Antwoorden Nederlands Fictie blok 2 en 3

Transcriptie

1 Antwoorden Nederlands Fictie blok 2 en 3 Antwoorden door een scholier 1728 woorden 11 jaar geleden 5,9 22 keer beoordeeld Vak Nederlands Fictieverslag blok 2 en 3 Gemaakt door john, Klas 4eb1` Docent: meneer W. Lekker lezen, Over lezen Schrijfwijzer Gedicht Lekker lezen Opdracht 1. 1a. Mijn persoonlijke reactie is: doet me niks, voor mijn leeftijd, moeilijk 1b. Om eerlijk te zijn zou ik het hele boek niet willen lezen, niet echt mijn smaak. Trouwens, ik lees toch al niet zo veel. 2a. De moeder van Maus wilt al zijn spullen verbranden als afscheidscadeau. Ze heeft gelijk wat meer plek 2b. ik zou het nooit doen, pas als de tijd rijp is, en nog zou ik het niet verbranden. Ik zou het weggooien of zoiets. 3a. Luuk is er ook niet mee eens. Dat kun je zien, omdat hij tegen zijn moeder in gaat. 3b. De moeder reageert koeltjes, maar soms is ze wel een beetje ongeduldig. 3c. Wat ik van de standpunten vindt: Ik kan het begrijpen, van allebei 4a. Maus is overleden aan een zeldzame ziekte 4b. Luuk en zijn ouders komen er achter door zijn dagboek 5. Ik had misschien wel gered kunnen worden, als de dokter het wist wat de ziekte was. Helemaal zeker ben ik niet, want ik weet niet wat de dokter allemaal kunnen doen. 6a. De gevolg is, is dat Luuk bang is dat hij de ziekte ook heeft. 6b. Luuk reageert bang. Dat begrijp ik. 7. Ik leer Luuk en zijn moeder kennen, door wat ze allemaal zeggen. 8. de karakte van de hoofdpersonen: Luuk: angstig Moeder: rustig 9. De open plek van dit verhaal is: Gaat Luuk ook dood? Pagina 1 van 6

2 Opdracht 2.3 Het gesprek gaat moeilijk worden. De vriend van Luuk krijgt het nu net zo zwaar als Luuk toen ontdekt was dat de broer van Luuk een ziekte heeft die niemand wist wat dat precies voor een ziekte was. Over lezen Opdracht 3 1a. Ik lees absoluut niet graag gedichten. Alleen maar wanneer het moet 1b. Nee. Voor dit verhaal wist ik niet eens dat hij bestond. 2a. Voor zover ik kan herinneren heb ik nog geen verhalen gelezen over zoiets. 2b. Ik houd niet zo van zielige onderwerpen. Ik hou meer van griezelverhalen Opdracht De thema van de ontdekking is: droevig 2. De motief: Verbranden van spullen komt erin voor 3. Het thema van het verhaal in blok 1 is reality, de motieven zijn: Bewijs; Camera. Opdracht De volgorde van dit verhaal is: Geen idee, ik snap deze vraag niet. 2. het algemene opbouwschema van dit verhaal is: Geen idee, ook dit snap ik niet. 3. het algemeen opbouwschema van het verhaal: gevaarlijk dubbelspel is: Geen idee, hetzelfde als vraag het motorisch moment in dit verhaal is: Vanaf rgl. 33 tot rgl deze verhaal heeft 3 verhaallijnen. 6. de manier waarop deze verhalen eindigen is: Elke keer een ander onderwerp aanslaan. Schrijfwijzer Opdracht 22. Voer de volgende opdrachten uit. In paragraaf 6.5 heb je het artikel de verleiding wordt duur betaald gelezen. Behalve de verleiding om vet en ongezond te eten, zijn er ook andere verleidingen. Denk maar aan de verleiding te gokken, te roken of de verleiding om allerlei luxeartikelen te kopen na het zien van reclames. Je gaat een artikel voor de schoolkrant schrijven over dit onderwerp. 1. lees de volgende aanwijzingen voor de opbouw van je tekst. Beschrijf in de inleiding een voorbeeld van de verleiding waarover je gaat schrijven. Noem de soort verleiding waarover je tekst gaat. Vermeld verder de hoofdgedachte. Schrijf in het middenstuk wie er volgens jou verantwoordelijk is voor de verleiding. Is dat de consument, het bedrijf, de school, de gemeente of de fabriek? Bespreek ook de gevolgen van verleiding. Dit kunnen gevolgen voor de gezondheid en/of je portemonnee zijn. Sluit de tekst in het slot op een passende manier af. Pagina 2 van 6

3 Mijn voorbeeld van een verleiding is roken. De verleiding om te roken is erg groot. Zeker als je vrienden roken en ook de mensen om je heen. Dan denk je bij je zelf na. Hoe proeft het? Hoe smaakt het? Voel ik me er beter bij? Krijg ik dan meer vrienden? De mensen die verantwoordelijk zijn voor de verleiding zijn: De school Je vrienden Je familie De mensen om je heen En ga zo maar door. De gevolgen hierdoor zijn niet echt prettig. Roken kost je heel veel geld, en je gezondheid gaat er op achteruit. Dit was mijn artikel over verleidingen. Gemaakt door John. Opdracht Vul bij de nummers 1, 3, 5, 7, 8, 11 en 13 de juiste leestekens in. 1. De komma 3. De komma 5. De vraagteken 7. De komma 8. De 11. De punt 13. De komma 2. Welke leestekenregels zijn er bij de nummers 2, 4, 6, 9, 10, 12, 14 en 15 gebruikt? 2. De komma 4. De komma 6. De komma 9. De komma 10. De komma 12. De komma 14. De komma 15. De komma Gedicht Opdracht Nee, er staan in de gedichten geen woorden die ik niet begrijp. 2. Geen van de stukken teksten maken indruk op mij. 3. Uit gedicht 1 is de regel 5 het belangrijkst. Uit gedicht 2 is de regel 4 het belangrijkst. Uit gedicht 3 is de regel 12 het belangrijkst. 4. Eerst gedicht 3 dan 1 dan 2. dit is de chronologische volgorde. Pagina 3 van 6

4 5. De gevoel die er in voor komt is verdriet. 6. De verschil is dat deze gedichten korter zijn dan het verhaal in het begin. 7. gedicht 3 vind ik het mooist. Dit was blok 2 Blok 3. Lekker lezen Opdracht 1. 1a. Mijn persoonlijke reactie op dit fragment: Spannend, interessant, voor mijn leeftijd, laat me meeleven, moeilijk, opgewekt en vlot verteld 1b. Ik zou zeker het boek willen lezen. Ik vind het wel interessant. 2 De gebeurtenissen spelen s avonds af in ongeveer deze tijdperk. 3a. er is een aanslag gepleegd op Fake Ploeg. 3b. Fake Ploeg was hoofdinspecteur van de politie, de grootste moordenaar en verrader van Haarlem en omstreken. 3c. Waarschijnlijk zullen huurmoordenaars de moord gepleegd hebben. 4a. De buurman en zijn dochter hebben onmiddellijk de man verplaatst naar een ander huis. 4b. Ze doen dat omdat ze dan geen gezeur krijgen van de moffen. 5a. Peter wilt de lichaam ook verplaatsen. 5b. Zijn ouder zijn er niet mee eens. 5c. Het lukt Peter niet om zijn plan uit te voeren. De moffen zijn er al. 6. de soort mensen die komen zijn moffen. 7. Het motorisch moment begint wanneer de eerste schoten zijn afgelost. 8. Het thema van dit verhaal is actie. 9. Geen idee in welk volgorde de gebeurtenissen staan. 10. dit fragment is spannend omdat er veel actie in voorkomt 11.De vragen die ik wil stellen is: gaat er nog iemand dood? Wie gaat de gevangenis in? Opdracht 2 Nummer 8: Het is januari 1945, s avonds rond acht uur. Peter en Anton Teenwit zitten met hun moeder een spelletje Mens-erger-je-niet te spelen. Buiten is het doodstil. Plotseling klinken er in de straat zes scherpe knallen. Eerst drie kort achter elkaar, na een paar seconden een vierde en vijfde schot. Even later een schreeuw en dan nog ene zesde schot. Peter doet meteen de lamp uit en kijkt door een kier van de gordijnen naar buiten. Opdracht 3 1. Ik lees graag horror of thriller boeken 2a. Ik kijk graag naar thriller en horror 2b. Nightmare on Elmstreet. Opdracht 4 Pagina 4 van 6

5 1. Het verhaalt speelt zich af in de 2e wereldoorlog 2. Er is één terugwijzing in het verhaal, namelijk: Hij kwam hier regelmatig langs, op weg naar zijn werk of naar zijn huis in Heemstede. 3. Er staan geen terugblikken in. 4. Er staan ook geen tijdsprongen in het verhaal 5. Er staan geen vooruitwijzingen in het verhaal, of tenminste ik heb er geen gevonden 6. Het verteltempo ligt redelijk hoog, ik was zo door het fragment. Opdracht De meervoudige vertelsituatie 2. Je weet de gevoelens van meerdere personen 3. De vertelsituatie in Blok 1 is: De personale vertelsituatie. de gevolg daarvan is: je weet alles van één persoon De vertelsituatie in Blok 2 is: De personale vertelsituatie. de gevolg daarvan is: je weet alles van één persoon Opdracht 8 1. De functie van de ruimtebeschrijving heeft in het verhaal de aanslag vooral om te laten zien dat het bij hun thuis afspeelt. 2. De functie van de ruimtebeschrijving heeft in het verhaal gevaarlijk dubbelspel vooral om te laten zien dat Fanny is ontvoerd in iemand s huis vlak bij een café Opdracht 24 Ik wil graag reageren op de artikel alleen leren als je wilt Ik wil mijn mening geven over: 1. Leerlingen krijgen alleen kennis aangeboden als ze daarom vragen Niemand gaat echt om kennis vragen. Ik vind dit flauwekul. 2. Je kunt na je schooltijd gewoon naar een universiteit of hoge school Geen school die ze dan aannemen. De leerlingen kunnen niet lezen 3. Kinderen zonder basiskennis zijn uitverkoren om drop-outs te worden Hier ben ik wel mee eens Of te wel, ik ben tegen lederwijs. John. Opdracht Op plek hoort de leesteken 2. De komma, 3. De dubbele punt : 4. De hoofdletter 7. De komma, 9. De komma, 11. De komma, 12. De komma, 13. De komma, 14. De punt. 16. De dubbele punt : 2. De leestekens op de onderstaande nummer staan er al op. Deze leestekens zijn het: Pagina 5 van 6

6 1. De komma, 5. De komma, 6. De komma, 8. De komma, 10. De komma, 15. De komma, Opdracht De 3e, 4e, en 5e strofe vormen de kern van het gedicht 2a. De kijk die de dichter heeft is: begin klein, eindig groot. 2b. Ik ben het wel eens met de kijk van de dichter omdat ik zo ook altijd begin. 3. Dit gedicht is gebaseerd op de stelling: verzet. 4. Jezelf een vraag stellen 5a. De kleine daad waar de storm mee begint is: zacht geritsel in de tuin. 5b. Een brede rivier begint met een kleine bron. 5c. Een vuurzee kan beginnen met dezelfde lucifer die de sigaret aansteekt. 5d. Liefde kan beginnen met een blik en een aanraking. 6. Begint allemaal bet zoals. 7. Mijn mening over dit gedicht is: saai en langdradig. Gedichten is niet echt mijn ding. Dit was Blok 3 Pagina 6 van 6