Gemeentelijk rioleringsplan Leusden

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Gemeentelijk rioleringsplan Leusden"

Transcriptie

1 Gemeentelijk rioleringsplan Leusden Planperiode Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater Ontwerp Gemeente Leusden postbus AD LEUSDEN Grontmij Nederland B.V. Houten, 2 december 2009

2 Verantwoording Titel : Gemeentelijk rioleringsplan Leusden Subtitel : Planperiode Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater Projectnummer : Referentienummer : 13/ /BU Revisie : d1 Datum : 2 december 2009 Auteur(s) : ir. M.Ph. Bunt adres : michel.bunt@grontmij.nl Gecontroleerd door : ir. K.J. van Esch Paraaf gecontroleerd : Goedgekeurd door : dr.ir. A.J. Oomens Paraaf goedgekeurd : Contact : De Molen DB Houten Postbus DC Houten T F midwest@grontmij.nl Pagina 2 van 52

3 Inhoudsopgave Samenvatting en besluit Inleiding Aanleiding...11 Geldigheidsduur Procedures...12 Termen en definities Leeswijzer Evaluatie GRP Inleiding Algemene evaluatie GRP Leusden Evaluatie rioleringsbeleid Gewenste situatie Inleiding Waarom rioleringszorg? Relaties met andere plannen en regelgeving Gewenste situatie zorgplicht stedelijk afvalwater Gewenste situatie zorgplicht hemelwater Gewenste situatie zorgplicht grondwater Doelen en functionele eisen Functionele eisen en maatstaven Meetmethoden Voorwaarden voor effectief rioleringsbeheer Relaties met andere gemeentelijke taken Overleg met andere overheden Toetsing huidige situatie...29 Inleiding Totaal overzicht voorzieningen Nog niet aangesloten bestaande bebouwing Stedelijk afvalwater Hemelwater Grondwater...34 Verordeningen en vergunningen De opgave...37 Inleiding Aanleg van voorzieningen Beheer van bestaande voorzieningen Organisatie en financiën Personele middelen Financiële middelen Kostendekking...48 Pagina 3 van 52

4 Inhoudsopgave (vervolg) Bijlagen: Bijlage 1: Bijlage 2: Bijlage 3: Bijlage 4: Bijlage 5: Bijlage 6: Bijlage 7: Bijlage 8: Wet- en regelgeving Doelen, functionele eisen, maatstaven en meetmethoden Tabellen Uitgangspunten kostendekkingsberekening Woordenlijst Referenties Bemalingsgebieden riolering Leusden Reacties van derden Pagina 4 van 52

5 Samenvatting en besluit Doel van de rioleringszorg De aanleg van riolering heeft een aantal belangrijke, maatschappelijke doelen. Dit zijn: Doel rioleringszorg de volksgezondheid beschermen: de aanleg en het beheer van riolering zorgt ervoor dat verontreinigd afvalwater uit de directe leefomgeving wordt verwijderd; de kwaliteit van de leefomgeving op peil houden: de riolering zorgt voor de ontwatering van de bebouwde omgeving door naast het afvalwater van huishoudens en bedrijven ook het overtollige regenwater van daken, pleinen, wegen e.d. in te zamelen en af te voeren; de bodem, het grond- en oppervlaktewater beschermen: door de aanleg van riolering of individuele afvalwaterbehandelingsystemen wordt de directe ongezuiverde lozing van afvalwater op bodem- of oppervlaktewater voorkomen. Vanwege deze belangrijke maatschappelijke redenen is de rioleringszorg wettelijk vastgelegd in de Wet milieubeheer en sinds kort ook in de Wet op de Waterhuishouding (straks de Waterwet). Waarom stelt de gemeente een gemeentelijk rioleringsplan (GRP) op? Gemeenten zijn op basis van de Wet milieubeheer verantwoordelijk voor de zorg voor de inzameling en transport van stedelijk afvalwater dat vrijkomt bij de binnen het grondgebied van de gemeente gelegen percelen. Daarnaast heeft de gemeente op grond van de Wet op de Waterhuishouding (straks de Waterwet) de zorgplicht voor de inzameling en verwerking van afvloeiend hemelwater. In deze wet is ook vastgelegd dat de gemeente de zorg heeft voor het treffen van maatregelen in openbaar gemeentelijk gebied om structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming te voorkomen of te beperken. In de Wet milieubeheer is opgenomen dat alle gemeenten een GRP moeten opstellen. In dit GRP moeten in ieder geval de volgende onderdelen worden opgenomen: Wat willen we bereiken, wat zijn de doelen? Welke voorzieningen zijn er met betrekking tot het stedelijk afvalwater, hemelwater en het grondwater? Wat moeten we nog doen om de gestelde doelen te kunnen halen? Wat zijn de kosten daarvoor en hoe dekken we deze? Wat ging er vooraf? In 2004 is het GRP opgesteld met als planperiode In de afgelopen planperiode heeft de gemeente een grote inspanning geleverd om de voorgenomen onderzoeken en maatregelen uit te voeren of door andere partijen te laten uitvoeren. Gewijzigde wet- en regelgeving In de rioleringszorg is de afgelopen jaren veel veranderd in wet- en regelgeving. De belangrijkste wijziging is de introductie van de zorgplichten voor regenwater en grondwater. Deze zijn vastgelegd in de Wet op de Waterhuishouding (straks de Waterwet). Dit betekent concreet dat de gemeente, naast de traditionele zorgplicht voor de inzameling en het transport voor stedelijk afvalwater, nu ook een rol heeft in de verwerking van regenwater en het aanpakken van structurele grondwaterproblemen. De gemeente heeft hierin een bepaalde mate van beleidsvrijheid, die tot uitdrukking komt in het GRP. Pagina 5 van 52

6 Samenvatting en besluit Beleidskeuzes In dit GRP zijn een aantal beleidskeuzes opgenomen die betrekking hebben op de manier, waarop Leusden haar zorgplichten voor stedelijk afvalwater, regenwater en grondwater wil invullen. Voor de gemaakte beleidskeuzes wordt verwezen naar hoofdstuk 3. Wat zijn de doelen voor de komende planperiode? De doelen van de rioleringszorg voor de komende planperiode zijn: 1. Zorgen voor inzameling van stedelijk afvalwater. 2. Zorgen voor transport van stedelijk afvalwater. 3. Zorgen voor inzameling van hemelwater (voor zover niet door de particulier). 4. Zorgen voor verwerking van ingezameld hemelwater 5. Zorgen dat (voor zover mogelijk) het grondwater de bestemming van een gebied niet structureel belemmert. De doelen zijn in dit GRP geconcretiseerd met het opnemen van functionele eisen en maatstaven zodat getoetst kan worden of de situatie in Leusden aan de gestelde doelen voldoet. Waar staan we nu? Op 1 januari 2009 zijn alle woningen en bedrijven, op 11 na, in Leusden aangesloten op (druk)riolering. Hiermee voldoet de gemeente aan haar wettelijke zorgplicht. De te beheren voorzieningen bestaan uit 27 km gemengde riolering, 68 km dwa riolering, 68 km rwa-riolering, 10 km persleiding, 19 rioolgemalen en 64 km drukriolering met 318 pompunits. De vervangingswaarde van deze voorzieningen vertegenwoordigt een waarde van ongeveer 106 miljoen. De gegevens van de vrijvervalriolen zijn opgeslagen in het rioleringsbeheersysteem (GBI) van de gemeente. De gegevens met betrekking tot de voorzieningen zijn daarmee goed toegankelijk. De toestand van de riolen wordt bewaakt door middel van videocamera inspecties. Circa 62% van de totale lengte van de vrijvalriolering is met videocamera geïnspecteerd. Indien uit de inspectieresultaten blijkt dat ingrijpen noodzakelijk is, wordt adequate actie ondernomen. Ondanks het ontbreken van een meetnet van peilbuizen heeft de gemeente een globaal inzicht in de optredende grondwaterstanden. De gebieden die gevoelig zijn voor (grond)wateroverlast zijn bekend bij de gemeente maar er is geen goed beeld waar de structurele grondwaterklachten voorkomen. In de gemeente Leusden bestaat een gedetailleerd inzicht in het hydraulisch- en milieutechnisch functioneren van de riolering. De riolering voldoet aan de basisinspanning en daarmee aan de eisen van het waterschap Vallei&Eem. De gemeente beschikt over de noodzakelijke vergunningen van waterschap Vallei&Eem. De controle van de vergunningen en naleving van de regelgeving betreffende de Wet milieubeheer wordt in nauwe samenwerking met het servicebureau gemeenten door de cluster handhaving en vergunning van de afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling uitgevoerd Wat moeten we doen in de planperiode en daarna? In dit GRP staan de hoofdlijnen van aanpak om de doelen te halen. Dit beleid wordt jaarlijks uitgewerkt in gedetailleerde programma s. Hierbij wordt rekening gehouden met de veelal complexe factoren die bij daadwerkelijke uitvoering van maatregelen een rol spelen, daarnaast worden er op projectniveau keuzes gemaakt. De toestand van vrijvervalriolen zal middels videocamera inspectie worden onderzocht en de inspectiegegevens zullen in het rioleringsbeheersysteem worden opgeslagen. Jaarlijks wordt een deel van de riolering gereinigd en geïnspecteerd. Om een goede afstroming in de vrijverval- Pagina 6 van 52

7 Samenvatting en besluit riolering te kunnen handhaven is regelmatig onderhoud nodig. In het GRP is hier invulling aan gegeven. In de planperiode zijn verschillende onderzoeken opgenomen. Monitoring van het werkelijk functioneren van de riolering wordt ingevuld in samenwerking met het waterschap. Ook wordt er een onderzoek uitgevoerd naar waterstofsulfide (H 2 S) vorming in de riolering ter plaatse van lozingspunten van drukriolering. Om de ongezuiverde lozingen van huishoudelijk afvalwater op het oppervlaktewater te voorkomen door foute aansluitingen op het hemelwaterstelsel wordt er in 2010 een pilot project uitgevoerd naar het opsporen van foute aansluitingen. In 2010 zal de gemeente meedoen met een benchmark onderzoek. Naast onderzoek zullen de komende periode verschillende maatregelen uitgevoerd worden. Zo zal in de planperiode het mechanisch/elektrisch deel van 91 pompunits vervangen worden. Ook zal van het gemaal Randweg/Schotskamp het mechanisch/elektrisch deel vervangen worden. Met betrekking tot de vrijvervalriolering zal er een deel vervangen of gerepareerd worden. In de planperiode is circa 1,9 miljoen opgenomen voor vervanging en circa 1,7 miljoen voor reparatie van vrijvervalriolering. Om de vuilemissie op het oppervlaktewater vanuit de gemengde riolering verder te kunnen reduceren worden er in de planperiode twee randvoorzieningen aangelegd. Dit betreft een randvoorziening in Achterveld ( ,--) en één in Leusden-Zuid ( ,--). Voor het uitvoeren van eventuele grondwatermaatregelen is in de planperiode jaarlijks ,-- opgenomen. In 2013 zal het grondwaterbeleid worden geëvalueerd en eventueel worden bijgesteld. Ten opzichte van de huidige situatie is een verhoging nodig van de personeelskosten op de exploitatiebegroting met ongeveer ,-- voor het uitvoeren van de reguliere rioleringstaken. Deze stijging wordt grotendeels veroorzaakt door de nieuwe grondwatertaken, waarvoor in de kadernota 2010 al 0,5 fte is opgenomen. Voor het voorbereiden en toezicht houden op de uitvoering van maatregelen is ten opzichte van de huidige situatie eveneens extra personele capaciteit nodig. Deze personeelskosten zijn echter opgenomen in de kosten van de maatregelen en daarmee gedekt. Wat gaat het kosten en hoe betalen we dat? De aanleg en beheer van de rioleringsvoorzieningen kost geld. De uitgaven voor de komende planperiode zijn begroot op circa 4,7 miljoen euro (excl. BTW), ofwel circa per jaar, zie tabel A. Het gaat dan om de investeringen en de jaarlijkse exploitatie bij elkaar opgeteld. De kosten worden gedekt door de rioolheffing. tabel A Planperiode jaar Uitgaven in de planperiode en daarna Jaarlijkse uitgaven Onderzoek Exploitatie Vervanging / verbetering Investeringen Overige milieu maatregelen kosten van Grondwater investeringen maatregelen Kapitaal lasten verleden TOTAAL excl. BTW x EURO totaal planperiode Totaal In dit GRP is uitgerekend wat op langere termijn de hoogte van de kostendekkende rioolheffing moet zijn. Op basis van de uitgangspunten die in bijlage 4 zijn opgenomen is het (ook op lange termijn) kostendekkende rioolheffing bepaald op 210,98 bij directe invoering. Pagina 7 van 52

8 Samenvatting en besluit Omdat het rioolrecht in 2009 van 103,65 (per heffingseenheid per jaar) lager is dan het benodigde rioolheffing van 210,98, is uitgerekend hoe tot een kostendekkend tarief kan worden gekomen. Hiertoe zijn vier scenario s opgesteld met een verschillend jaarlijks stijgingspercentage van de rioolheffing. In de vier scenario s is de rioolheffing jaarlijks verhoogd met respectievelijk 3%, 5%, 10% en 15% bedrag per heffingseenheid EURO jaar direct stijging 3% jaarlijks te dekken per heffingseenheid stijging 5% stijging 10% stijging 15% Scenario A Jaarlijks stijging met 3% B Jaarlijks stijging met 5% C Jaarlijks stijging met 10% D Jaarlijks stijging met 15% Eindstand 316,84 249,36 227,15 221,73 Wordt bereikt in: Scenario A Met een jaarlijkse stijging van 3%, exclusief de jaarlijkse inflatiecorrectie, wordt in 2047 een kostendekkend tarief bereikt van 316,84. De komende 25 jaar blijft de stijging van de jaarlijkse kosten zeer gering. Na 2030 zullen de kosten flink toenemen als gevolg van de verwachte (theoretische) vervangingspiek van de vrijvervalriolering. Met deze geleidelijke stijging wordt er begonnen met het opbouwen van een voorziening voor deze vervangingspiek. Ten opzichte van het GRP is er een extra stijging van 3% per jaar nodig gedurende 9 jaar. De extra stijging wordt veroorzaakt door extra en nieuwe kosten voor monitoring, grondwater, onderzoeken en stijging van eenheidsprijzen voor drukriolering. Scenario B, C en D Met een hoger jaarlijkse procentuele stijging, exclusief jaarlijkse inflatiecorrectie, zal het uiteindelijke kostendekkende tarief lager zijn dan bij scenario A en deze zal ook aanzienlijk eerder worden bereikt. De voorziening zal eerder gevuld zijn om de verwachte vervangingspiek te kunnen bekostigen. De lasten worden minder naar de toekomst doorgeschoven. Rioolheffing De gemeente kent tot op heden één heffing. In deze heffing worden zowel de kosten van stedelijk afvalwater als hemel- en grondwater doorberekend. Het is toegestaan deze te scheiden en Pagina 8 van 52

9 Samenvatting en besluit er twee heffingen van te maken. Dit betekent dat er een strikte scheiding moet worden aangehouden voor kosten die voor het één en voor het ander worden gemaakt. Deze scheiding brengt ook weer kosten met zich mee en kan leiden tot een verschuiving van lasten tussen belastingplichtigen. Vooralsnog wordt daarom vastgehouden aan één heffing. Besluit Burgemeester en wethouders verzoeken de gemeenteraad het gemeentelijk rioleringsplan Leusden vast te stellen door in te stemmen met: de in dit gemeentelijk rioleringsplan geformuleerde doelen; de in dit gemeentelijke rioleringsplan geformuleerde beleidskeuzes het voorgenomen onderzoek; de voorgenomen beheermaatregelen; de voorgenomen wijze van kostendekking. Het raadsbesluit maakt onderdeel uit van het gemeentelijk rioleringsplan. Na vaststelling van dit GRP, zal dit plan tezamen met het raadsbesluit worden toegezonden aan: waterschap Vallei&Eem; Provincie Utrecht Na vaststelling zal in de plaatselijke krant bekend worden gemaakt hoe burgers kennis kunnen nemen van de inhoud van dit gemeentelijk rioleringsplan. Pagina 9 van 52

10

11 1 Inleiding 1.1 Aanleiding Een goed rioolstelsel is nodig voor de bescherming van de volksgezondheid, het milieu en het tegengaan van wateroverlast. Voor het verwijderen van stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater uit de woonomgeving zijn er voorzieningen nodig. Aanleg en beheer van deze voorzieningen is een gemeentelijke taak die zijn wettelijke basis vindt in de Wet milieubeheer (Wm art ) en de Wet op de waterhuishouding (Wwh art. 9a en 9b). Deze wetten zijn gewijzigd en aangevuld op basis van de Wet verankering en bekostiging gemeentelijke watertaken 1. De gemeente is, op grond van de Wet milieubeheer (Wm 4.22), wettelijk verplicht een gemeentelijk rioleringsplan (GRP) op te stellen. In dit artikel is aangegeven dat de gemeenteraad, voor een nader vast te stellen periode, een GRP vaststelt. Met het verstrijken van de planperiode van het GRP Leusden is het noodzakelijk het bestaande GRP te actualiseren tot een nieuw en verbreed GRP. In dit GRP is weergegeven hoe de gemeente haar watertaken de komende planperiode vorm wil geven. Deze watertaken (zorgplichten) hebben betrekking op stedelijk afvalwater, hemelwater en is verbreed met de gemeentelijke grondwaterzorgplicht. Wet milieubeheer, artikel De gemeenteraad stelt telkens voor een daarbij vast te stellen periode een gemeentelijk rioleringsplan vast. 2. Het plan bevat ten minste: a. een overzicht van de in de gemeente aanwezige voorzieningen voor de inzameling en het transport van stedelijk afvalwater als bedoeld in artikel 10.33, alsmede de inzameling en verdere verwerking van afvloeiend hemelwater als bedoeld in artikel 9a van de Wet op de waterhuishouding, en maatregelen teneinde structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken, als bedoeld in artikel 9b van laatstgenoemde wet en een aanduiding van het tijdstip waarop die voorzieningen naar verwachting aan vervanging toe zijn; b. een overzicht van de in de door het plan bestreken periode aan te leggen of te vervangen voorzieningen als bedoeld onder a ; c. een overzicht van de wijze waarop de voorzieningen, bedoeld onder a en b, worden of zullen worden beheerd; d. de gevolgen voor het milieu van de aanwezige voorzieningen als bedoeld onder a, en van de in het plan aangekondigde activiteiten; e. een overzicht van de financiële gevolgen van de in het plan aangekondigde activiteiten. 3. Indien in de gemeente een gemeentelijk milieubeleidsplan geldt, houdt de gemeenteraad met dat plan rekening bij de vaststelling van een gemeentelijk rioleringsplan. 4. Onze Minister kan, in overeenstemming met Onze Minister van Verkeer en Waterstaat, aan gemeenten de plicht opleggen tot prestatievergelijking ten aanzien van de uitvoering van de taak, bedoeld in artikel 10.33, alsmede de taken, bedoeld in de artikelen 9a en 9b van de Wet op de waterhuishouding. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld over de frequentie, inhoud en omvang van de prestatievergelijking. Het maken van goede beleidsafwegingen op het terrein van beheer openbare ruimte, bescherming van bodem en waterkwaliteit, de zorg voor het totale watersysteem worden steeds belang- 1 De Wet verankering en bekostiging gemeentelijke watertaken blijft niet als zelfstandige wet bestaan maar wijzigt van drie bestaande wetten. De gemeentelijke rioleringszorgplicht in de Wet milieubeheer wordt vervangen door een zorgplicht voor inzameling en transport van stedelijk afvalwater. In de Wet op de waterhuishouding is de zorgplicht voor inzameling en verwerking van afvloeiend hemelwater opgenomen. Verder wordt in die wet ook een gemeentelijke zorgplicht voor de aanpak van grondwaterproblemen in bebouwd gebied geïntroduceerd. In de Gemeentewet wordt het rioolrecht verbreed tot een rioolheffing met een bestemmingskarakter. Pagina 11 van 52

12 Inleiding rijker. Ook het financiële beleid, de inzet van middelen en toenemende lastendruk zijn hierbij belangrijke aandachtspunten. 1.2 Geldigheidsduur De gemeente stelt zelf de geldigheidsduur van het plan vast (art Wm). De geldigheidsduur van dit beleidsplan is vijf jaar ( ). Als einddatum is 2013 gekozen omdat gemeenten voor 2013 een GRP moeten hebben dat aan de nieuwe voorschriften voldoet, dit betekent dat er beleid geformuleerd moet zijn voor de drie zorgplichten. Dit GRP bevat beleid voor de zorgplichten stedelijk afvalwater en hemelwater en een aanzet voor de grondwaterzorgplicht. De financiële peildatum van dit GRP is 1 januari 2009 en alle genoemde bedragen zijn op prijspeil 1 januari Procedures Dit GRP is in samenwerking tussen de gemeente, waterschap en provincie tot stand gekomen. De Wet milieubeheer schrijft overleg voor met: Gedeputeerde Staten van Utrecht (deze hebben een aanwijzingsbevoegdheid); Waterschap Vallei&Eem, als beheerder van de zuiveringstechnische werken waarnaar het afvalwater wordt afgevoerd en als beheerder van het oppervlaktewater waarop wordt geloosd. Na de formele vaststelling door de gemeenteraad zal het plan worden toegezonden aan de bovenvermelde instanties. Op basis van art Wm moet B&W de vaststelling van het GRP bekendmaken in ten minste één dag- of nieuwsblad. 1.4 Termen en definities Dit verbreed GRP is een gemeentelijk plan, waar de gemeenteraad zich over moet uitspreken. Het is echter niet alleen voor de politiek geschreven, maar ook voor overleg met de in de Wm genoemde instanties. Dit heeft tot gevolg dat in dit GRP vaktaal wordt gebruikt. In dit GRP is daarom een uitgebreide verklarende woordenlijst opgenomen. 1.5 Leeswijzer Dit GRP is conform de aanbevelingen in de Leidraad Riolering, module A1050, (ref.1) opgezet en bestaat uit de volgende onderdelen: Hoofdstuk 1 is de inleiding, met de aanleiding, de geldigheidsduur en een leeswijzer Evaluatie Toetsingskader Wat willen we? Toetsing huidige situatie Wat hebben we? De opgave Wat moeten we doen? Organisatie en financiën Wat kost dat? H2 H3 H4 H5 H6 In hoofdstuk 2 komt de evaluatie van het gevoerde rioleringsbeleid tot 2009 aan de orde. De uitkomsten vormen de beginsituatie voor het GRP 2009 t/m In hoofdstuk 3 'Gewenste situatie worden voor de komende planperiode (en de periode daarna) doelen beschreven en uitgewerkt. Hiermee wordt een toetsingskader gegeven waarmee onder meer de gevolgen voor het milieu (Wm 4.22 lid 2d) kunnen worden aangegeven. In hoofdstuk 4 'Toetsing huidige situatie' wordt getoetst in hoeverre de doelen nu al zijn gerealiseerd. Hoofdstuk 4 geeft het in de wet gevraagde overzicht van de aanwezige voorzieningen (Wm 4.22 lid 2a). In hoofdstuk 5 'De opgave' worden in hoofdlijnen de maatregelen weergegeven die nodig zijn om de gestelde doelen te kunnen realiseren. Daarmee wordt invulling gegeven aan lid 2b en 2c van artikel 4.22 van de Wm. In hoofdstuk 6 'Organisatie en financiën' wordt de in hoofdstuk 5 weergegeven strategie vertaald naar benodigde personele en financiële middelen en een wijze van kostendekking (Wm, artikel 4.22 lid e). Pagina 12 van 52

13 2 Evaluatie GRP Inleiding Voorafgaand aan het opstellen van het nieuwe gemeentelijk rioleringsplan, is het goed terug te kijken naar de uitgevoerde activiteiten in de achterliggende periode. De resultaten bepalen mede de vertrekpositie voor het nieuwe GRP. Het GRP is geëvalueerd op een tweetal punten, een algemeen deel en een deel met de uit te voeren onderzoeken en maatregelen. In dit hoofdstuk zijn de uitkomsten uit de evaluatie op hoofdlijnen beschreven. 2.2 Algemene evaluatie GRP Leusden Het GRP is opgesteld door de afdeling Ruimtelijk Beheer. Het GRP heeft gediend als leidraad. Daarnaast geeft het GRP een duidelijk overzicht van de te beheren objecten van de riolering en de onderhoudsschema s met de bijbehorende kosten. In de planperiode is er onvoldoende controle geweest of de in het GRP opgenomen doelen gehaald werden. In de komende planperiode zal het rioleringsbeleid beter gevolgd worden zodat duidelijk is dat de gemeente de juiste dingen doet en deze ook goed doet. De relatie met de nieuwe wet- en regelgeving moet duidelijk worden weergegeven. 2.3 Evaluatie rioleringsbeleid Aanleg van voorzieningen bij bestaande bebouwing Het beleid met betrekking tot de ongezuiverde lozingen in het buitengebied van Leusden is vastgelegd in het rioleringsplan buitengebied uit Op grond van dit rioleringsplan en de subsidieregeling van het waterschap is bepaald dat alle aanwezige panden in het buitengebied zouden worden aangesloten op drukriolering. In 2005 is de aanleg van riolering in het buitengebied afgerond. De meeste panden zijn daadwerkelijk aangesloten. Een beperkt aantal (11) is nog niet tot aansluiting overgegaan. De afdeling RO/handhaving is enkele jaren geleden gestart met een actie om de aansluitplicht op te leggen, deze actie is nog niet afgerond Aanleg van voorzieningen bij nieuwbouw Nieuwbouw in uitbreidingsplannen wordt aangesloten op riolering. Hierbij wordt in principe gekozen voor het aanleggen van een gescheiden stelsel. Bij inbreidingslocaties worden de panden aangesloten op het aanwezige rioolsysteem. Bij nieuwbouw in het buitengebied wordt waar mogelijk aansluiting gezocht bij de aanwezige drukrioleringssystemen Onderzoek Zoals voorgenomen is er jaarlijks circa 5% van het vrijvervalstelsel geïnspecteerd met behulp van tv-inspectie. De inspectiegegevens zijn opgeslagen in het rioleringsbeheersysteem. De wijziging van de Nederlandse norm voor inspectie en toestandsbeoordeling in de Europese norm is doorgevoerd in het beheersysteem. De bestaande inspectieresultaten zijn geconverteerd en het maatregelenpakket is in 2005 hierop aangepast. In de Wvo-vergunning van het waterschap Vallei&Eem is de voorwaarde opgenomen dat er metingen aan riooloverstorten van gemengde stelsels verricht moeten worden. Om dit te kunnen uitvoeren is er een meetplan voor de monitoring van riooloverstorten opgesteld. Dit meetplan is nog niet geïmplementeerd omdat er een gezamenlijke aanpak binnen het beheersgebied van het waterschap Vallei&Eem wordt onderzocht. Dit onderzoek vindt plaats in het kader van het waterplatform. Pagina 13 van 52

14 Evaluatie GRP Het onderzoek naar ondoelmatige lozingen op de riolering is opgeschort in afwachting van de gegevens van het waterschap Vallei&Eem die de aanwezigheid en het volume van de ondoelmatige lozingen moet aantonen. Het plan van aanpak diffuse lozingen is in 2006 opgesteld en is nu in uitvoering. Om het hydraulisch en milieutechnisch functioneren van het rioolstelsel te kunnen controleren is in 2005 een basisrioleringsplan opgesteld voor Leusden-centrum. Het basisrioleringsplan Achterveld is in 2007 geactualiseerd. Het voorgenomen onderzoek naar de mogelijkheden tot afkoppelen van verhard oppervlak is niet uitgevoerd. Afkoppelen wordt toegepast waar de mogelijkheden zich aandienen in combinatie met de uitvoering van andere maatregelen. Een plan van aanpak voor Real-Time-Control (RTC) van gemalen is (nog) niet opgesteld. Het nu aanwezige gemalenbeheerssysteem moet in de komende jaren worden vernieuwd, het instellen van RTC kan dan wellicht eenvoudig worden meegenomen, hierop wordt terug gekomen in hoofdstuk Onderhoud De reiniging van riolen en kolken is volgens programma uitgevoerd. Zo worden de gemengde stelsels eens in de 5 jaar gereinigd, de dwa stelsels eens in 7 jaar en de rwa stelsels eens in de 10 jaar. De afgelopen 3 jaar is de rioolreiniging en rioolinspectie verricht op basis van een meerjaren onderhoudsbestek. Storingen van pompinstallaties worden geregistreerd via het gemalenbeheerssysteem. De meldlijn van RB registreert de overige storingen en klachten met betrekking tot de riolering Reparatie en renovatie Reparatie en renovatiemaatregelen worden daar uitgevoerd waar ontoelaatbare schadebeelden aan de riolen worden geconstateerd. In de meerjarenplanningen zijn de budgetten cyclisch meegenomen. In de afgelopen planperiode zijn amper reparaties uitgevoerd. Er is een achterstand ontstaan door capaciteitsproblemen in de voorbereiding Vervanging De geplande rioolvervangingen in Achterveld (Verjaagde Ruiterweg e.a.), Leusden-Zuid (Kon. Julianalaan) en Hamersveld (Berkenlaan e.o) zijn uitgevoerd. Bij deze vervanging is een deel van de verharding afgekoppeld. De geplande rioolvervangingen in Hamersveld (omgeving Biezenkamp) zijn nog niet uitgevoerd door vertraging in de herinrichting van De Biezenkamp. De rioolvervanging van Achterveld (Hessenweg) is eveneens uitgesteld in afwachting van de ontwikkelingen van Achterveld-Zuid. Diverse renovaties en pompvervangingen zijn uitgevoerd bij rioolgemalen en pompunits van de drukriolering. Bij de drukriolering zijn verschillende onderstations (masters/slaves) van het Radius storingssysteem vervangen Verbetering Het doel van rioolverbeteringen is het beperken van de vuilemissie via de riooloverstorten op het oppervlaktewater zodat er aan de basisinspanning kan worden voldaan. In vervolg op de optimalisatie- en balansstudies wordt de capaciteit van het gemaal Leusden-Zuid vergroot, dit is in uitvoering. Het vergroten van de capaciteit van het waterschapsgemaal in Achterveld wordt niet uitgevoerd. Hiervoor worden alternatieve maatregelen onderzocht. De voorgenomen aanleg van een afvoerbeperkende voorziening in het stamriool Middenweg is niet uitgevoerd omdat uit het basisrioleringsplan is gebleken dat deze maatregel weinig milieueffectief is. Pagina 14 van 52

15 Evaluatie GRP Samenvatting evaluatie GRP In figuur A is een samenvatting weergegeven van de evaluatie van de in het GRP voorgenomen onderzoeken en maatregelen. Beheer 100% 80% Aanleg van riolering bij nieuwbouw 60% 40% 20% 0% Renovatie en vervanging voorgenomen gerealiseerd Aanleg riolering bij bestaande bebouwing Verbeteringen Onderzoek figuur A Samenvatting evaluatie op onderzoek en maatregelen In het GRP lag de nadruk op het uitvoeren van reguliere onderzoeken en (beheer)maatregelen. In het nieuwe GRP zal de nadruk, naast het reguliere beheer, komen te liggen bij de (deels) nieuwe zorgplichten voor hemelwater en grondwater. Pagina 15 van 52

16

17 3 Gewenste situatie 3.1 Inleiding In dit hoofdstuk wordt beschreven waarom we riolering aanleggen en wat we hiermee op lange termijn willen bereiken. Voor het aanleggen en in stand houden van riolering is er door verschillende overheden beleid, wet- en regelgeving opgesteld. Vervolgens heeft de gemeente beleidskeuzes geformuleerd en toetsbaar gemaakt door middel van een set van doelen, functionele eisen en maatstaven. 3.2 Waarom rioleringszorg? Wat is nu het doel van riolering? In het verleden werd, en ook nu wordt riolering aangelegd om: de volksgezondheid te beschermen: de aanleg en het beheer van riolering zorgt ervoor dat verontreinigd afvalwater uit de directe leefomgeving wordt verwijderd; de kwaliteit van de leefomgeving op peil te houden: de riolering zorgt voor de ontwatering van de bebouwde omgeving door naast het stedelijk afvalwater van huishoudens en bedrijven ook het overtollige regenwater van daken, wegen e.d. in te zamelen en af te voeren; de bodem, het grond- en oppervlaktewater te beschermen: door de aanleg van riolering of individuele afvalwaterbehandelingsystemen wordt de directe ongezuiverde lozing van afvalwater op bodem- of oppervlaktewater voorkomen. Vanuit deze algemene doelen zijn doelen voor de rioleringszorg afgeleid waarmee is aangegeven hoe aan de rioleringszorg (aanleg en beheer) invulling wordt gegeven, zie paragraaf Relaties met andere plannen en regelgeving Het GRP heeft relaties met andere (beleids)plannen, zowel van de gemeente als van andere overheden. De wet- en regelgeving maakt onderscheid naar de drie verschillende invalshoeken water, milieu, en ruimtelijke ordening en bouwen. De wet- en regelgeving en beleidsplannen kunnen directe invloed hebben op de te nemen maatregelen en op de actuele uitvoeringstermijn van de maatregelen die in dit GRP aan de orde komen. In bijlage 1, is aangegeven welke plannen en wet- en regelgeving van invloed zijn op de (afval)waterketen. Een aantal relaties wordt daar kort toegelicht. Voor uitgebreide informatie wordt verwezen naar de betreffende (beleids)stukken. Op 16 augustus 2007 is in het Staatsblad (276) de wet Verankering en bekostiging van gemeentelijke watertaken gepubliceerd. Deze wet creëert een aantal wettelijke voorzieningen ten aanzien van de gemeentelijke watertaken door wijziging van de Gemeentewet, de Wet op de waterhuishouding en de Wet milieubeheer. De wet is op 1 januari 2008 in werking getreden. Met de wetswijzigingen krijgen de gemeenten de zorgplicht voor: 1. het inzamelen en transporteren van stedelijk afvalwater; 2. het inzamelen en verwerken van het afvloeiende hemelwater; 3. het grondwater. Vooral de zorgplicht voor grondwater is nieuw. Dit betekent vooralsnog dat de gemeente in het openbaar gemeentelijke gebied maatregelen dient te treffen die structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel mogelijk voorkomt of beperkt. Dit zover het doelmatige maatregelen betreft die niet tot de zorg van het waterschap of de provincie behoren. Het in beeld brengen van eventuele structurele problemen met betrekking tot het grondwater vormt een belangrijke doelstelling voor dit GRP. Pagina 17 van 52

18 Gewenste situatie Voor de bekostiging van de drie geformuleerde gemeentelijke watertaken is een aparte heffingsbevoegdheid gecreëerd in de Gemeentewet. Deze houdt een verbreding van het bestaande rioolrecht in. Op zich kan het bestaande heffingensysteem voor het rioolrecht daarbij intact blijven. De enige wettelijke begrenzing is dat het gaat om het verhalen van kosten specifiek voor de drie genoemde watertaken. Dit kunnen ook twee afzonderlijke (bestemmings)heffingen zijn ter bestrijding van de kosten die voor de gemeente verbonden zijn aan: a. de inzameling en het transport van huishoudelijk afvalwater en bedrijfsafvalwater, evenals zuivering van huishoudelijk afvalwater; b. het inzamelen en verwerken van afvloeiend hemelwater alsmede het treffen van maatregelen teneinde structurele nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken. 3.4 Gewenste situatie zorgplicht stedelijk afvalwater De wettelijke verplichting om stedelijk afvalwater in te zamelen bestond voorheen ook al. De zorgplicht voor stedelijk afvalwater is een resultaatsverplichting. Al het vrijkomende stedelijke afvalwater dient binnen het gemeentelijke grondgebied ingezameld te worden. Onder het stedelijk afvalwater wordt het huishoudelijk afvalwater van huishoudens binnen de bebouwde kom en in het buitengebied verstaan. In de nieuwe wetgeving is wel meer vrijheid gelaten aan gemeenten om te bepalen wanneer afvoer naar een RWZI doelmatig is of dat andere vormen van sanitatie doelmatiger zijn. Daarbij kan gedacht worden aan de plaatsing van IBA s in het buitengebied, de zogenaamde verbrede zorgplicht. Indien de gemeente de inzameling niet meer doelmatig acht, kan de gemeente ontheffing aanvragen bij de provincie. Voor de percelen in het buitengebied waarvoor de gemeente ontheffing van de zorgplicht heeft gekregen zijn de betreffende eigenaren verantwoordelijk om de ongesaneerde lozing op te heffen. In Leusden is het stedelijk gebied traditioneel gerioleerd. Dat wil zeggen dat het stedelijk afvalwater via een gemengd of (verbeterd) gescheiden stelsel onder vrijverval naar het eindgemaal van het Waterschap wordt getransporteerd. Vandaar wordt het afvalwater door het Waterschap naar de RWZI in Amersfoort afgevoerd. De verwachting is dat dit systeem de nog tientallen jaren als hoofdsysteem blijft functioneren. Alternatieve vormen van sanitatie in stedelijk gebied worden (nog) niet toegepast, maar zijn in de toekomst wel denkbaar. Er zijn in en buiten Nederland al voorbeelden van alternatieve vormen van sanitatie, waaronder: Aparte inzameling van urine bij ziekenhuizen (i.v.m. de hoge belasting met medicijnen). Aparte inzameling van fecaliën die ter plaatse gecomposteerd wordt, waarbij energie vrijkomt die weer in de woningen wordt gebruikt. Naast het inzamelen is ook het transporteren van stedelijk afvalwater vastgelegd in de Wet milieubeheer. Voor het transport van stedelijk afvalwater naar een RWZI moeten de riolen groot genoeg zijn en moet het water door de riolen onder vrijverval naar het gemaal of ander lozingspunt binnen een bepaalde tijd kunnen afstromen. De voorzieningen mogen ook niet vervuild zijn met zand of andere ongerechtigheden. De gemalen moeten bedrijfszeker zijn en voldoende capaciteit hebben om het afvalwater te kunnen verpompen. Om het stedelijke afvalwater te kunnen inzamelen en transporteren, moeten de buizen, putten, etc. in goede staat zijn. Tijdige reparatie en vervanging is daarbij noodzakelijk. Beleidskeuzes gemeente Leusden voor de zorgplicht stedelijk afvalwater De gemeente geeft invulling aan haar zorgplicht voor de inzameling en transport van stedelijk afvalwater waarbij een onderscheid wordt gemaakt in verschillende soorten situaties. Grofweg kunnen zich de volgende situaties voordoen: Nieuwe aansluitingen in bestaand bebouwd gebied binnen bebouwde kom Nieuwe aansluitingen binnen de bebouwde kom moeten worden aangesloten op de bestaande aanwezige riolering. Bij (verbeterd) gescheiden stelsel moet het huishoudelijk afvalwater en het hemelwater gescheiden aangeleverd worden bij de perceelsgrens. De kosten voor de aansluiting op particulier terrein zijn voor de aanvrager evenals de kosten voor het aansluiten op het gemeentelijk stelsel. Pagina 18 van 52

19 Gewenste situatie Nieuwe aansluitingen buiten bebouwde kom Volgens het Besluit lozing afvalwater huishoudens is het verboden om huishoudelijk afvalwater direct te lozen in de bodem en op het oppervlaktewater indien op een afstand van 40 m of minder een openbaar vuilwaterriool, een andere voorziening voor de inzameling en het transport van afvalwater of een zuiveringstechnisch werk aanwezig is waarop aansluiting kan plaatsvinden. Van de gemeentelijke zorgplicht kan door de provincie aan de gemeente een ontheffing worden verleend met betrekking tot een gedeelte van het grondgebied dat buiten de bebouwde kom is gelegen of een bebouwde kom van waaruit afvalwater met een vervuilingswaarde van minder dan 2000 inwonerequivalenten wordt geloosd. Daarnaast komt het ook voor dat huishoudens vanwege specifieke locatie-omstandigheden niet op het openbaar vuilwaterriool kunnen worden aangesloten. Bij nieuwbouw locaties zijn voorzieningen als een iba2 ook een alternatief. Het betrokken huishouden is in die gevallen zelf verantwoordelijk voor een adequate verwijdering van het huishoudelijke afvalwater. Indien bij een nieuwe aansluiting in het buitengebied de afstand tot een bestaand vuilwaterriool minder dan 40 m is (vuilwaterriool tot kadastrale grens) dan moet het perceel aangesloten worden. De kosten voor aanleg van riolering vanaf het bestaande vuilwaterriool tot aan de perceelsgrens evenals de kosten voor de aansluiting op particulier terrein zijn voor rekening van de aanvrager. De kosten voor de aanleg van een alternatieve voorziening zijn ook voor de aanvrager. Overige beleidskeuzes zorgplicht stedelijk afvalwater In het bestaand stedelijk gebied blijft het bestaande rioolstelsel het belangrijkste sanitatiesysteem. Dit stelsel wordt beheerd en onderhouden volgens de uitgangspunten in dit GRP. De gemeente zal in de planperiode niet zelf actief de mogelijkheden voor alternatieve vormen van sanitatie onderzoeken, maar wel meedenken en meewerken met ideeën van derden. De gemeente heeft als beleid dat zij alleen de verantwoordelijkheid op zich neemt voor drukriolering in het buitengebied. Eventuele aanleg en beheer van IBA s in het buitengebied zijn voor de verantwoordelijkheid van de particulier. Als particulier een pompunit aanlegt dan neemt de gemeente het beheer over. De particulier betaalt dan rioolheffing. Bij keuze van de particulier voor een IBA, dan neemt de gemeente het beheer niet over, de particulier betaalt dan ook geen rioolheffing. 3.5 Gewenste situatie zorgplicht hemelwater De zorgplicht voor hemelwater heeft het karakter van een inspanningsverplichting. Dit houdt in dat de gemeente zorg dient te dragen voor een doelmatige inzameling en verwerking van hemelwater. Dit geldt dan ook alleen voor diegene waarvan redelijkerwijs niet kan worden gevergd het afvloeiende hemelwater in de bodem of in het oppervlaktewater te brengen. De particulier krijgt in de wet nadrukkelijk een eigen verantwoordelijkheid. De terreineigenaar is in eerste instantie zelf verantwoordelijk voor de verwerking van hemelwater van zijn eigen terrein. Het verwerken van hemelwater op particulier terrein ontlast het rioolstelsel, zodat bij grote buien meer water door het openbaar riool verwerkt kan worden en er minder snel water op straat of wateroverlast ontstaat. Naast de zorg voor het afvloeiende hemelwater van particuliere terreinen heeft dit natuurlijk ook betrekking op het hemelwater dat van openbaar terrein afstroomt. Ten aanzien van de verwerking van het ingezamelde hemelwater is de keuze aan de gemeente. Onder het verwerken van het hemelwater kunnen in ieder geval de volgende maatregelen worden begrepen: de berging, het transport, de nuttige toepassing, het, al dan niet na zuivering, terugbrengen op of in de bodem of in het oppervlaktewater. Bij het verwerken van hemelwater worden onder andere door het waterschap eisen gesteld. Het betreft de eisen aan de vuiluitworp uit de riolering naar oppervlaktewater. In de Wet milieubeheer (Wm, artikel 10.29a) is een voorkeursvolgorde opgenomen voor het omgaan met o.a. hemelwater. De voorkeursvolgorde beschrijft een algemene voorkeur voor omgaan met hemelwater en afvalwater aan de bron. Bij hemelwater geldt dat lokale lozing van hemelwater in het milieu (al dan niet via een gemeentelijk hemelwatersysteem) de voorkeur Pagina 19 van 52

20 Gewenste situatie geniet boven lozing op een gemengd stelsel. Lozing op oppervlaktewater is gelijkwaardig aan lozing op de bodem. De voorkeursvolgorde luidt: a. het ontstaan van afvalwater wordt voorkomen of beperkt b. verontreiniging van afvalwater wordt voorkomen of beperkt c. afvalwaterstromen worden gescheiden gehouden, tenzij het niet-gescheiden houden geen nadelige gevolgen heeft voor een doelmatig beheer van afvalwater d. huishoudelijk afvalwater en daarmee vergelijkbaar afvalwater wordt ingezameld en naar een rioolwaterzuiveringinstallatie (RWZI) getransporteerd e. ander afvalwater dan bedoeld in onderdeel d wordt hergebruikt (zo nodig na zuivering bij de bron) f. ander afvalwater dan bedoeld in onderdeel d (in de praktijk dus met name hemelwater) wordt lokaal in het milieu teruggebracht (zo nodig na zuivering bij de bron) g. ander afvalwater dan bedoeld in onderdeel d wordt als stedelijk afvalwater ingezameld en naar een RWZI getransporteerd. De voorkeursvolgorde geeft richting aan de beleidsmatige afwegingen die de gemeente maakt bij het omgaan met hemelwater en ander afvalwater bij de bron. De gemeente kan van de voorkeursvolgorde afwijken. Het scheiden (ontvlechten) van hemelwater is geen doel op zich maar een bewuste keuze, omdat dit vooral voor bestaand stedelijk gebied niet overal binnen de gemeente binnen een redelijke termijn en acceptabele kosten haalbaar is. De wetgeving gaat er vanuit dat hemelwater in de meeste gevallen schoon genoeg is om zonder behandeling in het milieu terug te vloeien. De zorg voor verwerking van hemelwater heeft ook betrekking op wateroverlast tijdens regen. Om dit zoveel mogelijk te voorkomen, moet de riolering als totaal voldoende afvoercapaciteit hebben. Wateroverlast kan ontstaan als bij hevige regen niet al het water direct kan worden afgevoerd. Het met huishoudelijk afvalwater vermengde regenwater komt dan uit de gemengde riolering op straat of het regenwater kan bijvoorbeeld door verstopte kolken niet in de riolen komen. Het is niet mogelijk om riolering en regenwatervoorzieningen aan te leggen die alle mogelijke extreme regenbuien kunnen verwerken. Een landelijk geaccepteerde ontwerpmaatstaf is dat een bui die theoretisch maximaal eenmaal in de twee jaar voorkomt, verwerkt moet kunnen worden (gemiddeld maximaal één keer per twee jaar water op straat ) door het rioolstelsel. Tijdens hydraulische doorrekening van het stelsel zal ook gecontroleerd worden hoe het stelsel reageert op zwaardere buien gezien de klimaatsverandering. Klimaatverandering leidt tot toename van hevige buien en daardoor vaker water op straat. Water op straat is hinderlijk maar pas een echt probleem als water gebouwen in stroomt, doorgaande wegen geblokkeerd raken of water uit het riool stroomt. Het bovengronds bergen en afvoeren van regenwater is soms onvermijdelijk om regenwateroverlast te voorkomen. Water op straat is dus ook een oplossing mits in goede banen geleid. Gemeenten moeten de openbare ruimte zo inrichten dat er meer water gedurende korte tijd en op een veilige manier bovengronds geborgen kan worden. Wateroverlast door hevige buien is een rekbaar begrip. Gemeente Leusden maakt bij water-op-straat onderscheid in drie definities waarbij ernstige en zeer ernstige hinder altijd voorkomen dienen te worden. Hinder: kortdurende beperkte hoeveelheden water-op-straat ; Ernstige hinder: forse hoeveelheden water-op-straat, ondergelopen tunnels, opdrijvende putdeksels; Zeer ernstige hinder: langdurig en op grote schaal water-op-straat, water in winkels, bedrijven en woningen met materiële schade en ernstige belemmering van het (economische) verkeer. De gemeente krijgt vanuit de Wet gemeentelijke watertaken nieuwe bevoegdheden om eventueel aanvullende eisen te stellen. In de eerste plaats individueel via een maatwerkvoorschrift en in de tweede plaats via een verordening (meer collectief op bijvoorbeeld wijkniveau). Gemeenten kunnen van deze bevoegdheden gebruikmaken: Pagina 20 van 52

21 Gewenste situatie Als blijkt dat afstromend hemelwater toch te verontreinigd is om vrij in het milieu te worden geloosd. Om verontreiniging van afstromend hemelwater te voorkomen. Beleidskeuzes gemeente Leusden voor hemelwater De gemeente streeft ernaar om invulling te geven aan haar hemelwater zorgplicht, waarbij een onderscheid wordt gemaakt in verschillende soorten gebieden. Grofweg kunnen zich de volgende situaties voordoen: Bestaande gebieden Wijken met gemengde rioolstelsels. In bestaand bebouwd gebied met een gemengd rioolstelsel zijn de mogelijkheden voor perceeleigenaren om zelf het hemelwater te verwerken vaak niet aanwezig. Bijvoorbeeld omdat er geen oppervlaktewater is of de infiltratiemogelijkheden (ruimte) en -capaciteit beperkt zijn. In deze situaties vindt de gemeente het niet redelijk om van de particulier te vragen zelf het hemelwater te verwerken. Bij nieuwbouw in deze wijken zorgt de particulier op eigen kosten voor twee aansluitleidingen (hemelwater en huishoudelijk afvalwater) tot aan de perceelsgrens, de gemeente zorgt verder voor inzameling en transport van het hemelwater. Wijken met (verbeterd) gescheiden stelsels. In bestaand bebouwd gebied met een (verbeterd) gescheiden rioolstelsel zijn de mogelijkheden voor perceeleigenaren om zelf het hemelwater te verwerken vaak ook niet aanwezig. Bijvoorbeeld omdat er geen oppervlaktewater is of de infiltratiemogelijkheden (ruimte) en - capaciteit beperkt zijn. In deze wijken is er een (verbeterd) gescheiden openbaar stelsel aangelegd, waarbij regenwater wordt geloosd op oppervlaktewater dat speciaal hiervoor aangelegd is. De woningen zijn/worden hier uitgerust met een gescheiden binnenhuis- en terreinriolering die allemaal zijn aangesloten op het openbaar stelsel. Bij nieuwbouw in deze wijken zorgt de particulier op eigen kosten voor twee aansluitleidingen (hemelwater en huishoudelijk afvalwater) tot aan de perceelsgrens, de gemeente zorgt verder voor inzameling en transport van het hemelwater. Bedrijventerreinen met gemengde rioolstelsels (De Fliert). Op de oudere bedrijventerreinen liggen vaak nog gemengde rioolstelsels. Hier kunnen aanzienlijke verharde oppervlakken op lozen, wat leidt tot een forse belasting van het rioolstelsel. Het invoeren van de particuliere zorgplicht heeft in deze gebieden, bij verbouw, een positieve invloed op de capaciteit van het openbaar rioolstelsel. Het beleid van de gemeente is om bij aanpassing van het stelsel op deze bestaande bedrijventerreinen een (verbeterd) gescheiden stelsel aan te leggen. Van de bedrijven wordt dan verwacht dat ze het hemelwater en ander afvalwater gescheiden aanleveren. Bedrijventerreinen met (verbeterd) gescheiden stelsels. Op bedrijventerreinen met een verbeterd gescheiden stelsels is het uitgangspunt het scheiden van vuilwaterstromen en hemelwaterstromen, waarbij de firstflush van het hemelwater van de wegen en parkeerplaatsen via het vuilwaterriool wordt afgevoerd. Het hemelwater van de dakoppervlakken op deze terreinen wordt zoveel mogelijk rechtstreeks geloosd op het speciaal hiervoor aangelegde oppervlaktewater. De bedrijven hebben voor de aangelegde voorzieningen al betaald in de grondprijs van de percelen. Toekomstige woongebieden en bedrijventerreinen Het uitgangspunt bij de gemeentelijke keuzes in nieuwe situaties is het zoveel mogelijk verwerken van hemelwater aan de bron. Deze afweging bepaalt ook of de gemeente een afvoermogelijkheid aan de perceelseigenaren moet bieden (zorgplicht). In nieuwe situaties is aanleg van een gescheiden rioolstelsel het uitgangspunt. Bij de aanleg van een gescheiden stelsel moeten de particulieren het hemelwater en huishoudelijk afvalwater ook gescheiden aanleveren op de perceelsgrens. Pagina 21 van 52

22 Gewenste situatie Overige beleidskeuzes hemelwater Als lozing van hemelwater toch aantoonbaar leidt tot een milieuprobleem, dan kan er een effectgerichte maatregel genomen worden. De nieuwe wetgeving geeft de gemeente de mogelijkheid om aanvullende eisen te stellen aan het omgaan met hemelwater op meer collectief, bijvoorbeeld wijkniveau. De gemeente maakt in de planperiode geen gebruik van deze mogelijkheid om een gebiedsgerichte verordening op te stellen. Water op straat wordt geaccepteerd als een noodzakelijke situatie om wateroverlast te voorkómen. Bij de herberekeningen wordt het gedrag van hemelwater op het maaiveld nadrukkelijk meegenomen in de beschouwing waar mogelijk wateroverlast kan optreden. 3.6 Gewenste situatie zorgplicht grondwater In de nieuwe wetgeving is vastgelegd dat de gemeente zorg draagt voor het in het openbaar gebied treffen van maatregelen teneinde structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken voor zover doelmatig en voor zover niet behorend tot de zorg van waterschap of provincie. De formulering in de wet is zorgvuldig gekozen en impliceert een inspanningsverplichting voor de gemeente. Dit wil zeggen dat de gemeente niet verantwoordelijk is voor handhaving van het grondwaterpeil in bebouwd gebied. De zorgplicht werkt niet met terugwerkende kracht en leidt niet tot aansprakelijkheid voor schadesituaties uit het verleden. Op grond van de nieuwe wetgeving is de perceelseigenaar in eerste instantie verantwoordelijk voor het oplossen van zijn eigen grondwaterprobleem. Pas als dit in redelijkheid niet van hem gevraagd kan worden is er een taak weggelegd voor de gemeente in samenwerking met andere partijen zoals waterschap en provincie. De gemeente zal in dat geval de regierol op zich nemen. De gemeente stelt zich tot doel de burger het mogelijk te maken deze verantwoordelijkheid te nemen. Dit zal voornamelijk bestaan uit het bieden van advies en (personele) ondersteuning door gebruik te maken van het centrale meldpunt (waterloket). De aanpak van grondwateroverlast is een samenspel van de grondeigenaar, gemeente, Waterschap en Provincie, de wet wijst hierbij uitdrukkelijk niet één van de overheden aan die zorgt voor een grondwaterstand. De gemeente treft in ieder geval maatregelen als grondeigenaar voor haar eigen grondgebied waarbij de maatregelen problemen moeten oplossen en doelmatig zijn. In het algemeen hebben bouwkundige maatregelen de voorkeur boven waterhuishoudkundige maatregelen. Wanneer is in Leusden sprake is van grondwateroverlast? Op grond van de wet heeft de gemeente op een aantal punten vrijheid voor het invullen van haar grondwaterbeleid. Speciale aandacht daarbij verdient de verdere invulling van de volgende begrippen: structurele overlast, gerelateerd aan de bestemming en doelmatige aanpak. Er is sprake van structurele overlast, als aan één van de volgende criteria wordt voldaan: Het gaat niet om een klimatologisch incident (overlast als gevolg van een extreem natte periode bijvoorbeeld), maar om een regelmatig terugkerend of blijvend probleem. Het gaat om een grondwaterstand die tenminste 4 weken achter elkaar hoger is dan 70 cm mv ter plaatse van bebouwing/infrastructuur. Er is sprake van een significante belemmering van het normale gebruik van de bestemming zoals die is vastgelegd in het bestemmingsplan. Voor het begrip doelmatige aanpak zijn niet eenvoudig universeel toepasbare regels te benoemen. Het is heel sterk afhankelijk van het probleem en de locatie wat de meest doelmatige aanpak is. Het is wel belangrijk om deze doelmatige aanpak samen met andere waterbeheerders en de betrokken particulieren te definiëren, zodat tegen de laagst maatschappelijke kosten een oplossing gevonden kan worden. Pagina 22 van 52

23 Gewenste situatie Verantwoordelijkheden De volgende partijen hebben een gedeelde verantwoordelijkheid en taken aangaande het stedelijke en ondiepe grondwater: de gemeente, de perceeleigenaar, het waterschap, de provincie en het waterleidingbedrijf. Hieronder worden de taken en verantwoordelijkheden beschreven. De gemeente Leusden: De gemeente is als eigenaar van het openbaar gebied verantwoordelijk voor een goede toestand van het openbaar gebied. Een hoge grondwaterstand is onwenselijk met het oog op de begaanbaarheid en het opvriezen van wegen. In veel gevallen worden grondwaterproblemen in bebouwd gebied voorkomen of verminderd via een goede afwatering in de openbare ruimte. Verlaging van de grondwaterstand in de openbare ruimte via aanleg van drainage heeft in veel gevallen een gunstig effect op de grondwaterstand van private percelen. Biedt particulieren de mogelijkheid zich te ontdoen van grondwater, voor zover deze daartoe geen andere mogelijkheden hebben. Draagt zorg voor de aanleg en het onderhoud van de benodigde leidingen en aansluitpunten in de openbare ruimte voor de ontwatering van het particuliere terrein. Neemt naar aanleiding van klachten over (grond-)wateroverlast het initiatief om de oorzaak van de overlast te onderzoeken. Waterschap Vallei&Eem: Heeft haar verantwoordelijkheid voor het kwantitatieve en kwalitatieve oppervlaktewater. Omdat grond- en oppervlaktewater elkaar beïnvloeden heeft het waterschap tevens een (afgeleide) rol in het beheer van het ondiepe grondwater. Is verantwoordelijk voor de afvoer van drainage- en grondwater via het oppervlaktewater, dat door de gemeente of particulieren wordt aangeboden. Levert kennis en advies (waar het oppervlaktewater en het ondiepe grondwater betreft), zowel ten behoeve van het uitvoeren van de watertoets, als bij het aanpakken van problemen in bestaand stedelijk gebied. Verleent na inwerkingtreding van de Waterwet vergunningen voor kleine onttrekkingen. Provincie Utrecht: Heeft de taak om het strategisch grondwaterbeleid op te stellen. Middels de Waterwet is de provincie ook verantwoordelijk voor het verlenen van vergunningen voor en het registreren van grondwateronttrekkingen en infiltraties. Waar nodig stelt de provincie regels ter bescherming van de grondwaterkwaliteit in het algemeen en specifiek voor drinkwatervoorziening, waartoe beschermingszones ingesteld kunnen worden in de provinciale milieuverordening. Vanuit de Wet op de ruimtelijke ordening heeft de provincie een specifieke rol in het toekennen van functies (structuurvisie), hierbij wordt ook met het grondwater rekening gehouden. In de provinciale ruimtelijke verordening wordt het belang van een goede grondwaterkwaliteit zowel voor grondwaterbeschermingszones (drinkwater) als het infiltratiegebied Utrechtse Heuvelrug aangemerkt als Provinciaal belang. Levert kennis en advies over grondwater in het diepe pakket. Het betreft bijvoorbeeld ook inhoudelijke kennis die bij de provincie aanwezig is over de effecten van bepaalde onttrekkingen. Tevens zorgt de provincie voor de afstemming van activiteiten en ontwikkelingen waarbij provincie, waterschap en gemeente betrokken zijn wanneer deze gemeentegrens overschrijdend zijn. In het proces van de Watertoets adviseert de provincie over grondwateraspecten in ruimtelijke plannen. De perceeleigenaar: De perceeleigenaar is verantwoordelijkheid voor de staat van zijn eigen woning en perceel en komt neer op het voldoen aan de bouwregelgeving uit de Woningwet en de daarop gebaseerde regelgeving. De bouwregelgeving verplicht niet tot het waterdicht maken van ruimten beneden de begane grondvloer, tenzij deze ruimte als een zogenoemd verblijfsgebied worden gebruikt. Pagina 23 van 52

24 Gewenste situatie De perceeleigenaar is ook zelf verantwoordelijk voor het op eigen perceel treffen van maatregelen tegen grondwateroverlast voor zover de problemen niet aantoonbaar worden veroorzaakt door onrechtmatig handelen of nalaten van een buur (overheid of particulier). Beleidskeuzes gemeente Leusden voor grondwater Grondwaterproblemen in toekomstige woongebieden en bedrijventerreinen worden zoveel mogelijk voorkomen door grondwater een plaats te geven in de trits: bestemmen, inrichten en beheren. In nieuwe (uitleg)gebieden wordt een gemiddelde ontwateringsdiepte gehanteerd van 70 cm mv. In bestaande gebieden en bij inbreidingen en binnenstedelijke transformaties wordt geen ontwateringsdiepte gehanteerd. Bij inbreidingen en binnenstedelijke transformaties geldt de bestaande grondwatersituatie als uitgangspunt. Planontwikkeling mag niet leiden tot grondwaterproblemen in de omgeving. De gemeente maakt gebruik van het bestaande centrale meldpunt (waterloket). De (grond)watergerelateerde klachten worden hier apart geregistreerd. De gemeente vervult de regierol bij klachten over grondwater en bekijkt of er meer waterbeheerders betrokken zijn. De gemeente doet, indien nodig, onderzoek en bekijkt of er sprake is van structurele grondwateroverlast voor de aan de grond gegeven bestemming. Zo ja, dan zal de gemeente samen met de particulier en eventueel andere betrokken waterbeheerders een plan van aanpak opstellen, maatregelen definiëren en afspraken maken over financiering en uitvoering. De gemeente is, bij gebleken overlast en indien doelmatig, alleen gehouden aan het treffen van maatregelen op het openbaar terrein. De particulier is verantwoordelijk voor het treffen van maatregelen op zijn eigen terrein. Er is sprake van structurele overlast als aan één van de volgende drie criteria wordt voldaan: het gaat niet om een klimatologisch incident (overlast als gevolg van een extreem natte periode bijvoorbeeld), maar om een regelmatig terugkerend of blijvend probleem, het gaat om een grondwaterstand die tenminste 4 weken achter elkaar hoger is dan 70 cm mv ter plaatse van bebouwing/infrastructuur, er is sprake van een significante belemmering van het normale gebruik van de bestemming zoals die is vastgelegd in het bestemmingsplan. 3.7 Doelen en functionele eisen Met de rioleringszorg worden doelen nagestreefd. Door aan de doelen functionele eisen en maatstaven te koppelen wordt de rioleringszorg toetsbaar gemaakt, zie figuur B. figuur B Toetsingskader rioleringszorg De rioleringszorg in Leusden dient de volgende doelen (zie ook Leidraad Riolering, module "Doelen, functionele eisen, maatstaven en meetmethoden", ref. 1). Deze is aangepast op basis van de nieuwe rol ten aanzien van het hemelwater en grondwater en sluiten goed aan bij het gedachtegoed van de invoering van de verbrede watertaken. Pagina 24 van 52

25 Gewenste situatie 1. Zorgen voor inzameling van stedelijk afvalwater. 2. Zorgen voor transport van stedelijk afvalwater. 3. Zorgen voor inzameling van hemelwater (voor zover niet door de particulier). 4. Zorgen voor verwerking van ingezameld hemelwater. 5. Zorgen dat (voor zover mogelijk) het grondwater de bestemming van een gebied niet structureel belemmert. Hierbij is van belang dat de definitie van stedelijk afvalwater ten opzichte van voorheen beter is omschreven, zodat tegenwoordig duidelijk onderscheid wordt gemaakt in stedelijk afvalwater en hemelwater. Stedelijk afvalwater omvat huishoudelijk water of een mengsel daarvan met bedrijfsafvalwater, afvloeiend hemelwater, grondwater of ander afvalwater. Hemelwater wordt, zolang het niet in aanraking komt met ander afvalwater of verontreinigingen, niet meer beschouwd als stedelijk afvalwater. Grondwater is het water dat vrij onder het oppervlak voorkomt met de daarin aanwezige stoffen. 3.8 Functionele eisen en maatstaven In tabel B en tabel C zijn de functionele eisen en maatstaven weergegeven om invulling te geven aan de zorgplicht voor het inzamelen en transport van stedelijk afvalwater. tabel B Gewenste situatie voor de inzameling van stedelijk afvalwater Doel 1. Zorgen voor inzameling van stedelijk afvalwater Functionele eisen Maatstaven 1a. Alle percelen op het gemeentelijk gebied waar afvalwater vrijkomt Alle percelen binnen of buiten bebouwde kom moeten aangesloten moeten van een rioleringsaansluiting zijn voorzien, uitgezonderd bij zijn op riolering of op een lokale behandeling van het afvalwater specifieke situaties waar lokale behandeling een zelfde graad van milieubescherming biedt. (IBA) als dit eenzelfde graad van milieubescherming biedt tenzij dit niet doelmatig is met het oog op kosten en milieu. 1b. Er dienen geen ongewenste lozingen op de riolering plaats te vinden. Geen overtredingen van de Lozingsvoorwaarden bij of krachtens de Wet milieubeheer en geen foutieve aansluitingen. 1c. Het scheiden van (afval) waterstromen in huishoudens, bedrijven en industrie dient te worden bevorderd. 1d. Riolen en andere objecten dienen in hoge mate waterdicht te zijn, zodanig dat de hoeveelheid uittredend rioolwater en intredend grondwater beperkt blijft. Toepassen gescheiden systemen in huishoudens, bedrijven en industrie. Ingrijpmaatstaven voor waterdichtheid en stabiliteit (conform NEN 3398) mogen niet voorkomen. tabel C Gewenste situatie voor het transport van stedelijk afvalwater Doel 2. Zorgen voor transport van stedelijk afvalwater Functionele eisen Maatstaven 2a. De afvoercapaciteit moet voldoende zijn om bij droog weer het aanbod van stedelijk afvalwater binnen zekeren grenzen te verwerken. Uitgaande van 12 l/(inwoner/uur) en de afvalwaterhoeveelheden van bedrijven mag de maximale vullingsgraad in een dwa-stelsel niet meer dan 50% bedragen. 2b. De afstroming dient gewaarborgd te zijn. Ingrijpmaatstaven voor afstroming (conform NEN 3398) mogen niet voorkomen. Alle inslagpeilen van de gemalen moeten onder de binnenonderkant van de laagst binnenkomende riool te liggen. 2c. Het afvalwater dient zonder overmatige aanrotting de rwzi te bereiken. 2d. De afvoercapaciteit van de riolering voor stedelijk afvalwater moet toereikend zijn om het aanbod bij hevige neerslag te kunnen verwerken, uitgezonderd bij bepaalde buitengewone omstandigheden. Verblijftijd van het afvalwater in het stelsel niet langer dan 15 uur. Gemiddeld maximaal éénmaal per twee jaar water op straat (theoretisch). 2e. De objecten moeten in goede staat zijn. Ingrijpmaatstaven voor waterdichtheid en stabiliteit mogen niet voorkomen. 2f. De vuiluitworp uit gemengde rioolstelsels dient beperkt te zijn. De vuiluitworp uit gemengde rioolstelsels moet kleiner of gelijk zijn aan de vuiluitworp van het referentiestelsel volgens de eenduidige basisinspanning van de CIW. 2g. Geen afvoer van drainagewater via gemengde en/of dwa riolen. Drains zijn niet op gemengde en/of dwa-riolen aangesloten. In tabel D en tabel E zijn de functionele eisen en maatstaven weergegeven om invulling te geven aan de zorgplicht voor het inzamelen en verwerken van hemelwater. Pagina 25 van 52

26 Gewenste situatie tabel D Gewenste situatie voor het inzamelen van hemelwater Doel 3. Zorgen voor inzameling van hemelwater (voor zover niet door de particulier) Functionele eisen Maatstaven 3a. Alle percelen binnen binnen bebouwde kom waar hemelwater vrijkomt waarvan men zich wenst te ontdoen, moeten van een rioleringsaansluiting zijn voorzien. Alle percelen zijn voorzien van een aansluiting op de riolering, tenzij men zich niet van het hemelwater wil ontdoen doch het voor lokale waterhuishouding of andere doeleinden wil gebruiken of wanneer directe lozing geoorloofd is. 3b. Voor zover rendabel, afkoppelen van schoon hemelwater zonder Afkoppelen indien technisch uitvoerbaar, toelaatbaar voor het wateroverlast en ongewenste milieuverontreiniging te veroorzaken. milieu en kosteneffectief. 3c. Adequate inzameling van hemelwater, voor zover de particulier niet redelijkerwijs in de verwerking kan voorzien. Indien bij nieuwbouw het perceel grenst aan het oppervlaktewater dan voorziet de particulier, in overleg met de waterbeheerder, in de afvoer van het hemelwater van daken rechtstreeks op het oppervlaktewater. 3d. De instroming in riolen via de kolken dient ongehinderd plaats te Plasvorming bij kolken dient beperkt te zijn. 3e. vinden. Beperkte hoeveelheid intredend grondwater. Ingrijpmaatstaven voor waterdichtheid (conform NEN 3398) mogen niet voorkomen. tabel E Gewenste situatie voor de verwerking van hemelwater Doel 4. Zorgen voor verwerking van ingezameld hemelwater Functionele eisen Maatstaven 4a. De afvoercapaciteit van de riolering moet toereikend zijn om het aanbod bij hevige neerslag te kunnen verwerken, uitgezonderd bij bepaalde buitengewone omstandigheden. Gemiddeld maximaal éénmaal per twee jaar water op straat (theoretisch). 4b. De vuiluitworp door regenwaterlozingen op oppervlaktewater dient beperkt te zijn. De vuiluitworp mag de doelstelling voor de oppervlaktewaterkwaliteit niet in gevaar brengen. In tabel F zijn de functionele eisen en maatstaven weergegeven om invulling te geven aan de grondwaterzorgplicht. tabel F Gewenste situatie grondwater Doel 5. Zorgen dat (voor zover mogelijk) het grondwater de bestemming van een gebied niet structureel belemmert Functionele eisen Maatstaven 5a. Nieuwbouw: Adequaat ontwerp van de ontwatering voor de openbare ruimte (beheerfase) - Ontwateringsdiepte > 0,7 m-mv (wegen, parkeerplaatsen en plantsoenen) - Ontwateringsdiepte > 0,5 m-mv (openbaar groen) 5b. Bestaand gebied geen eis voor ontwateringsdiepte In bijlage 2 zijn alle doelen, functionele eisen, maatstaven en bijbehorende meetmethoden weergegeven. 3.9 Meetmethoden Om de huidige situatie te toetsen aan de maatstaven, kunnen in sommige gevallen meerdere meetmethoden worden gehanteerd. Het is van belang om de bij de toetsing gebruikte meetmethode vast te leggen om een eenduidige en reproduceerbare toetsing te krijgen. In de module Doelen, functionele eisen, maatstaven en meetmethoden van de Leidraad Riolering wordt voor een aantal maatstaven een mogelijke meetmethode aangegeven. Zie bijlage 2 voor de in Leusden gehanteerde meetmethoden Voorwaarden voor effectief rioleringsbeheer De rioleringsbeheerder moet een aantal voorwaarden scheppen om een doelmatige inzameling en transport te kunnen realiseren. Wanneer niet aan die voorwaarden wordt voldaan is een effectieve besturing niet mogelijk en kan de doelmatigheid van de inzameling en het transport niet worden gewaarborgd. Hier ligt ook de relatie met de eis uit de Wet Milieubeheer (art. 4.22) dat bekend moet zijn wat er aan rioleringsvoorzieningen aanwezig is en in welke staat zij verkeren. Pagina 26 van 52

27 Gewenste situatie tabel G Voorwaarden voor effectief beheer Voorwaarden 1 Het rioleringsbeheer dient zo goed mogelijk te worden afgestemd op andere gemeentelijke taken 2 De gebruikers van de riolering dienen bekend te zijn en ongewenste lozingen dienen te worden voorkomen. Maatstaven 1a. De relatie met de overige gemeentelijke taken moet in het GRP inzichtelijk worden gemaakt. 2a. Naleving en actueel houden vergunningen (Wvo- en aansluitvergunningen). 2b. Geen illegale of foutieve aansluitingen. 3 Inzicht in kosten op langere termijn. 3a. Alle kosten van de rioleringszorg minimaal één keer in beeld. 4 Er dient inzicht te bestaan in de toestand en het functioneren van de riolering (onderscheiden in gemengde en gescheiden riolering). 4a. Direct toegankelijkheid en beschikbaarheid riolerings gegevens. 5 Er wordt indien mogelijk en zinvol gebruik gemaakt van duurzame en milieuvriendelijke materialen. 4b. Jaarlijkse inspecties 4c. Verwerking revisiegegevens binnen 10 weken. 4d. Periodieke hydraulische controle, eenmaal per 10 jaar. Indien dit zinvol is bijvoorbeeld bij wijzigingen van verhard oppervlak of grootschalige nieuwbouw. 4e. Verwerken van meetgegevens riolering. 5a. Toepassing van o.a. nationaal pakket Duurzaam Bouwen wordt aanbevolen en plan van aanpak diffuse bronnen. 6 Er dient een klantvriendelijke benadering te worden nagestreefd. 6a. Meldingen dienen snel, binnen 3 dagen, en effectief afgehandeld te worden. 7 De samenwerking tussen de gemeente en het waterschap dient effectief ingericht te worden 8 De bedrijfszekerheid van gemalen en andere objecten moet gewaarborgd zijn. 9 De riolering dient zodanig te worden ont- en belucht te zijn dat overlast door stank wordt voorkomen. 10 Overlast tijdens werkzaamheden aan de riolering dient beperkt te zijn. 6b. Voldoende voorlichting en informatie naar belanghebbenden. 7a. Periodiek overleg tussen gemeente en waterschap. 8a. Storingen (maximaal 3 keer per jaar) moeten binnen 24 uur verholpen zijn. Grote gemalen bij renovatie/vervanging voorzien van een automatische storingsmelding. 8b. Mogelijke incidenten en de gevolgen daarvan dienen in kaart gebracht te zijn. Te nemen acties moeten bekend zijn. (incidentplan) 9a. Geen klachten over overlast door stank vanuit de riolering. 10a. Goede afstemming van rioolwerken op werkzaamheden andere diensten en nutsbedrijven, bereikbaarheid percelen zoveel mogelijk handhaven. 10b. Geen verkeersomleiding door woongebieden en bereikbaarheid zoveel mogelijk handhaven Relaties met andere gemeentelijke taken Dit gemeentelijk rioleringsplan heeft ook relaties met plannen die andere afdelingen binnen de gemeente opstellen. Hierbij kan de relatie genoemd worden met het milieubeleidsplan en de ruimtelijke ordening dat onder de afdeling ruimtelijke ontwikkeling valt Overleg met andere overheden Met het waterschap Vallei&Eem heeft regelmatig overleg plaatsgevonden over het GRP. Met betrekking tot deze versie van het GRP heeft het waterschap geen opmerkingen. Het concept GRP is opgestuurd naar de provincie. De door de provincie gemaakte opmerkingen zijn, voor zover relevant, verwerkt in deze versie van het GRP. Pagina 27 van 52

28

29 4 Toetsing huidige situatie 4.1 Inleiding Welke voorzieningen hebben we en hoe voldoen we aan de eisen? In dit hoofdstuk vindt de toetsing van de huidige situatie aan de gewenste situatie plaats. Deze toetsing is het uitgangspunt voor het bepalen van de benodigde maatregelen om aan de gewenste situatie te kunnen voldoen (hoofdstuk 5). Naarmate de gewenste en de huidige situatie meer van elkaar afwijken, zullen meer ingrijpende en omvangrijke maatregelen noodzakelijk zijn. Het vaststellen van de huidige situatie heeft plaatsgevonden op basis van: evaluatie van het gemeentelijk rioleringsplan Leusden 2004 t/m 2008 [ref. 6]; gemeentelijke gegevens en gegevensbestanden van de riolering. In dit hoofdstuk wordt onderscheid gemaakt in de drie zorgplichten voor: stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater. In 4.2 wordt in eerste instantie een totaal overzicht gegeven van de aanwezige voorzieningen. 4.2 Totaal overzicht voorzieningen In tabel H is een overzicht weergegeven van alle aanwezige rioleringsvoorzieningen in de gemeente Leusden, exclusief het bestemmingsplan Tabaksteeg. In bijlage 7 is een tekening opgenomen waarop de verschillende stelseltypes in Leusden zijn weergegeven. tabel H Overzicht voorzieningen gemeente Leusden OMSCHRIJVING OBJECT eenheid GRP STAND PER 2004 GRP STAND PER 2009 Vrijvervalriolering totaal km 167,2 164,1 * gemengde riolering km 26,9 26,8 * regenwaterafvoerriool* km 71,4 68,4 * droogweerafvoerriool km 68,1 68,1 * IT-riool km 0,8 0,8 Drukriolering * pompunits st * drukriolering km 50 63,9 * dwa-riool km - - Rioolgemalen st Drainage km 5,1 5,1 IBA's st - - Persleidingen km 10 10,1 Bergbezinkvoorzieningen st - - * Lengte regenwaterriool is afgenomen omdat het beheer van de in het GRP opgenomen duikers (onderdeel van de regenwaterafvoerriolering) is overgedragen aan het waterschap. In de paragrafen 4.4, 4.5 en 4.6 wordt meer ingegaan op de aanwezige voorzieningen, hierbij wordt dan onderscheid gemaakt in de verschillende afvalwaterstromen. Per type stelsel wordt de toestand en het functioneren beschreven. 4.3 Nog niet aangesloten bestaande bebouwing In het buitengebied van de gemeente zijn, op 11 panden na, geen ongezuiverde lozingen meer aanwezig. De riolering ten behoeve van deze panden is wel aangelegd, maar de aansluiting is nog niet gerealiseerd. Deze panden zullen voor 1/1/2012 nog worden aangesloten op de drukri- Pagina 29 van 52

30 Toetsing huidige situatie olering. De gemeente voldoet hiermee aan haar zorgplicht. De gemeente heeft geen ontheffing van de zorgplicht aangevraagd bij de provincie. 4.4 Stedelijk afvalwater Afvoer en behandeling van stedelijk afvalwater De inzameling van stedelijk afvalwater binnen de bebouwde kom van Leusden vindt plaats door vrijvervalriolen, zie bijlage 7 voor de verschillende bemalingsgebieden in Leusden. Buiten de bebouwde kom wordt het afvalwater hoofdzakelijk ingezameld door middel van drukriolering. Het ingezamelde stedelijk afvalwater van Leusden wordt via gemalen en een persleiding verpompt naar de afvalwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) van Amersfoort die in beheer is bij het waterschap Vallei&Eem Overzicht aanwezige voorzieningen De gegevens van de riolering zijn opgenomen in het rioleringsbeheerpakket GBI bij de gemeente. Het rioolstelsel voor de inzameling en transport van het stedelijk afvalwater heeft de volgende kenmerken: In totaal is er circa 94,9 km vrijvervalriolering voor stedelijk afvalwater aangelegd waarvan: o gemengde riolen 26,8 km o afvalwater riolen 68,1 km Bij de gemeente zijn 17 rioolgemalen in beheer. De lengte van bijbehorende persleidingen bedraagt circa 10,4 km, zie ook tabel 4.1 (GEM; DWA) en 4.2 GEM in bijlage 3. Er is drukriolering in het buitengebied aanwezig met 318 pompunits en circa 63,9 km drukleiding, zie ook tabel 4.3 DWA in bijlage 3. In figuur C is de hoeveelheid aangelegde riolering en leeftijdsopbouw per type (gemengd, vuilwater) riool weergegeven Lengte riolering (km) Vuilwaterstelsel Gemengd stelsel Aanlegperiode figuur C Lengte riolering per type en aanlegperiode Toestand van de objecten Vrijvervalriolering Inzicht in de toestand van de riolering is één van de noodzakelijke voorwaarden voor een effectief rioleringsbeheer. Het doel van rioolinspectie is het inzicht verkrijgen en houden in de kwaliteit van de riolen. Sinds 1994 is circa 42 km (=62%) van de totale lengte vuilwaterriolen en circa 16,3 km (=61%) van de totale lengte gemengde riolering geïnspecteerd. Deze riolen zijn door middel van videocamera geïnspecteerd. De waarnemingen zijn geclassificeerd volgens de Nederlandse Norm NEN 3399:2004 (ref. 3). Dit houdt in dat gekeken wordt naar zevenentwintig verschillende toestandsaspecten (bijvoorbeeld lekkage, zand- en vuilophoping, aantasting van het beton van de buis) die in hoofdgroe- Pagina 30 van 52

31 Toetsing huidige situatie pen waterdichtheid, stabiliteit en afstroming zijn ondergebracht. De waarnemingen worden in vijf klassen verdeeld, waarbij een klasse 1 betekent dat er niets aan de hand is en een klasse 5 dat het toestandsaspect in ernstige mate is waargenomen (bijvoorbeeld grondwater dat door een lekke voeg naar binnen spuit, een buis die voor een groot deel is gevuld met zand, aantasting van de buis zodat het grind uit het beton valt). Een samenvatting van de inspectieresultaten van de geïnspecteerde riolen is in de volgende tabellen weergegeven. Het betreft de inspectieresultaten uit de periode In tabel I is een algemeen beeld weergegeven van de kwaliteit van de gemengde riolering per schadebeeld en in tabel J is dit weergegeven voor de vuilwaterriolering. In het rioolbeheersysteem wordt per rioolstreng en per toestandsaspect slechts de zwaarste schadeklasse geregistreerd. Het geeft geen beeld van het aantal keren dat deze schadeklasse per rioolstreng voorkomt en evenmin van de eventueel aanwezige lichtere schadebeelden. Het complete schadebeeld kan in de betreffende inspectierapporten gevonden worden. tabel I Percentage rioolstrengen per toestandsaspect en klasse (gemengd stelsel) Toestandsaspect stabiliteit code k1 k2 k3 k4 k5 Deformatie BAA 0% 1% 0% 0% 0% Scheur BAB 0% 1% 0% 3% 3% Breuk BAC 0% 0% 0% 0% 0% Oppervlakteschade BAF 0% 30% 8% 2% 2% Toestandsaspect afstroming k1 k2 k3 k4 k5 Instekende inlaat BAG 1% 0% 2% 0% 0% Waterpeil BDD 0% 26% 12% 2% 0% Wortels BBA 0% 1% 1% 0% 1% Aangehechte afzetting BBB 0% 2% 0% 0% 0% Bezonken afzetting BBC 0% 2% 2% 0% 0% Andere obstakels BBE 0% 0% 0% 0% 0% Toestandsaspect waterdichtheid k1 k2 k3 k4 k5 Binnendringende grond BBD 0% 1% 0% 0% 0% Infiltratie BBF 0% 28% 18% 5% 1% Defectieve aansluiting BAH 0% 0% 0% 0% 1% Indringend voegmateriaal BAI 0% 1% 2% 0% 0% verplaatste verbinding BAJ 0% 8% 3% 0% 11% tabel J Percentage rioolstrengen per toestandsaspect en klasse (vuilwaterstelsel) Toestandsaspect stabiliteit code k1 k2 k3 k4 k5 Deformatie BAA 0% 1% 0% 0% 0% Scheur BAB 0% 1% 0% 4% 1% Breuk BAC 0% 0% 0% 0% 0% Oppervlakteschade BAF 0% 16% 3% 0% 1% Toestandsaspect afstroming code k1 k2 k3 k4 k5 Instekende inlaat BAG 0% 0% 0% 0% 0% Waterpeil BDD 0% 26% 10% 3% 0% Wortels BBA 0% 1% 1% 0% 0% Aangehechte afzetting BBB 0% 3% 0% 0% 0% Bezonken afzetting BBC 0% 1% 0% 0% 0% Andere obstakels BBE 0% 1% 0% 0% 0% Toestandsaspect waterdichtheid code k1 k2 k3 k4 k5 Binnendringende grond BBD 0% 1% 0% 0% 0% Infiltratie BBF 0% 13% 3% 0% 0% Defectieve aansluiting BAH 0% 0% 0% 1% 0% Indringend voegmateriaal BAI 0% 1% 0% 0% 0% verplaatste verbinding BAJ 0% 1% 1% 0% 16% Pagina 31 van 52

32 Toetsing huidige situatie Analyse van de inspectiegegevens toont aan dat er in de gemengde riolering als ook in de vuilwaterriolering de meeste ingrijpmaatstaven betrekking hebben op scheuren. Verplaatste verbindingen komen ook veel voor. Deze verplaatsingen kunnen axiaal, radiaal of een hoekverdraaiing zijn. In Leusden hebben verplaatsingen vooral betrekking op hoekverdraaiingen (circa 90%) klasse 5 en zijn meestal niet ernstig. Overige objecten De toestand (functioneren en onderhoudsstatus) van de gemalen en drukriolering worden geregistreerd via het gemalenbeheersysteem. Er is nog geen strategie voor de inspectie en onderhoud van persleidingen omdat hierover landelijk nog niet genoeg kennis aanwezig is hoe dit ingevuld moet worden. Ontluchters en afsluiters worden wel jaarlijks geïnspecteerd en onderhouden als dit nodig is Functioneren van de voorzieningen Milieutechnisch functioneren vrijvervalriolering In 2005 is het hydraulisch en milieutechnisch functioneren van de vrijvervalriolering in Leusden Centrum onderwerp van onderzoek geweest. In dit onderzoek, het emissiespoor, is gekeken of er maatregelen aan de riolering nodig zijn om de hoeveelheid vuil uit de overstorten terug te dringen. Uit dit onderzoek is gebleken dat de gemeente Leusden gemeentebreed voldoet aan de basisinspanning. De basisinspanning houdt in dat de vuilemissie uit de overstorten van het gemengde rioolstelsel niet groter is dan de vuilemissie uit een referentiestelsel volgens de basisinspanning. Het vermoeden bestaat dat er bij de gescheiden rioolstelsels foute aansluitingen voorkomen, hierdoor wordt er ongezuiverd afvalwater geloosd op het oppervlaktewater. Dit is een ongewenste situatie. In de planperiode wordt hier een pilot project naar uitgevoerd, zie hoofdstuk 5. Hydraulisch functioneren vrijvervalriolering Het rioolstelsel in de gemeente Leusden functioneert goed. Bij droog weer is de afvoercapaciteit van het stelsel voldoende om het aanbod van stedelijk afvalwater te kunnen verwerken. Ook tijdens hevige neerslag kan het gemengde rioolstelsel het hemelwater goed verwerken. Er zijn geen locaties bekend die te maken hebben met structurele water-op-straat situaties. Functioneren overige objecten Nabij lozingspunten van de drukriolering in de vrijvervalriolering komen stankklachten voor door de vorming van H 2 S. Om dit probleem op te kunnen lossen wordt in de planperiode een onderzoek uitgevoerd, zie ook hoofdstuk 5. Pagina 32 van 52

33 Toetsing huidige situatie 4.5 Hemelwater Verwerking van hemelwater De inzameling van hemelwater, bij verbeterd gescheiden stelsels, binnen de bebouwde kom vindt plaats middels vrijvervalriolering. Het hemelwater wordt via rioolgemalen en persleidingen deels afgevoerd naar de RWZI. De overige hemelwaterriolering (gescheiden stelsels) loost het hemelwater direct op het oppervlaktewater. Behalve regenwaterriolering, zijn in de gemeente geen lamellenfilters, wadi s of ander voorzieningen aangelegd voor de verwerking van hemelwater Overzicht van aanwezige voorzieningen De gegevens van de hemelwaterriolering zijn opgenomen in het rioleringsbeheerpakket GBI bij de gemeente. Het rioolstelsel voor de inzameling en transport van hemelwater heeft de volgende kenmerken: Er zijn twee hemelwatergemalen in beheer bij de gemeente, Ruigevelddreef/Veldschoren en Randweg/Schotskamp. De bijbehorende lengte persleidingen bedraagt 80 m. In totaal is er circa 68,4 km vrijvervalriolering voor hemelwater aangelegd. In de periode is er circa 0,8 km infiltratieriolering aangelegd. In figuur D is de hoeveelheid aangelegde hemelwaterriolering per aanlegperiode weergegeven Lengte riolering (km) Infiltratie Regenwater 5 0 figuur D Aanlegperiode Overzicht aanlegperioden hemelwaterriolering Toestand van de objecten Een samenvatting van de inspectieresultaten van de geïnspecteerde hemelwaterriolen is in de volgende tabel weergegeven. Het betreft de inspectieresultaten uit de periode In de tabel is een algemeen beeld weergegeven van de kwaliteit van de hemelwaterriolering per schadebeeld. In het rioolbeheersysteem wordt per rioolstreng en per toestandsaspect slechts de zwaarste schadeklasse geregistreerd. Het geeft geen beeld van het aantal keren dat deze schadeklasse per rioolstreng voorkomt en evenmin van de eventueel aanwezige lichtere schadebeelden. Het complete schadebeeld kan in de betreffende inspectierapporten gevonden worden. Pagina 33 van 52

34 Toetsing huidige situatie tabel K Percentage rioolstrengen per toestandsaspect en klasse (hemelwaterstelsel) Toestandsaspect stabiliteit code K1 K2 K3 K4 K5 Deformatie BAA 0% 0% 0% 0% 0% Scheur BAB 0% 0% 0% 0% 0% Breuk BAC 0% 0% 0% 0% 0% Oppervlakteschade BAF 0% 6% 0% 0% 1% Toestandsaspect afstroming code K1 K2 K3 K4 K5 Instekende inlaat BAG 0% 0% 1% 0% 0% Waterpeil BDD 0% 11% 3% 0% 0% Wortels BBA 0% 1% 1% 0% 0% Aangehechte afzetting BBB 0% 1% 0% 0% 0% Bezonken afzetting BBC 0% 2% 0% 0% 0% Andere obstakels BBE 0% 1% 0% 0% 0% Toestandsaspect waterdichtheid code K1 K2 K3 K4 K5 Binnendringende grond BBD 0% 1% 0% 0% 0% Infiltratie BBF 0% 8% 1% 1% 0% Defectieve aansluiting BAH 0% 0% 0% 0% 1% Indringend voegmateriaal BAI 0% 0% 0% 0% 0% verplaatste verbinding BAJ 0% 0% 0% 0% 12% Defectieve verbinding BAK 0% 0% 0% 0% 0% Functioneren van de voorzieningen Het hemelwaterstelsel in de gemeente Leusden functioneert goed. Tijdens hevige neerslag kan het hemelwaterstelsel het hemelwater goed verwerken. Er zijn geen locaties bekend die te maken hebben met structurele water-op-straat situaties. 4.6 Grondwater Overzicht aanwezige voorzieningen De gemeente beschikt niet over een meetnet van peilbuizen om de grondwaterstand te kunnen meten. Binnen de gemeente is op diverse locaties, vooral in de nieuwbouwwijken, drainage aangelegd om problemen met grondwater te kunnen voorkomen. In het rioleringsbeheersysteem is enkel de hoofdafvoerstructuur opgenomen, in totaal betreft dit circa 5 km drainageleidingen. De ligging en functioneren van het overige aangelegde drainagesysteem is niet bekend Inzicht in grondwaterstanden In de wet en regelgeving is de rioleringszorgplicht aangepast en uitgebreid met een zorgplicht voor het grondwater. Deze zorgplicht eist van gemeente een goede analyse van de grondwatersituatie in de gemeente en een beschrijving van mogelijke oorzaken van grondwateroverlast met daarbij mogelijke maatregelen om deze overlast te kunnen voorkomen. De aanpak van eventuele grondwateroverlast is een samenspel van de grondeigenaar, gemeente, waterschap en Provincie, de wet wijst uitdrukkelijk niet één van de overheden aan die zorgt voor een grondwaterstand en de eigen verantwoordelijkheid van de grondeigenaar is het uitgangspunt. Ondanks het ontbreken van een meetnet van peilbuizen heeft de gemeente een globaal inzicht in de optredende grondwaterstanden. De gebieden die gevoelig zijn voor (grond)wateroverlast zijn bekend bij de gemeente maar er is geen goed beeld waar de structurele grondwaterklachten voorkomen. Pagina 34 van 52

35 Toetsing huidige situatie Klachten Klachten en meldingen met betrekking tot (grond)wateroverlast worden binnen de gemeente apart geregistreerd via een meldlijn en opgeslagen. De gemeente streeft een actieve rol na met betrekking tot het grondwater en het oplossen van eventuele problemen. 4.7 Verordeningen en vergunningen Controle op de lozingen op de riolering vanuit woningen vindt niet plaats. De lozingen van afvalwater uit bedrijven worden gecontroleerd afhankelijk van de aard van het bedrijf en de geloosde stoffen. Vele bedrijven vallen onder de Wet milieubeheer waardoor zij aan specifieke milieuregels moeten voldoen. Deze regels zijn vastgelegd in een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) of in een milieuvergunning. Ieder bedrijf dat opgericht wordt of waarvan de bestaande (en vergunde) situatie wijzigt krijgt veelal te maken met deze regels. Bedrijven die niet vallen onder een AMvB hebben een milieuvergunning nodig. De controle van de vergunningen en naleving van de regelgeving betreffende de Wet milieubeheer wordt in nauwe samenwerking met het servicebureau gemeenten door de cluster handhaving en vergunning van de afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling uitgevoerd. De controles (en vergunningverlening en handhaving) vinden periodiek plaats, afhankelijk van type lozing en type bedrijf (milieucategorie). Daarnaast vindt ook controle plaats naar aanleiding van klachten. Wetswijzigingen In het kader van de herstructurering van de regelgeving zullen lozingen vanuit niet-inrichtingen worden geregeld met twee besluiten: het Besluit lozing afvalwater huishoudens voor lozingen vanuit huishoudens en het Besluit lozing afvalwater buiten inrichtingen voor overige lozingen die niet vanuit een inrichting plaatsvinden. Het Besluit lozing afvalwater huishoudens is op 1 januari 2008 in werking getreden. Het Besluit lozing afvalwater buiten inrichtingen zal naar verwachting begin 2010 in werking treden. Dit besluit regelt alle lozingen die niet vanuit een inrichting in de zin van de Wm of een particulier huishouden plaatsvinden. In navolging van het Activiteitenbesluit en het Besluit lozingen afvalwater huishoudens wordt dit een integraal besluit waarin alle lozingsroutes worden geregeld, gebaseerd op de Wm en de Waterwet. Tot het van kracht worden van dit besluit worden lozingen die niet vanuit inrichtingen en niet vanuit particuliere huishoudens plaatsvinden nog geregeld op grond van de 'oude' compartimentale regelgeving, de Wvo-vergunning of lozingenbesluit bodembescherming. Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) Waarschijnlijk zal de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) in 2010 in werking treden. Met deze wet worden alle (milieu)vergunningen volledig geïntegreerd in een omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning is daarmee een integrale vergunning waarin nagenoeg alle aspecten worden betrokken die betrekking hebben op de omgeving. Pagina 35 van 52

36

37 5 De opgave 5.1 Inleiding De strategie (de opgave) geeft de hoofdlijnen weer van een aanpak die leidt tot het bereiken van de gestelde doelen. Het is een samenstel van onderzoek en maatregelen geplaatst in de tijd. In de volgende paragrafen komt achtereenvolgens aan de orde: aanleg van voorzieningen bij bestaande bebouwing en bij nieuwbouw; het beheer van de bestaande voorzieningen (onderzoek en maatregelen). Het is de opgave voor de komende planperiode om de gestelde doelen te kunnen halen. Bij de samenvatting van de onderzoeken en maatregelen wordt aangegeven op welke zorgplicht deze betrekking heeft. Bedragen die worden genoemd zijn gebaseerd op het prijspeil 2009 en exclusief BTW. De investeringen zijn inclusief toeslag percentages voor de aannemer en voorbereiding en toezicht. 5.2 Aanleg van voorzieningen Aanleg bij bestaande bebouwing Zoals in hoofdstuk 4 is aangegeven zijn, op 11 panden na, alle woningen binnen en buiten de bebouwde kom, waar afvalwater vrijkomt, aangesloten op (druk) riolering. In de planperiode van dit GRP worden deze 11 panden aangesloten op drukriolering. De gemeente heeft daarmee voldaan aan haar wettelijke zorgplicht Aanleg bij nieuwbouw In de komende periode tot en met 2013 is uitbreiding voorzien van het woningareaal (exclusief plan Tabaksteeg) met 781 woningen. De woningen worden aangesloten op het aanwezige gemeentelijke rioolstelsel. De kosten voor het aansluiten van nieuwe percelen wordt betaald door de aanvrager. In de nieuwbouw locatie de Tabaksteeg worden nog circa 800 woningen gerealiseerd. De woningen worden aangesloten op een gescheiden rioolstelsel. 5.3 Beheer van bestaande voorzieningen Inleiding In de dagelijkse rioleringszorg is een aantal basisactiviteiten te onderkennen: onderzoek; beoordelen; opstellen van maatregelen; uitvoeren van maatregelen. Onder maatregelen wordt verstaan: onderhoud, reparatie, renovatie, vervanging en verbetering. Het treffen van maatregelen is erop gericht het goed functioneren van de rioleringsvoorzieningen te waarborgen of te verbeteren en bestaande constructies in goede staat te houden. Een samenvatting van de onderzoeken in de planperiode met de (jaarlijkse) kosten is gegeven in tabel L. Een samenvatting van de (beheer)maatregelen in de planperiode met de (jaarlijkse) kosten is gegeven in tabel M. In de volgende paragrafen wordt ingegaan op het beheer van de bestaande voorzieningen. Pagina 37 van 52

38 De opgave Onderzoek Inventarisatie Gegevens zijn voor het rioleringsbeheer van groot belang, evenals de directe toegankelijkheid ervan. Om op adequate wijze de aan de riolering te verrichten maatregelen qua aard en omvang te kunnen bepalen, is een overzicht nodig van de in beheer zijnde voorzieningen. Dit overzicht is grotendeels in digitale rioleringsbestanden aanwezig. De reguliere terugkerende werkzaamheden hierbij zijn: Periodiek bijwerken van de revisiegegevens (vervangingen van de riolering). Toevoegen van nieuw aangelegde riolering (nieuwbouw). Invoeren van inspectie- en reinigingsgegevens in het beheerprogramma. Inventariseren van verhard oppervlak ten behoeve van herberekeningen. Bijhouden van meldingen en storingen. Het uitvoeren van deze werkzaamheden gebeurt wordt voor een groot deel uitbesteed. Hiervoor is jaarlijks ,-- opgenomen. Per januari 2011 zal het rioleringsbeheerbestand actueel zijn. In de planperiode wordt onderzoek gedaan naar de aanwezige drainage in de gemeente. Geïnventariseerd wordt waar en wanneer er drainage is aangelegd. Vervolgens wordt het beheerpakket bijgewerkt met de aanwezige drainage. Inspectie en controle vrijvervalriolering Om de kwaliteit van de vrijvervalriolering in beeld te brengen worden rioolinspecties uitgevoerd. Tijdens deze rioolinspecties door middel van een robotcamera, wordt het riool geclassificeerd op de toestandsaspecten zoals vastgesteld in de NEN 3399:2004. De basisstrategie is dat jaarlijks circa 5% van alle rioolstelsels geïnspecteerd wordt. Vanuit kostenoverwegingen en doelmatigheid worden het inspectieprogramma en het reinigingsprogramma gecombineerd uitgevoerd. De kosten voor het inspecteren van riolering zijn apart opgenomen in de rioleringsbegroting. De jaarlijkse kosten voor het inspecteren van de riolering bedragen circa ,--. Daarnaast is voor incidentele inspectie jaarlijks 7.500,-- opgenomen, zie tabel 5.2 in bijlage 3. Het bedrag voor inspecteren en reinigen zal toenemen met de groei van de te beheren lengte riolering. Na het inspecteren van de riolering zullen de inspectieresultaten beoordeeld moeten worden om de juiste maatregel te kunnen bepalen. Het beoordelen van de inspectieresultaten wordt in eigen beheer uitgevoerd. Controle gemalen Sinds 2002 beschikt de gemeente over het gemalenbeheerssysteem Aquaconnect (van Mous pompenbouw). Alle rioolgemalen, op 2 na, zijn aangesloten op dit systeem, evenals het Radiussysteem voor de doormelding van storingen in de drukriolering en de registratie van gegevens. De hoofdpost staat sinds 2007 in het gemeentehuis. Het systeem wordt door de leverancier niet meer verder ontwikkeld. Het huidige systeem wordt nog wel ondersteund en onderhouden. De rioolgemalen en de belangrijkste drukunits worden jaarlijks geïnspecteerd. De minigemaaltjes in het drukrioleringssysteem worden 1 x 2 jaar geïnspecteerd. De jaarlijkse inspectiekosten voor gemalen bedragen 2.600,-- en voor minigemaaltjes 8.300,--, zie tabel 5.2 in bijlage 3. In de planperiode zal de gemeente overstappen op een nieuw beheerssysteem. De tendens is dat de server/ hoofdpost niet meer bij de gemeente staat; het systeem is dan via internet benaderbaar. De hoofdpost en de onderstations worden dan gehost. De aanschaf, in 2012, van een dergelijk systeem, inclusief het aansluiten van de verschillende onderstations, worden geraamd op ,--, zie tabel 5.1 in bijlage 3. Pagina 38 van 52

39 De opgave Berekeningen Het hydraulisch en milieutechnisch functioneren van de vrijvervalriolering zal periodiek (1 x per 10 jaar) moeten worden gecontroleerd, onder andere naar aanleiding van wijzigingen in bebouwing, optredende problemen (wateroverlast) of wijziging in regelgeving. Het uitvoeren van berekeningen wordt uitbesteed. In de komende planperiode is het uitvoeren van berekeningen van het gehele rioolstelsel niet voorzien. Voor het uitvoeren van kleinere deelstudies, bijvoorbeeld naar aanleiding van klachten of vragen, actualisaties, et cetera is op jaarbasis een bedrag van 6.000,-- opgenomen. Actualisatie GRP In 2013 zal dit GRP geactualiseerd moeten worden. Hiervoor is een bedrag opgenomen van ,--. Het GRP zal vervolgens om de vijf jaar geactualiseerd worden. Benchmarking In 2010 doet de gemeente Leusden mee met een onderzoek benchmark rioleringszorg georganiseerd door de Stichting RIONED. In dit benchmark onderzoek wordt met behulp van prestatieindicatoren het presteren van de gemeente, op een aantal rioleringsdeelgebieden, vergeleken met andere gemeenten. De kosten voor het uitvoeren van de benchmark komen ten laste van de begroting. In 2011 is er de mogelijkheid een verdiepingslag uit te voeren. Dit naar aanleiding van de resultaten van de benchmark om daarvan te kunnen leren. Handhaving verordening en vergunningen Het verlenen en handhaven van vergunningen op basis van de Wet Milieubeheer wordt in nauwe samenwerking tussen de afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling en het Servicebureau Gemeenten uitgevoerd. Vergunningverlening voor directe lozingen op oppervlaktewateren en de handhaving hiervan behoort tot het takenpakket van het waterschap. Door de invoering van de Wabo (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) komen lozingen van bedrijven op de riolering (zogenaamde indirecte lozingen) onder het gezag van de gemeente te vallen. Samenwerking met het waterschap ligt hier voor de hand omdat het waterschap tot de invoering van de Wabo bevoegd gezag is. In 2010 wordt de verordening op de heffing en invordering van rioolaansluitrecht geactualiseerd. Onderzoek H 2 S vorming in riolering In 2010 wordt een onderzoek uitgevoerd naar de vorming en consequenties van H 2 S (stank, gasvorming en betonaantasting) in vrijvervalriolering nabij lozingspunten van drukriolering. De kosten voor het uitvoeren van het onderzoek bedragen 5.000,--. Om problemen met stank/gasvorming en aantasting van het beton van de riolering te kunnen voorkomen kan het injecteren van lucht ter plaatse van deze locaties een oplossing bieden. De kosten voor het uitvoeren (2010) van eventuele maatregelen worden geschat op ,--. Onderzoek foute aansluitingen In 2010 zal er een pilot project worden uitgevoerd naar het opsporen van foute aansluitingen in het gescheiden stelsel. Onder foute aansluitingen worden aansluitingen verstaan van huishoudelijk afvalwater op het regenwaterstelsel. Op deze manier wordt het oppervlaktewater direct vervuild met ongezuiverd afvalwater. Dit heeft een grote negatieve invloed op de kwaliteit en ecologie van het oppervlaktewater en kan schadelijk zijn voor de volksgezondheid. Er zijn diverse methoden beschikbaar om deze foute aansluitingen op te sporen zoals het gebruik van rook en temperatuurmeting met behulp van glasvezelkabels. Voor het uitvoeren van een pilotproject is ,-- opgenomen in Monitoring Meten in het rioolstelsel en bij de riooloverstorten vergroot het inzicht in het functioneren van het rioolstelsel (calibratie berekeningsmodel, storingen) en in de kwalitatieve en kwantitatieve invloed van overstortingen op het watersysteem. Daarnaast wordt vanuit de Wvo-vergunning van het waterschap gewenst dat er gemonitoord wordt bij de overstorten. De gemeente beschikt over een meetplan voor de monitoring van gemengde riooloverstorten met aanvullend Pagina 39 van 52

40 De opgave enkele meetpunten in het stelsel en regenmeters. De investeringskosten voor het meetsysteem (zonder regenmeters en aanpassen hoofdpost) bedragen circa ,-- voor 18 niveaumeters op 16 locaties, zie tabel 5.8 HW+GW in bijlage 3. Er wordt uitgegaan van een afschrijvingstermijn van circa 15 jaar. De jaarlijkse exploitatielasten bedragen vanaf 2010 circa (communicatie) (beheer) (onderzoek en personele kosten) (radar-regenmeting) totaal circa ,--, zie tabel 5.1 in bijlage 3. Binnen het beheergebied van het waterschap Vallei&Eem wordt een gezamenlijke aanpak met betrekking tot monitoring onderzocht in het zogenaamde waterplatform. Hierdoor zal een deel van deze kosten (vooral bij beheer en onderzoek) waarschijnlijk lager uitvallen. Incidentenplan In 2010 wordt in samenwerking met het waterschap Vallei&Eem een incidentenplan opgesteld. In dit incidentenplan wordt een beschrijving gegeven van de aanwezige rioolstelsels en de gemalen. Daarnaast wordt een risicoanalyse beschreven hoe de oppervlaktewaterkwaliteit negatief beïnvloed kan worden door het falen van een van de rioleringsvoorzieningen en hoe hierbij dan gehandeld dient te worden. Het calamiteitenplan zal periodiek geactualiseerd moeten worden. Belangrijk bij het actualiseren van het incidentenplan is de betrokkenheid van alle (externe) partijen. Voor het opstellen van een incidentenplan is 3.000,-- opgenomen. Communicatie In november 2009 is de landelijke campagne Goed rioolgebruik van start gegaan. Doel van de campagne is mensen bewust te maken van hun eigen bijdrage aan schoon water door geen afval in het riool te gooien. Gemeente Leusden sluit zich aan bij deze campagne, hiervoor is 5.000,-- opgenomen. Samenvatting onderzoeksinspanningen planperiode In tabel L, en in tabel 6.9 in bijlage 3, is de strategie voor het uitvoeren van onderzoek voor de komende planperiode weergegeven met daarbij een schatting van de bijbehorende kosten. Met de resultaten van het onderzoek zal in 2013 het GRP worden bijgesteld. tabel L Samenvatting onderzoeksinspanningen planperiode (EURO) Onderzoeksactiviteit Opstellen incidentenplan Onderzoek H 2S vorming Onderzoek Benchmark rioleringszorg Pilot project opsporen foute aansluitingen Actualiseren rioolaansluitrecht verordening Implementatie meetplan monitoring Communicatie (Campagne goed rioolgebruik) Aanpassen van het gemalenbeheersysteem Actualisatie GRP (om de vijf jaar) Jaarlijks Bijwerken revisiegegevens riolering Jaarlijks Gedetailleerde inspectie vrijverval stelsel Jaarlijks Incidentele inspectie vrijvervalstelsels Jaarlijks Inspectie rioolgemalen Jaarlijks Inspectie pompunits drukriolering Jaarlijks Handhaving en controle vergunningen Jaarlijks Ad-hoc berekeningen / deelstudies Jaarlijks Monitoring riooloverstorten Jaarlijks Onderzoek grondwaterproblemen Jaarlijks Onderzoek waterpeil riolering Pagina 40 van 52

41 De opgave Maatregelen riolering Onder maatregelen wordt verstaan: onderhoud, reparatie, renovatie, vervanging en verbetering. Het treffen van maatregelen is erop gericht het goed functioneren van de rioleringsvoorzieningen te waarborgen of te verbeteren en bestaande constructies in goede staat te houden. Een samenvatting van de (beheer)maatregelen in de planperiode met de (jaarlijkse) kosten is gegeven in tabel M. Onderhoud rioleringsobjecten Vrijvervalriolering De reinigingsfrequentie van rioolstelsels is 1 x 6-7 jaar. Jaarlijks wordt circa 25 km riolering gereinigd. De kosten voor het schoonmaken van riolen zijn opgenomen in de rioleringsbegroting en bedragen jaarlijks circa ,--, zie tabel 5.2 in bijlage 3. Het vrijkomende rioolslib wordt volgens de geldende regels afgevoerd. Straat- en trottoirkolken Het reinigen van de kolken is belangrijk om plasvorming op straat bij regenval te voorkomen en is een preventieve maatregel ter voorkoming van verontreiniging van het oppervlaktewater. De kolken worden 1 x jaar gereinigd. Het reinigen van de kolken wordt uitbesteed. De kosten voor het reinigen van de kolken bedragen jaarlijks circa ,--, zie tabel 5.2 in bijlage 3. Gemalen Het kleine onderhoud (eerstelijns onderhoud) aan pompinstallaties wordt door de eigen dienst uitgevoerd. Het grote onderhoud en vervangingen wordt uitbesteed. De rioolgemalen en de belangrijkste drukunits worden jaarlijks geïnspecteerd (vastgelegd in onderhoudscontracten). De jaarlijkse reinigingskosten voor gemalen bedragen 2.500,--, zie tabel 5.2 in bijlage 3. Minigemaaltjes De minigemaaltjes in het drukrioleringssysteem worden 1 x 2 jaar geïnspecteerd. De kosten hiervoor bedragen jaarlijks 8.300,--, zie tabel 5.2 in bijlage 3. Persleidingen De gemeente heeft momenteel geen gegevens voorhanden over de staat van de persleidingen (vervuiling, aantasting, mogelijke zettingen e.d.). Het onderhoud aan persleidingen vindt op adhoc basis plaats. Vervanging, renovatie en reparatie van drukriolering Voor vervanging van de drukriolering is uitgegaan van standaard afschrijvingstermijnen, gebaseerd op ervaringscijfers van de gemeente en landelijke trends. Zo functioneren de mechanische en elektrische componenten van een pompunit gemiddeld 15 jaar en de bouwkundige delen circa 60 jaar. Na de theoretische levensduur van 60 jaar wordt het gehele systeem in principe vervangen. Op basis van de standaardlevensduur voor het mechanisch en elektrische componenten komen er in de planperiode circa 91 pompunits in aanmerking om vervangen te worden, zie tabel 4.3 DWA in bijlage 3. De totale kosten hiervoor bedragen circa ,--. Alle drukrioleringsgemaaltjes zijn aangesloten op een geautomatiseerd signalering- en besturingssysteem (Radiussysteem). Dit systeem is opgebouwd uit 17 masters en 300 slaves. Radius is een radiografisch systeem, dus zonder kabelverbindingen. Alleen de masters kunnen via de telefoon (vast of GSM) de storingen doorgeven naar de hoofdpost van het gemalenbeheerssysteem Aquaconnect. Het vervangen van een defecte master kost circa 1.250,- en van een defecte slave circa 750,--. De telefoonkosten zijn sterk afhankelijk van het aantal meldingen; bij de drukriolering (radius) zijn de vaste kosten circa 75% van de totale telefoonkosten. Vervanging, renovatie en reparatie van gemalen Voor vervanging van de rioolgemalen is net als bij de drukriolering uitgegaan van standaard afschrijvingstermijnen, gebaseerd op ervaringscijfers van de gemeente en landelijke trends. Ook voor gemalen geldt dat de mechanische en elektrische componenten van een rioolgemaal Pagina 41 van 52

42 De opgave gemiddeld 15 jaar meegaan en de bouwkundige delen circa 60 jaar. In de planperiode 2009 t/m 2013 komt het mechanisch/elektrisch deel van het rwa gemaal Randweg/Schotskamp in aanmerking om vervangen te worden, de kosten hiervoor bedragen circa ,--. Vervanging, renovatie en reparatie van persleidingen Voor vervanging van de persleidingen is uitgegaan van standaard afschrijvingstermijnen van 60 jaar. Er is in deze planperiode geen vervanging voorzien van een persleiding. Vervanging en reparatie van riolen Om de stabiliteit en waterdichtheid te waarborgen, is het nodig de riolering op tijd te repareren, te renoveren of te vervangen. Op basis van de rioleringsgegevens uit het rioleringsbeheersysteem is een vervangingsplanning op hoofdlijnen opgezet. Riolen krijgen een restlevensduur die is gebaseerd op inspectie of daarvan is afgeleid. Indien geen inspectiegegevens beschikbaar zijn wordt uitgegaan van een standaardlevensduur van 60 jaar. Voor de bepaling van de aanpak op hoofdlijnen (strategische planning) is dit een goede en bruikbare systematiek. De levensduur van de vrijvervalriolen kan sterk uiteenlopen. Het tijdstip waarop de vrijvervalriolen moeten worden gerenoveerd of vervangen wordt niet alleen door de technische levensduur bepaald. Vervanging van andere infrastructuur (wegen, leidingen) of verbeteringsmaatregelen kunnen soms aanleiding zijn het riool voortijdig te vervangen. Bij het maken van planningen wordt daar rekening mee gehouden. In de berekening van de vervangingskosten voor de vrijvervalriolering is rekening gehouden met de kosten voor het opbreken en aanbrengen van de wegverharding ter plaatse van de sleuf, met verkeersmaatregelen, met kosten voor het toegankelijk houden van de bebouwing en met kosten voor kolk- en huisaansluitleidingen (tot de erfgrens). Kosten voor de totale wegreconstructie zijn niet meegenomen. Gemengde riolering In figuur E is de strategische vervangings-reparatie planning van de gemengde riolering voor de lange termijn weergegeven. De totale kosten voor vervanging en relining in de planperiode bedragen circa 1,6 miljoen. De totale reparatiekosten in de planperiode bedragen circa ,--, zie tabel 5.4 GEM in bijlage Kosten (euro) reparatie vervanging periode figuur E Vervanging-reparatie planning gemengde riolen Pagina 42 van 52

43 De opgave Droogweerafvoer riolering (dwa) In figuur F is de strategische vervangings-reparatie planning van de dwa riolering voor de lange termijn weergegeven. De totale vervangingskosten in de planperiode bedragen circa ,--. De totale reparatiekosten in de planperiode bedragen circa ,--, zie tabel 5.5 DWA in bijlage Kosten (euro) vervanging reparatie periode figuur F Vervanging-reparatie planning dwa riolen Hemelwaterriolering (rwa) In figuur G is de strategische vervangings-reparatie planning van de rwa riolering voor de lange termijn weergegeven. De vervangingskosten in de planperiode bedragen circa ,--. De totale reparatiekosten in de planperiode bedragen circa ,--, zie tabel 5.6 HWA+GW in bijlage Kosten (euro) reparatie vervanging periode figuur G Vervanging-reparatie planning rwa riolen Pagina 43 van 52

44 De opgave Verbeteringen aan het rioolstelsel Om de vuilemissie op het oppervlaktewater vanuit de gemengde riolering verder te kunnen reduceren worden er in de planperiode twee randvoorzieningen aangelegd. Dit betreft een randvoorziening in Achterveld en een in Leusden-Zuid. De kosten voor de aanleg van de randvoorziening in Achterveld bedragen circa , hierbij wordt vanuit het grondbedrijf een bijdrage verwacht van De uitvoering van de randvoorziening in Achterveld is afhankelijk van de ontwikkeling van Plan Mastenbroek. De kosten voor de aanleg van de randvoorziening in Leusden-Zuid bedragen circa , hierbij wordt een bijdrage van SVGV verwacht van , zie tabel 5.8 HWA+GW in bijlage 3. Samenvatting beheermaatregelen planperiode In tabel M en in tabel 6.9 in bijlage 3, zijn de rioleringsmaatregelen voor de komende planperiode weergegeven met daarbij een schatting van de bijbehorende kosten (inclusief toeslagen). tabel M Samenvatting beheer- en verbeteringsmaatregelen planperiode Maatregel Totaal Onderhoud vrijverval Reinigen straat en trottoir kolken Reinigen gemalen Vervanging mech/elek. deel gemalen Vervanging mech/elek. deel drukriolering Maatregelen tegen H2S vorming Vervangen van gemengde riolering Reparatie van gemengde riolering Vervangen van dwa riolering Reparatie van dwa riolering Vervangen van rwa riolering Reparatie van rwa riolering Aanleg randvoorziening Achterveld Aanleg randvoorziening Leusden- Zuid Maatregelen grondwater Voor het uitvoeren van eventuele maatregelen om grondwaterproblemen op te kunnen lossen is in de planperiode jaarlijks een bedrag opgenomen van ,-- (totaal ,--), zie tabel 5.7 HWA+GW in bijlage 3. Onder deze maatregelen kan bijvoorbeeld gedacht worden aan het aanleggen van extra drainage. Welke maatregelen uiteindelijk uitgevoerd zullen worden is nog onzeker, in de komende planperiode zal hier meer duidelijkheid over komen. Als gevolg van het opnemen van het totale bedrag van ,-- zal de rioolheffing circa 1,-- per heffingseenheid stijgen. Pagina 44 van 52

45 6 Organisatie en financiën 6.1 Personele middelen In deze paragraaf wordt aandacht besteed aan de werkzaamheden die uitgevoerd moeten worden om de doelen van de rioleringszorg te kunnen halen. Uitgangspunt daarbij is de module Personele aspecten van de rioleringszorg (D2000) van de Leidraad Riolering en de daarin beschreven voorbeeldgemeente. Het vormt een goede basis om te komen tot een beeld van de rioleringstaken, waar aan in de nabije toekomst invulling moet worden gegeven. Aan de hand van vijf deeltaken is de benodigde formatie globaal bepaald. 1. Planvorming 1.1. Opstellen verbreed GRP 1.2. Afstemmen met andere plannen 1.3. Opstellen jaarprogramma s 2. Onderzoek 2.1. Inventarisatie 2.2. Inspectie/controle 2.3. Meten 2.4. Berekenen 3. Onderhoud 3.1. Riolen/kolken 3.2. Gemalen/mechanische riolering 3.3. Infiltratievoorzieningen/lokale zuiveringen 3.4. Grondwatervoorzieningen 4. Maatregelen 4.1. Aanleg van riolering 4.2. reparatie van riolering 4.3. Renovatie/vervanging 4.4. Verbetering 5. Facilitair Onder facilitair worden de werkzaamheden verstaan die te maken hebben met het actueel houden van bestanden en tekeningen. Met het aantal productieve uren per jaar wordt bedoeld het aantal effectieve uren. Dit zijn de netto besteedbare uren dus exclusief ziekte, studie, verlof en andere indirecte activiteiten. Schatting van de netto besteedbare uren per fte in Leusden is 1300 (162,5 dagen, 8 uur per dag). De situatie in de gemeente Leusden komt in grote lijnen overeen met de voorbeeldgemeente. De kengetallen van de voorbeeldgemeente zijn gebruikt om tot een eerste inschatting van de benodigde personele capaciteit te komen. De dagelijkse rioleringszorg bestaat uit werkzaamheden voor planvorming, onderzoek, facilitair en onderhoud. Voor grondwatervoorzieningen ontbreken vooralsnog landelijke kentallen. De schatting is dat er ongeveer 0,4 fte nodig is voor klachtenafhandeling en onderzoek. Voor de invulling van deze dagelijkse taken is op basis van kengetallen uit de Leidraad Riolering (inclusief de grondwatertaken) circa 3,3 fte nodig, zie tabel N en tabel O. In tabel N is daarbij uitgegaan van een maximale uitbesteding. In tabel P is de gewenste formatie per opleidingsniveau weergegeven met de bijbehorende kosten. Pagina 45 van 52

46 Organisatie en financiën tabel N Planvorming Schatting benodigde formatie voor planvorming, onderzoek en facilitair tijdbesteding max. uitbesteding tijdbesteding Opleidings- dagen/jaar uit te besteden Leusden dagen/jaar niveau Gemeentelijk rioleringsplan 60 70% 70% 18 HBO Afstemming en overleg HBO Jaarprogramma's % 40% 69 HBO Onderzoek Inventarisatie MBO Inspectie/controle % 90% 18 MBO Meten 40 50% 50% 20 HBO Begeleiding functioneren (berekeningen, afkoppelplannen, OAS) HBO Grondwater 40 50% 0% 40 HBO Facilitair Verwerken revisiegegevens 25 90% 90% 3 MBO Vergunningen en voorlichting gebruik MBO Klachtenanalyse en verwerking riolering MBO Klachtenanalyse en verwerking grondwater MBO tabel O Schatting benodigde formatie voor onderhoud tijdsbesteding 333 fte 2,0 Onderhoud tijdbesteding uitbesteding tijdbesteding Opleidings- dagen/jaar Leusden dagen/jaar niveau Riolen/kolken % 42 VMBO Gemalen/mechanische riolering % 153 VMBO Infiltratievoorzieningen/lokale zuivering 0 0% 0 VMBO Drainage 7 90% 1 VMBO Planning en begeleiding VMBO tijdsbesteding 211 fte 1,3 tabel P Gewenste personele middelen op basis van kentallen Leidraad Riolering Niveau uurtarief uren kosten Fte HBO ,2 MBO ,8 VMBO , ,3 Op de begroting 2009 is voor de personeelskosten een bedrag van geraamd. Op grond van tabel P is een personele bezetting nodig van 3,3 fte ( ) voor een goede uitvoering van de reguliere taken inclusief de nieuwe grondwatertaken. Voor de dagelijkse rioleringszorg leidt dat tot een verhoging van de personeelskosten op de exploitatiebegroting met ongeveer met ingang van 2010 (zie bijlage 3, tabel 5.2). De kostenstijging wordt grotendeels veroorzaakt door de nieuwe grondwatertaken. In de kadernota 2010 is al opgenomen dat er ongeveer 0,5 fte benodigd zou zijn voor de nieuwe watertaken. Naast de reguliere werkzaamheden worden er in de planperiode verschillende maatregelen uitgevoerd zoals het vervangen en repareren van vrijvervalriolering, het aanleggen van twee bergbezinkvoorzieningen en eventuele grondwatermaatregelen. Voor de voorbereiding en toezicht van deze projecten is ook personeelscapaciteit nodig. Uitgaande van 15% voor voorberei- Pagina 46 van 52

47 Organisatie en financiën ding en toezicht en een maximale uitbesteding van 60% is er in de planperiode nog circa 2,4 fte of gemiddeld 0,5 fte per jaar nodig (zie tabel Q). tabel Q Schatting benodigde formatie voor maatregelen (planperiode ) investeringen perc kosten maximale uitbesteding personeelsinzet "kale"kostprijs V+T personeel uit te besteden Leusden Dagen* aanleg nieuwbouw - 15% - 60% 60% 0 aanleg bestaande bebouwing - 15% - 60% 60% 0 drainage % % 60% 30 reparatie - 15% - 60% 60% 0 renovatie % % 60% 313 vervanging 15% - 60% 60% 0 verbetering % % 60% 40 Totaal 383 * Uitgangspunt tarief personeelsinzet; 71/uur (MBO niveau). fte 2,4 Voor de voorbereiding en het toezicht ten behoeve van de maatregelen die in de komende planperiode op stapel staan, is in de huidige situatie onvoldoende personele capaciteit beschikbaar. Daarvoor is gemiddeld nog 0,5 fte per jaar extra nodig. Deze personeelskosten zijn echter opgenomen in de kostenramingen van de maatregelen en daarmee gedekt in dit GRP. 6.2 Financiële middelen Algemeen Op korte termijn (de planperiode 2009 t/m 2013) enerzijds en op de lange termijn (beschouwde periode van 60 jaar) anderzijds worden activiteiten uitgevoerd in het kader van aanleg en beheer van riolering. Deze activiteiten worden volgens de beschreven strategie uitgevoerd om de gestelde doelen te kunnen halen. In deze paragraaf worden de benodigde financiële middelen samengevat en wordt aangegeven hoe in de dekking van de kosten kan worden voorzien. Alle bedragen zijn op prijspeil 2009 en moeten dan ook voor de toekomst met de optredende inflatie worden geïndexeerd. De uitgaven zijn exclusief BTW. In de rioolheffingsberekening is de BTW-component wel betrokken Vervangingswaarde De vervangingskosten van de riolen zijn berekend op basis van kostenkengetallen van de gemeente. Kosten voor wegreconstructies zijn niet in de berekening betrokken. De vervangingswaarde van de te onderscheiden objecten van de riolering is opgenomen in tabel R. De gemiddelde vervangingswaarde van de vrijvervalriolen bedraagt per strekkende meter riool circa 600,--. De gemiddelde vervangingswaarde van de drukriolering inclusief pompunits bedraagt circa ,-- per pompunit. tabel R Vervangingswaarde rioleringsvoorzieningen Objecten Tabel in bijlage 3 vervangingswaarde Gemengde riolen Tabel 5.4 GEM Dwa-riolen Tabel 5.5 DWA Rwa-riolen Tabel 5.6 HWA+GW Gemalen (gemengd stelsel) Tabel 4.1 GEM Gemalen (rwa-stelsel) Tabel 4.1 HWA+GW Persleidingen (gemengd stelsel) Tabel 4.2 GEM Persleidingen (rwa-stelsel) Tabel 4.2 HWA+GW Drukriolering Tabel 4.3 DWA Totaal Pagina 47 van 52

48 Organisatie en financiën Totale uitgaven Het totaal van de uitgaven dat met de aanleg (exclusief nieuwbouw) en het beheer van de riolering over de totale levenscyclus van zestig jaar gemoeid is, is samengevat weergegeven in tabel S (exclusief BTW) en in tabel 6.2 in bijlage 3. De periode van zestig jaar is gesteld omdat dan alle te verwachten uitgaven in beeld zijn gebracht. In figuur H zijn de uitgaven voor de totale beschouwde periode opgenomen. tabel S Overzicht totale uitgaven planperiode en daarna (EURO x 1000) Totaaloverzicht uitgaven, exclusief BTW, Totaal Planperiode jaar Jaarlijkse uitgaven Onderzoek Exploitatie Vervanging / verbetering Investeringen Overige milieu maatregelen kosten van Grondwater investeringen maatregelen investeringen lineair afgeschreven Kapitaal lasten verleden TOTAAL excl. BTW x EURO totaal planperiode Totaal EURO jaar figuur H onderzoek exploitatie kap.last.verl. vervanging milieumaatregelen grondwater maatregelen Totale uitgaven 6.3 Kostendekking Inleiding In deze paragraaf komt de kostendekking op de lange(re) termijn aan de orde. Er wordt uitgegaan van de kosten voor de gehele beschouwde periode , zoals die in 6.2 is weergegeven. Voor dekking van kosten van aanleg en beheer van riolering en grondwatervoorzieningen komen in het algemeen verschillende bronnen in aanmerking. Aanleg riolering van nieuwe bestemmingsplannen wordt bekostigd uit de exploitatieopzet van die plannen en zijn verdisconteerd in de m 2 -verkoopprijs. De kosten van beheer van riolering worden gedekt uit de rioolheffing. Pagina 48 van 52

49 Organisatie en financiën De rioolheffingsberekening is uitgevoerd met behulp van de contante-waarde-methode. Deze methode is met name geschikt om de effecten op langere termijn zichtbaar te maken. De aldus berekende rioolheffing geeft de trend op langere termijn aan. Het nieuwe artikel 228a van de Gemeentewet biedt de mogelijkheid om 1 of 2 heffingen in te stellen, één heffing voor het vuilwaterdeel en één heffing voor het hemelwater- en grondwaterdeel. Dit nieuwe beleid is erop gericht op het nastreven van een financiële ontvlechting van de waterketen en het watersysteem. Om dit te kunnen bereiken moeten alle in dit GRP genoemde kosten worden toebedeeld aan één van deze twee posten. Voor een aantal zaken is dit vanzelfsprekend en voor minder vanzelfsprekende zaken wordt er een verdeelsleutel gebruikt, zie figuur I. Voor de achtergrond van deze verdeelsleutel wordt verwezen naar het rapport Voorstel toerekeningssystematiek kosten voor vuilwater- en regenwaterafvoer, VROM oktober figuur I Verdeelsleutel De gemeente is vrij om te kiezen of ze 1 of 2 heffingen willen instellen. In dit GRP is uitgegaan van de berekening van 1 rioolheffing. Dit is gedaan omdat het beste aansluit bij de huidige situatie. Op deze manier wordt voorkomen dat de gemeente extra kosten moet maken om de verschillende heffingen te kunnen innen en te controleren Heffingseenheden Per 1/1/2009 bedraagt het aantal heffingseenheden (aansluitingen) In de rioolheffingsberekening is ook rekening gehouden met een stijging van het aantal heffingseenheden als gevolg van woningbouw. Voor een overzicht van de toename van het aantal heffingseenheden wordt verwezen naar tabel 6.6 in bijlage Heffingsgrondslag Het rioolrecht wordt in de gemeente Leusden geheven volgens de Verordening op de heffing en invordering van het rioolrecht De rioolrechten worden geheven van de gebruiker van een pand van waaruit direct of indirect afvalwater op de gemeentelijke riolering wordt afgevoerd. Per 1/1/2010 moet de verordening op basis van art. 229 Gw vervangen zijn door een verordening op basis van art. 228a Gw. De heffingsgrondslag zal vooralsnog niet worden aangepast. Voor een eventuele aanpassing van de heffingsgrondslag zal eerst onderzoek gedaan moeten worden naar de voor- en nadelen van een aanpassing. In de Leidraad Riolering is een vergelijking van de voor en nadelen van enkele heffingsmaatstaven voor gebruikers opgenomen, zie tabel T. De huidige heffingsmaatstaf, een vast bedrag per perceel, is zeer gunstig met betrekking tot lage perceptiekosten en stabiliteit van de inkomsten maar minder positief met betrekking tot het profijtbeginsel. Pagina 49 van 52

50 Organisatie en financiën tabel T Beoordeling heffingsmaatstaven voor gebruikers Kostenveroorzaker/ profijtbeginsel Perceptiekosten Stabiliteit inkomsten Vast bedrag per perceel of aansluiting Bedrag afhankelijk van aard/soort gebruik van het bedrijf Bedrag afhankelijk van de hoeveelheid geloosd afvalwater/het waterverbruik Vast bedrag plus een toeslag voor de hoeveelheid waterverbruik Vast bedrag per woning en voor niet woningen een bedrag afhankelijk van de hoeveelheid geloosd afvalwater/waterverbruik Bedrag afhankelijk van de waarde in het economische verkeer Bedrag afhankelijk van de grootte van bebouwd en verhard oppervlak of de kavelgrootte +/0-0/- + +/0 +/0 -/ /- 0/- 0/+ -/ Inkomsten anders dan rioolheffing De stand van de voorziening bedraagt per 1/1/ ,-- en komt ten goede aan de riolering, zie tabel 6.5 in bijlage Rioolheffing Met de contante-waarde-methode is een vergelijking van uitgaven en inkomsten in verschillende jaren mogelijk. De toekomstige uitgaven en inkomsten van elk jaar ( ) worden contant gemaakt naar 1 januari In de te verwachten inkomsten zit één onbekende: de hoogte van de benodigde rioolheffing. Door de contante waarde van de te verwachten inkomsten gelijk te stellen aan de contante waarde van de te verwachten uitgaven wordt de hoogte van de rioolheffing berekend. Bij deze berekeningsmethode is de verhouding tussen rente en inflatie (1+r/1+i) constant verondersteld. Indien de verhouding tussen rente en inflatie de komende jaren structureel anders blijkt te zijn dan die waarvan in dit rioleringsplan is uitgegaan, is dat reden voor herziening van de berekeningen. Bij de berekeningen is een rentevoet van 4,0% en een inflatie van 2,0% gehanteerd. De opbouw van de totale kosten per heffingseenheid, gebaseerd op de contante waarde van de verschillende kostengroepen, is in figuur J aangegeven. Uit deze figuur blijkt onder andere dat 72% van de totale kosten op langere termijn betrekking heeft op de vervanging en verbetering van de riolering. De jaarlijkse exploitatiekosten inclusief de structurele onderzoekskosten nemen 25% voor hun rekening. Van de totale kosten zijn 2% kapitaallasten die betrekking hebben op in het verleden gedane investering. Om over de gehele beschouwde periode 2009 tot en met 2068 kostendekkend te zijn, zou de rioolheffing per 1 januari ,98 per heffingseenheid moeten bedragen. Pagina 50 van 52

51 Organisatie en financiën 72% 0% 1% 2% 2% 23% Onderzoek ( totaal) EURO 4,08 Exploitatie ( totaal) EURO 50,37 Kapitaallasten verleden ( totaal) EURO 4,13 Vervanging en verbetering ( totaal) EURO 161,12 Overige milieumaatregelen ( totaal) EURO 1,84 Grondwatermaatregelen ( totaal) EURO 1,05 figuur J Opbouw totale kosten per heffingseenheid 11% 5% 84% Rioolheffing (totaal) EURO 210,98 kap.last. na eindjaar weggelaten EURO 27,85 Egalisatievoorziening (totaal) EURO 11,62 figuur K Verdeling inkomsten Omdat de rioolheffing in 2009 van 103,65 (per heffingseenheid per jaar) lager is dan de kostendekkende rioolheffing van 210,98, is uitgerekend hoe tot een kostendekkend tarief kan worden gekomen. Hiertoe zijn vier scenario s opgesteld met een verschillend jaarlijks stijgingspercentage van de rioolheffing. In de vier scenario s is de rioolheffing jaarlijks verhoogd met respectievelijk 3%, 5%, 10% en 15% (exclusief jaarlijkse inflatiecorrectie). Pagina 51 van 52

52 Organisatie en financiën bedrag per heffingseenheid EURO jaar direct stijging 3% jaarlijks te dekken per heffingseenheid stijging 5% stijging 10% stijging 15% Scenario A Jaarlijks stijging met 3% B Jaarlijks stijging met 5% C Jaarlijks stijging met 10% D Jaarlijks stijging met 15% Eindstand 316,84 249,36 227,15 221,73 Wordt bereikt in: Scenario A Met een jaarlijkse stijging van 3%, exclusief de jaarlijkse inflatiecorrectie, wordt in 2047 een kostendekkend tarief bereikt van 316,84. De komende 25 jaar blijft de stijging van de jaarlijkse kosten zeer gering. Na 2030 zullen de kosten flink toenemen als gevolg van de verwachte (theoretische) vervangingspiek van de vrijvervalriolering. Met deze geleidelijke stijging wordt er begonnen met het opbouwen van een voorziening voor deze vervangingspiek. Ten opzichte van het GRP is het noodzakelijk dat de rioolheffing negen jaar langer stijgt met 3% per jaar om tot een kostendekkend tarief te komen. De extra stijging wordt veroorzaakt door extra en nieuwe kosten voor monitoring, grondwater, onderzoeken en stijging van eenheidsprijzen voor drukriolering. Scenario B, C en D Met een hoger jaarlijkse procentuele stijging, exclusief jaarlijkse inflatiecorrectie, zal het uiteindelijke kostendekkende tarief lager zijn dan bij scenario A en deze zal ook aanzienlijk eerder worden bereikt. De voorziening zal eerder gevuld zijn om de verwachte vervangingspiek te kunnen bekostigen. De lasten worden minder naar de toekomst doorgeschoven. De bedragen zijn op prijspeil 1 januari Jaarlijks moeten deze met de optredende inflatie worden geïndexeerd. Pagina 52 van 52

53 Bijlage 1 Wet- en regelgeving

54 Bijlage 1: Wet- en regelgeving Aandachtsgebied Proces, doelmatigheid en samenwerking Ontwikkelingen Wet- en regelgeving Volksgezondheid en water in de stad X X X X X X Klimaatverandering X X X Waterwet X X X X Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) X X X Europese richtlijn Stedelijk Afvalwater X Nationaal Bestuursakkoord Water X X X X Vierde Nota Waterhuishouding X X X X Wet Milieubeheer (Wm) X X X X X Wet op de waterhuishouding (Wwh) X X X Wet Verontreiniging Oppervlaktewateren (Wvo) X X X X Woningwet en Bouwbesluit X X Nationaal Milieubeleidsplan X X X R.O. (Vijfde Nota, streekplannen, bestemmingsplannen) X Bouwverordening gemeente Leusden X X Wet 'Verankering en bekostiging gemeentelijke watertaken' X X X X Bestuursakkoord Waterketen 2007 X Provinciaal beleidsplan XXX X X X X Waterbeheersplan waterschap Vallei&Eem X X X X X WION X X X Ontwerp riolering Emissie oppervlaktewater Emissie grondwater Ruimtelijke ordening (Huis)aansluitingen Risico's Monitoring Veiligheid, volksgezondheid Bekostiging In bovenstaand overzicht is aangegeven welke ontwikkelingen, plannen en wet- en regelgeving op welk(e) aspect(en) van de afvalwaterketen ingrijpen. In de bovenste helft zijn de (belangrijkste) ontwikkelingen weergegeven, in de onderste helft de (belangrijkste) wet- en regelgeving. Een aantal relaties wordt kort tekstueel toegelicht. Voor uitgebreide informatie wordt verwezen naar de betreffende (beleids)stukken. Volksgezondheid en Water in de stad Riolering is een belangrijke voorziening in het kader van de volksgezondheid. Bij het opstellen van maatregelen en het ontwikkelen en toepassen van nieuwe systemen moet dit aspect niet uit het oog worden verloren. De hoeveelheid en plaats van overstorten is daarbij belangrijk; bij afkoppelen moet goed worden gekeken welke oppervlakken kunnen worden afgekoppeld en of die al dan niet verontreinigd zijn. Onderzoek naar mogelijk risico voor de volksgezondheid is dan ook op zijn plaats om problemen op langere termijn uit te sluiten. Waterwet (wet in voorbereiding) Acht bestaande wetten (o.a. Wet op de Waterhuishouding, Wet verontreiniging oppervlaktewater en Grondwaterwet) voor het waterbeheer in Nederland worden vervangen door één Waterwet. De Waterwet regelt het beheer van oppervlaktewater en grondwater. De wet zal gericht zijn op het bereiken van doelstellingen van watersystemen (stroomgebieden), met een heldere verdeling van verantwoordelijkheden en taken tussen de verschillende betrokken overheden. Tevens is de wet gericht op een adequaat instrumentarium voor de uitvoering van het waterbeleid. Dit betreft dan met name een vermindering van regels, vergunningstelsels en administratieve lasten. In het kader van de Waterwet zullen zowel de overstortvergunningen als de aansluitvergunningen verdwijnen. Door de Waterwet zullen waterschappen, gemeenten en provincies beter in staat zijn wateroverlast, waterschaarste en watervervuiling tegen te gaan. Ook voorziet de wet in het toekennen van functies voor het gebruik van water zoals scheepvaart, drinkwatervoorziening, landbouw, industrie en recreatie. Op basis van de functie worden eisen gesteld aan de kwaliteit en de inrichting van het water. Gestreefd wordt naar inwerkingtreding van de Waterwet in 2009.

55 Bijlage 1: Wet- en regelgeving (Vervolg 1) Europese Kaderrichtlijn Water (wet) De Kaderrichtlijn Water (KRW) is erop gericht de kwaliteit van watersystemen te verbeteren, onder meer door lozingen aan te pakken, op Europees niveau. Verder is het de bedoeling het duurzaam gebruik van water te bevorderen en de verontreiniging van grondwater aanzienlijk te verminderen. Naast een verbetering van de waterkwaliteit is het streven ook de Europese waterwetgeving te harmoniseren, uiterlijk in De KRW stelt voor alle wateren een hoge ecologische en kwaliteitsdoelstelling. Vooral voor wateren met verhoogde natuurdoelstellingen kan verwacht worden dat nog grote inspanningen geleverd moeten worden. Wet verankering en bekostiging gemeentelijke watertaken (wet) De Wet verankering en bekostiging gemeentelijke watertaken blijft niet als zelfstandige wet bestaan maar is de titel van een wijziging van drie bestaande wetten. Deze wet geeft gemeenten meer taken in de aanpak van stedelijke waterproblemen, waaronder ook grond- en hemelwatervraagstukken. In de Wgw staan enkele wettelijke voorzieningen om een adequate aanpak van de stedelijke wateropgave te waarborgen. De gemeentelijke rioleringszorgplicht in de Wet milieubeheer wordt vervangen door een zorgplicht voor inzameling en transport van stedelijk afvalwater. In de Wet op de waterhuishouding wordt een zorgplicht voor inzameling en verwerking van afvloeiend hemelwater opgenomen. Verder wordt in die wet ook een gemeentelijke zorgplicht voor de aanpak van grondwaterproblemen in bebouwd gebied geïntroduceerd. In de Gemeentewet wordt het rioolrecht verbreed tot een rioolheffing met een bestemmingskarakter. De Wet milieubeheer regelt ook de verbreding van het gemeentelijk rioleringsplan met beleid voor de invulling van de zorgplichten voor inzameling van hemel- en grondwater. Onderstaande figuur geeft de essentie weer van de wet Verankering en bekostiging van gemeentelijke watertaken. De Wet gemeentelijke watertaken voorziet in de volgende wijzigingen: 1. Een gemeentelijke zorgplicht voor de inzameling van stedelijk afvalwater via een openbaar vuilwaterriool en het transport ervan naar een zuiveringstechnisch werk. De gemeente kan in plaats van aanleg en beheer van een openbaar vuilwaterriool ook afzonderlijke systemen of andere passende systemen (zoals IBA s) gebruiken. Voorwaarde daarbij is wel dat zij daarmee eenzelfde graad van milieubescherming bereikt. Zijn de inzameling en het transport van afvalwater niet doelmatig, dan kan de gemeente van de provincie een ontheffing van de zorgplicht krijgen (buiten bebouwde kom). 2. Een gemeentelijke zorgplicht voor hemelwater ( hemelwaterzorgplicht ), geregeld in de Wet op de waterhuishouding (Wwh). Feitelijk betekent dit een splitsing van de voormalige in de Wet milieubeheer (Wm) geregelde zorgplicht voor de inzameling en het transport van afvalwater in twee afzonderlijke zorgplichten: voor afvalwater én voor hemelwater. 3. Een gemeentelijke zorgplicht (geregeld in de Wwh) voor het in het openbare terrein treffen van maatregelen om structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zo veel mogelijk te voorkomen of te beperken ( grondwaterzorgplicht ). De te nemen maatregelen moeten wel doelmatig zijn en niet behoren tot de zorg van het waterschap of de provincie. 4. Bestuursorganen die bevoegdheden rond afvalwater uitoefenen, moeten rekening houden met een voorkeursvolgorde (geregeld in de Wm). De reden hiervoor is dat sommige wijzen van omgaan met afvalwater vanuit milieuhygiënisch oogpunt uitdrukkelijk de voorkeur verdienen boven andere.

56 Bijlage 1: Wet- en regelgeving (Vervolg 2) 5. Gemeenten kunnen bij verordening regels stellen voor het lozen van afvloeiend hemelwater en grondwater (geregeld in de Wm). 6. Een heffingsbevoegdheid waarmee gemeenten de kosten kunnen verhalen die gepaard gaan met de gemeentelijke wateropgave (geregeld in de Gemeentewet). 7. Een verbreding van het gemeentelijk rioleringsplan (GRP) in de Wm. Dit houdt in dat gemeen ten in hun GRP expliciet moeten beschrijven hoe zij de zorgplichten voor afval-, regen- en grondwater invullen. Wet Milieubeheer (wet) Met de inwerkingtreding van de Wet Milieubeheer zijn voorschriften gesteld aan het lozen van afvalwater. Lozingen op de riolering worden op basis van de Wet milieubeheer geregeld. Enerzijds mag het materiaal van de riolering niet worden aangetast, anderzijds mag ook de goede werking van de afvalwaterzuiveringsinrichting niet worden belemmerd. Tot slot is de kwaliteit van belang in verband met de overstortingen op oppervlaktewater. Een en ander is vastgelegd in de Instructieregeling lozingsvoorschriften milieubeheer. Bij Wet milieubeheercontroles bij bedrijven moet ook de rioleringscomponent worden meegenomen. Wet op de waterhuishouding (wet) De Wet op de waterhuishouding geeft regels op het gebied van de waterhuishouding. De wet heeft een tweeledige doelstelling. Aan de ene kant verschaft de wet instrumenten om een samenhangend en doelmatig beleid en beheer op het gebied van de waterhuishouding in haar geheel te verzekeren en aan de andere kant geeft zij regels voor het kwantiteitsbeheer van het oppervlaktewater. In de Wet op de waterhuishouding zijn voor de gemeente twee zorgplichten opgenomen, een hemelwaterzorgplicht en een grondwaterzorgplicht. Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten (WION) (wet) De WION (ook wel bekend als Grondroerdersregeling) is 1 juli 2008 in werking getreden. De gemeente is als eigenaar van leidingen verplicht tot digitale toegankelijkheid van de leidinggegevens van hun netwerken en aanlevering hiervan bij het Kadaster. De verplichte aanlevering van informatie betekent voor gemeenten dat zij alle gegevens over leidingen in hun beheer digitaal beschikbaar moeten hebben. Besluit lozingen afvalwater huishoudens (AMvB) Het Besluit lozing afvalwater huishoudens regelt alle lozingssituaties die bij een particulier huishouden aan de orde kunnen zijn, zowel in het stedelijk gebied als in het buitengebied. In de Regeling lozing afvalwater huishoudens is de normstelling voor septic tanks conform NEN-EN opgenomen. Besluit lozingen afvalwater buiten inrichtingen (AMvB) Het Besluit lozing afvalwater buiten inrichtingen zal naar verwachting begin 2010 in werking treden. Dit besluit regelt alle lozingen die niet vanuit een inrichting in de zin van de Wm of een particulier huishouden plaatsvinden. In navolging van het Activiteitenbesluit en het Besluit lozing afvalwater huishoudens wordt dit een integraal besluit waarin alle lozingsroutes worden geregeld, gebaseerd op de Wm en de Waterwet. Vierde Nota Waterhuishouding (richtlijn) In deze nota is veel aandacht voor het kernbegrip duurzaam. Voor nieuwbouw betekent dit afkoppelen van verhard oppervlak waar dit kan, het vermijden van toepassingen van uitloogbare materialen (zoals zink, koper, lood, etc.), de toepassing van alternatieve inzamelingssystemen (zoals infiltratie-transport-systemen) en dergelijke. Dit zijn maatregelen om enerzijds te voorkomen dat verontreinigingen in het afvalwater terechtkomen en anderzijds om te voorkomen dat schoon water naar een rioolwaterzuiveringsinstallatie wordt getransporteerd. Nationaal bestuursakkoord water (afspraak) In februari 2001 sloten het Rijk, IPO (Interprovinciaal Overleg), UvW (Unie van Waterschappen) en de VNG (Vereniging van Nederlandse Gemeenten) de Startovereenkomst Waterbeleid 21e eeuw. Daarmee werd de eerste stap gezet in het tot stand brengen van de noodzakelijke gemeenschappelijke aanpak. Twee jaar later op 2 juli 2003 zijn de resultaten van die samenwer-

57 Bijlage 1: Wet- en regelgeving (Vervolg 3) king en van voortschrijdende kennis en inzicht neergelegd in het Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW). Twee belangrijke elementen uit de NBW betreffen: De noodzaak dat gemeenten in samenwerking met het waterschap een waterplan opstellen, mits sprake is van knelpunten in het watersysteem. De stedelijke wateropgave dient uiterlijk in 2009 te worden ingevuld door de gemeente samen met het waterschap, zodat voor de burgers ook in extreme situaties het houden van droge voeten wordt nagestreefd. Het Nationaal Bestuursakkoord Water is geactualiseerd. Hiermee onderstrepen de betrokken partijen nogmaals het belang van samenwerking om het water duurzaam en klimaatbestendig te beheren. In de nieuwe afspraken staat onder meer hoe de betrokken partijen moeten omgaan met nieuwe klimaatscenario s, de stedelijke wateropgave en de gevolgen voor de ruimtelijke ordening. Bestuursakkoord Waterketen 2007 (afspraak) Op 5 juli 2007 heeft de VNG samen met andere betrokken partijen een bestuursakkoord waterketen afgesloten. Dit akkoord bevat afspraken die leiden tot versterking en verdere stimulering van het bottum-up samenwerkingsproces tussen gemeenten, drinkwaterbedrijven en waterschappen. Resultaat van deze afspraken moet zijn dat de doelmatigheid en transparantie van de uitvoering van de taken wordt vergroot. Het akkoord gaat ervan uit dat een doelmatigheid van 10 a 20 % over 10 jaar haalbaar is. Aandachtspunten voor de gemeenten uit het bestuursakkoord waterketen zijn met name Benchmarking rioleringszorg, intergemeentelijke samenwerking en permanente samenwerking met het waterschap. Een belangrijk speerpunt is het doen van vergelijkend onderzoek ter verbetering van de uitvoering van taken (benchmarking). Benchmarking biedt objectieve informatie om de uitvoering van taken te vergelijken en op basis daarvan verder verbeteringen door te voeren. In het bestuursakkoord wordt opgeroepen een benchmark uit te voeren. Het bestuursakkoord stelt tot doel dat gemeenten en waterschappen een permanente samenwerking in het afvalwaterbeheer realiseren en bestuurlijke overeenkomsten afsluiten om investeringen tegen de laagst maatschappelijke kosten te realiseren. Voor alle rioolwaterzuiveringsinstallaties en de aangesloten riolering dient in 2009 een optimalisatiestudie te zijn uitgevoerd, tenzij uit een snelle inventarisatie blijkt dat er geen optimalisatiekansen zijn. Het waterschap neemt hiertoe het initiatief. Het Rijk monitort de ontwikkeling van de doelmatigheid en transparantie ten opzichte van het referentiejaar In 2007 is de eerste monitor uitgevoerd. In 2009 en 2011 worden de tweede en de derde, de laatste, monitor uitgevoerd. Waterhuishoudingsplan provincie Utrecht In het waterhuishoudingsplan wordt aangegeven dat de provincie streeft naar een duurzaam stedelijk waterbeheer met daarop afgestemde inrichting en beheer van de bebouwde omgeving. Belangrijk is hierbij een geïntegreerd milieu- en ruimtelijke ordeningsbeleid van de gemeente met aandacht voor diffuse bronnen, (grond) wateroverlast, ecologie en riolering. Ook is hierbij een goede samenwerking tussen gemeente en waterschappen essentieel. Belangrijke speerpunten in het waterhuishoudingsplan zijn: De provincie verwacht van gemeenten en waterschappen dat zij gezamenlijk plannen zullen maken voor het opstellen van afvalwaterakkoorden per zuiveringsgebied met als doel het verbeteren van de doelmatigheid in de waterketen. Gemeenten en waterschappen voeren gezamenlijk een optimalisatiestudie uit. De gemeenten stellen volgens het NBW een waterplan op (niet verplicht). Het streven van de provincie is een gemiddeld afkoppelingspercentage van 5% van verharde oppervlakken in bestaand stedelijk gebied. Voor de lange termijn is dit 20%. De provincie verwacht van gemeenten dat zij hiertoe een haalbaarheidsonderzoek uitvoeren. Bij het saneren van overstorten werken gemeenten en waterschappen volgens een tweesporenbeleid: het emissiespoor en het waterkwaliteitsspoor. Voor de percelen in het buitengebied die niet op de riolering worden aangesloten, moeten gemeente bij de provincie en ontheffing aanvragen van de gemeentelijke zorgplicht.

58 Bijlage 1: Wet- en regelgeving (Vervolg 4) Op 23 november 2009 stelt de Provincie het nieuwe Provinciaal Waterplan vast. Ontwerp-Waterbeheersplan Waterschap Vallei & Eem Waterschap Vallei & Eem heeft de zorg voor het water in het gebied dat ligt tussen de Utrechtse Heuvelrug in het westen, de zuidelijke randmeren in het noorden, de Veluwe in het oosten en de Nederrijn in het zuiden. Het waterschap geeft zijn taken vorm in drie programma s: Veilige dijken, Voldoende en schoon water en Zuivering afvalwater. Deze drie programma s worden in het nieuwe waterbeheersplan beschreven, voor de planperiode Het programma Zuivering afvalwater houdt in dat het waterschap gebruikt en verontreinigd water en hemelwater dat in rioleringen wordt verzameld, adequaat zuivert voordat het op het oppervlaktewater wordt geloosd. Op die manier zorgt het waterschap ervoor dat de kwaliteit van dat oppervlaktewater zo min mogelijk wordt beïnvloed. Het programma Zuivering afvalwater levert daarmee een essentiële bijdrage aan het programma Voldoende en schoon water.

59 Bijlage 2 Doelen, functionele eisen, maatstaven en meetmethoden

60 Bijlage 2: Doelen, functionele eisen, maatstaven en meetmethoden Doel 1. Zorgen voor inzameling van stedelijk afvalwater Functionele eisen Maatstaven Meetmethoden 1a. Alle percelen op het gemeentelijk gebied waar afvalwater vrijkomt Alle percelen binnen of buiten bebouwde kom moeten aangesloten Registratie van lozingssituatie van de percelen binnen en buiten de moeten van een rioleringsaansluiting zijn voorzien, uitgezonderd bij zijn op riolering of op een lokale behandeling van het afvalwater bebouwde kom. specifieke situaties waar lokale behandeling een zelfde graad van milieubescherming biedt. (IBA) als dit eenzelfde graad van milieubescherming biedt tenzij dit niet doelmatig is met het oog op kosten en milieu. 1b. Er dienen geen ongewenste lozingen op de riolering plaats te vinden. Geen overtredingen van de Lozingsvoorwaarden bij of krachtens de Wet milieubeheer en geen foutieve aansluitingen. Controle, handhaving en registratie 1c. Het scheiden van (afval) waterstromen in huishoudens, bedrijven en industrie dient te worden bevorderd. 1d. Riolen en andere objecten dienen in hoge mate waterdicht te zijn, zodanig dat de hoeveelheid uittredend rioolwater en intredend grondwater beperkt blijft. Toepassen gescheiden systemen in huishoudens, bedrijven en industrie. Ingrijpmaatstaven voor waterdichtheid en stabiliteit (conform NEN 3398) mogen niet voorkomen. Controle, handhaving en registratie in het kader van bouwvergunningen. Visuele inspectie met classificatie volgens NEN Doel 2. Zorgen voor transport van stedelijk afvalwater Functionele eisen Maatstaven Meetmethoden 2a. De afvoercapaciteit moet voldoende zijn om bij droog weer het aanbod van stedelijk afvalwater binnen zekeren grenzen te verwerken. Uitgaande van 12 l/(inwoner/uur) en de afvalwaterhoeveelheden van bedrijven mag de maximale vullingsgraad in een dwa-stelsel niet meer dan 50% bedragen. Ontwerp volgens Leidraad Riolering 2b. De afstroming dient gewaarborgd te zijn. Ingrijpmaatstaven voor afstroming (conform NEN 3398) mogen niet voorkomen. 2c. Het afvalwater dient zonder overmatige aanrotting de rwzi te bereiken. 2d. De afvoercapaciteit van de riolering voor stedelijk afvalwater moet toereikend zijn om het aanbod bij hevige neerslag te kunnen verwerken, uitgezonderd bij bepaalde buitengewone omstandigheden. Alle inslagpeilen van de gemalen moeten onder de binnenonderkant van de laagst binnenkomende riool te liggen. Verblijftijd van het afvalwater in het stelsel niet langer dan 15 uur. Gemiddeld maximaal éénmaal per twee jaar water op straat (theoretisch). 2e. De objecten moeten in goede staat zijn. Ingrijpmaatstaven voor waterdichtheid en stabiliteit mogen niet voorkomen. 2f. De vuiluitworp uit gemengde rioolstelsels dient beperkt te zijn. De vuiluitworp uit gemengde rioolstelsels moet kleiner of gelijk zijn aan de vuiluitworp van het referentiestelsel volgens de eenduidige basisinspanning van de CIW. Visuele inspectie met classificatie volgens NEN 3399 en hydraulische berekening. Waarneming Hydraulische berekeningen Hydraulische berekeningen conform Leidraad Riolering C2100 bij een gebeurtenis met een herhalingstijd van T=2 jaar (bui08) Visuele inspectie met classificatie volgens NEN g. Geen afvoer van drainagewater via gemengde en/of dwa riolen. Drains zijn niet op gemengde en/of dwa-riolen aangesloten. Waarneming en metingen. Tienjarige regenreeksberekeningen volgens de Leidraad Riolering. Vermenigvuldiging van de overstortvolumes met de vuilconcentratie.

61 Bijlage 2: Doelen, functionele eisen, maatstaven en meetmethoden (Vervolg 1) Doel 3. Zorgen voor inzameling van hemelwater (voor zover niet door de particulier) Functionele eisen Maatstaven Meetmethoden 3a. Alle percelen binnen binnen bebouwde kom waar hemelwater vrijkomt waarvan men zich wenst te ontdoen, moeten van een rioleringsaansluiting zijn voorzien. Alle percelen zijn voorzien van een aansluiting op de riolering, tenzij men zich niet van het hemelwater wil ontdoen doch het voor lokale waterhuishouding of andere doeleinden wil gebruiken of wanneer directe lozing geoorloofd is. Registratie van lozingssituatie van de percelen binnen en buiten de bebouwde kom. 3b. Voor zover rendabel, afkoppelen van schoon hemelwater zonder wateroverlast en ongewenste milieuverontreiniging te veroorzaken. 3c. Adequate inzameling van hemelwater, voor zover de particulier niet redelijkerwijs in de verwerking kan voorzien. Afkoppelen indien technisch uitvoerbaar, toelaatbaar voor het milieu en kosteneffectief. Indien bij nieuwbouw het perceel grenst aan het oppervlaktewater dan voorziet de particulier, in overleg met de waterbeheerder, in de afvoer van het hemelwater van daken rechtstreeks op het oppervlaktewater. Optimalisatie milieurendement, conform beleid Waterschap Visuele waarnemingen en meldingenregistratie. 3d. De instroming in riolen via de kolken dient ongehinderd plaats te Plasvorming bij kolken dient beperkt te zijn. Visuele waarnemingen en meldingenregistratie. 3e. vinden. Beperkte hoeveelheid intredend grondwater. Ingrijpmaatstaven voor waterdichtheid (conform NEN 3398) mogen Visuele inspectie met classificatie volgens NEN niet voorkomen. Doel 4. Zorgen voor verwerking van ingezameld hemelwater Functionele eisen Maatstaven Meetmethoden 4a. De afvoercapaciteit van de riolering moet toereikend zijn om het aanbod bij hevige neerslag te kunnen verwerken, uitgezonderd bij bepaalde buitengewone omstandigheden. Gemiddeld maximaal éénmaal per twee jaar water op straat (theoretisch). Hydraulische berekeningen conform Leidraad Riolering C2100 bij een gebeurtenis met een herhalingstijd van T=2 jaar (bui08) 4b. De vuiluitworp door regenwaterlozingen op oppervlaktewater dient beperkt te zijn. De vuiluitworp mag de doelstelling voor de oppervlaktewaterkwaliteit niet in gevaar brengen. Metingen van de oppervlaktewaterkwaliteit door de waterbeheerder. Doel 5. Zorgen dat (voor zover mogelijk) het grondwater de bestemming van een gebied niet structureel belemmert Functionele eisen Maatstaven Meetmethoden 5a. Nieuwbouw: Adequaat ontwerp van de ontwatering voor de openbare ruimte (beheerfase) - Ontwateringsdiepte > 0,7 m-mv (wegen, parkeerplaatsen en plantsoenen) - Ontwateringsdiepte > 0,5 m-mv (openbaar groen) Peilbuizen registratie 5b. Bestaand gebied geen eis voor ontwateringsdiepte

62 Bijlage 3 Tabellen

63 Bijlage 3: Tabellen Gemalen Gemengd bedragen * EURO prijspeil 2009 Tabel 4.1 GEM 60 jaar 15 jaar Nr Lokatie gemaal aanlegjaar Cap investering vervanging bouwk deel investering vervanging mech/el deel bouwk mech/el m3/h 1e vv-jaar excl. BTW BTW 1e vv-jaar excl. BTW BTW RG-01 Groenhouten-zuid/ Landweg ,00 4, ,00 4,94 RG-02 Bavoortseweg/ zwembad ,00 2, ,00 3,61 RG-03 Hertenhoeve/ Van der Postlaan ,00 6, ,00 5,70 RG-04 Hessenweg/ Horsterweg ,00 2, ,00 3,61 RG-05 't Sluisje ,00 2, ,00 3,61 RG-06 Groene Zoom/Larikslaan ,00 9, ,00 6,46 RG-07 Kerkdijk/ Ruurd Visserstraat ,00 10, ,00 7,22 RG-08 Kuperssingel/ Watermolen ,00 12, ,00 9,69 RG-09 Treekerweg/ Arnhemseweg ,00 3, ,00 4,37 RG-10 Schutterhoeflaan ,00 3, ,00 3,99 RG-11 Waterlooweg ,00 1, ,00 3,04 RG-12 Zwarteweg/ Larikslaan ,00 10, ,00 7,79 RG-14 Ambachtsweg/ H'veldseweg ,00 3, ,00 4,56 RG-17 Spieghelweg/ Randweg ,00 1, ,00 3,04 RG-20 Groepsekom/ Vlietsingel ,00 7, ,00 5,89 RG-21 Van Diepenheim Scheltuslaan ,00 13, ,00 10,83 RG-22 De Hank TOTALEN BK 506,00 96,14 M/E 465,00 88,35 Kosten bepaald aan de hand van Leidraad Riolering, module D1100 Omrekenfactor index Leidraad (pp 2007) naar ,04 Formule: Kosten = factor * Basisprijs*capaciteit ^macht bouwkundig mech/elektr. capaciteit factor basisprijs macht factor basisprijs macht 0-10 m3/h m3/h 0, , , m3/h 0, ,35 0, , m3/h 0, , ,46 Project: GRP Leusden 2009 t/m 2013 Scenario: c1 Projectnummer: Filenaam: GRP09-1.xls Datum: 6-aug-09

64 Bijlage 3: Tabellen (Vervolg 1) Gemalen Hemelwaterafvoer + Grondwaterafvoer bedragen * EURO prijspeil 2009 Tabel 4.1 HWA+GW 60 jaar 15 jaar Nr Lokatie gemaal aanlegjaar Cap investering vervanging bouwk deel investering vervanging mech/el deel bouwk mech/el m3/h 1e vv-jaar excl. BTW BTW 1e vv-jaar excl. BTW BTW RG-15 Ruigevelddreef/ Veldschoren ,00 3, ,00 3,99 RG-19 Randweg/ Schotskamp ,00 1, ,00 3,04 TOTALEN 25,00 4,75 37,00 7,03 Kosten geschat aan de hand van Leidraad Riolering, module D1100 Omrekenfactor index Leidraad (pp 2007) naar ,04 Formule: Kosten = factor * Basisprijs*capaciteit ^macht bouwkundig mech/elektr. capaciteit factor basisprijs macht factor basisprijs macht 0-10 m3/h m3/h 0, , , m3/h 0, ,35 0, , m3/h 0, , ,46 Project: GRP Leusden 2009 t/m 2013 Scenario: c1 Projectnummer: Filenaam: GRP09-1.xls Datum: 6-aug-09

65 Bijlage 3: Tabellen (Vervolg 2) Persleidingen Gemengd bedragen * EURO prijspeil 2009 Tabel 4.2 GEM 60 jaar Nr persleiding behorend bij gemaal lengte diameter jaar 1e jaar Investering BTW (m) (mm) aanleg vervanging excl. BTW RG-01. Groenhouten-zuid/ Landweg ,29 0,63 RG-02. Bavoortseweg/ zwembad ,81 0,72 RG-03. Hertenhoeve/ Van der Postlaan ,53 0,29 RG-04. Hessenweg/ Horsterweg ,41 14,71 RG-05. 't Sluisje ,45 0,47 RG-06. Groene Zoom/Larikslaan ,39 1,78 RG-07. Kerkdijk/ Ruurd Visserstraat ,88 0,93 RG-08. Kuperssingel/ Watermolen ,58 9,04 RG-09. Treekerweg/ Arnhemseweg ,94 8,16 RG-10. Schutterhoeflaan ,79 17,82 RG-11. Waterlooweg ,22 13,72 RG-12. Zwarteweg/ Larikslaan ,68 0,51 RG-14. Ambachtsweg/ H'veldseweg ,93 7,78 RG-17. Spieghelweg/ Randweg ,83 3,20 RG-20. Groepsekom/ Vlietsingel ,32 12,98 RG-21 Van Diepenheim Scheltuslaan ,75 66,64 RG-22 De Hank ,75 8,69 TOTALEN ,56 168,07 Uitgangspunten vervangingsinvesteringen, in EURO, excl. BTW, prijspeil startjaar Vervangingskosten geschat : L[m] * D[mm] * 0,61 voor diameter mm 0,51 voor diameter mm Omrekenfactor index Leidraad (pp 2007) naar ,04 Project: GRP Leusden 2009 t/m 2013 Scenario: c1 Projectnummer: Filenaam: GRP09-1.xls Datum: 6-aug-09

66 Bijlage 3: Tabellen (Vervolg 3) Persleidingen Hemelwaterafvoer + Grondwaterafvoer bedragen * EURO prijspeil 2009 Tabel 4.2 HWA+GW 60 jaar Nr persleiding behorend bij gemaal lengte diameter jaar 1e jaar Investering BTW (m) (mm) aanleg vervanging excl. BTW RG-15 Ruigevelddreef/Veldschoren ,29 0,43 RG-19 Randweg/Schotskamp ,91 0,36 TOTALEN 80 4,20 0,80 Uitgangspunten vervangingsinvesteringen, in EURO, excl. BTW, prijspeil startjaar Vervangingskosten geschat : L[m] * D[mm] * 0,61 voor diameter mm 0,51 voor diameter mm Omrekenfactor index Leidraad (pp 2007) naar ,04 Project: GRP Leusden 2009 t/m 2013 Scenario: c1 Projectnummer: Filenaam: GRP09-1.xls Datum: 6-aug-09

67 Bijlage 3: Tabellen (Vervolg 4) Mechanische riolering (Droogweerafvoer) Tabel 4.3 DWA bedragen * EURO prijspeil jaar 15 jaar Druksysteem aantal leidinglengte jaar aanleg vervanging bouwkundig vervanging mech/el deel units druk vv bouwk. mech/el. 1e vv-jaar excl. BTW BTW 1e vv-jaar excl. BTW BTW Drukriolering fase LZ ,25 10, ,30 7,85 Drukriolering fase LC ,82 9, ,00 11,21 Drukriolering fase LC ,26 3, ,60 4,48 Drukriolering fase ,34 57, ,20 20,18 Drukriolering fase ,01 49, ,90 12,33 Drukriolering fase ,29 42, ,50 39,24 Drukriolering fase ,31 13, ,40 6,73 Drukriolering fase ,78 26, ,40 40,36 Drukriolering fase ,58 39, Drukriolering fase ,96 36, ,90 34,75 Drukriolering fase ,93 21, Drukriolering fase ,20 26, Drukriolering fase ,66 74, ,20 53,81 Drukriolering fase ,78 28, Drukriolering fase ,32 96, ,10 43,72 Drukriolering fase ,58 6, Drukriolering fase ,90 121, ,70 48,20 Drukriolering fase ,10 9, Drukriolering fase ,29 11, Drukriolering fase 10/ ,62 83, ,30 30,27 Drukriolering fase 10/ ,53 5, Drukriolering fase ,20 3, ,70 3,36 In 2010 is euro opgenomen voor maatregelen tegen H2S vorming bij de lozingspunten van drukriolering. TOTALEN bk 4.083,72 775,91 m/e 1.876,20 356,48 Uitgangspunten vervangingsinvesteringen, in EURO, excl. BTW, prijspeil startjaar Index LR (pp 2007) -> pp startjaar: 1,04 Pompunit (bouwkundig ca.) Drukleiding per m1 48 Pompunit (mech/el) Vrijvervalleiding per m1 210 Project: GRP Leusden 2009 t/m 2013 Scenario: c1 Projectnummer: Filenaam: GRP09-1.xls Datum: 21-aug-09

68 Bijlage 3: Tabellen (Vervolg 5) Onderzoeksuitgaven Tabel 5.1 bedragen in EURO prijspeil 2009 Uitgaven Vuilwater Hemelwater + GW Gemengd excl. BTW BTW excl. BTW BTW excl. BTW BTW STRUCTUREEL, Jaarlijks 1. Bestandsbeheer in exploitatieuitgaven Inspectie vanuit de leiding in exploitatieuitgaven Beoordeling riolering in exploitatieuitgaven Diverse studies 0,50 per heffingseenheid Monitoren riolering INCIDENTEEL PLANPERIODE Vuilwater Hemelwater + GW Gemengd excl. BTW BTW excl. BTW BTW excl. BTW BTW 2012 Aanpassen gemalenbeheersysteem Opstellen incidentenplan Benchmark rioleringszorg Onderzoek H2S-vorming Pilot project foute aansluitingen Actualiseren GRP onderzoeken grondwaterproblemen onderzoeken waterpeil riolering Communicatie Project: GRP Leusden 2009 t/m 2013 Scenario: c1 Projectnummer: Filenaam: GRP09-1.xls Datum: 15-okt-09

69 Bijlage 3: Tabellen (Vervolg 6) Exploitatieuitgaven Tabel 5.2 bedragen in EURO prijspeil 2009 Uitgaven Vuilwater Hemelwater + GW Gemengd Omschrijving excl. BTW BTW excl. BTW BTW excl. BTW BTW Storingen en klachten budget riolen (0,07%) budget kolken (0,1%) budget pompunits drukriolering (0,75%) budget rioolgemalen (1%) uitbesteed werk Periodiek onderhoud reiniging riolen periodiek reiniging riolen speciaal reiniging gemalen reiniging kolken machinaal reiniging kolken handmatig vuilverwerking Verrekening hkp milieustraat Controle en onderzoek TV inspectie riolen (periodiek) excl. reinigen TV inspectie riolen (incidenteel) incl.reinigen Inspectie rioolgemalen (100%) Inspectie pompunits drukriolering (50%) onderzoeken grondwaterproblemen onderzoeken waterpeil riolering vergoedingen en bijdragen RIONED/KLIC onderhoudscontracten Pompgemalen en overig energie telefoonkosten overige kosten Bijdrage aan sectorprodukt wegbeheer Stelposten Groot onderhoud rioleringen verrekening kp RB Personeelskosten rioolbeheer Verrekening kp RB Verrekening hkp tractie Als gevolg van de uitbreiding van de riolering en de daaraan gerelateerde toename van het aantal heffingseenheden, nemen de exploitatielasten met EURO 47,00 per extra eenheid per jaar toe. Toename BTW-component 3,59 per extra eenheid per jaar toe. Project: GRP Leusden 2009 t/m 2013 Scenario: c1 Projectnummer: Filenaam: GRP09-1.xls Datum: 26-okt-09

70 Bijlage 3: Tabellen (Vervolg 7) Gehanteerde technische levensduren rioleringsonderdelen Tabel 5.3 Riolen, putten en kolken: Riolen krijgen een levensduur die is gebaseerd op inspectie of daarvan is afgeleid. Indien geen inspectiegegevens beschikbaar zijn wordt uitgegaan van een standaardlevensduur van 60 jaar. Persleidingen 60 Gemalen: Onderdeel Levensduur (jaar) - mechanisch/electrisch 15 - bouwkundig 60 Drukriolering: Onderdeel Levensduur (jaar) - mechanisch/electrisch 15 - bouwkundig 60 Project: GRP Leusden 2009 t/m 2013 Scenario: c1 Projectnummer: Filenaam: GRP09-1.xls Datum: 21-aug-09

71 Bijlage 3: Tabellen (Vervolg 8) Vrijvervalriolen (gemengd) bedragen * EURO prijspeil 2009 Tabel 5.4 GEM vervanging+relinen reparatie (groot+beperkt) Totaal Totaal gemiddeld jaar reparatie inlaat (beperkt+groot) incl toesl. excl. BTW BTW ,18 52, ,63 229,63 43, ,14 67, ,13 419,13 79, ,54 97, ,97 722,97 137, ,83 88, ,69 179,69 34, ,90 9, ,55 412,55 78, ,51 67, ,70 822,26 156, , ,50 822,26 156, , ,56 822,26 156, , ,27 822,26 156, ,38 1, ,30 822,26 156, , ,62 7,70 1, , ,92 7,70 1, ,36 1, ,28 7,70 1, , ,92 7,70 1, , ,77 7,70 1, , ,45 214,27 40, ,27 40, , ,07 214,27 40, , ,88 214,27 40, , ,92 214,27 40, , ,04 264,67 50, , ,42 264,67 50, ,39 74, ,23 264,67 50, ,26 69, ,91 264,67 50, , ,77 264,67 50, ,77 89, ,74 187,24 35, ,97 74, ,37 187,24 35, , ,53 187,24 35, ,76 5, ,52 187,24 35, ,36 43, ,05 187,24 35, ,61 93, ,59 695,56 132, ,31 81, ,55 695,56 132, ,37 99, ,95 695,56 132, ,76 74, ,61 695,56 132, ,32 28, ,11 695,56 132, ,34 1, ,26 177,74 33, ,74 33, ,74 33, , ,92 177,74 33, , ,54 177,74 33, , ,12 30,50 5, , ,68 30,50 5, ,57 1, ,49 30,50 5, , ,37 30,50 5, , ,85 30,50 5, , ,63 177,89 33, ,89 33, , ,07 177,89 33, , ,77 177,89 33, ,89 33, , ,49 287,35 54, , ,00 287,35 54, , ,54 287,35 54, , ,83 287,35 54, , ,90 287,35 54, , ,51 808,44 153, , ,50 808,44 153, , ,56 808,44 153, , ,27 808,44 153, , ,38 808,44 153,60 Totalen Project: GRP Leusden 2009 t/m 2013 Scenario: c1 Projectnummer: Filenaam: GRP09-1.xls Datum: 6-aug-09

72 Bijlage 3: Tabellen (Vervolg 9) Vrijvervalriolen Vuilwater (DWA) bedragen * EURO prijspeil 2009 Tabel 5.5 DWA vervanging reparatie (groot+beperkt) Totaal incl. Totaal jaar reparatie inlaat (beperkt+groot) toeslagen extra excl. BTW BTW , ,69 130,69 24, , ,69 46,69 8, ,11 177, ,32 212,32 40, ,03 312, ,02 338,02 64, ,56 15, ,91 137,91 26, ,76 495, ,88 137,33 26, , ,84 137,33 26, , ,76 137,33 26, , ,20 137,33 26, , ,95 137,33 26, , ,11 52,06 9, , ,54 52,06 9, ,16 55, ,81 52,06 9, , ,08 52,06 9, , ,73 52,06 9, , ,76 60,21 11, ,21 11, ,17 249, ,64 60,21 11, , ,63 60,21 11, ,21 11, ,24 1, , ,77 530, ,85 45, , ,77 530, ,53 3, , ,77 530, ,38 65, , ,77 530, ,08 1, , ,77 530, ,29 156, ,29 156, , ,56 825,29 156, , ,43 825,29 156, , ,46 825,29 156, , , ,28 233, , , ,28 233, ,44 1, , ,28 233, ,93 1, , ,28 233, ,31 9, , ,28 233, ,67 1, , ,76 288, , , ,76 288, , , ,76 288, , , ,76 288, , , ,76 288, , ,39 498,00 94, , ,44 498,00 94, ,57 1, ,49 498,00 94, , ,62 498,00 94, , ,06 498,00 94, , ,10 543,33 103, ,33 103, ,00 1, ,91 543,33 103, , ,65 543,33 103, ,33 103, ,54 6, ,54 6, , ,11 36,54 6, , ,03 36,54 6, , ,56 36,54 6, , ,76 2,35 0, ,35 0, ,35 0, ,35 0, ,35 0,45 Totalen Project: GRP Leusden 2009 t/m 2013 Scenario: c1 Projectnr: Filenaam: GRP09-1.xls Datum: 6-aug-09

73 Bijlage 3: Tabellen (Vervolg 10) Vrijvervalriolen (Hemelwater en grondwater) bedragen * EURO prijspeil 2009 Tabel 5.6 HWA+GW vervanging reparatie (groot+beperkt) Totaal Totaal jaar reparatie inlaat (beperkt) incl toesl. extra excl. BTW BTW , ,48 157,48 29, , ,53 27,53 5, , ,78 260,78 49, , ,35 205,35 39, ,35 30, ,06 126,06 23, , ,36 171,40 32, , ,35 171,40 32, , ,92 171,40 32, ,87 26, ,74 171,40 32, , ,65 171,40 32, , ,69 123,39 23, , ,54 123,39 23, , ,06 123,39 23, ,39 154, ,92 123,39 23, , ,76 123,39 23, ,32 13, ,32 13, ,72 219, ,35 71,32 13, , ,81 71,32 13, , ,43 71,32 13, ,70 5, , ,67 584, ,85 42, , ,67 584, ,23 9, , ,67 584, ,60 52, , ,67 584, ,83 1, , ,67 584, ,02 195, , , ,02 195, ,13 23, , ,02 195, , , ,02 195, , , ,02 195, , , ,64 272, , , ,64 272, , , ,64 272, , , ,64 272, ,97 3, , ,64 272, , , ,72 313, , , ,72 313, , , ,72 313, ,94 14, , ,72 313, , , ,72 313, , ,85 649,34 123, , ,92 649,34 123, , ,14 649,34 123, ,67 31, ,96 649,34 123, , ,81 649,34 123, ,23 104, ,23 104, ,04 7, ,72 550,23 104, , ,68 550,23 104, , ,77 550,23 104, ,07 3, ,07 3, ,07 3, ,07 3, , ,35 19,07 3, ,97 5, ,97 5, ,97 5, , ,87 30,97 5, ,97 5,88 Totalen Project: GRP Leusden 2009 t/m 2013 Scenario: c1 Projectnummer: Filenaam: GRP09-1.xls Datum: 6-aug-09

74 Bijlage 3: Tabellen (Vervolg 11) Maatregelen Grondwater bedragen * EURO prijspeil 2009 Tabel 5.7 HWA+GW Omschrijving investering jaar excl. BTW BTW - Uitvoeren van grondwatermaatregelen ,00 19,00 Uitvoeren van grondwatermaatregelen ,00 19,00 Uitvoeren van grondwatermaatregelen ,00 19,00 Uitvoeren van grondwatermaatregelen ,00 19,00 TOTALEN 400,00 76,00 Project: GRP Leusden 2009 t/m 2013 Scenario: c1 Projectnummer: Filenaam: GRP09-1.xls Datum: 6-aug-09

75 Bijlage 3: Tabellen (Vervolg 12) Milieumaatregelen (Hemelwaterafvoer) bedragen in EURO * 1000 prijspeil 2009 Tabel 5.8 HWA+GW jaar omschrijving maatregel Totaal Investering subsidie excl. BTW BTW 2011 Aanleg randvoorziening Achterveld 350,00 125,00 225,00 42, Aanleg randvoorziening Leusden-Zuid 260,00 50,00 210,00 39, Aanleg meetsysteem (18 niveaumeters, 16 locaties) 100,00 19,00 Project: GRP Leusden 2009 t/m 2013 Scenario: c1 Projectnummer: Filenaam: GRP09-1.xls Datum: 6-aug-09

76 Bijlage 3: Tabellen (Vervolg 13) Kapitaallasten van in het verleden gedane investeringen Tabel 6.1 bedragen * EURO Voor BTW Compensatiefonds Na BTW Compensatiefonds jaar nominaal prijspeil 2009 nominaal prijspeil 2009 BTW inclusief BTW exclusief BTW mee te rekenen TOTAAL ,64 160,64 30,52 160, ,01 157,85 29,99 157, ,03 149,97 28,49 149, ,50 122,97 23,37 122, ,25 108,33 20,58 108, ,25 103,48 19,66 103, ,25 98,79 18,77 98, ,50 93,58 17,78 93, ,20 88,08 16,74 88, ,07 83,73 15,91 83, ,08 78,82 14,98 78, ,12 74,09 14,08 74, ,24 67,21 12,77 67, ,92 60,23 11,44 60, ,39 54,86 10,42 54, ,20 42,50 8,08 42, ,87 38,51 7,32 38, ,29 36,63 6,96 36, ,81 31,37 5,96 31, ,24 27,62 5,25 27, ,22 25,72 4,89 25, ,33 24,63 4,68 24, ,44 23,57 4,48 23, ,55 22,55 4,28 22, ,67 21,55 4,09 21, ,78 20,59 3,91 20, ,89 19,65 3,73 19, ,00 18,75 3,56 18, ,11 17,87 3,39 17, ,22 17,02 3,23 17, ,33 16,19 3,08 16, ,11 15,22 2,89 15, ,43 12,96 2,46 12, ,47 12,21 2,32 12, ,75 11,60 2,20 11, ,03 11,01 2,09 11, ,41 10,01 1,90 10, ,43 5,97 1,14 5, ,12 5,71 1,08 5, ,81 5,45 1,04 5, ,50 5,21 0,99 5, ,19 4,97 0,94 4, ,88 4,73 0,90 4, ,57 4,51 0,86 4, ,26 4,29 0,82 4, ,94 4,08 0,78 4, ,63 3,87 0,74 3, ,32 3,68 0,70 3, ,01 3,48 0,66 3, ,70 3,30 0,63 3, ,39 3,12 0,59 3, ,08 2,94 0,56 2, ,77 2,77 0,53 2, ,46 2,61 0,50 2, ,15 2,45 0,47 2, ,84 2,30 0,44 2, ,22 1,39 0,26 1, ,54 0,82 0,16 0, Totalen Voor de omrekening van de nominale bedragen naar prijspeil startjaar bedragen is uitgegaan van 2,00 % inflatie Project: GRP Leusden 2009 t/m 2013 Scenario: c1 Projectnummer: Filenaam: GRP09-1.xls Datum: 6-aug-09

77 Totaaloverzicht uitgaven, exclusief BTW, Totaal Tabel 6.2 Bedragen * EURO prijspeil 2009 Investeringen jaarlijkse uitgaven vrijverval gemalen persleiding mechanische riolering milieumaatregelen grondwater maatregelen subtotaal Onderzoek Exploitatie subtotaal kap.lasten Totaal jaar bouwkundig mech/el bouwkundig mech/el investering monitoring investering invest. jaarl. uitg. verleden excl. BTW Totalen CW Bijlage 3: Tabellen (Vervolg 14) Kolom A B C D E F G H I J K L M N O P Q R Brontabel Project: GRP Leusden 2009 t/m 2013 Scenario: c1 Projectnr: Filenaam: GRP09-1.xls Datum: 26-okt-09

78 BTW, Totaal Tabel 6.3 Bedragen * EURO prijspeil 2009 BTW op Investeringen BTW op jaarlijkse uitgaven vrijverval gemalen persleiding mechanische riolering milieumaatregelen grondwater maatregelen subtotaal Onderzoek Exploitatie subtotaal kap.lasten BTW Totaal jaar bouwkundig mech/el bouwkundig mech/el investering verv. mech/el investering verv. mech/el invest. verleden Bijlage 3: Tabellen (Vervolg 15) Totalen CW Project: GRP Leusden 2009 t/m 2013 Scenario: c1 Projectnr: Filenaam: GRP09-1.xls Datum: 26-okt-09

79 Bijlage 3: Tabellen (Vervolg 16) Kapitaallasten van nieuwe investeringen TOTAAL (lineair, cumulatief) bedragen x 1000 prijspeil 2009 Tabel 6.4 TOTAAL vrijverval gemalen persleiding mechanische riolering milieumaatregelen grondwater maatregelen Totaal jaar bouwkundig mech/el bouwkundig mech/el investering monitoring investering verv. m/e , , , , ,614 25,644 13,725 11,438 6, , , ,531 31,835 27,994 10,893 12, , ,856-1,830-2,450 53,907 27,100 10,366 18, , ,179-1,743-2,371 55,332 26,230 9,854 24, , ,957-1,658-2,295 76,892 25,384 9,359 24, , ,575-1,577-2,220 94,007 24,561 8,880 23, , ,092-9,504-2, ,717 23,761 8,415 22, , ,564-15,108-2, ,959 22,982 7,966 21, , ,049-19,408-2, ,839 22,225 7,531 21, , ,649-18,459-1, ,544 21,489 7,110 20, , ,344-45,563-1, ,732 20,773 6,702 19, , ,131-51,802-1, ,087 20,077 6,308 19, , ,009-49,244-1, ,717 19,400 5,927 18, , ,976 4,706 46,766 22,925 1, ,640 18,742 5,558 17, , ,661 4,556 44,367 22,194 1, ,857 18,103 5,201 17, , ,094 4,410 42,043 21,484 1, ,903 17,481 11,438 16, , ,282 4,268 39,794 20,792 1, ,263 16,877 10,893 16, , ,233 4,130 38,670 20,120 1, ,062 16,289 10,366 15, , ,953 3,996 36,529 19,466 1, ,415 15,718 9,854 14, , ,904 3,865 34,457 18,830 1, ,600 15,164 9,359 14, , ,581 3,738 32,452 18,211 1, ,647 14,625 8,880 13, , ,317 3,615 35,120 17,610 1, ,167 14,101 8,415 13, , ,439 3,495 36,585 17,024 1, ,854 13,592 7,966 12, , ,263 3,378 37,411 16,705 1, ,879 13,098 7,531 12, , ,612 3,264 35,315 16,144 1, ,946 12,618 7,110 12, , ,798 4,265 49,412 15,598 1, ,781 12,152 6,702 11, , ,884 4,122 51,802 15,168 1, ,071 11,699 6,308 11, , ,932 3,984 49,244 14,649 1, ,638 11,259 5,927 10, , ,000 6,071 46,766 14,305 0, ,640 10,832 5,558 10, , ,959 7,568 44,367 18,869 0, ,857 10,418 5,201 9, , ,319 7,318 42,043 18,227 0, ,903 10,015 11,438 9, , ,209 13,741 39,794 18,535 0, ,263 9,624 10,893 9, , ,756 13,814 38,670 17,898 0, ,062 9,245 10,366 8, , ,081 20,093 36,529 17,279 0, ,415 8,877 9,854 8, , ,503 19,437 34,457 24,508 4, ,600 8,520 9,359 8, , ,966 19,323 32,452 23,674 4, ,647 8,173 8,880 7, , ,582 22,346 35,120 22,863 3, ,167 7,837 8,415 7, , ,461 21,610 36,585 22,075 3, ,854 7,511 7,966 7, , ,710 20,894 37,411 24,134 3, ,879 7,194 7,531 6, , ,840 21,571 35,315 23,299 6, ,946 6,887 7,110 6, , ,058 20,851 49,412 22,488 6, ,781 6,590 6,702 6, , ,340 21,784 51,802 23,016 6, ,071 6,301 6,308 6, , ,663 21,052 49,244 22,208 6, ,638 6,021 5,927 5, , ,005 20,339 46,766 21,598 7, ,640 5,750 5,558 5, , ,464 19,646 44,367 20,830 7, ,857 5,487 5,201 5, , ,702 20,345 42,043 20,084 26, ,903 5,232 11,438 5, , ,705 19,647 39,794 19,358 42, ,263 4,985 10,893 4, , ,457 21,452 38,670 23,244 55, ,062 4,746 10,366 4, , ,943 20,713 36,529 22,414 58, ,415 4,514 9,854 4, , ,462 19,995 34,457 21,607 79, ,600 4,289 9,359 4, , ,619 19,297 32,452 20, , ,647 4,072 8,880 3, , ,348 18,619 35,120 20, , ,167 3,861 8,415 3, , ,582 17,960 36,585 28, , ,854 3,657 7,966 3, , ,259 17,320 37,411 27, , ,879 3,460 7,531 3, , ,919 16,698 35,315 26, , ,946 3,269 7,110 3, , ,860 16,093 49,412 25, , ,781 3,084 6,702 3, , ,052 15,506 51,802 24, , ,071 2,905 6,308 2, , ,464 14,936 49,244 26, , ,638 2,732 5,927 2, ,394 Afschrijving lineair lineair lineair lineair lineair lineair lineair lineair lineair lineair Duur (jaar) Rente (%) 5,00 5,00 5,00 5,00 5,00 5,00 5,00 5,00 5,00 5,00 CW t/m , , , , , , , , , ,531 na ,218 66, , , , ,174 1,895 3,324 2, ,484 Project: GRP Leusden 2009 t/m 2013 Scenario: c1 Projectnr: Filenaam: GRP09-1.xls Datum: 21-aug-09

80 Bijlage 3: Tabellen (Vervolg 17) Baten, excl. rioolrecht, Totaal Tabel 6.5 bedragen x Egalisatievoorziening Verfijningsregeling Baten 2 Baten 3 Totaal Totaal jaar 2009 nominaal prijspeil nominaal prijspeil nominaal prijspeil nominaal prijspeil Totalen CW Project: GRP Leusden 2009 t/m 2013 Scenario: c1 Projectnr: Filenaam: GRP09-1.xls Datum: 6-aug-09

81 Bijlage 3: Tabellen (Vervolg 18) Eenheden basistarief (Totaal) Tabel 6.6 rekeneenheden stijging stijging stijging stijging stijging stijging totaal jaar 2009 buitengebied Tabaksteeg nieuwbouw nieuwbouw 5 6 eenheden Totalen Project: GRP Leusden 2009 t/m 2013 Scenario: c1 Projectnr: Filenaam: GRP09-1.xls Datum: 6-aug-09

82 Bijlage 3: Tabellen (Vervolg 19) Samenvatting Contante Waarde berekening (totaal) bedragen x prijspeil 2009 Tabel 6.7 Totaal Beschouwde periode 2009 t/m 2068 Lasten Prijspeil Contante waarde Aandeel in totaal ex BTW BTW ex BTW BTW EURO % Onderzoek ( totaal) ,08 1,8% Exploitatie ( totaal) ,37 22,6% Kapitaallasten verleden ( totaal) ,13 1,9% Vervanging en verbetering ( totaal) ,12 72,4% Overige milieumaatregelen ( totaal) ,84 0,8% Grondwatermaatregelen ( totaal) ,05 0,5% Totaal BTW Totaal lasten incl. BTW ,60 100,0% kapitaallasten na het eindjaar niet meegenomen - effect: ,85 12,5% Baten Prijspeil Contante waarde Aandeel in totaal ex BTW BTW ex BTW BTW EURO % Egalisatievoorziening (totaal) ,62 5,2% Verfijningsregeling (totaal) ,0% Baten 2 (totaal) ,0% Baten 3 (totaal) ,0% Rioolheffing (totaal) ,98 94,8% Totaal Baten ,60 100,0% Aantal heffingseenheden De contante waarde van de inkomsten van de rioolheffing moet gelijk zijn aan de contante waarde van de te dekken kosten. De contante waarde van de rioolheffing kan worden bepaald door de sommatie van de jaarlijkse inkomsten uit de heffing: cwf(jaar n) * (hoogte heffing) * (aantal heffingseenheden) De vergelijking wordt dan: contante waarde lasten - contante waarde baten (excl rioolheffingen) = contante waarde rioolheffingen contante waarde lasten contante waarde baten excl. rioolheffingen contante waarde rioolheffingen * R contante waarde kapitaallasten na beschouwde periode - Hieruit volgt het kostendekkend rioolheffing totaal bij directe invoering per 2009 van 210,98 Gehanteerd rentepercentage 4,00% Gehanteerd inflatiepercentage 2,00% De berekende kostendekkende rioolheffing is gesteld op huidig prijspeil en dient jaarlijks te worden gecorrigeerd met inflatie Project: GRP Leusden 2009 t/m 2013 Scenario: c1 Projectnr: Filenaam: GRP09-1.xls Datum: 26-okt-09

83 Kostendekkingsberekening TOTAAL, trend lange termijn via kapitaaldienst (lineaire afschrijving) CW rente 4,00% alle bedragen (incl. tarief) in de toekomst met 2% per jaar indexeren Tabel 6.8 bedragen * EURO, tenzij anders vermeld prijspeil 2009 Inflatie 2,00% BTW-dekking 100% kostendekkingsperiode: 2009 t/m 2068 Lasten excl. BTW compensabele Baten Benodigde dekking Dekking Egalisatievoorziening nieuwe cum. nieuwe onderzoek oude subtotaal BTW excl heffing te dekken te dekken tarief stijging in eur stijging in % eenheden dekking geindexeerde mutatie rente voorz. saldo jaar investeringen kapitaallast en exploitatie kap. lasten excl BTW 100% en voorziening saldo (A) per eenheid excl infl. corr excl infl. corr excl infl. corr (B) stand vorig jaar A-B *) 4,00% ,80 103,65-0,0% ,20 106,76 3,11 3,0% ,08 109,96 3,20 3,0% ,53 113,26 3,30 3,0% ,40 116,66 3,40 3,0% ,52 120,16 3,50 3,0% ,97 123,76 3,60 3,0% ,66 127,48 3,71 3,0% ,21 131,30 3,82 3,0% ,91 135,24 3,94 3,0% ,53 139,30 4,06 3,0% ,51 143,48 4,18 3,0% ,54 147,78 4,30 3,0% ,22 152,21 4,43 3,0% ,29 156,78 4,57 3,0% ,25 161,48 4,70 3,0% ,12 166,33 4,84 3,0% ,46 171,32 4,99 3,0% ,94 176,46 5,14 3,0% ,28 181,75 5,29 3,0% ,55 187,20 5,45 3,0% ,06 192,82 5,62 3,0% ,30 198,60 5,78 3,0% ,16 204,56 5,96 3,0% ,78 210,70 6,14 3,0% ,12 217,02 6,32 3,0% ,09 223,53 6,51 3,0% ,35 230,24 6,71 3,0% ,49 237,14 6,91 3,0% ,68 244,26 7,11 3,0% ,36 251,59 7,33 3,0% ,86 259,13 7,55 3,0% ,76 266,91 7,77 3,0% ,36 274,91 8,01 3,0% ,68 283,16 8,25 3,0% ,29 291,66 8,49 3,0% ,50 300,41 8,75 3,0% ,91 309,42 9,01 3,0% ,64 316,84 7,42 2,4% ,75 316,84-0,0% ,89 316,84-0,0% ,18 316,84-0,0% ,62 316,84-0,0% ,04 316,84-0,0% ,91 316,84-0,0% ,51 316,84-0,0% ,94 316,84-0,0% ,94 316,84-0,0% ,99 316,84-0,0% ,52 316,84-0,0% ,03 316,84-0,0% ,59 316,84-0,0% ,45 316,84-0,0% ,89 316,84-0,0% ,69 316,84-0,0% ,82 316,84-0,0% ,72 316,84-0,0% ,75 316,84-0,0% ,64 316,84-0,0% ,59 316,84-0,0% CONTANTE WAARDE LASTEN BATEN CW lasten na CW baten CW eind periode 0- CW na van investeringen t/m van BTW t/m 2068 CW voorziening in 2009: Kapitaallasten buiten periode zijn niet gedekt Bijlage 3: Tabellen (Vervolg 20) Project: GRP Leusden 2009 t/m 2013 Scenario: c1 Projectnr: Filenaam: GRP09-1.xls Datum: 26-okt-09

84 Bijlage 3: Tabellen (Vervolg 21) Samenvatting beheer maatregelen in de planperiode Tabel 6.9 bedragen in EURO, exclusief btw prijspeil Totaal Nieuwe investeringen Uitvoeren maatregelen H2S-vorming Vervanging mechanisch/elektrisch deel pompunits Vervanging mechanisch/elektrisch deel gemaal Randweg/Schotskamp Vervanging+relining gemengde riolering Reparatie gemengde riolering Vervanging dwa riolering Reparatie rwariolering Vervanging rwa riolering Reparatie rwa riolering Aanleg randvoorziening Achterveld Aanleg randvoorziening Leusden-Zuid Monitoring, aanschaf meetsysteem Totaal investeringen Onderzoek Bijwerken revisiegegevens riolering Ad-hoc berekeningen/onderzoek Monitoring riooloverstorten Aanpasseen gemalenbeheersysteem Opstellen incidentenplan Onderzoek H2S-vorming Onderzoek benchmarking rioleringszorg - - Pilot project opsporen foutaansluitingen Actualiseren rioolaansluitverordening - - Actualiseren GRP Communicatie Onderzoek grondwaterproblemen Onderzoek waterpeil riolering Totaal onderzoek Grondwater Uitvoeren van grondwatermaatregelen Totaal grondwater Exploitatielasten budget riolen (0,07%) budget kolken (0,1%) budget pompunits drukriolering (0,75%) budget rioolgemalen (1%) uitbesteed werk reiniging riolen periodiek reiniging riolen speciaal reiniging gemalen reiniging kolken machinaal reiniging kolken handmatig vuilverwerking Verrekening hkp milieustraat TV inspectie riolen (periodiek) excl. reinigen TV inspectie riolen (incidenteel) incl.reinigen Inspectie rioolgemalen (100%) Inspectie pompunits drukriolering (50%) onderzoeken grondwaterproblemen onderzoeken waterpeil riolering vergoedingen en bijdragen RIONED/KLIC onderhoudscontracten energie telefoonkosten overige kosten Stelposten Verrekening kp RB Verrekening hkp tractie Totaal exploitatie Kapitaallasten Totaal bestaande kapitaallasten Totaal Project: GRP Leusden Scenario: c5 Projectnummer: Datum:

85 Bijlage 4 Uitgangspunten kostendekkingsberekening

86 Bijlage 4: Uitgangspunten kostendekkingsberekening In deze bijlage zijn de uitgangspunten voor de berekening van de rioolheffing weergegeven. 1. Berekeningsmethode De rioolheffingsberekening wordt uitgevoerd met behulp van de contante-waarde-methode. Deze methode is geschikt om de effecten en de trend op langere termijn zichtbaar te maken. Met de contante-waarde-methode is een vergelijking van uitgaven en inkomsten in verschillende jaren mogelijk. De toekomstige uitgaven en inkomsten van elk jaar, in de periode 2009 t/m 2068, worden contant gemaakt naar 1 januari In de te verwachten inkomsten zit één onbekende: de hoogte van de benodigde inkomsten per aansluiting. Door de contante waarde van de te verwachten inkomsten gelijk te stellen aan de contante waarde van de te verwachten uitgaven, worden de kosten per aansluiting berekend. Voor toekomstige investeringen wordt in de contante-waardeberekening geen specifieke wijze van afschrijving of financiering verondersteld. De diverse afschrijvingsmethoden (lineair, afschrijving op annuïteitsbasis) verschillen onderling wel door een andere (boekhoudkundige) verdeling van lasten in de tijd, maar de contante waarde van de jaarlijkse lasten is in deze methoden steeds gelijk aan de contante waarde van de investeringen. Het inflatie- en rentepercentage worden gebruikt voor het contant maken van de toekomstige uitgaven en inkomsten. Dit gebeurt op de volgende wijze: waarbij: x CW ( U x j ) = U j ( cwf ) ( j x) = U (1 + i) (1 + r) = startjaar berekening U j = uitgave in jaar (j) op prijspeil startjaar i = inflatie (in decimalen, bijvoorbeeld 0,02) r = rente (in decimalen, bijvoorbeeld 0,04) ( j x) cwf = contante-waardefactor { = (1+i) / (1+r) } CW x (U j ) = contante waarde in jaar x van investering U in het jaar j j 2. Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) Bij het opstellen van het kostendekkingsplan wordt rekening gehouden met de richtlijnen uit het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV). In de notitie riolering (juli 2007) van de commissie Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) is een aantal richtlijnen geformuleerd op het terrein van de gemeentelijke rioleringstaak. Samengevat zijn de richtlijnen als volgt beschreven in de notitie: Investeringen in het riool moeten worden geactiveerd, het gaat om investeringen met economisch nut (artikel 59 BBV). Ter dekking van de kosten kan de Gemeente een riooltarief in rekening brengen. Het tarief mag maximaal kostendekkend zijn (op begrotingsbasis; artikel 229b Gemeentewet). In het tarief kan een egalisatiebedrag meegenomen worden voor toekomstige investeringen. Egaliseren is mogelijk op grond van 44,1c BBV. De voorziening krijgt bij vorming uit het tarief het karakter van een 44,2-voorziening. In het tarief mogen spaarbedragen voor toekomstige vervangingsinvesteringen worden meegenomen; Bij realisatie van de vervangingsinvestering wordt deze voor het volle bedrag geactiveerd. Het opgespaarde bedrag aan spaarbedragen voor toekomstige vervangingsinvesteringen in de rioolvoorziening kan op het te activeren bedrag in mindering worden gebracht (afboeking in de balanssfeer). Ook wanneer idealiter de jaarlijkse spaarbedragen precies gelijk zijn aan de jaarlijkse vervangingsinvesteringen moeten vanwege de wettelijke regels de spaarbedragen als last worden geboekt en wordt vervolgens de daarmee gevormde voorziening afgeboekt op de geactiveerde vervangingsinvesteringen. Als een boekwaarde overblijft hoeft hierop niet te worden afgeschreven maar kunnen de spaarbedragen voor toekomstige vervangingsinvesteringen die in latere begrotingsjaren ontvangen worden gebruikt worden om de boekwaarde af te boeken. De Gemeente kan er ook voor kiezen om de kapitaallasten in het tarief op te nemen.

87 Bijlage 4: Uitgangspunten kostendekkingsberekening (Vervolg 1) Na inwerkingtreding van de Wet verankering en bekostiging van gemeentelijke watertaken is de mogelijkheid vervallen om op basis van artikel 229b een kostendekkende retributie in rekening te brengen. Dan kan op basis van artikel 228a Gemeentewet een maximaal kostendekkende rioolbelasting worden geheven. De mogelijkheid van de specifieke spaarconstructie blijft bestaan. de geraamde BTW mag worden meegenomen in de berekening van de tarieven. 3. Planningshorizon Bij de berekening van de rioolheffing is uitgegaan van een planningshorizon van 60 jaar: 2009 t/m Deze termijn is gekoppeld aan de technische levensduur van de rioleringsobjecten in Leusden. Binnen een periode van 60 jaar zijn alle objecten minimaal één maal vervangen. Het startjaar is Het prijspeil is vastgesteld op 1 januari Inflatie Deze prijsindex is gebaseerd op de prijsontwikkeling van de lonen, materiaal en materieel die nodig zijn voor het aanleggen van een riolering binnen de bebouwde kom. Voor het kostendekkingsplan wordt uitgegaan van een inflatie van 2,0%. 5. Rentevoet Er is een rentevoet van 5,0% gehanteerd. Dit geldt voor de rente voor kapitaalsinvesteringen. De rente voor de tariefegalisatievoorziening bedraagt 4%. Sterke wijziging van de rente in de komende jaren, kan aanleiding zijn de berekeningen te herzien. 6. Prijspeil Alle in het GRP genoemde bedragen zijn op prijspeil 1 januari 2009, inclusief van toepassing zijnde bijkomende kosten uitvoering, winst en risico, voorbereiding, honorarium en toezicht en exclusief BTW. 7. Eenheidsprijzen De gehanteerde eenheidsprijzen voor de berekening van de kosten voor vervanging van de vrijvervalriolering zijn gebaseerd op informatie van leveranciers en het MISSET-prijzenbestand. Voor de berekening van de investeringskosten van de overige rioleringsobjecten is gebruik gemaakt van de module Kostenkengetallen rioleringszorg (D1100), van de Leidraad Riolering. Bij vervanging van de riolering komen alle kosten voor het opbreken en het opnieuw aanbrengen van de wegverharding ten laste van de rioleringszorg. 8. Staartkosten Voor de staartkosten zijn de volgende waarden gehanteerd: uitvoeringskosten 10% (inrichting werkterrein, uitzetwerkzaamheden), algemene kosten, winst en risico 12%, voorbereiding, honorarium en toezicht 15%. Er is geen rekening gehouden met de post onvoorzien. 9. Kostendekkendheid De berekende rioolheffing mag maximaal 100% kostendekkend zijn (over 60 jaar). Volgens artikel 228a van de Gemeentewet kan de Gemeente kiezen voor één heffing voor de totale kosten van de zorgplichten of twee aparte heffingen: één voor de kosten van de afvalwaterzorgplicht en één heffing voor de zorgplichten voor hemel- en grondwater. In het GRP wordt één tarief berekend voor de totale kosten voor de rioleringszorg. 10. Indexering rioolheffing Het in het GRP berekende tarief moet jaarlijks met de optredende inflatie worden geïndexeerd. Dit wordt jaarlijks bij de vaststelling van de gemeentebegroting afgehandeld. 11. Afschrijvingsmethode Voor afschrijving wordt de lineaire methode toegepast.

88 Bijlage 4: Uitgangspunten kostendekkingsberekening (Vervolg 2) 12. Afschrijvingstermijnen Onderscheid wordt gemaakt in de technische en de economische afschrijvingstermijn. De technische afschrijvingstermijn (levensduur) heeft grote invloed op de hoogte van de rioolheffing. De economische afschrijvingstermijn is van invloed op het verloop van de lasten in de tijd, maar in de contante waarde methode, niet op de hoogte van het kostendekkend tarief. De technische en economische afschrijvingstermijnen mogen afwijken. Volgens de richtlijnen uit de BBV, moeten de afschrijving en de afschrijvingstermijn zo goed mogelijk aansluiten op de feitelijke waardedaling van de vrijvervalriolering. Het voorzichtigheidsbeginsel leidt ertoe dat, indien de technische levensduur korter is dan de economische levensduur, afgeschreven moet worden op basis van de technische levensduur. De in de berekening gehanteerde afschrijvingstermijnen zijn weergegeven in tabel B.1. De hierin vermelde technische levensduur is de gemiddelde levensduur van de rioleringsobjecten in Leusden. Tabel B.1 Object Overzicht gehanteerde afschrijvingstermijnen (jaar) technisch afschrijvingstermijn economisch vrijvervalriolen bergbezinkvoorzieningen gemalen bouwkundig gemalen mechanisch / elektrisch Persleidingen drukriolering bouwkundig drukriolering mechanisch / elektrisch grondwatermaatregelen Tariefegalisatievoorziening In overeenstemming met de BBV wordt gebruik gemaakt van een tariefegalisatievoorziening, om ongewenste schommelingen in de rioolheffing te voorkomen (art. 43, lid 1b). De voorziening wordt gevormd voor kosten die in een volgend begrotingsjaar worden gemaakt. Dit leidt tot een gelijkmatige verdeling van de lasten voor de burger, over een aantal begrotingsjaren. Er wordt rente via de resultaatsbestemming aan de tariefegalisatievoorziening toegevoegd. Artikel 45 van het BBV bepaalt dat rentetoevoegingen aan voorzieningen zijn toegestaan, mits deze zijn gewaardeerd tegen contante waarde. De contante-waarde-methode gaat er van uit dat rentetoevoeging aan de tariefegalisatievoorziening noodzakelijk is om de voorziening op voldoende niveau te houden. Gedurende de planningshorizon van het GRP mag de tariefegalisatievoorziening niet negatief worden. 14. Doorlopende kapitaallasten ná 2068 In de berekening van de rioolheffing is geen rekening gehouden met het doorlopen van de kapitaallasten ná Rioolheffing en BTW De geraamde BTW op zowel goederen als diensten en investeringen mogen in het riooltarief worden meegenomen. Het product riolering is BTW-compensabel, BTW kan volledig worden gecompenseerd. In dit GRP zijn alle bedragen exclusief BTW weergegeven. Het uiteindelijke tarief is inclusief BTW. De BTW-component is wel overal apart aangegeven. 16. Nieuwe investeringen voor nieuwbouw Nieuwe investeringen voor nieuwbouw worden niet verrekend via de rioolheffing maar via de grondexploitatie. Herinvesteringen komen wel ten laste van de rioolexploitatie. 17. Straatvegen De kosten van straatvegen worden in Leusden voor 50% toegerekend aan de rioleringszorg.

89 Bijlage 5 Woordenlijst

90 Bijlage 5: Woordenlijst De woorden en verklaringen in deze lijst zijn (voor een groot deel) afkomstig uit de NEN 3300 Buitenriolering Termen en definities en de publicatie Ontwatering in stedelijk gebied. AFKORTINGEN AMvB BBB BBL BRP GRP bob CUWVO DWA HWA IBA NEN NPR RWA RWZI Wm Wvo Algemene Maatregel van Bestuur bergbezinkbassin bergbezinkleiding basisrioleringsplan gemeentelijk rioleringsplan binnenonderkant buis coördinatiecommissie uitvoering Wet verontreiniging oppervlaktewateren droogweerafvoer hemelwaterafvoer installatie voor individuele behandeling van afvalwater Nederlandse norm Nederlandse praktijkrichtlijn regenweerafvoer rioolwaterzuiveringinrichting Wet milieubeheer Wet verontreiniging oppervlaktewateren TERMEN EN DEFINITIES stedelijk afvalwater en hemelwater aangroei aansluitvergunning aantasting afkoppelen afvalwater afvoerend oppervlak afzetting basisinspanning basisrioleringsplan beheer bemalingsgebied beoordelen bergbezinkkelder berging bergingsverlies verzameling van organismen die zich op de buiswand hebben vastgehecht of in slierten aan de buiswand hangen vergunning op grond van de aansluitverordening en de Wvo die wordt afgegeven door het zuiveringsschap voor de aansluiting op de rioolwaterzuiveringsinrichting (RWZI) een wijziging van de structuur van de buiswand als gevolg van (bio)chemische of mechanische processen het niet meer inzamelen en naar de RWZI transporteren van hemelwater alle water waarvan de houder zich met het oog op de verwijdering daarvan ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen (opmerking: hieronder wordt dus ook afvloeiend regenwater begrepen) het naar de riolering afwaterende oppervlak aankoeking van slib, vet en kalk op de buiswand; tevens afzetting van bodemmateriaal anders dan zand ter plaatse van een buisverbinding of scheur Term die de waterkwaliteitsbeheerders gebruiken voor het aanduiden van de inspanningen die elke gemeente moet uitvoeren of uitgevoerd hebben om de vuiluitworp uit de riolering tot een bepaald niveau te reduceren voor een Wvo of aansluitvergunningaanvraag opgesteld document (tekening + toelichting en berekeningen) met de huidige situatie van de riolering en de uit te voeren verbeteringsmaatregelen zie rioleringsbeheer een rioleringsgebied waaruit het afvalwater door een gemaal wordt verwijderd het toetsen van een parameter aan de bijbehorende maatstaf en het geven van een oordeel over de uitkomsten van de toetsing reservoir voor de tijdelijke opslag van afvalwater waarin tevens slibafzetting plaatsvindt met een voorziening om het slib te kunnen verwijderen en waaruit overstortingen kunnen plaatsvinden de inhoud van de riolering uitgedrukt in m 3 of mm/ha de vermindering van berging door permanente vulling in de riolering als gevolg van verzakkingen

91 Bijlage 5: Woordenlijst (Vervolg 1) beslisboom aan- en afkoppelen verhard oppervlak classificatie controleren dg DIALOG Riolering droogweerafvoer (dwa) drukriolering dwa-rioolstelsel emissiespoor externe overstort gemengd rioolstelsel gescheiden rioolstelsel hydraulisch hydraulische berekening ingrijpmaatstaf hulpmiddel voor gemeenten en particulieren om verantwoorde beslissingen te nemen bij het aan- en afkoppelen van verhard oppervlak in West- Nederland op wijk- en straatniveau de indeling van toestandsaspecten in klassen controle, toezicht houden op (bijvoorbeeld op de naleving van voorschriften, op het beheer van een zaak, op de werking van een machine computerprogramma voor rioleringsbeheer de hoeveelheid afvalwater die per tijdseenheid in een droogweersituatie via het rioolstelsel wordt afgevoerd riolering waarbij het transport plaatsvindt door middel van pompjes en persleidingen zie vuilwaterrioolstelsel onderdeel van het tweesporenbeleid van waterkwaliteitsbeheerders gericht op het tot een bepaald niveau terugbrengen van de emissies (vuiluitworp) uit een rioolstelsel, ongeacht de werkelijke waterkwaliteit rioolput voorzien van een overstortdrempel die loost buiten het in beschouwing genomen rioolstelsel, meestal op oppervlaktewater rioolstelsel, waarbij afvalwater inclusief ingezamelde neerslag door 1 leidingstelsel wordt getransporteerd rioolstelsel, waarbij afvalwater exclusief neerslag door een leidingstelsel wordt getransporteerd en neerslag door een afzonderlijk leidingstelsel rechtstreeks naar oppervlaktewater wordt afgevoerd waarbij van de leer van de praktische toepassing van waterbeweging gebruik wordt gemaakt het door rekenen bepalen van het hydraulisch functioneren van een rioolstelsel grenstoestand waarbij ingrijpen in de actuele toestand noodzakelijk is en waarbij maatregelen moeten worden opgesteld inhangend voegmateriaal voegmateriaal (kit, bitumineuze profielstrip) dat uit de voeg in het doorstroomprofiel is gezakt of gedrukt inhangende rubberring inspectie lekkage maatstaf obstakels onderhoud onderzoek overstorting overstortput pompovercapaciteit randvoorziening een niet gescheurde rubberring die zichtbaar is of een gescheurde rubberring waarvan een gedeelte in het doorstroomprofiel hangt het waarnemen, herkennen en beschrijven van de toestand het intreden of uittreden van water via voegen, scheuren, langs inlaten of door de buiswand grenswaarde (getalsmatig) op basis waarvan geconcludeerd wordt of aan een functionele eis wordt voldaan voorwerpen in het riool die geen functie in rioleringstechnische zin hebben en geen deel uitmaken van een normale afvalwaterstroom herstel van het oorspronkelijke functioneren, waarbij de toestand van objecten ongewijzigd gehandhaafd wordt het verzamelen, ordenen, analyseren en verwerken van gegevens, zodanig dat informatie kan worden afgeleid over de toestand en het functioneren van de buitenriolering de lozing van afvalwater via een overstortdrempel naar oppervlaktewater rioolput voorzien van een overstortdrempel (poc) het deel van de pompcapaciteit dat beschikbaar is voor de regenwaterafvoer. Het andere deel van de capaciteit is beschikbaar voor de afvalwaterafvoer tijdens droog weer vloeistofdichte voorziening als onderdeel van het rioolstelsel die als doel

92 Bijlage 5: Woordenlijst (Vervolg 2) regenwaterriool regenwaterrioolstelsel renovatie reparatie riolering rioleringsbeheer riool rioolput rioolwaterzuiveringsinrichting rwariool rwarioolstelsel scheuren verbeterd gescheiden rioolstelsel verbeteren vervangen visuele inspectie vrijvervalriool vuilemissie vuiluitworp vuilwaterriool vuilwaterrioolstelsel Waarschuwingsmaatstaf wadi waterkwaliteitsdoelstelling water op straat wateroverlast heeft de lozing van vuil uit het rioolstelsel op oppervlaktewater te verminderen riool alleen bestemd voor de inzameling en het transport van neerslag rioolstelsel alleen bestemd voor de inzameling en het transport van neerslag herstel van het oorspronkelijke functioneren, waarbij een ingrijpende toestandswijziging wordt doorgevoerd; evenaren technische staat van nieuwaanleg herstel van het oorspronkelijke functioneren, waarbij een beperkte toestandswijziging wordt doorgevoerd het samenstel van riolen, rioolputten en bijbehorende voorzieningen voor de inzameling en het transport van afvalwater zorg voor het functioneren van de buitenriolering samenstel van buizen tussen twee putten bestemd voor de inzameling en/of het transport van afvalwater constructie toegang gevend tot het rioolstelsel (te herkennen aan gietijzeren deksels in de weg) het totaal van de grond, gebouwen en apparatuur voor de zuivering van afvalwater (RWZI) zie regenwaterriool zie regenwaterrioolstelsel het geheel van scheuren, barsten en breuken gescheiden rioolstelsel met voorzieningen waardoor de neerslag slechts bij wat grotere regenbuien naar oppervlaktewater wordt afgevoerd. Het meest vervuilde deel van de neerslag wordt 'geborgen' in de riolering en naar de zuivering afgevoerd. het aanpassen van het oorspronkelijke functioneren herstel van het oorspronkelijke functioneren, waarbij het bestaande object wordt verwijderd en een nieuw gelijkwaardig object wordt teruggeplaatst het op directe wijze dan wel op indirecte wijze via optische hulpmiddelen inspecteren van de toestand riool waardoor afvalwater door middel van de zwaartekracht wordt getransporteerd zie vuiluitworp het totaal aan stoffen (niet zijnde water) geloosd uit een rioolstelsel op het oppervlaktewater via overstorten. Hierbij kan gedacht worden aan biologisch afbreekbare stoffen die bij afbraak in het water zuurstof verbruiken (BZV), aan stikstof en fosfaten en aan zware metalen riool alleen bestemd voor de inzameling en het transport van huishoudelijk en bedrijfsafvalwater, niet zijnde neerslag rioolstelsel voor de inzameling en het transport van huishoudelijk en bedrijfsafvalwater, niet zijnde neerslag grenstoestand waarbij de actuele toestand discutabel is en nader onderzoek nodig is systeem voor hemelwater afvoer door drainage en infiltratie doelstelling voor de kwaliteit van een oppervlaktewater nodig om dat water een bepaalde functie te kunnen laten vervullen het optreden van waterstanden boven maaiveldniveau het optreden van waterstanden boven maaiveldniveau waarbij hinder of

93 Bijlage 5: Woordenlijst (Vervolg 3) wortelingroei zandinloop zand en vuilophoping schade wordt ondervonden de wortels van bomen of planten, die door voegen, scheuren of via gebouw of kolkaansluitingen het riool zijn ingegroeid het intreden van zand via buisverbindingen of scheuren opgehoopt materiaal met een losse structuur

94 Bijlage 5: Woordenlijst (Vervolg 4) TERMEN EN DEFINITIES grondwater Afsluitende laag: DINO Doorlatendheid Drainage Drooglegging Laag in de bodem die zo wordt genoemd vanwege zijn eigenschap dat hij grondwater slecht doorlaat. Digitale Informatie Nederlandse Ondergrond, een direct benaderbare databank voor grondwatergegevens in beheer bij TNO Grondwater en Geo-Energie in Delft Het vermogen van de grond om water en/of lucht door te laten De afvoer van water over en door de grond en door het waterlopenstelsel De afstand tussen het oppervlaktewaterpeil en het maaiveld Freatisch grondwater Geohydrologie GHG Grondwater Grondwaterisohypse Grondwateronderlast Grondwateroverlast Infiltratie Kruipruimte Kwel Ontwatering Het grondwater in de bovenste bodemlaag, dat (indirect) in contact staat met de atmosfeer. De freatische grondwaterstand is een andere term voor grondwaterspiegel De leer van de grondwaterstroming en de -dynamiek in samenhang met de structuur en de opbouw van de ondergrond. Gemiddeld hoogste grondwaterstand. Dit is het gemiddelde van de drie hoogste grondwaterstanden van de afgelopen 8 jaren, gebaseerd op maandelijkse metingen. Water beneden het grondoppervlak, meestal beperkt tot het water beneden de Grondwaterspiegel Hoogtelijn voor de grondwaterstand of voor de stijghoogte van het grondwater. Een grondwaterisohypsenkaart geeft met lijnen (isohypsen) punten aan met gelijke stijghoogte. De kaart geeft onder andere informatie over de stromingsrichting van het grondwater Problemen die zich voordoen als gevolg van lage grondwaterstanden. Bijvoorbeeld aantasting van houten funderingen als gevolg van droogstand Wateroverlast door hoge grondwaterstanden. Bijvoorbeeld plasvorming op binnenterreinen of vocht in kruipruimten Intreding van water in de bodem Ruimte onder de beganegrondvloer in gebruik voor het bereiken van leidingen voor inspectie, onderhoud of reparatie, en voor ventilatie van de vloer en eventuele houten constructiedelen onder de woning Het uittreden van grondwater De afvoer van water uit percelen over en door de grond en eventueel door drains, kleine sloten en greppels naar een stelsel van grote waterlopen, met als functie afwatering

95 Bijlage 5: Woordenlijst (Vervolg 5) Ontwateringsdiepte De afstand tussen de hoogste grondwaterstand tussen twee ontwateringsmiddelen (sloot, drain) en het maaiveld. Onverzadigde zone Opbolling Peilbuis REGIS Stijghoogte Wadi Zetting Deel van de grond boven de grondwaterspiegel, waarin de bodemporien zowel water als lucht bevatten. De verzadigde zone is het deel waar de poriën geheel gevuld zijn met water. Het maximale hoogteverschil tussen de grondwaterspiegel en de waterstand in de drainagebuizen en/of watergangen Algemene term voor een buis of soortgelijke constructie met een kleine diameter waarin een grondwaterstand c.q. stijghoogte kan worden gemeten Regionaal Geohydrologisch Informatiesysteem, een interactief informatiesysteem dat beschikt over voor het waterbeheer relevante en actuele gegevens. REGIS wordt beheerd door TNO. Hoogte boven een referentievlak tot waar het water in een peilbuis stijgt. Deze stijghoogte is afhankelijk van de druk van het grondwater ter plaatse van de opening onder in de peilbuis Voorziening voor de opvang, berging en afvoer van neerslag. In een komvormige greppel kan het regenwater infiltreren. Vervolgens kan infiltratie naar het grondwater plaatsvinden of afvoer via een drain. Bodemdaling als gevolg van inklinking, van krimp, door de bouw van kunstwerken, het ophogen van de grond of het aanbrengen van andere materialen

96 Bijlage 6 Referenties

97 Bijlage 6: Referenties 1. Leidraad Riolering; Stichting RIONED en ministerie van VROM; onder redactie van W.A. Faber, met medewerking van A.J.H. de Beaufort [et al]; Samson Tjeenk Willink, Alphen aan den Rijn, 1992; module inhoud en opzet gemeentelijk rioleringsplan ; A1050; module doelen, functionele eisen, maatstaven en meetmethoden ; A1100; module Personele aspecten van de rioleringszorg ; D Nederlandse Praktijkrichtlijn Buitenriolering Beheer, NPR 3220, Nederlands Normalisatie Instituut, 2 e druk, NEN 3399:2004, Buitenriolering - classificatie systeem bij visuele inspectie van objecten, NNI, januari NEN 3398:2004, Buitenriolering - Onderzoek en toestandsbeoordeling van objecten, NNI, januari 2004; (vervangt NPR 3398:1992, NEN 3398: 2003 Ontw.) 5. Voorstel toerekeningssystematiek kosten voor vuilwater- en regenwaterafvoer, VROM oktober Gemeentelijk rioleringsplan Leusden , gemeente Leusden mei 2004

98 Bijlage 7 Bemalingsgebieden riolering Leusden

99 Bijlage 7: Bemalingsgebieden riolering Leusden BEMALINGSSCHEMA Gemeente Amersfoort Tankwerkplaats Defensie RWZI Amersfoort VG05 t Vliet Gemaal Groepsekom Pc: 45 m3/uur GM06 Stoutenburg Gemaal Hessenweg Pc: 15 m3/uur GM02 Achterveld-oost Gemaal Kerkdijk Pc: 70 m3/uur H002 Achterveld - kern Gemaal RU08 Pc: 135 m3/uur VG03 t Spieghel Gemaal Spieghelweg Pc: 15 m3/uur VG04 De Horst Gemaal Groene Zoom Pc: 55 m3/uur GM01 Hamersveld west Gemaal Zwarteweg Pc: 80 m3/uur GM05 Buiningsportpark Gemaal Bavoortseweg Pc: 15 m3/uur GM03 Schutterhoeflaan Gemaal Schutterhoeflaan Pc: 18 m3/uur H001 LEUSDEN - CENTRUM Gemaal RU09 Pc: 1150 m3/uur VG02 Groenhouten Gemaal Groenhouten zuid Pc: 30 m3/uur VG10 Tabaksteeg Gemaal De Hank Pc: 25 m3/uur VG06 Valleisportpark Gemaal 't Sluisje Pc: 15 m3/uur VG01 Hamershof Gemaal Hertenhoeve Pc: 40 m3/uur VG07 Claverenblad/Wildenburg Gemaal Kuperssingel Pc: 130 m3/uur AW01 Waterloo Gemaal Waterlooweg Pc: 10 m3/uur GM04 Bavoort Gemaal Treekerweg Pc: 24 m3/uur H003 Kern Leusden - Zuid Gemaal Van Diepenh. Scheltuslaan Pc: 200 m3/uur VG08 Ambachtsweg Gemaal Ambachtsweg Pc: 25 m3/uur

100 Bijlage 7: Bemalingsgebieden riolering Leusden (Vervolg 1)

* * RAADSVOORSTEL. Raadsvergadering van Stuk/nummer Agendapunt 2 februari 2010 KNDK/2009/

* * RAADSVOORSTEL. Raadsvergadering van Stuk/nummer Agendapunt 2 februari 2010 KNDK/2009/ *0010100120094142* RAADSVOORSTEL Raadsvergadering van Stuk/nummer Agendapunt 2 februari 2010 KNDK/2009/4142 9.3 Datum: 15-12-2009 Verzonden: 21 januari 2010 Aan de gemeenteraad. Onderwerp: Vaststelling

Nadere informatie

Samenvatting Gemeentelijk Rioleringsplan Wormerland. planperiode 2013 t/m 2017

Samenvatting Gemeentelijk Rioleringsplan Wormerland. planperiode 2013 t/m 2017 Samenvatting Gemeentelijk Rioleringsplan Wormerland planperiode 2013 t/m 2017 13 maart 2012 1.1 Inleiding De gemeente is wettelijk verplicht een Gemeentelijk Rioleringsplan (hierna te noemen: GRP) op te

Nadere informatie

Tubbergen o. gemeente. Aan de gemeenteraad. Vergadering: 8 september 2014. Nummer: Tubbergen, 28 augustus 2014

Tubbergen o. gemeente. Aan de gemeenteraad. Vergadering: 8 september 2014. Nummer: Tubbergen, 28 augustus 2014 gemeente Tubbergen o Aan de gemeenteraad Vergadering: 8 september 2014 Nummer: 9A Tubbergen, 28 augustus 2014 Onderwerp: Vaststellen verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater. Samenvatting

Nadere informatie

Presentatie GRP Commissievergadering 6 oktober Peter Borkus, Susanne Naberman

Presentatie GRP Commissievergadering 6 oktober Peter Borkus, Susanne Naberman Presentatie GRP 2016-2020 Commissievergadering 6 oktober Peter Borkus, Susanne Naberman Programma Inhoud Waarom een nieuw GRP? Evaluatie afgelopen planperiode Een gezonde leefomgeving Een veilige leefomgeving:

Nadere informatie

Raadsvoorstel Reg. nr : 1010217 Ag nr. : Datum : 18-05-10

Raadsvoorstel Reg. nr : 1010217 Ag nr. : Datum : 18-05-10 Ag nr. : Onderwerp Verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater Status besluitvormend Voorstel 1. Vast te stellen de Verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater; 2. De kosten van het

Nadere informatie

Basisopleiding Riolering Module 1

Basisopleiding Riolering Module 1 Basisopleiding Riolering Module 1 Cursusboek Nieuwegein, 2013 w w w. w a t e r o p l e i d i n g e n. n l Stichting Wateropleidingen, augustus 2013 Groningenhaven 7 3433 PE Nieuwegein Versie 1.1 Niets

Nadere informatie

Bouwlokalen INFRA. Het riool in Veghel. Veghel in cijfers en beeld (1) Veghel in cijfers en beeld (2) Veghel in cijfers en beeld (3)

Bouwlokalen INFRA. Het riool in Veghel. Veghel in cijfers en beeld (1) Veghel in cijfers en beeld (2) Veghel in cijfers en beeld (3) Bouwlokalen INFRA Innovatie onder het maaiveld / renovatie van rioolstelsels Het riool in Veghel Jos Bongers Beleidsmedewerker water- en riolering Gemeente Veghel 21 juni 2006 Veghel in cijfers en beeld

Nadere informatie

Impressie(informatieavond(rioolvervanging(Straatweg( Datum:(8(september(2015( Opstelling(verslag:(Tineke(van(Oosten(en(Sieb(de(Jong((cgOH)(

Impressie(informatieavond(rioolvervanging(Straatweg( Datum:(8(september(2015( Opstelling(verslag:(Tineke(van(Oosten(en(Sieb(de(Jong((cgOH)( Impressie(informatieavond(rioolvervanging(Straatweg( Datum:(8(september(2015( Opstelling(verslag:(Tineke(van(Oosten(en(Sieb(de(Jong((cgOH)( Indeling(van(de(avond:(van(19.00(uur(tot(21.00(uur(konden(bewoners(van(de(Straatweg(informatie(

Nadere informatie

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD Onderwerp: Gemeentelijk rioleringsplan Registratienummer: 00538296 Op voorstel B&W d.d.: 31 maart 2015 Datum vergadering: 26 mei 2015 Portefeuillehouder: Helm Verhees Rol gemeenteraad:

Nadere informatie

Raadsvergadering : 20 juni 2011 Agendanr. 13

Raadsvergadering : 20 juni 2011 Agendanr. 13 Raadsvergadering : 20 juni 2011 Agendanr. 13 Voorstelnr. : R 6837 Onderwerp : Gemeentelijk Rioleringsplan 2010-2015 Stadskanaal, 1 juni 2011 Beslispunten 1. Het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 2010-2015

Nadere informatie

Raadsvoorstel. drs A.J. Ditewig 18 februari 2010. 05 januari 2010. De raad wordt voorgesteld te besluiten:

Raadsvoorstel. drs A.J. Ditewig 18 februari 2010. 05 januari 2010. De raad wordt voorgesteld te besluiten: Portefeuillehouder Datum raadsvergadering drs A.J. Ditewig 18 februari 2010 Datum voorstel 05 januari 2010 Agendapunt Onderwerp Gemeentelijke watertaken De raad wordt voorgesteld te besluiten: het bijgaande

Nadere informatie

De Veranderende Zorgplicht

De Veranderende Zorgplicht De Veranderende Zorgplicht Ede 23 april 2015 Frans Debets Debets b.v. i.s.m. Een korte versie van een cursus op 14 juni 1- De Veranderende Waterwetwetgeving 1. Achtergronden en betekenis van de veranderingen

Nadere informatie

Raadsvergadering 29 januari Nr.: 11. AAN de gemeenteraad. Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL/W²

Raadsvergadering 29 januari Nr.: 11. AAN de gemeenteraad. Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL/W² Raadsvergadering 29 januari 2018 Nr.: 11 AAN de gemeenteraad Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL/W² 2018-2022. Portefeuillehouder: Wethouder P. Prins. Ter inzage liggende stukken: Collegebesluit

Nadere informatie

GRP 2014-2018 Gemeente Tynaarlo. Naar een nieuw gemeentelijk rioleringsplan.

GRP 2014-2018 Gemeente Tynaarlo. Naar een nieuw gemeentelijk rioleringsplan. GRP 2014-2018 Gemeente Tynaarlo Naar een nieuw gemeentelijk rioleringsplan. Landelijk beleid en ontwikkelingen Gemeentelijke zorgplicht watertaken: Zorgen voor een doelmatige inzameling en een doelmatig

Nadere informatie

TOETSING VERBREED GRP

TOETSING VERBREED GRP Dit document beschrijft de toetsing van het verbreed GRP op hoofdlijnen. De toetsing is op volledigheid en niet op inhoud. Het is een hulpmiddel bij het maken van afspraken over het proces van het opstellen

Nadere informatie

Beheerplan Afvalwater, Regenwater en Grondwater

Beheerplan Afvalwater, Regenwater en Grondwater @ Grontmij @ Grontmij Beheerplan Afvalwater, Regenwater en Grondwater 2006-2010 Ontwerp, september 2005 Gemeente Dordrecht Stadswerken Memo Plaats Kenmerk Houten, 30 september 2005 300905/UG 188120 Aan

Nadere informatie

^ T^ 2 5UOV2008 \Q5 S. 1. Inleiding

^ T^ 2 5UOV2008 \Q5 S. 1. Inleiding E E R H U CB O W A A Raadsvergadering: Besluit: Voorstelnummfif R D 2 5UOV2008 ^ T^ \Q5 S Agendanr. Voorstelnr. Onderwerp Aan de Raad, 2008-105 Formulering beleid voor zorgplichten hemel- en grondwater,

Nadere informatie

Gemeente Doetinchem. Gemeentelijk Rioleringsplan Doetinchem 2010-2015. Witteveen+Bos. van Twickelostraat 2. postbus 233.

Gemeente Doetinchem. Gemeentelijk Rioleringsplan Doetinchem 2010-2015. Witteveen+Bos. van Twickelostraat 2. postbus 233. Gemeente Doetinchem Gemeentelijk Rioleringsplan Doetinchem 2010-2015 van Twickelostraat 2 postbus 233 7400 AE Deventer telefoon 0570 69 79 11 telefax 0570 69 73 44 INHOUDSOPGAVE blz. SAMENVATTING 1 1.

Nadere informatie

Verbreed gemeentelijk rioleringsplan Stichtse Vecht

Verbreed gemeentelijk rioleringsplan Stichtse Vecht Verbreed gemeentelijk rioleringsplan Stichtse Vecht Planperiode 2012-2016 Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater Definitief Grontmij Nederland B.V. De Bilt, 2 augustus 2012 Verantwoording Titel

Nadere informatie

Omgang met hemelwater binnen de perceelgrens

Omgang met hemelwater binnen de perceelgrens Omgang met hemelwater binnen de perceelgrens Ir. Emil Hartman Senior adviseur duurzaam stedelijk waterbeheer Ede, 10 april 2014 Inhoud presentatie Wat en hoe van afkoppelen Wat zegt de wet over hemelwater

Nadere informatie

Bijlagen: Gemeentelijk Rioleringsplan , inclusief samenvatting

Bijlagen: Gemeentelijk Rioleringsplan , inclusief samenvatting svoorstel Onderwerp: Vaststellen Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 2010-2015 Portefeuillehouder: J. Kuper Dienst Gebied Inrichting en beheer J. Vos, telefoon (0591-68 52 82) Aan de gemeenteraad Voorgesteld

Nadere informatie

12 Hemelwateruitlaat of riooloverstort

12 Hemelwateruitlaat of riooloverstort 12 Hemelwateruitlaat of riooloverstort 12.1 Inleiding Gemeenten hebben de taak om hemelwater en afvalwater in te zamelen. Het hemelwater wordt steeds vaker opgevangen in een separaat hemelwaterriool. Vanuit

Nadere informatie

Bijlage 1: Toelichting achtergronden en gebruik modelverordening voor de afvoer van hemelwater en grondwater

Bijlage 1: Toelichting achtergronden en gebruik modelverordening voor de afvoer van hemelwater en grondwater Bijlage 1: Toelichting achtergronden en gebruik modelverordening voor de afvoer van hemelwater en grondwater Met de inwerkingtreding van de Wet Gemeentelijke Watertaken per 1 januari 2008 is o.a. de Wet

Nadere informatie

Uitwerking hemelwaterbeleid gemeente Leeuwarderadeel

Uitwerking hemelwaterbeleid gemeente Leeuwarderadeel Uitwerking hemelwaterbeleid gemeente Leeuwarderadeel Voor: Opgesteld door: Versie 1 (14-06-2012) Uitwerking hemelwaterbeleid gemeente Leeuwarderadeel Dit document bevat 11 bladzijden. Ons kenmerk: 19312RA-MW-LED

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 25 september 2018, raadsvoorstel 18bb7158; raadsstuk 18bb7150;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 25 september 2018, raadsvoorstel 18bb7158; raadsstuk 18bb7150; Verordening rioolheffing 2019 De raad van de gemeente Rotterdam, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 25 september 2018, raadsvoorstel 18bb7158; raadsstuk 18bb7150; gelet

Nadere informatie

Bijlage 3. Doelen functionele eisen en maatstaven

Bijlage 3. Doelen functionele eisen en maatstaven Bijlage 3. Doelen functionele eisen en maatstaven Tabel 3-1 Doelen, functionele eisen en maatstaven voor de rioleringszorg (stedelijk afvalwater en regenwater) Doelen Functionele Eisen Maatstaven 1. Inzameling

Nadere informatie

Vragen en antwoorden Aanpak Agniesebuurt

Vragen en antwoorden Aanpak Agniesebuurt Vragen en antwoorden Aanpak Agniesebuurt Waarom aan de slag in de Agniesebuurt? Oude stadswijken zoals de Agniesebuurt, die dichtbebouwd zijn met veel verharding en weinig open water en groen, zijn kwetsbaar

Nadere informatie

Gemeentelijk Riolerings Plan. Toelichting op GRP Kaag en Braassem periode 2014 t/m 2018

Gemeentelijk Riolerings Plan. Toelichting op GRP Kaag en Braassem periode 2014 t/m 2018 Gemeentelijk Riolerings Plan Toelichting op GRP Kaag en Braassem periode 2014 t/m 2018 Doel en inhoud Doel Inzicht verschaffen in de diverse elementen die hebben geleid tot het GRP 2014 t/m 2018 Inhoud

Nadere informatie

Voorstel aan : Gemeenteraad van 14 december 2009 Door tussenkomst

Voorstel aan : Gemeenteraad van 14 december 2009 Door tussenkomst Voorstel aan : Gemeenteraad van 14 december 2009 Door tussenkomst van Nummer : : Raadscommissie van 2 december 2009 Onderwerp : Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 2010-2014 Bijlage(n) : 1. Gemeentelijk

Nadere informatie

Gemeentelijk rioleringsplan 2009-2013 Wijk bij Duurstede

Gemeentelijk rioleringsplan 2009-2013 Wijk bij Duurstede Gemeentelijk rioleringsplan 2009-2013 Wijk bij Duurstede Definitief gemeente Wijk bij Duurstede Grontmij Nederland bv Houten, 28 juli 2009 Verantwoording Titel : Gemeentelijk rioleringsplan 2009-2013 Wijk

Nadere informatie

Aansluitverordening van de riolering in de gemeente Krimpen aan den IJssel

Aansluitverordening van de riolering in de gemeente Krimpen aan den IJssel Aansluitverordening van de riolering in de gemeente Krimpen aan den IJssel De raad van de gemeente Krimpen aan den IJssel, Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van [datum];

Nadere informatie

Functionele eisen 1. Geen (onaanvaardbaar) gezondheidsrisico. Bescherm volksgezondheid. Beperk overlast en hinder Voorkom schade.

Functionele eisen 1. Geen (onaanvaardbaar) gezondheidsrisico. Bescherm volksgezondheid. Beperk overlast en hinder Voorkom schade. Doelen Functionele eisen 1. Geen (onaanvaardbaar) gezondheidsrisico. 2. Geen (onaanvaardbare) economische schade of maatschappelijke hinder door wateroverlast. Bescherm volksgezondheid Beperk overlast

Nadere informatie

Betreft Voorstel gedifferentieerde rioolheffing op basis van WOZ-waarde en type object

Betreft Voorstel gedifferentieerde rioolheffing op basis van WOZ-waarde en type object Notitie Referentienummer Datum Kenmerk 21 augustus 2012 314119 Betreft Voorstel gedifferentieerde rioolheffing op basis van WOZ-waarde en type object 1 Inleiding Eind 2011 is de rioolheffing opnieuw berekend

Nadere informatie

Verordening Eenmalig Rioolaansluitrecht 2015

Verordening Eenmalig Rioolaansluitrecht 2015 Verordening Eenmalig Rioolaansluitrecht 2015 Artikel 1 Begripsomschrijvingen deze verordening wordt verstaan onder: a. aansluitleiding: het particulier riool, het aansluitpunt en de perceelaansluitleiding

Nadere informatie

BergBezinkBassin Zie toelichting in begrippenlijst bij bergbezinkbassin.

BergBezinkBassin Zie toelichting in begrippenlijst bij bergbezinkbassin. Bijlage 1 Afkortingen en begrippen Afkortingen AWZI Zie RWZI BBB (v)brp CZV DWA DOB GRP HWA / RWA IBA KRW MOR NBW (-Actueel) OAS RIONED BergBezinkBassin Zie toelichting in begrippenlijst bij bergbezinkbassin.

Nadere informatie

Aan u wordt voorgesteld bijgevoegd verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan 2011-2015 vast te stellen.

Aan u wordt voorgesteld bijgevoegd verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan 2011-2015 vast te stellen. Raadsvoorstel: Nummer: 2010-633 Onderwerp: Vaststellen verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan 2011-2015(vGRP2011-2015) Datum: 6 april 2011 Portefeuillehouder: A.J. Rijsdijk/ T. van der Torren Raadsbijeenkomst:

Nadere informatie

Van rioleringszaak naar gemeentelijke watertaak. De Wet gemeentelijke watertaken toegelicht

Van rioleringszaak naar gemeentelijke watertaak. De Wet gemeentelijke watertaken toegelicht Van rioleringszaak naar gemeentelijke watertaak De Wet gemeentelijke watertaken toegelicht Van rioleringszaak naar gemeentelijke watertaak De Wet gemeentelijke watertaken toegelicht Inhoudsopgave Samenvatting

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude RUI15/016 Verordening Rioolaansluiting, verordening eenmalig rioolaansluitrecht De raad van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude; Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 18 augustus

Nadere informatie

Gemeentelijk rioleringsplan Leerdam

Gemeentelijk rioleringsplan Leerdam Gemeentelijk rioleringsplan Leerdam Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater Planperiode 2011-2015 Definitief Gemeente Leerdam Grontmij Nederland B.V. Houten, 6 december 2010 Verantwoording Titel

Nadere informatie

17 mei 2011. Thema avond Gemeentelijk Rioolplan

17 mei 2011. Thema avond Gemeentelijk Rioolplan FLO/2011/8572 17 mei 2011 Thema avond Gemeentelijk Rioolplan Doel van het rioolstelsel: Volksgezondheid en milieu; Afvoer vuil water naar waterzuivering; Afvoer schoon regenwater. Wettelijke regels en

Nadere informatie

Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Hulst

Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Hulst Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Hulst Planperiode 2010 tot en met 2015 Gemeente Hulst Postbus 49 4560 AA Hulst Grontmij Nederland B.V. Middelburg, 30 september 2009 Verantwoording Titel : Verbreed

Nadere informatie

Gemeentelijk rioleringsplan Zoetermeer

Gemeentelijk rioleringsplan Zoetermeer Gemeentelijk rioleringsplan Zoetermeer Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater Planperiode 2011-2015 Ontwerp Gemeente Zoetermeer Grontmij Nederland B.V. Houten, 30 mei 2011 Verantwoording Titel

Nadere informatie

Gemeente Bergen Noord-Holland. Gemeentelijke Rioleringsplan 2011-2015. Samenvatting. Bergingskelder onder het Pompplein, Egmond aan Zee (2011)

Gemeente Bergen Noord-Holland. Gemeentelijke Rioleringsplan 2011-2015. Samenvatting. Bergingskelder onder het Pompplein, Egmond aan Zee (2011) Gemeente Bergen Noord-Holland Gemeentelijke Rioleringsplan 2011-2015 Bergingskelder onder het Pompplein, Egmond aan Zee (2011) Samenvatting Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Gemeente Bergen (NH) 1\11

Nadere informatie

Programma van de avond: vgrp 2015-2019 Inwonersbijeenkomst. Positie vgrp5 gemeentebeleid. Even voorstellen. Relaties met beleid / plannen

Programma van de avond: vgrp 2015-2019 Inwonersbijeenkomst. Positie vgrp5 gemeentebeleid. Even voorstellen. Relaties met beleid / plannen vgrp 2015-2019 Inwonersbijeenkomst 8 Januari 2015 19:45 20:00 20:05 20:15 22:00 Programma van de avond: Welkom en voorstelronde Toelichting doel bijeenkomst Wat is een vgrp? Gesprek met de inwoners adv

Nadere informatie

Financiële actualisatie 2014 notitie GRP Nederweert

Financiële actualisatie 2014 notitie GRP Nederweert Financiële actualisatie 2014 notitie GRP Nederweert 2012-2016 Definitief Grontmij Nederland B.V. De Bilt, 3 juli 2014 Verantwoording Titel : Financiële actualisatie 2014 notitie GRP Nederweert 2012-2016

Nadere informatie

Notitie. Visiedocument GRP/BRP Brummen. 1 Inleiding - 15.004012 -

Notitie. Visiedocument GRP/BRP Brummen. 1 Inleiding - 15.004012 - Notitie Contactpersoon Gwendolijn Vugs Datum 1 mei 2015 Kenmerk N001-1229319GBV-avd-V02-NL Visiedocument GRP/BRP Brummen 1 Inleiding Het huidig Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) van de gemeente Brummen

Nadere informatie

Rioleringsbeheerplan Terschelling

Rioleringsbeheerplan Terschelling Rioleringsbeheerplan Terschelling 2016-2020 augustus 2016 Team Techniek en Uitvoering 1 2 Inhoudsopgave 1 Samenvatting...4 2 Inleiding...5 2.1 Doelen...5 2.2 Afvalwater...5 2.3 Hemelwater...5 2.4 Grondwater...6

Nadere informatie

Gemeentelijk Rioleringsplan Oostzaan

Gemeentelijk Rioleringsplan Oostzaan Gemeentelijk Rioleringsplan Oostzaan planperiode 2013 t/m 2017 ONTWERP OVER-gemeenten Afdeling Gebied- en Wijkzaken WORMER Grontmij Nederland B.V. Alkmaar, 20 juni 2012, revisie Verantwoording Titel :

Nadere informatie

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : Datum : 18 mei 2010

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : Datum : 18 mei 2010 Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : Onderwerp Verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater Status besluitvormend Voorstel 1. Vast te stellen de Verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater;

Nadere informatie

Inhoudsopgave. 1 Inleiding 4. Gemeentelijk rioleringsplan Den Helder 2013-2017

Inhoudsopgave. 1 Inleiding 4. Gemeentelijk rioleringsplan Den Helder 2013-2017 Gemeente Den Helder Gemeentelijk Rioleringsplan 2013-2017 Den Helder, september 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding 4 1.1 Wettelijk kader 4 1.2 Planhorizon 4 1.3 Belangrijkste relevant beleidskader voor de

Nadere informatie

www.grontmij.nl Gemeentelijk Rioleringsplan Voorst Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater Planperiode 2010 t/m 2014

www.grontmij.nl Gemeentelijk Rioleringsplan Voorst Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater Planperiode 2010 t/m 2014 Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater Planperiode 2010 t/m 2014 Gemeentelijk Rioleringsplan Voorst www.grontmij.nl Wij ontwerpen en realiseren plannen voor de toekomst, door mensen en partijen

Nadere informatie

Samenhang en samenvatting vgrp+, Waterplan, BRP

Samenhang en samenvatting vgrp+, Waterplan, BRP Samenhang en samenvatting vgrp+, Waterplan, BRP Uden gastvrij voor water Kenmerk: 11-10044-JV 14 september 2011 Ingenieursbureau Moons 1 Inhoudsopgave 1 SAMENHANG... 3 2 SAMENVATTING... 4 2.1 KOERSWIJZIGINGEN...

Nadere informatie

Gemeentelijk Rioleringsplan Leidschendam-Voorburg

Gemeentelijk Rioleringsplan Leidschendam-Voorburg Gemeentelijk Rioleringsplan Leidschendam-Voorburg Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater Planperiode 2009-2014 Definitief Gemeente Leidschendam-Voorburg Postbus 905 2270 AX VOORBURG Grontmij Nederland

Nadere informatie

Voorstel besluit Samenvatting toelichting

Voorstel besluit Samenvatting toelichting Raadsvoorstel nr. : 2002/168 Aan de gemeenteraad. Raadsvergadering : 19 november 2002 Agendapunt : 5 Steenwijk, 5 november 2002. Onderwerp: Het opheffen van ongezuiverde lozingen van huishoudelijk afvalwater.

Nadere informatie

Gemeentelijk Riolerings Plan

Gemeentelijk Riolerings Plan Gemeentelijk Riolerings Plan 2018-2022 dorpspraat over aanpak van wateroverlast Laren, maart en april 2018 Programma deel 1: kaders en historie deel 2: wat gebeurt er? deel 3: welke oplossingen? deel 4:

Nadere informatie

F. Buijserd burgemeester

F. Buijserd burgemeester Gemeente Nieuwkoop College van Burgemeester en Wethouders raadsvoorstel portefeuillehouder opgesteld door Registratienummer collegebesluit 14.22243 G. Elkhuizen Beheer Openbare Ruimte / Kees Hoogervorst

Nadere informatie

Gemeentelijk Rioleringsplan Wormerland

Gemeentelijk Rioleringsplan Wormerland Gemeentelijk Rioleringsplan Wormerland planperiode 2013 t/m 2017 ONTWERP ONTWERP OVER-gemeenten Afdeling Gebied- en Wijkzaken WORMER Grontmij Nederland B.V. Alkmaar, 13 maart 2012, revisie Verantwoording

Nadere informatie

Grontmij Nederland B.V. Assen, 17 mei 2011. Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater. Planperiode 2010-2015. Definitief

Grontmij Nederland B.V. Assen, 17 mei 2011. Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater. Planperiode 2010-2015. Definitief Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater Planperiode 2010-2015 Definitief Grontmij Nederland B.V. Assen, 17 mei 2011 Pagina 1 van 51 Titel : Gemeentelijk Rioleringsplan Emmen Subtitel : Stedelijk

Nadere informatie

Managementsamenvatting. Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Bladel

Managementsamenvatting. Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Bladel Managementsamenvatting Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Bladel 2010-2014 Inhoud 1 Over afvalwater 1 2 Verbreed gemeentelijk rioleringsplan Bladel 4 3 Doelstellingen verbreed gemeentelijk Rioleringsplan

Nadere informatie

Gemeentelijk Rioleringsplan gemeente Brummen 2011-2016

Gemeentelijk Rioleringsplan gemeente Brummen 2011-2016 Gemeentelijk Rioleringsplan gemeente Brummen 2011-2016 27 juli 2010 Gemeentelijk Rioleringsplan gemeente Brummen 2011-2016 Doelmatige invulling van de rioleringszorg Inhoud Verantwoording en colofon...

Nadere informatie

SONENBREUGEL GEMEENTE

SONENBREUGEL GEMEENTE GEMEENTE SONENBREUGEL De raad der gemeente van de gemeente Son en Breugel. Overwegende, dat de Wet milieubeheer de bevoegdheid biedt bij verordening regels te stellen over het brengen van afvloeiend hemelwater

Nadere informatie

BELEIDSREGEL ONTHEFFING GEMEENTELIJKE ZORGPLICHT STEDELIJK AFVALWATER FLEVOLAND Gedeputeerde Staten van Flevoland,

BELEIDSREGEL ONTHEFFING GEMEENTELIJKE ZORGPLICHT STEDELIJK AFVALWATER FLEVOLAND Gedeputeerde Staten van Flevoland, ^ PROVINCIE FLEVOLAND Provinciaal Blad 2011/09 Nummer 1120019 Beleidsregel ontheffing gemeentelijke zorgplicht stedelijk afvalwater 2011 Gedeputeerde Staten van Flevoland maken overeenkomstig artikel 136

Nadere informatie

Gemeente Nijkerk - Verordening afvoer regenwater en grondwater

Gemeente Nijkerk - Verordening afvoer regenwater en grondwater GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Nijkerk. Nr. 87172 30 juni 2016 Gemeente Nijkerk - Verordening afvoer regenwater en grondwater Raadsbesluit nummer 2016-011 De raad van de gemeente Nijkerk;

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR305377_1

CVDR. Nr. CVDR305377_1 CVDR Officiële uitgave van Nieuwegein. Nr. CVDR305377_1 22 mei 2018 Verordening regelende de voorwaarden voor de aansluiting, de wijziging, het onderhoud en de instandhouding van aansluitleidingen op het

Nadere informatie

Aanvraag rioolaansluiting

Aanvraag rioolaansluiting Aanvraag rioolaansluiting 1. Gegevens van de aanvrager Naam en voorletters: Adres: Postcode: Telefoonnummer: Woonplaats: Faxnummer: E-mailadres: 2. Plaats van aansluiting Adres: Kadastraal bekend gemeente:

Nadere informatie

Bijlage 1 Watertoets en (standaard) waterparagraaf

Bijlage 1 Watertoets en (standaard) waterparagraaf Bijlage 1 Watertoets en (standaard) waterparagraaf datum 2-3-2017 dossiercode 20170302-4-14760 Geachte heer / mevrouw R. Zuidema, U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//.

Nadere informatie

Gemeentelijk RioleringsPlan. 2009 t/m 2013

Gemeentelijk RioleringsPlan. 2009 t/m 2013 Gemeentelijk RioleringsPlan 2009 t/m 2013 Gemeentelijk Rioleringsplan planperiode 2009 t/m 2013 voor de gemeente Heemskerk Concept ONTWERP Pagina 1 van 40 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 5 1.1 Aanleiding...

Nadere informatie

Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg XE Steenwijk Steenwijk, 19 mei 2009 Nummer voorstel: 2009/58

Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg XE Steenwijk Steenwijk, 19 mei 2009 Nummer voorstel: 2009/58 Voorstel aan de raad Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg 1 8331 XE Steenwijk Steenwijk, 19 mei 2009 Nummer voorstel: 2009/58 Voor raadsvergadering d.d.: 02-06-2009 Agendapunt: Onderwerp:

Nadere informatie

Aansluitverordening riolering gemeente Overbetuwe Onderwerp: Aansluitverordening riolering gemeente Overbetuwe 2012

Aansluitverordening riolering gemeente Overbetuwe Onderwerp: Aansluitverordening riolering gemeente Overbetuwe 2012 CVDR Officiële uitgave van Overbetuwe. Nr. CVDR252238_1 13 februari 2018 Aansluitverordening riolering gemeente Overbetuwe 2012 Onderwerp: Aansluitverordening riolering gemeente Overbetuwe 2012 Ons kenmerk:

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr. 6603. Gemeentelijk Rioleringsplan Schagen

GEMEENTEBLAD. Nr. 6603. Gemeentelijk Rioleringsplan Schagen GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Schagen. Nr. 6603 23 januari 2015 Gemeentelijk Rioleringsplan Schagen 0 Samenvatting 0.1 Inleiding De gemeente is wettelijk verplicht een Gemeentelijk Rioleringsplan

Nadere informatie

Anne Mollema IGWR. Grondwater in de Stadhouderslaan en omgeving

Anne Mollema IGWR. Grondwater in de Stadhouderslaan en omgeving Anne Mollema IGWR Grondwater in de Stadhouderslaan en omgeving Inhoud Water in de stad, hoe zit dat in elkaar Wie is waarvoor verantwoordelijk Wanneer is er een probleem Grondwaterstanden gemeten Wat kunt

Nadere informatie

Water- en rioleringsplan Loon op Zand

Water- en rioleringsplan Loon op Zand Water- en rioleringsplan Loon op Zand Stedelijk afvalwater, hemelwater, grondwater en oppervlaktewater Planperiode 2011-2015 Gemeente Loon op Zand I.s.m. Grontmij Nederland B.V. Houten, 22 september 2010

Nadere informatie

Olst-Wijhe, 14 oktober 2010. doc. nr.: 1029-8-RU-WA. Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Olst- Wijhe 2011-2015

Olst-Wijhe, 14 oktober 2010. doc. nr.: 1029-8-RU-WA. Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Olst- Wijhe 2011-2015 Olst-Wijhe, 14 oktober 2010. doc. nr.: 1029-8-RU-WA Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Olst- Wijhe 2011-2015 Verantwoording Titel : Verbreed GRP Olst-Wijhe 2011-2015 Subtitel : Ontwerp Projectnummer

Nadere informatie

verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2013-2017 Ontwerp GRP

verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2013-2017 Ontwerp GRP verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2013-2017 Ontwerp GRP gemeente Vlissingen 01-04-2013 eindconcept rapport Colofon: Titel : Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2013-2017 Ontwerp GRP Status : Gegevens

Nadere informatie

GerneenteHeerde. Raadsvoorstel. Ae**^ ^u?olueffï^

GerneenteHeerde. Raadsvoorstel. Ae**^ ^u?olueffï^ GerneenteHeerde ^ Ae**^ ^u?olueffï^ Raadsvoorstel Raadsvergadering Afdeling en opsteller 7 september 2009 Ruimte / G. Liefers/ (0578) 699 534 Commissie Ruimte Portefeuille 17 augustus 2009 W. van Ommen

Nadere informatie

U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//. Op basis van deze toets volgt u de normale procedure.

U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//. Op basis van deze toets volgt u de normale procedure. datum 31-3-2014 dossiercode 20140331-63-8729 Geachte heer/mevrouw Jeroen Overbeek, U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//. Op basis van deze toets volgt u de normale

Nadere informatie

UITVOERINGSPLAN AANSLUITEN NIET-GERIOLEERDE PANDEN

UITVOERINGSPLAN AANSLUITEN NIET-GERIOLEERDE PANDEN Gemeente Den Haag Ons kenmerk DSB/2004.1478 RIS124451_03-FEB-2005 UITVOERINGSPLAN AANSLUITEN NIET-GERIOLEERDE PANDEN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, Besluit: I. in te stemmen met de invoering

Nadere informatie

Verordening afvoer hemelwater en grondwater gemeente Leeuwarden 2014

Verordening afvoer hemelwater en grondwater gemeente Leeuwarden 2014 Verordening afvoer hemelwater en grondwater gemeente Leeuwarden 2014 Artikel 1 Begripsomschrijvingen In deze verordening wordt verstaan onder: bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen,

Nadere informatie

Paraaf secretaris. Paraaf direct leidinggev snde, ADVIES VAN. Datum. 150 ktobe L. Heeren R.van der Schaaf. Opsteller. Telefoon 440 BW12.

Paraaf secretaris. Paraaf direct leidinggev snde, ADVIES VAN. Datum. 150 ktobe L. Heeren R.van der Schaaf. Opsteller. Telefoon 440 BW12. G E M E E N T E N O O R D E N V E L D Paraaf secretaris li Paraaf direct leidinggev snde, t ADVIES VAN Datum i ï t t ff 150 ktobe 2012 Afdeling OW&A Opsteller L. Heeren R.van der Schaaf. Telefoon 440 ADVIES

Nadere informatie

Feiten over de riolering

Feiten over de riolering Feiten over de riolering Prestaties Middelen en mensen Samenhangen Schaalverschillen Doeltreffendheid en doelmatigheid Stichting RIONED, februari 21 T.b.v. het feitenonderzoek in het kader van doelmatig

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van 18 september 2018, no. B ; gezien het advies van de raadscommissie van 15 november 2019;

gelezen het voorstel van het college van 18 september 2018, no. B ; gezien het advies van de raadscommissie van 15 november 2019; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Dronten Nr. 261548 6 december 2018 Aansluitverordening riolering 2019 De raad van de gemeente Dronten, gelezen het voorstel van het college van 18 september

Nadere informatie

De tariefsontwikkeling laat dan vanaf 2008 het volgende beeld zien: Belastingjaar Rioolheffing per zelfstandig gedeelte

De tariefsontwikkeling laat dan vanaf 2008 het volgende beeld zien: Belastingjaar Rioolheffing per zelfstandig gedeelte RAADSVOORSTEL raadsvergadering: 10 november 2010 onderwerp: Verordening Rioolheffing 2011 bijlage: ontwerp-besluit datum: gemeenteblad I nr.: agenda nr.: Aan de gemeenteraad, Voor u ligt het voorstel tot

Nadere informatie

Bijlage IV Watertoets. Uitgevoerd door R. Zuidema, 14 juni 2014

Bijlage IV Watertoets. Uitgevoerd door R. Zuidema, 14 juni 2014 Bijlage IV Watertoets Uitgevoerd door R. Zuidema, 14 juni 2014 datum 14-6-2014 dossiercode 20140614-4-9150 Geachte heer / mevrouw R. Zuidema, U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//.

Nadere informatie

Verbreed GRP Coevorden Planperiode 2010-2014

Verbreed GRP Coevorden Planperiode 2010-2014 Verbreed GRP Coevorden Planperiode 2010-2014 25 augustus 2009 Verantwoording Titel Verbreed GRP Coevorden 2010-2014 Opdrachtgever Gemeente Coevorden Projectleider Nils Kappenburg Auteur(s) Jeroen van Voorn

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van 10 november 2015, No. B B E S L U I T:

gelezen het voorstel van het college van 10 november 2015, No. B B E S L U I T: De raad van de gemeente Dronten, gelezen het voorstel van het college van 10 november 2015, No. B15.001634 gezien het advies van de raadscommissie van december 2015; B E S L U I T: Vast te stellen de volgende

Nadere informatie

Raadsstuk. Haarlem. Onderwerp Verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan

Raadsstuk. Haarlem. Onderwerp Verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan Haarlem Raadsstuk Onderwerp Verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan 2018-2023 Nummer 2017/361078 Portefeuillehouder Sikkema, C.Y. Programma/beleidsveld 5.1 Openbare ruimte en mobiliteit Afdeling GOB/BBOR

Nadere informatie

dat het met name in het buitengebied, wijken met een apart vuilwaterriool en op bedrijventerreinen wenselijk is om dit verbod te laten gelden;

dat het met name in het buitengebied, wijken met een apart vuilwaterriool en op bedrijventerreinen wenselijk is om dit verbod te laten gelden; CONCEPT Besluit gebiedsaanwijzing afvoer hemelwater (artikel 4:44 APV) Het college van burgemeester en wethouders van Apeldoorn; Overwegende dat artikel 4:44, eerste lid jo artikel 4:43 van de Algemene

Nadere informatie

Gemeentelijk rioleringsplan Woerden

Gemeentelijk rioleringsplan Woerden Gemeentelijk rioleringsplan Woerden Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater Planperiode 2009-2013 Definitief Gemeente Woerden Postbus 45 3440 AA WOERDEN Grontmij Nederland bv Houten, 11 november

Nadere informatie

Aanvraag rioolvergunning

Aanvraag rioolvergunning Aanvraag rioolvergunning Persoonlijke gegevens Vul hier uw persoonlijke gegevens in. De aanvrager moet de eigenaar zijn Voorletters Tussenvoegsels Naam Straatnaam en huisnummer Postcode Woonplaats Telefoonnummer

Nadere informatie

VOORBLAD RAADSVOORSTEL

VOORBLAD RAADSVOORSTEL VOORBLAD RAADSVOORSTEL ONDERWERP Gemeentelijk Rioleringsplan 2013 t/m 2017 VOORSTEL 1. De geformuleerde doelen, 2. Het voorgenomen onderzoek 3. De voorgenomen beheermaatregelen 4. De rioolheffing in 2013

Nadere informatie

Watertoets De Cuyp, Enkhuizen

Watertoets De Cuyp, Enkhuizen Watertoets De Cuyp, Enkhuizen Definitief Bouwfonds Ontwikkeling Grontmij Nederland B.V. Alkmaar, 6 april 2009 Verantwoording Titel : Watertoets De Cuyp, Enkhuizen Subtitel : Projectnummer : 275039 Referentienummer

Nadere informatie

Aansluitverordening Riolering gemeente Westerwolde

Aansluitverordening Riolering gemeente Westerwolde No. De raad van de gemeente Westerwolde; gelet op het voorstel van burgemeester en wethouders inzake het vaststellen van een verordening voor het aansluiten op de openbare riolering; gelet op artikel 124

Nadere informatie

Behorende bij: Raadsvoorstel ter vaststelling van het verbreed gemeentelijk rioleringsplan 5 (vgrp-5)

Behorende bij: Raadsvoorstel ter vaststelling van het verbreed gemeentelijk rioleringsplan 5 (vgrp-5) Behorende bij: Raadsvoorstel ter vaststelling van het verbreed gemeentelijk rioleringsplan 5 (vgrp-5) Datum: 7-8-2015 Onderwerpen 1. De na te streven afvoercapaciteit van de rioolstelsels; 2. De wijze

Nadere informatie

Water- en Rioleringsplan

Water- en Rioleringsplan Water- en Rioleringsplan 2017-2021 Inleiding Hemelwater Oppervlaktewater overstort Afvalwater Grondwater Drinkwater Beleidskader Wet Milieubeheer afname- en zorgplicht voor afvalwater verplichting WRP

Nadere informatie

4 Beleid voor afvalwater, grondwater, hemelwater en oppervlaktewater.

4 Beleid voor afvalwater, grondwater, hemelwater en oppervlaktewater. 4 Beleid voor afvalwater, grondwater, hemelwater en oppervlaktewater. Sinds enkele jaren heeft rioleringsbeheer een duidelijke wettelijke basis. De Wet gemeentelijke watertaken geeft gemeenten 3 zogenaamde

Nadere informatie

ADVIES BURGEMEESTER EN WETHOUDERS. Datum B&W-vergadering : 10-11-2009 Openbaar Onderwerp : Grondwaterbeleid

ADVIES BURGEMEESTER EN WETHOUDERS. Datum B&W-vergadering : 10-11-2009 Openbaar Onderwerp : Grondwaterbeleid ADVIES BURGEMEESTER EN WETHOUDERS Datum B&W-vergadering : 10-11-2009 Openbaar Onderwerp : Grondwaterbeleid Portefeuillehouder(s) : F.J.W. Saelman, Afdelingshoofd/hoofd OW: F. Hottinga Paraaf : Paraaf:

Nadere informatie

Module D1100 Kostenkengetallen rioleringszorg. Inhoud

Module D1100 Kostenkengetallen rioleringszorg. Inhoud Module D1100 Kostenkengetallen rioleringszorg Inhoud 1 Inleiding 5 1.1 Verantwoording 5 1.2 Wat is veranderd? 5 1.3 Opsteller en begeleidingscommissie 5 1.4 Leeswijzer 6 2 Systematiek en uitgangspunten

Nadere informatie

Ontheffing. Wet milieubeheer. EMEiEVINEiEiDIENST. ! ;r FUEVOLAND & EOEI EN VECHTSTREEK

Ontheffing. Wet milieubeheer. EMEiEVINEiEiDIENST. ! ;r FUEVOLAND & EOEI EN VECHTSTREEK ! ;r 'a'll{ EMEiEVINEiEiDIENST FUEVOLAND & EOEI EN VECHTSTREEK Wet milieubeheer Ontheffing Ontheffing van de verplichting tot doelmatige inzameling en het doelmatig transport van afualwater dat vrijkomt

Nadere informatie

Het waterbeleid van de provincie Limburg is beschreven in het Provinciaal Waterplan Limburg, dd. 20 november 2009.

Het waterbeleid van de provincie Limburg is beschreven in het Provinciaal Waterplan Limburg, dd. 20 november 2009. Memo Ter attentie van Project management Den Dekker B.V. Datum 03 januari 2013 Distributie Projectnummer 111850-01 Onderwerp Parkeerterrein Jumbo Heythuysen Geachte heer Bosman, 1 WATERBELEID Het streven

Nadere informatie