NVV laat het er niet bij zitten

Transcriptie

1 Ledenblad Nederlandse Vakbond Varkenshouders nummer 137, september 2006 NVV laat het er niet bij zitten In het Landelijke Bestuur (LB) van 31 augustus heeft de NVV zich beraden op de uitkomst van het kort geding tegen de huidige mestwet. Hier kwam het bestuur tot de conclusie dat wij er nog steeds van overtuigd zijn dat er van de huidige manier van bemonsteren en analyseren niets klopt. Er komen bij de NVV nog steeds te veel onverklaarbare spookuitslagen uit de praktijk binnen. Verder resulteert de huidige mestwet in te veel marktmacht van de intermediairs waardoor de mestafzetprijs onnodig wordt opgedreven. Ook zorgen de rare bemonsteringsuitslagen in combinatie met de cross-compliance ervoor dat de acceptatie voor de afname van varkensmest onder druk staat. Kortom, de NVV wil zich niet neerleggen bij de mestwet zoals deze nu in elkaar steekt. Vervolgonderzoek Het LB heeft het Dagelijks Bestuur (DB) opdracht gegeven om te onderzoeken wat de diverse opties voor vervolgstappen zouden kunnen zijn. Hierbij ligt een nieuwe bodemprocedure tegen de huidige mestwet het meest voor de hand. Net als in de Minas-procedure zou hier sprake kunnen zijn van nieuwe wetenschappelijke onderzoeken om de zaak tegen de Staat te ondersteunen. En verder is het mogelijk om in een dergelijke procedure meer bewijs vanuit de praktijk aan te dragen om hard te maken dat de mestwet in de huidige vorm niet deugt. Ook de financiële consequenties van een nieuwe procedure of actie zullen in beeld worden gebracht. Maar net als met de Minas-procedure moet er vooraf een financiële dekking zijn voor het juridische en het onderzoekstraject. In het LB van september zal er verder over gesproken worden. Kosten/baten van een procedure Bij dit alles moeten de varkenshouders zich realiseren wat de kosten en baten zijn van een eventuele procedure. Even ter vergelijking: als de uitspraak in Den Bosch in de Minas-procedure in cassatie gelijk blijft, betekent dit een besparing op de heffingen voor de varkenshouders van 30 miljoen euro! Verder is de NVV ervan overtuigd dat lopende de procedure de aanpassingen die in de Minas gedurende acht jaar zijn gedaan mede onder druk van deze procedure tot stand zijn gekomen. Hiermee hebben de varkenshouders ook vele tientallen miljoenen euro s aan mestafzetkosten bespaard. De WHV-procedure heeft geresulteerd in 15% minder generieke korting op de varkensrechten. En ook hier werpt de nog steeds lopende WHV-procedure haar schaduw over de huidige mestwet en het toekomstige beleid. Hiermee is duidelijk dat niet alleen de directe uitkomst van een procedure maar ook de indirecte uitwerking hiervan zijn directe financiële vruchten afwerpt. Probleem is alleen dat deze lastig direct in geld uit te drukken zijn. Wat mag het kosten Als we naar de huidige mestmarkt kijken dan is het investeren in een vervolgprocedure snel rendabel. Immers, als we hierdoor de prijs met 2,= per kuub omlaag kunnen krijgen betekent dit feitelijk een besparing op de mestafzetkosten van 10,= per zeug en 2,= per vleesvarkensplaats. Dit is voor één jaar, dus reken maar eens voor uw bedrijf uit wat dit over een langere periode betekent. Het wel of niet opstarten van vervolgstappen zal voor een groot deel afhangen van de financiële dekking. Als blijkt dat varkenshouders niet willen bijdragen in de kosten hiervan, betekent dit dat het probleem blijkbaar niet groot genoeg is en men zich erbij neerlegt om tot in de lengte der jaren de huidige mestwet en de uitwerking hiervan op de mestmarkt te accepteren!! WHV in individuele gevallen in strijd met EVRM Volledig onverwacht heeft het Hof Arnhem donderdag 29 augustus in plaats van de aangekondigde 19 september uitspraak gedaan in de WHVprocedure van de NVV tegen de Staat. Deze uitspraak heeft betrekking op de WHV-procedure van de NVV tegen de Staat waarbij de Hoge Raad de zaak had terugverwezen naar het Hof Arnhem, om te beoordelen of hier sprake is van excessive burden ofwel de vraag of deze bedrijven buitensporig zijn getroffen ten opzichte van andere varkenshouders. Eis In deze procedure eisen de NVV en vier speerpuntbedrijven (voorbeeldbedrijven) de buitenwerkingstelling van de WHV totdat voorzien is in een adequate schadevergoeding voor het afnemen van de mestproductierechten zonder vergoeding. Het gaat hierbij om zowel de latente als de generieke afgenomen mestproductierechten als gevolg van de WHV (Wet Herstructurering Varkenshouderij) die in 1998 in werking trad. Uitspraak In de uitspraak, die een voorlopig karakter heeft (er moeten nog stukken worden aangeleverd en de Staat kan nog reacties geven), stelt het Hof dat één van de vier door de NVV ingebrachte speerpuntbedrijven inderdaad buitensporig en onevenredig is getroffen in zijn belangen en vermogen ( excessive and disproportionate burden ) op basis van het EVRM door de WHV. Hiermee geeft het Hof aan dat buitensporig getroffen bedrijven recht hebben op een schadeloosstelling vervolg zie pag. 3

2 2 Wie regisseert wat? Het verbaast mij nog steeds dat, als ik beleidsmedewerkers van LNV en andere mensen uit de periferie hoor spreken over de positieve ontwikkelingen in de varkenshouderij van de laatste jaren, zij er vaak bij vernoemen dat zij de verbeterde marktsituatie mede verklaren door de huidige rol van VION. Hierbij gaat men er dan vanuit dat VION nu zou optreden als een soort ketenregisseur voor de gehele varkenshouderij. Ook in de discussie over de toekomst en de structuur van de pluimveehouderij hoor ik mensen van LNV zeggen dat het jammer is dat de pluimveehouderij een sterke ketenregisseur, zoals VION bij de varkenshouderij, ontbeert. Dat is voor mij toch wel even te kort door de bocht. Als ik kijk naar de prijs-, de markt- en de structuurontwikkelingen van de afgelopen jaren kan ik nu niet zeggen dat VION hier zo n regisserende rol heeft vervuld. Sterker nog, op het gebied van prijsontwikkeling is VION eerder prijsremmend. Men was al blij om recent in het Varkensprijzenonderzoek weer enigszins met het uitbetalingniveau van de andere Nederlandse slachterijen mee te kunnen. Om van het verschil ten opzichte van Duitsland maar te zwijgen. Ik heb ook wat betreft de marktontwikkeling niet kunnen ontdekken waar hier VION op een positieve manier een bijdrage heeft geleverd of tot een toegevoegde waarde heeft geleid. Men is druk bezig met het eigen rendement en schuwt nog steeds niet om goedkope, niet IKB waardige en niet op verboden stoffen gecontroleerde, varkens te importeren. En voor wat betreft hun invloed op de structuur van de varkenshouderij zie ik op dit moment alleen maar een toename van export van zowel vleesvarkens als biggen. Er wordt ook hier door VION geen enkele poging gedaan om daar verandering in te brengen. Van VION uit gezien hebben ze, als gewoon commercieel bedrijf dat geld wil verdienen, natuurlijk groot gelijk. Hier vind ik ook niks mis mee. Waar ik wel moeite mee heb is het feit dat we als varkenshouders bij bepaalde dossiers, zoals het stoppen met enten tegen Aujeszky, bij uitvoering van beleid ermee worden geconfronteerd dat de belangen van VION door beleidsmakers blijkbaar zwaarder gewogen worden dan de belangen van de varkenshouders. Vaak met het argument dat zij zo n belangrijke regisseursrol vervullen! In mijn ogen regisseert VION maar één ding en dat is hun eigen portemonnee. Nogmaals, dat mag. En ik snap ook best dat zij door slim en intensief lobbywerk in Den Haag en Brussel hun belangen willen veiligstellen. Maar dat staat natuurlijk volledig los van de vraag of hun belangen dezelfde zijn als die van de totale varkenshouderij in Nederland. Ik heb daar, met de ervaringen vanuit het verleden, grote twijfels over. De voorzitter Uitspraak kort geding nieuwe mestwet teleurstellend De voorzieningenrechter in Den Haag heeft op maandag 28 augustus een teleurstellende uitspraak gedaan in het kort geding dat de Nederlandse Vakbond Varkenhouders (NVV) had aangespannen tegen de Staat. De voorzieningenrechter heeft de eis van de NVV tot het buitenwerking stellen van de huidige Uitvoeringsregeling Meststoffenwet, afgewezen. Centraal bij het kort geding stond de onnauwkeurigheid van het bemonsteren van mest. Volgens de NVV is de huidige bemonsteringsmethode als een lot in de loterij waardoor zowel de producenten als de afnemers van varkensmest worden afgerekend op volstrekt willekeurige uitslagen. Doel van dit kort geding was om zo snel mogelijk het verplichte bemonsteren uit de huidige mestwet te krijgen waardoor de afzet van varkensmest makkelijker en goedkoper zou worden. Voordeel van de twijfel De voorzieningenrechter baseert zijn afwijzing o.a. op het feit dat de Staat voldoende aannemelijk zou hebben gemaakt dat nieuwe onderzoeken in de afgelopen jaren tot inhoudelijke aanpassingen van de regeling hebben geleid, zoals deze sinds 1 januari 2006 van kracht is. Het feit dat men in deze onderzoeken niet volledig voldeed aan de monsterprotocollen is volgens de rechter niet gebleken. Verder vond de rechter de verklaring van de Staat dat er sprake was van een kopieerfout waardoor er vrachten ontbraken uit het onderzoek, aannemelijk. Kortom, de rechter gaf de Staat het volledige voordeel van de twijfel, hoewel in de zitting de Staat geen duidelijke verklaring voor de onvolkomenheden wist te geven. Rechter terughoudend Verder gaf de rechter aan dat de wetgever, waarmee de Minister en de Tweede en Eerste Kamer worden bedoeld, een grote mate van beleidsc.q. beoordelingsvrijheid heeft waardoor de rechter terughoudendheid dient te betrachten bij het buiten toepassing laten van algemene voorschriften. Ofwel men gaat er in Nederland vanuit dat men bij het tot stand komen van de nieuwe mestwet voldoende zorgvuldig te werk is gegaan. Teleurstellend voor de NVV is dat de rechter in zijn vonnis niet ingaat op de consequenties voor een individuele producent of afnemer van een dergelijk systeem, zoals in de zitting door de NVV aan de hand van praktijkvoorbeelden is aangedragen. De Staat voerde aan dat het gehele systeem statistisch gezien gemiddeld wel zal kloppen. De rechter is dus in deze redenering van de Staat meegegaan. Minas-uitspraak Het Gerechtshof in Den Bosch stelde de NVV eerder dit jaar in de Minas-procedure wel in het gelijk over de zgn. Regeling Hoeveelheidbepaling. In februari van dit jaar heeft het Hof deze Regeling Hoeveelheidbepaling dierlijke en overige organische meststoffen onverbindend verklaard. De in de Regeling opgenomen onnauwkeurigheidnorm van maximaal 15 procent voor de bemonstering van dierlijke meststoffen is volgens het Hof met de voorgeschreven monstermethoden onhaalbaar. De kortgedingrechter in Den Haag heeft deze uitspraak dus niet overgenomen. Overigens lopen in de Minas-procedure nog twee cassaties; één in Arnhem en één in Den Bosch. De Hoge Raad dient zijn oordeel te vellen over de uitspraak van het Hof Den Bosch en over de uitspraak van het Hof Arnhem van juli NVV service Wilt u via de NVV op de hoogte worden gehouden van interessante en vaak actuele informatie over de varkenshouderij? U kunt zich daarvoor kosteloos abonneren. Op de NVV-site ( kunt u zich opgeven.

3 vervolg van pag, 1 Ofwel op basis van strijdigheid met het EVRM (Europese Verdrag voor Rechten van de Mens) volgt automatisch recht op schadevergoeding. Van een ander speerpuntbedrijf moet de Staat nog bewijzen dat dit bedrijf niet excessief getroffen is. Verder wijst het Hof de eis van de twee andere speerpuntbedrijven af, alhoewel het Hof wel erkent dat deze bedrijven door de WHV, door hen kort tevoren aangekochte, mestproductierechten zijn kwijtgeraakt. Bij deze bedrijven oordeelt het Hof dat deze schade niet buitensporig ( excessive and disproportionate burden ) zou zijn t.o.v. andere varkenshouders. Individuele civiele procedure Door het Hof wordt verder gesteld dat ten aanzien van iedere individuele veehouder afzonderlijk moet worden vastgesteld of er sprake is van een buitensporige last, hetgeen zal leiden tot zeer veel individuele langdurige procedures als in cassatie deze uitspraak overeind blijft. Verder is niet volledig duidelijk waar de grens van wel/niet buitensporig getroffen ligt. Uit de uitspraak leidt de NVV af dat deze grens circa 5% bedraagt. Dat zou betekenen dat bedrijven die meer dan 5% meer dan de andere varkenshouders zijn gekort, boven op de generieke korting van 10%, een individuele civiele procedure kunnen starten tegen de Staat voor schadeloosstelling. Rechtbank Den Haag Het Hof - Den Haag uitspraak Cassatie (in beroep) regulering van rechten Het Hof - Arnhem Nu uitspraak na tussenuitspraak op 29 augustus 2006 Cassatie (in beroep) WHV Diverse kort gedingen 10% gekort + latente rechten afgenomen ontneming van rechten verwijst 15 april 2004 terug naar Nederland kijken of speerpuntbedrijven buitensporig zijn getroffen door regulering van rechten Hof Straatsburg EHRM uitspraak 8-10 jaar ontneming + regulering in beroep inbrengen Generieke en latente korting De vordering van de NVV betreffende het afnemen van 10% en het verval van de latente rechten om de WHV voor al haar leden buiten werking te stellen, is grotendeels niet beoordeeld omdat het volgens het Hof buiten de opdracht van de Hoge Raad lag en voor het overige is het afgewezen. Tegen die onderdelen waar de NVV in het ongelijk is gesteld gaat de NVV in cassatie en mogelijk later naar het Europees Hof, het EHRM. Wat de Staat doet met deze uitspraak is bij het ter perse gaan van deze Trog nog niet bekend. Voor het verloop en het vervolg van deze procedure zie het hiernaast gevoegde schema. Diefstal blijft diefstal De NVV blijft van mening dat het niet zo kan zijn dat de Staat destijds bij de inwerkingtreding van de WHV mestrechten zonder vergoeding heeft afgenomen. Dit is en blijft diefstal en hier bij maakt het niet uit of het nu om één of 35% gaat. Daarom zal de NVV doorprocederen tot in het Hof in Straatsburg om dit terug te draaien en de Staat te dwingen tot schadeloosstelling van de gedupeerde varkensbedrijven. Discriminatie varkenshouderij Verder wordt de varkenshouderij, los van de individuele schade, door middel van de WHV ten opzichte van de andere veehouderij in Nederland gediscrimineerd omdat de Staat door middel van het systeem van de varkensrechten steeds weer pogingen doet om de varkenshouderij te reguleren. Dit was ook weer het geval bij het maken van de huidige mestwetgeving. Dit is reden temeer om deze procedure door te zetten. Voor de NVV is het onacceptabel dat de varkenshouderij zo wordt behandeld. Zij steunen de vakbond Talloze bedrijven sponsoren de NVV, o.a.: Coppens Diervoeding te Helmond De Heus Voeders BV te Ede Dopharma te Raamsdonksveer Fransen Mengvoeders BV te Erp Geurts Mengvoeders BV te Nistelrode Nysingh advocaten - notarissen te Apeldoorn Pigture Group BV te Vught Polinder Advies te Nunspeet 3

4 4 NVV gaat niet akkoord met de meerjarenraming van het PVV Bij de presentatie van de concept-meerjarenraming van het PVV bleek dat het PVV-bestuur de heffingen voor varkenshouders voor het jaar 2007 met bijna 20% wilde verhogen. Deze verhoging wordt mede veroorzaakt door het feit dat het productschap nog steeds geen inhoud heeft gegeven aan het bemiddelingsakkoord met minister Veerman waarin was afgesproken dat het PVV de 3,5 miljoen euro die het op 14 december 2005 ten onrechte uit het O&O-fonds had gehaald, zou terugstorten en vervolgens deze zou verdelen op basis van oormerking. Hiermee zou recht worden gedaan aan die sectoren die het meest hebben bijgedragen in het ontstaan van de reserves. Nu deze belofte na een aantal eerdere toezeggingen weer niet wordt nagekomen, dringt zich de vraag op hoe betrouwbaar dit bestuur van het PVV is nu zij deze gedane belofte uit het akkoord met de NVV en de minister wederom geen inhoud geeft. De NVV heeft zich aan het bemiddelingsakkoord met de minister gehouden. De NVV wenst als een volwaardige partner te worden beschouwd die niet alleen goed is om via zijn leden heffingen op te brengen maar die ook zeggenschap over de verdeling wenst te verkrijgen. De NVV zal zich dan ook met hand en tand verzetten tegen het niet nakomen van het akkoord en tegen de daaruit voortkomende tariefsverhoging voor de varkenshouderij zoals deze is gepresenteerd in de meerjarenraming. Hiermee zouden de varkenshouders dubbel worden gepakt. Werkgroep Mest en Mineralen In de laatste Landelijke Bestuur vergadering heeft de NVV besloten om de werkgroep Mest en Mineralen in het leven te roepen. Onlangs is deze voor de eerste keer bij elkaar geweest. Deze werkgroep heeft als doel om inzicht te krijgen in hoe we de mestafzetkosten kunnen verlagen. Het is de bedoeling dat deze groep in beeld krijgt wat de mogelijkheden zijn om in de huidige mestwet de kosten van mestafzet te drukken. Het juridische stuk van wegen en bemonsteren en het spoor 2 verhaal worden al in de breedste zin van het woord door de NVV opgepakt. Oorzaken In het algemeen kan worden gesteld dat het slechte weer in augustus en in het voorjaar in combinatie met deze nieuwe mestwet voor de huidige problemen heeft gezorgd. Daarnaast heeft de pers de prijzen onnodig overdreven en door alleen maar over enkele uitersten te spreken deze opgedreven, waarna iedere afnemer dacht dat deze tarieven ook voor hem zouden gelden. Men kan in het algemeen zeggen dat we eerst rust in de markt moeten krijgen, met goed weer, om de normale afzet weer te herstellen. Aandachtspunten In de eerste bijeenkomst lag de nadruk vooral op praktische tips voor de korte termijn. Dit resulteerde in de volgende lijst van punten die door de varkenshouder gebruikt kan worden: 250 kg fosfaat aan particulieren, maximaal 20 kg fosfaat per afnemer. Tuincentra en hoveniers mogen onbeperkt vaste mest ontvangen voor de particuliere verkoop mits voldaan wordt aan de daaraan gestelde voorwaarden. Glastuinbouwbedrijven mogen 170 N per ha aanvoeren uit dierlijke mest. Afzet naar fruit- en groenteteelt in uw regio. Door contact met de juiste voorlichters van deze teelten is vaak iets te organiseren. Afzet naar bepaalde gronden in eigendom van gemeentes zoals sportvelden en aangekochte terreinen voor industrie en woningbouw. U mag dit jaar uw mestvoorraad meenemen naar het volgende jaar. Dit kon in de Minas niet. Vergeet geen afvoerposten in uw mestboekhouding, zoals destructiemateriaal. Samenwerken tussen ondernemers in een overschotgebied en die in een tekortgebied kan opdrijving van de toeslagen voorkomen. Zo kan men een hoop tussenhandel uitschakelen. Varkensmest heeft een waarde die is uit te drukken in euro s. Na 15 september is de werkingscoëfficiënt voor de afnemer gunstiger. Er zijn afnemers die hierop wachten. Dit zijn een aantal punten die uit de eerste bijeenkomst van de werkgroep Mest en Mineralen zijn gekomen. Hopelijk kunt u met een of enkele van deze punten uw voordeel doen in deze moeilijke markt. Duidelijk is wel dat de varkenshouders zelf meer moeite moeten doen om de mestafzet van hun bedrijf te organiseren. Op dit moment zijn er nog vele varkenshouders die niet meer doen dan één telefoontje plegen naar hun intermediair. RVL nieuwe stijl Per 1 januari 2007 komt er een nieuwe Regeling VarkensLeveringen (RVL). Niet LNV is meer verantwoordelijk maar het PVV. LNV schafte de regeling af onder het mom van lastenverlichting. Maar het is een lastenverschuiving naar het bedrijfsleven en een lastenverlichting voor de overheid. De wens van o.a. de NVV was om de huidige contactstructuur grotendeels te behouden. Het Landelijk Bestuur van de NVV heeft daarom dan ook op 23 februari jl. besloten in te stemmen met de omzetting van de RVL in een autonome verordening van het PVV en heeft op 31 augustus ingestemd met de nieuwe verordening. De RVL is op een aantal punten gemoderniseerd De uitgangspunten bij de modernisering van de RVL zijn: beperking van contacten ter voorkoming van verspreiding en ten behoeve van tracering bij dierziektes; hoe meer veterinaire zekerheid hoe meer mogelijkheden voor bedrijfscontacten; vervolg zie pagina 7

5 Quick-scan naar toepassing IPPC Op 22 augustus heeft een delegatie van de NVV een gesprek gehad met staatssecretaris Van Geel van VROM. De aanleiding was een brief die de NVV naar de staatssecretaris en de Tweede Kamer had gestuurd. In deze brief had de NVV haar zorg geuit over de manier waarop door VROM binnen het Besluit ammoniakemissie huisvesting veehouderij invulling wordt gegeven aan de uitvoering van de IPPC-richtlijn. De NVV heeft bepleit dat de emissiegrenswaarden van de AMvB huisvesting alleen van toepassing zouden moeten zijn bij nieuwbouw en varkenshouders niet zouden moeten dwingen om bestaande stallen aan te passen. Ook hebben we erop gewezen dat er ten aanzien van de toepassing van de IPPC-richtlijn in de praktijk veel vragen leven, zowel bij varkenshouders als bij de lokale overheden die met de uitvoering zijn belast. Varkenshouderij heeft al veel gedaan Door diverse ontwikkelingen heeft de Nederlandse varkenshouderij al op andere manieren dan was voorzien bij het ondertekenen van de IPPC-richtlijn in 1996, een sterke reductie van de uitstoot van ammoniak bereikt. De varkensstapel is met circa 30% afgenomen en bij de nieuwbouw van stallen worden er de afgelopen jaren alleen nog maar emissiearme systemen gebruikt. Verondersteld mag worden dat de gestopte bedrijven gewone traditionele huisvestingssystemen hadden en dat dus de absolute milieuwinst van deze krimp behoorlijk is. Verder heeft het emissiearm aanwenden van de mest een positieve bijdrage geleverd aan het verminderen van de ammoniakuitstoot. De NVV vindt de enorme kapitaalvernietiging en de extra milieubelasting (zoals het weggooien en afbreken van goede materialen en het produceren van een nieuwe stalinrichting) die op de bedrijven moeten plaatsvinden om op 30 oktober 2007 al te voldoen aan de IPPC, onaanvaardbaar en onnodig. Gebouwen en inrichting die prima voldoen maar nog niet afgeschreven zijn, zouden dan afgebroken en/of vervangen moeten worden, terwijl de economische levensduur nog jaren langer is en er een onnodige milieubelasting bijkomt. De NVV wilde ook graag van VROM weten of er al eens een milieutechnische kosten/baten-analyse was gemaakt van de negatieve milieueffecten van het vervroegd afbreken en aanpassen van goede deugdelijke stallen ten behoeve van deze richtlijn. IPPC richtlijn biedt mogelijkheden Doordat de varkenshouderij als enige sector dure systemen, zowel in montage als in gebruik, voor de reductie van ammoniakemissie heeft ontwikkeld, vindt de NVV dat VROM de mogelijkheid moet benutten om aan Brussel aan te geven dat de varkensbedrijven in Nederland met een veel ruimer tijdspad moeten gaan werken. Dit resulteert ook in een minder discriminerende behandeling van de varkenshouderij ten opzichte van de andere veehouderij (zoals rundvee en kalveren) die geen enkele aanpassing op het gebied van stallen of inrichting voor het terugdringen of beperken van de ammoniakuitstoot heeft gedaan, terwijl deze in absolute getallen een veel grotere uitstoot van ammoniak geeft dan de varkenshouderij. Uit een recent onderzoek van het LEI productiekosten varkensvlees blijkt dat in Nederland de kostprijs voor een kilogram varkensvlees met 8 eurocent zal stijgen, vooral als gevolg van de extra voorgenomen ammoniakmaatregelen. Dit is berekend voor een gemiddeld Nederlands bedrijf, dus voor individuele situaties kan dit buitensporige kosten met zich meebrengen. Interne saldering Intern salderen zal voor een aantal grote ondernemingen in de varkenshouderij oplossingen bieden, maar in veel gevallen zal het economisch en praktisch niet uitvoerbaar zijn. Level Playing Field Wat de NVV verder verbaast, is dat de uitvoering en implementatie van de IPPC in Nederland op een volstrekt andere wijze gebeurt dan in de ons omringende landen. Er is wat dat betreft dan ook absoluut geen sprake van een Level Playing Field, noch binnen Nederland (tussen de sectoren), noch binnen de EU, zoals dit door de huidige regering wordt nagestreefd. Wat in een andere lidstaat voldoet aan de IPPC is in Nederland absoluut ontoereikend. Of de andere lidstaten gebruiken wel de ruimte die de IPPC-richtlijn op onderdelen toelaat. Hierbij enkel voorbeelden: Een volledig-rooster staluitvoering wordt in Duitsland betiteld als best beschikbare techniek, terwijl dit systeem in Nederland is verboden. België bekijkt per situatie of de benodigde investeringen wel bedrijfseconomisch verantwoord zijn. Het Verenigd Koninkrijk kiest de benadering om met een tijdschema op bedrijfsniveau te werken om zo tegemoet te komen aan het bezwaar van bedrijfseconomisch onverantwoorde verplichtingen. In Denemarken tellen de omgevingsomstandigheden weer zwaarder mee bij de beoordeling van het tijdspad voor de individuele bedrijven. In de zuidelijk lidstaten doet men, voor zover onze informatie strekt, niets aan de IPPC. Reactie VROM Verheugd zijn we als NVV dat VROM met ons van mening is dat de varkenshouderij reeds grote vorderingen heeft gemaakt met het reduceren van ammoniakemissies. Teleurgesteld zijn we dat VROM heeft aangegeven dat de varkenshouderij nog meer moet doen. Doelstellingen om ammoniakemissie in andere diercategorieën te reduceren zijn blijkbaar door VROM nog niet gevormd. Ook na het uitwisselen van de onderlinge standpunten blijft de NVV van mening dat het de lokale overheden ontbreekt aan kennis, capaciteit en kunde om de controles en de vergunningverlening goed en adequaat te verzorgen. In het gesprek met VROM werd dit eerder bevestigd dan tegengesproken. Bovendien wordt het nog eens bevestigd door de uitspraak van de staatssecretaris dat lokale overheden pas begin volgend jaar helderheid krijgen met betrekking tot de uitvoeringsregels interne saldering. De NVV vindt dat het niet zo mag zijn dat de continuïteit van onze bedrijfsvoering in gevaar komt vanwege de lange doorlooptijd van vergunningsprocedures in Nederland. Inzet NVV VROM heeft toegezegd dat er op korte termijn een quick-scan naar toepassing van de IPPC-richtlijn in andere EU-landen komt. Daarbij zal met name worden gekeken naar de bestaande stallen. De NVV heeft VROM gevraagd om samen te komen tot een pakket van maatregelen waarin het aanpassen van bestaande stallen aan de IPPC-richtlijn uitgevoerd moet worden op basis van economische afschrijving en investeringsritme (economisch bedrijfsplaatje) van de desbetreffende onderneming. Per bedrijf zou een plan van aanpak (maatwerk) op basis van economische afschrijving en vervanging moeten worden opgesteld. VROM is deze mogelijkheid op dit moment aan het bestuderen. 5

6 6 Marktnieuws Vleesvarkens We komen uit een periode met ongekend hoge varkensprijzen veroorzaakt door een voortdurend tekort aan varkens. Evenals andere jaren betekende de zomervakantieperiode een daling van de prijzen door minder slachtplaatsen en minder vraag, al bleef deze daling beperkt onder invloed van het magere aanbod door de lage gewichten. Zichtbaar was dat Nederland duidelijk achterbleef t.o.v. de Duitse prijsontwikkeling. Uit het VPO bleek bijv. in week 32 een verschil tussen de hoogst en de laagst uitbetaalde prijs van 25,00 per varken! Vergelijken we de door VION Holland gehanteerde prijsnotering met de Duitse ISN dan wordt dit ineens inzichtelijk: Uit het NVV Varkensprijzenonderzoek blijkt dat de VION-notering in het eerste halfjaar van de bordesprijs 11,5 eurocent onder de Duitse prijsnotering (ISN) blijft. Waar VION in de onderzochte periode op een gemiddelde prijs van 1,394 uitkwam, noteerde de Duitse ISN 1,509 (voor meer info lees het stuk: VION: conclusies NVV m.b.t. de ingevoerde bordesprijs ). Handelaren gaven dan ook tijdens de zomerperiode aan veel nieuwe Nederlandse klanten te krijgen die hun varkens naar Duitsland wilden exporteren. De export van week 1 t/m 35 over 2006 is met 4,7% toegenomen ten opzichte van dezelfde periode in We praten dan over een niveau van bijna varkens! Begin september bereikt het aanbod weer een normaal niveau, wat gepaard gaat met de onvermijdelijke flinke prijsdaling. Inmiddels hebben de varkenshouders daardoor de warmteprop van varkens massaal afgezet. Oftewel, het trefwoord voor week 36, 37 en zelfs nog week 38 is dan ook Paniekleveranties. Uit ons Varkensprijzenonderzoek blijkt dat de gewichten in week 37 weer zijn gezakt tot 89,1. Dit betekent dat het merendeel van de slachtrijpe varkens toch al is afgeleverd. Daarnaast is de vleeshandel voor week 38 op alle onderdelen onveranderd en zelfs in de moeilijk lopende export richting Duitsland worden alle aangeboden varkens opgenomen. Het gerucht gaat dan ook dat de verlaging van Duitsland van begin week 38 puur margetechnisch is. Biggen Rondom week 36 dalen de vleesvarkensprijzen hard waardoor er grote hoeveelheden vleesvarkens worden afgeleverd. Hierdoor worden de biggen in het binnenland weer vlot opgenomen. Dit gecombineerd met een grote export, geeft dat er geen biggen boven de markt hangen en vraag en aanbod in evenwicht zijn. Het niveau waarop in Oost-Europa wordt uitbetaald is DPP +14. Ook Spanje doet het voor haar doen nog erg goed met een prijsniveau van 38,=. Biggen op Duitsland met een toeslag op Weser Ems lopen qua prijs en kwaliteit nog erg stroef. Binnenkort zal de vraag naar deze Artikel 10 biggen echter weer opleven doordat het gebied Noordrijn Westfalen dan de eerste ronde na de varkenspest heeft gedraaid. De export van week 1 t/m 35 over 2006 is voor de biggen met 14% toegenomen in vergelijking met dezelfde periode in Uit het NVV Biggenprijzenonderzoek Ter vergelijking worden in onderstaande tabel een aantal noteringen weergegeven, alle omgerekend naar een standaard NVV big (25 kg, inclusief BTW). Week Weser Ems DPP Zuid Vion Vleuten NVV NVV BPO Biggenprijs Standaard Biggenprijs 29 53,00 35,90 37,40 37,40 47,00 47, ,52 33,90 35,40 34,90 46,00 45, ,88 32,90 34,40 33,90 44,00 44, ,88 32,90 35,40 32,90 43,00 43,42 NVV BPO Standaard Biggenprijs = gemiddeld door de BPO deelnemers behaalde prijs (inclusief BTW, big van 25 kg) NVV Prijzen 2006 Week 32 Week 33 Week 34 Week 35 Week 36Week 37 Week 38 NVV Producenten Referentieprijs 1,58 1,58 1,64 1,65 1,59 1,51 1,49 % v/d varkens dat minimaal 55% 82% 97% 87% NVT* NVT* NVT* op deze prijs is uitbetaald NVV Biggenprijs 43,00 43,00 45,00 45,00 45,00 45,00 45,00 * ingevoerd aantal koppels nog niet toereikend voor een betrouwbare weergave VION: conclusies NVV m.b.t. de ingevoerde bordesprijs Sinds week 4 van 2006 hanteert VION een bordesprijs voor vleesvarkens met als doelstelling transparantie. VION heeft begin dit jaar aangekondigd een prijsniveau neer te zetten dat mee kan met het Duitse prijsniveau. Via het NVV Varkensprijzenonderzoek is bekeken of VION over het eerste halfjaar, van week 4 t/m week 30, woord heeft gehouden. De conclusies: 1. Opvallende verschillen tussen leveranciers verdwenen Er zijn geen opvallende afwijkingen gevonden tussen de steekproefsgewijs gecontroleerde VION-afrekeningen m.b.t. transparantie en duidelijke opbouw van uitbetaalde leveringen. Dit betekent dat er door VION zelf, onder de VPO-deelnemers, geen verschil meer wordt gemaakt in uitbetalingsprijs tussen de leveranciers. 2. Strakke notering voor Nederland Voor een gemiddeld varken van 90 kg, 56% vlees en type 1a, ontvingen alle VPO-deelnemers gemiddeld 1,427 per kg. VPO-deelnemers die aan VION leveren ontvingen gemiddeld 1,415 per kg. Oftewel een VION-standaard varken binnen Nederland loopt redelijk in de pas met de andere slachterijen.

7 3. Absoluut prijsniveau t.o.v. Duitsland veel te laag De door VION gehanteerde prijsnotering in het eerste halfjaar vande bordes prijs komt echter 11,5 euro-cent onder de Duitse prijsnotering uit. Waar VION in de onderzochte periode op een gemiddelde prijs van 1,394 uitkwam, noteerde de Duitse ISN 1, Uit de analyse op basis van de kg-managementprijs (bedrag op de bankrekening gedeeld door de kilo s) blijkt dat VION leveranciers hier 1,4 eurocent per kg lager scoren. Alle VPO-deelnemers halen gem. 1,404 per kg terwijl VION leveranciers 1,39 per kg als netto prijs ontvangen. RVL nieuwe stijl - vervolg van pagina 4 incubatietijden (tijd tussen besmetting en herkenning); praktische haalbaarheid; gezonde infrastructuur; exportmogelijkheden; via de Verordening Varkensleveringen worden transportverklaringen afgegeven. De belangrijkste gevolgen van de nieuwe Verordening voor de varkenssector zijn: Er wordt niet meer gewerkt met dagen, maar met weeknummers. Varkenshouderijbedrijven kunnen een status als E-bedrijf of F-bedrijf aanvragen. Op een E-bedrijf worden speenbiggen gehouden die uitsluitend afkomstig zijn van één A-bedrijf. Een A-bedrijf dat de gespeende biggen afvoert naar een E-bedrijf kan niet meer naar een ander varkenshouderijbedrijf afvoeren. Het beleverde E-bedrijf neemt de afvoermogelijkheden van het A-bedrijf over. Op een F-bedrijf worden speenbiggen gehouden die uitsluitend afkomstig zijn van één B-bedrijf. Een B-bedrijf dat de gespeende biggen afvoert naar een F-bedrijf kan niet meer naar een ander varkenshouderijbedrijf afvoeren. Het beleverde F-bedrijf neemt de afvoermogelijkheden van het B-bedrijf over. De aflevermogelijkheden van een B-bedrijf zijn verruimd; afvoer naar maximaal 6 D-bedrijven in 6 weken en naar 12 D-bedrijven in 4 maanden. De aanlevermogelijkheden van een D-bedrijf zijn verruimd; per 16 weken aanvoer afkomstig van maximaal 6 A-, B-, C-, E- of F-bedrijven of varkenshouderijen in het buitenland. Voor all-in-all-out bedrijven geldt het dubbele aantal. Ook D-bedrijven mogen levende varkens exporteren als gebruiksvarkens als ze voldoen aan de eisen van het gezondheidscertificaat. Voor aanwijzing als A-, C- of E-bedrijf kunnen IKB-gecertificeerde bedrijven, na schriftelijke toestemming van de varkenshouder, gebruik maken van de IKB-controle. De transportdocumenten kunnen uiterlijk een week van te voren worden aangevraagd. De geldigheid van een transportdocument wordt verruimd naar een week. In de praktijk komt het er dus op neer dat transporten maximaal 14 dagen van tevoren kunnen worden aangevraagd. Een transportdocument hoeft dus niet langer minimaal een werkdag van te voren te worden aangevraagd. Inzet NVV De NVV is van mening dat RVL nieuwe stijl geen extra veterinaire risico s betekent voor de bedrijven. LNV wilde de regeling afschaffen en als we dat hadden gevolgd zouden er pas echt onaanvaardbare risico s ontstaan. Er zullen de komende tijd nog wel een paar belangrijke knopen moeten worden doorgehakt. Nu bekend is hoe de RVL eruit moet gaan zien kunnen de uitvoeringskosten berekend gaan worden. De huidige RVL wordt door een bureau van GD uitgevoerd en kost LNV op dit moment circa 1 miljoen euro per jaar. De NVV is van mening dat het voor veel minder kan en moet. Hiervoor zullen scherpe onderhandelingen moeten worden gevoerd door het PVV. Ook zal er creatief moeten worden gekeken hoe de administratieve lasten en kosten kunnen worden verlaagd. De NVV heeft hiertoe reeds een aantal voorstellen gedaan. Ook is de NVV recent weer met LNV in overleg getreden om de uitvoering van I&R varkens in medebewind te mogen gaan uitvoeren. Laatste nieuws van De Groene Belangenbehartiger BV Nieuwe Tarieven Elektra De Groene Belangenbehartiger (DGBbv) komt op korte termijn met de nieuwe tarieven die per 1 oktober 2006 ingaan. De klanten van DGBbv ontvangen hierover binnenkort per brief meer informatie. Omdat er vanuit de markt regelmatig vraag was naar langlopende contracten, zullen wij waarschijnlijk ook de mogelijkheid aan gaan bieden om vaste prijzen af te spreken voor langere tijd. De nieuwe tarieven zullen in ieder geval weer onder de grote aanbieders als Essent, Nuon en Eneco uitkomen. Wilt u geïnformeerd worden zodra de nieuwe tarieven bekend zijn? Geef ons uw adresgegevens of uw adres door. Het makkelijkste is per naar verkoop@dgbbv.nl, maar per fax of telefoon kan natuurlijk ook. Bronwater Bronwateronderzoek bij DGBbv kost slechts 67,=(excl. BTW) per onderzoek, ongeacht het diersoort of de combinatie van diersoorten op een bron. Heeft u bijvoorbeeld varkens en rundvee op één bron dan betaalt u nog steeds 67,=. Dit is een all-in prijs inclusief monstername en transport naar het laboratorium. Een groot voordeel is dat het watermonster in de meeste gevallen tijdens de jaarlijkse bedrijfscontrole genomen zal worden. U hoeft hier dus geen extra tijd voor vrij te maken! Neem daarom vandaag nog contact met ons op! Beurs DGBbv staat samen met de NVV op de Landbouwdagen Intensieve Veehouderij in de Evenementenhal te Hardenberg. Deze beurs vindt plaats op 24, 25 en 26 oktober Wij informeren u nader in de volgende Trog. Zie de achterzijde van de Trog voor onze adresgegevens. 7

8 8 NVV-informatie Secretariaat NVV: Postbus 591, 3770 AN Barneveld; TEL ; FAX ; NVV-website: INFOLIJN varkensprijzen: ( 0,45/min). De trog verschijnt maandelijks. ISSN Contactpersonen in de regio: regio Noord-Nederland: Nico Vierhoven, Beilen TEL/FAX / regio Salland: contactadres: Henny Vloedgraven, Olst TEL/FAX / regio Twente: Wilma Timmerhuis, Bornerbroek TEL/FAX / regio Achterhoek: Michel Schoneveld, Kring van Dorth TEL/FAX / regio Veluwe: Gerard de Graaf, Nijkerk TEL/FAX / regio West-Nederland: Co van Ekeren, Zeist TEL/FAX /idem regio Rivierengebied: Erjan Valk, Geldermalsen TEL/FAX / regio Veghel/Oss: Jos van Gerwe, Erp TEL/FAX / regio Midden-Brabant: Johan van Balkom, Biezenmortel TEL/FAX / regio De Kempen: contactadres: Hans Coppens, Eersel TEL/FAX / regio Zuidoost-Brabant: Johnny Bouwmans, Bakel TEL/FAX /idem regio Maaskant: Theo Reintjes, St. Hubert TEL/FAX / regio West-Brabant: contactadres: Raymond van de Looi Oud Gastel TEL/FAX / regio Noord-Limburg: Frank Reijnders, Horst TEL/FAX / regio Midden- en Zuid-Limburg: contactadres: Edward Moonen, Nederweert TEL/FAX /idem. De Groene Belangenbehartiger bv Kantoor: tel: fax: DGBbv-website: info@dgbbv.nl NVV op de Landbouwdagen te Hardenberg Van 24 t/m 26 oktober 2006 vinden in de Evenementenhal te Hardenberg de Landbouwdagen Intensieve Veehouderij plaats. De Landbouwdagen Intensieve Veehouderij is één van de belangrijkste nationale agrarische vakbeurzen in Nederland. Ook de varkenssector is hier sterk vertegenwoordigd. Vanzelfsprekend is ook de NVV aanwezig. Kom gerust even langs om een praatje met de afgevaardigden van de NVV te maken. De NVV zal vooral trachten haar doelstellingen onder de aandacht te brengen van de varkenshouders en overige geïnteresseerden in de varkenshouderij. Belangstellenden kunnen onder het genot van een drankje en een hapje van gedachten wisselen met de standbemanning. Graag verwelkomen wij u in onze stand tijdens de Landbouwdagen Intensieve Veehouderij. De openingstijden van de beurs zijn op 24 t/m 26 oktober van uur tot uur. De NVV is de belangrijkste onafhankelijke sectorale belangenbehartigende vereniging voor de varkenshouderij in Nederland. Naast de contributie vormen sponsorgelden en advertentiebijdragen een bron van inkomsten voor onze organisatie. Ter uitbreiding van ons team zijn wij met spoed op zoek naar een Account manager buitendienst (m/v) In deze full-time functie bent u als account manager verantwoordelijk voor het beheer van de bestaande klanten- en sponsorportefeuille. Daarnaast bent u actief in het benaderen van potentiële nieuwe klanten en sponsoren/adverteerders. Wij zijn op zoek naar een verkoper op HBO werk- en denkniveau, die affiniteit heeft met de varkenshouderij en die beschikt over uitstekende commerciële en communicatieve vaardigheden. Een goede beheersing van de Nederlandse taal is een pre, evenals het bezit van een rijbewijs B. Daarnaast dient u te beschikken over eigen vervoer. Het betreft een aanstelling voor bepaalde tijd. Wij bieden u naast een goed salaris een uitdagende en zelfstandige functie in een prettige en informele werksfeer met ruimte voor eigen initiatief. Voor meer informatie kunt u bellen naar het NVV-kantoor, tel Of bekijk onze website U kunt uw sollicitatie tot uiterlijk 6 oktober a.s. sturen naar NVV, t.a.v. de heer J. Geurts, Postbus 591, 3770 AN Barneveld of mailen naar j.geurts@nvv.nl. Acquisitie wordt niet op prijs gesteld. NVV - Agenda 27 september 2006, uur ledenverg. Regio Veluwe in Café Restaurant Buitenlust te Voorthuizen 28 september 2006, uur verg. Landelijk Bestuur in zaal De Bongerd te Heteren 4 oktober 2006, uur ledenverg. Regio Twente in Café Rest. t Anker te Saasveld 10 oktober 2006, uur ledenverg. Regio Rivierengebied, Rest. De Oude Duikenburg te Echteld 11 t/m 13 oktober 2006, Landbouw Vakbeurs Noord/Oost Nederland te Zwolle 24 t/m 26 oktober 2006, Landbouwdagen Intensieve Veehouderij te Hardenberg 26 oktober 2006, verg. Landelijk Bestuur in zaal De Bongerd te Heteren 7 november 2006, uur ledenverg. Regio Z.O. Brabant, locatie nog niet bekend 23 november 2006, verg. Landelijk Bestuur in zaal De Bongerd te Heteren 14 december 2006, verg. Landeljik Bestuur in zaal De Bongerd te Heteren