Kennislacunes Kennislacunes* (Etiologie jichtartritis, reactieve artritis, reumatoïde artritis (hoofdtekst)) (Betrouwbare cijfers over het voorkomen van artritiden in de huisartspraktijk (met uitzondering van reumatoïde artritis en jicht) (noot 1) 1. Causale relatie tussen het optreden van jichtartritis en verschillende veronderstelde risicofactoren zoals overgewicht, diuretica- of salicylaatgebruik (noot 4) 2. Causale relatie tussen het optreden van jichtartritis en de inname van bepaalde voedingsmiddelen (alcohol, purinerijk voedsel en koolzuurhoudende frisdranken) (noot 4) 3. Effectiviteit van het vermijden van alcohol, purinerijk voedsel en koolzuurhoudende frisdrank op het verlagen de aanvalsfrequentie van jichtartritis bij patiënten in de huisartsenpraktijk (noot 4) 4. Effectiviteit van urinezuurverlagende medicatie op de aanvalsfrequentie van jichtartritis bij patiënten in de huisartsenpraktijk (noot 26). 5. Effectiviteit van het veranderen van het type diureticum of van de dosering ervan op de aanvalsfrequentie van jichtartritis bij patiënten in de huisartsenpraktijk (n.a.v. noot 4). * Lacune als stelling formuleren: hiervoor P,I en O gebruiken; noot toevoegen die gekoppeld is aan de lacune; kader opnemen aan het eind van de standaard (voor de totstandkoming) en noten koppelen. Identificatienummer ART1 Causale relatie tussen het optreden van jichtartritis en verschillende veronderstelde risicofactoren zoals overgewicht, diuretica- of salicylaatgebruik Verkorte titel lacune Verband veronderstelde risicofactoren en optreden jichtartritis De patiëntkenmerken en criteria op basis waarvan jichtartritis vastgesteld kan worden zijn nauwelijks evidence based. De meesten zijn op empirische basis algemeen aanvaard (noot 4). Risicofactoren, overgewicht, diureticagebruik, salicylaatgebruik, jichtartritis
P: Algemene populatie/nederlandse huisartspopulatie I: overgewicht, diureticagebruik, salicylaatgebruik C: O: Vóórkomen van jichtartritis Cohortonderzoek Invloed op aanbevelingen betreffende diagnostiek (bv waarnaar vragen in anamnese) en beleid (bv noodzaak om diuretica te wijzigen) Identificatienummer ART2 Causale relatie tussen het optreden van jichtartritis en de inname van bepaalde voedingsmiddelen (alcohol, purinerijk voedsel en koolzuurhoudende frisdranken) Verkorte titel lacune Causale relatie jichtartritis met voedings- en genotsmiddelengebruik Het gevonden verband tussen voeding- en genotsmiddelen en het ontstaan van jichtartritis is voornamelijk gebaseerd op epidemiologisch onderzoek in één bronpopulatie, die noch overeenkomt met de algemene populatie, noch met een Nederlands huisartspopulatie, en op onderzoek waarbij de validiteit van de gehanteerde jichtdiagnostiek onbekend is. Risicofactoren, alcoholgebruik, purinerijk voedsel, koolzuurhoudende frisdranken P: Algemene populatie/nederlandse huisartspopulatie I: alcoholgebruik, purinerijk voedsel, koolzuurhoudende frisdranken C: O: Vóórkomen van jichtartritis Cohortonderzoek Invloed op sterkte aanbevelingen mbt voedingsadviezen Identificatienummer ART3
Effectiviteit van het vermijden van alcohol, purinerijk voedsel en koolzuurhoudende frisdrank op het verlagen van de aanvalsfrequentie van jichtartritis bij patiënten in de huisartsenpraktijk Verkorte titel lacune Effect vermijden voedings- en genotsmiddelen op jichtartritisaanvalsfrequentie Het gevonden verband tussen voeding- en genotsmiddelen en het ontstaan van jichtartritis is voornamelijk gebaseerd op epidemiologisch onderzoek in één bronpopulatie, die noch overeenkomt met de algemene populatie, noch met een Nederlands huisartspopulatie, en op onderzoek waarbij de validiteit van de gehanteerde jichtdiagnostiek onbekend is. Onderzoek naar deze lacune zou voorafgegaan moeten worden door het onderzoek naar aanleiding van ART2. Als er geen causale relatie kan worden vastgesteld hoeft ook niet naar het effect van vermijden te worden gekeken Effectiviteit, alcohol, purinerijk voedsel, koolzuurhoudende frisdrank, jichtartritisaanvalsfrequentie P: Patienten met jichtartritis in de huisartsen praktijk die betreffende voedings- en genotsmiddelen gebruiken I: Vermijden van betreffende voedings- en genotsmiddelen C: Niet vermijden O: Aanvalsfrequentie Invloed op sterkte aanbevelingen mbt voedingsadviezen Identificatienummer ART4 Effectiviteit van urinezuurverlagende medicatie op de aanvalsfrequentie van jichtartritis bij patiënten in de huisartsenpraktijk. Verkorte titel lacune Effectiviteit urinezuurverlagende medicatie
Verrassend genoeg zijn er nauwelijks (lang-lopende) klinische trials naar het effect van urinezuurverlagende medicatie. Voor zover ze er wel zijn wordt de concentratie van het serumurinezuur meestal als (surrogaat-) uitkomstmaat gebruikt. Bron Noot 26 Effectiviteit, urinezuurverlagende medicatie, jichtartritisaanvalsfrequentie P: Patienten met jichtartritis in de huisartsenpraktijk I: urinezuurverlagende medicatie C: geen urinezuurverlagende medicatie O: jichtartritisaanvalsfrequentie Invloed op sterkte aanbeveling om urinezuurverlagende medicatie te starten. Identificatienummer ART5 Effectiviteit van het veranderen van het type diureticum of van de dosering ervan op de aanvalsfrequentie van jichtartritis bij patiënten in de huisartsenpraktijk Verkorte titel lacune Effectiviteit wijziging diureticumbeleid op jichtartritisaanvalsfrequentie. Verschillende onderzoeken (waaronder in de Nederlandse eerste lijn) laten zien dat onder patiënten met jichtartritis hypertensie en cardio-vasculaire morbiditeit significant vaker voorkomen dan onder niet-jichtpatienten, onafhankelijk van het diureticumgebruik. De bekende relatie van diuretica met jicht blijkt zelf niet onafhankelijk, maar lift juist als confounder mee met de associatie van jicht met hypertensie en cardiovasculaire morbiditeit. Zou eigenlijk voorafgegaan moeten worden door het onderzoek naar aanleiding van ART1 (bevestiging of ontkrachting van causale relatie). Als er geen causale relatie kan worden vastgesteld hoeft ook niet naar het effect van vermijden te worden gekeken.
Effectiviteit P: Patiënten met jichtartritis en diureticumgebruik in de huisartsenpraktijk I: Diureticabeleid wijzigen C: Diureticabeleid niet wijzigen O: Jichtartritisaanvalsfrequentie Invloed op stand houden van achterwege laten van aanbeveling om diureticum te staken of wijzigen. Of invloed op kracht van bewijs van achterwege laten van aanbeveling om diureticum te stoppen of wijzigen.