Coöperatie Betuws Primair Passend Onderwijs U.A.

Transcriptie

1 Coöperatie Betuws Primair Passend Onderwijs U.A. Onderzoek bestuur en samenwerkingsverband Vierjaarlijks onderzoek Inspectie van het Onderwijs Samenwerkingsverbanden

2 Samenvatting De Inspectie van het Onderwijs bezoekt een bestuur van een samenwerkingsverband in Nederland minstens één keer in de vier jaar. Dit jaar was het bestuur van de Coöperatie Betuws Primair Passend Onderwijs U.A. (verder aangeduid als BePO) aan de beurt. Onder deze vereniging valt het samenwerkingsverband passend onderwijs voor het primair onderwijs in de gemeenten Buren, Culemborg, Geldermalsen, Neerijnen, Neder Betuwe en Tiel. Het bestuur is verantwoordelijk voor de beschikbaarheid van passend onderwijs aan in totaal leerlingen (teldatum 1 oktober 2016). We hebben onderzocht of het bestuur zorgt voor een samenwerkingsverband van voldoende kwaliteit en of het bestuur genoeg geld heeft om ook in de toekomst goede samenwerking rond passend onderwijs te blijven verzorgen. Dit is noodzakelijk om iedere leerling die een ondersteuningsbehoefte heeft (binnen BePO plusondersteuning genoemd), een passend onderwijsaanbod te kunnen bieden. Ook hebben we onderzocht of het bestuur weet hoe het gaat met de kwaliteit van passend onderwijs op de aangesloten scholen. Verder hebben we gekeken hoe het bestuur er zelf voor zorgt dat voldoende passend onderwijs op de scholen beschikbaar blijft. VIERJAARLIJKS ONDERZOEK SAMENWERKINGSVERBAND Onderzoeksnummer: Het onderzoek is uitgevoerd bij Coöperatie Betuws Primair Passend Onderwijs U.A. Bestuursnummer: Uitvoeringsperiode onderzoek: 17 en 19 mei 2017 Datum definitief rapport: 18 juli 2017 Wat gaat goed? Het bestuur doet samen met de directie van BePO aantoonbaar al het mogelijke om binnen de regio van het samenwerkingsverband aan alle leerlingen een passende onderwijsplek te bieden. Zij doen daarbij zeker recht aan hun eigen uitgangspunt: alle kinderen krijgen de onderwijsondersteuning die zij nodig hebben. De samenwerking zowel tussen de schoolbesturen als ook tussen het samenwerkingsverband en de betrokken gemeenten, de jeugdhulpverlening en de jeugdzorg, staat op een hoog peil. Directie en bestuur hebben een goed zicht op de kwaliteit van de basis- en plusondersteuning zoals de scholen bieden. Met een duidelijk monitorinstrument verkrijgt de directie alle gegevens die daarvoor nodig zijn. Uit de gesprekken die wij met verschillende betrokkenen hebben gevoerd blijkt een grote waardering voor het samenwerkingsverband en dan vooral voor de directie en de leden van het BePO Plusteam. De nodige inzet van deskundigheid vanuit het BePO Plusteam, zowel de plusconsulenten als ook de themaspecialisten, vindt snel plaats na een aanvraag van een school en is gericht op de leerling of het schoolteam. Het bestuur is een traject begonnen, dat loopt tot eind december 2017, waarin alle betrokkenen bij BePO meedenken over de invulling van het 2/15

3 nieuwe ondersteuningsplan. Openheid staat daarbij hoog in het vaandel van BePO. Bij BePO is sprake van een gezonde financiële positie, ook in de komende jaren verwacht het bestuur geen financiële tekorten. De directie streeft daarbij naar een nog betere verantwoording over de inzet van ontvangen middelen door de schoolbesturen aan BePO. De website van BePO is duidelijk, volledig en actueel. Al met al is de wijze waarop BePO werkt en met het vertrouwen dat een ieder in elkaar heeft, een voorbeeld voor andere samenwerkingsverbanden. Wat moet beter? Omdat het bestuur van het samenwerkingsverband erin slaagt op alle standaarden van de inspectie voldoende basiskwaliteit te laten zien, geven wij geen verplichtende opdrachten. Wat kan beter? Het bestuur heeft nu te weinig zicht op de kinderen binnen de regio die een leerplichtontheffing hebben. Dit hangt samen met de verschillen tussen de betrokken gemeenten in de wijze hoe deze de cijfers over thuiszitters en de ontheffingen samenstellen. De directeur van BePO wil daar binnen korte tijd meer duidelijkheid over krijgen. Uit de gesprekken die wij hebben gevoerd, onder andere met een aantal leraren en ouders, blijkt dat de kennis over het samenwerkingsverband bij hen soms te wensen overlaat. Hier zou het bestuur de schoolbestuurders over kunnen aanspreken. De ondersteuningsplanraad kent op dit moment veel vacatures, het is zaak voor het bestuur om, mede gezien het huidige traject om te komen tot een nieuw ondersteuningsplan, de raad zo snel mogelijk volledig bezet te krijgen. De ervaring van de ouders met leden van het BePO Plusteam is wisselend. Bij wisseling van hulpverlener is soms sprake van verandering in aanpak en de visie daarop, waardoor kind en ouders een breuk in de hulp ervaren. 3/15

4 Inhoudsopgave 1. Inleiding 5 2. Bestuur Conclusie Resultaten Kwaliteitszorg en ambitie Financieel beheer Vervolgtoezicht Reactie van het bestuur 14 4/15

5 1. Inleiding Wat voor onderzoek heeft de inspectie gedaan? De inspectie heeft een vierjaarlijks onderzoek uitgevoerd bij het bestuur van BePO. De centrale onderzoeksvraag voor een vierjaarlijks onderzoek is: Zorgt het bestuur voor voldoende kwaliteit van het samenwerkingsverband en voor deugdelijk financieel beheer? Onderliggende vragen zijn: 1. Stuurt het bestuur voldoende op de (zorg voor de) kwaliteit van de uitvoering van zijn taken in de regio? Kerntaak daarbinnen is of het bestuur voor alle leerlingen in het samenwerkingsverband die extra ondersteuning nodig hebben, een passende onderwijsplaats beschikbaar heeft. 2. Communiceert het bestuur actief over de eigen prestaties? 3. Is het financieel beheer deugdelijk? Het onderzoek naar deze deelvragen is daarmee gericht op de standaarden binnen de kwaliteitsgebieden Resultaten, Kwaliteitszorg en ambitie en Financieel beheer. Hierbij merken we op dat het gebruikte waarderingskader nog niet vigerend is ten tijde van dit onderzoek. De beoordelingen in dit rapport moeten dan ook worden gezien vooruitlopend op het in werking treden van het waarderingskader per augustus Werkwijze De informatie die bij de inspectie aanwezig is over het bestuur en het bijbehorende samenwerkingsverband, hebben we geanalyseerd en aangevuld met onderzoeken op zowel het niveau van het bestuur als van het samenwerkingsverband. Het gaat bijvoorbeeld om het bestuursverslag, het ondersteuningsplan, het strategisch beleidsplan, financiële gegevens, resultaatsgegevens en signalen. We hebben daarnaast op locatie rondetafelgesprekken gevoerd met betrokkenen. Verder zijn gesprekken gevoerd met het uitvoerend bestuur en met de directeur van het samenwerkingsverband. Legenda van beoordelingen zoals ze in de rapportages worden weergegeven: G V O goed voldoende onvoldoende Onderzoeksactiviteiten Op de eerste dag van het onderzoek, 17 mei 2017, voerden wij een aantal rondetafelgesprekken met vertegenwoordigers van verschillende geledingen binnen het samenwerkingsverband. We spraken met een groep ouders, een aantal leraren, schakelfunctionarissen tussen het samenwerkingsverband en de scholen, functionarissen werkzaam binnen de gemeenten, en enkele schoolleiders van scholen voor primair onderwijs en speciaal basisonderwijs. Hoewel de ondersteuningsplanraad niet apart was uitgenodigd, namen wel enkele leden 5/15

6 daarvan deel aan de gesprekken, vanuit hun rol als ouder of leraar van de aangesloten scholen. Kort geformuleerd stonden tijdens de rondetafelgesprekken steeds de volgende drie vragen centraal: Wat vindt u van passend onderwijs en wat merkt u daarvan in de dagelijkse praktijk? Hoe werkt passend onderwijs binnen het samenwerkingsverband en welke concrete ervaringen hebt u ermee? - Helpt passend onderwijs de kinderen die hiermee te maken krijgen? Hierna stelde de inspectie samen met het bestuur en de directeur het definitieve onderzoeksplan vast voor de tweede dag van het onderzoek op 19 mei Het bestuur heeft daarbij geen specifieke onderwerpen benoemd. Het gesprek op de tweede dag, gezamenlijk met een vertegenwoordiging van het uitvoerend bestuur en de directeur, ging vooral over de huidige stand van zaken en de toekomstige ontwikkelingen. We sloten dit gesprek af met een terugkoppeling van onze bevindingen uit de voorgaande gesprekken. Leeswijzer Na bovenstaande uitleg over de inrichting van het inspectieonderzoek, geven we in het volgende hoofdstuk onze oordelen en conclusies weer en lichten we die nader toe. In hoofdstuk 2 geven we in paragraaf 2.1 ook de hoofdconclusie weer. In hoofdstuk 3 hebben we de reactie van het bestuur op het onderzoek en de rapportage opgenomen. 6/15

7 2. Bestuur Resultaten, kwaliteitszorg en financiële continuïteit In dit hoofdstuk geven we onze onderzoeksuitkomsten weer op bestuursniveau, dat wil zeggen: onze oordelen op de standaarden in de gebieden Resultaten, Kwaliteitszorg en ambitie en Financieel beheer. 2.1 Conclusie Wij concluderen dat het bestuur van BePO op de gehanteerde standaarden een zodanige kwaliteit weet te realiseren dat op die standaarden respectievelijk de oordelen voldoende en goed van toepassing zijn. BePO is een voorbeeld voor andere samenwerkingsverbanden vanwege de wijze waarop het georganiseerd is, de openheid van werken en structuur, de mate van tevredenheid van alle betrokkenen en de gedegen financiële huishouding. In de volgende paragrafen vatten we onze oordelen samen in tabellen en geven we een toelichting. 2.2 Resultaten We zijn nagegaan of het bestuur voor alle leerlingen in het samenwerkingsverband die extra ondersteuning nodig hebben, een passende onderwijsplaats beschikbaar heeft. Aan de hand van de standaard Resultaten hebben we dat onderzocht. In de volgende tabel staat ons oordeel. Onderwijsresultaten O V G OR1 Resultaten Naast de gerealiseerde basiskwaliteit, voldoet BePO in alle onderzochte aspecten aan de wet- en regelgeving en heeft het bestuur de eigen opdrachten, zoals geformuleerd in het ondersteuningsplan, de afgelopen periode weten te realiseren. Het aantal thuiszitters binnen de regio is gering en de periode dat een leerling toch thuis zit, is kort. BePO heeft een aantal plaatsen beschikbaar voor crisisopvang, onder andere binnen een van de scholen voor speciaal basisonderwijs. Desbetreffende leerling kan dan vaak binnen een of twee dagen worden geplaatst. Binnenkort zal de directeur in overleg met de leerplichtambtenaren de kinderen die een leerplichtontheffing hebben, kritisch beschouwen, met als doel om voor een aantal wellicht 7/15

8 toch een passende onderwijsplaats te vinden. BePO beschikt over een dekkend netwerk en heeft daarover gerichte afspraken met alle schoolbesturen gemaakt en tevens met de instellingen voor cluster 1- en cluster 2-onderwijs. Zeer recent, in april 2017, is de BePO monitor afgenomen. Daarmee beschikt het bestuur over alle benodigde gegevens vanaf augustus In de monitor zijn alle kwantitatieve en kwalitatieve indicatoren uit het ondersteuningsplan opgenomen. In een werkdocument, dat de basis is voor de monitor, beschikt de directeur permanent over de actuele stand van zaken binnen het samenwerkingsverband. Ten behoeve van het bestuur en de algemene ledenvergadering (toezichthoudend orgaan) analyseert de directeur alle gegevens en kan hij binnenkort rapporteren op diverse niveaus (school, bestuur en BePO) en naast de nu beschikbare kwantitatieve informatie, ook kwalitatieve inzichten formuleren. Met de monitor en de rapportages van de leden van het BePO Plusteam heeft de directeur voldoende zicht op de kwaliteit van de uitvoering van de plusondersteuning in de scholen. Binnen het Plusteam werken plusconsulenten die, per gemeente, direct verbonden zijn aan de scholen binnen die gemeente en zij zijn periodiek ook daadwerkelijk op de scholen aanwezig en daarnaast op afroep beschikbaar. De deskundigheid van de plusconsulenten kan worden ingezet voor teams, individuele leraren en leerlingen. Daarnaast werken binnen het plusteam een aantal themaspecialisten die overwegend voor individuele leerlingen werken. Alle expertise van BePO voor de plusondersteuning binnen de scholen is hiermee samengebundeld in een team. De teamleden zijn werkzaam bij twee besturen, een voor regulier basisonderwijs en een voor speciaal onderwijs, en werken op basis van inhuur voor het samenwerkingsverband (urendeclaratie). De intern begeleiders en de leden van het Plusteam bepalen gezamenlijk de inzet van de expertise op de scholen. Als er sprake is van plusondersteuning aan individuele of een groep(je) leerlingen, dan is er altijd een ontwikkelingsperspectief beschikbaar dat voldoet aan de strenge eisen die BePO daaraan stelt. Tijdens het gehele proces van aanvraag tot en met de uitvoering, waar de ouders nadrukkelijk bij zijn betrokken (daarvoor is een routekaart beschikbaar), is sprake van een continue monitoring en verantwoording. Daarbij is de toekenning van middelen zeer transparant, verdeeld over acht categorieën, waaronder een strippenkaart ten behoeve van de inzet van specifieke deskundigheid. Bij de verdeling daarvan is er sprake van een hoge mate van solidariteit: de strippenkaarten zijn tussen scholen overdraagbaar en daarvan maken ze waar nodig gebruik. Binnen de regio van BePO, zes gemeenten, is sprake van een hecht en gedegen netwerk waarbinnen alle partners gericht zijn op de juiste ondersteuning, zowel binnen het onderwijs als ook binnen de jeugdhulp. Deze tevredenheid kregen wij bevestigd tijdens het onderzoek. Ook met Rivierenland, het samenwerkingsverband voor het voortgezet 8/15

9 onderwijs, heeft BePO afspraken gemaakt en is er een nauwe samenwerking. Het vaste overleg met de gemeenten over onder andere het ondersteuningsplan, voert BePO met alle gemeenten in een gezamenlijk overleg waarbij ook Rivierenland is betrokken. BePO heeft een zeer open houding naar alle netwerkpartners binnen zijn grenzen, zowel lokaal als regionaal. 2.3 Kwaliteitszorg en ambitie Kwaliteitszorg en ambitie O V G KA1 Kwaliteitszorg KA2 Kwaliteitscultuur KA3 Verantwoording en dialoog Het beeld dat het bestuur zelf heeft over de kwaliteit van het samenwerkingsverband, komt voldoende overeen met het beeld van de inspectie. De afspraken in het ondersteuningsplan werken voldoende door tot op schoolniveau. De kwaliteitszorg van BePO is transparant, vastgelegd in routekaarten voor de belangrijkste procedures, inmiddels voorzien van een monitor gericht op de kwaliteit van de uitvoering van plusarrangementen en is daarmee als goed beoordeeld. Uit het, nog in november 2016 bijgestelde, ondersteuningsplan blijkt dat BePO een ambitieus samenwerkingsverband is, gericht naar buiten en zich bewust is van zijn maatschappelijke opdracht ten aanzien van zijn partners in de regio en ten aanzien van de ouders van de leerlingen. BePO gaat bij dat laatste uit van co-partnerschap met de ouders. In het ondersteuningsplan heeft BePO de vereiste kwaliteit van de basisondersteuning vastgelegd in een kwaliteitsstandaard, onderverdeeld in vijf aspecten die gebaseerd zijn op het (oude) toezichtkader van de inspectie. In zijn jaarverslag legt het bestuur op een open en duidelijke wijze verantwoording af over alle aspecten van het samenwerkingsverband. Het doet dat niet alleen in het officiële jaarverslag maar ook in andere documenten en uitgebreid op de website van BePO. Daarnaast zijn de uitgevoerde activiteiten van het Plusteam beschreven in een aparte jaarevaluatie. Daaruit blijkt dat vrijwel alle betrokkenen de dienstverlening van het Plusteam als goed beoordelen. Het bestuur van BePO handelt volgens een code goed bestuur. Het uitvoerend bestuur bestaat uit vijf leden, allen afgevaardigden van een 9/15

10 van de deelnemende schoolbesturen. De directeur handelt op grond van een uitgebreid mandaat dat is vastgelegd in het managementstatuut. De algemene ledenvergadering van de vereniging functioneert als intern toezichthouder en is samengesteld uit vijftien vertegenwoordigers vanuit de vijftien bij BePO aangesloten besturen, maar andere personen dan die uit het bestuur. De ledenvergadering vergadert daarvoor driemaal per jaar en functioneert onafhankelijk van het bestuur. Het bestuur is tevreden over deze vorm van intern toezicht. De leden ervaren, dat ondanks de scheiding in personen, er niet altijd sprake is van volledige onafhankelijkheid vanwege de betrokkenheid bij de eigen schoolbesturen. Het bestuur van BePO oriënteert zich op mogelijke aanpassing van de huidige vorm van het intern toezicht. Vooruitlopend op de totstandkoming van een nieuw ondersteuningsplan, het huidige plan is geldig tot en met december 2017, is een routeplan opgesteld. De start daarvan bestond uit rondetafelgesprekken met vertegenwoordigers van schoolbesturen binnen BePO (van directeuren tot leraren). Dit gaf een inventarisatie van wensen en ideeën voor het nieuwe ondersteuningsplan die zijn vastgelegd in de notitie: Richtinggevende uitspraken over de strategische kwesties voor het ondersteuningsplan Momenteel voert de directeur gesprekken over de inhoud van deze notitie met het bestuur, de ondersteuningsplanraad, de programmaraad (een adviesorgaan van directeuren van scholen) en gemeenten. De resultaten van dit traject legt het bestuur binnenkort voor aan de algemene ledenvergadering van BePO. Het bestuur zorgt ervoor dat via deze opzet het nieuwe ondersteuningsplan een groot draagvlak kent. Uit gesprekken met de schoolbesturen en uit de recent gehouden rondetafelgesprekken blijkt dat de schoolbesturen meer autonomie willen over de besteding van de beschikbare financiële middelen, en deze op een zo laag mogelijk niveau willen organiseren. Nu, in 2017, is het bedrag dat het schoolbestuur per leerling ontvangt voor de instandhouding van kwalitatief goede basisondersteuning 80 euro. Dit zal komend schooljaar worden verhoogd en dit gaat gepaard met afspraken over verbreding van de basisondersteuning, en versmalling van de inzet van het Plusteam. Ook de categorieën voor de plusondersteuning zullen versmallen. Het bestuur van BePO heeft, aldus de directeur en de bestuurder, in alle contracten die het aangaat met besturen steeds de wijze waarop het schoolbestuur verantwoording dient af te leggen over de inzet van middelen en menskracht, ondubbelzinnig vastgelegd. Over de positie en ontwikkeling van de scholen voor speciaal basisonderwijs binnen BePO wil het bestuur zich verder oriënteren, de richting waarin staat nu nog open, wel denkt het bestuur aan verdere krachtenbundeling tussen het speciaal (basis)onderwijs en het regulier onderwijs op lokaal niveau. Omdat de afstanden binnen de regio 10/15

11 relatief groot zijn en thuisnabij onderwijs uitgangspunt is, denkt het bestuur aan meer expertise vanuit het speciaal (basis)onderwijs te brengen naar het regulier onderwijs. BePO kent een uitgeschreven beleidscyclus, inclusief een jaarprogramma, een jaarverslag, diverse evaluatiedocumenten en een kwaliteitsmonitor (inclusief tevredenheidsmetingen). Elk kwartaal stelt de directeur een voortgangsrapportage op, naast maandelijkse voortgangsberichten. Ook over deze rapportages en de analyses daarvan organiseert de directie rondetafelgesprekken. 2.4 Financieel beheer Wij baseren ons oordeel over het kwaliteitsgebied Financieel beheer op de beoordeling van de onderliggende standaarden voor financiële continuïteit en rechtmatigheid. Tenzij sprake is van evident excessief ondoelmatige bestedingen, scharen wij financiële doelmatigheid onder het stimulerende toezicht. Wij geven dan ook geen oordeel over de financiële doelmatigheid. Financieel beheer FB1 Continuiteit FB2 Doelmatigheid FB3 Rechtmatigheid O V V De standaarden financiële continuïteit en rechtmatigheid zijn beide beoordeeld als voldoende. Het financieel beheer is daarmee beoordeeld als voldoende. Continuïteit We hebben geen gegevens gevonden die wijzen op een mogelijk financieel risico met gevolgen voor de continuïteit van het samenwerkingsverband op de korte of middellange termijn. Wel wijzen wij op de volgende aandachtspunten. Het negatieve weerstandsvermogen en de hoge rentabiliteit over 2015 geven een vertekend beeld, omdat het bestuur in de jaarrekening een negatief batentotaal presenteert bij een negatief financieel resultaat. Onder de baten zijn doorbetalingen aan schoolbesturen die in dat jaar hoger zijn dan de ontvangen rijksbijdragen. Het negatief resultaat in 2015 is veroorzaakt door extra investeringen in de kwaliteit van 11/15

12 basisondersteuning en extra inzet van het BePO Plusteam. Eind 2016 is een positief financieel resultaat gerealiseerd van , het saldo liquide middelen komt uit op en het eigen vermogen op Hiermee heeft BePO een ruime financiële positie. In 2017 gaat BePO uit van een sluitende begroting, voor 2018 en 2019 is een positief financieel resultaat begroot. Dit leidt tot een zeer hoge liquiditeit en een zeer hoog weerstandsvermogen in Het bestuur wil voldoende buffer aanhouden vanwege gewenste ruimte voor toekomstige investeringen en voor het kunnen opvangen van dalende inkomsten als gevolg van leerlingendaling in de regio. Daarvoor hanteert het bestuur een streefwaarde van 10 procent voor het weerstandsvermogen, en streefwaarden van 1,0 voor de liquiditeit en 0,20 voor solvabiliteit. Wij merken op dat de kengetallen op basis van de huidige meerjarenbegroting hier in zeer sterke mate bovenuit stijgen. Dit leidt tevens tot een vraagteken bij de doelmatigheid van bestedingen, waarop we nader ingaan in de volgende paragraaf. Doelmatigheid Wij beoordelen niet de doelmatigheid van het Financieel beheer; wel voeren wij het gesprek over de besteding en effecten van middelen bestemd voor passend onderwijs. Met het bestuur hebben wij gesproken over de meerjarenbegroting waarin tot en met 2019 sprake is van zeer hoog oplopende reserves. Dit leidt tot de vraag of er wel sprake is van doelmatige inzet van middelen. Het bestuur vertelt dat de meerjarenbegroting nu nog niet beleidsrijk is opgesteld en dat de begrote overschotten bedoeld zijn voor toekomstige investeringen. Hiervoor is in het strategisch document voor het ondersteuningsplan wel een aanzet gegeven, maar keuzes voor investering van deze middelen moet het bestuur nog maken. In het gesprek hebben wij de urgentie gemeld van het investeren van ontvangen middelen. Daarnaast hebben wij het belang van beleidsrijk begroten met het bestuur besproken. Het bestuur heeft aangegeven in de komende periode besluiten te nemen over het investeren van de begrote overschotten. Daarnaast heeft het bestuur aangegeven in het volgende jaarverslag een beleidsrijke meerjarenbegroting op te nemen. Aanvullend heeft het bestuur over doelmatigheid de volgende toelichtingen gegeven. Het bestuur verdeelt de middelen op grond van een bedrag per leerling voor basisondersteuning en op grond van toelaatbaarheidsverklaringen verdeelt het middelen voor plusondersteuning. BePO heeft het voornemen om het bedrag per leerling voor de basisondersteuning te verhogen en dit te financieren met een besparing op middelen voor plusarrangementen. BePO heeft nu nog met de schoolbesturen afgesproken dat over de besteding van deze 12/15

13 middelen verantwoording wordt afgelegd in het jaarverslag. Met het verhogen van het bedrag voor de basisondersteuning wil het bestuur van BePO de verantwoording door schoolbesturen verzwaren. Doel daarvan is het goed kunnen monitoren waaraan en hoe de schoolbesturen deze middelen besteden en of dat voor leerlingen het beoogde effect heeft. Rechtmatigheid Ons oordeel bij deze standaard gaat enerzijds uit van de bevindingen van de instellingsaccountants uit het eerstelijnstoezicht op de financiën van het onderwijs. Anderzijds speelt aanvullende informatie een rol, zoals signalen en (lopende) onderzoeken op het gebied van financiële rechtmatigheid. Beide aspecten leiden gezamenlijk tot een gewogen oordeel. In dit onderzoek hebben zich aan ons geen gegevens voorgedaan die een positieve waardering van de financiële rechtmatigheid in de weg staan. 2.5 Vervolgtoezicht De inspectie oordeelt dat dit samenwerkingsverband voldoende bestuurd wordt. Dit betekent dat de inspectie bij dit samenwerkingsverband voor het vervolgtoezicht op de kwaliteit niet afwijkt van de reguliere termijn van vier jaar. Een jaarlijkse risicoanalyse en/of urgente signalen kunnen de inspectie aanleiding geven het vervolgtoezicht alsnog aan te scherpen. Dat geldt ook voor het toezicht op de financiën. Omdat het bestuur voldoet aan de standaarden van het aspect Financieel beheer is er op dit moment echter geen reden voor aangepast financieel toezicht. 13/15

14 3. Reactie van het bestuur In zijn reactie d.d. 4 juli 2017 schrijft het bestuur: Het BePO bestuur heeft kennis genomen van het conceptrapport vierjaarlijks onderzoek dat het bestuur heeft ontvangen. Het bestuur herkent in de rapportage de werkelijkheid van het samenwerkingsverband en ziet geen aanleiding inhoudelijke aanpassingen hierin voor te stellen. Zoals in het rapport staat aangegeven zal het bestuur de aangegeven ontwikkelpunten de komende beleidsperiode (in het ondersteuningsplan ) verankeren. Het bestuur dankt de inspecteurs hartelijk voor de plezierige en professionele wijze waarop het vierjaarlijks onderzoek is uitgevoerd. De beoordeling van de inspectie vormt een mooie stimulans voor het samenwerkingsverband om de ingezette koers met kracht voort te zetten. 14/15

15 Inspectie van het Onderwijs Postbus 2730, 3500 GS Utrecht t-algemeen t-loket (voor vragen van ouders)