Competentieprofiel van de begeleidingsverpleegkundige

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Competentieprofiel van de begeleidingsverpleegkundige"

Transcriptie

1 profiel van de begeleidingsverpleegkundige Werkgroep begeleidingsverpleegkundigen NVKVV [september 2010]

2 INHOUD INHOUD Inhoud... 2 A. Voorwoord... 3 B. s... 4 B1. Attidude en functiegebonden competenties... 4 Zelfmanagement... 4 Betrouwbaarheid... 4 Stressbestendigheid... 5 Overtuigingskracht... 6 Samenwerken... 7 Mondelinge communicatie... 8 Schriftelijke communicatie... 9 Visie 10 Initiatief Flexibiliteit Organisatiesensitiviteit Plannen en organiseren Coachen en ontwikkelen B2. Vaktechnische competenties Verpleegkundige vaardigheden Didactische vaardigheden Pedagogische vaardigheden Kennis en inzicht in de structuur van de gezondheidszorg Kennis en inzicht in de structuur van de opleidingen voor verpleegkunde Kennis en inzicht in de structuur van de eigen organisatie C. Bronnen

3 A. VOORWOORD Het competentieprofiel dat je op de volgende pagina s kan terugvinden, kwam tot stand door de inzet van gemotiveerde en enthousiaste medewerkers! Een degelijk en onderbouwd competentieprofiel opstellen is immers geen eenvoudige opdracht. Vooral als je bedenkt dat er vandaag de dag nog geen eenduidige definitie bestaat van het begrip competentie. Toch vonden wij het als werkgroep van begeleidingsverpleegkundigen het meer dan de moeite waard om ervoor te gaan. Startende begeleidingsverpleegkundigen hebben immers nood aan een houvast bij de aanvang van hun nieuwe uitdaging en ervaren collega s krijgen hierdoor een actieve impuls in hun eigen leer- en groeiproces. Dat competentiemanagement geen modeverschijnsel is, blijkt uit heel wat wetenschappelijk onderzoek waarbij een aantal verpleegkundige onderzoekers stellen dat klinische competenties meer en meer de professionele en organisatorische context van de verpleegkundige praktijk zullen worden (Hendry, Luader & Roxburgh,2007). Zij geven ook aan dat competentiemanagement in verpleeg- en vroedkunde bijdraagt tot de effectiviteit en betrouwbaarheid van de professie. Deze nieuwe beleidswind in de gezondheidszorg bereikte ook de verpleegen vroedkundige opleiding. Studenten verpleeg- en vroedkunde worden opgeleid vanuit een competentiekader waarbij opleiders streven naar een verdere en doorgedreven professionalisering van de opleiding. De uitspraak van Van der Maesen de Sombreff en Schakel, management is een bouwwerk waarvan het cement wordt gevormd door de competenties. Om dit bouwwerk bijeen te houden verdient het aanbeveling om te kiezen voor een heldere definitie van competenties. vat in twee zinnen de essentie samen. Om ons bouwwerk te voorzien van een degelijke en werkbare structuur werd er gekozen voor de aanpak van het competentiemodel van Quintessence. In dit model worden competenties beschouwd als, menselijke observeerbare eigenschappen onder de vorm van toegepaste kennis en daadwerkelijk gedrag die op een of andere wijze kunnen bijdragen tot succesvol functioneren in een specifieke rol of functie (Van Beirendonck, 2004). Ons competentieprofiel werd opgebouwd uit vaktechnische competenties (kennis & kunde) en gedragscompetenties (gedrag & persoonlijke vaardigheden) met waarneembare gedragsvoorbeelden. Om het geheel overzichtelijk en werkbaar te houden werd elke competentie uitgewerkt op één pagina. Laat dit profiel je niet afschrikken maar stimuleren tot kritische zelfreflectie. Durf te kijken naar je eigen kwaliteiten, die ongetwijfeld aanwezig zullen zijn, zonder schroom maar met een beroepsfierheid die elke begeleider verdient. Wij zijn er ons van bewust dat dit profiel geen eindresultaat is maar het startsein van onze professionalisering. Vandaar dat wij deze bundel niet zien als een statisch gegeven maar een dynamisch document dat alleen maar kan verbeteren. Samen werken wij aan de kracht van begeleiding door levenslang leren en een sterk zelfbewustzijn! Wij wensen jullie veel lees- en leerplezier. 3

4 B. COMPETENTIES B1. ATTIDUDE EN FUNCTIEGEBONDEN COMPETENTIES ZELFMANAGEMENT BETROUWBAARHEID Correct handelen, afspraken nakomen, verantwoordelijkheid opnemen Gedragsvoorbeelden i Zelfmanagement 1. Handelt correct en respectvol ten aanzien van zijn omgeving en van de bestaande regels en afspraken Respecteert formele regels en afspraken Gaat op een respectvolle wijze om met anderen Geeft volledige en juiste informatie door Respecteert vertrouwelijke en persoonlijke informatie (beroepsgeheim) Doet wat hij zegt, komt beloften en afspraken na Komt open uit voor eigen fouten en nalatigheden 2. Brengt sociale en ethische normen in de praktijk Neemt de verantwoordelijkheid op zich voor zijn eigen handelen Handelt consequent: neemt in soortgelijke omstandigheden soortgelijke standpunten in of een soortgelijke houding aan Kan inschatten of informatie al dan niet verder kan of mag worden verspreid 3. Handelt integer (te goeder trouw) Blijft correct en integer handelen rond basisregels, sociale en ethische normen, in situaties van grote extreme druk Houdt aan normen vast, wanneer dit voor zichzelf nadeel, spanning of conflicten met zich meebrengt Durft op een verantwoorde en onderbouwde wijze een uitzondering maken op de strikte regel, als dat het belang van de organisatie dient 4

5 ZELFMANAGEMENT Gedragsvoorbeelden ii STRESSBESTENDIGHEID Rationeel, professioneel correct en gestructureerd blijven handelen Prioriteiten kunnen stellen bij onvoorziene omstandigheden Zelfmanagement 1. Blijft kalm en rustig bij incidenteel verhoogde druk, eigen aan de functie Reageert kalm bij wijzigingen in de planning, bij wijzigende prioriteiten, bij nieuwe gegevens, e.d. Blijft doelmatig en effectief handelen in situaties van verhoogde tijdsdruk of sociale druk Vertoont geen uiterlijke tekenen van stress bij tijdelijke verhoging van de druk Reageert rustig bij tegenstand of persoonlijke verwijten, negatieve feedback Bewaakt eigen grenzen van kennen en kunnen 2. Blijft kalm en rustig in situaties van langdurig verhoogde druk en/of in crisissituaties eigen aan de opdracht Blijft rustig praten en geeft een ontspannen indruk, ook al maakt zijn/haar gesprekspartner het hem/haar moeilijk Behoudt bij confrontaties een correcte en tactvolle houding: vermijdt woordenwisselingen, reageert respectvol Blijft zich in crisismomenten open opstellen ten aanzien van kritiek van anderen, en blijft bereid zijn/haar eigen aanpak te toetsen Kan voor zichzelf problemen, spanningen of tegenslagen verwerken en relativeren Blijft doorzetten in geval van tegenslagen en teleurstellingen 3. Blijft kalm en rustig in complexe situaties waarin hij/zij met een langdurige of regelmatig weerkerende hoge druk en/of met crisissituaties die de eigen opdracht overstijgen, wordt geconfronteerd Blijft onder moeilijke werkomstandigheden hoofd- en bijzaak in het eigen werk onderscheiden Presteert goed in situaties waar sprake is van langdurige of zich herhalende hoge tijdsdruk, tegenslag en complicaties Handhaaft zich in complexe situaties en situaties met onzekerheden en onbekenden Blijft zich niettegenstaande grote tijdsdruk open opstellen voor meningen of opmerkingen van anderen Blijft in situaties van grote druk en weerstand zoeken naar een aangepaste stijl en aanpak om toch zijn/haar doelstelling te bereiken 5

6 INTERACTIE iii Gedragsvoorbeelden OVERTUIGINGSKRACHT Instemming verkrijgen voor een mening, aanpak of visie door het gebruik van goed onderbouwde argumenten, door de dialoog en het overleg aan te gaan, door het gepast aanwenden van autoriteit (bevoegdheid en deskundigheid) en door het uitbouwen van gepaste strategieën Interactie 1. Argumenteert met valabele argumenten Formuleert een eigen mening Voorziet zijn/haar standpunten van concrete argumenten Steunt zijn/haar argumentatie op een samenhangende redenering Richt zich met zijn/haar argumenten tot de juiste persoon Illustreert zijn/haar argumentatie met voorbeelden 2. Overtuigt door inhoud én aanpak Reageert adequaat en niet defensief op negatieve reacties of weerstand Toont begrip voor meningen en standpunten van anderen Enthousiasmeert anderen bij het verdedigen van de eigen voorstellen en ideeën Brengt zijn/haar argumenten scherp onder woorden Brengt een persoonlijke en genuanceerde argumentatie naar voren 3. Hanteert aangepaste beïnvloedingsstrategieën Trekt tijd uit om in te gaan op signalen van weerstand ook al betreft het inhoudelijke details Legt voorafgaandelijk contacten met anderen om problemen te kunnen opsnuiven en om tot afspraken te komen Vergroot de impact van zijn/haar boodschap door het gebruiken van de gepaste communicatiemix (vb. gebruik van beeldmateriaal, inlassen van interactieve momenten, ) Weet tegenargumenten om te buigen en aan te wenden in de eigen argumentatie Denkt (vooraf) aan de impact die de eigen argumentatie kan hebben op anderen; durft hiervoor een speciale, ongewone actie gebruiken 6

7 INTERACTIE SAMENWERKEN Actieve bijdrage leveren aan een gezamenlijk resultaat op het niveau van de collega s, het team, de werkgroep of binnen de eigen organisatie / ziekenhuisstructuur, ook wanneer de samenwerking een onderwerp betreft dat niet direct van persoonlijk belang is Gedragsvoorbeelden Interactief gedrag 1. Werkt mee en informeert anderen Houdt rekening met de mening & ideeën van anderen Behandelt anderen met respect, ongeacht hun achtergrond, opvattingen of positie Is geïnteresseerd in de verscheidenheid van anderen 2. Helpt anderen en pleegt overleg Helpt anderen hun eigen doelen te bereiken Stemt de eigen inbreng/prioriteiten/aanpak af op de noden & vragen van de groep Biedt ondersteuning en hulp bij problemen ook al valt deze taak niet onder de eigen opdracht Vraagt spontaan en proactief de mening van anderen 3. Stimuleert via een oplossingsgerichte aanpak de samenwerking binnen het eigen team, de afdeling, de werkgroep en de organisatie/ziekenhuis Komt met ideeën om het gezamenlijk resultaat en doel te verbeteren Moedigt anderen aan om in overleg te gaan en ideeën te uiten en van gedachten te wisselen, ook als die het eigen werk overstijgen Creëert een positieve teamgeest door het geven van constructieve feedback en anderen aan te moedigen te streven naar een gezamenlijke oplossing 4. Creëert gedragen samenwerkingsverbanden en netwerken Creëert structuren of netwerken om de samenwerking met anderen te verbeteren 7

8 INTERACTIE MONDELINGE COMMUNICATIE iv De wijze waarop gecommuniceerd wordt Mondelinge communicatie: de wijze waarop op een duidelijke begrijpbare manier gecommuniceerd wordt. Hierbij wordt gebruik gemaakt van taal, gebaren en non-verbale communicatie Gedragsvoorbeelden Relationele vaardigheden 1. Weet de eigen boodschap vlot en begrijpelijk te verwoorden Legt (technische) gegevens op een begrijpelijke wijze uit Antwoordt doelgericht en beknopt Is goed verstaanbaar (volume, articulatie, tempo) Spreekt vlot Ondersteunt zijn/haar boodschap met aangepast non-verbaal gedrag 2. Zorgt voor een heldere communicatie in twee richtingen Communiceert duidelijk en to the point Richt zich tot zijn/haar gesprekspartner Gaat regelmatig na of de boodschap voor de andere duidelijk was Biedt zijn/haar gesprekspartner(s) de mogelijkheid om vragen te stellen Geeft de gesprekspartner de ruimte om zich te uiten en onderbreekt hem/haar niet Past de communicatiewijze aan, aan de mogelijkheden/eigenheden van de gesprekspartner 3. Communiceert vlot met verschillende doelgroepen Bouwt zijn/haar betoog op een gericht gestructureerde wijze op Maakt een complex onderwerp begrijpelijk voor de doelgroep, geeft de grote lijn aan, gebruikt voorbeelden die passen bij de doelgroep Gebruikt voorbeelden en vergelijkingen om voorstellen en boodschappen meer kracht bij te zetten Past zijn/haar woordenschat en spreektempo aan de doelgroep aan Past de communicatiestijl (vb. formeel, informeel, meer of minder interactief, ) aan, aan de specifieke relatie met de doelgroep Communiceert selectief vanuit zijn/haar inzicht in en inschatting van de situatie, om zo sneller zijn/haar doel te bereiken Gaat bewust om met interculturele diversiteit Vertaalt abstracte informatie (zoals beleidsplannen, onderwijsplannen, onderzoekplannen) in concrete vorm 8

9 INTERACTIE SCHRIFTELIJKE COMMUNICATIE Het kunnen overbrengen van een schriftelijke boodschap zodat het publiek tot wie ze gericht is, begrijpt; waar nodig op een gestructureerde manier informatie overbrengen met het gepast gebruik van correcte taal. Gedragsvoorbeelden v Interpersoonlijk gedrag 1. Hanteert een correcte en begrijpelijke taal - Hanteert een correcte spelling - Hanteert een correcte grammatica - Handhaaft de huisstijl en de afspraken hierover in zijn/haar communicatie - Schrijft in een toegankelijke taal ambtelijke brieven en nota s 2. Structureert zijn/haar boodschap en hanteert een gepast taalgebruik in functie van de situatie/het publiek - Stelt eenduidig leesbare documenten op, beknopt en ter zake - Levert teksten met een duidelijke structuur (zowel inhoudelijk als vormelijk, en beide zijn congruent) - Gebruikt een stijl die aangepast is aan de situatie (hetzij zakelijk, onderhoudend, informatief, ) - Gebruikt een taal die aan het publiek aangepast is (vb. licht jargon toe, maakt 'leesbare' teksten, ) - Houdt in taalgebruik en boodschap rekening met de noden en behoeften van de verschillende doelgroepen 3. Heeft een aantrekkelijke en motiverende schrijfstijl - Maakt een heldere, correcte en leesbare schriftelijke synthese van een complexe situatie - Schrijft teksten die een uithangbord zijn voor de organisatie wat betreft stijl, taal en vormgeving - Slaagt erin zijn/haar boodschap via een aantrekkelijk taalgebruik visueel voor te stellen - Kan teksten voor een breed publiek luchtig maken door het gebruik van aangepaste visuele en andere ondersteuningen - Verwerkt in zijn/haar teksten die argumenten en redeneringen die voor het doelpubliek het meest relevant en overtuigend zijn 9

10 INFORMATIE VISIE Feiten bekijken van op een afstand, ze in een ruimere context en langetermijnperspectief plaatsen In hoofdlijnen de richting aangeven waarin de organisatie en haar omgeving zich bewegen. Formuleren van de doelstellingen voor het langetermijnbeleid Gedragsvoorbeelden vi Omgaan met informatie 1. Plaatst operationele taken en problemen in een ruimere context - Schat de ruimere consequenties van de eigen acties, voorstellen en beslissingen correct in - Kan discipline-overschrijdend denken (vb. bekijkt de mogelijke impact op andere afdelingen, betrekt info uit andere domeinen) - Legt overstijgende, minder voor de hand liggende verbanden - Brengt noodzakelijke veranderingen goed onderbouwd over, brengt de gevolgen goed in kaart - Maakt zich los van de dagelijkse problematiek, neemt de tijd om vooruit te denken en geeft de grote lijnen aan 2. Betrekt bredere maatschappelijk factoren bij zijn/haar aanpak - Kent de relevante trends en ontwikkelingen binnen en buiten de organisatie en het eigen beroepsdomein - Wijst op nieuwe problemen en situaties die voor anderen nog niet zo duidelijk zijn - Denkt kritisch en zelfstandig - Kadert adviezen, beslissingen en initiatieven in de bredere organisatiecontext/beleidscontext - Heeft voeling voor wat er in de toekomst gevraagd kan worden 3. Brengt een eigen beleid naar voren dat de entiteit/organisatie op lange termijn beïnvloedt - Formuleert een inspirerend toekomstbeeld op de rol van de organisatie en het eigen beroepsdomein - Anticipeert op maatschappelijke evoluties en toekomst, evenals op de manier om de eigen organisatie/entiteit hierop voor te bereiden - Komt met plannen en ideeën met een looptijd van enkele jaren - Houdt vast aan de langetermijnvisie, niettegenstaande de dagelijkse gebeurtenissen - Brengt noodzakelijke veranderingen goed onderbouwd over, brengt de gevolgen goed in kaart 10

11 PROBLEEMOPLOSSEN INITIATIEF vii Uit eigen beweging voorstellen en/of acties ondernemen om problemen op te lossen en om bestaande situaties te verbeteren/optimaliseren Gedragsvoorbeelden Probleemoplossend gedrag 1 Neemt het initiatief om binnen het eigen takendomein acties te initiëren (reactief en ad hoc) Doet eerst zelf al het mogelijke om een probleem op te lossen, alvorens hulp van anderen in te roepen Gaat uit zichzelf achter informatie aan Ziet werk liggen en gaat over tot actie Onderneemt uit eigen beweging gericht acties om het concrete probleem op te lossen Kan problemen die zich voordoen, zelf afwerken 2 Neemt het initiatief om structurele problemen binnen het eigen takendomein op te lossen (reactief en structureel) Heeft oog voor zaken waar de hiërarchie eventueel niet aan denkt en handelt ernaar/brengt ze onder aandacht Formuleert voorstellen om bestaande situaties te verbeteren Stelt zelf documentatie samen om efficiënt te kunnen werken Zoekt naar alternatieve oplossingen wanneer hij/zij met structurele problemen wordt geconfronteerd Geeft aan waar het afgeleverde resultaat mogelijk verbeterd kan worden 3 Neemt initiatieven die aantonen dat hij/zij anticipeert op gebeurtenissen (proactief) Speelt spontaan in op kansen die zich aandienen Anticipeert middels actie op diverse situaties Neemt initiatief om te vernieuwen Introduceert verbeteringen in werkaanpak en procedures 11

12 PROBLEEMOPLOSSEN Gedragsvoorbeelden FLEXIBILITEIT viii De eigen gedragsstijl kunnen veranderen teneinde een gesteld doel te bereiken. In verschillende situaties of ten aanzien van verschillende personen op een efficiënte wijze zijn/haar gedrag kunnen aanpassen Probleemoplossend gedrag 1 Past zijn/haar aanpak en/of gedrag aan indien de concrete situatie dit vereist Verandert agenda en operationele planning in functie van tijdsdruk, nieuwe prioriteiten, dringende vragen of behoeften Verhoogt het werktempo, indien de omstandigheden dit vragen Zoekt tijdig een alternatieve oplossing/aanpak indien blijkt dat de gekozen aanpak niet geschikt was Is bereid taken te doen die niet tot het normale pakket behoren, indien de omstandigheden dit vereisten 2 Past zijn/haar gedrag doelgericht aan om de gestelde doelstellingen beter (sneller, efficiënter, ) te kunnen bereiken Maakt waar nuttig/nodig gebruik van indirecte beïnvloedingsmethoden (vb. netwerking) om de kansen op slagen te verhogen Evalueert kritisch en regelmatig het te verwachten resultaat met als doel de gekozen aanpak tijdig te kunnen bijsturen Reageert alert op informatie die het bijsturen van een gekozen aanpak noodzakelijk maakt (merkt dit op, schat gevolgen in, overloopt alternatieven, ) Formuleert meerdere concrete alternatieven om de doelstellingen beter, efficiënter te kunnen bereiken 3 Blijft soepel en doelgericht functioneren in situaties die bijzonder onderhevig zijn aan veranderingen Blijft doelmatig handelen in situaties waar de eigen kennis en ervaring ontoereikend is Blijft rustig en doelmatig handelen in situaties waar meerdere variabelen plots veranderen Anticipeert: schat de mogelijke hindernissen vooraf in Ontwikkelt meerdere strategieën: bekijkt voorafgaand meerdere wegen om het doel te bereiken en heeft alternatieven voorhanden Weet de impact van de wijziging van één variabele op de andere aspecten snel en correct in te schatten 12

13 PROBLEEMOPLOSSEN ORGANISATIESENSITIVITEIT ix Invloed en gevolgen onderkennen van (eigen) beslissingen, voorstellen en acties op andere onderdelen van de organisatie Gedragsvoorbeelden Probleemoplossend 1. Toetst eigen besluiten, voorstellen en acties af aan de (verschillende) belangen van de eigen entiteit Maakt gebruik van expertise binnen de eigen entiteit Neemt geen beslissing zonder het effect op andere delen van de eigen entiteit te hebben ingeschat Is op de hoogte van gebeurtenissen in de verschillende delen van de eigen entiteit en houdt daar op voorhand rekening mee Betrekt andere diensten binnen de eigen entiteit in overleg en besluitvorming Onderkent de invloed en gevolgen van eigen beslissingen op andere diensten binnen de eigen entiteit 2. Toetst eigen besluiten, voorstellen en acties af aan (de belangen van) andere entiteiten Maakt gebruik van expertise in ander entiteiten Schakelt een andere entiteit in bij het oplossen van problemen Zorgt ervoor dat hij/zij weet wie de belanghebbenden zijn en dat hij/zij beslissingen en ontwikkelingen naar hen zorgvuldig communiceert Creëert een draagvlak voor voorstellen door het verschaffen van informatie Betrekt andere entiteiten binnen de organisatie in overleg en besluitvorming 3. Getuigt van realiteitszin bij het ondernemen van acties die verscheidene entiteiten aanbelangen Houdt rekening met de (politieke) invloeden binnen een organisatie Onderkent de invloed en gevolgen van de eigen beslissing op andere entiteiten binnen de organisatie Reageert op (onuitgesproken) behoeften, belangen en/of verwachtingen van andere entiteiten Creëert een draagvlak door inzicht te tonen in en rekening te houden met informele netwerken die de eigen entiteit kunnen overschrijden Is op de hoogte van gebeurtenissen in andere entiteiten van de organisatie en houdt daar op voorhand rekening mee 13

14 ORGANISATIE PLANNEN EN ORGANISEREN x Het aanbrengen van structuur in tijd, ruimte en prioriteit bij het verwerken van informatie en bij het aanpakken van problemen; het doelgericht voorbereiden en coördineren van acties en werkzaamheden Gedragsvoorbeelden Beheersmatig gedrag 1. Plant eigen werk effectief - Maakt gebruik van hulpmiddelen bij het inplannen van taken (checklist, to-do lijstjes, elektronische agenda, ) - Pakt eerst de belangrijkste of dringendste opdrachten aan - Houdt rekening met de nodige uitvoeringstijd - Geeft tijdig aan wanneer de planning niet gehaald kan worden - Houdt in eigen planning rekening met de begrippen dringend en belangrijk 2. Plant eigen werk en dat van anderen effectief - Brengt structuur aan in eigen en andermans werk (vb. bepaalt werkterreinen, prioriteiten, termijnen, ) - Houdt bij het inplannen van taken rekening met deadlines - Maakt goede werkschema s en tijdsplanningen op (werkbaar, volledig, overzichtelijk) - Geeft op een duidelijke en eenduidige manier aan welke de prioriteiten zijn 3. Plant continu activiteiten, met veel en complexe variabelen - Concentreert zich in zijn/haar planning op de gehele opdracht, zonder details uit het oog te verliezen - Behoudt het overzicht over de stand van de uitvoering van projecten ten overstaan van de planning - Bereikt een balans tussen de geïnvesteerde tijd, de geleverde prestatie en de behaalde kwaliteit - Anticipeert op eigen werk en op dat van anderen - Besteedt aandacht aan een langetermijnplanning, en bouwt daarbij voldoende flexibiliteit in om adequaat op veranderingen te kunnen inspelen 14

15 LEIDINGGEVEN COACHEN EN ONTWIKKELEN Richting en sturing geven aan de medewerker in het kader van diens taakvervulling; stijl van coachen aanpassen aan medewerker en situatie zodat betrokken medewerker zich optimaal kan ontwikkelen. xi (medewerker =student verpleegkunde, startende verpleegkundige, collega s, teamleden) Gedragsvoorbeelden xii Leiderschap 1. Coacht taak- en resultaatgericht, fungeert als trainer/instructeur/preceptor Stemt zijn/haar coaching- of begeleidingsstijl af op de leerstijl van de medewerker Geeft duidelijke en constructieve feedback aan de medewerkers over hun functioneren Houdt tijdens het leerproces rekening met de mogelijkheden en werkpunten van de andere 2. Coacht met het oog op het ontwikkelen van de gewenste gedragsvaardigheden, fungeert als coach/mentor Stimuleert medewerkers om oplossingsgericht te denken Herkent potentieel en stimuleert de zelfsturing en zelfreflectie van de andere(n) Hij/zij stemt zijn/haar coachingstijl af op het ontwikkelingsniveau en de eigenheid van zijn/haar medewerker Hij/zij heeft aandacht voor de medewerker in zijn totaliteit en met respect voor zijn/haar authenticiteit 3. Neemt verantwoordelijkheid op voor het leren binnen het team/ de afdeling/ de organisatie Stimuleert een open communicatie tussen de verschillende actoren Zorgt voor een lerend netwerk binnen de organisatie en daar buiten Kan flexibel allerlei rollen (trainer, coach, mentor, ) opnemen in functie van de omstandigheden 15

16 KENNISGEBONDEN EN VAKTECHNISCHE COMPETENTIES B2. VAKTECHNISCHE COMPETENTIES VERPLEEGKUNDIGE VAARDIGHEDEN De uitoefening van de gezondheidszorg 10 NOVEMBER [Koninklijk besluit nr 78 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen] (W /49, art. 27). HOOFDSTUK Iter. - De uitoefening van de verpleegkunde. <W /87, art. 10, 011; Inwerkingtreding : > Art. 21quater, 21quinquies, 21sexies, 21septies, 21octies, 21novies, 21decies, 21undecies, 21duodecies, 21terdecies, 21quaterdecies, 21quinquiesdecies, 21sexiesdecies, 21septiesdecies (pag. 16-pag.21) Lijst verpleegkundige handelingen 18 juni 1990 (B.S. 26/07/90) Officieuze coördinatie Koninklijk besluit houdende vaststelling van de lijst van de technische verpleegkundige prestaties en de lijst van de handelingen die door een geneesheer aan beoefenaars van de verpleegkunde kunnen worden toevertrouwd, alsmede de wijze van uitvoering van die prestaties en handelingen en de kwalificatievereisten waaraan de beoefenaars van de verpleegkunde moeten voldoen, gewijzigd bij : Chronologische lijst Elke wijziging is tussen [ ], [[.]], [[[ ]]] geplaatst (wijzigingen in stijgende volgorde) Laatste wijziging : 07/11/2002 De koninklijke besluiten van : (BS : 13/09/90), (BS : 21/02/92), (BS : 26/01/95), (BS : 22/08/97), (BS : 29/10/99), (BS : 07/11/02). Het arrest van de Raad van State nr du Het Erratum du (BS : 21/9/93). De ministeriële omzendbrieven van : (BS : 03/10/90) et (BS : 22/08/97)

17 KENNISGEBONDEN EN VAKTECHNISCHE COMPETENTIES DIDACTISCHE VAARDIGHEDEN xiii Informatie en vaardigheden op een heldere wijze, via een gepaste begeleiding en met het gepast gebruik van (audiovisuele)hulpmiddelen overbrengen, om competenties van anderen te ontwikkelen Gedragsvoorbeelden Interpersoonlijk gedrag 1. Houdt een vormelijk en inhoudelijk betoog of toelichting Houdt een samenhangend helder betoog, waarin hoofd- van bijzaken gescheiden worden Kan kort en bondig de kern van een zaak aan anderen overbrengen Voorziet gelegenheid om vragen te stellen Gaat regelmatig na of de gebrachte informatie voldoende duidelijk is, met aandacht voor specifieke doelgroepen Hanteert in de presentatie een logische structuur: inleiding, situering en probleemstelling, denkpistes en conclusie, eventueel samenvatting Visualiseert de belangrijkste punten ter ondersteuning van het betoog PowerPointpresentaties zijn gestructureerd, duidelijk en niet overladen 2. Kan enthousiasmeren met behoud van helderheid en structuur Geeft de eigen gedachtegang en redenering helder en goed gestructureerd weer Is creatief in het presenteren van een idee of boodschap Maakt contact met het publiek (mensen aankijken, keuze woordgebruik, interactie) Past taal en stijl aan, aan wat het publiek of de situatie vraagt Brengt zijn/haar uiteenzetting over op een levendige, dynamische manier Stimuleert het publiek (op verschillende manieren) om vragen te stellen en reacties te geven 3. Kan heldere en boeiende presentaties geven ten aanzien van diverse doelgroepen en in uiteenlopende situaties Past de inhoud en aanpak van de uiteenzetting aan het doelpubliek (in functie van voorkennis, achtergrond, ) aan Reageert inhoudelijk pertinent op moeilijke vragen Reageert op vragen en reacties zonder het doel en de structuur van de uiteenzetting uit het oog te verliezen Blijft zich openstellen ten aanzien van vragen en opmerkingen, ook wanneer zijn/haar boodschap onder vuur ligt Blijft zelfvertrouwen uitstralen bij kritische interpellaties Slaagt erin een gebrek aan belangstelling te overwinnen(vb. door zijn/haar manier van overbrengen aan te passen of door het gebrek aan belangstelling bespreekbaar te maken) 17

18 KENNISGEBONDEN EN VAKTECHNISCHE COMPETENTIES PEDAGOGISCHE VAARDIGHEDEN Kan vanuit het inzicht in het VTO xiv beleid van de eigen instelling en de onderwijsinstellingen een leerklimaat creëren om startende verpleegkundigen en studenten aan te sturen, richting te geven en te laten groeien in hun transitieproces xv Gedragsvoorbeelden Kennisgebonden of vaktechnische vaardigheden 1. Kent de verschillende effectiviteitindicatoren om een veilig leerklimaat te creëren Hij/zij zorgt voor vaardigheidstrainingen van de begeleiders (herkennen van leerstijlen, oplossingsgericht coachen, kritisch reflectief werkgedrag implementeren, feedbacktrainingen, ) Hij/zij kent het belang van een rolmodel in het uitbouwen van een formeel begeleidingsprogramma Hij/zij informeert en ondersteunt de teams bij de opvang van studenten en startende verpleegkundigen Hij/zij zorgt voor feedback- & communicatietrainingen voor het volledige team opdat er een open & respectvolle leeromgeving ontstaat Hij/zij kan flexibel allerlei rollen (trainer, coach, mentor, ) opnemen in functie van de omstandigheden Hij/zij is een liaison of gesprekspartner met de onderwijsinstellingen die studenten op stage sturen Hij/zij is op de hoogte van de hervormingen van het onderwijs en de impact op de studenten en het werkveld 2. Heeft inzicht en kent de verschillende componenten van competentiemanagement & competentiegericht onderwijs xvi Hij/zij kent de inhoud van de competentieprofielen van de eigen instellingen en de onderwijsinstellingen Hij/zij kan deze competenties zelfstandig en in groep (mentor en leidinggevenden) evalueren & aansturen Hij/zij kan in samenspraak met de begeleider en de leidinggevende een opleidingsplan opstellen voor de startende verpleegkundige 3. Heeft inzicht in de verschillende pedagogische theorieën Hij/zij is op de hoogte van verschillende theoretische kaders om het transitieproces mee in goede banen te leiden (leerstijlen van Kolb, werkplekleren, ) 4. Neemt zijn/haar verantwoordelijkheid op in de training, het coachen en begeleiden van mentoren, preceptoren, meters & peters, 18

19 KENNISGEBONDEN EN VAKTECHNISCHE COMPETENTIES KENNIS EN INZICHT IN DE STRUCTUUR VAN DE GEZONDHEIDSZORG Heeft kennis en inzicht in de organisatie van het Belgische gezondheidszorgsysteem en kan startende verpleegkundigen en studenten hierin wegwijs maken Indicatoren Kennisgebonden of vaktechnische vaardigheden 1. Kent de grote lijnen van het Belgische gezondheidszorgsysteem 2. Kent de financiering van de ziekteverzekering Hij/zij kent de werking van de ziekenfondsen en het RIZIV Hij/zij weet wat de groeinorm is 3. Kent het aanbod en regeling van de curatieve sector (ziekenhuizen, bejaardenzorg, psychiatrie en geestelijke gezondheidszorg & palliatieve zorg) Hij/zij kent de organisatie van de medische en verpleegkundige activiteiten in een curatieve instelling 4. Kent het aanbod van de preventieve sector Hij/zij kent de 3 vormen van preventie: primaire, secundaire en tertiaire preventie 5. Kent de juridische aspecten van de gezondheidszorg of weet waar deze informatie kan worden gevonden Hij/zij is op de hoogte van de rechten en de plichten van het verpleegkundige beroep Hij/zij kent het vrije verkeer van beroepsbeoefenaars en patiënten in de gezondheidszorg Hij/zij kent de regelgeving met betrekking tot de omgang en uitwisseling van gegevens in de gezondheidszorg (beroepsgeheim) Hij/zij kent de taken van de sociale kruispuntenbank (netwerk van de sociale zekerheid) Hij/zij kent het algemeen medisch dossier en het medisch dossier in het ziekenhuis 6. Kent de wet patiëntenrechten van 22 augustus Kent de kwaliteitsindicatoren van het gezondheidszorgsysteem Cursus CZV KU Leuven 2008: Organisatie van de Gezondheidszorg, KU Leuven, Prof. S. Callens 19

20 KENNISGEBONDEN EN VAKTECHNISCHE COMPETENTIES KENNIS EN INZICHT IN DE STRUCTUUR VAN DE OPLEIDINGEN VOOR VERPLEEGKUNDE Indicatoren Kennisgebonden en vaktechnische vaardigheden 1. Heeft inzicht in de organisatie van de opleidingen voor verpleegkunde binnen België Heeft inzicht in hoe de structuur en de organisatie van het onderwijs is opgebouwd om ontwikkelingen in het onderwijs te duiden Is op de hoogte van de actuele onderwijstendensen binnen de opleidingen verpleegkunde Informeert het team over de hervormingen binnen het onderwijslandschap en de impact hiervan op het werkveld Kan onderwijskundige thema's en ontwikkelingen situeren binnen de maatschappelijke context 2. Ontwerpen en/of optimaliseren van de opleidingen voor verpleegkunde Formuleert op basis van analyses, in het werkveld, een voorstel om de leerinhouden van de opleiding in samenspraak te optimaliseren 20

21 KENNISGEBONDEN EN VAKTECHNISCHE COMPETENTIES KENNIS EN INZICHT IN DE STRUCTUUR VAN DE EIGEN ORGANISATIE Indicatoren Kennisgebonden en vaktechnische vaardigheden 1. Organisatieniveau Kent missie en visie van eigen instelling Kent de organogrammen Is op de hoogte van het VTO-beleid 2. Departementaal niveau Heeft kennis van de wijze hoe zorg wordt georganiseerd Heeft kennis van de wijze hoe het leerklimaat is uitgebouwd voor nieuwe verpleegkundigen Heeft kennis van de wijze hoe het leerklimaat is uitgebouwd voor studenten verpleegkunde/vroedkunde Kent eigen functie- en competentieprofiel, en zijn/haar rol en positie binnen de organisatie 3. Afdelingsniveau Heeft kennis van de samenwerkingspartners op de werkvloer: hoofdverpleegkundige, mentor, stagebegeleiding Is op de hoogte van de opleidingsnoden van de nieuwe verpleegkundigen, mentoren, 21

22 C. BRONNEN i Gedragsvoorbeelden competentie betrouwbaarheid zijn gebaseerd op het competentiewoordenboek Vlaamse overheid versie 2.1, 2003, p. 8 ii Gedragsvoorbeelden competentie stressbestendigheid zijn gebaseerd op het competentiewoordenboek Vlaamse overheid versie 2.1, 2003, p. 10 iii /gedragsvoorbeelden competentie overtuigingskracht zijn gebaseerd op het competentiewoordenboek Vlaamse overheid versie 2.1, 2003, p. 15 iv competentie mondelinge communicatie is gebaseerd op de SAM-schaal p 33 Gedragsvoorbeelden competentie mondelinge communicatie zijn gebaseerd op het competentiewoordenboek Vlaamse overheid versie 2.1, 2003, p. 14 v Gedragsvoorbeelden competentie schriftelijke communicatie zijn gebaseerd op het competentiewoordenboek Vlaamse overheid versie 2.1, 2003, p. 21 vi Gedragsvoorbeelden competentie visie zijn gebaseerd op het competentiewoordenboek Vlaamse overheid versie 2.1, 2003, p. 10 competentie visie is gebaseerd op competentielijst Wageningen UR, versie Februari, p. 5 vii /gedragsvoorbeelden competentie initiatief zijn gebaseerd op het competentiewoordenboek Vlaamse overheid versie 2.1, 2003, p. 30 viii /gedragsvoorbeelden competentie flexibiliteit zijn gebaseerd op het competentiewoordenboek Vlaamse overheid versie 2.1, 2003, p. 33 ix /gedragsvoorbeelden competentie organisatiesensitiviteit/organisatiebetrokkenheid zijn gebaseerd op het competentiewoordenboek Vlaamse overheid versie 2.1, 2003, p. 28 x /gedragsvoorbeelden competentie plannen en organiseren zijn gebaseerd op het competentiewoordenboek Vlaamse overheid versie 2.1, 2003, p xi xi competentie coachen en ontwikkeling : Coachen op gedrag en resultaat, Pi Media, xii Gedragsvoorbeelden competentie coachen en ontwikkeling zijn gebaseerd op het competentiewoordenboek Vlaamse overheid versie 2.1, 2003, p. 42 xiii /gedragsvoorbeelden competentie didactische vaardigheden zijn gebaseerd op het competentiewoordenboek Vlaamse overheid versie 2.1, 2003, p. 20 xiv VTO = vorming training en opleiding xv Transitieproces = dit is het proces dat de wisselwerking tussen de theoretische opleiding en de vaardigheidstrainingen op de werkvloer weergeeft. xvi Verwijzing boek: F. Dochy, & G. Nickmans. (2005) gericht opleiden & toetsen, theorie en praktijk van flexibel leren. LEMMA, Utrecht. 22

GEZINSONDERSTEUNEND WERK ONDERZOEK NAAR COMPETENTIES BIJ VRIJWILLIGERS EN PROFESSIONALS

GEZINSONDERSTEUNEND WERK ONDERZOEK NAAR COMPETENTIES BIJ VRIJWILLIGERS EN PROFESSIONALS GEZINSONDERSTEUNEND WERK ONDERZOEK NAAR COMPETENTIES BIJ VRIJWILLIGERS EN PROFESSIONALS Het doel van dit onderzoek is een vergelijking te maken tussen de aanwezige competenties bij professionals en vrijwilligers

Nadere informatie

Strategisch coördinator

Strategisch coördinator Strategisch coördinator Doel van de functie: Als Strategisch coördinator bent u enerzijds verantwoordelijk voor de aansturing van de strategische cel. Anderzijds neemt u zelf ook een aantal taken/projecten

Nadere informatie

Ploegbaas groen wegen

Ploegbaas groen wegen Ploegbaas groen wegen Doel van de functie Onderhouden gemeentelijk groen, wegenis en riolering. Plaats in de organisatie Afdeling grondgebiedzaken Dienst groen- en wegen Directe leidinggevende afdelingshoofd

Nadere informatie

U maakt deel uit van de strategische cel en rapporteert bijgevolg aan de strategisch coördinator.

U maakt deel uit van de strategische cel en rapporteert bijgevolg aan de strategisch coördinator. Programmamanager Doel van de functie: Als programmamanager bent u verantwoordelijk voor het portfolio veranderprojecten waarmee de stad een cultuuromslag beoogt i.f.v. de stadsorganisatie 3.0(*). Plaats

Nadere informatie

Begeleid(st)er buitenschoolse kinderopvang

Begeleid(st)er buitenschoolse kinderopvang Begeleid(st)er buitenschoolse kinderopvang Doel van de functie Zorgen voor een kwaliteitsvolle buitenschoolse kinderopvang. Plaats in de organisatie Afdeling vrije tijd Dienst buitenschoolse kinderopvang

Nadere informatie

Gemeentebestuur Knokke-Heist Competentiewoordenboek kaderleden Januari 2005

Gemeentebestuur Knokke-Heist Competentiewoordenboek kaderleden Januari 2005 Gemeentebestuur Knokke-Heist Competentiewoordenboek kaderleden Januari 2005 1. BELEIDSONDERSTEUNEND WERKEN Beleidsondersteunend werken is het verwerken van alle relevante informatie in duidelijke, overzichtelijke

Nadere informatie

4/13/2011. Een competentieprofiel alleen voor denkers of ook voor doeners? Rita de Laat Begeleidingsverpleegkundige Europa Ziekenhuizen.

4/13/2011. Een competentieprofiel alleen voor denkers of ook voor doeners? Rita de Laat Begeleidingsverpleegkundige Europa Ziekenhuizen. Een competentieprofiel alleen voor denkers of ook voor doeners? Rita de Laat Begeleidingsverpleegkundige Europa Ziekenhuizen Maar ook 1 Een competentieprofiel een instrument om een positief leerklimaat

Nadere informatie

Identificatiegegevens kandidaat. Identificatiegegevens onderneming. Naam* Adres* Telefoon* adres* Naam. Ondernemingsnummer* Datum van onderzoek

Identificatiegegevens kandidaat. Identificatiegegevens onderneming. Naam* Adres* Telefoon*  adres* Naam. Ondernemingsnummer* Datum van onderzoek Screening van de individuele dienstverlener in de pijler advies / advies Internationaal ondernemen / strategisch advies in het kader van de maatregel kmo-portefeuille Sjabloon van het onderzoeksverslag

Nadere informatie

STAGES IN ARBEIDS- EN ORGANISATIEPSYCHOLOGIE: FEEDBACKINSTRUMENT

STAGES IN ARBEIDS- EN ORGANISATIEPSYCHOLOGIE: FEEDBACKINSTRUMENT STAGES IN ARBEIDS- EN ORGANISATIEPSYCHOLOGIE: FEEDBACKINSTRUMENT Naam stagiair(e):... Stageplaats (+ adres):...... Tussentijdse evaluatie Eindevaluatie Stageperiode:... Datum:.. /.. / 20.. Stagementor:...

Nadere informatie

//////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// ////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// FUNCTIEOMSCHRIJVING : Communicatiespecialist ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

Nadere informatie

Administratief medewerker afdeling vrije tijd

Administratief medewerker afdeling vrije tijd Administratief medewerker afdeling vrije tijd Doel van de functie Plaats in de organisatie Graad Niveau Resultaatsgebieden Zelfstandig opdrachten kunnen uitvoeren binnen het domein van de afdeling. Afdeling

Nadere informatie

B. Resultaatgebied 2 Projectvoorstelanalyse Verantwoordelijk voor de integrale, correcte en tijdige afhandeling van het toegewezen projectvoorstel.

B. Resultaatgebied 2 Projectvoorstelanalyse Verantwoordelijk voor de integrale, correcte en tijdige afhandeling van het toegewezen projectvoorstel. Functietitel: Projectbeheerder De projectbeheerder is verantwoordelijk voor de integrale, correcte en tijdige afhandeling van een hem/haar toegewezen project en oproep en is daarvoor aanspreekpunt voor

Nadere informatie

Functieprofiel leidinggevende

Functieprofiel leidinggevende Functieprofiel leidinggevende Doel van de functie Is verantwoordelijk voor (kan aangesproken worden op) de beleidsvoorbereiding en de beleidsuitvoering in een specifiek domein. Resultaatsgebieden Coördineren

Nadere informatie

Functieprofiel leidinggevende lid van het MAT

Functieprofiel leidinggevende lid van het MAT Functieprofiel leidinggevende lid van het MAT Doel van de functie Is verantwoordelijk voor (kan aangesproken worden op) de beleidsvoorbereiding en de beleidsuitvoering in een breed domein. Resultaatsgebieden

Nadere informatie

Jeugdwerker (jongerencultuur) - tijdelijk

Jeugdwerker (jongerencultuur) - tijdelijk Jeugdwerker (jongerencultuur) - tijdelijk Functiebenaming/graad en functionele loopbaan Jeugdwerker, C1-C3. Doel van de functie Je ondersteunt de inhoudelijke werking van de jeugddienst met de focus op

Nadere informatie

Grafisch mediavormgever. Functiebenaming/graad en functionele loopbaan

Grafisch mediavormgever. Functiebenaming/graad en functionele loopbaan Grafisch mediavormgever Functiebenaming/graad en functionele loopbaan Grafisch mediavormgever departement Informatie en Communicatie, C1-C3 Doel van de functie - Instaan voor een professionele grafische

Nadere informatie

Kwaliteitsvolle uitvoering van de financiële verrichtingen van de gemeente en het OCMW.

Kwaliteitsvolle uitvoering van de financiële verrichtingen van de gemeente en het OCMW. Boekhouder Doel van de functie Kwaliteitsvolle uitvoering van de financiële verrichtingen van de gemeente en het OCMW. Plaats in de organisatie Afdeling Dienst Directe leidinggevende Financiën Financieel

Nadere informatie

Diensthoofd patrimonium

Diensthoofd patrimonium Diensthoofd patrimonium Doel van de functie Onderhouden gemeentelijk en OCWM gebouwen Plaats in de organisatie Afdeling grondgebiedzaken Dienst patrimonium Directe leidinggevende afdelingshoofd grondgebiedzaken

Nadere informatie

Functieprofiel Young Expert

Functieprofiel Young Expert 1 Laatst gewijzigd: 20-7-2015 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1 Ervaringen opdoen... 3 1.1 Internationale ervaring in Ontwikkelingssamenwerkingsproject (OS)... 3 1.2 Nieuwe vaardigheden... 3 1.3 Intercultureel

Nadere informatie

COMPETENTIEPROFIEL Coördinator VORMING EN BEGELEIDING PLOT-Brandweerschool

COMPETENTIEPROFIEL Coördinator VORMING EN BEGELEIDING PLOT-Brandweerschool COMPETENTIEPROFIEL Coördinator VORMING EN BEGELEIDING PLOT-Brandweerschool FUNCTIEDOEL Het coördineren van de werkgroep vorming en begeleiding om de kwaliteit van de brevetopleidingen en de voortgezette

Nadere informatie

Functiebeschrijving. Applicatiebeheerder. Graad B1-B3

Functiebeschrijving. Applicatiebeheerder. Graad B1-B3 Functiebeschrijving Applicatiebeheerder Graad B1-B3 1 1 Applicatiebeheerder 1.1 Rol Als applicatiebeheerder ben je het aanspreekpunt voor het ontwerp, beheer en de instandhouding van de toegewezen applicaties.

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Ondersteunend/Epert B December 2009 ONDERSTEUNEND/EXPERT B 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Taken uitvoeren Ondersteunend/Epert

Nadere informatie

Als directeur rapporteert u rechtstreeks aan de algemeen directeur. U geeft rechtstreeks leiding aan de departementshoofden uit uw directie.

Als directeur rapporteert u rechtstreeks aan de algemeen directeur. U geeft rechtstreeks leiding aan de departementshoofden uit uw directie. Directeur Doel van de functie: Enerzijds stuurt u de diensten uit uw directie aan. U draagt de verantwoordelijkheid omtrent de uitvoering van beslist beleid en coördineert de werking, waaronder de beleidsvoorbereiding,

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Leidinggevend A1 December 2009 LEIDINGGEVEND A1 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Taken uitvoeren Leidinggevend

Nadere informatie

Kennis rond dementie, familierelaties en verlieservaringen is onontbeerlijk.

Kennis rond dementie, familierelaties en verlieservaringen is onontbeerlijk. COMPETENTIEPROFIEL COACH BEGELEIDING MODULES PSYCHO-EDUCATIEPAKKET DEMENTIE EN NU De coach van Dementie en nu is hij/zij die de vormingssessies begeleidt voor een groep mantelzorgers van personen met dementie.

Nadere informatie

Stafmedewerker Planning (Gezinszorg)

Stafmedewerker Planning (Gezinszorg) Stafmedewerker Planning (Gezinszorg) 1 PLAATS IN HET ORGANOGRAM Rapporteert aan de zorgmanager Geeft leiding in delegatie door de zorgmanager tijdelijk - leiding aan de BBP s met betrekking tot hun planningsactiviteiten

Nadere informatie

DEFINITIES COMPETENTIES

DEFINITIES COMPETENTIES DEFINITIES COMPETENTIES A. MENSEN LEIDINGGEVEN A1 Sturen Geeft op een duidelijke manier richting aan een team, neemt de leiding op zich, zet mensen en middelen zodanig in dat doelen met succes worden bereikt.

Nadere informatie

Jeugdwerker (vakantieaanbod) - tijdelijk

Jeugdwerker (vakantieaanbod) - tijdelijk Jeugdwerker (vakantieaanbod) - tijdelijk Functiebenaming/graad en functionele loopbaan Jeugdwerker, C1-C3. Doel van de functie Samen met de speelpleinverantwoordelijke organiseer je elke vakantie mee de

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Leidinggevend A2 December 2009 LEIDINGGEVEND A2 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Taken uitvoeren Leidinggevend

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Projectleider A1 December 2009 PROJECTLEIDER A1 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Taken uitvoeren Projectleider

Nadere informatie

Functie: ADV/0003 directeur organisatie en coördinatie Periode van - tot: 02/12/2008 - Benoemingscode: 10 STATUTAIR VASTBENOEMDE

Functie: ADV/0003 directeur organisatie en coördinatie Periode van - tot: 02/12/2008 - Benoemingscode: 10 STATUTAIR VASTBENOEMDE Functiegegevens Functie: ADV/0003 directeur organisatie en coördinatie Periode van - tot: 02/12/2008 - Graad: A5a Salarischaal: A5b A5b Niveau: Niveau A Benoemingscode: 10 STATUTAIR VASTBENOEMDE Functiecode:

Nadere informatie

FUNCTIEPROFIEL VERANTWOORDELIJKE WOONOPVANG RESIDENTIE VIJVERPLEIN

FUNCTIEPROFIEL VERANTWOORDELIJKE WOONOPVANG RESIDENTIE VIJVERPLEIN FUNCTIEPROFIEL VERANTWOORDELIJKE WOONOPVANG RESIDENTIE VIJVERPLEIN DIENSTENCENTRUM LIMBURGSE STICHTING AUTISME 1 FUNCTIEDOEL De verantwoordelijke woonopvang ondersteunt de directeur in de dagelijkse leiding

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Leidinggevend A4 December 2009 LEIDINGGEVEND A4 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Taken uitvoeren Leidinggevend

Nadere informatie

HOOFD RUSTHUISSECRETARIAAT

HOOFD RUSTHUISSECRETARIAAT 1 COMPETENTIEFICHE C1-C3 EN C4-C5 LEIDINGGEVEND HOOFD RUSTHUISSECRETARIAAT INTERN FORMULIER WZC IMMACULATA OCMW EDEGEM Leiding geven Op gestructureerde wijze prestaties opvolgen zowel op kwantitatief als

Nadere informatie

Competentiewoordenboek niet-kaderleden

Competentiewoordenboek niet-kaderleden 1. Besluitvaardig zijn Competentiewoordenboek niet-kaderleden - Kan tijdig beslissen wat in een bepaalde situatie moet gebeuren - Neemt goede beslissingen rekening houdend met de situatie - Durft beslissingen

Nadere informatie

Office manager vzw Kunststeden Vlaanderen. Graad: bachelor PC 329 B1A

Office manager vzw Kunststeden Vlaanderen. Graad: bachelor PC 329 B1A Office manager vzw Kunststeden Vlaanderen Graad: bachelor PC 329 B1A 1 Plaats in de organisatie Op de werkvloer word je aangestuurd door xx. Je rapporteert aan de directeurs van de kunststeden op het maandelijks

Nadere informatie

Coördinator buitenschoolse kinderopvang

Coördinator buitenschoolse kinderopvang Coördinator buitenschoolse kinderopvang Doel van de functie Zorgen voor een kwaliteitsvolle buitenschoolse kinderopvang. Plaats in de organisatie Afdeling Vrije tijd Dienst Buitenschoolse kinderopvang

Nadere informatie

Analyseren, toetsen en interpreteren van dossiergegevens teneinde een gefundeerd voorstel van beslissing te kunnen formuleren.

Analyseren, toetsen en interpreteren van dossiergegevens teneinde een gefundeerd voorstel van beslissing te kunnen formuleren. Functienaam: Behandelaar expertisedossier (A1) Directie: Groene stroom en WKK-dossiers Functie: dossierbeheerder externe aanvragen functieniveau 3 Doel van de functie : Analyseren en verwerken van binnenkomende

Nadere informatie

FUNCTIEBESCHRIJVING BESTUURSSECRETARIS PROJECTCOÖRDINATOR ICT

FUNCTIEBESCHRIJVING BESTUURSSECRETARIS PROJECTCOÖRDINATOR ICT FUNCTIEBESCHRIJVING BESTUURSSECRETARIS PROJECTCOÖRDINATOR ICT FUNCTIE PERSONEELSBEHOEFTEPLAN Directie: Directie Facilitair Beheer - ICT Kader: administratief Statuut: contractueel Vol-/deeltijds:38/38

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Projectleider B December 2009 PROJECTLEIDER B 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Taken uitvoeren Projectleider B

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Ondersteunend/Epert A1 December 2009 ONDERSTEUNEND/EXPERT A1 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Ondersteunend/Epert

Nadere informatie

Competentieprofiel medewerker BAAL

Competentieprofiel medewerker BAAL Het competentieprofiel is opgebouwd uit enerzijds de algemene competenties vanuit het ruime werkkader van vzw Jongerenwerking Pieter Simenon en anderzijds uit de beroepsspecifieke competenties gericht

Nadere informatie

COMPETENTIEPROFIEL. Coördinator brevetopleidingen

COMPETENTIEPROFIEL. Coördinator brevetopleidingen COMPETENTIEPROFIEL Coördinator brevetopleidingen brandweerman PLOT-Brandweerschool FUNCTIEDOEL Het coördineren van de brevetopleiding brandweerman om de kwaliteit van de opleiding op inhoudelijk en didactisch

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Ondersteunend/Epert A4 December 2009 ONDERSTEUNEND/EXPERT A4 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Ondersteunend/Epert

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Ondersteunend/Epert A2 December 2009 ONDERSTEUNEND/EXPERT A2 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Ondersteunend/Epert

Nadere informatie

FUNCTIEBESCHRIJVING JURIST

FUNCTIEBESCHRIJVING JURIST FUNCTIEBESCHRIJVING JURIST Functietitel Dienst Directe leidinggevende Plaats in de organisatie Niveau Salarisschaal Statuut Archivaris Archiefbeheer Algemeen coördinator De archivaris rapporteert aan de

Nadere informatie

Secretaresse Mei 2009

Secretaresse Mei 2009 Functienaam Vastgesteld: Secretaresse Mei 2009 Aard van de functie De secretaresse ondersteunt en faciliteert manager en (beleids)adviseurs. Zij voert haar werkzaamheden voornamelijk zelfstandig uit. Minder

Nadere informatie

WERVINGSMEDEWERKER. 1. Plaats in de organisatie De wervingsmedewerker rapporteert rechtsreeks aan de organisatiedirecteur.

WERVINGSMEDEWERKER. 1. Plaats in de organisatie De wervingsmedewerker rapporteert rechtsreeks aan de organisatiedirecteur. 1 WERVINGSMEDEWERKER DEEL 1: CONTEXT, DOEL EN OPDRACHTEN 1. Plaats in de organisatie De wervingsmedewerker rapporteert rechtsreeks aan de organisatiedirecteur. 2. Functiedoel De wervingsmedewerker staat

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Leidinggevend A3 December 2009 LEIDINGGEVEND A3 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Taken uitvoeren Leidinggevend

Nadere informatie

diensthoofd Catering, Zalen en Events

diensthoofd Catering, Zalen en Events Functiehouder Functie: Graad: Salarisschaal: Niveau: Functiecode: Departement: Hoofddepartement: DES/0014 B1 B1 HOGER ONDERWIJS KORTE TYPE B2 HOGER ONDERWIJS KORTE TYPE B3 HOGER ONDERWIJS KORTE TYPE Niveau

Nadere informatie

Deeltijdse ICT-medewerker SASK

Deeltijdse ICT-medewerker SASK Deeltijdse ICT-medewerker SASK B1-B3 Doel van de functie: Je staat in voor in voor het dagelijks onderhouden, beheren en ondersteunen van de ICT-infrastructuur in functie van de algemene (administratieve)

Nadere informatie

Functie: ASS/0119 assistent Periode van - tot: 02/12/2008-01/09/2015. Salarischaal: D1 LAGER SEC.OND. OF GELIJKGESTELD LAGER SEC.OND.

Functie: ASS/0119 assistent Periode van - tot: 02/12/2008-01/09/2015. Salarischaal: D1 LAGER SEC.OND. OF GELIJKGESTELD LAGER SEC.OND. Functiegegevens Functie: ASS/0119 assistent Periode van - tot: 02/12/2008-01/09/2015 Graad: D1 Salarischaal: D1 LAGER SEC.OND. OF GELIJKGESTELD D2 LAGER SEC.OND. OF GELIJKGESTELD D3 LAGER SEC.OND. OF GELIJKGESTELD

Nadere informatie

Competenties verbonden aan het ComPas

Competenties verbonden aan het ComPas Competenties verbonden aan het ComPas 5 kerncompetenties en 8 erg waardevol competenties 1. Kunnen samenwerken... 2 2. Contactvaardig zijn... 3 3. Inlevingsvermogen/empathie bezitten... 4 4. Zelfreflectie...

Nadere informatie

Projectmedewerker/ervaringsdeskundige in de armoede en sociale uitsluiting

Projectmedewerker/ervaringsdeskundige in de armoede en sociale uitsluiting Projectmedewerker/ervaringsdeskundige in de armoede en sociale uitsluiting Functiebenaming/graad en functionele loopbaan Projectmedewerker/ervaringsdeskundige armoede, C1-C3. (PT) Doel van de functie Het

Nadere informatie

Diensthoofd burgerzaken

Diensthoofd burgerzaken Diensthoofd burgerzaken (Niveau C4-C5) Doel van de functie: Als diensthoofd burgerzaken coördineer je de verschillende projecten en processen van het team burgerlijke stand in functie van de dienstverlening

Nadere informatie

Competentieprofiel. Verpleegkundige

Competentieprofiel. Verpleegkundige Competentieprofiel Verpleegkundige Overzicht competenties Flexibel gedrag Inlevingsvermogen Integriteit Kwaliteitsgerichtheid Probleemanalyse Samenwerken Sociabiliteit Stressbestendigheid Vakgerichtheid

Nadere informatie

Functiebeschrijving. Systeembeheerder. Graad B1-B3

Functiebeschrijving. Systeembeheerder. Graad B1-B3 Functiebeschrijving Systeembeheerder Graad B1-B3 1 1 Systeembeheerder 1.1 Rol De systeembeheerder is verantwoordelijk voor het operationeel houden van de ICT-infrastructuur en voor de installatie, configuratie

Nadere informatie

Medewerker Administratie

Medewerker Administratie Medewerker Administratie 1 PLAATS IN HET ORGANOGRAM Rapporteert aan de directie en het diensthoofd van wie hij/zij opdrachten ontvangt. Situering in het organogram: Directeur Medewerker administratie Dienst

Nadere informatie

Medewerker Grond- en pandenbeleid Woondienst regio Roeselare

Medewerker Grond- en pandenbeleid Woondienst regio Roeselare Medewerker Grond- en pandenbeleid Woondienst regio Roeselare Functiebenaming: Medewerker grond- en pandenbeleid Barema: L1, PC 319.010, bij aanstelling Doel van de functie: De medewerker grond- en pandenbeleid

Nadere informatie

Functiekaart Begeleider

Functiekaart Begeleider Functiekaart Begeleider 1. Hoofddoel van de functie Zorgen voor en opvoeden van kinderen en jongeren die in de leefgroep verblijven of op kamertraining zijn, samen met een team van begeleiders. Het begeleiden

Nadere informatie

Voor elke competentie dient u ten eerste aan te geven in welke mate deze vereist is om het stageproject succesvol te (kunnen) beëindigen.

Voor elke competentie dient u ten eerste aan te geven in welke mate deze vereist is om het stageproject succesvol te (kunnen) beëindigen. FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSWETENSCHAPPEN NAAMSESTRAAT 69 BUS 3500 3000 LEUVEN, BELGIË m Stageproject bijlage 1: Leidraad bij het functioneringsgesprek Naam stagiair(e):.. Studentennummer:. Huidige opleiding

Nadere informatie

Functiebeschrijving Directeur Monumentenwacht Limburg

Functiebeschrijving Directeur Monumentenwacht Limburg Functiebeschrijving Directeur Monumentenwacht Limburg A. Doel van de functie De conservering en de restauratie van onroerend cultureel erfgoed in de provincie bevorderen door de actieve werking van de

Nadere informatie

Gespreksformulieren LB personeel Dommelgroep

Gespreksformulieren LB personeel Dommelgroep Gespreksformulieren LB personeel Dommelgroep (versie mei 2012) FUNCTIONERINGSGESPREK leraar basisonderwijs (LB) Naam: Geboortedatum: Huidige school: Leidinggevende: Huidige functie: Datum vorig gesprek:

Nadere informatie

Functie : consulent informatieveiligheid

Functie : consulent informatieveiligheid Functie : consulent informatieveiligheid 1 PLAATS IN HET ORGANOGRAM Plaats in het organogram: rapporteert aan de adjunct-directeur. 2 DOEL VAN DE FUNCTIE Instaan voor de advisering, ondersteuning en opvolging

Nadere informatie

Je ontwikkelt een gedeelde HR-visie en vertaalt deze in strategische doelstellingen, die passen binnen het strategisch meerjarenplan van KORTRIJK.

Je ontwikkelt een gedeelde HR-visie en vertaalt deze in strategische doelstellingen, die passen binnen het strategisch meerjarenplan van KORTRIJK. Functiebeschrijving HR - Manager KORTRIJK Functiegegevens Functiebenaming: Team: Loonschaal: HR-manager KORTRIJK P & O (Loon & Tijd + HR) A5a-A5b Plaats in de organisatie Je bent lid van het managementteam

Nadere informatie

Stafmedewerker gezinszorg

Stafmedewerker gezinszorg Stafmedewerker gezinszorg 1 PLAATS IN HET ORGANOGRAM Rapporteert aan de zorgmanager.. Geeft leiding in delegatie door de zorgmanager tijdelijk - leiding aan de BBP s Neemt deel aan het overleg met de BBP

Nadere informatie

Gespreksformulieren LA personeel Dommelgroep

Gespreksformulieren LA personeel Dommelgroep Gespreksformulieren LA personeel Dommelgroep (versie mei 2012) FUNCTIONERINGSGESPREK leraar basisonderwijs (LA) Naam: Geboortedatum: Huidige school: Leidinggevende: Huidige functie: Datum vorig gesprek:

Nadere informatie

Functiebeschrijving CLUSTERVERANTWOORDELIJKE NIET-VERPLICHTE HULPVERLENING B4-B5

Functiebeschrijving CLUSTERVERANTWOORDELIJKE NIET-VERPLICHTE HULPVERLENING B4-B5 Beschrijving doel en visie Binnen de eengemaakte organisatie, stad en OCMW, staat de burger centraal. Om dit te realiseren zijn er 3 klantgerichte sectoren: dienstverlening, samenleving en stadsontwikkeling

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Leidinggevend D December 2009 LEIDINGGEVEND D 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Taken uitvoeren Leidinggevend D

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Ondersteunend/Epert C December 2009 ONDERSTEUNEND/EXPERT C 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Ondersteunend/Epert

Nadere informatie

Ingevuld door: BARBARA DE WILDT Functie: PLANNING & USAGE MANAGER

Ingevuld door: BARBARA DE WILDT Functie: PLANNING & USAGE MANAGER feedbackformulier 1 Datum: 19 januari 09 Organisatie: Red BULL NL Vakkundigheid signaleert en analyseert beroepsvraagstukken en komt tot beredeneerde oordelen en oplossingen, gebruikmakend van relevante

Nadere informatie

project- en communicatiecoördinator provincie Limburg Functiehouder Doel van de functie Beoordelaars

project- en communicatiecoördinator provincie Limburg Functiehouder Doel van de functie Beoordelaars Functiehouder Graad: deskundige Salarisschaal B1-B2-B3 Niveau: B Benoemingscode: contractueel Departement: Directie Omgeving - Afdeling Milieu en Natuur - Bosgroep Limburg Doel van de functie Beoordelaars

Nadere informatie

PERSOONLIJKE ONTWIKKELING

PERSOONLIJKE ONTWIKKELING PERSOONLIJKE ONTWIKKELING Modulecode: L.MIM.5687 Toetscode: T.MIM.7939 Modulenaam: Persoonlijke ontwikkeling Opleiding: Commerciële economie deeltijd Kwartiel: 1.1, 1.2, 1.3 en 1.4 Verantwoordelijk docent:

Nadere informatie

Deskundige ICT - systeembeheerder

Deskundige ICT - systeembeheerder 1. FUNCTIEDOEL De deskundige ICT levert samen met zijn/haar collega s expertise informatie, diensten en producten af aan de interne klanten, met de nodige kwaliteitsvereisten, volgens de juiste procedures

Nadere informatie

stichting Opvoeden.nl

stichting Opvoeden.nl (definitieve versie: mei 2017) functieprofiel: Contentmanager stichting Opvoeden.nl Doel van de functie Het managen van de processen van contentbeheer en het bewaken van de voortgang ervan. Daarnaast mede

Nadere informatie

Ecohydroloog 2. COORDINEREN VAN DE VOORBEREIDING VAN BELEIDSIMPLEMENTATIE

Ecohydroloog 2. COORDINEREN VAN DE VOORBEREIDING VAN BELEIDSIMPLEMENTATIE Ecohydroloog Het beleidsthema vanuit theoretische en praktische deskundigheid implementeren en uitbouwen teneinde toepassingen omtrent het thema te initiëren, te stimuleren en te bewaken bij te dragen

Nadere informatie

Functiebeschrijving Deskundige cultuurbeleid. Graad: consulent B1-B3

Functiebeschrijving Deskundige cultuurbeleid. Graad: consulent B1-B3 Functiebeschrijving Deskundige cultuurbeleid Graad: consulent B1-B3 Versie: 17_12_2015 Plaats in de organisatie stadssecretaris directeur cultuur deskundige cultuurbeleid Het stadsbestuur en de directie

Nadere informatie

Diensthoofd overheidsopdrachten. Dienst Administratieve en juridische zaken overheidsopdrachten

Diensthoofd overheidsopdrachten. Dienst Administratieve en juridische zaken overheidsopdrachten Functietitel Diensthoofd overheidsopdrachten Dienst Administratieve en juridische zaken overheidsopdrachten Niveau Av Eerste evaluator Tweede evaluator Diensthoofd administratieve en juridische zaken Algemeen

Nadere informatie

Functiebeschrijving. Jeugdconsulent(e) Niv. B1-B3 * (M/V)

Functiebeschrijving. Jeugdconsulent(e) Niv. B1-B3 * (M/V) Functiebeschrijving Jeugdconsulent(e) Niv. B1-B3 * (M/V) 1. Functietitel Jeugdconsulent(e). 2. Globaal doel van de functie De jeugddienst heeft tot doel het jeugdbeleid van de gemeente uit te werken, uit

Nadere informatie

FUNCTIEBESCHRIJVING BELEIDSMEDEWERKER ONDERZOEKSINFRASTRUCTUUR

FUNCTIEBESCHRIJVING BELEIDSMEDEWERKER ONDERZOEKSINFRASTRUCTUUR FUNCTIEBESCHRIJVING BELEIDSMEDEWERKER ONDERZOEKSINFRASTRUCTUUR A. DOEL VAN DE FUNCTIE: Het beleidsthema vanuit theoretische en praktische deskundigheid implementeren en uitbouwen teneinde toepassingen

Nadere informatie

Competenties op het gebied van Management en Leidinggeven

Competenties op het gebied van Management en Leidinggeven P E O P L E I M P R O V E P E R F O R M A N C E Com puterw eg 1,3542 D P U trecht Postbus 1087,3600 BB Maarssen tel.0346-55 90 10 fax 0346-55 90 15 w w w.picom pany.nl servicedesk@ picom pany.nl Het PiCompany

Nadere informatie

Academie voor Talent en Leiderschap Veiligheidsregio s. Leiderschapsprofiel strategisch leidinggevende

Academie voor Talent en Leiderschap Veiligheidsregio s. Leiderschapsprofiel strategisch leidinggevende Leiderschapsprofiel strategisch leidinggevende Leidinggevende*: er zijn 6 hoofdrollen geïdentificeerd voor de leidinggevende en 3 niveaus van leiderschap, te weten strategisch, tactisch en operationeel.

Nadere informatie

Salarischaal: D1 LAGER SEC.OND. OF GELIJKGESTELD LAGER SEC.OND. OF GELIJKGESTELD

Salarischaal: D1 LAGER SEC.OND. OF GELIJKGESTELD LAGER SEC.OND. OF GELIJKGESTELD Functiegegevens Functie: ASS/0116 assistent Periode van - tot: 01/04/2015 - Graad: D1 Salarischaal: D1 LAGER SEC.OND. OF GELIJKGESTELD D2 LAGER SEC.OND. OF GELIJKGESTELD D3 LAGER SEC.OND. OF GELIJKGESTELD

Nadere informatie

Individueel. competentieprofiel. Naam: Werkvloerbegeleider. Terug naar overzicht

Individueel. competentieprofiel. Naam: Werkvloerbegeleider. Terug naar overzicht Competentie: Anticiperen Definitie: Voorziet veranderingen in de bestaande situatie en speelt daar doeltreffend op in. Datum afnames 1. Reageert actief op veranderingen binnen de eigen functie. Kan op

Nadere informatie

Doel van de functie :

Doel van de functie : Beleidsdomein: Onderwijs en Vorming Entiteit: Departement Onderwijs en Vorming Afdeling: Stafdiensten Onderwijs en Vorming Graad: A2E Functiefamilie : Organisatie-ondersteunend Aantal vacante betrekkingen:1

Nadere informatie

Identificatiegegevens kandidaat. Identificatiegegevens onderneming. Jan Roel VAN RHEE. Naam* Leuvenselaan TIENEN.

Identificatiegegevens kandidaat. Identificatiegegevens onderneming. Jan Roel VAN RHEE. Naam* Leuvenselaan TIENEN. Screening van de individuele dienstverlener in de pijler advies / advies Internationaal ondernemen / strategisch advies in het kader van de maatregel kmo-portefeuille Sjabloon van het onderzoeksverslag

Nadere informatie

Benoemingscode: 10 STATUTAIR VASTBENOEMDE

Benoemingscode: 10 STATUTAIR VASTBENOEMDE Functiegegevens Functie: DIR/0028 directeur real estate Periode van - tot: 15/03/2015 - Graad: A5a Salarischaal: A5b A5b Niveau: Niveau A Benoemingscode: 10 STATUTAIR VASTBENOEMDE Functiecode: directeur

Nadere informatie

Functiebeschrijving:

Functiebeschrijving: Functiebeschrijving: Administratief medewerker Voor akkoord Naam leidinggevenden: Datum + Handtekeningen 1 e evaluator: 2 e evaluator: Beleidsdomein: Mobiliteit Entiteit: Waterwegen en Zeekanaal NV Naam

Nadere informatie

Functieprofiel casemanager

Functieprofiel casemanager Functieprofiel casemanager A. Toepassingsgebied (doelgroep) Voor casemanagement is voorzien dat de aanduiding gebeurt naar aanleiding van ministens één van onderstaande criteria. - Op vraag van het team

Nadere informatie

Competentieprofielen Docentfuncties

Competentieprofielen Docentfuncties Competentieprofielen Docentfuncties De Onderwijsgemeenschap Venlo & Omstreken is in 2002 begonnen met de ontwikkeling van competentiemanagement. Een werkgroep competentiemanagement bestaande uit sectordirecteuren,

Nadere informatie

Competentiemanagement bij de federale overheid

Competentiemanagement bij de federale overheid Competentiemanagement bij de federale overheid Competentieprofielen Basis Ondersteunend/Epert D December 2009 ONDERSTEUNEND/EXPERT D 1/ BASISPROFIEL Tabel informatie begrijpen taken Ondersteunend/Epert

Nadere informatie

FUNCTIEBESCHRIJVING: Gemeenschapswacht

FUNCTIEBESCHRIJVING: Gemeenschapswacht FUNCTIEBESCHRIJVING: Gemeenschapswacht 1. FUNCTIEBENAMING Naam van de functie Afdeling Niveau/rang Graad Gemeenschapswacht Gemeenschapswachten C1-C3 Administratief 2. DOEL VAN DE FUNCTIE Uitvoeren van

Nadere informatie

Functiebeschrijving Deskundige PR en Communicatie (B1-B3)

Functiebeschrijving Deskundige PR en Communicatie (B1-B3) Functiebeschrijving Deskundige PR en Communicatie (B1-B3) Doel Beschrijving Coördineren en beheren van het communicatieproces vanuit de organisatie in overleg met de verschillende afdelingen en zo de interne

Nadere informatie

Vergelijking tussen: Functie: General Manager Dijkhuis BV Afnamedatum: :26:42 Kandidaat: Verbaan, Jan Afnamedatum: :05:43

Vergelijking tussen: Functie: General Manager Dijkhuis BV Afnamedatum: :26:42 Kandidaat: Verbaan, Jan Afnamedatum: :05:43 Competentie match Score per domein Competentiescan Pagina 1 van 14 Score per schaal Competentiescan Pagina 2 van 14 Schaalscores per domein Werk Sociaal Toelichting bij de grafiek. In deze grafiek staan

Nadere informatie

FUNCTIEPROFIEL PEDAGOOG/PSYCHOLOOG DIENSTENCENTRUM: DE WITTE MOL

FUNCTIEPROFIEL PEDAGOOG/PSYCHOLOOG DIENSTENCENTRUM: DE WITTE MOL FUNCTIEPROFIEL PEDAGOOG/PSYCHOLOOG DIENSTENCENTRUM: DE WITTE MOL 1 FUNCTIEDOEL Leefgroepen en bewonersgerichte diensten begeleiden en adviseren in hun werking met personen (zowel kinderen als volwassenen)

Nadere informatie

PSYCHO PEDAGOGISCH MEDEWERKER BIJ MODULE PERSPECTIEF ZOEKENDE PLEEGZORG

PSYCHO PEDAGOGISCH MEDEWERKER BIJ MODULE PERSPECTIEF ZOEKENDE PLEEGZORG PSYCHO PEDAGOGISCH MEDEWERKER BIJ MODULE PERSPECTIEF ZOEKENDE PLEEGZORG DEEL 1: CONTEXT, DOEL EN OPDRACHTEN 1. Plaats in de organisatie De psycho pedagogisch medewerker rapporteert rechtsreeks aan de teamverantwoordelijke

Nadere informatie

HOOFDSTUK 2: BASISVEREISTEN EN VOORWAARDEN. 3. Personeelsbeleid 3.2. Functieprofielen/ pleegzorgwerker PLEEGZORGWERKER

HOOFDSTUK 2: BASISVEREISTEN EN VOORWAARDEN. 3. Personeelsbeleid 3.2. Functieprofielen/ pleegzorgwerker PLEEGZORGWERKER KWALITEITSHANDBOEK HOOFDSTUK 2: BASISVEREISTEN EN VOORWAARDEN 3.2. Functieprofielen/ pleegzorgwerker Opgesteld door werkgroep i.s.m. Ascento Goedgekeurd door directieteam Geldig vanaf 01/01/2014 PLEEGZORGWERKER

Nadere informatie

Academie voor Talent en Leiderschap Veiligheidsregio s. Strategisch leiderschapsprofiel voor specialisten

Academie voor Talent en Leiderschap Veiligheidsregio s. Strategisch leiderschapsprofiel voor specialisten Strategisch leiderschapsprofiel voor specialisten Specialist: er zijn 4 hoofdrollen geïdentificeerd voor de specialist op het strategische niveau. Brandweer vakman leiderschap staat aan de basis van de

Nadere informatie

De gebruiker kan optimaal gebruik maken van het sportcentrum De Mandelmeersen en het gemeenschapscentrum O.C. Mandelroos.

De gebruiker kan optimaal gebruik maken van het sportcentrum De Mandelmeersen en het gemeenschapscentrum O.C. Mandelroos. Dagelijks beheerder Doel van de functie De gebruiker kan optimaal gebruik maken van het sportcentrum De Mandelmeersen en het gemeenschapscentrum O.C. Mandelroos. Plaats in de organisatie Afdeling vrije

Nadere informatie