Actieonderzoek Spelling

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Actieonderzoek Spelling"

Transcriptie

1 Actieonderzoek Spelling Naam: Karin Gootjes Klas V21, studentnummer e inlevermoment stap 1 t/m 3: e inlevermoment stap 1 t/m 6: e inlevermoment stap 1 t/m 8: Presentatie werkplek: Poster presentatie:

2 Inhoudsopgave Samenvatting 4 Inleiding 5 Stap 1 Ontwikkelingstaak/ambitie Beschrijving van de stageschool Mijn ambitie in relatie tot de ambitie van de school 6 Stap 2 Voorlopige onderzoeksvraag Conclusies uit voorgaande activiteiten Voorlopig onderzoeksdoel Voorlopige onderzoeksvraag en deelvragen 10 Stap 3 Keuze onderzoeksinstrumenten Onderzoeksinstrumenten Richtlijnen voor validiteit, betrouwbaarheid en haalbaarheid 14 Stap 4 Informatie verzamelen Theoretisch onderzoek Praktisch onderzoek 22 Stap 5 Betekenis verlenen Instrument documentenanalyse Instrument open gesprek met focus op een item Instrument bevragen: toets resultaten Instrument bevragen: categoriseren spellingsfouten Instrument bevragen: auditieve toets Triangulatie en betrouwbaarheid 29 Stap 6 Conclusie trekken Resultaat en conclusies deelvragen Aanscherpen van de onderzoeksvraag Plannen van acties 36 Stap 7 De acties 38 Stap 8 Evaluatie en conclusie Definitieve beantwoording onderzoeksvraag Nieuwe onderzoeksvragen Bijdrage van de uitkomsten voor de Jozefschool Aanbevelingen 45 Literatuurlijst 46 2

3 Bijlage1 Bijlage 1.A Stroomschema uit methode Taalverhaal Spelling 48 Bijlage 1.B Spiekkaart 49 Bijlage 1.C Overzicht gemaakt fouten Cito spelling 50 Bijlage 1.D Auditieve toets korte- en lange klank 52 Bijlage 1.E Resultaten auditieve toets 53 Bijlage 1.F Gesprek met de intern begeleidster 54 Bjilage 1.G Gesprek duo-collega 56 Bijlage 1. H Overzicht Cito 58 Bijlage 1.I Tabel overzicht LeerlingVolgSysteem 59 Bijlage 2 Bewijsstukken van de acties bij stap 7 Bijlage 2.A Een gebruikt dicteeboekje 61 Bijlage 2.BEen volle spaarkaart 63 Bijlage 2.C Het wilskracht-diploma 63 Bijlage 2.D Resultaat einddictee in % 65 Op deze plaats wil ik een bijzonder woord van dank richten aan mijn kinderen met hun nietaflatende morele support en steun. En mijn critical friends Andrea en Ietsen, die zoveel tijd en energie in mij en in dit onderzoek hebben geïnvesteerd en mij geweldig op weg hebben geholpen in het maken van denkstappen en het trekken van conclusies. Dank jullie wel, allemaal!! 3

4 Samenvatting van het onderzoek Dit beschrijvende onderzoek is gericht op het verbeteren van de spelling resultaten van de 11 zwakke spellers uit groep 5 van de Jozefschool in Medemblik die onvoldoende (D/E) hebben gescoord op de Cito-spelling in februari Centraal staat de vraag wat de leerkrachten van deze groep zouden kunnen doen om de resultaten te verbeteren. In overleg met mijn mentrix en duo-collega ben ik tot het onderwerp van mijn onderzoek gekomen. De directie van de Jozefschool is zich bewust van de tegenvallende Cito spelling resultaten van groep 5 en staat achter mijn onderzoek. Om tot antwoord te komen op de onderzoeksvraag ben ik in februari 2012 gestart met theoretisch onderzoek naar de Nederlandse spellingsregels om de moeilijkheden in kaart te brengen. Fouten in het syllabisch principe, de regel van verenkeling/verdubbeling onderwerp actieonderzoek- staat in de top 10 van de meest gemaakte fouten. Vervolgens heb ik aan de hand van verschillende tekstbronnen drie verschillende methodieken/instructiewijzen onderzocht. Hieruit blijkt dat de instructiekwaliteit van de leerkracht van cruciaal belang is in het aanbrengen van structuur van de regels en het modellen. Daarna heb ik het instrument documentanalyse toegepast door de huidige methode onder de loep te leggen. Het is een duidelijke methode met goede handleiding die uitgaat van woordpakketten waarin per week 1 of 2 spellingsmoeilijkheden worden aangeboden. In maart heb ik twee open gesprekken gevoerd met focus op de knelpunten van de spelling praktijk van groep 5 met de IB-er en mijn duo collega. Hieruit bleek dat groep 5 start met het schrijven van woorden waarop meerdere spellingscategorieën van toepassing zijn en naar mening van beide gesprekspartners dalen hierdoor de spelling resultaten van groep 5. Middels het instrument bevragen heb ik Cito toets resultaten geanalyseerd. Hieruit bleek dat 46% van de leerlingen uit deze groep onvoldoende scoort op de Cito spelling (D/E). Tot slot een auditieve toets bij de 11 spelling zwakke kinderen. Het merendeel van de groep zwakke spellers kan wél het verschil horen tussen lange- en korte klank. Alle toegepaste instrumenten hadden een respons van 100%. Om een antwoord te formuleren op de onderzoeksvraag heb ik de volgende acties uitgevoerd: A. Iedere dag de spellingles starten met een auditieve oefening B. Vast instructie-model volgen tijdens de spellinglessen C. Computer inzetten door middel van educatieve software gericht op spelling D. Zelfstandig door leerlingen in tweetallen uit te voeren auditief dictee E. Zelfstandig door leerlingen te maken werkbladen F. Drama uitvoering van letterzetter en letterrover G. Beloningssysteem De onderdelen A, B, D, F en G hebben positieve invloed gehad op de onderzoeksvraag. Dit onderzoek heeft een positieve bijdrage geleverd aan mijn professionele spellingsdidactiek. Ik ben namelijk in gaan zien hoe complex de spellingregels in elkaar zitten. Anderzijds bevestigt dit onderzoek de trendanalyse die de directie in kaart aan het brengen is om tegenvallende spelling resultaten eerder te onderkennen. 4

5 Inleiding Dit actieonderzoek is gericht op mijn lio klas: 24 kinderen in groep 5 van de Jozefschool in Medemblik, een middelgrote school van 10 groepen van katholieke signatuur gebouwd aan de rand van de stad. Dit jaar gaat de aandacht op de Jozefschool uit naar handelingsplan/één-zorgroute en het rekenonderwijs; de Jozefschool is namelijk net dit schooljaar gestart met een nieuwe rekenmethode. Drie jaar terug was het spellingonderwijs onderwerp van aandacht, toen is op dit vakgebied een nieuwe methode uitgezocht en aangeschaft. Dit actieonderzoek sluit dus niet aan bij de speerpunten van dit moment, maar is meer een vervolg op de aandachtspunten van drie jaar terug. In stap 1 t/m 3 staat de opzet van het onderzoek: van ambitie tot onderzoeksdoel en -deelvragen en het inzetten van de diverse onderzoeksinstrumenten. In stap 4 t/m 6 staat de uitvoering van het onderzoek: het beantwoorden van de deelvragen aan de hand van literatuurstudie, toets analyse en gesprekken om van hieruit een conclusie te trekken en acties te ontwerpen. In stap 7 en 8 staat de uitvoering en de resultaten van de acties, de beantwoording van de onderzoeksvraag om van daaruit te komen tot een aanbeveling. 5

6 STAP 1: Ontwikkelingstaak/ambitie 1.1 Beschrijving van de stageschool Mijn lio-klas, waar ik dit onderzoek op richt, is groep 5 van de Jozefschool in Medemblik. De Jozefschool is een middelgrote school, circa 240 leerlingen, 1 directeur, 1 meewerkend adjunct-directeur, 17 leerkrachten, 2 deeltijd intern begeleiders, 10 klassen waaronder 3 kleutergroepen, en 2 combinatiegroepen. De school heeft een katholieke identiteit: in het onderwijs en in het onderwijsgeven wordt uitgegaan van christelijke waarden en normen. Deze staan centraal in de catecheseprojecten. Er wordt met de kinderen vooral nagedacht over de praktische invulling van zo'n waarde of norm. Onze kinderen leven in de wereld van vandaag en we hopen dat zij in het dagelijkse leven de aangeleerde normen zullen hanteren en de aangeboden belangrijke waarden zullen hooghouden. Er wordt aandacht besteed aan het voorkomen van pesten, discriminatie en racisme en het leren omgaan met elkaar, anderen te waarderen en te respecteren 1. De school werkt met klassen op basis van leeftijdsindeling. Daarbij wordt in de klas rekening gehouden met individuele verschillen. Op basis hiervan wordt een handelingsplan opgesteld, waarvan de ouders op de hoogte worden gesteld. Daarnaast werkt de school met methodes die rekening houden met verschil in aanleg en tempo van het kind. De gegevens (observaties, oudergesprekken en Cito toetsen) worden bijgehouden in het leerlingvolgsysteem. Daarnaast geven ze aan dat ze naast het leren, plezier en een evenwichtig gevoelsleven van de kinderen heel belangrijk vinden. Vetgedrukt staat in de schoolgids: De Jozefschool is een school waar sfeer, zorg voor het individu en geborgenheid centraal staan. Uit het eerste gesprek met adjunct-directrice blijkt dat dit niet alleen mooie woorden zijn voor in de schoolgids, maar dat er ook naar geleefd wordt. Binnen het team zijn in het verleden trainingen gegeven voor de team-building, zodat de collega s onderling ook voor sfeer, zorg en geborgenheid staan. Medemblik is de oudste stad van West-Friesland (stadsrechten uit 1289) maar wel met dorpsallure, aan het mooie IJsselmeer. De bevolking is overwegend autochtoon, slechts 4% van de bevolking is van allochtone afkomst. De meeste wonen in een andere wijk en gaan naar een andere (dichtstbijzijnde) school. Volgens de gegevens van het CBS 2 woonden er per 2010 in totaal 7320 mensen, waarvan 3655 mannen en 3665 vrouwen in Medemblik. 1.2 Mijn ambitie in relatie tot de ambitie van de school De Jozefschool heeft jaarlijks meerdere lio-ers en een pilotgroep op gebied van rekenen en taal. Zij hadden dan ook geen dringende onderzoeksvraag of gebied meer voor mij. De kwestie kwam bij mij te liggen: jij krijgt de vrijheid, ga op zoek naar iets dat onderzoek en 1 Schoolgids 2011 Jozefschool Medemblik 2 6

7 actie nodig heeft, in overleg met de leerkrachten van je lio-groep. Vervolgens heb ik een afspraak gemaakt met mijn duo-collega, Corry de leerkracht van groep 5 op maandag, dinsdag en woensdag. Uit dit gesprek kwamen 2 mogelijke onderwerpen naar voren: - groepsdynamica, sfeer en pedagogisch klimaat of - goede spellers: in de relatief zwakke klas op gebied van spelling, schieten er 2 à 3 boven uit 3 : deze maken hun werk snel en nagenoeg foutloos. Vraag hierbij: wat zouden we deze kinderen nu extra kunnen bieden. De huidige methode biedt weinig ruimte tot differentiatie hierin 4. Voordat ik een beslissing nam ben ik twee dagen in de groep gaan observeren, bij de lessen van Corry. Na deze observatie volgde een gesprek met Corry en mentrix Annegré en besloten we gezamenlijk dat ik mij op de spelling zou richten. Voor het eerste onderwerp, groepsdynamica, is niet gekozen omdat de groepssfeer mij niet negatief overkwam en beide leerkrachten al intensief en gestructureerd werken aan de groepssfeer middels De Vreedzame School. Ik ben in oktober 2011 gestart met de eerste drie stappen gericht op de goede spellers. Na het inleveren van deze stappen en het literatuuronderzoek heb ik het onderzoek laten rusten, om mij op andere schoolse zaken te richten. Uit de Cito resultaten Spelling van januari 2012 bleek dat meer dan de helft van de groep op C-niveau of lager (is onvoldoende) scoort; ook het resultaat van de goede-spellers bleek achteruit gegaan; en 1 hoogbegaafde leerling stroomde door naar groep 6. Als reactie hierop heb ik mijn 1 e onderzoek (gericht op de leerlingen met een voorsprong) stopgezet om mij nu volledig te gaan richten op de groep zwakke spellers. Na overleg bleek dat de school (IB-er, duo-collega en mentrix) hier ten volle achterstaan. Persoonlijk vind ik het goed kunnen spellen een belangrijk onderdeel van het vakkencurriculum op school, omdat het onder andere helpt de communicatie tussen mensen te verbeteren. In de klas geef ik vaak het voorbeeld: stel je wilt schrijven over het behoud van bomen maar je schrijft het woord bommen, dan begrijpt de lezer er niets meer van. Bovendien intrigeert het mij waarom het onderdeel spellen nu zo moeilijk is: ik kan uit mijn eigen jeugd alleen herinneren dat ik het woord trug niet kon onthouden, de rest van de spelling vormde voor mij geen probleem om te leren. Mede hierom vind ik de spellingsdidactiek lastig uit te leggen aan de spelling zwakke leerlingen; ik kan mij niet inleven in hun denkfouten (wat ik met rekenen bijvoorbeeld beter kan). Voor mijn persoonlijke ontwikkeling is het zinvol dat ik mij verdiep in de moeilijkheden van spellingsregels en de kracht van de didactiek, zodat ik mijn eigen praktijk kan verbeteren. Het onderwerp verbeteren van de resultaten van zwakke spellers komt mij voor als een behapbaar onderwerp. Bij mijn vooronderzoek merkte ik dat er in de literatuur ideeën zijn over het aanbieden van de spellingsregels 5, die deels met elkaar overeenkomen en deels afwijken. Ook in de gesprekken met collega s op school merk ik dat het onderwerp leeft. Mijn ambitie is dan ook om te gaan onderzoeken hoe we de zwakkere spellers de spellling regels anders aan kunnen bieden of uit kunnen leggen, zodat deze regels beter worden onthouden en de kinderen ze ook toe kunnen passen in woorden die ze niet expliciet hebben geleerd in de woordpakketten. 3 Attent op talent, van Gerven 4 Methode Taalverhaal spelling 5 Schraven zo leer je kinderen lezen en spellen 7

8 Het resultaat van het onderzoek is in eerste instantie van belang voor de desbetreffende leerlingen en leerkrachten van groep 5. Mocht dit actieonderzoek een duidelijk positief resultaat hebben, dan kunnen de conclusies gedeeld worden met de rest van het team. Voor dit onderzoek werk ik samen met duo-collega Corry, intern begeleidster Sandra en mentrix Annegré. 8

9 STAP 2: Voorlopige onderzoeksvraag 2.1 Conclusies uit voorgaande activiteiten Het spellingprobleem dat ik in de praktijk heb waargenomen speelt zich af op microniveau, namelijk mijn eigen klas, betreft mijn eigen onderwijs en handelen en is vakdidactisch van aard. Op de Jozefschool krijg ik de vrijheid om zelf het spellingprobleem te analyseren en een actieonderzoek te starten. Dit betekent niet dat school niet geïnteresseerd is. Integendeel, ze denken en werken graag met mij mee. De conclusie die ik kan trekken uit het afstemmingsproces om mij te richten op de groep zwakke spellers van groep 5 is deze. - de Jozefschool is geïnteresseerd in de uitkomsten van een onderzoek om de resultaten van Cito spelling te verbeteren; - ik ben geïnteresseerd in de wijze waarop dit mogelijk is; - bovendien wil ik begrijpen wat spelling tot zo n moeilijk vak maakt; - welke mogelijkheden hebben wij als leerkracht tot onze beschikking om de spellingsresultaten te verhogen? Landelijk gezien zijn er op onderwijsgebied geen actuele ontwikkelingen gaande op spellinggebied. Binnen de Jozefschool heeft het spellingonderwijs de aandacht van de regiegroep Taal. Naar aanleiding van de invoering van de nieuwe taal- en spellingmethode twee jaar geleden, houden zij de ontwikkeling van de spellinglessen in de gaten en benadrukken de navolging van de voorgeschreven lessen in de handleiding. In alle groepen wordt dezelfde methode gevolgd, aangevuld met ideeën voortkomend uit overleg momenten tussen leerkracht en IB-er. 2.2 Voorlopig onderzoeksdoel Met mijn onderzoek wil ik een bijdrage leveren aan het oplossen van een praktijkprobleem: tegenvallende spellingsresultaten in de groep. Om het doel goed te kunnen formuleren, omschrijf ik dit aan de hand van 4 richtlijnen. 1: het onderzoeksdoel is gebaseerd op de analyse van het praktijkprobleem In de praktijk heb ik geconstateerd dat ongeveer de helft van de klas lage spellingsresultaten heeft, zowel met de methode-gebonden toetsen als met Cito toetsen. Deze gegevens zijn af te lezen aan de hand van de toets resultaten. Overzicht hiervan opgenomen onder stap 5, tabel : het onderzoeksdoel is voldoende afgebakend en eenduidig geformuleerd Mijn onderzoeksgebied betreft het vakgebied spelling; de leerlingen van mijn lio-klas (groep 5). Wat ik wil bereiken is een lichte verbetering in de spellingsresultaten van de zwakkere spellers (Cito niveau D en E). Verder moet ik er op letten de woorden beter, veel, na verloop van tijd, goed en snel te vermijden. Deze begrippen zijn te vaag om uiteindelijk tot een heldere beantwoording van de onderzoeksvraag te komen. In de formulering neem ik op hoe en wanneer ik de spellingsresultaten ga meten. 9

10 3: het onderzoeksdoel is haalbaar Mijn doel is naar mijn idee haalbaar: bestuderen van de theorie (circa 3 weken); analyseren van de praktijk (ook circa 3 weken); daaruit trek ik conclusies en bedenk ik mijn actie. Of verbetering van de spellingsresultaten op korte termijn (3 weken) al zichtbaar kunnen zijn is echter de vraag. Juist het aanleren van een denkwijze die zelfstandig toegepast kan worden vraagt misschien meer tijd. Mogelijk dat de verbetering in resultaten op Cito niveau pas op lange termijn te zien zijn. Maar dat neemt niet weg dat mijn actie daarom niet nuttig zou zijn: voor dit probleem moet er echt iets gebeuren dat op lange termijn zijn vruchten afwerpt. 4: het onderzoeksdoel is besproken met betrokkenen in de school Ik schreef onder stap 1 al dat ik met een ander onderzoek was gestart. Door tegenvallende Cito resultaten en methode gebonden toetsen heb ik een nieuw voorstel gemaakt. In overleg met de leerkrachten van groep 5 is besloten om dit actieonderzoek te richten op spelling zwakke leerlingen. Per mail heb ik de adjunct-directrice op de hoogte gesteld. 2.3 Voorlopige onderzoeksvraag en deelvragen Aan de hand van bovenstaande probleemstelling en richtlijnen heb ik brainstormend de volgende vragen opgesteld aan de hand van de 5 w s en 1 h: - Waarom zijn de resultaten zo laag - Waarom beklijven de spellingsregels niet - In hoeverre is de huidige manier van lesgeven adequaat voor deze kinderen - Hoe kunnen we de resultaten opkrikken - Wat moeten de kinderen leren of anders doen - Wat moeten de leerkrachten anders doen - Wie moet dit gaan doen - Wanneer moet dit gebeuren in welke lestijd? - Welke kinderen betreft dit: moet de hele klas meedoen of een deel? Vanuit bovenstaande ambitie en probleemstelling wordt mijn voorlopige onderzoeksvraag: Op welke wijze kunnen de leerkrachten van groep 5 van de Jozefschool in Medemblik het spellingsniveau van spelling zwakke leerlingen uit deze groep verbeteren, gemeten aan de hand van Cito toetsen en methode-gebonden toetsen. Om antwoord te geven op deze beschrijvende onderzoeksvraag, moet ik mij richten op de volgende deelvragen: I. Wat zijn de Nederlandse spellingsregels en waar zitten de moeilijkheden? Voor een gedegen inzicht in de Nederlandse spellingsregels bestudeer ik de basis van de regels in de literatuur. Hierdoor kan ik de moeilijkheden van de regels analyseren en daardoor een indeling verkrijgen van de regels, categorieën en de bijbehorende moeilijkheden en valkuilen. Door helder voor ogen te hebben wat de probleemgebieden zijn, kan ik daar in mijn onderwijs op inspelen. 10

11 II. Welke methodiek of instructievorm is er mogelijk om kinderen de spellingregels eigen te laten maken? Om inzicht te krijgen in de mogelijkheden binnen de didactiek om de spellingsregels uit te leggen, bestudeer ik verschillende methodieken/instructievormen. Tevens zal uit deze literatuur blijken bij welke les- en/of spellingsstructuur spelling zwakke kinderen baat hebben. Hieruit analyseer ik wat een methodiek of instructievorm krachtig maakt, zodat vanuit de huidige methode de leerkrachten de spellingsregels effectiever en meer gestructureerd aan kunnen bieden aan de spelling zwakke leerlingen. III. Hoe wordt de spellingsles op de Jozefschool vormgegeven? Door deze deelvraag te beantwoorden breng ik in kaart hoe in de praktijk de spellingstijd wordt besteed. Het is belangrijk om dit overzicht te krijgen zodat ik vanuit de twee voorgaande deelvragen tot een gedegen aanvulling van de praktijk kan komen. IV. Waar liggen de knelpunten? Deze laatste deelvraag geeft een antwoord op de vraag welke kinderen spelling zwak genoemd worden, welke categorieën een probleem vormen zodat de leerkrachten er met het spellingsonderwijs op in kunnen spelen. Tevens kan ik bij deze deelvraag analyseren of de geconstateerde feiten bij de eerste en tweede deelvraag overeenkomen met de praktijk. Deelvraag die ik laat liggen is het analyseren van de trend die gesprekspartners onder deelvraag VI aangeven dat de aangeven spelling resultaten in groep 5 ieder jaar een tegenvallend karakter hebben, afzetten ten opzichte van de landelijke resultaten van Cito spelling. Tevens zou het bezoeken van basisscholen met een hoog Cito rendement op spelling een andere deelvraag kunnen zijn, om te analyseren hoe deze leerkrachten inhoud geven aan het spelling onderwijs. Gezien de omvang van beide deelvragen laat ik deze in dit onderzoek achterwege. Van ambitie naar onderzoeksvraag Mijn ambitie is tweeledig: enerzijds wil ik zelf meer van het spellingsonderwijs weten zodat ik mijn handelen en mijn onderwijs kan verbeteren. Anderzijds zou het mooi zijn als de spellingresultaten van de spellingzwakke leerlingen zouden verbeteren. Door mij te verdiepen in het spellingssysteem, en de daarbij behorende moeilijkheden, voldoe ik aan het eerste deel van mijn ambitie. Ik hoop dat ik heel concreet kan uitzoeken wat de Nederlandse spelling moeilijk maakt. Het daaruit volgende vervolgonderzoek brengt mij bij mogelijkheden om de regels/categorieën anders aan te bieden. Bovendien hoop ik tegen te komen wat een methodiek krachtig maakt. Tot slot onderzoek ik hoe de spellingslessen op school verlopen en welke ideeën de IB-er en leerkracht groep 5 zelf hebben over een verandering in het spellingsonderwijs. Als ik antwoord op deze deelvragen heb, kan ik conclusies trekken om een vervolgactie op touw te zetten en uit te voeren. 11

12 STAP 3: Keuze onderzoeksinstrumenten 3.1 Onderzoeksinstrumenten I. Mijn eerste deelvraag: wat zijn de Nederlandse spellingsregels en waar zitten de moeilijkheden? betreft een zuiver theoretische aanpak. Ik wil namelijk helder uiteenzetten hoe ons spellingssysteem in elkaar zit en waar de moeilijkheden liggen. Ik zal me voor deze deelvraag verdiepen in de theorie en tekstbronnen bestuderen. Ik gebruik hiervoor het studieboek Spelling en Taaldidactiek beide van Huizinga. Tevens vergelijk ik dit met informatie van diverse websites, een proefschrift over spelling en artikelen in het tijdschrift Praxisbulletin. Op deze manier kan ik via literatuur en internet deze deelvraag volledig beantwoorden en maak ik efficiënt gebruik van de theorie die al voorhanden is. Om triangulatie 6 in te bouwen bestudeer ik meerdere tekstbronnen (zie literatuurlijst in bijlage 3). In overleg met expert-docent Nederlands José Smeets heb ik een overzicht van mogelijke literatuur ontvangen, zoals opgenomen in het logboek, bijlage 6. In samenspraak met critical friend Andrea (zie uitleg bij 3.2) heb ik een selectie gemaakt van relevante literatuur voor dit onderzoek. Voordeel van deze start is dat ik een duidelijk referentiekader krijg waarbinnen de spellingsregels zich afspelen, hoe veel het er zijn en waar de moeilijkheden liggen. Ook zal ik aan de hand van deze theorie kunnen zien of de aangegeven moeilijkheden overeenkomen met de spellingsfouten die in mijn lio-klas worden gemaakt. II. De tweede deelvraag betreft de methodiek en wijze van instructie van lesgeven op het gebied van spelling. Uit mijn vooronderzoek bleek dat er verschillende methodieken bestaan die het spellingsonderwijs verdiepen, naast de reguliere spellingsmethode. Dat deze methodieken ontwikkeld zijn, geeft al aan dat meer scholen tegen dit dilemma aanlopen. Ik ga deze deelvraag bestuderen aan de hand van tekstbronnen, voor mij de meest efficiënte wijze aangezien schriftelijke bronnen ten allen tijde te raadplegen zijn. En ook bij deze theoretische verdieping trianguleer ik door meerdere tekstbronnen te bestuderen en zo te toetsen of de bron betrouwbaar is. Bij het onderzoek van deze deelvraag moet ik mij beperken tot een aantal (ongeveer 3) verschillende methodieken, wil het onderzoek inclusief verslag voor mij haalbaar blijven, zowel qua tijdsplanning als de omvang van de te onderzoeken en vast te leggen gegevens. Met dit aantal verwacht ik genoeg informatie te vergaren om de sterke en zwakke punten, overeenkomsten en verschillen tussen de werkwijzen met elkaar te kunnen vergelijken. Bovendien moet ik er op letten dat ik kritisch blijf. De stukken die ik zal lezen zullen overwegend positief opgesteld zijn, omdat iedereen zijn eigen methodiek aanprijst. Daarom wil ik ook kijken naar onderzoeksresultaten, dit zal ik ook opnemen in mijn verslag. In mijn achterhoofd moet ik ook onthouden of de methodiek op korte termijn uit te voeren is. De tekstbronnen die ik voor beide deelvragen raadpleeg zijn: - grijze literatuur - artikelen uit tijdschriften - informatie via internet 6 Uitleg triangulatie staat onder kopje

13 - les- en leerling materiaal op school Bij alles wat ik tegenkom controleer ik waar de bron gepubliceerd is, of de informatie getoetst is, welke schrijver het heeft geschreven, vanuit welke organisatie het is geschreven en of de informatie getoetst is. Groot voordeel van het bestuderen van tekstbronnen is dat ik dit in mijn eigen tijd kan doen en niet afhankelijk ben van de beschikbaarheid van andere mensen. Nadeel is echter dat ik wel afhankelijk ben van de betrouwbaarheid van de bron; daarom moet ik bij iedere tekst de bron checken. III. Derde deelvraag betreft de praktijk op de Jozefschool: hoe wordt aan de spellingsles vormgegeven. Ik zet uiteen hoe volgens de methode de spellingslessen gegeven moeten worden. Door de handleiding te bestuderen pas ik het instrument documentanalyse toe. Vervolgens check ik onder deelvraag VI bij de leerkracht of deze werkwijze wordt gevolgd. Voordeel van deze werkwijze is wederom dat ik het op mijn eigen tijd kan uitvoeren, samenvatten en op schrift kan stellen. Ander bijkomend feit is dat de handleiding voor handen is. IV. Om een antwoord te kunnen formuleren op de vierde deelvraag waar zitten de knelpunten onderneem ik het volgende: - Ik wil de mening en ideeën horen van de IB-er en duo-collega van groep 5. Toe te passen instrument zal noch als interview noch als focusgesprek te typeren zijn. Ik hanteer geen vaste vragen voor de structuur waardoor het geen interview-karakter heeft. Het gesprek heeft kenmerken van een focusgesprek, alleen zonder dat er meerdere mensen bij aanwezig zullen zijn. Daarom noem ik het toegepaste instrument een open gesprek met focus op een item. Ik bevraag beide collega s naar hun eigen gedrag en hun waarneming op de praktijk. Ik ga dit individueel mondeling afnemen, na goedkeuring neem ik de gesprekken op. Door de open structuur van het gesprek hoop ik inzicht te krijgen in de problematiek en in de beelden/ideeën die zij hebben bij de didactische methode voor spelling en de voorkomende problemen. Bij dit onderzoeksinstrument moet ik met het volgende rekening houden: het is een arbeidsintensief instrument de respondent moet tijd voor mij vrij maken de informatie is gekleurd door de persoonlijke mening na afloop van het gesprek moet ik de bandopname terugluisteren, uitwerken en ter goedkeuring aan gesprekspartner voorleggen. Voordeel is dat ik in korte tijd veel data kan vergaren; de betrokkenheid bij mijn onderzoek vergroot; dat deskundigen uit de praktijk mij ideeën aan kunnen dragen; tijdens het gesprek kan ik de vragen nog aanpassen. Om het probleem vanuit verschillende praktijkperspectieven te kunnen bekijken, voer ik gesprekken met meerdere personen. Aangelegenheden die in de gesprekken ter sprake komen maar niet ter zake doen, laat ik buiten beschouwing. Aangezien ik deze gesprekken plan in maart is het voor mij haalbaar om de gesprekken uit te werken en de informatie te kunnen gebruiken in mijn conclusie en in de te bedenken acties. - Analyseren van Cito spelling toets resultaten. Dit is een vorm van het instrument bevragen. Hierdoor kan ik nagaan welke vaardigheden de kinderen (respondenten) al 13

14 beheersen. Voordeel van het inzetten van dit onderzoeksinstrument is dat ik in kaart kan brengen welke spellingscategorieën de kinderen nog niet beheersen. Deze gegevens zijn op school voorhanden, daardoor hoef ik ze alleen te verzamelen, in kaart te brengen en te analyseren. Ander bijkomend voordeel is dat de leerlingen geen extra toets hoeven te maken. - Een auditieve test afnemen bij de kinderen om te onderzoeken of zij de termen korte- en lange klank beheersen en toe kunnen passen op gesproken woorden. Ook dit is het instrument bevragen. Ik ga deze toets individueel, mondeling en in een aparte ruimte afnemen, zodat ik kan zien hoe vlot en zeker het kind reageert. Daarbij komt dat ik inmiddels de ervaring heb dat niet alle respondenten een schriftelijke taalopdracht efficiënt en serieus maken. Dit zou een vertekend beeld geven. Voordeel van deze werkwijze is dat ik een hele gerichte toets kan maken zodat ik in 1 keer het juiste inzicht in de gewenste gegevens heb. Nadeel is dat de kinderen een extra toets moeten maken, ik van tevoren niet weet of alle respondenten aanwezig zijn, er tijd en ruimte beschikbaar moet zijn op het moment dat ik de toets wil afnemen. Ik zal bij mijn onderzoek en te ontwerpen actie rekening moeten houden met het feit dat de actie binnen de bestaande spellingstijd moet plaatsvinden. Deelvragen die betrekking hebben op individueel spellingsonderwijs of les in kleine groepjes behoort niet tot de mogelijkheden, dit zal ik dus moeten laten liggen. 3.2 Richtlijnen voor validiteit, betrouwbaarheid en haalbaarheid Goed onderzoek voldoet aan twee spelregels: validiteit en betrouwbaarheid. Om deze twee regels te verhogen/vergroten, hanteer ik een aantal richtlijnen. Hieronder de richtlijnen zoals ik die aan zal houden voor validiteit en betrouwbaarheid. Richtlijn triangulatie Triangulatie is een wiskundig begrip en wordt ook wel driehoeksmeting genoemd. Hierbij worden er meer metingen verricht vanuit verschillende invalshoeken. De oorsprong van het begrip stamt uit 1533 waarbij onderzoekers er vanuit gingen dat de exacte positie van een specifiek punt berekend kon worden door de afstand vanuit twee verschillende gezichtspunten te bepalen. In het kader van dit onderzoek is de gedachte achter triangulatie dat je een betrouwbaarder en rijker beeld krijgt van de praktijk als je gebruikmaakt van data uit verschillende bronnen en zaken vanuit verschillende invalshoeken bekijkt. Om de validiteit en betrouwbaarheid van het onderzoek te vergroten is het goed om triangulatie toe te passen. Nu zijn er 3 vormen van triangulatie, namelijk op basis van bronnen, methode en onderzoekers. In mijn onderzoek ga ik toepassen: - Brontriangulatie: ik ga verschillende theoretische bronnen naast elkaar leggen en vergelijken - Methodische triangulatie: ik ga bij mijn onderzoek niet uit van 1 toetsmoment, maar leg de resultaten van verschillende tijdstippen naast elkaar Ik ga verschillende mensen interviewen over hetzelfde onderwerp, zodat ik uit meerdere bronnen kan putten en de inhoud van de gesprekken met elkaar van vergelijken. 14

15 Richtlijn communicatie Om de validiteit en betrouwbaarheid te verhogen heb ik meerdere critical friends, waarmee ik de voortgang regelmatig zal bespreken, mijn acties tegen het licht hou en waarmee ik reflecteer. Ik noem hierin Ietsen Bakker, mijn doortastende echtgenoot, en Andrea Bakker, gespecialiseerd groepsleerkracht afgestudeerd op leesmoeilijkheden in groep 4. Richtlijn Transparantie Om het onderzoeksproces zo helder mogelijk te beschrijven en inzichtelijk voor anderen te maken, zal ik een logboek bij houden (opgenomen in de bijlage nummer 6). Hierin hou ik bij welke stappen, interventies en reflecties ik doe. Ik doe dit om voor anderen inzichtelijk te maken welke stappen ik zet en welke keuzes ik maak. Richtlijn Theorie Ik zal mijn onderzoek starten met een literatuuronderzoek. De bestaande kennis en inzichten zal ik in mijn onderzoek afzetten tegen mijn eigen onderzoeksbevindingen. Deze theorie gebruik ik als referentiekader waarlangs ik het verdere onderzoek afzet. De tijdsplanning: deelvragen onderzoeksactiviteit februari maart 1 Deelvraag 1: Wat: literatuuronderzoek Wie: ondergetekende 2 Deelvraag 2: Wat: literatuuronderzoek Wie: ondergetekende 3 Deelvraag 3: Wat: documenten-analyse Wie: ondergetekende 4 Deelvraag 4: Wat: toetsresultaten-onderzoek Wie: ondergetekende 5 Deelvraag 4: Wat: bevragen ib Wie: ib en ondergetekende 6 Deelvraag 4: Wat: bevragen leerkracht gr 5 Wie: leerkracht groep 5 en ondergetekende 7 Deelvraag 4: Wat: auditieve toets afnemen Wie: ondergetekende x x x x X X x x x 15

16 STAP 4: Informatie verzamelen 4.1. Theoretisch onderzoek Deelvraag I: wat zijn de Nederlandse spellingsregels en waar zitten de moeilijkheden? Om tot een conclusie te komen hoe het spellingsniveau te verhogen is, moet ik me eerst verdiepen in de spellingsmethodiek: hoe is onze spelling opgebouwd? Alfabetisch spellingssysteem In de Nederlandse taal wordt gebruik gemaakt van een alfabetisch spellingssysteem. Dit betekent dat spraakklanken (fonemen) corresponderen met letters (grafemen). Voordeel hiervan is dat je maar 26 letters hoeft te leren en geen zoals in het Chinees. Huizinga (2009) noemt de volgende moeilijkheden die bij het alfabetisch schriftsysteem om de hoek komen kijken. 1. De combinatie van fonemen en grafemen is een abstracte bezigheid: luisteren is niet genoeg. Je kan lang niet alle woorden schrijven zoals je ze hoort, denk maar aan beer bir en deur dur. 2. Ons alfabet heeft niet voldoende tekens om ieder zijn eigen klank te hebben. Oplossing hiervoor is de combinatie van grafemen: ng, nk, ui, oe, enz. Andere kant van deze medaille is dat ons alfabet ook tekens bevat die door meerdere klanken kunnen worden weergegeven: c door see en kaa. 3. Koppeling tussen foneem en grafeem is niet eenduidig. Een paar voorbeelden: aap en apen, beide uitgesproken als aa. De foneem (klank) u kan door maar liefst 5 grafemen weergegeven worden: put, een, de, lelijk, aardig en gelukkig. Deze 3 zaken maken het voor veel kinderen lastig om de koppeling tussen foneem en grafeem onder de knie te krijgen. Hoofdregels van de spelling De hoofdregels van de Nederlandse spelling zijn in te delen in het fonologisch, morfologisch, etymologisch en syllabisch principe. Fonologisch principe Kinderen in groep 3 die starten met spellen, beginnen met het basisprincipe van onze taal: het fonologische principe (klank). Dit houdt in dat elk foneem door een apart grafeem wordt weergegeven (standaarduitspraak) en omgekeerd dat elk grafeem maar voor één hetzelfde foneem mag staan. Woorden volgens dit fonologisch principe zijn klankzuiver (maan, roos, vis). Uitzonderingen op deze regel hebben vaak te maken met andere spellingregels, zoals dat we paard met een d schrijven omdat je paarden ook met een d schrijft. Morfologisch principe Gaan we niet uit van de klank maar van de vorm van een woord, dan spreken we van het morfologisch principe (beginsel van de vormovereenkomst). Morfemen zijn kleine, betekenisdragende elementen uit een woord. Er is een onderscheid tussen vrije morfemen: morfemen die als woord voorkomen, zoals hoofd en doek en gebonden morfemen, 16

17 bijvoorbeeld voorvoegsels als be-(geleiden) en ver-(dienen) en achtervoegsels als (veilig)heid en (geweld)ig. Het morfologisch principe is op te splitsen in twee regels: 1. de regel van gelijkvormigheid. Dit houdt in dat woorden, voor- en achtervoegsels steeds op dezelfde manier worden geschreven, bijvoorbeeld: werkzaam schrijf je met een z, net als gehoorzaam en spraakzaam. Uitzondering op deze regel is dat een woord nooit eindigt op een v of z (huis, lief). 2. de regel van overeenkomst. Dit betekent dat de opbouw van een woord duidelijk wordt. Als woorden op dezelfde manier worden gevormd, worden ze ook op dezelfde manier geschreven. Denk aan: grootte is net zo opgebouwd als lengte, hij vindt net zo als hij werkt. Ook deze regel wordt niet consequent toegepast: we zeggen hij loopt, maar niet hij schiett. De regels van gelijkvormigheid en overeenkomst zijn bij het leren spellen voor kinderen een probleem. Bij het fonologisch principe leerden kinderen eerst om op hun gehoor af te aan, nu moeten ze dat in bepaalde gevallen weer loslaten en een regel toepassen. Syllabisch principe Dit principe gaat uit van klankstukken, dit is wat anders dan lettergrepen of morfemen. Een syllabe hoeft geen betekenis te hebben, tenzij het samenvalt met een morfeem. Voorbeeld van het woord bakker : syllabisch ba-kker, in lettergrepen bak-ker. Binnen dit syllabisch principe spelen twee regels: - de regel voor verenkeling: eindigt een klankstuk op een lange klank (aa, ee, oo) dan schrijven we maar één letter: ramen, komen, leren. - de regel van verdubbeling: hiervan is sprake wanneer het klankstuk eindigt op een korte klank wordt de medeklinker die daarop volgt verdubbeld: koffer. En regels zijn geen regels als er geen uitzonderingen op zijn: de ee aan het eind van een woord, wordt wel als dubbel teken gespeld: zee, mee. Net als bij de regels van het morfologisch principe zijn de regels van het syllabisch principe moeilijk voor kinderen. Als zij volgens het klankprincipe blijven spellen, dus op gehoor, maken ze fouten als kofer en raamen. Om dit soort woorden goed te spellen, moeten ze abstracte handelingen verrichten: een woord verdelen in klankstukken, spraakklanken herkennen (korte en lange klinker) en regels toepassen. Fouten volgens het syllabisch principe staan in de toptien van de spelfouten. Etymologisch principe Laatste spellingsprincipe is die van de etymologie, dat betekent dat de herkomst van een woord bepalend is voor de schrijfwijze. Alle leenwoorden vallen onder dit principe. Voor kinderen zijn deze woorden lastig omdat het niet te beredeneren of in regels te vatten is hoe de schrijfwijze is. Dit worden ook wel weet-woorden genoemd. Te denken valt aan woorden als rauw en rouw en wei en wij. Strategie van de spelling Strategie is de manier die een kind toepast om tot de juiste spelling van een woord te komen. Daarbij maakt Huizinga een splitsing in: A. een directe spellingsstrategie, waarbij het spellen zo geautomatiseerd is dat er nauwelijks meer nagedacht hoeft te worden over regeltjes. 17

18 B. indirecte spellingsstrategie wanneer een kind bepaalde denkhandeling moet toepassen om tot de juiste schrijfwijze van een woord te komen. Er zijn vijf indirecte spellingstrategieën: 1. de fonologische strategie, 2. de woordbeeldstrategie, 3. de regelstrategie, 4. de analogiestrategie en 5. de hulpstrategie. B.1 Fonologische strategie Bij deze strategie splits het kind een woord op in klankgroepen en schrijft de daarbij behorende letters. Dit wordt ook wel auditieve spellingstrategie genoemd. Als kinderen in groep 3 kennis maken met spellen, worden de woorden volgens de elementaire spellingstrategie aangeleerd, vaak tegelijkertijd met de elementaire leeshandeling. Tezamen wordt dit de klankzuivere periode genoemd. Het vervolg op de elementaire spellingshandeling is de klankclusterstrategie. Te denken valt hierbij aan woorden met aai, ooi, oor, nk, enz. Deze klankclusterstrategie is lastiger dan de voorgaande, omdat kinderen niet meer alleen op hun gehoor kunnen afgaan, maar ook de klankgroepen moeten onthouden en toepassen. B.2 Woordbeeldstrategie Bij deze strategie doen we een beroep op ons woordgeheugen. Huizinga schrijft dat in de praktijk blijkt dat kinderen vrij snel gebruikmaken van de woordbeeldstrategie: als ze een woord een paar maal geschreven hebben volgens de elementaire spellinghandeling ze al overschakelen op woordbeeldstrategie. Zwakke spellers echter lukt dit vaak niet: zij hebben grote moeite met het opslaan en weer oproepen van verschillende woordbeelden. B.3 Regelstrategie Past een kind bij het schrijven van een woord een spellingregel toe, dan maakt hij gebruik van de regelstrategie. Deze strategie is voor kinderen lastig omdat er veel verschillende spellingsregels onder vallen. Een kind moet eerst weten onder welke regel het woord valt en daarna moet hij de regel goed toepassen. En ook op deze regel zijn uitzonderingen die apart geleerd moeten worden. B.4 Analogiestrategie Bij de analogie wordt één woord met een ander woord vergeleken. De analogie tussen de woorden is zelfontdekt. Om dit toe te kunnen passen, moet er voldoende kennis van de spelling aanwezig zijn. Voorbeeld van deze strategie is bo-men dus ook dro-men. Ander voorbeeld is ver-trouw-elijk en trouw-en. De strategie is alleen bruikbaar als je de juiste vergelijking maakt. Moeilijkheid voor zwakke spellers is dat zij moeite hebben met het ontdekken van regels tussen verschillende woorden en daarbij moet de vergelijking wel goed zijn (band, kant, strand). B.5 Hulpstrategie Veel mensen maken bij het spellen gebruik van een zelfbedacht geheugensteuntje of regel. In dat geval noemen we dit een hulpstrategie. Deze kan heel persoonlijk zijn maar ook aangeleerd (aan het eind van een woord kan nooit een v of z staan of als een woord in het au-verhaal staat, schrijf je het met au). 18

19 Verbinding theorie en praktijk deelvraag I Ik ben mijn onderzoek gestart door het hele spellingsprincipe van onze Nederlandse taal in een notendop uiteen te zetten, zodat ik duidelijk voor ogen heb waar de moeilijkheden voor de kinderen liggen. Op dit moment zijn we in groep 5 vooral bezig met de verenkelings- en de verdubbelingsregel (koffer en ramen) en ik zie inderdaad dat daar heel veel fouten in worden gemaakt die zeer hardnekkig zijn. Deze theorie bevestigt de praktijk in mijn klas. Deelvraag II: welke methodiek is er naast de reguliere methode mogelijk om kinderen de spellingsregels eigen te maken. Op mijn zoektocht naar manieren om kinderen de spellingsregels te leren sprongen drie werkwijzen er voor mij uit, namelijk Zo leer je kinderen lezen en spellen van J. Schraven, F&L-methodiek: Taal in blokjes van Stichting Taalhulp en het IGDI-model. In de volgende paragraaf zet ik de drie werkwijzen in grote lijnen uiteen. Wat belangrijk is om vooraf te weten is dat deze methodiek naast de eigen methode voor spelling wordt gebruikt en dus niet de huidige methode vervangt. Zo leer je kinderen lezen en spellen van José Schraven In de jaren negentig ontwikkelde José Schraven de methodiek voor technisch lezen en spellen Zo leer je kinderen lezen en spellen. Zij vond dat in bestaande methodes de essentie van het lees- en spellingonderwijs verloren gaat. Zo leer je kinderen lezen en spellen is een preventieve instructie methodiek, die vooral materiaal voor de leerkracht bevat. De leerkracht heeft in deze methodiek een cruciale rol: hij/zij moet alle letters/klanken zo gestructureerd aanbieden dat het niet als een rommeltje in het hoofd van de kinderen komt. De methodiek wordt opgeknipt in twee delen: de klankzuivere en niet-klankzuivere periode. De structuur wordt bereikt doordat de te leren woorden ingedeeld zijn in 33 categorieën: door het kunnen koppelen van een woord aan de categorie worden fouten voorkomen. De leerkracht doet voor, biedt een denkkader aan en neemt de kinderen bij de hand wanneer ze het zelf gaan doen zodat het spellen een succeservaring wordt. Het hardop herhalen van de categorie, regel, klankcluster, klankvoet en klankteen 7 is essentieel. Tijdens de instructie moeten de kinderen goed naar de leerkracht kijken, daarom zitten ze frontaal naar de leerkracht toe zodat er zo min mogelijk ruis kan ontstaan. Het is heel belangrijk de instructie zó over te geven zodat kinderen niet falen. Bij deze methodiek wordt er iedere dag een auditief dictee afgenomen. In de klankzuivere periode worden hak-stroken in verschillende kleuren gebruikt. Bovendien hoort bij iedere klank een gebaar. In de niet-klankzuivere periode worden bij alle klankclusters termen en gebaren geleerd, bijvoorbeeld ooi = 3tekenklank. Daarbij verwoorden de kinderen deze regel hardop. Daarnaast wordt er geoefend in klankvoeten en klanktenen. De reacties op deze methodiek die ik op internet heb gelezen zijn zeer positief. Het is een methodiek die schoolbreed wordt ingezet en die zich richt op de groep zwakke spellers (niet specifiek op dyslectische kinderen). Op scholen waar deze methodiek wordt gebruikt, is de uitval minimaal en het aantal D/E op cito-niveau een stuk lager. Belangrijk is dat het 7 De termen klankvoet en teen zijn specifiek voor deze methodiek 19

20 oefening van de leerkracht vereist om de methodiek efficiënt in te kunnen zetten. Bovendien moet de structuur door alle groepen heen doorlopen. Zo leer je kinderen lezen en spellen in de praktijk Wat mij in deze methodiek aanspreekt is vooral de duidelijke structuur en het dagelijks inoefenen van de regels en deze hardop verwoorden ( drillen ) met vaste bewoordingen. Dat maakt deze methodiek efficiënt. In beperkte mate heeft de huidige methode overeenkomsten met deze methodiek. Namelijk het stroomschema (zie hieronder onder 4.2: praktisch gedeelte van het onderzoek) moet het stappenplan verwoorden wat deze methodiek zo krachtig maakt. F&L-methode: Taal in blokjes van Stichting Taalhulp F&L staat voor fonologisch en leerpsychologische methode en is in 1978 ontwikkeld door T. Boumans voor Stichting Taalhulp. Het is een cognitieve multi-sensoreele methode voor technisch lezen en spellen. Spel -zwakke kinderen, eventueel met dyslectiesche kenmerken, zijn auditief wat zwakker, maar visueel juist sterker. Het probleem voor deze kinderen ligt bij het automatiseren van klank-teken-koppeling. Daarom gaat deze methodiek uit van de klanken van de taal en maakt veelvuldig gebruik van auditieve, visuele en tactiele bezigheden: kinderen zijn veel handelend bezig met deze methodiek. Door de verschillende soorten klanken een kleur te geven, en door het gebruik van regelsymbolen wordt de klank- en regelstructuur van het taalsysteem letterlijk zichtbaar gemaakt. Visualisatie staat centraal bij alle werkvormen. De spelling- en leesregels (bijvoorbeeld het verschil in spelling en uitspraak van ramen of rammen) worden aangeleerd door middel van reeksen van klinker-medeklinker structuren. Volgens de website van taalinblokjes is deze methodiek effectief voor zowel leerlingen met lichte lees- en spellingsproblemen, als voor dyslectische kinderen. In 2007 heeft Universiteit van Utrecht een onderzoek uitgevoerd naar het effect van deze methodiek. Hieruit komt naar voren dat de technische lees- en de spellingprestaties van leerlingen met een achterstand van een tot twee jaar, na de behandeling met de F&Lmethode significant verbeterd zijn. Daarbij moet opgemerkt worden dat het effect van de behandeling groter is voor het lezen van teksten dan voor het lezen van woorden. Verder kwam uit het onderzoek naar voren dat kinderen tijdens de looptijd van het onderzoek de achterstand ten opzichte van leeftijdsgenoten in konden halen. Met andere woorden: de kloof tussen de zwakke lezers en de leeftijdgenoten wordt gedicht. Oudere leerlingen halen gemiddeld vaker hun achterstand in dan jongere leerlingen. Ook de inzet en medewerking in de thuis- en schoolsituatie blijken samen te hangen met het succes van de behandeling voor lezen en spellen. Bovendien halen leerlingen met een hoger aanvangsniveau gemiddeld vaker hun achterstand in op het lezen van woorden. 20

21 Taal in blokjes in de praktijk Ik heb mij in deze methodiek verdiept omdat twee leerlingen uit mijn groep op deze wijze extra les krijgen in de logopediepraktijk van Medemblik (buiten schooltijd). Wat mij bij deze werkwijze aanspreekt is dat het voornamelijk een auditieve visuele oefening is. Er komt geen motorische handeling in de vorm van schrijven bij kijken. Ik kan me voorstellen dat deze andere denkwijze van spellen voor sommige kinderen effectief kan werken. Ook heeft deze methodiek veel hulpmiddelen in de zin van: markeerstiften, nakijkpennen, computerprogramma. De wijze waarop de spellingslessen nu vorm krijgen hebben geen overeenkomst met deze compleet andere werkstijl, zowel in de klas als buiten de klas. De ib-er heeft een doos met blokjes in haar kamer liggen, die op dit moment niet worden gebruikt. IGDI De letters IGDI staan voor Interactief gedifferentieerd model voor directe instructie en is een leerkracht-sturend model. Het is niet specifiek voor spellingsonderwijs. Het wordt toegepast op momenten waarop de leerkracht strategieën aanleert. Specifieke kenmerken zijn dat de voorkennis van de leerlingen geactiveerd worden, de leerkracht interactief met de leerlingen bezig is en hen bedient vanuit hun instructie behoefte. Vaak wordt er gewerkt met 3 instructieniveaus, te weten leerlingen die na een korte instructie direct aan de slag kunnen, leerlingen die verlengde instructie nodig hebben en leerlingen die stap voor stap begeleid het werk maken. Modelleren is belangrijk: zelf het voorbeeld geven van de denkstappen/hardop denken. IGDI in de praktijk De reden waarom ik dit instructie-model in dit onderzoek heb opgenomen is dat hieruit blijkt dat de leerkracht een cruciale rol heeft in kennisoverdracht. Dit bevestigt het belang van de leerkracht zoals die in de methodiek zo leer je kinderen lezen en spellen wordt geschetst. De overeenkomsten met de huidige praktijk is dat er in ons spellingsonderwijs eerst een klassikaal instructiemoment is, waarop vervolgens de kinderen zelfstandig aan de slag gaan of verlengde instructie krijgen. Als ik naar mijn eigen spellingslessen kijk in vergelijking met dit instructiemodel, dan kan mijn instructie efficiënter en krachtiger worden opgebouwd. 21

22 4.2. Praktisch onderzoek Deelvraag III: hoe wordt aan het spellingsonderwijs op de Jozefschool vormgegeven De huidige methode Taalverhaal spelling De Jozefschool werkt voor spelling met de methode Taalverhaal spelling. De methode is opgebouwd in 40 woordpakketten per jaar. Groep 5 start met herhaling en uitbreiding van de woordcategorieën die de leerlingen in groep 4 hebben leren kennen en daarna wordt het aanbod uitgebreid. De spellingsdoelen zijn tweeledig: receptief en productief. Receptief wil zeggen dat leerlingen op het gehoor bijvoorbeeld lange/korte klanken of samenstellingen moeten kunnen herkennen. Productief is het kunnen. De methode gaat uit van 4 maal 20 minuten spellingsles per week; de eerste drie worden in het werkschrift gemaakt, de vierde is herhaling of verdieping. Volgens de handleiding overstijgt de lesstof de Cito toetsen; dit betekent dat de leerlingen woorden krijgen voorgelegd met een spellingsprobleem dat ze al hebben geoefend. Van de 40 woordpakketten worden alleen de oneven pakketten expliciet aangeboden, de even woordpakketten hebben dezelfde moeilijkheidsgraad en worden zelfstandig samengesteld en gemaakt. Moeilijkheidsgraad ten opzichte van de spelling in groep 4: binnen één woord moeten meerdere strategieën worden toegepast; woorden worden langer (meer dan 2 lettergrepen). Nieuw in groep 5: - de i/y waar je ie hoort; - correct toepassen van de s/z/v; - verkleinwoorden met etje, kje y tje, aatje, ootje, uutje; - achtervoegsels als heid, ig, elijk, achtig, ste. Toetsing: in de methode worden 3 toets soorten gehanteerd, namelijk het signalerings-, controle- en voortgangsdictee. Ieder blok wordt afgesloten met een controledictee: hierin worden de woorden van het woordpakket getoetst. In het signaleringsdictee worden woorden uit de voorgaande pakketten gevraagd. Beide dictees worden door de leerkracht nagekeken en worden afgenomen in een betekenisvol verhaaltje. Derde toets is het voortgangsdictee en dit is een methode-onafhankelijke toets (net zoals Cito methode-onafhankelijk is). Deze toets vorm komt maar 2x per jaar voor en bestaat, net als Cito, uit losse zinnen. Doel van deze toets is om te controleren of de kinderen de spellingsregels toe kunnen passen op woorden die ze niet expliciet in de woordpakketten hebben gehad. Bijvoorbeeld: hebben ze in het woordpakket ramen en rammen geleerd, krijgen ze in de onafhankelijke toets haken en hakken. Verder werkt de methode met 4 pictogrammen, deze staan in de onderste stap van het stroomschema (dit schema is opgenomen in bijlage 4.A). Deze pictogrammen hangen in de klas goed zichtbaar op het bord. De zwakke spellers hebben een spellingspiekkaart in hun la (voorbeeld hiervan opgenomen in bijlage 4.B) en achterin het werkschrift staat een duidelijk stroomschema die er in de les regelmatig bij gepakt wordt om de denkstappen te stroomlijnen. 22

Taaljournaal, tweede versie

Taaljournaal, tweede versie SPELLING Taaljournaal, tweede versie Praktische handvatten voor het taallees- en rekenonderwijs en opbrengstgericht werken zoals deze methode zijn te vinden op www.taalpilots.nl, www.rekenpilots.nl en

Nadere informatie

kt! 2 Leren lezen en spellen, een aanpak periode in groep 3 en de hogere

kt! 2 Leren lezen en spellen, een aanpak periode in groep 3 en de hogere Leren lezen en spellen, een aanpak kt! 2 In het vorige artikel- Instructie werkt! (r), opgenomen in Praxis~ bulletin, nummer 7 - zijn een " aantal algemene tips beschreven én speciale tips voor de klankzuiuere

Nadere informatie

Het belangrijkste doel van de studie in hoofdstuk 3 was om onafhankelijke effecten van visuele preview en spellinguitspraak op het leren spellen van

Het belangrijkste doel van de studie in hoofdstuk 3 was om onafhankelijke effecten van visuele preview en spellinguitspraak op het leren spellen van Samenvatting Het is niet eenvoudig om te leren spellen. Om een woord te kunnen spellen moet een ingewikkeld proces worden doorlopen. Als een kind een bepaald woord nooit eerder gelezen of gespeld heeft,

Nadere informatie

Klassikale opstelling:

Klassikale opstelling: Klassikale opstelling: We maken gebruik van een flexibele opstelling. De kinderen zitten bij de leervakken: taal, lezen, spelling en rekenen allemaal frontaal. Hierdoor kan de leerkracht snel monitoren

Nadere informatie

ESSAY. Wat is het onderscheidende van de methodiek Zo leer je kinderen lezen en spellen van José Schraven?

ESSAY. Wat is het onderscheidende van de methodiek Zo leer je kinderen lezen en spellen van José Schraven? ESSAY Wat is het onderscheidende van de methodiek Zo leer je kinderen lezen en spellen van José Schraven? Marjon Woudstra, verkorte deeltijdopleiding 1 e jaar, 1043090 17 november 2010 Woord vooraf In

Nadere informatie

Format groepsplan. HOE bied ik dit aan? -instructie -leeromgeving AANPAK METHODIEK. Automatiseren Modelen. Automatiseren Modelen Begeleid inoefenen

Format groepsplan. HOE bied ik dit aan? -instructie -leeromgeving AANPAK METHODIEK. Automatiseren Modelen. Automatiseren Modelen Begeleid inoefenen Format groepsplan Groep namen WAT wil ik bereiken? WAT bied ik aan om dit doel te bereiken? HOE bied ik dit aan? -instructie -leeromgeving HOEveel tijd? Zelfstandig of met de leerkracht? HOE volg ik de

Nadere informatie

Na de herhaling volgt het aanbieden van een nieuwe letter. De nieuwe letter staat in de taalles centraal.

Na de herhaling volgt het aanbieden van een nieuwe letter. De nieuwe letter staat in de taalles centraal. Zo leren kinderen lezen en spellen Op onze school werken we met de lees- en spellingsmethodiek Zo leren kinderen lezen en spellen van José Schraven (ZLKLS). Een methodiek kan worden toegepast bij iedere

Nadere informatie

Taal actief (oud, versie 2) - Woordspel

Taal actief (oud, versie 2) - Woordspel SPELLING Taal actief (oud, versie 2) - Woordspel Praktische handvatten voor het taallees- en rekenonderwijs en opbrengstgericht werken zoals deze methode zijn te vinden op www.taalpilots.nl, www.rekenpilots.nl

Nadere informatie

Opbrengstgericht werken en spelling

Opbrengstgericht werken en spelling WORKSHOP Opbrengstgericht werken en spelling Programma en doelen Is spelling moeilijk? Het waarom en wat Effectief spellingonderwijs Spellingbewustzijn Tips Afsluiting. Schema spellingsproces Gesproken

Nadere informatie

Nationaal congres Taal en Lezen. 15 oktober 2015 Effectief spellingonderwijs WWW.CPS.NL

Nationaal congres Taal en Lezen. 15 oktober 2015 Effectief spellingonderwijs WWW.CPS.NL Nationaal congres Taal en Lezen 15 oktober 2015 Effectief spellingonderwijs WWW.CPS.NL Contactgegevens Tseard Veenstra t.veenstra@cps.nl 06 55168626 Is spellingonderwijs nog relevant als we met behulp

Nadere informatie

Draaiboek voor de begeleiding van leerlingen met DYSORTHOGRAFIE of SPELLINGSproblemen en dyslexie (schrijven)

Draaiboek voor de begeleiding van leerlingen met DYSORTHOGRAFIE of SPELLINGSproblemen en dyslexie (schrijven) Draaiboek voor de begeleiding van leerlingen met DYSORTHOGRAFIE of SPELLINGSproblemen en dyslexie (schrijven) Naam leerling: Klas:.. Wat is het? DYSORTHOGRAFIE Moeizame automatisatie aan de klank-tekenkoppeling.

Nadere informatie

Richtlijn Het Activerende Directe Instructie Model

Richtlijn Het Activerende Directe Instructie Model Richtlijn Het Activerende Directe Instructie Model Omschrijving Verwijzing naar Doelgroep Opsteller Intern document die uitleg geeft over het activerende directe instructiemodel. Vaardigheidsmeter Betrokken

Nadere informatie

Optimaal zicht op spelling

Optimaal zicht op spelling Cito Spelling LVS Team Werken met de LVS-toetsen en hulpboeken Optimaal zicht op spelling Kim heeft midden groep 5 bij de LVS-toets Spelling een vaardigheidsscore gehaald van 122. Haar leerkracht weet

Nadere informatie

Spellen op de Kandelaar. Foto klankgebaren groep 3 Foto letterbord Foto papier klankvoeten

Spellen op de Kandelaar. Foto klankgebaren groep 3 Foto letterbord Foto papier klankvoeten Spellen op de Kandelaar Waarschijnlijk heeft u thuis de woorden klankvoet en hoormannetje wel eens voorbij horen komen. Deze begrippen komen uit de instructiemethodiek: Zo Leer je Kinderen Lezen en Spellen

Nadere informatie

Tien eenheden per jaar, voor dertig weken spellingonderwijs (exclusief

Tien eenheden per jaar, voor dertig weken spellingonderwijs (exclusief SPELLING Zin in taal (oude versie) Praktische handvatten voor het taallees- en rekenonderwijs en opbrengstgericht werken zoals deze methode zijn te vinden op www.taalpilots.nl, www.rekenpilots.nl en www.schoolaanzet.nl/opbrengstgerichtwerken.

Nadere informatie

Uitwerkingen hoofdstuk 5

Uitwerkingen hoofdstuk 5 Uitwerkingen hoofdstuk 5 Oefening 1 Het beoordelen van de keuze voor methoden van dataverzameling Freek richt zich met zijn dataverzameling alleen op de verpleegkundigen in het ziekenhuis. Hij had echter

Nadere informatie

Voor welke groepen? Voor het onderdeel spelling is er materiaal voor de groepen 4 t/m 8.

Voor welke groepen? Voor het onderdeel spelling is er materiaal voor de groepen 4 t/m 8. KWALITEITSKAART Spellen en stellen PO Praktische handvatten voor het taallees- en rekenonderwijs zoals deze Kwaliteitskaart Opbrengstgericht Werken zijn te vinden op www.schoolaanzet.nl. Deze website bevat

Nadere informatie

Sabine Sommer is Interne begeleider van de bovenbouw.. Zij gaat vooral over de zorg van de kinderen.

Sabine Sommer is Interne begeleider van de bovenbouw.. Zij gaat vooral over de zorg van de kinderen. Informatie over de gang van zaken in leerjaar 5 Sabine Sommer is Interne begeleider van de bovenbouw.. Zij gaat vooral over de zorg van de kinderen. ALGEMEEN Het allerbelangrijkste vinden wij dat de kinderen

Nadere informatie

Onderzoeksvraag Uitkomst

Onderzoeksvraag Uitkomst Hoe doe je onderzoek? Hoewel er veel leuke boeken zijn geschreven over het doen van onderzoek (zie voor een lijstje de pdf op deze site) leer je onderzoeken niet uit een boekje! Als je onderzoek wilt doen

Nadere informatie

Effectief spellingonderwijs

Effectief spellingonderwijs Effectief spellingonderwijs Foutloos kunnen spellen is een belangrijke vaardigheid om je goed en correct te kunnen uitdrukken op papier en in de digitale wereld. Maar hoe maakt u van alle leerlingen goede

Nadere informatie

Het IGDI model. Het belang van goede instructie. Bij welke leerkrachten leren kinderen het beste? (Good 1989) Instructie en risicoleerlingen

Het IGDI model. Het belang van goede instructie. Bij welke leerkrachten leren kinderen het beste? (Good 1989) Instructie en risicoleerlingen Het IGDI model Leesverbetertraject Enschede 8/11/07 Het belang van goede Risicoleerlingen deden het bij goede leerkrachten net zo goed als gemiddelde leerlingen bij zwakke leerkrachten. Niets was effectvoller

Nadere informatie

Alfabetisering. ~de versnelde versie~

Alfabetisering. ~de versnelde versie~ Alfabetisering ~de versnelde versie~ Introductie pilot versnelde alfabetisering Waarom gekozen voor een versnelde manier van alfabetisering? - het trage tempo + ballast (bij de start van geletterdheid

Nadere informatie

Marzano (2003) Scholen maken het verschil

Marzano (2003) Scholen maken het verschil Programma Effectieve directe instructie Opfrismiddag 20 oktober 2010 Dortie Mijs Wat is het IGDI-model? Verdieping op twee aspecten: - Doelen formuleren - Werken met IGDI in een combinatiegroep Voorbereiden

Nadere informatie

Verslag van dataverzameling in functie van het onderzoek van de NTU naar het schrijfleven van leerlingen

Verslag van dataverzameling in functie van het onderzoek van de NTU naar het schrijfleven van leerlingen Verslag van dataverzameling in functie van het onderzoek van de NTU naar het schrijfleven van leerlingen Data verzameld in de derde graad van de basisschool en verslag opgesteld door Amber Van Geit Opleiding:

Nadere informatie

Jaarplan o.b.s. De Boomhut 2015-2016

Jaarplan o.b.s. De Boomhut 2015-2016 Jaarplan o.b.s. De Boomhut 2015-2016 Inleiding Elk jaar stellen wij als team van o.b.s. De Boomhut gezamenlijk een jaarplan op. Vanuit de evaluatie van het vorige jaarplan, gekoppeld aan de strategische

Nadere informatie

Enkele weken voor de eindtoets, maken de leerlingen de eindtoets van het voorgaande jaar in dezelfde setting als bij de officiële eindtoets.

Enkele weken voor de eindtoets, maken de leerlingen de eindtoets van het voorgaande jaar in dezelfde setting als bij de officiële eindtoets. TOETSEN OP DE PWA; het hoe en waarom Alle basisscholen in Nederland moeten beschikken over een leerlingvolgsysteem: een serie toetsen of observaties waarmee de ontwikkeling van de kinderen gevolgd kan

Nadere informatie

LESBESCHRIJVING HOGESCHOOL ROTTERDAM PABO. Hoofdfase

LESBESCHRIJVING HOGESCHOOL ROTTERDAM PABO. Hoofdfase HOGESCHOOL ROTTERDAM PABO Hoofdfase LESBESCHRIJVING Jongere kind - Oudere kind Semester 1-2 - 3-4 - 5* Student: Linda Ouwendijk Studentnummer: 0813937 Paboklas: 2F Datum: 19-01-2010 Stageschool + BRIN:

Nadere informatie

Dyslexiebehandeling. Informatiepakket leerkracht:

Dyslexiebehandeling. Informatiepakket leerkracht: Dyslexiebehandeling Informatiepakket leerkracht: - Werkwijze bij Onderwijszorg Nederland (ONL) - Klankenschema - Stappenplan - Kopie overzichts-steunkaart - Uitleg losse steunkaarten - Uitleg steunkaart

Nadere informatie

Inhoud Doelgericht werken Tijd voor spellingonderwijs Het spellingaanbod

Inhoud Doelgericht werken Tijd voor spellingonderwijs Het spellingaanbod Inhoud Voorwoord 7 1 Doelgericht werken 10 1.1 Twee soorten doelen 11 1.2 Inhoudelijke doelen 12 1.2.1 Schoolniveau 12 1.2.2 Leerjaarniveau 13 1.2.3 Lesniveau 14 1.2.4 Leerlingniveau 15 1.3 Toetsbare doelen

Nadere informatie

Deelopdracht 1: Onderzoek naar het onderwijsconcept van jouw leerwerkplek

Deelopdracht 1: Onderzoek naar het onderwijsconcept van jouw leerwerkplek Deelopdracht 1: Onderzoek naar het onderwijsconcept van jouw leerwerkplek In deze deelopdracht ga je het onderwijsconcept van jouw leerwerkplek onderzoeken. Geerts en van Kralingen (2011) definiëren onderwijsconcept

Nadere informatie

TAALLEESONDERWIJS - 19 tips voor betere spellingresultaten

TAALLEESONDERWIJS - 19 tips voor betere spellingresultaten TAALLEESONDERWIJS - 19 tips voor betere spellingresultaten Praktische handvatten voor het taallees- en rekenonderwijs zoals deze kwaliteits zijn te vinden op www.taalpilots.nl en www.rekenpilots.nl. De

Nadere informatie

Wat is Digi-Spelling?

Wat is Digi-Spelling? Digi - Spelling Digi-Spelling is een webbased remediërend spellingprogramma van de Zuid-Vallei. Het programma behoort tot de reeks remediërende programma s van De Zuid-Vallei. Voor informatie over het

Nadere informatie

Protocol lees- en spellingproblemen en dyslexie

Protocol lees- en spellingproblemen en dyslexie 1 Bijlagen Protocol lees- en spellingproblemen en dyslexie Bijlage 1: Spellingprincipes en foutenanalyse SPELLINGPRINCIPES 1 Fonologisch principe Binnen alle alfabetische talen is het fonologisch principe

Nadere informatie

Spelling: de verdubbelaar

Spelling: de verdubbelaar Spelling: de verdubbelaar De verdubbelaar: een spellingsregel waar veel kinderen moeite mee blijven houden. Natuurlijk kun je er achteraf extra oefeningen tegenaan gooien, maar waarom niet eens kijken

Nadere informatie

Voor welke groepen? Voor het onderdeel spelling is er materiaal voor de groepen 4 t/m 8.

Voor welke groepen? Voor het onderdeel spelling is er materiaal voor de groepen 4 t/m 8. KWALITEITSKAART Spellen en stellen SPELLING PO Praktische handvatten voor het taallees- en rekenonderwijs en opbrengstgericht werken zoals deze methode zijn te vinden op www.taalpilots.nl, www.rekenpilots.nl

Nadere informatie

VRAGENLIJST PRIMAIR ONDERWIJS DYSLEXIEMONITOR

VRAGENLIJST PRIMAIR ONDERWIJS DYSLEXIEMONITOR VRAGENLIJST PRIMAIR ONDERWIJS DYSLEXIEMONITOR INHOUDSOPGAVE Zorgniveau 1: Goed lees- en spellingonderwijs Stap 1: Leestijd blz. 3 Kwaliteit instructiegedrag blz. 3 Klassenmanagement blz. 4 Stap 2: Juist

Nadere informatie

toetsen van Veilig Leren lezen en Estafette. groepen 1 2 LOVS Cito Taal voor Goed lees en spellingsonderwijs in de groepen 3 tot en met 8

toetsen van Veilig Leren lezen en Estafette. groepen 1 2 LOVS Cito Taal voor Goed lees en spellingsonderwijs in de groepen 3 tot en met 8 onderwijs en zorgarrrangement op De Wilgen uitgevoerd door meetinstrumenten Zorgniveau 1 = basisarrangenment Zorgniveau 1 Leerkracht Methodegebonden Gestructureerde stimulering van beginnende geletterdheid

Nadere informatie

Welkom op de informatie-avond!

Welkom op de informatie-avond! Welkom op de informatie-avond! Programma: Presentatie over de uitslag van de tevredenheidsonderzoeken, de verbeterplannen en de resultaten van vorig schooljaar. Interactief met elkaar van gedachten wisselen

Nadere informatie

Titelpagina ONDERZOEKSVERSLAG. Namen: Klas/groep: Cursusjaar: Begeleider: Beoordelaar:

Titelpagina ONDERZOEKSVERSLAG. Namen: Klas/groep: Cursusjaar: Begeleider: Beoordelaar: Titelpagina ONDERZOEKSVERSLAG Namen: Klas/groep: Cursusjaar: Plaats en datum: Begeleider: Beoordelaar: Amsterdam, mei 15 Inhoud INHOUD... 2 VOORWOORD... 3 1. INLEIDING... 4 PROBLEEMSTELLING... 4 ONDERZOEKSVRAGEN...

Nadere informatie

Voordoen (modelen, hardop denken)

Voordoen (modelen, hardop denken) Voordoen (modelen, hardop denken) Waarom voordoen? Net zoals bij lezen, leren leerlingen heel veel over schrijven als ze zien hoe een expert dit (voor)doet. Het voordoen (modelen) van het schrijven van

Nadere informatie

Voorbeeld: Ik werk het liefst met een tweetal.

Voorbeeld: Ik werk het liefst met een tweetal. & OHHUOLQJHQKDQGOHLGLQJ LQOHLGLQJ Het sectorwerkstuk staat voor de deur. Misschien heb je er al slapeloze nachten van, misschien lijkt het je de leukste opdracht van je hele opleiding. Eindelijk iets leren

Nadere informatie

BLOK 2: les 1 en 2. groep 4) en leren de woorden correct te schrijven (cat. 14) REGEL: 14: Lange klanken aan het eind van een klankgroep:

BLOK 2: les 1 en 2. groep 4) en leren de woorden correct te schrijven (cat. 14) REGEL: 14: Lange klanken aan het eind van een klankgroep: BLOK 1: les 1 en 2 Het voorvoegsel be-, ge-, ver-, me-, te- in een woord hetkennen en het woord correct teschrijven (cat. 11c) 11c: Wooden met een stomme e vooraan: In woorden die beginnen met be-, ge-,

Nadere informatie

Groep 3: twee blokken per jaar, start is na de kerst (80 lessen, waaronder

Groep 3: twee blokken per jaar, start is na de kerst (80 lessen, waaronder KWALITEITSKAART Spellen en stellen SPELLING Woordbouw nieuw Woordbouw nieuw PO Praktische handvatten voor het taallees- en rekenonderwijs en opbrengstgericht werken zoals deze methode zijn te vinden op

Nadere informatie

De Luithorst: Schoolzelfevaluatie (midden) Schooljaar

De Luithorst: Schoolzelfevaluatie (midden) Schooljaar Kwaliteit van het onderwijs en de leerresultaten op de Luithorst Inleiding Een van de belangrijkste onderwerpen voor een basisschool is natuurlijk de kwaliteit van het onderwijs op onze school. Daaraan

Nadere informatie

Woensdag, 31 oktober Luizencontrole 1 november - 7 november Juf Melissa in NY, juf Marjan B en juf Inge staan voor de groep

Woensdag, 31 oktober Luizencontrole 1 november - 7 november Juf Melissa in NY, juf Marjan B en juf Inge staan voor de groep Datum: 29 oktober 2018 Belangrijke data: Woensdag, 31 oktober Luizencontrole 1 november - 7 november Juf Melissa in NY, juf Marjan B en juf Inge staan voor de groep Dinsdag, 6 november Einde kledingactie

Nadere informatie

Het verbeterplan Spelling is gemaakt n.a.v. de klassenbezoeken en daaraan gekoppeld de analyse van de taalopbrengsten.

Het verbeterplan Spelling is gemaakt n.a.v. de klassenbezoeken en daaraan gekoppeld de analyse van de taalopbrengsten. Voorwoord: Het verbeterplan Spelling obs de Lisdodde Daltonschool Het verbeterplan Spelling is gemaakt n.a.v. de klassenbezoeken en daaraan gekoppeld de analyse van de taalopbrengsten. Tijdens de klassenbezoeken

Nadere informatie

Flitsend Spellen en Lezen 1

Flitsend Spellen en Lezen 1 Flitsend Spellen en Lezen 1 Flitsend Spellen en Lezen 1 is gericht op het geven van ondersteuning bij het leren van Nederlandse woorden, om te beginnen bij de klanklettercombinaties. Doelgroep Flitsend

Nadere informatie

NEDERLANDSE LES -:- DECEMBER 2014

NEDERLANDSE LES -:- DECEMBER 2014 NEDERLANDSE LES -:- DECEMBER 2014 BESTE OUDER(S) EN OF VERZORGER(S), Een verdwaalde zwarte Piet, een krakstoel die niet krakte en een muts die steeds afviel. Niets... nee, helemaal niets kon de pret drukken

Nadere informatie

Flitsend Spellen en Lezen 1

Flitsend Spellen en Lezen 1 Flitsend Spellen en Lezen 1 Flitsend Spellen en Lezen 1 is gericht op het geven van ondersteuning bij het leren van Nederlandse woorden, om te beginnen bij de klanklettercombinaties. Doelgroep Flitsend

Nadere informatie

Spellingonderwijs: Hoe maak ik het effectief?

Spellingonderwijs: Hoe maak ik het effectief? Spellingonderwijs: Hoe maak ik het effectief? Thema s Hoe onderzoekt u effectiviteit van instructie? 3 voorbeeldstudies Prof. dr. Anna M.T. Bosman Radboud Universiteit, Nijmegen www.annabosman.eu a.bosman@pwo.ru.nl

Nadere informatie

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van groep 4 en 5 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1.

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van groep 4 en 5 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1. Spelling op maat 1 De Muiswerkprogramma s Spelling op maat 1, 2 en 3 vormen een complete leerlijn voor de spelling die op de basisschool moet worden aangeleerd. Spelling op maat 1 is het eerste deel van

Nadere informatie

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van eind groep 3 en groep 4 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1.

Dit programma is gemaakt voor leerlingen van eind groep 3 en groep 4 van de basisschool, het praktijkonderwijs, vmbo bbl en mbo 1. Spelling op maat 1 De programma s Spelling op maat 1, 2 en 3 vormen een complete leerlijn voor de spelling die op de basisschool moet worden aangeleerd. Spelling op maat 1 is het eerste deel van deze leerlijn.

Nadere informatie

Passend onderwijs Verdieping Ontwikkelingsperspectief & Technisch lezen 26-11-2014

Passend onderwijs Verdieping Ontwikkelingsperspectief & Technisch lezen 26-11-2014 Passend onderwijs Verdieping Ontwikkelingsperspectief & Technisch lezen 26-11-2014 Annemarie Vink avink@hetabc.nl Dianne Roerdink droerdink@hetabc.nl Technisch lezen 8-10-2014 www.hetabc.nl 2 Programma

Nadere informatie

En, wat hebben we deze les geleerd?

En, wat hebben we deze les geleerd? Feedback Evaluatie Team 5 En, wat hebben we deze les geleerd? FEED BACK in de klas En, wat hebben we deze les geleerd? Leerkracht Marnix wijst naar het doel op het bord. De leerlingen antwoorden in koor:

Nadere informatie

Voorbespreken en voorbereiden van een nieuw blok uit de rekenmethode

Voorbespreken en voorbereiden van een nieuw blok uit de rekenmethode Voorbespreken en voorbereiden van een nieuw blok uit de rekenmethode Eerste oriëntatie Welke onderwerpen uit welke leerlijnen komen in dit blok aan de orde? Onderscheid daarbij a. eerste kennismaking met

Nadere informatie

Schoolzelfevaluatie. Antoniusschool Kwaliteit & Zorg in de groepen

Schoolzelfevaluatie. Antoniusschool Kwaliteit & Zorg in de groepen Antoniusschool Kwaliteit & Zorg in de groepen Regelmatig wordt in de Nieuwsbrief extra aandacht gegeven aan de diverse facetten van de Kwaliteit & Zorg in de groepen op de Antoniusschool. Dit betreft de

Nadere informatie

Juf, wat gaan we eigenlijk leren? Jouw vakkennis - hun basis

Juf, wat gaan we eigenlijk leren? Jouw vakkennis - hun basis Juf, wat gaan we eigenlijk leren? Jouw vakkennis - hun basis Inleiding: Al eerder schreef ik het ebook `het kan zonder groepsplan`. In veel scholen ervaren leerkrachten het maken van groepsplannen als

Nadere informatie

Zorgniveau 2 Zorgniveau 3

Zorgniveau 2 Zorgniveau 3 Leerlinggegevens: Naam: Groep: Namen betrokkenen/functie: Startdatum handelingsplan: Einddatum handelingsplan: Voorbeeld handelingsplan Beginsituatie Beschrijf hier de kern van het probleem a.d.h.v. toets-

Nadere informatie

Document Opbrengsten Gereformeerde Basisschool Benjamin

Document Opbrengsten Gereformeerde Basisschool Benjamin Document Opbrengsten Gereformeerde Basisschool Benjamin Gereformeerde Basisschool Benjamin Koolweg 9, 6446 TM Brunssum 045-5216561, www.gbbenjamin.nl Maart 2015 1. Inhoudsopgave 1. Inhoudsopgave 2. Inleiding

Nadere informatie

LEREN LEZEN MET DE DAVIS LEERSTRATEGIE.

LEREN LEZEN MET DE DAVIS LEERSTRATEGIE. LEREN LEZEN MET DE DAVIS LEERSTRATEGIE. Leren lezen is een ingewikkeld proces, waarbij heel wat vaardigheden moeten worden ontwikkeld. OBS Dijkerhoek heeft daarom heel bewust gekozen voor de Davis leerstrategie

Nadere informatie

Hoe leer ik kinderen rekenen in groep 3 en 4? Weekschema PABWJ314X1 2015-2016

Hoe leer ik kinderen rekenen in groep 3 en 4? Weekschema PABWJ314X1 2015-2016 Hoe leer ik kinderen rekenen in groep 3 en 4? Weekschema PABWJ314X1 2015-2016 Cursusdoelen 1. De student heeft kennis van getalfuncties, inzicht in de telrij, (structuur van) getallen en getalrelaties

Nadere informatie

TEVREDENHEIDSONDERZOEK

TEVREDENHEIDSONDERZOEK verslag van het TEVREDENHEIDSONDERZOEK afgenomen in NOVEMBER 2014 Inleiding Eén keer in de twee jaar wordt er een tevredenheidsonderzoek gehouden. Ouders, leerlingen van groep 5, 6, 7 en 8 en personeelsleden

Nadere informatie

VRAGENLIJST VOORTGEZET ONDERWIJS DYSLEXIEMONITOR

VRAGENLIJST VOORTGEZET ONDERWIJS DYSLEXIEMONITOR VRAGENLIJST VOORTGEZET ONDERWIJS DYSLEXIEMONITOR INHOUDSOPGAVE Niveau 1 Kwaliteit instructiegedrag blz. 3 Klassemanagement blz. 3 Juist gebruik methodes blz. 4 Planmatig handelen blz. 4 Toetsen en monitoren

Nadere informatie

PLG Leerkrachten Midden- en bovenbouw

PLG Leerkrachten Midden- en bovenbouw PLG Leerkrachten (6) PLG Leerkrachten Midden- en bovenbouw 16 juni 2010 vs 1.0 100422 Agenda 1. Introductie 1.1: Terugblik vorige plg s 1.2: Ambities Omdat Elk Kind Telt 1.3: Doelen vandaag 1.4: Vormen

Nadere informatie

Workshop voorbereiden Authentieke instructiemodel

Workshop voorbereiden Authentieke instructiemodel Workshop voorbereiden Authentieke instructiemodel Workshop voorbereiden Uitleg Start De workshop start met een echte, herkenbare en uitdagende situatie. (v.b. het is een probleem, een prestatie, het heeft

Nadere informatie

Voorwoord. Letters uitspreken zoals de leerkracht dat doet.

Voorwoord. Letters uitspreken zoals de leerkracht dat doet. Voorwoord In groep 3 leert uw kind lezen en schrijven. Uw kind begint niet vanaf nul, want tegenwoordig wordt in groep 1 en 2 al veel gedaan aan voorbereiding. Sommige leren als kleuter al lezen en schrijven.

Nadere informatie

Docentonderzoek binnen de AOS Bijeenkomst 8 Feedbackformulier bij het onderzoeksinstrument

Docentonderzoek binnen de AOS Bijeenkomst 8 Feedbackformulier bij het onderzoeksinstrument Docentonderzoek binnen de AOS Bijeenkomst 8 Feedbackformulier bij het onderzoeksinstrument Het doel van deze opdracht is nagaan of je instrument geschikt is voor je onderzoek. Het is altijd verstandig

Nadere informatie

Doel van deze presentatie is

Doel van deze presentatie is Doel van deze presentatie is Oplossingsgericht? Sjoemelen? Evaluatie van de praktische oefening. Verbetersuggesties qua oplossingsgerichtheid (niet met betrekking tot de inhoud van de gebruikte materialen)

Nadere informatie

Toelichting bij de kaartjes die in het opzoekboekje spelling en werkwoordspelling zijn opgenomen

Toelichting bij de kaartjes die in het opzoekboekje spelling en werkwoordspelling zijn opgenomen Toelichting bij de kaartjes die in het opzoekboekje spelling en werkwoordspelling zijn opgenomen Van elk kaartje wordt in deze toelichting kort beschreven wat erop staat. Een spellingregel wordt extra

Nadere informatie

1. LEZEN Inleiding: doel en structuur Gebaren lezen

1. LEZEN Inleiding: doel en structuur Gebaren lezen 1. LEZEN Inleiding: doel en structuur De doorloopklok wordt gezet, zodat de leerlingen weten tot wanneer er wordt gewerkt. De leerkracht vertelt welke lesonderdelen aan bod zullen komen en vertelt ook

Nadere informatie

Bijlage interview meisje

Bijlage interview meisje Bijlage interview meisje Wat moet er aan de leerlingen gezegd worden voor het interview begint: Ik ben een student van de Universiteit van Gent. Ik wil met jou praten over schrijven en taken waarbij je

Nadere informatie

Voordoen (modelen, hardop denken)

Voordoen (modelen, hardop denken) week 11-12 maart 2012 - hardop-denktekst schrijven B Voordoen (modelen, hardop denken) Waarom voordoen? Net zoals bij lezen, leren leerlingen heel veel over schrijven als ze zien hoe een expert dit (voor)doet.

Nadere informatie

Dyslexiegids

Dyslexiegids Dyslexiegids 2017-2018 Woord vooraf Beste ouders, Onze school zet hoog in op passend onderwijs. Want niet ieder kind leert op dezelfde manier en heeft behoefte aan dezelfde dingen. Dat vinden wij heel

Nadere informatie

Nieuws vanuit groep 4

Nieuws vanuit groep 4 Nieuws vanuit groep 4 De afgelopen weken zijn we druk bezig geweest met de winter. Tijdens de natuurlessen hebben we gesproken over verschillende weersoorten en de vorming van sneeuw en ijs. We hebben

Nadere informatie

BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 7 Persoonlijke ontwikkeling Studievaardigheden

BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 7 Persoonlijke ontwikkeling Studievaardigheden BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 7 Inleiding en leerdoelen Leren en studeren is een belangrijk onderdeel in je opleiding tot verpleegkundige. Om beter te leren studeren is het belangrijk niet

Nadere informatie

Kim A. H. Cordewener Variatie in de Spellingvaardigheid van Kinderen: Voorspellers, Verwerving en Instructie 2014 Radboud Universiteit

Kim A. H. Cordewener Variatie in de Spellingvaardigheid van Kinderen: Voorspellers, Verwerving en Instructie 2014 Radboud Universiteit Kim A. H. Cordewener Variatie in de Spellingvaardigheid van Kinderen: Voorspellers, Verwerving en Instructie 2014 Radboud Universiteit Wanneer kinderen vier, vijf of zes jaar oud zijn, maken ze bewust

Nadere informatie

Zelfstandig werken = actief en zelfstandig leren van een leerling. Het kan individueel of in een groep van maximaal 6 leerlingen.

Zelfstandig werken = actief en zelfstandig leren van een leerling. Het kan individueel of in een groep van maximaal 6 leerlingen. Zelfstandig werken Zelfstandig werken = actief en zelfstandig leren van een leerling. Het kan individueel of in een groep van maximaal 6 leerlingen. Visie Leerlinggericht: gericht op de mogelijkheden van

Nadere informatie

Sectorwerkstuk 2012-2013

Sectorwerkstuk 2012-2013 Sectorwerkstuk 2012-2013 Namen: ---------------------------------------------------------------------------------------- Klas: -------------------- Sector: --------------------------------------------

Nadere informatie

Dyslexiebeleid van Openbare basisschool voor Daltononderwijs. De Meent

Dyslexiebeleid van Openbare basisschool voor Daltononderwijs. De Meent DE DE DE DE MEENT MEENT MEENT MEENT MAARN MAARN MAARN MAARN Dyslexiebeleid van Openbare basisschool voor Daltononderwijs De Meent Inhoud 1. Inleiding... 1 2. Wat is dyslexie... 1 3. Van signaleren tot

Nadere informatie

Visiestuk. Waarden. De waarden die ik belangrijk vind op een basisschool zijn:

Visiestuk. Waarden. De waarden die ik belangrijk vind op een basisschool zijn: Visiestuk Deze foto past bij mij omdat ik altijd voor het hoogst haalbare wil gaan. Ook al kost dit veel moeite en is het eigenlijk onmogelijk. Ik heb doorzettingsvermogen, dat heb je ook nodig bij het

Nadere informatie

2014 Protocol dyslexie

2014 Protocol dyslexie Protocol dyslexie 2014 Protocol dyslexie Inleiding Dyslexie betekent letterlijk: niet kunnen lezen 1. De term komt uit het latijn, want dys = niet goed functioneren, lexis = taal of woorden. Bij dyslexie

Nadere informatie

Afstemming met behulp van roosterplanning

Afstemming met behulp van roosterplanning Philippe de Kort ontwikkelingsbureau Driehoek 40 6711 DJ Ede tel: 06-10035196 info@philippedekort.nl www.philippedekort.nl Afstemming met behulp van roosterplanning INHOUD INHOUD... 2 1 Kwaliteitsbeleid...

Nadere informatie

Met welk werk kunnen kinderen uit groep 5-6 thuiskomen en hoe kunt u uw kind thuis helpen?

Met welk werk kunnen kinderen uit groep 5-6 thuiskomen en hoe kunt u uw kind thuis helpen? Met welk werk kunnen kinderen uit groep 5-6 thuiskomen en hoe kunt u uw kind thuis helpen? In groep 5-6 nemen kinderen steeds vaker werk mee naar huis. Vaak vinden kinderen het leuk om thuis aan schooldingen

Nadere informatie

H u i s w e r k b e l e i d

H u i s w e r k b e l e i d H u i s w e r k b e l e i d Voor maken. sommige een Voor kinderen aantal anderen kinderen een is complexe het levert huiswerk huiswerk taak echter waarbij geen een zij problemen bron een beroep van op,

Nadere informatie

TAALONTWIKKELING 2. Activiteiten bij leren. Inspiratie:

TAALONTWIKKELING 2. Activiteiten bij leren. Inspiratie: TAALONTWIKKELING 2 Boek: Activiteiten bij leren Inspiratie: Blz. 15 Blz. 18 Blz. 39 Taalactiviteiten bij een boek Leergebieden in samenhang (kerndoelen) linken naar Taalactiviteiten rond een boek Voor

Nadere informatie

Dyslexie Onderzoek vergoed vanuit de Jeugdwet INFORMATIE VOOR OUDERS

Dyslexie Onderzoek vergoed vanuit de Jeugdwet INFORMATIE VOOR OUDERS Dyslexie Onderzoek vergoed vanuit de Jeugdwet INFORMATIE VOOR OUDERS Voorwoord In samenwerking met Onderwijszorg Nederland (ONL) bieden wij vergoede zorg voor kinderen met ernstige enkelvoudige dyslexie.

Nadere informatie

DIDACTISCH GROEPSPLAN

DIDACTISCH GROEPSPLAN SBO De Boei DIDACTISCH GROEPSPLAN GROEP: Kof LEERKRACHT(EN): Anke Heijs/Margriet Wouda VAKGEBIED: Rekenen PERIODE: Jan.-juni Samenstelling van de groep: Stimulerende factoren: Belemmerde factoren: Beginsituatie:

Nadere informatie

WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK. Wat is dat? Eva van de Sande. Radboud Universiteit Nijmegen

WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK. Wat is dat? Eva van de Sande. Radboud Universiteit Nijmegen WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK Wat is dat? Eva van de Sande Radboud Universiteit Nijmegen EERST.. WETENSCHAPSQUIZ 1: Hoe komen we dingen te weten? kdsjas Google onderzoek boeken A B C 1: We weten dingen door

Nadere informatie

HOERA, een meisje Ondertitel: Analyseren

HOERA, een meisje Ondertitel: Analyseren HOERA, een meisje Ondertitel: Analyseren 1. Inleiding Aan de hand van een concept cartoon verdiepen leerlingen zich in de vraag hoe het komt dat een meisje een meisje is. Een concept cartoon is een visuele

Nadere informatie

Omgaan met gedrag op Basisschool De Bareel

Omgaan met gedrag op Basisschool De Bareel 1. Uitgangspunten gedrag Omgaan met gedrag op Basisschool De Bareel Schooljaar 2013 Inhoud 2. Preventief handelen om te komen tot gewenst gedrag 3. Interventies om te komen tot gewenst gedrag 4. Stappenplan

Nadere informatie

Basisspelling is onderdeel van de Bundel Basisprogramma's. Deze bundel bevat ook Basis Werkwoordspelling en Basisgrammatica.

Basisspelling is onderdeel van de Bundel Basisprogramma's. Deze bundel bevat ook Basis Werkwoordspelling en Basisgrammatica. Basisspelling Basisspelling is onderdeel van de Bundel Basisprogramma's. Deze bundel bevat ook Basis Werkwoordspelling en Basisgrammatica. Het Muiswerkprogramma Basisspelling bestrijkt de basisregels van

Nadere informatie

Voorlichtingsavond groep 3b

Voorlichtingsavond groep 3b Voorlichtingsavond groep 3b 08:30 tot 09:00 Beginnen de kinderen met zelfstandig werken. We gebruiken daarbij het kiesbord. Tot aan de voorjaarsvakantie zijn de kinderen zelfstandig bezig met lees spelletjes,

Nadere informatie

Sectorwerkstuk 2010-2011

Sectorwerkstuk 2010-2011 Sectorwerkstuk 2010-2011 Namen: ---------------------------------------------------------------------------------------- Klas: -------------------- Sector: --------------------------------------------

Nadere informatie

OBS De Hobbitstee Leerdam

OBS De Hobbitstee Leerdam BELEIDSPLAN PLUSKLAS OBS De Hobbitstee Leerdam INHOUDSOPGAVE KORTE INLEIDING pagina 3 1. OMSCHRIJVING pagina 4 2. DOELEN pagina 5 3. BELEID pagina 6 3.1 Signalering 3.2 Kerndoelen 3.3 Verrijkingswerk 4.

Nadere informatie

Wij willen u vragen niet vooruit te gaan werken/oefenen. Er kan dan verwarring ontstaan bij het kind. Wij willen dit graag voorkomen!

Wij willen u vragen niet vooruit te gaan werken/oefenen. Er kan dan verwarring ontstaan bij het kind. Wij willen dit graag voorkomen! In dit document kunt u lezen wat de kinderen leren in elke kern. In de eerste zes kernen zal dit voornamelijk ingaan op het aanleren van woorden en letters. In de laatste kernen komt het lezen al wat meer

Nadere informatie

Van leesplankje naar digitaal leren lezen en spellen

Van leesplankje naar digitaal leren lezen en spellen Van leesplankje naar digitaal leren lezen en spellen Harmen Kooreman Het leesplankje van Hoogeveen begint met de woorden aap, noot, mies. De kinderen leerden lezen door middel van analyse en synthese.

Nadere informatie

Introductie. De onderzoekscyclus; een gestructureerde aanpak die helpt bij het doen van onderzoek.

Introductie. De onderzoekscyclus; een gestructureerde aanpak die helpt bij het doen van onderzoek. Introductie Een onderzoeksactiviteit start vanuit een verwondering of verbazing. Je wilt iets begrijpen of weten en bent op zoek naar (nieuwe) kennis en/of antwoorden. Je gaat de context en content van

Nadere informatie