Amateurkunst: Feiten en trends. Monitor Amateurkunst in Nederland
|
|
- Philomena Visser
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Amateurkunst: Feiten en trends Monitor Amateurkunst in Nederland
2 Beeldende kunst Muziek Dans Theater Schrijven Nieuwe media
3 Voorwoord Met de Monitor Amateurkunst wil Kunstfactor de politiek, beleidsmakers en beslissers binnen verschillende overheden en het management van culturele organisaties inclusief de landelijke koepelorganisaties binnen de amateurkunst voorzien van feiten en cijfers. Dit kan hen helpen beleid te maken en besluiten te nemen. Kunstfactor levert met deze publicatie zicht op de feiten en trends van de deelname aan de actieve kunstbeoefening. Het gaat om alle vormen van amateurkunst, of dat nu is in cursusverband, binnen een vereniging, op individuele basis of binnen informele groepen. De jaarlijkse factsheet wordt voor de tweede keer vergezeld van een analyse die kan bijdragen om op doelgroepenniveau inzicht te krijgen in de deelname aan kunst. De cijfers zijn gebaseerd op de Monitor Amateurkunst, en de analyse is driedelig. Het eerste deel zet de feiten op een rij. Daarin zijn de nieuwste percentages en aantallen 2011 terug te vinden. Het tweede deel over de trends gaat in op ontwikkelingen die Kunstfactor signaleert tussen 2009 en 2011 binnen de amateurkunst. En het derde deel uitgelicht schenkt aandacht aan de grote groep 50-plussers vanwege het Europees jaar voor actief ouder worden en solidariteit tussen de generaties in Grofweg één op de drie Nederlanders is wekelijks actief en de helft van de Nederlanders is op jaarbasis actief binnen de kunsten. Dankzij deze amateurkunstenaars hebben veel professionals werk binnen de sector, als docent, choreograaf of dirigent. De kwaliteit van amateurkunst, maar vooral het feit dat een groot deel van de bevolking zich met amateurkunst bezighoudt, rechtvaardigt warme belangstelling van beleidsmakers. Kunstfactor spant zich in om de politiek, overheden en publieke opinie voortdurend te informeren over de sector actieve kunstbeoefening. Tom de Rooij directeur bestuurder 1
4 Figuur 1 Amateurkunstenaars in Nederland onderverdeeld in disciplines, verhouding man/vrouw Aantal Nederlanders dat actief kunst beoefent 48% 21% 16% 11% 5% 13% 15% Beeldende kunst Muziek Dans Theater Schrijven Nieuwe media 42% 58% Man Vrouw 31% / 69% 52% / 48% 25% / 75% 53% / 47% 34% / 66% 57% / 43% 2
5 Deel 1 - de feiten Kunstfactor heeft samen met bureau Veldkamp een instrument ontwikkeld om de amateurkunstsector cijfermatig in kaart te brengen: de Monitor Amateurkunst (MAK). Voor dit onderzoek is een representatieve steekproef van in totaal n=1.191 personen van 6 jaar en ouder benaderd. De vragen in 2011 zijn dezelfde als die in 2009 en De enige aanpassing in de vraagstelling betreft muziek, dat in 2009 uitgesplitst was in zang en instrumentaal. Op basis van de cijfers publiceerden wij in 2010 slechts een factsheet. Voor u liggen de resultaten van de derde meting. Deze meting laat feiten en trends binnen de amateurkunst zien. De resultaten zijn tweeledig: 1. ze maken zichtbaar hoeveel amateurkunstenaars Nederland telt en in welke kunstdisciplines zij actief zijn 2. ze geven een beeld van de sector aan de hand van profielen van amateurkunstenaars, waarin kenmerken als leeftijd, geslacht en opleidingsniveau en regio zijn opgenomen. Nagenoeg alle cijfers in deze publicatie zijn gebaseerd op de metingen van bureau Veldkamp. Daarnaast is er gebruik gemaakt van de CBS-bevolkingsstatistiek, CBS StatLine. Aantal amateurkunstenaars in Nederland Nederland heeft ongeveer 7,3 miljoen amateurkunstenaars van 6 jaar en ouder; 48% van de Nederlandse bevolking van 6 jaar en ouder doet aan actieve kunstbeoefening. In 2010 was dit percentage nog 52%. We kunnen dus een daling in amateurkunstbeoefening constateren. Onder de amateurkunstenaars zijn 3,2 miljoen beeldend kunstenaars, 2,4 miljoen muzikanten, 1,7 miljoen dansers, 760 duizend theaterkunstenaars, 2 miljoen schrijvers en 2,3 miljoen beoefenaars van nieuwe media. Een amateurkunstenaar houdt zich gemiddeld met meer dan één discipline bezig, zodat de optelsom van de disciplines hoger uitvalt dan het totaal aantal beoefenaars. Daarnaast is de publicatie dit jaar verrijkt met een paragraaf over trends en is er speciale aandacht voor 50-plussers, met het oog op het European Year for Active Ageing and Solidarity between Generations in Doel van dit Europees jaar is om de vitaliteit en maatschappelijke participatie van ouderen te behouden en om eventuele barrières tussen generaties op te heffen. Amateurkunst is bij uitstek een activiteit die tot op hoge leeftijd kan worden beoefend en leent zich bovendien goed voor beoefening met mensen van verschillende leeftijden. Meer vrouwen dan mannen doen aan actieve kunstbeoefening. In tabel 1 zien we de verdeling van amateurkunstenaars over de seksen en de verhouding tussen mannen en vrouwen per discipline. Bij beeldende kunst, dans en schrijven is een ruime meerderheid van de beoefenaars vrouw, waarbij dans met 75% vrouwelijke beoefenaars de uitschieter is. Alleen bij muziek en nieuwe media zijn de mannen iets in de meerderheid. Tabel 1 Amateurkunstenaars in Nederland Nederlanders - 6 jaar en ouder Absolute aantallen beoefenaars Man Vrouw Totaal actieve kunstbeoefening Beeldende kunst Muziek 48% 21 % 16% % 31% 52% 58% 69% 48% Dans Theater Schrijven Nieuwe media 11% 5% 13% 15% % 53% 34% 57% 75% 47% 66% 43% 3
6 Figuur 2 Aandeel amateurkunstenaars per leeftijdscategorie 52 % 66% 64% 50% 44% 45% 35% 6-11 jaar jaar jaar jaar jaar 65+ jaar Beeldende kunst Muziek Dans Theater Schrijven Nieuwe media Figuur 3 Percentage amateurkunstenaars per discipline 4
7 Leeftijd amateurkunstenaars (1) Tabel 2 toont de actieve kunstbeoefening per leeftijdsgroep. De hoogste participatie is te zien bij de 6-11-jarigen en jarigen. In deze leeftijdscategorieën in de Nederlandse bevolking doet respectievelijk 66% en 64% aan amateurkunst, tegenover 48% van de Nederlandse bevolking van 6 jaar en ouder. Kinderen en jongeren zijn dus relatief vaak actief bezig met kunst. Tabel 2 Aandeel amateurkunstenaars per leeftijdscategorie binnen Nederlandse bevolking 6+ Leeftijd Totaal 6-11 Percentage amateurkunstenaars 48% 66% Per leeftijdscategorie en discipline In tabel 3 is weergegeven in welke mate bepaalde leeftijdsgroepen binnen de verschillende disciplines actief zijn. Hierdoor is goed zichtbaar welke disciplines het meest gangbaar zijn onder de verschillende leeftijdscategorieën. Van bijvoorbeeld alle 6-11-jarigen in de Nederlandse bevolking is 51% actief met beeldende kunst bezig. Daarmee is tevens gezegd dat 49% van deze leeftijdsgroep zich níét met die kunstvorm bezighoudt. Theater en dans worden minder populair naarmate de leeftijd stijgt. Bij dans is dit goed verklaarbaar door de fysieke kant ervan; mogelijk speelt bij theater de populariteit van muziektheater zoals musicals een rol, waarin ook veel bewogen wordt. Het is goed om bij deze tabel op te merken dat het hier om relatief kleine groepen gaat waarvan de percentages zijn afgeleid. Voor de sector is het echter wel interessant om te weten, omdat het kan duiden op ontwikkelingen binnen de specifieke kunstdiscipline % 50% 44% 45% 35% Tabel 3 Percentage amateurkunstenaars per leeftijdscategorie en discipline Leeftijd Beeldende kunst Muziek Dans Theater Schrijven Nieuwe media 51% 17% 24% 5% 15% 6% 27% 31% 13% 19% 20% 23% 22% 14% 13% 5% 17% 17% 15% 12% 10% 3% 11% 16% 17% 19% 6% 3% 11% 15% 15% 12% 6% 1% 9% 7% 5
8 65+ jaar 6-11 jaar Figuur 4 Verdeling van amateurkunstenaars over leeftijdsgroepen 11% 12% jaar jaar 13% 20% 21% 24% 12% jaar jaar Figuur 5 Verdeling van amateurkunstenaars over leeftijdsgroepen, naar discipline Beeldende kunst Muziek Dans Theater Schrijven Nieuwe media 6
9 Leeftijd amateurkunstenaars (2) In tabel 4 is goed te zien dat de grootste groep amateurkunstenaars, een kwart, in de leeftijd tussen de 35 en 50 jaar is. Bijna een derde (20% + 11%) van de amateurkunstenaars is 50 jaar of ouder en vormt daarmee een relatief grote groep. Verdeling over leeftijdsgroepen naar discipline Onder amateurkunstenaars is per discipline naar de leeftijdsverdeling gekeken (tabel 5). Ter illustratie: 21% van de beeldend kunstenaars is tussen de 6 en 12 jaar. Verder valt op dat de discipline theater voor een groot deel, namelijk 39%, bestaat uit beoefenaars tussen de 12 en 20 jaar. Binnen dans en schrijven vormt de leeftijdscategorie tussen de 20 en 50 jaar bijna de helft van de beoefenaars: respectievelijk 48% en 47%. Tabel 4 Verdeling van amateurkunstenaars over leeftijdsgroepen* Leeftijd Aandeel % % % % % % Totaal 100% Tabel 5 Verdeling van amateurkunstenaars over leeftijdsgroepen, naar discipline* Leeftijd Beeldende kunst Muziek Dans Theater Schrijven Nieuwe media 21% 9% 20% 8% 10% 4% 12% 19% 12% 39% 15% 16% 21% 18% 24% 20% 26% 24% 18% 19% 24% 16% 21% 28% 17% 24% 13% 14% 18% 22% % 11% 8% 3% 10% 7% Totaal 100% 100% 100% 100% 100% 100% * Afrondingen kunnen (in deze hele publicatie) leiden tot afwijkingen van 100%. 7
10 Figuur 6 Hoogst genoten opleiding van amateurkunstenaars van 12 jaar en ouder Nederlandse bevolking 12+ Actieve kunstbeoefenaars 12+ Man Vrouw Beeldende kunst Muziek Dans Theater Schrijven Nieuwe media Lager Middelbaar Hoger 8
11 Opleidingsniveau amateurkunstenaars In dit onderzoek is ook gekeken naar de opleiding van de amateurkunstenaars. In tabel 6 vergelijken we het opleidingsniveau van amateurkunstenaars met dat van de Nederlandse bevolking. Daar zien we dat 82% van de amateurkunstenaars middelbaar tot hoger is opgeleid, wat iets hoger is dan het opleidingsniveau van de Nederlandse bevolking (77%). Er is voorts een verschil zichtbaar binnen de categorie lager opgeleiden, waardoor gesteld kan worden dat er relatief minder lager opgeleide actieve kunstbeoefenaars zijn dan lager opgeleiden in de Nederlandse bevolking. Dit maakt dat amateurkunstenaars gemiddeld iets hoger opgeleid zijn dan de niet-amateurkunstenaars onder de Nederlandse bevolking. Van de 7,3 miljoen amateurkunstenaars in Nederland is 18% lager opgeleid, 43% middelbaar opgeleid en 39% hoger opgeleid. Omdat van jongeren onder de 12 jaar het opleidingsniveau nog niet bepaald kan worden, is deze categorie buiten beschouwing gelaten. De opleidingsniveaus zijn per discipline uitgesplitst. Binnen de discipline beeldende kunst bijvoorbeeld is van 15% van de amateurkunstenaars de hoogst genoten opleiding lager onderwijs, 51% middelbaar onderwijs en 34% hoger onderwijs. De hoogopgeleiden zijn oververtegenwoordigd bij schrijven, nieuwe media en muziek. Omgekeerd vinden we bij theater een relatief hoog aandeel lager opgeleiden, vergeleken met de rest van de disciplines. Tabel 6 Hoogst genoten opleiding van amateurkunstenaars van 12 jaar en ouder Hoogst genoten opleiding Nederlandse bevolking 12+ Actieve kunstbeoefenaars 12+ Man Vrouw Beeldende kunst Muziek Dans Theater Schrijven Nieuwe media Lager 23% 18% 24% 22% 15% 15% 21% 28% 17% 15% Middelbaar 43% 43% 40% 46% 51% 43% 46% 40% 32% 45% Hoger 34% 39% 36% 33% 34% 42% 33% 32% 51% 41% Totaal 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 9
12 Figuur 7 Lidmaatschap, lessen, inschrijving bij kunstinstelling van amateurkunstenaars Geen van deze Lid van club of vereniging 52 % Lessen, cursussen Ingeschreven bij kunstinstelling 24% 24% 12% 52% Lid van club of vereniging Lessen, cursussen Ingeschreven bij kunstinstelling Geen van deze 10
13 Lidmaatschap, les en inschrijving Amateurkunstenaars beoefenen hun kunstdiscipline op verschillende manieren: alleen of met anderen, met of zonder lessen, als lid van een club of een vereniging. In dit onderzoek is geïnventariseerd hoeveel beoefenaars lid zijn van een club of vereniging, hebben deelgenomen aan lessen, cursussen, oefeningen en workshops onder leiding van een beroepskracht en ingeschreven staan bij een instelling voor de kunsten, kunsthuis of muziekschool. In tabel 7 zijn de resultaten opgenomen. De categorieën kunnen elkaar overlappen, want men kan tegelijkertijd ingeschreven staan bij een instelling voor de kunsten als daar een cursus volgen. investeren, dan zijn het lessen en cursussen. Een ontwikkeling bij de disciplines schrijven en nieuwe media is dat beoefenaars zich verbinden via online community s op internet. Daar lopen deze categorieën door elkaar: men leert, en is tegelijkertijd lid van de community. Binnen dans en theater, disciplines die amateurs meestal met anderen doen, is relatief veel lidmaatschap en lesdeelname te zien. Dat muziek een discipline is die zowel individueel als in andere verbanden beoefend wordt, spreekt uit de cijfers voor lidmaatschap en lesdeelname. Deze discipline scoort qua lidmaatschap relatief het hoogst. Het is in tabel 7 duidelijk zichtbaar dat de meer individuele disciplines beeldende kunst, schrijven en nieuwe media laag scoren op verenigingslidmaatschap en inschrijving bij een kunsteducatieve instelling. De deelname aan lessen of cursussen is relatief gezien groot bij deze kunstdisciplines. Als deze individualisten ergens in participeren of Tabel 7 Lidmaatschap, lessen, inschrijving bij kunstinstelling Actieve kunstbeoefenaars Beeldende kunst Muziek Dans Theater Schrijven Nieuwe media Lid van club of vereniging 24% 8% 34% 26% 27% 5% 8% Lessen, cursussen 24% 18% 19% 36% 40% 7% 9% Ingeschreven bij instelling voor de kunsten 12% 2% 12% 25% 10% 3% 3% Geen van deze 52% 75% 46% 29% 32% 87% 82% 11
14 Actieve kunstbeoefenaars Figuur 8 Tijdsbesteding per week aan amateurkunst 46% 54% 52 % < 50 minuten per week > 50 minuten per week = 58% Beeldende kunst 42% 46% Muziek 54% 48% Dans 52% 49% Theater 51% 63% Schrijven 37% 64% Nieuwe media 36% 12
15 Tijdsbesteding in de amateurkunst Hoeveel tijd de 7,3 miljoen amateurkunstenaars aan hun discipline besteden, is hier uitgesplitst in twee categorieën. Degenen die er betrekkelijk weinig tijd aan besteden, vormen de groep die valt onder de categorie minder dan 50 minuten per week. De rest valt in de groep 50 minuten per week of meer. Deze grens is niet ongebruikelijk: ook in het onderzoek van Remko van Bork (395 minuten, amateurpopmuziek in Nederland, Rotterdam 2008), dat de tijdsbesteding van amateurpopmuzikanten beschrijft, is deze 50 minutengrens gebruikt. Daaruit bleek dat popmuzikanten al zo n 6 uur per week aan hun discipline besteden, ruim boven deze grens. Van de 7,3 miljoen amateurkunstenaars besteedt meer dan de helft (54%) 50 minuten of meer per week aan actieve kunstbeoefening. Bij de afzonderlijke disciplines verschillen de verhoudingen in tijdsbesteding. Bij muziek, dans en theater zien we dezelfde verhouding van iets meer dan de helft van de amateurs doet het meer dan 50 minuten terug. Bij schrijven, nieuwe media en beeldende kunst zijn de verhoudingen qua tijdsbesteding weer omgekeerd. Vooral de percentages bij schrijven en nieuwe media geven een groot contrast weer tussen minder en meer. Dat kan bij beide disciplines komen door het lastige meten van de exact bestede tijd, zeker bij een nog relatief jonge discipline als nieuwe media, het niet meetellen van het denkproces bij schrijven en pas gaan tellen bij het daadwerkelijk tikken van woorden op papier. Tabel 8 Tijdsbesteding per week aan amateurkunst Actieve kunstbeoefenaars Beeldende kunst Muziek Dans Theater Schrijven Nieuwe media < 50 minuten per week > = 50 minuten per week 46% 58% 46% 54% 42% 54% 48% 49% 63% 64% 52% 51% 37% 36% 13
16 Figuur 9 Geografische spreiding amateurkunstenaars 21% Vier grote steden Zuid NL 20% Oost NL 24% 12% 23% Rest West NL Beeldende kunst Muziek Dans Theater Schrijven Nieuwe media Noord NL Figuur 10 Spreiding van amateurkunstenaars over meer of minder verstedelijkte gebieden Beeldende kunst Muziek Dans Theater Schrijven Nieuwe media Alle actieve kunstbeoefenaars Nederland als geheel 21% 16% 11% 5% 13% 15% Stedelijkheid Matig, weinig, niet Stedelijkheid (Zeer) sterk 14
17 Geografische spreiding Tabel 9 Geografische spreiding amateurkunstenaars over regio s Actieve kunstbeoefenaars Beeldende kunst Muziek Dans Theater Schrijven Nieuwe media Inwoners van 6 jaar en ouder in Nederland Vier grote steden Rest West-Nederland Noord-Nederland 20% 21% 17% 23% 23% 26% 23% 20% 23% 24% 24% 27% 26% 17% 22% 24% 12% 12% 13% 7% 10% 13% 14% 11% Oost-Nederland 24% 22% 26% 23% 27% 24% 17% 21% Zuid-Nederland 21% 21% 20% 20% 14% 20% 25% 24% Tabel 10 Amateurkunstenaars per regio gerelateerd aan inwonertal Actieve kunstbeoefenaars Beeldende kunst Muziek Dans Theater Schrijven Nieuwe media Inwoners van 6 jaar en ouder in Nederland Vier grote steden Rest West-Nederland Noord-Nederland 48% 22% 14% 12% 6% 17% 17% 20% 46% 21% 16% 12% 5% 10% 13% 24% 54% 23% 21% 7% 4% 16% 19% 11% Oost-Nederland 54% 22% 20% 12% 6% 15% 12% 21% Zuid-Nederland 42% 19% 13% 9% 3% 11% 15% 24% Tabel 9 geeft weer hoe amateurkunstenaars uit verschillende disciplines zijn verdeeld over de regio s. Er is bijvoorbeeld te zien dat 7% van de amateurdansers in Noord-Nederland woont. In de laatste kolom is te zien hoe de Nederlandse bevolking van 6 jaar en ouder is verdeeld over de regio s. De percentages van kunstbeoefenaars hangen direct samen met het aantal inwoners per regio. Zo is Zuid-Nederland de thuisbasis van 24% van de Nederlanders en het valt te verwachten dat in deze regio een vergelijkbare hoeveelheid van de Nederlandse amateurkunstenaars woont. Met 21% kunstbeoefenaars blijft Zuid-Nederland dus achter bij de verwachting. Als we inzoomen op disciplineniveau, is het goed om te beseffen dat amateurs vaak meerdere disciplines beoefenen. Verder is te zien dat het aandeel dansers in Noord-Nederland (7%) laag is in verhouding tot het percentage kunstbeoefenaars voor alle disciplines in die regio; dat muziek in Oost-Nederland relatief iets sterker is vertegenwoordigd dan in de andere regio s; en dat Oost-Nederland bij nieuwe media juist iets achterblijft. Daarnaast zien we bij theater een relatief klein aandeel in het zuiden van Nederland. Schrijven is een activiteit die meer dan gemiddeld beoefend wordt in de vier grote steden van Nederland, maar relatief minder in de rest van het westen. In tabel 10 is te zien welke regio s eruit springen qua amateurkunstdeelname. In Noord- en Oost-Nederland is de participatiegraad van 54% hoger dan het landelijke percentage. In Zuid-Nederland doen juist relatief minder mensen dan in Nederland als geheel aan amateurkunst, namelijk 42%. In de (zeer) sterk verstedelijkte gebieden wordt er evenveel aan amateurkunst gedaan als in de weinig verstedelijkte gebieden. Hetzelfde beeld komt met wat nuances naar voren wanneer de verschillende kunstdisciplines afzonderlijk worden beschouwd. Muziek wordt verhoudingsgewijs meer beoefend in de minder tot niet stedelijke gebieden. Dit geldt ook voor beeldende kunst. Schrijvers en dansers bevinden zich relatief juist vaker op stedelijk terrein. 15
18 Figuur 11 Percentage kunstbeoefenaars over de jaren 2009, 2010, % 52% 48% 21% 21% 21% 21% 21% 16% 12% 15% 11% 6% 5% 5% 12% 11% 13% 14% 16% 15% Totaal aantal actieve kunstbeoefenaars in Nederland van 6 jaar en ouder Beeldende kunst Muziek Dans Theater Schrijven Nieuwe media 16
19 Deel 2 - de trends Op basis van de metingen uit 2009, 2010 en 2011 kunnen we gegevens over drie jaargangen met elkaar vergelijken. Effectief laat dit een ontwikkeling zien over de afgelopen twee jaar. Dit is een dusdanig korte periode dat we nog niet van een trend kunnen spreken, maar we kunnen wel signaleren dat er sprake is van enige verandering. Onderstaand brengen we in kaart welke veranderingen we waarnemen aan de hand van de cijfers. In komende jaren zullen we kunnen vaststellen of de waargenomen veranderingen zich inderdaad hebben doorgezet. We beperken ons tot drie hoofdgebieden. De beoefening gerelateerd aan leeftijd en tijdsbesteding, de lesbehoefte en lidmaatschappen en de spreiding van beoefenaars over het land. Beoefening, leeftijd en tijdsbesteding Nederland heeft ongeveer 7,3 miljoen amateurkunstenaars van 6 jaar en ouder; 48% van de Nederlandse bevolking van 6 jaar en ouder doet aan actieve kunstbeoefening. In 2010 was dit percentage 52%. We constateren hier een daling van 4%. Zie Tabel 11. De daling van het totaal in 2011 wordt veroorzaakt door de significante en relatief forse daling van muziek (min 5 procentpunten) en dans (min 4 procentpunten). Voor de disciplines beeldend, theater, creatief schrijven en nieuwe media zien we geen significante verschillen ten opzichte van de vorige jaren. Ten opzichte van 2010 is de deelname in alle leeftijdsgroepen licht tot matig gedaald. We zien indicatief een lichte verschuiving bij de twee jongste leeftijdgroepen. Het aantal 6-11-jarigen dat actief bezig is met kunst neemt iets af terwijl de groep jarigen iets toeneemt. De groep jarigen is gelijk gebleven met ongeveer 50% amateurkunstbeoefenaars. Er is een indicatie dat theater populairder is geworden onder de groep jarigen en dat het aantal 6-11-jarigen dat aan theater doet in 2011 minder groot is in vergelijking met Het aantal jarigen is iets gestegen. Bij de jongeren is dus de gemiddelde leeftijd van de amateurkunstenaar die aan theater doet sinds 2009 gestegen. Een tweede stijger ten opzichte van 2009 onder jarigen is beeldende kunst. Daarnaast doet de groep 6-11-jarige amateurkunstenaars nu meer aan dans; hun aandeel stijgt naar 20%. Waar de verschillen in percentages groot en opmerkelijk zijn, betekent dit niet dat deze ook altijd significant zijn. Met andere woorden: het toeval kan niet uitgesloten worden. Dit komt doordat er in de analyse soms wordt gefocust op relatief kleine groepen (bijvoorbeeld jarigen die aan theater doen) uit de totale steekproef. We moeten dus op dit punt voorzichtig zijn met conclusies. Deze verschillen vermelden we wel, maar dan als indicatie van een mogelijke ontwikkeling. Voor de sector kan dit interessante informatie zijn, die kan leiden tot verdiepend onderzoek naar ontwikkelingen in een specifieke discipline. De amateurkunstbeoefening door de jarigen is redelijk stabiel gebleven. Ook is zichtbaar dat de groep 50-plussers een derde van de amateurkunstenaars constant omvangrijk is. Deze categorie de actief ouder wordende groep komt in het deel uitgelicht nog specifiek aan de orde. Qua tijdsbesteding lijkt er bij alle disciplines weinig aan de hand te zijn. De enige uitzondering hierop is theater, waar een grote toename van tijdsinvestering zichtbaar is. Het is niet helemaal verklaarbaar, maar te denken valt aan de toenemende populariteit van muziektheater zoals musicals. Tabel 11 Amateurkunstenaars per discipline over de jaren 2009, 2010 en 2011 Actieve kunstbeoefenaars Beeldende kunst Muziek Dans Theater Schrijven Nieuwe media Trendmonitor 2009 Trendmonitor 2010 Trendmonitor % 21% 21% 12% 6% 12% 14% 52% 21% 21% 15% 5% 11% 16% 48% 21% 16% 11% 5% 13% 15% 17
20 Figuur 12 Verdeling amateurkunstenaars over de provincies in 2011 en % 4% 4% 9% 1% 14% 7% 19% 17% 2% 14% 6% Groningen Friesland Drenthe Overijssel Flevoland Gelderland Utrecht Noord-Holland Zuid-Holland Zeeland Noord-Brabant Limburg Verschil % 3% 4% 9% 2% 9% 9% 17% 21% 3% 15% 6% Groningen Friesland Drenthe Overijssel Flevoland Gelderland Utrecht Noord-Holland Zuid-Holland Zeeland Noord-Brabant Limburg 18
21 Les en lid Op het gebied van lessen en cursussen en het verenigingsleven zijn er nogal wat veranderingen. Bij beeldend, schrijven en nieuwe media is een terugloop over de hele linie, dat wil zeggen dat in zijn totaliteit de beoefenaars in 2011 minder deelnemen aan lessen en cursussen en minder lid zijn van een vereniging dan in Maar bekeken over het totaal van de amateurkunstbeoefenaars is er sprake van een onveranderlijke situatie. Dat komt doordat bij theater en dans een toename van lesdeelnemers en lidmaatschappen valt te constateren. Over het geheel genomen is er een terugloop bij de inschrijvingen bij instellingen voor de kunsten. Vooral bij dans en muziek constateren we een daling. Bij schrijven en nieuwe media zijn structureel weinig beoefenaars ingeschreven of hebben les. Ze redden zich wel in hun eentje of, wat vermoedelijk voor de beoefenaars van nieuwe media geldt, ze maken deel uit van online community s en steken hun licht op via internet en/of sociale media. Dit overallbeeld wordt genuanceerd wanneer we de groep van 50-jarigen en ouder eruit lichten. Hun lidmaatschap van clubs en verenigingen is nu nog relatief groot. De paragraaf actief ouder worden laat meer verschillen zien met de groep onder de 50. De verwachting bestaat dat in de toekomst steeds minder mensen zich voor langere tijd aan een club of vereniging zullen verbinden (A. van den Broek (2010). Toekomstverkenning Kunstbeoefening. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau). Omdat amateurkunstenaars wel behoefte houden aan contact, uitwisseling en samenwerking met anderen, is het aannemelijk dat verenigingslidmaatschap en langdurige cursussen worden verruild voor kortere projecten en online community s. Spreiding Zoals eerder aangegeven is, is sprake van een landelijke daling van de actieve kunstbeoefening van 52% naar 48%. Bij de verschillende regio s is de daling tussen de 2 en 6%. Vergeleken met 2010 zien we de relatief grootste daling van amateurkunstenaars in het noorden van Nederland (van 60% in 2010 naar 54% in 2011). De kleinste daling zien we in Oost-Nederland (van 56% in 2010 naar 54% in 2011). Wanneer we verder terugkijken naar 2009 en 2010 even buiten beschouwing laten, zien we juist een toename in Noord-Nederland van 6% en in Oost-Nederland van 4%. De opleving van 2010 lijkt van tijdelijke aard geweest te zijn. Bij beeldende kunst is er sprake van een verschuiving van stad naar platteland. Dans kent een forse terugval op het platteland en tegelijkertijd een toename in de stedelijke gebieden. Bij amateurtheater is dezelfde tendens zichtbaar. Muziek blijft vooral veel beoefend in de minder stedelijke gebieden. Beoefening van nieuwe media loopt min of meer synchroon met de beoefening van amateurkunst in zijn geheel. De beoefenaars in steden en die op het platteland zijn in deze gevallen ongeveer in evenwicht. Ook bij theater zijn de beoefenaars min of meer gelijk verdeeld over stedelijke en plattelandsgebieden. Bij de provincies stellen we vast dat er sprake is van toegenomen amateurkunstbeoefening in Groningen, Friesland, Gelderland en Noord-Holland. Terugloop zien we in Flevoland, Utrecht, Zuid-Holland, Zeeland en Noord-Brabant. Min of meer stabiel zijn Drenthe, Overijssel en Limburg. De beide Hollanden en Brabant, die in 2009 nog samen meer dan de helft van de amateurkunstenaars (53%) herbergden, zijn nu gezakt onder de 50% (49,6%). Uit figuur 12 blijkt dat Noord-Holland de koppositie als provincie met het hoogste percentage beoefenaars heeft overgenomen van Zuid-Holland en dat Flevoland hekkensluiter is gebleven. 19
22 Figuur 13 Amateurkunstdeelname naar leeftijd en sekse < 50 jaar > 50 jaar 6 jaar en ouder = Mannen 45% 36% 41% Vrouwen 59% 46% 55% Amateurkunstenaars Totaal 52% 41% 48% Figuur 14 Deelname amateurkunstenaars (totaal, jonger, en ouder dan 50 jaar) aan de disciplines 48% 52% 41% 21% 24% 16% 16% 16% 16% 11% 13% 6% 5% 6% Totaal < 50 = > 50 Totaal < 50 = > 50 Totaal < 50 = > 50 Totaal < 50 = > 50 2% Totaal < 50 = > 50 13% 15% 10% 15% 16% 12% Totaal < 50 = > 50 Totaal < 50 = > 50 Aantal actieve kunstbeoefenaars in Nederland van 6 jaar en ouder Beeldende kunst Muziek Dans Theater Schrijven Nieuwe media 20
23 Deel 3 - uitgelicht: actief ouder worden In dit onderzoek hebben we extra aandacht voor de 50-plussers die zich actief met amateurkunst bezighouden. De reden hiervoor is dat 2012 het Europees Jaar voor actief ouder worden is. De EU zegt hierover: The initiative aims to help create better job opportunities and working conditions for the growing numbers of older people in Europe, help them take an active role in society and encourage healthy ageing. It comes as Europe s policymakers grapple with a steadily ageing population and its impacts on public services and finances. The European Parliament and Council are expected to endorse the initiative by the beginning of next year. (Zie de website van de EU: Hoe staat het met de ouder wordende amateurkunstenaar en hoe verhoudt deze zich cijfermatig tot jongere actieve kunstbeoefenaars? In het hiernavolgende schetsen we onze bevindingen. Volgens de meest recente CBS-cijfers hebben we in Nederland een kleine 17 miljoen inwoners. Ongeveer 9,2 miljoen zijn tussen de 6 en 50 jaar. En bijna 6 miljoen zijn 50 jaar of ouder. De groep 50-plussers is dus groot en volgens prognoses ook groeiende (CBS StatLine 2011, bevolking van Nederland). In figuur 13 is te zien dat 52% van de personen jonger dan 50 jaar aan amateurkunst doet, tegenover 41% van de 50-plussers. Deze laatste groep is relatief dus wat minder actief, maar het verschil is niet bijzonder groot. Figuur 13 laat het percentage mannen (41%) en vrouwen (55%) uit de Nederlandse 6-plus bevolking zien dat aan amateurkunst doet. Daarnaast zien we het relatieve aandeel van mannen en vrouwen jonger dan 50 en vanaf 50 jaar dat aan amateurkunst doet. Onder de 50 jaar doet 45% van de mannelijke bevolking aan amateurkunst, tegenover 59% van de vrouwen. Vanaf 50 jaar wordt het verschil tussen de seksen iets kleiner: dan is 36% van de mannen met amateurkunst bezig, tegenover 46% van de vrouwen. Tabel 12 Opleidingsniveau van amateurkunstenaars en Nederlanders jonger en ouder dan 50 jaar Opleiding Lager Middelbaar Tabel 12 toont het opleidingsniveau van amateurkunstenaars jonger en ouder dan 50. Ter vergelijking is voor beide leeftijdsgroepen ook het landelijk gemiddelde opleidingsniveau weergegeven. Bij de beide groepen onder de 50 jaar zijn personen jonger dan 12 jaar buiten beschouwing gelaten. Zij hebben immers nog geen opleiding voltooid en zouden het beeld daardoor kunnen vertekenen. Het beeld van amateurkunstbeoefenaars jonger dan 50 jaar is nagenoeg gelijk aan het algemene beeld van Nederlanders in die leeftijdsgroep. Qua opleidingsniveau zijn amateurs jonger dan 50 een perfecte afspiegeling van de Nederlandse bevolking jonger dan 50 jaar. Er is een verschil in opleidingsniveau bij de groep amateurkunstenaars vanaf 50 jaar in vergelijking met de Nederlandse bevolking van deze leeftijd: 17% van de amateurkunstenaars van 50-plus is laag opgeleid, versus 28% van de Nederlanders vanaf 50 jaar. De oudere amateurkunstenaar heeft aanzienlijk vaker een hogere opleiding genoten dan de gemiddelde Nederlander van 50-plus, namelijk 37% versus 29%. Amateurkunstenaars jonger dan 50 Nederlanders jonger dan 50 Figuur 14 toont de percentages waarin amateurkunstenaars jonger dan 50 en vanaf 50 jaar de disciplines beoefenen. Ter vergelijking is de totale groep beoefenaars toegevoegd in de eerste kolom. Uit de figuur is bijvoorbeeld af te lezen dat 21% van de Nederlandse bevolking van 6 jaar en ouder aan beeldende kunst doet. Daarbinnen zien we dat van alle Nederlanders tussen de 6 en 50 jaar 24% en van de 50-plussers 16% aan beeldende kunst doet. Bij vrijwel alle disciplines is te zien dat de participatie van de oudere amateur wat lager is. Een zichtbare uitzondering is de evenredige deelname tussen oud en jong bij de muziek. Amateurkunstenaars 50+ Nederlanders % 20% 17% 28% 42% 42% 46% 43% Hoger 40% 38% 37% 29% 21
24 Figuur 15 Tijdsbesteding van amateurkunstenaars jonger dan 50 en vanaf 50 jaar Amateurkunstenaars < 50 jaar 37% / 63% 49% / 51% 55% / 45% 55% / 45% 38% / 62% 31% / 69% 55% / 46% 62% / 38% 60% / 41% 30% / 72% 33% / 67% 48% / 52% Amateurkunstenaars > 50 jaar = 50 of meer minuten per week Minder dan 50 minuten per week Figuur 16 Lidmaatschap, lessen en inschrijving bij een kunstinstelling van amateurkunstenaars jonger dan en vanaf 50 jaar 63% 79% 83% 89% 74% 85% 21% 18% 17% 4% 3% 2% 50% 24% 19% 19% 3% 16% 36% 51% 32% 25% 22% 40% 9% 29% 31% 42% 30% 46% 33% 42% 24% 23% 12% 10% 12% 2% 8% 6% 2% 4% 16% 8% 5% 9% 6% 2% A B C D A B C D A B C D A B C D A B C D A B C D 22 A lid van club of vereniging B lessen / cursussen C ingeschreven bij instelling voor de kunsten D geen van deze Amateurkunstenaars < 50 jaar Amateurkunstenaars > 50 jaar =
25 Tijdsbesteding Figuur 15 laat zien dat verschillende groepen beoefenaars meer of minder dan 50 minuten per week aan hun hobby besteden. Het merendeel van de 50-plussers die meer dan 50 minuten per week besteden aan hun discipline zijn te vinden bij de disciplines muziek (62%), dans (60%) en beeldende kunst (55%). In de andere disciplines haalt een minderheid deze tijdsinvestering. De categorie jonger dan 50 jaar besteedt bij dans en theater net boven het AK-gemiddelde meer dan 50 minuten aan haar discipline, namelijk 55%. Met uitzondering van de disciplines theater en schrijven is de groep vanaf 50 jaar langer per week met zijn kunstbeoefening bezig dan het jongere deel van de amateurkunstenaars. Lidmaatschap, les en inschrijving Figuur 16 toont het percentage van amateurkunstenaars jonger dan 50 en vanaf 50 jaar dat lid is van een club of vereniging, lessen of andere vormen van scholing volgt of is ingeschreven bij een instelling voor de kunsten. Uit het figuur blijkt dat 79% van alle beoefenaars van beeldende kunst onder de 50 nergens lid van is en ook niet ingeschreven staat bij een instelling voor de kunsten of lessen of cursussen volgt. Dit betekent dat 21% van hen dat op een of andere manier wel doet. Let wel, iemand die ingeschreven staat bij een instelling voor de kunsten zal daar doorgaans ook lessen of cursussen volgen; in deze percentages zit dus wel een dubbeltelling. Een verschil tussen de leeftijdsgroepen zit op disciplineniveau bij muziek: 50% van de ouderen is lid van een club of vereniging, versus 24% van de amateurs onder de 50. Van de amateurmusici vanaf 50 jaar behoort 36% nergens bij, tegen 51% van de beoefenaars onder de 50. Het omgekeerde vinden we bij dans, waar de groep onder de 50 voor driekwart zich wel bij een club, instelling of cursus heeft aangemeld. Bij de dansers vanaf 50 ligt dit percentage met 54% aanzienlijk lager. Het totale beeld is dat de groep vanaf 50 jaar relatief vaker lid is van een club of vereniging dan de amateurkunstenaars jonger dan 50 jaar, ook bij individuele disciplines als nieuwe media en schrijven en bij de meer fysieke discipline dans. In de disciplines muziek en beeldende kunst is duidelijk zichtbaar dat beoefenaars vanaf 50 jaar relatief veel vaker dan gemiddeld lid zijn van een vereniging: bij beeldend kunstenaars is dat 18%, versus 8% van de beeldend amateurkunstenaars gemiddeld. Bij de musici gaat het om 50% vanaf 50 jaar versus 34% gemiddeld. Conclusie De cijfers laten dus zien dat 50-plussers actieve kunstbeoefenaars blijven, ondanks hun lagere deelname aan amateurkunst dan de groep onder de 50 jaar. Zo zien we bijvoorbeeld dat de deelname van vrouwen aan amateurkunst in de categorie jonger dan 50 jaar sterker is dan vanaf daarboven en onder het gemiddelde van de hele groep amateurkunstenaars komt, wanneer we naar de groep 50-plus vrouwen kijken. Ook qua opleidingsniveau is er een verschil, waardoor de huidige oudere amateurkunstenaar gemiddeld hoger opgeleid is dan de leeftijdsgroep die niet aan amateurkunst doet. Aangezien dit niet geldt voor de groep jonger dan 50, is de verwachting dat dit verschil met de jaren zal vervagen. Kortom, als het gaat om het actief ouder worden valt op dat de groep boven de 50 jaar onder amateurkunstenaars vrij stabiel blijft qua omvang, eerder lid is van een club of vereniging - meestal in de muziek- en meer tijd besteedt aan actieve kunstbeoefening. Daarbij is deze groep gemiddeld hoger opgeleid dan de leeftijdsgenoten in de Nederlandse bevolking en is het deelnameverschil tussen mannen en vrouwen kleiner vergeleken bij de groep eronder. Amateurkunstenaars vanaf 50 jaar blijven actief met hun kunstbeoefening bezig. Amateurkunst kan immers tot op hoge leeftijd en uitstekend samen met mensen van verschillende leeftijden worden beoefend. In die zin kan deze groep als casus fungeren voor het beoogde EU Active Ageing jaar in
26 Colofon Amateurkunst: Feiten en trends. Monitor Amateurkunst in Nederland, Kunstfactor, Utrecht 2011 Verantwoording Tenzij anders vermeld zijn de gegevens afkomstig uit Amateurkunst, Trendmonitor onderzoek aanvullingen (Amsterdam 2011, Bureau Veldkamp, Joep Wils). Redactie Amalia Deekman, Hans Heimans, Lotte Volz Eindredactie Tekst/Support, Amsterdam Ontwerp Taluut, Utrecht Druk Zalsman, Zwolle Kunstfactor, Utrecht 2011 Citeren uit deze publicatie is toegestaan met bronvermelding. Kunstfactor is het landelijk sectorinstituut amateurkunst. Als sectorinstituut zijn wij gesprekspartner voor overheden, beleidsmakers en opinievormers en stimuleren we het debat over de amateurkunst. We adviseren, informeren, onderzoeken, initiëren en inspireren. We leggen verbindingen binnen en buiten de sector amateurkunst, nationaal en internationaal. KUNSTFACTOR SECTORINSTITUUT AMATEURKUNST Kromme Nieuwegracht 66 Postbus AL Utrecht T + 31 (0) info@kunstfactor.nl 24
27
28
Amateurkunst - de feiten. Monitor Amateurkunst in Nederland 2009
Amateurkunst - de feiten Monitor Amateurkunst in Nederland 2009 Beeldende kunst Zang Instrumentale muziek Dans Theater Schrijven Nieuwe media Voorwoord Kunst ráákt mensen. Miljoenen Nederlanders houden
Nadere informatieSamenvatting. Vrijwilligers in de Amateurkunst
Samenvatting Vrijwilligers in de Amateurkunst Samenvatting Vrijwilligers in de Amateurkunst De amateurkunstsector kampt met een tekort aan vrijwilligers. Vooral in de disciplines beeldende kunst en instrumentale
Nadere informatieFORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009
FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 29 Groei van werkloosheid onder zet door! In het 2 e kwartaal van 29 groeide de werkloosheid onder (niet-westers)
Nadere informatieontspanning en iets presteren
ontspanning en iets presteren motieven en ambities van amateurkunstbeoefenaars Henk Vinken en Teunis IJdens Ontspanning, doelgericht leren, gezellig tijdverdrijf met anderen en de ambitie om een kunstzinnige
Nadere informatiePersoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters
Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Dit document bevat de volgende gegevens: Een overzicht van de burgemeesters naar politieke partij in de periode 2002-2017. Een overzicht van het aandeel vrouwelijke
Nadere informatieOntwikkeling leerlingaantallen
Ontwikkeling leerlingaantallen Elk jaar wordt op 1 oktober het leerlingaantal van elke basisschool geregistreerd door de Dienst Uitvoering Onderwijs (). Op basis van deze leerlingtelling wordt de bekostiging
Nadere informatiePersoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters
Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Dit document bevat de volgende gegevens: Een overzicht van de burgemeesters naar politieke partij in de periode 1998-2016. Een overzicht van het aandeel vrouwelijke
Nadere informatieDiversiteit in Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en Eerste Kamer in 2011
Onderzoek Diversiteit in Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en Eerste Kamer in 2011 Het Huis voor democratie en rechtsstaat heeft na de verkiezingen van 2 maart 2011 de diversiteit in de nieuwe Provinciale
Nadere informatieAllochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010
FORUM Maart Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt 9-8e monitor: effecten van de economische crisis In steeg de totale werkloosheid in Nederland met % naar 26 duizend personen. Het werkloosheidspercentage
Nadere informatieAmateurkunst & publiek
Amateurkunst & publiek 2011 inhoudsopgave Inleiding 05 Bezoeken 06 Formele podia 07 Informele podia 10 Vergelijking formele en informele podia 15 Amateurs en professionals 17 Colofon 18 Inleiding Inleiding
Nadere informatiePersoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters
Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Dit document bevat de volgende gegevens: een overzicht van de burgemeesters naar politieke partij in de periode 1998-2014 een overzicht van het aandeel vrouwelijke
Nadere informatieDiversiteit in de Provinciale Staten
Onderzoek Diversiteit in de Provinciale Staten Het Huis voor democratie en rechtsstaat heeft na de verkiezingen van 2 maart 2011 de diversiteit in de nieuwe Provinciale Staten (PS) onderzocht. Het gaat
Nadere informatieLeenonderzoek Verbouwingen De cijfers 2016 vs 2015
Leenonderzoek Verbouwingen De cijfers 2016 vs 2015 Geldshop, onafhankelijk adviseur en bemiddelaar in consumptief krediet, heeft een grootschalig onderzoek gedaan naar leningaanvragen voor het leendoel
Nadere informatieCIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN FYSIOTHERAPEUTEN (in de eerste lijn)
CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN FYSIOTHERAPEUTEN (in de eerste lijn) Peiling 1 januari 2012 D.T.P. VAN HASSEL R.J. KENENS NOVEMBER 2013 CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN BEROEPEN IN DE GEZONDHEIDSZORG CIJFERS
Nadere informatieStoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages
Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Een analyse van de huisartsenregistratie over de
Nadere informatieBasisscholen in krimpgebieden in schooljaar 2017/2018
Basisscholen in krimpgebieden in 2017/2018 In welke provincies sluiten de meeste basisscholen? Aan het begin van 2017/2018 zijn in Groningen, Zeeland, Limburg en Flevoland rond 2% van de basisscholen gesloten
Nadere informatieWie doen er aan sport en cultuur?
Beoefenen en/of en, en/of Capita selecta zijn ers ook beoefenaars? zijn liefhebbers ook liefhebbers? beoefenen 46 19 en 52 32 Zijn ers ook beoefenaars? Zijn ers van ook de mensen die amateurkunst beoefenen?
Nadere informatieOntwikkeling werkdruk in het onderwijs 1999-2003
Ontwikkeling werkdruk in het onderwijs 1999-2003 Eindrapport Een onderzoek in opdracht van het Vervangingsfonds Frank Schoenmakers Rob Hoffius B3060 Leiden, 21 juni 2005 Inhoudsopgave 1 Inleiding 4 2 Verantwoording:
Nadere informatie(65%) Totaal Mannen Vrouwen. Totaal jaar jaar
Ontwikkeling van de WW in de periode 21 24 Ton Ferber Tussen eind 21 en eind 24 is het aantal WW-uitkeringen bijna verdubbeld. Vooral het aantal uitkeringen aan mannen jonger dan 45 is sterk gestegen.
Nadere informatieFiguur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Ontwikkeling aantal leerlingen 2009-2013 1 (index: 2009 = 100) 2014-2019 (index: 2014 = 100)
Het aantal leerlingen in het basisonderwijs is tussen 2010 en 2014 gedaald. In de provincie Limburg nam het aantal leerlingen in deze periode het sterkst af. In het voortgezet onderwijs is het aantal leerlingen
Nadere informatieNationaal Leenonderzoek Analyse van tienduizenden leningaanvragen uit 2016
Nationaal Leenonderzoek Analyse van tienduizenden leningaanvragen uit 2016 Geldshop heeft uitgebreid onderzoek naar leningaanvragen in Nederland 2016 uitgevoerd. In totaal werd de data van 29.501 aanvragen
Nadere informatieWoON-themarapport. Woningbouwplanningen van kwantiteit naar kwaliteit
Woningbouwplanningen van kwantiteit naar kwaliteit Middelburg, december 2013 Colofon SCOOP 2013 Samenstelling Dick van der Wouw Nadet Somers SCOOP Zeeuws instituut voor sociale en culturele ontwikkeling
Nadere informatieStand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland 2011
Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland 2011 Utrecht, juli 2011 Buitenhek Management & Consult Winthontlaan 200 Postbus 85183 3508 AD Utrecht T +030 287 59 59 F +030 287 59 60 info@buitenhek.nl
Nadere informatieFACTS & FIGURES Trends in museum- en tentoonstellingsbezoek ( ) Mathijs De Baere
Inleiding In deze fiche zal het museum- en tentoonstellingsbezoek van de Vlamingen in kaart gebracht worden op basis van de participatiesurveygegevens van 2004 (n=2849), 2009 (n=3144) en 2014 (n=3965).
Nadere informatieKengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013
Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 drs. W. van Ooij MarktMonitor Januari 2015 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 . Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013
Nadere informatieAnalyse NVM openhuizendag
Analyse NVM openhuizendag Gemaakt door: NVM Data & Research Datum: 1 juli 2011 Resultaten analyse Openhuizenbestand 26 maart 2011 Er doen steeds meer woningen mee aan de NVM-openhuizendag. Op 26 maart
Nadere informatieAnalyse ontwikkeling leerlingaantallen
Analyse ontwikkeling leerlingaantallen Naar aanleiding van de 1 oktobertelling 2014 heeft VGS Adivio weer een korte analyse uitgevoerd waarbij onderzocht is in hoeverre de leerlingaantallen onderhevig
Nadere informatieBasiscijfers gemeenten. Arbeidsmarktregio Midden-Utrecht
Basiscijfers gemeenten Arbeidsmarktregio Midden- Inhoudsopgave Inleiding... 3 Nww-percentage december 2011... 4 Ontwikkeling nww 2010-2011... 5 Standcijfers nww 2011 en nww-percentages december 2010 en
Nadere informatieBijlagen hoofdstuk 8 Mobiliteit Lucas Harms
Thuis op het platteland. De leefsituatie van platteland en stad vergeleken. Anja Steenbekkers, Carola Simon, Vic Veldheer (red.). Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau, januari 2006 Bijlagen hoofdstuk
Nadere informatieGrote gemeenten goed voor driekwart van bevolkingsgroei tot 2025
Persbericht PB13 062 1 oktober 2013 9:30 uur Grote gemeenten goed voor driekwart van bevolkingsgroei tot 2025 Tussen 2012 en 2025 groeit de bevolking van Nederland met rond 650 duizend tot 17,4 miljoen
Nadere informatie.., Algemene Rekenkamer. BEZORGEN De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Gen era a Binnenhof 4 2513 AA Den Haag
Algemene Rekenkamer.., BEZORGEN De Voorzitter van de Tweede Kamer der StatenGen era a Binnenhof 4 2513 AA Den Haag Lange Voorhout 8 Postbus 20015 2500 EA Den Haag T 070 3424344 070 3424130 voorlichting@rekenkamer.nl
Nadere informatieSamenvatting WijkWijzer 2017
Samenvatting WijkWijzer 2017 Bevolking & wonen Inwoners Op 1 januari 2017 telt Utrecht 343.134 inwoners. Met 47.801 inwoners is Vleuten-De Meern de grootste wijk van Utrecht, gevolgd door de wijk Noordwest.
Nadere informatieAantal werkzoekenden en WW-uitkeringen verder gestegen in februari
Februari 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen verder gestegen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Verleende ontslagvergunningen 7 Statistische bijlage 8 Toelichting NWW
Nadere informatieLandelijke peiling Nijmegen 2000. Resultaten eindmeting, januari 2006
Resultaten eindmeting, januari 2006 O&S Nijmegen januari 2006 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Onderzoeksresultaten 5 2.1 Eerste gedachte bij de stad Nijmegen 5 2.2 Bekendheid met gegeven dat Nijmegen de
Nadere informatieLangdurige werkloosheid in Nederland
Langdurige werkloosheid in Nederland Robert de Vries In 25 waren er 483 duizend werklozen. Hiervan waren er 23 duizend 42 procent langdurig werkloos. Langdurige werkloosheid komt vooral voor bij ouderen.
Nadere informatieWie doen er aan sport en cultuur?
Wie doen er aan sport en? Eerste presentatie van gegevens uit de Vrijetijdsomnibus 2012 HUP Wie doen er aan sport en? Sport en hebben veel gemeen. Het zijn allebei vormen van vrijetijdsbesteding (behalve
Nadere informatiePersoonlijke gegevens raadsleden
Persoonlijke gegevens raadsleden Dit document bevat de volgende gegevens van raadsleden: Aantal raadsleden naar gemeentegrootte 1998-2016. Aantal raadsleden naar politieke partij 1998-2016. Aandeel vrouwelijke
Nadere informatiePersoonlijke gegevens raadsleden
Persoonlijke gegevens raadsleden Dit document bevat de volgende gegevens van raadsleden: Aantal raadsleden naar gemeentegrootte 1998-2014 Aantal raadsleden naar politieke partij 1998-2014 Aandeel vrouwelijke
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. In 2025 fors meer huishoudens in de Randstad
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB08-049 8 juli 2008 9.30 uur In 2025 fors meer huishoudens in de Randstad Sterkste groei aan noordoostzijde Randstad Ook meer huishoudens in Noord-Brabant
Nadere informatieBijlagen hoofdstuk 12 Maatschappelijke participatie Jeroen Devilee en Joep de Hart
Thuis op het platteland. De leefsituatie van platteland en stad vergeleken. Anja Steenbekkers, Carola Simon, Vic Veldheer (red.). Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau, januari 2006 Bijlagen hoofdstuk
Nadere informatieAantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen
Juni 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen 7 Statistische bijlage 8 Toelichting
Nadere informatieFiguur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Prognose aantal leerlingen (index: 2011 = 100) (index: 2016 = 100)
Het aantal leerlingen in het basisonderwijs is tussen 2011 en 2015 gedaald. In de provincie Limburg nam het aantal leerlingen in deze periode het sterkst af. In het voortgezet onderwijs is het aantal leerlingen
Nadere informatieProfiel digitale krantenlezer
Nieuwsmerken ook sterk online. Bezoekersaantallen dagbladsites blijven stijgen. De digitale dagbladlezer anno 2011 11 miljoen Nederlanders bezochten in 2011 dagbladsites. Een stijging t.o.v. het vorig
Nadere informatieCIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN FYSIOTHERAPEUTEN Peiling 2003
CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN FYSIOTHERAPEUTEN Peiling 2003 R.J. Kenens L. Hingstman Februari 2004 NIVEL Postbus 1568, 3500 BN UTRECHT Telefoon: 030-27 29 700 www.nivel.nl Pagina 2 van 6 INLEIDING In
Nadere informatieEerste resultaten cultuursurvey Maastricht 2017 versie mei 2018
Eerste resultaten cultuursurvey Maastricht 2017 versie mei 2018 In november en december 2017 ontvingen 12.000 inwoners van Maastricht van zes jaar en ouder een lijst met vragen over cultuurbeoefening,
Nadere informatieStand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland
Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland Utrecht, januari 2010 Buitenhek Management & Consult Winthontlaan 200 Postbus 85183 3508 AD Utrecht T +030 287 59 59 F +030 287 59 60 info@buitenhek.nl
Nadere informatieCIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN OEFENTHERAPEUTEN
CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN OEFENTHERAPEUTEN Uitkomsten van de peiling van 1 januari 2016 L.F.J. van der Velden R.J. Kenens J. Hansen R. Batenburg NIVEL POSTBUS 1568-3500 BN UTRECHT TELEFOON: 030-27
Nadere informatieSenioren en actieve kunstbeoefening
Factsheet Senioren en actieve kunstbeoefening In 2009 is ongeveer een op de zes Nederlanders ouder dan 65 jaar en in 2030 zal bijna een kwart van de bevolking bestaan uit 65-plussers 1. Een groeiende groep
Nadere informatieBijlagen hoofdstuk 2 Demografie en ruimtegebruik Carola Simon
Thuis op het platteland. De leefsituatie van platteland en stad vergeleken. Anja Steenbekkers, Carola Simon, Vic Veldheer (red.). Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau, januari 2006 Bijlagen hoofdstuk
Nadere informatieSCHORSINGEN EN VERWIJDERINGEN 2007/2008-2011/2012
SCHORSINGEN EN VERWIJDERINGEN 2007/2008-2011/2012 Utrecht, januari 2013 INHOUD Samenvatting 4 Inleiding 6 1 Trends en wetenswaardigheden 8 1.1 Inleiding 8 1.2 Trends 8 1.3 Wetenswaardigheden 11 2 Wet-
Nadere informatieWie doet aan sport? Een korte analyse van sportparticipatie uit het Vlaams Tijdsbestedingsonderzoek 2013
Wie doet aan sport? Een korte analyse van sportparticipatie uit het Vlaams Tijdsbestedingsonderzoek 2013 Situering Onze maatschappij houdt ons graag een ideaalbeeld voor van een gezonde levensstijl, waarbij
Nadere informatieOpvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee).
Ontwikkeling melkveebedrijven in Utrecht, Gelderland en Brabant Analyse van mogelijke groei van melkveebedrijven op basis van gegevens van CBS en provincies Het CBS inventariseert jaarlijks de feitelijk
Nadere informatieOverzichtsrapport SER Gelderland
Overzichtsrapport SER Gelderland Bevolking en participatie In opdracht van SER Gelderland September 2008 Drs. J.D. Gardenier L.T. Schudde CAB Martinikerkhof 30 9712 JH Groningen 050-3115113 cab@cabgroningen.nl
Nadere informatieLeenonderzoek Verbouwingen De cijfers 2017 vs 2016
MAAKT HET WAAR Leenonderzoek Verbouwingen De cijfers 2017 vs 2016 Geldshop, onafhankelijk adviseur en bemiddelaar in consumptief krediet, heeft een grootschalig onderzoek gedaan naar leningaanvragen voor
Nadere informatiesocio-demografie 2.597.232 jongeren geslacht leeftijd woonplaats 4 grote steden en per provincie afkomst opleiding religie
FACTSHEET: socio-demografie Hoeveel jongeren zijn er eigenlijk in Nederland? Wonen er meer jongeren in Limburg of in Zeeland? Wat zijn de cijfers rondom geslacht, afkomst, opleidingsniveau en religie?
Nadere informatieRegionale verscheidenheid in bevolkingsconcentraties
Deel 1: Gemiddelde leeftijd en leeftijdsopbouw Mathieu Vliegen en Niek van Leeuwen De se bevolkingskernen vertonen niet alleen een ongelijkmatig ruimtelijk spreidingspatroon, maar ook regionale verschillen
Nadere informatieKWARTAALMONITOR JULI Omzetontwikkeling van freelancers en flexwerkers in Nederland
KWARTAALMONITOR JULI 2017 Omzetontwikkeling van freelancers en flexwerkers in Nederland Inhoud 3 HERSTELLENDE MARKT HUNKERT NAAR HERZIENINGEN 4 FREELANCERS EN FLEXWERKERS ONVERMINDERD POPULAIR 5 JONGE
Nadere informatieAlleen-Pinnen-Monitor
1 Alleen-Pinnen-Monitor Perceptie van alleen-pinnen kassa s 2 e meting Erwin Boom & Markus Leineweber, 11 september 2012 Uitgevoerd in opdracht van de Betaalvereniging Nederland en Stichting BEB Vertrouwelijk
Nadere informatieFACTSHEET CONTINU ONDERZOEK ROOKGEWOONTEN 2013
FACTSHEET MAART 2014 FACTSHEET CONTINU ONDERZOEK ROOKGEWOONTEN 2013 KERNPUNTEN Een kwart (25%) van de Nederlandse bevolking vanaf 15 jaar rookt in 2013: 19% rookt dagelijks en 6% niet dagelijks. Het percentage
Nadere informatieJoost Meijer, Amsterdam, 2015
Deelrapport Kohnstamm Instituut over doorstroom vmbo-mbo t.b.v. NRO-project 405-14-580-002 Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Inleiding De doorstroom van vmbo naar mbo in de groene sector is lager dan de doorstroom
Nadere informatieAantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen
April 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen blijven stijgen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen 7 Statistische
Nadere informatiePersoonlijke gegevens van Wethouders
Persoonlijke gegevens van Wethouders Dit document bevat de volgende gegevens van wethouders: Aantal wethouders naar gemeentegrootte 1998-2014 Aandeel wethouders naar politieke partij 1998-2014 Aandeel
Nadere informatieOnderzoek in het kader van de 100 ste editie van de Internationale Vierdaagse Afstandsmarsen Nijmegen. Nienke Lammertink en Koen Breedveld
NEDERLANDERS OVER DE VIERDAAGSE Onderzoek in het kader van de 100 ste editie van de Internationale Vierdaagse Afstandsmarsen Nijmegen Nienke Lammertink en Koen Breedveld Mei 2016 1 Nederlanders over de
Nadere informatieKENGETALLEN MOBILITEITSBRANCHE
KENGETALLEN MOBILITEITSBRANCHE 2005-2016 Juni 2016 Kengetallen mobiliteitsbranche 2005-2016 1 INHOUD 1. Aanleiding 3 2. Conclusie 5 3. Resultaten 10 3.1 Werkgevers 10 3.2 Medewerkers 27 3.3 Branchemobiliteit
Nadere informatieDe aanvullende tandzorgverzekering Samenvatting Bijna iedereen heeft een aanvullende verzekering Aanvullend verzekerd voor: 2006 2007
Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Judith de Jong, Marloes Loermans, Marjan van der Maat, De aanvullende tandzorgverzekering, NIVEL, 2008) worden gebruikt.u
Nadere informatieOverzicht uitgeschreven huisartsen NIVEL Lud van der Velden Daniël van Hassel Ronald Batenburg
Overzicht uitgeschreven huisartsen 1990-2015 NIVEL Lud van der Velden Daniël van Hassel Ronald Batenburg ISBN 978-94-6122-424-8 http://www.nivel.nl nivel@nivel.nl Telefoon 030 2 729 700 Fax 030 2 729 729
Nadere informatiePersbericht. Werkloosheid in alle provincies gedaald
Persbericht PB99-191 28 juli 1999 9.30 uur Werkloosheid in alle provincies gedaald De gunstige ontwikkeling op de arbeidsmarkt in 1998 leidde in alle provincies tot een daling van de werkloosheid en een
Nadere informatieFactsheet persbericht. Vooral studentes somber over kansen arbeidsmarkt
Factsheet persbericht Vooral studentes somber over kansen arbeidsmarkt Inleiding Van augustus 2009 tot en met september 2009 hield Zoekbijbaan.nl het Nationale Bijbanen Onderzoek. Aan het onderzoek deden
Nadere informatieStudentenBureau Stagemonitor
StudentenBureau Stagemonitor Rapportage Mei 2011 1 SAMENVATTING... 3 ERVARINGEN... 3 INLEIDING... 4 ONDERZOEKSMETHODE... 5 RESPONDENTEN... 5 PROCEDURE... 5 METING... 5 DEEL I ANALYSE... 6 1. STAGE EN ZOEKGEDRAG...
Nadere informatieFactsheet Schorsingen en verwijderingen
Factsheet Schorsingen en verwijderingen Elektronische meldingen 2009/2010 tot en met 2013/2014 Kern Scholen voor voortgezet onderwijs zijn verplicht aan de inspectie te melden als zij een leerling langer
Nadere informatieSociale media in Nederland Door: Newcom Research & Consultancy
Sociale media in Nederland Door: Newcom Research & Consultancy Sociale media hebben in onze samenleving een belangrijke rol verworven. Het gebruik van sociale media is groot en dynamisch. Voor de vierde
Nadere informatieFactsheet Sportparticipatie in Utrecht
Factsheet Sportparticipatie in Utrecht mei 2015 Overzicht Deze factsheet geeft op hoofdlijnen een beeld van sporten en bewegen in de stad en maakt deel uit van Utrecht Sport, de Utrechtse sportvisie op
Nadere informatieVrijwilligers maken het verschil!
Vrijwilligers maken het verschil! Het Oranje Fonds organiseert op 21 en 22 maart 2014 samen met duizenden organisaties in het land, NLdoet, de grootste vrijwilligersactie van Nederland. NLdoet stimuleert
Nadere informatieJuni 2012 Meer werkzoekenden (NWW) dan een jaar geleden Aantal WW-uitkeringen in een jaar tijd met gestegen
Juni 2012 Meer werkzoekenden (NWW) dan een jaar geleden - 464.300 werkzoekenden geregistreerd bij UWV WERKbedrijf - In i vrijwel evenveel werkzoekenden als in - Van de 55-plus beroepsbevolking is 9,4 procent
Nadere informatieUtrecht, december 2002 VFA172/LH/MvG CIJFERS OVER FYSIOTHERAPEUTEN IN DE EERSTE LIJN
Utrecht, december 2002 VFA172/LH/MvG CIJFERS OVER FYSIOTHERAPEUTEN IN DE EERSTE LIJN 2001 CIJFERS OVER FYSIOTHERAPEUTEN IN DE EERSTE LIJN 2001 L. Hingstman R. Kenens November 2002 Aantal inwoners per full-time
Nadere informatieCBS: Lichte toename werkenden, minder werklozen
CBS: Lichte toename werkenden, minder werklozen Het aantal mensen met werk is in de periode februari-april met gemiddeld 2 duizend per maand toegenomen. Vooral jongeren en 45-plussers gingen aan de slag.
Nadere informatieStudenten aan lerarenopleidingen
Studenten aan lerarenopleidingen Factsheet januari 219 In de afgelopen vijf jaar is het aantal Amsterdamse studenten dat een lerarenopleiding volgt met ruim 9% afgenomen. Deze daling is het sterkst voor
Nadere informatieKengetallen mobiliteitsbranche
Kengetallen mobiliteitsbranche 2004-2015 Juni 2015 Kengetallen mobiliteitsbranche 2004-2015 1 INHOUD 1. Aanleiding 3 2. Conclusie 5 3. Resultaten 10 3.1 Werkgevers 10 3.2 Medewerkers 27 3.3 Branchemobiliteit
Nadere informatieStatistische Jaarbrief 2011
Statistische Jaarbrief 2011 kleine synode 25 november 2011 AZ 11-39 Expertisecentrum Pagina 3 van Inhoud 1 Inleiding 5 2 Verantwoording 6 2.1 Gebruikte bronnen 6 2.2 Het ledental van de Protestantse Kerk
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 31 482 Cultuursubsidies Nr. 94 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Vastgesteld 22 april 2015 De commissie voor de Rijksuitgaven en de vaste commissie
Nadere informatieWerkloosheid nauwelijks veranderd
Persbericht Pb14-084 18-12-2014 09.30 uur Werkloosheid nauwelijks veranderd - Werkloosheid blijft 8 procent - Meer mensen aan het werk in de afgelopen drie maanden - Aantal WW-uitkeringen met 6 duizend
Nadere informatieRapportage Vergelijkend Onderzoek naar Ziekteverzuim SW-sector 2003
Rapportage Vergelijkend Onderzoek naar Ziekteverzuim SW-sector 2003 Inleiding In het arboconvenant Sociale Werkvoorziening is bepaald dat jaarlijks een vergelijkend onderzoek naar de hoogte van het ziekteverzuim
Nadere informatieAantal werkzoekenden en WW-uitkeringen opnieuw toegenomen
Maart 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen opnieuw toegenomen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen 7 Statistische
Nadere informatieGraydon Kwartaal Monitor. Kwartaal
Graydon kwartaal monitor Kwartaal 1 216 1 Inhoud Inleiding 3 Persbericht 4 Overzicht per branche 5 Vergelijking Q4-214, Q1 215 en Q2 215 Starters per branche 5 Opheffingen per branche 6 Faillissementen
Nadere informatieBijlage bij hoofdstuk 11 Wonen
Bijlage bij hoofdstuk 11 Wonen Figuur B11.1 Woningvoorraad naar eigendom, en naar provincie, 1 januari 2008 % 80 70 60 50 40 30 20 10 0 Groningen Friesland Drenthe Overijssel Flevoland Gelderland Utrecht
Nadere informatieWoningtransacties per maand, Nederland 2013-2015
Uitstekend eerste halfjaar 2015 Nederlandse woningmarkt De Nederlandse woningmarkt heeft een prima eerste half jaar achter de rug. In de eerste 6 maanden van 2015 werden door het Kadaster 75.249 woningtransacties
Nadere informatieAantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen
September 2009 Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen 2 Ingediende vacatures 5 Vraag en aanbod bij UWV WERKbedrijf 6 Ingediende ontslagaanvragen en verleende ontslagvergunningen 7 Statistische bijlage
Nadere informatieTheaterbeoefenaars in Nederland gemeten
Theaterbeoefenaars in Nederland gemeten Jongerentheater leeft: er is ondanks de crisis vanaf 2008 nog steeds nieuw aanbod ontwikkeld voor jeugd- en jongerentheater. Theateraanbieders werken voor het overgrote
Nadere informatieRapportage beoordelen en incidenteel belonen 2012
Rapportage beoordelen en incidenteel belonen 2012 Oktober 2013 Samenvatting Provinciebreed wordt er in 2012 met 91% van de medewerkers een planningsgesprek gevoerd, met 81% een voortgangsgesprek en met
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Arbeidsmarkt: verschil tussen Utrecht en Noorden van het land blijft groot
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-145 29 juni 2000 9.30 uur Arbeidsmarkt: verschil tussen Utrecht en Noorden van het land blijft groot Door de gunstige ontwikkeling op de arbeidsmarkt
Nadere informatieBekendheid Overijsselse regio s
Rapport Bekendheid Overijsselse regio s Resultaten 3-meting december 2011 Rapportage: januari 2012 Bestemd voor: Aljona Wertheim-Davygora, Provincie Overijssel nbtc nipo research postadres Postbus 458
Nadere informatieApril 2012 Minder niet-werkende werkzoekenden (NWW) Aantal WW-uitkeringen opnieuw licht gedaald
April 2012 Minder niet-werkende werkzoekenden (NWW) - 471.100 werkzoekenden geregistreerd bij UWV WERKbedrijf - Daling jonge werkzoekenden - Vooral daling agrarische beroepen en technische/industriële
Nadere informatieJeugdzorg Plus. Plaatsings- en uitstroomgegevens Vijf zorggebieden. Leeswijzer. 1 Zorggebied Noord-West: de provincies Noord-Holland en Utrecht
Jeugdzorg Plus Plaatsings- en uitstroomgegevens 2018 In deze factsheet geven we u een beeld van het aantal plaatsingen in Jeugdzorg Plus instellingen in 2018, cliëntgegevens en uitstroomgegevens. De cijfers
Nadere informatieKengetallen Mobiliteitsbranche
Kengetallen Mobiliteitsbranche 2002-2012 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2002-2012 drs. W. van Ooij dr. K.Karpinska MarktMonitor september 2013 Inhoudsopgave Samenvatting -------------------------------------------------------------------------------------------------
Nadere informatieVrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten
Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Gemeente s-hertogenbosch, afdeling Onderzoek & Statistiek, februari 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Vrijwilligerswerk... 4 3. Mantelzorg... 8
Nadere informatieLeningen oversluiten Oversluitonderzoek 2017
Leningen oversluiten Oversluitonderzoek 2017 Geldshop, onafhankelijk adviseur en bemiddelaar in consumptief krediet, heeft in de eerste acht maanden van 2017 onderzoek gedaan naar leningaanvragen ten behoeve
Nadere informatieTabellenrapportage Quickscan leerlingendaling VO. schoolbesturen, gemeenten en provincies
Tabellenrapportage Quickscan leerlingendaling VO schoolbesturen, gemeenten en provincies Tabellenrapportage Quickscan leerlingendaling VO schoolbesturen, gemeenten en provincies Opdrachtgever: Ministerie
Nadere informatieVoor het eerst neemt vrije tijd niet meer af
Voor het eerst neemt vrije tijd niet meer af Hoe gaan Nederlanders met hun tijd om? vraagt het Sociaal en Cultureel Planbureau zich af in het laatste rapport over het vijfjaarlijkse Tijdsbestedingsonderzoek.
Nadere informatieVervoer in het dagelijks leven
Vervoer in het dagelijks leven Doordat de afstanden tot voorzieningen vandaag de dag steeds groter worden neemt het belang van vervoer in het dagelijks leven toe. In april 2014 zijn de leden van het Groninger
Nadere informatieCriminaliteit en slachtofferschap
3 Criminaliteit en slachtofferschap M.M.P. Akkermans Bijna één op de vijf Nederlanders van 15 jaar en ouder was in 2015 slachtoffer van veelvoorkomende criminaliteit zoals gewelds-, vermogensof vandalismedelicten.
Nadere informatie