Spelling. 5 b. Proefles Maatschrift. methode voor het basisonderwijs. Antwoorden

Transcriptie

1 Spelling methode voor het basisonderwijs Proefles Maatschrift b Antwoorden

2 -a, Les -o en -u Wat oefen je? Je oefent meer woorden die eindigen op a, o en u. Schrijfaanwijzing Hoor je /aa/, /oo/ of /uu/ aan het eind van het woord? Schrijf dan a, o en u. Lees het krantenbericht. Kleur de woorden die eindigen op a en o. Maak twee rijtjes in je schrift. Schrijf erboven: a, o. Schrijf de woorden in het goede rijtje. a: Drama, opera, opera, elektra, programma o: lotto, saldo Drama in de opera! In de voorstelling van de opera ging alles mis. Zaterdag zong de zangeres Carmen zo vals als een kraai. De elektra, het licht en het geluid vielen daardoor uit. Het hele programma raakte in de war. Toen kreeg de zangeres een goed bericht. Opeens zong ze zuiver op toon, dat was echt niet gewoon. De voorstelling werd een groot succes. Na afloop verklaarde Carmen het wonder: Ik deed gisteren mee met de lotto en won vandaag het hele saldo. Los het geheimschrift op. Elk cijfer is een letter. Schrijf de woorden op. 0 = h = o = b = r = e = u 6 = m 7 = a hobo 0 = 67 = reuma Probeer dit ook eens: 0 = m = o = s 6 = p 8 = r = a = l = t 7 = f 9 = e 7 = sofa = lasso 098 = metro 6 = pasta Schrijf het woord in geheimschrift. Elk cijfer is een letter. Schrijf de geheime code achter het woord. 0 = r = a = o = m = s = t 6 = d 7 = g 8 = p 9 = n tandpasta = programma =

3 Blok Les -a, -o en -u Wat oefen je? Je oefent meer woorden die eindigen op a, o en u. Je bedenkt nieuwe woorden die eindigen op a, o en u. Maak het woord af. Kijk naar het plaatje. Vul a, o of u in. Schrijf het hele woord in je schrift. a b c d de lam a de salt o de parapl u de fara o e f g het kerstmen u de agend a het jud o Maak nieuwe woorden die eindigen op a, o en u. Vul in a, o of u. Kijk naar de geheime tekens. Schrijf het hele woord op. = a = o = u hall hallo de tang de tango weln welnu de mang de mango de saun de sauna de mass de massa de banj de banjo het mott een motto de veldsl de veldsla de kass de kassa Welke vijf woorden horen bij het plaatje? Schrijf ze in je schrift. Maak met elk woord een zin. Let op! De zin moet bij het plaatje passen. Te beoordelen door de leerkracht.

4 Les Kun je dit nog? Je herhaalt woorden uit blok. Maak woorden. Geef de woordstukjes die bij elkaar horen dezelfde kleur. Schrijf de hele woorden op. waai bloei ser dig vis lijk per aar en vro su la bloeien vrolijk visser aardig super lawaai Welk woord is het? Kijk naar de plaatjes. Vul het goede woord in. Kies uit: trommel appel tomaat bananen papegaai papegaai Ik zie een. bananen Een aap lust graag. Ik pak een appel van de fruitschaal. tomaat Dat is een mooie, rode. trommel Wat een herrie maakt die. Bedenk bij elk woord een rijmwoord uit blok. Schrijf de rijmparen in je schrift. zwaaien gooien het geloei zwaaien - de kraaien, gooien - de vlooien, het geloei - het geknoei

5 Kun je dit nu? Je kunt woorden die eindigen op a, o en u nu goed schrijven. Je kunt woorden uit blok nog goed schrijven. Zo schrijf ik het goed en uit blok (Kun je dit nog?) Zo schrijf ik het goed

6 letter<etter Les Wat oefen je? Je oefent meer woorden met de letterzetter en letterrover. en letterrover Schrijfaanwijzing Hoor je een korte klank aan het eind van een klankgroep? De letterzetter zet een extra letter (medeklinker). Hoor je een lange klank aan het eind van een klankgroep? De letterrover neemt een letter (klinker) over. Wat staat onder de vlek? Schrijf het hele woord op. Deze hond is aan het pla en. Daar zie je een boer die op zijn land werkt. Dat noem je a erbouw. Iris heeft een mooie te ening gemaakt. Tina zit in de trein. Ze moet helaas haar familie verla en. De drie meisjes zijn gezellig sa en aan het praten. 6 Als je met sche e ogen naar je vinger kijkt, zie je er twee. plassen akkerbouw tekening verlaten samen schele Maak de woorden af en schrijf ze in de zin. Maak de woorden in het eerste rijtje af. Lees de zinnen in het tweede rijtje. Vul het woord uit het eerste rijtje in. a de beslis ing Ga je weg of blijf je? Neem een! b de erv ring Zit je al jaren op tennis? Dan heb je veel. c de span ing Ben je bang om te verliezen? Dan zit je in. d de pud ing Wil je vla of als toetje? e strak e Draag je liever een wijde of een broek? f bezit en Die rijke mensen wel tien auto s. f k t a n d s pudding bezitten beslissing strakke boffen ervaring spanning g bof en Hebben jullie gewonnen? Wat jullie, zeg! Kleur de woorden in de zinnen. Kleur de woorden waarin de letterzetter is geweest blauw. Kleur de woorden waar de letterrover is geweest groen. Door deze bittere ervaring van zaterdag heb ik een beslissing gemaakt. Wij boffen niet met deze kapotte, botte schaar. 6

7 Blok Les letter<etter en letterrover Je oefent meer woorden met de letterzetter en letterrover. Je bedenkt nieuwe woorden met de letterzetter en letterrover. Welk woord past in de zin? Kies uit: gure botte bittere opvullen kapotte verhuren zaterdag Die reep is niet zoet. Er zit een smaak aan. De dag voor zondag is. Gaat je moeder die kamer op zolder aan iemand? Dit mes is niet scherp. Je moet dit mes slijpen. Het is koud. Er waait buiten een wind. kapotte zaterdag bittere botte gure 6 Je kunt met die boot niet varen. Er zit een gat in. opvullen verhuren 7 Die lege plek in de tuin gaan we met tulpen. Maak nieuwe woorden van de woordstukjes. De woordstukjes staan door elkaar. Schrijf de woorden goed op. uitzetten uit ten zet ver pen ko verbazing ba zing ver r e na verkopen nare Bedenk zes nieuwe woorden met de letterzetter en de letterrover. Te beoordelen door de leerkracht. Lees de woorden. Wat rijmt erop? Schrijf de rijmwoorden op. Kleur de letter die de letterzetter heeft gezet. Zet een streep onder de plek waar de klinker stond die de letterrover heeft genomen. a mokken b stoppen c krassen d gure e samen f gele Schrijf zinnen bij het plaatje. Gebruik in elke zin een woord uit het woord. Te beoordelen door de leerkracht. Bedenk drie zinnen die bij het plaatje passen. Schrijf de zinnen op. Kleur de woorden van de letterzetter geel. Kleur de woorden van de letterrover groen. 7

8 Les Kun je dit nog? Je herhaalt woorden uit blok. Maak de puzzel. Welk woord hoort op de puntjes? Schrijf het in de puzzel. Lekker eten. Morgen is Emma.... Deze appel is erg.... Uit de kraan viel een. Ik moet die bladzijde nog goed...! Onze kat heeft.... j s d d v a a r o l r i g p p i g u p p e l o r l e z e n o o i e n De woordstukjes staan door elkaar. Schrijf het woord op. ig-ernst ernstig ge-dro droge ijk-lel lelijk lijk-moei moeilijk be-tu tube pe-gaai-pa papegaai Zoek vier woorden in de woordslinger. Schrijf de woorden op. e e r l ij k s l u h c d i g k n i k k e r s p u g e n eerlijk schuldig knikker spugen 8

9 Kun je dit nu? Je kunt woorden met de letterzetter en letterrover nu goed schrijven. Je kunt woorden uit blok nog goed schrijven. Zo schrijf ik het goed en uit blok (Kun je dit nog?) Zo schrijf ik het goed 9

10 eeuw, Les ieuw en uw Wat oefen je? Je oefent meer woorden met eeuw, ieuw en uw. Schrijfaanwijzing Hoor je /eew/, /iew/ of /uuw/ aan het eind van een woord of klankgroep? Schrijf dan eeuw, ieuw of uw. Lees het krantenartikel. Geef de onderstreepte ook-zo-stukjes de goede kleur. eeuw = blauw ieuw = rood uw = geel Muurschildering ontdekt! Bij de vernieuwing van het stadhuis is een muurschildering ontdekt. Eeuwenlang was die verborgen achter een ruwe muur. Men was benieuwd wat erachter zat. Met de nieuwste techniek is de muur verwijderd. De muurschildering is acht eeuwen geleden gemaakt. Ben je nieuwsgierig naar deze oude muurschildering? Kom dan kijken in het stadhuis. Welk woord staat er? Lees de zinnen. Los het geheimschrift op en schrijf de hele woorden in je schrift. = eeuw = ieuw = uw a De zwal bouwt zijn nest in de schad van een dakrand. b De borst van de l erik is sn wit. c Ik zie met afsch hoe de n bouw het uitzicht verpest. d Als je steeds een n er model telefoon wilt, blijf je ig bezig. zwaluw schaduw leeuwerik sneeuwwit afschuw nieuwbouw nieuwer eeuwig Maak woorden van de woordstukjes. Schrijf de woorden in je schrift en maak met elk woord een zin. ben...d r...e...en eeuw benieuwd, ruwe, eeuwen Zinnen te beoordelen door de leerkracht. ieuw uw 0

11 Blok Les eeuw, ieuw en uw Wat oefen je? Je oefent meer woorden met eeuw, ieuw en uw. Je bedenkt nieuwe woorden met eeuw, ieuw en uw. Wat hoort op de puntjes? Schrijf het in de puzzel. Kies woorden uit het woord. Ik heb deze jurk net gekocht. Hij is.... Een... is een vogel. Een soort bloem van sneeuw noem je een.... Een ander woord voor gapen is.... Vrouwtjesleeuwen noem je.... duwen Welk woord lees je bij?. Maak nieuwe woorden met eeuw, ieuw en uw. Maak woorden van de woordstukjes. Schrijf de woorden in de zin. l s g z l o e d n i e u w a l u w w n e e u w s t e r g e e u w e n e e u w i n n e n zeem Boven het strand vliegen een heleboel. schr Je hoeft niet zo te, want ik ben niet doof. eeuwen Spr herken je aan de spikkels op hun borst. Z Inwoners van Zeeland noemen we. ben Het zal mij wat er gaat gebeuren. 6 k ieuwen Een vis ademt door zijn. 7 sp zeemeeuwen schreeuwen Spreeuwen Zeeuwen benieuwen kieuwen spuwen huwen zenuwen wegduwen Een ander woord voor spugen is. 8 h Een ander woord voor trouwen is. uwen 9 zen Ik krijg de van dit spelletje. 0 wegd Als jij niet zelf weggaat, moet ik je. Schrijf drie zinnen op die bij het plaatje passen. Gebruik woorden met eeuw, ieuw en uw. Te beoordelen door de leerkracht.

12 Les Kun je dit nog? Je herhaalt woorden uit blok. Lees de woorden met een vraagteken. Welk ook-zo-stukje moet er staan? Schrijf de hele woorden op. ig of lijk? aai, ooi of oei? aard? aardig?evaar ooievaar eer? eerlijk bl?en bloeien gift? giftig law? lawaai pijn? pijnlijk rotz? rotzooi Lees het recept in geheimschrift. Maak de woorden af met het goede woordstukje. Schrijf de hele woorden achter de zin. = de letterzetter: pp, kk, tt of ss = de letterrover: a, o, u of e = ig of lijk = aai, ooi of oei Taart met appel en banaan Wat heb je nodig? appel 6 bananen 00 ml room 0 gr suiker bladerdeeg Schil de a el en snijd hem in stukjes. Daarna laat je dit heel kort k ken. Doe er veert gram suiker bij. Pel de b n nen en prak ze. appel koken veertig bananen Roer de room erdoorheen. 6 Neem een br de schaal en smeer die in met boter. 7 Leg eerst plakjes bladerdeeg in de ve e schaal. 8 Maak dan laagjes van de appel en de b n nen. brede vette bananen 9 Zet de taart twintig minuten in de oven op 80 graden. En klaar is dit toetje! Het is le er en echt niet m lijk! lekker, moeilijk

13 Kun je dit nu? Je kunt woorden met eeuw, ieuw en uw nu goed schrijven. Je kunt woorden uit blok nog goed schrijven. Zo schrijf ik het goed en uit blok (Kun je dit nog?) Zo schrijf ik het goed

14 6 Les Je oefent meer samenstellingen met twee of meer medeklinkers na elkaar. samenstellingen Schrijfaanwijzing Hoor je twee woorden? Knip ze los. Schrijf het eerste woord op en schrijf het tweede woord op. Schrijf de twee woorden aan elkaar. Let op de volgorde van de medeklinkers. Lees de zinnen. Kijk naar de blauwe woorden. Maak er een samenstelling van en schrijf die achter de zin. Met dit spel maak je kans op een mooie prijs. De sleutel zit in de zak van mijn jas. In deze zaal lees ik een boek. Paul en Emre maken een lange tocht op de fiets. Het doel is om op het eind goed te kunnen spellen. 6 Een bode is iemand die iets brengt, zoals de post. 7 De wieken van de molen draaien door de wind. kansspel jaszak leeszaal fietstocht einddoel postbode windmolen Volg de lijnen en maak samenstellingen. Schrijf de samenstellingen in je schrift. feesttaart, fietsstuur, kastdeur, kerktoren, slaapplaats, sportdag, valstrik, oorring feest fiets kast kerk slaap sport val oor dag plaats ring taart toren deur stuur strik Kijk naar de plaatjes en maak samenstellingen. Schrijf met elke samenstelling een zin in je schrift. Zinnen te beoordelen door de leerkracht. kerktoren melkbeker fietsstuur

15 6 Les samenstellingen Wat oefen je? Je oefent meer samenstellingen met twee of meer medeklinkers na elkaar. Je bedenkt nieuwe samenstellingen met twee of meer medeklinkers na elkaar. Lees de zinnen en maak de samenstellingen af. Vul het woord in en schrijf de hele samenstelling op. Kies uit: spreuk scherf beker steen deel Ik gooi zes met de dobbel. Mijn fietsband gaat lek door een glas. deel steen Europa is een wereld. De tovenaar spreekt een tover uit. beker spreuk scherf Ik drink melk uit een melk. dobbelsteen glasscherf werelddeel toverspreuk melkbeker Maak nieuwe samenstellingen. Welk woord past erachter of ervoor? Schrijf het op. Schrijf de hele samenstelling in je schrift Kies uit: dag deur doel molen plaats ring spel steen strik taart tocht toren zaal zak a appel taart f strik vraag b maan dag g toren valk c dag tocht h plaats bewijs d keuken deur i spel regel e edel steen j molen wiek Maak een woordspin. Te beoordelen door de leerkracht. Maak een woordspin met het woord huis. Schrijf bij elke poot een nieuwe samenstelling met huis. Let op! De samenstelling mag met huis beginnen, maar kan er ook op eindigen. huis

16 6 Les Kun je dit nog? Je herhaalt woorden uit blok. Los het geheimschrift op. Schrijf de woorden in de puzzel. = letterzetter ff = letterrover: a, e of u = ook-zo: ig, ooi of aai Een lama kan heel goed sp gen. Ik kan heel ernst kijken. Ik doe mijn zw r e rugtas af. Ik voel mij schuld als ik iets verkeerd doe. Een hoofdt is vaak een band met veren. 6 Door het schuren is alles sto geworden. 7 Die bes kun je niet eten, die is gift. 8 Ik word helemaal duizelig van dat gedr. s e p r u n g s e t n i g z w a r e s c h u l d i g h o o f d t o o i 6 s t o f f i g 7 g i f t i g 8 g e d r a a i Welk lees je woord bij? prachtig Lees het beeldverhaal. Maak de woorden af. Schrijf ze achter de zin. Ik ben vandaag jar.... Ik krijg een nieuwe tr...el voor mijn drumstel. We maken veel law.... Mijn vader zegt: Wat maken jullie een h...ie! jarig trommel lawaai herrie Maak woorden. Plak de woordstukjes aan elkaar. Maak er vier goede woorden mee. Schrijf de woorden in je schrift. pro elle lijk ig moei geest bleem boog probleem, elleboog, moeilijk, geestig 6

17 Kun je dit nu? Je kunt samenstellingen met twee of meer medeklinkers na elkaar nu goed schrijven. Je kunt woorden uit blok nog goed schrijven. Zo schrijf ik het goed en uit blok (Kun je dit nog?) Zo schrijf ik het goed 7