Ernstig linker hartfalen en anesthesie - een dualiteit Biedt Xenon anesthesie de oplossing?

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Ernstig linker hartfalen en anesthesie - een dualiteit Biedt Xenon anesthesie de oplossing?"

Transcriptie

1 Vrije Universiteit Brussel Faculteit Geneeskunde en Farmacie Ernstig linker hartfalen en anesthesie - een dualiteit Biedt Xenon anesthesie de oplossing? Scriptie ingediend tot het behalen van de academische graad van Master in de Geneeskunde Auteur: Annelies Scholliers Promotor: Prof. Dr. Jan Poelaert Academiejaar

2 I ll imitate the pities of old surgeons To this lost limb, who ere they show their art Cast one asleep, then cut the diseased part. - Thomas Middleton ( ) i

3 Abstract TITEL Severe left heart failure and anesthesia - a duality. Does Xenon anesthesia offers a solution? OBJECTIVE To determine whether Xenon provides a more stable anesthesia compared to desflurane in patients with left ventricular heart failure. BACK- GROUND Xenon shows great promise as a very stable anesthetic, suitable for the most cardiovasculair unstable patients. Desflurane, on the other hand, is known for having cardiac depressant properties. This study strives to compare cardiovasculair changes in patients anesthetized with desflurane versus patients anesthetized with xenon. ME- THODS During a two year periode, 31 patients were included in this study. Patients were randomized in a desflurane group and a xenon group. After a standardized induction of anesthesia with etomidate a first transesophageal echocardiogram (TEE) was performed in both groups. After the first TEE the anesthetic was changed to desflurane or xenon. When 1 MAC was achieved, a second TEE took place. RESULTS Patients ondergoing anesthesia with xenon had a worse baseline cardiac funtion (lower left ventricular end-diastolic area index and a lower stroke volume index). However, these patients were more stable during anesthesia compared with patients in the desflurane group. There was no significant change of the stroke volume indexed for body surface area in the xenon group while there was a significant drop in de desflurane group. In the xenon group there was an inclination towards a higher afterload without statistical significance. CONCLUSIONS Our study confirms the previous findings with regards to the cardiovasculair properties of xenon. A study with more patients is necessary to confirm and deepen these findings. ii

4 Inhoudsopgave 1 Inleiding 1 2 Theoretische achtergrond Intraveneuze anesthetica Inhalatie-anesthetica Xenon Cardiale fysiologie Echocardiografie Materiaal en Methoden 12 4 Resultaten 14 5 Discussie 20 iii

5 Lijst van figuren 2.1 De atomische configuratie van xenon Wigger diagram van de hartcyclus Factoren die de preload beïnvloeden Frank Starling curve Factoren die het slagvolume (en dus hartdebiet) bepalen PW Doppler gebruikt om de E en A golf te meten Overzicht van de verschillende snelheidsmetingen ter hoogte van het linker ventrikel Stroomdiagram van het studieverloop iv

6 Lijst van tabellen 2.1 Effect van intraveneuze anesthetica op verschillende orgaansystemen MAC% waarden van inhalatie-anesthetica Bloed-gas partitie coëficiënt van inhalatie-anesthetica Biometrische data van geïncludeerde patiënten Vergelijking tussen de waarden in de Xenon groep en in de desfluraan groep tijdens de eerste TEE Waarden van de desfluraan en xenon groep na de tweede TEE Vergelijking van data verkregen in de desfluraan groep Vergelijking van data verkregen in de xenon groep Poweranalyse van de afterload parameters (ESPx ESA, Ea en SVRI) voor de desfluraan en xenon groep v

7 Lijst met afkortingen A-golf AV max AVA BMI CWD DBP E-golf Ea EDV ESA ESP ET GABA A -receptor HR LVEDA LVEDA LVEDAI LVEF LVESA LVESWS MAC atrial wave golf aortic valve peak velocity aortic valve area body mass index continious wave Doppler diastolische bloeddruk early wave golf arteriële elastantie einddiastolisch ventriculair volume eind-systolische oppervlakte eind-systolische druk ejection time γ-aminoboterzuur type A receptor hartritme linker ventrikel eind-diastolisch volume area linker ventrikel einddiastolische area linker ventrikel eind-diastolische area index linker ventrikel ejectiefractie linker ventrikel eind-systolisch volume area linker ventrikel eind systolische wand stress minimale alveolaire concentratie vi

8 Lijst met afkortingen MAP NMDA-receptor PACU PW Doppler SBP SVI SVRI TBSA TDI TEE TVI Xe gemiddelde arteriële druk N-methyl-D-aspartaat receptor post Anesthesia Care Unit pulsed wave Doppler systolische bloeddruk slagvolume index systeem vasculaire weerstand index total body surface area tissue Doppler imaging transoesofagale echo time velocity integral xenon vii

9 1 Inleiding 1290 voor Christus. Een pijl in de knie. Kreunend stuikt Ankhu door de benen. Al maanden is de strijd aan de gang, maar de inname van Kadesh is nog geen stap dichterbij. Ankhu wordt van het slagveld gedragen. Ver achter de frontlinie ligt de tent van de hogepriester van Ptah. De pijn is ondraaglijk. Een handvol maanzaadjes [1] worden in de mond van Ankhu gepropt. Hij zakt weg in een zalige roes Gal, naalden van een spar, enkele blaadjes van de heggenrank, sla, azijn, nachtschade en opium [2]. Al uren staat het brouwsel te trekken in een ketel met wijn. Nu is het klaar. Rohesia schept er een beker uit en stapt behoedzaam naar binnen. Arthur heeft al maanden last van een ontstoken been. De barbier staat al klaar met zijn uitgebreid instrumentarium. Na enkele slokken valt Arthur in een diepe slaap Het wordt muisstil in de Ether Dome wanneer William T.G. Morton de zaal binnenstapt. Hij heeft een inhalator bij, gevuld met etherdampen. Zachtjes zet hij hem aan de lippen van Edward Abbott. Na enkele diepe zuchten valt Edward in slaap. Hij wordt pas wakker nadat de tumor in zijn nek verwijderd is [3]. Hoewel de huidige hoogtechnologische discipline mijlenver staat van de eerste primitieve stappen, wordt anesthesie al eeuwen toegepast. Ook vandaag nog worden er met de regelmaat van een klok opwindende ontdekkingen gedaan. Het gebruik van xenon als anestheticum is daar een voorbeeld van. Hoewel de eerste anesthesie met xenon al in 1951 plaatsvond, geraakte het edelgas in de vergetelheid (onder andere door de zeer hoge kostprijs). In het laatste decenium is er echter meer belangstelling dan ooit gezien de mogelijk zeer stabiele cardiovasculaire eigenschappen van dit gas. Deze thesis handelt over het gebruik van xenon bij patiënten met een ernstig gestoorde linker ventrikelfunctie. Deze kwetsbare patiëntengroep heeft het vaak moeilijk tijdens een anesthesie, ten gevolge van lastig te controleren hemodynamische schommelingen. Xenon zou voor deze selecte groep patiënten een oplossing kunnen bieden. Een aantal studies konden reeds in vivo (met andere woorden: tijdens een operatie) de gunstige cardiovasculaire effecten van xenon bevestigen. Er zijn echter nog geen studies gepubliceerd die xenon vergelijken met desfluraan na inductie van de anesthesie met etomidaat. Deze thesis hoopt deze lacune te vullen. 1

10 Hoofdstuk 1. Inleiding Na inductie met etomidaat werd een eerste transoesofagale echo van het hart uitgevoerd. Vervolgens werd overgeschakeld op desfluraan dan wel xenon en werd een tweede echo uitgevoerd. De cardiale en hemodynamische veranderingen werden genoteerd. De verkregen waarden werden vergeleken, zowel binnen de twee groepen zelf als tussen de desfluraan en xenon groep. Na analyse van de resultaten bleek dat de patiënten in de xenon groep een globaal slechtere baseline hartfunctie hadden maar dat deze patiënten wel stabieler bleven tijdens de anesthesie. In de xenon groep bemerkten we ook een neiging tot hogere afterload tijdens de tweede TEE maar dit kon niet statistisch bevestigd worden. Mijn dank gaat naar professor dr. Poelaert voor zijn constante steun bij het uitwerken van deze studie. Annelies Scholliers 3 mei

11 2 Theoretische achtergrond Anesthesie is een medicatie-geïnduceerde, reversibele staat die wordt gekenmerkt door een veranderd bewustzijn, amnesie, analgesie en akinesie [4]. Dit zijn ingrijpende fysiologische veranderingen, waarbij de anesthesist ernaar streeft om de verschillende vitale functies van de patiënt binnen de normale limieten te houden. Een anesthesie bestaat uit drie grote fasen: de inleiding (of inductie), de peroperatieve fase en de uitleiding [5]. Tijdens de inductie wordt de patiënt in slaap gebracht. Bij volwassenen gebeurt dit typisch door injectie van een intraveneus anestheticum. Tijdens een operatie moeten de vitale functies strikt binnen de aanvaardbare limieten gehouden worden. De patiënt blijft gesedeerd door continue inhalatie van gassen of door blijvende toediening van een intraveneus anestheticum. Uiteraard moet ook voor voldoende pijnstilling worden gezorgd. Dit kan door regelmatige toediening van zowel niet-opioïde als opioïde analgetica. De uitleiding tot slot heeft als doel de patiënt zo snel en zo comfortabel mogelijk te laten ontwaken. Verdere post-operatieve opvolging gebeurt op een gespecialiseerde verpleegeenheid, de Post Anesthesia Care Unit (PACU ). 2.1 Intraveneuze anesthetica Gekende intraveneuze anesthetica zijn: propofol, etomidaat en ketamine. Propofol en etomidaat werken door binding op de γ-aminoboterzuur type A receptor (GABA A -receptor ). Anesthesie ontstaat door inhibitie van het reticulair activatiesysteem (RAS) en potentialisatie van de inhiberende effecten van γ-aminoboterzuur. Niet alle intraveneuze anesthetica werken echter op deze GABA A - receptor. Ketamine werkt bijvoorbeeld op de N-methyl-D-aspartaat receptor (NMDA-receptor ) [6]. Hoewel propofol en etomidaat hun aangrijpingspunt op dezelfde receptor hebben, zijn er grote chemische en farmacokinetische verschillen. Dit resulteert in verschillende cardiovasculaire, respiratoire en cerebrale effecten. Door cardiovasculaire depressie kan propofol een diepe hypotensie veroorzaken. Etomidaat veroorzaakt de minste cardiovasculaire depressie, maar is minder geschikt om een anesthesie te onderhouden gezien het risico op adrenocorticale suppressie [7]. Etomidaat is met andere woorden een typisch agens voor inductie van anesthesie, maar zal zelden gebruikt worden om een anesthesie te onderhouden. Propofol is zowel geschikt voor inductie als onderhoud van een 3

12 Hoofdstuk 2. Theoretische achtergrond anesthesie. De cardiodeprimerende effecten van de meeste intraveneuze anesthetica zorgen voor een uitdaging bij inductie van patiënten met ernstig linker ventrikelfalen. Cardiovasculair Respiratoir Cerebraal HR MAP DR BDIL CBF ICP Propofol 0 0 Etomidaat 0 0 Tabel 2.1: Effect van intraveneuze anesthetica op verschillende orgaansystemen. HR = hartslag, MAP = mean arterial pressure, DR = ademhalingsdepressie, BDIL = brochodilatatie, CBF = cerebral blood flow, ICP = intracraniële druk. Tabel aangepast uit [6], pag Inhalatie-anesthetica Naast de intraveneuze anesthetica bestaan ook gassen en dampen om een patiënt in een staat van anesthesie te brengen. Inductie van anesthesie met gassen gebeurt typisch bij kinderen. De meest gebruikte inhalatie-anesthetica zijn: isofluraan, desfluraan en sevofluraan. De minimale alveolaire concentratie (MAC ) is een maat voor het anesthetisch vermogen van het inhalatie-anestheticum. Het is de minimale alveolaire concentratie van het gas bij één atmosfeer waarbij 50% van de patiënten niet meer reageert op een standaard chirurgische stimulus (insnede in de buik) [8]. Een MAC waarde laat ons met andere woorden toe de potentie van de verschillende inhalatie-anesthetica met elkaar te vergelijken. De MAC daalt met de leeftijd (6% per 10 jaar). De MAC daalt ook bij hypothermie, hyperthermie, anemie, hypoxie en hypotensie. Er is onder andere een stijging van de MAC bij kinderen (de standaard MAC is berekend op volwassenen) en bij hypernatriëmie [6]. MAC% Isofluraan 1.2 Desfluraan 6.0 Sevofluraan 2.0 Tabel 2.2: MAC% waarden voor een gemiddelde volwassen persoon van 30 tot 55 jaar oud bij één atmosfeer. Tabel overgenomen uit [6], pag Een andere belangrijk gegeven is de bloed-gas partitie coëfficiënt. Dit beschrijft de oplosbaarheid van een inhalatie-anesthetica in het bloed. Het is een maat voor de snelheid waarmee het anestheticum wordt opgenomen -maar ook geëlimineerd- uit het lichaam [9]. Hoe hoger de bloed-gas partitie coëfficiënt, hoe trager de uptake en eliminatie van het gas. 4

13 Hoofdstuk 2. Theoretische achtergrond Bloed-gas partitie coëfficiënt (± SD) Isofluraan 1.45 ± 0.12 Desfluraan 0.57 ± 0.04 Sevofluraan 0.74 ± 0.06 Tabel 2.3: Bloed-gas partitie coëficiënt van inhalatie-anesthetica. SD = standaarddeviatie. Tabel overgenomen uit [9]. 2.3 Xenon Xenon (Xe ) is het 54 ste element in de tabel van Mendeljev. Het is een edelgas; dit wilt zeggen dat de buitenste elektronenschil volledig gevuld is. Figuur 2.1: De atomische configuratie van xenon. Wikimedia Commons Xenon werd ontdekt in 1898 door de Schotse chemicus William Ramsay. Enkele decennia later kwam de eerste xenonlamp al op de markt. In 1939 ontdekte een Amerikaanse legerofficier, Albert R. Behnke Jr., dat xenon ook anesthetische eigenschappen bezit. Hij vond dit naar aanleiding van een onderzoek naar dieptedronkenschap (stikstofnarcose) bij diepzeeduikers [10]. De eerste succesvolle anesthesie met xenon vond plaats in De anesthesie werd uitgevoerd door Stuart C. Cullen [10]. Xenon heeft veel kenmerken van een ideaal anestheticum. Het is geur- en kleurloos. Bovendien heeft xenon een kleine bloed-gas partitie coëfficiënt (ongeveer 0.115), waardoor er een snelle inductie en uitleiding is [11]. Xenon kent ook een gunstig cardiovasculair profiel met weinig depressie van de myocardfunctie. Dit werd onder andere aangetoond op geïsoleerde harten van cavia s in een studie van Stowe et. al [12]. Er was een stabiele hartslag, bewaarde flow in de coronairen en geen verhoging van de myocardiale zuurstofconsumptie. Integendeel, xenon zorgt zelfs voor een verlaging van het cardiale zuurstofverbruik [13]. Deze gunstige eigenschappen zijn waarschijnlijk te wijten aan een combinatie van directe myocardiale effecten en inhibitie van indirecte effecten door catecholamines [14]. 5

14 Hoofdstuk 2. Theoretische achtergrond Er zijn ook analgetische eigenschappen toegeschreven aan xenon. Vermoedelijk komt deze pijnstillende component door inhibitie van de NMDA-receptor [15]. Tot slot werkt xenon neuroprotectief, waarschijnlijk opnieuw door inhibitie van de NMDA-receptor. In tegenstelling tot ketamine (ook een NMDA-receptor inhibitor) kent xenon geen neurotoxiciteit. Waarschijnlijk is de neurotoxiciteit van ketamine te wijten aan beïnvloeding van de dopaminerge pathways [16]. Verschillende klinische trials hebben reeds de veiligheid van xenon aangetoond in patiëntenpopulaties met zware cardiovasculaire belasting ([17], [18]). Xenon lijkt dus het ideale anestheticum voor patiënten met ernstig linkerhartfalen. Uit verschillende studies kan worden besloten dat xenon een cardiovasculair veel stabielere anesthesie oplevert dan andere, typisch gebruikte anesthetica bij patiënten met hartfalen. Er zijn reeds een paar studies die dit bevestigen. Zo toonde Wappler aan dat xenon de myocardcontractiliteit niet vermindert, in tegenstelling tot isofluraan [19]. Xenon zorgt ook voor een superieure cardiovasculaire stabiliteit in vergelijking met propofol [20]. Er zijn echter nog geen studies die xenon vergelijken met desfluraan, na inductie van anesthesie met etomidaat. Er is één groot nadeel verbonden aan het gebruik van xenon, met name de erg hoge kostprijs. Xenon is één van de meest zeldzame elementen in de atmosfeer. De kostprijs voor één liter is 10 à 15 euro. Dit komt neer op een gemiddelde kostprijs van 300 euro voor een anesthesie van 2 uur [21]. Ter vergelijking: bij de traditionele inhalatie-anesthetica is de kost 10 euro, bij propofol 20 euro. Bovendien dient er een speciale anesthesiemachine te worden aangekocht voor het gebruik van xenon. 2.4 Cardiale fysiologie Een volledige hartcyclus omvat het geheel van mechanische en elektrische gebeurtenissen die zichzelf herhalen bij elke hartslag. Een hartcyclus kan verdeeld worden in verschillende fasen [22], [23]: 1. De hartcyclus begint met een snelle, passieve vulling van de ventrikels. De tricuspidalisen mitralisklep zijn volledig geopend en bloed kan ongehinderd van de atria naar de ventrikels stromen. 2. Vervolgens spreekt men van de diastasis. Er stroomt nu minder bloed van de atria naar de ventrikels. De vulling van de ventrikels verloopt echter nog steeds passief. 3. Na de passieve vulling is er contractie van de atria waardoor er ook actieve vulling van de ventrikels plaatsvindt. In rust zal deze actieve vulling instaan voor ongeveer 20% van het totale, uiteindelijke volume van de ventrikels; bij inspanning kan dit oplopen tot 40% van het totale ventriculaire volume. Na de atriale contractie sluiten de tricuspidalis- en mitralisklep zich. Er is dan een afgesloten systeem ter hoogte van de ventrikels. 6

15 Hoofdstuk 2. Theoretische achtergrond 4. De ventrikels gaan nu samentrekken. Gezien het bloed de ventrikels niet kan verlaten (alle kleppen zijn immers toe) spreken we van de isovolumetrische ventriculaire fase. 5. De druk in de ventrikels bouwt zich verder op. Op een bepaald moment wordt deze groter dan de druk buiten de ventrikels waardoor de pulmonalis- en aortaklep openen. Dit is de ejectiefase. 6. De ventrikels ontspannen zich en de pulmonalis- en aortaklep sluiten. Opnieuw vormen de ventrikels een afgesloten systeem. We spreken van de isovolumetrische ventriculaire relaxatie. Na de isovolumetrische ventriculaire relaxatie begint een nieuwe hartcyclus. Figuur 2.2: Wigger diagram van de hartcyclus. a = atriale contractie, c = verhoogde atriale druk door het uitpuilen van de mitralisklep tijdens de ventriculaire systole, v = passieve atriale vulling. Wikimedia Commons Om de functie van het hart te evalueren zijn er drie belangrijke parameters: de voorbelasting (preload), de nabelasting (afterload) en de contractiliteit [24]. In zijn meest zuivere definitie is de preload een maat voor de uitrekking van de sarcomeren aan het einde van de diastole (dus vlak voor contractie van de ventrikels). Aangezien in vivo de lengte van de sacromeren niet kan bepaald worden, wordt vaak het einddiastolisch ventriculair volume (EDV) of de linker ventrikel einddiastolische area (LVEDA) gebruikt als indicator voor de preload. 7

16 Hoofdstuk 2. Theoretische achtergrond Figuur 2.3: Factoren die de preload beïnvloeden. Richard E. Klabunde Het slagvolume van het hart wordt nauw bepaald door het einddiastolisch ventriculair volume. De relatie tussen het slagvolume en de EDV wordt weergegeven door de Starling curve. Bij een groter EDV is er meer uitrekking van de cardiale myocieten, waardoor het hart krachtiger zal samentrekken en het slagvolume zal vergroten. Figuur 2.4: Frank Starling curve. In normale harten (blauwe lijn) zorgt een verhoging in EDV voor een adequate verhoging van het slagvolume. De curve kan verschuiven naar links door het verhogen van de contractiliteit van het hart (door bijvoorbeeld inotropica). De curve verschuift naar rechts bij hartfalen. Cardiovascular research, beschikbaar via [25] De afterload is de druk waartegen het hart moet samentrekken tijdens de ejectiefase. De afterload wordt grotendeels bepaald door de arteriële bloeddruk en dus de systemische vasculaire weerstand [26]. Hoe hoger de afterload, des te meer kracht het hart moet uitoefenen alvorens de pulmonalis- en 8

17 Hoofdstuk 2. Theoretische achtergrond aortaklep kunnen worden geopend en het bloed richting systemische circulatie kan stromen. De afterload neemt toe bij hypertensie en aortastenose. Een hogere afterload zorgt voor een vermindering van het slagvolume. De contractiliteit is een maat voor de intrinsieke capaciteit van de cardiale myocieten om samen te trekken. Het verhogen van het slagvolume door het toedienen van inotropica berust op het verhogen van de contractiliteit van de myocyten. Samengevat kan het slagvolume dus worden weergegeven in onderstaande formule: slagvolume = contractiliteit x (preload / afterload) Het hartdebiet is het product van het slagvolume en de hartslag. In onderstaande tabel worden de belangrijkste begrippen uit deze subsectie samengevat: Figuur 2.5: Factoren die het slagvolume (en dus hartdebiet) bepalen. Er is sprake van hartfalen wanneer de pompfunctie van het hart tekort schiet [27]. Hartfalen kan opgesplitst worden in systolische (linker)ventrikeldisfunctie, diastolische ventrikeldisfunctie of een combinatie van beide. Hartfalen ontstaat door een myocardinfarct, arteriële hypertensie en andere meer zeldzame oorzaken zoals congenitale hartafwijkingen. Patiënten met systolisch hartfalen hebben vaak een lage ejetiefractie (minder dan 40%). Er is een verminderd slagvolume en dus ook een verminderde cardiac output. Door de verminderde ventriculair output zullen ook de einddiastolische ventriculaire drukken verhogen en de volumes vergroten. Diastolisch hartfalen wordt gekenmerkd door een verhoogde stijfheid van het ventrikel. De diagnose van hartfalen wordt vaak bevestigd met behulp van echocardiografie. 2.5 Echocardiografie Het bestuderen van de algemene toestand van het hart kan op niet invasieve wijze door middel van echocardiografie. Met behulp van geluidsgolven kan een dynamisch beeld van het hart verkregen worden. Door toevoegen van Doppler beeldvorming kan men niet alleen structurele verandering observeren maar kan men ook de snelheid, richting en aard van de bloedstroom meten. Op 29 oktober 1953 werd de eerste echo van het hart uitgevoerd door Inge Edler en Carl Hellmuth Hertz [28]. Vandaag is echocardiografie (zowel transthoracaal als transoesofagaal) één van de meest uitgelezen onderzoeken om op minimaal invasieve wijze de functie van het hart te beoordelen. We kunnen verschillende echografische parameters onderscheiden om de functie van het linker ventrikel in kaart te brengen. De systolische functie van het linker ventrikel wordt bepaald door de ejec- 9

18 Hoofdstuk 2. Theoretische achtergrond tiefractie (LVEF ) [29]. Om de ejectiefractie te bepalen meet men de linker ventrikel eind-diastolisch volume area (LVEDA, in cm 2 ) en de linker ventrikel eind-systolisch area (LVESA, in cm 2 ). De ejectiefractie wordt dan bepaald door onderstaande formule: LVEF (%) = (LVEDA-LVESA) / LVEDA x 100 Met behulp van Pulsed Wave Doppler (PW Doppler ) kan men snelheden bepalen. Tijdens de diastole worden twee snelheden opgemeten. De E-golf (E = early wave) staat voor de vroege, passieve vulling met bloed van het linker ventrikel. De A-golf (A = atrial wave) staat voor de latere, actieve vulling van het ventrikel. De E/A ratio kan berekend worden. In gezonde harten is de snelheid van de E-golf groter dan deze van de A-golf. Een omgekeerde verhouding wijst op linker ventrikelhypertrofie en diastolische dysfunctie [29]. Figuur 2.6: PW Doppler gebruikt om de E en A golf te meten. Met behulp van tissue Doppler imaging (TDI) kan de mitral annular velocity gemeten worden. Dit is de pieksnelheid waarmee de mitralisklep annulus beweegt tijdens de diastole. Deze pieksnelheid wordt zowel over het mediale als laterale gedeelte van de mitralisklep annulus gemeten. De gevonden snelheden worden aangeduid met E mediaal en E lateraal. Vervolgens kan de E/E ratio bepaald worden. Het is een maat voor de diastolische functie van het linker ventrikel [30]. Figuur 2.7: Overzicht van de verschillende snelheidsmetingen ter hoogte van het linker ventrikel European Heart Journal, beschikbaar via [31] Met Doppler echografie kan men ook de (piek)snelheden over de aortaklep meten. Deze snelheden zijn een maat voor het verschil in druk tussen het linker ventrikel en de aorta [32] en onrechtstreeks 10

19 Hoofdstuk 2. Theoretische achtergrond een maat voor de afterload. Om deze snelheden te meten wordt gebruik gemaakt van continious wave Doppler (CWD). De relatie tussen snelheid en druk wordt duidelijk uit een (vereenvoudigde) Bernoulli vergelijking: P = 4v 2 Om het maximale verschil in druk te meten tussen het linker ventrikel en de aorta gebruikt men de pieksnelheid (aortic valve peak velocity, AV max) ; om het gemiddelde drukverschil te bepalen gebruikt men de time velocity integral (TVI) [33]. Het tijdsinterval tussen het openen en sluiten van de aortaklep kan eveneens gemeten worden. Men spreekt dan over de ejection time. Ook de oppervlakte van de aortaklep kan bepaald worden (aortic valve area, AVA). Aortaklepstenose is één van de belangrijkste kleppathologieën in de Westerse wereld. Ernstige aortastenose zorgt voor een toename van de afterload. Initieel kan dit gecompenseerd worden door een verhoging van de preload, maar zo onbehandeld zal er hartfalen optreden. Een andere maat voor de afterload is de linker ventrikel eind systolische wand stress (LVESWS ) [34]. De LVESWS wordt bepaald door het product van de systolische bloeddruk met de LVESA en wordt in deze thesis benaderd door het product van de eind-systolische druk en de eind-systolische oppervlakte van het linker ventrikel (ESP x ESA). Ook de arteriële elastantie (Ea) is een maat voor de afterload. Dit is de verhouding tussen de eind-systolische druk in het linker ventrikel met het slagvolume [35]. Tot slot kan men als parameter voor de afterload ook de systeem vasculaire weerstand (SVRI, mean arterial pressure / cardiac index) bepalen en indexeren voor de total body surface area (TBSA). 11

20 3 Materiaal en Methoden Deze studie werd uitgevoerd in het Universitair ziekenhuis van Brussel gedurende een periode van 2 jaar ( ). Patiënten met een verminderde linker ventrikelfunctie (ejectiefractie minder dan 35%) kwamen in aanmerking voor inclusie. Exclusiecriteria waren: weigering van de transoesofagale echo (TEE) en een ejectiefractie groter dan 35%. In totaal werden 58 patiënten geïncludeerd in de studie. Uit deze groep van 58 patiënten werden 27 patiënten geëxcludeerd omwille van technische problemen tijdens de operatie, een te hoge LVEF of onvolledige data. In totaal werden data verzameld van 31 patiënten. De patiënten werden pre-operatief reeds ingedeeld in een xenon groep en een desfluraan groep. De 31 geïncludeerde patiënten kregen pre-operatief 0,5mg alprazolam. Inductie van de anesthesie gebeurde met 0,2mg/kg etomidaat, met bijkomende top-up dossissen aan 0,1mg/kg tot een voldoende diepe anesthesie verkregen werd. Pijnstilling werd verkregen door het toedienen van 10 µg sufentanil. Curarisatie werd bereikt door toediening van rocuronium aan 0,6mg/kg. Alle patiënten werden geïntubeerd en geventileerd met volume gecontroleerde ventilatie. Het teugvolume werd berekend a rato van 8 mililiter per kilogram. Een arteriële lijn voor invasieve hemodynamische monitoring werd geplaatst ter hoogte van de arteria radialis. Een eerste TEE werd uitgevoerd. De TEE bestond uit een globale cardiale evaluatie en een grondige beoordeling van de systolische en diastolische functie van het linker ventrikel. Elke TEE werd uitgevoerd door een anesthesist gecertifiëerd in de cardioechografie. Na de eerste TEE werd anesthesie met inhalatiegassen opgestart. Wanneer een concentratie van 1 MAC xenon of desfluraan werd bereikt, werd een tweede TEE uitgevoerd. 12

21 Hoofdstuk 3. Materiaal en Methoden Figuur 3.1: Stroomdiagram van het studieverloop. Tijdens de TEE werden de LVEDA en de LVESA opgemeten. Hieruit kon de LVEF berekend worden. De E/A ratio en de E/E ratio werden bepaald. Ook de pieksnelheid van bloed door de aortaklep werd bepaald, net zoals de oppervlakte van de klep zelf. De hartfrequentie werd echografisch gemeten. Invasieve hemodynamische parameters (systolische bloeddruk, diastolische bloeddruk, gemiddelde arteriële bloeddruk en hartfrequentie) werden steeds genoteerd tijdens elke TEE. De preload werd bepaald door middel van de LVEDA. Ook verschillende afterload parameters (LVESWS, EA en SVRI) werden bepaald. Een statistische analyse van deze resultaten werd uitgevoerd in Excel en SPSS. 13

22 4 Resultaten Na het tekenen van een informed consent werden 58 patiënten geïncludeerd in de studie. De patiënten werden willekeurig verdeeld in een desfluraan en een xenon groep. 27 patiënten werden geëxcludeerd (door technische problemen, door een LVEF > 35% en door onvolledige data). De uiteindelijke data-analyse werd uitgevoerd op de gegevens van 31 patiënten. Voor alle variabelen werd nagegaan of ze verdeeld zijn volgens een normaalverdeling, met behulp van scheefheid (skewness), kurtosis Z-waarden (normaal tussen -1,96 en 1,96), de Kolmogorov- Smirnovtoets, de Shapiro Wilk test, visuele inspectie van de histogrammen en analyse van Q-Q plots en box plots. Deze analyse werden uitgevoerd voor zowel de desfluraan als xenon groep. Desfluraan (n = 19) Xenon (n = 12) P-waarde Leeftijd (jaar) 63 ± 14,62 57 ± 11,17 0,201 Geslacht (man : vrouw) 17 : 2 11 : 1 0,840 BMI (kg/m 2 ) 26,49 ± 3,96 28,93 ± 5,13 0,159 BSA (m 2 ) 1,95 ± 0,20 1,96 ± 0,19 0,732 Tabel 4.1: Biometrische data van geïncludeerde patiënten. Gemiddelde waarde met standaarddeviatie. De lijst met gebruikte afkortingen bevindt zich vooraan in dit document. De BMI was normaal verdeeld in zowel de desfluraan als xenon groep (hoewel de Kolmogorov- Smirnov waarde voor de xenon groep randnormaal was). De BSA was normaal verdeeld in de desfluraan groep, maar niet in de xenon groep (op basis van de scheefheid en de kurtosis Z-waarden). De Shapiro-Wilk test voor de BSA in de desfluraan groep was op het randje significant. Het verschil in BMI en BSA tussen de desfluraan groep en de xenon groep werd geëvalueerd door de Mannwhitneytoets. Er konden geen significante verschillen aangetoond worden. 14

23 Hoofdstuk 4. Resultaten Xenon (n = 19) Desfluraan (n = 12) P-waarde HR (BPM) 73,7 ± 19,3 64,8 ± 15,5.390 SBP (mmhg) 122,1 ± 32,85 128,8 ± 37, DBP (mmhg) 63,9 ± 19,4 65,9 ± 19,2.280 MAP (mmhg) 83,2 ± 22,9 86,9 ± 25,9.250 LVEDAI (cm 2. m -2 ) 16,60 ± 4,73 12,44 ± 4, LVEF (%) 20 (10-34) 22 (8-35).873 AV max (m/s) 0,97 ( ) 1,28 ( ).007 AV TVI (cm) 16,93 ±,4,87 24,88 ±,8, AV mean (m/s) 0,64 ( ) 0,85 ( ).008 ET (msec) 261,4 ± 51,43 300,4 ± HR echo (BPM) 78 ± ± E (cm/s) 5,4 (2,8-8,9) 6,9 (3,4-17,4).630 E/A 1,16 ± 0, ± 0, AVA (cm 2 ) 3,56 ± 0,74 3,41 ± 0, SVI (ml. m -2 ) 26,6 ( ) 37,7 ( ).050 CI (L. min -1. m -2 ) 1,4 ± 1,22 2,26 ± 2, E/E med 6,9 (0,6-24) 2,3 (1,1-8,1).050 E/E lat 5,4 (0,4-9,2) 3,2 (1-12,6).143 ESP x ESA (mmhg x ml) 3176 ± ± Ea (mmhg. ml -1 ) 2,26 ± 0,84 1,85 ± 0, SVRI (dynes. sec. cm -5. m -2 ) 5830 ( ) 3198 ( ).104 Tabel 4.2: Vergelijking tussen de waarden in de Xenon groep en in de desfluraan groep tijdens de eerste TEE. Data worden weergegeven als mediaan (bereik) voor de niet-normaal verdeelde waarden en als gemiddelde ± standaarddeviatie voor normaal verdeelde waarden. Een resultaat werd als significant beschouwd zodra P < 0,05. De lijst met gebruikte afkortingen bevindt zich vooraan in dit document. De HR, SBP, DBP en MAP waren allen normaal verdeeld, zowel tijdens de eerste TEE als tijdens de tweede TEE. Het grootste deel van de echografische parameters waren normaal verdeeld behalve: LVEF, AV max, AV mean, ET, E, E/E med en lat, SVI en SVRI. Tijdens de eerste echo noteren we enkele significante verschillen tussen de xenon en de desfluraan groep. Zo is de left ventricular end-diastolic area index (LVEDAI, LVEDA/BSA) groter in de xenon groep. Er is dus sprake van een hogere preload bij patiënten in de xenon groep. Ook de stroomsnelheden over de aortaklep zijn significant verschillend. De stroomsnelheden zijn hoger in de desfluraan groep. De slagvolume index (SVI, SV/BSA) en de E/E med zijn randsignificant. 15

24 Hoofdstuk 4. Resultaten We kunnen dezelfde tabel opstellen voor de waarden gemeten tijdens de tweede echo. Tijdens de eerste TEE werd de anesthesie voor beide groepen nog onderhouden met ethomidaat. Ten tijde van de tweede echo werd de desfluraan groep in slaap gehouden met desfluraan en de xenon groep met xenon. Xenon (n = 19) Desfluraan (n = 12) P-waarde HR (BPM) 70,9 ± 16,1 59,9 ± 13,2.110 SBP (mmhg) 121 ± 29,8 125 ± 23,8.400 DBP (mmhg) 65,28 ± 15,52 64,46 ± 16, MAP (mmhg) 83,89 ± 18,91 85,54 ± 17, LVEDAI (cm 2. m -2 ) 16,03 ± 4,92 13,86 ± 5, LVEF (%) 19 ± ± AV max (m/s) 0,95 ( ) 1,07 ( ).340 AV TVI (cm) 14,59 ± 5,39 17,83 ± 4, AV mean (m/s) 0,61 ( ) 0,71 ( ).230 ET (msec) 270,9 ± 45, ± 49, HR echo (BPM) 70,6 ± 16,9 60 ± 11,4.250 E (cm/s) 5,2 (2,6-9,5) 7,2 (4,2-14,9).010 E/A 0,75 ( ) 0,90 ( ).171 AVA (cm 2 ) 3,33 ± 0,62 3,39 ± 0, SVI (ml. m -2 ) 23,52 ± 8,43 30,11 ± 5, CI (L. min -1. m -2 ) 1,31 ± 0,93 1,99 ± 0, E/E med 3,1 (0,7-10,7) 3,0 (1,0-9,4).226 E/E lat 2,5 (0,8-5,1) 5,7 (0,8-17,7).176 ESP x ESA (mmhg x ml) 3211,89 ± 1333, ,19 ± 1091, Ea (mmhg. ml -1 ) 2,49 ± 1,18 2,07 ± 0, SVRI (dynes. sec. cm -5. m -2 ) 6946,95 ± 4986, ,59 ± 1995, Tabel 4.3: Waarden na de tweede echo in de desfluraan en xenon groep. Data worden weergegeven als mediaan (bereik) voor de niet normaal verdeelde data en gemiddelde ± SD voor de normaal verdeelde waarden. Deze waarden werden verkregen tijdens de tweede TEE. SD = standaarddeviatie. De lijst met gebruikte afkortingen bevindt zich vooraan in dit document. We noteren nu een significant verschil voor de ET (hoger in de desfluraan groep). Ook bij E-waarde (hoger in de desfluraan groep) valt een significant verschil te bemerken. De SVI blijft (rand)significant verschillend. De LVESWS is nu significant hoger in de xenon groep. Tot slot vergelijken we nog de verkregen data binnen één groep tussen de twee TEE s. De eerste waarden zijn opgemeten tijdens de eerste TEE onder etomidaat; de tweede waarden zijn van de echo onder desfluraan dan wel xenon. 16

25 Hoofdstuk 4. Resultaten 1 ste TEE 2 de TEE P-waarde HR (BPM) 64,8 ± 15,5 59,9 ± 13,2.200 SBP (mmhg) 128,8 ± 37, ± 23,8.390 DBP (mmhg) 65,9 ± 19,2 64,46 ± 16, MAP (mmhg) 86,9 ± 25,9 85,54 ± 17, LVEDAI (cm 2. m -2 ) 12,44 ± 4,48 13,86 ± 5, LVEF (%) 22 (8-35) 25 ± AV max (m/s) 1,28 ( ) 1,07 ( ).048 AV TVI (cm) 24,88 ±,8,54 17,83 ± 4, AV mean (m/s) 0,85 ( ) 0,71 ( ).079 ET (msec) 300,4 ± ± 49, HR echo (BPM) 71 ± ± 11,4.033 E (cm/s) 6,9 (3,4-17,4) 7,2 (4,2-14,9).427 E / A 1.18 ± 0,55 0,90 ( ).190 AVA (cm 2 ) 3,41 ± 0,87 3,39 ± 0, SVI (ml. m -2 ) 37,7 ( ) 30,11 ± 5, CI (L. min -1. m -2 ) 2,26 ± 2,16 1,99 ± 0, E / E med 2,3 (1,1-8,1) 3,0 (1,0-9,4).261 E / E lat 3,2 (1,0-12,6) 5,7 (8-17,7).113 ESP x ESA (mmhg x ml) 2585 ± ,19 ± 1091, Ea (mmhg. ml -1 ) 1,85 ± 0,64 2,07 ± 0, SVRI (dynes. sec. cm -5. m -2 ) 3198 ( ) 4000,59 ± 1995, Tabel 4.4: Vergelijking van data verkregen in de desfluraan groep. De waarden verkregen tijdens de eerste TEE en de tweede TEE werden vergeleken. Data worden weergegeven als mediaan (bereik) voor de niet normaal verdeelde data en gemiddelde ± SD voor de normaal verdeelde waarden. Deze waarden werden verkregen tijdens de eerste TEE. SD = standaarddeviatie. De lijst met gebruikte afkortingen bevindt zich vooraan in dit document. 17

26 Hoofdstuk 4. Resultaten 1 ste TEE 2 de TEE P-waarde HR (BPM) 73,7 ± 19,3 70,9 ± 16,1.320 SBP (mmhg) 122,1 ± 32, ± 29,8.450 DBP (mmhg) 63,9 ± 19,4 65,28 ± 15, MAP (mmhg) 83,2 ± 22,9 83,89 ± 18, LVEDAI (cm 2. m -2 ) 16,60 ± 4,73 16,03 ± 4, LVEF (%) 20 (10-34) 19 ± AV max (m/s) 0,97 ( ) 0,95 ( ).415 AV TVI (cm) 16,93 ±,4,87 14,59 ± 5, AV mean (m/s) 0,64 ( ) 0,61 ( ).291 ET (msec) 261,4 ± 51,43 270,9 ± 45, HR echo (BPM) 78 ± 16 70,6 ± 16,9.100 E (cm/s) 5,4 (2,8-8,9) 5,2 (2,6-9,5).370 E / A 1,16 ± 0,9 0,75 ( ).490 AVA (cm 2 ) 3,56 ± 0,74 3,33 ± 0, SVI (ml. m -2 ) 26,6 ( ) ± CI (L. min -1. m -2 ) 1,4 ± 1,22 1,31 ± 0, E / E med 6,9 (0,6-24) 3,1 (0,7-10,7).079 E / E lat 5,4 (0,4-9,2) 2,5 (0,8-5,1).113 ESP x ESA (mmhg x ml) 3176 ± ,89 ± 1333,3.472 Ea (mmhg. ml -1 ) 2,26 ± 0,84 2,49 ± 1, SVRI (dynes. sec. cm -5. m -2 ) 5830 ( ) 6946,95 ± 4986, Tabel 4.5: Vergelijking van data verkregen in de xenon groep. De waarden verkregen tijdens de eerste TEE en de tweede TEE werden vergeleken. Data worden weergegeven als mediaan (bereik) voor de niet normaal verdeelde data en gemiddelde ± SD voor de normaal verdeelde waarden. SD = standaarddeviatie. De lijst met gebruikte afkortingen bevindt zich vooraan in dit document. We merken een significante daling op van de stroomsnelheden over de aortaklep in de desfluraan groep. Ook de echografisch gemeten hartslag is significant verlaagd. De SVI is (rand)significant gedaald. In de xenon groep kunnen geen significante veranderingen weerhouden worden. Een poweranalyse werd uitgevoerd met betrekking tot de afterload-parameters om te bepalen of er extra patiënten moeten geïncludeerd worden om een significant resultaat te bereiken. 18

27 Hoofdstuk 4. Resultaten µ 1 µ 2 Gemiddelde SD Type II error 1-β n ESP x ESA voor xenon ,05 0, ESP x ESA voor desfluraan ,05 0,8 918 Ea voor xenon 2,12 2,49 1,03 0,05 0,8 61 Ea voor desfluraan 1,85 2,07 0,56 0,05 0,8 51 SVRI voor xenon ,05 0,8 17 SVRI voor desfluraan ,05 0,8 41 Tabel 4.6: Poweranalyse van de afterload parameters (ESP x ESA, Ea en SVRI) voor de desfluraan en xenon groep. Type II error = p; 1-β = power; n = aantal te includeren patiënten. SD = standaarddeviatie. 19

28 5 Discussie We beginnen de discussie met een samenvatting van de concrete resultaten van deze studie: 1. In de xenongroep hebben de patiënten tijdens de eerste TEE een significant hogere LVEDAI, een lagere AV max, een lagere AV TVI en een lagere AV mean. Er is bij de xenonpatiënten ook een (rand)significant lagere SVI. De E/E med is (rand)significant hoger in de xenon groep. Er is dus met andere woorden een meer gedilateerd linker ventrikel met een lagere slagvolumne index en lagere transaortische snelheden op Doppler. 2. Tijdens de tweede TEE zijn er significante verschillen tussen de xenon groep en de desfluraan groep op vlak van de ET (lager in de xenon groep) en E (lager in de xenon groep). De kortere ejectietijd in de xenon groep suggereert een slechtere werking van het linker ventrikel en/of een hogere afterload. 3. Als we binnen de groepen onderling de verschillen tussen de eerste TEE en tweede TEE besturderen merken we in de desfluraan groep een significante daling in AV max en AV TVI. Ook de hartslag daalt significant, net zoals de SVI. De lagere AV snelheden en de lagere SVI wijzen op een verlaging van de ventriculaire output. 4. Binnen de xenon groep konden geen significante verschillen weerhouden worden. De patiënten onder xenon anesthesie blijven echter opmerkelijk hemodynamisch stabiel ondanks minder goede uitgangswaarden. In de xenongroep merken we patiënten met een slechtere baseline cardiale functie. We noteren immers voor deze patiënten tijdens de eerste TEE: een hogere LVEDAI, een lagere AV TVI en een lagere SVI. Deze groep patiënten blijft echter tijdens de anesthesie stabieler. Dit kunnen we afleiden uit de resultaten van de tweede TEE. Er is geen significante daling van de SVI, dit in tegenstelling tot de desfluraan groep waar de SVI wel achteruit gaat. Zoals reeds gezegd is de preload (de LVEDAI) hoger bij patiënten in de xenongroep. Er is geen verandering in LVEDAI tussen de eerste TEE en de tweede TEE. Er is sprake van een blijvende dilatatie van het linker ventrikel. De pompfunctie van het hart (weergegeven door de SVI) blijft stabiel in de xenon groep, maar daalt in de desfluraan groep. Dit is in lijn met de theoretische verwachtingen; xenon is cardiovasculair stabiel, terwijl desfluraan zorgt voor een vermindering van de myocardcon- 20

29 Hoofdstuk 5. Discussie tractiliteit. De afterload kent een stijgende lijn binnen de xenon groep, weliswaar zonder significant te zijn. Enkele artikels beschrijven inderdaad de neiging van xenon om de afterload te verhogen, zonder aantasting van de systolische ventriculaire functie ([36], [37]). Om ons vermoeden te bevestigen dat de niet-significante verandering in afterload te wijten was aan een te laag aantal geïncludeerde patiënten werd een power analyse uitgevoerd. De analyse bevestigt dat er meer patiënten moeten geïncludeerd worden om een (mogelijk) significant resultaat te verkrijgen voor ESP x ESA, Ea en SVRI. Deze studie kent een aantal beperkingen. Er werden voldoende patiënten geïncludeerd; veel patiënten dienden echter na inclusie te worden uitgesloten omwille van technische en organisatorische problemen. Het beperkt aantal patiënten heeft een invloed op de statistische significanties. Een aantal parameters werden ook niet opgenomen in deze studie. Zo werd er bijvoordbeeld geen analyse van de microcirculatie uitgevoerd. Momenteel loopt er een studie in het Universitair ziekenhuis Brussel die het effect van xenon op de microcirculatie bestudeerd. Verder onderzoek op grotere patiëntenpopulaties is nodig. Ter conclusie kunnen we stellen dat deze thesis een eerste, goede aanzet was om xenon- en desfluraananesthesie te vergelijken in patiënten met een slechte linker ventrikelfunctie. Een aantal theoretische verwachtingen konden bevestigd worden (zoals de cardiovasculaire stabiliteit van xenon). Om voor sommige resultaten significanties te kunnnen aantonen (zoals voor de afterload-parameters) moeten nog volgende studies gebeuren met inclusie van extra patiënten. 21

30 Bibliografie [1] Mohamad S. Takrouri. Surgical, medical and anesthesia in the Middle East: Notes on Ancient and medieval practice with reference to Islamic-Arabic medicine. The Internet Journal of Health, 5, [2] AJ Carter. Dwale: an anaesthetic from old England. BMJ (Clinical research ed.), 319(7225):1623 6, January [3] LD D Vandam and JA A Abbott. Edward Gilbert Abbott: enigmatic figure of the ether demonstration. The New England journal of medicine, 311(15): , [4] Emery N Brown, Ralph Lydic, and Nicholas D Schiff. General anesthesia, sleep, and coma. The New England journal of medicine, 363: , [5] AT Van Raalte, JC Van Broekhuizen, HC Schuyt, and T Porcelijn. Inhalatieanesthetica. Stand der techniek met betrekking tot beheersmaatregelen. Technical Report November, [6] J Butterworth, DC Mackey, and J Wasnick. Morgan & Mikhail Clinical Anesthesiology. McGraw Hill, New York, 5th edition, [7] JG Bovill. Intravenous anesthesia for the patient with left ventricular dysfunction. Seminars in cardiothoracic and vascular anesthesia, 10(1):43 8, March [8] ROB Gans. Consultatieve inwendige geneeskunde. Bohn Stafleu van Loghum, [9] Tobias Esper, Markus Wehner, Claus-Dieter Meinecke, and Henrik Rueffert. Blood/Gas Partition Coefficients for Isoflurane, Sevoflurane, and Desflurane in a Clinically Relevant Patient Population. Anesthesia & Analgesia, 120:45 50, [10] Ecem Esencan, Simge Yuksel, Yusuf Berk Tosun, Alexander Robinot, Ihsan Solaroglu, and John H Zhang. XENON in medical area: emphasis on neuroprotection in hypoxia and anesthesia. Medical gas research, 3(1):4, January [11] Takahisa Goto, Yoshinori Nakata, and Shigeho Morita. Will Xenon Be a Stranger or a Friend? Anesthesiology, 98(1):1 2,

31 Bibliografie [12] David F Stowe, D Ph, Georg C Rehmei, and Wai-meng Kwok. Xenon Does Not Alter Cardiac Function or Major Cation Currents in Isolated Guinea Pig Hearts or Myocytes. Anesthesiology, pages , [13] Wolfgang Schaefer, Philipp T Meyer, Rolf Rossaint, Jan H Baumert, Mark Coburn, Michael Fries, and Steffen Rex. Myocardial blood flow during general anesthesia with xenon in humans: a positron emission tomography study. Anesthesiology, 114(6): , [14] Robert D. Sanders, Daqing Ma, and Mervyn Maze. Xenon: Elemental anaesthesia in clinical practice. British Medical Bulletin, 71: , [15] R. D. Sanders. Xenon: no stranger to anaesthesia. British Journal of Anaesthesia, 91(5): , November [16] D. Ma, S. Wilhelm, M. Maze, and N. P. Franks. Neuroprotective and neurotoxic properties of the inert gas, xenon. British Journal of Anaesthesia, 89(5): , November [17] Geoffrey G Lockwood, Nicholas P Franks, Neil a Downie, Kenneth M Taylor, and Mervyn Maze. Feasibility and safety of delivering xenon to patients undergoing coronary artery bypass graft surgery while on cardiopulmonary bypass: phase I study. Anesthesiology, 104(3): , [18] Rolf Rossaint, Matthias Reyle-Hahn, Jochen Schulte Am Esch, Jens Scholz, Philippe Scherpereel, Benoit Vallet, Francesco Giunta, Monica Del Turco, Wilhelm Erdmann, Rob Tenbrinck, Alfons F Hammerle, and Peter Nagele. Multicenter randomized comparison of the efficacy and safety of xenon and isoflurane in patients undergoing elective surgery. Anesthesiology, 98(1):6 13, [19] Frank Wappler, Rolf Rossaint, Jan Baumert, Jens Scholz, Peter H Tonner, Hugo van Aken, Elmar Berendes, Jan Klein, Diederik Gommers, Alfons Hammerle, Andreas Franke, Thomas Hofmann, and Jochen Schulte Esch. Multicenter randomized comparison of xenon and isoflurane on left ventricular function in patients undergoing elective surgery. Anesthesiology, 106(3): , [20] J-H Baumert, M Hein, K E Hecker, S Satlow, P Neef, and R Rossaint. Xenon or propofol anaesthesia for patients at cardiovascular risk in non-cardiac surgery. British journal of anaesthesia, 100(5):605 11, May [21] Jean-Marie Segers. Narcose met xenon nu ook in België. Artsenkrant, (2154), [22] Walter F. Boron and Emile L. Boulpaep. Medical Physiology: A Cellular and Molecular Approach. Elsevier Inc, Philadelphia, 2nd edition, [23] Danny Schoors. Cursus Fysiologie: deel Hart en Bloedsomploop. PhD thesis, Universitair ziekenhuis Brussel, [24] Lennart N. Bouman and Jan A. Bernards. Medische Fysiologie. Bohn Stafleu van Loghum, Mechelen, 1ste edition,

32 Bibliografie [25] Laurin M Hanft, Fredrick S Korte, and Kerry S McDonald. Cardiac function and modulation of sarcomeric function by length. Cardiovascular research, 77(4):627 36, March [26] Jean-Louis Vincent. Understanding cardiac output. Critical care (London, England), 12(4):174, January [27] Arno W. Hoes and Adriaan A. Voors. Standaard Hartfalen, [28] Siddharth Singh and Abha Goyal. The origin of echocardiography: a tribute to Inge Edler. Texas Heart Institute journal / from the Texas Heart Institute of St. Luke s Episcopal Hospital, Texas Children s Hospital, 34(4):431 8, January [29] Euan A Ashley and Josef Niebauer. Understanding the echocardiogram. In Cardiology Explained. Remedica, London, 1 edition, [30] Sang-Won Lee, Eui-Young Choi, S Y Jung, S T Choi, Soo-Kon Lee, and Yong-Beom Park. E/E ratio is more sensitive than E/A ratio for detection of left ventricular diastolic dysfunction in patients with systemic sclerosis. Clinical and experimental rheumatology, 28(2 Suppl 58):S12 7, January. [31] Jong-Won Ha, Jeong-Ah Ahn, Jae-Yun Moon, Hye-Sun Suh, Seok-Min Kang, Se-Joong Rim, Yangsoo Jang, Namsik Chung, Won-Heum Shim, and Seung-Yun Cho. Triphasic mitral inflow velocity with mid-diastolic flow: the presence of mid-diastolic mitral annular velocity indicates advanced diastolic dysfunction. European journal of echocardiography : the journal of the Working Group on Echocardiography of the European Society of Cardiology, 7(1):16 21, January [32] Carlos A. Roldan. The Ultimate Echo Guide. Wolters Kluwer Health, Philadelphia, 2nd edition, [33] Brian H Grimard and Jan M Larson. Aortic stenosis: diagnosis and treatment. American family physician, 78(6):717 24, September [34] C A Greim, N Roewer, and J Schulte am Esch. Assessment of changes in left ventricular wall stress from the end-systolic pressure-area product. British journal of anaesthesia, 75(5):583 7, November [35] R P Kelly, C T Ting, T M Yang, C P Liu, W L Maughan, M S Chang, and D A Kass. Effective arterial elastance as index of arterial vascular load in humans. Circulation, 86(2):513 21, August [36] M Hein, J H Baumert, A B Roehl, L Pasch, J Schnoor, M Coburn, and R Rossaint. Xenon alters right ventricular function. Acta anaesthesiologica Scandinavica, 52(8): , September

33 Bibliografie [37] J-H Baumert, F Falter, D Eletr, K E Hecker, M Reyle-Hahn, and R Rossaint. Xenon anaesthesia may preserve cardiovascular function in patients with heart failure. Acta anaesthesiologica Scandinavica, 49(6):743 9, July

Diastolische functie HOUTHUIZEN PATRICK

Diastolische functie HOUTHUIZEN PATRICK Diastolische functie HOUTHUIZEN PATRICK CATHARINA ZIEKENHUIS EINDHOVEN Ik ga op reis en ik neem mee FYSICA IN PRAKTIJK een koffer KOFFER A KOFFER B Compliance volume Compliance C = ΔV ΔP druk mate waarin

Nadere informatie

Symposium 2015 Geïsoleerde systolische hypertensie bij jonge volwassenen: betekenis en prognose. prof dr Danny Schoors

Symposium 2015 Geïsoleerde systolische hypertensie bij jonge volwassenen: betekenis en prognose. prof dr Danny Schoors Symposium 2015 Geïsoleerde systolische hypertensie bij jonge volwassenen: betekenis en prognose prof dr Danny Schoors Arteriële hypertensie Epidemiologische studies Duidelijke relatie tussen bloeddruk

Nadere informatie

Deze grafiek geeft de volume en drukveranderingen weer tijdens een cardiale cyclus. De aldus gegenereerde curves geven preload en compliance van het

Deze grafiek geeft de volume en drukveranderingen weer tijdens een cardiale cyclus. De aldus gegenereerde curves geven preload en compliance van het 1 Deze grafiek geeft de volume en drukveranderingen weer tijdens een cardiale cyclus. De aldus gegenereerde curves geven preload en compliance van het hart mee. De relatie tussen de eindsystolische punten

Nadere informatie

Xenon: noblesse oblige? An-Sofie Delport Seminariewerk co-assistentschap Anesthesie Promotor: Prof. Dr. S. Rex

Xenon: noblesse oblige? An-Sofie Delport Seminariewerk co-assistentschap Anesthesie Promotor: Prof. Dr. S. Rex Xenon: noblesse oblige? An-Sofie Delport Seminariewerk co-assistentschap Anesthesie Promotor: Prof. Dr. S. Rex 17.04.2015 Veilig, goed getolereerd Snelle inductie, snel ontwaken noblesse Hemodynamische

Nadere informatie

Anatomie / fysiologie Circulatie. Stellingen n.a.v. vorig college. Stellingen, vervolg. Bloeddruk

Anatomie / fysiologie Circulatie. Stellingen n.a.v. vorig college. Stellingen, vervolg. Bloeddruk Anatomie / fysiologie Circulatie Bloeddruk 1 Stellingen n.a.v. vorig college Het ventrikelseptum van het hart is dikker dan het atriumseptum van het hart. Een hart dat over de top van de Frank Starling-curve

Nadere informatie

Echografie van de RV Rol bij instabiele hemodynamiek

Echografie van de RV Rol bij instabiele hemodynamiek Maatwerk Echografie van de RV Rol bij instabiele hemodynamiek J.G. van der Hoeven Casus (1) Man, 37 Blanco medische voorgeschiedenis Acute pijn op de borst en kortademigheid LO: RR 85/50 mmhg, HF 115/min,

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/22985 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Klitsie, Liselotte Maria Title: Tissue Doppler and speckle tracking strain echocardiography

Nadere informatie

Naam leereenheid: pompfunctie. Domein: zorgvrager gebonden. Thema: Cardiovasculaire systeem

Naam leereenheid: pompfunctie. Domein: zorgvrager gebonden. Thema: Cardiovasculaire systeem Naam leereenheid: pompfunctie Domein: zorgvrager gebonden Thema: Cardiovasculaire systeem Leereenheid: pompfunctie VVO Fontys HSZ MMC azm Versie: 31-8-2009 pag. 1 Inhoud leereenheid Pompfunctie 1. Inleiding

Nadere informatie

Isometrische inspanning

Isometrische inspanning Academiejaar 2013-2014 Isometrische inspanning Effecten op het cardiovasculaire systeem in vergelijking met isotone inspanning en wat er al van geweten is bij kinderen Manon VAN CANNEYT Promotor: Prof.

Nadere informatie

Gender differences in heart disease. Dr Danny Schoors

Gender differences in heart disease. Dr Danny Schoors Gender differences in heart disease Dr Danny Schoors Women are meant to be loved, not to be understood Oscar Wilde (1854-1900) 2 05/01/16 Inleiding Cardiovasculaire ziekte 7 tot 10 jaar later dan bij mannen

Nadere informatie

Hypertensie bij ouderen

Hypertensie bij ouderen Medisch Symposium: Geriatrie voor Huisartsen 01/10/2011 Hypertensie bij ouderen Em. Prof. R. Fagard Afdeling Hypertensie en Cardiovasculaire Revalidatie KU Leuven SBP and DBP (mmhg) Bloeddruk vs leeftijd

Nadere informatie

ANESTHESIE TIJDENS LACTATIE

ANESTHESIE TIJDENS LACTATIE ANESTHESIE TIJDENS LACTATIE Inleiding Borstvoeding is momenteel gouden standaard WHO en AAP bevelen borstvoeding gedurende 6 maanden aan meer en meer moeders die operatie (vb. Sterilisatie-curretage) ondergaan

Nadere informatie

Duitsland 1,7 miljoen patiënten met hartfalen 2. Europa 6,5 miljoen patiënten met hartfalen 3. VS 5,1 miljoen patiënten met hartfalen 1

Duitsland 1,7 miljoen patiënten met hartfalen 2. Europa 6,5 miljoen patiënten met hartfalen 3. VS 5,1 miljoen patiënten met hartfalen 1 Functionele mitrale regurgitatie VS 5,1 miljoen patiënten met hartfalen 1 Duitsland 1,7 miljoen patiënten met hartfalen 2 Europa 6,5 miljoen patiënten met hartfalen 3 Hartfalen is een aandoening die wereldwijd

Nadere informatie

Staken antihypertensiva bij ouderen. Groot Haags Geriatrie Referaat oktober 2016 Marielle Hofman, aios geriatrie

Staken antihypertensiva bij ouderen. Groot Haags Geriatrie Referaat oktober 2016 Marielle Hofman, aios geriatrie Staken antihypertensiva bij ouderen Groot Haags Geriatrie Referaat oktober 2016 Marielle Hofman, aios geriatrie 2 Vragen Zou u antihypertensiva staken bij een geriatrische patiënt met hypertensie en een

Nadere informatie

Behandeling van atrium fibrilleren op de IC. Mirjam Wikkerink, ANIOS IC

Behandeling van atrium fibrilleren op de IC. Mirjam Wikkerink, ANIOS IC Behandeling van atrium fibrilleren op de IC Mirjam Wikkerink, ANIOS IC AF op IC 15% van de patiënten, meestal in de eerste 72 uur na ontstaan van sepsis Verminderde atriale contractie, hoge ventriculaire

Nadere informatie

Tachycardie bij sepsis

Tachycardie bij sepsis Tachycardie bij sepsis Een geblokte strategie? J.G. van der Hoeven Normaal Vroege fase EF SV, HF Hart Perifere circulatie Septische shock Vasodilatatie Permeabiliteit Resolutie fase EF SV Volume Late fase

Nadere informatie

Samenvatting. Psoas compartiment nervus ischiadicus blokkade voor. prothetische heup chirurgie. Klinische effectiviteit versus ongewenste bijwerkingen

Samenvatting. Psoas compartiment nervus ischiadicus blokkade voor. prothetische heup chirurgie. Klinische effectiviteit versus ongewenste bijwerkingen Psoas compartiment nervus ischiadicus blokkade voor prothetische heup chirurgie Klinische effectiviteit versus ongewenste bijwerkingen In dit proefschrift presenteren wij een risk / benefit analyse van

Nadere informatie

Pulmonale hypertensie is een diagnose die niet met echocardiografie kan worden gesteld. Per definitie geldt dat als tijdens hartkatheterisatie in

Pulmonale hypertensie is een diagnose die niet met echocardiografie kan worden gesteld. Per definitie geldt dat als tijdens hartkatheterisatie in 1 2 Pulmonale hypertensie is een diagnose die niet met echocardiografie kan worden gesteld. Per definitie geldt dat als tijdens hartkatheterisatie in rust de gemiddelde druk in de longslagader 25 mm Hg

Nadere informatie

Waar staat de afkorting PiCCO voor?

Waar staat de afkorting PiCCO voor? Waar staat de afkorting PiCCO voor? Pulse Contour Cardiac Output..en de i..die is verzonnen Hemodynamische monitoring d.m.v. PiCCO is a) Invasief b) Minimaal invasief c) Niet invasief Antwoord: B CVL PULSIOCATH

Nadere informatie

Anesthesiologisch beleid bij heupfracturen. Vrijdagochtendkrans 26/09/2014 Sarah Cornelis DrP Van Loon

Anesthesiologisch beleid bij heupfracturen. Vrijdagochtendkrans 26/09/2014 Sarah Cornelis DrP Van Loon Anesthesiologisch beleid bij heupfracturen Vrijdagochtendkrans 26/09/2014 Sarah Cornelis DrP Van Loon Anesthesie en heupfracturen Inleiding Pre-operatieveaandachtspunten Pre-operatiefmanagement Intra-operatief

Nadere informatie

Samenvatting. Deel 1: Linker ventrikelfunctie na myocardinfarct

Samenvatting. Deel 1: Linker ventrikelfunctie na myocardinfarct , conclusies en toekomstperspectieven De aanwezigheid van een verminderde functie van het linker ventrikel (LV) van het hart na een doorgemaakt myocardinfarct is van sterk klinisch belang gebleken. In

Nadere informatie

Fysiologie en Pathofysiologie van het cardiovasculaire systeem. Gert Poortmans

Fysiologie en Pathofysiologie van het cardiovasculaire systeem. Gert Poortmans Fysiologie en Pathofysiologie van het cardiovasculaire systeem Gert Poortmans BD = CO x SVR CO = HR x SV SV = EDV - ESV 4 determinanten van cardiovasculaire performantie Preload Afterload Contractiliteit

Nadere informatie

Xenon: a trace gas of protection. Piepers Idris Promoter: Dr. L. Al Tmimi

Xenon: a trace gas of protection. Piepers Idris Promoter: Dr. L. Al Tmimi Xenon: a trace gas of protection Piepers Idris Promoter: Dr. L. Al Tmimi Inleiding Farmacokinetiek Farmacodynamiek Cardiaal Cerebraal Eigenschappen Kostprijs Inleiding 1898 William Ramsay en Morris William

Nadere informatie

Verbetering van therapietrouw. Peter W de Leeuw Afd. Interne Geneeskunde Academisch Ziekenhuis Maastricht

Verbetering van therapietrouw. Peter W de Leeuw Afd. Interne Geneeskunde Academisch Ziekenhuis Maastricht Verbetering van therapietrouw Peter W de Leeuw Afd. Interne Geneeskunde Academisch Ziekenhuis Maastricht Therapietrouw bij hypertensie Vrouw, 47 jaar, bloeddruk 184/102 mm Hg Diagnose: Essentiële hypertensie

Nadere informatie

Transfusie indicatie op de intensive care

Transfusie indicatie op de intensive care Transfusie indicatie op de intensive care Floris Kranenburg MD/PhD-student Sanquin Research, Centrum voor Klinisch Transfusiegeneeskundig Onderzoek, Leiden Leids Universitair Medisch Centrum, Klinische

Nadere informatie

INVLOED VAN CHRONISCHE PIJN OP ERVAREN SOCIALE STEUN. De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren

INVLOED VAN CHRONISCHE PIJN OP ERVAREN SOCIALE STEUN. De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren Sociale Steun The Effect of Chronic Pain and the Moderating Effect of Gender on Perceived Social Support Studentnummer:

Nadere informatie

PiCCO: hoe en wat? Hemodynamische monitoring op INZO 1 Waarover gaat deze voordracht Wat? - de technologie en bij uitbreiding Vergelijkbare technologiën Verdere evoluties in niet-invasieve monitoring Hoe?

Nadere informatie

Fysiologie en Pathofysiologie van het cardiovasculaire systeem. Gert Poortmans

Fysiologie en Pathofysiologie van het cardiovasculaire systeem. Gert Poortmans Fysiologie en Pathofysiologie van het cardiovasculaire systeem Gert Poortmans BD = CO x SVR CO = HR x SV SV = EDV - ESV 4 determinanten van cardiovasculaire performantie Preload Afterload Contractiliteit

Nadere informatie

Hartfalen. in een notendop. Dr. Riet Dierckx 22/05/2018

Hartfalen. in een notendop. Dr. Riet Dierckx 22/05/2018 Hartfalen in een notendop Dr. Riet Dierckx 22/05/2018 Hartfalen definitie en classificatie Hartfalen is een klinisch syndroom gekarakteriseerd door symptomen en/of tekenen van congestie objectieve vaststelling

Nadere informatie

Het hoofd en het hart. F.C. Visser Stichting CardioZorg Amsterdam

Het hoofd en het hart. F.C. Visser Stichting CardioZorg Amsterdam Het hoofd en het hart F.C. Visser Stichting CardioZorg Amsterdam Inleiding Veel CVS/ME patienten hebben klachten van: Duizeligheid/licht in het hoofd bij staan, overeind komen, lopen Verwardheid, niet

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20616 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Lichtenbelt, Bart Jan Title: PK-PD modelling of the interaction of propofol and

Nadere informatie

Genes, Molecular Mechanisms and Risk Prediction for Abdominal Aortic Aneurysm

Genes, Molecular Mechanisms and Risk Prediction for Abdominal Aortic Aneurysm Genes, Molecular Mechanisms and Risk Prediction for Abdominal Aortic Aneurysm Arne IJpma Clinical Genetics Department, Erasmus MC, Rotterdam, The Netherlands Financial Disclosure I have no financial relationships

Nadere informatie

De behandeling van hartfalen bij de oudere patiënt. Loes Klieverik WES 11-03-2010

De behandeling van hartfalen bij de oudere patiënt. Loes Klieverik WES 11-03-2010 De behandeling van hartfalen bij de oudere patiënt Loes Klieverik WES 11-03-2010 Wat is oud?? Definitie Hartfalen Tekortschieten van de pompwerking van het hart en veranderingen in de neurohumorale activatie

Nadere informatie

PHYSIOLOGY, CONSIDERATIONS AND ANESTHESIA CLINICAL PRACTICE APPLICATION OF PULSE PRESSURE VARIATION IN M A X I M T I M M E R S

PHYSIOLOGY, CONSIDERATIONS AND ANESTHESIA CLINICAL PRACTICE APPLICATION OF PULSE PRESSURE VARIATION IN M A X I M T I M M E R S PHYSIOLOGY, CONSIDERATIONS AND APPLICATION OF PULSE PRESSURE VARIATION IN ANESTHESIA CLINICAL PRACTICE M A X I M T I M M E R S D R. B A S K U I J P E R S VOCHTRESPONSIVITEIT? Statisch Dynamisch CVD, PAOP,

Nadere informatie

Centraal veneuze druk is niet belangrijk

Centraal veneuze druk is niet belangrijk Mythe Centraal veneuze druk is niet belangrijk J.G. van der Hoeven Argumenten CVD zegt niets over de vullingstatus CVD voorspelt niet of een patiënt op vulling reageert Fysiologie HMV Preload Uiteindelijke

Nadere informatie

Inhalatieanesthetica op IC? MDO-praatje Dionne Miseré ANIOS IC

Inhalatieanesthetica op IC? MDO-praatje Dionne Miseré ANIOS IC Inhalatieanesthetica op IC? MDO-praatje 15-01-2018 Dionne Miseré ANIOS IC Casus Patient 56 jaar. Voorgeschiedenis: - COPD GIII - Allergisch astma Dag 1 opname IC; intubatie ivm volledig respiratoir insufficiënt

Nadere informatie

Effecten van een op MBSR gebaseerde training van. hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en

Effecten van een op MBSR gebaseerde training van. hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en Effecten van een op MBSR gebaseerde training van hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en compassionele tevredenheid. Een pilot Effects of a MBSR based training program of hospice caregivers

Nadere informatie

Model based Cardiovascular Pathophysiology (8VB20)

Model based Cardiovascular Pathophysiology (8VB20) Eindhoven University of Technology Model based Cardiovascular Pathophysiology (8VB20) June 30, 2014, 9.00 12.00 h Surname and initials : Indent. nr. : This exam consists of 4 exercises. Each exercise contributes

Nadere informatie

Hoorcollege Tractus circulatorius. Dirk Geurts

Hoorcollege Tractus circulatorius. Dirk Geurts Hoorcollege Tractus circulatorius Dirk Geurts Voorbereiding E-book/boek Anatomie en fysiologie van Martini lezen (Hoofdstuk 13, Het cardiovasculaire stelsel: bloedvaten en bloedsomloop, paragraaf 13.1

Nadere informatie

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa Physical factors as predictors of psychological and physical recovery of anorexia nervosa Liesbeth Libbers

Nadere informatie

Tussentoets 1 (TT-1, code 8WA01) Hart en Long 8WA00. Maandag 11 maart 2013

Tussentoets 1 (TT-1, code 8WA01) Hart en Long 8WA00. Maandag 11 maart 2013 Tussentoets 1 (TT-1, code 8WA01) Hart en Long 8WA00 Maandag 11 maart 2013 Faculteit Biomedische Technologie BSc opleiding Medische Wetenschappen en Technologie Verantwoordelijk docent: C. Bouten Coördinator

Nadere informatie

Zorgpaden: Evidence Based or Wishful thinking?

Zorgpaden: Evidence Based or Wishful thinking? Zorgpaden: Evidence Based or Wishful thinking? Jeroen van Oostrum Hoofd Business Intelligence Center 24 november 2009 Stellingen Stelling 1: Patiëntuitkomstmaten, zoals heropnames, complicaties en patiënttevredenheid,

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting 9 Nederlandse Samenvatting F.S. de Man 1,2, N. Westerhof 1,2, A. Vonk-Noordegraaf 1 Departments of 1 Pulmonology and 2 Physiology, VU University Medical Center / Institute for Cardiovascular Research,

Nadere informatie

hebben op de mate van eventuele autonome dysfunctie. Verder ondersteunen de resultaten uit dit proefschrift het groeiende bewijs voor het feit dat

hebben op de mate van eventuele autonome dysfunctie. Verder ondersteunen de resultaten uit dit proefschrift het groeiende bewijs voor het feit dat Van alle aangeboren afwijkingen komt een aangeboren hartafwijking het meest voor. Ongeveer 1 op 100 baby s wordt geboren met een hartafwijking. Dankzij de (chirurgische) technieken die tegenwoordig beschikbaar

Nadere informatie

Model based Cardiovascular Pathophysiology (8VB20)

Model based Cardiovascular Pathophysiology (8VB20) Eindhoven University of Technology Model based Cardiovascular Pathophysiology (8VB20) August 11, 2014, 14.00 17.00 h Surname and initials : Indent. nr. : This exam consists of 4 exercises. Each exercise

Nadere informatie

Inspanningsgerelateerde hypertensie: geruststellend of onheilspellend? Dr. Joost H.W. Rutten Internist-vasculair geneeskundige

Inspanningsgerelateerde hypertensie: geruststellend of onheilspellend? Dr. Joost H.W. Rutten Internist-vasculair geneeskundige Inspanningsgerelateerde hypertensie: geruststellend of onheilspellend? Dr. Joost H.W. Rutten Internist-vasculair geneeskundige Overzicht Casussen inspanningsgerelateerde hypertensie Achtergrond Hoe en

Nadere informatie

Volwassenen met een aangeboren hartafwijking. Imaging problemen, oriëntatie en analyse

Volwassenen met een aangeboren hartafwijking. Imaging problemen, oriëntatie en analyse Volwassenen met een aangeboren hartafwijking Imaging problemen, oriëntatie en analyse donderdag 24 januari 2019 Poli cardiologie Zijn specifieke echocardiografische expertise en protocollen NOODZAKELIJK

Nadere informatie

Kamerfalen - wat als rechts faalt? MMM Circulatie 2018

Kamerfalen - wat als rechts faalt? MMM Circulatie 2018 Kamerfalen - wat als rechts faalt? MMM Circulatie 2018 Casus (1) Man, 37 jaar Altijd gezond Acute pijn op de borst met ernstige kortademigheid Bloeddruk 85/50 mmhg, HF 115/min, CVD, S1 S2 luide P2, systolisch

Nadere informatie

De Relatie tussen Voorschoolse Vorming en de Ontwikkeling van. Kinderen

De Relatie tussen Voorschoolse Vorming en de Ontwikkeling van. Kinderen Voorschoolse vorming en de ontwikkeling van kinderen 1 De Relatie tussen Voorschoolse Vorming en de Ontwikkeling van Kinderen The Relationship between Early Child Care, Preschool Education and Child Development

Nadere informatie

Recente ontwikkelingen in de ethische normen voor medisch-wetenschappelijk onderzoek

Recente ontwikkelingen in de ethische normen voor medisch-wetenschappelijk onderzoek Recente ontwikkelingen in de ethische normen voor medisch-wetenschappelijk onderzoek Prof dr JJM van Delden Julius Centrum, UMC Utrecht j.j.m.vandelden@umcutrecht.nl Inleiding Medisch-wetenschappelijk

Nadere informatie

Doc.Ref.: CMDh/PhVWP/042/2012 January 2012 SUMMARY OF PRODUCT CHARACTERISTICS. New Class Warnings

Doc.Ref.: CMDh/PhVWP/042/2012 January 2012 SUMMARY OF PRODUCT CHARACTERISTICS. New Class Warnings HMG-CoA Reductase Inhibitors and safety the risk of new onset diabetes/impaired glucose metabolism Final SmPC and PL wording agreed by PhVWP December 2011 Doc.Ref.: CMDh/PhVWP/042/2012 January 2012 SUMMARY

Nadere informatie

HARTFALEN PATHOFYSIOLOGIE HIGHLIGHTS

HARTFALEN PATHOFYSIOLOGIE HIGHLIGHTS HARTFALEN PATHOFYSIOLOGIE HIGHLIGHTS Voor meer informatie zie.nl 2015 Novartis Pharma, oktober 2015, 1015HF466074 De onderliggende neurohormonale disbalans leidt tot verdere progressie van Bij patiënten

Nadere informatie

Volumenormen cardiologie 2016

Volumenormen cardiologie 2016 Volumenormen cardiologie 2016 Nederlandse Vereniging voor Cardiologie Nederlandse Vereniging voor Cardiologie Auteur: Moniek Elsendoorn, beleidsmedewerker kwaliteit Vastgesteld: 14 september 2016 Evaluatiedatum:

Nadere informatie

Bent u gemotiveerd? L.E.J. Gerretsen Studentnummer: Eerste begeleider: prof. dr. L. Lechner Tweede begeleider: Dr. A.

Bent u gemotiveerd? L.E.J. Gerretsen Studentnummer: Eerste begeleider: prof. dr. L. Lechner Tweede begeleider: Dr. A. Bent u gemotiveerd? Een Experimenteel Onderzoek naar de Invloed van een op het Transtheoretisch Model Gebaseerde Interventie op de Compliance bij de Fysiotherapeutische Behandeling van Psychiatrische Patiënten

Nadere informatie

Chapter. De Longcirculatie in Pulmonale Hypertensie. Nieuwe inzichten in Rechter Ventrikel- & Longfysiologie. Nederlandse samenvatting

Chapter. De Longcirculatie in Pulmonale Hypertensie. Nieuwe inzichten in Rechter Ventrikel- & Longfysiologie. Nederlandse samenvatting Chapter 9 Nederlandse samenvatting De Longcirculatie in Pulmonale Hypertensie Nieuwe inzichten in Rechter Ventrikel- & Longfysiologie Samenvatting Pulmonale arteriële hypertensie is een ziekte van de longvaten,

Nadere informatie

Fysiologie en Pathofysiologie van het cardiovasculaire systeem:

Fysiologie en Pathofysiologie van het cardiovasculaire systeem: Fysiologie en Pathofysiologie van het cardiovasculaire systeem: Gert Poortmans Adj-kliniekhoofd anesthesie. De 4 determinanten van cardiovasculaire performantie: Elke hemodynamische situatie bij een patiënt

Nadere informatie

Echocardiografie. bij cardiale resynchronisatie therapie. Houthuizen Patrick Catharina ziekenhuis Eindhoven

Echocardiografie. bij cardiale resynchronisatie therapie. Houthuizen Patrick Catharina ziekenhuis Eindhoven Echocardiografie bij cardiale resynchronisatie therapie Houthuizen Patrick Catharina ziekenhuis Eindhoven The basics Linker bundeltak blok normale geleiding linker bundeltak blok Consequenties normale

Nadere informatie

De Effectiviteit van een Mindfulness-gebaseerde Lichaamsscan: een. Vergelijking met Rusten in Liggende Positie

De Effectiviteit van een Mindfulness-gebaseerde Lichaamsscan: een. Vergelijking met Rusten in Liggende Positie De Effectiviteit van een Mindfulness-gebaseerde Lichaamsscan: een Vergelijking met Rusten in Liggende Positie The Effectiveness of a Mindfulness-based Body Scan: a Comparison with Quiet Rest in the Supine

Nadere informatie

Bloeddrukstreefwaarden bij diabetes mellitus: lager of toch niet? Erik Serné Internist- vasculair geneeskundige

Bloeddrukstreefwaarden bij diabetes mellitus: lager of toch niet? Erik Serné Internist- vasculair geneeskundige Bloeddrukstreefwaarden bij diabetes mellitus: lager of toch niet? Erik Serné Internist- vasculair geneeskundige Bloeddrukstreefwaarden bij patiënten met type 2 diabetes? A. Huidige richtlijn CVRM is achterhaald

Nadere informatie

1 e trimester markers. Eva Pajkrt

1 e trimester markers. Eva Pajkrt 1 e trimester markers Eva Pajkrt Combinatietest Bij 1:300 Sens 90%, spec 95% PPV 11%, NPV ~100% +LR 17,4; -LR 0,10 Nicolaides et al. Ultrasound Obstet Gynecol 2005 1 e trimester markers Neus botje Ductus

Nadere informatie

RV dimensies en functie

RV dimensies en functie RV dimensies en functie J. McGhie, A. van den Bosch Interactieve echocursus voor gevorderden : aangeboren hartafwijkingen 29 januari 2015 Thoraxcentrum en Sophia kinderziekenhuis Overzicht RA drukken en

Nadere informatie

Is er een rol voor lachgas tijdens procedurele sedatie bij kinderen? Xandra Schyns-van den Berg LOL?

Is er een rol voor lachgas tijdens procedurele sedatie bij kinderen? Xandra Schyns-van den Berg LOL? Is er een rol voor lachgas tijdens procedurele sedatie bij kinderen? Xandra Schyns-van den Berg LOL? 1 N₂O:Fysisch chemische eigenschappen Second gas effect MAC in O2: 104% Bloed-gas VK: 0,47 Hersen-bloed

Nadere informatie

Kun je met statistiek werkelijk alles bewijzen?

Kun je met statistiek werkelijk alles bewijzen? Kun je met statistiek werkelijk alles bewijzen? Geert Verbeke Biostatistisch Centrum, K.U.Leuven International Institute for Biostatistics and statistical Bioinformatics geert.verbeke@med.kuleuven.be http://perswww.kuleuven.be/geert

Nadere informatie

Waar zorg Bewaakt. Sietske Eerens, circulation practitioner i.o. sietske Eerens CP i.o. PiCCO uw maatje? Medisch Centrum Haaglanden 1

Waar zorg Bewaakt. Sietske Eerens, circulation practitioner i.o. sietske Eerens CP i.o. PiCCO uw maatje? Medisch Centrum Haaglanden 1 Sietske Eerens, circulation practitioner i.o. 1 PiCCO Uw Maatje?? Ter afronding van de training Circulation Practitioner. i.s.m. Dr. P. Dennesen Inleiding Uitgangspunt. Doelstelling. Probleemstelling.

Nadere informatie

TRANSCATHETER GEBONDEN AORTAKLEPVERVANGING (TAVI)

TRANSCATHETER GEBONDEN AORTAKLEPVERVANGING (TAVI) TRANSCATHETER GEBONDEN AORTAKLEPVERVANGING (TAVI) als optie voor patiënten met hartfalen Herbert Kroon, research fellow Dr. Nicolas van Mieghem, interventiecardioloog Continuing Nursing Education 22 januari

Nadere informatie

Minimaal invasieve mitralisklep chirurgie

Minimaal invasieve mitralisklep chirurgie Minimaal invasieve mitralisklep chirurgie Kinsing Ko ANIOS cardiothoracale chirurgie NVHVV CNE 9 april 2019 Agenda Anatomie Pathofysiologie mitralisklep insufficiëntie/stenose Voorbereidingen voor de operatie

Nadere informatie

CVRM addendum (kwetsbare) ouderen

CVRM addendum (kwetsbare) ouderen CVRM addendum (kwetsbare) ouderen Prof. Dr. Majon Muller Internist-OUDGNK Hoofd sectie OUDGNK Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties

Nadere informatie

CHIMERISM IN HEALTH, TRANSPLANTATION AND AUTOIMMUNITY

CHIMERISM IN HEALTH, TRANSPLANTATION AND AUTOIMMUNITY CHIMERISM IN HEALTH, TRANSPLANTATION AND AUTOIMMUNITY CHIMERISM IN HEALTH, TRANSPLANTATION AND AUTOIMMUNITY Thesis, University of Leiden, The Netherlands The studies described in this thesis were performed

Nadere informatie

Running head: EFFECT VAN IB-CGT OP SEKSUELE DISFUNCTIES BIJ VROUWEN

Running head: EFFECT VAN IB-CGT OP SEKSUELE DISFUNCTIES BIJ VROUWEN Running head: EFFECT VAN IB-CGT OP SEKSUELE DISFUNCTIES BIJ VROUWEN Het Effect van Online Cognitieve Gedragstherapie op Seksuele Disfuncties bij Vrouwen The Effectiveness of Internet-based Cognitive-Behavioural

Nadere informatie

5-jaars Follow-up van de FAME studie

5-jaars Follow-up van de FAME studie 5-jaars Follow-up van de FAME studie WCN Congres 2015, Amsterdam 20-11-2015 Drs. L.X. van Nunen namens de FAME studiegroep Potential conflicts of interest Ik, Lokien X. van Nunen, heb GEEN conflicts of

Nadere informatie

Casus. PrevalenOe OSAS 17-04-16. Als OSAS je na aan t hart staat Cardiovasculaire aspecten van OSAS. Disclosures

Casus. PrevalenOe OSAS 17-04-16. Als OSAS je na aan t hart staat Cardiovasculaire aspecten van OSAS. Disclosures 170416 Disclosures Als OSAS je na aan t hart staat Cardiovasculaire aspecten van OSAS Geen (potentiële) belangenverstrengeling Bedrijfsnamen Voor bijeenkomsten mogelijk relevante relaties met bedrijven

Nadere informatie

Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme

Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme Effects of Contact-oriented Play and Learning in the Relationship between parent and child with autism Kristel Stes Studentnummer:

Nadere informatie

Voorbereiding Eindwerk

Voorbereiding Eindwerk Voorbereiding Eindwerk Dirk Devroey 29 september 2006 Lesdoelstellingen Hulp bij het maken van het eindwerk Hoe doe ik een literatuur onderzoek - Systemic review - Meta-analyse Hoe verzamel ik mijn gegevens

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting

Samenvatting. Samenvatting 208 Samenvatting Samenvatting 209 Hartfalen is een combinatie van klachten en verschijnselen die direct of indirect het gevolg zijn van een tekortschietende pompfunctie van het hart. Als gevolg van deze

Nadere informatie

Dexamethasone Indicaties en potentiële neveneffecten. Vrijdagochtendkrans 10/04/2015

Dexamethasone Indicaties en potentiële neveneffecten. Vrijdagochtendkrans 10/04/2015 Dexamethasone Indicaties en potentiële neveneffecten Vrijdagochtendkrans 10/04/2015 Inhoud Indicaties: 1) Postoperative nausea & vomiting (PONV) preventie 2) Verlengen perifeer zenuwblock 3) Multimodale

Nadere informatie

Arteriële bloeddruk meting. J.G. van der Hoeven

Arteriële bloeddruk meting. J.G. van der Hoeven Arteriële bloeddruk meting J.G. van der Hoeven Voordelen zijn duidelijk Nauwkeurig Onmiddellijke vaststelling van bloeddrukveranderingen Bloedafname Wat gaan we bespreken Algemene fysiologische principes

Nadere informatie

LV diastolische disfunctie. Een samenvatting van de Update Recommendations van ASE en EACVI voor Echocardiografie.

LV diastolische disfunctie. Een samenvatting van de Update Recommendations van ASE en EACVI voor Echocardiografie. LV diastolische disfunctie. Een samenvatting van de Update Recommendations van ASE en EACVI voor Echocardiografie. Gepubliceerd in: J Am Soc Echocardiogr 2016;29:277-314, kort samengevat door WF. Wonnink-de

Nadere informatie

Remimazolam. S.J.A. van Bilsen

Remimazolam. S.J.A. van Bilsen Remimazolam S.J.A. van Bilsen Remimazolam Ontwikkeld door PAION Ultra kort werkende benzodiazepine. Vraag naar veiligheid, diepe sedatie en korte duur (=Soft) Antonik et al. A placebo- and midazolam controlled

Nadere informatie

Samenvatting en conclusies

Samenvatting en conclusies Samenvatting en conclusies 080237 Henneman boek.indb 171 03-11-2008 10:57:48 172 Samenvatting en conclusies In de algemene introductie van dit proefschrift worden de verschillende niet-invasieve technieken

Nadere informatie

Hartfalen: pompen of verzuipen

Hartfalen: pompen of verzuipen https://www.artstation.com/artwork/aaj5m Hartfalen: pompen of verzuipen Louis Handoko, cardioloog / fellow hartfalen (HFpEF) Nationale Hartfalendag (Zeist), 28 september 2018 ml.handoko@vumc.nl Disclosures

Nadere informatie

Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen. bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar

Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen. bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar Gender Differences in Crying Frequency and Psychosocial Problems in Schoolgoing Children aged 6

Nadere informatie

Rapid Recovery. Anesthesiologische mogelijkheden. Xander Eijsbouts Xeijsbouts@fzr.nl Anesthesioloog Franciscus Ziekenhuis Roosendaal

Rapid Recovery. Anesthesiologische mogelijkheden. Xander Eijsbouts Xeijsbouts@fzr.nl Anesthesioloog Franciscus Ziekenhuis Roosendaal Rapid Recovery Anesthesiologische mogelijkheden Original in the Royal College of Surgeons of England, London. 18th Century Surgery October 17, 1846: First public demonstration of the use of ether in anesthesia

Nadere informatie

Plasma volume expansie in ernstige hypertensieve aandoeningen van de zwangerschap

Plasma volume expansie in ernstige hypertensieve aandoeningen van de zwangerschap Samenvatting Plasma volume expansie in ernstige hypertensieve aandoeningen van de zwangerschap Samenvatting Dit proefschrift beschrijft het effect van plasma volume expansie in de behandeling van ernstige

Nadere informatie

casus presentatie Rob Roudijk, Keuzecoschap intensive care 12-1-2015

casus presentatie Rob Roudijk, Keuzecoschap intensive care 12-1-2015 Ventrikel septum ruptuur casus presentatie Rob Roudijk, Keuzecoschap intensive care 12-1-2015 Casus 70 jarige man RVO: post operatief na VSR correctie en triscuspidalisplastiek Dyspneu verdenking pneumonie,

Nadere informatie

Adherence aan HWO en meer bewegen

Adherence aan HWO en meer bewegen Adherence aan HWO en meer bewegen Een experimenteel onderzoek naar de effecten van het motivationele stadium van patiënten en de adherence aan huiswerkoefeningen (HWO) bij fysiotherapie en het meer bewegen.

Nadere informatie

Het syndroom van Klinefelter: Screening en opvolging van metabole afwijkingen. David Unuane Endocrinologie Klinefelter Kliniek

Het syndroom van Klinefelter: Screening en opvolging van metabole afwijkingen. David Unuane Endocrinologie Klinefelter Kliniek Het syndroom van Klinefelter: Screening en opvolging van metabole afwijkingen David Unuane Endocrinologie Klinefelter Kliniek Achtergrond Het Klinefelter syndroom(ks): Genetisch kenmerk extra X-chromosoom:

Nadere informatie

Samenvatting. Chapter 10

Samenvatting. Chapter 10 Chapter 10 SAMENVATTING Het functioneren van patiënten met een ischemische cardiomyopathie (pompfunctiestoornis van het hart door chronisch zuurstofgebrek) kan verbeteren door revascularisatie van disfunctionele,

Nadere informatie

TAVI (Un) limited. transcatheter aorta valve implantation. NVVC 1 April 2016. Anjo van Staaveren Verpleegkundig specialist TAVI team

TAVI (Un) limited. transcatheter aorta valve implantation. NVVC 1 April 2016. Anjo van Staaveren Verpleegkundig specialist TAVI team TAVI (Un) limited transcatheter aorta valve implantation NVVC 1 April 2016 Anjo van Staaveren Verpleegkundig specialist TAVI team Disclosure (potentiële) belangenverstrengeling geen Zijn er grenzen aan

Nadere informatie

Intra-Aortic Balloon Pumping. Sherry Mulder

Intra-Aortic Balloon Pumping. Sherry Mulder Intra-Aortic Balloon Pumping Sherry Mulder De Theorie Counterpulsation therapy is a CLASS I indication for patients in cardiogenic shock, not quickly reversed with pharmacological therapy ACC/AHA guidelines

Nadere informatie

Spinal cord injury Laura Cox Aios anesthesiologie

Spinal cord injury Laura Cox Aios anesthesiologie Spinal cord injury 26-02-2016 Laura Cox Aios anesthesiologie 5000 jaar geleden door Egyptische physicians eerste beschrijving van mogelijke neurogene shock in een patient met spinal cord injury:...he has

Nadere informatie

Citation for published version (APA): Crane, L. M. A. (2011). Intraoperative fluorescence imaging in cancer Groningen: s.n.

Citation for published version (APA): Crane, L. M. A. (2011). Intraoperative fluorescence imaging in cancer Groningen: s.n. University of Groningen Intraoperative fluorescence imaging in cancer Crane, Lucia Marie Albertine IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/21650 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Shanks, Miriam Title: Evolving imaging techniques for the assessment of cardiac

Nadere informatie

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior Martin. W. van Duijn Student: 838797266 Eerste begeleider:

Nadere informatie

Anemie en transfusies bij cardiochirurgie

Anemie en transfusies bij cardiochirurgie Anemie en transfusies bij cardiochirurgie Sanquinavond, 4 Maart 2015 Leo van de Watering Sanquin Bloedvoorziening Nederland Divisie Research, CCTR Divisie Bloedbank, UTG Anemie en transfusies bij cardiochirurgie

Nadere informatie

Hoe hartfalen te herkennen. Mark Valk, huisarts onderzoeker

Hoe hartfalen te herkennen. Mark Valk, huisarts onderzoeker Hoe hartfalen te herkennen Mark Valk, huisarts onderzoeker vroegdiagnostiek hartfalen Leusden 24 april 2012 2 Disclosure Geen belangenverstengeling Komt het vaak voor? 0,8% tussen de 55 en 64 jaar 3% tussen

Nadere informatie

Zuurstoftransport: DO2 en VO2 in balans C. Peeters

Zuurstoftransport: DO2 en VO2 in balans C. Peeters Zuurstoftransport: DO2 en VO2 in balans C. Peeters Shock is een circulatoir falen dat leidt tot hypoxie op weefselniveau. Dit is een algemene definitie die van toepassing is op elke vorm van shock, ongeacht

Nadere informatie

Afkortingen en begrippen Hemodynamica = de leer van de eigenschappen en de omloop van het bloed.

Afkortingen en begrippen Hemodynamica = de leer van de eigenschappen en de omloop van het bloed. Afkortingen en begrippen Hemodynamica = de leer van de eigenschappen en de omloop van het bloed. CABG: PAC: PiCCO: Preload: Afterload: Systole: Diastole: CO: CVD: PAOP: GEDV: ITBV: EVLW: Coronary Artery

Nadere informatie

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten?

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Does Gentle Teaching have Effect on Skills of Caregivers and Companionship and Anxiety

Nadere informatie