O U D A D M I N I S T R A T I E F A R C H I E F S C H I E D A M W E E S K A M E R I N V E N T A R I S N U M M E R

Transcriptie

1 O U D A D M I N I S T R A T I E F A R C H I E F S C H I E D A M W E E S K A M E R I N V E N T A R I S N U M M E R t / m B E W E R K I N G D O O R A N T H O N I U S V A N D E R T U IJ N T E R H O O N 1

2 Nr. 1 folio 1v. d.d (beschadigd). Pieter Cornelisz. lijndraaier burger alhier weduwnaar van Matgen Crijnen, ter ene zijde; Lenert Pietersz. Ruijchrock, Claes Bastiaensz. metselaar en Heijndrick Heijndricxz. zeevarende man, als bloedvrienden en voogden van de kinderen van Thijs Dircxz. en Maritgen Cornelisdr., geïnstitueerde erfgenamen in de goederen van dezelve Matgen Crijnen, ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd nopens de erfenis die de voorn. kinderen van Matgen Crijnen zijn aanbestorven volgens het testament, verleden voor schepenen alhier op In de erfenis een kustingbrief sprekende op Jan Heijndricxz. lijndraaier van dato , inhoudende nog zuiver f 576. Nog een kustingbrief sprekende op Cornelis Jansz. Schaer in dato , inhoudende nog zuiver f 177. Pieter Cornelisz. zal behouden het huis en erf door hem getimmerd op de Haven. Nr. 2 folio 2v. d.d Louweris Jacobsz. weduwnaar van Anna Hermansdr., ter ene zijde; Joris Jacobsz. voor zichzelf en als voogd van Thonis Jacobsz. oud 15 jaar en Maerten Jacobsz. 13 jaar, zijn broeders, allen erfgenamen en voorkinderen van Anna Hermansdr. voorn. waarvan vader was Jacob Jansz., ter andere zijde. Zij zijn te samen geaccordeerd nopens de scheiding van de boedel van Louweris Jacobsz. en Anna Hermansdr. Jan en Joris Jacobszonen als mondige kinderen zullen ontvangen de gehele boedel en goederen, zo van Louris Jacobsz. als van Anna Hermansdr. hun moeder. Zij moeten uitreiken aan Louris Jacobsz. hun stiefvader, zijn leven lang, f 4 per jaar. Het Gasthuis zal daarvoor ontvangen f 250. Jan en Joris zullen hun onmondige broeders moeten onderhouden. Nr. 3 losse bladzijde tussen folio 3v. en 4 d.d Maerten Arijensz. schoenmaker weduwnaar van Trijntgen Arijensdr. die weduwe was van Dammas Willemsz., bekent schuldig te zijn aan Willem Dammasz., zoon van de voorn. Trijntgen Arijensdr., de somme van f 30, welke somme de voorn. Willem Dammasz. door zijn voogden bij accoord was beloofd. Maerten Arijensz. belooft de f 30 te betalen bij de verkoop van het huis en erf in deze vertichting verbonden. Nr. 4 folio 3v. d.d Doe Jorisz. de zoon van Joris Doensz. oud 22 jaar, is door de weesmeesters gehoord met getuigenis van Job Jobsz. Fabrij en Theunis Jansz. alias Caeuwerts, zijn voogden inzake de bekwaamheid om zijn eigen goederen te administreren. Nr. 5 folio 4 d.d Matgen Gerritsdr. weduwe van Sebastiaen Phillipsz., in leven zeeman, met haar gekozen voogd in deze Eelandt Adriaensz. oud burgemeester dezer stede, heeft bewezen haar onmondig weeskind, genaamd Jaepgen Sebastiaensdr. oud 6 jaar. Zij zal het kind moeten onderhouden en bij huwelijk of mondige dag zal het kind ontvangen f 6. Hierop is vertogen de weduwe en haar gekozen voogd, mitsgaders Gerrit Ariensz. de Munnick stierman, ter ene zijde en Jan Jansz. gehuwd met Lijsbeth Sebastiaensdr. moeder van Sebastiaen Phillipsz. voorn., mitsgaders Cornelis Dircxz. schipper behuwd oom, voogden van het voorsz. weeskind, ter andere zijde. Nr. 6 folio 4v. d.d De weesmeesters als oppervoogden van de weeskinderen van zaliger Bastiaen, Arien en Wouter Willemsz. Penning, hebben op verzoek van Pieter en Cornelis Willemsz. Penning als omen en bloedvoogden van de weeskinderen, geconsenteerd dat de voorn. Pieter en Cornelis Penning uit naam en als voogden van de weeskinderen, als mede erfgenamen van zaliger Willem Pietersz. Penning hun grootvader, zullen mogen treden in het proces wat zij van mening zijn te sustineren voor het Hof van Holland tegen Trijntgen Jacobsdr. weduwe van de voorn. Willem Pietersz. Penning, als eisers inzake reformatie van een vonnis dat in hun nadeel is beslist door het gerecht dezer stede belangende de zetting van ¼ part van een huis en erf van de voorn. Willem Penning door dezelve weduwe aan de erfgenamen te geef of te nemen gezet. Nr. 7 folio 5 d.d Evert Cornelisz. snijder uit naam van zijn huisvrouw en Gerrit Jansz. Cool, erfgenamen van zaliger Aeltgen Jansdr., ter ene zijde; Jan Cornelisz. van Rotterdam voor zichzelf en als voogd van Maertgen Andriesdr., weeskind van Adriane Cornelisdr., erfgenamen van Cornelis Huijgensz. zaliger, ter andere zijde. Zij zijn ter weeskamer geaccordeerd inzake de schifting en scheiding van het huis en erf waarin zij bestorven zijn. Het zal worden gecontinueerd tot de thuiskomst van Jacob Jansz. Cool broeder van Gerrit Jansz. Nr. 8 folio 5v. d.d Arent Lenertsz. en Elias Lenertsz. broeders vervangende Sijbrant Lenertsz. en Neeltgen Lenertsdr., voor de ene helft; Claertgen Lijevensdr. huisvrouw van Adam Gerritsz. Trompetter, voor de andere helft. Zij hebben aangenomen te onderhouden in kleding en lijfsbehoeften de 2 weeskinderen van Jacob Lijevensz. en Maritgen Lenertsdr. beiden zaliger, met namen: Pieter Jacobsz. en Heijltgen 2

3 Jacobsdr., en dat voor de eerstkomende 8 jaren. De kinderen erven mede van hun zaliger grootvader Lijeven Pietersz. Dit wordt verzekerd op het huis en erf dat door Jacob Lijevensz. is nagelaten, staande in een steeg responderende op de Nieuwstraat, belend ten O: de poort en uitgang van Dirck Huijbrechtsz. en ten W: Cornelis Jacobsz. molenaar. Nr. 9 folio 7 d.d Sara Carelsdr. weduwe Maerten Jacobsz. Bol heeft bewezen haar onmondig weeskind; genaamd Jacob Maertensz. Bol oud ca. 4 jaar, inzake zijn vaderlijke goederen. Zij zal haar kind onderhouden in kost, kleding en lijfsbehoeften tot zijn mondige dag, een vak laten leren en daarna uitreiken de somme van f 6 en een jaar daarna nog eens f 6. Indien de weduwe komt te overlijden voordat het kind mondig is geworden, dan zal worden uitgekeerd f 50. Indien het kind komt te overlijden voor zijn mondige dag, zal de weduwe uitkeren aan de erfgenamen van vaderszijde de somme van f 6. De gekozen voogd van de weduwe is Frans Crijnen. Gedaan ten overstaan van Huijch Woutersz. Bol als bloedvoogd. Kanttekening: Op compareerde ter weeskamer Sara Karelsdr. weduwe Maerten Jacobsz. Bol en verklaarde dat zij aan het weeskind in eigendom heeft overgedragen de hoofdsom van een obligatie inhoudende f 54, sprekende op Huijch Woutersz. Bol, in dato de laatste april. De weduwe zal van deze obligatie haar leven lang het vruchtgebruik hebben. Nog een kanttekening: Op heeft Huijch Woutersz. Bol de obligatie afgelost. Nr. 10 folio 7v. d.d Jan Gorisz. bootgezel burger dezer stede heeft bewezen zijn onmondig weeskind genaamd: Machtelt Jansdr. oud ± 7 weken, nagelaten door zijn zaliger huisvrouw Heijltgen Jansdr., in voldoening van de moederlijke goederen. Hij belooft het weeskind te onderhouden tot haar mondige dag en daarna uit te reiken de somme van f 6. Dit verzekert hij op zijn persoon en goederen. Gedaan tegenover Jacob Jansz. Slour als oom en bloedvoogd. Nr. 11 folio 8 d.d De weesmeesters hebben op verzoek van Pieter Lievensz. metselaar om 2 maanden uitstel te hebben van betaling aan de weeskinderen van zaliger Joris Doensz., van de hoofdsom met de verlopen renten van f per jaar, geregistreerd in het weesrenteboek op , geappointeerd tot over 12 maanden. Nr. 12 folio 8v. d.d Claes Olofsz. weduwnaar van Lijnken Willemsdr. is geaccordeerd met Willem Willem Nieupoort de ouden en Willem Willemsz. Nieupoort de jonge, respectivelijk de vader en broeder van Lijnken en overzulks gerechte bloedvoogden van de 4 onmondige weeskinderen, genaamd: Olof Claesz. oud 8 jaar, Rijckgen Claesdr. 6 jaar, Willem Claesz. 4 jaar en Maritgen Claesdr. 1 jaar, inzake hun moederlijke goederen. De weduwnaar belooft zijn kinderen op te voeden tot hun mondige dag, te laten leren lezen en schrijven en een ambacht te leren, daarna uit te reiken een uitzet en f 30, buiten het geld en juwelen van hun moeder, te versterven van het ene kind op het andere en bij overlijden van allen op de erfgenamen van moeders zijde. Rijckgen Claesdr. zal van de juwelen vooruit ontvangen en als pillegift een zilveren bel. Hij verzekert dit op zijn huis en erf op de Dam, belend ten O: Claes Jansz. Muijs en ten W: Cornelis Heijndricxz. Keesa, mitsgaders op zijn taanhuis, staande buiten deze stede op de Hoofdkade. Nr. 13 folio 9 d.d Dirck Claesz. zeevarende man burger dezer stede weduwnaar van Nelletgen Dircxdr. heeft bewezen zijn onmondig weeskind, genaamd: Dirck Dircxz. oud 1½ jaar. Hij belooft het weeskind te onderhouden tot zijn mondige dag en daarna uit te reiken f 9. Dit verzekert hij op zijn huis en erf, staande over de Schie, belend ten W: Jan Arijensz. pottebakker en ten O: Pieter Meesz. metselaar. Gedaan tegenover Michiel Sijvertsz. secretaris van de Hogenban als oom en bloedvoogd van het weeskind. Nr. 14 folio 11 d.d Baernt Rochusz. zeevarende man burger dezer stede weduwnaar van Jannetgen Jacobsdr. heeft bewezen zijn 2 onmondige weeskinderen, genaamd: Rochus Barentsz. oud 11 jaar en Arijen Rochusz. 3 jaar, inzake hun moederlijke goederen. Hij belooft de kinderen te onderhouden tot hun mondige dag en daarna uit te reiken f 6. Dit verzekert hij op zijn huis en erf, staande in de Raam, belend ten W: Pieter Cornelisz. lijndraaier en ten O: Willem Jansz. Organist. Verder bekenden Arijen Jansz. Veen van vaderszijde en Jan Cornelisz. van moederszijde, als omen en voogden van Jacob Fransz. oud 22 jaar en Jan Cornelisz. als man en voogd van Ariaentgen Fransdr., dezelve Ariaentgen mede present, beiden voorkinderen van Jannetgen Jacobsdr. voorn., waar vader van was Frans Jansz., van het moederlijk bewijs door Barent Rochusz. voldaan en betaald te zijn. Nr. 15 folio 11v. d.d Jaepmijntgen Adriaensdr. weduwe Pouwels Willemsz. bootgezel, geassisteerd door Wijnant Jacobsz. bode haar gekozen voogd, heeft bewezen Maritgen Pouwelsdr. oud 24 jaar en Willem Pouwelsz. 22 3

4 jaar, beiden voorkinderen van Pouwels Willemsz., verwekt bij Aechgen Cornelisdr. zaliger, mitsgaders haar 4 onmondige weeskinderen, genaamd: Ariaentgen Pouwelsdr. oud 11 jaar, Annetgen Pouwelsdr. 9 jaar, Heijndrick Pouwelsz. 4 jaar en Jan Pouwelsz. 1½ jaar, ieder 20 stuivers, makende te samen f 6. Te betalen op hun mondige dag en te versterven op de erfgenamen van vaders zijde. Zij verzekert dit op haar nieuw getimmerd huisje en erf in het Broersveld aan de oostzijde van de vaart achter het huis en erf door haar verkocht aan Jacob Woutersz. varende man, belend ten Z: het erf van het huis van Dirck Ewoutsz. metselaar en ten N: de gang behorende aan het voorn. huis van Jacob Woutersz. Gedaan tegenover Willem Willemsz. Schapencaes als oom en bloedvoogd van de kinderen. Nr. 16 folio 12 d.d Tijlman Cornelisz. gehuwd met Annetgen Sijmonsdr. weeskind van Sijmon Arijensz. heeft voor de weesmeesters overgegeven dat hij van waarde zal houden, alle het gunt de weesmeesters zullen ordonneren aan Bruijn Arijensz. oom en voogd van dezelve Annetgen Sijmonsdr., te betalen zo van zijn comparants schulden als tot onderhoud van zijn huisvrouw. Nr. 17 folio 12 d.d Tijlman Cornelisz. voorsz. heeft verklaard dat hij aan hem neemt de actie van het huis van Vranck Pietersz. achtervolgende de presentatie van Bruijn Arijensz. gesteld, volgens de staat en scheiding van de goederen van het weeskind, gedaan op 21 april laatstleden. Nr. 18 folio 12v. d.d Willem Arijensz. blokmaker als erfgenaam voor ¼ part van Pietertgen Willemsdr. weduwe Arijen Arijensz. bakker zijn moeder, geassisteerd door Barthout Arijensz. en Jacob Heijnricxz. gehuwd met Jannetgen Arijensdr., zijn broeder en zwager, mede erfgenamen, ter ene zijde; Willem Jacobsz. lakenkoper uit naam van Annetgen Willemsdr. zijn dochter weduwe Arijen Willemsz., Coen Jansz., beiden korenkopers wonende te Delft, ter andere zijde. Zij zijn te samen geaccordeerd inzake de erfenis van de voorn. Willem Arijensz., hem aanbestorven door het overlijden van zijn moeder, mitsgaders van het testament aan hem gemaakt door zijn oom Arijen Willemsz. Pomp, die dezelve Willem Arijensz. in handen van Arijen Willemsz. en Coen Jansz. korenkopers voorn., heeft gegeven volgens het transport in dato , luidende als volgt: Annetgen Willemsdr. en Coen Jansz. voorsz. zullen ontvangen en genieten de goederen van de voorsz. Willem Arijensz. door het overlijden van zijn voorn. moeder, indien de schulden van haar boedel betaald zullen zijn. Dit op termijnen als hetzelve van het huis, mitsgaders uit de kustingen of andere goederen in de boedel zijnde zal inkomen, mits dat eerdaags in hun handen geleverd zal worden de staat en inventaris van de boedel van de voorn. Pietertgen Willemsdr. Nr. 19 folio 13 d.d Maritgen Arijensdr. weduwe Arijen Cornelisz. Loij schipper met haar gekozen voogd Huijch Woutersz. Bol, ter ene zijde; Cornelis Arijensz. en Claes Arijaensz. vervangende Crijn Jobsz. wonende in Brielle gehuwd met Magdalena Arijensdr. hun zuster, allen mondige voorkinderen van Arijen Cornelisz. Loij, verwekt bij Emmetgen Cornelisdr. zaliger, mitsgaders Jan Cornelisz. Loij als oom en bloedvoogd van Emmetgen Ariensdr. oud ± 18 jaar en Pleuntgen Arijensdr. 12 jaar, beiden onmondige weeskinderen van de voorn. Arijen Loij en Maritgen Arijensdr. voorn., ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd in de schifting en scheiding van de inboedel, huisraad, inschulden etc. en voorts aangaande het huis en erf van dezelve Arijen Cornelisz., staande op de Dam, belend ten O: het huis en erf van jonge Pieter Pietersz. van der Burch en ten W: de weduwe van Gerrit Maertensz. Maritgen Arijensdr. zal dit in eigendom aan haar behouden, waarvoor zij zal moeten uitreiken aan de voorn. kinderen de somme van f 775. Verder zal de weduwe moeten onderhouden Emmetgen en Pleuntgen Arijensdrs. tot hun mondige dag of huwelijke staat. Nr. 20 folio 14 d.d Maertgen Schrevelsdr. weduwe Jan Jacobsz. Bieman met haar gekozen voogd Jan Dircxz. van Coelen, heeft bewezen haar 2 onmondige weeskinderen, genaamd: Neeltgen Jansdr. oud 5 jaar en Ermpgen Jansdr. 3 jaar. Zij belooft de kinderen te onderhouden tot hun mondige dag. De kinderen zullen nog ontvangen f 144 uit een kustingbrief, de weduwe toekomende., sprekende op Dirck Huijbrechtsz. stierman, in dato Zij verzekert dit op haar huis en erf in de Nieuwstraat waarin zij tegenwoordig woont, belend ten N: Allert Heijndricxz. bakker en ten Z: de huizing van Huijbrecht IJsbrantsz. Gedaan tegenover Jacob Cornelisz. Bieman als bestevader en Cornelis Jacobsz. Bieman als oom van de weeskinderen. Nr. 21 folio 15 d.d Ewout Jacobsz. weduwnaar van Leentgen Jansdr. is geaccordeerd met Claes Jansz. stierman en Gerrit Willemsz. schoenmaker, omen en voogden van het weeskind, genaamd: Ariaentgen Ewoutsdr. oud 16 weken. Hij belooft het kind te onderhouden tot haar mondige dag en dan uit te reiken 1/5 part in 1/7 part van een rentebrief, inhoudende in hoofdsom f 4.000, sprekende op Bommenee of het land van Voorne, in dato , berustende onder Arien Thonisz. te Brouwershaven. Nog een gelijke 4

5 portie in een rentebrief, inhoudende in hoofdsom f 2.400, sprekende op Antwerpen, berustende als voren, in dato , mits dat hij weduwnaar daarvan de rente zal genieten tot de mondige dag van het weeskind. Indien het kind binnen 1 jaar komt te overlijden dan komen de bewezen penningen op de vrunden van moeders zijde. Komt het kind na 1 jaar te overlijden, dan worden de penningen half om half verdeeld tussen hem weduwnaar en de voorn. vrunden. Compareerde mede Ariaentgen Ewoutsdr. grootmoeder van het weeskind en moeder van Ewout Jacobsz. en beloofde gedurende haar leven het kind te alimenteren. Zij verbindt hieraan haar huis en erf in de Korte Kerkstraat, belend ten W: Arien Olofsz. en ten O: Barbara Bontgens weduwe. Nr. 22 folio 16 d.d Lijsbeth Pietersdr. weduwe Aert Pietersz. Schol voor 1/3 part, Simon Veris gehuwd met Maertgen Pietersdr. voor 1/3 part, Govert Arijensz. gehuwd met Maertgen Jansdr. voor 1/6 part en Cornelis Claesz. Jager met procuratie van Arien Jansz. voor 1/6 part, allen erfgenamen van zaliger Arien Woutersz. weeskind van Wouter Cornelisz. den ouden. Zij hebben gelicht uit de weeskamer de juwelen, brieven en stukken welke in de weeskamer berusten van wegen de voorn. Arien Woutersz., mitsgaders de doos gequoteerd nr. 41, welke conform de inventaris aan de erfgenamen overgeleverd. Nr. 23 folio 16v. d.d Jan Stalpaert, Jacob Stalpaert, Evert Stalpaert en Hans de Klerck, als omen en voogden van de weeskinderen van Mr. Joost Stalpaert zaliger, in leven doctor medicine alhier, ter ene zijde; Heijman Corstiaensz. geassisteerd door Elant Ariensz. oud burgemeester alhier, ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd dat Heijman Corstiaensz. zal mogen betimmeren de lichten staande in de westmuur van het huis van Joost Stalpaert voorn., staande in de Boterstraat, belend ten W: Heijman Corstiaensz. voorn. en ten O: Goossen Sijmonsz. olieslager. Heijman Corstiaensz. zal hiervoor aan de voogden betalen f 36. Nr. 24 folio 16v. d.d De weesmeesters hebben toegelegd op Dirck Ariensz. lakenkoper f 100, hem toekomende van de kinderen van Willem Jansz. Foock en Aeltgen Barentsdr., ter zake van laken en zeekleding. Nr. 25 folio 17 d.d De weesmeesters hebben geauthoriseerd Jacob Lambrechtsz. en Willem Nieupoort de jonge als voogden over de weeskinderen van zaliger Jacob Heijndricxz. en Trijntgen de bakster, mitsgaders als opzienders neffens de oudste zoon Jan Jacobsz., over de administratie van de goederen. Nr. 26 folio 17 d.d Bruijn Ariensz. kuiper als oom en voogd van Annitgen Simonsdr. tegenwoordig huisvrouw van Thielman Cornelisz., verzoekt consent om Thielman Cornelisz. te overhandigen alle stukken, rentebrieven, kustingbrieven etc., toekomende de voorn. Annitgen Simonsdr. en berustende in de weeskamer. Hierin wordt toegestemd. Bruijn Arijensz. wordt bedankt voor zijn voogdij. Nr. 27 folio 17v. d.d Thielman Cornelisz. gehuwd met Annitgen Sijmonsdr. bekent uit handen van Bruijn Arijensz. kuiper als oom en bloedvoogd van dezelve Annitgen Sijmonsdr., ontvangen te hebben al de goederen en stukken die zijn huisvrouw zijn aanbestorven door Arien Sijmonsz. haar bestevader, haar bij aflijvigheid van haar neef Pieter Willemsz. achtervolgende volgens de staat daarvan zijnde. Mitsgaders nog 2 rentebrieven door Sijtgen Meesdr. in waring van de voorn. Annitgen vaderlijk bewijs gegeven en ter weeskamer gelijcht zijnde. Nr. 28 folio 18 d.d Aeltgen Michielsdr. weduwe Joost Heijndricxz. Bolleman, geassisteerd door Arent Bruijnsz. van der Dussen haar gekozen voogd, heeft bewezen haar onmondig weeskind, genaamd: Maertgen Joostendr. oud 3 jaar. Zij belooft het kind te onderhouden tot haar mondige dag en daarna uit te reiken f 6. Dit heeft zij gedaan tegenover Bastiaen en Jacob Heijndricxz. Bolleman, omen en bloedvoogden van het kind. Kanttekening: Op compareerde Sebastiaen en Jacob Bolleman, mitsgaders Maertgen Heijndricxdr. als erfgenamen van Maertgen Joosten en bekenden door Aeltgen Michielsdr. voldaan en betaald te zijn. Nr. 29 folio 18v. d.d Thonis Jorisz. Post weduwnaar van Jannetgen Jansdr. heeft bewezen zijn 3 onmondige weeskinderen, genaamd: Maertgen Thonisdr. oud 13 jaar, Barbara Thonisdr. 8 jaar en Trijntgen Thonisdr. 7 jaar. Hij belooft de kinderen te onderhouden tot hun mondige dag en dan uit te reiken f 2. Dit verzekert hij op zijn huis en erf voor de Raam, belend ten W: Anna Jansdr. en ten O: Jan Fransz. bootgezel. Gedaan ten overstaan van Cornelis Jobsz. Pels als voogd van de weeskinderen Nr. 30 folio 19 d.d Neeltgen Dircxdr. weduwe Cornelis Jansz. Gout schuitvoerder geassisteerd door Thonis Jorisz. haar toekomende man en Dirck Huijbrechtsz. als oom en voogd van de 4 weeskinderen, genaamd: Jacob 5

6 Cornelisz. oud 23 jaar, Dirck Cornelisz. 20 jaar, Neeltgen Cornelisdr. 18 jaar en Claartgen Cornelisdr. 9 jaar. Zij belooft de kinderen te onderhouden tot hun mondige dag en dan uit te reiken aan ieder 7. De kinderen erven nog van Neel in de Thuijn, hun overleden oudtante. De weduwe verzekert dit op haar huis op de Schie, belend ten O: Jan Jacobsz. schuitvoerder en ten W: het huis van Claes Jansz. Ceelen. Nr. 31 folio 20 d.d Trijntgen Jansdr. weduwe Adriaen Adriaensz. in de Baen geassisteerd door haar gekozen voogd Wijnant Jacobsz. bode, belooft te betalen aan Jannetgen Lievensdr. weduwe Daniel Arentsz. van Brouwershaven, geassisteerd door Willem Gerritsz. lakenkoper, voor haarzelf en voor haar weeskinderen, door de voorn. Daniel nagelaten, de somme van , welke zij comparante nog schuldig is volgens een obligatie door haar voorn. man verleden op Zij zal het geld betalen wat komt van haar mans soldij. Nr. 32 folio 21 d.d Hadewij Gerritsdr. weduwe Dirck Huijbrechtsz. smid met haar gekozen voogd Pieter Roelen bakker, heeft bewezen haar onmondig weeskind, genaamd: Heijndrick Dircxz. oud 1 jaar, de somme van 2 groot Vlaams, te betalen bij mondige dag. Gedaan ten overstaan van Aelbrecht Huijbrechtsz. oom en bloedvoogd van het kind. Nr. 33 folio 21v. d.d Willem Nieupoort de jonge is door de weesmeesters gesteld als voogd over de weeskinderen van Mees Jansz. en Claesgen Pietersdr. beiden zaliger. Hij heeft uit handen van de weesmeesters gelicht f , wat door Huijbrecht Corsz. ter weeskamer is gebracht over de volle betaling van een kustingbrief, verleden door Ewout Jansz. scheeptimmerman t.b.v. de voorn. weeskinderen in dato Nr. 34 folio 21v. d.d De weesmeesters hebben op verzoek van Aeltgen Augustijnsdr. geaccordeerd dat zij de weduwe van Willem Engelbrechtsz., haar overleden zoon, tot onderhoud zal uitreiken de penningen gekomen van de verkochte kleding van Willem Engelbrechtsz. Nr. 35 folio 22 d.d Claes Outgaertsz. huisman wonende ten half wegen tussen Schiedam en Overschie, bekent schuldig te zijn aan de weeskinderen van zaliger Arnt Cornelisz. Duijst van Santen, de somme van f als restant van landpacht. Nr. 36 folio 22 d.d Michiel Gerritsz. weeskind van Pietertgen Joostendr. waar vader van is Gerrit Michielsz. die thans volwassen is en over zijn goederen kan beschikken, bekent voldaan en betaald te zijn door Jacob Joosten en Simon Cornelisz., zijn omen en voogden, inzake de erfenis van Joost Jorisz. Post, zijn overleden bestevader. Nr. 37 folio 22v. d.d Josijntgen Crijnen weduwe Jacob Amen bootgezel met haar gekozen voogd Willem Nieupoort, ter ene zijde; Lambrecht Gerritsz. stierman als bestevader en voogd van Aem Jacobsz. oud 9 jaar, voorkind van Jacob Amen waar moeder van was Maertgen Lambrechtsdr. zijn overleden dochter, mitsgaders Claes Pietersz. Mes als oudoom en Cornelis Jansz. behuwd oom en voogden over Aem Jacobsz. en van Pieter Jacobsz. oud 3 jaar, weeskind van dezelve Jacob Amen, verwekt bij de voorn. Josijntgen Crijnen, ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd inzake de erfenis van de kinderen. Josijntgen zal aan Aem Jacobsz. uitreiken f 14, zijnde zijn moederlijk bewijs, mitsgaders nog f 2 van zijn vaderlijk bewijs, boven de deling van de inboedel. Hiermede is de weduwe ontslagen van het onderhoud van het voorn. weeskind. Zij belooft haar eigen weeskind Pieter Jacobsz., te onderhouden tot zijn mondige dag en dan uit te reiken f 3. Alzo Anna Pietersdr. weduwe Aem Pietersz. de moeder van de voorn. Jacob Aemsz. nog in het bezit is van de gemene boedel, zal Josijntgen na het overlijden van dezelve Anna Pietersdr. geen actie mogen pretenderen, maar zal het t.b.v. de kinderen komen. Josijntge verzekert dit op haar huis en erf in het Groeneveld, belend ten O: Willemgen Jacobsdr. weduwe Jacob Harmansz. wever en ten W: zekere huizing van Willem Melchiorsz. Welhouck. Nr. 38 folio 23v. d.d Floris Michielsz. kuiper heeft gehuurd voor de tijd van 1 jaar zeker huisje in de Zwaansteeg, toekomende de kinderen van Pietertgen Willemsdr. Nr. 39 folio 23v. d.d Annitgen Willemsdr. weduwe Cornelis Cornelisz. Queps bootgezel, geassisteerd door Willem Jansz. Organist haar vader en voogd, heeft bewezen haar onmondig weeskind, genaamd Maritgen Cornelisdr. oud ¾ jaar. Zij zal het kind opvoeden tot haar mondige dag en dan uitreiken 12. Indien het kind komt te overlijden gaan penningen naar de erfgenamen van vaders zijde. Dit verzekert zij op haar huis en erf in de Raam, belend ten O: Cornelis Ariensz. bootgezel en ten W: de baan van Claes 6

7 Bastiaensz. metselaar. Zij is hier op vertogen tegen Dignum Pietersdr. huisvrouw van Joris Michielsz. als bestemoeder, mitsgaders Maritgen Pietersdr. Queps huisvrouw van Baerthout Wernaertsz. schipper als oudtante van het weeskind. Nr. 40 folio 24v. d.d Cornelis Cornelisz. Verheul belooft aan Joris Ariensz. en Heijndrick Pietersz. wonende te Delft, hetgeen hij hun schuldig is, belopende f 630. Hij geeft als onderpand een zekere schuldbrief sprekende op Dirck Maertsz. in Kethel, spruitende van de koop van land en berustende alsnog onder Jacob Arentsz. secretaris van Kethel, inhoudende omtrent f 400. Nr. 41 folio 25 d.d Cornelis Leendertsz. scheeptimmerman weduwnaar van Gijsgen Dircxdr. heeft bewezen zijn 5 onmondige weeskinderen, verwekt bij de voorn. Gijsgen Dircxdr., genaamd: Dirck Cornelisz. oud 12 jaar, Trijntgen Cornelisdr. 10 jaar, Maertgen Cornelisdr. 7 jaar, Grietgen Cornelisdr. 5 jaar en Jan Cornelisz. 4 jaar. Hij zal de kinderen opvoeden tot hun mondige dag en dan aan ieder uitreiken een uitzet, naar gelang zijn vermogen en de somme van f 370, wat hij op rente t.b.v. de kinderen heeft uitgezet, belopende ieder weeskind f 74, komende uit hun moederlijke goederen. Hij verbindt hieraan zijn huis en erf op het Einde, belend ten N: de weduwe van Claes Pieter Jonasz. en ten Z: Coen Cornelisz. Hij is hierop vertogen tegen Cornelis Ariensz. Swart behuwd oom en Jan Jansz. thooft stierman als neef van zijn huisvrouw en beiden als voogden over de weeskinderen. Nr. 42 folio 25v. d.d Grietgen Jansdr. weduwe Arien Dircxz. bakker geassisteerd door Huijch Jansz. schipper (haar broeder), ter ene zijde: Alvijn Heijndricxz. gestelde voogd in plaats van Gerrit Dircxz. wonende te Rotterdam als oom, mitsgaders Jacob Pietersz. bakker als behuwd oom van Gerrit Ariensz. oud 7 jaar, weeskind van Arien Dircxz. en Grietgen Jansdr., ter andere zijde. Zij zal het kind opvoeden tot zijn mondige dag en dan een uitzet toekomen met nog f 500. Dit verzekert zij op haar huis en erf in de Gooistraat, belend ten N: Cornelis Gerritsz. blokmaker en ten Z: Job Jansz. stierman. Nr. 43 folio 27 d.d Fijtgen Franckendr. huisvrouw van Elant Adriaensz. oud burgemeester alhier, geassisteerd door haar man, ter ene zijde: Lucas Huijgensz. van der Dusse tegenwoordig burgemeester alhier, ter andere zijde. Zij verklaren onderling geaccordeerd te zijn dat de voorn. Lucas Huijgensz. zijn 5 kinderen zal opvoeden verwekt bij zaliger Soetgen Duijst Adriaensdr. zijn overleden huisvrouw, genaamd: Neeltgen Lucasdr. oud 10 jaar, Huijch Lucasz. 7 jaar, Fijtgen Lucasdr. 6 jaar, Madaleentgen Lucasdr. 4 jaar en Adriaen Lucasz. 2½ jaar. Hij bewijst voor hun moeders erfenis f 4.250, belopende elk kind f 850, te betalen bij hun mondige dag. De kinderen zullen na overlijden, erven van Fijtgen Franckendr. Nr. 44 folio 28v. d.d Claes Allertsz. stadsomroeper weduwnaar en boedelhouder van Lijntgen Jansdr. van Rousselaer, ter ene zijde: Willem Nieupoort de jonge notaris en Wijnant Jacobsz. als geordonneerde voogden over de 3 onmondige weeskinderen, ter andere zijde. De weeskinderen zijn genaamd: Lijsbeth Claesdr. oud 16 jaar, Jan Claesz. 11 jaar en Regnier Claesz. 7 jaar. Hij zal de kinderen opvoeden tot hun mondige dag en uitreiken f 4. De kinderen zullen nog behouden van hun moeder een ronde gouden heup, twee rode koralen vijftigen en een zilveren vingerhoed, te samen waardig f 14. Hij verbindt hieraan zijn huis en erf op de Verbrande Erven, belend ten Z: Trijntgen Coijen en ten N: Balaem Cornelisz. Nr. 45 folio 29 d.d Liedewij Dircxdr. weduwe Aris Arentsz. geassisteerd door Heijndrick Pietersz. haar broeder, heeft bewezen haar 4 onmondige weeskinderen, genaamd: Arent Arisz. oud 14 jaar, Neeltgen Arisdr. 12 jaar, Dirck Arisz. 9 jaar en Cornelis Arisz. 5 jaar. Zij zal de kinderen opvoeden tot hun mondige dag en aan ieder uitreiken f 15. Dit verzekert zij op haar huis en erf bij de Kethelpoort aan de Kortevest, belend ten O: de weduwe van Gommer Ariensz. en ten W: Heijndrick Pietersz. Gedaan ten overstaan van Dirck Aertsz. schuitvoerder als oom en Job Ariensz. als behuwd oom en beiden als voogden. Kanttekening: Compareerde Liduwij Dircxdr. en vertoonde zeker testament van haar oudste zoon Arent Arisz. waarin bleek dat hij van zijn vaderlijk bewijs was voldaan. Nog een kanttekening: Compareerde Jan Dircxz. als man en voogd van Neeltgen Arisdr. en bekende voor zijn gedeelte uitgekocht te zijn. Actum uts. Nr. 46 folio 30. d.d Trijntgen Cornelisdr. weduwe Frans Cornelisz. bootgezel geassisteerd door Arien Aertsz. scheepmaker haar gekozen voogd, ter ene zijde: Nellitgen Cornelisdr. weduwe Cornelis Fransz. als bestemoeder van het nagelaten weeskind van de voorn. Frans Cornelisz., genaamd: Cornelis Fransz. oud 5¼ jaar, mitsgaders Jacob Pietersz. bakker en Willem Jujaensz. stierman, als voogden van het weeskind, ter andere zijde. De weduwe zal het kind onderhouden en opvoeden tot zijn mondige dag en dan uitreiken f 12. Dit verzekert zij op haar huis en erf aan de Afrol van het Broersveld, belend ten N: Thonis Jansz. schuitvoerder en ten Z: zeker huis en erf toekomende Jan Jacobsz. de Recht. 7

8 Nr. 47 folio 31 d.d. eodem die. Willem Nieupoort de jonge en Daniel Cornelisz. Vacca zijn door de weesmeesters gesteld tot voogden over het weeskind van zaliger Pieter Matheusz. Schilders, in leven rector van de Latijnse school alhier. Nr. 48 folio 31 d.d Maertgen Ewoutsdr. weduwe Pieter Matheusz. Schilders, in leven rector dezer stede, geassisteerd door Claes Pietersz. chirurgijn haar gekozen voogd, zijn geaccordeerd met Willem Nieupoort de jonge notaris en Daniel Cornelisz. van Boshuijsen, geordonneerde voogden over het weeskind, genaamd: Trijntgen Pietersdr. oud 3 jaar. Zij zal haar weeskind opvoeden tot haar mondige dag en dan uitreiken f 72. Dit verzekert zij op haar huis en erf in de Boterstraat, belend ten Z: Claes Maertensz. tvarcken en ten N: Cornelis Dierten bakker. Nr. 49 folio 31v. d.d Aechgen Jansdr. weduwe Dirck Aertsz. Capiteijn geassisteerd door Daniel van der Houve baljuw en schout alhier, ter ene zijde: Job Jobsz. Fabri vroedschap alhier en Dirck Tonisz. Sterrenburch als voogden van vaders zijde, Jacob Rochusz. Doesen, mitsgaders Jan Cornelisz. Loij omen en voogden van moederszijde, over de 4 weeskinderen van Dirck Aertsz. voorn. waar moeder van was Jannitgen Rochusdr., genaamd: Ariaentgen Dircxdr. oud 24 jaar, Grietgen Dircxdr. 20 jaar, Arien Dircxz. 18 jaar en Lidewij Dircxdr. 11 jaar, ter andere zijde. In de boedel 2 kustingbrieven, een sprekende op Cornelis Josephsz., gedateerd , inhoudende f 1.210, berustende onder Aechgen Jansdr. voorn. Hieruit dient betaald te worden aan Jan Ruttensz. metselaar nog f 157 volgens de oude kustingbrief door Jan Jansz. Roos verleden, en nog f 300 van het vaderlijk bewijs van Trijntgen Jansdr. dochter van de voorn. Aechgen Jansdr., volgens de vertichting in dato De andere kustingbrief verleden door Hendrick Lenaertsz. Hertooch, inhoudende nog f zal bewaard worden door de voogden van de voorn. kinderen. De weduwe zal behouden het huis en erf waarin zij woont, staande in de Boterstraat op de hoek van het Marktveld, mits zij tot haar laste neemt de opstal van f per jaar, toekomende deze stad. Nog een rente van f per jaar te ontvangen door Dirck IJsmantsz. te Delft. Mitsgaders nog de helft van een rente van f per jaar, te ontvangen door IJeffgen Jansdr. haar zuster, wonende te Delft, die te allen tijde gelost mag worden volgens zeker accoord in dato De weeskinderen zullen de beterschap van het huis profiteren en genieten, eerst de somme van f , te ontvangen uit een kustingbrief sprekende op Jacob Jansz. kuiper, over de koop van het huis en erf van Liedewij Ariensdr. zaliger, de moeder van de voorn. Dirck Aertsz. Item nog een ordonnantie sprekende op de Ontvanger Generaal Reijer Arentsz., inhoudende van 40 groten, verleden Daar tegen zal de weduwe hebben de ordonnantie van , verleden door de voorn. Ontvanger Generaal op Nog zullen de kinderen ontvangen f 100 uit de ordonnatie inhoudende f 1.001, gedateerd , tegen de f 100 die de weduwe voor de presentie van haar morgengifte daaruit toegevoegd zou zijn, zulks dat de ordonnantie half om half zal worden ontvangen en gedeeld. Nr. 50 folio 33v. d.d Jan Willemsz. van Haerlem en Heijndrick Lenaertsz. als testamenteurs van het testament van zaliger Aeltgen Goossensdr., in leven weduwe van Adam Allertsz., mitsgaders Cornelis Heijndricxz. Kesa als man en voogd van Annitgen Adamsdr., Gerrit Jansz. Vinck als vader en voogd van zijn onmondige kinderen, verwekt bij Hester Adamsdr. en Allert Lievensz. van der Voocht, nagelaten zoon van Rachael Adamsdr., allen kinderen en erfgenamen van de voorn. Aeltgen Goossensdr., ter ene zijde: Winant Jacobsz. als man en voogd van Cuniertgen Adamsdr., ter ander zijde, mede als erfgenaam van de voorn. Aeltgen Goossensdr. Zij verklaren dat tussen hun zekere kwestie was ontstaan nopens zekere jaren verlopen pachten tot f per jaar, staande op het erf van het huis waar Winant Jacobsz. tegenwoordig inwoont, te ontvangen door deze stad. Wijnant Jacobsz. heeft van het huis en erf het gebruik en de lijftocht gedurende het leven van de voorn. Quniertgen zijn huisvrouw en bij haar overlijden het eigendom onder zekere conditie en stipulatie van haar kinderen. Wijnant Jacobsz. beweert dat de pachten door zijn kinderen betaald moeten worden. Er wordt overeengekomen dat Wijnant Jacobsz. het gebruik en de lijftocht van het huis zal hebben volgens de teneur van het testament en de kinderen zullen de pachten betalen, te weten 4 verlopen jaren tot f per jaar. Wanneer de kinderen hun goederen jaarlijks in zullen komen en Cornelis Willemsz. houtkoper van zijn achterwezen van geleverd hout aan het huis voldaan zal zijn, zal Winant Jacobsz. gehouden zijn de 4 verlopen jaren pacht te voldoen en zijn kinderen te ontlasten die dan jaarlijks zullen vervallen. Nr. 51 folio 35 d.d Pietertgen Claesdr. weduwe en boedelhouster van Melis Gerritsz. aardewerker, geassisteerd door Arnt van Leeuwen haar gekozen voogd, heeft beloofd haar 6 onmondige weeskinderen, genaamd: Dammis Melisz. oud 15 jaar, Annitgen Melisdr. 13 jaar, Gerrit Melisz. 10 jaar, Claes Melisz. 8 jaar, Neeltgen Melisdr. 6 jaar en Angeltgen Melisdr. 5¼ jaar op te voeden tot hun mondige dag en alsdan 8

9 uit te reiken aan elk f 2. Zij heeft dit gedaan tegenover Cornelis Dammisz. wonende te Rosendaal in de jurisdictie van Haastrecht, als oudoom en Daam Pietersz. wonende in de Bierte genaamd Hoompick, gelegen onder het sticht van Utrecht, als behuwd oom van de weeskinderen. Nr. 52 folio 36 d.d Claertgen Gerritsdr. weduwe en boedelhoudster van Cornelis Cornelisz. de Zeeuw, geassisteerd door Cornelis Claesz. wever, ter ene zijde: Jan Harmensz. metselaar als behuwd oom, mitsgaders Nellitgen Cornelisdr. weduwe Cornelis Fransz. bestevader, voogden over de 2 nagelaten weeskinderen, genaamd: Juditgen Cornelisdr. oud 5 jaar en Annitgen Cornelisdr. 2 jaar, ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd belangende hun vaderlijk bewijs. Zij zal de kinderen onderhouden tot hun mondige dag en dan uitreiken f 3. Dit verzekert zij op haar huis en erf over de Haven in de Westmolenstraat, belend ten O: Arien Cornelisz. Corte en ten W: Maerten Jacobsz. Bol. Nr. 53 folio 36v. d.d Jan Pietersz. als boedelhouder van Grietgen Theunisdr. de Helt zaliger, ter ene zijde: Cornelis Teunisz., Pieter Theunisz., jonge Cornelis Theunisz., Jan Theunisz. en Jacob Theunisz. als omen en voogden van het nagelaten weeskind van Grietgen Theunisdr., genaamd: Pieter Jansz. oud 2 jaar, ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd nopens het moederlijk bewijs. Hij zal zijn weeskind opvoeden tot zijn mondige dag en dan uitreiken f Zij zijn nog verdragen dat de 2 zilveren messen en de zilveren schorthaak bij testament van voorn. Grietgen Theunisdr., gemaakt op de boedelhouders onmondig voorkind, genaamd: Ingeltgen Jansdr. verwekt bij Neeltgen Jorisdr., zijn zaliger 1 huisvrouw, na haar eventueel overlijden versterft de ene helft op het andere weeskind en de andere helft op Jan Pietersz. Hij verbindt hieraan zijn huis en erf op de Haven, belend ten W: Jan Lenertsz. en ten O: Willem Jujaensz. Borsselaer. Nr. 54 folio 37v. d.d Willem Willemsz. Nieupoort de jonge is door de weesmeesters gesteld tot administrateur over de goederen van het weeskind van zaliger Crijn Crijnsz. Nr. 55 folio 38 d.d Arien Cornelis bootgezel weduwnaar en boedelhouder van Maritgen Thijsdr. heeft bewezen zijn onmondig weeskind, verwekt bij de voorn. Maritgen Thijsdr., genaamd Thijs Ariensz. oud 5 jaar, ter ene zijde. Hij zal het kind opvoeden tot zijn mondige dag en dan uitreiken een gouden engel. Vertoond wordt een notariele akte verleden voor notaris N. Swaenenburch in dato , waaruit blijkt dat Jan Jacobsz. als oudoom van het weeskind, wonende te Leiden, mede bewilligd en geaccordeerd is. Gedaan tegenover Jan Cornelisz. timmerman en Elias Lenertsz. als geburen, ter andere zijde. Nr. 56 folio 38v. d.d Lieven Lenertsdr. en Lenert Lenertsz., vervangende Maertgen Lenertsdr., mondige kinderen van Lenert Lenertsz. en Pleuntgen Crijnendr., beiden zaliger, hebben overgegeven dat zij te vreden zijn en dat men t.l.v. hun gemene goederen en brieven, berustende ter weeskamer, zal opnemen op renten, de somme van f 100 of meer, tot discretie van de weesmeesters om daarmede te onderhouden hun 2 onmondige zusters. Nr. 57 folio 38v. d.d Trijn Cornelisdr. weduwe Willem Thomasz. Schotsman verklaart dat zij het vermogen niet heeft haar 2 kinderen, te onderhouden mits haar armoede en sobere gesteldheid, dat ook de subsidie van de Heilige Geest die zij pleegt te ontvangen, haar opgezegd is daar haar voorn. kinderen als mede erfgenamen van zaliger Corstiaen Cornelisz. houtkoper enige goederen hebben ontvangen. Zij verzoekt opnieuw voor subsidie in aanmerking te komen. Hierin wordt toegestemd met advies van Jan Jacobsz. Morou en Aeltgen Augustijnsdr. als naaste vrunden van de weeskinderen. Nr. 58 folio 39v. d.d Arien Jansz. schoenmaker wonende Delft als oom en bloedvoogd van de 4 nagelaten weeskinderen van Cornelis Ariensz. Leechtas en Neeltgen Jansdr. beiden zaliger, heeft machtig gemaakt Rochus Jansz. kleermaker, neef van de voorn. weeskinderen, om het huis en erf van de weeskinderen, staande op de hoek van de Taansteeg, waarin de moeder overleden is, tot profijt van de kinderen te verkopen. Nr. 59 folio 39v. d.d Hadewij Jacobsdr. weduwe Pieter Bastiaensz. geassisteerd door Jan Dircxz. lijndraaier haar gekozen voogd, heeft bewezen haar 4 onmondige weeskinderen, genaamd: Jacob Pietersz. oud 20 jaar, Lijsbeth Pietersdr. 17 jaar, Bastiaen Pietersz. 16 jaar en Anna Pietersdr. 13 jaar. Zij zal de weeskinderen opvoeden tot hun mondige dag en elk kind dan uitreiken f 25. Elk kind zal nog hebben als bruidstuk op hun huwelijk f 100. Dit verzekert zij op haar huis en erf, staande op het Einde, belend ten Z: de Taansteeg en ten N: Jan Pietersz. van Vlaerding. Zij is hierop vertogen tegen Jan Theunisz. Fiool en Arien Willemsz. timmerman als voogden ter ander zijde. Nr. 60 folio 40v. d.d

10 Maertgen Heijndricxdr. weduwe Jacob Willemsz. Bolleman, geassisteerd door haar gekozen voogd Maerten Pietersz. zeevarende man, heeft bewezen haar 2 onmondige weeskinderen, genaamd: Willem Jacobsz. oud 6 jaar en Neeltgen Jacobsdr. 1 jaar. Zij belooft haar kinderen op te voeden tot hun mondige dag en dan aan ieder uitreiken f 18. Dit verzekert zij op haar huis en erf in het Broesveld, belend ten Z: Willem Ariensz. lijndraaier en ten N: Steven de steenplaatser. Nr. 61 folio 41v. d.d Arien Matheusz. scheepstimmerman weduwnaar en boedelhouder van Jannitgen Roelofsdr. is geaccordeerd met Grietgen Willemsdr. als bestemoeder en Harmen Willemsz. als oudoom van de 2 onmondige weeskinderen, genaamd: Machtelt Ariensdr. oud 4 jaar en Roelof Ariensz. 1 jaar, nopende het moederlijk bewijs. Hij belooft de kinderen op te voeden tot hun mondige dag en dan aan elk uit te reiken f 3 en het zilverwerk van hun moeder. Nr. 62 folio 42 d.d Cornelis Jopsz. en Anthonis Cornelisz. bakker zijn door de weesmeesters tot voogden over de nagelaten weeskinderen van Maertgen Jansdr. weduwe wijlen (niet verder afgemaakt). Nr. 63 folio 42 d.d Maerten Jansz. de Helt weduwnaar en boedelhouder van Baeltgen Jansdr., ter ene zijde: Arien Jansz. metselaar oom en bloedvoogd en Sebastiaen Jacobsz. nomine uxoris neef en mede voogd van de 2 onmondige weeskinderen, genaamd: Jan de Helt oud 4 jaar en Jan Maertensz. oud ¾ jaar, ter ander zijde. Zij zijn geaccordeerd nopens de matrimoniale goederen. Hij belooft zijn kinderen op te voeden tot hun mondige dag en dan aan ieder uitreiken f 3. De kleding gekomen van Ariaentgen Ariensdr. bestemoeder van de kinderen van moederszijde, zullen versterven op de kinderen. Dit verzekert hij op zijn huis en erf bij de Vlaardingese Poort, belend ten N: en ten Z: het erf van Heijndrick Jansz. keetman. Kanttekening: Compareerde Jan Maertensz. en bekende als erfgenaam van Jan de Helt zijn broeder, betaald te zijn. Gedaan op (0). Nr. 64 folio 63 d.d Ariaentgen Dircxdr. en Grietgen Dircxdr. mondige dochters van zaliger Dirck Aertsz. Hogermoet, geassisteerd door Dirck Theunisz. Sterrenburch en Jacob Rochusz. Doessen, hun voogden, vervangende Job Jobsz. Fabri mede voogd. Zij hebben geconsenteerd en overgegeven dat Trijntgen Rochusdr. huisvrouw van Jan Cornelisz. Loij stierman en de weeskinderen van Pieter Rochusz. alias Pier Doessen waar moeder van is Maertgen Pietersdr., elk met een staak of hele hand zullen erven in de goederen van zaliger Maertgen Pietersdr. eertijds huisvrouw van Pieter Woutersz. Scharp, niettegenstaande dat de voorn. Trijntgen Rochusdr. en Pieter Rochusz. zijn gesecludeerd van de erfenis bij testament van de voorn. Maertgen Pietersdr. in dato verleden voor Willem Nieupoort notaris. Het testament is met advies van de weesmeesters te niet gedaan. Nr. 65 folio 43v. d.d Cornelis Arentsz. weduwnaar en boedelhouder van Annitgen Ottendr heeft bewezen zijn 4 onmondige weeskinderen, genaamd: Leentgen Cornelisdr. oud 10 jaar, Arien Cornelisz. 8 jaar, Geertgen Cornelisdr. 4 jaar en Ott Cornelisz. 3 jaar. Hij zal de kinderen opvoeden tot hun mondige dag en dan aan ieder uitreiken 30 stuivers. Dit verzekert hij op zijn huis en erf op de Verbrande Erven, belend ten Z: Joris Jansz. en ten N: het huis van zaliger Machtelt Willemsdr. Nr. 66 folio 44 d.d Lambrecht Lambrechtsz. Paeldinck burger dezer stede weduwnaar en boedelhouder van Grietgen Jansdr., ter ene zijde: Aeltgen Jansdr. als tante, Cornelis Lenertsz. Fouser, Pieter Lenertsz. Fouser, Heijndrick Pouwelsz. en Pieter Pouwelsz., allen wonende te Vlaardingen oud omen van de 3 onmondige weeskinderen, genaamd: Lambrecht Lambrechtsz. oud 12 jaar, Neeltgen Lambrechtsdr. 3 jaar en Jan Lambrechtsz. ¾ jaar, ter ander zijde. Zij zijn geaccordeerd en hij belooft zijn kinderen op te voeden tot hun mondige dag en dan uitreiken 1 Vlaams, makende te samen f 18. Er is nog geconditioneerd dat het erfdeel dat de boedel is aanbestorven van Jacob Thiemansz. te Vlaardingen, na het overlijden van Commer Jacobsdr. weduwe Jacob Cornelisz. Wittebol, in het geheel zal versterven op de 3 weeskinderen. Dit verzekert hij op zijn huis en erf in de Abrahamsteeg (= Gruttersteeg), belend ten O: Maertgen Barentsdr. en ten W: Salomon Jansz. Kanttekening: Compareerde ter weeskamer Lambrecht Lambrechtsz. Paeldinck de jonge die bekende door zijn vader ten volle betaald te zijn van zijn moederlijk bewijs, mitsgaders van de erfenis gekomen voor zijn gedeelte van Commer Jacobsdr. Actum Nog een kanttekening: Compareerde ter weeskamer Neeltgen Lambrechtsdr. die bekende door Lambrecht Lambrechtsz. haar vader, ten volle betaald te zijn van haar moederlijk bewijs, mistgaders van de erfenis gekomen van Commer Jacobsdr. Actum 29 augustus. 10

11 Nog een kanttekening: Compareerde Jan Lambrechtsz. die bekende door zijn vader van wegen zijn moedelijk goed, voldaan en betaald te zijn, mitsgaders van de erfenis gekomen van Commer Jacobsdr. Actum Nr. 67 folio 44v. d.d Hans van der Bruggen tijktwerker weduwnaar en boedelhouder van Grietgen Schalckers, ter ene zijde: Guiliame Tibouts wonende te Amsterdam als man en voogd van Maijken Schalckers, zuster en enige erfgenaam van Grietgen Schalckers voorn., ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd nopens de erfenis van Grietgen Schalckers. Hans van der Bruggen transporteert aan Guiliame Tibouts de penningen die hij Hans van der Bruggen tot Turnhout heeft uitstaan onder Jasper Schalckers, gekomen van zaliger Grietgen Schalckers, zijn huisvrouws tante. Nr. 68 folio 45 d.d Jacob Jansz. sluiswachter weduwnaar en boedelhouder van Maertgen Willemsdr., ter ene zijde: Jan Jansz. Pot kuiper gehuwd met Maertgen Jacobsdr. en Willem Willemsz. Olij gehuwd met Lidewij Jacobsdr., vervangende Pieter Ariensz. als man en voogd van Neeltgen Jacobsdr., allen zwagers en erfgenamen van Maertgen Willemsdr. voorn., ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd in zake de erfenis. De boedelhouder zal blijven bezitten de gehele boedel en zijn 3 voorn. kinderen uitreiken ieder f 54. Compareerde mede Neeltgen Jacobsdr. die er in toestemde dat haar f 54 zullen blijven onder haar voorn. vader zo lang hij in leven is, mits dat zij na het overlijden van haar vader zal genieten de interest van haar penningen. Zij hebben nog overgegeven dat de schulden die door Willem Gerritsz. lakenkoper tot onderhoud en sustinatie van Jacob Jansz. voorn. verschoten zijn, na het overlijden uit de goederen zullen ruimen. Kanttekening: Op compareerde Willem Willemsz. Olij en bekende ten volle betaald te zijn met de somme van f 54. Nog een kanttekening: Op bekende Jan Jansz. Pot ontvangen te hebben de somme van f 54 uit handen van Willem Gerritsz. lakenkoper. Nr. 69 folio 46 d.d Jan Florisz. scheepstimmerman weduwnaar en boedelhouder van Aechgen Pietersdr. geassisteerd door Cornelis Dierten bakker zijn neef, is geaccordeerd met Frans Pietersz. wonende te Delft, als oom en voogd van Flooris Jansz. oud 7 jaar, nopens het moederlijk bewijs. Hij belooft het weeskind te onderhouden tot zijn mondige dag en dan uitreiken f 200. Het kind zal nog volgen de portie die zijn moeder heeft in een legaat van f 9 per jaar, gemaakt door Mr. Pieter Florisz., volgens het testament daar van zijnde. Mitsgaders nog 1/6 part van f 6 per jaar, mits dat Jan Florisz. hetzelve jaarlijks zal genieten tot het kind tot zijn mondige dag gekomen zal zijn. Dit verzekert hij op zijn huis en erf over de Haven bij de zoutketen, belend ten O: Jacob Doesen scheepstimmerman en ten W: de zoutketen. Kanttekening: Op compareerde Floris Jansz. weeskind voorn. nu mondig zijnde en gehuwelijkt. Hij bekende door zijn vader Jan Florisz. f 100 ontvangen te hebben in mindering van het voorsz. bewijs. Nog een kanttekening: Op heeft Frans Pietersz. wonende te Delft ter weeskamer betaald de somme van f 50, zijnde 1/6 part van de rente van f 96 hoofdsom, door Gerijt Vrancken te Vlaardingen bij accoord afgelost. Deze penningen heeft Jan Florisz. ten zelve dage op zich genomen en beloofde te betalen bij mondige dag. Nog een kanttekening: Compareerde op Floris Jansz. en bekende door zijn vader ten volle betaald te zijn. Nr. 70 folio 46v. d.d Pietertgen Claesdr. weduwe Maerten Pietersz. geassisteerd door haar gekozen voogd Winant Jacobsz. heeft bewezen haar onmondige weeskinderen, genaamd: Hilletgen Maertensdr. oud 21 jaar, Claes Maertensz. 18 jaar, Pieter Maertensz. 12 jaar, Theus Maertensz. 10 jaar en Arien Maertensz. 6 jaar. Zij belooft haar kinderen te onderhouden tot hun mondige dag en dan nog uitreiken ieder f 3. Dit verzekert zij op haar huis en erf in de Raam, belend ten O: Jan Pietersz. lijndraaier en ten W: een ledig erf van Jacob de verwer. Gedaan tegenover Gillis Pietersz. als oom en bloedvoogd van de voorn. kinderen. Nr. 71 folio 47 d.d Jan Ariensz. van Marcken weduwnaar en boedelhouder van Betgen Bernardusdr., ter ene zijde en Jan Suijcker als man en voogd van Neeltgen Jansdr. geassisteerd door Jan Schippersz. als voogd van de andere nog onmondige weeskinderen, ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd nopens de moederlijke goederen. Hij zal zijn kinderen, genaamd: Neeltgen Jansdr. oud 24 jaar, Aeffgen Jansdr. 19 jaar en Aechgen Jansdr. 13 jaar, opvoeden tot hun mondige dag en dan uitreiken f Jan Schippersz. als voogd van Aeffgen Jansdr. bekende voldaan te zijn. 11

12 Kanttekening: Op 22-(09)-1610 compareerde Willem Willemsz. als gehuwd hebbende Aechgen Jansdr. en bekende ten volle voldaan te zijn. Nr. 72 folio 47v. d.d Heijnrickgen Willemsdr. van Eijndhoven weduwe en boedelhoudster van Pieter Jansz. van Turnhout tijktwerker, is geaccordeerd met Arien Danen schipper en Cornelis Lenertsz. lijndraaier, als gestelde voogden over Tanneken Pietersdr. oud 4 jaar, weeskind van de voorn. Pieter Jansz., nopens het vaderlijk bewijs. Zij belooft haar kind te onderhouden tot haar mondige dag en dan uitreiken f 6. Nr. 73 folio 48 d.d Liedewij Cornelisdr. weduwe Pieter Cornelisz. Corff geassisteerd door Cornelis Jansz. pottenbakker haar gekozen voogd, ter ene zijde en Jan Cornelisz. Corff en Cornelis Florisz. beiden als omen en bloedvoogden, ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd. Liedewij Cornelisdr. zal het onmondige weeskind, genaamd: Maertgen Pietersdr. oud 8 jaar, onderhouden tot haar mondige dag en dan uitreiken f 18. Dit verzekert zij op haar huis en erf waarin zij tegenwoordig woont, staande voor de Raam, belend ten O: Willem Ariensz. lijndraaier en ten W: Gerrit Cooren bootgezel. Nr. 74 folio 49 d.d Roelof Gerritsz. zwaardveger weduwnaar Grietgen Cornelisdr. geassisteerd door Gerrit Andriesz. zijn oom, ter ene zijde en Daniel van der Houve baljuw dezer stede als voogd over het nagelaten weeskind van de voorn. Grietgen Cornelisdr., Annitgen Adamsdr. gehuwd met de bestevader van het weeskind, mitsgaders Thonis Pietersz. Visscher oom en Fransgen Cornelisdr. als tante met procuratie van Heijndrick Cornelisz. haar man, ter andere zijde. Zij zijn geaccordeerd door tussenspreken van de weesmeesters nopens het moederlijke bewijs. De boedelhouder zal behouden de inboedel, de nering en winkel en wat hij ten huwelijk heeft ingebracht met de 2 gouden ringen die van hem gekomen zijn, en daarbij gevoegd alle uitschulden. De erfgenamen zullen hebben het beste bed met toebehoren, een kist, predikstoel, een vleespot en de kleding van Grietgen Cornelisdr. Het weeskind zal hebben en behouden het huis op de Haven, de brief van Leiden en andere dingen. Nr. 75 folio 49v. d.d Maertgen Crijnen weduwe en boedelhoudster van Louris Pietersz. kagenaar geassisteerd door Winant Jacobsz. haar gekozen voogd, is geaccordeerd met Pieter Pietersz. wonende te Vlaardingen, Willem Gerritsz. en Cornelis Gerritsz. burgers dezer stede en Andries Gerritsz. wonende te Rotterdam, allen kagenaars, voor hunzelf en vervangende Cornelis Florisz. varende man wonende te Leiden, allen naaste vrunden en voogden van de 6 onmondige weeskinderen van Maertgen Crijnen, genaamd: Maertgen Lourisdr. oud 12 jaar, Lijsbeth Lourisdr. 9 jaar, Trijntgen Lourisdr. 6 jaar, Meijnsgen Lourisdr. 4 jaar, Pieter Lourisz. 2 jaar en Ariaantgen Lourisdr. 1 jaar, nopens het vaderlijk bewijs. Zij belooft haar kinderen te onderhouden tot hun mondige dag en dan uitreiken f 20. Dit verzekert zij op haar huis en erf op de Verbrande Erven, belend ten O: het turfhuis van de Heilige Geest en ten W: Jan Barbar. Nr. 76 folio 50v. d.d Ariaentgen Pietersdr weduwe en boedelhoudster van Pieter Lenertsz. bootgezel geassisteerd door Wouter Cornelisz. bootgezel haar tegenwoordige man en gekozen voogd, heeft bewezen haar onmondig weeskind, genaamd: Lijntgen Pietersdr. oud 4 jaar. Zij zal het weeskind onderhouden tot haar mondige dag en dan uitreiken f 30. De weduwe zal in vrije eigendom behouden alle erfenissen die haar weeskind aanbestorven zijn van Leentgen Pietersdr., in leven huisvrouw van Cornelis Cornelisz. lijndraaier, oudtante van het weeskind van vaderszijde. Dit verzekert zij op haar huis en erf op de Verbrande Erven, belend ten O: Ariaen Schrams en ten W: Jaep Vassen. Nr. 77 folio 51 d.d Pieter Cornelisz. glasmaker weduwnaar en boedelhouder van Ariaentgen Jacobsdr., ter ene zijde en Claes Heijnricxz. zeilmaker en Arien Jansz. bakker, ter ander zijde. Zij zijn geaccordeerd nopens het moederlijk bewijs. Hij belooft zijn weeskinderen, genaamd: Jacob Pietersz. oud 13 jaar, Arien Pietersz. 12 jaar, Aeltgen Pietersdr. 10 jaar, Trijntgen Pietersdr. 8 jaar, Cornelis Pietersz. 5 jaar, Melis Pietersz. 3 jaar en Neeltgen Pietersdr. 1 jaar, op te voeden tot hun mondige dag en dan uitreiken aan ieder f 6. Dit verzekert hij op zijn huis en erf aan het Marktveld, belend ten O: Arent de bakker en W: Heijnrick Jansz. Pansser. Nr. 78 folio 51v. d.d Machtelt Cornelisdr. Bouman laatst weduwe van Peije Jacobsz. geassisteerd door Simon Cornelisz. Bouman haar broeder en gekozen voogd, is geaccordeerd met Jan Doomen schuitvoerder, mitsgaders Gerrit Ariensz. voerman wonende dezer stede, omen en voogden, vervangende Cornelis Jansz. wonende Nootdorp mede oom en voogd van de 3 onmondige weeskinderen, genaamd: Jacob Peijen oud 6 jaar, Jacob Peijen Goetijt 4 jaar en Neeltgen Peijendr. 1 jaar, nopens hun vaderlijk bewijs. Zij belooft haar kinderen op te voeden tot hun mondige dag en dan ieder te betalen f 50. Dit verzekert zij op haar huis en erf op de Gooistraat, belend ten Z: Heijnrick Jacobsz. Muijs en ten N: de huizing van Jan Danckertsz. stierman zaliger. 12