g n Een praktijktest met de fiets in het echte verkeer!

Vergelijkbare documenten
HET GROTE VOETGANGERS EXAMEN HANDLEIDING. Praktijktest voor het vierde leerjaar

HET GROTE FIETS EXAMEN HANDLEIDING. Een praktijktest in het echte verkeer!

VME Lerarenopleiding. Vlaamse Stichting Verkeerskunde. 1. Verkeers- en mobiliteitseducatie. VME in het basisonderwijs

De Grote Verkeerstoets Het Grote Fietsexamen

Verkeerseducatieve Route Harelbeke

Politiecongres. 5 november 2013

LEERLIJN FIETSEN & VERO ASSEBROEK -BRUGGE

Verkeerseducatieve Route Deerlijk

Vlaamse Stichting Verkeerskunde. Basiscursus C Fietstraining

HANDLEIDING HET GROTE FIETSEXAMEN VOOR DE DERDE GRAAD

Beste Ouder, De leerlingen moeten ook allemaal een fluohesje aandoen en een fietshelm opzetten.

HET BUITENGEWOON FIETS EDUCATIEF PAKKET. voor het buitengewoon onderwijs

VERKEER OP SCHOOL VERKEERS- EN MOBILITEITSEDUCATIE LERARENOPLEIDING BALO ONZE TOEKOMST

LEERLIJN STAPPEN & FIETSEN

1. Taken afgesproken vorige vergadering

Vlaamse Stichting Verkeerskunde. Basiscursus C Fietstraining

VERKEER OP SCHOOL VERKEERS- EN MOBILITEITSEDUCATIE

Parcours fietsexamen zesde leerjaar Sint-Jan Berchmanscollege

VERKEER OP SCHOOL VERKEERS- EN MOBILITEITSEDUCATIE

Beoordelingsfiches VERO Harelbeke

1. Een stilstaand voertuig voorbijrijden 2. Rechts een weg inslaan

Beoordelingsfiches VERO Deerlijk

LERARENOPLEIDING BALO ONZE TOEKOMST

Dode hoek BASISONDERWIJS. Doelgroep. Eindtermen. Lesfiche verkeers- en mobiliteitseducatie

VERKEER OP SCHOOL VERKEERS- EN MOBILITEITSEDUCATIE

Nieuwsbrief april - mei 2018

LEERLIJN STAPPEN & TRAPPEN

DE GROTE VERKEERSTOETS

Een stilstaand voertuig voorbijrijden

HANDLEIDING HET GROTE FIETSEXAMEN VOOR DE DERDE GRAAD

doe-fiche fietser Opstappen en wegrijden uw kind politie Bilzen - Hoeselt - Riemst nog niet kiest de dichtsbijzijnde plaats waar de rit kan beginnen.

HANDLEIDING FIETSEXAMEN

FIETSEXAMEN WIJK STENE

Fiche Leerlingen. De plaats op de openbare weg binnen de bebouwde kom

7 Manoeuvres en bewegingen

CURIEUZE NEUZEN WERKBOEK

Het Fietsexamen. Voorwoord:

Beschrijving route Noorderwijk. Start Klavertje Ring

Beschrijving route Noorderwijk. Start Klavertje Ring

6. Als fietser veilig in het verkeer

Dienst Preventie Stad Turnhout Politie Regio Turnhout

Oversteken als voetganger via het zebrapad.

FIETSEXAMEN OOSTENDE

De Grote Verkeerstoets /08/ Ja. 2. Neen, want ik mag hier niet links afslaan. 3. Neen, want ik heb mijn arm niet uitgestoken.

OEFENFICHE KRUISPUNT MET VERKEERSLICHTEN OVERSTEKEN FIETS EXAMEN HET GROTE 1. INTRO 2. VOORAF 3. VERKENNEN. Onderstaande vragen kunnen daarbij helpen:

FIETSEXAMEN WIJK STENE

Fiets wijzer. examen. Dienst Preventie Stad Turnhout Politie Regio Turnhout FIETSWIJZER / FIETSEXAMEN

Fietsvaardigheid in groep

PARCOURS KLEIN FIETSEXAMEN VIJFDE LEERJAAR

Basiscursus Voetgangerstraining

Basiscursus B Voetgangerstraining

PARCOURS KLEIN FIETSEXAMEN VIJFDE LEERJAAR

6. Als fietser veilig in het verkeer

Jullie zoon of dochter zit nu in zijn laatste jaar lager onderwijs. Vanaf volgend schooljaar moet

FIETSVERPLAATSINGEN IN GROEP

GROTE VERKEERSTOETS 2017

Hallo zesdeklasser, afspraken fiets tiptop in orde Helm en fluohesje rechts afslaat links afslaat Wees steeds alert

CURRICULUM PRAKTIJKOPLEIDING CATEGORIE B

-Je moet stoppen, ook afslaan mag niet. (denk aan: niet tegen de armen rijden)

VERO voor voetgangers basisschool Pulle

Fietsexamen 6de Ij. Toelichting bij het fietsexamen :

Bromfiets SECUNDAIR ONDERWIJS. Doelgroep. VOET'en. Lesfiche verkeers- en mobiliteitseducatie. Leerlingen van de tweede en de derde graad

VOETGANGERS BREVET HANDLEIDING HET GROTE VOETGANGERSEXAMEN VOOR DE TWEEDE GRAAD

Verkeersborden. Eindtermen. Doelgroep. Lesdoel. Lager onderwijs: Lesfiche verkeers- en mobiliteitseducatie BASISONDERWIJS

Lesfiche 2 FIETSEN IN GROEP.

5.9 PARKEREN ACHTER EEN VOERTUIG

CP13 + regulerend VOGELZANGDREEF - NACHTEGALENLAAN

VOETGANGERS BREVET HANDLEIDING HET GROTE VOETGANGERSEXAMEN VOOR DE TWEEDE GRAAD

ORGANISEER JOUW PRAKTIJKLES OVER DE DODE HOEK BIJ VRACHTWAGENS. LET OP VOOR DE DODE HOEK

Algemene informatie. Na het kijken Na het bekijken van de aflevering kunt u gebruik maken van de volgende lessuggesties.

Onze leerkrachten en kinderen werken aan een veilig en duurzaam verkeer. Hieronder vindt u een overzicht van onze acties.

SAMEN-werken aan verkeersveiligheid. Rozette Reyskens OVK bestuurslid en schepen van welzijn Zutendaal

Kinderen op de fiets

GEEL. Examenregio. Geel Oevel Olen Herentals. Overzicht kruispunten en aandachtspunten. St. Corneliusstraat Larum. Uitgang examencentrum 6/03/2012

NEUZEN CURIEUZE WERKBOEK CURIEUZENEUZEN 5 WERKBOEK

Praktisch Verkeersexamen Schagen

Lesfiche 1 voor BuSO INDIVIDUELE STUURVAARDIGHEID TESTEN EN OEFENEN.

OEFENEN EN TESTEN IN HET VERKEER

Praatplaat: ga je mee op stap?

DE BASIS VOOR WERELD RIËNTATIE

*** L E G E N D E. Moeilijkheidsgraad van het knooppunt: * niet echt moeilijk ** opletten geblazen *** ogen en oren wijd open!

Fietsvaardigheid in groep

Maak je kinderen wegwijs in het verkeer

VERKEER OP SCHOOL VERKEERS- EN MOBILITEITSEDUCATIE LERARENOPLEIDING BAKO ONZE TOEKOMST

Lesfiche 1 FIETSCONTROLE EN INDIVIDUELE VAARDIGHEDEN.

Het eerste wat we gaan behandelen is afslaan naar rechts 1

Hoofdstuk 1. In het dorp

VERKEERSWEKEN SECUNDAIR ONDERWIJS

Lesfiche: dode hoek BASISONDERWIJS. Doelgroep. Eindtermen (ET) Lesfiche verkeers- en mobiliteitseducatie

6.5. EVENWIJDIG TEN OPZICHTE VAN DE WEG RECHTS PARKEREN TUSSEN TWEE VOERTUIGEN

De leerlingen wandelen de vooraf uitgestippelde route op de wandelkaart. Ze observeren en leggen de knelpunten inzake de verkeersveiligheid vast.

HOE BEGELEID IK HET FIETSBREVET ZILVER?

Fiets wijzer 30/05/2014. V.E.L.O.-projecten

Onze visie. Wij willen bewust inspanningen leveren om de ontwikkelingsdoelen en eindtermen met betrekking tot het verkeer en mobiliteit na te streven.

Kruispunten met de borden

Hallo, Hallo, ik ben Mathias.. Ik leg het parcours af van het Groot Fietsexamen. Fietsen jullie mee? We vertrekken aan de achterpoort van het

Verkeerskrant van basisschool De Klimboom

LET OP VOOR DE DODE HOEK!

Manoeuvres en bewegingen, struikelblok bij theoretisch proefexamen op

Transcriptie:

g n i d i e l d n a H ww w.g rotefi etsexamen.be Een praktijktest met de fiets in het echte verkeer!

2

Woord vooraf 3 Veilig deelnemen aan het verkeer leer je niet met theorie alleen. Er zijn heel wat vaardigheden die flink wat training vragen. De Vlaamse Stichting Verkeerskunde (VSV) pleit al meer dan 20 jaar voor praktijkgericht verkeersonderwijs. Want kinderen moeten niet alleen het verkeersreglement kennen, ze moeten vooral de nodige vaardigheden en attitudes beheersen om zich veilig in het verkeer te kunnen begeven. Ook voor het onderwijs is hier een belangrijke rol weggelegd, dat lezen we in de eindtermen die leerlingen op het einde van het lager onderwijs moeten halen. Op het einde van het zesde leerjaar is de lagere school klaar met de leerlingen voor te bereiden op het secundair onderwijs. Ze hebben de vorige zes jaren een massa kennis, vaardigheden en attitudes opgedaan in de verschillende vakgebieden en thema s. Maar zijn ze ook klaar om veilig naar de secundaire school te fietsen? Een praktijkexamen met de fiets voor het zesde leerjaar is de ideale manier om dat te testen. Het Grote Fietsexamen zal een goed beeld geven van de verkeersvaardigheden van de leerlingen. Bovendien is het een logische aanvulling op de Grote Verkeerstoets die de VSV elk jaar online organiseert voor het vijfde leerjaar. In deze handleiding leggen we je stap voor stap uit hoe je het Grote Fietsexamen kunt organiseren en waarop je moet letten. Daarnaast vind je in het doe-pakket ook verschillende communicatiemiddelen om het Grote Fietsexamen bekend te maken aan ouders, medeleerkrachten en buurtbewoners. We wensen je veel succes bij de organisatie van het Grote Fietsexamen! Jan Peumans Voorzitter VSV Hilde Crevits Vlaams Minister van Mobiliteit

Inhoud Woord vooraf...3 1 Het Grote Fietsexamen...5 1.1 Haalbaar voor elke school...7 1.2 Ondersteuning op elk vlak...8 2 Waarom een fietsexamen organiseren?...9 2.1 Voordelen...11 2.2 Link met de eindtermen...11 3 Praktische organisatie...13 3.1 De kerngroep...15 3.2 Partners...15 Lokale politie...15 Verkeersouders...16 3.3 De route...16 3.4 Bekendmaking fietsexamen...17 3.5 Leerlingen trainen en voorbereiden...17 3.6 Controleposten...17 3.7 Klaar voor de start?...18 3.8 Beoordeling en resultaten...19 3.9 Fietsbewijs...20 3.10 Evaluatie...21 4 Training en voorbereiding van de leerlingen...23 4.1 Fietscontrole...25 4.2 Stuurvaardigheid...25 4.3 Vijf basisvaardigheden van het Grote Fietsexamen...26 Rechts op de rijbaan fietsen...27 Rechts afslaan met de fiets...28 Links afslaan met de fiets...28 Langs een hindernis fietsen...29 Voorrang verlenen...30 Colofon...31

5 Hoofdstuk 1 Het Grote Fietsexamen

6

Het Grote Fietsexamen 7 1.1 Haalbaar voor elke school Een fietsexamen is een praktijktest in het echte verkeer. Kinderen van het zesde leerjaar fietsen een parcours langs een uitgestippelde route, meestal in de schoolomgeving. Terwijl ze de route afleggen, wordt gecontroleerd of ze de minimale basisvaardigheden om veilig en zelfstandig te fietsen beheersen. De school bepaalt zelf op welke dag ze het Grote Fietsexamen organiseert. Wat moeten leerlingen van het zesde leerjaar minimaal kunnen in het verkeer? 1 2 3 4 5 rechts op de rijbaan fietsen; rechts afslaan; links afslaan; langs een hindernis fietsen; voorrang verlenen. De VSV streeft ernaar dat zoveel mogelijk klassen van het zesde leerjaar het Grote Fietsexamen gaan organiseren. Daarom hebben we erover gewaakt dat het project: haalbaar is voor elke school; veilig kan verlopen; overal op een uniforme manier kan plaatsvinden; perfect aansluit bij de eindtermen.

8 1.2 Ondersteuning op elk vlak De VSV ondersteunt de deelnemende klassen maximaal in elke fase van het project: de voorbereiding, de communicatie, de training, het examen, de evaluatie, de beloning en de remediëring: Inschrijving en opvolging van je persoonlijke dossier gebeurt op de website van het project: www.grotefietsexamen.be. Op deze website vind je onder andere ook bijkomend oefenmateriaal en controlefiches voor tijdens het examen. Klassen die zich hebben ingeschreven, ontvangen het doe-pakket met de handleiding, oefenfiches, folders voor de ouders, een affiche en een klembord. Er zijn regionale nascholingen voor de scholen die een gespecialiseerde opleiding nodig achten om een fietsexamen te organiseren; De eerste honderd ingeschreven scholen ontvangen een pakket genummerde fluohesjes die de leerlingen dragen tijdens het Grote Fietsexamen. Als je de evaluatie van je klas na het Grote Fietsexamen invoert op de website, krijg je een pakketje met fietsbewijzen voor álle kinderen die meegedaan hebben.

9 Hoofdstuk 2 Waarom een fietsexamen organiseren?

10

Waarom een fietsexamen organiseren? 11 2.1 Voordelen Een fietsexamen heeft heel wat voordelen, zowel voor de kinderen, de school als de ouders. We zetten ze even op een rij: Ouders en leerkrachten krijgen een duidelijk beeld van de kennis, inzichten, vaardigheden en attitudes van hun leerlingen/kinderen in het echte verkeer. Tijdens het fietsexamen komen de hiaten aan het licht. Daaraan kun je nog werken (afhankelijk van de timing) vóór de leerlingen in september naar de middelbare school fietsen. Kinderen en ouders ervaren dat je over voldoende stuurvaardigheid moet beschikken voor je individueel aan het verkeer kunt deelnemen. Kinderen en ouders ervaren dat aangepaste kledij en een correct uitgeruste fiets voorwaarden zijn voor een veilige verkeersdeelname en dat een regelmatige fietscontrole noodzakelijk is. Meer aandacht voor praktijkgericht verkeersonderwijs op school als een schakel in het proces van levenslang leren. 2.2 Link met de eindtermen Verder sluit het Grote Fietsexamen inhoudelijk en methodologisch volledig aan bij de eindtermen verkeers- en mobiliteitseducatie voor het lager onderwijs. Daarin lezen we: ET 6.12 De leerlingen kunnen de gevaarlijke verkeerssituaties in de ruimere schoolomgeving lokaliseren en er zich veilig verplaatsen. De route van het fietsexamen is gelegen in de leefomgeving van de kinderen. De trainer kan de kinderen op een praktische manier wegwijs maken in de verkeerssituaties die op de route liggen. Door een bepaalde situatie te oefenen op een vertrouwde route, worden kinderen ook weerbaar in nieuwe complexe verkeerssituaties.

ET 6.13 De leerlingen beschikken over voldoende reactiesnelheid, evenwichtsbehoud en gevoel voor coördinatie Om veilig te kunnen fietsen in het verkeer, moeten kinderen het technische aspect van fietsen volledig beheersen. Evenwicht behouden, stuurvast zijn en behendig manoeuvreren, gebeuren automatisch, zodat ze hun concentratie volledig op het verkeer kunnen richten. 12 en ze kennen de verkeersregels voor fietsers en voetgangers, om zich zelfstandig en veilig te kunnen verplaatsen langs een voor hen vertrouwde route. De route van het fietsexamen sluit zeer nauw aan bij deze doelstelling. De fietsers trainen en tonen dat ze met respect voor de wegcode kunnen fietsen in hun eigen leefomgeving. ET 6.14 De leerlingen tonen zich in hun gedrag bereid rekening te houden met andere weggebruikers. Tijdens het Grote Fietsexamen leren de kinderen anticiperen op het gedrag van andere verkeersdeelnemers. Kortweg komt het erop neer dat kinderen op het einde van de lagere school klaar moeten zijn om als fietser (en voetganger) op een veilige en vaardige manier deel te nemen aan het verkeer in hun eigen omgeving. Scholen die deze eindtermen op een volwaardige manier willen invullen, zitten met een fietsexamen in het echte verkeer op het juiste spoor.

13 Hoofdstuk 3 Praktische organisatie

14

Praktische organisatie 15 Een fietsexamen organiseren lijkt misschien een immens werk, maar dat is het niet. Natuurlijk vraagt het een bijkomende inspanning, zeker het eerste jaar. Door stapsgewijs de richtlijnen van deze handleiding te volgen en de aangereikte communicatie- en oefenmaterialen te gebruiken, zul je vaststellen dat het voor elke school haalbaar is. Op de website www.grotefietsexamen.be vind je ook een uitgebreid stappenplan. 3.1 De kerngroep Om een praktijkexamen uit te werken, hoef je echt niet met een grote groep te zijn. Het geniet zelfs de voorkeur om een aantal stappen en beslissingen te nemen met een kleine kerngroep. Het is vooral van belang dat de juiste mensen in deze kerngroep zitten. Denk dan in eerste instantie aan de klasleerkracht, de politie en een verkeersouder. Het eerste wat de kerngroep doet, is een geschikte datum prikken voor het Grote Fietsexamen. 3.2 Partners Lokale politie De school kan helemaal autonoom een prima fietsexamen organiseren, maar de ervaring leert dat samenwerking met externe partners een verstandige keuze is. Samenwerking met de lokale politie beschouwen we als een belangrijke succesfactor. De politie heeft immers heel wat kennis ter beschikking en is ook een ideale partner: voor de fietscontrole; om een route te helpen opmaken; en om op de dag van het examen een oogje in het zeil houden en mee de veiligheid van de fietsers en de andere weggebruikers te garanderen. Door samen te werken met de lokale politie toon je als school dat je er alles aan doet om het fietsexamen zo veilig mogelijk te laten verlopen.

Verkeersouders 16 De dag van het examen zijn er naast de kerngroep meer helpers nodig om de controleposten op het parcours te bemannen. Daarvoor kun je de vaste verkeers(groot)ouders van de school aanspreken. Heeft de school nog geen vaste groep vrijwilligers bij verkeersactiviteiten, dan kan de kerngroep een oproep lanceren bij de ouders met de vraag om een handje toe te steken op de dag van het fietsexamen. Wanneer de leerkracht zich bezighoudt met zijn leerlingen, kan de verkeersouder instaan voor een aantal logistieke en ondersteunende taken: signalisatie plaatsen, materiaal bedelen, controleposten op het parcours bemannen, enzovoort. 3.3 De route De route die de kinderen moeten afleggen tijdens het Grote Fietsexamen bevindt zich in een omgeving die voor hen relevant is. Kies met gezond verstand een realistische route waar alle basisvaardigheden (zie lager) in voorkomen. Indien mogelijk maakt de straat van de school deel uit van de route en loopt ze langs herkenbare en door de leerlingen veel gebruikte plaatsen, zoals de sporthal, de muziekschool, enzovoort. Gevaarlijke plaatsen zoeken we niet op. Het is niet nodig dat het een lange route is. Een afstand van 3 tot 5 kilometer volstaat meestal al om de courante verkeersvaardigheden te trainen. Het is ook belangrijk dat de route van het examen ruim op voorhand bekend gemaakt wordt op school en aan de ouders. Hierdoor krijgt iedereen de kans om met de kinderen voldoende te oefenen en de moeilijke punten te bespreken. Hou er rekening mee dat niet elk gezin in staat is om met de kinderen te trainen. De training op school is dus onontbeerlijk. Het zijn de beste verkeerslessen die je als school kunt geven!

Je informeert hen dan over de plaats waar ze gaan controleren, waar ze zich opstellen, hoe ze de voorbijrijdende leerlingen moeten beoordelen en over hoe ze mee instaan voor het goede verloop en de veiligheid. Sommige scholen en politiezones organiseren vooraf een overleg en tonen in een presentatie waar en hoe er gecontroleerd moet worden. Anderen organiseren een rondrit langs het parcours. Op de controleposten of observatiepunten gaan de controleurs na of de leerling de basisvaardigheid correct uitvoert. Bij iedere oefening op de route staat dus een controleur die de beoordeling van de deelnemers bijhoudt op een controle fiche. Per observatiepunt wordt één controlefiche per klas ingevuld. Je kunt alle controlefiches downloaden van de website. Om de controle snel en objectief te laten verlopen, dragen de leerlingen een fluohesje met een rugnummer en worden alleen de fouten aangeduid. Onder aan op de controlefiche is een vakje voorzien waarin de controleur specifieke opmerkingen kan noteren. Tijdens de observatie houden de controleurs uiteraard ook een oogje in het zeil om de veiligheid te bewaken. Tracht ervoor te zorgen dat dezelfde controleur niet urenlang op dezelfde plaats moet blijven staan. Je zult makkelijker en meer vrijwilligers vinden voor één of twee uren dan voor een halve of hele dag. Hou ook rekening met het weer en denk aan schaduw, schuilen voor de regen, een drankje, enzovoort. 3.7 Klaar voor de start? Voor de leerlingen effectief vertrekken gebeuren er nog een paar zaken: signalisatie op de invalswegen van de trainingsomgeving; bewegwijzering van de te volgen route; controletocht van de route door een volwassene om na te gaan of alle controleurs ter plaatse zijn, op de juiste plaats staan en of er zich geen onverwachte problemen voordoen. De controleurs krijgen een korte briefing. In een map geef je ze alle nodige informatie en materiaal mee om hun duidelijk omlijnde taak correct te kunnen uitvoeren: een plattegrond met de exacte locatie van hun controleplaats; een controlefiche; een klembord; schrijfgerief; een telefoonnummer/noodnummer; een fluitje dat als noodsignaal gebruikt kan worden; gegevens over het aantal deelnemers en hun rugnummers; instructies over de wijze van controle.

3.4 Bekendmaking fietsexamen 18 Zodra je weet wanneer het Grote Fietsexamen zal plaatsvinden en welke vaardigheden je waar wilt gaan testen, kun je het project bekend maken op school en bij de ouders. In dit doe-pakket vind je een affiche waarop de leerlingen van de deelnemende klas hun namen kunnen invullen, samen met de datum. De raamaffiches kunnen op een zichtbare plaats worden opgehangen. Om de ouders te informeren en op de hoogte te brengen kun je de flyers uit het doe-pakket met de leerlingen mee naar huis geven. Het is belangrijk dat de ouders goed op de hoogte zijn, hun toestemming geven en mee achter het project staan. Moedig de ouders ook aan om samen met hun kind de vaardigheden en de route in te oefenen. Dat kan alleen het draagvlak vergroten en het welslagen van het project bevorderen. 3.5 Leerlingen trainen en voorbereiden Het fietsexamen is de afronding van een trainingsperiode. Vooraf oefenen de kinderen alle deelvaardigheden die op de route voorkomen. Eerst wordt er geoefend op de speelplaats, nadien in het echte verkeer. Door de training zijn de leerlingen minder nerveus en kunnen ze zich beter concentreren op het verkeer. De fase van de voorbereiding op klasniveau (zie lager) kan de werkgroep over laten aan de leerkrachten of eventueel samen met de leerkrachten uitvoeren. De voorbereiding per klas kan al van start gaan zodra je beslist heb om het Grote Fietsexamen te organiseren en zodra je een datum hebt vastgelegd. Deze voorbereidende training is cruciaal voor het fietsexamen! 3.6 Controleposten Voor een vlot verloop van het fietsexamen zijn er helpers nodig. Bij voorkeur worden ze gerekruteerd onder (groot-)ouders, verkeersouders, leerkrachten, politie, stadswachten en gemachtigde opzichters. De helpers controleren en observeren op verschillende punten op de route het verkeersgedrag en de vaardigheid van de fietsers. Ze dragen een fluohesje en staan zo opgesteld dat de deelnemers aan het fietsexamen steeds binnen het gezichtsveld vallen van een controleur. In principe volstaat het om de helpers/controleurs s morgens op de dag van het Grote Fietsexamen te briefen. Het kan nuttig zijn om deze mensen vooraf één keer uit te nodigen.

De vertrekplaats van het Grote Fietsexamen is in een beschermde omgeving zonder autoverkeer. Dat kan bijvoorbeeld op de speelplaats, het kerkplein of de parking van het zwembad zijn. Alle deelnemers dragen een fluohesje met een rugnummer. De controleur moet weten wat het nummer is van de laatste deelnemer, zodat hij weet wanneer zijn taak erop zit. Zorg ervoor dat er geen nummers ontbreken. De controleur zou kunnen denken dat er een probleem is met een deelnemer. 19 We raden sterk aan om alle deelnemers een fietshelm te laten dragen. Verschillende scholen en politiezones verplichten het zelfs. De deelnemers vertrekken met een tussentijd van twee minuten. Zo is er tussen twee leerlingen voldoende afstand om elkaar niet te beïnvloeden. De omstandigheden van het parcours kunnen ervoor zorgen dat leerlingen elkaar toch inhalen. Maak daarover op voorhand afspraken met de controleurs, zodat ze kunnen zorgen dat er opnieuw voldoende tussenruimte is tussen twee deelnemers. 3.8 Beoordeling en resultaten De resultaten van het fietsexamen laten best niet te lang op zich wachten. Stel een kleine werkbare beoordelingscommissie samen (controleurs, leerkrachten, politie, verkeersouders, ). Leg de deelresultaten per leerling samen, bespreek ze en vel een oordeel. Je gaat uit van twee principes om te slagen: Algemeen Wie zichzelf of anderen niet in gevaar heeft gebracht, slaagt voor de globale fietsvaardigheid. Concreet Leerlingen moeten vijf op vijf behalen op de vijf basisvaardigheden om te slagen voor het Grote fietsexamen. Bij elk van de vijf basisvaardigheden moet de controleur meerdere deelvaardigheden nagaan. Het zou kunnen dat de leerling tijdens een van de stappen van de vaardigheid iets vergeet of niet helemaal correct uitvoert. In dat geval kan hij toch nog slagen voor de vaardigheid. Maar enkel als hij zichzelf of anderen niet in gevaar heeft gebracht.

Een voorbeeld: Als de leerling bij een van de basisvaardigheden zijn arm een keer vergeet uit te steken, zonder dat hij iemand in gevaar brengt, dan kan de beoordelingscommissie beslissen dat de leerling toch slaagt voor de vaardigheid. 20 We willen je vooral meegeven om correct te zijn in de beoordeling en de lat niet te laag te leggen. Het is mogelijk dat leerlingen niet slagen voor het examen. Geef per leerling aan welke vaardigheden nog bijzondere aandacht verdienen. Breng de kinderen, de ouders en de klasleerkracht op de hoogte van het resultaat, zodat zij weten wie klaar is om te beginnen met individuele verkeersdeelname op de fiets en wat de werkpunten zijn. 3.9 Fietsbewijs Alle leerlingen ontvangen na het fietsexamen een fietsbewijs. Op deze fietsbewijzen vink je aan voor welke van de vijf basisvaardigheden de leerling geslaagd is (1). Je kunt eventueel nog een bijkomende vaardigheid toevoegen die je extra getest hebt tijdens het Grote Fietsexamen (2). Daarnaast vink je ook de eindbeoordeling aan (3). Geslaagd voor alle vijf de basisvaardigheden = Geslaagd. Is dat niet gelukt, dan duid je aan Nog verder oefenen. Op het fietsbewijs is ook ruimte om een opmerking (4) te formuleren. De unieke fietsbewijzen die we je aanbieden zijn zo opgesteld dat ieder kind beloond wordt voor zijn inspanning, geslaagd of niet geslaagd. 1 2 3 4 Je krijgt deze fietsbewijzen toegestuurd, zodra je op de website www.grotefietsexamen.be de resultaten van je leerlingen invoert. Hoe sneller je de evaluatie invult op de website, hoe sneller je de fietsbewijzen mag verwachten. Jouw resultaten zijn ook belangrijk voor de VSV. Als iedere klas zijn evaluatie correct invult, kunnen we representatieve conclusies trekken voor Vlaanderen. Op basis daarvan kunnen we het lesmateriaal nog beter afstemmen op de noden.

21 3.10 Evaluatie Omdat je het Grote Fietsexamen in de toekomst minstens even goed wilt organiseren, is het belangrijk om te evalueren met de betrokken partijen. Het resultaat Hoeveel leerlingen zijn geslaagd? Voldoen de resultaten aan de verwachtingen van de ouders en leerkrachten? Moeten we de trainingen aanpassen of opvoeren? De route Voldoet de test aan de verwachtingen van de ouders en leerkrachten? Geeft de test een realistisch beeld van het verkeer op de openbare weg? Is de moeilijkheidsgraad realistisch? Zijn de controleposten op de juiste plaats gesitueerd? Zijn er onverwachte situaties die de veiligheid in gedrang brengen? Helpende handen Zijn er voldoende helpers? Zijn de helpers voldoende ingelicht over hun taak? Zijn de controlefiches goed ingevuld?

22

23 Hoofdstuk 4 Training en voorbereiding van de leerlingen

24

Training en voorbereiding van de leerlingen 25 4.1 Fietscontrole Een veilige fiets is een basisvoorwaarde om te kunnen deelnemen aan het fietsexamen. In eerste instantie: goed werkende remmen, de juiste bandenspanning, de correcte hoogte van het zadel en het stuur. Daarnaast zijn er nog de fietsbel, de reflectoren, de kettingspanning en de fietsverlichting. Op de website www.grotefietsexamen.be vind je een fietscontrolekaart. Hou op voorhand regelmatig een fietscontrole, zodat op de dag van het fietsexamen alle fietsen in orde zijn. De fietscontrole kan gebeuren door de leerkracht of de verkeersouders, maar kan ook in samenwerking met de lokale politie verlopen. De laatste fietscontrole gebeurt enkele dagen voor het fietsexamen. Breng de ouders op de hoogte van de tekortkomingen van de fiets, zodat ze nog de kans hebben om de fiets in orde te brengen. Sommige scholen hebben schoolfietsen voor leerlingen die zelf niet over een (veilige) fiets beschikken. 4.2 Stuurvaardigheid Om deel te mogen nemen aan het fietsexamen moeten leerlingen voldoende stuurvaardig zijn. Je bent stuurvaardig genoeg wanneer een aantal handelingen op de fiets een automatisme geworden zijn. Het zijn basisvaardigheden zoals: evenwicht houden; opstappen; vertrekken; recht(door) rijden; traag rijden; links en rechts draaien; omkijken; door een smalle doorgang rijden; remmen: zowel gedoseerd als plots. Stuurvaardigheid kun je trainen vanaf de kleuterschool. Als ze voldoende getraind hebben, kunnen leerlingen van de derde graad een stuurvaardigheidstest afleggen. Deze test leg je best al een eerste keer af in het vijfde leerjaar. Je herhaalt de test voor de leerlingen van het zesde leerjaar wanneer je start met de voorbereiding op het fietsexamen.

26 Wees streng genoeg. Wanneer een leerling duidelijk faalt in twee of meer onder delen van de test, dan is hij niet stuurvaardig genoeg voor het Grote Fietsexamen. Leerlingen die onvoldoende stuurvaardig zijn, kunnen tijdens het fietsexamen hun stuurvaardigheid verder inoefenen op de speelplaats van de school. Er bestaan verschillende goede stuurvaardigheidscircuits. De VSV gebruikt de ADAC-proef die in verschillende landen courant is. Op de website vind je twee oefenfiches: een om stuurvaardigheid te trainen en een om stuurvaardigheid te testen. 4.3 Vijf basisvaardigheden van het Grote Fietsexamen Een leerling slaagt in het fietsexamen wanneer hij de vijf basisvaardigheden tot een goed einde brengt én zichzelf of anderen niet in gevaar heeft gebracht. Dat kan enkel als hij het verkeersreglement voldoende kent en het juiste verkeersgedrag toepast bij die regels. Om zeker te zijn dat de leerlingen dat veilig kunnen in het echte verkeer moet je na de training van stuurvaardigheid overgaan naar training van verkeersvaardigheid in een beschermde omgeving. In het doe-pakket vind je vijf oefenfiches om de vijf basisvaardigheden van het Grote Fietsexamen voor te bereiden. De training van verkeersvaardigheden zit daarin verwerkt. Sla deze stap zeker niet over als je leerlingen voorbereidt op het Grote Fietsexamen. Als je de route voor het Grote Fietsexamen uitstippelt, zorg je ervoor dat de vijf basisvaardigheden zeker in het parcours voorkomen op plaatsen waar je ze goed kunt testen en evalueren. De vijf basisvaardigheden moet je niet te ver gaan zoeken, ze komen voor in elke schoolomgeving: 1 2 3 4 5 rechts op de rijbaan fietsen; rechts afslaan; links afslaan; langs een hindernis fietsen; voorrang verlenen.

Andere vaardigheden zijn zeker het testen waard als ze horen bij de leefwereld van de kinderen. Afhankelijk van je eigen schoolsituatie kun je de vijf basisvaardigheden eventueel nog aanvullen met een paar extra vaardigheden tijdens het Grote Fietsexamen. De vijf basisvaardigheden staan hieronder beschreven en vind je ook terug op de oefenfiches. De bijhorende controlefiches voor tijdens het examen kun je downloaden op de website. Voor mogelijke andere vaardigheden die courant voorkomen, vind je nog een aantal oefenfiches en controlefiches op de website www.grotefietsexamen.be. 27 1 Rechts op de rijbaan fietsen Heel wat straten hebben geen fietspad. Jonge fietsers moeten leren dat ze rechts op de rijbaan moeten rijden. In de wet wordt gesproken over zo dicht mogelijk. Interpreteer dit in die zin dat je, zo dicht mogelijk aan de rechterkant rijdt, zonder een gevaar te creëren. Je hoeft jezelf daardoor niet in gevaar te brengen en je moet ook niet rakelings voorbij geparkeerde voertuigen gaat rijden. Rechts op de rijbaan fietsen bestaat uit een aantal deelvaardigheden. Tijdens het fietsexamen controleren de observatoren de volgende punten. De fietser rijdt altijd rechts op de rijbaan op voldoende afstand van geparkeerde auto s; snijdt de bochten niet af; wijkt enkel links uit als er een hindernis op rijbaan is of als hij een andere fietser inhaalt. Opmerking De controleurs stellen zich best op in de buurt van een bocht (naar links), omdat daar duidelijk vast te stellen is of de fietsers hun plaats rechts op de rijbaan blijven aanhouden.

2 Rechts afslaan met de fiets Omdat kinderen de rijbaan niet moeten kruisen, houdt rechts afslaan met de fiets iets minder gevaar in dan links afslaan. Het gevaar van de dode hoek bij vrachtwagens is hier echter wel reëel. Daarom moeten ze ook bij dit manoeuvre voorzichtig zijn. 28 Als hij rechts afslaat moet de fietser: tijdig omkijken over de linker schouder en ondertussen rechtdoor blijven fietsen; het manoeuvre aankondigen door de rechterarm uit te steken; snelheid minderen en het manoeuvre uitvoeren met twee handen aan het stuur; rechts afslaan met een korte bocht. 3 Links afslaan met de fiets Links afslaan is een gevaarlijk manoeuvre voor fietsers, omdat ze doorgaand verkeer moeten kruisen. Bij het uitvoeren ervan voeren ze de volgende deelvaardigheden uit: omkijken, links en rechts kijken en rekening houden zowel met achterop komend verkeer als met tegenliggers; de linkerarm uitsteken om zijn bedoeling duidelijk te maken; een wijde bocht nemen met twee handen aan het stuur; in de linkerzijstraat opnieuw aan de rechterkant van de rijbaan uitkomen.

29 4 Langs een hindernis fietsen Wanneer er geen fietspad is, moeten fietsers rechts op de rijbaan fietsen. Uiterst rechts blijven kan niet altijd. Geparkeerde auto s verplichten de fietser vaak om uit te wijken naar links, meer naar het midden van de rijbaan. Achteropkomende en tegemoetkomende voertuigen vormen dan een reëel gevaar. Om die reden is het belangrijk dat een hindernis op de rijbaan met de nodige voorzichtigheid voorbij gereden wordt. De fietser moet: vertragen en omkijken over de linker schouder; stoppen wanneer een achterop- of tegemoetkomend voertuig een gevaar oplevert; de linkerarm uitsteken; uitwijken naar links en ±1m afstand te houden (gevaar voor openslaande portieren); zijn plaats rechts op de rijbaan weer innemen.

5 Voorrang verlenen Voorrang geven aan bestuurders die van rechts komen is één van de basisregels in het verkeer. Alleen intensieve training kan ervoor zorgen dat de regel rechts gaat voor een automatisme wordt bij jonge fietsers. Maak leerlingen duidelijk dat ze altijd voorzichtig moeten zijn op een kruispunt, want voorrang hebben, betekent niet dat je ook voorrang krijgt. 30 Er zijn bovendien heel wat vormen van voorrang die getraind kunnen worden: voorrang zonder verkeersborden; voorrang met een stopbord en voorrangsborden; voorrang met een omgekeerde driehoek en haaientanden als wegmarkering; voorrang op een rotonde; voorrang bij een smalle doorgang; In je fietsexamen stop je (minstens) één voorrangssituatie die relevant is voor de kinderen. Die beoordeel je als een van de vijf basisvaardigheden. Kies een situatie in de omgeving waar de fietsers vaak langs komen en die van belang is voor hen. De deelvaardigheden die de kinderen trainen en tonen zijn afhankelijk van de situatie en de reglementering die ter plaatse van toepassing is. Per voorrangssituatie vind je op de website controlefiches met de verschillende deelvaardigheden die er van toepassing zijn.

31 Colofon l Auteur Dirk Gabriels l Leescommissie Jan Bonneure, Tini De Smedt, Guy De Wit, Stijn Dergent, Inneke Goyvaerts, Luc Henau, Paul Michielsen, David Van Fraechem en Stefaan Vanlombeeck l Eindredactie Tini De Smedt l Tekeningen Patriek Roelens en Timothy De Ridder l Foto s Annie De Brue, Stefan Dewickere l Lay-out en vormgeving FBD - www.fbd.be l Verantwoordelijke uitgever Jan Peumans - Louizastraat 40, 2800 Mechelen l Wettelijk depot D/2012/8258/1, januari 2012 Niets uit deze uitgave mag, op welke wijze dan ook, worden overgenomen zonder de uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van de uitgever.

32 Vlaamse Stichting Verkeerskunde Louizastraat 40, 2800 Mechelen Tel. 015 44 65 50 - Fax 015 44 65 59 info@verkeerskunde.be www.verkeerskunde.be