A11 VERBETEREN! VERBINDEN EN IN DEZE BROCHURE WAT IS DE A11 WAAROM DE A11 DE A11 IN BEELD EN NOG VEEL MEER A11 N49 N31

Transcriptie

1 A11 IN DEZE BROCHURE WAT IS DE A11 WAAROM DE A11 DE A11 IN BEELD EN NOG VEEL MEER I N F O R M AT I E B R O C H U R E A11 N49

2 A11 Wat is de A 1 1? De A11, ook gekend als de AX, is één van de zes missing links (= ontbrekend stuk weg) op de prioriteitenlijst van de Vlaamse overheid. Het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV), één van de schakels binnen het Departement Mobiliteit en Openbare Werken (MOW) van de Vlaamse overheid, maakt hier werk van. Deze aan te leggen autosnelweg moet twee belangrijke verkeersaders, namelijk de in Brugge en de N49 in Westkapelle (een deelgemeente van Knokke) met elkaar verbinden. De A11 (met een totale lengte is het resultaat van vele studies van statuut rond technische haalbaarheid, een van een autosnelweg met 2 x 2 diepgaande optimalisatiestudie en rijstroken, en de toetsing hiervan op de milieu- pechstroken. Op 30 april 2009 effecten (impact van de A11 op de werd het definitieve tracé van de mens, fauna en flora, de verwachte A11 vastgelegd. Dit definitieve tracé geluidshinder, fijn stof, ) 12 km) krijgt een het middenberm WA A R O M D E A 1 1? De aanleg van de A11 is noodzakelijk om een betere ontsluiting van de haven te garanderen. Door het havenverkeer te scheiden van het lokale verkeer wordt ook de verkeersveiligheid en de leefbaarheid van de regio vergroot. De nieuwe verbindingsweg A11 moet de verkeersknoop ontwarren en de veiligheid en leefbaarheid verhogen. 2 De huidige verbindingsweg tussen Deze de en de N49 loopt vanaf het niet uitgerust om al dat verkeer knooppunt Blauwe Toren () via vlot en veilig te kanaliseren. Met de Stationsweg, de brug over de de aanleg van de A11 kunnen we spoorlijn Brugge-Zeebrugge, verbindingsweg is echter de het vrachtverkeer van en naar de Herdersbrug, de Havenrandweg- haven en het doorgaand toeristisch Zuid en de N376 (Westkapelse verkeer scheiden van het lokale Steenweg/Dudzelestraat). Zowel verkeer. Samen met de aanleg het vrachtverkeer van en naar van de A11 worden ook nieuwe de lokale haven, het lokale verkeer verbindingen aangelegd: tussen de dorpskernen als het dit toeristische verkeer richting kust en leefbaarheid van de hele regio gebruikt verhogen. deze verbindingsroute. moet de verkeersveiligheid

3 V o o r d e l e n A 1 1? A11 is belangrijk voor economische ontwikkeling in Vlaanderen De A11 moet een betere ontsluiting van de haven Zeebrugge garanderen en dus zorgen voor een vlotte verbinding tussen de haven en het hinterland. Bovendien geeft de A11 ook meer vlotte verbindingsmogelijkheden voor het recreatieve verkeer richting oostkust. Tenslotte brengt de aanleg van deze nieuwe weg ook een betere ontsluiting van het regionaal-stedelijk gebied Brugge. A11 is belangrijk voor u! De A11 biedt cruciale voordelen voor Vlaanderen maar er wordt van de gelegenheid gebruik gemaakt om ook de situatie voor de lokale bevolking te verbeteren. Door het vrachtverkeer te scheiden van het lokale verkeer creëren we op de lokale wegen een vlottere en veiligere verkeerssituatie. Een volledig nieuw fietspadennetwerk zorgt voor veilig fietsverkeer zowel van en naar de haven als tussen de polderdorpen. De aanleg van de A11 gaat gepaard met veel aandacht voor een goede omgevingskwaliteit (respect voor het open polderlandschap, beperking van geluidshinder door geluidsschermen, visuele groenbuffers, ). W i e s ta at i n v o o r d e u i t v o e r i n g? De Vlaamse overheid is de opdrachtgever voor de aanleg van de A11 en richtte hiervoor de vennootschap Via-Invest op. Via-Invest is een samenwerkingsverband tussen enerzijds het Vlaams Gewest, vertegenwoordigd door het AWV en het Departement MOW en anderzijds de Participatiemaatschappij Vlaanderen (PMV). THV AX Technum-Arcadis is het studiebureau dat onder leiding van de afdeling Wegen en Verkeer West-Vlaanderen instond voor het referentieontwerp van de A11. Het referentieontwerp is een soort voorontwerp waarop de aannemer zich zal baseren. Dit betekent dat de aannemer zich aan een aantal richtlijnen moet houden (bijvoorbeeld breedte wegprofiel, minimum hoogte brug, ) maar ook zelf nog vrijheid heeft in de uiteindelijke uitvoering van de werken. F I N A N C I E R I N G Een project als de A11 vergt een serieuze investering van geld en middelen. Daarom werd er gekozen voor een alternatief financieringssysteem: een publiek-private samenwerking, afgekort PPS, waarbij de overheid in zee gaat met een private aannemer en een DBFM-contract afsluit. DBFM staat voor Design, Build, Finance & Maintain (Ontwerpen, Bouwen, Financieren & Onderhouden). Naast het ontwerp en de bouw van de A11 staat de aannemer ook in voor de financiering. Bovendien moet de aannemer vanaf de openstelling van de A11 gedurende 30 jaar instaan voor het onderhoud ervan. De Vlaamse overheid betaalt gedurende die periode jaarlijks een vergoeding voor het ter beschikking stellen van de infrastructuur. De aannemer heeft er alle belang bij dat er zo weinig mogelijk slijtage of schade optreedt aan de infrastructuur omdat dit leidt tot een inkrimping van de jaarlijkse vergoeding. Na 30 jaar is de A11 definitief eigendom van de Vlaamse overheid. C o n t i n u o v e r l e g b e t r o k k e n p a r t i j e n Tijdens de maandenlange voorbereiding aan het referentieontwerp werd er continu overleg gepleegd tussen het Agentschap Wegen en Verkeer en alle betrokken overheidsinstanties (gemeentebesturen, Via-Invest, Agentschap voor Natuur en Bos, de Vlaamse Bouwmeester, de Vlaamse Landmaatschappij, Maatschappij van de Brugse Zeevaartinrichtingen,...) Ook burgers kenden inspraakmomenten via de vastgelegde procedures van openbaarheid (project-mer, GRUP, ). V E R W E R V I N G E N De aanleg van een nieuwe weg vereist dat de overheid de gronden moet verwerven die onder het tracé liggen. Hierbij gaat het meestal om gedeeltelijke onteigeningen (stukje voortuin, inrit, deel weide of akkerland). Wij erkennen als overheid dat die procedure een noodzakelijk kwaad is maar we proberen door tijdig te informeren de hinder zoveel mogelijk te beperken. Het Agentschap Wegen en Verkeer heeft al de eerste contacten gelegd met de betrokken bewoners en zal hen verder blijven informeren over de komende onteigeningsprocedures. 3

4 D E A 1 1 I N B E E L D Het Agentschap Wegen en Verkeer vindt het belangrijk om u te informeren over hoe de A11 er zal uitzien. We zetten daarom een aantal toekomstige beelden op een rij. Dit zijn echter referentiemodellen die een voorstelling geven van hoe het er mogelijk zal uitzien. De uiteindelijke vorm en architectuur worden definitief vastgelegd in samenspraak met de private partner. Knokke N34 - N34b Knokke Heist N49 (Natiënlaan) N34 - N34b primaire weg type II Heist N49 (Natiënlaan) primaire weg type II Blankenberge Oostelijke Havenrandweg primaire weg type II AX - N49 A11 - N49 primaire weg type I 3 A11 - Alfred Ronsestraat AX - Oostelijke Havenrandweg A ansluitingscomplex e Toren - Blauwe Toren AX A11 - A11/N49 Er komen 3 en met de A11: ter hoogte van de richting Zeebrugge ter hoogte van de Alfred Ronsestraat richting achterhaven ter hoogte van de N49 richting Knokke Het van de Blauwe Toren met de wordt aangepast en versmelt met het van de A11 met de om veiliger invoegen Brugge mogelijk te maken. 4 Brugge

5 Twee korte tunnels herstellen de historische verbinding tussen de Blankenbergse Steenweg en Dudzele. Op de simulatie zie je hoe de tunnel van de Stationsweg zowel de spoorweg Brugge- Zeebrugge als het viaduct van de A11 kruist. Het fiets- en voetpad ligt hoger dan de weg, waardoor het hoogteverschil voor fietsers en voetgangers kleiner wordt. Fietsers moeten zo minder klimmen bij het uitrijden van de tunnel. De wanden plooien open naar boven om zo een opener beeld en een geoptimaliseerde beleving van de omgeving te creëren. Het viaduct wordt opgesplitst in twee delen (één voor elke rijrichting) zodat er voldoende zonlicht valt op het onderliggende gras- en akkerland. POLYGON Zicht vanop de Stationsweg in de richting van de Blankenbergse Steenweg 1 De A11 wordt gebundeld met de spoorwegen en vanaf de kruising met de spoorweg Brugge- Zeebrugge, tot 100m voor de Zwaanhofstraat wordt de A11 een viaduct. Door de kruising van de snelweg met de spoorlijn Brugge-Knokke, en het Boudewijnkanaal passeert de A11 hier hoog boven het grondniveau. Grote overspanningen en een slank brugdek garanderen voldoende openheid naar het polderlandschap. Op het viaduct wordt géén traditionele wegverlichting voorzien. Enkel wanneer de beweegbare brug openstaat zal de weg worden verlicht. POLYGON Zicht vanop de Stationsweg in de richting van de noordelijk gelegen spoorwegberm. 2 De route langsheen de Leopoldvaart- Noord wordt ter hoogte van de Knoksebaan (N376) doorgetrokken naar het noorden. Om een veilige en comfortabele fietsroute te garanderen passeert het fietspad ook onder de verbindingsweg met de Heistlaan. Er wordt een korte tunnel gebouwd om het autoverkeer te vermijden. De wanden plooien open naar boven toe en creëren zo een opener beeld en een verhoogde belevingswaarde voor fietsers en voetgangers. Ter hoogte van het Tweelingenkanaal wordt de A11 uitgevoerd als viaduct. Achter het viaduct van de A11 is de verbindingsweg met de Heistlaan zichtbaar. Het lokale karakter van deze weg ten opzichte van de naastliggende A11 wordt benadrukt door het brugontwerp. POLYGON Zicht vanop het fietspad van de oostelijke dijk van het Leopoldkanaal, richting noorden De visualisaties in deze brochure zijn slechts referentiemodellen. De uiteindelijke realisaties kunnen hier nog van verschillen. 3 5

6 Natuurcompensaties A 1 1 Op 19 juni 2009 ondertekenden het Vlaamse Gewest en de Vlaamse Landmaatschappij een overeenkomst voor de uitvoering van de natuurcompensaties voor de realisatie van de A11. Aangezien een deel van het traject van de A11 het vogelrichtlijngebied Poldercomplex doorsnijdt, wordt er in andere gebieden van dit vogelrichtlijngebied nieuwe natuur gecreëerd. De overeenkomst bakent deze gebieden af als verschillende zoekzones. In totaal moet 32 ha nieuwe habitat gerealiseerd worden In de zoekzone Kwetshage (Jabbeke) wordt de ongebruikte snelwegbrug afgebroken en volgen bijkomende inrichtingsmaatregelen zodat ongeveer 4 ha rietmoeras kan ontwikkelen. I n r i c h t i n g s p l a n l a n d i n r i c h t i n g : o m g e v i n g s k wa l i t e i t A 1 1 De project-mer van de A11 beschrijft een aantal aandachtspunten voor de inpassing van de A11 in de omgeving en maatregelen ter beperking van mogelijke hinder. Het inrichtingsplan landinrichting A11 beschrijft wat die maatregelen inhouden, wie ze zal uitvoeren en wie er zal zorgen voor de financiering ervan. Deze maatregelen omvatten: de compensatie van verdwenen landschaps- en natuurwaarden de aanleg van buffergroen: - in Dudzele tussen de A11 en het dorp - in Westkapelle ter hoogte van individuele woningen in het open poldergebied de aanleg van nieuwe fietsverbindingen het vermijden van geluidshinder door te voorzien in geluidsbuffering voor individuele woningen in het open poldergebied van Westkapelle. Omzetten van grasland naar akkerland zorgt voor 28 ha poldergraslanden De overige 28 ha zijn poldergraslanden die gerealiseerd worden door het omzetten van akkerland naar grasland en door de opwaardering van bestaande graslanden. De gronden hiervoor worden op vrijwillige basis aangekocht of uitgeruild. De Vlaamse Landmaatschappij beheert hiervoor een grondenbank. Het Agentschap Wegen en Verkeer financieert de inrichtingswerken en de aankoop van de gronden. Compensaties Contactpersoon landinrichting: Wim Van Isacker - wim.vanisacker@vlm.be Contactpersoon gebruiksruilproject: Hilde Van Leirsberghe - hilde.vanleirsberghe@vlm.be Contactpersoon natuurcompensaties: Edgard Daemen- edgard.daemen@vlm.be Ruilverkaveling

7 T I J D S C H E M A GRUp REGIONAAL STEDELIjk GEBIED BRUGGE GEBRUIkSRUIL RUILVERkAVELING STRATEGISCH plan ZEEHAVEN VERWERVINGEN SFEERBEELD AX plan-mer OpTIMALISATIESTUDIE REFERENTIEONTWERp + BESTEk AANBESTEDINGSpROCEDURE STEDENBOUWkUNDIGE UITVOERING VERGUNNING GRUp ZEEHAVEN project-mer LANDINRICHTING VLM NATUURCOMpENSATIES verleden heden toekomst Op 30 april 2009 werd het tracé definitief vastgelegd als resultaat van verschillende studies (streefbeeldstudie, Gewestelijke Ruimtelijke Uitvoeringsplannen (GRUP), optimalisatiestudie en MER (milieu-effectenrapport)) Opmaak referentieontwerp en DBFM-bestek Juli 2010 Referentieontwerp en bestek worden afgerond Najaar 2010: aanbestedingsprocedure kan beginnen Weerhouden aannemers (consortia van bouwbedrijven en financiers) maken een eigen gedetailleerd ontwerp (op basis van het referentieontwerp en bestek) en dienen een offerte in Winnend consortium wordt gekozen (met beste beoordeling voor prijs én kwaliteit) Stedenbouwkundige vergunning wordt aangevraagd voor gekozen ontwerp Na verkrijgen van vergunning: start uitvoering werken Vermoedelijke start werken: eind 2012 Vermoedelijke duur werken: 3 à 4 jaar G e b r u i k s r u i l e n r u i lv e r k av e l i n g : I n s p a n n i n g e n v o o r d e b e t r o k k e n l a n d b o u w e r s De aanleg van de A11 heeft in het poldergebied van Westkapelle een belangrijke impact op het huidig landbouwgebruik. Om de gevolgen voor de landbouwers zoveel mogelijk te beperken zijn Via gebruiksruil en kavelinrichting worden de door de aanleg van de A11 versnipperde landbouwpercelen weer gegroepeerd tot een goed bereikbaar geheel. er verschillende maatregelen voorzien. Dit gebruiksruilproject wordt in een latere fase gevolgd door De VLM koopt op vrijwillige basis landbouwgrond aan om mogelijk grondverlies te compenseren. De VLM bouwt zo een grondenbank een ruilverkaveling waarbij ook nog werken ter verbetering van het landbouwgebruik en landschapsmaatregelen mogelijk zijn. op. Ze geeft landbouwers de kans om te kiezen tussen grondruil en een financiële vergoeding door onteigening. Waar mogelijk kunnen bedrijven verplaatst worden. 7

8 V E R K L A R E N D E W O O R D E N L I J S T MER = Milieueffectrapport. Het MER schetst een beeld van de gevolgen voor mens en milieu van een plan of project. Verschillende alternatieven worden hiervoor onderzocht. Het MER geeft aan hoe negatieve (milieu-)effecten kunnen worden vermeden, gemilderd, verholpen of gecompenseerd. Er zijn twee soorten MER s: een plan-mer en een project-mer: een plan-mer onderzoekt de effecten van beleidsopties en weegt alternatieven af in de project-mer zal het voorgestelde alternatief verder worden onderzocht en geoptimaliseerd. GRUP = Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan Een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) is een plan waarmee de Vlaamse overheid in een bepaald gebied aangeeft welke activiteiten en projecten er wel en niet mogen komen. Een gewestelijke RUP (GRUP) draagt altijd bij aan de uitvoering van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen. Hierin geeft de Vlaamse overheid in grote lijnen aan hoe zij Vlaanderen ruimtelijk wil zien evolueren. DBFM = Design, Build, Finance & Maintain (Ontwerpen Bouwen Financieren en Onderhouden) Een DBFM-contract is een contract tussen de overheid en een private partner, waarbij de private partner alle onderdelen van een door de overheid gedefinieerd infrastructuurproject voor zijn rekeniing neemt. Naast het ontwerpen en bouwen van het project, staat de private partner ook in voor de volledige financiering en het onderhoud gedurende een afgesproken periode. AWV Het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) is, als intern verzelfstandigd agentschap, één van de schakels van het beleidsdomein Mobiliteit en Openbare werken van de Vlaamse overheid. Het AWV wil een veilige, vlotte en duurzame mobiliteit voor alle weggebruikers in Vlaanderen realiseren. Het AWV hecht bovendien veel belang aan de beperking van overlast die onze mobiliteit veroorzaakt. VLM De Vlaamse Landmaatschappij is als agentschap van de Vlaamse overheid verantwoordelijk voor de inrichting van de open ruimte en de beheersing van de mestoverschotten. Daarnaast geeft zij mee gestalte aan het plattelandsbeleid. Haar actieterrein strekt zich uit over het buitengebied en de randstedelijke open ruimte in Vlaanderen. Uitgave Verantwoordelijke uitgever Visualisaties en kaartmateriaal Vormgeving Redactie Agentschap Wegen en Verkeer Eveline Vandecaetsbeek THV AX Technum-Arcadis magenta.be Eveline Vandecaetsbeek Markt Brugge juni 2010 Voor meer info & reacties: