Voedselbank Katwijk Van schaamte naar een uitstapje?

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Voedselbank Katwijk Van schaamte naar een uitstapje?"

Transcriptie

1 Voedselbank Katwijk Van schaamte naar een uitstapje? Een onderzoeksrapport naar de klanten van de Voedselbank Katwijk en hun ervaringen In opdracht van de hogeschool Leiden, onder begeleiding van Joke Wieringa Tweede lezer: Saskia van Schagen Annelies Boek Jacoline Stol Carola Westgeest Maatschappelijk Werk en Dienstverlening Juni 2007

2 Inhoudsopgave Samenvatting 3 Voorwoord 5 Inleiding 6 Hoofdstuk 1 Achtergronden bij het onderzoek De Voedselbank Aanleiding voor het onderzoek Probleemstelling Deelvragen Cliëntperspectief Probleemstelling in breder kader: armoedeproblematiek De stand van zaken: onderzoek naar de Voedselbanken Schulden Tot slot: maakt geld gelukkig? 24 Hoofdstuk 2 Methoden Soort onderzoek Opbouw onderzoek Vragenlijst/themalijst Verwerking van de gegevens 26 Hoofdstuk 3 Resultaten onderzoek Respons Resultaten per deelvraag 27 Hoofdstuk 4 Discussie Betrouwbaarheid en geldigheid Beperkingen onderzoek Opvallende resultaten 46 Hoofdstuk 5 Conclusies en Aanbevelingen Conclusies Aanbevelingen gemeente Katwijk Aanbevelingen voor alle hulpverleningsinstanties 52 Bijlagen 55 Bijlage 1 Vragenlijst 56 Bijlage 2 Leefgebiedenwijzer NIWZ 58 Bijlage 3 Transtheoretisch model van gedragsverandering 60 Bijlage 4 Verklarende woordenlijst 61 Bijlage 5 Geraadpleegde literatuur/bronvermelding 63

3 2

4 Samenvatting Dit onderzoek richt zich op de armoedeproblematiek in Katwijk en heeft zich beperkt tot de klanten van de Voedselbank. De aanleiding van dit onderzoek is om meer inzicht te krijgen en inzicht te geven aan Platform Kocon in de ervaringen, wensen en behoeften van de klanten van de Voedselbank, zodat de opdrachtgever de conclusies en aanbevelingen kan gebruiken om de voorstellen uit de notitie Alle inwoners tellen mee aan te vullen en te verantwoorden naar het gemeentebestuur in Katwijk. Dit onderzoek is voornamelijk een beschrijvend onderzoek en heeft plaatsgevonden van oktober 2006 tot juni Tien respondenten van de Voedselbank zijn geïnterviewd en er is onderzocht welke hulpverleningsorganisaties er zijn in de gemeente Katwijk en omgeving en wat zij bieden op het gebied van financiële hulpverlening. Het onderzoek is een kwalitatief onderzoek. Aan de hand van open vragen zijn de respondenten geïnterviewd en hebben verteld over hun ervaringen, wensen en behoeften op het gebied van armoedeproblematiek Met de respondenten zijn face to face interviews afgenomen. De vragenlijst is opgedeeld in vier thema s: aanleiding, beleving, hulpbronnen, wensen en behoeften. Met deze vragenlijst is gestreefd naar een zo volledige mogelijke beantwoording van alle deelvragen. Als topics zijn acht leefgebieden gebruikt, deze zijn: dagbesteding, inkomen, sociaal functioneren, praktisch functioneren, gezondheid, huisvesting, zingeving en financiën. Ook is hiervoor gekozen om een zo goed mogelijk beeld van de respondent te krijgen en ervoor te zorgen dat er geen informatie vergeten wordt. De volgende probleemstelling heeft gedurende het onderzoek centraal gestaan: Wat zijn de mogelijke knelpunten op het gebied van armoedeproblematiek in Katwijk. In de volgende punten zijn de belangrijkste conclusies opgenomen: Kenmerkend voor klanten van de Voedselbank is dat zij vaak kampen met een veelheid aan problemen. Het is eerder gevolg dan oorzaak dat deze mensen bij de Voedselbank terechtkomen. Geconcludeerd mag worden dat financiële problemen zelden op zichzelf staan, daarom is financiële steun alleen voor lang niet iedereen een oplossing. Per respondent zijn veel verschillende hulpverleningsinstanties actief zijn. De meeste hulpverleningsinstanties die er zijn benadrukken óf de financiële (schuldhulpverlening) kant óf de psychosociale kant. Uit dit onderzoek is gebleken dat mensen behoefte hebben aan praktische hulpverlening met een persoonlijke benadering Klanten zijn niet of onvoldoende op de hoogte zijn van inkomensondersteuning van de gemeente. Respondenten vertelden dat ze lang moesten wachten op de uitkering en dat daardoor de schulden hoger werden. Voor de klanten van de Voedselbank zijn de formulieren te moeilijk. Niet alleen qua inhoud, maar ook door onzekerheid bij de mensen zelf. Ze zijn bang om iets fout in te vullen dat grote gevolgen kan hebben. Het BIP wordt niet als steunend ervaren. De respondenten geven aan dat ze niet weten wat het BIP met alle informatie doet en dit geeft bij hen het gevoel dat er niks voor hen gedaan wordt en dat het voor hun gevoel 3

5 allemaal lang duurt. Een mogelijke verklaring hiervoor kan zijn dat het BIP een andere werkwijze heeft dan de respondenten verwachten. De klanten prefereren persoonlijke begeleiding boven een budgetcursus. De vraag naar deze begeleiding is een vorm van gedragverandering. De respondenten in dit onderzoek geven aan hulp nodig te hebben in de weg naar eigen verantwoording en zelfredzaamheid. Respondenten geven aan hulp te willen met het doornemen van de post en willen inkomensbeheer Op grond van het onderzoek zijn de volgende aanbevelingen geformuleerd: Ontschotting en op de hoogte zijn van de persoonlijke situatie Versimpeling van informatie Hulp bij invullen van formulieren of goed doorverwijzen Opleidingskansen Schuldhulpverlening uitbreiden en aanpassen aan verwachtingen Aanpassing van eigen verantwoordelijkheid Samenwerking van alle betrokken instanties Huisbezoeken Praktische hulpverlening met een persoonlijke benadering. 4

6 Voorwoord In dit rapport doen wij verslag van het onderzoek dat wij gedaan hebben naar de armoedeproblematiek in de gemeente Katwijk. Wij zullen ons beperken tot de cliënten van de Voedselbank, welke klanten genoemd worden. Dit onderzoek richt zich voornamelijk op de hulp die klanten ontvangen en hun wensen hier in. De Voedselbank is een actueel onderwerp dat de gemoederen in hoge mate bezighoudt. Bij de laatste Kamerverkiezingen stond het onderwerp bij alle partijen op de agenda. De vraag, die de politiek bezighield was: Hoe kan het dat in zo n land van welvaart als Nederland Voedselbanken nodig zijn? Een veel gehoorde uitspraak was hierbij: het is goed dat het er is, jammer dat het nodig is Aanleiding voor ons onderzoek is de oprichting van de Voedselbank Katwijk op 2 juni 2006 en het groeiend aantal deelnemers dat inmiddels is opgelopen tot 31. Eén van de onderzoekers werkt sinds de oprichting van de Voedselbank Katwijk als vrijwilliger in het kader van de studie Maatschappelijk Werk bij de Voedselbank. Van daaruit kwam de vraag om een onderzoek te doen onder de klanten van de Voedselbank Katwijk. Door in kaart te brengen waar de deelnemers tegenaan lopen en wat hun wensen en ervaringen zijn, hopen we een transparant beeld te krijgen dat in duidelijke kaders aangeboden kan worden aan de gemeente Katwijk. Voor ons onderzoek waren de verhalen van de klanten van de Voedselbank van essentieel belang. Het waren vaak emotionele en bovenal eerlijke verhalen van mensen die op een openhartige manier over hun problematiek spraken met ons. Dit rapport had zonder hen niet tot stand kunnen komen. Wij willen dan ook hier bij onze dank en bewondering uitspreken voor deze mensen en ze veel doorzettingsvermogen en geluk toewensen voor de toekomst. Verder willen wij onze opdrachtgever het Platform Kocon en alle medewerkers van de Voedselbank bedanken. Natuurlijk bedanken we ook Thea Guijt van het Platform Kocon, die ons met raad en daad bijstond gedurende het onderzoek. Veel dank gaat ook uit naar onze docent en begeleider in dit project Joke Wieringa. Zij stond ons steeds bij met kritische feedback en hielp ons het overzicht en de rust te bewaren. Haar feedback en de morele steun waren voor ons telkens weer een grote stimulans! Daarnaast willen wij docent Saskia van Schagen bedanken, als medebeoordelaar van dit rapport en voor haar ondersteuning in de beginfase van het onderzoek. Verder willen wij Peer van der Helm, kwaliteitscoördinator Social Work, bedanken voor de goede tips en aanwijzingen werden en het in contact brengen met Corine Balder, onderzoeker bij de Gemeente Leiden. Tot slot: Corine Balder hartelijk dank voor de goede aanwijzingen voor het opstellen van het interview en het delen van haar onderzoekservaringen. Wij hopen dat ons onderzoeksverslag meer inzicht geeft in de armoedeproblematiek in Katwijk! Leiden, juni 2007 Annelies Boek Jacoline Stol Carola Westgeest 5

7 Inleiding De opdrachtgever De opdrachtgever voor deze nota is het Platform Kocon, vertegenwoordigd door mevrouw Thea Guijt. Zij is beleidsmedewerker bij de Stichting Factor Welzijn en voor 36 uur per week werkzaam voor het Platform Kocon. Zij is verantwoordelijk voor het secretariaat van Platform Kocon en verricht ondersteunende werkzaamheden voor de project- en werkgroepen van het Platform, waaronder de Werkgroep Voedselbank Katwijk. Het Platform Kocon 1 is een samenwerkingsverband van lokale en regionale organisaties en vrijwilligers 2. De activiteiten van het Platform richten zich op en/of hebben raakvlakken met: Onderzoek voor het ontwikkelen en bijstellen van lokaal verslavingsbeleid. Verslavingspreventie om het gebruik van riskante genotmiddelen te ontmoedigen, terug te dringen of te stoppen. Verslavingszorg. Nazorg en maatschappelijk herstel van ex-verslaafden en/ of exgedetineerden. Het Platform Kocon komt maandelijks bij elkaar. Tijdens de bijeenkomsten is er aandacht voor uitwisseling van de verschillende signalen vanuit de lokale samenleving. Indien wenselijk initieert, ontwikkelt en implementeert het Platform zelf activiteiten. Activiteiten ontwikkeld vanuit het Platform zijn bijvoorbeeld: het Project Maatschappelijke Integratie (PMI) later overgegaan in het reguliere regionale aanbod van het Jongeren Preventie Project (JPP), de preventiesurvivals, het Project Re-integratie en het Alcoholplan. De Stichting Kocon fungeert als rechtspersoon en beheert de financiën van het Platform. De gemeente Katwijk 3 is als subsidieverstrekker direct betrokken bij de activiteiten van het Platform. De opdracht De opdracht is het houden van een onderzoek onder de klanten van de Voedselbank. Deze opdracht is tweeledig. De opdrachtgever wil naar aanleiding van de notitie Alle inwoners tellen mee, de bevindingen, knelpunten en signalen vanuit verschillende instanties en vanuit haar eigen werkervaring concreet maken aan de hand van een onderzoek Bron: Samenstelling Platform Kocon: GGD- Hollands Midden, Stichting De Brug, christelijke verslavingszorg Katwijk, Rijnsburg en Valkenburg, Gemeente Katwijk, Stichting Factor Welzijn, Politie Hollands Midden, Psycho-Medisch Centrum Parnassia (Circuit Verslavingszorg en -preventie), Bureau Jeugdzorg en Huisartsen. Daarnaast zijn verschillende organisaties betrokken in de project- en werkgroepen van het Platform, waaronder Woonstichting KBV, Algemeen Maatschappelijk Werk, Stichting De Binnenvest, Vereniging Relaties (Ex) Gedetineerden, en GGZ Duin- en Bollenstreek. Op 1 januari 2006 zijn de gemeenten Katwijk, Rijnsburg en Valkenburg gefuseerd. De gemeente Katwijk heeft ruim inwoners. 6

8 Mede omdat de meningen van de klanten zelf nog niet zijn onderzocht, wil zij ook graag een onderzoek om de wensen en behoeften van de klanten in kaart te brengen. Leeswijzer Dit rapport zal eerst in hoofdstuk 1 informatie geven over de Voedselbank om de lezer nader te informeren over de Voedselbank Nederland, Voedselbank Katwijk en de opdrachtgever. Daarna zal in 1.2 en 1.3 de aanleiding van het onderzoek en de probleemstelling nader worden uitgewerkt. De deelvragen worden besproken in 1.4. In 1.5 wordt de probleemstelling in breder kader besproken. In 1.6 wordt het cliëntperspectief uitgelegd. Vanaf 1.7 wordt er besproken wat er al is geschreven over de Voedselbanken en schulden. In 1.8 een overdenking of geld gelukkig maakt. In hoofdstuk 2 zullen de methoden van onderzoek en de keuzes die hierin gemaakt zijn worden besproken. In hoofdstuk 3 zijn de resultaten beschreven. In hoofdstuk 4 zullen we nader ingaan op de discussiepunten en opvallende resultaten. Tot slot worden in hoofdstuk 5 eerst de conclusies en dan de aanbevelingen besproken. 7

9 Hoofdstuk 1 Achtergronden bij het onderzoek 1.1 De Voedselbank De geschiedenis van de Voedselbank Een Voedselbank is geen uitvinding van de moderne tijd. Al in de oudheid waren er Voedselbanken die de armen voorzagen van voedsel. Ook in Nederland werd voedsel verstrekt door de kerk. Toen het economisch beter ging in Nederland, verdween de behoefte aan Voedselbanken. Pas in de twintigste eeuw keerden de Voedselbanken weer terug 4. Een deel van de Nederlandse bevolking heeft het moeilijk op financieel gebied. Vooral vanaf 2004 steeg het aantal mensen dat een beroep moest doen op de Voedselbank sterk. In 2005 steeg het aantal Voedselbanken van 22 tot 40. De oorsprong van de Voedselbanken ligt in de USA (1967). Van daaruit vond de idee zijn weg eerst naar Canada en later naar Europa. Op het ogenblik zijn er in dertien Europese landen 157 Voedselbanken operationeel. Zo begon het: in 1986 leven Clara en Sjaak Sies van een uitkering. Daar zij op verschillende gebieden actief deelnamen, zoals de kerk en sociale terreinen, kwamen zij op het idee van een Voedselbank. Zij voelden de noodzaak om tegen verspilling aan de ene kant en armoede aan de andere kant actie te ondernemen. In 2001 zijn zij met de voorbereidingen van een Voedselbank gestart. De Voedselbank is gestart als een onderdeel van de Stichting Minusplus uit Rotterdam, met de gedachte dat de plussers de minners in onze samenleving met restgoederen zouden kunnen ondersteunen. Tegenwoordig krijgen een kleine gezinnen in Nederland voedselpakketten uitgereikt door de Voedselbanken in diverse gemeenten. Via verschillende hulpverleningsorganisaties, zoals maatschappelijk werk, vluchtelingenwerk, thuiszorg, jeugdzorg en huisartsen, vindt de aanmelding plaats. Ontvangers krijgen, ongeacht geloof, cultuur of nationaliteit, de beschikking over de door levensmiddelen leverende bedrijven beschikbaar gestelde voedselpakketten. Vanaf maart 2003 is de naam Minusplus veranderd in de Stichting Voedselbank Nederland of kortweg Voedselbank. Vanuit het hele land komen nieuwe of bestaande initiatiefgroepen voorraden ophalen in de hoofdvestiging in Rotterdam en er komen steeds nieuwe vestigingen bij 5. Voedselbank Katwijk In 2005 geven verschillende instellingen in Katwijk tijdens de platformbijeenkomsten signalen af dat er (steeds meer) behoefte was aan een maaltijdvoorziening voor dak- en thuislozen. In samenwerking met een lokaal verzorgingstehuis is vervolgens een warme maaltijdvoorziening gestart in het Inloophuis van De Brug gefinancierd met donaties. De warme maaltijden worden vijf dagen per week aangeboden in het Inloophuis van Stichting De Brug voor een eigen bijdrage van een euro. In 2006 werd steeds duidelijker dat ook andere inwoners in de knel kwamen door een te laag besteedbaar inkomen, waardoor zij niet meer konden voorzien in basisbehoeften zoals eten en grote moeite hadden om hun vaste lasten te betalen Bron: redactie RTV Katwijk Bron: www. Voedselbank.nl Bron: Thea Guijt, ondersteuning Voedselbank Katwijk. 8

10 De signalen werden ingebracht door de hulpverleners en medewerkers van instellingen betrokken bij het Platform, maar de signalen kwamen ook vanuit kerken, bewonerscommissies, scholen en het jongerenwerk. Deze signalen kwamen ook terecht bij het Platform onder meer door de plaatselijke bekendheid van het Platform naar aanleiding van de warme maaltijdvoorziening voor dak- en thuislozen. Mede op aandringen van de organisaties en vrijwilligers zelf heeft het Platform de initiatiefnemers bijeen gebracht en is gezamenlijk de Voedselbank Katwijk opgestart. Voor de daadwerkelijke start van de Voedselbank in Katwijk waren er vier initiatieven (tegelijkertijd) voor een Voedselbank, waarvan twee organisaties betrokken bij Platform Kocon. De vier initiatiefnemers waren: Stichting De Brug, de Vereniging Relaties (Ex) Gedetineerden en twee particulieren 7. Het Platform organiseerde een overleg met de verschillende initiatiefnemers. Dit overleg resulteerde in een bundeling van krachten en afstemming over de aanpak. Op verzoek van de vrijwilligers en in overleg met de gemeente Katwijk ondersteunen de beleidsmedewerker en de voorzitter van het Platform Kocon, de Voedselbank voor de periode van een jaar. De beleidsmedewerker ondersteunt de Werkgroep Voedselbank Katwijk in de voorbereidingen en uitvoering van de werkzaamheden. De voorzitter is woordvoerder. Na een jaar volgt een evaluatie van de werkwijze en de geboden ondersteuning. Op basis van de uitkomsten hiervan worden vervolgafspraken gemaakt. Oprichting Vanwege de enorme toename, kondigde de Federatie Voedselbank Nederland in mei 2006 een stop aan voor het oprichten van nieuwe zelfstandige Voedselbanken. De vrijwilligers uit Katwijk zochten daarom aansluiting bij de Stichting Voedselbank Leiden. Overeengekomen werd dat de Voedselbank Katwijk als een afdeling van de Voedselbank Leiden zou functioneren. Formeel valt de Voedselbank Katwijk onder de verantwoordelijkheid van Leiden. Omdat de vrijwilligers van de Voedselbank Leiden hun handen vol hebben aan de eigen klanten, is afgesproken dat de vrijwilligers in Katwijk zelf invulling geven aan de dagelijkse gang van zaken. De financiële en inhoudelijke eindverantwoordelijkheid blijft formeel, vanwege de rechtspersoonlijkheid, bij het bestuur van de Voedselbank Leiden liggen. De Voedselbank Katwijk heeft geen bestuur, maar een werkgroep. De werkgroep zorgt voor de dagelijkse gang van zaken en het op de hoogte houden van de overige (vijftien) vrijwilligers. De Werkgroep Voedselbank Katwijk bestaat uit zes vrijwilligers; drie vrijwilligers die de intakes en financiële hulpverlening verzorgen en drie vrijwilligers die de dagelijkse gang van zaken regelen en rechtstreeks contact hebben met de klanten. De overige vrijwilligers hebben vanwege de privacy en bescherming veelal geen klantcontacten. Werkwijze De werkwijze, zoals de toekenning voor een voedselpakket, vindt plaats op basis van de richtlijnen van de Voedselbank Nederland. De Voedselbank Nederland formuleert het als volgt: Bij de toekenning van voedselpakketten gaat de Voedselbank uit van het besteedbaar inkomen dat 7 Tijdens de opstartperiode bleek tijdens gesprekken met de Voedselbank Leiden dat ook een kerk in Rijnsburg overwoog om met een Voedselbank te starten. De vrijwilligers van de kerk trokken zich vrijwillig terug, nadat zij vernomen hadden dat anderen hiermee aan de slag gingen. 9

11 mensen maandelijks over houden voor voeding, kleding e.d. dus nadat vaste lasten zoals huur, gas/water/licht en verzekeringen betaald zijn. Voor een eenpersoonshuishouden is dit 150,-. Bij meerpersoonshuishoudens is dit bedrag voor iedere volgende volwassene die tot het huishouden behoort te vermeerderen met 50, -en/of voor ieder kind dat tot het huishouden behoort met 25, -. Wanneer het besteedbare inkomen per huishouden onder de volgende bedragen ligt, komt het huishouden in aanmerking voor een voedselpakket 8. In Katwijk kunnen medewerkers van hulpverleningsinstanties (bijvoorbeeld Algemeen Maatschappelijk Werk, Stichting Welzijn Ouderen, Stichting De Brug, de Vereniging Relaties (Ex) Gedetineerden, Stichting Steunpunt Medelanders), huisartsen en kerken mensen verwijzen en/of aanmelden bij de Voedselbank Katwijk. Meer dan 200 instanties zijn bij de start van de Voedselbank aangeschreven. De instanties hebben daarbij ook het aanmeldformulier en een folder gekregen. Bovendien kunnen alle instanties en particulieren gebruik maken van het aanmeldingsformulier dat op de website te vinden is. Mensen die zich niet via hun huisarts of een instantie willen aanmelden, kunnen zelf contact opnemen met de Voedselbank. Een vrijwilliger van de Voedselbank maakt vervolgens een afspraak voor een intakegesprek. Het intakegesprek vindt bij de mensen thuis plaats. Tijdens dit gesprek worden gegevens verzameld en wordt beoordeeld of er recht is op het ontvangen van een voedselpakket. Dit gesprek biedt ook aanknopingspunten om mensen te helpen met de regelingen en aanvraagformulieren die zij kunnen gebruiken om hun inkomen aan te vullen. Het gaat dan om gemeentelijke voorzieningen (bijzondere bijstand), landelijke regelingen zoals een zorgtoeslag of huurtoeslag maar ook om de landelijke heffingskortingen en kwijtscheldingen op landelijk en lokaal gebied. Verder wordt er gevraagd welke hulpverlening ze momenteel hebben. Tijdens het intakegesprek horen mensen meestal direct, of zij recht hebben op een voedselpakket en wanneer en waar zij dit kunnen ophalen. Tijdens de intake worden een aantal zaken op een rijtje gezet, zoals hoe hoog zijn de schulden en wat wordt eraan gedaan. En wat mist de cliënt op het gebied van inkomstenondersteuning. Gebruikers van de Voedselbank Katwijk De Voedselbank Katwijk startte op 1 juni Momenteel, 15 juni 2007, ontvangen 31 huishoudens iedere week een voedselpakket; dertien gezinnen, acht alleenstaande ouders en elf alleenstaanden. In totaal worden er 42 volwassenen en 33 kinderen geholpen die per maand 150 euro of minder te besteden hebben. Deze mensen zijn erg dankbaar en, hoe ironisch ook, blij dat er een Voedselbank is. Deze hulp houdt ook in dat vrijwilligers van de Voedselbank de mensen met raad en daad verder helpen. Zoals hulp bij het aanvragen van toeslagen waarvan zij het bestaan niet weten of waarvoor de aanvraagformulieren te ingewikkeld zijn. Door de berichten in de lokale pers en de aanmeldingen vanuit verschillende organisaties en kerken weten de mensen de weg naar de Voedselbank goed te vinden. Dankzij de grote ondersteuning van bedrijven, instellingen, particulieren en natuurlijk de gemeente Katwijk hoeven mensen die een beroep doen op de Voedselbank Katwijk niet teleurgesteld te worden en is er geen wachtlijst. 8 Bron: 10

12 1.2 Aanleiding voor het onderzoek In september 2006 ontstond vanuit het Platform Kocon de wens om een onderzoek onder de klanten van de Voedselbank. Op 25 augustus 2006 is met wethouder van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van de gemeente Katwijk overeengekomen dat Platform Kocon een notitie maakt waarin alle bevindingen, knelpunten en voorstellen op het gebied van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zijn opgenomen, inclusief de bevindingen vanuit de Voedselbank Katwijk. Op 16 november is de conceptnotitie 9 besproken met de wethouder en de medewerkers van Sociale Zaken. In februari 2007 is de definitieve versie van de notitie Alle inwoners tellen mee uitgekomen, geschreven door Platform Kocon met medewerking van cliënten en andere hulpverleningsorganisaties 10. Deze notitie is geschreven voor het gemeentebestuur in Katwijk met voorstellen op het gebied van inkomen, schulden en maatschappelijk herstel van kwetsbare inwoners. Het is een omvangrijk document met 13 vragen en 25 voorstellen aan de gemeente Katwijk. In deze notitie zijn ook de wettelijke regelingen van de WWB uitkeringen en bijzondere bijstand toegevoegd, waardoor we deze niet apart zullen behandelen. In maart 2007 heeft de opdrachtgever het projectvoorstel Broodnodig aangeboden aan de gemeente 11. In dit voorstel stelt Platform Kocon voor om gedurende een jaar, de huishoudens die een beroep doen op de Voedselbank, individuele en financiële ondersteuning te bieden met een betaalde kracht. Andere huishoudens met financiële problemen kunnen zich ook aanmelden. Er wordt rekening mee gehouden dat er in een jaar 50 huishoudens kunnen worden geholpen. De opdrachtgever mist nog concreet onderzoeksmateriaal, die de vragen en voorstellen uit de notitie en het projectvoorstel ondersteunen. Dit onderzoeksmateriaal houdt in: de meningen van de kwetsbare inwoners zelf. De klanten van de Voedselbank zijn gekozen om de kwetsbare inwoners te representeren. Voor het projectvoorstel Broodnodig wordt de vraag of mensen behoefte hebben aan individuele, financiële begeleiding hebben meegenomen. De opdrachtgever heeft voor dit onderzoek een aantal vragen naar aanleiding van de notitie Alle inwoners tellen mee geformuleerd, welke zij beantwoord wil zien door de klanten van de Voedselbank. Deze zijn: 1. Inkomen Door welke omstandigheden kunnen klanten van de Voedselbank niet rondkomen? Welke schulden hebben de klanten van de Voedselbank? Moeten de klanten van de Voedselbank lang wachten op instanties die een uitkering moeten regelen? 2. Niet-gebruik van voorzieningen Zijn de klanten van de Voedselbank op de hoogte van inkomensvoorzieningen zoals de toeslagen, belasting en bijzondere bijstand? Zo nee, hoe komt dit? Conceptnotitie Platform Kocon: Alle inwoners tellen mee, 2006 Notitie Platform Kocon: Alle inwoners tellen mee, februari 2007 Projectvoorstel Platform Kocon: Broodnodig, maart

13 3. Schuldhulpverlening Hoe zit het met de schuldhulpverlening in Katwijk? Welke mogelijkheden zijn er voor inwoners van Katwijk? 4. Leefgebieden Op welke leefgebieden hebben de klanten van de Voedselbank problemen? In het afgelopen jaar zijn in Nederland de Voedselbanken duidelijk zichtbaar geworden. Ondanks het goede welvaartsniveau van Nederland moeten een aantal huishoudens rond zien te komen van een laag (bijstands-)inkomen, ook in de gemeente Katwijk. Met de toenemende druk op het individu en wegvallende familie- en buurtstructuren met de bijbehorende saamhorigheid is een vanzelfsprekende hulp en opvang van mensen niet meer gegarandeerd. Uitkeringsgerechtigden, gehandicapten, chronisch zieken en ouderen hebben een vangnet nodig om te voorkomen dat mensen uitvallen in termen van inkomen, werk en/ of zelfstandigheid. Maar ook (ex)verslaafden, psychiatrische patiënten, ex-gedetineerden en dak- en thuislozen behoren tot deze kwetsbare groep. 12 Het inkomen gaat nauwelijks omhoog, maar de vaste lasten stijgen. Het leven is duurder. Niet alleen het aantal Voedselbanken is flink toegenomen, dat geldt ook voor het aantal klanten. Zo is Voedselbank Katwijk in juni 2006 begonnen met zeven pakketten en dit is nu bijna een jaar laten opgelopen tot een aantal aanmeldingen en toekenningen van 50 pakketten. Op dit moment geeft de Voedselbank Katwijk een aantal van 31 pakketten uit 13. De doelstelling van de Voedselbank is het om noodhulp te bieden voor mensen die voor kortere of langere tijd financieel niet rond kunnen komen. De aandacht die uitgaat naar deze Voedselbanken komt van vele kanten: media, kerken, politiek etcetera. Deze ontwikkeling heeft volop de aandacht getrokken, niet in de laatste plaats omdat het bestaan van Voedselbanken vragen oproept over de kwaliteit van de Nederlandse verzorgingstaat 14. Niet alleen in Katwijk, maar in heel Nederland is de interesse naar de Voedselbanken groot. Van overheidswege heeft dit geresulteerd in een onderzoeksrapport klantenanalyse Voedselbanken. De resultaten van dat onderzoek worden later in dit rapport besproken. Voor de opdrachtgever en ons als onderzoekers was de wens om verder te gaan dan het onderzoeksrapport klantenanalyse Voedselbanken: niet alleen in kader brengen wie de klanten van de Voedselbank zijn, maar onderzoek te doen naar hun ervaringen, wensen en behoeften. 1.3 Probleemstelling Naar aanleiding van het literatuuronderzoek en overleg met de opdrachtgever hebben we de volgende probleemstelling gedefinieerd: Wat zijn de mogelijke knelpunten in de gemeente Katwijk met betrekking tot de armoedeproblematiek? Dit onderzoek beperkt zich op het gebied van armoedeproblematiek tot de Voedselbank en de klanten van deze. De klanten van de Voedselbank hebben geld tekort voor voedsel. Veronderstelt mag worden dat er voldoende voorzieningen en hulpinstanties zijn die cliënten Bron: Notitie Platform Kocon: Alle inwoners tellen mee Bron: Onderzoekgegevens Voedselbank Katwijk Bron: Klantenanalyse Voedselbanken 12

14 kunnen helpen, maar het feit dat ze een voedselpakket nodig hebben duidt op hiaten. Dit onderzoek met deze probleemstelling richt zich op de knelpunten waar de klanten van de Voedselbank tegenaan lopen en tegenaan gelopen zijn en waardoor zij in de problemen zijn gekomen. Zijn er knelpunten in het hulpverleningstraject, welke en waarom? Hoe kunnen de cliënten, naar eigen mening, het beste geholpen worden. Het doel van het onderzoek is om hierin inzicht te krijgen, door middel van een open interview. Op basis van de uitkomsten volgen dan onze conclusies en aanbevelingen. Met het formuleren van deze probleemstelling is rekening gehouden met de wensen van de opdrachtgever. Deze heeft een goede relatie met de gemeente en derhalve is met het vormen van de probleemstelling ook rekening gehouden met de gemeente. Met deze probleemstelling kan worden voldaan aan de wens van de opdrachtgever: om informatie en inzicht te verkrijgen over de samenstelling van de doelgroep en de hiaten/knelpunten. Hiermee kan het Platform de eerdere aanbevelingen al dan niet onderbouwen en/of (nieuwe) oplossingen aandragen bij de betrokken organisaties, waaronder de gemeente Katwijk. 1.4 Deelvragen Aan de hand van de probleemstelling zijn de volgende deelvragen geformuleerd: 1. Wie zijn de klanten van de Voedselbank Katwijk? Deze deelvraag richt zich op de specifieke kenmerken van de klanten van de Voedselbank Katwijk. We kijken naar geslacht, leeftijd, burgerlijke stand en gezinssamenstelling. Ook de huidige financiële situatie en hebben we hierbij gevoegd. Er is voor gekozen om deze gegevens niet in de vragenlijst te verwerken, maar te achterhalen door middel van onderzoek naar de gegevens van de Voedselbank Katwijk. Hiervoor is toestemming gevraagd aan de respondenten. 2. Welke hulpverleningsinstanties en belangenorganisaties zijn er in Katwijk en omgeving? Deze deelvraag is bedoeld om een helder beeld te krijgen bij welke hulpverleningsinstanties de klanten van de Voedselbank terecht kunnen. Het onderzoek naar deze deelvraag is gedaan voor het afnemen van de vragenlijsten. Zo waren de onderzoekers op de hoogte van de sociale kaart van Katwijk en omgeving om niet alle informatie aan de respondenten te hoeven vragen over wat de hulpverleningsinstellingen doen. 3. Wat doen de hulpverleningsinstellingen concreet op het gebied van financiële hulpverlening? Deze vraag zal op twee manieren beantwoord worden: enerzijds door onderzoek naar de informatie die de instanties zelf verstrekken. Dit kan op vele manieren: geschreven, telefonisch of via de website van de organisatie of met behulp van beantwoording. En anderzijds door middel van informatie van de respondenten, op welke manieren worden zij nog meer geholpen? 4. Welke hulp is steunend en welke niet? Met deze vraag willen wij onderzoeken wat de steunende factoren zijn van de respondenten. Deze vraag moet gelijk beantwoorden welke hulp wordt ontvangen en welke hulp ook niet als steunend wordt ervaren. 13

15 5. Wat zijn de oorzaken, op verschillende leefgebieden, waardoor mensen een voedselpakket aanvragen? Deze deelvraag richt zich op de omstandigheden waardoor mensen bij de Voedselbank terecht komen. Aangenomen mag worden dat de klanten van de Voedselbank in slechte financiële omstandigheden verkeren, gezien de eisen om een voedselpakket aan te vragen. Maar hoe zijn ze in die slechte financiële omstandigheden gekomen? Deze vraag zullen wij voorleggen aan de respondenten. 6. Hoe komen mensen in aanraking met de Voedselbank? Met deze deelvraag willen wij onderzoeken door wie zij zijn aangemeld voor een voedselpakket. Deze vraag zal terugkomen in de vragenlijsten. 7. Wat zijn de wensen en behoeften op verschillende levensgebieden van de klanten van de Voedselbank? Deze deelvraag richt zich op de wensen en behoeften van de klanten van de Voedselbank. Wat hebben zij nodig om zich beter te voelen, hun situatie te veranderen. Deze vraag zal voorgelegd worden aan de respondenten. Deze zullen worden uitgewerkt op de verschillende levensgebieden. De gemeente heeft het voorstel gedaan om een budgetcursus aan te bieden aan de klanten van de Voedselbank. De vraag of zij hier behoefte aan hebben wordt ook meegenomen in de vragenlijst. 8. Wat ontbreekt er in de hulpverlening? Welke zaken ontbreken er in de hulpverlening die de respondenten nu krijgen? Wat willen ze beter zien? 1.5 Cliëntperspectief Dit onderzoek is uitgevoerd door studenten Maatschappelijk Werk en Dienstverlening. De mens, en niet de problemen en oplossingen, staat centraal. Gedurende dit onderzoek is het verhaal en perspectief van de klanten van de Voedselbank als uitgangspunt van het referentiekader gebruikt. De ervaringen, wensen en behoeften zijn zo uitgebreid mogelijk beschreven en basis van de verhalen zijn de conclusies en aanbevelingen geformuleerd. 1.6 Probleemstelling in breder kader: armoedeproblematiek De Voedselbanken hebben de laatste tijd veel aandacht in de media gekregen. Zowel de politiek als de Nederlandse burgers maken zich zorgen over de groei en het bestaan van de Voedselbanken. De verontwaardiging bestaat hoe het toch mogelijk is dat in zo n rijk land als Nederland mogelijk is dat er mensen moeten aankloppen bij een Voedselbank voor een voedselpakket, omdat ze geen geld hebben voor eten 15. Deze verontwaardiging en de recente Kamerverkiezingen laaiden de discussies over de Voedselbanken op 16. Wat deze met elkaar gemeen hebben is dat in alle discussies de Voedselbanken worden gekoppeld aan armoede en de schijnbaar toenemende mate van armoede. Daarom eerst een oriëntatie op armoedeproblematiek Bron: klantenanalyse Voedselbanken Bronnen: verschillende verkiezingscampagnes 14

16 Armoede Armoede is een complex verschijnsel. Armoede in de smalle zin is het hebben van te weinig bestaansmiddelen om aan de wezenlijke menselijke levensbehoeften te voldoen. De meest wezenlijke levensbehoeften zijn onder ander voedsel, kleding en onderdak 17. Abraham H. Maslow legde de wezenlijke levensbehoeften uit in de behoeftepyramide. Om als mens een gezonde persoonlijkheid te kunnen ontwikkelen moeten een aantal fundamentele behoeften minimaal bevredigd zijn. Deze behoeften klasseert hij volgens een hiërarchie. De meeste fundamentele behoeften zijn: Organische of lichamelijke behoeften, deze fysiologische behoeften houden verband met de homeostase van het organisme en het lichamelijk evenwicht. Hieronder vallen onder meer behoefte naar voedsel, drank en ontlasting. Opvallend is dat Maslow hieronder ook seks klasseert, evenals andere lichamelijke zaken zoals sport en comfort. In de Westerse welvaartsmaatschappij wordt aan deze behoefte ruim (te ruim) voldaan. In tegenstelling tot ontwikkelingslanden 18. In de publicatie Gemeentelijke Armoedebeleid (2005) van Stimulans/SGBO staat een definitie van armoede in de brede zin: Armoede heeft veel samenhangende dimensies als inkomen, maatschappelijke participatie, opleidingsniveau, gezondheid, zelfredzaamheid, woon- en leefomgeving, waarin het toekomstperspectief een belangrijk onderscheiden kenmerk is. Dit vooral in situaties waar nauwelijks uitzicht is op werk of verandering van leefsituatie. Armoede in deze brede betekenis is sociale uitsluiting. Met andere woorden: je bent niet alleen arm als je te weinig geld hebt, maar vooral ook als dat maar vooral ook als dat betekent dat je niet mee kunt doen in de maatschappij. Dat je in een sociaal isolement komt, dat je je kinderen niet aan allerlei dingen mee kunt laten doen, dat je je schaamt voor het feit dat je bijna niets hebt en dus maar liever thuis blijft en dat je ook niet meer ziet hoe je eruit kunt komen. Armoedeval Armoedeval is het verschijnsel dat mensen die armoede lijden nauwelijks mogelijkheden hebben hun maatschappelijke situatie te verbeteren Als iemand met een uitkering een betaalde baan krijgt, treedt vaak een effect op dat 'armoedeval' wordt genoemd. Het effect ontstaat doordat mensen met een zeer laag inkomen of een uitkering vaak recht hebben op subsidies en andere inkomensafhankelijke regelingen. Als ze een baan aanvaarden kan de inkomensverbetering zodanig zijn dat het recht op de subsidies en regelingen vervalt, waardoor het inkomenseffect grotendeels of geheel wegvalt 19. Het minimuminkomen is in 2006: netto in de maand bij een volledige baan van 40 uur per week. Veel mensen verdienen minder dan het minimum nettosalaris 20. Ter illustratie: een taxichauffeur (groepsvervoer) met partner en 3 kinderen verdient bij een vervoersmaatschappij 970 netto per maand bij een 40-urige werkweek Bron: Van Dale, 2005 Bron: home.wanadoo.nl/a.heer/maslow.htm Bron: De netto bedragen zijn niet wettelijk bepaald en kunnen lager uitvallen. Dit komt door verschillen in inhoudingen op het loon, onder meer in verband met de premieheffing voor de sociale zekerheid. Dit verschilt per bedrijfstak of bedrijf. Bron: www. home.szw.nl 15

17 Sociaal isolement Mensen kunnen door langdurige werkloosheid of ziekte vrij onverwacht vanuit welstand tot armoede vervallen. Een gevolg is dat ze daardoor in een maatschappelijk en/of sociaal isolement terecht kunnen komen. Deelname aan allerlei activiteiten wordt uit financieel oogpunt onmogelijk; het betalen van communicatie- en transportmiddelen wordt een probleem; kleding en middelen voor lichaamsverzorging eveneens, waardoor men zich niet meer representabel voelt. De woonsituatie verslechtert en daarmee krijgt men een ander (minder) sociaal aanzien. Psychische gevolgen van een vervallen tot armoede kunnen schuld en schaamte zijn; soms versterken mensen daardoor zelf hun sociale isolement. Uit recent onderzoek van het EénVandaag Opiniepanel 21 blijkt dat mensen zich sneller arm voelen als ze geen geld hebben voor sociale activiteiten. Niet lid kunnen zijn van een sportclub, niet kunnen uitgaan of niet op vakantie kunnen, zorgt ervoor dat mensen zich arm voelen. Vaak wordt als armoedegrens 105% van het sociaal minimum gehanteerd, voor alleenstaanden is dit ongeveer negenhonderd euro. Van de deelnemers aan de enquête die volgens deze grens arm zouden zijn, voelt 60% zich ook arm. De overige 40% voelt zich ondanks het lage inkomen niet arm. Uit de analyse blijkt dat deze mensen vaker aangeven sociaal actief te zijn. Armoedemonitor Volgens de armoedemonitor 2006 is in 2004 het percentage lage inkomens in Nederland verder toegenomen. Ook zagen meer huishoudens zich geconfronteerd met schulden en betalingsachterstanden. Ramingen en de eerste voorlopige cijfers duiden erop dat deze trend vanaf 2006 omslaat. Dit blijkt uit deze tweede uitgave van het Armoedebericht, waarin beknopt verslag wordt gedaan van recente ontwikkelingen van armoede. Het Armoedebericht is onderdeel van een gezamenlijke informatiereeks van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP). Het verschijnt in alle even jaren. De oneven jaren zijn gereserveerd voor de Armoedemonitor waarin thematisch en analytisch dieper op aspecten van armoede wordt ingegaan. Conclusies uit de armoedemonitor Het aantal huishoudens met een laag inkomen is gedaald van 11.1% in 2005 naar 9.7% in 2006 en de verwachting is dat dit in 2007 verder zal dalen naar 8.8%. In 2006 verbetert de koopkracht door onder meer een stijging van de lonen, de afschaffing van het gebruikersdeel van de onroerend-zaakbelasting en de verhoging van de algemene heffingskorting. Voor 2007 wordt eveneens een koopkrachtverbetering verwacht. De lonen stijgen sterker dan de inflatie en verder zorgen ook diverse fiscale maatregelen voor lastenverlichting. Een deel van deze maatregelen is specifiek gericht op huishoudens met kinderen (o.a. verhoging van de kinderbijslag en de kinderopvangtoeslag), zodat deze er extra in koopkracht op vooruit gaan. In 2004 hadden ruim 670 duizend huishoudens een laag inkomen (zie tabel). Het aandeel huishoudens met een laag inkomen is in 2001 en 2002 gedaald, maar in 2003 en 2004 weer gestegen. Ook zagen meer huishoudens zich geconfronteerd met schulden en betalingsachterstanden. 21 Bron: enquete EénVandaag opiniepanel, d.d. 2 mei 2007, uitzending EénVandaag 16

18 Drie op de tien huishoudens met een laag inkomen hadden aan het eind van 2004 meer schulden dan bezittingen. Een weinig rooskleurige financiële positie wordt vaak nog verder verslechterd door het aangaan van leningen. In 2004 had ruim de helft van de huishoudens met een laag inkomen een openstaande niet-hypothecaire schuld. Dit aandeel lag fors hoger dan in de periode Zowel bij huishoudens onder als boven de lage-inkomensgrens kwamen de persoonlijke lening en/of het doorlopende krediet het meest voor. Huishoudens met een laag inkomen stonden wel vaker in het rood. In 2004 was dit bij bijna de helft van hen het geval. Ook postorderkredieten (een op de drie) en geld lenen van familie (een op de vijf) kwamen bij deze huishoudens relatief vaak voor. In 2006 nam het aandeel huishoudens dat aangaf schulden te moeten maken om rond te komen, voor het eerst sinds 2002 niet verder toe. Vooral huishoudens met een laag inkomen voelen zich genoodzaakt schulden te maken. Van deze huishoudens moeten eenoudergezinnen en alleenstaanden onder de 65 jaar het vaakst schulden maken. Vooral in de periode groeide het aandeel huishoudens dat zich genoodzaakt voelde schulden te maken. Deze toename vond voornamelijk plaats bij huishoudens met een laag inkomen. Ook het afbetalen van schulden valt huishoudens met een laag inkomen zwaarder. In 2005 ervaarde 43 procent van de huishoudens met een laag inkomen en een openstaande lening de terugbetaling als een zware last. De armoedemonitor voorspelt een daling van huishoudens met een laag inkomen, dat is op zich positief nieuws. Ook verbetert in de toekomst naar verwachting de koopkracht van ouderen. Helaas betekent dit dat er in 2007, als de schattingen juist zijn, nog altijd meer dan half miljoen huishoudens met een laag inkomen moeten leven. De toekomst voor deze huishoudens op financieel gebied wordt nog meer bemoeilijkt door de gemaakte schulden en leningen die zijn afgesloten. 17

19 Vormen van Armoede De Denktank Armoede (2004) 22 spreekt over zes vormen van armoede 1. De harde kern Enkele duizenden gezinnen leven al gedurende meerdere generaties in armoede. Deze groep omvat op de eerste plaats de zogenaamde autochtone generatiearmen, maar in toenemende mate gaan ook allochtone gezinnen tot deze groep behoren. Vaak doet zich hier een combinatie van factoren voor: lage opleiding, slechte gezondheid (zowel lichamelijk als geestelijk) en continue schuldenproblematiek. 2. Langdurige uitkeringsafhankelijkheid Deze groep omvat vooral eenoudergezinnen en/of tienermoeders met een WWB-uitkering. Als deze situatie langer dan drie jaar duurt, wordt de binding met de maatschappij in tal van opzichten problematisch. Er is sprake van een aantal factoren dat elkaar versterkt, er ontstaat een negatieve spiraal: geen arbeidsparticipatie, weinig geld om mee te doen in termen van sociale contacten, opleiding, vrijetijdsbesteding etc. 3. Werkende armen, hard werken voor weinig geld Meer dan de helft van de alleenstaande ouders heeft wel betaald werk, maar dit is vaak niet van voldoende omvang om mee rond te komen. Tot de groep stille armen behoren ook grote agrarische gezinnen en kleine middenstanders; zelfs als hun inkomens feitelijk onder de armoedegrens liggen, doen zij toch vaak geen beroep op inkomensondersteunende maatregelen vanwege het taboe op armoede. 4. De nieuwe armen Een groeiende groep gezinnen krijgt te maken met een plotseling sterk veranderende financiële situatie, bijvoorbeeld door werkloosheid, faillissement of echtscheiding. Deze gezinnen hebben vaak problemen met budgettering en slagen er niet in hun uitgavenpatroon aan te passen aan de gewijzigde omstandigheden. Daardoor ontstaan schulden en wordt armoede structureel. 5. Frictiearmen: tijdelijke armoede Frictiearmoede doet zich voor als er sprake is van tijdelijke armoede. Veelal kunnen gezinnen hier wel mee omgaan, als het tenminste niet te lang duurt en ze voldoende reserves hebben. 6. Psychologische armoede: het gevoel niet mee te kunnen doen Tenslotte kan er nog een groep gezinnen worden genoemd die in feite volgens de normen van het Centraal Planbureau niet arm is, maar zich wel arm voelt. Deze gezinnen vergelijken hun eigen consumptiepatroon met dat wat in de media als normale of zelfs onmisbare consumptie wordt gezien: merkkleding, hebbedingetjes, vakanties etc.. Het gevoel van ouders dat zij hunkinderen niet genoeg kunnen geven, kan aanzetten tot riskant financieel gedrag, zoals teveel lenen, wat weer leidt tot feitelijke armoede. 22 Bron: Rapport: De cirkel doorbreken; bevindingen van de Taskforce armoede, september

20 Tilburg In Tilburg is in september intensief onderzoek gedaan naar armoede. Doel van het onderzoek: erachter komen hoe de cirkel van armoede kan worden doorbroken. Iedereen in de stad kon meedenken en meedoen, voor het onderzoek zijn ook 100 huiskamergesprekken gevoerd met armen. Dit onderzoek heeft geresulteerd in 34 aanbevelingen. Aanbevelingen die landelijk toepasbaar zijn De stand van zaken: onderzoek naar de Voedselbanken Van belang voor dit onderzoek zijn de stukken die al gepubliceerd zijn ten aanzien van de Voedselbanken, aangezien er al veel geschreven is over de Voedselbanken. Een hoop daarvan is veel discussie en heeft niet geleid tot concrete resultaten. Voor dit onderzoek zijn twee Nederlandse onderzoeken vanuit de politiek uitgelicht, die tot resultaten hebben geleid: de klantenanalyse Voedselbanken en gemeente Alphen aan den Rijn. De klantenanalyse Voedselbanken In maart 2006 is het eindrapport klantenanalyse Voedselbanken in opdracht van het ministerie Sociale Zaken en Werkgelegenheid verschenen. Dit rapport is een landelijk onderzoek naar klanten van de Voedselbanken. Staatssecretaris Van Hoof van Sociale Zaken en Werkgelegenheid wil dat instanties beter samenwerken om deze mensen de hulp te geven die zij nodig hebben. De conclusies zijn geschreven naar aanleiding van een klantenenquête afgenomen onder 430 respondenten. De resultaten van het onderzoek: Uit het onderzoek blijkt dat bijna driekwart van de klanten een uitkering heeft. Het gaat vooral om bijstands- en WW-uitkeringen. Acht procent van de bezoekers van de Voedselbank heeft een baan. 83% van de klanten van de Voedselbank heeft schulden. Slechts ruim eenderde maakt gebruik van hulp bij het aflossen daarvan. Ook andere gemeentelijke voorzieningen zoals bijzondere bijstand en kwijtschelding van lokale lasten, worden weinig gebruikt. Behalve financiële problemen hebben de klanten vaak ook andere problemen. 84% maakt gebruik van hulpverlening, zoals maatschappelijk werk of Riagg. Van Hoof wil dat de betrokken instanties beter samenwerken zodat mensen de hulp krijgen die zij nodig hebben. Daarvoor worden uitwisselingsbijeenkomsten georganiseerd voor hulpverleners. Verder wijst de staatssecretaris gemeenten 'indringend' op hun verantwoordelijkheden en mogelijkheden om mensen in problematische situaties te helpen. Zonodig zal hij de gemeenten daarbij ondersteunen 24. Gemeente Alphen aan den Rijn In een artikel in het AD op 20 september 2006, sprak een wethouder van de gemeente Alphen aan de Rijn zich uit over de schaamte die hij voelde over de aanwezigheid van de Voedselbank in zijn stad. Hij stelde de Voedselbank als symptoom van armoede en wilde de Voedselbank zo snel mogelijk overbodig maken. Het college trok daarom euro uit om te onderzoeken waarom er een Voedselbank zich in de gemeente bevindt Bron: Rapport: De cirkel doorbreken; bevindingen van de Taskforce armoede, september 2006 Bron: Klantenanalyse Voedselbank,

Hoofdstuk 24 Financiële situatie

Hoofdstuk 24 Financiële situatie Hoofdstuk 24 Financiële situatie Samenvatting De gemeente voert diverse inkomensondersteunende maatregelen uit die bedoeld zijn voor huishoudens met een lager inkomen. Zes op de tien Leidenaren zijn bekend

Nadere informatie

Hoofdstuk 12. Financiële dienstverlening

Hoofdstuk 12. Financiële dienstverlening Hoofdstuk 12. Financiële dienstverlening Samenvatting Dit hoofdstuk behandelt de bekendheid en het gebruik van vijf Leidse inkomensondersteunende regelingen onder respondenten met een netto huishoudinkomen

Nadere informatie

Hoofdstuk 7. Financiële situatie

Hoofdstuk 7. Financiële situatie Stadsenquête Leiden Hoofdstuk 7. Financiële situatie Samenvatting Bijna driekwart van de Leidenaren geeft aan gemakkelijk rond te komen met het huishoudinkomen, twee op de tien komt net rond en bijna een

Nadere informatie

Hoofdstuk 19. Financiële situatie

Hoofdstuk 19. Financiële situatie Stadsenquête Leiden 008 Hoofdstuk 19. Financiële situatie Samenvatting Ruim tweederde van de Leidenaren geeft aan gemakkelijk rond te komen met het huishoudinkomen, bijna een kwart komt net rond en een

Nadere informatie

Hoofdstuk 17. Financiële dienstverlening

Hoofdstuk 17. Financiële dienstverlening Hoofdstuk 17. Financiële dienstverlening Samenvatting In dit hoofdstuk wordt allereerst gekeken naar de bekendheid en het gebruik van vijf inkomensondersteunende regelingen, te weten: Kwijtschelding gemeentelijke

Nadere informatie

Hoofdstuk 24. Financiële dienstverlening

Hoofdstuk 24. Financiële dienstverlening Hoofdstuk 24. Financiële dienstverlening Samenvatting De gemeente voert diverse inkomensondersteunende maatregelen uit die bedoeld zijn voor huishoudens met een lager inkomen. Ruim zeven op de tien Leidenaren

Nadere informatie

Hoofdstuk 10. Financiële situatie

Hoofdstuk 10. Financiële situatie Hoofdstuk 10. Financiële situatie Samenvatting Hfst 9. Trendvragen financiële situatie Jaarlijks worden drie trendvragen gesteld die inzicht geven in de financiële positie van de Leidenaar. De resultaten

Nadere informatie

Rondkomen van huishoudinkomen naar doelgroep

Rondkomen van huishoudinkomen naar doelgroep Hoofdstuk 16. Financiële situatie Samenvatting 16. FINANCIËLE SITUATIE In hoofdstuk 5 is aan de hand van een aantal trendvragen kort ingegaan op de financiële situatie van de inwoners van Leiden. In dit

Nadere informatie

Informatie 10 januari 2015

Informatie 10 januari 2015 Informatie 10 januari 2015 ARMOEDE: FEITEN EN CIJFERS ARMOEDE WERELDWIJD Wereldwijd leven ongeveer 1,2 miljard mensen in absolute armoede leven: zij beschikken niet over basisbehoeften zoals schoon drinkwater,

Nadere informatie

Armoede in 2010 niet verminderd, toename verwacht in 2011 en 2012

Armoede in 2010 niet verminderd, toename verwacht in 2011 en 2012 Centraal Bureau voor de Statistiek Sociaal en Cultureel Planbureau Inlichtingen bij ONDER EMBARGO TOT DINSDAG 6 DECEMBER 2011 09:30 UUR Prof. dr. J.J. Latten persdienst@cbs.nl T 070 337 4444 Dr. J.C. Vrooman

Nadere informatie

Hoofdstuk 43. Financiële situatie

Hoofdstuk 43. Financiële situatie Stadsenquête Leiden Hoofdstuk 43. Financiële situatie Samenvatting Circa tweederde van de Leidenaren geeft aan gemakkelijk rond te komen met het huishoudinkomen, ruim een kwart komt net rond en kan moeilijk

Nadere informatie

Informatie 17 december 2015

Informatie 17 december 2015 Informatie 17 december 2015 ARMOEDE: FEITEN EN CIJFERS Ondanks het aflopen van de economische recessie, is de armoede in Nederland het afgelopen jaar verder gestegen. Vooral het aantal huishoudens dat

Nadere informatie

Hoofdstuk 10. Financiële situatie

Hoofdstuk 10. Financiële situatie Hoofdstuk 10. Financiële situatie Samenvatting In hoofdstuk 9 is aan de hand van een aantal trendvragen kort ingegaan op de financiële situatie van de inwoners van Leiden. In dit hoofdstuk is uitgebreider

Nadere informatie

Hoofdstuk 20. Financiële dienstverlening

Hoofdstuk 20. Financiële dienstverlening Hoofdstuk 20. Financiële dienstverlening Samenvatting Dit hoofdstuk behandelt de bekendheid en het gebruik van zeven Leidse inkomensondersteunende regelingen onder respondenten met een netto huishoudinkomen

Nadere informatie

PERSBERICHT. Armoedesignalement 2013: Sterke groei armoede in 2012, maar afzwakking verwacht ONDER EMBARGO TOT DINSDAG 3 DECEMBER 2013, 00:01 UUR

PERSBERICHT. Armoedesignalement 2013: Sterke groei armoede in 2012, maar afzwakking verwacht ONDER EMBARGO TOT DINSDAG 3 DECEMBER 2013, 00:01 UUR PERSBERICHT ONDER EMBARGO TOT DINSDAG 3 DECEMBER 2013, 00:01 UUR Inlichtingen bij Dr. P.H. van Mulligen persdienst@cbs.nl T 070 3374444 Dr. J.C. Vrooman c. vrooman@scp.nl T 070 3407846 of Dr. S.J.M. Hoff

Nadere informatie

Hoofdstuk 5. Trendvragen financiële situatie

Hoofdstuk 5. Trendvragen financiële situatie Hoofdstuk 5. Trendvragen financiële situatie Samenvatting Hfst 5. Trendvragen financiële situatie Na twee jaar van stijgende inkomens zien Leidenaren dit jaar hun inkomenspositie verslechteren. Het zijn

Nadere informatie

Hoofdstuk 9. Trendvragen financiële situatie Hoofdstuk 10. Financiële situatie

Hoofdstuk 9. Trendvragen financiële situatie Hoofdstuk 10. Financiële situatie Hoofdstuk 9. Trendvragen financiële situatie Hoofdstuk 10. Financiële situatie Samenvatting Hfst 9. Trendvragen financiële situatie Jaarlijks worden drie trendvragen gesteld die inzicht geven in de financiële

Nadere informatie

Armoedesignalement 2012: Armoede in 2011 sterk toegenomen

Armoedesignalement 2012: Armoede in 2011 sterk toegenomen Inlichtingen bij Dr. J.C. Vrooman c. vrooman@scp.nl T 070 3407846 Dr. P.H. van Mulligen persdienst@cbs.nl T 070 3374444 Armoedesignalement 2012: Armoede in 2011 sterk toegenomen Den Haag, 6 december 2012

Nadere informatie

EénVandaag en Nibud onderzoeken armoede

EénVandaag en Nibud onderzoeken armoede EénVandaag en Nibud onderzoeken armoede Doel Armoede is geen eenduidig begrip. Armoede wordt vaak gemeten via een inkomensgrens: iedereen met een inkomen beneden die grens is arm, iedereen er boven is

Nadere informatie

Hoofdstuk 10. Trendvragen financiële situatie Hoofdstuk 11. Financiële situatie

Hoofdstuk 10. Trendvragen financiële situatie Hoofdstuk 11. Financiële situatie Hoofdstuk 10. Trendvragen financiële situatie Hoofdstuk 11. Financiële situatie Samenvatting Hfst 10. Trendvragen financiële situatie Jaarlijks worden drie trendvragen gesteld die inzicht geven in de financiële

Nadere informatie

Hoofdstuk 25 Financiële dienstverlening

Hoofdstuk 25 Financiële dienstverlening Hoofdstuk 25 Financiële dienstverlening Samenvatting De gemeente voert diverse inkomensondersteunende maatregelen uit die bedoeld zijn voor huishoudens met een lager inkomen. Zes op de tien Leidenaren

Nadere informatie

Roelofarendsveen, november 2006. Kadernota Armoedebeleid gemeente Alkemade

Roelofarendsveen, november 2006. Kadernota Armoedebeleid gemeente Alkemade Roelofarendsveen, november 2006 Kadernota Armoedebeleid gemeente Alkemade 1. Inleiding 3 2. Armoede, een relatief begrip 3 3. Oorzaken van armoede 4 4. Wie zijn arm? 4 5. Gevolgen van armoede 5 5.1 Sociale

Nadere informatie

Ontwikkelprogramma armoede gemeente Leeuwarden 2014

Ontwikkelprogramma armoede gemeente Leeuwarden 2014 Ontwikkelprogramma armoede gemeente Leeuwarden 2014 Inleiding Uit onze gemeentelijke armoedemonitor 1 blijkt dat Leeuwarden een stad is met een relatief groot armoedeprobleem. Een probleem dat nog steeds

Nadere informatie

Hoofdstuk 17. Financiële dienstverlening

Hoofdstuk 17. Financiële dienstverlening Hoofdstuk 17. Financiële dienstverlening Samenvatting Leiden kent verschillende inkomensondersteunende regelingen, te weten: Kwijtschelding gemeentelijke belastingen, Bijzondere bijstand, Declaratieregeling,

Nadere informatie

Hoofdstuk H 11. Financiële situatie

Hoofdstuk H 11. Financiële situatie Hoofdstuk H 11. Financiële situatie Samenvatting verslechterd. Dit wordt bevestigd door het aandeel Leidenaren dat aangeeft rond te kunnen komen met hun inkomen. Dit jaar geeft bijna tweederde van de Leidenaren

Nadere informatie

Hoofdstuk 8. Financiële dienstverlening

Hoofdstuk 8. Financiële dienstverlening Hoofdstuk 8. Financiële dienstverlening Samenvatting Dit hoofdstuk behandelt de bekendheid en het van zeven Leidse inkomensondersteunende regelingen onder respondenten met een netto huishoudinkomen van

Nadere informatie

Evaluatie armoederegelingen 2017 Ridderkerk

Evaluatie armoederegelingen 2017 Ridderkerk Evaluatie armoederegelingen 2017 Ridderkerk Inhoudsopgave Inleiding... 2 Opvallende cijfers... 2 Nader inzoomen op de minimaonderdelen... 3 Kwijtschelding gemeentelijke belastingen... 3 Bijzondere bijstand

Nadere informatie

6. Schuldhulpverlening

6. Schuldhulpverlening 6. Schuldhulpverlening Sociale Hulpverlening in de inloophuizen Het komt helaas meer en meer voor dat mensen financieel en/of emotioneel in de zorgen raken of in een sociaal isolement terecht komen en

Nadere informatie

Nieuwe armoede. Waarom we er zijn Armoede verandert Werkloosheid neemt af -langdurige armoede neemt toe Definitie Cijfers (Cbs, scp, ombudsvrouw)

Nieuwe armoede. Waarom we er zijn Armoede verandert Werkloosheid neemt af -langdurige armoede neemt toe Definitie Cijfers (Cbs, scp, ombudsvrouw) Nieuwe Armoede 2018 Nieuwe armoede Waarom we er zijn Armoede verandert Werkloosheid neemt af -langdurige armoede neemt toe Definitie Cijfers (Cbs, scp, ombudsvrouw) Regeerakkoord Denken over armoede Nieuwe

Nadere informatie

Persbericht. Aantal huishoudens met kans op armoede in 2008 toegenomen. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Aantal huishoudens met kans op armoede in 2008 toegenomen. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB09-079 3 december 2009 9.30 uur Aantal huishoudens met kans op armoede in 2008 toegenomen Meeste kans op armoede bij eenoudergezinnen en niet-westerse allochtonen

Nadere informatie

Preventie en bestrijding van stille armoede en sociale uitsluiting. Brief van de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Preventie en bestrijding van stille armoede en sociale uitsluiting. Brief van de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid 24 515 Preventie en bestrijding van stille armoede en sociale uitsluiting Nr. 429 Brief van de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

PERSBERICHT. Armoedesignalement 2014: Armoede in 2013 toegenomen, maar piek lijkt bereikt. Den Haag, 18 december 2014

PERSBERICHT. Armoedesignalement 2014: Armoede in 2013 toegenomen, maar piek lijkt bereikt. Den Haag, 18 december 2014 Inlichtingen bij PERSBERICHT Dr. J.C. Vrooman c. vrooman@scp.nl T 070 3407846 Dr. P.H. van Mulligen persdienst@cbs.nl T 070 3374444 Armoedesignalement 2014: Armoede in 2013 toegenomen, maar piek lijkt

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

Armoede & Veerkracht: Hoe vinden mensen met weinig geld hun weg?

Armoede & Veerkracht: Hoe vinden mensen met weinig geld hun weg? Armoede & Veerkracht: Hoe vinden mensen met weinig geld hun weg? Ruim 10% van de Nederlandse bevolking leeft in armoede. Ongeveer 7% van de kinderen in de provincie Groningen groeit op in een gezin dat

Nadere informatie

Hoofdstuk 11. Financiële dienstverlening

Hoofdstuk 11. Financiële dienstverlening Hoofdstuk 11. Financiële dienstverlening Samenvatting Dit hoofdstuk behandelt de bekendheid en het gebruik van de vijf Leidse inkomensondersteunende regelingen onder respondenten met een netto huishoudinkomen

Nadere informatie

Hoofdstuk 12. Financiële dienstverlening

Hoofdstuk 12. Financiële dienstverlening Hoofdstuk 12. Financiële dienstverlening Samenvatting Dit hoofdstuk behandelt de bekendheid en het gebruik van vijf Leidse inkomensondersteunende regelingen onder respondenten met een netto huishoudinkomen

Nadere informatie

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Gemeente s-hertogenbosch, afdeling Onderzoek & Statistiek, februari 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Vrijwilligerswerk... 4 3. Mantelzorg... 8

Nadere informatie

19 december 2014. Onderzoek: Armoede en de Voedselbank

19 december 2014. Onderzoek: Armoede en de Voedselbank 19 december 2014 Onderzoek: Armoede en de Voedselbank Over het EenVandaag Opiniepanel Het EenVandaag Opiniepanel bestaat uit 40.000 mensen. Zij beantwoorden vragenlijsten op basis van een online onderzoek.

Nadere informatie

ACTIEPLAN. Auteurs: Aart van Zevenbergen Josine Strörmann

ACTIEPLAN. Auteurs: Aart van Zevenbergen Josine Strörmann ACTIEPLAN Auteurs: Aart van Zevenbergen Josine Strörmann Rotterdam, februari 2018 Schulden in Rotterdam: groot probleem, nauwelijks oplossingen >> De helft van Rotterdammers met een laag inkomen loopt

Nadere informatie

Persbericht. Armoede gedaald in 2006 en 2007, maar in 2008 vrijwel stabiel

Persbericht. Armoede gedaald in 2006 en 2007, maar in 2008 vrijwel stabiel Centraal Bureau voor de Statistiek Sociaal en Cultureel Planbureau Persbericht PB08-086 18 december 2008 9.30 uur Armoede gedaald in 2006 en 2007, maar in 2008 vrijwel stabiel In 2006 verkeerden 623 duizend

Nadere informatie

53% 47% 51% 54% 54% 53% 49% 0% 25% 50% 75% 100% zeer moeilijk moeilijk komt net rond gemakkelijk zeer gemakkelijk

53% 47% 51% 54% 54% 53% 49% 0% 25% 50% 75% 100% zeer moeilijk moeilijk komt net rond gemakkelijk zeer gemakkelijk 30 FINANCIËLE SITUATIE In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de financiële situatie van de Leidse burgers. In de enquête wordt onder andere gevraagd hoe moeilijk of gemakkelijk men rond kan komen met het

Nadere informatie

Bijlage III Het risico op financiële armoede

Bijlage III Het risico op financiële armoede Bijlage III Het risico op financiële armoede Zoals aangegeven in hoofdstuk 1 is armoede een veelzijdig begrip. Armoede heeft behalve met inkomen te maken met maatschappelijke participatie, onderwijs, gezondheid,

Nadere informatie

Schuldhulpverlening gemeente Gouda Nota van Conclusies en Aanbevelingen

Schuldhulpverlening gemeente Gouda Nota van Conclusies en Aanbevelingen Schuldhulpverlening gemeente Gouda Nota van Conclusies en Aanbevelingen Rekenkamer Gouda - CONCEPT EN VERTROUWELIJK - Versie d.d. 12 mei 2012 Inhoudsopgave 1. Onderzoekskader schuldhulpverlening in Gouda

Nadere informatie

Uitgevoerd door Dimensus Huishoudelijke Hulp gemeente Oosterhout 2016

Uitgevoerd door Dimensus Huishoudelijke Hulp gemeente Oosterhout 2016 Uitgevoerd door Dimensus Huishoudelijke Hulp gemeente Oosterhout 2016 Inleiding Met de transities in het sociale domein in 2015 zijn de voorwaarden en criteria voor het verkrijgen van huishoudelijke hulp

Nadere informatie

Bestuurlijke nota onderzoek armoedebeleid

Bestuurlijke nota onderzoek armoedebeleid 1 Bestuurlijke nota onderzoek armoedebeleid Inleiding In haar jaarplan 2017 heeft de rekenkamercommissie een onderzoek naar het armoedebeleid aangekondigd. De armoedeproblematiek is lastig in kaart te

Nadere informatie

ZELFREDZAAMHEID in Amsterdam

ZELFREDZAAMHEID in Amsterdam PROBLEMATISCHE SCHULDEN EN ZELFREDZAAMHEID in Amsterdam oktober 2013 Steeds meer mensen hebben schulden en de schulden die zij hebben zijn groter dan voorheen. In 2012 melden 11% meer mensen zich bij kredietbanken

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA s-gravenhage

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA s-gravenhage Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA s-gravenhage Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon

Nadere informatie

Armoede Vincentiusvereniging Wijchen juni 2015 1 ARMOEDE..het best bewaarde geheim

Armoede Vincentiusvereniging Wijchen juni 2015 1 ARMOEDE..het best bewaarde geheim Armoede Vincentiusvereniging Wijchen juni 2015 1 ARMOEDE.het best bewaarde geheim Armoede Vincentiusvereniging Wijchen juni 2015 2 Vincentiusvereniging Wijchen Ieder mens telt! Armoede Vincentiusvereniging

Nadere informatie

De leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus 250

De leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus 250 gemeente Haarlemmermeer De leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus 250 2130 AG Hoofddorp Bezoekadres: Raadhuisplein 1 Hoofddorp Telefoon 0900 1852 Telefax 023 563 95 50 Organisatieonderdeel

Nadere informatie

Bijlage 4: Werkenden met een laag inkomen

Bijlage 4: Werkenden met een laag inkomen Bijlage 4: Werkenden met een laag inkomen Dit overzicht gaat in op de inzichten die de cijfers van het CBS bieden op het punt van werkenden met een laag inkomen. Als eerste zal ingegaan worden op de ontwikkeling

Nadere informatie

Samenvatting Klanttevredenheidsonderzoek Wmo en de Benchmarks Wmo resultaten over 2013

Samenvatting Klanttevredenheidsonderzoek Wmo en de Benchmarks Wmo resultaten over 2013 Samenvatting Klanttevredenheidsonderzoek Wmo en de Benchmarks Wmo resultaten over 2013 Klanttevredenheidsonderzoek Het KTO is een wettelijke verplichting wat betreft de verantwoording naar de Gemeenteraad

Nadere informatie

Gebruik van kinderopvang

Gebruik van kinderopvang Gebruik van kinderopvang Saskia te Riele In zes van de tien gezinnen met kinderen onder de twaalf jaar hebben de ouders hun werk en de zorg voor hun kinderen zodanig georganiseerd dat er geen gebruik hoeft

Nadere informatie

Effectiever minimabeleid in Amersfoort

Effectiever minimabeleid in Amersfoort Effectiever minimabeleid in Amersfoort Trudi Nederland Marieke Wentink Marian van der Klein M.m.v. Marie-Christine van Dongen en Monique Stavenuiter Oktober 2007 Verwey- Jonker Instituut Samenvatting

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 777 Geleidelijke afbouw van de dubbele heffingskorting in het referentieminimumloon tot een keer de algemene heffingskorting met uitzondering

Nadere informatie

Inzet van middelen: dekking Dekking vindt plaats vanuit de reguliere financiële middelen armoedebestrijding.

Inzet van middelen: dekking Dekking vindt plaats vanuit de reguliere financiële middelen armoedebestrijding. Raad V200900744 Onderwerp: Kaders nota armoedebeleid Collegevoorstel Inleiding: De gemeente Heusden kiest voor een nieuwe aanpak van armoedebestrijding. Deze aanpak wordt vastgelegd in een nota armoedebeleid.

Nadere informatie

Raads informatiebrief (Sociaal-Economische pijler)

Raads informatiebrief (Sociaal-Economische pijler) gemeente Eindhoven Raadsnummer 04.R94O.OOI Inboeknummer o4toooyss Classificatienummer 43I.6oy Dossiernurnmer sp juli aoo4 Raads informatiebrief (Sociaal-Economische pijler) Betreft evaluatie en ontwikkelingen

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Verdere daling langdurige minima. Aandeel langdurige minima gedaald

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Verdere daling langdurige minima. Aandeel langdurige minima gedaald Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB02-138 3 juli 2002 9.30 uur Verdere daling langdurige minima In 2000 hadden 229 duizend huishoudens al ten minste vier jaar achtereen een inkomen onder

Nadere informatie

SCHULDHULPVERLENING september 2013 1

SCHULDHULPVERLENING september 2013 1 SCHULDHULPVERLENING september 2013 1 2 Inhoudsopgave Als schulden een probleem worden... 4 Hoe vraag ik schuldhulpverlening aan? 5 Wanneer kom ik in aanmerking voor schuldhulpverlening? 5 Waaruit bestaat

Nadere informatie

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013 Fact sheet nummer 9 juli 2013 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013 Er zijn in Amsterdam bijna 135.000 jongeren in de leeftijd van 15 tot 27 jaar (januari 2013). Veel jongeren volgen een opleiding of

Nadere informatie

Beleidsplan minimabeleid 2014-2017

Beleidsplan minimabeleid 2014-2017 Beleidsplan minimabeleid 2014-2017 Pagina 1 Inleiding: Armoede is een complex fenomeen waarin de dimensies van inkomen, gezondheid, opleiding, zelfredzaamheid en mogelijkheden tot participatie een belangrijke

Nadere informatie

Hoofdstuk 44. Financiële dienstverlening

Hoofdstuk 44. Financiële dienstverlening Hoofdstuk 44. Financiële dienstverlening Samenvatting De gemeente voert diverse inkomensondersteunende maatregelen uit die bedoeld zijn voor huishoudens met een lager inkomen. Zeven op de tien Leidenaren

Nadere informatie

Naam en telefoon. Sille Dohmen 5772 Afdeling. Portefeuillehouder

Naam en telefoon. Sille Dohmen 5772 Afdeling. Portefeuillehouder Onderwerp Minima Effect Rapportage 2017 Nibud Datum 28 mei 2018 Naam en telefoon Sille Dohmen 5772 Afdeling SMO Portefeuillehouder Kees van Geffen Waarover wil je informeren? Met de Minima Effect Rapportage

Nadere informatie

Hoofdstuk 11. Financiële dienstverlening

Hoofdstuk 11. Financiële dienstverlening Hoofdstuk 11. Financiële dienstverlening Samenvatting Dit hoofdstuk behandelt de bekendheid en het gebruik van vijf Leidse inkomensondersteunende regelingen onder respondenten met een netto huishoudinkomen

Nadere informatie

Jaarplan Stichting Present Assen 2015

Jaarplan Stichting Present Assen 2015 Jaarplan Stichting Present Assen 2015 1 Inhoud 1. Stichting Present Assen...3 1.1 Algemene doelstelling 2015.3 1.2 Speerpunten 2015 3 1.2.1 Operationeel Team en Bestuur..4 1.2.2 Samenwerking met Partners

Nadere informatie

Aanvullende notitie op het Beleidsplan schuldhulpverlening gemeente Menterwolde

Aanvullende notitie op het Beleidsplan schuldhulpverlening gemeente Menterwolde Aanvullende notitie op het Beleidsplan schuldhulpverlening gemeente Menterwolde Inleiding Met de invoering van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening zijn de minnelijke schuldsanering en de wettelijke

Nadere informatie

Jaarverslag. schulddienstverlening 2013. Een goede start

Jaarverslag. schulddienstverlening 2013. Een goede start Jaarverslag schulddienstverlening 2013 Een goede start 1. Aanleiding In 2012 heeft u het beleidsplan schulddienstverlening: De kanteling van schuldhulpverlening naar schulddienstverlening vastgesteld.

Nadere informatie

Bijlage VMBO-GL en TL 2012

Bijlage VMBO-GL en TL 2012 Bijlage VMBO-GL en TL 2012 tijdvak 1 maatschappijleer 2 CSE GL en TL Tekstboekje GT-0323-a-12-1-b Analyse maatschappelijk vraagstuk: armoede in Nederland tekst 1 Armoede in Nederland gestegen 5 10 15 20

Nadere informatie

Project Sociaal huis Opdrachtgever Hans Killaars i.o.v. het college van B&W Trekker Nog te bepalen Datum 22 oktober 2014

Project Sociaal huis Opdrachtgever Hans Killaars i.o.v. het college van B&W Trekker Nog te bepalen Datum 22 oktober 2014 Project Sociaal huis Opdrachtgever Hans Killaars i.o.v. het college van B&W Trekker Datum 22 oktober 2014 Doel Waarvoor doen we het? In december 2013 heeft de gemeenteraad ingestemd met de kadernota minimabeleid

Nadere informatie

Burgerplatform Minima Ridderkerk (BMR)

Burgerplatform Minima Ridderkerk (BMR) Beste leden van het Minimaplatform Ridderkerk, Ridderkerk, 31 juli 2017 Op de laatst gehouden bijeenkomst van het Minima Platform hebben wij afgesproken dat we de eerstvolgende bijeenkomst zullen gebruiken

Nadere informatie

Veranderingen in arbeidsparticipatie van gescheiden moeders

Veranderingen in arbeidsparticipatie van gescheiden moeders Veranderingen in arbeidsparticipatie van gescheiden moeders Suzanne Peek Gescheiden moeders stoppen twee keer zo vaak met werken dan niet gescheiden moeders. Ook beginnen ze vaker met werken. Wanneer er

Nadere informatie

Verkenning probleemstelling. armoedebeleid Heerenveen. Rekenkamercommissie Heerenveen

Verkenning probleemstelling. armoedebeleid Heerenveen. Rekenkamercommissie Heerenveen Verkenning probleemstelling armoedebeleid Heerenveen Rekenkamercommissie Heerenveen April 2011 Inhoud. INLEIDING..2 ARMOEDEBELEID IN HEERENVEEN 3 AFBAKENING PROBLEEMSTELLING...4 3.1 AFBAKENING 4 3.2 OVERZICHT

Nadere informatie

Jaarverslag 2015 TA RENKUM

Jaarverslag 2015 TA RENKUM 2015 Jaarverslag 2015 TA RENKUM HENNY BLIJDEVEEN VAN Jaarverslag TA Renkum 1. Inleiding Humanitas Thuisadministratie is in de gemeente Renkum ook dit verslagjaar weer actief geweest. Vanwege een wisseling

Nadere informatie

Kent u de sport- en cultuurregeling?

Kent u de sport- en cultuurregeling? Kent u de sport- en cultuurregeling? Conclusies en aanbevelingen Rekenkamercommissie Teylingen Onderzoek naar sport- en cultuurregeling Datum: 10 mei 2016 Pictogrammen: www.sclera.be 1 Inleiding De rekenkamercommissie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 24 515 Preventie en bestrijding van stille armoede en sociale uitsluiting 31 200 XV Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van

Nadere informatie

Huiselijk Geweld in 's-hertogenbosch. Omvang, kenmerken en meldingen

Huiselijk Geweld in 's-hertogenbosch. Omvang, kenmerken en meldingen Huiselijk Geweld in 's-hertogenbosch Omvang, kenmerken en meldingen O&S oktober 2003 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Samenvatting 1. Inleiding Plan Plan van van Aanpak Aanpak Huiselijk Geweld Geweld Inhoud

Nadere informatie

Gemeentelijk armoedebeleid. Martijn Schut Adviseur Stimulansz

Gemeentelijk armoedebeleid. Martijn Schut Adviseur Stimulansz Gemeentelijk armoedebeleid Martijn Schut Adviseur Stimulansz Armoede Armoede is een complex verschijnsel met veelal samenhangende dimensies zoals inkomen, maatschappelijke participatie, opleidingsniveau,

Nadere informatie

Gorinchem, 4 november Geachte heer, mevrouw,

Gorinchem, 4 november Geachte heer, mevrouw, Gorinchem, 4 november 2014 Geachte heer, mevrouw, Langs deze weg vragen wij uw aandacht voor het volgende: Onlangs is er een bijeenkomst geweest van de Cliëntenraad van de RSD KB AV met een afvaardiging

Nadere informatie

Sociale index Gebiedsteam Bolsward, Platteland Bolsward en Witmarsum-Arum 1 oktober 2014

Sociale index Gebiedsteam Bolsward, Platteland Bolsward en Witmarsum-Arum 1 oktober 2014 Sociale index, en 1 oktober 2014 Inleiding De sociale index is ontwikkeld voor de inzet van gebiedsteams in het kader van de decentralisatie van taken betreffende Participatie, AWBZ (en Wmo) en Jeugdzorg.

Nadere informatie

Armoedebeleid. Welkom bij deze presentatie!

Armoedebeleid. Welkom bij deze presentatie! Armoedebeleid Welkom bij deze presentatie! Algemeen Armoede is een complex fenomeen waarin de dimensies van inkomen, gezondheid, opleiding, zelfredzaamheid en mogelijkheden tot participatie een belangrijke

Nadere informatie

Sociale samenhang in Groningen

Sociale samenhang in Groningen Sociale samenhang in Groningen Goede contacten zijn belangrijk voor mensen. Het blijkt dat hoe meer sociale contacten mensen hebben, hoe beter ze hun leefsituatie ervaren (Boelhouwer 2013). Ook voelen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 24 515 Preventie en bestrijding van stille armoede en sociale uitsluiting Nr. 186 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan

Nadere informatie

Armoede en schulden in Oostzaan en Wormerland. Martijnschut.wordpress.com

Armoede en schulden in Oostzaan en Wormerland. Martijnschut.wordpress.com Armoede en schulden in Oostzaan en Wormerland Martijnschut.wordpress.com Armoede Armoede is een complex verschijnsel met veelal samenhangende dimensies zoals inkomen, maatschappelijke participatie, opleidingsniveau,

Nadere informatie

HUMANITAS NULMETING COMPLEXITEIT VAN DE HULPVRAAG

HUMANITAS NULMETING COMPLEXITEIT VAN DE HULPVRAAG HUMANITAS NULMETING COMPLEXITEIT VAN DE HULPVRAAG Datum : 2 juni 2017 Auteur : Heleen de Boer Inhoud INTRODUCTIE... 2 SAMENVATTING... 3 1. INLEIDING... 4 1.1. Aanleiding en doel... 4 1.2 De vragenlijst...

Nadere informatie

Steeds meer vijftigers financieel kwetsbaar

Steeds meer vijftigers financieel kwetsbaar Maart 215 stijgt naar 91 punten Steeds meer vijftigers financieel kwetsbaar De is in het eerste kwartaal van 215 gestegen van 88 naar 91 punten. Veel huishoudens kijken positiever vooruit en verwachten

Nadere informatie

Wat is armoede? Er zijn veel verschillende theorieën en definities over wat armoede is. Deze definities zijn te verdelen in categorieën.

Wat is armoede? Er zijn veel verschillende theorieën en definities over wat armoede is. Deze definities zijn te verdelen in categorieën. Wat is armoede? Er zijn veel verschillende theorieën en definities over wat armoede is. Deze definities zijn te verdelen in categorieën. Absolute en relatieve definities Bij de absolute definities wordt

Nadere informatie

SAMEN STA JE STERK S U P P O R T F R Y S L Â N B E L E I D S P L A N 2 0 1 5-2 0 1 7

SAMEN STA JE STERK S U P P O R T F R Y S L Â N B E L E I D S P L A N 2 0 1 5-2 0 1 7 SAMEN STA JE STERK SUPPORT FRYSLÂN BELEIDSPLAN 2015-2017 INLEIDING Maatjesproject Support Fryslân startte in 2001 als onderdeel van Solidair Fryslân. Per 1 januari 2014 is Support Fryslân een zelfstandige

Nadere informatie

10. Veel ouderen in de bijstand

10. Veel ouderen in de bijstand 10. Veel ouderen in de bijstand Niet-westerse allochtonen ontvangen 2,5 keer zo vaak een uitkering als autochtonen. Ze hebben het vaakst een bijstandsuitkering. Verder was eind 2002 bijna de helft van

Nadere informatie

Spreekuur. Werklozenkrant

Spreekuur. Werklozenkrant Jaarverslag 2013 Inhoudsopgave: Intro: pagina 3 Spreekuur: pagina 4 Werklozenkrant: pagina 4 Weekje Weg: pagina 5 Jeugdsportfonds: pagina 5 Organisatie: pagina 6 Financieel overzicht: pagina 7 Intro In

Nadere informatie

18 december 2014. Onderzoek: Armoede en de Voedselbank

18 december 2014. Onderzoek: Armoede en de Voedselbank 18 december 2014 Onderzoek: Armoede en de Voedselbank Over het EenVandaag Opiniepanel Het EenVandaag Opiniepanel bestaat uit 40.000 mensen. Zij beantwoorden vragenlijsten op basis van een online onderzoek.

Nadere informatie

Financiële problemen op de werkvloer

Financiële problemen op de werkvloer Financiële problemen op de werkvloer Gemeente Zoetermeer Nibud, 2012 Auteurs Daisy van der Burg Tamara Madern Inhoud 1 INLEIDING... 2 2 ONTWIKKELING FINANCIËLE PROBLEMEN... 3 3 OORZAKEN, SIGNALEN EN GEVOLGEN...

Nadere informatie

Eigen regie en eigen verantwoordelijkheid in de (ouderen) zorg.

Eigen regie en eigen verantwoordelijkheid in de (ouderen) zorg. Eigen regie en eigen verantwoordelijkheid in de (ouderen) zorg. Joop Blom, voorzitter commissie Zorg en Welzijn en Wonen NVOG VOOR: Vereniging Gepensioneerden DuPont Nederland op 23 april 2015. Ontwikkelingen.

Nadere informatie

Zelfredzaamheid, eigen kracht en de rol van kerken: Kansen & grenzen Verslag bijeenkomst maandag 16 november 2015

Zelfredzaamheid, eigen kracht en de rol van kerken: Kansen & grenzen Verslag bijeenkomst maandag 16 november 2015 Who Cares! Zelfredzaamheid, eigen kracht en de rol van kerken: Kansen & grenzen Verslag bijeenkomst maandag 16 november 2015 Op deze bijeenkomst gingen we in gesprek over de kansen en de grenzen ten aanzien

Nadere informatie

Wmo beleidsplan 2013 INLEIDING

Wmo beleidsplan 2013 INLEIDING December 2012 INLEIDING Het beleidsplan Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo) 2008-2011 heeft een wettelijk bepaalde werkingsduur van vier jaren. In 2012 is besloten dit beleidsplan met één jaar te

Nadere informatie

In Beek doet iedereen mee. Regelingen voor mensen met een laag inkomen

In Beek doet iedereen mee. Regelingen voor mensen met een laag inkomen In Beek doet iedereen mee Regelingen voor mensen met een laag inkomen De gemeente Beek heeft een aantal regelingen om mensen met een laag inkomen te ondersteunen. Dit doen wij omdat wij het belangrijk

Nadere informatie

TEVREDENHEIDSONDERZOEK KETENPARTNERS SUN GRONINGEN

TEVREDENHEIDSONDERZOEK KETENPARTNERS SUN GRONINGEN TEVREDENHEIDSONDERZOEK KETENPARTNERS SUN GRONINGEN Tevredenheidsonderzoek ketenpartners SUN Groningen Colofon Opdrachtgever SUN Groningen Datum Maart 2017 Auteurs Bert van Putten David Scheffer KWIZ Stavangerweg

Nadere informatie

Tevredenheids- en ervaringsonderzoek Wmo over 2010 Klanten hulp bij het huishouden, mantelzorgondersteuning en andere individuele voorzieningen

Tevredenheids- en ervaringsonderzoek Wmo over 2010 Klanten hulp bij het huishouden, mantelzorgondersteuning en andere individuele voorzieningen Tevredenheids- en ervaringsonderzoek Wmo over 2010 Klanten hulp bij het huishouden, mantelzorgondersteuning en andere individuele voorzieningen Gemeente Huizen Inleiding... 3 1. Verantwoording onderzoek...

Nadere informatie

ERVARINGEN VAN INSTELLINGEN NA EEN JAAR DECENTRALISATIE

ERVARINGEN VAN INSTELLINGEN NA EEN JAAR DECENTRALISATIE ERVARINGEN VAN INSTELLINGEN NA EEN JAAR DECENTRALISATIE drs. Frank Kriek drs. Luuk Mallee drs. Katrien de Vaan dr. Miranda Witvliet Amsterdam, januari 2016 Regioplan Jollemanhof 18 1019 GW Amsterdam Tel.:

Nadere informatie

Surplus Welzijn Drimmelen

Surplus Welzijn Drimmelen Gemeente Drimmelen Surplus Welzijn Drimmelen Geld & Recht: Sociaal Raadsliedenwerk Budgetcoaching Schuldhulpverlening Cursus Uitkomen met je Inkomen Notities Ontmoeting en ondersteuning Een prettige samenleving

Nadere informatie

Armoede in 2005 licht gestegen, maar daling verwacht voor

Armoede in 2005 licht gestegen, maar daling verwacht voor Armoede in 2005 licht gestegen, maar daling verwacht voor 2006-2008 Armoedemonitor 2007 Volgens de drie criteria die in dit rapport zijn gehanteerd, is de armoede in 2005 licht gestegen ten opzichte van

Nadere informatie

llochtone meiden en vrouwen in-zicht

llochtone meiden en vrouwen in-zicht 2010 PROJECTEN Nieuwsbrief INHOUD Allochtone meiden & vrouwen in-zicht (Vervolg project) Kinderen aan zet (Onderzoek naar de gevolgen voor kinderen van het hebben van een moeder die seksueel misbruikt

Nadere informatie