Kustlijnzorg-ecologie. Resultaten onderzoeksprogramma 2009

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Kustlijnzorg-ecologie. Resultaten onderzoeksprogramma 2009"

Transcriptie

1 Kustlijnzorg-ecologie Resultaten onderzoeksprogramma 2009

2

3 Kustlijnzorg-ecologie Resultaten onderzoeksprogramma 2009 Harriette Holzhauer Met bijdragen van Deltares: Z.B. Wang, B. Borsje, J. van Dalfsen, C. Briere, H.F.P van de Boogaard. J. van der Werf, B. van der Valk, J.G. de Ronde, A.J.F. van der Spek. Bureau Arens: B. Arens IMARES: O. Bos, K. Goudswaard, J. Kesteloo, C. van Zweeden, E. Meesters, J.T. van der Wal, W. Lewis, J. Cuperus, A. Bakker, P.W. van Leeuwen, J. Wijsman Stichting Annemoon: A. Gmelig Meyling, R.H. de Bruyne EGG consult: F.H. Everts, N.P.J. De Vries Grontmij: E. Verduin, T. Vanaght. Studenten: Van Hall Larenstein: R. de Vries Universiteit van Utrecht: S.P van Puijvelde Universiteit Twente: M. Kruijt Deltares, 2010

4

5

6

7 Inhoud 1 Inleiding Ecologisch gericht suppleren Achtergrond en kader Doel Leeswijzer 2 2 Overzicht gerealiseerde producten 3 3 Kustlijnzorg-ecologie Producten 2009: Programmering en integratie Het onderzoeksprogramma: Ecologisch gericht suppleren (2009.1b t/m e) Review MLTP ( ) Groene suppletie (2009.5) 11 4 Ecosysteem Producten 2009: Ecosysteem Ontwikkeling getijbekkens (2009.2a) Wadplaten en zeespiegelstijging (2009.3) Vervolg in 2010: Ecosysteem 16 5 Ondiepe kustzone Producten 2009: Ondiepe kustzone Biogeomorfologie in de kustzone (2009.6a en b) Kustveiligheid en biogeomorfologische processen ( ) Tijdreeksanalyse aangespoelde bodemfauna (2009.7) T0- Ameland (2009.0c en d) T0-Texel (2009.0a) Vervolg in 2010: Ondiepe kustzone 25 6 Strand en duinen Producten 2009: Strand en duinen Volume ontwikkeling duinen (2009.8a en b) T0-korrelgroottes strand ( ) Vergelijking zeereep ( ) Opzet duin onderzoek ( ) Vervolg in 2010: Strand en duinen 29 7 Referenties 31 Kustlijnzorg-ecologie i

8

9 1 Inleiding 1.1 Ecologisch gericht suppleren De onderzoeken in Kustlijnzorg-ecologie worden bepaald door de vragen die voortgekomen zijn uit de samenwerkingsovereenkomst met betrekking tot zandsuppleties langs de kust, tussen de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat en vier Natuurbeschermingsorganisaties: Waddenvereniging, Vogelbescherming, Stichting de Noordzee en Stichting Duinbehoud. De samenwerkingsovereenkomst is overeengekomen voor een periode van zes jaar en loopt daarmee tot en met het jaar Het doel van de samenwerkingsovereenkomst het verkrijgen van meer inzicht of, en in welke mate, zandsuppleties van invloed zijn op natuurwaarden en op welke wijze zandsuppleties in de nabije toekomst kunnen bijdragen aan de opgaven van veiligheid samen met natuurbehoud en -ontwikkeling. Dit moet leiden tot een optimalisatie van het dynamisch beheer en behoud van de kustlijn met behoud van het kustecosysteem. 1.2 Achtergrond en kader Kustlijnzorg-ecologie is onderdeel van het toegepast onderzoek Kustlijnzorg, dat wordt uitgevoerd door Deltares. Het toegepast onderzoek wordt uitgevoerd ter ondersteuning van het kustbeheer (RWS) en beleid (DGW en Deltaprogramma). De resultaten c.q. producten van de onderzoeksactiviteiten van het toegepaste onderzoeksprogramma dragen bij aan het optimaliseren en toekomstvast maken van de suppletiestrategie. De te beantwoorden hoofdvragen hierbij zijn: Wat zijn mogelijke alternatieve suppletiestrategieën (omvang, locatie, ontwerp, frequentie)? Wat zijn de consequenties (doelbereik en risico s)? De kennis die nodig is voor de ondersteuning van het kustbeheer en beleid kan worden ingedeeld aan de hand van het lagenmodel zoals geïntroduceerd in de Nota Ruime (Figuur 1.1). Figuur 1.1 De lagenbenadering: Basislaag/ondergrond, netwerklaag en occupatielaag Kustlijnzorg-ecologie 1 van 32

10 De onderzoeken in het kader van Kustlijnzorg-ecologie hebben voornamelijk betrekking op de basislaag en de netwerklaag. 1.3 Doel In deze rapportage wordt een samenvatting gegeven van de resultaten van de studies uitgevoerd in 2009 in het kader van het Kustlijnzorg-ecologie. Alle volledige rapportages zijn op te vragen bij Deltares. 1.4 Leeswijzer Binnen Kustlijnzorg-ecologie zijn vier onderzoekscategorieën gedefinieerd die ondersteund worden door managementactiviteiten en de integratie en disseminatie van de producten. De nummering (1 tot en met 12) komt overeen met de nummering in het werkplan De studies 13, 14 en 15 zijn aanvullende studies op het werkplan De bodemdierbemonsteringen 16 zijn door de Waterdienst uitgezet ten behoeve van Kustlijnzorg-ecologie. Per categorie worden de resultaten van de uitgevoerde onderzoeken en activiteiten beschreven. Overall Kustlijnzorgecologie Onderzoekscategorieën Samenvatting producten Werkplan 2009, Workshops, Afstemming en overleg, datamangement 1. Onderzoeksprogramma (MLTP Kustlijnzorg-ecologie), 15. Review MLTP KLZ-eco 2. Ontwikkeling getijbekkens Ecosysteem 3. Wadplaten en zeespiegelstijging 4. Effect korrelgrootte op morfologisch gedrag 5. Verkenning ecologische suppletie ontwerpen Ondiepe kustzone 6. Biogeomorfologie van de brandingszone 7. Tijdreeksanalyse aangespoelde bodemfauna 13. Kustveiligheid: innovatief gebruik van biogeomorfologische processen 16. Bodemdierbemonstering Texel en Ameland 8. Volume ontwikkeling duinen 9. Methode ontwikkeling analyse strand en duinontwikkeling 10. Opbouw gesuppleerd strand en duinen Strand en duinen 11. T0-korrelgroottes strand 12. Vergelijking zeereep 14. Opzet duin onderzoek Voedselweb - Hst 3 Hst 4 Hst 5 Hst 6 2 van 32 Kustlijnzorg-ecologie

11 2 Overzicht gerealiseerde producten In het onderstaande overzicht zijn alle producten en rapportages weergegeven. De rapporten zijn op te vragen bij Deltares. Tabel 2.1 : Overzicht gerealiseerde producten in 2009 Strand en duinen Ondiepe kustzone Ecosysteem Kustlijnzorg Ecologie Nr. wp 09 Verkorte rapportnaam Referentie Product nr. Onderzoeksprogrammering 1 MLTP Ecol suppleren (Holzhauer et al., 2009) b 1 Workshopverslag 26-6 Cumulatie en regionale uitstraling (Löffler, 2009a) c 1 Workshopverslag 29-6 Kennisleemtes effect suppleties op duinen (Löffler, 2009b) d 1 Workshopverslag 29-6 Aanbevelingen suppletie Ameland (Löffler, 2009c) e 1 Werkplan 2009 (Holzhauer en B. van der Valk, 2009) a 15 Review MLTP (Vanagt en Verduin, 2010) Verkenning ecologische suppletie ontwerpen 5 Verslag verkenning ontwerp van een ecologische suppletie Ontwikkeling getijbekkens (Holzhauer, 2009) Responses of the Dutch Coastal system to closure (Wang et al., 2009) a Wadplaten en zeespiegelstijging 3 Sedimentbalans Waddenzee (Wang, 2009) Effect korrelgrootte op morfologisch gedrag 4 Nog niet afgerond Bodemdierbemonstering 16 Nulmeting zandsuppletie Texel (Bos et al., 2009) a 16 Bemonstering Ameland Schelpdieren (Goudswaard et al., 2009) c 16 T0 Ameland macrofauna (Wijsman et al., 2010) d Biogeomorfologie van de brandingszone 6 Biogeomorfologie brandingszone (stagerapport) (Kruijt, 2009) a 6 Conferentie ICCE 2010 (Borsje et al., 2009) b 13 Coastal protection & bio-engineers (Borsje en van Dalfsen, 2009) Tijdreeksanalyse aangespoelde bodemfauna 7 Onder het zand beland (Gmelig Meyling en R.H. de Bruyne, 2000) Volume ontwikkeling duinen Effect suppleties op duinen Geomorfologie fase 1 (Arens, 2009) a 8 Effecten van suppleties op duinen Geomorfologie fase 2 (Arens en van Puijvelde, 2010) Methode ontwikkeling analyse strand en duinontwikkeling 9 RCEM conference (Brière en H.F.P. van den Boogaard, 2009) Opbouw gesuppleerd strand en duinen b Kustlijnzorg-ecologie 3 van 32

12 10 Nog niet afgerond T0-korrelgrootttes strand 11 Korrelgrootte karakteristiek van het strand (afstudeerrapport) Vergelijking zeereep (de Vries, 2009) Classification of the Dutch Foredunes (afstudeerrapport) (van Puijvelde, 2010) Voorstudie Ecologische Effecten Suppletie, PvA onderzoeksopzet (Everts en de Vries, 2010) van 32 Kustlijnzorg-ecologie

13 3 Kustlijnzorg-ecologie 3.1 Producten 2009: Programmering en integratie De volgende producten zijn gerealiseerd ten behoeve van de ontwikkeling van het programma voor Kustlijnzorg-ecologie Product nr. Referentie b Holzhauer, H., B. van der Valk, J. van Dalfsen, M. Baptist en G. Janssen (2009). Ecologisch gericht suppleren, nu en in de toekomst. Het ontwerp meerjarenplan voor monitoring en (toepassingsgericht) onderzoek. Delft, Deltares, IMARES & VU Amsterdam c Löffler, M. (2009a). Workshop : Cumulatie en regionale uitstraling. Delft d Löffler, M. (2009b). Workshop ochtend: Kennisleemtes effect suppleties op duinen. Harlingen e Löffler, M. (2009c). Workshop middag: Aanbevelingen suppletie Ameland. Harlingen a Holzhauer, H. en B. van der Valk (2009). Werkplan 2009 Ecologisch gericht suppleren. Toegepast Onderzoek Kustlijnzorg-ecologie. Delft, Deltares Holzhauer, H. (2009). Verslag : Ontwerpen van een ecologische suppletie Vanagt, T. en E. Verduin (2010). Ecologisch suppleren, nu en in de toekomst. Een review. De Bilt, Grontmij Het onderzoeksprogramma: Ecologisch gericht suppleren (2009.1b t/m e) In 2009 is Kustlijnzorg-ecologie gestart met het opstellen van het meerjarige onderzoeks- en monitoringprogramma Ecologisch gericht suppleren, nu en in de toekomst in samenwerking met IMARES en de VU Amsterdam (afgekort MLTP KLZ-eco) (2009.1b). Dit document geeft op hoofdlijnen aan waar het onderzoek naar de effecten van suppleties op het ecosysteem van de Nederlandse zich op moet richten. Ten behoeve hiervan zijn drie expertworkshops gehouden, twee op het gebied van duinen en duinontwikkeling (2009.1d en e) en één op het gebied van cumulatie en regionale uitstraling (2009.1c) Opbouw onderzoeksprogramma Het MLTP KLZ-eco onderscheidt vier onderzoekcategorieën waarbinnen de onderzoeken zijn ingedeeld (Figuur 3.1). De vier categorieën zijn gebaseerd op grootschalige vraagstukken met betrekking op: het ecosysteem van de Nederlandse kust de ondiepe kustzone het strand en de duinen het voedselweb in de ondiepe kustzee De ondiepe kustzone is aangemerkt als het gebied waar suppleties direct effect hebben en waar nog te weinig over bekent is. Kustlijnzorg-ecologie 5 van 32

14 Onderzoekscategorie Management Ondiepe kustzone Ecosysteem Voedselweb Droog strand en duinen Integratie en disseminatie Figuur 3.1 Schematische weergave van de categorieën waarbinnen de onderzoeken en activiteiten in het kader van het MLTP KLZ-ecologie worden uitgevoerd Jaarcyclus In de samenwerkingsovereenkomst is aangegeven dat er jaarlijks een werkplan opgesteld dient te worden. Dit werkplan wordt afgestemd met de Waterdienst en de NGO s. De resultaten van de studies uit het voorgaande jaar vormen samen met resultaten uit andere relevante studies, nieuwe vragen en input vanuit de NGO s, de basis voor invulling van het werkplan voor het volgende jaar (Figuur 3.2). In 2009 is deze cyclus nu een eerste keer doorlopen. De resultaten van 2009 zijn in deze rapportage samengevat. Het meerjaren onderzoek- en monitoringprogramma Werkplan jaar n - Ecosysteem - Ondiepe kustzone - Strand en duinen - Voedselweb - Integratie en disseminatie - (Data)management Nieuwe prioritaire vragen Resultaten studies buiten het kader van dit programma Input NGO s Resultaten werkplan Figuur 3.2 Jaarcyclus van het werkplan Review MLTP ( ) Ter toetsing van het MLTP KLZ-eco is in mei 2010 een review uitgevoerd door T. Vanagt (Grondmij). In de review zijn verschillende adviezen ter verbetering of aanpassing van het MLTP gegeven. 6 van 32 Kustlijnzorg-ecologie

15 Doel Het doel van de review was om een onafhankelijk commentaar te ontvangen op de voorgestelde onderzoeksrichtingen in het MLTP KLZ-eco en een inventarisatie van relevante monitoringprogramma s voor uitvoering van de studies Aanpak Het MLTP KLZ-eco is beoordeeld volgens de principes van een peer-review. Het MLTP KLZ-eco is per hoofdstuk besproken en voorzien van aanvullingen en commentaar. Hierbij is input gevraagd van verschillende specialisten, vooral van de Universiteit van Gent. Vervolgens is een inventarisatie uitgevoerd van recente relevante monitoringprojecten in België en Nederland in de ondiepe kustzone (maximaal 10m diep) met betrekking tot zandsuppleties en bodemdieren en/of vissen. Tot slot is een advies uitgebracht over de bruikbaarheid van deze monitoringprojecten voor het beantwoorden van onderzoeksvragen zoals omschreven in het MLTP KLZecologie Resultaten Adviezen Het belangrijkste advies uit de review is dat het MLTP KLZ-eco een fundamenteel wetenschappelijk karakter heeft. Het doel van Kustlijnzorg-ecologie, waarvoor het MLTP geschreven is, is praktische en toepasbare kennis te verkrijgen over de negatieve en positieve effecten van suppleties op het ecosysteem van de Nederlandse kust. Dit vraagt om een verdieping en verwerving van fundamentele kennis (basis laag) naar ook om een doorvertaling naar de praktijk. Deze doorvertaling naar de praktijk wordt volgens de review in het MLTP KLZ-eco onvoldoende naar voren gebracht. Hier zal bij het formuleren van de onderzoeken in de werkplannen rekening meegehouden moeten worden. In de onderstaande tabel zijn de andere adviezen per onderzoekscategorie kort weergegeven. Achter elk advies is aangegeven hoe dit opgepakt gaat worden in het vervolg van Kustlijnzorg-ecologie. Nr. Advies uit de review Actie voor het vervolg van Kustlijnzorg ecologie Algemene adviezen 1 Onderzoek toespitsen op zandsuppleties in de praktijk. 2 Onderzoek vooroever aansluiten op het natte strand. 3 Toekomstige toename van suppleties volumes meenemen - In het kader van de Groene suppletie wordt gewerkt aan het ontwikkelen van ecologische richtlijnen voor suppleties. Dit gebeurt in nauwe samenwerking met de morfologische onderdelen van het overkoepelende programma Kustlijnzorg. De ecologische richtlijnen zullen een aanvulling zijn op de morfologische richtlijnen - Dit uitgangspunt wordt toegepast in de bemonsteringen van Ameland - Het uitgangspunt van Kustlijnzorg is de huidige suppletiepraktijk. In het kader van Kustlijnzorg-ecologie worden dan ook de de effecten van de huidige suppletiepraktijk op het ecosysteem onderzocht. - Daarnaast zal waar mogelijk/nodig een doorkijk gemaakt moeten worden naar de toekomst. Ontwikkelingen in het kader van het Deltaprogramma zijn hier sturend. 4. Zorg voor een robuuste - In de eerste fase is er gestart met een ftp-server waarop alle Kustlijnzorg-ecologie 7 van 32

16 database. 5 Zorg voor een goede afstemming op de inhoud en voor uitwisseling en integratie van de onderzoeksresultaten met andere projecten. 6 Onderzoek naar cumulatie effecten is belangrijk. 7 Veldinventarisaties ook uitvoeren op andere locaties dan Ameland Adviezen ecosysteem 8 Grootschalige ecologische ontwikkelingen niet verder onderzoeken. 9 Scenario, Effect voor getijdennatuur van zeespiegelstijging zonder suppleties, uitwerken. Adviezen ondiepe kustzone data en rapportages van de onderzoeken maar ook van andere relevante studies geplaatst worden. - Er wordt een wiki-pagina (soort web-pagina) opgezet waarop alle gegevens met tekst en uitleg geplaatst kan worden. - De datasets zelf worden geplaatst op een repository zodat versiebeheer van de data mogelijk is. De repository is via het internet toegankelijk. Analyses methodieken kunnen hier ook geplaatst worden zodat deze voor iedereen toegankelijk zijn. Mocht dit wenselijke zijn is de repository af te schermen met een wachtwoord. - Kustlijnzorg-ecologie is intern Deltares volledig afgestemd met onderonderzoeken uit de rest van het Kustlijnzorg programma (morfologische onderzoeken). - Bij het opstellen van het werkplan 2011 worden de Waterdiensttrekkers van andere relevante projecten betrokken. - Bij de presentatie van de onderzoeksresultaten wordt gevraagd ook de resultaten van de andere projecten te presenteren. - In de samenvatting van de onderzoeksresultaten wordt wanneer dit mogelijk is ook de relevante resultaten van de andere onderzoeken meegenomen. - Cumulatie is erg moeilijk te onderzoeken. Er wordt gestart met onderzoek naar de effecten van een enkele suppletie. - Meerjarige tijdreeksen maakt het mogelijk om cumulatieve effecten in de tijd waar te nemen. Mits de tijdreeks lang genoeg is. - Effecten van cumulatie op de morfologische ontwikkeling van suppleties zijn beter te onderzoeken omdat hier meer historische gegevens van beschikbaar zijn. - Cumulatie van effecten van suppletie met andere activiteiten zoals recreatie en visserij wordt niet binnen dit programma onderzocht. - Het is niet goed mogelijk om binnen het gestelde budget op meerdere locaties te monsteren. - In samenwerking met de Zandmotor wordt de bemonstering voor dit project op een gelijke manier uitgezet. Op deze manier wordt een vergelijkbare dataset van de Hollandse kust verkregen. - Ook met MEP Zandwinning wordt afstemming gezocht. - De grootschalige ecologische ontwikkelingen in het verleden geven een beeld van de fases die het ecosysteem in de afgelopen eeuwen is doorgegaan. Suppleties hebben meer impact op de kortere termijn. Daarom wordt dit onderwerp in dit kader niet verder onderzocht. - Onder Kustlijnzorg-morfologie wordt bekeken in hoeverre platen meestijgen met de zeespiegelstijging en hoe dit wel of niet beïnvloed wordt door suppleties. 10 Zorg voor een voldoende lange - In het kader van het onderzoeksprogramma is het mogelijk om 8 van 32 Kustlijnzorg-ecologie

17 periode waarover het herstel van bodemdieren gemonitoord wordt 11 Monster de bodemdieren vaker dan een keer per jaar. Focussen op kernsoorten die vaker per jaar bemonsterd worden werkt kosten besparend. 4 jaar achter elkaar te meten. Het is op dit moment niet uitgesloten dat deze periode te kort is. Uit eerdere studies gebleken dat een eerste vorm van herstel na twee jaar kan optreden. Een eerste opgave voor het herstelonderzoek voor de kust van Ameland is dus om deze hypothese te toetsen. - Het is de verantwoording van de initiatiefnemer voor het uitvoeren van suppleties om te besluiten of 4 jaar monitoren voldoende is geweest om een antwoord te krijgen op de gestelde vragen. - In deze fase van het onderzoek is het nog niet duidelijk wat het effect van suppleties is op de bodemdiergemeenschap. Daarom wordt vooralsnog het hele bodemmonster geanalyseerd. Dit gebeurt echter vooralsnog maar een keer per jaar. 12 Meet meerdere keren per jaar in het veld wat de omstandigheden zijn en of er juveniele vis aanwezig is in parallelle gebieden. 13 Onderzoek aan meettechnieken epibenthos Adviezen strand 14 Minder prioriteit geven aan het strandonderzoek bij Ameland 15 Onderzoek de impact van een vooroeversuppletie op de strandecologie Adviezen voedselweb 16 Onderzoek het effect van slibpluimen na een suppletie op het vangstsucces - Dit zal gezien het budget lastig worden. In de programmering van de veldmetingen zal worden gekeken welke mogelijkheden er zijn. - Tevens wordt er zoveel mogelijk aangesloten bij andere meetprogramma s - Daarnaast is de inzet van de meetdiensten van RWS gewenst. - Dit onderzoek heeft geen prioriteit. Er wordt hier geen onderzoek naar voorzien. - Suppleties (op het strand en onderwater) beïnvloeden hun directe omgeving. Het onderzoek is gericht om de effecten van suppleties op de natuur van de gehele kustzone, van de vlakke zeebodem (circa -15m) tot en met de zeereep. Daarom wordt in 2010 het strand ook bemonsterd. - In 2010 wordt een strandbemonstering uitgevoerd voor aanvang van de vooroeversuppletie + strandsuppletie. - In 2011 is een strandbemonstering voorzien na aanleg van de vooroeversuppletie en strandsuppletie - Onderzoek naar slibpluimen valt buiten het kader van Kustlijnzorg-ecologie. 17 Onderzoek aan koolstofstromen - Vooralsnog wordt hier een lage prioriteit aan gegeven Overzicht geschikte monitoringprojecten Sinds 1990 hebben er 28 verschillende onderzoeken plaatsgevonden waarin o.a. naar bodemdieren en vis in de kustzone tot en met 10m diepte is gekeken. Van deze monitoringprojecten is aangegeven welke projecten relevante gegevens bevatten voor de vragen zoals gesteld in het MLTP KLZ-eco. Hierbij is onderscheid gemaakt naar: Rechtstreeks bruikbaar: data die in de database van het Kustlijnzorg-ecologie ingevoerd kunnen worden; bruikbaar als bijvoorbeeld T0 of referentiemateriaal Referentie trends: data die niet rechtstreeks bruikbaar zijn, maar die wel waardevol kunnen zijn om algemene trends te ontwaren; het gaat hier met name om langlopende monitoringprogramma s. Kustlijnzorg-ecologie 9 van 32

18 Referentie impact: niet zozeer data, maar wel resultaten uit onderzoeken die nuttig kunnen zijn voor Kustlijnzorg-ecologie, omdat ze bijvoorbeeld informatie opleveren over de gevoeligheid of hersteltijd van bepaalde soorten / habitats Niet geschikt: data die niet onmiddellijk verder nut kunnen hebben voor Kustlijnzorgecologie Tabel 3.1 Overzicht relevantie van reeds uitgevoerde onderzoeken voor het MLTP, inclusief voor en nadelen. Benthos Schelpdieren Vis Naam Locatie Uitvoerder Periode Opmerkingen Bruikbaarheid MWTL Noordzee NEEZ Grontmij 1991 heden Referentie trends MWTL Wadden Waddenzee NIOZ 1994 heden Subtidaal Referentie trends MWTL Wadden Waddenzee NIOZ 1977 heden Intertidaal Referentie trends Balgzand Waddenzee NIOZ 1967 heden Intertidaal Referentie trends Promotie onderzoek VU Kust VU 2007 Strand Rechtstreeks bruikbaar T0 Petten Kust IMARES 2007 Vergunning suppletie T0 Ameland Kust IMARES 2009 Vergunning suppletie T0 Texel Kust IMARES/Grontmij 2009 Vergunning suppletie Inventarisatie brandingszone Nederlandse stranden Rechtstreeks bruikbaar Rechtstreeks bruikbaar Rechtstreeks bruikbaar Kust TNO/IMARES 2005/2007 Rechtstreeks bruikbaar Kust RIKZ 2002 Strand Rechtstreeks bruikbaar PMR Voordelta Kust IMARES/NIOO 2004 heden Referentie trends RIACON Kust RIKZ Referentie impact PUNAISE Kust TNO Referentie impact Loswal Noord NCP NIOZ Referentie impact Aanleg MV2 Kust IMARES 2004 heden Referentie impact Evaluatie Slufter Kust NIOO Niet geschikt Belvoor Kust NIOO Niet geschikt WOT Noordzee NCP IMARES 1995 heden Referentie trends WOT Waddenzee WOT Waddenzee Waddenzee IMARES 1992 heden Referentie trends Waddenzee IMARES 1990 heden Mosselen en kokkels Referentie trends T0 Ameland Kust IMARES/Grontmij 2009 Rechtstreeks bruikbaar KOR-project Kust Stichting Anemoon WOT Demersal fish 1991 heden Rechtstreeks bruikbaar NCP IMARES 1969 heden Referentie trends WOT Benthic fish NCP IMARES 1980 heden Referentie trends WOT Sole net Kust IMARES 1968 heden Referentie trends Balgzand Waddenzee NIOZ Referentie trends Marsdiep Waddenzee NIOZ Referentie trends Aanspoelsels strand Kust Stichting Anemoon heden Referentie trends 10 van 32 Kustlijnzorg-ecologie

19 3.1.3 Groene suppletie (2009.5) In het kader van de Groene suppletie wordt gewerkt aan: de aanvulling van de morfologische richtlijnen voor suppleren met ecologische richtlijnen en de doorvertaling van de onderzoeksresultaten naar suppleties in de praktijk (Holzhauer, 2009) Doel Het doel is te werken aan de optimalisatie van de suppletiestrategie zodat zowel de veiligheid als de natuurwaarden van de Nederlandse kust behouden blijven. Tevens moet de meer fundamentele kennis opgedaan in de verschillende studies, veldmetingen en onderzoeken toepasbaar gemaakt worden voor de suppletiepraktijk. Dit wordt gedaan door toe te werken naar een set ecologische randvoorwaarden/richtlijnen waarop de suppleties kunnen worden ontworpen; uitgevoerd; geëvalueerd; gemodelleerd met verschillende scenario s Aanpak Doormiddel van gesprekken met morfologen, ecologen wordt een lijst met parameters opgesteld waaraan een suppletie moet worden ontworpen, uitgevoerd en geëvalueerd. Daarnaast wordt de opgedane kennis uit de verschillende onderzoeken vertaald naar randvoorwaarden. Het opstellen van deze randvoorwaarden/richtlijnen vindt plaats in nauwe samenwerking met KustLijnZorg-evaluaties Resultaat In 2009 is gestart met identificatie van mogelijke parameters die van belang zijn voor het ecosysteem én beïnvloed worden door suppleties. Hieruit is een eerste (voorlopige) set aan mogelijke ecologische randvoorwaarden naar voren gekomen. In 2010 wordt dit vervolgd door in samenwerking met KLZ-evaluaties een opzet te maken van ecologische randvoorwaarden voor het toetsen van suppleties. Kustlijnzorg-ecologie 11 van 32

20 4 Ecosysteem Onder de onderzoekscategorie Ecosysteem worden onderzoeken verstaan die zich richten op de grotere tijd- en ruimteschaal. Onderzoeken die in deze categorie zijn geformuleerd hebben o.a. betrekking op: de invloed van suppleties op de ontwikkeling van de getijbekkens, cumulatieve effecten van suppleties in de kustzone en uitstralende effecten van suppleties naar nabijgelegen gebieden zoals dieper water, het strand en de duinen. De tijdschalen waarop deze effecten zich afspelen kunnen zeer verschillen, van enkele eeuwen voor de ontwikkeling van getijbekkens of jaren voor de het bankgedrag van de ondiepe kustzone of de levenscyclus van bodemdieren. Het doel van deze onderzoekscategorie is om de invloed van suppleties in perspectief te zetten ten opzichte van processen die op grotere tijd- en/of ruimteschaal spelen. De onderstaande lijst geeft de vragen voor deze onderzoekscategorie weer zoals deze geformuleerd zijn in het MLTP KLZ-eco. Enkele van deze vragen zijn aangepast naar aanleiding van de review uitgevoerd door Vanagt (2010) ( ). Tevens is achter elke vraag aangegeven of de vraag betrekking heeft op de morfologie of ecologie van de Nederlandse kust. Vragen uit het MLTP KLZ-eco 1 Kennisveld Wat is de relatie van het kustecosysteem met het offshore ecosysteem? Ecologie Hoe verandert het kustecosysteem in kustlangsrichting? Is het Nederlandse systeem anders dan in België of Duitsland? Ecologie + morfologie Wat is het effect van de zeespiegelstijging? Morfologie + ecologie Hoe is een dynamische (ecologisch gevarieerde) kust te combineren met het vasthouden van de basis kustlijn? Hoe vindt het verspreidingsproces van het suppletiemateriaal plaats in kustlangs- en kustdwarsrichting. Welke tijdschaal is hiermee gemoeid? Wat is de grootschalige ecologische en morfologische ontwikkeling van de kust? Zijn er trendbreuken te zien sinds het uitvoeren van suppleties? Wat is het effect van de grootschalige ingrepen in de getijbekkens op de kust en hoe verhoudt dit zich tot het effect van de suppleties? Wat is de interacties tussen de Waddenzee en de Noordzee en de getijbekkens van de zuidwestelijke delta met de Noordzee. Wat is het effect van suppleties op de buitendelta van de Waddeneilanden en de Waddeneilanden zelf? Komt het suppletiezand bedoeld voor de Waddenzee ook daadwerkelijk in de Waddenzee terecht en zo ja, waar en op welke termijn? Leiden suppleties tot vertroebeling van de Waddenzee? Zo ja hoelang treedt deze vertroebeling op. Morfologie + ecologie Morfologie Morfologie + ecologie Morfologie Morfologie Morfologie Morfologie Morfologie Wat is het effect van opeenvolgende suppleties op het kustsysteem? Morfologie + ecologie Hoe verhouden suppleties zich tot andere menselijke activiteiten in de kustzone? In hoeverre is er sprake van cumulatie? Morfologie + ecologie 1. Enkele van de vragen zijn aangepast naar aanleiding van de review (Vanagt, 2010) 12 van 32 Kustlijnzorg-ecologie

21 4.1 Producten 2009: Ecosysteem In 2009 is er gewerkt aan de vragen welk aandeel suppleties hebben in de ontwikkeling van de getijbekkens (Waddenzee en zuid westelijke delta) en hoe nauwkeurig de sedimentbalans van de Waddenzee bepaald is. Dit heeft geresulteerd in een artikel voor de ICEC conferentie in Sendai, Japan (Wang et al., 2009) en in een integrerende notitie (Wang, 2009). Product nr. Referentie a Wang, Z. B., J. G. de Ronde, A. J. F. van der Spek en E. P. L. Elias (2009). Responses of the dutch coastal system to the (semi-) closures of tidal basins. ICEC Sendai, Japan Wang, Z. B. (2009). Sediment balans van het Waddengebied. Integrerende notitie op basis van de verschillende studies. Delft, Deltares Ontwikkeling getijbekkens (2009.2a) In een overzicht zijn de morfologische ontwikkelingen en het functioneren van de getijbekkens als gevolg van de grootschalige ingrepen die er hebben plaatsgevonden weergegeven. Tijdens de laatste eeuw zijn in het Nederlandse kustsysteem diverse kunstwerken gerealiseerd om de veiligheid tegen overstromen te verbeteren en/of land aan te winnen. Dit heeft ervoor gezorgd dat twee getijbekkens van de Nederlandse Waddenzee en drie estuaria in de zuidwestelijke delta volledig of gedeeltelijk zijn afgesloten van de Noordzee (Figuur 4.1). Figuur 4.1 Afsluitingen van getijbekkens Doel Een overzicht geven van de effecten van deze grootschalige ingrepen op de morfologie van de getijbekkens en het effect voor het gehele kustsysteem Aanpak De gevolgen van de sluitingen van de Zuiderzee en Lauerszee in het Waddengebied en de afsluiting van het Haringvliet, Grevelingen en Oosterschelde in de zuidwestelijke delta voor de morfologie van deze getijbekkens is geëvalueerd op basis van bodemgegevens vanaf Kustlijnzorg-ecologie 13 van 32

22 1926. Verder is gebruik gemaakt van resultaten uit eerder uitgevoerde modelstudies. Er is specifiek gekeken naar het effect van de locatie van de afsluiting en het type afsluiting Resultaten De sluitingen beïnvloeden de ontwikkeling van de getijbekkens nu nog steeds. Hierbij hebben de sluitingen niet alleen gevolgen voor de ontwikkeling van de (semi) gesloten bekkens zelf, maar ook voor de aangrenzende kust en getijbekkens. Op grote morfologische schaal vormen het getijbekken en de eb-delta een sediment delend systeem (Figuur 4.2) en is de grootte van de eb-delta gerelateerd aan het getijvolume van het betreffende getijbekken. Op kleinere schaal interacteren de geulen, intergetijdegebieden en andere morfologische elementen ook met elkaar. Zowel de grootschalige als de kleinschalige morfologische ontwikkeling van de getijbekkens is door de grootschalige ingrepen sterk beïnvloedt. Dit heeft zijn weerslag op het onderhoud van de kust door middel van o.a. suppleties. Figuur 4.2 Weergave van de zandverdeling van de drie getijsytemen in de Waddenzee welke worden beïnvloed door de sluiting van de Zuiderzee (Elias et al 2009) en de Lauwerszee. De sluiting van een getijbekken verstoort het morfologisch evenwicht. Dit resulteert in een sedimenttekort in het getijbekken. Belangrijkste oorzaak is dat er een verkleining van het getijbekken heeft plaatsgevonden waardoor er minder water in- en uitstroomt en daarmee de stroomsnelheden zijn afgenomen. Hierdoor zijn de geulen te groot en is er een sedimentvraag ontstaan. Het sediment nodig om dit tekort op te heffen is afkomstig van de ebdelta (behalve bij de Oosterschelde). De grootte van het tekort is sterk afhankelijk van de plaats waar het getijbekken is afgesloten ten opzichte van de monding van het getijbekken. Sluiting Zuiderzee De afsluiting van de Zuiderzee heeft geleid tot aanzienlijke kusterosie. Als gevolg van de afsluiting is de sedimentvraag van het Marsdiep en de Vlie toegenomen. Tevens is het getijvolume toegenomen waardoor de eb-delta ook groter is geworden. Het sediment benodigd voor het opvullen van de geulen in het zeegat van Texel is hierdoor niet beschikbaar in de eb-delta en erodeert daarom van de kust. 14 van 32 Kustlijnzorg-ecologie

23 Sluiting Lauwerszee Afsluiting van de Lauwerszee heeft niet tot grote kusterosie geleid. Hier is het getijvolume iets afgenomen waardoor de eb-delta ook iets is afgenomen. Hierdoor is in de eb-delta sprake van een sediment overschot. Er is daardoor voor het opvullen van de te ruime geulen in het zeegat voldoende sediment aanwezig op de buitendelta. Sluiting zuidelijke delta De afsluitingen in het zuidelijke deltagebied hebben geleid tot een geleidelijke opvulling van het voordeltagebied en de geleidelijke afvlakking en erosie van de platen ten gunste van de geulen in het afgesloten getijbekken Wadplaten en zeespiegelstijging (2009.3) De sedimentbalans van de Waddenzee geeft inzicht in de morfologische ontwikkeling van het gebied. Een sedimentbalans wordt opgesteld aan de hand van historische bodemgegevens. Het kan gebeuren dat de gegevens fouten en/of onnauwkeurigheden bevatten. Fouten werken sterk door in de sedimentbalans en kunnen ervoor zorgen dat er verkeerde conclusies worden getrokken. Daarnaast zorgt het wel of niet meenemen van ingrepen zoals zandwinning of suppleties ervoor dat de sedimentbalans op verschillende manieren opgesteld wordt en dus verschillende resultaten geeft. In deze studie zijn verschillende aanpakken voor het bepalen van de sedimentbalans voor de Waddenzee met elkaar vergeleken Doel Het doel van deze studie is te komen tot een complete sedimentbalans van de Waddenzee door recent uitgevoerde studies naar de sedimentbalans samen te vatten en te vergelijken Aanpak De notitie is een samenvatting en vergelijking van drie recent uitgevoerde sedimentbalansstudies (Van Koningsveld 2008, Elias 2009, en Cleveringa 2009). De studies zijn kort samengevat waarbij de problemen en beperkingen van de studies zijn geïnventariseerd. Vervolgens is op basis van de studies een zo compleet mogelijk beeld gegeven van de sedimentbalans van het Waddenzee gebied Resultaat De verschillen tussen de drie studies zijn te verklaren uit: 1 De omvang van het beschouwde gebied. De studie van Van koningsveld (2008) beslaat de gehele waddenzee. De studie van Elias (2009) alleen uitgevoerd voor het westelijke Waddenzeegebied, van Marsdiep tot/met Friesche Zeegat De analyse door Cleveringa (2009) heeft betrekking op de Eems Dollard en het gebied Groninger Wadden. Dit is het gebied dat tot nu toe niet in de andere analysen is meegenomen. 2 De gebruikte methode om foute data te corrigeren. In de studie van Van Koningsveld (2008) wordt de data niet gecorrigeerd terwijl dit in de andere twee studies wel is gebeurd. 3 Het al of niet meenemen van ingrepen (zand- en schelpenwinning, bodemdaling door gaswinning, baggeren, suppleties, etc.). Kustlijnzorg-ecologie 15 van 32

24 In de studie van Cleveringa (2009) zijn de ingrepen wel verwerkt terwijl dit in de andere twee studies niet het geval is. Uit analyse van de ingreepgegevens blijkt dat de ingrepen een netto volume verandering veroorzaken waardoor de ingrepen niet te verwaarlozen zijn t.o.v. de volume veranderingen als gevolg van sedimentatie en erosie. 4 De lengte van de tijdseries. De tijdserie van de studie van Cleveringa (2009) is korter dan van de andere twee studies. Na vergelijking van de studies is een eerste totaalbeeld van de zandtransporten langs de Waddenkust bepaald. Het zandtransport is naar het oosten gericht. Bij de berekening is rekening gehouden met de ingrepen in de Waddenzee zoals baggeren, storten, zandwinning, schepenwinning en zandsuppleties. Daarnaast is rekening gehouden met de sedimentatie van slib (circa 15%) in de Waddenzee. Sedimentatie van slib in de Waddenzee heeft geen relatie met de kusterosie buiten de zeegaten en is dus ook niet meegenomen worden in de berekening van het zandtransport. De grootte van het zandtransport langs de Waddenkust is niet overal gelijk. Zo blijkt uit deze eerste berekening dat er per jaar 1,5 Mm 3 zand langs Vlieland getransporteerd wordt en 0,1 Mm 3 zand per jaar langs Schiermonnikoog. De transporten langs Texel, Terschelling en Ameland variëren hier tussen. Daarnaast vindt er transport van zand richting de Waddenzee plaats (Figuur 4.3). De berekende transporten zijn indicatief en worden in 2010 nader bekeken en in meer detail berekent. Verder zal er bij het bepalen van de sedimentbalans altijd rekening gehouden moeten worden met de beperkingen en fouten in de data. Figuur 4.3 Indicatie sedimenttransporten in miljoen m 3 per jaar, rekening houdend met de ingrepen en de aanname dat 15% van de sedimentatie uit slib bestaat. 4.2 Vervolg in 2010: Ecosysteem Beide studies hebben bijgedragen aan het inzicht in de systeemwerking van de Waddenzee. Zowel de sedimentbalans als het overzicht van de effecten van de afsluiting van de Zuiderzee en de Lauwerszee op de ontwikkeling van de Waddenzee laten zien dat de Waddenzee van 16 van 32 Kustlijnzorg-ecologie

25 nature zand importeert. De precieze transporthoeveelheden en de rol van suppleties hierin is nog niet voldoende uitgewerkt. Een vervolg hiervan wordt echter niet binnen Kustlijnzorgecologie opgepakt. Dit zijn vragen die meer thuishoren onder de meer morfologische studies naar o.a. de werking van het kustfundament en de sedimentuitwisseling tussen het kustfundament en de getijdebekkens. Wel wordt er voor zoveel mogelijk uitwisseling en afstemming gezorgd. Zo zal er in 2010 gewerkt worden aan een update van de sedimentbalans van het gehele Nederlandse kustsysteem. De sedimentbalans van het waddengebied zal dan ook nader bekeken en verbeterd worden. Tevens wordt de rol van suppleties in de ontwikkeling van de Waddenzee nader uitgewerkt. Dit zal resulteren in een eerste memo waarin ingegaan wordt op de huidige inzichten in de werking van het systeem en de rol van suppleties hierin. Er wordt expliciet ingegaan op de effecten van de suppletie bij Den Helder op de Waddenzee. Hierbij zal gekeken worden of het suppletiezand bedoeld voor de Waddenzee ook daadwerkelijk in de Waddenzee terecht komt en zo ja, waar en op welke termijn en of het een vertroebeling veroorzaakt. Daarnaast worden de kritieke kennishiaten voor een gedegen (effect)voorspelling aangegeven, inclusief de stappen die doorlopen moeten worden om deze hiaten op te vullen. Kustlijnzorg-ecologie 17 van 32

26 5 Ondiepe kustzone De ondiepe kustzone is zeer dynamisch en kent verschillende gradiënten in waterdiepte, zoutgehalte, troebelheid en dynamiek. De hoeveelheid biomassa aan bodemdieren en vis is hoog waardoor grote aantallen vogels gebruik maken van het gebied. Dit is tevens een zone waarin het in het veld lastig meten is. Het is te ondiep voor de meeste schepen en te diep en vaak te dynamisch voor mensen. Hierdoor zijn er, zeker op het gebied van de biologie, niet zo heel veel gegevens beschikbaar. Van de morfologie van deze zone weten we veel meer. Het aanbrengen van vooroeversuppleties vind juist plaats in deze zone. Wat het effect hiervan precies is op het ecosysteem is nog niet voldoende bekend. De onderstaande lijst geeft de vragen voor deze onderzoekscategorie weer zoals deze geformuleerd zijn in het MLTP KLZ-eco. Enkele van deze vragen zijn aangepast naar aanleiding van de review uitgevoerd door Vanagt (2010) ( ). Tevens is achter elke vraag aangegeven of de vraag betrekking heeft op de morfologie of ecologie van de Nederlandse kust. Vragen uit het MLTP KLZ-eco 2 Kennisveld Wat is de invloed van suppleties op de dynamiek van de ondiepe kustzone? Morfologie Wat zijn de af- en doorvoermechanismen van zand van een suppletie en welke betekenis heeft dit voor de ecologie van de ondiepe kustzone? Is er een minst ongunstig tijdstip waarop een suppletie in de ondiepe kustzone uitgevoerd kan worden? Is er een minst ongunstige locatie in de ondiepe kustzone waar een suppletie uitgevoerd kan worden? Welke rol spelen de brekerbanken in het ecosysteem van de ondiepe kustzone en hoe worden deze beïnvloed door suppleties? Wat is het effect van herhaalde suppleties op het ecosysteem van de ondiepe kustzone? Welke gevolgen hebben suppleties op de soortensamenstelling en ecosysteemfunctie van de bodemfauna? Wat bepaald de rekolonisatie van bodemdieren na een suppletie en hoeveel tijd kost dit? Morfologie + ecologie Ecologie Ecologie + morfologie Ecologie + morfologie Ecologie Ecologie Ecologie Wordt de kinderkamerfunctie van de ondiepe kustzone beïnvloed door suppleties? Ecologie 5.1 Producten 2009: Ondiepe kustzone In 2009 is in het kader van de onderzoeksvragen voor de ondiepe kustzone gewerkt aan het in beeld brengen van de aanwezige bodemdieren op de suppletielocaties Texel en Ameland. Hiervoor zijn twee veldbemonsteringen uitgevoerd die hebben geresulteerd in drie rapportages. In deze rapportages wordt speciale aandacht gegeven aan de aanwezige schelpdieren (Bos et al., 2009; Goudswaard et al., 2009) en de soortensamenstelling op de suppletielocatie van Ameland (Wijsman et al., 2010). Eventuele effecten van biogeomorfologische processen in de brandingszone in relatie tot suppleties zijn nader verkent aan de hand van een modelstudie (Kruijt, 2009). Deze studie is 2. Enkele van de vragen zijn aangepast naar aanleiding van de review (Vanagt, 2010) 18 van 32 Kustlijnzorg-ecologie

27 uitgevoerd door een student van de Universiteit Twente. De resultaten van deze studie zijn gepresenteerd op de ICCE conferentie in China (Borsje et al., 2009). Al jaren wordt door de strandwerkgroep wekelijks geïnventariseerd wat er vers is aangespoeld aan macrofauna op het strand. De geeft een indirect beeld wat er voorkomt in de ondiepe kustzone. Dit jaar is een eerste analyse van deze dataset uitgevoerd (Gemelig Myeling en R.H. de Bruyne, 2009) Product nr. Referentie a Bos, O. G., E. Meesters, J.T. van der Wal, W. Lewis, J. Cuperus, A. Bakker en P. W. van Leeuwen (2009). Kwantitatieve bemonstering van benthos en bodem voorafgaand aan zandsuppleties bij Texel (nulmeting), IMARES c Goudswaard, K., J. Kesteloo, C. van Zweeden en T. Vanagt (2009). Kwantitatieve bemonstering in het zandsuppletiegebied Ameland in 2009 op de aanwezigheid van schelpdierbanken. Yerseke, IMARES & Grontmij d Wijsman, J., K. Goudswaard, E. Meesters en T. Vanagt (2010). Macrofaunagemeenschap in het onderwatersuppletiegebied Ameland-midden tijden de zomer 2009 (T0-meting), IMARES-Grontmij a Kruijt, M. A. (2009). Bio-geomorphological interactions in shoreface nourishments. Civiele techniek. Delft, Universiteit Twente. Stage scriptie b Borsje, B. W., J. J. van der Werf, M. A. Kruijt, S. J. M. H. Hulscher en P. M. J. Herman (2009). Modeling biogeomorphological interactions in underwater nourishments for the Dutch sandy coast. ICCE2010. Shanghai China Borsje, B. en J. van Dalfsen (2009). Coastal protection: innovative use of biogeomorphology. Enschede, Delft, Universiteit Enschede, Deltares Gmelig Meyling, A. W. en R.H. de Bruyne (2009). Onder het zand beland. Effecten van strand- en onderwatersuppleties op het macro- en epibenthos van de nabije kustzone onderzocht met behulp van Systematisch Strandonderzoek (pilotstudie) Periode Bennebroek, Stichting anemoon/ Metridium Biogeomorfologie in de kustzone (2009.6a en b) Biogeomorfologische interactie is een proces tussen de morfologische en ecologische ontwikkeling van de kustzone waar we nog erg weinig van weten. In deze afstudeerstudie is met behulp van een model een eerste stap in gezet (Kruijt, 2009). De resultaten van deze studie zijn gepresenteerd op de ICCE conferentie in Shanghai, China (Borsje et al., 2009) Doel Het doel van deze studie was om inzicht te krijgen in de impact die bodemdieren kunnen hebben op de sedimenttransporten in de kustzone in relatie tot een suppletie Aanpak Het sedimenttransport in relatie tot aanwezige bodemdieren is erg moeilijk te meten in het veld. Daarom is gekozen voor een modelaanpak. Met behulp van een 3D-model van de kust van Egmond is gekeken naar de impact van verschillende dichtheden kokerwormen (Lanice conchilega) (0, en individuen per m 2 ) op het sedimenttransport in de kustzone voor een situatie zonder en een situatie met een suppletie ( m 3 tussen de brekerbanken over een lengte van 2 km). In de studie van Janssen en Mulder (2004) wordt aangegeven dat kokerwormen in grotere dichtheden tussen de banken kunnen voorkomen. De kokerwormen maken buisjes van aan Kustlijnzorg-ecologie 19 van 32

28 elkaar geplakt zand die enkele centimeters boven de bodem uitsteken. Door deze buisjes wordt de stroming en daarmee het sedimenttransport beïnvloedt Resultaat De modelresultaten laten zien dat verschillende dichtheden aan zandkokerwormen het sedimenttransport van en naar de kust beïnvloeden. Afhankelijk van de dichtheid van de kokerwormen kunnen er zowel stabiliserende als destabiliserende effecten op het sediment optreden (zie onderstaande figuren). Oorspronkelijke situatie Zonder kokerwormen ind/m ind/m 2 A Figuur 5.1 Ontwikkeling suppletie na 1 jaar zonder en met kokerwormen. De rode lijn is de ligging van doorsnede A, weergegeven in Figuur 5.2 De zwarte lijn is de ligging van de basiskustlijn, weergegeven in Figuur 5.3 Oorspronkelijke situatie Zonder kokerwormen ind/m ind/m 2 Figuur 5.2 Bodemligging van na 1 jaar zonder en met kokerwormen op doorsnede A (zie Figuur 5.1). De rode lijn is de suppletie 20 van 32 Kustlijnzorg-ecologie

29 Oorspronkelijke situatie Zonder kokerwormen ind/m ind/m 2 Figuur 5.3 Positie van de basiskustlijn 1 jaar na de aanleg van een suppletie. De modelstudie is slechts een eerste stap, aangezien gebruik is gemaakt van een vereenvoudiging van het kustsysteem en alleen de interactie van kokerwormen met de hydrodynamiek zijn meegenomen. Daarnaast is er meer inzicht nodig in de werkelijke grootte en dichtheid waarmee o.a. kokerwormen voorkomen in het veld Kustveiligheid en biogeomorfologische processen ( ) In de hierboven beschreven studie is een eerste verkenning uitgevoerd naar biogeomorfologische processen in de brandingszone in relatie tot suppleties. Enkele aanbevelingen hieruit zijn opgepakt en in een memo verder uitgewerkt (Borsje en van Dalfsen, 2009) Doel Het doel van de memo is om een overzicht te geven van wat er bekent is van de benthische organismen in de ondiepe kustzone in relatie tot suppleties Aanpak De habitat eigenschappen van Lanice, Owenia en Ensis zijn op een rijtje gezet op basis van bestaande literatuur. Vervolgens is een overzicht gegeven van verschillende inventarisaties van bodemdieren in de ondiepe kustzone. De resultaten uit de literatuurstudie zijn toegepast in een modelstudie Resultaat De literatuurstudie geeft geen duidelijke indicatie dat er in de ondiepe kustzone grote concentraties aan Lanice conchilega en Ensis directus voorkomen. Er is bij Castricum en Kustlijnzorg-ecologie 21 van 32

30 Egmond een keer melding gemaakt van de aanwezigheid van Lanice conchilega tussen de brekerbanken (Janssen en Mulder, 2005). Latere studies voor de kust van Egmond, Ameland en Schiermonnikoog bevestigen dit beeld echter niet (van Dalfsen, 2009). Op dieper water zijn tijdens de jaarlijkse scheldiersurveys wel grotere dichtheden aan bodemdieren, waaronder Ensis directus, waargenomen. De modelstudie laat zien dat velden kokerwormen invloed kunnen hebben op de stroming over en rond het veld met kokerwormen en daarmee het sedimenttransport. De dichtheid van de kokerwormen bepaalt of het sediment binnen en/of buiten het veld gestabiliseerd of juist gedestabiliseerd wordt. Bij bepaalde dichtheden aan kokerwormen kan het zijn dat het sediment in het kokerwormenveld gestabiliseerd wordt terwijl het zand buiten het kokerwormenveld gedestabiliseerd wordt Tijdreeksanalyse aangespoelde bodemfauna (2009.7) Langs de Nederlandse kust bestaan diverse strandwachten, waar vrijwilligers met kennis van bodemdieren al jaren nauwkeurig, methodologisch en met regelmaat bijhouden welke verse organismen aanspoelen op stukken strand (zie Figuur 5.4). Er zijn locaties die al sinds 1977 worden gemonitoord. De gegevens van aangespoelde bodemfauna geeft een indirect beeld van de aanwezige bodemfauna in ongeveer de eerste 3 km van de zee. Aan de hand van deze langjarige tijdreeks kan worden gekeken of er een effect van zandsuppleties op het bodemleven sinds de start van het suppleren te zien is. Deze gegevens zijn tot nu toe nog niet geanalyseerd op effecten teweeggebracht door suppleren (Gmelig Meyling en R.H. de Bruyne, 2000). Texel (vanaf 1995). Petten (vanaf 1994). Camperduin (vanaf 2002). Bakkum (vanaf 2005) IJmuiden (vanaf 2002) Katwijk-Noordwijk (vanaf 1987) Den Haag (vanaf 1990). Neeltje Jans Figuur 5.4 Locaties strandwachten en start jaar van de tijdreeks 22 van 32 Kustlijnzorg-ecologie

31 Doel Het doel van de studie is de langjarige tijdreeks van aangespoelde bodemdieren bij Katwijk/Noordwijk ( ) te analyseren op aanwijzingen van effecten van suppleties op de bodemfauna Aanpak Aan de hand van de reeks aangespoelde bodemdieren van 1977 tot en 2009 is geanalyseerd welke veranderingen voor en na de start van de suppleties zijn opgetreden in het voorkomen van diverse algemeen voorkomende tweekleppigen, meerdere stekelhuidigen, enkele soorten borstelwormen en krabben. Met behulp van een statistische toets is getracht na te gaan of waargenomen veranderingen zijn toe te schrijven aan zandsuppleties en/of aan andere factoren. De analyses zijn uitgevoerd voor soorten en soortgroepen Resultaat Uit de analyse van de aangespoelde bodemdieren blijkt dat er sprake is van een negatieve trend negatieve trend in het voorkomen van bodemdieren. Op de korte termijn komt naar voren dat suppleties in het jaar van de suppletie en het jaar daarna een negatieve invloed hebben op populaties van organismen in de nabije kustzone. Voor sommige soorten duurt het enkele jaren tot de populatie weer op het niveau is van vóór de suppletie. Echter op de lange termijn is de invloed van suppleties op deze trend er nauwelijks T0- Ameland (2009.0c en d) Ten behoeve van de suppletie op de kust van Ameland is in week 32 van 2009 een bestandsopname van de aanwezige macrofauna gemaakt (Wijsman et al., 2010) inclusief een snelle bestandsopname van schelpdieren (Goudswaard et al., 2009) Doel Inventarisatie van aanwezige bodemdieren en eventuele schelpdierbanken Aanpak Voor de schelpdierbemonstering zijn op de geplande suppletielocatie (blauwe vak Figuur 5.5) met een van Veenhapper 101 bodemmonsters genomen. Alle monsters zijn direct na de vangst uitgezocht op levende schelpdieren. Voor de macrofaunabemonstering is een totaal van 188 locaties bemonsterd met een van Veenhapper. Hiervoor zijn 12 raaien bemonsterd tussen paal 10 en 20 variërend in diepte van 0,5 tot 11,9 meter Van deze 188 monsters zijn er 70 in het laboratorium geanalyseerd op aanwezige bodemdiergemeenschap. Figuur 5.5 Monsterlocaties. De ingekleurde punten zijn geanalyseerd op bodemdiergemeenschap. Kustlijnzorg-ecologie 23 van 32

32 Resultaat De schelpdierbemonstering laat zien dat er op de geplande suppletielocatie met uitzondering van mesheften weinig schelpdieren voorkomen. Er zijn massaal mesheften aangetroffen die voornamelijk uit fijn zaad bestond van de jaarklasse 2009 en zeer weinig volwassen dieren. Of de aangetroffen juveniele mesheften op deze locatie kunnen uitgroeien, is niet bekend. Naast de juveniele mesheften zijn er weinig schelpdieren aangetroffen en hebben geen betekenis als voedselbron voor zeevogels. De macrofaunabemonstering vormt een beschrijving van de T0-situatie van de bodemdiergemeenschap op de suppletielocatie en in 3 referentiegebiedjes. Diepte is een belangrijke sturende variabele voor bodemdieren. Doordat de referentiegebiedjes A en C gemiddeld ondieper liggen dan het impactgebied is er niet voldoende overeenstemming. Aanbevolen wordt om de dieper gelegen stations in de gebieden RefA en RefC uit te zoeken en te betrekken in de analyse T0-Texel (2009.0a) Ten behoeve van de beschrijving van de T0-situatie van de aanwezige bodemfauna bij de noordwest punt van Texel voorafgaand aan de suppletie (tussen raai 26 en raai 28,8 een hoeveelheid van m 3 in 2009) is in april 2009 een bodembemonstering uitgevoerd (Bos et al., 2009) Doel Inventarisatie van de aanwezige schelpdieren voorafgaand aan de suppletie Aanpak Met behulp van een boxcore zijn tussen raai 26 en raai 28,8 24 bodemmonsters genomen. Hiervan is er in het te suppleren gebied op 12 locaties en in 2 referentiegebieden op 6 locaties gemonsterd. Elk monster is op soort gedetermineerd. Daarnaast is de sedimentsamenstelling bepaald. De aandachtssoorten waren mesheften (Ensis spec.), Halfgeknotte strandschelpen (Spisula subtruncata) en Schelpkokerwormen (Lanice conchilega). Figuur 5.6 Locatie monsterpunten 24 van 32 Kustlijnzorg-ecologie

KLZ-eco en het MLT Programma: ecologisch gericht suppleren Bert van der Valk en Harriette Holzhauer

KLZ-eco en het MLT Programma: ecologisch gericht suppleren Bert van der Valk en Harriette Holzhauer KLZ-eco en het MLT Programma: ecologisch gericht suppleren 2009-2015 Bert van der Valk en Harriette Holzhauer Vanuit het recente verleden KLZ 2008: Review van effecten van gangbare suppletie activiteit

Nadere informatie

Nieuwsbrief Kustgenese 2.0

Nieuwsbrief Kustgenese 2.0 April 2017 Een kleine zandmotor in de buitendelta? Planning en producten Kustgenese 2.0 2016 2017 2018 2019 2020 Opstellen Onderzoeksprogramma Uitvoeren Onderzoeks- en monitoringsprogramma Doelen pilot

Nadere informatie

Stand van zaken onderzoeken medio 2018

Stand van zaken onderzoeken medio 2018 Stand van zaken onderzoeken medio 2018 Over Natuurlijk Veilig Natuurlijk Veilig is een meerjarig samenwerkingsproject van Rijkswaterstaat, de Wadden vereniging, Staatsbosbeheer, Vogelbescherming Nederland,

Nadere informatie

Bijlage 1.3 Bodemdaling in het Eems-Dollardgebied in relatie tot de morfologische ontwikkeling

Bijlage 1.3 Bodemdaling in het Eems-Dollardgebied in relatie tot de morfologische ontwikkeling Bijlage 1.3 Bodemdaling in het Eems-Dollardgebied in relatie tot de morfologische ontwikkeling........................................................................................ H. Mulder, RIKZ, juni

Nadere informatie

Kustgenese 2.0 Kennis voor een veilige kust

Kustgenese 2.0 Kennis voor een veilige kust Kustgenese 2.0 Kennis voor een veilige kust Kustgenese 2.0 Zandige kust Het klimaat verandert. De bodem daalt. Dat heeft gevolgen voor de manier waarop we omgaan met de Nederlandse kust. Om de veiligheid

Nadere informatie

Vooroever. Onderdeel van het project Ecologisch gericht suppleren

Vooroever. Onderdeel van het project Ecologisch gericht suppleren Vooroever 1 Onderdeel van het project Ecologisch gericht suppleren Strandtent op Ameland. Foto H. Holzhauer 2014 Sinds 1990 vormen zandsuppleties een essentiële onderhoudsmaatregel voor het in stand houden

Nadere informatie

Het sediment-delend systeem als ruggengraad van de Wadden-kust. Bert van der Valk, Albert Oost, Zheng Bing Wang, Edwin Elias, Ad van der Spek e.a.

Het sediment-delend systeem als ruggengraad van de Wadden-kust. Bert van der Valk, Albert Oost, Zheng Bing Wang, Edwin Elias, Ad van der Spek e.a. Het sediment-delend systeem als ruggengraad van de Wadden-kust Bert van der Valk, Albert Oost, Zheng Bing Wang, Edwin Elias, Ad van der Spek e.a. het Waddensysteem Kust Noord-Holland Waddeneilanden Zeegaten,

Nadere informatie

Ecologisch gericht suppleren I

Ecologisch gericht suppleren I Ecologisch gericht suppleren I resultaten van het onderzoek Petra Damsma Harriette Holzhauer Tommer Vermaas Bert vd Valk Luca van Duren Annelies de Backer inhoud Het kustbeleid en kustbeheer door RWS De

Nadere informatie

Zandige systeemverkenning

Zandige systeemverkenning Zandige systeemverkenning Quirijn Lodder Rijkswaterstaat & TU Delft Landelijke Kustdag 19 september 2019 Holwerd Terugblik Nederlandse Kustbeleid Kustgenese 1 (1990) Kustnota s (1990-2015) Deltabeslissing

Nadere informatie

Morfologische veranderingen van de Westelijke Waddenzee. Een systeem onder invloed van menselijk ingrijpen.

Morfologische veranderingen van de Westelijke Waddenzee. Een systeem onder invloed van menselijk ingrijpen. Morfologische veranderingen van de Westelijke Waddenzee. Een systeem onder invloed van menselijk ingrijpen. Edwin Elias Ad van der Spek Zheng Bing Wang John de Ronde Albert Oost Ankie Bruens Kees den Heier

Nadere informatie

1 Inleiding 1. 2 Verwerking van gegevens 2 2.1 Aangeleverde gegevens 2 2.2 Verwerking gegevens 3

1 Inleiding 1. 2 Verwerking van gegevens 2 2.1 Aangeleverde gegevens 2 2.2 Verwerking gegevens 3 Herberekening behoefte aan zandsuppletie ter compensatie van bodemdaling door gaswinning uit Waddenzee velden vanaf de mijnbouwlocaties Moddergat, Lauwersoog en Vierhuizen Z.B. Wang Deltares, 2009 Inhoud

Nadere informatie

Morfologische effecten van bodemdaling door gaswinning op Ameland

Morfologische effecten van bodemdaling door gaswinning op Ameland Morfologische effecten van bodemdaling door gaswinning op Ameland Zheng Bing Wang, Wim Eysink, Johan Krol, 9 december 2011, Ameland Onderzochte aspecten Noordzeekust Friesche Zeegat en De Hon Waddenzee

Nadere informatie

Kustlijnzorg in Nederland

Kustlijnzorg in Nederland Kustlijnzorg in Nederland Aanleiding, uitvoering en ontwikkeling 25 september 2017 Harry de Looff RWS-WVL Inhoud Waarom Kustlijnzorg? Wat en hoe Kustlijnzorg? Ontwikkelingen en vragen 2 RWS INFORMATIE

Nadere informatie

Kenmerk ZKS Doorkiesnummer +31 (0) (0)

Kenmerk ZKS Doorkiesnummer +31 (0) (0) Memo Aan Jasper Fiselier (DHV) Datum Van Pieter Koen Tonnon Jan Mulder Kenmerk Doorkiesnummer +31 (0)88 33 58 464 +31 (0)88 33 58 446 Aantal pagina's 9 E-mail pieterkoen.tonnon @deltares.nl jan.mulder@deltares.nl

Nadere informatie

VARIANTENSTUDIE ROGGENPLAAT SUPPLETIE FASE II

VARIANTENSTUDIE ROGGENPLAAT SUPPLETIE FASE II VARIANTENSTUDIE ROGGENPLAAT SUPPLETIE FASE II P R E S E N T A T I E S T A K E H O L D E R S B I J E E N K O M S T R O G G E N P L A A T, 8 N O V. 2 0 1 6, K R A B B E N D I J K E Joost Stronkhorst (HZ/Deltares),

Nadere informatie

Ruimtelijke verdeling van functies langs de Nederlandse kust in relatie tot het dynamisch handhaven van de kustlijn

Ruimtelijke verdeling van functies langs de Nederlandse kust in relatie tot het dynamisch handhaven van de kustlijn Ruimtelijke verdeling van functies langs de Nederlandse kust in relatie tot het dynamisch handhaven van de kustlijn Ruimtelijke verdeling van functies langs de Nederlandse kust in relatie tot het dynamisch

Nadere informatie

Zandsuppleties en Morfologie langs de Nederlandse kust

Zandsuppleties en Morfologie langs de Nederlandse kust Zandsuppleties en Morfologie langs de Nederlandse kust Sander Boer, Landelijke Kustdagen 2014 Inhoud presentatie Verankering in beleid en wetgeving Kustlijnzorg Toekomstige uitdaging Kustversterking Hondsbossche

Nadere informatie

Morfologische ontwikkeling van de kust van Voorne. Quirijn Lodder

Morfologische ontwikkeling van de kust van Voorne. Quirijn Lodder Morfologische ontwikkeling van de kust van Voorne Quirijn Lodder Inhoudsopgave 1. Kustontwikkeling Nederland 2. Kustontwikkeling Zuidwestelijke Delta 3. Kustlijnzorg 4. Samenvatting 1. Kustontwikkeling

Nadere informatie

Ondiepe Kust, Schiermonnikoog, Egmond, Macrobenthos, Medusa, 2005

Ondiepe Kust, Schiermonnikoog, Egmond, Macrobenthos, Medusa, 2005 Laan van Westenenk 501 Postbus 342 7300 AH Apeldoorn The Netherlands TNO- B&O-DH Zandige kust www.tno.nl T +31 55 549 34 93 F +31 55 549 39 01 info@mep.tno.nl Date 18 th Oktober 2005 Author J.A. van Dalfsen

Nadere informatie

Remote sensing in perspectief. Van kenniscyclus naar beleidscyclus. Roeland Allewijn. Rijksinstituut voor Kust en Zee

Remote sensing in perspectief. Van kenniscyclus naar beleidscyclus. Roeland Allewijn. Rijksinstituut voor Kust en Zee Remote sensing in perspectief Van kenniscyclus naar beleidscyclus Roeland Allewijn Rijksinstituut voor Kust en Zee Van jonge onderzoeker naar iets oudere manager De informatie- en kenniscyclus Van RS data

Nadere informatie

PMR monitoring: H1110 (permanent overstroomde zandbanken)

PMR monitoring: H1110 (permanent overstroomde zandbanken) PMR monitoring: H1110 (permanent overstroomde zandbanken) 1 oktober Vlissingen Ingrid Tulp, Johan Craeymeersch, Vincent Escaravage (NIOZ), Nicola Tien, Cindy van Damme H1110: benthos en vis Verwachting:

Nadere informatie

Meetplan T0 & T1 Veldcampagne Ameland en Schiermonnikoog KPP B&O Kust Ecologie

Meetplan T0 & T1 Veldcampagne Ameland en Schiermonnikoog KPP B&O Kust Ecologie Meetplan T0 & T1 Veldcampagne Ameland en Schiermonnikoog 2014 KPP B&O Kust Ecologie Meetplan T0 & T1 Veldcampagne Ameland en Schiermonnikoog 2014 KPP B&O Kust Ecologie drs. J.A. van Dalfsen ir. H. Holzhauer

Nadere informatie

Strand. Onderdeel van het project Ecologisch gericht suppleren

Strand. Onderdeel van het project Ecologisch gericht suppleren Strand 2 Onderdeel van het project Ecologisch gericht suppleren beeldbank.rws.nl / Jaap Boelens Sinds 1990 vormen zandsuppleties een essentiële onderhoudsmaatregel voor het in stand houden van onze kust.

Nadere informatie

Buitendelta's: samenvatting bestaande kennis en opties voor zandsuppletie-pilots

Buitendelta's: samenvatting bestaande kennis en opties voor zandsuppletie-pilots Buitendelta's: samenvatting bestaande kennis en opties voor zandsuppletie-pilots Buitendelta's: samenvatting bestaande kennis en opties voor zandsuppletie-pilots Edwin Elias Albert Oost Ankie Bruens Jan

Nadere informatie

Meten om te weten: 2,5 jaar Zandmotor

Meten om te weten: 2,5 jaar Zandmotor : 2,5 jaar Carola van Gelder-Maas Projectmanager WVL Rijkswaterstaat 31 maart 2014 Hoe zat het ook alweer? Eroderende kustlijn NL kust 12 Mm³ zandsuppleties per jaar Zeespiegelstijging Zwakke schakels

Nadere informatie

Buitendelta s: samenvatting bestaande kennis en opties voor zandsuppleties-pilots

Buitendelta s: samenvatting bestaande kennis en opties voor zandsuppleties-pilots Buitendelta s: samenvatting bestaande kennis en opties voor zandsuppleties-pilots Opgesteld door: Deltares Status en datum: concept 23 mei 2012 Redactie: Bureau Landwijzer Buitendelta s: tot voor kort

Nadere informatie

Ontwikkeling van het Waddengebied in tijd en ruimte

Ontwikkeling van het Waddengebied in tijd en ruimte Inauguratiesymposium, 1-2 december 2008, Leeuwarden Ontwikkeling van het Waddengebied in tijd en ruimte Dr. Hessel Speelman Dr. Albert Oost Dr. Hanneke Verweij Dr. Zheng Bing Wang Thema s in tijd en ruimte

Nadere informatie

Morfologie kwelders en. platen Balgzand

Morfologie kwelders en. platen Balgzand Morfologie kwelders en platen Balgzand Autonome ontwikkeling Hoogwatervluchtplaatsen Werkdocument RIKZ/AB - 99.607x ir. B.B. van Marion December 1999 Samenvatting In het kader van het project GRADIËNTEN

Nadere informatie

MEP Zandwinning RWS LaMER

MEP Zandwinning RWS LaMER Stichting LaMER MEP Zandwinning RWS LaMER overzicht resultaten Inleiding Aanleiding Besluit voor noodzaak locatie specifieke afweging door middel van m.e.r. procedure en MER Uitwerking RWS MER 2007 Parallel

Nadere informatie

Wat zijn de effecten van suppleties op de Habitats van zeebaars en harder?

Wat zijn de effecten van suppleties op de Habitats van zeebaars en harder? Wat zijn de effecten van suppleties op de Habitats van zeebaars en harder? Telt dit door in de aanwezigheid en vangbaarheid? 30-04-16, Marcel Rozemeijer Europese Unie, Europees Fonds voor Maritieme Zaken

Nadere informatie

Wageningen IMARES. Overzicht bestaande werkzaamheden. Bert Brinkman

Wageningen IMARES. Overzicht bestaande werkzaamheden. Bert Brinkman Overzicht bestaande werkzaamheden Bert Brinkman Lopende projecten (1) NWO-ZKO: Draagkracht Waddenzee en Noordzee-kustzone (IMARES / NIOZ / NIOO / SOVON / RUG /...) BO-project: Draagkracht en vogels (LNV;

Nadere informatie

Kustgenese 2.0. Programma voor lange termijn kustonderzoek Carola van Gelder Rijkswaterstaat

Kustgenese 2.0. Programma voor lange termijn kustonderzoek Carola van Gelder Rijkswaterstaat Programma voor lange termijn kustonderzoek 2015-2020 Carola van Gelder Terugblik Kustgenese 1 basis suppletiebeleid 1990 Diverse Kustnota s en Beleidslijn kust Deltaprogramma 2015 Beslissing zand DPW,

Nadere informatie

Bijlage 2: Onderbouwing concept suppletieprogramma 2016-2019

Bijlage 2: Onderbouwing concept suppletieprogramma 2016-2019 Bijlage 2: Onderbouwing concept suppletieprogramma 2016-2019 1 Concept suppletieprogramma 2016-2019 n.a.v. toetsing basiskustlijn Uit de toetsing van de kustlijn blijkt dat de basiskustlijn (BKL) tussen

Nadere informatie

Basiskustlijn Herziening van de ligging van de basiskustlijn. Datum 30 januari 2018

Basiskustlijn Herziening van de ligging van de basiskustlijn. Datum 30 januari 2018 Basiskustlijn 2017 Herziening van de ligging van de basiskustlijn Datum 30 januari 2018 Status Definitief 1 Colofon Bestuurskern Dir. Algemeen Waterbeleid en Veiligheid Den Haag Contactpersoon F.P. Hallie

Nadere informatie

Biobouwers als kustbeschermers: groene fantasie of fantastisch groen? Luca van Duren

Biobouwers als kustbeschermers: groene fantasie of fantastisch groen? Luca van Duren Biobouwers als kustbeschermers: groene fantasie of fantastisch groen? Luca van Duren 23 maart 2011 Wat zijn biobouwers? Organismen die direct of indirect hun omgeving zo veranderen dat ze hiermee het habitat

Nadere informatie

Deltaprogramma Waddengebied. Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied

Deltaprogramma Waddengebied. Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied Deltaprogramma Waddengebied Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied Colofon Deltaprogramma Waddengebied Nieuwe Uitleg 1 Den Haag PROBLEEMANALYSE DELTAPROGRAMMA WADDEN Datum 10 augustus 2011 Status

Nadere informatie

Producentenorganisatie Kokkelvisserij p/a Ir. J. D. Holstein Coxstraat DC Kapelle. Project nummer:

Producentenorganisatie Kokkelvisserij p/a Ir. J. D. Holstein Coxstraat DC Kapelle. Project nummer: Nederlands Instituut voor Visserij Onderzoek (RIVO) BV Postbus 68 Postbus 77 1970 AB IJmuiden 4400 AB Yerseke Tel.: 0255 564646 Tel.: 0113 672300 Fax.: 0255 564644 Fax.: 0113 573477 Internet:postkamer@rivo.dlo.nl

Nadere informatie

Dynamisch kustbeheer. Erna Krommendijk. Milieufederatie Noord-Holland. Versneller van duurzaamheid

Dynamisch kustbeheer. Erna Krommendijk. Milieufederatie Noord-Holland. Versneller van duurzaamheid Dynamisch kustbeheer Erna Krommendijk Milieufederatie Noord-Holland Programma veldbezoek 15 november 2013 Welkom / introductie Veldbezoek met diverse toelichtingen Lunch Wensen en kansen in deelgebieden:

Nadere informatie

Onderzoeksthema s op de Noordzee wat komt er op ons af?

Onderzoeksthema s op de Noordzee wat komt er op ons af? Onderzoeksthema s op de Noordzee wat komt er op ons af? Herman Hummel, Luca van Duren, Jakob Asjes en Maurits Huisman 2 november 2018 De Noordzee lijkt leeg en natuurlijk De Noordzee heeft een rijk verleden

Nadere informatie

Inhoudelijke overwegingen Zandwinning en zandsuppletie voor de kust van Texel Midden (Noord-Holland)

Inhoudelijke overwegingen Zandwinning en zandsuppletie voor de kust van Texel Midden (Noord-Holland) Inhoudelijke overwegingen Zandwinning en zandsuppletie voor de kust van Texel Midden (Noord-Holland) Herman Gorterstraat 55 3511 EW UTRECHT Postbus 19143 3501 DC UTRECHT www.minlnv.nl T 070 888 32 00 F

Nadere informatie

Natuurcompensatie Voordelta

Natuurcompensatie Voordelta Natuurcompensatie Voordelta Ervaringen met gebiedsbescherming in een ondiepe kustzone Mennobart van Eerden Job van den Berg Aanleiding De natuurcompensatie in de Voordelta als gevolg van de aanleg en aanwezigheid

Nadere informatie

Meetplan veldcampagne ecologie Ameland 2010

Meetplan veldcampagne ecologie Ameland 2010 Meetplan veldcampagne ecologie Ameland 2010 Thomas Vanagt en Jannes Heusinkveld 01/11/2010 eindversie Contents 1. Inleiding... 3 1.1 Achtergrond onderzoeksprogramma effecten suppleties... 3 1.2 Veldcampgane

Nadere informatie

30 jaar aan veranderingen in het Oosterschelde ecosysteem TOM YSEBAERT. Bouwen aan een Veerkrachtige Delta 1-2 juni 2017, Vlissingen

30 jaar aan veranderingen in het Oosterschelde ecosysteem TOM YSEBAERT. Bouwen aan een Veerkrachtige Delta 1-2 juni 2017, Vlissingen 30 jaar aan veranderingen in het Oosterschelde ecosysteem TOM YSEBAERT Bouwen aan een Veerkrachtige Delta 1-2 juni 2017, Vlissingen De Oosterschelde: een uniek gebied Zoute getijdennatuur (buiten- en binnendijks)

Nadere informatie

Maatregelverkenning. Economie en Ecologie in balans. Petra Dankers 08 november 2013

Maatregelverkenning. Economie en Ecologie in balans. Petra Dankers 08 november 2013 Maatregelverkenning Economie en Ecologie in balans Petra Dankers 08 november 2013 Kader Eerste bijeenkomst Programma Rijke Waddenzee in juni veel maatregelen geidentificeerd Royal HaskoningDHV heeft in

Nadere informatie

De tor. Memo. Aan Jaap Starke (Rijkswaterstaat) Datum 5 februari Kenmerk ZKS Aantal pagina's 10. Van Reinier Schrijvershof

De tor. Memo. Aan Jaap Starke (Rijkswaterstaat) Datum 5 februari Kenmerk ZKS Aantal pagina's 10. Van Reinier Schrijvershof Memo De tor s Aan Jaap Starke (Rijkswaterstaat) Datum Van Reinier Schrijvershof Kenmerk Doorkiesnummer +31(0)88335 7483 Aantal pagina's 10 E-mail reinier.schrijvershof@deltares.nl Onderwerp Verplaatsing

Nadere informatie

MOSSELWAD ( ) Herstel en Duurzaam beheer Mosselbanken Waddenzee

MOSSELWAD ( ) Herstel en Duurzaam beheer Mosselbanken Waddenzee MOSSELWAD (2009 2014) Herstel en Duurzaam beheer Mosselbanken Waddenzee EUCC, The Coastal Union Wageningen IMARES Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-CEME) Koninklijk Nederlands Instituut voor Zeeonderzoek

Nadere informatie

VNSC Onderzoeksprogramma 2014-2017

VNSC Onderzoeksprogramma 2014-2017 VNSC Onderzoeksprogramma 2014-2017 Joost Backx Werkgroep O&M Marcel Taal Uitdagingen Onderzoeksagenda Slib Getij Natuur & Samenwerken Inhoud Structuur VNSC (Werkgroepen O&M en Evaluatie Beleid en Beheer)

Nadere informatie

Datum: 21/09/2016 RWS Zee en Delta, MOW-AMT Marcel Taal (Deltares), Zheng Bing Wang (Deltares), Jelmer Cleveringa (Arcadis)

Datum: 21/09/2016 RWS Zee en Delta, MOW-AMT Marcel Taal (Deltares), Zheng Bing Wang (Deltares), Jelmer Cleveringa (Arcadis) Nota Datum: 21/09/2016 Aan: Auteur: Review: Documentref: RWS Zee en Delta, MOW-AMT Marcel Taal (Deltares), Zheng Bing Wang (Deltares), Jelmer Cleveringa (Arcadis) memo bovenstrooms storten Betreft : Mogelijkheid

Nadere informatie

Ecologisch gericht suppleren, nu en in de toekomst. Het ontwerp meerjarenplan voor monitoring en (toepassingsgericht) onderzoek

Ecologisch gericht suppleren, nu en in de toekomst. Het ontwerp meerjarenplan voor monitoring en (toepassingsgericht) onderzoek Ecologisch gericht suppleren, nu en in de toekomst Het ontwerp meerjarenplan voor monitoring en (toepassingsgericht) onderzoek Ecologisch gericht suppleren, nu en in de toekomst Het ontwerp meerjarenplan

Nadere informatie

Ecobeach. Een duurzaam strand door drainage. Brouwersdam, 3-10-2014. Bas Reedijk. Hoofd afdeling kustwaterbouw BAM Infraconsult

Ecobeach. Een duurzaam strand door drainage. Brouwersdam, 3-10-2014. Bas Reedijk. Hoofd afdeling kustwaterbouw BAM Infraconsult Ecobeach Een duurzaam strand door drainage Brouwersdam, 3-10-2014 Bas Reedijk Hoofd afdeling kustwaterbouw BAM Infraconsult Inhoud Wat is Ecobeach De ervaring met Ecobeach bij Egmond Toepassing van Ecobeach

Nadere informatie

Deltaprogramma Waddengebied. Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied

Deltaprogramma Waddengebied. Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied Deltaprogramma Waddengebied Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied Colofon Deltaprogramma Waddengebied Nieuwe Uitleg 1 Den Haag PROBLEEMANALYSE DELTAPROGRAMMA WADDEN Datum 10 augustus 2011 Status

Nadere informatie

Bijlage 1 Overweging zandwinning Den Helder Zandwinning en zandsuppletie voor de kust van Den Helder (Noord-Holland)

Bijlage 1 Overweging zandwinning Den Helder Zandwinning en zandsuppletie voor de kust van Den Helder (Noord-Holland) Bijlage 1 Overweging zandwinning Den Helder Zandwinning en zandsuppletie voor de kust van Den Helder (Noord-Holland) Herman Gorterstraat 55 3511 EW UTRECHT Postbus 19143 3501 DC UTRECHT www.minlnv.nl T

Nadere informatie

Toenemende druk van de Zeespiegelstijging

Toenemende druk van de Zeespiegelstijging Break-out Sessie Scheldemonding Toenemende druk van de Zeespiegelstijging Youri Meersschaut (VO-MOW) en Gert-Jan Liek (RWS) Kennis vroegere onderzoeksagenda s Toename getijslag belangrijk onderwerp in

Nadere informatie

Dynamisch kustbeheer

Dynamisch kustbeheer Dynamisch kustbeheer Terugblik: Wat wilde STOWA ook al weer? Strategienota Koers 2009-2013 van de STOWA heeft kust op de agenda. Veel vragen vanuit beheerders over de praktijk: Hoe ga ik om met bunkers

Nadere informatie

Kustlijnkaarten 2012. december 2011. Colofon Kustlijnkaartenboek 2012

Kustlijnkaarten 2012. december 2011. Colofon Kustlijnkaartenboek 2012 Colofon Kustlijnkaartenboek 2012 Dit rapport is een uitgave van Rijkswaterstaat. Het rapport is tot stand gekomen door samenwerking van de volgende Rijkswaterstaat diensten: RWS Waterdienst RWS Noordzee

Nadere informatie

Verjonging van eilandstaarten. Alma de Groot, Albert Oost, Evert Jan Lammerts, Willem van Duin, Roos Veeneklaas, Bregje van Wesenbeeck

Verjonging van eilandstaarten. Alma de Groot, Albert Oost, Evert Jan Lammerts, Willem van Duin, Roos Veeneklaas, Bregje van Wesenbeeck Verjonging van eilandstaarten Alma de Groot, Albert Oost, Evert Jan Lammerts, Willem van Duin, Roos Veeneklaas, Bregje van Wesenbeeck Aanleiding Probleem: Ecologische veroudering, m.n. vergrassing van

Nadere informatie

Inhoudelijke overwegingen Zandwinning en -suppletie voor de kust van Callantsoog. Vergunning zandwinning en -suppletie Callantsoog; Nbwet

Inhoudelijke overwegingen Zandwinning en -suppletie voor de kust van Callantsoog. Vergunning zandwinning en -suppletie Callantsoog; Nbwet Inhoudelijke overwegingen Zandwinning en -suppletie voor de kust van Callantsoog Prins Clauslaan 8 2595 AJ Den Haag Postbus 20401 2500 EK Den Haag www.minlnv.nl Bijlage nummer 1 Horend bij Vergunning zandwinning

Nadere informatie

HAVENECONOMIE EN ECOLOGIE:

HAVENECONOMIE EN ECOLOGIE: HAVENECONOMIE EN ECOLOGIE: (ON)VERZOENBAAR? Is een verdere scheldeverdieping mogelijk, gewenst, noodzakelijk? Jean Jacques Peters Raadgevend Ingenieur Leader Port of Antwerp International Expert Team Jean

Nadere informatie

Wandelende Rottums Het veranderende uiterlijk

Wandelende Rottums Het veranderende uiterlijk Wandelende Rottums Het veranderende uiterlijk Natuur van de Kust 2015 Ernst Lofvers Noord-Nederland 27 augustus 2015 I.s.m. DELTARES Huidige situatie (2014) Borkum ROTTUMERPLAAT ROTTUMEROOG Simonszand

Nadere informatie

Voorts adviseren zij ten aanzien van de verschillende onderdelen van de nationale Visie Kust:

Voorts adviseren zij ten aanzien van de verschillende onderdelen van de nationale Visie Kust: Rapport Onderwerp Nationale Visie Kust Datum behandeling OIM 23 mei 2013 Kenmerk OIM-2013/104963 I. Aanleiding De deelnemers aan het OIM zijn op verschillende momenten en op verschillende wijzen betrokken

Nadere informatie

Monitoring van de effecten van de natuurcompensatie PMR. Theo Prins

Monitoring van de effecten van de natuurcompensatie PMR. Theo Prins Monitoring van de effecten van de natuurcompensatie PMR Theo Prins 1 oktober 2015 PMR-NCV 2008-2015 Wat ging vooraf aan het monitoringprogramma 2008-2015: Lange periode van voorbereiding (1998-2008) Uitvoering

Nadere informatie

Bijlage 1.5 Effecten van het slib in suppletiezand

Bijlage 1.5 Effecten van het slib in suppletiezand Bijlage 1.5 Effecten van het slib in suppletiezand........................................................................................ H. Mulder, RIKZ, juni 2004 Vraagstelling Een van de onzekerheden

Nadere informatie

Inhoudelijke overwegingen Zandwinning en zandsuppletie voor de kust van Texel Midden

Inhoudelijke overwegingen Zandwinning en zandsuppletie voor de kust van Texel Midden www.rijksoverheid.nl/eleni Bijlage nummer 1 Horend bij Vergunning Nb-wet 1998 Contactpersoon Inhoudelijke overwegingen Zandwinning en zandsuppletie voor de kust van Texel Midden Bijlagen - DE AANVRAAG

Nadere informatie

Kustlijnkaarten 2014. december 2013

Kustlijnkaarten 2014. december 2013 Kustlijnkaarten 2014 december 2013 Kustlijnkaarten 2014 december 2013 2 Rijkswaterstaat Inhoudsopgave 1 Inleiding 4 2 De basiskustlijn 6 3 De toetsing 8 4 Korte beschrijving van de toetsingsresultaten

Nadere informatie

Inhoudelijke overwegingen Zandwinning en zandsuppletie voor de kust van Texel Zuid West

Inhoudelijke overwegingen Zandwinning en zandsuppletie voor de kust van Texel Zuid West www.rijksoverheid.nl/eleni Bijlage nummer 1 Horend bij Vergunning Nb-wet 1998 Contactpersoon Inhoudelijke overwegingen Zandwinning en zandsuppletie voor de kust van Texel Zuid West Bijlagen - DE AANVRAAG

Nadere informatie

MOSSELWAD Herstel en Duurzaam beheer Mosselbanken Waddenzee

MOSSELWAD Herstel en Duurzaam beheer Mosselbanken Waddenzee MOSSELWAD Herstel en Duurzaam beheer Mosselbanken Waddenzee EUCC, The Coastal Union Wageningen IMARES Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-CEME) Koninklijk Nederlands Instituut voor Zeeonderzoek (NIOZ)

Nadere informatie

Het meegroeivermogen van de Westelijke Waddenzee

Het meegroeivermogen van de Westelijke Waddenzee Het meegroeivermogen van de Westelijke Waddenzee Advies aan het ministerie van Economische zaken Geert van Wirdum Met medewerking van: Laura Vonhögen Sytze van Heteren (TNO) Albert Oost Wang Zheng Bas

Nadere informatie

Projectstage Wouter Thomasson

Projectstage Wouter Thomasson De inzichten van stakeholders op verzanding van de Westelijke Waddenzee Projectstage Wouter Thomasson 2013 Dit document is het resultaat van een derdejaars projectstage onderzoek in opdracht van Programma

Nadere informatie

Programma naar een Rijke Waddenzee

Programma naar een Rijke Waddenzee Programma naar een Rijke Waddenzee n Symposium Waddenacademie Kees van Es Inhoud presentatie 1. Aanleiding, opdracht en context 2. De mosseltransitie in het kort Kennisvragen 3. Streefbeeld: Wijze van

Nadere informatie

Zandhonger. Kerend Tij Innovatie Competitie Hydrodynamische innovatie van de stormvloedkering Oosterschelde. 19 september 2002

Zandhonger. Kerend Tij Innovatie Competitie Hydrodynamische innovatie van de stormvloedkering Oosterschelde. 19 september 2002 Zandhonger Kerend Tij Innovatie Competitie Hydrodynamische innovatie van de stormvloedkering Oosterschelde 19 september 2002 Zandhonger, Gaat de Oosterschelde kopje onder? De Deltawerken veranderden de

Nadere informatie

Zandmotor Delflandse Kust

Zandmotor Delflandse Kust Zandmotor Delflandse Kust Een blik op 2,5 jaar bouwen met de natuur Een blik op 2,5 jaar bouwen met de natuur 1 In 2011 is voor de kust van Zuid-Holland ten zuiden van Den Haag een schiereiland van 21,5

Nadere informatie

Workshop Dynamisch Kustbeheer Vlieland, 11 en 12 september 2013 Impressie in vorm van een nieuwsbrief

Workshop Dynamisch Kustbeheer Vlieland, 11 en 12 september 2013 Impressie in vorm van een nieuwsbrief Workshop Dynamisch Kustbeheer Vlieland, 11 en 12 september 2013 Impressie in vorm van een nieuwsbrief Inhoud Deze Nieuwsbrief... 2 Deltaprogramma Wadden: nu meten is later meer weten... 3 Eilanddynamiek

Nadere informatie

Functioneren van het voedselweb in het Eems estuarium onder gemiddelde en extreme omstandigheden

Functioneren van het voedselweb in het Eems estuarium onder gemiddelde en extreme omstandigheden Functioneren van het voedselweb in het Eems estuarium onder gemiddelde en extreme omstandigheden Victor N. de Jonge, november 2013 Het Eems estuarium vormt ecologisch gezien één groot geheel, maar dat

Nadere informatie

De ecologische behoeften van het IJsselmeer en de Waddenzee. Peter M.J. Herman Waddenacademie, NIOZ

De ecologische behoeften van het IJsselmeer en de Waddenzee. Peter M.J. Herman Waddenacademie, NIOZ De ecologische behoeften van het IJsselmeer en de Waddenzee Peter M.J. Herman Waddenacademie, NIOZ Een blik over de dijk Wat zijn grote trends in ecologie IJsselmeergebied? Wat drijft deze trends? Hoe

Nadere informatie

Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting

Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting xvii Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting Samenvatting IT uitbesteding doet er niet toe vanuit het perspectief aansluiting tussen bedrijfsvoering en IT Dit proefschrift is het

Nadere informatie

Analyseverslag T0 analyse Ameland & Schiermonnikoog

Analyseverslag T0 analyse Ameland & Schiermonnikoog Analyseverslag T0 analyse Ameland & Schiermonnikoog 2014-8 T0, t.b.v. KPP B&O Kust Ecologie Deltares Grontmij Nederland B.V. Amsterdam, 25 september 2014 Verantwoording Titel : Analyseverslag T0 analyse

Nadere informatie

BODEMDALING WADDEN DOOR ZOUTWINNING beoordeling eerder uitgevoerd onderzoek

BODEMDALING WADDEN DOOR ZOUTWINNING beoordeling eerder uitgevoerd onderzoek WATER WATER SEDIMENT BODEMDALING WADDEN DOOR ZOUTWINNING beoordeling eerder uitgevoerd onderzoek Opdrachtgevers: Waddenvereniging Natuurmonumenten Vogelbescherming Juli 2015 INHOUD 1. INLEIDING 1.1 Aanleiding...4

Nadere informatie

Henrice Jansen, 27 Januari, schelpdierconferentie

Henrice Jansen, 27 Januari, schelpdierconferentie Mosselkweek & Natuur KOMPRO Henrice Jansen, 27 Januari, schelpdierconferentie Aad Smaal, Pauline Kamermans, Karin Troost, Margriet v Asch, Marnix v Stralen, Jacob Capelle, Sander Glorius,..,.. Overzicht

Nadere informatie

Bijlage VMBO-GL en TL

Bijlage VMBO-GL en TL Bijlage VMBO-GL en TL 2009 tijdvak 1 biologie CSE GL en TL Bijlage met informatie. 913-0191-a-GT-1-b De Waddenzee - Informatie Lees eerst informatie 1 tot en met 7 en beantwoord dan vraag 40 tot en met

Nadere informatie

Analyse Lidar data voor Het Friesche Zeegat. Monitoring effect bodemdaling door gaswinning

Analyse Lidar data voor Het Friesche Zeegat. Monitoring effect bodemdaling door gaswinning Analyse Lidar data voor Het Friesche Zeegat Monitoring effect bodemdaling door gaswinning Analyse Lidar data voor Het Friesche Zeegat Monitoring effect bodemdaling door gaswinning Zheng Bing Wang Katherine

Nadere informatie

Tussenresultaten De Zandmotor: Aanjager van innovatief kustonderhoud

Tussenresultaten De Zandmotor: Aanjager van innovatief kustonderhoud Tussenresultaten 2011-2015 De Zandmotor: Aanjager van innovatief kustonderhoud De Zandmotor In 2011 is voor de kust van Ter Heijde en Kijkduin De Zandmotor aangelegd: een grote kunstmatige zandbank in

Nadere informatie

Bijlage VMBO-KB. biologie CSE KB. tijdvak 1. Bijlage met informatie.

Bijlage VMBO-KB. biologie CSE KB. tijdvak 1. Bijlage met informatie. Bijlage VMBO-KB 2009 tijdvak 1 biologie CSE KB Bijlage met informatie. 913-0191-a-KB-1-b De Waddenzee - Informatie Lees eerst informatie 1 tot en met 5 en beantwoord dan vraag 37 tot en met 46. Bij het

Nadere informatie

Het Masterplan Kustveiligheid

Het Masterplan Kustveiligheid Het Masterplan Kustveiligheid Symposium Natuurlijke Kustbescherming, 23/10/17 Ir. Daphné Thoon MDK-Afdeling Kust A low-lying Laaghinterland liggend achterland Meer dan 85% van de polders ligt onder +5

Nadere informatie

Zand erover Vier scenario s voor zachte kustverdediging Martin Baptist & Wim Wiersinga

Zand erover Vier scenario s voor zachte kustverdediging Martin Baptist & Wim Wiersinga Zand erover Vier scenario s voor zachte kustverdediging Martin Baptist & Wim Wiersinga Onder invloed van klimaatverandering en zeespiegelstijging is het thema kustveiligheid en de aanpak van onze kustverdediging

Nadere informatie

Meetstrategie T-nulmeting Ecologie Pilotsuppletie Buitendelta Amelander Zeegat (Deel 1)

Meetstrategie T-nulmeting Ecologie Pilotsuppletie Buitendelta Amelander Zeegat (Deel 1) RWS INFORMATIE - Meetstrategie T-nulmeting Ecologie Pilotsuppletie Buitendelta Amelander Zeegat (Deel 1) Meetprogramma Ecologie Buitendelta Ameland Datum 23 april 2017 Status Concept 3 Colofon Uitgegeven

Nadere informatie

Aanmeldingsnotitie m.e.r. Winning Suppletiezand Noordzee. 14 juni 2011

Aanmeldingsnotitie m.e.r. Winning Suppletiezand Noordzee. 14 juni 2011 Aanmeldingsnotitie m.e.r. Winning Suppletiezand Noordzee 14 juni 2011 ........................................................................................ Colofon Titel: Aanmeldingsnotitie m.e.r. winning

Nadere informatie

Onderbouwing actualisatie suppletieprogramma

Onderbouwing actualisatie suppletieprogramma Onderbouwing actualisatie suppletieprogramma 2016-2019 1. Derde actualisatie suppletieprogramma 2016-2019 Het suppletieprogramma Kustlijnzorg voor de periode 2016-2019 is in juli 2015 vastgesteld. Jaarlijks

Nadere informatie

Sedimentatie in Harderwijker Bocht ten gevolge van de strekdam bij Strand Horst Noord

Sedimentatie in Harderwijker Bocht ten gevolge van de strekdam bij Strand Horst Noord Sedimentatie in Harderwijker Bocht ten gevolge van de strekdam bij Strand Horst Noord In het gebied tussen de strekdammen bij Strand Horst Noord en de bebouwing van Harderwijk ligt een klein natuurgebied

Nadere informatie

Sedimentbeheer kan de veerkracht van het Schelde estuarium vergroten. Marcel Taal

Sedimentbeheer kan de veerkracht van het Schelde estuarium vergroten. Marcel Taal Sedimentbeheer kan de veerkracht van het Schelde estuarium vergroten Marcel Taal Estuarium: Inclusief monding, tot Gent Inhoud - Samenwerking in het Schelde-estuarium - Grootschalig gedrag: getijslag (hoog

Nadere informatie

Inleiding. Achtergrond. Memo. Wageningen Marine Research. Dr. Ir. Jeroen Wijsman. Onderzoeker schelpdier ecologie. Beste heer van Westenbrugge,

Inleiding. Achtergrond. Memo. Wageningen Marine Research. Dr. Ir. Jeroen Wijsman. Onderzoeker schelpdier ecologie. Beste heer van Westenbrugge, Memo AAN Kees van Westenbrugge, VAN Dr. Ir. Jeroen Wijsman Onderzoeker schelpdier ecologie Wageningen Marine Research ONDERWERP Risicomonitoring Roggenplaatsuppletie Beste heer van Westenbrugge, POSTADRES

Nadere informatie

Projectnummer: B02047.000031.0100. Opgesteld door: dr.ir. B.T. Grasmeijer. Ons kenmerk: 077391437:0.3. Kopieën aan:

Projectnummer: B02047.000031.0100. Opgesteld door: dr.ir. B.T. Grasmeijer. Ons kenmerk: 077391437:0.3. Kopieën aan: MEMO ARCADIS NEDERLAND BV Hanzelaan 286 Postbus 137 8000 AC Zwolle Tel +31 38 7777 700 Fax +31 38 7777 710 www.arcadis.nl Onderwerp: Gevoeligheidsanalyse effecten baggerspecieverspreiding (concept) Zwolle,

Nadere informatie

Programma naar een Rijke Waddenzee

Programma naar een Rijke Waddenzee Programma naar een Rijke Waddenzee Waddenacademie 24 juni 2010 Kees van Es Inhoud presentatie 1. Achtergrond 2. Doel en rol van het programma 3. Waar staan we nu? 4. Prioriteiten, Uitvoeringsagenda 2010-2011

Nadere informatie

Type Zandmotor hier de titel, deze

Type Zandmotor hier de titel, deze Type Zandmotor hier de titel, deze mag Delflandse over 2 kust regels lopen Type Pilotproject hier de voor subtitel natuurlijke een wit regel kustbescherming Hier wordt geïnvesteerd in uw toekomst. Dit

Nadere informatie

Veranderingen in gemiddelde zeeniveaus in de Nederlandse kustwateren. Douwe Dillingh Deltares

Veranderingen in gemiddelde zeeniveaus in de Nederlandse kustwateren. Douwe Dillingh Deltares Veranderingen in gemiddelde zeeniveaus in de Nederlandse kustwateren Douwe Dillingh Deltares NCG workshop Delft, 6 februari 2014 Inhoud Waarom is het belangrijk Hoe gaan we er mee om Wat meten we Trendanalyse

Nadere informatie

Hoe is verbetering van het systeem mogelijk?

Hoe is verbetering van het systeem mogelijk? Hoe is verbetering van het systeem mogelijk? Z.B. Wang, J.C. Winterwerp, D.S. van Maren, A.P. Oost Deltares & Technische Universiteit Delft 18 Juni 2013 Inhoud Het probleem Sediment huishouding Voortplanting

Nadere informatie

De Waddenacademie Introductie & De Audits van het Monitoringsprogramma (Effecten) Bodemdaling (door gaswinning) Ameland

De Waddenacademie Introductie & De Audits van het Monitoringsprogramma (Effecten) Bodemdaling (door gaswinning) Ameland De Waddenacademie Introductie & De Audits van het Monitoringsprogramma (Effecten) Bodemdaling (door gaswinning) Ameland De Waddenacademie 30 Juli 2008: Start Waddenacademie-KNAW 1 en 2 December 2008: inauguratie

Nadere informatie

Erosie en aanzanding rond strekdammen bij Katwijk

Erosie en aanzanding rond strekdammen bij Katwijk Erosie en aanzanding rond strekdammen bij Katwijk Inhoud 1 Inleiding 2 1.1 Beschrijving van de studie 2 1.2 Uitgangspunten 2 2 Zandtransport langs de kust nabij Katwijk 3 2.1 Inleiding 3 2.2 Zandtransport

Nadere informatie

1. Derde actualisatie suppletieprogramma Actualisatie n.a.v. de berekening van de basiskustlijn 1 januari 2018

1. Derde actualisatie suppletieprogramma Actualisatie n.a.v. de berekening van de basiskustlijn 1 januari 2018 1. Derde actualisatie suppletieprogramma 2016-2019 Het suppletieprogramma Kustlijnzorg voor de periode 2016-2019 is in juli 2015 vastgesteld. Jaarlijks actualiseert Rijkswaterstaat het programma. Op basis

Nadere informatie

Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Ministerie van Verkeer en Waterstaat Ministerie van Verkeer en Waterstaat FG =DQGYRRUUDGHQYDQKHW NXVWV\VWHHP 2QGHUERXZLQJYDQHHQFRQFHSWXHHOPRGHOPHWEHKXOS YDQWUHQGVYDQGHZLQVWHQYHUOLHVSRVWHQRYHUGH SHULRGH *HUWjDQ1HGHUEUDJW 5DSSRUW5,.= Colofon.......................

Nadere informatie

Primaire Productie in de Waddenzee

Primaire Productie in de Waddenzee Workshop Onderzoek Mosselkweek Natuurbeheer 19 februari 2009 Primaire Productie in de Waddenzee ZKO-Draagkracht IN PLACE onderzoeksproject Katja Philippart Koninklijk Nederlands Instituut voor Zeeonderzoek

Nadere informatie