Dagindeling groep 1 en 2

Transcriptie

1 Dagindeling groep 1 en 2 Als de kinderen op school komen, hangen ze de jassen op en zetten het eten en drinken voor de ochtendpauze (graag met de naam erop) in één van de bakken met de juiste groepskleur, die naast de kast in de gang staan. Voor de lunch zo nodig in de gele of bruine bak die op de kast staan en in de koelkast worden gezet. Anders kan het eten voor de lunch in de rugzak blijven en aan de kapstok worden opgehangen. Als de kinderen in de klas komen, worden zij door ons verwelkomd, door hen een hand te geven en een goedemorgen te wensen. Daarna mogen de kinderen in de kring gaan zitten, waar ze op een vaste plek zitten. Om 8.30 uur begint de hele school met lezen of voorlezen. In de school heerst dan absolute stilte, het is daarom belangrijk dat uw kind om 8.30 uur echt aanwezig is! Wij behandelen eerst de kalender. Op maandag is er een uitgebreid kringgesprek, op de andere dagen een prentenboek, voorleesverhaal, vertelling of iets anders van de taalontwikkeling. Op dinsdag en donderdag vindt de taalontwikkeling later op de ochtend plaats, omdat we dan om 8.30 uur meteen naar de gym gaan. Taalontwikkeling is een heel breed gebied waar o.a. versjes, leergesprekken, taalspelletjes zoals raadsels, rijmen, een voorwerp omschrijven enz., poppenkast toneelspelen, de verteltafel, maar ook de lettermuur onder vallen. Tijdens dit kringgebeuren leren de kinderen ook naar elkaar te luisteren. Veelal moeten ze dan ook hun vinger opsteken, als ze iets willen vertellen. Het doel van de taalontwikkeling is het vergroten van de woordenschat, het luisteren naar elkaar en het communiceren met anderen. Tijdens de kring wordt er ook dieper ingegaan op een prentenboek Met vragen als; wie is er heel belangrijk in het verhaal?, waar ging het eigenlijk om?, hoe voelde hij zich?, voel jij je ook wel eens zo? Vertel eens! Enz.. De verteltafel (hoek) is een plek waar de kinderen het aangeboden verhaal met poppetjes en attributen (vaak door henzelf gemaakt) na gaan spelen en zelf dus het verhaal onder woorden gaan brengen.

2 Wij werken elke dag met kinderklanken, dit is een programma om de beginnende geletterdheid van kinderen uit groep 1 en 2 te stimuleren. Er zijn 10 kalenderbladen waarop oefeningen en activiteiten staan m.b.t. een klank en thema. De activiteiten hebben steeds betrekking op een andere klank. De volgorde van de klanken die centraal staan, is zo ingedeeld dat eerst eenvoudige klanken aan de orde komen en later de moeilijkere klanken. De klanken die aan de orde komen, zijn: m aa b oo i t l k oe s. Elke oefening / activiteit valt onder één of meerdere categorieën: - Auditieve oefeningen: fonemisch bewustzijn en auditief geheugen - Woordenschatoefeningen / talige oefeningen - Visuele oefeningen - Motorische oefeningen / tactiele oefeningen Door oefeningen te kiezen uit alle ontwikkelingsgebieden, worden alle kanalen ingeschakeld en ontstaat er een samenhangend geheel met een versterkend effect. Kinderklanken wordt aangepast aan het thema van dat moment, elke klank staat 4 weken centraal. De kinderen mogen plaatjes of voorwerpen meenemen die passen bij de klank. Het woord wordt er dan bijgeschreven. Ook de namen van de kinderen worden erbij betrokken. Na verloop van tijd worden de plaatjes van de desbetreffende klank opgeplakt en in een map gedaan, zodat de kinderen het nog eens kunnen lezen. In groep 1 en 2 komen allerlei momenten voor, waar kinderen in aanraking komen met geschreven taal. Kinderen die nieuwsgierig worden naar letters, gaan daarmee aan de slag. Wij laten ze ook naamkaartjes neerzetten bij bouwwerken e.d. De kinderen hebben een fotokaart met hun naam, ze proberen n.a.v. deze kaart hun naam te tekenen. Wij letten wel op de juiste potloodhantering, maar niet op de manier van schrijven. Kleuters tekenen letters, het maakt niet uit of ze bijvoorbeeld de l nu onder of boven beginnen. Schrijven is voor kleuters nog veel te krampachtig. Als uw kind letters wil gaan schrijven, gebruik dan kleine letters en de klanknaam (d in plaats van D, du in plaats van dee). Ook bij de projecten komt de geschreven taal weer terug. We stimuleren de kinderen bijv. boodschappenbriefjes te schrijven, de bestelling te noteren in het restaurant enz. De kinderen stempelen ook woorden na die gebruikt worden tijdens het project. Heel spelenderwijs komt een kleuter op zijn/haar niveau al in aanraking met geschreven taal.

3 Na de taalontwikkeling begint het speelwerkuur. Het speelwerkuur bestaat uit verschillende onderdelen zoals: -bouwhoek -huishoek -computer -tekenen -knutselen -puzzeltafel -schilderbord -luisterhoek -timmertafel -lees/schrijfhoek -constructiehoek -verteltafel -kleien -zand/watertafel -themahoek Al deze activiteiten worden d.m.v. duidelijke foto s weergegeven op het activiteitenbord dat in de klas hangt. De kinderen mogen zelf hun foto ophangen bij de activiteit die zij graag willen doen. Bij elke activiteit kunnen een beperkt aantal kinderen, wat duidelijk wordt gemaakt d.m.v. het aantal hokjes, zodat het voor hen meteen is te zien dat er bijvoorbeeld in de bouwhoek al 4 kinderen zijn. Het speelwerkuur wordt afgewisseld met verplichte opdrachten en vrije keuze. Als wij een opdracht uitkiezen voor de kinderen, hangen wij hun foto op bij het vraagteken en ook onze foto, zodat de desbetreffende kinderen weten dat ze een opdracht met juf gaan doen. Tijdens speelwerktijd werken wij ook met kinderen in de kleine kring, d.w.z. dat wij dan met een klein groepje aan een tafel zitten waar wij dan extra aandacht kunnen bieden op allerlei gebieden. We werken ontwikkelingsgericht, d.w.z. we proberen een uitdagende omgeving te scheppen, waarin een kind nieuwsgierig wordt en aan de slag gaat. Wij begeleiden dit en proberen het kind steeds een stap verder te brengen. Juist de eigen initiatieven van de kinderen zijn zo belangrijk. Vanuit een vertrouwde en veilige omgeving, wordt een kind geprikkeld een nieuwe uitdaging aan te gaan. Wij helpen het kind hierbij en geven het zetje om bijvoorbeeld die knipopdracht te maken of een bouwwerk uit te diepen, door vlaggen te maken enz. Wij werken met projecten die ongeveer 6 weken duren. Nieuwe hoeken, opdrachten, verhalen, liedjes sluiten daar dan op aan. Bij elk nieuw project krijgt u een informatieblad waar precies instaat, wat we de komende periode gaan doen, wat de kinderen eventueel mogen meenemen en ook of we op excursie gaan of iets anders in de planning hebben.

4 Bij het ontwikkelingsgericht werken zijn thema s heel belangrijk. Wij kiezen een onderwerp dat leeft bij de kinderen of wat we juist extra onder de aandacht willen brengen. Samen met de kinderen zoeken we uit wat we al van het onderwerp weten en waar we nog meer over willen weten. We proberen zoveel mogelijk de echte wereld in de school te halen. We verzamelen met de kinderen materialen. We maken met de kinderen attributen om het zo goed mogelijk na te spelen. Bijvoorbeeld thema: ziek zijn. We hebben samen met de kinderen een dokterspraktijk ingericht en een echt ziekenhuis, ook de pillenfabriek ontbrak niet. Tijdens het spel doen de kinderen heel veel ervaringen op. Ze breiden hun woordenschat uit. Ze vullen dossiers van patiënten in en schrijven ook een recept met het juiste aantal pillen voor de apotheek. Spelenderwijs zijn de kinderen bezig met o.a. lees- en schrijfactiviteiten, maar ook reken- en wiskunde activiteiten. Ze leren hoe je een patiënt te woord staat en hoe die verzorgd moet worden. Ook andere activiteiten staan in het teken van het thema. Door de hele school wordt gewerkt met weektaken, om ook de kleuters hierop voor te bereiden, werken we naast ons aanbod met taken, die zij kunnen maken tijdens speelwerkuur. De jongste kinderen krijgen 2 opdrachten per twee weken. De oudsten krijgen 2 opdrachten per week. De taken zijn verdeeld in 3 niveaus, voor de jongste kinderen de gele taken. Voor de oudste kinderen rode en roze taken. De kinderen krijgen een eigen blad met pictogrammen, in de kast en op de spellen vinden zij dezelfde pictogrammen. Als zij een opdracht gedaan hebben, laten ze dat aan ons zien. Wij zetten dan een krul naast het desbetreffende pictogram en de kinderen kleuren een cirkel in, zodat het duidelijk is dat zij die opdracht hebben gedaan. Als beide cirkels zijn ingekleurd, mogen de kinderen een sticker uitzoeken en gaat het blad mee naar huis. Na ongeveer een uur speelwerktijd gaan we opruimen en gaan de kinderen op hun eigen stoel in de kring zitten. Dan evalueren we het speelwerkuur, kinderen mogen iets laten zien of verwoorden hetgeen ze gedaan hebben.

5 Rekenen en wiskunde Net als met geschreven taal, laten wij de kinderen ook spelenderwijs kennismaken met rekenen en wiskunde. Wij maken elke dag gebruik van met sprongen vooruit. D.m.v. heel veel verschillende spelletjes oefenen we 3 domeinen: tellen en rekenen, meetkunde en meten. Bij tellen en rekenen horen activiteiten die tot doel hebben dat kinderen de telrij kunnen opzeggen, kunnen werken met telbare hoeveelheden, erbij en eraf, splitsingen tot 6 kunnen maken en getalsymbolen kunnen herkennen en deze ordenen en koppelen aan hoeveelheden. De cijfersymbolen en de daarbij behorende aantallen van 1 t/m 10 worden aangeboden en het cijfer staat dan 4 weken centraal. Meten heeft betrekking op ordenen, vergelijken en afpassen van lengte, inhoud, gewicht en oppervlakte. Ook tijd is een grootheid die tot meten behoort. Bij meetkunde staan activiteiten centraal die oriënteren, construeren en/of opereren met vormen en figuren tot doel hebben. Ook bij andere activiteiten komt het rekenen terug. Bijvoorbeeld: bij nieuwe schoenen, welke maat heb je? Je zonnebloem, hoe hoog is die? Een bouwtekening maken voor bijv. een boot, wat heb je nodig? Geld betalen in de winkel. Zo zijn er heel veel activiteiten te bedenken. Zo komt een kleuter heel spelenderwijs in aanraking met rekenen en wiskunde op zijn/haar niveau. Digibord (touchscreen) Wij beschikken over een digibord die wij en de kinderen kunnen bedienen met een speciale pen of met de vinger. Wij zetten het digibord in op verschillende manieren. Zoals bij een thema kan d.m.v. een filmpje de uitleg worden verduidelijkt. Ook maken we gebruik van voorbereidende taal- en rekenspelletjes, vertelplaten met interactieve mogelijkheden, maar het digibord wordt ook gebruikt tijdens muziek en met verjaardagen. De kinderen mogen tijdens speelwerktijd ook zelf op het bord gaan werken.

6 Vreedzame school De vreedzame school. Een school met een hart. Een school als gemeenschap, waarbij iedereen zich betrokken voelt. Waar iedereen zich gehoord en gezien voelt. Waar leerlingen verantwoordelijkheden krijgen en nemen. Een school waar leerlingen een stem krijgen. Maar ook een school waarin iedereen zich respectvol gedraagt. De drie doelen van het programma zijn: -constructief omgaan met conflicten -verantwoordelijkheid van kinderen vergroten -positief sociaal gedrag. In de klas hangen we op ons prikbord dingen die te maken hebben met de Vreedzame school. De handpoppen aap en tijgertje komen regelmatig in de lessen voor en spelen herkenbare situaties voor de kleuters uit. Waar we dan over gaan praten en oplossingen bedenken. De klas is van ons en iedereen is verantwoordelijk. Vandaar de takenlijst op de deur. Ieder kind heeft een taak bedacht die hij wel een tijdje wil doen. Een paar keer per jaar wordt dit gewisseld. Een taak is bijvoorbeeld de kapstok nakijken als we naar huis gaan. Of het huis nakijken als we opgeruimd hebben. We zijn één groep, we horen bij elkaar. Maar wie zijn wij? Om elkaar beter te leren kennen, mag ieder kind vertellen wat zijn / haar lievelingseten, -kleur,- dier is en waar het kind graag mee speelt. Drama Eenmaal per week staat er een dramales op het programma. Wij hanteren de lessen van de drama methode moet je doen, waar de kinderen veel plezier aan beleven. Het doel is dat ze leren beelden, muziek, taal, spel en beweging te gebruiken om er gevoelens en ervaringen mee uit te drukken en om er mee te communiceren. Hiervoor worden onderwerpen en thema's uit de directe belevingssfeer van de kinderen gebruikt d.m.v. spel, waarbij het accent ligt op beweging. Zo maken ze spelenderwijs kennis met de verschillende spelvormen zoals o.a. rollenspel, pantomime, tableau vivant.

7 Eten en drinken Tijdens de ochtendpauze zingen we vooraf een liedje, zodat we daarna tegelijk kunnen beginnen. De kinderen nemen een beker en fruit / broodje of eventueel een koekje mee naar school. Na het eten en drinken gaan we buitenspelen en op de dagen dat we gymmen, mogen de kinderen die hun eten en drinken al op hebben even een boekje pakken, totdat iedereen klaar is. De lunch gebruiken we in de Roedoe en iedereen heeft een vaste plek aan de tafel met het rode, blauwe of groene zeiltje. Als iedereen na het handen wassen op zijn plek zit, zingen we eerst een liedje en na een moment van stilte gaan we eten. De time-timer wordt op 10 minuten gezet, er mag dan niet gepraat worden. Degenen die klaar zijn, mogen vanaf uur naar buiten. De kinderen kunnen tot uur eten, de trommel gaat dan dicht ongeacht of het brood op is, het drinken moet wel worden opgedronken. Bewegingsonderwijs Bewegingsonderwijs bestaat uit gymmen of buitenspelen. Op dinsdag - en donderdagochtend wordt er gegymd in de gymzaal. De kinderen worden door de ouders naar de gym gebracht, de deur is open vanaf 8.20 uur. Op dinsdag bestaat de gymles uit een spelles of klein materiaal, Op donderdag wordt de gymles met groot materiaal door meester Marco gegeven. Tijdens de gymles dragen de kinderen altijd een gymbroek met een t-shirt of gympak en gymschoenen (liefst zonder veters) Wilt u uw kind op beide dagen een rugtas meegeven met de gymspullen erin. Graag een rugtas die ook groot genoeg is om ook hun kleren in te doen, want als de kinderen zich hebben verkleed, gaat de kleding in de tas. De andere dagen spelen we buiten met de karren, zandbak, klimmateriaal e.d Het doel van bewegingsonderwijs is het bevorderen van de motoriek en het plezierig met elkaar omgaan.

8 Muziek Met de kinderen wordt dagelijks veel gezongen. Daarnaast worden in de muziekles liedjes aangeleerd en aandacht besteed aan maat, ritme, dans gehooroefeningen, stemvorming, instrumenten. De liedjes die nieuw zijn, komen in de klas te hangen, later gaan ze in de liedjesmap waaruit de kinderen zelf kunnen zingen. VERDERE BIJZONDERHEDEN Entreeformulier Als uw kind op school komt, krijgt u een entreeformulier. Wij willen graag het een en ander van uw kind weten. Dit doen we om zo goed mogelijk in te kunnen spelen op de behoeften en mogelijkheden van uw kind. Fotokaart In de klas maken wij gebruik van een fotokaart. Dit is een kaart met de naam en foto van uw kind. Daarom willen wij graag een foto voor op de fotokaart en graag een pasfoto voor op het activiteitenbord. Helpende handen Elke dag mogen er 2 kinderen naast ons zitten, dit zijn de helpende handen. Ze mogen allerlei klusjes doen die dag, zoals het eten en drinken klaarzetten en d.m.v. de kleurenschijf bepalen welke groep als eerste het eten en drinken mag pakken, helpen in de schuur enz. We hangen de fotokaart op, zodat het voor de kinderen ook duidelijk zichtbaar is dat zij de helpende hand zijn. Binnenkomen Wilt u s morgens, als u uw kind naar zijn/haar stoel heeft gebracht meteen afscheid nemen? De kinderen raken anders het overzicht kwijt. Wij kunnen ook beter meteen op de kinderen inspelen. Als u ons wilt spreken, kan dit na schooltijd.

9 Ophalen Om uur gaat de school uit. Wij lopen met de kinderen naar het hek van het kleuterplein. Wilt u daar uw kind ophalen? De kinderen vragen aan ons of ze mogen gaan. Afwezig Bij afwezigheid van uw kind wegens ziekte, kunt u vanaf 8.00 uur naar school bellen. Als u tenminste één dag van te voren al weet dat uw kind afwezig is vanwege bijvoorbeeld tandarts- of doktersbezoek, kunt u een mail naar ons sturen: okoster@roelofvanwienesse.nl en ymeester@roelofvanwienesse.nl Verjaardagen Als uw kind jarig is, mag u de verjaardag bijwonen. Op de ochtenden dat wij gymmen (dinsdag en donderdag) vieren wij de verjaardag om 9.30 uur. De andere dagen om 8.30 uur. Wilt u ervoor zorgen dat de traktatie beperkt blijft tot één ding? Liever geen lollies en kauwgom. Excursies Afhankelijk van het project, gaan we op excursie. U krijgt hiervan tijdig bericht.