Gemeentelijk rioleringsplan Spijkenisse

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Gemeentelijk rioleringsplan Spijkenisse"

Transcriptie

1 Gemeentelijk rioleringsplan Spijkenisse Planperiode Stedelijk afvalwater Hemelwater Grondwater

2

3 Gemeentelijk Rioleringsplan Spijkenisse 2014 t/m 2018 Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater Grontmij Nederland B.V. De Bilt, 15 januari 2014

4 Verantwoording Titel : Gemeentelijk Rioleringsplan Spijkenisse 2014 t/m 2018 Subtitel : Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater Projectnummer : Referentienummer : GM Revisie : D1 Datum : 15 januari 2014 Auteur(s) : Elwin Leusink, MSc, ir. Karst Jan van Esch adres : karstjan.vanesch@grontmij.nl Gecontroleerd door : projectgroep Paraaf gecontroleerd : Goedgekeurd door : dr. ir. Aad J. Oomens Paraaf goedgekeurd : Contact : Grontmij Nederland B.V. De Holle Bilt HM De Bilt Postbus AE De Bilt T F Pagina 2 van 52

5 Inhoudsopgave Samenvatting Inleiding Aanleiding Geldigheidsduur Procedures Termen en definities Leeswijzer Wat ging vooraf: evaluatie Inleiding Rol van het GRP Onderzoeken Maatregelen KRW maatregelen Financiën Personele capaciteit Conclusie Wat willen we: de gewenste situatie Inleiding Waarom rioleringszorg? Ontwikkelingen (en opgaven) Stedelijk afvalwater Afvloeiend hemelwater Grondwater Toetsingskader Wat verwachten wij van onze inwoners en bedrijven Samenwerking in de afvalwaterketen op Voorne Putten Wat hebben we: de huidige situatie Inleiding Totaal overzicht voorzieningen Stedelijk afvalwater Hemelwater Grondwater Verordeningen en vergunningen Samenwerking in de afvalwaterketen op Voorne Putten Toetsing op hoofdlijnen Wat gaan we doen: de opgave Inleiding Stedelijk afvalwater Hemelwater Grondwater Effectief beheer Pagina 3 van 52

6 Inhoudsopgave (vervolg) 6 Wat hebben we nodig: organisatie en financiën Inleiding Personele middelen Financiële middelen Kostendekking Besluit Bijlage 1: Bijlage 2: Bijlage 3: Bijlage 4: Bijlage 5: Bijlage 6: Bijlage 7: Bijlage 8: Bijlage 9: Woordenlijst Doelen, functionele eisen, maatstaven en meetmethoden Grondwatermeetnet en peilbuisgegevens Overstorten Uitgangspunten kostendekkingsberekening Financiele tabellen Samenvatting werkzaamheden tijdens planperiode Inspectie- en reinigingsstrategie Overzichtskaarten riolering Bijlage 10: Reacties van derden Bijlage 11: Collegeadvies Bijlage 12: Raadsvoorstel en besluit

7 Samenvatting Waarom stellen we een nieuw GRP op? Wij zijn als gemeente verplicht om periodiek een nieuw gemeentelijk rioleringsplan (GRP) op te stellen. De planperiode van ons vorig GRP is afgelopen, daarom hebben we dit GRP opgesteld. In dit GRP beschrijven we de manier waarop we ons rioolstelsel onderhouden, uitbreiden en waar mogelijk verbeteren. We kijken naar het verleden om hieruit lessen te trekken voor de toekomst, benoemen de grote richting die we kiezen voor de toekomst, bekijken de huidige situatie en bepalen zo welke werkzaamheden er de komende tijd nodig zijn. Ten slotte berekenen we de personele capaciteit die we hiervoor nodig hebben en wat een kostendekkend tarief is voor de rioolheffing. Wat ging er vooraf? Tijdens de afgelopen planperiode hebben we de voorgenomen onderzoeken en maatregelen uitgevoerd. We hebben onder andere revisiegegevens bijgewerkt, een groot deel van ons rioolstelsel geïnspecteerd, bijna 3,4 kilometer riool nieuw aangelegd, ongeveer 2,5 kilometer riool vervangen en een groot aantal (mini)gemalen gerenoveerd. Niet alles verliep zoals verwacht. Er werden veel minder woningen gebouwd, waardoor het aantal aansluitingen lager is dan verwacht. Ook bleken de oudere riolen vaak nog in goede staat te verkeren, waardoor ze niet hoefden te worden vervangen. De stand van de reserve steeg sneller dan verwacht, onder andere doordat de rioolvervanging kon worden uitgesteld. Wat zijn de doelen voor de komende periode? Wij hanteren voor de komende planperiode dezelfde doelen als in de afgelopen planperiode: 1. Zorgen voor inzameling van stedelijk afvalwater 2. Zorgen voor transport van stedelijk afvalwater 3. Zorgen voor inzameling van hemelwater (voor zover niet door de particulier) 4. Zorgen voor verwerking van ingezameld hemelwater 5. Zorgen dat (voor zover mogelijk) het grondwater de bestemming van een gebied niet structureel belemmert Waar staan we nu? Alle percelen in onze gemeente zijn aangesloten op de riolering (op 45 percelen na met een ontheffing, deze lozen via een septic tank). Een groot deel van het stedelijk afvalwater en hemelwater wordt via een stelsel van huisaansluitingen, kolken, drukrioleringsunits, riolen, gemalen en persleidingen afgevoerd naar de RWZI Allemanspolder. Een deel van het hemelwater wordt apart ingezameld en via een stelsel van kolken, riolen en gemalen afgevoerd naar oppervlaktewateren. Ons rioolstelsel bestaat uit onder meer 369,5 kilometer vrijvervalriolering, 47 gemalen (rioolgemalen, tunnelgemalen en verversingsgemalen), 108 drukrioleringunits en 16,8 kilometer persleiding. We inspecteren alle onderdelen regelmatig om de toestand in de gaten te houden. In ons digitale beheerbestand houden we alle gegevens bij. Ons rioolstelsel voldoet aan de milieutechnische eisen van de basisinspanning (de basisinspanning uit 1992 schrijft voor dat er een afname moet plaatsvinden van 50% van de vuilemissie door overstorten), het waterkwaliteitsspoor en de Kader Richtlijn Water. Theoretische toetsing van het hydraulisch functioneren heeft laten zien dat we geen (grote) overlast hoeven te Pagina 5 van 52

8 Samenvatting verwachten bij een regenbui met een zwaarte die eens in de twee jaar voorkomt. We krijgen soms meldingen van overlast en onderzoeken deze meldingen altijd. Onderzoek naar grondwaterstanden heeft uitgewezen dat op een aantal locaties in onze gemeente waarschijnlijk niet wordt voldaan aan de door onszelf gestelde normen. De oorzaak hiervan is niet altijd duidelijk. We hebben ons basismeetnet daarom uitgebreid met peilbuizen die beschikken over dataloggers, zodat op de overlastlocaties constant metingen worden verricht. Wat gaan we doen in de komende planperiode? We gaan de komende planperiode onderzoeken en maatregelen uitvoeren om ons rioolstelsel te onderhouden, uit te breiden en waar mogelijk te verbeteren. Enkele belangrijke onderzoeken en maatregelen staan hieronder genoemd. Inspectie en reiniging van vrijvervalriolen gebeurt volgens de nieuwe strategie. We hebben riolen geclassificeerd naar risicoriolen en niet-risicoriolen. Inspectie en reiniging vindt vaker plaats bij risicoriolen, ook zal er bij risicoriolen een andere vorm van inspectie plaatsvinden. Samenwerking binnen de afvalwaterketen van Voorne Putten zal de komende jaren een belangrijk thema zijn. We gaan een aantal projecten starten, waarbij een grootschalig meetproject het eerste project zal zijn. Door metingen te verrichten krijgen we meer inzicht in de afvalwaterketen, wij verwachten dat we hierdoor relatief goedkope belangrijke verbeteringen kunnen aanbrengen. De vervanging van vrijvervalriolen is volgens een andere methode gepland dan in het vorig GRP. Door het goede inzicht dat we hebben in de toestand van ons rioolstelsel kunnen we beter inschatten welke vervangingen er nodig zijn. De technische levensduur van een deel van de riolen schatten we hoger in, 80 in plaats van 60 jaar. Ook gaan we meer gebruik maken van relinen, omdat dit minder overlast geeft en in veel gevallen goedkoper is. Wat hebben we hiervoor nodig? We hebben ten eerste personeel nodig dat dit werk kan uitvoeren. Op dit moment schatten we in dat we net voldoende personeel hebben. Gezien de leeftijd van de beschikbare personeelsleden vinden we onze positie echter kwetsbaar. Ook hebben we geld nodig om dit werk uit te kunnen voeren. Op basis van de beschreven uitgangspunten hebben we het kostendekkende tarief bepaald op 279,- per heffingseenheid. Als we het huidige tarief handhaven tot en met bijvoorbeeld 2023 en daarna gaan stijgen met 4% per jaar, wordt het dan kostendekkende tarief van 297,- in 2046 behaald (prijspeil 2013). We teren dan in op onze reserve, die echter niet negatief wordt. Overigens zal het financiële beeld als gevolg van de fusie met Bernisse na 2015 behoorlijk veranderen. Besluit Burgermeester en wethouders verzoeken de gemeenteraad om het gemeentelijk rioleringsplan vast te stellen door in te stemmen met: de in dit gemeentelijk rioleringsplan geformuleerde doelen; de voorgenomen onderzoeken; de voorgenomen maatregelen. Het raadsbesluit maakt onderdeel uit van het rioleringsplan. Na vaststelling van dit GRP zal dit plan worden toegezonden aan het waterschap Hollandse Delta, de provincie Zuid-Holland en Rijkswaterstaat. Ook zullen we na vaststelling in één of meerdere dag- of weekbladen die in onze gemeente worden verspreid bekend maken hoe burgers kennis kunnen nemen van de inhoud van dit GRP. Pagina 6 van 52

9 1 Inleiding 1.1 Aanleiding Wij, als gemeente Spijkenisse, beheren zo n 370 kilometer vrijvervalriolering, bijna 50 gemalen, meer dan 100 drukrioleringsunits en een groot aantal andere rioleringsvoorzieningen. Riolering is nodig voor de bescherming van de volksgezondheid, het milieu en het tegengaan van wateroverlast in onze gemeente. In de Waterwet en Wet milieubeheer zijn drie zorgplichten opgenomen voor gemeenten: Zorgplicht voor inzameling en transport van stedelijk afvalwater; Zorgplicht voor doelmatige inzameling en verwerking van afvloeiend hemelwater; Zorgplicht voor het grondwater. De zorgplicht grondwater is in de wet als volgt geformuleerd: het in het openbaar gemeentelijk gebied treffen van maatregelen om structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken, voor zover het treffen van die maatregelen doelmatig is en niet tot de zorg van het waterschap of de provincie behoort. Dit GRP geeft aan hoe wij als gemeente Spijkenisse met de drie zorgplichten omgaan. Het opstellen van een gemeentelijk rioleringsplan (GRP) is ook een wettelijke verplichting (Wet milieubeheer, artikel 4.22). Met het aflopen van het vorige GRP is het noodzakelijk dit nieuwe GRP op te stellen. Hiermee bestaat er een actueel overzicht van de stand van het rioolstelsel, het beleid voor de komende jaren en de middelen die nodig zijn om het beleid uit te voeren. Het maken van goede beleidsafwegingen op het terrein van beheer openbare ruimte, bescherming van bodem en waterkwaliteit, en de zorg voor het totale watersysteem worden steeds belangrijker. Ook het financiële beleid, de inzet van middelen en toenemende lastendruk zijn belangrijke aandachtspunten. 1.2 Geldigheidsduur Als gemeente stellen we zelf de geldigheidsduur van dit plan vast. De geldigheidsduur van dit GRP is vijf jaar: 2014 t/m De peildatum van dit GRP is Procedures Dit GRP is tot stand gekomen in nauwe samenwerking tussen de gemeente Spijkenisse, waterschap Hollandse Delta en Grontmij. Het waterschap Hollandse Delta werkt mee in het samenwerkingsverband Voorne Putten, ook op deze manier bestaan er veel contacten. Vóór vaststelling door de gemeenteraad is het ontwerp-grp officieel ter becommentariëring gezonden aan de bij wet genoemde instanties (Wm 4.23): het waterschap Hollandse Delta de provincie Zuid-Holland; Rijkswaterstaat. In Bijlage 10 zijn de reacties van bovenstaande instanties opgenomen. Na de formele vaststelling door de gemeenteraad zal het vastgestelde plan worden toegezonden aan de bovenvermelde instanties. Bovendien moet de vaststelling van het GRP in tenminste één dag- of nieuwsblad worden gepubliceerd waarna burgers kennis kunnen nemen van de inhoud van het vastgestelde GRP. Pagina 7 van 52

10 Inleiding 1.4 Termen en definities Dit GRP is een gemeentelijk plan, waar de gemeenteraad zich over moet uitspreken. Het is echter niet alleen voor de politiek geschreven, maar ook voor afstemming en overleg met de in de Wm genoemde instanties (zie paragraaf 1.3). Dit heeft tot gevolg dat in dit GRP vaktaal wordt gebruikt. We hebben daarom een uitgebreide verklarende woordenlijst opgenomen in Bijlage Leeswijzer Dit GRP is conform de aanbevelingen in de Leidraad Riolering opgezet en bestaat uit de volgende onderdelen: Hoofdstuk 1 is de inleiding, met de aanleiding, de geldigheidsduur en een leeswijzer. In hoofdstuk 2 komt de evaluatie van het gevoerde rioleringsbeleid tot en met 2013 aan de orde. De uitkomsten vormen de beginsituatie voor het GRP In hoofdstuk 3 'Gewenste situatie beantwoorden we de vraag Waarom rioleringszorg. Het gaat hierbij om de rioleringszorg in brede zin: stedelijk afvalwater, afvloeiend hemelwater en grondwatermaatregelen. Voor de komende planperiode (en de periode daarna) geven we het gemeentelijk beleid weer en de hieruit voortkomende doelen en functionele eisen. Dit geeft een toetsingskader waarmee onder meer de gevolgen voor het milieu (Wm artikel 4.22 lid 2d) worden aangegeven. Samenvatting Evaluatie huidige GRP H 2 Gewenste situatie/toetsingskader Wat willen we? Doelen, eisen en maatstaven H 3 In hoofdstuk 4 'Toetsing huidige situatie' is getoetst in hoeverre nu al aan de eisen wordt voldaan. Ook geeft dit hoofdstuk het in de wet gevraagde overzicht van de aanwezige voorzieningen (Wm, artikel 4.22 lid 2a). Hoofdstuk 5 'De opgave' geeft in hoofdlijnen de maatregelen die nodig zijn om de gestelde doelen te kunnen realiseren. Daarmee geven we invulling aan lid 2b en 2c van artikel 4.22 van de Wet milieubeheer. Toetsing huidige situatie wat hebben we nu? De opgave wat moeten we doen? aanleg, onderzoek en maatregelen Organisatie en financiën Wat hebben we nodig? Personeel, financieel H 4 H 5 H 6 Figuur 1-1: Leeswijzer GRP In hoofdstuk 6 'Organisatie en financiën' vertalen we de in hoofdstuk 5 weergegeven opgave naar benodigde personele en financiële middelen voor de planperiode én de lange termijn. Ook komt de wijze van kostendekking aan de orde (Wm, artikel 4.22 lid e). Pagina 8 van 52

11 2 Wat ging vooraf: evaluatie 2.1 Inleiding De afgelopen jaren hebben we in Spijkenisse hard gewerkt aan het goed laten functioneren van de riolering. We hebben hiervoor veel werk verricht, zowel onderzoeken als maatregelen. Aan de start van een nieuwe planperiode kijken we ook terug. Zo kunnen we bekijken welke taken goed verliepen en welke taken de komende jaren meer aandacht nodig hebben. 2.2 Rol van het GRP Het GRP bleek de afgelopen jaren voor ons een leidraad in het uitvoeren van taken en werkzaamheden. De uit te voeren werkzaamheden waren in het GRP vastgelegd en ook de financiering werd geregeld. Zo ontstond voor alle betrokkenen duidelijkheid over de werkzaamheden. We hebben wel twijfels over de oude vervangingsstrategie voor de vrijvervalriolen. In het GRP zijn we uitgegaan van een gemiddelde levensduur van 60 jaar voor deze riolen. In de praktijk laten we deze riolen inspecteren om te beoordelen of ze vervangen moeten worden. De laatste jaren blijkt na de inspectie steeds weer dat de riolen langer kunnen blijven liggen dan verwacht. We willen graag de vervangingsstrategie van de vrijvervalriolen aanscherpen, zodat praktijk en theorie beter overeenkomen. 2.3 Aanleg van voorzieningen Het aantal niet op riolering aangesloten percelen is met één perceel gestegen door de nieuwbouw van een woning in het buitengebied. We hebben in 2009 een nieuwe ontheffing aangevraagd bij de provincie voor al deze percelen en deze ontheffing is in 2010 verleend. Deze ontheffing is voor onbepaalde tijd. Tussen en zijn woningen bijgebouwd, dit zijn er ruim 650 minder dan in het vorige GRP verwacht (zie Tabel A). Door de economische crisis zijn bouwplannen bijgesteld of stopgezet. Ook de woningbouwplanning voor de volgende jaren is naar beneden bijgesteld. In 2008 ging de woningbouwprognose nog uit van een totaal van woningen dat bereikt zou worden in de jaren na In de meest recente woningbouwprognose wordt uitgegaan van woningen in Tabel A Woningbouwprognose verwacht werkelijk stand stijging tot stand Belangrijke uitbreidingsgebieden tijdens de afgelopen planperiode waren Heer & Meester en De Dijk. Hier hebben we gescheiden rioolstelsels aangelegd. Het aantal kilometers vrijvervalriool is met ongeveer 15 kilometer gestegen en er zijn 7 nieuwe gemalen aangelegd (1 rioolgemaal, 6 verversingsgemaaltjes). Aan de Baljuwlaan is een lavakoffer aangelegd en aan de Heemraadlaan een Wadi, met als doel om op beide locaties hemelwater beter te laten infiltreren in de bodem. 2.4 Onderzoeken Voor de planperiode waren verschillende onderzoeken gepland. Op één na zijn alle onderzoeken uitgevoerd (zie Tabel B). We hebben veel tijd besteed aan het bijwerken van revi- Pagina 9 van 52

12 Wat ging vooraf: evaluatie siegegevens en het inspecteren van de toestand van het rioolstelsel. Inmiddels zijn alle gegevens actueel en hebben we een goed inzicht in de toestand van het rioolstelsel. Het enige onderzoek dat niet is uitgevoerd is het actualiseren van het incidentenplan. Dit komt doordat het crisisbeheerplan van de gemeente is opgegaan in het crisisbeheerplan van de veiligheidsregio. De veiligheidsregio houdt nu het overzicht van contactpersonen actueel. Enkel het technische gedeelte moet nog periodiek worden geactualiseerd door de gemeente. Dit zal in de komende planperiode gebeuren. Tabel B Onderzoeken opgenomen in GRP Onderzoek jaar uitgevoerd? Inventarisatie Bijwerken revisiegegevens jaarlijks ja, beheerbestand is actueel Globale inspectie (putfoto) jaarlijks ja, conform strategie uitgevoerd Gedetailleerde inspectie (camera) jaarlijks ja, conform strategie uitgevoerd Kaartmateriaal vervaardigen jaarlijks ja, jaarlijks is actueel kaartmateriaal gemaakt Overige onderzoeken Ad-hoc berekeningen/deelstudies jaarlijks ja, uitgevoerd voor verschillende onderzoeken Controle overgang persleidinggemaal ja, uitgevoerd conform planning 2010 Deelname benchmark rioleringszorg 2010 ja, deelgenomen. Ook deelgenomen aan benchmark rioleringszorg Actualisatie incidentenplan 2009 nee, incidentenplan is opgenomen in het regionaal crisisbeheerplan. Enkel technische gegevens dienen nog te worden geactualiseerd. Actualisatie van de ontheffing 2009 ja, uitgevoerd conform planning. Nieuwe ontheffing is verleend in Onderzoek gemaal Hekelingen 2012 ja, onderzoek is uitgevoerd en de hieruit volgende aanbevelingen zijn opgevolgd. Actualisatie GRP 2013 ja, conform planning. 2.5 Maatregelen De in de planperiode geplande maatregelen zijn allemaal uitgevoerd, wel zijn sommige maatregelen in gewijzigde vorm opgepakt. Alle onderhoudswerkzaamheden hebben we uitgevoerd zoals aangegeven in het GRP. Structureel is er gereinigd en als kleine reparaties nodig bleken, zijn deze uitgevoerd. In het vorig GRP was uitgegaan van vervanging van ongeveer 5,1 kilometer vrijvervalriolering, waarvan ongeveer 3,6 kilometer vervangen diende te worden op basis van inspectiebeelden en 1,5 kilometer op basis van de leeftijd. Uit nadere inspectie bleek dat de kwaliteit van een aantal vrijvervalriolen beter was dan verwacht, daarom bleek het niet noodzakelijk om alle riolen van rond de 60 jaar te vervangen. Er zijn wel renovatie en reparatiewerkzaamheden uitgevoerd. Op een aantal locaties hebben we vrijvervalriolen eerder vervangen dan kwalitatief noodzakelijk, dit is gedaan om mee te liften met werkzaamheden die daar in de omgeving werden uitgevoerd. In Tabel C staat een overzicht van de werkzaamheden die tussen 2009 en 2012 aan de vrijvervalriolering zijn uitgevoerd. Tabel C In bestaand gebied uitgevoerde werkzaamheden vrijvervalriolering (excl. grootschalige nieuwbouw) Totaal Extra aanleg bestaand meter 650 meter meter 275 meter meter gebied vervanging 625 meter 380 meter meter 140 meter meter renovatie 50 meter 3 putten 3 strengen 20 meter 70 meter, 6 strengen reparatie 3 aansluitingen 1 aansluiting 1 streng - 4 aansluitingen, 1 streng Pagina 10 van 52

13 Wat ging vooraf: evaluatie In Tabel D staat een overzicht van de geplande maatregelen. Te zien is dat alles volgens planning is uitgevoerd. Tabel D Maatregelen opgenomen in GRP Maatregel jaar uitgevoerd? Onderhoud vrijvervalriolering jaarlijks ja, conform planning Reinigen kolken jaarlijks ja, conform planning Inspectie en reiniging gemalen jaarlijks ja, conform planning en pompen drukriolering Preventief onderhoud pompen jaarlijks ja, conform planning Vervanging mech/elek. deel gemalen ja, conform planning 2013 Vervanging mech/elek deel drukriolering jaarlijks ja, conform planning Onderhoud hoofdpost jaarlijks ja, conform planning Vervangen van vrijvervalriolering op basis van kwaliteit jaarlijks ja, echter minder vervanging nodig dan verwacht. Cyclische vervanging van vrijvervalriolering ja, echter minder vervanging nodig dan verwacht. 2.6 KRW maatregelen Tijdens de afgelopen planperiode hebben we in het kader van de Kaderrichtlijn Water het (milieutechnisch) functioneren van het rioolstelsel in twee gebieden onderzocht. In de wijk Maaswijk zijn we een uitgebreid onderzoek gestart naar het functioneren van het rioolstelsel. Op een groot aantal punten hebben we meetapparatuur aangebracht, zo is een goed beeld ontstaan van de werking van de verschillende onderdelen en van het gehele rioolstelsel. Er kwamen opvallende verschillen tussen de theoretische werking van het rioolstelsel en de praktijk naar voren, bijvoorbeeld in de capaciteit van een gemaal. Op verschillende locaties hebben we kleine aanpassingen gedaan, waardoor tegen lage kosten grote verbeteringen zijn bereikt. Rondom de Vier Ambachtenboezem is onderzoek gedaan naar het effect van het rioolstelsel op de oppervlaktewaterkwaliteit. Uitkomst was dat het rioolstelsel maar een beperkt effect heeft op de waterkwaliteit. Bovendien zouden de mogelijke verbeteringen leiden tot hoge kosten doordat ze moeten worden uitgevoerd in het binnenstedelijk gebied van Spijkenisse. Samen met het waterschap hebben we geconcludeerd dat er geen verdere KRW-maatregelen nodig zijn. 2.7 Financiën De ontwikkeling van de rioolheffing heeft de berekening uit het GRP gevolgd. Er is een stijging van 4% toegepast op het tarief, plus een inflatiecorrectie. Volgens het GRP zou de rioolheffing in 2038 een kostendekkend niveau bereiken. De ontwikkeling van de rioolheffing is terug te zien in Tabel E. Tabel E Ontwikkeling rioolheffing Rioolheffing berekend (prijspeil 2008) Rioolheffing berekend (nominaal*) Werkelijke rioolheffing (nominaal) ,33 93,71 94, ,99 100,01 100, ,79 106,73 106, ,74 113,89 112, ,85 121,54 121,20 * Voor de berekening hiervan is uitgegaan van 2,61% inflatie. Dit percentage is ook gebruikt in het GRP Een duidelijk verschil ten opzichte van de berekening is te zien in de ontwikkeling van de rioleringsreserve. Volgens de berekening in het GRP zou de reserve eind ,- moeten bedragen. De prognose voor de stand per is ,-. Dit Pagina 11 van 52

14 Wat ging vooraf: evaluatie betekent dat er ongeveer 4,5 miljoen euro meer in de reserve is terechtgekomen dan geraamd. Een verklaring hiervoor is dat veel rioolvervangingsprojecten uitgesteld konden worden, omdat de kwaliteit van de riolen beter was dan verwacht. De gevolgen hiervan nemen we mee in dit GRP. Een ander belangrijk verschil is de ontwikkeling van het aantal heffingseenheden. In de berekening van het GRP was uitgegaan van heffingseenheden in In werkelijkheid zijn het er ongeveer minder, namelijk Dit betekent dat er aan rioolheffing minder is binnengekomen dan verwacht. 2.8 Personele capaciteit De personele capaciteit was voldoende voor het uitvoeren van de werkzaamheden die in het GRP zijn opgenomen. Wel merken we dat de laatste jaren steeds vaker werkzaamheden voorkomen die niet in het GRP waren opgenomen, maar toch veel tijd vragen. Dit zijn bijvoorbeeld de Benchmark Rioleringszorg en de samenwerking binnen de afvalwaterketen op Voorne Putten. Gedurende de planperiode bleek hier een substantiële tijdsbesteding voor nodig te zijn. 2.9 Conclusie De afgelopen jaren hebben we hard gewerkt aan het instandhouden en verbeteren van het rioolstelsel van Spijkenisse. Er is gestructureerd en planmatig gewerkt: onderzoeken en maatregelen die waren voorgenomen zijn grotendeels ook uitgevoerd. Hierbij is wel steeds bekeken of het voorgenomen onderzoek/ de voorgenomen maatregel nog nodig was. Als uit de nadere beoordeling bleek dat het niet hoefde, is het niet uitgevoerd. Zo hebben we kosten bespaard. Aandachtspunten voor de komende planperiode zijn de strategische vervangingsplanning van de vrijvervalriolen, de ontwikkeling van de reserve, de ontwikkeling van het aantal heffingseenheden en de groei van samenwerking in de afvalwaterketen. Pagina 12 van 52

15 3 Wat willen we: de gewenste situatie 3.1 Inleiding De gewenste situatie geeft aan waar we naartoe werken. We geven een schets van de toekomst, waarmee we duidelijk maken waarom de rioleringszorg op deze manier plaatsvindt. Zo n schets begint bij de vraag waarom rioleringszorg nodig is. Vervolgens komt de vraag op wat er gaande is op het gebied van rioleringszorg. Daarna beschrijven we de gewenste situatie. 3.2 Waarom rioleringszorg? Van oudsher was de bescherming van de volksgezondheid de belangrijkste functie van de riolering. Door verschillende deskundigen in binnen- en buitenland wordt de aanleg van riolering zelfs gezien als de grootste bijdrage aan de volksgezondheid van de afgelopen eeuw. In de loop der jaren zijn de aspecten van ont- en afwatering van het stedelijk gebied en de bescherming van het milieu daarbij gekomen. Doel van de riolering is om: de volksgezondheid te beschermen: de aanleg en het beheer van riolering zorgt ervoor dat verontreinigd afvalwater uit de directe leefomgeving wordt verwijderd; de kwaliteit van de leefomgeving op peil te houden: de riolering zorgt voor de ontwatering van de bebouwde omgeving door naast het afvalwater van huishoudens en bedrijven ook het overtollige regenwater van daken, pleinen, wegen e.d. en overtollig grondwater in te zamelen en af te voeren; de bodem, het grond- en oppervlaktewater te beschermen: door de aanleg van riolering of individuele afvalwaterbehandelingsystemen wordt de directe ongezuiverde lozing van afvalwater op bodem- of oppervlaktewater voorkomen. 3.3 Ontwikkelingen (en opgaven) Er zijn veel ontwikkelingen gaande binnen de rioleringszorg. Een aantal belangrijke ontwikkelingen worden hieronder benoemd. We volgen deze ontwikkelingen en bekijken wat de invloed is op onze eigen rioleringszorg. Klimaatverandering Ons klimaat is duidelijk aan het veranderen. Nut en noodzaak om het klimaatvraagstuk aan te pakken staan politiek eigenlijk niet meer te discussie. Het KNMI heeft in 2006 een viertal klimaatscenario s gepresenteerd. In elk van deze scenario s is een aantal gemeenschappelijke kenmerken te zien: de opwarming zet door en zorgt voor zachtere winters en warmere zomers; de winters worden gemiddeld natter en ook extreme neerslaghoeveelheden komen vaker voor; de hevigheid van buien in de zomer neemt toe, maar het aantal regendagen daalt; perioden van langdurige droogten zullen vaker voorkomen. De capaciteit van onze ondergrondse leidingsystemen is beperkt. Tijdelijke opvang van extreme neerslag vraagt om oplossingen in de openbare ruimte en in het watersysteem. Dit proces wordt adaptatie aan klimaatverandering genoemd. Vragen die hierbij spelen zijn: zijn onze systemen voorbereid op (grote) veranderingen in neerslag? zijn aanpassingen van het ontwerp van de openbare ruimte nodig om gevolgen van de klimaatverandering op te vangen? systeemkeuze of verandering: zorgt vervanging van het huidige rioolstelsel ervoor dat er nooit een andere oplossing wordt toegepast?; Pagina 13 van 52

16 Wat willen we: de gewenste situatie rol particulier. Het stedelijk gebied is maar voor 45-50% in handen van overheid, de rest is particulier bezit. Welke rol moeten particulieren krijgen? Duurzaamheid De kijk op afvalwater is aan het veranderen. Tot voor kort werd al het afvalwater gezien als afvalstof die we, met het oog op de volksgezondheid, snel uit onze directe leefomgeving moeten verwijderen. Dit beeld verandert, maar leidt overigens op korte termijn niet tot ingrijpende wijzigingen. In afvalwater zitten nuttige grondstoffen en energie die kunnen worden gebruikt. Zo wordt er onderzoek gedaan naar de RWZI als Energiefabriek. Rioolwaterzuiveringen (RWZI s) ontvangen grote hoeveelheden afvalwater, waar veel energie in zit. Deze energie kan eruit worden gehaald en worden gebruikt voor de zuiveringsprocessen en andere zaken. Het waterschap kan zo in haar eigen energiebehoefte voorzien en nog overhouden voor energielevering. Gescheiden sanitatie wordt onderzocht in pilotprojecten, waarbij fosfaat uit urine wordt teruggewonnen en bijvoorbeeld verwerkt in kunstmest. Ook zijn er projecten waarbij met warmtewisselaars in de riolering thermische energie uit afvalwater wordt gehaald. Opkomst samenwerking (in de afvalwaterketen) Vanuit de Rijksoverheid wordt steeds sterker aangegeven dat overheidsorganisaties een bepaalde omvang moeten hebben om zelfstandig goed werk te kunnen leveren tegen redelijke kosten. Samenwerking tussen overheden, binnen vakdisciplines, wordt sterk gepromoot. Het idee is dat zo met een lagere inzet een hogere kwaliteit kan worden bereikt. Binnen de afvalwaterketen is deze samenwerking uitgewerkt in de verschillende bestuursakkoorden water. Hierin is aangegeven dat gemeenten en waterschappen een besparing op de verwachte uitgaven in 2020 willen bereiken ( minder meer ), de kwaliteit van de afvalwaterketen willen verbeteren en de kwetsbaarheid van de rioleringszorg willen verminderen door meer te gaan samenwerken. Wij zijn actief in de samenwerking op Voorne Putten, zie hoofdstuk 4.7. Integrale kijk op de afvalwaterketen De afvalwaterketen is de laatste jaren complexer geworden. Bijvoorbeeld grondwater en hemelwater zijn nadrukkelijker een rol gaan spelen. Het aantal afvoersystemen is uitgebreid, waardoor we naast de gemengde riolen o.a. ook DWA-riolen, HWA-riolen, wadi s en watergangen hebben die belangrijk zijn voor het functioneren van het gehele systeem. Over al deze systemen is informatie beschikbaar. Ondertussen willen we werkzaamheden integraal uitvoeren, dus er moet regelmatig overleg zijn met andere disciplines binnen de eigen organisatie en binnen de afvalwaterketen. Steeds vaker voeren we rioleringswerkzaamheden uit in samenhang met weg- en wijkvernieuwing. Bij verbouwing of vernieuwing van de RWZI wordt gekeken naar het functioneren van alle omliggende rioolstelsels om tot een goede afweging te komen. Dit bespaart uiteindelijk op de kosten van het geheel. 3.4 Stedelijk afvalwater Stedelijk afvalwater is huishoudelijk afvalwater of een mengsel van huishoudelijk afvalwater met bedrijfsafvalwater, afvloeiend hemelwater, grondwater of ander afvalwater. De gemeente Spijkenisse draagt zorg voor de inzameling en het transport van stedelijk afvalwater dat vrijkomt bij percelen binnen de gemeente. De zorgplicht voor stedelijk afvalwater is vanuit de Wet milieubeheer (Wm art ) een resultaatsverplichting, de manier waarop bepalen we in grote mate zelf. Zo kunnen verschillende voorzieningen worden gekozen voor de bebouwde kom en het buitengebied. In plaats van een openbaar vuilwaterriool zijn andere systemen toegestaan mits daarmee minstens een zelfde graad van milieubescherming wordt bereikt (een voorbeeld hiervan is een systeem voor Individuele Behandeling Afvalwater (IBA)). De effecten op het milieu en de kosten zijn bepalend voor deze afweging. Aansluiting op (druk)riolering Vanuit milieuoogpunt willen we en moeten we alle lozende percelen aansluiten op (druk) riolering of op een voorziening die een vergelijkbaar milieurendement biedt. Een uitzondering hierop zijn de niet-aangesloten percelen waarvoor de Provincie ontheffing heeft verleend. Pagina 14 van 52

17 Wat willen we: de gewenste situatie Bij grootschalige nieuwbouw sluiten we woningen aan op een gescheiden stelsel. Stedelijk afvalwater en hemelwater van daken en wegen worden apart ingezameld en afgevoerd. Bij kleinschalige inbreidingen sluiten we aan op het bestaande stelsel. Hierbij moeten de eigenaren hun afvalwater gescheiden aanleveren op de perceelgrens, zodat bij toekomstige veranderingen van het rioolstelsel in dit gebied hun leidingen gemakkelijk kunnen worden aangesloten op een gescheiden stelsel. In het buitengebied sluiten we nieuwe percelen in principe aan op drukriolering, tenzij de kosten hiervan niet in verhouding staan tot de aanleg van een IBA (Individuele Behandeling Afvalwater) en mits technisch mogelijk. Voor de percelen waar de gemeente reeds een ontheffing heeft gekregen, verandert er in principe niets. Overstortingen op oppervlaktewater Op een aantal locaties in het rioolstelsel zijn overstorten aangelegd. Overstortingen op oppervlaktewater vinden plaats als de riolering bij hevige regen al het hemelwater en vuile water niet kan bergen en afvoeren. Hierdoor wordt de riolering ontlast en komt het water niet via toiletten en straatkolken naar boven. Overstorten hebben hiermee een belangrijke functie voor de volksgezondheid. Overstortingen hebben wel een negatief effect op het milieu, daarom willen we het aantal zoveel mogelijk verminderen. Indien het zonder nadelige effect op de volksgezondheid mogelijk is om het aantal overstorten op een doelmatige manier te verminderen, dan zullen we deze aanpassingen aan het stelsel uitvoeren. Het aandachtspunt is altijd de invloed van de overstorting op de kwaliteit van het ontvangende oppervlaktewater. Wij zullen altijd in nauwe samenspraak met de beheerder van het oppervlaktewater beoordelen of en hoe overstorten worden aangepast, het waterschap Hollandse Delta en/of Rijkswaterstaat zullen dus worden betrokken. In de afweging zal worden meegenomen wat het beleid van het waterschap, de provincie, Rijkswaterstaat, de Rijksoverheid en de EU is. Duurzame sanitatie en decentrale zuivering Duurzaamheid en de veranderende kijk op afvalwater (afvalwater wordt steeds meer gezien als bron van grondstoffen en energie) hebben geleid tot nieuwe ideeën over de afvalwaterketen. Waarom zou je afvalwater over grote afstanden transporteren om het op een centrale plek te zuiveren, terwijl je het misschien ook direct bij huis/bedrijf kunt doen? En er zitten veel belangrijke grondstoffen in afvalwater, dus waarom gooien we het allemaal door elkaar? Je kunt ook proberen alles apart in te zamelen (urine, feces, hemelwater, enzovoort), zodat de grondstoffen die in de verschillende waterstromen zitten puurder en daarom makkelijker terug te winnen zijn. De technieken voor duurzame sanitatie en decentrale zuivering bestaan al enige tijd, maar worden nog niet op grote schaal toegepast. Dit heeft verschillende redenen, waaronder enige terughoudendheid tot toepassing van nieuwe technieken zolang ze niet bewezen zijn. Een andere reden is dat het pas nuttig wordt om aanpassingen te doen aan het gemeentelijke rioolstelsel als het waterschap op de RWZI een techniek beschikbaar heeft om grondstoffen terug te winnen. Investeringen in een andere vorm van inzameling van stedelijk afvalwater hebben alleen nut als er op de zuivering ook veranderingen plaatsvinden. Dit samenspel moet worden gespeeld. Zodra de technieken voldoende bewezen zijn, doen we nader onderzoek naar de toepassing van duurzame sanitatie en decentrale zuivering. Tot dat moment volgen we de ontwikkelingen, maar participeren we niet actief. Onderzoek naar en toepassing van duurzame sanitatie en decentrale zuivering zal altijd in samenspraak met het waterschap Hollandse Delta gebeuren, indien mogelijk worden omliggende gemeenten betrokken. 3.5 Afvloeiend hemelwater De zorgplicht voor hemelwater is een inspanningsverplichting. Als gemeente dragen we zorg voor een doelmatige inzameling en verwerking van hemelwater (Ww art. 3.5). Dit geldt niet in situaties waarin de particulier redelijkerwijs kan worden gevraagd zelf het afvloeiende hemelwater in de bodem of in het oppervlaktewater te brengen. Pagina 15 van 52

18 Wat willen we: de gewenste situatie Voorzieningen voor inzameling en verwerking van hemelwater (voorkeursvolgorde) We hebben een verplichting om ons in te spannen om afvloeiend hemelwater in te nemen en te verwerken, zolang een perceeleigenaar redelijkerwijs niet zelf het hemelwater kan verwerken. We voldoen aan deze inspanningsverplichting, door aan particulieren een voorziening aan te bieden om het hemelwater in te lozen. Welke voorziening dit is, maakt voor de zorgplicht niet uit, hoewel wij een voorkeur hebben voor gescheiden rioleren. Wij zullen per geval beoordelen welke voorziening past bij de situatie. Figuur 3-1 Voorkeursvolgorde hemelwater In de wet (Wm art a) is de voorkeursvolgorde voor de omgang met afvalwater (waaronder ook hemelwater valt) vastgelegd en deze zullen wij ook hanteren, deze is: 1. Het ontstaan van afvalwater wordt voorkomen of beperkt. 2. Verontreiniging van afvalwater wordt voorkomen of beperkt. 3. Afvalwaterstromen worden gescheiden gehouden, tenzij het niet gescheiden houden geen nadelige gevolgen heeft voor een doelmatig beheer van afvalwater. 4. Huishoudelijk afvalwater en afvalwater wat qua biologische afbreekbaarheid hiermee overeenkomt, wordt ingezameld en naar een RWZI getransporteerd. 5. Ander afvalwater dan bedoeld bij 4 wordt, zo nodig na retentie of zuivering aan de bron, hergebruikt. 6. Ander afvalwater dan bedoeld bij 4 wordt, zo nodig na retentie of zuivering aan de bron, teruggebracht in het milieu. 7. Ander afvalwater dan bedoeld bij 4 wordt naar een RWZI getransporteerd. Hemelwaterbeleid bij nieuwbouw In het hemelwaterbeleid maken we onderscheid tussen: 1. Nieuwbouw binnen nieuwe bestemmingsplannen; 2. Nieuwbouw, binnen bestaand bestemmingsplan, bij aanwezigheid van vrijvervalriolering; 3. Nieuwbouw, binnen bestaand bestemmingsplan, bij aanwezigheid van drukriolering. Voor nieuwbouw binnen nieuwe bestemmingsplannen dient conform de Wet op de Ruimtelijke Ordening altijd een waterparagraaf opgesteld te worden. Voorafgaand aan de planuitwerking van individuele in- en uitbreidingslocaties wordt een programma van eisen, randvoorwaarden en ontwerpgrondslagen voor het waterhuishoudkundig systeem overhandigd. De vorm en dimensionering van de voorzieningen wordt altijd in nader overleg met de gemeente en het waterschap bepaald tijdens de planfase (watertoets). Op deze manier kan per project maatwerk worden geleverd. We houden rekening met de eisen die het waterschap Hollandse Delta stelt. Bij nieuwbouw binnen een bestaand bestemmingsplan is vaak al een bestaand (gemengd) vrijvervalriool aanwezig. Uit doelmatigheidsoogpunt is het de bedoeling dat het afvoeren van afvalwater vanaf de nieuwbouw mogelijk moet zijn binnen het bestaande rioolstelsel. Bij een te grote toevoer van hemelwater dient de perceeleigenaar daarom maatregelen te nemen op eigen terrein. Onafhankelijk van de aan te voeren hoeveelheid water moet hemelwater gescheiden van het overig afvalwater worden aangeleverd aan de perceelgrens. Ook hierbij houden we rekening met de eisen die het waterschap Hollandse Delta stelt. Pagina 16 van 52

19 Wat willen we: de gewenste situatie Bij nieuwbouw binnen een bestaand bestemmingsplan is soms al drukriolering aanwezig. Drukriolering is niet berekend op het afvoeren van hemelwater, daarom is de lozing van hemelwater op de drukriolering verboden. Alleen huishoudelijk afvalwater mag in principe worden geloosd op drukriolering. De naleving van de regels wordt door ons gecontroleerd. De afdeling Veiligheid, Vergunningen en Handhaving toetst bouwplannen op het voldoen aan de regelgeving. De milieudienst Rijnmond controleert de toepassing van de regels in de praktijk. Goede afstemming tussen de betrokken afdelingen is nodig om ervoor te zorgen dat de inwoners van Spijkenisse een eenduidige naleving van de regels krijgen uitgelegd. Afkoppelen (ontvlechten) Het scheiden van hemelwater en stedelijk afvalwater biedt voordelen in de waterkwaliteit. Het voordeel zit in het niet onnodig transporteren van relatief schoon hemelwater naar de RWZI en het verminderen van het aantal overstortingen. Vanwege deze positieve effecten kan het voordelig zijn om bij bestaande rioolbuizen een extra buis aan te leggen, waardoor hemelwater apart wordt afgevoerd. Dit wordt afkoppelen van verhard oppervlak genoemd. Een groot deel van het rioolstelsel van Spijkenisse is een gemengd stelsel, bovendien is er veel oppervlaktewater in de omgeving. Dit betekent dat er veel kansen bestaan voor het afkoppelen van verhard oppervlak. Het afkoppelen van verhard oppervlak is echter kostbaar en meestal alleen doelmatig als het gecombineerd wordt met de vervanging van oude rioolbuizen. Doordat Spijkenisse een relatief jong rioolstelsel heeft zal het de komende jaren niet doelmatig zijn om grootschalig af te koppelen. Voor de komende jaren zullen we daarom per locatie beoordelen of afkoppelen van verhard oppervlak mogelijk en doelmatig is. Kosten en baten zullen we altijd goed afwegen en we zullen proberen werk met werk te maken door geplande rioolvervanging, afkoppelen en vernieuwing van wegdek te combineren. Voorbereiding op klimaatverandering Hevige regenbuien hebben nu al een grote invloed op het functioneren van het rioolstelsel en dit zal door klimaatverandering alleen maar sterker worden. Op dit moment komt het al voor dat het rioolstelsel zware buien niet aankan, we verwachten dat dit vaker gaat gebeuren. Het is niet mogelijk om een rioolstelsel aan te leggen dat alle buien aankan. Om de verwachte toename van hevige buien aan te kunnen, hanteren we de volgende uitgangspunten: Een landelijk geaccepteerde ontwerpmaatstaf is dat een bui die theoretisch maximaal eenmaal in de twee jaar voorkomt (bui 08 uit de Leidraad Riolering), verwerkt moet kunnen worden door het rioolstelsel (gemiddeld maximaal één keer per twee jaar water op straat ). Wij hanteren deze ontwerpmaatstaf bij de aanleg van nieuwe riolering. Het zal niet mogelijk zijn om alle vormen van water-op-straat te voorkomen, daarom zullen we hinder accepteren en overlast en schade zoveel mogelijk voorkomen. We gaan de komende planperiode op zoek naar nieuwe, meer actuele maatstaven. Wij hanteren hierbij voorlopig de volgende definities: Hinder: kortdurende beperkte hoeveelheden water-op-straat ; Overlast: forse hoeveelheden water-op-straat, ondergelopen tunnels, opdrijvende putdeksels; Schade: langdurig en op grote schaal water-op-straat, water in winkels, bedrijven en woningen met materiële schade en ernstige belemmering van het (economische) verkeer. 3.6 Grondwater De zorgplicht grondwater is in de wet (Ww art. 3.6) als volgt geformuleerd: het in het openbaar gemeentelijk gebied treffen van maatregelen om structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken, voor zover het treffen van die maatregelen doelmatig is en niet tot de zorg van het Waterschap of de provincie behoort. Pagina 17 van 52

20 Wat willen we: de gewenste situatie De zorgplicht heeft het karakter van een inspanningsverplichting, waarbij wij bij de uitvoering van onze taak de beleidsvrijheid hebben die aanpak te kiezen die, gelet op de lokale omstandigheden, doelmatig is. De gemeentelijke taken liggen voornamelijk in de openbare ruimte en bij coördinatie en onderzoek. De zorgplicht werkt niet met terugwerkende kracht en leidt niet tot aansprakelijkheid voor schades uit het verleden. De aanpak van grondwateroverlast is een samenspel van de grondeigenaar, gemeente, waterschap en Provincie, de wet wijst hierbij uitdrukkelijk niet één van de overheden aan die zorgt voor een bepaalde grondwaterstand. Wij treffen in ieder geval maatregelen als grondeigenaar voor ons eigen grondgebied, waarbij de maatregelen altijd doelmatig moeten zijn. Voorkomen van grondwateroverlast en -onderlast Op basis van de zorgplicht zullen we ons tijdens afzonderlijke plan- en bouwfasen zoveel mogelijk inspannen om structurele problemen als gevolg van een nadelige grondwaterstand in openbaar bebouwd gebied te voorkomen of te beperken. Bestemmingsfase: onderkennen van en handelen naar de grondwatersituatie via de watertoets en het inrichtingsplan. Uitvoeringsfase: realiseren van maatregelen door middel van grondexploitatie en bouwvoorschriften (bouwvergunning). Aanpak van grondwateroverlast en -onderlast De zorgplicht geeft aan gemeenten de taak om maatregelen te treffen als er sprake is van structureel nadelige gevolgen en doelmatig kan worden opgetreden. Er is geen afspraak gemaakt over de invulling van deze termen, elke gemeente kan dit op een eigen manier doen. De termen structureel, nadelige gevolgen en doelmatig interpreteren wij als volgt: Structureel: situatie waarbij de droogleggingnorm van 0,7 meter onder maaiveld (of 1,25 meter onder maaiveld voor nieuwe gebieden) gedurende twee weken per jaar wordt overschreden. Het betreft hier dus een situatie die voor een langere termijn geldt en geen incidentele situatie die bijvoorbeeld kan optreden na extreme neerslag. In dergelijk gevallen laat de wet een normaal maatschappelijk risico bij de perceelseigenaar. Nadelige gevolgen: indien in verblijfruimten omstandigheden optreden die tot volksgezondheidproblemen en/of economische schade leiden. De verblijfsruimten dienen daarbij te voldoen aan de bouwwetgeving. Doelmatig: in de toelichting op de wetgeving is ten aanzien van de doelmatigheidsvraag het volgende geschreven: factoren als de omvang en de duur van de overlast, het aantal getroffen percelen, evenals de functie en de hydrologische toestand van het betrokken gebied, de financiële implicaties alsmede de verschillende mogelijke oplossingen om grondwateroverlast tegen te gaan, kunnen een rol spelen bij de vraag of maatregelen doelmatig zijn. Bij de doelmatigheidsafweging dient ook te worden nagegaan of eventuele maatregelen niet tot verantwoordelijkheid van het waterschap of de provincie behoren. Per geval zullen we hier een afweging tussen maken. Net als bij de hemelwaterzorgplicht is op particulier terrein primair de eigenaar verantwoordelijk voor het treffen van maatregelen tegen grondwateroverlast, voor zover deze problemen niet aantoonbaar worden veroorzaakt door onrechtmatig handelen of nalaten van de buur (overheid of particulier). Klimatologische omstandigheden (waaronder calamiteiten zoals extreme neerslag) kunnen leiden tot een tijdelijk hogere grondwaterstand. De gebruiksfunctie wordt daardoor weliswaar tijdelijk verminderd, maar dat betekent niet dat deze ook op de langere termijn wordt aangetast. Wij zullen bij niet-structurele grondwateroverlast/-onderlast door klimatologische omstandigheden geen maatregelen treffen. Mogelijk wordt de aanpak van grondwateroverlast en onderlast de komende jaren aangepast. Er is een meetnet opgezet om het inzicht in het grondwatersysteem te vergroten. Met de inzichten die worden opgedaan kan door de jaren heen de invulling van de zorgplicht worden aangescherpt. Pagina 18 van 52

21 Wat willen we: de gewenste situatie Afvoer drainagewater Grondwateroverlast kan worden verminderd of voorkomen door de aanleg van drainage. Overtollig grondwater wordt dan opgevangen en afgevoerd. Dit drainagewater beschouwen wij als schoon water, omdat het nergens vermengd is met vuilwater of stoffen waar in de RWZI op wordt gezuiverd. We willen drainagewater daarom gescheiden houden van vuilwaterstromen. Wij zullen zelf geen drainagewater aansluiten op gemengde of DWA rioolstelsels, maar het aansluiten op HWA-stelsels of direct afvoeren naar een nabijgelegen oppervlaktewater. We verwachten van onze inwoners dat zij hun drainagewater ook niet op gemengde of DWAstelsels aansluiten. 3.7 Toetsingskader Het toetsingskader is bedoeld om een oordeel te kunnen vormen over het functioneren van de rioleringszorg in de gemeente Spijkenisse. De gewenste situatie (zoals omschreven in hoofdstuk 3.4 tot en met hoofdstuk 3.6) is vertaald in doelen, functionele eisen, maatstaven en meetmethoden Doelen Wij hanteren voor de komende planperiode de volgende doelen: 1. Zorgen voor inzameling van stedelijk afvalwater; 2. Zorgen voor transport van stedelijk afvalwater; 3. Zorgen voor inzameling van hemelwater (voor zover niet door de particulier); 4. Zorgen voor verwerking van ingezameld hemelwater; 5. Zorgen dat (voor zover mogelijk) het grondwater de bestemming van een gebied niet structureel belemmert DoFeMaMe Om te kunnen meten of we de doelen halen, volgen we de DoFeMaMe-methode. Hiermee beschrijven we: - de Doelen die aangeven wat we in grote lijnen willen bereiken met de rioleringszorg, - de Functionele eisen die meer concreet maken wat we willen bereiken, - de Maatstaven die we hanteren bij het invullen van de Functionele eisen, en - de Meetmethoden die aangeven hoe we bepalen of we aan de maatstaf voldoen. In Bijlage 2 hebben we de doelen, eisen, maatstaven en meetmethoden opgenomen, waarin de overwegingen uit de vorige paragrafen zijn verwerkt Voorwaarden voor effectief rioolbeheer Als rioleringsbeheerder moeten we een aantal voorwaarden scheppen om een doelmatige inzameling, transport en verwerking te kunnen realiseren. Voorbeelden hiervan zijn bijvoorbeeld effectieve samenwerking tussen de gemeente, buurgemeenten en het waterschap of er dient inzicht te zijn in de toestand en het functioneren van de riolering. De lijst met voorwaarden voor effectief rioleringsbeheer is in zijn geheel opgenomen in Bijlage 2. Wanneer niet aan die voorwaarden wordt voldaan is een effectieve besturing niet mogelijk en kan de doelmatigheid van de inzameling en het transport niet worden gewaarborgd. 3.8 Wat verwachten wij van onze inwoners en bedrijven Perceeleigenaren hebben een belangrijke rol in de verwerking van hemelwater. Een groot deel van het stedelijk grondgebied is particulier bezit, wat betekent dat een groot deel van de neerslag op particulier terrein valt. Toenemende verstening van tuinen en het aansluiten van regenpijpen op het riool zorgen voor veel hemelwater in het rioolstelsel. Door klimaatverandering zullen naar verwachting zwaardere buien gaan vallen, waardoor de piekbelasting groter wordt. Wij vinden het daarom logisch dat een deel van de hemelwatermaatregelen op particulier terrein zullen moeten plaatsvinden. Op dit moment kunnen we echter nog niet inschatten welke maatregelen we op welke termijn verwachten van de eigenaren van particuliere terreinen, want dit is afhankelijk van de klimatologische en technologische ontwikkelingen. Pagina 19 van 52

22 Wat willen we: de gewenste situatie Wij beseffen ons dat de mogelijkheden voor hemelwatermaatregelen op eigen terrein niet altijd aanwezig zijn. Er moet een goed afwegingskader bestaan, zodat er een redelijk verwachting naar perceeleigenaren kan worden uitgesproken. Voorlopig blijft het daarom bij het informeren van perceeleigenaren over de mogelijkheden om zelf hemelwater op te vangen, te bergen en te verwerken. Waar nodig hanteren we in overleg maatwerkoplossingen voor lokale problemen. Wij kunnen als gemeente veel regelen en sturen in het functioneren van de riolering, maar kunnen niet alles zelf uitvoeren. Onze inwoners hebben ook een belangrijke invloed op het functioneren. Wij willen geen extra regels en verplichtingen aan hen opleggen, maar willen wel dat onze inwoners helpen bij het goed laten functioneren van de riolering. Daarom spreken we een aantal - niet-verplichtende - verwachtingen uit. 1) Wij verwachten dat inwoners het riool verstandig gebruiken Om doelmatig te werken verwachten wij van onze inwoners dat zij meewerken aan een goed gebruik van het rioolstelsel. Regelmatige lozingen van vetten zorgen voor verstoppingen in het riool, ook kunnen doorgespoelde doekjes zorgen voor storingen van gemalen. Wij maken hoge kosten om deze verstoppingen en storingen te verhelpen, wat uiteindelijk ten laste komt van al onze inwoners. Van onze inwoners verwachten wij verstandig gebruik van de riolering, wat inhoudt dat er geen vet in het riool wordt geloosd en geen doekjes worden doorgespoeld. 2) Wij verwachten dat rioolaansluitingen zorgvuldig worden aangelegd Inwoners horen bij nieuwbouw en verbouwingen zorgvuldig te werk gaan met rioolaansluitingen. Bij gescheiden riolering is het belangrijk om de correcte aansluitingen te realiseren, zodat hemelwater en huishoudelijk afvalwater niet worden gemengd. Controle hierop is kostbaar en tijdrovend. Wij verwachten van onze inwoners dat zij controleren of zij op een juiste en correcte manier hun rioolaansluiting maken. 3) Wij verwachten dat inwoners hemelwater zoveel mogelijk zelf opvangen en bergen Wij verwachten dat onze inwoners hun best doen om hemelwater goed te verwerken. Dit kan door bijvoorbeeld voldoende open, niet-bestraat, tuinoppervlak aan te leggen. Zo kunnen we gezamenlijk meer water bergen, waardoor minder dure investeringen in nieuwe rioolbuizen of in de openbare ruimte nodig zijn. 4) Wij verwachten dat water-op-straat meer wordt geaccepteerd Water op straat zal vaker voorkomen, daarom verwachten wij van onze inwoners dat zij dit in een bepaalde mate accepteren. Bij een flinke regenbui is het niet altijd mogelijk om al het water snel af te voeren. Dit betekent dat een deel van het hemelwater op straat blijft staan. Zolang het geen schade veroorzaakt en het water niet te lang blijft staan, vinden wij dit niet erg. Wij verwachten van inwoners dat ook zij tijdelijk voorkomend water op straat accepteren. 5) Wij verwachten dat inwoners bij grondwateroverlast controleren of hun woning voldoende waterdicht is Wij zullen ons best doen om grondwateroverlast te voorkomen of te verminderen. Onze inwoners kunnen hierbij meehelpen, daarom hebben wij bepaalde verwachtingen aan hen. Eigenaren van woningen hebben vanuit het bouwbesluit de plicht om hun woning waterdicht te maken, zowel het dak als de onderkant dienen waterdicht te zijn. In het geval van grondwateroverlast in een woning verwachten wij van onze inwoners dat zij nagaan of hun woning voldoende waterdicht is. 3.9 Samenwerking in de afvalwaterketen op Voorne Putten We nemen deel aan de samenwerking afvalwaterketen Voorne Putten. Hiermee willen we de kwaliteit verbeteren, kwetsbaarheid verminderen en kosten besparen. Dit in lijn met de afspraken in het Bestuursakkoord Water uit Zie verder hoofdstuk 4.7. Pagina 20 van 52

23 4 Wat hebben we: de huidige situatie 4.1 Inleiding Wat hebben we nu aan voorzieningen en hoe voldoen we aan de eisen? In dit hoofdstuk vindt de toetsing van de huidige situatie aan de set van functionele eisen en maatstaven plaats. Deze toetsing is het uitgangspunt voor het bepalen van de benodigde maatregelen. 4.2 Totaal overzicht voorzieningen In Tabel F is een overzicht opgenomen van de rioleringsvoorzieningen die nu (stand ) en afgelopen jaren aanwezig waren in de gemeente Spijkenisse. Tabel F Totaal overzicht voorzieningen* OMSCHRIJVING ST AND PER ST AND PER ST AND PER ST AND PER ST AND PER ST AND PER OBJECT Be ma lingsge bie de n 25 st 26 st 26 st 28 st 28 st 28 st Vrijve rva lriole ring 352,00 km 352,20 km 352,90 km 359,70 km 362,40 km 369,50 km onderverdeeld in: * gemengde riolering 218,00 km 218,00 km 218,35 km 219,00 km 221,00 km 222,80 km * regenwaterafvoerriool 101,10 km 101,25 km 101,60 km 105,70 km 106,30 km 109,75 km * droogweerafvoerriool 14,60 km 14,60 km 14,60 km 16,60 km 16,60 km 18,40 km * transportriool 16,70 km 16,70 km 16,70 km 16,70 km 16,70 km 16,80 km * overstortleiding 1,60 km 1,65 km 1,65 km 1,65 km 1,75 km 1,75 km * bergingskelders 15 st 15 st 15 st 15 st 15 st 15 st * bergingsriool 0,22 km 0,22 km 0,22 km 0,22 km 0,22 km 0,22 km Dra ina ge le idinge n 11,50 km Drukriole ring 13,50 km 13,75 km 14,10 km 14,10 km 14,10 km 14,10 km Pe rsle idinge n 16,00 km 16,50 km 16,50 km 16,51 km 16,51 km 16,83 km Rioolge ma le n 26 st 27 st 27 st 28 st 28 st 28 st T unne lge ma a ltje s 3 st 3 st 3 st 3 st 3 st 3 st Ve rve rsingsge ma a ltje s 10 st 10 st 11 st 11 st 15 st 16 st Minige ma le n 109 st 110 st 110 st 110 st 110 st 108 st Aantal aansluitingen: "woningen" st st st st st st Aantal aansluitingen: "niet woningen" 1364 st 1350 st 1455 st 1463 st 1463 st 1507 st T otaal st st st st st st Rioolrecht "woningen" 87,82 94,81 100,89 106,14 112,94 121,20 Rioolrecht "niet woningen" 175,63 189,61 201,76 212,25 225,84 242,35 * Het beheer van de bemalingsgebieden Zomertuinen en woonboulevard Schiekamp wordt uitgevoerd door andere partijen. Eén minigemaal is buiten bedrijf, maar nog wel aanwezig en daarom opgenomen in dit overzicht. De vrijvervalriolering van de gemeente Spijkenisse is relatief jong. Verreweg het grootste deel is in de periode aangelegd en daarmee 20 tot 30 jaar oud. De precieze verdeling is te zien in Figuur 4-1. Pagina 21 van 52

24 Wat hebben we: de huidige situatie Figuur 4-1 Aanlegperiode riolering (in dit figuur is 33 kilometer RWA-riolering niet meegenomen) 4.3 Stedelijk afvalwater Stedelijk afvalwater omvat huishoudelijk afvalwater en bedrijfsafvalwater, grondwater, hemelwater en andere soorten afvalwater die gemixt zijn met huishoudelijk afvalwater. Hemelwater en grondwater kunnen dus onderdeel zijn van het stedelijk afvalwater, zodra men zich ervan wilt ontdoen via het stelsel dat gebruikt wordt voor het stedelijk afvalwater. De huidige situatie wordt beschreven in deze paragraaf Nog niet aangesloten bestaande bebouwing Bijna alle percelen zijn aangesloten op (druk)riolering. Er zijn 45 percelen, op een totaal van , die niet zijn aangesloten op riolering. In 2010 heeft de provincie Zuid-Holland een ontheffing voor onbeperkte tijd verleend, waardoor er geen verplichting bestaat om deze percelen alsnog aan te sluiten op riolering. De niet op riolering aangesloten percelen beschikken over een septic tank Afvoer en behandeling van stedelijk afvalwater De inzameling en afvoer van stedelijk afvalwater vindt binnen de bebouwde kom vooral plaats door middel van vrijvervalriolen. Buiten de bebouwde kom gebeurt dit voornamelijk door middel van drukriolering. Via gemalen en persleidingen wordt het ingezamelde afvalwater getransporteerd naar de rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) Allemanspolder gelegen aan de Oude Maas. Het gemeentelijk stelsel is opgedeeld in bemalingsgebieden, in totaal zijn er 28 van deze gebieden, elk met een eigen gemaal Toestand van de voorzieningen Vrijvervalriolering De vrijvervalriolering inspecteren we met een frequentie van eens in de 10 jaar. Jaarlijks wordt een ander gebied geïnspecteerd, zodat we in tien jaar tijd het hele rioolstelsel hebben gehad. In totaal is er 222,8 kilometer gemengde riolering aanwezig, 18,4 kilometer DWA-riool en nog ongeveer 19 kilometer overig riool dat wordt gebruikt voor de afvoer van stedelijk afvalwater. Riolen met een diameter kleiner dan 250 mm worden niet geïnspecteerd, dit vermindert de te inspecteren vrijvervalriolen met 83 kilometer. Tussen 2002 en 2012 is 227 kilometer vrijvervalriolering geïnspecteerd, 136 kilometer door middel van putfoto s/-video s en 91 kilometer door middel van een rijdende videocamera (zie Figuur 4-2). Pagina 22 van 52

25 Wat hebben we: de huidige situatie De inspectiegegevens hebben we zelf beoordeeld, waarbij rekening is gehouden met de omstandigheden rondom de locatie (bijvoorbeeld gebruik van het bovenliggende wegdek, mogelijke aantasting van de buis door een injectiepunt, werkzaamheden die in de omgeving plaatsvinden). Op basis van de beoordelingen maken we werkplanningen, waarin we aangeven welke maatregelen we moeten uitvoeren. Soms is de situatie zo ernstig dat we de rioolbuis op Figuur 4-2 Inspectie vrijvervalriolering korte termijn moeten vervangen, soms is de situatie slechts aanleiding om binnen enkele jaren een nieuwe inspectie uit te vormen en dan opnieuw te beoordelen. Gemalen en persleidingen De 28 rioolgemalen worden periodiek onderhouden door een extern bedrijf, persleidingen worden correctief onderhouden. De grotere rioolgemalen worden 2 keer per maand geïnspecteerd en de kleinere rioolgemalen 1 keer per maand. Na inspectie besluiten we of reiniging en/of onderhoud nodig is. De pompen in bergbezinkbassins worden twee keer per jaar geïnspecteerd, ook voor deze pompen wordt op basis van inspectie bepaald welk onderhoud verder nodig is. Persleidingen onderhouden we als er signalen zijn dat ze niet optimaal functioneren. Het onderhoud verloopt naar tevredenheid. Alle gemalen zijn aangesloten op de centrale hoofdpost. Via deze hoofdpost krijgen we actuele informatie over het functioneren van de gemalen. Ook storingsmeldingen komen binnen via de hoofdpost. Drukriolering De 108 minigemalen worden twee keer per jaar gereinigd en geïnspecteerd. Dit gebeurt ook door een extern bedrijf. De 14,1 kilometer drukriolering leidingen worden correctief onderhouden: als er aanleiding toe is nemen we maatregelen. Het onderhoud verloopt naar tevredenheid. Alle drukrioleringsgemalen zijn aangesloten op een meldsysteem (of op de hoofdpost of op het sentyro-systeem). De dienstdoende monteur krijgt op deze manier storingen door. Bergbezinkvoorzieningen Binnen onze gemeente zijn 15 bergbezinkvoorzieningen aanwezig (zie Tabel G). De pompen in deze voorzieningen worden meegenomen met het gemalenonderhoud. Pagina 23 van 52

26 Wat hebben we: de huidige situatie Tabel G Overzicht bergbezinkvoorzieningen Naam aanlegjaar inhoud in m3 Schenkel Haven-Noord De Ritte Maaswijk Oost Vondelsingel Centrum Bioscoop Oranjelaan De Akkers Aletta Jacobsstraat Kleine Gartmanstraat Etty-Hillesumsstraat Vogelenzang Borstelgras Lede Totaal Functioneren van de voorzieningen Het functioneren van de riolering bekijken we op drie manieren: hoe functioneert het stelsel hydraulisch, hoe functioneert het stelsel milieutechnisch en hoeveel klachten ontvangen we over het functioneren van het stelsel. Door het hydraulisch functioneren van een stelsel te bekijken wordt duidelijk hoeveel water er theoretisch kan worden verwerkt. Om dit te bepalen wordt een berekening gemaakt die uitgaat van bepaalde zware omstandigheden, bijvoorbeeld een regenbui met een zwaarte die eens in de 2-10 jaar voorkomt. Theoretische water-op-straat situaties worden duidelijk uit deze berekeningen. Het milieutechnisch functioneren van de voorzieningen bekijkt de invloed van de riolering op het milieu. Bij hevige regenval storten de riolen over op het oppervlaktewater wat een belasting geeft op het milieu. De maatstaf voor het milieutechnisch functioneren is de zogenaamde basisinspanning. Echter, ook als wordt voldaan aan de basisinspanning zal altijd moeten worden gekeken naar het effect van een overstorting op de kwaliteit van het ontvangende oppervlaktewater. Klachten geven belangrijke praktijkinformatie, ze geven aan waar er overlast wordt ervaren. Soms kan de overlast worden weggenomen door aanpassingen aan de riolering, soms moet de oorzaak en dus ook de oplossing van het probleem ergens anders worden gezocht. Hydraulisch functioneren In het basisrioleringsplan van 1999 is het hydraulisch functioneren beoordeeld op basis van berekeningen en in de praktijk bekend zijnde overlastlocaties. Destijds zijn aanpassingen aan het stelsel gedaan om het hydraulisch functioneren te verbeteren. In juni 2008 is het basisrioleringsplan geactualiseerd, hierbij is het verhard oppervlak opnieuw geïnventariseerd en zijn afkoppelkansen bekeken. Er bleken geen grote wijzigingen in het stelsel nodig. Het huidige stelsel kan een regenbui verwerken die eens in de 2 jaar voorkomt, zonder noemenswaardige water-op-straat situaties. We hebben de laatste jaren één melding van schade door water ontvangen, verder hebben we enkele overlastmeldingen binnen gekregen. Deze meldingen vergelijken we altijd met de gegevens uit het basisrioleringsplan, om te bekijken of het hydraulisch functioneren van het rioolstelsel van invloed kan zijn geweest. In het geval van de schademelding bleek dit niet het geval te zijn. Pagina 24 van 52

27 Wat hebben we: de huidige situatie Milieutechnisch functioneren Eind jaren 90 is een strategie opgezet om het milieutechnisch functioneren van het rioolstelsel te verbeteren. Er is ingezet op een emissiespoor (het verminderen van de vuiluitworp uit het rioolstelsel) en een waterkwaliteitspoor (het verbeteren van de kwaliteit van het oppervlaktewatersysteem). Verschillende onderzoeken en maatregelen zijn hiervoor uitgevoerd. In 2003 hebben we de vuiluitworp laten herberekenen, zodat we halverwege de looptijd van het aanpassingenprogramma konden controleren of we de goede kant op gingen. De al uitgevoerde maatregelen bleken beter te werken dan verwacht, waardoor we in de tweede periode van de looptijd minder aanpassingen hoefden te doen. In 2007 is alles afgerond. Daarmee voldoen we aan de basisinspanning en het waterkwaliteitspoor. Tijdens de afgelopen planperiode speelde de Kader Richtlijn Water. We hebben verschillende onderzoeken uitgevoerd om te beoordelen hoe de riolering de kwaliteit van het oppervlaktewater beïnvloedt. Uitkomst hiervan was dat de riolering een minimaal effect heeft op de kwaliteit van het oppervlaktewater. Samen met het waterschap is uiteindelijk geconcludeerd dat de gemeente Spijkenisse geen verdere KRW-maatregelen hoeft te treffen. Klachten en meldingen Om een goed beeld te houden van het hydraulisch en milieutechnisch functioneren in de praktijk worden klachten en meldingen van wateroverlast altijd onderzocht. Zo komen soms locaties in beeld waar het hydraulisch en milieutechnisch functioneren verder kan worden verbeterd. Er worden dan lokaal verbetermaatregelen uitgevoerd. Jaarlijks ontvangen we gemiddeld 20 tot 30 klachten en meldingen die op het eerste gezicht te relateren zijn aan de riolering. Hierin zit een grote verscheidenheid: van dichtgeslibde straatkolken tot grondwater dat in de achtertuin staat. Alle klachten en meldingen worden onderzocht en aan de melder wordt doorgegeven hoe de gemeente het verder afhandelt. 4.4 Hemelwater Hemelwater heeft een grote invloed op de toestand en het functioneren van het rioolstelsel. Een aantal voorzieningen is ook specifiek aangelegd voor de afvoer en verwerking van hemelwater. De huidige situatie van deze onderdelen van het rioolstelsel wordt hier beschreven Inzameling en verwerking van hemelwater Om hemelwater te kunnen afvoeren is binnen onze gemeente 110 kilometer HWA-riool aanwezig. Hemelwater wordt echter bij voorkeur verwerkt op de plaats waar het gevallen is, door het simpelweg in de bodem te laten zakken. Op enkele locaties in de stad is hier een speciale voorziening voor aangelegd (zie ook Tabel H). Zo is er aan de Baljuwlaan een lavakoffer aangebracht om hemelwater in de bodem te infiltreren, is bij het P&R parkeerterrein bij het metrostation Heemraadlaan een wadi gegraven voor de infiltratie van hemelwater en is in de wijk Sterrenkwartier waterdoorlatende verharding aangelegd. Indien het niet mogelijk is om hemelwater te infiltreren verzamelen we het hemelwater in riolen via een stelsel van rioolaansluitingen, straat- en troittoirkolken. In de delen van de gemeente met gescheiden riolering voeren we het hemelwater af naar nabijgelegen sloten, vijvers of andere oppervlaktewateren. In de delen van de stad met gemengde riolering wordt het hemelwater afgevoerd naar de RWZI Allemanspolder. Buiten de bebouwde kom zamelen we hemelwater niet in, maar lozen de perceeleigenaren het direct op nabijgelegen oppervlaktewater. Tabel H Overzicht speciale hemelwatervoorzieningen Locatie Baljuwlaan P&R metrostation Heemraadlaan Sterrenkwartier Speciale hemelwatervoorziening Lavakoffer Wadi Waterdoorlatende verharding Pagina 25 van 52

28 Wat hebben we: de huidige situatie Toestand van de voorzieningen Voor de verschillende speciale hemelwatervoorzieningen hebben we onderhoudsschema s opgezet. Zo zal de wadi structureel worden gemaaid, om ervoor te zorgen dat er niet teveel gras en planten in groeien die de werking ervan blokkeren. De waterdoorlatende verharding wordt regelmatig gereinigd, omdat in de praktijk blijkt dat deze gevoelig is voor zandophoping tussen de naden (hierdoor voert het water niet goed af). Voor de lavakoffer is geen speciaal onderhoud nodig, op basis van meldingen en klachten worden bekeken of deze goed functioneert. De hemelwaterriolering laten we gelijktijdig met de overige vrijvervalriolering inspecteren. Riolen met een diameter kleiner dan 250 mm inspecteren we niet, omdat ervaring leert dat hier weinig problemen mee zijn. Goed functionerende kolken zijn nodig voor een goede instroming van hemelwater in de riolen. De kolken worden eens in de 1,5 jaar gereinigd door Reinis. Er zijn 3 tunnelgemalen en 16 verversingsgemalen aanwezig. Deze gemalen worden 2 keer per jaar geïnspecteerd, waarna wordt besloten of reiniging of onderhoud nodig is Functioneren van de voorzieningen Het functioneren van de voorzieningen toetsen we in berekeningen en op basis van klachten en meldingen. Er zijn voor het gescheiden stelsel geen aandachtspunten op hydraulisch en milieutechnisch gebied, omdat in dit stelsel het hemelwater apart wordt ingezameld en verwerkt. Tevens zijn er weinig klachten en meldingen. Ook de gemalen en speciale voorzieningen functioneren goed. 4.5 Grondwater Grondwater is binnen Spijkenisse op verschillende diepten aanwezig. Er is een meetnet aangelegd om de grondwaterstanden over langere tijd te kunnen volgen. De huidige situatie rondom grondwater wordt hier beschreven Overzicht aanwezige voorzieningen Er zijn 39 peilbuizen aanwezig (zie Figuur 4-3). Hiervan zijn 34 peilbuizen ons eigendom en 5 peilbuizen zijn eigendom van de provincie of het waterschap. De peilbuizen zijn geplaatst om een goed beeld te krijgen van alle grondwaterstromingen. Figuur 4-3 toont een overzichtskaart van de grondwatermeetpunten. Pagina 26 van 52

29 Wat hebben we: de huidige situatie Figuur 4-3 Overzicht grondwatermeetnet (grotere versie staat in Bijlage 3) Inzicht in grondwaterstanden Vanaf de jaren 80 onderzoeken we de grondwatersituatie. Door bezuinigingen is dit onderzoek in de jaren 90 stopgezet. Enkele jaren geleden zijn we met het opzetten van een nieuw grondwatermeetnet opnieuw gestart met structureel grondwateronderzoek. In 2010 is een detailontwerp voor een grondwatermeetnet opgesteld en hetzelfde jaar is begonnen met de aanleg van het meetnet. Elke twee weken worden grondwaterstanden bij de peilbuizen opgenomen. In 2012 is een eerste analyse gemaakt van de meetresultaten, op basis hiervan hebben we enkele aanpassingen uitgevoerd aan het meetnet. Het grondwaterbeleid hebben we in het GRP geformuleerd. Het doel van dit beleid is zorgen dat (voor zover mogelijk) het grondwater de bestemming van een gebied niet structureel belemmert. Hierbij hanteren we als eis dat de drooglegging minimaal 0,70 cm beneden maaiveld is. Deze waarde mag maximaal 2 weken per jaar worden overschreden. Figuur 4-4 Voorbeeld meetgegevens van één peilbuis Pagina 27 van 52

30 Wat hebben we: de huidige situatie Bij nieuwe gebieden is de drooglegging minimaal 1,25 m beneden maaiveld. Als blijkt dat de grondwatersituatie afwijkt van de gewenste situatie handelen we als volgt: GHG < 0,5 m-mv: bij groot onderhoud aan de weg of riolering treffen van grondwatermaatregelen; GHG 0,5 tot 0,7 m-mv: bij groot onderhoud aan de weg of riolering onderzoek uitvoeren; GHG > 0,7 m-mv: geen maatregelen (beheerfase). De eerste analyse in 2012 is uitgevoerd ten opzichte van het grondwaterbeleid dat geformuleerd is in het GRP Uit de eerste analyse blijkt dat er zowel te hoge grondwaterstanden voorkomen als te lage grondwaterstanden. In de wijken Sterrenkwartier, Groenewoud, Hekelingen, Vogelenzang en een deel van de wijk Hoogwerf is de grondwaterstand te hoog. In de wijken Hoogwerf en Schiekamp komen in droge perioden te lage grondwaterstanden voor. De fluctuaties in meetgegevens geven aanleiding tot aanvullend onderzoek op een aantal locaties. Zo is het mogelijk dat in de wijken Hoogwerf en Schiekamp lekke riolering zorgt voor afvoer van grondwater, dit moeten we nader onderzoeken. Hierdoor bestaat in deze wijken het risico dat houten fundering droog komt te liggen, wat kan leiden tot beschadiging van de fundering. Om deze reden willen we grondwaterstanden in dit gebied meer inzichtelijk maken. We hebben 5 peilbuizen voorzien van permanente dataloggers, zodat beter zichtbaar wordt welke fluctuaties in de grondwaterstanden zich voordoen. In de eerste analyse is van 25 peilbuizen aangegeven of er sprake is van een mogelijk knelpunt. Hieruit blijkt dat er bij 7 peilbuizen een beperkt knelpunt aanwezig is en bij nog eens 7 peilbuizen een volledig knelpunt (een beperkt knelpunt betekent dat over lange termijn slechts een korte periode de norm werd overschreden, bij een volledig knelpunt gebeurde dit een langere periode). Nader onderzoek is noodzakelijk om goed te kunnen oordelen over de grondwatersituatie Klachten en meldingen Incidenteel ontvangen we klachten over grondwateroverlast. In de eerste analyse van de grondwatermeetgegevens is gekeken of er verbanden te zien waren tussen de meldingen en de gemeten grondwaterstanden. Opvallend was dat uit de wijken Hoogwerf en Schiekamp meldingen van grondwateroverlast kwamen, terwijl de peilbuizen lieten zien dat het grondwater erg laag stond. Mogelijk zorgt slechte water-doorlatendheid van de bodem voor deze klachten, het water kan dan niet weg. Tot op heden hebben we vooral grondwateroverlastklachten geregistreerd en onderzocht, waarbij we op enkele locaties maatregelen hebben genomen door bijvoorbeeld drainage aan te leggen. De registratie van overlastklachten wordt ook gebruikt voor nader onderzoek. Op dit moment wordt onderzocht of de overlast op één specifieke locatie kan worden verminderd door enkele meters diep liggende kleilagen te doorboren. 4.6 Verordeningen en vergunningen Toezicht en handhaving Met de vernieuwing van de afvalwaterregelgeving sinds 2008 valt een groot deel van de lozingsactiviteiten onder de Wet milieubeheer. De vergunningverlening, het toezicht en de handhaving bij bedrijven wordt uitgevoerd door de Milieudienst Rijnmond (DCMR). De DCMR is de gezamenlijke milieudienst van de gemeenten in de regio Rijnmond en Goeree-Overflakkee en van de Provincie Zuid-Holland. In de toekomst zal de DCMR gaan fungeren als Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) voor dit gebied. In beginsel worden alle milieuaspecten, waaronder ook het lozen van water, bij bedrijven geregeld met het Activiteitenbesluit milieubeheer. Het besluit maakt een onderscheid in Wm/Wabovergunningplichtige inrichtingen (type C) en inrichtingen waarvoor de vergunningplicht is opgeheven (type A en B). Bij type C inrichtingen staat een deel van de voorschriften in de vergun- Pagina 28 van 52

31 Wat hebben we: de huidige situatie ning en voor een deel in het Activiteitenbesluit. Voor type A en B inrichtingen staan alle voorschriften in het Activiteitenbesluit. Soms kan nog wel een watervergunning aan de orde zijn. In onze gemeente bevinden zich 35 vergunningsplichtige bedrijven vallend onder categorie C van het Activiteitenbesluit en 552 meldingsplichtige bedrijven vallend onder categorie B. Tenslotte vallen er 299 bedrijven onder categorie A van het Activiteitenbesluit die niet gemeld hoeven te worden bij het bevoegd gezag. De DCMR voert bij al deze bedrijven de controles uit op de afvalwaterlozingen. Voor lozingen die niet vanuit bedrijven plaatsvinden zijn een tweetal besluiten die mede geënt zijn op de Wet milieubeheer van toepassing. Het Besluit lozing afvalwater huishoudens is van toepassing op lozingen van particuliere huishoudens en het Besluit lozen buiten inrichtingen is van toepassing op bedrijfsmatige lozingen buiten een bedrijfslocatie. Het toezicht op deze besluiten ligt bij de gemeente Spijkenisse zelf. Incidentenplan Er is in 2006 een incidentenplan opgesteld om de procedures aan te geven die moeten worden gevolgd bij het voordoen van een incident in of rondom de riolering. Dit plan is opgegaan in het regionale calamiteitenplan. Het gedeelte over de riolering is op dit moment niet meer actueel. Vervallen WVO-vergunning De vernieuwing van de afvalwaterregelgeving heeft ertoe geleid dat wij geen vergunning meer nodig hebben voor overstorten uit het gemeentelijk rioolstelsel, zolang deze overstorten zijn genoemd in het gemeentelijk rioleringsplan. In Bijlage 4 is een overzicht van de overstorten opgenomen. Voor het waterschap is het belangrijk om een goed overzicht te hebben van de overstorten en hemelwateruitlaten, omdat zij beheerder zij van de ontvangende oppervlaktewateren. Wij informeren het waterschap daarom over wijzigingen in het rioolstelsel die invloed hebben op de oppervlaktewateren of RWZI. Wij gaan er vanuit dat het waterschap de gemeente Spijkenisse informeert over wijzigingen aan oppervlaktewateren en RWZI die van invloed zijn op het gemeentelijk rioolstelsel. Bouwbesluit 2012 Toetsing van nieuwbouwplannen vindt plaats aan de hand van het nieuwe Bouwbesluit Enkele belangrijke elementen voor riolering uit het bouwbesluit zijn: In het Bouwbesluit 2012 staan uitsluitend de bouw- en installatietechnische eisen voor onder meer de op het openbare riool aan te sluiten afvoervoorzieningen. De milieuregelgeving bepaalt waar welke lozingen mogen plaatsvinden. Daarmee is een samenhangend geheel ontstaan van de zorgplichten in de Wet milieubeheer en de Waterwet, de lozingsbesluiten, het Bouwbesluit en de normering in NEN Als lozen anders dan via de openbare riolering is verboden, ligt aansluiting daarop voor de hand. Daarom is de aansluitplicht uit het Bouwbesluit verdwenen. Als aansluiting mogelijk is, mag een eigenaar of gebruiker zijn huishoudelijk afvalwater niet op een andere manier lozen, ook niet na eigen zuivering. Wij als gemeente hebben de mogelijkheid gekregen om hemelwater wel of niet aan te nemen, zodat de perceeleigenaar kan worden gedwongen om hemelwater op eigen terrein te bergen; Uitgangspunt is gescheiden aanlevering van hemelwater aan de perceelgrens; We kunnen als gemeente (op grond van artikel 6.18 lid 5c) extra maatregelen voorschrijven als dit nodig is voor het goed functioneren van de riolering. Stichting RIONED heeft een informatieblad over de relatie Bouwbesluit-riolering uitgebracht waar meer informatie is opgenomen. Pagina 29 van 52

32 Wat hebben we: de huidige situatie 4.7 Samenwerking in de afvalwaterketen op Voorne Putten De gemeente Spijkenisse neemt deel aan het samenwerkingsverband Voorne-Putten, samen met de gemeenten Bernisse, Brielle, Hellevoetsluis, Westvoorne en het waterschap Hollandse Delta. Binnen dit samenwerkingsverband wordt gezocht naar verbetermogelijkheden in de afvalwaterketen. Zo wordt invulling gegeven aan het Bestuursakkoord Water. In 2012 is er een feitenonderzoek uitgevoerd naar de mogelijkheden tot samenwerking. Hieruit bleek dat bij toepassing van verschillende organisatiemodellen en samenwerkingsonderwerpen een besparing tussen de 3 en 8% mogelijk is, ten opzichte van de uitgaven in Er liep een conflict tussen het waterschap en verschillende gemeenten over het baggeren van watergangen, Dit is tijdens het feitenonderzoek meegenomen en wordt de komende jaren verder uitgewerkt. De hoofdlijnen van de samenwerking zijn vastgelegd in een op 3 april 2013 getekende intentieovereenkomst. Hierin staat onder meer benoemd dat gemeenten en waterschap een gezamenlijk rol en verantwoordelijkheid hebben in het beheren van de afvalwaterketen. Ook staan de doelen van de samenwerking benoemd: de samenwerking is bedoeld om de kwaliteit te verhogen, de kwetsbaarheid te verlagen en de stijging van de kosten te verminderen. Ook wordt een verdere invulling van de samenwerking gegeven, met onder andere doelen, financiën, onderwerpen die binnen de samenwerking kunnen worden opgepakt en een stappenplan. Voor de eerste jaren is concreet aangegeven welke projecten er zullen worden opgezet, voor de volgende jaren is een globale planning gegeven. In 2013 zijn ook twee projecten opgestart. Baggerplannen voor het onderhoud van stedelijke watergangen worden inmiddels voor alle gemeenten gemaakt door het waterschap. Verder hebben we een start gemaakt met het meetproject ISA (Integrale Sturing van de Afvalwaterketen). Dit project heeft ten doel om de hele afvalwaterketen van Voorne-Putten in beeld te krijgen, zodat er beter kan worden gestuurd met de aanwezige voorzieningen. In 2013 is een businesscase gestart, in 2014 zal worden beoordeeld of en hoe het project vorm zal krijgen. Brede monitoring en functioneren systeem nieuwe / aanvullende taken Nieuwe vraagstukken sturing / RTC meten en monitoren Storingen / calamiteiten Innovaties riolering afvalwaterketenplan vertaling beleidsontwikkelingen visieontwikkeling operationeel Onderzoek keten en emissies / OAS databeheer VO/DO bestek vergunningen jaarprogramma baggeren toezicht Uitvoeren maaien en baggeren jaarprogramma onderhoud Inspectie / controle riolering en gemalen Afbakenen taken stedelijk water Beheer en onderhoudsplan stedelijk water investeringsplanning programmering projecten GRP beleid Operationeel beheer onderhoud mech. riolering Huidige takenpakket Planvorming en programmering Figuur 4-5 Taken die kansrijk zijn voor uitwerking binnen de samenwerking Voorne Putten Pagina 30 van 52

33 Wat hebben we: de huidige situatie 4.8 Toetsing op hoofdlijnen De doelen die in het vorige GRP zijn gesteld zijn grotendeels behaald. Binnen onze gemeente staat de rioleringszorg op het gewenste niveau, want een groot deel van de gestelde doelen hebben we bereikt. Wel zijn er enkele aandachtspunten. Eén van de belangrijkste aandachtspunten is het grondwater. De gestelde eisen worden op een aantal locaties niet gehaald, blijkt uit het grondwatermeetnet. We moeten over een aantal jaren meetgegevens verzamelen voor een goed beeld. Daarna moeten we de gegevens analyseren en daar conclusies uit trekken. Verder is de kwaliteit van de vrijvervalriolen een aandachtspunt. De vrijvervalriolen dienen in goede staat te zijn, daarom zouden schadebeelden niet moeten voorkomen. Onze riolering wordt ouder, daardoor gaan we meer inspecteren en komen meer schadebeelden voor. We moeten dan maatregelen treffen. We hebben al besloten om risicoriolen beter te gaan volgen. Pagina 31 van 52

34 Wat hebben we: de huidige situatie Toetsing Voldaan Aandachtspunt Belangrijk aandachtspunt J K L Zorgen voor inzameling van stedelijk afvalwater 1a Alle percelen op het gemeentelijk gebied waar afvalwater vrijkomt moeten van een rioleringaansluiting zijn voorzien, uitgezonderd bij 45 percelen zijn niet aangesloten op riolering, J specifieke situaties waar lokale behandeling eenzelfde graad van hier is een ontheffing voor milieubescherming biedt 1b Er dienen geen ongewenste lozingen op de riolering plaats te vinden J voldaan 1c Het scheiden van (afval) waterstromen in huishoudens, bedrijven en industrie dient te worden bevorderd J voldaan 1d De aansluitleidingen moeten in goede staat zijn J voldaan 1e Riolen en andere objecten dienen in hoge mate waterdicht te zijn, zodanig dat de hoeveelheid uittredend en intredend rioolwater beperkt blijft K ingrijpmaatstaven komen enkele keren voor Zorgen voor transport van stedelijk afvalwater 2a De afstroming dient gewaarborgd te zijn K ingrijpmaatstaven komen enkele keren voor 2b Het afvalwater dient zonder overmatige aanrotting de RWZI te bereiken J geen reden om aanrotting te vermoeden 2c De afvoercapaciteit van de riolering voor afvalwater moet toereikend zijn om het aanbod bij hevige neerslag te kunnen verwerken, uitgezonderd bij bepaalde buitengewone J weinig meldingen van overlast en schade omstandigheden 2d De objecten moeten in goede staat zijn K ingrijpmaatstaven komen enkele keren voor Zorgen voor inzameling van hemelwater (voor zover niet door particulier) 3a Voor zover rendabel afkoppelen van schoon hemelwater zonder wateroverlast en ongewenste milieuverontreiniging te veroorzaken J 3b Schoon hemelwater zal bij voorkeur worden hergebruikt en/of geïnfiltreerd in de bodem dan wel afgevoerd middels bufferbassins en/of ontwateringssloten 3c De instroming in riolen via de kolken dient ongehinderd plaats te vinden J J op enkele plekken zijn voorzieningen aangelegd voor het infiltreren van hemelwater controle en meldingen controle en meldingen 3d Beperkte hoeveelheid intredend grondwater K ingrijpmaatstaven komen enkele keren voor 3e Geen afvoer van drainagewater via gemengde en/of dwa riolen J geen reden om dit te vermoeden Zorgen voor verwerking van ingezameld hemelwater 4a De afvoercapaciteit van de riolering voor afvalwater moet toereikend zijn om het aanbod bij hevige neerslag te kunnen verwerken, uitgezonderd bij bepaalde buitengewone omstandigheden 4b De vuiluitworp door overstortingen op oppervlaktewater dient beperkt te zijn 4c De vervuilingstoestand van de riolering dient acceptabel te zijn 4d Riolen en andere objecten dienen in hoge mate waterdicht te zijn, zodanig dat de hoeveelheid uittredend rioolwater beperkt blijft J J K K weinig meldingen van overlast en schade we voldoen aan basisinspanning en waterkwaliteitsspoor ingrijpmaatstaven komen enkele keren voor ingrijpmaatstaven komen enkele keren voor 5a Zorgen dat (voor zover mogelijk) het grondwater de ebstemming van een gebied niet structureel belemmert Adequate afvoer van overtollig grondwater (bij te hoge Grondwatermeetnet laat zien dat op een grondwaterstanden) L aantal locatie de gewenste ontwateringsdiepte niet wordt behaald Pagina 32 van 52

35 5 Wat gaan we doen: de opgave 5.1 Inleiding Voor het in stand houden van het aanwezige rioolstelsel moet veel gebeuren. Bovendien zal het op een aantal locaties worden uitgebreid en zal op een aantal locaties worden gezocht naar verbetermogelijkheden. De komende jaren zal er veel werk worden verricht om dit mogelijk te maken. In dit hoofdstuk worden de werkzaamheden voor de komende jaren beschreven. We maken hierbij onderscheid tussen de drie zorgplichten voor stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater en we maken onderscheid tussen onderzoeken en maatregelen. Bedragen die worden genoemd zijn op prijspeil 2013 en exclusief BTW. 5.2 Stedelijk afvalwater Aanleg bij bestaande bebouwing Alle bestaande bebouwing is aangesloten op riolering of er is een ontheffing verleend door de provincie om niet aangesloten te hoeven zijn. De komende jaren zullen we deze situatie in stand houden. Indien er zich echter een mogelijkheid voordoet om tegen beperkte kosten een perceel aan te sluiten, dan zal hier onderzoek naar worden gedaan Aanleg bij nieuwbouw Voor de komende planperiode hebben we de nieuwbouw van woningen voorzien (zie Tabel I). In de daaropvolgende jaren staat de aanleg van nog eens woningen gepland. Deze planning is sterk afhankelijk van de ontwikkelingen op de woningmarkt, mogelijk worden op een later moment wijzigingen aangebracht. Bij grootschalige nieuwbouwlocaties leggen we een gescheiden rioolstelsel aan. Bij inbreiding (kleinschalige nieuwbouw) sluiten we aan op het bestaande stelsel (veelal is dit gemengd). Alle nieuwbouwprojecten dienen rekening te houden met een duurzame oplossing voor hemelwater conform het beleid van het waterschap Hollandse Delta. De aanleg van riolering bij nieuwbouwlocaties wordt in principe bekostigd uit de grondexploitatie. Deze kosten hebben we in het GRP buiten beschouwing gelaten, wel houden we rekening met het beheer van deze voorzieningen. De kosten voor de huisaansluiting worden betaald door de aanvrager. Tabel I Woningbouwplanning Jaar Project Aantal woningen 2014 Heer en Meester 1 Het Land fase 5 28 Symfonielaan 7 Kavels Drogendijk 10 Hart van Groenewoud 92 Subtotaal Heer en Meester 1 Pagina 33 van 52

36 Wat gaan we doen: de opgave Pleintje Versteeg 11 Achterstraat 35 Diverse kavels 1 De Dijk Vlek C 174 Oude Maas Onbekend Maaswijk Zomertuinen 35 Kavels Drogendijk 10 Het Land fase Subtotaal Heer en Meester 15 Het Land fase Haven zuid fase 1 50 Kavels Drogendijk 10 ZO buitenhuizen 10 Diverse kavels 3 Waterrijk 12 Subtotaal Heer en Meester 15 Haven zuid fase 2 50 De Dijk fase ZO buitenhuizen 15 Diverse kavels 1 Waterrijk 12 Het Land fase Subtotaal Heer en Meester 15 Het land fase Haven zuid fase 3 50 ZO buitenhuizen 10 Subtotaal Planperiode Subtotaal planperiode en verder Subtotaal 2019 en verder 1557 Totale woningbouw Onderzoeken Hieronder benoemen we de onderzoeken voor deze planperiode. Een samenvatting met de bedragen en jaren staat in Tabel K. O1) Inventarisatie Directe toegankelijkheid van correcte gegevens is belangrijk voor de rioleringszorg. Ze dienen ter ondersteuning en onderbouwing van onderzoeken en maatregelen, daarom is het belangrijk dat de benodigde gegevens voor aanvang van deze onderzoeken en maatregelen bekend zijn. We moeten altijd een goed overzicht hebben van onze voorzieningen. De regulier terugkerende werkzaamheden die we hiervoor uitvoeren zijn: periodiek bijwerken van revisiegegevens (vervangingen van de riolering); toevoegen van nieuw aangelegd riolering (nieuwbouw); invoeren van inspectie- en reinigingsgegevens in GBI; bijhouden van meldingen en storingen. Pagina 34 van 52

37 Wat gaan we doen: de opgave Een extra werkzaamheid is het inventariseren en registreren van huisaansluitleidingen. Dit gebeurt alleen als er werkzaamheden plaatsvinden aan deze huisaansluitleiding. Het uitvoeren van de werkzaamheden gebeurt grotendeels in eigen beheer. Voor ondersteuning en assistentie bij specifieke werkzaamheden kan een bedrijf worden ingehuurd. Een belangrijk onderdeel van de werkzaamheden is het doorvoeren van mutaties. In een door onszelf opgestelde handleiding hebben we beschreven hoe dit moet worden uitgevoerd, zodat verschillende personen dit werk makkelijk kunnen oppakken. Tijdens de werkzaamheden worden vaak kaarten gebruikt, zodat een grote hoeveelheid informatie duidelijk zichtbaar is op één overzicht. Dit kaartmateriaal wordt in eigen beheer geproduceerd. De komende planperiode gaan we extra aandacht besteden aan de nog niet digitaal opgeslagen informatie. Zo is er 33 kilometer HWA-vrijvervalriolering die nog niet is opgeslagen in ons beheerbestand, dit gaan we opnemen. Ook gaan we de locaties waar drainage aanwezig is, opslaan omdat nu niet de gegevens van alle drainage digitaal is vastgelegd. O2) Inspectie en controle vrijvervalriolering Rioolinspecties worden uitgevoerd om de kwaliteit van de vrijvervalriolen in beeld te brengen. Hier bestaan verschillende technieken voor. Voor een globaal beeld van de kwaliteit worden putfoto s of putvideo s gemaakt, voor een beter beeld worden rioolinspecties met een videocamera in de riolen uitgevoerd. Op basis van deze rioolinspecties worden toestandsaspecten vastgelegd, volgens de NEN-EN De strategie voor inspectie van vrijvervalriolering staat beschreven in Tabel J en Bijlage 8. Voor het opzetten van deze strategie is gekeken naar de kans op schade in de rioolbuis, de kans op verstopping en het risico voor derden dat bestaat bij een niet goed functionerend riool. Op basis van deze weging heeft een deel van de riolen de classificatie risicoriool gekregen. Alle risicoriolen laten we 1x per 10 jaar met een rioolcamera inspecteren, verder worden klachten en meldingen geregistreerd. Alle andere riolen vallen in de categorie niet-risicoriolen. Deze riolen laten we met putvideo inspecteren en/of klachten en meldingen worden geregistreerd. Indien putvideo en/of meldingen ertoe aanleiding geven zullen we deze riolen ook met een rioolcamera inspecteren om meer informatie te krijgen. Riolen ouder dan 60 jaar worden met een hogere frequentie geïnspecteerd: eens in de 5 jaar. Tabel J Strategie inspectie vrijvervalriolering Categorie vrijvervalriolen Rioolcamera, 1x per 10 jaar Putvideo, 1x per 10 jaar Klachten, meldingen Risicoriolen Leeftijd 40+ jaar X X Stamriolen X X Ontvangst lozingspunten X X Niet-risicoriolen Leeftijd 0-40 jaar X X Diameter tot 250 mm X Voorafgaand aan de inspectie laten we het riool reinigen om een goed zicht te krijgen voor de inspecties. De kosten zijn opgenomen in het inspectieprogramma. Na inspectie zullen de foto s en videobeelden beoordeeld moeten worden. Dit doen we zelf. Pagina 35 van 52

38 Wat gaan we doen: de opgave O3) Inspectie en controle gemalen en drukriolering Om een goed beeld te krijgen van de toestand en kwaliteit van de gemalen laten we deze met enige regelmaat inspecteren (Hier zit een relatie met maatregel M5, het onderhoud aan de gemalen). We huren er een extern bedrijf voor in. De inspectiestrategie van de voorgaande jaren werkt goed, daarom hanteren we deze ook de komende jaren: inspectie gebruiken we om aan te geven welke onderhoudsmaatregelen nodig zijn; de grotere rioolgemalen laten we 2 keer per maand inspecteren; de kleinere rioolgemalen laten we 1 keer per maand inspecteren; de bergbezinkbassins laten we 4 keer per jaar inspecteren; de minigemalen (drukrioleringsstelsel) laten we 2 keer per jaar inspecteren. O4) Berekeningen Het hydraulisch en milieutechnisch functioneren van het rioolstelsel leggen we periodiek vast in een basisrioleringsplan. De meest recente versie van dit plan komt uit 2003 (milieutechnisch functioneren) en 2008 (hydraulisch functioneren). We voeren jaarlijks kleine deelstudies uit naar het functioneren van het rioolstelsel. Deze specialistische werkzaamheden besteden we uit. Basisrioleringsplan en het Besluit lozingen Buiten inrichtingen Het basisrioleringsplan bevat het overzicht van lozingswerken (inclusief tekeningen) zoals bedoeld in het Besluit lozingen Buiten inrichtingen van maart Het basisrioleringsplan stellen we samen met de waterbeheerder op. In het Bestuursakkoord Waterketen van juli 2007 is afgesproken dat gemeente en waterbeheerders de afvalwaterketen (riolering en zuivering) beheren als ware het één systeem en als ware zij één verantwoordelijke partij. Dat houdt in dat de lay-out van het stelsel dat is afgesproken in het basisrioleringsplan alleen wordt gewijzigd als de waterbeheerder het er mee eens is en vice versa. Met dit GRP verankeren we deze gedragsregel. De komende jaren gaan we binnen de samenwerking op Voorne Putten onderzoek doen naar het functioneren van de rioolstelsels en zuiveringen. We starten een omvangrijk meetproject (ISA) dat gaat meten hoe de gehele afvalwaterketen (riolering + zuivering) functioneert. Daar valt ook onze Spijkenisser riolering onder. Dit onderzoek nemen we apart op in ons onderzoeksprogramma. Ervaring leert echter dat zo n gezamenlijk onderzoek leidt tot nieuwe vragen over de werking van ons rioolstelsel. Zo kunnen er verschillen naar voren komen tussen de theorie en praktijk en leer je van de rioolstelsels van buurgemeenten. Optimalisatie van maatregelen aan de riolering en maatregelen aan de zuivering is belangrijk (OAS). We moeten daar de maatregelen treffen waar die tegen de laagst maatschappelijke kosten het meeste effect sorteren. We reserveren daarom gedurende de planperiode een extra bedrag voor berekeningen en onderzoeken. Ook gaan we de komende periode meer aandacht geven aan de afstroming van hemelwater via het oppervlak. We verwachten dat er steeds vaker hevige regenbuien zullen voorkomen, waarbij hemelwater tijdelijk op straat zal blijven staan. Dit water zal naar het laagste punt stromen en op deze locatie zal voldoende ruimte moeten zijn om het water te bergen. Met een rekenmodel, bijvoorbeeld WODAN 123, is het mogelijk om meer inzicht te krijgen in de manier waarop het water in onze gemeente afstroomt. In 2015 zullen we hier onderzoek naar laten doen. O5) Handhaving verordeningen en vergunningen Vergunningen op basis van de Wet milieubeheer en de Wet bodembescherming worden verleend en gehandhaafd door de Milieudienst Rijnmond, in opdracht van de gemeente Spijkenisse. Ook vergunningen op basis van de WABO (Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht) worden verleend en gehandhaafd door de Milieudienst Rijnmond. Vergunningverlening en handhaving voor directe lozingen op oppervlaktewateren behoort bij de beheerder van het oppervlaktewater, dit is het waterschap Hollandse Delta of Rijkswaterstaat. Pagina 36 van 52

39 Wat gaan we doen: de opgave O6) Actualisatie GRP Dit GRP heeft een looptijd van 2014 tot en met Dit betekent dat het in 2018 moet worden geactualiseerd. Spijkenisse fuseert per met Bernisse. Dit GRP is net nieuw en heeft een looptijd tot en met 2018, ook het GRP van Bernisse is net nieuw. We verwachten daarom dat we in 2015 geen volledig nieuw GRP zullen opstellen (zie ook O8). O7) Samenwerking in de afvalwaterketen op Voorne Putten De samenwerking in de afvalwaterketen op Voorne Putten is aan het groeien. Met de ondertekening van een intentieverklaring is een basis gelegd onder de uitvoering van vele projecten. We weten nog niet precies welke projecten we tijdens de planperiode gaan opstarten, we kunnen echter wel een globaal beeld geven. Onderzoeken die zeker lopen tijdens de planperiode zijn: opstellen baggerplannen door waterschap Hollandse Delta (start in 2013); meetproject ISA Voorne Putten (Business Case in 2013, uitvoering start in 2014). Onderzoeken die waarschijnlijk lopen tijdens de planperiode zijn: opstellen beleidskader voor stedelijk waterbeheer (baggeren en maaien); afstemmen investeringsplanningen; uitwisseling van kennis; borgen van goed beheer van statische data; verder vormgeven bestuurlijke samenwerking; verder vormgeven ambtelijke samenwerking; mogelijkheden tot gezamenlijk aanbesteden; mogelijkheden tot gezamenlijk beheer. Rond 2016 verwachten we dat een verdere verdieping van de samenwerking ontstaat. Bovenstaande projecten zitten dan in een vergevorderd stadium of zijn afgerond, hierdoor is ervaring opgedaan met de samenwerking en zijn de voor- en nadelen goed zichtbaar. Als dat moment is bereikt zullen we een keuze moeten maken voor de samenwerking in de jaren daarna. De kosten en tijdsbesteding van de samenwerking op Voorne Putten zijn nog onduidelijk. We geven hieronder een raming, met daarbij de kanttekening dat dit een grove raming is. Opstellen baggerplannen 5.000,- jaarlijks; Meetproject ISA Voorne Putten ,- jaarlijks van 2014 t/m 2017; Overige projecten (uitvoering is nog niet zeker) ,- jaarlijks van 2014 t/m 2016; Onderzoeken naar verdere verdieping ,- jaarlijks in 2015 en O8) GRP-werkzaamheden t.b.v. fusie gemeente Spijkenisse en gemeente Bernisse Per fuseert Spijkenisse met Bernisse. Omdat beide GRP n nieuw zijn, voorzien we geen volledig nieuw GRP (zie O6). Wij zullen het jaar voordat de fusie ingaat intensief gaan overleggen met onze fusiepartner. Mogelijk hebben we ondersteuning nodig voor onderdelen van deze werkzaamheden, bijvoorbeeld bij nieuwe financiële berekeningen. We zullen zelf na de fusie met Bernisse in 2015 het technische deel van het Incidentenplan actualiseren. O9) Benchmark rioleringszorg Periodiek wordt de Benchmark Rioleringszorg gehouden, deze staat voor het eerst weer in 2015 gepland. Voor de verplicht bijdrage aan de organisatie hebben we een bedrag gereserveerd. Samenvatting onderzoeksinspanningen In Tabel K is aangegeven welke onderzoeken de komende jaren worden uitgevoerd, met hierbij een raming van de kosten. Zie ook tabel 4 in Bijlage 6. Pagina 37 van 52

40 Wat gaan we doen: de opgave Tabel K Samenvatting onderzoeksinspanning Onderzoek Inventarisatie O1 Bijwerken revisiegegevens inclusief opneming km HWA-riool in 2014 Vervaardigen kaartmateriaal O2 Globale inspectie (putfoto s) O2 Detailinspectie (video) Overig onderzoek O3 Inspectie gemalen zie Tabel O, post M5 O4 Berekeningen, inclusief WODAN berekeningen in 2015 O5 Handhaving O6 Actualisatie GRP O7 Samenwerking O8 Fusie Spijkenisse Bernisse incl. actualiseren Incidentenplan O9 Benchmark rioleringszorg Totaal Maatregelen Hieronder benoemen we de maatregelen voor deze planperiode. Een samenvatting met de bedragen en jaren staat in Tabel O. M1) Onderhoud vrijvervalriolering De vrijvervalriolen moeten regelmatig worden gereinigd om een goede afstroming mogelijk te maken. Maar niet alle riolen hoeven even vaak te worden gereinigd. We gaan over naar meer risio-gestuurd beheer. De nieuwe reinigingsfrequenties zijn weergegeven in Tabel L en Bijlage 8. Ook hier maken we, net als bij inspectie, onderscheid tussen risico-riolen en niet-risico-riolen. Vrijvervalriolen worden altijd gereinigd voordat een rioolcamera-inspectie plaatsvindt. Hierdoor zullen de meeste reinigingswerkzaamheden worden gecombineerd met inspecties. Tabel L Reinigingsstrategie vrijvervalriolering Categorie vrijvervalriolen Reiniging 1x per 10 jaar Reiniging 1x per 5 jaar Reiniging n.a.v. inspectie/meldingen Risicoriolen Leeftijd 40+ jaar X X Stamriolen X X Ontvangst lozingspunten X X Niet-risicoriolen Leeftijd 0-40 jaar Diameter tot 250 mm X X Huisaansluitleidingen zijn een belangrijk, maar kwetsbaar onderdeel van het rioolstelsel. Ze verbinden de percelen met het rioolstelsel. Reiniging en reparatie van deze huisaansluitleidingen (op basis van klachten en meldingen) voeren we deels zelf uit, deels wordt dit uitbesteed. M2) Onderhoud straat- en trottoirkolken Door straat- en trottoirkolken regelmatig te reinigen functioneren de kolken beter. De kans op verstoppingen wordt verminderd, zodat water altijd goed kan wegstromen. Hiernaast komt er Pagina 38 van 52

41 Wat gaan we doen: de opgave minder vuil in de riolering terecht, wat leidt tot lagere reinigingskosten van het riool en minder vervuiling van de oppervlaktewateren. De kolken worden eens in de 1,5 jaar gereinigd. De werkzaamheden hebben we uitbesteed aan Reinis. Het vrijkomende kolkenslib wordt verwerkt door een verwerkingsbedrijf. M3) Straatvegen Het regelmatig schoonmaken van de straten voorkomt dat vuil terechtkomt in de kolken en riolen. Verontreiniging hecht zich aan zand- en stofdeeltjes op straat, wat vervolgens wegspoelt met regenwater en in de kolken en riolen terechtkomt; uiteindelijk kan deze verontreiniging in het oppervlaktewater belanden. Dit voorkomen we door de straat regelmatig te vegen. De kosten reken we deels toe aan de riolering (zie ook Bijlage 5, punt 17). M4) Baggeren watergangen Watergangen zijn nodig voor het afvoeren van hemelwater en zijn daarom belangrijk voor de riolering. Periodiek moeten we ze baggeren om voldoende profiel te houden, anders slibben ze dicht. Dit dichtslibben gebeurt grofweg door drie oorzaken: verstuiving van grond- en zanddeeltjes, bladval en overstorten vanuit de riolering. Er is daarom een bijdrage vanuit de riolering voor het baggeren van watergangen. M5) Onderhoud gemalen en drukriolering Het onderhoud aan de gemalen bestaat uit vele verschillende werkzaamheden, variërend van reiniging van het gehele gemaal tot het vervangen van specifieke onderdelen. Dit onderhoud vindt plaats gelijktijdig met de inspecties. Een extern bedrijf voert deze werkzaamheden uit voor ongeveer 20 uur per week. Samen met het rayon Bovenwijks vormt dit bedrijf ook de piketdienst die reageert op storingen buiten kantooruren. Alle gemalen zijn aangesloten op een hoofdpost. Vanuit deze hoofdpost worden de gemalen aangestuurd, ook komen storingen hier binnen. Deze hoofdpost moet jaarlijks worden onderhouden. M6) Onderhoud persleidingen De persleidingen worden correctief onderhouden. Dit betekent dat maatregelen worden genomen als hier aanleiding voor is. Op dit moment lijkt er geen reden te zijn voor onderhoudsmaatregelen. M7) Vervanging, renovatie en reparatie van drukriolering Na verloop van tijd vermindert het functioneren van de minigemalen in het drukrioleringsstelsel: er zijn vaker storingen en er moeten meer onderdelen worden vervangen. Op een gegeven moment vervangen we het gehele minigemaal, zodat de onderhoudskosten niet te hard stijgen. Het precieze moment van vervangen bepalen we op basis van inspecties. Voor het opstellen van een strategische vervangingsplanning gaan we uit van vervanging van de mechanisch/elektrische delen van een minigemaal na 15 jaar en vervanging van het bouwkundige deel na 45 jaar. Dit is gebaseerd op landelijke kengetallen en eigen ervaringen. Op basis van de strategische vervangingsplanning moeten we de mechanisch en elektrische delen van 5 minigemalen tijdens de komende planperiode vervangen. M8) Vervanging, renovatie en reparatie van gemalen Gemalen moeten na verloop van tijd worden vervangen om een goed functioneren te garanderen. Door slijtage en andere redenen vermindert de werking en gaan onderdelen kapot. Dit wordt gerepareerd, maar op een gegeven moment is het beter om het gehele gemaal te vervangen dan door te gaan met reparaties en aanpassingen. Op basis van inspecties bepalen we het juiste moment. Voor het opstellen van een strategische vervangingsplanning is uitgegaan van vervanging van de mechanisch/elektrische delen van een minigemaal na 15 jaar en vervanging van het bouwkundige deel na 45 jaar. Dit is gebaseerd op landelijke kengetallen en ervaringen binnen de gemeente. Op basis van de strategische vervangingsplanning moeten de mechanisch en elek- Pagina 39 van 52

42 Wat gaan we doen: de opgave trische delen van 4 rioolgemalen en 7 bergbezinkvoorzieningen tijdens de komende planperiode worden vervangen. Van één gemaal moet het bouwkundige gedeelte worden vervangen. Het bouwkundige en mechanisch/elektrische deel van het gemaal Hekelingen zou volgens de oorspronkelijke vervangingsplanning worden vervangen in Uit inspectie bleek dat beide delen konden worden doorgeschoven naar Uit een in 2012 uitgevoerde uitgebreide inspectie bleek dat het mechanisch/elektrische deel inderdaad in 2014 moet worden uitgevoerd, maar dat het bouwkundige deel van dit gemaal kan worden doorgeschoven naar M9) Vervanging, renovatie en reparatie van persleidingen Persleidingen slijten door het gebruik ervan. Na verloop van tijd zullen ze moeten worden vervangen om breuken en/of lekkage te voorkomen. We zullen moeten bepalen wat het precieze moment van vervangen is. Dat is nog lastig vast te stellen, we volgen daarvoor de ontwikkelingen in bijvoorbeeld Rotterdam, bij Stichting RIONED, etc. De strategische vervangingsplanning is opgesteld met als uitgangspunt dat persleidingen 45 jaar na aanleg moeten worden vervangen. Op basis van deze strategie zou in meter persleiding behorend bij het gemaal De Ritte moeten worden vervangen. Wij zijn van plan om deze vervanging in ieder geval - uit te stellen tot 2019, omdat we niet het beeld hebben dat vervanging nodig is. Door in 2014 een inspectie uit te voeren krijgen we beter inzicht in de werkelijke toestand. We volgen hierbij de landelijke studies over dit onderwerp, onder andere de RIONED-proeftuin Rotterdam. M10) Vervanging, relinen en reparatie van vrijvervalriolen Om een goed functioneren van de vrijvervalriolen te garanderen moeten tijdig reparaties worden uitgevoerd. Na verloop van tijd moeten de vrijvervalriolen ook volledig worden vervangen, omdat de kwaliteit onvoldoende is om nog te kunnen repareren. Een andere mogelijkheid is het relinen van vrijvervalriolen, dit is in bepaalde gevallen mogelijk voor zowel reparaties als vervanging. De precieze maatregel is altijd afhankelijk van de inspectieresultaten, locatie, werkzaamheden in de omgeving en andere omstandigheden. Opzet strategische vervangingsplanning vrijvervalriolering Uit de evaluatie is gebleken dat onze rioolvervangingen vaak anders liepen dan gepland, ze werden regelmatig uitgesteld. Dit is aanleiding geweest om twee manieren van vervangingsplanning uit te werken: één planning die uitgaat van de precieze aanlegjaren, inspecties en restlevensduren en de uitgaven in de tijd die hieruit volgen (dit is dezelfde opzet als in het laatste GRP is gebruikt) en één planning die op basis van dezelfde basisgegevens een meer geleidelijk vervangingspatroon opstelt door vervanging te middelen over een periode en te combineren met relinen. Een vergelijking liet zien dat de nieuwe methode veel voordelen biedt, daarom is ervoor gekozen om deze methode voortaan te gebruiken. Er wordt rekening gehouden met een langere periode dan voorheen, alle kosten worden meegenomen in de berekening en uitgaven worden meer evenwichtig verdeeld. Dat sluit ook beter aan bij de personele capaciteit binnen onze organisatie. Het rekening houden met relinen en de andere verdeling van de uitgaven in de tijd, heeft ook invloed op de berekende hoogte van de rioolheffing. Voor de vervangingsplanning zijn de volgende uitgangspunten gebruikt: de uitgaven in de planperiode van dit GRP zijn volledig overgenomen van de uitkomsten van de inspecties (MIP); kostenkengetallen komen uit de Leidraad Riolering, voor relinen is uitgegaan van 40% van de kosten van vervangen; we hanteren een mix van vervangen en relinen (zie hierna); drainage is niet volledig meegerekend, omdat dit altijd wordt aangelegd tezamen met andere rioleringswerkzaamheden. Er is een bedrag van 100,- per meter drainage meegenomen precies 60 jaar na aanleg. Dit wijkt af van de vorige kostendekkingberekening. Pagina 40 van 52

43 Wat gaan we doen: de opgave In de berekening van de kosten is uitgegaan van de werkzaamheden die toe te rekenen zijn aan de riolering. Bij vervanging zijn bijvoorbeeld de kosten meegenomen voor het opbreken van de wegverharding, verkeersmaatregelen, toegankelijk houden van de bebouwing, vervanging van kolk- en huisaansluitleidingen (tot de perceelgrens) en het aanbrengen van nieuwe wegverharding. De kosten voor totale wegreconstructie zijn niet meegenomen. De nieuwe methode is bedoeld om een meer constante strategische vervangingsopgave te bereiken, zodat alle pieken beter kunnen worden verwerkt. Hier zijn de volgende uitgangspunten bij gehanteerd: voor de planperiode wordt uitgegaan van de kwalitatieve planning, die gebaseerd is op inspecties. Indien riolen niet opgenomen zijn in de kwalitatieve planning gelden de volgende uitgangspunten; riolen die voor 1970 zijn aangelegd gaan 60 jaar mee; riolen die vanaf 1970 zijn aangelegd gaan 80 jaar mee; de te vervangen riolen worden gemiddeld over de periode, zo ontstaat één gemiddelde voor de riolen voor 1970 zijn aangelegd en één gemiddelde voor de riolen die vanaf 1970 zijn aangelegd; tussen 2030 en 2050 zou dan geen vervanging hoeven plaats te vinden (riolen van voor 1970 worden uiterlijk in 2030 vervangen, riolen van na 1970 worden op zijn vroegst in 2050 vervangen), daarom gebruiken we deze periode om het werk van de periode ervoor en erna te spreiden. Bij deze uitgangspunten hoort ook dat we relinen gaan beschouwen als volwaardig alternatief voor vervangen. Relinen is het aanbrengen van een kous in de oude riolering, waarna de kous wordt uitgehard. Hiermee ontstaat een nieuwe rioolbuis in de oude rioolbuis. Voordelen zijn dat de kosten ongeveer 40% van de normale vervangingskosten bedragen (vooral doordat het wegdek niet hoeft te worden opengebroken) en de overlast beperkt is. Nadelen zijn dat het aantal keren dat kan worden gerelined beperkt is (doordat de diameter van de buis wordt verkleind) en relinen het onlogisch maakt om andere werkzaamheden uit te voeren (werk-met-werk ligt niet voor de hand als relinen wordt toegepast, waardoor het lastiger wordt om af te koppelen en om riolering tegelijkertijd met het wegdek te vernieuwen). Vanwege deze voor- en nadelen hanteren we een glijdende schaal voor de riolen die worden gerelined of afgekoppeld. Riolen met een kleine diameter liggen vaak in woonwijken. Afkoppelen is hier vaak kansrijk, bovendien speelt de mate van overlast hier een beperkte rol. We gaan er daarom vanuit dat we riolen met een kleine diameter altijd vervangen. Riolen met een grotere diameter liggen vaak onder doorgaande wegen en op bedrijventerreinen. Door de verontreiniging is afkoppelen hier vaak niet gewenst, bovendien zorgt rioolvervanging hier voor veel overlast. Deze grotere diameters zullen we daarom vooral relinen. Figuur 5-1 Verhouding vervangen-relinen In de planperiode 2014 tot en met 2018 moeten we bijna 6 km vervangen of relinen. Van de overige vervanging zit 45 kilometer in de periode 2019 t/m 2040 (dit is gemiddeld 1.7 kilometer Pagina 41 van 52

44 Wat gaan we doen: de opgave per jaar) en 322 kilometer in de periode 2041 t/m 2093 (dit is gemiddeld 6 kilometer per jaar). Het zwaartepunt ligt dus nog ver voor ons. Tabel M Hoeveelheid vervangen en relinen Periode Totaal vervangen/relinen Per jaar vervangen/relinen Tijdens de planperiode is een bedrag van 5,3 miljoen euro geraamd voor vervanging en relining. In de periode is dit 30 miljoen euro en voor de periode is 197 miljoen euro. Tabel N Uitgaven vervangen en relinen Periode Totaal vervangen/relinen Per jaar vervangen/relinen , , , , , ,- M11) Calamiteiten en degeneratie Wij scharen alle onvoorziene gebeurtenissen onder de noemer calamiteiten. Deze komen elk jaar voor, waarbij we vele verschillende zaken hebben meegemaakt. Elk jaar moeten we hier tijd en geld aan besteden. Degeneratie van verharding komt voor als het omliggende zand wegzakt, maar de rioolbuis blijft liggen (of andersom). De bovenliggende verharding kan dan niet recht meezakken, maar er komen verzakkingen en verhogingen in het wegdek. Wij herstellen deze verzakkingen en verhogingen als deze worden veroorzaakt door recente werkzaamheden aan de riolering. M12 en 13) Exploitatie gemalen waterschap De gemeente Spijkenisse levert jaarlijks een bijdrage aan het waterschap Hollandse Delta voor de exploitatie van gemalen van het waterschap. Het waterschap Hollandse Delta levert weer een jaarlijkse bijdrage aan de gemeente voor de exploitatie van de gemalen Maaswijk West en Oost en het transport van afvalwater uit de kern Simonshaven. Samenvatting maatregelen In Tabel O is een overzicht opgenomen van de maatregelen die in de planperiode worden uitgevoerd, met daarbij een raming van de kosten (zie ook Bijlage 6, tabel 5, tabel 6). Tabel O Samenvatting maatregelen Maatregel M1 Onderhoud vrijvervalriolering M2 Onderhoud straat- en trottoirkolken M3 Straatvegen M4 Baggeren watergangen M5 Onderhoud gemalen en drukriolering incl. upgrade Aquaview++ in 2014 M6 Onderhoud persleidingen Extra inspectie persleiding de Ritte M7 Vervanging drukriolering M8 Vervanging gemalen Extra inspectie gemaal Hekelingen Pagina 42 van 52

45 Wat gaan we doen: de opgave M9 Vervanging persleidingen M10 Vervanging vrijvervalriolen (incl. afkoppelbudget, M19) M11 Calamiteiten en degeneratie M12 Exploitatie gemalen waterschap M13 Exploitatie gemalen (bijdrage waterschap) Totaal Hemelwater Onderzoek O10) Inspectie vrijvervalriolering De meeste HWA-riolen zullen niet worden geïnspecteerd, omdat de diameter te klein is om goed te kunnen inspecteren. Grotere diameters inspecteren we wel, gemiddeld ongeveer 6 kilometer per jaar. Dit gebeurt op dezelfde wijze als de inspectie van de overige vrijvervalriolering (zie O2). Tabel P Onderzoek hemelwater Maatregel O10 Inspectie hemelwaterriolering Totaal Maatregelen Hieronder benoemen we de maatregelen voor deze planperiode. Een samenvatting met de bedragen en jaren staat in Tabel Q. M14) Onderhoud vrijvervalriolen De reiniging van RWA-riolen vindt 1 keer per 10 jaar plaats. Dit gebeurt in dezelfde onderhoudsronde als de reiniging van de gemengde en DWA-riolen, de kosten hiervoor zijn opgenomen in één post op de begroting (zie ook M1, in paragraaf 5.2.4). M15) Onderhoud straat- en trottoirkolken De kolken die uitkomen op RWA-riolen worden 1 keer per 1,5 jaar gereinigd. Dit gebeurt in dezelfde onderhoudsronde als van de overige kolken. De kosten hiervoor zijn opgenomen in één post op de begroting (zie ook M2, in paragraaf 5.2.4). M16) Onderhoud tunnelgemalen en verversingsgemalen Het onderhoud aan de tunnelgemalen en verversingsgemalen vindt op dezelfde manier plaats als het onderhoud aan de overige gemalen. Dit staat beschreven in paragraaf (O3) en (M5). M17) Vervanging, renovatie en reparatie van gemalen De vervanging van hemelwatergemalen (de tunnelgemalen en de verversingsgemalen) vindt volgens dezelfde strategie plaats als de vervanging van andere gemalen. Tijdens de planperiode moeten de mechanische en elektrische delen van 7 gemalen worden vervangen, twee gemalen moeten ook bouwkundig worden vervangen. M18) Vervanging, renovatie en reparatie van vrijvervalriolen De vervanging van RWA-riolen vindt volgens dezelfde strategie plaats als de vervanging van andere vrijvervalriolen. Dit staat beschreven in paragraaf (M10). Pagina 43 van 52

46 Wat gaan we doen: de opgave M19) Afkoppelen van verhard oppervlak In het GRP hebben we als afkoppelbeleid het volgende opgenomen: Bij herinrichting van het stedelijk gebied koppelen we het dakoppervlak af. Bij het afkoppelen van straatoppervlak kijken we zeer kritisch naar het type straat. Als afhaakpunt is omschreven dat het onverantwoord afkoppelen van hemelwater kan leiden tot vervuiling van het stedelijk watersysteem. Dit door foutieve aansluitingen of calamiteiten. De verontreiniging van het afstromend hemelwater is afhankelijk van het type oppervlak. Bij de afweging voor het wel of niet afkoppelen maken we gebruik van de afkoppelboom van de Werkgroep Riolering West-Nederland. Het hemelwaterbeleid van het waterschap Hollandse Delta is leidend. De gemeente volgt dit beleid. Dit beleid volgen we ook tijdens de komende planperiode. Op basis van ervaringen van de afgelopen jaren zal we meer nadruk leggen op makkelijk af te koppelen verhard oppervlak. Zodra we relatief veel ingrepen moeten doen om verhard oppervlak te kunnen afkoppelen, wegen de voordelen vaak niet meer op tegen de hoge kosten. Om te bepalen of verhard oppervlak makkelijk af te koppelen is, kijken we naar: de afstand tot oppervlaktewater, de buizen en leidingen die al aanwezig zijn (met de gedachte dat het stelsel niet te complex moet worden), de waarschijnlijke mate van vervuiling van het verhard oppervlak. Het afkoppelen van verhard oppervlak combineren we altijd met reguliere vervanging van vrijvervalriolering. Er is een jaarlijks budget voor opgenomen. Samenvatting In Tabel Q is een overzicht opgenomen van de maatregelen die er op het gebied van hemelwater worden uitgevoerd tijdens de planperiode, hierbij is een raming van de kosten opgenomen. Tabel Q Samenvatting maatregelen Maatregel M14 Onderhoud vrijvervalriolering zie Tabel O, M1 M15 Onderhoud straat- en trottoirkolken zie Tabel O, M2 M16 Onderhoud gemalen zie Tabel O, M5 M17 Vervanging gemalen M18 Vervanging vrijvervalriolen Zie Tabel O, M10 M19 Afkoppelen verhard oppervlak (opgenomen in budget vervanging vrijvervalriolen) Totaal Grondwater Algemeen De afgelopen jaren hebben we hard gewerkt aan het vergroten van het inzicht in de grondwatersituatie. Door metingen te verrichten en gegevens te analyseren is inmiddels bekend welke grondwaterstanden gebruikelijk zijn in de verschillende deelgebieden binnen onze gemeente. Deze informatie is vergeleken met locaties waar grondwateroverlast is gemeld. Zo is een beeld ontstaan van de relatie tussen het grondwater en de gemelde grondwateroverlast (grondwateroverlast kan worden veroorzaakt door hoge grondwaterstanden, maar bijvoorbeeld ook door een hoog waterpeil in een nabijgelegen sloot of een te geringe drooglegging). De komende jaren werken we aan het vergroten van het inzicht in de grondwatersituatie. Verder wordt op specifieke locaties gewerkt aan het oplossen van grondwaterproblemen. Pagina 44 van 52

47 Wat gaan we doen: de opgave Onderzoeken en maatregelen Hieronder benoemen we de onderzoeken en maatregelen voor deze planperiode. Een samenvatting met de bedragen en jaren staat in Tabel R. O11) Grondwatermeetnet Het grondwatermeetnet is aangelegd om over een langere periode de grondwatersituatie binnen de gemeente te meten. Door dit over een langere periode te doen worden fluctuaties en veranderingen zichtbaar. Er is een basis grondwatermeetnet opgezet dat goed dekkend is om de grondwatersituatie voor de gehele gemeente in kaart te brengen. Dit geeft een globaal beeld. Naast dit basis grondwatermeetnet zijn op specifieke locaties meetpunten geplaatst. Er zijn extra meetpunten geplaatst, bijvoorbeeld naar aanleiding van meldingen van grondwateroverlast of onduidelijkheden in het basis meetnet. Deze meetpunten zijn erop gericht om specifieke problemen beter inzichtelijk te maken. Er worden constant metingen verricht, zodat alle fluctuaties in grondwaterstanden op deze locaties zichtbaar worden. Met dataloggers worden deze gegevens opgeslagen. Meetgegevens worden handmatig uitgelezen door het rayon Bovenwijks. We hebben een contract afgesloten met een extern bedrijf voor het onderhoud aan de dataloggers. Het grondwatermeetnet moet worden onderhouden. Gegevens moeten worden verzameld, verwerkt en geanalyseerd. Soms moeten meetpunten worden bijgeplaatst of worden verwijderd. O12) Klachten en meldingen Klachten en meldingen zijn belangrijke aanwijzingen voor de rioleringszorg, vooral als het gaat om grondwater. Zo wordt zichtbaar waar inwoners overlast ervaren en wat voor een soort overlast dit is. Lang niet altijd hoeven we maatregelen te treffen als een inwoner overlast ervaart (zie hoofdstuk 3.6 voor de definities die voor structurele grondwateroverlast worden gehanteerd ), maar het is hoe dan ook belangrijk om inzicht te hebben in de locaties waar de overlast wordt ervaren. Het is ook belangrijk om klachten en meldingen af te zetten tegen de uitkomsten van het grondwatermeetnet, omdat zo beter duidelijk wordt welk effect een verandering van de grondwaterstand heeft. De komende planperiode bekijken we in overleg met de betrokken afdelingen hoe klachten en meldingen beter kunnen worden gebruikt voor de rioleringszorg. Wellicht kan een andere rubricering van klachten en meldingen helpen bij het verkrijgen van meer inzicht in de grondwatersituatie. Op dit moment is sprake van een soepel lopende afhandeling, dit moet worden behouden. M20) Onderhoud drainage De drainageleidingen moeten regelmatig worden gereinigd om goed te kunnen functioneren. Zand en vuil gaan mee met het grondwater, waardoor de leiding geleidelijk dichtslibt. Doorspuiten van de leidingen zorgt ervoor dat dit zand en vuil wordt verwijderd. Eens in de drie jaar zullen we alle drainage reinigen. M21) Grondwatermaatregelen Op dit moment loopt nog een onderzoek naar de grondwatersituatie binnen de gemeente. Een aantal locaties zijn aangemerkt als knelpunten, omdat bij het meetpunt de grondwaterstanden niet vallen binnen het gestelde kader. Ook worden een aantal overlastlocaties onderzocht. Het is mogelijk dat gedurende de planperiode maatregelen moeten worden genomen om de overlast te verminderen of op te lossen. Hiervoor hebben we, vanwege de onzekerheid hierover, een beperkt jaarlijks budget opgenomen. Samenvatting In Tabel R is een overzicht opgenomen van de onderzoeken en maatregelen die in de planperiode worden uitgevoerd, hierbij is een raming van de kosten opgenomen. Pagina 45 van 52

48 Wat gaan we doen: de opgave Tabel R Samenvatting onderzoeken en maatregelen Onderzoek/ Maatregel O11 Grondwatermeetnet O12 Klachten en meldingen M20 Onderhoud drainage M21 Grondwatermaatregelen: reservering Totaal Effectief beheer Verordeningen en vergunningen De rioolheffingsverordening passen we elk jaar aan de actualiteit aan. De Wvo-vergunningen zijn per eind 2009 overgegaan in Waterwetvergunningen (en zullen op hun beurt weer overgaan in Omgevingswetvergunningen). Op 1 juli 2011 is het Besluit Lozen Buiten Inrichtingen in werking getreden. Hierdoor zijn onder andere lozingen via overstorten die in dit GRP worden genoemd, onder algemene regels komen te vallen in plaats van onder de Waterwetvergunningen. Naast het bovengenoemde besluit zijn lozingen van afvalwater geregeld in het Besluit Lozing Afvalwater Huishoudens en het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit). De handhaving van indirecte lozingen (lozingen vanuit bedrijven via de riolering) gebeurt in opdracht van de gemeente door de Milieudienst Rijnmond DCMR Meldingen Er is een meldingenregistratiesysteem. Omdat we de rioleringszorg meer willen gaan koppelen aan de beleving van burgers en bedrijven, wordt een goede meldingenregistratie steeds belangrijker. Na binnenkomst van een melding wordt deze via de procedures doorgegeven aan de verantwoordelijk ambtenaar Communicatie Communicatie wordt steeds belangrijker. Hier wordt momenteel al veel aandacht aan geschonken en dat gaan we in de samenwerking Voorne-Putten intensiveren Samenwerking Voorne-Putten De gestarte samenwerking Voorne-Putten zetten we voort, zie ook paragraaf 4.7. Dit is belangrijk om ook invulling te geven aan de afspraken uit het Bestuursakkoord Water van Pagina 46 van 52

49 6 Wat hebben we nodig: organisatie en financiën 6.1 Inleiding Om de opgave uit hoofdstuk 5 te kunnen realiseren hebben we personele en financiële middelen nodig. In dit hoofdstuk gaan we in op die benodigde middelen. 6.2 Personele middelen Om te bepalen welke personele middelen we nodig hebben, gaan we uit van de module Personele aspecten van de rioleringszorg (D2000) van de Leidraad Riolering. Aan de hand van vijf deeltaken is de benodigde formatie in deze module beschreven voor een aantal voorbeeldgemeenten. Dit hebben we vertaald naar onze eigen situatie. De vijf deeltaken zijn weergegeven in Tabel S. Tabel S: 5 deeltaken zoals weergegeven in Leidraad Riolering 1 Planvorming 2 Onderzoek 3 Onderhoud 4 Maatregelen 5 Facilitair A B C Opstellen verbreed GRP Afstemmen met andere plannen Opstellen jaarprogramma s a Inventarisatie a Riolen/kolken a Aanleg van b Inspectie/ Controle b Gemalen/mechanische riolering c Meten c Infiltratievoorzieningen/ lokale zuiveringen b c riolering reparatie van riolering Renovatie/ vervanging a b c Verwerken revisiegegevens Vergunningen en voorlichting gebruik Klachtenanalyse en -verwerking d Berekenen d Grondwatervoorzieningen d Verbetering d Klachtenanalyse e Grondwater en -verwerking grondwater Raming op basis van kengetallen De situatie in onze gemeente wijkt op een aantal punten af van de voorbeeldgemeente; een lokale toespitsing is daarmee nodig. Het gaat daarbij om bijvoorbeeld kenmerken van het rioolstelsel, omgevingsfactoren maar ook om de organisatie binnen onze gemeente. De kengetallen van de voorbeeldgemeente hebben we gebruikt om tot een eerste inschatting van de benodigde personele capaciteit te komen. Bij de omrekening van te besteden dagen naar full time equivalents (FTE) is er van uitgegaan dat het aantal aan de taak besteedbare netto dagen 175 per jaar bedraagt (1.400 uur, Leidraad Riolering). Dit zijn de netto besteedbare dagen dus exclusief ziekte, studie, verlof en andere indirecte activiteiten. De te besteden dagen voor de taken planvorming, onderzoek en facilitair zijn afhankelijk van de omvang van de gemeente, de taak onderhoud is afhankelijk van het areaal en de taak Maatregelen is afhankelijk van het investeringsniveau. Voor een eerste inschatting is uitgegaan van twee scenario s: zoveel mogelijk uitbesteden van werkzaamheden (tot 80% van de taak wordt uitbesteed) en zo min mogelijk uitbesteden van werkzaamheden. Dit geeft de bandbreedte aan waarbinnen de personele inzet zal liggen. Pagina 47 van 52

50 Wat hebben we nodig: organisatie en financiën Voor de invulling van de dagelijkse rioleringszorg hebben we in onze gemeente bij maximale uitbesteding 3,2 FTE nodig. Wanneer we al deze werkzaamheden zelf uitvoeren, hebben we er 11,4 FTE nodig (zie Tabel T). Tabel T Benodigde personele capaciteit bij maximale en minimale mate van uitbesteding Samenvatting tijdsbesteding Maximaal uitbesteden Minimaal uitbesteden tijdsbesteding fte (175 dagen/jaar) tijdsbesteding fte (175 dagen/jaar) dagen dagen Planvorming, onderzoek en facilitair 170 1, ,9 Onderhoud 295 1, ,1 Maatregelen 104 0, ,5 Totaal 568 3, ,4 In de praktijk bevindt de benodigde personele capaciteit ergens tussen deze uitersten. Een deel van de werkzaamheden aan gemalen, drainage en verwerking van inspectiegegevens doen we zelf. Bij een inschatting van de uitbestedingssituatie in Spijkenisse komt de benodigde personele capaciteit op ruim 5 FTE (zie Tabel U). Tabel U Benodigde personele capaciteit bij inschatting mate van uitbesteding Samenvatting tijdsbesteding Inschatting uitbesteding tijdsbesteding fte (175 dagen/jaar) dagen Planvorming, onderzoek en facilitair 170 1,0 Onderhoud 617 3,5 Maatregelen 104 0,6 Totaal 890 5,1 De tijdsbesteding aan maatregelen verschilt natuurlijk per jaar, omdat het ene jaar meer wordt gedaan dan het andere jaar. Aan de investeringsplanning is te zien dat in 2014 zeer veel maatregelen gepland staan en in de daaropvolgende jaren minder. In de praktijk zal dit waarschijnlijk uitvlakken, doordat ook tijdgebrek ervoor zorgt dat werkzaamheden later worden uitgevoerd Huidige situatie In de huidige begroting (2013) hebben we 3,48 fte voor de rioleringszorg opgenomen, 1,75 voor de binnendienst en 1,73 fte voor de buitendienst. Bij het opstellen van het GRP hebben we de toerekening van kosten heroverwogen en dit heeft geresulteerd in 4,64 fte, waarvan 2,73 fte voor de binnendienst. Dit is geen uitbreiding van personele capaciteit, maar een herschikking van taken. We hebben de ervaring dat de personele capaciteit nu net voldoende is. We zien echter ook een toenemende druk op de beschikbare tijd door bijkomende werkzaamheden als samenwerking in de afvalwaterketen, benchmarking, nieuwe ontwikkelingen en verbreding van de rioleringszorg Conclusie Onze huidige personele capaciteit sluit krap aan op de benodigde personele capaciteit bij de huidige mate van uitbesteding. Aandachtspunt is wel dat de groei van het aantal taken meer beslag legt op de beschikbare capaciteit. Een ander aandachtspunt is dat twee van de medewerkers die zich bezighouden met de rioleringszorg verwachten binnen een periode van circa 5 jaar met pensioen te gaan. Het vertrek van deze twee medewerkers kan op termijn tot een moeilijke situatie leiden, omdat er nog geen vervangers voor hen klaar staan. Door nu veel aandacht te besteden aan goed databeheer en duidelijk vastgelegde plannen wordt een solide basis opgebouwd voor hun opvolgers. De komende jaren zal moeten worden bepaald hoe de opvolging wordt geregeld, wellicht kan het samenwerkingsverband Voorne Putten hier een rol in spelen. Pagina 48 van 52

51 Wat hebben we nodig: organisatie en financiën 6.3 Financiële middelen Op korte termijn (de planperiode 2014 t/m 2018) enerzijds en op de lange termijn (beschouwde periode van 80 jaar) anderzijds voeren we activiteiten uit in het kader van aanleg en beheer van riolering, om onze doelen te kunnen halen. In deze paragraaf vatten we de benodigde financiële middelen samen en geven we aan hoe in de dekking van de kosten kan worden voorzien (rioolheffing). Alle bedragen zijn op prijspeil 2013 en moeten dan ook voor de toekomst met de optredende inflatie worden geïndexeerd. De uitgaven zijn exclusief BTW. In de rioolheffingberekening is de compensabele BTW-component wel betrokken Vervangingswaarde De vervangingskosten van de riolen zijn berekend met behulp eenheidprijzen (op basis van de Leidraad Riolering). Hierbij is rekening gehouden met wegherstel boven de sleuf. De vervangingswaarde van de te onderscheiden onderdelen van de riolering is als volgt: Vrijvervalriolering (bij vervangen) Gemalen Persleidingen Mechanische (druk)riolering De gemiddelde vervangingswaarde (het kapitaal dat in de grond ligt) van de vrijvervalriolen, bedraagt per strekkende meter riool circa 680,- (dit is exclusief bijkomende kosten voor afkoppelen en aanleg van drainage en zonder rekening te houden met relinen) Totale uitgaven Het totaal van de uitgaven dat met het beheer van de riolering over de totale levenscyclus van tachtig jaar gemoeid is, is samengevat weergegeven in Tabel V (exclusief BTW) en in tabel 9 in Bijlage 6. De periode van 80 jaar is gesteld omdat dan alle verwachte uitgaven in beeld zijn gebracht. In Bijlage 6 zijn alle uitgaven voor de totale beschouwde periode opgenomen. Tabel V Totaaloverzicht uitgaven Totaaloverzicht uitgaven, exclusief BTW, Totaal investeringen annuitair afgeschreven Planperiode Jaarlijkse uitgaven Investeringen kosten van Kapitaal TOTAAL excl. BTW Onderzoek Exploitatie Vervanging / Grondwater investeringen lasten verbetering maatregelen verleden jaar Overige milieumaatregelen EURO totaal planperiode Totaal Als gevolg van een uitbreiding van de riolering en de daaraan gerelateerde stijging van het aantal heffingseenheden nemen de exploitatielasten per jaar toe met 61,- per heffingseenheid BTW-toerekening In dit GRP is rekening gehouden met een toerekening van de volledige compensabele BTWcomponent aan de rioolheffing. Pagina 49 van 52

52 Wat hebben we nodig: organisatie en financiën Kostendekkend tarief Deze paragraaf toont de kostendekking op de lange(re) termijn. Er wordt uitgegaan van de kosten voor de periode voor het beheer van de riolering. Voor dekking van kosten van aanleg en beheer van riolering en grondwatervoorzieningen komen over het algemeen verschillende bronnen in aanmerking. Aanleg van riolering voor nieuwe bestemmingsplannen wordt bekostigd uit de exploitatieopzet van die plannen en zijn verdisconteerd in de grondverkoopprijs. De kosten van beheer van riolering worden gedekt uit de rioolheffing. De lange termijn rioolheffingsberekening is uitgevoerd met behulp van de contante-waardemethode. Deze methode is vooral geschikt om de effecten op langere termijn zichtbaar te maken. De aldus berekende rioolheffing geeft de trend op langere termijn aan. Bij de berekeningen is een rentevoet van 7,7% en een inflatie van 3% gehanteerd. In de kostendekkingberekening van het vorig GRP werd de rente over de rioleringsvoorziening toegerekend aan de rioolheffing, maar destijds is door de gemeenteraad besloten om dat niet te doen. In dit GRP is deze rentetoevoeging daarom ook niet meegenomen. Dat heeft een verhogend effect op de berekende rioolheffing Heffingsgrondslag en maatstaf Onder de naam rioolheffing wordt een directe belasting geheven ter bestrijding van die kosten die voor de gemeente verbonden zijn aan: de inzameling en het transport van huishoudelijk afvalwater en bedrijfsafvalwater, alsmede de zuivering van huishoudelijk afvalwater; en de inzameling van afvloeiend hemelwater en de verwerking van het ingezamelde hemelwater, alsmede het treffen van maatregelen teneinde structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan grond gegeven bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken. We hanteren als heffingsmaatstaf eigendom van een onroerende zaak dat direct of indirect is aangesloten op riolering. De eigenaar krijgt een vaste heffing per aansluiting. In 2013 zijn de tarieven: voor eigendommen die in hoofdzaak tot woning dienen 121,20 voor eigendommen die niet in hoofdzaak tot woning dienen 242, Heffingseenheden We berekenen de rioolheffing voor de woningen. Niet woningen betalen twee keer het tarief van de woningen en tellen daarom in het aantal heffingseenheden dubbel mee. In de kostendekkingberekening is uitgegaan van heffingseenheden in Inkomsten anders dan rioolheffing De stand van de tariefegalisatievoorziening per 1 januari 2014 is geprognotiseerd op , Kostendekking Uitgaande van de in dit GRP opgenomen uitgaven en inkomsten, is het kostendekkende basistarief voor de rioolheffing berekend op 279,- per heffingseenheid per jaar. In dit tarief is de compensabele BTW opgenomen, de na 2093 doorlopende kapitaallasten zijn buiten beschouwing gelaten. De verdeling van de totale kosten naar verschillende kostensoorten (op basis van de totalen op prijspeil 2013) is weergegeven in Figuur 6-1. Hierin is terug te zien dat bij een beschouwde termijn van 80 jaar 61% van de kosten wordt uitgegeven aan vervanging en verbetering. De volgende grote post is de exploitatie, deze bepaalt 34% van de kosten. We hebben deze planperiode geen aparte uitgaven voor milieumaatregelen. Circa 2% van de kosten wordt bepaald door onderzoeken naar het functioneren en verbeteren van het rioolstelsel. Pagina 50 van 52

53 Wat hebben we nodig: organisatie en financiën Figuur 6-1 Verdeling naar verschillende kostensoorten De huidige heffing van 121,20 ligt onder het op lange termijn kostendekkende tarief. Er zijn vele scenario s mogelijk om naar een kostendekkend niveau te groeien. In wezen is het een vraagstuk van verdeling in de tijd: hoe langzamer we naar een kostendekkend niveau groeien, hoe hoger we uiteindelijk uitkomen. De stand van de reserve is aanzienlijk. Daarom hebben we een scenario doorgerekend waarbij de heffing op het huidige niveau blijft (behoudens inflatiecorrectie) en pas na 2023 gaat stijgen met 4% per jaar. We teren dan in op onze reserve, die echter niet negatief wordt. Er ontstaat dan het volgende beeld: Figuur 6-2 Getrapte invoering kostendekkend tarief Uiteindelijk bereiken we dan in 2046 een kostendekkend tarief van 297 euro (prijspeil 2013, dus nominaal ligt dat veel hoger). Overigens zal het financiële beeld als gevolg van de fusie met Bernisse na 2015 behoorlijk veranderen. In Bijlage 6 zijn tabellen opgenomen met de gegevens die gebruikt zijn voor de berekening. De bedragen zijn op prijspeil 1 januari Jaarlijks moeten deze met de optredende inflatie worden geïndexeerd. Pagina 51 van 52

54 7 Besluit Burgermeester en wethouders verzoeken de gemeenteraad om het gemeentelijk rioleringsplan vast te stellen door in te stemmen met: de in dit gemeentelijk rioleringsplan geformuleerde doelen; de voorgenomen onderzoeken; de voorgenomen maatregelen; het voorstel voor de kostendekking. Het raadsbesluit maakt onderdeel uit van het rioleringsplan. Na vaststelling van dit GRP zal dit plan worden toegezonden aan het waterschap Hollandse Delta, de provincie Zuid-Holland en Rijkswaterstaat. Ook zullen we na vaststelling in één of meerdere dag- of weekbladen die in onze gemeente worden verspreid bekend maken hoe burgers kennis kunnen maken van de inhoud van dit GRP. Het GRP is in de raadsvergadering van 10 december 2013 vastgesteld. Het collegeadvies, Raadsvoorstel en het besluit zijn opgenomen in de bijlagen 11 en 12. Pagina 52 van 52

55 Bijlage 1 Woordenlijst

56 Bijlage 1 : Woordenlijst De woorden en verklaringen in deze lijst zijn (voor een groot deel) afkomstig uit de NEN 3300 Buitenriolering Termen en definities en de publicatie Ontwatering in stedelijk gebied. AFKORTINGEN AMvB BBB BBL BRP GRP bob DWA HWA IBA NEN NPR RWA RWZI Wm Algemene Maatregel van Bestuur bergbezinkbassin bergbezinkleiding basisrioleringsplan gemeentelijk rioleringsplan binnenonderkant buis droogweerafvoer hemelwaterafvoer installatie voor individuele behandeling van afvalwater Nederlandse norm Nederlandse praktijkrichtlijn regenweerafvoer rioolwaterzuiveringinrichting Wet milieubeheer TERMEN EN DEFINITIES stedelijk afvalwater en hemelwater aangroei aansluitvergunning aantasting afkoppelen afvalwater afvoerend oppervlak afzetting basisinspanning basisrioleringsplan beheer bemalingsgebied beoordelen bergbezinkkelder berging bergingsverlies beslisboom aan- en afkoppelen verhard oppervlak classificatie controleren droogweerafvoer (dwa) drukriolering dwa-rioolstelsel verzameling van organismen die zich op de buiswand hebben vastgehecht of in slierten aan de buiswand hangen vergunning op grond van de aansluitverordening en de Wvo die wordt afgegeven door het zuiveringsschap voor de aansluiting op de rioolwaterzuiveringsinrichting (RWZI) een wijziging van de structuur van de buiswand als gevolg van (bio)chemische of mechanische processen het niet meer inzamelen en naar de RWZI transporteren van hemelwater alle water waarvan de houder zich met het oog op de verwijdering daarvan ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen (opmerking: hieronder wordt dus ook afvloeiend regenwater begrepen) het naar de riolering afwaterende oppervlak aankoeking van slib, vet en kalk op de buiswand; tevens afzetting van bodemmateriaal anders dan zand ter plaatse van een buisverbinding of scheur Term die de waterkwaliteitsbeheerders gebruiken voor het aanduiden van de inspanningen die elke gemeente moet uitvoeren of uitgevoerd hebben om de vuiluitworp uit de riolering tot een bepaald niveau te reduceren document (tekening + toelichting en berekeningen) met de huidige situatie van de riolering en de uit te voeren verbeteringsmaatregelen zie rioleringsbeheer een rioleringsgebied waaruit het afvalwater door een gemaal wordt verwijderd het toetsen van een parameter aan de bijbehorende maatstaf en het geven van een oordeel over de uitkomsten van de toetsing reservoir voor de tijdelijke opslag van afvalwater waarin tevens slibafzetting plaatsvindt met een voorziening om het slib te kunnen verwijderen en waaruit overstortingen kunnen plaatsvinden de inhoud van de riolering uitgedrukt in m 3 of mm/ha de vermindering van berging door permanente vulling in de riolering als gevolg van verzakkingen hulpmiddel voor gemeenten en particulieren om verantwoorde beslissingen te nemen bij het aan- en afkoppelen van verhard oppervlak in West-Nederland op wijk- en straatniveau de indeling van toestandsaspecten in klassen controle, toezicht houden op (bijvoorbeeld op de naleving van voorschriften, op het beheer van een zaak, op de werking van een machine de hoeveelheid afvalwater die per tijdseenheid in een droogweersituatie via het rioolstelsel wordt afgevoerd riolering waarbij het transport plaatsvindt door middel van pompjes en persleidingen zie vuilwaterrioolstelsel

57 Bijlage 1 : Woordenlijst (Vervolg 1) emissiespoor externe overstort gemengd rioolstelsel gescheiden rioolstelsel hydraulisch hydraulische berekening ingrijpmaatstaf inhangend voegmateriaal inhangende rubberring inspectie lekkage maatstaf obstakels onderhoud onderzoek overstorting overstortput pompovercapaciteit randvoorziening regenwaterriool regenwaterrioolstelsel renovatie reparatie riolering rioleringsbeheer riool rioolput rioolwaterzuiveringsinrichting rwariool rwarioolstelsel scheuren verbeterd gescheiden rioolstelsel verbeteren onderdeel van het tweesporenbeleid van waterkwaliteitsbeheerders gericht op het tot een bepaald niveau terugbrengen van de emissies (vuiluitworp) uit een rioolstelsel, ongeacht de werkelijke waterkwaliteit rioolput voorzien van een overstortdrempel die loost buiten het in beschouwing genomen rioolstelsel, meestal op oppervlaktewater rioolstelsel, waarbij afvalwater inclusief ingezamelde neerslag door 1 leidingstelsel wordt getransporteerd rioolstelsel, waarbij afvalwater exclusief neerslag door een leidingstelsel wordt getransporteerd en neerslag door een afzonderlijk leidingstelsel rechtstreeks naar oppervlaktewater wordt afgevoerd waarbij van de leer van de praktische toepassing van waterbeweging gebruik wordt gemaakt het door rekenen bepalen van het hydraulisch functioneren van een rioolstelsel grenstoestand waarbij ingrijpen in de actuele toestand noodzakelijk is en waarbij maatregelen moeten worden opgesteld voegmateriaal (kit, bitumineuze profielstrip) dat uit de voeg in het doorstroomprofiel is gezakt of gedrukt een niet gescheurde rubberring die zichtbaar is of een gescheurde rubberring waarvan een gedeelte in het doorstroomprofiel hangt het waarnemen, herkennen en beschrijven van de toestand het intreden of uittreden van water via voegen, scheuren, langs inlaten of door de buiswand grenswaarde (getalsmatig) op basis waarvan geconcludeerd wordt of aan een functionele eis wordt voldaan voorwerpen in het riool die geen functie in rioleringstechnische zin hebben en geen deel uitmaken van een normale afvalwaterstroom herstel van het oorspronkelijke functioneren, waarbij de toestand van objecten ongewijzigd gehandhaafd wordt het verzamelen, ordenen, analyseren en verwerken van gegevens, zodanig dat informatie kan worden afgeleid over de toestand en het functioneren van de buitenriolering de lozing van afvalwater via een overstortdrempel naar oppervlaktewater rioolput voorzien van een overstortdrempel (poc) het deel van de pompcapaciteit dat beschikbaar is voor de regenwaterafvoer. Het andere deel van de capaciteit is beschikbaar voor de afvalwaterafvoer tijdens droog weer vloeistofdichte voorziening als onderdeel van het rioolstelsel die als doel heeft de lozing van vuil uit het rioolstelsel op oppervlaktewater te verminderen riool alleen bestemd voor de inzameling en het transport van neerslag rioolstelsel alleen bestemd voor de inzameling en het transport van neerslag herstel van het oorspronkelijke functioneren, waarbij een ingrijpende toestandswijziging wordt doorgevoerd; evenaren technische staat van nieuwaanleg herstel van het oorspronkelijke functioneren, waarbij een beperkte toestandswijziging wordt doorgevoerd het samenstel van riolen, rioolputten en bijbehorende voorzieningen voor de inzameling en het transport van afvalwater zorg voor het functioneren van de buitenriolering samenstel van buizen tussen twee putten bestemd voor de inzameling en/of het transport van afvalwater constructie toegang gevend tot het rioolstelsel (te herkennen aan gietijzeren deksels in de weg) het totaal van de grond, gebouwen en apparatuur voor de zuivering van afvalwater (RWZI) zie regenwaterriool zie regenwaterrioolstelsel het geheel van scheuren, barsten en breuken gescheiden rioolstelsel met voorzieningen waardoor de neerslag slechts bij wat grotere regenbuien naar oppervlaktewater wordt afgevoerd. Het meest vervuilde deel van de neerslag wordt 'geborgen' in de riolering en naar de zuivering afgevoerd. het aanpassen van het oorspronkelijke functioneren

58 Bijlage 1 : Woordenlijst (Vervolg 2) vervangen visuele inspectie vrijvervalriool vuilemissie vuiluitworp vuilwaterriool vuilwaterrioolstelsel Waarschuwingsmaatstaf wadi waterkwaliteitsdoelstelling water op straat wateroverlast wortelingroei zandinloop zand en vuilophoping herstel van het oorspronkelijke functioneren, waarbij het bestaande object wordt verwijderd en een nieuw gelijkwaardig object wordt teruggeplaatst het op directe wijze dan wel op indirecte wijze via optische hulpmiddelen inspecteren van de toestand riool waardoor afvalwater door middel van de zwaartekracht wordt getransporteerd zie vuiluitworp het totaal aan stoffen (niet zijnde water) geloosd uit een rioolstelsel op het oppervlaktewater via overstorten. Hierbij kan gedacht worden aan biologisch afbreekbare stoffen die bij afbraak in het water zuurstof verbruiken (BZV), aan stikstof en fosfaten en aan zware metalen riool alleen bestemd voor de inzameling en het transport van huishoudelijk en bedrijfsafvalwater, niet zijnde neerslag rioolstelsel voor de inzameling en het transport van huishoudelijk en bedrijfsafvalwater, niet zijnde neerslag grenstoestand waarbij de actuele toestand discutabel is en nader onderzoek nodig is systeem voor hemelwater afvoer door drainage en infiltratie doelstelling voor de kwaliteit van een oppervlaktewater nodig om dat water een bepaalde functie te kunnen laten vervullen het optreden van waterstanden boven maaiveldniveau het optreden van waterstanden boven maaiveldniveau waarbij hinder of schade wordt ondervonden de wortels van bomen of planten, die door voegen, scheuren of via gebouw of kolkaansluitingen het riool zijn ingegroeid het intreden van zand via buisverbindingen of scheuren opgehoopt materiaal met een losse structuur

59 Bijlage 1 : Woordenlijst (Vervolg 3) TERMEN EN DEFINITIES grondwater Afsluitende laag: DINO Doorlatendheid Drainage Drooglegging Laag in de bodem die zo wordt genoemd vanwege zijn eigenschap dat hij grondwater slecht doorlaat. Digitale Informatie Nederlandse Ondergrond, een direct benaderbare databank voor grondwatergegevens in beheer bij TNO Grondwater en Geo-Energie in Delft Het vermogen van de grond om water en/of lucht door te laten De afvoer van water over en door de grond en door het waterlopenstelsel De afstand tussen het oppervlaktewaterpeil en het maaiveld Freatisch grondwater Geohydrologie GHG Grondwater Grondwaterisohypse Grondwateronderlast Grondwateroverlast Infiltratie Kruipruimte Kwel Ontwatering Ontwateringsdiepte Het grondwater in de bovenste bodemlaag, dat (indirect) in contact staat met de atmosfeer. De freatische grondwaterstand is een andere term voor grondwaterspiegel De leer van de grondwaterstroming en de -dynamiek in samenhang met de structuur en de opbouw van de ondergrond. Gemiddeld hoogste grondwaterstand. Dit is het gemiddelde van de drie hoogste grondwaterstanden van de afgelopen 8 jaren, gebaseerd op maandelijkse metingen. Water beneden het grondoppervlak, meestal beperkt tot het water beneden de Grondwaterspiegel Hoogtelijn voor de grondwaterstand of voor de stijghoogte van het grondwater. Een grondwaterisohypsenkaart geeft met lijnen (isohypsen) punten aan met gelijke stijghoogte. De kaart geeft onder andere informatie over de stromingsrichting van het grondwater Problemen die zich voordoen als gevolg van lage grondwaterstanden. Bijvoorbeeld aantasting van houten funderingen als gevolg van droogstand Wateroverlast door hoge grondwaterstanden. Bijvoorbeeld plasvorming op binnenterreinen of vocht in kruipruimten Intreding van water in de bodem Ruimte onder de beganegrondvloer in gebruik voor het bereiken van leidingen voor inspectie, onderhoud of reparatie, en voor ventilatie van de vloer en eventuele houten constructiedelen onder de woning Het uittreden van grondwater De afvoer van water uit percelen over en door de grond en eventueel door drains, kleine sloten en greppels naar een stelsel van grote waterlopen, met als functie afwatering De afstand tussen de hoogste grondwaterstand tussen twee ontwateringsmiddelen (sloot, drain) en het maaiveld. Onverzadigde zone Deel van de grond boven de grondwaterspiegel, waarin de bodemporiën zowel water als lucht bevatten. De verzadigde zone is het deel waar de poriën geheel gevuld zijn met water.

60 Bijlage 1 : Woordenlijst (Vervolg 4) Opbolling Peilbuis REGIS Stijghoogte Wadi Zetting Het maximale hoogteverschil tussen de grondwaterspiegel en de waterstand in de drainagebuizen en/of watergangen Algemene term voor een buis of soortgelijke constructie met een kleine diameter waarin een grondwaterstand c.q. stijghoogte kan worden gemeten Regionaal Geohydrologisch Informatiesysteem, een interactief informatiesysteem dat beschikt over voor het waterbeheer relevante en actuele gegevens. REGIS wordt beheerd door TNO. Hoogte boven een referentievlak tot waar het water in een peilbuis stijgt. Deze stijghoogte is afhankelijk van de druk van het grondwater ter plaatse van de opening onder in de peilbuis Voorziening voor de opvang, berging en afvoer van neerslag. In een komvormige greppel kan het regenwater infiltreren. Vervolgens kan infiltratie naar het grondwater plaatsvinden of afvoer via een drain. Bodemdaling als gevolg van inklinking, van krimp, door de bouw van kunstwerken, het ophogen van de grond of het aanbrengen van andere materialen

61 Bijlage 2 Doelen, functionele eisen, maatstaven en meetmethoden

62 Bijlage 2 : Doelen, functionele eisen, maatstaven en meetmethoden In deze bijlage geven we de doelen van de rioleringszorg, de functionele eisen waaraan we moeten voldoen en de maatstaven om dat te toetsen (dofemame). We doen mee aan een ontwikkeling van de Stichting RIONED om deze dofemame meer op de praktijk te betrekken in plaats van alleen maar op de theorie. Hiermee kunnen we onze rioleringszorg meer toetsen op wat burgers en bedrijven ervan ervaren. De betreffende (nieuwe) eisen en maatstaven zijn nog in ontwikkeling, dat is in de tabellen ook zo aangegeven, groen gemarkeerd. Op een aantal plaatsen staat daarom nog X of Y, dit gaan we de komende jaren nader invullen.

63 Bijlage 2 : Doelen, functionele eisen, maatstaven en meetmethoden (Vervolg 1)

64 Bijlage 2 : Doelen, functionele eisen, maatstaven en meetmethoden (Vervolg 2)

65 Bijlage 2 : Doelen, functionele eisen, maatstaven en meetmethoden (Vervolg 3) Voorwaarden voor effectief beheer Voorwaarden 1 Het rioleringsbeheer dient zo goed mogelijk te worden afgestemd op andere gemeentelijke taken 2 De gebruikers van de riolering dienen bekend te zijn en ongewenste lozingen dienen te worden voorkomen. Maatstaven 1a. In Marap en Berap samenhang aangeven. 2a. Naleving en actueel houden vergunningen (Wvo- en aansluitvergunningen). 2b. Eenmaal per jaar rioleringsbestand controleren. 2c. Geen illegale of foutieve aansluitingen. 3 Inzicht in kosten op langere termijn 3a. Alle kosten van de rioleringszorg minimaal één keer in beeld. 4 Er dient inzicht te bestaan in de toestand en het functioneren van de riolering (onderscheiden in gemengde en gescheiden riolering). 5 Er dient zoveel mogelijk gebruik te worden gemaakt van duurzame en milieuvriendelijke materialen 4a. Direct toegankelijkheid en beschikbaarheid riolerings gegevens. 4b. De riolering dient eenmaal in de 10 jaar geïnspecteerd te worden. 4c. Verwerking revisiegegevens binnen 3 maanden. 4d. Periodieke hydraulische controle, eenmaal per 10 jaar. Indien dit zinvol is bijvoorbeeld bij wijzigingen van verhard oppervlak of grootschalige nieuwbouw. 4e. Verwerken van meetgegevens riolering. 5a. Toepassing van o.a. nationaal pakket Duurzaam Bouwen wordt aanbevolen. 6 Er dient een klantvriendelijke benadering te worden nagestreefd. 6a. Meldingen dienen snel en effectief afgehandeld te worden. 7 De samenwerking tussen de gemeente en het waterschap dient effectief ingericht te worden 6b. Voldoende voorlichting en informatie naar belanghebbenden. 7a. Periodiek overleg tussen gemeente en waterschap. 8 De bedrijfszekerheid van objecten moet gewaarborgd zijn. 8a. Het aantal storingen per object dient minder dan twee maal per jaar te zijn. Storingen dienen binnen 24 uur te zijn verholpen. Mogelijke incidenten en de gevolgen daarvan dienen in kaart gebracht te zijn. Te nemen acties moeten bekend zijn. (incidentplan) 9 De riolering dient zodanig te worden ont- en belucht te zijn dat overlast door stank wordt voorkomen. 10 Overlast tijdens werkzaamheden aan de riolering dient beperkt te zijn. 9a. Geen klachten over overlast door stank vanuit de openbare riolering. 10a. Goede afstemming van rioolwerken op werkzaamheden andere diensten en nutsbedrijven, bereikbaarheid percelen zoveel mogelijk handhaven. 10b. Geen verkeersomleiding door woongebieden en bereikbaarheid zoveel mogelijk handhaven.

66 Bijlage 3 Grondwatermeetnet en peilbuisgegevens

67 Bijlage 3 : Grondwatermeetnet en peilbuisgegevens

68 Bijlage 3 : Grondwatermeetnet en peilbuisgegevens (Vervolg 1)

69 Bijlage 3 : Grondwatermeetnet en peilbuisgegevens

70 Bijlage 4 Overstorten

71 Bijlage 4 : Overstorten

72 Bijlage 4 : Overstorten (Vervolg 1)

73 Bijlage 4 : Overstorten (Vervolg 2)

74 Bijlage 4 : Overstorten (Vervolg 3)

75 Bijlage 4 : Overstorten (Vervolg 4)

Samenvatting Gemeentelijk Rioleringsplan Wormerland. planperiode 2013 t/m 2017

Samenvatting Gemeentelijk Rioleringsplan Wormerland. planperiode 2013 t/m 2017 Samenvatting Gemeentelijk Rioleringsplan Wormerland planperiode 2013 t/m 2017 13 maart 2012 1.1 Inleiding De gemeente is wettelijk verplicht een Gemeentelijk Rioleringsplan (hierna te noemen: GRP) op te

Nadere informatie

* * RAADSVOORSTEL. Raadsvergadering van Stuk/nummer Agendapunt 2 februari 2010 KNDK/2009/

* * RAADSVOORSTEL. Raadsvergadering van Stuk/nummer Agendapunt 2 februari 2010 KNDK/2009/ *0010100120094142* RAADSVOORSTEL Raadsvergadering van Stuk/nummer Agendapunt 2 februari 2010 KNDK/2009/4142 9.3 Datum: 15-12-2009 Verzonden: 21 januari 2010 Aan de gemeenteraad. Onderwerp: Vaststelling

Nadere informatie

Presentatie GRP Commissievergadering 6 oktober Peter Borkus, Susanne Naberman

Presentatie GRP Commissievergadering 6 oktober Peter Borkus, Susanne Naberman Presentatie GRP 2016-2020 Commissievergadering 6 oktober Peter Borkus, Susanne Naberman Programma Inhoud Waarom een nieuw GRP? Evaluatie afgelopen planperiode Een gezonde leefomgeving Een veilige leefomgeving:

Nadere informatie

Raadsvoorstel. drs A.J. Ditewig 18 februari 2010. 05 januari 2010. De raad wordt voorgesteld te besluiten:

Raadsvoorstel. drs A.J. Ditewig 18 februari 2010. 05 januari 2010. De raad wordt voorgesteld te besluiten: Portefeuillehouder Datum raadsvergadering drs A.J. Ditewig 18 februari 2010 Datum voorstel 05 januari 2010 Agendapunt Onderwerp Gemeentelijke watertaken De raad wordt voorgesteld te besluiten: het bijgaande

Nadere informatie

Financiële actualisatie 2014 notitie GRP Nederweert

Financiële actualisatie 2014 notitie GRP Nederweert Financiële actualisatie 2014 notitie GRP Nederweert 2012-2016 Definitief Grontmij Nederland B.V. De Bilt, 3 juli 2014 Verantwoording Titel : Financiële actualisatie 2014 notitie GRP Nederweert 2012-2016

Nadere informatie

Basisopleiding Riolering Module 1

Basisopleiding Riolering Module 1 Basisopleiding Riolering Module 1 Cursusboek Nieuwegein, 2013 w w w. w a t e r o p l e i d i n g e n. n l Stichting Wateropleidingen, augustus 2013 Groningenhaven 7 3433 PE Nieuwegein Versie 1.1 Niets

Nadere informatie

Tubbergen o. gemeente. Aan de gemeenteraad. Vergadering: 8 september 2014. Nummer: Tubbergen, 28 augustus 2014

Tubbergen o. gemeente. Aan de gemeenteraad. Vergadering: 8 september 2014. Nummer: Tubbergen, 28 augustus 2014 gemeente Tubbergen o Aan de gemeenteraad Vergadering: 8 september 2014 Nummer: 9A Tubbergen, 28 augustus 2014 Onderwerp: Vaststellen verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater. Samenvatting

Nadere informatie

Omgang met hemelwater binnen de perceelgrens

Omgang met hemelwater binnen de perceelgrens Omgang met hemelwater binnen de perceelgrens Ir. Emil Hartman Senior adviseur duurzaam stedelijk waterbeheer Ede, 10 april 2014 Inhoud presentatie Wat en hoe van afkoppelen Wat zegt de wet over hemelwater

Nadere informatie

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD Onderwerp: Gemeentelijk rioleringsplan Registratienummer: 00538296 Op voorstel B&W d.d.: 31 maart 2015 Datum vergadering: 26 mei 2015 Portefeuillehouder: Helm Verhees Rol gemeenteraad:

Nadere informatie

Bouwlokalen INFRA. Het riool in Veghel. Veghel in cijfers en beeld (1) Veghel in cijfers en beeld (2) Veghel in cijfers en beeld (3)

Bouwlokalen INFRA. Het riool in Veghel. Veghel in cijfers en beeld (1) Veghel in cijfers en beeld (2) Veghel in cijfers en beeld (3) Bouwlokalen INFRA Innovatie onder het maaiveld / renovatie van rioolstelsels Het riool in Veghel Jos Bongers Beleidsmedewerker water- en riolering Gemeente Veghel 21 juni 2006 Veghel in cijfers en beeld

Nadere informatie

De Veranderende Zorgplicht

De Veranderende Zorgplicht De Veranderende Zorgplicht Ede 23 april 2015 Frans Debets Debets b.v. i.s.m. Een korte versie van een cursus op 14 juni 1- De Veranderende Waterwetwetgeving 1. Achtergronden en betekenis van de veranderingen

Nadere informatie

F. Buijserd burgemeester

F. Buijserd burgemeester Gemeente Nieuwkoop College van Burgemeester en Wethouders raadsvoorstel portefeuillehouder opgesteld door Registratienummer collegebesluit 14.22243 G. Elkhuizen Beheer Openbare Ruimte / Kees Hoogervorst

Nadere informatie

Functionele eisen 1. Geen (onaanvaardbaar) gezondheidsrisico. Bescherm volksgezondheid. Beperk overlast en hinder Voorkom schade.

Functionele eisen 1. Geen (onaanvaardbaar) gezondheidsrisico. Bescherm volksgezondheid. Beperk overlast en hinder Voorkom schade. Doelen Functionele eisen 1. Geen (onaanvaardbaar) gezondheidsrisico. 2. Geen (onaanvaardbare) economische schade of maatschappelijke hinder door wateroverlast. Bescherm volksgezondheid Beperk overlast

Nadere informatie

Beheerplan Afvalwater, Regenwater en Grondwater

Beheerplan Afvalwater, Regenwater en Grondwater @ Grontmij @ Grontmij Beheerplan Afvalwater, Regenwater en Grondwater 2006-2010 Ontwerp, september 2005 Gemeente Dordrecht Stadswerken Memo Plaats Kenmerk Houten, 30 september 2005 300905/UG 188120 Aan

Nadere informatie

12 Hemelwateruitlaat of riooloverstort

12 Hemelwateruitlaat of riooloverstort 12 Hemelwateruitlaat of riooloverstort 12.1 Inleiding Gemeenten hebben de taak om hemelwater en afvalwater in te zamelen. Het hemelwater wordt steeds vaker opgevangen in een separaat hemelwaterriool. Vanuit

Nadere informatie

Aan u wordt voorgesteld bijgevoegd verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan 2011-2015 vast te stellen.

Aan u wordt voorgesteld bijgevoegd verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan 2011-2015 vast te stellen. Raadsvoorstel: Nummer: 2010-633 Onderwerp: Vaststellen verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan 2011-2015(vGRP2011-2015) Datum: 6 april 2011 Portefeuillehouder: A.J. Rijsdijk/ T. van der Torren Raadsbijeenkomst:

Nadere informatie

Impressie(informatieavond(rioolvervanging(Straatweg( Datum:(8(september(2015( Opstelling(verslag:(Tineke(van(Oosten(en(Sieb(de(Jong((cgOH)(

Impressie(informatieavond(rioolvervanging(Straatweg( Datum:(8(september(2015( Opstelling(verslag:(Tineke(van(Oosten(en(Sieb(de(Jong((cgOH)( Impressie(informatieavond(rioolvervanging(Straatweg( Datum:(8(september(2015( Opstelling(verslag:(Tineke(van(Oosten(en(Sieb(de(Jong((cgOH)( Indeling(van(de(avond:(van(19.00(uur(tot(21.00(uur(konden(bewoners(van(de(Straatweg(informatie(

Nadere informatie

Raadsvergadering 29 januari Nr.: 11. AAN de gemeenteraad. Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL/W²

Raadsvergadering 29 januari Nr.: 11. AAN de gemeenteraad. Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL/W² Raadsvergadering 29 januari 2018 Nr.: 11 AAN de gemeenteraad Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL/W² 2018-2022. Portefeuillehouder: Wethouder P. Prins. Ter inzage liggende stukken: Collegebesluit

Nadere informatie

GRP 2014-2018 Gemeente Tynaarlo. Naar een nieuw gemeentelijk rioleringsplan.

GRP 2014-2018 Gemeente Tynaarlo. Naar een nieuw gemeentelijk rioleringsplan. GRP 2014-2018 Gemeente Tynaarlo Naar een nieuw gemeentelijk rioleringsplan. Landelijk beleid en ontwikkelingen Gemeentelijke zorgplicht watertaken: Zorgen voor een doelmatige inzameling en een doelmatig

Nadere informatie

Raadsvergadering : 20 juni 2011 Agendanr. 13

Raadsvergadering : 20 juni 2011 Agendanr. 13 Raadsvergadering : 20 juni 2011 Agendanr. 13 Voorstelnr. : R 6837 Onderwerp : Gemeentelijk Rioleringsplan 2010-2015 Stadskanaal, 1 juni 2011 Beslispunten 1. Het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 2010-2015

Nadere informatie

Vragen en antwoorden Aanpak Agniesebuurt

Vragen en antwoorden Aanpak Agniesebuurt Vragen en antwoorden Aanpak Agniesebuurt Waarom aan de slag in de Agniesebuurt? Oude stadswijken zoals de Agniesebuurt, die dichtbebouwd zijn met veel verharding en weinig open water en groen, zijn kwetsbaar

Nadere informatie

Onderwerp vgrp 2014-2018. Datum 7 november 2013. verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2014-2018 (VGRP 2014-2018)

Onderwerp vgrp 2014-2018. Datum 7 november 2013. verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2014-2018 (VGRP 2014-2018) Gemeenteraad Onderwerp vgrp 2014-2018 Datum 7 november 2013 Raadsvoorstel Afdeling Beheer Portefeuillehouder drs. J.H. Reusch 1 Onderwerp verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2014-2018 (VGRP 2014-2018)

Nadere informatie

Uitwerking hemelwaterbeleid gemeente Leeuwarderadeel

Uitwerking hemelwaterbeleid gemeente Leeuwarderadeel Uitwerking hemelwaterbeleid gemeente Leeuwarderadeel Voor: Opgesteld door: Versie 1 (14-06-2012) Uitwerking hemelwaterbeleid gemeente Leeuwarderadeel Dit document bevat 11 bladzijden. Ons kenmerk: 19312RA-MW-LED

Nadere informatie

TOETSING VERBREED GRP

TOETSING VERBREED GRP Dit document beschrijft de toetsing van het verbreed GRP op hoofdlijnen. De toetsing is op volledigheid en niet op inhoud. Het is een hulpmiddel bij het maken van afspraken over het proces van het opstellen

Nadere informatie

Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL-W en verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater in gemeente Delfzijl

Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL-W en verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater in gemeente Delfzijl Vergadering gemeenteraad d.d. 21 december 2017 Agenda nummer 8 Portefeuillehouder: wethouder de heer IJ.J. Rijzebol Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL-W 2 2018-2022 en verordening op de afvoer van

Nadere informatie

Gemeentelijk Rioleringsplan Haaren

Gemeentelijk Rioleringsplan Haaren Gemeentelijk Rioleringsplan Haaren 2013-2017 stedelijk afvalwater, afvloeiend hemelwater en overtollig grondwater Ontwerp In opdracht van: Gemeente Haaren Grontmij Nederland B.V. De Bilt, 16 april 2013

Nadere informatie

Gemeentelijk rioleringsplan Leusden

Gemeentelijk rioleringsplan Leusden Gemeentelijk rioleringsplan Leusden Planperiode 2009-2013 Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater Ontwerp Gemeente Leusden postbus 150 3830 AD LEUSDEN Grontmij Nederland B.V. Houten, 2 december

Nadere informatie

Raadsstuk. Haarlem. Onderwerp Verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan

Raadsstuk. Haarlem. Onderwerp Verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan Haarlem Raadsstuk Onderwerp Verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan 2018-2023 Nummer 2017/361078 Portefeuillehouder Sikkema, C.Y. Programma/beleidsveld 5.1 Openbare ruimte en mobiliteit Afdeling GOB/BBOR

Nadere informatie

Verbreed gemeentelijk rioleringsplan Stichtse Vecht

Verbreed gemeentelijk rioleringsplan Stichtse Vecht Verbreed gemeentelijk rioleringsplan Stichtse Vecht Planperiode 2012-2016 Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater Definitief Grontmij Nederland B.V. De Bilt, 2 augustus 2012 Verantwoording Titel

Nadere informatie

EEN BODEM VOOR WATER

EEN BODEM VOOR WATER EEN BODEM VOOR WATER Hemel en grondwaterbeleid Breda 2011 RWZI De gemeente is verantwoordelijk voor de afvoer van afvalwater naar de rioolwaterzuivering (RWZI: een soort wasmachine voor water). RWZI De

Nadere informatie

Watertoets De Cuyp, Enkhuizen

Watertoets De Cuyp, Enkhuizen Watertoets De Cuyp, Enkhuizen Definitief Bouwfonds Ontwikkeling Grontmij Nederland B.V. Alkmaar, 6 april 2009 Verantwoording Titel : Watertoets De Cuyp, Enkhuizen Subtitel : Projectnummer : 275039 Referentienummer

Nadere informatie

Bijlagen: Gemeentelijk Rioleringsplan , inclusief samenvatting

Bijlagen: Gemeentelijk Rioleringsplan , inclusief samenvatting svoorstel Onderwerp: Vaststellen Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 2010-2015 Portefeuillehouder: J. Kuper Dienst Gebied Inrichting en beheer J. Vos, telefoon (0591-68 52 82) Aan de gemeenteraad Voorgesteld

Nadere informatie

DSI regenwater infiltratie.

DSI regenwater infiltratie. DSI regenwater infiltratie. De adequate oplossing van een actueel probleem. Klimaatverandering. Het klimaat verandert. Met als gevolg een toename van de duur en frequentie van wateroverlast, verkeersonveiligheid

Nadere informatie

Bijlage 3. Doelen functionele eisen en maatstaven

Bijlage 3. Doelen functionele eisen en maatstaven Bijlage 3. Doelen functionele eisen en maatstaven Tabel 3-1 Doelen, functionele eisen en maatstaven voor de rioleringszorg (stedelijk afvalwater en regenwater) Doelen Functionele Eisen Maatstaven 1. Inzameling

Nadere informatie

Raadsvoorstel Reg. nr : 1010217 Ag nr. : Datum : 18-05-10

Raadsvoorstel Reg. nr : 1010217 Ag nr. : Datum : 18-05-10 Ag nr. : Onderwerp Verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater Status besluitvormend Voorstel 1. Vast te stellen de Verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater; 2. De kosten van het

Nadere informatie

BergBezinkBassin Zie toelichting in begrippenlijst bij bergbezinkbassin.

BergBezinkBassin Zie toelichting in begrippenlijst bij bergbezinkbassin. Bijlage 1 Afkortingen en begrippen Afkortingen AWZI Zie RWZI BBB (v)brp CZV DWA DOB GRP HWA / RWA IBA KRW MOR NBW (-Actueel) OAS RIONED BergBezinkBassin Zie toelichting in begrippenlijst bij bergbezinkbassin.

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr. 6603. Gemeentelijk Rioleringsplan Schagen

GEMEENTEBLAD. Nr. 6603. Gemeentelijk Rioleringsplan Schagen GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Schagen. Nr. 6603 23 januari 2015 Gemeentelijk Rioleringsplan Schagen 0 Samenvatting 0.1 Inleiding De gemeente is wettelijk verplicht een Gemeentelijk Rioleringsplan

Nadere informatie

Bijlage 1 Watertoets en (standaard) waterparagraaf

Bijlage 1 Watertoets en (standaard) waterparagraaf Bijlage 1 Watertoets en (standaard) waterparagraaf datum 2-3-2017 dossiercode 20170302-4-14760 Geachte heer / mevrouw R. Zuidema, U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//.

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad. Onderwerp: Gemeentelijk Rioleringsplan

Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad. Onderwerp: Gemeentelijk Rioleringsplan Raadsvoorstel jaar stuknr. categorie agendanr. Stuknr. Raad B. en W. 2017 RA17.0069 A 5 17/575 Onderwerp: Gemeentelijk Rioleringsplan 2018 2023 Portefeuillehouder: R. van der Weide Team: Inrichting Openbare

Nadere informatie

Rioleringsbeheerplan Terschelling

Rioleringsbeheerplan Terschelling Rioleringsbeheerplan Terschelling 2016-2020 augustus 2016 Team Techniek en Uitvoering 1 2 Inhoudsopgave 1 Samenvatting...4 2 Inleiding...5 2.1 Doelen...5 2.2 Afvalwater...5 2.3 Hemelwater...5 2.4 Grondwater...6

Nadere informatie

Gemeentelijk Rioleringsplan Oostzaan

Gemeentelijk Rioleringsplan Oostzaan Gemeentelijk Rioleringsplan Oostzaan planperiode 2013 t/m 2017 ONTWERP OVER-gemeenten Afdeling Gebied- en Wijkzaken WORMER Grontmij Nederland B.V. Alkmaar, 20 juni 2012, revisie Verantwoording Titel :

Nadere informatie

Stedelijke wateropgave. (van traditionele rioolvervanging

Stedelijke wateropgave. (van traditionele rioolvervanging Stedelijke wateropgave (van traditionele rioolvervanging i naar duurzame leefomgeving) Landelijke bijeenkomst waterambassadeurs 21-09-2010 Inhoud: Wettelijk kader en doelen Stand van zaken invulling sted.

Nadere informatie

: gemeente Heerde : Evert de Lange : Rob Boshouwers (DHV), Jasper Timmer (Waterschap Veluwe)

: gemeente Heerde : Evert de Lange : Rob Boshouwers (DHV), Jasper Timmer (Waterschap Veluwe) ogo MEMO Aan Van Kopie Dossier Project Betreft : gemeente Heerde : Evert de Lange : Rob Boshouwers (DHV), Jasper Timmer (Waterschap Veluwe) : BA7950-100-100 : Bedrijventerrein Wapenveld Noord : Watertoetsnotitie

Nadere informatie

Rapport. Gemeentelijk Rioleringsplan De Ronde Venen. Planperiode Projectnummer: Referentienummer: SWNL Datum:

Rapport. Gemeentelijk Rioleringsplan De Ronde Venen. Planperiode Projectnummer: Referentienummer: SWNL Datum: Rapport Projectnummer: 352993 Referentienummer: SWNL0212553 Datum: 13-09-2017 Gemeentelijk Rioleringsplan De Ronde Venen Planperiode 2018-2022 1 (68) 2 (68) Verantwoording Titel Gemeentelijk Rioleringsplan

Nadere informatie

Gemeente Doetinchem. Gemeentelijk Rioleringsplan Doetinchem 2010-2015. Witteveen+Bos. van Twickelostraat 2. postbus 233.

Gemeente Doetinchem. Gemeentelijk Rioleringsplan Doetinchem 2010-2015. Witteveen+Bos. van Twickelostraat 2. postbus 233. Gemeente Doetinchem Gemeentelijk Rioleringsplan Doetinchem 2010-2015 van Twickelostraat 2 postbus 233 7400 AE Deventer telefoon 0570 69 79 11 telefax 0570 69 73 44 INHOUDSOPGAVE blz. SAMENVATTING 1 1.

Nadere informatie

De 'Verordening Rioolaansluiting Gemeente Mook en Middelaar 2017' vast te stellen.

De 'Verordening Rioolaansluiting Gemeente Mook en Middelaar 2017' vast te stellen. Raadsvoorstel Gemeente Mook en Middelaar Agendapuntnummer : Documentnummer : Raadsvergadering d. d. Raadscommissie Commissie d.d. Programma Onderwerp Portefeuillehouder Bijlagen 23 februari 2017 Samenleving

Nadere informatie

Samenhang en samenvatting vgrp+, Waterplan, BRP

Samenhang en samenvatting vgrp+, Waterplan, BRP Samenhang en samenvatting vgrp+, Waterplan, BRP Uden gastvrij voor water Kenmerk: 11-10044-JV 14 september 2011 Ingenieursbureau Moons 1 Inhoudsopgave 1 SAMENHANG... 3 2 SAMENVATTING... 4 2.1 KOERSWIJZIGINGEN...

Nadere informatie

Module D1100 Kostenkengetallen rioleringszorg. Inhoud

Module D1100 Kostenkengetallen rioleringszorg. Inhoud Module D1100 Kostenkengetallen rioleringszorg Inhoud 1 Inleiding 5 1.1 Verantwoording 5 1.2 Wat is veranderd? 5 1.3 Opsteller en begeleidingscommissie 5 1.4 Leeswijzer 6 2 Systematiek en uitgangspunten

Nadere informatie

Feiten over de riolering

Feiten over de riolering Feiten over de riolering Prestaties Middelen en mensen Samenhangen Schaalverschillen Doeltreffendheid en doelmatigheid Stichting RIONED, februari 21 T.b.v. het feitenonderzoek in het kader van doelmatig

Nadere informatie

ADVIES BURGEMEESTER EN WETHOUDERS. Datum B&W-vergadering : 10-11-2009 Openbaar Onderwerp : Grondwaterbeleid

ADVIES BURGEMEESTER EN WETHOUDERS. Datum B&W-vergadering : 10-11-2009 Openbaar Onderwerp : Grondwaterbeleid ADVIES BURGEMEESTER EN WETHOUDERS Datum B&W-vergadering : 10-11-2009 Openbaar Onderwerp : Grondwaterbeleid Portefeuillehouder(s) : F.J.W. Saelman, Afdelingshoofd/hoofd OW: F. Hottinga Paraaf : Paraaf:

Nadere informatie

Voortgang en resultaat aanpak afvalwaterketen

Voortgang en resultaat aanpak afvalwaterketen Voortgang en resultaat aanpak afvalwaterketen Stand van zaken voorjaar 2013 In het Bestuursakkoord Water (mei 2011) zijn afspraken gemaakt over onder andere het vergroten van de doelmatigheid in de waterketen.

Nadere informatie

^ T^ 2 5UOV2008 \Q5 S. 1. Inleiding

^ T^ 2 5UOV2008 \Q5 S. 1. Inleiding E E R H U CB O W A A Raadsvergadering: Besluit: Voorstelnummfif R D 2 5UOV2008 ^ T^ \Q5 S Agendanr. Voorstelnr. Onderwerp Aan de Raad, 2008-105 Formulering beleid voor zorgplichten hemel- en grondwater,

Nadere informatie

Gemeente Bergen Noord-Holland. Gemeentelijke Rioleringsplan 2011-2015. Samenvatting. Bergingskelder onder het Pompplein, Egmond aan Zee (2011)

Gemeente Bergen Noord-Holland. Gemeentelijke Rioleringsplan 2011-2015. Samenvatting. Bergingskelder onder het Pompplein, Egmond aan Zee (2011) Gemeente Bergen Noord-Holland Gemeentelijke Rioleringsplan 2011-2015 Bergingskelder onder het Pompplein, Egmond aan Zee (2011) Samenvatting Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Gemeente Bergen (NH) 1\11

Nadere informatie

Toolkit Afkoppelen. De zin en onzin van afkoppelen. Rémy Schilperoort Jeroen Langeveld

Toolkit Afkoppelen. De zin en onzin van afkoppelen. Rémy Schilperoort Jeroen Langeveld Toolkit Afkoppelen De zin en onzin van afkoppelen Rémy Schilperoort Jeroen Langeveld Toolkit Afkoppelen bestaat! per eind mei 2019 doel: discussie over afkoppelen ondersteunen Wat is Toolkit Afkoppelen?

Nadere informatie

Gemeentelijk rioleringsplan Leerdam

Gemeentelijk rioleringsplan Leerdam Gemeentelijk rioleringsplan Leerdam Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater Planperiode 2011-2015 Definitief Gemeente Leerdam Grontmij Nederland B.V. Houten, 6 december 2010 Verantwoording Titel

Nadere informatie

Managementsamenvatting. Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Valkenswaard

Managementsamenvatting. Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Valkenswaard Managementsamenvatting Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Valkenswaard 2013-2017 mei 2012 Inhoudsopgave 1. Waarom een verbreed GRP? 5 2. Wat zijn de kaders van het vgrp? 7 3. Wat willen we bereiken?

Nadere informatie

Gemeentelijk Riolerings Plan. Toelichting op GRP Kaag en Braassem periode 2014 t/m 2018

Gemeentelijk Riolerings Plan. Toelichting op GRP Kaag en Braassem periode 2014 t/m 2018 Gemeentelijk Riolerings Plan Toelichting op GRP Kaag en Braassem periode 2014 t/m 2018 Doel en inhoud Doel Inzicht verschaffen in de diverse elementen die hebben geleid tot het GRP 2014 t/m 2018 Inhoud

Nadere informatie

Bijlage IV Watertoets. Uitgevoerd door R. Zuidema, 14 juni 2014

Bijlage IV Watertoets. Uitgevoerd door R. Zuidema, 14 juni 2014 Bijlage IV Watertoets Uitgevoerd door R. Zuidema, 14 juni 2014 datum 14-6-2014 dossiercode 20140614-4-9150 Geachte heer / mevrouw R. Zuidema, U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//.

Nadere informatie

17 mei 2011. Thema avond Gemeentelijk Rioolplan

17 mei 2011. Thema avond Gemeentelijk Rioolplan FLO/2011/8572 17 mei 2011 Thema avond Gemeentelijk Rioolplan Doel van het rioolstelsel: Volksgezondheid en milieu; Afvoer vuil water naar waterzuivering; Afvoer schoon regenwater. Wettelijke regels en

Nadere informatie

Notitie. Visiedocument GRP/BRP Brummen. 1 Inleiding - 15.004012 -

Notitie. Visiedocument GRP/BRP Brummen. 1 Inleiding - 15.004012 - Notitie Contactpersoon Gwendolijn Vugs Datum 1 mei 2015 Kenmerk N001-1229319GBV-avd-V02-NL Visiedocument GRP/BRP Brummen 1 Inleiding Het huidig Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) van de gemeente Brummen

Nadere informatie

Afvalwaterplan Limburgse Peelen Samenwerking in de afvalwaterketen Gemeente Leudal Gemeente Nederweert Gemeente Maasgouw Gemeente Peel en Maas Waterschap Peel en Maasvallei / Waterschapsbedrijf Limburg

Nadere informatie

Forum relinen 2014. "Renoveren als instrument voor verbeteren doelmatigheid" Huidige situatie. Opbouw. Visitatiecommissie.

Forum relinen 2014. Renoveren als instrument voor verbeteren doelmatigheid Huidige situatie. Opbouw. Visitatiecommissie. Forum Relinen & Rioolbeheer 2014 Datum: 20 november 2014 in Hotel Vianen Organisatie: Stichting Kenniscentrum Rioolrenovaties "Renoveren als instrument voor verbeteren doelmatigheid" Wat is doelmatigheid?

Nadere informatie

Water- en Rioleringsplan

Water- en Rioleringsplan Water- en Rioleringsplan 2017-2021 Inleiding Hemelwater Oppervlaktewater overstort Afvalwater Grondwater Drinkwater Beleidskader Wet Milieubeheer afname- en zorgplicht voor afvalwater verplichting WRP

Nadere informatie

Samenwerken in de waterketen in Zaanstreek Waterland

Samenwerken in de waterketen in Zaanstreek Waterland Notitie voor de raadsledenbijeenkomst Zaanstreek-Waterland op 29 november 2017 Samenwerken in de waterketen in Zaanstreek Waterland Sinds 2013 werken de acht gemeenten, hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier

Nadere informatie

3 JUL mi. Afd. Pt) Opbergen 2 9 JUNI Hoogheemraadschap van Rijnland ingekomen:

3 JUL mi. Afd. Pt) Opbergen 2 9 JUNI Hoogheemraadschap van Rijnland ingekomen: ingekomen: uw kenmerk: uw mail van: ons kenmerk: bijlagen: Inlichtingen: doorkiesnummer: onderwerp: 4-06-20 12.3594 Team Planloefiml en' Vergunningverlening 071-3063494 Woubrugseweg 82 Gemeente Alphen

Nadere informatie

BELEIDSREGEL ONTHEFFING GEMEENTELIJKE ZORGPLICHT STEDELIJK AFVALWATER FLEVOLAND Gedeputeerde Staten van Flevoland,

BELEIDSREGEL ONTHEFFING GEMEENTELIJKE ZORGPLICHT STEDELIJK AFVALWATER FLEVOLAND Gedeputeerde Staten van Flevoland, ^ PROVINCIE FLEVOLAND Provinciaal Blad 2011/09 Nummer 1120019 Beleidsregel ontheffing gemeentelijke zorgplicht stedelijk afvalwater 2011 Gedeputeerde Staten van Flevoland maken overeenkomstig artikel 136

Nadere informatie

Notitie. 1. Beleidskader Water

Notitie. 1. Beleidskader Water Notitie Ingenieursbureau Bezoekadres: Galvanistraat 15 Postadres: Postbus 6633 3002 AP Rotterdam Website: www.gw.rotterdam.nl Van: ir. A.H. Markus Kamer: 06.40 Europoint III Telefoon: (010) 4893361 Fax:

Nadere informatie

VGRP Gemeente Boxmeer. 12 november 2015

VGRP Gemeente Boxmeer. 12 november 2015 VGRP 2015-2019 Gemeente Boxmeer 12 november 2015 VGRP 2015-2019 Gemeente Boxmeer Even voorstellen BAS BIERENS Projectleider, Stedelijk Water BRAM VAN MOL Specialist, Stedelijk Water Agenda 1. Waarom een

Nadere informatie

Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Hulst

Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Hulst Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Hulst Planperiode 2010 tot en met 2015 Gemeente Hulst Postbus 49 4560 AA Hulst Grontmij Nederland B.V. Middelburg, 30 september 2009 Verantwoording Titel : Verbreed

Nadere informatie

Bijlage 1. Lijst met afkortingen en begrippen

Bijlage 1. Lijst met afkortingen en begrippen Bijlage 1. Lijst met afkortingen en begrippen VERKLARENDE WOORDENLIJST Afkortingen AMvB... Algemene Maatregel van Bestuur BARIM... Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer BBB... Bergbezinkbassin

Nadere informatie

Beslisdocument college van Peel en Maas

Beslisdocument college van Peel en Maas Beslisdocument college van Peel en Maas Document openbaar: Ja Zaaknummer: 1894/2016/809351 Documentnummer: 1894/2016/809356 Besluitnummer: 36 6.2 Onderwerp: Vaststelling Waterketenplan en Gemeentelijk

Nadere informatie

De uitkomsten van het onderzoek van TAUW en de toetsing aan het huidige beleid, zijn in deze memo samengevat.

De uitkomsten van het onderzoek van TAUW en de toetsing aan het huidige beleid, zijn in deze memo samengevat. MEMO Datum : 24 mei 2016 Aan Van : Stadsdeelcommissie Noord : Hans van Agteren Onderwerp : Grondwateroverlast Enschede Noord Inleiding In het Gemeentelijk RioleringsPlan (GRP) zijn zeven gebieden benoemd

Nadere informatie

Berekening hwa-riool Oranjebuurt te Riel

Berekening hwa-riool Oranjebuurt te Riel Berekening hwa-riool Oranjebuurt te Riel Gemeente Goirle projectnr. 219713 revisie 3.0 12 juli 2010 Opdrachtgever Gemeente Goirle Afdeling Realisatie en beheer Postbus 17 5050 AA Goirle datum vrijgave

Nadere informatie

Gemeentelijk rioleringsplan 2009-2013 Wijk bij Duurstede

Gemeentelijk rioleringsplan 2009-2013 Wijk bij Duurstede Gemeentelijk rioleringsplan 2009-2013 Wijk bij Duurstede Definitief gemeente Wijk bij Duurstede Grontmij Nederland bv Houten, 28 juli 2009 Verantwoording Titel : Gemeentelijk rioleringsplan 2009-2013 Wijk

Nadere informatie

Afkoppelen Kansen en risico s van anders omgaan met hemelwater in de stad

Afkoppelen Kansen en risico s van anders omgaan met hemelwater in de stad Afkoppelen Kansen en risico s van anders omgaan met hemelwater in de stad Colofon UITGAVE STOWA PROJECTUITVOERING Jeroen Langeveld (Partners4UrbanWater) Remy Schilperoort (Partners4UrbanWater) BEGELEIDINGSCOMMISSIE

Nadere informatie

4 Beleid voor afvalwater, grondwater, hemelwater en oppervlaktewater.

4 Beleid voor afvalwater, grondwater, hemelwater en oppervlaktewater. 4 Beleid voor afvalwater, grondwater, hemelwater en oppervlaktewater. Sinds enkele jaren heeft rioleringsbeheer een duidelijke wettelijke basis. De Wet gemeentelijke watertaken geeft gemeenten 3 zogenaamde

Nadere informatie

: Watertoets Den Omgang

: Watertoets Den Omgang Advies : Watertoets Den Omgang Datum : 22 juli 2016 Opdrachtgever : gemeente Landerd Ter attentie van : mevr. T. van Term Projectnummer : 211x08322 Opgesteld door i.a.a. : Toby van Baast : Jochem Rietbergen

Nadere informatie

Programma van de avond: vgrp 2015-2019 Inwonersbijeenkomst. Positie vgrp5 gemeentebeleid. Even voorstellen. Relaties met beleid / plannen

Programma van de avond: vgrp 2015-2019 Inwonersbijeenkomst. Positie vgrp5 gemeentebeleid. Even voorstellen. Relaties met beleid / plannen vgrp 2015-2019 Inwonersbijeenkomst 8 Januari 2015 19:45 20:00 20:05 20:15 22:00 Programma van de avond: Welkom en voorstelronde Toelichting doel bijeenkomst Wat is een vgrp? Gesprek met de inwoners adv

Nadere informatie

VOORBLAD RAADSVOORSTEL

VOORBLAD RAADSVOORSTEL VOORBLAD RAADSVOORSTEL ONDERWERP Gemeentelijk Rioleringsplan 2013 t/m 2017 VOORSTEL 1. De geformuleerde doelen, 2. Het voorgenomen onderzoek 3. De voorgenomen beheermaatregelen 4. De rioolheffing in 2013

Nadere informatie

Voorstel besluit Samenvatting toelichting

Voorstel besluit Samenvatting toelichting Raadsvoorstel nr. : 2002/168 Aan de gemeenteraad. Raadsvergadering : 19 november 2002 Agendapunt : 5 Steenwijk, 5 november 2002. Onderwerp: Het opheffen van ongezuiverde lozingen van huishoudelijk afvalwater.

Nadere informatie

verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2013-2017 Ontwerp GRP

verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2013-2017 Ontwerp GRP verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2013-2017 Ontwerp GRP gemeente Vlissingen 01-04-2013 eindconcept rapport Colofon: Titel : Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2013-2017 Ontwerp GRP Status : Gegevens

Nadere informatie

Gemeentelijk Rioleringsplan Wormerland

Gemeentelijk Rioleringsplan Wormerland Gemeentelijk Rioleringsplan Wormerland planperiode 2013 t/m 2017 ONTWERP ONTWERP OVER-gemeenten Afdeling Gebied- en Wijkzaken WORMER Grontmij Nederland B.V. Alkmaar, 13 maart 2012, revisie Verantwoording

Nadere informatie

Memo. Figuur 1 Overzicht plangebied en omgeving (bron: googlemaps) blad 1 van 7

Memo. Figuur 1 Overzicht plangebied en omgeving (bron: googlemaps) blad 1 van 7 Memo nummer water 1 datum 15 juli 2013 aan Arno Derks Croonen van Arjan van Beek Oranjewoud kopie Ruud van Hoek Oranjewoud project Haalbaarheidsstudie Prodrive Ekkersrijt gemeente Son projectnummer 252510

Nadere informatie

Samenvatting: Voorgesteld wordt de Verordening op de heffing en invordering van rioolheffing 2018 en de bijbehorende tarieven vast te stellen.

Samenvatting: Voorgesteld wordt de Verordening op de heffing en invordering van rioolheffing 2018 en de bijbehorende tarieven vast te stellen. Raadsvoorstel Nummer: 169467 Behandeld door: A. van de Kamp Datum: 24 oktober 2017. Agendapunt: Onderwerp: Verordening op de heffing en invordering van rioolrecht 2018 Geachte raad, Samenvatting: Voorgesteld

Nadere informatie

Het regent, het regent

Het regent, het regent Het regent, het regent Wat te doen bij een veranderend klimaat? Naam: Stefan Meijer (gemeente Heiloo) en Hartger Griffioen (LNH) Datum: donderdag 15 januari 2015 Even voorstellen Stefan Meijer 37 jaar

Nadere informatie

Gemeentelijk Riolerings Plan

Gemeentelijk Riolerings Plan Gemeentelijk Riolerings Plan 2018-2022 dorpspraat over aanpak van wateroverlast Laren, maart en april 2018 Programma deel 1: kaders en historie deel 2: wat gebeurt er? deel 3: welke oplossingen? deel 4:

Nadere informatie

U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//. Op basis van deze toets volgt u de normale procedure.

U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//. Op basis van deze toets volgt u de normale procedure. datum 31-3-2014 dossiercode 20140331-63-8729 Geachte heer/mevrouw Jeroen Overbeek, U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//. Op basis van deze toets volgt u de normale

Nadere informatie

Gemeentelijk rioleringsplan Zoetermeer

Gemeentelijk rioleringsplan Zoetermeer Gemeentelijk rioleringsplan Zoetermeer Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater Planperiode 2011-2015 Ontwerp Gemeente Zoetermeer Grontmij Nederland B.V. Houten, 30 mei 2011 Verantwoording Titel

Nadere informatie

Verordening Eenmalig Rioolaansluitrecht 2015

Verordening Eenmalig Rioolaansluitrecht 2015 Verordening Eenmalig Rioolaansluitrecht 2015 Artikel 1 Begripsomschrijvingen deze verordening wordt verstaan onder: a. aansluitleiding: het particulier riool, het aansluitpunt en de perceelaansluitleiding

Nadere informatie

Voorstel aan : Gemeenteraad van 14 december 2009 Door tussenkomst

Voorstel aan : Gemeenteraad van 14 december 2009 Door tussenkomst Voorstel aan : Gemeenteraad van 14 december 2009 Door tussenkomst van Nummer : : Raadscommissie van 2 december 2009 Onderwerp : Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 2010-2014 Bijlage(n) : 1. Gemeentelijk

Nadere informatie

datum 27-2-2016 dossiercode 20160227-4-12526 Geachte heer / mevrouw R.G. Zuidema,

datum 27-2-2016 dossiercode 20160227-4-12526 Geachte heer / mevrouw R.G. Zuidema, datum 27-2-2016 dossiercode 20160227-4-12526 Geachte heer / mevrouw R.G. Zuidema, U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//. Op basis van deze toets volgt u de korte

Nadere informatie

Aansluitverordening riolering gemeente Overbetuwe Onderwerp: Aansluitverordening riolering gemeente Overbetuwe 2012

Aansluitverordening riolering gemeente Overbetuwe Onderwerp: Aansluitverordening riolering gemeente Overbetuwe 2012 CVDR Officiële uitgave van Overbetuwe. Nr. CVDR252238_1 13 februari 2018 Aansluitverordening riolering gemeente Overbetuwe 2012 Onderwerp: Aansluitverordening riolering gemeente Overbetuwe 2012 Ons kenmerk:

Nadere informatie

Het waterbeleid van de provincie Limburg is beschreven in het Provinciaal Waterplan Limburg, dd. 20 november 2009.

Het waterbeleid van de provincie Limburg is beschreven in het Provinciaal Waterplan Limburg, dd. 20 november 2009. Memo Ter attentie van Project management Den Dekker B.V. Datum 03 januari 2013 Distributie Projectnummer 111850-01 Onderwerp Parkeerterrein Jumbo Heythuysen Geachte heer Bosman, 1 WATERBELEID Het streven

Nadere informatie

www.grontmij.nl Gemeentelijk Rioleringsplan Voorst Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater Planperiode 2010 t/m 2014

www.grontmij.nl Gemeentelijk Rioleringsplan Voorst Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater Planperiode 2010 t/m 2014 Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater Planperiode 2010 t/m 2014 Gemeentelijk Rioleringsplan Voorst www.grontmij.nl Wij ontwerpen en realiseren plannen voor de toekomst, door mensen en partijen

Nadere informatie

Bijlage 1: Toelichting achtergronden en gebruik modelverordening voor de afvoer van hemelwater en grondwater

Bijlage 1: Toelichting achtergronden en gebruik modelverordening voor de afvoer van hemelwater en grondwater Bijlage 1: Toelichting achtergronden en gebruik modelverordening voor de afvoer van hemelwater en grondwater Met de inwerkingtreding van de Wet Gemeentelijke Watertaken per 1 januari 2008 is o.a. de Wet

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van 18 september 2018, no. B ; gezien het advies van de raadscommissie van 15 november 2019;

gelezen het voorstel van het college van 18 september 2018, no. B ; gezien het advies van de raadscommissie van 15 november 2019; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Dronten Nr. 261548 6 december 2018 Aansluitverordening riolering 2019 De raad van de gemeente Dronten, gelezen het voorstel van het college van 18 september

Nadere informatie

Aansluitverordening van de riolering in de gemeente Krimpen aan den IJssel

Aansluitverordening van de riolering in de gemeente Krimpen aan den IJssel Aansluitverordening van de riolering in de gemeente Krimpen aan den IJssel De raad van de gemeente Krimpen aan den IJssel, Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van [datum];

Nadere informatie

Nieuwe riolering in uw straat

Nieuwe riolering in uw straat R Nieuwe riolering in uw straat Vervangen riolering Binnenkort wordt de riolering in uw straat vervangen. Wat doet de gemeente en waarvoor bent u verantwoordelijk? We hopen in ieder geval dat u zo min

Nadere informatie