Jean-Paul Kerstens, Joyce van Sprundel, Herman de Kovel, Iris Thewessen, Paul Achterberg, Jan Dröge

Transcriptie

1 Adviescommissie Omgevings Kwaliteit Datum: 6 december 2018 Aanwezig: Jean-Paul Kerstens, Joyce van Sprundel, Herman de Kovel, Iris Thewessen, Paul Achterberg, Jan Dröge Verslag: Art Nieuwpoort, Ilse Rijneveld Dossiernummer: Plaatsing berging Laan van Bentvelzen Globaal Het plan is op zichzelf beschouwd en in relatie tot de reeds aanwezige bebouwing en stedenbouwkundige context niet aanvaardbaar, tenzij onderstaande planaanpassing wordt uitgevoerd. De commissie adviseert het College van b&w negatief inzake het plan. De commissie constateert dat het plan niet voldoet aan de van toepassing zijnde beoordelingscriteria uit de welstandsnota voor een gebied met globaal welstandsniveau:. De berging kan alleen op het achtererf geplaatst worden, dus achter de achtergevelrooilijn. Dossiernummer: Plaatsen dakopbouw Breedkapper 5 formeel advies Globaal bebouwing en stedenbouwkundige context aanvaardbaar. De commissie adviseert het College van b&w positief inzake het plan. de welstandsnota voor een gebied met globaal welstandsniveau: Criterium A: Stedenbouwkundige samenhang. Dossiernummer: Buitenhof blok B Martinus Nijhofflaan : bebouwing en stedenbouwkundige context aanvaardbaar. De commissie adviseert het College van b&w positief inzake het plan.

2 _ Dossiernummer: Dakopbouw achterzijde Burgemeestersrand 74 : N.v.t. Het plan is op zichzelf beschouwd en in relatie tot de reeds aanwezige bebouwing en stedenbouwkundige context niet aanvaardbaar, tenzij onderstaande planaanpassing wordt uitgevoerd. De commissie adviseert het College van b&w negatief inzake het plan. De commissie constateert dat het plan nog niet voldoet aan de van toepassing zijnde beoordelingscriteria uit De gevelindeling moet qua maatvoering en verhoudingen conform de bestaande situatie worden uitgevoerd. Dossiernummer: Wijziging bouwplan Prins Mauritsstraat 1B Globaal : bebouwing en stedenbouwkundige context aanvaardbaar. De commissie adviseert het College van b&w positief inzake het plan. de welstandsnota voor een gebied met globaal welstandsniveau:. Dossiernummer: Plaatsen dakkapel De Kempenaerstraat 17 : n.v.t bebouwing en stedenbouwkundige context aanvaardbaar. De commissie adviseert het College van b&w positief inzake het plan. de welstandsnota voor een gebied met globaal welstandsniveau:.

3 Dossiernummer: Vjv Uitbreiding kantoor Vulcanusweg 259 Formeel vooroverleg Welstandsluw : Het principeplan is op zichzelf beschouwd en in relatie tot de karakteristiek van de reeds aanwezige bebouwing en stedenbouwkundige situatie aanvaardbaar. De commissie adviseert het College van b&w positief inzake het principeplan. De commissie constateert dat het plan voldoet aan de van toepassing zijnde beoordelingscriteriacriteria uit de welstandsnota. Dossiernummer: OLO nr Verbouwing kelders Hippolytusbuurt 43 Rijksmonument bebouwing en stedenbouwkundige situatie aanvaardbaar mits de nader aan te reiken uitwerkingen van constructie en materialisering de getoonde belofte nakomen. De monumentale waarden worden bij aanpassing niet onevenredig geschaad. De commissie adviseert het College van b&w onder voorwaarde positief inzake het plan. De architect is in de vergadering aanwezig en licht het plan toe middels een presentatie. Het plan is eerder op 08 november j.l. in behandeling geweest. De opmerkingen van de commissie m.b.t. een zichtbaarder gebruik van de kelders, waardoor minder inbouw in de kelders noodzakelijk is zijn ter harte genomen. De in hoogte verspringende galerijvloeren brengen een ruimtelijke beleving van de blootgelegde kelderruimtes met zich mee. De commissie geeft aan nadere uitwerkingen te willen zien m.b.t. de constructie van de vloeren, zeker in relatie tot de zwaardere fusten en ketels. Ook de uitwerkingen van de keldervloer, het verwijderen van de poeren in de kelder en het opvangen van overhangende kelderresten dient daarbij aangegeven te worden. De commissie houdt het plan aan totdat hier de detailgegevens voor zijn aangereikt. Idem. Dossiernummer: OLO nr Verbouwen woning en balkon achterzijde Brabantse Turfmarkt : bebouwing en stedenbouwkundige context aanvaardbaar. De monumentale waarden worden niet onevenredig geschaad. Het plan is eerder op 25 oktober j.l. in behandeling geweest. De opmerkingen van de commissie m.b.t. de grootte van het balkon en de uitwerkingen van de kozijnen zijn ter harte genomen. Het balkon is binnen de lijnen van de gevelopening opgenomen en kleiner van maat. Ook is in de detaillering van de kozijnen een meer bij het monument passende oplossing bedacht. De commissie geeft als opmerking

4 hierin nog mee dat de maten van de nieuwe kozijnen moeten overeenkomen met de bestaande maatvoering van de kozijnen. Dossiernummer: OLO nummer Aanpassen entree Oude Delft 9 : bebouwing en stedenbouwkundige context aanvaardbaar. De monumentale waarden worden niet onevenredig geschaad. De aanvrager en de architect zijn in de vergadering aanwezig en lichten het plan toe. Het plan is eerder besproken op 25 oktober. De opmerkingen van de commissie m.b.t. een oplossing die zich beter voegt in de jaren 50 architectuur van de onderpui is ter harte genomen. De commissie vindt het plan sympathiek door het openmaken van de ruimte achter het vlak van het beeldmerk. Ook de toe te passen verlichting en het gebruik van cortenstaal als materiaal wordt positief beoordeeld. _ Dossiernummer: OLO nr Achteraanbouw Rietveld 179 : bebouwing en stedenbouwkundige situatie aanvaardbaar mits de gevelindeling een meer passende uitstraling krijgt voor de oplossing. De monumentale waarden worden bij aanpassing niet onevenredig geschaad. De commissie adviseert het College van b&w onder voorwaarde positief inzake het plan. Het plan betreft een eenlaags achteraanbouw over de hele breedte van de woning. Het houdt rekening met de dieptemaat van het belendende perceel. De commissie vindt de indeling van de gevel niet erg sprekend en passend voor de aanbouw. Een betere plattegrond kan ook een betere gevel opleveren. De commissie doet daarom de aanbeveling om hier een verbetering in te maken. idem _

5 Dossiernummer: OLO nr Wijziging winkelpui Oude Langendijk 10 : bebouwing en stedenbouwkundige context niet aanvaardbaar. Er worden monumentale waarden geschaad. De commissie houdt het plan aan. Het betreft een wijziging van de winkelpui, waarbij het huidige portiek komt te vervallen en in het vlak van de gevel een nieuwe pui wordt voorgesteld met centraal de winkeltoegang met dubbele deuren en links een matglazen toegang voor de bovenwoning(en). Het nagestreefde evenwichtige beeld wordt niet gehaald door het verschil in materiaal-uitvoering links en rechts van de winkeltoegang. Ook de brievenbussen, deurbellen, scharnieren, e.d. maken het geheel onevenwichtig. De commissie vraagt zich af of hardsteen ook toegepast kan worden in de lijst en niet alleen in de stijlen van de pui. De commissie ziet graag een aangepast plan tegemoet. Idem. _ Dossiernummer: OLO nummer Aanpassing kamers en gevelwijziging Vrouwenregt 9 : Rijksmonument bebouwing en stedenbouwkundige context aanvaardbaar. De monumentale waarden worden niet onevenredig geschaad. Toelichting monumentenadvies Het plan is eerder in behandeling geweest op 25 oktober j.l. De opmerkingen van de commissie m.b.t. de afwerking van de gevel zijn ter harte genomen. De commissie gaat akkoord met het plan. _ Dossiernummer: OLO nr Plaatsen dakkapel in zijdakvlak Markt 36A : Rijksmonument bebouwing en stedenbouwkundige context aanvaardbaar. De monumentale waarden worden niet onevenredig geschaad.

6 Het plan is eerder in behandeling geweest op 08 november j.l. De opmerkingen van de commissie m.b.t. de hoogte van de dakkapel en de afwerking van het boeideel zijn ter harte genomen. De commissie gaat akkoord met het plan. _ Dossiernummer: OLO nr Wijziging winkelpui Molslaan 7-9 : bebouwing en stedenbouwkundige situatie aanvaardbaar. De monumentale waarden worden niet onevenredig geschaad. De commissie adviseert het College van b&w positief. Het plan is in de vorm van een vooroverleg met nr. VJV eerder in behandeling geweest op 08 november. Het advies van dit vooroverleg wordt overgenomen. De commissie gaat akkoord met het plan. _ Dossiernummer: OLO nr Herstel splitsing boven-/benedenwoning Vlamingstraat : bebouwing en stedenbouwkundige situatie aanvaardbaar. De monumentale waarden worden niet onevenredig geschaad. De commissie adviseert het College van b&w positief. Het plan betreft het herstellen van de tussenwand tussen de beneden- en bovenwoning. Er worden geen monumentale waarden geschaad, de oorsprong van het gebouw wordt hersteld. De commissie gaat akkoord met het plan. _

7 Dossiernummer: Nieuwbouw Bethelpark Reinier de Graafweg Informeel overleg Globaal De commissie is op hoofdlijnen positief over de hoofdopzet van het plan. Wel geeft zij de volgende aanbevelingen mee voor de verdere uitwerking van het plan: De architectonische kwaliteit van de gevels van het prijsvraagplan moet wel overeind blijven in de verder uitwerking, ondanks een aantal versoberingen. De plasticiteit in de gevels moet versterkt worden, ook de leesbaarheid van de verschillende functies in de plint van het gebouw kunnen duidelijker worden uitgewerkt. De schuine plaatsing van het bouwblok aan de Reinier de Graafweg lijkt geforceerd en geen recht te doen aan het ruimtelijk profiel, bovendien verstoort deze ingreep het orthogonale plan, wat goed past in de stedenbouwkundige context. De commissie vraagt deze keuze te heroverwegen. De uitwerking van de binnenterreinen moeten hoofzakelijk groen worden ingericht, hiertoe dient voldoende gronddekking op de daken van de parkeerkelder aanwezig te zijn. Openbaarheid in gebruik en qua toegankelijkheid is wenselijk. De kwaliteit (het raster/ de openheid) van de galerijgevel aan de Reinier de Graafweg kan beter, ook in relatie tot de verblijfskwaliteit van de galerijen en de verblijfsruimten die hieraan grenzen. Dossiernummer: Ivjv Showroom/kantoor Spoorsingel 37/41 Formeel vooroverleg Het principeplan is op zichzelf beschouwd en in relatie tot de karakteristiek van de reeds aanwezige bebouwing en stedenbouwkundige situatie aanvaardbaar. De commissie adviseert het College van b&w positief inzake het principeplan. Bij de verdere uitwerking van het plan vraagt de commissie aandacht voor de volgende zaken: De definitieve maatbepaling van de erker door middel van 3-d visualisaties vanaf grotere afstand langs de Spoorsingel. Definitieve materiaal,- en detailleringskeuze s en bemonstering. _ Dossiernummer: Visie ontwikkeling museum Prinsenhof St. Agathaplein 1 Informeel overleg Rijksmonument In het kader van informeel overleg is de Adviescommissie Omgevingskwaliteit gevraagd om richtinggevende aanbevelingen te doen waarmee de visie voor het Prinsenhof verder aangescherpt kan worden. Om recht te doen aan de uitzonderlijke waarden van het monument, de complexe bouwgeschiedenis en het detailniveau van de visie, vond de behandeling op 2 dagen plaats.

8 De eerste vergadering d.d. 8 november, was hoofdzakelijk informatief. In de tweede bespreking, d.d. 22 november, werden de meningen en standpunten geïnventariseerd en gevormd. Alvorens op de inhoud te adviseren hecht de commissie er aan haar zorg uit te spreken ten aanzien van de gevolgde aanpak. Er is opdracht gegeven voor een ruimtelijke visie zonder dat er een deugdelijke ruimtelijk-morfologische en bouwhistorische analyse op hoofdlijnen aan vooraf is gegaan. Onder een ruimtelijk-morfologische analyse wordt verstaan een onderzoek naar de ruimtelijke werking en samenhang en historische en culturele betekenis van de stedenbouwkundige ruimten en vormen die het stedelijk weefsel in en rond de Prinsenhof bepalen. De commissie kan nu weliswaar op de voorstellen in de ruimtelijke visie reageren, maar het ontbreekt aan een sluitende afweging van mogelijkheden tegen de achtergrond van dergelijke analyses. De eerste aanbeveling van de commissie richt zich daarom op reparatie in het proces. Eensluidend adviseren de leden om alsnog de historische en morfologische analyse uit te voeren van het stapsgewijs gegroeide Prinsenhof in zijn prachtige stedelijke context. Waardering en ervaarbaarheid van de stedenbouwkundige en architectonische elementen, in de stedelijke ruimte en doorlopend in het interieur, zullen de basis moeten vormen voor de uitgangspunten van de ruimtelijke visie en voor mogelijke ingrepen in het complex. De commissie mist een goede analyse van het Prinsenhof en van de karakteristiek, ruimtewerking en het effect van de aaneenrijging van binnen- en buitenruimten. Dit vooropgesteld hebbende, richt de commissie zich in haar aanbevelingen met name op de vier door de architect genoemde uitgangspunten van de visie. Ten aanzien van de concrete en soms gedetailleerde ingrepen die in de visie voorgesteld worden, merkt zij op dat deze vanuit de voornoemde analyses en de uitgangspunten genuanceerd beoordeeld moeten worden. Voor sommige voorgestelde ingrepen is dat nu nog niet mogelijk. Anderzijds zijn er ingrepen die de commissie dusdanig van invloed acht dat zij deze toch in haar advies betrekt. De visie is gepresenteerd vanuit vier uitgangspunten: 1. Het St. Agathaplein en de voormalige Prinsentuin worden tot één groene ruimte samengesmeed. Vanuit de Phoenixstraat wordt dit een tweede toegangspoort naar de binnenstad en de hoofdroute naar het museum. Aan deze nieuwe, groene ruimte komt de nieuwe koninklijke hoofdentree in het middelpunt te liggen. 2. Het museum moet zichzelf beter aan de Oude Delft presenteren: boven op de consistorie wordt een nieuwe foyer geplaatst en de verschillende bouwdelen achter de uniforme gevel uit 1775 worden beter herkenbaar gemaakt. 3. De Waalse kerk wordt de nieuwe monumentale entreeruimte, waar de bezoeker op een verpletterende eerste indruk getrakteerd wordt. 4. De gewenste uitbreiding wordt binnen het complex zelf gevonden: de zolders zullen gebruikt worden als werk- en expositieruimte en er is een nieuwe kelder voorzien. Ten behoeve van de (ook voor mindervaliden toegankelijke) routing en oriëntatie wordt het complex opgeschoond, met zo min mogelijk doodlopende stukken. Op basis van beide vergaderingen worden de onderstaande aanbevelingen gedaan. Ad 1. De commissie deelt de visie van gemeente en architect dat met de herinrichting van de spoorzone het belang van de Phoenixstraatzijde als looproute naar het museum is toegenomen. De commissie ervaart de beslotenheid van het St. Agathaplein en de wijze waarop het Prinsenhof zich bij benadering vanaf de Phoenixstraat langzaam toont als belangrijke kwaliteiten. Het maken van een nieuwe hoofdentree voor het complex aan de zijde van de Phoenixstraat zou een gebaar zijn dat de stad Delft en het Prinsenhof met al zijn kwaliteiten verdient. Met een dergelijke ingreep kan het gehele Prinsenkwartier zich manifest presenteren aan de Phoenixstraat.

9 Toekomstige bebouwingsmogelijkheden aan deze straat zouden in de visie kunnen worden meegenomen voor een meer omvattende lange termijn visie. Voor een goede analyse van de stedenbouwkundige situering is het noodzakelijk ook de andere pleinwanden er bij te betrekken. De uitzonderlijke schoonheid van het Prinsenhof en zijn stedenbouwkundige enscenering vragen om een delicate behandeling; de commissie spreekt van acupunctuur. In de huidige visie heeft de commissie vooral moeite met de plaatsing van de entree direct tegen de Prinsentuin. Bezwaren zijn niet alleen van stedenbouwkundige aard; uit bouwhistorisch onderzoek blijkt deze entree zeer waardevol met haar 15 e eeuwse traceerwerk. De commissie beveelt aan de gevraagde analyses te gebruiken als startpunt voor de planvorming en op basis hiervan verschillende oplossingsrichtingen te ontwikkelen, bijvoorbeeld voor de plaats van de entree aan zuidzijde van het front. Ad 2. Ad 3. Ad 4. De commissie begrijpt het streven om het museum zichtbaar te maken aan de Oude Delft. Zij heeft echter ook hoge waardering voor de bestaande gevel aan de Oude Delft. Zij heeft daarom moeite met de uitwerking van dit uitgangspunt in voorstellen voor de gevel. Een aanpassing van de gevel is weliswaar voorstelbaar maar zal aan hoge eisen moeten voldoen en zal moeten worden gerechtvaardigd vanuit de routing en programmatische invulling. De commissie heeft waardering voor het uitgangspunt om de Waalse kerk als imponerende entreeruimte en eerste expositieruimte in te richten. Zij kan zich vinden in een aantal ingrepen in de Waalse Kerk, mits voldoende onderbouwd. Ze stelt voor hier ook met alternatieven te komen. Binnen de commissie wordt uiteenlopend gedacht over de sloop van de Binnepoort, over het aanbrengen van een galerij en over het openen van het kerkkoor. De commissie spreekt haar waardering uit voor het streven om het programma te realiseren binnen het bestaande gebouw en geen nieuwbouwvolumes toe te voegen. Ook deelt zij de visie van gemeente en architect dat met de herinrichting van de spoorzone het belang van de Phoenixstraatzijde als looproute naar het museum is toegenomen. De commissie heeft veel waardering voor het uitgangspunt om de klimaatinstallaties decentraal te organiseren, zodat deze zich beter in het gebouw zullen laten inpassen. Het wordt als voorbeeldig beschouwd dat deze discipline nu reeds haar inbreng heeft in het ontwerp. Verder ondersteunt de commissie de wens om de bestaande routing door het museum van het Prinsenhof te verbeteren. De interne routing mag echter niet allesbepalend zijn, het gebouw is immers het belangrijkste collectiestuk van het museum. De commissie constateert dat de gekozen routing, in de ogen van de architect, een aantal zware ingrepen in het monument noodzakelijk maakt zoals de uitbouw van de foyer aan de Oude Delft en de doorgang in het koor van de kerk. De commissie pleit ervoor om alternatieve routes te onderzoeken, waarbij deze ingrepen niet noodzakelijk zijn, en mogelijke alternatieven bij gekozen routing te onderzoeken.