L.G. van Gerven / september 2015

Transcriptie

1 Agendapunt commissie: 3.1 Steller telefoonnummer L.G. van Gerven 3487 Agendapunt kenmerk datum raadsvergadering Portefeuillehouder M. Wijnen Onderwerp 23644/ september 2015 Integrale afweging en prioritering woningbouwprojecten aan de gemeenteraad A. Samenvatting In oktober 2014 is de Provinciale prognose van de bevolkings- en huishoudensontwikkeling vastgesteld. Vervolgens heeft het Regionaal Ruimtelijk Overleg in november 2014 ingestemd met de regionale woningbouwafspraken met uitzondering van de afspraak betreffende Valkenswaard, omdat Valkenswaard hier niet mee instemde. Wij hebben daarna de provinciale prognose laten toetsen door zowel bureau Companen als door de Stec-groep. De conclusie van beide onderzoekbureaus luidt dat de provinciale prognose realistisch is. Met de vaststelling van de provinciale prognose 2014 van de bevolkings- en huishoudensontwikkeling en de regionale woningbouwafspraken gemaakt in het Regionaal Ruimtelijk Overleg (in eerste instantie met uitzondering voor Valkenswaard) is voor de gemeente de noodzaak ontstaan om een integrale afweging te maken van de woningbouwprojecten en hier een prioritering in aan te brengen. Er liggen immers gemeentebreed meer plannen dan nieuwbouw wordt toegestaan. De wettelijke verplichting (randvoorwaardelijk) om de woonplannen te toetsen aan de ladder duurzame verstedelijking en de constatering in het Stec-rapport dat Valkenswaard binnenstedelijk voldoende mogelijkheden heeft om in de behoefte te voorzien, levert onvermijdelijke gevolgen op voor de beoogde woningbouwprojecten in Valkenswaard. Voor de binnenstedelijke woningbouwplannen zijn vanwege de verlaging van de aantallen keuzes noodzakelijk. Daarom hebben wij in de bijgevoegde notitie Integrale afweging en prioritering woningbouwplannen Valkenswaard 2015 een analyse gemaakt. Op basis van de analyse stellen wij voor om, gelet op de criteria vanuit de toekomstvisie (doelgroepen), de woonvisie (de opgaven voor Valkenswaard) en de structuurvisie (ruimtelijke kwaliteiten) te kiezen voor scenario 3. Dit scenario houdt rekening met de genoemde criteria en biedt tevens tegendruk tegen de bevolkingsdaling en ontgroening in Valkenswaard. 1

2 B. Voorgesteld besluit 1. Instemmen met de in de notitie Integrale afweging en prioritering woningbouwplannen gekozen beleidslijnen: A. Bij vastgestelde en onherroepelijke bestemmingsplannen en omgevingsvergunningen stimuleren dat de beoogde nieuwbouw op korte termijn wordt gerealiseerd door als gemeente flexibel om te gaan met de bestemmingsplanregels, mits wettelijk verantwoord en aansluitend bij de doelgroepen van de toekomstvisie en de woonvisie. B. Bij vastgestelde en onherroepelijke bestemmingsplannen en omgevingsvergunningen 3 jaar voorafgaand aan het verstrijken van de bestemmingsplanperiode aankondigen dat de gemeente het recht voorbehoudt om niet gerealiseerde woningbouw weg te bestemmen, indien deze niet binnen 3 jaar is gerealiseerd. C. Bij vastgestelde en onherroepelijke bestemmingsplannen en omgevingsvergunningen waar gewenst, mogelijk en financieel verantwoord nog ruimtelijke kwaliteit toevoegen (minder verdichten, meer groen), zodat ruimte wordt gecreëerd om binnenstedelijke ontwikkelingen (bijv. bij leegstand) te kunnen realiseren. D. In nieuwe of geactualiseerde bestemmingsplannen bij de vaststelling aankondigen dat de gemeente het recht voorbehoudt o de bouwtitel slechts 3 jaar in stand te houden en/of niet gerealiseerde woningbouw weg te bestemmen, indien binnen 3 jaar niet is gestart met de realisatie. Bij de verstrekking van een omgevingsvergunning is deze termijn wettelijk al gesteld op 1 jaar. 2. Instemmen met het in de notitie Integrale afweging en prioritering woningbouwplannen voorgestelde scenario 3 (nadruk op kwalitatief ruimtelijke doelstellingen toekomstvisie, woonvisie en structuurvisie) binnen categorie 3 (binnenstedelijke stedelijke ontwikkelingen) van de zachte plancapaciteit. In dit scenario kunnen de plannen aan de Carolusdreef, Molensteen, Dommelseweg , Waalreseweg Rede, Barentzstraat (Hoeks), Valkenierstraat 43 doorgang vinden en het plan aan de Maastrichterweg (Mossel) ook, maar met een beperkter omvang. 3. Instemmen met de vervolgstappen zoals opgenomen in onderdeel H, te weten: i. De betrokken ontwikkelaars / initiatiefnemers in kennis stellen van het raadsbesluit en een snelle doorstart maken met de ruimtelijke procedures voor de woningbouwplannen in scenario 3 van de zachte plancapaciteit met een Go - aanduiding. ii. Oppakken van de: * plannen binnen categorie 1 (binnenstedelijke plannen, niet zijnde stedelijke ontwikkelingen) met prioriteit voor de locaties Veldbeemd en Vlasakker, en van * plannen binnen categorie 2 (niet binnenstedelijke plannen, niet zijnde stedelijke ontwikkelingen) middels toetsing aan de Verordening ruimte. iii. Overleg met de ontwikkelaar van Dommelkwartier om de consequenties van het Stec-rapport (categorie 4) en de integrale afweging te bespreken in relatie tot de contractuele verplichtingen, voorafgaand aan een separaat raadsvoorstel over plan Dommelkwartier (categorie 4). 2

3 iv. Op basis van het raadsbesluit en de daarbij behorende acties een strategisch plan uitwerken dat kan worden ingebracht in het Regionaal Ruimtelijk Overleg van 15 december 2015 v. Actualisatie van de grondexploitaties op basis van uw raadsbesluit. C. Inleiding Eind oktober 2014 heeft de Provincie de provinciale prognose 2014 vastgesteld. Dit betreft een prognose van de bevolkings- en huishoudensontwikkeling voor de gemeenten in Noord- Brabant. Deze prognose is leidend voor de woningbouwafspraken die gemeenten kunnen maken in (sub-)regionaal verband. Voor Valkenswaard heeft de prognose voorlopig geleid tot een aantal van 800 woningen in de periode 2014 tot en met Dit aantal ligt fors lager dan het aantal dat daarvoor voor Valkenswaard gold (1.175 woningen). Tijdens het Regionaal Ruimtelijk Overleg van 26 november 2014, waarin volgens de Verordening ruimte afstemming van de regionale woningbouwafspraken moet plaatsvinden, werd ingestemd met de regionale woningbouwafspraken met uitzondering van de afspraken voor Valkenswaard. Valkenswaard stemde niet in met de regionale woningbouwafspraken. De provincie heeft daarna in het bestuurlijk overleg met Valkenswaard gesteld dat, gelet op de feitelijke demografische ontwikkelingen in Valkenswaard, de gemeente Valkenswaard het risico loopt te bouwen voor leegstand. Indien Valkenswaard wil afwijken van het in regionaal verband besproken aantal, is dat alleen mogelijk is op basis van een strategisch plan en na afstemming in het Regionaal Ruimtelijk Overleg (RRO) met de 21 gemeenten van Zuid-Oost Brabant. Als Valkenswaard meer wil bouwen betekent dit dat er andere gemeenten bereid zouden moeten zijn om zelf minder te bouwen ten faveure van deze extra nieuwbouw in Valkenswaard. Die kans is erg klein, mede omdat er per subregio woningbouwafspraken worden gemaakt. De afspraken in het stedelijk gebied, waartoe Valkenswaard behoort, borduren voort op de BOR-afspraken 1. Valkenswaard maakte geen deel uit van de BOR-afspraken en neemt evenmin deel aan het opvolgende convenant stedelijk gebied. Vanwege deze ingrijpende ontwikkelingen hebben we de provinciale prognose extern laten toetsen door zowel bureau Companen (bijlage 4) als door de Stec-groep (bijlage 3), omdat wij vinden dat een teruggang in de woningbouwtaakstelling van meer dan 30% erg fors is. Dergelijke fluctuaties vragen van een gemeente rigoureuze, beleidsmatige aanpassingen. De conclusie van beide onderzoekbureaus luidt dat de provinciale prognose realistisch is, mogelijk zelfs nog aan de positieve kant. De Stec-groep constateert tevens dat de woningmarkt in Valkenswaard, zoals dat in de regel ook geldt voor veel andere dorpen, lokaal gericht is. Dit betekent enerzijds dat we de realiteit onder ogen moeten zien en niet moeten bouwen voor leegstand. Anderzijds betekent het dat Valkenswaard niet bij de pakken moet gaan neerzitten. We hebben nog mogelijkheden om in de komende jaren woningbouwplannen te realiseren, waarmee we onze ambities uit de toekomstvisie willen realiseren. Jongeren en jonge gezinnen behouden en aantrekken vraagt om voldoende aanbod voor deze doelgroepen. Bovendien 1 BOR: Bestuurlijk Overleg Randgemeenten. 3

4 heeft juist het beperkte aantal daadwerkelijk gerealiseerde woningen (met name in het betaalbare segment) in de afgelopen jaren bijgedragen aan een versterking van de bevolkingsdaling. Natuurlijk heeft ook de crisis een rol gespeeld (projecten in de vrije sector koop vielen stil) en vertragingen als gevolg van buitengewoon veel beroepsprocedures. Omdat er gemeentebreed meer plannen (in voorbereiding) zijn dan gerealiseerd kunnen worden op grond van het aantal van 877 woningen, zagen wij ons in het eerste kwartaal van 2015 genoodzaakt om als gemeente een pas op de plaats te maken en alle plannen te betrekken bij een integrale afweging en prioritering van de woningbouwprojecten. Daarbij gaat het zowel om zachte als harde plannen 2. Dit hoort bij de publiekrechtelijke bevoegdheid én verantwoordelijkheid van de gemeente om verantwoord ruimtelijk beleid te voeren. Wij hebben u daarover in maart j.l. geïnformeerd middels een raadsinformatiebrief. Eind juli j.l. hebben wij u het rapport van de Stec-groep toegestuurd, waarin getoetst is in hoeverre de woningbouwprojecten moeten voldoen aan de ladder duurzame verstedelijking en waarin is geconstateerd dat we ingevolge de ladder duurzame verstedelijking voorrang moeten geven aan binnenstedelijke woningbouwplannen. De resultaten zijn aan u gepresenteerd op 27 augustus j.l. Voor de binnenstedelijke woningbouwplannen geldt nog steeds dat er meer woningbouwlocaties beschikbaar zijn (of komen) dan nodig is om in de behoefte te voorzien. Binnen deze categorie plannen is een nadere prioritering nodig. U als gemeenteraad heeft hierin een eindverantwoordelijkheid en wij willen u daarom graag in de gelegenheid stellen gebruik te maken van uw kaderstellende bevoegdheid. D. Wat willen we bereiken? Idealiter zou de gemeente naar de toekomst toe optimale flexibiliteit willen hebben om nieuwe plannen te beoordelen op kwaliteit, gerichtheid op de juiste doelgroep(en) en betekenis voor de aantrekkelijkheid van de gemeente Valkenswaard als totaal. Dit is echter niet de werkelijkheid die zich nu voordoet. Er loopt al een groot aantal initiatieven die variëren tussen het stadium van (voor-) overleg over de inhoud van het plan tot aan vastgestelde en onherroepelijke bestemmingsplannen waar realisatie nog moet plaatsvinden. Nu Valkenswaard de woningbouwprogrammering met ruim 30% moet terugschroeven ten opzichte van de gevoerde koers van afgelopen jaren, is flexibiliteit om in de toekomst keuzes te kunnen maken niet meer het enige sleutelwoord. Het wettelijke kader is randvoorwaardelijk. Daarbinnen bestaat ruimte om aan de hand van het criterium van een goede ruimtelijke ordening een nadere afweging te maken, waarbij naast ruimtelijke argumenten ook de contractuele positie van de gemeente, eventueel gewekte verwachtingen en mogelijke schadeclaims een rol spelen. Het toepassen van de wettelijke regelgeving, het al dan niet nakomen van contractueel vastgelegde afspraken, de bestuurlijke geloofwaardigheid en het voorkomen van onnodige 2 Harde plannen zijn vastgestelde en onherroepelijke bestemmingsplannen. Voor zover de nieuwbouw nog niet is gerealiseerd, wordt dit ook harde plancapaciteit genoemd. Zachte plannen zijn plannen die nog niet zijn vastgesteld, dus tot en met de ontwerpfase. 4

5 claims liggen nu eveneens onder een vergrootglas. Omdat er binnen de gemeente te veel plannen in voorbereiding zijn ten opzichte van wat we nog mogen bouwen, ontkomen we er niet aan om keuzes te maken tussen woningbouwplannen op basis van een integrale afweging. Die integrale afweging is noodzakelijk om een zorgvuldig besluit te kunnen nemen. E. Wat gaan we er voor doen? Vanwege de noodzaak om keuzes te maken en vanwege de impact van de ladder voor duurzame verstedelijking op de beleidsruimte om überhaupt keuzes te kunnen maken, hebben wij de Stec-groep, de autoriteit in Nederland op het gebied van beladdering, gevraagd voor een objectieve en zorgvuldige toetsing van alle woningbouwplannen aan de ladder voor duurzame verstedelijking. De Stec-groep heeft hiervoor een rapport opgeleverd, dat u eind juli heeft ontvangen en waarvan de resultaten op 27 augustus aan u zijn gepresenteerd. Wij hebben het belangrijk geacht om een deskundig bureau in te schakelen, omdat de gemeentelijke besluitvorming er op gericht moet zijn dat besluiten rond (woning)bouwplannen in overeenstemming zijn met wet- en regelgeving. Indien wij dit onderdeel van een goede ruimtelijke ordening namelijk niet zorgvuldig toepassen, is de kans bijzonder groot dat bouwplannen stranden bij de Raad van State. De uitgangssituatie in De woning(bouw)prognose wordt één keer per drie jaar opgesteld. Binnen de 3 jaar waarin die prognose van kracht blijft (in afwachting van de nieuwe prognose) schuift conform de visie van de Provincie de 10-jaarsperiode drie keer een jaar op. Daarbij is de opgestelde prognose leidend en wordt het aantal woningen dat in het jaar eraan voorafgaand is gerealiseerd verrekend. Het hierboven genoemde aantal van 800 heeft betrekking op de 10-jaarsperiode 2014 t/m Het jaar 2014 is echter al verstreken. De in 2014 opgestelde prognose geeft voor de 11-jaarsperiode 2014 tot en met 2024 voor Valkenswaard een behoefte van 825 woningen. Dit heeft de Provincie schriftelijk bevestigd. In 2014 heeft Valkenswaard 79 woningen gebouwd en 131 woningen gesloopt (denk onder andere aan de Bosstraat en aan Ginneve aan de Nieuwe Waalreseweg). Per saldo zijn daarmee 52 woningen aan de voorraad onttrokken in Die 52 woningen mogen worden opgeteld bij het aantal van 825. Dit betekent dat in de 10-jaarsperiode die loopt van 2015 t/m 2024 nog 877 woningen mogen worden toegevoegd aan de woningvoorraad conform de visie van de Provincie. We zitten als Valkenswaard eind 2014 al bijna aan de top van de voorspelling: vanaf het jaar 2027 zal volgens de prognoses het aantal huishoudens gaan afnemen. Met andere woorden, vanaf dat moment zal het effect van gezinsverdunning de bevolkingsafname niet meer compenseren, waardoor het aantal huishoudens per saldo gaat afnemen. Verandert er niets in de daadwerkelijke bevolkings- en huishoudensomvang, dan blijft sprake van een neerwaartse spiraal en zal de behoefte (aan woningvoorraad) alleen nog maar verder dalen, omdat de prognoses steeds lager zullen uitvallen. Er is een mogelijkheid deze neerwaartse spiraal te beïnvloeden. Indien Valkenswaard erin slaagt om in de komende 3 jaar huishoudens aan zich 5

6 te binden, waardoor de bevolking iets toeneemt of minder afneemt dan voorspeld, dan kunnen de prognosecijfers bij een volgende nieuw prognose positiever uitpakken. Het is een beleidskeuze waarop Valkenswaard wil inzetten. Het Stec-rapport De bevindingen van de Stec-groep laten zich in de hoofdlijn als volgt beschrijven. De Stecgroep constateert in haar rapport dat de woningmarkt in Valkenswaard lokaal gericht is. Dit is van belang voor de toetsing aan het begrip regionale behoefte, welk begrip bepalend is voor de toetsing aan de eerste trede van de ladder voor duurzame verstedelijking (de behoefte). De regionale behoefte wordt daarmee gelijkgesteld met de lokale behoefte. De lokale behoefte wordt gesteld op 877 woningen in de periode 2015 tot en met 2024, conform de uitgangssituatie die de Provincie hanteert. Voor wat betreft de kwalitatieve behoefte is dit aantal afgerond op 875. Kwalitatief bestaat de behoefte uit 545 grondgebonden woningen en 330 appartementen. De verhouding koop-huur binnen de kwalitatieve behoefte bestaat uit 340 koopwoningen en 535 huurwoningen. In de onderstaande tabel is deze behoefte weergegeven als additionele behoefte Tevens is weergegeven in hoeverre de harde plancapaciteit voorziet in de additionele behoefte aan koop- en huurwoningen. Het verschil bepaalt wat nog de resterende, kwalitatieve behoefte is voor Valkenswaard. De resterende behoefte is de behoefte, waarop zachte plannen zich zouden moeten richten. Hieruit blijkt dat de resterende, kwalitatieve behoefte in de huursector ligt. Eigendomstype huurwoningen huurwoningen waarvan: koopwoningen PO koop koopwoningen waarvan: gk md dr gk md dr Harde plancapaciteit Additionele behoefte Resterende behoefte Koop goedkoop (Gk, tot ,-) Koop middelduur (Md, van ,- tot ,-) Koop duur (dr, vanaf ) Huur goedkoop (gk) en middelduur (md) betreft huur tot sociale huurgrens. Huur duur (dr, vanaf de sociale huurgrens). De Stec-groep constateert ten aanzien van de tweede trede dat Valkenswaard binnenstedelijk genoeg ruimte heeft om te voorzien in de behoefte. Kwantitatief, maar impliciet ook kwalitatief. Tevens constateert de Stec-groep dat het aantal koopwoningen in het programma buiten het bestaand stedelijk gebied de verhouding koop-huur negatief beïnvloedt 6

7 (kwalitatief). Er is nog een resterende behoefte aan huurwoningen, terwijl het programma buiten het bestaand stedelijk gebied voor een groot deel voorziet in koopwoningen. In onze prioritering van woningbouwprojecten zullen we de consequenties van deze constateringen moeten meenemen. De notitie integrale afweging en prioritering woningbouwplannen Valkenswaard 2015 Naar aanleiding van het Stec-rapport is een prioritering van woningbouwplannen op basis van een integrale afweging voorbereid. Die afweging treft u aan in de bij dit raadsvoorstel gevoegde notitie Integrale afweging en prioritering van woningbouwplannen, waarbij de inhoud van het Stec-rapport belangrijke input heeft gevormd. De notitie heeft als doel om het woningbouwprogramma afgestemd te krijgen op de wettelijke kaders zoals gesteld in de Verordening ruimte van de provincie en het Stec-rapport en zichtbaar te maken welke keuzes u als raad kunt maken tegen de achtergrond van de analyses in de notitie. Hierbij maken wij gebruik van categorieën op basis van de toetsing aan de ladder voor duurzame verstedelijking (wettelijk kader) en van scenario s (beleidsvrijheid gemeente). Indien de prioritering wordt vastgesteld, zal dat gevolgen hebben voor bepaalde woningbouwplannen. Duidelijk zal worden welke plannen wel en welke plannen gelet op de ladder duurzame verstedelijking niet in overeenstemming met een goede ruimtelijke ordening zijn. Het is met name categorie 3 (stedelijke ontwikkeling, de behoefte kan binnenstedelijk worden ingevuld) die nog vraagt om scherpe keuzes. U heeft daarbij een kaderstellende bevoegdheid. Wij hebben u in de notitie binnen deze categorie een drietal scenario s voorgesteld aan de hand waarvan u richting kunt bepalen. Onze voorkeur gaat uit naar scenario 3. In de notitie vindt u de onderbouwing. Scenario 3 leidt tot een woningbouwprogramma van maximaal ca. 890 woningen. Wij achten het verantwoord dit scenario terug te koppelen in het Regionaal Ruimtelijk Overleg van 15 december 2015, zoals ook besproken met de Provincie. Dit scenario biedt voldoende ruimte om de woningbouwplannen met een Go in categorie 3 niet langer on hold te zetten en in overleg te gaan met de ontwikkelaar van het plan aangeduid met Evt. Go, waarbij wij de beleidslijn met betrekking tot de ruimtelijke kwaliteit kritisch zullen hanteren, maar ook de financiële haalbaarheid in de gaten dienen te houden om onze doelstellingen te bereiken. F. Beheer en onderhoud Scenario 3 houdt in dat een aantal gemeentelijke locaties (in elk geval voorlopig) niet tot een (her)ontwikkeling ten behoeve van woningbouw kan komen en daarmee niet kan worden verkocht aan een ontwikkelende partij. Dit brengt met zich mee dat de gemeente kosten voor beheer en onderhoud van deze locaties behoudt, tenzij herontwikkeling mogelijk is voor andere dan woondoeleinden. Dit zullen wij nog in beeld brengen. 7

8 G. Financiën De inschatting van de financiële consequenties van de verschillende scenario s is niet eenduidig te voorspellen, omdat deze consequenties deels op het vlak van claimrisico s liggen. Toch trachten we hiernavolgend een indicatie te geven van de van belang zijnde kostenfactoren bij de scenario s. De consequentie van een keuze voor scenario 1 leidt in elk tot een afwaardering van de particuliere locaties ter grootte van ca ,- in de grondexploitaties. Daarnaast kunnen mogelijk niet alle gemeentelijke locaties worden ontwikkeld, omdat er op deze locaties een potentie ligt van 206 woningen. Indien de ontwikkeling aan de Carolusdreef wordt stilgelegd, leidt dit tot een extra afwaardering van ca ,-. Het claimrisico is in scenario 1 in absolute zin beperkt, omdat er geen overeenkomsten zijn gesloten. Wel kunnen er verwachtingen zijn gewekt aan de hand van reeds genomen besluiten of verzonden brieven met toezeggingen. Dit maakt dat scenario 1 het meest riskante scenario is voor wat betreft de mogelijke financiële consequenties. De consequentie van een keuze voor scenario 2 leidt naar verwachting tot een afwaardering in de grondexploitaties van ca ,-. Het claimrisico schatten wij in op nihil. Er zijn geen toezeggingen gedaan. De consequentie van een keuze voor scenario 3 leidt tot geen enkele afwaardering in de grondexploitaties en het claimrisico schatten wij in op nihil. Het bovenstaande betreft alleen de scenariokeuze binnen categorie 3. Uiteraard verwachten wij als gevolg van de toepassing van de wettelijke regelgeving in een later stadium nog wel behoorlijke financiële consequenties, met name voor categorie 4 (niet binnenstedelijk, wel stedelijke ontwikkeling). Dit betreft het plan Dommelkwartier. Gelet op de conclusie in het Stec-rapport en onze contractuele verplichtingen in de richting van de betreffende ontwikkelaar(s) zullen wij echter eerst met deze ontwikkelaar(s) in gesprek gaan. De resultaten van dit gesprek zullen wij betrekken bij de besluitvorming die volgt. Op dat moment is het ook pas mogelijk om u meer inzicht te geven in de financiële consequenties ervan. Na besluitvorming over dit raadsvoorstel zullen wij u zo spoedig mogelijk de financiële consequenties voor de grondexploitaties aanbieden in de vorm van een actualisatie. H. Vervolgstappen De vervolgstappen zijn: De betrokken ontwikkelaars / initiatiefnemers in kennis stellen van het raadsbesluit en een snelle doorstart maken met de ruimtelijke procedures voor de woningbouwplannen in scenario 3 van de zachte plancapaciteit met een Go -aanduiding. Oppakken van de aanpak van de categorieën 1 en 2 zoals aangegeven bij deze categorieën (oppakken categorie 1-plannen met prioriteit voor de locaties Veldbeemd en Vlasakker, de categorie 2-plannen toetsen aan de Verordening ruimte). Overleg met de ontwikkelaar van Dommelkwartier om de consequenties van het Stecrapport en de integrale afweging te bespreken in relatie tot de contractuele verplichtingen, voorafgaand aan een te nemen besluit. 8

9 Op basis van het raadsbesluit en de daarbij behorende acties een strategisch plan uitwerken dat kan worden ingebracht in het Regionaal Ruimtelijk Overleg van 15 december 2015 Actualisatie van de grondexploitaties op basis van uw raadsbesluit. I. Communicatie Zie de vervolgstappen. J. Bijlagen N.v.t. K. Ter inzage lig 1. Notitie Integrale afweging en prioritering woningbouwplannen ; 2. Stec-rapport Ladder duurzame verstedelijking woningbouw Valkenswaard ; 3. Bijlage second opinion prognoses stec-groep; 4. Second opinion Companen over de provinciale prognose. Burgemeester en wethouders van Valkenswaard, secretaris, burgemeester drs. R.F.W. van Eijck. drs. A.B.A.M. Ederveen. 9

10 BESLUIT De raad van de gemeente Valkenswaard; Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 17 augustus 2015, nummer 23644/23647; Gelet op de Gemeentewet; Gelet op de behandeling in de vergadering van de raadscommissie d.d. 10 september 2015; BESLUIT: 1. Instemmen met de in de notitie Integrale afweging en prioritering woningbouwplannen gekozen beleidslijnen: A. Bij vastgestelde en onherroepelijke bestemmingsplannen en omgevingsvergunningen stimuleren dat de beoogde nieuwbouw op korte termijn wordt gerealiseerd door als gemeente flexibel om te gaan met de bestemmingsplanregels, mits wettelijk verantwoord en aansluitend bij de doelgroepen van de toekomstvisie en de woonvisie. B. Bij vastgestelde en onherroepelijke bestemmingsplannen en omgevingsvergunningen 3 jaar voorafgaand aan het verstrijken van de bestemmingsplanperiode aankondigen dat de gemeente het recht voorbehoudt om niet gerealiseerde woningbouw weg te bestemmen, indien deze niet binnen 3 jaar is gerealiseerd. C. Bij vastgestelde en onherroepelijke bestemmingsplannen en omgevingsvergunningen waar gewenst, mogelijk en financieel verantwoord nog ruimtelijke kwaliteit toevoegen (minder verdichten, meer groen), zodat ruimte wordt gecreëerd om binnenstedelijke ontwikkelingen (bijv. bij leegstand) te kunnen realiseren. D. In nieuwe of geactualiseerde bestemmingsplannen bij de vaststelling aankondigen dat de gemeente het recht voorbehoudt o de bouwtitel slechts 3 jaar in stand te houden en/of niet gerealiseerde woningbouw weg te bestemmen, indien binnen 3 jaar niet is gestart met de realisatie. Bij de verstrekking van een omgevingsvergunning is deze termijn wettelijk al gesteld op 1 jaar. 2. Instemmen met het in de notitie Integrale afweging en prioritering woningbouwplannen voorgestelde scenario 3 (nadruk op kwalitatief ruimtelijke doelstellingen toekomstvisie, woonvisie en structuurvisie) binnen categorie 3 (binnenstedelijke stedelijke ontwikkelingen) van de zachte plancapaciteit. In dit scenario kunnen de plannen aan de Carolusdreef, Molensteen, Dommelseweg , Waalreseweg Rede, Barentzstraat (Hoeks), Valkenierstraat 43 doorgang vinden en het plan aan de Maastrichterweg (Mossel) ook, maar met een beperkter omvang. 10

11 3. Instemmen met de vervolgstappen zoals opgenomen in onderdeel H, te weten: i. De betrokken ontwikkelaars / initiatiefnemers in kennis stellen van het raadsbesluit en een snelle doorstart maken met de ruimtelijke procedures voor de woningbouwplannen in scenario 3 van de zachte plancapaciteit met een Go -aanduiding. ii. Oppakken van de: plannen binnen categorie 1 (binnenstedelijke plannen, niet zijnde stedelijke ontwikkelingen) met prioriteit voor de locaties Veldbeemd en Vlasakker, en van plannen binnen categorie 2 (niet binnenstedelijke plannen, niet zijnde stedelijke ontwikkelingen) middels toetsing aan de Verordening ruimte. iii. Overleg met de ontwikkelaar van Dommelkwartier om de consequenties van het Stec-rapport en de integrale afweging te bespreken in relatie tot de contractuele verplichtingen, voorafgaand aan een te nemen besluit over plan Dommelkwartier (categorie 4). iv. Op basis van het raadsbesluit en de daarbij behorende acties een strategisch plan uitwerken dat kan worden ingebracht in het Regionaal Ruimtelijk Overleg van 15 december 2015 v. Actualisatie van de grondexploitaties op basis van uw raadsbesluit. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de gemeenteraad d.d. 24 september Kenmerk: 23644/23647 de griffier, de voorzitter, drs. C. Miedema drs. A.B.A.M. Ederveen. 11