Vergadering van De Statencommissie Verkeer en Milieu. 18 oktober 2013 SC VM. Status verslag Concept. de heer Paymans, de heer Brill

Transcriptie

1 Verslag Vergadering van De Statencommissie Verkeer en Milieu Vergaderdatum Kenmerk 18 oktober 2013 SC VM Status verslag Concept Verslaglegging door Telefoonnummer De heer L. Janssen (Notuleerservice Nederland) Verslag van de openbare vergadering van de Statencommissie Verkeer en Milieu, gehouden op 18 oktober 2013 in het provinciehuis te Den Haag. (voortzetting van 16 oktober) AANWEZIG: Voorzitter: Griffier: VVD PvdA PVV CDA SP D66 GroenLinks CU-SGP 50PLUS Partij voor de Dieren de heer De Vree de heer Duizer de heer Paymans, de heer Brill de heer Loose de heer Van Assendelft de heer Van der Stoep de heer Snellink de heer Van Dongen de heer Potjer, de heer Blokhuizen mevrouw De Zoete, de heer Stoop de heer Dor AFWEZIG MET KENNISGEVING: AANWEZIGE GEDEPUTEERDEN: mevrouw De Bondt AGENDA: 1. Opening 2. Bespreekstukken 2b. Notitie Reikwijdte en Detailniveau Duinpolderweg (tweede termijn) 2c. Bereikbaarheid Dordrecht intercitystation 2d. Rapport Randstedelijke Rekenkamer over Nazorg bij restverontreiniging na bodemsanering Zuid-Holland (wordt schriftelijk afgedaan) 2e. Behandelvoorstellen moties 447, 448 en 449 over de Rijnlandroute en Lange Termijn Agenda 2f. Rondvraag 3. Stukken ter kennisname 3a. Stukken in het kader van de actieve informatieplicht van GS 3b. Van derden ontvangen informatie 4. Verslag vorige vergadering Pagina 1/15

2 4a. Conceptverslag van 18 september Besluitenlijst vorige vergadering 5a. Conceptbesluitenlijst van 18 september Sluiting 1. Heropening (na schorsing op 16 oktober) De VOORZITTER heropent de vergadering om uur. 2b. Notitie Reikwijdte en Detailniveau Duinpolderweg Tweede termijn De heer BLOKHUIZEN merkt op dat GroenLinks tegen de Duinpolderweg blijft omdat er geen draagvlak voor is, de rijksbijdrage (die voor financiering noodzakelijk is) er niet komt en de weg niet nodig is. De heer DOR merkt op dat er ook in Noord-Holland weinig draagvlak en steun is voor de weg. Aanleg is niet nodig en leidt tot veel natuurvernietiging. Waarom willen GS dan toch deze weg? 50PLUS is tegen de Duinpolderweg. De heer VAN ASSENDELFT merkt op dat voor aanleg van een weg nut en noodzaak moeten worden aangetoond. Daarom steunt de PVV het onderzoek hiernaar. Wordt NOG Beter nog een keer tegen het licht gehouden en in het onderzoek meegenomen? De fractie zou dat steunen. De heer LOOSE merkt op dat de PvdA een amendement of motie overweegt, zodat de aanbevelingen van de Commissie voor de m.e.r. duidelijk integraal worden overgenomen. Het is bedoeld als steun in de rug voor gedeputeerde. De heer PAYMANS merkt op dat uit contacten die de VVD met zakelijke instanties heeft gehad, blijkt dat zij schreeuwen om een goede verbindingsweg. Onderzoeken zijn nodig om over nut en noodzaak meer duidelijkheid te krijgen. De heer BLOKHUIZEN verzoekt de heer Paymans om die schreeuwen aan hem door te sturen, want hij is daarvan niet op de hoogte. De heer PAYMANS antwoordt dat het gaat om de organisaties van bollentelers en van het wegvervoer. De heer BLOKHUIZEN merkt op dat de heer Paymans de schreeuwen dus niet op schrift heeft staan. Enige tijd geleden spraken vertegenwoordigers van deze sectoren in de commissie in. Uit die inspraak bleek dat zij niet zaten te wachten op de Duinpolderweg. De heer PAYMANS antwoordt dat hij niet bereid is om zijn bronnen vrij te geven. Genoemde organisaties zullen in het verdere proces hun standpunten duidelijk naar voren brengen. Pagina 2/15

3 De heer LOOSE concludeert dat de heer Paymans zich alleen baseert op mondelinge informatie. De heer PAYMANS antwoordt dat de VVD drie keer ter plaatse is geweest in het gebied. Dat is gebeurd op uitnodiging van organisaties. De fractie heeft op basis van die bezoeken de indruk dat er duidelijke steun bestaat voor betere vervoermogelijkheden in dit gebied, zeker met het oog op de geplande uitbreidingen aan weerszijden van de provinciegrens. De heer LOOSE concludeert dat de heer Paymans het met hem eens is dat er voor- en tegenstanders zijn en dat nader onderzoek wenselijk is in overeenstemming met het advies van de Commissie voor de m.e.r. De heer PAYMANS antwoordt dat het advies van de Commissie voor de m.e.r. integraal moet worden overgenomen. Gedeputeerde heeft in eerste termijn bevestigd dat dit advies integraal wordt overgenomen. Het nadere onderzoek dat volgt, wordt een zeer gedegen en uitgebreid onderzoek. Uit dat onderzoek zal blijken of de weg gewenst, nuttig en noodzakelijk is. Bij de aanleg van de weg wordt gekeken naar de langere termijn (100 jaar). De heer VAN DER STOEP merkt op dat de antwoorden van gedeputeerde helemaal in lijn waren met de opmerkingen van het CDA. De fractie stemt in met de notitie en het addendum. De heer LOOSE vraagt of hij eraan hecht dat het advies van de Commissie voor de m.e.r. integraal wordt overgenomen. De heer VAN DER STOEP antwoordt dat GS dit uitvoerig toezeggen in de notitie (bladzijde 21). De heer LOOSE merkt op dat er na die notitie discussie is ontstaan. De heer VAN DER STOEP antwoordt dat gedeputeerde in de eerste termijn drie tot vijf keer heeft toegezegd dat zij het advies integraal overneemt. Een motie of amendement is daarom onnodig. De heer BLOKHUIZEN vraagt of de fractie van de heer Van der Stoep bereid is tot heroverweging als blijkt dat de rijksbijdrage er niet komt. De heer VAN DER STOEP antwoordt dat de minister in haar brief niet zegt dat er geen rijksbijdrage komt. Als later inderdaad blijkt dat die rijksbijdrage er definitief niet komt, dan moet opnieuw worden nagedacht over het project. De heer PAYMANS merkt op dat de minister zich in de brief genuanceerd heeft uitgelaten. De minister heeft daarin gezegd dat de Duinpolderweg geen rijksproblemen op rijkswegen oplost en dat het dus niet aan de rijksoverheid is om fondsen te realiseren. Is de heer Van der Stoep het met die uitleg eens? De heer VAN DER STOEP antwoordt dat hij de brief zelf niet heeft gelezen. Uit wat gedeputeerde over de brief heeft gezegd, heeft hij afgeleid dat het verzoek Pagina 3/15

4 om een rijksbijdrage op dit moment nog niet helder is gedaan en dat dit verzoek pas kan worden gedaan nadat de weg voldoende is onderbouwd. Voor die onderbouwing is het nadere onderzoek noodzakelijk. De heer VAN DONGEN merkt op dat hij de brief van de minister wel heeft gelezen. In de brief staat dat de Duinpolderweg geen problemen oplost op het hoofdwegennet en dat de minister er dus geen geld voor over heeft. Daarover is geen discussie mogelijk. D66 blijft zijn zorgen houden over het grote aantal onderzoeken dat nog moet plaatsvinden, omdat hij erg betwijfelt of de rijksbijdrage er komt en die onderzoeken veel geld kosten. Meer fractieberaad is nodig. Mevrouw DE ZOETE merkt op dat CU-SGP blijft instemmen met het gaan doen van het m.e.r.-onderzoek. De acties van de heer Loose worden met belangstelling tegemoetgezien. Gedeputeerde DE BONDT antwoordt naar aanleiding van de vragen over NOG Beter dat de verkeersmodellen worden herijkt en zo nodig gekalibreerd (bladzijde 21). Vervolgens worden de bouwstenen opnieuw doorgerekend. De bouwstenen/onderdelen van NOG Beter zijn al eerder berekend, maar zij lopen mee met de herijking. Bovendien wordt NOG Beter nog integraal verkeerskundig meegerekend en op basis daarvan wordt beschouwd wat NOG Beter doet. Ook wordt NOG Beter financieel bekeken (de dure randweg Rijnsburg). Die randweg heeft voor GS op dit moment geen prioriteit. Ook de milieuaspecten van NOG Beter worden bekeken. GS verwachten dat NOG Beter op basis van deze onderzoeken zal afvallen, maar gedeputeerde loopt niet weg voor andere uitkomsten. Als die uitkomsten nieuwe inzichten opleveren, dan kan NOG Beter nog steeds volledig in het m.e.r. worden meegenomen. De onderdelen van het alternatief (NOG 1 en 2) worden sowieso helemaal meegenomen. De stuurgroep heeft dit alles al besproken voordat het advies van de Commissie voor de m.e.r. er lag. Gedeputeerde heeft geen inhoudelijk bezwaar tegen de motie die PvdA overweegt. In de notitie staat inderdaad dat het advies van de Commissie voor de m.e.r. integraal wordt overgenomen, maar dat staat niet op bladzijde 21. In de brief van de minister staat ook dat het de provincie vrij staat om een rijksbijdrage aan te vragen en dat de minister die aanvraag dan op zijn merites zal beoordelen. De minister schrijft verder dat zij op het AO van 29 juni 2011 heeft gezegd dat er geen knelpunt is op het hoofdwegennet waarvoor de Duinpolderweg een oplossing biedt. De Duinpolderweg wordt wel met het Rijk besproken, zoals op het BO MIRT-overleg van Noord-Holland. In het BO MIRT is er altijd maar een enkele provincie die over een project gaat. Voor project Duidpolderweg is dat Noord-Holland. Verder zijn er met het Rijk in 2006 ruimtelijke afspraken gemaakt over woningbouw. GS zien in die afspraken voldoende aanhaakruimte om een rijksbijdrage te gaan vragen voor de Duinpolderweg. De heer VAN DONGEN vraagt in hoeverre de onderzoeken die nog volgen, wel nodig zijn voor de onderbouwing van die aanvraag. Pagina 4/15

5 Gedeputeerde DE BONDT antwoordt dat er discussie is over de bestaande verkeerscijfers en dat begrijpelijk is dat de minister een beslissing wil nemen op basis van cijfers die klip-en-klaar zijn. Voor klip-en-klare cijfers is het m.e.r.- onderzoek nodig. De heer BLOKHUIZEN merkt op dat er belanghebbenden, deskundigen en organisaties zijn, die nut en noodzaak van de weg bestrijden. Gedeputeerde DE BONDT is het met die opmerking eens. Verder zijn er degenen die menen dat de weg er sowieso moet komen, degenen die zeggen dat de onderbouwing niet klopt en degenen die zeggen dat de weg met de huidige kennis nodig is, maar dat een diepere onderbouwing nodig is om dit standpunt te toetsen. De VOORZITTER concludeert dat de meningen in de commissie verdeeld zijn. Gedeputeerde heeft bevestigd dat het advies van de Commissie voor de m.e.r. integraal wordt overgenomen. De stukken worden als bespreekstukken in PS van december geagendeerd, omdat PvdA en andere fracties indiening van een motie of amendement overwegen. De heer LOOSE vraagt of met agendering in december niet achter de feiten aan zal worden gelopen. Gedeputeerde DE BONDT antwoordt dat er al een bureau in de arm is genomen en dat dit bureau in de tussentijd doorgaat met zijn werkzaamheden. De heer BLOKHUIZEN vraagt om toezending van de opdracht die aan het bureau is verstrekt. Dan wordt ook duidelijk aan welke beperkingen het bureau zich moet houden tot 11 december (datum van de PS-vergadering). Gedeputeerde DE BONDT antwoordt dat zij het bureau niet zo lang met beperkingen wil opzadelen. In dat geval geeft zij de voorkeur aan eerdere besluitvorming in PS. Provincie Noord-Holland is penvoerder van het project en daarmee ook van de opdrachtverlening aan het bureau. Gedeputeerde zal het verzoek van de commissie aan Noord-Holland melden, maar wil dat het bureau in de tussentijd full swing kan doorwerken. De heer BLOKHUIZEN hoort de gedeputeerde twee verschillende dingen zeggen: het bureau is voorzichtig begonnen en het adviesbureau werkt full swing door. Welk van beide is het geval? Gedeputeerde DE BONDT antwoordt dat weliswaar voorzichtig is begonnen, maar dat het op een gegeven moment full swing moet. Het idee was dat dit laatste vanaf de Statenvergadering zou gaan gebeuren, maar de Statenvergadering is uitgesteld. Het bureau heeft voor de werkzaamheden die het moet verrichten, tijd vrijgemaakt. Als PS de stekker uit het project willen trekken, dan kan dat nog steeds, maar liefst wel zo snel mogelijk. Pagina 5/15

6 De heer LOOSE vraagt of gedeputeerde het geluid uit de overwogen motie / het overwogen amendement (integrale overname van het advies van de Commissie voor de m.e.r.) aan de stuurgroep en aan de gedeputeerde van Noord-Holland wil doorgeven. Gedeputeerde DE BONDT zegt toe dat zij dit zal doorgeven. De VOORZITTER concludeert dat de commissie akkoord gaat met bespreking van de stukken in de PS-vergadering van 11 december. Gedeputeerde heeft toegezegd: - om in de stuurgroep in te brengen dat PS van Zuid-Holland toezending wensen van de opdracht die aan het bureau is gegeven. Gedeputeerde heeft geen bezwaar tegen die toezending. Als de rest van de stuurgroep ook akkoord gaat, volgt toezending voor de PS-vergadering van 11 december. 2c. Bereikbaarheid Dordrecht intercitystation De heer SNELLINK merkt op dat Dordrecht intercitystation moet blijven. Ten eerste omdat het een belangrijk station is voor mensen uit Dordrecht en uit de omgeving van de MerwedeLingelijn. In de tweede plaats hangt het succes van de MerwedeLingelijn (forensen en studenten) af van de intercitystatus van Dordrecht. In de derde plaats hangt het succes van openbaar vervoer als alternatief voor de auto daarvan af. In de laatste plaats neemt het spoorvervoer van goederen en chemicaliën door Dordrecht toe als er meer personentreinen over de HSL gaan rijden. Volgens de SP verdient het de voorkeur als goederenverkeer over de HSL rijdt en personenverkeer over het gewone spoor. De fractie vraagt GS om motie 327 goed te blijven uitvoeren. Hoe kijkt gedeputeerde aan tegen gezamenlijk optreden met de regio? De heer VAN DONGEN merkt op dat in de plannen van NS zowel de treinen tussen Den Haag en Brussel als die tussen Venlo en Den Haag over het spoor van de HSL rijden. Daardoor wordt Dordrecht alleen nog maar intercitystation voor de treinverbinding tussen Vlissingen en Amsterdam (die trein stopt niet op station Schiphol). Dat heeft volgens D66 rampzalige gevolgen voor de regio Drechtsteden, voor de MerwedeLingelijn en voor de provinciale bussen waarmee in Dordrecht op een HOV+-netwerk wordt overgestapt. Het is vreemd dat goederentreinen over gewoon spoor door Dordrecht rijden, terwijl personentreinen worden overgeheveld naar het HSL-spoor. De heer LOOSE merkt op dat de PvdA het behoud van Dordrecht als intercitystation steunt. Waarom wil NS Dordrecht als intercitystation beëindigen? Dordrecht is groter dan Delft en Heemstede Aerdenhout, terwijl deze steden wel een volwaardig intercitystation hebben. De heer POTJER merkt op dat GroenLinks het behoud van Dordrecht als intercitystation steunt. Dat is in het belang van de inwoners van Dordrecht en omgeving en van het openbaarvervoernetwerk van de provincie. De fractie roept GS op om motie 327 met hernieuwde kracht uit te voeren. Pagina 6/15

7 De heer DOR merkt op dat 50PLUS het behoud van Dordrecht als intercitystation steunt. Belangrijke argumenten zijn het goederenvervoer door Dordrecht en de belangen van de doelgroep. De heer VAN ASSENDELFT merkt op dat de PVV het behoud van Dordrecht als intercitystation steunt. Het zou merkwaardig zijn als de inwoners van Drechtsteden zijn aangewezen op stoptreinen en een enkele intercitytrein die een uurdienst rijdt. De heer STOOP merkt op dat de CU-SGP zich aansluit bij alle vorige sprekers. De heer VAN DER STOEP merkt op dat het CDA het behoud van Dordrecht als intercitystation steunt. De fractie sluit zich aan bij de argumenten van vorige sprekers en vraagt er bijzondere aandacht voor dat veel spoorvervoer van gevaarlijke stoffen nog steeds door Dordrecht gaat. De heer BRILL merkt op dat de VVD de oproep aan GS steunt om met hernieuwde kracht motie 327 uit te voeren. De fractie deelt de argumenten van de andere sprekers. Gedeputeerde DE BONDT antwoordt dat GS vanzelfsprekend begrip hebben voor de gevoelens die in de commissie leven. Het is onjuist dat de intercitystatus van Dordrecht verdwijnt, omdat twee keer per uur treinen tussen Amsterdam/Haarlem en Vlissingen blijven rijden. Die treinen stoppen ook op Schiphol. Het feit dat de intercitytreinen die naar Brussel gaan niet meer stoppen in Dordrecht, is een gevolg van de besluitvorming over de HSL Zuid. Op verzoek van gedeputeerde heeft de minister/staatssecretaris meegewerkt aan een uitvoerige studie naar wat mogelijk is. Daaruit blijkt dat meer stops in Dordrecht van intercitytreinen noodzaken tot significante infrastructurele investeringen en extra exploitatielasten. De minister/staatssecretaris en NS vonden die investeringen en exploitatielasten te duur. Het onderzoeksrapport is in augustus ook besproken in StedenbaanPlus. Dat heeft geleid tot een brief waarin de minister/staatssecretaris wordt opgeroepen om toch financiële middelen vrij te maken. De afweging is een landelijke afweging en heeft gevolgen voor treinreizigers uit Amsterdam, Rotterdam en Breda. GS blijven zich bij de minister/staatssecretaris inzetten voor meer intercitytreinen in Dordrecht. Gisteren heeft de wethouder van Dordrecht mede namens GS (en de rest van StedenbaanPlus) gesproken op het Ronde Tafel Gesprek in de Tweede Kamer. De heer VAN DONGEN merkt op dat ook de intercitytreinen tussen Venlo en Den Haag niet meer zullen stoppen in Dordrecht. Daardoor komt ook de verbinding in gevaar met het achterland van Dordrecht en met Noord-Brabant. Bij de landelijke afweging staat de rentabiliteit van het HSL-spoor voorop. Het is echter een vreemde afweging dat personentreinen om een woongebied met inwoners heen rijden terwijl goederentreinen daar juist dwars doorheen rijden. Pagina 7/15

8 De heer LOOSE merkt op dat gedeputeerde zich richting ministerie strijdbaarder moet opstellen. Gedeputeerde DE BONDT antwoordt dat zij zich heel strijdbaar heeft opgesteld. Het is nu aan de Tweede Kamer. De fracties in PS kunnen ook hun geestverwanten in de Tweede Kamer benaderen. De kosten voor het behoud van Dordrecht als intercitystation op de treinverbinding tussen Venlo en Den Haag zijn geraamd op enkele tientallen miljoenen euro s. Dat is te duur voor de minister/staatssecretaris. Er zijn nog extra exploitatielasten die voor de NS te duur zijn. Het gaat hier om een verantwoordelijkheid van het Rijk, niet van de provincie. De heer DOR vraagt of er nog gevolgen zijn voor de drukte op de wegen. De heer POTJER is het eens met de heer Loose dat gedeputeerde zich richting ministerie onvoldoende strijdbaar opstelt. Waarom toont gedeputeerde minder passie dan bij de rijksbijdrage voor de Duinpolderweg (vorig agendapunt)? Gedeputeerde DE BONDT antwoordt dat er wel degelijk veel inzet is gepleegd. Nu ligt het bij de Tweede Kamer en zouden de fracties van PS hun geestverwanten in die Kamer moeten benaderen. Behoud van Dordrecht als intercitystation heeft de volledige steun van GS. Fracties kunnen bij hun geestverwanten bijvoorbeeld verwijzen naar de inbreng van de wethouder van Dordrecht in het Ronde Tafel Gesprek van gisteren. Rondom Breda is het gevolg dat het minder druk wordt op de weg. Het Rijk maakt een landelijke afweging. De gedeputeerde kan die afweging niet beoordelen. Den Haag heeft het initiatief voor de Lage Landen Lijn genomen. Die lijn doet ook Dordrecht aan. GS hebben dat initiatief ondersteund. De heer VAN DONGEN vraagt of GS hun steun voor het behoud van Dordrecht als intercitystation blijven uitspreken. Een onrendabele MerwedeLingelijn is een probleem voor de provincie. Gedeputeerde DE BONDT antwoordt bevestigend op deze vraag. De heer VAN DONGEN merkt op dat de Tweede Kamer tientallen miljoenen euro s heeft vrijgemaakt voor de wissels bij Dordrecht. De heer POTJER merkt op dat de Tweede Kamerfractie van GroenLinks behoud van de intercitystatus actief steunt. Hopelijk doet de fractie van de VVD dat ook. Neemt gedeputeerde naar de minister/staatssecretaris mee dat Arriva overweegt om op het HSL-spoor HSL-treinen te gaan exploiteren? Want dan kunnen reguliere intercitytreinen wel in Dordrecht blijven stoppen. Gedeputeerde DE BONDT antwoordt dat het altijd uitgangspunt is geweest bij de HSL om minder treinen te laten stoppen in Dordrecht. GS zullen echter blijven strijden voor Dordrecht. Pagina 8/15

9 De VOORZITTER concludeert dat gedeputeerde even strijdbaar en zo niet strijdbaarder verdergaat. Gedeputeerde roept de fracties op om contact op te nemen met geestverwanten in de Tweede Kamer. 2d. Rapport Randstedelijke Rekenkamer over Nazorg bij restverontreiniging na bodemsanering Zuid-Holland Dit agendapunt wordt schriftelijk behandeld. Commissieleden kunnen hierover tot maandag uur mailen aan de griffie. 2e. Behandelvoorstellen moties 447, 448 en 449 over de Rijnlandroute en de Lange Termijn Agenda De heer VAN DONGEN merkt op dat niet in het coalitieakkoord is afgesproken om de Rijnlandroute op (minstens) 350 m van Vlietland aan te leggen. Inspreker de heer Carpentier Alting ziet het verschil tussen varianten F en F plus over het hoofd. D66 leidt uit de woorden van gedeputeerde af dat de moties nog niet zijn uitgevoerd. De moties kunnen dus niet als afgedaan worden beschouwd. De heer SNELLINK merkt op dat de SP de inspanning van gedeputeerde steunt, maar dat de moties niet als afgedaan kunnen worden beschouwd totdat verdere concretisering bekend is. De heer PAYMANS merkt op dat de VVD (twee van) de moties heeft ondersteund. Motie 449 gaat klip-en-klaar over uitvoering, maar zo ver is het (helaas) nog niet met de Rijnlandroute. De moties mogen niet als afgedaan worden beschouwd, totdat bekend is hoe de uitvoering gestalte krijgt. De heer LOOSE merkt op dat PvdA erg teleurgesteld is over de afwijzing van Maaldrift Optimaal. Wijkraad Stevenshof is ontevreden over het communicatieproces met de provincie. Dat is jammer. Insprekers hebben gezegd dat inpassing bij Vlietland door middel van een geluidswal wordt tegengehouden omdat de landschapsarchitecten dat niet mooi zouden vinden. Is dat argument doorslaggevend voor GS? In het behandelvoorstel voor motie 449 staat een zin die als volgt kan worden geparafraseerd. Maatregelen teneinde de akoestische en visuele effecten van de weg ter plaatse te mitigeren, zullen wij in de verdere uitwerking van het ontwerp en in het kader van het inpassingplan en tracébesluit (1) integraal beschouwen en (2) in een bredere context maar (3) binnen het taakstellende budget afwegen. (1), (2) en (3) zijn volgens de fractie drie niveaus waarmee het in een bredere context wordt geplaatst en alvast duidelijk wordt gemaakt dat er niets van terecht gaat komen, ondanks de mooie woorden van de mondelinge toelichting die gedeputeerde hierop geeft. Uit Katwijk komen signalen dat men allerminst tevreden is over de vormgeving van de Rijnlandroute daar. Zijn dit allemaal gevolgen van de verkeerde keuze die vorig jaar is gemaakt? De heer PAYMANS heeft op basis van stukken en andere raadplegingen de indruk dat men in Katwijk juist blij is met de oplossing. Pagina 9/15

10 De heer BLOKHUIZEN merkt op dat GroenLinks zich aansluit bij de opmerkingen en vragen van de heer Loose. Wel is de fractie van mening dat het uitsluitend de indieners van een motie zijn die beslissen of hun motie is afgedaan. De VOORZITTER merkt op dat dit niet juist is. PS beslissen of een motie is afgedaan. De heer BLOKHUIZEN antwoordt dat zich onlangs de situatie voordeed dat de Commissaris van de Koning een motie niet als afgedaan beschouwde, omdat hij volgens de indiener (GroenLinks) niet was afgedaan, terwijl hij volgens PS wel was afgedaan. Hiermee is een precedent geschapen. Weliswaar heeft GroenLinks de drie moties nu aan de orde niet ingediend, maar volgens de fractie zijn de moties niet uitgevoerd. Mevrouw DE ZOETE merkt op dat de CU-SGP zich aansluit bij de gemaakte opmerkingen. Er is onlangs een gesprek geweest met Katwijk. Is gedeputeerde bereid om daarop een mondelinge toelichting te geven? Het is de vraag of met de Tjalmaweg als stroomweg van 80 km alle problemen met lucht, geluid en in- en uitvoegen zijn opgelost. Zijn de problemen bij Duinvallei echt opgelost? Zijn de problemen bij De Zeilhoek echt opgelost? Wie gaat dit alles betalen? Kan gedeputeerde een duidelijke uitspraak doen over de beweegbare brug bij de A44? Katwijk wil die brug graag in verband met de gewenste zeilhaven. Wanneer wordt het akkoord met Katwijk aan PS voorgelegd? De heer LOOSE vraagt mevrouw De Zoete bij de opmerkingen van welke fracties zij zich aansluit. Mevrouw DE ZOETE antwoordt dat zij de opmerkingen bedoelt, die zijn gemaakt over Vlietland en Stevenshof. De heer VAN DER STOEP merkt op dat de moties volgens het CDA nog niet zijn afgedaan. De behandelvoorstellen voorzien in een proces. Met de uitvoering daarvan kan worden begonnen. De fractie heeft bij sommige behandelvoorstellen minder vertrouwen in een goede afloop dan bij andere. De heer DOR merkt op dat de behandelvoorstellen volgens 50PLUS onduidelijkheden bevatten. De fractie doet het verzoek om concreter te formuleren. Een voorbeeld is motie 447 over de weidevogels. Over welke belangrijke functie gaat het in dit behandelvoorstel? Is het probleem opgelost als de weidevogel de provinciegrens over gaat? Wat houden de passende maatregelen in? De heer VAN ASSENDELFT merkt op dat volgens de PVV motie 449 nog helemaal niet is afgedaan. De fractie rekent op een waanzinnig mooie inpassing, maar daar ziet het op dit moment allerminst naar uit. Pagina 10/15

11 Gedeputeerde DE BONDT antwoordt dat zij gaat luisteren naar de geluidsopname. De PvdA eist een mooie inpassing, maar dat is inconsistent, omdat diezelfde fractie het geen goed argument vindt als het door de landschapsarchitect wordt gebruikt. De heer LOOSE merkt op dat hij niet heeft gezegd dat mooi geen goed argument kan zijn. Hij heeft gezegd dat het leek alsof het een doorslaggevend argument was. Dat verwonderde hem. Gedeputeerde DE BONDT antwoordt dat die fase nog niet is aangebroken. In de Oostvlietpolder zijn bijeenkomsten gehouden. Daarbij was ook de eigenaar van Vlietland. Sommige insprekers van afgelopen woensdag waren daarbij niet aanwezig. Gedeputeerde was persoonlijk niet aanwezig bij die bijeenkomsten. De provincie heeft op die bijeenkomsten gezegd dat een kanteldijk nodig is van minstens 2 m hoog, zodat wordt voorkomen dat er water in de tunnel loopt. De provincie heeft op die bijeenkomsten ook gezegd dat nog moet worden gekeken naar geluidsberekeningen en dat daarom aanvullende maatregelen zoals aarden wallen, schermen of wat dan ook nog niet bekend zijn. De provincie heeft op die bijeenkomsten ook gezegd dat de landschapsarchitect heeft gekeken naar de landschappelijke effecten en dat het volgens de landschapsarchitect landschappelijk niet mooi is (of woorden van gelijke strekking). Daarbij is nadrukkelijk gezegd dat het om een integrale afweging zal gaan en dat het in eerste instantie aan GS en daarna aan PS is om te bepalen wat er gebeurt. Bij die afweging spelen alle aspecten en belangen mee, niet alleen de belangen van Vlietland. De kanteldijk van 2 m of hoger is trouwens een dijk en een aarden walletje. De ontsluitingsweg wordt waarschijnlijk gelegd binnen de kanteldijk. De moties zijn ook volgens GS nog niet afgehandeld. Gedeputeerde zoekt uit welke vragen van Wijkraad Stevenshof niet zijn beantwoord. De heer LOOSE merkt op dat de wijkraad een brief heeft gestuurd waarin men zich erover beklaagde dat men niet serieus werd genomen op een bewonersavond. Gedeputeerde DE BONDT gaat in op de situatie in Katwijk. Met (het bestuur van) Katwijk is een overeenkomst gesloten. Die overeenkomst wordt binnenkort besproken in de Statencommissie. De overeenkomst past niet helemaal binnen het uitvoeringsbesluit. Katwijk heeft eerder over de oude scope afspraken gemaakt met een projectontwikkelaar. Er is afgelopen woensdag een vertrouwelijk gesprek geweest tussen gedeputeerde en de gemeenteraad van Katwijk. Een werkgroep uit de raad heeft direct samengewerkt met de ambtenaren van de provincie. Dat gebeurde in de periode waarin gedeputeerde met het college van Katwijk gesprekken voerde. Gedeputeerde denkt dat voor de overeenkomst met het college van Katwijk draagvlak bestaat in de gemeenteraad. Afgelopen woensdag bleek dat de raad bij de tracékeuze voor de Rijnlandroute (Churchill Avenue of Zoeken naar Balans) het gevoel had dat Katwijk daarbij onderbelicht was. Gedeputeerde heeft uitgelegd dat die tracékeuze niet uitmaakte voor de situatie in Katwijk. Gedeputeerde heeft ook uitgelegd dat de provincie zich daarbij heeft gehouden Pagina 11/15

12 aan de randvoorwaarden van project Duinvallei. Een aantal raadsleden heeft gevraagd of het mogelijk was om opnieuw een werkgroep in het leven te roepen, die samenwerkt met de ambtenaren van de provincie. Gedeputeerde heeft geantwoord dat GS hiermee akkoord gaan, maar dat het aan burgemeester en wethouders en aan de gemeenteraad is om hierover een besluit te nemen. Afgelopen woensdag is ook gesproken over de bijeenkomsten die de provincie organiseert voor de inwoners van Katwijk. Verder is er bijvoorbeeld gesproken over het project Duinvallei (daarover was vooral de burgemeester aan het woord). De situatie in De Zeilhoek wordt voor het einde van het jaar in kaart gebracht. Bij eventuele maatregelen wordt gekeken naar het veroorzakersbeginsel. In De Zeilhoek spelen de gebiedsontwikkeling Valkenburg, de Katwijkse veranderplannen voor de situatie ten noorden van de N206 en de Rijnlandroute. Dat moet helder zijn voordat PS het inpassingplan vaststellen. Rijkswaterstaat heeft voor de korte termijn gevraagd om een vaste brug bij de A44 (dat is een termijn van 7 tot 10 jaar). Op de lange termijn is voor de Rijnlandroute een beweegbare brug nodig. Die is nodig in verband met de staande-mastroute. De brug bij de A44 zal gemiddeld twaalf keer per jaar open gaan. Een beweegbare brug kost 24 miljoen euro extra, exclusief bedieningskosten. Bij de besluitvorming over een beweegbare brug moet ook de ontwikkelpotentie van de vaarweg worden betrokken. Tot die ontwikkelpotentie behoren ook de (gevolgen van de) plannen voor een zeejachthaven in Katwijk. Daarnaar wordt momenteel extern onderzoek gedaan. Dat gebeurt in opdracht van de provincie. De heer LOOSE vraagt om een reactie op de door hem geparafraseerde zin uit het behandelvoorstel voor motie 449. Gedeputeerde DE BONDT antwoordt dat het voor GS evident was dat de motie niet was afgedaan toen werd gevraagd om een behandelvoorstel te schrijven. Men zat nog middenin het ontwerpproces. Daarom kon het behandelvoorstel niet heel concreet worden geformuleerd. Volgens de heer Loose was de formulering nogal cryptisch. De heer LOOSE antwoordt dat hij die zin helemaal niet cryptisch vond. Hij vond hem juist heel helder. De zin was zo opgebouwd dat het lijkt alsof alle inzet is gepleegd om het mooi te maken, terwijl er eigenlijk staat dat niets mogelijk blijkt. Daarnaar kunnen GS achteraf verwijzen bij wijze van rechtvaardiging voor het niets doen. Gedeputeerde DE BONDT merkt op dat het altijd PS zijn die achteraf beslissen of het mooi genoeg is. GS doen slechts een voorstel aan PS. Inzet van GS is niet alleen gericht op mooi, maar ook bijvoorbeeld op geluid, veiligheid, bewonersbelangen en weidevogels. Het financiële kader is een feit en helder is wat dat kader inhoudt. In het behandelvoorstel wordt nadrukkelijk gezegd dat wordt gekeken naar wat bovenwettelijk mogelijk is. Het is dus niet juist wat een inspreker zei, namelijk dat alleen wordt gekeken naar wat wettelijk moet. De heer LOOSE verzoekt aan gedeputeerde om daarbij zo te werk te gaan dat wordt voorkomen dat de heer Carpentier Alting bij een volgende Statencommissie weer moet inspreken. Pagina 12/15

13 De VOORZITTER benadrukt dat de heer Carpentier Alting altijd van harte welkom is als inspreker. De VOORZITTER concludeert dat de commissie adviseert aan PS om de moties niet als afgedaan te beschouwen. Gedeputeerde heeft toegezegd na te gaan hoe het staat met de onbeantwoorde vragen van de Wijkraad Stevenshof. De VOORZITTER sluit het eerste onderdeel van dit agendapunt af en begint met het tweede onderdeel, de Lange Termijn Agenda. De gedeputeerde heeft aangeboden om in een informele sessie met de commissie te spreken over het MPI. Doel is om het MPI meer sturend te maken en om de financiële spelregels te bespreken. Is daarvoor belangstelling? De COMMISSIE heeft belangstelling. Datum en tijdstip volgen via de voorzitter. De VOORZITTER deelt mee dat gedeputeerde Janssen een brief heeft gestuurd over de mini-mkba bij beleidsontwikkeling. De notitie wordt aangeleverd voor de commissie van 20 november. De knelpuntanalyse fietspaden wordt toegevoegd aan de LTA naar aanleiding van de toezegging van gedeputeerde De Bondt in de Statencommissie Ruimte en Leefomgeving van 28 augustus. Volgens die toezegging loopt die analyse mee met de visie voor Ruimte en Mobiliteit. De heer POTJER vraagt om toevoeging aan de LTA van het punt over meten en berekenen van onder andere luchtkwaliteit, omdat hierover rechtszaken lopen. Hij stelt als datum voor de Statencommissie van 20 november. De heer STOOP merkt op dat de lopende rechtszaken voor hem juist reden zijn om dit onderwerp niet te bespreken in de Statencommissie. De heer POTJER antwoordt dat de provincie geen partij is bij die rechtszaken. Het onderwerp staat ook op de agenda van de Tweede Kamer. De heer PAYMANS merkt op dat de VVD geen behoefte heeft aan agendering, zeker niet nu het onderwerp ook op de agenda van de Tweede Kamer staat. De VOORZITTER vraagt de heer Potjer of hij een notitie van GS nodig vindt over dit onderwerp. De heer POTJER antwoordt dat die notitie al is toegezegd. De VOORZITTER doet de suggestie om die notitie af te wachten. De heer POTJER antwoordt dat die notitie er al tijdens de zomer had moeten zijn. De juiste gang van zaken is dat PS GS opdrachten geven. PS moeten dus een datum prikken waarop GS de notitie af moeten hebben. Pagina 13/15

14 De VOORZITTER is het daarmee eens. GS krijgen de opdracht om de notitie zo spoedig mogelijk toe te sturen aan PS. De heer PAYMANS tekent daarbij aan dat de discussie over de PAS (de programmatische aanpak stikstof) onderdeel is van het bespreekpunt van de heer Potjer. De heer POTJER merkt op dat PAS vooral gaat over het neerslaan van stikstof in natuurgebieden, terwijl zijn agenderingsvoorstel vooral ziet op de luchtkwaliteit voor mensen. De VOORZITTER handhaaft zijn conclusie dat GS de opdracht hebben om de notitie zo snel mogelijk af te hebben. De LTA wordt met in acht nemen van het bovenstaande vastgesteld. 2f. Rondvraag De heer POTJER stelt een vraag over de fietsveiligheid in Dirksland bij de N215. Het waterschap heeft voor scholieren een fietsbrug aangelegd. Dat heeft tot een kortere route geleid tussen Melissant en Middelharnis, maar op die route moeten de scholieren de provinciale weg oversteken. Die oversteek is nu niet veilig. De provincie weigert mee te werken aan maatregelen om deze veiliger te maken. Die maatregelen hoeven niet duur te zijn. GroenLinks denkt daarbij aan bloembakken op de weg of plaatsing van een stoplicht. Gedeputeerde DE BONDT antwoordt dat GS geen medewerking weigeren. De provincie denkt wel degelijk na over het nemen van veiligheidsmaatregelen. Een stoplicht (VRI) is trouwens niet goedkoop. Bij het nemen van veiligheidsmaatregelen spelen de volgende zaken een rol. De provincie overweegt omlegging van de N215 in het kader van beheer en onderhoud. Er wordt ook gewerkt en nagedacht over de aanleg van een rotonde bij de N215 Noorddijk, inclusief fietstunnel. Uitvoering hiervan begint niet voor Dat is weliswaar een veilige oplossing, maar die oplossing laat nog lang op zich wachten. De provincie overweegt daarom om op korte termijn andere veiligheidsmaatregelen te nemen. De heer POTJER vraagt welke concrete maatregelen de provincie gaat treffen op de korte termijn voordat er verkeersongelukken gebeuren. Gedeputeerde DE BONDT antwoordt dat hierover nog wordt nagedacht. Er wordt bijvoorbeeld gedacht aan plateaus en aan het creëren van een middengeleider door middel van markering. Hopelijk worden de maatregelen voor de winter gerealiseerd, want in de winter is realisatie niet of nauwelijks mogelijk. Pagina 14/15

15 3. Stukken ter kennisname 3a. Stukken in het kader van de actieve informatieplicht van GS De heer POTJER vraagt of prijseffecten afschaffen strippenkaart (stuk 3a1) wordt meegenomen bij LTA-punt actualisatie prijstarieven. De VOORZITTER constateert dat gedeputeerde dit bevestigt. De stukken worden verder voor kennisgeving aangenomen. 3b. Van derden ontvangen informatie De stukken worden voor kennisgeving aangenomen. 4. Verslag vorige vergadering 4a. Conceptverslag van 18 september 2013 Het verslag wordt zonder wijzigingen vastgesteld. 5. Besluitenlijst vorige vergadering 5a. Conceptbesluitenlijst van 18 september 2013 Op verzoek van de heer Potjer wordt de tekst bij agendapunten 2d tot en met 2h gewijzigd van De commissie is akkoord in De meerderheid van de commissie is akkoord. Volgens de heer Potjer wordt met commissie gesuggereerd dat de voltallige commissie is bedoeld. De besluitenlijst wordt met het in acht nemen van deze wijziging vastgesteld. 6. Sluiting De VOORZITTER sluit de vergadering om uur. Pagina 15/15