.W.F., Eindrapport cell broadcast Zoetermeer Fase 1 en 2. TU Delft. Delft. 9. Sillem, S., Jagtman, H.M., Wiersma, J.W.F. & Ale, B.J.M Using Cell Broadcast in citizens warning: characteristics of messages. in International Conference on Probabilistic Safety Assessment and Management (PSAM8). New Orleans 10. van Rees, J., Visie op de inzet van Cell broadcast t.b.v. burgeralarmering. Inwilution. 11. Jagtman, H.M., Wiersma, J.W.F. & Sillem, S Implementation issues on citizens alarming using mobile phone technology. in PSAM8. New Orleans, USA 12. Sillem, S., Jagtman, H.M. & Wiersma, J.W.F., Cell broadcast. Tussenrapportage eerste analyses fase 1a. TU Delft. Delft. 13. Kamerstukken, Kamervragen met antwoord , nr. 593, Tweede Kamer. 14. Kamerstukken, Kamerstuk , 29668, nr. 9, Tweede Kamer. 15. Kamerstukken, Kamerstuk , , nr 24, Tweede Kamer,. 16. Verlaan, J., Scepsis over systeem dat alarmeert via GSM. Noor: Nederland kiest voor verouderde techniek, in NRC Handelsblad. PCM Uitgevers. Amsterdam.

Rapportage cell broadcast voor burgeralarmering

Rapportage cell broadcast voor burgeralarmering Rapportage cell broadcast voor burgeralarmering Lessen uit twee jaar onderzoek in Nederland gedurende de periode 2005 2007 drs. J.W.F. Wiersma dr.ir. H.M. Jagtman prof.dr. B.J.M. Ale TU Delft Sectie Veiligheidskunde

Nadere informatie

Evaluatie van de mogelijkheden van cell broadcast voor burgeralarmering

Evaluatie van de mogelijkheden van cell broadcast voor burgeralarmering Evaluatie van de mogelijkheden van cell broadcast voor burgeralarmering Ervaringen van praktijkproeven in Nederland gedurende de periode 2005 2007 dr.ir. H.M. Jagtman drs. J.W.F. Wiersma drs. S. Sillem

Nadere informatie

1. Samenvatting, conclusies en aanbevelingen

1. Samenvatting, conclusies en aanbevelingen 1. Samenvatting, conclusies en aanbevelingen 1.1 Achtergrond en uitvoering van het onderzoek Inleiding In de afgelopen jaren heeft de rijksoverheid een nieuw waarschuwings- en alarmeringssysteem voor crises

Nadere informatie

8TING & LABORIJN IN DE SW LABORIJN APP BIEDT GROTE KANSEN IN VERBETEREN INFORMATIEVOORZIENING

8TING & LABORIJN IN DE SW LABORIJN APP BIEDT GROTE KANSEN IN VERBETEREN INFORMATIEVOORZIENING 8TING & LABORIJN IN DE SW LABORIJN APP BIEDT GROTE KANSEN IN VERBETEREN INFORMATIEVOORZIENING INHOUDSOPGAVE 1.0 Digitaal kan bijdragen aan structuur, efficientie en gelijkheid... 3 2.0 Resultaten uit 3

Nadere informatie

Notitie inzet NL-Alert

Notitie inzet NL-Alert Notitie inzet NL-Alert In de afgelopen jaren richt de (rijks)overheid zich steeds meer op een betere vorm van informatie aan de burger. In het geval van (dreigende) crises of incidenten is het immers van

Nadere informatie

Factsheet Vragen en antwoorden Versie: 11 november 2016

Factsheet Vragen en antwoorden Versie: 11 november 2016 Factsheet Vragen en antwoorden Versie: 11 november 2016 NL-ALERT CONTROLEBERICHT 5 DECEMBER 2016 Wat is het NL-Alert controlebericht? Op maandag 5 december zendt de overheid rond 12:00 uur een NL-Alert

Nadere informatie

NL-Alert. Direct informatie bij een noodsituatie

NL-Alert. Direct informatie bij een noodsituatie Factsheet Vragen en antwoorden Versie: april 2014 NL-Alert. Direct informatie bij een noodsituatie NL-ALERT ALGEMEEN Wat is NL-Alert? NL-Alert is een alarmmiddel van de overheid voor op de mobiele telefoon.

Nadere informatie

Factsheet Vragen en antwoorden Versie: 9 juni 2017

Factsheet Vragen en antwoorden Versie: 9 juni 2017 Factsheet Vragen en antwoorden Versie: 9 juni 2017 NL-ALERT CONTROLEBERICHT 3 JULI 2017 Wat is het NL-Alert controlebericht? Maandag 3 juli zendt de overheid om 12:00 uur een NL-Alert controlebericht uit.

Nadere informatie

Factsheet Vragen en antwoorden Versie: november 2018

Factsheet Vragen en antwoorden Versie: november 2018 Factsheet Vragen en antwoorden Versie: november 2018 NL-ALERT ALGEMEEN Wat is NL-Alert? Bij een ramp in jouw omgeving, wil je weten wat er aan de hand is en wat je moet doen. Daarom is er NL-Alert. Je

Nadere informatie

NL-Alert voor PIANOo-bijeenkomsten Kees Koopmans Willy Steenbakkers

NL-Alert voor PIANOo-bijeenkomsten Kees Koopmans Willy Steenbakkers NL-Alert voor PIANOo-bijeenkomsten Kees Koopmans Willy Steenbakkers Burgeralarmering: de sirene Sirenes niet altijd effectief ' Twee tuiniers waren aan het werk in mijn tuin. Ze kregen ademhalingsproblemen.

Nadere informatie

Factsheet Vragen en antwoorden Versie: oktober 2014. NL-Alert. Direct informatie bij een noodsituatie

Factsheet Vragen en antwoorden Versie: oktober 2014. NL-Alert. Direct informatie bij een noodsituatie Factsheet Vragen en antwoorden Versie: oktober 2014 NL-Alert. Direct informatie bij een noodsituatie NL-ALERT ALGEMEEN Wat is NL-Alert? NL-Alert is het alarmmiddel voor op de mobiele telefoon. Met NL-Alert

Nadere informatie

Bouwstenen voor alarmberichten in het kader van NL-Alert

Bouwstenen voor alarmberichten in het kader van NL-Alert Bouwstenen voor alarmberichten in het kader van NL-Alert Rapportage over de ontwikkeling van berichtgeving voor burgeralarmering via cell broadcast dr.ir. H.M. Jagtman, dr. S. Sillem, prof.dr. B.J.M. Ale

Nadere informatie

Resultaten peiling aantal opzeggingen naar aanleiding van verzending beschikking en factuur voor de eigen bijdrage thuiszorg

Resultaten peiling aantal opzeggingen naar aanleiding van verzending beschikking en factuur voor de eigen bijdrage thuiszorg Resultaten peiling aantal opzeggingen naar aanleiding van verzending beschikking en factuur voor de eigen bijdrage thuiszorg Enschede, 13 juli 2004 WD/04/1774/ebt ir. G. Vernhout drs. W. Dragt Inhoudsopgave

Nadere informatie

Factsheet Vragen en antwoorden Versie: oktober 2015. NL-Alert. Direct informatie bij een noodsituatie

Factsheet Vragen en antwoorden Versie: oktober 2015. NL-Alert. Direct informatie bij een noodsituatie Factsheet Vragen en antwoorden Versie: oktober 2015 NL-Alert. Direct informatie bij een noodsituatie NL-ALERT CONTROLEBERICHT 7 DECEMBER 2015 Wat is het NL-Alert controlebericht? Maandag 7 december rond

Nadere informatie

Communicatie: functies & uitdagingen. Expertmeeting Veiligheidsberaad 13 februari 2014

Communicatie: functies & uitdagingen. Expertmeeting Veiligheidsberaad 13 februari 2014 Communicatie: functies & uitdagingen Expertmeeting Veiligheidsberaad 13 februari 2014 Vraag: wie is verantwoordelijk voor de crisiscommunicatie? Scenario: oproep demonstratie op internet Er circuleert

Nadere informatie

Tevredenheids- en ervaringsonderzoek Wmo over 2010 Klanten hulp bij het huishouden, mantelzorgondersteuning en andere individuele voorzieningen

Tevredenheids- en ervaringsonderzoek Wmo over 2010 Klanten hulp bij het huishouden, mantelzorgondersteuning en andere individuele voorzieningen Tevredenheids- en ervaringsonderzoek Wmo over 2010 Klanten hulp bij het huishouden, mantelzorgondersteuning en andere individuele voorzieningen Gemeente Huizen Inleiding... 3 1. Verantwoording onderzoek...

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Evaluatie Wet veiligheidsregio's (2135): projectbeschrijving

Evaluatie Wet veiligheidsregio's (2135): projectbeschrijving 1 Betrekkingen (EWB) 070 370 7051 Evaluatie Wet veiligheidsregio's (2135): projectbeschrijving Projectnaam Evaluatie Wet veiligheidsregio's (2135) 1. Evaluatie Wet veiligheidsregio's (Wvr) Bij de behandeling

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Het managen van weerstand van consumenten tegen innovaties

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Het managen van weerstand van consumenten tegen innovaties Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Het managen van weerstand van consumenten tegen innovaties De afgelopen decennia zijn er veel nieuwe technologische producten en diensten geïntroduceerd op de

Nadere informatie

Rapport. Datum: 26 september 2001 Rapportnummer: 2001/293

Rapport. Datum: 26 september 2001 Rapportnummer: 2001/293 Rapport Datum: 26 september 2001 Rapportnummer: 2001/293 2 Klacht Verzoeker klaagt over de wijze waarop het Ministerie van Buitenlandse Zaken zijn sollicitatiebrief van 6 maart 2000 heeft behandeld. Hij

Nadere informatie

Onderzoeksopzet. Marktonderzoek Klantbeleving

Onderzoeksopzet. Marktonderzoek Klantbeleving Onderzoeksopzet Marktonderzoek Klantbeleving Utrecht, september 2009 1. Inleiding De beleving van de klant ten opzichte van dienstverlening wordt een steeds belangrijker onderwerp in het ontwikkelen van

Nadere informatie

DCTF Jaarcongres, 23 juni 2010, Amrâth Hotel Lapershoek te Hilversum Rapport over deelsessie II: Risico management in klinisch onderzoek

DCTF Jaarcongres, 23 juni 2010, Amrâth Hotel Lapershoek te Hilversum Rapport over deelsessie II: Risico management in klinisch onderzoek DCTF Jaarcongres, 23 juni 2010, Amrâth Hotel Lapershoek te Hilversum Rapport over deelsessie II: Risico management in klinisch onderzoek Nellie Kraaijeveld, Rikard Juttmann, Henk Kamsteeg, Willem Verweij,

Nadere informatie

Management Summary. Auteur Tessa Puijk. Organisatie Van Diemen Communicatiemakelaars

Management Summary. Auteur Tessa Puijk. Organisatie Van Diemen Communicatiemakelaars Management Summary Wat voor een effect heeft de vorm van een bericht op de waardering van de lezer en is de interesse in nieuws een moderator voor dit effect? Auteur Tessa Puijk Organisatie Van Diemen

Nadere informatie

Opstellen van korte alarmberichten is een kwestie van opleiden, trainen en oefenen Welke expertise is echt nodig voor korte alarmberichten

Opstellen van korte alarmberichten is een kwestie van opleiden, trainen en oefenen Welke expertise is echt nodig voor korte alarmberichten Opstellen van korte alarmberichten is een kwestie van opleiden, trainen en oefenen Welke expertise is echt nodig voor korte alarmberichten Dr.ir. Ellen Jagtman, TU Delft., e-mail: h.m.jagtman@tudelft.nl

Nadere informatie

Vragen en antwoorden. Versie: 15 mei Inhoud

Vragen en antwoorden. Versie: 15 mei Inhoud Vragen en antwoorden Versie: 15 mei 2019 Dit document bevat antwoord op veelgestelde vragen over NL-Alert. Gebruik dit document om vragen vanuit media te beantwoorden. Mocht je aanvullende vragen hebben,

Nadere informatie

Vragen en antwoorden

Vragen en antwoorden Oktober 2012 Factsheet NL-Alert Vragen en antwoorden NL-Alert. Direct informatie bij een noodsituatie Wat is NL-Alert? NL-Alert is een nieuw aanvullend alarmmiddel van de overheid voor op de mobiele telefoon.

Nadere informatie

Beperk schade en letsel bij calamiteiten. Alarmeren Informeren Communiceren

Beperk schade en letsel bij calamiteiten. Alarmeren Informeren Communiceren Beperk schade en letsel bij calamiteiten. Alarmeren Informeren Communiceren Wat klanten zeggen "MultiBel is flexibel en gebruiksvriendelijk. We kunnen de oproepen makkelijk en snel opzetten. Daarnaast

Nadere informatie

Bezoekadres Kenmerk Uw brief Bijlage(n) Maatschappelijke diensttijd, kansen en uitdagingen

Bezoekadres Kenmerk Uw brief Bijlage(n) Maatschappelijke diensttijd, kansen en uitdagingen > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag. Datum 5 juni 2014 Antwoorden Kamervragen met kenmerk 2014Z07915

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag. Datum 5 juni 2014 Antwoorden Kamervragen met kenmerk 2014Z07915 > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Directoraat-Generaal Bestuur en Koninkrijksrelaties Directie Arbeidszaken

Nadere informatie

Datum 19 december 2017 Onderwerp Brief ter aanbieding van het onderzoek naar de beschikbaarheid van het tapsysteem van politie

Datum 19 december 2017 Onderwerp Brief ter aanbieding van het onderzoek naar de beschikbaarheid van het tapsysteem van politie 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/jenv

Nadere informatie

Vragen en antwoorden over elektromagnetische velden en gezondheid

Vragen en antwoorden over elektromagnetische velden en gezondheid Vragen en antwoorden over elektromagnetische velden en gezondheid Elektromagnetische velden en gezondheid 1. Hoe zit het met de elektromagnetische velden zoals die uitgestraald worden door zenders voor

Nadere informatie

De kaderstellende rol van de raad bij complexe projecten

De kaderstellende rol van de raad bij complexe projecten De kaderstellende rol van de raad bij complexe projecten Basisschool Aan de Bron en sporthal op het voormalige WML-terrein Onderzoeksopzet Rekenkamer Weert 16 december 2007 Inhoudsopgave 1. Achtergrond

Nadere informatie

Management Summary. Evaluatie onderzoek naar Peer Review voor de MfN-registermediator

Management Summary. Evaluatie onderzoek naar Peer Review voor de MfN-registermediator Management Summary Evaluatie onderzoek naar Peer Review voor de MfN-registermediator Uitgevoerd door onderzoekers van het Montaigne Centrum voor Rechtspleging en Conflictoplossing van de Universiteit Utrecht

Nadere informatie

Openingstijden Stadswinkels 2008

Openingstijden Stadswinkels 2008 Openingstijden Stadswinkels 2008 Openingstijden Stadswinkels 2008 René van Duin & Maaike Dujardin Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) december 2008 In opdracht van Publiekszaken afdeling Beleid

Nadere informatie

Michiel Kroon & Stijn Hulshof

Michiel Kroon & Stijn Hulshof IJBURGCOLLEGE.NL Profielproduct Verantwoording & 02-06-2012 Activiteiten Voor het tot stand komen van dit profielproduct zijn de volgende stappen doorlopen (zie ook figuur 1): 1. Literatuuranalyse van

Nadere informatie

Open sociale media en operationeel verkeersmanagement

Open sociale media en operationeel verkeersmanagement Open sociale media en operationeel verkeersmanagement Een pilot naar het monitoren van open bronnen ter ondersteuning van operationeel verkeersmanagement Eindrapportage april 2017, definitief Inhoud Doel

Nadere informatie

De wijziging had tot doel de stroom verzoeken tot inspectie fysiek en naar het werkbedrijf te kunnen beperken.

De wijziging had tot doel de stroom verzoeken tot inspectie fysiek en naar het werkbedrijf te kunnen beperken. De wijziging had tot doel de stroom verzoeken tot inspectie fysiek en naar het werkbedrijf te kunnen beperken. CRSA proces Moelanders Recent is de situatie over Moelanders en gemeentelijke vergoedingen

Nadere informatie

Behoeftes rijksambtenaren in kaart Flitspanelonderzoek oktober Een uitgave in het kader van het strategisch personeelsbeleid Rijk

Behoeftes rijksambtenaren in kaart Flitspanelonderzoek oktober Een uitgave in het kader van het strategisch personeelsbeleid Rijk Behoeftes rijksambtenaren in kaart Flitspanelonderzoek oktober 2017 Een uitgave in het kader van het strategisch personeelsbeleid Rijk Managementsamenvatting In het kader van de totstandkoming van het

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag >Retouradres Postbus 20010, 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Bijlagen 0 1 van 5 Betreft Beantwoording vragen Lid Kuiken over publicatie

Nadere informatie

Factsheet Vragen en antwoorden. NL-Alert. Direct informatie bij een noodsituatie Eerste landelijke NL-Alert controlebericht 4 februari 2013

Factsheet Vragen en antwoorden. NL-Alert. Direct informatie bij een noodsituatie Eerste landelijke NL-Alert controlebericht 4 februari 2013 Factsheet Vragen en antwoorden Versie: 24 januari 2013 NL-Alert. Direct informatie bij een noodsituatie Eerste landelijke NL-Alert controlebericht 4 februari 2013 KERNINFORMATIE Maandag 4 februari rond

Nadere informatie

* de rol van de ouders en de school op gebied van gebruik van social media.

* de rol van de ouders en de school op gebied van gebruik van social media. Samenvatting vergadering 9 december 2015 Na het vaststellen van de notulen van de vergadering van 28 oktober 2015 werd, in lijn met de eerder vastgetselde centrale onderwerpen, door 2 ouders van de oudervereniging

Nadere informatie

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Instructie Dit document hoort bij het beoordelingsformulier. Op het beoordelingsformulier kan de score per criterium worden ingevuld. Elk criterium kan op vijf niveaus

Nadere informatie

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM Instructie Dit document hoort bij het beoordelingsformulier. Op het beoordelingsformulier kan de score per criterium worden ingevuld. Elk criterium kan op vijf niveaus

Nadere informatie

Concept TOELICHTING (21 maart 2018) I ALGEMEEN. 1.1 NL-Alertberichten

Concept TOELICHTING (21 maart 2018) I ALGEMEEN. 1.1 NL-Alertberichten Concept TOELICHTING (21 maart 2018) I ALGEMEEN 1.1 NL-Alertberichten NL-Alert is een alarmeringsdienst waarmee de overheid via een tekstbericht op mobiele telefoons gerichte informatie en advies geeft

Nadere informatie

Aan Van Datum Ministerie van OCW Rebel

Aan Van Datum Ministerie van OCW Rebel Memo Onderwerp Verdieping voormalig gesubsidieerde Aan Van Datum Ministerie van OCW Rebel 4-6- 2015 Inleiding In dit memo wordt ingegaan op de effecten van bezuinigingen, waarbij we ons verdiepen in in

Nadere informatie

HET EFFECT VAN WHEELIEPOP OP SMARTPHONEGEBRUIK TIJDENS HET FIETSEN

HET EFFECT VAN WHEELIEPOP OP SMARTPHONEGEBRUIK TIJDENS HET FIETSEN HET EFFECT VAN WHEELIEPOP OP SMARTPHONEGEBRUIK TIJDENS HET FIETSEN Een kwantitatief onderzoek onder jongeren in opdracht van het Interprovinciaal Overleg JEROEN HERMANS KJELL MASSEN AMSTERDAM, JULI 2017

Nadere informatie

Managementsimulatie UTOPIA

Managementsimulatie UTOPIA Managementsimulatie UTOPIA Algemeen Managers en leidinggevend personeel worden steeds vaker tijdens hun werk geconfronteerd met problematische situaties van een complexe en dynamische aard. Beslissingen

Nadere informatie

Korte alarmberichten opstellen is een kwestie van opleiden, trainen en oefenen Welke expertise is nodig voor het opstellen van korte alarmberichten?

Korte alarmberichten opstellen is een kwestie van opleiden, trainen en oefenen Welke expertise is nodig voor het opstellen van korte alarmberichten? Korte alarmberichten opstellen is een kwestie van opleiden, trainen en oefenen Welke expertise is nodig voor het opstellen van korte alarmberichten? Gegevens auteur 1 Titulatuur: Dr.ir. Voorletters: H.M.

Nadere informatie

Nationale strategie voor alarmeringstesten van de bevolking. BE-Alert

Nationale strategie voor alarmeringstesten van de bevolking. BE-Alert Nationale strategie voor alarmeringstesten van de bevolking BE-Alert 1. Context De alarmering van de bevolking in geval van een noodsituatie behoort tot de essentiële opdrachten van de overheden bevoegd

Nadere informatie

Rapport. Datum: 28 september 2007 Rapportnummer: 2007/205

Rapport. Datum: 28 september 2007 Rapportnummer: 2007/205 Rapport Datum: 28 september 2007 Rapportnummer: 2007/205 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) te Groningen geen duidelijkheid verstrekt over haar

Nadere informatie

Handleiding Feedback module voor gebruikers

Handleiding Feedback module voor gebruikers Handleiding Feedback module voor gebruikers 4 Tabbladen CareTrace bv is een samenwerkingsverband van Labelsoft Clinical IT en Modatran Versie: 4.1 Februari 2015 Copyright: Labelsoft Clinical IT CareTrace

Nadere informatie

Draagvlakmonitor huisvesting vluchtelingen. Rapportage derde meting juni 2016

Draagvlakmonitor huisvesting vluchtelingen. Rapportage derde meting juni 2016 Draagvlakmonitor huisvesting vluchtelingen Rapportage derde meting juni 2016 Introductie Waarom dit onderzoek? Zijn Nederlanders de afgelopen maanden anders gaan denken over de opvang van vluchtelingen

Nadere informatie

Rapport. Datum: 23 juni 2004 Rapportnummer: 2004/248

Rapport. Datum: 23 juni 2004 Rapportnummer: 2004/248 Rapport Datum: 23 juni 2004 Rapportnummer: 2004/248 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) in haar brief aan verzoekster van 25 februari 2000 heeft

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 29 juni 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 29 juni 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

In car-proeven Resultaten. Folkert Bloembergen

In car-proeven Resultaten. Folkert Bloembergen In car-proeven Resultaten Folkert Bloembergen Samenhang en interactie in-car en wegkant Informeren Adviseren Optimaliseren Geleiden Sturen In-car spoor PPA Wegkant spoor PPA Domein markt Domein wegbeheerder

Nadere informatie

Vragen en antwoorden

Vragen en antwoorden Factsheet NL-Alert Vragen en antwoorden september 2013 NL-Alert. Direct informatie bij een noodsituatie Zuiver voor reactief gebruik CONTROLEBERICHT 4 NOVEMBER Wat houdt het controlebericht van NL-Alert

Nadere informatie

De Grote (kleine) voicemail-poll

De Grote (kleine) voicemail-poll De Grote (kleine) voicemail-poll De Grote (kleine) voicemail-poll Maken mensen tegenwoordig nog gebruik van voicemail? En hoe staat men tegenover het gebruik van voicemails in het zakelijk verkeer? Mensen

Nadere informatie

KWALITEIT DIENSTVERLENING Gemeente Oirschot Onderzoeksaanpak

KWALITEIT DIENSTVERLENING Gemeente Oirschot Onderzoeksaanpak KWALITEIT DIENSTVERLENING Gemeente Oirschot Onderzoeksaanpak Rekenkamercommissie Kempengemeenten 23 september 2011 1. Achtergrond en aanleiding In 2008 heeft de gemeente Oirschot de Bestuursvisie 2002-2012

Nadere informatie

Onderzoeksopzet De Poort van Limburg gemeente Weert

Onderzoeksopzet De Poort van Limburg gemeente Weert Onderzoeksopzet De Poort van Limburg gemeente Weert Weert, 6 september 2011. Rekenkamer Weert Inhoudsopgave 1. Achtergrond en aanleiding 2. Centrale vraagstelling 3. De wijze van onderzoek 4. Deelvragen

Nadere informatie

Gemeentelijke Dienstverlening. Omnibus 2009

Gemeentelijke Dienstverlening. Omnibus 2009 Gemeentelijke Dienstverlening Omnibus 2009 Afdeling O&S Februari 2009 2 Samenvatting Inwoners vinden dat de gemeente haar dienstverlening heeft verbeterd De inwoners van s-hertogenbosch beoordelen de gemeentelijke

Nadere informatie

Handleiding Feedback module voor gebruikers

Handleiding Feedback module voor gebruikers Handleiding Feedback module voor gebruikers 5 Tabbladen CareTrace bv is een samenwerkingsverband van Labelsoft Clinical IT en Modatran Versie: 4.1 Augustus 2015 Copyright: Labelsoft Clinical IT CareTrace

Nadere informatie

Sociale wijkzorgteams Den Haag

Sociale wijkzorgteams Den Haag Sociale wijkzorgteams Den Haag Onderzoek naar voorwaarden voor doeltreffend en doelmatig functioneren De rekenkamer heeft onderzoek gedaan naar de sociale wijkzorgteams in Den Haag. Daarbij is gekeken

Nadere informatie

Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem

Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem Eind juli is de eerste ronde afgerond voor de besteding van het regionale Innovatiebudget Sociaal Domein. In deze ronde is niet het volledige beschikbare

Nadere informatie

Reactie in kader van consultatie StUF. Geachte lezer, Hierbij onze reactie op de consultatieprocedure StUF

Reactie in kader van consultatie StUF. Geachte lezer, Hierbij onze reactie op de consultatieprocedure StUF Reactie in kader van consultatie StUF Geachte lezer, Hierbij onze reactie op de consultatieprocedure StUF 1. In de beschrijving wordt niet ingegaan op de huidige situatie dat met de 'uitrol' van het stelsel

Nadere informatie

Rapport. Datum: 4 oktober 1999 Rapportnummer: 1999/422

Rapport. Datum: 4 oktober 1999 Rapportnummer: 1999/422 Rapport Datum: 4 oktober 1999 Rapportnummer: 1999/422 2 Klacht Op 17 mei 1999 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer B. te Zaandijk, met een klacht over een gedraging van de Minister

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag >Retouradres Postbus 20010, 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Bijlagen 0 1 van 5 Betreft Beantwoording vragen Tweede Kamer over het

Nadere informatie

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking, G. Waverijn & M. Rijken, NIVEL, januari

Nadere informatie

Verslag bijeenkomst Democratie en Digitalisering

Verslag bijeenkomst Democratie en Digitalisering Verslag bijeenkomst Democratie en Digitalisering Op 19 juni 2018 vond een discussiebijeenkomst plaats over democratie en digitalisering. De bijeenkomst is onderdeel van het ROB-onderzoek naar kansen en

Nadere informatie

Internetpanel Dienst Regelingen

Internetpanel Dienst Regelingen Internetpanel Dienst Regelingen Resultaten peiling 20: evaluatie panel December 2012 1. Inleiding Het Internetpanel Dienst Regelingen bestaat nu bijna vijf jaar. Dat vinden de opdrachtgever Dienst Regelingen

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Directie en Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500

Nadere informatie

TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs.

TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs. ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs april 2016 1

Nadere informatie

Vraag 2 Op welke wijze heeft u de afgelopen periode uitvoering gegeven aan de motie Hoogland? 3

Vraag 2 Op welke wijze heeft u de afgelopen periode uitvoering gegeven aan de motie Hoogland? 3 Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456 0000

Nadere informatie

Cliënttevredenheid verslavingskliniek SolutionS Center in Voorthuizen 2012

Cliënttevredenheid verslavingskliniek SolutionS Center in Voorthuizen 2012 Cliënttevredenheid verslavingskliniek SolutionS Center in Voorthuizen 2012 Auteurs: Dr. Gert-n Meerkerk Dr. Tim M. Schoenmakers Rotterdam, oktober 2012 IVO Instituut voor Onderzoek naar Leefwijzen en Verslaving

Nadere informatie

Factsheet Vragen en antwoorden. NL-Alert: Direct informatie bij een noodsituatie

Factsheet Vragen en antwoorden. NL-Alert: Direct informatie bij een noodsituatie Factsheet Vragen en antwoorden Versie: 6 november 2012 NL-Alert: Direct informatie bij een noodsituatie NL-Alert Wat is NL-Alert? NL-Alert is een nieuw aanvullend alarmmiddel van de overheid voor op de

Nadere informatie

Beoordeling. h2>klacht

Beoordeling. h2>klacht Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt erover dat uren die hij in november 2005 als pooler heeft gewerkt in de Penitentiaire Inrichting Haaglanden, locatie Scheveningen, tot op heden niet zijn uitbetaald.

Nadere informatie

Lijst van vragen - totaal

Lijst van vragen - totaal Lijst van vragen - totaal Kamerstuknummer : 33149-30 Vragen aan Commissie : Regering : Volksgezondheid, Welzijn en Sport 33 149 Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Vastgesteld------------------

Nadere informatie

Handleiding Feedback module voor gebruikers

Handleiding Feedback module voor gebruikers Handleiding Feedback module voor gebruikers 4 Tabbladen CareTrace bv is een samenwerkingsverband van Labelsoft Clinical IT en Modatran Versie: 3.01 Maart 2012 Copyright: Labelsoft Clinical IT CareTrace

Nadere informatie

27529 Informatie- en Communicatietechnologie (ICT) in de Zorg. Brief van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

27529 Informatie- en Communicatietechnologie (ICT) in de Zorg. Brief van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport 27529 Informatie- en Communicatietechnologie (ICT) in de Zorg 33149 Inspectie voor de Gezondheidzorg (IGZ) Nr. 133 Brief van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Eindrapportage Locatiegebonden Publieke Diensten. Cell broadcast: geschikt als additioneel middel voor overheidscommunicatie

Eindrapportage Locatiegebonden Publieke Diensten. Cell broadcast: geschikt als additioneel middel voor overheidscommunicatie Eindrapportage Locatiegebonden Publieke Diensten Cell broadcast: geschikt als additioneel middel voor overheidscommunicatie Rapport gemaakt in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken Utrecht,

Nadere informatie

Clienttevredenheid verslavingskliniek Solutions Voorthuizen, een tussenrapportage

Clienttevredenheid verslavingskliniek Solutions Voorthuizen, een tussenrapportage Clienttevredenheid verslavingskliniek Solutions Voorthuizen, een tussenrapportage Auteurs: Dr. Gert-n Meerkerk Dr. Tim M. Schoenmakers Rotterdam, december 2011 IVO Instituut voor Onderzoek naar Leefwijzen

Nadere informatie

Geleerde lessen van zes pilotprojecten Eindrapport Regie in de Cloud -project werkpakket 3

Geleerde lessen van zes pilotprojecten Eindrapport Regie in de Cloud -project werkpakket 3 Ervaringen en aanbevelingen op het gebied van datamanagement Geleerde lessen van zes pilotprojecten Eindrapport Regie in de Cloud -project werkpakket 3 Introductie Onderzoekers in zes pilotprojecten hebben

Nadere informatie

Voor de definitie van een superpromoter van overheidsbeleid sluiten we zoveel mogelijk aan bij de definitie van Vogelaar:

Voor de definitie van een superpromoter van overheidsbeleid sluiten we zoveel mogelijk aan bij de definitie van Vogelaar: Samenvatting literatuuronderzoek superpromoters Aanleiding en definitie De overheid zoekt naar nieuwe manieren om haar boodschap zo overtuigend mogelijk over het voetlicht te krijgen. Dit geldt in het

Nadere informatie

CARGO DATA SYSTEMS BV

CARGO DATA SYSTEMS BV CARGO DATA SYSTEMS BV DE OPLOSSING VOOR TOTALE EXPEDITIE EN TRANSPORT AUTOMATISERING SMS versturen SMS versturen 1. Introductie Dit document beschrijft de werking van de SMS message functie van Sprinter

Nadere informatie

Cliëntervaringen Wmo hulpmiddelen s-hertogenbosch. Vervolgmeting 2018

Cliëntervaringen Wmo hulpmiddelen s-hertogenbosch. Vervolgmeting 2018 Cliëntervaringen Wmo hulpmiddelen s-hertogenbosch Vervolgmeting 2018 Afdeling Onderzoek & Statistiek Februari 2019 Samenvatting De gemeente geeft indicaties af voor Wmo hulpmiddelen. Welzorg verzorgt de

Nadere informatie

Factsheet Vragen en antwoorden Versie: april 2015. NL-Alert. Direct informatie bij een noodsituatie

Factsheet Vragen en antwoorden Versie: april 2015. NL-Alert. Direct informatie bij een noodsituatie Factsheet Vragen en antwoorden Versie: april 2015 NL-Alert. Direct informatie bij een noodsituatie NL-ALERT CONTROLEBERICHT 1 JUNI Wat is het NL-Alert controlebericht? Maandag 1 juni rond 12.00 uur zendt

Nadere informatie

Transactieland Koppelzone concept

Transactieland Koppelzone concept Transactieland Koppelzone concept Vooraf Het koppelzone 1 concept is een bepaalde manier van samenwerken Het samenwerken wordt daarbij ondersteund door c.q. in die samenwerking wordt gebruik gemaakt van

Nadere informatie

Behorende bij het proefschrift How Politics Becomes News and News Becomes Politics geschreven

Behorende bij het proefschrift How Politics Becomes News and News Becomes Politics geschreven Samenvatting Behorende bij het proefschrift How Politics Becomes News and News Becomes Politics geschreven door Luzia Helfer aan de Universiteit Leiden en de Universiteit Antwerpen Verdedigd op 9 december

Nadere informatie

Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting

Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting xvii Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting Samenvatting IT uitbesteding doet er niet toe vanuit het perspectief aansluiting tussen bedrijfsvoering en IT Dit proefschrift is het

Nadere informatie

Samenvatting 2-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder autochtone Nederlanders

Samenvatting 2-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder autochtone Nederlanders Samenvatting 2-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder autochtone Nederlanders Samenvatting 2-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder autochtonen 1) Integratiecampagne

Nadere informatie

Effectiviteitonderzoek naar de kennisoverdracht van I&E Milieu

Effectiviteitonderzoek naar de kennisoverdracht van I&E Milieu Effectiviteitonderzoek naar de kennisoverdracht van I&E Milieu SAMENVATTING dr. L.A. Plugge 1, drs. J. Hoonhout 2, T. Carati 2, G. Holle 2 Universiteit Maastricht IKAT, Fac. der Psychologie Inleiding Het

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht betreffende de Voedsel en Waren Autoriteit uit Den Haag. Datum: 4 mei Rapportnummer: 2011/131

Rapport. Rapport over een klacht betreffende de Voedsel en Waren Autoriteit uit Den Haag. Datum: 4 mei Rapportnummer: 2011/131 Rapport Rapport over een klacht betreffende de Voedsel en Waren Autoriteit uit Den Haag. Datum: 4 mei 2011 Rapportnummer: 2011/131 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat de Voedsel en Waren Autoriteit

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG DGBK Burgerschap en Informatiebeleid www.rijksoverheid.nl Uw kenmerk

Nadere informatie

Bezoekadres Kenmerk Bijlage(n) Samenvatting

Bezoekadres Kenmerk Bijlage(n) Samenvatting > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag www.rijksoverheid.nl Bijlage(n)

Nadere informatie

Dienstbeschrijving Managed Mobile

Dienstbeschrijving Managed Mobile Dienstbeschrijving Managed Mobile Inhoud Dienstbeschrijving Managed Mobile... 1 1. Inleiding... 3 1.1 Introductie... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 1.2 Positionering dienst Managed Mobile... 3 1.3

Nadere informatie

How to present online information to older cancer patients N. Bol

How to present online information to older cancer patients N. Bol How to present online information to older cancer patients N. Bol Dutch summary (Nederlandse samenvatting) Dutch summary (Nederlandse samenvatting) Goede informatievoorziening is essentieel voor effectieve

Nadere informatie

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers nderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Goirle DIMENSUS beleidsonderzoek April 2012 Projectnummer 488 Het onderzoek De gemeente Goirle is eind april 2010

Nadere informatie

Jaarrapport Het Voorbeeld BV 2007

Jaarrapport Het Voorbeeld BV 2007 Jaarrapport Het Voorbeeld BV 2007 Copyright Niets uit deze uitgave mag zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Cenzo worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt. Voor het gebruik van

Nadere informatie

Rekenkamercommissie Wijdemeren

Rekenkamercommissie Wijdemeren Rekenkamercommissie Wijdemeren Protocol voor het uitvoeren van onderzoek 1. Opstellen onderzoeksopdracht De in het werkprogramma beschreven onderzoeksonderwerpen worden verder uitgewerkt in de vorm van

Nadere informatie

Rapportage inventarisatie contractuele afspraken

Rapportage inventarisatie contractuele afspraken Rapportage inventarisatie contractuele afspraken Vierde belronde zorgaanbieders (meting november 2014) Significant bv in opdracht van de Brancheorganisaties Jeugdzorg Nederland, GGZ Nederland, VGN en VOBC

Nadere informatie

Rapport. Datum: 28 januari 2011 Rapportnummer: 2011/026

Rapport. Datum: 28 januari 2011 Rapportnummer: 2011/026 Rapport Datum: 28 januari 2011 Rapportnummer: 2011/026 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de Belastingdienst niet bereid is om hem ter zake van de afkoop van een lijfrenteverzekering een vrijwaringsbewijs

Nadere informatie