Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf



Vergelijkbare documenten
Horizon Onderzoek bij ROC de Leijgraaf

Het vmbo van de toekomst. Strategische alliantie vmbo-mbo? Succesvol samenwerken kan!

Toelichting Indicatoren GJ MBO 2017

a. Instellingsgegevens; b. Indicator Percentage Nieuwe VSV ers van de studiejaren 2010/2011, 2011/2012, 2012/2013 en 2013/2014

FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE. Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek mei 2016

Mijlpalen in sturing en transparantie

RENDEMENTEN EN DIPLOMA S

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007

Gediplomeerden 2015 SOMA College

RENDEMENTEN EN DIPLOMA S

De deelname van dertigplussers in het mbo-onderwijs: de sectoren Techniek, Economie & Handel, Zorg & Welzijn, en Landbouw

Sociaal kapitaal: slagboom of hefboom? Samenvatting. Wil van Esch, Régina Petit, Jan Neuvel en Sjoerd Karsten

kwalificatieniveau en -status in mbo

TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs.

Handreiking voor het opstellen van het implementatieplan taal en rekenen. Korte versie

Samen voor onderwijs in Apeldoorn

Voortijdig schoolverlaters: een kwetsbare groep op de arbeidsmarkt

FINANCIËLE RAPPORTAGE FUNDEREND ONDERWIJS. Utrecht, november 2014

Salarissen en competenties van MBO-BOL gediplomeerden: Feiten en cijfers

Mobiliteit van leraren tussen onderwijssectoren

Onderstaand treft u de balans aan per 31 december Na de balans volgt een korte toelichting op de belangrijkste wijzigingen in de balans.

ontwikkeling van medewerkers

Feiten en cijfers. Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs. April 2016

Samenvatting effecten en resultaten Masterplan CGO Zuid-Holland

O-meting projectplan Versterken, Verbinden VSO/PrO en MBO (VVV ) (Maatregel 7) & onderdeel van ESF-project Bruggen bouwen

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OP INSTELLINGS- EN/ OPLEIDINGSNIVEAU. Leidse instrumentmakers School te Leiden

JAARREKENINGEN 2012 VAN INSTELLINGEN VOOR FUNDEREND ONDERWIJS. FINANCIEEL BEELD PER SECTOR Versie 1.0 definitief

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017

Servicedocument. Voor het opnemen van een continuïteitsparagraaf in het. Geïntegreerd Jaardocument 2013 en verder

Stromen door het onderwijs

Update door- en uitstroomcijfers participatie zonder startkwalificatie

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU

DECANOLOGICA LEERJAAR 2 VMBO

2e kwartaalrapportage 2014

De rol van HR diensten in de beweging naar meer eigenaarschap van onderwijsteam over onderwijskwaliteit

Inventarisatie verkorte bol-opleidingen op niveau 4

Studieloopbaanbegeleiding in het hbo: mogelijkheden en grenzen. Marinka Kuijpers & Frans Meijers

Wat gaan we doen? Colofon. Almeerse Scholen Groep. Koersplan maart 2015

Doelstelling Percentage en streefcijfers uitval naar onderwijssoort Haaglanden Tussenstand verloop dit schooljaar

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OP INSTELLINGS- EN OPLEIDINGSNIVEAU

ROC. Kop van Noord-Holland ROC IN BEELD. gewoon een goede school 2016 / 17. Kijk voor het geïntegreerd jaardocument 2016 op

Onderwijs in Kaart 2018 Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Noord-Brabant HBO

Memo Ongediplomeerde uitstroom vo / instroom mbo (2017) in Rijnmond

Tweede Kamer der Staten-Generaal

REGIONAAL OPLEIDINGENCENTRUM KOP VAN NOORD-HOLLAND

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2017

SAMENVATTING EVALUATIE PROGRAMMA SCHAKEL!

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken

Samenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Moerdijk

Erratum Jaarboek onderwijs 2008

Trendanalyse

Feiten en cijfers. Afgestudeerden en uitvallers in het hoger beroepsonderwijs. Mei 2015

1. Teller UZS in RMC Regio Utrecht

Erkend leerbedrijf. dáár wordt het vak geleerd. horeca bakkerij reizen recreatie facilitaire dienstverlening

Het gebruik van studiefinanciering met de verkeerde intenties

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OP INSTELLINGS- EN OPLEIDINGSNIVEAU. F. van Wetten

ERVAREN WERKDRUK IN HET MBO

Instroommogelijkheden in het mbo. T. Eimers E. Keppels P. den Boer

Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting

Onderwijs in Kaart 2018 Cijfermatige onderwijsontwikkelingen in Noord-Brabant MBO

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2017

Verantwoordingsdocument September 2014 PERSONEELSPLAN

Presenteer je eigen onderzoek op de Mbo Onderzoeksdag op 12 november 2015!

Wendbaar en waarde(n)vol onderwijs!

Piter Jelles Strategisch Perspectief

Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen

18 maart 2008 VSV/DIR/2008/9403

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK BIJ ROC WEST-BRABANT FLORIJN COLLEGE. Opleidingen Commercieel medewerker

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. Sociaal Pedagogisch Werker

Presenteer je eigen onderzoek op de Mbo Onderzoeksdag op 12 november 2015!

Uitstroommonitor praktijkonderwijs Samenvatting van de monitor en de volgmodules najaar 2014

BENCHMARK OP MAAT. 1 Inleiding 2 2 Observaties en indeling naar omzet 3 3 De parameters 4 4 Resultaten 5 5 Conclusie 12. Bijlage

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. ROC Zadkine te Rotterdam. Sport- en bewegingsbegeleider Sport- en bewegingsleider

Uitleg van de figuren VO 1

Rapportage Leerlingtevredenheid. Samenvatting van leerlingtevredenheidsmetingen onder 57 ECABO- leerbedrijven

Memo Ongediplomeerde uitstroom vo / instroom mbo (2016) in Rijnmond

index Technocentrum Kwantitatieve regioanalyse technisch beroepsonderwijs Provincie Noord-Brabant

Besluit tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit WEB met name in verband met het afschaffen van de cascadebekostiging

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. ROC West-Brabant Prinsentuin College te Etten-Leur

Arbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs Midden-Brabant

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. Roelof van Echten College PRO

Onderwijs in Kaart 2018 West- Brabant

Entreeopleiding Wat betekent de entreeopleiding in de praktijk?

Uitwerking berekening prestatieanalyse (voortgezet) speciaal onderwijs 2017

Opzet van het onderzoek. ROC de Leijgraaf

Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen

Factsheet Competenties Ambtenaren

Afgestudeerden en uitvallers in Avans en het hoger beroepsonderwijs

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014

Veranderende zorg: Eenvisie op de zorgverlenervan de toekomst en de opleiding.

Impressie Benchmark Medische Technologie 2013

Interim-management en advies Financiële specialisten voor de overheid en not for profit

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK HAVO

Loopbanen in het onderwijs? Analyse van de loopbaanontwikkeling van onderwijspersoneel

Mobiliteit. Antoine De Saint Exupéry

Aanval op schooluitval

Arbeidsmarkt in Beeld: Onderwijs Noordoost-Brabant

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt

Transcriptie:

Onderzoeksresultaten 2009 ROC de Leijgraaf

Colofon Titel Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf. Auteurs Sietske Waslander, Maaike van Kessel en Maartje van der Weide Datum Februari 2009 Projectnummer 30271 Dit rapport is tot stand gekomen in samenwerking tussen het Expertisecentrum Beroepsonderwijs (ecbo), ROC de Leijgraaf en Kessel & Oosterhof en maakt deel uit van een meerjarig ecbo-onderzoek naar transformatieprocessen in roc s. Expertisecentrum Beroepsonderwijs Postbus 1585 5200 BP s-hertogenbosch T 073 687 25 00 www.ecbo.nl ecbo 2009 Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, op welke andere wijze dan ook, zonder vooraf schriftelijke toestemming van de uitgever.

Inhoudsopgave Deel I Structuur: het dashboard... 9 1 Methodologie en dataverzameling...11 1.1 Dataverzameling... 11 1.2 Leeswijzer... 11 2 Indicatoren legitimering...13 2.1 Benchmark MBO... 13 2.2 Indicatoren De Leijgraaf... 19 3 Indicatoren roc als geheel...23 3.1 Cijfer cgo... 23 3.2 Verhouding op/oop en obp... 23 3.3 Afspraken bedrijfsleven... 23 3.4 Voortijdig schoolverlaters... 24 3.5 Solvabiliteit & liquiditeit... 24 3.6 Jaarrekening... 24 4 Indicatoren medewerkers...27 4.1 Ziekteverzuim... 27 4.2 Medewerkerstevredenheid... 27 4.3 Voortgang functionerings- en beoordelingscyclus... 28 4.4 Strategische personeelsplanning... 28 5 Indicatoren deelnemers...29 5.1 Studieduur... 29 5.2 Gebruik vrije keuze leereenheden... 29 5.3 Begeleiding geregeld... 30 5.4 Deelnemerstevredenheid... 30 5.5 Verzuimmeldingen... 30 5.6 Invulling bpv... 30 5.7 Deelnemers doel bereikt... 30 5.8 Doorstroom naar hbo... 31 5.9 Intern opstroomresultaat... 31 5.10 Terugkeerpatroon... 31 5.11 Deelnemerstevredenheid terugkijkend... 31 6 Afsluitend...33 Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf ecbo 3

Deel II Agency: de interviews... 35 7 Methodologie & dataverzameling... 37 8 Integraal herontwerp... 39 8.1 Waar is men het over eens?...39 8.2 Welke accenten worden gelegd?...40 8.3 Wat zijn discussiepunten?...41 9 Beroepsgerichte pedagogiek & didactiek... 43 9.1 Waar is men het over eens?...43 9.2 Welke accenten worden gelegd?...43 9.3 Wat zijn discussiepunten?...44 10 Begeleiding van deelnemers... 45 10.1 Waar is men het over eens?...45 10.2 Welke accenten worden gelegd?...46 10.3 Wat zijn discussiepunten?...46 11 Flexibiliteit... 47 11.1 Waar is men het over eens?...47 11.2 Welke accenten worden gelegd?...48 11.3 Wat zijn discussiepunten?...48 12 Werken in teams... 51 12.1 Waar is men het over eens?...51 12.2 Welke accenten worden gelegd?...51 12.3 Wat zijn discussiepunten?...52 13 Regionale inbedding... 55 13.1 Waar is men het over eens?...55 13.2 Welke accenten worden gelegd?...56 13.3 Wat zijn discussiepunten?...56 14 Tot besluit... 59 14.1 Financiële crisis...59 14.2 Strategisch personeelsbeleid...60 14.3 Vernieuwen als evenwichtskunst...60 15 Klankbordgroep... 63 15.1 Algemeen...63 15.2 Conclusie...66 4 ecbo Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf

Woord vooraf ROC de Leijgraaf heeft de ambitie om zich de komende jaren te transformeren tot een kennisonderneming. Om die transitie te maken, is een grootschalig veranderproces in gang gezet onder de noemer integraal herontwerp. Dit herontwerp van ROC de Leijgraaf steunt op vijf pijlers. Door deze pijlers in te vullen en te versterken, beoogt De Leijgraaf de transformatie te maken naar een kennisonderneming. Deze pijlers zijn: 1 beroepsgerichte didactiek & pedagogiek; 2 begeleiding van deelnemers; 3 flexibiliseren; 4 werken in teams; 5 regionale inbedding. ROC de Leijgraaf laat dit ingrijpende vernieuwingsproces onderzoeken. In het eerste rapport van het Horizononderzoek is de opzet van het meerjarige onderzoek uitgebreid omschreven. De hoofdvraag voor het onderzoek is in welke mate de beoogde doelen van dit transformatieproces worden gerealiseerd. Het gaat hierbij om effecten voor deelnemers, medewerkers en het roc als geheel. We beschrijven wát er verandert. Als aanvulling op deze beschrijving beoogt het onderzoek ten tweede kennis te ontwikkelen over het hóe en waaróm van het realiseren dan wel uitblijven van de beoogde veranderingen. Conceptueel kader Om recht te doen aan de beoogde transformatie én de doelen van het onderzoek, ontwikkelden we een conceptueel kader voor Horizon. Voor een uitgebreide onderbouwing en toelichting van het conceptueel kader verwijzen we naar het eerste rapport van het Horizononderzoek Opzet van het onderzoek. Het kader is gebaseerd op het publieke waarde model en de institutionele theorie. Het publieke waarde model sluit goed aan bij de ambities, denk- en werkwijze van ROC de Leijgraaf. De Leijgraaf heeft de ambitie om een kennisonderneming te worden. Het wil bijdragen aan het versterken van de regionale economie en kansen voor diens inwoners vergroten. Dat zijn bij uitstek publieke doelstellingen. Om die ambitie te realiseren, is steun nodig van vele partijen, waaronder het omringende bedrijfsleven, de gemeenten, deelnemers en hun ouders, medewerkers en andere organisaties. Voor het realiseren van de publieke doelen wil De Leijgraaf duurzame relaties vormen met bedrijven en instellingen in de regio (organisatiecapaciteit). In een dergelijk netwerk kunnen organisaties een beroep doen op elkaars hulpbronnen. Om als organisatie voort te kunnen bestaan, moet De Leijgraaf voldoende legitimiteit verwerven en behouden bij tal van relevante partijen, zoals deelnemers en hun ouders, medewerkers, het regionale bedrijfsleven, de Inspectie van het Onderwijs en de overheid. Naast het publieke waarde model maken we gebruik van de institutionele theorie. Volgens deze theorie zorgen sociale en culturele factoren voor zogeheten institutionele druk. De invloed kan direct of indirect zijn, de vorm aannemen van duidelijk zichtbare en herkenbare regels maar ook van moeilijk grijpbare en vaak impliciete opvattingen. Om de institutionele theorie te operationaliseren voor dit onderzoek, gebruiken we twee centrale begrippen: structuur en agency. 1 Structuur verwijst hier naar wat ook wel de harde kant van 1 In dit rapport gebruiken we de Nederlandse term structuur en de Engelse term agency naast elkaar. Het begrip agency laat zich slecht vertalen naar een passend Nederlandse begrip. Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf ecbo 5

organisaties wordt genoemd: beleid, wetten en regels, systemen, organisatievormen, financiële middelen, gebouwen en zo verder. Agency verwijst naar wat mensen daar mee doen, inventief en creatief als zij zijn. Volgens de institutionele theorie is het proces van continuïteit en verandering te begrijpen als een voortdurende wisselwerking tussen structuur en agency. Conceptueel kader Indicatoren ROC als geheel Cijfer CGO Instellingssucces Opleidingssucces Deelnemersucces Pijlers Regionale inbedding Legitimering Extern opstroomresultaat Intern opstroomresultaat Deelnemers/fte OP Financiële kengetallen Outcomes Competente regio Aanmeldingen VMBO Oordeel inspectie Werkhypothesen Integraal Herontwerp Indicatoren Afspraken regionale bedrijfsleven Met opmerkingen [DD1]: In figuur wijzigen: Dubbele aanhalingstekens vervangen door enkele (onder Pijlers en Outcomes) In linker kolom: CGO: cgo OP-OOP/OBP: op-oop/obp BPV: bpv In rechter kolom: HBO: hbo Rechts bovenaan: VMBO: vmbo Helemaal links (buiten grijze vlak): ROC als geheel: Roc als geheel Tekst is redelijk slecht leesbaar, wellicht iets groter als mogelijk is Medewerkers Verhouding OP-OOP/OBP Ziekteverzuim Medewerkertevredenheid Voortgang FO/BO Werken in teams Gezonde maatschappelijke onderneming Aantrekkelijke werkgever Voortijdig schoolverlaters Solvabiliteit Jaarrekening Strategische personeelsplanning indicator Met opmerkingen [JvdB2]: Maaike: heb jij oorspronkelijke figuur, waarin we bewerkingen van redacteur kunnen aanbrengen? Ja zie bijlage Deelnemers Begeleiding geregeld Studieduur Gebruik ballen Deelnemertevredenheid Begeleiden deelnemers Flexibiliseren naar inhoud, vorm, plaats, tempo & niveau Ballenbak Professionele beroepskrachten Responsieve beginnende beroepsbeoefenaren Deelnemers doel bereikt Doorstroom naar HBO Intern opstroomresultaat Aantal verzuimmeldingen Invulling BPV Beroepsgerichte pedagogiek & didactiek Terugkeerpatroon Deelnemertevredenheid terugkijkend Organisatiecapaciteit Publieke Waarde In de figuur is het conceptuele model samengevat. In het eerste rapport van het Horizononderzoek is het model en in de invulling daarvan nader toegelicht. ROC de Leijgraaf heeft een aantal publieke doelstellingen. Deze zijn in de figuur weergegeven onder outcomes. Op het niveau van het roc als geheel wil De Leijgraaf 1. bijdragen aan een competente regio en 2. een gezonde maatschappelijke onderneming zijn. Dit laatste is onder meer nodig om de continuïteit van de instelling te waarborgen. Op het niveau van medewerkers beoogt De Leijgraaf 3. een aantrekkelijke werkgever te zijn en 4. te werken met professionele beroepskrachten. Op het niveau van deelnemers is het voornaamste doel 5. responsieve beginnende beroepsbeoefenaren op te leiden. Het integraal herontwerp waarmee ROC de Leijgraaf deze publieke doelstellingen (outcomes) beoogt te realiseren, bestaat uit vijf pijlers. Die pijlers zijn in de figuur weergegeven onder organisatiecapaciteit. Voor het roc als geheel gaat het om 1. het realiseren van regionale inbedding, met behulp van duurzame samenwerkingsrelaties met omringende bedrijven en instellingen. Op het niveau van medewerkers is er een pijler 2. die bestaat uit het werken in teams en een pijler 3. die zich richt op het intensiveren van het begeleiden van deelnemers door docenten. Deze derde pijler ligt tussen het niveau van de 6 ecbo Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf

medewerkers (zij begeleiden) en het niveau van de deelnemers (daar verwachten we de beoogde effecten) in. Het werken in teams wordt gezien als een belangrijk middel om voldoende flexibiliteit voor deelnemers te creëren. Op het niveau van deelnemers wordt ingezet op 4. flexibiliseren van het onderwijs. De ballenbak is hier een onderdeel van. De laatste pijler betreft 5. het versterken van een beroepsgerichte pedagogiek en didactiek. Dat betekent bijvoorbeeld dat praktijkleren een grotere plaats gaat innemen in het leerproces van deelnemers. Het gaat dan zowel om praktijkleren binnen de school zelf als praktijkleren buiten de school. De publieke waarden die De Leijgraaf creëert, dan wel geacht wordt te creëren, staan niet vast, maar zijn onderwerp van discussie. Inherent aan publieke waarden is dat ze onderdeel zijn van publieke discussie. De Leijgraaf moet daarom voortdurend legitimiteit behouden voor wat ze doen en verwerven voor wat ze van plan is te doen. Deze legitimiteit kan verworven worden door te voldoen aan wetten en regels, maar daarnaast is ook het verwerven van voldoende draagvlak en waardering van belanghebbenden cruciaal. Zo kunnen deelnemers, ouders en bedrijven legitimiteit verschaffen. Daarnaast zijn er vaak vele actoren die de legitimiteit in twijfel trekken. Dat kunnen politieke partijen en actiegroepen zijn, maar bijvoorbeeld ook ontevreden deelnemers of medewerkers die (voortijdig) het roc verlaten. Conform het publieke waarde model, is in de figuur ook een onderdeel legitimering opgenomen. We beperken dat aspect tot de legitimering van het roc als geheel in relatie tot de omgeving. Het onderzoek zal geen aandacht besteden aan de legitimering van specifieke onderdelen van De Leijgraaf binnen, dan wel buiten het roc. Met de vijf pijlers tracht ROC de Leijgraaf de komende jaren de beoogde doelen te realiseren. Daarbij moet worden opgemerkt dat er niet een één-op-één-relatie wordt verondersteld tussen, bijvoorbeeld, de pijler regionale inbedding en het beoogde doel competente regio. Het gaat als gezegd om een integraal herontwerp waarmee een integrale verandering wordt beoogd. We beschouwen de veronderstelde relaties tussen enerzijds de vijf pijlers van het integraal herontwerp en anderzijds de vijf geformuleerde doelen als een set samenhangende werkhypothesen. Het onderzoek probeert na te gaan in welke mate de beoogde doelen worden gerealiseerd op elk van de niveaus en vervolgens wat de mogelijke bijdrage van de vijf pijlers daarbij is. Omdat het gaat om het integrale karakter van de verandering en de onderlinge samenhang tussen interventies, richt het onderzoek zich primair op het complete beeld en niet op één afzonderlijk aspect. Structuur In de figuur gaat het alleen om structuurelementen. Om die te meten, maken we gebruik van een verzameling indicatoren. De beschrijving van de methode en de indicatoren vormt deel I van deze deelrapportage. Agency De kracht van het conceptuele kader schuilt in de combinatie van structuur en agency. Om die agency-elementen te onderzoeken maken we gebruik van jaarlijkse interviews, longitudinale casestudies en een vragenlijst om zicht te krijgen op de waarden over onderwijs van verschillende groepen betrokkenen. In deel II van dit rapport richten we ons alleen op de eerste interviewronde. In volgende rapporten zullen ook de casestudies en het onderzoek naar waarden aan bod komen. Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf ecbo 7

8 ecbo Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf

Deel I Structuur: het dashboard Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf ecbo 9

10 ecbo Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf

1 Methodologie en dataverzameling De lichtgekleurde blokken in de figuur in het woord vooraf geven aan met welke indicatoren we de komende jaren de ontwikkelingen gaan volgen. Het gaat hier alleen om structuurelementen. We streven naar een compacte set indicatoren. Een belangrijke voorwaarde is bovendien dat de gegevens beschikbaar zijn, dan wel op relatief eenvoudige wijze beschikbaar gemaakt kunnen worden. Een belangrijk uitgangspunt bij het onderzoek was dat zoveel mogelijk aangesloten zou worden bij bestaande en lopende vormen van gegevensverzameling. Al met al heeft dat voor alle componenten van het model geleid tot indicatoren die direct gerelateerd zijn aan de ingezette transformatie, aangevuld met indicatoren die verwijzen naar de bredere concepten. Voor de component legitimering maken we onder meer gebruik van cijfers zoals die landelijk worden verzameld in de benchmark MBO. 2 Wil De Leijgraaf haar legitimiteit in het veld behouden, dan is het van belang dat het roc niet in negatieve zin uit de pas gaat lopen met andere roc s. De gegevens uit de benchmark dienen daarom om de positie van De Leijgraaf ten opzichte van andere roc s te belichten. Conform de institutionele theorie gaat van een dergelijke benchmark een zekere institutionele druk uit, nog los van de vraag of roc s de indicatoren onderschrijven. De benchmark bestaat en heeft alleen al daardoor invloed. Het gaat ons er niet om dat elke indicator de best denkbare maat voor één van de afzonderlijke aspecten (pijlers en outcomes) is. Het gaat ons om het verkrijgen van een adequaat beeld van het totaal. Ook merken we hier nogmaals op dat de indicatoren relevant zijn, maar niet op zichzelf staan in het onderzoek. Steeds gaan we na welke betekenis betrokkenen er zelf aan geven om de cijfers adequaat te kunnen interpreteren. 1.1 Dataverzameling De informatie voor de indicatoren betrekken we uit de benchmark MBO van PriceWaterhouseCoopers, het dashboard van ROC de Leijgraaf en wordt aangevuld met specifieke informatie waar nodig. 3 Waar mogelijk, bieden we ook inzicht in gegevens van een aantal jaar geleden tot nu. De indicatoren zullen jaarlijks worden geactualiseerd rond 1 november, wanneer nieuwe gegevens beschikbaar zijn. 1.2 Leeswijzer In het conceptueel kader wordt onderscheid gemaakt tussen indicatoren voor de drie componenten van het model (legitimering, organisatiecapaciteit en outcomes) en binnen de componenten organisatiecapaciteit en outcomes voor het niveau van het roc als geheel, de medewerkers en de deelnemers. We kijken als eerste naar de indicatoren met betrekking tot legitimering. We vergelijken hiervoor de prestaties van De Leijgraaf met die van het gemiddelde Nederlandse regionaal opleidingen centrum (roc). Het gaat hierbij onder meer om opleidings- en deelnemerssucces, startkwalificatiesucces en financiële kengetallen. Dit 2 De benchmark wordt uitgevoerd in opdracht van de MBO Raad. 3 De benchmark MBO loopt minimaal één jaar achter op de huidige teldatum. Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf ecbo 11

doen we met behulp van de benchmark MBO. Daarnaast kijken we (alleen voor De Leijgraaf) naar deelnemersaantallen, de aanmeldingen van het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo) en het aantal deelnemers per fte 4. Als tweede bespreken we een set indicatoren op het niveau van het roc als geheel. Dit zijn onder meer cijfers over schooluitval en afspraken met het regionale bedrijfsleven. Als derde komen indicatoren van de medewerkers aan bod. Indicatoren die hier gebruikt worden, zijn onder andere de medewerkerstevredenheid en een strategische personeelsplanning indicator. De laatste set indicatoren heeft betrekking op de deelnemers. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om het gebruik van vrije keuze leereenheden (vkl s), deelnemerstevredenheid en verzuimmeldingen. Deze eerste inventarisatie van de indicatoren biedt inzicht in de stand van zaken binnen ROC de Leijgraaf op een aantal niveaus. De nadruk ligt in dit rapport vooral op het beschrijven van de indicatoren. In volgende rapporten zal meer nadruk liggen op het vergelijken tussen de jaren. Bij de benaming van de indicatoren sluiten we zoveel mogelijk aan bij de benaming zoals die gangbaar is binnen ROC de Leijgraaf. 4 Fte: fulltime-equivalent. 12 ecbo Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf

2 Indicatoren legitimering Om zicht te krijgen op de component legitimering, vergelijken we De Leijgraaf met andere roc s. Dit doen we met behulp van de benchmark MBO in paragraaf 3.1. In 3.2 komen vervolgens nog indicatoren aan bod die alleen betrekking hebben op De Leijgraaf. 2.1 Benchmark MBO De indicatoren uit de benchmark MBO (zie tabel 2.1) bieden inzicht in de prestaties van De Leijgraaf door de jaren heen. Daarnaast kan met deze indicatoren ook een vergelijking gemaakt worden met andere roc s en mbo-instellingen. Tabel 2.1 Indicatoren legitimering benchmark MBO Indicator Toelichting Instellingssucces Aantal gediplomeerden van een instelling/aantal gediplomeerde + aantal ongediplomeerde verlaters van die instelling in dat jaar Opleidingssucces Aantal gediplomeerden dat de opleidingssector verlaat/aantal deelnemers dat opleidingssector in dat jaar verlaat Deelnemerssucces Aantal gediplomeerden dat het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) in een jaar verlaat/aantal deelnemers dat het mbo in dat jaar verlaat Intern opstroomresultaat Aantal gediplomeerden dat zich inschrijft voor een opleiding met een hoger niveau dan het behaalde diploma Extern opstroomresultaat Aantal gediplomeerden bol 4 5 dat doorstroomt naar het hoger beroepsonderwijs (hbo) Startkwalificatiesucces Aantal mbo'ers dat het mbo met een startkwalificatie verlaat en bij binnenkomst nog geen startkwalificatie had Financiële kengetallen Solvabiliteit, rentabiliteit, liquiditeit en de kostenopbouw personeel en instelling Gewogen deelnemers per Het aantal gewogen deelnemers per fte onderwijzend personeel (op) fte OP De benchmark MBO is gepubliceerd op 30 maart 2009. De indicatoren zijn gebaseerd op het schooljaar 2006-2007. Voor de financiële gegevens is gebruikgemaakt van boekjaar 2007. Wij hebben ervoor gekozen om de gegevens van De Leijgraaf steeds af te zetten tegen het gemiddelde van alle roc s in de benchmark. De vakscholen en agrarische opleidingscentra (aoc s) hebben we, tenzij anders aangegeven, in de vergelijking buiten beschouwing gelaten. Instellingssucces De indicator instellingssucces is het totaal aantal gediplomeerde deelnemers van een instelling in een jaarperiode gedeeld door ditzelfde aantal plus het aantal ongediplomeerde instellingverlaters. 5 Bol: beroepsopleidende leerweg. Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf ecbo 13

72,9% 68,1% 56,0% 65,3% 57,3% 62,4% 69,2% 61,9% 72,4% 70,2% 71,5% 70,4% In het teljaar 2006-2007 is het instellingssucces van De Leijgraaf 68%. Zij zitten daarmee vrijwel op het gemiddelde. De Leijgraaf laat 33 instellingen achter zich en 32 instellingen scoren hoger (inclusief vakscholen en aoc s). Het instellingssucces is in figuur 2.1 en 2.2 uitgesplitst naar niveau en naar leeftijdscategorie. Figuur 2.1 Bron benchmark MBO 2006-2007 100% 75% Instellingssucces per niveau 50% 25% De Leijgraaf Gemiddeld roc 0% Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Het instellingssucces per niveau van De Leijgraaf wijkt bij niveau 1 iets naar beneden af. Wat betreft niveau 2 scoort De Leijgraaf juist wat beter dan gemiddeld. Figuur 2.2 Bron benchmark MBO 2006-2007 100% 75% 50% 25% 0% Instellingssucces per leeftijdscategorie Tot en met 23 jaar Ouder dan 23 jaar De Leijgraaf Gemiddeld roc Het instellingssucces van deelnemers tot 23 jaar is bij De Leijgraaf wat hoger dan gemiddeld. Bij de deelnemers boven 23 is het 9,3%-punt lager dan bij het gemiddelde roc. Opleidingssucces Het opleidingssucces is een indicator vanuit opleidingsperspectief. Dit is gedefinieerd als het aantal gediplomeerden dat de opleidingssector verlaat, gedeeld door het aantal deelnemers dat de opleidingssector in dat jaar verlaat. 14 ecbo Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf

52,0% 46,6% 52,3% 51,6% 75,8% 72,5% 80,6% 78,6% 69,0% 61,8% 55,0% 61,3% 69,1% 66,3% Figuur 2.3 Bron benchmark MBO 2006-2007 100% 75% Opleidingssucces per sector 50% 25% 0% Economie Techniek Zorg & Welzijn De Leijgraaf Gemiddeld roc De opleidingen in de benchmark zijn geclusterd naar vier sectoren: Economie, Agrarisch, Techniek en Zorg & welzijn. Per sector wordt aangeven welk percentage van de deelnemers de opleiding verlaat met een diploma. De sector Agrarisch wordt buiten beschouwing gelaten aangezien de Leijgraaf deze opleidingen niet aanbiedt. Binnen de sectoren Economie en Zorg & welzijn scoort de Leijgraaf hoger dan een gemiddeld roc (zie figuur 2.3). Het opleidingssucces van de technische opleidingen is lager dan gemiddeld. Het verschil is het grootst bij Economie (7,2%-punt). Deelnemerssucces Het deelnemerssucces (zie figuur 2.4) is het aantal gediplomeerden dat het mbo in een jaar verlaat als percentage van het aantal deelnemers (dus gediplomeerden plus ongediplomeerden) dat het mbo in dat jaar verlaat. Het verschil tussen instellingssucces en de andere twee (opleidings- en deelnemerssucces) is dat bij instellingssucces degenen geteld worden die dat jaar een diploma gehaald hebben, ongeacht of ze de instelling verlaten hebben of niet. Bij de andere twee tellen alleen de gediplomeerde uitstromers mee, ongeacht waar en in welk jaar zij het diploma gehaald hebben. Figuur 2.4 Bron MBO Benchmarck 2006-2007 100% 75% Deelnemerssucces per niveau 50% 25% De Leijgraaf Gemiddeld roc 0% Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Het deelnemerssucces van De Leijgraaf is iets hoger dan dat van een gemiddeld roc. Dit geldt voor alle niveaus. Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf ecbo 15

Overige succesindicatoren Er zijn nog drie andere succesindicatoren. Het intern opstroomresultaat geeft aan hoeveel gediplomeerden doorstromen naar een hoger niveau binnen het roc. Dit ligt bij De Leijgraaf lager dan gemiddeld (zie tabel 2.2). Minder deelnemers schrijven zich na het behalen van hun diploma in voor een opleiding met een hoger diplomaniveau. Tabel 2.2 Overige kengetallen succes De Leijgraaf % Gemiddeld roc % Intern opstroomresultaat 44,8 46,7 Extern opstroomresultaat 59,0 52,0 Startkwalificatiesucces 63,7 67,1 Het extern opstroomresultaat geeft het aantal bol 4-deelnemers weer dat doorstroomt naar het hbo. Dit is bij De Leijgraaf hoger dan een gemiddeld roc. De laatste indicator is het startkwalificatiesucces. Het aantal deelnemers dat zonder startkwalificatie binnenkomt en de instelling verlaat met een startkwalificatie is bij De Leijgraaf lager dan bij een gemiddeld roc. Financiële kengetallen De financiële kengetallen bieden inzicht in de kostenopbouw van een instelling. In figuur 2.5 zijn alle kosten uitgesplitst. De Leijgraaf lijkt hierin, met uitzondering van de overige kosten, niet veel af te wijken van het gemiddelde. Figuur 2.5 Bron benchmark MBO 2006-2007 Kostenopbouw instelling 100% 19,9% 15,5% 7,2% 5,4% Overige kosten 75% 5,5% 7,0% 1,1% 4,6% Huisvestingskosten 50% Afschrijvingen 25% 66,6% 67,1% Overige personele kosten Personeelskosten 0% De Leijgraaf Gemiddeld roc 16 ecbo Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf

In figuur 2.6 zijn de personeelskosten uitgesplitst. Hieruit blijkt dat De Leijgraaf verhoudingsgewijs meer onderwijzend personeel in dienst heeft dan gemiddeld. Vanzelfsprekend liggen hierdoor de percentages in de categorieën directie en management en (in)direct onderwijsondersteunend personeel lager. Een andere indicator op personeelsgebied is het aantal gewogen deelnemers per fte onderwijzend personeel. Dit is bij De Leijgraaf 16,2. Dit is iets (0,3) onder het gemiddelde. Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf ecbo 17

Figuur 2.6 Bron benchmark MBO 2006-2007 Opbouw personeelskosten 100% 4,6% 5,1% 75% 11,9% 14,5% 10,6% 13,2% Directie en management 50% 25% 72,9% 67,2% Indirect onderwijsondersteun end personeel Direct onderwijsondersteun end personeel Onderwijzend personeel 0% De Leijgraaf Gemiddeld roc Als laatste zijn er nog een paar kengetallen over de financiële prestaties (zie tabel 2.3). Onder solvabiliteit wordt het eigen vermogen als percentage van het totaal vermogen verstaan. Dit percentage (43,5%) wijkt bij De Leijgraaf nauwelijks af van het gemiddelde. De rentabiliteit is het resultaat van de gewone bedrijfsvoering als percentage van de baten van de gewone bedrijfsvoering. Deze indicator staat op -1,4% en is dus negatief. Als laatste wordt onder liquiditeit de vlottende activa gedeeld door de kortlopende schulden verstaan. Hierin wijkt De Leijgraaf vrijwel niet af van het gemiddelde. Over het algemeen draait De Leijgraaf net quitte of met enig verlies. Tabel 2.3 Kengetallen 'financiële prestaties' De Leijgraaf % Gemiddeld roc % Solvabiliteit 43,5 45,0 Rentabiliteit -1,4 3,2 Liquiditeit 1,0 1,1 Samenvattend Op basis van de gegevens uit de benchmark MBO over het schooljaar 2006/2007 kunnen we concluderen dat De Leijgraaf op alle indicatoren in overeenstemming scoort met het hele mbo-veld. 18 ecbo Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf

2.2 Indicatoren De Leijgraaf Naast de benchmark MBO is er nog een aantal andere indicatoren dat iets zegt over legitimering. Deze zijn alleen beschikbaar voor De Leijgraaf, een vergelijking met andere roc s is dus niet mogelijk. Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf ecbo 19

Tabel 2.4 Indicatoren legitimering De Leijgraaf Indicator Toelichting Deelnemersaantallen Aanmeldingen vmbo ten opzichte van vorig jaar Aantal deelnemers per FTE (direct) Voor de instelling en per afdeling (1 oktober telling) Aandeel vmbo-eindexamenkandidaten uit regio 36B dat kiest voor ROC de Leijgraaf Aantal deelnemers per fte onderwijs (ondersteunend) personeel Deelnemersaantallen De deelnemersaantallen zijn relevant als algemene informatie, maar ook om inzicht te krijgen in groei of krimp van De Leijgraaf. In tabel 2.5 staat het aantal deelnemers per afdeling en leerweg. Tabel 2.5 Deelnemersaantallen Afdeling Leerweg 05/'06 06/'07 07/'08 08/'09 09/'10 Economie Bol 1.340 1.342 1.338 1.349 1.387 Bbl 566 658 704 758 824 Dt bol 169 94 153 139 143 Totaal 2.075 2.094 2.195 2.246 2.354 GWOO 6 Bol 1.191 1.306 1.381 1.403 1.407 Bbl 274 315 365 465 522 Totaal 1.465 1.621 1.746 1.868 1.929 Loopbaancemtrum (AKA) 7 Bol - 54 71 82 104 Bbl - 6 0 0 Totaal - 54 77 82 104 ICTO 8 Bol 386 384 439 445 458 Totaal 386 384 439 445 458 Techniek Bol 781 712 692 691 707 Bbl 942 1161 1.284 1.346 1.339 Dt bol - - 1 0 0 Totaal 1.723 1.873 1.977 2.037 2.046 Eindtotaal 5.649 6.026 6.434 6.678 6.891 Stijging ten opzichte van voorgaande jaar - 7 7 4 3 Het aantal deelnemers groeit in alle afdelingen. De laatste twee jaar neemt de groei wel iets af. Bij Techniek wordt in de interviews (zie deel II) gesproken over een sterke daling van het aantal deelnemers. In de tabel zijn enkele verschuivingen zichtbaar, maar geen grote daling. We weten echter niet hoe in hoeverre verschuivingen tussen opleidingen een rol spelen. Aanmeldingen vmbo Het aantal aanmeldingen vanuit het vmbo zegt iets over het marktaandeel van De Leijgraaf in de regio. Het marktaandeel is 37% (dashboard november 2009). 6 GWOO: de afdeling Gezondheidszorg, Welzijn, Opvoeding & Onderwijs. 7 AKA: Arbeidsmarktgekwalificeerd Assistent. 8 ICTO: Informatie Communicatie Technologie Opleiding 20 ecbo Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf

Aantal deelnemers per fte De laatste indicator op het niveau van het gehele roc is het aantal deelnemers per fte. Dit is ook een indicator in de benchmark MBO. Deze loopt echter minstens een jaar achter en daarom maken we ook gebruik van de data van De Leijgraaf. Het aantal deelnemers per fte is 21 (dashboard november 2009). Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf ecbo 21

22 ecbo Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf

3 Indicatoren roc als geheel De tweede set indicatoren heeft betrekking op de inrichting van het onderwijs. Deze data is alleen afkomstig van De Leijgraaf en zal dus niet vergeleken worden met andere roc s. Omdat dit het eerste onderzoeksjaar is kunnen de indicatoren nog niet vergeleken worden met andere jaren. In de komende onderzoeksjaren kunnen de indicatoren tegen elkaar afgezet worden. De indicatoren in tabel 3.1 hebben betrekking op het niveau van het roc als geheel. De meeste van deze indicatoren vormen een maat voor de vijf pijlers (de organisatiecapaciteit). Tabel 3.1 Indicatoren roc als geheel Indicator Toelichting Cijfer cgo 9 Verhouding op/oop-obp Invulling bpv 10 Afspraken bedrijfsleven Vsv'ers 11 Solvabiliteit exclusief voorzieningen Jaarrekening Nog te ontwikkelen indicator op basis van De Leijgraafplanner Verhouding tussen direct en indirect personeel Aantal bpv-bedrijven en de regionale spreiding Convenanten, contracten Aantal deelnemers jonger dan 23 jaar dat zonder startkwalificatie De Leijgraaf heeft verlaten Het eigen vermogen als percentage van het totaal vermogen Inkomsten en uitgaven 3.1 Cijfer cgo Nog te ontwikkelen indicator op basis van de Leijgraafplanner. Biedt inzicht in de stand van zaken wat betreft de invoering van cgo. 3.2 Verhouding op/oop en obp De verhouding tussen het onderwijzend personeel/onderwijsondersteunend personeel en ondersteunend personeel is 2,1 (dashboard november 2009). 3.3 Afspraken bedrijfsleven Regionale inbedding is een van de vijf pijlers onder het integraal herontwerp. Het aantal en het soort overeenkomsten zegt iets over de mate van inbedding. De afspraken kunnen op meerdere niveaus aanwezig zijn. Het kan gaan om convenanten tot samenwerking, denk hierbij aan de leerafdelingen. Maar ook contractactiviteiten voor scholing van werknemers. De belangrijkste wijze waarop deelnemers van De Leijgraaf met de regio in contact komen, 9 Cgo: competentiegericht onderwijs. 10 Bpv: beroepspratkijkvorming. 11 Vsv: voortijdig schoolverlaten. Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf ecbo 23

is tijdens de stage. Deze indicator zegt iets over het aantal stagebedrijven en de regionale spreiding. Deze gegevens komen in 2010 beschikbaar. 3.4 Voortijdig schoolverlaters Een van de doelstellingen van het cgo is het terugdringen van voortijdig schoolverlaters (vsv ers). De Leijgraaf neemt hierbij het aantal vsv ers als indicator. Het uitgangspunt is dat iedere vsv er er één teveel is. Naast de aantallen zijn natuurlijk ook de redenen van uitval relevant. Onze focus ligt hier echter op het aantal voortijdig schoolverlaters. In tabel 3.2 is het aantal vsv ers per afdeling weergegeven. Tabel 3.2 Aantal voortijdig schoolverlaters Afdeling 2007 2008 2009 Economie 230 217 71 GWOO 91 129 27 ICTO 21 24 11 Loopbaancentrum 41 27 9 Techniek 142 132 20 Totaal 525 12 529 13 71 14 3.5 Solvabiliteit & liquiditeit Financiële indicatoren bieden een maatstaf voor de outcome gezonde maatschappelijke onderneming. De solvabiliteit is het eigen vermogen als percentage van het totale vermogen. Het gaat dus om de verhouding tussen eigen vermogen en vreemd vermogen. De liquiditeit is de vlottende activa gedeeld door de kortlopende schuld. De laatste indicator is het weerstandsvermogen. Dit is het eigen vermogen gedeeld door de totale lasten. Tabel 3.3 Solvabiliteit & liquiditeit 2007 % 2008 % Solvabiliteit 43,5 32,1 Liquiditeit 1,0 0,6 Weerstandsvermogen 41,9 25,8 Uit de indicatoren in tabel 3.3 blijkt dat De Leijgraaf in 2008 een wat zwakkere financiële positie had. Bij de daling van de solvabiliteit is dit het effect van de stelselwijziging die in 2008 is doorgevoerd. 3.6 Jaarrekening Naast de solvabiliteit verschaft ook de jaarrekening inzicht in de inkomsten en uitgaven van het roc en de afdelingen. In tabel 4.4 staan de baten en lasten van het gehele roc. Ook 12 2007/2008. 13 2008/2009. 14 2009/2010 stand t/m 1 januari 2010. 24 ecbo Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf

x 100.000 hieruit blijkt dat het roc de afgelopen twee jaar met verlies draaide. In 2008 heeft De Leijgraaf geïnvesteerd in innovatie. Tabel 3.4 Baten en lasten 2007 2008 Totaal baten 46.378.136 47.947.715 Totaal lasten 46.558.037 49.701.269 Saldo - 179.901-1.753.554 Als laatste is de opbouw van kostensoorten weergegeven in figuur 3.1. Hieruit blijkt dat de kosten in 2008 zijn gestegen. Deze extra uitgaven zijn vooral besteed aan personele lasten. Figuur 3.1 Kostenopbouw De Leijgraaf 600 Lasten 500 400 300 101 24 30 89 25 33 Overige lasten Huisvestingslasten Afschrijvingen 200 311 350 Personele lasten 100-2007 2008 Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf ecbo 25

26 ecbo Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf

4 Indicatoren medewerkers De indicatoren op het niveau van de medewerkers geven onder andere inzicht in de outcomes aantrekkelijke werkgever en professionele beroepskrachten. Ook bieden zij inzicht in de pijler werken in teams (zie de figuur in het woord vooraf). In tabel 4.1 staan de indicatoren die op het niveau van de medewerkers worden bijgehouden. Tabel 4.1 Indicatoren medewerkers Indicator Ziekteverzuim Medewerkerstevredenheid Voortgang functionerings- en beoordelingsgesprekken Strategische personeelsplannings KPI 15 Toelichting Ziekteverzuim (in procenten) Medewerkerstevredenheid Voortgang van de functionerings/beoordelings-cyclus. Jaarlijks heeft een medewerker een gesprek Benodigde competenties versus beschikbare competenties (beschikbaar 2010) 4.1 Ziekteverzuim Een laag ziekteverzuim geldt over het algemeen als een goede indicatie voor de aantrekkelijkheid van een werkgever. Ook biedt deze indicator indirect inzicht in werkdruk en het werken in teams. Het ziekteverzuimpercentage is inclusief zwangerschaps-, calamiteiten en buitengewoon verlof, zie tabel 4.2. Tabel 4.2 Ziekteverzuim in 2007 en 2008 Afdeling 2007 % 2008 % Economie 2,4 3,1 GWOO 16 4,3 4,3 ICT 17 1,7 3,7 Loopbaan 6,8 5,4 Techniek 5,1 4,4 Ter indicatie: in 2008 was het gemiddelde ziekteverzuim in de gehele onderwijssector 4,9%, exclusief zwangerschaps- en bevallingsverlof. 18 Bij ROC de Leijgraaf is het gemiddelde 4,9%, inclusief zwangerschaps- en bevallingsverlof. 4.2 Medewerkerstevredenheid Ook de medewerkerstevredenheid kan inzicht bieden in de outcome aantrekkelijke werkgever. Een belangrijke kanttekening is wel dat medewerkerstevredenheid geen voorspellende waarde heeft voor het functioneren van de organisatie. Medewerkers van De 15 KPI: key performance indicator oftewel kritieke prestatie-indicatoren. 16 GWOO: Gezondheidszorg, Welzijn, Opvoeding & Onderwijs. 17 ICT: informatie- en communicatietechnologie. 18 http://statline.cbs.nl/statweb/publication/?vw=t&dm=slnl&pa=71737ned&d1=0&d2=0-4,10-13,17-18,21-22,25-28,32&d3=4,9,14,18,(l-5)-l&hd=090414-1052&hdr=t,g2&stb=g1 Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf ecbo 27

Leijgraaf beoordelen het gehele roc met een 6,6 en de eigen afdeling gemiddeld met een 7,2 (bron: medewerkerstevredenheidsonderzoek 2009). Tabel 4.3 Medewerkerstevredenheid gemeten in de periode maart-april 2009 Benaderd Ingevuld Cijfer roc Cijfer afdeling ROC de Leijgraaf 821 498 6,6 7,2 4.3 Voortgang functionerings- en beoordelingscyclus De voortgang functionerings- en beoordelingsgesprekken is een belangrijke indicator om zicht te krijgen op de teamvolwassenheid. De achterliggende gedachte bij De Leijgraaf is dat het werken in teams alleen slaagt als ook deze cyclus op orde is. Daarnaast maar dit is minder expliciet kunnen deze gesprekken ook een rol spelen bij verdere professionalisering van de medewerkers. Het doel is om per maand ongeveer 70 gesprekken te voeren. Het maximale aantal op jaarbasis is 700 gesprekken. Tot en met december 2009 zijn 75 gesprekken gevoerd. Het doel voor de eerste vier maanden van het schooljaar 2009/2010 was 280 gesprekken. De gesprekken lopen dus achter. 4.4 Strategische personeelsplanning De laatste indicator is een meer algemene maat voor personeelsplanning. Met behulp van een nog te ontwikkelen KPI wil De Leijgraaf inzicht krijgen in strategisch human resource management (HRM). De focus ligt hierbij op de match tussen de competenties die (bij medewerkers) beschikbaar zijn en welke competenties worden gevraagd in de toekomst. De KPI moet een maat zijn van deze match. Deze indicator geeft inzicht in de outcome professionele beroepskrachten. Deze KPI is nog in ontwikkeling en is mogelijk in 2010 beschikbaar. 28 ecbo Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf

5 Indicatoren deelnemers De laatste set indicatoren heeft betrekking op het niveau van de deelnemers. Hiermee proberen we onder andere inzicht te krijgen in de mate van flexibilisering, het verzuim en de doorstroom. In tabel 5.1 zijn alle indicatoren op deelnemersniveau weergegeven. Tabel 5.1 Indicatoren deelnemers Indicator Toelichting Studieduur Gebruik vkl s Begeleiding geregeld Deelnemerstevredenheid Verzuimmeldingen Invulling bpv Doel bereikt Doorstroom naar hbo Intern opstroomresultaat Terugkeerpatroon Deelnemerstevredenheid terugkijkend Studieduur in maanden per niveau Het gebruik van vrije keuze leereenheden (vkl s) Vanaf tweede en derde trimester schooljaar 2009-2010 o.b.v. gegevens roosterprogramma. Vkl s binnen of buiten de eigen afdeling Het percentage deelnemers waarvan dossierstukken op orde zijn en dat een coach toegewezen heeft gekregen Deelnemerstevredenheid op basis van deelnemerstevredenheidsonderzoek Aantal deelnemers waarvan coaches één of meerdere verzuimmeldingen hebben ontvangen in kader van verzuimbeleid Inzicht in de invulling van bpv. Beschikbaarheid en meetbaarheid data nog onduidelijk Aantal deelnemers dat het doel van de opleiding heeft bereikt/ aantal deelnemers dat is uitgestroomd Extern opstroomresultaat (benchmark MBO) Intern opstroomresultaat (benchmark MBO) Aantal deelnemers dat op 1 oktober ingeschreven is en die reeds eerder ingeschreven waren. Deelnemerstevredenheid na afronding van de opleiding. Beschikbaarheid en meetbaarheid data nog onduidelijk 5.1 Studieduur De Leijgraaf zet in op meer flexibele trajecten voor deelnemers. Dit betekent ook meer variatie in studieduur. Een student kan sneller of langzamer door een opleidingsprogramma stromen. Met behulp van de indicator studieduur willen we inzichtelijk maken of daadwerkelijk meer variatie in studieduur optreedt door de jaren heen. Deze gegevens komen in 2010 beschikbaar. 5.2 Gebruik vrije keuze leereenheden De ballenbak maakt meer variatie in het onderwijs mogelijk. In hoeverre wordt deze variatie daadwerkelijk benut? Kiezen deelnemers vooral voor ballen binnen de eigen opleiding of afdeling? Of maken zij gebruik van het roc-brede aanbod? Deze indicator is vanaf het derde trimester beschikbaar in het dashboard van De Leijgraaf. Deze gegevens komen in 2010 beschikbaar. Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf ecbo 29

5.3 Begeleiding geregeld De indicator begeleiding geregeld biedt inzicht in de pijler begeleiding deelnemers. Het gaat er dan om of de dossierstukken op orde zijn en elke deelnemer een coach toegewezen heeft gekregen. Deze gegevens komen in 2010 beschikbaar. 5.4 Deelnemerstevredenheid De deelnemerstevredenheid geeft aan hoe tevreden de deelnemers zijn over het onderwijs van De Leijgraaf. In de periode maart-mei 2009 is de deelnemerstevredenheid gemeten. In tabel 5.2 staan de cijfers die de deelnemers geven aan de eigen opleiding (gemiddeld per afdeling) en aan ROC de Leijgraaf. Tabel 5.2 Deelnemerstevredenheid Afdeling Benaderd Ingevuld Cijfer roc Cijfer opleiding Economie 1.565 478 5,9 6,3 GWOO 1.761 1.296 6,7 6,6 ICT 391 126 6,0 6,6 Techniek 1.781 283 6,5 6,0 Loopbaancentrum vavo/aka 19 279 75 6,8/7,3 7,1/7,3 5.5 Verzuimmeldingen Het aantal verzuimmeldingen kan mogelijk een indicatie zijn van de begeleiding van deelnemers en de uitvoering van onderwijs. Het aantal verzuimmeldingen was 473 (dashboard november 2009). 5.6 Invulling bpv Inzicht in de invulling van bpv. Beschikbaarheid en meetbaarheid data nog onduidelijk. Mogelijk komt dit volgend jaar aan de orde. 5.7 Deelnemers doel bereikt De indicator doel bereikt lijkt op de indicator instellingssucces uit de benchmark MBO. De Leijgraaf bekijkt of een deelnemer zijn doel heeft bereikt. Dit doel kan een diploma zijn, maar ook een deelcertificaat, startkwalificatie of een contractdoel. Uit tabel 5.3 blijkt dat het percentage deelnemers dat zijn doel bereikt, stijgt. 19 Vavo: voortgezet algemeen volwassenenonderwijs. Aka: arbeidsmarktgekwalificeerd assistent. 30 ecbo Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf

Tabel 5.3 Het percentage deelnemers dat zijn doel heeft bereikt Afdeling '05/'06 '06/'07 '07/'08 Economie 65 74 76 GWOO 77 75 80 ICTO 77 66 81 Loopbaancentrum n.v.t. 43 60 Techniek 59 58 74 Eindtotaal 67 68 76 5.8 Doorstroom naar hbo Extern opstroomresultaat, zie benchmark MBO. 5.9 Intern opstroomresultaat Intern opstroomresultaat, zie benchmark MBO. 5.10 Terugkeerpatroon De indicator terugkeerpatroon kan inzicht geven in de waardering voor De Leijgraaf door oud-deelnemers. Het gaat hierbij om deelnemers die weer terugkeren naar De Leijgraaf voor een (vervolg)opleiding. In het kader van een leven lang leren is dit een indicator die vooral op langere termijn relevant wordt. In tabel 5.4 staat het aantal deelnemers dat op teldatum 1 oktober 2009 staat ingeschreven én al eerder een diploma bij De Leijgraaf heeft behaald. Tabel 5.4 Teruggekeerde deelnemers (teldatum 1 oktober 2009) Diploma behaald Ingeschreven schooljaar '09/'10 2003 1 2004 2 2005 9 2006 16 2007 41 2008 56 Totaal 125 Op dit moment zijn 125 deelnemers teruggekeerd voor een opleiding bij ROC de Leijgraaf na een minimale afwezigheid van een jaar. 5.11 Deelnemerstevredenheid terugkijkend Vanaf 2009 gaat De Leijgraaf meten hoe de deelnemers na het verlaten van het roc terugkijken op verschillende aspecten van De Leijgraaf. Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf ecbo 31

32 ecbo Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf

6 Afsluitend Deze eerste inventarisatie van de indicatoren biedt inzicht in de stand van zaken binnen ROC de Leijgraaf op een aantal niveaus. De nadruk ligt in dit rapport vooral op het beschrijven van de indicatoren. In volgende rapporten zal meer nadruk liggen op het vergelijken tussen de jaren. Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf ecbo 33

34 ecbo Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf

Deel II Agency: de interviews Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf ecbo 35

36 ecbo Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf

7 Methodologie & dataverzameling De voorbereidingen voor het onderzoek zijn gestart eind 2008. De eerste maanden hebben we een conceptueel kader en de onderzoeksopzet ontwikkeld. In maart 2009 vond de eerste klankbordgroepbijeenkomst plaats. Op basis van de met instemming besproken onderzoeksopzet, zijn we vanaf mei 2009 gestart met de jaarlijkse ronde interviews. In de periode mei 2009 tot september 2009 zijn in totaal dertien interviews gehouden. De interviews (zie tabel 7.1) werden uitgevoerd door drie interviewers. Eén interviewer voerde alle gesprekken, al dan niet vergezeld door een van de anderen. Tabel 7.1 Interviews jaarlijkse interviewronde Functie College van bestuur 3 Afdelingsdirecteuren & directeur loopbaancentrum 4 Stafdirecteuren 3 Opleidingsmanagers/teamcoördinatoren 3 Aantal interviews Het college van bestuur bestaat uit drie personen. Wij hebben hen apart van elkaar gesproken. De stafdirecteuren zijn de directeur Bedrijfsvoering, de directeur Onderwijs & Ontwikkeling en de Commercieel directeur. Van de mbo-afdelingen hebben wij zowel de directeur als ook een opleidingsmanager/teamcoördinator gesproken. Voor de interviews hanteerden we een gespreksleidraad, zodat de interviews steeds een vergelijkbare opzet kenden. Om te beginnen, vroegen we elk van de geïnterviewden vanuit de eigen rol en in eigen woorden nog eens te vertellen wat de belangrijkste doelen van het integraal herontwerp zijn. Vervolgens vroegen we een inschatting te geven van de actuele stand van zaken aan de hand van de vijf pijlers. Wat gaat goed en wat gaat minder goed? En waardoor wordt dit veroorzaakt? Tot slot is vooruit gekeken naar het komend jaar. Waar liggen de belangrijkste kansen om stappen vooruit te maken? En wat zijn de belangrijkste knelpunten voor het komende jaar? De interviews zijn opgenomen met behulp van een mp3-recorder. De geluidsopnamen zijn uitgewerkt in tekst en vervolgens stapsgewijs geanalyseerd. Volgend uit de structuur van de gesprekken, maakten we een onderscheid in verschillende thema s. Deze thema s bestaan uit de vijf pijlers van het integraal herontwerp, voorafgegaan door het integraal herontwerp zelf en afgesloten met het actuele thema van de financiële crisis. Binnen elk van de thema s werden de gesprekken steeds vergelijkenderwijs geanalyseerd. We hanteerden daarbij drie perspectieven: A Waar is men het over eens? Over welke elementen van het integraal herontwerp is iedereen het eens? Wat staat niet ter discussie? B Welke verschillende accenten worden gelegd? Op welke onderdelen is sprake van weliswaar verschillende, maar onderling niet strijdige, perspectieven of accenten? C Wat zijn discussiepunten? Op welke onderdelen is sprake van verschillende, strijdige perspectieven? Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf ecbo 37

Deze drie perspectieven vormen tevens de opbouw van dit verslag. Vooraf merken we nog op dat dit verslag als doel heeft een weergave te geven van subjectieve opvattingen en inschattingen. Het gaat hier niet om de vraag of subjectieve oordelen juist zijn. Omwille van de leesbaarheid, is die belangrijke nuancering niet altijd aangebracht. Het gaat er bij de analyse en de weergave van de interviews niet om wie precies wat heeft gezegd. Het primaire doel is steeds een vergelijkende analyse te maken, ofwel een analyse op het niveau van alle gesprekken samen. Worden de opvattingen over een specifiek onderwerp gedeeld, is sprake van verschillende accenten, of is een thema aanleiding voor verdeeldheid? Om die reden zijn er in het verslag geen citaten uit de gesprekken opgenomen. 38 ecbo Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf

8 Integraal herontwerp 8.1 Waar is men het over eens? Over de aanleiding voor het integraal herontwerp bestaat grote overeenstemming. Twee punten worden bij herhaling genoemd: maatschappelijke ontwikkelingen en het bestaansrecht van ROC de Leijgraaf. Maatschappelijke ontwikkelingen zijn op twee manieren relevant voor het onderwijs. Om aan te blijven sluiten bij de hedendaagse samenleving, zijn aanpassingen van het onderwijs nodig. Door het snelle tempo van maatschappelijke ontwikkelingen, moeten deelnemers bovendien cruciale competenties aanleren om in de toekomst in te kunnen spelen op veranderingen en een leven lang te leren. Daarnaast speelt het bestaansrecht van De Leijgraaf een rol. Om belangrijk te zijn voor de regio en daarmee bestaansrecht te houden, zijn veranderingen nodig van het onderwijs. De respondenten schetsen een gezamenlijk toekomstbeeld waarin De Leijgraaf een goede intake afneemt, zodat deelnemers een goede keuze kunnen maken en een loopbaan volgen die past bij hun talenten, belangstelling en capaciteiten. Deelnemers halen vervolgens niet alleen een kwalificatie, maar raken ook gewend aan een leven lang leren. De school gaat uit van de kracht van de deelnemers en helpt hen zich te ontplooien en te ontwikkelen tot beginnend beroepsbeoefenaars. Het roc leidt op tot goede vakmensen. De Leijgraaf weet theorie en praktijk goed te verbinden, spreekt deelnemers aan, daagt hen uit en begeleidt hen ook goed. Leren is er ook leuk. De Leijgraaf van de toekomst biedt meer maatwerk, deelnemers kunnen meer kiezen en werken zelfstandiger. De rol van docenten is daardoor ook veranderd. Zij brengen het leerproces op gang en begeleiden het. Coaching en studieloopbaanbegeleiding worden daardoor belangrijker, en ook individueler. Het leren in de praktijk neemt in de toekomst een centrale plaats in het hele leerproces in. Het leren zelf is gevarieerder in leervormen, zowel in de praktijk als op school. De inhoud van het leren is meer geïntegreerd, omdat verschillende aspecten van eenzelfde thema meer met elkaar zijn verbonden. Al met al is leren in de toekomst meer een activiteit van deelnemers zelf. Een vraag bij integraal herontwerp luidt waarom het van belang is dat de veranderingen gelijktijdig en in onderlinge samenhang worden uitgevoerd. Kortom: waarom integraal? Voor bestuursleden en stafdirecteuren lijkt dit thema relevanter dan voor andere medewerkers. De noodzaak voor een integrale aanpak is de opbrengst van voortschrijdend inzicht. Aanvankelijk startte de vernieuwing met veel nadruk op middelen en projecten. Met als gevolg dat er veel werd bedacht en ontwikkeld. Mensen kregen echter niet altijd voldoende faciliteiten. Bovendien riep het de vraag op hoe je er voor kunt zorgen dat alle initiatieven ook samenhangen. Gaandeweg ontstond het besef dat totaliteit cruciaal is om een (gedeelde) visie te realiseren. Anders bestaat het risico op pedagogisch optimisme. Ofwel, vertellen wat de bedoeling is en hopen dat het dan verder wel vanzelf gaat. Na een periode waarin veel is ontwikkeld en losgetrokken, lijkt nu de tijd aangebroken om meer te sturen op samenhang. Het algemene beeld is nu dat het proces van invoering behoorlijk goed verloopt. Wel is de verwachting dat het proces enigszins zal vertragen als gevolg van de financiële crisis en de bezuinigingen die daarmee gepaard gaan. In de beeldvorming verschilt het tempo van de vernieuwingen tussen de afdelingen. De afdeling Gezondheidszorg, Welzijn, Opvoeding & Onderzoeksresultaten 2009. ROC de Leijgraaf ecbo 39