Pakketwijzer. auteursteam Marlou Bijlhout Julie Menne Kim van der Zouw. Malmberg s-hertogenbosch

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Pakketwijzer. auteursteam Marlou Bijlhout Julie Menne Kim van der Zouw. Malmberg s-hertogenbosch"

Transcriptie

1

2 Pakketwijzer auteursteam Marlou Bijlhout Julie Menne Kim van der Zouw Malmberg s-hertogenbosch

3 Colofon Auteursteam Marlou Bijlhout Julie Menne Kim van der Zouw Auteur muziekactiviteiten Bernadette Heesbeen Omslagfoto Arjaan Hamel/taverne-agency.com Illustraties Jung-Hee Spetter (Raai de Kraai) Redactie Anna Alberts, Taal Optimaal Realisatie Projectgroep Malmberg B.V. Vormgeving Fonts+Files visuele communicatie Eerste druk, eerste oplage Malmberg, s-hertogenbosch Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16B Auteurswet 1912 j het Besluit van 20 juni 1974, St.b. 351, zoals gewijzigd bij het Besluit van 23 augustus 1985, St.b. 471 en artikel 17 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (Postbus 3051, 2130 KB Hoofddorp). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) dient men zich tot de uitgever te wenden.

4 Inhoud 1 Waarom Kleuterplein? 4 2 Organisatie 6 3 Gebruik van de materialen 9 4 Taal en lezen 11 5 Rekenen 14 6 Motoriek 18 7 Wereldoriëntatie 20 8 Sociaal-emotionele ontwikkeling 21 9 Muziek Coöperatief leren 22 Literatuur 23 Bijlagen: 1 Registratieformulier leerdoelen van alle thema s 24 2 Groepsobservatieformulier sociaal-emotionele ontwikkeling 25 3 Groepsobservatieformulier taal en lezen 26 4 Groepsobservatieformulier rekenen 28 5 Groepsobservatieformulier fijne motoriek 30 6 Groepsobservatieformulier in beweging (grove motoriek) 32 7 Leerlingregistratiefomulier 34 8 Vrije oefeningen voorbereidend schrijven 35

5 1 Waarom Kleuterplein? Samenstelling pakket Kleuterplein is een geïntegreerd pakket voor de groepen 1 en 2. Het is opgezet rondom 16 thema s die aansluiten bij de interesse van jonge kinderen. Kinderen ontdekken met Kleuterplein de wereld om hen heen. Spelenderwijs komen de belangrijkste ontwikkelingsgebieden voor kleuters met de bijbehorende tussendoelen aan bod. Kleuterplein is meer dan alleen taal en rekenen: ook motoriek, wereldoriëntatie, muziek en sociaal-emotionele ontwikkeling zijn onderdeel van Kleuterplein. Alle thema s hebben een vaste opbouw met start-, kern-, keuze- en afsluitingsactiviteiten. In elk thema zijn alle ontwikkelingsgebieden vertegenwoordigd. Handpop Raai de Kraai vliegt met de kinderen mee door de thema s. Hij is nieuwsgierig en stelt veel vragen, waarmee hij de kinderen prikkelt. Daarnaast heeft elk thema een verhaal dat in het hele thema een belangrijke rol speelt en waaraan activiteiten zijn gekoppeld. Onderwijs aan kleuters Kleuters ontwikkelen zich spelenderwijs. Het stimuleren van de ontwikkeling van kleuters vraagt om een brede aanpak: spelen, werken, bewegen en in gesprek zijn met elkaar. In Kleuterplein bieden we de kinderen een ruim aanbod van activiteiten binnen een rijke leeromgeving, zodat elk kind de vaardigheden ontwikkelt in het tempo dat en op de manier die bij het kind past. Elk kind leert anders: waar het ene kind zijn sociale vaardigheden ontwikkelt in de huishoek kan een ander kind in datzelfde spelmoment bezig zijn om taalvaardiger te worden. Deze leermomenten noemen we incidentele leer- of ontwikkelmomenten. Naast deze incidentele momenten biedt Kleuterplein een serie intentionele leer- of ontwikkelactiviteiten. Dit zijn activiteiten met een duidelijk gericht leerdoel. We spreken in Kleuterplein van leerdoelen, waarmee ook de tussendoelen (beginnende geletterdheid en beginnende gecijferdheid) worden bedoeld. Kleuters ontwikkelen met deze intentionele activiteiten nieuwe vaardigheden en vergroten hun kennis. Het is belangrijk dat er in het onderwijs aan kleuters een goede balans is tussen incidentele en intentionele leermomenten. Veel scholen werken met kleuters ontwikkelingsgericht of ervaringsgericht. Kleuterplein kunt u gebruiken bij zowel ontwikkelingsgericht als ervaringsgericht onderwijs. Ook biedt Kleuterplein enkele coöperatieve werkvormen die de actieve houding van kleuters stimuleren, bijvoorbeeld in de grote kring. Doelgericht werken Kleuters ontwikkelen zich in hun eigen tempo en op verschillende manieren. Elk kind heeft een eigen leerstijl, een eigen manier van leren. Zo ontdekt het ene kind de begrippen breed en smal tijdens het bouwen in de bouwhoek, een ander tijdens het knutselen met doosjes. De ontwikkeling van kleuters verloopt sprongsgewijs: wat nu niet wordt opgepikt kan enkele weken later wel aanslaan. Een doelgericht aanbod van activiteiten helpt kleuters bij die ontwikkeling. In Kleuterplein betekent een doelgericht aanbod dat u binnen een betekenisvolle activiteit de aandacht richt op een duidelijk doel. U begeleidt en stimuleert de kinderen, zodat ze spelenderwijs werken aan dat doel. Leerdoelen kunnen behaald worden tijdens spel, werk, bewegen en de kring. Om het voor u als leerkracht overzichtelijk te maken aan welk ontwikkelingsgebied en leerdoel u met de kinderen werkt, is elke kern- en keuzeactiviteit bij Kleuterplein gekoppeld aan een van de volgende ontwikkelingsgebieden: Rekenen (ook: beginnende gecijferdheid) Taal en lezen (ook: beginnende geletterdheid) Fijne motoriek Grove motoriek (beweging) Muziek U kunt in één oogopslag zien aan welk ontwikkelingsgebied u werkt: Dit is een activiteit voor taal en lezen. = taal en lezen = rekenen = fijne motoriek = beweging = muziek 4 Pakketwijzer

6 Binnen elk ontwikkelingsgebied werkt u aan een leerdoel. Dit staat genoemd op het eerste tabje in de kantlijn, onder de pictogrammen. Deze leerdoelen zijn gebaseerd op de tussendoelen (beginnende geletterdheid en beginnende gecijferdheid). Dus: waar leerdoel staat, kunt u ook tussendoel lezen. Het leerdoel van deze activiteit. de kinderen kunnen en weten. Ook de woordenschat en het taalniveau zullen per kind variëren. In het kleuteronderwijs is het belangrijk dat er aanbod is voor zowel jongste als oudste kleuters. In Kleuterplein vindt u daarom veel mogelijkheden om te differentiëren. Zo kunt u alle activiteiten met een stapje naar boven of stapje naar beneden afstemmen op de individuele behoeften van uw leerlingen. Bovendien zijn er in elk thema enkele keuzeactiviteiten speciaal voor groep 1 of groep 2. Ook met woordenschat kunt u differentiëren op twee niveaus (basiswoorden en uitbreidingswoorden). Kleuterplein is geschikt voor zowel de startende als de ervaren leerkracht. U kunt Kleuterplein gebruiken op de manier die u zelf het prettigst vindt: als volledig programma, of als aanvulling op uw eigen thema s en activiteiten. U kunt de thema s flexibel inzetten op elk gewenst moment in het jaar. U kiest zelf welke activiteiten u per thema doet. Met het registratiesysteem kunt u bijhouden hoeveel aandacht u besteed hebt aan de leerdoelen. Doelgericht werken betekent overigens niet dat er nooit overlap is tussen de verschillende ontwikkelingsgebieden en leerdoelen tijdens een activiteit. Bij veel activiteiten binnen een bepaald ontwikkelingsgebied zullen er vanzelf ook andere ontwikkelingsgebieden of leerlijnen worden aangesproken. Bijvoorbeeld: bij een rekenactiviteit over meten en wegen werkt u vaak tegelijkertijd vanzelf ook aan gespreksvaardigheid. Of: bij een activiteit over boekoriëntatie is er vaak ook aandacht voor de functie van het geschreven woord. Dat nevendoel wordt dan niet als leerdoel vermeld en uw aandacht ligt daar bij deze activiteit niet. Zo blijft voor u overzichtelijk wat uw hoofddoel is, zodat u zich daarop kunt concentreren. Doelgroep Kleuterplein is bedoeld voor heterogene kleutergroepen (combinatie 1-2). Natuurlijk zijn er in elke kleutergroep grote verschillen tussen wat Pakketwijzer 5

7 2 Organisatie Werkwijze Kleuterplein is opgebouwd rondom zestien thema s. Elk thema duurt ongeveer vier weken. U doet dus maximaal acht thema s in een jaar. De thema s zijn als volgt verdeeld over de twee themamappen: Themamap Themamap De seizoenen Ontdek de wereld Vakantie Post Thuis Kunst Het weer Water Een heel jaar rond Bouwen Familie Gezondheid Sneeuw en ijs Winkel Op de boerderij Dieren Alles groeit Eten Ter voorbereiding op een thema leest u vooraf de inleiding op pagina 4 van het themakatern. Ook kijkt u de woordenlijst door op pagina 5. Op pagina 6 staat een illustratie met de inrichting van het lokaal, ter inspiratie. Voordat het thema begint, past u het lokaal aan en verzamelt u de materialen voor de startactiviteiten. Daarna bekijkt u vast globaal de overige activiteiten van het thema en plant u eventuele uitstapjes of grotere activiteiten in. Planning Bij Kleuterplein bepaalt u als leerkracht zelf hoe u te werk gaat bij de invulling van een thema: volgt u de handleiding van begin tot einde, of werkt u naar eigen inzicht met de aangeboden activiteiten? Wanneer u de handleiding wilt volgen, kan het schema op pagina 7 u helpen om het thema in te plannen. Wanneer u liever zelf de activiteiten inplant, kan dat ook. In dat geval wilt u natuurlijk weten of u voldoende aandacht hebt besteed aan de verschillende tussendoelen. Dan kan het registratiesysteem u helpen bij het plannen van de activiteiten. Alle activiteiten duren maximaal 30 minuten (behalve bepaalde buitenactiviteiten en de bewegingsactiviteiten in de speelzaal, die duren 45 of 55 minuten). We raden u aan om ongeveer twee activiteiten per dag te doen. Daarnaast adviseren we om elke dag een 5-minutenspelletje te doen. Startactiviteiten Elk thema begint met vijf startactiviteiten. Deze kunt u het best allemaal doen: 1. Kennismakingsactiviteit, waarmee het nieuwe thema geïntroduceerd wordt bij de kinderen. Bij deze activiteit spelen de zintuigen (horen, zien, voelen, ruiken en proeven) een rol. De voorkennis van de kinderen wordt geactiveerd. De kennismakingsactiviteit maakt de kinderen nieuwsgierig en prikkelt hen om met het thema aan de slag te gaan. Meestal levert deze activiteit vragen op, die tijdens het thema beantwoord gaan worden. Bovendien is de startactiviteit een ervaring die de kinderen en u samen delen en waar tijdens het thema regelmatig naar terugverwezen kan worden. 2. Introductie van het themaverhaal. Een eerste kennismaking met het verhaal dat bij het thema hoort. Dit verhaal komt tijdens het thema een aantal maal en op verschillende manieren terug. 3. Plannen maken, met de tijdplanner erbij. Samen met de kinderen kijkt u vast vooruit naar wat u in dit thema gaat doen. Deze activiteit biedt structuur en geeft de kinderen duidelijkheid over wat hen te wachten staat. Belangrijke gebeurtenissen, zoals een verjaardag, krijgen alvast een plekje op de tijdplanner. 4. Beeldwoordenveld maken, waarmee u het thema verkent, voorkennis activeert, zichtbaar maakt wat de kinderen al weten en welke woorden ze al kennen. Ook introduceert u vast een paar belangrijke nieuwe woorden voor het thema. Tijdens het thema wordt het beeldwoordenveld telkens uitgebreid met nieuwe begrippen. 5. De thematafel inrichten. Samen met de kinderen richt u een thematafel in, die tijdens het thema wordt uitgebreid met nieuwe items. Met de voorwerpen op de thematafel kunt u tijdens het thema veel doen, bijvoorbeeld op verschillende manieren groeperen en ermee spelen in de hoeken. Kernactiviteiten Na de startactiviteiten volgen de kernactiviteiten. Deze kunt u in principe in elke gewenste volgorde doen. In de kernactiviteiten komen alle ontwikkelingsgebieden aan bod. We adviseren om alle kernactiviteiten te doen, zodat u in ieder geval voldoende aandacht hebt besteed aan de verschillende leerlijnen. Keuzeactiviteiten De keuzeactiviteiten plant u in naar behoefte. Stel uzelf bij het inplannen de volgende vragen: Zijn de kinderen nog enthousiast genoeg om met het thema verder te gaan? Leeft het thema in de groep? Dan kiest u meer keuzeactiviteiten. Zijn de kinderen toe aan een nieuw thema? Houd het aantal keuzeactiviteiten dan beperkt of sla ze over en start met een nieuw thema. Hoeveel aandacht hebt u tot nu toe besteed aan de verschillende ontwikkelingsgebieden? Kijk in het registratiesysteem of er ontwikkelingsgebieden en leerdoelen zijn waaraan u tot nu toe wat weinig aandacht besteed hebt en kies activiteiten met die doelen. Aan welk ontwikkelingsgebied wilt u wat extra aandacht besteden met uw kinderen, omdat ze daarbij zwakker zijn? Kies dan activiteiten binnen dat ontwikkelingsgebied of met dat leerdoel. 6 Pakketwijzer

8 Afsluitingsactiviteiten Terugblikken (onder meer met behulp van de foto s die u gemaakt hebt tijdens de activiteiten) is een belangrijk onderdeel van Kleuterplein. Het zorgt ervoor dat de kinderen trots zijn op wat ze gedaan hebben, het geeft de mogelijkheid om samen te praten over wat er gebeurd is (reflectie) en ze krijgen hierdoor een beter tijdgevoel. Daarnaast zijn de afsluitingsactiviteiten een controlemoment voor woordenschat: u kunt nagaan of de nieuwe woorden door de kinderen begrepen zijn en of ze de woorden nu zelf kunnen gebruiken. Werken met routines Kleuterplein werkt met routines. Dit zijn vaste werkvormen met een wisselende inhoud, gekoppeld aan een leerdoel binnen een ontwikkelingsgebied. Routines zorgen voor herkenbaarheid bij de kinderen. Bovendien geeft herhaling de kinderen zekerheid en biedt het houvast. Na een paar keer weten de kinderen al wat de bedoeling is en is uw uitleg niet meer nodig. In elk thema vindt u deze routines beschreven: De thematafel Plannen maken Het beeldwoordenveld Introductie van het themaverhaal Interactief voorlezen Tabel aan de wand Dit ben ik... Werken met De lettertafel Terugblik op het thema Startthema s: leren werken met het pakket Als u voor het eerst aan de slag gaat met Kleuterplein, kunt u het best beginnen met een van de startthema s, vakantie of thuis. In een startthema worden alle belangrijke routines geïntroduceerd. Bij de beschrijving van een routineactiviteit ziet u daarom bovenaan een gekleurde tekst met uitleg over het hoe en waarom van de routine. Ook wordt Raai de Kraai in de startthema s geïntroduceerd bij de kinderen. Voor de kinderen die nieuw zijn, is dat een prettige kennismaking met Kleuterplein. Hele groep, kleine groep, werkles De activiteiten van Kleuterplein vinden altijd plaats in een van de volgende settings: Hele groep: een activiteit die u met alle kinderen doet, bijvoorbeeld in een grote kring, of tijdens een bewegingsles. Kleine groep: een activiteit die u met een klein groepje kinderen doet, bijvoorbeeld in een hoek. Werkles: een opdracht die de kinderen zelfstandig in een circuitmodel kunnen doen, bijvoorbeeld tijdens het vrij werken. Differentiëren met stapjes naar boven en naar beneden Het is belangrijk om aan te sluiten bij het niveau van het individuele kind, want dat levert de meeste succes ervaringen op en vergroot het zelfvertrouwen van het kind. Met Kleuterplein kunt u bij activiteiten differentiëren met behulp van de stapjes naar boven en naar beneden. Deze zijn aangeduid met pictogrammen: = stapje naar boven = stapje naar beneden Deze stapjes vergen voor u als leer - kracht geen extra voorbereiding en zijn eenvoudig in te passen in de activiteit. U past de stapjes naar eigen inzicht toe. U kunt de stapjes voor de hele groep gebruiken, als u inschat dat de activiteit te moeilijk of te makkelijk is voor álle kinderen. Maar u kunt ook een deel van de kinderen met een stapje aan het werk laten gaan. Keuzeactiviteiten op niveau Alle activiteiten in Kleuterplein zijn geschikt voor heterogene kleutergroepen (combinatie 1 en 2). Daarnaast bevat elk thema keuzeactiviteiten speciaal voor groep 1 en speciaal voor groep 2. Met deze activiteiten kunt u inspelen op specifieke be hoeften van jongste en oudste kleuters. Deze activiteiten doet u in een hetero gene groep 1-2 met een kleine groep kinderen. U plant deze activiteiten daarom op de momenten dat de andere kinderen zelfstandig werken. Bij homogene groepen voert u deze activiteiten uit met de hele groep. Woordenschat: basis- en uitbreidingswoorden De woorden in de thema s worden aangeboden op twee niveaus: basiswoorden: de woorden die bekend verondersteld worden bij kinderen die starten in groep 1. Deze woorden biedt u alleen actief aan aan taalzwakke kleuters. uitbreidingswoorden: de woorden die voor de meeste kinderen nieuw zijn en die u actief aanbiedt aan alle kinderen. Meer over woordenschat vindt u in deze pakketwijzer op pagina 13. Registratie van de leerdoelen Voor een breed en evenwichtig aanbod is het zinvol dat u bijhoudt of u aan alle doelen voldoende aandacht besteedt. Hoe gaat u te werk? U kunt op twee manieren bijhouden aan welke leerdoelen u aandacht hebt besteed: 1 Op papier: U gebruikt de kopieerbladen Registratieblad leerdoelen van het thema uit de map. Deze kopieert u. Per thema vult u in welke activiteiten u hebt gedaan, door een kruisje te zetten in het grijze vakje bij de activiteit met het bijbehorende leerdoel. Daarna telt u alle doelen op en vult deze in in bijlage 1 van deze pakketwijzer. Zo ziet u vanzelf aan welke doelen u veel en aan welke u nog weinig gewerkt hebt. U vergelijkt dit met het advies in de laatste kolom. Dit advies geeft een verdeling aan van het aantal maal dat u per jaar een kern- of keuzeactiviteit gericht op dat tussendoel zou moeten doen, ervan uitgaande dat u acht Kleuterplein thema s per jaar doet. Dit advies is gebaseerd op het uitgangspunt dat u de start- en afsluitingsactiviteiten van het thema in ieder geval gedaan hebt en dat Pakketwijzer 7

9 u dagelijks een 5-minutenspelletje voor taal of rekenen doet. Wanneer u ervoor kiest om jaarlijks niet acht, maar bijvoorbeeld vier thema s uit Kleuterplein te doen en de resterende tijd te vullen met uw eigen thema s, dan kunt u voor uw eigen thema s en activiteiten in de lege kolommen aangeven aan welke doelen u gewerkt hebt en deze bij het totaal optellen. Let op: het gaat hierbij dus om het aantal keer dat u een doelbewuste activiteit hebt gedaan, met het desbetreffende leerdoel als hoofddoel. Wanneer uit het schema blijkt dat u nog niet voldoende aandacht hebt besteed aan een bepaald leerdoel, kiest u in een volgend thema activiteiten uit met dát leerdoel. 2 Digitaal: Op de website kunt u gratis een digitaal registratiesysteem downloaden. Dit werkt hetzelfde als de papieren registratie. Op het eerste tabblad vult u voor alle thema s in welke activiteiten u gedaan hebt. Op het tweede tabblad vindt u automatisch een overzicht van alle leerdoelen waaraan u gewerkt hebt. U ziet in één oogopslag welke doelen nog weinig aan bod zijn geweest. De resultaten kunt u opslaan en uitprinten. Leerlingregistratie U kunt per leerling bijhouden wat de vorderingen zijn met behulp van de leerlingregistratie bij Kleuterplein. In bijlagen 2 tot en met 7 vindt u groepsobservatieformulieren voor alle ontwikkelingsgebieden en een registratieformulier dat u per leerling invult. Registreren kan op verschillende manieren: 1 Op papier: Groepsobservaties. U kopieert de bijlagen 2 tot en met 6 van deze pakketwijzer voor de verschillende ontwikkelingsgebieden. Hierop vult u de namen van uw leerlingen in. Vervolgens geeft u per kind aan of het kind voldoet aan de leerdoelen. Dit formulier geeft u een uitgebreid beeld van uw groep als geheel. Dit klassikale overzicht kan u vervolgens helpen bij het inplannen van een nieuw thema. Bijvoorbeeld: als de hele groep nog zwak is op het gebied van fonemisch bewustzijn, plant u voor het nieuwe thema een extra keuzeactiviteit in met dit leerdoel. Leerlingoverzicht voor oudergesprekken. U kopieert bijlage 7 van deze pakketwijzer voor elk kind. Hierop vult u per kind in of het voldoet aan de leerdoelen. U gebruikt de klassikale observaties als achtergrondinformatie bij het invullen. Dus: u bekijkt per kind de observaties binnen een leerdoel. Daarna geeft u aan of u vindt dat het kind binnen het leerdoel in totaal matig, gemiddeld of goed scoort. 2 Digitaal: Op de website kunt u gratis een digitaal registratiesysteem downloaden. Dit werkt hetzelfde als de papieren registratie. Dit formulier kunt u opslaan, invullen en uitprinten. Voorbereidend schrijven: bijlage 8 en het werkboekje Ik kan het zelf De kinderen van groep 2 werken met Kleuterplein aan voorbereidend schrijven met de schrijfpatronen in hun werkboekje Ik kan het zelf. Voordat ze in het werkboekje aan de slag gaan, oefenen zij deze patronen eerst tijdens een werkles, op een vrije manier. Deze voorbereidende oefeningen vindt u in bijlage 8 van deze pakketwijzer. 8 Pakketwijzer

10 3 Gebruik van de materialen Themamap De themamap bevat de themakaternen, het liedjeskatern en de kopieerbladen. De eerste kopieerbladen van elk thema zijn woordkaartjes met veel voorkomende woorden uit het thema. Deze kunt u gebruiken voor bijvoorbeeld het inrichten van de thematafel en het maken van het beeldwoordenveld. In de themakaternen wordt naar de kopieerbladen verwezen met het paginanummer. De kopieerbladen zijn doorgenummerd. heeft gezien of meegemaakt dat hij met de kinderen deelt. Raai is erg nieuwsgierig en stelt veel vragen. Hij creëert betrokkenheid bij de kinderen. Sommige kinderen praten gemak - kelijker tegen Raai dan tegen u als leerkracht. Geef Raai een eigen stem, een eigen plek en een eigen rol in de klas. Aanwijzingen hiervoor vindt u in de startthema s thuis en vakantie. Verhaalmaterialen en schootboek Bij elk thema hoort een prentenboek of een set van acht losse verhaalplaten (prenten) met het themaverhaal. Dit noemen we de verhaalmaterialen. De losse verhaalplaten (prenten) hangt u in het schootboek om het verhaal voor te lezen. De verhaalmaterialen worden altijd eerst bekeken en doorgebladerd tijdens de routine Introductie van het themaverhaal. Daarna volgt het Interactief voorlezen, waarbij de kinderen actief betrokken worden bij het verhaal. Er zijn verschillende manieren om die betrokkenheid te activeren. Dit staat beschreven bij de activiteit. Op de achterzijde van de verhaalplaten (prenten) staat bovendien een vraag of een opdracht die u gebruikt tijdens het interactief voorlezen. De vragen en opdrachten bevorderen de interactie en geven de kinderen meer inzicht in het verhaal. Deze vorm van begrijpend luisteren bevordert daarnaast ook de woordenschat. Het prentenboek kunt u in het boekenrekje zetten, zodat kinderen het ook zelfstandig kunnen lezen, naspelen of navertellen. De verhaalplaten (prenten) kunt u ook gebruiken in het vertelkastje. Van de prentenboeken kunt u de prenten downloaden van zodat u deze ook in het vertelkastje kunt gebruiken. Handpop Raai de Kraai Raai de Kraai komt in elk thema in een aantal activiteiten voor. In de startthema s thuis en vakantie maken de kinderen kennis met Raai. In de startactiviteiten komt Raai altijd voor. Hij introduceert het thema bij de kinderen, doordat hij bijvoorbeeld iets Themavertelposters Bij elk thema hoort een vertelposter die u in de klas ophangt aan het begin van het thema. De posters hebben telkens een verschillend karakter. Soms gaat het om een rijk geïllustreerde scène waarin veel aspecten en woorden uit het thema in beeld zijn. Soms wordt een thema-aspect uitgelicht dat u kunt gebruiken ter verduidelijking van dingen die moeilijk in de klas zijn uit te beelden (bijvoorbeeld Hoe komt een brief van de brievenbus bij mijn oma? ). Gedurende het thema kunt u de poster tijdens de verschillende activiteiten aan bod laten komen, bijvoorbeeld ter verduidelijking van de inhoud van een activiteit of als illustratie van de woorden en begrippen bij een activiteit. De posters zijn gebundeld als een kalender. Hang de kalender op een goed zichtbare plek in de klas en haal de poster eventueel van de wand en neem hem mee in de kring om er dingen op aan te wijzen. Doordat de poster voor de kinderen altijd zichtbaar is tijdens het thema, blijft het thema onder de aandacht van de kinderen. Pakketwijzer 9

11 Tijdplanner De tijdplanner is een magnetisch white board, bedoeld voor het plannen van activiteiten. U kunt er een periode van vier weken tegelijk op laten zien, maar u kunt ook steeds slechts één week invullen. De dagen van de week zijn voorbedrukt. U vult het bord met magneten en schrijft er dingen bij met uitwisbare stift. De data vult u met stift in. De magneten kunt u bij elk thema hergebruiken. Enkele magne - ten zijn nog leeg. Die kunt u zelf vullen, met bijvoorbeeld de foto van een invalleerkracht voor de dagen dat u afwezig bent, of voor extra activiteiten. De tijdplanner speelt op verschillende momenten een rol: aan het begin van elk thema, bij het begin en het einde van de week, elke morgen en aan het einde van elk thema. Aan het begin van elk thema bespreekt u met de kinderen wat de activiteiten zullen zijn en u plant deze, indien mogelijk, alvast in. U schrijft belangrijke dingen op de kalender of u gebruikt de meegeleverde magneten. Aan het begin van elke week bekijkt u de kalender voor die week en vult hem verder in. Iedere dag voordat u begint, kijkt u samen met de kinderen of er dingen zijn waar u aan moet denken. Met de magneet met de pijl markeert u de dag van vandaag. Aan het eind van de week blikt u terug. Op die manier ontwikkelen kleuters tijdgevoel. Ze zien hoeveel dagen er in een week gaan en krijgen zelfs gevoel voor de lengte van een maand, doordat er vier weken onder elkaar staan. Daarnaast is het goed om met kleuters regelmatig terug te blikken, zodat ze trots kunnen zijn op wat ze allemaal al gedaan hebben. 5-minutenspelletjes met dobbelstenen en kaarten Met de 5-minutenspelletjes werkt u elke dag spelenderwijs aan de tussen - doelen voor taal en rekenen. In het katern 5-minutenspelletjes vindt u de beschrijving van de spelletjes die u altijd op elk moment van de week kunt doen. De spelletjes zijn gemakkelijk in te passen in een verloren moment. Ze vergen vrijwel geen voorbereiding. We raden u aan om minstens eenmaal per dag een spelletje te doen, bijvoorbeeld aan het begin van de dag of vlak voor het buitenspelen. U werkt bij de taalspelletjes voornamelijk aan de doelen klanken en let ters (fonologisch en fonemisch bewust zijn) en bij de rekenspelletjes vooral aan tellen en rekenen (opzeggen van de telrij, werken met telbare hoeveelheden, erbij en eraf van 1 of 2 en het herkennen van de getalsymbolen). Bij de 5-minutenspelletjes horen twee sets kaarten: de getalkaarten (getalsymbolen, dominonotatie en turfnotatie) en de letterkaarten. De letterkaarten kunt u ook gebruiken bij thema-activiteiten als de lettertafel. Voor de rekenspelletjes zijn bovendien twee grote dobbelstenen toegevoegd. Letter- en getalposter De letterposter en de getalposter ondersteunen uw kleuters bij de taal- en rekenactiviteiten. U hangt ze permanent op in de klas, op een plek die voor de kinderen goed zichtbaar is. Tijdens verschillende taal- en rekenactiviteiten verwijst u naar deze posters. De letterposter gebruikt u ook voor de activiteit met de lettertafel (zie de beschrijving in de themakaternen). Op de letterposter staat een afbeelding van een sleutelwoord bij elke letter. Hier hoeft u niet per se mee te werken, er is ook ruimte om uw eigen illustratie of foto op de poster te bevestigen. Liedjes-cd Elk thema heeft een themaliedje, dat is gezongen en geschreven door de bekende kleutermuzikant Dirk Scheele. In het liedjeskatern in de themamappen vindt u de bladmuziek en de teksten van de liedjes. Tijdens de muziekactiviteiten en ook tijdens de beweegactiviteiten wordt regelmatig gebruikgemaakt van het themaliedje. De liedjes zijn ook geschikt om te gebruiken tijdens een verloren moment of als opwarmertje voor een activiteit. Verhaaltjes-cd Alle themaverhalen zijn ingesproken op de verhaaltjes-cd, zodat de kinderen de verhalen nog eens rustig kun - nen beluisteren. U kunt de cd bijvoorbeeld in de lees- of luisterhoek leggen en inzetten tijdens vrij werken. Werkboekje Ik kan het zelf Speciaal voor de oudste kleuters is er het werkboekje Ik kan het zelf, met oefeningen die de oudste kleuter zelfstandig kan doen, bijvoorbeeld tijdens het vrij werken. Het werkboekje bevat spelletjes rondom getallen, letters en schrijfpatronen en is los van de thema s te gebruiken. Het is ook een belangrijk onderdeel van het voorbereidend schrijven en daarmee een goede voorbereiding op groep 3. Voordat de kleuters de schrijfpatronen in het boekje gaan maken, doet u de voorbereidende opdrachten. Deze vindt u in deze pakketwijzer in bijlage 8. Rekenbordspellen De rekenbordspellen kunt u los van de thema s gebruiken, tijdens bij voor - beeld het vrij werken. De kinderen werken met deze spellen aan de leerdoelen voor tellen en rekenen. Bordspellen zijn bij uitstek geschikt om synchroon te leren tellen. Met een dobbelsteen oefenen ze in het herkennen van getalbeelden. Dit is van belang voor het verkort leren tellen. Indien u met twee dobbelstenen laat spelen, leren kinderen alvast de meest ele mentaire optellingen. Kinderen kunnen er zelfstandig in groepjes of tweetallen mee aan de slag gaan. In de handleiding bij de spellen vindt u uitleg en een beschrijving van de spellen. Vertelkastje Het vertelkastje gebruikt u bij enkele keuzeactiviteiten. De verhaalplaten schuift u in het vertelkastje. Vervolgens gaan de kleuters er zelf mee aan de slag, bijvoorbeeld door de volgorde van de verhaalplaten aan te passen (zie beschrijving in de themakaternen). 10 Pakketwijzer

12 4 Taal en lezen 4.1 Leerdoelen van taal en lezen Binnen het ontwikkelingsgebied taal en lezen kent Kleuterplein de volgende leerlijnen: Praten en luisteren Verhalen Klanken en letters Krabbelen en schrijven De leerlijnen verhalen, klanken en letters en krabbelen en schrijven zijn gebaseerd op de tussendoelen beginnende geletterdheid van het Expertisecentrum Nederlands. De leerlijn praten en luisteren, ook wel mondelinge communicatie genoemd, is gebaseerd op de tussendoelen Nederlands van SLO voor groep 1 en 2. In het schema op pagina 12 ziet u alle leerdoelen voor taal en lezen overzichtelijk op een rij. 4.2 Achtergrondinformatie bij taal en lezen Interactief taalonderwijs Mondelinge taalontwikkeling speelt bij kleuters een belangrijke rol. Kleuterplein maakt gebruik van interactief taalonderwijs. Zoals de term al zegt, staat interactie met de kinderen hierbij centraal. Door interactie stimuleert u de taalontwikkeling. Uitgangspunten van interactief taalonderwijs zijn: betekenisvol leren: leren in contexten die voor het kind betekenisvol zijn en die aansluiten bij de interesse van het kind; sociaal leren: in groepsverband leren van en met elkaar; strategisch leren: leren door het eigen maken van leerstrategieën, door vóór, tijdens en na de activiteit bewust stil te staan bij de stappen die ze moeten zetten om bepaalde vragen te beantwoorden (bijvoorbeeld het werken met pictogrammen). Interactief taalonderwijs vraagt van u als leerkracht een begeleidende en coachende rol. U stimuleert de kinderen om zelf op onderzoek uit te gaan, om informatie te verzamelen. Dit vergt ook een andere manier van vragen stellen en reageren op kinderen en een andere manier van luisteren naar kinderen. Het is belangrijk dat u met de kinderen in gesprek gaat en dat de kinderen met elkaar in gesprek gaan. Dat stimuleert u door bijvoorbeeld open vragen te stellen, waarmee u kinderen de ruimte geeft om te spreken (bijvoorbeeld Hoe kun je dat doen?, of Wat vind je daarvan?). U kunt kinderen ook stimuleren om verder te praten door een actieve luisterhouding. U kunt bijvoorbeeld verbale luisterreacties geven, zoals doorvragen op wat het kind zegt. Ook non-verbale luisterreacties zijn uitnodigend, zoals even stil blijven na een antwoord van een kind, knikken of hummen. Verder kunt u nietvragende uitingen gebruiken, zoals O en Nee, toch!, om initiatieven uit te lokken. Ook kunt u kinderen laten reageren op elkaar, met vragen als Snap je wat [naam] bedoelt? Probeer de gedachtenlijn van kinderen te volgen en vermijd daarbij inhoudelijke feedback (feedback op onjuistheden). Beter kunt u zelf herverwoorden, doorspelen en bijdragen van kinderen verbinden. Stimuleren kan ook met voorbeeldgedrag, bijvoorbeeld door zelf op te schrijven of te tekenen wat u ziet, terug te blikken en feedback te geven. Bij alle activiteiten van Kleuterplein vindt u voorbeelden van goed leerkrachtgedrag. Voorbeelden van goede interventies (vragen en opmerkingen) tijdens een activiteit zijn cursief gedrukt in de themakaternen. Beginnende geletterdheid In de kleuterperiode ontwikkelen kinderen spelenderwijs hun taalbewustzijn. Ze leren omgaan met begrippen als verhaal, zin, woord en klank. Ze ontdekken dat klanken verwijzen naar letters. Ofwel: ze ontdekken het alfabetisch principe van ons schriftsysteem. Met Kleuterplein stimuleert u dit taalbewustzijn, met de activiteiten die gekoppeld zijn aan de leerlijnen klanken en letters en krabbelen en schrijven en met de 5-minutenspelletjes. Binnen de leerlijn klanken en letters zijn de ontwikkeling van het fonologisch en fonemisch bewustzijn belangrijke leerdoelen. Kinderen leren spelenderwijs de analyse en synthese van fonemen (het breken en bouwen of hakken en plakken ). Kleuters hebben deze vaardigheden nodig om uiteindelijk goed voorbereid te beginnen aan het aanvankelijk leesonderwijs in groep 3. In Kleuterplein stimuleren we de ontwikkeling van het fonologisch bewustzijn met bijvoorbeeld rijmactiviteiten en het werken met de lettertafel. Ook de 5-minutenspelletjes voor taal gebruikt u voor ontwikkeling van het fonologisch bewustzijn. Doe deze spelletjes dagelijks met de kinderen. Als ze eenmaal de functies van geschreven taal door hebben, gaan veel kinderen de schrijfhandeling van volwassenen imiteren. Geleidelijk leren ze dat regels van links naar rechts en pagina s van boven naar beneden worden geschreven en gelezen. Er zijn maar weinig kinderen die zichzelf het lezen en schrijven aanleren, maar door een stimulerende omgeving zullen veel kinderen wel de belangrijkste basisprincipes van geschreven taal ontdekken. Kleuterplein sluit aan bij deze spontane ontwikkeling, de beginnende of ontluikende geletterdheid, maar loopt niet vooruit op wat later wordt onderwezen. Binnen de leerlijn krabbelen en schrijven is er expliciet aandacht voor de functies van geschreven taal en de relatie tussen gesproken en geschreven taal. Maar ook in veel andere activiteiten, waarbij dit niet het hoofddoel is, komt het wel als nevendoel aan bod. Uitgangspunt is dat Pakketwijzer 11

13 Praten en luisteren Bij de leerlijn praten en luisteren, ofwel mondelinge communicatie, gaat het om de volgende leerdoelen: 1. Informatie overdragen en begrijpen. 2. Gespreksvaardigheid: leren om zich goed uit te drukken in gesprek met anderen en in een eigen verhaal. 3. Verhalen vertellen: leren om iets wat ze zelf willen vertellen, voor te bereiden en naar voren te brengen. 4. Mening geven en reageren op andermans mening: in een gesprek hun mening kunnen geven en die beargumenteren, en laten weten wat zij vinden van de mening en de argumenten van een ander. 5. Reflectie: kunnen praten over de manier waarop een bepaald gesprek verlopen is of een activiteit is uitgevoerd en reflecteren op eigen werk (product). Verhalen Bij de leerlijn verhalen gaat het om de volgende leerdoelen: 1. Boekoriëntatie: Begrijpen dat illustraties en tekst samen een verhaal vertellen. Weten dat boeken worden gelezen van voor naar achter, bladzijden van boven naar beneden en regels van links naar rechts. Weten dat verhalen een opbouw hebben. Aan de hand van het omslag van een boek de inhoud van het boek al enigszins kunnen voorspellen. Weten dat ze vragen over een boek kunt stellen. Deze vragen helpen hen om goed naar het verhaal te luisteren en te letten op de illustraties. 2. Verhaalbegrip: De taal van voorleesboeken begrijpen en in staat zijn om conclusies te trekken naar aanleiding van een voorgelezen verhaal. Halverwege voorspellingen kunnen doen over het verdere verloop van het verhaal. Weten dat de meeste verhalen zijn opgebouwd uit een situatieschets en een episode. Een situatieschets geeft informatie over de hoofdpersonen, de plaats en tijd van handeling. In een episode doet zich een bepaald probleem voor dat vervolgens wordt opgelost. Een voorgelezen verhaal kunnen naspelen terwijl de leerkracht vertelt. Een voorgelezen verhaal kunnen navertellen, aanvankelijk met steun van illustraties, later zonder gebruik te hoeven maken van illustraties. 3. Functioneel lezen : een tekst betekenis geven op hun eigen niveau (opschrift herkennen aan de vorm, briefje of geschreven mededeling voorlezen in eigen woorden omdat de betekenis bekend is, zelf een bekend prentenboek voorlezen met minder of meer expliciet gebruik van de tekstelementen). 4. Leesplezier. Klanken en letters Bij de leerlijn klanken en letters gaat het om de volgende leerdoelen: 1. Fonologisch bewustzijn: Onderscheid kunnen maken tussen vorm en betekenis van woorden. Woorden kunnen onderscheiden. Lettergrepen kunnen onderscheiden. Lettergrepen kunnen samenvoegen. Rijmwoorden (eindrijm) kunnen herkennen en toevoegen. 2. Fonemisch bewustzijn: Afzonderlijke klanken kunnen uitluisteren (beginrijm, klinker in woord isoleren). Klanken kunnen onderscheiden (= auditieve discriminatie). Klanken kunnen samenvoegen (= auditieve synthese). 3. Alfabetisch principe begrijpen en letterkennis hebben. Krabbelen en schrijven Bij de leerlijn krabbelen en schrijven gaat het om de volgende leerdoelen: 1. Relatie gesproken en geschreven taal: Weten dat gesproken woorden kunnen worden vastgelegd, op papier en met audiovisuele middelen. Weten dat geschreven woorden kunnen worden uitgesproken. Woorden als globale eenheden kunnen schrijven. Bijvoorbeeld: eigen naam en namen van voor het kind belangrijke personen/ dingen, logo s en merknamen. 2. Functies van geschreven taal: Weten dat geschreven taalproducten zoals briefjes, brieven, boeken en tijdschriften een communicatief doel hebben. Weten dat symbolen zoals logo s en pictogrammen verwijzen naar taalhandelingen. Zich bewust zijn van het permanente karakter van geschreven taal. Weten dat tekenen en tekens produceren mogelijkheden bieden tot communicatie. Weten wanneer er sprake is van de taalhandelingen lezen en schrijven. Het onderscheid kennen tussen lezen en schrijven. 3. Functioneel schrijven : functionele teksten schrijven, zoals lijstjes, briefjes, opschriften en verhaaltjes. Dit hoeven kleuters nog niet te kunnen aan het einde van groep Informatie ordenen: zelf een boekje, schema, poster maken. 5. Schrijfplezier. 12 Pakketwijzer

14 veelvuldig gebruik van geschreven taal, in allerlei functies, een belangrijke voorwaarde is voor het leren lezen en schrijven in groep 3. Dit vindt u dan ook in heel veel activiteiten van Kleuterplein terug. Bijvoorbeeld: u gebruikt bij het inrichten van de thematafel woordkaartjes, u gebruikt regelmatig een flap-overbord om informatie te onthouden, enzovoort. Woordenschat Woordenschat is een belangrijk onderdeel bij Kleuterplein. Uitgangspunt is de betekenisvolle context van het thema. Woordenschat is geïntegreerd in alle activiteiten. Woorden die binnen de activiteit een belangrijke plaats hebben, worden geleerd. Dat zijn woorden waar de activiteit om draait (bijvoorbeeld: slakken kijken kan niet zonder de woorden slak en voelspriet), maar ook woorden die u in de instructie gebruikt, of die een kind zelf aandraagt als het vertelt wat het aan het doen is. Op de woordenlijst vooraan in elk thema staan de belangrijkste woorden uit de thema-activiteiten in alfabetische volgorde en onderverdeeld in: zelfstandige naamwoorden (bijvoorbeeld de bal, de zus) werkwoorden (bijvoorbeeld aankleden, staan) functiewoorden (bijvoorbeeld achter, vandaag) Het is natuurlijk afhankelijk van uw keuze van de activiteiten en van de inbreng van de kinderen zelf welke woorden ook inderdaad aangeboden zullen worden. Het is de bedoeling dat de actieve woordenschat van de kinderen wordt uitgebreid van ongeveer 3000 (bij binnenkomst in groep 1) naar 4500 woorden eind groep 2. Bij elke activiteit staan de belangrijkste woorden genoemd. We maken onderscheid tussen basiswoorden en uitbreidingswoorden. Deze zijn geselecteerd met behulp van de woordenlijst van Krom (1990): Basiswoorden zijn de woorden die bekend verondersteld worden bij kinderen die starten in groep 1 (tranche 1, Krom). Uitbreidingswoorden zijn de woorden die nieuw zullen zijn voor de meeste kinderen (uitbreiding van de woordenschat). In de beschrijving van de activiteiten wordt vaak expliciet aangegeven hoe deze woorden gebruikt kunnen worden en hoe u de betekenis kunt verduidelijken. Dat noemen we semantiseren. Semantiseren van nieuwe woorden gaat vaak op de volgende manieren: Uitbeelden: concreet plaatje of voorwerp laten zien of een situatie creëren. Uitleggen: het vertellen van de betekenis(sen) van een woord. Uitbreiden: aanhaken van extra woorden, bijvoorbeeld wat is hetzelfde, wat is verschillend? Hoe gebruikt u de woorden van een activiteit? Voorafgaand aan elke activiteit bekijkt u de woorden die bij die activiteit horen. U schat in welke woorden al bekend zullen zijn (meestal de basiswoorden) en welke nieuw zullen zijn (meestal de uitbreidingswoorden) voor de meeste kinderen. Ga daarbij uit van uw eigen groep, de aangegeven indeling hoeft niet per se voor uw kinderen te kloppen. Noteer voor uzelf de afwijkingen. Hoe gebruikt u de basiswoorden? De basiswoorden gebruikt u tijdens de activiteit waar ze van pas komen in de context van de activiteit. U stimuleert de kinderen zoveel mogelijk om de woorden actief te gebruiken. Basiswoorden die voor een beperkt aantal taalzwakkere kinderen onbekend zijn, oefent u voorafgaand aan de activiteit met hen apart. Dit noemen we preteaching. U kunt hierbij de themavertelposter gebruiken, daarop zijn veel woorden geïllustreerd. Hoe gebruikt u de uitbreidingswoorden? De uitbreidingswoorden zijn nieuw voor de meeste kinderen. Deze woorden biedt u tijdens de activiteit daarom altijd actief aan de hele groep aan, zodat ze hun woordenschat kunnen uitbreiden met dit nieuwe woord. In de beschrijving van de activiteit vindt u aanwijzingen hoe u de uitbreidingswoorden kunt aanbieden en verduidelijken (semantiseren). Alleen aanbieden en verduidelijken is niet genoeg. Het is belangrijk dat de kinderen ook de kans krijgen om de woorden te consolideren. Dat kan door de aangeboden nieuwe woorden vaak te herhalen, ook in andere contexten. U krijgt in de activiteiten regelmatig aanwijzingen hoe u de woorden herhaald kunt aanbieden. Daarnaast kunt u spelletjes doen rondom de nieuw geleerde woorden (bijvoorbeeld met de woordkaartjes) of een woordspin maken (zie algemene kopieerbladen). Kopieer de woordspin en zet een begrip in het midden. Daarna verkent u samen met de kinderen het begrip en vult de woordspin in: Wat hoort hier allemaal bij? Waar bestaat een uit? Waar vind je een? Ook controle van de woordenschat is een belangrijk onderdeel in Kleuterplein. Dit gebeurt voornamelijk in de afsluitingsactiviteiten. U blikt samen met de kinderen terug op alles wat ze tijdens het thema hebben gemaakt en gedaan. Dat biedt de gelegenheid om de nieuw geleerde woorden de revue te laten passeren. U bekijkt samen nogmaals het beeldwoordenveld en gaat na: Wat wisten we al? Welke nieuwe woorden hebben we toegevoegd? De afsluitingsactiviteiten bieden u ook gelegenheid om opdrachten te geven waaruit blijkt of de kinderen de nieuwe woorden ook zelf actief kunnen gebruiken, bijvoorbeeld tijdens het opruimen van de thematafel en het bespreken van de foto s die tijdens het thema gemaakt zijn. Pakketwijzer 13

15 5 Rekenen 5.1 Leerdoelen van rekenen Het ontwikkelingsgebied rekenen in Kleuterplein heeft vier leerlijnen: Tellen en rekenen Meten en wegen Ruimte en vormen Tijd Deze leerlijnen zijn gebaseerd op de tussendoelen beginnende gecijferdheid van de projectgroep TAL van het Freudenthal Instituut in samenwerking met SLO en CED en op Als kleuters leren tellen van SLO. In het schema op pagina 15 ziet u alle leerdoelen voor rekenen overzichtelijk op een rij. 5.2 Achtergrondinformatie bij rekenen Tellen en rekenen Getallen en getalsmatige verschijnselen roepen al in een vroeg stadium de interesse van jonge kinderen op. Kinderen maken onder andere kennis met getallen door het leren opzeggen van de telrij. Dit gebeurt vaak door telrijmpjes of liedjes, zoals Een twee drie vier, hoedje van papier. Veel vierjarigen kunnen de telrij tot en met 4 opzeggen. Ook kunnen ze op hun vingers laten zien hoeveel jaar oud ze zijn. In de kleuterperiode wordt het getalbegrip steeds verder uitgebreid. De kinderen ontwikkelen geleidelijk inzicht in de verschillende betekenissen en functies van (kleine) getallen en relaties ertussen, en leren gaandeweg getalsymbolen herkennen. Deze groei in de getallenwereld heet ontluikende gecijferdheid. In Kleuterplein noemen we dit onderdeel tellen en rekenen. Kinderen komen in talrijke situaties met woorden, symbolen en betekenissen in aanraking die naar getallen verwijzen. We onderscheiden vijf aspecten van getallen: aantal: de hoeveelheid van vijf dropjes telgetal: de nummer vijf of de vijfde in de aftelrij meetgetal: de leeftijd van vijf jaar naamgetal: de tramlijn vijf rekengetal: twee erbij drie is vijf Bij de activiteiten rondom tellen en rekenen onderscheiden we in Kleuterplein drie niveaus: contextgebonden niveau: betekenis - volle, aansprekende probleemsituaties. Bijvoorbeeld: Op de verjaardags - taart staan zes kaarsjes. Hoe oud is het kindje geworden? Vanuit de context dat je voor elk jaar dat je verjaart een kaarsje krijgt, wordt begrepen hoe je de leeftijd moet vaststellen. objectgebonden niveau: probleemsituaties die rechtstreeks op het hoeveelheidsaspect zijn gericht. De context is hierbij naar de achtergrond verdwenen. Bijvoorbeeld: Hoeveel kralen zitten er aan de ketting? Hoeveel kaarsen branden er nog als er twee worden uitgeblazen? pure tellen en rekenen : Op dit niveau wordt een vraag als Hoeveel is zes eraf twee? begrepen en correct uitgevoerd door bijvoorbeeld de vingers te gebruiken. Het gaat hier om formele rekenvragen. Kinderen leren in Kleuterplein met telbare hoeveelheden werken die zowel in contextgebonden als in objectgebonden situaties worden aangeboden. Het leren tellen en rekenen van erbij en eraf van 1 of 2 komt zowel in objectgebonden situaties voor als tijdens opdrachten die beantwoorden aan het niveau van het pure tellen en rekenen. Activiteiten met betrekking tot het leren van de telrij, het werken met telbare hoeveelheden en erbij en eraf van 1 of 2 komen in Kleuterplein in elk thema door elkaar aan de orde, afhankelijk van wat betekenisvol is voor de kinderen in de context van het thema. De niveaus van contextgebonden, objectgebonden en het pure tellen en rekenen vindt u dus ook in elk thema terug. Het komt geregeld voor dat binnen een activiteit tellen en rekenen aan meerdere niveaus aandacht wordt besteed. Met de cursief gedrukte vragen en opdrachten pendelt u van het ene naar het andere niveau, en weer terug indien nodig, met als uiteindelijk doel het niveau van beheersing van de kinderen verhogen. Ook de stapjes naar boven helpen u hierbij. Bijvoorbeeld: Wanneer een kind kan bepalen hoeveel kralen er aan een ketting zitten, ligt het voor de hand ook te vragen hoeveel kralen het zullen zijn als hij er nog twee bij rijgt en dat aantal op zijn vingers te laten zien. Meten en wegen Bij de leerlijn meten en wegen gaat het om de getalsmatige kant, waarmee de ruimte en de bijbehorende verschijnselen worden geordend en bewerkt. Kinderen verwerven een geleidelijk groeiend inzicht in verschillende grootheden als lengte, inhoud, gewicht en leren deze van elkaar te onderscheiden. Binnen de leerlijn meten en wegen onderscheiden we drie fasen: vergelijken (langer, korter, even lang) afpassen aflezen Bij de grootheden lengte en inhoud doorlopen kleuters alle drie de fasen van het meten. Voor gewicht geldt dat de fasen van het afpassen en aflezen strikt genomen pas in groep 3 en 4 aan de orde komen; in Kleuterplein komen ze daarom alleen beginnend aan bod. In een schema ziet dit er als volgt uit: Meten en wegen in Kleuterplein Lengte Inhoud Gewicht vergelijken afpassen aflezen Pakketwijzer

16 Tellen en rekenen Bij de leerlijn tellen en rekenen gaat het om de volgende leerdoelen: 1. Opzeggen van de telrij: akoestisch tellen. Dit tellen kan sec verlopen door alleen de telwoorden te noemen of in de vorm van een liedje of rijmpje, eventueel ondersteund met een ritmische beweging. Akoestisch tellen is een voorwaarde voor resultatief tellen. 2. Werken met telbare hoeveelheden: ordenen synchroon tellen: één op één relatie tussen aanwijzen van de te tellen objecten en opzeggen van de telwoorden. Voor elk aangewezen object wordt het volgende telwoord in de telrij genoemd. Synchroon tellen is een voorwaarde voor resultatief tellen. Asynchroon tellen (door elkaar) is geen tellen. afnummeren: bij het tellen van objecten of mensen aan elk object of mens een naamgetal koppelen op volgorde van de telrij. resultatief tellen: een voor een tellen van een hoeveelheid vergelijken op meer/minder/ gelijk verkort tellen: handig gebruikmaken van structuren in de aangeboden telsituatie. Verkort tellen kan via doortellen, door gebruik te maken van getalbeelden, door vanaf een bekend aantal terug te tellen, door samen te voegen (twee kleine aantallen als geheel herkennen) en door met sprongen te tellen (gestructureerde hoeveelheden tellen in groepen van bijvoorbeeld 2, 5 of 10). redelijk schatten 3. Erbij en eraf van 1 of 2: erbij en eraf splitsen telbaar presenteren van benoemde getallen (bijvoorbeeld op vingers, met streepjes of stippen) 4. Werken met getalsymbolen (1, 2, 3, 4, enzovoort): op kaartjes, telefoon, afstandsbedieningen, enzovoort Meten en wegen Bij de leerlijn meten en wegen gaat het om de volgende leerdoelen: 1. Vergelijken en ordenen: van objecten op lengte: gebruiken van beschrijvingen als groter - kleiner, langer - korter, dikker - dunner, breder - smaller van inhoud (wat erin zit en wat erin kan): op het oog en via in elkaar overgieten en gebruiken van begrippen (groter - kleiner, langer - korter, dikker - dunner, breder - smaller) van gewicht: wegen op de hand en wegen met de balans en gebruiken van begrippen (groter - kleiner, langer - korter, dikker - dunner, breder - smaller) van oppervlakte met platte objecten (beginnend aanwezig begin groep 3) 2. Afpassen: van lengte met voor de hand liggende passende maateenheden als stap, voet en meterstrook van inhoud: afpassen of uitscheppen met eenvoudige natuurlijke maten als kopje, beker of lepel van gewicht: verkennen van het wegen met instrumenten (beginnend aanwezig begin groep 3) Ruimte en vormen Bij de leerlijn meten en wegen gaat het om de volgende leerdoelen: 1. Oriënteren: lokaliseren: in een bekende omgeving, gebruikmaken van herkenningspunten werken met eenvoudige plattegronden hanteren van begrippen als: voor, achter, dichtbij, door, naast, rechts, links innemen van een standpunt: tekenen en verwoorden van wat jij zelf of een ander wel/niet kan zien 2. Construeren: met vrij materiaal: klei, dozen, touw met meetkundig constructiemateriaal: blokken, Kapla, Lokon, meccano, Lego, K nex met papier: vouwen, bouwplaten ontdekken hoe objecten in elkaar zitten en zijn op te bouwen verkennen elementaire kenmerken van blokken, kubussen en vierkanten 3. Opereren met vormen en figuren: spiegelen: kennismaken met symmetrieën en afbeeldingen van vormen en figuren en de spiegelas leren kennen (spiegelas = een denkbeeldige lijn in een figuur, waarlangs die figuur bij spiegelen dezelfde vorm behoudt) mozaïeken: samenstellen van (mooie) patronen, herkennen van regelmaat, symmetrieën en samenstellingen van figuren schaduwen: kennismaken met symmetrieën en afbeeldingen van vormen en figuren Tijd Bij de leerlijn tijd gaat het om de volgende leerdoelen: 1. Chronologie: chronologisch ordenen van activiteiten, gebeurtenissen en handelingen in eigen leven hanteren van begrippen als vroeger, later, een tijdje geleden, straks, toen, nu, morgen, vandaag en gisteren 2. Patronen en cycli: tijdsindelingen (dagen, weken, maanden) en tijdspatronen (seizoenen) verbinden met gebeurtenissen en activiteiten in eigen leven Pakketwijzer 15

17 Lengte De meest vanzelfsprekende activiteit bij het onderdeel lengte is het vergelijken van de eigen lengte met die van een ander. Als op het oog vast te stellen is wie de langste is, dan is verder onderzoek overbodig. Liggen de verschillen niet ver uit elkaar, dan is het zinvol om met behulp van twee ruggen tegen elkaar, een streep op de muur, of een boek op beide hoofden leggen te kijken wie de langste is. Dit is een van de activiteiten met betrekking tot lengte die de kinderen uitvoeren. Ook maken ze een strook die even lang is als zijzelf, om zo onderlinge lengtes te kunnen vergelijken. Ze maken zelfs een staafgrafiek van de lengtes van klasgenoten. Als deze langere tijd blijft hangen kunnen ze uitzoeken wie het meest is gegroeid de afgelopen periode. Dat hoeft niet de langste te zijn! Op een apart blad wordt de groeilengte (het verschil tussen de vorige en de huidige lengte) met strepen aangegeven. Het directe vergelijken is dan overgegaan in indirect vergelijken, waarbij het blad als intermediair fungeert. Inhoud Bij deze grootheid ligt het accent op het uit- en inscheppen van een bepaalde hoeveelheid, maar kinderen construeren bijvoorbeeld ook een zogenaamde kopjesmaatbeker. Ze zoeken in gezamenlijk overleg naar geschikte vergelijkingsstrategieën. Bijvoorbeeld bij het vergelijken van de inhoud van drie verschillende bekers: ze proberen op het oog te bepalen in welke de meeste limonade kan. Hun voorspellingen controleren ze door eerst een beker te vullen met limonade en vervolgens leeg te gieten in de andere beker waarmee ze vergelijken. Bij het construeren van een kopjesmaatbeker schatten ze hoeveel bekers er in een lege fles gaan. Op de fles wordt een verticale strook geplakt. Er gaat een beker limonade in de fles en een kind zet een streep op dezelfde hoogte. Langs deze maatlijn (schaalverdeling) tellen de kinderen hoeveel bekers erin gaan. De leerkracht vraagt nadat ze een aantal bekertjes in de fles hebben geschonken naar hun schatting. Klopt deze nog steeds of moet deze herzien worden? Op de strook is uiteindelijk af te lezen hoeveel bekers erin gaan en dus gevuld kunnen worden. De inhoud wordt bepaald via lengtemeting. Gewicht Jonge kinderen denken vaak dat wat het grootst in omvang is ook het zwaarst zal zijn. In Kleuterplein ervaren ze dat dit niet altijd het geval is. Ze vergelijken objecten qua gewicht door te wegen met de eigen hand en te voelen. Als de werking van de wip voor kinderen duidelijk is, wordt een balans gebruikt om het gewicht van voorwerpen te vergelijken. Ruimte en vormen Onder ruimte en vormen wordt het begrijpen van de ruimte verstaan. Dit komt overeen met het kerndoel van het meetkundeonderwijs op de basisschool: het ontwikkelen van het ruimtelijk redeneer- en voorstellingsvermogen. Ruimte en vormen omvat een breed terrein. De activiteiten van Kleuterplein richten zich op de deelgebieden: 1. Oriënteren; 2. Construeren; 3. Opereren met vormen en figuren. De aspecten van ruimte en vormen hebben betrekking op activiteiten in de ruimte en het platte vlak. Het leerproces dat kinderen bij ruimte en vormen doorlopen kent verschillende fasen: ervaren, verklaren en verbinden. In groep 1 en 2 ligt het accent op ervaren. De activiteiten van Kleuterplein sluiten aan bij de ruimtelijke ervaringen die de kinderen in de voorschoolse periode hebben opgedaan. De activiteiten zijn vooral motiverend. Alles precies kunnen verklaren is nog niet aan de orde. Wel geven we af en toe een situatiegebonden verklaring. Ook streven we ernaar dat bij kleuters verwondering ontstaat. Vaak leidt dit tot de behoefte te onderzoeken hoe iets in elkaar zit en waarom iets werkt. Het zoeken naar antwoorden op waaromvragen is erg belangrijk voor de verdere ontwikkeling van het meetkundig inzicht. 1. Oriënteren Het oriënteren als aspect van ruimte en vormen is een rijk leergebied waarin verschillende vormen te onderscheiden zijn. Het doet zich voor in een veelheid van situaties: ergens naartoe gaan, de terugweg weer vinden, een tekening van je slaapkamer maken, foto s bekijken, weten waar die foto is genomen, vertellen waar je je had verstopt. Bij oriënteren gaat het om het systematisch uitbouwen van de kennis die de kinderen als peuter hebben opgedaan. Deze uitbouw kan alleen tot stand komen door ervaringen op te doen in de concrete ruimtelijke werkelijkheid. Oriëntatieactiviteiten in het platte vlak, zoals het lezen van een eenvoudige kaart, zijn daaraan op een vanzelfsprekende manier gekoppeld. In de activiteiten staan de volgende twee vormen van oriënteren centraal: Lokaliseren: het kunnen aangeven waar iets of iemand zich bevindt en het kunnen gebruiken van lokaliseergegevens om iets of iemand op te sporen. Innemen van een standpunt: de kinderen kunnen zeggen wat er vanaf een bepaald standpunt wel of niet te zien is. Ze moeten kunnen aangeven of een bepaald object of persoon vanaf een bepaalde plaats binnen het blikveld van de kijker valt en zich kunnen voorstellen en omschrijven hoe men iets vanaf een bepaalde plaats ziet. 2. Construeren Construeren is het meest bekende deelgebied van ruimte en vormen. Het omvat het maken van ruimtelijke en vlakke objecten. Het gaat bij deze activiteiten aanvankelijk vooral om het concrete construeren. In de verdere ontwikkeling is het de bedoeling dat kinderen zich ruimtelijke objecten ook mentaal kunnen 16 Pakketwijzer

18 voorstellen. De volgende drie vormen van construeren komen aan bod: Construeren met vrij constructiemateriaal: het maken van ruimtelijke en vlakke objecten met allerlei natuurlijk knutselmateriaal dat in de klas voorhanden is, bijvoorbeeld klei. Kenmerkend voor dit materiaal is dat het doorgaans niet als meetkundig leermateriaal is ontwikkeld en wordt gezien, maar dat het zich wel leent voor het maken van constructies. Het werken hiermee geeft de kinderen een ingang tot het latere construeren met meetkundig materiaal. Construeren met meetkundig constructiemateriaal: objecten maken met drie- en tweedimensionale meetkundige vormen als basismateriaal. Bij het driedimensionale materiaal moet u vooral denken aan kubussen, blokken en cilinders. Bij het tweedimensionale materiaal aan tegels in allerlei vormen (vierkanten, rechthoeken en driehoeken). Construeren met papier: het maken van twee- en driedimensionale objecten van papier. Het maken van vouwsels behoort ook hiertoe. Het kan zowel gericht zijn op het maken van constructies in het platte vlak als op het ruimtelijk construeren. 3. Opereren met vormen en figuren Opereren betekent letterlijk te werk gaan en dat is ook precies wat hier wordt bedoeld, namelijk operaties uitvoeren met vormen en figuren. Globaal gezegd gaat het om verschuiven, spiegelen, draaien en projecteren met vormen en figuren, zowel in de ruimte als in het platte vlak. Dit noemt men ook wel de meetkunde van de bewegingen of transformaties. Op het niveau van groep 1 en 2 worden deze termen natuurlijk niet genoemd. Wel komen kleuters met deze verschijnselen in aanraking en opereren ze op een intuïtieve manier met vormen en figuren. Onder opereren met vormen en figuren vallen de volgende onderdelen: Spiegelen: het ontdekken van allerlei mogelijkheden van de spiegel. Met behulp van een spiegel en de juiste plaats kan een afbeelding veranderd worden. De hoeveelheid kan veranderen maar ook de vorm. Een afbeelding kan groter/kleiner, korter/langer, smaller/breder en hoger/lager worden. Een hoeveelheid kan toenemen of afnemen en zelfs helemaal verdwijnen, een gedeeltelijk defecte afbeelding kan hersteld worden. Daarnaast ervaren kinderen dat een afbeelding vanuit verschillende gezichtspunten kan worden bekeken zodat er steeds iets anders is te zien. Mozaïeken: omstructureren: het door delen, wegnemen en aanvullen en door schuiven, draaien en omklappen nieuwe figuren maken op basis van bestaande figuren. Het werken met mozaïeken kent twee belangrijke basisactiviteiten: het maken van vormen en figuren, en het maken van patronen. Schaduwen. Bij het kennismaken met de ruimtelijke wereld waarin we leven neemt het thema licht en schaduw een bijzondere plaats in. Bij dit thema draait het om het projecteren als meetkundige activiteit. In Kleuterplein wordt hiervoor de basis gelegd. Het gaat vooral om het opdoen van ervaringen en om het wekken van verwondering. Een belangrijke ontdekking is dat je de schaduw naar je hand kunt zetten, letterlijk (op de muur) en figuurlijk door met objecten die het licht blokkeren te manipuleren. Het gaat bij deze activiteiten in eerste instantie om de schaduw van de zon (en niet van een lamp). NB: Bij het construeren gaat het om het maken van een figuur. Hoewel bij construeren natuurlijk ook sprake is van te werk gaan met figuren wordt dit in de doelen toch onderscheiden van het opereren. Bij het opereren wordt onderzocht hoe de operaties worden uitgevoerd en wat de effecten hiervan zijn op de ligging, vorm en grootte van de figuur. Bij het opereren doe je dus iets met een vorm of figuur. Pakketwijzer 17

19 6 Motoriek Het ontwikkelingsgebied motoriek kent een onderverdeling in de leerlijnen grove motoriek (in beweging) en fijne motoriek. 6.1 Leerdoelen van grove motoriek: in beweging Bij de grove motoriek richten we ons op de kennismaking met en het plezier krijgen in verschillende vormen van bewegen. We laten de kinderen de mogelijkheden van verschillende materialen en spelvormen ervaren. Binnen de leerlijn grove motoriek (in beweging) werken de kinderen aan de volgende leerdoelen: 1. Sterker worden: sjouwen tillen trekken en duwen 2. Balans: balanceren op één been klimmen rollen duikelen huppelen en hinkelen springen 3. Met de bal: gooien en vangen schoppen 4. Hardlopen: rennen remmen en zwenken 5. Groepsspelen: tikspel bewegen op muziek 6.2 Leerdoelen van fijne motoriek Bij de fijne motoriek richten we ons op het aanbieden van technieken, en laten we kinderen kennismaken met de mogelijkheden van verschillende materialen. Sommige technieken zijn niet geschikt voor de hele groep. Bijvoorbeeld: een techniek als vlechten kunt u de kleuters pas leren als ze daar in hun motorische ontwikkeling aan toe zijn. Kleuterplein heeft daarom enkele keuzeactiviteiten fijne motoriek speciaal voor alleen groep 1 of juist groep 2. Binnen de leerlijn fijne motoriek werken de kinderen aan de volgende leerdoelen en vaardigheden: 1. Werken met papier: prikken vouwen bouwen scheuren knippen 2. Werken met klei: wroeten en kneden plakken en verbinden holle vorm maken 3. Werken met stof: vlechten weven rijgen 4. Werken met kleding: aan- en uitkleden veters strikken 5. Tekenen: met potlood met krijt met wasco met viltstift 6. Verven: met vingerverf met waterverf met ecoline 7. Mengen: met vingerverf met waterverf 8. Stempelen: met verf met inkt 18 Pakketwijzer

20 6.3 Achtergrondinformatie bij motoriek Grove motoriek De grove motoriek van jonge kinderen maakt in de kleuterperiode een behoorlijke ontwikkeling door. Van kleuters die nog traag en vanuit hun romp bewegen, worden het soepele, vlot bewegende kinderen die de ledematen goed kunnen aansturen. Met de activiteiten uit Kleuterplein kunt u zowel voor de jongste als de oudste kleuters aansluiten bij de fasen die deze ontwikkeling kent. We vinden het bovendien belangrijk dat kinderen al jong plezier beleven aan bewegen en dat ze dit plezier ontwikkelen. In het thema gezondheid komt dit nog eens nadrukkelijk aan bod. Kinderen in de groepen 1 en 2 bewegen veel. Zowel buiten als in de speelzaal is er elke dag tijd voor bewegen. Het ene kind maakt hier meer gebruik van dan het andere. Zo kan het dat het ene kind spontaan leert huppelen en het andere niet. De bewegingsactiviteiten in Kleuterplein zijn een aanvulling op dit vrije bewegen. We adviseren u om elke week een doelgerichte bewegingsles te doen, zodat kinderen naast het vrij bewegen in de speelzaal en buiten ook gericht aanbod krijgen om hun grove motoriek te ontwikkelen. Kleuterplein biedt in elk thema: een tikspel, dat gevarieerd aangeboden kan worden voor jongere en oudere kinderen; een les kleutergym: een bewegingsles waarin kinderen middels spel en beweging oefeningen doen met hun hele lijf die voorbereidend zijn op uiteindelijk de kleine bewegingen van het schrijven; een circuit: vier opstellingen waar op verschillende manieren en met verschillende materialen en opdrachten wordt gewerkt aan de ontwikkeling van de grove motoriek; een les bewegen op muziek: met hulp van liedjes leren kinderen bewegen op een ritme en oefenen zij bewegingen die hen voorbereiden op het schrijven. Fijne motoriek De fijne motoriek van kleuters ontwikkelt zich in fasen. Jongste kleuters werken nog vaak vanuit hun schouders en maken grote, nog weinig gecoördineerde bewegingen. Knippen is voor jongste kleuters nog moeilijk. Ze werken vaak met hun hele lijf. De bewegingen worden in de loop van de kleuterperiode steeds beter gecoördineerd; de oog-handcoördinatie verbetert. De bewegingen komen steeds meer vanuit de pols en worden meer gestuurd door de vingers. De kleuter ontwikkelt gaandeweg een ontspannen houding. De activiteiten in Kleuterplein die gericht zijn op fijne motoriek, kunnen we als volgt indelen: activiteiten gericht op het tekenen en schilderen; activiteiten gericht op het leren omgaan met materialen (bijvoorbeeld klei, hout, karton); activiteiten gericht op het ontwikkelen van de technieken (bijvoorbeeld schuren, knippen, vouwen). De activiteiten zijn wisselend gesloten en open van karakter. Bij gesloten opdrachten maken de kinderen een duidelijk herkenbaar product en oefenen ze een techniek. Voor groep 2 worden er moeilijkere technieken aangeboden dan voor groep 1. De activiteit Werken met [materiaal] die in elk thema zit, heeft een meer open karakter. De creativiteit en het oplossend vermogen van de kleuters worden aangesproken. Er wordt wel een opdracht gegeven, maar binnen die opdracht is nog voldoende ruimte voor het kind om zijn eigen product te maken. In elk thema tekenen de kinderen eenmaal zichzelf. Hiermee kunt u hun tekenontwikkeling mooi volgen. Door elke keer ander tekenmateriaal aan te bieden, maken jonge kinderen kennis met de verschillende tekentechnieken en de eigenschappen van de materialen. Kinderen die al verder zijn in hun tekenontwikkeling worden uitgedaagd om hier rekening mee te houden door bijvoorbeeld zichzelf in realistische kleuren te tekenen en meer op details te gaan letten. Voorbereidend schrijven Alle motorische doelen zijn belangrijk in de voorbereiding op het schrijven. Om uiteindelijk in de toekomst een ontspannen schrijfhouding en een goed leesbaar handschrift te ontwikkelen, is het van belang om in de groepen 1 en 2 veel aandacht te besteden aan de fijne en grove motoriek. Aanvullend op de hiervoor genoemde motoriekdoelen werkt u ook aan expliciete doelen gericht op het voorbereidend schrijven: met de voorkeurshand tekenen en schilderen staand schilderen, ontspannen lichaamshouding zittend tekenen, ontspannen schrijfhouding juist hanteren van de grote kwast juist hanteren van het potlood maken van de schrijfpatronen Deze doelen zijn verwerkt in de motoriekactiviteiten en u vindt ze terug in het werkboekje Ik kan het zelf voor de oudste kleuters. Daarin oefenen ze onder andere met het schrijven van patronen. Ter voorbereiding op deze patronen oefent u de patronen ook altijd eerst in een vrije situatie. Deze voorbereidende oefeningen vindt u in deze pakketwijzer in bijlage 8. Pakketwijzer 19

Blik op de methode Kleuterplein

Blik op de methode Kleuterplein Blik op de methode Kleuterplein Gebaseerd op de informatie van www.malmberg.nl. Kleuterplein heeft 6 thema s gericht op de seizoenen en het ontdekken van de wereld. Elk thema is 4 weken in te zetten. Je

Nadere informatie

www.vclb-koepel.be www.vclb-koepel.b Voorbeelden van basiscompetenties TAAL/mondelinge taalontwikkeling zijn: Groeiboek Groeiboe

www.vclb-koepel.be www.vclb-koepel.b Voorbeelden van basiscompetenties TAAL/mondelinge taalontwikkeling zijn: Groeiboek Groeiboe van basiscompetenties TAAL/mondelinge taalontwikkeling zijn: [...] De kleuter staat open voor hulp van juf bij De kleuter imiteert andere kleuters bij De kleuter vertelt aan andere kleuters hoe hij De

Nadere informatie

SPECIMEN. (na)vertellen in chronologische volgorde begrijpend luisteren

SPECIMEN. (na)vertellen in chronologische volgorde begrijpend luisteren Matrix Taal (1) interactief taalgebruik beginnende geletterdheid woordenschat taalbewustzijn taal thema 1 thema 2 thema 3 thema 4 thema 5 thema 6 thema 7 thema 8 eigen aanbod ontwikkelen woordenschat (passief

Nadere informatie

Preventie rekenproblemen door effectief rekenonderwijs in de groepen 1-2 28 januari 2015

Preventie rekenproblemen door effectief rekenonderwijs in de groepen 1-2 28 januari 2015 Preventie rekenproblemen door effectief rekenonderwijs in de groepen 1-2 28 januari 2015 Arlette Buter info@rekenadviesbuter.nl 1 Goede rekenstart Beredeneerd aanbod Inhoud Rekenactiviteiten in de (kleine)

Nadere informatie

Algemene informatie groep 1-2. Ontwikkeling van kleuters:

Algemene informatie groep 1-2. Ontwikkeling van kleuters: Algemene informatie groep 1-2 Ontwikkeling van kleuters: Van kleuters is bekend dat de ontwikkeling veel sprongsgewijs verloopt. Niet alle kinderen ontwikkelen dezelfde gebieden op hetzelfde moment. We

Nadere informatie

Thema 6. Thema 1. Thema 8. Thema 2. Thema 5. Thema 3. Thema 7. Thema 4

Thema 6. Thema 1. Thema 8. Thema 2. Thema 5. Thema 3. Thema 7. Thema 4 Aanbod Inhoudskaart Rekenen-wiskunde jonge kind fase (in acht kleuterthema s) Getallen: doelen eind groep Getalbegrip Telrij telwoorden kennen telrij opzeggen (akoestisch tellen) doortellen en terugtellen

Nadere informatie

Tussendoelen Ontluikende gecijferdheid (inclusief logisch denken vanaf 3;6 jaar)

Tussendoelen Ontluikende gecijferdheid (inclusief logisch denken vanaf 3;6 jaar) Tussendoelen Ontluikende gecijferdheid (inclusief logisch denken vanaf 3;6 jaar) 0 1;6 2 2;6 3 3,6 4 4;6 1. Ontwikkelt een besef van getalsnamen door rijmpjes en versjes. (bijvoorbeeld: een- twee..klaar

Nadere informatie

OPBRENGSTGERICHT WERKEN. Handleiding groepsoverzicht en groepsplan. versie 1

OPBRENGSTGERICHT WERKEN. Handleiding groepsoverzicht en groepsplan. versie 1 OPBRENGSTGERICHT WERKEN Handleiding groepsoverzicht en groepsplan versie 1 Kleuterplein Inhoud 1 Invullen van het groepsoverzicht 2 Opstellen van het groepsplan Rekenen 3 Opstellen van het groepsplan Klanken

Nadere informatie

Ko observatielijst/ Kern(tussen)doelen TULE SLO Van November 2006

Ko observatielijst/ Kern(tussen)doelen TULE SLO Van November 2006 1 Ko observatielijst/ Kern(tussen)doelen TULE SLO Van November 2006 Mondeling onderwijs Kerndoel 1 Kerndoel 2 Kerndoel 3 Schriftelijk onderwijs Kerndoel 4 Bijlage kerndoel 4 leestechniek Kerndoel 5 Kerndoel

Nadere informatie

Leerlijnen peuters en jonge kind (MET extra doelen) versie juli 2015. Naam leerling. Taal Beginnende geletterdheid

Leerlijnen peuters en jonge kind (MET extra doelen) versie juli 2015. Naam leerling. Taal Beginnende geletterdheid Leerlijnen peuters en jonge kind (MET extra doelen) versie juli 2015 Taal eginnende geletterdheid eginnende geletterdheid-stap 1 OEKORIËNTATIE: Herkent een boek en weet dat er een verhaal in staat -20--20

Nadere informatie

Leerlijnen jonge kind (MET extra doelen) - versie juli Naam leerling. Rekenen Tellen en getalbegrip. Tellen en getalbegrip - 0

Leerlijnen jonge kind (MET extra doelen) - versie juli Naam leerling. Rekenen Tellen en getalbegrip. Tellen en getalbegrip - 0 Leerlijnen jonge kind (MET extra doelen) - versie juli 2015 Rekenen Tellen en getalbegrip Tellen en getalbegrip - 0 Naam leerling Zegt de telrij op vanaf 1 als een opzegversje. -19--19 Telt voorwerpen

Nadere informatie

Hieronder volgt een beknopte uitleg van de begrippen die u in het rapport zult tegenkomen.

Hieronder volgt een beknopte uitleg van de begrippen die u in het rapport zult tegenkomen. Onderbouwrapport In het onderbouwrapport waarderen wij alle genoemde aspecten ten opzichte van de leeftijd. Een waardering wordt uitgedrukt in een cijfer. U kunt via de beknopte omschrijvingen in het rapport

Nadere informatie

Gecijferd bewustzijn door middel van rekenconflicten bij kleuters

Gecijferd bewustzijn door middel van rekenconflicten bij kleuters Gecijferd bewustzijn door middel van rekenconflicten bij kleuters 25 januari 2012 Marije Bakker Welkom en programma Leerlijnen,domeinen, organisatie en praktische toepassing van gecijferd bewustzijn. 2

Nadere informatie

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering. De kinderen: - oriënteren zich op het thema. - activeren hun voorkennis.

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering. De kinderen: - oriënteren zich op het thema. - activeren hun voorkennis. Hier vind je een overzicht van de lesdoelen die worden aangeboden in dit project. Houd er rekening mee dat je tijdens de uitvoering van de lessen waarschijnlijk met méér doelen bezig zult zijn, voortkomend

Nadere informatie

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering Hier vind je een overzicht van de lesdoelen die worden aangeboden in dit project. Houd er rekening mee dat je tijdens de uitvoering van de lessen waarschijnlijk met méér doelen bezig zult zijn, voortkomend

Nadere informatie

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering. De kinderen: - oriënteren zich op het thema. - activeren hun voorkennis.

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering. De kinderen: - oriënteren zich op het thema. - activeren hun voorkennis. Hier vind je een overzicht van de lesdoelen die worden aangeboden in dit project. Houd er rekening mee dat je tijdens de uitvoering van de lessen waarschijnlijk met méér doelen bezig zult zijn, voortkomend

Nadere informatie

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering Hier vind je een overzicht van de lesdoelen die worden aangeboden in dit project. Houd er rekening mee dat je tijdens de uitvoering van de lessen waarschijnlijk met méér doelen bezig zult zijn, voortkomend

Nadere informatie

Auditief geheugen Begrippen Cijfers Dans en beweging

Auditief geheugen Begrippen Cijfers Dans en beweging Auditief geheugen Lessen met als doel het oefenen van het auditief geheugen zijn bedoeld om leerlingen te helpen, informatie die ze horen goed op te slaan. Het geven van enkelvoudige (pak de bal) en meervoudige

Nadere informatie

Tussendoelen Taal: Spraak- Taalontwikkeling

Tussendoelen Taal: Spraak- Taalontwikkeling Tussendoelen Taal: Spraak- Taalontwikkeling 0 1;6 2 2;6 3 3,6 4 4;6 1. Praat in één-woordzinnen ( bal? betekent bijvoorbeeld: ik wil de bal hebben). 2. Kent de betekenis van ongeveer 70 3. Kan woorden

Nadere informatie

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering Hier vind je een overzicht van de lesdoelen die worden aangeboden in dit project. Houd er rekening mee dat je tijdens de uitvoering van de lessen waarschijnlijk met méér doelen bezig zult zijn, voortkomend

Nadere informatie

Digiborden bij kleuters. Marloes de Vetten Onderwijsconsulent

Digiborden bij kleuters. Marloes de Vetten Onderwijsconsulent Digiborden bij kleuters Marloes de Vetten Onderwijsconsulent Inhoud Waarom een bord bij de kleuters Organisatie Leidt het bord af? Plan van aanpak voor implementatie Wanneer NIET? Valkuilen Doelgericht

Nadere informatie

Spelenderwijs rijmen. Linda Willemsen. www.klasvanjuflinda.nl. www.klasvanjuflinda.nl

Spelenderwijs rijmen. Linda Willemsen. www.klasvanjuflinda.nl. www.klasvanjuflinda.nl Spelenderwijs rijmen Linda Willemsen www.klasvanjuflinda.nl www.klasvanjuflinda.nl Spelenderwijs rijmen Spelenderwijs rijmen Tekst & vormgeving: Linda Willemsen 2014 www.klasvanjuflinda.nl Linda Willemsen

Nadere informatie

Leerlijn en tussendoelen rekenen groep 1 en 2 basisonderwijs* 1

Leerlijn en tussendoelen rekenen groep 1 en 2 basisonderwijs* 1 Leerlijn en tussendoelen rekenen groep 1 en 2 basisonderwijs* 1 1. Tellen en getalbegrip 1.1 Kennis van de telrij Telrij opzeggen t/m 5-10 Telrij opzeggen t/m 10 Telrij opzeggen t/m 20 Vanuit verschillende

Nadere informatie

1. Hele getallen/ Tellen en getalbegrip. Peuters BP MP EP. Streefdoelen/ leerlijn Rekenontwikkeling (peuters)

1. Hele getallen/ Tellen en getalbegrip. Peuters BP MP EP. Streefdoelen/ leerlijn Rekenontwikkeling (peuters) 1. Hele getallen/ Tellen en getalbegrip Omgaan met de telrij - Zeggen de telrij vanaf 1 op als liedje of versje* - Beginnen hardop te tellen (=akoestisch tellen) - Oriënteren zich op de telrij t/m 5 -

Nadere informatie

In het thema Sil plukt appels kunt u in dagelijkse situaties ook aandacht besteden aan bijvoorbeeld de volgende doelen:

In het thema Sil plukt appels kunt u in dagelijkse situaties ook aandacht besteden aan bijvoorbeeld de volgende doelen: Kansen grijpen en kansen creëren In Sil plukt appels wordt gewerkt aan doelen rondom taal, rekenen, motoriek en de sociaalemotionele ontwikkeling. Om zo goed mogelijk te werken aan de ontwikkelingskansen

Nadere informatie

Leerlijnen Jonge Kind. Registratie observatiegegevens

Leerlijnen Jonge Kind. Registratie observatiegegevens Leerlijnen Jonge Kind Registratie observatiegegevens 1. Rekenen Tellen en getalbegrip planning Beh. niveau Zegt de telrij op vanaf 1 als een opzegversje. -19--19 0 Telt voorwerpen tot en met 5; asynchroon.

Nadere informatie

Doelen groep 1 augustus tot januari

Doelen groep 1 augustus tot januari SPRINGEN: Landt op zijn voeten en kan meteen weer verder gaan. GOOIEN EN VANGEN: Vangt een grote, zachte bal. BALANCEREN: Loopt over de bank waarbij hij over een hindernis van 10 cm hoog kan stappen. Plaatst

Nadere informatie

Tussendoelen rekenen-wiskunde voor eind groep 2

Tussendoelen rekenen-wiskunde voor eind groep 2 Domein GETALLEN, subdomein Getalbegrip HELE GETALLEN kan de telrij opzeggen tot ten minste 20. kan vanuit elk getal tot 20 verder tellen en vanuit elk getal onder 10 terugtellen. herkent en gebruikt rangtelwoorden

Nadere informatie

Observatielijst Mini Mars rekenen Naam:

Observatielijst Mini Mars rekenen Naam: Observatielijst Mini Mars rekenen Naam: behaald twijfel niet behaald Leerstof lijn Leerdoel Vaardigheden Het kind 13 wkn 26 wkn 39 wkn Tellen en getalbegrip Opzeggen telrij (akoestisch tellen) kan de telrij

Nadere informatie

Leerdoelen- en leerlingregistratie

Leerdoelen- en leerlingregistratie Leerdoelen- en leerlingregistratie Inhoudsopgave Inhoud Leerdoelen- en leerlingregistratie Het hoe en waarom van registreren... Beredeneerd aanbod... Instructie digitale registratie leerdoelen Hoe werkt

Nadere informatie

Jong geleerd. Beatrijs Brand en Saskia Snikkers

Jong geleerd. Beatrijs Brand en Saskia Snikkers Jong geleerd. Beatrijs Brand en Saskia Snikkers Programma Kennismaken Presentatie Jong geleerd Warming-up Pauze Praktische oefening Afsluiting Jong geleerd over het belang van actieve stimulering van ontluikende

Nadere informatie

De kwaliteit van Peuterplein

De kwaliteit van Peuterplein De kwaliteit van Peuterplein Een beoordeling aan de hand van de kwaliteitseisen uit Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie, Ministerie van OC en W, 7 juli 2010 Hans Cohen de Lara Sardes

Nadere informatie

Informatieavond schooljaar 2015-2016. Cluster 1/2

Informatieavond schooljaar 2015-2016. Cluster 1/2 Informatieavond schooljaar 2015-2016 Cluster 1/2 Programma Even voorstellen Ik & Ko KIJK! het observatiesysteem Het rapport De ontwikkelingslijnen/hoe werken we in de kleuterklas? naar eigen klas Praktische

Nadere informatie

i n s t a p h a n d l e i d i n g

i n s t a p h a n d l e i d i n g jaargroep 7 reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs i n s t a p h a n d l e i d i n g k o l o m s g e w i j s d e l e n Inleiding Het programma laat de leerlingen kennismaken met vernieuwende elementen

Nadere informatie

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering Hier vind je een overzicht van de lesdoelen die worden aangeboden in dit project. Houd er rekening mee dat je tijdens de uitvoering van de lessen waarschijnlijk met méér doelen bezig zult zijn, voortkomend

Nadere informatie

Informatieavond schooljaar Cluster 1/2

Informatieavond schooljaar Cluster 1/2 Informatieavond schooljaar 2018-2019 Cluster 1/2 Even voorstellen.. Programma Ik & Ko / Kleuterplein KIJK! het observatiesysteem Het rapport De ontwikkelingslijnen/hoe werken we in de kleuterklas? naar

Nadere informatie

Omgaan met zichzelf, 2-4;6 jaar

Omgaan met zichzelf, 2-4;6 jaar Omgaan met zichzelf, 2-4;6 jaar Eigen wil wordt sterker. Ontdekt dat het invloed op de omgeving kan uitoefenen. Zegt bij alles nee. Wil alles zelf doen. Is blij als het iets kan. Wordt driftig als iets

Nadere informatie

Beste ouder(s)/verzorger(s),

Beste ouder(s)/verzorger(s), Beste ouder(s)/verzorger(s), U vraagt zich soms af wat uw kind in groep 1 en 2 leert m.b.t. het vak rekenen. Rekenen is één van de basisvaardigheden die jonge kinderen goed onder de knie moeten krijgen.

Nadere informatie

CPS Onderwijsontwikkeling en advies. Doelgericht en planmatig werken aan leesontwikkeling in groep 1en 2. WAT en HOE in groep 1 en 2

CPS Onderwijsontwikkeling en advies. Doelgericht en planmatig werken aan leesontwikkeling in groep 1en 2. WAT en HOE in groep 1 en 2 Leesverbeterplan Enschede 2007-2010 Doelgericht en planmatig werken aan leesontwikkeling in groep 1en 2 PROJECTBUREAU KWALITEIT (PK!) Enschede, september 2010 Yvonne Leenders & Mariët Förrer 2 3 Leesverbeterplan

Nadere informatie

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering Hier vind je een overzicht van de lesdoelen die worden aangeboden in dit project. Houd er rekening mee dat je tijdens de uitvoering van de lessen waarschijnlijk met méér doelen bezig zult zijn, voortkomend

Nadere informatie

algemene informatie groep 1/2

algemene informatie groep 1/2 algemene informatie groep 1/2 algemeen De groepen 1-2A en 1-2b zijn gemengde groepen. Dit betekent dat kinderen van 4, 5 en 6 jaar in één groep zitten. In onze kleutergroepen werken we vanuit de actuele

Nadere informatie

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering Hier vind je een overzicht van de lesdoelen die worden aangeboden in dit project. Houd er rekening mee dat je tijdens de uitvoering van de lessen waarschijnlijk met méér doelen bezig zult zijn, voortkomend

Nadere informatie

Beoordelingsinstrument Digitale Leermiddelen Taalonderwijs

Beoordelingsinstrument Digitale Leermiddelen Taalonderwijs kennisnet.nl Beoordelingsinstrument Digitale Leermiddelen Taalonderwijs Op de volgende pagina s treft u het beoordelingsinstrument Digitale Leermiddelen Taalonderwijs. Het instrument is ingedeeld in acht

Nadere informatie

Peuters Groep 1 Groep 2 Groep 3 BP MP EP M1 E1 M2 E2 M3

Peuters Groep 1 Groep 2 Groep 3 BP MP EP M1 E1 M2 E2 M3 1. Ontluikende- en beginnende geletterdheid Peuters Groep 1 Groep 2 Groep 3 BP MP EP M1 E1 M2 E2 M3 Boekoriëntatie Verhaalbegrip - Tonen belangstelling voor boekjes het boek goed vasthouden - Doen ervaring

Nadere informatie

Klaar voor de start! - Kinderboekenweek 2013 mini-thema Sport en spel

Klaar voor de start! - Kinderboekenweek 2013 mini-thema Sport en spel Klaar voor de start! - Kinderboekenweek 2013 mini-thema Sport en spel Klaar voor de start? Ga actief aan de slag met het mini-thema Sport en spel in de Kinderboekenweek 2013 van 2 tot en met 13 oktober.

Nadere informatie

Tussendoelen Cognitieve ontwikkeling

Tussendoelen Cognitieve ontwikkeling Tussendoelen Cognitieve ontwikkeling 0 1;6 2 2;6 3 3,6 4 4;6 1. Experimenteert graag: brengt opzettelijk allerlei variaties in zijn handelen aan en kijkt wat voor een effect dat heeft. 2. Bedenkt zelf

Nadere informatie

Leer- en ontwikkelingslijnen jonge kind (MET extra doelen) - versie augustus Naam leerling. Rekenen Tellen en getalbegrip

Leer- en ontwikkelingslijnen jonge kind (MET extra doelen) - versie augustus Naam leerling. Rekenen Tellen en getalbegrip Rekenen Tellen en getalbegrip Tellen en getalbegrip - 0 Zegt de telrij op vanaf 1 als een opzegversje. -19--19 Telt voorwerpen tot en met 5; asynchroon. -19--19 Vergelijkt kleine en grote hoeveelheden

Nadere informatie

maakt (kirrende) geluidjes of brabbelt (tegen personen en speelgoed) begint steeds meer woorden te herhalen en (na) te zeggen

maakt (kirrende) geluidjes of brabbelt (tegen personen en speelgoed) begint steeds meer woorden te herhalen en (na) te zeggen Mondelinge taal 1 Spraak-taalontwikkeling Baby blauw maakt (kirrende) geluidjes of brabbelt (tegen personen en speelgoed) herhaalt geluidjes Dreumes brabbelt bij (eigen) spel oranje begint steeds meer

Nadere informatie

In het thema In elke hoek een boek! kunt u in dagelijkse situaties ook aandacht besteden aan bijvoorbeeld de volgende doelen:

In het thema In elke hoek een boek! kunt u in dagelijkse situaties ook aandacht besteden aan bijvoorbeeld de volgende doelen: Kansen grijpen en kansen creëren In het thema In elke hoek een boek! wordt gewerkt aan doelen rondom taal, rekenen, motoriek en de sociaal-emotionele ontwikkeling. Om zo goed mogelijk te werken aan de

Nadere informatie

Motoriek Grote motoriek

Motoriek Grote motoriek Motoriek Grote motoriek Grote motoriek - 0 SPRINGEN: Springt van een bank af, met beide voeten tegelijk. GOOIEN EN VANGEN: Slaat een aangegooide ballon weg. BALANCEREN: Staat op één been. Grote motoriek

Nadere informatie

Rekenen groep 1. Welke leerdoelen gelden voor de komende periode? Getalbegrip:

Rekenen groep 1. Welke leerdoelen gelden voor de komende periode? Getalbegrip: Rekenen groep 1 Getalbegrip: Aan het eind van deze periode kunnen de kinderen de hoeveelheid 1 t/m 5 op vingers tellen. Aan het eind van deze periode kunnen de kinderen de hoeveelheid 1 t/m 6 op dobbelsteen

Nadere informatie

INFORMATIEBROCHURE. Peuterplein. Voor peuterspeelzalen en kinderdagverblijven. Dáár willen ze spelen en ontdekken. Samen ontdekken en ervaren

INFORMATIEBROCHURE. Peuterplein. Voor peuterspeelzalen en kinderdagverblijven. Dáár willen ze spelen en ontdekken. Samen ontdekken en ervaren Peuterplein Dáár willen ze spelen en ontdekken Samen ontdekken en ervaren Het meest complete pakket (inclusief VVE) Direct aan de slag J 4 K P N INFORMATIEBROCHURE ISBN 978 90 345 3724 9 505295 514623

Nadere informatie

Wielewoelewool, ik ga naar school! Toelichting

Wielewoelewool, ik ga naar school! Toelichting Zwijsen Wielewoelewool, ik ga naar school! Toelichting Inhoud Inleiding 3 Materialen 3 Voor het eerst naar school 4 Doelstelling 4 Opbouw prentenboek en plakboek 4 Werkwijze 5 Ouders 5 2 Inleiding Voor

Nadere informatie

Uitwerking Leerlijn ICT Ogtb Titus Brandsma

Uitwerking Leerlijn ICT Ogtb Titus Brandsma Algemeen Uitwerking Leerlijn ICT Ogtb Titus Brandsma Maart 2015 o Groep 0/instroom: Afhankelijk van de ontwikkeling van het kind kunnen de muisvaardigheden geoefend worden door het programma Spelen met

Nadere informatie

Spelend leren, leren spelen

Spelend leren, leren spelen Spelend leren, leren spelen een werkboek voor kinderen en ouders Rudy Reenders, Wil Spijker & Nathalie van der Vlugt Spelend leren, een werkboek voor kinderen en ouders leren spelen Rudy Reenders, Wil

Nadere informatie

i n s t a p h a n d l e i d i n g

i n s t a p h a n d l e i d i n g jaargroep 5 reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs i n s t a p h a n d l e i d i n g d e g e t a l l e n k a a r t Inleiding Het programma laat de leerlingen kennismaken met vernieuwende elementen

Nadere informatie

i n s t a p h a n d l e i d i n g

i n s t a p h a n d l e i d i n g jaargroep 7 reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs i n s t a p h a n d l e i d i n g k o l o m s g e w i j s v e r m e n i g v u l d i g e n Inleiding Het programma laat de leerlingen kennismaken

Nadere informatie

Document vertellen en presenteren voor de groepen 1, 2, 3 en 4. Doelen van vertellen en presenteren in groep 1 en 2:

Document vertellen en presenteren voor de groepen 1, 2, 3 en 4. Doelen van vertellen en presenteren in groep 1 en 2: Document vertellen en presenteren voor de groepen 1, 2, 3 en 4 Doelen van vertellen en presenteren in groep 1 en 2: Leerlingen raken vertrouwd met het presenteren voor een groep Leerlingen raken vertrouwd

Nadere informatie

Kansen grijpen en kansen creëren

Kansen grijpen en kansen creëren Kansen grijpen en kansen creëren In Sil maakt schoon wordt gewerkt aan doelen rondom taal, rekenen, motoriek en de sociaalemotionele ontwikkeling. Om zo goed mogelijk te werken aan de ontwikkelingskansen

Nadere informatie

Aanpassingen Leer- en ontwikkelingslijnen jonge kind (4-7 jaar)

Aanpassingen Leer- en ontwikkelingslijnen jonge kind (4-7 jaar) Aanpassingen Leer- en ontwikkelingslijnen jonge kind (4-7 jaar) Juni 2018 Rekenen In onderstaande tabellen is te zien welke wijzigingen er zijn in het leergebied Rekenen. Ongewijzigde doelen staan niet

Nadere informatie

Ontwikkelingslijnen 0-4 jaar (MET extra doelen) - versie januari Naam kind. Rekenen Tellen en getalbegrip

Ontwikkelingslijnen 0-4 jaar (MET extra doelen) - versie januari Naam kind. Rekenen Tellen en getalbegrip Rekenen Tellen en getalbegrip Tellen en getalbegrip-fase 5 Zegt samen met de PM-er en andere kinderen de telrij tot en met 3 op, bijv. in de context van een telliedje enoemt de begrippen meer en minder

Nadere informatie

Werken aan getalinzicht voor kleuters 2

Werken aan getalinzicht voor kleuters 2 Rekenen voor kleuters Werken aan getalinzicht voor kleuters 2 Omdat elk kind telt in Zuidoost op 16 november 2011 Door drs. Willeke Beuker Programma Ontvangst met koffie en thee Filmpje Tellen 1 t/m 20

Nadere informatie

expertisecen trum nederlands

expertisecen trum nederlands Kleuterplein en het nieuwe Protocol Leesproblemen en Dyslexie voor groep 1 en 2 expertisecen trum nederlands Het Protocol Leesproblemen en Dyslexie van het Expertisecentrum Nederlands (EN) wordt door veel

Nadere informatie

Competent talent in de praktijk

Competent talent in de praktijk Competent talent in de praktijk Competent talent in DE PRAKTIJK CURSISTENBOEK Talent ontdekken, ontwikkelen & inzetten Competent talent in de praktijk Cursistenboek Talent ontdekken, ontwikkelen & inzetten

Nadere informatie

Speels oefenen. Relaties tussen vermenigvuldigsommen. Vermenigvuldigen

Speels oefenen. Relaties tussen vermenigvuldigsommen. Vermenigvuldigen Speels oefenen Relaties tussen vermenigvuldigsommen Vermenigvuldigen Speels oefenen Relaties tussen vermenigvuldigsommen Auteur Els van Herpen www.fi.uu.nl/speciaalrekenen Freudenthal Instituut, Utrecht

Nadere informatie

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering Hier vind je een overzicht van de lesdoelen die worden aangeboden in dit project. Houd er rekening mee dat je tijdens de uitvoering van de lessen waarschijnlijk met méér doelen bezig zult zijn, voortkomend

Nadere informatie

Wat te doen met zwakke begrijpend lezers?

Wat te doen met zwakke begrijpend lezers? Wat te doen met zwakke begrijpend lezers? Cor Aarnoutse Wat doe je met kinderen die moeite hebben met begrijpend lezen? In dit artikel zullen we antwoord geven op deze vraag. Voor meer informatie verwijzen

Nadere informatie

ISBN 978-90-78688-12-9 Eerste druk, eerste oplage

ISBN 978-90-78688-12-9 Eerste druk, eerste oplage 2008 Leskist.nl, Noordhorn Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige

Nadere informatie

Juf, wat gaan we eigenlijk leren? Jouw vakkennis - hun basis

Juf, wat gaan we eigenlijk leren? Jouw vakkennis - hun basis Juf, wat gaan we eigenlijk leren? Jouw vakkennis - hun basis Inleiding: Al eerder schreef ik het ebook `het kan zonder groepsplan`. In veel scholen ervaren leerkrachten het maken van groepsplannen als

Nadere informatie

2 > Kerndoelen 11. 4 > Aan de slag 15. 5 > Introductie van de manier van werken 22. 6 > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27

2 > Kerndoelen 11. 4 > Aan de slag 15. 5 > Introductie van de manier van werken 22. 6 > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27 Inhoud 1 > Uitgangspunten 9 2 > Kerndoelen 11 3 > Materialen 12 4 > Aan de slag 15 5 > Introductie van de manier van werken 22 6 > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27 7 > Waarom samenwerkend

Nadere informatie

Leerlijnen peuters en jonge kind (ZONDER extra doelen) - versie mei Naam leerling. Rekenen Tellen en getalbegrip

Leerlijnen peuters en jonge kind (ZONDER extra doelen) - versie mei Naam leerling. Rekenen Tellen en getalbegrip Leerlijnen peuters en jonge kind (ZONDER extra doelen) - versie mei 2016 Rekenen Tellen en getalbegrip Tellen en getalbegrip-stap 1 Zegt samen met de PM-er en andere kinderen de telrij tot en met 3 op,

Nadere informatie

Leeskastje Mama kwijt

Leeskastje Mama kwijt Leeskastje Mama kwijt Inhoud leeskastje Mama kwijt 1: Boekoriëntatie La 2: Verhaalbegrip La 3: Functies van geschreven taal Grote Uil Kleine Uil Groot nest Eventueel andere dieren uit het verhaal Afbeeldingen

Nadere informatie

Checklist Rekenen Groep 3. 1. Tellen tot 20. 2. Getallen splitsen. Hoe kun je zelf het tellen controleren?

Checklist Rekenen Groep 3. 1. Tellen tot 20. 2. Getallen splitsen. Hoe kun je zelf het tellen controleren? Checklist Rekenen Groep 3 1. Tellen tot 20 Als kleuters, in groep 1 en groep 2, zijn de kinderen bezig met de zogenaamde voorbereidende rekenvaardigheid. Onderdelen hiervan zijn ordenen en seriatie. Dit

Nadere informatie

Handleiding. VoortVarend. groep 1. Onderwijsleerpakket voor school en thuis. Cobi Visser

Handleiding. VoortVarend. groep 1. Onderwijsleerpakket voor school en thuis. Cobi Visser Handleiding VoortVarend Onderwijsleerpakket voor school en thuis groep 1 Cobi Visser Stichting voor Landelijk Onderwijs aan varende kinderen (LOVK) augustus 2013 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 / thema 1 Hoe

Nadere informatie

Activiteitenplan leeskastje bedoelt voor leerkrachten werkzaam in de onderbouw.

Activiteitenplan leeskastje bedoelt voor leerkrachten werkzaam in de onderbouw. Activiteitenplan leeskastje bedoelt voor leerkrachten werkzaam in de onderbouw. Inhoudsopgave Boekorientatie Voorlezen van het boek.... 3 Verhaalbegrip Kennismaken met de la en de verteltafel.... 4 Samen

Nadere informatie

Schoolbrede start (15 min) Zie hoofdstuk Schoolbrede start.

Schoolbrede start (15 min) Zie hoofdstuk Schoolbrede start. EERLIJK DELEN EN OPRUIMEN In dit hoofdstuk zijn de activiteiten voor beschreven. Voor begint de Grote Rekendag met een gesprek over de meubels en materialen die in iedere kleutergroep te vinden zijn. Iedere

Nadere informatie

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering Hier vind je een overzicht van de lesdoelen die worden aangeboden in dit project. Houd er rekening mee dat je tijdens de uitvoering van de lessen waarschijnlijk met méér doelen bezig zult zijn, voortkomend

Nadere informatie

Signaleringslijst voor Kleuters 2.0 1)

Signaleringslijst voor Kleuters 2.0 1) Spreken en luisteren Beheerst het Nederlandse klanksysteem Spreekt vrijuit Neemt actief deel aan gesprekken in kleine groepen Neemt actief deel aan gesprekken in grote groepen Kan op eigen initiatief een

Nadere informatie

De vragen sluiten aan bij de belevingswereld van de leerlingen en zijn onderverdeeld in de volgende vijftien categorieën:

De vragen sluiten aan bij de belevingswereld van de leerlingen en zijn onderverdeeld in de volgende vijftien categorieën: > Categorieën De vragen sluiten aan bij de belevingswereld van de leerlingen en zijn onderverdeeld in de volgende vijftien categorieën: 1 > Poten, vleugels, vinnen 2 > Leren en werken 3 > Aarde, water,

Nadere informatie

8-10-2015. Nationaal congres Taal en Lezen. 15 oktober 2015 Modelen. Contactgegevens

8-10-2015. Nationaal congres Taal en Lezen. 15 oktober 2015 Modelen. Contactgegevens Nationaal congres Taal en Lezen 15 oktober 2015 Modelen WWW.CPS.NL Contactgegevens Willem Rosier w.rosier@cps.nl 06 55 898 653 Hoe ziet het modelen er in de 21 ste eeuw uit? Is flipping the classroom dan

Nadere informatie

Aanvulling Woordenschat NT2

Aanvulling Woordenschat NT2 Aanvulling Woordenschat NT2 Woordenschat Kinderen die net beginnen met Nederlands leren, moeten meteen aan de slag met het leren van woorden. Een Nederlandstalig kind begrijpt in groep 1 minimaal 2000

Nadere informatie

Tussendoelen ontwikkeling van het logisch denken

Tussendoelen ontwikkeling van het logisch denken Tussendoelen ontwikkeling van het logisch denken 3 4 4;6 5 5;6 6 6,6 7 7;6 1. herkent begrippen als lang-korthoog-laag- klein-groot 1. kan verschillende grootheden onderscheiden en in betekenisvolle 1.

Nadere informatie

Kern 3: doos-poes-koek-ijs

Kern 3: doos-poes-koek-ijs Kern 3: doos-poes-koek-ijs In deze kern leert uw kind: Letters: d - oe - k - ij z Woorden: doos, poes, koek, ijs, zeep Herhaling van de letters van kern 1 en 2 Deze nieuwe woorden en letters worden aangeboden

Nadere informatie

Talig rekenen. Drs. Martin Ooijevaar - Onderwijsadviseur M.ooijevaar@sbzw.nl 0299-783422 @mooijevaar @sbzwtweet SBZW 10-4-2016 2

Talig rekenen. Drs. Martin Ooijevaar - Onderwijsadviseur M.ooijevaar@sbzw.nl 0299-783422 @mooijevaar @sbzwtweet SBZW 10-4-2016 2 SBZW 10-4-2016 1 Talig rekenen Drs. Martin Ooijevaar - Onderwijsadviseur M.ooijevaar@sbzw.nl 0299-783422 @mooijevaar @sbzwtweet SBZW 10-4-2016 2 Onderwerpen Inschatten van beginniveau Taal binnen de rekenles

Nadere informatie

Rekenen voor kleuters

Rekenen voor kleuters Rekenen voor kleuters Spelenderwijs werken aan getalinzicht 2 november 2011 Door Ine van Schijndel-Boel Programma Ontvangst met koffie en thee Kort voorstelrondje Getalinzicht bij kleuters Literatuur Uitwisselen

Nadere informatie

Groep 1 2 (Tal, SLO)

Groep 1 2 (Tal, SLO) Groep 1 2 (Tal, SLO) DOELEN GROEP 1 Rekentaal begrijpen Opzeggen van de telrij t/m 10 (12) Telrij opzeggen t/m 10 (akoestisch naar puur tellen) Buurgetallen kennen Vanaf elk willekeurig getal verder tellen

Nadere informatie

Handleiding Oefensoftware Kleuterplein 2. Versie 1.1

Handleiding Oefensoftware Kleuterplein 2. Versie 1.1 Handleiding Oefensoftware Kleuterplein 2 Versie 1.1 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Starten 4 2.1. Inloggen via Basispoort door de kinderen 4 2.2. De software voor de kinderen bekijken door de leerkracht

Nadere informatie

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering Hier vind je een overzicht van de lesdoelen die worden aangeboden in dit project. Houd er rekening mee dat je tijdens de uitvoering van de lessen waarschijnlijk met méér doelen bezig zult zijn, voortkomend

Nadere informatie

Registratieblad aanbod doelen SLO groep 1 en 2

Registratieblad aanbod doelen SLO groep 1 en 2 Registratieblad aanbod doelen SLO groep 1 en 2 Mondelinge taalvaardigheid: aanbod doelen voor groep 1 en 2 verwerkt in de kleuterthema s Woordenschat en woordgebruik Th 1 2 3 4 5 6 totaal uitbreiden van

Nadere informatie

Bijlage 14 Registratie- en planningsformulier gehele groep

Bijlage 14 Registratie- en planningsformulier gehele groep Bijlage 14 Registratie- en planningsformulier gehele groep Toelichting In de kolom aanbieding vult u de datum in waarop u de activiteit aan de gehele groep heeft aangeboden. U hoeft dit dan niet bij iedere

Nadere informatie

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering Hier vind je een overzicht van de lesdoelen die worden aangeboden in dit project. Houd er rekening mee dat je tijdens de uitvoering van de lessen waarschijnlijk met méér doelen bezig zult zijn, voortkomend

Nadere informatie

Handleiding leerlingvolgsysteem

Handleiding leerlingvolgsysteem Handleiding leerlingvolgsysteem Het digikeuzebord waarbinnen een beredeneerd aanbod kinderen geobserveerd worden met een helder portfolio tot gevolg! Inleiding Welkom bij de handleiding voor het werken

Nadere informatie

Wondverzorging. Let op: het is belangrijk om precies deze schrijfwijze aan te houden, dus met tussenstreepjes.

Wondverzorging. Let op: het is belangrijk om precies deze schrijfwijze aan te houden, dus met tussenstreepjes. M Wondverzorging Website In de oorspronkelijke uitgave van Wondverzorging was een cd-rom toegevoegd met aanvullend digitaal materiaal. Vanaf deze editie is echter al dit aanvullende materiaal vindbaar

Nadere informatie

TULE inhouden & activiteiten Nederlands - Technisch lezen. Kerndoel 4 - Technisch lezen. Toelichting en verantwoording

TULE inhouden & activiteiten Nederlands - Technisch lezen. Kerndoel 4 - Technisch lezen. Toelichting en verantwoording TULE - NEDERLANDS KERNDOEL 4 - TECHNISCH LEZEN 82 TULE inhouden & activiteiten Nederlands - Technisch lezen Kerndoel 4 - Technisch lezen Bij kerndoel 4 - De leestechniek. Toelichting en verantwoording

Nadere informatie

CHECKLIST LEIDSTERVAARDIGHEDEN DE TAALLIJN

CHECKLIST LEIDSTERVAARDIGHEDEN DE TAALLIJN CHECKLIST LEIDSTERVAARDIGHEDEN DE TAALLIJN CHECKLIST LEIDSTERVAARDIGHEDEN Binnen de Taallijn staat de deskundigheidsbevordering van (toekomstige) leidsters centraal. De nadruk in de scholing ligt dan ook

Nadere informatie

Tussendoelen ontwikkeling van de geletterdheid

Tussendoelen ontwikkeling van de geletterdheid Tussendoelen ontwikkeling van de geletterdheid 3;6 4 4;6 5 5;6 6 6,6 7 1. Beleeft zichtbaar plezier aan voorlezen, boeken en rijmpjes. 1. Beleeft zichtbaar plezier aan voorlezen, boeken en rijmpjes door

Nadere informatie

Op stap naar het 1 e leerjaar Wat is schoolrijpheid? Ook de ouders doen er toe!

Op stap naar het 1 e leerjaar Wat is schoolrijpheid? Ook de ouders doen er toe! Op stap naar het 1 e leerjaar Wat is schoolrijpheid? Ook de ouders doen er toe! Lieven Coppens Vooraf De ontwikkeling van een kind verloopt op verschillende domeinen. Elk kind ontwikkelt op zijn eigen

Nadere informatie

Organisatie van werkzaamheden

Organisatie van werkzaamheden Organisatie van werkzaamheden Colofon Uitgeverij: Edu Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl Auteurs: Rubus Opleidingspartners, Richard Prins Inhoudelijke redactie: Jessica Satink

Nadere informatie