het College van Bestuur C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
|
|
- Nora Dijkstra
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, appellante, hierna te noemen A gemachtigde: de heer mr. M.P. Poelman en het College van Bestuur C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever 1. VERLOOP VAN DE PROCEDURE Bij beroepschrift van 21 mei 2015, ingekomen op 26 mei 2015 en aangevuld op 20 augustus 2015, heeft A beroep ingesteld tegen de beslissing van de werkgever van 13 april 2015 om haar bij wijze van disciplinaire maatregel over te plaatsen. De werkgever heeft op 22 juni 2015 een verweerschrift ingediend. De mondelinge behandeling van het beroep vond plaats op 3 september 2015 te Utrecht. Met instemming van partijen bestond de Commissie uit drie in plaats van vijf leden. A verscheen in persoon en werd bijgestaan door haar gemachtigde. De werkgever werd vertegenwoordigd door E, lid College van Bestuur, F, Hoofd SSC Onderwijs, en G, juridisch adviseur. Beide partijen hebben een pleitnotitie overgelegd. 2. DE FEITEN A is sinds 1 februari 1999 als stafmedewerker A werkzaam bij D in een vast dienstverband met een volledige betrekkingsomvang. Op de arbeidsverhouding is van toepassing de cao mbo. A was werkzaam bij K, een Regionaal Trajectbureau dat in januari 2012 is gestart, voornamelijk ter voorkoming en vermindering van voortijdig schoolverlaters. In dit traject wordt nauw samengewerkt met de gemeente en andere onderwijsinstellingen in de regio D. Het team bestaat uit tien medewerkers, van wie er vijf (onder wie A) afkomstig zijn uit een voormalig soortgelijk trajectbureau, aangevuld met vijf nieuwe medewerkers. De projectleider tevens functioneel leidinggevende (sinds november 2012) is H. De formeel leidinggevende is F. Tijdens een gesprek dat plaatsvond op 27 januari 2015 heeft de werkgever A bij wijze van ordemaatregel geschorst en de schorsing bij brief van diezelfde datum bevestigd. De werkgever heeft daarbij een onderzoek naar het werkklimaat en een onprettige sfeer binnen K aangekondigd. De oorzaak voor het onveilig werkklimaat zou liggen bij een drietal Pagina 1 van 5
2 medewerkers van het team, onder wie A. Ook de andere twee collega s zijn diezelfde dag geschorst. A is in de brief van 27 januari 2015 uitgenodigd om op 29 januari 2015 haar visie te geven. Dit gesprek heeft op die dag plaatsgevonden. In het kader van het onderzoek heeft F gesprekken gevoerd met alle personen die signalen hebben afgegeven over een onveilig werkklimaat. Bij die gesprekken was H als notuliste aanwezig. Bij brief van 9 februari 2015 is A meegedeeld dat het onderzoek naar de arbeidsomstandigheden binnen K nagenoeg was afgerond en dat de bevindingen van het onderzoek zouden worden voorgelegd aan het College van Bestuur. In een gesprek op 12 februari 2015 heeft de werkgever A gevraagd te reageren op de signalen die naar voren waren gekomen uit de inmiddels met de zeven overige medewerkers van het team gevoerde gesprekken. De werkgever heeft A bij brief van 13 februari 2015 het voornemen meegedeeld haar een disciplinaire maatregel op te leggen wegens plichtsverzuim, te weten een overplaatsing. Bij brief van 20 februari 2015 heeft A verweer gevoerd tegen het voornemen tot disciplinaire overplaatsing, welk verweer zij op 9 maart 2015 heeft aangevuld. Begin april 2015 heeft E namens de werkgever de zeven overige medewerkers van het team gehoord. Vervolgens heeft de werkgever A bij brief van 13 april 2015 een disciplinaire overplaatsing opgelegd. Tegen deze beslissing heeft A beroep bij de Commissie ingesteld. De werkgever heeft ook de twee andere betrokken collega s van A de disciplinaire maatregel van overplaatsing opgelegd. Inmiddels is A geplaatst op de functie van Docent Nederlands binnen het Vakcollege. A is sinds juni 2015 arbeidsongeschikt. 3. STANDPUNTEN VAN PARTIJEN A stelt dat het in dit geschil niet gaat om de vraag of alles pais en vree was binnen K of om de vraag of er iets moest gebeuren. Het gaat louter om de vraag of de disciplinaire maatregel van overplaatsing jegens A op zijn plaats was of niet. Aan een disciplinaire overplaatsing dienen zwaarwegende gronden ten grondslag te liggen; die zijn er in casu niet. Van plichtsverzuim is in het geheel geen sprake. A betwist op enigerlei wijze verwijtbaar te hebben gehandeld. A is geen enkel concreet verwijt gemaakt; de maatregel is gebaseerd op indrukken en meningen van collega s. Geen van de teamleden heeft iets specifieks over A persoonlijk gezegd: het gaat telkens over de drie-eenheid. De (enige concrete) verwijten ten aanzien van het lean-traject zijn onterecht. Dit project was lopende en alle collega s en ook de leidinggevende waren ervan op de hoogte dat zij op 16 december 2014 een bijeenkomst van de gemeente zou bijwonen. Bovendien was er die ochtend het kerstontbijt met het team. Alle collega s, dus ook H, waren er daardoor van op de hoogte dat A en L tijdens het ontbijt zijn weggegaan om naar deze bijeenkomst te gaan. A is door haar werkgever nooit aangesproken op haar gedrag en zij heeft altijd uitstekend gefunctioneerd. Hierdoor kwam de mededeling dat zij zou worden geschorst en dat er een onderzoek zou komen, voor haar volkomen onverwacht. Als het gedrag van A al als storend werd ervaren, had de leidinggevende dit in een eerder stadium moeten oppakken en had zij de tijd moeten krijgen om zich te verbeteren. A stelt voorts dat er geen behoorlijke procedure is geweest. Zo was Pagina 2 van 5
3 er geen open onderzoeksvraag (wat is er aan de hand met K en kan dit worden opgelost?) maar een onderzoek gericht op de vraag of de verwijten aan de drie-eenheid juist waren. Dit getuigt van grote vooringenomenheid en een tunnelvisie. Ook zijn A en haar twee betrokken collega s niet gehoord in de eerste onderzoeksfase. Pas na de schorsing is A gehoord. Evenmin zijn onafhankelijke betrokkenen, zoals de ambtenaren van de gemeente D, gehoord. A geeft aan dat er al klachten waren van de gemeente D en signalen van collega s over de slechte verhouding met de leidinggevende. Ook was de leidinggevende eerder overgeplaatst nadat er problemen tussen haar en haar toenmalige team waren ontstaan. Een objectief feitenonderzoek was derhalve op zijn plaats geweest. A betwist dat sprake is van een drie-eenheid. Zij kennen elkaar weliswaar goed maar de suggestie dat zij altijd gezamenlijk optreden en anderen buitensluiten is volstrekt onjuist. Dat kan ook niet, omdat zij maar op één middag per week alle drie aanwezig zijn. Met het opleggen van de maatregel handelt de werkgever uitermate onzorgvuldig en buitenproportioneel jegens A. Bovendien beperkt de maatregel A bij het zoeken naar plaatsings- mogelijkheden. De maatregel kan niet in stand blijven, mede gezien haar dienstverband van zestien jaar, aldus A. De werkgever voert aan dat de leidinggevende en haar collega s geen vertrouwen meer hadden in A. Met haar gedrag heeft A collega s ernstig beschadigd. A kon zich niet vinden in de aansturing en gemaakte afspraken met als gevolg het ontstaan van conflictsituaties, explosief gedrag, pesterijen en roddels. Ook werd kwaadgesproken over de leidinggevende naar de medewerkers van de gemeente. Omdat de sfeer verre van optimaal was, de weerstand bleef bestaan en er in november/ december 2014 meerdere heftige signalen bij de dagelijks leidinggevende kwamen, was een interventie/nader onderzoek noodzakelijk waarbij alle medewerkers verklaringen hebben afgelegd. Deze verklaringen gaven een eenduidig beeld en noopten tot ingrijpen. De verklaringen duidden erop dat A en haar collega s M en L de veroorzakers zijn van het onveilig werkklimaat binnen K. Het is zeker niet zo dat de leidinggevende een vooropgezet plan had om juist deze drie werknemers weg te werken. De drie medewerkers vertoonden verschillend gedrag, maar waren alle drie op negatieve wijze zeer aanwezig en bepalend, zochten elkaar daarin op en versterkten elkaar. Daarbij gaat het expliciet niet om meningen, indrukken en gevoelens van medewerkers, maar om feitelijke ervaringen en bevindingen van een zevental collega s. Het constant op een manipulatieve, negatieve maar ook subtiele, verfijnde en ongrijpbare wijze invloed uitoefenen, heeft deze collega s ernstig geschaad. Er is sprake van ernstig plichtsverzuim van A. Het is zeer opmerkelijk dat A niets van dit alles herkent, alles buiten zichzelf legt en de leidinggevende de zwarte piet toespeelt. Het onderzoek is juist zorgvuldig gevoerd. Er is voor gekozen om de dagelijks leidinggevende, H, als notuliste bij de gesprekken aanwezig te laten zijn, ten behoeve van het gevoel van veiligheid voor de betrokken werknemers die de formele leidinggevende niet eerder hadden gezien. Er waren geen signalen dat H deel van het probleem was. De mensen van de gemeente zijn bewust niet gehoord, omdat de werkgever hen niet bij het onderzoek wilde betrekken. Het vertrouwen van de werkgever is dusdanig geschaad dat er geen enkele basis meer is voor een vruchtbare samenwerking. Na de interventie was (groeps)mediation niet meer aan de orde. Omdat A in het verleden nauwelijks is aangesproken op haar gedrag en ook niet de mogelijkheid heeft gekregen om haar gedrag en houding te verbeteren, is niet gekozen voor disciplinair ontslag maar voor de maatregel van disciplinaire overplaatsing. De maatregel is proportioneel nu A een nieuwe Pagina 3 van 5
4 kans wordt geboden in de organisatie. Dat de aangeboden functie niet passend zou zijn, betwist de werkgever. A heeft op een eerdere wensenlijst aangegeven de functie van docent binnen het voortgezet onderwijs te ambiëren. Bovendien wordt zij in de gelegenheid gesteld haar bevoegdheid voor het vak Nederlands te gaan behalen. Desgevraagd verklaart de werkgever dat A vanaf november/december 2014 op haar gedrag is aangesproken. In haar dossier bevinden zich geen verslagen van functionerings- en/of beoordelingsgesprekken die aanleiding gaven om in deze procedure in te brengen, aldus de werkgever. 4. OVERWEGINGEN VAN DE COMMISSIE De bevoegdheid en de ontvankelijkheid Aangezien de instelling is aangesloten bij deze Commissie en het beroep is gericht tegen één van de beslissingen, genoemd in artikel 12.2 lid 2 onder a cao mbo, en binnen de daartoe geldende termijn is ingesteld, is de Commissie bevoegd van het beroep kennis te nemen en is het beroep ontvankelijk. De disciplinaire overplaatsing De Commissie stelt allereerst vast dat de werkgever de in artikel 2.10 cao mbo voorgeschreven verweerprocedure op correcte wijze heeft gevolgd door A de gelegenheid te geven zich tegen het voornemen te verweren. Bij het beantwoorden van de vraag of de werkgever A in redelijkheid de disciplinaire maatregel van overplaatsing heeft kunnen opleggen, beoordeelt de Commissie in eerste instantie of de feiten, waarop de beslissing is gebaseerd, voldoende vaststaan. Indien dat het geval is, beoordeelt de Commissie of deze feiten kunnen worden aangemerkt als plichtsverzuim, zoals bedoeld in artikel 2.8 lid 1 cao mbo. Indien dat het geval is, beoordeelt de Commissie tenslotte of een disciplinaire maatregel gepast is (subsidiariteit) en, bij een bevestigend antwoord, of de opgelegde maatregel, alle omstandigheden in aanmerking genomen, in een redelijke verhouding staat tot het gepleegde plichtsverzuim (proportionaliteit). Ten aanzien van de feiten waarop de disciplinaire overplaatsing is gebaseerd overweegt de Commissie als volgt. De werkgever geeft in de bestreden beslissing van 13 april 2015 aan dat A met haar gedrag haar plichten als goed werknemer in ernstige mate heeft verzuimd. Uit de overgelegde stukken en het verhandelde ter zitting is de Commissie gebleken dat de werkgever A verwijt dat zij, samen met haar twee collega s M en L, optreedt als een drieeenheid, die door manipuleren, intimideren en treiteren een onveilige sfeer binnen het team K creëert en in standhoudt. Dergelijke naar het oordeel van de Commissie zware kwalificaties vereisen een gedegen feitelijke onderbouwing. De Commissie acht de resultaten van het door de werkgever verrichte onderzoek daarvoor volstrekt onvoldoende. Het onderzoek laat voornamelijk subjectieve waarnemingen en bevindingen van de collega s van A zien en geen feiten. De genoemde waarnemingen maken niet duidelijk welk specifiek gedrag van A heeft gemaakt dat een of meerdere collega s zich onveilig voelen binnen het Pagina 4 van 5
5 team. Van manipuleren, intimideren en treiteren door A is de Commissie niet gebleken. Het ter zitting door de werkgever genoemde smiezelen en zich afzonderen om koffie te drinken rechtvaardigen niet de door de werkgever gebezigde kwalificatie van het gedrag van A. Dit geldt evenzeer voor de opmerking van een collega dat ze haarscheurtjes in de samenwerking met A ervaart alsook voor het weigeren van een frequent verzuim-gesprek door A. De door de werkgever genoemde strubbelingen uit 2013 tussen A en H kunnen, wat daar ook van zij, evenmin aan het huidige gestelde plichtsverzuim ten grondslag worden gelegd. Het enige in de verklaringen genoemde concrete voorval, namelijk dat A op 16 december 2014 naar een bijeenkomst van de gemeente is geweest zonder dat het team wist waar zij was, is door A in een andere context geplaatst en is eerder geen aanleiding geweest om haar op dit gedrag aan te spreken. In ieder geval zijn daarvan geen stukken overgelegd. Evenmin is anderszins voldoende gebleken dat het gedrag van A ertoe heeft geleid dat sprake was van een onprettige werksfeer en een verstoorde relatie met collega s. De Commissie acht het, gezien de in het onderzoek gesignaleerde onveiligheid, niet onbegrijpelijk dat de werkgever maatregelen heeft willen treffen om de werksfeer in het team te herstellen. In een dergelijke situatie staan de werkgever echter andere oplossingen ten dienste dan het opleggen van een disciplinaire maatregel wegens plichtsverzuim. Het geheel overziend oordeelt de Commissie dat de aan het plichtsverzuim ten grondslag gelegde feiten onvoldoende vaststaan zodat de grondslag voor het opleggen van een disciplinaire maatregel ontbreekt. De Commissie zal daarom het beroep gegrond verklaren. 5. OORDEEL Op grond van bovenstaande overwegingen verklaart de Commissie het beroep gegrond. Aldus gedaan te Utrecht op 12 oktober 2015 door mr. L.C.J. Sprengers, voorzitter, drs. K.A. Kool en mr. M.Th. van Wel, leden, in aanwezigheid van mr. R.M. de Bekker, secretaris. mr. L.C.J. Sprengers voorzitter mr. R.M. de Bekker secretaris Pagina 5 van 5
UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever
106842 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, appellante, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. drs. M.C.J. Reijrink en het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna
Nadere informatiehet College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
106808 UITSPRAAK in het geding tussen: mevrouw A, wonende te B, appellante, hierna te noemen A gemachtigde: de heer mr. F.E.R.M. Lathouwers en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder,
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van Stichting C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. J.A.
107540 - De berisping wegens het niet naleven van het programma van toetsing en afsluiting is terecht; het beroep tegen schorsing is niet-ontvankelijk. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende
Nadere informatieBeroep tegen berisping is gegrond omdat het plichtsverzuim niet ernstig genoeg is. UITSPRAAK
107912 - Beroep tegen berisping is gegrond omdat het plichtsverzuim niet ernstig genoeg is. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende te C, appellante, hierna te noemen A, gemachtigde: mevrouw
Nadere informatieBeroep tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging daarvan is gegrond, omdat de werknemer niet vooraf zijn zienswijze kon indienen
108216 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging daarvan is gegrond, omdat de werknemer niet vooraf zijn zienswijze kon indienen in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant], wonende te [woonplaats],
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
105181 - Beroep tegen schriftelijke berisping; SAMENVATTING De werknemer wordt verweten dat hij disfunctioneert en hierin bewust geen verbetering brengt. Het complex aan feiten in onderlinge samenhang,
Nadere informatieBeroep tegen een disciplinaire overplaatsing is niet-ontvankelijk omdat de overplaatsing geen disciplinair karakter heeft.
108604 - Beroep tegen een disciplinaire overplaatsing is niet-ontvankelijk omdat de overplaatsing geen disciplinair karakter heeft. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant], wonende te [woonplaats],
Nadere informatieUITSPRAAK. [appellant], wonende te [woonplaats], appellante, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. E.A.C. Sietsma
107969 UITSPRAAK in het geding tussen: [appellant], wonende te [woonplaats], appellante, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. E.A.C. Sietsma en het College van Bestuur van [school], gevestigd
Nadere informatieUITSPRAAK. de Vereniging B, gevestigd te C, verweerster, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. M. De Vita
107818 - Beroep tegen schriftelijke berisping. De werkgever heeft een te groot verschil gemaakt in sanctionering van de werknemer en diens collega, terwijl sprake was van gelijke omstandigheden. in het
Nadere informatie105753 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en tegen ontslag wegens gewichtige reden; hbo
105753 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en tegen ontslag wegens gewichtige reden; De werknemer is geschorst vanwege het opnemen van gesprekken met leidinggevenden en het delen van deze opnamen.
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. C.A.C.M.
107626 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, appellante, gemachtigde: de heer mr. J. Roose en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde:
Nadere informatieUITSPRAAK. [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. G. Deibel
108311 - Beroep tegen disciplinaire overplaatsing is gegrond omdat de klachten geen plichtsverzuim opleveren en er sprake lijkt te zijn van functioneringsproblematiek waarvoor een disciplinaire maatregel
Nadere informatieSAMENVATTING. 105871/105939 - Beroep (2) tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging schorsing; BVE
SAMENVATTING 105871/105939 - Beroep (2) tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging schorsing; Gelet op de mogelijke onregelmatigheden in leerlingdossiers bestond er op zichzelf voldoende reden voor
Nadere informatieBeroep tegen overplaatsing gegrond vanwege het ontbreken van de instemming van de werkneemster.
108379 - Beroep tegen overplaatsing gegrond vanwege het ontbreken van de instemming van de werkneemster. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellante], wonende te [woonplaats], appellante, hierna te noemen
Nadere informatieCommissie van Beroep VO
105924 - Beroep tegen schriftelijke berisping; SAMENVATTING De gymleraar heeft bezittingen van leerlingen in bewaring genomen. Na de les ontbreekt een ipod. De werkgever stelt dat de werknemer in strijd
Nadere informatieDe werkgever heeft de werknemer nogmaals mogen schorsen om nader onderzoek te doen naar zijn mogelijk onrechtmatig handelen.
107674 - De werkgever heeft de werknemer nogmaals mogen schorsen om nader onderzoek te doen naar zijn mogelijk onrechtmatig handelen. in het geding tussen: UITSPRAAK de heer A, wonende te B, appellant,
Nadere informatieDe berisping houdt geen stand omdat niet vaststaat dat de werknemer de geheimhoudingsplicht heeft geschonden.
108160 - De berisping houdt geen stand omdat niet vaststaat dat de werknemer de geheimhoudingsplicht heeft geschonden. in het geding tussen: UITSPRAAK de heer [appellant], wonende te [woonplaats], appellant,
Nadere informatieUITSPRAAK. [Het schoolbestuur], gevestigd te [vestigingsplaats], verweerder, hierna te noemen de werkgever
108617 Beroep tegen berisping gegrond. De opmerkingen van de werknemer leveren plichtsverzuim op, maar een berisping is gezien de omstandigheden geen passende maatregel. UITSPRAAK in het geding tussen:
Nadere informatieCommissie van Beroep VO
105601 SAMENVATTING Werknemer heeft Niet Aangeboren Hersenletsel en er dient op advies van de bedrijfsarts een goede werkbalans te zijn. De werknemer wordt verweten dat zich een aantal incidenten hebben
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van het ROC C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
SAMENVATTING 105696 - Beroep tegen disciplinaire overplaatsing; De werkgever heeft werknemer bij wijze van disciplinaire maatregel overgeplaatst wegens plichtsverzuim, bestaande uit onder meer het zich
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK
SAMENVATTING 106285/106286/106287 Beroepen (3) tegen ontslag wegens opheffing van de betrekking;. Werkneemster is ontslagen op grond van opheffing van de betrekking als bedoeld in artikel 3.8 lid 3 cao
Nadere informatieBeroep tegen berisping gegrond. De verzonden kritische levert geen plichtsverzuim op. UITSPRAAK
108343 - Beroep tegen berisping gegrond. De verzonden kritische e-mail levert geen plichtsverzuim op. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, gemachtigde: mevrouw
Nadere informatie106593 - Docente terecht op staande voet ontslagen omdat zij stagebezoeken heeft gefingeerd en hiervoor reiskostendeclaraties heeft ingediend.
106593 - Docente terecht op staande voet ontslagen omdat zij stagebezoeken heeft gefingeerd en hiervoor reiskostendeclaraties heeft ingediend. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende te B, appellante,
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. A.
107773 - Beroep tegen onthouding van promotie. Terugplaatsing van docent LD naar docent LC mocht, omdat de werknemer niet voldeed aan de functievereisten docent LD UITSPRAAK in het geding tussen: de heer
Nadere informatie107502/ De twee schorsingen van de werknemer zijn onjuist; de eerste vanwege een vormfout en de tweede omdat daarvoor onvoldoende grond was.
107502/107581 - De twee schorsingen van de werknemer zijn onjuist; de eerste vanwege een vormfout en de tweede omdat daarvoor onvoldoende grond was. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende te
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van het ROC D, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. A.
106562 - Ontslag wegens gewichtige omstandigheden (verstoorde arbeidsrelatie) dan wel ongeschiktheid niet toegestaan omdat deze onvoldoende zijn gebleken. Beroep tegen de schorsing houdt evenmin stand
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. drs. M.
107486 - De ontheffing uit de taken wordt gelijkgesteld aan een schorsing. Omdat de voorgeschreven verweerprocedure niet is gevolgd, houdt deze schorsing geen stand. in het geding tussen: UITSPRAAK de
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting D, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr.
106128 - Beroep tegen een berisping: SAMENVATTING Werknemer heeft ernstige fouten bij het opstellen van de roosters gemaakt en de werkgever stelt dat sprake is van disfunctioneren. De werknemer vertoont
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. J.J.
106846-106966 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, appellant, hierna te noemen A gemachtigde: de heer mr. T.G.J. Horlings en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna
Nadere informatie108490/ Beroep tegen schorsingen als ordemaatregel gegrond vanwege niet volgen verweerprocedure respectievelijk gebrek aan noodzaak.
108490/108540 - Beroep tegen schorsingen als ordemaatregel gegrond vanwege niet volgen verweerprocedure respectievelijk gebrek aan noodzaak. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellante], wonende te [woonplaats],
Nadere informatieBeroep tegen onthouden promotie ongegrond omdat er geen aanspraak op een benoeming in een LD-functie.
108067 Beroep tegen onthouden promotie ongegrond omdat er geen aanspraak op een benoeming in een LD-functie. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw [appellant], wonende te [plaatsnaam], appellante, hierna
Nadere informatiehet College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. K.A.P. Moonen
105081 - Beroep tegen schriftelijke berisping; De werkgever heeft aan de disciplinaire maatregel ten grondslag gelegd dat de docent in de lessen allerlei privézaken bespreekt en in de lessen en tijdens
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK
SAMENVATTING 105659 - Beroep tegen ontslag wegens opheffing betrekking/gewichtige reden; De werknemer kan na een periode van detachering niet terugkeren in zijn oude functie van manager bedrijfsvoering.
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
107334 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, appellant, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. L. Stové en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de
Nadere informatie107991/ Beroep tegen schorsingen als ordemaatregel ongegrond omdat daarvoor voldoende redenen waren. UITSPRAAK
107991/108080 Beroep tegen schorsingen als ordemaatregel ongegrond omdat daarvoor voldoende redenen waren. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te noemen
Nadere informatieUITSPRAAK. in het geding tussen: mevrouw A, wonende te B, appellante, hierna te noemen A
107607 - De overplaatsing als gevolg van boventalligheid houdt geen stand omdat de werkgever de regels die hij hiervoor heeft opgesteld niet juist heeft toegepast. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw
Nadere informatieSAMENVATTING. 106049/106052 - Beroep tegen ontslag wegens gewichtige reden en tegen vrijstelling van werkzaamheden; HBO
SAMENVATTING 106049/106052 - Beroep tegen ontslag wegens gewichtige reden en tegen vrijstelling van werkzaamheden; De aan het ontslag ten grondslag gelegde gewichtige reden houdt verband met het functioneren
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van B, gevestigd te G, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. G.M.
106879 - Uitspraak voor zover er nog een ontslagbesluit zou zijn: het ontslag wegens arbeidsongeschiktheid kan niet in stand blijven, omdat herstel binnen 26 weken na het ontslagbesluit niet uitgesloten
Nadere informatieBeroep tegen onthouding promotie gegrond omdat de werkgever de procedure niet correct heeft gevolgd.
108508 - Beroep tegen onthouding promotie gegrond omdat de werkgever de procedure niet correct heeft gevolgd. UITSPRAAK in het geding tussen: [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te
Nadere informatiein het geding tussen: de heer [appellant], wonende te [woonplaats], hierna te noemen [appellant]
108047 UITSPRAAK in het geding tussen: de heer [appellant], wonende te [woonplaats], hierna te noemen [appellant] en het College van Bestuur van [de werkgever], gevestigd te [vestigingsplaats], verweerder,
Nadere informatieBeroep tegen schorsing als ordemaatregel gegrond, omdat er onvoldoende grond voor de schorsing was.
108550 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel gegrond, omdat er onvoldoende grond voor de schorsing was. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant], wonende te [woonplaats], hierna te noemen [appellant]
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK
105209 - Beroep tegen onthouden promotie; SAMENVATTING Getoetst wordt of de procedure in het door de werkgever opgestelde implementatieplan salarismix zorgvuldig en correct is gevolgd en of de werkgever
Nadere informatieCommissie van Beroep HBO
106043 - Beroep tegen ontslag wegens ongeschiktheid/onbekwaamheid dan wel gewichtige reden; SAMENVATTING De werknemer is docent en is ontslagen omdat hij stelselmatig interne afspraken en regels niet heeft
Nadere informatieBeroep tegen overplaatsing gegrond omdat de werkgever verzuimd heeft te vermelden welke cao-grond de basis is voor de overplaatsing.
108563 - Beroep tegen overplaatsing gegrond omdat de werkgever verzuimd heeft te vermelden welke cao-grond de basis is voor de overplaatsing. in het geding tussen: [appellante], wonende te [woonplaats],
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van de D, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw F
SAMENVATTING 106011 - Beroep tegen ontslag primair wegens plichtsverzuim, subsidiair wegens ongeschiktheid voor de functie en meer subsidiair om andere redenen van gewichtige aard, te weten verlies van
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. F.J.
107289 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, verzoeker, hierna te noemen A gemachtigde: de heer mr. S.L. Knols en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen
Nadere informatieBeroep tegen ontslag wegens plichtsverzuim en onvoldoende functioneren: BVE SAMENVATTING
106172 - Beroep tegen ontslag wegens plichtsverzuim en onvoldoende functioneren: SAMENVATTING De opzegging kan niet worden gegrond op plichtsverzuim omdat dit plichtsverzuim in de bestreden beslissing
Nadere informatieUITSPRAAK. in het geding tussen: de heer A, wonende te B, appellant, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. S.K. Oskam
107544 Terugplaatsing in de functie docent LB is onthouding van promotie. De terugplaatsing is redelijk omdat de werknemer niet voldeed aan de functievereisten van docent LD en omdat hij de aangeboden
Nadere informatieCommissie van Beroep BVE
SAMENVATTING 105083 De werknemer is op staande voet ontslagen omdat hij zich niet op correcte wijze had ziek gemeld, omdat hij ondanks deze ziekmelding en zonder toestemming op studiereis naar Londen is
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting D, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr.
SAMENVATTING 105421 - Beroep tegen beëindiging dienstverband; De werkgever stelt dat geen sprake is van ontslag maar van het van rechtswege eindigen van een verlengd tijdelijk dienstverband wegens onbevoegdheid.
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever
106918 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, appellant, hierna te noemen A en het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever 1. VERLOOP VAN DE PROCEDURE
Nadere informatieBij een disciplinaire overplaatsing moet de werkgever motiveren waarom de feiten die eraan ten grondslag liggen, plichtsverzuim opleveren
107675 - Bij een disciplinaire overplaatsing moet de werkgever motiveren waarom de feiten die eraan ten grondslag liggen, plichtsverzuim opleveren in het geding tussen: UITSPRAAK de heer A, wonende te
Nadere informatieCommissie van Beroep BVE
105933 - Beroep tegen ontslag wegens dringende reden, subsidiair wegens andere redenen van gewichtige aard; SAMENVATTING De werkgever kocht stageplaatsen in bij de fietsenwinkel van werknemer, die de bij
Nadere informatieSAMENVATTING U I T S P R A AK
SAMENVATTING 104265 - Geschil over de toepassing van artikel I-12b lid 2 De werkgever kent de werkneemster geen bindingstoelage toe omdat zij niet op alle beoordelingscriteria van de functie positief beoordeeld
Nadere informatie106099 - Beroep tegen ontslag wegens gewichtige reden/plichtsverzuim/onbekwaamheid; BVE
106099 - Beroep tegen ontslag wegens gewichtige reden/plichtsverzuim/onbekwaamheid; SAMENVATTING De werknemer is docent en is primair ontslagen wegens gewichtige reden, bestaande uit een verlies aan vertrouwen,
Nadere informatieCommissie van Beroep PO
106226 - Beroepen tegen vermindering betrekkingsomvang; SAMENVATTING Werknemers zijn bij de werkgever in vaste dienst met een betrekkingsomvang boven de normbetrekking van 1 wtf. Omdat de werkgever vele
Nadere informatieSAMENVATTING / Beroepen (2) tegen rddf-plaatsingen; PO
SAMENVATTING 105366 / 105383 Beroepen (2) tegen rddf-plaatsingen; PO De werkgever heeft de in de CAO PO voorgeschreven procedure om tot een rddf plaatsing te besluiten op een juiste wijze gevolgd. Op grond
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting D, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr.
SAMENVATTING 105397 - Beroep tegen ontslag wegens plichtsverzuim; De werknemer is disciplinair ontslagen vanwege grensoverschrijdend gedrag tegen een minderjarige leerling. Voor de werkgever ligt deze
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. drs. C.A.H.
104900 SAMENVATTING Ontslag is primair gebaseerd op plichtsverzuim, subsidiair op onbekwaamheid of ongeschiktheid en meer subsidiair op grond van andere redenen van gewichtige aard, zijnde een vertrouwensbreuk.
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting D, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr.
105770 - Beroep tegen overplaatsing; SAMENVATTING De werkgever stelt dat er sprake is van een dusdanig onwerkbare situatie dat onvrijwillige overplaatsing noodzakelijk was. Het oordeel dat van een dergelijke
Nadere informatiehet College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. B.J. van Hees
106796 - Beroep tegen ontslag wegens opheffing van de betrekking gegrond omdat de werkgever een onjuiste afvloeiingssystematiek hanteert; BVE in het geding tussen: UITSPRAAK de heer A, wonende te B, appellant,
Nadere informatie105372/ Beroep tegen schorsing en ontslag wegens ongeschiktheid, subsidiair wegens redenen van gewichtige aard; BVE
105372/105373 - Beroep tegen schorsing en ontslag wegens ongeschiktheid, subsidiair wegens redenen van gewichtige aard; Aan het einde van het schooljaar is een aantal klachten van leerlingen en collega's
Nadere informatieBeroep tegen overplaatsing en berisping wegens weglopen leerlingen gegrond. Beroep tegen schorsing niet-ontvankelijk.
108263 - Beroep tegen overplaatsing en berisping wegens weglopen leerlingen gegrond. Beroep tegen schorsing niet-ontvankelijk. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellante], wonende te [woonplaats], appellante,
Nadere informatieUITSPRAAK. [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. D. Ramsoedh
108351 - Beroep tegen berisping gegrond. De ongeoorloofde afwezigheid leverde plichtsverzuim op maar de berisping is gezien de omstandigheden geen passende maatregel. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant],
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van de Hogeschool van B, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de hogeschool of de werkgever
SAMENVATTING 106058 - Beroep tegen disciplinaire schorsing; De schorsing is door de werkgever opgelegd omdat werknemer, opleidingsmanager, zich niet heeft gehouden aan de afspraken om de afstudeerprocedure
Nadere informatieUITSPRAAK. de heer [appellant], wonende te [plaatsnaam], appellant, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. R.H.M.
108633 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel ongegrond; de inhoud van de e- mailwisseling tussen de docent en een minderjarige leerlinge was voldoende reden om een onderzoek in te stellen. in het
Nadere informatiehet College van Bestuur van de Stichting C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
106484 - Door werkneemster niet te belasten met lesuren in de bovenbouw is haar ten onrechte promotie in het kader van het entreerecht onthouden. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende te B,
Nadere informatieBeroep tegen berisping ongegrond. De werkgever heeft in redelijkheid een berisping op mogen leggen. UITSPRAAK
108081 - Beroep tegen berisping ongegrond. De werkgever heeft in redelijkheid een berisping op mogen leggen. UITSPRAAK in het geding tussen: [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te noemen
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. J.A.
107669 - De terugplaatsing in de oude LB-functie komt neer op de onthouden van promotie. Terugplaatsing mocht omdat de werkneemster niet voldeed aan de functievereisten docent LD. in het geding tussen:
Nadere informatieSAMENVATTING. 104944/104968 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging daarvan; VO
SAMENVATTING 104944/104968 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging daarvan; Werkgever heeft werkneemster bij wijze van ordemaatregel geschorst voor de duur van 4 weken omdat hij een onderzoek
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. Y.E.M.
103369 SAMENVATTING Verzoek voorlopige voorziening HBO De werkgever heeft de werkneemster meegedeeld dat haar tijdelijk dienstverband van rechtswege eindigt. De werkneemster stelt dat zij in vaste dienst
Nadere informatieOntslag wegens reorganisatie houdt stand omdat de werkgever het Sociaal Plan correct heeft toegepast; HBO
106522 - Ontslag wegens reorganisatie houdt stand omdat de werkgever het Sociaal Plan correct heeft toegepast; in het geding tussen: UITSPRAAK de heer A, wonende te B, appellant, hierna te noemen A gemachtigde:
Nadere informatiehet College van Bestuur van C, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. dr. J.H. van Gelderen
104967 - Beroep tegen ontslag wegens arbeidsongeschiktheid; De werknemer is 50% arbeidsongeschikt en de werkgever ontslaat hem voor 0,5 fte. De werkgever heeft ter zitting gesteld dat de ontslagbeslissing
Nadere informatieCommissie van beroep vo
107458 - Een zij-instromer die per eerste schooldag ná 1-8-2014 is benoemd en het hele schooljaar les gaf, heeft redelijkerwijze recht op het entreerecht. in het geding tussen: UITSPRAAK de heer A, wonende
Nadere informatieNalevingsgeschil; als MR-leden weigeren af te treden, kan een bevoegd gezag niet de MR ontbinden en eigenmachtig MR-verkiezingen organiseren.
108524 - Nalevingsgeschil; als MR-leden weigeren af te treden, kan een bevoegd gezag niet de MR ontbinden en eigenmachtig MR-verkiezingen organiseren. UITSPRAAK in het geding tussen: de medezeggenschapsraad
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. P.T.M.
106809 - Ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid houdt geen stand omdat de ongeschiktheid onvoldoende is onderbouwd en een duidelijk verbetertraject ontbreekt. Ontslag wegens vertrouwensbreuk als gewichtige
Nadere informatieSAMENVATTING U I T S P R A AK
SAMENVATTING 105014 - Beroep tegen ontslag wegens dringende reden; Werknemer, docent, is wegens een dringende reden ontslagen op grond van fraude bij de schoolexamens. De aan het ontslag ten grondslag
Nadere informatiehet College van bestuur van het C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
Samenvatting 02073 Commissie voor geschillen Geschil omtrent inschaling van de functie. De werknemer treedt in tijdelijke dienst van de werkgever en ontvangt eerst een salarisstrook met vermelding van
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van het C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
107780 - De cao mbo is niet goed toegepast, omdat de werknemer ten onrechte is aangemerkt als betrokken bij het primaire proces en de werkgever de afwijzing van het (on)betaald verlof onvoldoende heeft
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van het E, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr.
SAMENVATTING 105464 - Beroep tegen beëindiging verlengd tijdelijk dienstverband; De werknemer heeft bij de werkgever vier tijdelijke dienstverbanden gehad. Tussen het tweede en derde dienstverband zat
Nadere informatieCommissie van Beroep PO
106228 - Beroep tegen vermindering betrekkingsomvang; SAMENVATTING De werkgever heeft vele werknemers in dienst die, om verschillende redenen, een betrekkingsomvang van meer dan 1,0 wtf hebben. De werkgever
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van B, gevestigd te C, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. J.J.
106840/106902 in het geding tussen: UITSPRAAK de heer A, wonende te C, appellant, hierna te noemen A gemachtigde: de heer T.L.P. Janssen M.A., MSc, CMC en het College van Bestuur van B, gevestigd te C,
Nadere informatieCommissie van Beroep VO SAMENVATTING
SAMENVATTING 106377 - Beroep tegen onthouden promotie (entreerecht); Het beroep is gericht tegen de beslissing van de werkgever met betrekking tot de urenverdeling voor het schooljaar 2014-2015 waaruit
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting D, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr.
SAMENVATTING 105957 - Beroep tegen ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid; PO In geval van ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid is het, zeker bij een langdurig dienstverband, noodzakelijk dat
Nadere informatieSAMENVATTING t/m , t/m en Beroepen tegen ontslag wegens opheffing van de school; VO
SAMENVATTING 104994 t/m 104997,104999 t/m 105002 en 105007 - Beroepen tegen ontslag wegens opheffing van de school; De werknemers voeren aan dat voortzetting van de school mogelijk is, dat de werkgever
Nadere informatieBeroep tegen ontslag wegens plichtsverzuim/gewichtige omstandigheden en tegen schorsing als ordemaatregel; PO
106238- Beroep tegen ontslag wegens plichtsverzuim/gewichtige omstandigheden en tegen schorsing als ordemaatregel; SAMENVATTING Het dienstverband is primair opgezegd wegens plichtsverzuim, kortweg bestaande
Nadere informatieCommissie van Beroep BVE SAMENVATTING
SAMENVATTING 105521 Beroep tegen overplaatsing als disciplinaire maatregel; Omdat het team van werkneemster onvoldoende functioneerde besloot de werkgever tot overplaatsing werkneemster. Aan de beslissing
Nadere informatiehet bestuur van de Schoolvereniging C, gevestigd te C, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. L.M.E.
107807 - Tegen waarschuwing staat geen beroep open; beroep tegen schorsing en berisping gegrond omdat belang van de instelling respectievelijk plichtsverzuim niet aannemelijk zijn gemaakt. UITSPRAAK in
Nadere informatieUITSPRAAK. in het geding tussen: de heer A, wonende te B, bezwaarde, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. J.G.T.M. Bekkers-Van Heumen
107335 - Het bezwaar tegen de beschrijving en waardering van de functie van accountmanager schaal 10 is ongegrond omdat de opgedragen werkzaamheden voldoende in overeenstemming zijn met de functiebeschrijving
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK
SAMENVATTING 105309 - Geschil met betrekking tot de toepassing van artikel F-5 CAO BVE De werkgever kent een uitvoeringsregeling voor de werkverdeling 2011-2012 en heeft conform de daarin opgenomen procedure
Nadere informatieCommissie van Beroep VO
106114 - Beroep tegen inhouding loon als disciplinaire maatregel; SAMENVATTING Het plichtsverzuim dat de werknemer wordt verweten bestaat uit het (onrechtmatig) in bezit hebben van een screenprint uit
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK
SAMENVATTING 105600 - Ontslag op staande voet wegens werkweigering; Naast haar functie bij de werkgever is werkneemster werkzaam in haar eigen agrarisch bedrijf. In verband met oogstwerkzaamheden heeft
Nadere informatieUITSPRAAK in het geding tussen: de heer A, wonende te B, bezwaarde, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. J.G.T.M. Bekkers-Van Heumen
107336 UITSPRAAK in het geding tussen: de heer A, wonende te B, bezwaarde, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. J.G.T.M. Bekkers-Van Heumen en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder,
Nadere informatiehet College van Bestuur van de C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. W. Lindeboom
106605 - Door werkneemster bij volledige arbeidsgeschiktheid minder dan 50% van haar lessen in de bovenbouw toe te delen, is haar ten onrechte promotie in het kader van het entreerecht onthouden; in het
Nadere informatiesollicitatieprocedure niet te benoemen in de (hogere ) functie van schooldirecteur kan in stand blijven.
108178 - Beroep tegen onthouding promotie. Het besluit de werknemer na een sollicitatieprocedure niet te benoemen in de (hogere ) functie van schooldirecteur kan in stand blijven. in het geding tussen:
Nadere informatieGeen voorlopige voorziening in het kader van schorsing als ordemaatregel; PO
106792 - Geen voorlopige voorziening in het kader van schorsing als ordemaatregel; in het geding tussen: UITSPRAAK IN VOORLOPIGE VOORZIENING mevrouw A, wonende te B, appellante, hierna te noemen A gemachtigde:
Nadere informatieUITSPRAAK. [Bestuur], gevestigd te [vestigingsplaats], verweerder, hierna te noemen de werkgever
108101 - Het bezwaar tegen handhaving van de functie informatiemanager schaal 11 is gegrond omdat bepaalde structurele werkzaamheden niet in de functiebeschrijving zijn opgenomen. in het geding tussen:
Nadere informatieCommissie van Beroep HBO
105956 - Beroep tegen ontslag wegens opheffing betrekking; SAMENVATTING De werkneemster wordt in verband met reorganisatie ontslagen. Een eerder ontslag is ingetrokken vanwege formele gebreken. Partijen
Nadere informatieBESLISSING OP ONTSLAGAANVRAAG. [de hogeschool], gevestigd te [vestigingsplaats], hierna te noemen de hogeschool gemachtigde: de heer mr. M.A.
108064 - Toestemming voor ontslag wegens bedrijfseconomische redenen niet verleend. De werkgever heeft onvoldoende aangetoond dat er geen herplaatsingsmogelijkheden zijn. Inzake het verzoek van: BESLISSING
Nadere informatieSAMENVATTING Beroep tegen ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid, subsidiair wegens gewichtige redenen; BVE
SAMENVATTING 105569 - Beroep tegen ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid, subsidiair wegens gewichtige redenen; Onvoldoende is vast komen te staan dat werkneemster disfunctioneerde of als ongeschikt
Nadere informatie