Masterthese. De klinische toepasbaarheid van de Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Masterthese. De klinische toepasbaarheid van de Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF."

Transcriptie

1 Masterthese De klinische toepasbaarheid van de Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. Naam Carlies Mol Studentnummer Supervisor Arjen Noordhof Datum November 2012 De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 1

2 Index Abstract 3 Pag. Inleiding. 3 Methode.. 8 Proefpersonen. 8 Materialen. 9 Procedure.. 11 Analyses. 11 Resultaten.. 12 Datakarakteristieken SCL SCID-II Discussie. 18 Literatuur.. 23 Bijlage I Bijlage II Bijlage III Bijlage IV Bijlage V De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 2

3 De klinische toepasbaarheid van de Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. Abstract In dit onderzoek is de relatie tussen de RC-schalen van de MMPI-2-RF en specifieke en non-specifieke psychopathologie op as I en II onderzocht in een klinische populatie onderzocht. Non-specifieke psychopathologie is gemeten met de totale score van de SCL-90 gericht op as I stoornissen en de totale score van SCID-II op gericht op as II. Specifieke psychopathologie is gemeten met de psychopathologie dimensies van SCL-90 op as I en persoonlijkheidsdimensies op as II gemeten met SCID-II. Uit de resultaten bleek dat RC-dem een indicator is voor non-specifieke psychopathologie op zowel as I als as II. RC 1 t/m 9 bleken tevens indicatoren te zijn voor specifieke psychopathologie op beide assen. Tegen de verwachting in bleken RC 2 en 7 een voorspellende waarde te hebben voor non-specifieke psychopathologie. Daarnaast bleek RC-dem een voorspellende waarde te hebben bij depressie als stemmingsstoornis op as I en depressie als persoonlijkheidsdimensie op as II. Inleiding Sinds de introductie van de eerste versie van de MMPI (Butcher, Graham, Ben-Porath, Tellegen, Dahlstrom & Kaemmer, 2001) in 1940 heeft de test zich ontwikkeld tot een belangrijk instrument voor het in kaart brengen van persoonlijkheidstrekken en psychopathologie (Camara, Nathan & Puente, 2000, aangehaald in Sellbom, Ben-Porath & Bagby, 2008). De MMPI kent inmiddels een brede toepasbaarheid en wordt zowel in de klinische praktijk veelvuldig gebruikt, als in tal van andere gebieden zoals defensie en arbeidscentra (Butcher et al., 2001). Door de ontwikkeling van nieuwe en verbeterde psychometrische methoden heeft de MMPI zich in de loop van de jaren kunnen ontwikkelen tot een betrouwbare test in het onderzoek naar en diagnostiek van psychopathologie (Groth-Marnat, 2009). Deze ontwikkelingen hebben er toe geleid dat in 1989 de MMPI-2 werd gepubliceerd. Deze versie De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 3

4 van de MMPI bevat onder andere nieuwe en verbeterde validiteitschalen, inhoudsschalen en aangepaste normen gebaseerd op de huidige maatschappij (Tellegen et al., 2003). De MMPI- 2 item pool vormde de basis voor de laatste ontwikkeling van de MMPI tot dus ver: de MMPI-2-Restructured Form ofwel MMPI-2-RF (Heijden, Egger, Rossi & Derksen, 2012). In deze versie van de MMPI zijn nieuwe schalen toegevoegd gericht op het gebruik van middelen en overrapportage. Ook zijn de reeds bestaande schalen aangepast aan de huidige kennis van symptomalogie en psychopathologie. Daarnaast zijn er twee sets aan schalen toegevoegd, te weten de Personality Psychopathology Five (Psy-5) schalen (Harkness, McNulty, Ben-Porath & Graham, 2002) en de Restructured Clinical (RC) schalen (Tellegen et al., 2003). Waar de Psy-5 schalen voornamelijk gericht zijn op zowel normale als pathologische persoonlijkheidstrekken, zijn de RC-schalen specifiek op de detectie van psychopathologie gericht. Dit onderzoek zal zich verder richten op de RC-schalen. Het belangrijkste doel in de ontwikkeling van de RC-schalen van de MMPI-2-RF was het bewerkstelligen van een verbetering in het meten van de verschillende core-constructen van de klinische schalen van de eerdere versies van de MMPI-2 (Butcher et al., 2001). De klinische schalen van de eerdere MMPI waren heterogeen van aard en om deze reden niet geheel onafhankelijk van elkaar. Hierdoor meette een klinische schaal niet duidelijk het construct wat deze schaal behoorde te meten en was op basis hiervan interpretatie van de resultaten lastig. Enkele items kwamen op meer dan een schaal voor en mede hierdoor ontstonden hoge inter-correlaties tussen de schalen. Bij verwijdering van deze items waren er vaak nog steeds hoge inter-correlaties aanwezig, waardoor verondersteld werd dat er iets anders in de klinische schalen aanwezig was wat de hoge inter-correlaties verklaarde (Butcher et al., 2001). Met de ontwikkeling van de RC-schalen heeft Tellegen et al. (2003) getracht deze tekortkomingen van de vorige klinische schalen te verbeteren, zodat er een duidelijkere interpretatie mogelijk wordt van de schalen. Om de hoge inter-correlaties te verminderen is in de ontwikkeling van de RC-schalen rekening gehouden met de mate waarin de persoon emotionele stress ervaart. Wanneer deze stress gemeten wordt in meerdere klinische schalen kunnen hoge scores geïnterpreteerd worden als karakteristieken van het construct van de klinische schaal of als gevolg van hoge emotionele stress ontstaan De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 4

5 door ziekte (Butcher et al., 2001). Dit zou mogelijk de hoge inter-correlaties kunnen verklaren. In de jaren 70 wordt door psychiater Frank als een van de eerste componenten van een patroon bij patiënten omschreven, waarvan hij vermoedt dat het lijkt op depressie, maar niet geheel overeenkomstig is (Connor en Walton, 2010). Een mentale toestand die dan voor het eerst omschreven wordt als demoralisatie. De jaren hierna wordt dit construct door tal van psychiaters onderzocht (Connor en Walton, 2010). Demoralisatie wordt hierna omschreven als een voortdurend onvermogen om op een adequate wijze met interne en/of externe stress om te gaan, waarvan verwacht kan worden dat de persoon dit wel kan. Karakteristieken hiervan, die overigens niet bij iedereen aanwezig hoeven te zijn, zijn gevoelens van machteloosheid, isolatie en wanhoop. De zelfwaardering van de persoon is beschadigd en de persoon voelt zich afgewezen door anderen, omdat hij het gevoel heeft niet aan hun verwachtingen te kunnen voldoen. Hierdoor kan een gevoel van vervreemding ontstaan wat weer een gevoel van betekenisloosheid van het leven kan veroorzaken. Personen zijn zich in dergelijke situatie ervan bewust dat ze er niet in zijn geslaagd aan hun eigen verwachtingen of die van anderen te voldoen. Daarnaast voelen zij zich machteloos om met dit probleem om te gaan en de situatie te veranderen. Inadequate coping en hopeloosheid spelen hierbij een grote rol (Clarke en Kissane, 2002). Benadrukt wordt dat demoralisatie als construct in essentie verschilt van een depressie. Depressie wordt gekenmerkt door anhedonie, een verminderde mogelijkheid om plezier te ervaren. Demoralisatie daarentegen wordt gekenmerkt door een gevoel van subjectieve incompetentie en hopeloosheid om met de situatie om te gaan. Tijdens momenten van actie voelen gedemoraliseerde mensen zich beperkt in hun actie, omdat ze niet weten wat ze moeten doen waardoor gevoelens van incompetentie en hulpeloosheid ontstaan. Depressieve personen hebben tijdens deze momenten geen motivatie en drive. Hoewel personen met demoralisatie moeilijk positief vooruit kunnen kijken, kunnen zij wel van het moment genieten en positieve gevoelens ervaren (Clarke en Kissane, 2002). Deze demoralisatie is niet als syndroom opgenomen in DSM-IV. Volgens de Figueiredo (2007) kan demoralisatie willekeurig voorkomen, maar komt het vaker voor in combinatie met een somatische of psychische stoornis. Hierbij geldt volgens Frank het principe dat demoralisatie De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 5

6 secundair is aan de psychiatrische conditie van de patiënt en hoe erger de demoralisatie, hoe erger de symptomen van de psychiatrische conditie (Connor en Walton, 2010). Deze ontwikkelingen omtrent de kennis van het construct van demoralisatie hebben ertoe geleid dat er in de ontwikkeling van de RC-schalen voor deze demoralisatie factor een aparte schaal is geconstrueerd; de RC-dem (Tellegen et al., 2003). Hiermee controleert deze schaal voor algemene non-specifieke psychopathologie. De ontwikkeling van de demoralisatie schaal was een belangrijke stap in de tot stand koming van de RC-schalen. Door factoranalyse zijn de items die een hoge samenhang hadden met demoralisatie uit de klinische schalen verwijderd en in de demoralisatie schaal geplaatst. Met de verwijdering van de demoralisatiefactor in de overige clinical scales zijn door factoranalyses de kerncomponenten van iedere klinische schaal ontwikkeld (Tellegen et al., 2003). Met deze kerncomponenten per klinische schaal zijn de correlaties met alle items onderzocht. Items die hoog scoorden op een bepaald kerncomponent en laag op de andere kerncomponenten, zijn ingedeeld op de klinische schaal waar het item de grootste correlatie mee had. Deze psychometrische en statistische procedures hebben geresulteerd in de ontwikkeling van acht restructured clincal scales gericht op specifieke psychopathologie (RC 1, 2, 3, 4, 6, 7, 8 en 9) en een non-specifieke demoralisatie scale (RC-dem; Tellegen, et al., 2003). De constructen die in deze acht clinical scales worden gemeten zijn in volgorde: somatische klachten, lage positieve emoties, cynisme, antisociaal gedrag, betrekking ideeën, disfunctionele negatieve emoties, afwijkende ervaringen en hypo manische activatie. Sinds het ontstaan van de RC-schalen is er veel onderzoek gedaan naar de psychometrische kwaliteiten van de schalen, vaak in vergelijking met eerdere versies van de MMPI-2. Deze onderzoeken laten zien dat de inter-correlaties tussen de RC-schalen lager is dan tussen de originele klinische schalen, waardoor een grotere discriminante validiteit is ontstaan (Sellbom, Ben-Porath & Graham, 2006, Osberg, Hassely & Kamas, 2008). Tevens laten enkele onderzoeken zien dat de RC-schalen een positieve correlatie hebben met de originele klinische schalen waardoor zij grotendeels overeen komen met de originele gemeten constructen afkomstig uit de MMPI-2 (Forbey, Ben-Porath & Tellegen, 2008, Binford & Liljequist, 2008, Osberg, Hassely & Kamas, 2008, Handel & Archer, 2008). De verbetering van divergente en convergente validiteit heeft er dus niet toe geleidt dat de RC- De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 6

7 schalen volkomen andere aspecten meten dan de originele klinische hoofdschalen. De RCschalen lijken om deze reden inderdaad de specifieke en meer homogene kern van de heterogene en minder specifieke hoofdschalen te representeren. De diagnostische effectiviteit van de RC-schalen in de klinische praktijk werd onderzocht door Osberg, Hassely & Kamas, (2008). Uit dit onderzoek bleek dat door gebruik van de RC-schalen er significant minder overrapportage plaats vond van psychopathologie. Hieruit kon worden opgemaakt dat de MMPI-2-RF met de RC-schalen efficiënter en doeltreffender is in de diagnostiek van psychopathologie. Uit deze onderzoeken kan geconcludeerd worden dat de RC-schalen over grotere discrimante validiteit beschikken dan de eerdere klinische schalen, terwijl niet volkomen andere aspecten dan de hoofdschalen worden gemeten. Daarnaast vindt er in de toepassing van de RC-schalen in de klinische praktijk minder overrapportage plaats. Zoals bovengenoemde onderzoeken aantonen, is er reeds omvangrijk onderzoek gedaan naar de validiteit van de RC-schalen, vaak in vergelijking met de eerdere versie van de MMPI-2. Waar tot dus ver echter nog beperkt onderzoek naar is gedaan is de effectiviteit van de RC-dem en RC 1t/m 9 als indicatoren van specifieke en non-specifieke psychopathologie. Met de invoering van RC-dem in de MMPI-2-RF heeft onderzoek zich met name gericht op de kerncomponenten van de overige RC-schalen RC 1 t/m 9. In deze onderzoeken wordt de demoralisatiefactor als indicator voor algemeen psychisch lijden in veel mindere mate onderzocht. Het is om deze reden in beperkte mate onderzocht of deze demoralisatiefactor ook daadwerkelijk een indicator is voor algemeen psychisch lijden en in welke mate de andere RC-schalen dit juist niet doen. Om deze reden zal dit onderzoek zich richten op de vraag of RC-dem een indicator is voor non-specifieke psychopathologie en RC 1 t/m 9 indicatoren zijn voor specifieke psychopathologie in een klinische populatie. Hierbij zal psychopathologie op as I en II van de DSM-IV in zijn algemeenheid en specifiek per psychopathologie dimensie en persoonlijkheidsdimensie worden onderzocht. Met dit onderzoek wordt meer inzichtelijk gemaakt of specifieke psychopathologie van nonspecifieke psychopathologie kan worden onderscheiden in psychologisch onderzoek door de invoering van een demoralisatieschaal. De hypothese van dit onderzoek is dat de RC-dem schaal een indicator is voor specifieke demoralisatie die optreed bij veel vormen van psychopathologie, terwijl RC 1 t/m De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 7

8 9 indicatoren zijn van specifieke psychopathologie in de vorm van specifieke stoornissen of dimensies van psychopathologie. Verwacht wordt dan ook dat de RC-dem schaal sterker dan de specifieke RC-schalen samenhangt met algemene symptomen van psychopathologie zowel op as I als as II en minder sterk dan de specifieke RC-schalen zal samenhangen met de specifieke dimensionele scores. RC 1 t/m 9 zal sterker dan RC-dem samenhangen met de specifieke dimensionele scores op as I en II en minder met de algemene symptomalogie. Daarbij wordt verwacht dat RC-dem meer variantie verklaart bij algemene symptomalogie dan RC 1 t/m 9. RC 1 t/m 9 zullen meer variantie verklaren bij de specifieke psychopathologie dimensies dan RC-dem. Methode Proefpersonen Deze studie is gebaseerd op een eerdere studie uitgevoerd bij De Viersprong in Halsteren. De dataset van deze studie is gebruikt worden voor dit onderzoek. De deelnemers van dit onderzoek zijn afkomstig uit verschillende behandelprogramma s van het landelijk centrum voor persoonlijkheidsproblematiek De Viersprong, te weten: Ik Opbouwende Psychotherapie, de Kliniek, het Diagnostiek en Training en Advies programma voor behandeling. In de periode van 2005 t/m 2010 hebben zich 398 personen aangemeld voor deze programma s. Van deze personen kwamen 27 mensen dubbel voor in de lijsten en zijn om deze reden verwijderd en voor 93 personen waren geen MMPI gegevens beschikbaar. Van de oorspronkelijk aangemelde personen hebben 278 personen (69.8%) deelgenomen aan het onderzoek. Bij alle deelnemers zijn de MMPI-2-RF, SCID-I, SCID-II en SCL-90 afgenomen. Bij de MMPI-2-RF zijn de volgende criteria voor valide testresultaten gehanteerd: Cannot Say ruwe score CNS > 15, VRIN-r, TRIN-r of L-r t-score > 80, K-r > 70, of F-r > 120 (Ingram, Kelso & McCord, 2010). Testresultaten boven deze marges duiden mogelijk op het onjuist en/of vertekend invullen van de testgegevens, waardoor testresultaten als niet valide kunnen worden beschouwd. Geen van de deelnemers viel hierdoor af. Na deelname waren van 49 proefpersonen (17.6%) de SCID-II gegevens niet meer te achterhalen. Uiteindelijk zijn van de De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 8

9 278 deelnemers, van 229 proefpersonen de gegevens gebruikt voor data-analyse. Van deze 229 proefpersonen zijn 104 man (45.4 %) en 125 vrouw (54.6%). De leeftijd varieerde tussen 18 en 60 jaar (M = 30.9, SD = 9.3). Materialen MMPI-2-RF Bij alle deelnemers is de Minnesota Multiphasic Personality Inventory-Restructured Form (MMPI-2-RF) afgenomen. Deze zelfrapportagelijst bestaat uit 338 items gericht op persoonlijkheid, psychopathologie en sociaal/gedragsmatig functioneren (Forbey, Lee & Handel, 2010). De vragen kunnen worden beantwoord met juist/onjuist. De MMPI-2-RF hanteert uniforme t-scores, waarbij een score van 65 of meer als problematisch wordt beschouwd. In de analyses is gebruik gemaakt van deze uniforme t-scores. De test-hertest betrouwbaarheid in een normatieve steekproef is gemiddeld.74 (Gervais, Ben-Porath & Wygant, 2009). De technische handleiding van de MMPI-2-RF bevat meer betrouwbaarheidscijfers gericht op validiteit van de schalen van verschillende steekproeven (Tellegen & Ben-Porath, 2008). SCID-I De Structured Clinical Interview for the Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders-IV Axis I disorders (SCID-I, First, Spitzer, Gibbon & Williams, 1997, aangehaald in Lobbestael, Leurgans & Arntz, 2011) is tevens bij alle deelnemers afgenomen. De SCID-I is een semigestructureerd interview gericht op as I problematiek van de DSM-IV bij volwassenen. Het categoriale antwoorden systeem van deze tests kent 4 antwoordmogelijkheden te weten: onvoldoende, afwezig, twijfelachtig en aanwezig. De inter-rater betrouwbaarheidscijfers van de SCID-I zijn gemiddeld genomen redelijk tot goed, met een kappa variërend tussen 0.61 en 0.82 met een gemiddelde van 0.71 (Martin, Pollock, Bukstein & Lynch, 1999; Zanarini & Frankenburg, 2001; Zanarini et al., 2000; aangehaald in Lobbestael, Leurgens & Arntz, 2011). De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 9

10 SCID-II Tevens is SCID-II afgenomen bij alle deelnemers: Structured Clinical Interview for the Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders-IV Axis II disorders (First, Spitzer, Gibbon, Williams & Benjamin, 1994, aangehaald in Lobbestael, Leurgans & Arntz, 2011). De SCID-II is een semigestructureerd interview gericht op volwassenen met persoonlijkheidsproblematiek op As II van de DSM-IV. Het categoriale antwoorden systeem van deze tests kent 4 antwoordmogelijkheden te weten: onvoldoende, afwezig, twijfelachtig en aanwezig. Van de SCID-II is de inter-rater betrouwbaarheid redelijk tot goed (gem. K=.63, Weertman, Arntz & Kerkhofs, 2000; aangehaald in Weertman et al., 2003). Dit onderzoek laat ook zien de test een goede test-hertest betrouwbaarheid heeft (hertest = 1 tot 6 weken later) van.75. In onderzoek van Lobbestael, Leurgens en Arntz, (2011) is eveneens de interrater betrouwbaarheid van de SCID-II onderzocht. Er werd hierbij een uitstekende inter-rater betrouwbaarheid gevonden voor alle persoonlijkheidsstoornissen (gem. K=.84, voor elke persoonlijkheidsstoornis tussen de 0.77 en 0.94) bij psychologen met een gemiddelde praktijk ervaring van 3,27 jaar. SCL-90 Tot slot is bij alle deelnemers de SCL-90 afgenomen: De Symptom Checklist. Dit betreft een multidimensionale klachtenlijst, gebaseerd op zelfbeoordeling. Deze vragenlijst heeft betrekking op acht dimensies van psychopathologie, te weten: angst, agorafobie, depressie, somatische klachten, wantrouwen en interpersoonlijke sensitiviteit, insufficiëntie van denken en handelen, slaapproblemen en woede/hostiliteit. Hiernaast kan gebruik worden gemaakt van de totaalscore op de SCL-90. Deze score betreft psychoneuroticisme: algehele niveau van psychisch en lichamelijk functioneren. Items van de SCL-90 kunnen worden beantwoord op een vijfpuntsschaal met: helemaal niet, een beetje, nogal, tamelijk veel of heel erg. Naar de betrouwbaarheid van de SCL-90 zijn diverse onderzoeken gedaan (Arrindel & Ettema, 2003). Hieruit blijkt dat de test-hertest betrouwbaarheid gemiddeld.78 is, wat goed te noemen is (Arrindel & Ettema, 2003). De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 10

11 Procedure Deelnemers werden voorafgaand aan het psychologisch onderzoek geïnformeerd dat de data van de testen op anonieme wijze gebruikt konden worden voor wetenschappelijk onderzoek. Alle deelnemers hebben hier mee ingestemd. De testen zijn afgenomen in de behandelcentra van De Viersprong in Halsteren. Analyses Descriptieve analyses zijn verricht voor het in kaart brengen van de prevalentie van stoornissen op as I en II, alsmede de scoringsgegevens van de proefpersonen op de RCschalen. Pearson correlaties zijn berekend tussen de RC-schalen en de dimensies van psychopathologie op as I, gemeten met SCL-90 en dimensies van persoonlijkheidsstoornissen, gemeten met SCID-II. Hiermee is de samenhang tussen de RC-schalen met specifieke en nonspecifieke psychopathologie op as I en II onderzocht. Middels regressieanalyse is de hoeveelheid variantie verklaard van de RC-schalen bij specifieke en non-specifieke psychopathologie. In deze analyses is standaard RC-dem gebruikt en de specifieke RCschalen die significant correleerden met psychopathologie gemeten met SCL-90 of SCID-II. Alle regressieanalyses zijn stapsgewijs uitgevoerd, met de enter-methode, op twee verschillende manieren. In de eerste analyse werden steeds in stap 1 de non-specifieke variabelen (RC-dem) en in stap 2 de specifieke variabelen gebruikt. Hierdoor kan een inschatting worden gemaakt van de toegevoegde waarde van specifieke variabelen bovenop non-specifieke variabelen. De tweede analyse verliep steeds omgekeerd: in stap 1 de specifieke variabelen en in stap 2 de specifieke variabelen. Hierdoor kan een inschatting worden gemaakt van de toegevoegde waarde van de non-specifieke variabele RC-dem. De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 11

12 Resultaten Datakarakteristieken Van de 229 proefpersonen wiens gegevens gebruikt zijn voor data-analyse, heeft de meerderheid 153 (66.8%) proefpersonen een as I stoornis volgens de SCID-I. Stemmingsstoornissen, angststoornissen, druggerelateerde stoornissen, somatoforme stoornissen en eetstoornissen zijn hierbij het meest frequent (zie tabel 1). Resultaten van de SCID-II laten zien dat 116 van de 229 proefpersonen voldeden aan de kenmerken van één of meerdere as II stoornissen (50.7%), 26 proefpersonen (11.4%) hadden twee of meerdere stoornissen op as II. Cluster C persoonlijkheidsstoornissen waren het meest frequent (zie tabel 2). Bij alle deelnemers is een score verzameld op de RC schalen van de MMPI-2-RF. De gemiddelden van deze scores met de standaarddeviaties en minimale en maximale scores zijn terug te vinden in tabel 3. Met een score van 65 of hoger implicerend als afwijkend kan geconcludeerd worden dat gemiddeld genomen de proefpersonen een afwijkende score hadden op de RC-dem schaal en RC 1 en RC 2. Ook laten deze gegevens zien dat de gemiddelden, met uitzondering van RC 9, vrij hoog liggen (boven de 50), waaruit opgemaakt kan worden dat er onder de proefpersonen sprake is van ernstige psychopathologie en een hoge lijdensdruk. SCL-90 Tabel 4 (bijlage II) toont de Pearson correlaties tussen de dimensies van de SCL-90 en de RC-schalen. De RC-dem schaal bleek hierbij significant samen te hangen met de totale score van de SCL-90 ofwel Psychoneurocitisme (r =.37, p <.01). Daarnaast correleerde RCdem significant met alle specifieke psychopathologie dimensies van de SCL-90 (r =.18 tot.57, p <.01). Wanneer gekeken werd naar de correlaties van de specifieke RC-schalen werd gezien dat RC-1, RC-3, RC-6, RC-7 en RC-8 met alle psychopathologie dimensies significant correleerden (r =.13 tot.58, p <.05; zie tabel 4). Daarnaast had RC-2 een significante correlatie met Agorafobie (r =.29, p <.01), Angst (r =.26, p <.01), Depressie (r =.43, p <.01), Somatische klachten (r =.26, p <.01), Insufficiëntie in denken en handelen (r =.35, p <.01), Wantrouwen en Inter-persoonlijke sensitiviteit (r =.32, p <.01) en Slaapproblemen (r De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 12

13 =.15, p =.03). RC-4 had significante correlaties met Somatische klachten (r =.14, p =.03), Wantrouwen en Inter-persoonlijke sensitiviteit (r =.19, p <.01), en Hostiliteit (r =.23, p <.01). RC-9 had een significante correlatie met Hostiliteit ( r =.27, p <.01). Vervolgens werd getoetst in hoeverre RC-dem de beste voorspeller voor nonspecifieke psychopathologie was. Uit de regressieanalyse (tabel 6 en 7, bijlage IV en V) bleek dat RC-dem een significante voorspeller was van de totaalscore van de SCL-90 en een substantieel deel van de variantie verklaarde (β =.37, p <.01, R² =.13). Wanneer specifieke RC-schalen als voorspellers werden toegevoegd, bleek een significant groter deel van de variantie te worden verklaard (R² =.19; ΔR² =.05, p <.01), waarbij alleen RC-2 een significante voorspeller bleek (β =.16, p <.01). Deze resultaten tonen dat RC-dem weliswaar een goede, maar niet de enige voorspeller van non-specifieke psychopathologie was. Tevens is er getoetst in hoeverre RC-dem en de RC 1 t/m 9 specifieke psychopathologie voorspelde. RC-dem bleek eveneens een significante voorspeller (p <.01) voor veel van de specifieke psychopathologie dimensies van de SCL-90 (zie tabel 6 en 7). Voor de meeste schalen was er sprake van een medium effectgrootte (β = , R² = ). Voor Depressie werd een groter effect gevonden (β =.57, p <.01; R² =.32), terwijl de voorspellende waarde van RC-dem beperkt was voor Hostiliteit (β =.27, p <.01; R² =.07) en Slaapproblemen (β =.18, p <.01; R² =.13). Bij alle specifieke SCL-90 schalen werd gevonden dat toevoeging van specifieke RC-schalen leidde tot significant meer verklaarde variantie (p <.01). De toegevoegde verklaarde variantie varieerde van relatief weinig voor Depressie (Δ R² =.08) tot veel voor Wantrouwen en interpersoonlijke sensitiviteit (Δ R² =.23). Wanneer de specifieke RC-schalen werden toegevoegd verdween de voorspellende waarde van RC-dem. Hierna is een tweede regressieanalyse gedaan (zie tabel 6 en 7, bijlage IV en V), waarbij eerst de specifieke RC-schalen en vervolgens RC-dem onafhankelijke variabelen waren. Hieruit bleek dat alleen voor de Depressie dimensie RC-dem een significante voorspeller was (β =.34, p <.01). Dit leidde tot een betering van de verklaarde variantie (Δ R² =.04, p <.01). Dit betekent dat RC-dem voor alle dimensie behalve de Depressieve dimensie, geen voorspellende waarde heeft bovenop de specifieke RC-schalen. De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 13

14 SCID-II Tabel 5 (bijlage III) laat de Pearson correlaties zien tussen de RC-schalen en de totale score op AS-II en de persoonlijkheidsdimensies gemeten met SCID-II. RC-dem bleek hierbij significant samen te hangen met de totale score op AS-II (r =.30, p <.01). Tevens bleek RCdem significant samen te hangen specifieke psychopathologie, zo is er een samenhang met de Ontwijkende (r =.33, p <.01), Afhankelijke (r =.14, p <.03), Depressieve (r =.36, p <.01), Paranoïde (r =.26, p <.01), Schizotypische (r =.18, p <. 01) en Borderline (r =. 29, p <.01) dimensies. Daarnaast correleert RC-dem significant op negatieve wijze met de Narcistische persoonlijkheidsdimensie (r = -.12, p =. 04). Tussen de specifieke RC-schalen en de persoonlijkheidsdimensies zijn verschillende significante correlaties gevonden (tabel 5). Alle specifieke RC-schalen correleerden significant met de Paranoïde persoonlijkheidsdimensie (r = , p <.05). Bijna alle specifieke RC-schalen correleerden significant met de Ontwijkende dimensie (r = , p <.05), Passief-agressieve dimensie (r = , p <.05), Depressieve dimensie (r = , p <.05), Schizotypische dimensie (r = , p <.05), Borderline dimensie (r = , p <.05) en de Antisociale dimensie (r = , p <.05). Een enkele specifieke RC-schaal correleerde significant met de Afhankelijke dimensie (RC-7, r =.16, p <.01), Obsessiefcompulsieve dimensie (RC-7, r =.16, p <.02), Schizoïde dimensie (RC-2, r =.13, p <.05), Theatrale dimensie (RC-9, r =.21, p <.01) en de Narcistische dimensie (r = , p <.05). Er zijn significant negatieve correlaties gevonden tussen RC-9 en de Ontwijkende dimensie (r = -.17, p <.01), RC 2 en de Theatrale dimensie (r = -.30, p <.01) en RC 1 en RC 2 en de Narcistische dimensie (r = -.23, p <.01) en (r = -.24, p <.01). Ook bij de persoonlijkheidsdimensies werd getoetst in hoeverre RC-dem de beste voorspeller voor non-specifieke psychopathologie was. Regressie-analyse (tabel 8 en 9, bijlage VI en VII) laat zien dat RC-dem een significante voorspeller was van de totale hoeveelheid van as II symptomen (β =.28, p <.01, R² =.08). Wanneer specifieke RC-schalen als voorspellers werden toegevoegd, bleek een significant groter deel van de variantie te worden verklaard (β =.43, p <.01, R² =.21), (zie tabel 8 en 9). De toevoeging van RC 7 was hierbij significant (β =.43, p <.01). Het verschil met de toevoeging van de specifieke schalen was significant (Δ R² =.13, p <.01). Wanneer eerst de specifieke RC-schalen en daarna RC- De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 14

15 dem als onafhankelijke variabelen in de regressie analyse werden gebruikt, voorspelden alle specifieke RC-schalen een significante hoeveelheid van de totaalscore (β =.41, p <.01, R² =.21), de toevoeging van RC-7 is significant (β =.41, p <.05). Wanneer RC-dem aan de specifieke RC-schalen wordt toegevoegd is er geen toename van verklaarde variantie. Wanneer regressie analyses werden gedaan bij de specifieke persoonlijkheidsdimensies voorspelde RC-dem een significante hoeveelheid van de variantie bij de Ontwijkende persoonlijkheidsdimensie (Δ R² =.11, β =.33, p <.05), Depressieve persoonlijkheidsdimensie (Δ R² =.13, β =.36, p <.05), Paranoïde persoonlijkheidsdimensie (Δ R² =.07, β =.26, p <.05), Schizotypische persoonlijkheidsstoornis (Δ R² =.03, β =.18, p <.05) en Borderline persoonlijkheidsdimensie (Δ R² =.09, β =.29, p <.05), zie tabel 8 en 9. Wanneer de specifieke RC schalen werden toegevoegd die correleren met de desbetreffende persoonlijkheidsstoornis, bleek RC-dem alleen bij de Depressieve persoonlijkheidsdimensie significant (beta =, p <.01). Wanneer eerst de specifieke RC-schalen en daarna RC-dem de onafhankelijke variabelen in de regressie analyse waren, was de toevoeging van RC-dem alleen bij de Depressieve persoonlijkheidsdimensie significant (Δ R² =.27, p <.01). Dit betekent dat RCdem geen voorspellende waarde heeft voor de specifieke persoonlijkheidsdimensies, uitgezonderd de Depressieve dimensie. De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 15

16 Tabel 1. Prevalentie As-I Stoornissen in de Steekproef (N = 229) AS-I stoornis N % Totaal Stemmingsstoornissen Angststoornissen Drugs gerelateerde stoornissen Somatoforme stoornissen Eetstoornissen Andere DSM-IV stoornissen Tabel 2. Prevalentie van Cluster- en Individuele PS Diagnoses (N = 229) Persoonlijkheidsstoornissen N % Geen persoonlijkheidsstoornis Een persoonlijkheidsstoornis Twee of meer persoonlijkheidsstoornissen Een of meer Cluster A PS Paranoïde PS Schizoïde PS 0 0 Schizotypisch 0 0 Een of meer Cluster B PS Antisociale PS De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 16

17 Borderline PS Theatrale PS 0 0 Narcistische PS Een of meer Cluster C PS Ontwijkende PS Afhankelijke PS Obsessief-Compulsieve PS *NOA *Tot NOA (Niet Anderszins Omschreven) behoren type 1 en type 2 persoonlijkheidsstoornissen. Type 1 PS NAO (Type 1 persoonlijkheidsstoornis Niet Anderszins Omschreven) staat voor elke persoon die met een Passief-Agressieve of Depressieve PS gediagnosticeerd is en niet een van de tien echte persoonlijkheidsstoornissen heeft. Type 2 PS staat voor elke persoon die aan geen enkele persoonlijkheidsstoornis voldoet, ook niet aan de PS NAO type 1 en in totaal tien of meer trekken heeft verdeeld over de tien officiële persoonlijkheidsstoornissen. Tabel 3. Gemiddelde score, standaardafwijking, minimum en maximum gescoord per RCschaal van de MMPI-2-RF, N = 229 RC-schaal Gem. St.dev. Min. Max. RC-dem RC RC RC De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 17

18 RC RC RC RC RC Discussie In dit onderzoek zijn de RC-schalen van de MMPI-2-RF onderzocht in een klinische populatie. Demoralisatie blijkt inderdaad een goede non-specifieke indicator voor de ernst van psychopathologie te zijn, terwijl de specifieke RC-schalen betere indicatoren voor specifieke dimensies van psychopathologie zijn. Dit ondersteunt in zekere mate de vooraf opgestelde hypothesen van dit onderzoek en de klinische bruikbaarheid van de RC-schalen, maar de resultaten lieten ook verschillende resultaten zien die niet verwacht waren en tot nuances en aanpassingen van de hypothesen zullen leiden. Allereerste bleek dat bij het voorspellen van de ernst van de psychopathologie, en met name de ernst van persoonlijkheidsstoornissen, ook andere RC-schalen significant bijdroegen. Met name bij RC 2, lage positieve emoties, bleek deze voorspellende waarde sterk. Bij de persoonlijkheidsdimensies had juist RC 7 (dysfunctionele negatieve emoties) een sterke voorspellende waarde. Dat juist deze specifieke RC-schalen (RC2 en RC7) voorspellend zijn bij de ernst van non-specifieke psychopathologie zou er mee te maken kunnen hebben dat deze specifieke RC-schalen elementen bevatten die beïnvloed worden door de aanwezigheid van non-specifieke psychopathologie en daarmee een voorspellende waarde kunnen hebben. Zo bestaat RC-2 uit factoren die raakvlakken hebben met een depressief, pessimistisch gevoel, met de neiging tot verveling en gebrek aan energie (bijlage 1). RC-7 bevat factoren die te maken hebben met angst, een gevoel van ongelukkig en hopeloos zijn en schuldgevoelens ervaren. Deze aspecten zijn in zekere mate ook onderdeel van non- De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 18

19 specifieke psychopathologie; algemene kenmerken die worden veroorzaakt door een (psychische) ziekte. Door deze eigenschappen zou verondersteld kunnen worden dat niet alleen RC-dem voorspellend is voor non-specifieke psychopathologie, maar dat ook RC-2 en RC-7 enige mate van voorspelling kunnen geven. Dit resultaat komt overeen met onderzoek van Rouse, Greene, Butcher, Nichols en Williams (2008), aangehaald in Tellegen, Ben-Porath en Sellbom (2009). In dit onderzoek werd de samenhang tussen de RC-schalen onderzocht. RC-dem en RC-2 bleken hierbij een sterke significante correlatie te hebben (.72 en.74) en RC-dem en RC-7 (.78 en.79). Hoewel deze schalen niet geheel hetzelfde bleken te meten en niet voor elkaar te vervangen waren, bleek de correlatie tussen juist deze schalen groot te zijn. Als verklaring hiervoor wordt de overlap in gemeten factoren door de schalen genoemd. RC-dem, RC-2 en RC-7 meten dan wel ieder een andere factor, maar gevoelens als angst, ongelukkig zijn, pessimistisch zijn en een laag gevoel van eigenwaarde komen in al deze schalen voor. Ten tweede bleek dat bij het voorspellen van de specifieke psychopathologie RC-dem een significant voorspellende waarde had voor depressie. Dit was zowel het geval bij de depressieve dimensie van de SCL-90, als bij de depressieve persoonlijkheidsdimensie van de SCID-II. Dat RC-dem juist met deze dimensie een voorspellende waarde heeft is tegen de vooraf opgestelde hypothesen, maar wel goed te begrijpen vanuit de theorie over depressie en demoralisatie. De depressie als as I dimensie en persoonlijkheidsdimensie bevatten elementen die voor een deel overeenkomen met de factoren gemeten in de demoralisatie schaal. Zo meet RC-dem een pessimistisch gevoel, het gevoel te hebben gefaald en een laag gevoel van eigenwaarde te hebben (bijlage 1). Deze elementen vormen tevens een belangrijke kern van de depressie als stemmingsstoornis en de depressieve persoonlijkheidsdimensie. Hoewel RC-dem en depressie in theorie verschillend zijn, blijkt deze scheidslijn in de praktijk vaag, waardoor RC-dem een voorspellende schaal blijkt de zijn voor deze dimensie. Dit gevonden resultaat komt overeen met onderzoek van Nichols (2006), aangehaald in Graham (1990) waarin wordt vonden dat de demoralisatie schaal te veel elementen bevat van depressie als stemmingsstoornis op as I of als persoonlijkheidsdimensie op as II. Volgens Nichols zou RC-dem minder depressieve aspecten moeten meten en zich meer richten op de angstaspecten die als gevolg van demoralisatie De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 19

20 kunnen ontstaan. Doordat de huidige RC-dem teveel depressie aspecten bevat kan er volgens Nichols geen eenduidig onderscheid worden gemaakt tussen depressieve gevoelens als gevolg van demoralisatie en depressie als behorende tot een stoornis. Tevens bleek dat RC en 7 een sterke voorspellende waarde hadden voor de as I dimensies gemeten met SCL-90. Deze RC-schalen correleren (met uitzondering van RC-2 en Hostiliteit) met alle psychopathologie dimensies. Dit resultaat zou geïnterpreteerd kunnen worden als dat de schalen van de SCL-90 te weinig onderscheid maken tussen factoren van psychologie. Gezien het feit dat deze RC-schalen niet bij iedere psychopathologie dimensie een voorspellende waarde hebben kan verondersteld worden dat deze schalen wel degelijk enig onderscheid maken in specifieke psychopathologie, maar dat dit onderscheid niet duidelijk zitbaar is. Tevens wordt dergelijk resultaat niet gevonden in de persoonlijkheidsdimensies van as II gemeten met SCID-II. Onderzoek bij een patiëntenpopulatie waarbij as I problematiek meer op de voorgrond staat mogelijk iets meer over dit onderscheid zeggen. De resultaten van dit onderzoek komen grotendeels overeen met de vooraf opgestelde hypothesen. De testen zijn afgenomen bij een patiëntenpopulatie met zeer veel psychopathologie gericht op verschillende aspecten, wat mogelijk tot gevolg heeft dat sommige resultaten niet geheel volgens verwachting zijn. Wanneer naar de samenhang en verklaarde variantie wordt gekeken van de RC-schalen bij specifiekere patiëntenpopulaties zoals bij patiënten met psychotische stoornissen, stemmingsstoornissen of stoornissen waarbij impulsiviteit centraal staat, is het mogelijk dat RC-2 en RC-7 niet of verminderd samenhangen met non-specifieke psychopathologie. Op basis van het huidige onderzoek in een brede patiëntenpopulatie kan geconcludeerd worden RC-dem niet alleen non-specifieke psychopathologie meet. In de praktijk zal er rekening mee gehouden moeten worden dat naast RC-dem ook RC-2 en RC-7 voorspellende waarde hebben voor non-specifieke psychopathologie. Dit kan mogelijke diagnostiek met behulp van de MMPI-2-RF beïnvloeden. Hier zal in de praktijk rekening mee gehouden moeten worden. Met dit onderzoek wordt een bijdrage geleverd aan de kennis omtrent de kwalitatieve eigenschappen van de RC-schalen van de MMPI-2-RF. Door dit onderzoek is bij een klinische populatie aangetoond wat de sterke en minder sterke eigenschappen van de De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 20

21 schalen zijn en hoe deze tot uiting komen in de praktijk. Hierdoor is er inzicht ontstaan op welke aspecten de RC-schalen een overlappende functie hebben en wat de RC-schalen niet of moeilijk kunnen meten. Vervolgonderzoek kan zich in de toekomst richten op de mate waarin RC-dem, RC-2 en RC-7 zich onderscheiden. Uit dit onderzoek en andere onderzoeken is gebleken dat deze schalen een overlap vertonen in gemeten constructen. Vervolg onderzoek zou zich erop kunnen richten hoe deze overlap eruit ziet en concreet op welke aspecten er verschillen zijn. Zo zou het in de toekomst misschien mogelijk zijn om te bepalen in welke mate RC-2 en RC-7 voorspellend zijn in de detectie van non-specifieke psychopathologie. De mate van specifiteit kan tevens onderzocht worden in vervolgonderzoek bij RC-dem. Het onderscheid tussen RC-dem en depressie op as I en als persoonlijkheidsstoornis op as II blijkt in praktijk onduidelijk te zijn waardoor RC-dem een voorspellende waarde heeft voor depressie op as I en II. Het onderzoek zou zich kunnen richten op het verschil tussen demoralisatie gemeten met RC-dem en depressie als stoornis of als persoonlijkheid. Door onderzoek bij een populatie met verschillende vormen van depressie te doen zou in de toekomst hier mogelijk meer onderscheid in kunnen worden gemaakt. Hierdoor is het mogelijk dat deze verschillende stoornissen beter van elkaar onderscheiden kunnen worden. Dit kan positieve gevolgen hebben voor de diagnostiek en mogelijk de behandeling van zowel demoralisatie en depressie als stemmingsstoornis of als persoonlijkheidsdimensie. Tot slot is het mogelijk, zoals reeds vermeld, om vervolg onderzoek te doen naar de SCL-90 vragenlijst in combinatie met de RC-schalen. Onderzoek met een patiëntenpopulatie waarbij meer as I psychopathologie aanwezig is of op de voorgrond staat kan mogelijk tot een betere voorspellende waarde van RC en 7 leiden. Hierdoor is het mogelijk om de voorspellende waarde van deze RC-schalen te meten en conclusies te trekken over de statistische eigenschappen van deze schalen. De kennis omtrent de RC-schalen van de MMPI-2-RF met demoralisatie als aparte schaal inbegrepen is groeiende. Hoewel de schalen met zorgvuldigheid zijn geconstrueerd is onderzoek naar de statistische eigenschappen noodzakelijk om kennis over de toepasbaarheid van de schalen in de praktijk te vergaren. Kennis omtrent de kwaliteiten en gebreken van de schalen is voor gerichte diagnostiek en hieraan gekoppelde behandelingen van groot belang. Meer kennis van de mogelijkheden die de RC-schalen bieden omtrent De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 21

22 diagnostiek heeft tot gevolg dat de testresultaten van een patiënt adequater te interpreteren zijn, wat ten goede komt aan de diagnostiek en hiermee ook aan de behandeling. De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 22

23 Literatuur Arrindell, W.A. & Ettema, J.H.M. (2003). SCL-90, handleiding bij een multidimensionale psychpathologie indicator. Groningen: Swets, test services. Binford, A. & Liljequist, L. (2008). Behavioral correlates of selected MMPI-2 clinical, content and restructured clinical scales. Journal of Personality Assessment, 90(6), Butcher, J.N., Graham, J.R., Ben-Porath, Y.S., Tellegen, Y.S., Dahlstrom, W.G. & Kaemmer, B. (2001). Minnesota Multiphasic Personality Inventory-2: manual for administration and scoring (rev. ed.). Minneapolis: University of Minnesota Press. Clarke, D.M. & Kissane D.W. (2002). Demoralization: its phenomenology and importance. Australian and New Zealand Journal of Psychiatry, 36, Conor, M.J. & Walton, J.A. (2010). Demoralization and remoralization: a review of these constructs in the healthcare literature. Nursing Inquiry, 18, Figueiredo, J.M. (2007). Demoralization and psychotherapy: a tribute to Jerome D. Frank, MD, PhD ( ). Psychotherapy and Psychosomatics, 27, Forbey, J.D., Ben-Porath Y.S. & Tellegen, A. (2008). Empirical correlates of the MMPI-2 Restructured Clinical (RC) scales in a nonclinical setting. Journal of Personality Assessment, 90, Forbey, J.D., Lee, T.T.C. & Handel, R.W. (2010). Correlates of the MMPI-2-RF in a college setting. Psychological Assessment, 22, Gervais, R.O., Ben-Porath, Y.S. & Wygant, D.B. (2009). Empirical correlates and interpretation of the MMPI-2-RF Cognitive Complaints Scale. The Clinical Neuropsychologist, 23, Graham, J.R. (1990). MMPI-2: assessing personality and psychopathology. New York: Oxford University Press. Groth-Marnat, G. (2009). Handbook of psychological assessment. New Yersey: John Wiley & Sons, Inc. De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 23

24 Handel, R.W. & Archer, R.P. (2008). An investigation of the psychometric properties of the MMPI-2 restructured clinical (RC) scales with mental health inpatients. Journal of Personality Assesment, 90, Heijden, P.T., Egger, J.I.M., Rossi, G.M., Derksen, J.J.L. (2012). Integrating psychopathologie And personality disorders conceptualized by the MMPI-2-RF and the MCMI-III: a structural validity study. Journal of personality assessment, 1, Lobbestael, J., Leurgens, M. & Arntz, A. (2011). Inter-rater realiability of the Structured Clinical Interview for DSM-IV Axis I diorders (SCID-I) and Axis II disorders (SCID-II). Clinical Psychology and Psychotherapy, 18, Osberg, T.M., Hassely, E.N. & Kamas, M.M. (2008). The MMPI-2 clinical scales and restructured clinical (RC) scales: comparative psychometric properties and relative diagnostic efficiency in young adults. Journal op Personality Assesment, 90, Rouse, S.V., Greene, R.L., Butcher, J.N., Nichols, D.S., Williams, C.L. (2008). What do the MMPI-2 Restructured clinical scales reliably measure? Answers from multiple research settings. Journal of Personality Assessment, 90, Sellbom, M., Ben-Porath, Y.S. & Graham, J.R. (2006). Correlates of the MMPI-2 restructured clinical (RC) scales in a college counseling setting. Journal of Personality Assessment, 86(1), Tellegen, A. & Ben-Porath, Y.S (2008). Minnesota Multiphasic Personality Iventory Restructured Form: Technical Manual. Minneapolis: University of Minnesota Press. Tellegen, A., Ben-Porath, Y. S., & Sellbom, M. (2009). Construct validity of the MMPI-2- Restructured Clinical (RC) Scales: Reply to Rouse, Greene, Butcher, Nichols, & Williams. Journal of PersonalityAssessment, 91, Tellegen, A., Ben-Porath, Y.S., McNulty, J.L., Arbisis, P.A., Graham, J.R. & Kaemmer, B. (2003). De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 24

25 MMPI-2 Restructured Clinical (RC) scales: Development, validation and interpretation.university of Minnesota Press. Weertman, A., Arntz, A., Dreesen, L., van Velzen, C. & Vertommen, S. (20023). Short-interval test retest interrater reliability of the Dutch Version of the Structured Clinical Interview for DSM- IV personality disorders (SCID-II). Journal of Personality Disorders, 17, De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 25

26 Bijlage I De Restructured Clinical Schalen RCd Demoralisatie (dem) Algemeen emotioneel ongenoegen. Gedemoraliseerd, onzeker, pessimistisch, laag gevoel van eigenwaarde, gevoel te hebben gefaald. RC1 Somatische klachten (som) Somatische klachten, excessieve preoccupatie met lichamelijke zorgen en gezondheidsproblemen, moeheid, zwakte en chronische pijn. RC2 Lage positieve emoties (Ipe) Anhedonie, depressief, pessimistisch, neiging zich terug te trekken, verveling, isolatie, gebrek aan energie, moeite met het nemen van beslissingen. RC3 Cynisme (cyn) Hoogscoorders geven aan dat anderen niet te vertrouwen zijn, oneerlijk, alleen voor zichzelf zorgen en anderen uitbuiten. RC4 Antisociaal gedrag (asb) Antisociaal en oppositioneel gedrag, agressiviteit en boosheid. Liegen en bedriegen, moeite met zich te conformeren aan maatschappelijke normen. Problemen met justitie, familieconflicten, middelenmisbruik. RC6 Betrekkingsideeën Items beschrijven de persoon als schietschijf, slachtoffer van krachten van buiten, omringd met boosaardige mensen. RC7 Dysfunctionele negatieve emoties (dne) Angst, geïrriteerdheid, ongelukkig, hopeloos, piekeren, overgevoelig, schuldgevoelens, intrusieve gedachten. RC8 Afwijkende ervaringen (abx) Hallucinaties, bizarre perceptuele ervaringen, waanachtige ideeën, gebrekkige realiteitstoetsing. RC9 Hypomanische activatie (hpm) grandioos zelfbeeld, algehele opwinding, sensation seeking, risicovol gedrag, slechte impulscontrole, euforie, verminderde behoefte aan nachtrust, racing thoughts en agressie De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 26

27 Bijlage II Tabel 4. Correlaties tussen RC-schalen en SCL 90 Psychopathologie Dimensies, N = 229. SCL-90 dimensie RC-dem RC1 RC2 RC3 RC4 RC6 RC7 RC8 RC9 Agorafobie.36 (.00).41 (.00).29 (.00).15 (.03).04 (.32).25 (.00).55 (.00).40 (.00).02 (.38) Angst.38 (.00).38 (.00).26 (.00).14 (.04).09 (.13).33 (.00).53 (.00).35 (.00).06 (.21) Depressie.57 (.00).37 (.00).43 (.00).21 (.00).07 (.18).33 (.10).50 (.00).27 (.00) -.03 (.36) Somatische klachten.38 (.00).58 (.00).26 (.00).23 (.00).14 (.03).37 (.00).50 (.00).36 (.00).10 (.10) Insuf. denken en handelen.41 (.00).39 (.00).35 (.00).19 (.01).02 (.40).32 (.00).41 (.00).25 (.00) -.04 (.32) Wantrouwen en int. pers. sensitiviteit.43 (.00).34 (.00).32 (.00).31 (.00).19 (.01).46 (.00).55 (.00).42 (.00).08 (.15) Hostiliteit.27 (.00).22 (.00).11 (.07).20 (.01).23 (.00).36 (.00).34 (.00).25 (.00).27 (.00) Slaapproblemen.18 (.01).31 (.00).15 (.03).13 (.04).10 (.09).22 (.00).24 (.00).16 (.02).06 (.21) Totale score SCL (.00).32 (.00).31 (.00).14 (.02).07 (.14).19 (.00).36 (.00).19 (.00) -.00 (.49) Significante correlaties zijn vetgedrukt De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 27

28 Bijlage III Tabel 5. Correlaties tussen RC-schalen en Persoonlijkheidsdimensies, N = 229. Persoonlijkheids- RC-dem RC1 RC2 RC3 RC4 RC6 RC7 RC8 RC9 Dimensie Ontwijkend.33 (.00).23 (.00).37 (.00).02 (.38).063 (.184).15 (.02).46 (.00).13 (.04) -.17 (.01) Afhankelijk.14 (.03).06 (.19).02 (.40).04 (.31).11 (.07).11 (.05).16 (.01).10 (.08).02 (.38) Obs.comp..10 (.09).08 (.13).06 (.21).02 (.37) -.14 (.03).02 (.41).16 (.01).09 (.11).06 (.18) Pass.Agr..01 (.43) -.03 (.36) -.09 (.12).20 (.00).18 (.01).14 (.03) -.02 (.42).05 (.26).29 (.00) Depressief.36 (.00).16 (.02).20 (.00).11 (.06).20 (.00).18 (.01).32 (.00).21 (.00).04 (.29) Paranoïde.26 (.00).17 (.01).14 (.03).31 (.00).24 (.00).33 (.00).33 (.00).25 (.00).25 (.00) Schizotypisch.18 (.01).11 (.07).11 (.06).16 (.01).12 (.05).14 (.03).22 (.00).17 (.01).12 (.05) Schizoïde.09 (.10).01 (.46).13 (.04).11 (.06).08 (.12).02 (.41).03 (.32) -.04 (.27).04 (.30) Theatraal -.07 (.17) -.07 (.16) -.26 (.00) -.05 (.24).11 (.06).07 (.17) -.05 (.24).10 (.08).21 (.00) Narcistisch -.12 (.04) -.23 (.00) -.24 (.00).18 (.01).19 (.00).00 (.50) -.02 (.38).02 (.41).40 (.00) Borderline.29 (.00).18 (.01).08 (.14).27 (.00).29 (.00).33 (.00).33 (.00).32 (.00).20 (.00) Antisociaal.09 (.11).14 (.03).04 (.31).15 (.02).37 (.00).08 (.12).12 (.04).13 (.03).24 (.00) Totale score as-ii.30 (.00).13 (.02).26 (.00).17 (.01).08 (.11).16 (.01).40 (.00).17 (.01).02 (.37) Significante correlaties zijn vetgedrukt De klinische toepasbaarheid Restructured Clinical Scales van de MMPI-2-RF. 28

Persoonlijkheidsstoornissen bij ouderen: Meten en weten. Prof. Dr. Bas van Alphen

Persoonlijkheidsstoornissen bij ouderen: Meten en weten. Prof. Dr. Bas van Alphen Persoonlijkheidsstoornissen bij ouderen: Meten en weten Prof. Dr. Bas van Alphen Inhoud Temporele stabiliteit Leeftijdsneutraliteit DSM-5 Behandelperspectief Klinische implicaties Casuïstiek Uitgangspunten!

Nadere informatie

Vergelijking MMPI-2 met MMPI-2-Restructured Form (RF) Voor As-I. Pathologie Binnen de Testdiagnostiek

Vergelijking MMPI-2 met MMPI-2-Restructured Form (RF) Voor As-I. Pathologie Binnen de Testdiagnostiek Vergelijking MMPI-2 met 1 Vergelijking MMPI-2 met MMPI-2-Restructured Form (RF) Voor As-I Pathologie Binnen de Testdiagnostiek Comparison between MMPI-2 and MMPI-2-Restructured Form (RF) for Axis-I Pathology

Nadere informatie

[ WETENSCHAP Artikel ] Recente MMPI-2-ontwikkelingen: van Restructured Clinical (RC) Scales tot Restructured Form (MMPI-2-RF)

[ WETENSCHAP Artikel ] Recente MMPI-2-ontwikkelingen: van Restructured Clinical (RC) Scales tot Restructured Form (MMPI-2-RF) Recente MMPI-2-ontwikkelingen: van Restructured Clinical (RC) Scales tot Restructured Form (MMPI-2-RF) 40ste jaargang nr. 3 juli-september 2010, 196-204 Recente MMPI-2-ontwikkelingen: van Restructured

Nadere informatie

De intramurale behandeling van forensische patienten met een persoonlijkheidsstoornis

De intramurale behandeling van forensische patienten met een persoonlijkheidsstoornis De intramurale behandeling van forensische patienten met een persoonlijkheidsstoornis Een empirische studie Treatment outcome in personality disordered forensic patients An empirical study ( with a summary

Nadere informatie

General Personality Disorder. A study into the Core Components of Personality Pathology J.G. Berghuis

General Personality Disorder. A study into the Core Components of Personality Pathology J.G. Berghuis General Personality Disorder. A study into the Core Components of Personality Pathology J.G. Berghuis SAMENVATTING General Personality Disorder H. Berghuis Hoofdstuk 1 is de inleiding van dit proefschrift.

Nadere informatie

Severity Indices for Personality Problems (SIPP-118 en SIPP-SF) Laura Weekers & Annelies Laurenssen Trimbos Instituut, 3 februari 2016

Severity Indices for Personality Problems (SIPP-118 en SIPP-SF) Laura Weekers & Annelies Laurenssen Trimbos Instituut, 3 februari 2016 Severity Indices for Personality Problems (SIPP-118 en SIPP-SF) Laura Weekers & Annelies Laurenssen Trimbos Instituut, 3 februari 2016 Inhoud Theoretische achtergrond Ontwikkeling SIPP Domeinen en facetten

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/43602 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Fenema, E.M. van Title: Treatment quality in times of ROM Issue Date: 2016-09-15

Nadere informatie

Heeft positieve affectregulatie invloed op emotionele problemen na ingrijpende gebeurtenissen?

Heeft positieve affectregulatie invloed op emotionele problemen na ingrijpende gebeurtenissen? Heeft positieve affectregulatie invloed op emotionele problemen na ingrijpende gebeurtenissen? Lonneke I.M. Lenferink Rijksuniversiteit Groningen, Universiteit Utrecht Paul A. Boelen Universiteit Utrecht,

Nadere informatie

MMPI-2: Een Profielschets.

MMPI-2: Een Profielschets. MMPI-2: Een Profielschets. Psychometrisch Onderzoek naar de Restructured Clinical Scales van de MMPI-2 binnen een Nederlandse Klinische Populatie. Masterwerkstuk van Christiaan Meijer (0251968) en Eva

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting. 1. Wat zijn trauma-gerelateerde stoornissen, dissociatieve stoornissen en

Nederlandse samenvatting. 1. Wat zijn trauma-gerelateerde stoornissen, dissociatieve stoornissen en Nederlandse samenvatting 1. Wat zijn trauma-gerelateerde stoornissen, dissociatieve stoornissen en persoonlijkheidsstoornissen? Van de trauma- en stressorgerelateerde (kortweg trauma-gerelateerde) stoornissen

Nadere informatie

ROM in de ouderenpsychiatrie

ROM in de ouderenpsychiatrie Improving Mental Health by Sharing Knowledge ROM in de ouderenpsychiatrie Marjolein Veerbeek Richard Oude Voshaar, Anne Margriet Pot Financier: Ministerie van VWS 2 Routine Outcome Monitoring Definitie

Nadere informatie

Uit tabel 3 valt af te lezen dat de correlaties zoals gevonden in het huidige onderzoek sterk overeenkomen met de resultaten uit eerder onderzoek

Uit tabel 3 valt af te lezen dat de correlaties zoals gevonden in het huidige onderzoek sterk overeenkomen met de resultaten uit eerder onderzoek Uit tabel 3 valt af te lezen dat de correlaties zoals gevonden in het huidige onderzoek sterk overeenkomen met de resultaten uit eerder onderzoek (dat hoofdzakelijk onder de algemene bevolking is uitgevoerd).

Nadere informatie

Zimmerman, Sheeran, & Young. Beoordelen van de aanwezigheid van depressie

Zimmerman, Sheeran, & Young. Beoordelen van de aanwezigheid van depressie DIAGNOSTIC INVENTORY FOR DEPRESSION (DID) Zimmerman, M., Sheeran, T., & Young, D. (2004). The Diagnostic Inventory for Depression: A self-report scale to diagnose DSM-IV Major Depressive Disorder. Journal

Nadere informatie

Persoonlijkheidsstoornissen en Angst. Ellen Willemsen

Persoonlijkheidsstoornissen en Angst. Ellen Willemsen Persoonlijkheidsstoornissen en Angst Ellen Willemsen Overzicht Relevantie Persoonlijkheidsstoornissen Comorbiditeit in getallen PG cijfers comorbiditeit Relatie tussen angststoornissen en PS Aanbevelingen

Nadere informatie

MOEILIJKE MENSEN? HTTP://WWW.YOUTUBE.COM/WATCH?V=GGHL0QQUXVU&FEATURE=REL ATED. Bernard Kloostra en Alie Schenk, Frontlijnteam 19-04-2012

MOEILIJKE MENSEN? HTTP://WWW.YOUTUBE.COM/WATCH?V=GGHL0QQUXVU&FEATURE=REL ATED. Bernard Kloostra en Alie Schenk, Frontlijnteam 19-04-2012 MOEILIJKE MENSEN? HTTP://WWW.YOUTUBE.COM/WATCH?V=GGHL0QQUXVU&FEATURE=REL ATED Bernard Kloostra en Alie Schenk, Frontlijnteam 19-04-2012 Moeilijke mensen, ze zijn overal. In je huis, in je buurt, op je

Nadere informatie

Borderline, waar ligt de grens?

Borderline, waar ligt de grens? Borderline, waar ligt de grens? Themadag georganiseerd door Friese werkgroep Labyrinth-In Perspectief 23 november 2002 Programma 10.00 10.15 10.20 11.00 11.15 11.45 12.15 13.00 14.00 15.00 Ontvangst met

Nadere informatie

Pijn-Coping-Inventarisatielijst (PCI) Kraaimaat, Bakker & Evers (1997)

Pijn-Coping-Inventarisatielijst (PCI) Kraaimaat, Bakker & Evers (1997) Pijn-Coping-Inventarisatielijst (PCI) Kraaimaat, Bakker & Evers (1997) Achtergrond In de literatuur over (chronische)pijn wordt veel aandacht besteed aan de invloed van pijncoping strategieën op pijn.

Nadere informatie

COMPULSIEF KOOPGEDRAG

COMPULSIEF KOOPGEDRAG COMPULSIEF KOOPGEDRAG GUIDO VALKENEERS Valkeneers, G. (in press). Compulsief koopgedrag. Een verkennend onderzoek met een nieuwe vragenlijst. Verslaving. *** 1 VERSLAVING AAN KOPEN Historiek en terminologie

Nadere informatie

Persoonlijkheidsstoornissen in DSM-5. M.A. Louter

Persoonlijkheidsstoornissen in DSM-5. M.A. Louter Persoonlijkheidsstoornissen in DSM-5 M.A. Louter 6-9-2016 2 Casusbespreking Ivo Croon, 32 jaar Doorverwezen voor psychisch onderzoek door werkgever Leek bij sollicitatie gekwalificeerd (2 diploma s) Echter:

Nadere informatie

6 SCL-90. WORKSHOP SCL-90 ROM-Vragenlijstbijeenkomst NVVP (24 juni 2013) Inhoud. Symptom Checklist PEARSON ASSESSMENT & INFORMATION BV

6 SCL-90. WORKSHOP SCL-90 ROM-Vragenlijstbijeenkomst NVVP (24 juni 2013) Inhoud. Symptom Checklist PEARSON ASSESSMENT & INFORMATION BV WORKSHOP ROM-Vragenlijstbijeenkomst NVVP (2 juni 203) Deel Wat is de? > Door Parel van der Plas (Uitgeverij Pearson) Deel 2 Toepassing/ervaringen ROMMEN met de > Door Gerrie van der Heijt (psycholoog en

Nadere informatie

Afhankelijkheid binnen het therapeutische contact: Ongewenst of cruciaal ingrediënt van een succesvolle behandeling?

Afhankelijkheid binnen het therapeutische contact: Ongewenst of cruciaal ingrediënt van een succesvolle behandeling? Afhankelijkheid binnen het therapeutische contact: Ongewenst of cruciaal ingrediënt van een succesvolle behandeling? Naline Geurtzen PhD-student Radboud Universiteit Behavioural Science Institute Nijmegen

Nadere informatie

recidiverende en aanhoudende dwanggedachten (obsessies) die duidelijke angst

recidiverende en aanhoudende dwanggedachten (obsessies) die duidelijke angst Nederlandse samenvatting Patiënten met een obsessieve-compulsieve stoornis (OCS) hebben last van recidiverende en aanhoudende dwanggedachten (obsessies) die duidelijke angst veroorzaken. Om deze angst

Nadere informatie

Persoonlijkheidsstoornissen

Persoonlijkheidsstoornissen Persoonlijkheidsstoornissen PAUL VAN DER HEIJDEN MIRIAM VAN VESSEM Inhoud 1. Wat is een persoonlijkheidsstoornis? 2. Hoe vaak komt het voor? 3. Hoe stellen we een persoonlijkheidsstoornis vast? 4. Wat

Nadere informatie

Hij heeft 7(angst, depressie, sociale fobie, agorafobie, somatische klachten, vijandigheid, cognitieve klachten)+2 (vitaliteit en werk) subschalen

Hij heeft 7(angst, depressie, sociale fobie, agorafobie, somatische klachten, vijandigheid, cognitieve klachten)+2 (vitaliteit en werk) subschalen SQ-48: 48 Symptom Questionnaire Meetpretentie De SQ-48 bestaat uit 48 items en is in 2011 ontworpen door de afdeling psychiatrie van het LUMC om algemene psychopathologie (angst, depressie, somatische

Nadere informatie

Patient reported Outcomes in Cognitive Impairement (PROCOG)

Patient reported Outcomes in Cognitive Impairement (PROCOG) Patient reported Outcomes in Cognitive Impairement (PROCOG) Bowman, L. (2006) "Validation of a New Symptom Impact Questionnaire for Mild to Moderate Cognitive Impairment." Meetinstrument Patient-reported

Nadere informatie

Persoonlijkheidsstoornissen bij ouderen

Persoonlijkheidsstoornissen bij ouderen Persoonlijkheidsstoornissen bij ouderen Prof. Dr. Bas van Alphen b.van.alphen@mondriaan.eu Epidemiologie Beloop Five Factor Model (FFM): Neuroticisme, Extraversie, Openheid nemen af op latere leeftijd,

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Addendum A 173 Nederlandse samenvatting Het doel van het onderzoek beschreven in dit proefschrift was om de rol van twee belangrijke risicofactoren voor psychotische stoornissen te onderzoeken in de Ultra

Nadere informatie

SCID-5-P. Gestructureerd klinisch interview voor DSM-5 Persoonlijkheidsstoornissen

SCID-5-P. Gestructureerd klinisch interview voor DSM-5 Persoonlijkheidsstoornissen SCID-5-P Gestructureerd klinisch interview voor DSM-5 Persoonlijkheidsstoornissen Michael B. First, Janet B.W. Williams, Lorna Smith Benjamin, Robert L. Spitzer Nederlandse vertaling Arnoud Arntz, Jan

Nadere informatie

Burn-out en Cluster C

Burn-out en Cluster C Burn-out en Cluster C Susanne Dalmeijer susanne.dalmeijer@vitaalpunt.nl Klinisch Psycholoog Medisch Directeur 25-01-2018 Kennismiddag Cluster C 1 Inleiding Inleiding Stellingen & discussie 2 Kenmerken

Nadere informatie

Scelta is onderdeel van

Scelta is onderdeel van DSM 5 PERSOONLIJKHEIDSSTOORNISSEN Lucas Goessens, psychiater Annika Cornelissen, klinisch psycholoog SECTIE II (categoraal perspectief) Cluster A Paranoïde PS Schizoïde PS Schizotypische PS Cluster B Antisociale

Nadere informatie

Chapter 8. Nederlandse samenvatting

Chapter 8. Nederlandse samenvatting Chapter 8 Nederlandse samenvatting NEDERLANDSE SAMENVATTING Angst is een menselijke emotie die iedereen van tijd tot tijd wel eens ervaart. Veel mensen voelen zich angstig of nerveus wanneer ze bijvoorbeeld

Nadere informatie

Persoonlijkheidsstoornissen Oude wijn, oude zakken? Geert Lefevere klinisch psycholoog

Persoonlijkheidsstoornissen Oude wijn, oude zakken? Geert Lefevere klinisch psycholoog DSM-5 Persoonlijkheidsstoornissen Oude wijn, oude zakken? Geert Lefevere klinisch psycholoog AZ Sint-Jan Brugge AV 28-11-2014 Is er nieuws? Nee DSM-5 = DSM-IV: definitie A. duurzaam patroon van innerlijke

Nadere informatie

Inleiding. Familiale kwetsbaarheid en geslacht. Samenvatting

Inleiding. Familiale kwetsbaarheid en geslacht. Samenvatting Inleiding Depressie en angst zijn veel voorkomende psychische stoornissen. Het ontstaan van deze stoornissen is gerelateerd aan een breed scala van risicofactoren, zoals genetische kwetsbaarheid, neurofysiologisch

Nadere informatie

Psychosocial Problems in Cancer Genetic Counseling: Detecting and Facilitating Communication W. Eijzenga

Psychosocial Problems in Cancer Genetic Counseling: Detecting and Facilitating Communication W. Eijzenga Psychosocial Problems in Cancer Genetic Counseling: Detecting and Facilitating Communication W. Eijzenga Nederlandse samenvatting INLEIDING Mensen met een mogelijk verhoogde kans op kanker kunnen zich

Nadere informatie

Mindfulness bij somatoforme stoornissen. Hiske van Ravesteijn psychiater i.o.

Mindfulness bij somatoforme stoornissen. Hiske van Ravesteijn psychiater i.o. Mindfulness bij somatoforme stoornissen Hiske van Ravesteijn psychiater i.o. Mindfulness-based cognitieve therapie (MBCT) bij somatoforme stoornissen Onverklaarde lichamelijke klachten 20% Persisterende

Nadere informatie

TSCYC Ouderversie. Vragenlijst over traumasymptomen bij jonge kinderen. Jeroen de Groot. ID 256-18 Datum 24.12.2014. Informant:

TSCYC Ouderversie. Vragenlijst over traumasymptomen bij jonge kinderen. Jeroen de Groot. ID 256-18 Datum 24.12.2014. Informant: TSCYC Ouderversie Vragenlijst over traumasymptomen bij jonge kinderen ID 256-18 Datum 24.12.2014 Informant: Mieke de Groot-Aerts moeder TSCYC Inleiding 2 / 10 INLEIDING De TSCYC is een vragenlijst die

Nadere informatie

Inhoudsopgave Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.

Inhoudsopgave Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Validatie van het EHF meetinstrument tijdens de Jonge Volwassenheid en meer specifiek in relatie tot ADHD Validation of the EHF assessment instrument during Emerging Adulthood, and more specific in relation

Nadere informatie

De Selfreportmethode in de Psychiatrie

De Selfreportmethode in de Psychiatrie De Selfreportmethode in de Psychiatrie Dhr..J.M.Klaver Spatie Apeldoorn Overzicht colleges 1 Algemeen - methodes - definities - Scl-90, UCL, VM 2 Stressmanagement - Kernberg - Indicatie behandeling/beleid

Nadere informatie

hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5

hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5 SAMENVATTING 117 Pas kortgeleden is aangetoond dat ADHD niet uitdooft, maar ook bij ouderen voorkomt en nadelige gevolgen kan hebben voor de patiënt en zijn omgeving. Er is echter weinig bekend over de

Nadere informatie

Brief Symptom Inventory. Edwin de Beurs Klinische Psychologie, Leiden SBG

Brief Symptom Inventory. Edwin de Beurs Klinische Psychologie, Leiden SBG Brief Symptom Inventory Edwin de Beurs Klinische Psychologie, Leiden SBG Kenmerken Verkorte versie van de SCL-90 53 items 9 subschalen (met 4 tot 6 items) Antwoordcategorieën: 0 4 Scoring (gemiddelde):

Nadere informatie

Persoonlijkheidsstoornissen: Werk aan de Winkel! Annemieke Noteboom Klinisch psycholoog Kenter Psychodiagnostiek Amsterdam

Persoonlijkheidsstoornissen: Werk aan de Winkel! Annemieke Noteboom Klinisch psycholoog Kenter Psychodiagnostiek Amsterdam Persoonlijkheidsstoornissen: Werk aan de Winkel! Annemieke Noteboom Klinisch psycholoog Kenter Psychodiagnostiek Amsterdam Enkele dilemma s in de diagnostiek Beperkingen van de categoriale indeling Wat

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/40073 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Schat, A. Title: Clinical epidemiology of commonly occurring anxiety disorders

Nadere informatie

Verschillen in Persoonlijkheidstrekken en Persoonlijkheidsorganisatie tussen Groepen Eetstoornispatiënten.

Verschillen in Persoonlijkheidstrekken en Persoonlijkheidsorganisatie tussen Groepen Eetstoornispatiënten. Verschillen in Persoonlijkheidstrekken en Persoonlijkheidsorganisatie tussen Groepen Eetstoornispatiënten. Differences in Personality Traits and Personality Structure between Groups of Eating Disorder

Nadere informatie

MMPI-2-RF. Minnesota Multiphasic Personality Inventory-2 Restructured Form Yossef S. Ben-Porath Auke Tellegen. Profiel

MMPI-2-RF. Minnesota Multiphasic Personality Inventory-2 Restructured Form Yossef S. Ben-Porath Auke Tellegen. Profiel MMPI-2-RF Minnesota Multiphasic Personality Inventory-2 Restructured Form Yossef S. Ben-Porath Auke ellegen Naam : Code : Leeftijd : 38 Datum : 09-10-2012 Geboortedatum : 20-08-1974 Geslacht : vrouw Profiel

Nadere informatie

Cognitieve gedragstherapie

Cognitieve gedragstherapie Cognitieve gedragstherapie Een succesvolle psychotherapie voor diverse emotionele stoornissen en problemen Afdeling Psychiatrie en Medische Psychologie Wat is Cognitieve Gedragstherapie? Cognitieve gedragstherapie

Nadere informatie

Auteur Bech, Rasmussen, Olsen, Noerholm, & Abildgaard. Meten van de ernst van depressie

Auteur Bech, Rasmussen, Olsen, Noerholm, & Abildgaard. Meten van de ernst van depressie MAJOR DEPRESSION INVENTORY (MDI) Bech, P., Rasmussen, N.A., Olsen, R., Noerholm, V., & Abildgaard, W. (2001). The sensitivity and specificity of the Major Depression Inventory, using the Present State

Nadere informatie

Gebruik van de OQ-45 in de behandeling, ook U? Katinka Franken Neuropsycholoog

Gebruik van de OQ-45 in de behandeling, ook U? Katinka Franken Neuropsycholoog Gebruik van de OQ-45 in de behandeling, ook U? Katinka Franken Neuropsycholoog zondag 19 februari 2012 Doelen ROM (routine outcome monitoring) Secundair 1. gegevensverzameling voor beleid 2. gegevensverzameling

Nadere informatie

Symposium. DSM- 5 en de therapeu0sche rela0e bij persoonlijkheidsstoornissen. Prak6jkboek Persoonlijkheidsstoornissen, herziene druk

Symposium. DSM- 5 en de therapeu0sche rela0e bij persoonlijkheidsstoornissen. Prak6jkboek Persoonlijkheidsstoornissen, herziene druk Symposium DSM- 5 en de therapeu0sche rela0e bij persoonlijkheidsstoornissen Bennekom, 2 oktober 2015 Jan Bernard Maarten Lange Mar6jn Stöfsel Adriaan Sprey Prak6jkboek Persoonlijkheidsstoornissen, herziene

Nadere informatie

TSCYC. Vragenlijst over traumasymptomen bij jonge kinderen. HTS Report. Julia de Vries ID Datum Ouderversie

TSCYC. Vragenlijst over traumasymptomen bij jonge kinderen. HTS Report. Julia de Vries ID Datum Ouderversie TSCYC Vragenlijst over traumasymptomen bij jonge kinderen HTS Report ID 15890-3156 Datum 18.07.2017 Ouderversie Informant: Jeroen de Vries Vader INLEIDING TSCYC 2/8 Inleiding De TSCYC is een vragenlijst

Nadere informatie

Diagnostiek met vragenlijsten in de eerstelijn

Diagnostiek met vragenlijsten in de eerstelijn Diagnostiek met vragenlijsten in de eerstelijn drs. G.J. Kloens RIJKSUNIVERSITEIT GRONINGEN DIAGNOSTIEK MET VRAGENLIJSTEN IN DE EERSTELIJN Proefschrift ter verkrijging van het doctoraat in de Psychologische,

Nadere informatie

Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst

Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst Samenvatting 141 Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst Hoofdstuk 1 is de inleiding van dit proefschrift. Internetbehandeling voor depressie en angst is bewezen effectief. Dit opent

Nadere informatie

Minnesota Multiphasic Personality Inventory

Minnesota Multiphasic Personality Inventory MMPI-A Minnesota Multiphasic Personality Inventory Resultaten en profielen Naam : Code : Leeftijd : 18 jaar en 1 maanden Datum : 09-12-2003 Geboortedatum : 05-12-1985 Geslacht : man MMPI-A James N. Butcher,

Nadere informatie

Multidimensional Fatigue Inventory

Multidimensional Fatigue Inventory Multidimensional Fatigue Inventory (MFI) Smets E.M.A., Garssen B., Bonke B., Dehaes J.C.J.M. (1995) The Multidimensional Fatigue Inventory (MFI) Psychometric properties of an instrument to asses fatigue.

Nadere informatie

Antisociale Persoonlijkheidsstoornis bij Adolescenten

Antisociale Persoonlijkheidsstoornis bij Adolescenten Antisociale Persoonlijkheidsstoornis bij Adolescenten Kirsten Burnet (271578) 23 Augustus 2006 Begeleidster: Marleen Nagtegaal Erasmus Universiteit Rotterdam Dankwoord Allereerst wil ik mijn begeleidster

Nadere informatie

Grensoverschrijdend gedrag. Les 2: inleiding in de psychopathologie

Grensoverschrijdend gedrag. Les 2: inleiding in de psychopathologie Grensoverschrijdend gedrag Les 2: inleiding in de psychopathologie Programma Psychopathologie; wat is het? Algemene functionele psychopathologie DSM Psychopathologie = Een onderdeel van de psychiatrie

Nadere informatie

1 2 3 4 5 Ik vermijd het Ik vermijd het Ik vermijd het Ik vermijd het Ik vermijd het nooit zelden soms meestal altijd

1 2 3 4 5 Ik vermijd het Ik vermijd het Ik vermijd het Ik vermijd het Ik vermijd het nooit zelden soms meestal altijd MI 1 Naam:... Datum:... Hieronder vindt U een lijst met situaties en activiteiten. Het is de bedoeling dat U aangeeft in hoeverre U die vermijdt, omdat U zich er onplezierig of angstig voelt. Geef de mate

Nadere informatie

De PID-5 brengt het DSM-5 persoonlijkheidstrekkenmodel in kaart

De PID-5 brengt het DSM-5 persoonlijkheidstrekkenmodel in kaart DSM-5 whitepaper De PID-5 brengt het DSM-5 persoonlijkheidstrekkenmodel in kaart Prof. dr. Gina Rossi, Vakgroep Klinische en LEvensloopPsychologie (KLEP) aan de Vrije Universiteit Brussel De Personality

Nadere informatie

Diagnose en classificatie in de psychiatrie

Diagnose en classificatie in de psychiatrie Diagnose en classificatie in de psychiatrie Klinische Validiteit Research Betrouwbaarheid Prof dr Bert van Hemert psychiater en epidemioloog Afdelingshoofd psychiatrie DBC Kosten-baten 2 Diagnosen in de

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Cannabisgebruik en stoornissen in het gebruik van cannabis in de adolescentie en jongvolwassenheid. Cannabis is wereldwijd een veel gebruikte drug. Het gebruik van cannabis is echter niet zonder consequenties:

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/19052 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Manti, Eirini Title: From Categories to dimensions to evaluations : assessment

Nadere informatie

Citation for published version (APA): Verbakel, N. J. (2007). Het Chronische Vermoeidheidssyndroom, Fibromyalgie & Reuma.

Citation for published version (APA): Verbakel, N. J. (2007). Het Chronische Vermoeidheidssyndroom, Fibromyalgie & Reuma. University of Groningen Het Chronische Vermoeidheidssyndroom, Fibromyalgie & Reuma. Verbakel, N. J. IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite

Nadere informatie

De rol van sekse, hechting en autonomie in as-i en persoonlijkheidspathologie.

De rol van sekse, hechting en autonomie in as-i en persoonlijkheidspathologie. De rol van sekse, hechting en autonomie in asi en persoonlijkheidspathologie. Drs. N. Bachrach GZ psycholoog io Klinisch psycholoog VVGI Externpromovendus UvT Promotor Prof. Dr. M. Bekker Copromotor: Dr.

Nadere informatie

Reeks 11. Psychiatrie op volwassen leeftijd

Reeks 11. Psychiatrie op volwassen leeftijd Reeks 11 Psychiatrie op volwassen leeftijd Psychiatrische aandoeningen Wanneer ben je ziek en wat is normaal? Hoe wordt een diagnose gesteld? Symptomen van de meest voorkomende ziektebeelden Angst Depressie

Nadere informatie

Workshop Holis&sche Theorie complexe symptoom- en persoonlijkheidsstoornissen en DSM- 5

Workshop Holis&sche Theorie complexe symptoom- en persoonlijkheidsstoornissen en DSM- 5 Workshop Holis&sche Theorie complexe symptoom- en persoonlijkheidsstoornissen en DSM- 5 Voorjaarscongres VGCt April 2014 door Adriaan Sprey www.opleidingsprak=jk- asprey.nl Carla en Frank van PuCen 1 2

Nadere informatie

MMPI-2 Code type 1-2/2-1

MMPI-2 Code type 1-2/2-1 Code type 1-2/2-1 somatische klachten, drankproblemen, communiceert ziekte, zorgen over gezondheid, angst, onrust, gedeprimeerd, ongelukkig introvert, verlegen, twijfelzucht, wantrouwend, hypochonder,

Nadere informatie

Brief Symptom Inventory. Edwin de Beurs Klinische Psychologie, Leiden SBG

Brief Symptom Inventory. Edwin de Beurs Klinische Psychologie, Leiden SBG Brief Symptom Inventory Edwin de Beurs Klinische Psychologie, Leiden SBG Overzicht Kenmerken BSI Subschalen, items, verschillende scores Psychometrische kwaliteit Betrouwbaarheid en validiteit T-scores

Nadere informatie

Samenvatting, conclusies en discussie

Samenvatting, conclusies en discussie Hoofdstuk 6 Samenvatting, conclusies en discussie Inleiding Het doel van het onderzoek is vast te stellen hoe de kinderen (10 14 jaar) met coeliakie functioneren in het dagelijks leven en wat hun kwaliteit

Nadere informatie

Ervaren tevredenheid over de geboorte

Ervaren tevredenheid over de geboorte Ervaren tevredenheid over de geboorte een meetinstrument voor moeders na de bevalling Introductie Inzicht krijgen in moeders ervaringen over de geboorte van haar kind kan worden gerealiseerd door gebruik

Nadere informatie

MMPI-2. MMPI-2 Inhoudschalen

MMPI-2. MMPI-2 Inhoudschalen Laatste herziene interpretatie Statistische verfijning van de items Inhoud componenten Supplementaire schalen Naar Graham 2000 Beschrijving betreft hoge scores (T>65) ANX; angst FRS; object-angst OBS;

Nadere informatie

DSM 5 - psychose Dr. S. Geerts Dr. O. Cools 28-11-2014

DSM 5 - psychose Dr. S. Geerts Dr. O. Cools 28-11-2014 DSM 5 - psychose Dr. S. Geerts Dr. O. Cools 28-11-2014 Inhoud DSM IV -> DSM 5 DSM IV: Schizofrenie als kernsyndroom Even stilstaan bij SCHIZOFRENIE Kritiek op DSM IV Overzicht DSM 5 Schizofrenie (1) Epidemiologie:

Nadere informatie

Chapter 9. Nederlandse samenvatting (Dutch summary)

Chapter 9. Nederlandse samenvatting (Dutch summary) Chapter 9 Nederlandse samenvatting (Dutch summary) Samenvatting Samenvatting Depressie en angst klachten bij Nederlandse patiënten met een chronische nierziekte Het onderwerp van dit proefschrift is depressieve

Nadere informatie

Persoonlijkheidsstoornissen bij ouderen: Meer uitzicht door nieuwe inzichten. Prof. Dr. Bas van Alphen

Persoonlijkheidsstoornissen bij ouderen: Meer uitzicht door nieuwe inzichten. Prof. Dr. Bas van Alphen Persoonlijkheidsstoornissen bij ouderen: Meer uitzicht door nieuwe inzichten Prof. Dr. Bas van Alphen Topklinisch centrum voor ouderen met persoonlijkheidsstoornissen in Heerlen-Maastricht Patiëntenzorg,

Nadere informatie

COMPULSIEF KOOPGEDRAG

COMPULSIEF KOOPGEDRAG COMPULSIEF KOOPGEDRAG GUIDO VALKENEERS 1 VERSLAVING AAN KOPEN Historiek en terminologie De criteria Antecedenten en consequenties Comorbiditeit en prevalentie Diagnostiek en behandeling Onderzoek Lessius

Nadere informatie

BURNOUT ASSESSMENT TOOL

BURNOUT ASSESSMENT TOOL BURNOUT ASSESSMENT TOOL Wat is de BAT? De eigenschappen en sterktes van de nieuwe meting Woensdag 20 maart 2019 Inhoud 1- Hoe betrouwbaar & valide is de BAT? 2- Hoe gebruik je de BAT? 3- Hoeveel werkenden

Nadere informatie

Persoonlijkheidsstoornissen in de DSM-5?

Persoonlijkheidsstoornissen in de DSM-5? RINO Opleidersmiddag workshop Workshop 15-11-2012 Persoonlijkheidsstoornissen in de DSM-5? Han Berghuis, klinisch psycholoog Rembrandthof, Hilversum Theo Ingenhoven, psychiater Centrum voor Psychotherapie,

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 134 Nederlandse samenvatting De inleiding van dit proefschrift beschrijft de noodzaak onderzoek te verrichten naar interpersoonlijk trauma en de gevolgen daarvan bij jongeren in

Nadere informatie

Borderline Persoonlijkheidsstoornis in een Netwerkmodel:

Borderline Persoonlijkheidsstoornis in een Netwerkmodel: Borderline Persoonlijkheidsstoornis in een Netwerkmodel: Structuur van BPS, Comorbiditeitsmodellen en Voorspelbaarheid RC-schalen op Symptoomniveau Melissa Swager 6073883 Augustus 2014 Begeleider: Arjen

Nadere informatie

Overzicht Klinische lessen. Dominique Selviyan

Overzicht Klinische lessen. Dominique Selviyan Overzicht Klinische lessen Dominique Selviyan Voorwoord Geachte lezer, Dit is het overzicht van de studiestof voor Klinische Lessen. Het betreft een overzicht van de literatuur gegeven bij de hoorcolleges.

Nadere informatie

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en Samenvatting In de laatste 20 jaar is er veel onderzoek gedaan naar de psychosociale gevolgen van kanker. Een goede zaak want aandacht voor kanker, een ziekte waar iedereen in zijn of haar leven wel eens

Nadere informatie

CHAPTER 7. Samenvatting

CHAPTER 7. Samenvatting CHAPTER 7 Samenvatting Samenvatting (Summary in Dutch) De interacties die depressieve patiënten hebben met anderen, in het algemeen, en de interacties van depressieve patiënten met hun partner, in het

Nadere informatie

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Overige, ongespecificeerd

Het meetinstrument heeft betrekking op de volgende categorieën Lichaamsregio Overige, ongespecificeerd Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Utrechtse Coping Lijst (UCL) November 2012 Review: 1. A. Lueb 2. M. Jungen Invoer: E. van Engelen 1 Algemene gegevens Het meetinstrument heeft betrekking

Nadere informatie

Vroegsignalering en interventie bij Cluster C. Kennismiddag Cluster C 25 januari 2018

Vroegsignalering en interventie bij Cluster C. Kennismiddag Cluster C 25 januari 2018 Vroegsignalering en interventie bij Cluster C Kennismiddag Cluster C 25 januari 2018 Cluster C bij Jeugd Geen interventiestudies Geen specifieke studies naar Cluster C bij Jeugd Geen hits bij literatuursearch

Nadere informatie

6DPHQYDWWLQJ. De studie psychologie aan de Open Universiteit Nederland (OUNL) kent een hoge uitval.

6DPHQYDWWLQJ. De studie psychologie aan de Open Universiteit Nederland (OUNL) kent een hoge uitval. 6DPHQYDWWLQJ De studie psychologie aan de Open Universiteit Nederland (OUNL) kent een hoge uitval. Van de ongeveer 1200 studenten die per jaar instromen, valt de helft binnen drie maanden af. Om een antwoord

Nadere informatie

Aandachtsklachten en aandachtsstoornissen worden geobserveerd in verschillende volwassen

Aandachtsklachten en aandachtsstoornissen worden geobserveerd in verschillende volwassen SAMENVATTING Aandachtsklachten en aandachtsstoornissen worden geobserveerd in verschillende volwassen klinische populaties, waaronder ook de Aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit (ADHD). Ook al wordt

Nadere informatie

Persoonlijkheidsstoornissen Kortdurend Behandelaanbod

Persoonlijkheidsstoornissen Kortdurend Behandelaanbod Persoonlijkheidsstoornissen Kortdurend Behandelaanbod U bent niet de enige Een op de tien Nederlanders heeft te maken met een persoonlijkheidsstoornis of heeft trekken hiervan. De Riagg Maastricht is gespecialiseerd

Nadere informatie

Risk factors for the development and outcome of childhood psychopathology NEDERLANDSE SAMENVATTING

Risk factors for the development and outcome of childhood psychopathology NEDERLANDSE SAMENVATTING Risk factors for the development and outcome of childhood psychopathology EDERLADSE SAMEVATTIG 157 Het komt regelmatig voor dat psychiatrische klachten clusteren in families. Met andere woorden, familieleden

Nadere informatie

Dia 1. Dia 2 ISABELLE MUNSTERMAN. Dia 3. SPEEDPRESENTATIES Deel 2. Droge maand onderzoek: wat doet een maand geen alcohol met je gezondheid?

Dia 1. Dia 2 ISABELLE MUNSTERMAN. Dia 3. SPEEDPRESENTATIES Deel 2. Droge maand onderzoek: wat doet een maand geen alcohol met je gezondheid? Dia 1 SPEEDPRESENTATIES Deel 2 Dia 2 ISABELLE MUNSTERMAN Droge maand onderzoek: wat doet een maand geen alcohol met je gezondheid? Dia 3 HET DROGE MAAND ONDERZOEK Wat doet een maand geen alcohol met je

Nadere informatie

De Effectiviteit van de Validiteitschalen van de MMPI-2 en MMPI-2-RF om het Veinzen

De Effectiviteit van de Validiteitschalen van de MMPI-2 en MMPI-2-RF om het Veinzen De Effectiviteit van de Validiteitschalen van de MMPI-2 en MMPI-2-RF om het Veinzen van een Stoornis te Detecteren bij Forensische en Arbeidsongeschiktheidsevaluaties Eindversie Annemiek Vial (6045650)

Nadere informatie

Samenvatting Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie

Samenvatting Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie Zoals beschreven in hoofdstuk 1, is artrose een chronische ziekte die vaak voorkomt bij ouderen en in het bijzonder

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 207 208 Deel I Het wordt steeds belangrijker gevonden om kinderen een stem te geven. Hierdoor kunnen kinderen beter begrepen worden en kan hun ontwikkeling worden geoptimaliseerd.

Nadere informatie

De invloed van slapeloosheid op psychiatrische stoornissen en agressie

De invloed van slapeloosheid op psychiatrische stoornissen en agressie De invloed van slapeloosheid op psychiatrische stoornissen en agressie - Dr. Marike Lancel - Divisie Forensische Psychiatrie Slaapcentrum voor Psychiatrie Assen Agressie en dwangtoepassing leren van elkaar

Nadere informatie

Psychotherapie voor Depressie werkt! Maar hoe?

Psychotherapie voor Depressie werkt! Maar hoe? Psychotherapie voor Depressie werkt! Maar hoe? Effecten en Werkingsmechanismes van Cognitieve Therapie en Interpersoonlijke Therapie voor Depressie Dr. Lotte Lemmens Maastricht University Psychotherapie

Nadere informatie

4.3.1 Diagnostische Checklist voor cliënten zonder dementie: DSM-5 criteria

4.3.1 Diagnostische Checklist voor cliënten zonder dementie: DSM-5 criteria 4.3.1 Diagnostische Checklist voor cliënten zonder dementie: DSM-5 criteria Stappen 1 t/m 4 betreffen Depressie, stappen 5 en 6 betreffen Apathiesyndroom STAP 1. Bepaal of de volgende hoofdsymptomen voorkomen.

Nadere informatie

Spitzer quality of life index

Spitzer quality of life index Spitzer Quality of life index Spitzer, W. O., Dobson, A. J., Hall, J., Chesterman, E., Levi, J., Shepherd, R. et al. (1981). Measuring the quality of life of cancer patients: a concise QL index for use

Nadere informatie

Samenvatting. (Summary in Dutch)

Samenvatting. (Summary in Dutch) (Summary in Dutch) Persoonlijkheidspathologie in adolescenten: een dimensionele benadering Het concept persoonlijkheid duidt op een breed scala aan individuele verschillen in consistente manieren van denken,

Nadere informatie

The Glue of (ab)normal Mental Life: Networks of Interacting Thoughts, Feelings and Behaviors A.O.J. Cramer

The Glue of (ab)normal Mental Life: Networks of Interacting Thoughts, Feelings and Behaviors A.O.J. Cramer The Glue of (ab)normal Mental Life: Networks of Interacting Thoughts, Feelings and Behaviors A.O.J. Cramer Wat is een psychische stoornis? Als we de populaire media en sommige stromingen in de gedragswetenschappen

Nadere informatie

University of Groningen. Social phobia and personality disorders van Velzen, C.J.M.

University of Groningen. Social phobia and personality disorders van Velzen, C.J.M. University of Groningen Social phobia and personality disorders van Velzen, C.J.M. IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) In dit proefschrift worden een aantal psychometrische methoden beschreven waarmee de accuratesse en efficientie van psychodiagnostiek in de klinische praktijk verbeterd kan worden. Psychodiagnostiek wordt

Nadere informatie

Stroke-Adapted Sickness Impact Profile (SA-SIP-30)

Stroke-Adapted Sickness Impact Profile (SA-SIP-30) Uitgebreide toelichting van het meetinstrument Stroke-Adapted Sickness Impact Profile (SA-SIP-30) November 2017 Review: 1. M. Post, B Dijcks 2. Eveline van Engelen Invoer: Marsha Bokhorst 1 Algemene gegevens

Nadere informatie

gegeven met informatie over risico, complexiteit, duur, ernst en een doorverwijzingsadvies.

gegeven met informatie over risico, complexiteit, duur, ernst en een doorverwijzingsadvies. Geachte, Pearson start een onderzoek naar Innerview. Innerview is een beslissingsondersteunend instrument (BOI) voor doorverwijzing in de geestelijke gezondheidszorg en is uniek in zijn soort als het gaat

Nadere informatie