10 de psycholoog / mei 2012
|
|
- Maria Segers
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 10 de psycholoog / mei 2012 De helft van de vrouwelijke bevolking is ontevreden over haar uiterlijk en vindt zichzelf te dik. Vele van deze vrouwen bekruipt zelfs een intens gevoel van afkeer als zij in de spiegel kijken. Dit onbehagen beperkt zich niet tot volwassen vrouwen; meisjes van niet ouder dan tien jaar piekeren over hun gewicht en lichaamsvormen. Wat zijn de oorzaken van dat negatieve lichaamsbeeld? En is dit beeld mogelijk te verbeteren?
2 de psycholoog / mei auteurs: carolien martijn, jessica alleva & anita jansen Nieuwe interventies om tevredenheid met eigen uiterlijk te vergroten Help, ik ben zo lelijk! Veel vrouwen oordelen kritisch over hun uiterlijk. Ter illustratie, in een consumentenonderzoek in opdracht van cosmeticamerk Dove onder 639 Nederlandse en Belgische vrouwen tussen de twintig en dertig jaar was ongeveer de helft niet erg te spreken over het eigen uiterlijk. Vijftien procent van de vrouwen was zelfs ronduit ontevreden. Amerikaans onderzoek onder lezers van het populairwetenschappelijke maandblad Psychology Today liet vergelijkbare resultaten zien (Garner, 1997). Meer dan de helft van de vijfendertighonderd deelnemende lezeressen oordeelde negatief over het uiterlijk en maar liefst negentig procent wilde afvallen. Een klein aantal vrouwen was zelfs zo ontevreden dat zij bereid waren vijf jaar eerder te sterven in ruil voor het verkrijgen en behouden van een ideaal lees: lager gewicht. Ook al zijn de bovenstaande uitkomsten niet gebaseerd op gecontroleerd onderzoek onder representatieve populaties, toch vertonen zij veel overeenkomsten met de resultaten van beter gecontroleerde studies. Ook wetenschappelijke studies laten zien dat ongeveer de helft van de vrouwen ontevreden is over hun uiterlijk en dan met name over hun lichaamsvormen en -gewicht (zie voor een discussie Tiggeman, 2004). Een (extreem) negatief lichaamsbeeld kan schadelijke consequenties hebben zoals depressie (Paxton et al., 2006), sociale angst (Cash & Fleming, 2002a) en een slechte kwaliteit van leven (Cash & Fleming, 2002b). Onderzoekers zijn het erover eens dat een negatief lichaamsbeeld een van de belangrijkste risicofactoren is voor het ontstaan en voortduren van een eetstoornis zoals anorexia nervosa, boulimia nervosa of een eetbuistoornis (Stice, 2002; Wilson, Fairburn & Agras, 1997). In dit artikel gaan we eerst in op wat een negatief lichaamsbeeld precies inhoudt. Daarna behandelen we de vraag waarom zoveel vrouwen zo ontevreden zijn met hun uiterlijk. Ten slotte bespreken we de effectiviteit van enkele interventies en programma s om een negatief lichaamsbeeld te verbeteren. Negatief lichaamsbeeld Wanneer vrouwen wordt gevraagd wat er precies niet aan hun lichaam bevalt, verwijzen zij meestal naar hun gewicht (te zwaar) en de vorm van
3 12 de psycholoog / mei 2012 auteurs: carolien martijn e.a. specifieke lichaamsdelen zoals buik, billen en dijen (te dik, te blubberig, te weinig gespierd). Andere uiterlijke kenmerken zoals lengte, het haar of (delen van) het gezicht leiden minder vaak tot ongenoegen (Garner, 1997; zie Tiggeman (2004) voor een overzicht). Voor veel vrouwen is lichaamsgewicht allesbepalend voor hun gevoel van eigenwaarde (Patrick, Neighbours & Knee, 2004). Experts in eetstoornissen spreken dan van overevaluation of body shape and weight (Fairburn, 1997). Wanneer vrouwen zichzelf te dik vinden of afkeurend commentaar op hun gewicht krijgen, dan heeft dit niet alleen een negatief effect op hun lichaamswaardering maar ook op hun algemene zelfwaardering (Clabaugh, Karpinsky & Griffin, 2008). Ook in andere opzichten vinden zij zichzelf dan minder waard. Ontevredenheid met het uiterlijk komt al op jonge leeftijd voor. Studies onder Amerikaanse, Australische en Schotse basisschoolleerlingen tussen de acht en twaalf jaar laten zien dat de helft van de meisjes piekert over hun gewicht en altijd al dunner had willen zijn (Wood, Becker & Thompson, 1996; Thomas, Ricciardelli & Williams, 2000; Williams & Currie, 2000). Overigens vinden nogal wat jongens van die leeftijd zichzelf ook te dik, zij het in mindere mate (de geciteerde onderzoeken rapporteren percentages van tussen de achttien en vijfendertig). Lichaamsontevredenheid neemt toe naarmate meisjes ouder worden, om te pieken tijdens de vroege adolescentie (twaalf tot veertien jaar). Amerikaans onderzoek rapporteert dat ruim tachtig procent van de adolescente meisjes (en iets meer dan een kwart van de jongens) zichzelf vaak te dik voelt (Greenfield, Quinlan, Harding, Glass & Bliss, 1987). Helaas biedt het klimmen der jaren geen soelaas: lichaamsontevredenheid blijft tamelijk stabiel over leeftijd. Met de tijd nemen echter wel het belang van en de investering in het lichaamsbeeld af. Oudere vrouwen zouden meer relativeren: Er zijn belangrijkere dingen in het leven dan een slank lichaam (Tiggeman, 2004). Oorzaken negatief lichaamsbeeld Er wordt veel gespeculeerd waarom vrouwen zoveel belang aan hun uiterlijk hechten en met name waarom ze zo ontevreden zijn over hun gewicht. Het voert op deze plaats te ver om een overzicht te geven van alle oorzaken die ooit zijn aangevoerd. We beperken ons daarom tot een bespreking van de meest onderzochte factoren. In onze keuze hebben we ons gebaseerd op factoren waarvan de voorspellende waarde voor lichaamsontevredenheid middels meta-analyses is onderzocht (Littleton & Ollendick, 2003; Stice, 2002). Sociaal-culturele druk Vrouwen zouden in toenemende mate druk ervaren om maar zo dun mogelijk te zijn (Stice & Agras, 1998; Striegel- Moore & Cachelin, 1999). Dit zou komen door het zien van steeds dunner wordende mediamodellen en de invloed van belangrijke anderen zoals ouders, familie en vrienden. Als gevolg hiervan zouden vrouwen het westerse slankheidsideaal gaan internaliseren (bijv. Slank is goed/mooi; dik is slecht/lelijk ) en ontevreden worden over hun eigen, vollere lichaamsvormen. Samen met een overwaardering van het belang van het uiterlijk zou dit leiden tot lichaamsontevredenheid en verstoord eetgedrag om aan het ideaal te voldoen (Fairburn, 1997). De ontevredenheid is zo groot omdat het voor de meeste vrouwen bijna onmogelijk is om aan het ideaal te voldoen slechts twee procent van vrouwen voldoet aan het slankheidsideaal (Smolak, 1996). De meeste studies vinden inderdaad dat de ervaren druk om dun te zijn bijdraagt aan lichaamsontevredenheid (zie Stice, 2002). Een meta-analyse van 43 experimentele studies (Groesz, Levine en Murnen, 2002) toonde aan dat het zien van ultraslanke mediamodellen ontevredenheid met het eigen lichaam tot gevolg heeft. Dit geldt vooral voor hele jonge vrouwen (jonger dan negentien jaar) en voor vrouwen die het slankheidsideaal al hadden geïnternaliseerd. Op de wat oudere vrouwen en vrouwen die tamelijk tevreden zijn, heeft het zien van dunne modellen niet zo n sterk effect. Groesz et al. benadrukken overigens het belang van verder onderzoek naar het causale verband: leidt het verheerlijken van slank zijn tot een voorkeur voor tijdschriften met ultradunne modellen waardoor vrouwen zich vervolgens te dik voelen, of ligt de oorzaak-gevolgrelatie misschien wel andersom? invloed directe sociale omgeving Sommige studies hebben een verband gevonden tussen het gedrag van ouders en de lichaamstevredenheid van hun dochters. Moeders van middelbare scholieren die problematisch, op boulimia lijkend eetgedrag vertoonden (eetbuien afgewisseld met excessief lijnen en/of laxeren en purgeren), lieten zelf ook vaker verstoord eetgedrag zien. Verder vonden moeders met eetproblemen hun dochters vaker te zwaar en waren zij vaker van mening dat hun dochters gewicht moesten verliezen dan moeders zonder eetproblemen (Pike & Rodin, 1991). Andere onderzoekers vonden dat de ouders van meisjes met een lage lichaamswaardering relatief vaker commentaar op het gewicht en de vormen van hun dochters leverden dan ouders van meisjes met een normale lichaams-
4 de psycholoog / mei Een (extreem) negatief lichaamsbeeld kan schadelijke consequenties hebben zoals depressie, sociale angst en een slechte kwaliteit van leven waardering. Deze conclusies komen echter allemaal uit retrospectief onderzoek dat fouten in de herinnering met zich mee kan brengen. Longitudinale studies van Byely (2000) en van Grigg (1996) vonden geen enkele relatie tussen kritiek en waardering (in Littleton & Ollendick, 2003; Stice, 2002). Samenvattend: tot op heden is het niet duidelijk of en op welke wijze ouders het lichaamsbeeld van jonge meisjes beïnvloeden. Longitudinale studies zijn dringend nodig om meer inzicht in een mogelijk verband te krijgen. Leeftijdsgenoten kunnen een bron van steun en vriendschap zijn, maar ook een bron van lichaamsontevredenheid. De mate waarin meisjes denken dat leeftijdsgenoten vinden dat slank zijn belangrijk is, voorspelt stijgingen van lichaamsontevredenheid, negatieve stemming en verstoord eetgedrag (Stice & Whitenton, 2002; Stice & Bearman, 2001; Stice, 2001). Stice, Maxfield en Wells (2002) toetsten dit experimenteel door deelneemsters bloot te stellen aan zogenoemde fat talk. In de experimentele conditie zaten zij naast een ultradunne handlangster van de onderzoeker die klaagde over het gevoel dat ze te dik was en haar intentie uitte om gewicht te verliezen. De handlangster was ongeveer van dezelfde leeftijd als de deelneemster. In de controleconditie sprak zij over een neutraal onderwerp. Het gevolg was dat vrouwen in de experimentele conditie ontevredener over hun eigen lichaam werden hetgeen bewijst dat fat talk van slanke leeftijdsgenoten iemands lichaamstevredenheid ten negatieve kan keren. Cognitieve vertekeningen De lichaamsontevredenheid van vrouwen kan voortkomen uit een verkeerde inschatting van het belang dat anderen hechten aan dun zijn. Vrouwen met een negatief lichaamsbeeld denken bijvoorbeeld dat mannen een voorkeur voor dunne vrouwen hebben, dunner dan mannen in werkelijkheid appreciëren (Bergstrom, Neighbors & Lewis, 2004). Singh (1993) liet zien dat mannen de voorkeur geven aan vrouwen met een lage tot normale verhouding tussen de heupen en taille boven vrouwen met zeer lage ratio s (i.e. heup-taille ratio; de ideale ratio is 0.7). Hoe lager de ratio, hoe rechter het figuur; hoe hoger de ratio, hoe meer taille. Volgens Singh is deze voorkeur evolutionair bepaald; een lage tot normale heup-tailleverhouding wijst op een betere gezondheid en reproductieve status (hogere vruchtbaarheid). Mannen daarentegen blijken wel vrij goed in te kunnen schatten wat vrouwen aantrekkelijk in mannen vinden (Bergstrom et al., 2004). Dit kan komen doordat mediabeelden van vrouwen meer afwijken van de echte vrouw dan mediabeelden van mannen verschillen van de echte man. Een andere mogelijkheid is dat lichaamsontevreden vrouwen zichzelf vertekend waarnemen. Er is dan sprake van een verstoord lichaamsbeeld: deze vrouwen nemen zichzelf als dikker of lelijker waar dan in werkelijkheid het geval is. Eetstoornisexperts menen dat een verstoord lichaamsbeeld kenmerkend is voor eetstoornissen. Onderzoek van Jansen en collega s (2006a, 2006b) laat echter een heel ander beeld zien. Zij vroegen een groep jonge vrouwen met en een groep jonge vrouwen zonder een eetstoornis hun eigen lichaam te waarderen met een rapportcijfer tussen de 1 en 10. Er was geen verschil tussen de groepen in body mass index en waist-to-hip-ratio. Daarna fotografeerden de onderzoekers alle vrouwen frontaal in een standaard houding daarbij hingen de armen losjes langs het lichaam en droegen de vrouwen hetzelfde, neutrale ondergoed. Op de foto s waren de vormen van het lichaam goed zichtbaar maar was het hoofd weggelaten. Vervolgens werden alle foto s één voor één aan een onafhankelijk panel getoond en ook dat panel beoordeelde alle lichamen met een rapportcijfer. Als lichaamsontevreden vrouwen met een eetstoornis inderdaad een verstoord lichaamsbeeld hebben, dan zou men verwachten dat zij
5 14 de psycholoog / mei 2012 auteurs: carolien martijn e.a. zichzelf negatiever beoordelen dan dat het panel hen zou beoordelen. De oordelen van de tevreden vrouwen zonder eetstoornis en het panel zouden ongeveer overeen moeten komen. In werkelijkheid waren het juist de tevreden vrouwen zonder eetstoornis die een vertekend beeld vertoonden: zij beoordeelden zichzelf veel positiever dan het panel. De oordelen van de vrouwen met een eetstoornis en het panel waren vrijwel identiek. Samenvattend, niet de lichaamsontevreden maar de tevreden vrouwen hadden last van vertekeningen en wel op een zelfdienende manier: zij gaven zichzelf gemiddeld een zeven terwijl de buitenwereld hen een mager zesje gaf. De ontevreden vrouwen met een eetstoornis vertoonden een vorm van depressief realisme : het eigen oordeel en dat van het panel kwam opvallend overeen. Volgens Taylor en Brown (1994) is enige mate van zelfheffing nodig om psychisch gezond te blijven en goed te functioneren. Kennelijk gaat dit ook op voor ons lichaamsbeeld. Het verhogen van lichaamstevredenheid Er is redelijk veel onderzoek gedaan naar de oorzaken van lichaamsontevredenheid. Interventies om die tevredenheid te verhogen zijn helaas echter veel minder onderzocht. Het weinige onderzoek dat er is laat bovendien zien dat de meeste interventies niet veel effect sorteren. Psycho-educatie werkt meestal niet tenzij de educatie intensief is en specifiek toegesneden op de cognities en het gedrag van het individu (Stice & Shaw, 2004; Littleton & Ollendick, 2003). Betere resultaten worden geboekt met gerichte spiegelinterventies, conditioneringsinterventies en attentietraining. In ons eigen onderzoeksteam hebben wij een aantal van deze interventies experimenteel onderzocht met hoopgevende resultaten. Hieronder bespreken we een aantal voorbeelden. Spiegelinterventies Recentelijk zijn succesvolle resultaten geboekt met extinctietechnieken om iemands lichaamsbeeld te verbeteren. Een eerste voorbeeld hiervan is een studie van Tuschen-Caffier en collega s waarin zij een spiegelinterventie (mirror exposure) testten om de lichaamsontevredenheid van volwassen vrouwen met een eetbuistoornis te doen afnemen (Hilbert, Tuschen-Caffier & Vögele, 2002). Een eetbuistoornis (Binge Eating Disorder) lijkt het meest op boulimia nervosa, met dit verschil dat eetbuistoornispatiënten hun eetbuien niet compenseren met bijvoorbeeld lijnen, laxeren en/of purgeren. Ze zijn dus meestal zwaarder dan patiënten met boulimia. Alle vrouwen moesten hun lichaam beschrijven terwijl zij in een spiegel Voor mannen is het gevoel van fysieke effectiviteit belangrijk voor een positief zelfbeeld; voor vrouwen is het gevoel van fysieke aantrekkelijkheid van doorslaggevend belang keken. De opdracht was om hun eigen lichaam zo precies en zo neutraal mogelijk te beschrijven met behulp van een strak protocol en een serie vooropgestelde vragen (zoals Hoe staan je ogen: uitgerust of vermoeid?, Draag je make-up? ). De spiegelsessie werd na enkele dagen herhaald. Vooraf en na afloop van elk van de twee sessies rapporteerden de deelnemers hun stemming, de inhoud van hun cognities over hun uiterlijk, en de waardering van hun lichaam. De belangrijkste resultaten waren dat deelnemers met een eetstoornis een beduidend lagere stemming rapporteerden tijdens de spiegelsessies dan de deelnemers in de controleconditie zonder eetstoornis. De waardering van het eigen lichaam nam bij beide groepen af. Tijdens de tweede spiegelsessie waren zowel de stemming als de waardering van het eigen lichaam hoger bij beide groepen, tevens rapporteerden de deelnemers minder negatieve cognities over het eigen lichaam. Om te kijken of deze interventie ook zou werken bij andere groepen, onderzocht Jansen het neutraal-in-de-spiegel kijken bij adolescenten met obesitas (Jansen et al., 2008). Alle jongens en meisjes (de gemiddelde leeftijd was 15.4 jaar en varieerde tussen de dertien en zeventien jaar) werden een
6 de psycholoog / mei vol jaar in een kliniek multidisciplinair behandeld om af te vallen. Deelnemers in de experimentele groep kregen zes spiegelsessies (vijftig minuten per sessie, twee keer per week); een controlegroep kreeg geen spiegelsessies. De resultaten laten zien dat de adolescenten in de experimentele groep minder angstig, en tevredener over hun lichaam werden. Een spiegelinterventie met een speciale kijkopdracht kan dus een krachtig bestanddeel vormen voor een succesvolle behandeling van mensen met een eetstoornis. Een mogelijke verklaring voor de verbeterde lichaamswaardering kan ontleend worden aan de conditioneringstheorie. Wanneer ontevreden adolescenten worden getraind om naar hun lichaam te kijken zonder negatieve associaties, dan nemen negatieve associaties zoals angst en afkeer af (Jansen et al., 2008). Met andere woorden, met behulp van deze speciale spiegelinterventies werd de deelnemers geleerd om moeilijk controleerbare, automatische en negatieve associaties te vervangen door neutrale associaties zonder evaluatieve lading. Zo leerden ze om hun eigen lichaam en een neutrale evaluatie aan elkaar te koppelen. lichaam of een foto van het lichaam van een andere vrouw. Zij moest zo snel mogelijk met de muis in het kwadrant klikken waarin een foto verscheen van een lichaam (het eigen of dat van een andere vrouw). In de experimentele conditie volgde op foto s van het eigen lichaam altijd een foto van een lachend gezicht. Op de foto s van de andere vrouwen verscheen een neutraal gezicht of een fronsend gezicht (en dus nooit een lachend gezicht). In de controleconditie werden foto s van het eigen lichaam en dat van de andere vrouwen willekeurig gevolgd door lachende, neutrale en fronsende gezichten. Figuur 1 illustreert de conditioneringsprocedure. A b Conditioneren en positieve sociale feedback In een volgende studie onderzochten we of lichaamstevredenheid toeneemt wanneer vrouwen leren om hun eigen lichaam te associëren met positieve stimuli. We keken in het bijzonder naar stimuli die sociale goedkeuring en acceptatie representeren, zoals vriendelijk glimlachende gezichten (Martijn et al., 2010). Het centrale uitgangspunt was dat vrouwen het oordeel over hun eigen lichaam niet alleen baseren op wat zij zelf in de spiegel zien, maar ook op de inschatting van hoe anderen hun uiterlijk waarderen. Het doel was te testen of een conditioneringsprocedure het mogelijk maakt om representaties van het eigen lichaam te leren associëren met positieve sociale feedback en of dit vervolgens de waardering voor hun eigen lichaam doet stijgen. Tijdens de eerste sessie van ons onderzoek maten we de lichaamstevredenheid en zelfwaardering van vrouwelijke studentes. Elke deelneemster werd vervolgens in standaardkleding van top tot teen drie keer gefotografeerd: van de voorkant, de linker- en de rechterzijde. Een week later vond de conditioneringsfase plaats en werden de deelneemsters toegewezen aan een experimentele of controleversie van de conditioneringstaak (ontleend aan Baccus, Baldwin & Packer, 2004). De deelneemster nam plaats achter een computer en in een van vier kwadranten op het computerscherm verscheen telkens één van de drie foto s van haar eigen Figuur 1 Voorbeeld van de conditioneringstaak. Wanneer er een foto van een lichaam (het eigen of een ander lichaam) verscheen in een van de vier kwadranten (A) op het com pu terscherm, klikte de deelnemer zo snel mogelijk met de muis op het lichaam. Na de muisklik verscheen er gedurende 400 milliseconden een foto van een lachend, neutraal of fronsend gezicht. Na afloop van de conditioneringstaak werden de waardering van het eigen lichaam en de algemene zelfwaardering weer gemeten. De belangrijkste bevinding was dat de vrouwen van wie foto s van hun eigen lichaam altijd gevolgd werden door een lachend gezicht, significant hoger scoorden op lichaamswaardering. Bij de controlegroep daarentegen was dit effect niet te zien: de lichaamswaardering bij deze vrouwen bleef nagenoeg gelijk. De experimentele versie van de conditioneringstaak maakte de proefpersonen dus tevredener over hun gewicht en lichaamsvormen dan ze daarvoor waren.
7 16 de psycholoog / mei 2012 auteurs: carolien martijn e.a. Wanneer vrouwen zichzelf te dik vinden, heeft dit niet alleen een negatief effect op hun lichaamswaardering maar op hun algemene zelfwaardering Nadere analyses toonden aan dat dit effect uitsluitend optrad bij vrouwen die zich op de voormeting veel zorgen maakten over hun lichaam. Op de vrouwen met relatief weinig van dit soort zorgen had de conditioneringsprocedure geen effect, zij werden dus niet nóg tevredener. Ongeveer hetzelfde patroon vonden we voor globale zelfwaardering. De vrouwen die zich van tevoren de meeste zorgen over hun uiterlijk maakten, hadden na de experimentele conditioneringstaak een hogere globale zelfwaardering dan voor de conditioneringstaak. Wanneer jonge vrouwen die zich zorgen maken over hun lichaam herhaaldelijk worden blootgesteld aan hun eigen lichaam in combinatie met positieve sociale feedback, dan kan dit worden opgevat als teken dat anderen hun verschijning goedkeuren en accepteren. Dit blijkt zich vervolgens te vertalen in grotere tevredenheid met het eigen voorkomen en een stijging van de zelfwaardering. Zoals beschreven had de conditioneringsprocedure geen effect op vrouwen die al tevreden over hun uiterlijk waren; een mogelijke verklaring is dat deze vrouwen hun gevoelens van eigenwaarde niet of veel minder op de oordelen van anderen baseren. De eerste resultaten van ons onderzoek laten zien dat aspecten waarover mensen zich zorgen maken, kunnen worden veranderd door positieve, accepterende feedback. Een intrigerende vraag is of het per se nodig is dat de feedback sociaal van aard is. Is het bijvoorbeeld voldoende wanneer het eigen lichaam wordt geassocieerd met positieve niet-sociale stimuli (fleurige bloemen, brabbelende baby s, een oranje zonsondergang of kwispelende puppy s)? Dit is een vraag voor toekomstig onderzoek, samen met de vraag of deze positieve effecten op de wat langere termijn beklijven. Lichaamstaal In lopend onderzoek proberen wij vrouwen op een andere manier over hun lichaam na te laten denken dan zij gewend zijn. We haken daarbij in op de verschillende manier waarop vrouwen en mannen hun lichaam beschouwen. Voor mannen is het gevoel van fysieke effectiviteit belangrijk voor een positief zelfbeeld; voor vrouwen is het gevoel van fysieke aantrekkelijkheid van doorslaggevend belang. Dit verschil is al aanwezig tijdens de kindertijd: jongens beschrijven hun lichaam als een instrument om hun omgeving te beheersen, terwijl meisjes hun lichaam beschrijven als een object om anderen te behagen (Stephens, Hill & Hanson, 1994). Dit onderscheid is ook beschreven in de objectificatietheorie van Frederickson en Roberts (1997) die stelt dat meisjes geleidelijk leren om hun lichaam te zien als een object. Dit zou het resultaat zijn van hoe de maatschappij het vrouwelijke lichaam presenteert (bijvoorbeeld in visuele media), maar ook van hoe mensen (voornamelijk mannen) omgaan met vrouwen (het met een geseksualiseerde blik kijken naar vrouwen, in letterlijke zin bij voorkeur op borsthoogte). Dit socialisatieproces leert vrouwen om ook als een buitenstaander naar zichzelf te kijken en hun lichaam te behandelen als een object. Hun zelfwaarde is dan voornamelijk gebaseerd op het gepercipieerde uiterlijk en het lichaam kan een bron van schaamte en angst worden. Het lichaam wordt zo een object dat veroverd en geperfectioneerd moet worden (bijvoorbeeld door het dragen van make-up of door af te vallen). Onderzoek heeft aangetoond dat zelf-objectivatie ernstige consequenties kan hebben zoals depressiviteit en eetstoornissen (Harrison & Frederickson, 2003). Wat wij in ons meest recente, nog lopende onderzoek proberen te doen, is om vrouwen met een functionele blik naar hun lichaam te laten kijken. Wat kan je lichaam allemaal, in plaats van hoe ziet je lichaam eruit? We verwachten dat vrouwen hun lichaam positiever zullen waarderen wanneer zij zich concentreren op wat hun lichaam allemaal kan (denk aan bewegen, sporten, contact met anderen maken, zichzelf genezen, eten). Uit vooronderzoek bleek reeds dat vrouwen zelden spontaan in functionele termen over hun lichaam denken; in antwoord op het verzoek
8 de psycholoog / mei beschrijf je lichaam bleek uit hun spontane beschrijvingen dat zij voornamelijk op uiterlijke aspecten ingaan. Door vrouwen min of meer te dwingen een andere mannelijkere bril op te zetten door stil te staan bij wat hun lichaam allemaal kan ( beschrijf wat je lichaam kan doen ) in plaats van hoe het eruit ziet, hopen wij dat dit tot grotere tevredenheid en zelfwaardering leidt. Op dit moment testen wij dit idee bij een niet-klinische populatie van jonge vrouwen. Wanneer de resultaten uitpakken zoals verwacht, hopen wij het onderzoek uit te breiden naar vrouwen met gediagnosticeerde eetstoornissen of een verhoogd risico daarop. Discussie en conclusie Veel vrouwen zijn ontevreden met hun uiterlijk. Dat kan in de ergste gevallen tot depressie en eetstoornissen leiden. De oorzaken van lichaamsontevredenheid worden gezocht in de maatschappelijk norm die voorschrijft dat dun zijn een voorwaarde is voor geluk en succes, in de presentatie van ultraslanke modellen in de media, de internalisering van dit slankheidsideaal, de invloed van familie, vrienden en leeftijdsgenoten en in hoe vrouwen (ten onrechte) denken dat zij er volgens mannen uit moeten zien. De invloed van deze verschillende factoren staat niet onomstotelijk vast; sommige onderzoekers vinden sterke verbanden terwijl er in andere studies geen bewijs gevonden wordt. Ook is het goed om op te merken dat lichaamsontevredenheid niet exclusief voor vrouwen geldt. Mannen maken zich eveneens in toenemende mate druk over hun spiegelbeeld (Barlett et al., 2008). Mogelijk komt dit door gebruik van steeds gespierdere mannelijke modellen in de media waarmee de vergelijking voor de normaal geproportioneerde man tamelijk ongunstig uitpakt. Ook hier geldt weer dat sommige studies wel vinden dat mannen ontevredener worden na het zien van gespierde mediamodellen en andere studies geen enkel effect rapporteren (Diedrichs & Lee, 2010). Verbazingwekkend is dat er tot op heden weinig onderzoek is gedaan naar methoden om de lichaamstevredenheid te verhogen. Het onderzoek dat wel is gedaan, trekt over het algemeen de conclusie dat de meeste interventies niet veel effect hebben (zie voor een overzicht Stice & Shaw, 2004). Een mogelijke verklaring hiervoor is dat veel interventies gebaseerd zijn op een vorm van psycho-educatie waarin mensen bijvoorbeeld geleerd wordt dat het huidige ideaalbeeld onhaalbaar is voor de meeste vrouwen. Dit mag dan zo zijn, uit recent onderzoek blijkt echter dat informatie die met het uiterlijk te maken heeft niet zozeer bewust beredeneerd wordt maar vooral automatisch verwerkt wordt (Watts, Cranney & Gleitzman, 2008). Gevoelens van onvrede over het uiterlijk zijn wellicht daarom maar in heel beperkte mate controleerbaar. In onze onderzoeksgroep spelen we hierop in door disfunctionele aandachtprocessen en evaluaties te tackelen met behulp van impliciete veranderingsstrategieën. Bijvoorbeeld, in het conditioneringsonderzoek (Martijn et al., 2010) leerden vrouwen representaties van hun eigen lichaam te associëren met positieve sociale feedback, zonder dat zij zich daarvan bewust waren. Op dit moment doen wij onderzoek naar de effectiviteit van een herhaalde associatietraining onder vrouwen met een verhoogd risico op een eetstoornis of een gediagnosticeerde eetstoornis. Daarbij onderzoeken wij ook de belangrijke vraag of eventuele positieve effecten op de langere termijn blijven bestaan. Wanneer de interventies ook bij deze groepen verbetering in lichaamstevredenheid laten zien, kan dit een goede aanvulling zijn op cognitieve gedragstherapiebehandelingen voor eetstoornissen. Carolien Martijn, Jessica Alleva en Anita Jansen zijn respectievelijk als universitair hoofddocent, assistent in opleiding en hoogleraar verbonden aan de Capaciteitsgroep Klinische Experimentele Psychologie van de Universiteit Maastricht, Postbus 616, 6200 MD Maastricht. Het onderzoek van de auteurs werd onder andere mogelijk gemaakt door een NWO-subsidie (dossiernummer ). Voor meer informatie over ander onderzoek van deze auteurs: Voor correspondentie over dit artikel: c.martijn@maastrichtuniversity.nl. Summary Help, I am so ugly! Novel interventions to increase body satisfaction C. Martijn, J. Alleva & A. Jansen Body dissatisfaction runs rampant in Western society: around fifty percent of women dislike their bodies, and even fifty percent of girls aged eight to twelve worry about their weight. More than innocent discontent, body dissatisfaction can have serious consequences such as depression and eating disorders. The current article discusses what body dissatisfaction entails, how it develops and how it is currently being treated. We also discuss novel strategies to increase body satisfaction by working on the automatic system (e.g. by retraining attentional processes and conditioning processes), since recent research suggests that appearance-related information is processed automatically (i.e. outside of consciousness). We suggest that extant methods should be combined with these novel strategies, in order to optimally protect people from body dissatisfaction and its detrimental consequences.
9 18 de psycholoog / mei 2012 auteurs: carolien martijn e.a. Literatuur Baccus, J. R., Baldwin, M. W. & Packer, D. J. (2004). Increasing implicit self-esteem through classical conditioning. Psychological Science, 15, Barlett, C. P., Vowels, C. L. & Saucier, D. A. (2008). Meta-analyses of the effects of media images on men s body-image concerns. Journal of Social & Clinical Psychology, 27, Bergstrom, R. L., Neighbors, C. & Lewis, M. A. (2004). Do men find bony women attractive? Consequences of misperceiving opposite sex perceptions of attractive body image. Body Image, 1, Byely, L., Archibald, A. B., Graber, J., & Brooks-Gunn, J. (2000). A prospective study of familial and social influences on girls body image and dieting. International Journal of Eating Disorders, 28, Cash, T. F. & Fleming, E. C. (2002a). Body image and social relations. In T.F. Cash & T. Pruzinsky (Red.), Body Image: A handbook of theory, research, and clinical practice (pp ). New-York: Guilford Press. Cash, T. F. & Fleming, E. C. (2002b). The impact of body-image experiences: development of the body image quality of life inventory. International Journal of Eating Disorders, 31, Clabaugh, A., Karpinski, A. & Griffin, K. (2008). Body weight contingency of self-worth. Self and Identity, 7, Diedrichs, P.C. & Lee, C. (2010). GI Joe of Average Joe? The impact of average-size and muscular male fashion models on men s and women s body image and advertisement effectiveness. Body Image, 7, Fairburn, C. G. (1997). Eating disorders. In D. M. Clark & C. G. Fairburn (Eds.), Science and Practice of Cognitive Behaviour Therapy (pp ). Oxford, England: Oxford University Press. Fredrickson, B. L. & Roberts, T. (1997). Objectification theory: toward understanding women s lived experiences and mental health risks. Psychology of Women Quarterly, 21, Garner, D.M. (1997). The 1997 Body Image Survey Results. Psychology Today, 30 (1), Greenfield, D., Quinlan, D. M., Harding, P., Glass, E. & Bliss, A. (1987). Eating behavior in an adolescent population. International Journal of Eating Disorders, 6, Grigg, M., Bowman, J., & Redman, S. (1996). Disordered eating and unhealthy weight reduction practices among adolescent females. Preventive Medicine, 25, Groesz, L. M., Levine, M. P. & Murnen (2002). The effect of experimental presentation of thin media images on body satisfaction: a meta-analytic review. International Journal of Eating Disorders, 31, Harrison, K. & Fredrickson, B. L. (2003). Women s sports media, selfobjectification, and mental health in black and white adolescent females. Journal of Communication, 53, Hilbert, A., Tuschen-Caffier, B. & Vögele, C. (2002). Effects of prolonged and repeated body image exposure in binge-eating disorder. Journal of Psy- chosomatic Research, 52, Jansen, A., Bollen, D., Tuschen-Caffier, B., Roefs, A., Tanghe, A. & Braet, C. (2008). Mirror exposure reduces body dissatisfaction and anxiety in obese adolescents: a pilot study. Appetite, 51, Jansen, A., Smeets, T., Nederkoorn, C. & Martijn, C (2006a). I see what you see: the lack of a self-serving body-image bias in eating disorders. British Journal of Clinical Psychology, 45, Jansen, A., Nederkoorn, C., Smeets, T., Havermans, R. & Martijn, C. (2006b). Jij ziet, jij ziet, wat ik niet zie: over het vertekende lichaamsbeeld van gezonde vrouwen. De Psycholoog, 10, Littleton, H. L. & Ollendick, T. (2003). Negative body image and disordered eating behavior in children and adolescents: what places youth at risk and how can these problems be prevented? Clinical Child and Family Psychology Review, 6, Martijn, C., Vanderlinden, M., Roefs, A., Huijding, J. & Jansen, A. (2010). Increasing body satisfaction of body concerned women through evaluative conditioning using social stimuli. Health Psychology, 29, Patrick, H., Neighbors, C. & Knee, C. R. (2004). Appearance-related social comparisons: the role of contingent self-esteem and self-perceptions of attractiveness. Personality and Social Psychology Bulletin, 30, Paxton, S. J., Neumark-Sztainer, D., Hannan, P. J. & Eisenberg, M. E. (2006). Bodydissatisfaction prospectively predicts depressive mood and low self-esteem in adolescent girls and boys. Journal of Clinical Child and Adolescent Psychology, 35, Pike, K. M. & Rodin, J. (1991). Mothers, daughters, and disordered eating. Journal of Abnormal Psychology, 100, Singh, D. (1993). Body shape and women s attractiveness: the critical role of waist-to-hip ratio. Human Nature, 4, Smolak, L. (1996). Methodological implications of a developmental psychopathology approach to the study of eating problems. In L. Smolak & M.P. Levine (Red.), The developmental psychopathology of eating disorders:implications for research, prevention, and treatment (p.69-76). New York, NY: Oxford University Press. Stephens, D.L., Hill, R.P. & Hanson, C. (1994). The beauty myth and female consumers: the controversial role of advertising. The Journal of Consumer Affairs, 28, Stice, E. (2001). A prospective test of the dual pathway model of bulimic pathology: mediating effects of dieting and negative affect. Journal of Abnormal Psychology, 110, Stice, E. (2002). Risk and maintenance factors for eating pathology: a meta-analytic review. Psychological Bulletin, 128, Stice, E. & Agras, S.W. (1998). Predicting onset and cessation of bulimic behaviours during adolescence: A longitudinal grouping analysis. Behavior Therapy, 29(2), Stice, E. & Bearman, S.K. (2001). Body image and eating disturbances prospectively predict growth in depressive symptoms in adolescent girls: A growth curve analysis. Developmental Psychology, 37, Stice, E., Maxfield, J. & Wells, T. (2002). Adverse effects of social pressure to be thin on young women: an experimental investigation of the effects of fat talk. International Journal of Eating Disorders, 34, Stice, E. & Shaw, H. (2004). Eating disorder prevention programs: A meta-analytic review. Psychological Bulletin, 130, Stice, E. & Whitenton, K. (2002). Risk factors for body dissatisfaction in adolescent girls: a longitudinal investigation. Developmental Psychology, 38, Striegel-Moore, R.H., Cachelin, F.M. (1999). Body image concerns and disordered eating in adolescent girls: Risk and protective factors. In J.G. Norine, M.C. Roberts & Judith, W. (Red.), Beyond appearance: a new look at adolescent girls (p ). Washington, DC, US: American Psychological Association. Taylor, S. E. & Brown, J. D. (1994). Positive illusions and well-being revisited: separating fact from fiction. Psychological Bulletin, 116, Thomas, K., Ricciardelli, L. A. & Williams, R. J. (2000). Gender traits and self-concept as indicators of problem eating and body dissatisfaction among children. Sex Roles, 43, Tiggemann, M. (2004). Body image across the adult life span: stability and change. Body Image, 1, Watts, K., Cranney, J. & Gleitzman, M. (2008). Automatic evaluation of body-related images, Body Image, 5, Williams, J. M. & Currie, C. (2000). Self-Esteem and physical development in early adolescence: pubertal timing and body image. The Journal of Early Adolescence, 20, Wilson, G. T., Fairburn. G. C., & Agras, W. S. (1997). Cognitive-behavioral therapy for bulimia-nervosa. In D. M. Garner, & P. E. Garfinkel (Eds.), Handbook of treatment for eating disorders (pp ). New York: Guilford Press. Wood, K. C., Becker, J. A. & Thompson, J. K. (1996). Body image dissatisfaction in preadolescent children. Journal of Applied Developmental Psychology, 17,
10 Wat is WAISheid? Deze zomer zal de nieuwe versie van de WAIS test verschijnen met een verbeterde meting van fluid reasoning, verwerkingssnelheid en psychometrische eigenschappen. Dit betreft de 4de editie van deze breed toegepaste intelligentie test, die na een 3 jaar durende ontwikkelingsfase klaar is voor de Nederlandse en Vlaamse praktijken. Als u meer informatie over deze nieuwe editie wilt ontvangen en op de hoogte gehouden wilt worden over de precieze verschijningsdatum, bezoek dan de webpagina Op deze pagina kunt u zich inschrijven voor de Wat is Waisheid? nieuwsbrief. U krijgt dan automatisch toegang tot productinformatie over de WAIS-IV-NL en uitleg over de verschillen tussen de WAIS-III-NL en de WAIS-IV-NL. Daarnaast kunt u op onze Facebook pagina meedoen aan de Wat is Waisheid?-quiz, waarmee u kans maakt op een gratis complete set van de WAIS-IV-NL. WechSLer ADULt INteLLIgeNce ScALe IV-NL
11 De nieuwe brochure is uit! Met meer dan 30 nieuwe activiteiten, waaronder: Signs of safety Werken met de Thematische Emotionally Focused Therapy (EFT) Apperceptie Test (TAT) SCID-II interview Seksualiteit in de partnerrelatietherapie ZomerRINO: leren en genieten Kom deze zomer naar de RINO in Amsterdam en laat je inspireren! Keuze uit 22 verrassende en actuele workshops voor aantrekkelijke prijzen gedurende 2x2 weken rondom de vakantieperiode. Kijk voor meer informatie op ww.rino.nl/zomer kijk voor ons volledige aanbod op: Leidseplein PR Amsterdam - (020) info@rino.nl Cursusaanbod Neurofeedback en rtms Cursusdata 2012 Cursus/workshop 6-9 november daagse Neurofeedbackcursus Introductie- en verdiepingscursus Neurofeedback bij ADHD De cursus is voor academici die interesse hebben in Neurofeedback en kennis willen maken met de grondbeginselen van deze behandelmethode. Opgezet volgens de BCIA Neurofeedback blauwdruk juni december daagse rtms-cursus voor professionals rtms in psychiatrie en bij de behandeling van depressie De cursus is voor academici die de techniek van magnetische hersenstimulatie (rtms) in combinatie met CGT willen toepassen. 2 1 Accreditatie verleend voor: VGCT, LVE, K&J (NIP), OG (NVO), SRVB, BCIA, NVVP en FGZP 2 Accreditatie voor: FGZP Voor meer informatie en inschrijvingen zie
Positief lichaamsbeeld Wat betekent het werken aan een positief lichaamsbeeld voor de therapeut en de cliënt?
[rubriek artikel; BoomDoc: Artikel] Jessica Alleva, Ghislaine Schyns & Carolien Martijn Positief lichaamsbeeld Wat betekent het werken aan een positief lichaamsbeeld voor de therapeut en de cliënt? [Abstract
Nadere informatieLichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and
Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa Physical factors as predictors of psychological and physical recovery of anorexia nervosa Liesbeth Libbers
Nadere informatieDe Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende. Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering
De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering The relation between Mindfulness and Psychopathology: the Mediating Role of Global and Contingent
Nadere informatieRunning head: MINDFULNESS, CONTINGENTE ZELFWAARDERING EN DEPRESSIE 1. De Invloed van een Gecombineerde Mindfulnessbehandeling op
Running head: MINDFULNESS, CONTINGENTE ZELFWAARDERING EN DEPRESSIE 1 De Invloed van een Gecombineerde Mindfulnessbehandeling op Contingente Zelfwaardering en Depressieve Klachten. Tammasine Netteb Open
Nadere informatieHet verband tussen alledaagse stress en negatief affect bij mensen met een depressie en de rol van zelfwaardering daarbij
Het verband tussen alledaagse stress en negatief affect bij mensen met een depressie en de rol van zelfwaardering daarbij Een vergelijking van een depressieve en een niet-depressieve groep met Experience-Sampling-Method
Nadere informatieLichaamstaal Jessica M. Alleva
Lichaamstaal Jessica M. Alleva Maastricht University jessica.alleva@maastrichtuniversity.nl Doe mee! Mijn lichaam is Achtergrond Lichaamsbeeld = Uiterlijk? Ideeën over het uiterlijk: Mooi = slank, lang,
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Addendum A 173 Nederlandse samenvatting Het doel van het onderzoek beschreven in dit proefschrift was om de rol van twee belangrijke risicofactoren voor psychotische stoornissen te onderzoeken in de Ultra
Nadere informatieDe Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie
De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een Vaste Relatie The Association between Daily Stress, Emotional Intimacy and Affect with Partners in a Commited
Nadere informatieMindfulness - de 8-weekse training in vogelvlucht
Mindfulness - de 8-weekse training in vogelvlucht Flip Kolthoff, psychiater Radboud Universitair Centrum voor Mindfulness, GGZ Noord-Holland-Noord Flip Kolthoff, VUmc, 20-01-2012 1 Inleiding Flip Kolthoff,
Nadere informatieMINDFULNESS, ZELFASPECTEN EN WELZIJN 1. Bewust (wel)zijn? De mediërende rol van het zelf in de relatie tussen mindfulness en psychologisch welbevinden
MINDFULNESS, ZELFASPECTEN EN WELZIJN 1 Bewust (wel)zijn? De mediërende rol van het zelf in de relatie tussen mindfulness en psychologisch welbevinden Mindful (well)being? The mediating role of the self
Nadere informatieKaren J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon
Zelfwaardering en Angst bij Kinderen: Zijn Globale en Contingente Zelfwaardering Aanvullende Voorspellers van Angst bovenop Extraversie, Neuroticisme en Gedragsinhibitie? Self-Esteem and Fear or Anxiety
Nadere informatieWat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten?
De Modererende rol van Persoonlijkheid op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten 1 Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve
Nadere informatieDe Invloed van Familie op
De Invloed van Familie op Depressie- en Angstklachten van Verpleeghuisbewoners met Dementie The Influence of Family on Depression and Anxiety of Nursing Home Residents with Dementia Elina Hoogendoorn Eerste
Nadere informatie) amarum ( DGT vs CGT behandeling bij BED - II
DGT vs CGT behandeling bij BED - II Het weglaten van verstoorde lichaamsbeleving is een omissie in de DSM-V criteria voor eetbuistoornissen. Elke Wezenberg VGCT 2015 Stelling voor de zaal: Het is toch
Nadere informatieAANBEVELING: NIET-STIGMATISERENDE COMMUNICATIE OVER GEWICHT EN EETGEDRAG
AANBEVELING: NIET-STIGMATISERENDE COMMUNICATIE OVER GEWICHT EN EETGEDRAG Een initiatief van: Eetexpert, Vlaams kenniscentrum rond eet- en gewichtsproblemen i.s.m. Adviesraad Eetexpert, Vlaams netwerk rond
Nadere informatieLichaam is meer dan uiterlijk: Het belang van lichaamsfunctionaliteit. Jessica Alleva, Maastricht University
LICHAAMSFUNCTIONALITEIT 1 Lichaam is meer dan uiterlijk: Het belang van lichaamsfunctionaliteit Jessica Alleva, Maastricht University Jessica M. Alleva, Departement Clinical Psychological Science, Maastricht
Nadere informatieDe Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit. The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility.
RELATIE ANGST EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1 De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility Jos Kooy Eerste begeleider Tweede
Nadere informatiePositieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen
Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen Positive, Negative and Depressive Subclinical Psychotic
Nadere informatieDiabetes & Eetstoornissen Een uiterst gevaarlijke combinatie. Prof. Dr. M. Vervaet - Universiteit Gent - Centrum voor Eetstoornissen
Diabetes & Eetstoornissen Een uiterst gevaarlijke combinatie Prof. Dr. M. Vervaet - Universiteit Gent - Centrum voor Eetstoornissen GEZOND EN ZIEK Lichamelijke Gezondheid Diabetes: somatische aandoening
Nadere informatieThe relationship between social support and loneliness and depressive symptoms in Turkish elderly: the mediating role of the ability to cope
The relationship between social support and loneliness and depressive symptoms in Turkish elderly: the mediating role of the ability to cope Een onderzoek naar de relatie tussen sociale steun en depressieve-
Nadere informatieBijlagen J. Wiersma et al., Neem de regie over je depressie, DOI / , 2015 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Media
Bijlagen J. Wiersma et al., Neem de regie over je depressie, DOI 10.1007/978-90-368-1003-6, 2015 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Media 50 neem de regie over je depressie Bijlage 1 Beloopstabel
Nadere informatieHet Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten.
Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten. The Effect of Difference in Peer and Parent Social Influences on Adolescent Alcohol Use. Nadine
Nadere informatieDe Relatie tussen Hechting en Welbevinden bij Ouderen: De mediërende Invloed van Mindfulness en Zingeving
De Relatie tussen Hechting en Welbevinden bij Ouderen: De mediërende Invloed van Mindfulness en Zingeving Relationships between Attachment and Well-being among the Elderly: The mediational Roles of Mindfulness
Nadere informatieGENERATIE 2020 E E N BLIK OP DE RESULTATEN
S TELLEN VOOR GENERATIE 2020 E E N BLIK OP DE RESULTATEN EVEN VOORSTELLEN.. M A RIE - L OTTE VA N BEVEREN K L I N I S C H P S YCHOLOOG, D OCTORAATSSTUDENT M A RIELOTTE.VA N B EVEREN@UGENT.BE DE ADOLESCENTIE
Nadere informatieDe Relatie tussen Dagelijkse Stress, Negatief Affect en de Invloed van Bewegen
De Relatie tussen Dagelijkse Stress, Negatief Affect en de Invloed van Bewegen The Association between Daily Hassles, Negative Affect and the Influence of Physical Activity Petra van Straaten Eerste begeleider
Nadere informatieHet Effect van Gender op de Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive
Gender, Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive 1 Het Effect van Gender op de Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive Gender Effect on the Relationship between Personality Traits and Sex Drive
Nadere informatieHet effect van media op het zelfbeeld van vrouwen
Het effect van media op het zelfbeeld van vrouwen Michelle Blaak Psychologie Abstract Het is welbekend dat de media de manier waarop vrouwen naar zichzelf kijken kunnen beïnvloeden. Factoren die dit verband
Nadere informatie) amarum ( Voorspellers voor uitval uit een eendaagse CGT behandeling voor eetbuistoornis
) amarum ( Voorspellers voor uitval uit een eendaagse CGT behandeling voor eetbuistoornis Maartje Vroling Femke Wiersma Mirjam Lammers Eric Noorthoorn CGT is eerste keuze behandeling 70% reductie in eetbuien
Nadere informatiesamenvatting Opzet van het onderzoek
167 Angst en depressie komen vaak voor bij kinderen. Angst en depressie beïnvloeden niet alleen het huidige welbevinden van kinderen, maar kunnen ook een negatieve invloed hebben op hun verdere leven.
Nadere informatieMENTALE VEERKRACHT, COPINGSTRATEGIEËN EN EETPROBLEMATIEK 1
MENTALE VEERKRACHT, COPINGSTRATEGIEËN EN EETPROBLEMATIEK 1 De Invloed van Mentale Veerkracht op Copingstrategieën bij Eetproblematiek The Influence of Resilience on Coping Strategies and Disordered Eating
Nadere informatieOuderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit
1 Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit Nicola G. de Vries Open Universiteit Nicola G. de Vries Studentnummer 838995001 S71332 Onderzoekspracticum scriptieplan
Nadere informatieHet dunne schoonheidsideaal in televisiereclames en tijdschriftadvertenties:
Het dunne schoonheidsideaal in televisiereclames en tijdschriftadvertenties: Een literatuurstudie naar de invloed van blootstelling aan het dunne schoonheidsideaal in televisiereclames en tijdschriftadvertenties
Nadere informatieCOGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS
COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS Gezondheidsgedrag als compensatie voor de schadelijke gevolgen van roken COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS Health behaviour as compensation for the harmful effects of smoking
Nadere informatieDiaboulimia. Eetproblemen bij insuline afhankelijke diabetes. Anne-Marije Goutbeek Kinder- jeugdpsycholoog GZ psycholoog
Diaboulimia Eetproblemen bij insuline afhankelijke diabetes Anne-Marije Goutbeek Kinder- jeugdpsycholoog GZ psycholoog Minke Eilander Promovenda Pedagoog Programma workshop Achtergrond In de spreekkamer
Nadere informatieCognitieve gedragstherapie bij eetstoornissen
FE 0807-1 Meer informatie Bij de VGCt zijn meer folders verkrijgbaar, voor volwassenen bijvoorbeeld over angst en depressie. Speciaal voor kinderen zijn er folders over veel piekeren, verlatingsangst,
Nadere informatieBelieving is Seeing: Training van positieve sociale interpretaties in adolescenten
VGCT najaarscongres 2011 Believing is Seeing: Training van positieve sociale interpretaties in adolescenten Elske Salemink, Universiteit van Amsterdam In samenwerking met Reinout Wiers (Universiteit van
Nadere informatieInvloed van Mindfulness Training op Ouderlijke Stress, Emotionele Self-Efficacy. Beliefs, Aandacht en Bewustzijn bij Moeders
Invloed van Mindfulness Training op Ouderlijke Stress, Emotionele Self-Efficacy Beliefs, Aandacht en Bewustzijn bij Moeders Influence of Mindfulness Training on Parental Stress, Emotional Self-Efficacy
Nadere informatienr. 11 van KATRIEN SCHRYVERS datum: 29 september 2017 aan JO VANDEURZEN Eetstoornissen - Meisjes jonger dan 10 jaar
SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 11 van KATRIEN SCHRYVERS datum: 29 september 2017 aan JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN Eetstoornissen - Meisjes jonger dan 10 jaar Al voor de
Nadere informatieDenken, Kijken, Voelen en Ruiken!
Denken, Kijken, Voelen en Ruiken! Cognitieve Therapie vs. Cognitieve Therapie + Exposure voor Eetstoornissen: Design van een RCT Dr. Lotte Lemmens VGCT Najaarscongres 13 November 2015 CGT effectief voor
Nadere informatieEetstoornissen. Mellisa van der Linden
Eetstoornissen Mellisa van der Linden Inhoud Hoofdstuk 1: Wat houdt een eetstoornis in? Hoofdstuk 2: Welke eetstoornissen zijn er? Hoofdstuk 3: Wat zijn bekende oorzaken voor een eetstoornis? Hoofdstuk
Nadere informatieKeuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze. in Relatie tot Depressie
1 Keuzetwijfels in de Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze in Relatie tot Depressie Open Universiteit Nederland Masterscriptie (S58337) Naam: Ilse Meijer Datum: juli 2011
Nadere informatieStigmatisering van Mensen met Keelkanker: de Rol van Mindfulness van de Waarnemer
Met opmaak: Links: 3 cm, Rechts: 2 cm, Boven: 3 cm, Onder: 3 cm, Breedte: 21 cm, Hoogte: 29,7 cm Stigmatisering van Mensen met Keelkanker: de Rol van Mindfulness van de Waarnemer Stigmatisation of Persons
Nadere informatieCognitieve Bias Modificatie van Interpretatiebias bij Faalangstige Studenten
Cognitieve Bias Modificatie van Interpretatiebias bij Faalangstige Studenten Cognitive Bias Modification of Interpretation Bias in Students with Anxiety Janneke van den Heuvel Eerste begeleider: Tweede
Nadere informatieVerschillen in Persoonlijkheidstrekken en Persoonlijkheidsorganisatie tussen Groepen Eetstoornispatiënten.
Verschillen in Persoonlijkheidstrekken en Persoonlijkheidsorganisatie tussen Groepen Eetstoornispatiënten. Differences in Personality Traits and Personality Structure between Groups of Eating Disorder
Nadere informatieADOLESCENTEN MET CONTROLEVERLIES
VAKGROEP ONTWIKKELINGS-, PERSOONLIJKHEID- EN SOCIALE PSYCHOLOGIE (PP07) ONDERZOEKSGROEP KLINISCHE ONTWIKKELINGSPSYCHOLOGIE ADOLESCENTEN MET CONTROLEVERLIES OVER ETEN: DE ROL VAN ZELFREGULATIE VLAAMS CONGRES
Nadere informatieBISEKSUALITEIT: DE ONZICHTBARE SOCIALE IDENTITEIT. Biseksualiteit: de Onzichtbare Sociale Identiteit met Zichtbare Gezondheidsgevolgen
Biseksualiteit: de Onzichtbare Sociale Identiteit met Zichtbare Gezondheidsgevolgen Bisexuality: the Invisible Social Identity with Visible Health Consequences Maria Verbeek Eerste begeleidster: dr. N.
Nadere informatie(SOCIALE) ANGST, GEPEST WORDEN EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1
(SOCIALE) ANGST, GEPEST WORDEN EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1 Psychologische Inflexibiliteit bij Kinderen: Invloed op de Relatie tussen en de Samenhang met Gepest worden en (Sociale) Angst Psychological
Nadere informatieSociale angst. Faalangst. Project Pasta. Sociale Angst & Faalangst bij Adolescenten. Risicofactoren. Interventies. Sociale Angst bij Jongeren
Sociale Angst & Faalangst bij Adolescenten Sociale angst Risicofactoren Interventies Angst voor het oordeel van anderen Voor gek staan Uitgelachen te worden In verlegenheid gebracht te worden In de belangstelling
Nadere informatieHet Verband Tussen Negatieve Levensgebeurtenissen, 5-HTTLPR en Reactieve. Agressie. Pien S. Martens. Open Universiteit Heerlen
REACTIEVE AGRESSIE Het Verband Tussen Negatieve Levensgebeurtenissen, 5-HTTLPR en Reactieve Agressie Pien S. Martens Open Universiteit Heerlen Naam student: Pien Sophie Martens Studentnummer: 850945172
Nadere informatieOntevreden over uw lichaam? Voor de spiegel! En dan? Exposure aan wat eigenlijk?
Gedragstherapie 2013, 46 57-67 57 Ontevreden over uw lichaam? Voor de spiegel! En dan? Exposure aan wat eigenlijk? Anita Jansen 1, Vera Voorwinde 2, Yvette Hoebink 2, Marlies Rekkers 3, Carolien Martijn
Nadere informatieSPEELT EFFORTFUL CONTROL EEN ROL TER VERKLARING VAN HET VERBAND TUSSEN STRAF- EN BELONINGSGEVOELIGHEID EN EETSTIJLEN BIJ ADOLESCENTEN?
VAKGROEP ONTWIKKELINGS-, PERSOONLIJKHEID- EN SOCIALE PSYCHOLOGIE (PP07) ONDERZOEKSGROEP KLINISCHE ONTWIKKELINGSPSYCHOLOGIE SPEELT EFFORTFUL CONTROL EEN ROL TER VERKLARING VAN HET VERBAND TUSSEN STRAF-
Nadere informatieDe Invloed van Religieuze Coping op. Internaliserend Probleemgedrag bij Genderdysforie. Religious Coping, Internal Problems and Gender dysphoria
De Invloed van Religieuze Coping op Internaliserend Probleemgedrag bij Genderdysforie Religious Coping, Internal Problems and Gender dysphoria Ria de Bruin van der Knaap Open Universiteit Naam student:
Nadere informatieEffecten van een op MBSR gebaseerde training van. hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en
Effecten van een op MBSR gebaseerde training van hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en compassionele tevredenheid. Een pilot Effects of a MBSR based training program of hospice caregivers
Nadere informatieAlways look on the bright side of life
Always look on the bright side of life Training van een positieve aandachtbias: effect op angst, depressie en zelfvertrouwen Leone de Voogd E.L.deVoogd@uva.nl Elske Salemink Reinout Wiers Pier Prins Universiteit
Nadere informatieAandachtsklachten en aandachtsstoornissen worden geobserveerd in verschillende volwassen
SAMENVATTING Aandachtsklachten en aandachtsstoornissen worden geobserveerd in verschillende volwassen klinische populaties, waaronder ook de Aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit (ADHD). Ook al wordt
Nadere informatiePsychometrische Eigenschappen van de Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Psychometric Properties of the Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5)
Psychometrische Eigenschappen van de Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Psychometric Properties of the Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Hester A. Lijphart Eerste begeleider: Dr. E. Simon Tweede
Nadere informatieStress en Psychose 59 Noord. Stress and Psychosis 59 North. A.N.M. Busch
Stress en Psychose 59 Noord Stress and Psychosis 59 North A.N.M. Busch Prevalentie van Subklinische Psychotische Symptomen en de Associatie Met Stress en Sekse bij Noorse Psychologie Studenten Prevalence
Nadere informatieTrendonderzoek: Alcoholkennis bij jongeren tussen 12 en 25 jaar
- Factsheet - Trendonderzoek: Alcoholkennis bij jongeren tussen 12 en 25 jaar NIGZ, Project Alcohol Voorlichting en Preventie 3 juli 2003 Inleiding Het NIGZ voert elk jaar, als onderdeel van het Alcohol
Nadere informatieScreening en behandeling van psychische problemen via internet. Viola Spek Universiteit van Tilburg
Screening en behandeling van psychische problemen via internet Viola Spek Universiteit van Tilburg Screening en behandeling van psychische problemen via internet Online screening Online behandeling - Effectiviteit
Nadere informatieAnne Berg William W. Hale Universiteit Utrecht
NON-VERBAAL GEDRAG EN BEHANDELUITKOMST BIJ ADOLESCENTEN MET INTERNALISERENDE PROBLEMEN Anne Berg William W. Hale Universiteit Utrecht ACHTERGROND ZonMw-programma Effectief werken in de jeugdsector Gebrek
Nadere informatieFysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50
De relatie tussen eigen-effectiviteit 1 De Relatie tussen Eigen-effectiviteit, Intrinsieke Motivatie en Fysieke Activiteit bij 50-plussers The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and
Nadere informatieVerschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten
Verschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten Difference in Perception about Parenting between Parents and Adolescents and Alcohol Use of Adolescents
Nadere informatieVerklaring van het beweeggedrag van ouderen door determinanten van. The explanation of the physical activity of elderly by determinants of
Verklaring van het beweeggedrag van ouderen door determinanten van het I-change Model The explanation of the physical activity of elderly by determinants of the I-change Model Hilbrand Kuit Eerste begeleider:
Nadere informatieINTERNE COGNITIEVE CONTROLE BIJ ADOLESCENTEN MET DEPRESSIEVE SYMPTOMEN
INTERNE COGNITIEVE CONTROLE BIJ ADOLESCENTEN MET DEPRESSIEVE SYMPTOMEN LAURA WANTE, CAROLINE BRAET INEKE DEMEYER, RUDI DE RAEDT, SVEN MUELLER Department of Developmental, Personality and Social Psychology,
Nadere informatieDe Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior
De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior Martin. W. van Duijn Student: 838797266 Eerste begeleider:
Nadere informatieHet slanke schoonheidsideaal en verstoring van het lichaamsbeeld
Het slanke schoonheidsideaal en verstoring van het lichaamsbeeld Een literatuuronderzoek naar de invloed van geïdealiseerde mediabeelden op lichaamsontevredenheid bij adolescente meisjes en de rol die
Nadere informatieFEEDING & EATING DISORDERS. Eten, Eetproblemen en Gedachtes. K 00 Pica (eating nonfood)
Programma Welkom & Introductie Geloof niet alles wat je denkt! Introductie Workshop Cognitieve Gedragstherapie voor Eetproblemen Ofwel: een hapje proeven van cognitieve gedragstherapie Eten, Eetproblemen
Nadere informatieDenken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve en reflectieve cognitie.
0 Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve en reflectieve cognitie. Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve
Nadere informatieLichaamsvergelijking en lichaamsontevredenheid bij adolescente meiden
Lichaamsvergelijking en lichaamsontevredenheid bij adolescente meiden Jessica Rozendaal (277002) Master Klinische en Gezondheidspsychologie Erasmus Universiteit Rotterdam Augustus 2006 Begeleider: Prof.
Nadere informatieBruto nationaal geluk: een proef op de som 19
Bruto nationaal geluk: een proef op de som Crétien van Campen De laatste jaren hebben verscheidene auteurs gepleit voor geluk als een nieuw richtsnoer voor beleid (Kahneman 1999, Veenhoven 2002, Layard
Nadere informatieDe Effectiviteit van een Mindfulness-gebaseerde Lichaamsscan: een. Vergelijking met Rusten in Liggende Positie
De Effectiviteit van een Mindfulness-gebaseerde Lichaamsscan: een Vergelijking met Rusten in Liggende Positie The Effectiveness of a Mindfulness-based Body Scan: a Comparison with Quiet Rest in the Supine
Nadere informatiePsychological Determinants of Absenteeism at Work by Pregnant Women. Psychologische determinanten van uitval uit het arbeidsproces door zwangere
Psychological Determinants of Absenteeism at Work by Pregnant Women Psychologische determinanten van uitval uit het arbeidsproces door zwangere vrouwen: Onderzoek naar de relatie tussen angst, depressieve
Nadere informatieEetstoornissen DSM-5. Leonieke Terpstra & Maartje Snoek
Eetstoornissen DSM-5 Leonieke Terpstra & Maartje Snoek VOXVOTE Voelt u zichzelf te dik? Probeert u daar (soms) wat aan te doen (lijnen)? Heeft u een eetstoornis (gehad)? 2/3 van de vrouwen wil afvallen
Nadere informatieACHTERGRONDDOSSIER & BELEIDSAANBEVELINGEN
ACHTERGRONDDOSSIER & BELEIDSAANBEVELINGEN EETPROBLEMEN IN DE SPORT? TOPSPORTERS EN EETSTOORNISSEN: NIEUW VLAAMS ONDERZOEK 22 april 2014 Bloso Arenbergstraat 5, 1000 Brussel topsport@bloso.be 0032 2 209
Nadere informatieINVLOED VAN CHRONISCHE PIJN OP ERVAREN SOCIALE STEUN. De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren
De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren Sociale Steun The Effect of Chronic Pain and the Moderating Effect of Gender on Perceived Social Support Studentnummer:
Nadere informatieRunning head: OPVOEDSTIJL, EXTERNALISEREND PROLEEMGEDRAG EN ZELFBEELD
1 Opvoedstijl en Externaliserend Probleemgedrag en de Mediërende Rol van het Zelfbeeld bij Dak- en Thuisloze Jongeren in Utrecht Parenting Style and Externalizing Problem Behaviour and the Mediational
Nadere informatieCode Course name block Ects International Organizations Advanced Project management * Cross Cultural HRM 3 6
Global management of Social Issues Interesting courses Global Management of Social Issues 410129 International Organizations 1 6 410130 Advanced Project management * 3 6 410133 Cross Cultural HRM 3 6 410134
Nadere informatieCode Cursusnaam block Ects Organization Theory Organization Development Relations and Networks of Organizations 4 6
Minor Organisatiewetenschappen (Organization Studies) 441074 Organization Theory 2 6 441079 Organization Development 3 6 Choose 1 of the following 2 courses: 441057 Relations and Networks of Organizations
Nadere informatieExposure to Parents Negative Emotions in Early Life as a Developmental Pathway in the Intergenerational Transmission of Depression and Anxiety E.
Exposure to Parents Negative Emotions in Early Life as a Developmental Pathway in the Intergenerational Transmission of Depression and Anxiety E. Aktar Summary 1 Summary in Dutch (Samenvatting) Summary
Nadere informatieCORPORATE BRANDING AND SOCIAL MEDIA: KEY FINDINGS FOR DUTCH CONSUMERS Theo Araujo
CORPORATE BRANDING AND SOCIAL MEDIA: KEY FINDINGS FOR DUTCH CONSUMERS Theo Araujo BEOORDEEL DEZE LEZING VIA DE MIE2018 APP! Geef direct na deze lezing jouw beoordeling. Zoek de lezing op via Programma
Nadere informatieBent u gemotiveerd? L.E.J. Gerretsen Studentnummer: Eerste begeleider: prof. dr. L. Lechner Tweede begeleider: Dr. A.
Bent u gemotiveerd? Een Experimenteel Onderzoek naar de Invloed van een op het Transtheoretisch Model Gebaseerde Interventie op de Compliance bij de Fysiotherapeutische Behandeling van Psychiatrische Patiënten
Nadere informatie1/04/2015. Kennis rond vruchtbaarheid in de Vlaamse populatie. Maternale leeftijd in Vlaanderen. Problemen bij uitgesteld moederschap
Kennis rond vruchtbaarheid in de Vlaamse populatie dr. Ilse Delbaere Maternale leeftijd in Vlaanderen SPE 13 Problemen bij uitgesteld moederschap Zwanger worden duurt langer (of lukt niet meer) Minder
Nadere informatieWelcome. at Maastricht University
Welcome at Maastricht University Wees creatief met je cliënt! Over het opstellen en uitvoeren van uitdagende gedragsexperimenten in de CT voor eetstoornissen en obesitas Dr. Sandra Mulkens & Prof. Anita
Nadere informatieHet dunne schoonheidsideaal in de media.
Het dunne schoonheidsideaal in de media. Een analytische review naar de invloed van blootstelling aan het dunne schoonheidsideaal in tijdschriftadvertenties en televisiereclames op de lichaamsontevredenheid
Nadere informatieInleiding. (leerlingbegeleider op een vmbo-school)
9 1 Inleiding Er was eens een meisje Zij klopte op mijn deur. Ik deed open en zij zei: Ik heb een eetprobleem. Kom binnen, zei ik, wat moedig dat je hier komt om hulp te vragen. Dat is de eerste stap.
Nadere informatieMotivatie om te gaan bewegen
Motivatie om te gaan bewegen Onderzoek 5 Welke cognities zijn van invloed op de motivatie om te starten met een bewegingsprogramma? Motivatie Beweging: om te motivatie gaan bewegen Onderzoek 5 Angst voor
Nadere informatieHerken je de volgende verschijnselen bij jezelf? Dan kan het zijn dat er sprake is van een eetbuistoornis.
EEtbuIstOOrNIs EEtbuIstOOrNIs Wat is een eetbuistoornis? Een eetbuistoornis wordt ook wel Binge Eating Disorder (BED) genoemd. Mensen met een eetbuistoornis hebben regelmatig onbedwingbare en hevige eetbuien
Nadere informatiePredictoren voor behandelsucces bij de behandeling van eetbuistoornis Mirjam Lammers Klinisch psycholoog psychotherapeut
Predictoren voor behandelsucces bij de behandeling van eetbuistoornis Mirjam Lammers Klinisch psycholoog psychotherapeut Amarum, centrum voor eetstoornissen Wat is eetbuistoornis? Ongecontroleerd overeten
Nadere informatieAcademisch schrijven Inleiding
- In this essay/paper/thesis I shall examine/investigate/evaluate/analyze Algemene inleiding van het werkstuk In this essay/paper/thesis I shall examine/investigate/evaluate/analyze To answer this question,
Nadere informatieJuggling with Media. The Consequences of Media Multitasking for Adolescent Development. W.A. van der Schuur
Juggling with Media. The Consequences of Media Multitasking for Adolescent Development. W.A. van der Schuur Nederlandse Samenvatting [DUTCH SUMMARY] Nederlandse Samenvatting JONGLEREN MET MEDIA: DE GEVOLGEN
Nadere informatieLesbrief Nationaal Jeugd Musical Theater, Modelkind.
Lesbrief Nationaal Jeugd Musical Theater, Modelkind. In de voorstelling Modelkind A.A.A.H. ontwikkelt Claire een eetstoornis: Anorexia Nervosa. De ouders van Claire en Constance leggen veel druk op hun
Nadere informatiePERFECTIONISME. Liesbet Boone (Universiteit Gent & Eetexpert)
PERFECTIONISME Liesbet Boone (Universiteit Gent & Eetexpert) 1 Wat is perfectionisme? Een persoonlijkheidskarakteristiek gekenmerkt door: Het stellen van hoge standaarden voor zichzelf voor anderen Het
Nadere informatieTieners en diabetes: de verbinding maken tussen wetenschap en praktijk. Type 1 diabetes bij tieners: waar hebben we het dan eigenlijk over?
Tieners en diabetes: de verbinding maken tussen wetenschap en praktijk Type 1 diabetes bij tieners: waar hebben we het dan eigenlijk over? ZELF management 1 Prevalentie De omvang van het probleem Bron:
Nadere informatieDenken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van. zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten
Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten met diabetes mellitus type 2 in de huisartsenpraktijk Thinking
Nadere informatiede Rol van Persoonlijkheid Eating: the Role of Personality
De Relatie tussen Dagelijkse Stress en Emotioneel Eten: de Rol van Persoonlijkheid The Relationship between Daily Stress and Emotional Eating: the Role of Personality Arlette Nierich Open Universiteit
Nadere informatiehoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5
SAMENVATTING 117 Pas kortgeleden is aangetoond dat ADHD niet uitdooft, maar ook bij ouderen voorkomt en nadelige gevolgen kan hebben voor de patiënt en zijn omgeving. Er is echter weinig bekend over de
Nadere informatieSamenvatting (summary in Dutch)
Samenvatting (summary in Dutch) 149 Samenvatting (summary in Dutch) Één van de meest voorkomende en slopende ziektes is depressie. De impact op het dagelijks functioneren en op de samenleving is enorm,
Nadere informatieHeb ik een eetstoornis?
Heb ik een eetstoornis? Heb ik een eetstoornis? Eten is voor veel mensen belangrijk: het is gezellig, lekker en een centraal moment van de dag. Ook geeft het de broodnodige energie. Soms eten we wat minder,
Nadere informatie