Beroep tegen berisping ongegrond. De werkgever heeft in redelijkheid een berisping op mogen leggen. UITSPRAAK

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Beroep tegen berisping ongegrond. De werkgever heeft in redelijkheid een berisping op mogen leggen. UITSPRAAK"

Transcriptie

1 Beroep tegen berisping ongegrond. De werkgever heeft in redelijkheid een berisping op mogen leggen. UITSPRAAK in het geding tussen: [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. E.Tj. van Dalen en [het bestuur], gevestigd te [vestigingsplaats], verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. D. Lacevic 1. VERLOOP VAN DE PROCEDURE Bij beroepschrift van 2 februari 2018, ingekomen op 2 februari 2018 en aangevuld bij brief van 16 februari 2018, heeft [appellant] beroep ingesteld tegen de beslissing van de werkgever van 22 december 2017 om het besluit van 24 november 2017, waarbij hem de disciplinaire maatregel van een schriftelijke berisping is opgelegd, in stand te laten. De werkgever heeft op 19 maart 2018 een verweerschrift ingediend en dit aangevuld op 10 april De mondelinge behandeling van het beroep vond plaats op 13 april 2018 te Utrecht. [appellant] was ter zitting aanwezig en werd bijgestaan door zijn gemachtigde. De werkgever werd vertegenwoordigd door [directeur], [directeur instituut], en [juridische adviseur], juridisch adviseur. Zij werden bijgestaan door de gemachtigde. 2. DE FEITEN [appellant], geboren op [geboortedatum], is sinds 1 september 2006 in dienst van de werkgever. Hij werkt als docent voor de opleiding Sportkunde en heeft een vast dienstverband met een volledige betrekkingsomvang. Op de arbeidsverhouding is van toepassing de cao. [appellant] is op 1 februari 2017 door de werkgever schriftelijk gewaarschuwd voor onder meer het niet op orde hebben van zijn administratie en het niet tijdig afronden van zijn masterstudie die door de werkgever wordt bekostigd. In deze waarschuwing geeft de werkgever aan dat bij vergelijkbare incidenten een disciplinaire maatregel zou volgen. In september 2017 krijgt [appellant] een onvoldoende beoordeling. In dat kader is afgesproken dat er regelmatig voortgangsgesprekken plaatsvinden. [appellant] heeft op 9 oktober 2017 een voortgangsgesprek gehad met zijn teamleider / uitspraak d.d. 15 mei 2018 pagina 1 van 6

2 Tijdens dit gesprek heeft [appellant] desgevraagd aangegeven dat alle administratieve taken op orde zijn. De volgende dag, 10 oktober 2017, vernam de teamleider dat [appellant] op 9 oktober 2017, de dag van het voortgangsgesprek, nog een cijfer had ingevoerd in het door de werkgever gebruikte cijfersysteem Osiris. Het cijfer maakte onderdeel uit van de propedeuse van de opleiding Sport, Gezondheid en Management (SGM). Deze opleiding hield per 1 september 2017 op te bestaan. Op 1 september 2017 is daarvoor de opleiding Sportkunde voor in de plaats gekomen. Het cijfer betrof een opdracht voor het studieonderdeel Preventieve Organisatie Diagnose (POD). De desbetreffende student had de opdracht in eerste instantie niet ingeleverd, waarop [appellant] voor deze student een zogenoemde gemiste kans heeft ingevoerd in Osiris. Omdat [appellant] later van de student begreep dat deze in de steek was gelaten door zijn medestudenten en hij een positieve indruk had van de student, mocht de student het project alleen afmaken. De student heeft het project vervolgens op 29 juni 2017 ingeleverd. Dit project is door [appellant] als onvoldoende beoordeeld. De student heeft op 12 juli 2017 zijn herkansing ingeleverd. Het cijfer daarvoor heeft [appellant] op 9 oktober 2017 door een medewerker van de ondersteunende dienst als tweede kans cijfer laten invoeren op de datum van 29 juni Artikel van het studentenstatuut bepaalt dat cijfers binnen 15 werkdagen na afloop van een tentamen moeten worden vastgesteld en aan de student bekend worden gemaakt. Vanwege het eindigen van de opleiding SGM dienden alle cijfers uiterlijk 31 augustus 2017 in het cijfersysteem ingevoerd te zijn. De werkgever heeft [appellant] bij besluit van 24 november 2017 de disciplinaire maatregel van een schriftelijke berisping opgelegd wegens plichtsverzuim. [appellant] heeft bij brief van 13 december 2017 verweer gevoerd tegen deze berisping. Vervolgens heeft de werkgever [appellant] bij besluit van 22 december 2017 meegedeeld dat hij het besluit van 24 november 2017 handhaaft. Tegen het besluit van 22 december 2017 heeft [appellant] beroep ingesteld. 3. STANDPUNTEN VAN PARTIJEN Standpunt appellant [appellant] stelt dat de feiten niet voldoende zijn om een berisping op te leggen en dat de berisping slechts is opgelegd om hem te beschadigen. Hetgeen [appellant] naar voren heeft gebracht in zijn zienswijze tegen de berisping, is niet meegenomen in het bestreden besluit, hetgeen strijdig is met het beginsel van hoor en wederhoor. De berisping is disproportioneel omdat [appellant] met goede bedoelingen heeft gehandeld en niet in strijd met de regels. Omdat [appellant] in het verleden is aangesproken op het niet op orde hebben van zijn administratie, loopt hij op eieren en is hij uitermate zorgvuldig te werk gegaan. Hij heeft de adviezen van de werkgever ter harte genomen en laten zien zijn administratieve taken uitermate serieus te nemen. [appellant] heeft de student een extra kans willen geven en heeft daarover overleg gevoerd met de mentor van deze student. Hij wist niet dat hij dit met zijn leidinggevende of met de examencommissie had moeten bespreken. Bovendien was het mogelijk om ook een derde en zelfs nog een vierde kans af te nemen. De opdracht was kort voor de zomervakantie ingeleverd en [appellant] heeft het na de / uitspraak d.d. 15 mei 2018 pagina 2 van 6

3 vakantie nagekeken. Het heeft toen nog een paar weken geduurd voordat hij het cijfer heeft ingevoerd omdat hij nog met een collega wilde overleggen over het cijfer. [appellant] heeft het cijfer vervolgens in samenspraak met de Osiris-manager op deze wijze in het registratiesysteem Osiris ingevoerd. Hij heeft de datum van de tweede kans genomen om te voorkomen dat de student studievertraging zou oplopen, en niet uit eigen belang. [appellant] wist niet dat hij cijfers niet met terugwerkende kracht in het systeem kon zetten. Hij heeft het cijfer weliswaar met terugwerkende kracht ingevoerd, maar heeft niet bewust geantedateerd. De wijze van invoering heeft geen nadelig effect gehad voor de student. Niet is aangetoond dat het invoeren van het cijfer tot een crisis en problemen heeft geleid. De diploma-uitreiking kwam niet in gevaar en de goede naam van de hogeschool stond evenmin op het spel. Dat [appellant] niet aan zijn leidinggevende heeft gemeld in het voortgangsgesprek dat hij nog een cijfer moest invoeren, bewijst dat hij daar geen kwaad in zag. Het was hem op dat moment ook niet duidelijk dat hij dit aan de teamleider moest melden. Dat de werkgever nu stelt dat hij de Osiris-manager simpelweg de opdracht zou hebben gegeven om het cijfer zo in te voeren is niet juist. Er zijn collega s die op dezelfde wijze handelen maar die worden niet berispt. Desgevraagd verklaart [appellant] dat hij uiteraard bekend was met de overgang per 1 september 2017 naar een nieuwe opleiding. Hij heeft daartoe ook gewerkt aan een nieuw curriculum. [appellant] ligt op koers om zijn mastertitel te behalen en heeft de planning reeds in juli 2017 ingeleverd. [appellant] weet dat hij voor september 2018 zijn mastertitel moet halen en zal ervoor zorgen dat dit lukt. Omdat het nog geen september 2018 is kan hij daar nu nog niet op afgerekend worden. Dit hoort daarom in het kader van de berisping geen rol te spelen. Standpunt werkgever De werkgever voert aan dat de feiten, het bewust niet de waarheid spreken tijdens het gesprek met de leidinggevende, het te laat invoeren van een cijfer en dit laten antedateren en het niet (tijdig) overleggen van een planning ten aanzien van de door [appellant] gevolgde master, vaststaan en plichtsverzuim opleveren. Het is niet juist dat het cijfer in goed overleg met de desbetreffende medewerkster van de ondersteunende dienst is ingevoerd; [appellant] heeft de medewerkster op 9 oktober 2017 de opdracht gegeven om het cijfer als tweede kans in te voeren op de datum van 29 juni Volgens artikel van het studentenstatuut moeten cijfers binnen 15 werkdagen na afloop van het tentamen worden ingevoerd. Dat heeft [appellant] niet gedaan. [appellant] heeft als docent duidelijke taken en is op de hoogte van deze regels. Het tijdig publiceren van cijfers is een speerpunt binnen de opleiding. De nakijktijd van 15 dagen is daarom ook een van de zogenoemde prestatie-indicatoren die op het formulier functionerings- en beoordelingsgesprek staan. Het is de werkgever niet bekend dat, zoals [appellant] stelt, andere docenten ook bewust cijfers antedateren of met terugwerkende kracht invoeren. [appellant] wist dat de opleiding per 1 september 2017 niet meer bestond en van hem mocht verwacht worden dat hij wist dat het na 1 september 2017 invoeren van cijfers verstrekkende administratieve gevolgen had. Zo moest de speciale naamswijziging van de opleiding terug gedraaid worden, moest opnieuw een diplomagroep worden aangemaakt en moesten alle diploma s opnieuw worden gedrukt. De combinatie van het antedateren, te laat invoeren en negeren van de administratieve complicaties is uitermate laks en onverantwoord. Zeker omdat [appellant] op geen enkele wijze duidelijk heeft gemaakt waarom hij het cijfer niet op tijd heeft ingevoerd. Daarbij komt nog dat de leidinggevende [appellant] op 9 oktober / uitspraak d.d. 15 mei 2018 pagina 3 van 6

4 nadrukkelijk heeft gevraagd of zijn administratie op orde was, waarop hij bevestigend heeft geantwoord. Achteraf gezien blijkt dat niet waar te zijn. Het typeert [appellant] dat hij snel vervalt in merkwaardige uitvluchten waarmee hij zijn onwaarheden probeert op te lossen. Bij het opleggen van de maatregel telt mee dat de administratie van [appellant] in het verleden vaker niet op orde was. Daarvoor was hij eerder al gewaarschuwd en daarom heeft hij ook een onvoldoende beoordeling gekregen. Ook ten aanzien van het inleveren van de planning ten aanzien van de afronding van de masteropleiding blijft [appellant] in gebreke. Er is hem een laatste uitstel gegeven tot 1 september 2018 om deze opleiding af te ronden. De daarvoor gevraagde planning heeft hij, ondanks diverse verzoeken daartoe, pas op 10 november 2017 ingeleverd. [appellant] moet zijn master behalen wil hij les blijven geven op de hogeschool. [appellant] onttrekt zich hiermee aan de instructies van de werkgever en begrijpt niet de sence of urgency die hij zou moeten hebben gelet op het lopende verbetertraject. Het aanspreken van [appellant], het inzetten van een verbetertraject, het geven van een waarschuwing en bewustwording zijn echter onvoldoende middelen gebleken om [appellant] aan te zetten tot ander gedrag. Gelet daarop is het opleggen van een berisping als lichtste disciplinaire maatregel proportioneel en op zijn plaats. 4. OVERWEGINGEN VAN DE COMMISSIE De bevoegdheid en de ontvankelijkheid Het beroep is gericht tegen één van de besluiten, genoemd in artikel P-4 lid 2 sub a cao. Het beroep is binnen de daartoe geldende termijn ingesteld. Daarom is de Commissie bevoegd van het beroep kennis te nemen en is het beroep ontvankelijk. [appellant] verzoekt in zijn beroepschrift om een kostenveroordeling uit te spreken. De Commissie is daartoe niet bevoegd. De berisping Voor het treffen van een disciplinaire maatregel geldt de verweerprocedure, beschreven in artikel P-2 cao. Deze procedure is door de werkgever juist gevolgd. Uit het besluit van 22 december 2017 blijkt dat de zienswijze van [appellant] is meegenomen bij het nemen van het besluit tot bestendiging van de opgelegde berisping. De reden voor het opleggen van een schriftelijke berisping is dat [appellant] volgens de werkgever niet heeft gehandeld zoals van een goed werknemer mag worden verwacht. [appellant] heeft niet tijdig en met terugwerkende kracht een cijfer ingevoerd en heeft niet op tijd de planning ingeleverd voor zijn masteropleiding. De Commissie toetst of de werkgever in redelijkheid heeft kunnen komen tot het besluit om [appellant] een disciplinaire maatregel op te leggen. De Commissie toetst dat als volgt: - Staan de feiten waarop de beslissing is gebaseerd vast? / uitspraak d.d. 15 mei 2018 pagina 4 van 6

5 - Zo ja, kan het handelen of nalaten van de werknemer worden aangemerkt als plichtsverzuim? - Als dat het geval is, is het opleggen van een disciplinaire maatregel daarop een passende reactie? - Is de opgelegde maatregel in juiste verhouding tot het vastgestelde plichtsverzuim? [appellant] heeft erkend dat hij het cijfer op 9 oktober 2017 heeft laten invoeren en dat dit te laat was. Eveneens staat vast dat hij hierover geen overleg heeft gevoerd met zijn leidinggevende en/of de examencommissie noch hiervan melding heeft gemaakt tijdens het voortgangsgesprek tussen hem en zijn leidinggevende op 9 oktober Dat [appellant] stelt dat hij niet bewust een cijfer heeft geantedateerd en juist in het belang van de desbetreffende student heeft gehandeld, doet niet af aan het feit dat hij heeft gehandeld in strijd met het studentenstatuut en eerdere afspraken over het nakomen van afspraken en tijdig aanleveren van cijfers. [appellant] heeft betwist dat hij de planning ten aanzien van zijn masteropleiding te laat heeft ingeleverd. Op grond van de overgelegde stukken stelt de Commissie vast dat de werkgever van [appellant] verwachtte dat deze in de eerste week van september 2017 een concreet leerplan zou aanleveren. [appellant] heeft op 3 juli 2017 een leerplan overgelegd. Hierin geeft [appellant] aan dat hij in juli 2018 klaar zal zijn met zijn master, hij regelmatig zal sparren voor feedback en hij een persoonlijke begeleider heeft. Dat de werkgever dit leerplan onvoldoende concreet vond en een meer gedetailleerd plan wenste, volgt uit de na deze datum gevolgde mailwisseling tussen de werkgever en [appellant]. Gegeven het feit dat de werkgever de masteropleiding van [appellant] bekostigt, zowel in geld als in uren, mag van de werknemer verwacht worden dat hij op verzoek van de werkgever inzichtelijk maakt waar hij in het kader van zijn master mee bezig is en op welke wijze hij de gestelde einddatum van 1 september 2018 denkt te halen. Dat vereist een gedetailleerdere opzet dan hetgeen [appellant] in de hiervoor aangehaalde planning van 3 juli 2017 heeft aangegeven. Uiteindelijk heeft [appellant] op 10 november 2017 alsnog zijn planning ingeleverd hetgeen na de tussen hem en de werkgever afgesproken datum is. Daarmee staat ook het niet tijdig inleveren van de planning ten aanzien van de masteropleiding vast. Hiermee staat vast dat [appellant] niet heeft gedaan wat een werknemer in gelijke omstandigheden had behoren te doen, hetgeen plichtsverzuim oplevert als bedoeld in artikel P-4 lid 1 cao. Naar het oordeel van de Commissie is de ernst van het plichtsverzuim van dien aard dat de werkgever daar in redelijkheid het opleggen van een disciplinaire maatregel aan heeft kunnen verbinden. [appellant] was een gewaarschuwd man en wist, althans had behoren te weten, welk belang de werkgever hecht aan het tijdig invoeren van cijfers. Daar komt nog bij dat [appellant], dit wetende, tijdens het voortgangsgesprek van 9 oktober 2017 niet met zijn leidinggevende heeft besproken dat hij nog een cijfer moest invoeren, terwijl de leidinggevende in dat gesprek expliciet heeft gevraagd of zijn (cijfer)administratie op orde was. De opgelegde maatregel van een schriftelijke berisping acht de Commissie evenredig aan het gepleegde plichtsverzuim. Het geheel overziend is de Commissie van oordeel dat het beroep ongegrond is / uitspraak d.d. 15 mei 2018 pagina 5 van 6

6 5. OORDEEL Op grond van bovenstaande overwegingen verklaart de Commissie het beroep ongegrond. Vastgesteld te Utrecht op 15 mei 2018 door mr. L.C.J. Sprengers, voorzitter, drs. F.W.C. Coppelmans en mr. B. Euser, leden, in aanwezigheid van mr. T. Ketting, secretaris. mr. L.C.J. Sprengers voorzitter mr. T. Ketting secretaris / uitspraak d.d. 15 mei 2018 pagina 6 van 6

UITSPRAAK. het College van Bestuur van Stichting C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. J.A.

UITSPRAAK. het College van Bestuur van Stichting C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. J.A. 107540 - De berisping wegens het niet naleven van het programma van toetsing en afsluiting is terecht; het beroep tegen schorsing is niet-ontvankelijk. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende

Nadere informatie

UITSPRAAK. de Vereniging B, gevestigd te C, verweerster, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. M. De Vita

UITSPRAAK. de Vereniging B, gevestigd te C, verweerster, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. M. De Vita 107818 - Beroep tegen schriftelijke berisping. De werkgever heeft een te groot verschil gemaakt in sanctionering van de werknemer en diens collega, terwijl sprake was van gelijke omstandigheden. in het

Nadere informatie

Beroep tegen berisping is gegrond omdat het plichtsverzuim niet ernstig genoeg is. UITSPRAAK

Beroep tegen berisping is gegrond omdat het plichtsverzuim niet ernstig genoeg is. UITSPRAAK 107912 - Beroep tegen berisping is gegrond omdat het plichtsverzuim niet ernstig genoeg is. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende te C, appellante, hierna te noemen A, gemachtigde: mevrouw

Nadere informatie

De berisping houdt geen stand omdat niet vaststaat dat de werknemer de geheimhoudingsplicht heeft geschonden.

De berisping houdt geen stand omdat niet vaststaat dat de werknemer de geheimhoudingsplicht heeft geschonden. 108160 - De berisping houdt geen stand omdat niet vaststaat dat de werknemer de geheimhoudingsplicht heeft geschonden. in het geding tussen: UITSPRAAK de heer [appellant], wonende te [woonplaats], appellant,

Nadere informatie

Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging daarvan is gegrond, omdat de werknemer niet vooraf zijn zienswijze kon indienen

Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging daarvan is gegrond, omdat de werknemer niet vooraf zijn zienswijze kon indienen 108216 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging daarvan is gegrond, omdat de werknemer niet vooraf zijn zienswijze kon indienen in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant], wonende te [woonplaats],

Nadere informatie

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. C.A.C.M.

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. C.A.C.M. 107626 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, appellante, gemachtigde: de heer mr. J. Roose en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde:

Nadere informatie

Commissie van Beroep VO

Commissie van Beroep VO 105924 - Beroep tegen schriftelijke berisping; SAMENVATTING De gymleraar heeft bezittingen van leerlingen in bewaring genomen. Na de les ontbreekt een ipod. De werkgever stelt dat de werknemer in strijd

Nadere informatie

SAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever

SAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever 105181 - Beroep tegen schriftelijke berisping; SAMENVATTING De werknemer wordt verweten dat hij disfunctioneert en hierin bewust geen verbetering brengt. Het complex aan feiten in onderlinge samenhang,

Nadere informatie

Beroep tegen overplaatsing gegrond vanwege het ontbreken van de instemming van de werkneemster.

Beroep tegen overplaatsing gegrond vanwege het ontbreken van de instemming van de werkneemster. 108379 - Beroep tegen overplaatsing gegrond vanwege het ontbreken van de instemming van de werkneemster. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellante], wonende te [woonplaats], appellante, hierna te noemen

Nadere informatie

Beroep tegen berisping gegrond. De verzonden kritische levert geen plichtsverzuim op. UITSPRAAK

Beroep tegen berisping gegrond. De verzonden kritische  levert geen plichtsverzuim op. UITSPRAAK 108343 - Beroep tegen berisping gegrond. De verzonden kritische e-mail levert geen plichtsverzuim op. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, gemachtigde: mevrouw

Nadere informatie

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. A.

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. A. 107773 - Beroep tegen onthouding van promotie. Terugplaatsing van docent LD naar docent LC mocht, omdat de werknemer niet voldeed aan de functievereisten docent LD UITSPRAAK in het geding tussen: de heer

Nadere informatie

UITSPRAAK. [Het schoolbestuur], gevestigd te [vestigingsplaats], verweerder, hierna te noemen de werkgever

UITSPRAAK. [Het schoolbestuur], gevestigd te [vestigingsplaats], verweerder, hierna te noemen de werkgever 108617 Beroep tegen berisping gegrond. De opmerkingen van de werknemer leveren plichtsverzuim op, maar een berisping is gezien de omstandigheden geen passende maatregel. UITSPRAAK in het geding tussen:

Nadere informatie

in het geding tussen: de heer [appellant], wonende te [woonplaats], hierna te noemen [appellant]

in het geding tussen: de heer [appellant], wonende te [woonplaats], hierna te noemen [appellant] 108047 UITSPRAAK in het geding tussen: de heer [appellant], wonende te [woonplaats], hierna te noemen [appellant] en het College van Bestuur van [de werkgever], gevestigd te [vestigingsplaats], verweerder,

Nadere informatie

UITSPRAAK. [appellant], wonende te [woonplaats], appellante, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. E.A.C. Sietsma

UITSPRAAK. [appellant], wonende te [woonplaats], appellante, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. E.A.C. Sietsma 107969 UITSPRAAK in het geding tussen: [appellant], wonende te [woonplaats], appellante, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. E.A.C. Sietsma en het College van Bestuur van [school], gevestigd

Nadere informatie

Commissie van Beroep VO

Commissie van Beroep VO 105601 SAMENVATTING Werknemer heeft Niet Aangeboren Hersenletsel en er dient op advies van de bedrijfsarts een goede werkbalans te zijn. De werknemer wordt verweten dat zich een aantal incidenten hebben

Nadere informatie

De werkgever heeft de werknemer nogmaals mogen schorsen om nader onderzoek te doen naar zijn mogelijk onrechtmatig handelen.

De werkgever heeft de werknemer nogmaals mogen schorsen om nader onderzoek te doen naar zijn mogelijk onrechtmatig handelen. 107674 - De werkgever heeft de werknemer nogmaals mogen schorsen om nader onderzoek te doen naar zijn mogelijk onrechtmatig handelen. in het geding tussen: UITSPRAAK de heer A, wonende te B, appellant,

Nadere informatie

Beroep tegen een disciplinaire overplaatsing is niet-ontvankelijk omdat de overplaatsing geen disciplinair karakter heeft.

Beroep tegen een disciplinaire overplaatsing is niet-ontvankelijk omdat de overplaatsing geen disciplinair karakter heeft. 108604 - Beroep tegen een disciplinaire overplaatsing is niet-ontvankelijk omdat de overplaatsing geen disciplinair karakter heeft. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant], wonende te [woonplaats],

Nadere informatie

UITSPRAAK. [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. G. Deibel

UITSPRAAK. [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. G. Deibel 108311 - Beroep tegen disciplinaire overplaatsing is gegrond omdat de klachten geen plichtsverzuim opleveren en er sprake lijkt te zijn van functioneringsproblematiek waarvoor een disciplinaire maatregel

Nadere informatie

Beroep tegen onthouding promotie gegrond omdat de werkgever de procedure niet correct heeft gevolgd.

Beroep tegen onthouding promotie gegrond omdat de werkgever de procedure niet correct heeft gevolgd. 108508 - Beroep tegen onthouding promotie gegrond omdat de werkgever de procedure niet correct heeft gevolgd. UITSPRAAK in het geding tussen: [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te

Nadere informatie

Beroep tegen onthouden promotie ongegrond omdat er geen aanspraak op een benoeming in een LD-functie.

Beroep tegen onthouden promotie ongegrond omdat er geen aanspraak op een benoeming in een LD-functie. 108067 Beroep tegen onthouden promotie ongegrond omdat er geen aanspraak op een benoeming in een LD-functie. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw [appellant], wonende te [plaatsnaam], appellante, hierna

Nadere informatie

SAMENVATTING UITSPRAAK

SAMENVATTING UITSPRAAK SAMENVATTING 106285/106286/106287 Beroepen (3) tegen ontslag wegens opheffing van de betrekking;. Werkneemster is ontslagen op grond van opheffing van de betrekking als bedoeld in artikel 3.8 lid 3 cao

Nadere informatie

SAMENVATTING. 105871/105939 - Beroep (2) tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging schorsing; BVE

SAMENVATTING. 105871/105939 - Beroep (2) tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging schorsing; BVE SAMENVATTING 105871/105939 - Beroep (2) tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging schorsing; Gelet op de mogelijke onregelmatigheden in leerlingdossiers bestond er op zichzelf voldoende reden voor

Nadere informatie

Commissie van Beroep BVE

Commissie van Beroep BVE SAMENVATTING 105083 De werknemer is op staande voet ontslagen omdat hij zich niet op correcte wijze had ziek gemeld, omdat hij ondanks deze ziekmelding en zonder toestemming op studiereis naar Londen is

Nadere informatie

105753 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en tegen ontslag wegens gewichtige reden; hbo

105753 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en tegen ontslag wegens gewichtige reden; hbo 105753 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en tegen ontslag wegens gewichtige reden; De werknemer is geschorst vanwege het opnemen van gesprekken met leidinggevenden en het delen van deze opnamen.

Nadere informatie

UITSPRAAK. [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. D. Ramsoedh

UITSPRAAK. [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. D. Ramsoedh 108351 - Beroep tegen berisping gegrond. De ongeoorloofde afwezigheid leverde plichtsverzuim op maar de berisping is gezien de omstandigheden geen passende maatregel. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant],

Nadere informatie

108490/ Beroep tegen schorsingen als ordemaatregel gegrond vanwege niet volgen verweerprocedure respectievelijk gebrek aan noodzaak.

108490/ Beroep tegen schorsingen als ordemaatregel gegrond vanwege niet volgen verweerprocedure respectievelijk gebrek aan noodzaak. 108490/108540 - Beroep tegen schorsingen als ordemaatregel gegrond vanwege niet volgen verweerprocedure respectievelijk gebrek aan noodzaak. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellante], wonende te [woonplaats],

Nadere informatie

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever 107334 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, appellant, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. L. Stové en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de

Nadere informatie

het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. B.J. van Hees

het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. B.J. van Hees 106796 - Beroep tegen ontslag wegens opheffing van de betrekking gegrond omdat de werkgever een onjuiste afvloeiingssystematiek hanteert; BVE in het geding tussen: UITSPRAAK de heer A, wonende te B, appellant,

Nadere informatie

Commissie van Beroep PO

Commissie van Beroep PO 106226 - Beroepen tegen vermindering betrekkingsomvang; SAMENVATTING Werknemers zijn bij de werkgever in vaste dienst met een betrekkingsomvang boven de normbetrekking van 1 wtf. Omdat de werkgever vele

Nadere informatie

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. drs. M.

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. drs. M. 107486 - De ontheffing uit de taken wordt gelijkgesteld aan een schorsing. Omdat de voorgeschreven verweerprocedure niet is gevolgd, houdt deze schorsing geen stand. in het geding tussen: UITSPRAAK de

Nadere informatie

Beroep tegen schorsing als ordemaatregel gegrond, omdat er onvoldoende grond voor de schorsing was.

Beroep tegen schorsing als ordemaatregel gegrond, omdat er onvoldoende grond voor de schorsing was. 108550 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel gegrond, omdat er onvoldoende grond voor de schorsing was. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant], wonende te [woonplaats], hierna te noemen [appellant]

Nadere informatie

106593 - Docente terecht op staande voet ontslagen omdat zij stagebezoeken heeft gefingeerd en hiervoor reiskostendeclaraties heeft ingediend.

106593 - Docente terecht op staande voet ontslagen omdat zij stagebezoeken heeft gefingeerd en hiervoor reiskostendeclaraties heeft ingediend. 106593 - Docente terecht op staande voet ontslagen omdat zij stagebezoeken heeft gefingeerd en hiervoor reiskostendeclaraties heeft ingediend. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende te B, appellante,

Nadere informatie

107991/ Beroep tegen schorsingen als ordemaatregel ongegrond omdat daarvoor voldoende redenen waren. UITSPRAAK

107991/ Beroep tegen schorsingen als ordemaatregel ongegrond omdat daarvoor voldoende redenen waren. UITSPRAAK 107991/108080 Beroep tegen schorsingen als ordemaatregel ongegrond omdat daarvoor voldoende redenen waren. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te noemen

Nadere informatie

Bezwaar tegen niet voortzetten tijdelijk dienstverband vanwege niet tijdig behalen van de onderwijsbevoegdheid ongegrond.

Bezwaar tegen niet voortzetten tijdelijk dienstverband vanwege niet tijdig behalen van de onderwijsbevoegdheid ongegrond. 108785 - Bezwaar tegen niet voortzetten tijdelijk dienstverband vanwege niet tijdig behalen van de onderwijsbevoegdheid ongegrond. in het geding tussen: ADVIES [bezwaarde], wonende te [woonplaats], hierna

Nadere informatie

SAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting D, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr.

SAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting D, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. SAMENVATTING 105421 - Beroep tegen beëindiging dienstverband; De werkgever stelt dat geen sprake is van ontslag maar van het van rechtswege eindigen van een verlengd tijdelijk dienstverband wegens onbevoegdheid.

Nadere informatie

Bij een disciplinaire overplaatsing moet de werkgever motiveren waarom de feiten die eraan ten grondslag liggen, plichtsverzuim opleveren

Bij een disciplinaire overplaatsing moet de werkgever motiveren waarom de feiten die eraan ten grondslag liggen, plichtsverzuim opleveren 107675 - Bij een disciplinaire overplaatsing moet de werkgever motiveren waarom de feiten die eraan ten grondslag liggen, plichtsverzuim opleveren in het geding tussen: UITSPRAAK de heer A, wonende te

Nadere informatie

Commissie van beroep vo

Commissie van beroep vo 107458 - Een zij-instromer die per eerste schooldag ná 1-8-2014 is benoemd en het hele schooljaar les gaf, heeft redelijkerwijze recht op het entreerecht. in het geding tussen: UITSPRAAK de heer A, wonende

Nadere informatie

BESLISSING OP ONTSLAGAANVRAAG. [de hogeschool], gevestigd te [vestigingsplaats], hierna te noemen de hogeschool gemachtigde: de heer mr. M.A.

BESLISSING OP ONTSLAGAANVRAAG. [de hogeschool], gevestigd te [vestigingsplaats], hierna te noemen de hogeschool gemachtigde: de heer mr. M.A. 108064 - Toestemming voor ontslag wegens bedrijfseconomische redenen niet verleend. De werkgever heeft onvoldoende aangetoond dat er geen herplaatsingsmogelijkheden zijn. Inzake het verzoek van: BESLISSING

Nadere informatie

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. J.A.

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. J.A. 107669 - De terugplaatsing in de oude LB-functie komt neer op de onthouden van promotie. Terugplaatsing mocht omdat de werkneemster niet voldeed aan de functievereisten docent LD. in het geding tussen:

Nadere informatie

het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. K.A.P. Moonen

het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. K.A.P. Moonen 105081 - Beroep tegen schriftelijke berisping; De werkgever heeft aan de disciplinaire maatregel ten grondslag gelegd dat de docent in de lessen allerlei privézaken bespreekt en in de lessen en tijdens

Nadere informatie

UITSPRAAK. in het geding tussen: mevrouw A, wonende te B, appellante, hierna te noemen A

UITSPRAAK. in het geding tussen: mevrouw A, wonende te B, appellante, hierna te noemen A 107607 - De overplaatsing als gevolg van boventalligheid houdt geen stand omdat de werkgever de regels die hij hiervoor heeft opgesteld niet juist heeft toegepast. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw

Nadere informatie

Beroep tegen overplaatsing en berisping wegens weglopen leerlingen gegrond. Beroep tegen schorsing niet-ontvankelijk.

Beroep tegen overplaatsing en berisping wegens weglopen leerlingen gegrond. Beroep tegen schorsing niet-ontvankelijk. 108263 - Beroep tegen overplaatsing en berisping wegens weglopen leerlingen gegrond. Beroep tegen schorsing niet-ontvankelijk. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellante], wonende te [woonplaats], appellante,

Nadere informatie

SAMENVATTING UITSPRAAK

SAMENVATTING UITSPRAAK SAMENVATTING 105600 - Ontslag op staande voet wegens werkweigering; Naast haar functie bij de werkgever is werkneemster werkzaam in haar eigen agrarisch bedrijf. In verband met oogstwerkzaamheden heeft

Nadere informatie

UITSPRAAK. het College van Bestuur van het ROC D, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. A.

UITSPRAAK. het College van Bestuur van het ROC D, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. A. 106562 - Ontslag wegens gewichtige omstandigheden (verstoorde arbeidsrelatie) dan wel ongeschiktheid niet toegestaan omdat deze onvoldoende zijn gebleken. Beroep tegen de schorsing houdt evenmin stand

Nadere informatie

het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever

het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever 106808 UITSPRAAK in het geding tussen: mevrouw A, wonende te B, appellante, hierna te noemen A gemachtigde: de heer mr. F.E.R.M. Lathouwers en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder,

Nadere informatie

Commissie van Beroep HBO

Commissie van Beroep HBO 106043 - Beroep tegen ontslag wegens ongeschiktheid/onbekwaamheid dan wel gewichtige reden; SAMENVATTING De werknemer is docent en is ontslagen omdat hij stelselmatig interne afspraken en regels niet heeft

Nadere informatie

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. F.J.

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. F.J. 107289 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, verzoeker, hierna te noemen A gemachtigde: de heer mr. S.L. Knols en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen

Nadere informatie

107502/ De twee schorsingen van de werknemer zijn onjuist; de eerste vanwege een vormfout en de tweede omdat daarvoor onvoldoende grond was.

107502/ De twee schorsingen van de werknemer zijn onjuist; de eerste vanwege een vormfout en de tweede omdat daarvoor onvoldoende grond was. 107502/107581 - De twee schorsingen van de werknemer zijn onjuist; de eerste vanwege een vormfout en de tweede omdat daarvoor onvoldoende grond was. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende te

Nadere informatie

SAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting D, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr.

SAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting D, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. 106128 - Beroep tegen een berisping: SAMENVATTING Werknemer heeft ernstige fouten bij het opstellen van de roosters gemaakt en de werkgever stelt dat sprake is van disfunctioneren. De werknemer vertoont

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 3-0 0 1 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen de Examencommissie Psychologie, verweerder 1. Ontstaan en loop

Nadere informatie

SAMENVATTING / Beroepen (2) tegen rddf-plaatsingen; PO

SAMENVATTING / Beroepen (2) tegen rddf-plaatsingen; PO SAMENVATTING 105366 / 105383 Beroepen (2) tegen rddf-plaatsingen; PO De werkgever heeft de in de CAO PO voorgeschreven procedure om tot een rddf plaatsing te besluiten op een juiste wijze gevolgd. Op grond

Nadere informatie

UITSPRAAK. in het geding tussen: de heer A, wonende te B, appellant, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. S.K. Oskam

UITSPRAAK. in het geding tussen: de heer A, wonende te B, appellant, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. S.K. Oskam 107544 Terugplaatsing in de functie docent LB is onthouding van promotie. De terugplaatsing is redelijk omdat de werknemer niet voldeed aan de functievereisten van docent LD en omdat hij de aangeboden

Nadere informatie

UITSPRAAK. het College van Bestuur van B, gevestigd te G, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. G.M.

UITSPRAAK. het College van Bestuur van B, gevestigd te G, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. G.M. 106879 - Uitspraak voor zover er nog een ontslagbesluit zou zijn: het ontslag wegens arbeidsongeschiktheid kan niet in stand blijven, omdat herstel binnen 26 weken na het ontslagbesluit niet uitgesloten

Nadere informatie

SAMENVATTING UITSPRAAK

SAMENVATTING UITSPRAAK SAMENVATTING 105659 - Beroep tegen ontslag wegens opheffing betrekking/gewichtige reden; De werknemer kan na een periode van detachering niet terugkeren in zijn oude functie van manager bedrijfsvoering.

Nadere informatie

SAMENVATTING UITSPRAAK

SAMENVATTING UITSPRAAK 105209 - Beroep tegen onthouden promotie; SAMENVATTING Getoetst wordt of de procedure in het door de werkgever opgestelde implementatieplan salarismix zorgvuldig en correct is gevolgd en of de werkgever

Nadere informatie

het College van Bestuur van C, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. dr. J.H. van Gelderen

het College van Bestuur van C, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. dr. J.H. van Gelderen 104967 - Beroep tegen ontslag wegens arbeidsongeschiktheid; De werknemer is 50% arbeidsongeschikt en de werkgever ontslaat hem voor 0,5 fte. De werkgever heeft ter zitting gesteld dat de ontslagbeslissing

Nadere informatie

het College van Beroep voor de Examens van de Hogeschool Utrecht (hierna: het CBE), verweerder.

het College van Beroep voor de Examens van de Hogeschool Utrecht (hierna: het CBE), verweerder. Zaaknummer : 2013/068 Rechter(s) : mrs. Nijenhof, Olivier, Borman Datum uitspraak : 6 november 2013 Partijen : Appellante tegen CBE Hogeschool Utrecht Trefwoorden : Beleidsvrijheid, in stand laten rechtsgevolgen,

Nadere informatie

Beroep tegen ontslag wegens plichtsverzuim en onvoldoende functioneren: BVE SAMENVATTING

Beroep tegen ontslag wegens plichtsverzuim en onvoldoende functioneren: BVE SAMENVATTING 106172 - Beroep tegen ontslag wegens plichtsverzuim en onvoldoende functioneren: SAMENVATTING De opzegging kan niet worden gegrond op plichtsverzuim omdat dit plichtsverzuim in de bestreden beslissing

Nadere informatie

SAMENVATTING. het College van Bestuur van het ROC B te C, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. G

SAMENVATTING. het College van Bestuur van het ROC B te C, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. G SAMENVATTING 106442 - Verzoek voorlopige voorziening ontslag op staande voet; De werkgever heeft de werknemer op staande voet ontslagen vanwege het plegen van valsheid in geschrifte. Hij zou twee documenten,

Nadere informatie

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. J.J.

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. J.J. 106846-106966 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, appellant, hierna te noemen A gemachtigde: de heer mr. T.G.J. Horlings en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna

Nadere informatie

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever 106842 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, appellante, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. drs. M.C.J. Reijrink en het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna

Nadere informatie

SAMENVATTING. het College van Bestuur van het E, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr.

SAMENVATTING. het College van Bestuur van het E, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. SAMENVATTING 105464 - Beroep tegen beëindiging verlengd tijdelijk dienstverband; De werknemer heeft bij de werkgever vier tijdelijke dienstverbanden gehad. Tussen het tweede en derde dienstverband zat

Nadere informatie

SAMENVATTING. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. Y.E.M.

SAMENVATTING. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. Y.E.M. 103369 SAMENVATTING Verzoek voorlopige voorziening HBO De werkgever heeft de werkneemster meegedeeld dat haar tijdelijk dienstverband van rechtswege eindigt. De werkneemster stelt dat zij in vaste dienst

Nadere informatie

UITSPRAAK. in het geding tussen: de heer A, wonende te B, bezwaarde, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. J.G.T.M. Bekkers-Van Heumen

UITSPRAAK. in het geding tussen: de heer A, wonende te B, bezwaarde, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. J.G.T.M. Bekkers-Van Heumen 107335 - Het bezwaar tegen de beschrijving en waardering van de functie van accountmanager schaal 10 is ongegrond omdat de opgedragen werkzaamheden voldoende in overeenstemming zijn met de functiebeschrijving

Nadere informatie

SAMENVATTING U I T S P R A AK

SAMENVATTING U I T S P R A AK SAMENVATTING 104017 Geschil toekenning ouderschapsverlof Een docent vraagt voor zijn drie geadopteerde kinderen ouderschapsverlof aan. Over de aard - betaald of onbetaald - van het verlof voor twee kinderen

Nadere informatie

UITSPRAAK. de heer [appellant], wonende te [plaatsnaam], appellant, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. R.H.M.

UITSPRAAK. de heer [appellant], wonende te [plaatsnaam], appellant, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. R.H.M. 108633 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel ongegrond; de inhoud van de e- mailwisseling tussen de docent en een minderjarige leerlinge was voldoende reden om een onderzoek in te stellen. in het

Nadere informatie

Nalevingsgeschil; als MR-leden weigeren af te treden, kan een bevoegd gezag niet de MR ontbinden en eigenmachtig MR-verkiezingen organiseren.

Nalevingsgeschil; als MR-leden weigeren af te treden, kan een bevoegd gezag niet de MR ontbinden en eigenmachtig MR-verkiezingen organiseren. 108524 - Nalevingsgeschil; als MR-leden weigeren af te treden, kan een bevoegd gezag niet de MR ontbinden en eigenmachtig MR-verkiezingen organiseren. UITSPRAAK in het geding tussen: de medezeggenschapsraad

Nadere informatie

het College van Bestuur C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever

het College van Bestuur C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever 106820 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, appellante, hierna te noemen A gemachtigde: de heer mr. M.P. Poelman en het College van Bestuur C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de

Nadere informatie

het College van Bestuur van de Stichting C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever

het College van Bestuur van de Stichting C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever 106484 - Door werkneemster niet te belasten met lesuren in de bovenbouw is haar ten onrechte promotie in het kader van het entreerecht onthouden. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende te B,

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 8-1 9 2 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam] te Leiden, appellant tegen de Examencommissie LIACS, verweerder 1. Ontstaan en loop van het geding Met de op

Nadere informatie

Zaaknummer : CBHO 2015/254 Rechter(s) : mr. B.K. Olivier Datum uitspraak : 13 januari 2016 Partijen : appellante en CBE Hogeschool Inholland

Zaaknummer : CBHO 2015/254 Rechter(s) : mr. B.K. Olivier Datum uitspraak : 13 januari 2016 Partijen : appellante en CBE Hogeschool Inholland Zaaknummer : CBHO 2015/254 Rechter(s) : mr. B.K. Olivier Datum uitspraak : 13 januari 2016 Partijen : appellante en CBE Hogeschool Inholland Trefwoorden : bewijsmiddelen bindend negatief studieadvies BNSA

Nadere informatie

[appellant], wonende te [woonplaats], appellante, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. H.J. Weekers

[appellant], wonende te [woonplaats], appellante, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. H.J. Weekers 108222 - Beroep tegen berisping is gegrond omdat er geen sprake is van plichtsverzuim maar van functioneringsproblemen. UITSPRAAK in het geding tussen: [appellant], wonende te [woonplaats], appellante,

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 3 0 2 van (de voorzitter van) het van de Universiteit Leiden inzake het beroep en het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening van [naam] appellant tegen de Examencommissie

Nadere informatie

het College van Bestuur van de C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. W. Lindeboom

het College van Bestuur van de C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. W. Lindeboom 106605 - Door werkneemster bij volledige arbeidsgeschiktheid minder dan 50% van haar lessen in de bovenbouw toe te delen, is haar ten onrechte promotie in het kader van het entreerecht onthouden; in het

Nadere informatie

UITSPRAAK in het geding tussen: de heer A, wonende te B, bezwaarde, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. J.G.T.M. Bekkers-Van Heumen

UITSPRAAK in het geding tussen: de heer A, wonende te B, bezwaarde, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. J.G.T.M. Bekkers-Van Heumen 107336 UITSPRAAK in het geding tussen: de heer A, wonende te B, bezwaarde, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. J.G.T.M. Bekkers-Van Heumen en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder,

Nadere informatie

Commissie van Beroep PO

Commissie van Beroep PO 106228 - Beroep tegen vermindering betrekkingsomvang; SAMENVATTING De werkgever heeft vele werknemers in dienst die, om verschillende redenen, een betrekkingsomvang van meer dan 1,0 wtf hebben. De werkgever

Nadere informatie

SAMENVATTING U I T S P R A AK

SAMENVATTING U I T S P R A AK SAMENVATTING 105014 - Beroep tegen ontslag wegens dringende reden; Werknemer, docent, is wegens een dringende reden ontslagen op grond van fraude bij de schoolexamens. De aan het ontslag ten grondslag

Nadere informatie

COLLEGE VAN BEROEP VOOR DE EXAMENS. Uitspraak van het College van Beroep voor de Examens van Tilburg University

COLLEGE VAN BEROEP VOOR DE EXAMENS. Uitspraak van het College van Beroep voor de Examens van Tilburg University COLLEGE VAN BEROEP VOOR DE EXAMENS Uitspraak van het College van Beroep voor de Examens van Tilburg University in de zaak tussen X, appellant en de examencommissie van de Tilburg Law School, verweerster

Nadere informatie

UITSPRAAK. het College van Bestuur van het C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever

UITSPRAAK. het College van Bestuur van het C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever 107780 - De cao mbo is niet goed toegepast, omdat de werknemer ten onrechte is aangemerkt als betrokken bij het primaire proces en de werkgever de afwijzing van het (on)betaald verlof onvoldoende heeft

Nadere informatie

Commissie van Beroep VO

Commissie van Beroep VO 106114 - Beroep tegen inhouding loon als disciplinaire maatregel; SAMENVATTING Het plichtsverzuim dat de werknemer wordt verweten bestaat uit het (onrechtmatig) in bezit hebben van een screenprint uit

Nadere informatie

UITSPRAAK. [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te noemen [appellant]

UITSPRAAK. [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te noemen [appellant] 108430 - Beroep tegen onthouding promotie. De werkgever heeft de sollicitatieprocedure juist gevolgd en in redelijkheid kunnen beslissen om de werknemer niet te bevorderen naar een LDfunctie. in het geding

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 5 0 6 7 van (de voorzitter van) het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep en het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening van

Nadere informatie

UITSPRAAK. de deelmedezeggenschapsraad van het A te B, verzoeker, hierna te noemen de DMR gemachtigde: mevrouw mr. J.M.M. Janssen

UITSPRAAK. de deelmedezeggenschapsraad van het A te B, verzoeker, hierna te noemen de DMR gemachtigde: mevrouw mr. J.M.M. Janssen Landelijke Commissie voor Geschillen Wms 107855 - Het bevoegd gezag heeft ten onrechte besluiten tot vaststelling van de lessentabel en invoering van een mavo/havo brugklas niet ter instemming aan de DMR

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 6-2 1 6 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen de Examencommissie MA International

Nadere informatie

Zaaknummer : 2013/261

Zaaknummer : 2013/261 Zaaknummer : 2013/261 Rechter[s] : mr. Troostwijk Datum uitspraak : 27 maart 2014 Partijen : Appellante tegen CBE De Haagse Hogeschool Trefwoorden : Begeleiding, BNSA, gelijkheidsbeginsel, [extra]herkansing,

Nadere informatie

UITSPRAAK. [appellante], wonende te [woonplaats], appellante, hierna te noemen [appellante] gemachtigde: mevrouw mr. E. Geven

UITSPRAAK. [appellante], wonende te [woonplaats], appellante, hierna te noemen [appellante] gemachtigde: mevrouw mr. E. Geven 108451 - Beroep tegen overplaatsing ongegrond. Er is een arbeidsconflict en de verhoudingen zijn verder verslechterd. Het belang van de werkgever weegt zwaarder. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellante],

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 0 7 5 8 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van de heer XXX, appellant tegen het College van Bestuur, verweerder 1. Ontstaan en loop

Nadere informatie

UITSPRAAK. [Bestuur], gevestigd te [vestigingsplaats], verweerder, hierna te noemen de werkgever

UITSPRAAK. [Bestuur], gevestigd te [vestigingsplaats], verweerder, hierna te noemen de werkgever 108101 - Het bezwaar tegen handhaving van de functie informatiemanager schaal 11 is gegrond omdat bepaalde structurele werkzaamheden niet in de functiebeschrijving zijn opgenomen. in het geding tussen:

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 1-0 2 6 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van xxx, appellante tegen de Examencommissie Instituut Bestuurskunde, verweerder 1. Ontstaan

Nadere informatie

Zaaknummer : CBHO 2013/233 Rechter(s) : mr. Lubberdink Datum uitspraak : 13 juni 2014 Partijen : Appellant tegen de Hogeschool Inholland Trefwoorden

Zaaknummer : CBHO 2013/233 Rechter(s) : mr. Lubberdink Datum uitspraak : 13 juni 2014 Partijen : Appellant tegen de Hogeschool Inholland Trefwoorden Zaaknummer : CBHO 2013/233 Rechter(s) : mr. Lubberdink Datum uitspraak : 13 juni 2014 Partijen : Appellant tegen de Hogeschool Inholland Trefwoorden : Afwijzing, bindend negatief studieadvies, BNSA, herkansing

Nadere informatie

UITSPRAAK. in het geding tussen: de heer A, wonende te B, appellant, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw L. Toering

UITSPRAAK. in het geding tussen: de heer A, wonende te B, appellant, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw L. Toering 107623 107644 De overplaatsingen als gevolg van boventalligheid houden geen stand omdat de werkgever de regels die hij hiervoor heeft opgesteld niet juist heeft toegepast. in het geding tussen: UITSPRAAK

Nadere informatie

UITSPRAAK. in het geding tussen: mevrouw A, wonende te B, bezwaarde, hierna te noemen A gemachtigde: de heer F. Verschuren

UITSPRAAK. in het geding tussen: mevrouw A, wonende te B, bezwaarde, hierna te noemen A gemachtigde: de heer F. Verschuren 107364 - Het bezwaar tegen de beschrijving en waardering van de functie van accountmanager schaal 10 is ongegrond omdat de opgedragen werkzaamheden voldoende in overeenstemming zijn met de functiebeschrijving

Nadere informatie

SAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting D, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr.

SAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting D, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. SAMENVATTING 105397 - Beroep tegen ontslag wegens plichtsverzuim; De werknemer is disciplinair ontslagen vanwege grensoverschrijdend gedrag tegen een minderjarige leerling. Voor de werkgever ligt deze

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 1 5 8 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Sociale Wetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop van het

Nadere informatie

SAMENVATTING. het College van Bestuur van het ROC C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever

SAMENVATTING. het College van Bestuur van het ROC C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever SAMENVATTING 105696 - Beroep tegen disciplinaire overplaatsing; De werkgever heeft werknemer bij wijze van disciplinaire maatregel overgeplaatst wegens plichtsverzuim, bestaande uit onder meer het zich

Nadere informatie

Zaaknummer : 2013/207 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juli 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden :

Zaaknummer : 2013/207 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juli 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : Zaaknummer : 2013/207 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juli 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : NBSA, causaal verband, herkansing, persoonlijke omstandigheden,

Nadere informatie

106099 - Beroep tegen ontslag wegens gewichtige reden/plichtsverzuim/onbekwaamheid; BVE

106099 - Beroep tegen ontslag wegens gewichtige reden/plichtsverzuim/onbekwaamheid; BVE 106099 - Beroep tegen ontslag wegens gewichtige reden/plichtsverzuim/onbekwaamheid; SAMENVATTING De werknemer is docent en is primair ontslagen wegens gewichtige reden, bestaande uit een verlies aan vertrouwen,

Nadere informatie

Beroep tegen overplaatsing gegrond omdat de werkgever verzuimd heeft te vermelden welke cao-grond de basis is voor de overplaatsing.

Beroep tegen overplaatsing gegrond omdat de werkgever verzuimd heeft te vermelden welke cao-grond de basis is voor de overplaatsing. 108563 - Beroep tegen overplaatsing gegrond omdat de werkgever verzuimd heeft te vermelden welke cao-grond de basis is voor de overplaatsing. in het geding tussen: [appellante], wonende te [woonplaats],

Nadere informatie

het College van bestuur van het C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever

het College van bestuur van het C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever Samenvatting 02073 Commissie voor geschillen Geschil omtrent inschaling van de functie. De werknemer treedt in tijdelijke dienst van de werkgever en ontvangt eerst een salarisstrook met vermelding van

Nadere informatie

UITSPRAAK. [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te noemen [appellant]

UITSPRAAK. [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te noemen [appellant] 108054 - Beroepen tegen onthouding van promotie. De werkgever heeft de sollicitatieprocedure juist gevolgd en in redelijkheid kunnen beslissen om de werknemers niet te bevorderen naar een LC-functie. UITSPRAAK

Nadere informatie