De kunst van het kiezen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De kunst van het kiezen"

Transcriptie

1 De kunst van het kiezen Positionering van bedrijfskleding bij Datum: 1 juni 2006 Betreft: Masterscriptie Auteur: Jolanda Bakker Collegekaartnummer: Eerste beoordelaar: Prof. Dr. J.H.J.P. Tettero Tweede beoordelaar: Drs. Ing. A.C.J. Meulemans Begeleider KLM FS: Dhr. J. van der Velden Studierichting: Universiteit van Amsterdam Faculteit der Economische Wetenschappen en Econometrie Business Studies, variant Marketing en Organisatie Geheimhouding: Opschorting van de openbaarheid tot 2012

2 Inhoudsopgave Voorwoord 4 1. Inleiding 5 2. Onderzoeksontwerp Probleemstelling Doelstelling Centrale vraag Deelvragen Definities Methoden Type onderzoek Onderzoeksmethode Onderzoeksmateriaal Beperkingen Theoretisch kader Diensten Positioneren Plaatsbepaling binnen strategisch management Bouwstenen van de analyse Interne analyse Externe analyse Strategische opties Positioneringsstrategieën Producten versus diensten Uiteindelijk model Strategische keuze Interne analyse KLM Facility Services Dienstverlening Uitbesteding Visie en cultuur Bedrijfskleding Product- en dienstenaanbod Functie in bedrijfskolom Flow chart bedrijfskleding Conclusie Externe analyse Marktomgeving bedrijfskleding Marktomvang Marktontwikkelingen en trends Uitbesteding Bedrijfskolom Conclusie marktomgeving Afnemers Bedrijfskleding binnen de organisatie Gebruik van bedrijfskleding Eisen aan bedrijfskleding 45 2

3 5.2.4 Eisen aan leveranciers Conclusie afnemers Concurrenten Volledig maatwerk: ID Company Fashion Standaardmodellen: Labels International BV Middenweg: Kwintet KLM Kleding BV Specialisten Consultants Huren en leasen Conclusie concurrenten Leveranciers Textielfabrikanten Conclusie leveranciers Vijf krachten model en conclusie Conclusies en aanbevelingen Opties van KLM FS Mogelijkheden Beperkingen Conclusie Positioneringsadvies 70 Bibliografie 73 De bijlagen zijn in een apart bijlage-document opgenomen. 3

4 Voorwoord Deze masterscriptie is geschreven in het kader van de afronding van de masteropleiding Business Studies aan de Universiteit van Amsterdam. Het onderwerp van de masterscriptie betreft een analyse van de Nederlandse markt van bedrijfskleding met als doel te komen tot een advies over een geschikte positioneringsstrategie voor KLM Facility Services. Aan de hand van dit advies hoopt KLM Facility Services de markt van bedrijfskleding te betreden met een afgemeten product- en dienstenaanbod. Daarnaast kan KLM FS op basis van dit advies bepalen welke plaats bedrijfskleding binnen de organisatie zal innemen en op welke manier er geconcurreerd zal gaan worden. Allereerst wil ik KLM Facility Services bedanken dat zij mij de mogelijkheid hebben gegeven om mijn scriptie te schrijven over het genoemde onderwerp. In het bijzonder wil ik Jeroen van der Velden, Denise de Braal en Marjolein de Nood bedanken voor de informatievoorziening over het bedrijf en hun hulp bij het onderzoek. Hierbij gaat ook mijn dank uit naar de geïnterviewde personen bij externe bedrijven, die zo vriendelijk waren om mij te ontvangen en te voorzien van bruikbare informatie. Zonder deze informatie had deze scriptie niet tot stand kunnen komen. Daarnaast wil ik Prof. Dr. J.H.J.P. Tettero bedanken voor zijn begeleiding tijdens het afstudeertraject. Zijn feedback op de aangeleverde stukken heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan deze scriptie. Tenslotte wil ik twee mede-afstudeerders bedanken voor de discussies en hun feedback tijdens de afstudeerperiode. Schiphol-Oost, juni 2006 Jolanda Bakker 4

5 1. Inleiding De afgelopen jaren heeft de luchtvaartindustrie te maken gehad met zware tijden. Fusies, kostenbesparingen, ontslagen en het terugbrengen van de capaciteit waren noodzakelijk voor de meeste luchtvaartmaatschappijen om het hoofd boven water te houden. De belangrijkste redenen hiervoor waren de terugloop van het aantal passagiers door de dreiging van terroristische aanslagen, de teruglopende economie en de toenemende concurrentie van met name prijsvechters (Platform Nederlandse Luchtvaart, 2003, p.1). Ook KLM heeft hieronder te lijden gehad, waardoor de directie zich genoodzaakt voelde om zich volledig op haar kernactiviteiten te richten. Hierdoor is besloten om het bedrijfsonderdeel KLM Facility Services (KLM FS) af te stoten. KLM Facility Services is altijd verantwoordelijk geweest voor de facilitaire dienstverlening van de KLM. Zo verzorgt KLM FS bijvoorbeeld de bedrijfskleding voor KLM ers, van stewardessen en piloten tot grondpersoneel en beveiliging. Als gevolg van de uitbestedingsbeslissing is het management van KLM FS op zoek gegaan naar mogelijkheden om de Nederlandse markt te betreden als commerciële onderneming. Hierbij verandert KLM FS dus van een interne naar een externe dienstverlener. Voordat de Nederlandse markt echter betreden kan worden, dient deze per productgroep te worden geanalyseerd. Daarnaast dient er aan de hand van deze externe analyse een geschikte positionering- of concurrentiestrategie te worden bepaald. Deze scriptie richt zich op het analyseren van de Nederlandse markt en het vormen van een strategisch advies voor de dienst bedrijfskleding van KLM FS. De centrale vraag die hiervoor is opgesteld luidt: Op welke manier dient de dienst bedrijfskleding van KLM Facility Services te worden gepositioneerd in de Nederlandse markt, rekening houdend met de interne propositie van KLM Facility Services en de externe marktsituatie, teneinde deze markt succesvol te betreden? Aan de hand van de geadviseerde positioneringsstrategie hoopt KLM FS de Nederlandse markt van bedrijfskleding te betreden en externe klanten te bedienen met een afgemeten product- en dienstenaanbod. Daarnaast kan KLM FS op basis van het advies rondom bedrijfskleding bepalen welke plaats bedrijfskleding binnen de organisatie kan innemen en op welke manier er geconcurreerd kan gaan worden. De totstandkoming en uitwerking van het positioneringsadvies is te lezen in dit rapport. In hoofdstuk twee wordt ingegaan op het onderzoeksontwerp, waarna in hoofdstuk drie aandacht wordt besteed aan het theoretisch kader met betrekking tot positioneren. In hoofdstuk vier wordt aandacht besteed aan de interne analyse, waarbij wordt ingegaan op de dienstverlening van KLM FS. In hoofdstuk vijf komt vervolgens de externe analyse aan bod, waarbij de markt van bedrijfskleding wordt verkend. Tenslotte wordt in hoofdstuk zes ingegaan op de conclusies en aanbevelingen rondom de positionering van bedrijfskleding. 5

6 2. Onderzoeksontwerp In dit hoofdstuk wordt het onderzoeksontwerp beschreven. Hierbij wordt ingegaan op de probleemstelling, op de methoden van onderzoek en op de beperkingen van het onderzoek. 2.1 Probleemstelling In deze paragraaf wordt ingegaan op de probleemstelling van het onderzoek. Hierbij komen de doelstelling, de vraagstellingen en de definities aan bod Doelstelling Volgens Banens (1998, p.3) dient allereerst het doel van het onderzoek te worden geëxpliciteerd. De doelstelling van dit onderzoek is het verkrijgen van inzicht in de interne situatie van KLM FS en de externe marktsituatie, teneinde een strategisch advies te vormen omtrent de positionering van de dienst bedrijfskleding voor de Nederlandse markt. Het doel dient te voldoen aan een tweetal criteria, te weten (1) relevantie en (2) haalbaarheid (Banens, 1998, p.4). Dit onderzoek is relevant, omdat het KLM FS helpt bij de identificatie van een geschikte en onderscheidende positie in de bedrijfstak voor bedrijfskleding. Daarnaast levert het onderzoek bruikbare inzichten op met betrekking tot de verschillende positioneringsstrategieën en de toepassing hiervan in de praktijk. Gezien de grote hoeveelheid van beschikbare informatie en analyse is niet de gehele Nederlandse facilitaire markt behandeld. Het onderzoek is afgebakend tot bedrijfskleding. Dit is één van de kroonjuwelen van KLM FS, waardoor het voor de hand ligt om deze activiteit te analyseren Centrale vraag In de vraagstelling van het onderzoek wordt aangegeven wat precies wordt onderzocht. De centrale vraagstelling vormt de rode draad van he t gehele onderzoek (Banens, 1998, p.5). De centrale vraag die is geformuleerd voor dit onderzoek luidt: Op welke manier dient de dienst bedrijfskleding van KLM Facility Services te worden gepositioneerd in de Nederlandse markt, rekening houdend met de interne propositie van KLM Facility Services en de externe marktsituatie, teneinde deze markt succesvol te betreden? Deelvragen Voor de beantwoording van de centrale vraag zijn een aantal deelvragen geformuleerd, te weten: Wat is positioneren? Welke plaats neemt positionering binnen het vakgebied strategisch management in? Wat zijn de bouwstenen van de analyse die betrekking hebben op positionering? 6

7 Welke positioneringsstrategieën worden onderscheiden en wat zijn hiervan de kenmerken? Hoe worden diensten gepositioneerd en in hoeverre verschilt dit met producten? Welke ontwikkelingen zijn er gaande op de markt bij afnemers, leveranciers, concurrenten en in de omgeving, die de positionering zouden kunnen beïnvloeden? o Hoe ziet de bedrijfskolom eruit? o Hoe zien de behoeften en belangen van de afnemers en leveranciers eruit? o Hoe ziet het aanbod van concurrenten en substituten eruit? Wat zijn de sterke en zwakke punten van KLM FS met betrekking tot bedrijfskleding? Welke positioneringsstrategie is van toepassing op de interne en externe situatie? Hoe kan KLM FS deze positionering bereiken? Definities Binnen de vraagstellingen zijn twee termen gebruikt, die gedefinieerd dienen te worden voor de afbakening van het onderzoek. Deze termen zijn: Bedrijfskleding: De Belastingdienst verstaat onder bedrijfs- of werkkleding: - Kleding die uitsluitend of nagenoeg uitsluitend geschikt is om tijdens het werk te dragen; - Kleding die is voorzien van één of meer duidelijk zichtbare, aan (de bedrijfsorganisatie van) de werkgever gebonden beeldkenmerken met een oppervlakte van ten minste 70 cm² in totaal. - Schoeisel en accessoires worden ook als kleding beschouwd en kunnen dus ook werkkleding zijn (Belastingdienst.nl, 2006). Vergoedingen voor en verstrekkingen van werkkleding en vergoedingen voor het wassen van die werkkleding zijn onbelast. Ook wanneer de beschikbaar gestelde kleding die niet aan bovenstaande voorwaarden voldoet, is het onbelast, zolang deze kleding aantoonbaar op de werkplek blijft. Er is sprake van een uniform als een bepaalde categorie werknemers gelijke kleding draagt, die ook buiten de werkomgeving door derden wordt geassocieerd met een bedrijf of beroep. Als is vastgesteld dat een kledingstuk onderdeel is van een uniform, dat gebruikt wordt voor de uitoefening van de dienstbetrekking, dan is dat kledingstuk werkkleding. Het is vervolgens niet relevant of een onderdeel van een uniform afzonderlijk niet als zodanig herkenbaar is of buiten de dienstbetrekking gedragen zou kunnen worden (Belastingdienst, 2006). Succesvol betreden van een markt: Het succesvol betreden van de markt wordt hierbij gedefinieerd als de mate waarin KLM FS zich kan beschermen tegen de concurrerende krachten vanuit de bedrijfstak en daardoor zo hoog mogelijke investeringsopbrengsten voor het bedrijf kan realiseren (Porter, 2000, p.4). Daarnaast is het van belang dat KLM FS kan voorzien in de behoeften van de klant. 7

8 2.2 Methoden In deze paragraaf wordt ingegaan op het type onderzoek, de gebruikte onderzoeksmethode en het beoogde onderzoeksmateriaal Type onderzoek Banens (1998, p.7) onderscheidt vier fundamenteel verschillende typen onderzoek. Deze typen zijn: (1) toetsend onderzoek, (2) toegepast onderzoek, (3) exploratief onderzoek en (4) inventariserend onderzoek. Voor dit onderzoek wordt een type gehanteerd waarbij de bestaande theorieën met betrekking tot de positionering van producten of diensten het vertrekpunt vormen van dit onderzoek. Enkele bestaande theorieën en modellen over strategisch management, positionering en service marketing worden toegepast in een concrete praktijksituatie. Dit type onderzoek komt overeen met toegepast onderzoek (Banens, 1998, p.8). De nadruk ligt hierbij op het zoeken van een oplossing voor een praktijkgericht probleem. In het geval van KLM FS betreft dit probleem het identificeren van een onderscheidende positie in de bedrijfstak voor de dienst bedrijfskleding Onderzoeksmethode Voor het uitvoeren van een onderzoek kunnen diverse methoden worden gehanteerd. Hutjes en Van Buuren (1996, p.14) identificeren drie verschillende onderzoeksstrategieën om wetenschappelijke vraagstellingen op te lossen, te weten: experiment, enquête en veldonderzoek. Hierbij valt het case studie onderzoek onder de noemer veldonderzoek. Volgens Banens (1998, p.9) wordt er binnen de bedrijfskunde over het algemeen gebruik gemaakt van de survey of case studie, zo ook in dit onderzoek. Er wordt gebruik gemaakt van een enkelvoudige case studie. De gegevens voor dit onderzoek worden verzameld bij één organisatie, te weten bij KLM Facility Services. Onder case studie onderzoek wordt een onderzoeksstrategie verstaan waarbij een verschijnsel intensief binnen zijn natuurlijke situatie wordt bestudeerd, zodanig dat de verwevenheid van relevante factoren behouden blijft (Hutjes en Van Buuren, 1996, p.15). Het grote voordeel van een case studie, in vergelijking met een experiment en enquête, is dat de bewijsvoering plaatsvindt door het verschijnsel te bestuderen binnen zijn natuurlijke situatie om inzicht te verschaffen in de complexiteit van het onderzochte verschijnsel en zijn achtergronden (Hutjes en Van Buuren, 1996, p.21). Voor het onderzoek bij KLM Facility Services is dit zeer van belang, omdat het gaat om het verkrijgen van inzicht in de situatie van KLM Facility Services. Het gaat niet om cijfers, maar om erachter te komen wat de dieperliggende denkwijzen, opvattingen en opinies zijn. Om deze reden is kwalitatief onderzoek, in de vorm van een case studie, een geschikte onderzoeksmethode voor dit onderzoek Onderzoeksmateriaal In de strategie van een case studie zijn de kwalitatieve data meestal overheersend. De waarnemingstechnieken hiervoor zijn: (1) de documentenstudie, (2) het interview en (3) de observatie. 8

9 Al deze technieken kunnen bij de dataverzameling van een case studie worden toegepast (Hutjes en Van Buuren, 1996, p.78). In dit onderzoek is dan ook gebruik gemaakt van deze drie technieken. Allereerst is ten behoeve van het theoretisch kader gebruik gemaakt van wetenschappelijke artikelen en boeken. Daarnaast is gebruik gemaakt van informatie over KLM FS uit beleidsdocumenten, zoals interne salesplannen en benchmarks. Verder is er een diepte-interview gehouden met het hoofd van de afdeling Kledingverstrekking en hebben er informele gesprekken plaatsgevonden met de manager Marketing en Sales en medewerkers van deze afdeling. Voor de marktanalyse is gebruik gemaakt van acht diepte-interviews met afnemers in Nederland. Hierbij is gekeken naar bedrijven met een minimale grootte van 500 FTE en een vestigingsplaats in de provincies Utrecht, Nood-Holland en Zuid-Holland. Deze bedrijven vallen binnen de doelgroep van KLM FS. Voor de selectie van de geïnterviewde bedrijven is gebruik gemaakt van het register van de Kamer van Koophandel, wat na de twee genoemde selectiecriteria 264 bedrijven opleverde. Hieruit zijn handmatig bedrijven geselecteerd, waar medewerkers bedrijfskleding dragen. Hierbij is gekeken naar een evenredige verdeling van sectoren, waar bedrijfskleding wordt gedragen. Deze sectoren zijn bepaald aan de hand van de resultaten van het marktonderzoek van MODINT, de branchevereniging voor bedrijfskleding. In dit onderzoek werd aangetoond dat bedrijfskleding voornamelijk wordt gedragen in de zorg, detailhandel, horeca, industrie, ambachtelijke beroepen, overheidsdiensten en beveiliging, vervoer en bankwezen (Tap, 2005, p.6). Uit deze sectoren zijn dan ook bedrijven geselecteerd, waar interviews mee zijn gehouden. Alleen binnen de sector ambachtelijke beroepen heeft geen interview plaatsgevonden, omdat dit doorgaans kleinere bedrijven zijn die niet binnen de doelgroep van KLM FS vallen. Daarnaast is gelet op een evenredige verdeling van bedrijven die representatieve kleding en werkkleding dragen. Dit resulteerde in interviews met drie bedrijven met uitsluitend representatieve kleding, twee bedrijven met uitsluitend werkkleding en drie bedrijven met zowel representatieve kleding als werkkleding. De geïnterviewde personen waren allen verantwoordelijk voor bedrijfskleding binnen hun organisatie. Tenslotte is er een interview gehouden met de branchevereniging van bedrijfskleding, MODINT. De interviews waren half voorgestructureerd met open vragen. Het voordeel hiervan is dat er ruimte is voor inbreng van de respondenten, maar dat de interviewer zich wel aan een bepaalde structuur kan houden. Om interviewerinvloeden te voorkomen en uit de interviews zoveel mogelijk vergelijkbare informatie te kunnen halen, zijn in het half voorgestructureerde interview de inhoud en de volgorde van de vragen, de vraagformulering en de mogelijke antwoorden van tevoren zoveel mogelijk vastgelegd. Doordat het interview half voorgestructureerd is, wordt de natuurlijke interactie met de geïnterviewden bevorderd (Hutjes en Van Buuren, 1996, p.84). De vragenlijst heeft dus gefungeerd als een houwvast en is in deze situatie zeer geschikt gebleken. Tenslotte is de techniek open, ongestructureerde observatie gebruikt om het gedrag van medewerkers van KLM FS en geïnterviewden in hun natuurlijke context waar te nemen. 9

10 2.3 Beperkingen Een belangrijke beperking van het onderzoek is de generaliseerbaarheid van de bevindingen over de totale Nederlandse markt van bedrijfskleding. Het beeld dat is verkregen van de markt is gebaseerd op acht interviews met relatief grote ondernemingen. Het is dus mogelijk dat de kleinere ondernemingen in Nederland zich niet kunnen vinden in bijvoorbeeld de afwegingen en eisen die gesteld worden. Daarnaast is het positioneringsadvies gericht op interne factoren van KLM Facility Services. Het wil dus niet zeggen dat dit advies voor iedere onderneming, die bedrijfskleding aanbiedt, geldt. Een andere belangrijke beperking van dit onderzoek is dat de kwaliteit van de geleverde diensten van KLM FS moeilijk kan worden bepaald en beoordeeld. Er zijn onvoldoende externe klanten om de kwaliteit van de dienstverlening na te gaan door middel van bijvoorbeeld een tevredenheidsonderzoek. Daarnaast is het niet mogelijk om het onderzoek te baseren op de tevredenheid van KLM over de dienstverlening, omdat de dienstverlening van FS op dit moment nog volledig is afgestemd op deze interne klant. Ook kan de beoordeling van de dienstverlening van FS bij KLM niet als representatief worden beschouwd, omdat het hierbij zou gaan om de mening van één klant. Tenslotte is het in dit onderzoek onmogelijk om de werkelijke kwaliteit van de producten en dienstverlening van de toeleveranciers van KLM FS te controleren. Om deze redenen is er bij de interne analyse van uit gegaan dat de dienstverlening rondom bedrijfskleding op de juist manier plaatsvindt. Het gevolg hiervan is dat de externe analyse zwaarder weegt bij het positioneringsadvies dan de interne analyse. 10

11 3. Theoretisch kader In dit hoofdstuk wordt ingegaan op het theoretische kader van dit onderzoek. Dit kader heeft voornamelijk betrekking op de definiering van de begrippen diensten en positionering, de analyses die plaats dienen te vinden om tot de juiste informatie te komen en de mogelijke positioneringsstrategieën die worden onderscheiden. Het gaat hierbij uitsluitend om positioneren op business unit- of productgroepniveau, omdat positionering op corporate niveau voor dit onderzoek niet relevant is. 3.1 Diensten Diensten omvatten een grote diversiteit aan activiteiten en een variatie aan ontastbare inputs en resultaten. Hierdoor zijn services moeilijk te definiëren (Lovelock en Wirtz, 2004, p.9). Toch wordt hier getracht om twee definities van een dienst weer te geven: - A service is an act or performance offered by one party to another. Although the process may be tied to a physical product, the performance is transitory, often intangible in nature and does not normally result in ownership of any of the factors of production. - A service is an economic activity that creates value and provides benefits for customers at specific times and places by bringing about a desired change in, or on behalf of, the recipient of the service. Lovelock en Wirtz (2004, p.9) vatten dit samen door diensten te beschrijven als something that can be bought and sold, but which cannot be dropped on your foot. Het belangrijkste verschil tussen producten en diensten is dat producten fysiek opgepakt en meegenomen kunnen worden. Klanten worden daadwerkelijk eigenaar van een tastbaar product. Diensten zijn daarentegen ontastbaar, waardoor het bepalen van de kwaliteit bemoeilijkt wordt (Fryar, 1991, p.55). Producten worden daarnaast geproduceerd vóórdat de aankoop plaatsvindt en kunnen op voorraad worden gehouden. Dit is bij diensten niet mogelijk, omdat de productie en aankoop over het algemeen tegelijkertijd plaatsvinden. Doorgaans nemen klanten hierdoor deel aan het serviceproces. De kwaliteit van de dienstverlening wordt daarbij direct waargenomen door de klant (Fryar, 1991, p.54). Het gevolg hiervan is dat het servicepersoneel één van de belangrijkste factoren binnen de organisatie is, omdat zij de kwaliteit van de dienstverlening bepalen (Skaggs en Youndt, 2004, p.86). Competitieve positionering is dè sleutelfactor in het succes van een dienstverlenende organisatie. Succes wordt, volgens Fryar (1991, p.53), bepaald door de vaardigheden van managers binnen de organisatie om de dienst zichtbaar te onderscheiden van concurrenten, op een manier die betekenisvol is voor klanten. In de volgende paragrafen wordt ingegaan op deze onderscheiding door het begrip positionering te definiëren, in te gaan op de analyses die plaats dienen te vinden en op de mogelijke strategieën die gehanteerd kunnen worden om deze onderscheidende positie te bereiken. 11

12 3.2 Positioneren In de afgelopen jaren hebben diverse auteurs een definitie proberen te geven van het begrip positioneren. Hieronder worden een aantal van deze definities weergegeven: Ries en Trout (1981, p.13-14) Positioning describes a revolutionary approach to creating a "position" in a prospective customer's mind one that reflects a company's own strengths and weaknesses as well as those of its competitors. Positioning pertains how you should differentiate yourself in the mind of your prospect. Porter (1996, p.62 en 68) Strategic positioning is doing things differently from your competitors, in a way that delivers a unique type of value to customers. It means performing different activities from rivals' or performing similar activities in different ways. Strategy is the creation of a unique and valuable position, involving a different set of activities. This can mean offering a different set of features, a different array of services or different logistical arrangements. Lovelock en Wirtz (2004, p.57) Positioning strategy is concerned with creating and maintaining distinctive differences that will be noticed and valued by those customers with whom the firm would most like to develop a long-term relationship. Successful positioning requires managers to understand both their target customers preferences and the characteristics of their competitors offerings. De meningen over de exacte definitie van het begrip positionering lopen enigszins uiteen. Overeenkomstig is echter dat de definities uitgaan van het creëren van een relatieve onderscheidende positie in de ogen van de klant. Het is belangrijk om de eigen sterke en zwakke punten te vergelijken met die van concurrerende aanbieders om tot een duidelijke, waardevolle en onderscheidende strategische positie te komen. Daarbij dienen de behoeften van de klant als uitgangspunt te gelden. 3.3 Plaatsbepaling binnen strategisch management Strategisch management houdt zich bezig met de richting die ondernemingen uit gaan. Het bevat thema s die het succes en eventueel falen van ondernemingen kunnen verklaren (Rumelt e.a., 1991, p.6). De marketingstrategie is één van deze thema s. Binnen het vakgebied strategische marketing staat de vraag: hoe concurreren? centraal (Alsem, 2001, p.305). Hooley e.a. (1999, p ) stellen dat de marketingstrategie van ondernemingen gestalte wordt gegeven door de positionering, segmentatie en targeting. Hierbij vormt competitieve positionering, op basis van een verdedigbaar concurrentievoordeel, het uitgangspunt. In het proces van de marketingstrategie, dat is weergegeven in figuur 3.1, wordt duidelijk welke plaats positionering inneemt. Totale markt definiëren Marktsegmenten onderscheiden Doelgroep kiezen Positionering bepalen voor elke doelgroep Marketingtactiek vaststellen Figuur 3.1: Proces marketingstrategie (Alsem, 2001, p.306) 12

13 Uit dit figuuris op te maken dat de gewenste positionering voor een onderneming wordt bepaald na de definitie van de totale markt, de opsplitsing in segmenten en de keuze voor een doelgroep. Uiteindelijk wordt de gewenste positionering bereikt door de invulling van de marketingtactiek. Dit proces zal in deze scriptie vrijwel geheel doorlopen worden. Er wordt slechts beperkt ingegaan op de gedetailleerde invulling van de marketingtactiek, omdat dit niet binnen het bereik van deze scriptie valt. Wel worden globale aanbevelingen gedaan over de afstemming van de marketinginstrumenten. 3.4 Bouwstenen van de analyse Alsem (2001, p.323) stelt dat een positionering wordt bepaald door drie aspecten. Deze aspecten zijn: (1) sterke punten van de eigen organisatie, (2) zwakke punten van concurrenten en (3) de relevante eindwaarde voor de geselecteerde doelgroep. Om deze factoren in kaart te brengen dienen er diverse analyses te worden uitgevoerd. Naast analyses van de interne situatie, de concurrenten en afnemers dient er ook een verkenning plaats te vinden van de marktomgeving en van de behoeften van de leveranciers. De analyse van de marktomgeving bepaalt immers welke ontwikkelingen er in de markt gaande zijn en op welke manier hierop ingespeeld kan worden. Daarnaast is voor KLM FS van belang dat er een analyse van de leveranciers plaatsvindt, omdat deze een grote invloed hebben op de kwaliteit van de services die geleverd worden, aangezien KLM FS fungeert als een intermediair tussen de fabrikanten en afnemers. Omdat het model van Alsem niet voorziet in de analyse van de marktomgeving en leveranciers, wordt het aangepast zodat deze factoren ook in kaart gebracht kunnen worden. In het onderstaande model (figuur 3.2) wordt weergegeven welke onderdelen van invloed zijn op de positionering van een onderneming. Interne analyse Positionering Externe analyse - Marktomgeving - Afnemers - Concurrenten - Leveranciers Figuur 3.2: Bouwstenen (Alsem (2001) en eigen invulling voor KLM FS) De onderdelen die in figuur 3.2 zijn weergegeven, worden ieder apart geanalyseerd. In de volgende alinea s wordt dieper ingegaan op deze verschillende bouwstenen van de analyse Interne analyse Bij de interne analyse komen de sterke en zwakke punten van de onderneming aan bod. Dit wordt gedaan aan de hand van een analyse van de aanwezige resources binnen de onderneming en de manier waarop hiermee wordt omgegaan. Barney (1991, p.101) stelt dat ondernemingen van elkaar verschillen door de resources die ze bezitten. Conner (1991, p.140) vult dit aan door te stellen dat ondernemingen door hun unieke combinatie van resources verschillende output kunnen leveren, wat kan zorgen voor concurrentievoordelen. Bij verschillen in output kan gedacht worden aan het 13

14 produceren tegen lagere kosten of het leveren van een hogere kwaliteit. De productiviteit van superieure resources is echter afhankelijk van de manier waarop ze ingezet worden en van de vaardigheid waarmee een strategie, gebaseerd op resources, wordt geïmplementeerd. Het gaat dus niet zo zeer om het hebben van betere resources dan de concurrenten, maar vooral om de manier waarop de resources worden ingezet (Mahoney en Pandian, 1992, p.365). Als een onderneming bijvoorbeeld over de mogelijkheid beschikt om tegen lagere kosten per product te produceren, doordat grote volumes worden behaald, maar hier vervolgens niets mee doet, kan dit niet leiden tot concurrentievoordelen. Het is dus van belang om inzicht te verschaffen in deze resources om tot een geschikte strategie te komen. Dit wordt gedaan aan de hand van een sterkte-zwakte analyse, waarbij de sterke en zwakke punten van de onderneming naast die van de concurrenten worden gelegd. Hierdoor wordt inzicht verkregen in de relatieve sterke en zwakke punten, waardoor een geschikte positie in de markt kan worden bepaald (Alsem, 2001, p.197) Externe analyse Er dient een grondige externe marktanalyse uitgevoerd te worden om inzicht te krijgen in de bestaande kansen en bedreigingen, in de marktontwikkelingen en in de overige factoren die een rol spelen in de markt. Daarbij kan aan de hand van deze analyses de aantrekkelijkheid van de bedrijfstak worden bepaald (Alsem, 2001, p.155). Porter (1979, p.137) stelt dat de bron van concurrentievoordeel de effectiviteit is, waarmee ondernemingen inspelen op externe concurrerende factoren die spelen binnen een bedrijfstak. Het creëren van concurrentievoordelen gaat om het vinden van een aantrekkelijke positie in de markt, waarbij de onderneming zich het beste kan wapenen tegen deze concurrerende factoren. Porter gaat ervan uit dat de winstgevendheid van een onderneming wordt bepaald door het uitoefenen en exploiteren van marktmacht. Om dit in kaart te brengen vindt een externe analyse plaats, die bestaat uit vier onderdelen, zie figuur 3.2. Deze onderdelen zijn: (1) een analyse van de marktomgeving, (2) de afnemersanalyse, (3) de concurrentie analyse en (4) de leveranciersanalyse. De genoemde onderdelen komen samen in het vijf krachten-model van Porter (2000, p.7). Dit model wordt gebruikt om inzicht te verschaffen in de structuur van de bedrijfstak en in de intensiteit van de concurrentie. Dit wordt gedaan aan de hand van een analyse van de vijf concurrerende krachten, die hierin een rol spelen. Deze krachten zijn: (1) bedreiging van sectortoetreding, (2) de intensiteit van mededinging onder bestaande concurrenten, (3) de druk van substituten, (4) de onderhandelingsmacht van de kopers en (5) de onderhandelingsmacht van de leveranciers (Porter, 2000, p.7-29). De gezamenlijke kracht van deze vijf basisfactoren is bepalend voor het uiteindelijke winstpotentieel in de bedrijfstak. Hoe zwakker de krachten collectief zijn, hoe groter de kans op superieure prestaties is (Porter, 1979, p.137). Belangrijk hierbij is dat er ook aandacht wordt besteed aan de zaken die ten grondslag liggen aan de concurrerende krachten, omdat deze mede als basis dienen voor de strategische focus van een onderneming (Porter, 1979, p.138). Door te kijken naar de afzonderlijke 14

15 krachten in de bedrijfstak zal er een beter beeld geschetst kunnen worden van de posities in de markt. Men kan vervolgens kiezen om de onderneming te positioneren als verdediging tegen de krachten, de krachten te beïnvloeden of te anticiperen op veranderingen in het model en deze te exploiteren (Porter, 1979, p.143). De vijf concurrerende krachten zijn: - Bedreiging van sectortoetreding De sterkte van de kracht van nieuwe toetreders hangt af van de houding van de bestaande bedrijven in de bedrijfstak ten opzichte van nieuwe organisaties en de kracht van de reeds opgeworpen toetredingsbarrières. Volgens Porter kan er sprake zijn van zes belangrijke barrières, te weten: economies of scale, productdifferentiatie, benodigd kapitaal, kostennadeel onafhankelijk van grootte, toegang tot distributiekanalen en het overheidsbeleid. Wanneer het eenvoudig is om de markt te betreden of om nieuwe capaciteit toe te voegen, komt de totale winstgevendheid van de bedrijfstak onder druk te staan (Porter, 1979, p ). - Intensiteit van mededinging onder bestaande concurrenten De rivaliteit van bestaande concurrenten vormt de centrale kracht binnen het model van Porter. Mededinging vindt plaats, omdat één of meerdere concurrenten de druk voelt of de kans ziet om hun positie te verbeteren. In de meeste gevallen hebben concurrentiemanoeuvres van een bedrijf een merkbaar effect op de concurrenten en lokken dan ook tegenmaatregelen uit of pogingen om de manoeuvre te pareren. Wanneer er meerdere ondernemingen binnen de bedrijfstak posities van anderen aanvallen, wordt de bedrijfstak als minder aantrekkelijk gezien. Wanneer ondernemingen zich echter richten op imago en service in plaats van prijsconcurrentie, zal de bedrijfstak meer winstgevend zijn (Porter, 1979, p ). - Druk van substituten Substituten beperken de potentiële opbrengsten van een bedrijfstak door een plafond te stellen aan de prijzen die de bedrijven in de sector kunnen vragen. Over het algemeen kan gesteld worden dat hoe meer klanten te kiezen hebben en hoe aantrekkelijker het prijsniveau van substituut-producten is, hoe sterker de potentiële winstgevendheid van een bedrijfstak onder druk komt te staan. Substituut-producten waaraan het meeste aandacht besteed dient te worden, zijn degene die (1) een neiging vertonen tot een betere prijs-kwaliteitverhouding dan het eigen product of (2) geproduceerd worden in bedrijfstakken waar de winsten hoog liggen (Porter, 1979, p.142). - Onderhandelingsmacht van kopers Kopers concurreren binnen de bedrijfstak door de prijzen omlaag te brengen, te onderhandelen over betere kwaliteit en service en bedrijfsconcurrenten tegen elkaar uit te spelen, wat ten koste gaat van de winstgevendheid in de bedrijfstak. De machtspositie van de belangrijkste kopersgroepen hangt af van een aantal marktkenmerken, zoals de mate van concentratie, standaardisatie en van het relatieve belang van de aankopen in die bedrijfstak in vergelijking met de totale sectoromzet (Porter, 1979, p.141). 15

16 - Onderhandelingsmacht van leveranciers Leveranciers kunnen macht uitoefenen over ondernemingen door te dreigen hun prijzen te verhogen of de kwaliteit van de producten of diensten te verlagen. Machtige leveranciers ontstaan onder andere wanneer de leveranciers zeer geconcentreerd zijn, er beperkte concurrentie plaatsvindt van substituut-producten, de producten zeer gedifferentieerd zijn en wanneer er mogelijk sprake is van voorwaartse integratie (Porter, 1979, p.140). Voor dienstverleners is het tevens belangrijk om gebruik te maken van een flow chart om het serviceproces in kaart te brengen. Zoals eerder vermeld nemen klanten bij diensten deel aan het productie- en aankoopproces. Hierdoor hebben ze een grote invloed op het proces van de servicecreatie en levering. Om dit serviceproces in kaart te brengen wordt gebruik gemaakt van een flow chart. Hierin worden de diverse stappen van het serviceproces gedefinieerd, zodat de momenten van klanteninteractie visueel kunnen worden weergegeven (Lovelock en Wirtz, 2004, p.30). Dit is van belang, omdat ondernemingen hierdoor inzicht krijgen in de eventuele zwakke plekken in de dienstverlening. Ook is het belangrijk om in de waardeketen weer te geven wat de klanten als belangrijkste aspecten van de dienstverlening beschouwen, waar de deskundigheid in de keten zit en welke plaats de onderneming in de keten kan innemen (Murray, 1988, p.398). 3.5 Strategische opties Michael Porter heeft in 1980 in zijn boek Competitive Strategy een aantal generieke strategieën onderscheiden aan de hand waarvan ondernemingen hun positionering in bedrijfstak konden bepalen. Sinds die tijd hebben diverse auteurs stappen genomen in de richting van de identificatie van alternatieve positionerings- of concurrentiestrategieën. Het blijkt echter dat de strategieën van deze auteurs enige overlap vertonen met de strategieën die Porter in 1980 formuleerde. In deze paragraaf worden een aantal van deze strategieën samengebracht. Hierbij wordt getracht duidelijkheid te verschaffen rondom de strategische alternatieven die ondernemingen hebben. De generieke strategieën van Porter worden hiervoor als basis genomen, welke worden aangevuld met de strategische alternatieven van Treacy en Wiersema (1993), Mintzberg (1988) en Lovelock en Wirtz (2004) Positioneringsstrategieën Porter (2000, p.4) omschrijft concurrentiestrategie als het ondernemen van offensieve of defensieve acties om in een bedrijfstak een verdedigbare positie in te nemen, om succesvol het hoofd te bieden aan de vijf concurrentiekrachten en daardoor zo hoog mogelijke investeringsopbrengsten voor het bedrijf te oogsten. De beste strategie voor een bepaalde onderneming is uiteindelijk een unieke constructie, die de afspiegeling is van de specifieke situatie waarin het bedrijf verkeert. Op het meest globale niveau kunnen drie intern consistente, generieke strategieën worden onderscheiden, die tot een verdedigbare positie en goede concurrentie kunnen leiden (Porter, 2000, p.35). Deze strategieën zijn: 16

17 (1) algeheel kostleiderschap, (2) differentiatie en (3) focus. De generieke strategieën hebben tot doel om betere resultaten te bereiken dan de concurrentie in de bedrijfstak (Porter, 2000, p.36). Om de bovengenoemde generieke strategieën te specificeren spreekt Porter over drie uitgangspunten voor positionering. Hij stelt dat strategische posities ontstaan vanuit drie verschillende bronnen, die elkaar niet uitsluiten en vaak overlappen (Porter, 1996, p.65). Ten eerste kan positionering gebaseerd zijn op de keuze van variaties in producten of diensten die het bedrijf aanbiedt, variety -based positioning genoemd. Een tweede basis voor positionering is de needs-based positioning, waarbij een bedrijf zich richt op het tegemoet komen aan de behoeften van een bepaalde groep klanten. Daarnaast is nog een derde uitgangspunt te onderscheiden. Dit is de access-based positioning, waarbij wordt gezocht naar de beste configuratie van activiteiten om klanten te bereiken (Porter, 1996, p.65-67). Porter stelt dat ondernemingen die dezelfde generieke strategie voor ogen hebben, maar met een ander uitgangspunt de markt benaderen, op een andere positie in de markt kunnen uitkomen (Porter, 1996, p.67). Dit kan worden geïllustreerd aan de hand van een voorbeeld. Ikea en Southwest Airlines hanteren beiden een cost-based focusstrategie. Ikea s focus is gebaseerd op de behoeften van een klantengroep en de focus van Southwest Airlines is gebaseerd op het aanbod van een uitzonderlijke servicevariëteit (Porter, 1996, p.67). De keuze voor deze uitgangspunten resulteerde voor beide ondernemingen in een andere onderscheidende positie in de bedrijfstak. Porter (1996, p.68) stelt dan ook dat positioneren niet alleen het zoeken naar een niche in de markt betreft, maar dat het ook gaat om het zoeken naar activiteiten binnen de onderneming die anders zijn dan die van concurrenten. Treacy en Wiersema (1993, p.84) onderscheiden drie verschillende strategieën, die als varianten dienen van de strategieën van Porter. Deze strategieën zijn: (1) operational excellence, (2) productleiderschap en (3) customer intimacy. Treacy en Wiersema stellen dat ondernemingen zich voornamelijk dienen te onderscheiden op de superieure waarde, die ze toevoegen aan een product of dienst in de ogen van de klant. Deze superieure waarde vormt dan ook de basis voor de kernvaardigheid van een onderneming. Door deze kernvaardigheid kunnen bedrijven anders opereren dan anderen en hierdoor concurrentievoordelen behalen (Treacy en Wiersema, 1993, p.84). De strategieën van Porter en van Treacy en Wie rsema zijn vaak te algemeen om van nut te zijn in specifieke contexten waar ondernemingen zich in bevinden (Chadwick en Cappelli, 1999, p.13; Wright en Parsinia, 1988, p.21). Daarom hebben Mintzberg (1988, p.18-20) en Lovelock en Wirtz (2004, p.58) zich gericht op het verschaffen van enige detaillering van de differentiatie - en focusstrategie. Dit resulteerde in de ontwikkeling van specifiekere strategische opties, waarbij beter inzicht is verkregen in de gebieden waarop ondernemingen zich kunnen richten. Hieronder worden de strategieën van Porter, Treacy en Wiersema, Mintzberg en Lovelock en Wirtz toegelicht en samengebracht. De strategieën van Porter fungeren hierbij als basis. 17

18 1. Algeheel kostleiderschap De strategie van algeheel kostleiderschap is gericht op het komen tot een algemene kostenvoorsprong in een bedrijfstak, die vaak gepaard gaat met een groot marktaandeel. Kostleiderschap vereist een constructie van schaalefficiënte faciliteiten, een krachtig streven naar kostenvermindering door ervaring, strakke beheersing van kosten, het vermijden van kleinschalige afnemers en kostenminimalisering op diverse gebieden (Porter, 2000, p.36). Het realiseren van de laagste kosten per eenheid product in de bedrijfstak is het belangrijkste streven. Lage kosten in vergelijking met de concurrenten wordt het hoofdthema van de totale strategie, hoewel kwaliteit en service niet uit het oog mogen worden verloren. De kostenpositie geeft de onderneming een verdedigingsmiddel tegen de concurrerende krachten, omdat de winstmarge groter is en de onderhandelingsmogelijkheden met afnemers en leveranciers talrijker zijn. Het bereiken van deze positie vergt grote kapitaalinvesteringen in aangepaste uitrusting, agressieve prijspolitiek en aanloopverliezen bij het verkrijgen van een groot marktaandeel (Porter, 2000, p.37). De strategie van algeheel kostleiderschap van Porter komt overeen met de strategie van operational excellence van Treacy en Wiersema. Deze strategie is gericht op een combinatie van prijs, kwaliteit en koopgemak die geen van de concurrenten kan evenaren. De focus van een kostenleider is op efficiency en het stroomlijnen van processen. Het aanbod van een kostenleider is een gegarandeerde lage prijs en een probleemloze service (Treacy en Wiersema, 1993, p.84). Succesvolle uitvoering van de strategie van algeheel kostleiderschap vereist een aantal (organisatorische) vaardigheden en middelen. Voorbeelden van dit soort vaardigheden en middelen zijn: voortdurende kapitaalinvesteringen en gegarandeerde toegang tot kapitaal, nauwlettende controle en toezicht op het werk en op de uitgaven, een gestructureerde organisatie en verantwoordelijkheden, vaardigheid in procestechnieken en stimulerende maatregelen voor het bereiken van strikt kwantitatieve doelstellingen (Porter, 2000, p.41). Er zijn echter wel een aantal risico s verbonden aan het volgen van de strategie kostleiderschap. Het bereiken en consolideren van deze strategie legt een zware last op de onderneming, omdat het zich continue moet beschermen tegen imitators en substituten. Om zich tegen deze factoren te beschermen dient het bedrijf voortdurend op zoek te gaan naar technische verbeteringen om voorop te blijven. Een ander risico van deze strategie is dat wanneer het bedrijf totaal gefixeerd is op kostenminimalisering, trends vanuit de markt niet voldoende worden geïdentificeerd. Hierdoor kan het bedrijf de aansluiting met de behoeften van afnemers verliezen. Een derde risico van kostleiderschap is dat het bedrijf te maken kan krijgen met kosteninflatie. Hierdoor is het bedrijf niet meer in staat om voldoende prijsverschil te handhaven ten opzichte van concurrerende producten of diensten om de differentiatiemethoden van concurrenten te compenseren (Porter, 2000, p.46). 18

19 2. Differentiatie De tweede generieke strategie bevat het differentiëren van het product- of dienstenpakket van de onderneming, waardoor iets gemaakt wordt dat in de gehele bedrijfstak als uniek wordt beschouwd. Dit doel kan op diverse manieren worden nagestreefd. Voorbeelden hiervan zijn differentiatie op kwaliteit, technologie, klantenservice of ontwerp- of merkprestige. In het ideale geval differentieert het bedrijf zich op meerdere gebieden tegelijk (Porter, 2000, p.38). De onderneming kan bij een strategie van differentiatie de kosten echter niet volledig uit het oog verliezen. Differentiatie isoleert de onderneming van concurrenten door middel van de loyaliteit van klanten aan het eigen merk en de daaruit resulterende lagere prijsgevoeligheid. Hierdoor worden de marges groter, waardoor het niet noodzakelijk is om de kosten omlaag te brengen. Het bereiken van differentiatie sluit het verkrijgen van een groot marktaandeel en een positie van lage kosten vrijwel uit, doordat het vaak samen gaat met exclusiviteit en het maken van onvermijdbare kosten om dit te bereiken (Porter, 2000, p.39). De strategie van Treacy en Wiersema die als variant van de differentiatiestrategie van Porter kan worden gezien, is productleiderschap. Bij deze strategie is de dienstverlener bezig de grenzen van diensten en dienstverleningsprocessen te verleggen. Dit wordt gedaan door continue innovaties, die het gebruik van het product of dienst vergemakkelijken. Daarnaast is het van belang dat de innovaties snel op de markt gebracht worden, om de concurrentie voor te blijven (Treacy en Wiersema, 1993, p.85). Het streven naar verbazing is het doel van een productleider. Dit wordt meestal gedaan door sterke innovatie en merkenmarketing. Hierbij is snelheid en flexibiliteit van de onderneming van groot belang (Treacy en Wiersema, 1993, p.89-90). Opvallend is dat Treacy en Wiersema een strategie onderscheiden, waarbij enkel gedifferentieerd wordt op de kenmerken van het product of dienst. Ze houden hierbij geen rekening met andere differentiatiemogelijkheden, zoals differentiatie op servic e of imago. De belangrijkste tekortkoming van Porter s generieke strategieën is dat er onvoldoende rekening wordt gehouden met de kenmerken van de externe omgeving, zoals de fase van volwassenheid van de markt, de prijsgevoeligheid van afnemers en de aanwezigheid van informatie asymmetrie (Wright en Parsinia, 1988; Murray, 1988; Kotha en Vadlamani, 1995). Om deze reden heeft Mintzberg (1988) een aantal alternatieve differentiatiestrategieën onderscheiden, waarbij wel rekening wordt gehouden met deze aspecten. Daarnaast houdt Mintzberg, in tegenstelling tot Treacy en Wiersema, wel rekening met diverse gebieden waarop differentiatie mogelijk is. De strategieën van Mintzberg zijn: 2.1 Differentiation by price Het komen tot een lage kosten-strategie, waarbij wordt gelet op kostenminimalisatie om tot de laagste prijs te komen. Deze strategie komt overeen met Porter s strategie van kostleiderschap, maar gaat uit van een andere gedachte. Mintzberg stelt, in tegenstelling tot Porter, dat kostenminimalisatie op zichzelf niet voldoende is om te zorgen voor concurrentievoordelen. 19

20 Hij stelt dat er dient te worden gedifferentieerd op prijs, wat resulteert in ondergemiddelde marktprijzen, die vervolgens leiden tot concurrentievoordelen (Mintzberg, 1988, p.18). 2.2 Differentiation by marketing image Het gaat hierbij om het toevoegen van onderscheidend vermogen bij producten of diensten, die in werkelijkheid niet onderscheidend zijn. Dit wordt gedaan door het creëren van een psychologische niche in de gedachten van afnemers. Het onderscheidend vermogen bevat hierbij vooral merkprestige en imago (Mintzberg, 1988, p.18). 2.3 Differentiation by product design Het verbeteren van de productkarakteristieken en design door R&D innovaties en productontwikkeling. Het gaat om de creatie van iets nieuws, waardoor een unieke positie kan worden gerealiseerd (Mintzberg, 1988, p.20). 2.4 Differentiation by quality Hierbij gaat het om het verbinden van een hogere betrouwbaarheid, grotere duurzaamheid en superieure prestaties aan een product of dienst (Mintzberg, 1988, p.19). 2.5 Differentiation by support Om in de totale behoeften van de afnemers te voorzien, bieden ondernemingen een aantal aanvullende producten en diensten aan rondom het core product (Mintzberg, 1988, p.19). Succesvolle uitvoering van de differentiatiestrategie vereist een aantal (organisatorische) vaardigheden en middelen. Voorbeelden hiervan zijn: goede marketingvaardigheden en productietechnieken, bedrijfsreputatie wat betreft topkwaliteit en technologie, unieke combinatie van vaardigheden en een goede coördinatie tussen functies binnen de organisatie, waarbij maatregelen worden gehanteerd die gericht zijn op kwaliteit in plaats van kwantiteit (Porter, 2000, p.41). Het belangrijkste risico dat verbonden is aan de differentiatiestrategie is dat het kostenverschil tussen de kostleiderschap-concurrenten en het gedifferentieerde bedrijf te hoog wordt om merkloyaliteit te behouden. De kans is groot dat afnemers dan afzien van de aanschaf van het gedifferentieerde product om flinke besparingen te kunnen realiseren. Daarnaast bestaat het risico bij deze strategie dat het differentiatie-effect door imitatie of substitutie verloren gaat. Een derde risico van deze strategie is dat de behoeften van de afnemers wijzigen, zodat de differentiatie -factor komt te vervallen. Wanneer dit gebeurt, biedt het product of dienst geen extra voordelen meer in de ogen van de klant ten opzichte van het concurrerende aanbod (Porter, 2000, p.47). 3. Focus De focusstrategie bestaat uit de focus op een bepaalde groep afnemers, een segment van de productielijn of een geografische markt. De strategie gaat uit van de veronderstelling dat een bedrijf op deze wijze zijn smalle strategische doelgroep efficiënter of effectiever van dienst kan zijn dan breder 20

21 opererende concurrenten. Als resultaat hiervan bereikt het bedrijf ofwel differentiatie doordat het beter voorziet in de behoeften van een bepaalde doelgroep, ofwel lagere kosten bij het bedienen van deze doelgroep, ofwel beide (Porter, 2000, p.39). Een focusstrategie impliceert altijd enige beperkingen ten aanzien van het haalbare marktaandeel. Focus betekent het inruilen van verkoophoeveelheden voor winstgevendheid. Net als bij een differentiatiestrategie kan dit al dan niet het inruilen van een positie van lage totale kosten betekenen (Porter, 2000, p.41). De variant van Treacy en Wiersema op de focusstrategie van Porter is customer intimacy. Bij een strategie van customer intimacy excelleert de onderneming in customer attention en in customer service. De producten of diensten worden op maat aangeboden aan een kleine groep klanten op basis van hun specifieke wensen en behoeften. Er wordt gekeken naar de lifetime value van een klant en niet naar de waarde van een specifieke transactie. Alles staat bij deze strategie in het teken van de klant en in het tegemoet komen aan zijn/haar behoeften. Het gaat hierbij om de uiteindelijke behoeftevoorziening van de klant en niet om een snelle verkoop. Hierdoor wordt de benodigde klantloyaliteit gecreëerd (Treacy en Wiersema, 1993, p.87-88). Deze strategie van Treacy en Wiersema blijft, net als de focusstrategie van Porter, aan de oppervlakte. Er wordt geen verdere detaillering weergegeven van de mogelijkheden, die een onderneming heeft met betrekking tot de gebieden waarop gefocust kan worden. Lovelock en Wirtz proberen dit inzicht wel te verschaffen. Lovelock en Wirtz (2004, p.58) onderscheiden een aantal gedetailleerde focusstrategieën, specifiek gericht op dienstverleners. Ze verdedigen de stelling dat dienstverleners het beste een focusstrategie kunnen hanteren. De belangrijkste redenen hiervoor zijn dat de klantenbehoeften bij diensten vaak sterk uiteen lopen en dat klanten geografisch te veel verspreid zijn om ze goed te kunnen bedienen. Er worden drie focusstrategieën onderscheiden, te weten servicefocus, marktfocus en fully focused. 3.1 Servicefocus Deze strategie is gericht op het bedienen van vrijwel de gehele bedrijfstak met een smal serviceassortiment. Het voordeel is dat expertise kan worden gegenereerd in het specifieke serviceaanbod, wat kan worden ingezet in diverse marktsegmenten. Het belangrijkste nadeel is dat het genereren van expertise in diverse marktsegmenten veel inspanningen vereist qua tijd en middelen (Lovelock en Wirtz, 2004, p.58-59). 3.2 Marktfocus Deze strategie is gericht op het bedienen van een beperkt aantal segmenten in de markt met een breed serviceassortiment. Het grootste voordeel hiervan is dat er een strategie van crossselling kan worden gehanteerd, waarbij diverse services worden verkocht aan enkele afnemers. Het belangrijkste nadeel is dat cross-selling gedetailleerde informatie over klantenbehoeften en samenwerking binnen de organisatie vereist. Deze aspecten kunnen niet 21

Titeldia. Ondertitel. Naam Achternaam, Functie of Afdelingsnaam. Ir. Niels Nieboer MRE Syntrus Achmea Real Estate & Finance

Titeldia. Ondertitel. Naam Achternaam, Functie of Afdelingsnaam. Ir. Niels Nieboer MRE Syntrus Achmea Real Estate & Finance Titeldia Ondertitel Naam Achternaam, Functie of Afdelingsnaam Ir. Niels Nieboer MRE Syntrus Achmea Real Estate & Finance Onderzoeksvraag Hoe moet een Real Estate Investment Manager zich - gegeven de veranderende

Nadere informatie

College 1 inleiding ondernemerschap

College 1 inleiding ondernemerschap College 1 inleiding ondernemerschap Ondernemen is het uitvoeren van innovaties waarbij discontinuïteit wordt veroorzaakt - discontinuïteit is het creëren van waarde die voorheen nog niet beschikbaar was

Nadere informatie

Internationale Marketing H4. Week 1 1. Executive summary 2. Inhoudsopgave 3. Inleiding en achtergrond 4. Externe analyse

Internationale Marketing H4. Week 1 1. Executive summary 2. Inhoudsopgave 3. Inleiding en achtergrond 4. Externe analyse Internationale Marketing H4 Week 1 1. Executive summary 2. Inhoudsopgave 3. Inleiding en achtergrond 4. Externe analyse Executive summary Een samenvatting voor het management 1 à 2 pagina s belangrijkste

Nadere informatie

Test naam Marktgerichtheidsscan Datum 28-8-2012 Ingevuld door Guest Ingevuld voor Het team Team Guest-Team Context Overige

Test naam Marktgerichtheidsscan Datum 28-8-2012 Ingevuld door Guest Ingevuld voor Het team Team Guest-Team Context Overige Test naam Marktgerichtheidsscan Datum 28-8-2012 Ingevuld door Guest Ingevuld voor Het team Team Guest-Team Context Overige Klantgerichtheid Selecteren van een klant Wanneer u hoog scoort op 'selecteren

Nadere informatie

Hoofdstuk 10 Concurrentievoordeel creëren

Hoofdstuk 10 Concurrentievoordeel creëren Hoofdstuk 10 Concurrentievoordeel creëren Leerdoelen Aangeven waarom het noodzakelijk is om door middel van concurrentieanalyse inzicht te krijgen in de concurrentie. De grondbeginselen beschrijven van

Nadere informatie

Hoofdstuk 1: Introducing strategy

Hoofdstuk 1: Introducing strategy Hoofdstuk 1: Introducing strategy Wat is strategie? Definitie Porter: Concurrentiestrategie = verzameling van verschillende activiteiten kiezen om een unieke waardemix te brengen. Onderscheid tussen operationele

Nadere informatie

Het Vijfkrachtenmodel van Porter

Het Vijfkrachtenmodel van Porter Het Vijfkrachtenmodel van Porter (een concurrentieanalyse en de mate van concurrentie binnen een bedrijfstak) 1 Het Vijfkrachtenmodel van Porter Het vijfkrachtenmodel is een strategisch model wat de aantrekkelijkheid

Nadere informatie

NIMA B EXAMEN BUSINESS MARKETING ONDERDEEL B JANUARI 2016 VRAGEN EN ANTWOORDINDICATIES NIMA B BUSINESS MARKETING ONDERDEEL 1 (CASE)

NIMA B EXAMEN BUSINESS MARKETING ONDERDEEL B JANUARI 2016 VRAGEN EN ANTWOORDINDICATIES NIMA B BUSINESS MARKETING ONDERDEEL 1 (CASE) VRAGEN EN ANTWOORDINDICATIES NIMA B BUSINESS MARKETING ONDERDEEL 1 (CASE) 26 JANUARI 2016 1 Vragen bij de case WINTECH..GESTRAND IN HET ZICHT VAN DE HAVEN? (totaal 90 punten) Vraag 1 (20 punten) a. Bereken

Nadere informatie

Thema 5. Strategisch management

Thema 5. Strategisch management Thema 5 Strategisch management 1. Strategie van een onderneming: definitie en typologie De strategie van een onderneming verwijst naar het GEDRAG van de onderneming. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen

Nadere informatie

Saxionstudent.nl Blok1

Saxionstudent.nl Blok1 Samenvatting eindopdracht Trends en ontwikkelingen op consumentenniveau Macro In dit eind rapport hebben we de navigatiesystemen markt in kaart gebracht. In de macro, meso en micro omgevingen hebben we

Nadere informatie

STRATEGISCHE MARKETINGPLANNING 07

STRATEGISCHE MARKETINGPLANNING 07 07 HBO Marketing / Marketing management Raymond Reinhardt 3R Business Development raymond.reinhardt@3r-bdc.com 3R 1 M Doel van een concurrentenanalyse: F inzicht verkrijgen in sterke en zwakke punten van

Nadere informatie

2.a Welke drie fasen van de levenscyclus van een onderneming worden door Lievegoed onderscheiden? (3 x 1 punt)

2.a Welke drie fasen van de levenscyclus van een onderneming worden door Lievegoed onderscheiden? (3 x 1 punt) UITWERKINGEN: 1.a Geef vier sociologische startomstandigheden voor ondernemers die Shapero onderkent. (4 x 1 punt) Shapero onderkent de volgende vier startomstandigheden: - breuk in de levensloop; - voorbeeld

Nadere informatie

STRATEGIE VOOR KMO S PROF. DR. KURT VERWEIRE

STRATEGIE VOOR KMO S PROF. DR. KURT VERWEIRE STRATEGIE VOOR KMO S PROF. DR. KURT VERWEIRE TOOLS VOOR MANAGERS 2 Vlerick Business School 1WAT IS STRATEGIE? WHAT IS STRATEGY? 4 Vlerick Business School Formulating Winning Business Strategies MISSIE,

Nadere informatie

Antwoordmodel. Meerkeuzevragen (40 punten) Aan dit antwoordmodel kunnen geen rechten worden ontleend.

Antwoordmodel. Meerkeuzevragen (40 punten) Aan dit antwoordmodel kunnen geen rechten worden ontleend. Antwoordmodel Aan dit antwoordmodel kunnen geen rechten worden ontleend. Meerkeuzevragen (40 punten) Vraag Antwoord Oosterhaven, J. A. (2010). ICT-strategie en -organisatie. Den Haag: SDU. ISBN: 978901222870

Nadere informatie

Business & IT Alignment deel 1

Business & IT Alignment deel 1 Business & IT Alignment deel 1 Informatica & Economie Integratie 1 Recap Opdracht 1 Wat is integratie? Organisaties Strategie De omgeving van organisaties AH Bonuskaart AH Bonuskaart Economisch Geïntegreerd

Nadere informatie

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 5, Marketingbeleid

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 5, Marketingbeleid Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 5, Marketingbeleid Samenvatting door een scholier 1430 woorden 1 februari 2003 6,1 79 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans Marketingbeleid. 5.1 Het

Nadere informatie

MANAGEMENT 03A. HBO / University of Applied Sciences. Raymond Reinhardt 3R Business Development. 3R

MANAGEMENT 03A. HBO / University of Applied Sciences. Raymond Reinhardt 3R Business Development. 3R MANAGEMENT 03A HBO / University of Applied Sciences Raymond Reinhardt 3R Business Development raymond.reinhardt@3r-bdc.com 3R 1 M Kern van strategieformulering: Het vaststellen van de doelstellingen van

Nadere informatie

Het Analyseproces. Zoeken naar eigenheid en differentiatie met de concurrentie

Het Analyseproces. Zoeken naar eigenheid en differentiatie met de concurrentie Het Analyseproces Zoeken naar eigenheid en differentiatie met de concurrentie Missie en Strategie Wat voor koers volgt het bedrijf, wat is haar missie/visie (bestaansrecht)? Hoe denken zij die te bereiken?

Nadere informatie

Waardecreatie in industriële markten

Waardecreatie in industriële markten Waardecreatie in industriële markten Jos Fleischeuer De marketinguitdaging Being market driven. or driving the market Creating value. and capturing it Building/protecting resources. and exploiting partner

Nadere informatie

STRATEGISCHE MARKETINGPLANNING 07

STRATEGISCHE MARKETINGPLANNING 07 07 HBO Marketing / Marketing management Raymond Reinhardt 3R Business Development raymond.reinhardt@3r-bdc.com 3R 1 M Doel van een concurrentenanalyse: F inzicht verkrijgen in sterke en zwakke punten van

Nadere informatie

STRATEGISCHE MARKETINGPLANNING 02

STRATEGISCHE MARKETINGPLANNING 02 02 HBO Marketing / Marketing management Raymond Reinhardt 3R Business Development raymond.reinhardt@3r-bdc.com 3R 1 M Planning-niveaus in een onderneming: 2 M Ondernemingsstrategie, marketingstrategie

Nadere informatie

Hoofdstuk 7 Marktonderzoek

Hoofdstuk 7 Marktonderzoek Hoofdstuk 7 Marktonderzoek Leerdoelen Uitleggen hoe belangrijk informatie is voor het bedrijf, om inzicht te krijgen in de markt. Het marketinginformatiesysteem definiëren en de onderdelen daarvan bespreken.

Nadere informatie

Een marketingplan in twaalf stappen

Een marketingplan in twaalf stappen Reekx is gespecialiseerd in het adviseren van organisaties en detacheren van specialisten op het gebied van het efficiënt managen van informatiestromen. Kijk op onze website www.reekx.nl voor actuele informatie

Nadere informatie

PORTERS VIJFKRACHTENMODEL

PORTERS VIJFKRACHTENMODEL PORTERS VIJFKRACHTENMODEL Gebruik van de tool Template Voorbeeld Porters Vijfkrachtenmodel Porters Vijfkrachtenmodel laat zien hoe sterk de concurrentiepositie van je bedrijf is. Met de tool beschrijf

Nadere informatie

Het Online Marketingplan. Het Social Media Plan als onderdeel van het Marketing Plan

Het Online Marketingplan. Het Social Media Plan als onderdeel van het Marketing Plan Het Online Marketingplan Het Social Media Plan als onderdeel van het Marketing Plan 1 Wil je een online marketingplan voor jouw organisatie beschrijven? In dit document vind je de opzet voor zo n plan.

Nadere informatie

HOOFDSTUK 3: MERKPOSITIONERING

HOOFDSTUK 3: MERKPOSITIONERING HOOFDSTUK 3: MERKPOSITIONERING 1 INTRODUCTIE H:3 Hoofdstuk 3 gaat over merkkennisstructuren Positioneren is het identificeren en vaststellen van punten van verschil en punten van overeenkomst om zo de

Nadere informatie

NIMA B EXAMEN BUSINESS MARKETING ONDERDEEL B1.1 23 JUNI 2015. VRAGEN EN ANTWOORDINDICATIES NIMA B BUSINESS MARKETING, ONDERDEEL 1 (case) 23 JUNI 2015

NIMA B EXAMEN BUSINESS MARKETING ONDERDEEL B1.1 23 JUNI 2015. VRAGEN EN ANTWOORDINDICATIES NIMA B BUSINESS MARKETING, ONDERDEEL 1 (case) 23 JUNI 2015 NIMA B EAMEN BUSINESS MARKETING VRAGEN EN ANTWOORDINDICATIES NIMA B BUSINESS MARKETING, ONDERDEEL 1 (case) 23 JUNI 2015 1 NIMA B EAMEN BUSINESS MARKETING Vragen bij de case: BlueSim: goed op weg? (totaal

Nadere informatie

Oefenvragen Ondernemerskunde A - Businessplan & strategie

Oefenvragen Ondernemerskunde A - Businessplan & strategie Oefenvragen Ondernemerskunde A - Businessplan & strategie 1. Michael Porter onderscheidt 3 basisstrategieën, waar volgens hem iedere organisatie een keuze uit dient te maken, om op een gezonde wijze een

Nadere informatie

Arnold Monshouwer. Business Club Bernisse

Arnold Monshouwer. Business Club Bernisse Arnold Monshouwer Business Club Bernisse Wie zijn wij? Waarom innoveren? Wat is innovatie? Hoe kom ik op ideeën? Hoe pak ik het aan? Agenda Even voorstellen 1. Beter, eerder en sneller innoveren 2. Onafhankelijk

Nadere informatie

Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting

Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting xvii Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting Samenvatting IT uitbesteding doet er niet toe vanuit het perspectief aansluiting tussen bedrijfsvoering en IT Dit proefschrift is het

Nadere informatie

Deel 1. Strategisch denken. Theoretische verkenningen van strategisch management 25. 1 Wat is strategie? 27

Deel 1. Strategisch denken. Theoretische verkenningen van strategisch management 25. 1 Wat is strategie? 27 Inhoud Uit het voorwoord bij de eerste editie 17 Voorwoord bij de tweede editie 21 Algemene aanbevelingen voor het gebruik van dit boek 23 Deel 1. Strategisch denken. Theoretische verkenningen van strategisch

Nadere informatie

Verandermanagement. Hoofdstuk 5 Strategie en ondernemingsdoelstellingen

Verandermanagement. Hoofdstuk 5 Strategie en ondernemingsdoelstellingen Verandermanagement Hoofdstuk 5 Strategie en ondernemingsdoelstellingen Schema strategie Externe analyse Interne analyse Kansen en bedreigingen (Opportunities, Threats) Confrontatieanalyse Sterkten en zwakten

Nadere informatie

. Winstgevendheid door wenbaarheid. Wendbare organisaties bieden zekerheid voor de toekomst. 24 april 2012

. Winstgevendheid door wenbaarheid. Wendbare organisaties bieden zekerheid voor de toekomst. 24 april 2012 . Winstgevendheid door wenbaarheid Wendbare organisaties bieden zekerheid voor de toekomst 24 april 2012 wie zijn wij Optines Consultancy is als HRM business partner gespecialiseerd in verandermanagement,

Nadere informatie

Professioneel facility management. Competenties en veranderstrategieën om waarde toe te voegen aan het primaire proces

Professioneel facility management. Competenties en veranderstrategieën om waarde toe te voegen aan het primaire proces Professioneel facility management Competenties en veranderstrategieën om waarde toe te voegen aan het primaire proces Inhoud Voorwoord Professionele frontliners 1. Theoretisch kader 2. Competenties en

Nadere informatie

Operational Excellence & Lean. De belofte van Lean Management Prof.dr.ir. M.F. van Assen 逆 説

Operational Excellence & Lean. De belofte van Lean Management Prof.dr.ir. M.F. van Assen 逆 説 Operational Excellence & Lean De belofte van Lean Management Prof.dr.ir. M.F. van Assen 逆 説 Eén pet? Belang van consistente definities en het hebben van een gemeenschappelijke verbetertaal Bron onbekend

Nadere informatie

Benefits Management. Continue verbetering van bedrijfsprestaties

Benefits Management. Continue verbetering van bedrijfsprestaties Benefits Management Continue verbetering van bedrijfsprestaties Agenda Logica 2010. All rights reserved No. 2 Mind mapping Logica 2010. All rights reserved No. 3 Opdracht Maak een Mindmap voor Kennis Management

Nadere informatie

WC Marketing blok 2 lesweek 2! Propedeuse 2011/12!

WC Marketing blok 2 lesweek 2! Propedeuse 2011/12! WC Marketing blok 2 lesweek 2! Propedeuse 2011/12! Agenda! Tijdens oefeningen krijg je feedback op huiswerk! SMART: 5 criteria voor doelstellingen! Marketingstrategie in 3 stappen! Marktsegmentatie! Segmentatieoefening

Nadere informatie

Controller waar gaat gij heen?

Controller waar gaat gij heen? Controller waar gaat gij heen? Business partner? Of ook politieagent? Concerncontrol binnen de Gemeente Seminar de Reehorst Ede 15 maart 2018 rob@schapink.nl Achtergrond / aanleiding seminar Seminar concern

Nadere informatie

Marktanalyse Afnemersanalyse Concurrentieanalyse

Marktanalyse Afnemersanalyse Concurrentieanalyse Marktanalyse Afnemersanalyse Concurrentieanalyse 08-08-2012 NCOI Opleidingsgroep Bedrijfskunde Marketingmanagement Remco van Rooijen 1 Voorwoord Voor u ligt een uitwerking van een module opdracht marketingmanagement,

Nadere informatie

Wat is Sales Benchmarking?

Wat is Sales Benchmarking? benchmarking Wat is Sales Benchmarking? Sales Benchmarking vergelijkt de belangrijkste Sales prestatie indicatoren van uw organisatie met die van uw directe- en indirecte concurrenten. Benchmarking vindt

Nadere informatie

Praktijkboek Strategie Bruggen bouwen naar de toekomst Aimé Heene

Praktijkboek Strategie Bruggen bouwen naar de toekomst Aimé Heene Praktijkboek Strategie Bruggen bouwen naar de toekomst Aimé Heene Inhoud Woord vooraf Ontstaan en achtergronden van het 'Praktijkboek Strategie' 5 Doelstellingen en uitgangspunten 5 Het gebruik van de

Nadere informatie

PAPER IMPLEMENTATIE ICT INFRASTRUCTURE PROJECT 3

PAPER IMPLEMENTATIE ICT INFRASTRUCTURE PROJECT 3 INSTITUTE OF MANAGEMENT & INFORMATION TECHNOLOGY R E A D E R PAPER IMPLEMENTATIE ICT INFRASTRUCTURE PROJECT 3 MODEL STRUCTUUR EN INDELING VAN DE ITP3 PAPER VERSIE 3.0 PARAMARIBO 21 OKTOBER 2016 BY MCT

Nadere informatie

LEERACTIVITEIT Tomatensaus B.V. Ent-teach Module 3 Marktonderzoek

LEERACTIVITEIT Tomatensaus B.V. Ent-teach Module 3 Marktonderzoek LEERACTIVITEIT Tomatensaus B.V. Ent-teach Module 3 Marktonderzoek Beschrijving van de leeractiviteit Je bent de eigenaar van een startend bedrijf in de voedingssector. Je wilt een nieuwe tomatensaus produceren.

Nadere informatie

De marketing van duurzaamheid

De marketing van duurzaamheid 12-03-2012 1 De marketing van duurzaamheid Dr. Karel Jan Alsem 12 maart 2012 12-03-2012 2 Dr. Karel Jan Alsem Univ docent Strategic Marketing, en Branding Auteur van journal papers en boeken Eigenaar Alsem

Nadere informatie

Performance Management: hoe mensen motiveren met cijfers?

Performance Management: hoe mensen motiveren met cijfers? Performance Management: hoe mensen motiveren met cijfers? Prof. Dr. Werner Bruggeman www.bmcons.com De High Performance Organisatie Kenmerken van hoogperformante organisaties (Manzoni): 1. High level of

Nadere informatie

PROPEDEUSE MARKETING BLOK 2 LESWEEK 2, WERKGROEP 2!

PROPEDEUSE MARKETING BLOK 2 LESWEEK 2, WERKGROEP 2! PROPEDEUSE MARKETING BLOK 2 LESWEEK 2, WERKGROEP 2! AGENDA Vragen over hoorcollege & huiswerk SMART herhaling Het segmentatie proces Marktsegmentatie Segmentatie oefening 1 welke variabelen? (40 minuten)

Nadere informatie

IT Investeringen en monitoring

IT Investeringen en monitoring IT Investeringen en monitoring Meten van toegevoegde waarde van IT Specifiek Efficiency Toegevoegde waarde Generiek Meten van toegevoegde waarde van IT Welk instrumentarium zetten jullie nu in? Specifiek

Nadere informatie

De positionering van KLM Facility Services op de Nederlandse markt

De positionering van KLM Facility Services op de Nederlandse markt De positionering van KLM Facility Services op de Nederlandse markt Universiteit van Amsterdam Faculteit der Economische wetenschappen en Econometrie Datum: 15 mei 2006 Betreft: Scriptie Studierichting:

Nadere informatie

Inhoud. Deel 1 Wat is een bedrijf? 17. Inleiding 14

Inhoud. Deel 1 Wat is een bedrijf? 17. Inleiding 14 Inhoud Inleiding 14 Deel 1 Wat is een bedrijf? 17 1 Bedrijf en bedrijfskunde 19 1.1 Het bedrijf 20 1.1.1 Organisatie, bedrijf en onderneming 20 1.1.2 Bedrijven zijn organisaties 22 1.1.3 De eenvoudige

Nadere informatie

Raymond Reinhardt 3R Business Development

Raymond Reinhardt 3R Business Development 03 Raymond Reinhardt 3R Business Development raymond.reinhardt@3r-bdc.com 3R 1 M Marketingplan, eerste stap: Dit begint met het afbakenen van de markt van het bedrijf: voor wie willen we wat gaan doen

Nadere informatie

Kwaliteitsmanagement theoretisch kader

Kwaliteitsmanagement theoretisch kader 1 Kwaliteitsmanagement theoretisch kader Versie 1.0 2000-2009, Biloxi Business Professionals BV 1 1. Kwaliteitsmanagement Kwaliteitsmanagement richt zich op de kwaliteit organisaties. Eerst wordt het begrip

Nadere informatie

ALS ORGANISATIE IN SHAPE MET P3O Judith Engelberts

ALS ORGANISATIE IN SHAPE MET P3O Judith Engelberts ALS ORGANISATIE IN SHAPE MET P3O 29-03-2018 Judith Engelberts Programma: 1. P3O; wat en waarom? 2. Welk P3O modellen zijn er en welke past bij mijn organisatie? 3. Welke dienstverlenening kent het P3O?

Nadere informatie

Digitalisering: Bedreiging <> Opportuniteit

Digitalisering: Bedreiging <> Opportuniteit Digitalisering: Bedreiging Opportuniteit An Vermeulen Partner, ubeon 2 3 Je kunt geen slimme positie kiezen, als je niet weet hoe het speelveld gaat veranderen. TRENDS 7 8 9 10 11 Omnichannel 17

Nadere informatie

Klantonderzoek: de laatste inzichten!

Klantonderzoek: de laatste inzichten! : de laatste inzichten! Hoe tevreden bent u over de door ons bedrijf geleverde producten en diensten? Veel bedrijven gebruiken deze vraag om de klanttevredenheid te meten. Op een schaal van zeer ontevreden

Nadere informatie

12 juni 2009 W. de Vries jr/vu

12 juni 2009 W. de Vries jr/vu Diensten en dienstverlening: het komt neer op 4 B s Drs. Wouter de Vries jr. (VU Amsterdam) [eventueel contact: www.dienstenmarketing.nl] Omgeving Innovatie Klant Organisatie Aandeelhouders Politiek/leiding

Nadere informatie

4.2 Inzichten in de behoeften en verwachtingen van de belanghebbenden. 4.3 Het toepassingsgebied van het milieumanagementsystee m vaststellen

4.2 Inzichten in de behoeften en verwachtingen van de belanghebbenden. 4.3 Het toepassingsgebied van het milieumanagementsystee m vaststellen 4 Context van de organisatie 4 Milieumanagementsysteemeisen 4.1 Inzicht in de organisatie en haar context 4.2 Inzichten in de behoeften en verwachtingen van de belanghebbenden 4.3 Het toepassingsgebied

Nadere informatie

Strategie in uitvoering

Strategie in uitvoering NVKC 2 e Symposium voor Leidinggevende Analisten 15 april 2009 Strategie in uitvoering Dr. Anton van Weert, MBA Manager Laboratorium www.medial.nl Onderwerpen Wat is strategie? Hoe wordt strategie vastgesteld?

Nadere informatie

Marcel Rosbergen & Martijn Driessen

Marcel Rosbergen & Martijn Driessen De weg naar 100% enthousiaste klanten Marcel Rosbergen & Martijn Driessen This document is provided for information purposes only and should not be construed as a statement by Belron or any of its subsidiaries

Nadere informatie

Hoofdstuk 8 Besturing. m.u.v. 8.2.6, 8.2.7, 8.5

Hoofdstuk 8 Besturing. m.u.v. 8.2.6, 8.2.7, 8.5 Hoofdstuk 8 Besturing m.u.v. 8.2.6, 8.2.7, 8.5 Besturing van organisaties Besturen = het leiden van een organisatie naar de gestelde doelen (SMART) Profit- en non-profitorganisaties Bedrijfsproces: Besturing

Nadere informatie

Workspace Design Onderzoeksopzet voor SOZAWE

Workspace Design Onderzoeksopzet voor SOZAWE Workspace Design Onderzoeksopzet voor SOZAWE Datum: 16 december 2010 Ir. Jan Gerard Hoendervanger Docent-onderzoeker Lectoraat Vastgoed Kenniscentrum Gebiedsontwikkeling NoorderRuimte Hanzehogeschool Groningen

Nadere informatie

NIMA Business Marketing B1 - Examennummer 12495-3 juli 2010. Case: Transport Exceptionel (100 punten)

NIMA Business Marketing B1 - Examennummer 12495-3 juli 2010. Case: Transport Exceptionel (100 punten) Antwoordmodel Aan dit antwoordmodel kunnen geen rechten worden ontleend. Over de antwoordindicaties kan niet worden gecorrespondeerd voordat de uitslag van het examen bekend is. Bent u het niet eens met

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1: MERKEN & STRATEGISCH MERKENMANAGEMENT

HOOFDSTUK 1: MERKEN & STRATEGISCH MERKENMANAGEMENT HOOFDSTUK 1: MERKEN & STRATEGISCH MERKENMANAGEMENT 1 INTRODUCTIE H:1 Een merk is in de eerste plaats een product. Een product is fysiek, een service, winkel, persoon, organisatie, plaats of een idee. Een

Nadere informatie

Strategisch handelen BUS3

Strategisch handelen BUS3 Strategisch handelen BUS3 College 2010 Docent Roland Hiemstra College Criteria paper strategisch management BUS3 De acht sleutelconcepten van strategie Informatiestrategie en informatieplanning Werkafspraken

Nadere informatie

Strategische marketing

Strategische marketing Strategische marketing Wat is (marketing)strategie en waarom is het belangrijk? Wat is strategie? Ondernemingskoers Creëren van waarde voor stakeholders Eisen effectieve strategie (1/2) 1. Positie die

Nadere informatie

Business Parter en OE in Finance

Business Parter en OE in Finance Strategic Management Centre Business Parter en OE in Finance match of mismatch Jaarcongres Controlling 2009 1 Is de combinatie een reële optie: een inventarisatie Eenstemmigheid troef 21 April, 2009 Ja,

Nadere informatie

Crisis overheerst supply chain agenda in 2009

Crisis overheerst supply chain agenda in 2009 SUPPLY CHAIN MANAGEMENT Crisis overheerst supply chain agenda in 2009 Welke projecten houden stand in deze moeilijke tijden? Maart 2009 Crisis overheerst supply chain agenda in 2009 De financiële crisis

Nadere informatie

Case 1: Glasvezel. Resultaat: aangetoond dat een te beperkte focus de uitrol van glasvezel hindert

Case 1: Glasvezel. Resultaat: aangetoond dat een te beperkte focus de uitrol van glasvezel hindert Case 1: Glasvezel Analyse van de ontwikkelingen rond uitrol glasvezel In tegenstelling tot andere onderzoekers heeft Bureau Terdege hier zowel de B2C en de B2B doelgroepen onderzocht. Zodoende kan beter

Nadere informatie

Data at your fingertips

Data at your fingertips Data at your fingertips 4orange, 2015 Hogehilweg 24 1101 CD Amsterdam Zuidoost www.4orange.nl 2 6 redenen waarom de marketeer zelf eigenaar moet zijn van de Marketing Software uitdaging! Bij beslissingen

Nadere informatie

Expert groep PME / KMO Hoe een goede strategie ontwikkelen? Op een eenvoudige, andere en efficiënte manier

Expert groep PME / KMO Hoe een goede strategie ontwikkelen? Op een eenvoudige, andere en efficiënte manier Expert groep PME / KMO Hoe een goede strategie ontwikkelen? Op een eenvoudige, andere en efficiënte manier Georges Dockx Lid Expert groep PME/KMO Onafhankelijk consultant voor KMO Georges.dockx@resulto.be,

Nadere informatie

De Digitale Corporatie

De Digitale Corporatie De Digitale Corporatie Operational Excellence of Customer Intimacy? Woningcorporaties worden digitaal. Streeft de digitale corporatie vooral Operational Excellence na of toch maximale klanttevredenheid?

Nadere informatie

Introductie Pitchen voor Financiers KvK Week van de Financiën Februari Opportunities for investors. Exposure for companies. XATTU.

Introductie Pitchen voor Financiers KvK Week van de Financiën Februari Opportunities for investors. Exposure for companies. XATTU. Introductie Pitchen voor Financiers KvK Week van de Financiën Februari 2017 XATTU Opportunities for investors. Exposure for companies. www.xattu.com XATTU Opportunities for investors. Exposure for companies.

Nadere informatie

Dit bestand niet correct? Meld misbruik op www.saxionstudent.nl. Saxionstudent.nl Blok1

Dit bestand niet correct? Meld misbruik op www.saxionstudent.nl. Saxionstudent.nl Blok1 Inleiding Dit verslag is geschreven in het kader voor het project Desk & Fieldresearch. Het project is voor het eerste studiejaar van de opleiding Commerciële Economie, aan Saxion Hogeschool te Enschede.

Nadere informatie

Samenwerken aan een toekomstbestendige retailsector

Samenwerken aan een toekomstbestendige retailsector Samenwerken aan een toekomstbestendige retailsector Wie wij zijn Het Retail Innovation Platform helpt de innovatie- en concurrentiekracht van de retailsector te versterken. Samen met retailers en andere

Nadere informatie

Een deal is in onze ogen meer dan een transactie, het gaat. om wat je belooft en waar je expertise ligt. Welkom bij Transcom

Een deal is in onze ogen meer dan een transactie, het gaat. om wat je belooft en waar je expertise ligt. Welkom bij Transcom Welkom bij Transcom Voor welke uitdaging u ook te staan komt op het gebied van customer service, Transcom biedt u de mogelijkheden van een geavanceerd customer contact center, en dat voor een betaalbare

Nadere informatie

STRATAEGOS CONSULTING

STRATAEGOS CONSULTING STRATAEGOS CONSULTING EXECUTIE CONSULTING STRATAEGOS.COM WELKOM EXECUTIE CONSULTING WELKOM BIJ STRATAEGOS CONSULTING Strataegos Consulting is een strategie consultancy met speciale focus op strategie executie.

Nadere informatie

E-resultaat aanpak. Meer aanvragen en verkopen door uw online klant centraal te stellen

E-resultaat aanpak. Meer aanvragen en verkopen door uw online klant centraal te stellen E-resultaat aanpak Meer aanvragen en verkopen door uw online klant centraal te stellen 2010 ContentForces Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie,

Nadere informatie

ǫ P a g 1 in / 5 a Juni 2016

ǫ P a g 1 in / 5 a Juni 2016 Pagina 1/5 Juni 2016 Introductie De Autoriteit Consument en Markt (ACM) bevordert kansen en keuzes voor bedrijven en consumenten. ACM verbetert concurrentie door te vechten tegen oneerlijke concurrentie

Nadere informatie

Inhoudsopgave. 2 Danique Beeks Student Advanced Business Creation Stage JH Business Promotions

Inhoudsopgave. 2 Danique Beeks Student Advanced Business Creation Stage JH Business Promotions Onderzoeksopzet Danique Beeks Studentnummer: 2054232 Advanced Business Creation Stagebedrijf: JH Busines Promotions Bedrijfsbegeleider: John van den Heuvel Datum: 12 September 2013 Inhoudsopgave Inleiding

Nadere informatie

De kracht van een sociale organisatie

De kracht van een sociale organisatie De kracht van een sociale organisatie De toegevoegde waarde van zakelijke sociale oplossingen Maarten Verstraeten. www.netvlies.nl Prinsenkade 7 T 076 530 25 25 E mverstraeten@netvlies.nl 4811 VB Breda

Nadere informatie

MKB investeert in kennis, juist nu!

MKB investeert in kennis, juist nu! M201016 MKB investeert in kennis, juist nu! drs. B. van der Linden drs. P. Gibcus Zoetermeer, september 2010 MKB investeert in kennis, juist nu! MKB-ondernemers blijven investeren in bedrijfsopleidingen,

Nadere informatie

BEPERKINGEN VAN BENCHMARKING

BEPERKINGEN VAN BENCHMARKING BEPERKINGEN VAN BENCHMARKING "No methodology can substitute for good judgment." 1. Twijfel over nut Juichend zijn consultants over benchmarking. En niet alleen zij; ook politici en bestuurders zien het

Nadere informatie

Organisatieprestatiescan. Deze techniek wordt gebruikt in de focus- en analysefase bij het analyseren van de huidige situatie.

Organisatieprestatiescan. Deze techniek wordt gebruikt in de focus- en analysefase bij het analyseren van de huidige situatie. 1 Bijlage 2 De organisatieprestatiescan Techniek: Organisatieprestatiescan Toepassingsgebied: Achtergrond: Deze techniek wordt gebruikt in de focus- en analysefase bij het analyseren van de huidige situatie.

Nadere informatie

Utrecht Business School

Utrecht Business School Cursus Merkstrategie & Reputatie De cursus Merkstrategie & Reputatie Management duurt ongeveer 2 maanden en omvat 5 colleges van 3 uur. U volgt de cursus met ongeveer 10-15 studenten op een van onze opleidingslocaties

Nadere informatie

Corporate Social Responsibility

Corporate Social Responsibility Corporate Social Responsibility Maatschappelijk verantwoord omgaan met klanten Dr. Jenny van Doorn Prof. dr. P.C. Verhoef Rapport CIC-2012-01 ISBN 978-90-367-5486-6 Onderzoeksrapport maatschappelijk verantwoord

Nadere informatie

Verder in Fusie & Overnames

Verder in Fusie & Overnames Verder in Fusie & Overnames (Mid size en familiebedrijven) Datum: december 2009 Plaats: Zeewolde Door: Triple Play Keynote speaker: Mr. Pieter J.H. Mensink MBA Verbonden door vertrouwen; groeien door samenhang

Nadere informatie

CIRM & SSC. Meerwaarde creëren met Corporate Infrastructure Resources Management en Shared Service Centeres

CIRM & SSC. Meerwaarde creëren met Corporate Infrastructure Resources Management en Shared Service Centeres CIRM & SSC Meerwaarde creëren met Corporate Infrastructure Resources Management en Shared Service Centeres Inhoud Voorwoord Corporate Infrastructure Resource Management 1. People, Process, Place 2. Veranderingen

Nadere informatie

Een brede kijk op onderwijskwaliteit Samenvatting

Een brede kijk op onderwijskwaliteit Samenvatting Een brede kijk op onderwijskwaliteit E e n o n d e r z o e k n a a r p e r c e p t i e s o p o n d e r w i j s k w a l i t e i t b i n n e n S t i c h t i n g U N 1 E K Samenvatting Hester Hill-Veen, Erasmus

Nadere informatie

techtwo, liefde voor e-commerce Samenwerken aan rendement

techtwo, liefde voor e-commerce Samenwerken aan rendement techtwo, liefde voor e-commerce Samenwerken aan rendement Agenda Korte introductie Inventarisatie en inspiratie via voorbeeld case Project flow Vervolgstappen Korte introductie Een team van specialisten

Nadere informatie

Het Management Skills Assessment Instrument (MSAI)

Het Management Skills Assessment Instrument (MSAI) Het Management Skills Assessment Instrument (MSAI) Het zelfbeoordelingsformulier Het doel van deze evaluatie is om u te helpen bij het bepalen van de belangrijkste aandachtsvelden van uw leidinggevende

Nadere informatie

Op zoek naar nieuwe business modellen

Op zoek naar nieuwe business modellen Op zoek naar nieuwe business modellen Oegstgeest, 15 november 2012 Vandaag leg ik uit waarom business as usual dood is Centrale vraag Wie voegt op welk moment waarde toe? Welk gereedschap kunnen we hiervoor

Nadere informatie

Hoofdstuk 8 Relatiemarketing

Hoofdstuk 8 Relatiemarketing Hoofdstuk 8 Relatiemarketing Leerdoelen Een definitie geven van waarde voor de klant en het belang ervan bespreken voor het creëren en meten van klanttevredenheid. De concepten waardeketens en waardeleveringssystemen

Nadere informatie

ITIL en/of eigen verantwoordelijkheid

ITIL en/of eigen verantwoordelijkheid ITIL en/of eigen verantwoordelijkheid Leo Ruijs 20 SEPTEMBER 2011 INNOVATIEDAG MANSYSTEMS Service8 B.V. Stelling ITIL BEPERKT DE EIGEN VERANTWOORDELIJKHEID VAN MEDEWERKERS EN HEEFT DAARMEE EEN NEGATIEVE

Nadere informatie

Hoe de strijd tussen Marketing en Verkoop oplossen?

Hoe de strijd tussen Marketing en Verkoop oplossen? Hoe de strijd tussen Marketing en Verkoop oplossen? voorstellen Chris Goes van Affekt: 3 x 3 Vraagstukken Hoedanigheid - Marketing management Consultant - Verkoop management Opleider/trainer-coach - Innovatie

Nadere informatie

Stakeholders 2.0. Transparantiebenchmark 29 november Jos Reinhoudt MVO Nederland

Stakeholders 2.0. Transparantiebenchmark 29 november Jos Reinhoudt MVO Nederland Stakeholders 2.0 Transparantiebenchmark 29 november 2018 Jos Reinhoudt MVO Nederland Jos Reinhoudt MVO Nederland j.reinhoudt@mvonederland.nl 06 20408049 Stakeholdermanagement, transparantie, impact MVO

Nadere informatie

Ontwikkeling Benchmarkinstrument Klantgerichte Organisatie

Ontwikkeling Benchmarkinstrument Klantgerichte Organisatie Ontwikkeling Benchmarkinstrument Klantgerichte Organisatie Platform voor Klantgericht Ondernemen Rijksuniversiteit Groningen CMotions Janny Hoekstra Ronald Wiekenkamp CIC 2 Startpunt: gevalideerde theorie

Nadere informatie

What to do voor strategisch management?

What to do voor strategisch management? What to do voor strategisch management? VRAGEN Stel dat je wordt gevraagd om als adviseur van H&M op te treden. De opdracht is om een strategisch plan op te stellen om de missie te verwezenlijken. Inleiding

Nadere informatie

Werkdocument Business Modelling

Werkdocument Business Modelling Werkdocument Business Modelling Objectief van dit werkdocument Een goed idee leidt niet vanzelfsprekend tot een succesvolle innovatie. Of het nu gaat om een vooruitstrevend product of dienst, nieuwe kennis

Nadere informatie

Business Intelligence vergroot Cust mer Experience @ KPN Mobile. Michiel Valk Manager Information Services Februari / maart 2006

Business Intelligence vergroot Cust mer Experience @ KPN Mobile. Michiel Valk Manager Information Services Februari / maart 2006 Business Intelligence vergroot Cust mer Experience @ KPN Mobile Michiel Valk Manager Information Services Februari / maart 2006 De vraag: Hoe? bedien je met zo n 2000 medewerkers in een zeer competitieve

Nadere informatie

Onderzoeksopzet. Marktonderzoek Klantbeleving

Onderzoeksopzet. Marktonderzoek Klantbeleving Onderzoeksopzet Marktonderzoek Klantbeleving Utrecht, september 2009 1. Inleiding De beleving van de klant ten opzichte van dienstverlening wordt een steeds belangrijker onderwerp in het ontwikkelen van

Nadere informatie

Methoden van het Wetenschappelijk Onderzoek: Deel II Vertaling pagina 83 97

Methoden van het Wetenschappelijk Onderzoek: Deel II Vertaling pagina 83 97 Wanneer gebruiken we kwalitatieve interviews? Kwalitatief interview = mogelijke methode om gegevens te verzamelen voor een reeks soorten van kwalitatief onderzoek Kwalitatief interview versus natuurlijk

Nadere informatie