Streekpact Limburg Goedgekeurd door RESOC Limburg

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Streekpact Limburg 2014-2019. Goedgekeurd door RESOC Limburg"

Transcriptie

1 Streekpact Goedgekeurd door RESOC op 11 maart 2014

2 p.1

3 VOORWOORD Voor u ligt het streekpact voor de provincie en haar vijf streken. Dit streekpact koestert een aantal sterke ambities. Er moet eerst en vooral gewerkt worden aan de optimale ontwikkeling van het menselijk potentieel, zowel van leerlingen in het onderwijs als werknemers op de arbeidsmarkt, en aan een maximale levenskwaliteit voor alle ers. Bedrijven moeten voldoende worden ondersteund, zodat ze zich in de toekomst ten volle kunnen concentreren op ondernemen, innoveren en exporteren. Deze acties vereisen een goed functionerende, ecoefficiënte ruimtelijke omgeving. Als we onze schouders hier samen onder zetten, blijft ook in de toekomst een provincie om fier op te zijn. Deze strategische visie komt natuurlijk niet zomaar uit de lucht vallen. Sinds de sluiting van de mijnen werd de toekomst van al meermaals herschreven. Om de continuïteit met eerdere visies te verzekeren, bouwt dit streekpact verder op de beschikbare strategische documenten, zoals het Streekpact , 2.24, beleidsdocumenten op verschillende bestuursniveaus, de overeenkomst en het Strategisch Actieplan in het Kwadraat. Daarnaast staven we onze ambities met analyses van de meest recente socio-economische cijfers over onze provincie en haar vijf streken, over Vlaanderen en over België. Een streekpact ontwikkel je als RESOC niet alleen. Aan de samenstelling van dit pact ging een intens proces van samenspraak en cocreatie vooraf. De inzichten in dit document zijn het resultaat van een uitgebreide consultatieronde met de se actoren, gaande van politici, sociale partners tot experten in specifieke vakgebieden. Voor de realisatie van de doelstellingen heeft een breed veld aan se actoren acties en projecten aangereikt. Zij stellen hier ook een engagementsverbintenis tegenover. Het resultaat van dit proces is het streekpact. Geen statisch pact, maar een document in beweging, waardoor het echte werk nu pas begint. Samen met de se actoren willen we werk maken van de uitvoering van dit streekpact, zodat de socio-economische toekomst van onze provincie en haar vijf streken verzekerd blijft. Samen maken we de se toekomst! Marc Vandeput voorzitter RESOC p.2

4 Inhoud RESOC LIMBURG...6 WEGWIJS IN HET STREEKPACT...7 Decretale achtergrond...7 Structuur van het Streekpact...7 Streekpact en SALK...9 KRITISCHE SUCCESFACTOREN Bestuurs- en daadkracht Vermarkting van Leren leidt tot werken Jongeren, laaggeschoolden, streken Opleiding zoekt job ) Onderwijs ) Arbeidsmarkt ) Afstemming onderwijs-arbeidsmarkt Actie! De economische motor voor Kmo s en SALK-speerpuntsectoren Gunstig klimaat voor ondernemen ) Sectoren ) Ondernemingen Actie! Ruimte voor Efficiëntie Duurzaam ruimtegebruik ) Ruimte en mobiliteit ) Leefmilieu ) Verstedelijken Actie! Leven en beleven in Lage inkomens, ouderen en kinderen Wonen, zorg en samen (be)leven p.3

5 1) Wonen en zorg ) Samen (be)leven Actie! START! UITGEBREIDE ANALYSE Leren leidt tot werken De economische motor voor Ruimte voor Leven en beleven in BIJLAGEN Lijst van gesprekspartners / geconsulteerde actoren Geconsulteerde documenten Kaart: en haar 5 streken Afkortingen p.4

6 p.5

7 RESOC LIMBURG Het regionaal sociaal-economisch overlegcomité organiseert het overleg tussen de sociale partners, de gemeentebesturen en het provinciebestuur betreffende de socio-economische streekontwikkeling. Het RESOC is als volgt samengesteld: - 8 vertegenwoordigers afgevaardigd door de se steden en gemeenten - 8 vertegenwoordigers aangesteld door de Provincieraad - 8 vertegenwoordigers van de werkgeversorganisaties, verdeeld als volgt: Voka Kvk (4) Boerenbond (1) UNIZO- en VKW- (3) - 8 vertegenwoordigers van de werknemersorganisaties, verdeeld als volgt: ACV (5) ABVV (2) ACLVB (1) Bij de start van een nieuwe ambtstermijn van provincie- en gemeenteraad, dient elk van de vijftien Vlaamse RESOC s een streekpact op te stellen dat de strategische langetermijnvisie op de socioeconomische ontwikkeling van de streek omvat. p.6

8 WEGWIJS IN HET STREEKPACT Decretale achtergrond Het decreet betreffende de erkende regionale samenwerkingsverbanden (ERSV), de sociaaleconomische raden van de regio (SERR) en de regionale sociaal-economische overlegcomités (RESOC) (7 mei 2004) bepaalt dat volgende elementen minstens voorzien moeten zijn in het streekpact: - Een gemeenschappelijke probleemanalyse op het vlak van de sociaal-economische ontwikkeling van de regio, met bijzondere aandacht naar de kansengroepen op de arbeidsmarkt. - De langetermijnstrategie inzake de sociaal-economische ontwikkeling van de regio, waarbij een evenwicht vooropstaat tussen economie en werkgelegenheid en waarbij, in de gevallen dit nuttig of nodig is, aandacht uitgaat naar aanpalende beleidsdomeinen zoals ruimtelijke ordening en mobiliteit, leefmilieu, welzijn en onderwijs. Na vaststelling door het RESOC dient het streekpact te worden bekrachtigd door de gemeenteraden en de se provincieraad. Structuur van het Streekpact De basis van het se streekpact wordt gevormd door twee assen, die leiden tot 4 kwadranten: - Individu (iedere er) Collectief () - Economie Omgeving p.7

9 Binnen deze vier kwadranten identificeren we telkens verschillende domeinen. Binnen ieder kwadrant werd bepaald welke doelgroepen, thema s en belangen prioritair worden behandeld: - Kwadrant I: laaggeschoolden, jongeren, speerpuntsectoren en streken - Kwadrant II: kmo s en speerpuntsectoren SALK - Kwadrant III: eco-efficiëntie 1 - Kwadrant IV: lage inkomens, ouderen en kinderarmoede De keuzes zijn gebaseerd op een cijfermatige analyse van de socio-economische kerncijfers van onze provincie. Deze uitgebreide analyse is terug te vinden achteraan dit document. Verder werden deze keuzes besproken met het brede werkveld en afgetoetst aan de beleidsdocumenten op Europees, nationaal, Vlaams en s niveau. In wat volgt definiëren we per domein ambities en bijhorende doelstellingen. Daarna volgen de acties aangereikt door onze partners voor dit streekpact. Naast een SMART 2 -formulering stelt iedere actie minimaal één van volgende drie waarden voorop: - Duurzaamheid 3 - Innovatie - Dynamische samenhang 1 Eco-efficiëntie is een bepaalde vorm van milieuzorg en slaat kort gezegd op 'het creëren van meer economische waarde met minder milieu-impact' of 'meer doen met minder'. 2 Specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdgebonden 3 Duurzaamheid heeft betrekking op de huidige behoefte die de mensen op de aarde hebben en hoe dit in de toekomst ontwikkeld kan worden zonder dat de mensen, het milieu of de economie in gevaar komen. p.8

10 Op basis van de analyse, de gevoerde gesprekken en de accenten die in beleidsdocumenten en langetermijnvisies gelegd worden, maken we een duidelijke keuze voor specifieke doelgroepen, sectoren en streken. Dit houdt concreet in dat de ambities, doelstellingen en acties zich voornamelijk hierop zullen concentreren. Uiteraard is het streekpact er voor heel, voor alle ers, voor alle steden en gemeenten en voor alle sectoren. Maar de focus voor en de implementatie en de disseminatie van acties is wel toegespitst op bovenvermelde doelgroepen, sectoren en streken. Voor alle duidelijkheid moet ook nog vermeld worden dat onder regio de provincie verstaan wordt, terwijl bij streek wordt verwezen naar de onderdelen van de provincie: Noord-, West-, Midden-, Zuid- en Maasland (zie kaart p.. De verschillende steden en gemeenten worden aangeduid als lokale besturen, terwijl de provincie wordt gezien als regionaal bestuur. Om praktische redenen worden de acties niet helemaal in het streekpact beschreven, maar enkel een korte omschrijving. Bijzondere aandacht wordt besteed aan de streek waarop de actie betrekking heeft. Streekpact en SALK Uiteraard kan het streekpact niet losstaan van het Strategisch Actieplan in het Kwadraat, met looptijd Het streekpact onderschrijft de gemaakte strategische keuzes in het uitvoeringsplan van het SALK (juli 2013), zowel wat betreft de acht speerpuntsectoren 4 als de randvoorwaarden opgenomen in de se zeshoek 5. Maar het streekpact heeft een breder actiedomein dan het SALK. Het is dan ook nodig om hiervoor een strategische langetermijnvisie te ontwikkelen, zodat de acties gebundeld en met meer kracht en focus geïmplementeerd worden. Het streekpact wil dan ook de socio-economische, complementaire visie zijn, met een focus op heel en haar vijf streken. 4 Maakindustrie; logistiek & mobiliteit; vrijetijdseconomie en beleving; energyville; creatieve economie, ICT & digitale media; land-, tuinbouw en fruitteelt, bouw ( CO2-neutraal); zorginnovatie, bio- en medtech 5 Duurzame jobs creëren, beter opleiden, doelgericht innoveren, ruimter exporteren, sterker ondernemen en gericht ontsluiten centraal staan community formation en interregionale samenwerking. p.9

11 p.10

12

13 KRITISCHE SUCCESFACTOREN Om van het streekpact een succes te maken, moet er twee kritische succesfactoren aanwezig zijn: - Bestuurs- en daadkracht - Vermarkting van Beide elementen zijn doorslaggevend om de vooropgestelde ambities te realiseren. Bestuurs- en daadkracht Om naar een hoger socio-economisch niveau te tillen, is het essentieel dat de betrokken partners samen aan het werk gaan. Alle actoren moet de mouwen opstropen en de krachten bundelen. Die samenwerking, in het SALK community formation genoemd, is nodig omwille van de hoeveelheid en complexiteit van de uitdagingen waarmee de provincie geconfronteerd wordt. Kennisdeling en samenwerking is essentieel geworden. Versnippering werkt contraproductief. Zowel voor haar bestuurs- als haar daadkracht is het belangrijk dat zichzelf blijft openstellen voor de buitenwereld. Die wereld is een dorp geworden, dat zich op allerlei domeinen razendsnel ontwikkelt. moet een rol opnemen in de veranderingen die zich aanbieden, wil het niet achterop geraken. Stilstaan is immers achteruit gaan. De roep naar efficiëntie en effectiviteit op alle domeinen neemt toe. Besturen dienen met minder meer te doen. Daadkrachtig samenwerken en besturen biedt hiervoor een gepaste oplossing. - Bestuurskracht: samen standpunten innemen, als één stem vanuit niveau communiceren richting de hogere beleidsniveaus. - Daadkracht: besluitvaardig en (pro-)actief inspelen op verschillende ontwikkelingen. Niet alleen nadenken en plannen, maar vooral ook actie ondernemen. Doelstellingen: - Samenwerking om de efficiëntie en effectiviteit van het regionale en de lokale besturen te garanderen. Goed bestuur en goede regelgeving zijn essentieel om de beleidsprocessen en de dienstverlening aan burgers en ondernemingen te optimaliseren. - Ondersteuning van de bestuurskracht van kleinere gemeenten zodat zij eventuele leemtes aan mankracht en knowhow kunnen opvullen. - Structureel overleg en afstemming tussen het regionale en de lokale beleidsniveaus zodat iedereen maximaal, maar vooral geïntegreerd doet wat hij kan, waar mogelijk op het s niveau. Op die manier treedt de provincie ook meer als één geheel naar buiten. - De manifeste aanwezigheid van de provincie en de streken als gesprekspartners op hogere beleidsniveaus (Vlaanderen, federaal, Europees) zodat de regio krijgt wat haar toekomt. Het optreden als één regio is hiervoor een belangrijke voorwaarde. Alleen op die manier kan lobbywerk slagen. p.12

14 - Sterke trekkers, kapiteins, die grensoverschrijdend denken en ervoor zorgen dat met de juiste middelen en mensen de acties in lijn met de vooropgestelde doelstellingen uitgevoerd worden. - Samenwerking tussen se actoren, zodat mensen en middelen efficiënt, geïntegreerd en duurzaam worden ingezet, expertise wordt uitgewisseld en creativiteit en innovatie volop kansen krijgen. - Samenwerking op interregionaal en internationaal niveau. Zeker de Euregio herbergt belangrijke samenwerkingspartners. Hier is al heel wat kennis en kunde aanwezig die kan aanwenden om zelf verder te groeien. Ook de nabijheid van de Vlaamse ruit en van het Ruhrgebied is essentieel voor een verdere duurzame ontwikkeling van het se economische weefsel. Actie Gericht samen brengen van relevante actoren in diverse vormen (overleg, netwerk, platform, ) en diverse niveaus (streek, provincie, Vlaanderen, internationaal) om zo samenwerking te stimuleren. Organisatie van studiedagen rond relevante thema s (mobiliteit, succesvol lobbyen, intergemeentelijke samenwerking, ). Trekker Actoren RESOC Provinciebestuur Timing Werkingsgebied Kruisverband RESOC Vlaanderen Euregio p.13

15 Vermarkting van De wereld is steeds meer een dorp. Globalisering voltrekt zich op politiek, economisch, sociaal, cultureel en toeristisch vlak. Door die ontwikkeling is de concurrentie tussen landen en regio s groter geworden. Wie bekend en geliefd wil zijn, moet harder roepen om gehoord te worden en nog beter zijn best doen om zich te onderscheiden. Een regio moet zijn eigenheid en alle troeven die daar bij horen sterker in de verf zetten. Iedereen is zich ervan bewust dat op socio-economisch vlak een aantal knelpunten op te lossen heeft. Maar, de provincie bezit ook heel wat troeven. De regio is bekend om haar gastvrijheid, gezelligheid en groen karakter, maar ook om haar dynamiek, creativiteit en veerkracht. Bovendien positioneert de provincie zich op een centrale logistieke positie in Europa. Die kwaliteiten moeten nog beter uitgedragen worden naar de buitenwereld. De (internationale) ondernemer, klant, toerist, potentiële inwoner, werknemer moet een blijvende positieve indruk hebben van en haar streken, en aangezet worden om de regio in al haar verscheidenheid te ontdekken en er in te investeren. Om een sterkere aantrekkingskracht uit te oefenen op potentiële investeerders, bezoekers, inwoners moet haar troeven nog beter vermarkten. Daarom moeten alle ers willen werken aan een nog betere versie van onze provincie. Bovendien slaagt een vermarkting enkel als de provincie zich schaart achter een eenduidig en duidelijk s imago over alle beleidsdomeinen en sectoren heen. De socio-economische basis hiervoor wordt uitgewerkt in dit streekpact. Het positieve se imago moet nadien uitgedragen worden, niet alleen naar de rest van Vlaanderen en naar de Euregio, maar ook en vooral ver daarbuiten. De mogelijkheden daartoe zijn legio. Ook daarover moeten goede afspraken gemaakt worden, zodat dalende financiële middelen gecoördineerd op de juiste plaats en het gepaste moment worden ingezet. Alleen op die manier kan zichzelf op grote schaal en met overtuigende stem promoten als dé provincie om in te wonen, werken, investeren, kortom te leven. Doelstellingen: Een eenduidig en duidelijk socio-economisch imago voor de provincie en haar streken als unieke locatie realiseren. De promotie-initiatieven voor de provincie en haar streken stroomlijnen en gecoördineerd laten verlopen. De niet-ers overtuigen van de sterktes en mogelijkheden van. Actie positioneren als innovatieve regio: uitstraling geven buiten over succesvolle innovaties in onze regio, ter ondersteuning van concept sterk merk en tegelijkertijd de noodzakelijke innovatiecultuur en gedragsverandering in verhogen, in een brede doelgroep. Opmaak van een marketingplan voor Noord-. Trekker Actoren Innovatiecentrum Concentra, TVL, uitgevers magazines/ webportals, communicatiebureaus, provincie, POM, LSM, Platform Noord-, burgemeestersoverleg Noord- Timing Werkingsgebied Kruisverband Noord- Innovatieve regio (3.3) p.14

16

17 1. Leren leidt tot werken Een regio kan zich enkel socio-economisch ontwikkelen als haar inwoners goed opgeleid zijn en makkelijk toegang vinden tot de arbeidsmarkt. Het ontwikkelen van het menselijk potentieel is een minimale voorwaarde, niet alleen voor de persoonlijke groei van elk individu, maar ook voor de versterking van de se arbeidsmarkt. Goed opgeleide, gemotiveerde mensen zorgen voor de nodige instroom op deze arbeidsmarkt. Om welvaart en welzijn te realiseren, moet ingezet worden op een maximale ontplooiing van talenten, zowel in het onderwijs als op de arbeidsmarkt. De afstemming tussen beide is daarin onontbeerlijk. 1.1 Jongeren, laaggeschoolden, streken Elke er moet de kans krijgen om na een goede opleiding de juiste job uit te oefenen. Daarom moet er gezien de huidige socio-economische toestand van extra aandacht besteed worden aan twee groepen: jongeren (3 tot 24-jarigen) en laaggeschoolden. 6 Daarnaast ligt de nadruk op de geïdentificeerde speerpuntsectoren uit het uitvoeringsplan van het SALK (zie tabel p. 70). De lijst van knelpuntclusters ondersteunt deze keuze. Van de niet-werkende werkzoekenden in op 31/12/2013 was 21,6% jonger dan 25 jaar en 45,9% laaggeschoold. De streken waar de moeilijkheden op onderwijsvlak en op de arbeidsmarkt het grootst zijn, zijn onmiskenbaar het Maasland en Midden-. Hieraan worden de mijngemeenten Beringen en Heusden-Zolder toegevoegd, evenals de gemeente Leopoldsburg en de stad Tongeren. De steden en gemeenten in dit 6 Volgens de definitie van de Vlaamse dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding (VDAB). p.16

18 gebied hebben het meest nood aan een inhaalbeweging. Een streekgerichte aanpak van de knelpunten lijkt aangewezen. Ambitie: de ambitie voor is de optimale benutting van ons menselijk potentieel, die gekenmerkt wordt door een optimale schoolloopbaan voor alle se kinderen, door een toegankelijke arbeidsmarkt, ook voor jongeren en laaggeschoolden, en door een efficiënte afstemming tussen het onderwijs en de arbeidsmarkt. 1.2 Opleiding zoekt job 1) Onderwijs Met de verruiming van het aanbod aan universitaire opleidingen, de integratie van hogescholen en de bijkomende opleidingen, onder andere voorzien in het SALK, worden op termijn de bouwstenen voor een kwaliteitsvol s onderwijs gelegd. Ook de verdere verankering van het PLOT 7 in de provincie is een absolute troef, aangezien het se jongeren én jongeren van buiten de regio de mogelijkheid geeft om zich in te specialiseren op de verschillende domeinen van integrale veiligheid. Om er voor te zorgen dat jongeren deze mogelijkheden en het potentieel van het lager en secundair onderwijs ook optimaal benutten, zetten we in op gelijke onderwijskansen, op het maken van juiste studiekeuzes, op STEM 8 en op de betrokkenheid van de ouders. De onderwijskansen zijn niet voor alle se jongeren even groot. Oorzaken hiervan zijn laattijdige deelname aan het kleuteronderwijs, taalachterstand en digitale exclusie. Dergelijke elementen kunnen versterkt worden door Nog te veel jongeren ontsnappen aan opleidingen en stromen onvoorbereid uit op de arbeidsmarkt. (kinder)armoede, een onderwerp waarop de focus gelegd wordt in hoofdstuk 4. Hier ligt de nadruk op gelijke onderwijskansen voor alle se jongeren. Ambitie: een onderwijswereld waarin alle se jongeren gelijke kansen krijgen, ongeacht een eventuele sociaal kwetsbare of kansarme achtergrond. Doelstellingen: - Stimuleren van vroegere deelname aan het kleuteronderwijs in goede cijfers met betrekking tot kleuterparticipatie van vijfjarigen ook realiseren voor kleuters jonger dan vijf jaar. - Stimuleren van regelmatige aanwezigheid van kleuters in het kleuteronderwijs. - Terugdringen van verminderde onderwijskansen omwille van digitale uitsluiting. 7 Provincie Opleiding en Training 8 Sciences, technology, engineering and mathematics, ofwel exacte wetenschappen, techniek en wiskunde. p.17

19 - Daling van de scholingsachterstand in Midden- en Maasland tot s niveau (lager onderwijs 14% en secundair onderwijs 30,2%). 9 - Daling van het aantal indicatorleerlingen: 10 Tot het Vlaams niveau: in het basisonderwijs naar 27%, in het secundair onderwijs naar 37,5%. 11 In Maasland en Midden- tot het s niveau. Zelfs jongeren die met een diploma of kwalificatie op zak de arbeidsmarkt betreden, vinden niet noodzakelijk werk. Er zijn nog (te) veel studierichtingen die weinig mogelijkheden bieden op de arbeidsmarkt, waar veel jongeren nog voor kiezen. Dit hypothekeert hun toekomst, zonder dat ze zich daar bij aanvang van hun studies bewust van zijn. Ook de ouders zijn meestal niet op de hoogte van de consequenties van de studiekeuze van hun kinderen. Anderzijds zijn er voor bepaalde richtingen te weinig afgestudeerden zodat er knelpuntberoepen ontstaan op de arbeidsmarkt. Bovendien klinkt op de arbeidsmarkt steeds luider de roep om technische talenten. Om hieraan tegemoet te komen, moet actie ondernomen worden tijdens de schoolloopbaan. Het is essentieel dat kinderen regelmatig met techniek in aanraking komen. Het is ook belangrijk dat leerkrachten en klastitularissen in het lager en het secundair onderwijs deze talenten (leren) herkennen. Bovendien moet de perceptie van het technisch onderwijs en van technische beroepen verbeterd worden. Techniek moet de eer krijgen die het toekomt. 12 Het onderwijs moet ook aandacht hebben voor de toekomstige evolutie van de noden van de arbeidsmarkt. Ambitie: een sterk verbeterde perceptie van technisch onderwijs en zoveel mogelijk contact met techniek tijdens de schoolcarrière. Een continue begeleiding bij het maken van studiekeuzes, indien mogelijk richting technische opleidingen, speerpuntsectoren en knelpuntberoepen. Doelstellingen: Verbeterde perceptie van technisch onderwijs, zowel bij ouders, jongeren als mensen uit het onderwijs zelf. Verhoogde instroom en uitstroom technische richtingen. Evenveel meisjes als jongens in technische richtingen, zowel in secundair als hoger onderwijs. Kinderen tijdens hun schoolcarrière actief in contact brengen met techniek. Daling van het aantal langdurig openstaande vacatures in speerpuntsectoren en knelpuntberoepen ten opzichte van Vlaanderen. 9 Expertengroep, Strategisch Plan voor in het Kwadraat, Een indicatorleerling is een leerling die aan minstens één van volgende indicatoren voldoet: het gezin ontvangt in het schooljaar, voorafgaand aan het schooljaar waarop de inschrijving van de leerling betrekking heeft, minstens één schooltoelage van de Vlaamse Gemeenschap, de leerling is een thuisloze, de ouders behoren tot de trekkende bevolking, de moeder is niet in het bezit van een diploma secundair onderwijs of van een studiegetuigschrift van het tweede leerjaar van de derde graad van het secundair onderwijs of van een daarmee gelijkwaardig studiebewijs Kiezen voor STEM, De keuze van jongeren voor technische en wetenschappelijke studies, Wouter Van de Berghe & Dirk De Martelaere, Rapport opgemaakt in opdracht van de Vlaamse Raad voor Wetenschap en Innovatie (VRWI), oktober p.18

20 Verhogen van samenwerkingen tussen scholen en andere organisaties, met nieuwe leervormen als resultaat. Een niet te onderschatten factor in de onderwijsloopbaan van kinderen zijn hun ouders. De mate waarin het inkomen de onderwijsdeelname van kinderen beïnvloedt moet dalen. Anderzijds moeten ouders doordrongen zijn van de meerwaarde van een goede opleiding voor hun kinderen, maar eveneens op de hoogte zijn van de kansen die de verschillende opleidingsmogelijkheden op lange termijn voor hun kinderen creëren. Ambitie: goed geïnformeerde en betrokken ouders die hun kinderen optimaal begeleiden en wiens inkomen een minder belangrijke rol speelt in het onderwijsniveau van hun kinderen. Doelstellingen: Halveren van het aantal kortgeschoolden op de arbeidsmarkt. 13 Stijging van het percentage van de bevolking tussen jaar met een diploma hoger onderwijs tot het Vlaams gemiddelde (van 10% naar 15%). 2) Arbeidsmarkt Eens het menselijk potentieel ontwikkeld is, moet het gevaloriseerd worden op een goed werkende arbeidsmarkt. Jongeren moeten op een duurzame manier hun rol op de arbeidsmarkt kunnen vervullen. In een ideale wereld zit iedere arbeidskracht op de juiste plaats. Een veel gehoorde verzuchting op de arbeidsmarkt en in het onderwijs is dat niet alle jongeren voldoende gemotiveerd zijn. Ze beschikken ook niet noodzakelijk over de juiste vaardigheden om succesvol werk te vinden en te behouden. Bovendien gaan sommige werkgevers nog uit van andere arbeidsattitudes dan jongeren. De kloof is niet alleen groot, maar ook erg complex. Er bestaat geen pasklare oplossing voor. Het netwerk van professionele organisaties dat hierop inzet, is groot, maar kan verbeterd worden door een meer geïntegreerde werking. Ambitie: gemotiveerde se jongeren met de juiste attitude duurzaam tewerkstellen, door een sterke toenadering tussen werkgevers en werknemers. Doelstellingen: Het aantal se jonge en laaggeschoolde werkzoekenden terugbrengen tot het Vlaams gemiddelde in. 13 Vlaanderen in Actie (ViA). p.19

21 De werkzaamheidsgraad verhogen tot minstens 70%. 14 De werkzaamheidsgraad in Maasland en Midden- verhogen tot de se werkzaamheidsgraad in. Daarnaast is het voor werknemers belangrijk dat het werk ook werkbaar is. Dit betekent dat een job motiveert en leerkansen biedt, de gezondheid niet schaadt en een goede werk-gezin-combinatie mogelijk maakt. Voorkomen dat mensen uit de arbeidsmarkt vallen door hen tewerk te stellen in een werkbare job, is effectiever dan hen voor een mogelijke uitval te compenseren of hen opnieuw te integreren in de arbeidsmarkt. 15 In is één van de belangrijkste pijnpunten op het vlak van werkbaar werk de kinderopvang, en vooral dan de voorschoolse opvang (0- tot 3-jarigen). De tekorten hierin treffen zowel de mensen die op zoek zijn naar een baan als voor de mensen met werk. 16 Ook de geografische spreiding van kinderopvang is een continu aandachtspunt. Over deze zorgvoorziening wordt verder aandacht besteed in het eerste hoofdstuk. We moeten het huidig s talent hier verankeren. Zij zijn immers onze toekomstige se ambassadeurs. Op de werkvloer blijkt ook dat verwachtingen bij de werkgever niet altijd overeen komen met de werknood van een werknemer en kan fluctuatie doorheen de tijd optreden. In minder drukke periodes kan een werkgever zijn werknemer maar halftijds nodig hebben. In diezelfde periode wil deze werknemer misschien toch voltijds werken. Om dit probleem op te lossen, kan het principe van cosourcing meer worden toegepast. 17 In sommige sectoren kan er ook meer vraag zijn naar deeltijdse werknemers. Om werknemers toch de mogelijkheid te bieden om voltijds te werken in deze sectoren, kan het principe van duobanen, waarrond de zorgeconomie reeds succesvol experimenten heeft opgezet, worden uitgebreid. 18 Ambitie: werk werkbaarder maken: de externe en interne factoren die mensen hinderen om (meer) te werken minimaliseren. Doelstellingen: - Stijging van werkbaarheidsgraad voor werknemers tot 60% (van 54,6% in 2013) en voor zelfstandigen zo dicht mogelijk bij 55% tegen 2020 (van 47,7% in 2013) Realisatie van beleidsmatige ondersteuning voor specifieke co-sourcing. - Daling van aantal beroepszieken tot het Vlaams niveau. 14 Voor is dat 64,6% in Vermeerbergen, L.; Dessers, E.; Van Hootegem, G. & Huys, R., Meer jobs door beter werkbare jobs, in: De sociale staat van Vlaanderen 2013, uitg. door Studiedienst van de Vlaamse Regering, Provincie, Steunpunt Sociale Planning, Cijfers in de kijker, De nood aan voorschoolse kinderopvang blijft hoog in. 17 Co-sourcing: flexibel werknemers tewerkgesteld in één bedrijf (tijdelijk) inzetten in een ander bedrijf. 18 Duo-banen: twee deeltijdse betrekkingen combineren tot één voltijdse betrekking. 19 Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen Stichting Innovatie en Arbeid, Vlaamse Werkbaarheidsmonitor werknemers 2013, september p.20

22 Inzake de se arbeidsmarkt is ook de sociale economie een belangrijk aandachtspunt. Deze tak van de economie is een gevestigde waarde in. Van belang zijn het Maatwerkdecreet, het decreet Lokale Diensteneconomie, het W 2 -decreet en het protocol sociale economie. In 2014 treedt voor de sociale en beschutte werkplaatsen en de invoegbedrijven een nieuw Vlaams decreet in werking, het Maatwerkdecreet. Dit decreet biedt nieuwe mogelijkheden om kansengroepen, waaronder laaggeschoolde jongeren, duurzaam te werk te stellen. Bovendien wordt in het decreet een brug geslagen tussen reguliere en sociale economie via maatwerkbedrijven en afdelingen. Daarnaast is er ook een nieuw decreet Lokale Diensteneconomie, dat tewerkstelling van kansengroepen koppelt aan de invulling van maatschappelijke noden via diensten aan de bevolking. De doelgroep wordt bepaald via het rugzakprincipe waarbij er subsidies verstrekt worden op basis van de afstand tot de arbeidsmarkt. Er wordt hierbij rekening gehouden met medische, psychische, mentale en sociale aspecten. Via het W² decreet (in opmaak) wordt de basis gelegd voor een geïntegreerd kader voor arbeidszorg. Arbeidszorg betreft de activering van personen die (nog) niet kunnen deelnemen aan betaalde arbeid. Tot slot sloot de provincie in februari 2014 een protocol sociale economie met de Vlaamse overheid. Ze neemt daarbij, flankerend aan het Vlaamse ondersteuningsbeleid in de sociale economie, het initiatief om de ontwikkeling van de sector te ondersteunen. Gezien de sector onderhevig is aan de gevolgen van de crisis, er nood is aan het exploreren van nieuwe niches en de doorstroom belangrijk is, stelt de provincie een subsidiefonds ter beschikking aan de sector, gericht op behoud en groei van de tewerkstelling, op doorstroom en op samenwerking en clustering. Ambitie: het potentieel van de decreten en het protocol sociale economie ten volle benutten, zodat sociale economie een gevestigde waarde blijft in. Doelstelling: - Een vlotte omschakeling van de 20 sociale werkplaatsen en 1 beschutte werkplaats naar maatwerkbedrijven. - Een optimale invulling van de regierol sociale economie door de lokale besturen. Tot slot moeten se werkzoekenden ook aangemoedigd worden om opportuniteiten te zien en te blijven zoeken, ook over de lands- en provinciegrenzen heen. Vlaanderen en de Euregio bieden heel wat kansen, ook op dat vlak. Maar, mobiliteitsproblemen spelen nog een te grote rol bij het solliciteren naar en het uitoefenen van werk. Dat moet veranderen zodat een (potentiele) werknemer makkelijker p.21

23 de stap zet naar de ons omliggende gebieden. Het belang van goede mobiliteit voor wordt verder besproken in hoofdstuk drie. Ambitie: een verhoogde pendelarbeid over de gemeenten- en provinciegrenzen heen. Doelstelling: - Stijging van grensoverschrijdende pendelarbeid van Maasland tot 20%, van Noord- tot 15% en van Zuid- tot 7%. 20 3) Afstemming onderwijs-arbeidsmarkt Wanneer iemand zich presenteert op de arbeidsmarkt blijft het diploma een erg belangrijke troef. In hebben te veel jongeren op zoek naar werk een tekort aan scholing. Dit betekent echter niet dat ze geen arbeidscompetenties of talenten hebben. Om hen aan het werk te krijgen, moeten deze competenties versterkt worden, zowel in een onderwijsomgeving als op de arbeidsmarkt en dit in samenwerking met de VDAB. Zowel sollicitanten als vacatures kunnen meer afgestemd worden op competenties. Ambitie: verhoogde aandacht voor de competenties van mensen, zowel in het onderwijs als op de arbeidsmarkt. Doelstellingen: - Verhoogde aandacht van arbeidsmarkt en onderwijs voor competenties en competentieversterking. - Stijging van 10 % van aantal bedrijven die strategisch competentiebeleid implementeren. - Verdere integratie van de nieuwe competentiedatabank, gebaseerd op de competentiestandaard van Competent (VDAB). - Uitwerken van minimaal twee competentieprofielen voor knelpuntberoepen per jaar. Jongeren en laaggeschoolden moeten ook makkelijker ervaring kunnen opdoen. Dit geeft hen de mogelijkheid om hun competenties te verbeteren. De eerste kansen hiertoe liggen in het onderwijs, met het volgen van praktijkstages tijdens de opleiding en speciaal daarvoor ingerichte opleidingsvormen. Ervaring opdoen kan en moet ook mogelijk zijn tijdens periodes van inactiviteit en 20 Basiscijfers arbeidsmobiliteit in: POM-ERSV, Socio-economische analyse van en haar streken, februari p.22

24 op de werkvloer. Zo blijft een werknemer bij en maakt de werkzoekende meer kans op een nieuwe job. Dit ervaringsgericht opleiden moet extra aandacht krijgen in de eerder besproken focusstreken. Ambitie: een arbeidsmarkt die aangepast is aan de noden van jongeren en laaggeschoolden om ervaring op te doen. Doelstellingen: - Incorporeren van meer praktijkstage in de opleiding zowel voor secundair, hoger en universitair onderwijs. - Opzetten van nauwere samenwerkingsverbanden tussen scholen en bedrijven. - Structurele disseminatie van veelbelovende pilootprojecten. ers vertonen, zo blijkt uit cijfers, minder ondernemerschap. Vooral in het arrondissement Tongeren, zo blijkt uit de bovenstaande analyse, ligt het aantal starters lager. Nog te vaak is de angst voor het falen groter dan het geloof in succes. Bovendien is de perceptie van ondernemerschap en ondernemingen in het algemeen niet altijd positief. Ook daaraan kunnen zowel het onderwijs als de arbeidsmarkt, maar ook de overheid en de werkgeversorganisaties iets doen. Tijdens hun opleiding moeten jongeren kennis kunnen maken met de uitdagingen en mogelijkheden van het ondernemerschap. Jonge starters moeten ondersteuning krijgen zodat ze het vertrouwen bewaren in hun kunnen. Ambitie: ondernemerschap: meer nieuwe ondernemingen met focus op het arrondissement Tongeren en een verbeterde perceptie ten opzichte van ondernemen. Doelstellingen: Stijging van 10% in het aantal jongeren dat een eigen onderneming opstart. Aantal starters verhoudingsgewijs minimaal gelijk brengen met aantal in overige Vlaamse provincies in, met belangrijke focus op arrondissement Tongeren. De acties opgenomen in dit streekpact werden, na een brede oproep, aangereikt door se actoren werkzaam in het socio-economische werkveld en door steden en gemeenten. Voor iedere actie werd een specifieke actiefiche opgemaakt, inclusief doelstelling, looptijd en identificatie van trekker en actoren van de actie. Bovendien houdt iedere actie ook een engagementsverbintenis van de trekker in. In het hoofdstuk START worden de clustering, prioritering en opvolging van de acties verduidelijkt. p.23

25 1.3 Actie! STEM Organisatie van optimaal NT2-traject voor anderstaligen, organisatie van opleidingen die best tegemoet komen aan noden van anderstaligen Anderstaligen oriënteren naar voor hen meest geschikte cursus Nederlands Bibliotheekaanbod voorzien en uitbreiden voor partners in, onder andere hogescholen, ondernemers, studenten, se studielening: studenten die aan aantal voorwaarden voldoen, per academiejaar renteloze studielening ter beschikking stellen Uitwerken van tijdelijke taalmodule op maat van (ex- ) OKAN-jongeren deeltijds onderwijs, met oog op verhogen van taalvaardigheid en tewerkstellingskansen se stuurgroep Leerrecht: opzetten van samenwerkingsverbanden tussen relevante actoren met oog op optimaliseren van de re-integratie van jongeren in de school Ontdek Techniek Talent: leerlingen op lagereschoolleeftijd aanspreken op hun talenten en laten kennismaken met technische vaardigheden Huis van het Nederlands CVO, CBE, VDAB,. Huis van het Nederlands CVO, CBE, VDAB, OCMW, onthaalbureau-inburgering, asielcentra, sociale huisvestingsmaatschappijen, bedrijven, Provinciale Bibliotheek UHasselt, PXL, KHLim, individuele ondernemers, studenten Steunpunt Onderwijs UHasselt, KHLim, PXL, provincie, partners zoals Sociaal Huis, CLB, secundaire scholen, Steunpunt Onderwijs Huis van het Nederlands, CVO s, Centra Leren en Werken, lokale besturen, VDAB Steunpunt Onderwijs Netoverschrijdend forum se CLB s, GGZ, LOP, bijzondere jeugdzorg, vormingswerk, jeugd, LOOA Provincie, GO, OVSG, POV, VVKSO, FTML, FVB, SFTL, Vormelek, WVOK, RTC Timing Werkingsgebied Kruisverband Domein Ambitie Actie Trekker Actoren Onderwijs Gelijke Taal is van iedereen: Verhogen van taalvaardigheid Steunpunt Onderwijs onderwijskansen van ers met optimale participatie als doel Huis van het Nederlands, boekbaby s, PRIC, VDAB, Kind en Gezin, ERSV, Unizo, Voka, Onthaalbureau, opvoedingsondersteuning Knelpunten wegwerken voor kmo s: nood aan informatie (2.2) Arbeidsmarkt: gemotiveerde jongeren duurzaam tewerkstellen (1.3) p.24

26 Domein Ambitie Actie Trekker Actoren First Lego League: techniekpromotie bij ouders, Voka leerkrachten, kinderen van 11 tot 14 jaar en KHLim, PXL, basisscholen leerkrachten Organisatie van technische opleidingsmodules voor werknemers, werkzoekenden, docenten, leerlingen/studenten Dag van de Technologie en Peter Heller prijs: verbetering van imago technisch onderwijs en brug maken tussen onderwijs en industrie Realisatie van nieuw technologiecentrum: beter geschoolde werknemers, kans voor studenten en docenten om zich continu bij te scholen Platformfunctie, o.a. voor STEM: ad hoc o.b.v. bestaande noden juiste partners samenbrengen, gezamenlijke projecten uitwerken, opgedane kennis en ervaringen structureel uitwisselen Positieve beeldvorming van technische beroepen, keuze voor BSO/TSO als positieve keuze promoten, vanuit o.a. techniekambassadeurs, Woodaward, VIPticket voor een sjieke toekomst, Project bedrijf en school: jongeren op buitenschoolse activiteiten laten kennismaken met mogelijkheden van techniek Denkgroep Nijverheid : binnen leerplatform: opmaken van school- en bedrijven-id s (expertise, LIMTEC RTC, bedrijfsleven, dienst onderwijs en economie, werkgroep arbeidsmarkt, intersectorale samenwerkingen, ANTTEC, onderwijs, internationale partners LIMTEC FTML, LIMOB LIMTEC, RTC, Technische scholen provincie, bedrijven, ouders LIMTEC FTML, LIMOB, Bedrijven, werknemers, docenten, werkzoekenden RTC VDAB, LOOA, sectororganisaties, provinciaal educatief centrum, PRIC, Voka, VKW, Unizo, onderwijs- en opleidingsinstanties, onderzoekswereld, RTC LIMOB, FTML, LIMTEC, Bouwunie, provincie, PXL-Tech, CeDuBo, Cosmodrome, Steunpunt onderwijs, dienst economie en internationale samenwerking RTC Bedrijven, leerkrachten, leerlingen, Steunpunt onderwijs, dienst economie en internationale samenwerking RTC Nijverheidsscholen, Syntra, VDAB, stad Genk, Timing Werkingsgebied Kruisverband Arbeidsmarkt: ervaring opdoen (1.3) Afstemming arbeidsmarkt en onderwijs (1.3) Afstemming arbeidsmarkt en onderwijs (1.3) p.25

27 Domein Ambitie Actie Trekker Actoren netwerk, ) incl regionale spreiding, identificeren van win-wins, opmaken van businessplannen Opleiding CleanTechAmbassadeur (CTA): geven van Houthalen-Helchteren inzicht waarom we kiezen voor cleantech, inclusief thematische, sociologische en educatieve uitwerking Transit_Lab: uitbouw en oprichting van buitenschoolse leerplaats die jongeren wil stimuleren te kiezen voor duurzaamheid technische opleidingen in de nieuwe materialeneconomie en hernieuwbare energie Ontwikkeling van technologieworkshops voor kinderen en jongeren Houthalen-Helchteren Het Vervolg Stad Genk Fablab Timing Werkingsgebied Kruisverband West- West- Genk en regio rond Genk Speerpuntsector SALK (cleantech) (2.2) Speerpuntsector SALK (cleantech) (2.2) Ontwikkelen en implementeren van inspirerende technologiemodules in basis- en secundair onderwijs en uitbouw van technologieacademie Stad Genk Roger Vanoverstraeten Society en andere gespecialiseerde partners Genk Arbeidsmarkt Gemotiveerde jongeren Keuzes tijdens schoolloopbaan vanuit talenten: train the trainer, start to talent, individuele coachinggesprekken Multicultureel promoteam hoger onderwijs: jongeren ondersteunen bij het maken van een persoonlijk ontwikkelingsplan om eigen talenten later professioneel in te kunnen zetten My Digital Me Junior: digitaal hulpmiddel om kinderen breder te kunnen evalueren (klemtoon op leergebiedoverschrijdende vaardigheden en attitudes) Verankering van expertise en knowhow van PLOT in Organisatie van Staten-Generaal rond ongekwalificeerde uitstroom, ontwikkeling van sensibiliseringsacties voor verschillende doelgroepen, dit flankerend aan ontwikkeling T 2 - campus Taalcoaching op de werkvloer: begeleiding van nieuwe anderstalige werknemers en hun werkgevers door een taalcoach Randstad Diversity RTC, CLB, scholen, bedrijven PRIC PXL, KHLim, UHasselt, CLB s, secundaire scholen Vlajo DBO van dpt onderwijs en vorming, Vanaf 2014 Jaarlijks van dec tot mei Optimale schoolloopbaan 2016 PLOT Provincie Stad Genk Alternatief vzw VDAB, werkgevers en werknemers Genk en regio rond Genk p.26

28 Domein Ambitie Actie Trekker Actoren duurzaam tewerkstellen Jobcoaching op de werkvloer: begeleiding door een Alternatief vzw persoonlijke coach van o.a. kortgeschoolden die nog VDAB, werkgevers en werknemers geen 12 maanden in dienst zijn Versterking van loopbanen en loopbaanzelfsturing via wijkgerichte aanpak Jeugdwerkplan: alle werkzoekenden onder 25 jaar die recent werkloos zijn geworden informeren, automatisch matchen, bemiddelingstraject voor starten, evalueren en begeleidingstraject starten Stebo Wijkactoren, VDAB, OCMW, CVO, Syntra, Basiseducatie, Competentiecentra, Huis van het Nederlands, onthaalbureaus, werkgevers, VDAB, lokaal beleid, VDAB Scholen, CLB s, RTC, provincie, werkgevers, SBS, Randstad, Arktos, Agoria, Timing Werkingsgebied Kruisverband se wijken Werkbaar werk Sociale economie Trajectbegeleiding bij bedrijven: aanpakken en adviseren bij problemen die oorsprong vinden in diversiteit van team Stimulansen geven aan werkgevers, waaronder ook lokale besturen om werkbaar werk te realiseren voor haar werknemers gezondheidsbevordering op de werkvloer gezonde gemeente Sociale werkplaats: bieden van duurzame tewerkstelling aan laaggeschoolde langdurig werkzoekenden Begeleiding en bemiddeling voor laaggeschoolden en mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt PRIC Experten (ad hoc) s Gezondheidsoverleg vzw en provinciale dienst preventieve gezondheid Lokale besturen, OCMW s, lokale partners, diversiteitsconsulenten bij werkgeversorganisaties, werknemersorganisaties, ERSV, LAbor Ter Engelen VDAB/GTB, Arbeidskansen, GOB Ter Engelen GOB Ter Engelen VDAB, bedrijven Maaseik, Dilsen, Meeuwen- Gruitrode, Zonhove, Munsterbilzen, Bocholt en Bilzen Afstemming arbeidonderwijs ervaring (1.3) p.27

29 Domein Ambitie Actie Trekker Actoren doel is tewerkstelling in het normaal economisch circuit Gemeente Riemst en stad Tongeren Hoeselt en Voeren en Bilzen Uitwerken van een actieplan rond regierol gemeentebesturen inzake sociale economie Noord-se gemeenten Welzijnsregio, -overleg, ondernemersclubs, sociale economie initiatieven Stad Genk As, Zutendaal en Opglabbeek Timing Werkingsgebied Kruisverband Zuid- Noord- Midden- Bestuurs- en daadkracht Bestuurs- en daadkracht Bestuurs- en daadkracht Aandacht voor competenties Implementatie van actieplan om tewerkstellingskansen van maatschappelijk kwetsbare Tongerenaren te verbeteren onder andere door nieuwe methodiek -25-jargie leefloners, artikel 60 privé en actieve deelname aan werkwinkel Het stimuleren van het behalen van ervaringsbewijzen voor jongeren zonder diploma maar mét de vaardigheden om een bepaald beroep uit te oefenen Kickstart: Online meten en coachen van werkkwaliteiten bij jongeren op de brug naar de arbeidsmarkt Mogelijkheden en beperkingen van jongeren op arbeidsmarkt onderzoeken Loopbaanbegeleiding en consulenten: creëren van een goede match tussen individu en (toekomstige) job via zelfdiagnose en aftoetsing aan de arbeidsmarkt voor werknemers en zelfstandigen (begeleiding) en via informeren, oriënteren, versterken en motiveren van werkzoekenden (consulenten) Carrièreontwikkeling van jonge gespecialiseerde onderzoekers in : actief begeleiden van jaarlijks 10 à 15 jonge doctorandi aan UHasselt door onder andere persoonlijke loopbaan- en adviesgesprekken en e-coaching Stad Tongeren OCMW Tongeren Privé-werkgevers SBS Skill BuilderS Vlaamse Gemeenschap Europa (ESF) Randstad Diversity Jongeren, bedrijven, scholen GA Didior VDAB/GTB, Mutualiteit, RIZIV ABVV VDAB Innovatiecentrum UHasselt VDAB Tongeren 2014 Afstemming onderwijsarbeidsmarkt Afstemming arbeidonderwijs ervaring (1.3) Community formation (2.3) p.28

30 Domein Ambitie Actie Trekker Actoren Q4Talent: studenten, afhakers en werkzoekende VDAB afgestudeerden informeren, begeleiden (persoonlijk KHLim, PxL, UHasselt contact, e-coaching, events), curatieve (afhakers) en specifieke acties voor voorzien Werkervaring Ondersteunen van overgang tussen onderwijs en arbeidsmarkt, van in de schoolomgeving, door jobcoaches Vakantiewerkproject een zomer vol kleurrijk talent : werkervaring op arbeidsmarkt voor jongeren met verre afstand tot arbeidsmarkt Werk@telier/WIJ: werkervaring voor jongeren, inclusief competentieversterking, stagebegeleiding en begeleiding op de werkvloer Uni-Form: netoverschrijdend gebruik van uniforme stagedocumenten, mentorschapopleidingen voor begeleiders in scholen en op de werkvloer Q-stage: Kwaliteitsinjectie in stages, zowel voor leerlingen, docenten en leerkrachten als bedrijven. Organisatie van Stage-awards Werkplekleren en stages: in kaart brengen en definiëren van verschillende mogelijkheden mbt werkplekleren en stages, vervolgens promoten Brugproject Industria cvba: brug- of omscholingsproject dat verscheidene groepen van werknemers en studenten in het deeltijds onderwijs begeleidt en opleidt om door te stromen naar de (gewone) arbeidsmarkt, met de focus op werkervaring. Versterken van Regionaal OverlegPlatform Leren en Werken in : voltijds engagement (component leren en component werken) voor jongeren in deeltijds onderwijs Stimuleren van samenwerking onderwijsbedrijfsleven: oprichting van hybride leeromgeving in de streek, gedragen door de technische scholen, het hoger onderwijs en de bedrijven in de streek Timing Werkingsgebied Kruisverband Stad Genk PRIC ERSV, bedrijven, onderwijsinstellingen, Randstad Diversity VDAB, bedrijven, jongeren, Steunpunt Onderwijs PCBO, zorgopleidingen, Provincie, POM (Platform Zorglandschap ) Voka Dienst Economie RTC Werkgevers, leerkrachten, VDAB, GTB, Houthalen-Helchteren Beringen, Heusden-Zolder Steunpunt Onderwijs Centra Leren en Werken, Syntra, CLB s, VDAB, se POT, voortraject- en brugpromotoren, Platform Noord- Gemeentebesturen, Focus Noord, Kenniscentrum Industrie-Ondewijs Genk Mijngemeenten: Midden- en West- Sociale economie (1.3) Gelijke onderwijskansen (1.3) Noord- STEM (1.3) p.29

31 Domein Ambitie Actie Trekker Actoren organisatie van minstens één actie per jaar i.s.m. de (KIO), Noord-se bedrijven, vijf ondernemersclubs in de regio Noord-se scholen Will s Kracht: zowel algemeen als op vraag Steunpunt Onderwijs vormingstrajecten rond 6 algemene attitudes Provincie, VDAB, RTC ontwikkelen en implementeren, met aandacht voor, LOOA, se scholen, de dagelijkse schoolpraktijk en de link naar de sectororganisaties, bedrijven, arbeidsmarkt via stage. Ombouw van de Uitdaging tot expertisecentrum ervaringsleren Stad Genk Vlajo Bedrijven, onderwijs Ondernemerschap De Vlajo Droomfabriek: stimuleren van ondernemingszin bij kinderen van het basisonderwijs m.b.v. droomcoachen SkillsLab: meer ondernemerschapsskills bij laatstejaarsstudenten, in vorm van een student battle Jeugdwerkplan: Alle werkzoekenden onder 25 jaar die recent werkloos zijn geworden zo snel mogelijk activeren en maximaal laten doorstromen naar duurzame tewerkstelling in NEC. Aanpak bestaat uit 5 componenten: informeren, automatische matching, bemiddelingstraject, evalueren en begeleidingstraject Realisatie van ondernemersacademie voor jongeren, ondersteuning van mini-ondernemingen, prikkelen en stimuleren van ondernemerschap bij laatstejaarstudenten, uitbouw ondernemersatelier Timing Werkingsgebied Kruisverband 2018 Voka Hogescholen en universiteiten uit Euregio, kmo s uit Euregio Jan 2014 sept 2016 VDAB Stad Genk Gespecialiseerde partners Genk en regio rond Genk Euregio Genk Gemotiveerde jongeren duurzaam tewerkstellen (1.3) p.30

32

33 2. De economische motor voor Goed opgeleide werknemers kunnen alleen maar renderen in een goed draaiend economisch weefsel. Het zijn de ondernemingen die voor de welvaart van onze provincie zorgen. Het ondernemersklimaat waarin dit gebeurt, moet de ondernemingen en de SALK-speerpuntsectoren zo goed mogelijk ondersteunen. 2.1 Kmo s en SALK-speerpuntsectoren Om het weefsel van ondernemingen doelgericht verder te versterken, focust het streekpact op kmo s. Zowel in België als in maken kmo s immers een groot deel uit van de industriële vestigingen. De Belgische kmo s zijn de meest winstgevende van Europa, met een winstgevendheid die aanzienlijk hoger ligt dan die van de grote Belgische bedrijven. telt een zeer groot aantal kmo s, waarvan een aantal grote bedrijven zijn. Veel van deze kmo s zijn topspelers, zo niet marktleider, in hun specifieke niche. 21 Voor de regionale spreiding van deze kmo s moet rekening worden gehouden met de bestaande en geplande infrastructuur, met de wensen van steden en gemeenten en met de huidige clustering van kmo s. Een verdere versteviging van het netwerk van se kmo s met verankerde beslissingscentra is een noodzaak. Dit aspect komt uitgebreider aan bod in het vierde hoofdstuk. Circa 90% van de industriële vestigingen zijn kmo s. 21 Valeria Pulignano en Alan Wild Gezamenlijk werkprogramma van de Europese sociale partners. Gezamenlijk onderzoek naar herstructurering in de EU Eindfase Nationaal Dossier België, 14 oktober p.32

34 Het uitvoeringsplan van het SALK definieert acht speerpuntsectoren waarop de komende jaren prioritair wordt ingezet. Het provinciebestuur volgt de keuzes gemaakt in het operationele uitvoeringsplan, maar gaat nog een stap verder. Het verheft het SALK tot een provinciaal bestuurlijk kompas waarop het reguliere provinciale beleid, de financiële meerjarenplanning, het provinciaal investeringsbudget, de inzet van de beschikbare financiële reserves en de LSM-middelen worden geënt. Het spreekt voor zich dat ook het streekpact deze strategische keuzes onderschrijft. Ambitie: wil tegen 2020 een optimaal ondernemersklimaat ontwikkeld hebben voor se kmo s. Een klimaat waarin ondernemers minder knelpunten tegenkomen, ze de bestaande knelpunten samen aanpakken en waar starters een goede voedingsbodem vinden voor hun nieuwe onderneming. Innovatie en export zijn belangrijke aandachtspunten in alle ondernemingen en community formation is een vanzelfsprekendheid. De business cases voor de speerpuntsectoren van het SALK zijn voor 90% geïmplementeerd in Gunstig klimaat voor ondernemen 1) Sectoren De ambitie van de provincie op economisch vlak is bij te dragen tot het creëren en onderhouden van een optimaal en performant ondernemersklimaat. De belangrijkste geïdentificeerde speerpuntsectoren in het SALK zijn de maakindustrie, logistiek en mobiliteit, vrijetijdseconomie en beleving, energyville, creatieve economie, ICT en digitale media, land-, tuinbouw en fruitteelt, bouw en zorginnovatie, biotech en medtech. Ambitie: het streekpact onderschrijft integraal de ambitie van het Strategisch Actieplan in het Kwadraat (SALK). Doelstelling: De doelstellingen voor de speerpuntsectoren van het SALK zijn in het uitvoeringsplan gedefinieerd. Het streekpact onderschrijft deze en wil haar partners proactief en reactief ondersteunen om deze te behalen. p.33

35 2) Ondernemingen Het streekpact wil een bijkomende focus leggen op de belangrijkste bedrijfseconomische troef van de provincie, de kmo s. Zij vormen de ruggengraat van het s economisch weefsel. Om de provincie socioeconomisch te versterken, moet gefocust worden op de verdere verbetering en de versterking van dit ondernemingstype. Er zijn 4 belangrijke knelpunten voor bedrijven: de hoge loonkost, het vergunningenbeleid, de hoge energiekost en de se infrastructuur. Voor de bestaande kmo s moeten de belangrijkste knelpunten weggewerkt worden. Dit zijn de administratieve mallemolen, de loonkost, de energiekost, het vinden van de juiste mensen, het aanboren van onbenut talent, het intern opleiden van medewerkers en de financiering van investeringen. Deze immense opdracht kan niet verwezenlijken zonder de hogere overheden. Het is dan ook van belang dat de verschillende se actoren samenwerken om gezamenlijke standpunten in te nemen en zo met één stem het beleid te sturen. Ambitie: een ondernemersklimaat waarin ondernemers beduidend minder tijd besteden aan het wegwerken van substantiële en langdurige knelpunten dan aan ondernemen zelf. Doelstellingen: - Creatie van draagvlak voor gezamenlijke se standpunten rond specifieke knelpunten, minimaal rond drie belangrijke knelpunten, bijvoorbeeld: Vergemakkelijken van het verkrijgen van externe financiering voor investeringen. Verminderen van de doorlooptijd voor vergunningen. - Een kwaliteitsvol ondernemersloket in verschillende gemeenten oprichten en/of versterken. - Andere manieren van geldinzameling stimuleren, b.v. crowdfunding. Een bijkomend aandachtspunt voor se kmo s is de opvolgingsproblematiek. Ieder s bedrijf dat aan een (buitenlands) bedrijf verkocht wordt, is er eentje te veel. Hierdoor wordt het beslissingscentrum naar het buitenland verplaatst en vergroot het risico op een daling van de toegevoegde waarde voor. Ambitie: se bedrijven meer aandacht laten besteden aan en vaker laten kiezen voor se opvolging. Doelstellingen: Daling van aantal se bedrijven dat aan buitenlanders wordt verkocht. p.34

36 Verhoging van aantal se bedrijven dat se opvolging voorziet, door middel van onder andere begeleiding, ondersteuning en advies. Bestaande kmo s moeten ook meer ondersteund en aangemoedigd worden om in te zetten op export en innovatie, om zo meer toegevoegde waarde te creëren. Toegevoegde waarde is meer dan financiële waarde en heeft zijn weerslag op alle onderdelen van een bedrijf. Deze focus op innovatie en export wordt naar voren geschoven in alle strategische documenten. Het is echter geen makkelijke opdracht. Innovatie versterkt de kenniseconomie en is een belangrijke factor voor de productiviteit en het concurrentievermogen van bedrijven. Innovatie mag echter niet louter gezien worden als het perfectioneren van nieuwe uitvindingen. Het hele proces, van concept over ontwikkeling en commercialisering tot lancering van het nieuwe product, moet op een innovatieve manier worden aangepakt. Wanneer we spreken over innovatie, speelt ook het intellectuele eigendom een belangrijke rol om het hele proces tot een goed einde te brengen. Onderzoek wijst uit dat het octrooieren van innovaties een positief effect heeft op de winstgevendheid van kmo s. Het laat hen toe meer omzet te genereren uit nieuwe producten of diensten, en daardoor aanzienlijk grotere winstmarges te realiseren. 22 Een octrooi geeft de houder ook meer bescherming om zonder moeilijkheden partnerships aan te gaan. Community formation is immers ook een belangrijke factor in het innovatieproces, zowel binnen een discipline en sector als domeinoverschrijdend. Ambitie: als innovatieve regio, zowel wat betreft processen, concepten, ontwikkelingen als commercialiseren. Dit komt onder andere tot uiting in een stijgend aantal patent- en octrooiaanvragen. Doelstellingen: - Meer kmo s die openstaan voor samenwerking en innovatieve bedrijfsmodellen. - 3 % meer patentvragen, minstens evenveel per inwoner als Vlaanderen % meer bedrijven die beroep doen op het Innovatiecentrum. - Minimaal evenveel se deelnemers aan Vlaamse Ikinnoveer in vergelijking met overige Vlaamse provincies Daarnaast voelen bedrijven die concurrenten in de buurt hebben meer de noodzaak om ook in te zetten op onderzoek en innovatie. Bovendien streven bedrijven door clustervorming naar het bereiken van een kritische massa. 23 Dit leidt tot een cirkelvormige versterking en past binnen de economische pijler Fabriek van de toekomst van het Vlaamse Nieuw Industrieel Beleid. Netwerken en contacten 22 Petra Andries (ECOOM KULeuven) & professor Dries Faems (Rijksuniversiteit Groningen) - onderzoek aan het Expertisecentrum O&O Monitoring (ECOOM) van de KULeuven en aan de Rijksuniversiteit Groningen, gepubliceerd in Journal of Product Innovation Management. 23 Econopolis, Onderzoeksproject Kennisclusters West-Vlaanderen, eindrapport, januari p.35

37 met toeleveranciers en een stevigere inbedding in lokale, provinciale, Euregionale en internationale kennisnetwerken versterken eveneens clustervorming. Disseminatie van de ervaringen van ondernemers naar andere ondernemers is essentieel in deze. Welke subsidies zijn beschikbaar? Welke do s en dont s hebben anderen geleerd? Hoe kan je praktisch innovatie stimuleren? Dat zijn allemaal vragen waarbij collega-ondernemers elkaar kunnen helpen. Het enorme potentieel dat de centrale ligging van binnen de Euregio met zich meebrengt (40 miljoen mensen in een straal van 2 uur rijden) creëert hierbij nog een grote bijkomende meerwaarde. De slaagkansen van jonge starters moeten structureel verbeterd worden. Het Innovatiecentrum kan hen hierin ondersteunen. Samenwerking met diverse gerenommeerde kennisinstellingen binnen en buiten en met partners uit de Euregio en ELAt is onontbeerlijk. 24 Ambitie: als dé voorbeeldregio voor community formation en de positieve invloed ervan op economisch vlak. pantent- en octrooiaanvragen. Doelstelling: - Organisatie van minstens één overleg per jaar met partners per sector, sectoroverschrijdend, s, Euregionaal en internationaal. se ondernemingen moeten ook open staan voor internationalisatie. Dat verbetert de performantie, competitiviteit en groei van bedrijven, dus ook van kmo s. Het grootste deel van onze huidige export is momenteel bestemd voor onze buurlanden. Verre export, buiten Europa, met een focus op groeilanden, vormt een grote opportuniteit. Via sensibilisering, het proactief aanreiken van opportuniteiten, informatiedeling en samenwerking kan dit gevaloriseerd worden. Dit geldt zowel voor bedrijven die nog niet exporteren, als voor bedrijven die al exporteren. Deze laatste groep kan inzetten op verdere export en een bredere diversificatie in exportlanden. Ambitie: een strategisch exportbeleid in alle se ondernemingen integreren, waardoor alle mogelijke diversificaties geoptimaliseerd worden. pantent- en octrooiaanvragen. 24 Eindhoven-Leuven-Aachen-triangle. ELAt is een grensoverschrijdend netwerk dat de kennisregio s Eindhoven, Leuven en Aken met elkaar verbindt tot een Europese technologische topregio. ELAt wil de kenniseconomie via grensoverschrijdende en interregionale samenwerking stimuleren en is een voorbeeld van hoe deze in Europa kan worden uitgebouwd. p.36

38 Doelstellingen: - Clustervorming van bedrijven, met focus op kmo s, om export te promoten, multidisciplinaire samenwerking. - Meer groeiende bedrijven, door de stap te zetten naar internationale doorstart. - Kmo s ondersteunen in problematieken bij grensoverschrijdend ondernemen. - Verhoogde exportgerichtheid van de top 500 bedrijven in van 47% (2011) tot 50%, zowel binnen als buiten Europa (afhankelijk van bedrijf). Studies tonen aan dat minder starters noteert in vergelijking met de andere provincies in Vlaanderen. We moeten vermijden dat ers met een veelbelovend project de provincie verlaten. ers die in hun eigen provincie starten, zijn immers meer geneigd om ook binnen te blijven opereren en hebben hun beslissingscentrum in. Starters leveren bovendien een belangrijke bijdrage aan clustervorming en aan het versterken van het concurrentievermogen van andere se bedrijven. Ambitie: stijging van het aantal se starters. Doelstellingen: - Aantal starters verhoudingsgewijs minimaal gelijk brengen met aantal in overige Vlaamse provincies in. - Verhoging van het aanbod aan flexibele bedrijfsruimte, in bedrijvencentra en doorgangsgebouwen, verspreid over middelgrote se steden en gemeenten. - Acquisitie: Stijging van aantal buitenlandse investeringsprojecten in verhouding tot de Vlaamse stijging. Omwille van de focus op bestaande en nieuwe kmo s in, werd in het voorgaande bewust weinig tot geen aandacht besteed aan acquisitie. Deze activiteit komt immers expliciet in het SALK aan bod. p.37

39 2.3 Actie! Domein Ambitie Actie Trekker Actoren Kmo s Wegwerken Groepsaankoop Groene Energie en Gas voor POM knelpunten bedrijven Samen met POM Antwerpen en POM West-Vlaanderen Timing Werkingsgebied Kruisverband 2014, Antwerpen en West-Vlaanderen Duurzame energieproductie (3.3) Identificatie van de kwetsbaarheid van de SALKspeerpuntsectoren t.o.v. de bevoorradingsonzekerheid en stijgende prijzen o.b.v. kwetsbaarheidstoets Uitwerking van een instrument om de kwetsbaarheid van subsectoren in metaalsector in tegen achtergrond van wereldwijde maatschappelijke uitdagingen in kaart te brengen Concurrentietool Logistiek: potentiële investeerders overtuigen om logistieke activiteiten in te behouden of te transfereren naar hier. Plaats loonkostenhandicap tov grote voordelen van ABVV Onderzoeksinstellingen en stakeholders, sociale partners ABVV Onderzoeksinstellingen en stakeholders, sociale partners Voka Logistiek Platform, POM, FIT, AO, Innovatiecentrum, VIL, VIM, UHasselt, NMBS, De Scheepvaart, LRM, provincie, gemeenten, projectontwikkelaars, Innovatie Cleantech opleiding voor bedrijfsleiders en hogere kaders van kmo s: ze erkennen de nood voor cleantech, maar missen het praktisch inzicht hoe deze transitie aan te pakken. Sociaal innoveren in de bouwsector: kmo s ondersteunen bij bepaling visie, missie, strategie, bedrijfsprocessen, leiding geven en motiveren van personeel Expertisecentrum zorg en wonen: ondersteuning van innovatie in de zorgeconomie en bijdrage aan effectieve valorisatie Stimuleren en begeleiden van innovatie bij se bedrijven om hun innovatiekracht te verhogen: verkennende gesprekken, TIKB-Transit/Het Vervolg Houthalen-Helchteren Confederatie Bouw se kmo s in bouwsector Hogeschool PXL UHasselt, toegankelijkheidsbureaus, iminds, ondernemers, POM (Platform Zorglandschap ) Innovatiecentrum se bedrijven, Vlaams Innovatie Netwerk, IWT, Vlaamse overheid, 2015 uitbreidin g mogelijk Houthalen- Helchteren /Vlaander en Innovatieve woonzorg (4.3) Community formation (2.3) p.38

40 Domein Ambitie Actie Trekker Actoren vervolgafspraken, uitgebreide adviezen, se economische stakeholders, partnermatchings met kennisinstellingen, innovatieplannen definiëren, opstellen van subsidiedossiers en organisatie van seminaries rond verschillende aspecten van innovatie Export Innovatie en export Community formation Begeleidingstrajecten internationalisatie en verre export van se kmo s: met focus op prioritaire sectoren van het SALK FIT: ondersteunen van kmo s in het kader van internationaal ondernemen: (financiële) ondersteuning, advies op maat, begeleiding Bootcamp starters : meer ondernemerschap, ambitie en internationalisatie faciliteren bij starters die tussen 1 en 5 jaar bezig zijn In samenwerking met buurlanden bedrijfsfondsen en begeleiding opzetten zodat ondernemingen nieuwe producten en diensten met een open en innovatief karakter ontwikkelen, in partnerships en over de grenzen heen, om zo de belangrijke strategische ligging van te valoriseren voor Belgisch : focus op sterke kmo s met internationaal potentieel Begeleidingstraject groei voor se kmo s : Raad der Wijzen, begeleidings-traject, voortgang actieplan, opvolging Bouwen aan een toekomst zonder zorgen: verhoogde samenhang tussen verschillende actoren actief binnen zorgsector Navigator tussen se kmo s en kennisinstellingen: samenwerking tussen beide VOKA FIT, Gemengde Kamers, Innovatiecentrum, UHasselt, sectororganisaties, ervaren ondernemers FIT Plaatselijke se actoren Voka LRM, FIT, Flanders DV, Innovatiecentrum, Finmix, Business Angels Network Vlaanderen, jonge bedrijven, Innovatiecentrum Interreg, EC-Horizon 2020, Efro, Hermes, BOM, LIOF, Syntens, Agit, Provincie, andere provinciebesturen, onderzoeks- en kennisinstellingen, economische overheidsorganisaties en beleidsinstanties, IWT, FIT, Agentschap Ondernemen, LRM, POM, VOKA Innovatiecentrum, LRM, kennisinstellingen, Voka Gazellen,. VOKA Confederatie Bouw, onderwijsinstellingen, VDAB, Construction Academy, LRM, POM, zorgactoren Timing Werkingsgebied Kruisverband Innovatiecentrum /Vlaander en en Euregio, maar extrapoleerbaar Innovatieve woonzorg (4.3) Innovatie (2.3) p.39

41 Domein Ambitie Actie Trekker Actoren verhogen door gerichte inhoudelijke Kennisinstellingen, ihb. UHasselt, PXL, netwerkactiviteiten, individuele matchings en het KHLim; onderzoeksinstellingen, ihb. voeren van promotie. Flanders Drive, CeDuBo, VIM, PC Fruit, ; IWT, Agentschap Ondernemen, POM, LSM; werkgeversorganisaties en beroepsfederaties Starters Uitbouw van netwerken/contacten met toeleveranciers van Noord-se bedrijven die wereldwijd gevestigd zijn om hun innovatieinstrumentarium te verbreden. Inbedding in internationale en Euregionale kennisnetwerken. Tot stand laten komen van clusters en consortia van bedrijven, van nihil tot operationele eigenheid, om kans te geven aan ontstaan van belangrijke nieuwe economische activiteiten: bedrijven met sterke operationele en winstgevende structuur, die bereidt zijn om samen te werken, met gemeenschappelijke opportuniteiten en via externe begeleiding. AppDotVlaanderen (werktitel): ondersteuning van de groeiende niche van app-development in ICT. Kennis, steunpunt, actief netwerk, Centrum ondernemen: studenten studiepunten laten verwerven door ondernemer te worden, als deel van curriculum C-mine crib: startende en jonge bedrijven ondersteunen bij opstart en doorgroei door aanbieden van gespecialiseerde begeleiding en coaching en huisvestingsmogelijkheden (diverse formules) Onderzoek naar de mogelijkheden om samenwerkingsverbanden tussen dienstverlenende kmo s in Maastricht en Hasselt te stimuleren om de as Hasselt-Maastricht te versterken In kaart brengen van huidig aanbod en (toekomstige) noden van het se aanbod aan Platform en burgemeestersoverleg Noord- Innovatiecentrum se bedrijven, Agentschap Ondernemen, FIT, LRM, Juridische, fiscale en andere consultants PXL Hogeschool Gent, Erasmus Hogeschool Brussel, Agoria, (toekomstige) ondernemers die nieuwe apps op markt willen brengen PXL Unizo-, VOKA, VKW-, SOFIM, UHasselt, LRM, iminds, C-mine crib Overheid, kennisinstellingen, organisaties Timing Werkingsgebied Kruisverband Start septembe r 2014 Officenter Officenter Noord- Innovatie (2.3) Innovatie (2.3) /Vlaander en Genk, met uitbreiding en Euregio Midden-, Maasland en Euregio Afstemmen AMonderwijs: ondernemerschap (1.3) p.40

42 Domein Ambitie Actie Trekker Timing Werkingsgebied Kruisverband Actoren businesscenters (infrastructuur en dienstenpakket) voor zelfstandige beroepen, groeiende kmo s en satellietkantoren Verbetering van het se aanbod aan businesscenters (infrastructuur en dienstenpakket) voor zelfstandige beroepen, groeiende kmo s en satellietkantoren Officenter Speerpuntsectoren SALK Ondersteuning van startende en jonge bedrijven rond thema Smart Energy bij hun opstart en doorgroei in de IncubaThor Zie SALK-uitvoeringsplan 25 Stad Genk KULeuven, LRM Genk en regio rond Genk 25 Taskforce, Strategisch Actieplan in het Kwadraat uitvoeringsplan, p.41

43

44 p.43

45 3. Ruimte voor Om socio-economisch te ontwikkelen moet er ook aandacht besteed worden aan de schaarse se ruimte en hoe die verstandig gebruikt kan worden in de komende jaren. Belangrijk daarin is het gebruik van de bedrijfsruimte en de bijhorende mobiliteit van personen en goederen. Daarnaast draagt ook de aandacht voor energieproductie en consumptie bij tot een sterk socio-economisch verhaal. 3.1 Efficiëntie De focus in dit onderdeel ligt op efficiëntie. Die efficiënte heeft in de eerste plaats betrekking op de ruimte in. Die moet in al haar aspecten goed gebruikt worden. Dat geldt zowel voor de bedrijfsruimte, de vervoersruimte voor personen en goederen als voor de leefruimte. Daarnaast heeft deze doeltreffendheid betrekking op de energieproductie en het energiegebruik. Die moeten respectievelijk duurzaam en spaarzaam gebeuren. is onvoldoende ontsloten, zowel voor personen als voor goederentransport. p.44

46 Ambitie: ambieert het doelmatig en duurzaam gebruik en inrichting van de bestaande bedrijventerreinen die voldoende aantrekkelijk zijn voor binnen- en buitenlandse investeerders. Bovendien is de uitbouw van een duurzaam, multimodaal verkeers- en vervoersmodel voor personen en goederen essentieel. Daarnaast moet de provincie een duurzame energieproductie en consumptie vooropstellen en streven naar een doeltreffende en duurzame benutting van de beschikbare ruimte. 3.2 Duurzaam ruimtegebruik investeerders. pantent- en octrooiaanvragen. 1) Ruimte en mobiliteit Een goede invulling van de economische ruimte bepaalt voor een groot stuk de aantrekkelijkheid voor ondernemingen van een regio. heeft heel wat bedrijventerreinen. Die voorraad moet in de eerste plaats beter gebruikt worden. In samenwerking met gemeentebesturen, LRM en private partners coördineert POM de reactivering van onbenutte terreinen en het optimale gebruik van bestaande bedrijfspercelen in. Daarnaast moet bekeken worden welke uitbreidingsmogelijkheden er zijn voor bestaande bedrijventerreinen die kampen met plaatsgebrek. Hiervoor moeten in overleg met de bevoegde instanties de nodige ruimtelijke voorwaarden vervuld worden. Om bedrijven aan te trekken moeten de aanwezige bedrijventerreinen kwaliteitsvol en duurzaam ingericht worden. De terreinen zijn kwaliteitsvol als ze voldoen aan de verwachtingen van de aan te trekken bedrijven (vooral kmo s) inzake riolering, glasvezelkabel, ontsluiting, aanwezigheid van natuurlijke elementen en voorzieningen voor werkgevers,. Eco-efficiënte bedrijventerreinen worden gekenmerkt door een vlotte uitwisseling van energie, materialen en water, het gezamenlijk gebruik van nutsvoorzieningen en bedrijfsfuncties, gemeenschappelijk vervoer van goederen en personen, de collectieve inzameling en afvoer van afvalstoffen en intensief gebruik van de ruimte. Deze ecoefficiëntie betekent winst voor het milieu (minder energie, minder water, minder materiaal) en winst voor de bedrijven die op het terrein gelegen zijn (minder kosten, grotere competitief en positief imago). Ambitie: doelmatig en duurzaam gebruik en inrichting van de bestaande en nieuwe bedrijventerreinen die voldoende aantrekkelijk zijn voor binnen- en buitenlandse investeerders. pantent- en octrooiaanvragen. p.45

47 Doelstellingen: Onbenutte bedrijventerreinen in activeren. Bestaande (oude en vervuilde) bedrijventerreinen aanpassen waardoor deze terreinen attractief blijven als vestigingslocatie, zowel voor de aanwezige als voor nieuwe ondernemingen, met een focus op kmo s. Onderzoek voeren naar de uitbreidingsmogelijkheden voor bedrijventerreinen die met plaatsgebrek kampen. Bestaande en nieuwe bedrijfsgebouwen en terreinen kwaliteitsvol en duurzaam (eco-efficiënt) inrichten zodat ze een aantrekkelijke vestigingsomgeving vormen Goed ontsloten bedrijfsgebouwen en terreinen via weg, spoor, water en via glasvezelkabel. Vlotte uitwisseling van energie, materialen en water tussen bedrijfsgebouwen. Gezamenlijk gebruik van nutsvoorzieningen en bedrijfsfuncties op de bedrijventerreinen. Gemeenschappelijk vervoer van personen via bus, carpool, tram naar en op de bedrijventerreinen. Collectieve inzameling en afvoer van afvalstoffen op de bedrijventerreinen. Daarnaast bepalen de mobiliteitsvoorzieningen de attractiviteit van een regio op economisch vlak. Bedrijfsterreinen die slecht bereikbaar zijn voor goederen en personen, zijn immers onbruikbaar. Zeker in en de grotere Euregio is die mobiliteit een belangrijk thema, omdat het gebied een draaischijf en gateway is naar de Europese consument. Diverse instellingen hebben de nodige expertise ontwikkeld om van de streek een duurzame logistieke speler te maken. Het principe van de modal shift kan hierin, waar toepasbaar, een rol spelen. De mogelijkheden van die modal shift zijn bekend. De noodzaak ligt in het sensibiliseren van de bedrijven rond dit thema. Ook de steden en gemeenten moeten nadenken over duurzame goederenstromen. In het kader van stedelijke distributie, en het PIEK 2-project van de Vlaamse Overheid, is het systeem van City Depot een goed voorbeeld. 26 Een dergelijke manier van goederendistributie draagt bij tot een leefbare stad (vermindering van de CO₂-uitstoot, verkeerscongestie en geluidsoverlast van vrachtwagens). Bovendien daalt de leveringskost en zorgt deze manier van goederenvervoer voor extra (sociale) tewerkstelling. Er zijn dus ook economische voordelen aan verbonden. Goede mobiliteit leidt er ook toe dat een regio werknemers kan aantrekken. Mensen willen snel en comfortabel naar hun werk reizen. Daarnaast draagt een goede mobiliteit ook bij tot verhoogde cultuur- en sportparticipatie of bevordert het de toeristische aantrekkelijkheid van de regio (zie hoofdstuk vier). In Vlaanderen domineert de auto het straatbeeld, met file- en parkeerproblemen en een stijgende CO₂-uitstoot als onaangenaam gevolg. Daarom kiest voor het woonwerkverkeer dat efficiënter en duurzamer moet worden (STOP-principe). 27 Een belangrijk accent ligt op het gebruik van de fiets en het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk dat door de provincie werd uitgetekend. Daarnaast heeft de provincie nood aan een fijnmazige openbaar vervoersnetwerk Zoveel mogelijk Stappen, Trappen (fiets), het Openbaar en collectief vervoer gebruiken, en daarna pas de Personenwagen inzetten. p.46

48 (Spartacusplan en NMBS-vervoersplan) en autodelen (carpoolen, Cambio, Autopia). 28 Belangrijk in dit geïntegreerd mobiliteitsverhaal is een (boven)regionale aanpak. Mobiliteit ontwikkelen kan enkel indien het (eu)regionaal bekeken wordt. 29 Ambitie: uitbouw van een duurzaam, multimodaal verkeers- en vervoersmodel voor personen en goederen in. Doelstellingen: Duurzaam en efficiënt goederenverkeer bij bedrijven en gemeenten stimuleren Vervangen van een deel van het vervoer over de weg door vervoer per spoor en per schip (modal shift), behalve in Zuid-. Onderzoeken van de mogelijkheden voor duurzaam goederenvervoer in Zuid-. Realisatie van de IJzeren Rijn en de aan-/aftakking van Midden-. Bewerkstellingen van de heractivering van de verbinding Lanaken (Railport) Bilzen Hasselt voor goederenvervoer (Spoorlijn 20). Toepassen van het principe van CityDepot, of een vergelijkbaar systeem, voor goederenvervoer in de steden en gemeenten. Duurzaam en efficiënt personenverkeer stimuleren. Stijging van het aandeel van de fiets in het se woon-werkverkeer met 20% tegen Stijging van het aandeel van het openbaar vervoer in het se woon-werkverkeer met 20% tegen Bereikbaar maken van het Maasland via sneltram en bus tegen Bereikbaar maken van Noord- via trein (lijn Hamont-Weert), sneltram en bus tegen Realisatie van een snelle rechtstreekse verbinding naar Antwerpen om het uur. Bekomen van een snelle en klokvaste verbinding naar Brussel iedere 30 minuten (minstens in de ruime spitsuren). 28 Het Investeringsplan voor de periode en het ontwerp van Vervoersplan van de NMBS (najaar 2013) werden negatief beoordeeld door de se Sociale Partners en de POM. De plannen zetten de provincie achteruit in plaats van oplos singen aan te bieden voor een beter goederen- en personenvervoer. De Sociale Partners stelden daarom een tienpuntenplan op dat de mobiliteit moet geven die het verdient. Deze tien punten werden in de hier opgesomde doelstellingen opgenomen. Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij (POM) steunt sociale partners in vraag om NMBS-plannen aan te passen, Persbericht POM, Hierrond heeft de provincie in opdracht van het IMOB een onderzoek laten doen. Hierin wordt onder meer gekeken naar de evolutie van het fietsbezit en -gebruik in Vlaanderen en ; de invloed van motief, gender en beroepsactiviteiten op het fietsgebruik en naar de voordelen van het functioneel fietsen op vlak van gezondheid, milieu en gezinsbudget. Een kaart van het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk (toestand 2011) is te vinden op de website van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken van de Vlaamse Overheid. p.47

49 Verkrijgen van een vlotte en snellere verbinding naar de andere kant van het land (Gent/Brugge/kust). Bekomen van garanties m.b.t. het op dubbel spoor brengen/elektrificatie van de lijnen Hasselt-Mol (lijn 15), Mol-Hamont (lijn 19) en Hasselt-Sint-Truiden (lijn 21). Bewerkstellingen van volwaardige aandelen in de spoorbudgetten van de NMBS, voor de modernisatie van de se treinstations, van de werkplaatsen in Genk en Hasselt en van het rijdend materieel op de se spoorwegen. Beter bereikbaar maken van de bestaande bedrijventerreinen via openbaar vervoer. Bewerkstelligen van de uitvoering van de prioritaire mobiliteitsdossiers met betrekking tot het autoverkeer die zorgen voor een betere ontsluiting van. Concreet gaat het om volgende dossiers: N74 Noord-Zuid Voorlopige maatregelen doortocht Houthalen-Helchteren N71 Neerpelt N73 Beringen/Tessenderlo N76 Bree-Genk N78 en E314 ontsluiting oude bunders Maasmechelen Noord-Oostomleiding Tongeren Zuid-Oostomleiding Tongeren E verbreding Aansluiting E40 Sint-Truiden Ontsluiting IKEA Ontsluiting nieuwe gevangenis Leopoldsburg 2) Leefmilieu Het klimaat vormt een hefboom voor economische, ecologische en sociale ontwikkeling. De ers, de lokale besturen en het sociale middenveld hebben hun rol te spelen in het se klimaatbeleid. Een belangrijk richtsnoer hierin is Totaal Actieplan CO₂ (TACO2) waarmee de provincie CO₂-neutraliteit nastreeft tegen In het streekpact ligt de focus op de productie en het gebruik van energie, zowel bij huishoudens, organisaties (verenigingen, enz.) als lokale overheden. Een duurzame energievoorziening is niet enkel goed voor ons klimaat, maar ook voor de se economie en de concurrentiepositie van de regio. Zo ontstaat nieuwe innovatieve bedrijvigheid rond hernieuwbare energie en krijgt de tewerkstelling een boost (jobs in de bouw, Cleantech, enz.). Spaarzaam gebruik zorgt er voor dat de energiefactuur daalt. Dat geeft de consument meer financiële ademruimte en kan bijdragen tot het wegwerken van het energiearmoedeprobleem waarmee de provincie steeds meer kampt. Duurzame energieproductie moet verschillende paden bewandelen. Zowel biomassa als wind- en zonne-energie kunnen een rol spelen. Belangrijk daarbij is de inbreng van de buurtbewoners. Hen tijdig betrekken in het beslissingsproces voorkomt onnodig lange procedures. p.48

50 Ambitie: stimuleren van duurzame energieproductie en consumptie bij ondernemingen, lokale besturen en particulieren. pantent- en octrooiaanvragen. Doelstellingen: Rationeel energiegebruik stimuleren. Daling van het bruto finaal energieverbruik met 15 %. Daling van het aantal huishoudens met een budgetmeter en/of vermogensbegrenzer. Duurzame energieproductie stimuleren. Stijging van het aandeel hernieuwbare energie (biomassa, zonne-energie en windenergie) in het bruto finaal energieverbruik naar 13%. 3) Verstedelijken moet zoals de rest van Vlaanderen zuinig omspringen met de oppervlakte die ze ter beschikking heeft (ViA 2020, Ruimte voor morgen ). De focus moet liggen op duurzame benutting. De huidige structuurplannen van Vlaanderen en willen de open ruimte vrijwaren tegen verdere verstedelijking. Dit kan door de stedelijke structuur te versterken (verdichting) en het buitengebied te vrijwaren. Kern van het toekomstige ruimtebeleid is de focus op een polycentrisch netwerk van functionele stedelijke regio s. Hierin is er plaats voor stedelijke kernen, suburbane zones en platteland, elk met hun eigen functie. Nieuwe voorzieningen moeten zich concentreren in de steden. De open en groene ruimte, een troef voor, moet voldoende beschermd worden. bestaat uit een aantal streken die elk hun eigen troeven hebben op het vlak van wonen, werken en beleving (toerisme en recreatie). Deze potenties moeten op elkaar afgestemd worden zodat zich kan profileren als een stedelijke regio die zich kenmerkt door samenhangende en elkaar aanvullende streken. Die Er is een groot verschil in armoedekenmerken tussen landbouw- en stedelijke gebieden. streken hebben eigen stedelijke stadskernen, suburbane zones en plattelandsgebieden met eigen kwaliteiten en potenties. 30 De polen binnen die streken en de streken onderling moeten verbonden zijn via een innovatieve en duurzame oplossing op het vlak van mobiliteit. Bovendien zorgt een sterke samenwerking tussen de deelgebieden ervoor dat een aantrekkelijke woon-, verblijfs- en investeringsomgeving vormt. Ook op het vlak van ruimtelijke ordening zullen lokale besturen dus moeten samenwerken. Mogelijke knelpunten in het se 30 De Vlaamse regering heeft op 6 december 2013 het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakening regionaalstedelijk gebied Hasselt Genk voorlopig vastgesteld. Tussen 20 december 2013 tot en met 17 februari 2014 werd een openbaar onderzoek georganiseerd. Het RUP heeft betrekking op delen van het grondgebied van de gemeenten Bilzen, Diepenbeek, Genk, Hasselt, Houthalen - Helchteren, Zonhoven, Zutendaal. p.49

51 RO-beleid zijn de zonevreemdheid, de talrijke natuurrichtlijnen en boscompensatiemaatregelen. Hierin zijn overleg met Vlaanderen en de nodige pragmatiek van belang. Daarnaast moet bijdragen tot het ruimtelijke evenwicht in de grotere regio waartoe het behoort. De provincie mag geen eiland vormen in de Euregio. Dit groter geheel biedt heel wat mogelijkheden waarvan gebruik moet maken. Denk maar aan de kenniscentra van Eindhoven, Leuven en Aken of de naburige universiteiten; de bedrijvigheid rond de Antwerpse haven of in het Ruhrgebied; de cultureel-historische band met Luik of Nederlands ; grotere mobiliteitsontwikkelingen; enz.. Hiermee moet de provincie rekening houden in haar ruimtelijke ontwikkeling. 31 Ambitie: de beschikbare se ruimte doeltreffend en duurzaam benutten. Doelstellingen: Versterking van de kernen met functies voor wonen, diensten en economische ontwikkeling (inbreiding). Vrijwaring van de se open ruimte. Streekpotenties en -troeven op elkaar afstemmen zodat zich kan profileren als een kwaliteitsvolle regio. Afstemmen van het se ruimtegebruik op Vlaanderen en de Euregio. 31 De Benelux-delta is het sterk verstedelijkt grensoverschrijdend gebied rond de monding van Schelde, Rijn en Maas. Buiten de Benelux - delta is ook het Ruhrgebied een stedelijk netwerk van internationaal niveau. Provincie, Knelpunten van de se bedrijventerreinen, ruimtelijk structuurplan provincie, gecoördineerde versie, p.50

52 3.3 Actie! Domein Ambitie Actie Trekker Actoren Ruimte Activering bedrijventerreinen Uitbreiding bedrijventerreinen Verder ontwikkelen van het informatieportaal (monitoring van bedrijventerreinen, vrije percelen en beschikbaar vastgoed in de provincie, en bij uitbreiding in de Euregio) Het uitvoeren van een drietal revitaliseringsstudies voor bedrijventerreinen in Reactiveren van 246 ha onbenutte bedrijfspercelen over een periode van drie jaar De bestaande industrieterreinen Genk-Noord, Genk- Zuid en Zwartberg worden verder ontwikkeld tot duurzame terreinen met ruimte voor innovatieve bedrijven die het economisch weefsel van Genk versterken en die, door de creatie van duurzame arbeidsplaatsen, bijdragen aan de welvaart en het welzijn. De Ford-site krijgt een duurzame herbestemming waarin de opportuniteiten van de site in een innovatief concept gekoppeld worden aan nieuwe economische ontwikkelingen. Uitbreiding van het Opglabbeekse industriegebied hebben met minimum 20 ha in noordelijke richting en met minimum 10 ha in zuidelijke richting Aanleg van een duurzame kmo-zone van 5 ha tussen de Weg naar Zwartberg, de Industrieweg-Noord en grenzend aan de bedrijven die gelegen zijn aan de Industrieweg-Noord POM AGIT, provincie, NL SPIE, Agentschap Ondernemen Timing Werkingsgebied Kruisverband 2014 Euregio Maas-Rijn POM Gemeentebesturen 2014 POM 2014 Eigenaars van onbenutte bedrijvenpercelen, bedrijven die strategische reserves aanhouden, bedrijven op zoek naar percelen, gemeentebesturen Stad Genk Genk Regio Betrokken overheden, instituties en stad Genk Gemeente Opglabbeek RO Vlaanderen Gemeente Opglabbeek RO Vlaanderen, grondeigenaars Genk Regio Opglabbeek Opglabbeek Kmo s (2.3) p.51

53 Domein Ambitie Actie Trekker Actoren Haalbaarheidsstudie voor de uitbreiding van het Houthalen-Helchteren industrieterrein Centrum-Zuid met Hoevereinde en POM van het industrieterrein Europapark Mobiliteit Duurzame bedrijventerre inen Verbetering van de ontsluiting van bestaande industrieterrein van Opglabbeek, met speciale aandacht voor de zwakke weggebruiker, openbaar bestuur en leefmilieu Studie inzake de optimalisatie van het vrachtwagenparkeren op het industrieterrein Ravenshout Uitbreiden van het aanbod aan duurzaam gerichte bedrijventerreinen in Noord- (digitale ontsluiting, klimaatneutraliteit). Verdere uitbouw van het Thor Park tot een technologiepark gebaseerd op een cluster van activiteiten op gebied van R&D, bedrijvigheid, talentontwikkeling en beleving verbonden aan de technologie-parkomgeving. Aanleg van een vrachtwagenparking met dispatchingfunctie op het industrieterrein van Opglabbeek Watertruck (Interreg IVB NWE), een Europees project dat vrachtvervoer over kleine binnenwateren verder wil ontwikkelen en optimaliseren door de introductie van een nieuw navigatieconcept bestaande uit een duwboot en aangepaste kleine duwbakken Impactproject: Sensibiliseren van verladers rond de voordelen van modal shift van wegvervoer naar binnenvaart. Het project omvat enerzijds een algemeen vooronderzoek containerbewegingen van/naar Antwerpen/Rotterdam naar en door beide en en anderzijds een analyse van het reële potentieel aan modal shift voor 2X5 bedrijven (5 NL, 5BE). Gemeente Opglabbeek Agentschap Wegen en Verkeer, vervoersmaatschappij De Lijn POM Gemeente Gemeente Ham Stad Beringen Politiezone BHT Platform Noord-, burgemeestersoverleg Noord- Timing Werkingsgebied Kruisverband Nov sept 2014 Stad Genk en partners Gemeente Opglabbeek Bedrijven op het terrein VIM nv De Scheepvaart Waterwegen & Zeekanaal nv POM Dinalog KvK NL se binnenvaartterminals Bedrijven in of buiten Duurzaam goederenvervoer Nov sept 2014 Houthalen- Helchteren Opglabbeek Industrieter-rein Ravenshout (Ham, Tessenderlo en Beringen) Noord- Genk Regio Opglabbeek Euregio en Vlaanderen Grensregio Vlaanderen - Nederland p.52

54 Domein Ambitie Actie Trekker Actoren Uitwerken van een Masterplan voor een congestieverminderend POM shuttle-concept dat moet bijdragen se transportbedrijven tot de oplossing van de congestie op de E313 en tot Bedrijven in het Antwerpse het optimaliseren van het gebruik van deze havengebied autosnelweg door de gezamenlijke se Beheerder parking vrachtvervoerders. Duurzaam personenvervoer Deelname aan het project Piek 2 i.s.m. Vlaamse Overheid rond stedelijke distributie. Het project focust op 2 elementen: (1) stil en duurzaam laden en lossen van goederen in steden en gemeenten tijdens de vroege ochtend en de late avond; (2) betere samenwerking en dialoog over de globale problematiek rond goederenvervoer in steden en gemeenten op touw zetten. Genk zet in op een duurzame, multimodale doorontwikkeling van de stad als logistieke poort met een focus op logistiek met toegevoegde waarde. Er wordt bijzondere aandacht besteed aan toekomstgerichte ontwikkelingen inzake logistiek waarvoor aansluiting gezocht wordt bij de thematische siteontwikkelingen. Elmo@work: '(multimodale) elektrische mobiliteit voor woon-werk- en dienstverplaatsingen'. Met dit project wil het VIM nagaan of elektrische mobiliteit, al dan niet in aanvulling met andere duurzame mobiliteitsvormen (klassiek openbaar vervoer, taxi, ), een volwaardig alternatief kan bieden voor werkgerelateerde verplaatsingen (woonwerk en zakelijk). Hierbij wordt gefocust op elektrische 2- en 3-wielers Lokale besturen, ondernemingen en andere organisaties begeleiden in het uitwerken van een duurzaam en efficiënt mobiliteitsbeleid Uitbouw van een duurzaam personenvervoer naar de hogescholen en naar de technologieregio Eindhoven. Stad Genk 52 Vlaamse steden en gemeenten Timing Werkingsgebied Kruisverband Nov sept 2014 Stad Genk VIM Pilootbedrijven, kennisinstellingen, aanbieders mobiliteitsdiensten 11/2013-2/2016 Provincie Dienst Mobiliteit Platform Noord- Burgemeestersoverleg Noord- Verkeersas E313 tussen Antwerpen en Vlaanderen Genk Vlaanderen Noord- Duurzaam energieverbruik (4.3) Bestuurs- en daadkracht p.53

55 Domein Ambitie Actie Trekker Timing Werkingsgebied Kruisverband Actoren Genk verbetert haar fietspadeninfrastructuur en ondersteunt de uitbating van het Fietspunt aan het station. Stad Genk Genk Leefmilieu Verstedelijking Duurzame energieprodu ctie Duurzaam ruimtegebruik Realisatie van krachtige mobiliteitsverbindingen tussen de diverse sites in de stad. Stad Genk Realisatie van Spartacuslijn 2 ondersteunen. Stad Genk Medewerking aan diverse klimaat - en Stad Genk energieprojecten en actieve participatie in EnergyVille, VITO, Infrax, verscheidene netwerken o.a. STEP-UP project, klimaatprojecten van de provincie, enz. Een fundamentele benadering van ruimte, een denktank en een experimenteel onderzoekstraject met als resultaat een handvest voor stadsregio s, uitgaande van enkele concrete cases. Zone Z: de uitbouw van een creatief cultureel kruispunt in het centrum van Hasselt door een herbestemming van de lokalen van het begijnhof die vrijkomen na opening van het nieuwe Z3 Behoud van leefbaarheid van dorpen: centralisatie vs. lokale voorzieningen. Onderzoek naar objectieve criteria, algemene richtlijnen, om lokale besturen te helpen in deze keuze Herinrichting en versterking van het centrum met het oog op meer handel, wonen en dienstverlening. Architectuurwijzer Provincie Gemeentebestuur Riemst Andere lokale besturen Houthalen-Helchteren AGB Masterplan Tot voorjaar 2014 voor eigenlijke ateliers; tot najaar 2014 voor publicere n van resultaten 2014: fase van onderzoek Genk Regio Genk Maasmechelen Haspengouw Hasselt Genk Leopoldsburg Maastricht Hasselt Midden- Haspengouw Houthalen- Helchteren Bestuurs- en daadkracht Innovatieve woonzorg (4.3) p.54

56

57 4. Leven en beleven in De provincie is een aantrekkelijke leef- en belevingsregio. Die aantrekkingskracht wordt deels bepaald door de woon- en zorgvoorzieningen en vrijetijdsmogelijkheden van de streek. Deze troeven spelen een belangrijke rol in de socio-economische ontwikkeling van de streek. Zij zorgen immers voor een duurzame voedingsbodem waarin socio-economische bedrijvigheid mogelijk is. Daarom zijn deze onderdelen van het se weefsel belangrijke aandachtspunten in het streekpact. 4.1 Lage inkomens, ouderen en kinderen Om van een blijvende aantrekkelijke (be)leefomgeving te maken voor iedereen is het nodig dat er extra aandacht gaat naar mensen met een beperkt inkomen. Deze bevolkingsgroep heeft het moeilijk om een kwaliteitsvolle woning te vinden en toegang te krijgen tot de juiste zorg. Binnen deze kwetsbare groep vormen de ouderen een steeds belangrijker deel, zeker op het platteland. Op dat platteland is armoede vaker verdoken aanwezig. Mensen zetten er niet snel de stap naar de formele hulpverlening. Dit maakt dat armoede er minder meetbaar is, en daardoor ook minder zichtbaar en vaak vergeten. 32 De ontgroening en veroudering van de bevolking zetten zich in sterker door dan in Vlaanderen. De groep van 80-plussers (hoogbejaarden) loopt een hoog risico op vereenzaming en inkomensarmoede. Ook de se ouderen verdienen daarom extra aandacht. Daarnaast ligt het accent op kinderen. Kinderen zijn steeds vaker het slachtoffer van armoede, zeker in de 32 Welzijnszorg, Campagne Armoede op den buiten, p.56

58 mijngemeenten. Het is belangrijk op hen te focussen want onderzoek toont aan dat de periode tussen nul en drie jaar cruciaal is voor de ontwikkeling van intellectuele, emotionele en sociale vaardigheden, en het doorbreken van de armoedespiraal. 33 Ambitie: wil duurzame en betaalbare woon- en thuiszorgvoorzieningen voorzien voor mensen met een lager inkomen en voor ouderen. Elke se gemeente stelt een zorgstrategisch plan op. Daarnaast moeten ouderen, kinderen en (ex-)psychiatrische patiënten (jongeren en ouderen) kwalitatieve, betaalbare en innovatieve zorgvoorzieningen in de nabijheid van hun woonomgeving kunnen hebben. Bovendien streeft de regio naar samenwerking rond en clustering van infrastructuur inzake sport, cultuur en toerisme, en naar schaalvergroting om grotere evenementen binnen te halen. Iedereen en zeker mensen in armoede en ouderen moeten toegang hebben tot verenigingsleven en laagdrempelige ontmoetingsplaatsen. 4.2 Wonen, zorg en samen (be)leven 1) Wonen en zorg moet een aangename plek blijven om te werken én te wonen. Een streek met goede woonkwaliteiten heeft een aantrekkingskracht op werknemers en werkgevers. Zo ontstaat een regio waar bedrijven en investeerders een groot arbeidspotentieel vinden en de brain drain vermeden wordt. Bovendien kan een woonbeleid dat gericht is op duurzaamheid en innovatie zorgen voor nieuwe kansen in de bouw- en zorgsector en bij kennisinstellingen. Een dergelijk woonbeleid kan dus ook economische vruchten afwerpen: nieuwe jobs, nieuwe investeringen en kennisontwikkeling. Voorwaarde hiertoe is de samenwerking van de diverse overheden met burgers en bewoners, het bedrijfsleven, de kennisinstellingen en de bouw- en zorgsector. Inzake wonen ligt de nadruk, zoals hierboven al vermeld, op twee groepen: lagere inkomens en ouderen. Mensen met een lager inkomen hebben het vaak moeilijker om een (duurzame) woning te huren of te kopen/bouwen. Zij hebben niet het kapitaal om de extra duurzaamheidsinvesteringen te doen. Zo blijven ze veel van hun krappe budget in energiekosten steken of boeten ze in aan wooncomfort door op energie te besparen. Speciale aandacht in dit domein gaat naar de sociale woningbouw. Er is op dit moment een tekort aan duurzame sociale woningen, zeker in de voormalige mijngemeenten. moet ervoor zorgen dat mensen met een lager inkomen ook aanspraak kunnen maken op een duurzame (huur)woning. Dat geeft hen extra financiële ademruimte en laat hen toe in een huis te wonen dat voldoende leefcomfort biedt. 33 Vlaamse Regering, Voortgangsrapport Vlaams Actieplan Armoedebestrijding, p.57

59 Ambitie: duurzame en betaalbare woonvoorzieningen voor mensen met een lager inkomen. pantent- en octrooiaanvragen. Doelstellingen: Bestaande sociale huurwoningen beantwoorden aan de normen van het Vlaamse Energierenovatieprogramma Het aanbod aan se sociale woningen voldoet aan het Vlaamse gemiddelde. De aandacht voor ouderen komt voort uit de vaststelling dat, en zeker Zuid-, stelselmatig vergrijst. Die toenemende vergrijzing, het tekort aan zorgprofessionelen en de hoge zorgfactuur maken dat het organiseren van de gezondheidszorg van morgen een enorme uitdaging wordt. Een van de prioriteiten om aan deze zorgnood het hoofd te bieden, is werken aan de mogelijkheid om als oudere langer zelfstandig thuis te blijven wonen. 34 De Vlaamse overheid zet hierop in via het project Zorg Proeftuinen Vlaanderen. Via een innovatief thuiszorgbeleid kan bovendien vereenzaming bij ouderen, sterk aanwezig op het platteland, tegen gegaan worden. Tegelijk biedt de uitbouw van een innovatieve thuiszorgsector economische opportuniteiten (extra jobs, kostenbesparing, kennisontwikkeling). 35 Ambitie: innovatieve en betaalbare thuiszorgvoorzieningen voor ouderen. Doelstellingen: Het aanbod aan innovatie en betaalbare thuiszorgvoorzieningen voldoet aan het Vlaamse gemiddelde. Verhoging van het aantal se 80-plussers dat tegemoetkoming voor thuiszorg krijgt naar het Vlaamse gemiddelde. Daarnaast is het ook belangrijk om in de huizen van deze ouderen aandacht te besteden aan duurzaamheid. Het loont voor hen financieel zeker nog de moeite om na te denken over energierenovatie. Die zorgt immers voor een blijvende verhoging van de waarde van de woning. Er zijn een aantal maatregelen met korte terugverdientijd, zoals dakisolatie of de plaatsing van een condensatieketel. Daarnaast zijn er op termijn een aantal verplichtingen waaraan woningen zullen moeten voldoen. Bovendien zorgt een gerenoveerd huis voor minder energie-uitgaven, wat ook hier bijdraagt tot het aanpakken van inkomensproblemen en armoede. wil daarom zorgen voor 34 Verté, D. e.a., Een huis? Een thuis! Over ouderen en wonen, p.58

60 duurzame ouderenwoningen. Het provinciale project rond de woonzorgteams kan hier als voorbeeld dienen. 36 Ambitie: energiezuinige en aangepaste woningen voor ouderen. Doelstellingen: Bestaande ouderenwoningen beantwoorden aan de normen van het Vlaamse Energierenovatieprogramma Bestaande ouderenwoningen beantwoorden aan de normen om veilig langer thuis te kunnen wonen waarbij op loopafstand die voorzieningen aanwezig zijn om sociaal en zelfstandig actief te kunnen zijn (krantenwinkel, bakker, bank,.) 2) Samen (be)leven Inzake zorgbeleid blijkt dat de lokale besturen in het kader van de interne staatshervorming een nieuwe opdracht met betrekking tot de zorgplanning in ouderenzorg voorgeschoteld krijgen. Vlaanderen roept lokale besturen op om een visie te ontwikkelen over de zorg- en ondersteuningsbehoefte op hun grondgebied en het noodzakelijke aanbod te voorzien om deze behoeftes in te vullen. Lokale besturen kunnen deze visie ontwikkelen als een onderdeel van hun sociaal beleid en woonbeleid en ze kunnen dit aanreiken aan iedereen die een zorgstrategisch plan wil opmaken. Alle belanghebbende actoren moeten maximaal inzetten op een ondersteunende rol ten aanzien van de lokale besturen bij de opmaak van die plannen. Ambitie: elke se gemeente heeft een zorgstrategisch plan. Doelstellingen: Lokale besturen ontwikkelen een visie over de zorg- en ondersteuningsbehoefte op hun grondgebied en het noodzakelijke aanbod om deze behoeftes in te vullen. Invulling geven aan het woonzorgdecreet en invulling van de woonzorgassistent zodat een goede afstemming aangepast wonen in elke levensfase haalbaar is met de nodige wendbaardheid tussen thuis en residentieel. De klemtoon in het streekpact ligt op de zorg voor ouderen, kinderen en mensen met een meervoudige problematiek. Het tekort in het huidige zorgaanbod voor ouderen kan niet enkel opgelost worden door 36 Actueel. Informatieblad van de Vlaamse Ouderenraad, Jaargang 14, nr. 3, juli/augustus/september p.59

61 in te zetten op langer thuis wonen. Ook het aanbod in de residentiële zorg voor bejaarden in de woonzorgcentra moet verbeterd worden. Hierin heeft, en zeker het Maasland, een achterstand in te halen. Het zorgaanbod voor ouderen moet ook innovatief verbeterd worden. Dit betekent dat gedacht moet worden aan nieuwe woonvormen voor hulpbehoevende ouderen (kangoeroewoningen, meegroeiwoningen enz.). Zoals in de thuiszorg kan deze innovatieve ontwikkeling duurzame economische voordelen (werkgelegenheid e.a.) genereren. Ambitie: kwalitatieve, betaalbare en innovatieve woonzorgvoorzieningen voor ouderen. Doelstellingen: Stijging van het aantal se woongelegenheden in woonzorgcentra per inwoners van 60 jaar en ouder tot het niveau van het Vlaamse gemiddelde. Verhoging van het aantal innovatieve flexibele zorgvoorzieningen voor ouderen, als alternatief voor het huidige woonzorgcentrum. Daarnaast wil zich inzetten voor voldoende kwaliteitsvolle kinderopvang. De nood is vooral hoog bij de groep van 0-3 jaar (voorschools) maar in een aantal se gemeenten is ook wat betreft de buitenschoolse opvang een verbetering nodig. Bovendien is de opvang tijdens vakanties en vrije dagen op heel wat plaatsen een belangrijk probleem. Het ontoereikende opvangaanbod is zeker voor werkzoekenden en kwetsbare kinderen en hun ouders een belangrijke struikelblok. Voldoende kinderopvang, in al zijn vormen, is een van de voorwaarden om tot een goede werk-leefbalans te komen (zie hoofdstuk twee) en mensen de kans te geven om te kunnen gaan werken of werk te zoeken. Bovendien zorgt een kwaliteitsvolle uitbouw van de opvangvoorzieningen ook voor nieuwe zorgjobs en investeringen in de bouwsector. Ambitie: kwalitatieve en betaalbare kinderopvang, zowel voor- als naschools en tijdens de vakanties. Doelstellingen: Verhoging van het aantal kinderopvangplaatsen voor kinderen van 0-3 jaar tot voorziening voor de helft van de kinderen in 2016 en voldoen aan de vraag tegen Verhoging van het aantal kinderopvangplaatsen voor kinderen van 3-12 jaar in de gemeenten Genk, Gingelom, Ham, Hoeselt, Houthalen-Helchteren, Lanaken, Lommel, Maasmechelen en Riemst tot het niveau van het Vlaamse gemiddelde. Verbetering van de opvangmogelijkheden voor kinderen van 0-12 jaar tijdens de vakanties en verlofdagen. p.60

62 Verhoging van het aantal plaatsen voor inclusieve kinderopvang naar het Vlaamse gemiddelde. 37 In Noord-, Maasland en West- is het huidige aanbod voor (ex-)psychiatrische patiënten en mensen met een meervoudige problematiek onvoldoende. Artikel 107 lost maar een gedeelte van dit probleem op. 38 Jongeren en ouderen worden niet bereikt, het aantal bedden blijft te laag en een aantal actoren ontbreken. Daarom moet de regio streven naar een beter psychiatrisch zorgaanbod voor jongeren en ouderen in de eigen streek. Ook hier zorgt een kwaliteitsvolle uitbouw van de opvangvoorzieningen voor nieuwe zorgjobs en investeringen in aanverwante sectoren. Ambitie: kwalitatief, betaalbaar en innovatief zorgaanbod voor (ex-) psychiatrische patiënten (jongeren en ouderen) in de nabijheid van hun woning. Doelstelling: Verbeteren van de voorzieningen voor gedwongen psychiatrische opname voor jongeren en ouderen in Noord-, onder andere door optimale samenwerking via artikel 107 in de netwerken Noolim en Relingen. Naast wonen en zorg zijn ook cultuur, sport en toerisme belangrijke factoren in streekontwikkeling. Ze zorgen immers voor een positief streekimago en voor sociale cohesie. Bovendien hebben ze vaak een economische return (inkomsten, werkgelegenheid, naambekendheid). De voorzieningen en het aanbod van deze sectoren zijn vandaag goed uitgebouwd in. Denken we bijvoorbeeld aan het fietsroutenetwerk, het Gallo-Romeins Museum, C-Mine, Theater op de Markt, Bokrijk, het Nationaal Park Hoge Kempen, de vele sportverenigingen of B&B s, de grote vakantieparken zoals Vossemeren, enz. In de huidige economische omgeving moet de nadruk liggen op samenwerken en clusteren. Het bestaande aanbod moet verder ondersteund worden, maar ook aandacht voor differentiatie in het aanbod is nodig. Op die manier worden de culturele, sportieve en Delen is het nieuwe hebben. toeristische troeven zichtbaarder en geven ze de regio een bovenlokale aantrekkingskracht. De slaagkans hiervan hangt ook af van de beschikbare mobiliteitsvoorzieningen (zie hoofdstuk drie). Die moeten goed uitgebouwd zijn, wil men het aanbod toegankelijk maken voor bewoners en bezoekers. Daarnaast heeft samenwerking ook een financieel voordeel (kostenbesparing) en leidt het tot meer expertiseontwikkeling. Dat leidt dan weer tot betere producten en diensten. De streek moet wel 37 Inclusieve kinderopvang is opvang voor kinderen met een specifieke zorgbehoefte. 38 Artikel 107 van de federale ziekenhuiswet is een financieringstechniek die toelaat dat psychiatrische ziekenhuizen en, mits z e aan een aantal voorwaarden voldoen, algemene ziekenhuizen een deel van hun budget realloceren. Deze voorzieningen kunnen dus m.a.w. dankzij dit artikel met een gedeelte van hun financiering van ziekenhuisbedden (max. 10% van de beddencapaciteit) nieuwe zorgvormen creëren. p.61

63 blijven uitgaan van haar eigenheid om zo se merkproducten te creëren die hun weerklank vinden in de Euregio en de rest van Vlaanderen. Ambitie: samenwerking rond en clustering van infrastructuur en evenementen inzake sport, cultuur en toerisme. Schaalvergroting om grotere evenementen op het vlak van sport en cultuur binnen te halen. Doelstellingen: Intergemeentelijk opzetten of uitbreiden van regionale sport-, cultuur- en toeristische infrastructuren. Regionale spreiding en afstemming van het aanbod inzake cultuur, toerisme en sport. moet ook de nodige aandacht besteden aan buurtweefsel en het verenigingsleven. Een goed buurtweefsel zorgt voor een aangename en veilige buurt. Heel wat vrijetijdsbestedingen (sport, cultuur, enz.) spelen zich in groepsverband af. Die verenigingen vormen het cement dat de maatschappij samen houdt. In dergelijke verenigingen leren mensen ook vaardigheden en attitudes die hen kunnen helpen in het onderwijs en op de arbeidsmarkt. Speciale aandacht in de participatie aan het verenigingsleven gaat naar ouderen en mensen die bedreigd worden door of leven in kansarmoede. Sociale contacten, in welke vorm dan ook, kunnen hen uit hun isolement halen en hen helpen zich te ontwikkelen. Ambitie: toegang tot verenigingsleven en laagdrempelige ontmoetingsplaatsen voor iedereen en zeker voor mensen in armoede en voor ouderen. Doelstelling: Elke se oudere en kansarme vindt in de weg naar een buurtwerking, een vereniging, een vrijwilligersorganisatie of samenlevingsopbouw De sector samenlevingsopbouw ondersteunt maatschappelijk kwetsbare groepen. Samen met hen pakken buurtwerkers en opbouwwerkers gemeenschappelijke problemen aan die te maken hebben met grondrechten of de leefbaarheid in hun stad, buurt of streek. Voorbeelden van grondrechten waaraan gewerkt wordt, zijn het recht op behoorlijke huisvesting en het recht op maatschappelijke dienstverlening. De focus ligt op de verbetering van de kwaliteit van het leven en het samenleven. p.62

64 4.3 Actie! Domein Ambitie Actie Trekker Timing Werkingsgebied Kruisverband Actoren Wonen en zorg Betaalbaar Opstart LAC Huisvesting naar voorbeeld van OCMW Stad Tongeren Tongeren wonen Genk Duurzaam wonen West- Minstens één wijk in elke West-se gemeente duurzaam renoveren en dit bij 50% van de mogelijke participanten Duurzaam, passief of energie neutraal bouwen binnen het huidige huurstelsel mogelijk maken Genk werkt verder aan het realiseren van de objectieven met betrekking tot een sociaal en bescheiden woonaanbod. Het sociale woonaanbod wordt op basis van het goedgekeurde actieplan gerealiseerd in samenwerking met de sociale huisvestingsmaatschappijen Nieuw Dak en Landwaarts. Alle nieuwe bouwprojecten van Nieuw Dak voldoen aan de geldende regelgeving. Bij renovaties worden er energiezuinige technieken toegepast en wordt het isolatiepeil aangepast. Bijna alle daken van de sociale huurwoningen zijn geïsoleerd. Op termijn wil Nieuw Dak alle elektrische verwarmingen vervangen door energiezuinige installaties. In de mate van de haalbaarheid wordt gekozen voor na-isolatie van spouwen. Genk stimuleert de kwaliteit van het individuele woningaanbod op gebied van bouwfysische en technische kwaliteiten, maar ook op gebied van duurzaamheid, oriëntatie, levensloopbestendigheid, veiligheid, door projecten die gebaseerd zijn op deze principes te initiëren of te ondersteunen en een Gemeente Ham Stad Beringen Stebo Provincie Gemeentebestuur Riemst Subsidieverstrekkende overheid, overkoepelend orgaan sociale huisvestingsmaatschappijen Stad Genk Nieuw Dak en Landwaarts Stad Genk Nieuw Dak Stad Genk GAOZ Riemst Genk Genk Intergemeentelijk samenwerkingsve rband Lokaal Woonbeleid GAOZ. Duurzaam energieverbruik (3.3) Duurzaam energieverbruik (3.3) Duurzaam energieverbruik (3.3) Duurzaam energieverbruik (3.3) p.63

65 Zorgstrategisch plan Kinderopvang Ontwikkelen van een woonzorgzone in Opglabbeek op maat van de gemeente en vertrekkend vanuit een toekomstgerichte visie op wonen en zorgen voor ouderen Geïnteresseerde se lokale besturen begeleiden bij het opmaken van een zorgregieplan ouderen. Organisatie van buitenschoolse opvang voor kinderen en jongeren uit Genk-Noord (Zwartberg) en kinderen en jongeren met een beperking uit Genk en omstreken. Specifieke aandacht wordt besteed aan taal- en talentontwikkeling De opstart van Huizen van het Kind stimuleren en ondersteunen met bijzondere aandacht voor opvoedingsondersteuning Uitbouw van een kwaliteitsvol, behoeftedekkend en toegankelijk aanbod van vergunde plaatsen voorschoolse kinderopvang op maat van de Genkse situatie en gezinnen met specifieke aandacht voor de toeleiding van kansengroepen, voor een goed gespreid aanbod van kinderopvangplaatsen en voor het zelfstandig ondernemen in de kinderopvang. De Huizen van het Kind brengen als draaischijf van pedagogische comfortzones, een ruim netwerk van Gemeentebestuur Opglabbeek OCMW, bestaand woonzorgcentrum St-Barbara, alle Opglabbekenaren Provincie, Lokale besturen, lokale zorgactoren, provinciale diensten zorg i.s.m. de cel studies & projecten, sociale planning, ruimtelijke ordening Kinderopvang de regenboog, Kinderopvang Pardotje, Jeugdwelzijnswerking GIGOS (kinderen uit kwetsbare gezinnen), Sint- Albertusschool (regulier basisonderwijs), Buitengewoon onderwijs regio Genk, Dienst wijkontwikkeling (Stad Genk) Provincie (provinciaal steunpunt Opvoedingsondersteuning)/ lokale besturen, bestaande regionale samenwerkingsverbanden opvoedingsondersteuning, alle partners(lokaal of regionaal) betrokken bij ondersteuning van gezinnen, Kind en Gezin,.. Timing Werkingsgebied Kruisverband Domein Ambitie Actie Trekker Actoren kader te creëren waarbinnen zulke initiatieven worden gestimuleerd en gereguleerd. Het optimaliseren van en verder implementeren van het subsidiereglement duurzaam wonen voor Genk. Samen Woonzorgvoorzieningen (be)leven Start: januari 2014 Stad Genk Stad Genk Opglabbeek Genk (-Noord) Werkbaar werk (1.3) Werkbaar werk (1.3) Genk Werkbaar werk (1.3) Genk Werkbaar werk (1.3) p.64

66 Domein Ambitie Actie Trekker Actoren partnerorganisaties samen om een breed aanbod van dienstverlening inzake opvoedingsondersteuning, ontwikkeling, welzijn, gezondheid en onderwijs ten behoeve van gezinnen met kinderen te realiseren, met een algemeen aanbod voor alle gezinnen en een specifiek aanbod voor risicogezinnen. De eerste realisaties zijn er in Sledderlo in 2014 en in Hoevenzavel in Innovatief Uitbouw van een fijnmazig netwerk van (na-) Platform Noord- zorgaanbod zorginitiatieven en opvangmogelijkheden voor Burgemeestersoverleg Noord- zorgbehoevenden in de regio Noord- Schaalvergroting Samenwerking Organisatie van een kwalitatief toegankelijk circusen straattheaterfestival om zo via een toegankelijke festivalformule een stimulans te vormen voor verdere cultuurbeleving Genk zet in op grootschalige en topsportevenementen in Genk en op de grote sportspecifieke sites zoals KRC Genk, Horenbergsdam, Spiegelven, vliegveld Zwartberg, Kattevennen, sportcentrum en andere. Genk versterkt zijn sportsites door ze in te schakelen in ruimere netwerken of ze te voorzien van aansluitende functies. Zo zullen door de realisatie van de nieuwe sporthal aan het sportcentrum de indoor sportmogelijkheden uitgebreid kunnen worden, kunnen grote competitieve of recreatieve sportmanifestaties doorgaan en kan er op een hoog niveau aan competitie worden gedaan. Vanuit een faciliterende en stimulerende houding, lokale besturen aanzetten tot samenwerking op vlak van culturele infrastructuur en programmatie Provinciebestuur Dommelhof In de even jaren: het bestuur van de gemeente/stad waarin het festival plaatsvindt. Timing Werkingsgebied Kruisverband Jaarlijks met een ondersche id; even jaren: aug, oneven jaren: nov Stad Genk Stad Genk Provincie Lokale besturen Eerste verkenne nde gesprekke n: einde 2013 Noord- Regio Regio Bestuurs- en daadkracht p.65

67 Domein Ambitie Actie Trekker Actoren Nieuw grensoverschrijdend ruiter- en Houthalen- Helchteren menroutenetwerk Kempen-Broek RLLK Promotie en valorisatie van het cultureel erfgoed Platform Noord- door opmaak van een erfgoedconvenant voor Burgemeestersoverleg Noord- Noord- Deelnemende gemeenten Promotie en valorisatie van de toeristische potenties of de eigenheden van Noord- tot een sterk toeristisch product Samenwerking inzake sport-, cultuur-, erfgoedactiviteiten en -infrastructuur op streekniveau Kunst in de Open Ruimte. Via duurzame kwalitatieve kunstprojecten in de open ruimte werken aan de toeristische en sociaal-economische ontwikkeling en community formation In co-creatie worden artistieke projecten met een toeristisch potentieel ontwikkeld, waaronder het MuHKA-project waarbij groepen Genkenaren curator van een bruikleencollectie kunnen worden, en project Unie Hasselt- Genk dat een kunstroute uitzet. Genk participeert aan ruimere toeristische netwerken zoals het actieplan se Kempen, Nationaal Park Hoge Kempen. Genk ontwikkelt (nieuwe) artistiek-toeristische projecten en evenementen die linken leggen met de stadsontwikkelingsambities en die het dag- en verblijfstoerisme ondersteunen. Voorbeeld: Harmonic Fields Genk valoriseert zijn multiculturele culinaire troeven in een aantrekkelijk belevingsaanbod dat de lokale handel en horeca ondersteunt. C-mine heeft een regionale aantrekkingskracht door een ruim en gevarieerd kwaliteitsvol cultuur- en toeristisch aanbod waaronder een jaarlijks openingsevenement dat creativiteit op originele wijze toegankelijk maakt voor het grote publiek en de ontwikkeling van innovatieve projecten zoals een sociaal-artistieke werkplaats, een incubator voor Platform Noord- Burgemeestersoverleg Noord- Platform Noord- Burgemeestersoverleg Noord- Z33 Breed scala aan stakeholders, partners, en organisaties: toerisme, lokale overheden, natuurgroepen, socioculturele verenigingen, scheepvaart, Stad Genk Stad Hasselt, MuHKA, Stad Genk Deelnemers Nationaal Park Hoge Kempen, se Kempen, Timing Werkingsgebied Kruisverband 2015 Houthalen- Helchteren Noord- Stad Genk Stad Genk Stad Genk Noord- Noord- : Unie Hasselt-Genk (2014); Maasland (2014),. Regio Regio Regio Regio Regio p.66

68 Domein Ambitie Actie Trekker Timing Werkingsgebied Kruisverband Actoren creatief ondernemerschap en een werkplaats voor podiumkunsten. Genk organiseert karaktervolle volkse belevingsevenementen met bovenlokale profilering zoals Genk on Stage, de 1-meifeesten,. Stad Genk Regio Kattevennen wordt doorontwikkeld tot innovatieve groene topattractie waarbij natuur gevaloriseerd wordt door op een duurzame manier in te zetten op groen, wetenschap & innovatie, zorgtoerisme, sport en natuurkunst. Realisatie van een nieuw lokaal dienstencentrum, met bijzondere aandacht voor maatschappelijk kwetsbare ouderen Verbouwing van gebouwen van de OCMW tot een nieuw Sociaal Huis De Semper en uitbouwen en kenbaar maken van de sociale dienstverlening in Tongeren Stad Genk Stad Tongeren OCMW Tongeren Actoren uit de ouderenzorg Stad Tongeren OCMW Tongeren Welzijnsorganisaties uit de streek Laagdrempelige ontmoetingsplaatsen Regio Tongeren Tongeren Zuid- p.67

69 START! Het opmaken en indienen van het streekpact mag geen eindpunt zijn. Integendeel, het is de start van zes jaar gefocust werken om de ambities en doelstellingen geformuleerd in dit streekpact te realiseren. Evenmin is dit streekpact een afgewerkt product waar de komende jaren niets meer aan veranderd kan worden. Een streekpact blijft work in progress. Wat houdt dit concreet in? Wat zijn de volgende stappen voor het streekpact? In de eerste plaats willen we samen met de se actoren een optimale clustering van acties verkrijgen. Als de ambitieuze doelstellingen die in dit streekpact zijn opgenomen, wil realiseren, moeten we samenwerken en onze krachten bundelen. Tegelijkertijd ontstijgt het streekpact het provinciale niveau en moeten de nodige inspanningen geleverd worden om alle beslissende beleidsniveaus te betrekken. De lokale, provinciale, Vlaamse en nationale beleidsniveaus zullen worden betrokken om de slaagkansen van het streekpact te vergroten. Vervolgens is een prioritering van de acties nodig. Op welke acties willen we prioritair inzetten de komende twee jaar en hoe kan het RESOC de trekkers en actoren hier optimaal in ondersteunen? Alleen op die manier zetten we echt stappen vooruit. Vanaf 2014 bieden de meerjarenplannen die de steden en gemeenten moeten opmaken in het kader van de beleids- en beheerscyclus de mogelijkheid om het streekpact verder te verfijnen en verdiepen op streekniveau. Bovendien zal dit de opportuniteiten voor intergemeentelijk samenwerken ook duidelijker in kaart brengen. Tot slot is het absoluut nodig om eind 2016 een evaluatie op te maken. Welke acties hebben we gerealiseerd, welke niet en waarom? Welke lessen kunnen we hieruit trekken? Hoe kunnen deze acties gedissemineerd worden naar andere streken, steden, actoren,..? Deze tussentijdse evaluatie biedt eveneens de mogelijkheid om bijkomende, aanvullende en nieuwe acties te formuleren, zodat de te bewandelen weg duidelijk is en het doel helder blijft. p.68

70 p.69

71 UITGEBREIDE ANALYSE De gemaakte keuzes in de vier voorgaande kwadranten zijn gebaseerd op een uitgebreide kwantitatieve analyse en een brede kwalitatieve consultatieronde. In hetgeen volgt geven we de gemaakte analyse per kwadrant op. Leren leidt tot werken Voor : - Van de niet-werkende werkzoekenden in is op 31/12/2013: 21,6% jonger dan 25 jaar, 24,2% 50 jaar of ouder en, 45,9% laaggeschoold De werkloosheidsgraad in in 2012 ligt hoger dan in Vlaanderen (7,6% t.o.v. 7,1%). De daling tussen 2003 en 2012 was voor wel groter (2,1% t.o.v. 0,8%) Laaggeschoolden zijn oververtegenwoordigd bij de niet-werkende werkzoekenden van 18 tot 24 jaar die langer dan 1 jaar werkloos zijn (61% versus 36% voor middengeschoolden en 8% voor hooggeschoolden). Wanneer de werkloosheidsduur langer wordt, wordt deze kloof enkel groter Het aantal laaggeschoolde werkzoekende jongeren is tussen juni 2012 en juni 2013 met 8,2% toegenomen. Deze stijging wordt vooral gerealiseerd door mannen (+ 10,5% ten opzichte van 4,2% vrouwen) tekent in 2011 nog steeds een lagere werkgelegenheidsgraad op dan Vlaanderen en België (58,0 % versus respectievelijk 63,9 en 63,5%) (cijfers 2003: respectievelijk 55,1; 61,3 en 62,0%) Wat betreft het %-aandeel van de kmo s (<50 werknemers) in het totaal aantal jobs in loondienst scoort (44,9%) beter dan Vlaanderen (42,9%) en België (41,8%). - De provincie is Vlaamse koploper wat betreft beroepszieken kan de beste cijfers voorleggen wat betreft kleuterparticipatie aan het onderwijs. 98% van deze vijfjarigen waren voldoende halve dagen aanwezig op school De participatiegraad van se studenten is ten opzicht van Vlaamse studenten in het Vlaams hoger onderwijs tussen de schooljaren en weliswaar sterker gestegen (8,5% versus 7,7%), maar ligt nog steeds lager (35,6% t.o.v. 37,6%) Ibidem Jaargemiddelde Werkgelegenheidsgraad = aantal jobs in % van de bevolking jaar. 45 Fonds voor de Beroepsziekten, Jaarverslag Vlaamse Onderwijsraad, Beleidsinitiatieven kleuter-participatie: een balans, POM-ERSV, Socio-economische analyse van en haar streken, februari p.70

72 - Het universitair onderwijs is minder uitgebouwd in de regio en het hoger onderwijs kan nog beter afgestemd worden op de lokale noden. 48 Uitgesplitst op s streekniveau: - Vooral het Maasland, maar ook Midden- scoren op veel indicatoren slechter dan het se gemiddelde: Het Maasland heeft met 42,5% de laagste werkgelegenheidsgraad van in In de periode vertonen het Maasland ook de kleinste stijging in werkgelegenheidsgraad met 1,5% t.o.v. 2,9% voor heel. 49 Het Maasland en Midden- noteren de laagste werkzaamheidsgraad in 2011 (jaargemiddelden), met respectievelijk 61,9% en 63,1% ten opzichte van 64,6% in. 50 De evolutie van de tijdelijke werklozen tussen december 2003 en december 2012 is het grootst in het Maasland, met een stijging van 115,8%. Midden- volgt op een tweede plaats met een stijging van 86,3%. Heel noteert een stijging van 72,1%. 51 Volgende gemeenten hebben voor de werkloosheidsgraad bij -25-jarigen voor het jaargemiddelde 2012 een hoger gemiddelde dan de provincie: Genk, Maasmechelen, Houthalen-Helchteren, Wellen, Leopoldsburg, Tongeren, Heusden-Zolder, Beringen, Hasselt, Gingelom, Dilsen-Stokkem en As West-, gevolgd door Zuid-, kan over het algemeen betere cijfers voorleggen: West- heeft de sterkste daling van het aantal niet-werkende werkzoekenden tussen 2003 en 2012 (-21,9%). 53 West- heeft het hoogste groeipercentage van werkenden tussen 2003 en 2011: +11,5% ten opzichte van +8,5% voor Het arrondissement Tongeren is het enige arrondissement dat in de periode een daling kende in het aantal starters (-18,1% versus -2,9% voor ). 55 De minder goede afstemming tussen arbeidsmarkt en onderwijs zien we onder andere terug in de knelpuntberoepen. De oorzaak van het knelpunt kan van kwalitatieve of van kwantitatieve aard zijn, maar kan ook te maken hebben met de arbeidsomstandigheden Expertengroep, Strategisch Plan voor in het Kwadraat, POM-ERSV, Socio-economische analyse van en haar streken, februari Werkzaamheidsgraad = Verhouding van aantal werkenden en aantal inwoners op arbeidsleeftijd (15-64 j). POM-ERSV, Socioeconomische analyse van en haar streken, februari Ibidem POM-ERSV, Socio-economische analyse van en haar streken, februari Ibidem. 55 Ibidem. 56 Kwalitatieve tekorten aan arbeidskrachten houdt in dat er wel voldoende werkzoekenden zijn, maar dat er zich een tekort voordoet aan vakbekwame mensen of aan mensen met ervaring of bijkomende specifieke kennis. Kwantitatieve knelpuntberoepen worden veroorzaakt door het niet meer aanleren van beroepen, een te lage uitstroom uit specifieke richtingen en deeltijds werkenden die niet beschikbaar zijn voor voltijdse jobs. Een laag loon, ongezond of zwaar werk, veel stress en / of een ongunstige tijdsregeling kunnen dan weer aanleiding geven tot een knelpunt omwille van arbeidsomstandigheden. Bij studies van de VDAB worden deze laatste categorieën meestal samen genomen. p.71

73 Wanneer we de knelpuntberoepen langs de lijst van speerpuntsectoren geïdentificeerd in het SALK plaatsen, zien we dat veel van de knelpuntberoepen ook nodig zijn in deze speerpuntsectoren. Bijkomende inzet op deze knelpuntberoepen is dus onontbeerlijk. Knelpuntberoep Knelpuntberoep - kwalitatief Speerpuntsectoren SALK 57 kwantitatieve oorzaak en arbeidsomstandigheden Ingenieur (1) (6) Schoonmaker (3) Maakindustrie (1) Technicus (1) Vertegenwoordiger Logistiek & mobiliteit (2) Informaticus (1) Horeca (kelner en kok) (3) Vrijetijdseconomie en beleving (3) Verpleegkundige (6) Medewerker contactcenter Energyville (1) Leerkracht (SO, kleuteren LO) Filiaalhouder en assistent Creatieve economie, ICT en digitale media (1) Vrachtwagenbestuurder Boekhouder Land-, tuinbouw en fruitteelt (4) (2) Verzorgende (6) Kok (3) Bouw ( CO 2-neutraal) (5) Bouw (5) Opvoeder (6) Bouw (5) Zorginnovatie, bio-, medtech (6) De economische motor voor Wanneer we kijken naar ondernemingen zijn volgende kerncijfers interessant: - De se economie is goed voor 11% van het Vlaamse BBP Zelfstandigen (exclusief bijberoepen) zijn in minder sterk aanwezig in vergelijking met het gemiddelde in Vlaanderen (aanwezigheidsindex van 0,88 voor versus 0,93 voor België) Het aantal vestigingen met personeel vermeerdert tussen december 2003 en december 2011 met 6,7% (+4,9% in Vlaanderen en +7,5% in België). In vergelijking met Vlaanderen zijn er in gemiddeld iets minder vestigingen met personeel actief Circa 90% van industriële vestigingen in zijn kmo s. - Vooral grote interregionale bedrijven reduceren de tewerkstelling in : tussen 2006 en 2011 daalde de samengestelde jaarlijkse groei met 0,7%. Deze van bedrijven met minder dan 50 werknemers steeg met 1,4%. Voor bedrijven tussen 50 en 500 werknemers was de stijging 1,3% Uitvoeringsplan, Strategisch Plan voor in het Kwadraat, POM-ERSV, Socio-economische analyse van en haar streken, februari Een aanwezigheidsindex met waarde 1 betekent dat het betreffende gebied even sterk staat dan gemiddeld in Vlaanderen. Een waarde hoger dan 1 wijst erop dat het gebied sterker staat dan Vlaanderen. Een waarde lager dan 1 wijst op het omgekeerde. Ibidem. 60 Ibidem. 61 Bedrijven met maatschappelijke zetel buiten, maar met tewerkstelling binnen. Expertengroep, Strategisch Plan voor in het Kwadraat, p.72

74 - Waar in ,67% van het aantal buitenlandse investeringen in Vlaanderen noteerde, is dat voor 2011 gedaald naar 13,22%. In absolute cijfers komt dit neer op een stijging van 22 naar 23 buitenlandse investeringen tussen 2003 en Er is een stabiel aantal buitenlandse investeringsprojecten in, versus een stijging in Vlaanderen Het aantal oprichtingen van vennootschappen in ten opzichte van het totaal aantal oprichtingen in Vlaanderen daalde van 13,8% in 2009 naar 12,7% in In diezelfde periode noteerde de rest van Vlaanderen een stijging van 86,2% naar 87,3% Het aantal starters tussen 2007 en 2012 daalde voor de provincie (-2,9%). Vlaanderen en België noteerden daarentegen een stijging van respectievelijk +3,1% en +5,1% Tussen 2008 en 2012 vermeerdert het aantal faillissementen in met 60,1% tegenover een toename met 34,2% in Vlaanderen en 37,9% in België Enkel in Midden- en in het Maasland daalde het absolute aantal top 500-bedrijven (respectievelijk -4 en -3). De overige streken vertoonden een stijging. 66 Op het vlak van onderzoek & ontwikkeling en patentaanvragen noteren we volgende cijfers: - vraagt in absolute cijfers een lager aantal patenten aan dan de rest van Vlaanderen. Wanneer we rekening houden met het lager aantal inwoners is dit nog steeds zo (respectievelijk 99 patenten per miljoen inwoners versus 133 in Vlaams Gewest in 2008) Op basis van de EPO-octrooiactiviteit tussen 2008 en 2012, gebaseerd op informatie van de aanvrager, noteert van de Vlaamse provincies het laagst aantal aanvragen. Op basis van informatie van de uitvinder komt op een vierde plaats wat betreft Vlaamse provincies scoort vooral zwak inzake high-tech patenten (12,9% versus 23,5% in Vlaanderen in 2009) se kmo s vinden beter hun weg naar het IWT (10% van kmo-innovatieprogramma) dan se grote ondernemingen en high-tech kmo s (5% van O&O-programma o.b.v. voortschrijdend gemiddelde ). 70 Op het vlak van export zien we dat: - De exportgerichtheid van de top 500 se bedrijven daalt (47% in 2011 versus 52% in 2006). In dezelfde periode steeg de omzet met 2,7% per jaar. Deze wordt bijgevolg bijna volledig op de binnenlandse markt gerealiseerd een exportprovincie is, want meer dan drie kwart van de industrieproductie wordt geëxporteerd naar het buitenland (op basis van aantal exportcertificaten in 2011) Ibidem. 63 Ibidem. 64 POM-ERSV, Socio-economische analyse van en haar streken, februari Ibidem.. 66 VKW, Top 500 van, Expertengroep, Strategisch Plan voor in het Kwadraat, EPA = European Patent Office. Studiedienst van de Vlaamse Regering, VRIND Vlaamse Regionale Indicatoren, POM-ERSV, Socio-economische analyse van en haar streken, februari Expertengroep, Strategisch Plan voor in het Kwadraat, Ibidem. 72 VOKA-UHasselt, toekomstindicator p.73

75 - nauwelijks exporteert buiten Europa (3% van BBP in 2011). De kloof met Vlaanderen is hiermee erg groot (34% van BBP in 2011 buiten Europa). 73 Ondernemingen in komen ook een aantal knelpunten tegen: - De huidige financieringsmiddelen zijn ontoereikend om een inhaalbeweging te kunnen maken se ondernemers gaven volgende elementen aan als nodig om de groei van het aantal arbeidsplaatsen in te maximaliseren: verlagen van loonkost, vergroten van kloof tussen verloning voor werkenden en werkloosheidsuitkeringen, verlagen van administratieve lasten, stimuleren van ondernemerschap en in het bijzonder bij kmo s, focus op scholing om vraag en aanbod op de arbeidsmarkt beter op elkaar af te stemmen, positivisme, innovatie en export se bedrijven raken beduidend minder makkelijk aan kredieten, maar doen ook minder aanvragen. 76 Wanneer we naar specifieke streken binnen kijken, springen volgende elementen in het oog: 77 - Midden-: het laagste percentage van het aantal kmo s in vergelijking met het totaal aantal vestigingen met personeel (2011). - Maasland: de hoogste stijging in het aantal faillissementen tussen , gevolgd door West-. - Noord-: het laagste aantal faillissementen (evolutie tussen ). - Zuid-: het hoogste % kmo s in verhouding tot het totaal aantal vestigingen met personeel (2011). - West-: de sterkste stijging van de werkgelegenheid ( ). Voor de analyse met betrekking tot de sectoren verwijzen we naar het expertenrapport dat werd opgemaakt door het expertenteam van het SALK onder leiding van professor Herman Daems. 78 Ruimte voor Wat betreft de se bedrijfsruimte: Versnippering van de economische activiteiten over meer dan 140 bedrijventerreinen. Gevolg: verzwakking van de concentratie van economische activiteiten, vermindering van potentiële 73 Expertengroep, Strategisch Plan voor in het Kwadraat, Ibidem. 75 Ibidem. 76 Ibidem. 77 POM-ERSV, Socio-economische analyse van en haar streken, februari Expertengroep, Strategisch Plan voor in het Kwadraat, p.74

76 ruimtelijke synergie en schaalvoordelen, verhoging van de aanleg- en onderhoudskosten en van de nutsvoorzieningen en een toename van de goederenmobiliteit. 79 Het huidige aanbod aan bedrijventerreinen, dat volstaat voor de komende vijf jaren, is onvoldoende afgestemd op de vraag. In Houthalen-Helchteren, Hasselt, Tongeren en Sint-Truiden is er een relatieve of absolute schaarste aan bedrijventerreinen. 80 Het aandeel niet-gebruikte percelen met economische functie is zeer hoog in de hele provincie. Wat betreft het aandeel te koop staande percelen scoren heel wat se gemeenten hoog. Uitschieters zijn Dilsen-Stokkem, Genk, Lanaken en Lommel. 81 Soms lage uitrustingsgraad bij se bedrijfsgebouwen en terreinen. In concentratiegebieden van economische activiteiten en met name in steden met een industrieel verleden komen verouderde en verlaten bedrijfsgebouwen en terreinen voor. Dat is onder meer het geval in het s Mijngebied en langs de Kempense kanalen. 82 De se bedrijventerreinen zijn onvoldoende digitaal ontsloten. 83 De bedrijventerreinen van Neerpelt, Overpelt, Paal-Beringen, Sint-Truiden, Dilsen-Rotem, Waterschei en Maasmechelen zijn onvoldoende ontsloten. 84 Vaststellingen inzake de se mobiliteit: In 2009 liep in Vlaanderen 83,4% van het goederenvervoer via de weg, 9,5% via de binnenvaart en 7,0% via het spoor. 85 Sinds 1995 is dat voor de weg een stijging met 3,4%, voor de binnenvaart een status quo en voor de trein een daling met 2,4% ,1% van alle woon-werkverplaatsingen in 2012 in Vlaanderen gebeurt met de auto. Andere middelen: fiets (11,2%), trein (6,4%), bus tram metro (4,3%). Sinds 1995 is dat voor de auto een stijging met 2,4% (de fiets: - 1,7%, de trein: - 0,6% en bus tram metro: +1,2%). 87 In 2010 werden in Vlaanderen nieuwe recordcijfers voor het aantal personenkilometer met personenwagens (63 miljard pkm) opgetekend. Sinds 1995 steeg het aantal personenkilometers met 15%. 88 De filezwaarte op de weg is in Vlaanderen in de periode toegenomen van 267 naar 424 kilometeruren. 89 is onvoldoende ontsloten, zowel voor personen als goederentransport Provincie, Knelpunten van de se bedrijventerreinen, ruimtelijk structuurplan provincie, gecoördineerde versie, Expertengroep, Strategisch Plan voor in het Kwadraat, Agentschap Ondernemen, Raming van de behoeften aan bedrijventerreinen in het Vlaams Gewest, mei Provincie, Knelpunten van de se bedrijventerreinen, ruimtelijk structuurplan provincie, gecoördineerde versie, Expertengroep, Strategisch Plan voor in het Kwadraat, Ibidem. 85 Studiedienst van de Vlaamse Overheid, Modale verdeling goederenvervoer drie voornaamste modi, volgens tonkm, in % (niet-eurostatdefinitie), Ibidem. 87 Studiedienst van de Vlaamse Overheid, Modale verdeling van het woon-werk/schoolverkeer, Studiedienst van de Vlaamse Regering, VRIND Vlaamse Regionale Indicatoren, Definitie filekans of aantal file-uren : op basis van de fileberichten (eventdata) werd voor iedere weg, voor ieder kilometerpunt bepaald gedurende hoeveel tijd (aantal uur per jaar) zich op deze locatie file heeft voorgedaan. Dit is een maat voor de filekans. Overlappende files in de verkeersinformatieberichten werden slechts eenmaal meegeteld. Vlaams Verkeerscentrum, Verkeersindicatoren hoofdwegennet Vlaanderen, Studiedienst van de Vlaamse Overheid, Filezwaarte op het hoofdwegennet, in kilometeruren, Expertengroep, Strategisch Plan voor in het Kwadraat, Concreter: Het Maasland en Noordoost- worden gekenmerkt door een slechte ontsluiting met openbaar vervoer. Spoorontsluiting ontbreekt in deze streken. In Noordoost- is er geen spoor. Ook een rechtstreekse spooraansluiting met Maastricht ontbreekt. Het enkel spoor tussen Hasselt en Landen vertraagt de p.75

77 De bereikbaarheid van de se bedrijventerreinen via het openbaar vervoer is vaak onvoldoende, zeker voor mensen die in ploegen werken. 91 kent een grote aantasting van de verkeersleefbaarheid. 92 ers nemen in 2011 (veel) minder de trein dan andere Vlamingen voor hun woonwerkverkeer. 93 Op het vlak van leefmilieu: De CO₂-emissies als gevolg van het brandstofverbruik voor verwarming zijn bij de se huishoudens gestegen in 2008, 2009 en Energiearmoede wordt een steeds groter probleem in. Dat blijkt uit het aandeel huishoudens met een budgetmeter. Tussen 2007 en 2011 steeg het aandeel se huishoudens met een budgetmeter van 1,18 naar 1,66%. In Vlaanderen steeg het aantal voor dezelfde periode van 1,31% naar 1,64%. 95 Het aandeel hernieuwbare energie in het bruto finaal energieverbruik (ca PetaJoule) bedraagt in Vlaanderen in ,8% (de doelstelling voor België is vastgelegd op 13% tegen 2020). 96 Voor het aspect verstedelijking: De provincie telt inwoners op 1 januari Dat is in vergelijking met 1991 een toename met 13,2%. Maar in de groep van de jarigen zien we in die periode een daling van 15,6%. Zij ontvluchten de steden Genk (-18,5%) en Hasselt (-11,5%). Ook Diepenbeek (-19,9%), Lanaken (-21,5%) en Riemst (-19,9%) doen het slecht. 97 Vergeleken met andere regio s in Europa, is de bebouwingsgraad in Vlaanderen (27%) hoog. komt uit op 26% (Antwerpen op 32,6% en West-Vlaanderen op 21,6%). 98 In 2009 was 12,9% van de Vlaamse bodem afgedicht. In hebben de bodems van de gemeenten gelegen langs het Albertkanaal, de E313 en de E314 een afdichtingspercentage tussen 10 en 20%. Zuid- en een groot deel van Noord- hebben een afdichtingspercentage reistijd naar Brussel. De buslijnen zijn erg beperkt in Noordoost-. Er is een tekort aan snelle en directe lijnen. Ook de ontsluiting via het openbaar vervoer van met de aanpalende provincies is niet optimaal. telt een aantal onafgewerkte wegeninfrastructuren. De mogelijkheden van de Kempense kanalen voor (goederen)transport worden niet optimaal benut. De beperkte capaciteit van het kanaal Bocholt - Herentals en de Zuid-Willemsvaart tot Nederland vormen een knelpunt. Provincie, Knelpunten van de se bedrijventerreinen, ruimtelijk structuurplan provincie, gecoördineerde versie, VVSG, Overleg Regionale werking, Verkeersleefbaarheid: het ruimtebeslag en de barrièrewerking van het gemotoriseerd verkeer en de geluidshinder nog aanvaardbaar zijn voor de overige activiteiten en vormen van verkeer, voor de kwaliteit van het openbaar domein en voor het stads- en/of landschapsbeeld. Problemen met verkeersleefbaarheid doen zich vooral voor daar waar het (auto)verkeer en zijn neveneffecten (zoals ruimtebeslag, milieuhinder, geluidshinder, barrièrevorming, onveiligheid, versnippering) de ruimtelijke condities en kwaliteiten van het overig ruimtegebruik aantasten. Provincie, Knelpunten van de se bedrijventerreinen, ruimtelijk structuurplan provincie, gecoördineerde versie, FOD Mobiliteit, Diagnostiek Woon-werkverkeer, Energie - Emissies en energieverbruiken voor de provincie, 95 Een budgetmeter wordt door de netbeheerder geplaatst bij een afnemer wiens leverancier het leveringscontract heeft opgezegd, indien de afnemer geen nieuwe elektriciteitsleverancier heeft gevonden. Dit is de laatste stap in een procedure waarbij de afnemer de factuur niet kan betalen. Provincie, Duurzaamheidsbarometer VREG, Rapport van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt van 12 juni VREG, Statistieken 2012 met betrekking tot huishoudelijke afnemers in het kader van de sociale openbaredienstverplichtingen. 96 VITO, Inventaris van het verbruik en de productie van de verschillende hernieuwbare energievormen (groene stroom, groene warmte, biobrandstoffen voor transport) in Vlaanderen, Rede van de gouverneur, Studiedienst van de Vlaamse Regering, VRIND Vlaamse Regionale Indicatoren, FOD Economie, Bodemgebruik. België, gewesten en gemeenten ( ). p.76

78 van lager dan 10%. Reeds in 2006 had België, op Malta na, de hoogste graad van bodemafdichting in Europa, namelijk 7,4%. In Europa is gemiddeld 1,8% van de bodem afgedicht. 99 wordt gekenmerkt door een groot aantal kleine steden met weinig stedelijke functies van hoog niveau. De stedelijke functies liggen bovendien erg verspreid. Er is te weinig woondruk op de stedelijke gebieden waardoor de stedelijke structuur en het voorzieningenapparaat onvoldoende draagvlak hebben. 100 De fragmentaire en onsamenhangende nieuwe bebouwing zorgt voor: o Minder leefbare kleine kernen; o Stijging van het gebruik van de auto (ook mede dankzij ontoereikend openbaar vervoer); o Verkwisting van de open ruimte en grote kosten voor infrastructuur. 101 Uitgesplitst op s streekniveau: Er is een tekort aan kmo-gronden, voornamelijk in het Maasland, Noordoost- en Zuid Leven en beleven in Demografisch gezien zijn volgende cijfers voor van belang: De provincie telt inwoners op 1 januari Dat is in vergelijking met 1991 een toename met 13,2%. In Vlaanderen stijgt het totale inwonersaantal in die periode slechts met 10,1%. De grootste stijgers in de periode zijn Tessenderlo (+25,6%), Zonhoven (+20,3%) en Neerpelt (+19,2%). 103 De ouderdomscoëfficiënt neemt forser toe in dan elders. De vergrijzing in (110,3) situeert zich in 2012 tussen het Belgische (102,5) en het Vlaamse niveau (112,3). In 2012 zijn er in alle se streken meer 60-plussers dan jongeren. 104 De groep 80-plussers (hoogbejaarden) steeg in de afgelopen tien jaar ( ) met 79% (van in 2002 naar in 2012). Vlaanderen kent in dezelfde periode een stijging 99 Bebouwing uit zich in een toename van het aandeel artificieel waterondoorlatend oppervlak (bijvoorbeeld gebouwen, wegen en andere constructies van antropogene oorsprong), waardoor een grotere hoeveelheid water niet meer kan infiltreren, maar afstroomt via het verharde oppervlak. Men spreekt in dit geval over bodemafdichting. Afdichting zorgt voor een verlies aan ecosysteemfuncties z oals de opslag van koolstof en waterberging in de bodem, en heeft een negatieve invloed op de (bodem)biodiversiteit. Studiedienst van de Vlaamse Regering, VRIND Vlaamse Regionale Indicatoren, MIRA, Bodemafdichting per gemeente (Vlaanderen, ). 100 Provincie, Knelpunten van de se bedrijventerreinen, ruimtelijk structuurplan provincie, gecoördineerde versie, Ibidem. 102 Expertengroep, Strategisch Plan voor in het Kwadraat, Provincie, Steunpunt Sociale Planning, Cijfers in de kijker, De ouderdomscoëfficiënt is de verhouding van de bevolking van 60 jaar en ouder ten opzichte van de bevolking jonger dan 20 jaar. Een ouderdomscoëfficiënt van boven de 100 betekent dat er meer 60-plussers dan jongeren zijn. POM-ERSV, Socio-economische analyse van en haar streken, februari p.77

79 van 59%. 105 Volgens huidige prognoses zal in het aantal 80-plussers tussen 2012 en 2030 met liefst 63,0% stijgen, in Vlaanderen slechts met 39,7%. 106 Wat betreft inkomen en armoede: In ligt in 2010 het beschikbare inkomen in alle arrondissementen (Hasselt: , Maaseik: ,6 en Tongeren: ,1) duidelijk lager dan het Vlaamse gemiddelde (19.534,8). 107 De welvaart is in Vlaanderen hoger en groeit sneller dan in in de periode In Vlaanderen steeg het bbp per hoofd van de bevolking met 2,6% ( naar ), terwijl het in maar groeide met 2% ( naar ). Zonder meer werkgelegenheid en hogere productiviteit, dreigt de welvaart in in de komende jaren te dalen. 108 In 2012 leeft 0,51% van de ers van een leefloon of een equivalent leefloon (Vlaams gemiddelde is 0,86%). Ook in 2010 en 2011 zat (0,55% en 0,54%) onder het Vlaamse gemiddelde (telkens 0,91%). 109 Gemiddeld 13,9% van de ers zit in 2012 onder de Europese armoedegrens. Hoger aandeel in: Heers (16,8%), Nieuwerkerken (15,9%), Tongeren (15,7%), Borgloon (15,1%), Maasmechelen (17,1%), Sint-Truiden (17,2 %), Genk (18,1 %) Herstappe (20,1%). In Vlaanderen zit 13,1% van de bevolking in 2012 onder die grens. Sinds 2009 gaat dit cijfer in stijgende lijn. In komt het van 12,6 % in 2009, in Vlaanderen bedroeg het in dat jaar 11,8%. 110 Armoede op het Vlaamse platteland is in 2012 sterk aanwezig bij de huishoudens die net iets minder arm zijn (de groep die minder sterk scoort op de synthetische armoede-index). Een aantal groepen lijken het ook moeilijker te hebben op het platteland (dan het Belgisch gemiddelde): oudere personen, eenpersoonshuishoudens en eenoudergezinnen. 111 In 2012 is 11 % van alle se geboorten een geboorte in een kansarm gezin (Vlaanderen 10,5%). Hoger percentage in: Houthalen-Helchteren (23,8%), Heusden-Zolder (23,1%), Genk (18,2%), Maasmechelen (16,6%), Hechtel-Eksel (16,4%) en Leopolsburg (15,1%). Sinds 2005 groeit het aandeel geboorten in kansarme gezinnen. In manifesteert die groei zich bovendien sneller dan in Vlaanderen, al beent Vlaanderen sinds 2010 wel bij Provincie, Een contract met de ers, september Provincie, Steunpunt Sociale Planning, cijfers Provincie, Steunpunt Sociale Planning, Cijfers in de kijker, Instituut voor de Nationale Rekeningen, Beschikbaar inkomen per inwoner - Absolute cijfers (euro's). 108 Expertengroep, Strategisch Plan voor in het Kwadraat, Het equivalente leefloon is financiële steun die het OCMW toekent aan personen die geen recht hebben op een leefloon (omdat ze niet aan alle vereiste voorwaarden voldoen), maar die zich wel in een vergelijkbare noodsituatie bevinden. Provincie, Steunpunt Sociale Planning, Totaal leefloners (RMI) en equivalente leefloners (RMH) [%], Streken. 110 De Europese armoedegrens bedraagt 60 % van het middelste inkomen in een land. Om te schatten hoeveel mensen moeten rondkomen met een inkomen onder de Europese armoedegrens wordt vaak het aantal begunstigden van het voorkeurtarief in de ziekteverzekering gebruikt. Steunpunt sociale planning provincie, juni FOD Economie, Statbel, Kerncijfers Onderzoekers van de KUL en de ULB gebruikten uit de EU-SILC-peiling uit 2009 bij Belgen (European Union - Statistics on Income and Living Conditions) 138 verschillende variabelen om armoede te definiëren en tot een synthetische armoede-index' te komen. ULB-KUL, Programme AGORA Agora programma. Synthese van het eindrapport. Stedelijke en plattelandsarmoede, Provincie, Steunpunt Sociale Planning, kent een groei van het percentage geboorten in kansarme gezinnen. Voor extra cijfers per gemeente en streek zie Provincie, Steunpunt Sociale Planning, 5 streken, mei en juni p.78

80 Kijkend naar het domein wonen zijn volgende gegevens van belang: telt in woongelegenheden: eengezinswoningen, appartementen, handelshuizen en anderen (of 5%) woongelegenheden hiervan zijn sociale woningen. In Vlaanderen zijn er dat in op een totaal woongelegenheden van (of 4,88%). 113 In het Vlaamse Gewest leefde in % van de Vlamingen in een huishouden met een te zware woonkost. Dat komt overeen met ongeveer personen. Het aandeel en aantal personen met te zware woonkosten is sinds 2009 weer licht gestegen en ligt daarmee opnieuw op het niveau van vóór Er zijn meer problemen bij eenoudergezinnen en grote gezinnen, werklozen en niet-actieven, gezinnen met kinderen waar niet of slechts beperkt wordt gewerkt, laaggeschoolden, huurders, laagste inkomensgroepen en niet EU-burgers. 114 Ondanks de inspanningen voldoet het Vlaamse aanbod van sociale woningen niet aan de vraag. Het aantal kandidaat-huurders ingeschreven op de wachtlijsten van de sociale huisvestingsmaatschappijen in Vlaanderen steeg tussen 2010 en 2012 met 12%. In waren er eind 2012 in unieke kandidaat-huurders voor een sociale woning (stijging in vergelijking met 2010 met 13,7%). Zij zijn vooral aanwezig in de centrumsteden en de gemeenten van de vroegere Mijnstreek. 115 In 2011 beschikt in Vlaanderen: 1 op 4 gezinnen niet over dak- of zoldervloerisolatie, 42% van woningen minstens gedeeltelijk over buitenmuurisolatie, 18,7% van de woningen nog over enkel glas, 6/10 van de gezinnen over een verouderd type van individuele centrale verwarmingsketels op stookolie. 116 Inzake de zorgsector in : Tussen 2007 en 2011 stijgt het totaal aantal tenlastenemingen in de zorgverzekering in van tot Dat is een groei met 31,0 %. In Vlaanderen neemt dat cijfer slechts toe met 20,5 %. In 2011 gaat het bij liefst 81,4 % van de tenlastenemingen om zorgbehoevenden in de thuiszorg. De overige tenlastenemingen situeren zich bij mensen in de residentiële zorg. De tenlastenemingen voor mantel- en thuiszorg stijgen tussen 2007 en 2011 van tot , een groei met 36,8 %. De tenlastenemingen voor residentiële zorg stijgen van tot 6.772, een groei met 10,7 %. 117 Liefst 34,1 % se 80-plussers ontvangt in 2011 een tegemoetkoming voor mantel- en thuiszorg (bij de Vlaamse 80-plussers is dat 19,5 %). Gemeenten die hoger scoren dan gemiddeld: Heers (46,1 %), Nieuwerkerken (45,5 %), Herstappe (ook 45,5 %, maar weinig in aantal) en 113 Provincie, Steunpunt Sociale Planning, Cijfers en informatie voor sociale planning, wonen. 114 Studiedienst van de Vlaamse Regering, Vlaamse armoedemonitor 2013, april Studiedienst van de Vlaamse Regering, VRIND Vlaamse Regionale Indicatoren, Studiedienst Vlaamse Overheid, Kandidaathuurders sociale woning, per provincie, Eurostat, Onderzoek naar het huishoudelijk energieverbruik en de relatie van dit verbruik met gebouwkarakteristieken en gedrag, Provincie, Steunpunt Sociale Planning, cijfers in de kijker, p.79

81 Houthalen-Helchteren (42,2 %). In de periode is dat percentage in gestegen van 29,5 naar 34,1% (in Vlaanderen van 16,5 naar 19,5%). 118 Bij diezelfde se 80-plussers ontvangt in ,3% een tegemoetkoming in de residentiële zorg en dat is minder dan bij Vlaamse hoogbejaarden (16,4%). Het se percentage daalde in de periode van 15,3% naar 14,3% (in Vlaanderen van 17,7% naar 16,4%) 119 Per inwoners van 60 jaar en meer zijn er begin 2012 in slechts 32,53 woongelegenheden in woonzorgcentra (wgwzc), tegenover 44,06 in Vlaanderen. 120 De nood aan voorschoolse kinderopvang (0-3 jaar) in blijft hoog in (32,7 plaatsen per 100 kinderen) hinkt achterop bij Vlaanderen (39,1 plaatsen per 100 kinderen) ondanks een stijging in de periode In Hasselt (49), Leopoldsburg (44) en As (43,4) ligt dit dan weer een heel stuk hoger dan het gemiddelde. 121 Het is beter gesteld met het aantal plaatsen per 100 kinderen in de buitenschoolse kinderopvang (3-11 jaar) in. In 2012 is het se gemiddelde (9,2%, gestegen sinds 2009 met 1,4%) hoger dan het Vlaamse (5,5%, gestegen sinds 2009 met 0,2%). Tien gemeenten in scoren onder dit Vlaams gemiddelde: Genk, Gingelom, Ham, Hoeselt, Houthalen-Helchteren, Lanaken, Lommel, Maasmechelen en Riemst. 122 Uitgesplitst op s streekniveau: West- en Noord- zijn de streken met de sterkste bevolkingstoename tussen 1 januari 2004 en 1 januari Zij stijgen respectievelijk met 7,3% en 5,5%. Daar waar in het verleden traditioneel een sterkere stijging kende dan Vlaanderen en België, zien we nu een iets trager groeiritme. 123 Zuid- vergrijst het sterkst. Deze streek heeft een ouderdomscoëfficiënt van 123,8. Het Maasland zit op de Vlaamse gemiddelde van 0,86% wat betreft het aantal mensen met een leefloon of een equivalent leefloon. Midden- en Zuid- (0,63% en 0,53%) zitten er boven. Noord- en West- zitten er onder met respectievelijk 0,37% en 0,41%. 124 Tussen 2007 en 2011 scoren in Midden- en Zuid- in vergelijking met de andere streken steeds hoger in het aantal tenlastenemingen in de zorgverzekering. Maasland heeft steeds het laagste aantal in die periode. 125 Binnen de provincie hebben Zuid- (37,11) en Midden- (35,21) de meeste woongelegenheden in woonzorgcentra (wgwzc) per inwoners van 60 jaar en meer. Het Maasland sluit de rij met amper 25, De groep mensen met een meervoudige problematiek (ex-psychiatrisch, druggebruik, familiale problemen, ) groeit in Noord-. Voor hen is er onvoldoende aanbod (325 plaatsen tekort). 118 Ibidem. 119 Ibidem. 120 POM-ERSV, Socio-economische analyse van en haar streken, februari Provincie, Steunpunt Sociale Planning, Nood aan voorschoolse kinderopvang blijft hoog in, Kind & Gezin, Kinderopvang in kaart Provincie, Steunpunt Sociale Planning, Aandeel kindplaatsen per 100 kinderen (3-11 jaar) op [Z-scores], gemeenten. 123 POM-ERSV, Socio-economische analyse van en haar streken, februari Provincie, Steunpunt Sociale Planning, Totaal leefloners (RMI) en equivalente leefloners (RMH) [%], Streken. 125 Elke Vlaming is verplicht zich vanaf 26 jaar aan te sluiten bij de Vlaamse zorgverzekering. Wie zwaar zorgbehoevend is, ontvangt een forfaitaire tegemoetkoming voor niet-medische zorgkosten, de zogenaamde tenlasteneming. Steunpunt sociale planning provincie, Lopende dossiers in de zorgverzekering [aantal], Streken (L). 126 POM-ERSV, Socio-economische analyse van en haar streken, februari p.80

82 Het huidige aanbod zit geconcentreerd in de gemeenten Lommel en Overpelt. Het aantal aanwezige zorgorganisaties is in Noord- beperkt (11 in aantal). Op dat vlak zitten West- (12 in aantal) en Maasland (11 in aantal) in dezelfde situatie. In Midden- is het aanbod beter (39 in aantal). Zuid- zit er tussen (24 in aantal). Het huidige aanbod in Noord- vereist verre verplaatsingen. Slechts een beperkt aantal Noord-ers (+/- 31%) met psychische problemen die een residentiele opvang nodig hebben, kunnen opgevangen worden in de eigen regio. Artikel 107 lost dit probleem niet volledig op. 127 telt in toeristische bezoekers, wat overeenkomt met een aandeel van 15,4% in Vlaanderen ( ) en 8,7% in België ( ). Met toeristische bezoekers of 43% van het s totaal is Noord- de belangrijkste toeristische streek in (hetgeen voornamelijk te maken heeft met de twee grote vakantieparken), gevolgd door Midden- ( of 32%), Zuid- ( of 11%), het Maasland ( of 11%) en West- ( of 3%) Voor- en nazorg van ex-psychiatrische patiënten (en mensen met een meervoudige problematiek), verkennende nota. Artikel 107 is een artikel uit de ziekenhuiswet. Door dit artikel kunnen psychiatrische en, mits ze aan een aantal voorwaarden voldoen, algemene ziekenhuizen de subsidiering van ziekenhuisbedden die ze ontvangen, op een andere manier invullen. Deze voorzieningen kunnen dus m.a.w. dankzij dit Artikel met een gedeelte van hun financiering van ziekenhuisbedden nieuwe zorgvormen creëren. SPIL, Overspil. Informatieblad van het overlegplatform 'Samenwerking Psychiatrische Initiatieven, Artikel 107 Mijlpaal in het s GGZ landschap!?, s.d. 128 POM-ERSV, Socio-economische analyse van en haar streken, februari p.81

83 p.82

84 p.83

85 BIJLAGEN Lijst van gesprekspartners / geconsulteerde actoren ABVV Robert Urbain, secretaris ACV Jean Vranken, voorzitter en Ellen Sleeuwaert, stafmedewerker studiedienst ABVV Industriebond Metaal Rohnny Champagne, provinciaal voorzitter ACLVB Paul Geraets, zonesecretaris, en Luc Nijs, Gert Steegmans en Miek Versavel, bestendig secretarissen Boerenbond Koen Vanheukelom, provinciaal secretaris ERSV Jean-Pierre Boons, coördinator burgemeestersoverleg Noord- Gemeente Alken Marc Penxten, burgemeester Gemeente Bocholt Jos Claessens, burgemeester Gemeente Diepenbeek Patrick Hermans, burgemeester Gemeente Ham Dirk De Vis, burgemeester Gemeente Heusden-Zolder Mario Borremans, burgemeester Gemeente Kinrooi Jo Brouns, burgemeester Gemeente Maasmechelen Raf Terwingen, burgemeester Gemeente Neerpelt Raf Drieskens, burgemeester Gemeente Riemst Mark Vos, burgemeester Stad Beringen Maurice Webers, burgemeester, Gilbert Lambrechts en Mark Bex, schepenen, en Caroline Celis en Dimitri Dumont, diensthoofden Stad Dilsen-Stokkem Michaël Schoofs, stafmedewerker lokale economie, en Frederik Houben, communicatieambtenaar Stad Genk Wim Dries, burgemeester, en Angelo Bruno en Erik Gerits, schepenen Stad Genk Francine Quanten, directeur strategisch beleid Stad Hasselt Tom Vandeput, schepen, en Armand Ghysens, kabinetsmedewerker Stad Tongeren Guy Schiepers en Jos Schouterden, schepenen Innovatiecentrum Bruno Krekels, directeur p.84

86 LOOA Bart van Brabandt, voormalig directeur steunpunt onderwijs LRM Stijn Bijnens, algemeen directeur, en Hugo Leroi, voorzitter LSM Jean-Paul Coenen, secretaris-opdrachthouder POM - Eric Christiaens algemeen directeur - Johan Grutman diensthoofd logistiek - Nadia Kaczanowski voormalig diensthoofd ruimtelijke economie - Regine Van Ackere diensthoofd zorgeconomie Provincie bestuur - Marc Vandeput, gedeputeerde - Ludwig Vandenhove, gedeputeerde, en Ingrid Erlingen, kabinetsmedewerker - Igor Philtjens, gedeputeerdefrank Smeets, gedeputeerde - Jean-Paul Peuskens, gedeputeerde, en Ivo Bourguignon, kabinetsmedewerker - Inge Moors, gedeputeerde, en Guy Cielen, kabinetsmedewerker Provincie administratie - Tom Van Thienen, voormalig bestuursdirecteur directie mens, Sandro Claes, afdelingschef cultureel erfgoed, Luc Flipkens, coördinator cultuurplatform, en Klaar Franssen, afdelingsverantwoordelijke cultuur - Frank Vranken, voormalig bestuursdirecteur directie ruimte - Bruno Bamps, directeur economie en internationale samenwerking PXL - Ben Lambrechts algemeen directeur, en Paul Martens UHAsselt Piet Pauwels, decaan bedrijfseconomische wetenschappen Unizo- Bart Lodewyckx, directeur, en Yves Houben, beleidsadviseur VDAB Marc Cloostermans, directeur competentiecentra, en Hilde Baerten, directeur arbeidsmarktbeheer VKW- - Jos Stalmans, gedelegeerd bestuurder, Johan Schildermans, manager belangenverdediging, en Frederiek De Kimpe, manager degelijk ondernemen Voka kvk Johann Leeten, gedelegeerd bestuurder p.85

87 Geconsulteerde documenten Andries, A. & Faems, D., Onderzoek aan het Expertisecentrum O&O Monitoring (ECOOM) van de KULeuven en aan de Rijksuniversiteit Groningen, Journal of Product Innovation Management, s.d. Agentschap Ondernemen, Raming van de behoefte aan bedrijventerreinen in het Vlaams Gewest. Tussentijds rapport : Analyse, mei Di Rupo, E., Algemene beleidsverklaring. Op koers blijven naar duurzaam herstel, Econopolis, Onderzoeksproject Kennisclusters West-Vlaanderen, eindrapport, januari Euregio Maas-Rijn, EMR 2020, s.d. Europese Commissie, Europa 2020, Europese Commissie, Stabiliteits- en groeipact,1997. Eurostat, Onderzoek naar het huishoudelijk energieverbruik en de relatie van dit verbruik met gebouwkarakteristieken en gedrag, Expertengroep, Strategisch Plan voor in het Kwadraat, FOD Economie, Statbel, Kerncijfers FOD Mobiliteit en Vervoer, Diagnostiek woon-werkverkeer van 30 juni 2011, Hautekeur, G. e.a., Armoede en Sociale uitsluiting op het platteland. Rapport, juni IMOB, Onderzoek naar functionele fietsverplaatsingen in, s.d. Kesteloot, C., Verstedelijking in Vlaanderen: problemen, kansen en uitdagingen voor het beleid in de 21 ste eeuw, Task Force stedelijk beleid: theoretisch kader, s.d. Kind & Gezin, Kinderopvang in kaart. Provincie. 2010, POM-ERSV, Socio-economische analyse van en haar streken, februari Provincie, Hoe klimaatneutraal maken in 2020? Aanpak van het se klimaatbeleid, Provincie, Een contract met de ers, september Provincie, Het ruimtelijk structuurplan provincie, gecoördineerde versie 2012, Provincie, Eén sterk sociaal duurzaam, beleid , Reynders, H., Redevoering van de gouverneur, 2009 p.86

88 Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen Stichting Innovatie en Arbeid, Vlaamse Werkbaarheidsmonitor werknemers 2013, september 2013 Studiedienst van de Vlaamse Overheid, Modale verdeling van het woon-werk/schoolverkeer, Studiedienst van de Vlaamse Regering, Vlaamse armoedemonitor 2013, april Studiedienst van de Vlaamse Regering, VRIND Vlaamse Regionale Indicatoren, ULB-KUL, Programme AGORA Agora programma. Synthese van het eindrapport. Stedelijke en plattelandsarmoede, Urbiscoop, Energie-efficiëntie in de gebouwde omgeving binnen de Benelux en in Noordrijn- Westfalen, Van de Berghe, W. & De Martelaere, D., Rapport opgemaakt in opdracht van de Vlaamse Raad voor Wetenschap en Innovatie (VRWI), oktober Vandeput, M., Marc Vandeput. Beleidsverklaring 2011, Vlaamse Onderwijsraad, Beleidsinitiatieven kleuter-participatie: een balans, Vlaamse Regering, Groenboek Vlaanderen in 2050: mensenmaat in een metropool. Beleidsplan Ruimte Vlaanderen, Vlaamse Regering, Mobiliteitsplan Vlaanderen. Beleidsvoornemens, oktober Vlaamse Regering, Pact 2020, Vlaamse Regering, Programma voor Plattelandsontwikkeling Vlaanderen , Vlaamse Regering, Strategisch beleidsplan 2020 voor het toerisme in Vlaanderen-Brussel, Vlaamse Regering, Vlaamse beleidsprioriteiten 2014, Vlaamse Regering, Voortgangsrapport Vlaams Actieplan Armoedebestrijding, VOKA-UHasselt, toekomstindicator VREG, Jaarrapport, 2008, p.87

89 Kaart: en haar 5 streken p.88

Streekpact Limburg Executive Summary

Streekpact Limburg Executive Summary Streekpact Limburg 2014-2019 Executive Summary Inhoud RESOC LIMBURG...2 Decretale achtergrond...2 WEGWIJS IN HET STREEKPACT 2014-2019...3 Streekpact en SALK...3 Structuur van het Streekpact 2014-2019...3

Nadere informatie

Arbeid biedt een maatschappelijke meerwaarde ten opzichte van inactiviteit. 3

Arbeid biedt een maatschappelijke meerwaarde ten opzichte van inactiviteit. 3 17 SOCIALE ECONOMIE 18 Sociale economie Iedereen heeft recht op een job, ook de mensen die steeds weer door de mazen van het net vallen. De groep werkzoekenden die vaak om persoonlijke en/of maatschappelijke

Nadere informatie

Actielijst arbeidsbeperking Een focus op redelijke aanpassingen tijdens werkplekleren

Actielijst arbeidsbeperking Een focus op redelijke aanpassingen tijdens werkplekleren Actielijst arbeidsbeperking 2020 Een focus op redelijke aanpassingen tijdens werkplekleren Evenredige arbeidsdeelname kansengroepen Diversiteit Gelijke behandeling Actielijst arbeidsbeperking 2020-2 december

Nadere informatie

JAARACTIEPLAN Sept 2015 Aug 2016 RTC Vlaams-Brabant VZW

JAARACTIEPLAN Sept 2015 Aug 2016 RTC Vlaams-Brabant VZW JAARACTIEPLAN Sept 2015 Aug 2016 RTC Vlaams-Brabant VZW Periode 1 september 2015-31 augustus 2016 Goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 17/06/2015 1 Inleiding RTC Vlaams-Brabant vzw wil, net als zijn

Nadere informatie

Memorandum Zuurstof voor samenwerking tussen onderwijs en bedrijven

Memorandum Zuurstof voor samenwerking tussen onderwijs en bedrijven Memorandum Zuurstof voor samenwerking tussen onderwijs en bedrijven Context In 2013 lanceerde RESOC-SERR Brugge het nieuwe Streekpact 2013-2018 voor de Brugse regio. Dit is een gedragen visie- en actiedocument

Nadere informatie

Hoe beïnvloedt het Europese beleid de uitvoering van het arbeidsmarktbeleid in Vlaanderen?

Hoe beïnvloedt het Europese beleid de uitvoering van het arbeidsmarktbeleid in Vlaanderen? Hoe beïnvloedt het Europese beleid de uitvoering van het arbeidsmarktbeleid in Vlaanderen? Cascade van beleidsniveaus en beleidsteksten Beleid EU Strategie Europa 2020 Europees werkgelegenheidsbeleid Richtsnoeren

Nadere informatie

Tweede adviesnota. van het STEM-PLATFORM. aan de stuurgroep. donderdag, 12 december Brussel, Koning Albert II - Laan.

Tweede adviesnota. van het STEM-PLATFORM. aan de stuurgroep. donderdag, 12 december Brussel, Koning Albert II - Laan. Tweede adviesnota van het STEM-PLATFORM aan de stuurgroep donderdag, 12 december 2013 Brussel, Koning Albert II - Laan Pagina 1 Beoordelingskader voor de subsidiëring van initiatieven ter ondersteuning

Nadere informatie

Uw netwerk voor succesvol ondernemen in de Brusselse metropool. Metropolitan

Uw netwerk voor succesvol ondernemen in de Brusselse metropool. Metropolitan Uw netwerk voor succesvol ondernemen in de Brusselse metropool Metropolitan Voka Metropolitan bouwt aan de Brusselse metropool Voka, het Vlaams netwerk van ondernemingen, bundelt zijn werking in de Brusselse

Nadere informatie

SOCIALE ECONOMIE Cijfergegevens Zuid-West-Vlaanderen. Ilse Van Houtteghem 20/11/2014

SOCIALE ECONOMIE Cijfergegevens Zuid-West-Vlaanderen. Ilse Van Houtteghem 20/11/2014 SOCIALE ECONOMIE Cijfergegevens Zuid-West-Vlaanderen Ilse Van Houtteghem 20/11/2014 Inhoud - Aantal niet-werkende werkzoekenden - Tewerkstelling (koppen) binnen zes werkvormen sociale economie - Beschutte

Nadere informatie

Maatschappelijke uitdagingen voor brede scholen

Maatschappelijke uitdagingen voor brede scholen Maatschappelijke uitdagingen voor brede scholen Inspiratiedag Brede School - 29 april 2014 - BRONKS Programma armoedebestrijding cijfers Armoede in Kortrijk In Kortrijk leven in 2011 11.227 inwoners in

Nadere informatie

POM-ERSV Limburg. Socio-economische ontwikkeling van Limburg

POM-ERSV Limburg. Socio-economische ontwikkeling van Limburg POM-ERSV Limburg Socio-economische ontwikkeling van Limburg POM-ERSV Limburg Overleg Vertegenwoordiging Studiewerk Ondersteuning Uitvoering Dienstverlening van het sociaal-economisch beleid in Limburg

Nadere informatie

Diversiteit op de werkvloer 30 APRIL

Diversiteit op de werkvloer 30 APRIL Diversiteit op de werkvloer 30 APRIL EU doelstellingen voor 2020 Werkgelegenheid voor 75 % van de bevolking tussen 20 en 64 jaar Daling van het percentage inzake vroegtijdige schoolverlating tot minder

Nadere informatie

RTC informeert! Infomoment 20/10/2015

RTC informeert! Infomoment 20/10/2015 Infomoment 20/10/2015 Infomoment: Welkom (Mil Kooyman, voorzitter RTC Oost-Vlaanderen) RTC-beheersovereenkomst 2015-2020: situering en toelichting en acties (Emmanuel Depoortere, coördinator RTC Oost-Vlaanderen)

Nadere informatie

Krachtlijnen voor het beleid volwassenenonderwijs en levenslang en levensbreed leren in de provincie West-Vlaanderen

Krachtlijnen voor het beleid volwassenenonderwijs en levenslang en levensbreed leren in de provincie West-Vlaanderen Krachtlijnen voor het beleid volwassenenonderwijs en levenslang en levensbreed leren in de provincie West-Vlaanderen Carl Vereecke gedeputeerde voor onderwijs Resoc ZWVL Platform Levenslang en Levensbreed

Nadere informatie

Nieuw loopbaanakkoord zet de stap naar maatwerk

Nieuw loopbaanakkoord zet de stap naar maatwerk PERSBERICHT VLAAMS MINISTER-PRESIDENT KRIS PEETERS VLAAMS VICE-MINISTER-PRESIDENT INGRID LIETEN VLAAMS MINISTER VAN WERK PHILIPPE MUYTERS SERV-voorzitter KAREL VAN EETVELT SERV-ondervoorzitter ANN VERMORGEN

Nadere informatie

Dienstverleningsmodel 2020: naar een futureproof Serr inn VDAB

Dienstverleningsmodel 2020: naar een futureproof Serr inn VDAB Dienstverleningsmodel 2020: naar een futureproof Serr inn VDAB 30 11 2018 DVL2020, onze ambities... 1 meer klanten bereiken: van 240.000 werkzoekenden naar 4 miljoen Vlamingen. Ons klantenbereik wordt

Nadere informatie

Beleidsnota Sociale Economie 08/01/2015

Beleidsnota Sociale Economie 08/01/2015 Beleidsnota Sociale Economie 08/01/2015 1 Omgevingsanalyse 1. Werkzaamheid 2. Werkloosheid 3. Werkvormen in de sociale economie 4. Uitstroom Inhoud Strategische en operationele doelstellingen 1. SD1: Iedereen

Nadere informatie

Onderwerp: projectoproep 2 april 2015 Subsidies voor sociale economie projecten in de provincie Antwerpen

Onderwerp: projectoproep 2 april 2015 Subsidies voor sociale economie projecten in de provincie Antwerpen NOTA Datum: 2 april 2015 Van: Dienst Economie en Internationale Samenwerking Team Sociale Economie Onderwerp: projectoproep 2 april 2015 Subsidies voor sociale economie projecten in de provincie Antwerpen

Nadere informatie

ESF-project Versterkt streekbeleid 1 januari juli 2019

ESF-project Versterkt streekbeleid 1 januari juli 2019 ESF-project Versterkt streekbeleid 1 januari 2017 31 juli 2019 Versterkt streekbeleid Zuid-Oost-Vlaanderen ACTIES Focus op een duurzame lokale economie en ondernemerschap in de regio Mobiliteit als noodzakelijke

Nadere informatie

REGIONALE SAMENWERKING SOCIALE ECONOMIE IN ZUID-WEST-VLAANDEREN

REGIONALE SAMENWERKING SOCIALE ECONOMIE IN ZUID-WEST-VLAANDEREN REGIONALE SAMENWERKING SOCIALE ECONOMIE IN ZUID-WEST-VLAANDEREN Deelnemende gemeenten Anzegem, Avelgem, Deerlijk, Harelbeke, Kortrijk, Kuurne, Lendelede, Menen, Spiere-Helkijn, Waregem, Wevelgem, Wervik

Nadere informatie

Een nieuwe wind door RTC. Ann Bulcaen Coördinator RTC West-Vlaanderen

Een nieuwe wind door RTC. Ann Bulcaen Coördinator RTC West-Vlaanderen Een nieuwe wind door RTC Ann Bulcaen Coördinator RTC West-Vlaanderen Wat is Wat doet Wie maakt Hoe werkt Wat realiseert Hoe evolueert opleidingen maïzena STEM werkplekleren apparatuur infrastructuur perceptie

Nadere informatie

Sport en tewerkstelling van jongeren. Marc Theeboom / Joris Philips

Sport en tewerkstelling van jongeren. Marc Theeboom / Joris Philips Sport en tewerkstelling van jongeren Marc Theeboom / Joris Philips studie Kan sport bijdragen tot competentie-ontwikkeling voor kortgeschoolde jongeren, waardoor hun tewerkstellingskansen toenemen? initiatieven

Nadere informatie

Onderwijs en OCMW: pleidooi voor meer samenwerking! Lege brooddozen op school symposium 14 oktober 2014

Onderwijs en OCMW: pleidooi voor meer samenwerking! Lege brooddozen op school symposium 14 oktober 2014 Onderwijs en OCMW: pleidooi voor meer samenwerking! Lege brooddozen op school symposium 14 oktober 2014 Programma armoedebestrijding cijfers Armoede in Kortrijk In Kortrijk leven in 2011 11.227 inwoners

Nadere informatie

Mensen met arbeidsbeperking of gezondheidsproblemen - Trajectbepaling en - begeleiding

Mensen met arbeidsbeperking of gezondheidsproblemen - Trajectbepaling en - begeleiding SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 649 van SABINE VERMEULEN datum: 14 juni 2017 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Mensen met arbeidsbeperking of gezondheidsproblemen - Trajectbepaling

Nadere informatie

De arbeidsmarktsituatie in regio Waas & Dender: 1. beroepsbevolking: 74,0% (Vlaams gewest: 74,0%) activiteitsgraad: 70,7% (Vlaams gewest: 70,5%)

De arbeidsmarktsituatie in regio Waas & Dender: 1. beroepsbevolking: 74,0% (Vlaams gewest: 74,0%) activiteitsgraad: 70,7% (Vlaams gewest: 70,5%) ARBEIDSMARKT 9 10 Arbeidsmarkt Economische groei, verhoging van de arbeidsparticipatie, verlaging van de werkloosheid en vergroting van het draagvlak onder ons sociaal zekerheidsstelsel vragen om een open

Nadere informatie

Samenwerking GO!-VDAB Jaarverslag onderwijs van de. Vlaamse Gemeenschap

Samenwerking GO!-VDAB Jaarverslag onderwijs van de. Vlaamse Gemeenschap Samenwerking GO!-VDAB Jaarverslag 2017-2018 onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap 1 Inleiding In januari 2015 vernieuwden het GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap en de VDAB hun overeenkomst om hun

Nadere informatie

Combinatiefunctie Wijkwerk-coach (Wijkwerken Zuid-West-Vlaanderen) & Trajectbegeleider Anzegem/Deerlijk Functiebeschrijving en competentieprofiel

Combinatiefunctie Wijkwerk-coach (Wijkwerken Zuid-West-Vlaanderen) & Trajectbegeleider Anzegem/Deerlijk Functiebeschrijving en competentieprofiel Combinatiefunctie Wijkwerk-coach (Wijkwerken Zuid-West-Vlaanderen) & Trajectbegeleider Anzegem/Deerlijk Functiebeschrijving en competentieprofiel 1. Identificatiegegevens Functietitel Juridische werkgever

Nadere informatie

Start LIRES Provinciehuis, 6/2/2017

Start LIRES Provinciehuis, 6/2/2017 Start LIRES Provinciehuis, 6/2/2017 AGENDA 1. Welkom Gouverneur 2. Inleiding Gedeputeerde 3. Uitgangspunten voor het LIRES programma 4. Methodiek en aanpak 5. Organisatie en structuur 6. Vragen en gedachtenwisseling

Nadere informatie

Randstad Diversity. voor een succesvol diversiteitsbeleid. www.randstad.be/diversity

Randstad Diversity. voor een succesvol diversiteitsbeleid. www.randstad.be/diversity Randstad Diversity voor een succesvol diversiteitsbeleid www.randstad.be/diversity inhoud Randstad en diversiteit Wat is diversiteit? Waarom diversiteit? Onze dienstverlening Coaching 22 Consulting onze

Nadere informatie

Met een GOB naar werk

Met een GOB naar werk Met een GOB naar werk Katherine Smith Universitair Centrum voor Begeleiding en Opleiding (UCBO) 2009 www.ucbo.be GOB Dienst voor Gespecialiseerde Opleiding, Begeleiding en Bemiddeling doelgroep: personen

Nadere informatie

Sterk door overleg. Adviesfunctie

Sterk door overleg. Adviesfunctie De Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV) brengt de Vlaamse werkgevers- en werknemersorganisaties samen voor overleg en advies over tal van Vlaamse beleidsthema s. De sociale partners adviseren

Nadere informatie

Project Wegwijzer: planning 22 december 2017

Project Wegwijzer: planning 22 december 2017 Wegwijzer: Algemeen overzicht WEGWIJZER - Strategische doelstelling 1: Professionaliseren en uitdragen van het project Wegwijzer naar de burgers en naar het beleid Operationele doelstelling 1.1 Professionaliseren

Nadere informatie

Opleiding en werkervaring aanvullende thuiszorg vzw Aksent

Opleiding en werkervaring aanvullende thuiszorg vzw Aksent BIJLAGE Bijlage nr. 1 Fiches Titel initiatief: Initiatiefnemer: Opleiding en werkervaring aanvullende thuiszorg vzw Aksent Projectomschrijving Het project wordt opgenomen binnen volgende strategische en

Nadere informatie

LEERRECHT Overlegplatform Leerrecht & een actieplan voor Mechelen. Commissie Samenleving

LEERRECHT Overlegplatform Leerrecht & een actieplan voor Mechelen. Commissie Samenleving LEERRECHT Overlegplatform Leerrecht & een actieplan voor Mechelen Commissie Samenleving 13/09/2016 1. Inleiding/aanleiding 2. Opstart Overlegplatform Leerrecht 2.1. Actieplan 2.2. Overlegplatform Leerrecht

Nadere informatie

Wegwijs in de social profit

Wegwijs in de social profit 8/10/2015 Trefdag Gent Wegwijs in de social profit SPREKER: Tine Winnelinckx - VIVO Wegwijs in de social profit Even kennismaken? ONDERWIJS ARBEIS- MARKT LEVENSLANG LEREN DIVERSITEIT FOSEN SAINCTELETTESQUARE

Nadere informatie

Europese subsidies voor de Sociale Economie

Europese subsidies voor de Sociale Economie Europese subsidies voor de Sociale Economie Kader en functioneren van Europese subsidies Hoe werken EU subsidies? 1 EU BELEIDSKADER BEPALEND VOOR DE INHOUD SUBSIDIEPROGRAMMA S (1) Europa 2020 doelstellingen

Nadere informatie

SOCIALE ECONOMIE BEHOEFTE ONDERZOEK

SOCIALE ECONOMIE BEHOEFTE ONDERZOEK SOCIALE ECONOMIE BEHOEFTE ONDERZOEK 1. BEVRAGING Behoefte onderzoek 'Sociale Economie' In 2014 mochten we van de Vlaamse regering een goedkeuring krijgen betreffende de 'regierol ter stimulering van de

Nadere informatie

DEPARTEMENT WERK EN SOCIALE ECONOMIE. Iedereen mee, iedereen actief Reflecties over samenwerking tussen Vlaamse overheid en lokale besturen

DEPARTEMENT WERK EN SOCIALE ECONOMIE. Iedereen mee, iedereen actief Reflecties over samenwerking tussen Vlaamse overheid en lokale besturen DEPARTEMENT WERK EN SOCIALE ECONOMIE Iedereen mee, iedereen actief Reflecties over samenwerking tussen Vlaamse overheid en lokale besturen De theorie: conceptnota(2007) en ERSV decreet (2004) Het lokaal

Nadere informatie

AFKORTINGEN EN BEGRIPPENKADER Ervaringsbewijs begeleider buitenschoolse kinderopvang

AFKORTINGEN EN BEGRIPPENKADER Ervaringsbewijs begeleider buitenschoolse kinderopvang AFKORTINGEN EN BEGRIPPENKADER Ervaringsbewijs begeleider buitenschoolse kinderopvang BKO BSO CVO CVS ERSV ESF EVC EVK IBO K&G PLOT POP RESOC SERR SERV VBJK VCOK VDAB VDKO VLOR VSPW VZW Buitenschoolse Kinderopvang

Nadere informatie

Reflectiegesprek: toekomstbeelden

Reflectiegesprek: toekomstbeelden 1 Reflectiegesprek: toekomstbeelden 1. Mastercampussen: nog sterkere excellente partnerschappen in gezamenlijke opleidingscentra (VDAB West-Vlaanderen) 2. Leertijd+: duaal leren van de toekomst (Syntra

Nadere informatie

Gespecialiseerde TrajectBepaling -en begeleiding naar werk (GTB)

Gespecialiseerde TrajectBepaling -en begeleiding naar werk (GTB) 1 GTB Gespecialiseerde TrajectBepaling -en begeleiding naar werk (GTB) Opdracht: werkzoekenden met een arbeidsbeperking begeleiden in hun participatie aan de arbeidsmarkt. Twee disciplines in huis: trajectbegeleiding

Nadere informatie

Functieprofiel projectmedewerker

Functieprofiel projectmedewerker Functieprofiel projectmedewerker Situering L4-volwassenenonderwijs vzw is het netwerk van de centra voor volwassenenonderwijs en het centrum voor basiseducatie in de regio Leuven-Hageland-Tervuren. Door

Nadere informatie

GTB afdeling Limburg Welzijnscampus 23 bus Genk (Tel) 089/

GTB afdeling Limburg Welzijnscampus 23 bus Genk (Tel) 089/ GTB afdeling Limburg Welzijnscampus 23 bus 41 3600 Genk (Tel) 089/32 10 50 Info.lim@gtb-vlaanderen.be www.gtb-vlaanderen.be 1. Wat is de opdracht van GTB? De opdracht van GTB is opgedeeld is drie luiken:

Nadere informatie

Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s

Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s In een globaliserende economie moeten regio s en ondernemingen internationaal concurreren. Internationalisatie draagt bij tot de economische

Nadere informatie

Programma. Voorstelling project Waarom? Wat? Ambassadeurs gezocht! De Making of Ambassadeurs Dursun aan het woord Speeddating Invullen fiches

Programma. Voorstelling project Waarom? Wat? Ambassadeurs gezocht! De Making of Ambassadeurs Dursun aan het woord Speeddating Invullen fiches Latent Talent Programma Voorstelling project Waarom? Wat? Ambassadeurs gezocht! De Making of Ambassadeurs Dursun aan het woord Speeddating Invullen fiches Rachid Boumalek aan het woord Voorstelling project

Nadere informatie

1997 kwaliteitsdecreet:

1997 kwaliteitsdecreet: POP Oude wijn in nieuwe zakken? 1997 kwaliteitsdecreet: Trajectbegeleidingsplan op basis van een gesprek met werknemer en elementen uit de evaluatie Doelstelling: concreet plan om welzijn te optimaliseren

Nadere informatie

De Vlaamse regering heeft op 25 juni 2010 een besluit goedgekeurd betreffende de beleids- en beheerscyclus (BBC)van de provincies, de gemeenten en de

De Vlaamse regering heeft op 25 juni 2010 een besluit goedgekeurd betreffende de beleids- en beheerscyclus (BBC)van de provincies, de gemeenten en de De Vlaamse regering heeft op 25 juni 2010 een besluit goedgekeurd betreffende de beleids- en beheerscyclus (BBC)van de provincies, de gemeenten en de OCMW s met regels voor de financiële aspecten van de

Nadere informatie

2. Op welke manier verloopt de samenwerking tussen VDAB en school in de gezamenlijke aanpak van NEET-jongeren/vroegtijdige schoolverlaters?

2. Op welke manier verloopt de samenwerking tussen VDAB en school in de gezamenlijke aanpak van NEET-jongeren/vroegtijdige schoolverlaters? SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 312 van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 3 februari 2017 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT NEET-jongeren - Actieplan samen tegen schooluitval Het

Nadere informatie

STREEKPACT 2013-2019. Voorstelling lokale raad Ieper 16 december 2014

STREEKPACT 2013-2019. Voorstelling lokale raad Ieper 16 december 2014 STREEKPACT 2013-2019 Voorstelling lokale raad Ieper 16 december 2014 VOORSTELLING - Sociaaleconomisch streekoverleg - Tripartiet samengesteld: streekpolitici (lok., prov.) werkgevers - werknemers + deskundigen,

Nadere informatie

Leeftijdbewust personeelsbeleid Ingrediënten voor een plan van aanpak

Leeftijdbewust personeelsbeleid Ingrediënten voor een plan van aanpak Leeftijdbewust personeelsbeleid Ingrediënten voor een plan van aanpak Inhoud Inleiding 3 Stap 1 De noodzaak vaststellen 4 Stap 2 De business case 5 Stap 3 Probleemverdieping 6 Stap 4 Actieplan 8 Stap 5

Nadere informatie

Ondernemend Turnhout 15 februari 2017

Ondernemend Turnhout 15 februari 2017 Ondernemend Turnhout 15 februari 2017 Omgevingsvergunning en digitale bouwaanvraag Wie, wat, wanneer? Digitale bouwaanvraag 23 februari 2017 Verplicht indien met architect Aanvragen die ingediend moeten

Nadere informatie

Oriëntatie en leerloopbaanbegeleiding. volwassenen. Liv Geeraert

Oriëntatie en leerloopbaanbegeleiding. volwassenen. Liv Geeraert Oriëntatie en leerloopbaanbegeleiding voor volwassenen Liv Geeraert De Leerplek = een geïntegreerd loket: - Huis van het Nederlands - consortium volwassenenonderwijs - VDAB lokale werkwinkel (aanpalend)

Nadere informatie

Sociale economie. 1 Tewerkstellingsgroei varieert van sociale economie initiatief. Streekpact Cijferanalyse

Sociale economie. 1 Tewerkstellingsgroei varieert van sociale economie initiatief. Streekpact Cijferanalyse Streekpact 2013-2018 Cijferanalyse Publicatiedatum: 30 september 2013 Contactpersoon: Kim Nevelsteen Sociale economie De sociale economie bestaat uit een verscheidenheid van bedrijven en initiatieven die

Nadere informatie

Het draait om mens en werk. Meer dan ooit. Memorandum Verkiezingen 25 mei 2014

Het draait om mens en werk. Meer dan ooit. Memorandum Verkiezingen 25 mei 2014 Het draait om mens en werk. Meer dan ooit. Memorandum Verkiezingen 25 mei 2014 Vlaams Steunpunt Lokale Netwerken vzw Vlaams Steunpunt Lokale Netwerken Opleiding en Tewerkstelling vzw Reigerstraat 10, 9000

Nadere informatie

Om de school te helpen bij het voeren van een zorg- en gelijke onderwijskansenbeleid

Om de school te helpen bij het voeren van een zorg- en gelijke onderwijskansenbeleid Een geïntegreerd zorg- en gelijke onderwijskansenbeleid Leidraad bij het stappenplan Sinds 1 september 2012 is elke school verplicht een geïntegreerd zorg- en gelijke onderwijskansenbeleid te voeren. Dit

Nadere informatie

Duurzaam samenwerken in een buurtgericht netwerk voor kinderen en gezinnen

Duurzaam samenwerken in een buurtgericht netwerk voor kinderen en gezinnen Duurzaam samenwerken in een buurtgericht netwerk voor kinderen en gezinnen Welke uitdagingen liggen er? Het lokaal geïntegreerd gezinsbeleid neemt een belangrijke plaats in binnen het lokaal sociaal beleid,

Nadere informatie

FUNCTIEBESCHRIJVING BELEIDSMEDEWERKER ONDERZOEKSINFRASTRUCTUUR

FUNCTIEBESCHRIJVING BELEIDSMEDEWERKER ONDERZOEKSINFRASTRUCTUUR FUNCTIEBESCHRIJVING BELEIDSMEDEWERKER ONDERZOEKSINFRASTRUCTUUR A. DOEL VAN DE FUNCTIE: Het beleidsthema vanuit theoretische en praktische deskundigheid implementeren en uitbouwen teneinde toepassingen

Nadere informatie

Persoonlijke OntwikkelingsPlannen (POP): een instrument voor doorstroom PROVINCIALE NETWERKDAG 2 OKTOBER 2014

Persoonlijke OntwikkelingsPlannen (POP): een instrument voor doorstroom PROVINCIALE NETWERKDAG 2 OKTOBER 2014 Persoonlijke OntwikkelingsPlannen (POP): een instrument voor doorstroom PROVINCIALE NETWERKDAG 2 OKTOBER 2014 2 Programma (sessie 23) 1. Wat? 2. Aanleiding 3. POP-Model 4. Inbedding Praktijkcase: Sarah

Nadere informatie

Op-Stap Een oriëntatie- en activeringsmodule voor personen met een psychische kwetsbaarheid

Op-Stap Een oriëntatie- en activeringsmodule voor personen met een psychische kwetsbaarheid Op-Stap Een oriëntatie- en activeringsmodule voor personen met een psychische kwetsbaarheid Ontstaan Doorheen de jaren een stijging van het aantal aanmeldingen van personen met een psychische kwetsbaarheid.

Nadere informatie

Naar een optimale relatie tussen mens en werk

Naar een optimale relatie tussen mens en werk Naar een optimale relatie tussen mens en werk Wij optimaliseren de mens-werkrelatie In een veranderende omgeving kan uw bedrijf of organisatie niet achterblijven. Meer dan ooit wordt u uitgedaagd om de

Nadere informatie

pilootprojecten (deel 1) Oost-Vlaanderen

pilootprojecten (deel 1) Oost-Vlaanderen pilootprojecten (deel 1) Oost-Vlaanderen dhr. Arne Oosthuyse projectcoördinator Voka - Kamer van Koophandel O-Vl. VON-sessie: Allochtoon ondernemerschap in Vlaanderen Donderdag 9 juni 2011 Huis van de

Nadere informatie

Krachtlijnen voor een nieuwe organisatie opvang en vrijetijd van kinderen. Ronde van Vlaanderen 2016

Krachtlijnen voor een nieuwe organisatie opvang en vrijetijd van kinderen. Ronde van Vlaanderen 2016 Krachtlijnen voor een nieuwe organisatie opvang en vrijetijd van kinderen Ronde van Vlaanderen 2016 2 - VVSG - Ronde van Vlaanderen maart 2016 Inhoud Op Vlaamse regering (18 december 2015) goedgekeurde

Nadere informatie

Don t wait for a miracle Make one!

Don t wait for a miracle Make one! Don t wait for a miracle Make one! Durf dromen. We dromen immers allemaal van een betere, duurzame en welvarende wereld waarin dynamisme en ondernemerschap worden aangemoedigd bij onze jongeren en waarin

Nadere informatie

2 '%" 3( 1%$! 2 %/!" 2 2 -.-" 22 4) / 5 %/. 5 -.-" 6 %/.% 6 -!7"8 6 ). 9 -.-" : -!

2 '% 3( 1%$! 2 %/! 2 2 -.- 22 4) / 5 %/. 5 -.- 6 %/.% 6 -!78 6 ). 9 -.- : -! #$ &' ())*''*+,'+'+*''-.'+ 01 ' 2 ' 1 3( 1$ 01. 2 2 2 -.- 22 4) 0-5. 5 -.- 6. 6-78 6 ). 9-9 -.- : *# : - # $ & '()$ * +(, -.0 1 2.3 454 46 +)( +75, +75, # '8)6 & ')(5 * ')(5 - ')(5 1 ')(5 ' ''4 ' 5'' 97

Nadere informatie

WESTHOEK BUSINESS DISTRICT. een regionaal contactpunt voor bedrijven d.m.v. een officieel samenwerkingsverband

WESTHOEK BUSINESS DISTRICT. een regionaal contactpunt voor bedrijven d.m.v. een officieel samenwerkingsverband WESTHOEK BUSINESS DISTRICT een regionaal contactpunt voor bedrijven d.m.v. een officieel samenwerkingsverband AGENDA 1. Missie, doelstellingen en taakstellingen van Westhoek Business District 2. Inspirerende

Nadere informatie

Jongeren ten opzichte van hun eerste job 15-09-2008

Jongeren ten opzichte van hun eerste job 15-09-2008 Jongeren ten opzichte van hun eerste job Samenvatting 15-09-2008 van de resultaten a Market Probe division Doelstelling van het onderzoek 2 3 Kennis over de jongeren ten aanzien van het einde van hun studies

Nadere informatie

RESOC MIDDEN-WEST-VLAANDEREN STARTNOTA WERKGROEP REGIOPOSITIONERING. Algemeen

RESOC MIDDEN-WEST-VLAANDEREN STARTNOTA WERKGROEP REGIOPOSITIONERING. Algemeen RESOC MIDDEN-WEST-VLAANDEREN STARTNOTA WERKGROEP REGIOPOSITIONERING Algemeen Als regio komt het er op aan zich te onderscheiden. Het aantrekken en vasthouden van de juiste bedrijven, bezoekers en bewoners

Nadere informatie

Laaggeschoolde vrouwen met een migratie-achtergrond. Toelichting advies Commissie Diversiteit

Laaggeschoolde vrouwen met een migratie-achtergrond. Toelichting advies Commissie Diversiteit Laaggeschoolde vrouwen met een migratie-achtergrond Toelichting advies Commissie Diversiteit Doelgroep Positie op arbeidsmarkt Aanbevelingen Doelgroep Positie op arbeidsmarkt Aanbevelingen Jonge bevolking

Nadere informatie

I B O. Een werknemer op maat gemaakt. 1. IBO = training-on-the-job. IBO = 'werkplekleren' IBO = 'een werknemer op maat'

I B O. Een werknemer op maat gemaakt. 1. IBO = training-on-the-job. IBO = 'werkplekleren' IBO = 'een werknemer op maat' I B O Een werknemer op maat gemaakt Eén van de kernopdrachten van de VDAB bestaat uit het verstrekken van opleiding. Het tekort aan specifiek geschoold personeel en de versnelde veranderingen in de werkomgeving

Nadere informatie

Editie Noord Limburg 3 7 juni POM Limburg Corda Campus, 3500 Hasselt T

Editie Noord Limburg 3 7 juni POM Limburg Corda Campus, 3500 Hasselt T Editie Noord Limburg 3 7 juni 2019 POM Limburg Missie, Visie & Activiteiten Missie De organisatie inspireert, ontwikkelt en versterkt de basisvoorwaarden voor duurzame sociaaleconomische groei in de provincie

Nadere informatie

VDAB PROGRAMMA INTEGRATIE VIA WERK. 15/06/16

VDAB PROGRAMMA INTEGRATIE VIA WERK. 15/06/16 VDAB PROGRAMMA INTEGRATIE VIA WERK. VDAB INTEGRATIE VIA WERK INHOUD: 1.AANPAK VDAB 2.ACTIES 3.VOORBEELDEN & GOOD PRACTICES 4.VRAGEN? AANPAK VDAB AANPAK VDAB / PRINCIPES: Aanpak krijgt vorm op basis van:

Nadere informatie

Randstad Diversity. voor een succesvol diversiteitsbeleid. www.randstad.be/diversity

Randstad Diversity. voor een succesvol diversiteitsbeleid. www.randstad.be/diversity Randstad Diversity voor een succesvol diversiteitsbeleid www.randstad.be/diversity inhoud Randstad en diversiteit Wat is diversiteit? Waarom diversiteit? Onze dienstverlening Coaching 22 Consulting onze

Nadere informatie

Enkele cijfers Vaststellingen en antwoorden. Focus op. Jobkanaal Diversiteitsplannen Jobcoaching IBO Financiële tewerkstellingsmaatregelen

Enkele cijfers Vaststellingen en antwoorden. Focus op. Jobkanaal Diversiteitsplannen Jobcoaching IBO Financiële tewerkstellingsmaatregelen Kunnen kansengroepen de krapte doen vergeten? Steve Vanhorebeek. Enkele cijfers Vaststellingen en antwoorden Jobkanaal Diversiteitsplannen Jobcoaching IBO Financiële tewerkstellingsmaatregelen Focus op

Nadere informatie

Onderwijs en vorming. 1 73.609 leerlingen. Streekpact 2013-2018 Cijferanalyse

Onderwijs en vorming. 1 73.609 leerlingen. Streekpact 2013-2018 Cijferanalyse Streekpact 2013-2018 Cijferanalyse Publicatiedatum: 30 september 2013 Contactpersoon: Kim Nevelsteen Onderwijs en vorming Samenvatting 73.609 leerlingen (2012) 16.981 kleuters 26.537 kinderen in het lager

Nadere informatie

PERSBERICHT. 250 bezoekers en veel motivatie op zorgbeurs regio Asse-Dilbeek-Ternat

PERSBERICHT. 250 bezoekers en veel motivatie op zorgbeurs regio Asse-Dilbeek-Ternat PERSBERICHT 250 bezoekers en veel motivatie op zorgbeurs regio Asse-Dilbeek-Ternat De lokale besturen Asse, Dilbeek en Ternat organiseerden gisteren, maandag 20 mei, samen met VDAB en partners een job-

Nadere informatie

M0 Strategische nota

M0 Strategische nota Rapport M0 Strategische nota Periode 2014-2019 Bestuur Provincie Vlaams-Brabant NIS Code 20001 Adres Provincieplein 1, 3010 Leuven 1/5 D In een duurzame, welvarende regio iedereen meenemen in opleiding,

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking

Vlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering

Nadere informatie

POP POP. Programma workshop POP. 1. Algemeen kader Situering POP. 2. Link Werkervaring (Wim Van Ammel Web vzw) 3. Aan de slag!

POP POP. Programma workshop POP. 1. Algemeen kader Situering POP. 2. Link Werkervaring (Wim Van Ammel Web vzw) 3. Aan de slag! Programma workshop 1. Algemeen kader Situering Aanleiding Project -model 2. Link Werkervaring (Wim Van Ammel Web vzw) 3. Aan de slag! 1 Achtergrond: Evoluties op de AM: uitdagingen toenemend aantal knelpuntberoepen

Nadere informatie

STEM monitor 2015 SITUERING DOELSTELLINGEN

STEM monitor 2015 SITUERING DOELSTELLINGEN STEM monitor 2015 SITUERING In het STEM-actieplan 2012-2020 van de Vlaamse regering werd voorzien in een algemene monitoring van het actieplan op basis van een aantal indicatoren. De STEM monitor geeft

Nadere informatie

PROGRAMMA WORKSHOP ZOEKEN EN VINDEN

PROGRAMMA WORKSHOP ZOEKEN EN VINDEN LANCERING ACTIEMAP BA[L]AN S WORKSHOP MYRIAM HEEREMANS PROJECTONTWIKKELAAR DUURZAAM PERSONEELSBELEID EN DIVERSITEIT - RESOC MECHELEN LUDO COOLS STAFMEDEWERKER PERSONEELSZAKEN PSYCHIATRISCH CENTRUM DUFFEL

Nadere informatie

TOOLBOX EAD EEN INSTRUMENTENKOFFER VOOR CONSULENTEN TOOLBOX EAD FASE 1 1

TOOLBOX EAD EEN INSTRUMENTENKOFFER VOOR CONSULENTEN TOOLBOX EAD FASE 1 1 TOOLBOX EAD EEN INSTRUMENTENKOFFER VOOR CONSULENTEN TOOLBOX EAD FASE 1 1 DE TOOLBOX EAD: EEN INSTRUMENTENKOFFER VOOR CONSULENTEN 1. Wat willen we bereiken met de toolbox? De uitdaging Het Vlaamse impulsbeleid

Nadere informatie

Commissie Welzijn, Werk en Milieu

Commissie Welzijn, Werk en Milieu Commissie Welzijn, Werk en Milieu Mondelinge vraag OPSCHRIFT Vergadering van 18 oktober 2016 Nummer: 2016_MV_00477 Onderwerp: Mondelinge vraag van raadslid Zeneb Bensafia: Opvolging Project Ambassadeurs

Nadere informatie

Gemeenschappelijke platformtekst Vlaamse regering en sociale partners Evenredige arbeidsdeelname en diversiteit

Gemeenschappelijke platformtekst Vlaamse regering en sociale partners Evenredige arbeidsdeelname en diversiteit Gemeenschappelijke platformtekst Vlaamse regering en sociale partners Evenredige arbeidsdeelname en diversiteit 2010 1. Doelstellingen De Vlaamse regering en de Vlaamse sociale partners stellen vast dat

Nadere informatie

Lerend Netwerk Arbeidsmarktkrapte

Lerend Netwerk Arbeidsmarktkrapte OP ESF Vlaanderen 2014 2020 Prioriteit uit OP: 1 - loopbaanbeleid curatief investeringsprioriteit 8i - werkloosheid naar werk Informatieve Bijlage: Lerend Netwerk Arbeidsmarktkrapte Lerend Netwerk Arbeidsmarktkrapte

Nadere informatie

nr. 136 van GRETE REMEN datum: 20 november 2015 aan PHILIPPE MUYTERS BuSO-leerlingen - Doorstroming naar reguliere arbeidsmarkt

nr. 136 van GRETE REMEN datum: 20 november 2015 aan PHILIPPE MUYTERS BuSO-leerlingen - Doorstroming naar reguliere arbeidsmarkt SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 136 van GRETE REMEN datum: 20 november 2015 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT BuSO-leerlingen - Doorstroming naar reguliere arbeidsmarkt

Nadere informatie

Toll-net: samenwerken aan e-leren en gecombineerd leren voor volwassenen

Toll-net: samenwerken aan e-leren en gecombineerd leren voor volwassenen AFSTANDSLEREN EN ICT GECOMBINEERD ONDERWIJS 4 1 Toll-net: samenwerken aan e-leren en gecombineerd leren voor volwassenen Steven De Pauw Coördinator Toll-net Steven Verjans Universitair docent Open Universiteit

Nadere informatie

'TRY OUT' Tewerkstelling (ex-)gedetineerden Leuven Centraal en Leuven Hulp via jobcoaching 01/12/2006-31/05/2008

'TRY OUT' Tewerkstelling (ex-)gedetineerden Leuven Centraal en Leuven Hulp via jobcoaching 01/12/2006-31/05/2008 'TRY OUT' Tewerkstelling (ex-)gedetineerden Leuven Centraal en Leuven Hulp via jobcoaching 01/12/2006-31/05/2008 Lisa Coppin, RESOC Leuven Kristien Sinnaeve, VDAB Leuven KBS, 6 mei 2009 er was eens...

Nadere informatie

Ondernemend Onderwijs. Engagementsverklaring. tussen Vlajo en het GO! onderwijs. van de Vlaamse Gemeenschap

Ondernemend Onderwijs. Engagementsverklaring. tussen Vlajo en het GO! onderwijs. van de Vlaamse Gemeenschap Ondernemend Onderwijs Engagementsverklaring tussen Vlajo en het GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap Art. 1: SITUERING Om succesvol te blijven kan onze samenleving niet zonder een sterke positieve

Nadere informatie

Sociale economie: uw partner voor een sociaal en economisch beleid. Wat is Sociale Economie?

Sociale economie: uw partner voor een sociaal en economisch beleid. Wat is Sociale Economie? Sociale economie: uw partner voor een sociaal en economisch beleid Greet Castermans Directeur VOSEC 9 oktober 2007 SE hefboom voor lokale markt Wat is Sociale Economie? "De sociale economie bestaat uit

Nadere informatie

Buitengewoon onderwijs - Bijkomende of gespecialiseerde opleidingen voor leerkrachten

Buitengewoon onderwijs - Bijkomende of gespecialiseerde opleidingen voor leerkrachten SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 163 van KATHLEEN HELSEN datum: 21 januari 2016 aan HILDE CREVITS VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN ONDERWIJS Buitengewoon onderwijs - Bijkomende

Nadere informatie

Staten-Generaal Opvang en Vrije tijd van schoolkinderen. Docentendag Pedagogie Jonge Kind 12 september 2014

Staten-Generaal Opvang en Vrije tijd van schoolkinderen. Docentendag Pedagogie Jonge Kind 12 september 2014 Staten-Generaal Opvang en Vrije tijd van schoolkinderen Docentendag Pedagogie Jonge Kind 12 september 2014 Doel en opzet Basisprincipes Voorbereidende werkgroepen Resultaat van de Staten-Generaal Vooraf

Nadere informatie

werkt ig > ondernemers > open > partnerschap > personeelsverloop > projecten > rekruteren > service > sn U denkt aan rekruteren, aanwerven, opleiden?

werkt ig > ondernemers > open > partnerschap > personeelsverloop > projecten > rekruteren > service > sn U denkt aan rekruteren, aanwerven, opleiden? werkt edrijf > bedrijven > bedrijvenwerking > begeleiding > begeleidt > biedt > denkt > diensten > doel > duurzame > gent > se > grote > hulp > informatie > innovatie > jobkanaal > maat > maken > medewerkers

Nadere informatie

Wat is ESF? ESF financiert organisaties die:

Wat is ESF? ESF financiert organisaties die: MEDIAKIT Wat is ESF? 2 ESF staat voor Europees Sociaal Fonds. Dit fonds heeft als doel de werkgelegenheid te bevorderen en de arbeidmarkt te verstevigen. Hiervoor krijgt het ESF-Agentschap Vlaanderen subsidies

Nadere informatie

COLLOQUIUM GENT, 23 OKTOBER 2014

COLLOQUIUM GENT, 23 OKTOBER 2014 COLLOQUIUM GENT, 23 OKTOBER 2014 1. Cijfers en jongerengarantie 2 September 2014: enkele cijfers Cijfers en jongerengarantie 3 57.374 NWWZ jonger dan 25 jaar op een totaal van 242.084 (23,7%) Cijfers en

Nadere informatie

Samenwerking bedrijven en onderwijs in Limburg zit in de lift

Samenwerking bedrijven en onderwijs in Limburg zit in de lift PERSBERICHT Hasselt, 31 augustus 2017 Onderzoek VKW Limburg en UNIZO Limburg: Samenwerking bedrijven en onderwijs in Limburg zit in de lift Bedrijven willen minstens 3 maanden stage in élke opleiding Limburgse

Nadere informatie

decreet Werk- en zorgtrajecten Goedgekeurd in plenaire zitting Vlaams parlement 23 april 2014

decreet Werk- en zorgtrajecten Goedgekeurd in plenaire zitting Vlaams parlement 23 april 2014 decreet Werk- en zorgtrajecten Goedgekeurd in plenaire zitting Vlaams parlement 23 april 2014 Basis = participatieladder Kader: Trede 5 = maatwerkdecreet Trede 3 en 4= decreet Werk- en zorgtrajecten Trede

Nadere informatie

ACTUELE BELEIDSKADER VOOR SECTORCONVENANTS. Contactdag Levenslang Leren

ACTUELE BELEIDSKADER VOOR SECTORCONVENANTS. Contactdag Levenslang Leren ACTUELE BELEIDSKADER VOOR SECTORCONVENANTS Contactdag Levenslang Leren Wat zijn sectorconvenants? De sectorconvenants zijn protocols van samenwerking tussen de sectoren (sectorale sociale partners) en

Nadere informatie

FUNCTIEFAMILIE 4.2 Beleidsthemabeheerder

FUNCTIEFAMILIE 4.2 Beleidsthemabeheerder Doel van de functiefamilie Het beleidsthema vanuit theoretische en praktische deskundigheid implementeren en uitbouwen teneinde toepassingen omtrent het thema te initiëren, te stimuleren en te bewaken

Nadere informatie

Oproep tot cases rond Innovatieve ArbeidsOrganisatie

Oproep tot cases rond Innovatieve ArbeidsOrganisatie Oproep tot cases rond Innovatieve ArbeidsOrganisatie I Voorwerp van het project 1.1 Beschrijving van het project De zorgsector wordt geconfronteerd met enkele ingrijpende veranderingen zoals de toenemende

Nadere informatie

1. Op welke manier wordt deze samenwerking tussen steden/gemeenten, de VDAB en de bouwsector concreet ingevuld?

1. Op welke manier wordt deze samenwerking tussen steden/gemeenten, de VDAB en de bouwsector concreet ingevuld? SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 420 van JAN HOFKENS datum: 6 maart 2015 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT VDAB - Samenwerkingsverband BouwKan met bouwsector De bestaande

Nadere informatie