voor natuurinspecteur

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "voor natuurinspecteur"

Transcriptie

1 Milieuhandhavingsregelgeving voor natuurinspecteur Milieuhandhavingsregelgeving 7

2 De milieuhandhavingsregelgeving De handhaving van milieuregels gebeurt volgens de regels en procedures van het milieuhandhavingsdecreet (titel XVI van het Decreet Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid van 5 april DABM) en de uitvoeringsbesluiten. Inhoudelijk is ANB bevoegd voor de handhaving van: - het boswetboek van 19 december 1854; - de jachtwet van 28 februari 1882; - de wet van 1 juli 1954 op de riviervisserij; - de wet van 12 juli 1973 op het natuurbehoud; - het Bosdecreet van 13 juni 1990; - het Jachtdecreet van 24 juli 1991; - het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu; en alle bijbehorende uitvoeringsbesluiten. Het geheel van de bovengenoemde regelgeving valt onder de noemer van het milieubeheerrecht, op grond van de definitie opgenomen in het Milieuhandhavingsbesluit (MHB, zie verder). Naast de bevoegdheid rond het MHB is er de volgende wetgeving waarvoor het ANB niet inhoudelijk bevoegd is, maar waar het wel een (al dan niet beperkte) handhavingsbevoegdheid heeft: - het veldwetboek; - de CITES-wet van 28 juli 1981 (wet houdende goedkeuring van de Overeenkomst inzake de internationale handel in bedreigde in het wild levende dier- en plantensoorten); - het materialendecreet van 23 december 2011; - het pesticidendecreet van 8 februari 2013; - het mestdecreet (controle van de afstandsregels voor mest langs waterlopen binnen ruimtelijk kwetsbaar gebied (RKG) en speciale beschermingszones (SBZ s); - De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) voor wat betreft ontbossingen. Tot slot is het ANB ook bevoegd voor de handhaving van diverse Europese verordeningen, o.a. de verordening nr. 1143/2014 betreffende de preventie en beheersing van de introductie en verspreiding van invasieve uitheemse soorten. Binnen het Agentschap voor Natuur en Bos heeft de natuurinspectie de handhaving van de natuurregelgeving (in brede zin) als kerntaak. Milieuhandhavingsregelgeving 8

3 Om de handhaving naar behoren uit te voeren kreeg de natuurinspecteur welbepaalde bevoegdheden toegekend en staan hem/haar tal van instrumenten en middelen ter beschikking. Deze worden in dit hoofdstuk in detail besproken. Wens je extra informatie? Dan vind je heel wat terug in de handhavingsrapporten die jaarlijks worden opgemaakt door natuurinspectie Toezicht- en opsporingsbevoegdheden van de natuurinspecteur De toezichthouders en milieuopsporingsambtenaren bij het ANB Binnen ANB zijn de volgende personeelsleden aangewezen als gewestelijk toezichthouder: - de natuurinspecteurs; - de celverantwoordelijken van de natuurinspectie; - de administratieve medewerkers van de natuurinspectie; - de boswachters; - de regiobeheerders; - een aantal beleidsmedewerkers (met beperkte bevoegdheden). De volgende personeelsleden zijn aangewezen als gewestelijk milieuopsporingsambtenaar: - de natuurinspecteurs; - de celverantwoordelijken van de natuurinspectie. Natuurinspecteurs zijn aangewezen als gewestelijk milieuopsporingsambtenaar en hebben als dusdanig de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie (OGP). Gewestelijk milieuopsporingsambtenaren hebben de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie (OGP). Een officier van gerechtelijke politie (OGP) heeft volle bevoegdheden op gerechtelijk vlak (bv. gerechtelijke arrestaties, huiszoekingen, gerechtelijke fouilleringen, etc.). Nieuw aangeworven natuurinspecteurs worden pas aangewezen als gewestelijk toezichthouder/gewestelijk milieuopsporingsambtenaar nadat zij een opleiding bij de politieschool of een interne opleiding (natuurmanagement, vervolgtraject NI) hebben gevolgd. Gewestelijke milieuopsporingsambtenaren kunnen als hulpofficier van de procureur des Konings (HPdK) worden aangewezen. Dit betekent dat zij in feite assistenten zijn van de procureur en daardoor bepaalde beslissingsbevoegdheden zelf toebedeeld krijgen van de procureur. Milieuhandhavingsregelgeving 9

4 Het statuut OGP HPdK wordt binnen ANB toegekend aan de celverantwoordelijken natuurinspectie (zie eerder) omdat volgens het Wetboek van Strafvordering huiszoekingen bij heterdaad moeten gebeuren in aanwezigheid van een hulpofficier van de Procureur des Konings. In het verleden diende hiervoor altijd een beroep te worden gedaan op een medewerker van de federale of lokale politiediensten met dat statuut, wat dikwijls tot problemen leidde omdat die personen niet altijd beschikbaar waren. Door de aanwijzing van de celverantwoordelijken NI als HPK kunnen de huiszoekingen bij heterdaad efficiënter en dikwijls met meer resultaat verlopen. De celverantwoordelijken natuurinspectie worden ook aangewezen als gemachtigd ambtenaar. Een gemachtigd ambtenaar wordt specifieke bevoegdheden toegekend zoals: - indienen van voorstellen bij de strafrechtbank tot oplegging van bevelen om de plaats in de oorspronkelijke toestand te herstellen, het strijdig gebruik te staken of aanpassingswerken uit te voeren; - indienen van vorderingen bij de strafrechtbank tot oplegging van een dwangsom per dag vertraging in de tenuitvoerlegging van de herstelmaatregelen; - indienen van een vordering van herstelmaatregelen bij de burgerlijke rechtbank bevoegd voor de plaats waar het milieumisdrijf plaatsvond; - controle van de uitgevoerde herstelmaatregelen en vaststelling daarvan in een PV; - opleggen van de door de rechtbank bevolen herstelmaatregelen aan de persoon aan wie de rechtbank het herstel heeft opgelegd; - het zelf uitvoeren (of laten uitvoeren) van de herstelmaatregelen wanneer de persoon aan wie de rechtbank het herstel heeft opgelegd, de herstelmaatregelen niet heeft uitgevoerd binnen de door de rechtbank opgelegde termijn. Een aantal beleidsmedewerkers zijn aangewezen als toezichthouders met beperkte toezichtrechten: zij beschikken enkel over het recht op toegang tot private terreinen met het oog op de controle van vergunnings- en subsidievoorwaarden en van meldingen op grond van de bos-, natuurbehouds-, jacht- vogelbeschermings- en riviervisserijwetgeving. Zij hebben geen bevoegdheid om milieu-inbreuken of milieumisdrijven vast te stellen, noch om bestuurlijke maatregelen of veiligheidsmaatregelen op te leggen. Gelet op het beperkte toezichtrecht is geen specifieke opleiding, bij een politieschool of intern, vereist. Toezichthouders en opsporingsambtenaren bij het ANB worden aangesteld bij ministerieel besluit. Onthoud: NI = toezichthouder + gewestelijk milieuopsporingsambtenaar (OGP) Celverantwoordelijke NI (CVNI) = toezichthouder + gewestelijk milieuopsporingsambtenaar (OGP) + HPdK + gemachtigd ambtenaar Milieuhandhavingsregelgeving 10

5 Toezichtbevoegdheid: toezicht en toezichtrechten Toezicht is het verzamelen van informatie over de vraag of een handeling of zaak voldoet aan de daaraan gestelde eisen, het zich daarna vormen van een oordeel daarover en het eventueel naar aanleiding daarvan interveniëren. Toezicht is het geheel van handelingen die erop gericht zijn zich te vergewissen dat de wetten en decreten worden nageleefd. Het toezicht heeft als doel het nalevingsgedrag te verbeteren en is gericht op het voorkomen of doen ophouden van delicten. Toezicht is preventief van aard. Om deze controletaak te kunnen uitoefenen hebben toezichthouders dus ook natuurinspecteurs - een aantal decretaal omschreven bevoegdheden en werden in het milieuhandhavingsdecreet (MHD) een aantal toezichtrechten ter beschikking gesteld. Belangrijk hierbij is dat toezichthouders enkel gebruik mogen maken van hun toezichtrechten voor zover zij deze gebruiken binnen hun bevoegdheden. Voor natuurinspecteurs is dit de controle van het milieubeheerrecht (zie boven). De toezichtrechten mogen ook enkel gebruikt worden als dit noodzakelijk is om een bepaalde regelgeving te controleren. Een ondoordacht gebruik van toezichtrechten kan dus niet. Recht op toegang (Art MHD) Een toezichthouder mag altijd, zonder voorafgaande verwittiging, elke plaats vrij betreden en het benodigde materiaal meenemen om eigen onderzoek ter plaatse te kunnen doen. Tot de bewoonde lokalen heeft een toezichthouder enkel toegang als aan een van de volgende voorwaarden wordt voldaan: - een voorafgaande en schriftelijke toestemming van de bewoner; - een voorafgaandelijke en schriftelijke machtiging door de rechter in de politierechtbank (een visitatiemachtiging, zie verder). In dit geval heeft een toezichthouder alleen toegang tussen vijf uur s morgens en eenentwintig uur s avonds. Aangezien de woning een zeer ruime bescherming geniet, zullen er buiten de openbare plaatsen, niet veel private plaatsen zijn die zonder huiszoekingsbevel of visitatiemachtiging betreden kunnen worden. VUISTREGEL: Vraag bij twijfel steeds visitatiemachtiging aan de politierechter of de toestemming van de bewoner. Milieuhandhavingsregelgeving 11

6 Het huiszoekingsbevel en de visitatiemachtiging worden verder besproken. Recht op inzage en kopie van zakelijke documenten (Art MHD) Met het oog op de uitoefening van de toezichtrechten mag een toezichthouder inzage vorderen van alle daarvoor noodzakelijke zakelijke documenten en andere zakelijke informatiedragers. Onder zakelijke wordt verstaan: betrekking hebbend op de zaak die onderzocht wordt. Persoonlijke informatie valt buiten dit toezichtrecht! Hij mag zich die informatiedragers laten voorleggen op een plaats die hij aanwijst. De toezichthouder mag zich van alle zakelijke documenten en andere zakelijke informatiedragers kosteloos een kopie laten verstrekken of er zelf een kopie van maken. Als kopiëren niet mogelijk is, mag hij de informatiedragers tegen een door hem af te geven schriftelijk bewijs bij zich houden of meenemen tijdens de periode die vereist is om zijn opdracht te volbrengen. Nadien worden deze zaken teruggegeven (dit in tegenstelling tot het beslag, zie verder). Recht op onderzoek van zaken (Art MHD) Art Toezichthouders mogen zaken onderzoeken of laten onderzoeken. Zij mogen ze onder meer beproeven of laten beproeven, er monsters van nemen of laten nemen, ze meten of laten meten en ze analyseren of laten analyseren. Zij mogen daartoe verpakkingen openen of laten openen. Als het onderzoek niet ter plaatse uitgevoerd kan worden, mogen zij de zaken tegen een door hen af te geven schriftelijk bewijs meenemen tijdens de periode die vereist is om het onderzoek uit te voeren. 2. Toezichthouders mogen de technische middelen en personeel om de monsterneming, meting of beproeving uit te voeren kosteloos opvorderen van de houder van de te onderzoeken zaken. 3. Toezichthouders mogen gedurende de tijd die noodzakelijk is voor het onderzoek, het vervoer, het gebruik en de verwerking van zaken verbieden zonder dat hen hiervoor kosten worden aangerekend. Dit toezichtrecht geeft aan de natuurinspecteurs het recht om wetenschappelijk onderzoek te laten verrichten op verdachte substanties/verdachte overlijdens van dieren enz.. Veelal gaat het bij de natuurinspectie om het laten uitvoeren van toxicologische onderzoeken op kadavers van dieren om uit te maken of het dier vergiftigd werd. Milieuhandhavingsregelgeving 12

7 Recht op onderzoek van transportmiddelen (Art MHD) Toezichthouders mogen transportmiddelen en de lading ervan onderzoeken of laten onderzoeken, en inzage vorderen van de wettelijk voorgeschreven documenten. Zij mogen bevelen geven aan de bestuurders of begeleiders. Zo mogen ze onder meer bevelen dat de bestuurders of begeleiders hun transportmiddel kosteloos stilzetten en dat ze het kosteloos naar een door hen aangewezen plaats brengen. Natuurinspecteurs mogen dus een voertuig tegenhouden om de lading ervan te controleren op conformiteit met de milieubeheerregelgeving. Dit toezichtrecht wordt voornamelijk ingezet voor controle van de voertuigen van vissers en jagers op mogelijke stroperij. Zoals bij elk toezichtrecht is het recht op onderzoek van voertuigen beperkt tot de regelgeving waar de natuurinspecteurs voor bevoegd is. Een controle van de boorddocumenten van het voertuig behoort derhalve niet tot de bevoegdheid van de natuurinspecteur. Recht op ondersteuning (Art MHD) Art Bij de uitoefening van hun toezichtrechten mogen toezichthouders zich laten bijstaan door personen die zij daartoe hebben aangewezen op grond van hun deskundigheid. Gemeentelijke toezichthouders mogen zich laten ondersteunen door gewestelijke toezichthouders. De Vlaamse Regering kan daarvoor de nadere regels bepalen. Noot: gemeentelijke toezichthouders zijn niet bevoegd voor de handhaving van het milieubeheerrecht. Wegens de techniciteit van bepaalde opdrachten is het mogelijk om specialisten in te schakelen bij controletaken. Deze specialisten hoeven zelf niet aangewezen te zijn als toezichthouder. Zo doen natuurinspecteurs een beroep op vogeldeskundigen om de legaliteit van vogels te achterhalen. De identiteit van deze deskundigen alsmede een verslag van diens werkzaamheden worden opgenomen in het proces-verbaal. De deskundige tekent het proces-verbaal niet mee. De handtekening van de natuurinspecteur onder het PV waarborgt de echtheid van de vaststellingen van de deskundige. Milieuhandhavingsregelgeving 13

8 Recht op het doen van vaststelling d.m.v. audiovisuele middelen (Art MHD) Art Zonder afbreuk te doen aan de regelgeving inzake privacy kunnen de toezichthouders vaststellingen doen met audiovisuele middelen. Er kan gebruik gemaakt worden van camera s en fototoestellen om vaststellingen te documenteren. Enkele foto s toevoegen als bewijsmateriaal versterken het dossier. Een rechter zal hierdoor beter kunnen inschatten wat de ernst van de situatie is. Het gebruik van een fotoval in het kader van toezicht is in principe niet mogelijk. Dit kan enkel als het onderzoek vanaf het begin in het kader van opsporing gevoerd wordt (zie verder). Gebeurt het onderzoek binnen het kader van opsporing dan kunnen de toezichtrechten niet gebruikt worden. Recht op bijstand (Art MHD) Artikel Toezichthouders kunnen bij de uitoefening van hun toezichtsopdrachten de bijstand van de politie vorderen. Om de uitoefening van het toezichtrecht op inzage en kopie van zakelijke gegevens mogelijk te maken kunnen toezichthouders met de bijstand van de politie overgaan tot het openen en gebruiken of doen gebruiken van zaken als de hiernavolgende voorwaarden gelijktijdig zijn vervuld: 1. het volbrengen van de toezichtopdracht vereist de uitoefening van het toezichtrecht; 2. de uitoefening van het toezichtrecht is niet mogelijk op een andere wijze; 3. de persoon die het genot heeft van de zaken in kwestie geeft geen toestemming tot opening of gebruik. Opsporingsbevoegdheid Naast toezichtrechten hebben natuurinspecteurs als officier van gerechtelijke politie (OGP) ook de mogelijkheid om opsporingsdaden te stellen en dit in het kader van een opsporingsonderzoek. Opsporing kan worden gedefinieerd als het geheel van handelingen die kaderen binnen de bevoegdheden die het wetboek van strafvordering en bijzondere wetten en decreten toekennen aan opsporingsambtenaren om misdrijven op te sporen met het oog op hun vervolging door de strafrechter. Opsporing kan enkel als er een vermoeden is van een misdrijf. Opsporing heeft als doel bewijselementen te verzamelen met betrekking tot misdrijven zodat een eventuele Milieuhandhavingsregelgeving 14

9 strafrechtelijk vervolging kan worden ingezet. Opsporing is repressief van aard. Indien er enkel sprake is van milieu-inbreuken kunnen geen opsporingsdaden worden gesteld. Het opsporingsonderzoek gebeurt door het parket (Openbaar Ministerie) nadat het kennis kreeg van een misdrijf bijvoorbeeld na een klacht of op grond van een PV. De Procureur des Konings (PdK) heeft een algemene opsporingsplicht en beschikt over een algemeen opsporingsrecht. Als gevolg hiervan gebeurt een opsporingsonderzoek altijd onder leiding van de PdK. Indien die aan zijn OGP s (zoals natuurinspecteurs) opdrachten geeft, bijvoorbeeld om een verhoor af te nemen, zal dit steeds onder de definitie van opsporing vallen. Ook het uitvoeren van een huiszoeking met een huiszoekingsbevel valt onder opsporing. Een officier van gerechtelijke politie heeft een aantal bevoegdheden om hem te helpen bewijzen te verzamelen van misdrijven. De bevoegdheden zijn terug te vinden in het Wetboek van Strafvordering en in bijzondere wetten zoals de Wet op de voorlopige hechtenis. Voor de OGP s van de natuurinspectie zijn de volgende opsporingsmiddelen het belangrijkst: huiszoeking bij heterdaad, huiszoekingsbevel van de onderzoeksrechter, gerechtelijk beslag, verhoor en de bijzondere opsporingsmethode (BOM) observatie (infiltratie en informantenwerking gebeurt quasi nooit). Ze worden uitgebreid besproken in het volgende hoofdstuk. De grens tussen toezicht en opsporing De rechtspraak verbiedt dat opsporingsbevoegdheden zouden aangewend worden voor toezicht, of dat van toezichtbevoegdheden gebruik gemaakt wordt als een zaak in het kader van opsporing wordt behandeld. Omdat natuurinspecteurs de mogelijkheid hebben om zowel toezicht- als opsporingsbevoegdheden te gebruiken, is in de praktijk vermenging en zeker verwarring mogelijk. Indien een rechter oordeelt dat beide bevoegdheden door elkaar gebruikt zijn, kan dit de bewijskracht van de vaststellingen schaden. Het is dan ook van belang om te benadrukken dat toezicht en opsporing niet door elkaar gebruikt mogen worden. Redelijk vermoeden van misdrijf We weten dat toezicht en opsporing niet haarscherp van elkaar te onderscheiden zijn. De grens tussen toezicht en opsporing wordt gezet op het ogenblik dat er sprake is van een vermoeden van misdrijf. Vanaf dat ogenblik handelt een natuurinspecteur als gewestelijk opsporingsambtenaar. Milieuhandhavingsregelgeving 15

10 Er is sprake van een vermoeden van misdrijf als de natuurinspecteur voldoende objectiveerbare elementen voor handen heeft dat er door iemand een milieumisdrijf werd gepleegd of, met andere woorden, die persoon verdacht wordt. Subjectieve vermoedens (lees: buikgevoel) zijn niet voldoende om een persoon als verdachte aan te merken. Een klacht of een melding voldoet niet aan de vereiste van voldoende objectieve elementen voor de aanwezigheid van een redelijk vermoeden van misdrijf. Een melding of klacht geeft immers de visie weer van het subjectief oordeel van een derde dat er mogelijks een misdrijf werd gepleegd. Een toezichthouder kan na een melding of klacht dus perfect zijn toezichtrechten aanwenden om te controleren of er ook daadwerkelijk een misdrijf is gepleegd ten einde objectief waarneembare elementen te verzamelen. Het is pas als de toezichthouder zelf over voldoende objectieve elementen beschikt dat er een strafbaar feit is gepleegd dat er sprake is van een redelijk vermoeden van een misdrijf. Betrapping op heterdaad Je zou kunnen stellen dat als er iemand op heterdaad wordt betrapt met het plegen van een misdrijf het meteen duidelijk is dat er een misdrijf voorhanden is en dat er dus zelfs meer dan een vermoeden van een misdrijf aanwezig is. Toch betekent dit niet meteen dat er niet langer toezichtrechten kunnen worden aangewend. Ook toezichthouders die niet de hoedanigheid van OGP hebben, moeten hun toezichtrechten immers kunnen blijven uitoefenen als er reeds een misdrijf werd gepleegd. Artikel van het DABM bepaalt daarom: De toezichthouders behouden hun toezichtrechten in de fase van de bestuurlijke handhaving. Het is duidelijk dat de fase van de bestuurlijke handhaving start wanneer er een overtreding werd vastgesteld. En het is duidelijk de bedoeling dat de toezichthouders hun toezichtrechten moeten kunnen blijven gebruiken ook in deze fase - dus als het vaststaat dat er een overtreding is gepleegd. Een betrapping op heterdaad betekent met andere woorden niet meteen dat een natuurinspecteur daardoor de hoedanigheid van gewestelijk opsporingsambtenaar verkrijgt en enkel met diens OGP-bevoegdheden verder kan. Enkel indien er naar aanleiding van die betrapping gekozen wordt om de zaak als gewestelijk opsporingsambtenaar verder af te handelen - omdat er bijvoorbeeld onderzoeksdaden moeten worden gesteld om met OGP-bevoegdheid in samenspraak met de PdK bewijsmateriaal te verzamelen - mogen er niet langer toezichtrechten worden gebruikt. Milieuhandhavingsregelgeving 16

11 In één geval is het meteen duidelijk dat het om opsporing gaat: nl. als de natuurinspecteur bij een betrapping op heterdaad ervoor kiest om onmiddellijk een huiszoeking uit te voeren bij de verdachte in aanwezigheid van een OGP-HPdK. Dit houdt wel in dat alle verdere onderzoekdaden zoals inbeslagnames enz.. verder gerechtelijk dienen te gebeuren in overleg met de PdK. Indien er na een betrapping op heterdaad geen dergelijke huiszoeking (met OGP-HPdK) nodig is, omdat de verdachte bijvoorbeeld zijn toestemming verleent, of als er een visitatiemachtiging voorhanden is dan behoudt de natuurinspecteur zijn hoedanigheid van toezichthouder en kan hij alle toezichtrechten gebruiken om de zaak administratief af te handelen. Heb je als natuurinspecteur in een bepaald dossier een huiszoekingsbevel gevraagd en gekregen, dan moet worden ingegaan op dit bevel en moet de huiszoeking plaatsvinden. In deze gevallen kan enkel gebruik gemaakt worden van de opsporingsrechten zoals bv. gerechtelijke inbeslagnames. Hetzelfde doet zich voor bij een zaak die wordt geïnitieerd door middel van vaststellingen met een fotoval. Het gebruik van een fotoval (zie verder) kan enkel in het kader van opsporing waardoor er in diezelfde zaak geen toezichtrechten kunnen worden gebruikt. Zaken waarbij er pas na enige opsporing een dader in het vizier komt (bv. onderzoek nummerplaatgegevens, burenonderzoek, belastende getuigenverklaringen, uitlezen GSM) kunnen vanzelfsprekend voor het verdere verloop ervan best enkel met opsporingsrechten worden afgehandeld. Een eventuele huiszoeking gebeurt dan enkel met toestemming of met een huiszoekingsbevel en niet met een visitatiemachtiging. Een PV waarin staat dat er door middel van onderzoek van het telefoonverkeer een dader in het vizier kwam en waarbij er volgens met een visitatiemachtiging een huiszoeking gebeurt waarbij er bestuurlijke inbeslagnames plaatsvinden zal te kampen hebben met bewijsproblemen wegens vermenging van toezicht en opsporing. Om de preventieve rol te kunnen onderstrepen die van het toezicht uitgaat, namelijk het voorkomen dat er milieu-inbreuken en milieumisdrijven worden begaan, stelt het Grondwettelijk Hof dat toezichtrechten gescheiden zijn van handhavingsinstrumenten zoals de bestuurlijke maatregel, de bestuurlijke geldboete en strafsancties (zie verder bij de bespreking van de instrumenten ). Een toezichthouder zal dus ook bij een vermoeden van een misdrijf en bij betrapping op heterdaad bestuurlijke maatregelen kunnen opleggen. Omdat de mogelijkheid bestaat dat een natuurinspecteur ervoor kiest om in een zaak als gewestelijk opsporingsambtenaar op te treden (bijvoorbeeld door een huiszoeking te doen in aanwezigheid van een OGP-HPdK of met een huiszoekingsbevel) terwijl bestuurlijke Milieuhandhavingsregelgeving 17

12 maatregelen enkel door toezichthouders kunnen worden opgelegd (art MHD) zal de natuurinspecteur in die gevallen echter geen bestuurlijke maatregelen kunnen opleggen. Het vernietigen van verboden tuigen, het vrijlaten van vogels, enz. d.m.v. een BHBM zal dan niet langer kunnen en gerechtelijke inbeslagnames zijn dan de enige mogelijkheid. Onthoud Natuurinspecteurs zijn gewestelijke toezichthouders en gewestelijke milieuopsporingsambtenaren. Het MHD kent toezichthouders bepaalde bevoegdheden en toezichtrechten toe. De toezichtrechten zijn: - recht op toegang - recht op inzage en kopie van zakelijke gegevens - recht op onderzoek van zaken - recht op onderzoek van transportmiddelen - recht op ondersteuning - recht op het doen van vaststellingen d.m.v. audiovisuele middelen - recht op bijstand De opsporingsmiddelen en bijzondere opsporingsmethoden zijn: - huiszoeking bij heterdaad - huiszoekingsbevel van de onderzoeksrechter - gerechtelijk beslag - verhoor (Let wel, een toezichthouder mag ook verhoren, al is dit recht niet expliciet opgenomen in het MHD. Men kan een toezichthouder die verhoort beschouwen als een agent van gerechtelijke politie) De opsporingsbevoegdheden mogen niet aangewend worden voor toezicht en van toezichtbevoegdheden mag geen gebruik gemaakt wordt als een zaak in het kader van opsporing wordt behandeld. Natuurinspecteurs hebben de mogelijkheid om zowel toezichts- als opsporingsbevoegdheden te gebruiken. De grens tussen toezicht en opsporing wordt gezet op het ogenblik dat er sprake is van een vermoeden van misdrijf. Vanaf dat ogenblik handelt een natuurinspecteur als gewestelijk opsporingsambtenaar. In de praktijk is die grens niet altijd even duidelijk. Eenvormigheid in handhaving: het Milieuhandhavingsdecreet Zoals in het basistraject uitgelegd, werd de handhaving van de milieuwetgeving in 2009 sterk vereenvoudigd. Het toezicht en de handhaving van alle wetten en decreten behorende tot het milieuhygiëne- en milieubeheerrecht (waaronder o.a. het Natuurdecreet, het Bosdecreet en het Jachtdecreet) worden sindsdien op een eenvormige Milieuhandhavingsregelgeving 18

13 manier geregeld. In het Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM) werd hiervoor een nieuwe Titel XVI ingevoerd, met als opschrift Toezicht, handhaving en veiligheidsmaatregelen. Dit wordt het Milieuhandhavingsdecreet (MHD) genoemd en trad in werking op 25 juni Het Milieuhandhavingsdecreet opent heel wat mogelijkheden om de natuur beter te kunnen beschermen. De klassieke weg van louter strafrechtelijke vervolging werd verlaten. Voorheen moesten overtredingen van een dwingende rechtsregel strafrechtelijk afgehandeld worden. Het gevolg was dat heel wat van die schendingen nooit aan vervolging toekwamen, wegens de werklast bij de parketten en de strafgerechten. Milieu-inbreuken vs. milieumisdrijven Het nieuwe MHD creëert een kader waardoor, naast een strafrechtelijke sanctionering, ook bestuurlijk gesanctioneerd kan worden aan de hand van alternatieve en exclusieve bestuurlijke geldboetes, al dan niet met een voordeelontneming. Daartoe wordt een onderscheid gemaakt tussen milieumisdrijven en milieu-inbreuken. De milieu-inbreuken zijn eerder lichte schendingen met een beperkte impact op de mens of het milieu. Ze worden opgesomd op lijsten die vastgesteld werden door de Vlaamse regering. De lijsten vind je als bijlage bij het Besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2008 tot uitvoering van titel XVI van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid. De meest recente versie is hier terug te vinden: Milieuhandhavingsregelgeving 19

14 Milieu-inbreuk Verslag van Vaststelling (VV) Milieumisdrijf Proces - Verbaal (PV) Rechtstreeks naar Afdeling Handhaving Rechtstreeks naar parket (openbaar ministerie) Exclusieve bestuurlijke geldboete Parket stuurt door naar Afdeling Handhaving Parket vervolgt strafrechtelijk Alternatieve bestuurlijke geldboete Figuur 1 Behandeling milieu-inbreuk vs. milieumisdrijf Milieu-inbreuken kunnen enkel bestuurlijk en dus niet strafrechtelijk worden afgehandeld. Bij de bestuurlijke afhandeling kunnen ze gesanctioneerd worden met een exclusieve bestuurlijke geldboete opgelegd door de afdeling Handhaving van het departement Omgeving (het vroegere AMMC), de gewestelijke entiteit die speciaal werd opgericht voor de bestuurlijke afhandeling van milieuovertredingen. Een alternatieve bestuurlijke geldboete kan uitsluitend worden opgelegd voor milieumisdrijven. In principe kunnen misdrijven strafrechtelijk worden behandeld, maar wanneer de Procureur des Konings beslist om ze niet strafrechtelijk te behandelen en dit tijdig laat weten aan de afdeling Handhaving, kan het milieumisdrijf door de afdeling Handhaving worden gesanctioneerd met een alternatieve bestuurlijke geldboete. Zoals we verder zullen zien, kan een toezichthouder bij de vaststelling van een milieuinbreuk een verslag van vaststelling opstellen. Dit verslag van vaststelling wordt rechtstreeks naar de afdeling Handhaving verzonden waarna de afdeling een exclusieve geldboete, al dan niet vergezeld van een voordeelontneming 1, kan opleggen. 1 Bij een voordeelontneming wordt een overtreder verplicht een geldbedrag te betalen ter waarde van het bruttovermogensvoordeel dat uit de milieu-inbreuk of het milieumisdrijf verkregen is. Milieuhandhavingsregelgeving 20

15 Binnen een termijn van 60 dagen na de ontvangst van het verslag van vaststelling kan de afdeling Handhaving de vermoedelijke overtreder op de hoogte brengen van het voornemen een exclusieve bestuurlijke geldboete op te leggen (al dan niet met een voordeelontneming). Binnen een termijn van 90 dagen na de kennisgeving van het bericht beslist de afdeling Handhaving over het opleggen van de exclusieve bestuurlijke geldboete, al dan niet vergezeld van een voordeelontneming. Binnen de tien dagen dient de vermoedelijke overtreder op de hoogte te worden gesteld van deze beslissing. Bij de vaststelling van een milieumisdrijf bezorgt de verbalisant een proces-verbaal rechtstreeks aan de Procureur des Konings bij de rechtbank binnen het rechtsgebied waar het milieumisdrijf is gepleegd. Samen met het proces-verbaal wordt een schriftelijk verzoek verzonden waarin de procureur gevraagd wordt te beslissen over de al dan niet strafrechtelijke behandeling van het milieumisdrijf. Hij/zij krijgt hiervoor 180 dagen vanaf de ontvangst van het proces-verbaal. Voor die periode verstreken is, kan ze eenmalig gemotiveerd worden verlengd met maximaal 180 dagen. De afdeling Handhaving wordt van de verlenging op de hoogte gebracht. Beslist de procureur om het misdrijf strafrechtelijk te behandelen, of laat hij na om tijdig zijn beslissing mee te delen aan de afdeling Handhaving, dan kan geen bestuurlijke geldboete door de afdeling Handhaving worden opgelegd. Als de procureur de afdeling Handhaving tijdig op de hoogte heeft gebracht over zijn beslissing om het milieumisdrijf niet strafrechtelijk te behandelen, moet de afdeling Handhaving de procedure voor de eventuele oplegging van een alternatieve bestuurlijke geldboete opstarten. Na ontvangst van de beslissing van de procureur brengt de afdeling Handhaving de vermoedelijke overtreder binnen een termijn van 30 dagen op de hoogte van het voornemen om een alternatieve geldboete op te leggen (al dan niet vergezeld van een voordeelontneming). De afdeling Handhaving heeft vervolgens 180 dagen om te beslissen of die alternatieve bestuurlijke geldboete (al dan niet vergezeld van een voordeelontneming) wordt opgelegd. Heeft de afdeling Handhaving beslist, dan wordt de vermoedelijke overtreder binnen de 10 dagen op de hoogte gebracht van de beslissing. Zowel bij alternatieve als bij exclusieve bestuurlijke geldboetes kan tegen de beslissingen van de afdeling Handhaving beroep worden ingesteld bij het Milieuhandhavingscollege (MHHC). Dit is een onafhankelijk Vlaams administratief rechtscollege (zie Milieuhandhavingsregelgeving 21

16 Handhaving: instrumenten, middelen en procedures Het Milieuhandhavingsdecreet biedt een waaier aan instrumenten die toezichthouders kunnen gebruiken bij het realiseren van hun taak. In wat volgt bespreken we de raadgeving, de aanmaning, het verslag van vaststelling, het proces-verbaal, de bestuurlijke maatregel en de veiligheidsmaatregel. Naast deze instrumenten kunnen ze ook gebruik maken van een aantal middelen om de handhaving efficiënt te realiseren. Er kunnen zoekingen gebeuren (via huiszoekingsbevel of visitatiemachtiging), natuurinspectie kan zaken in beslag nemen (gerechtelijk of bestuurlijk), verdachten, getuigen of slachtoffers kunnen verhoord worden of er kan gebruik gemaakt worden van bijzondere opsporingsmethoden zoals observatie, infiltratie en informantenwerking. Deze zaken worden hieronder ook besproken. Het instrument raadgeving In artikel van het DABM wordt het instrument raadgeving als volgt omschreven: Als toezichthouders vaststellen dat een milieu-inbreuk of een milieumisdrijf dreigt op te treden, kunnen zij alle raadgevingen geven die zij nuttig achten om dat te voorkomen. De raadgeving is een van de preventieve instrumenten en kan enkel worden gehanteerd in het geval er bij controle geen misdrijf of inbreuk werd vastgesteld. Raadgevingen kunnen mondeling of schriftelijk gebeuren. Het instrument aanmaningen : bij bepaalde milieu-inbreuken of misdrijven, eerste feit Ook voor het instrument aanmaning kan in het DABM een duidelijke omschrijving worden gevonden. Artikel DABM vermeldt: Als toezichthouders bij de uitvoering van hun toezichtsopdracht een milieu-inbreuk of een milieumisdrijf vaststellen, kunnen zij de vermoedelijke overtreder en eventuele andere betrokkenen aanmanen om de nodige maatregelen te nemen om deze milieu-inbreuk of dat milieumisdrijf te beëindigen, de gevolgen ervan geheel of gedeeltelijk ongedaan te maken of een herhaling ervan te voorkomen. De toezichthouder kan er bijgevolg voor kiezen om het instrument van de aanmaning al dan niet in te zetten. Ter ondersteuning van de natuurinspecteur werd binnen ANB een afwegingskader ontwikkeld met een lijst van milieuregels waarvoor bij schending ervan een aanmaning, dan wel een PV of VV aangewezen is. De aanmaning wordt bij voorkeur geschreven op een modelformulier dat aan de overtreder wordt overgemaakt. De aanmaningen worden opgemaakt aan de hand van de handhavingsapplicatie van NI (de HAP - handhavingsapplicatie). Milieuhandhavingsregelgeving 22

17 Het instrument verslag van vaststelling, gevolgd door bestuurlijke afhandeling Toezichthouders kunnen milieu-inbreuken vaststellen door middel van een verslag van vaststelling (VV). Ze zijn hier niet automatisch toe verplicht want ze kunnen ook kiezen om een aanmaning te geven (zie supra). Let wel, enkel toezichthouders kunnen VV s opstellen. Een politieagent of een bijzondere veldwachter die niet werd aangewezen als toezichthouder kan geen milieu-inbreuken vaststellen. Natuurinspecteurs, boswachters en bepaalde beleidsadviseurs kunnen wel VV s opstellen, aangezien zij aangewezen zijn als gewestelijk toezichthouder. Figuur 2 Verslag van vaststelling (VV) Via het VV wordt alle informatie over een milieu-inbreuk en de (vermoedelijke) dader(s) verzameld en doorgegeven aan de afdeling Handhaving voor verdere bestuurlijke afhandeling. Het VV bevat een objectief, chronologisch en nauwkeurig relaas van eigen vaststellingen, afgelegde verklaringen en bekomen inlichtingen. In vele opzichten is een VV identiek als een PV. Bijna alles wat we hieronder over PV s schrijven geldt in principe ook voor VV s. VV s genieten evenwel niet van de bijzondere bewijswaarde tot het tegendeel (zie bij PV ). In de praktijk worden VV s (en PV s, zie onder) opgemaakt via een sjabloon dat ter beschikking wordt gesteld via de handhavingsapplicatie (de HAP) van natuurinspectie. Intern werd overeengekomen dat om organisatorische redenen en in belang van de dienst een afgesloten en ondertekend VV door de verbalisant bezorgd wordt aan het bevoegde celhoofd natuurinspectie. Deze stuurt het zo snel mogelijk door naar de afdeling Handhaving gebruik makend van een begeleidend modelformulier. Zo snel mogelijk wordt ook een kopie bezorgd aan de vermoedelijke overtreder als die bekend is. Milieuhandhavingsregelgeving 23

18 De afdeling Handhaving informeert NI altijd over het gevolg dat wordt gegeven aan een VV. De afdeling Handhaving kan een minnelijke schikking ( bestuurlijke transactie ) of een exclusieve bestuurlijke geldboete opleggen aan de vermoedelijke overtreder. Onthoud: - Een milieu-inbreuk wordt door toezichthouders vastgesteld door middel van een verslag van vaststelling. - Het VV wordt rechtstreeks naar de afdeling Handhaving van het departement omgeving gestuurd. - De afdeling Handhaving zorgt voor de bestuurlijke afhandeling van alle ontvangen dossiers. Deze bestuurlijke afhandeling kan inhouden dat een exclusieve bestuurlijke geldboete wordt opgelegd aan de overtreder. Het instrument bestuurlijke afhandeling proces verbaal (PV), gevolgd door strafrechtelijke of Waar een milieu-inbreuk kan worden vastgesteld door middel van een verslag van vaststelling, dienen de toezichthouders (en gewestelijke milieuopsporingsambtenaren) een proces-verbaal (PV) te gebruiken voor het melden van milieumisdrijven aan het parket. Net als een VV is het een objectief, chronologisch en nauwkeurig relaas van eigen vaststellingen, afgelegde verklaringen en bekomen inlichtingen met het oog op het bewijzen en opsporen van misdrijven en hun daders. PV s kunnen enkel feiten bevatten over misdrijven! Ook hier is de bedoeling van het PV om alle info te verzamelen en bewaren zodat die kan doorgegeven worden aan de sanctionerende instantie (in dit geval het parket). Een PV wordt zo snel mogelijk aan de bevoegde Procureur des Konings (het parket) bezorgd. Het parket kan het dossier zelf behandelen of beslissen om het door te sturen naar de afdeling Handhaving. Binnen 5 werkdagen wordt aan het college van burgemeester en schepenen gemeld dat er een proces-verbaal werd opgesteld. Milieuhandhavingsregelgeving 24

19 Figuur 3 Proces-Verbaal (PV) Vormvereisten van een PV PV s hebben normaal enkel de waarde van een inlichting. Dit betekent dat een rechter zelfstandig kan oordelen over de waarachtigheid van de aangeleverde feitelijke vaststellingen. De PV s van boswachters en natuurinspecteurs met betrekking tot strafbare feiten die zij binnen hun bevoegdheid hebben vastgesteld genieten echter van een bewijswaarde tot het tegendeel, op voorwaarde dat een kopie van het PV tijdig (dit is binnen de 14 dagen na de afsluitdatum van het PV) aan de overtreder werd bezorgd. De bewijswaarde tot het tegendeel betekent dat de rechter verplicht is om de materiële vaststellingen en bevestigingen die een verbalisant met eigen ogen heeft vastgesteld voor waar aan te nemen tenzij het tegendeel bewezen wordt. Een PV moet correct worden opgesteld aangezien de meeste vormgebreken de bewijswaarde van het PV kunnen aantasten. Afhankelijk van het vormgebrek kan de bewijskracht tot het tegendeel teniet gaan en wordt het PV een gewone inlichting of kunnen passages van het PV volledig nietig verklaard worden en worden ze als onbestaande beschouwd. Kortweg moet een PV aan de volgende vormvereisten voldoen om geldig te zijn: - het moet opgesteld zijn door een persoon die daartoe bevoegd is; - een verbalisant kan enkel geldige feiten vaststellen in het gebied waarvoor hij werd aangesteld. Indien hij buiten het ambtsgebied verbaliseert is de bijzondere bewijswaarde aangetast maar gelden de vaststellingen wel nog als inlichting; - het moet geschreven zijn (schriftelijk). Het maakt daarbij niet uit welke methode hierbij gebruikt wordt (eigenhandig of afgedrukt met een printer). In principe moet het niet in een vooraf bepaald sjabloon worden geschreven maar om de eenvormigheid binnen de Vlaamse handhavingsinstanties te promoten werd bij Milieuhandhavingsregelgeving 25

20 ministerieel besluit de vorm van een PV bepaald. Dit heeft echter geen gevolg voor de bewijswaarde. - datum en plaats van verbaliseren moet vermeld worden op het PV. Dit om de territoriale bevoegdheid en de regels van de taalwetgeving na te kunnen gaan; - identiteit en hoedanigheid van de verbalisant: het PV moet de naam, de functie en de standplaats van de verbalisant vermelden; - handtekening: het is geen vereiste dat de verbalisant het PV zelf moet uitschrijven maar hij/ zij moet het wel ondertekenen. De handtekening van de overtreder is niet vereist net zo min als de handtekening van een deskundige die meehelpt. Zijn er meerdere verbalisanten dan volstaat de handtekening van een van hen. In het geval er met een OGP-HPdK een huiszoeking bij heterdaad wordt gedaan dan moet die OGP-HPdK het PV naar aanleiding van die huiszoeking mee ondertekenen. Dit om te kunnen controleren of de OGP-HPdK aanwezig was. - onder randvermeldingen staan nog een aantal gegevens die geen wettelijk deel uitmaken van het PV en dus geen bewijswaarde hebben. Ze zijn wel noodzakelijk voor de vlotte administratieve verwerking van de PV s. Het gaat om o.a. benaming van de dienst, het nummer van het PV, naam en adres van de persoon die aangifte of klacht heeft gedaan, het ten laste gelegd misdrijf, datum verzending van PV aan de bevoegde magistraat, - de termen pro justitia en waarvan akte : de vermelding pro justitia geeft aan dat de akte bestemd is voor justitie en daarom in tegenstelling tot andere authentieke akten vrijgesteld is van zegel- en registratierecht. Als slotvermelding staat er ook nog waarvan akte. Beide termen zijn geen geldigheidsvereisten en hebben ook geen invloed op de bewijswaarde van het PV. - opsteltermijn: een PV kan worden opgesteld zolang het nuttig is voor het onderzoek. Het heeft echter geen zin om nog een PV af te sluiten voor feiten die al zijn verjaard. Wacht niet te lang met het opstellen van het PV, de feiten zitten dan nog vers in het geheugen. Een bijkomende reden om onmiddellijk over te gaan tot het opstellen van een PV is dat het PV aan bewijskracht kan inboeten als je te lang wacht. Dit is het geval als het PV niet binnen de 14 dagen vanaf afsluiten aan de vermoedelijke overtreder ter kennis wordt gebracht. - taal: het PV wordt uitsluitend in het Nederlands opgesteld omdat het delict werd vastgesteld in het Vlaams gewest (Nederlandstalig taalgebied), ook in de zgn. faciliteitengemeenten. Procedure PV In de praktijk worden PV s en VV s opgemaakt via een sjabloon dat ter beschikking wordt gesteld via de handhavingsapplicatie (HAP) van natuurinspectie. Bij de opmaak van een nieuw PV zal de applicatie vragen om door middel van een code de geschonden regelgeving aan te geven waarover het PV handelt. Deze code wordt de betichtingsaanwijzer genoemd en zal onderdeel uitmaken van de unieke code die elk Milieuhandhavingsregelgeving 26

21 PV verkrijgt. Deze unieke code per PV wordt het notitienummer genoemd. Voorbeelden van betichtingsaanwijzers die ANB gebruikt zijn: 63A voor schendingen van de regelgeving rond Jacht, 63B voor visvangst, 63M voor het Bosdecreet en 64J voor het Natuurdecreet met inbegrip van het Soortenbesluit. Intern werd overeengekomen dat om organisatorische redenen en in belang van de dienst een afgesloten en ondertekend PV door de verbalisant bezorgd wordt aan het bevoegde celhoofd natuurinspectie. Deze stuurt het zo snel mogelijk door naar het parket of de bevoegde onderzoeksrechter, bij voorkeur gebruik makend van een begeleidend modelformulier. Op basis van dit formulier kan het parket snel beslissen of de geverbaliseerde persoon strafrechtelijk vervolgd wordt dan wel of het dossier naar de afdeling Handhaving wordt gestuurd met het oog op verdere bestuurlijke sanctionering. De betreffende natuurinspectieregio bezorgt binnen 14 dagen na afsluiten van het PV een kopie aan de vermoedelijke overtreder als die bekend is. In principe mogen PV s niet worden overgemaakt aan andere instanties dan het parket, tenzij dit wettelijk werd geregeld. Zo mogen PV s wel worden overgemaakt aan de afdeling Handhaving en moet aan het college van burgemeester en schepenen worden gemeld dat er een PV werd opgesteld. Dit laatste doet de betreffende natuurinspectieregio aan de hand van een modelbrief binnen de 5 werkdagen na afsluiten van het PV. In het Milieuhandhavingsbesluit is bepaald welke andere handhavingsentiteiten op de hoogte moeten worden gebracht van schendingen die te maken kunnen hebben met de regelgeving die zij handhaven. Onthoud: - Een PV moet aan een aantal vormvereisten voldoen om geldig te zijn. - Een PV wordt best zo snel mogelijk opgemaakt en afgesloten. - Een PV wordt doorgestuurd naar het parket dat zelf beslist of het dossier verder strafrechtelijk dan wel bestuurlijk wordt afgehandeld. Wordt het verder bestuurlijk afgehandeld dan kan de afdeling Handhaving een alternatieve bestuurlijke geldboete opleggen aan de overtreder. Het instrument bestuurlijke maatregel Natuurinspecteurs kunnen gebruik maken van het instrument bestuurlijke maatregel. Na het vaststellen van zowel milieu-inbreuken als milieumisdrijven kunnen toezichthouders immers bestuurlijke maatregelen opleggen. Deze maatregelen kunnen betrekking hebben op het stilleggen van werken; heraanplantingen; het verzegelen van machines, installaties, toestellen, transportmiddelen, containers, terreinen en alles wat zich daarin of daarop bevindt; de sluiting van een inrichting; het meenemen of Milieuhandhavingsregelgeving 27

22 onmiddellijk vernietigen - op kosten van de overtreder - van zaken waarvan het bezit in strijd is met de milieuwetgeving; de onmiddellijke vrijlating of overbrenging - op kosten van de overtreder - naar een erkend opvangcentrum van dieren waarvan het bezit verboden is, De toezichthouder beschikt dus over zeer ruime bevoegdheden om bestuurlijke maatregelen te nemen die tot de beëindiging van de milieu-inbreuk of het milieumisdrijf moeten leiden, de gevolgen ervan ongedaan moeten maken of herhaling ervan moeten voorkomen. Die grote macht brengt een grote verantwoordelijkheid met zich mee: de ruime bevoegdheden moeten dan ook omzichtig worden toegepast. Daarom zullen een aantal bestuurlijke maatregelen enkel na voorafgaand overleg met de celverantwoordelijke (CVNI) worden opgelegd. Let wel, natuurinspecteurs die een dossier afhandeling met hun opsporingsbevoegdheid kunnen in die specifieke dossiers geen BM opleggen! Besluit houdende bestuurlijke maatregelen (BHBM): procedure Bestuurlijke maatregelen kunnen mondeling of schriftelijk worden opgelegd tegen de vermoedelijke overtreder en/of de opdrachtgever. Mondeling opgelegde maatregelen moeten wel op straffe van verval schriftelijk worden bevestigd binnen de 5 werkdagen. De schriftelijke oplegging of bevestiging gebeurt aan de hand van een Besluit houdende bestuurlijke maatregelen (BHBM). Het BHBM moet een aantal gegevens bevatten (vermelden van geschonden voorschriften, overzicht van vaststellingen, omschrijving BM en uitvoeringstermijn, beroepsbepalingen) en wordt opgemaakt aan de hand van een modelformulier opgenomen in de handhavingsapplicatie (HAP). Het wordt door de betreffende natuurinspectie regio bezorgd aan de betrokkene en een kopie wordt overgemaakt aan de burgemeester van de gemeente waar de BM wordt opgelegd. Wegens de verregaande gevolgen die een BM kan hebben, kan een BM maar opgelegd worden als er tegelijk een PV of een VV werd opgemaakt om de schending van de milieu-inbreuk of het milieumisdrijf te doen sanctioneren. Een BM wordt in de handhavingsapplicatie daarom steevast gekoppeld aan een PV of VV. Een bestuurlijke maatregel kan niet alleen ambtshalve worden opgelegd maar ook op verzoek van een derde die een rechtstreeks nadeel lijdt als gevolg van de milieu-inbreuk of het milieumisdrijf of diegene die er belang bij heeft dat de overtreding wordt beteugeld. Het verzoek moet voldoende gemotiveerd zijn en aan een aantal voorwaarden voldoen. Na de vermoedelijke overtreder gehoord te hebben (zie hoorplicht ), neemt NI binnen de 30 dagen na ontvangst van het verzoek een beslissing. Milieuhandhavingsregelgeving 28

23 Figuur 4 Besluit houdende bestuurlijke maatregelen (BHBM) Verschillende BM s relevant voor NI Voor natuurinspecteurs zijn 4 maatregelen relevant: 1. bevel tot staking van werken 2. bevel tot herstel van het perceel (gekapt, ontbost, gescheurd grasland, ) 3. vernietigen verboden tuigen die opgesomd zijn in bijlage 2C van het Soortenbesluit en vrijlaten van gefraudeerde vogels: vogelvangstnetten, mistnetten, vogelvangstkooien en klemmen 4. bestuurlijk in beslag nemen van: - zaken waarvan het gebruik reglementair verboden is om beschermde dieren te vangen (bijlage 2A van het Soortenbesluit): strikken en stroppen, lijm, haken, blindgemaakte of verminkte levende dieren die als lokdieren worden gebruikt, alle akoestische hulpmiddelen, elektrische of elektronische apparaten waarmee dieren kunnen worden gedood of bewusteloos kunnen worden gemaakt, kunstmatige lichtbronnen, spiegels en andere verblindende voorwerpen, apparaten om vangstplaatsen te verlichten, zoekers met een elektronische beeldversterker en beeldomkeerder om te schieten in het donker, explosieven, netten die qua werking of gebruik niet voldoende selectief zijn, vallen die qua werking of gebruik niet voldoende selectief zijn, kruisbogen en katapulten, vergif en giftig of verdovend lokaas, verboden jachtwapens en jachtmunitie; - tuigen en hulpmiddelen die verboden zijn om te gebruiken bij de visvangst: fuiken, kruisnetten, gekleurde maden. Vaak wordt samen met een bevel tot staking onmiddellijk het herstel bevolen. De natuurinspecteur beveelt aan de overtreder om onmiddellijk te stoppen met de werkzaamheden en vervolgens beveelt hij het herstel van het perceel. Milieuhandhavingsregelgeving 29

24 Omdat het vernietigen en/of het vrijlaten van gefraudeerde vogels onomkeerbare maatregelen zijn lijkt het zinloos om hiervan een schriftelijke BM op te leggen. Toch moet ook in deze gevallen een BM worden opgelegd, zij het maar om de overtreder een soort morele genoegdoening te geven door hem ook hier de mogelijkheid te geven om beroep in te stellen. Hoorplicht Vooraleer Natuurinspectie een BM kan opleggen, is ze gebonden aan de hoorplicht. De hoorplicht kadert in het recht dat alle burgers hebben om op nuttige wijze hun standpunten naar voor te brengen. Dat heeft implicaties voor de wijze waarop de hoorplicht moet worden uitgeoefend. Een voorafgaande mededeling van de feiten en grieven die de betrokkene ten laste worden gelegd, de aard van de overwogen maatregel en de motieven van het bestuur is vereist. Het bestuur moet de betrokkenen een redelijke termijn gunnen om hun verweer voor te bereiden. De hoorplicht vereist niet dat de betrokkenen hun standpunten mondeling moeten kunnen naar voor brengen. Het volstaat dat de betrokkenen zich met kennis van zaken tijdig schriftelijk kunnen uiten. Er zijn drie uitzonderingen waarin de hoorplicht niet geldt: 1. bij feiten die direct, eenvoudig vast te stellen zijn door de overheid; 2. bij hoogdringendheid zoals bv. mondeling stil leggen van werken (hierbij zal de overtreder vaak niet gehoord kunnen worden); 3. als de betrokkene niet binnen redelijke termijn kan worden bereikt. Bij het voornemen om een BM op te leggen, moet natuurinspectie nl. het nodige doen om een vermoedelijke overtreder te horen. Is de overtreder niet bereikbaar (max. 2 weken) dan moeten alle pogingen om hem te hebben willen bereiken vermeld worden in de aanhef bij het BHBM. Omdat een BM steeds gepaard gaat met een PV of VV en omdat bij een PV de overtreder vaak word gehoord of verhoord, kan het voornemen tot het nemen van een BM tegelijk besproken, behandeld en neergeschreven worden in het PV van verhoor. Uitvoeringstermijn BM In elke BM wordt bepaald tegen wanneer de maatregelen uitgevoerd moeten zijn. De minimum uitvoeringstermijn is 104 dagen vanaf de datum van ondertekening ervan. Beroep tegen een bestuurlijke maatregel De overtreder heeft de mogelijkheid om bij de minister van leefmilieu beroep in te stellen tegen een BM. Het beroep schorst het besluit niet, maar het besluit vervalt wel als de minister niet tijdig beslist (90 dagen, eenmaal te verlengen met 90 dagen). Milieuhandhavingsregelgeving 30

25 Als de partij die een beroep instelde tegen een BM aan de verbalisant vraagt om de modaliteiten ervan te herzien moet de afdeling Handhaving hiervan op de hoogte worden gebracht zodat zij hiermee rekening kunnen houden bij het verwerken van het beroep. Als de minister in beroep de BM (gedeeltelijk) vernietigt of hervormt, moet het parket hiervan in kennis worden gesteld (als het PV nog niet werd doorgestuurd naar de afdeling Handhaving) zodat zij hiermee rekening kunnen houden bij de behandeling van het dossier. Tegen de beslissing van de minister die een BM heeft bevestigd kan er door de overtreder vervolgens beroep aangetekend worden bij de Raad van State. Niet naleven van een BM Stel je als natuurinspecteur vast dat de BM niet nageleefd wordt dan kan je de overtreder aanmanen om er werk van te maken. Het kan bijvoorbeeld zijn dat de overtreder meer tijd nodig heeft. Wordt de BM niet uitgevoerd dan kan een PV worden opgesteld wegens niet-naleving van een BM (schending van artikel MHD). Er kan gewerkt worden met een nieuw aanvankelijk PV met dezelfde betichtingsaanwijzer als het eerdere PV waarvoor de BM werd opgelegd of er kan gewerkt worden met een navolgend proces-verbaal. Dit hang af van de werkwijze die de lokale parketten prefereren. Een PV wegens niet naleving van een BM zorgt er uiteindelijk voor dat de overtreder hiervoor veroordeeld kan worden maar dit betekent nog niet dat er daadwerkelijk herstel zal plaatsvinden. Om dit kracht bij te zetten kan naast het PV wegens niet naleven van een BM, een nieuwe BM worden opgelegd, deze keer met een bestuurlijke dwangsom. Bestuurlijke dwangsom Het is mogelijk om bestuurlijke dwangsommen te koppelen aan een bestuurlijke maatregel. Met de bestuurlijke dwangsom mag niet lichtzinnig worden omgesprongen, het is bedoeld als een stok achter de deur zodat de dwangsom slechts in uitzonderlijke gevallen kan worden toegepast. Voor eenzelfde schending kan het totaal van dwangsommen max bedragen. Het zijn de toezichthouders die beslissen of ze aan hun BM een bestuurlijke dwangsom koppelen. De beslissing tot het opleggen van een bestuurlijke dwangsom wordt medeondertekend door het celhoofd natuurinspectie en medeondertekend door het afdelingshoofd natuurinspectie. Milieuhandhavingsregelgeving 31

26 Zoals eerder vermeld, wordt een dwangsom steeds gekoppeld aan een PV wegens niet naleving van een bestuurlijke maatregel. Er wordt dus gewerkt met een PV waaraan een nieuwe BM, deze keer met dwangsom wordt gekoppeld. Deze BM met dwangsom heft de eerder opgelegde BM op. Omdat de dwangsom een nieuwe BM betreft met ingrijpende gevolgen voor de overtreder moet die voorafgaandelijk worden gehoord. Dit kan best tegelijkertijd gebeuren met het opstellen van het PV wegens niet naleving van de BM. Indien je ervoor opteert om geen verhoor te laten plaatsvinden kan dit ook middels een begeleidend schrijven bij de BM waarin je stelt van plan te zijn om een BM met dwangsom op te leggen, waardoor je de overtreder de tijd heeft om hierop te reageren. Zodra het tijdstip waarop de BM moest zijn uitgevoerd, is gepasseerd, begint de dwangsom te lopen. Bij een BM tot stopzetting van activiteiten zal ze dus quasi onmiddellijk beginnen lopen, terwijl dit bij een BM tot herplant van een ontbost terrein pas na een bepaalde termijn zal zijn. Meestal wordt de dwangsom zo omschreven dat er een bepaalde som per dag vertraging is verschuldigd, totdat de maatregel is uitgevoerd. Het bedrag hangt steeds af van de concrete situatie. Wordt de dwangsom niet tijdig betaald dan wordt een deurwaarder ingeschakeld. De opheffing van een BM brengt ook automatisch de opheffing van de bestuurlijke dwangsom met zich mee. Opheffing BM In principe is het dezelfde toezichthouder die de maatregelen heeft opgelegd die deze maatregelen kan opheffen. Dit is per definitie de celverantwoordelijke natuurinspectie die de maatregel heeft ondertekend. Het is mogelijk dat de overtreder zelf verzoekt een BM op te heffen omdat hij bijvoorbeeld vlugger dan vereist zijn maatregelen heeft uitgevoerd. De toezichthouder maakt in het bevestigende geval steeds een Besluit Houdende Opheffing van Bestuurlijke Maatregel (BHOBM). Dit gebeurt aan de hand van een modelformulier in de handhavingsapplicatie en nadat een voorafgaand verslag werd opgemaakt waarin de toezichthouder vaststelt dat de opgelegde voorwaarden zijn vervuld. Een aantal maatregelen hebben het effect dat wanneer ze worden opgelegd, ze niet meer opgeheven kunnen worden. Dit is bijvoorbeeld het geval bij bestuurlijke maatregelen tot vernietiging van tuigen en vrijlaten van vogels. Logischerwijze hoeven dergelijke maatregelen niet expliciet te worden opgeheven. Milieuhandhavingsregelgeving 32

27 De vermoedelijke overtreder wordt binnen de 10 dagen na het nemen van het BHOBM op de hoogte gebracht van dit besluit. Onthoud: - Bij zowel milieumisdrijven als bij milieu-inbreuken kunnen toezichthouders bestuurlijke maatregelen opleggen (BM). BM kunnen ook opgelegd worden op verzoek van derden. - De bestuurlijke maatregelen kunnen de vorm aannemen van: een bevel aan de vermoedelijke overtreder om maatregelen te nemen om de milieu-inbreuk of het milieumisdrijf te beëindigen, de gevolgen ervan geheel of gedeeltelijk ongedaan te maken of herhaling ervan te voorkomen; een bevel aan de vermoedelijke overtreder om activiteiten, werkzaamheden of het gebruik van zaken te beëindigen; een feitelijke handeling van de bevoegde personen, op kosten van de vermoedelijke overtreder, om de milieu-inbreuk of het milieumisdrijf te beëindigen, de gevolgen ervan geheel of gedeeltelijk ongedaan te maken of herhaling ervan te voorkomen; een combinatie van deze maatregelen. - Het opleggen van BM kan mondeling of schriftelijk. Bij mondeling opleggen moet de BM schriftelijk bevestigd worden binnen de 5 werkdagen. De schriftelijke oplegging/bevestiging gebeurt in een Besluit Houdende Bestuurlijke Maatregelen (BHBM). - Vooraleer een BM op te leggen is NI gebonden aan de hoorplicht. - Elk BM heeft een bepaalde uitvoeringstermijn binnen dewelke de maatregelen moeten zijn uitgevoerd. - Tegen de oplegging van een BM kan beroep worden ingesteld bij de minister van omgeving. - Bij niet naleving van een BM kan aanvankelijk een aanmaning gegeven worden. Worden de maatregelen niet uitgevoerd dan wordt PV opgemaakt waardoor een overtreder wel kan veroordeeld worden maar het herstel mogelijks niet plaatsvindt. Om het herstel toch te bewerkstellingen, kan bij het PV wegens niet naleven van een BM een nieuwe BM worden opgelegd, deze keer met een dwangsom. - Een BM wordt opgeheven via een BHOBM. Dit vereist een voorafgaand verslag waarin de toezichthouder vaststelt dat de opgelegde voorwaarden uit het BHBM zijn vervuld. Het instrument veiligheidsmaatregel Toezichthouders, burgemeesters en provinciegouverneurs kunnen veiligheidsmaatregelen nemen ten aanzien van personen die verantwoordelijk zijn voor een aanzienlijk risico voor mens of milieu. Milieuhandhavingsregelgeving 33

28 Veiligheidsmaatregelen zijn maatregelen waarbij alle handelingen kunnen worden gesteld die onder de gegeven omstandigheden nodig zijn om een aanzienlijk risico voor mens of milieu uit te schakelen, tot een aanvaardbaar niveau in te perken of te stabiliseren, zoals: - de stopzetting of uitvoering van werkzaamheden, handelingen of activiteiten, ogenblikkelijk of binnen een bepaalde termijn; - het verbod op het gebruik of de verzegeling van gebouwen, installaties, machines, toestellen, transportmiddelen, containers, terreinen en alles wat zich daarin of daarop bevindt; - de hele of gedeeltelijke sluiting van een inrichting; - het meenemen, bewaren of verwijderen van daarvoor vatbare zaken, met inbegrip van afvalstoffen en dieren; - het niet-betreden of het verlaten van bepaalde gebieden, terreinen, gebouwen of wegen. Er hoeft (nog) geen milieumisdrijf te hebben plaatsgevonden om veiligheidsmaatregelen op te kunnen leggen. Enkel een dreiging tot aanzienlijke schade aan mens en/of milieu is voldoende. Een voorbeeld: ondanks het feit dat er een bouwactiviteit vergund werd, dreigt de volledige populatie van een beschermde vogelsoort door de uitvoering van werkzaamheden te verdwijnen. De bouwactiviteit kan derhalve worden stilgelegd met een veiligheidsmaatregel tot het einde van het broedseizoen. Een veiligheidsmaatregel wordt opgelegd ten aanzien van de persoon die verantwoordelijk is voor het aanzienlijke risico en dit ongeacht zijn zakelijke band met het terrein waarop het risico zich dreigt voor te doen. De enige voorwaarde is dat de persoon ten aanzien van wie de veiligheidsmaatregel wordt opgelegd enige zeggenschap heeft op het ontstaan of verder voortbestaan van het risico zodat door de oplegging van de veiligheidsmaatregel deze persoon bij machte is om het risico te doen ophouden, te herleiden tot het minimum of minstens een gezagsverhouding kan doen gelden ten aanzien van het terrein opdat het risico in zijn plaats kan worden ingeperkt. Schriftelijke oplegging Een veiligheidsmaatregel moet om rechtsgeldig te zijn steeds schriftelijk worden opgelegd door middel van een aangetekende brief met ontvangstbevestiging. Indien een ogenblikkelijk optreden vereist is, kan een veiligheidsmaatregel ook mondeling worden opgelegd, maar dan moet deze schriftelijk worden bevestigd binnen de 5 werkdagen. De schriftelijke bevestiging vermeldt steeds een omschrijving van het aanzienlijke risico dat het nemen van veiligheidsmaatregelen noodzakelijk maakt, evenals een omschrijving van de veiligheidsmaatregelen die noodzakelijk zijn en de eventuele uitvoeringstermijnen. Milieuhandhavingsregelgeving 34

29 Ten slotte moet een kopie van het besluit houdende de veiligheidsmaatregelen of van de schriftelijke bevestiging van de mondeling genomen veiligheidsmaatregelen onmiddellijk bezorgd worden aan het college van burgemeester en schepenen, de deputatie en de relevante gewestelijke overheden. Figuur 5 Veiligheidsmaatregel Beroep tegen een veiligheidsmaatregel Naast de geëigende weg van een beroep bij de Raad van State is er geen georganiseerd administratief beroep voorzien tegen een veiligheidsmaatregel. Opheffing veiligheidsmaatregel Enkel als het aanzienlijke risico waarvoor veiligheidsmaatregelen werden genomen, is uitgeschakeld of tot een aanvaardbaar niveau ingeperkt of gestabiliseerd is, kan degene die de veiligheidsmaatregelen heeft genomen, ze gemotiveerd en ambtshalve opheffen. De veiligheidsmaatregelen kunnen ambtshalve opgeheven worden of op verzoek van personen ten aanzien van wie de veiligheidsmaatregelen zijn genomen. Een besluit houdende de opheffing van veiligheidsmaatregelen op gemotiveerd verzoek vereist een voorafgaand verslag waarin de bevoegde persoon vaststelt dat het aanzienlijke risico waarvoor veiligheidsmaatregelen werden genomen, is uitgeschakeld of tot een aanvaardbaar niveau ingeperkt of gestabiliseerd is. Degene die de veiligheidsmaatregelen heeft genomen heeft dertig dagen de tijd om dit verslag op te maken en te beslissen tot een bestendiging of opheffing van de veiligheidsmaatregel. Deze beslissing moet vervolgens binnen de 10 dagen per aangetekende brief met ontvangstbevestiging aan de verzoeker toekomen. Milieuhandhavingsregelgeving 35

Cursusmap Natuurmanagement

Cursusmap Natuurmanagement Cursusmap Natuurmanagement Specialisatie natuurinspecteur Eerste editie, 2018. Inhoudstafel Inleiding tot de cursus natuurmanagement specialisatie natuurinspecteur... 5 Les voorbereiden met cursustekst

Nadere informatie

Infosessies geluidsnormen muziek

Infosessies geluidsnormen muziek Infosessies geluidsnormen muziek Sigrid Raedschelders/ Anne Van Riet Afdeling Milieuhandhaving, Milieuschade en Crisisbeheer (AMMC) Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Overzicht 1. Regelgeving m.b.t.

Nadere informatie

De werking van de Natuurinspectie en de praktijk van het toezicht in de natuur. 20 maart 2018

De werking van de Natuurinspectie en de praktijk van het toezicht in de natuur. 20 maart 2018 De werking van de Natuurinspectie en de praktijk van het toezicht in de natuur 20 maart 2018 1. Handhaving binnen het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) en de werking van de Natuurinspectie 2. Bevoegdheden

Nadere informatie

Toezicht, proces-verbaal, stakingsbevel en administratieve geldboete

Toezicht, proces-verbaal, stakingsbevel en administratieve geldboete Toezicht, proces-verbaal, stakingsbevel en administratieve geldboete Prof. Dr. Geert Van Hoorick Hoofddocent Universiteit Gent, Vakgroep Publiekrecht Advocaat te Gent Het nieuwe Vlaamse stedenbouwkundige

Nadere informatie

Zakboekje voor toezicht en handhaving. Een introductie voor milieuhandhaving

Zakboekje voor toezicht en handhaving. Een introductie voor milieuhandhaving Zakboekje voor toezicht en handhaving Een introductie voor milieuhandhaving Toepasselijke regelgeving Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, titel XVI. Toezicht, handhaving

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw; BESLUIT:

DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw; BESLUIT: Ontwerp van decreet houdende wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en wijziging van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van

Nadere informatie

1.1 Ontstaan. Waarom? Flagrante wanpraktijken blijven bestaan Sommige eigenaar blijven onbewoonbare woningen verhuren

1.1 Ontstaan. Waarom? Flagrante wanpraktijken blijven bestaan Sommige eigenaar blijven onbewoonbare woningen verhuren 1.1 Ontstaan Waarom? Flagrante wanpraktijken blijven bestaan Sommige eigenaar blijven onbewoonbare woningen verhuren Andere aanpak nodig met strafrechterlijk optreden en hoge boetes 1.2 Taken en bevoegdheden

Nadere informatie

C U R S U S. Natuurmanagement. Natuurwetgeving voor boswachters

C U R S U S. Natuurmanagement. Natuurwetgeving voor boswachters C U R S U S Natuurmanagement Natuurwetgeving voor boswachters Jacht, sociale functie, toezicht en handhaving Jachtwild Jacht Jachtdecreet + 4 thematische UB en: Jachtopeningsbesluit Jachtvoorwaardenbesluit

Nadere informatie

Jacht. Jacht. Jacht, sociale functie, toezicht en handhaving. Natuurmanagement 15/01/2018

Jacht. Jacht. Jacht, sociale functie, toezicht en handhaving. Natuurmanagement 15/01/2018 CURSUS Natuurmanagement Natuurwetgeving voor boswachters, sociale functie, toezicht en handhaving wild decreet + 4 thematische UB en: openingsbesluit voorwaardenbesluit administratiebesluit Soortenschadebesluit

Nadere informatie

STRAFVERVOLGING VAN PROCES-VERBAAL TOT VEROORDELING

STRAFVERVOLGING VAN PROCES-VERBAAL TOT VEROORDELING STRAFVERVOLGING VAN PROCES-VERBAAL TOT VEROORDELING Christophe THIEBAUT Advocaat PAQUES, NOPERE & THIEBAUT Assistent UCL Maître de conférences FUCAM II- DE OPSPORING * Basisstuk van de strafprocedure *

Nadere informatie

Als minister van Leefmilieu heb ik de eer om ter afsluiting van dit. Milieuhandhavingscongres de belangrijkste krachtlijnen van het

Als minister van Leefmilieu heb ik de eer om ter afsluiting van dit. Milieuhandhavingscongres de belangrijkste krachtlijnen van het Toespraak van JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR Milieuhandhavingscongres, vrijdag 4 juni 2010, Gent Een jaar nieuwe milieuhandhavingspraktijk onder de loupe Dames en heren,

Nadere informatie

Middagen van Stedelijke Ontwikkeling 23/09/2014 Inspectie & Administratieve Sancties

Middagen van Stedelijke Ontwikkeling 23/09/2014 Inspectie & Administratieve Sancties Middagen van Stedelijke Ontwikkeling 23/09/2014 Inspectie & Administratieve Sancties 21 oktober 2014 www.gob.irisnet.be/stedelijke-ontwikkeling 1 www.gob.irisnet.be/stedelijke-ontwikkeling 2 Operationeel

Nadere informatie

Ontwerp van decreet houdende het terugkommoment in het kader van de rijopleiding categorie B

Ontwerp van decreet houdende het terugkommoment in het kader van de rijopleiding categorie B Ontwerp van decreet houdende het terugkommoment in het kader van de rijopleiding categorie B DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Mobiliteit, Openbare Werken, Vlaamse Rand, Toerisme

Nadere informatie

Bestuurlijke handhaving: afhandeling van een proces-verbaal

Bestuurlijke handhaving: afhandeling van een proces-verbaal Bestuurlijke handhaving: afhandeling van een proces-verbaal - afdelingshoofd Afdeling Milieuhandhaving, Milieuschade en Crisisbeheer Milieunetwerkdag voor lokale politie 13 mei 2014 Inhoud 2. Bestuurlijke

Nadere informatie

Besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2011 houdende de organisatie van het toezicht, vermeld in artikel 29bis van de Vlaamse Wooncode

Besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2011 houdende de organisatie van het toezicht, vermeld in artikel 29bis van de Vlaamse Wooncode 1 Besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2011 houdende de organisatie van het toezicht, vermeld in artikel 29bis van de Vlaamse Wooncode Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen Artikel 1. In dit besluit

Nadere informatie

Procedurereglement op de Gemeentelijke administratieve sancties

Procedurereglement op de Gemeentelijke administratieve sancties REGLEMENT Procedurereglement op de Gemeentelijke administratieve sancties Hoofdstuk 1: Toepassingsgebied, vaststellingsmodaliteiten en aangewezen ambtenaar Artikel 1 Artikel 2 Artikel 3 Artikel 4 Artikel

Nadere informatie

GECOORDINEERDE VERSIE DECREET MILIEUHANDHAVING 1. TITEL XVI. - Toezicht, handhaving en veiligheidsmaatregelen

GECOORDINEERDE VERSIE DECREET MILIEUHANDHAVING 1. TITEL XVI. - Toezicht, handhaving en veiligheidsmaatregelen GECOORDINEERDE VERSIE DECREET MILIEUHANDHAVING 1 TITEL XVI. - Toezicht, handhaving en veiligheidsmaatregelen HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied en definities Artikel 16.1.1. [ De bepalingen van deze titel

Nadere informatie

ONTWERP VAN DECREET. tot regeling van het handhavingsbeleid in de toeristische logiessector TEKST AANGENOMEN DOOR DE PLENAIRE VERGADERING

ONTWERP VAN DECREET. tot regeling van het handhavingsbeleid in de toeristische logiessector TEKST AANGENOMEN DOOR DE PLENAIRE VERGADERING Zitting 2006-2007 4 juli 2007 ONTWERP VAN DECREET tot regeling van het handhavingsbeleid in de toeristische logiessector TEKST AANGENOMEN DOOR DE PLENAIRE VERGADERING Zie: 1208 (2006-2007) Nr. 1: Ontwerp

Nadere informatie

ALGEMEEN REGLEMENT OP DE

ALGEMEEN REGLEMENT OP DE Lekkerstraat 10 B 3680 Maaseik Tel. 089/560 560 Fax 089/560 561 E-mail: stad.maaseik@maaseik.be www.maaseik.be ALGEMEEN REGLEMENT OP DE GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES 2 HOOFDSTUK 1: TOEPASSINGSGEBIED,

Nadere informatie

Behandeling van een inbreuk op de welzijnswetgeving door de arbeidsauditeur

Behandeling van een inbreuk op de welzijnswetgeving door de arbeidsauditeur Behandeling van een inbreuk op de welzijnswetgeving door de Een pro justitia, opgesteld door de bevoegde inspectiediensten wordt gestuurd de, de overtreder, de werkgever, en de FOD WASO, dienst administratieve

Nadere informatie

Reglement Administratieve Sancties. Politiezone HEKLA. Gemeente EDEGEM

Reglement Administratieve Sancties. Politiezone HEKLA. Gemeente EDEGEM - 1 - Reglement Administratieve Sancties Politiezone HEKLA Gemeente EDEGEM Goedgekeurd in de gemeenteraad op 18 april 2007. - 2 - HOOFDSTUK I: TOEPASSINGSGEBIED Artikel 1 Dit reglement is - behoudens andersluidende

Nadere informatie

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN VLAAMSE GEMEENSCHAP N. 2008 652 VLAAMSE OVERHEID [C 2008/35341] 21 DECEMBER 2007. Decreet tot aanvulling van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen

Nadere informatie

In dit algemeen reglement hebben de onderstaande termen de ernaast vermelde betekenis.

In dit algemeen reglement hebben de onderstaande termen de ernaast vermelde betekenis. Algemeen reglement betreffende het opleggen van een administratieve geldboete bij inbreuken op het stilstaan en parkeren en op de verkeersborden C3 en F103 vastgesteld met automatisch werkende toestellen

Nadere informatie

Inspectiestrategie. en procedure voor de inbeslagname van dieren. Dienst Dierenwelzijn Bertrand LHOEST en Marie-Astrid MASSA

Inspectiestrategie. en procedure voor de inbeslagname van dieren. Dienst Dierenwelzijn Bertrand LHOEST en Marie-Astrid MASSA Inspectiestrategie van LB en procedure voor de inbeslagname van dieren Dienst Dierenwelzijn Bertrand LHOEST en Marie-Astrid MASSA 1. Inspectiestrategie van LB 1.1. Context 1.2. Wettelijke bepalingen 1.3.

Nadere informatie

Handhaving omgevingsgerelateerde thema s

Handhaving omgevingsgerelateerde thema s Handhaving omgevingsgerelateerde thema s VVSG DC 15 oktober 2014 Xavier Buijs, hoofd dienst omgeving & stafmedewerker RO Omgevingsgerelateerde thema s Ruimtelijke ordening Milieu Wonen Onroerend erfgoed

Nadere informatie

GEMEENTELIJK REGLEMENT GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES

GEMEENTELIJK REGLEMENT GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES GEMEENTELIJK REGLEMENT GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES Zoals goedgekeurd in de gemeenteraad van Hamme van 18 juni 2014. HOOFDSTUK 1: TOEPASSINGSGEBIED... 2 HOOFDSTUK 2: SANCTIES... 2 AFDELING 1:

Nadere informatie

Het openbaar ministerie heeft het monopolie van de strafvordering

Het openbaar ministerie heeft het monopolie van de strafvordering Marc Bockstaele (ere)hoofdcommissaris Federale Gerechtelijke Politie 1 Het openbaar ministerie heeft het monopolie van de strafvordering De Wet van 30 juni 1971betreffende de administratieve geldboeten,

Nadere informatie

REGLEMENT BETREFFENDE DE GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES VAN DE. GEMEENTE KOKSIJDE (Hervastgesteld bij gemeenteraad van 22 juni 2015)

REGLEMENT BETREFFENDE DE GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES VAN DE. GEMEENTE KOKSIJDE (Hervastgesteld bij gemeenteraad van 22 juni 2015) PROVINCIE WEST-VLAANDEREN ARRONDISSEMENT VEURNE GEMEENTE KOKSIJDE REGLEMENT BETREFFENDE DE GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES VAN DE GEMEENTE KOKSIJDE (Hervastgesteld bij gemeenteraad van 22 juni 2015)

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 31 MAART 2015 P.14.0392.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.14.0392.N 1. M L E V U, beklaagde, 2. H R G V B, beklaagde, eisers, met als raadsman mr. Jaak Haentjens, advocaat bij de balie te Dendermonde.

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZG/16/206 BERAADSLAGING NR. 16/092 VAN 4 OKTOBER 2016 INZAKE DE TOEGANG TOT DE PERSOONSGEGEVENSBANK E-PV DOOR

Nadere informatie

REGLEMENT BETREFFENDE DE GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES VAN DE. GEMEENTE KOKSIJDE (Hervastgesteld bij gemeenteraad van 12 december 2018)

REGLEMENT BETREFFENDE DE GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES VAN DE. GEMEENTE KOKSIJDE (Hervastgesteld bij gemeenteraad van 12 december 2018) PROVINCIE WEST-VLAANDEREN ARRONDISSEMENT VEURNE GEMEENTE KOKSIJDE REGLEMENT BETREFFENDE DE GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES VAN DE GEMEENTE KOKSIJDE (Hervastgesteld bij gemeenteraad van 12 december

Nadere informatie

AFDELING III DE AANLEIDING VOOR EEN SOCIALE CONTROLE 13 DE VOORBEREIDING VAN EEN AANGEKONDIGDE SOCIALE CONTROLE 15

AFDELING III DE AANLEIDING VOOR EEN SOCIALE CONTROLE 13 DE VOORBEREIDING VAN EEN AANGEKONDIGDE SOCIALE CONTROLE 15 AFDELING I DE VASTSTELLING VAN HET BELEID TER BESTRIJDING VAN SOCIALE FRAUDE 1 1. Inleiding 1 2. De Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst 2 3. Arrondissementscellen 6 3.1. Samenstelling van de arrondissementscellen

Nadere informatie

Tekst aangenomen door de plenaire vergadering. van het ontwerp van decreet

Tekst aangenomen door de plenaire vergadering. van het ontwerp van decreet ingediend op 653 (2015-2016) Nr. 4 20 april 2016 (2015-2016) Tekst aangenomen door de plenaire vergadering van het ontwerp van decreet houdende wijziging van diverse decreten ingevolge de integratie van

Nadere informatie

Stedenbouwhandhaving: instrumentarium

Stedenbouwhandhaving: instrumentarium Stedenbouwhandhaving: instrumentarium Robin SLABBNCK Advocaat LDR LDR opleidingen, 1 december 2016 Stedenbouwhandhaving: nieuw handhavingsmodel Uitbouw pijler bestuurlijke handhaving RO (DABM als inspiratiebron

Nadere informatie

TOEZICHT OPSPORING. Jan Willem van Veenendaal MEC.

TOEZICHT OPSPORING. Jan Willem van Veenendaal MEC. TOEZICHT EN/OF OPSPORING Jan Willem van Veenendaal MEC. Rechtshandhavingsystemen Onderwerpen: Iets over Bestuursrechtelijke bevoegdheden De sfeerovergang Iets over Strafrechtelijke bevoegdheden Toezicht

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 8 MEI 2012 P.11.1908.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.11.1908.N I R. L. M. P., inverdenkinggestelde. eiser, met als raadsman mr. Michaël Verstraeten, advocaat bij de balie te Gent. II M. G.

Nadere informatie

STRAFRECHTELIJKE OPSPORING of HET BESTUURS- EN STRAFRECHTELIJK TRAJECT: ALGEMENE VERSCHILLEN

STRAFRECHTELIJKE OPSPORING of HET BESTUURS- EN STRAFRECHTELIJK TRAJECT: ALGEMENE VERSCHILLEN TOEZICHT BESTUURSRECHTELIJK Toezicht op de naleving van de wet Opsporing van strafbare feiten HET BESTUURS- EN STRAFRECHTELIJK TRAJECT: ALGEMENE VERSCHILLEN Toezicht wordt uitgeoefend door toezichthouders.

Nadere informatie

STRAFRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID VAN MINISTERS. Wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers 1

STRAFRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID VAN MINISTERS. Wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers 1 STRAFRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID VAN MINISTERS Wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers 1 TITEL I TOEPASSINGSGEBIED Artikel 1 Deze wet regelt een

Nadere informatie

Gemeentebestuur Lovendegem Kerkstraat 45

Gemeentebestuur Lovendegem Kerkstraat 45 Gemeentebestuur Lovendegem Kerkstraat 45 www.lovendegem.be Algemeen reglement op de gemeentelijke administratieve sancties van toepassing op overtredingen op het stilstaan en parkeren en op de overtredingen

Nadere informatie

Hoofdstuk I. Toepassingsgebied, vaststellingsmodaliteiten en aangewezen ambtenaar Artikel 1. Artikel 2. Artikel 3. Artikel 4. Artikel 5.

Hoofdstuk I. Toepassingsgebied, vaststellingsmodaliteiten en aangewezen ambtenaar Artikel 1. Artikel 2. Artikel 3. Artikel 4. Artikel 5. REGLEMENT OP DE ADMINISTRATIEVE SANCTIES EN DE BEMIDDELING Hoofdstuk I. Toepassingsgebied, vaststellingsmodaliteiten en aangewezen ambtenaar Hoofdstuk II. De gemeentelijke administratieve geldboete Hoofdstuk

Nadere informatie

Rapport. Datum: 27 december 2005 Rapportnummer: 2005/400

Rapport. Datum: 27 december 2005 Rapportnummer: 2005/400 Rapport Datum: 27 december 2005 Rapportnummer: 2005/400 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat een met naam genoemde inspecteur van de Inspectie Verkeer en Waterstaat, Divisie Vervoer, van het Ministerie

Nadere informatie

Inhoudstafel. Goedgekeurd in de gemeenteraad van 15 december Bekendgemaakt op 16 december 2015.

Inhoudstafel. Goedgekeurd in de gemeenteraad van 15 december Bekendgemaakt op 16 december 2015. Algemeen reglement betreffende het opleggen van een administratieve geldboete bij inbreuken op het stilstaan en parkeren en op de verkeersborden C3 en F103 vastgesteld met automatisch werkende toestellen

Nadere informatie

De Salduzwet: welke rechten hebt u bij een verhoor?

De Salduzwet: welke rechten hebt u bij een verhoor? De Salduzwet: welke rechten hebt u bij een verhoor? Is er in uw bedrijf al eens een ernstig arbeidsongeval gebeurd? Dan bent u als werkgever, als lid van de hiërarchische lijn, als preventieadviseur, als

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 30 OKTOBER 2012 P.12.0330.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.12.0330.N I A J M G, beklaagde, eiser, met als raadsman mr. Frank Janssen, advocaat bij de balie te Turnhout. II J A L G, beklaagde,

Nadere informatie

VR DOC.1441/2BIS

VR DOC.1441/2BIS VR 2018 0712 DOC.1441/2BIS Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van de inlichtingen van het verslag, het opleggen van concrete beschermende maatregelen, het delen van gegevens, documenten en informatiedragers

Nadere informatie

Wijzigingen aan de wet onbevaarbare waterlopen: praktische implicaties en provinciale invulling

Wijzigingen aan de wet onbevaarbare waterlopen: praktische implicaties en provinciale invulling Wijzigingen aan de wet onbevaarbare waterlopen: praktische implicaties en provinciale invulling Inhoud 1. Rangschikking van waterlopen (art. 4 en 4 bis) 2. Terugbetaling kosten voor het onderhoud in polders

Nadere informatie

Toepassing Dwangsom bij ANB

Toepassing Dwangsom bij ANB Toepassing Dwangsom bij ANB Inhoud Situering dwangsom Wenselijkheid Wettelijke vereisten Toepassingshistoriek Criteria voor oplegging ideale dwangsom Inning Knelpunten Conclusie Situering dwangsom binnen

Nadere informatie

Algemeen reglement betreffende de vestiging en de invordering van gemeentebelastingen. Datum van de beraadslaging van de gemeenteraad: 26 juni 2014

Algemeen reglement betreffende de vestiging en de invordering van gemeentebelastingen. Datum van de beraadslaging van de gemeenteraad: 26 juni 2014 GEMEENTE UKKEL Algemeen reglement betreffende de vestiging en de invordering van gemeentebelastingen. Datum van de beraadslaging van de gemeenteraad: 26 juni 2014 De raad, Gelet op artikel 117 van de nieuwe

Nadere informatie

Vlaamse dagbladpers HET WETTELIJK KADER VAN HET DESKUNDIGENONDERZOEK IN STRAFZAKEN

Vlaamse dagbladpers HET WETTELIJK KADER VAN HET DESKUNDIGENONDERZOEK IN STRAFZAKEN Vlaamse dagbladpers HET WETTELIJK KADER VAN HET DESKUNDIGENONDERZOEK IN STRAFZAKEN Frank Hutsebaut Leuvens Instituut voor Criminologie (LINC) KULeuven 1. Ter inleiding: enkele algemene noties 2. De bevoegdheid

Nadere informatie

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 16 mei 2011 ADVIES 2011-265 over de weigering om toegang te verlenen tot het volledige fiscaal dossier

Nadere informatie

Wijzigingen in versie 1.1 ten opzichte van versie 1.0 (d.d. 21 juni 2016) van de toetstermen voor Wettelijke Kaders Milieu Specifiek:

Wijzigingen in versie 1.1 ten opzichte van versie 1.0 (d.d. 21 juni 2016) van de toetstermen voor Wettelijke Kaders Milieu Specifiek: Wijzigingen in versie 1.1 ten opzichte van versie 1.0 (d.d. 21 juni 2016) van de toetstermen voor Wettelijke aders Milieu Specifiek: Tijdsduur: De tijdsduur is verlengd van 70 naar 80 minuten. Cesuur:

Nadere informatie

Decreet van 25 april 2014 betreffende de handhaving van de omgevingsvergunning

Decreet van 25 april 2014 betreffende de handhaving van de omgevingsvergunning Decreet van 25 april 2014 betreffende de handhaving van de omgevingsvergunning FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be W www.forumadvocaten.be

Nadere informatie

Examencommissie Milieu Status: Vastgesteld. Kennisonderdeel Toetsvorm Hulpmiddelen Duur Cesuur

Examencommissie Milieu Status: Vastgesteld. Kennisonderdeel Toetsvorm Hulpmiddelen Duur Cesuur ennisonderdeel Toetsvorm Hulpmiddelen Duur Cesuur Wettelijke aders Milieu Specifiek Gesloten vragen Geen 70 minuten 55% + gokkans Deze toetstermen worden zo mogelijk specifiek bevraagd Onderwerp Artikel/begrip

Nadere informatie

Vanaf 1 mei, een efficiëntere aanpak van milieucriminaliteit

Vanaf 1 mei, een efficiëntere aanpak van milieucriminaliteit PERSMEDEDELING VAN HET KABINET VAN MINISTER HILDE CREVITS VLAAMS MINISTER VAN OPENBARE WERKEN, ENERGIE, LEEFMILIEU EN NATUUR 16 april 2009 Vanaf 1 mei, een efficiëntere aanpak van milieucriminaliteit De

Nadere informatie

Voorstellen FAVV Wet houdende diverse bepalingen

Voorstellen FAVV Wet houdende diverse bepalingen Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Voorstellen FAVV Wet houdende diverse bepalingen Djamel Dehas en Tomas Vanderstappen Diverse bepalingen? Wijziging van de wet van 4 februari 2000

Nadere informatie

opleiding BOA Wetgeving adhv eindtermen

opleiding BOA Wetgeving adhv eindtermen In de eindtermen (juni 2005) voor de opleiding BOA wordt verwezen naar een aantal artikelen van wetten. Deze wetten zijn: de Algemene wet op het Binnentreden (Awob) Besluit Buitengewoon Opsporingsambtenaar

Nadere informatie

Justitiehuis Dendermonde

Justitiehuis Dendermonde Justitiehuis Dendermonde Dienst Slachtofferonthaal Treinongeval Wetteren op 4 mei 201 Info op 0 november 2016 Wat vooraf ging Als gevolg van het treinongeval werd een gerechtelijk onderzoek geopend bij

Nadere informatie

HET BESTUURS- EN STRAFRECHTELIJK TRAJECT: ALGEMENE VERSCHILLEN

HET BESTUURS- EN STRAFRECHTELIJK TRAJECT: ALGEMENE VERSCHILLEN HET BESTUURS- EN STRAFRECHTELIJK TRAJECT: ALGEMENE VERSCHILLEN Toezicht wordt uitgeoefend door toezichthouders. Toezichthouders kunnen echter ook opsporingsbevoegdheden hebben; vraag daarom altijd naar

Nadere informatie

Besluit van de Vlaamse Regering houdende diverse bepalingen over de handhaving van het integraal handelsvestigingsbeleid

Besluit van de Vlaamse Regering houdende diverse bepalingen over de handhaving van het integraal handelsvestigingsbeleid Besluit van de Vlaamse Regering houdende diverse bepalingen over de handhaving van het integraal handelsvestigingsbeleid DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 15 juli 2016 betreffende het integraal

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 16 JUNI 2015 P.15.0599.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.15.0599.N 1. M M P V D V, beklaagde, 2. D H N H, beklaagde, aangehouden om andere redenen, eisers, beiden met als raadsman mr. Thierry

Nadere informatie

==================================================================== Artikel 1

==================================================================== Artikel 1 Intitulé : LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van enkele artikelen van het Wetboek van Strafvordering van Aruba (AB 1996 no. 75) inzake de verlening van toevoegingen in strafzaken

Nadere informatie

Compare Hoofdstuk 16 Toetsversie Hoofdstuk 18 Wetsvoorstel

Compare Hoofdstuk 16 Toetsversie Hoofdstuk 18 Wetsvoorstel HOOFDSTUK 16 BESTUURSRECHTELIJKE18 HANDHAVING EN UITVOERING Afdeling 16.1 Algemene bepalingen18.1 Bestuursrechtelijke handhaving 18.1.1 Bestuursrechtelijke handhavingstaak en handhavingsbevoegdheid Artikel

Nadere informatie

WET van 5 januari 1952, tot regeling van de verantwoordelijkheid van de ministers (G.B no. 3).

WET van 5 januari 1952, tot regeling van de verantwoordelijkheid van de ministers (G.B no. 3). WET van 5 januari 1952, tot regeling van de verantwoordelijkheid van de ministers (G.B. 1952 no. 3). Artikel 1 1 1. De ministers zorgen voor de uitvoering van de Grondwet, de verdragen en andere overeenkomsten

Nadere informatie

Naar een versterkte positie van het jeugdparket?

Naar een versterkte positie van het jeugdparket? Studiedagen VLAAMS JEUGDDELINQUENTIERECHT Naar een versterkte positie van het jeugdparket? Dirk DE WAELE advocaat-generaal bij het hof van beroep te Antwerpen Filosofie van het nieuwe decreet Snel, constructief,

Nadere informatie

Gezamenlijk advies Minaraad en SERV. Advies Uitbreiding van de titel handhaving van het DABM voor de handhaving van de regelgeving milieubeheer

Gezamenlijk advies Minaraad en SERV. Advies Uitbreiding van de titel handhaving van het DABM voor de handhaving van de regelgeving milieubeheer Advies Uitbreiding van de titel handhaving van het DABM Minaraad, 27 november 2008, nr. 2008 51 SERV, 3 december 2008 Samenvatting Het voorontwerp van decreet dat het voorwerp uitmaakt van dit advies breidt

Nadere informatie

Werknota aan DG SAT De Saveur Kaderdecreet Bestuurlijke Handhaving.

Werknota aan DG SAT De Saveur Kaderdecreet Bestuurlijke Handhaving. Werknota aan DG SAT De Saveur Kaderdecreet Bestuurlijke Handhaving. 1. Inleiding. Een ontwerp-kaderdecreet bestuurlijke handhaving (Vlaanderen : gewest en gemeenschap) is zichtbaar op de website van de

Nadere informatie

STROOMDIAGRAM MILIEUHANDHAVING BEROEP BIJ HET MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE

STROOMDIAGRAM MILIEUHANDHAVING BEROEP BIJ HET MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE STROOMDIAGRAM MILIEUHANDHAVING BEROEP BIJ HET MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE Art. 16.4.46 DABM: De beroepen tegen de beslissingen van de gewestelijke entiteit houdende de oplegging van een alternatieve of exclusieve

Nadere informatie

Ontwerp van kaderdecreet betreffende de bestuurlijke handhaving

Ontwerp van kaderdecreet betreffende de bestuurlijke handhaving Ontwerp van kaderdecreet betreffende de bestuurlijke handhaving DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Buitenlands Beleid en Onroerend Erfgoed;

Nadere informatie

Milieuhandhavingscollege

Milieuhandhavingscollege Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC-15/14-K7 van 12 maart 2015 In de zaak van de heer [ ] wonende te [ ] hierna de verzoekende partij te noemen, tegen het VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door de Vlaamse

Nadere informatie

ALGEMEEN REGLEMENT OP DE

ALGEMEEN REGLEMENT OP DE Lekkerstraat 10 B 3680 Maaseik Tel. 089/560 560 Fax 089/560 561 E-mail: stad.maaseik@maaseik.be www.maaseik.be ALGEMEEN REGLEMENT OP DE GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES 2 HOOFDSTUK 1: TOEPASSINGSGEBIED,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 20 JANUARI 2015 P.13.2046.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.13.2046.N S C M V, beklaagde, eiser, met als raadsman mr. Geert Ampe, advocaat bij de balie te Brugge. I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF

Nadere informatie

: LANDSVERORDENING van 28 maart 2013 houdende vaststelling van nieuwe regels inzake de handhaving van de arbeidswetgeving

: LANDSVERORDENING van 28 maart 2013 houdende vaststelling van nieuwe regels inzake de handhaving van de arbeidswetgeving Intitulé : LANDSVERORDENING van 28 maart 2013 houdende vaststelling van nieuwe regels inzake de handhaving van de arbeidswetgeving Citeertitel: Landsverordening bestuurlijke handhaving arbeidswetgeving

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling van de Vlaamse Regering betreffende het ontwerp Koninklijk

Nadere informatie

samenstelling : federale en lokale parketten & parketten-generaal! het beleid wordt uitgestippeld door een college van procureurs-generaal

samenstelling : federale en lokale parketten & parketten-generaal! het beleid wordt uitgestippeld door een college van procureurs-generaal Leg uit : het openbaar ministerie ( parket ) = hoeder van de openbare orde! 1) opsporen en onderzoeken 2) vervolgen 3) uitvoering van de straf samenstelling : federale en lokale parketten & parketten-generaal!

Nadere informatie

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 29; Advies nr 31/2013 van 17 juli 2013

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 29; Advies nr 31/2013 van 17 juli 2013 1/8 Advies nr 31/2013 van 17 juli 2013 Betreft: Adviesaanvraag betreffende het voorstel van decreet houdende wijziging van het decreet van 18 juli 2008 betreffende het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer,

Nadere informatie

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 21 maart 2011 ADVIES 2011-102 over de weigering om toegang te verlenen tot het volledige fiscaal

Nadere informatie

Ontwerp van decreet tot wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 27 november 2015 betreffende lageemissiezones

Ontwerp van decreet tot wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 27 november 2015 betreffende lageemissiezones Ontwerp van decreet tot wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 27 november 2015 betreffende lageemissiezones DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Omgeving, Natuur

Nadere informatie

VLAAMS PARLEMENT DEONTOLOGISCHE CODE. van de Vlaamse volksvertegenwoordigers inzake dienstverlening aan de bevolking REGLEMENT VAN ORDE

VLAAMS PARLEMENT DEONTOLOGISCHE CODE. van de Vlaamse volksvertegenwoordigers inzake dienstverlening aan de bevolking REGLEMENT VAN ORDE Stuk 7-B (1998-1999) Nr. 1 VLAAMS PARLEMENT Zitting 1998-1999 17 maart 1999 DEONTOLOGISCHE CODE van de Vlaamse volksvertegenwoordigers inzake dienstverlening aan de bevolking REGLEMENT VAN ORDE van de

Nadere informatie

Vonnis AFSCHRSFT. Rechtbank van eerste aanleg Limburg, afdeling Hasselt, sectie correctioneel, / kamer. c \ 2016 / $0$ 31/05/2016

Vonnis AFSCHRSFT. Rechtbank van eerste aanleg Limburg, afdeling Hasselt, sectie correctioneel, / kamer. c \ 2016 / $0$ 31/05/2016 4 4 AFSCHRSFT P- 1 Griffienummer 000 73 6 /2016 Repertoriumnummer 2016 / $0$ Datum van uitspraak 31/05/2016 Notitienummer parket HA66.L5.1537-11 c \ Rechtbank van eerste aanleg Limburg, afdeling Hasselt,

Nadere informatie

Milieuhandhavingscollege

Milieuhandhavingscollege Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC-13/82-VK van 10 oktober 2013 In de zaak van de heer [ ] wonende te [ ] hierna de verzoekende partij te noemen, tegen het VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door de Vlaamse

Nadere informatie

PROCEDUREREGLEMENT VAN HET VLAAMS DOPINGTRIBUNAAL (Goedgekeurd door de Raad van Bestuur van Vlaams Dopingtribunaal vzw 03.12.09)

PROCEDUREREGLEMENT VAN HET VLAAMS DOPINGTRIBUNAAL (Goedgekeurd door de Raad van Bestuur van Vlaams Dopingtribunaal vzw 03.12.09) Artikel 1. PROCEDUREREGLEMENT VAN HET VLAAMS DOPINGTRIBUNAAL (Goedgekeurd door de Raad van Bestuur van Vlaams Dopingtribunaal vzw 03.12.09) Titel I. De instellingen. Er bestaat een Disciplinaire Commissie

Nadere informatie

Toetsmatrijs Wettelijke Kaders Milieu Specifiek

Toetsmatrijs Wettelijke Kaders Milieu Specifiek walificatiedossier: Domein II Milieu Toetsvorm: 50 Gesloten vragen ennisonderdeel: Wettelijke aders Milieu Specifiek Toetsduur: 80 minuten Cesuur: 67% (55% met correctie voor de gokkans) Deze toetstermen

Nadere informatie

Als er sprake is van een incident op heterdaad (tijdens of kort na plegen) en het gaat om een mishandeling of een bedreiging met mishandeling:

Als er sprake is van een incident op heterdaad (tijdens of kort na plegen) en het gaat om een mishandeling of een bedreiging met mishandeling: 1-2-3 Aangiftewijzer Geweld, bedreiging en belediging tegen de gerechtsdeurwaarder Soms heeft de gerechtsdeurwaarder te maken met agressie en geweld. Helaas worden strafbare feiten niet altijd en automatisch

Nadere informatie

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur Beroepsinstantie inzake openbaarheid van bestuur en hergebruik van overheidsinformatie Vlaamse Regering Diensten voor het Algemeen Regeringsbeleid Afdeling Kanselarij Boudewijnlaan 30, bus 20 1000 Brussel

Nadere informatie

Rapport. Een onderzoek naar een klacht over de Raad voor Rechtsbijstand.

Rapport. Een onderzoek naar een klacht over de Raad voor Rechtsbijstand. Rapport Een onderzoek naar een klacht over de Raad voor Rechtsbijstand. Oordeel Op basis van het onderzoek vindt de klacht over de Raad voor Rechtsbijstand gegrond. Datum: 12 december 2016 Rapport: 2016/114

Nadere informatie

De raad zendt hiervan binnen achtenveertig uren een afschrift aan de bestendige deputatie van de provincieraad.

De raad zendt hiervan binnen achtenveertig uren een afschrift aan de bestendige deputatie van de provincieraad. DE NIEUWE GEMEENTEWET ( Laatste aanpassing : Wet van 25 april 2007 - B.S. 11 mei 2007 ) Titel II - Bevoegdheden Hoofdstuk I - Bevoegdheden van de gemeenteraad Art. 117. [ ] (Art. 117 gewijzigd bij W. 27.5.1989

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 116 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering en de Overleveringswet ter implementatie van richtlijn nr. 2016/800/EU van het Europees Parlement

Nadere informatie

GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES

GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES WIJZIGING WETGEVING EN UITBREIDING TOEPASSINGSMOGELIJKHEDEN (wet van 17 juni 2004 tot wijziging van de nieuwe gemeentewet en wet van 7 mei 2004 tot wijziging van

Nadere informatie

2. De straffen die de gemeenteraad bepaalt, mogen de politiestraffen niet te boven gaan.

2. De straffen die de gemeenteraad bepaalt, mogen de politiestraffen niet te boven gaan. Gecoördineerde regelgeving Nieuwe Gemeentewet Artikel 119bis, Nieuwe Gemeenwet 1. De gemeenteraad kan straffen of administratieve sancties bepalen voor overtredingen van zijn reglementen of verordeningen,

Nadere informatie

Voorstel van wet. Artikel 1

Voorstel van wet. Artikel 1 Regels strekkende tot het opleggen van een tijdelijk huisverbod aan personen van wie een ernstige dreiging van huiselijk geweld uitgaat (Wet tijdelijk huisverbod) Voorstel van wet Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

VOORSTEL VAN WET. Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

VOORSTEL VAN WET. Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. 32 194 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en enige andere wetten ter verbetering van de toepassing van de maatregel ter ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel

Nadere informatie

Toelichting. Algemene toelichting. Hoofdstuk 2 Herstellend traject

Toelichting. Algemene toelichting. Hoofdstuk 2 Herstellend traject Toelichting Algemene toelichting Hoofdstuk 2 Herstellend traject In een herstellend traject zijn verschillende stappen te onderscheiden. Stap 1: aanwijzing, artikel 1.65 lid 1 Wet kinderopvang Het college

Nadere informatie

Bestrijding exoten. Wettelijke mogelijkheden als gevolg van de wijzigingen aan het Soortenbesluit. Kenniscentrum HVV

Bestrijding exoten. Wettelijke mogelijkheden als gevolg van de wijzigingen aan het Soortenbesluit. Kenniscentrum HVV Bestrijding exoten Wettelijke mogelijkheden als gevolg van de wijzigingen aan het Soortenbesluit Kenniscentrum HVV Inhoud 1. Besluitvorming: kader en geschiedenis 2. Tijdskader 3. Met welke middelen? 4.

Nadere informatie

Beslissing. tegen. hierna de. hierna de

Beslissing. tegen. hierna de. hierna de Milieuhandhavingscollege Beslissing MHHC-10/3-VK van 15 december 2010 In de zaak van de heer [ ] wonendee te [ ], hierna de verzoekende partij te noemen, tegen het VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door

Nadere informatie

hierna de tegen hierna de

hierna de tegen hierna de Milieuhandhavingscollege Arrestt MHHC-12/18-VK van 24 april 2012 In de zaak van de heer [ ] wonendee te [ ] hierna de verzoekende partij te noemen, tegen het VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door de Vlaamse

Nadere informatie

Belangrijke informatie die geldt voor alle processen-verbaal / verslagen van vaststelling

Belangrijke informatie die geldt voor alle processen-verbaal / verslagen van vaststelling NOTA MET AANBEVELINGEN VOOR DE VERBALISANT BIJ DE OPMAAK VAN EEN PROCES- VERBAAL / VERSLAG VAN VASTSTELLING INGEVAL VAN EEN STEDENBOUWKUNDIG(E) MISDRIJF / INBREUK INLEIDING Met deze nota reikt de gewestelijke

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 30 143 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering ter versterking van de positie van het slachtoffer in het strafproces Nr. 2 VOORSTEL VAN WET

Nadere informatie

Gepubliceerd in Staatscourant 17 september 2007, nr. 179 / pag. 11

Gepubliceerd in Staatscourant 17 september 2007, nr. 179 / pag. 11 Gepubliceerd in Staatscourant 17 september 2007, nr. 179 / pag. 11 Klachtenregeling IGZ Artikel 1 1 Een ieder heeft het recht om over de wijze waarop de inspectie zich in een bepaalde aangelegenheid jegens

Nadere informatie

Milieuhandhavingscollege

Milieuhandhavingscollege Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC-15/31-K6 van 13 augustus 2015 In de zaak van de heer [ ] wonende te [ ] hierna de verzoekende partij te noemen, tegen het VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door de Vlaamse

Nadere informatie