UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD ZITTING VAN:

Transcriptie

1 PROVINCIE ANTWERPEN GEMEENTE ARENDONK UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD ZITTING VAN: Aanwezig: Verontschuldigd: Blockx Rob, voorzitter. Hendrickx Kristof, burgemeester. Hermans An, Hermans Ann, Segers Joke, schepenen. Verstraelen Frieda, Seels Jean, Maes Benny, Geukens Koen, Wijnen Joannes, Laurijssen Leo, Hendrickx Gunther, Van der Vloedt Hilde, Van Rooij Marinus, De Laat Hilde, Van Gorp Ingrid, Cools Davy, Gys Marina, Woestenborghs Karen, Aerts Leo, Detremmerie Saskia - raadsleden. Viskens Kenny, voorzitter OCMW Wouters Kris, gemeentesecretaris. Bouwen Luc, schepen Noben Peter, raadslid De gemeenteraad van Arendonk. Verslag gemeenteraad Aangezien er geen opmerkingen worden geformuleerd op de redactie wordt het verslag van de vergadering van de gemeenteraad van als goedgekeurd beschouwd. Bij de behandeling van onderhavig dagordepunt, verlaat Kris Wouters, gemeentesecretaris, de zitting. 1. Decreet lokaal bestuur algemeen directeur oproeping zittende functiehouders Benny Maes vraagt of er criteria zijn ter beoordeling. De burgemeester stelt dat de criteria niet vastliggen. Er dient een objectieve keuze te worden gemaakt. Dat is niet zo eenvoudig. Er is een oproepingstermijn van 30 dagen. Het agendapunt komt terug in de vergadering van de gemeenteraad van mei a.s. Benny Maes vraagt wat de positie is van de kandidaat die niet verkozen wordt. Volgens de burgemeester zijn er enkele pistes. Hij stelt bijkomend dat het salaris van de algemeen directeur verhoogd wordt met 30 %, en dat er voor degene die niet weerhouden wordt er een extra vergoeding kan bepaald worden van 0-29,9%. Het is best dat de fractieleiders vooraf samen komen. Joan Wijnen vraagt of het niet mogelijk is om dat al te behandelen tijdens de besloten zitting van de gemeenteraad van april a.s. De burgemeester antwoordt dat dit niet mogelijk is omwille van de oproepingstermijn van 30 dagen. Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur zoals bekrachtigd door de Vlaamse Regering op 22 december 2017 en verschenen in het Belgisch Staatsblad op 15 februari 2018, inzonderheid artikel 162 en de overgangsbepalingen zoals voorzien door DEEL 6, TITEL 2, HOOFDSTUK 2 (artikel 581 artikel 589); Overwegende dat het Decreet Lokaal Bestuur in een integratie van gemeente en OCMW voorziet met behoud van afzonderlijke rechtspersonen; dat de ambtelijke integratie zoals in dit decreet voorzien

2 in de eerste plaats vorm zal krijgen door een eenduidige aansturing van het personeel in de nieuwe figuur van algemeen en financieel directeur die in de plaats treedt van de huidige gemeente- en OCMW-secretaris respectievelijk financieel beheerder van gemeente en OCMW; Overwegende dat het Decreet Lokaal Bestuur in artikel 162 voorziet dat er in elke gemeente één algemeen en één financieel directeur aanwezig is die zowel de gemeente als het OCMW bedient, waarbij beide ambten worden uitgeoefend door personeelsleden van de gemeente; Overwegende dat het Decreet Lokaal Bestuur een bijzondere overgangsregeling bevat om tijdig en uiterlijk tegen 1 augustus 2018 tot invulling van het ambt van algemeen en financieel directeur te komen; dat daarbij het belang van een tijdige, vlotte en transparante invulling wordt benadrukt; Overwegende dat het overeenkomstig artikel 583 en 589 DLB aan de gemeenteraad toekomt om enerzijds de nieuwe algemeen directeur aan te stellen en anderzijds de overblijvende functiehouder aan te stellen in een adjunct- of passende functie; Overwegende dat binnen de gemeente en het OCMW van Arendonk het ambt van gemeentesecretaris en het ambt van secretaris van het OCMW door verschillende personen wordt ingevuld; Overwegende dat bijgevolg artikel 583, 1 van dit Decreet Lokaal bestuur van toepassing is, dat bepaalt: Als de titularis van het ambt van gemeentesecretaris en de titularis van het ambt van secretaris van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn dat de gemeente bedient, verschillende personen zijn, of als maar een van beide ambten ingevuld is, kan de gemeenteraad de titularissen of, in voorkomend geval, de titularis, oproepen om zich binnen dertig dagen kandidaat te stellen voor het ambt van algemeen directeur. Na het verstrijken van de termijn stelt het college van burgemeester en schepenen vast wie zich tijdig en ontvankelijk kandidaat heeft gesteld. Als maar een van de personen, vermeld in het eerste lid, zich tijdig kandidaat heeft gesteld, wordt die persoon bij het verstrijken van de termijn om zich kandidaat te stellen, met behoud van zijn dienstverband, van rechtswege aangesteld als algemeen directeur bij de gemeente. Als twee personen, vermeld in het eerste lid, zich tijdig kandidaat stellen, stelt de gemeenteraad uiterlijk op 1 augustus 2018 op basis van een systematische vergelijking van titels en verdiensten een van hen met behoud van zijn dienstverband aan als algemeen directeur. Als geen van de personen, vermeld in het eerste lid, zich tijdig kandidaat stelt of als de gemeenteraad geen gebruik heeft gemaakt van de mogelijkheid, vermeld in het eerste lid, vult de gemeenteraad het ambt in door aanwerving of bevordering. De gemeenteraad stelt de voorwaarden vast voor het ambt van algemeen directeur en stelt daarvoor de selectieprocedure vast. De algemeen directeur wordt gekozen in functie van de functiebeschrijving met functieprofiel en competentievereisten en van de toetsing aan de voorwaarden. Overwegende dat artikel 583 DLB in de mogelijkheid voorziet om ofwel de zittende secretarissen op te roepen om zich kandidaat te stellen, ofwel ervoor kan opteren om onmiddellijk de nieuwe functie van algemeen directeur open te stellen voor andere kandidaten en deze in te vullen bij wijze van aanwerving en/of bevordering; Overwegende dat bijgevolg eerst de wijze van aanstelling dient te worden bepaald; Overwegende dat het daarbij aangewezen wordt geacht om voor de invulling van het ambt in eerste instantie voorrang te verlenen aan de zittende functiehouders en deze zodoende op te roepen om zich hiervoor kandidaat te stellen; Overwegende dat het immers aangewezen is om de huidige ervaring en expertise in de rol als leidinggevende ambtenaar te benutten; dat hierdoor ook maximaal de continuïteit van de dienstverlening kan worden gegarandeerd; dat voorts ook vanuit het zuinigheidsbeginsel moeilijk kan worden verantwoord dat een nieuwe algemeen directeur zou worden aangesteld terwijl de huidige functiehouders vervolgens met behoud van salaris in een adjunct- of passende functie in de organisatie dienen te worden aangesteld; Overwegende dat de decreetgever met deze overgangsregeling voorziet om zo vlot en transparant mogelijk tot de invulling van de gemeenschappelijke algemeen directeur te komen; Overwegende dat de huidige secretarissen het best geplaatst zijn om het ambt van algemeen directeur in te vullen, gezien de kennis en ervaring binnen de gemeente en het OCMW; dat de nieuwe algemeen directeur immers zowel de gemeente als het OCMW zal dienen te bedienen;

3 Overwegende zodoende dat de continuïteit en kwaliteit van de openbare dienstverlening op het hoogste ambtelijke niveau moet gegarandeerd worden, des te meer doorheen een verkiezingsjaar; dat dit ook de bezorgdheid vormt van de decreetgever; Overwegende dat deze doelstellingen bereikt kunnen worden door in eerste instantie de zittende functiehouders op te roepen en hun de mogelijkheid te verschaffen zich kandidaat te stellen voor de invulling van de functie van algemeen directeur; Dat zodoende wordt besloten om het ambt van algemeen directeur in te vullen via de oproeping van de huidige titularissen; Overwegende dat de functie van algemeen directeur een nieuwe functie vormt, zodat hiervoor de functiebeschrijving in bijlage wordt goedgekeurd; Overwegende dat artikel 583 DLB voorziet dat indien beide functiehouders zich kandidaat stellen, de gemeenteraad uiterlijk op 1 augustus 2018 op basis van een systematische vergelijking van titels en verdiensten een van hen met behoud van zijn dienstverband dient aan te stellen als algemeen directeur; Overwegende dat artikel 589 DLB in een waarborgregeling voorziet voor de zittende functiehouder die niet wordt aangesteld als algemeen directeur; dat de secretaris die geen algemeen directeur wordt hetzij aangesteld wordt als adjunct-algemeen directeur bij de gemeente, hetzij aangesteld wordt in een passende functie van niveau A bij de gemeente, het OCMW of een verzelfstandigde entiteit of vereniging van gemeente respectievelijk OCMW; Overwegende dat toepassing zal dienen gemaakt te worden van deze waarborgregeling, gezien gemeente en OCMW vandaag elk over een secretaris beschikken; dat het aangewezen voorkomt om in een wervingsreserve te voorzien voor de niet als directeur aangestelde functiehouder, zodat de continuïteit gegarandeerd blijft; Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de schriftelijke oproeping van de functiehouders waarbij in de uitnodiging hiertoe bepaald zal worden dat de kandidaten zich schriftelijk kandidaat dienen te stellen, met opgave van CV, ter attentie van de voorzitter van de gemeenteraad en het college van burgemeester en schepenen; dat de termijn van dertig dagen overeenkomstig de toelichting bij artikel 583 DLB een aanvang neemt vanaf de dag die volgt op de dag van de oproeping; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen Art. 1: De gemeenteraad besluit om de zittende secretarissen overeenkomstig artikel 583, 1 DLB op te roepen om zich kandidaat te stellen binnen een termijn van dertig dagen na oproeping voor het ambt van algemeen directeur. Art. 2: De gemeenteraad geeft opdracht aan het college van burgemeester en schepenen om de functiehouders bedoeld in artikel 1 schriftelijk uit te nodigen zich kandidaat te stellen, de tijdigheid en ontvankelijkheid van de kandidaturen vast te stellen, om deze vervolgens opnieuw aan de gemeenteraad voor te leggen. Bij de oproeping dient onderhavige beslissing, de functiebeschrijving en de wijze waarop de kandidaturen ingediend moeten worden, meegedeeld te worden. Art. 3: De gemeenteraad besluit om overeenkomstig artikel 589, 3 DLB een wervingsreserve te voorzien voor de functie van algemeen directeur, met opname van de niet aangestelde functiehouder. De geldigheidsduur wordt vastgesteld op 31 december Decreet lokaal bestuur financieel directeur oproeping zittende functiehouders De burgemeester stelt dat de gewestelijk ontvanger die het OCMW thans bedient in principe niet in aanmerking komt voor deze functie. Zij zal geen kandidaat zijn. In het kader van de procedure dient er wel een oproeping te gebeuren naar beide kandidaten. Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur zoals bekrachtigd door de Vlaamse Regering op 22 december 2017 en verschenen in het Belgisch Staatsblad op 15 februari 2018, inzonderheid artikel 162 en de overgangsbepalingen zoals voorzien door DEEL 6, TITEL 2, HOOFDSTUK 2 (artikel 581 artikel 589); Overwegende dat het Decreet Lokaal Bestuur in een integratie van gemeente en OCMW voorziet met behoud van afzonderlijke rechtspersonen; dat de ambtelijke integratie zoals in dit decreet voorzien

4 in de eerste plaats vorm zal krijgen door een eenduidige aansturing van het personeel in de nieuwe figuur van algemeen en financieel directeur die in de plaats treedt van de huidige gemeente- en OCMW-secretaris respectievelijk financieel beheerder van gemeente en OCMW; Overwegende dat het Decreet Lokaal Bestuur in artikel 162 voorziet dat er in elke gemeente één algemeen en één financieel directeur aanwezig is die zowel de gemeente als het OCMW bedient, waarbij beide ambten worden uitgeoefend door personeelsleden van de gemeente; Overwegende dat het Decreet Lokaal Bestuur een bijzondere overgangsregeling bevat om tijdig en uiterlijk tegen 1 augustus 2018 tot invulling van het ambt van algemeen en financieel directeur te komen; dat daarbij het belang van een tijdige, vlotte en transparante invulling wordt benadrukt; Overwegende dat het overeenkomstig artikel 583 en 589 DLB aan de gemeenteraad toekomt om enerzijds de nieuwe financieel directeur aan te stellen en anderzijds de overblijvende functiehouder aan te stellen in een adjunct- of passende functie; Overwegende dat binnen de gemeente en het OCMW van Arendonk het ambt van financieel beheerder van de gemeente en het ambt van financieel beheerder van het OCMW door verschillende personen wordt ingevuld; Overwegende dat bijgevolg artikel 583, 2 van dit Decreet Lokaal bestuur van toepassing is, dat bepaalt: Als de titularis van het ambt van financieel beheerder van de gemeente en de titularis van het ambt van financieel beheerder van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn dat de gemeente bedient, verschillende personen zijn, of als maar een van beide ambten ingevuld is, kan de gemeenteraad de titularissen of, in voorkomend geval, de titularis, oproepen om zich binnen dertig dagen kandidaat te stellen voor het ambt van financieel directeur. Na het verstrijken van de termijn stelt het college van burgemeester en schepenen vast wie zich tijdig en ontvankelijk kandidaat heeft gesteld. Als maar een van de personen, vermeld in het eerste lid, zich tijdig kandidaat heeft gesteld, wordt die persoon bij het verstrijken van de termijn om zich kandidaat te stellen, met behoud van zijn dienstverband, van rechtswege aangesteld als financieel directeur bij de gemeente. Als twee personen, vermeld in het eerste lid, zich tijdig kandidaat stellen, stelt de gemeenteraad uiterlijk op 1 augustus 2018 op basis van een systematische vergelijking van titels en verdiensten een van hen met behoud van zijn dienstverband aan als financieel directeur. Als geen van de personen, vermeld in het eerste lid, zich tijdig kandidaat stelt of als de gemeenteraad geen gebruik heeft gemaakt van de mogelijkheid, vermeld in het eerste lid, vult de gemeenteraad het ambt in door aanwerving of bevordering. De gemeenteraad stelt de voorwaarden vast voor het ambt van financieel directeur en stelt daarvoor de selectieprocedure vast. De financieel directeur wordt gekozen in functie van de functiebeschrijving met functieprofiel en competentievereisten en van de toetsing aan de voorwaarden. Overwegende dat artikel 583 DLB in de mogelijkheid voorziet om ofwel de zittende financieel beheerders op te roepen om zich kandidaat te stellen, ofwel ervoor kan opteren om onmiddellijk de nieuwe functie van financieel directeur open te stellen voor andere kandidaten en deze in te vullen bij wijze van aanwerving en/of bevordering; Overwegende dat bijgevolg eerst de wijze van aanstelling dient te worden bepaald; Overwegende dat het daarbij aangewezen wordt geacht om voor de invulling van het ambt in eerste instantie voorrang te verlenen aan de zittende functiehouders en deze zodoende op te roepen om zich hiervoor kandidaat te stellen; Overwegende dat het immers aangewezen is om de huidige ervaring en expertise te benutten; dat hierdoor ook maximaal de continuïteit van de dienstverlening kan worden gegarandeerd; dat voorts ook vanuit het zuinigheidsbeginsel moeilijk kan worden verantwoord dat een nieuwe financieel directeur zou worden aangesteld terwijl de huidige functiehouders vervolgens met behoud van salaris in een adjunct- of passende functie in de organisatie dienen te worden aangesteld; Overwegende dat de decreetgever met deze overgangsregeling voorziet om zo vlot en transparant mogelijk tot de invulling van de gemeenschappelijke financieel directeur te komen; Overwegende dat de huidige financieel beheerders het best geplaatst zijn om het ambt van financieel directeur in te vullen, gezien de kennis en ervaring binnen de gemeente en het OCMW; dat de nieuwe financieel directeur immers zowel de gemeente als het OCMW zal dienen te bedienen;

5 Overwegende zodoende dat de continuïteit en kwaliteit van de openbare dienstverlening op het hoogste ambtelijke niveau moet gegarandeerd worden, des te meer doorheen een verkiezingsjaar; dat dit ook de bezorgdheid vormt van de decreetgever; Overwegende dat deze doelstellingen bereikt kunnen worden door in eerste instantie de zittende functiehouders op te roepen en hun de mogelijkheid te verschaffen zich kandidaat te stellen voor de invulling van de functie van financieel directeur; Dat zodoende wordt besloten om het ambt van financieel directeur in te vullen via de oproeping van de huidige titularissen; Overwegende dat de functie van financieel directeur een nieuwe functie vormt, zodat hiervoor de functiebeschrijving in bijlage wordt goedgekeurd; Overwegende dat artikel 583 DLB voorziet dat indien beide functiehouders zich kandidaat stellen, de gemeenteraad uiterlijk op 1 augustus 2018 op basis van een systematische vergelijking van titels en verdiensten een van hen met behoud van zijn dienstverband dient aan te stellen als financieel directeur; Overwegende dat artikel 589 DLB in een waarborgregeling voorziet voor de zittende functiehouder die niet wordt aangesteld als financieel directeur; dat de financieel beheerder die geen financieel directeur wordt hetzij aangesteld wordt als adjunct-financieel directeur bij de gemeente, hetzij aangesteld wordt in een passende functie van niveau A bij de gemeente, het OCMW of een verzelfstandigde entiteit of vereniging van gemeente respectievelijk OCMW; Overwegende dat toepassing zal dienen gemaakt te worden van deze waarborgregeling, gezien gemeente en OCMW vandaag elk over een financieel beheerder beschikken; dat het aangewezen voorkomt om in een wervingsreserve te voorzien voor de niet als directeur aangestelde functiehouder, zodat de continuïteit gegarandeerd blijft; Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de schriftelijke oproeping van de functiehouders waarbij in de uitnodiging hiertoe bepaald zal worden dat de kandidaten zich schriftelijk kandidaat dienen te stellen, met opgave van het CV, ter attentie van de voorzitter van de gemeenteraad en het college van burgemeester en schepenen; dat de termijn van dertig dagen overeenkomstig de toelichting bij artikel 583 DLB een aanvang neemt vanaf de dag die volgt op de dag van de oproeping; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen Art. 1: De gemeenteraad besluit om de zittende financieel beheerders overeenkomstig artikel 583, 2 DLB op te roepen om zich kandidaat te stellen binnen een termijn van dertig dagen na oproeping voor het ambt van financieel directeur. Art. 2: De gemeenteraad geeft opdracht aan het college van burgemeester en schepenen om de functiehouders bedoeld in artikel 1 schriftelijk uit te nodigen zich kandidaat te stellen, de tijdigheid en ontvankelijkheid van de kandidaturen vast te stellen, om deze vervolgens opnieuw aan de gemeenteraad voor te leggen. Bij de oproeping dient onderhavige beslissing, de functiebeschrijving en de wijze waarop de kandidaturen ingediend moeten worden, meegedeeld te worden. Art. 3: De gemeenteraad besluit om overeenkomstig artikel 589, 3 DLB een wervingsreserve te voorzien voor de functie van financieel directeur, met opname van de niet aangestelde functiehouder. De geldigheidsduur wordt vastgesteld op 31 december Wonen principieel besluit verlenging deelname Kempens Woonplatform Gelet op het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode, inzonderheid op artikel 28, paragraaf 2, zoals gewijzigd; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, zoals gewijzigd; Gelet op het Gemeentedecreet, zoals gewijzigd; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering d.d. 21 september 2007, houdende de subsidiëring van projecten ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid, zoals gewijzigd; Gelet op de beslissing van de gemeenteraad d.d.10 maart 2008 en d.d. 20 april 2009 om toe te treden tot het project Kempens Woonplatform, ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid;

6 Gelet op de beslissing van de minister van wonen d.d. 29 mei 2009 om de gevraagde subsidies toe te kennen aan het project Kempens Woonplatform voor een periode van 3 jaar, zijnde van 1 november 2009 tot en met 31 oktober 2012; Gelet op de beslissing van de gemeenteraad d.d. 12 maart 2012 om verder deel te nemen aan het project Kempens Woonplatform, ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid; Gelet op de beslissing van de minister van wonen d.d. 22 augustus 2012 om de gevraagde subsidies toe te kennen aan het project Kempens Woonplatform voor een periode van 18 maanden, zijnde van 1 november 2012 tot en met 30 april 2014; Gelet op de beslissing van de minister van wonen d.d. 20 januari 2014 om de gevraagde subsidies toe te kennen aan het project Kempens Woonplatform voor een periode van 18 maanden, zijnde van 1 mei 2014 tot en met 31 oktober Gelet op de beslissing van de gemeenteraad d.d. 9 maart 2015 om verder deel te nemen aan het project Kempens Woonplatform, ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid; Gelet op de beslissing van de minister van wonen d.d. 18 augustus 2015 om de gevraagde subsidies toe te kennen aan het project Kempens Woonplatform voor een periode van 18 maanden, zijnde van 1 november 2015 tot en met 31 oktober Gelet op het meerjarenplan , zoals goedgekeurd door de gemeenteraad van 16 december 2013, waar onder de beleidsdoelstelling het ontwikkelen van een kwalitatief woonbeleid afgestemd op de noden van alle bevolkingsgroepen onder meer het actieplan een kwalitatief woonbeleid voeren is opgenomen met als acties het uitvoeren van het lokaal woonbeleid met ondersteuning van het Kempens Woonplatform en opmaken reglement woonkwaliteit en verder het actieplan milieuvriendelijke investeringen stimuleren is opgenomen met als actie evaluatie gemeentelijke bouwpremie. Gelet op de opeenvolgende beslissingen van de minister van wonen d.d. 29 mei 2009, 22 augustus 2012, 20 januari 2014 en 18 augustus 2015 om subsidies toe te kennen aan het project Kempens Woonplatform voor aaneensluitend de periode van 1 november 2009 tot en met 31 oktober 2018, zijnde de maximale subsidiabele periode volgens het vermelde besluit van de Vlaamse Regering d.d. 21 september 2007; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering d.d. 8 juli 2016, houdende subsidiëring van intergemeentelijke projecten ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid, waarbinnen het mogelijk is om nieuwe subsidieaanvragen in te dienen met vaste einddatum op 31 december 2019 en waarbij subsidies ontvangen kunnen worden voor het uitvoeren van verplichte activiteiten en aanvullende activiteiten; Gelet op het feit dat voor Kempens Woonplatform een nieuwe subsidieaanvraag kan ingediend worden voor de periode ingaand na de huidige subsidieperiode, zijnde 1 november 2018 tot en met 31 december 2019; dat deze aanvraag uiterlijk 6 maanden voor de geplande startdatum moet ingediend worden, zijnde uiterlijk 30 april 2018; dat subsidies verkregen kunnen worden voor de verplichte activiteiten en dat deze maximaal verdubbeld kunnen worden door het inzetten op aanvullende activiteiten; Gelet op de bilaterale bespreking met betrekking tot het aanvraagdossier voor de verlenging van Kempens Woonplatform d.d. 15 mei 2017, waarbij de krijtlijnen van het project besproken werden; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen d.d. 30 november 2017 met betrekking tot de participatie aan Kempens Woonplatform in de periode van 1 november 2018 tot en met 31 december 2019, het engagement tot het naleven en uitvoeren van de bepalingen van het nieuwe subsidiekader en een selectie van aanvullende activiteiten; Gelet op de bespreking tijdens de stuurgroep Kempens Woonplatform van 17 oktober 2017, waarbij de resultaten van de 1ste collegebeslissingen werden toegelicht en waarbij het aanbod werd geformuleerd om Kempens Woonplatform aan te bieden als basisdienstverlening welke optioneel kan aangevuld worden met de intergemeentelijke dienstverlening leegstand & verwaarlozing en/of de intergemeentelijke dienstverlening conformiteitsonderzoeken en waarbij de Vlaamse tussenkomst procentueel verrekend zal worden met het kostenaandeel van de gemeente in de totale

7 kostprijs van de 3 woongerelateerde dienstverleningen en waarbij de opdeling van Kempens Woonplatform in een noordelijke en zuidelijke werking werd besproken; Overwegende dat na het verkennend overleg met Wonen-Vlaanderen d.d. 5 december 2017 en 2 februari 2018 en na de feedback vanuit de gemeenten op het ontwerpdossier de subsidievraag verder vorm gegeven werd en dat op de stuurgroep Kempens Woonplatform van 8 februari 2018 het dossier werd goedgekeurd; Overwegende dat voor de periode na 2019 de subsidiëring van intergemeentelijke projecten ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid wellicht afgestemd zal worden op de nieuwe gemeentelijke legislatuur en dat het subsidiekader voor de periode opgenomen zal worden in een Besluit van de Vlaamse Regering Lokaal Woonbeleid; Overwegende dat IOK, in samenwerking met gemeenten, OCMW s en andere woonactoren, met het projectvoorstel voor de verenging van Kempens Woonplatform, het woonbeleid op maat voor elk van de deelnemende gemeenten verder wenst uit te werken. Hierbij zal de centrale kenniscel rond wonen behouden blijven, maar wordt het engagement van het lokale bestuur gevraagd om het project te ondersteunen met een lokale equipe; BESLUIT: met eenparigheid van stemmen Enig art.: Verder deel te nemen aan het project Kempens Woonplatform Noord en het voorliggend dossier met betrekking tot de subsidieaanvraag voor het project Kempens Woonplatform Noord goed te keuren. Varia *Benny Maes verwijst naar het dossier van de windmolens, bepaaldelijk naar het goedkeuringsbesluit van de bevoegde minister. Hij roept op om politiek overleg te plegen en te wijzen op het gegeven dat er in Arendonk geen draagvlak is voor windmolens. De uitlatingen van de burgemeester in de krant waren eensluidend. Kortelings is er een overleg met omwonenden, met IOK, en met de gemeente. Het is hem niet helemaal duidelijk wat de bedoeling is. Schepen Ann Hermans antwoordt dat de bewoners van het actiecomité van Broekkant voorafgaandelijk langs zijn geweest. We hadden hen beloofd dat als er een besluit zou zijn, dat we dan onmiddellijk zouden communiceren. We hebben contact gezocht met IOK. Bedoeling is om uit te leggen wat de mogelijkheden zijn. Joan Wijnen vraagt of het al dan niet een besloten vergadering betreft. Via Facebook worden mensen opgeroepen. De burgemeester stelt dat hij denkt dat er veel mensen zullen willen aanwezig zijn. Bedoeling is toe te lichten wat er beslist is en wat de te nemen stappen zijn. Binnen de 45 dagen kan er beroep aangetekend worden tegen de beslissingen. IOK heeft ons, ter voorbereiding, al een aantal argumenten overgemaakt. De gemeente Oud -Turnhout is dezelfde oefening aan het maken. Zelfs de coöperatieve Campina Energie protesteert tegen de wijze waarop dit dossier loopt. Het is de intentie van het college om in beroep te gaan bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen. Kortelings is er een overleg met een advocatenkantoor. Benny Maes vraagt of dat wordt bekendgemaakt. Worden er brieven verstuurd? Schepen Ann Hermans antwoordt dat de burgers zelf adressen hebben doorgegeven. Frieda Verstraelen stelt dat er brieven circuleren.

8 Schepen Ann Hermans stelt dat dat door henzelf wordt georganiseerd. Joan Wijnen doet opmerken dat de media werd ingeschakeld en dat er mogelijk veel volk te verwachten valt. De burgemeester stelt dat vooral de mensen die daar in de buurt wonen welkom zijn, de mensen die betrokken zijn in het openbaar onderzoek. Dat is de doelgroep voor de info. Desgevallend zal een andere locatie gezocht worden. Gunther Hendrickx vraagt aan wie de vergunning verleend werd. De burgemeester antwoordt dat de aanvrager EDF Luminus is. Het dossier is rechtstreeks ingediend bij de minister. Vroeger was er een ander bureau, bepaaldelijk Nimby projects, bij betrokken. Nimby projects heeft de naam veranderd in Windkracht Vlaanderen. Windkracht Vlaanderen is overgenomen door EDF Luminus. Nu betreft het dus enkel nog EDF Luminus. *Gunther Hendrickx stelt dat in de notulen van het college van 22 februari 2018 te lezen staat dat het college de haalbaarheid bespreekt van de realisatie van de verbinding Molenstraat- Poederstraat (periode ). De burgemeester antwoordt dat op zijn vraag het dossier opnieuw geagendeerd werd. Het wordt herbekeken met de mobiliteitsambtenaar. Het college van Reusel heeft recent het mobiliteitsplan van de toekomst ten overstaan van ons college toegelicht. Het betreft de downgrading van de weg richting Reusel, een tonnagebeperking, een ring rond Reusel. De mobiliteit zal dus nog enigszins veranderen. De situatie is thans gewijzigd in Arendonk maar ook richting Reusel. Destijds was er een uitgebreide studie. Dit is een eerste stap in de oefening. Gunther Hendrickx doet opmerken dat de conclusie toen inderdaad negatief was. *Gunther Hendrickx vraagt of er in het dossier van de Rode Del inmiddels een aanstelling is gebeurd van een bureau dat effectief het RUP gaat opmaken. Hij vindt dat het dossier te lang aansleept. Hij vraagt naar de stand van zaken. Schepen Ann Hermans antwoordt dat er twee offertes zijn. Inhoudelijk voldoen de offertes. De raming bedroeg EUR. De offertes zitten ver boven het budget. Het betreft een onderhandelingsprocedure. We proberen na onderhandeling de prijs te laten zakken. Inhoudelijk voldoen de offertes. Er kan dienvolgens aangesteld worden. *Gunther Hendrickx verwijst naar het PV van voorlopige oplevering betrekkelijk het fietspad bij brug vier. Er waren geen bemerkingen. In het verleden werd door hem de bemerking gemaakt dat het hekwerk van het betrokken bedrijf het zicht beperkt. Met die beperking is geen rekening gehouden. Zijn er dan geen bemerkingen geformuleerd met betrekking tot de zichtbaarheid? De burgemeester antwoordt dat die bemerkingen zeker zijn meegenomen. Hij was niet bij de bespreking aanwezig. Hij heeft enkel kennis genomen van het eindverslag. Gunther Hendrickx doet opmerken dat zijn ongerustheid hopelijk onterecht is.

9 *Gunther Hendrickx verwijst naar de verkeersmaatregel bij wijze van proef in de Schoolstraat, bepaaldelijk het verbod voor doorgaand verkeer. De maatregel werd opgeheven. Hij vreest dat dit geen verbetering is van de algemene verkeersveiligheid. De verkeersmaatregel werd veelvoudig genegeerd. Hij vraagt op basis van welke criteria het besluit werd genomen. De burgemeester antwoordt dat het besluit werd genomen op basis van info en op basis van observaties van de lokale politie en de ambtenaar mobiliteit. Er was niet zoveel verbetering en er waren heel veel frustraties bij burgers die veel te ver moeten omrijden. Gunther Hendrickx vraagt of dit binnen het mobiliteitsoverleg werd besproken. De burgemeester antwoordt bevestigend. *Gunther Hendrickx verwijst naar het mobiliteitsoverleg van , met name naar de voorstellen met betrekking tot de aanpassing van de processietoer voor de fietsers. Het betreft vrij eenvoudige maatregelen. Maar er wordt verwezen naar het Gewest. Er is nog geen overdracht van De Vrijheid. Het betreft nog een Gewestweg. Het dossier is in april 2017 naar de minister van mobiliteit gestuurd. Hij vraagt om aan te dringen op uitvoering van de werken, met name het verven van het fietspad. In de Wezenstraat betreft het meer infrastructurele maatregelen. Er wordt al drie jaar gevraagd om een proefopstelling. Hij vraagt om optreden bij urgentie. De burgemeester antwoordt dat wat betreft de ruil tussen de gewestwegen en de gemeentewegen er op 19 januari 2018 twee besluiten genomen werden. Eén van de twee besluiten is al officieel overgemaakt aan de gemeente. Dat besluit is verschenen in het Belgisch staatsblad. Het andere besluit is nog niet officieel overgemaakt aan de gemeente, maar wel officieus vorige week. Dus de ruil is in principe rond. AWV moet ons officieel op de hoogte stellen. We gaan dus als gemeente zelf beheerder worden van Begijnhof - Vrijheid - Daries. U zal kortelings daarvan het resultaat zien. *Jean Seels stelt dat er goed gewerkt is aan de oplossing van het klinkerprobleem. Maar er is dienaangaande een probleem in heel het centrum. Hij vindt dat men het niet meer zo ver mag laten komen. De burgemeester antwoordt dat het stukje in de Schoolstraat recent terug werd aangelegd. Maar het stuk iets verder ligt er inderdaad helemaal niet goed bij. Dat moet inderdaad bekeken worden. De bemerking wordt meegenomen. De vraag is wel of klinkers de meest duurzame oplossing zijn. *Benny Maes komt terug op de klacht van ACV in het dossier van de fusie van de woonzorgcentra. Er is een antwoord geformuleerd via een advocatenkantoor. Hij heeft twee bemerkingen. Vooreerst had men de brief vroeger aan de OCMW-raadsleden moeten overmaken. De brief is pas anderhalf uur voor de zitting van de OCMW-raad aan de raadsleden van het OCMW verstuurd. Het betreft een document van 38 bladzijden. Dat was beter al overgemaakt voor het weekend, op het ogenblik dat de brief verstuurd werd naar de vakbond en de minister. Dan hadden de OCMWraadsleden minstens een weekend om het document door te nemen. Ten tweede werd het document slechts geagendeerd ter kennisname en werd er gesteld dat men er niet verder op zou ingaan. Hij vindt dat eigenaardig. De OCMW-raad is toch het forum bij uitstek om dat document ten gronde te bespreken. OCMW-voorzitter Kenny Viskens stelt dat hij op die gemeenteraad niet kon aanwezig zijn wegens ziekte. Dat was de eerste keer. Hij stelt dat hij over die beweringen weinig kan zeggen.

10 Benny Maes vindt het vreemd dat er geen terugkoppeling is gebeurd. Hij vindt het eigenaardig dat het niet ter sprake is gekomen op de OCMW-raad. OCMW-voorzitter Kenny Viskens stelt dat hij er geen enkel probleem mee heeft om het verweerschrift te bespreken. De argumenten aangehaald tijdens de gemeenteraad zijn terug te vinden in het verweerschrift. Er moest naar een deadline toe gewerkt worden. Ten laatste op 5 april 2018 mogen we het antwoord van de Minister verwachten en weten we of we het dossier al dan niet werd goedgekeurd. De burgemeester vult aan dat op de vrijdag voorafgaandelijk aan de OCMW-raad het verweerschrift werd overgemaakt aan de Minister en het Agentschap Binnenlands Bestuur. Het Agentschap Binnenlands Bestuur en de Minister hebben aangedrongen op die deadline om het dossier dan met spoed te kunnen behandelen. In het licht daarvan heeft de secretaris van het OCMW gesteld dat het slechts een kennisname betrof omdat er op dat ogenblik toch niets meer aan het document kon veranderd worden. Benny Maes stelt dat de oppositie toch het recht heeft om vragen te stellen en om verduidelijking te vragen. Als dat niet kan, wat zitten we dan te doen als raadsleden tijdens de zitting van de OCMWraad? Dat is geen goede manier van werken. We hebben er al dikwijls op gehamerd en ons er negatief over uitgelaten. Dit is een mooi voorbeeld van hoe het niet moet. Dit moet intern aangekaart worden. Men moet daar op aangesproken worden.