R E C H T E L I J K A R C H I E F Z O E T E R W O U D E. T R A N S P O R T E N, H Y P O T E C A T I E S e. d. I N V E N T A R I S N U M M E R 4 7

Transcriptie

1 R E C H T E L I J K A R C H I E F Z O E T E R W O U D E T R A N S P O R T E N, H Y P O T E C A T I E S e. d. I N V E N T A R I S N U M M E R D U B B E L E F O L I O S t / m B E W E R K I N G D O O R A N T H O N I U S V A N D E R T U I J N T E R H O O N Voor eventuele vragen, opmerkingen en verbeteringen (anthonius@alice.nl).

2 Als u gegevens uit deze bewerking gebruikt voor genealogische of historische doeleinden, dient een verwijzing naar deze bewerking vermeld te worden. Bij gebruikmaking van gegevens uit deze bewerking ten behoeve van publicaties, in welke vorm dan ook, moet een adequate bronvermelding naar deze bewerking worden vermeld. Nr. 1 omslag d.d Vertoond is een kopie van een losrentebrief verleden voor Jacob de Woest schout en 2 gezworenen van Zoeterwoude door Cornelis Jacobsz. ten huize van Swieten t.p.v. Griete Dircxdr. religieuze van St. Dominicus, van f per jaar, losbaar met f 200 verzekerd op 5 morgen 2 hond land, belend ten Z: (Willem Pietersz.?) en Ghijsbert Claesz. achteraan, ten W: en N: de weduwe en erfgenamen van (Adriaen) Dircxz. en ten O: de Broekweg. Zijnde van ouds Zo mij vertoond is een akte door Margriete Dircxdr. Starrenburch bekent de voorsz. gelost is, zijnde verloren te zijn, met belofte dat indien het te voorschijn komt, etc. Gedaan Nr. 2 omslag d.d. ut supra. Op de voorsz. dag is vertoond een rentebrief verleden voor Jacob Roelofsz. schout van Leiderdorp en 3 buren van Zoeterwoude, door Cornelia Vranckendr. weduwe Huijch Lourisz. t.b.v. Alijt Floris van Busschen weduwe, houdende f 6 per jaar tegen de penning 16, verzekerd op 4 morgen land geheten den Rijsacker, belend ten O: de Zwet, ten Z: Vranc Meesz. en Pieter Cornelisz., ten W: de Stompwijkse weg en ten N: Henric Jansz. c.s., gedateerd Gebleken is dat de rentebrief is afgelost. Nr. 3 omslag d.d. ut supra. Vertoond is een brief van verzekerheid, verleden voor schepenen van Leiden door Cornelia Vranckendr. weduwe Huijch Lourisz., verzekerd op een woning op de Noord A met 5 morgen land, belend ten N:, Z: en O: zij zelf en ten W: de oude Zwet, gedateerd , zijnde gecasseerd. Nr. 4 omslag d.d. ut supra. Vertoond is een rentebrief verleden voor Ghijsbert van Zwieten schout van Zoeterwoude en 2 geburen door Cornelia Vranck weduwe Huijch Lourisz. t.b.v. koopman Jan Jansz., houdende 4 hollands per jaar, te lossen de penning 15, verzekerd op 5 morgen land, belend ten O: Gerrit Jansz., ten W: Jacob Cornelisz., ten N: de Stompwijkse weg en ten Z: de oude Zwet, gedateerd , zijnde gecasseerd. Nr. 5 omslag d.d. ut supra. Vertoond is een rentebrief verleden door Neeltgen Pietersdr. geassisteerd met haar gekozen voogd, voor Willem Adriaensz. schout van Zoeterwoude en 2 geburen t.p.v. Jan Fransz. brouwer, inhoudende 5 hollands per jaar, verzekerd op 8 morgen in Zoeterwoude, belend ten W: de kerk en Heilige Geest van Zoeterwoude, ten N: Jan Hugesz., ten O: de Weipoortse vliet en ten Z: de.. bruikweer, gedateerd , zijnde gecasseerd. Nr. 6 omslag d.d Willem Florisz. heeft gelost in handen van Jan van Velsen Dircxz. administrateur van de boedel van Marijtgen Leendertsdr., een briefje van f 3 per jaar eeuwige onlosbare rente, staande op 6 morgen land in Gelderswoudebroek te Zoeterwoude, welke rente toekwam de erfgenamen van Gerijt van der Laen. Deze is onlangs losbaar gemaakt door dezelve van Velsen. Nr. 7 omslag d.d Is vertoond aan de secretaris van Zoeterwoude een gecasseerde rentebrief, verleden door Dirc Jan Pieter Claesz. t.b.v. de Heilige Geest van Zoeterwoude, houdende 9 per jaar, losbaar met f 144, verzekerd op 2 morgen 1 hond land in de Broekpolder, belend ten O: Jan Jansz. broeder van Dirc Jan Pieter Claesz., ten Z: Dirc Jacobsz. van Montfoort, ten W: de weduwe van Jan Pieter Claesz. en ten N: Jacob Jansz. Berch, gedateerd Aangezien de brief niet geprotocolleerd is gevonden, is deze gedaan tot kennis dat de rentebrief is afgelost. Nr. 8 folio 1 d.d Ghijsbert Vermij Hubertsz. door Foij van Brouchoven baljuw van Rijnland vanwege de hoge overheid, hebbende brieven van zuivering en landwinning van dat hij Jaickel IJghelsz. gekwetst heeft en dezelve gestorven, zodat het schoutambt van Dirc van Egmont secretaris, A: dat hij in zijn 2 protocol heeft getekend, B: maakt mentie is cesserende gelijk zijn commissie op 14 mei is gecasseerd en de voorsz. Vermij weder het schoutambacht tot gelijk voorgaande is gesteld. In wiens tijd de voorsz. secretaris zijn gevallen de volgende brieven, zijnde tegenwoordig des voorsz. secretaris 3 protocol. Nr. 9 folio 1 d.d Daniel van Wijngaerden tegenwoordig eigenaar van de Vrouwenweg en de gerechtigheid van het voetpad en de Vrouwensloot en de consequentie van de erfpacht der zelver, gelegen in Zoeterwoude tussen de Vrouwenbrug en de Lammenbrug die ligt over het water responderende uit de Vrouwensloot in de Vliet en verder niet. Uit krachte van de brief die verleden is voor schout en

3 schepenen van Zoeterwoude op , tussen hem comparant en jonkheer Floris tserclaes en de willige condemnatie daarop gevolgd, heeft hij comparant bij dezen alvorens gerefiliëerd, etc. Uit krachte hiervan heeft hij verkocht t.p.v. Pieter Gijsbrechtsz. en Dirck Jansz. ambachtbewaarders van Zoeterwoude t.p.v. het ambacht, waaronder nopende de contributie van het morgengeld van Stompwijk is begrepen (tot wiens behoefte deze opdracht mede wordt gedaan) de eigendom van de Vrouwenweg, mitsgaders de gerechtigheid de voorn. tserclaes gecompeteerd hebbende en hem comparant nu competerende is tot aan het voetpad der voorsz. weg en de Vrouwensloot, mitsgaders de erfpacht der zelve tot 2 nobels per jaar, die betaald wordt met f 5 per jaar. Nr. 10 folio 2 d.d Maerten Gerijtsz. heeft verkocht aan Jan Pietersz. Sanguijn de achterste helft van een uiterdijk, in het geheel groot 1 hond, gelegen aan de Hogerijndijk, gelijk hetzelve met een sloot afgescheiden is. De wederhelft heeft hij comparant verkocht aan Gerijt Dircxz. messenmaker. Belend de achterste helft, te W: Gerijt Adriaensz. korenkoper en ten O: de voorsz. Jan Pietersz. Sanguijn zelf, strekkende van de voorsz. scheidingsloot tot in de Rijn. Belast met de helft van een gouden Wilhelmus schild per jaar, toekomende de weduwe van Pouls van Thoornvliet. Betaald met een rentebrief van f 3 per jaar, losbaar met f 100. Nr. 11 folio 2v. d.d Jan Pietersz. Sanguijn is schuldig aan Maerten Gerijtsz. de somme van f 3 per jaar, met een hoofdsom van f 50 per jaar. Hij verzekert dit op de achterste helft van een uiterdijk, in het geheel groot 1 hond, gelegen aan de Hogerijndijk, belend ten W: Gerijt Adriaensz. korenkoper en ten O: hij comparant zelf, strekkende van de scheidingsloot tot in de Rijn. Kanttekening d.d Deze rentebrief is gecasseerd en doorgeslagen. Nr. 12 folio 3v. d.d Maerten Gerijtsz. heeft verkocht aan Gerijt Dircxz. messenmaker, de voorste helft van een uiterdijk, in het geheel groot 1 hond, gelegen aan de Hogerijndijk, gelijk hetzelve met een sloot is afgescheiden en waarvan de wederhelft toekomt Jan Pietersz. Sanguijn, belend de voorste helft ten W: Gerijt Dircxz. voorsz. en ten O: Cornelis Jan Oliphiersz., strekkende van de Hogerijndijk tot aan Sanguijn voorsz. Koopsom f 62, contant geld. Nr. 13 folio 4 d.d Adriaen Dircxz. Bruijn Heeft verkocht aan Herman Cornelisz. een huis en erf aan de kleine Quakel met alzulke belendingen als aangegeven in de oude koopbrieven. Betaald met een schuldbrief, inhoudende als restant f 180. Nr. 14 folio 4v. d.d Herman Cornelisz. is schuldig aan Adriaen Dircxz. Bruijn ter zake van de koop als rest van een huis en erf aan de kleine Quakel, belend ten Z: en W: Jacob Danielsz. c.s., ten O: de Zuidweg en ten N: de Korte Miening, de somme van f 180 welke hij belooft te betalen met f 30 per jaar. Hij verbindt hieraan het voorsz. huis en erf. Nr. 15 folio 5 d.d. ut supra. Hubert Cornelisz. van der Lucht bekende dat hij verkocht had aan Aernt Dircxz. van Gruthuijsen en Eewout Jansz. bakker, zulk gedeelte als hem uit kracht van de brieven hier beneffens gaande en gedateerd , de beterschap van een uiterdijk, windkorenmolen, molenhuis en nog een klein huisje, als ook een wipwatermolentje op dezelve uiterdijk, gelegen, belend en met zulke waring als de voorsz. brieven dat inhouden. Dezelve brieven specterende in voegen dat de voorsz. Gruthuijsen en Eewout Jansz. tezamen, half om half, de beterschap van de voorsz. uiterdijk, molen, molenhuis, het kleine huisje en wipmolen met gevolg van dien, is competerende, mits zij gehouden zijn te betalen de jaarlijkse erfpacht in de voorsz. brieven begrepen en de consequentie dat zijlieden zijn onderworpen aan alle voorwaarden, last van verzoek en verboeking, toemaking, verzuim, verbeurte en generalijk alle verbanden en constructies begrepen, etc. Bekende Aernt Dircxz. van Gruthuijsen verkocht te hebben aan Jannetgen Aelbertsdr. weduwe Gangeloff Sijmonsz. Stam, de helft van de beterschap van de uiterdijk, windkorenmolen, molenhuis, het kleine huisje en het wipmolentje. Hij bekent hiervan betaald te zijn de eerste met de laatste penning, mits dat teniet en gecasseerd zal zijn de schuldbrieven van f En heeft Eewout Jansz. alleen als principaal met Aernt t.b.v. de voorsz. Jannetgen verleden schuldbrieven, houdende f 825. Hiervan zijn gemaakt 2 brieven. Nr. 16 folio 6 d.d Cornelis Jacobsz. Verdoes wonende Leiderdorp oud 43 jaar verklaarde t.v.v. Ghijsbert Vermij Hubertsz. schout geassisteerd door Henrick van Dorp pachter van het zout over het platteland van Rijnland voor het lopende termijn, dat Vastenavond een jaar geleden of daaromtrent hij deposant geweest is ten huize van Ghijsbert Vermij Hubertsz. voorsz., toen wonende te Leiderdorp omtrent de Doesbrug, alwaar mede waren Cornelis Dircxz., toen wonende op het huis ter Does, Cornelis

4 Jacobsz. Neleman, Aernt Gerijtsz. Tol en meer anderen. Ten welke tijde Cornelis Dircxz. in het gezelschap aldaar geveild had zekere tonnen zout welke hij uit het noorderland zou halen, etc. Nr. 17 folio7 d.d Cornelis Jacobsz. Neleman wonende Leiderdorp oud 57 jaar verklaarde t.v.v. Ghijsbert Vermij Hubertsz. schout alhier, geassisteerd met Henrick van Dorp pachter van het zout over het platteland van Rijnland, dat omtrent Vastenavond een jaar geleden, hij deposant geweest is ten huize van Ghijsbert Vermij Hubertsz. voorsz., toen wonende Leiderdorp omtrent de Doesbrug alwaar mede waren Cornelis Dircxz. die toen woonde op het huis ter Does, Cornelis Jacobsz. Verdoes, Aernt Gerijtsz. Toll en meer anderen. Ten welke tijde Cornelis Dircxz. voorsz. in het gezelschap aldaar geveild had zekere tonnen zout die hij uit het noorderland zou halen, etc. Nr. 18 folio 7v. d.d Compareerde voor Cornelis Willemsz. Ket schout te Koudekerk, Leendert Cornelisz. en Gerrit Florisz. schepenen aldaar; Dirck Willemsz. en Claes Willemsz. Ket, Jacob Gerritsz. voor zichzelf en dezelven geassisteerd met Michiel Gerijtsz., tezamen voogden van de 4 onmondige weeskinderen door de voorn. Jacob Gerijtsz. gewonnen in echt bij zaliger Jannetgen Willemsdr., Cornelis Adriaensz. gehuwd met Marijtgen Willemsdr., Pieter Gerrijtsz. gehuwd met Anna Willemsdr., Trijntgen Willemsdr. en Ermpgen Willemsdr. oud 21 en 18 jaar, geassisteerd met Cornelis Dierckxz. Ket, Willem Dircxz. Onderwater en Dirck Dircxz. Onderwater hun omen en naaste voogden, allen als erfgenamen en kinderen en kindskinderen van Willem Dircxz. Ket en Maria Dircxdr. Nadat zij de goederen in de boedel bevonden hadden geëstimeerd en aan 7 porties gesteld, welke bevonden waren te belopen elk 1/7 deel, f vlaams. Dierck Willemsz. is aangekaveld de helft van een woning in de Weipoort met de helft van 17 morgen eigen land en de helft van de huurwaar van 5 morgen land, belast met ¼ part van 39½ st. en de helft van een losrente van f per jaar, geëstimeerd op f carolus. Nog de helft van 4 morgen land in de Barrepolder onder Zoeterwoude, belast met de helft van f 6 carolus per jaar, gepriseerd op f 450 carolus. Tezamen f Nr. 19 folio 8 d.d Adriaen Aerntsz. van Leeuwen wonende Rotterdam heeft verkocht aan Dirck Philpsz. wonende Leiden een tuin aan de Hogerijndijk, belend ten W: Cornelis Jansz. Oliphier en ten O: het weeshuis van Leiden, strekkende uit de Rijn tot aan de Hogerijndijk. Waarborg: Claes van Montfoort Dircxz. wonende Leiden. Belast met een pacht van f 2 per jaar. Betaald met een rentebrief van f 21-17½-00 per jaar met een hoofdsom van f 350. Nr. 20 folio 8v. d.d Dirck Philpsz. als principaal en Jan van Velsen Dircxz. zijn zwager als borg, beiden wonende te Leiden, zijn schuldig aan Adriaen Aerntsz. van Leeuwen wonende Rotterdam, een losrente van f 21-17½-00 carolus per jaar, met een hoofdsom van f 350. Hij verzekert dit op een tuin buiten de Hogewoerdse poort van Leiden, belend ten W: Cornelis Jan Oliphiersz. en ten O: het weeshuis van Leiden, strekkende uit de Rijn tot aan de Hogerijndijk. Deze rente spruit uit de koop van dit land. Nr. 21 folio 8 d.d Dirck Willemsz. Rijnenburch wonende Koudekerk heeft verkocht aan Dirck Dircxz. van Onderwater wonende Leiderdorp zijn oom, de helft van een huis, barg, schuur, poting en plantage met de helft van 7 morgen land daarbij behorende, gelegen in de Weipoort onder de Barrepolder, belend in het geheel ten N: de Wezen te Leiden en ten Z: de Leprozen te Leiden, strekkende voor uit de Weipoortse vliet tot in de Zwet. Nog de helft van 4 morgen land, gelegen als voren, belend in het geheel ten N: Sijmon Pijl te Utrecht c.s. en ten Z: Engel Lenertsz., strekkende voor uit de voorsz. Vliet tot in de Zwet. De wederhelft van de voorsz. percelen komt toe Dirc Dircxz. zelf. Belast met de helft van een pacht van (?) per jaar, toekomende de kerk van Zoeterwoude. Nog ¼ part, zijnde de helft van de helft van 10 morgen land in de Broekpolder, waarvan de andere helft toekomt Dirckgen Gerijtsdr. te Leiden en het resterende ¼ part de voorsz. Dirc Dircxz., belend in het geheel ten N: Dirc Dircxz. voorsz. zelf en ten Z: de erfgenamen van Gerijt Boekelsz., strekkende uit de Weipoortse vliet tot aan de Broekweg. Zijnde dit ¼ part en het ¼ part van Dirck Jan als voren zelf competerende, tezamen belast met een pacht van f per jaar, toekomende de kerk van Zoeterwoude. Nog de helft van 5 morgen land in de Broekpolder waarvan Dirc Dircxz. voorsz. de wederhelft toekomt, belend in het geheel ten N: Cornelis Adriaen Dircxz. en ten W: Cornelis oude Willemsz. en Pieter Adriaensz. burgemeester c.s., strekkende uit de Vliet tot aan de Broekweg. Vrij als buurland, welverstaande dat op de voorsz. 4 partijen t.l.v. Dirc Dircxz. zal blijven staan f per jaar, toekomende een bagijn te Leiden, losbaar met f 100. De voorsz. partijen zijn de comparant aanbedeeld volgens de scheidingsbrieven in dato , verleden voor schout en schepenen van Koudekerk. Hij comparant belooft het land te vrijen en waren zoals zijn zaliger moeder Marie Dircxdr. het gepossideerd heeft. Hij bekent hiervan betaald te zijn, de eerste penning met de laatste.

5 Nr. 22 folio 10 d.d Cornelis Meesz. wonende alhier is schuldig aan Christiaen de (niets ingevuld = de Wees) als curator van de goederen van Anna van Beijnen, de somme van f 7 per jaar, met een hoofdsom van f 100. Hij verbindt hieraan 7 hond land, belend ten N:, O: en W: Claes jonge Jansz. en ten Z: Willem Cornelisz. Quant. Kanttekening. Deze brief is gedood met de brief door Cornelis Mees verleden op Nr. 23 folio 10v. d.d Mees Adriaensz. en Marijtgen Adriaensdr. geassisteerd met de voorsz. Mees haar broeder en gekozen voogd, hebben verkocht aan Willem Adriaensz. Bon hun broeder, eerst Mees Adriaensz. de helft van 8 hond land, belend dezelfde helft ten N: Willem Adriaensz. voorsz., ten O: dezelve Willem en Gerijt Willemsz., ten Z: Marijtgen Adriaensdr. voorsz. met de volgende wederhelft van de 8 hond en ten W: de erfgenamen van Haesgen weduwe Mr. Claes de Wilden. Marijtgen Adriaensdr. met de wederhelft van de 8 hond, gelegen als voren, belend ten N: de voorsz. helft van de 8 hond door Mees Adriaensz. verkocht, ten O: Willem Adriaensz. Bon voorsz. en Gerijt Willemsz., ten Z: de Ommedijkse watering en ten W: de erfgenamen van Haesgen voorsz. De gehele 8 hond is belast met een losrente van f 2 per jaar t.l.v. Willem Adriaensz. voorsz. Zij bekennen hiervan voldaan te zijn, de eerste penning met de laatste. Nr. 24 folio 11 d.d De schout, ambachtbewaarders en schepenen van Zoeterwoude, vertegenwoordigende het ambacht met consent van jonkheer IJsbrant van Merode ambachtsheer van Zoeterwoude, zijn schuldig, te weten Claes Jacobsz. en Adriaen Dirck Claesz. als kerkmeesters t.b.v. de kerk, de somme van f , per jaar f , de kerk gecompeteerd hebbende t.l.v. jonkheer Florijs tserclaes welke jonkheer Daniel van Wijngaerden ten zijne last genomen had en tegenwoordig komt t.l.v. het ambacht, mits de koop van de Vrouwenweg en het aankleven van dien tegen de voorsz. Wijngaerden gedaan. Nr. 25 folio 11v. d.d Cornelis Pietersz. Moij noorlander heeft verkocht aan Cornelis Dircxz. mede noorlander, een huis op de grond van de heer van Zwieten in de Weipoort aan de Ommedijk, belend, belast en met de servituten als de oude 2 brieven inhouden. Dit met de bruikwaar van 18 morgen 5½ hond land bij het huis van Zwieten, zo wei- als teelland. Dit voor 4 jaar met een huur van f per jaar. De comparant bekent hiervan betaald te zijn de eerste penning met de laatste. Nr. 26 folio 12 d.d Gerijt Henricxz. Schaack poorter van Leiden heeft verkocht aan Jan Jansz. van Baersdorp schepen van Leiden, alle bomen staande op 4 akkers op Roomburch, zo appel als perenbomen. De 4 akkers zijn gelegen, te weten 2 stuks naast elkaar, beginnende van de olm en zo nederwaarts gaande met appelbomen, gepland, gegrift en ongegrift. Item daarna de akker mede met appelbomen en enige perenbomen, zijnde het 5 akker, gelegen naast het akker waarvan men zegt Dirck Joppensz. te competeren. Nog het akker als voren beplant met appel en perenbomen, etc. Verder bekende de voorn. Baersdorp verkocht te hebben een halve akker, staande op het Cocq stuk anders genoemd de Brede Acker, aan de noordzijde van de grootste en oudste bomen, strekkende alle voorsz. akkers oost van het land hetwelk Pieter Cornelisz. warmoesman gebruikt, westwaarts tot achter aan het teelland gebruikt door Cornelis Zijbrantsz. van der Wuert. Verder is bepaald dat de bomen nog 4 jaar zullen mogen blijven staan, etc. Koopsom f , gereed geld. Nr. 27 folio 13 d.d Joachim Gilles gehuwd met jonkvrouw Cornelia van Calslagen voor zichzelf en met procuratie van Jonkheer Jacob van Egmondt heer van Kenenburch, als voogd van Jacob van Calslagen innocent en van Cornelis en Willem van Calslagen onmondigen en vervangende jonkheer Jacob heer van Wijngaerden zijn mede voogd. De procuratie hierna opgenomen: Ik ondergeschrevene als voogd van de innocente Jacob van Calslagen, Cornelis en Willem van Calslagen onbejaarden en vervangende jonkheer Jacob heer van Wijngaerden, mijn mede voogd, heb procuratie gegeven aan meester Joachim Gilles om te transporteren aan jonkheer Cornelis van der Bouchorst (voor zoveel als de 3 delen van deze voorsz. wezen aangaat) in 1/6 deel van zeker land gelegen op de Hoge Morsch in Oegstgeest, beneffens nog 1/6 deel gelegen buiten de Koepoort van Leiden, de ene eertijds gebruikt door Mr. Pauls Vos en de andere eertijds gebruikt door Cornelis Jansz. Gedaan in s-gravenhage op Voorts is op gecompareerd Mr. Johan van der Kammen rekenmeester van Holland gehuwd met Margreta van Calslagen, welke voorsz. comparanten in de voorsz. kwaliteit voor hunzelf en vervangende jonkheer Joost Struijnin gehuwd met Anna van Calslagen, hebben verkocht aan jonkheer Amelis van der Bouchorst wonende Noordwijk, 1/6 part van 1½ morgen land, laatst gebruikt door Crijn Cornelisz. Clust, gelegen buiten de Koepoort en waarvan de resterende 5/6 parten toekomen de voorsz. Bouchorst en de kinderen van Opdam tezamen, belend in het geheel ten Z: en O: de weg lopende naar Zoeterwoude, ten W: de Vliet en ten

6 N: de wijde sloot en daarover de molenwerf. Vrij als buurland. Zij bekennen hiervan voldaan te zijn de eerste penning met de laatste. Nr. 28 folio 14 d.d Cornelis Meesz. wonende alhier is schuldig aan Christiaen de Wees als curator van de goederen van Anna van Beijnen een losrente van f 7 per jaar, met een hoofdsom van f 100. Hij verzekert dit op 7 hond weiland in de Grote polder in de Noordbuurt, belend ten N:, O: en W: Claes jonge Jansz. en ten Z: Willem Cornelisz. Quant. Belast met een pacht van 5½st. per jaar Kanttekening d.d : De rente is afgelost en de brief is vertoond door Louris Cornelisz., zijnde gecasseerd en zonder zegel. Nog een kanttekening: Zie de brief van op een ander wijze verleden, in het prothocol geroyeerd. Nr. 29 folio 14v. d.d Willem Fransz. bode van Zoeterwoude oud 34 jaar en Cornelis Fransz. zijn broeder 32 jaar, verklaren t.v.v. Cornelis Dircxz. noorlander wonende in de Weipoort, dat in het begin van mei zij deposanten buiten de Hogewoerdse poort gezien hebben dat de requirant met een schip door de boom was gevaren en dat zij hoorden dat Bouwen Claesz. schrijver aan de requirant vroeg wat hij had geladen. Hierop antwoordde de requirant dat hij goed had geladen welk hij uit het noorderland gebracht had. Bouwen vroeg verder of hij geen bier had geladen. De requirant zei nee. Bouwen is toen in het schip getreden en heeft geen bier bevonden en de requirant laten varen. De deposanten zijn hierbij present geweest, zonder dat zij weten of de requirant tegen Bouwen vermaand heeft van enig huisraad of niet. Nr. 30 folio 14v. d.d Wouter Cornelisz. Bijl schout van Zegwaart, Gherijt Gabrielsz. schepen en Cornelis Eggertsz. oud schepen van Zegwaart en de schout en buurlieden van Zoeterwoude, bekennen dat voor hun gekomen was Pons Jansz. wonende Leiden, welke heeft verkocht aan Jan Govertsz. Bissen buurman te Zoetermeer, een stuk wei- of hooiland groot 2 morgen volgens het morgenboek, gelegen in Zegwaart Buitenweg, strekkende uit de Wallen watering tot Dirck Woutersz. land toe, belend ten NO: Jan Heijndricxz. Losch en ten ZW: Pieter Dircxz. weduwe. Vrij als buurland. Hij belooft Jan Govertsz. te vrijen van een losrente van f 3-7½-00 carolus per jaar, toekomende de Huiszitters binnen Leiden, als het verkregen hebbende uit de goederen van het St. Jops gilde te Leiden. Nog 1/5 part in een losrente van f 15 per jaar, toekomende de heer van Oosterwijk en nog een losrente van f per jaar, door hem comparant geconstitueerd t.b.v. Cornelis Gerijtsz., van wie hij het land eertijds had gekocht. De comparant verbindt hieraan 5½ morgen land op de Noord A waar eensdeels de gedemolieerde woning opstaat, belend ten O: de weduwe en erfgenamen van Vranck Jacobsz., ten Z: Maerten Adriaensz. Bon c.s., ten W: de Weipoortse vliet en ten N: Willem Florisz. c.s. Nog op 6 morgen land, genaamd tmolenweer, strekkende uit de Weipoortse vliet tot in de Broeksloot toe, belend ten O: Cornelis Dircxz. Otgen en ten W: Cors Claesz. Voorts verklaarde hij comparant de rente van 36½ st. per jaar, toekomende de weduwe van Adriaen Aerntsz. korenkoper te Leiden, die mede op het voorsz. land heeft gestaan, gelost te hebben. Hij bekent van deze verkoop betaald te zijn de eerste penning met de laatste. Pons Jansz. verklaarde nog dat de voorn. molenwerf door hem hiervoor tot waarborg gesteld, niet meer belast is dan met f 5 per jaar aan erfrente en nog f 600 als restant van de kooppenningen welke door hem comparant afgedaan zullen worden. Nog staat tot waarborg verbonden 16 hond land, onlangs door Maerten Jan Neel Gerritsz. van hem gekocht en voorts met niet meer belast te zijn dan 5 st. Nr. 31 folio 15v. d.d Harck Allertsz. lijndraaier verklaarde dat hij aan zaliger Allert Quijrinsz. verkocht had 20 hond land in de Noordbuurt, gemengder vuur en aarde, in een woning groot 42 morgen, hem bij testament van Jannetgen Allertsdr. zijn moeie, aangekomen zonder dat hij comparant de voorsz. Allert Quijrinsz. bebriefd heeft. Hij bekent derhalve alsnog bij deze de eigendom van het voorsz. land t.b.v. de weduwe en kinderen van Allert Quijrinsz. wettelijk op te dragen. Dit met belofte door hem comparant, mitsgaders Claes Bruijnensz. kistenmaker (die heden als waarborg compareerde), het land te vrijen en waren van hetgeen hetzelve door hem Harck Allertsz., of Allert Jacobsz. zijn vader, belast of bezwaard zou zijn. In voegen dat alle lasten voor dato van dien gemaakt, staan zullen t.l.v. de voorn. weduwe en kinderen. Nr. 32 folio 16 d.d Cornelis Adriaensz. van Barrevelt als mede voogd over de 2 nagelaten weeskinderen van zaliger Jan Willemsz. van der Meer, heeft in die kwaliteit verkocht aan Rijckert van Bochoven een tuintje buiten de Hogewoerdse poort van Leiden, belend ten O: Cornelis Willemsz. van Limmen en ten W: Meesz Claesz. met zijn weeskinderen, strekkende van de Hogerijndijk tot in de Rijn. Vrij als buurland. Betaald met een rentebrief door de voorn. Bochoven verleden.

7 Nr. 33 folio 16v. d.d Rijckert van Bochoven is schuldig aan Cornelis Adriaensz. van Barrevelt als mede voogd over de 2 nagelaten weeskinderen van zaliger Jan Willemsz. van der Meer t.b.v. de voorsz. weeskinderen, een losrente van f per jaar, met een hoofdsom van f 108. Hij verbindt hieraan het tuintje buiten de Hogewoerdse poort van Leiden, belend te O: Cornelis Willemsz. van Limmen en ten W: Mees Claesz. met zijn weeskinderen, strekkende van de Hogerijndijk tot in de Rijn. Nr. 34 folio 17v. d.d Mr. Dirck van Egmont secretaris van Zoeterwoude verklaarde dat hij overal daar het behoord biljetten heeft geafficheerd en daarbij ieder heeft verwittigd dat hij uit kracht van autorisatie hem t.v.v. Claes van Montfoort Dircxz. rentmeester van het convent van de Barnaditen tot Warmond door het gerecht van Zoeterwoude verleden, in het openbaar aan de meest biedende heeft verkocht een erf aan de Hogerijndijk, gekomen van Jan Cornelisz. en Mij Ewoutsdr., belend ten W: Jacob Aelbrechtsz. en ten Z: de voorn. Barnaditen, strekkende uit de Rijn tot aan de Rijndijk. Het erf was door de schout gemijnd en terstond aan Willem Fransz. bode van Zoeterwoude overgedaan, met de belasting van f 4 erfpacht per jaar, toekomende het voorn. convent, blijkens voorwaarden in de akte van autorisatie vertoond. Hij bekent in de voorsz. kwaliteit de eigendom. Bekennende derhalve in de voorn. kwaliteit de eigendom van het voorsz. erf t.p.v. de voorsz. Willem Fransz. met de voorsz. last opgedragen te hebben, i.p.v. waring heeft hij de voorsz. Willem Fransz. toegezegd dat hij zijn uitgeloofde penningen, namelijk een somme van f 6 niet zal uitkeren dan achtervolgde het vonnis van voortgang, hierna woordelijk opgenomen. In de zaak van preferentie hangende voor de vierschaar van Zoeterwoude tussen de schuldeisers van zaliger Jan Cornelisz. en Mije Ewoutsdr., in leven wonende aan de Hogerijndijk, die achtergelaten hebben het nagenoemde erf, was door de erfgenamen geabandonneerd voor de jaarlijkse erfpacht, dat Dirck van Egmond secretaris van Zoeterwoude, door schout en schepenen is geautoriseerd geweest om hetzelve te verkopen. Dit nopende een somme van f 6 die door Gijsbert Vermij Hubertsz. schout van Zoeterwoude op in koop beloofd heeft boven de belasting van een erfpacht van f 4 per jaar, toekomende het convent van Barnaditen te Warmond, voor een ledig erf aan de Hogerijndijk, belend ten W: Jacob Aelbrechtsz. en ten ZO: de voorn. Barnarditen, strekkende uit de Rijn tot aan de Rijndijk. Welke f 6 Willem Fransz. (als de koop van het voorsz. erf van Gijsbert Vermij Hubertsz. overgenomen te hebben) gehouden is te betalen, etc. Nr. 35 folio 18v. d.d Claes Pietersz. timmerman wonende Zoeterwoude is schuldig aan Jacop Danielsz. van Leeuwen poorter van Leiden een losrente van f per jaar, met een hoofdsom van f 200 en dat in munten naar de devaluatie van de keizer, te weten de gouden reaal tot 60 st., een halve reaal tot 30 st., een karolus gulden tot 20 st., de gouden philips gulden tot 25 st., al van gewicht, het zilveren vlies tot 6 groten, het vierijzer tot 2 st. een oortje, de dubbele stuiver tot 4 groten, de stuiver tot 2 groten en alle andere gelden naar avenant. Hiermede is gedood en teniet gedaan met een zelfde betaling. Hij verbindt hieraan eerst 14 hond land, door hem van de voorn. Jacob Danielsz. c.s. gekocht, belend ten Z: Jan Jacobsz., ten N: de Korte Miening en Harmen Cornelisz. bakker, ten W: Maerten Adriaensz. Bon c.s. en de oude Zwet en ten O: de Zuidweg en de voorn. Herman Cornelisz. Kanttekening d.d : Is ter secretarie vertoond, gecasseerd en doorsneden. Nr. 36 folio 19 d.d. ut supra. Cornelis Sijmonsz. warmoesman heeft verkocht aan Dirc Phillipsz. een stuk weiland groot 30 roeden, belend ten O: Cornelis voorsz. zelf en ten W: Dirc Philipsz. voorn., strekkende uit de Rijn tot aan zijn comparants weeskinds land toe. Vrij als buurland, gelegen aan de Hogerijndijk. Hij comparant, mitsgaders Willem Jansz. de munt als waarborg, belooft het land te vrijen en waren. De koopsom is voldaan met een schuldbrief van f 100. Nr. 37 folio 19v. d.d Compareerden voor Gerijt Claesz. in den Hoorn schout, Cornelis Vranckensz. en Adriaen Pietersz. gezworenen in Voorschoten, Jan Adriaensz. schout, Gerijt Cornelisz. en Gielis Adriaensz. gezworenen in stompwijk en Ghijsbrecht Huijbrecht van der Mij schout, Gerijt Meesz. en Clement Lenertsz. schepenen in Zoeterwoude; Cornelis Aerntsz. van Tetrode, Willem Willemsz. Ouwelant, voor zichzelf en uit naam van zijn kinderen en Jan van Veen Cornelisz. gehuwd met Duijfgen Arentsdr., allen voor hunzelf en tezamen als erfgenamen van Gerijtgen Jansdr. weduwe Arent Gerijt Ewoutsz., hun moeder en schoonmoeder respective, hebben verkocht aan jonkheer Niclaes van Mathenesse heer van Wijbisma, zekere woning, hooiberg en ander getimmerte, mitsgaders al het geboomte, poting en planting met toebehoren, groot 27 morgen 2 hond, waarvan 9 morgen met woning, barg, planting met toebehoren in Voorschoten, belend ten W: jonkheer Jacob heer van Wijngaerden, ten O: het weiland, een smalle akker, responderende van de Vliet tot aan de Gheest toebehorende Claes Cornelisz. van Rijn anders Claes Schout en Merten Huijgensz. en van het akker responderende aan de heerweg, van Pieter Jan Claes Sijmonsz. en de kinderen van Jan Cornelisz. Colijn, tegenwoordig gebruikt door

8 Cornelis Lenertsz., ten Z: de Vliet die men naar Leiden en Delft vaart en ten N: de heerweg. De 18 morgen 2 hond in Stompwijk gelegen als 11 morgen 2 hond tussen de voorsz. Vliet en Meerburg en de rest over Meerburg met 1/3 part van een waterwindmolen op de grond van de heer van Wijngaerden staande, waarvan de andere 2/3 parten de heer van Wijngaerden toekomen, belend de 18 morgen 2 hond ten W: de heer van Wijngaerden, ten O: en Z: de voorsz. Claes Schouten en Maerten Huijgensz. en ten N: de Vliet. Gebruikt door Marijtgen Theessendr. weduwe Lenaert Matheusz. Belast met een rente van 2½ hollands per jaar, toekomende de kerk van Voorschoten. Nog een rente van 15 st. per jaar, toekomende de vicarie te Warmond. Zij verbinden hieraan ter waring een woning met 7 morgen 5 hond land in de Weipoort en nog 6 morgen land in Zoeterwoude, zijnde vrij eigen land. Belast met 5 hollands en 5 gr. per jaar, staande op de woning Welke woning, planting met 7 morgen 4 hond land belend is ten N: en W: de commandeur te Haarlem, ten Z: Willem Florisz. en jonkheer Gerijt van der Aa en ten O: de Weipoortseweg en Vliet. De 3 morgen 5 hond zijn belend ten N: Jacob Walraven gehuwd met de weduwe van Huijch Claesz. Brugman, ten W: Cors Dircxz., ten Z: Maerten Dircxz. en ten O: de Weipoortse vliet. De 6 morgen zijn belend ten N: Mees Jorisz. erfgenamen, ten O: Mr. Jacob de Jong rentmeester van het huis van Wassenaar c.s., ten Z: Cornelis Gerijtsz. de Haes en ten N: Adriaen Meesz. De verkopers zijn hiervan betaald door Mr. Jacob de Jong als rentmeester van Niclaes van Mathenesse, de eerste penning met de laatste. Nr. 38 folio 20v. d.d Jonkheer Aernt Schrooten met procuratie van juffrouw Maria de Joede van Hardincxvelt weduwe jonkheer Jacob Schrooten, heeft verkocht t.p.v. Cornelis Jacobsz. van der Does wonende Leiderdorp 3½ morgen 30 roeden land, gemeten door de landmeter van Rijnland, gelegen op Meerburg, belend ten Z: de Meerburger watering, ten W: de erfgenamen van Jacob Hubertsz., ten N: het convent van Roemburg ten O: Jacob Aelbertsz. Dit met de waring als de brieven van decreet van het Hof van Holland inhouden. Hij bekent hiervan voldaan te zijn de eerste penning met de laatste. Nr. 39 folio 21 d.d Claes oude Willemsz. heeft verkocht aan Pieter Cornelisz. een uiterdijk van 3 hond. Waarborg Willem Claesz. Ket. Hij bekent hiervan voldaan te zijn de eerste penning met de laatste. Nr. 40 folio 21 d.d Adriaen van der Velde Huijgensz. wonende s-gravenhage is schuldig aan Gijsbert Dircxz. Gool en Pieter Gerijtsz. van Cranevelt als voogden over Margriete, Claes Dircxz. Gools dochter oud 15 jaar verwekt bij Agniese, Jan Claesz. van Egmonts dochter beiden zaliger, met consent van de weesmeesters van Leiden, met namen Gerijt Roelofsz. van der Mij, Jan Gerijtsz. Buijtewech. Niclaes Adriaensz. brouwer en Jacob Willemsz. van der Burch, een rente van f per jaar, tegen de penning 16, met een hoofdsom van f 300. Af te lossen als het weeskind tot haar mondige dag is gekomen in de ouderdom van 25 jaar. Hij verzekert dit op de helft van 6 morgen 2 hond land in de Weipoort, belend in het geheel ten W: de erfgenamen van de weduwe van Brunt, ten O: de erfgenamen van Pieter Pietersz., ten N: de getijdenmeesters van de St. Pieterskerk te Leiden en ten Z: Dirck Adriaensz. Ter meerdere zekerheid stelt hij in handen van de voorsz. voogden een losrentebrief van f 20 per jaar, door Thonis Sijmonsz. verkocht, nu betaald wordende door Gerijt Willemsz. zijn schoonzoon, waarvan de principale brief door de troubles verloren is gegaan. Nr. 41 folio 22 d.d Frans Fransz. van Duijsendorp brouwer voor zichzelf en Laurens Huijgensz. Gael met procuratie van Marie Cornelisdr. weduwe Huijch Claesz. Gael zijn moeder, de procuratie verleden op voor Willem van Oudevliet notaris, hebben verkocht aan Maerten Cornelisz. timmerman 4 of 5 hond zo akker als water, gelegen in de Dobben, belend ten O: de Zoeterwoudse kade, ten W: de volgende 2 morgen, ten Z: Claes Pietersz. Verka en ten N: Maerten Cornelisz. zelf. Nog 2 morgen zo land als water, belend ten O: het voorsz. land, ten W: Dirck van Egmont secretaris van Zoeterwoude, ten Z: de voorn. Verka en ten N: Lenert Dircxz. Coster. Vrij als buurland. De koopsom is betaald met een schuldbrief van f 110. Nr. 42 folio 23 d.d Bouwen Adriaensz. lakenbereider als principaal en Willem Adriaensz. zijn broeder als borg, poorters van Leiden, zijn schuldig aan Adriaen Bouwensz. zoon van Bouwen Adriaensz. voorsz., een losrente van f per jaar. Hij verbindt hieraan 1/3 part van de helft van de woning met 28 morgen land, waarvan 1/3 hem in eigendom toekomt en Neeltgen Willem Bouwensse de lijftocht, belend in het geheel ten O: de Hofweg, ten W: de commandeur van St. Jan te Haarlem, ten N: de Meerburger watering en ten Z: de Stompwijkse weg. Nr. 43 folio 23v. d.d Willem Willemsz. op de Noord A heeft verkocht aan Cornelis Willemsz. zijn broeder 5 hond land, zijnde een gedeelte van 1 morgen 4 hond 22 roeden, gekocht van Evert Claesz. van Leeuwen, gekomen uit Bolgerhout en gelegen in Gelderwoude. De 5 hond zijn belend ten N: Henrick van

9 Craecken, ten Z: Jan Jansz. in de Zuidbuurt, ten NW: Pons Jansz. en ten O: Willem Willemsz. comparant zelf. Vrij als buurland volgens de brief door de voorsz. van Leeuwen verleden op Hij bekent hiervan voldaan te zijn, de eerste penning met de laatste. Nr. 44 folio 24 d.d Hubert Gerijtsz. en Pieter Hubertsz. uit naam van hun huisvrouwen, mitsgaders Jutte Gerijtsdr. Verbadt voor haarzelf en vervangende Lijsbet Gerijtsdr. haar zuster, de voorn. Jutte Gerijtsdr. geassisteerd met de voorn. Pieter Hubertsz. haar gekozen voogd, hebben met elkaar gescheiden een erfje aan de Hogerijndijk. Het erfje is tussen hun in het gemeen gebleven. Elk is ten deel gevallen als volgt; eerst zal Pieter Hubertsz. hebben het erf belend ten W: de Godshuis pad en ten N: Jan Mourinsz., strekkende van de dwarssloot gelegen tussen dit erf en het erf van Hubert Gerijtsz. nagenoemd, tot aan de Hogerijndijk. Item is Hubert Gerijtsz. ten deel gevallen het erf belend ten N: Jutte en Lijsbet voorsz. met het volgende erf en ten N: de voorsz. Jan Mourinsz., strekkende uit de Rijn tot aan de voorsz. dwarssloot. Dit met de servituten dat Hubert ten eeuwigen dage zal hebben overpad over het erf van Jutte en Lijsbet, om op zijn erf te komen. Jutte en Lijsbet is ten deel gevallen het erf belend ten W: het Godshuis pad en ten N: het voorsz. erf van Hubert Gerijtsz., strekkende van de Rijn tot aan de dwarssloot tussen het erf van Pieter Hubertsz. Vrij als buurland. Nr. 45 folio 25 d.d Sijmon Aerntsz. van Rinckel Bruijningen bekent dat hij uitgekocht was door Dirc van Egmond secretaris alhier, van de helft van de tuin, hun tezamen gecompeteerd hebbende, gelegen buiten de Koepoort met alzulke belastingen en belendingen als vermeld in de oude brief, Hij transporteert daarom de eigendom van de voorsz. helft van de tuin t.b.v. dezelve van Egmond, welke nu de gehele tuin toekomt. Vrij en niet belast. Hij bekent hiervan voldaan te zijn. Nr. 46 folio 25 d.d Jonkheer Franchoijs van Lanscroon gehuwd met juffrouw Maria van Bosschuijsen, dochter van Lievijn van Bosschuijsen, heeft verkocht aan Rijckert van Bochoven een uiterdijk en kooltuintje, groot 1½ hond, waar eertijds een huis op heeft gestaan, gelegen buiten de Hogewoerdse poort van Leiden aan de Hogerijndijk, strekkende van de Rijndijk tot in de Rijn, belend ten O: Lenert Roeloffsz. en ten W: Cornelis Sijmonsz. warmoesman. Belast met 100 comans groot per jaar die betaald wordt met een nobel tot f per jaar en te ontvangen door Claes van Montfoort Dircxz. De comparant verklaarde de losrente van 40 comans groot, welke op de uiterdijk hebben gestaan, afgelost te hebben. Hij bekent van deze verkoop betaald te zijn, de eerste penning met de laatste. Nr. 47 folio 25v. d.d Adriaen Jansz. Berch en jonge Willem Willemsz., beiden wonende alhier hebben geruild als hierna volgt. Te weten dat Willem Willemsz. zal hebben gelijk Adriaen Jansz. overdraagt 3½ morgen land in Blankenoord, contribuerende voor 7 hond voor de morgen, belend ten N: Willem Willemsz. zelf met zijn consorten, ten O: Adriaen Vranckensz., ten Z: Meijnsgen Matheusdr. en ten W: Willem Adriaensz. Bon met bruikwaar, mits dat hij Willem Willemsz. tot zijn last zal nemen een erfpacht van f 10 per jaar, te ontvangen door IJsbrant Starck deurwaarder Hof van Holland als rentmeester. Indien het land meer belast is staat dat t.l.v. Adriaen Jansz. Nog een losrente van f 2 per jaar, toekomende St. Katharina gasthuis te Leiden. Hiertegen zal Adriaen Jansz. in eigendom hebben 2 morgen 1 hond land in de Weipoort, belend ten O: de Weipoortse weg, ten Z: Adriaen Dircxz. en ten W: en N: de erfgenamen van Ewout Adriaensz. Het land is vrij als buurland. Beiden verbinden het voorsz. land ter waring. Nr. 48 folio 26 d.d Jonkheer Franchoijs van Lanscroon gehuwd met Marie van Bosschuijsen heeft verkocht aan Maerten Gerijtsz. van Sassenheim en Claes Dircxz. warmoesman, beiden wonende te Leiden, een uiterdijk aan de Hogerijndijk, belend ten O: Pieter Pieter Jorijsz. van Cortevelt en ten W: Cornelis Sijmonsz. boomgaardman, strekkende van de Hogerijndijk tot in de Rijn, met de waringen als omschreven in de oude waarbrieven. Belast met 40 comans groot per jaar, toekomende het St. Katharina gasthuis. Hij bekent hiervan voldaan te zijn, de eerste penning met de laatste. Nr. 49 folio 26v. d.d Jan IJsenhoutsz. van der Nesch brouwer te Leiden heeft verkocht aan Jacob Gerijtsz. Voijs een gedeelte van de molenwerf, door hem comparant eertijds gekocht van Adriaen Gerijtsz. koopman, gekomen van zaliger Gerijt Dircxz. en Mees Dircxz. Schock molenaars, gelegen buiten de Witte poort van Leiden, zijnde het voorsz. gedeelte belend ten O: Jacob Gerijtsz. voorsz. zelf en ten W: Cornelis Adriaensz. brouwer, strekkende van de Hogerijndijk tot aan de sloot van dezelve Cornelis Adriaensz. Vrij als buurland. Hij bekent van deze verkoop betaald te zijn, de eerste penning met de laatste. Nr. 50 folio 26v. d.d Christina Jacobsdr. weduwe Cornelis Mathijsz. warmoesman geassisteerd door Jacob Cornelisz. warmoesman als haar gekozen voogd, heeft verkocht aan Sijmon Cornelisz. Crul warmoesman 3 hond 74 roeden land aan de Hogerijndijk, belend ten W: Jan Jansz. tegenover de Hogeveense vaart

10 en ten O: Maerten Dircxz. en Willem Jacobsz. te Delft, strekkende van de dijk tot de Rijn. Met de waringen als in de oude brieven. Belast met een losrente van f per jaar tegen de penning 16, welke haar zaliger man op het land heeft geconstitueerd t.b.v. Cornelis Willemsz. boterkoper en Henric Willemsz. bakker gebroeders. Zij bekent hiervan voldaan te zijn, de eerste penning met de laatste. Nr. 51 folio 27 d.d. ut supra. Joost Andries Dircxz. wonende Zoetermeer is schuldig aan Andries Dircxz. zijn vader de somme van f ter zake van de koop van een woning als huis, barg, schuur, poting en planting met 3 morgen ½ hond land daar bezijden aan gelegen te Zoetermeer aan de Broekweg, strekkende van de Vliet tot de Broekwegse watering, belend ten NO: jonge Pier Govert en ten ZW: Jan Heijnricxz. Los en Lenert Willemsz. Cunst. Nog 5 morgen te Zoeterwoude, strekkende uit het Zoetermeerse meer en Maerten Jan Neel Gerritsz. tot Allert Adriaensz. en Willem Jaep Arlen, belend ten NO: Willem Jaep Arlen en Maerten Jansz. voorsz. en ten ZW: de erfgenamen van Aernt Gerritsz. Te betalen met f 100 St. Jacob 1589 en de rest op f 200 per jaar. Belast met f per jaar. Nr. 52 folio 27v. d.d Cornelis Jacobsz. alias Neleman wonende Leiderdorp heeft gecedeerd aan meester Cornelis Jan Baerntsz. van Amsterdam, een losrentebrief beginnende met; ik Dirck Troost Rutgertsz. schout in Oegstgeest en Sassenheim etc., verleden door Pieter Woutersz. te Oegstgeest t.b.v. hem comparant, inhoudende f 43, losbaar met f 700 in hoofdgeld gedateerd Hij bekent hiervan voldaan te zijn met de somme van f 700. Hij verbindt hieraan 4 morgen land, zijnde de helft van 8 morgen 60 roeden, door hem gekocht van de heer van Zwieten, gelegen in Zoeterwoude en belend de 4 morgen ten ZW: Dirck Jansz. smid, ten ZO: en NO: de voorsz. heer van Zwieten en ten NW: hij comparant zelf met de rest van het land. Nog een huis en erf met poting en planting in het dorp Leiderdorp, belend ten NW: de weduwe en erfgenamen van Cornelis Aelwijnsz., in leven schout van Leiderdorp en ten ZO: Andries Cornelisz. c.s., strekkende van de Lagerijndijk tot de Rijn. Het land en het huis is belast met 6 st. per jaar. Nr. 53 folio 28 d.d Pieter Bor met procuratie van jonkheer Cornelis heer van Zwieten, de procuratie verleden voor notaris Dirck van Egmond op , heeft verkocht aan Bouwen Jansz. wonende aan de Zwietersluis, 11 morgen land bij het Huis Zwieten. Belend en met de waringen als in de decreetbrieven van het Hof van Holland. Hij bekent hiervan voldaan te zijn met een schuldbrief van f 2.200, te betalen op termijnen. Nr. 54 folio 28v. d.d Pieter Bor met procuratie van jonkheer Cornelis heer van Zwieten, de procuratie verleden voor notaris Dirck van Egmond op , heeft verkocht aan Cornelis Jacobsz. Neleman wonende Leiderdorp 8 morgen 60 roeden land, belend ten NW: en ZW: de Ommedijk, ten NO: en ZO: de voorn. heer van Zwieten. Dit met de waringen als in de decreetbrieven van het Hof van Holland. Hij bekent hiervan voldaan te zijn met een schuldbrief van f 1.072, te betalen op termijnen. Nr. 55 folio 28v. d.d Andries Dircxz. wonende Zoetermeer heeft verkocht aan Joost Andries Dircxz. zijn zoon een woning als huis, barg, schuur, poting en planting met 3 morgen ½ hond land daar bezijden aan in Zoetermeer aan de Broekweg, strekkende van de Vliet tot de Broekwegse watering, belend ten NO: jonge Pieter Govertsz. en ten ZW: Jan Henricxz. Losch en Lenert Willemsz. Cunst. Nog 5½ morgen land in Zoeterwoude, strekkende uit het Zoetermeerse meer en Maerten Jan Neel Gerijtsz. tot Allert Adriaensz. en Wil Jaep Arlen, belend ten NO: Wil Jaep Arlen en Maerten Jansz. voorsz. en ten ZO: de erfgenamen van Aernt Gerijtsz. Belast met f per jaar. Hij bekent hiervan voldaan te zijn met een schuldbrief van f 2.650, te betalen op termijnen. Nr. 56 folio 29 d.d Jan Pietersz. Berch wonende Zoeterwoude in de Weipoort is schuldig aan Jan Willemsz. en Lourijs Danielsz. als heilige geestmeester t.b.v. de Heilige Geest van Zoeterwoude, een losrente van f 6 per jaar. Hij verbindt hieraan zijn woning als huis, barg en schuur met poting en planting en 7 morgen 1 land daaraan behorende, gelegen in de Weipoort, belend ten Z: de Nieuwe weg en Jan Willemsz., ten W: Jan Jacobsz., ten N: de erfgenamen van Pouls van Thoornvliet Willemsz. en ten O: de Weipoortse vliet. Nog 1½ morgen land in Gelderswoude, belend ten Z: Pons Jansz., ten W: Willem Florisz., ten N: Jan Jacobsz. en ten O: Jacob Cornelisz. in de Bogert. Hij bekent hiervan voldaan te zijn met de somme van f 96. Nr. 57 folio 29v. d.d Cornelis Dircxz. Noortlander wonende Weipoort heeft verkocht aan Cornelis Dircxz. van Voorhout wonende bij de Meerburger sluis in Zoeterwoude, ⅛ part van een woning en 34 morgen 17 roeden

11 land, met poting en planting aan de oostzijde daarvan, gelegen aan de Rijndijk, belend, belast en met de waringen als in de oude brieven. Hij bekent hiervan voldaan te zijn met een schuldbrief van f Nr. 58 folio 30 d.d Jacob Danielsz. van Leeuwen poorter van Leiden heeft verkocht aan Jan Willem Jansz. wonende Weipoort 7 hond land in het Westeinde, genaamd het Roomsche Campgen, belend ten O: Anna Claesdr., ten W: Cornelis Hubertsz. te Leiden, ten Z: de Stompwijkse watering en ten N: de weduwe van Jan Lucasz. van Wassenaar. Waarborg zijn vader Daniel Jacobsz. van Leeuwen. Belast met een rente van 15 st. per jaar, toekomende de kerk van Zoeterwoude. Hij bekent hiervan voldaan te zijn met een schuldbrief van f 275. Nr. 59 folio 30 d.d Jan Willem Jansz. wonende Weipoort verklaarde dat jonge Willem Willemsz. wonende Zoeterwoude tegenwoordig is posiderende 12 morgen land in Zoeterwoude, welk verbonden is voor een rente van f 6 per jaar, losbaar de penning 16, welke zaliger Philips Jansz. zijn comparants oom, Willem Jansz. zijn comparants vader en broeder van Philips Jansz., opgenomen hadden zonder dat daar iets voor gehypothekeerd was, derhalve zijn comparants vader t.b.v. Philips Jansz. op voor Jan Dircxz. Vaender schout, jonge Jacob Jansz. en Jan Bruijnensz. buurlieden van Zoeterwoude, brieven van indemniteit nopens de voorsz. rente en hoofdsom, verleden heeft. De originele brief is door de troubles vermist. Hij wil ter goeder trouw en de voorsz. Willem Willemsz. verkorten en heeft beloofd het te gedragen naar kopie welke jonge Willem Willemsz. hem comparant nopens de voorn. indemniteit vertoond heeft. Verzocht wordt aan de schout om dit te zegelen. Nr. 60 folio 30v. d.d Jacob Jansz. van Cranendonck glasverkoper te Leiden heeft verkocht aan Willem Hubertsz. wonende Zoeterwoude een erfje aan de Hogerijndijk, belend ten Z: Jan Gerijtsz. Buijtenwech en ten N: Willem Hubertsz. en Cornelis Cornelisz. Langeneel, strekkende van de Rijn tot de dijk. Belast met 22 st. per jaar. Hij bekent hiervan voldaan te zijn met een schuldbrief van f 200. Kanttekening d.d Deze koopbrief is teniet gedaan aangezien Jacob Jansz. geen eigendom aan het erf heeft maar alleen op verzekerd is. Het is door de curator verkocht aan Jan Jan Sijmonsz. Nr. 61 folio 30v. d.d Jan Willemsz. wonende in de Weipoort heeft verkocht aan Cornelis Dircxz. Ottgen zijn buurman 4 morgen 47 roeden land in de Broekpolder, belend ten N: Barber Hugendr., ten O: de Broeksloot, ten Z: de erfgenamen van Neeltgen Pietersdr. weduwe Gerrit Jansz. Onderwater en ten W: de Weipoortse vliet. De oude koopbrief in dato wordt voor gecasseerd gehouden, ook die van tussen hem comparant en de voorn. Ottgen. Hierover was een kwestie gerezen welke door tussenspreken van goede mannen op is geaccordeerd. Het land is belast met een rente van f 10 per jaar, toekomende jonkheer Johan van Bassenrode van Montfoort, die uit naam van zijn huisvrouw erfgenaam was van Mr. Gerijt Verlaen. Nog met een pacht van f per jaar, toekomende de kerk van Benthuizen, welke mede als gecasseerd wordt gehouden. Over de f 10 is kwestie ontstaan. De voorn. Ottgen zal dragen een rente van f 9 per jaar tegen de penning 16, toekomende Gerijt Arentsz. van Dam, etc. Hij bekent hiervan voldaan te zijn, de eerste penning met de laatste. Nr. 62 folio 32 d.d Anthonis Lourisz. wonende s-gravenhage al bestorven bloedvoogd van de weeskinderen van zaliger Matheus Gerijtsz., Katherijna Gerijtsdr. geholpen door Adriaen Cornelisz. secretaris van Zegwaart haar gekozen voogd, als mede erfgenaam van Andries Gerijt Louwen, welke Anthonis Lourisz. in de voorsz. kwaliteit en Katerijna Gerijtsdr., mitsgaders Hubert Aertsz. wonende Kalslagen, voor zichzelf, vervangende zijn consorten, tezamen erfgenamen zijn van Dirck Cornelisz., in leven zoon van zaliger Cornelis Gerijtsz., welke mede erfgenaam was van de voorn. Andries Gerijt Louwen, hebben met consent van Jan Aelwijnsz. Scheepmaker weesmeester van Zoetermeer als oppervoogd van de weeskinderen, verkocht aan Sijmon Govertsz. wonende aan het Zoetermeerse meer in Stompwijk ¾ parten van een stuk weiland van 3 morgen 2½ hond in de Broekpolder en waarvan het resterende ¼ part Sijmon Govertsz. zelf toekomt uit naam van Anthonia Gerijtsdr. mede erfgenaam van Andries Gerijtsz.. Belend in het geheel ten N: Jan Jacobsz., ten O: Cornelis Dirck Claesz., ten Z: de weduwe van Gerijt Boeckelsz. en ten W: de Zoetermeerse watering. Belast met een pacht van f 6 per jaar, toekomende Heijndrick Adriaensz. lindewever te Leiden. Zij bekennen hiervan voldaan te zijn met gereed geld en een rentebrief. Nr. 63 folio 33 d.d Jan Cornelisz. Ottgen wonende Zoeterwoude heeft gekocht van Jan Willemsz. zijn buurman 4 morgen 47 roeden land in de Broekpolder, belend ten N: Barbara Hugendr., ten O: de Broeksloot, ten Z: de erfgenamen van Neeltgen Pietersdr. weduwe Gerijt Jansz. Onderwater en ten W: de Weipoortse vliet.