De Effectiviteit van Direct Gerelateerde Feedback op de Cognitieve Flexibiliteit van. Peuters. Sophie Langenberg

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De Effectiviteit van Direct Gerelateerde Feedback op de Cognitieve Flexibiliteit van. Peuters. Sophie Langenberg"

Transcriptie

1 De Effectiviteit van Direct Gerelateerde Feedback op de Cognitieve Flexibiliteit van Peuters Sophie Langenberg Studentnummer: Naam begeleider: Bianca van Bers Universiteit van Amsterdam Aantal woorden: 4985 Datum:

2 Inhoudsopgave Abstract 3 Inleiding... 4 Methode... 8 Participanten Design Materialen Procedure Resultaten Controletoetsen Meetmoment Meetmoment Meetmoment Exploratieve toetsen...18 Conclusies en discussie Literatuurlijst. 22

3 Abstract Huidig onderzoek is eraan gewijd na te gaan wat de directe, korte en lange termijn invloed is van direct gerelateerde feedback, welke werd geoperationaliseerd als computerfeedback, op de cognitieve flexibiliteit van peuters. Uit de resultaten bleek dat kinderen die feedback ontvingen hetzelfde presteerden op de DCCS-taak als kinderen die geen feedback ontvingen, daarbij komt dat computerfeedback geen doorslaggevende factor bleek. Dit onderzoek toont derhalve aan dat direct gerelateerde feedback niet doorslaggevend is voor de cognitieve flexibiliteit van peuters. Er werd wel een effect gevonden van sekse en verbale feedback op prestatie. Voor vervolgonderzoek is het interessant deze effecten te onderzoeken en tevens een nulmeting toe te voegen. 3

4 Inleiding In de ontwikkeling van jonge kinderen gebeurt er veel. Ze groeien, leren kruipen, leren lopen en op een gegeven moment is het zelfs tijd voor de eerste woordjes. Al deze zichtbare ontwikkelingen hangen samen met een onzichtbare ontwikkeling van de cognitie van kinderen. Onder cognitie wordt het proces verstaan van het verwerven en veranderen van kennis (Bjorklund, 2012). Een belangrijk onderdeel van de cognitieve ontwikkeling van kinderen is de ontwikkeling van de executieve functies, welke plaatsvindt in de vroege jeugd (Zelazo, Carlson, & Kesek, 2008). Onder de executieve functies worden verschillende processen verstaan die zich richten op bijvoorbeeld reguleren van aandacht, cognitieve flexibiliteit, planning en het werkgeheugen (Bjorklund, 2012). Wanneer er gebruik wordt gemaakt van deze processen wordt dat executief functioneren (EF) genoemd. Goed EF kan ervoor zorgen dat gedrag doelgericht en flexibel verloopt, dat maakt dat deze processen ook wel gezien worden als executieve controle (Zelazo et al., 2008). De ontwikkeling van de executieve controle in de vroege jeugd kan successen later in het leven voorspellen (Blair & Razza, 2007). Wanneer de ontwikkeling van de executieve controle geen vertraging laat zien kan dit bijvoorbeeld gezondheid en academisch succes met zich meebrengen (Blair & Razza, 2007). Daarbij komt dat het EF in de vroege jeugd nog plastisch is (Espinet, Anderson, & Zelazo, 2013). De plasticiteit en de voorspellende waarde van EF maken het interessant om EF te trainen. Het onderzoek van Karbach en Kray (2009) laat zien dat de executieve functies bevorderd kunnen worden wanneer training en feedback worden ingezet. Een van de onderdelen van de executieve controle is de cognitieve flexibiliteit (Diamond, 2013). Cognitieve flexibiliteit richt zich op de capaciteit om tussen verschillende taken of regels te wisselen (Bjorklund, 2012). Wanneer de cognitieve flexibiliteit vergroot kan dit ervoor zorgen dat een kind beter in staat is onderscheid te maken tussen verschillende geldende regels. Een veelgebruikte taak om de cognitieve flexibiliteit bij jonge kinderen te 4

5 meten is de Dimensional Change Card Sorting (DCCS) taak (Zelazo, 2006). In deze taak gaan kinderen kaarten sorteren op basis van (o.b.v.) twee verschillende dimensies, bijvoorbeeld kleur en vorm. Er worden twee target kaarten gebruikt. Het kind wordt gevraagd om twee verschillende testkaarten herhaaldelijk o.b.v. de kleur of vorm van de target kaart te sorteren. De testkaarten die de kinderen sorteren komen overeen met één van de target kaarten op één dimensie en met de andere target kaart op de andere dimensie. Nadat de kinderen een serie van testkaarten o.b.v. één dimensie hebben gesorteerd vindt er een switch plaats en wordt hen gevraagd om dezelfde testkaarten op de andere dimensie te sorteren. Wanneer er wordt gekeken naar de prestaties van 3 tot 5 jarigen op de DCCS-taak komt naar voren dat bijna al deze kinderen in de pre-switch fase goed sorteren, onafhankelijk van welke dimensie als eerste aangeboden wordt. Wanneer er wordt gekeken naar de prestaties in de post-switch fase blijkt dat de meeste 3-jarigen de regel vasthouden van de pre-switch fase, terwijl de meeste 4 en 5-jarigen kunnen wisselen naar de nieuwe dimensie (Kirkham, Cruess, & Diamond, 2003). Een van de verklaringen voor het niet kunnen switchen kan liggen in de Revised Cognitive Complexity and Control theory (CCC-r; Zelazo, Müller, Frye, Marcovitch, Argitis, Boseovski,... & Carlson, 2003; aangehaald in Van Bers, Visser, Raijmakers, 2014). De CCCr theorie stelt dat het voor jonge kinderen lastig is om te reflecteren op de eigen representaties, hiermee wordt bedoeld dat het voor kinderen moeilijk is om te kijken welke regels ze in hun hoofd hebben, de hiërarchie van de regels te onderscheiden en van daaruit te kiezen welke regel ze op dat moment moeten gebruiken (bijvoorbeeld kleur of vorm regel). Volgens de CCC-r theorie is zelfreflectie een essentiële vaardigheid voor succes op de taak (Kloo & Perner, 2003). Op basis van hiervan keken Espinet et al. (2013) in drie experimenten naar de rol die reflectie speelt bij het trainen van peuters in een gecomputeriseerde DCCS-taak. Volgens Espinet et al. (2013) is reflectie op de structuur van de regels essentieel voor een 5

6 goede prestatie. Relevant voor dit onderzoek is het derde experiment, waarin de reflectietraining wordt vergeleken met alleen verbale en correctie feedback of oefening op de taak zonder feedback. De verbale en correctie feedback in dit onderzoek hield in dat wanneer de testkaart verkeerd gesorteerd werd de onderzoeker vertelde waar de testkaart wel gesorteerd had moeten worden en het kind corrigeerde. Deze feedback had wel een direct effect, echter was er geen transfereffect te zien. Het uitblijven van een transfereffect kan als volgt beschreven worden: de succesvolle prestatie na feedback en training op de DCCS-taak was geen voorspeller voor later succes op een volgende DCCS-taak zonder feedback. Op basis hiervan concluderen Espinet et al. (2013) dat feedback alleen niet voor een lange termijn verbetering zorgt voor de cognitieve flexibiliteit. Ook Bohlmann en Fenson (2005) deden onderzoek naar het effect van feedback op de prestatie van peuters, bij een handmatige versie van de standaard DCCS-taak. In dit onderzoek werd gebruik gemaakt van verbale en correctie feedback. Uit de resultaten kwam naar voren dat feedback ervoor zorgt dat de kinderen de juiste regel gingen gebruiken. Er was een direct effect van feedback op prestatie te vinden, echter bleef een transfereffect naar een volgende DCCS-taak uit. Uit bovenstaande onderzoeken is af te leiden dat alleen het gebruik van verbale en correctie feedback geen transfereffect met zich meebrengt. In het verlengde hiervan onderzochten Van Bers et al. (2014) het effect van feedback op de prestatie van peuters bij een computerversie van de DCCS-taak. Hierbij stonden de directe effecten en korte en lange termijn transfereffecten centraal. De feedback bestond uit drie factoren, namelijk direct gerelateerde, verbale en correctie feedback. Direct gerelateerde feedback hield feedback in welke verbonden en direct gerelateerd was aan de testkaarten zonder dat er sprake was van tussenkomst van de onderzoeker, namelijk computerfeedback. Uit onderzoek van Diamond, Lee en Hayden (2003) blijkt dat verbondenheid aan de stimulus een essentieel onderdeel is van feedback op deze manier leert het kind de causaliteit kennen 6

7 tussen de stimulus, de feedback en de juiste oplossing. De uitkomst van het onderzoek van Van Bers et al. (2014) vormt bewijs voor directe effecten en korte en termijn transfereffecten van feedback op het uitvoeren van de DCCS-taak. In de onderzoeken van Espinet et al. (2013) en Bohlmann en Fenson (2005) werd gebruik gemaakt van verbale en correctie feedback, welke alleen een direct effect bleek te hebben op de prestatie van peuters. In deze onderzoeken bestaat de feedback uit het verbaal corrigeren van het kind. Wanneer het kind een fout maakt met sorteren, wordt daar verbale feedback op ontvangen. De aandacht van het kind wordt afgeleid van de stimulus, namelijk de testkaart, en wordt gericht op een andere stimulus, namelijk de onderzoeker die tegen het kind praat en het kind corrigeert, hierdoor neemt de verbondenheid af. In het onderzoek van Van Bers et al. (2014) werd, in het verlengde van de theorie van Diamond et al. (2003), naast verbale en correctie feedback ook gebruik gemaakt van computerfeedback. Dit maakte het mogelijk de feedback direct te relateren aan de testkaarten zonder tussenkomst van de onderzoeker, waardoor de verbondenheid stand hield. Dit resulteerde in zowel directe effecten als korte en lange termijn transfereffecten. De verstoring in de verbondenheid zou een mogelijke reden kunnen zijn voor het verschil in de resultaten. Huidig onderzoek is daarom gericht op welke manier van feedback, elke mogelijke combinatie van soorten feedback meegenomen, het meest effectief is. Er worden verschillende manieren van feedback onderscheiden namelijk, direct gerelateerde feedback, verbale feedback, correctie feedback en geen feedback. Gebaseerd op de vergelijking van voorgaande onderzoeken lijkt de feedback welke direct gerelateerd is het meest belangrijk. Direct gerelateerde feedback wordt gezien als een directe terugkoppeling van prestatie op de taak zonder tussenkomst van de onderzoeker, namelijk computerfeedback. In dit onderzoek staat de invloed van direct gerelateerde feedback op de cognitieve flexibiliteit van peuters centraal. 7

8 De hypothese van dit onderzoek is dat het geven van feedback een direct effect heeft op de prestatie bij een DCCS-taak en daarbij dat computerfeedback de doorslaggevende factor is betreffende de effectiviteit op de korte en lange termijn. Deze hypothese gaat gepaard met drie verwachtingen. Allereerst wordt verwacht dat op het eerste meetmoment kinderen uit alle condities met feedback beter presteren dan de kinderen die geen feedback ontvangen (de controle conditie). Ten tweede wordt verwacht dat zowel op het tweede als op het derde meetmoment de kinderen die feedback krijgen waarin computerfeedback extra is toegevoegd beter presteren dan kinderen waarbij de computerfeedback is weggelaten. Tot slot wordt verwacht dat zowel op het tweede als op het derde meetmoment de kinderen die feedback ontvangen zonder computerfeedback niet beter presteren dan de kinderen die geen feedback ontvangen. Oftewel, de prestatie van de kinderen die een andere vorm dan computerfeedback ontvangen is gelijk aan de prestatie van kinderen die geen feedback ontvangen. Methode Participanten Aan dit onderzoek hebben 208 driejarigen deelgenomen (M = 41.5 maanden, SD = 3.6, 106 meisjes). Er zijn nog 63 andere kinderen onderzocht, echter kon deze data niet meegenomen worden omdat de test niet voltooid was (n=32), of zij niet tenminste twee van de drie pre-switch fasen voltooid hadden (n=31). De kinderen moesten tenminste vijf van de zes testkaarten correct sorteren om te slagen voor de pre-switch fase. Data van de kinderen in de controle conditie en de causale + verbale + correctie conditie was verzameld in een eerder onderzoek (Van Bers et al., 2014a, Experiment 1). De kinderen zijn geworven op kinderdagverblijven en peuterspeelzalen in Nederland. De informed consent, toestemming, werd verkregen van de ouders van alle kinderen die deelnamen aan het onderzoek. 8

9 Design Een full factorial design is gebruikt om het effect van feedback te onderzoeken. Er was een conditie zonder feedback (de controle conditie), drie condities met één feedback factor, drie condities met een combinatie van twee feedback factoren en een conditie met alle drie de feedback factoren, namelijk direct gerelateerde, verbale en correctie feedback. Hoe de condities inhoudelijk van elkaar verschilden wordt bij de procedure verder uiteen gezet. De kinderen zijn random verdeeld over de acht condities: de controle conditie (n = 33, M = 41.0, SD = 3.7, 19 meisjes), de totale feedback conditie (n = 28, M = 42.5, SD = 3.3, 14 meisjes), de computer en verbale conditie (n = 25, M = 40.8, SD = 3.9, 12 meisjes), de computer en correctie conditie (n = 25, M = 40.7, SD = 3.7, 13 meisjes), de verbale en correctie conditie (n = 24, M = 42.5, SD = 3.4, 14 meisjes), de computer conditie (n = 25, M = 41.8, SD = 3.2, 9 meisjes), de verbale conditie (n = 25, M = 40.9, SD = 3.6, 12 meisjes), of de correctie conditie (n = 23, M = 41.5, SD = 4.2, 13 meisjes). In alle acht condities hebben de kinderen drie DCCS-taken uitgevoerd. Elke taak bestond uit zes pre-switch trials en zes post-switch trials. De eerste twee taken werden op dezelfde dag afgenomen met een pauze van vijf minuten ertussen. De derde taak werd een week na afname van de eerste twee taken afgenomen. De volgorde van de twee verschillende sorteerdimensies was counterbalanced in elke conditie maar was hetzelfde voor elk kind in alle drie de taken. Dit betekent dat elke conditie werd opgedeeld in twee sub-condities, namelijk een die start met de vormdimensie in de pre-switch fase waarna de kleurdimensie volgt in de post-switch fase en een sub-conditie welke start met de kleurdimensie in de pre-switch fase waarna de vormdimensie volgt in de post-switch fase. Naast het counterbalancen van de condities werd er ook nog een controle uitgevoerd zodat niet meer dan twee keer achter elkaar dezelfde testkaart tevoorschijn kwam. 9

10 Materialen Het experiment werd uitgevoerd met een laptop en een los touch-screen beeldscherm. De stimuli werden gepresenteerd tegen een donkergrijze achtergrond. Twee lichtgrijze sorteerstapels waren te zien in de hoeken onderaan het scherm, tussen deze twee sorteerstapels was een stapel met gesloten testkaarten te zien. Boven de sorteerstapels waren de target kaarten weergegeven. Een testkaart kwam tevoorschijn van de onderkant van het scherm wanneer de onderzoeker de stapel met gesloten testkaarten aanraakte. De kinderen sorteerden de testkaarten door de juiste target kaart of sorteerstapel aan te raken. De testkaart bewoog zich naar de gekozen sorteerstapel en draaide om. Zie Figuur 1. voor een voorbeeld van het computerscherm. Figuur 1. Voorbeeld van het computerscherm In elke taak werd een verschillende set van target- en testkaarten gebruikt. De set kaarten gebruikt in de eerste DCCS-taak bestond uit target kaarten waarop een rode kikker of een blauwe slak was afgebeeld en de testkaarten waarop een blauwe kikker of een rode slak te zien was. De set kaarten gebruikt in de tweede DCCS-taak bestond uit target kaarten waarop een gele kip of een groen konijn was afgebeeld en de testkaarten waarop een groene kip of een geel konijn te zien was. De set kaarten gebruikt in de derde DCCS-taak bestond uit target kaarten waarop een paars varken of een oranje vis was afgebeeld en de testkaarten waarop een oranje varken of een paarse vis te zien was. In Figuur 2. zijn de testkaarten en target kaarten te zien welke gedurende het onderzoek bij de verschillende taken zijn gebruikt. 10

11 Figuur 2. Testkaarten en target kaarten gebruikt bij de verschillende taken Procedure De kinderen werden individueel onderzocht in een rustige kamer in de kinderdagverblijven en peuterspeelzalen. Zodra het kind zich op zijn gemak voelde bij de onderzoeker werd de touch-screen uitgelegd. Daarna verifieerde de onderzoeker de kennis van het kind betreffende de kleuren en vormen welke relevant waren in de pre-switch fase van de eerste DCCS-taak. De onderzoeker legde de sorteerregels uit van de pre-switch fase en liet aan de hand van twee voorbeelden de juiste manier van sorteren van de twee verschillende testkaarten zien. Daarna was het de beurt aan het kind zelf om zes testkaarten te sorteren. De twee verschillende testkaarten werden in een pseudo-random volgorde aangeboden, dat houdt in dat geen kaart meer dan twee keer achter elkaar aangeboden werd. Bij elke trial herhaalde de onderzoeker de relevante sorteerregel. Direct na het herhalen van de regel werd de testkaart gepresenteerd. De onderzoeker gaf de testkaart een label door slechts de relevante dimensie te benoemen (bijvoorbeeld, dit is een rode. ). De kinderen kregen geen feedback op het sorteren. Aan het begin van de post-switch fase verifieerde de onderzoeker de kennis van het kind betreffende de kleuren en vormen welke relevant waren in de post-switch fase van de 11

12 eerste DCCS-taak. De onderzoeker legde de sorteerregels uit van de post-switch fase, echter werd de juiste manier van sorteren niet gedemonstreerd. Vervolgens werd het kind gevraagd om zelf zes testkaarten te sorteren. Net zoals in de pre-switch fase werden de testkaarten in een pseudo-random volgorde aangeboden, werden de relevante sorteerregels herhaald bij elke trial en gaf de onderzoeker de kaart een label door slechts de relevante dimensie te benoemen. Kinderen in de zeven feedback condities ontvingen feedback op het sorteren van de post-switch trials in de eerste DCCS-taak. Een van de vormen van feedback was de direct gerelateerde feedback van de computer, de computerfeedback. Wanneer de testkaart juist werd gesorteerd, bewoog de testkaart naar de gekozen sorteerstapel en draaide de kaart om. Wanneer de testkaart onjuist werd gesorteerd, bewoog de testkaart ook naar de gekozen sorteerstapel maar draaide de kaart niet om. Hiermee werd het idee gewekt dat de computer stopte met werken. Een andere vorm van feedback was verbale feedback. Verbale feedback van de onderzoeker bestond uit enthousiaste positieve feedback wanneer de testkaart juist werd gesorteerd ( Ja, goed gedaan. Dat is waar de rode gaan in het kleurenspel. ) en negatieve feedback wanneer de testkaart onjuist werd gesorteerd ( Nee, dat is niet goed. In het kleurenspel gaan de rode hier. ). Er waren ook condities waarbij correctie van juist sorteren als feedback werd gebruikt. In deze condities raakte de onderzoeker de juiste sorteerstapel aan (nadat eventuele direct gerelateerde of verbale feedback was gegeven) waarna de kaart naar de gekozen sorteerstapel bewoog en omdraaide. De kinderen welke in de controleconditie zaten kregen geen feedback op het sorteren. Alle kaarten die zij sorteerden, zowel juist als onjuist, bewogen naar de gekozen sorteerstapel en draaiden om (dit is vergelijkbaar met alle kaarten in de pre-switch fase). Tussen de afname van de eerste en de tweede DCCS-taak zat een pauze van ongeveer vijf minuten, waarin de onderzoeker en het kind een boek lazen. De afname van de derde DCCS-taak vond plaats een week na de afname van de eerste twee taken. De procedure van 12

13 afname van de tweede en derde DCCS-taak waren precies hetzelfde als de procedure van afname voor de eerste DCCS-taak in de controle conditie: in alle acht condities kregen de kinderen geen feedback op het sorteren in deze twee taken. Resultaten Controletoetsen In huidig onderzoek is de data bimodaal verdeeld, dit heeft ervoor gezorgd dat er gebruik gemaakt is van non-parametrische testen (Chi-kwadraat test) om de data te analyseren. Om deze reden zijn kinderen ingedeeld in twee groepen op basis van het aantal correcte trials. Wanneer het kind vijf of zes trials correct beantwoordde had het de postswitch fase gehaald, wanneer het kind minder dan vijf trials correct beantwoordde was het gezakt. De afhankelijke variabele is de prestatie in de post-switch fase namelijk, het percentage kinderen dat de fase gehaald had. De onafhankelijke variabele is de vorm van ontvangen feedback, de verschillende vormen van feedback en de condities daarbij zijn terug te vinden in Tabel 1. Er is geen significant effect gevonden voor de volgorde van de twee sorteerdimensies. Dit betekent dat er geen verschil was in het percentage kinderen dat slaagde wanneer met kleurdimensie werd begonnen of wanneer met vormdimensie werd begonnen. Er is wel een significant effect gevonden voor sekse op het eerste meetmoment, χ 2 (df = 1, N = 208) = 7.76, p =.005, en het derde meetmoment χ 2 (df = 1, N = 208) = 9.24, p =.002. Meisjes presteerden beter dan jongens, hier zal verder in het verslag op in worden gegaan. Ondanks de gevonden effecten is besloten de groep als geheel te analyseren om zo de grootte van de groep te behouden. Het percentage van kinderen die de post-switch fase hebben gehaald in de verschillende condities op het eerste, tweede en derde meetmoment is te zien in respectievelijk Figuur 3, Figuur 4 en Figuur 5. 13

14 Tabel 1. De condities met de verschillende vormen van feedback Conditie Vorm ontvangen feedback 1 Controle Geen feedback 2 Totale Computer feedback Verbale feedback Correctie feedback 3 Computer + verbale Computer feedback Verbale feedback 4 Computer + correctie Computer feedback Correctie feedback 5 Verbale + correctie Verbale feedback Correctie feedback 6 Computer Computerfeedback 7 Verbale Verbale feedback 8 Correctie Correctie feedback 14

15 Percentage van kinderen die de post-switch fase hebben gehaald Meetmoment 1 36,4 89, , Condities Figuur 3. Percentage van kinderen in de verschillende condities welke de post-switch fase hebben gehaald op het eerste meetmoment Meetmoment 2 Percentage van kinderen die de post-switch hebben gehaald ,2 60, , , Condities Figuur 4. Percentage van kinderen in de verschillende condities welke de post-switch fase hebben gehaald op het tweede meetmoment Meetmoment 3 Percentage van kinderen die de post-switch fase hebben gehaald ,3 78, , Condities Figuur 5. Percentage van kinderen in de verschillende condities welke de post-switch fase hebben gehaald op het derde meetmoment 15

16 Meetmoment 1 (direct effect) Uit de analyse van de eerste toets valt af te lezen dat er een verschil is tussen de condities in het percentage dat slaagt voor de post-switch fase op het eerste meetmoment χ 2 (df = 1, N = 208) = 30.41, p <.001. Voor dit meetmoment werd verwacht, de eerste verwachting, dat de kinderen uit alle feedback condities beter presteerden dan die uit de controle conditie. Om deze verwachting te toetsen werd er zeven keer gebruik gemaakt van de Chi-kwadraat toets. Allereerst werd er een verschil gevonden tussen de controle conditie en totale conditie χ 2 (df = 1, N = 61) = 17.78, p <.001. Ten tweede werd er een verschil gevonden tussen de controle conditie en de computer + correctie conditie χ 2 (df = 1, N = 58) = 5.70, p =.017. Ten derde werd er een verschil gevonden tussen de controle conditie en de verbale + correctie conditie χ 2 (df = 1, N = 57) = 8.32, p =.004. Ten vierde werd er een verschil gevonden tussen de controle conditie en de verbale conditie χ 2 (df = 1, N = 58) = 8.98, p =.003. Tot slot werd er een verschil gevonden tussen de controle conditie en de correctie conditie χ 2 (df = 1, N = 56) = 4.52, p =.034. In lijn met deze verwachting presteerden in alle bovengenoemde gevallen de kinderen die feedback ontvingen beter dan de kinderen die geen feedback kregen. Tegen de verwachting in werd er geen verschil gevonden tussen de controle conditie en de computer + verbale conditie en controle conditie en de computer conditie. Meetmoment 2 (korte termijn transfereffect) Uit de analyse van de tweede toets valt af te lezen dat er een verschil is tussen de condities in het percentage dat slaagt voor de post-switch fase op het tweede meetmoment χ 2 (df = 1, N = 208) = 15.40, p =.031. Ten eerste werd voor dit meetmoment verwacht, de tweede verwachting, dat de kinderen die feedback kregen waarin computerfeedback extra was toegevoegd beter zouden presteren dan kinderen waarbij de computerfeedback was weggelaten. Om deze verwachting te toetsen werd er vier keer gebruik gemaakt van de Chikwadraat toets. In tegenstelling tot de verwachtingen bleek dat er geen verschil te zien was 16

17 tussen de controle conditie en de computer conditie, de totale conditie en de verbale + correctie conditie, de verbale conditie en de computer + verbale conditie en de correctie conditie en de computer + correctie conditie. Ten tweede werd voor dit meetmoment verwacht, de derde verwachting, dat de prestatie van de kinderen die feedback ontvingen zonder computerfeedback gelijk was aan de prestatie van kinderen die geen feedback ontvingen. Volledigheidshalve, er werd geen verschil verwacht tussen de verschillende condities. Om deze verwachting te toetsen werd drie keer gebruik gemaakt van de Chi-kwadraat toets. In tegenstelling tot de verwachtingen werd er een verschil gevonden tussen de controle conditie en verbale conditie χ 2 (df = 1, N = 58) = 6.09, p =.014, de controle conditie en de verbale + correctie conditie χ 2 (df = 1, N = 57) = 12.25, p <.001 en de controle conditie en de correctie conditie χ 2 (df = 1, N = 56) = 6.03, p =.014. Meetmoment 3 (lange termijn transfereffect) Uit de analyse van de derde toets valt af te lezen dat er een verschil is tussen de condities in het percentage dat slaagt voor de post-switch fase op het derde meetmoment χ 2 (df = 1, N = 208) = 24.94, p =.001. Ten eerste werd voor dit meetmoment, net als bij het tweede meetmoment, verwacht dat de kinderen die feedback kregen waarin computerfeedback extra was toegevoegd beter zouden presteren dan kinderen waarbij de computerfeedback was weggelaten. Om deze verwachting, de tweede verwachting, te toetsen werd er vier keer gebruik gemaakt van de Chi-kwadraat toets. In tegenstelling tot de verwachtingen bleek, net als bij het tweede meetmoment, dat er geen verschil te zien was tussen de controle conditie en de computer conditie, de totale conditie en de verbale + correctie conditie, de verbale conditie en de computer + verbale conditie en de correctie conditie en de computer + correctie conditie. 17

18 Ten tweede werd voor dit meetmoment, net als bij het tweede meetmoment, verwacht dat de prestatie van de kinderen die feedback ontvingen zonder computerfeedback gelijk was aan de prestatie van kinderen die geen feedback ontvingen. Volledigheidshalve, er werd geen verschil verwacht tussen de verschillende condities. Om deze verwachting, de derde verwachting, te toetsen werd drie keer gebruik gemaakt van de Chi-kwadraat toets. In tegenstelling tot de verwachtingen werd een verschil gevonden tussen de controle conditie en verbale conditie χ 2 (df = 1, N = 58) = 6.53, p =.011, de controle conditie en de verbale + correctie conditie χ 2 (df = 1, N = 57) = 15.67, p <.001. Er was geen verschil tussen de controle conditie en de correctie conditie. Exploratieve toetsen Uit bovenstaande analyses valt te constateren dat er een effect is van verbale feedback. Derhalve is het interessant om na te gaan of verbale feedback de doorslaggevende factor zou kunnen zijn. Een Chi-kwadraat toets is twee keer uitgevoerd als exploratieve analyse. Er werd een verschil gevonden op prestatie tussen de correctie conditie en de verbaal + correctie conditie op het derde meetmoment χ 2 (df = 1, N = 47) = 5.25, p =.022. De kinderen die verbale + correctie feedback kregen presteerden beter dan de kinderen die alleen correctie feedback kregen. Op het tweede meetmoment werd echter geen verschil gevonden tussen de correctie conditie en de verbaal + correctie conditie. Noch is er een verschil gevonden tussen de verbale conditie en de verbale + correctie conditie op beide meetmomenten. Tot slot is het interessant om te kijken naar het effect van sekse op de prestatie op het eerste meetmoment χ 2 (df = 1, N = 208) = 7.76, p =.005, en het derde meetmoment χ 2 (df = 1, N = 208) = 9.24, p =.002. Een Chi-kwadraat toets is acht keer uitgevoerd als exploratieve analyse om te kijken bij welke conditie het verschil naar voren kwam. Op het eerste meetmoment werd verschil gevonden tussen de prestatie van jongens en meisjes in de computer + verbale conditie χ 2 (df = 1, N = 25) = 9.08, p =.003, de computer conditie χ 2 (df = 18

19 1, N = 25) = 5.74, p =.017 en de correctie conditie χ 2 (df = 1, N = 23) = 4.96, p =.026. Op het derde meetmoment werd verschil gevonden in de computer + verbale conditie χ 2 (df = 1, N = 25) = 4.89, p =.027 en de computer conditie χ 2 (df = 1, N = 25) = 11.50, p =.001. Bij alle bovenstaande verschillen presteerden meisjes beter dan jongens. Op andere meetmomenten en in andere condities werd geen verschil gevonden. Conclusies en discussie In dit onderzoek werd gekeken naar de invloed van direct gerelateerde feedback op de cognitieve flexibiliteit van peuters. De hypothese van dit onderzoek was dat het geven van feedback een direct effect zou hebben op de prestatie bij een DCCS-taak en dat daarbij computerfeedback de doorslaggevende factor zou zijn betreffende de effectiviteit op de korte en lange termijn. In lijn met de eerste verwachting kwam uit de resultaten, van het eerste meetmoment, naar voren dat er in vijf condities sprake was van een verschil met de controle conditie. Tegen de verwachting in bleek dat er bij twee condities, te weten de computer + verbale conditie en de computer conditie, geen verschil te vinden was met de controle conditie. Dit betekent dat het geven van feedback alleen niet afdoende is voor een direct betere prestatie. In tegenspraak met de tweede verwachting kwam uit de resultaten, van het tweede en derde meetmoment, dat er geen verschil was tussen de controle conditie en de computer conditie, de totale conditie en de verbale + correctie conditie, de verbale conditie en de computer + verbale conditie en de correctie conditie en de computer + correctie conditie. Dit houdt in dat het toevoegen van alleen computerfeedback niet tot betere prestaties leidt. In tegenstelling tot de derde verwachting werd er op het tweede meetmoment een verschil gevonden tussen de controle conditie en verbale conditie, de controle conditie en de verbale + correctie conditie en de controle conditie en de correctie conditie. Ook in 19

20 tegenstelling tot deze verwachting werd op het derde meetmoment een verschil gevonden tussen de controle conditie en verbale conditie en de controle conditie en de verbale + correctie conditie. In lijn met deze verwachting kwam uit de resultaten van het derde meetmoment naar voren dat er geen verschil was tussen de controle conditie en de correctie conditie. Hieruit valt te concluderen dat de prestatie van kinderen die een andere vorm van feedback ontvingen dan computerfeedback niet gelijk is aan de prestatie van kinderen die geen feedback ontvingen, behalve wanneer correctie feedback werd ontvangen. Concluderend lijkt computerfeedback niet de doorslaggevende factor, verbale feedback lijkt daarentegen een meer belangrijke rol te spelen. Uit de resultaten van de eerste exploratieve analyse blijkt dat er op beide meetmomenten geen verschil te zien is tussen de verbale conditie en de verbale + correctie conditie. Daarbij komt dat er wel een verschil te zien is tussen de correctie conditie en de verbale + correctie conditie op het derde meetmoment. Dit maakt het aannemelijk dat verbale feedback de werkende factor zou kunnen zijn. Een opvallend resultaat in huidig onderzoek was dat meisjes over het algemeen beter presteren in bepaalde condities. Uit de resultaten van de tweede exploratieve analyse blijkt dat op het eerste meetmoment meisjes beter presteren dan jongens in de computer conditie, de correctie conditie en de computer + verbale conditie. Op het derde meetmoment blijkt dat meisjes beter presteren dan jongens in de computer conditie en de computer + verbale conditie. Dit toont het verschil tussen sekse in de effectiviteit van feedback op de cognitieve flexibiliteit van peuters. Een suggestie voor vervolgonderzoek is het verder uitwerken van het effect van verbale feedback. Huidig onderzoek heeft hier slechts exploratieve analyses aan kunnen wijden. Interessant is het te kijken naar het verschil in effect van verbale feedback op de verschillende meetmomenten. Een andere suggestie voor vervolgonderzoek is om na te gaan wat verschillen zijn van cognitieve flexibiliteit tussen jongens en meisjes. Bij huidig 20

21 onderzoek is er namelijk voor gekozen om de groep als geheel te analyseren. Om de grootte van de groep te behouden is ervoor gekozen om in huidig onderzoek de sekse niet apart te analyseren. Een ander aandachtspunt betreffende dit onderzoek is dat er geen sprake is geweest van een nulmeting zonder feedback. Huidig onderzoek bestond uit drie meetmomenten, waar direct bij het eerste meetmoment feedback werd gegeven. Dit bracht met zich mee dat er geen sprake was van een nulmeting zonder feedback, waardoor er geen objectieve, feedbackvrije, meting van prestatie mogelijk was. Voor vervolgonderzoek is het daarom interessant om een nulmeting als eerder meetmoment in te voegen om zo per conditie te kijken naar de ontwikkeling van prestatie op de taak. In dit onderzoek konden 63 kinderen niet worden meegenomen in de analyse omdat een deel hiervan niet voldoende vragen van de pre-switch fase goed hadden beantwoord. Door gebruik te maken van een nulmeting kan deze groep ook worden geanalyseerd en kan er een vergelijking gemaakt worden tussen de prestatie op de meetmomenten voor en na het ontvangen van feedback. Om de resultaten van alle onderzochte kinderen mee te kunnen nemen en een objectieve, feedbackvrije, meting te kunnen doen is het derhalve noodzakelijk om bij vervolgonderzoek een nulmeting toe te voegen. Voorlopig kan de conclusie zijn dat feedback wel degelijk invloed heeft op de cognitieve flexibiliteit van peuters, echter maakt het wel uit welke vorm van feedback ontvangen wordt. Daarbij komt dat is gebleken dat de direct gerelateerde feedback niet de doorslaggevende factor is betreffende het effect van feedback op de korte en lange termijn. 21

22 Literatuurlijst Bjorklund, D. F. (2012). Children's Thinking, International Edition. Cengage Learning, Inc. Blair, C., & Razza, R. P. (2007). Relating effortful control, executive function, and false belief understanding to emerging math and literacy ability in kindergarten. Child development, 78, Bohlmann, N. L., & Fenson, L. (2005). The effects of feedback on perseverative errors in preschool aged children. Journal of Cognition and Development, 6, Diamond, A. (2013). Executive functions. Annual review of psychology, 64, 135. Diamond, A., Lee, E. Y., & Hayden, M. (2003). Early success in using the relation between stimuli and rewards to deduce an abstract rule: perceived physical connection is key. Developmental psychology, 39, 825. Espinet, S. D., Anderson, J. E., & Zelazo, P. D. (2013). Reflection training improves executive function in preschool-age children: Behavioral and neural effects. Developmental Cognitive Neuroscience, 4, Karbach, J., & Kray, J. (2009). How useful is executive control training? Age differences in near and far transfer of task switching training. Developmental science, 12, Kirkham, N. Z., Cruess, L., & Diamond, A. (2003). Helping children apply their knowledge to their behavior on a dimension switching task. Developmental Science, 6, Kloo, D., & Perner, J. (2003). Training transfer between card sorting and false belief understanding: Helping children apply conflicting descriptions. Child development, 74, van Bers, B. M., Visser, I., & Raijmakers, M. (2014). Preschoolers learn to switch with causally related feedback. Journal of experimental child psychology, 126,

23 Zelazo, P. D. (2006). The Dimensional Change Card Sort (DCCS): A method of assessing executive function in children. NATURE PROTOCOLS-ELECTRONIC EDITION-, 1, 297. Zelazo, P. D., Carlson, S. M., & Kesek, A. (2008). The development of executive function in childhood. 23

De Werking van Feedback op de Cognitieve Flexibiliteit van Driejarigen op de. Lange Termijn. Bachelorthese. Klinische Ontwikkelingspsychologie

De Werking van Feedback op de Cognitieve Flexibiliteit van Driejarigen op de. Lange Termijn. Bachelorthese. Klinische Ontwikkelingspsychologie De Werking van Feedback op de Cognitieve Flexibiliteit van Driejarigen op de Lange Termijn Bachelorthese Klinische Ontwikkelingspsychologie Lisa Nokkert Studentnummer: 10785132 Universiteit van Amsterdam

Nadere informatie

De Invloed van Feedback op de Cognitieve Flexibiliteit van. Peuters

De Invloed van Feedback op de Cognitieve Flexibiliteit van. Peuters De Invloed van Feedback op de Cognitieve Flexibiliteit van Peuters Elisa Revers Universiteit van Amsterdam Datum: 3 mei 2017 Begeleider: Bianca van Bers Aantal woorden: 4948 Woorden Abstract: 119 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Dynamics, Models, and Mechanisms of the Cognitive Flexibility of Preschoolers B.M.C.W. van Bers

Dynamics, Models, and Mechanisms of the Cognitive Flexibility of Preschoolers B.M.C.W. van Bers Dynamics, Models, and Mechanisms of the Cognitive Flexibility of Preschoolers B.M.C.W. van Bers Introductie Flexibiliteit is een belangrijke eigenschap in de huidige snel veranderende maatschappij. In

Nadere informatie

De Transfereffecten van Training op het Executief. Functioneren van Eén- en Tweetalige Peuters

De Transfereffecten van Training op het Executief. Functioneren van Eén- en Tweetalige Peuters De Transfereffecten van Training op het Executief Functioneren van Eén- en Tweetalige Peuters Stella Balci Studentnummer: 10970592 Begeleider: B. M. C. W. van Bers Aantal woorden: 5358 Datum: 30-04-18

Nadere informatie

Dynamics, models, and mechanisms of the cognitive flexibility of preschoolers

Dynamics, models, and mechanisms of the cognitive flexibility of preschoolers UvA-DARE (Digital Academic Repository) Dynamics, models, and mechanisms of the cognitive flexibility of preschoolers van Bers, B.M.C.W. Link to publication Citation for published version (APA): van Bers,

Nadere informatie

Bouwstenen van numerieke vaardigheden: Associaties tussen hoeveelheid en ruimte

Bouwstenen van numerieke vaardigheden: Associaties tussen hoeveelheid en ruimte Bouwstenen van numerieke vaardigheden: Associaties tussen hoeveelheid en ruimte Theoretische achtergrond De invloed van cultuur en embodiment op quantityspace mapping bij peuters Strategiegebruik bij quantity-space

Nadere informatie

De effecten van het trainen van executieve functies bij jonge kinderen. Beau Welberg

De effecten van het trainen van executieve functies bij jonge kinderen. Beau Welberg Beau Welberg Universiteit van Amsterdam Eindversie Bachelorthese Begeleider: Bianca van Bers Studentnummer: 6044018 Datum: 23-12-2013 Abstract In dit literatuuroverzicht is nagegaan wat de effecten zijn

Nadere informatie

Het executief en het sociaal cognitief functioneren bij licht verstandelijk. gehandicapte jeugdigen. Samenhang met emotionele- en gedragsproblemen

Het executief en het sociaal cognitief functioneren bij licht verstandelijk. gehandicapte jeugdigen. Samenhang met emotionele- en gedragsproblemen Het executief en het sociaal cognitief functioneren bij licht verstandelijk gehandicapte jeugdigen. Samenhang met emotionele- en gedragsproblemen Executive and social cognitive functioning of mentally

Nadere informatie

Theorie! Cognitive Bias Modification! Resultaten onderzoek!

Theorie! Cognitive Bias Modification! Resultaten onderzoek! Cognitive Bias Modification Resultaten onderzoek December 2013 Jules Reijnen Ron Jacobs Theorie Cognitive Bias Modification (CBM) is een recent onderzoeksgebied dat zich richt op de vertekening (bias)

Nadere informatie

Omdat uit eerdere studies is gebleken dat de prevalentie, ontwikkeling en manifestatie van gedragsproblemen samenhangt met persoonskenmerken zoals

Omdat uit eerdere studies is gebleken dat de prevalentie, ontwikkeling en manifestatie van gedragsproblemen samenhangt met persoonskenmerken zoals Gedragsproblemen komen veel voor onder kinderen en adolescenten. Als deze problemen ernstig zijn en zich herhaaldelijk voordoen, kunnen ze een negatieve invloed hebben op het dagelijks functioneren van

Nadere informatie

Het effect van het Rots en Water-programma op pesten, zelfvertrouwen en. zelfbeheersing op het Sondervick College

Het effect van het Rots en Water-programma op pesten, zelfvertrouwen en. zelfbeheersing op het Sondervick College Het effect van het Rots en Water-programma op pesten, zelfvertrouwen en zelfbeheersing op het Sondervick College 3 januari 2018 Uitvoering: H. van den Bogert a (leerkracht L.O. Sondervick College en Advanced

Nadere informatie

Executieve functies bij kleuters. Fabienne De Boeck Jeugdarts 22 maart 2019

Executieve functies bij kleuters. Fabienne De Boeck Jeugdarts 22 maart 2019 Executieve functies bij kleuters Fabienne De Boeck Jeugdarts 22 maart 2019 Wat zijn executieve functies? Hoe ontwikkelen executieve functies? Executieve functies : topje van de ijsberg? Wat bepaalt de

Nadere informatie

Cognitieve flexibiliteitstaken bij autismespectrumstoornissen:

Cognitieve flexibiliteitstaken bij autismespectrumstoornissen: Cognitieve flexibiliteitstaken bij autismespectrumstoornissen: Kritische bespreking en klinische implicaties Lien Van Eylen VCKJPP 22 september 2011 Overzicht Neuropsychologische taken o Betrouwbaarheid

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het

Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het Samenvatting Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het individu als op populatieniveau. Effectieve

Nadere informatie

Een speelvriendje op batterijen: hoe gaan kinderen om met robots?

Een speelvriendje op batterijen: hoe gaan kinderen om met robots? Behavioural Science Institute Afdeling Sociale en Cultuurpsychologie Een speelvriendje op batterijen: hoe gaan kinderen om met robots? Terugkoppeling onderzoeksresultaten mei-juni 2016 Sari Nijssen, promovenda

Nadere informatie

OPTIMALE SCAFFOLDING VOOR KINDEREN UIT HET SPECIAAL ONDERWIJS 1. Samenvatting

OPTIMALE SCAFFOLDING VOOR KINDEREN UIT HET SPECIAAL ONDERWIJS 1. Samenvatting OPTIMALE SCAFFOLDING VOOR KINDEREN UIT HET SPECIAAL ONDERWIJS 1 Samenvatting Door middel van optimale ondersteuning door de leerkracht (scaffolding), aangepast aan het niveau van de leerling kunnen kinderen

Nadere informatie

Spelen in het groen. Agnes van den Berg Roderik Koenis Magdalena van den Berg

Spelen in het groen. Agnes van den Berg Roderik Koenis Magdalena van den Berg Spelen in het groen Effecten van een bezoek aan een natuurspeeltuin op het speelgedrag, de lichamelijke activiteit, de concentratie en de stemming van kinderen Agnes van den Berg Roderik Koenis Magdalena

Nadere informatie

Effectieve strategieën voor zelfgereguleerd leren

Effectieve strategieën voor zelfgereguleerd leren Effectieve strategieën voor zelfgereguleerd leren NWO Onderzoek van Hester de Boer, Anouk S. Donker-Bergstra, Danny D.N.M. Kostons (2012, GION) Samengevat door Irma van der Neut (IVA Onderwijs) Zelf gereguleerd

Nadere informatie

Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme

Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme Effects of Contact-oriented Play and Learning in the Relationship between parent and child with autism Kristel Stes Studentnummer:

Nadere informatie

1. De volgende gemiddelden zijn gevonden in een experiment met de factor Conditie en de factor Sekse.

1. De volgende gemiddelden zijn gevonden in een experiment met de factor Conditie en de factor Sekse. Oefentoets 1 1. De volgende gemiddelden zijn gevonden in een experiment met de factor Conditie en de factor Sekse. Conditie = experimenteel Conditie = controle Sekse = Vrouw 23 33 Sekse = Man 20 36 Van

Nadere informatie

Problemen met executieve functies bij kinderen met DCD: een literatuuroverzicht

Problemen met executieve functies bij kinderen met DCD: een literatuuroverzicht 1 Problemen met executieve functies bij kinderen met DCD: een literatuuroverzicht Marina Schoemaker, Merel Timmer, Marleen van der Wees, Heleen Reinders Messelink, Chiel Volman, Jolien van den Houten Wat

Nadere informatie

Effectiveness of a self-regulated remedial program for handwriting difficulties

Effectiveness of a self-regulated remedial program for handwriting difficulties Effectiveness of a self-regulated remedial program for handwriting difficulties Van Waelvelde, De Roubaix A, Steppe L, et al. (2017) Effectiveness of a self-regulated remedial program for handwriting difficulties.

Nadere informatie

1. Reductie van error variantie en dus verhogen van power op F-test

1. Reductie van error variantie en dus verhogen van power op F-test Werkboek 2013-2014 ANCOVA Covariantie analyse bestaat uit regressieanalyse en variantieanalyse. Er wordt een afhankelijke variabele (intervalniveau) voorspeld uit meerdere onafhankelijke variabelen. De

Nadere informatie

Samenvatting. Exploratieve bewegingen in haptische waarneming. Deel I: de precisie van haptische waarneming

Samenvatting. Exploratieve bewegingen in haptische waarneming. Deel I: de precisie van haptische waarneming Exploratieve bewegingen in haptische waarneming Haptische waarneming is de vorm van actieve tastwaarneming waarbij de waarnemer de eigenschappen van een object waarneemt door het object met zijn of haar

Nadere informatie

Draagt lesmateriaal bij aan het vergroten van financiële vaardigheden van basisschoolleerlingen?

Draagt lesmateriaal bij aan het vergroten van financiële vaardigheden van basisschoolleerlingen? Draagt lesmateriaal bij aan het vergroten van financiële vaardigheden van basisschoolleerlingen? Effectiviteitsonderzoek naar lesmateriaal Wijzer in geldzaken voor groep 7 www.wijzeringeldzaken.nl Inleiding:

Nadere informatie

Sleuteltermen Stappenplan, belevingswereld, motivatie, boxenstelsel, economie Bibliografische referentie

Sleuteltermen Stappenplan, belevingswereld, motivatie, boxenstelsel, economie Bibliografische referentie ONTWERPRAPPORT Naam auteur Elles Lelieveld Vakgebied Economie Titel De juiste stappen, een onderzoek naar de problemen en oplossingen van opgaven over het boxenstelsel Onderwerp Het aanleren van een stappenplan

Nadere informatie

Bij herhaalde metingen ANOVA komt het effect van het experiment naar voren bij de variantie binnen participanten. Bij de gewone ANOVA is dit de SS R

Bij herhaalde metingen ANOVA komt het effect van het experiment naar voren bij de variantie binnen participanten. Bij de gewone ANOVA is dit de SS R 14. Herhaalde metingen Introductie Bij herhaalde metingen worden er bij verschillende condities in een experiment dezelfde proefpersonen gebruikt of waarbij dezelfde proefpersonen op verschillende momenten

Nadere informatie

Beter bij de Les. Marthe van der Donk, Ariane Tjeenk-Kalff, Anne-Claire Hiemstra-Beernink

Beter bij de Les. Marthe van der Donk, Ariane Tjeenk-Kalff, Anne-Claire Hiemstra-Beernink Beter bij de Les Marthe van der Donk, Ariane Tjeenk-Kalff, Anne-Claire Hiemstra-Beernink Drie onderwerpen die aan bod komen 1. Wat zijn executieve functies? 2. Wat is een cognitieve training en wanneer

Nadere informatie

Sociale Cognitie bij Psychisch Gezonde Volwassenen

Sociale Cognitie bij Psychisch Gezonde Volwassenen Sociale Cognitie bij Psychisch Gezonde Volwassenen Onderzoek met het Virtuele Lab Social Cognition in Psychologically Healthy Adults Research with the Virtual Laboratory Anja I. Rebber Studentnummer: 838902147

Nadere informatie

Executieve functies in vogelvlucht (met autisme als voorbeeld)

Executieve functies in vogelvlucht (met autisme als voorbeeld) Executieve functies in vogelvlucht (met autisme als voorbeeld) Hilde M. Geurts Universiteit van Amsterdam Dr. Leo Kannerhuis Boodschap 1. Bij mensen met verschillende diagnoses zien we meer EF problemen

Nadere informatie

Cover Page. Author: Netten, Anouk Title: The link between hearing loss, language, and social functioning in childhood Issue Date:

Cover Page. Author: Netten, Anouk Title: The link between hearing loss, language, and social functioning in childhood Issue Date: Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/47848 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Netten, Anouk Title: The link between hearing loss, language, and social functioning

Nadere informatie

How to present online information to older cancer patients N. Bol

How to present online information to older cancer patients N. Bol How to present online information to older cancer patients N. Bol Dutch summary (Nederlandse samenvatting) Dutch summary (Nederlandse samenvatting) Goede informatievoorziening is essentieel voor effectieve

Nadere informatie

Executieve functies binnen de vroegbehandeling. Evelien Dirks NSDSK

Executieve functies binnen de vroegbehandeling. Evelien Dirks NSDSK Executieve functies binnen de vroegbehandeling Evelien Dirks NSDSK Van der Lem symposium september 2015 De6initie Executieve functies = parapluterm Executieve functies: Vaardigheden die nodig zijn om een

Nadere informatie

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en Samenvatting In de laatste 20 jaar is er veel onderzoek gedaan naar de psychosociale gevolgen van kanker. Een goede zaak want aandacht voor kanker, een ziekte waar iedereen in zijn of haar leven wel eens

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting. Verschillende vormen van het visuele korte termijn geheugen en de interactie met aandacht

Nederlandse samenvatting. Verschillende vormen van het visuele korte termijn geheugen en de interactie met aandacht Nederlandse samenvatting Verschillende vormen van het visuele korte termijn geheugen en de interactie met aandacht 222 Elke keer dat je naar iets of iemand op zoek bent, bijvoorbeeld wanneer je op een

Nadere informatie

Fysieke activiteit en de cognitieve ontwikkeling van kinderen in het basisonderwijs

Fysieke activiteit en de cognitieve ontwikkeling van kinderen in het basisonderwijs Fysieke activiteit en de cognitieve ontwikkeling van kinderen in het basisonderwijs Wat is de relatie tussen fysieke activiteit en hersenfuncties, cognitieve functies en leerprestaties? Dagelijkse voldoende

Nadere informatie

Voorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel

Voorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel Voorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel Een onderzoek naar de invloed van cognitieve stijl, ziekte-inzicht, motivatie, IQ, opleiding,

Nadere informatie

What Part of Working Memory is not Working in ADHD? The effect of Reinforcement on Short Term Memory and the Central Executive

What Part of Working Memory is not Working in ADHD? The effect of Reinforcement on Short Term Memory and the Central Executive What Part of Working Memory is not Working in ADHD? The effect of Reinforcement on Short Term Memory and the Central Executive Drs. Sebastiaan Dovis Promovendus Klinische Ontwikkelingspsychologie Theorieën

Nadere informatie

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten?

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Does Gentle Teaching have Effect on Skills of Caregivers and Companionship and Anxiety

Nadere informatie

Meisjes van 8-12 jaar hebben een betere leervaardigheid dan jongens ( en ook het opleidingsniveau van de ouders speelt een rol).

Meisjes van 8-12 jaar hebben een betere leervaardigheid dan jongens ( en ook het opleidingsniveau van de ouders speelt een rol). PERSBERICHT 9 augustus 2018 Meisjes van 8-12 jaar hebben een betere leervaardigheid dan jongens ( en ook het opleidingsniveau van de ouders speelt een rol). Meisjes en jongens van 8-12 jaar verschillen

Nadere informatie

Mindset: Onderwijsmythe of niet? Onderzoek naar de rol van mindset in het basisonderwijs

Mindset: Onderwijsmythe of niet? Onderzoek naar de rol van mindset in het basisonderwijs Mindset: Onderwijsmythe of niet? Onderzoek naar de rol van mindset in het basisonderwijs Door: Joshi Verschuren, Universiteit Utrecht Vele basisscholen besteden tegenwoordig aandacht aan de mindset van

Nadere informatie

HAALBAARHEID EN EFFECTIVITEIT VAN ZELFREGULATIE TRAINING. Sandra Verbeken & Caroline Braet - Zeepreventorium - Ronde Tafel 2017

HAALBAARHEID EN EFFECTIVITEIT VAN ZELFREGULATIE TRAINING. Sandra Verbeken & Caroline Braet - Zeepreventorium - Ronde Tafel 2017 HAALBAARHEID EN EFFECTIVITEIT VAN ZELFREGULATIE TRAINING Sandra Verbeken & Caroline Braet - Zeepreventorium - Ronde Tafel 2017 WAAROM? 3 DE VOEDSELOMGEVING VAN ONZE KINDEREN: OBESOGENE OMGEVING https://vimeo.com/44669019

Nadere informatie

Executieve functies ontwikkelen met denkspellen.

Executieve functies ontwikkelen met denkspellen. Executieve functies ontwikkelen met denkspellen. Heeft uw leerling moeite met plannen en organiseren? Is hij zijn huiswerk weer eens vergeten of kwijt? Kan hij moeilijk aan een taak beginnen maar nog moeilijker

Nadere informatie

Links between executive functions and early literacy and numeracy.

Links between executive functions and early literacy and numeracy. Samenvatting (Summary in Dutch) Jonge kinderen verschillen niet alleen in kennis, maar ook in de manier waarop ze leren. Sommige kinderen zijn bijvoorbeeld goed in staat afleiders zoals rumoer in de klas

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Interactionistische perspectieven benadrukken dat de persoon en zijn of haar omgeving voortdurend in interactie zijn en samen een systeem vormen. Dit idee van integratie

Nadere informatie

MANTELZORG, GOED GEVOEL

MANTELZORG, GOED GEVOEL UITKOMSTEN ONDERZOEK: MANTELZORG, GOED GEVOEL Inhoud: Theorie & Vragen Methode Theoretische achtergrond: Mantelzorgers zijn iets minder gelukkig dan de rest van de bevolking (CBS, 2016). Mantelzorg brengt

Nadere informatie

Het belangrijkste doel van de studie in hoofdstuk 3 was om onafhankelijke effecten van visuele preview en spellinguitspraak op het leren spellen van

Het belangrijkste doel van de studie in hoofdstuk 3 was om onafhankelijke effecten van visuele preview en spellinguitspraak op het leren spellen van Samenvatting Het is niet eenvoudig om te leren spellen. Om een woord te kunnen spellen moet een ingewikkeld proces worden doorlopen. Als een kind een bepaald woord nooit eerder gelezen of gespeld heeft,

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/22735 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Yeniad Malkamak, Nihal Title: Self-regulation in ethnic minority children : associations

Nadere informatie

Rotterdam Lekker Fit! Trendanalyse overgewicht onder Rotterdamse kinderen

Rotterdam Lekker Fit! Trendanalyse overgewicht onder Rotterdamse kinderen Gegevensbronnen De overgewichtcijfers in deze factsheet zijn gebaseerd op lengte en gewicht gegevens uit twee verschillende registratiesystemen: Kidos en de Fitmeter. Trendanalyse overgewicht onder Rotterdamse

Nadere informatie

Management Summary. Auteur Tessa Puijk. Organisatie Van Diemen Communicatiemakelaars

Management Summary. Auteur Tessa Puijk. Organisatie Van Diemen Communicatiemakelaars Management Summary Wat voor een effect heeft de vorm van een bericht op de waardering van de lezer en is de interesse in nieuws een moderator voor dit effect? Auteur Tessa Puijk Organisatie Van Diemen

Nadere informatie

Welke taken zijn het best om het executief functioneren te meten bij kinderen van 0 tot en met 4 jaar?

Welke taken zijn het best om het executief functioneren te meten bij kinderen van 0 tot en met 4 jaar? Welke taken zijn het best om het executief functioneren te meten bij kinderen van 0 tot en met 4 jaar? Eindscriptie Bacheloropleiding Psychologie Departement Psychologie en Gezondheid, Ontwikkelingpsychologie

Nadere informatie

Neurocognitief functioneren bij electroconvulsietherapie

Neurocognitief functioneren bij electroconvulsietherapie Neurocognitief functioneren bij electroconvulsietherapie Het belangrijkste doel van dit proefschrift was het bestuderen van de aard en de mate van veranderingen op meerdere domeinen van het neurocognitief

Nadere informatie

- 172 - Prevention of cognitive decline

- 172 - Prevention of cognitive decline Samenvatting - 172 - Prevention of cognitive decline Het percentage ouderen binnen de totale bevolking stijgt, en ook de gemiddelde levensverwachting is toegenomen. Vanwege deze zogenaamde dubbele vergrijzing

Nadere informatie

De data worden ingevoerd in twee variabelen, omdat we te maken hebben met herhaalde metingen:

De data worden ingevoerd in twee variabelen, omdat we te maken hebben met herhaalde metingen: INDUCTIEVE STATISTIEK VOOR DE GEDRAGSWETENSCHAPPEN OPLOSSINGEN BIJ HOOFDSTUK 6 1. De 15 leden van een kleine mountainbikeclub vragen zich af in welk mate de omgevingstemperatuur een invloed heeft op hun

Nadere informatie

Gedrag in goede banen leiden: over de rol van executieve functies bij kinderen en pubers

Gedrag in goede banen leiden: over de rol van executieve functies bij kinderen en pubers Gedrag in goede banen leiden: over de rol van executieve functies bij kinderen en pubers Samenvatting presentatie Expertisebijeenkomst Executieve Functies Koers-VO; Capelle a/d IJssel; 3 december 2012

Nadere informatie

Participation in leisure activities of children and adolescents with physical disabilities Maureen Bult

Participation in leisure activities of children and adolescents with physical disabilities Maureen Bult Participation in leisure activities of children and adolescents with physical disabilities Maureen Bult Participatie in vrijetijdsactiviteiten van kinderen en adolescenten met een lichamelijke beperking

Nadere informatie

The development of ToM and the ToM storybooks: Els Blijd-Hoogewys

The development of ToM and the ToM storybooks: Els Blijd-Hoogewys The development of ToM and the ToM storybooks: Els Blijd-Hoogewys Een reactie door Hilde M. Geurts Lezing Begeer, Keysar et al., 2010: Advanced ToM 50 45 40 35 30 25 20 15 10 5 0 Autisme (n=34) Controle

Nadere informatie

Martine van Schaik

Martine van Schaik Martine van Schaik m.vanschaik@hsmarnix.nl Leerkrachten van 9 basisscholen en drie begeleiders vanuit Marnix en Saxion Deelnemers aan het project Deelnemers scholen regio Deventer: Deventer: De kleine

Nadere informatie

TOEVOEGEN VAN EEN COGNITIEVE BIAS MODIFICATIE TRAINING AAN EEN RESIDENTIEEL BEHANDELPROGRAMMA VOOR OBESITAS BIJ KINDEREN PILOT STUDIES.

TOEVOEGEN VAN EEN COGNITIEVE BIAS MODIFICATIE TRAINING AAN EEN RESIDENTIEEL BEHANDELPROGRAMMA VOOR OBESITAS BIJ KINDEREN PILOT STUDIES. TOEVOEGEN VAN EEN COGNITIEVE BIAS MODIFICATIE TRAINING AAN EEN RESIDENTIEEL BEHANDELPROGRAMMA VOOR OBESITAS BIJ KINDEREN PILOT STUDIES. Sandra Verbeken 1, Caroline Braet 1, Lien Goossens 1, Katrijn Houben

Nadere informatie

De invloed van tweedetaalverwerving op executieve functies

De invloed van tweedetaalverwerving op executieve functies Faculteit der Letteren Taalwetenschap Studiejaar 2015-2016 Datum: 12/07/2016 De invloed van tweedetaalverwerving op executieve functies Een studie naar de invloeden van tweetalig onderwijs en het leren

Nadere informatie

Onderzoeksopzet. Marktonderzoek Klantbeleving

Onderzoeksopzet. Marktonderzoek Klantbeleving Onderzoeksopzet Marktonderzoek Klantbeleving Utrecht, september 2009 1. Inleiding De beleving van de klant ten opzichte van dienstverlening wordt een steeds belangrijker onderwerp in het ontwikkelen van

Nadere informatie

Project DigiTaal. Taal leren met tabletgames. Siméacongres Johanna Schulting Marjan ter Harmsel

Project DigiTaal. Taal leren met tabletgames. Siméacongres Johanna Schulting Marjan ter Harmsel Project DigiTaal Taal leren met tabletgames Siméacongres 2018 Johanna Schulting Johanna.schulting@hu.nl Marjan ter Harmsel Marjan.terharmsel@hu.nl 19-04-2018 Achtergrond Nieuwe media horen bij dagelijkse

Nadere informatie

Proefschrift. Cannabis use, cognitive functioning and behaviour problems. Merel Griffith - Lendering. Samenvatting

Proefschrift. Cannabis use, cognitive functioning and behaviour problems. Merel Griffith - Lendering. Samenvatting Proefschrift Cannabis use, cognitive functioning and behaviour problems Merel Griffith - Lendering Samenvatting Het gebruik van cannabis is gerelateerd aan een breed scala van psychische problemen, waaronder

Nadere informatie

Koptekst: MINDFUL PARENTING OP EXECUTIEF FUNCTIONEREN 1

Koptekst: MINDFUL PARENTING OP EXECUTIEF FUNCTIONEREN 1 Koptekst: MINDFUL PARENTING OP EXECUTIEF FUNCTIONEREN 1 Het Effect van Mindful Parenting op het Executief Functioneren van een Vierjarige Vera Marino Thesis begeleider: Marion I. van den Heuvel Klinische

Nadere informatie

Hersenontwikkeling tijdens adolescentie

Hersenontwikkeling tijdens adolescentie Hersenontwikkeling tijdens adolescentie Een longitudinale tweelingstudie naar de ontwikkeling van hersenstructuur en de relatie met hormoonspiegels en intelligentie ALGEMENE INTRODUCTIE Adolescentie is

Nadere informatie

DIGITALE WISKUNDIGE GELETTERDHEID

DIGITALE WISKUNDIGE GELETTERDHEID DIGITALE WISKUNDIGE GELETTERDHEID In PISA werd de schriftelijke test naar wiskundige geletterdheid van de leerlingen aangevuld met een digitale test in van de deelnemende landen/economieën, waaronder ook

Nadere informatie

Jongeren en Gezondheid 2014 : Socio-demografische gegevens

Jongeren en Gezondheid 2014 : Socio-demografische gegevens Jongeren en Gezondheid 14 : Socio-demografische gegevens Steekproef De steekproef van de studie Jongeren en Gezondheid 14 bestaat uit 9.566 leerlingen van het vijfde leerjaar lager onderwijs tot het zevende

Nadere informatie

Ontwikkelen van responsieve gespreksstrategieën tijdens het reflecteren met jonge kinderen

Ontwikkelen van responsieve gespreksstrategieën tijdens het reflecteren met jonge kinderen Ontwikkelen van responsieve gespreksstrategieën tijdens het reflecteren met jonge kinderen Anouk Vanherf, Annick Biesmans, Veerle Van Raemdonck Kenniscentrum Urban Coaching & Education Bacheloropleiding

Nadere informatie

De invloed van Vertrouwen, Relatietevredenheid en Commitment op Customer retention

De invloed van Vertrouwen, Relatietevredenheid en Commitment op Customer retention De invloed van Vertrouwen, Relatietevredenheid en Commitment op Customer retention Samenvatting Wesley Brandes MSc Introductie Het succes van CRM is volgens Bauer, Grether en Leach (2002) afhankelijk van

Nadere informatie

Rijsimulator onderzoek

Rijsimulator onderzoek Rijsimulator onderzoek In 2006 is de TU Delft gestart met onderzoek naar rijsimualtors in samenwerking met simulator producent Green Dino BV. De onderzoeksgroep DATA (Data Automated Training and Assessment)

Nadere informatie

GEDRAG IN GOEDE BANEN LEIDEN: OVER DE ROL VAN EXECUTIEVE FUNCTIES BIJ KINDEREN EN PUBERS DR. MARIETTE HUIZINGA

GEDRAG IN GOEDE BANEN LEIDEN: OVER DE ROL VAN EXECUTIEVE FUNCTIES BIJ KINDEREN EN PUBERS DR. MARIETTE HUIZINGA GEDRAG IN GOEDE BANEN LEIDEN: OVER DE ROL VAN EXECUTIEVE FUNCTIES BIJ KINDEREN EN PUBERS DR. MARIETTE HUIZINGA SUCCES OP SCHOOL In goede banen leiden: Aandacht Gedrag Emoties Goed kunnen opletten, plannen,

Nadere informatie

De Effectiviteit van een Mindfulness-gebaseerde Lichaamsscan: een. Vergelijking met Rusten in Liggende Positie

De Effectiviteit van een Mindfulness-gebaseerde Lichaamsscan: een. Vergelijking met Rusten in Liggende Positie De Effectiviteit van een Mindfulness-gebaseerde Lichaamsscan: een Vergelijking met Rusten in Liggende Positie The Effectiveness of a Mindfulness-based Body Scan: a Comparison with Quiet Rest in the Supine

Nadere informatie

Een onderzoek naar visuele en verbale denkvoorkeuren en vaardigheden bij leerlingen van groep 6 en 7

Een onderzoek naar visuele en verbale denkvoorkeuren en vaardigheden bij leerlingen van groep 6 en 7 Beelddenken: Een onderzoek naar visuele en verbale denkvoorkeuren en vaardigheden bij leerlingen van groep 6 en 7 Een samenvatting van het wetenschappelijk onderzoek naar beelddenken Inhoudsopgave Inleiding

Nadere informatie

Neurofeedback: een geschikte behandeling voor autisme?

Neurofeedback: een geschikte behandeling voor autisme? Neurofeedback: een geschikte behandeling voor autisme? Mirjam Kouijzer, MSc Radboud Universiteit Nijmegen Het programma Controversiële behandelingen Wat is biofeedback? Mijn onderzoek naar de effecten

Nadere informatie

Cooperative learning during math lessons in multi-ethnic elementary schools

Cooperative learning during math lessons in multi-ethnic elementary schools Hoe kan de leerkracht het leerproces van leerlingen tijdens een coöperatief leren (CL) curriculum op multiculturele basisscholen optimaliseren? Moet de leerkracht de leerlingen zoveel mogelijk aansturen

Nadere informatie

Cogmed Werkgeheugen Training & Transfer & ROI. Cogmed is opgenomen in de Databank Effectieve Jeugdinterventies van het Nederlands Jeugdinstituut.

Cogmed Werkgeheugen Training & Transfer & ROI. Cogmed is opgenomen in de Databank Effectieve Jeugdinterventies van het Nederlands Jeugdinstituut. Cogmed Werkgeheugen Training & Transfer & ROI Cogmed is opgenomen in de Databank Effectieve Jeugdinterventies van het Nederlands Jeugdinstituut. Introductie en inhoud Onderliggende research Voorwaarden

Nadere informatie

De Rol van Inhibitie, Cognitieve flexibiliteit en Werkgeheugen bij de Ontwikkeling van Probabilistische Feedbackverwerking

De Rol van Inhibitie, Cognitieve flexibiliteit en Werkgeheugen bij de Ontwikkeling van Probabilistische Feedbackverwerking De Rol van Inhibitie, Cognitieve flexibiliteit en Werkgeheugen bij de Ontwikkeling van Probabilistische Feedbackverwerking Universiteit van Amsterdam Student: Renske van Horen (10332456) Begeleidster:

Nadere informatie

HOOFDSTUK 2 Intermanuele transfereffecten in volwassenen

HOOFDSTUK 2 Intermanuele transfereffecten in volwassenen Samenvatting 166 HOOFDSTUK 1 Introductie Na een armamputatie wordt vaak, om functionaliteit te behouden, een prothese voorgeschreven. Echter, 30% van de voorgeschreven protheses wordt niet gebruikt. 1-4

Nadere informatie

Vitamine B12 deficiëntie

Vitamine B12 deficiëntie Vitamine B12 deficiëntie Quality of life Retrospectief onderzoek Dit rapport bevat de analyses van de B12 Quality of Life Questionnaire, waarin meer dan 200 personen met een lage vitamine B12 waarde zijn

Nadere informatie

218 SAMENVATTING De prevalentie van overgewicht en obesitas bij kinderen is de laatste jaren sterk toegenomen. In Nederland hebben 12.8% van de jongen

218 SAMENVATTING De prevalentie van overgewicht en obesitas bij kinderen is de laatste jaren sterk toegenomen. In Nederland hebben 12.8% van de jongen Samenvatting 217 218 SAMENVATTING De prevalentie van overgewicht en obesitas bij kinderen is de laatste jaren sterk toegenomen. In Nederland hebben 12.8% van de jongens en 14.8% van de meisjes overgewicht,

Nadere informatie

De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de. modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie

De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de. modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie Causale Relatie tussen intimiteit en seksueel verlangen 1 De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie The causal

Nadere informatie

Integratie van functionele en moleculaire beeldvorming bij de ziekte van Alzheimer

Integratie van functionele en moleculaire beeldvorming bij de ziekte van Alzheimer Integratie van functionele en moleculaire beeldvorming bij de ziekte van Alzheimer Achtergrond De ziekte van Alzheimer De ziekte van Alzheimer (Alzheimer s disease - AD) is een neurodegeneratieve ziekte

Nadere informatie

TAPASS: Training Project Amsterdam Seniors and Stroke. Renate van de Ven Jessika Buitenweg Jaap Murre Richard Ridderinkhof Ben Schmand

TAPASS: Training Project Amsterdam Seniors and Stroke. Renate van de Ven Jessika Buitenweg Jaap Murre Richard Ridderinkhof Ben Schmand TAPASS: Training Project Amsterdam Seniors and Stroke Renate van de Ven Jessika Buitenweg Jaap Murre Richard Ridderinkhof Ben Schmand Overzicht Achtergrond Studie design Training Molshopen Vragen Hersenbloeding

Nadere informatie

Samenvatting Proefschrift Fostering Monitoring and Regulation of Learning Mariëtte H. van Loon, Universiteit Maastricht

Samenvatting Proefschrift Fostering Monitoring and Regulation of Learning Mariëtte H. van Loon, Universiteit Maastricht Samenvatting Proefschrift Fostering Monitoring and Regulation of Learning Mariëtte H. van Loon, Universiteit Maastricht Dit proefschrift beschrijft onderzoek naar metacognitieve vaardigheden van leerlingen

Nadere informatie

SAMENVATTING SAMENVATTING

SAMENVATTING SAMENVATTING Goed kunnen lezen is een van de belangrijkste vaardigheden in de huidige informatiemaatschappij, waarin communicatie en informatie centraal staan. Lezen is dan ook een onderwerp waar veel onderzoek naar

Nadere informatie

16. Statistische analyse Meldpunt

16. Statistische analyse Meldpunt 16. Statistische analyse Meldpunt Statistische analyse Meldpunt Inleiding In de periode 19 juli 2010 tot en met 16 maart 2012 ontving de commissie zevenhonderdeenenveertig meldingen van seksueel misbruik.

Nadere informatie

Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito

Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito cursusboek2009.book Page 131 Thursday, March 30, 2017 3:23 PM Het LOVS rekenen-wiskunde van het Cito - de invloed van contexten in groep 3, 4 en 5 - Universiteit Leiden / Cito Arnhem 1 inleiding en methode

Nadere informatie

Exploratief Spel bij Peuters en Kleuters

Exploratief Spel bij Peuters en Kleuters Exploratief Spel bij Peuters en Kleuters Katrien Bel Bachelorthese 5958717 Universiteit van Amsterdam Maartje Raijmakers Aantal woorden abstract: 113 Aantal woorden: 7608 1 Abstract In dit literatuuroverzicht

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting (Dutch Summary)

Nederlandse samenvatting (Dutch Summary) (Dutch Summary) 9 (Dutch Summary) Slechtziendheid en blindheid (visuele beperking) vormt in onze vergrijzende samenleving een steeds groter probleem in het leven van veel ouderen. Dit uit zich niet alleen

Nadere informatie

faculteit gedrags- en maatschappijwetenschappen Vroege ontwikkeling Motorische ontwikkelingspatronen bij jonge kinderen met ZEVMB

faculteit gedrags- en maatschappijwetenschappen Vroege ontwikkeling Motorische ontwikkelingspatronen bij jonge kinderen met ZEVMB Datum 22-06-2015 1 Vroege ontwikkeling Motorische ontwikkelingspatronen bij jonge kinderen met ZEVMB Opzet en eerste resultaten Linda Visser Annette van der Putten Gertruud Schalen Bieuwe van der Meulen

Nadere informatie

Dynamisch testen. Bruikbaar voor het inschatten van leerbaarheid? Hileen Boosman, Anne Visser-Meily, Caroline van Heugten

Dynamisch testen. Bruikbaar voor het inschatten van leerbaarheid? Hileen Boosman, Anne Visser-Meily, Caroline van Heugten Dynamisch testen. Bruikbaar voor het inschatten van leerbaarheid? Hileen Boosman, Anne Visser-Meily, Caroline van Heugten Leerbaarheid Leerbaarheid is de mate waarin iemand profijt heeft van leerervaringen.

Nadere informatie

Peer feedback on complex tasks by tutors trained in content knowledge or tutoring skills

Peer feedback on complex tasks by tutors trained in content knowledge or tutoring skills Peer feedback on complex tasks by tutors trained in content knowledge or tutoring skills Ya Ping (Amy) Hsiao, Francis Brouns, Jan van Bruggen and Peter B. Sloep amy.hsiao@ou.nl Centre for Learning Sciences

Nadere informatie

3/4/13. Executieve functies GEDRAG IN GOEDE BANEN LEIDEN: OVER DE ROL VAN EXECUTIEVE FUNCTIES BIJ KINDEREN EN PUBERS

3/4/13. Executieve functies GEDRAG IN GOEDE BANEN LEIDEN: OVER DE ROL VAN EXECUTIEVE FUNCTIES BIJ KINDEREN EN PUBERS GEDRAG IN GOEDE BANEN LEIDEN: OVER DE ROL VAN EXECUTIEVE FUNCTIES BIJ KINDEREN EN PUBERS SAMENVATTING PRESENTATIE SCHOOLPSYCHOLGENCONGRES; AMSTERDAM; 15 MAART 2013 Dr. Mariëtte Huizinga Vrije Universiteit

Nadere informatie

EIND TOETS TOEGEPASTE BIOSTATISTIEK I. 30 januari 2009

EIND TOETS TOEGEPASTE BIOSTATISTIEK I. 30 januari 2009 EIND TOETS TOEGEPASTE BIOSTATISTIEK I 30 januari 2009 - Dit tentamen bestaat uit vier opgaven onderverdeeld in totaal 2 subvragen. - Geef bij het beantwoorden van de vragen een zo volledig mogelijk antwoord.

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) * 132 Baby s die te vroeg geboren worden (bij een zwangerschapsduur korter dan 37 weken) hebben een verhoogd risico op zowel ernstige ontwikkelingproblemen (zoals mentale

Nadere informatie

Digitaal toetsen: toetsen we kennis of typevaardigheid?

Digitaal toetsen: toetsen we kennis of typevaardigheid? Digitaal toetsen: toetsen we kennis of typevaardigheid? Onderzoek naar de relatie typevaardigheid en prestatie op een digitale geschiedenistoets Henny van der Meijden ORD 2019 Zo begon het Promotie september

Nadere informatie

Master Competence Analysis. Feedback Rapport Demo (feedback) 2 17-03-2006

Master Competence Analysis. Feedback Rapport Demo (feedback) 2 17-03-2006 Master Competence Analysis Feedback Rapport Demo (feedback) 2 17-03-2006 I N L E I D I N G In dit rapport vindt u de uitslag van uw Master Competence Analysis (MCA). Het doel ervan is u een eerlijk, nauwkeurig

Nadere informatie

Het Effect van Angst en Hyperactiviteit op het Uitvoeren van een. Reactietijdtaak bij Volwassenen.

Het Effect van Angst en Hyperactiviteit op het Uitvoeren van een. Reactietijdtaak bij Volwassenen. Het Effect van Angst en Hyperactiviteit op het Uitvoeren van een Reactietijdtaak bij Volwassenen. The Effect of Anxiety and Hyperactivity on the Performance on a Reaction Time Task in Adults. Renate C.W.J.

Nadere informatie

Perseverative cognition: The impact of worry on health. Nederlandse samenvatting

Perseverative cognition: The impact of worry on health. Nederlandse samenvatting Perseverative cognition: The impact of worry on health Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Perseveratieve cognitie: de invloed van piekeren op gezondheid Iedereen maakt zich wel eens zorgen.

Nadere informatie

Pepernoten warenonderzoek Groep 5&6

Pepernoten warenonderzoek Groep 5&6 Pepernoten warenonderzoek Groep 5&6 Auteur/ontwikkelaar: Suzanne Diederiks Begeleider: Welmoet Damsma (opleider Pabo HvA) Pepernoten warenonderzoek Groep 5&6 Onderwerp De kinderen gaan een vergelijkend

Nadere informatie