Concept Bedrijfsplan. De Papenhoeve. Een ondernemende toekomst

Transcriptie

1 Concept Bedrijfsplan De Papenhoeve Een ondernemende toekomst Versie januari

2 Concept Bedrijfsplan De Papenhoeve Een ondernemende toekomst Inhoudsopgave 1. Inleiding Eerdere uitgangspunten Kinderboerderij anno De lessen van 2015, 2016 en Ontwikkelingen van kinderboerderijen Functies kinderboerderijen Wat bepaalt de potentie van een kinderboerderij? Wat betekent dit voor de Papenhoeve?... 8 Beleid... 8 Publieksfunctie... 8 Financieel... 8 Personeel / vrijwilligers... 9 Verbinding en partners... 9 Duurzaamheid en dierenwelzijn Conclusies Scenario s Scenario 1: Vrijwillig bestuur Scenario 2: Gemeentelijk Scenario 3: Onderbrengen bij een derde Scenario 4: Onderbrengen bij de verzelfstandigingen Samenvattend en conclusie De inrichting van de organisatie Basisboerderij De Papenhoeve...12 Stichting Vrienden van Papenhoeve...13 Toezichtsfunctie...13 De sturingsrol van de gemeente Papendrecht Aanbevelingen en vervolg

3 1. Inleiding De stichting Papenhoeve is in 2014 verzelfstandigd en werkt sindsdien op basis van subsidies, eigen inkomsten en een vrijwillig bestuur. Destijds is uitgegaan van ruimte voor 2,1 formatieplaatsen en met een vrijwillig bestuur die de verantwoordelijkheid droeg voor personeel, bedrijfsvoering en het voldoen aan de subsidievereisten (resultaten). Ondertussen is de wereld van de kinderboerderijen de afgelopen jaren veranderd. Was het in eerste instantie nog een plek waar kinderen in aanraking met dieren konden komen, tegenwoordig zijn veel kinderboerderijen op zoek naar manieren om waarde toe te voegen en het genereren van neveninkomsten. Er zijn ondertussen verschillende vormen waarin kinderboerderijen voorkomen. Er zijn grote, veelal gemeentelijke boerderijen, kleine door vrijwilligers gerunde, verzelfstandigde, kinderboerderijen die onderdeel zijn van zorginstellingen en alles wat er tussen zit. De Papenhoeve heeft dynamische jaren achter de rug. De zoektocht naar de balans tussen vrijwilligers, professionalisering, eisen waaraan je moet voldoen en de doorontwikkeling is geen sinecure geweest. Er is sprake geweest van veel inzet maar ook van de nodige hobbels waarbij de kwetsbaarheid van een kleine organisatie duidelijk is geworden. In 2017 is een financieel tekort ontstaan welke door de gemeenteraad als lening beschikbaar is gesteld zodat het voortbestaan van Papenhoeve is geborgd. Breed is uitgesproken dat het belang van de Papenhoeve groot is als maatschappelijke functie. Dit betekent wel dat er lessen moeten worden getrokken uit de afgelopen periode en dat er een toekomstbestendig plan moet liggen zodat de Papenhoeve verder kan met hernieuwde energie, in verbinding met de samenleving en vooruitkijkend. Dit plan ligt voor. 3

4 2. Eerdere uitgangspunten In dit hoofdstuk wordt een terugblik gegeven over de Papenhoeve tot dusver. 2.1 Kinderboerderij anno 2013 Uitgangspunt in 2013 was reeds dat een kinderboerderij niet alleen een boerderij met dieren is die openbaar toegankelijk is voor publiek. Een kinderboerderij vervult een bredere maatschappelijke functie en biedt veel meer activiteiten aan haar bezoekers dan het 'alleen maar' in aanraking komen met dieren. Ze is gericht op onder andere educatie op locatie, dagbesteding van mensen met een beperking, stages en recreatie. Activiteiten die vorm gegeven kunnen worden door een combinatie van samenwerkingsverbanden en vrijwilligers. Om dit vorm te geven zijn er indertijd 4 pijlers benoemd waarlangs dit vorm gegeven zou worden. Pijler 1 - Voor en door de samenleving Onder deze pijler is het beheer en de exploitatie van de Papenhoeve overgedragen van de gemeente Papendrecht aan het nieuwe vrijwillige stichtingsbestuur. Pijler 2 - Basisboerderij met ruimte voor aanvullende activiteiten Hiermee word bedoeld dat met de overdracht van de taken er minimaal een basisboerderij zou worden gerealiseerd die ook toekomstbestendig was. De basisboerderij betrof de ingerichte locatie, de dieren, de verblijven, ontmoetingsruimte, het beheer en de verzorging door beroepskrachten. Daarnaast was er ruimte voor het stichtingsbestuur om aanvullende voorzieningen aan te bieden. De bedoeling was dat deze zou worden gefinancierd uit subsidies, sponsoring, samenwerking, inzet van vrijwilligers en overige inkomsten. Belangrijk uitgangspunt hierbij was dat het stichtingsbestuur haar eigen ambitie kon bepalen en daarmee haar verantwoordelijkheid kon nemen. De ruimte lag daarmee meer op recreatie en educatie. Pijler 3 Toekomstbestendig door nieuwbouw Om er voor te zorgen dat de nieuwe boerderij toekomstbestendig was, is gekozen voor nieuwbouw van de accommodatie en verblijven. Dit is gerealiseerd en beschikbaar. Pijler 4 - Samenwerken met partners De kinderboerderij diende een voorziening te worden waar ook andere partijen gebruik van kunnen maken. Het stichtingsbestuur had de taak partners te zoeken die een rol kunnen vervullen en gebruik willen maken van de kinderboerderij. Denk hierbij aan zorginstellingen voor mensen met een beperking, scholen (stageplekken) en bijvoorbeeld Bureau Halt. Hierdoor wordt tevens op praktische wijze invulling gegeven aan thema s als jeugdparticipatie en kwetsbare groepen. 4

5 2.2 De lessen van 2015, 2016 en 2017 Medio 2014 is de Papenhoeve gestart met het nieuwe bestuur, ambitie en energie. In het jaarverslag 2015 komt dit ook naar voren met een grote hoeveelheid initiatieven, prestaties en een financieel gezonde organisatie. In 2016 ontstond een conflict waarbij duidelijk werd dat er geen bedrijfsmatige basis was met protocollen en procedures. Dus indien er problemen ontstaan wat te doen? Er was, bij incidenten, onvoldoende borging door procedures en what-if scenario s. De belangrijkste lessen zijn: Werkgeversverantwoordelijkheid; met het verzelfstandigen van de Papenhoeve is ook de werkgeversverantwoordelijkheid overgedragen aan een vrijwillig bestuur. Op zich geen uitzonderlijke situatie maar het is een grote verantwoordelijkheid. Met name het deel rond personeel als functiebeschrijvingen, beoordelingsgesprekken, procedures, rechten en plichten zijn kenniscomponenten waar normaal bijvoorbeeld een afdeling P&O voor is. Kwetsbaarheid; het is ook gebleken dat bij een organisatie van formeel 2,1 fte een kleine organisatie is. Bij het wegvallen van één medewerker ligt de gehele organisatie gelijk plat en moeten inspanningen gevraagd worden van de aanwezige medewerkers en de vrijwilligers. In een normale situatie had één en ander nog opgevangen kunnen worden (financieel), bij uitzonderlijke situaties zoals nu (met als resultaat uitgaven voor niet begrote posten) waren de financiële middelen redelijk snel uitgeput wat heeft geleid tot de benodigde lening. Governance / toezicht; terugkijkend zit er een spanning tussen verzelfstandigen en eigen verantwoordelijkheid versus maatschappelijke functie. Door te subsidiëren is er een relatie tussen de gemeente en de stichting. De gemeente en andere partijen moeten inzicht hebben en het gesprek kunnen voeren hoe zaken lopen. Of met andere woorden, er moet een countervailing power zijn, een tegenkracht, een mechanisme waarin vragen gesteld worden of waarin getoetst wordt aan het businessplan. In het voorliggende plan zijn deze punten meegenomen om een herhaling in de toekomst te voorkomen. Maar buiten de bedrijfsmatige en organisatorische aspecten zijn er ook ontwikkelingen op het gebied van kinderboerderijen en de omgeving waarin zij opereren. Hierop wordt eerst in de volgende paragraaf ingegaan. 5

6 3. Ontwikkelingen van kinderboerderijen Breed is waarneembaar in Nederland dat het runnen van een kinderboerderij niet zo makkelijk is. Als gevolg van bezuinigingen, stijgende kosten en het steeds moeilijker bemensen van de werkzaamheden zijn er niet alleen kinderboerderijen verdwenen maar ook anders gaan werken. Meer ondernemerschap is hierbij het sleutelwoord. Het genereren van eigen inkomsten via verkoop, fondsen en sponsoring en het ontwikkelen tot multifunctionele voorzieningen zijn hierbij van belang. Of dit lukt is afhankelijk van de ambitie, vindingrijkheid en doorzettingsvermogen van de beheerders en bestuurders. Het ontwikkelen naar een ondernemende kinderboerderij die breed in de samenleving staat, maatschappelijk draagvlak heeft en vele belanghebbenden en partners kent. De uitdaging ligt erin hoe de organisatie, bestuur en vrijwilligers samenwerken. Dit is de kritische succesfactor. In Nederland is een grote diversiteit aan kinderboerderijen. Er zijn grote en kleine kinderboerderijen, kinderboerderijen die zelfstandig functioneren, gelieerd zijn aan een zorginstelling, onderdeel van de gemeente en volledig of deels worden gesubsidieerd. Er zijn kinderboerderijen die volledig draaien op particulier- of als wijkinitiatief door vrijwilligers tot volledig professionele instellingen. Kinderboerderijen zijn lokaal georiënteerd en dus veelal lokaal gekleurd. Dat geldt ook voor de Papenhoeve. Het beleid moet daarom lokaal gekleurd zijn voor maximaal draagvlak. Ook qua beleid en doelstellingen verschillen kinderboerderijen; sommige leggen - naast het houden van dieren - de nadruk op arbeidsreïntegratie of het bieden van dagbesteding aan mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, een ander op het aanbieden van recreatieve activiteiten of mogelijkheden tot ontspanning terwijl weer een andere kinderboerderij het accent legt op het zijn van een natuur- en milieueducatiecentrum waarmee men het bewustzijn voor het milieuvraagstuk bij bezoekers wil vergroten. In het algemeen worden kinderboerderijen vaak gedefinieerd als; een voor het publiek toegankelijke, openbare plek met boerderijdieren waar onder toezicht direct contact mogelijk is met de aanwezige dieren vanuit een educatief doel. De dieren die worden gehouden, zijn met name paarden, koeien, varkens, schapen, geiten, kippen, konijnen en knaagdieren (waaronder bijvoorbeeld cavia s). 3.1 Functies kinderboerderijen Veelal hebben kinderboerderijen één of meer van de volgende extra functies: Educatie; Veel kinderboerderijen verzorgen educatieve activiteiten, bijvoorbeeld over dierenwelzijn en het verzorgen van dieren, maar ook over onderwerpen als duurzaamheid, behoud van natuur & milieu, voeding etc. Recreatie en sociaal culturele activiteiten; Bij veel kinderboerderijen kunnen kinderen ook gewoon terecht om te spelen, mee te helpen bij de verzorging van 6

7 dieren, deel te nemen aan speciaal georganiseerde activiteiten als knutselen, pannenkoeken bakken etc. Wanneer de kinderboerderij fungeert als ontmoetingsplaats voor mensen, krijgt de voorziening een meer sociaal-cultureel karakter. Reïntegratie of dagbesteding; Voor mensen in de bijstand, of mensen met een persoonsgebonden budget die graag invulling willen geven aan een zinvolle dagbesteding bieden veel kinderboerderijen werkplekken. Ook zijn er plekken bij kinderboerderijen voor kinderen of volwassenen met een taakstraf. 3.2 Wat bepaalt de potentie van een kinderboerderij? Kinderboerderijen hebben in de eerste plaats een veelal mooie locatie midden in een gemeente. Het verzorgen van de dieren en het onderhouden van de faciliteiten is een arbeidsintensieve aangelegenheid, waarbij extra handen altijd welkom zijn. Dit biedt kansen om mensen te betrekken, als vrijwilliger, als stagiair, als reïntegratie-cliënt of gewoon iemand die zich wil inzetten in het kader van dagbesteding. Veel kinderboerderijen zorgen ervoor dat iedereen kan inhaken, ongeacht achtergrond, opleiding etc.. Bij kinderboerderijen zijn er verschillende belanghebbenden, zoals: Individuele bezoekers/omwonenden; Scholen en kinderopvanginstellingen; Opleidingsinstellingen (stagiairs); Reclassering/bureau HALT (taakgestraften etc.); Fondsen (Oranjefonds, VSBfonds, Fonds1818 etc.); Bedrijven; Ouderinstellingen/zorginstellingen; Welzijnsinstellingen; Gemeente (Bestuur en Politiek); Leveranciers van producten (variërend van diervoeding tot merchandise en andere, te verkopen, waar ); Serviceclubs (Rotary etc.). Deze belanghebbenden worden in de praktijk op verschillende manieren bij een kinderboerderij betrokken door bijvoorbeeld: Een vriendenstichting; Een adoptieprogramma voor de kinderboerderijdieren (met naamsvermelding); Een goed sponsorbord aan het begin van de kinderboerderij; Een stichting voor jonge (kinderen en jongeren die zich hebben verbonden aan de kinderboerderij en op vaste basis meehelpen) of reguliere vrijwilligers; Door de oprichting van een coöperatie waarin verschillende partnerorganisaties met de kinder- boerderij samenwerken. 7

8 Verder hebben kinderboerderijen kennis over alles wat met dieren te maken heeft. Veel kinderboerderijen fungeren als vraagbaak voor mensen met huisdieren, of geven workshops dierverzorging. 3.3 Wat betekent dit voor de Papenhoeve? Beleid Voor de inzet vanuit de Papenhoeve betekent dit dat het houden van dieren een middel is en als ondersteuning dient voor meerdere functies. De Papenhoeve gaat meer en bewuster dan in het verleden inzetten op educatie, sociaal-culturele activiteiten, recreatie en dagbesteding. De activiteiten worden scherper gepland, beschreven en in samenhang met andere partijen beschreven en uitgevoerd. Hiermee kunnen de activiteiten gevolgd worden. De sturing hierop wordt beschreven in hoofdstuk 5. Publieksfunctie Ook voor de publieksfunctie geldt dat scherper gemaakt gaat worden welke doelgroepen het betreft, waarom ze komen en wat ze leuk en minder leuk vinden. Volgens de gegevens zijn er rond de bezoekers per jaar. Op dit moment worden er jaarlijks al activiteiten aangeboden als bijvoorbeeld knutselmiddagen en Sinterklaas. Allen mooie initiatieven, maar iets meer scherpte over de aantallen, opbouw van de groepen et cetera, maakt dat er meer en specifieker doelgroepenbeleid gemaakt kan worden. De Papenhoeve staat ook open voor initiatieven als de koffieochtend van Sterk Papendrecht bijvoorbeeld. Maar het beleid is nu nog wat ad hoc. Het horecadeel zoals koffie, thee en een aantal versnaperingen draagt goed bij aan de publieksfunctie. Hier wordt goed gebruik van gemaakt en is op dit moment één van de belangrijkste extra inkomsten van de Papenhoeve. Sterker aandacht kan er komen voor de communicatie en presentatie van de activiteiten van de Papenhoeve. Meer aandacht voor social media, website en de marketing staan op de agenda voor de komende periode. Nu zijn het veelal activiteiten die er bij gedaan moeten worden. Financieel De raad heeft zich uitgesproken over het financieel kader waarbinnen de Papenhoeve moet functioneren. Dit betekent dat de huidige kaders leidend zijn. Totaal circa euro per jaar voor de exploitatie, bemensing, het volledig draaiend houden van de de basisboerderij en de terugbetaling van de lening. De opgave voor de Papenhoeve ligt in het genereren van extra inkomsten voor het organiseren en financieren van extra activiteiten op het gebied van educatie, recreatie en sociaal-culturele activiteiten. Op dit moment komen extra inkomsten vanuit de horeca en een aantal sponsoren. In de nieuwe organisatie zal hiervoor meer aandacht komen. Meer middelen genereren meer mogelijkheden. 8

9 Personeel / vrijwilligers De Papenhoeve draait op een groot aantal vrijwilligers. Totaal zijn er zo n 40 vrijwilligers werkzaam in meer of mindere mate op de Papenhoeve. Dit is een fantastisch aantal aan zeer gemotiveerde en langdurig betrokken vrijwilligers. De focus ligt op de dierenverzorging en het functioneren van de Papenhoeve als kinderboerderij. Om vorm te geven aan extra activiteiten ontstaat er ook een behoefte aan bepaalde ervaring en competenties. Hierbij is te denken aan iemand die op het gebied van communicatie en marketing ervaring heeft en wil meewerken aan de profilering van de Papenhoeve. Maar ook is te denken aan het vormgeven van beleid rond educatie zodat bijvoorbeeld scholen meer betrokken raken. Of kennis en kunde op het gebied van sponsoring en crowdfunding voor het genereren van extra middelen. Dit moet onderdeel worden van het beleid van de Vrienden van Papenhoeve. Verbinding en partners Specifiek moet er aandacht zijn voor verbinding met partijen en de samenleving. Meer dan nu moet er sprake zijn van structurele samenwerkingsverbanden met andere organisaties en bedrijven die voor beide partijen een meerwaarde opleveren. De Papenhoeve gaat actief op zoek naar relevante bedrijven en organisaties waarmee een meerwaarde te realiseren is. Dit betekent actief kennisuitwisseling en deling. Bijvoorbeeld het uitwisselen van dieren of andere eyecatchers. Maar ook een actieve lobby naar politiek, bedrijven, instellingen en potentiële opdrachtgevers. Dit betekent dat de Papenhoeve ook heel goed moet luisteren naar de omgeving en ook actief en frequent moet ophalen wat de bezoekers vinden en daar van leren. Duurzaamheid en dierenwelzijn In de kern komt het er op neer dat de Papenhoeve een plek wil zijn waar een helder en duidelijk beeld is over wat dierenwelzijn is en als ambitie heeft om een duurzame kinderboerderij te zijn. De bezoeker wordt hiervan bewust en daarmee kan de Papenhoeve een bijdrage leveren aan gedragsverandering. 3.4 Conclusies Ten opzichte van de uitgangspunten zoals ooit bedacht, is dit eigenlijk een logisch vervolg. De Papenhoeve staat, het draait, er zijn een mooi aantal bezoekers en het is een maatschappelijk relevante instelling zoals ook politiek weer bevestigd is. Om de ambities waar te kunnen maken is het voorstel om de organisatieinrichting anders vorm te geven. In het volgende hoofdstuk wordt hiertoe een schets gegeven van de mogelijke scenario s. 9

10 4. Scenario s In de kern zijn er een aantal mogelijke scenario s te schetsen. Hieronder worden deze kort beschreven. 4.1 Scenario 1: Vrijwillig bestuur Voor de toekomst zou een keuze kunnen zijn om de Papenhoeve op gelijke wijze te organiseren. Dat wil zeggen, er is een subsidierelatie met de gemeente en de verantwoordelijkheid van de Papenhoeve ligt bij een vrijwillig bestuur. Het grote nadeel hierbij is dat er geen professionele ondersteuning beschikbaar is in de vorm van een afdeling P&O, ICT et cetera. Het bestuur moet alles zelf organiseren en een afweging maken binnen het beschikbare budget. Ten aanzien van het werkgeverschap en de kwetsbaarheid van de organisatie liggen hier de grootste risico s. 4.2 Scenario 2: Gemeentelijk Een scenario zou zijn om de Papenhoeve weer een gemeentelijke instelling te maken en de medewerkers daarmee werkzaam bij de gemeente. Gezien de strategie van de gemeente om de uitvoerende taken meer op afstand te plaatsen is dit geen logische keuze. Daarnaast is het voor de kwetsbaarheid van de organisatie geen oplossing aangezien het geen kerncompetentie van de gemeente is. 4.3 Scenario 3: Onderbrengen bij een derde Een scenario is om de medewerkers onder te brengen bij een organisatie die én publiek is én ingesteld is op het type werk en werken met kwetsbare groepen. Hier ontstaat dan een tweedeling in de organisatie. Aan de ene kant zijn de medewerkers van de kinderboerderij in een professionele organisatie met perspectief en HRM-beleid. Daarmee is de basis boerderij geborgd en is de continuïteit geregeld voor de medewerkers en de dieren. Vanuit het belang van de medewerkers en geredeneerd vanuit de ambitie van de Papenhoeve zou dit een organisatie zijn die ervaring en expertise heeft met het runnen van een kinderboerderij. De andere kant is dat er dan ruimte is voor een vrijwillig bestuur die op basis van competenties en kennis en kunde portefeuilles heeft voor de extra werkzaamheden die verricht moeten worden conform het jaarlijks op te stellen bedrijfsplan. 4.4 Scenario 4: Onderbrengen bij de verzelfstandigingen In het verlengde van scenario 2 zou een optie zijn om de medewerkers van de Papenhoeve onder te brengen bij de verzelfstandigde onderdelen van de gemeente Papendrecht, te weten het Sportbedrijf en theater de Willem. Voor de professionaliteit van de ondersteuning en de bedrijfsvoering zou dit ook kunnen. Het enige is dat hiermee de kwetsbaarheid van de organisatie niet wordt opgelost. Met de kwetsbaarheid wordt bedoeld dat indien er iemand uitvalt dat de organisatie per direct een probleem heeft. 10

11 4.5 Samenvattend en conclusie Als de verschillende scenario s worden afgezet ten opzichte van de elementen die we niet meer zo willen dan ontstaat het volgende beeld: Aspect Scenario 1: Subsidierelatie op basis van vrijwillig bestuur Scenario 2: Onderdeel van de gemeente Scenario 3: Onderbrengen bij een derde Scenario 4: Onderbrengen bij verzelfstandigde onderdelen Werkgeverschap Kwetsbaarheid Gouvernance Ambities Bedrijfsvoering +/ Er zijn eigenlijk diverse scenario s mogelijk. De governance kan eigenlijk in elk scenario wel georganiseerd worden. Als we kijken naar met name het oplossen van het werkgeverschap in combinatie met het oplossen van de kwetsbaarheid, dan is het meest voor de hand liggend om de medewerkers onder te brengen bij een, bij voorkeur publieke organisatie die ervaring heeft met het beheren van kinderboerderijen en het omgaan met kwetsbare groepen. Deze organisaties zijn er in de regio. Scenario 3 heeft daarmee de voorkeur om te onderzoeken. 11

12 5. De inrichting van de organisatie Belangrijke kaders voor de organisatieinrichting zijn de volgende: Eén en ander moet georganiseerd worden binnen de financiële kaders zoals door de raad van de gemeente Papendrecht is vastgesteld. Dit betekent dat geen hogere subsidie wordt verleend en dat de lening in een periode van 10 jaar wordt terugbetaald. Het goed werkgeverschap moet geborgd zijn. Dat wil zeggen dat de medewerkers veilig en binnen adequate processen en procedures zijn ondergebracht. Omdat er de afgelopen jaren diverse malen uitval op verschillende terreinen is geweest, is een eis om de kwetsbaarheid van de organisatie terug te dringen. Governance en toezicht. Van groot belang is dat er een mechanisme wordt opgezet waarbij er checks and balances zijn om het voortbestaan van de Papenhoeve te bewaken maar ook om te toetsen aan het realiseren van een businessplan en afspraken die gemaakt zijn ten aanzien van subsidies. De toekomst van Papenhoeve en de actitiveiten moeten getoetst worden aan de ontwikkelingen zoals die in Nederland plaatsvinden op het gebied van kinderboerderijen. Schematisch ontstaat het volgende beeld: Oftewel: Basisboerderij De Papenhoeve De Papenhoeve: Dit is de werkorganisatie van de basisboerderij. Met andere woorden, hierin zitten de vaste medewerkers van de Papenhoeve met de verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken van de Kinderboerderij, de roostering van de vrijwilligers, stagairs et cetera. De medewerkers van de basisboerderij Papenhoeve worden ondergebracht bij een professionele organisatie (te denken is aan een organisatie als Drechtwerk Groen: 12

13 deze organisatie beheert reeds kinderboerderijen in de regio en heeft totaal ongeveer 15 á 17 fte medewerkers gespecialiseerd op kinderboerderijen). De medewerkers maken dan onderdeel uit van een grotere organisatie, kent het belang van opleiden, het werken met speciale mensen, professioneel HRM-beleid, financiën, ICT et cetera. Het ontwikkelperspectief neemt hierdoor voor de medewerkers toe en belangrijker nog: de kwetsbaarheid van de organisatie én het goed werkgeverschap is geborgd. De jaarlijkse financieringsbehoefte geschiedt door deze werkmaatschappij. Totaal betreft het circa euro voor het draaien van de kinderboerderij. Zij zijn verantwoordelijk voor de afbetaling van de euro per jaar van de lening. Stichting Vrienden van Papenhoeve Om de ondernemende en meer maatschappelijke functie vorm te geven wordt er een Vrienden van Papenhoeve opgericht. Dit is een stichting zonder winstoogmerk en met een duidelijke portefeuilleverdeling. Uitgangspunt is dat deze vrienden zichzelf bedruipen. Met andere woorden, hier moet een groot deel van de ondernemende kinderboerderij vorm krijgen. De subsidie is om de basis kinderboerderij te organiseren. Hier komt ook terug wat eerder genoemd is en dat is dat dit afhankelijk is van de mensen die hierop gevonden worden. Hier moet het geld vandaan komen om middagen te organiseren, educatie vorm te geven, sociaal cultureel et cetera. Hierbij is te denken aan de opbrengsten van de horeca die kan worden aangewend voor activiteiten. Kortom, een ondernemende groep mensen met de juiste competenties en ambitie en gericht op maatschappelijk relevante thema s waar ook geld mee verdiend wordt. Deze groep heeft geen medewerkersverantwoordelijkheid. Hoogstens collega vrijwilligers die samen er aan werken. Toezichtsfunctie Van belang is om een beleidsplan / bedrijfsplan per jaar vast te stellen. Dit plan bestaat uit twee delen. Aan de ene kant wat er voor de beschikbare subsidie gedaan gaat worden en wat er nodig is. Aan de andere kant de ambities en wat daarvoor nodig is om te bereiken en hoe het bereikt gaat worden. Om toezicht te houden op de gemaakte afspraken en als toetsing en sparringpartner te dienen, wordt er een Toezichtsfuntie ingericht. Een onbezoldige functie die bijvoorbeeld eens in de drie maanden bij elkaar komt in gesprek met de werkorganisatie Papenhoeve en de Vrienden van Papenhoeve om te monitoren hoe het gaat, wat goed gaat, wat minder goed gaat en indien nodig waar ingegrepen moet worden. De toezichtsfunctie bestaat uit drie personen. Eén aangewezen vanuit het college van B&W van Papendrecht, één vanuit het bestuur van de werkorganisatie Papenhoeve en een objectieve derde met een bedrijfsmatige, publieke en maatschappelijke achtergrond. 13

14 De sturingsrol van de gemeente Papendrecht De sturing door de gemeente Papendrecht vindt daarmee op verschillende manieren plaats: o Het college van B&W van de gemeente Papendrecht benoemd een vertegenwoordiger die zitting heeft in de RvT. Hiermee wordt het jaarlijkse bedrijfsplan getoetst aan de subsidievoorwaarden, ambities en resultaten. Dit betreft de werkzaamheden van én de basisboerderij én de werkzaamheden van de Vrienden van Papenhoeve. Dit om de samenhang te borgen, beslissingen te nemen bij vragen en om te bewaken dat de werkzaamheden en ambitities passen binnen de afspraken. o Daarnaast kan de gemeente betrokken zijn door projectsubsidies of incidentele activiteiten en dan zijn er de gewone resultaatafspraken. o De gemeente Papendrecht heeft ook een zakelijke relatie met de organisatie die de basisboerderij bemenst. Dit betreft de input en output. 14

15 6. Aanbevelingen en vervolg Op basis van bovenstaande de volgende aanbevelingen: 1. Geadviseerd wordt/aanbevolen wordt in te zetten op de beleidskoers van de Papenhoeve als ondernemende kinderboerderij. 2. Het werkgeverschap bij een zo goed mogelijk passende organisatie bij het beleid en strategie van de Papenhoeve onder te brengen. 3. Een stichting Vrienden van Papenhoeve op te richten waarin op vrijwillige basis het ondernemerschap van de Papenhoeve wordt vormgegeven. 4. Een vrijwillig Toezichtsorgaan met bevoegdheden voor het aanstellen en aftreden van bestuursleden op te richten, en het toetsen aan de realisatie ten opzichte van het jaarlijks op te stellen bedrijfsplan. Vervolg Indien dit akkoord wordt bevonden in zowel het college van B&W als de Raad dan is voor het vervolg incidenteel nodig om nader onderzoek te doen naar bijvoorbeeld BTW-aftrek, statuten Vrienden van Papenhoeve en statuten / voorschriften toezichtsfunctie. Daarnaast is het van groot belang om een vervolg te geven aan gevoerde gesprekken met organisaties als Drechtwerk Groen, Gemiva, andere verwante organisaties en collega kinderboerderijen. Dit zal moeten leiden tot overeenkomsten voor zowel het werkgeverschap als voor activiteiten die op de Papenhoeve worden uitgevoerd. 15