Problemen met automatiseren kun je keren

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Problemen met automatiseren kun je keren"

Transcriptie

1 Master Special Educational Needs Praktijkgericht onderzoek jaar Problemen met automatiseren kun je keren Neenke Egberts Studentnummer: Leerroutecode: Gespecialiseerd leraar: gedrag en leren Datum: Ik verklaar dat dit onderzoeksverslag het resultaat is van mijn inzet en studie en dat het niet op deze of vergelijkbare manier is aangeboden aan een andere HBO opleiding met de bedoeling daar studiepunten voor te ontvangen. 1

2 Persoonlijke gegevens Neenke Egberts Wittevrouwenstraat CV Utrecht Studentnummer: Gegevens werkplek: OBS Vleuterweide Teunisbloemlaan BC Vleuten Gegevens opleidingsinstituut: Hogeschool van Utrecht Seminarium voor Orthopedagogiek Master SEN: Special Educational Needs Specialisatie: Gedrag en Leren Leerjaar: 2 Traject: Individueel 2

3 Inhoudsopgave 1. Samenvatting Blz Inleiding Blz Hoofdstuk 1: Praktijkprobleem Blz Hoofdstuk 2: Onderzoeksvraag Blz Hoofdstuk 3: Theoretische verkenning Blz Hoofdstuk 4: Onderzoeksstrategie Blz Hoofdstuk 5: Planning Blz Hoofdstuk 6: Analyse van de data Blz Hoofdstuk 7: Conclusie, discussie en aanbevelingen Blz Hoofdstuk 8: Evaluatie en reflectie Blz Hoofdstuk 9: Kritische reflectie Blz Dankwoord Blz Literatuurlijst Blz Bijlage 1a: Analyse goedgemaakte plussommen Blz Bijlage 1b: Analyse goedgemaakte minsommen Blz Bijlage 1c: Analyse goedgemaakte sommen totaal Blz Bijlage 1d: Analyse prestaties verschillende groepen Blz Bijlage 2a: Gegevens diagnostische gesprekken Blz Bijlage 2b: Gegevens sommen Blz Bijlage 3: Samenvatting van het H-formulier Blz Bijlage 4: Conclusie leekrachtgedrag Blz Bijlage 5: De Vreedzame School Blz. 96 3

4 Samenvatting In de praktijk blijkt dat ruim een kwart van de leerlingen op OBS Vleuterweide in de groepen 4 moeite heeft met bepaalde basisvaardigheden op het gebied van rekenen. Dit onderzoek bestudeert het effect van de invoering van het oefenprogramma Met sprongen vooruit (Menne, 2008) in de groepen 4 op OBS Vleuterweide. Het gaat hierbij om een productief oefenprogramma in het getallengebied tot 100. Na een nulmeting zijn gedurende eenentwintig weken drie keer per week naast de reguliere rekenmethode De Wereld in Getallen (Huitema et al., 2001) oefenlessen van het oefenprogramma aangeboden. Er is een significant verschil waargenomen tussen de prestaties van de leerlingen gemeten voor en na de inzet van het oefenprogramma. De auteur concludeert dat de leerwinst is ontstaan door het aanbieden van de fysieke oefeningen. 4

5 Inleiding De leerkrachten van de groepen 4 op OBS Vleuterweide lopen aan tegen het feit dat de sommen onder de 10 bij ruim een kwart van de leerlingen onvoldoende geautomatiseerd zijn. Daardoor zijn veel leerlingen aan het eind van groep 4 ook niet in staat de optel- en aftreksommen tot 100 kaal en toepasbaar op te lossen, wat volgens Ruijssenaars et al. (2006) wel einddoel is van groep 4. De doelstelling van dit onderzoek is na te gaan in hoeverre met behulp van het oefenprogramma Met sprongen vooruit (Menne, 2008) de basale vaardigheden verbeteren. In hoofdstuk 1 wordt het praktijkprobleem geschetst gekoppeld aan al bestaande theorie en wordt het doel van het onderzoek beschreven. In hoofdstuk 2 zijn de daarop volgende onderzoeksvraag en subvragen beschreven. In hoofdstuk 3 kunt u lezen wat er bekend is op het gebied van de basisvaardigheden van rekenen en de mogelijke gevolgen bij het ontbreken van de basisvaardigheden. In hoofdstuk 4 worden de onderzoekstrategie en de methoden die tijdens dit onderzoek gebruikt worden/zijn beschreven. In hoofdstuk 5 vindt u een beschrijving van de gevolgde planning. In hoofdstuk 6 vindt u een analyse van de data van de Tempo Test Automatiseren (De Vos, 2010) en de diagnostische gesprekken (Huitema, Erich & Man, 2002). In hoofdstuk 7 staan de conclusie, discussie en aanbevelingen naar aanleiding van het onderzoek beschreven. In hoofdstuk 8 treft u de evaluatie van het onderzoek en de reflectie op het onderzoeksproces aan. 5

6 Hoofdstuk 1: Praktijkprobleem De Expertgroep doorlopende leerlijnen taal en rekenen (2008) refereert in haar rapport aan het onderwijsverslag waarin de Inspectie haar zorg uitspreekt over het groeiende aantal leerlingen van wie de basisvaardigheden van rekenen ontoereikend zijn om in onze maatschappij goed te functioneren. Weliswaar zijn de resultaten wat betreft inzicht in de structuur van getallen, de relaties tussen getallen en het gebruik van de rekenmachine beter, maar zijn de resultaten op de basisbewerkingen optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen slechter. Uit het onderzoek van Programme for International Student Assessment (PISA) dat in 2007 heeft plaatsgevonden (Expertgroep doorlopende leerlijnen taal en rekenen, 2008) blijkt dat er, vergeleken met enige jaren geleden, de prestaties van de groep leerlingen die nu in het voortgezet onderwijs verblijven, licht gedaald zijn. De Expertgroep doorlopende leerlijnen taal en rekenen (2008) stelt dat het basisonderwijs funderend onderwijs is dat alle leerlingen de kans moet bieden op een solide basis voor de verschillende daarop volgende leerroutes. Deze resultaten gaan volgens de Inspectie samen met de invoering van realistische rekenwiskunde methoden (Gelderblom, 2010). Het rekenonderwijs legt de laatste decennia meer de nadruk op contextsommen en realistisch rekenonderwijs en minder op automatisering en basisvaardigheden. Gelderblom (2010) haalt de kritiek van Opmeer aan die stelt dat er in de realistische didactiek te weinig aandacht besteed wordt aan standaardprocedures en de interne structuur van de wiskunde. Daarnaast echter citeert Gelderblom (2010) ook de mening van Treffers en Uittenboogaard die juist stellen dat het realistische rekenonderwijs heeft bijgedragen aan het verbeteren van de onderdelen hoofdrekenen en schattend rekenen. De leerkrachten op OBS Vleuterweide merken dat de leerlingen in de groepen 4 moeite hebben met de rekenvaardigheden basisbewerkingen optellen en aftrekken. Het volgende praktijkprobleem wordt daar gesignaleerd: de leerlingen in de groepen 4 op OBS Vleuterweide bezitten te weinig rekenbasisvaardigheden. Volgens Ruijssenaars, Van Luit & Van Lieshout (2006) is de methode Wereld in getallen (Huitema, Van der Klis & Timmermans, 2001) het meest effectief gebleken op het gebied van tellen/ordenen, structureren, de bewerkingen optellen, aftrekken en vermenigvuldigen, en de toepassingen meten en tijd. Op het gebied van de bewerkingen delen en geld is de methode Wereld in getallen minder effectief gebleken. Ook op OBS Vleuterweide wordt gebruik gemaakt van de methode Wereld in getallen. In de praktijk blijkt echter dat ruim een kwart van de leerlingen in de groepen 4 moeite heeft met bepaalde basisvaardigheden op het gebied van rekenen. Onder deze basisvaardigheden vallen het leren tellen, ordenen en lokaliseren, springen naar getallen, aanvullen tot 10, splitsingen en sprongen van 10. De leerkrachten van de groepen 4 lopen vooral tegen het feit aan dat de sommen onder de 10 onvoldoende geautomatiseerd zijn. Daardoor zijn veel leerlingen aan het eind van groep 4 ook niet in staat de optel- en aftreksommen tot 100 kaal en toepasbaar op te lossen, wat volgens Ruijssenaars et al. (2006) wel einddoel is van groep 4. Het ontbreken van de basisvaardigheden optellen en aftrekken tot 10 heeft ook zijn consequenties voor het memoriseren van de basisoperaties vermenigvuldigen en delen. Dit wordt veroorzaakt doordat de sommen tot de 10 niet uit het lange termijn geheugen van de leerlingen opgeroepen kunnen worden, en er hierdoor extra belasting van het werkgeheugen bij deze kinderen optreedt (Ruijssenaars et al., 2006). De leerkrachten in de groepen 4 op OBS Vleuterweide merken dat de rekenzwakke leerlingen moeite hebben met het maken van sprongen van 10 en daardoor moeite met het oplossen van de sommen tot 100. Veel leerlingen blijven steken op tellend rekenen of structurerend rekenen in plaats van mentaal rekenen waarbij ze de modellen kunnen loslaten. Hierdoor kosten de sommen tot 100 hen veel tijd. Dit onderzoek gaat uit van de veronderstelling dat middels het programma Met sprongen vooruit (Menne, 2008) verbetering aangebracht kan worden in de rekenbasisvaardigheden van de groepen 4 van OBS Vleuterweide. De doelstelling van dit 6

7 onderzoek is daarom om na te gaan in hoeverre de verwachting bewaarheid wordt dat de leerlingen in de groepen 4 met behulp van dit programma betere resultaten zullen behalen in de basisvaardigheden leren tellen, ordenen en lokaliseren, springen naar getallen, aanvullen tot 10, splitsingen en sprongen van 10, het inzicht in de getallen en de automatisering van sommen tot 10 en later ook de sommen tot 100. Dit onderzoek is in eerste instantie vooral relevant voor de leerlingen en leerkrachten van de groepen 4 van OBS Vleuterweide. Op het moment dat de basisvaardigheden op dit niveau verbeteren, zou dit ook een positieve uitwerking voor de leerkrachten en de leerlingen in de volgende groepen kunnen hebben. Gelderblom (2011) stelt dat het op tijd en geautomatiseerd beheersen van de basisvaardigheden van groot belang is voor de verdere rekenontwikkeling in de groepen 6 8. Dit wordt bevestigd door de Expertgroep doorlopende leerlijnen taal en rekenen (2008) die stelt dat de feiten, begrippen, routines en methoden in het rekenen en wiskunde een hiërarchisch bouwwerk vormen, waarbij de verschillende bouwstenen op elkaar rusten. Leerlingen die het basale rekenen in groep 6 nog niet goed beheersen, krijgen wel steeds nieuwe begrippen en rekenoperaties onderwezen, totdat aan het eind van groep 8 blijkt dat ze daar niets meer van hebben opgestoken. Naar de overtuiging van de Expertgroep doorlopende leerlijnen taal en rekenen (2008) moet in het onderwijs veel meer werk worden gemaakt van het consolideren, d.w.z., het opvoeren van de beheersing tot het paraat hebben van de noodzakelijke parate kennis van de bouwstenen waarvan in het vervolg van de opbouw van het inhoudelijke netwerk van feiten, begrippen en procedures wordt uitgegaan. Het gaat over het gebruik in een ruime variatie aan situaties van geautomatiseerde rekenoperaties, het herkennen van feiten en begrippen, en routines te gebruiken in een ruime variatie aan situaties. In feite gaat het dus over het beheersingsniveau van de te verwerven basis aan kennis en vaardigheden. Op een bepaald moment in het leertraject van een leerling moet die basis paraat beschikbaar zijn, omdat anders het voortbouwen weinig zin heeft (De Expertgroep doorlopende leerlijnen taal en rekenen, 2008). Verwacht wordt dat door invoering van het programma Met sprongen vooruit (Menne, 2008) de basale vaardigheden meer worden geoefend, waardoor de leerlingen zullen beschikken over de bouwstenen waarop ze voort kunnen bouwen in de volgende leerjaren. Als blijkt dat dit programma verbetering geeft in basisvaardigheden, kan het mogelijk op meerdere scholen ingevoerd worden. Met het aanvullende oefenprogramma kan dan het huidige beperkte niveau verhoogd worden en een bijdrage leveren aan het goed kunnen functioneren binnen de maatschappij. 7

8 Hoofdstuk 2: Onderzoeksvraag De onderzoeksvraag die volgt uit het hiervoor geschetste praktijkprobleem van OBS Vleuterweide is: Wat is het effect van het inzetten van het programma Met sprongen vooruit op de rekenvaardigheden van de leerlingen van de groepen 4 op OBS Vleuterweide? Naar aanleiding van de onderzoeksvraag is een drietal specifieke subvragen geformuleerd: 1. Wat is de rekenonderwijsbehoefte van de leerlingen in de groepen 4 van OBS Vleuterweide bij het gebruik van het programma Met sprongen vooruit? 2. Welke didactische aanpak uit Met sprongen vooruit draagt bij aan de rekenonderwijsbehoeften van de leerlingen in de groepen 4 van OBS Vleuterweide? 3. Welke aanpassing vraagt het werken met Met sprongen vooruit voor het leerstofaanbod van de reguliere rekenmethode? Het programma Met sprongen vooruit (Menne, 2008) dat genoemd wordt in de onderzoeksvraag is volgens onderzoek van Menne (2001) een productief oefenprogramma gebleken voor het getallengebied tot 100. De rijksoverheid heeft onderzoek gedaan onder verschillende scholen naar de tevredenheid van het automatiseringsaanbod bij de gebruikte rekenmethoden (Henkens, 2011). Uit dit onderzoek blijkt dat zestig procent van de scholen die meededen aan het onderzoek tevreden is over het automatiseringsaanbod binnen de rekenmethoden. Vrijwel alle scholen zetten echter additionele materialen in voor het automatiseren van de basisbewerkingen. De scholen die relatief weinig extra materialen inzetten hebben opvallend lagere eindopbrengsten voor rekenen-wiskunde. In het rapport Periodiek Peilingonderzoek van het Onderwijsniveau in Nederland (PPON) (2011) wordt geconstateerd binnen het subdomein Getallen er een duidelijke positieve ontwikkeling is van de basale gecijferdheid, maar een duidelijke negatieve ontwikkeling ten aanzien van de bewerkingen met getallen in de vorm van het rekenen op papier. De Expertgroep doorlopende leerlijnen taal en rekenen (2008) citeert Harskamp die stelt dat de mogelijke verklaringen liggen in een geringere aandacht en tijd in het onderwijsaanbod voor dat subdomein, een verschuiving naar het gebruik van de rekenmachine en een niet consistente didactiek met teveel mogelijke strategieën. Uit onderzoek van Menne (2001) blijkt dat rekenprestaties van zwakke rekenaars aanzienlijk verbeteren als de leerkracht drie keer per week gedurende een kwartier productieve oefenlessen verzorgt. In dit onderzoek is gekeken naar wat een zwakke rekenaar in groep 4 als zodanig typeert en hoe benodigde vaardigheden voor het vlot en flexibel leren rekenen tot 100 zo optimaal mogelijk kunnen worden geleerd. Kenmerkend voor zijn bevindingen is dat eerst geruime tijd stilgestaan dient te worden bij het verwerven van basale vaardigheden alvorens leerlingen overgaan tot het opereren met getallen. Tot basale vaardigheden behoren de oefenonderdelen leren tellen, ordenen en lokaliseren, springen naar getallen, aanvullen tot 10, splitsingen en sprongen van 10. Onder rekenvaardigheid zoals die benoemd wordt in de onderzoeksvraag, verstaan we de vaardigheden die leerlingen nodig hebben om tot een voldoende niveau van voorbereidende rekenvaardigheden te komen, wat hen van pas komt bij het verdere rekenen. Hieronder vallen het omgaan met getallen in alle mogelijke situaties, optellen, 8

9 aftrekken en het met begrip oplossen van talige problemen in rekencontexten (Ruijssenaars et al., 2006). Onder de rekenonderwijsbehoefte, genoemd in subvraag 1, verstaan we wat een leerling nodig heeft om de einddoelen voor rekenen te bereiken. Hierbij wordt o.a. nagegaan welke instructie, opdrachten of taken, leeractiviteiten of materialen, leeromgeving, feedback, groepsgenoten, ouders, hulp of ondersteuning de leerling nodig heeft om de einddoelen op het gebied van rekenen te halen (Pameijer, Van Beukering & De Lange, 2009). Met het begrip didactische aanpak, genoemd in subvraag 2, wordt bedoeld op welke manier de kennis, vaardigheden en het inzicht van het rekenonderwijs het best kunnen worden onderwezen. Het leerstofaanbod, genoemd in subvraag 3, geeft het aanbod van de leerstof van rekenen aan. Onder de reguliere rekenmethode, genoemd in subvraag 3, verstaan we de rekenmethode die op OBS Vleuterweide wordt gebruikt. Als reguliere rekenmethode op OBS Vleuterweide wordt gebruik gemaakt van de rekenmethode Wereld in getallen (Huitema et al., 2001). De vraag is hoe het programma Met sprongen vooruit (Menne, 2008) hierop aan kan sluiten. 9

10 Hoofdstuk 3: Theoretische verkenning Het rekenonderwijs legt de laatste decennia meer de nadruk op contextsommen en realistisch rekenonderwijs en minder op automatisering en basisvaardigheden. Gelderblom (2010) refereert aan de kritiek van Opmeer die stelt dat er in de realistische didactiek te weinig aandacht besteed wordt aan standaardprocedures en de interne structuur van de wiskunde. Daarnaast echter verwijst hij naar de mening van Treffers en Uittenboogaard die juist stellen dat het realistische rekenonderwijs heeft bijgedragen aan het verbeteren van de onderdelen hoofdrekenen en schattend rekenen. De Expertgroep doorlopende leerlijnen taal en rekenen (2008) haalt in haar rapport het onderwijsverslag aan waarin de Inspectie haar zorg uitspreekt over het groeiende aantal leerlingen van wie de rekenbasisvaardigheden ontoereikend zijn om in onze samenleving te functioneren. In dit verslag komt naar voren dat de resultaten wat betreft inzicht in de structuur van getallen, de relaties tussen getallen en het gebruik van de rekenmachine beter zijn, maar dat de resultaten op de basisbewerkingen optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen minder zijn dan voor de invoering van de realistische rekenwiskundemethode (Gelderblom, 2010). Het artikel rekenonderwijs: traditioneel of realistisch (2011), waarin de traditionele en de realistische rekenmethode tegenover elkaar worden gezet, stelt eveneens dat het nadeel van de realistische methode is dat kinderen weinig oefening hebben in snel en goed rekenen en cijferen. Hierbij geldt dat als je het trucje door hebt, je het wel moet blijven oefenen. Bij de traditionele methode werd veel meer geoefend dan bij de realistische rekenmethodes. Volgens Gelderblom (2011) is sinds de komst van realistische rekenmethoden het automatiseren van de basisvaardigheden ernstig verwaarloosd. We zien nu leerlingen in de bovenbouw van de basisschool hun vingers nog gebruiken bij het rekenen tot twintig. Wat opvalt is dat in landen waar bij het rekenonderwijs veel aandacht besteedt aan het oefenen van de basisvaardigheden (Vlaanderen, Zuid-Korea, Hong Kong China), leerlingen beter presteren dan in Nederland. Het op tijd geautomatiseerd beheersen van het optellen en aftrekken tot twintig en de tafels van vermenigvuldiging, maar ook het rekenen tot honderd, zijn belangrijke voorwaarden voor de verdere rekenontwikkeling. Volgens Ruijssenaars et al. (2006) wordt in groep 4 het getalbereik uitgebreid tot 100, met onderscheid in aandacht voor getallen en operaties. Het streven is dat kinderen deze telrij kunnen opzeggen en daarbinnen vanaf ieder getal kunnen door- en terugtellen, zowel in enen als in tienen. Ook wordt verwacht dat ze in staat zijn getallen tot 100 te positioneren op de (bijna) lege getallenlijn, te structureren in tientallen en eenheden, en te contextualiseren in zinvolle situaties. Deze einddoelen worden door een kwart van de leerlingen in de groepen 4 op OBS Vleuterweide niet behaald. Op OBS Vleuterweide wordt gebruik gemaakt van de rekenmethode De wereld in getallen (Huitema et al., 2001). Dit is een realistische rekenmethode met een sterk adaptief karakter. De auteurs stellen zich ten doel om de verschillen tussen kinderen zo veel mogelijk te honoreren, maar ook hanteerbaar voor de leerkrachten maken. In de methode wordt heel regelmatig getoetst, waarna er aanwijzingen volgen voor een gedifferentieerd aanbod. Binnen de methode wordt gebruik gemaakt van schema s en modellen in de vorm van de getallenlijn, het busmodel, pijlentaal, het rooster, het oppervlaktemodel en stroken (Huitema et al., 2001). Volgens Ruijssenaars et al. (2006) is de methode De wereld in getallen het meest effectief gebleken op het gebied van tellen/ordenen, structureren, de bewerkingen optellen, aftrekken en vermenigvuldigen, en de toepassingen meten en tijd. Op het gebied van de bewerkingen delen en geld sorteerde de methode minder effect. In de praktijk op OBS Vleuterweide blijkt echter dat ruim een kwart van de kinderen in de groepen 4 bepaalde basisvaardigheden mist. Onder deze basisvaardigheden vallen het leren tellen, ordenen en lokaliseren, springen naar getallen, aanvullen tot tien, splitsingen en sprongen van tien. De leerkrachten van de groepen 4 lopen vooral tegen het feit aan dat de sommen onder de tien onvoldoende geautomatiseerd zijn. Daardoor 10

11 zijn veel kinderen op het eind van groep 4 ook niet in staat de optel- en aftreksommen tot 100 kaal en toepasbaar op te lossen, wat volgens Ruijssenaars et al. (2006) wel het einddoel is van groep 4. In onderzoek van de rijksoverheid naar het automatiseringsaanbod in de gebruikte rekenmethoden komt ook naar voren dat er te weinig aandacht is voor automatiseringsoefeningen. Uit dit onderzoek blijkt dat zestig procent van de scholen die meededen aan het onderzoek wel tevreden is over het automatiseringsaanbod, maar vrijwel alle scholen zetten additionele materialen in voor het automatiseren van de basisbewerkingen. De scholen die relatief weinig extra materialen inzetten hebben opvallend lagere eindopbrengsten voor rekenen-wiskunde. Daarnaast bleek uit de praktijk dat veel scholen de bestaande rekenmethoden tekort vonden schieten ten aanzien van het automatiseren en memoriseren. Verschillende scholen kozen er vervolgens voor het aanbod aan te passen door extra materiaal of aanvullende oefenprogramma s aan te schaffen of bijvoorbeeld extra onderwijstijd in te plannen om gericht te oefenen met als doel het automatiseren van basisbewerkingen (Henkens, 2011). OBS Vleuterweide heeft afgelopen jaar zo n aanvullend oefenprogramma Met sprongen vooruit (Menne, 2008) aangeschaft. Deze methode is nog niet geïmplementeerd. Door gebruik van deze methode naast de reguliere rekenmethode wil OBS Vleuterweide de rekenvaardigheden van de leerlingen verbeteren. Uit onderzoek van Menne (2001) blijkt dat rekenprestaties van zwakke rekenaars aanzienlijk verbeteren als de leerkracht drie keer per week gedurende een kwartier productieve oefenlessen verzorgt. Bovendien hebben de oefenlessen tot gevolg dat leerlingen vertrouwen krijgen in hun rekenvaardigheden, dat ze zich bewust worden wat ze nog meer moeten oefenen en dat ze verloren enthousiasme herwinnen (Menne, 2008). Wat betreft het gebruik van het oefenprogramma in combinatie met de reguliere methode De Wereld in getallen (Huitema et al., 2001) zegt Menne (2008) dat de map met oefenmateriaal naast elke realistische reken-wiskundemethode kan worden gebruikt. Wel stelt Menne (2008) dat gezien de totale beschikbare tijd voor rekenwiskundeonderwijs de leerkracht in de methode die oefeningen zal moeten weglaten die al in het oefenprogramma aan de orde zijn geweest. Adviezen uit de literatuur Methodeontwikkelaars onderkenden de ontwikkeling dat scholen aanvullende oefenprogramma s aanschaften om gericht te oefenen met als doel het automatiseren van de basisbewerkingen, en hebben de recent (rond 2009) verschenen (versies van verschillende) methodes aangepast door extra gerichte aandacht te besteden aan dit onderdeel. Voor een aantal methodes geldt daarnaast dat het aanbod van verschillende oplossingsstrategieën is beperkt. Uit onderzoek blijkt tevens het belang van het plannen van voldoende leertijd voor automatiseren (minimaal tien minuten per dag) en het afstemmen van de onderwijstijd op de kenmerken van de leerlingenpopulatie en de verschillen tussen leerlingen binnen de groepen (Henkens, 2011). Gelderblom (2010) stelt dat het belangrijk is elke rekenles te beginnen met een automatiseringsoefening van vijf tot tien minuten. In de methode Wereld in getallen wordt elke dag aandacht besteed aan een oplossingsstrategie (Huitema et al., 2001). Naast het gebruik van een goede rekenmethode is de didactiek van de leerkracht van belang voor goed rekenonderwijs. Volgens Ruijssenaars et al. (2006) dient de leerkracht zijn instructies af te stemmen op de leerprestaties van de leerlingen. Hierbij moet de leerkracht zich realiseren dat elke leerling een specifieke rekenonderwijsbehoefte heeft. De leerkracht dient zich af te vragen welke aanpak bij welke leerling werkt. Op grond van de analyse van de leerprestaties in de vorm van toetsresultaten kan de leerkracht activiteiten plannen. Na het uitvoeren van de geplande activiteiten dient er een evaluatie te zijn. Deze stappen hebben een cyclisch karakter (Ruijssenaars et al., 2006). 11

12 Volgens Gelderblom (2010) bevat effectief rekenonderwijs de volgende stappen: 1. Doelgericht rekenonderwijs en hoge verwachtingen. Hiermee doelt hij op het stellen van hoge realistische doelen. 2. Voldoende tijd besteden aan rekenonderwijs. De Inspectie van het onderwijs (2006) stelt dat meer leer- en instructietijd voor rekenen-wiskunde en effectiever omgaan met de beschikbare tijd leiden tot betere resultaten. Ook internationaal onderzoek bevestigt dit (Gelderblom, 2010). Hierbij spelen de onderwijsbehoeften van de leerlingen een rol, aangezien het ene kind meer instructie behoeft dan het andere kind. 3. Extra tijd voor zwakke rekenaars. Zwakke rekenaars hebben vaak meer instructie-en oefentijd nodig om dezelfde doelen te kunnen halen als de andere leerlingen. Ook hierbij is het van belang om als leerkracht te kijken naar de onderwijsbehoeften van de leerling. Aan de onderwijsbehoeften van de individuele leerling kan voldaan worden in de vorm van pre-teaching, verlengde instructie en tijd om te oefenen (Gelderblom, 2010). 4. Effectieve instructie. De instructiekwaliteiten van de leerkracht zijn van groot belang. De effectieve instructie voor zwakke rekenaars houdt in: grondige voorbereiding van het formele rekenen, uitgaan van contexten, starten vanuit een sturende didactiek, voordoen, samendoen, zelf doen, isoleren van deelstappen, nadruk op handelen, onder woorden brengen, gebruik van modellen en schema s, automatiseren, en leren generaliseren van het geleerde. 5. Effectief omgaan met verschillen. Gelderblom (2010) pleit hier voor het kijken naar het individu en het inspelen op de onderwijsbehoeften van de individuele leerling. Hij benoemt hierbij een aantal zaken die van belang zijn om effectief om te gaan met verschillen; doelgericht reken-wiskundeonderwijs en hoge verwachtingen, voldoende tijd en extra tijd voor zwakke rekenaars, monitoren van rekenonderwijs, een goede kijk op zwakke rekenaars, convergente differentiatie en verlengde instructie, en keuzes maken voor zwakke rekenaars in de bovenbouw. 6. Een goede rekenstart. Leerkrachten in de onderbouw moeten een rijke leeromgeving creëren voor de kinderen, omdat juist in de eerste leerjaren de basis wordt gelegd voor de hele verdere schoolloopbaan. Door de leerlingen in de kleutergroepen goed te volgen is het mogelijk om heel vroeg in te grijpen en dreigende problemen te voorkomen. 7. Monitoren van het rekenonderwijs. Door het analyseren van de opbrengsten door de leerkracht, intern begeleider en de schoolleider kunnen kwaliteitsproblemen aangepakt worden. Naar aanleiding van onderzoek van de Onderwijsinspectie (De Expertgroep doorlopende leerlijnen taal en rekenen, 2008) stelt Gelderblom dat een rekenzwakke school actie moet ondernemen om de kwaliteit te verbeteren. Gelderblom (2011) stelt dat de leerkracht de meest bepalende factor voor de rekenresultaten van leerlingen is. Zij zijn in sterke mate afhankelijk van de instructie die zij van hem krijgen. Beter rekenonderwijs is daarom vooral effectief wanneer ingezet wordt op versterking van de instructiekwaliteiten van leerkrachten. Effectieve rekeninstructie is het hart van het rekenonderwijs. Er is veel wetenschappelijk onderzoek gedaan naar effectieve scholen. Ook onderzoek vanuit de rekendidactiek levert belangrijke inzichten op met betrekking tot de vraag hoe kinderen leren rekenen. Gelderblom (2011) noemt de volgende inzichten: - Er is een verband tussen de hoeveelheid tijd die een school besteedt aan rekenen-wiskunde en de rekenresultaten van leerlingen. Zwakke rekenaars hebben vooral behoefte aan extra instructie en oefentijd. Op OBS Vleuterweide wordt in groep 3 wekelijks vier uur rekenonderwijs gegeven. In de groepen 4 is dit viereneenhalf uur per week. Hiermee voldoet OBS Vleuterweide aan de eisen van de inspectie. Zwakke rekenaars krijgen verlengde instructie aan de instructietafel van de leerkracht. - Het op tijd en geautomatiseerd beheersen van de basisvaardigheden is van groot belang voor de verdere rekenontwikkeling in groep 6 8. Op OBS Vleuterweide 12

13 beheersen ruim een kwart van de leerlingen de basisvaardigheden eind groep 4 niet op tijd, waardoor ze problemen krijgen in tijdens hun verdere rekenontwikkeling. - Het is essentieel dat jonge kinderen voldoende getalbegrip ontwikkelen en dat leerkrachten voldoende aandacht besteden aan de verschillende telvaardigheden. Op OBS Vleuterweide wordt in de groepen 1/2 aandacht besteed aan de telvaardigheden getalbegrip, het verder tellen vanaf een bepaald getal onder de 10 en het herkennen van cijfersymbolen. In de groepen 3 wordt hierop aangesloten en worden de telvaardigheden uitgebreid. In groep 3 wordt o.a. aandacht besteed aan verder tellen met stappen van 2 en 5. - Zwakke rekenaars moeten zo vroeg mogelijk worden gesignaleerd en hulp krijgen. Op OBS Vleuterweide worden zwakke rekenaars gesignaleerd door het analyseren van toetsen en observeren door de leerkracht en de intern begeleider. Zwakke rekenaars krijgen verlengde instructie van de groepsleerkracht. - Zwakke rekenaars ontdekken niet zoveel uit zichzelf. Reflecteren op strategieën is niet hun sterkste kant. Ze zijn gebaat bij een gestructureerde aanpak. OBS Vleuterweide wordt gewerkt a.d.v. het directe instructiemodel. Ook tijdens de verlengde instructie werkt de leerkracht met zijn hard-op-denk-stem. Hierdoor krijgen leerlingen een oplossingsstrategie aangeboden. - Er is een verband tussen de rekenopbrengst van een school en het functioneren van de schoolleiding. De opbrengsten worden bekeken door de schoolleiding bestaande uit de directeur, de intern begeleider en de bouwcoördinator. Waar nodig worden interventies gepleegd. 13

14 Hoofdstuk 4: Onderzoeksstrategie Het onderzoek is een evaluatieonderzoek. Hiervoor is gekozen omdat er met behulp van evaluatieonderzoek bekeken kan worden of de nieuwe werkwijze, het invoeren van het programma Met sprongen vooruit, inderdaad geleid heeft tot die resultaten die de school hiermee wil behalen. Bij een evaluatieonderzoek kan zo nauwkeurig mogelijk gemeten worden in hoeverre vooraf gestelde doelen bereikt zijn en welke factoren bij het al dan niet bereiken van de doelstellingen een rol hebben gespeeld. Hebben de bewuste interventies geleid tot het beoogde doel (De Lange, Schuman & Montesano Montessori, 2010)? De vooruitgang van de rekenvaardigheid zal zo nauwkeurig mogelijk gemeten worden, en op deze manier zal bekeken worden wat het effect van het programma Met sprongen vooruit (Menne, 2008) hierop is. Methode Als methode wordt het programma Met sprongen vooruit (Menne, 2008) gebruikt. Aan de ene kant is dit een productief oefenprogramma voor zwakke rekenaars in het getallengebied tot 100 en aan de andere kant past het programma binnen de theorie van het realistische rekenwiskunde onderwijs. Het is een interactief klassikaal oefenprogramma en heeft tot doel dat leerlingen aan het eind van groep 4 verkort en flexibel kunnen rekenen in het getallengebied tot 100. Het programma voorziet in een welkome aanvulling op het huidige aanbod van reken-wiskundemethoden voor groep 4 (Menne, 2008). Het leerstofaanbod aan de leerlingen van de groepen 4 op OBS Vleuterweide zal in het schooljaar aangepast worden aan het programma Met sprongen vooruit (Menne, 2008). De leerkrachten zullen in overleg met de intern begeleider bekijken welke vaardigheden in het oefenprogramma aan bod komen en weggelaten kunnen worden uit de reguliere methode. Daarnaast gaat één leerkracht de cursus volgen die hoort bij het programma, waarin gesteld wordt welke aanpassingen gedaan dienen te worden in het aanbod van de reguliere rekenmethode bij het invoeren van Met sprongen vooruit. Zij zal haar kennis over het programma Met sprongen vooruit delen met de desbetreffende leerkrachten. Gemiddeld genomen vervult het oefenprogramma vanaf december een voortrekkersfunctie op het werken met de reguliere rekenmethode. Dit blijkt uit de bevindingen van de leerkrachten die deel hebben genomen aan het onderzoek (Menne, 2008). Daarnaast zullen er in september 2011, december 2011 en mei 2012 diagnostische gesprekken in de vorm van een interview plaatsvinden om gedetailleerde informatie te krijgen over de oplossingsstrategieën die de leerlingen gebruiken met betrekking tot optel- en aftrekopgaven tot tien, de plaats van getallen op de getallenlijn en het ordenen van getallen. Hiervoor zal gebruik worden gemaakt van de vragenlijst diagnostische gesprekken van Maatwerk (Huitema, Erich & Man, 2002). Deze diagnostische gesprekken zullen afgenomen worden in de groepen 4 onder een kwart van de leerlingen met de laagste score op de tempotoets. De diagnostische gesprekken worden afgenomen door de onderzoeker in de ruimte van de intern begeleider op OBS Vleuterweide. Populatie Dit onderzoek zal uitgevoerd worden onder 67 kinderen die gedurende het schooljaar in groep 4 zitten. Deze kinderen zijn verdeeld over drie klassen van OBS Vleuterweide. In groep 4a zitten 23 leerlingen. In de groepen 4b en 4c zitten 22 leerlingen. Door nieuwe aanmeldingen aan het begin van het schooljaar is het onderzoek uitgevoerd onder 73 leerlingen van groep 4, verdeeld over drie klassen. In groep 4a zaten 24 leerlingen, in groep 4b zaten 26 leerlingen en in groep 4a Passiebloem 23 leerlingen. 14

15 Interventies De volgende interventies zullen gepleegd worden in de groepen 4: de leerkrachten zullen drie keer per week gedurende een kwartier productieve oefenlessen verzorgen gericht op leren tellen, ordenen en lokaliseren, springen naar getallen, de relatie tussen sprongen en sommen, aanvullen tot 10, splitsingen, sprongen van tien, eigen producties, opereren op de lege getallenlijn, bijna verdwijnsommen en rekenen op formeel niveau. Metingen De begin- en eindsituatie zullen worden vastgesteld met behulp van de Tempo Test Automatiseren (De Vos, 2010). Er is gekozen voor deze methode om te kunnen bepalen wat het niveau en de ontwikkeling van de rekenvaardigheid van de leerlingen in de groepen 4 is. Door gebruik te maken van deze toets kan bekeken worden met welk somtype een leerling nog moeite heeft. De TTA (De Vos, 2010) bestaat uit vijf kolommen van elk veertig sommen. De kolommen bevatten sommen met de elementaire bewerkingen optellen en aftrekken. In de laatste kolom staan de vier bewerkingen door elkaar. De leerlingen schrijven het antwoord direct op het testblad (De Vos, 2010). De leerlingen van de groepen 4 maken gedurende het onderzoek alleen de eerste twee kolommen. Per subtest krijgen de leerlingen twee minuten de tijd. De leerlingen hebben de mogelijkheid gekregen om alle sommen te maken, waarvoor zij twee minuten de tijd kregen. Voor elke deelnemer worden de percentages goede antwoorden afzonderlijk voor optel- en aftreksommen bepaald. Deze toetsresultaten worden ingevoerd in het bijgeleverde programma. De resultaten worden beoordeeld conform de normeringsite van Boom test uitgevers. De resultaten worden dan omgewerkt naar een taartdiagram per klas. Resultaten en toetsing Per groep wordt bepaald of de resultaten per toetsmoment (september 2011, december 2011 en mei 2012) voldoen aan een normaalverdeling. Van de resultaten wordt het gemiddelde, de mediaan en de standaarddeviatie berekend. Vervolgens wordt er gekeken naar de significantie van de verschillen in het gemiddelde resultaat in de tijd binnen een groep. De tempotoets zal apart in de drie groepen klassikaal worden afgenomen door de onderzoeker. De eindmeting heeft in februari 2012 plaatsgevonden. De onderzoeker zal de antwoorden van de diagnostische gesprekken uitwerken en in een schema verwerken. Om te voorkomen dat er tijdens het verwerken vertekeningen zullen optreden zullen de diagnostische gesprekken opgenomen worden met behulp van audio apparatuur (De Lange et al., 2010). Er zal aan het eind een terugkoppeling plaatsvinden met de leerkrachten van OBS Vleuterweide over de resultaten in de vorm van aanbevelingen als de resultaten van het onderzoek erop wijzen dat toepassing van het programma Met sprongen vooruit een positief effect hebben op de rekenbasisvaardigheden van leerlingen in de groepen 4. Het contact zal verlopen tussen de onderzoeker en de leerkrachten van de groepen 4 en de intern begeleider. 15

16 Hoofdstuk 5: Planning Afnemen tempotoets Datum Groep Tijdsduur Kosten Afnemer Plaats a 4 minuten Onderzoeker Klaslokaal 4a Klaslokaal 4b 4b 4 minuten Onderzoeker Klaslokaal 4c 4c a 4b 4 minuten 4 minuten 4 minuten Onderzoeker Onderzoeker Onderzoeker Klaslokaal 4a Klaslokaal 4b Klaslokaal 4c c 4a 4b 4 minuten 4 minuten 4 minuten Onderzoeker Onderzoeker Onderzoeker Klaslokaal 4a Klaslokaal 4b Klaslokaal 4c 4c 4 minuten Onderzoeker Afnemen diagnostische gesprekken Datum Groep Tijdsduur Kosten Afnemer Plaats Een kwart van de leerlingen van groep 4a met de laagste score op de tempotoets. Per diagnostisch gesprek dertig minuten. Voor zes gesprekken drie uur. Onderzoeker Kantoor van de intern begeleider. Een kwart van de leerlingen van groep 4b met de laagste score op de tempotoets. Per diagnostisch gesprek dertig minuten. Voor zes gesprekken drie uur. Onderzoeker Kantoor van de intern begeleider. Een kwart van de leerlingen van groep 4c met de laagste score op de tempotoets. Per diagnostisch gesprek dertig minuten. Voor zes gesprekken drie uur. Onderzoeker Kantoor van de intern begeleider. 16

17 Een kwart van de leerlingen van groep 4a met de laagste score op de tempotoets. Per diagnostisch gesprek dertig minuten. Voor zes gesprekken drie uur. Onderzoeker Kantoor van de intern begeleider. Een kwart van de leerlingen van groep 4b met de laagste score op de tempotoets. Per diagnostisch gesprek dertig minuten. Voor zes gesprekken drie uur. Onderzoeker Kantoor van de intern begeleider. Een kwart van de leerlingen van groep 4c met de laagste score op de tempotoets. Per diagnostisch gesprek dertig minuten. Voor zes gesprekken drie uur. Onderzoeker Kantoor van de intern begeleider Een kwart van de leerlingen van groep 4a met de laagste score op de tempotoets. Per diagnostisch gesprek dertig minuten. Voor zes gesprekken drie uur. Onderzoeker Kantoor van de intern begeleider. Een kwart van de leerlingen van groep 4b met de laagste score op de tempotoets. Per diagnostisch gesprek dertig minuten. Voor zes gesprekken drie uur. Onderzoeker Kantoor van de intern begeleider. Een kwart van de leerlingen van groep 4c met de laagste score op de tempotoets. Per diagnostisch gesprek dertig minuten. Voor zes gesprekken drie uur. Onderzoeker Kantoor van de intern begeleider. 17

18 Verwerking gegevens tempotoets Datum Tijdsduur Wie Anderhalf uur nakijken Verwerken gegevens groep 4a: zeven uur. Verwerken gegevens groep 4b: zeven uur. Verwerken gegevens groep 4c: zeven uur. Onderzoeker Onderzoeker Onderzoeker Onderzoeker Anderhalf uur nakijken Verwerken gegevens groep 4a: zeven uur. Verwerken gegevens groep 4b: zeven uur. Verwerken gegevens groep 4c: zeven uur tot Anderhalf uur nakijken Verwerken gegevens groep 4a: zeven uur. Verwerken gegevens groep 4b: zeven uur. Verwerken gegevens groep 4c: zeven uur. Onderzoeker Onderzoeker Onderzoeker Onderzoeker Onderzoeker Onderzoeker Onderzoeker Onderzoeker Verwerking gegevens diagnostische gesprekken Datum Tijdsduur Wie Verwerking zes diagnostische gesprekken groep 4a: 12 uur. Verwerking zes diagnostische gesprekken groep 4b: 12 uur. Verwerking zes diagnostische gesprekken Onderzoeker Onderzoeker Onderzoeker groep 4c: 12 uur Verwerking zes diagnostische gesprekken groep 4a: 12 uur. Verwerking zes diagnostische gesprekken groep 4b: 12 uur. Verwerking zes diagnostische gesprekken Onderzoeker Onderzoeker Onderzoeker groep 4c: 12 uur Verwerking zes diagnostische gesprekken groep 4a: 12 uur. Verwerking zes diagnostische gesprekken groep 4b: 12 uur. Verwerking zes diagnostische gesprekken groep 4c: 12 uur. Onderzoeker Onderzoeker Onderzoeker Na het verwerken van de gegevens worden de conclusie en de aanbevelingen aan OBS Vleuterweide geschreven door de onderzoeker. Dit zal naar verwachting 42 uur in beslag nemen. 18

19 Hoofdstuk 6: Analyse van de data In dit onderzoek is het effect onderzocht van het programma Met sprongen vooruit (Menne, 2008) op de rekenvaardigheden van leerlingen van groep 4 op OBS Vleuterweide. Drie keer per week verzorgden de groep 4 leerkrachten gedurende een kwartier interactieve klassikale oefenlessen (Menne, 2008). Er is gekeken naar de didactische implicaties die Met sprongen vooruit aanbeveelt. De onderzoekster heeft de instructies van de reguliere rekenmethode bekeken en deze waar mogelijk aangepast. Het onderzoek is uitgevoerd gedurende schooljaar , onder 73 leerlingen van groep 4, verdeeld over drie klassen. In groep 4a zaten 24 leerlingen, in groep 4b 26 leerlingen en in groep 4a Passiebloem 23 leerlingen. Dit zijn er meer dan aanvankelijk in de onderzoeksopzet beschreven stonden. In dit hoofdstuk worden de onderzoeksvraag en de subvragen en beantwoord door een analyse van de meetinstrumenten. Onderzoeksvraag: Wat is het effect van het inzetten van het programma Met sprongen vooruit op de rekenvaardigheden van de leerlingen van de groepen 4 op OBS Vleuterweide? Subvragen: 1. Wat is de rekenonderwijsbehoefte van de leerlingen in de groepen 4 van OBS Vleuterweide bij het gebruik van het programma Met sprongen vooruit? 2. Welke didactische aanpak uit Met sprongen vooruit draagt bij aan de rekenonderwijsbehoeften van de leerlingen in de groepen 4 van OBS Vleuterweide? 3. Welke aanpassing vraagt het werken met Met sprongen vooruit voor het leerstofaanbod van de reguliere rekenmethode? In september 2011 heeft een nulmeting plaatsgevonden middels inzet van de Tempo Test Automatiseren (De Vos, 2010). In december 2011 is dezelfde toets afgenomen als tussenmeting en in februari 2012 als nameting. De resultaten van deze metingen zijn weergegeven in tabel 1 en 2. De ruwe data zijn te vinden in bijlage 1a-c. Tabel 1: Resultaat op drie momenten in de groepen 4 op Tempo Toets Automatiseren Groep 4 Plussommen Minsommen Totaal N= M SED Range M SED Range M SED Range P ,63 4, ,60 4, ,23 9, P ,03 5, ,93 6, ,93 11, P ,26 6, ,70 7, ,96 12,

20 Toelichting tabel 1: - P1: afname van de toets september P2: afname van de toets december P3: afname van de toets februari 2012 Analyse tabel 1: - Het gemiddelde van het aantal goedgemaakte plussommen heeft in beide periodes een groei doorgemaakt, waarbij de groei tussen P3 en P2 minder groot is. De range wordt groter in de opeenvolgende periodes. Bij meetmoment P3-P2 zijn meer fouten gemaakt. - Het gemiddelde van het aantal goedgemaakte minsommen groeit per meetmoment vergelijkbaar. De range van P2 is kleiner dan van P1, maar die van P3 is groter. - Het verschil in het gemiddelde van het aantal goed gemaakte sommen totaal is tussen P2 en P3 kleiner dan tussen P1 en P2. - De SD (standaarddeviatie) wordt gedurende de periodes groter: de diversiteit aan rekenvaardigheden wordt groter. Tabel 2: Prestatieverschillen tussen de drie periodes in de groepen 4 Groep 4 Plussommen Minsommen Totaal N= Verschil SED p Verschil SED p Verschil SED p P2-P1 73 5,40 0,53 10,00 E-19 4,33 0,52 4,10 E-14 9,70 0,83 1,13 E-22 P3-P2 73 1,23 0,53 0,02 2,77 0,52 3,18 E-07 4,03 0,83 3,00 E-06 P3-P1 73 6,63 0,53 7,96 E-25 7,10 0,52 5,19 E-28 13,73 0,83 3,43 E-35 Toelichting tabel 2: - P1: afname van de toets september P2: afname van de toets december P3: afname van de toets februari p: geeft de significantie weer. Iets is significant als de p-waarde kleiner is dan 0,05. Hoe kleiner de p, hoe groter de significantie. Analyse tabel 2: - De P-waarden van de plus- en minsommen en het totaal aantal sommen laten zien dat de verschil-scores van de periodes significant zijn, met uitzondering van plussommen in P3-P2. Het verschil van de plus-en minsommen en totaal aantal sommen in P2-P1 is groter dan in P3-P2. 20

21 Analyse data tweede methode: Naast het afnemen van de Tempo Test Automatiseren (De Vos, 2010), werden er na elk meetmoment diagnostische gesprekken gevoerd met de 25% laagst scorende leerlingen op deze toets, om gedetailleerde informatie over de oplossingsstrategieën bij plussommen te verkrijgen. Hiervoor is gebruik gemaakt van de vragenlijst diagnostische gesprekken van Maatwerk (Huitema, Erich & Man, 2002). De uitleg van de oplossingsstrategieën zoals met nummers aangegeven op de X-as in de grafieken, is te vinden in bijlage 2a. Grafiek 1: Oplossingsstrategieën som type 1: onder het tiental (b.v. 6+0) Bevindingen Op de drie afnamemomenten hanteren de meeste leerlingen de strategie: uit het hoofd weten. Na de interventies gebruikt één leerling in december en februari een andere strategie. 21

22 Grafiek 2: Oplossingsstrategieën som type 2: samen tien/verliefde harten (b.v. 6+4) Bevindingen Na interventies blijkt dat het aantal leerlingen dat doortelt in hun hoofd (nummer 1) afgenomen is. Het aantal leerlingen dat de som uit het hoofd weet (nummer 3) is toegenomen. De som behoort bij de interventie verliefde harten, die het doel heeft de plussommen (samen 10) te automatiseren. Twee leerlingen maken in december gebruik van doortellen met sprongen van 2 in hun hoofd (nummer 39), hetgeen deel uitmaakt van de interventies. 22

23 Grafiek 3: Oplossingsstrategieën som type 3: onder het tiental (b.v. 4+5) Bevindingen Het aantal leerlingen dat deze som uit het hoofd weet (nummer 3) neemt af. Het aantal leerlingen dat de som omdraait en dan uit het hoofd weet (nummer 17) blijft gelijk. In december gebruiken twee leerlingen de strategie omdraaien en sprongen van 2 in het hoofd (nummer 40), onderdeel van de interventies. Het aantal leerlingen dat doortelt in het hoofd (nummer 1) neemt af. Eén leerling rekent de som in februari op de vingers (nummer 2) uit. De rest draait de som om teneinde deze op te lossen (nummer 4, 15 en 17). 23

24 Grafiek 4: Oplossingsstrategieën som type 4: over het tiental (b.v. 2+10) Bevindingen Na de interventies draaien de meeste leerlingen de som om en weten deze uit het hoofd (nummer 17) in plaats van omdraaien en doortellen in het hoofd (nummer 11). Er zijn twee leerlingen die de som uit het hoofd weten (nummer 3). 24

25 Grafiek 5: Oplossingsstrategieën som type 5: over het tiental (b.v. 9+4) Bevindingen Het aantal leerlingen dat doortelt in het hoofd (nummer 1) neemt af. Het aantal dat deze som via een andere som oplost groeit (nummer 4). 25

26 Grafiek 6: Oplossingsstrategieën som type 6: optellen van tientallen (b.v ) Bevindingen Het aantal leerlingen dat deze som verkleint en vervolgens uit het hoofd weet (nummer 18) groeit, een aangeboden interventie. Eén leerling telt in februari verder met sprongen van 10 (nummer 42), ook één van de interventies. Het aantal dat de som verkleint en omdraait en de som daarna uit het hoofd weet neemt licht af (nummer 31). 26

27 Grafiek 7: Oplossingsstrategieën som type 7: optellen van een tiental met een eenheid (b.v. 40+4) Bevindingen Het aantal leerlingen dat doortelt in zijn hoofd (nummer 1) neemt af. Het aantal dat de som uit het hoofd weet (nummer 3) stijgt. Twee leerlingen lossen deze som in december op door te tellen met sprongen van 2 (nummer 39), een aangeboden interventie. 27

28 Grafiek 8: Oplossingsstrategieën som type 8: optellen van tiental/ eenheid + eenheid (b.v. 73+5) Bevindingen Het aantal leerlingen dat doortelt in het hoofd (nummer 1) is afgenomen. Een groot aantal leerlingen verkleint deze som en/of draait deze om, een aangeboden interventie, om hierna de som verschillend op te lossen (nummers 12, 18, 31). Het aantal leerlingen dat de som niet kan oplossen neemt af. 28

29 Hoofdstuk 7: Conclusie, discussie en aanbevelingen In dit hoofdstuk worden de conclusie, discussie en aanbevelingen op onderstaande vragen beschreven. Onderzoeksvraag: Wat is het effect van het inzetten van het programma Met sprongen vooruit op de rekenvaardigheden van de leerlingen van de groepen 4 op OBS Vleuterweide? Subvragen: 1. Wat is de rekenonderwijsbehoefte van de leerlingen in de groepen 4 van OBS Vleuterweide bij het gebruik van het programma Met sprongen vooruit? 2. Welke didactische aanpak uit Met sprongen vooruit draagt bij aan de rekenonderwijsbehoeften van de leerlingen in de groepen 4 van OBS Vleuterweide? 3. Welke aanpassing vraagt het werken met Met sprongen vooruit voor het leerstofaanbod van de reguliere rekenmethode? Conclusie De lessen van het oefenprogramma Met sprongen vooruit (Menne, 2008) lijken een positief effect te hebben op de rekenvaardigheid tot 100. De leerlingen van de groepen 4 maken de Tempo Test Automatiseren (De Vos, 2010) na de interventies significant beter. Dit sluit aan op de handelingsleerpsychologie (Ruijssenaars et al., 2006) waarbij ervan wordt uitgegaan dat rekenen een proces is dat gebaseerd is op concrete handelingen die zich ontwikkelen tot denkhandelingen. De resultaten van dit onderzoek sterken de gedachte dat de leerwinst is ontstaan door het aanbieden van productieve oefenlessen in de ruimte. Ook in de resultaten van de diagnostische gesprekken die gevoerd zijn met de 25% laagst scorende leerlingen op de Tempo Toets Automatiseren (De Vos, 2010) komt naar voren dat het oefenprogramma effect heeft. Na inzet van het oefenprogramma hebben meer van deze leerlingen de sommen geautomatiseerd, tellen meer leerlingen met sprongen van twee en is het aantal dat de som niet kan oplossen verminderd. Dit sterkt de conclusie dat door fysieke activiteiten gericht op de basale vaardigheden het inzicht in getallen van leerlingen verbetert. In de bijlagen 1a-c zijn de resultaten van het totaal aantal leerlingen weergegeven m.b.t. het effect van de inzet van het programma Met sprongen vooruit (Menne, 2008). Uit een nadere analyse van de resultaten van de afzonderlijke klassen (hier vanwege plaatsgebrek niet vermeld) blijkt dat die niet significant van elkaar verschillen. De conclusie lijkt daarom gerechtvaardigd dat het leerkrachtgedrag inzake het oefenprogramma geen noemenswaardige effect heeft. 29

Naar beter rekenonderwijs

Naar beter rekenonderwijs Naar beter rekenonderwijs 1 Wat komt aan de orde? Actuele ontwikkelingen Ontdekkingen mbt goed rekenonderwijs Naar beter rekenonderwijs Praktische tips 2 Over een groot aantal jaren, en de laatste jaren

Nadere informatie

Effectieve aanpakken bij versterking rekenonderwijs wat werkt? Gert Gelderblom 24 augustus 2009

Effectieve aanpakken bij versterking rekenonderwijs wat werkt? Gert Gelderblom 24 augustus 2009 Effectieve aanpakken bij versterking rekenonderwijs wat werkt? Gert Gelderblom 24 augustus 2009 1 2 Wat komt aan de orde? Context van deze presentatie Effectieve aanpakken versterking rekenonderwijs Succesfactoren

Nadere informatie

Rekenverbeterplan Basisschool Crescendo: algemeen

Rekenverbeterplan Basisschool Crescendo: algemeen Rekenverbeterplan Basisschool Crescendo: algemeen Visie Doel Concreet te bereiken In het schooljaar 2011-2012 Uitgangspunten Concrete actiepunten Het rekenverbeterplan richt zich op: het optimaliseren

Nadere informatie

19-9-2011. Het geheim van opbrengstgericht werken ontrafeld

19-9-2011. Het geheim van opbrengstgericht werken ontrafeld Het geheim van opbrengstgericht werken ontrafeld 1 Stroomstoot helpt bij rekenen LONDEN - Een stroomstoot door de hersenen kan ervoor zorgen dat het maken van sommen tot zes maanden lang een stuk beter

Nadere informatie

Dyscalculieprotocol Het volgen van - en begeleiding bij

Dyscalculieprotocol Het volgen van - en begeleiding bij Dyscalculieprotocol 2017-2018 Het volgen van - en begeleiding bij ernstige rekenproblemen en dyscalculie Stappenplan bij (ernstige ) rekenproblemen en dyscalculie De vier fasen vanuit het protocol ERWD

Nadere informatie

Opbrengst Gericht Werken Effectief Rekenonderwijs S(B)O

Opbrengst Gericht Werken Effectief Rekenonderwijs S(B)O Opbrengst Gericht Werken Effectief S(B)O Brenda van Rijn 17 november 2010 Automatiseren 1x1 1x2 1x3 1x4 1x5 1x6 1x7 1x8 1x9 1x10 2x1 2x2 2x3 2x4 2x5 2x6 2x7 2x8 2x9 2x10 3x1 3x2 3x3 3x4 3x5 3x6 3x7 3x8

Nadere informatie

Automatiseren in de rekenles: Wat je moet weten

Automatiseren in de rekenles: Wat je moet weten Automatiseren in de rekenles: Wat je moet weten Er is veel aandacht voor het verbeteren van basisvaardigheden rekenen. Terecht, want deze vaardigheden zijn onmisbaar voor het succes van kinderen in andere

Nadere informatie

Masterplan ERWD. Differentiëren in subgroepen 10 december Arlette Buter

Masterplan ERWD. Differentiëren in subgroepen 10 december Arlette Buter Masterplan ERWD Differentiëren in subgroepen 10 december 2014 Arlette Buter Arlette Buter info@rekenadviesbuter.nl 1 Inhoud Differentiëren in subgroepen: lesgeven op spoor 2 - Welke kennis is er nodig

Nadere informatie

Analysewijzer M3 versie 2.0 ( ) 2017 W.Danhof / P.Bandstra Bandstra Speciaal Rekenadvies Analyse Niveau Bao M3 ( fase 1a)

Analysewijzer M3 versie 2.0 ( ) 2017 W.Danhof / P.Bandstra  Bandstra Speciaal Rekenadvies Analyse Niveau Bao M3 ( fase 1a) Analysewijzer M3 versie 2.0 (20-10-17) 2017 W.Danhof / P.Bandstra www.bareka.nl Bandstra Speciaal Rekenadvies Analyse Niveau Bao M3 ( fase 1a) Aanwijzingen Aanbod Bao M3-E3 (fase 1a) Bij afnamemoment M3

Nadere informatie

Getallen 1 is een computerprogramma voor het aanleren van de basis rekenvaardigheden (getalbegrip).

Getallen 1 is een computerprogramma voor het aanleren van de basis rekenvaardigheden (getalbegrip). Getallen 1 Getallen 1 is een computerprogramma voor het aanleren van de basis rekenvaardigheden (getalbegrip). Doelgroep Rekenen en Wiskunde Getallen 1 Getallen 1 is geschikt voor groep 7 en 8 van de basisschool

Nadere informatie

Dyscalculieprotocol Cluster Jenaplan

Dyscalculieprotocol Cluster Jenaplan Dyscalculieprotocol Cluster Jenaplan Eerste versie 2015-2016 Het volgen van - en begeleiding bij ernstige rekenproblemen en dyscalculie Stappenplan bij (ernstige ) rekenproblemen en dyscalculie De vier

Nadere informatie

Concept rekenplan 2010-2011

Concept rekenplan 2010-2011 Concept rekenplan 2010-2011 1 e Katholieke Montessorischool De Regenboog (13WU) Contactpersoon: Rob Schimmel (directeur) I Behaalde Resultaten 2009-2010 Rekenen & Wiskunde In onderstaande tabel staan de

Nadere informatie

Checklist Rekenen Groep 3. 1. Tellen tot 20. 2. Getallen splitsen. Hoe kun je zelf het tellen controleren?

Checklist Rekenen Groep 3. 1. Tellen tot 20. 2. Getallen splitsen. Hoe kun je zelf het tellen controleren? Checklist Rekenen Groep 3 1. Tellen tot 20 Als kleuters, in groep 1 en groep 2, zijn de kinderen bezig met de zogenaamde voorbereidende rekenvaardigheid. Onderdelen hiervan zijn ordenen en seriatie. Dit

Nadere informatie

Het Fundament voor goed rekenonderwijs

Het Fundament voor goed rekenonderwijs Het Fundament voor goed rekenonderwijs september 2011 Ina Cijvat Door vroegtijdige interventies kunnen alle kinderen getalbegrip ontwikkelen. Preventie van rekenproblemen Leerlijnen / tussendoelen kennen

Nadere informatie

Protocol Ernstige Reken-Wiskunde problemen en Dyscalculie (samenvatting)

Protocol Ernstige Reken-Wiskunde problemen en Dyscalculie (samenvatting) 0 Protocol Ernstige Reken-Wiskunde problemen en Dyscalculie (samenvatting) 1 Inhoud Inleiding 2 Onderscheid tussen ernstige reken-wiskunde problemen en dyscalculie 3 Wat wordt verstaan onder dyscalculie

Nadere informatie

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL 'PATER VAN DER GELD'

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL 'PATER VAN DER GELD' RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL 'PATER VAN DER GELD' School : basisschool 'Pater van der Geld' Plaats : Waalwijk BRIN-nummer : 13NB Onderzoeksnummer : 94513 Datum schoolbezoek : 12 juni

Nadere informatie

Veel voorkomende rekenproblemen: preventie en interventie. 4 februari 2015. Arlette Buter

Veel voorkomende rekenproblemen: preventie en interventie. 4 februari 2015. Arlette Buter Veel voorkomende rekenproblemen: preventie en interventie 4 februari 2015 Arlette Buter 1 Inhoud Schoolbrede preventieve maatregelen Preventie en interventie bij: Verlenen van betekenis aan getallen en

Nadere informatie

Rekenen in het MBO

Rekenen in het MBO Rekenen in het MBO 1 2 Wat komt aan de orde? Actuele ontwikkelingen Rekenen in het MBO waarom eigenlijk? Rekenen in het MBO belangrijke aandachtspunten Rekenen in het MBO actuele ontwikkelingen waarom

Nadere informatie

ʻIk heb het niet verstaan, kunt u het nog een keer uitleggen?ʼ

ʻIk heb het niet verstaan, kunt u het nog een keer uitleggen?ʼ ʻIk heb het niet verstaan, kunt u het nog een keer uitleggen?ʼ Verlengde instructie nader bekeken Ceciel Borghouts 21 januari 2011 Indeling van de lezing Wat verstaat men onder (verlengde) instructie?

Nadere informatie

Analysewijzer M3 versie 2.0 ( ) 2017 W.Danhof / P.Bandstra Bandstra Speciaal Rekenadvies

Analysewijzer M3 versie 2.0 ( ) 2017 W.Danhof / P.Bandstra  Bandstra Speciaal Rekenadvies Analysewijzer M3 versie 2.0 (28-3-17) 2017 W.Danhof / P.Bandstra www.bareka.nl Bandstra Speciaal Rekenadvies Analyse Niveau Bao M3 ( fase 1a) Aanwijzingen Aanbod Bao M3-E3 (fase 1a) Belangrijke signalen

Nadere informatie

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL BISSCHOP ERNST

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL BISSCHOP ERNST RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL BISSCHOP ERNST School : basisschool Bisschop Ernst Plaats : Goes BRIN-nummer : 05GY Onderzoeksnummer : 94508 Datum schoolbezoek : 29 en 31 mei Datum vaststelling

Nadere informatie

ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP O.B.S. DE BONGERD

ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP O.B.S. DE BONGERD DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP O.B.S. DE BONGERD Plaats : Hijken BRIN-nummer : 18TJ Onderzoeksnummer : 118979 Conceptrapport verzonden op : 26 april Datum schoolbezoek

Nadere informatie

Juf, wat gaan we eigenlijk leren? Jouw vakkennis - hun basis

Juf, wat gaan we eigenlijk leren? Jouw vakkennis - hun basis Juf, wat gaan we eigenlijk leren? Jouw vakkennis - hun basis Inleiding: Al eerder schreef ik het ebook `het kan zonder groepsplan`. In veel scholen ervaren leerkrachten het maken van groepsplannen als

Nadere informatie

Vragen. Terugkomcursus Met Sprongen Vooruit groep 3 en 4

Vragen. Terugkomcursus Met Sprongen Vooruit groep 3 en 4 Vragen Terugkomcursus Met Sprongen Vooruit groep 3 en 4 Inhoudsopgave blz. Oefenonderdelen Leren tellen 2 Ordenen en lokaliseren 3 Springen naar getallen 4 Aanvullen tot 10 5 Splitsingen 6 Sprong van 10

Nadere informatie

LESSTOF. Rekenen op maat 4

LESSTOF. Rekenen op maat 4 LESSTOF Rekenen op maat 4 2 Lesstof Rekenen op maat 4 INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 9 Lesstof Rekenen op maat 4 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma s voor het

Nadere informatie

Realistisch versus traditioneel rekenonderwijs: Welke leerlingen presteren beter?

Realistisch versus traditioneel rekenonderwijs: Welke leerlingen presteren beter? BSc. Mireille Hubers & dr. Marjolein Gompel Realistisch versus traditioneel rekenonderwijs: Welke leerlingen presteren beter? Inhoud Geschiedenis Kenmerken Voor- & tegenstanders Methode Resultaten Implicaties

Nadere informatie

Overig nieuws Hulp ouders bij rekenen deel 3.

Overig nieuws Hulp ouders bij rekenen deel 3. Overig nieuws Hulp ouders bij rekenen deel 3. Het rekenonderwijs van tegenwoordig ziet er anders uit dan vroeger. Dat komt omdat er nieuwe inzichten zijn over hoe kinderen het beste leren. Vroeger lag

Nadere informatie

Dagelijks instructie - goede rekenresultaten voor de hele groep -

Dagelijks instructie - goede rekenresultaten voor de hele groep - Dagelijks instructie - goede rekenresultaten voor de hele groep - S. Huitema Malmberg, s-hertogenbosch 1 inleiding In de afgelopen jaren zijn de verschillen tussen de kinderen in een klas duidelijk toegenomen.

Nadere informatie

Protocol dyscalculie januari 2016 DYSCALCULIE PROTOCOL

Protocol dyscalculie januari 2016 DYSCALCULIE PROTOCOL DYSCALCULIE PROTOCOL 1 Inhoud Wat is dyscalculie?... 2 Vermoeden dyscalculie... 2 Signalering... 3 Stappenplan onderzoek en begeleiding... 4 Vergoeding... 5 Dyscalculieverklaring... 5 Wat is dyscalculie?

Nadere informatie

Analysewijzer M3 versie 1.0 ( ) 2017 W.Danhof / P.Bandstra Bandstra Speciaal Rekenadvies

Analysewijzer M3 versie 1.0 ( ) 2017 W.Danhof / P.Bandstra   Bandstra Speciaal Rekenadvies Analysewijzer M3 versie 1.0 (18-1-17) 2017 W.Danhof / P.Bandstra www.bareka.nl Bandstra Speciaal Rekenadvies Analyse Niveau Bao M3 ( fase 1a) Aanwijzingen Aanbod Bao M3-E3 (fase 1a) Belangrijke signalen

Nadere informatie

Rekenen in cluster 2: Praktijkvoorbeeld. Programma. Optimaliseren rekenonderwijs

Rekenen in cluster 2: Praktijkvoorbeeld. Programma. Optimaliseren rekenonderwijs Rekenen in cluster 2: Praktijkvoorbeeld Simeacongres 13 april 2012 Kim de Keijser en Loes Wauters Programma Rekenrapport Rekenontwikkeling DSH en ESM Praktijkvoorbeeld Uitwisseling: inrichting rekenonderwijs

Nadere informatie

Getallen 1 is een programma voor het aanleren van de basis rekenvaardigheden (getalbegrip).

Getallen 1 is een programma voor het aanleren van de basis rekenvaardigheden (getalbegrip). Getallen 1 Getallen 1 is een programma voor het aanleren van de basis rekenvaardigheden (getalbegrip). Doelgroep Rekenen en Wiskunde Getallen 1 Getallen 1 is geschikt voor groep 7 en 8 van de basisschool

Nadere informatie

De rekenlessen van het ICT College (mbo-3) Een praktijkonderzoek van Laura Martens

De rekenlessen van het ICT College (mbo-3) Een praktijkonderzoek van Laura Martens De rekenlessen van het ICT College (mbo-3) Een praktijkonderzoek van Laura Martens Onderwerpen Voorstellen Waar speelt het zich af? Startsituatie 2011-2012 Praktijkprobleem en onderzoeksvraag Theorie:

Nadere informatie

LESSTOF. Rekenen op maat 5

LESSTOF. Rekenen op maat 5 LESSTOF Rekenen op maat 5 2 Lesstof Rekenen op maat 5 Inhoud INLEIDING... 4 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 9 Lesstof Rekenen op maat 5 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma s voor het

Nadere informatie

DECEMBER 2017 Lisa Jansen-Scheepers HET DRIESLAGMODEL

DECEMBER 2017 Lisa Jansen-Scheepers HET DRIESLAGMODEL DECEMBER 2017 Lisa Jansen-Scheepers HET DRIESLAGMODEL Hoe het drieslagmodel kan worden ingezet ter ondersteuning van het getalbegrip in de realistische rekenles. Het belangrijkste doel van school is niet

Nadere informatie

Nieuwe generatie rekenmethodes vergeleken

Nieuwe generatie rekenmethodes vergeleken Nieuwe generatie rekenmethodes vergeleken Ruud Janssen Alles telt (2e editie - ThiemeMeulenhoff) De methode biedt een doorgaande lijn vanuit de kleuterbouw. De leerlijnen zijn digitaal beschikbaar. Het

Nadere informatie

Protocol dyscalculie en ernstige rekenproblemen: Van signalering naar diagnose

Protocol dyscalculie en ernstige rekenproblemen: Van signalering naar diagnose Protocol dyscalculie en ernstige rekenproblemen: Van signalering naar diagnose Als een kind rekenproblemen heeft, is het belangrijk om dit snel aan te pakken. Tijdig ingrijpen kan heel wat voorkomen. Maar

Nadere informatie

Zwakke rekenaars betrekken bij klassikale instructie

Zwakke rekenaars betrekken bij klassikale instructie Zwakke rekenaars betrekken bij klassikale instructie 23 januari 2013 13.30 16.00 uur Berber Klein Orthopedagoog & docent speciale onderwijszorg Vrije Universiteit: faculteit psychologie en pedagogiek b.klein@vu.nl

Nadere informatie

Veel voorkomende rekenproblemen; preventie en interventie. Arlette Buter

Veel voorkomende rekenproblemen; preventie en interventie. Arlette Buter Veel voorkomende rekenproblemen; preventie en interventie Arlette Buter 1 Inhoud Schoolbrede preventieve maatregelen Rekenproblemen bij: n Verlenen van betekenis aan getallen en bewerkingen n Hardnekkig

Nadere informatie

Toetsen en evalueren in het rekenonderwijs op de basisschool? Miniconferentie,26 maart 2013 Wilmad Kuiper Anneke Noteboom

Toetsen en evalueren in het rekenonderwijs op de basisschool? Miniconferentie,26 maart 2013 Wilmad Kuiper Anneke Noteboom Toetsen en evalueren in het rekenonderwijs op de basisschool? Miniconferentie,26 maart 2013 Wilmad Kuiper Anneke Noteboom Inhoud Toetsen en evalueren Rekenonderwijs anno 2013 Evaluatiemiddelen binnen rekenonderwijs

Nadere informatie

RID, daar kom je verder mee. Jelle wil net als zijn vriendjes naar de havo. Dyscalculie houdt hem niet tegen. Dyscalculiebehandeling

RID, daar kom je verder mee. Jelle wil net als zijn vriendjes naar de havo. Dyscalculie houdt hem niet tegen. Dyscalculiebehandeling RID, daar kom je verder mee Jelle wil net als zijn vriendjes naar de havo. Dyscalculie houdt hem niet tegen. Dyscalculiebehandeling Waarom het RID? Wat is dyscalculie? Een gestructureerde aanpak Ruim 25

Nadere informatie

Screening Hoofdbewerkingen

Screening Hoofdbewerkingen Toetswijzer versie 3.0 (1-2-19) M6-E6 Screening Hoofdbewerkingen IT (= item / somcategorie) Blad 2: Groepsoverzicht Speed M6-E6 Optellen Voorbeeld Fase Breuken Voorbeeld Fase Blad 3: Groepsoverzicht Power

Nadere informatie

Werkvormen voor automatisering bij rekenen

Werkvormen voor automatisering bij rekenen Workshop Automatiseren Werkvormen voor 8 september 2010 Henk Logtenberg Hogeschool Windesheim Agenda (1) 1. Introductie 1.1 Voorstellen 1.2 Warming - up 1.3 Doelen vandaag 2. Delen van kennis en ervaringen

Nadere informatie

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE DE RANK. BRIN-nummer : 11LX Onderzoeksnummer : 94542

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE DE RANK. BRIN-nummer : 11LX Onderzoeksnummer : 94542 RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE DE RANK School : De Rank Plaats : Schoonhoven BRIN-nummer : 11LX Onderzoeksnummer : 94542 Datum schoolbezoek : 4 en 5 juni 2007 Datum vaststelling : 14 september 2007

Nadere informatie

groep 1&2 groep 3&4 Workshop Agenda Wat is Met Sprongen Vooruit? Wat is Met Sprongen Vooruit? Groep 1&2 Groep 3&4

groep 1&2 groep 3&4 Workshop Agenda Wat is Met Sprongen Vooruit? Wat is Met Sprongen Vooruit? Groep 1&2 Groep 3&4 groep 1&2 Met sprongen Vooruit groep 3&4 Met sprongen Vooruit Workshop Agenda Wat is Met Sprongen Vooruit? Groep 3&4 2 Wat is Met Sprongen Vooruit? Productief oefenprogramma Wetenschappelijk bewezen resultaten

Nadere informatie

Stappenplan groep 1-2

Stappenplan groep 1-2 Stappenplan Protocol E rnstige R eken W iskunde-problemen en D yscalculie (ERWD) Stappenplan groep 1-2 Moment Actie Uitwerking Stap 0 Aanvang, september Beginsituatie vastleggen met behulp van Bosos groep

Nadere informatie

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL 'DE TOUWLADDER'

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL 'DE TOUWLADDER' RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL 'DE TOUWLADDER' School : basisschool 'De Touwladder' Plaats : Kaatsheuvel BRIN-nummer : 18KV Onderzoeksnummer : 94509 Datum schoolbezoek : 19 juni 2007 Datum

Nadere informatie

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL DUBBELDEKKER

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL DUBBELDEKKER RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL DUBBELDEKKER School : Basisschool Dubbeldekker Plaats : Hilversum BRIN-nummer : 19LM Onderzoeksnummer : 94493 Datum schoolbezoek : 21 juni 2007 Datum vaststelling

Nadere informatie

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE KATHOLIEKE BASISSCHOOL WILLIBRORD

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE KATHOLIEKE BASISSCHOOL WILLIBRORD RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE KATHOLIEKE BASISSCHOOL WILLIBRORD School : Katholieke Basisschool Willibrord Plaats : Amsterdam BRIN-nummer : 27NV Onderzoeksnummer : 94920 Datum schoolbezoek : 12 juni

Nadere informatie

Toetswijzer M4-E4. Screening Hoofdbewerkingen

Toetswijzer M4-E4. Screening Hoofdbewerkingen Toetswijzer versie 3.0 (1-2-19) M4-E4 Screening Hoofdbewerkingen IT (= item / somcategorie) Blad 2: Groepsoverzicht Speed M4-E4 Optellen Voorbeeld Fase Blad 3: Groepsoverzicht Power M4-E4 IT 1 5 + 2 fase

Nadere informatie

Automatiseren en memoriseren van het rekenen tot 10 (20)

Automatiseren en memoriseren van het rekenen tot 10 (20) Automatiseren en memoriseren van het rekenen tot 10 (20) Masterplan Dyscalculie December 2013 Ine van de Sluis (inevandesluis@hotmail.com) Automatiseren/memoriseren van de sommen tot 10 (20) - Verschil

Nadere informatie

Toetswijzer M6. Screening Hoofdbewerkingen

Toetswijzer M6. Screening Hoofdbewerkingen Toetswijzer M6 versie 2.0 (12-12-17) Stap 1: Bij afnamemoment M6 wordt Automatiseringstoets 4 afgenomen. Deze checkt de "speed" van drempel 3, de sommen tot 20 (met doorbreking tiental), drempel 4, de

Nadere informatie

Rekenen bij Moderne Wiskunde

Rekenen bij Moderne Wiskunde Moderne Wiskunde Rekenen: een volledig doorlopende leerlijn rekenen voor alle leerjaren en alle niveaus! Rekenen bij Moderne Wiskunde 1 Verplichte rekentoets Vanaf schooljaar 2013/2014 Voor alle leerlingen

Nadere informatie

BELEIDSPLAN REKENEN

BELEIDSPLAN REKENEN BELEIDSPLAN REKENEN 2019 2023 Juli 2019 Historie De Zonnewende is ontstaan uit de vrijeschool de IJssel en de Zwaan. Twee stromen zijn één geworden, maar nog niet alle afspraken van vroeger zijn opnieuw

Nadere informatie

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE OPENBARE BASISSCHOOL NOORDHOVE

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE OPENBARE BASISSCHOOL NOORDHOVE RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE OPENBARE BASISSCHOOL NOORDHOVE School : Openbare basisschool Noordhove Plaats : Zoetermeer BRIN-nummer : 16ND Onderzoeksnummer : 94861 Datum schoolbezoek : 5 en 7 juni

Nadere informatie

Passende perspectieven met Maatwerk rekenen

Passende perspectieven met Maatwerk rekenen Maatwerk rekenen Passende perspectieven MALMBERG Passende perspectieven met Maatwerk rekenen Jiska van Hall en Bronja Versteeg 2013/2014 Malmberg, s-hertogenbosch blz. 1 van 117 Maatwerk rekenen Passende

Nadere informatie

RAPPORT VAN BEVINDINGEN TUSSENTIJDS KWALITEITSONDERZOEK. Leeuwenhartschool

RAPPORT VAN BEVINDINGEN TUSSENTIJDS KWALITEITSONDERZOEK. Leeuwenhartschool RAPPORT VAN BEVINDINGEN TUSSENTIJDS KWALITEITSONDERZOEK Leeuwenhartschool Plaats : Oud-Beijerland BRIN nummer : 06UQ C1 Onderzoeksnummer : 288946 Datum onderzoek : 14 juni 2016 Datum vaststelling : 6 juli

Nadere informatie

Samen rekenen... alleen!

Samen rekenen... alleen! veel Inside 2-99 Samen rekenen... leuker dan alleen! Rekenen met een tutor: wat wil je nog meer? Agnes Vosse Dit artikel is eerder gepubliceerd in Willem Bartjens, jaargang 17, januari 1998 1. Inleiding

Nadere informatie

Toetswijzer E4-M5. Screening Hoofdbewerkingen

Toetswijzer E4-M5. Screening Hoofdbewerkingen Toetswijzer versie 3.0 (1-2-19) E4-M5 Screening Hoofdbewerkingen IT (= item / somcategorie) Blad 2: Groepsoverzicht Speed E4-M5 Voorbeeld Fase Blad 3: Groepsoverzicht Power E4-M5 IT 1 5 + 2 fase 1a Blad

Nadere informatie

Toetswijzer. Screening Hoofdbewerkingen

Toetswijzer. Screening Hoofdbewerkingen Toetswijzer versie 3.0 (1-2-19) E4 Screening Hoofdbewerkingen IT (= item / somcategorie) Blad 2: Groepsoverzicht Speed M4-E4 Optellen Voorbeeld Fase Blad 3: Groepsoverzicht Power M4-E4 IT 1 5 + 2 fase

Nadere informatie

HET KAN BETER PLAN REKENEN EN WISKUNDE DEELPLAN 4 (school: Tamboerijn)

HET KAN BETER PLAN REKENEN EN WISKUNDE DEELPLAN 4 (school: Tamboerijn) HET KAN BETER PLAN REKENEN EN WISKUNDE DEELPLAN 4 (school: Tamboerijn) UITGANGSSITUATIE Na een jaar werken met het Het kan beter plan heeft het team op alle punten vooruitgang geboekt. In de groepen wordt

Nadere informatie

Optellen en aftrekken tot 100 Kommagetallen

Optellen en aftrekken tot 100 Kommagetallen Dat is duidelijk! Optellen en aftrekken tot 100 Kommagetallen Door Anneke van Gool en Anke Fourdraine Panama Conferentie 2011 Stapsgewijze opbouw Instructie oefenen toetsen remediëren/herhalen/plus Elk

Nadere informatie

8000-4000=4000 900-600=300 90-90 =0 7-8= 1 tekort! 4000 + 300+0-1 = 4299

8000-4000=4000 900-600=300 90-90 =0 7-8= 1 tekort! 4000 + 300+0-1 = 4299 Rekenstrategieën Voor de basisbewerkingen optellen en aftrekken, vermenigvuldigen en delen en voor het rekenen met breuken en rekenen met decimale getallen, wordt een overzicht gegeven van rekenstrategieën

Nadere informatie

Toetswijzer E6. Stap 1: Bij afnamemoment E6 wordt Automatiseringstoets 4 afgenomen.

Toetswijzer E6. Stap 1: Bij afnamemoment E6 wordt Automatiseringstoets 4 afgenomen. Toetswijzer E6 Stap 1: Bij afnamemoment E6 wordt Automatiseringstoets 4 afgenomen. Screening Hoofdbewerkingen versie 2.0 (12-12-17) Deze checkt de "speed" van drempel 3, de sommen tot 20 (met doorbreking

Nadere informatie

Samenvatting Balans van het reken-wiskundeonderwijs aan het einde van de basisschool 5

Samenvatting Balans van het reken-wiskundeonderwijs aan het einde van de basisschool 5 Primair onderwijs Periodieke Peiling van het Onderwijsniveau Samenvatting Balans van het reken-wiskundeonderwijs aan het einde van de basisschool 5 PPON-reeks nummer 51 Samenvatting In mei/juni 2011 is

Nadere informatie

Leerlingen aan de peilstok van Plasterk

Leerlingen aan de peilstok van Plasterk Leerlingen aan de peilstok van Plasterk Evaluatie op systeemniveau Kees van Putten Universiteit Leiden putten@fsw.leidenuniv.nl Panama 2009 Noordwijkerhout Commissie Dijsselbloem Eindrapport: Tijd voor

Nadere informatie

Om de kwaliteit van ons onderwijs te bewaken en de vorderingen van uw kind te volgen, nemen wij in iedere groep niet-methode gebonden toetsen af.

Om de kwaliteit van ons onderwijs te bewaken en de vorderingen van uw kind te volgen, nemen wij in iedere groep niet-methode gebonden toetsen af. Leerlingvolgsysteem. Leerkrachten volgen de ontwikkeling van de kinderen in hun groep nauwgezet. Veel methoden die wij gebruiken, leveren toetsen die wij afnemen om vast te stellen of het kind de leerstof

Nadere informatie

Het protocol ERWD. Rekenproblemen voorkomen door te werken aan betekenisverlening. Cathe No<en 6 maart 2015

Het protocol ERWD. Rekenproblemen voorkomen door te werken aan betekenisverlening. Cathe No<en 6 maart 2015 Het protocol ERWD Rekenproblemen voorkomen door te werken aan betekenisverlening Cathe No

Nadere informatie

Goed rekenonderwijs voor risicoleerlingen

Goed rekenonderwijs voor risicoleerlingen Goed rekenonderwijs voor risicoleerlingen Masterplan dyscalculie primair onderwijs 2 april 2014 Gert Gelderblom Doel van deze presentatie Aandachtspunten, richtlijnen en praktische tips voor goed rekenonderwijs

Nadere informatie

Uit De Ophaalbrug, werkmateriaal bij de overstap basisonderwijs voortgezet onderwijs, sept. 2003

Uit De Ophaalbrug, werkmateriaal bij de overstap basisonderwijs voortgezet onderwijs, sept. 2003 Uit De Ophaalbrug, werkmateriaal bij de overstap basisonderwijs voortgezet onderwijs, sept. 2003 REKENEN-WISKUNDE VERSLAG Samenstelling De BOVO-kwaliteitsgroep rekenen-wiskunde bestond uit: Sira Kamermans,

Nadere informatie

LESSTOF. Rekenen op maat 7

LESSTOF. Rekenen op maat 7 LESSTOF Rekenen op maat 7 2 Lesstof Rekenen op maat 7 INHOUD INLEIDING... 4 DOELGROEP... 4 STRUCTUUR... 5 INHOUD... 9 Lesstof Rekenen op maat 7 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma s voor het

Nadere informatie

Met de referentieniveaus naar schoolsucces

Met de referentieniveaus naar schoolsucces Met de referentieniveaus naar schoolsucces Zo stuurt u op taal- en rekenresultaten Corine Ballering René van Drunen 31 Bijlage 4 Rol van de interne begeleider in effectief rekenonderwijs (basisonderwijs)

Nadere informatie

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. : De Toermalijn. Onderzoeksnummer :

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. : De Toermalijn. Onderzoeksnummer : RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK School : De Toermalijn Plaats : Arnhem BRIN-nummer : 15XH Onderzoeksnummer : 104068 Datum schoolbezoek : 18 maart 2008 Concept datum : 21 mei 2008 Datum vaststelling

Nadere informatie

KATERN. CITO Eindtoets k.b.s. De Langewieke. Dedemsvaart

KATERN. CITO Eindtoets k.b.s. De Langewieke. Dedemsvaart KATERN CITO Eindtoets 2015 k.b.s. De Langewieke Dedemsvaart CITO Eindtoets RESULTATEN. 1. Uitgangssituatie Het leerlingenaantal Jaar 2008-2009 21 2009-2010 19 2010-2011 25 2011-2012 28 2012-2013 25 2013-2014

Nadere informatie

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL DE BRON

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL DE BRON RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL DE BRON School : Basisschool De Bron Plaats : Barneveld BRIN-nummer : 01VE Onderzoeksnummer : 94446 Datum schoolbezoek : 5 juni 2007 Datum vaststelling :

Nadere informatie

PARAGRAAF Protocol bij ernstige rekenwiskunde-problemen en/of dyscalculie 1. Doel van het protocol. 2. Signalering

PARAGRAAF Protocol bij ernstige rekenwiskunde-problemen en/of dyscalculie 1. Doel van het protocol. 2. Signalering Samengesteld door BZT WPC Versie 23-06-2015 Bestuur Door DO vastgesteld op 02-07-2015 DO Door BG als voorgenomen besluit vastgesteld op 09-07-2015 GMR Door GMR van advies/instemming voorzien op nvt Medewerkers

Nadere informatie

Cursus Rekenspecialist. Amarantis tweede bijeenkomst 18 januari 2011

Cursus Rekenspecialist. Amarantis tweede bijeenkomst 18 januari 2011 Cursus Rekenspecialist Amarantis tweede bijeenkomst 18 januari 2011 Doelen Kennismaking met huidige rekendidactiek in het basisonderwijs Niveaus van oplossen en rol van modellen Kolomsgewijs rekenen en

Nadere informatie

Dyscalculie: Stagnaties in het leren rekenen. E. Harskamp. Terug naar eerste pagina. Pedagogiek in Beeld Hoofdstuk 22

Dyscalculie: Stagnaties in het leren rekenen. E. Harskamp. Terug naar eerste pagina. Pedagogiek in Beeld Hoofdstuk 22 Dyscalculie: Stagnaties in het leren rekenen E. Harskamp Rekenstoornissen (een voorbeeld) Susanne eind groep 5 van de basisschool. optelsommetjes over het tiental vaak fout het getalinzicht (welke getal

Nadere informatie

Veel voorkomende rekenproblemen; preventie en interventie. Arlette Buter

Veel voorkomende rekenproblemen; preventie en interventie. Arlette Buter Veel voorkomende rekenproblemen; preventie en interventie Arlette Buter 1 Inhoud Schoolbrede preventieve maatregelen Rekenproblemen bij: n Verlenen van betekenis aan getallen en bewerkingen n Hardnekkig

Nadere informatie

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE OBS HET KOMPAS

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE OBS HET KOMPAS RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE OBS HET KOMPAS School : obs Het Kompas Plaats : Beverwijk BRIN-nummer : 12IF Onderzoeksnummer : 94556 Datum schoolbezoek : 25 mei 2007 Datum vaststelling : 3 september

Nadere informatie

Goed rekenonderwijs voor risicoleerlingen. Masterplan dyscalculie primair onderwijs 11 december 2013 Gert Gelderblom

Goed rekenonderwijs voor risicoleerlingen. Masterplan dyscalculie primair onderwijs 11 december 2013 Gert Gelderblom Goed rekenonderwijs voor risicoleerlingen Masterplan dyscalculie primair onderwijs 11 december 2013 Gert Gelderblom Doel van deze presentatie Aandachtspunten, richtlijnen en praktische tips voor goed rekenonderwijs

Nadere informatie

Toetswijzer M7 - E7 - M8

Toetswijzer M7 - E7 - M8 Toetswijzer M7 - E7 - M8 Stap 1: Bij afnamemoment M7 - E7 - M8 wordt Automatiseringstoets 5 ; dan wordt de "speed" van de tafels (drempel 5a en 5b) en deeltafels (drempel 5c en 5d) in kaart Screening Hoofdbewerkingen

Nadere informatie

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE PC BASISSCHOOL DE REGENBOOG

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE PC BASISSCHOOL DE REGENBOOG RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE PC BASISSCHOOL DE REGENBOOG School : Pc Basisschool De Regenboog Plaats : Hoofddorp BRIN-nummer : 21RR Onderzoeksnummer : 94593 Datum schoolbezoek : 5 juni 2007 Datum

Nadere informatie

REKENVERBETERPLAN

REKENVERBETERPLAN Fleringenbrink 2, 7544 XN Enschede tel.: 053-4308678 info@spoe.nl REKENVERBETERPLAN 2009-2010 Studiedag: 11-01-2010 Plaats: obs de Meander Drachten Deelnemers: Al Ummah, obs het Bijvank, obs de Esmarke,

Nadere informatie

Hoe leer ik kinderen rekenen in groep 3 en 4? Weekschema PABWJ314X1 2015-2016

Hoe leer ik kinderen rekenen in groep 3 en 4? Weekschema PABWJ314X1 2015-2016 Hoe leer ik kinderen rekenen in groep 3 en 4? Weekschema PABWJ314X1 2015-2016 Cursusdoelen 1. De student heeft kennis van getalfuncties, inzicht in de telrij, (structuur van) getallen en getalrelaties

Nadere informatie

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE OBS DE ZOEKER

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE OBS DE ZOEKER RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE OBS DE ZOEKER School : obs De Zoeker Plaats : Zaandijk BRIN-nummer : 19DK Onderzoeksnummer : 94489 Datum schoolbezoek : 9 mei 2007 Datum vaststelling : 4 juli 2007 INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

Leerbaarheid van hoofdrekenen, rekenachterstanden en automatiseringstekorten Eerste resultaten met betrekking tot het Voortgezet Onderwijs

Leerbaarheid van hoofdrekenen, rekenachterstanden en automatiseringstekorten Eerste resultaten met betrekking tot het Voortgezet Onderwijs Leerbaarheid van hoofdrekenen, rekenachterstanden en automatiseringstekorten Eerste resultaten met betrekking tot het Voortgezet Onderwijs W. Danhof, P. Bandstra, S. Faber, A. Minnaert en W. Ruijssenaars

Nadere informatie

Rekenen op maat 5. Doelgroepen Rekenen op maat 5. Omschrijving Rekenen op maat 5

Rekenen op maat 5. Doelgroepen Rekenen op maat 5. Omschrijving Rekenen op maat 5 Rekenen op maat 5 Rekenen op maat 5 richt zich op de belangrijkste vaardigheden die nodig zijn voor het reken-wiskundeonderwijs. Er wordt nauw aangesloten bij de oefenstof van de verschillende blokken

Nadere informatie

Screening Hoofdbewerkingen

Screening Hoofdbewerkingen Toetswijzer versie 3.0 (1-2-19) E5-M6 Screening Hoofdbewerkingen IT (= item / somcategorie) Blad 2: Groepsoverzicht Speed E5-M6 Optellen Voorbeeld Fase Breuken Voorbeeld Fase Blad 3: Groepsoverzicht Power

Nadere informatie

Dyscalculie gediagnostiseerd. En dan? MBO conferentie Dyscalculie

Dyscalculie gediagnostiseerd. En dan? MBO conferentie Dyscalculie Niet alle rekenproblemen zijn dyscalculie 2 1 T O M B R A A M S Dyscalculie gediagnostiseerd. En dan? MBO conferentie Dyscalculie PPON 2004 en 2011 De onderzoeken van PPON 2004 en 2011 laten zien dat routinematige

Nadere informatie

Alles over. Rekenrijk. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen

Alles over. Rekenrijk. Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen Alles over Achtergrondinformatie, bestellijsten en additionele materialen Wij vinden het belangrijk dat u goed geïnformeerd wordt om vervolgens de juiste keuze te kunnen maken. In samenwerking met de educatieve

Nadere informatie

Rekenen in het VO. 9 december 2013

Rekenen in het VO. 9 december 2013 Rekenen in het VO 9 december 2013 Eén boek, vijf delen: Visie en organisatie (h 1 t/m 4) Rekenen (h 5 t/m 9) Afstemmen (h 10 t/m 13) Begeleiding (h 14 t/m 17) Onderzoek (h 18 en h 19) Kern: Goed rekenonderwijs

Nadere informatie

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL ''T STOOFJE'

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL ''T STOOFJE' RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL ''T STOOFJE' School : basisschool ''t Stoofje' Plaats : Ouwerkerk BRIN-nummer : 10BL Onderzoeksnummer : 94512 Datum schoolbezoek : 14 juni 2007 Datum vaststelling

Nadere informatie

Referentieniveaus rekenen en de overgang van po naar vo. Probleemloos de brug over 16 november 2011 Monica Wijers

Referentieniveaus rekenen en de overgang van po naar vo. Probleemloos de brug over 16 november 2011 Monica Wijers Referentieniveaus rekenen en de overgang van po naar vo Probleemloos de brug over 16 november 2011 Monica Wijers Tafelweb Trek lijntjes tussen sommen die bij elkaar horen en leg uit wat ze met elkaar

Nadere informatie

Aan de slag met rekenproblemen

Aan de slag met rekenproblemen Aan de slag met rekenproblemen Marije van Oostendorp BOOM Inhoud Inleiding 9 Deel I De basis van goed rekenonderwijs 1 Tips voor goed rekenonderwijs 19 Opbouwen van rekenkennis: algemene adviezen 20 Motivatie

Nadere informatie

Toetswijzer E6-M7. Screening Hoofdbewerkingen

Toetswijzer E6-M7. Screening Hoofdbewerkingen Toetswijzer versie 3.0 (1-2-19) E6-M7 Screening Hoofdbewerkingen IT (= item / somcategorie) Blad 2: Groepsoverzicht Speed E6-M7 Voorbeeld Fase Breuken Voorbeeld Fase Blad 3: Groepsoverzicht Power E6-M7

Nadere informatie

Dyscalculiebehandeling

Dyscalculiebehandeling Dyscalculiebehandeling De weg vrij voor talent Wat is dyscalculie? Werken in je eigen tempo Dyscalculie komt voor bij ongeveer 3 tot 6% van de basisschoolleerlingen. Het kan erfelijk zijn, maar soms komt

Nadere informatie

Leerroutes Passende Perspectieven Alles telt groep 5 blok 1

Leerroutes Passende Perspectieven Alles telt groep 5 blok 1 Leerroutes Passende Perspectieven Alles telt groep 5 blok Legenda kleuren Getalbegrip Optellen en aftrekken Vermenigvuldigen en delen Verhoudingen Meten Meten Tijd Meten Geld Meetkunde Verbanden Legenda

Nadere informatie

Informatie Met Sprongen Vooruit

Informatie Met Sprongen Vooruit Informatie Met Sprongen Vooruit Met Sprongen Vooruit is de naam van de vakdidactische reken-wiskundecursussen. Deze cursussen kenmerken zich door interactieve oefenlessen, coöperatieve spelvormen, aantrekkelijke

Nadere informatie

Toetswijzer E2-M3. Screening Hoofdbewerkingen

Toetswijzer E2-M3. Screening Hoofdbewerkingen Toetswijzer versie 3.0 (1-2-19) E2-M3 Screening Hoofdbewerkingen IT (= item / somcategorie) n.v.t. Groepsoverzicht Speed E2 - M3 Voorbeeld Fase Streef Blad 2: Groepsoverzicht Power E2 - M3 IT 1 5 + 2 fase

Nadere informatie